Kenmerk: Datum: januari 2015 STRUCTUURRAPPORT Leerstoel

Kenmerk:
Datum: januari 2015
STRUCTUURRAPPORT
Leerstoel Lerarenopleiding, in het bijzonder onderwijs- en vakvernieuwing,
docentprofessionalisering en schoolontwikkeling
Preambule
De leerstoel Lerarenopleiding Universiteit Twente (UT) is gesitueerd binnen ELAN, het Instituut
voor lerarenopleiding en professionele docentontwikkeling. Binnen de UT worden docentgerichte
activiteiten (initiële opleiding van docenten, het verder professionaliseren van docenten), het
wetenschappelijk onderzoek en overige activiteiten voor andere studierichtingen die gericht zijn op
het verbeteren van de aansluiting PO, VO en HO binnen ELAN behartigd.
Hoewel in vergelijking met andere nationale academische lerarenopleidingen bij ELAN de meeste
docenten worden opgeleid in de bètavakken, worden ook docenten geschoold op het gebied van
de gammawetenschappen. In al haar activiteiten beoogt ELAN bij te dragen aan een brede formele
en informele wetenschapseducatie, gebaseerd op het idee dat een doorlopende professionele
ontwikkeling van docenten van essentieel belang is voor goed onderwijs aan leerlingen. De
belangrijkste taken van ELAN zijn:
•
•
•
Het verzorgen van de eerstegraads lerarenopleiding en educatieve minor voor docenten in
het voortgezet onderwijs in de vakken wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie,
economie en maatschappijleer;
Onderzoek naar hoe kennis, vaardigheden en attitudes kunnen worden versterkt bij
docenten en hun leerlingen in formele en informele (wetenschaps) educatie, met een
nadruk op samenwerkend leren, onderzoekend en ontwerpend leren en leren in relevante
contexten, waar relevant met inzet van ICT;
Ontwikkeling en evaluatie van programma's, interventies en tools die samenwerkend,
onderzoekend en context-gericht leren bevorderen en het onderzoeken van de effecten
van deze middelen op docenten en leerlingen.
De te benoemen hoogleraar-directeur (1.0 fte) heeft de hiërarchische leiding en is daarmee de
eindverantwoordelijke voor de vakgroep ELAN (vakgroepvoorzitter). De hoogleraar-directeur wordt
terzijde gestaan door de opleidingsdirecteur van de lerarenopleiding, deze is manager van de
opleiding en het programma voor professionele ontwikkeling. Op dit moment zijn tot aan de
benoeming van de nieuwe hoogleraar-directeur een aantal interim voorzieningen getroffen.
De beleidsmatige coördinatie van ELAN wordt vervuld door de decaan van de Faculteit
“Behaviorial, Management & Social Sciences” (BMS, een recente fusie tussen de Faculteiten
Gedragswetenschappen en Management en Bestuur). De hoogleraar-directeur van ELAN neemt
deel aan het management team van de faculteit BMS.
1. Algemeen
1.1 . Korte beschrijving inhoud vakgebied en eventuele deelgebieden
Het domein van de leerstoel bij ELAN is tweeledig. Deels bestrijkt dit het bredere terrein van
onderwijskundig en onderwijspsychologisch onderzoek en deels het specifieke terrein van de (bèta)
vakdidactiek. Voor beide gerelateerde terreinen geldt dat ELAN zich onderscheidt van de andere
onderwijskundige en onderwijspsychologische onderzoeksgroepen binnen de UT door zich in al haar
onderzoek te richten op de docent als lerende professional, waarbij vakvernieuwing, curriculum
1
ontwikkeling, onderzoekend leren, het gebruik van ICT in de klas en het gebruik van leerling data
door docenten speerpunt zijn in onderzoek en onderwijs.
1.2. Plaats van het vakgebied binnen de disciplines
Het vakgebied maakt onderdeel uit van de discipline Lerarenopleidingen en is derhalve verbonden
aan de leerstoelen binnen de Faculteit Gedrags-, Management- & Maatschappijwetenschappen die
op Onderwijskunde zijn gericht, alsmede de leerstoelen die zich vanuit de discipline Psychologie
richten op leren.
1.3. Taakverdeling met aanpalende leerstoelen op de UT
De aanpalende leerstoelen zijn in hoofdzaak de onderwijskundige en onderwijspsychologische
leerstoelen binnen de faculteit. De leerstoel Lerarenopleiding bij ELAN biedt een meerwaarde bij
de aanpalende leerstoelen omdat zij zich specifiek richt op de rol van de docent bij educatie en de
ontwikkeling van de docent als lerende professional. Gewenst en noodzakelijk is een inhoudelijke
en organisatorische samenwerking tussen ELAN en de andere vakgroepen die zich binnen de
faculteit bezighouden met onderwijsonderzoek. Regelmatig wordt samengewerkt met andere UT
leerstoelen die verwant zijn aan vakinhouden die in het onderwijs een rol spelen. Dit geldt in het
bijzonder voor NWO promotiebeurzen voor leraren. Met Twente Academy wordt samengewerkt in
het kader van de onderwijsketen en projecten die daarin samen worden uitgevoerd.
2. Onderzoek
Het onderzoek van ELAN is georganiseerd rond het thema van de docent als lerende professional.
Zoals gezegd, op twee (gerelateerde) terreinen: de bredere onderwijskunde en
onderwijspsychologie en op het gebied van vakdidactisch ontwerpen en onderzoeken. Het
onderzoeksprogramma is gebaseerd op de premisse dat de kwaliteit van de docent een van de
meest invloedrijke factoren is voor de kwaliteit van leren onder leerlingen. In het onderzoek vormen
professionalisering van docenten en het ontwerpen door docenten (gerelateerd aan eigenaarschap
en actieve betrokkenheid) een middel om onderwijsvernieuwingen succesvol te implementeren.
ELAN richt zich daarbij op de theoretische en praktische uitwerking van onderwijsinnovaties
middels curriculum ontwikkeling, onderwijs- en professionaliseringsinterventies, nieuwe manieren
voor onderzoekend leren, het gebruik van ICT in de klas, het gebruik van databestanden met
leerling gegevens door docenten en een brede ontwikkeling van wetenschappelijke geletterdheid
onder leerkrachten en leerlingen. Het vakdidactisch en onderwijskundig onderzoek van ELAN is
verbonden aan de onderzoeksprogramma’s van de vakgroepen OWK, IST en OMD. Tevens heeft
afstemming plaatsgevonden met de collega-groepen aan de TU/e en TUD.
Het onderzoeksprogramma voor ELAN is recent geheel herzien en weerspiegelt het huidige
onderzoek en de visie en speerpunten voor de komende jaren. In de bijlage is het volledige
onderzoeksprogramma opgenomen. De nieuwe hoogleraar-directeur zal uitvoering geven aan dit
onderzoeksprogramma en dit aanvullen met eigen onderzoek en inzichten. De omvang van de
onderzoekstaak bedraagt 0.4 fte.
3. Onderwijs en professionele ontwikkeling
Het onderwijs betreft de lerarenopleiding (master programma’s Science Education en LVHOM). De
instroom voor deze opleidingen kan uit de gehele universiteit komen, uit het HBO en uit zijinstroom. Tevens wordt een Educatieve minor ‘Leren Lesgeven’ verzorgd met een beperkte
onderbouw lesbevoegdheid gekoppeld aan diverse bachelor opleidingen. De educatieve minor
biedt kans om meer academisch gevormde docenten in de onderbouw havo/vwo te laten lesgeven.
In goede samenwerking met de scholen in de regio Oost en daarbuiten is een breed aanbod
ontstaan van docentontwikkelteams, lesson study teams en andere professionele
leergemeenschappen waarin docenten samen aan het eigen schoolvak werken, en zo ook aan de
eigen professionele ontwikkeling. De hoogleraar-directeur zal in overleg bijdragen aan de
2
ontwikkeling en uitvoering van delen van het onderwijs en het aanbod professionele ontwikkeling.
De omvang van de onderwijstaak bedraagt 0.3 fte.
4. Management
4. 1. Taken op het gebied van management van onderwijs en onderzoek
De hoogleraar-directeur is integraal eindverantwoordelijk voor ELAN. De uitwerking is beschreven
in de preambule. Naast de eindverantwoordelijkheid als vakgroepvoorzitter voor onderzoek en
onderwijs is de hoogleraar-directeur verantwoordelijk voor de professionalisering van docenttaken
in de regio, de behartiging van de aansluitingsvraagstukken en de beleidsmatige en
organisatorische aansturing daarbij.
e
e
4.2. Taken op het gebied van 2 en 3 geldstroomonderzoek en kennistransfer
De vernieuwingsprojecten zijn bij uitstek de invulling van kennistransfer. Het onderzoek zal
e
e
voornamelijk door 2 en 3 geldstroommiddelen gefinancierd worden.
4.3. Samenwerking met bedrijven en instanties buiten de UT; vertaald in termen van realisatie van
facultair en universitair beleid
Gelet op de drie inhoudelijke taakgebieden, onderwijs, onderzoek en vernieuwings- en
aansluitingsactiviteiten is samenwerking met de verschillende UT-faculteiten geboden aangaande
de in- en doorstroom, met de andere TU’s in 3TU-verband aangaande afstemming en wederzijdse
aanvulling in het onderwijs, met het regionale VO-werkveld en met het HBO voor
onderwijsvoorzieningen voor de lerarenopleidingen en opdrachten en uitvoering van
vernieuwingsactiviteiten.
De
acquisitie
van
de
financiering
van
onderzoek
en
vernieuwingsactiviteiten leidt tot een veelheid aan, ook internationale, relaties. De hoogleraar zal
hier zelf en in sturende zin een groot aandeel in hebben.
4.4 Taken op het niveau van de leerstoelgroep
Leiding geven aan de medewerkers en intern structureren van de planning en uitvoering van de
werkzaamheden. Ontwikkelen van meerjarige plannen tot verdere ontwikkeling van ELAN en het
afleggen van verantwoording. Uitvoering van het directe personeelswerk en het toebedeelde
financiële beheer.
De omvang van de managementtaken bedraagt 0.3 fte.
5. Niveau
Hoogleraar 1 of Hoogleraar 2 afhankelijk van het wetenschappelijk curriculum van de kandidaat in
relatie tot de functie.
6. Inbedding
Zoals gesteld in de preambule, is de leerstoel gesitueerd bij de vakgroep ELAN, welke onderdeel
uitmaakt van de Faculteit BMS. Het onderzoek binnen de leerstoel zal zijn ondergebracht binnen
onderzoeksinstituut IGS en omvat tevens onderdelen die een relatie kennen met het
onderzoeksinstituut CTIT.
7. Dubbelbenoeming
Er is geen sprake van een dubbelbenoeming in een andere faculteit.
8. Interuniversitaire samenwerking en/of taakverdeling
De werkzaamheden van de leerstoel, voor zover betrekking hebbend op de opleiding van docenten
ten behoeve van een eerstegraads lesbevoegdheid Wiskunde, Informatica, Natuurkunde en
3
Scheikunde, worden afgestemd binnen SEC (3TU) verband met de overeenkomstige leerstoelen
binnen de TU/e en de TU Delft. Voorts is er samenwerking aangaande het onderzoek en
vernieuwingsactiviteiten.
9. Consequenties instelling leerstoel
De instelling van de leerstoel heeft tot gevolg dat een structurele en hoogwaardige leidinggevende
voorziening op hoogleraar niveau wordt gecontinueerd.
10. Leerstoelenplan
De leerstoel is opgenomen in het BMS-leerstoelplan, dat deel uitmaakt van het Strategisch Plan
van de faculteit.
11. Profielschets van de te benoemen hoogleraar
• Gepromoveerd, in een voor het onderzoek relevante sociaalwetenschappelijke discipline;
• Ervaren onderzoeker met ruime wetenschappelijke erkenning, blijkend uit lidmaatschap van
een onderzoeksschool, wetenschappelijke prijzen en relevante internationale en
Nederlandstalige wetenschappelijke publicaties binnen de verschillende disciplines die relevant
zijn voor dit onderzoeksveld (wetenschapseducatie, onderwijskunde, psychologie);
• Aantoonbare affiniteit met interdisciplinair interventie-onderzoek en instrumentontwikkeling
binnen het onderzoeksgebied en gedegen kennis van kwantitatieve en kwalitatieve
onderzoeksmethodes;
• Gebleken grondige kennis, ook in internationaal perspectief, van de onderwijskundige en
didactische aspecten van het opleiden van docenten, goede bekendheid met educatieve
opleidingen, in het bijzonder de technische universitaire lerarenopleidingen, en ervaring met de
integratie van theorieën en onderzoeksmethoden uit meerdere disciplines in de opleiding van
docenten;
• Aantoonbare affiniteit met de toepassing van expertise en onderzoeksresultaten bij
vraagstukken uit het onderwijsveld en overheden, blijkend uit bijvoorbeeld advisering aan het
veld en deelname aan relevante overlegorganen;
• Het beschikken over een sterk nationaal en internationaal netwerk, met betrekking tot
onderzoek, praktijk en advies binnen het onderzoeks- en onderwijsdomein;
• Ervaring in het begeleiden van promovendi;
• Het beschikken over aantoonbare didactische kwaliteiten;
• Aantoonbare leidinggevende ervaring in onderwijs en onderzoek en in staat de
lerarenopleiding en het instituut in strategisch opzicht verder te positioneren en de opgedragen
taken te verwezenlijken door onder meer het verwerven van externe middelen voor onderzoek
en vernieuwingsactiviteiten. Bekwaam direct leidinggevende van professionals gericht op hun
inzet en resultaten en hun verdere ontwikkeling.
4