Eindejaarstips 2014 Voor de ondernemer 1. Laat uw herinvesteringsreserve niet verlopen Bij vervreemding van een bedrijfsmiddel kan de vervreemdingswinst buiten de belastingheffing blijven door deze winst te reserveren in een herinvesteringsreserve. Voorwaarde is dat u een voornemen hebt tot herinvestering en dat deze herinvestering ook plaatsvindt binnen drie jaar na het jaar van reserveren. Ga na of dit jaar een herinvesteringstermijn verloopt. 2. Voorkom verliesverdamping Indien u uw verliezen niet tijdig verrekent dan verdampen deze. U kunt verliezen verrekenen met de winst van 1 jaar terug, de zogenoemde carry-back. Het resterende verlies kunt u vervolgens verrekenen met winsten uit de 9 volgende jaren, de zogenoemde carry-forward. U kunt mogelijk nog dit jaar verliesverdamping voorkomen door: • het realiseren van stille reserves/meerwaarde/goodwill; • het inbrengen van winstgevende activiteiten; • het afbouwen van voorzieningen. 3. Houd uw uren bij In 2013 mag u op uw fiscale winst een aanvullende aftrek toepassen voor kosten en uitgaven anders dan loonkosten die direct zijn toe te rekenen aan Research & Development, de RDA. In 2014 wordt er bezuinigd op de RDA. Als u dit jaar van de RDA hebt genoten en geen veranderde omstandigheden verwacht in 2014, moet u rekening houden met een lagere RDA. Eind 2013 wordt het definitieve RDA-percentage voor 2014 vastgesteld bij ministeriële regeling. Let op: Ook in 2015 kunt u blijven profiteren van de ondernemersaftrek. Voorlopig blijft deze ongemoeid. De voorgestelde winstbox is van de baan. 4. Investeer nog voordelig in onroerend goed Indien u een huis, kantoor of ander vastgoed aanschaft of heeft aangeschaft op of na 1 september 2012 tot 1 januari 2015 waarbij het pand vervolgens binnen 36 maanden weer wordt doorverkocht, betaalt de koper alleen over de meerwaarde overdrachtsbelasting. De verruimde termijn van 36 maanden geldt nog tot 1 januari 2015. Daarna geldt weer een termijn van 6 maanden. Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 1 van 10 Daarnaast komt u bij verkoop van nieuw zakelijk vastgoed, dat al in gebruik is genomen of is verhuurd, mogelijk in aanmerking voor een vrijstelling van overdrachtsbelasting. U bent dan alleen btw verschuldigd. Voor deze vrijstelling geldt nog tot 1 januari 2015 een verruimde termijn van 24 maanden. De vrijstelling geldt als de onroerende zaak binnen 24 maanden wordt verkocht: • na de eerste ingebruikneming, of • na de ingangsdatum van de verhuur (als deze ingangsdatum eerder is dan het tijdstip van ingebruikneming). Verder geldt de verruimde termijn alleen als de eerste ingebruikneming of de eerdere ingangsdatum van de verhuur ligt tussen 31 oktober 2012 en 1 januari 2015. Vanaf 1 januari 2015 geldt weer een termijn van 6 maanden. 5. Maak optimaal gebruik van investeringsaftrek Beoordeel of het wenselijk is te wachten met investeringen tot na 1 januari 2015. Als tijdstip van investering geldt het moment waarop u de verplichtingen tot aanschaf of verbetering van het bedrijfsmiddel aangaat. Door investeringen uit te stellen ontvangt u mogelijk meer investeringsaftrek. 6. Zoek uit voor welke investeringsregelingen u in aanmerking kunt komen In beginsel heeft u als ondernemer recht op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). Wanneer u milieuvriendelijk onderneemt, zijn er diverse interessante fiscale investeringsfaciliteiten zoals de energie-investeringsaftrek (EIA), milieuinvesteringsaftrek (MIA) of willekeurige afschrijving op milieubedrijfsmiddelen (Vamil). Toets of u dit jaar nog in aanmerking komt voor de KIA, EIA, MIA en VAMIL . 7. Waardeer activa af Hebt u activa op de fiscale balans die een lagere waarde hebben, dan kunt u deze afwaarderen binnen de grenzen van goed koopmansgebruik. Het afwaarderen van bijvoorbeeld oninbare vorderingen, voorraden of bedrijfspanden kan u een flinke aftrekpost opleveren. 8. Pas RDA toe Het RDA-percentage blijft naar verwachting 60%. De extra aftrekpost levert u als IBondernemer maximaal 26,83% netto op. In de vennootschapsbelasting levert de RDA maximaal 15% netto op. Uit onderzoek is gebleken dat de RDA niet altijd effectief kan worden benut. Zo levert het (startende) ondernemingen met (aanloop)verlies geen direct voordeel op. Momenteel wordt onderzocht of de RDA met ingang van 2016 moet opgaan in de S&O-afdrachtvermindering. Dit zou kunnen betekenen dat 2015 het laatste jaar is waarin u de RDA kunt toepassen. 9. Geen VAR meer maar BGL U vraagt straks geen VAR meer aan maar een Beschikking geen loonheffingen (BGL). De BGL is een beschikking die de opdrachtgever duidelijkheid geeft over de gevolgen van een arbeidsrelatie voor de loonheffingen. U heeft als ondernemer door de BGL dus geen Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 2 van 10 zekerheid over de vraag of u loon uit dienstbetrekking of winst uit onderneming geniet. De opdrachtgever is straks medeverantwoordelijk voor de aanvraag van de BGL. Let op: U blijft voorlopig gebruik maken van de VAR 2014. Deze blijft namelijk geldig tot de inwerkingtreding van de BGL. 10. Verlaag uw winst Er zijn een aantal mogelijkheden om uw winst te verlagen. Onder voorwaarden kunt u een voorziening vormen voor verwachte uitgaven bijvoorbeeld een reorganisatie, onderhoud, saneringskosten, het verlenen van garantie op producten of jubileumuitgaven voor het personeel. Als een voorziening niet mogelijk is, kan soms een kostenegalisatiereserve uitkomst bieden. Deze reserve is bijvoorbeeld mogelijk voor groot onderhoud van een bedrijfspand. Ook kan een vordering worden afgewaardeerd die onvolwaardig is geworden. Wellicht staan er nog incourante aandelen op de balans die kunnen worden afgewaardeerd of ligt er incourante voorraad in het magazijn. 11. Uit de BV naar de eenmanszaak geruisloos of ruisend? Draait u magere winsten of zelfs verliezen met uw BV? In dat geval kan het voordeliger zijn om uw BV om te zetten in een eenmanszaak. U kunt dit ruisend dan wel geruisloos doen. De geruisloze omzetting zit complexer in elkaar. De ruisende omzetting zou meer voordelen met zich mee kunnen brengen. U begint uw eenmanszaak dan namelijk als startende ondernemer. Dit betekent dus dat u onder voorwaarden ook alle ondernemersfaciliteiten geniet waaronder ook de startersaftrek en de willekeurige afschrijving. 12. Lagere toevoeging aan oudedagsreserve Indien u winst maakt, kunt u een deel van die winst aanwenden voor een fiscale oudedagsreserve (FOR). Deze toevoeging aan de FOR verlaagt de verschuldigde inkomstenbelasting. U kunt vanaf 1 januari 2015 minder toevoegen aan de FOR. U kunt dan nog slechts 9,8% van de winst over een kalenderjaar toevoegen aan de FOR. Op dit moment is dat maximaal 10,9% van de winst. Daarnaast geldt er per 1 januari 2015 een maximumbedrag van € 8.640. In 2014 is het maximumbedrag nog € 9.542. Btw tips 13. Vraag btw over facturen van niet-betalende debiteuren terug U kunt btw die u al hebt afgedragen maar niet (meer) van de debiteur kunt innen, terugvragen bij de belastingdienst. Deze btw mag niet worden aangegeven op het suppletieformulier en ook niet in de eerstvolgende btw-aangifte, maar moet in briefvorm worden ingediend bij de belastingdienst. Dit moet gebeuren binnen één maand na afloop van het aangiftetijdvak waarin is gebleken dat de debiteur niet zal betalen. 14. Meld verbreken fiscale eenheid voor de btw zo snel mogelijk Indien u niet langer voldoet aan de voorwaarden voor het bestaan van een fiscale eenheid voor de btw, loopt de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de btw-schulden van alle ondernemingen binnen de fiscale eenheid door zolang de fiscale eenheid bestaat. De fiscale eenheid wordt niet met terugwerkende kracht beëindigd zodat het erg belangrijk Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 3 van 10 is dat u zo snel mogelijk schriftelijk aan de Belastingdienst meldt dat de fiscale eenheid moet worden verbroken. 15. Pas de KOR toe Indien u op jaarbasis maximaal € 1.883 aan btw (na aftrek van voorbelasting) bent verschuldigd, komt u in aanmerking voor de kleineondernemersregeling (KOR). In dat geval kan het zijn dat u een deel van de btw niet hoeft te voldoen. Er geldt zelfs een vermindering van 100% indien u op jaarbasis niet meer dan € 1.345 aan btw bent verschuldigd. Ga na of u de KOR kunt toepassen. 16. Kies het meest gunstige btw-aangiftetijdvak U mag de aangifte btw per kwartaal of per maand doen. Hierdoor valt een liquiditeitsvoordeel te behalen. Als btw moet worden afgedragen, is kwartaalaangifte aan te raden. Bij een structurele teruggave van btw is maandelijkse aangifte uiteraard een betere keuze. Ook kunt u per jaar aangifte doen. U dient hiervoor een schriftelijk verzoek te doen bij de belastingdienst. U moet dan voldoen aan alle volgende voorwaarden: 1. u betaalt per jaar minder dan € 1.883 btw; 2. u heeft geen vergunning artikel 23; 3. u heeft per jaar voor minder dan € 10.000 aan elk van de volgende activiteiten: • intracommunautaire leveringen; • intracommunautaire diensten; • intracommunautaire verwervingen; • afgenomen intracommunautaire diensten. 17. Profiteer langer van laag btw-tarief in de bouw U kunt langer gebruik maken van het verlaagde btw-tarief op de arbeidskosten bij de renovatie en het herstel van woningen. Het verlaagde tarief van 6% voor woningen ouder dan twee jaar wordt namelijk verlengd tot 1 juli 2015. Welke werkzaamheden vallen ook al weer onder renovatie- en herstelwerkzaamheden? Onder renovatie- en herstelwerkzaamheden wordt verstaan het vernieuwen, vergroten, herstellen of vervangen en onderhouden van (delen van) de woning. Ook valt hieronder het aanbrengen van goederen in of aan een woning die in bouwkundig opzicht deel (gaan) uitmaken van de woning. Zo kunt u over de arbeidskosten voor het plaatsen van een keuken of het vervangen van een cv-installatie in beginsel het verlaagde 6%-tarief toepassen. Verder is goedgekeurd dat het verlaagde btw-tarief wordt toegepast op: • het ontwerpen en vervaardigen van bouwtekeningen door architecten en dergelijke ondernemers, mits zij tevens de renovatie van de woning begeleiden; • de arbeidskosten van de in opdracht op maat gemaakte goederen die een onderdeel gaan vormen van de woning. Dit geldt zowel voor de op locatie vervaardigde goederen Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 4 van 10 als de in eigen bedrijf vervaardigde goederen (denk aan inbouwkasten, deuren, kozijnen en dakkapellen); • de arbeidskosten van hoveniers voor het aanleggen en onderhouden van de bij de woning behorende tuinen. 18. Vraag tijdig de in andere EU-lidstaten betaalde btw terug Hebt u btw betaald in andere EU-lidstaten? Dan kunt u deze btw door middel van een elektronisch verzoek bij de belastingdienst in Nederland terugvragen. Let op: Uw verzoek moet binnen zijn vóór 1 oktober van het jaar dat volgt op het jaar waarover u btw terugvraagt. Verzoeken die hierna binnenkomen, worden mogelijk door het andere EU-land niet meer in behandeling genomen. 19. Btw voor digitale diensten aan particulieren administratief vereenvoudigd Telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten worden vanaf 1 januari 2015 belast in het land waar uw klant woont. Als u niets doet, moet u zich dan in alle lidstaten waar uw klanten wonen, registreren, aangifte doen en btw betalen. Maakt u echter gebruik van een speciale regeling, dan hoeft slechts in één EU-land (Nederland) btwaangifte te doen en btw te betalen voor alle elektronische diensten aan uw afnemers in EU-landen. meldt u zich vóór 31 december 2014 aan voor deze regeling bij de belastingdienst, dan kunt u hiervan vanaf 1 januari 2015 gebruikmaken. Let op: Ieder kwartaal moet u de digitale diensten geleverd aan particulieren melden via het beveiligde gedeelte van de internetsite van de belastingdienst. Het gaat daarbij enkel om melding van de verschuldigde btw. De btw-melding moet uiterlijk 20 dagen na afloop van een tijdvak digitaal zijn ingediend. Tips voor de DGA 20. Maak gebruik van het verlaagd AB-tarief U kunt nog voor het einde van het jaar een dividenduitkering doen onder het verlaagd aanmerkelijk belang-tarief van 22% voor zover het inkomen uit aanmerkelijk belang niet meer dan € 250.000 bedraagt. Met uw fiscale partner behaalt u nog meer voordeel. U kunt tezamen totaal € 500.000 tegen 22% uitkeren in 2014. Let op: In 2015 geldt weer het normale aanmerkelijk belang-tarief van 25%. 21. Let op uitkeringstest bij een dividenduitkering Indien er een (interim-)dividenduitkering, terugbetaling op aandelen gestort kapitaal en of inkoop van eigen aandelen anders dan om niet plaatsvindt, dan moet er een uitkeringstest worden gedaan. Het is wenselijk dat u deze test uitvoert, voordat u overgaat tot uitkering. Uit de test blijkt of de vennootschap ook na de dividenduitkering kan blijven voldoen aan haar verplichtingen. 22. Toets het gebruikelijk loon Het is aan te raden om te toetsen of het gebruikelijk loon van de DGA nog klopt in 2015. Het gebruikelijk loon is in 2015 het hoogste van de volgende bedragen: Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 5 van 10 • 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking; • het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn van het lichaam, of met het lichaam verbonden lichamen; • € 44 000. Omdat de belastingdienst veel afspraken met inhoudingsplichtigen heeft over de hoogte van het toe te passen loon en de belastingdienst ongeveer een jaar nodig heeft voor het maken van nieuwe afspraken, is voor het jaar 2015 voorzien in overgangsrecht. Dit overgangsrecht houdt in u het gebruikelijk loon in 2015 zet op 75/70e van het loon in 2013, als dit loon in 2013 hoger was dan € 43.000 (het standaardbedrag in 2013), tenzij aannemelijk is dat het loon in 2015 op grond van de nieuwe gebruikelijk-loonregeling op een hoger of lager bedrag moet worden gesteld. 23. Breng uw bonus in de vrije ruimte U kunt als DGA uw fiscaal voordeel behalen met de werkkostenregeling. Zo kunt u uw bonussen onder de vrije ruimte laten vallen. Deze is in 2014 nog 1,5 % van de loonsom. In 2015 wordt de vrije ruimte verlaagd naar 1,2% van de loonsom. 24. Maak gebruik van de concernregeling U kunt per 1 januari 2015 Als DGA voordeel behalen met gebruik van de concernregeling. De concernregeling maakt het mogelijk om de vrije ruimtes binnen één concern samen te voegen. Indien u een holdingstructuur hebt, waarbij u in dienstbetrekking bent bij de holding, kunt u straks de vrije ruimtes van de holding en de werkmaatschappij samenvoegen. 25. Leen geld aan uw BV Zit uw BV in financiële nood? In dat geval kunt u als DGA geld lenen aan uw BV. De rente die u ontvangt van uw BV valt onder de terbeschikkingstellingsregeling in box 1. Dit betekent dat u de terbeschikkingstellingsvrijstelling van 12 % kunt toepassen. Let op: De lening aan de BV dient onder zakelijke voorwaarden plaats te vinden. Denk aan rente, aflossing en zekerheid. Zorg dus voor een overeenkomst van geldlening en terugbetalings-verplichting. Ook dient de rente zakelijk te zijn. Voor de toetsing van de zakelijkheid dient u uzelf de volgende vraag te stellen: is een onafhankelijke derde bereid onder dezelfde omstandigheden een dergelijk debiteurenrisico te willen lopen? 26. Leen geld van uw BV Bij overtollige liquide middelen in de BV kan het voor u als DGA aantrekkelijk zijn om een lening bij de eigen BV af te sluiten. U kunt lenen voor consumptieve doeleinden. De lening valt dan voor u in box 3. U krijgt geen renteaftrek, terwijl de rente wel belast is bij de BV. Het is fiscaal aantrekkelijker om te lenen voor de eigen woning. U kunt de rente ten laste van uw inkomen in box 1 brengen tegen maximaal 52%, terwijl de BV hierover 20-25% vennootschapsbelasting is verschuldigd. Rekening houdend met de aanmerkelijk belangclaim van 25% bedraagt de totale belastingdruk dan 40-43,75%. Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 6 van 10 Let op: U moet gegevens over de eigenwoninglening doorgeven aan de belastingdienst. Indien u dit niet tijdig doet, verliest u uw recht op renteaftrek. Tips voor de werkgever/werknemer 27. Maak gebruik van de Subsidieregeling Praktijkleren De afdrachtvermindering onderwijs is vervangen door de Subsidieregeling Praktijkleren. Zoals de naam al aangeeft is de nieuwe regeling een subsidie en geen tegemoetkoming in de loonbelasting. Heeft u al een beroep gedaan op deze subsidie? Het subsidiebedrag kan oplopen tot € 2.700 per studiejaar per leerling aanvraag. Om voor de regeling in aanmerking te komen, moet aan specifieke voorwaarden worden voldaan. Zo moet uw onderneming zijn aangemerkt als een erkend leerbedrijf. Ook worden er eisen gesteld aan de overeenkomst tussen leerling, opleidingsinstelling en de werkgever en de daadwerkelijk aan de student geboden begeleiding. 28. Neem uw levenslooptegoed op in 2015 Hebt u als werknemer nog een levenslooptegoed? U kunt uw tegoed in 2015 voordelig in één keer opnemen. De werkgever mag dan 20% van het opgenomen tegoed onbelast uitbetalen. Deze 80%-regeling gaat alleen gelden voor het levenslooptegoed inclusief rente dat op 31 december 2013 in de levensloopspaarpot zat. 29. Pensioengevend salaris afgetopt Bent u als werkgever voorbereid op de pensioenwijzigingen per 1 januari 2015? U kunt zich alvast beraden over de aanpassing van uw bestaande pensioenregeling en over de vereiste reparatie- en/of (eventuele) compensatiemaatregelen. Zo kan straks over het salaris boven € 100.000 niet meer fiscaal gefaciliteerd pensioen worden opgebouwd. Dit maximale pensioengevend salaris wordt jaarlijks geïndexeerd. Er komt een mogelijkheid voor werknemers om vrijwillig te sparen uit het nettosalaris boven de € 100.000. De in te leggen premies worden onttrokken uit het nettosalaris en zijn dus niet aftrekbaar. Het gespaarde saldo is niet belast in box 3, maar mag alleen in de vorm van een lijfrente (periodieke uitkeringen) worden opgenomen. 30. Verlaag bijtelling met eigen bijdrage auto van de zaak Vraagt u uw werknemers om een eigen bijdrage voor het gebruik van de auto van de zaak? Indien deze bijdrage is benoemd als bijdrage wegens privégebruik dan kan de bijtelling worden verlaagd met het bedrag van de bijdrage. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij een bijdrage die een werknemer betaalt omdat hij een duurdere leaseauto heeft dan dat hij volgens de regeling van zijn werkgever mag leasen. 31. U moet nu over op de werkkostenregeling Volgend jaar kunt u niet meer kiezen voor het ‘oude’ systeem van vergoedingen en verstrekkingen in de loonbelasting. Bent u nog niet overgestapt op de werkkostenregeling? houd dan rekening met enkele maanden voorbereidingstijd. Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 7 van 10 U dient niet alleen stil te staan bij de fiscale gevolgen van de werkkostenregeling maar ook bij de arbeidsrechtelijke impact die de werkkostenregeling heeft. Het is daarom aan te raden de arbeidsvoorwaarden tegen het licht te houden en zich onder meer af te vragen of de vergoedingen en verstrekkingen, die op dit moment worden gedaan, een verplichting opleveren jegens de werknemers om deze netto te (blijven) betalen. U moet er met uw werknemers uit zien te komen. U kunt namelijk de arbeidsvoorwaarden niet zonder meer eenzijdig wijzigen, ongeacht of er een wijzigingsbeding in de arbeidsovereenkomst c.q. CAO is opgenomen. 32. U bepaalt straks wat noodzakelijk is U als werkgever bepaalt per 1 januari 2015 of er sprake is van noodzaak bij een beperkt aantal voorzieningen voor uw werknemers. Hierbij moet u denken aan voorzieningen zoals gereedschappen, computers, mobiele communicatieapparatuur en dergelijke apparatuur. Indien u als werkgever het noodzakelijk vindt dat de werknemer de voorziening tot zijn beschikking heeft en dat de werknemer die voorziening ook daadwerkelijk gebruikt bij zijn werk, dan kan dat onder de werkkostenregeling onbelast aangeboden worden. Tablets, telefoons en computers die werknemers zonder meer nodig hebben om hun werk goed te doen, kunnen straks dus onbelast worden verstrekt. 33. Voorlopig geen wijzigingen bijtellingspercentages auto Voorlopig bent u als bestuurder van een auto van de zaak nog steeds gebonden aan de bijtelling van 14%, 20% of 25%. Pas in 2016 komen er weer aanpassingen. Zonder deze noodzakelijke aanpassingen zouden de verlaagde bijtellingspercentages voor elektrische voertuigen en de vrijstelling in de MRB voor zeer zuinige auto’s in 2016 komen te vervallen. De aanpassingen betreffen vooral de bijtellingspercentages voor elektrische en (zeer) zuinige auto’s voor 2016. Let op: U kunt nog steeds onder de bijtelling uit komen. Hiervoor dient u middels een sluitende ritten-administratie aan te tonen dat u onder de 500-kilometergrens voor privégebruik bent gebleven. Ook indien u in het bezit bent van een 'Verklaring geen privégebruik auto' dient u aan te tonen dat u niet meer dan 500 privékilometers rijdt. Overige tips 34. Maak in 2015 gebruik van de ouderentoeslag en de ouderenkorting Laatste kans, alleen in 2015 kunnen oudere belastingplichtigen nog profiteren van de oude-rentoeslag in box 3 van de inkomstenbelasting. De ouderentoeslag is een verhoging van maximaal € 27.984 van het heffingsvrije vermogen. Per 1 januari 2016 wordt deze toeslag afgeschaft. Let op: De ouderentoeslag geldt alleen voor belastingplichtigen die de AOW-leeftijd hebben bereikt op 31 december van het jaar van aangifte of bij het einde van de belastingplicht. Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 8 van 10 Naast de afschaffing van de ouderentoeslag wordt de ouderenkorting voor oudere belastingplichtigen met een inkomen tot € 36.200 verlaagd met € 83. Voor inkomens boven die grens zal de korting in 2016 € 70 bedragen. 35. Denk aan persoonsgebonden aftrek De persoonsgebonden aftrek, waaronder giften, alimentatie, zorgkosten en scholingsuitgaven, komt in mindering op het inkomen in box 1. Een eventueel restant is aftrekbaar van het inkomen in box 3 (tarief 30%) en vervolgens van het inkomen in box 2 (tarief 25%). Stem uw inkomen en aftrek zo veel mogelijk op elkaar af. 36. Verlaag uw grondslag in box 3 U moet over uw vermogen - waaronder uw spaargeld - jaarlijks belasting betalen in box 3 als u meer vermogen heeft dan het heffingsvrije bedrag (€ 21.139 per belastingplichtige, € 42.278 voor fiscale partners). Hierbij wordt het vermogen elk jaar getoetst op 1 januari. U betaalt minder belasting als de grondslag van box 3 op 1 januari lager is. U kunt dit bijvoorbeeld bereiken door aan het einde van het jaar met uw spaargeld: • een deel van uw hypotheek af te lossen; • grote uitgaven die u toch moet doen, nog aan het einde van het jaar te doen; • hypotheekrente vooruit te betalen; • een gift of schenking te doen. 37. Maak gebruik van de schenkingsvrijstelling Tot 1 januari 2015 kunt u van zowel een familielid als een derde belastingvrij een schenking ten behoeve van de eigen woning ontvangen van maximaal € 100.000. De schenking voor de woning moet dienen ter verkrijging van een eigen woning, ter bekostiging van verbetering, onderhoud of afkoop van rechten van erfpacht, opstal of beklemming of ter aflossing van een eigenwoningschuld of een restschuld. Tip: Indien u in 2014 een eigen woning heeft die in aanbouw is, kunt u ook volgend jaar gebruikmaken van de tijdelijke verruiming van de schenkingsvrijstelling. Voorwaarde is dat u in 2014 minimaal de eerste termijn van het aankoopbedrag voor de nieuwbouwwoning heeft voldaan. 38. Schenk onder schuldigerkenning Om bij overlijden successiebelasting te besparen, kunt u als ouder een schenking op papier aan uw kinderen doen. Hierin verklaart u dat u een bepaald bedrag - de schenking - schuldig bent aan uw kinderen. Verder bepaalt u dat u rente betaalt aan de kinderen en dat de schuld pas opeisbaar is nadat u overleden bent. Voordeel is dat u nog steeds over het geld blijft beschikken en uw kinderen genieten van de fiscale voordelen. Let op: Voor de schenking op papier gelden een aantal voorwaarden: • de schenking moet gedaan zijn via een notariële akte; Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 9 van 10 • er moet sprake zijn van minimaal 6% rente over de lening van de kinderen; • deze rente moet daadwerkelijk jaarlijks worden betaald. 39. Kom snel tot inkeer U kunt uw inkomen of vermogen helaas niet meer zonder kleerscheuren bij de Belastingdienst melden. Sinds 1 juli 2014 bedraagt de boete bij vrijwillige verbetering 30%. Overigens is alleen sprake van vrijwillige verbetering als de Belastingdienst nog niet op de hoogte was of had kunnen zijn van het niet aangegeven inkomen of vermogen. Vanaf 1 juli 2015 gaat de boete voor inkeerders omhoog naar 60% van de te weinig geheven belasting. 40. Kies voor gunstige peildatum WOZ-waarde geërfde woning Heeft u een woning geërfd? Dan dient u voor de erfbelasting uit te gaan van de WOZwaarde van deze woning. De peildatum van de WOZ-waarde ligt echter altijd (minimaal) een jaar voor de overlijdensdatum. U kunt als erfgenaam echter kiezen voor de WOZwaarde die geldt in het jaar van overlijden of de WOZ-waarde die geldt voor het jaar na het jaar van overlijden. Keuze voor de juiste WOZ-waarde kan fiscaal voordelig zijn. 41. Kijk uit voor versnelde invordering toeslagschulden Evenals bij belastingschulden kunt u per 1 januari 2015 geconfronteerd worden met versnelde invordering van toeslagschulden. Versnelde invordering houdt in dat de belastingdienst direct na het nemen van een beschikking tot terugvordering van een toeslagschuld (en bijbehorende rente en mogelijke boetes) executoriale maatregelen mag nemen. Betaal uw toeslagschulden daarom op tijd. 42. Belastingrente ook voor de dividendbelasting Per 1 januari 2015 gaat de belastingrenteregeling ook gelden voor de dividendbelasting. Dit houdt in dat u over naheffingsaanslagen dividendbelasting belastingrente bent verschuldigd . Daartegenover staat dat u over teruggaafbeschikkingen rente zal ontvangen. Het percentage wordt gelijkgesteld aan dat van de wettelijke rente voor niethandelstransacties, met dien verstande dat het percentage ten minste 4% bedraagt. 43. Einde kindgerelateerde regelingen inkomstenbelasting U kunt per 1 januari 2015 geen beroep meer doen op drie kind gerelateerde regelingen in de inkomstenbelasting: de aftrek levensonderhoud kinderen, de ouderschapsverlofkorting en de alleenstaande-ouderkorting. 44. Breng uw rente op rest schuld in aftrek U kunt de rente op restschulden per 1 januari 2015 vijftien jaar in aftrek brengen. Nu is dat nog tien jaar. Deze verlenging geldt voor restschulden die zijn ontstaan in de periode vanaf 29 oktober 2012 tot en met 2017. Let op: De hypotheekrenteaftrek wordt per 1 januari 2015 verder verlaagd naar 51 %. Dit raakt alleen huiseigenaren die met hun inkomen in de hoogste belastingschijf vallen. Leidsche Rijn Adviesgroep Pagina 10 van 10
© Copyright 2024 ExpyDoc