Amazones - Liza Karsemeijer

‘Ik wil
originele
pakken’
Claire de Ridder (27)
doet sinds haar zesde aan
voltige en kwam in de
finale van het EK
‘In de voltige (turnen op een
bewegend paard) mag je zelf je
outfit bedenken, zolang het maar
binnen de juryeisen valt. Het mag
bijvoorbeeld niet te wijd zijn, zodat
je lichaam nog goed te zien is. Ik
heb pakken in allerlei thema’s: dit
is mijn indianenpak, maar ik heb
ook thema’s als amazonekrijger en
flowerpower. Het begint meestal
met een idee, daar maak ik dan
een mood board bij en met een
kleermaker overleg ik hoe ik het wil
hebben. Het belangrijkste vind ik
dat mijn pak origineel is en dat ik
er een bepaald gevoel mee kan
uitdragen. Je moet dus ook een
beetje kunnen acteren. Functioneel
zijn de kleren niet, maar ik let er
wel op dat er bijvoorbeeld geen
gekleurde strepen op mijn arm of
been zitten, want dan zie je het
meteen als ik mijn ledematen niet
recht houd. Ik moet er niet aan
denken dat ik een pak weg zou
moeten doen; aan elk exemplaar
heb ik bijzondere herinneringen.’
74 | ELSEVIER STIJL
A
MAZONES
Van rijrok tot spijkerbroek en
van kniebeschermer tot hoge hoed:
amazones uit vijf disciplines
over hun rijkleding.
foto’s: JOUK OOSTERHOF tekst: LIZA KARSEMEIJER
ELSEVIER STIJL | 75
‘Je ziet nu
echt trends’
Fiorella Dreier Gligoor (23)
rijdt sinds haar zevende dressuur en
wedstrijden sinds haar twaalfde
76 | ELSEVIER STIJL
‘Enkele jaren geleden zijn de kledingvoorschriften in de dressuur soepeler
geworden en nu zie je echt trends:
laklaarzen, gekleurde strassteentjes.
Het is een apart wereldje waar veel
geld in omgaat, maar daar trek ik me
niet zoveel van aan. Ik vind de klassieke uitstraling het mooist. Daarom
heb ik een combinatie van zwart, wit
en zilver aan. Ik draag een paardrijbroek van een ademende stof met
een leren gedeelte bij het kruis; dat
zorgt voor meer grip. De bloes heeft
speciale stukken stof met gaatjes
erin, zodat het goed ademt. Om mijn
hals draag ik een plastron met een
gouden speldje. Ik heb witte handschoentjes aan en een netje met een
strik in mijn haar. Tijdens wedstrijden
draag ik dit hoedje, dat vind ik chiquer dan een cap. Zo’n hoedje mag je
pas vanaf een bepaalde klasse dragen omdat het minder goed beschermt.’
ELSEVIER STIJL | 76
‘Als ik val,
blaast mijn
airjacket
zich op’
Elaine Pen (24) rijdt crosswedstrijden
op olympisch niveau
‘Mijn crossoutfit is vooral afgestemd
op mijn eigen veiligheid en die van
mijn paard. Hoe het eruitziet, is
daaraan ondergeschikt. Ik draag een
crosshelm en een bodyprotector met
airjacket, die blaast zich op als ik
val. Ik heb ook een speciaal crosshorloge waarmee ik de tijd in de
gaten houd. Alle kledingstukken
moeten aan de standaardeisen
voldoen, maar daarbinnen kun je
wel een kleur of patroon kiezen.
De hoezen over mijn cap en bodyprotector zijn bijvoorbeeld rood, wit
en blauw, omdat ik voor het
Nederlandse team rijd. Omdat er
zulke strenge eisen aan de kleren
worden gesteld, is het behoorlijk
duur. Sommige dingen heb ik
gesponsord gekregen toen ik naar de
Olympische Spelen ging, maar lang
niet alles. Mijn paard moet er goed
uitzien tijdens een wedstrijd: hij moet
goed gepoetst zijn, zijn haren worden
ingevlochten. Ik probeer zijn
uitrusting af te stemmen op mijn
eigen kleren; dat vind ik mooier en
het maakt een professionele indruk.’
ELSEVIER STIJL | 77
‘De knopen
geven de
rang aan’
Leontine van Haaren (50) doet
sinds haar twaalfde aan slipjacht
78 | ELSEVIER STIJL
‘Echt gejaagd wordt er niet meer:
een sliptrekker zet het spoor uit, de
honden volgen dat, begeleid door de
paarden. Maar verder is alles heel
traditioneel, precies zoals tijdens de
klassieke Engelse vossenjacht: zowel
de paarden als de ruiters en amazones moeten er pico bello uitzien als
ze aan de jacht beginnen. De mannen horen rode jassen te dragen en
de vrouwen zwarte; die worden speciaal in Engeland gemaakt. Omdat we
in de winter jagen, is de wollen stof
dicht geweven en waterafstotend.
Het aantal goudkleurige knopen op
de jas geeft de rang van de ruiter of
amazone aan. De kraag is royal blue,
dat is de kleur van onze vereniging.
Ik heb een lange, op maat gemaakte
jachtrok aan, die moet netjes over
het dameszadel heen vallen. Bij het
hoedje hoort eigenlijk een voile,
maar dat is niet handig als je in het
bos rijdt. Ik ben ’m dan ook tijdens
de jacht kwijtgeraakt: hij hangt waarschijnlijk nog ergens aan een tak.’
‘Polo draait
totaal niet om
esthetiek’
Patricia Flipsen (51), voorzitter
van Polo Club Wassenaar
79 | ELSEVIER STIJL
‘Polo draait totaal niet om mode of
esthetiek. De uitrusting is helemaal
afgestemd op functionaliteit en op
het welzijn van de paarden. Ik draag
een witte spijkerbroek, dat deden ze
in de tropische oorden waar de sport
oorspronkelijk vandaan komt ook.
Daarnaast een katoenen poloshirt en
bruine pololaarzen met een rits aan
de voorkant. Het is een fysieke sport,
dus ik draag ook een helm met een
gezichtsbeschermer, handschoenen
en kniebeschermers. Ook het paard
draagt beschermers.
‘Soms hebben we na een groot
toernooi een galadiner en als
iedereen dan opeens zo opgedoft is,
herken ik sommige mensen niet eens.
Ook de paarden hoeven er niet mooi
uit te zien: hun manen worden
afgeschoren en hun staart
opgebonden, dan blijft de stick er
niet in hangen. Mijn jongste paard,
een schimmel, heeft zijn neus
gebroken als veulen en dat zie je nog
steeds. Bij polo maakt dat helemaal
niet uit: als hij maar snel, slim en
wendbaar is.’
ELSEVIER STIJL | 79