Verslag bezoek decanenkring Kennermerland 5 juni 2014 Radboud Universiteit Nijmegen 13:15-14:00 Cyber Security (& Informatica) – Erik Poll Cyber Security is een unieke bachelortrack binnen Informatica in Nederland. De toenemende groei van ICT heeft gezorgd voor veel afhankelijkheid, zoals bij social networks, internet bankieren, online winkelen, maar ook bij auto’s, treinen en elektriciteitsvoorziening. De veiligheid van deze afhankelijkheid moet ook gewaarborgd worden. Oorspronkelijk was de Cyber Security track begonnen als master, maar door de grote vraag vanuit de maatschappij is er nu dus ook een bachelor variant. Het eerste semester in het eerste jaar is gemeenschappelijk met Informatica. Daarna komt de keuze tussen Informatica of Cyber Security. Ongeveer 25 % van de vakken zal vervolgens verschillen. Hierbij wordt benadrukt dat deze studies meer inhouden dan alleen ‘programmeren achter een computertje’. Informatica en dus ook Cyber Security is mensenwerk. Enkele besproken onderwerpen zijn hoe je modellen toegankelijk voor het grote publiek kunt maken, verantwoord hacken zoals de OV chip kaart of het ABN internet bankieren en juridische aspecten zoals Snowden heeft aangekaart. Bovendien is er een mix tussen hoorcolleges en praktijk. Tijdens dit laatste worden de studenten uitgedaagd om een app te maken. Zo’n app kan een pizza bestel app zijn of een eHealth app; de student staat vrij zijn eigen invulling te geven. Het verschil tussen Informatica en Technische Informatica is minimaal en de accenten liggen meer bij de keuzevakken. Op technische universiteiten kun je keuzevakken als elektrotechniek/ werktuigbouwkunde volgen en in Nijmegen rechten/kunstmatige intelligentie. Bovenstaande voorbeelden sluiten daarbij aan. In Nijmegen is programmeerervaring of iets dergelijks geen eis, maar wel vwo en wiskunde B. 14:00-14:30 Pre University College of Science & Pre University College Humanities – Sanne Groen Het doel van deze ‘PUC’s’ is om de aansluiting vwo-wo te verbeteren. Het idee is om te zorgen dat de aankomende studenten meer nadenken over hun studiekeuze en middels de betere voorbereiding het studierendement te verhogen. Pre University College of Science legt de nadruk op bèta onderwerpen en Pre University College Humanities op alpha en gamma onderwerpen. Er zijn drie doelgroepen: reguliere scholieren, excellente scholieren en vakdocenten. Voor de reguliere scholieren bestaan gastlessen (waarbij docenten naar de scholen gaan), profielwerkstarters (waarbij – net – afgestudeerden naar scholen gaan om bv. te helpen bij het formuleren van duidelijke onderzoeksvragen), academisch schrijven, exo-steunpunten en masterclasses. De excellente scholieren zijn scholieren die extra verdieping en uitdaging aankunnen. Behalve masterclasses (themadagen op de universiteit), waarbij scholieren geselecteerd worden door docenten en decanen, zijn er vwo-talentenprogramma’s (cursussen uit het propedeuse onderwijs) en excellentieprogramma’s (vanuit de school aangeboden tweejarig programma met een duidelijke bèta focus). In samenwerking met de Radboud Docenten Academie bieden we programma’s voor vakdocenten. Er zijn mogelijkheden voor nascholing, zowel vakinhoudelijk als vakdidactisch (bv. hoe om te gaan met hoogbegaafdheid). Ook worden symposia georganiseerd en zijn er Docent Ontwikkel Teams (DOT), waarbij door samenwerking en gebruik van elkaars expertises nieuwe producten ontwikkeld kunnen worden. 14.30 – 15.15 Tandheelkunde - Caroline Visser-van Dijck met student Sanne van Kooten Er is veel animo voor tandheelkunde. Gezien de recente ontwikkelingen wordt er nog meer een focus gelegd om elke student op de juiste plaats te krijgen, zo ook bij Tandheelkunde. Het uitgangspunt van Tandheelkunde is numerus fixus (67 plaatsen). De eisen zijn vwo (en dus niet havo & hbo-P) met NG plus natuurkunde of NT plus biologie. Verder moet de scholier ingeloot worden. Dit kan centraal (22 plekken) of decentraal (45 plekken). Centrale loting geschiedt op 15 mei en decentrale loting op 15 januari. Bij de centrale loting kun je geplaatst worden in Groningen, Nijmegen of Amsterdam. Bij de decentrale loting kies je specifiek voor een instelling. De universiteiten die Tandheelkunde aanbieden hanteren eigen criteria en reglementen bij de decentrale selectie. Radboud Universiteit focust bv. onder meer op hoge cijfers. Hierbij worden de overgangscijfers van 5 naar 6 vwo bedoeld. Er worden maximaal 125 scholieren uitgenodigd voor een toetsdag met drie opdrachten die niet voor te bereiden zijn. De eerste ‘gouden handjes’opdracht is een psychomotorische opdracht waarbij zo iets als knutselwerken gemaakt moeten worden. Ten tweede is er een schrijfopdracht waarbij een essay gemaakt moet worden over voorgeschotelde artikelen. Als derde en laatste is er een stressbestendigheid test waarbij logica ontdekt moet worden (cijferreeksen bv.) onder hoge druk. Deze testen zijn relevant voor specifieke noodzakelijke vaardigheden. Er worden enkele tips aangedragen. Zo wordt aangeraden om decentraal te loten als je naar de Radboud Universiteit wilt, want dan heb je meer kans gezien het aantal beschikbare plekken. Ten tweede kun je de reglementen van andere tandheelkunde opleidingen er op na slaan om te kijken wat de verschillen zijn en de gewenste focus van de scholier. De gewenste focus kun je achterhalen door open dagen te bezoeken, maar ook door meeloopdagen bij tandartsen. Buiten alles blijft het een praktische studie. Als laatste kan genoemd worden dat een alternatieve keuze belangrijk is. 15.30 – 16.00 De studiekeuzecheck op de Radboud Universiteit - Carla van Wely De presentatie wordt gegeven door Carla van Wely, hoofd afdeling Studentenbegeleiding Dienst Studentenzaken. De presentatie herbergt een aantal agendapunten: studiekeuzecheck op de RU, digitale vragenlijst, individueel gesprek met ‘risicostudenten’, effecten en wat doen andere universiteiten. Studiekeuzecheck op de Radboud Universiteit De studiekeuzecheck op de Radboud Universiteit is niet verplicht. Alle aanstaande studenten die zich aanmelden vullen een digitale vragenlijst in. Op basis van deze gegevens wordt een beperkt aantal uitgenodigd voor een individueel gesprek. Tijdens dit gesprek wordt nagegaan of de verwachtingen van de opleiding en aanstaande student matchen. Elke aanstaande student krijgt een studieadvies. Geen uitnodiging betekent dat er geen reden is om de aanstaande student niet aan te nemen. Digitale vragenlijst De items van de vragenlijst zijn als volgt. In 2013 – 2014 zag de studiekeuzecheck er als volgt uit. Allereerst wordt gekeken naar de vooropleiding. Hiermee wordt het profiel bedoeld, de overgangscijfers van 5 naar 6 vwo, verloop middelbare schoolperiode en eventueel hbo-P en eerdere negatieve BSA. Ten tweede wordt gekeken aan welke voorlichtingsactiviteiten zijn deelgenomen. Ten derde wordt gevraagd naar de verwachting van de opleiding, maar tevens wordt gevraagd naar het verschil tussen hbo en wo. Als laatste wordt er door middel van open vragen achterhaald wat de keuzemotieven zijn. Naar aanleiding van deze vragenlijst wordt per mail de aanstaande student bericht, zowel bij een positieve als negatieve categorisatie. Zogenaamde ‘risico studenten’ worden uitgenodigd voor een individueel gesprek. Dit kan dus op basis van de overgangscijfers zijn: bijvoorbeeld een 6 voor Nederlands is een risico bij Rechten en een 6 voor Wiskunde is een risico bij Bèta opleidingen. Het kan echter ook op basis van een ‘magere’ motivatie zijn. Individueel gesprek De individuele gesprekken worden gehouden met een docent/mentor of met studieadviseurs van de opleiding. Deze gesprekvoerders krijgen een training hier, om o.a. de aanstaande studenten niet te informeren over procedures en de opleiding, maar om juist de aanstaande student aan het woord te laten. Het gesprek duurt tussen 20 en 30 minuten. Aanstaande studenten worden nooit officieel geweigerd, maar kunnen wel een advies voor heroverweging krijgen om na te gaan of de aanstaande student zeker weet of hij/zij de opleiding echt wilt. De gesprekvoerder maakt een kort verslag van het gesprek voor het Studenteninformatiesysteem. De ingevulde vragenlijst en verslag van het gesprek vormt de start voor studiebegeleiding in het eerste jaar. Voorlopige effecten studiekeuzecheck van de Radboud Universiteit In 2013 heeft ongeveer 85 % (1861 respondenten) de digitale vragenlijst ingevuld. Ongeveer 1/3 (652 respondenten) werd gezien als risicostudent en werd uitgenodigd voor een gesprek. 485 (75%) vond daadwerkelijk plaats. Ongeveer 7 % is uiteindelijk niet begonnen aan een opleiding. De verdere effecten van de studiekeuzecheck zijn als volgt: - Tussen september 2012 t/m mei 2014 haalden de ‘niet-risicostudenten’ 81,1 ECT, ‘risicostudenten’ 69,1 ECT en de ‘niet deelgenomen aan SKC’ 61,8 ECT. De uitval van cohort 2012 na 1 jaar: ‘niet-risicostudenten’ 22,8%, ‘risico-studenten’ 38,2% en ‘niet deelgenomen aan SKC’ 61,4%. Een positief BSA: ‘niet-risicostudenten’ 85%, ‘risico-studenten’ 73% en ‘niet deelgenomen aan SKC’ 69 %. Hoe doen andere universiteiten het? Universiteiten doen het erg verschillend. Anders dan de Radboud Universiteit hebben de meeste universiteiten een verplichte studiekeuzecheck. Dit kan ofwel alleen een vragenlijst zijn, ofwel in combinatie met een individueel gesprek, ofwel in combinatie met een te volgen onderwijsvorm/voorbeeldtoets. Bovendien geldt dat bij sommige universiteiten de uitslag van de studiekeuzetest bindend is. Als laatste komt het ook voor bij universiteiten dat sommige opleidingen de studiekeuzetest wel en sommige de test niet verplicht stellen. Radboud Universiteit is hierin duidelijk: het is niet verplicht en niet bindend. De feiten laten echter vooralsnog zien dat door het volgen van deze test meer studiepunten worden gehaald, minder kans op studie uitval is en meer kans op een positief BSA. In september 2014 wordt n.a.v. de evaluaties besloten hoe de studiekeuzescheck er voor dat studiejaar uit gaat zien.
© Copyright 2024 ExpyDoc