Handleiding EVC BaLO 2014-2015 gelayout

HANDLEIDING
Eerder Verworven Competenties
Professionele bachelor in het onderwijs
lager onderwijs
KHLeuven
2014-2015
VOORWOORD
Onderwijs heeft tot doel iemands competenties te actualiseren, te verdiepen of te verbreden.
Recente decretale regelgeving houdt bij het vastleggen van studietrajecten rekening met reeds
verworven competenties. Dat erkennen van eerder verworven kwalificaties (EVK) en eerder
verworven competenties (EVC) opent voor de instroom van studenten in het hoger onderwijs
totaal nieuwe perspectieven. Meer op maat gesneden opleidingen zijn er een logisch gevolg van.
De EVC-procedure in deze handleiding is het resultaat van ontwikkelwerk binnen de KHLeuven:
- het project Volwaardig Evenwaardig in de professionele bachelor in het onderwijs – lager
onderwijs1
- het project United Colours of Nursing in de opleiding verpleegkunde2
- het hogeschoolbreed BOSAO-project (Bouwen aan Schakels tussen arbeidsmarkt en
onderwijs, KHLeuven 2005-2OO7)
- verder ontwikkelwerk binnen de opleiding lager onderwijs KHLeuven op basis van
ontwikkelingen binnen toetsbeleid en competentiegericht onderwijs
De procedure is afgestemd op de decretale regelgeving en de kwaliteitscriteria van de Associatie
KU Leuven.
Met deze handleiding maken we je wegwijs in dit soort instroomprocedure zodat jij je vlot kan
aanmelden bij de opleidingen.
- Het eerste deel geeft je algemene informatie over wat eerder verworven competenties zijn,
hoe ze binnen de KHLeuven worden vastgesteld en leiden tot bekwaamheidsbewijzen.
Vrijstellingen, studieduurverkorting of doorstroming naar de arbeidsmarkt vloeien hieruit
voort.
- Voor wie competentiebewijzen wil behalen, wordt in een tweede deel aan de hand van een
stappenplan, het verloop van een EVC-procedure geschetst binnen de opleiding van zijn/haar
keuze. Op deze manier willen we je concreet ondersteunen in je voorbereiding op een
mogelijke inschrijving voor een EVC-procedure.
- Tenslotte vind je achteraan in deze handleiding een verklarende woordenlijst. Alle termen in
deze kleur afgedrukt zijn daarin opgenomen.
De bedoeling is dat je met al deze informatie zelfstandig aan de slag kan om je op een deelname
aan een EVC-procedure binnen de KHLeuven voor te bereiden. Aarzel niet contact op te nemen
met de verantwoordelijken binnen de opleidingen, mocht de uitleg niet duidelijk zijn of toch nog
vragen voor jouw concrete situatie oproepen.
De KHLeuven heeft een lange traditie in het omgaan met een gevarieerde instroom van
studenten. Voor haar EVC-/EVK-procedure behaalde de onderwijzersopleiding van de KHLeuven
in 2007 een bijzonder kwaliteitslabel. “De procedure die momenteel ontwikkeld is, kan als
voorbeeld dienen voor de andere lerarenopleidingen en – bij uitbreiding – voor alle opleidingen”.
Met deze bewoordingen heeft de visitatiecommissie de EVC-procedure van de KHLeuven als
onderscheidend kenmerk weerhouden.
We hebben ook expertise opgebouwd in het werken met verkorte opleidingsprogramma’s. We
wensen je een motiverende start voor je verdere studie- en beroepsloopbaan en danken je nu
reeds voor het vertrouwen dat je stelt in onze hogeschool.
Kristien Carnel
Opleidingshoofd BaLO Heverlee
[email protected]
Björn Callewaert
Opleidingshoofd BaLO Diest
[email protected]
Mariet Vaesen
Instroombegeleider EVC Diest-Heverlee
[email protected]
1
2
VOLWAARDIG EVENWAARDIG – ESF project 2005 doelstelling 3 –zwaartepunt 4 en hefboomkrediet met
dossiernummer 04/EPD3/4.3/012
UNITED COLOURS OF NURSING – ESF project dossiernummer 04/EQ/1.A/008 www.ucn.be
KHLeuven
EVC Handleiding 2014-2015
BaLO
2
INHOUDSTAFEL
VOORWOORD
2
INLEIDING
Flexibel onderwijs leidt tot andere mogelijkheden om een opleiding te volgen
4
4
DEEL 1 : EVC IN KHLEUVEN
6
1.
BESCHRIJVING
7
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6
1.7
Soorten EVC
De competentiematrix als hulpmiddel
Quickscan en instroomprofiel
Assessment in een instroom-EVC
Bekwaamheidsbewijs
Nazorg
Instromen in een flexibel studietraject in de KHLeuven
2.
PRAKTISCHE ORGANISATIE
2.1
2.2
2.3
Voorwaarden voor deelname aan een instroom-EVC
Tijdpad
Kostprijs
3
DEONTOLOGISCHE CODE VAN EEN EVC-PROCEDURE
Woordenlijst / Lijst van veel gebruikte afkortingen
7
7
8
9
10
11
11
13
13
13
13
15
18
DEEL 2: EVC KHLEUVEN
BIJ DE INSTROOM NAAR DE PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS –
LAGER ONDERWIJS
22
STAP 1
23
1.1
1.2
STAP 2
2.1
2.2
2.3
2.4
STAP 3
3.1
3.2
STAP 4
STAP 5
INFORMATIE
Informatie over het departement lerarenopleiding
Instroombegeleiding
HERKENNEN VAN COMPETENTIES
De competentiematrix
Niveaus van competentiebeheersing
Instroomprofiel
Intakegesprek
BEOORDELEN VAN COMPETENTIES
Bekwaamheidsonderzoek
Overzicht toetsvormen
ERKENNEN VAN COMPETENTIES
DOORSTROOM NAAR DE OPLEIDING
24
24
26
27
29
29
29
30
31
34
41
43
5.1
Start van het opleidingsprogramma
44
5.2
Opleidingsprogramma
44
INLEIDING
FLEXIBEL
ONDERWIJS
LEIDT
TOT
ANDERE
MOGELIJKHEDEN
OM EEN OPLEIDING TE VOLGEN
Heb je al één of andere opleiding gevolgd en wil je nog een andere studie aanvatten? Ben je in
eerder aangevatte studies al geslaagd voor bepaalde vakken? Kon je vroeger bepaalde studies niet
aanvatten, maar heb je ondertussen werkervaring verwant met een opleiding binnen de KHLeuven?
Wil je in je huidige job promotie maken, maar beschik je niet over de vereiste kwalificatie? Wil je je
aantrekkelijkheid op de arbeidsmarkt verhogen door je diplomabevoegdheid uit te breiden? Denk je
eraan na een eerste opleiding een bijkomend diploma te behalen om de overstap naar de
arbeidsmarkt nog even uit te stellen? Wil je van beroepsomgeving wisselen en je heroriënteren op
een andere loopbaan? Heb je door beroep, vrijwilligerswerk of andere levenservaring competenties
verworven die ook voor een opleiding relevant zijn?
Je bent zeker niet alleen met je vragen en nieuwe ontwikkelingen in het hoger onderwijs openen
mogelijkheden van flexibele opleidingsprogramma’s en gepersonaliseerde studietrajecten voor je.
Aan jou om de mogelijkheden binnen het nieuwe studievoortgangsysteem te benutten3.
In internationaal perspectief is bovenstaand gedachtegoed niet nieuw. Het zijn inderdaad niet
langer alleen generatiestudenten die inschrijven in het hoger onderwijs. Verschillende Europese
landen houden daarom in hun instroombeleid rekening met alle competenties van de kandidaten,
waar die ook zijn verworven.
Dat in kaart brengen van eerder verworven competenties (EVC) zoals werkervaring,
vrijwilligerswerk, interesses, … en eerder verworven kwalificaties (EVK) zoals diploma’s hoger
onderwijs, attesten bekrachtigd door een examen, … laat toe opleidingen op maat te organiseren.
Eén ding is zeker: het studeren in het hoger onderwijs verandert hierdoor grondig!
In Vlaanderen is EVC-EVK onder meer geconcretiseerd in het Decreet betreffende de flexibilisering
van het hoger onderwijs (21/04/2004). Het Vlaams onderwijsbeleid baant hiermee een weg om
jong en oud op een individueel aangepaste manier te laten deelnemen aan één of andere vorm van
hoger onderwijs. Inhouden in de opleiding worden sterker afgestemd op voorkennis, motivatie,
levensstijl en specifieke noden van de studenten. Iedereen krijgt maximale ontplooiingskansen.
Een erkenning van eerder verworven kwalificaties (EVK) (diploma’s, attesten bekrachtigd door een
examen, …) leidt rechtstreeks tot een vrijstelling binnen de opleiding van jouw keuze. Dat betekent
dat voor dat opleidingsonderdeel of een deel ervan geen examen afgelegd moet worden. Deze
procedure is gratis en eerder administratief van aard.
Erkenning van eerder verworven competenties (EVC) daarentegen impliceert het doorlopen van
een procedure die behoorlijk intensief én betalend is. In een EVC-procedure krijg je de kans met
allerlei bewijsmateriaal en/of deelname aan bepaalde testen aan te tonen dat je competenties
(kennis, vaardigheden, houdingen) beheerst zonder dat je hiervoor concrete studiebewijzen kan
voorleggen. Het kan dan gaan over werkervaringen, opleidingen in niet erkende
onderwijsinstellingen, hobby’s, levenservaring, … In geval van een positief oordeel krijg je hiervoor
een bekwaamheidsbewijs. Zo’n bekwaamheidsbewijs kan binnen elke instelling van de Associatie
KU Leuven leiden tot een aanpassing van je opleidingsprogramma (vrijstellingen) of zelfs tot een
verkort opleidingsprogramma.
Flexibele instroom op basis van erkenning van EVK-EVC is ook mogelijk aan de KHLeuven. Juridisch
en organisatorisch worden de EVC- en EVK-procedure volledig van elkaar gescheiden. Toch kunnen
beide voor jezelf met elkaar verweven zijn.
Bijgaand schema geeft alvast een beeld van het verloop van een EVC-EVK-procedure aan de
KHLeuven.
3
Lees in dit verband ook de informatie op de website van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap,
Departement onderwijs. http://www.vlaanderen.be/nl/onderwijs-en-wetenschap/diplomas-engetuigschriften/erkenning-en-gelijkwaardigheid/erkenning-van-verworven-kwalificaties-evk-en-competentiesevc-het-hoger-onderwijs en de brochure Bewijs je bekwaamheid. Studievoortgang op grond van eerder
verworven kwalificaties (EVK) en competenties (EVC), 2006.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
4
KANDIDAAT STUDENT PROFESSIONELE BACHELOR
schoolverlater secundair onderwijs
onafgewerkte studies, diploma’s,
werkervaring, …
Eerder verworven
kwalificaties
(=EVK)
Eerder verworven
competenties
(=EVC)
1. informatie
instroombegeleider EVC
2. instroombegeleiding
1. aanmelding
intake op basis van
zelfbeoordeling
(instroomprofiel)
studieadviesbureau
3. assessment
2. vergelijkbaarheidsonderzoek
portfolio
competentiegericht interview
kennis- en
vaardigheidstoetsen
simulatie
casustoets
praktijkproef
analyse van
studiebewijzen
4. beslissing
bekwaamheidsbewijs
Vrijstellingen
conform onderwijs- en examenreglement
OPLEIDING
standaard studietraject
180 studiepunten
verkort studietraject
minder dan 180 studiepunten
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
5
DEEL 1
ERKENNEN VAN EERDER VERWORVEN
COMPETENTIES IN KHLEUVEN
1. Beschrijving
2. Praktische organisatie
3. Gedragscode en mogelijkheid tot beroep
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
6
1.
BESCHRIJVING
1.1
Soorten EVC
Ervaringsdeskundigheid kan op basis van het decreet betreffende de flexibilisering van het hoger
onderwijs geattesteerd worden en zo niet alleen de toegang tot hoger onderwijs mogelijk maken,
maar ook leiden tot studieduurverkorting of in bepaalde gevallen zelfs rechtstreeks tot
diplomering.
Er zijn - overeenkomstig artikel 68 uit genoemde decreet - verschillende soorten EVC mogelijk.
1.1.1
ToelatingsEVC
Een bekwaamheidsonderzoek kan ook aangevraagd worden in functie van toelating tot hoger
onderwijs voor kandidaten zonder diploma secundair onderwijs. Als norm gelden de eindtermen
van het secundair onderwijs en specifieke toelatingsvoorwaarden voor de opleiding die je wenst te
volgen. Deze kunnen verschillend zijn van opleiding tot opleiding en van instelling tot instelling. De
toelatingsvoorwaarden voor de KHLeuven zijn:
- 21 jaar zijn of worden in het academiejaar dat men zich inschrijft voor de opleiding;
- er moet minimaal 2 jaar verlopen zijn tussen het einde van het laatste schooljaar secundair
onderwijs en de aanvang van het academiejaar waarvoor men inschrijft;
- slagen voor een toelatingsonderzoek.
TIP
Voor de toelatingsprocedure is er een aparte informatiefolder.
Aanvragen voor een toelatingsprocedure richt je tot algemene instroombegeleider van de
toelatingsprocedure KHLeuven. Kandidaten uit niet EER–landen wenden zich tot het International
Office: [email protected]
1.1.2
InstroomEVC
Een bekwaamheidsonderzoek voor screening van enkele of een groter pakket competenties in een
welomschreven opleiding richt zich tot personen die competenties verworven hebben nodig in het
werkveld waarvoor ze het bekwaamheidsonderzoek aanvragen doch niet beschikken over formele
attesten, bewijzen, diploma’s. Het verworven bekwaamheidsbewijs kan leiden tot vrijstelling
binnen het opleidingsprogramma. Hoe groter het aantal competentiebewijzen, hoe groter de
verkorting van je studietraject.
1.2
De competentiematrix als hulpmiddel
Competenties ontwikkel je niet alleen door scholing. Zoals in de inleiding al vermeld, leer je heel
wat door te werken, vrijwilligerswerk op te nemen, actief betrokken te zijn in organisaties, hobby’s,
zelfstudie, … . Om deze verworven competenties te kunnen erkennen, moeten ze echter eerst
herkend worden.
Volgens het Decreet betreffende de flexibilisering van het hoger onderwijs (2004) moet een EVCprocedure vertrekken van het beroepsprofiel van de betrokken sector. Zo’n beroepsprofiel brengt
namelijk in kaart wat een gemiddelde beroepsbeoefenaar (leraar, boekhouder, laborant,
maatschappelijk werker, verpleegkundige) in een reële werksituatie doet.
Deze beroepsprofielen dienen als basis voor het ontwikkelen van een competentiematrix. In
dergelijke matrix staan alle competenties beschreven die je nodig hebt om startbekwaam te
worden in het beroep van je keuze.
De competentiematrixen van de KHLeuven-opleidingen zijn gebaseerd op onderstaande structuur.
- In de kern van de opleiding situeren we enerzijds persoonsgerichte competenties die te maken
hebben met de professionele identiteit (typische houdingen en algemene competenties) nodig
om het beroep waarvoor je kiest optimaal uit te voeren. Anderzijds schuiven we daar ook een
aantal houdingen naar voor die gestimuleerd en nagestreefd worden in elke opleiding van de
KHLeuven (leren, bezieling, initiatief/ondernemingszin, samenwerken, respect).
- Daarnaast vind je competenties terug die voortvloeien uit de rollen die iemand opneemt in het
werkveld: rollen die verwijzen naar een specifieke deskundigheid en rollen die te maken hebben
met het lid zijn van een ruimere organisatie.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
7
In de matrix zijn per competentie indicatoren geformuleerd. Deze beschrijven concrete handelingen
of concrete situaties die iets zeggen over de mate waarin een competentie beheerst wordt in een
werkcontext. Om competenties zichtbaar te maken is die beroepsspecifieke invulling nodig. Ze
maakt duidelijk wat iemand doet als hij een bepaalde competentie beheerst.
Matrix noch indicatoren hebben de pretentie alles te inventariseren. De opsomming van indicatoren
is exemplarisch bedoeld en is bijgevolg zeker niet volledig. Ze willen gedrag, vaardigheden en
houdingen bespreekbaar maken in een taal die voor iedereen dezelfde is.
Aan de hand van de indicatoren kan je nagaan op welk niveau je een competentie beheerst. Voor
elke competentie wordt binnen de KHLeuven immers een onderscheid gemaakt tussen vier
niveaus.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de wijze waarop kennis, inzicht, taaktoepassing,
leerhouding, reflectievermogen, attitudes … op de vier niveaus worden ingevuld.
Interpretatie van de vier niveaus van competentiebeheersing BOSAO
Niveau 1
Elementair niveau
Notie hebben van,
verkennen
Niveau 2
Doorgroeiniveau
Basisbeginselen
beheersen, verdiepen
Eerste notie, oriëntatie,
exploratie
Noodzakelijke basiskennis, erover gelezen,
erover gehoord
Verdieping en verbreding
Weten wat en hoe
Inzien waarom en
waartoe
Doelgericht, planmatig
onderbouwd
Kan alternatieven
vergelijken, gegevens
gebruiken in een nieuwe
context
Bewust van eigen sterktes Reflectief
en zwaktes
Inleidend
Volgens anderen
voorgeschreven
protocollen of modellen
Nog geen ervaring
Openheid voor
Bezit belangrijkste
referentiekaders
Beheersing in
(ver)eenvoudig(d)e,
voorspelbare,
gestructureerde situaties
Beheersing in matig
complexe, afgebakende
welomschreven situaties
Duidelijke omschrijving
van taakuitvoering
(gestuurd of onder
begeleiding)
Uitvoering vergt nog
ondersteuning en
expliciete begeleiding in
systematische
studietrajecten
Volgen omdat het moet
Zekere mate van
zelfstandigheid mits
nodige ondersteuning
(begeleid)
Een duwtje in de rug, een
ondersteunende hand is
nodig.
1.3
Doen wat verwacht wordt
Niveau 3
Integratieniveau
Beheersen op
geïntegreerd niveau
(afstuderenden en
beginnende leraar)
Gevorderde (transfer)
toepassing
Bezit meer gedetailleerde
kennis
Bewust van bredere sociale
en maatschappelijke context
Waarom, wat, wanneer en
hoe gebruiken
Genuanceerd, adequaat,
gepland, terugkoppelend
Niveau 4
Professioneel niveau
Beheersen op niveau van
een ervaren leraar
Spontane inzet en
initiatief, flexibel
Doorgedreven kennis
Ervaren, expert
Manifesteert inventiviteit
en originaliteit in
probleemoplossend
gedrag
Onafhankelijk en
zelfkritisch leerder
Intervisie
Beheersing in complexe
Beheersing in hoog
en diverse situaties
complexe, sterk
variërende, minder
voorkomende of
onverwachte situaties
Zelfsturend leren (onder
Structuren creëren die
supervisie of zelfstandig). nodig zijn om taken tot
Toch blijven er nog enkele uitvoering te brengen.
punten die bijkomend
leerervaring en
begeleiding vragen, via
aangepaste
praktijkopdrachten.
Verantwoord, bewust van
persoonlijke
verantwoordelijkheid
(Wetenschappelijk)
verantwoord,
kwaliteitsbewakend
Quickscan en instroomprofiel
Om uit te maken of het doorlopen van een EVC-procedure iets voor jou is, vragen we je een
zelfbeoordeling te maken op het formulier (instroomprofiel) dat de instroombegeleider je geeft.
Met behulp van de competentiematrix kan je analyseren op welk niveau je de competenties
beheerst waarvoor je een bekwaamheidsbewijs wil verwerven. Uit het instroomprofiel dat hieruit
ontstaat, krijg je voor de opleiding waarvoor je wil inschrijven, een duidelijk beeld van de
competenties die je reeds voldoende beheerst om door te stromen naar de arbeidsmarkt en deze
waarvoor je nog bijkomende vorming moet krijgen. Dit mag je ervaren als een belangrijke
meerwaarde van een EVC-procedure: ze geeft je nog voor je gestart bent in een opleiding een kijk
op je sterktes en zwaktes. Zo kan je je eigen slaagkansen en (studie)loopbaanperspectieven beter
inschatten.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
8
Mits betalen van de vaste administratiekost (zie verder), kan je dit instroomprofiel in een
intakegesprek voorleggen aan de instroombegeleider. In dit gesprek zal hij/zij je helpen bepalen of
verder deelnemen aan een EVC-procedure zinvol is en voor welke toetsvormen je best intekent. Dit
gesprek is bedoeld als begeleidingsgesprek en biedt je het voordeel inzicht te verwerven in je
mogelijkheden en in de opleiding waarvoor je wil inschrijven.
1.4
Assessment in een instroom-EVC
Waar het erkennen van verworven kwalificaties (EVK) gebeurt op basis van analyse van
documenten (diploma’s en andere studiebewijzen), wordt ervaringsdeskundigheid bepaald op basis
van assessment. Beweegredenen om deel te nemen aan een bijkomend EVC-assessment kunnen
zijn:
- voor jezelf uitmaken wat je competentieniveau is
- een bekwaamheidsbewijs behalen dat dan op zijn beurt kan leiden tot een programmaaanpassing – lees studieduurverkorting - op basis van EVC of in een beperkt aantal gevallen tot
doorstroming naar de arbeidsmarkt.
De KHLeuven stelt hoge eisen aan de kwaliteit van die toetsing. Binnen de EVC-procedure is
geopteerd voor een divers palet: een mix van assessmentvormen moet toelaten uitspraak over
competentiebeheersing te staven vanuit meerdere hoeken.
Met onderstaande informatie willen we je duidelijk maken hoe die verschillende toetsen worden
georganiseerd en met welke onderliggende bedoeling.
Om de objectiviteit van de beoordeling te garanderen en beïnvloeding in de vervolgopleiding te
vermijden, gebeurt het in kaart brengen van eerder verworven competenties door een
onafhankelijke beoordelingscommissie. De assessoren zijn zorgvuldig geselecteerd en hebben
bovendien een training gekregen om zich naar behoren van deze taak te kunnen kwijten.
OVERZICHT ASSESSMENTINSTRUMENTARIUM EVC-PROCEDURE KHLEUVEN
Je bepaalt in principe zelf aan welke van de georganiseerde assessmentvormen je deelneemt.
Soms kan een assessor je bijkomende EVC-toetsen aanraden. In onderstaand overzicht vatten we
samen welke assessmentvormen gecombineerd moeten worden met het oog op betrouwbaarheid
en validiteit.
Assessmentvorm
Portfolio en
competentiegericht
interview
Bedoeling en doelgroep
Aan de hand van een verzameling van ‘bewijsmateriaal’, ingebracht door de
kandidaat, wordt de beheersing van competenties nagegaan.
In een instroomprocedure is deze toetsvorm weinig zinvol voor pas
afgestudeerden hoger onderwijs. Werk- en of levenservaring worden immers
bevraagd.
Beide toetsvormen zijn gelinkt: wie een portfolio indient, legt ook het
competentiegericht interview af.
Vaardigheids- en
kennistoetsen
Aan de hand van vragen of een demonstratie worden beroepsgerichte kennis,
vakgerichte kennis of vaardigheden getoetst.
Kandidaten die menen (inhoudelijk) expert te zijn op bepaalde domeinen uit de
opleiding, maar hier geen formeel studiebewijs van kunnen voorleggen, komen in
aanmerking voor deze vorm van beheersingsproeven.
Bij een instroom-EVC kan je afzonderlijk intekenen op elk van deze toetsen.
Simulatie
Aan de hand van een nagebootste realistische werkomgeving worden
competenties getoetst.
Deelname aan de portfolio is een noodzakelijke voorwaarde.
Praktijkproef
Aan de hand van een steekproef van de te verrichten taken en competenties in
een bepaalde functie wordt in een praktijksituatie de beheersing van competenties
nagegaan.
Deelnemen aan deze toetsvorm heeft pas zin als je relevante praktijkervaring kan
inbrengen.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
9
Deelname aan de portfolio is een noodzakelijke voorwaarde.
Overall-toets
Aan de hand van een multidisciplinaire probleemsituatie, die vooraf ter
beschikking wordt gesteld, worden probleemoplossende vaardigheden en het
toepassen van nieuwe kennis nagegaan.
Kandidaten moeten vertrouwd zijn met het werkveld van de opleiding die ze willen
volgen.
Alle kandidaten die deelnemen aan de toets, dienen een portfolio in en leggen ook
het competentiegericht interview af.
Casustoets
Aan de hand van een probleem of gevalsbeschrijving(en) ontleend aan de
beroepspraktijk, wordt probleemoplossend vermogen en het toepassen van kennis
nagegaan.
Deelname aan de portfolio is een noodzakelijke voorwaarde.
TIPS
Wie voor een beperkt aantal competenties ervaringsdeskundigheid wil aantonen, doet er goed aan
eerst grondig de studietabel en eventueel de bijhorende ECTS-informatie te raadplegen:
www.khleuven.be. Zo kan je voor jezelf afwegen wanneer deelname aan bepaalde
assessmentvormen zinvol is of niet.
Let wel:
- toetsen afleggen voor opleidingsonderdelen waarop je automatisch via de EVK-procedure wordt
vrijgesteld is onnodig
- wie niet deelneemt aan de EVC-assessments kan naderhand geen aanspraak maken op aangepaste studietrajecten.
1.5
Bekwaamheidsbewijs
De onafhankelijke beoordelingscommissie samengesteld uit alle assessoren onder voorzitterschap
van het (adjunct-) departementshoofd of het opleidingshoofd beslist op basis van de resultaten van
het bekwaamheidsonderzoek over je competentiebeheersing.
De KHLeuven bewaakt dat die beslissing kwalitatief onderbouwd is. De assessoren vormen zich
eerst individueel en daarna gezamenlijk per assessmentinstrument een oordeel. Er wordt ook steeds
een vergelijking gemaakt tussen je zelfbeoordeling en het oordeel van de assessoren. Daarna vindt
een grondige bespreking plaats van al de resultaten.
Het EVC-oordeel op de toetsen waaraan je hebt deelgenomen wordt beschreven in termen van de
beheersingsniveaus uit de competentiematrix:
- niveau 1:
notie hebben van
- niveau 2:
basisbeginselen beheersen
- niveau 3:
beheersen op geïntegreerd niveau
- niveau 4:
beheersen op niveau van een professional.
Indien nodig kan de commissie je vragen bijkomend bewijsmateriaal aan te leveren, maar je kan
hiervoor ook zelf toestemming vragen aan de voorzitter van de onafhankelijke beoordelingscommissie als je assessoren meent te kunnen overtuigen van je competentiebeheersing na afloop
van de toets. Dit moet dan wel voor de deliberatiedatum.
Je wordt na afloop op de hoogte gebracht van de beslissing van de onafhankelijke beoordelingscommissie. De assessmentresultaten worden door de beoordelingscommissie namens de Associatie
KU Leuven omgezet in een EVC-bekwaamheidsbewijs. Daarmee kan een opleiding je bijkomende
vrijstellingen verlenen los van deze die je reeds hebt verworven op basis van kwalificaties (EVK).
Het bekwaamheidsbewijs blijft in principe onbeperkt geldig; na vijf jaar kan de hogeschool wel een
actualiseringsprogramma opleggen.
Dat de beslissing ook nog wordt bekrachtigd door de Associatie KU Leuven wil zeggen het bewijs
geldt in alle instellingen binnen de Associatie KU Leuven.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
10
1.6
Nazorg
Bij het uitreiken van de bekwaamheidsattesten voorziet de assessmentcommissie ook kansen tot
feedback op de toetsresultaten in zoverre die nog niet gegeven zijn aansluitend bij de assessments
zelf.
Als je dit wenst, wordt de beslissing van de beoordelingscommissie in een adviesgesprek met de
instroombegeleider en/of assessoren toegelicht of krijg je ondersteuning bij de oriëntatie naar de
opleiding waarvoor jij je wil inschrijven. Het bespreken van je resultaten en het krijgen van
suggesties voor het optimaliseren van je leerproces kunnen helpen bij deze beslissing. Het geeft je
bovendien een duidelijk beeld van de verder te ontwikkelen competenties voor je start met de
opleiding.
Zoals verder beschreven in de deontologische code, verloopt EVC met groot respect voor de
privacy van de kandidaten. Je bepaalt zelf of en hoe je de EVC-informatie doorspeelt aan de
lectoren van de opleiding: geen enkele informatie over je resultaten in de EVC-procedure mag
immers worden meegedeeld aan lectoren tenzij je daar zelf je toestemming voor geeft. Je EVCdossier komt dus niet in handen van de opleidingsverantwoordelijken! Dit neemt niet weg dat je in
het startgesprek met je studietrajectbegeleider het efficiënt aanpakken van je persoonlijk
ontwikkelingsplan bevordert, als je zelf een aantal essentiële gegevens over je
competentiebeheersing en studie- en levensloopbaan aankaart.
1.7
Instromen in een flexibel studietraject in de KHLeuven
Bij competentiegericht opleiden staan begrippen als zelfverantwoordelijkheid, individuele leerroutes
en ontwikkeling van leerpotentieel centraal. EVC-procedures hebben met andere woorden weinig
zin als studenten geen mogelijkheden krijgen individuele leerroutes te volgen. Competentiegericht
opleiden moet dus gekaderd worden binnen de flexibilisering van de opleiding.
Een bekwaamheidsbewijs op basis van een EVC-procedure heeft slechts effect als je je ermee tot
een hogeschool of universiteit binnen de Associatie KU Leuven wendt met de vraag vrijgesteld te
worden voor een (deel van een) opleidingsonderdeel. Is dat een opleiding buiten de KHLeuven, dan
betaal je het volledige inschrijvingsgeld, opteer je voor de KHLeuven, dan wordt een korting
toegekend (zie verder).
1.7.1
Instromen in modeltrajecten in dagopleiding
De vrijstellingsverantwoordelijke van de opleiding zal je opleidingsprogramma samenstellen
rekening houdend met die voorgelegde competentiebewijzen. Elke opleiding maakt met andere
woorden duidelijk hoe ze de link legt tussen de competentiebeheersing uit de EVC-procedure en de
instroom in de opleiding.
Dat resulteert in een opleidingsprogramma dat bestaat uit x-aantal opleidingsonderdelen per
opleidingsprogramma vergelijkbaar met de vroegere ‘vakken’. Elk opleidingsonderdeel wordt
gerealiseerd in een aantal studiepunten. Volgens Europese normen staat een studiepunt gelijk aan
vijfentwintig tot dertig uren studieactiviteit (college volgen, opdrachten uitvoeren, leerstof
verwerken, examens voorbereiden en afleggen, ….).
Als je de beheersing van een beperkt aantal competenties hebt laten toetsen, kom je in
aanmerking voor vrijstellingen binnen het modeltraject; daarmee breng je het studiepakket van
180 studiepunten in vermindering.
1.7.2
Instromen in modeltrajecten in alternatieve opleidingsorganisaties (flexibele
trajecten)
De KHLeuven voorziet voor een aantal opleidingen een aangepast studentenstatuut voor een
aangepast studietraject: heb je voor een groot aantal competenties een bekwaamheidsbewijs
verzameld, dan stroom je door naar een flexibel studietraject met een aparte, meer op zelfsturing
gebaseerde opleiding.
Voor meer informatie over deze alternatieve trajecten kan je terecht op de website of bij de
opleidingscoördinator: [email protected]
Je beslist uiterlijk veertien dagen na het toekennen van je studietraject of je de toegekende
vrijstellingen/vervangtaken opneemt. Mondelinge afspraken die rechtstreeks met lectoren
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
11
gebeuren, hebben nooit geldigheidswaarde. Je bevestigt je keuze door je ISP goed te keuren en
door te sturen via KULoket.
TIP
De overheid voorziet een aantal mogelijkheden om de combinatie van studeren en werken toe te
laten. Voor meer informatie over deze flexibilisering in het hoger onderwijs neem je best contact op
met:
Sociale Dienst van de KU Leuven
Naamsestraat 80,
3000 LEUVEN
016 32 44 28
of met de verantwoordelijke van de studentendienst
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
12
2.
PRAKTISCHE ORGANISATIE
2.1
Voorwaarden voor deelname aan een instroom-EVC
De EVC-procedure zoals hierboven beschreven geldt niet voor iedereen.
De ingebrachte ervaringsdeskundigheid moet beantwoorden aan bepaalde kenmerken:
- actueel,
- relevant,
- voldoende in omvang,
- variatie,
- in context, …
2.2
Tijdpad
Je kan je aanvraag tot erkenning van EVC het hele jaar door richten aan elke opleiding binnen de
KHLeuven. De assessmentprocedure zelf wordt binnen de (flexibele) opleiding lager onderwijs
echter slechts één keer per jaar georganiseerd. Wie zich buiten deze periode aanmeldt, moet dus
ofwel een jaar wachten ofwel zonder EVC-bekwaamheidsbewijzen instromen in de opleiding van
zijn keuze.
2.3
Informatie:
website-informatie het hele jaar rond
instroombegeleiding vanaf maart tot eind september in het
departement/de opleiding van je keuze
Aanmelding en intake:
vanaf maart tot begin september
Inschrijving EVC-procedure:
tot begin september
Inschrijving in de opleiding:
tot de herfstvakantie (semester 1)
tot half februari (semester 2)
Kostprijs
Door de erkenning van je eerder verworven competenties krijg je toegang tot flexibele
studietrajecten met verkorting of aanpassing van de normale studietijd . Dit verklaart waarom je
bij inschrijving voor een EVC-procedure conform de decretale regelgeving binnen de Associatie
KU Leuven onderstaande kosten betaalt.
Aandacht
Deze prijzen voor 2014-2015 zijn richtinggevend onder voorbehoud van VLOR-regelgeving en
reglementering binnen de Associatie KU Leuven.
Voor een EVC-procedure wordt volgens decretale regelgeving een vaste administratieve kost
van 55 euro aangerekend. Deze betaal je met een overschrijving vanaf het moment dat je beslist
om na de informatieronde ook een intakegesprek te hebben met de EVC-instroombegeleider om je
eventueel op een verdere deelname aan het EVC-assessment te oriënteren.
De kostprijs van je toetsdeelname verschilt al naargelang de door jou geselecteerde EVC-toetsen:
- Kostprijs per enkelvoudige toets: 50 euro (vb. eenvoudig portfolio (voor beperkt aantal taakvelden),
kennistoetsen, vaardigheidstoetsen, casustoets).
-
Kostprijs voor een complexe toets: 150 euro (vb. uitgebreid portfolio voor meerdere taakvelden).
De bijdrage voor het bekwaamheidsonderzoek mag volgens het reglement van de associatie
maximum 590 euro bedragen. Binnen de Associatie KU Leuven wordt dit bedrag berekend op
basis van het aantal toetsen en de complexiteit van het assessment waaraan je deelneemt.
Het EVC-assessment start pas na betaling van de onkosten. Wie om bepaalde redenen van
overmacht niet deelneemt aan een assessment krijgt het betrokken bedrag teruggestort.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
13
Een student die zich naderhand inschrijft voor een opleiding op grond van een EVC-beoordeling,
wordt 20% van de hoger beschreven bedragen terugbetaald onder de vorm van een reductie op
het studiegeld voor de opleiding.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
14
3
DEONTOLOGISCHE
CODE
VAN
EEN
EVC-
PROCEDURE
Aan de begeleiding van kandidaten in een EVC-procedure is een bepaalde deontologie verbonden4.
Het hele proces houdt immers in dat je je open en kwetsbaar kan en mag opstellen. Privacy en
zelfverantwoordelijkheid zijn belangrijke uitgangspunten in de EVC-procedure: een deontologische
code geeft daarom noodzakelijke richtlijnen over:
- de professionele relatie tussen de deelnemer aan de EVC-procedure en de instroombegeleider/assessor,
- de informatie-uitwisseling,
- de persoonlijke levenssfeer van de deelnemer,
- de mogelijkheid tot het aantekenen van beroep.
TIP
De hieronder beschreven deontologische code maakt deel uit van het onderwijs- en examenreglement van de KHLeuven en is dus bindend. Je doet er goed aan deze ‘technische’ informatie
ook even door te nemen, zodat je je rechten en plichten binnen het verloop van de EVC-procedure
kent.
artikel 1
Professionele relatie deelnemer en instroombegeleider/assessor: de
assessor behoudt in zijn/haar opdracht de nodige professionele afstand
tot de deelnemer
§1
De instroombegeleider/assessor vermengt geen professionele en niet-professionele rollen die
elkaar zodanig kunnen beïnvloeden, dat hij/zij niet meer in staat is een professionele afstand
tot de deelnemer te bewaren of dat de belangen van de betrokken partijen worden
geschaad.
§2
De instroombegeleider/assessor garandeert objectiviteit en neutraliteit doorheen de volledige
EVC-procedure. Volgende criteria dienen objectiviteit en neutraliteit te garanderen.
- De instroombegeleider/assessor beperkt zich tot de feiten die hem door de deelnemer en
door relevante derden gemeld worden en/of door hemzelf geobserveerd worden.
- De instroombegeleider/assessor is onpartijdig.
- De instroombegeleider/assessor onderneemt alle mogelijke stappen om storende
elementen en/of elementen die de observatie en rapportering kunnen beïnvloeden, weg
te nemen.
§3
De instroombegeleider/assessor verbindt er zich toe de kwaliteit van het assessment te
garanderen op basis van verkregen en relevante informatie en deze op een omzichtige en
voldoende genuanceerde wijze tot een geobjectiveerd en coherent geheel te verwerken.
Hij/zij gebruikt daarbij slechts die elementen die nodig zijn om de vooropgestelde
doelstellingen te realiseren.
§4
De uitspraken van de instroombegeleiders/assessoren beperken zich tot die domeinen waarin
zij bevoegd zijn.
§5
De deelname aan de EVC-procedure gebeurt op basis van vrijwilligheid en betekent een
akkoord ten opzichte van alle stappen binnen het bekwaamheidsonderzoek.
Indien een kandidaat niet deel wenst te nemen aan de EVC-procedure kan hij/zij de opleiding
starten, maar dan dient hij/zij het volledige opleidingsprogramma te volgen – uiteraard met
uitzondering van de vrijstellingen verworven op basis van EVK.
4
De deontologische code van de KHLeuven werd in 2003 ontwikkeld door de initiële lerarenopleiding lager onderwijs in het
kader van een door de overheid gesubsidieerd DIVA-pilootproject EVC en United Colours of Nursing
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
15
artikel 2
Informatie-uitwisseling tussen deelnemer en instroombegeleider/assessor
§1
De deelnemer aan de EVC-procedure verbindt er zich toe de vereiste informatie tijdig en
correct te verstrekken die de instroombegeleider/assessor nodig heeft om zijn/haar
professionele handelen te waarborgen.
§2
De instroombegeleider informeert de deelnemer over de doelstellingen, het proces, de
methode, de deontologische code, de tijdsinvestering en de kosten van de EVC-procedure.
§3
De instroombegeleider/assessor verbindt er zich toe de deelnemers op objectieve en
anonieme wijze feedback te geven aan het einde van de EVC-procedure.
§4
De deelnemer heeft, op aanvraag, het recht om alle informatie over de resultaten van
interviews, tests en praktische proeven in te kijken. Om praktische redenen verloopt die
inzage op door de hogeschool georganiseerde momenten na het uitreiken van het EVCbekwaamheidsbewijs.
§5
Tijdens het bekwaamheidsonderzoek kan een deelnemer de toelating vragen om bijkomend
bewijsmateriaal in te brengen om beoordelaars alsnog te overtuigen van het beheersen van
bepaalde competenties.
§6
De deelnemers betalen een financiële bijdrage voor administratieve kosten, materialen en
afname van het assessment. Dit is slechts een deel van de reële kostprijs van de EVCprocedure.
artikel 3
Bescherming van de persoonlijke levenssfeer
§1
De instroombegeleider/assessor gaat een vertrouwensrelatie aan met de deelnemer. Vanuit
het respect voor de persoon van de deelnemer is de instroombegeleider/assessor verplicht
tot geheimhouding van hetgeen hij/zij uit hoofde van de uitoefening van zijn/haar functie
verneemt. Deze verplichting blijft na beëindiging van de professionele contacten bestaan.
§2
De instroombegeleider/assessor respecteert de psychische en lichamelijke integriteit van de
deelnemer en dringt niet verder door in het privé-leven van de deelnemer dan noodzakelijk
is voor het doel van zijn/haar beroepsmatig handelen.
§3
De instroombegeleider/assessor geeft zich rekenschap van en houdt rekening met de
individuele en culturele verschillen als gevolg van etniciteit, geslacht, seksuele voorkeur,
handicap, leeftijd, religie, taal of sociaal-economische status teneinde discriminaties terzake
te weren.
§4
Geen enkele informatie die verzameld is binnen het kader van de EVC-procedure, zal aan
personen die geen deel uitmaken van deze overeenkomst, worden doorgegeven tenzij de
deelnemer hier uitdrukkelijk zijn/haar toestemming voor geeft.
§5
De voorzitter van de onafhankelijke beoordelingscommissie bewaakt dat alle leden van de
beoordelingscommissie de vertrouwelijkheid van gegevens respecteren.
§6
Persoonlijke gegevens moeten in principe verkregen worden van de deelnemer zelf. Als de
beoordelingscommissie het noodzakelijk acht persoonlijke gegevens in te winnen bij derden,
dient de deelnemer hierover vooraf te worden geïnformeerd en zijn toestemming te
verlenen. Dit moet gebeuren door ondertekening van een verklaring waarvan de deelnemer
de draagwijdte duidelijk kan begrijpen en die minimum volgende vermeldingen bevat:
identiteit van de persoon bij wie men gegevens opvraagt, identiteit van de organisaties of
personen, aard van de gegevens, redenen voor opvragen van de gegevens en de periode
waarin de toestemming zal worden gebruikt. Ingeval in een portfolio uitdrukkelijk naar een
referentiepersoon wordt verwezen, geldt dit als toestemming van de deelnemer.
§7
Enkel die gegevens zullen worden geregistreerd die relevant zijn voor het onderbouwen van
het advies en die noodzakelijk zijn voor de dienstdoelstellingen van de
instroombegeleider/assessor. In geval de resultaten worden verwerkt voor onderzoek of
beleidsaanbevelingen, zal dit volstrekt anoniem gebeuren.
§8
De deelnemer heeft een inzagerecht in de over hem/haar verzamelde gegevens.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
16
§9
De persoonlijke gegevens (het aanmeldingsdossier en portfolio) worden tijdens de procedure
bewaard op een afgeschermde plaats. De gegevens worden verwerkt op een wijze die de
deelnemer kan begrijpen, al dan niet mits toelichting.
§ 10 De onafhankelijke beoordelingscommissie verbindt zich ertoe dossiers met
persoonsgegevens slechts bij te houden zolang de deelnemer het wenst (zie artikel 3 § 11)
of zolang dat nodig is voor de concrete opdracht.
§ 11 De deelnemer kan zijn toestemming intrekken om gegevens die tot de persoonlijke
levenssfeer behoren op te vragen en te gebruiken.
§ 12 De onafhankelijke beoordelingscommissie is ertoe gehouden de in het dossier van de
deelnemer bijgehouden gegevens te corrigeren wanneer de deelnemer daartoe een
gemotiveerd verzoek indient.
§ 13 Het portfolio is en blijft eigendom van de deelnemer.
artikel 4
Mogelijkheid tot beroep
§ 14 Beslissingen inzake het EVC-bekwaamheidsbewijs die het resultaat zijn van een materiële
vergissing kunnen binnen de zeven dagen na de bekendmaking worden rechtgezet op
verzoek van de EVC-kandidaat of ambtshalve door een lid van de beoordelingscommissie.
§ 15
Wie het niet eens is met de uitslag van de procedure kan met een aangetekend schrijven
bezwaar aantekenen bij de voorzitter van de onafhankelijke beoordelingscommissie (zie
specifiek deel van de handleiding).
§ 16
Bezwaar aantekenen is een recht waarvan elke deelnemer - conform het onderwijs- en
examenreglement van de KHLeuven - gebruik kan maken uiterlijk tot zeven kalenderdagen
na het uitreiken van het bekwaamheidsbewijs.
§ 17
De beroepsprocedure verloopt gelijkaardig aan de algemeen gehanteerde
beroepsprocedure van de hogeschool, beschreven in het examenreglement van de
KHLeuven. Bij inhoudelijke betwistingen vraagt de deliberatiecommissie na onderzoek zo
nodig bijkomend assessment of bewijsmateriaal in een meer authentieke leercontext. In
functie van de nieuwe informatie wordt de eindbeslissing zo nodig bijgestuurd.
§18
Het aantekenen van bezwaar kan enkel tegen de beslissing vermeld op het
bekwaamheidsbewijs. De vertaling van deze bekwaamheidsbewijzen naar een verkort
opleidingsprogramma is de verantwoordelijkheid van de opleiding en valt hierbuiten.
Deze beroepsprocedure maakt deel uit van het onderwijs- en examenreglement.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
17
WOORDENLIJST /
VEEL GEBRUIKTE AFKORTINGEN
Associatie
In een associatie werkt één universiteit samen met één of meerdere hogescholen op vlak
van organisatie van onderwijs- en studieactiviteiten, onderzoek, dienstverlening,
kwaliteitszorg en het gebruik van infrastructuur. De KHLeuven behoort tot de Associatie KU
Leuven. De associatie treedt in de EVC-procedure op als validerende instantie.
Assessment
Letterlijk vertaald uit het Engels is assessment een synoniem van beoordeling. In
Nederland en Vlaanderen wordt de term vaak gebruikt als synoniem voor authentieke
beoordeling ( complexe en uit de beroepspraktijk afgeleide probleemsituatie).
‘Vaststellen’ of ‘testen’ van verworven competenties aan de hand van diverse
beoordelingsinstrumenten (portfolio, pen- en papiertesten, praktijkproeven, …); deze
beoordelingsprocedure peilt naast de klassieke kennistoetsen ook naar vaardigheden en
attitudes.
Assessmentcenter
Een beoordelingscentrum waarin alle mogelijke evaluatiemethoden worden gehanteerd
(testen, interviews, praktijkopdrachten, gedragsobservaties, …).
Assessor
Een getrainde beoordelaar die een assessment afneemt. Er wordt in de procedure een
onderscheid gemaakt tussen:
- opleidingsassessor: een beoordelaar uit het opleidingsinstituut
- vakassessor: een beoordelaar uit het opleidingsinstituut verantwoordelijk voor het
beoordelen van de inhoudelijke en didactische deskundigheid van een bepaald
leergebied/opleidingsonderdeel
- veldassessor: een beoordelaar uit het werkveld die een assessment afneemt.
Bachelor
De graad van bachelor wordt behaald na een studie van ten minste 180 studiepunten.
georganiseerd door hogescholen (bv. KHLeuven die in het kader van een associatie
samenwerken met een universiteit (bv. KU Leuven).
Bekwaamheidsbewijs/ bewijs van bekwaamheid (decreet)
Het bewijs dat attesteert dat iemand op grond van EVC’s of EVK’s de competenties heeft
verworven eigen aan:
- het niveau van bachelor in het hoger professioneel onderwijs of het academisch
onderwijs, of
- het masterniveau.
Bekwaamheidsonderzoek
Kandidaten hoger onderwijs kunnen hun eerder verworven competenties laten evalueren.
In het kader van een professionele bacheloropleiding wordt nagegaan of de competentie
waarover deze persoon denkt te beschikking, overeenstemt met competenties van het
niveau van bachelor in het professioneel onderwijs of een welomschreven
opleiding/opleidingsonderdeel, cluster van opleidingsonderdelen of een deel van
opleidingsonderdeel.
Beroepsprofiel
Brengt in kaart wat de gemiddelde, ervaren beroepsbeoefenaar (leraar, boekhouder,
laborant, verpleger, maatschappelijk werker, …) in een werksituatie doet.
Betrouwbaarheid
De mate waarin een toetsinstrument consequent en consistent is en bij een nieuwe meting
gelijkaardige uitkomsten garandeert. Dit wil zeggen dat toevalligheidfactoren zoveel
mogelijk uitgeschakeld worden in de beoordelingen.
Beoordelingscommissie/Onafhankelijke beoordelingscommissie
Een onafhankelijke beoordelingscommissie zal het aangeleverde bewijsmateriaal van de
EVC-procedure beoordelen conform de richtlijnen verstrekt door de validerende instantie
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
18
van de Associatie KU Leuven. Met ‘onafhankelijk’ bedoelen we dat de
beoordelingscommissie enerzijds bestaat uit lectoren die vertrouwd zijn met de
onderwijzersopleiding, maar geen lesopdracht hebben in de eigenlijke opleiding
(opleidingsassessoren) en anderzijds uit ervaren leerkrachten uit het werkveld
(veldassessoren). De commissie vertaalt de uitslag van de EVC-procedure naar een EVCcertificaat.
Bewijslast, bewijsmateriaal
Om tot erkenning van verworven competenties te kunnen overgaan, moet een deelnemer
aantonen over welke kennis, vaardigheden en attitudes hij beschikt. Getuigschriften,
werkstukken, uitslagen van kennis- en vaardigheidstoetsen, … komen daarvoor in
aanmerking, maar ook getuigenissen en ervaringen.
Competentie
Een competentie is een geïntegreerd geheel van kennis, vaardigheden en attitudes – vaak
gekoppeld aan iemands persoonlijkheid – waardoor iemand in staat is om effectieve,
kwaliteitsvolle prestaties te leveren gericht op een bepaalde functie / rol. Die prestaties zijn
zichtbaar in concrete handelingen verbonden met een bepaalde context.
(Raad van Bestuur, Associatie KU Leuven, 2004)
Competentiematrix
In een competentiematrix staan alle competenties beschreven die de opleiding haar
studenten wil bijbrengen om ze startbekwaam te maken.
Competentiegericht interview
Interview afgenomen door 2 beoordelaars (assessoren) om vragen te stellen over het
portfolio. Je zal concrete ervaringen moeten voorstellen, uitleggen welke taak je hierin
opnam en welk resultaat je bereikte. Hiermee worden competenties getoetst voornamelijk
op vlak van plannings- en reflectieve vaardigheden.
ECTS-fiches (modulewijzers, curriculumtoelichtingen)
ECTS (European Credit Transfer System) is het systeem waarmee credits (studiepunten)
worden toegekend. In Europees verband is afgesproken dat een studiejaar 60 en een
semester 30 studiepunten kent. Elk studiepunt stemt overeen met ten minste 25 en ten
hoogste 30 uren voorgeschreven studiebelasting (onderwijs-, leer-, en
evaluatieactiviteiten).
EVC
Rond de interpretatie van de afkorting is verwarring ontstaan omdat in literatuur en
beleidsteksten de ‘E’ gaandeweg een andere betekenis gekregen heeft.
In deze publicatie staat de afkorting voor Erkenning van Verworven Competenties. Het kan
hierbij gaan zowel over elders als eerder verworven competenties. Deze erkenning kan
gebeuren onder de vorm van certificering, toelating tot de opleiding, vrijstelling van
bepaalde opleidingsonderdelen of uitstapregelingen of toelating tot de beroepsuitoefening.
Decretaal wordt in de versie van het decreet betreffende de flexibilisering van het hoger
onderwijs onderstaande omschrijving gehanteerd.
EVC (decreet flexibilisering 2004, art. 2)
Een eerder verworven competentie is het geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en
attitudes verworven door middel van leerprocessen die niet met een studiebewijs werden
bekrachtigd.
EVK (decreet flexibilisering 2004, art. 2)
Een eerder verworven kwalificatie is elk binnenlands of buitenlands studiebewijs dat
aangeeft dat een formeel studietraject, al dan niet binnen het onderwijs, met goed gevolg
werd doorlopen voor zover het niet gaat om een creditbewijs dat werd behaald binnen de
instelling en de opleiding waarbinnen men de kwalificatie wenst te laten gelden.
Flexibilisering
Flexibilisering heeft betrekking op veel aspecten van het hoger onderwijs: de toegang, de
leeromgeving, het curriculum en de organisatie van het onderwijs.
GPB
Het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid (vroeger D-diploma) leidt op tot leraar
secundair onderwijs groep 3.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
19
Indicatoren
De startbekwaamheid van een leerkracht wordt uitgedrukt in te verwerven competenties
waarvan wordt aangenomen dat ze goede voorspellers zijn voor het succesvol uitoefenen
van het beroep. De vertaling van de beoogde competenties in vormen van gedrag leent
zich voor concrete observatie en beoordeling.
Instroombegeleider
Persoon die onafhankelijk van de opleiding kandidaat-studenten informeert over
mogelijkheden om ervaringsdeskundigheid te laten erkennen en de betrokkenen ook
oriënteert op de af te leggen toetsen.
Intakegesprek
Gesprek waarin informatie wordt verzameld die als basis kan dienen voor het deelnemen
aan een EVC-procedure.
Jaarprogramma (onderwijs- en examenreglement KHLeuven 2006-2007)
Gestructureerde eenheid van het onderwijsaanbod binnen één academiejaar waarvoor een
student zich inschrijft.
Kennistoetsen
Meten van het aanwezige kennisniveau op relevante opleidingsonderdelen.
Modeltraject
Studietraject dat bestaat uit een voor een opleiding opgesteld opleidingsprogramma
waarbij met opname van verplichte en keuzemogelijkheden wordt verduidelijkt hoe een
student binnen een vooropgestelde duur het aan de opleiding verbonden diploma kan
behalen.
Opleidingsonderdeel (decreet flexibilisering 2004)
Een afgebakend geheel van onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten dat gericht is op het
verwerven van welomschreven competenties inzake kennis, inzicht, vaardigheden en
attitudes. Een opleidingsonderdeel omvat tenminste drie gehele studiepunten en leidt tot
een afzonderlijk beoordelingscijfer bij beraadslaging.
Overall-toets
Een toetsvorm waarin wordt aangegeven in welke mate de studenten de kennis die ze
verworven hebben, kunnen toepassen in nieuw aangeboden situaties. Er worden nieuwe –
multidisciplinair samengestelde- probleemsituaties voorgelegd die geïnterpreteerd en
opgelost moeten worden.
Paarsgewijze beoordeling
Om de betrouwbaarheid van de beoordelaars te verhogen, worden bepaalde toetsen
beoordeeld door twee assessoren
Portfolio
Persoonlijk archief dat een overzicht geeft van wat een persoon aan competenties in huis
heeft. Het bevat een verzameling aan ‘bewijsstukken’ van alle relevante kennis,
vaardigheden, attitudes en ervaringen die de deelnemer voorafgaand aan de opleiding
heeft opgebouwd. Die ervaringen worden ondergebracht in categorieën en vertaald naar
competenties die voor de uitoefening van het beroep noodzakelijk zijn. Of dit op school, op
het werk of thuis gebeurd is, in België of in een ander land maakt daarbij geen verschil.
Standaardstudietraject (onderwijs- en examenreglement KHLeuven, 2006)
Het studietraject van een student(e) dat precies overeenstemt met het vooropgestelde
opleidingsprogramma en binnen de vooropgestelde duur door de betrokken student(e)
wordt afgewerkt.
Startbekwaamheid
Het beroepsprofiel geeft de kern weer van het beroep en omschrijft de beroepsactiviteiten
van de ervaren beroepsbeoefenaar. Startbekwaamheid daarentegen geeft een omschrijving
van de kennis, vaardigheden en attitudes van de beginnende beroepsbeoefenaar.
Studiegeld
Het bedrag te betalen door de student voor deelname aan onderwijsleeractiviteiten en /of
examens.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
20
Studieprogramma
Verplichte en keuzeopleidingsonderdelen die elke opleiding over de semesters
programmeert.
Studiepunt (decreet flexibilisering 2004, art. 2)
Een binnen de Vlaamse Gemeenschap aanvaarde internationale term die overeenstemt met
ten minste 25 en ten hoogste 30 uren voorgeschreven onderwijs-, leer- en
evaluatieactiviteiten en waarmee de studieomvang van elke opleiding of elk
opleidingsonderdeel wordt uitgedrukt.
Studietrajectbegeleider
Persoon die binnen de opleiding verantwoordelijk is voor het omzetten van het
opleidingsprogramma in een jaarprogramma voor de individuele student op basis van
eerder verworven kwalificaties en/of competenties en ook advies geeft bij de opvolging
ervan.
Vaardigheidstesten
Vaststelling van het beheersingsniveau van niet-cognitieve vaardigheden.
Validerende instantie (decreet flexibilisering 2004)
Het orgaan waar een kandidaat het bekwaamheidsonderzoek aanvraagt en dat het bewijs
van bekwaamheid toekent. Enkel associatiebesturen of instellingen die onder het toezicht
van associatiebesturen vallen, mogen optreden als validerende instantie.
Validiteit
De mate waarin een toetsinstrument meet wat het zegt te meten en beoordelingen
doelmatig en geldig zijn.
Flexibel studietraject
Het traject van een student(e) waarbij de betrokkene tot studieduurverkorting komt op
basis van vrijstelling. Deze worden toegewezen voor delen van en/of opleidingsonderdelen
op basis van elders verworven kwalificaties en/of competenties.
Vrijstelling (decreet flexibilisering 2004, art. 2)
De opheffing van de verplichting om over een opleidingsonderdeel, of een deel daarvan,
examen af te leggen op grond van een creditbewijs, een ander studiebewijs of een
bekwaamheidsbewijs. Voor dit opleidingsonderdeel of deel ervan wordt geen examencijfer
in rekening gebracht bij het oordelen over het slagen over een jaarprogramma of een
gehele opleiding en evenmin voor het toekennen van een graad van verdienste.
Zij-instromers
Deze term verwijst naar kandidaten met een diploma hoger onderwijs dat niet tot hetzelfde
studiegebied behoort als waar ze zich voor wensen in te schrijven. Zij komen in
aanmerking voor een verkorst studietraject.
_________________________________________________________________________________________
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
21
DEEL 2
EVC KHLEUVEN
BIJ
DE
INSTROOM
NAAR
DE
PROFESSIONELE
BACHELOR IN HET ONDERWIJS
LAGER ONDERWIJS
De voorliggende EVC-procedure van de professionele bachelor
in onderwijs - lager onderwijs kwam tot stand binnen het
project
Volwaardig Evenwaardig
met steun van
ESF en hefboomkrediet (project 2005 ESF doelstelling 3 –
zwaartepunt 4 en hefboomkrediet –
dossiernummer 04/ EPD 3/4–3/012.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
22
STAP 1.
INFORMATIE
KANDIDAAT
Secundair onderwijs
Hoger onderwijs
EVK
EVC
informatie en
oriëntatie
herkennen van
competenties
beoordelen van
competenties
erkennen van
competenties
nazorg
Toegekende vrijstellingen binnen KHLeuven
OPLEIDING
Doelstelling stap 1
Verantwoordelijke
in de opleiding
Inzicht verwerven in de Instroombegeleider
mogelijkheden van EVC
en/ of achterhalen of
EVC iets is voor jou
KHLeuven
Hulpmiddelen
Handleiding EVC
KHLeuven
Website KHLeuven
Instroomprofiel,
competentiematrix
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
Activiteiten
Informatiegesprek
23
1.1
Informatie over het departement lerarenopleiding
Departementshoofd:
Adjunct-departementshoofd:
Opleidingshoofd Diest:
Opleidingshoofd Heverlee:
Adressen:
Wim Bergen
Jan Vanderghote
Björn Callewaert
Kristien Carnel
campus Heverlee
Hertogstraat 178
B-3001 Heverlee
32 –0- 16/375600
campus Clenardus
Weerstandplein 2
B-3290 Diest
32 –0-13/350690
TIP
Het departement lerarenopleiding van de KHLeuven is gesloten van 14 juli tot en met 10
augustus 2014. Alle mailadressen vermeld in deze handleiding zijn in die periode niet bereikbaar.
1.2
Instroombegeleiding
Nog voor de eigenlijke EVC-procedure start kan je informatie inwinnen over de verkorte
lerarenopleiding Bachelor in het Lager Onderwijs (FLLLEX) alsook over mogelijke vrijstellingen op
basis van eerder of elders verworven kwalificaties (EVK-procedure).
STAP 1: informatieverstrekking omtrent de flexibele trajecten BaLO
De instroombegeleider verschaft informatie over de organisatie en studietabel van de flexibele
opleidingstrajecten: avond-, weekend- en vakantieonderwijs (in Heverlee) en dagonderwijs (in
Diest).
Heverlee: Mevr. Katrin Ceulemans [email protected] of 016/375677.
Op het instroombureau FLLLEX te Heverlee kan je terecht in de nieuwbouw van het departement
lerarenopleiding (Hertogstraat 178, Heverlee): permanentie dinsdag en donderdag van 09.00
uur tot 15.30 uur tot 4 juli en vanaf 19 augustus. Maak steeds vooraf een afspraak.
Diest: Mevr. Marieke.Vandersmissen [email protected]
De instroombegeleider FLLLEX in de afdeling te Diest ontvangt jou op afspraak via mail of
telefoon (016/375400).
STAP 2: erkenning van eerder of elders verworven kwalificaties: EVK
Op basis van de ingewonnen informatie beslis je al dan niet om je eerder behaalde certificaten
en diploma’s te benutten voor het aanvragen van studieduurverkorting bij de EVKinstroombegeleider. De EVK-aanvraag met het oog op vrijstellingen gebeurt digitaal aan de
hand van een formulier dat je kan aanvragen bij de EVK-instroombegeleider. Voor niet vermelde
certificaten of attesten kan je altijd een persoonlijk gelijkwaardigheidsonderzoek aanvragen.
Heverlee: Mevr. Mariet Vaesen [email protected] of 016/375679.
Op het instroombureau EVK te Heverlee kan je terecht in de nieuwbouw van het departement
lerarenopleiding (Hertogstraat 178, Heverlee): permanentie op dinsdag en donderdag van 09.00
tot 15.30u tot 4 juli en vanaf 19 augustus. Maak steeds vooraf een afspraak.
Diest: Mevr. Marieke Vandersmissen [email protected] of 016/375400
De EVK-instroombegeleider in de afdeling te Diest ontvangt jou op afspraak via mail of telefoon.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
24
STAP 3: oriëntering op toetsdeelname aan de hand van een intake-gesprek: EVC
Naast de EVK-vrijstellingen kan de kandidaat EVC-vrijstellingen verwerven door middel van een
EVC-toetsdeelname. Dit is geen verplichting. Als je interesse hebt voor een EVC-procedure,
vraag je informatie bij de EVC-instroombegeleider.
Heverlee en Diest: Mevr. Mariet Vaesen [email protected]
De inschrijving voor de EVC-procedure gebeurt met behulp van het inschrijvingsformulier in
bijlage. Dit kan op elke infodag of op afspraak.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
25
STAP 2.
HERKENNEN VAN COMPETENTIES
KANDIDAAT
Secundair onderwijs
Hoger onderwijs
EVC
EVK
informatie en
oriëntatie
aanmelding:
herkennen van
competenties
beoordelen van
competenties
erkennen van
competenties
nazorg
Toegekende vrijstellingen binnen KHLeuven
OPLEIDING
Doelstelling stap 2
Achterhalen welke
competenties vereist
zijn voor een leraar
lager onderwijs
Verantwoordelijke in
Hulpmiddelen
de opleiding
Instroombegeleider
Instroomprofiel
Opleidingshoofd
Activiteiten
Invullen
instroomprofiel
Competentiematrix
Intakegesprek
Voor jezelf nagaan in
welke mate je deze
competenties reeds
beheerst
Inschrijving voor
EVC-procedure
Beslissen aan welke
assessmentvormen je
deelneemt
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
26
2.1
De competentiematrix
Voor leerkrachten zijn in Vlaanderen sedert 1998 de zogenaamde basiscompetenties van kracht5.
Deze geven aan welke competenties een leerkracht nodig heeft in de diverse beroepscontexten
waarin hij functioneert.
DUIDING VAN HET OPLEIDINGSPROFIEL
Basis van het leraar zijn, is binnen het opleidingsprofiel van de KHLeuven de professionele
identiteit van de leraar. Deze vertaalt zich in een aantal professionele houdingen die zijn
competent handelen aansturen. Die houdingen vormen als het ware het waardekader dat elke
leraar in zijn handelen inspireert6.
De stam van de boomstructuur die het opleidingsprofiel visualiseert, vindt zijn wortels in de
zogenaamde KHLeuven identiteit (bezieling, respect, samenwerken, leren en zin voor initiatief)
en in de decretale beroepshoudingen (beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische
ingesteldheid, verantwoordelijkheidszin en flexibiliteit). De opleiding voegt hier zelf nog
‘creatieve gerichtheid’ aan toe.
De ‘stam van de leraar’ of wat een goed leraar typeert draagt alles. Hij blijkt in de praktijk echter
niet zo gemakkelijk te vatten. Men spreekt over een goed leraar vaak in termen van ‘hij heeft
het of hij heeft het niet’. De leraar lager onderwijs blijft een polyvalente leerkracht die in zijn
denken, willen en doen moeilijk van elkaar te onderscheiden competenties vertoont. Dit geeft
meteen aan dat we in het beroepsprofiel voor leraren wel een aantal domeinen kunnen
onderscheiden, maar dat die niet van elkaar kunnen gescheiden worden. Een leraar is tegelijk
opvoeder, begeleider, lid van een team, taalleraar, ... en geëngageerd ten aanzien van de
samenleving.
Vier verantwoordelijkheden
Het decretaal beroepsprofiel en de basiscompetenties zijn geordend omwille van de
functionaliteit en de overzichtelijkheid. Die samenhang verwijst naar de drie niveaus waarop een
leraar verantwoordelijkheid opneemt ten aanzien van de lerende, de school en
onderwijsgemeenschap en de maatschappij.
Volgens ons onderzoek blijkt het globaal functioneren van een leraar zich in de perceptie van
leerkrachten te vertakken in vier verantwoordelijkheden:
- samen school maken
- binnen een (klas)groep functioneren
- kwaliteit borgen
- onderwijs ontwikkelen.
Deze domeinen sluiten eigenlijk nauw aan bij de onderwijsvisie van onze hogeschool en bij de
verruimde professionaliteitsvisie die de basiscompetenties ondersteunt.
Daarin krijgt de leraar wel autonomie, empowerment, maar vanuit een perspectief om samen
met collega’s school te maken. We gaan inderdaad uit van een participatief opleidingsmodel
waarbij de leden van de organisatie elk in hun functie, met hun competentieprofiel, vanuit een
gedragen visie in onderlinge afstemming de zorg voor de lerende op zich nemen. De kerntaken
van opvoeden en lesgeven zijn in een eigentijdse wijze van schoolvoeren immers gedeelde
verantwoordelijkheden en niet louter opdrachten voor de individuele leraar.
In het tweede verantwoordelijkheidsgeheel ‘binnen de klasgroep functioneren’ als opvoeder en
als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen situeren zich de interacties tussen leerlingen
en leraar, de kern van het leraarschap.
Uit de laatste twee clusters aan verantwoordelijkheden merken we dat een leraar niet zomaar
een uitvoerder is van wat anderen voorschrijven. Hij is erop gericht zelf de kwaliteit en het effect
van zijn handelen te versterken en dit niet zomaar aan het schoolbestuur over te laten. Als lid
van een school als lerende organisatie is hij zelfs mee verantwoordelijkheid voor de toekomstige
ontwikkeling van het onderwijs. We achten het onze maatschappelijke en morele plicht als
opleidingsinstituut om deze innovatieve taak op ons te nemen door te anticiperen op
5
De geactualiseerde versie van de decretaal voorgeschreven beroepsprofielen en de afgeleide
basiscompetenties vind je op: www. ond.vlaanderen.be/dvo
6
Omwille van een vlot taalgebruik spreken we over de leraar in termen van hij/zijn/hem waarmee eveneens
zij/haar wordt bedoeld.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
27
onderwijsontwikkelingen en onderwijsvernieuwing te stimuleren. Ontwikkelingsperspectief is dus
sterker dan vroeger ingebouwd in ons opleidingsprofiel. Hiermee onderschrijven we het belang
van veranderingsbekwaamheid van onze afgestudeerden en kiezen we duidelijk voor een
emancipatorisch concept van beroeps-voorbereiding.
Binnen de opleiding professionele bachelor in het onderwijs - lager onderwijs van de KHLeuven
wordt het beroepsprofiel als volgt gevisualiseerd:
Voor elk van de leraarscompetenties die voortvloeien uit dit profiel zijn binnen de KHLeuven
indicatoren geformuleerd om het groeiproces naar volwaardig leraarschap in kaart te brengen7.
7
Carnel, K. & Bogaerts, I., Competentiematrix bachelor in onderwijs: lager onderwijs. Leuven, Acco, 2008
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
28
2.2
Niveaus van competentiebeheersing
De competenties van de beoordelingsstandaard voor de EVC-procedure zijn normgerelateerd
volgens een standaard die verwijst naar vier beheersingsniveaus. Dit is reeds verduidelijkt in
deel 1 van deze handleiding.
De competentieontwikkeling vertoont een zekere groeilijn gaande van meer leerkrachtgericht
met sturing van buitenaf naar meer kindgericht met zelfsturing.
2.3
Instroomprofiel
Diegene die best je eigen mogelijkheden en beperkingen in kaart kan brengen, ben jijzelf. Als
voorbereiding op het doorlopen van een EVC-procedure vragen we je een zelfbeoordeling in te
vullen waaruit de mate blijkt waarin je de competenties beheerst eigen aan een leerkracht lager
onderwijs. Je gebruikt daartoe het instroomprofiel (zie bijlage).
2.4
Intakegesprek
Met je ingevuld instroomprofiel stap je naar de EVC-instroombegeleider voor een intakegesprek.
Vanaf dit moment wordt de procedure betalend, want voor deze stap in de procedure wordt
binnen de Associatie KU Leuven een decretaal voorgeschreven vaste administratieve kost van
euro aangerekend (zie deel 1).
De instroombegeleider zal op basis van dit profiel met jou bepalen of verdere deelname aan de
EVC-procedure zinvol is. Je krijgt in dit gesprek ook beter zicht op de curriculumopbouw of de
opleidingsonderdelen die verbonden zijn aan de competenties waarvoor je je
ervaringsdeskundigheid wil laten onderzoeken.
Datum voor het intakegesprek met de EVC-instroombegeleider volgt best zo snel mogelijk na de
informatieronde:
- als je ervaringsdeskundigheid wil aantonen voor een beperkt aantal competenties en wil
doorstromen naar de reguliere opleiding: bij voorkeur voor 10 augustus;
- als je ervaringsdeskundigheid wil aantonen als zij-instromer voor meerdere competenties en
wil doorstromen naar verkorte opleidingsprogramma’s: voor 20 augustus.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
29
STAP 3.
BEOORDELEN VAN COMPETENTIES
KANDIDAAT
Secundair onderwijs
Hoger onderwijs
EVK
EVC
informatie en
oriëntatie
herkennen van
competenties
bekwaamheidsonderzoek:
beoordelen competenties
erkennen van
competenties
nazorg
Toegekende vrijstellingen binnen KHLeuven
OPLEIDING
Doelstelling stap 3
Aantonen van je
competentiebeheersing
Verantwoordelijke in
de opleiding
Instroombegeleider
Beoordelaars
(assessoren)
KHLeuven
Hulpmiddelen
Handleiding EVC
Activiteiten
Voorbereiding op
deelname aan toetsen
Sjabloon portfolio
EVC-handleiding 2014-2015
Samenstellen en
indienen van portfolio
BaLO
30
3.1.
Bekwaamheidsonderzoek
Als je op basis van je zelfbeoordeling en het intakegesprek beslist om de EVC- procedure te
starten, schrijf je je in bij de EVC-instroombegeleider. Een combinatie van assessmentvormen zal
je competentiebeheersing moeten aantonen. Mits betaling kan het bekwaamheidsonderzoek
starten.
Bijgaand overzicht (zie volgende bladzijde) kan je helpen om duidelijkheid te krijgen aan welke
assessmentvormen je moet deelnemen als je voor bepaalde competentieclusters je
beheersingsniveau wil aantonen.
De toetsen worden in de opleiding professionele bachelor van de KHLeuven op twee wijzen
georganiseerd:
- voor wie slechts een beperkt aantal competenties laat assesseren en doorstroomt
naar de reguliere driejarige opleiding sluit het assessment van de EVC-procedure aan bij
de examens van de tweede zittijd. Inhoud, data en organisatie worden je meegedeeld door de
instroombegeleider
- voor wie als zij-instromer in aanmerking komt voor een flexibel studietraject, is een
aparte toetsorganisatie voorzien.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
31
Algemene
bachelorcompetenties
Algemene
lerarencompetenties
•
•
•
Instroom
Casustoets RZL (+ beperkt portfolio en CI)
Kennistoets wiskunde
Kennistoets Frans
Kennistoets Leren en ontwikkelen stimuleren
instroom
Cluster:
•
Beperkt portfolio en CI
•
Simulatie
•
Vaardigheidstoets Skillslab Agogische
vaardigheden
Doorstroom
•
•
•
Specifieke lerarencompetenties
•
•
•
•
•
•
uitstroom
Kennistoets Leren en ontwikkelen doorstroom
Casustoets Zorg Algemene
Lerarencompetenties (+ beperkt portfolio en
CI)
Casustoets Onderwijs Ontwikkelen doorstroom
(+ beperkt portfolio en CI)
• Casustoets Functioneren in een
schoolorganisatiecultuur (+ beperkt portfolio en
CI)
• Casustoets Onderwijs Ontwikkelen uitstroom (+
beperkt portfolio en CI)
Kennistoets taalvaardigheid Nederlands
Kennistoets WO
Kennistoets godsdienst
Casustoets Zorg Specifieke
Lerarencompetenties (+ beperkt portfolio en
CI)
Cluster:
- praktijkproef (1 les)
- beperkt portfolio + CI
(dienstenstaat aangewezen)
Cluster:
- vaardigheidstoets lesontwerp aanvankelijke
leerprocessen
- beperkt portfolio + CI
(dienstenstaat aangewezen)
•
•
•
•
Vaardigheidstoest lesontwerp (+ beperkt
portfolio + CI):
- Nederlands
- WO
- godsdienst
- Frans
- wiskunde
- muziek
- beeld
- drama
- beweging
Cluster:
- praktijkproef (meedraaien in een school
gedurende meerdere dagen) (media en
schrift integreren!)
- portfolio + CI
- lesontwerp
(dienstenstaat vereist)
Casustoets Leerprocessen begeleiden met oog
op secundair onderwijs
Actieonderzoek Leerprocessen onderzoeken
Opmerking: Bij een beperkt portfolio worden de te bewijzen competenties vastgelegd in samenspraak met de instroombegeleider.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
33
3.2
Overzicht toetsvormen
PORTFOLIO EN COMPETENTIEGERICHT INTERVIEW
Doelgroep
Kandidaten die instromen in de driejarige reguliere opleiding
Je kiest de competenties waarvoor je ervaringsdeskundigheid wil aantonen in overleg met de
instroombegeleider. Daarvoor verzamel je het nodige bewijsmateriaal.
Wie meent ook competentiebeheersing te kunnen aantonen voor de competenties van het
opleidingsonderdeel ‘Leraar worden’ maakt vooral duidelijk in welke mate reflectievaardigheden
verworven zijn en competenties die betrekking hebben op het omgaan met verschillen, het
agogisch-expressief functioneren, het beheersen van een professioneel denkkader en met een
aantal generieke studievaardigheden.
Kandidaten die als zij-instromer instappen in de flexibele opleidingstrajecten
Portfolio en competentiegericht interview zijn aan te bevelen aan ieder die praktijkervaring heeft
in het onderwijs of vertrouwd is met de school als organisatie, maar nog geen diploma met
pedagogische bekwaamheid verworven heeft.
Wie dienstenstaat binnen het (lager) onderwijs kan voorleggen, doet er goed aan om deel te
nemen aan dit assessment omdat erkenning van ervaringsdeskundigheid kan leiden tot
vrijstelling binnen algemene en specifieke lerarencompetenties en stage binnen het
opleidingsprogramma van de KHLeuven. Als bewijsmateriaal zorg je best ook voor een
aanbevelingsbrief van je huidige werkgever of voor een verslag van je laatste
functioneringsgesprek.
Inhoud
In een portfolio verzamel je bewijsmateriaal dat aantoont dat je competenties uit het profiel van
een leraar beheerst. In de portfolio-opdracht wordt je uitgelegd hoe je hiervoor te werk gaat. Met
een portfolio worden onder andere volgende elementen getoetst:
- je competentiebeheersing voor de taakvelden uit het beroepsprofiel, waarvan je meet/wil
aantonen dat je die elders/eerder verworven hebt je teamgerichtheid,
- je reflecterende, innoverende ingesteldheid,
- je inzicht in eigen handelen,
- je opvatting over de sector, hoe je tegenover het beroep staat, welke beroepshouding je
vertoont,
- je relevante beroepservaring (dienstenstaat),
- je bereidheid tot leren.
Aan een portfolio is binnen deze procedure altijd een competentiegericht interview gekoppeld.
In dit interview zullen twee assessoren, die je portfolio onafhankelijk van elkaar grondig hebben
doorgenomen, je verder bevragen over de competenties die je denkt te bezitten, je vragen
elementen uit je portfolio toe te lichten, ...
Ervaring wijst uit dat een portfolio-opdracht voor pas-afgestudeerden secundair en hoger
onderwijs niet erg zinvol is.
Uiteindelijk zal je beoordeeld worden op zowel het portfolio als op het interview. In de
beoordelingscommissie EVC zullen alle resultaten samengelegd worden.
In het portfolio en het competentiegericht interview wordt je bewijsmateriaal en je ervaring
getoetst aan de hand van volgende criteria:
authenticiteit: ze vormen een bewijs van je eigen presteren (niet van collega's, een team als
geheel, de organisatie waar je in werkte, ...). Toon daarom telkens aan wat je eigen bijdrage
was:
- actualiteit: ze weerspiegelen je huidige competentieniveau (hoe functioneer je nu en niet
tientallen jaren geleden. Als je voorbeelden uit een langer verleden geeft, toon dan aan dat je
dit nu nog steeds doet);
- relevantie: ze komen overeen met de competenties uit de opleiding die je wil
laten onderzoeken;
- kwantiteit: ze verwijzen naar (een) voldoende (lange periode van) activiteiten (m.a.w. het
gaat niet om eenmalige, korte activiteiten waar je een bepaalde competentie in toonde, maar
dergelijke activiteiten komen herhaaldelijk voor);
- variatie in contexten: ze tonen aan dat je de competentie in verschillende contexten
beheerst.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
34
Verloop
Bij het samenstellen van je portfolio gebruik je de voorgestructureerde opdrachtbladen die je
krijgt bij inschrijving voor deze toets. Je maakt de verbinding tussen de 'bewijsstukken' die je
aanbrengt en de competentiebeheersing op je instroomprofiel. De bewijsstukken kunnen
bijvoorbeeld zijn: eigen werkstukken, aanbevelingsbrieven, foto's, videomateriaal, getuigenissen,
tewerkstellingsattesten, evaluaties van werkgevers, opleidingscertificaten die niet verbonden zijn
aan een EVK, …
Data
Het portfolio wordt in tweevoud (origineel en kopie) minstens vijf werkdagen voor het geplande
competentiegericht interview bezorgd aan de instroombegeleider EVC (onthaal DLO, Hertogstraat
178, 3001 Heverlee) en uiterlijk op 13 september 2014.
Het competentiegericht interview wordt ingericht eind september 2014. Dit kan in Diest of in
Heverlee. De locatie wordt bepaald in overleg met de jou, de EVC-instroombegeleider en de
betrokken assessoren. Het originele portfolio krijg je na de beoordelingscommissie terug bezorgd.
CASUSTOETSEN
CASUSTOETS FUNCTIONEREN IN EEN SCHOOLORGANISATIECULTUUR
Doelgroep
Om aan de casustoets Functioneren in een schoolorganisatiecultuur deel te nemen heb je best
voeling met een lagere school als organisatie. Als je deelneemt, laat je met het portfolio en
competentiegericht interview ook de competenties van het taakveld: de leraar als lid van een
ondewijsorganisatie toetsen.
Inhoud
De casustoets Functioneren in een schoolorganisatiecultuur peilt naar opgedane kennis en visie
op basis van eigen opgedane ervaringen. Voor de casus(sen) gaan we uit van een concrete
schoolsituatie waarin je geconfronteerd wordt met een aantal deelproblemen, die je kan
tegenkomen wanneer je als leerkracht in een lagere school aan de slag gaat. De manier waarop
je deze deelproblemen aanpakt, de vragen die je stelt en de mogelijke oplossingen die je
aanreikt, geven ons een beeld van je competenties binnen het eerder opgesomde taakveld.
Verloop
De informatie over en de documentatie bij de casussen krijg je één week voor de toetsdag
doorgestuurd via e-mail. Je neemt de informatie door, vult ze eventueel aan, bespreekt ze met
mensen uit het werkveld in functie van mogelijke probleemstellingen die eruit voortvloeien. De
concrete vragen krijg je pas op het moment van de toets. Je mag de informatie en de zelf
verzamelde informatie meebrengen en gebruiken tijdens de toets.
Tijdsinvestering
Reken voor deze casustoets op minimum een vijftal uren voor de voorbereiding van de toets met
behulp van het jou toegestuurd casusmateriaal. Voor het oplossen van de vragen op het
toetsmoment zelf krijg je 3 uur. In een reflectiegesprek dat daarop volgt, krijg je minstens een
half uur de tijd om je antwoorden toe te lichten aan twee onafhankelijke assessoren.
Resultaat
De aard, de opbouw en de verantwoording van de beslissingen en voorstellen primeren in
evaluatie. Positieve evaluatie op niveau drie kan leiden tot vrijstelling binnen het taakveld de
leraar als lid van de onderwijsorganisatie.
CASUSTOETS ONDERWIJS ONTWIKKELEN
Doelgroep
Om hieraan deel te nemen heb je best voeling met de lagere school enerzijds en integrale
kwaliteitszorg in het algemeen anderzijds.
Als je deelneemt, laat je met het portfolio en competentiegericht interview ook een beperkt
aantal competenties (gerelateerd aan onderwijs ontwikkelen) toetsen.
Inhoud
Je werkt geïntegreerde onderwijsleeractiviteiten uit omtrent een opgegeven onderwerp en stelt
een plan voor om integrerend werken op dit vlak kwaliteitsvol te verbeteren op schoolniveau.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
35
Verloop
Je krijgt een week op voorhand via mail de precieze opdracht om je op het assessment voor te
bereiden. Je mag allerlei bronnen en informatie raadplegen en meebrengen. Op het toetsmoment
zelf werk je enkele onderwijsactiviteiten in grote lijnen uit en stel je een kwaliteitsplan op.
Hiervoor wordt een drietal uren voorzien.
Resultaat
De aard, de opbouw en de verantwoording van de onderwijsleeractiviteiten en van de aanpak op
schoolniveau primeren in de evaluatie. Positieve evaluatie op niveau drie kan leiden tot
vrijstelling binnen de getoetste taakvelden.
CASUSTOETS ZORG
Doelgroep
Om hieraan deel te nemen heb je best voeling met een lagere school. Als je deelneemt, laat je
met het portfolio en competentiegericht interview ook een beperkt aantal competenties
(gerelateerd aan (leer)zorg toetsen.
Inhoud
De casustoets leerzorg peilt naar de opgedane kennis en visie op basis van de opgedane
ervaringen.
Voor de casussen gaan we uit van een concrete schoolsituatie waarin je geconfronteerd wordt
met een aantal deelproblemen, die je kan tegenkomen wanneer je als leerkracht in een lagere
school aan de slag gaat.8 De manier waarop je deze deelproblemen aanpakt, de vragen die je
stelt en de mogelijke oplossingen die je aanreikt, geven ons een beeld van je competenties
binnen de eerder opgesomde taakvelden en kunnen dus ook binnen die velden leiden tot
vrijstellingen.
Verloop
De informatie over en de documentatie bij de casussen krijg je één week voor de toetsdag
doorgestuurd via e-mail. Je neemt de informatie door, vult ze eventueel aan, bespreekt ze met
mensen uit het werkveld in functie van mogelijke probleemstellingen die eruit voortvloeien. De
concrete vragen krijg je pas op het moment van de toets. Je mag de informatie en de zelf
verzamelde informatie meebrengen en gebruiken tijdens de toets.
Tijdsinvestering
Reken voor de casustoets zorg op minimum een vijftal uren voor de voorbereiding van de toets
met behulp van het jou toegestuurd casusmateriaal. Voor het oplossen van de vragen op het
toetsmoment zelf krijg je 3 uur. In een reflectiegesprek dat daarop volg, krijg je minstens een
half uur de tijd om je antwoorden toe te lichten aan twee onafhankelijke assessoren.
Resultaat
De aard, de opbouw en de verantwoording van de beslissingen en voorstellen primeren in
evaluatie. Positieve evaluatie op niveau drie kan leiden tot vrijstelling in de eerder opgesomde
taakvelden.
CASUSTOETS LEERPROCESSEN BEGELEIDEN MET OOG OP SECUNDAIR ONDERWIJS
Doelgroep
Wie reeds een stevige achtergrond en inzichten heeft rond begeleiden van leerlingen van lager
naar secundair onderwijs. Dat kan vanuit het lesgeven in een derde graad, vanuit ervaring met
de jongsten in het secundair onderwijs, vanuit werkervaring op een CLB, …
De toets verloopt steeds in combinatie met een portfolio en competentiegericht interview voor
een beperkt aantal competenties.
Inhoud
Jaarplanning bijwerken met het oog op faciliteren van de overgang van lager naar secundair
onderwijs.
8
Omwille van de betrouwbaarheid van de toets geven we de bronnen waarop we ons gebaseerd hebben niet
vrij voor de deliberatie van de EVC-procedure. De bronnen kunnen bekend gemaakt worden na dit moment.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
36
Verloop
Bij de toets krijg je een deels uitgewerkte jaarplanning voor het faciliteren van de overgang van
lager naar secundair onderwijs. Op basis van eigen kennis en inzichten en een aantal
opmerkingen/vragen van de directie, doe je suggesties voor optimalisering en verdere uitwerking
van de gegeven jaarplanning. Je verantwoordt je suggesties vanuit je achtergrondkennis rond
kinderen begeleiden van lager naar secundair onderwijs.
Tijdsinvestering
3 uur
Resultaat
De aard, de opbouw en de verantwoording van de beslissingen en voorstellen primeren in
evaluatie. Positieve evaluatie op niveau drie kan leiden tot vrijstelling in de getoetste taakvelden.
ACTIEONDERZOEK LEERPROCESSEN ONDERZOEKEN
Doelgroep
Wie al een sterke ervaring heeft met begeleiden en stimuleren van leer- en denkprocessen en
daarbij ook een goede achtergrond heeft rond onderzoek en in het bijzonder actieonderzoek.
De toets verloopt steeds in combinatie met een portfolio en competentiegericht interview voor
een beperkt aantal competenties.
Inhoud
Uitwerking actieonderzoeksplan rond leerprocessen stimuleren
Verloop
Je krijgt vooraf een tekst rond een specifieke methode voor het stimuleren van leer- en
denkprocessen. Je neemt die tekst grondig door en zoekt eventueel bijkomende info.
Op de toetsdag zelf, krijg je een afgebakend onderzoeksonderwerp in verband met diezelfde
specifieke vorm van denkstimulering. Je maakt een onderzoeksplan op met gerichte
onderzoeksvragen, gekoppeld aan te nemen acties, methode van dataverzameling bij
verschillende acties en eventueel waar je tussenstappen kan inbouwen als de voorziene stap te
groot blijkt te zijn.
Tijdsinvestering
6 uur vooraf: doornemen tekstmateriaal en eventueel bijkomende literatuur
4 uur toets
Resultaat
De aard, de opbouw en de verantwoording van de beslissingen en voorstellen primeren in
evaluatie. Positieve evaluatie op niveau drie kan leiden tot vrijstelling in de getoetste taakvelden.
COMPETENTIEGERICHT
LEVENSBESCHOUWING
INTERVIEW
EN
CASUSTOETS
RELIGIE,
ZINGEVING
EN
Doelgroep
Kandidaten die in het bezit zijn van een minimum diploma hoger onderwijs, maar hun attest niet
aan een Katholieke instelling hebben behaald, komen in aanmerking voor een competentiegericht
interview in combinatie met een casustoets om een bewijs van bekwaamheid te behalen voor het
opleidingsonderdeel religie, zingeving en levensbeschouwing.
Resultaat
Met het bewijs van bekwaamheid voor de getoetste competenties kan beslist worden het
opleidingsonderdeel RZL vrij te stellen.
VAARDIGHEIDSTOETS: LESONTWERP
Doelgroep
Voor iedereen die meent de competenties van de taakvelden de leraar als zorgverstrekker en de
leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen te beheersen. De toetsen verlopen
steeds in combinatie met een portfolio en competentiegericht interview voor een beperkt aantal
competenties (hoofdzakelijk gerelateerd aan functioneren in een klasgroep).
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
37
Inhoud
Volgende aspecten worden vooral nagegaan:
- je deskundigheid in het begeleiden en beoordelen van leerlingen: vakdidactische en
leerpsychologische competentie
- planning van les(cyclus), inzicht in didactische aanpak, organisatie
- creatief – clichédoorbrekend werken
- vermogen tot overdragen van informatie
- vermogen tot reflectie en tot het nemen van initiatief
Je kan deelnemen aan de opdracht voor maximum twee leergebieden uit de lagere school te
kiezen uit:
- beeldopvoeding
- bewegingsopvoeding: dit is enkel zinvol als je ervaring hebt als trainer van een jeugdclub of
als monitor. Wie lesbevoegdheid heeft voor bewegingsopvoeding lagere school, heeft een EVK
voor het opleidingsonderdeel waarin deze competentie vervat is en hoeft dus ook niet aan
deze toets deel te nemen
- drama: dit is enkel zinvol als je ervaring hebt met drama met kinderen/jongeren.
- Frans
- godsdienst
- muziek (in combinatie met deze toets worden ook zang en (ritmische) begeleiding getoetst)
- Nederlands
- wereldoriëntatie
- wiskunde
Daarnaast kan je ook deelnemen aan deze opdracht i.f.v. bekwaamheidsbewijzen voor
competenties uit de stage Leerprocessen begeleiden - aanvankelijke leerprocessen.
Verloop
De concrete lesonderwerpen krijg je bij de start van de toets. Je krijgt in bepaalde gevallen ook
een pakket met documenten (bv. leerplan, handleidingen, werkboeken, …). Voor het schriftelijk
gedeelte van de toets krijg je twee en een half uur. Aansluitend krijg je de kans om je lesontwerp
mondeling toe te lichten aan een assessor gedurende maximaal dertig minuten.
Voorbereiding
Je kan zelf basisprincipes en concrete lessen opzoeken in leerplannen, handleidingen en
handboeken vakdidactiek zodat je een (vak)didactische visie aanscherpt conform de decretale
eindtermen van het basisonderwijs.
Resultaat
Als je overwegend beheersingsniveau twee tot drie behaalt op deze toetsen, krijg je voor het
betrokken leergebied een bewijs van bekwaamheid voor één of meerdere van onderstaande
taakvelden. Die bekwaamheidsbewijzen kan je aanbieden bij het aanvragen van vrijstellingen
voor het begeleiden van leerprocessen in leergebieden van de lagere school waarin de genoemde
competenties aan bod komen.
SIMULATIE
Doelgroep
Kandidaten met een diploma hoger onderwijs zonder onderwijsbevoegdheid hebben soms
ervaring met het lesgeven aan een andere doelgroep dan leerlingen lager onderwijs. Zij kunnen
hun elementaire onderwijskwaliteiten aantonen.
Deelname aan deze toets gebeurt in combinatie met een portfolio en competentiegericht
interview voor de competenties uit taakveld opvoeder en begeleider van leer- en
ontwikkelingsprocessen en de vaardigheidstoets skillslab agogische vaardigheden.
Inhoud
Je mag zelf een lesonderwerp kiezen zodat je les aansluit bij je talenten en interesses. Je werkt
de les nauwgezet uit en geeft deze in een setting van een kleine groep volwassenen. Twee
assessoren komen deze les observeren en vervolgens beoordelen.
Voorbereiding
Je kan je met behulp van handboeken (vak)didactiek richten op het activerend, eigentijds
lesgeven.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
38
Verloop
Je werkt de les nauwgezet uit en geeft deze dan in een setting van minstens vijf volwassenen. Na
afloop kan je jouw aanpak toelichten en verantwoorden in een gesprek met twee assessoren.
Resultaat
Positieve beoordeling (beheersingsniveau één à twee) leidt tot competentiebewijzen binnen de
getoetste taakvelden.
PRAKTIJKPROEF OP WERKPLEK LAGERE SCHOOL
Doelgroep
Kandidaten met een diploma hoger onderwijs met onderwijsbevoegdheid met ervaring in het
lesgeven aan kinderen van het lager onderwijs. Ze kunnen hun onderwijskwaliteiten aantonen en
hiermee vrijstelling behalen voor stage. Een dienstenstaat van minstens één jaar voor stage op
doorstroomniveau en van minimum drie jaar voor stages op uitstroomniveau is sterk aanbevolen.
Deze toetsing gebeurt steeds in combinatie met een portfolio en een competentiegericht
interview voor de competenties uit taakvelden die in de stage(s) aan bod komen.
Op uitstroomniveau is deelname aan minimum één vaardigheidstoets lesontwerp ook verplicht.
Inhoud
De praktijkproef kan bestaan uit het voorbereiden en geven van een les in de lagere school tot
het meedraaien in een klas en schoolteam van een lagere school gedurende meerdere dagen.
Voorbereiden en geven van een les: je maakt minstens één lesvoorbereiding WO of wiskunde. Op
het moment van het assessment ga je deze les realiseren in een klas in de lagere school. Twee
assessoren komen deze les observeren en vervolgens beoordelen.
Meedraaien in een klas en schoolteam van een lagere school gedurende meerdere dagen: in
samenspraak met de instroombegeleider wordt een programma samengesteld dat een steekproef
vormt voor de taken van een leerkracht lager onderwijs binnen de taakvelden die in de stage(s)
aan bod komen. Je wordt hierbij begeleid door een mentor.
Verloop
Je kan de voorbereidingen maken met behulp van handboeken en vakdidactiek. Je werkt jouw
les(sen) en taken nauwgezet uit. Op de dag(en) van het assessment ga je de les(sen) en taken
realiseren. Na afloop kan je jouw aanpak toelichten, verantwoorden en erover reflecteren met de
betrokken assessoren.
Resultaat
Positieve beoordeling (niveau twee à drie) leidt tot competentiebewijzen voor de getoetste
taakvelden.
VAARDIGHEIDSTOETS SKILLSLAB AGOGISCHE VAARDIGHEDEN
Doelgroep
Deze toets is vooral zinvol als je geen diploma met onderwijsbevoegdheid hebt, maar toch denkt
de competenties uit het taakveld opvoeder te beheersen. De toets loopt in combinatie met een
portfolio en competentiegericht interview waarin je dezelfde competenties laat toetsen. Deelname
aan deze toets heeft enkel zin in combinatie met de simulatietoets!
Inhoud
Reflectie op professionele houdingen, sociaal-agogische vaardigheden op klasniveau (opbouwen
van een relatie met kinderen als individu of als groep), klasmanagementvaardigheden en
inzichten in groepsdynamiek. Dit gebeurt aan de hand van concrete praktijkvoorbeelden en
videofragmenten die je tijdens de toets bekijkt, analyseert en becommentarieert in gesprek met
twee assessoren.
Resultaat
Beheersingsniveau twee op deze toets leidt tot een bewijs van bekwaamheid voor competenties
uit taakveld opvoeder.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
39
KENNISTOETSEN
KENNISTOETS WISKUNDE
Doelgroep
Voor iedereen die zichzelf situeert op niveau één à twee wat betreft het beheersen van de
basiskennis wiskunde van de lagere school.
Inhoud
Schriftelijke toets die peilt naar de basiskennis rekenen lagere school, hoofdzakelijk niveau zesde
leerjaar. De toets bestaat uit vijf onderdelen: getallenkennis, bewerkingen (hoofdrekenen en
cijferen), metend rekenen, meetkunde en toepassingen.
Voorbereiding
Er is een voorbereidingspakket digitaal verkrijgbaar bij de instroombegeleider. In dit
voorbereidingspakket lees je ook een uitgebreide toelichting over het verloop van de toets.
Resultaat
De toets kan een bekwaamheidsbewijs opleveren voor de competentie basiskennis beheersen in
functie van didactische vertaling naar kinderen, specifiek voor het leergebied wiskunde.
KENNISTOETS TAALVAARDIGHEID FRANS
Doelgroep
Voor iedereen die zichzelf situeert op ERK-niveau B1+ voor leesvaardigheden en
schrijfvaardigheden en niveau B2 voor luistervaardigheden en mondelinge taalvaardigheid. Meer
informatie over deze ERK-niveaus vind je in een extra toelichtingsbundel bij de kennistoets
taalvaardigheid Frans die je kan bekomen bij de instroombegeleider.
Inhoud
Het gaat om een schriftelijke en mondelinge toets die peilt naar de kennis van woordenschat,
grammatica en naar het beheersingsniveau van de communicatieve vaardigheden (spreken,
lezen, schrijven, luisteren) op niveau B1+/B2 van het ERK. Meer informatie over de inhoud van
deze toets vind je in de extra toelichtingsbundel die je kan bekomen bij de instroombegeleider.
Voorbereiding op EVC kennistoets taalvaardigheid Frans
In de extra toelichtingsbundel kan je meer informatie vinden over welke bronnen je kan
raadplegen bij het voorbereiden op deze toets.
Resultaat
De toets kan een bekwaamheidsbewijs opleveren voor de competentie basiskennis beheersen in
functie van didactische vertaling naar kinderen, specifiek voor het leergebied Frans.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
40
STAP 4.
ERKENNEN VAN COMPETENTIES
KANDIDAAT
Secundair onderwijs
Hoger onderwijs
EVK
EVC
informatie en
oriëntatie
herkennen van
competenties
beoordelen van
competenties
erkennen
van
competenties
nazorg
Toegekende vrijstellingen binnen KHLeuven
OPLEIDING
Doelstelling stap 4
Formele erkenning
krijgen voor je
competenties
Verantwoordelijke in
de opleiding
Instroombegeleider
/
Hulpmiddelen
Activiteiten
Feedback op
toetsresultaten
Beoordelaars
(assessoren)
Uitreiking
bekwaamheidsbewijs
Onafhankelijke
beoordelingscommissie
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
41
De assessmentresultaten kunnen afhankelijk van je resultaten door de onafhankelijke
beoordelingscommissie namens de Associatie KU Leuven omgezet worden in een EVCbekwaamheidsbewijs.
Voorzitters onafhankelijke beoordelingscommissie:
Jan Vanderghote, adjunct-departementshoofd
Departement Lerarenopleiding KHLeuven
Kristien Carnel, opleidingshoofd
professionele bachelor in het onderwijs - lager onderwijs campus Heverlee
Secretaris:
Mariet Vaesen, EVC-instroombegeleider Diest-Heverlee
professionele bachelor in het onderwijs - lager onderwijs.
Deze commissie komt samen eind september of begin oktober. Kort daarna worden de EVCattesten uitgereikt. De concrete data worden later meegedeeld door de instroombegeleider.
Indienen van bezwaar tegen de uitspraak van de beoordelingscommissie is uiterlijk tot zeven
kalenderdagen na uitreiking van het bekwaamheidsbewijs met een aangetekend schrijven gericht
aan de voorzitter van de onafhankelijke beoordelingscommissie:
Dhr. Jan Vanderghote,
Adjunct-departementshoofd
KHLeuven Lerarenopleiding
Hertogstraat 178
3001 Heverlee.
In bepaalde omstandigheden kunnen andere toetsvormen dan in de EVC-procedure
aangesproken worden om het bezwaar gestalte te geven dan in de EVC-procedure: werken met
videomateriaal of beoordelen van praktijklessen.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
42
STAP 5.
DOORSTROOM NAAR DE OPLEIDING
KANDIDAAT
Secundair onderwijs
Hoger onderwijs
EVK
EVC
informatie en
oriëntatie
herkennen van
competenties
beoordelen van
competenties
erkennen van
competenties
nazorg
Toegekende vrijstellingen in KHLeuven
OPLEIDING
Doelstelling stap 5
Overstap maken naar
een optimaal
studietraject in de
opleiding
Verantwoordelijke in
Hulpmiddelen
de opleiding
VrijstellingsStudietabellen
verantwoordelijke van
de opleiding
Activiteiten
Inschrijven in de
opleiding
Bekwaamheidsattesten
en/of EVK-aanvraag
indienen
Vrijstellingen verkrijgen Instroombegeleider
voor de getoetste
competenties
Opleidingshoofd
Studieadvies als hulp
bij het bepalen van het
te volgen studietraject
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
43
5.1
Start van het opleidingsprogramma
Op basis van de bekwaamheidsbewijzen en de EVK’s stellen opleidingsverantwoordelijken je
persoonlijk programma samen.
- De reguliere opleidingen in Diest en Heverlee starten op 15 september 2014.
- Het flexibel traject in avond-, weekend- en vakantieonderwijs in Heverlee heeft een startdag
op zaterdag 13 september 2014.
- Voor informatie over de opstart van de verkorte lerarenopleiding in Diest (dagonderwijs), kan
je terecht bij Marieke Vandersmissen ([email protected]).
5.2
Opleidingsprogramma professionele bachelor in onderwijs –
lager onderwijs
Met het bekwaamheidsbewijs EVC - al dan niet in combinatie met EVK – stelt de opleidingsverantwoordelijke jouw persoonlijk studietraject samen. Je beslist uiterlijk 8 oktober 2014 of je
dit flexibel studietraject accepteert.
In principe wordt vertrokken van een opleidingsprogramma van 180 studiepunten
(overeenkomend met drie opleidingfasen). Op basis van je EVK-dossier en je EVCbekwaamheidsbewijzen wordt dit programma verkort. De opleiding adviseert vanuit ervaring met
studiebelasting
- 120 tot 180 studiepunten: jaarprogramma spreiden over drie jaar
- tussen 67 en 120 studiepunten: jaarprogramma spreiden over een tweejarig studietraject
- maximum 67 studiepunten: éénjarig voltijds studietraject
- minder dan 50 studiepunten: werkplekleren (enkel in Heverlee).
Het onderwijs- en examenreglement van de KHLeuven voorziet de mogelijkheid tot een eigen
studiespreiding. De instroombegeleider adviseert je om een zo gunstig mogelijk studietraject uit
te zetten rekening houdend met je competentiebeheersing, je leerstijl, je persoonlijke leef- en
werksituatie.
5.2.1
Studieduurverkorting binnen de driejarige reguliere opleiding
In overleg met de instroombegeleider kan je beslissen om in de ‘vrijgekomen’ opleidingstijd al
opleidingsonderdelen van een volgend opleidingsjaar op te nemen.
Instroombegeleiders binnen driejarige reguliere opleiding:
- [email protected] voor Diest
- [email protected] voor Heverlee
5.2.2
Verkorte opleidingsprogramma’s voor zij-instromers (flexibele trajecten)
De verkorte opleidingsprogramma’s professionele bachelor in onderwijs – lager onderwijs bestaan
in twee vormen:
aansluitend bij de driejarige reguliere opleiding onder de vorm van dagonderwijs in Diest;
in een aparte opleidingsorganisatie onder de vorm van avond-, weekend- en vakantieonderwijs in Heverlee (FLLLEX).
Het gaat hier om een studietraject van 120 studiepunten in principe voor kandidaten die al een
bachelor- of masterdiploma hebben behaald. Dit traject kan op basis van eerder verworven
competenties/kwalificaties nog worden ingekort. Wie omwille van werk- of privé-situatie zijn
studies anders wil spreiden, kan zijn studieduur in overleg met de studietrajectbegeleider ook
anders schikken.
Hieronder volgen een aantal algemene regels die gehanteerd worden bij het opstellen van de
studietrajecten.
EVK:
-
kandidaten met een diploma professionele bachelor in onderwijs-kleuteronderwijs komen
terecht in een éénjarig (voltijds) traject.
kandidaten met een diploma professionele bachelor in onderwijs-secundair onderwijs of SLO
(vroegere ALO of GPB, altijd in combinatie met een diploma hoger onderwijs) komen terecht
in een traject van minimum anderhald jaar.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
44
-
-
kandidaten met een diploma hoger onderwijs zonder leraarsdiploma komen rechtstreeks
terecht in het tweejarig traject. In uitzonderlijke gevallen is een éénjarig traject mogelijk op
basis van bijkomende EVC’s.
voor kandidaten met een diploma secundair onderwijs, al dan niet in combinatie met een SLO
of relevante onderwijservaring, wijst EVC uit of studieduurverkorting (tweejarig traject) in
aanmerking komt.
EVC:
Voor de vertaling van het EVC-bekwaamheidsbewijs naar een eigen studietraject is de indeling in
het overzicht van toetsvormen in paragraaf 3.1 richtinggevend. Zo zullen bijvoorbeeld toetsen die
zich situeren bij de algemene bachelorcompetenties op instroomniveau leiden tot
bekwaamheidsbewijzen die aanleiding geven tot vrijstellingen binnen de algemene
bachelorcompetenties op instroomniveau.
effectieve, geïnformeerde en reflecterende
leerkrachten die in staat zijn
geëngageerd, autonoom maar coöperatief
hun functioneren in het werkveld van
de lagere school
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
45
Overzicht van belangrijke data 2014-2015
EVC procedure (te Heverlee georganiseerd voor kandidaten Diest/Heverlee):
toetsdagen tussen 20 en 28 september 2014
EVC-beraadslaging: nog nader te bepalen eind september of begin oktober 2014
Uitreiking EVC-attest: nog nader te bepalen eind september of begin oktober 2014
Start opleiding FLLLEX: zaterdag 13/09/2014 vanaf 9u tot 17u
Voor kandidaten die doorstromen naar de reguliere opleiding
Data van beheersingsproeven vallen samen met de examens van de tweede zittijd van
de standaardstudietrajecten.
Voor kandidaten die als zij-instromer doorstromen naar het verkort
programma
- Portfolio: 13 september 2014 is de uiterste datum van indienen van portfolio.
- Competentiegericht interview bij portfolio: tussen 20 en 28 september 2014. Deze
momenten zijn nog te bepalen.
- Data beheersingsproeven (exacte toetsregeling is nog onder voorbehoud): in de loop
van september 2014.
KHLeuven
EVC-handleiding 2014-2015
BaLO
46