samenwerking veluwse bibliotheken

REGIONALE SAMENWERKING<<
Roel Zuidhof:
‘Nu evalueren of we
nog wel de goede
dingen doen’.
SAMENWERKING VELUWSE BIBLIOTHEKEN:
‘stille maatschap
met vlijt’
Hetty Kruithof:
‘We willen pragmatisch
werken: niet te lang
praten maar proberen’.
De Bibliotheken Noord-Veluwe, Brummen/Voorst en Nijkerk, alsmede Cultura Ede hebben
vorig jaar besloten twee jaar lang als project een gezamenlijke back-office te vormen voor de
aandachtsgebieden marketing, educatieve ondersteuning, digitale bibliotheek, webbeheer,
collectievorming, kwaliteitszorg en ondernemende bibliotheek. Hoe bevalt de samenwerking?
Hans Broer:
‘Wat we onderling
doen, was niet te
krijgen bij Rijnbrink’.
De samenwerking is in september 2014 tussentijds geëvalueerd. De vier
bibliotheken besloten door te gaan. Volgend jaar besluiten ze of de
samenwerking zal worden omgezet in definitieve afspraken. De
betrokken directeuren Hans Broer (Brummen/Voorst), Hetty Kruithof
(Noord-Veluwe), Gerry Poelert (Ede) en Roel Zuidhof (Nijkerk) vertellen
over hun beweegredenen voor en ervaringen met de samenwerking.
MEER KWALITEIT
De voornaamste reden om te gaan samenwerken is niet om er financieel
beter van te worden of makkelijker te kunnen bezuinigen, maar om met
hetzelfde geld meer kwaliteit te bieden. Roel Zuidhof: ‘Het begon
eigenlijk met een cursus Honderd manieren om te bezuinigen voor
Gelderse bibliotheken. Daar is het idee gerezen meer samen te gaan
doen, niet alleen bij ons vieren. Er kwam een onderzoek met financiële
24
Bibliotheekblad 11 2014
steun van de provincie en betrokkenheid van de Rijnbrink Groep. Drie
bibliotheken (Noord-Veluwe, Brummen/Voorst en Nijkerk) besloten
door te gaan en later kwam ook Gerry in beeld.’
Gerry Poelert: ‘Ik heb bij hen aangeklopt met de vraag of ik mee mag
doen. Wat meespeelt in deze samenwerking, is het punt dat het met
sommige mensen beter klikt dan met anderen. Tussen ons klikt het.’
Hans Broer vult aan dat ook een sessie van de Samenwerkende Gelderse
Bibliotheken (SGB) een rol heeft gespeeld. Gesproken werd over
themasamenwerking of regionale (geografische) samenwerking en de
vier kozen voor geografische samenwerking.
INZET UREN
De samenwerking gaat niet gepaard met financiële verrekeningen. Alles
gaat op basis van de inzet van uren van personeelsleden, waarbij de
Gerry Poelert:
‘Tussen ons klikt het’.
omvang van de werkgebieden een criterium is voor
de inzet. Poelert zegt: ‘We noemen dat een stille
maatschap met vlijt’. Gekeken is waar deskundigheden zaten. De ene bibliotheek had meer uren en
deskundigheid voor marke-ting en de andere voor
educatie en zo kon gebruikgemaakt worden van
elkaars expertise. De betrokken personeelsleden
komen nu dus ook in andere bibliotheken.’
Sprekend over de Rijnbrink Groep en de SGB rijst de
vraag wat deze organisaties hadden kunnen
betekenen. Broer antwoordt dat Rijnbrink minder is
gaan aanbieden en dat wat de vier nu onderling
doen daar niet te krijgen was. De vier doen in de
SGB mee met provinciebrede projecten, zoals de
Bibliotheek op school, maar dan gezamenlijk.
FUSIE?
Een andere vraag die snel opkomt als het gaat om
(intensieve) samenwerking, is of het woord ‘fusie’ al
in beeld is, ook al grenzen de werkgebieden
(behoudens Brummen/Voorst en Noord-Veluwe)
niet aan elkaar. Hetty Kruithof: ‘Het woord fusie
staat in een van onze onderzoeken en het zweeft
dus wel ergens in de verte, maar we gaan eerst de
huidige samenwerking versterken. De besturen of
raden van toezicht zijn nog niet toe aan fusie.’
Poelert voegt hieraan toe dat voor Ede fusie geen
eindbeeld is, daar Cultura al ontstaan is uit een
fusie van bibliotheek, theater en kunstencentrum.
Wel breidt de samenwerking zich uit. Er is een
gezamenlijke nieuwsbrief voor alle personeelsleden
(dus niet alleen de back-office) en er komt ook een
gezamenlijk uitje. Nog een voordeel van de samenwerking is dat de directeuren efficiënter met hun
tijd omgaan. Ze gaan niet meer allemaal meer naar
dezelfde bijeenkomsten toe, maar ze vaardigen
iemand af.
MOOIE PROGRAMMA’S
Terugkijkend op het eerste jaar samenwerken, zegt
Poelert dat die begon met veel analyses, maar nu
mooie gezamenlijke programma’s oplevert. Een
vraag is wel hoe er een innovatieslag gemaakt kan
worden. Zuidhof voegt daaraan toe dat ook moet
worden gekeken of ze nog wel de goede dingen
doen. Het gevaar is dat activiteiten gestapeld
worden, maar er moet gekozen worden. Kruithof
vertelt dat gekozen wordt voor pragmatisch werken.
Niet te lang praten, maar hup, we proberen het.
Op de vraag waar ze bij ‘innovatie’ vooral aan
denken, antwoordt Broer dat er een project
‘e-participatie’ is, voortkomend uit het programma
Bestrijding van laaggeletterdheid. De vier willen
binnen twee jaar de vanzelfsprekende partner voor
www.bibliotheekblad.nl
elke inwoner worden voor het bevorderen van digitale vaardigheden. In
veel bibliotheken komt een mediabar. Er wordt samengewerkt met de
geëigende partners.
De vier zeggen dat, net als voor veel andere bibliotheken, de
uitleenfunctie minder geld moet gaan kosten, zodat er ruimte komt voor
andere activiteiten. Dat wordt bereikt door meer selfservice en
vrijwilligers en door te kiezen voor een mix van bemande en onbemande
openingsuren. Kruithof zegt dat er ook een beweging is naar meer
koppeling aan kulturhusen en verzorgingscentra (servicepunten).
Poelert vindt uniek aan de samenwerking, en waardeert dat ook heel
erg, dat het mogelijk is op hoofdlijnen goede afspraken te maken, maar
tegelijk ruimte te houden voor een eigen aanpak. Voor Cultura is dat
belangrijk, want door de integratie met een theater en het kunstencentrum verschilt de situatie van die in de andere bibliotheken.
Als grootste succes tot nu van de samenwerking noemen de vier het
educatieve programma voor 200 basisscholen. Daar is boven verwachting op gereageerd: het is nu alle hens aan dek om het in te vullen.
TEKST: WIM KEIZER
FOTO’S: ROB KATER
GEGEVENS VIER BIBLIOTHEKEN
Cultura: gemeente Ede (109.800 inwoners). Vestigingen: Ede Centrum, Ede Stadspoort, Bennekom en Lunteren. Bibliobus in kleinere
kernen. Formatie: 12 fte; 23% van de bevolking is lid; 842.983 uitleningen per jaar. De bibliotheek is nog nauwelijks door bezuinigingen
getroffen, maar plannen daartoe zijn er inmiddels wel.
Bibliotheek Noord-Veluwe: gemeenten Elburg, Oldebroek, Hattem,
Heerde en Epe. Vestigingen: Elburg, Epe, Hattem, Heerde, Oldebroek,
’t Harde, Vaassen, Wapenveld en Wezep en uitleenposten of -punten
in Doornspijk, Hoge Enk, Hattemerbroek, Emst en Oene. Werkgebied:
108.079 inwoners. Formatie: 18 fte; 26,3% lid; 1.007.561 uitleningen. Subsidievermindering: gemiddeld 20%.
Bibliotheek Nijkerk: gemeente Nijkerk (40.654 inwoners). Vestigingen: Nijkerk en Hoevelaken, afhaal- en terugbrengpost in Nijkerkerveen. Formatie: 7,3 fte; 29,3% lid; 377.589 uitleningen. Subsidievermindering: tot nu toe nauwelijks, maar de gemeente denkt
inmiddels aan 50%.
Bibliotheek Brummen/Voorst: gemeenten Brummen en Voorst.
Vestigingen Twello, Brummen en Eerbeek en uitleenpunten in Voorst
en Teuge. Boekenbus in kleinere kernen. Werkgebied: 45.000
inwoners. Formatie: 9 fte; 27% lid; 431.107 uitleningen. Subsidievermindering: tussen de 20 en 25%.
Gezamenlijk: werkgebied 303.533 inwoners. Bij de samenwerking in
de back-office zijn 20 personeelsleden (4,5 fte) betrokken. Dit is
zonder de twee directeuren (en hun uren) die de clusters aansturen.
Bibliotheekblad 11 2014
25