Interview: Martine Sandifort

‘Ik zou in het echt graag net zo onverschrokken
willen zijn als mijn typetjes’
‘Ik ben absoluut niet stressbestendig’
‘Ik kreeg eindelijk de aandacht waar ik zo naar
had verlangd’
‘Ik denk dat ik over een paar jaar te oud ben
voor kinderen, maar zo voelt het nu nog niet’
Of het nu gaat om een spastische psychiater, prinses Margarita of de inmiddels alom bekende Dokter Corrie. Cabaretier Martine Sandifort kruipt moeiteloos en met veel plezier in hun huid, maar is stiekem zelf helemaal niet zo’n
hysterica. Sterker nog: ze is – naar eigen zeggen – een enorme bange schijterd.
Februari 2014 | Interview
Rustig, bedachtzaam, geïnteresseerd en lief. Als typetje in Kopspijkers, Koefnoen, Dr. Ellen en Dokter
Corrie voor NRT’s Schooltv mag Martine Sandifort overkomen als een spring in ’t veld, onbezonnen,
soms een tikje hysterisch en behept met minimaal een paar vreemdsoortige tics, tijdens het interview is
ze vooral heel normáál. Niks geen cynisme of luidruchtige grappenstroom, maar subtiliteit en eerlijkheid alom. ‘Er zit een grote discrepantie tussen de Martine die op het toneel staat en de Martine die
thuis aan de keukentafel zit,’ lacht ze haar aanstekelijke lach.
Tijdens het spelen van de vele typetjes die ze doet komt er een soort onbevangenheid over haar die ze
van zichzelf niet heeft, legt Martine uit. ‘Ik zou in het echt graag net zo onverschrokken willen zijn, zo
van: ik pak nú mijn koffer in en ga in mijn eentje op reis. Maar in werkelijkheid ben ik iemand die
alles tot in de puntjes overdenkt en dat kan me nog wel eens in de weg zitten. Ik ben absoluut niet
stressbestendig en best wel een bange schijterd: vliegen vind ik al, whoehoe, eng. Ik wíl dus wel avontuur, maar gedij stiekem het beste bij warmte en rust.’
Ze is net terug van een vakantie op Curaçao en was ‘best wel toe aan een break’, vertelt ze. ‘Ik heb het
de afgelopen maanden heel druk gehad met de voorstelling Hulphond die ik samen met cabaretier
Remko Vrijdag speel en Dr. Corrie was natuurlijk een enorme hype. De opnames zelf waren niet zo
langdurig, maar alles wat erbij kwam kijken… En dan waren er nog de opnames van de film Toscaanse Bruiloft. Dat was heel spannend en bijzonder, want het is mijn eerste film en ik vloog ervoor heen
en weer naar een prachtig landgoed in Toscane waar alles is gedraaid.’
Als je naar jouw cv kijkt, dan lijkt Toscaanse Bruiloft een vreemde eend in de bijt.
‘Johan Nijenhuis is een heel commerciële regisseur en ik moet eerlijk zeggen dat ik de meeste films
die hij heeft gemaakt – Costa!, Volle Maan, Verliefd op Ibiza – niet heb gezien. Toscaanse Bruiloft is
in die zin ook niet per definitie iets voor mij. Maar ik mocht de rol invullen zoals ik dat wilde, dus ik
dacht: waarom niet? Het is echt niet zo dat ik alleen maar cultureel verantwoorde dingen wil doen,
zoiets luchtigs als dit kan ook leuk zijn.’
Centraal in de film staan de thema’s liefde en trouwen. Sprak dat je aan?
‘Het is over de top romantisch en dat appelleert natuurlijk wel aan een bepaald gevoel. Ik ben geen
type dat wegzwijmelt bij Sisi, maar ik hou heel erg van Four Weddings and a Funeral-achtige romantische komedies met een lach en een traan. De mooie jurken, de prachtige plaatjes. Dat is toch iets
waar alle meisjes en vrouwen graag naar mogen kijken? Ik speel de moeder van Lieke van Lexmond
en Carolien Spoor. Het rare is dat ik in het begin dacht: húh, moet ik de moeder van Lieke spelen? Zie
ik er zó oud uit? En: word dat wel geloofwaardig? Ik schaar mezelf nog graag onder de jongeren, haha. Maar de stap in mijn hoofd bleek groter dan wat ik later op beeld terugzag, want ik speel een
vrouw die door een plastisch chirurg flink onder handen is genomen en er daardoor juist ouder uitziet
dan ze is.’
Is het lastig om een moeder te spelen als je zelf geen kinderen hebt?
‘De moeder die ik speel is nogal een hysterica die vooral bezig is met zichzelf, drank en botox. Ze is
geen doorsnee moeder, zeg maar. De dochters moeten zich eigenlijk meer om haar bekommeren dan
andersom. Dat maakt het allemaal wel geloofwaardig en tegelijkertijd was het voor mij natuurlijk een
heerlijke rol om te spelen. Luidruchtig, schreeuwerig, extravert. Eigenschappen die ik zelf niet echt in
me heb, maar waarmee ik me nu helemaal kon uitleven. Het is eigenlijk een soort typetje.’
Over typetjes gesproken: had je alle heisa rondom Dokter Corrie zien aankomen?
‘Nee, ik dacht gewoon: iets leuks doen voor het Schooltv-weekjournaal. Ik was gevraagd om als fictieve arts allerlei seksgerelateerde zaken te bespreken en heb samen met de regisseur bedacht wat voor
type Dokter Corrie moest worden: we wilden haar niet zo heftig maken als de spastische psychiater
waar veel mensen me van kennen, maar ze moest wel haar emotionele momenten en schaamte hebben.
Voor een leeg scherm waar niemand op te zien was heb ik dagenlang zogenaamd tegen BN’ers over
stijve piemels en schaamhaar staan praten. Dat was best een pittig klusje, want door het gebrek aan
interactie moest ik alles uit mezelf halen. Maar ik heb er achteraf behoorlijk veel voldoening voor teruggekregen.’
Hou je ervan om af en toe een relletje te schoppen?
‘Ja tuurlijk. In de voorstelling Hulphond begeven Remko en ik ons ook op de randjes en soms vinden
mensen dat we te ver gaan. Daar heb je in cabaret bijna altijd mee te maken als je niet heel erg op safe
speelt qua onderwerpen. Er zit een zekere recalcitrantie in mij: ik voel me graag kind met de kinderen.
In het geval van Dokter Corrie was het de kinderen tegen de volwassenen. Kijk, als de kinderen ook
tegen Dokter Corrie waren geweest, dan had ik me wel geraakt gevoeld. Maar zij zijn allemaal gek op
haar, dus nu heb ik dat eigenlijk niet. Ik snap best dat ouders met een bepaalde levensovertuiging liever niet willen dat hun kind zulke tv-programma’s ziet, maar je hebt zelf de keuze om te zeggen: ‘Dit
kijkt mijn kind even niet.’ Dokter Corrie blijkt dus nog lekker even doorgaan.’
Vind je het zelf eigenlijk makkelijk om over seks te praten?
‘Ik kom uit een heel vrij gezin, misschien soms zelfs iets te vrij. Een programma als Theo en Thea
kijken was bij ons thuis geen issue en als ik mijn vader een klootzak wilde noemen, dan mocht ik dat
gewoon doen. Er heerste een soort vrije jaren zestig-sfeer van: we zijn allemaal één. Voor mijn ouders
was dat heel fijn, maar ik heb zelf niet zulke leuke herinneringen aan mijn jeugd. Sterker nog: ik heb
er bijna geen. Ik weet niet hoe dat komt. Ik ben zelfs wel eens in hypnotherapie gegaan om herinneringen terug te halen, maar dat werkte bij mij niet.’
Je was naar eigen zeggen vroeger een tobberig, serieus meisje. Zit dat er nog steeds in?
‘Ja, al was het destijds nog erger. Ik was echt een beetje ongelukkig en kon eindeloos malen over van
alles en nog wat. In grote mate is dat terug te voeren naar het ongeluk dat mijn broer kreeg toen ik zes
was en hij acht. Hij liep hersenbeschadiging op en daarna veranderde er zó veel. Mijn broer kon niet
meer thuis wonen en dat legde de nodige druk op mijn ouders, hun huwelijk en de band die ik met
mijn ouders had, want ik moest dan weer hier en dan weer daar logeren omdat hun aandacht vooral
naar mijn broer ging. Als ik psychologie van de koude grond toepas, dan zou dat de reden kunnen zijn
dat ik in de spotlights ben gaan staan, want voor het ongeluk was mijn broer juist de lollige entertainer
en ik het rustige, bleue meisje dat eindeloos op een kleedje speelde. En toen werd hij ineens stilgelegd
en nam ik die rol langzaam een beetje van hem over.’
Herinner je jezelf het moment waarop je ontdekte dat je goed bent in typetjes?
‘Ik ben heel erg van het observeren. In de dierentuin kijk ik niet naar de apen, maar naar de mensen
die naar de apen kijken. Dat is begonnen toen ik nog heel jong was. We woonden in Nunspeet en dat is
een nogal gelovige gemeente. En ook al zat ik op een openbare school, ik was met mijn vrije opvoeding toch een beetje anders dan de andere kinderen en werd daarom erg gepest. Ik vroeg ook altijd
heel veel: ‘Maar hoe zit dat dan?’ of: ‘Wat bedoel je precies?’ Die openheid en zorgeloosheid is er
door het pesten wel uitgeramd en langzaamaan ging ik de maniertjes en het gedrag van andere kinderen steeds meer nadoen in de hoop er een beetje bij te horen.’
Hoe komt zo’n timide meisje dat ook nog eens wordt gepest op een podium terecht?
‘Op mijn middelbare school was er een cabaretvoorstelling waar ik aan meedeed. Elke vrijdagmiddag
speelden we allerlei typetjes. Dat had ik zo gemist. Het spelen, lol hebben, lachen. Ik weet nog dat
mijn moeder een keer naar een uitvoering kwam kijken en na afloop zei: ‘Dat punkmeisje was ook
goed.’ Waarop ik antwoordde: ‘Mam, dat was ik.’ Ze had dat nooit achter mij gezocht, maar in die tijd
is de basis volgens mij wel gelegd. Ik kreeg eindelijk de aandacht waar ik zo naar had verlangd. Een
soort therapie eigenlijk. Nog steeds vind ik de aandacht heel leuk en bijzonder, al besef ik inmiddels
wel dat je daar geen leegte mee kunt opvullen. Ik ben cabaret meer en meer als een vak gaan zien: ik
vind het leuk om te doen, maar het is vooral gewoon werk.’
Ben jij iemand die zichzelf gemakkelijk kan verliezen in haar werk?
‘Dat is al eens gebeurd, tien jaar geleden. Ik had drie jaar eerder samen met Alex Klaassen Cameretten
gewonnen en daarna gingen we toeren met ons programma Volgend jaar lach je d’r om. Dat was een
bizarre tijd, want ineens waren we heel succesvol en wilde iedereen van alles van ons. Ik was enorm
gestrest, liep op mijn tenen en was ook een beetje bang voor Alex. Ik durfde de confrontatie niet met
hem aan te gaan, hij ook niet met mij en dat ontspoorde. Ik kreeg een burn-out, Alex was daar heel
teleurgesteld en kwaad over en elke keer als ik hem zag kon ik wel janken. Het was zo leuk tussen ons,
maar het ging niet meer. Het voelde alsof ons huwelijk op de klippen was gelopen. Inmiddels spreken
we elkaar af en toe weer, maar ik denk niet dat we ooit nog gaan samenwerken.’
Hoe heb je sindsdien voorkomen dat je nog eens in zo’n situatie terechtkomt?
‘Ik heb een personal trainer die twee tot drie keer per week een rondje met me maakt in de sportschool. Dat is goed voor mij. Yoga of mindfulness zou ook geen overbodige luxe zijn, maar daar moet
je tijd voor maken en dat vind ik dan weer lastig. In mijn vak is het altijd afwachten hoeveel werk er
op je pad komt en dan is het soms moeilijk om grenzen te stellen. Wat dat betreft is het heel fijn dat ik
komend seizoen weer met Remko ga toeren: dat geeft vastigheid. Onze samenwerking is niet per se
beter dan die met Alex destijds: hij is mij soms heel erg zat, ik ben hem soms heel erg zat. Maar ik heb
geleerd om mezelf uit te spreken, dus dan snauwen we even en is de lucht weer geklaard zonder dat
het grote drama’s worden. Dat is iets waar ik heel blij om ben.’
Je had het net over een huwelijk, maar je bent zelf nooit getrouwd geweest. Hoezo niet?
‘Dat is er nooit van gekomen. Ik weet dat er ooit een vriendje is geweest die mij wilde vragen. Onze
relatie was nog heel pril en hij had zijn voornemen gedeeld met mijn beste vriendin en zij zei gelijk:
‘Ik zou het niet doen.’ Ik weet ook niet wat ik gezegd zou hebben, maar feit is dat ik sindsdien nooit
meer een aanzoek heb gekregen. Als het echt goed zou voelen, dan zou ik overigens wel ja zeggen en
er compleet met toeters en bellen voor gaan.’
Is er op dit moment iemand in je leven die aan die criteria voldoet?
‘Ik heb een vriend, maar het is op dit moment ingewikkeld. We hebben eigenlijk een soort van timeout, dus ik kan er niet zo veel over zeggen. Maar ik geloof wel heel erg in de liefde en kan me helemaal op iemand storten. Enige punt is dat ik daarna meestal nogal snel twijfel. Dat is wel een patroon.
De liefde is niet echt waar mijn talent ligt en dat is wel iets waar ik onzeker van kan worden. Pik ik
altijd de verkeerde uit? Of heb ik stiekem een beetje bindingsangst? Het is waarschijnlijk een combinatie, maar ik weet ook van mezelf dat ik mensen niet afstoot als ik ze hartstikke leuk vind.’
Het is een beetje een onbetamelijke vraag, maar koester je nog een kinderwens?
‘Ik heb een tijdlang helemaal geen relatie gehad en dat was precies in mijn meest vruchtbare periode.
En ik zou het wel willen – ook al zou ik het doodeng vinden, die verantwoordelijkheid – maar wel
samen. En dat is nu dus lastig. We hebben het er natuurlijk wel over gehad, want de tijd begint te dringen. Of misschien is die allang geweest. Het is d’r op of d’r onder, want het kan nog wel na je veertigste, maar waar ligt die grens? Ik denk dat ik over een paar jaar te oud ben, maar zo voelt het nu nog
niet. Als dat moment wel komt, dan denk ik dat er wel een rouwprocesje volgt. Dan denk ik aan de
toekomst en zie ik mezelf alleen zitten. Aan de andere kant besef ik dat ik heel gezegend ben met wat
ik doe en de mensen die ik om me heen heb. Ik heb veel vrienden met leuke lieve kinderen, mijn familie, mijn ouders en mijn broer heeft een dochter van 13 uit zijn vorige relatie en een zoontje van 3, dus
ik ben tante. Daar kan ik intens van genieten.’
En je speelt in je eerste film! Is dat een kant die je het komende jaar verder wilt uitbouwen?
‘Nog meer films, kom maar door! Maar ik blijf ook lekker in het theater bezig, Remko en ik zijn druk
bezig met onze volgende voorstelling waarmee we in 2014 door het land gaan toeren. En dan die grote
trouwerij en kinderen en dan zijn we er wel, haha.’
Martine’s favorieten
Café ‘Gent aan de Schinkel in Amsterdam. Het zit bij mij om de hoek en het is altijd
heel gezellig.’
Eten ‘Ik ben een zoetekauw en ook al probeer ik het te laten staan, ik ben gek op
chocolade.’
Romantische Komedie ‘Four Weddings and a Funeral.’
Liefdesgebaar ‘Ik moet aan iets heel letterlijks denken, namelijk als iemand je een
aai over je bol geeft. Dat heeft iets heel troostends.’
Cabaretier ‘Hans Teeuwen.’
Land ‘Thailand.’
Muziek ‘Jill Scott, een heel goeie soulzangeres.’
Meer over Martine Sandifort
Geboren 17 mei 1970 in Delft
Woonplaats Amsterdam
Burgerlijke staat Lat-relatie
Opleiding Afgestudeerd aan de Amsterdamse Academie voor Kleinkunst
Doorbraak Won in 2000 samen met Alex Klaassen als helft van het duo Alex en
Martine Cameretten waarna ze samen door het land toerden met hun programma
Volgend jaar lach je d’r om.
Carrière Samen met Kasper van Kooten was ze twee seizoenen te zien in de jeugserie Toscane. In Kopspijkers speelde se verschillende types waaronder Patty Brard,
prinses Mabel, prinses Margarita en Trijntje Oosterhuis. Ze maakt al jaren deel van
de vaste cast van Het Klokhuis en Koefnoen. Martine speelde de hoofdrol in Dr. Ellen
en maakte vorig jaar haar opwachting als Dokter Corrie voor NTR’s School TV. Dit
theaterseizoen speelt ze voor het derde jaar samen met Remko Vrijdag en daarnaast
is ze te zien in de film Toscaanse Bruiloft.