Malaise in de eventsector - Verslag

Verslag: Debat: ‘Malaise in de eventsector’
Inleiding:
Deze editie van het Eventforum leek het ons zinvol om stil te staan bij de vermeende malaise in het
festivallandschap en de eventsector. Met de regelmaat van de klok bericht de pers over festivals die
er de brui aan geven of in financiële moeilijkheden verkeren.
Voorbeelden zijn in onze provincie jammer genoeg legio (Rock Herk, Enterrock, Electric field, Houza
Palouza, Springtime, …). Maar ook buiten Limburg balanceren heel wat festivals op de rand van
levensvatbaarheid (Repmond Rock, Novarock, Puntpop, Casa Blanca, Linkerwoofer, …)
Hoe komt het dat zoveel festivals in moeilijkheden verkeren? Ligt het gewoon aan de crisis, slecht
weer, … ? Of is er meer aan de hand? En wat kunnen organisatoren van festivals en evenementen
hieruit leren?
Samen met enkele experts willen we proberen de vinger op de zere plek te leggen:
−
−
−
−
−
Lennart Janssen is programmator bij het Genkse Absolutely Free Festival. Daarnaast speelt
hij als muzikant bij bands als Statue en Bonfire Lakes.
Anniek Nagels is schepen van jeugd en cultuur in de stad Genk. In die hoedanigheid is ze mee
verantwoordelijk voor evenementen als Genk on Stage, …
Kim Mathijs is de helft van het legendarische dj-duo Ed & Kim. Als dj is hij ook bekend als
Michael Midnight en van The Whatevers. Kim belandde als gast al op ontelbare fuiven en
festivals van allerlei grootte. Als muzieksamensteller bij Studio Brussel en als drijvende kracht
achter de Whatever-feesten en Breakdown staat hij ook vaak aan de organiserende kant.
Mike Naert is directeur/programmator van Het Depot in Leuven.. Vanuit zijn functie
organiseert hij mee M-idzomer, Beleuvenissen, … .
Bart Husson werkt als cultuurredacteur voor TV Limburg.
Ralf Leesen, stafmedewerker bij de Provinciale Jeugddienst en organisator van Limbomania, treedt
op als moderator tijdens het debat.
Het festivallandschap:
We openen de debatten met een filmpje waarin Serge Platel (directeur van de Federatie van
Muziekfestivals In Vlaanderen) de malaise in de festivalsector kadert.
Zijn er niet gewoon teveel festivals/evenementen?
Er zijn zeker genoeg festivals in Vlaanderen. Wat vooral opvalt is dat de laatste jaren veel festivals
met dezelfde programmatie naar buiten komen. (Bart Husson)
De festivals die er uit vallen zijn vaak gewoonweg op. In de plaats komen vaak nieuwe festivals die
gaan voor een niche en niet uitpakken met grote dure namen. Goede voorbeelden hiervan zijn
Dungeon (Leuven) of Absolutely Free Festival (Genk). (Mike Naert)
1
Grote festivals als Pukkelpop, Rock Werchter en Tomorrowland hebben het psychologisch voordeel.
Mensen willen deel uitmaken van de massa op deze grote events. Verder merkt ze dat beleving
belangrijker is geworden. Festivalbezoekers zien dit als meerwaarde. (Anniek Nagels)
Absolutely Free Festival draait rond ontdekken. Voor de programmatie gaan we op zoek naar bands
met potentieel om groot te worden. Daaraan koppelen we een cultband. De bekende bands van het
moment krijgen we gewoon niet vast. Zij staan meestal op Pukkelpop. Als organisatie ben je heel
afhankelijk van de boekingskantoren. (Lennart Janssen)
Na het succes van Tomorrowland zagen we heel wat kopieën als paddenstoelen uit de grond
schieten. Deze vallen gewoon af. Het is belangrijk om origineel en creatief te zijn. Kopiëren lukt
gewoon niet. (Kim Mathijs)
M-idzomer doet het omgekeerde ten opzichte van de grote massafestivals. Deze festivals bieden een
heel ruim aanbod van grote bands en dj’s aan. Uiteindelijk pik je er toch maar een beperkt aantal
mee. Vroeger was Torhout-Werchter een festival met één podium en een line-up van tien bands. Nu
heeft Rock Werchter vier podia met bijna honderd acts. De grote festivals gaan steeds voor meer. Als
M-idzomer doen we hier niet aan mee en keren we terug naar de eenvoud. We programmeren vier
bands per dag en voorzien ruim tijd voor de bands. Hiermee willen we de muziek terug belangrijker
maken. (Mike Naert)
Valt het jullie op hoe de media over Tomorrowland bericht? Het gaat niet over de muziek of de
prestaties van de dj’s, maar over de rand. Zo lees je bijvoorbeeld over de top tien van knapste
festivalbezoeksters, maar niks over de muziek. (Bart Husson)
Anderzijds zie je ook de tegenbeweging tegen deze vorm van grote belevingsfestivals. Zo pakt het
openluchtheater in het provinciaal domein Rivierenhof (Deurne) elk zomer uit met een
programmatie waar muziek centraal staat. (Mike Naert)
In Genk zie je twee bewegingen. Enerzijds heb je events die zich richten naar de beleving. Anderzijds
valt het op dat er ook meer events ontstaan puur gericht op muziek. In Genk gaat het over de
opkomst van steeds meer metal-concerten. (Anniek Nagels)
In het profiel van Absolutely Free Festival staat muziek centraal en wil de organisatie vernieuwend
blijven op het vlak van ecologie. Verwacht geen Efteling zoals op Tomorrowland of een line-up zoals
Pukkelpop. Bij ons blijft het ontdekken van nieuwe bands belangrijk. De keuze voor een uitgesproken
profiel kan ook beperkend werken. Zo mijdt Absolutely Free Festival de sponsoring van
multinationals als Coca-Cola. Zij passen gewoon niet binnen het profiel. Verder is het belangrijk om
goed te focussen. Kies een paar zaken en ga niet te breed. Zo kan je hier echt goed op focussen.
(Lennart Janssen)
Wat is de rol van boekingskantoren in de malaise van het festivallandschap?
Zelfs zullen de boekingskantoren hun rol in de malaise niet als een probleem zien, maar ze spelen wel
een grote rol. Live Nation is in België het grootste boekingskantoor. Zij zorgen natuurlijk in eerste
instantie voor hun grote events (Rock Werchter en Pukkelpop). Daarna bestaat er een ranking voor
de andere grote en middelgrote events. Wat overblijft is voor de kleinere spelers. Ook de andere
boekingskantoren richten zich eerst op de grote events. Gevolg is dat iedereen hengelt op dezelfde
2
kleine vijver. Dezelfde programmatie zorgt voor vergelijkbare profielen. De waarde van uw festival
stijgt juist als je unieke acts kan aanbieden. (Mike Naert)
Dit jaar merken organisatoren wel dat het aanbod van bands veel groter is. Er zijn opvallend veel
nieuwe releases het afgelopen jaar, ook van Belgische bands en artiesten. Hierdoor loopt de
programmatie veel vlotter dan vorig jaar. (Lennart Janssen)
Genk on Stage is een gratis festival. Dit schrikt heel wat bookers af. Dit maakt het voor gratis festivals
moeilijker. Voor Genk On Stage gaan we op zoek naar internationale acts die een bepaald publiek
trekken, maar niet meer hip zijn (Boy George, Umberto Tozzi, …). Verder valt het wel op dat er veel
overleg is in Limburg tussen de festivals onderling. Zo ontstaat er een soort van gentlemen’s
agreement om niet dezelfde bands te boeken. (Anniek Nagels)
Als artiest valt het wel op dat de prijzen op de markt toch wel aan het zakken zijn. Het aantal
boekingen blijft wel stabiel, maar de prijzen liggen wat lager dan de afgelopen jaren. (Kim Mathijs)
Het is wel een probleem dat bands vaak veel te duur zijn zonder echt iets bewezen te hebben. Ze
hebben één notering in de Afrekening op Studio Brussel en hun prijs vliegt de hoogte in. Bovendien
lossen ze niet altijd live de verwachtingen in. (Lennart Janssen)
Dit onrealistisch verwachtingspatroon van Belgische bands kan je zeker door trekken naar danceacts. Het verhaal met dj’s is enorm frustrerend. In verschillende gevallen betaal je voor een slechte
set of spelen ze een vooraf opgenomen set af. Zo is er de anekdote van een grote internationale djact waarvan de manager aan een organisatie duidelijk maakte dat zijn act geen 50 min kon spelen,
maar exact 45 minuten en 19 seconden. Het is spijtig genoeg een spel van vraag en aanbod. (Mike
Naert)
Ditzelfde geldt ook voor festivals als Pukkelpop. Je wil nu eenmaal publiek trekken met de
populairste dj’s van het moment. Ook al weet je dat er tussen zitten die live spijtig genoeg niets
voorstellen. (Kim Mathijs)
Voor de budgettering van de programmatie maakt Absolutely Free Festival gebruik van een aantal
vuistregels. Eerst en vooral is er een afspraak met Genk on Stage over acts. Enkel jong Genks talent
kan je terugvinden op beide affiches. Verder hanteert het festival een strikte budgettering voor de
line-up. Elke spot en tent krijgt een bepaald bedrag toegewezen gekregen. De line-up maakt veertig
percent uit van het totale budget. (Lennart Janssen)
Voor Genk On Stage krijgt elk podium en elke podiumplek een bepaald budget. Per podium wordt er
gezocht naar één grote naam en één exclusieve act. Verder is er de samenwerking met Positif, een
groep, een groep Genkse jongeren die dj-events organiseren. Zij krijgen elk jaar een podium en een
bepaald budget waarmee ze kunnen programmeren. (Anniek Nagels)
Voor M-idzomer is er een budget per dag. Elk jaar opnieuw merk je weer dat de vork toch te klein is
voor wat je eigenlijk zou willen. (Mike Naert)
Vraag uit het publiek: In de stad Antwerpen merken ze dat er als een groot festival er mee stopt
onmiddellijk een aantal nieuwe organisaties uit de grond schieten om deze plaats in te nemen. Zo is
dit het geval met het verdwijnen van Linkerwoofer. Binnen de week stonden er drie nieuwe
3
kandidaturen aan de deur van de stad. Bovendien zijn er vaak meerdere festivals op dezelfde dag in
de stad. Is dit ook het geval in Limburg? En hoe wordt er mee omgegaan?
In Genk stoppen de meeste eventorganisatoren omwille van het uiteenvallen van de
vrijwilligersgroep. Nu is er in de stad een opkomst van niche events rond metal. In het verleden
gebeurde het wel eens dat er meerdere events op één dag samenvielen. Dit gaat bijvoorbeeld over
een groot wijkfeest en een festival. Genk probeert hier te begeesteren en niet te beheersen. Door
een goed netwerk te creëren lossen deze problemen zich op termijn op. (Anniek Nagels)
In Leuven is er weinig ruimte voor nieuwe events. De affiche zit vol en blijft vol. (Mike Naert)
In Limburg stelt het probleem zich niet van meerdere events op één dag. Het verschil is vaak dat
events in onze provincie trager groeien. Bovendien werd er in het verleden sterk ingezet op
netwerkmomenten. Zo is er veel overleg onderling en kent iedereen elkaar. (Ralf Leesen)
Financieel:
Voor het financiële luik van debat starten we opnieuw met een filmpje. Maarten Ruelens (Rock Herk)
legt uit hoe ze met Rock Herk hun crowdfunding-project hebben aangepakt en deelt zijn ervaring met
dit principe.
Wat vinden jullie van dit crowdfunding systeem?
Het crowdfunding-principe is een heel sterk systeem. De sterkte zit hem erin dat je festivalgangers
heel sterk aan je bindt. Je maakt ze echt mede-eigenaar van je festival. Het sluit aan bij de manier
waarop Pukkelpop de communicatie na de ramp aanpakte. Ze benoemde haar festivalgangers als
‘Pukkelpoppers’. Dat creëerde een heel sterk ‘wij tegen de rest‘-gevoel. Het crowdfunding-verhaal
van Rock herk is niet simpel, maar werd een slimme zet voor Rock Herk zowel financieel als
promotioneel. (Bart Husson)
Er zat ook een duidelijk verhaal achter. Iedereen kent de problemen van Rock Herk waardoor ze dit
verhaal verkocht krijgen. Dit zou niet voor alle organisaties het geval zijn. (Kim Mattijs)
Er is natuurlijk wel een belangrijke bedenking. Dit jaar krijg je de verzamelde som wel binnen, maar
de volgende jaren mis je natuurlijk wel een deel inkomsten. Alle crowdfunders mogen natuurlijk
jaarlijks gratis binnen. Hoe gaan ze dit opvangen? (Lennart Janssen)
Rock Herk gaat realistischer moeten worden om de jaren erna te overleven. (Bart Husson)
Vanuit het publiek pikt Axel Van Aeken (Rock Herk) in op de vragen vanuit het panel.
Rock Herk zat de afgelopen jaren in de hoek waar de klappen vallen. De edities met slecht weer
hadden een serieus gat geslagen in de kas van Rock Herk. Toen we Rock Herk te koop hebben gezet
op e-bay hebben, was dat onze ultieme noodkreet. Gelukkig ontvingen we veel positieve reacties en
kwamen we vervolgens terecht bij het crowdfunding-idee. Onze crowdfunding was een onverhoopt
groot succes. Enerzijds haalde we meer geld binnen als ons richtbedrag. Anderzijds geeft het ons een
ongelofelijke boost. De mensen geloven terug in Rock Herk. Iedereen wist het de laatste jaren beter
dan de organisatie. De communicatie rond Rock Herk was steeds negatief rond het betalend worden
of onze financiële put. De crowdfunding heeft deze opinie helemaal omgedraaid. Rock Herk is terug
4
een grote familie. Binnenkort komen we trouwens met de eerste namen. Naar volgende edities gaan
we moeten bekijken hoe we deze doorstart verder zetten. (Axel Van Aeken)
Zijn er vuistregels om te merken of een festival financieel gezond is?
Natuurlijk probeer je het risico zo klein mogelijk te maken. De afgelopen editie van Absolutely Free
Festival rekende we wel op 50% inkomsten uit drank binnen te halen. Eigenlijk vinden we dit te hoog
en willen we zoveel mogelijk dit risico verlagen. (Lennart Janssen)
Voor M-idzomer rekenen we op 70-75% bij de bezoeker te halen. (Mike Naert)
Voor de ‘Whatever’-feestjes moeten er geen (dranken)deals gezocht worden. Wij werken samen met
Muziekodroom. Zij hebben langlopende deals. (Kim Mathijs)
Het verhaal van sponsors is natuurlijk dubbel. In ons geval wil het stadsbestuur zich natuurlijk niet
linken aan elke sponsor. Voor een gratis stadsfestival haal je een deel inkomsten binnen door
afspraken met de lokale horeca in het stadscentrum. (Anniek Nagels)
Om over te gaan naar het luik rond de rol van de overheid starten we met een filmpje. In deze
videoboodschap haalt Chokri Mahassine (Pukkelpop) de rol van de overheid en het probleem van te
veel regels voor organisatoren aan.
Wat is de rol van de overheid?
We moeten gaan naar minder regels. Er zijn gewoon te veel regels. Anderzijds moet de overheid
goede projecten ondersteunen met subsidies. Niets is toch belangrijker dan brood en spelen. (Bart
Husson)
Voor het verhaal rond de subsidies moeten we natuurlijk een onderscheid maken tussen de gewone
festivals en de stadsfestivals georganiseerd door het stadsbestuur. Voor gewone festivals zou de
Vlaamse overheid zeker een financiële injectie mogen voorzien in de vorm van een subsidie. Het
probleem is dat de publieke opinie het beeld heeft van de grote festivals als Pukkelpop,
Tomorrowland en Rock Werchter. Zij genereren een hoop winst en voor de publieke opinie moeten
festivals geen subsidies krijgen. Dit beeld klopt niet voor de nichefestivals. Zij kunnen wel echt
subsidies gebruiken. Waarom kunnen we niet gaan naar het ‘Tax Shelter’-principe naar analogie van
de Vlaamse filmindustrie. (Mike Naert)
Voor Genk on Stage koppelen we als stadsfestival een aantal specifieke doelstellingen aan de
organisatie van het festival. Zo is het voor het stadsbestuur een heel belangrijk deel van onze
citymarketing. Daarnaast willen we ontmoeting tussen onze inwoners stimuleren. Onze derde
doelstelling is kansen bieden. Zo zijn er een heel aantal Genkse artiesten die we podiumkansen
bieden. Maar je mag het nog ruimer zien. Zo geven we mensen de kans om ervaring op te bouwen
als bijvoorbeeld stagehands. Dat is heel belangrijk in ons vrijwilligersbeleid. We werken hier voor
samen met VDAB. Voor de gewone festival mag geen enkele organisatie rekenen dat ze hun event
helemaal kunnen dekken door subsidie. We hebben een subsidiereglement, maar er zijn nog andere
belangrijke vormen van ondersteuning door lokale besturen mogelijk. Ik denk maar aan logistieke en
structurele ondersteuningsvormen. Met een goede uitleendienst of het ter beschikking stellen van
een bestelwagen kan je ook het verschil maken voor een event. (Anniek Nagels)
5
Het is natuurlijk ook belangrijk om eerst iets te bewijzen als organisatoren. Je kan niet verwachten
dat je een hoop subsidie krijgt zonder dat je als organisatie al iets op je cv hebt gestaan.
Muziekcentra als Muziekodroom of Het Depot zijn ook met niets begonnen. Door te laten zien wat
we verwezenlijken kregen we ook steun vanuit de overheid. Eerst iets bewijzen en dan pas subsidie
vind ik een logisch principe. (Mike Naert)
Is het niet teveel werk, te moeilijk om aan een subsidiedossier te beginnen?
Voor Absolutely Free Festival ervaren we de dossiervorming als positief. Bij de stad Genk mogen we
rekenen op heel wat hulp. Dat zit echt goed. Bij de provincie verloopt dit ook altijd vlot. (Lennart
Janssen)
Terug naar het ‘Tax Shelter’-systeem. Even ter informatie: De Tax Shelter is een maatregel die ertoe
moet bijdragen om het investeringsklimaat in Belgische audiovisuele sector te verbeteren en te
stimuleren. Investeerders kunnen sinds januari 2003 genieten van een belastingvrijstelling van 150%
voor het bedrag dat door hen werd besteed aan Belgisch audiovisueel werk. Dit heeft de Vlaamse
filmindustrie bijvoorbeeld een stevige boost gegeven. (Ralf Leesen)
Ik vind het alleszins een goed idee om het principe net als in de filmindustrie ook toe te passen voor
de muziekindustrie. (Kim Mathijs)
Natuurlijk moeten we het systeem goed afwegen. Bij de invoering voor de filmindustrie zaten er een
aantal kinderziektes. Die moeten we wel vermijden, maar verder denk ik zeker een goed idee.
(Anniek Nagels)
Regelgeving:
Uit het onderzoek van Fuifpunt en de Ambrassade rond het fuifklimaat in Vlaanderen blijkt dat meer
dan 70% van de organisatoren problemen heeft om in orde te blijven met de regelgeving die maar
blijft toenemen. Novarock in Kortrijk kreeg ooit 28 controleurs over de vloer gehad van
voedselveiligheid tot sociale controle. (Ralf Leesen)
Bij Absolutely Free Festival valt het verhaal van de regelgeving wel mee. Belangrijk is om goed te
plannen en tijdelijk te beginnen aan alle zaken. Dan loopt dit wel. Met onze locatie hebben we wel
het voordeel dat er voldoende vluchtwegen zijn. Bovendien liggen we vlak bij de brandweer en het
ziekenhuis is ook niet ver. (Lennart Janssen)
Het is inderdaad belangrijk om goede afspraken te maken en ervoor te zorgen dat je draaiboeken in
orde zijn. Het moet tegoei gedaan worden, want je hebt ook een belangrijke verantwoordelijkheid
naar je bezoekers toe. (Mike Naert)
Mensen die beginnen met organiseren hebben het wel moeilijk in het begin. Zij kunnen wel
begeleiding gebruiken. Daar heeft de overheid een belangrijke rol te vervullen. (Bart Husson)
Aanbevelingen:
Welke tip zou je nog willen meegeven naar organisatoren?
6
Zorg dat je een goed verhaal hebt. Dit is niet enkel belangrijk voor je bezoekers, maar ook voor de
media. (Bart Husson)
Denk goed na over je profiel en probeer niet verder te springen dat je aankan. (Mike Naert)
Het is belangrijk om een duidelijke visie te ontwikkelen rond je programmatie. Verder is het
belangrijk om advies te vragen. Er zijn zoveel mensen die openstaan om je een deel van hun bagage
mee te geven. (Kim Mathijs)
Een organisatie moet leren groeien op zijn eigen tempo. Verder vind ik het belangrijk dat je partners
zoekt voor je project zoals bijvoorbeeld je stad of gemeente. (Anniek Nagels)
Je moet ballen hebben voor je ideeën te durven proberen uit te werken. Durf ook hulp vragen bij je
stad of gemeente. Als afsluiter geef ik mee dat je moet genieten van het moment en het feesten voor
jezelf mag pas beginnen nadat alle bezoekers buiten zijn. (Lennart Janssen)
Vraag uit het publiek: Hoe bepaal je de ticketprijs?
Dat is natuurlijk een moeilijke. Je begint met een voorzichtige schatting te maken van je project. Dat
zorgt voor de basis waarop je de afweging maakt. Het is natuurlijk een elastisch gegeven. Door
ervaring vind je hier na een tijdje de goede weg. (Mike Naert)
Vraag uit het publiek: Ik hoor vaak dat het moeilijk is om sponsoring vast te krijgen, maar er zijn toch
genoeg grote bedrijven op de markt. Hoe kan een klein festival omgaan met sponsoring en voorbeeld
Red Bull aan boord krijgen?
Red Bull is eigenlijk een slecht voorbeeld. Zij komen gewoon af en beginnen gratis blikjes uit te delen
in de buurt van je ingang. Daar heb je twee keer niks aan. Het probleem is dat grote bedrijven zich al
kunnen koppelen aan de grote festivalspelers. Op een festival als Pukkelpop lopen er 200.000
bezoekers rond. Als je dat moet afwegen tegen een event voor pakweg 8.000 bezoekers dan is je
rekening snel gemaakt. Dus je moet hier ook vernieuwend zijn. Sponsoring is ook meer dat enkel een
logo op een affiche geworden. Je kan bijvoorbeeld uitpakken met een goede hospitality en VIPpaketten. (Mike Naert)
7