achtergrond Regionale mobiliteit personen | Rol vervoerwijzen verschilt sterk per stedelijk gebied 1. Regionale variaties in gebruik vervoerwijzen naar motief De steden kennen grote verschillen in de verdeling over vervoerwijzen naar motief (zie figuur 1). Zo is voor werkgerelateerde verplaatsingen binnen de steden de fiets de belangrijkste vervoerwijze in Groningen en Leeuwarden (allebei bijna 60 procent), Nijmegen en Zwolle (allebei ruim 50 procent) en Amsterdam en Utrecht (allebei ruim 40 procent). In alle overige steden domineert de auto bij de werkgerelateerde binnenstedelijke verplaatsingen (met aandelen tot ruim 50 procent). Onderwijsverplaatsingen binnen het stedelijk gebied gaan veelal per fiets: dit aandeel kan oplopen tot maximaal drie kwart van alle lokale verplaatsingen in Groningen. Daarentegen wordt in Amsterdam, Den Haag en Rotterdam voor onderwijsdoeleinden verhoudingsgewijs veel minder vaak gefietst (ongeveer een derde van de verplaatsingen) en juist vaker per openbaar vervoer gereisd. Voor lokale winkelverplaatsingen fietsen mensen niet alleen veel (20 tot 50 procent van de winkelverplaatsingen), maar maken ze ook vaak gebruik van de auto. Dit geldt met name voor de binnenstedelijke winkelverplaatsingen in de steden buiten de Randstad en in Zuid-Nederland. Daarnaaast lopen mensen ook vaak (vooral in de G4 en daarbuiten in Nijmegen). Voor vrije tijd en overige motieven, tot slot, is de auto veelal de dominante vervoerwijze. Figuur 1 Modal split van alle ‘lokale’ verplaatsingen in 17 grootstedelijke agglomeraties1 naar motief. Bron CBS, OViN 2011-2013; bewerking KiM. Werk Onderwijs Amsterdam Zwolle 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% Tilburg Nijmegen Maastricht Amsterdam Den Haag Rotterdam Utrecht Amersfoort Apeldoorn Leeuwarden Arnhem ’s-Hertogenbosch Enschede Tilburg Nijmegen Maastricht WERK binnen stedelijk gebied Apeldoorn nhem fiets lopen + o Amersfoort Arnhem ’s-Hertogenbosch Breda Eindhoven 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% Amsterdam Den Haag Rotterdam Utrecht Amersfoort Apeldoorn Arnhem ’s-Hertogenbosch Breda Groningen fiets Enschede Eindhoven Zwolle 70% 60% ov Tilburg 50% 40% fiets Nijmegen 30% lopen + overig 20% 10% Maastricht ONDERWIJS binnen stedelijk gebied auto Den Haag auto Rotterdam Utrecht Apeldoorn Leeuwarden Arnhem ’s-Hertogenbosch Breda Groningen Enschede Eindhoven 1 In aanvulling op de vier grootstedelijke gebieden in de Randstad (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) is gekeken naar het vervoerwijzegebruik voor alle Nederlandse steden met meer dan 100.000 inwoners die binnen één van de zogenoemde ‘Beter Benutten-regio’s’ liggen: Amersfoort, Apeldoorn, Arnhem, Breda, Eindhoven, Enschede, Groningen, ’s-Hertogenbosch, Leeuwarden, Maastricht, Nijmegen, Tilburg en Zwolle. Met ‘lokale’ verplaatsingen wordt gedoeld op alle verplaatsingen met een herkomst en bestemming binnen het betreffende stedelijke gebied. Ministerie van Infrastructuur en Milieu ov fiets lopen + o Amersfoort lopen + overig Amersfoort ov Apeldoorn Enschede Leeuwarden Utrecht Utrecht Leeuwarden Eindhoven Amsterdam ov Maastricht auto Rotterdam Vrije tijd (+overig) Zwolle rdam fiets Nijmegen lopen + overig Den Haag Groningen Winkelen auto 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% ov Tilburg Breda Groningen Zwolle auto Mobiliteitsbeeld 2014 | KiM
© Copyright 2024 ExpyDoc