Instructie fotogebruik Privacy & Identiteit Alle foto’s zijn illustratief. Ze zijn bedoeld om een indruk te geven. Het zijn geen portretten. Om privacy-redenen ligt hier een groot onderscheid. Respecteer dit onderscheid. Dit betekent het volgende: Alle foto’s kunnen alleen maar gebruikt worden om extra context toe te voegen. De foto’s kunnen nooit als portretondersteuners gebruikt worden. Anders gezegd: Er mogen geen namen en indicaties aan de personen op de foto’s toegekend worden. TIP: neem contact op bij vragen Wanneer u een vraag heeft over het wel of niet gebruiken van beeldmateriaal uit deze beeldbank, neem dan contact op. Graag zelfs. Verhaal Foto’s vertellen een verhaal. Welk verhaal wilt u vertellen? Bekijk voordat u een foto gebruikt goed of de foto het verhaal versterkt. Een verkeerde foto op de verkeerde plaats kan verwarring scheppen. U kunt ook een stukje van een foto gebruiken. Alle foto’s in de beeldbank zijn rijke foto’s, dat betekent dat ze zich lenen voor verschillende uitsnedes. TIP: Snij de foto op maat Snij de randen van de foto om eventueel de vorm aan te passen en schaal de foto tot het juiste formaat. Let daarbij wel op de verhoudingen. Verhoudingen De foto ziet er het meest realistisch uit in de juiste verhoudingen. Altijd goed schalen. Wanneer je een foto groter of kleiner wil maken, let dan goed op de verhoudingen. TIP: gebruik de SHIFT-toets In Word en Powerpoint blijven de verhoudingen van een afbeelding gelijk wanneer bij het groter of kleiner maken de SHIFTtoets ingedrukt houdt. Kwaliteit Om de mooiste foto’s in drukwerk te gebruiken heb je hoge kwaliteit nodig.Deze hoge kwaliteit is minder hard nodig in een powerpoint. Alle foto’s worden daarom zowel in hoge als in lagere kwaliteit aangeleverd. Zo blijven de foto’s bruikbaar. TIP: gebruik LOW voor ppt HIGH 300 DPI LOW 72 DPI Een beeldscherm heeft een lagere scherpte dan drukwerk. Een hele grote foto laten zien in een presentatie heeft niet zo veel zin. Gebruik liever de LOW resolution foto’s in powerpoints.