Omgaan met een stoma: een versmald levenspad met

Omgaan met een stoma:
een versmald levenspad met een ongenode gast?
An Lievrouw
psycholoog Oncologisch Centrum UZ Gent
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
Stellingen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
2
We moeten de patiënt zover krijgen dat hij zijn
stoma aanvaardt.
Ja
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
Ik twijfel
Nee
3
Vlak na de operatie heeft een patiënt geen behoefte
aan een gesprek rond intimiteit / seksualiteit.
Ja
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
Ik twijfel
Nee
4
Psychosociale aspecten in de zorg voor mensen met een
stoma en hun naasten
1. 
2. 
3. 
4. 
5. 
1. Coping
2. ABC-model
3. Communicatie
4. Emoties bespreekbaar maken
5. Seksualiteit bespreekbaar maken
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
5
1. Coping
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
6
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
7
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
8
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
9
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
10
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
11
• 
• 
• 
• 
Verschillende stijlen kunnen naast elkaar bestaan en er is geen ‘goede’ of
‘foute’ manier.
Mate van coping kan fluctueren:
•  Persoonlijkheid
•  Levenservaringen
•  Ervaren kwaliteit van leven (lichamelijk welbevinden, lichaamsbeeld,
sociaal welbevinden, emotioneel welbevinden, relationeel en seksueel
welbevinden, functioneel welbevinden)
•  Af-/aanwezige steun
Doorslaggevend is mate van ervaren controleverlies (geen betekenis
kunnen geven, overspoeld door emoties, lichaam is ‘niet betrouwbaar’,
stoma als ‘indringer’, geen steun vinden, onvoorspelbare klachten waar
geen remediëring voor is, onvoldoende info krijgen…).
Coping ≠ ‘aanvaarden’
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
12
Knelpunt:
•  verschillende
copingstijlen
-  bij de patiënt en zijn
naasten
-  bij de zorgverstrekkers
•  invloed van eigen
waarden, normen op
ons handelen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
13
2. Het ABC-model
illustreert dat ons handelen subjectief gekleurd is:
A. (Adversity, antecedent) Gebeurtenis: hiermee wordt
de objectieve gebeurtenis bedoeld, beschreven alsof
je door een camera kijkt
B. (Beliefs) Gedachten: hiermee worden de specifieke
gedachten bedoeld die je hebt bij de bij A
genoemde gebeurtenis
C. (Consequence) Gevoel/Gedrag: welk gevoel of
gedrag is het gevolg van deze gedachten?
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
14
Vaak ligt de klemtoon op efficiënt handelen:
• 
• 
• 
• 
• 
• 
• 
(be-)handelen, presteren (de zorgprestatie)
doel: oplossen van problemen
via de adequate, effectieve, efficiënte interventie
technieken, methodes, procedures
stappen/behandelplannen
rationeel-instrumenteel
controle en structuur
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
15
TY
ADVERSI
is
Gebeurten
A
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
BELIEFS
Automatische
gedachten,
overtuigingen,
verklaringen
B
C
16
stoma
l
i
w
r
e
n
t
r
Pa
niet zien
is
Gebeurten
A
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
“partner moet
betrokken
worden”
Vs
“partner moet
tijd krijgen”
B
C
17
stoma
l
i
w
r
e
n
t
Par
niet zien
A
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
Ik wil zicht
krijgen op
redenen
B
C
18
Efficiënt handelen is cruciaal, maar
•  Eigen waarden, normen, gevoelens vormen mee de
basis van handelen
•  Nabijheid en betrokkenheid zijn belangrijk
•  De ander zien en horen; opletten voor projectie!
veranderen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
19
3. Communicatie
• 
• 
• 
• 
Info in stappen: emoties versus ratio
Stel veel open vragen
Situeer het stoma binnen het zorgpad en evt. ziektefase
Controleer wat de patiënt heeft onthouden; probeer te
vergelijken met wat de arts heeft gezegd:
•  Slechts 1/5 van wat is meegedeeld wordt vaak maar
onthouden!
•  Werd de partner betrokken bij het gesprek? Wat weet de
partner? Kinderen? Andere mantelzorgers?
•  Was er aandacht voor (risico op) veranderingen in QOL, op
alle domeinen?
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
20
4. Emoties bespreken
•  Een waaier aan emoties is mogelijk: verdriet, kwaadheid, zich
terugtrekken, verbitterdheid, …
•  Doel = info kunnen geven, coping bevorderen, draagkracht
versterken, patiënt ondersteunen
•  Moet je over emoties spreken?
•  Emoties blokkeren gesprek, ze tot een werkbaar niveau brengen
•  Explorerende gespreksvaardigheden
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
21
Blokkerende, niet-steunende reacties
• 
• 
• 
• 
• 
• 
Direct adviezen geven en oplossen
Onderbreken
Betuttelen
Alles volpraten
Van onderwerp veranderen
Valse hoop geven : ‘alles komt wel goed’
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
22
Faciliterende, steunende reacties
• 
• 
• 
• 
• 
• 
• 
Luisteren
Eerst emoties, dan ratio
Aanwezig zijn
Stiltes laten
Open vragen stellen
Parafraseren
Concretiseren
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
23
5. Seksualiteit bespreekbaar maken
Waarom ligt dit zo moeilijk?
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
24
Voor hulpverleners
Thema komt niet aan bod in de opleiding van de hulpverlener
Praten over seks voelt ongemakkelijk
Gebrek aan kennis over seksuele problemen
Gebrek aan kennis over oplossingen
Gebrek aan beleid inzake seksualiteit
Angst om ongewenst in te dringen in privé-leven van de patiënt
Angst voor de emoties van de patiënt
Geen geschikte ruimte
Geen tijd
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
25
Voor hulpverleners (vervolg)
Rationalisaties:
Patiënt heeft wel belangrijkere dingen aan zijn hoofd
Patiënt is er te oud voor
Is niet aan de orde in het ziekenhuis
Hoort niet bij mijn discipline
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
26
Voor patiënten
Niet geleerd over seksualiteit te praten.
‘Seks doe je, je praat er niet over’
Ongemakkelijk of schaamtevol onderwerp
Moeilijke communicatie over onderwerp binnen relaties
Wat zal hulpverlener van mij vinden?
Patiënt wil er wel over praten, maar te bedreigend voor partner
Rationalisaties:
‘Ik word waarschijnlijk niet serieus genomen’
‘Seksprobleem is niet belangrijk genoeg om hulpverlener lastig te
vallen’
‘Er is wellicht toch niets aan te doen’
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
27
Nood om seksualiteit bespreekbaar te maken!
Seksualiteit en intimiteit zijn belangrijke thema’s voor de
kwaliteit van leven
Veranderde intimiteit en seksuele beleving bij stoma
Gebrek aan aandacht kan gevoel van eenzaamheid en
isolement vergroten
Preventie van seksuele problemen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
28
PLISSIT-model seksualiteit & stoma:
•  Niveau 1: permissie (zorgen voor een veilige sfeer en
bespreekbaar maken)
•  Niveau 2: limited information
•  Niveau 3: specifieke suggesties
•  Niveau 4: intensieve therapie
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
29
Stepped care model
Stap 4: intensieve therapie
Stap 3: specifieke suggesties
Expertise
Aantal
Stap 2: proactief informatie geven
Stap 1: praten over seks en problemen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
30
Stepped care model
Stap 4: intensieve therapie
Stap 3: specifieke suggesties
Expertise
Aantal
Stap 2: proactief informatie geven
Stap 1: praten over seks en problemen
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
31
Taalgebruik en seksualiteit
 
Uitgangspunten voor professioneel gebruik van
seksuele taal
 
Helderheid in het gesprek krijgen
Uitleggen dat het normaal is dat men zich ongemakkelijk voelt,
maar dat duidelijkheid nodig is om het probleem op te lossen
Vraag door tot de hulpvraag duidelijk is
“het” lukt niet meer à wat bedoelt pt hiermee?
 
Toestemming vragen om klare seksuele taal te gebruiken
Bv. “Ik wil jouw vraag rond seksualiteit begrijpen om na te gaan of
ik je kan verder helpen of ik je beter doorverwijs. Mag ik je daarom
een aantal directe, persoonlijke vragen stellen?”
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
32
Taalgebruik en seksualiteit
 
Uitgangspunten voor professioneel gebruik van
seksuele taal
 
De eerste stap is het moeilijkst!
Mogelijke benaderingen:
Geleidelijke benadering
Benadering van sterke waarschijnlijkheid
Benadering van logische aansluiting
Benadering van taboe benoemen
Beleidsbenadering
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
33
Doorverwijsmogelijkheden
 
 
 
 
Zelfhulpgroepen
Arts/medische hulp
Verpleegkundig consulenten
Psychologisch/seksuologische hulp
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
34
Omgaan met een stoma:
een versmald levenspad met een ongenode gast?
-  Niet noodzakelijk, integendeel!
-  Maar: hulp en ondersteuning is welkom en nodig.
-  Iedere discipline kan daarbij een belangrijke rol
spelen.
-  Wij mogen en moeten pro-actief zijn,
-  met respect voor de verlangens, context en
eigenheid van onze patiënt, én zijn naasten,
-  en met aandacht voor de impact op verschillende
QOL-domeinen, ook seksuele QOL.
© 2010 Universitair Ziekenhuis Gent
35