Auris De Kring
Veilighei
d
Taal- l
o
scho
Structuur
Schoolgids 2014-2015
ne
d
r
Woo hat
sc
Inhoud
OPENINGSWOORDJE ............................................................ 1
EEN SPECIALE SCHOOL....................................................... 1
KWALITEIT ............................................................................. 2
LEREN OP DEZE SCHOOL ................................................... 2
PROFESSIONEEL TEAM........................................................ 4
PRAKTISCHE ZAKEN ............................................................ 5
SCHOOLREGELS EN AFSPRAKEN....................................... 9
SCHOOLSPECIFIEKE ZAKEN .............................................. 9
BIJZONDERE ACTIVITEITEN ............................................. 10
INFORMATIE OVER HET ONDERWIJS .............................. 12
MET TAAL ONTWIKKEL JE JEZELF.................................... 14
ONZE KIJK OP TAALAANBOD EN TAALONDERWIJS ........ 15
AURIS-VISIE OP ONDERWIJS.............................................. 16
AURIS ZORG.......................................................................... 18
AURIS CURSUSAANBOD....................................................... 18
SCHOOLKLIMAAT, CODES, PROTOCOLLEN EN BELEID .18
FORMELE ZAKEN................................................................. 19
Uitreiking schoolgids
De schoolgids wordt uitgereikt aan de ouders bij inschrijving van de
leerling en elk jaar daarop volgend indien de leerling nog op school zit.
Woordgebruik
Met alle persoonsaanduidingen in deze gids worden zowel mannelijke als
vrouwelijke personen bedoeld. Met de term ouders worden ook verzorgers
bedoeld. Met de term kind wordt ook het begrip pupil bedoeld.
Vaststelling
Deze schoolgids is vastgesteld door het bevoegd gezag van de Koninklijke
Auris Groep. Het Jaarverslag wordt jaarlijks in de maand mei vastgesteld
en kan door derden worden opgevraagd via: [email protected] of men kan de
verkorte uitgave inzien via www.aurisjaarverslag.nl
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
OPENINGSWOORDJE
Beste ouders, verzorgers en andere belangstellenden,
Voor u ligt de nieuwe schoolgids voor het schooljaar 20142015. Met deze gids willen we de ouders, verzorgers en
belangstellenden informeren over allerlei zaken betreffende
Auris De Kring. In de gids vindt u informatie over ons
onderwijs, de specifieke leerlingenzorg, algemene informatie
over het team, de contacten met ouders, de lestijden, de
resultaten van ons onderwijs, praktische zaken enzovoort.
Bij deze schoolgids hoort de schoolkalender waarop alle
schoolactiviteiten en vrije dagen vermeld staan. De kalender
ontvangt u de week vóór de zomervakantie.
In het hoofdstuk over ‘contacten met school’ geven we aan
op welke momenten we graag met u in contact treden. We
bespreken dan met u hoe uw kind zich ontwikkelt en hoe we
de begeleiding van uw kind vorm geven.
Auris De Kring blijft zich richten op een grote betrokken­
l
o
o
h
c
Taals
heid van kinderen en ouders bij de school, zorg voor
kinderen en kwalitatief goed onderwijs.
Mocht u suggesties of vragen hebben over de inhoud van
deze schoolgids, aarzelt u dan niet om met school contact op
te nemen.
Namens de teamleden wens ik kinderen en ouders een heel
leerzaam en plezierig schooljaar toe.
Mattanja Hiensch
Directeur Auris De Kring
EEN SPECIALE SCHOOL
Auris De Kring maakt deel uit van de Koninklijke Auris
Groep. Auris is professioneel partner voor mensen die
ondersteuning nodig hebben bij horen, spreken of taal. Op
de Auris-scholen zijn leerlingen welkom die een cluster
2-indicatie hebben.
Auris De Kring is speciaal bestemd voor leerlingen tussen 3
en 13 jaar met een
• taalontwikkelingsstoornis (TOS, voorheen ESM)
• stoornis in het autismespectrum die specifiek leidt tot een
communicatieve beperking (ASS)
1
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
• auditieve beperking:
-- slechthorende leerlingen (SH)
-- slechthorende leerlingen met een verstandelijke
beperking (SH-MG)
-- dove leerlingen (DO).
Auditief beperkte leerlingen maken meestal gebruik van een
hoorapparaat of een cochleair implantaat (CI).
KWALITEIT
Scholen van de Koninklijke Auris Groep besteden veel tijd
aan leerlingenzorg. Iedere school heeft een Commissie van
Begeleiding (CvB). Dat is een groep mensen die bijvoorbeeld
advies geeft aan de groepsleerkracht van een nieuwe
leerling. Samen met de leerkracht en de logopedist wordt
er bekeken wat het beste programma voor de leerling zal
zijn. De leerkracht schrijft dit op in een groepsplan. Aan
het begin van het schooljaar bespreekt de Commissie van
Begeleiding het groepsplan met de leerkracht. Dit gebeurt
twee keer per jaar. Als een kind het programma niet meer
kan volgen, geeft de leerkracht gedurende een bepaalde
tijd extra aandacht aan de leerling. De onderdelen van het
lesprogramma waaraan extra tijd besteed moet worden,
staan in een individueel handelingsplan.
Om nu te weten of de scholen zich aan al die afspraken
houden, voeren kwaliteitsmedewerkers van Auris gesprekken
met iedereen die op school werkt.
Commissie van Begeleiding
In de Commissie van Begeleiding hebben zitting: de
directeur en/of de teamleider, een logopedist, de groeps­
docent, de maatschappelijk werkende, de psycholoog en de
jeugdarts.
Als kinderen met een indicatie cluster 2 (intensief arrange­
ment) door hun ouders op school aangemeld worden, gaat
de Commissie van Begeleiding kijken of het kind, naast het
algemene programma dat de school biedt, nog specifieke zorg
nodig heeft. Op grond van de bevindingen van de Commissie
van Begeleiding wordt een ontwikkelings­perspectief en
het uitstroomperspectief bepaald en worden met de ouders
lijnen uitgezet voor de school­loopbaan van het kind. Ouders
krijgen de gelegenheid dit plan te bespreken met de directeur,
teamleider of leerkracht en te tekenen voor gezien.
Elk jaar wordt in mei / juni het uitstroomperspectief
geëvalueerd in de Commissie van Begeleiding en daarna
besproken met de ouders of verzorgers. De Commissie van
Begeleiding adviseert ook over (terug) plaatsing naar het
regulier (voortgezet) onderwijs of naar een andere vorm van
speciaal onderwijs. Dit wordt daarna door de leerkracht met
de ouders besproken. De procedure vindt u in het protocol
(terug)plaatsing.
Leerlingenzorg
Ieder jaar worden de leerlingen met de groepsleerkracht,
2
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
logopedist en intern begeleider of teamleider besproken in
de leerlingbespreking. In een aantal gevallen bespreken we
leerlingen in de Commissie van Begeleiding.
Visie van de school
In het schoolplan hoofdstuk 3 wordt een karakteristiek
van ons onderwijs gegeven. Dit gebeurt door onderwijs
te karakteriseren volgens de kwaliteitscriteria die de
overheid hanteert, maar ook volgens kwaliteitscriteria die
de school zelf hanteert uitgaande van de visie op onderwijs.
Het schoolplan ligt ter inzage op school en daarin zijn
verschillende kwaliteitscriteria beschreven.
• Rekening houden met de kerndoelen speciaal onderwijs.
• Zorgen voor een ononderbroken ontwikkelingsgang.
• Verzorgen van onderwijs gericht op de hulpvraag
van de leerling, daarbij rekening houdend met zijn
(communicatieve) beperking en de bevorderende en
belemmerende factoren.
• Het bevorderen van zelfvertrouwen, competentieervaringen en zelfredzaamheid en zelfstandigheid van de
leerlingen om zo goed mogelijk te kunnen participeren in
de maatschappij.
• Afstemming van het onderwijs op de leef- en belevings­
wereld van de leerlingen.
• Afstemming van het onderwijs op de maatschappij waarin
de leerling na Auris De Kring terecht komt.
Naast de groeps- en individuele handelingsplannen voor
de cognitieve ontwikkeling van de leerlingen is ook de
ontwikkeling van de sociaal-emotionele kant van de
persoonlijkheid een belangrijk onderdeel van vorming van
kinderen op Auris De Kring. Een communicatieve beperking
heeft vaak negatieve gevolgen voor een gezonde sociaalemotionele ontwikkeling. Daarom staat het vak ‘sociaalemotionele vorming’ op het lesrooster. Daarbij gaat het om
sociaal-emotionele kennis, sociale vaardigheid en houding.
Voor alle leerkrachten die met onze leerlingen werken,
geldt, dat zij een therapeutische houding moeten hebben. Zij
zorgen hierdoor in hun groep voor een sfeer van wederzijds
begrip en voor een omgeving waar de leerlingen zich thuis
voelen en vanuit vertrouwen kunnen leren. De leerkrachten
organiseren schoolkampen, schoolreizen en excursies
waarvan de kinderen samen genieten en leren voor zichzelf
te zorgen. Zij leren elkaar op een andere manier kennen
en waarderen. Voor al deze zaken is een goed contact met
ouders onontbeerlijk.
LEREN OP DEZE SCHOOL
De doelen van ons onderwijs staan per leerjaar en per vak
beschreven in arrangementkaarten.
Op zo’n kaart staat uitgelegd waar we aan werken, hoeveel
uur we daar aan besteden en welke standaardzorg we bieden.
Ouders vragen bijvoorbeeld wel eens aan ons: ‘Krijgt mijn
kind geen extra zorg voor spelling want hij is er zo slecht
in’. Vaak is ons antwoord dan dat de leerling wel zorg
krijgt maar dat dit standaard in ons aanbod is opgenomen
en dat op de arrangementkaart te lezen valt wat we doen
De vakken technisch lezen, begrijpend lezen, rekenen en
spelling worden aangeboden op vier verschillende niveaus.
We noemen zo’n niveau ook wel een leerroute. Voor deze
vakken is er per leerroute een aparte arrangementkaart.
Elke leerroute heeft zijn eigen uitstroomperspectief. Dat wil
zeggen dat bijvoorbeeld de leerroute ‘basis aanbod’ tot een
ander eindniveau leidt dan een ‘minimum aanbod’.
‘Woordbouw’ - Malmberg
Remedierend: ‘Spelling in de lift’,’ Zelfstandig Spellen’
Leerroute 1 Gevorderd aanbod: leidt tot uitstroom VMBO-T
of hoger
Leerroute 2 Basis aanbod: leidt tot uitstroom VMBO
beroepsgericht onderwijs
Leerroute 3 Minimum aanbod: leidt tot uitstroom VMBO
met LWOO
Leerroute 4 Kleiner dan minimum: leidt tot uitstroom
praktijk onderwijs.
Rekenen:
‘De wereld in getallen’ - Malmberg
Het komt regelmatig voor dat kinderen op verschillende
niveaus werken voor verschillende vakken. Als een kind goed
is in lezen en veel moeite heeft met rekenen, kan het zijn dat
het voor lezen een hoger aanbod krijgt dan voor rekenen.
We houden het aanbod zo hoog mogelijk en zijn alert dat
het passend is bij het vastgestelde uitstroomperspectief. Dat
is het niveau waarvan we verwachten dat de leerling naar zal
uitstromen, op basis van IQ en algemeen presteren.
Gymnastiek, wereldoriëntatie, de expressievakken en sociaalemotionele ontwikkeling worden klassikaal gegeven.
Op onze school is het onderwijs standaard orthodidactisch
en orthopedagogisch. Dat wil zeggen dat onze medewerkers
geschoold zijn in de specifieke aanpak die een kind met taal­
problemen vraagt. Het houdt ook in dat onze metho­dieken
waar nodig zijn aangepast, dat de frequentie van de les­uren
anders is (veel meer uren taalonderwijs) en dat de fysieke
omgeving is aangepast aan de behoeften van kinderen met
taalproblemen. Tot slot is er nog de begeleiding van de
logopedist die het onderwijs standaard speciaal maakt.
Lesstof
De lesstof in de groep is vergelijkbaar met die van het
reguliere basisonderwijs. We geven de wettelijk verplichte
vakken, maar hebben een aangepast programma als dit
nodig is. Een opsomming van alle (remediërende) methoden
vindt u in het schoolplan van onze school. Hierbij een
globaal overzicht van de reguliere methoden.
Mondelinge taal:
‘Puk en Ko’ en ‘Ik en Ko’ - Zwijssen
‘Taal op Maat’ - Wolters Noordhoff
‘Met Woorden in de Weer’- Van den Nulft en Verhallen
Schriftelijke taal:
‘Taal op Maat’ - Wolters Noordhoff
Schrijven:
‘Mijn eigen handschrift’ (los schrift) - De Ruiter
Lezen:
‘Kinderklanken’, ‘Leeslijn’ ‘Leespad’ - Thieme Meulenhoff
‘Lees en beslis’ - voor dove leerlingen
‘Toch nog leren lezen’ - TNL werkgroep
‘Goed Gelezen’, begrijpend leesmethode - Malmberg
Wereld oriëntatie:
‘Geobas’, ‘Wijzer door de tijd’ - Wolters Noordhoff
‘Nieuws uit de natuur’ - Teleac
‘Huisje boompje beestje’ - Teleac
‘ADL leerlijnen’ - De Kring
‘Op voeten en fietsen’, ‘Jeugd verkeerskrant’ - VVN
Expressie vakken:
‘Drama moet je doen’ - Thieme Meulenhoff
‘Dansen moet je doen’ - Thieme Meulenhoff
‘Muziek moet je doen’ - Thieme Meulenhoff
‘Bewegingsonderwijs’ - Van Gelder bewegingsonderwijs voor
het basisonderwijs
Zwemonderwijs - volgens richtlijnen van de KNZB
Arrangementkaarten cluster 2 tekenen en handvaardigheid
Sociaal emotionele ontwikkeling:
‘Leefstijl’ - Eduactief
Training ‘Rots & Water’
Projecten GGD
Dyslexie
Kinderen met ernstige spraak- taalmoeilijkheden lopen
allemaal een groter risico om leesproblemen te ontwikkelen.
Wij vinden daarom dat het standaardaanbod al afgestemd
dient te zijn op de behoeften van deze groep leerlingen.
Het aanbod in de klas is al conform de meest gangbare
dyslexieprotocollen.
Dit houdt in dat wij ook de kinderen zonder officiële
verklaring bieden wat op reguliere scholen, vaak door een
remedial teacher, geboden wordt aan de groep kinderen met
een dyslexieverklaring.
Concreet houdt dit onder andere in dat:
• we starten met het leesonderwijs in de kleutergroepen
• we werken met een multi-sensorieel lesprogramma in de
groepen 1, 2, en we werken met de nieuwste leesmethodes
die ruimte bieden om les te geven volgens de nieuwste
inzichten en tevens veel differentiaties bieden
• we ‘Cito beginnende geletterdheid’ afnemen voor vroege
onderkenning van leesproblemen
• we in de midden- en bovenbouw werken met interventie­
3
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
programma’s die leesonderwijs ook bij oudere kinderen
zeer gestructureerd aanbieden
• we in alle leerjaren veel meer uren leesonderwijs op het
rooster hebben staan dan op een reguliere school
• logopedisten een aandeel kunnen hebben in
het begeleiden van leerlingen op het gebied van
leesvoorwaarden
• leerkrachten ondersteuning krijgen bij het geven van
leesonderwijs door de intern begeleider, logopedist,
orthopedagoog, eventueel externe experts, zoals de
schoolbegeleidingsdienst.
Een dyslexieverklaring aanvragen, kan extra faciliteiten
geven in het voortgezet onderwijs. In samenwerking met
de schoolbegeleidingsdienst kunnen we in de bovenbouw
eventueel toewerken naar een dyslexieverklaring. Het krijgen
van specialistische hulp op onze school is dus niet afhankelijk
van het al dan niet hebben van een dyslexieverklaring.
Woordenschatonderwijs
Bij het woordenschatonderwijs wordt gebruik gemaakt van
de methodiek ‘Met woorden in de weer’.
In iedere groep worden wekelijks vijftien nieuwe woorden
aangeboden. Deze woorden komen op de ‘woordmuur’
en worden dagelijks geoefend. Er zijn twee woordenschat
coördinatoren aangesteld om het woordenschatonderwijs te
monitoren.
Schoolorganisatie
Groepsindeling
• O1/2 O2/3 O3, zijn de onderbouwgroepen
• M4, M4/5 , M5 zijn de middenbouwgroepen
• B6, B6/7 B7 B8 , BE zijn de bovenbouwgroepen.
• BE is een groep waar ervaringsgericht wordt gewerkt.
Elke groep heeft in principe tussen de 12 en 16 leerlingen.
De leerlingen worden over het algemeen ingedeeld op
didactische leeftijd; dat betekent het aantal maanden
onderwijs vanaf groep 3.
We starten het nieuwe schooljaar met een voorlopige
groepsindeling die tot de herfstvakantie gewijzigd kan
worden. Wijzigingen gebeuren altijd in overleg met de
ouders. Na de herfstvakantie is de samenstelling van alle
groepen in principe definitief. Daarnaast is het mogelijk dat
er tussentijds nieuwe kinderen worden geplaatst.
Verantwoordelijke groepsleerkracht
Op Auris De Kring is er in iedere groep één leerkracht die de
meeste dagen met de groep werkt. Dat is de groepsleerkracht
die verantwoordelijkheid heeft voor de continuïteit en de
structuur van het onderwijs in die groep. Deze leerkracht is
de aanspreekpersoon voor de ouders en de directeur. Hij
is ook de coördinator van alle activiteiten in de groep en
vertegenwoordiger in de Commissie van Begeleiding. De
groepsleerkracht heeft kennis van de vorderingen van de
kinderen op alle fronten, ook als bepaalde vakken door een
ander gegeven worden.
4
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
PROFESSIONEEL TEAM
Op onze school werkt een professioneel team samen aan
onderwijs en zorg voor elke leerling.
Het management van Auris De Kring bestaat uit:
mevr. Mattanja Hiensch, directeur en een teamleider,
dhr. Marcel van As. Zij geven leiding aan het team,
coördineren de activiteiten en zijn eindverantwoordelijk
voor het onderwijskundig programma, het personeelsbeleid,
het financieel beleid en de facilitaire voorzieningen.
Alle groepsleerkrachten zijn bevoegd, hebben daarnaast een
opleiding speciaal onderwijs gevolgd en zijn bekend met
Nederlands met Gebaren.
Op Auris De Kring is er in iedere groep één leerkracht die de
meeste dagen met de groep werkt. Dat is de groepsleerkracht
die verantwoordelijkheid heeft voor de continuïteit en de
structuur van het onderwijs in die groep. Deze leerkracht
is de aanspreekpersoon voor de ouders en de directeur. Hij
is ook de coördinator van alle activiteiten in de groep en
vertegenwoordiger in de Commissie van Begeleiding. De
groeps­leerkracht heeft kennis van de vorderingen van de
kinderen op alle fronten, ook als bepaalde vakken door een
ander gegeven worden.
De lessen lichamelijke opvoeding worden verzorgd door
onze vakdocent dhr. Alex Hannewijk.
De logopedisten onderzoeken en behandelen leerlingen
met een taalontwikkelingsstoornis, individueel, in kleine
groepjes en in de klas. Zij werken nauw samen met de
groeps­leerkrachten en vervullen een adviserende rol bij het
gehooronderzoek en het aanpassen van hoortoestellen. Ze
zijn de schakel tussen school, de KNO-arts, audioloog en het
schizisteam.
De onderwijsassistenten ondersteunen de groeps­leer­
krachten bij het uitvoeren van het onderwijsprogramma en
het verlenen aan zorg aan vooral de jongste leerlingen.
Het werk van de psycholoog bestaat uit het afnemen van
onderzoeken in het kader van de indicatiestelling en het
op afstand volgen van de hele ontwikkeling van de leerling,
onder andere door observatie. De psycholoog kan door de
leerkrachten of door de ouders gevraagd worden onderzoek
te doen naar bepaalde facetten van de ontwikkeling. Die
facetten kunnen betrekking hebben op de taalontwikkeling,
de sociaal-emotionele ontwikkeling of de algemeen
verstandelijke ontwikkeling.
Mevr. Steffi Haast is onze schoolpsycholoog. Zij is op
maandag en donderdag op school aanwezig.
Voor Auris De Kring verricht Mevr. Mirjam van de Heide
het maatschappelijk werk. Dat betekent dat de leerlingen,
de ouders en de medewerkers van de school haar om raad
kunnen vragen bij allerlei opvoedingsproblemen waar ze
ie
t
a
c
i
n
mu
Com
zelf geen directe oplossing voor hebben. Via de school kunt
u een afspraak met haar maken. Ze is in principe op dinsdag
aanwezig op school.
De jeugdarts van de Districts Gezondheids Dienst (DGD)
doet onderzoek bij toelating en op verzoek. Met de jeugdarts
kunt u via school een afspraak maken. De jeugdarts is
dhr. Paul Lindenbergh.
De audioloog beoordeelt de resultaten van de gehoor­
onderzoeken en beziet wat aan hoorrevalidatie moet
gebeuren. Hij schrijft als dit mogelijk en wenselijk is,
hoortoestellen voor.
Met alle vragen op het gebied van hoorrevalidatie kunt u bij
hem terecht. Onze audioloog is dhr. P. Ebbing, Audiologisch
Centrum Goes. Telefonisch op dinsdag bereikbaar in Goes
(0113) 250 342, op donderdag bereikbaar in Bergen op Zoom
(0164) 238 173.
De kinderfysiotherapeute Mevr. Mieke Wondergem is
werkzaam in de kinderrevalidatie en cluster 3.
Via een verwijzing van de revalidatiearts kan er fysiotherapie
door Mieke op Auris De Kring worden gegeven. Indien u
dus fysiotherapie wenst is een verwijzing noodzakelijk. We
helpen u hier graag mee.
De administratie en de conciërge, de dames Marieke Ravia
en Janneke Poleij en de heer Kees Westdorp ondersteunen
het team als het gaat om administratie, huishoudelijke en
facilitaire taken.
Op Auris De Kring zijn er regelmatig stagiaires en
studenten van de opleidingen voor logopedie, PABO, Onder­
wijs Assistent, CIOS, Lerarenopleiding. Deze personen
voeren werkzaamheden uit onder verantwoordelijkheid van
hun stage­begeleider. Auris De Kring is een officieel leer­
bedrijf.
PRAKTISCHE ZAKEN
Adreslijsten kinderen
Aan het begin van het schooljaar krijgt u een overzicht met
de namen en adressen van de leerlingen uit de betreffende
groep. We vragen u van te voren toestemming om het adres
en telefoonnummer door te geven aan andere ouders uit de
groep. Geheime telefoonnummers worden nooit
doorgegeven.
Bereikbaarheid ouders
Het is belangrijk dat we u in noodgevallen kunnen bereiken.
5
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
Wij vragen u dan ook om een ‘noodnummer’ op te geven
op school. Bij verandering van telefoonnummers rekenen
wij er op dat u die verandering ook tijdig doorgeeft aan
school, zodat wij u altijd kunnen bereiken. Wij weten ook
graag uw ziektekostengegevens. Jaarlijks vragen wij alle
ouders persoonlijke gegevens te controleren en eventuele
wijzigingen door te geven.
Contacten met de school
We willen een goed contact onderhouden tussen ouders.
Hiervoor organiseren we verschillende contact­momenten.
Kennismakingsavond
Aan het begin van het schooljaar is er een algemene
ouderavond. Vóór de pauze is een algemeen gedeelte dat
door de ouderraad wordt verzorgd en na de pauze wordt u
verwacht in de groep van uw zoon of dochter. U maakt dan
kennis met de leerkracht(en) en de logopedist en met de
andere ouders van de leerlingen uit de groep. Tijdens deze
avond vertellen de leerkrachten over het programma van het
nieuwe school jaar en is er gelegenheid om vragen te stellen.
Huisbezoek
Om met de ouders kennis te maken en het kind in de
thuissituatie te zien, komen alle groepsleerkrachten één
keer per jaar op huisbezoek met maximaal twee personen.
Dat kunnen twee leerkrachten zijn of een leerkracht en een
logopedist of een leerkracht en een onderwijsassistent.
Leerkrachten zullen aan het begin van het schooljaar uw
emailadres vragen, zodat informatie en/of vragen ook via
de mail gestuurd kunnen worden. Regelmatig zult u van de
directie een Nieuwsbrief via de mail ontvangen.
Procedure ouders die niet bij elkaar wonen
Alle ouders of verzorgers ontvangen een schoolgids. Voor
gescheiden ouders is een extra exemplaar opvraagbaar via
de administratie. Op verzoek kan er ook een kopie van een
schoolrapport worden gegeven. De ouder waar onze leerling
bij woont, krijgt automatisch elke andere informatie. Deze
ouder heeft de verantwoordelijkheid om de andere ouder
te informeren. Bij problemen kunt u contact opnemen
met de school over hoe u geïnformeerd wilt worden.
Bij co-ouderschap, waarbij de leerling op twee adressen
woont, dient contactadres en contactpersoon te worden
doorgegeven aan de administratie.
Resonsansgroep
Eén keer per jaar wordt een aantal ouders uit alle groepen
gevraagd om mee te praten over ons onderwijs en alles wat
daarmee samenhangt. We vragen bijvoorbeeld hoe ouders de
oudercontacten ervaren, wat de verwachting zijn ten aanzien
van de logopedie, wat de mening is over de inrichting van de
lokalen. Zo kunnen we ons onderwijs blijven verbeteren.
Ouders van nieuwe leerlingen vragen we middels een
enquête hun mening met betrekking tot de procedure van
aanmelding en toelating tot de school.
Rapporten en contactavonden
Tweemaal per jaar krijgen de kinderen een rapport: in
januari en juni. Het eerste rapport wordt of tijdens een
huisbezoek besproken of u krijgt een uitnodiging om het
rapport op school te bespreken. Over het tweede rapport
kunt u praten tijdens de contactavonden op school,
waarvoor u door de leerkracht een uitnodiging krijgt. Als uw
kind getest is door een logopedist zal zij u ook uitnodigen
voor een gesprek.
Dossier
Telefonische contacten en Email
Als u de leerkrachten wilt spreken, kunt u daarvoor altijd
naar school bellen. Bij voorkeur niet onder schooltijd. Email
is tegenwoordig ook een gemakkelijk medium om iets te
vragen aan een leerkracht. Aan het begin van het schooljaar
krijgt u het Emailadres van de klas.
Benutting van de onderwijstijd
In ons schoolplan staat omschreven hoe het aantal uren
is verdeeld en welke leerstof wordt aangeboden. Het
schoolplan is op school aanwezig en op verzoek in te zien.
In het activiteitenplan staan de data van de vakanties en
vrije dagen genoteerd. Ieder jaar wordt ruim van te voren
het vakantierooster aan de ouders en leerlingen bekend
gemaakt. Het is zoveel mogelijk in overeenstemming met de
ministeriële en provinciale regeling.
Correspondentie tussen school en ouders
In de kleutergroepen krijgen de kinderen iedere dag een
verslagje meer naar huis. Van de ouders wordt verwacht
dat zij ook regelmatig iets schrijven. Vooral een kort
weekendverslagje wordt op prijs gesteld. U kunt daarin ook
vragen stellen en opmerkingen plaatsen.
In de aanvangsgroepen wordt iedere week een verslagje naar
huis geschreven. In de middenbouwgroepen om de week
en in de bovenbouwgroepen wanneer er een bijzondere
aanleiding toe is.
6
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
Van elke leerling is een dossier aanwezig. Het dossier is
alleen toegankelijk voor medewerkers van de school die met
de leerling werken, de schoolleiding en de inspectie. Ouders
hebben inzagerecht in het dossier. Hiervoor kunnen zij een
afspraak maken met de teamleider of directeur. Gegevens
over leerlingen geven we alleen aan derden na schriftelijke
toestemming van de ouders.
Lesroosters, onderwijstijd en regeling bij lesuitval
Voorkoming van lesuitval
Als iemand van het personeel van Auris De Kring om een
bepaalde reden afwezig is, wordt deze persoon vervangen
door een invalkracht. Als er geen invalkracht beschikbaar is
-en dat komt wel eens voor- wordt er intern een oplossing
gezocht. Er worden in principe geen kinderen naar huis
gestuurd. In het uiterste geval wordt ouders gevraagd
hun kind thuis te houden. Bij het compensatieverlof van
personeel is van tevoren vastgelegd wie die dag vervangt.
Indien persoonlijke nascholing onder lestijd valt, is er voor
het betreffende personeelslid een vervanging geregeld.
Lichamelijke opvoeding en gymkleding
De lessen lichamelijke opvoeding worden verzorgd door
onze vakdocent dhr. Alex Hannewijk. De kinderen krijgen
over het algemeen twee gymlessen per week van 45
minuten, met uitzondering van de kleutergroepen die één
les per week van Alex krijgen en één les per week van de
eigen leerkracht. Ook de kinderen die mee gaan zwemmen,
krijgen één les gymnastiek.
Het lesprogramma bestaat uit de reguliere onderdelen,
echter zoveel mogelijk aangepast aan het niveau van de
leerlingen. De gymleerkracht laat binnen de les zoveel
mogelijk iedereen op zijn eigen niveau werken Tijdens de
gymlessen dragen de kinderen sportkleding: korte broek
en shirt of gympakje en stevige gymschoenen met veters
of klittenband. Na elke les wordt er gedoucht. De kinderen
nemen hun gymspullen en handdoek mee naar school en
na de gymles weer mee terug naar huis. Elk jaar wordt er
een sportdag georganiseerd per bouw of voor de hele school;
dit kan zowel binnen zijn als buiten. De oudste groepen
doen mee aan de School Sportolympiade, een sportdag
voor alle basisscholen uit de gemeente Goes. Verder doen
we met de leerlingen die het leuk vinden mee aan het
schoolvoetbaltoernooi.
Medezeggenschap
In de medezeggenschapsraad (MR) overleggen ouders
en medewerkers van de school over zaken die belangrijk
zijn voor de school en uw kind. Het gaat dan vooral om
beleid. Op Auris-niveau is er ook een gemeenschappelijke
medezeggenschapsraad (GMR) georganiseerd, die zaken
bespreekt die schooloverstijgend zijn. Op basis van een
duidelijk reglement is de (G)MR mede verantwoordelijk voor
het beleid. In dit reglement staat uitgebreid omschreven
voor welke beleidsverplichtingen de MR instemmings- dan
wel adviesbevoegdheid heeft. Ook kan de MR voorstellen
doen en standpunten kenbaar maken ten aanzien van
schoolse zaken De MR en de GMR hebben adviesrecht en
instemmingsrecht over verschillende schoolzaken zoals
het schoolplan, de begroting, de formatie, de schoolgids,
scholingsbeleid, personeelsbeleidsplan, Arbo beleid.
De MR van Auris De Kring en het Auris College Goes bestaat
uit drie ouders en drie personeelsleden.
De MR is als volgt samengesteld:
• dhr. Reinier Broeksma, voorzitter (personeel)
• dhr. Alex Hannewijk (personeel)
• dhr. Bjorn Simmering (personeel)
• mevr. Ilse Heijnen (ouder)
• mevr. Esther Basso (ouder)
• dhr. Leon van de Sande (ouder)
Er zullen bij de oudergeleding twee vacatures ontstaan.
Ouders die interesse hebben om zitting te nemen in de MR
zijn van harte welkom en kunnen zich aanmelden bij de
voorzitter van de MR.
Mobieltjes
We begrijpen dat (oudere) leerlingen een mobieltje op zak
hebben als ze bijvoorbeeld op de fiets naar school komen.
Tegenwoordig nemen steeds meer kinderen een mobieltje
mee naar school. We maken daar afspraken over. Regel is dat
de mobieltjes uitgaan zodra leerlingen op school komen en
worden ingeleverd bij de leerkracht totdat de leerling weer
naar huis gaat. Het is op eigen risico om een GSM mee naar
school te nemen. De school is niet verantwoordelijk voor
vermissing en/of vernieling.
Ongevallen en medische gegevens
Waar kinderen spelen en sporten kunnen ongelukjes
gebeuren. Meestal is de wond schoonmaken en een pleister
erop plakken voldoende. Als wij vinden dat een huisarts
uw kind moet zien, bellen wij u op. Bij toelating krijgt u
een formulier waarop u belangrijke medische zaken kunt
aangeven die voor ons van belang zijn en telefoon­nummers
waarop u altijd te bereiken bent. Het is de verantwoording
van de ouders om wijzigingen door te geven.
Ouderparticipatie
De ouderraad is er voor ouders en school. Ze organiseert
activiteiten en een ouderavond, bevordert de contacten
tussen ouders en school en behartigt de belangen van ouders
en leerlingen.
De ouderraad helpt mee bij feesten, ouderavonden,
excursies, organisatie van de schoolfotograaf en het school­
ontbijt.
Andere ouders worden soms gevraagd mee te gaan met een
excursie, te helpen bij het fietsexamen, speelgoed schoon te
maken, boeken te plastificeren en andere karweitjes.
Ouderraad en vrijwillige bijdrage
De ouderraad (OR) is er voor ouders en school. Ze organiseert activiteiten en een algemene ouderavond, bevordert de
contacten tussen ouders en school en behartigt de belangen
van ouders en leerlingen. Heeft u belangstelling? Neemt u
dan contact op met mevr. Gerda de Jong.
De vrijwillige ouderbijdrage bedraagt in schooljaar 20142015 € 19,50 per kind.
Het IBAN banknummer is NL85ING008239707 t.a.v.
penningmeester Ouderraad De Kring.
Deze ouderbijdrage is vrijwillig, maar erg welkom.
Overblijven
Alle kinderen blijven over op school. Er wordt in de klas
met de leerkracht gegeten. Er zijn twee eetmomenten:
de kleine pauze, waarin de kinderen iets drinken en een
koekje of fruit eten en de grote pauze, waar de kinderen
hun boter­hammen opeten (zie voor verdere gegevens het
hoofdstuk Schoolspecifieke zaken, onderdeel ADL, eten en
drinken).
7
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
Schoolfotograaf
De schoolfotograaf maakt elk jaar zowel individuele foto’s
als groepsfoto’s. Komend jaar zal hij in de week van 2 tot 5
maart 2015 op school aanwezig zijn. Aan het begin van het
jaar maken we zelf van alle groepen een foto. U krijgt van
ons daarvan een afdruk of we sturen de foto per mail, zodat
u bij de namen van de groepsgenootjes ook een gezicht te
zien krijgt.
Schoolkalender
In de schoolkalender vindt u vooral veel informatie van
organisatorische en praktische aard. Daarnaast staat op
de kalender aangegeven wanneer er studiedagen zijn, de
schoolfotograaf komt en dergelijke.
Schooltijden, pauzetijden, vakanties, vrije dagen,
studiedagen
Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 08.45 uur tot
15.00 uur (met een kleine pauze van 15 minuten en een
grote pauze van 30 minuten).
Woensdag van 08.45 uur tot 12.30 uur.
Om de lessen op tijd te kunnen beginnen, gaan de kinderen
om 8.40 uur naar binnen.
De kleuters hebben ter compensatie van de lange school­
dagen, volgens rooster rekening houdend met allerlei vrije
dagen, ongeveer om de week een vrijdag vrij.
Hieronder een globaal vakantierooster. Aan deze vakanties
worden nog studiedagen gekoppeld.
In de jaarkalender 2014-2015 staan alle vrije dagen en
studiedagen gepland.
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Goede vrijdag
2e paasdag
Meivakantie
Incl. Hemelvaartsdag
Pinksterdag
Zomervakantie
ma20/10- vrij24/10
ma22/12- vrij2/1
ma16/2 - vrij20/2
vrij 3/4
ma 6/4
ma27/4 - vrij15/5
2014
2015
2015
2015
2015
2015
ma25/5
ma 20/7 - vrij 28/8
2015
2015
Schoolverzuim en verlof
Ziekmelden en afmelden
Als uw kind later of helemaal niet naar school komt,
verwachten we daarover zo snel mogelijk een bericht. Graag
vóór 8.30 uur. Dat is belangrijk omdat we dan weten waar de
leerling is. U licht zelf het vervoerbedrijf in dat de leerling
niet gehaald hoeft te worden.
Als de leerling een besmettelijke ziekte heeft, is het
belangrijk dit te vermelden.
Verlof
De leerplichtwet (wet 22A in ons handboek) geeft aan dat de
directeur van de school beperkte mogelijkheden heeft om
verlof buiten de schoolvakanties te verlenen. Verlof betekent:
8
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
vrijstelling van (geregeld) schoolbezoek. Een verlofaanvraag
doet u schriftelijk bij de directeur.
• Religieuze feestdagen (twee dagen van tevoren melden aan
de directeur).
• Aard van het beroep van (één van) de ouders. Voor
vakantiedoeleinden mag volgens de leerplichtwet slechts
in één geval buiten de officiële vakanties vrij worden
gegeven. Dit is als door de specifieke aard van het beroep
van (één van) de ouders, het gezin niet ten minste twee
weken in een schoolvakantie met vakantie kan. Alleen
in dat geval mag er één maal per jaar voor ten hoogste
tien dagen vrij worden gegeven door de directeur van de
school. Deze dagen mogen niet in de eerste twee lesweken
van het schooljaar vallen. Bij de aanvraag hoort een
werkgevers­verklaring.
• Gewichtige omstandigheden: ernstige ziekte, overlijden,
begrafenis van bloedverwanten, huwelijk van familie in de
eerste en tweede graad, verhuizing van het gezin naar een
andere gemeente, gezinsuitbreiding. Dit verlof kan door
de directeur voor ten hoogste tien dagen per jaar verleend
worden.
• Wanneer er gebruik gemaakt moet worden van extra
verlof, dient dit zo vroeg mogelijk bij de directeur van de
school te worden aangevraagd; acht weken van tevoren.
• Buiten de hier aangegeven kaders is de leerplichtwet een
wet van bijzonder strafrecht en moet de directeur bij
verzuim melding maken bij de leerplichtambtenaar.
• Uitzonderlijke bepalingen voor jonge kinderen, bepalingen
bij schorsing en vanzelfsprekende gevallen als ziekteverlof
laten we hier buiten beschouwing.
Voor het aanvragen van verlof buiten de vakantieperiodes
dient u een aanvraagformulier in te vullen. Dit formulier is
verkrijgbaar bij de administratie van de school en staat op de
website.
Vervoer leerlingen en verkeer rond de school
Hier praten we over het aangepast leerlingenvervoer:
dekinderen die met een taxi(busje) naar school komen. De
gemeente waar het kind woont, vergoedt het vervoer van
huis naar school en terug en regelt dat meestal ook. Ouders
vragen het vervoer aan met een aanvraagformulier dat zij
bij de gemeente halen. De gemeente keurt de aanvraag
goed en wordt opdrachtgever van de vervoerder. Als u
klachten hebt over het vervoer is het heel effectief om de
ambtenaar van de gemeente te bellen. De meeste gemeenten
hebben tegenwoordig een folder waarin staat wat er van
de vervoerder en van de ouders verwacht wordt. Het is
belangrijk dat u die folder aanvraagt en weet wat uw rechten
zijn. U mag altijd de school bellen om te overleggen over
problemen met het vervoer van uw kind.
Leerlingenvervoer wordt per schooljaar toegekend, ouders
moeten ieder jaar, als hun kind op school blijft, rond april/
mei een aanvraag indienen. Het formulier moet bij de
gemeente worden ingediend. Mevr. Marieke Ravia en de
heer Alex Hannewijk helpen u bij de vervoersaanvragen.
Zij verzorgen ook de motivatie vanuit de school. Ook voor
andere vragen over het vervoer kunt u bij hen terecht.
Chauffeurs brengen de kinderen op het schoolplein of in
de school. Als de leerlingen worden opgehaald, wachten de
chauffeurs op het schoolplein.
Fietsen
We hebben een beperkte capaciteit in de fietsenstalling van
de school. De fietsenstalling op het Zuidplein bij de zandbak
wordt gereserveerd voor de leerlingen van de onderbouw en
middenbouw. De leerlingen van de bovenbouw stallen hun
fiets op het pleintje van de bovenbouw. De fiets waarmee
uw kind naar school komt, dient een veilige verkeersfiets
te zijn. Hij moet in een normaal fietsenrek passen of een
eigen deugdelijke standaard hebben en niet buitensporig
veel plaats innemen. Bij problemen nemen we contact met
u op. Het spreekt vanzelf dat we goed opletten, maar voor de
fietsen aanvaarden we geen enkele aansprakelijkheid.
SCHOOLREGELS EN
AFSPRAKEN
Samen met de leerlingen hebben wij schoolafspraken
gemaakt.
1. Aardig zijn: ik heb respect voor mezelf en voor iedereen.
2. Wij willen samen een veilige school zijn waar iedereen
zich thuis voelt.
3 Ik vecht niet, dus ik sla niet en ik schop niet.
4. Iedereen is anders en dat is oké; we pesten en
discrimineren niemand.
5 Ik geef een compliment als iemand iets goed doet, dat is
belangrijk.
6. Als ik een ruzie niet zelf op kan lossen, vraag ik om
hulp.
7. Ik loop rustig door de gang; buiten en op het speelplein
kan ik rennen.
Ouders die hun kinderen komen brengen en halen
Ouders die hun kinderen met de auto komen brengen en
halen, vragen we te parkeren aan de singel of op de ’s Heer
Hendrikskinderendijk. We vragen u bij het ophalen, op het
schoolplein te wachten totdat uw kind naar buiten komt.
Verzekeringen en aansprakelijkheid
Het bestuur van de Koninklijke Auris Groep heeft een
verzekering afgesloten waar in geval van ongevallen
tijdens schooltijd een beroep op gedaan kan worden.
Deze verzekering is afgesloten voor alle leerlingen en
medewerkers van de scholen van de Koninklijke Auris
Groep.
De school heeft ook een wettelijke aansprakelijkheids­
verzekering (WA). De school is alleen aansprakelijk bij
duidelijk verwijtbaar gedrag. Wilt u in dergelijke gevallen
de schade op de school verhalen, dan dient u hiervan direct
melding te maken bij de teamleider.
Een eigen verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid is,
naar onze ervaring, heel belangrijk. De school gaat er vanuit
dat u voor uw gezin een WA-verzekering hebt afgesloten.
Het komt wel eens voor dat leerlingen spullen op (weg
naar) school kwijtraken. Alle spullen worden voor eigen
risico meegenomen en de school is niet aansprakelijk voor
vermissing. Raadgevingen om vermissing te voorkomen:
• laat waardevolle spullen thuis!
• zet de naam van uw kind in jassen, tassen, sportkleding
enzovoort
• controleer geregeld of uw kind alles nog heeft
• als er toch spullen worden vermist, bel dan direct naar
school; uiteraard worden gevonden voorwerpen bewaard.
Vuurwerk
Leerlingen mogen geen vuurwerk meenemen naar school.
SCHOOLSPECIFIEKE ZAKEN
Cultuureducatie
Op school vindt cultuureducatie plaats in de vorm van
kunstprojecten, theatervoorstellingen, filmvoorstellingen
en leesbevorderingsprojecten. Tijdens het kunstproject
komen kunstenaars samen met de kinderen beeldende
kunst maken. Theatervoorstellingen worden regelmatig op
school verzorgd. Soms gaan we ook naar de schouwburg of
voor een film naar de bioscoop. We werken hierbij samen
met de stichting SCOOP. Mevr. Evelien van Keulen is de
cultuurcoördinator op school.
Drinken en eten, ADL, gezond gedrag
Regel is dat de kinderen twee keer per dag een eetpauze
hebben: rond 11.00 uur en tussen de middag. In sommige
gevallen worden meer eetmomenten ingelast. Aan het
ontwikkelen en handhaven van tafelmanieren wordt in de
groep (extra) aandacht besteed. Voor het drinken geldt dat
kinderen zelf drinken kunnen meenemen, maar er kan ook
middels de schoolmelkregeling besteld worden (halfvolle melk
of optimel). De ouders kunnen een abonnement afsluiten op
de website www.campinaopschool.nl. De leer­lingen van de
BE-groep regelen samen met Campina de schoolmelk. We
vragen u om niet meer dan 1 x per jaar van melk abonnement
te wisselen, omdat dat de organisatie bemoeilijkt.
Wij horen het uiteraard ook graag als er van uw kant nog
bijzonderheden zijn ten aanzien van het eetgedrag van
uw kind en als we rekening moeten houden met diëten en
dergelijke. Bij afwijkend mondgedrag kan de logopedist
worden ingeschakeld.
Na het eten tussen de middag poetsen de kinderen hun
tanden; materiaal hiervoor wordt op school verstrekt. In het
kader van ADL (Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen)
en gezond gedrag zijn hiervoor leerlijnen ontwikkeld: onder
9
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
andere eetgewoonten, hygiëne, voeding en veiligheid vallen
hieronder.
Geluidsversterkende soloapparatuur en andere
extra middelen in de klas
• De school maakt gebruik van audiologische solo­
apparatuur. Deze apparatuur die de spraak van de
leer­kracht versterkt, gebruiken we voor dove en
slecht­horende leerlingen en leerlingen met auditieve
verwerkingsproblemen. Op advies van de logopedisten
worden nadere testen gedaan om te bepalen welke
kinderen hiervoor in aanmerking komen.
• We maken in de klas gebruik van pictogrammen. Dit
zijn afbeeldingen van activiteiten of voorwerpen op een
kaartje. Op deze manier worden de activiteiten per dag
duidelijke gemaakt. Een aantal kinderen met autisme
is gebaat bij persoonlijke pictogrammen, zodat ze
gestructureerd aan het werk kunnen.
• We gebruiken ondersteunende gebaren. Dit helpt de
kinderen beter te communiceren en hiermee kunnen ze
zaken vaak ook beter onthouden.
• In de groepen wordt er gewerkt met een time timer en het
verkeerslicht. Hiermee willen we de zelfredzaamheid en
zelfstandigheid van de kinderen vergroten. Het verkeers­
licht stimuleert de uitgestelde aandacht.
• In alle groepen wordt gebruik gemaakt van computers en
digi borden en er zijn ipads op school aanwezig.
• Er zijn kinderen die gebaat zijn bij zitballen en zitkussens.
De fysiotherapeute adviseert de leerkracht hierover.
• Kinderen met autisme vragen vaak een koptelefoon om
rustig te kunnen werken.
• In de meeste groepen wordt gebruikt gemaakt van een
geluidsversterker, de zogenaamde Soundfield.
Hoortoestellen
De toestellen van het kind worden voorgeschreven door de
audioloog en geleverd door de audicien. U krijgt nieuwe
toestellen altijd op proef. Het is verstandig met de audicien
te overleggen over de verzekering van de toestellen, ook in
de proefperiode: wie draait bij verlies voor de kosten op?
De school heeft (via de FOSS) formulieren voor het regelen
van een goede hoortoestelverzekering.
Aanvullend op de eigen gehoorapparatuur van het kind is
de solo-apparatuur. Over alle beheerszaken worden komend
jaar met de ouders van betreffende kinderen afspraken
gemaakt.
Mevrouw Leontien van Helden is de logopedist die belast is
met de zorg rond de hoortoestellen.
Huiswerk
Hierover worden de ouders geïnformeerd door de groeps­
leiding en/of de logopedist van het kind. Verplicht huiswerk
wordt tot een minimum beperkt. Hoofdregel is: geen stress!
Hygiëne
Binnen de normale mogelijkheden trachten we de hygiëne
10
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
zoveel mogelijk te bevorderen, bijvoorbeeld door extra
schoonmaakuren in te kopen voor intensiever stofzuigen
van de vloerbedekking in de lokalen. Ook door het
verbeteren van ventilatie en luchtcirculatie in lokalen. Het
bevorderen van gezond gedrag (in brede zin) van kinderen
valt hier ook onder.
Inspectie
Email: [email protected]
Website: www.onderwijsinspectie.nl
Telefoon voor vragen over onderwijs: 0800-80 51 (gratis)
Meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900-111 31 11 (lokaal
tarief) voor klachtmeldingen over seksuele intimidatie,
seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld.
Protocol luizencontrole
• Bij constatering van luis: ouders waarschuwen door
op te bellen. De ouders kiezen: kind ophalen en zelf
shamponeren of de school toestemming geven dit te doen.
Als ouders niet bereikbaar zijn in ieder geval shamponeren
op school.
• Alle ouders (van de groep of de school) op de hoogte
stellen en vragen maatregelen te nemen.
• Het gebruik van luizencapes voor alle groepen. De cape zal
een schoolloopbaan meegaan.
• Na alle vakanties uitvoeren van luizencontrole van alle
kinderen door de leerkracht of onderwijsassistent.
Specialistenbrief
De Commissie van Begeleiding van Auris De Kring wil
graag door u op de hoogte worden gebracht als uw kind
specialistische onderzoeken ondergaat. Als u dit tijdig aan
de groepsleiding meldt, kunnen we ons beraden op vragen
die wij, via u, ook graag beantwoord willen zien. We willen
dan tegelijkertijd kenbaar maken dat de diverse disciplines
binnen de school bereid zijn eventuele vragen van de
betreffende specialist te beantwoorden. Ter ondersteuning
staat er op de website een formulier dat u kunt invullen.
BIJZONDERE ACTIVITEITEN
Kinderboekenweek
We doen elk jaar mee met de Kinderboekenweek. Sinds
afgelopen jaar nemen we ook deel aan de regionale
Voorleeswedstrijd voor de groepen 6, 7 en 8
Koningsdag
De school doet elk jaar mee met de zogenaamde
koningsspelen. Komend jaar zullen die op vrijdag 24 april
2015 plaats vinden.
Schoolfeest
Elk jaar vindt er in het voorjaar een schoolfeest plaats,
waarbij de kinderen u iets presenteren. Vaak zijn het
d
i
e
h
g
i
l
Vei
optredens of een tentoonstelling rond een bepaald thema.
Soms staat de presentatie in het teken van sport en spel.
Schoolkampen, schoolreisjes en excursies
Deze activiteiten maken onderdeel uit van het onderwijs
zoals in de schoolplannen staat omschreven. Als een kind,
om welke reden dan ook niet kan deelnemen, hoort het
gedurende die tijd wel op school. De leerlingen van de
onderbouw, de middenbouw en laagste bovenbouwgroepen
gaan aan het eind van het schooljaar op schoolreis. Voor de
kleuters wordt er vaak iets in de buurt gezocht.
De leerlingen van de hoogste bovenbouw gaan drie dagen
op schoolkamp. De kosten van deze activiteiten worden
kunstmatig laag gehouden. Wij doen onze uiterste best om
ieder kind in staat te stellen deel te nemen. In probleem­
gevallen vinden wij graag samen met de ouders de juiste
oplossing.
Het kan voorkomen dat groepen naar aanleiding van de
behandelde leerstof een excursie ondernemen. Deze excursies
vinden vrijwel altijd plaats onder de normale school­tijden.
Er zijn hieraan meestal geen kosten verbonden. Soms wordt
uw medewerking gevraagd om bij het vervoer en/of de
begeleiding van kinderen te helpen.
Schoolverlatersavond
Voor de eindgroep leerlingen houden we de woensdag vóór
de zomervakantie een afscheidsavond.
Leerlingen, ouders en personeel nemen dan op een gezellige
manier van elkaar afscheid.
Verkeersexamen
Alle leerlingen uit de bovenbouw die behoren tot de
school­verlaters doen in april/mei mee aan zowel het
theoretisch als het praktisch verkeersexamen. Het praktisch
verkeers­examen wordt stapje voor stapje geoefend zodat
de leerlingen tenslotte aan het echte examen mee kunnen
doen. Voor de leerlingen die niet op hun eigen fiets kunnen
fietsen, huren we die dag een fiets. Hiervoor vragen we een
kleine vergoeding. (€ 8,00)
Zwemmen
Het schoolzwemmen vindt plaats op donderdag van 11.15
- 12.00 uur in Sportpunt Zeeland, Zwembadweg 3 te Goes,
(0113) 233 388.
Onze doelstelling bij schoolzwemmen is dat zoveel mogelijk
kinderen het A en B diploma halen. Kinderen uit de midden­
bouwgroepen gaan mee naar zwemles. Kinderen met
diploma A en B (of meer) krijgen tijdens de zwemles een
gymles.
Alle kinderen uit de middenbouwgroepen hebben twee
bewegingslessen per week: twee keer gym, of één keer gym
en één keer zwemmen.
11
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
Kinderen uit de bovenbouwgroepen met een goede prognose
om hun A diploma te halen, kunnen van de schoolleiding
toestemming krijgen om ook aan de zwemles deel te nemen.
Na het behalen van het A diploma stopt de zwemles.
INFORMATIE OVER HET
ONDERWIJS
Grondslag van de school
De school is onderdeel van de Koninklijke Auris Groep en
zodoende is de grondslag van de school ‘bijzonder neutraal’.
De Koninklijke Auris Groep en dus ook onze school is
er voor kinderen en volwassenen van elke geloofs- en
levensbeschouwelijke overtuiging en waarborgt het respect
voor de levensovertuiging van de personen die van haar
diensten gebruikmaken. Wij geven geen godsdienstlessen,
maar hebben wel respect voor alle vormen van geloof of
levensovertuiging.
Logopedie
In de regel krijgt iedere leerling op Auris De Kring logo­
pedische begeleiding. Dit kan op verschillende manieren
worden vormgegeven: individueel, in groepjes, in de klas.
De logopedist kan bijvoorbeeld ingeschakeld worden in
de klas en meedoen aan taalstimulerende activiteiten.
Deze activiteiten kunnen variëren van het leveren van een
logopedische bijdrage aan Leefstijl (programma voor sociaal­
emotionele ontwikkeling) tot het meegaan met uitstapjes
waarbij de logopedist vragen voorbereidt of zich toelegt op
het uitbreiden van de woordenschat van de kinderen. Het
is soms nodig dat de logopedist de tijd gebruikt om een
speciaal programma voor het kind te maken, of op zoek
te gaan naar speciale apparatuur. Het komt ook voor dat
de logopedist ouders begeleidt in verband met de slecht­
horendheid of spraak- en taalmoeilijkheden van het kind. Dit
gebeurt door voorlichting te geven, cursussen te adviseren
of gesprekken te voeren.
Er vindt regelmatig logopedisch onderzoek plaats in verband
met onder andere herindicatie.
Mei/juni zijn de reguliere toetsmaanden binnen de logo­
pedie. Jaarlijks worden ouders uitgenodigd om de stand van
zaken op het gebied van spraak en taal met de logo­pedist te
bespreken. Een schriftelijke weergave wordt in de algemene
evaluatie beschreven. Uiteraard kunt u bij de logopedist
altijd informatie over de spraak en taal van uw kind vragen
en kenbaar maken dat u een gesprek wilt.
Onderwijsarrangementen
Eén van de belangrijkste veranderingen die bij Passend
Onderwijs horen, is de komst van onderwijsarrangementen.
Er zijn drie mogelijkheden.
Een licht onderwijsarrangement: de leerling gaat naar een
reguliere school met beperkte extra ondersteuning op locatie.
12
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
Een medium onderwijsarrangement: de leerling gaat naar
een reguliere school met extra ondersteuning op locatie.
Een intensief onderwijsarrangement: de leerling gaat naar
een school voor speciaal onderwijs.
Als de leerling met een taalontwikkelingsstoornis (TOS,
voorheen ESM) of een gehoorbeperking in het regulier
onderwijs kan functioneren, dan heeft dat altijd de voorkeur.
Kinderen kunnen contacten in de buurt opbouwen, hebben
meer vrije tijd en het is voor ouders eenvoudiger om de
contacten met de school te onderhouden. Voor sommige
leerlingen is het taalaanbod van leeftijdgenoten op de
reguliere school stimulerender dan op de speciale school.
Toch hebben leerlingen vaak nog extra begeleiding nodig.
Dan is er overleg tussen het Auris Aanmeldpunt, de reguliere
school en de ouders. In dit overleg wordt besproken wat de
onderwijsbehoefte is van het kind: wat er nodig is om de
leerling te ondersteunen en verder te helpen. In onderlinge
samenwerking komt een ontwikkelingsperspectief (OPP)
voor de leerling tot stand. Daarin staat beschreven wat de
verwachte uitstroombestemming van de leerling is, welke
onderwijsdoelen er zijn en welk onderwijsaanbod voor deze
leerling gewenst is om die doelen te behalen.
Om te weten welke ondersteuning een leerling nodig heeft
en waarom, moet soms onderzoek door een logopedist,
psycholoog of andere deskundige worden uitgevoerd. Vaak
kan het onderzoek op school gebeuren. Soms worden de
ouders en het kind voor dat onderzoek verwezen naar een
Auris Audiologisch Centrum of een andere instelling.
De ouders gaan zich oriënteren op de mogelijkheden in het
reguliere onderwijs. Het Auris Aanmeldpunt ondersteunt bij
de keuze voor een school en maakt met de school afspraken
over de ondersteuning die de leerling nodig heeft. Het Auris
Aanmeldpunt bespreekt met de ouders (en leerling) welk
onderwijsarrangement het meest geschikt is voor de leerling
en passend bij de ondersteuningsbehoefte van de leerling en
de school. Daarbij wordt ook gekeken naar wat er door de
ouders en de leerling zelf kan worden gedaan en of er nog
andere hulp nodig is.
Daarna geeft het Auris Aanmeldpunt een advies aan de
Commissie van Onderzoek van Auris. Deze commissie ziet
erop toe dat leerlingen die op school speciale hulp vanuit
cluster 2 nodig hebben, die hulp ook krijgen. De Commissie
van Onderzoek stelt het onderwijsarrangement formeel
vast. Ook bepaalt deze commissie hoe lang het arrangement
duurt, dus hoe lang Auris de ondersteuning gaat bieden.
Kan de reguliere school heel veel zelf en is er niet veel
ondersteuning van Auris nodig, dan wijst de commissie
een licht onderwijsarrangement toe. Is er in het reguliere
onderwijs veel ondersteuning van Auris nodig, dan wordt
een medium onderwijsarrangement toegewezen.
Als het nodig en wenselijk is, worden leerlingen voor
een vastgestelde periode tot een Auris cluster- 2-school
toegelaten. Onderwijs op zo’n school voor speciaal onderwijs
is een intensief onderwijsarrangement.
De school bespreekt jaarlijks met de ouders (en leerling)
het ontwikkelingsperspectief . Opnieuw wordt bekeken
welke hulp de leerling nodig heeft, en of de doelen van
het jaar daarvóór bereikt zijn. Vervolgens worden nieuwe
gezamenlijk doelen opgesteld voor het daarop volgende
jaar en wordt bekeken of het arrangement nog steeds bij de
leerling past, verlengd moet worden of moet veranderen.
Hierover neemt de Commissie van Onderzoek opnieuw een
officieel besluit.
Voor meer informatie over Passend Onderwijs, kijkt u op
www.auris.nl/passendonderwijs.
Ontwikkelingsperspectief
De Auris-scholen bespreken regelmatig met de ouders de
mogelijkheden en vorderingen van hun kind. Scholen zijn
verplicht dit middels een ontwikkelingsperspectief (OPP)
te doen. In het OPP staat ten minste beschreven wat de
verwachte uitstroombestemming voor de leerling is. Er
staat ook in welk onderwijsaanbod de leerling krijgt en of
de leerling naast het standaardaanbod nog extra begeleiding
nodig heeft.
Een OPP wordt eenmalig opgesteld voor iedere leerling,
door de Commissie van Begeleiding (CvB). Vervolgens wordt
het regelmatig geëvalueerd door de eigen leerkracht en
logopedist. Het wordt minstens één maal per jaar besproken
met de ouders en met de CvB. Als wijzingen nodig zijn die
van invloed zijn op het uitstroomperspectief, dan zal de
CvB het OPP opnieuw officieel vaststellen. De CvB komt
met regelmaat bijeen voor overleg met de leerkracht en de
logopedist van de leerling. De CvB houdt in de gaten of de
leerling het aanbod krijgt dat passend is en of wijzigingen
noodzakelijk zijn.
De uitstroombestemming wordt bepaald aan de hand van
met name
• de onderwijsbehoefte van de leerling
• test- en toetsresultaten
• bevorderende factoren van het kind en zijn omgeving
• belemmerende factoren van het kind en zijn omgeving.
Als de onderwijsbehoefte buiten het standaard ortho­
didactische en orthopedagogische aanbod valt, wordt een
leerling-specifiek ondersteuningsplan gemaakt dat deel
uitmaakt van het OPP.
Rapporten
Tweemaal per jaar krijgen de kinderen een rapport: in
januari en juni. Het eerste rapport wordt of tijdens een
huisbezoek besproken of u krijgt een uitnodiging om het
rapport op school te bespreken. Over het tweede rapport
kunt u praten tijdens de contactavonden op school,
waarvoor u door de leerkracht wordt uitgenodigd.
Resultaten
Uitstroom juli 2013
Bao2
Cluster 2 (verhuizing)
1
Cluster 3
4
Cluster 4 VMBO/Havo
2
Buitenland regulier Bao
1
Auris College
14
Auris College VMBO
5
Praktijk school
1
VMBO BB/KB met LWOO
2
VMBO BB/KB zonder LWOO
2
VMBO TL
2
Havo/Vwo4
Toelating
Auris kan leerlingen ondersteunen als zij forse achter­
standen op school hebben of dreigen te krijgen die te wijten
zijn aan hun gehoorstoornis of taalontwikkelingsstoornis.
Hiervoor gelden landelijke regels.
Slechthorende en dove leerlingen worden toegelaten als
er sprake is van een gehoorstoornis tussen 35 decibel en
71 decibel voor de slechthorende en meer dan 70 decibel
voor de dove leerling (gemeten bij het beste oor zonder
hoortoestel).
Kinderen en jongeren met een taalontwikkelingsstoornis
(TOS) zijn toelaatbaar als zij op tenminste twee van de
volgende vier gebieden ernstige problemen hebben (die
niet toe te schrijven zijn aan een beperkt niveau van
intelligentie):
1. verstaanbaar spreken
2. verwerken van gesproken taal
3. het kennen en kunnen gebruiken van de regels van de
taal
4. het kennen en kunnen gebruiken van de betekenis van
woorden en zinnen.
Kinderen die niet alleen Nederlandstalig (tweetalig) zijn
opgevoed, kunnen worden toegelaten als ze ook in de
moedertaal deze problemen hebben.
Op 1 augustus 2014 start Passend Onderwijs. De reguliere
scholen zullen veel leerlingen in het zogenaamde samen­
werkingsverband opvangen. Daarom zullen de criteria
rondom de toelating tot Auris van leerlingen met een
autisme spectrum stoornis veranderen. Voor de meest
recente informatie kunt u terecht bij het Auris Aanmeldpunt
in uw regio. Een leerling die met een gehoorstoornis of TOS
toelaat­baar is en daarnaast een vorm van autisme heeft,
zal toelaatbaar blijven. Afhankelijk van de achterstand op
school en de hulp die de leerling nodig heeft, zal Auris
ondersteuning bieden.
Toetsen en testen
Wij gebruiken toetsinstrumenten om de vorderingen bij
onze leerlingen te bepalen. Het zijn Cito-toetsen waarmee
we de leerlingen kunnen vergelijken met leeftijdgenootjes.
De leerlingen worden twee maal per jaar met de Cito-toetsen
13
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
getoetst voor de vakken: technisch lezen, begrijpend lezen,
rekenen en spelling. Voor de jongste kleuters zijn er Cito­
toetsen op het gebied van voorwaardelijk lezen en rekenen.
Daarnaast gebruiken we methodegebonden toetsen om te
kunnen bepalen in welke mate de leerlingen de aangeboden
leerstof beheersen. Voor de sociaal emotionele ontwikkeling
vullen de leerkrachten SCOL in. De toetsperiodes zijn in
december-januari en mei-juni. De vorderingen worden in een
rapport weergegeven en worden besproken met de ouders.
Vervolgonderwijs
In het jaar dat de kinderen vóór 1 juni 12 jaar worden, vindt
er over het algemeen een zogenoemd eindonderzoek plaats.
Betreffende ouders worden over de organisatie uitgebreid
geïnformeerd.
Bij deze kinderen gaan we kijken wat voor hen het beste is.
In november worden de drempeltoets en de NIO afgenomen.
In februari de Cito entree toets.
De resultaten van deze onderzoeken en onder andere
ook de wensen van het kind, leiden in de eerste week van
januari tot een advies aan de ouders. Vaak is ook nog een
indicatiestellingsprocedure nodig. In de meeste gevallen is
het advies één van de volgende mogelijkheden:
• nog één jaar speciaal onderwijs op Auris De Kring (het
kind is emotioneel erg jong of heeft nog recht op een extra
jaar)
• plaatsen op het Auris College Goes (voortgezet speciaal
onderwijs cluster 2)
• aanmelden bij Praktijkonderwijs
• aanmelden bij een andere SO school (cluster 3 of 4)
• aanmelden bij een school voor vmbo (beroepsgericht
of kaderberoepsgericht, met hierbij vaak het advies op
leerwegondersteunend onderwijs aan te vragen (LWOO).
• havo of vwo
Een aantal kinderen verlaat onze school al eerder om naar
een andere vorm van speciaal onderwijs te gaan of naar
regulier (speciaal) basisonderwijs. Dit kan als de Commissie
van Begeleiding van Auris De Kring dit adviseert, als de
ouders van het kind dit wensen, of als de Commissie van
Onderzoek een ander arrangement voorschrijft.
MET TAAL ONTWIKKEL JE
JEZELF
Taalverwerving bij kinderen met TOS
Meteen nadat een baby geboren is, beginnen volwassenen
‘gesprekjes’ met het kind te voeren. Deze gesprekjes zijn
belangrijk voor de taalverwerving, het leren van de moeder­
taal. Voor de meeste kinderen is de dagelijkse omgang
met ouders en andere volwassenen voldoende om binnen
een paar jaar de moedertaal vlot te leren spreken. Bij
kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) gaat
14
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
die ontwikkeling niet vanzelf. Zij kunnen zich met moeite
uiten in taal of begrijpen de taal niet goed, waardoor de
communicatie met anderen en het leren moeilijk verlopen.
Voor die kinderen is het nodig dat taal heel bewust,
volgens een plan, met een duidelijk doel en in een heldere
structuur wordt aangeboden. Cluster 2-onderwijs biedt deze
mogelijkheid.
Een taalontwikkelingsstoornis (TOS)
Een kind met taalmoeilijkheden spreekt vaak in zeer korte
zinnen, de zinnen worden niet logisch en niet correct
opgebouwd, het kind formuleert niet vloeiend. Het zoekt
vaak naar woorden en het verhaal dat het vertelt, is
moeilijk te volgen. Andersom snapt een kind met een taal­
ontwikkelings­stoornis vaak niet snel wat iemand bedoelt, of
het begrijpt de ander maar gedeeltelijk.
Een kind met spraakmoeilijkheden heeft moeite met het
uitspreken van de spraakklanken; het is moeilijk te verstaan.
Doven en slechthorenden (auditieve beperking)
Een gesproken taal is voor dove en slechthorende kinderen
niet of moeilijk te horen en daarom is zo’n taal voor deze
kinderen niet of moeilijk te verwerven. Dit kan leiden tot
communicatieproblemen met de horende omgeving. Dove
en slechthorende kinderen zouden wel zonder problemen
een gebarentaal kunnen verwerven omdat zo’n taal geen
beroep doet op het gehoor.
Communicatieproblemen
Taal is een communicatiemiddel: het brengt je in contact
met de ander. Taal is het middel om je gedachten, je mening
en gevoelens te uiten. Verschillende processen in de
hersenen worden aangestuurd door taal. Taalvaardigheid is
een basale voorwaarde voor de ontwikkeling van kinderen
tot zelfstandige mensen. Als de taalontwikkeling niet goed
verloopt, ontstaan er communicatieproblemen. Het kind
kan zich niet goed uitdrukken, begrijpt niet wat er wordt
bedoeld, kan moeilijk een gesprek voeren en is daardoor
minder weerbaar. Daardoor is de zelfredzaamheid in de
maatschappij vaak een probleem.
Autisme en een communicatieve beperking
Kinderen met deze stoornis begrijpen de wereld wezenlijk
anders dan kinderen zonder autisme. Informatie die via
de zintuigen binnenkomt, wordt op een ongebruikelijke
manier verwerkt. Vervolgens geven zij aan deze informatie
op een andere manier betekenis dan de meesten van ons
zouden doen. Voor iemand met autisme kan communiceren
een hele opgave zijn. Er zijn verschillende vormen van
autisme. Bij kinderen en jongeren met een diagnose in het
autismespectrum die naar onze school komen, staat altijd
een communicatieve beperking voorop en is de taal ingang
voor het handelen.
Gevolgen
Als het kind er moeite mee heeft om zich uit te drukken
in taal, kan het de moed verliezen en steeds minder gaan
spreken. Mogelijk voelt het zich erg alleen, het trekt
zich terug in een eigen wereld, reageert afwezig en zoekt
aansluiting bij jongere kinderen. Of het kind blijft juist
proberen om contacten te leggen, maar het ervaart daarbij
steeds het gebrek aan woorden en taal. Dat frustreert en het
kind kan zich hierdoor wild en opstandig gaan gedragen.
Taalproblemen veroorzaken daarnaast problemen bij het
leren. Het kind kan onvoldoende volgen wat er besproken
wordt in de klas. Het kan niet goed om uitleg vragen. Veel
leerlingen met taalproblemen hebben ook leesproblemen.
Instroom
De grootste instroom van leerlingen vindt plaats op jonge
leeftijd. Het beleid en de voorlichting op Auris-scholen
zijn hier ook specifiek op gericht. Vroegtijdige interventie
is erg belangrijk omdat de effecten van intensieve zorg en
onderwijs dan het grootst zijn. Maar ook omdat de beperking
van de leerling effect heeft op het leren en het sociaalemotionele welzijn; dat is het begrijpen van je omgeving
en begrepen worden. In het onderwijs leer je vooral via
taal. Als die taal niet goed ontvangen of verzonden kan
worden, verstoort dit het leerproces. Dat is ook het geval bij
leerlingen met een (boven)gemiddelde intelligentie.
ONZE KIJK OP TAALAANBOD
EN TAALONDERWIJS
Taalaanbod in cluster 2-onderwijs
Kinderen met een taalontwikkelingsstoornis hebben een
schoolomgeving nodig waar aandacht is voor taal en het
stimuleren van de taalverwerving. De leerkrachten van
het cluster 2-onderwijs hebben een specifieke opleiding
gevolgd en hebben begrip voor de beperking en inzicht in de
taalproblemen.
• Zij gebruiken taal die net boven het niveau van de
leerlingen ligt om hen te stimuleren.
• Zij spreken duidelijk.
• Het gesproken Nederlands wordt vaak ondersteund met
gebaren (NmG).
• Bij elk vak wordt bewust omgegaan met taal; alle
leerkrachten houden met hun taalaanbod rekening met de
leerling.
Taalonderwijs in cluster 2-onderwijs
Taal heeft een inhoudelijk deel (onder andere: woordenschat,
zinsbouw, grammatica, lezen) en een communicatief
deel (onder andere: uitwisselen van ervaringen, ideeën,
meningen, gevoelens). Deze onderdelen van taal krijgen alle
aandacht.
• In het cluster 2-onderwijs is taal niet alleen een middel
om leerstof over te brengen; de Nederlandse taal is een
doel op zichzelf.
• Mondelinge taalvaardigheid is een vak. Dit wordt samen
met de logopedist gegeven.
• De leerkrachten en medewerkers van de school hebben
begrip voor de beperking; zij nemen de tijd en hebben het
geduld om de leerling te laten uitpraten.
• Cluster 2-scholen bieden taal heel bewust, gepland,
doelgericht en gestructureerd aan.
• Er wordt veel doelgericht taal- en leesonderwijs gegeven
en rekening gehouden met specifieke onderwijsbehoeften.
• De taalmethodes zijn regulier, maar worden op een
aangepaste manier gebruikt.
• Het doel van het onderwijs is om de leerlingen zo snel
mogelijk zó taalvaardig te maken, dat zij kunnen deel­
nemen aan het reguliere onderwijs en/of de maatschappij.
• Binnen het taalonderwijs wordt extra aandacht besteed
aan denk-stimulerende gesprekstechnieken en het
ontwikkelen van de woordenschat via de methodiek ‘Met
woorden in de weer’.
De cluster 2-school
• De grootte van de groepen is beperkt, waardoor de leer­
lingen meer aandacht krijgen van de leerkracht dan in het
reguliere onderwijs.
• Waar nodig wordt gebruik gemaakt van de expertise van
een onderwijsassistent.
• Het lokaal is zo aangepast dat het geluid niet weerkaatst
en het gemakkelijker wordt om elkaar te verstaan. De
inrichting van het lokaal is rustig; de leerling wordt niet
onnodig afgeleid.
• De leerkrachten worden ondersteund door specialisten
zoals een logopedist, caesartherapeut, fysiotherapeut en
orthopedagoog.
• De lesstof wordt aangeboden volgens leerlijnen waarin
doelen staan geformuleerd. Er wordt gewerkt met
leerroutes die worden besproken met de ouders en
tussendoor worden geëvalueerd.
• De lesstof wordt verdeeld in overzichtelijke stukken die de
leerling aankan.
• Veel herhalen en opnieuw uitleggen hoort bij het
dagelijkse lesgeven.
• Voor elke leerling wordt een ontwikkelingsperspectief
(OPP) vastgesteld.
• Leerkrachten werken bewust met veel plaatjes, foto’s, film,
concreet materiaal en voorbeelden. Visuele ondersteuning
is niet weg te denken en daarbij hoort het gebruik van het
digibord.
• Het dagritme met de activiteiten van de dag wordt aan de
kinderen duidelijk gemaakt.
• De school probeert de taalproblemen van de leerlingen
zoveel en zo snel mogelijk te verhelpen. Bij jonge
kinderen is de kans op herstel het grootst (‘repareren’).
Volledig herstel van de taalproblemen lukt helaas niet
altijd. Bij oudere kinderen moet er aandacht zijn voor
het leren omgaan met de beperking (‘accepteren’). De
leer­lingen leren ook op welke manieren zij de nodige
informatie kunnen verkrijgen, of hoe zij zich ondanks hun
15
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
taal­probleem toch kunnen uiten (‘compenseren’).
• De school richt zich niet alleen op de problemen van
de leerlingen, maar wil juist de sterke kanten van de
leerlingen ontwikkelen. Zij wil de leerling helpen om zo
veel mogelijk succeservaringen op te doen.
Over dove leerlingen
Auris gaat er niet vanuit dat de ene taal beter is dan de
andere. Elke taal kan gebruikt worden om de taalverwerving
te stimuleren en om kinderen taalvaardig te maken.
Wel is het zo, dat in een bepaalde situatie de ene taal
meer praktisch nut heeft dan een andere. Zo heeft het in
Nederland grote voordelen vaardig te zijn in het Nederlands.
Op school neemt het Nederlands dan ook een belangrijke
plaats in. Wanneer de gesproken taal, in ons geval dus het
Nederlands, niet goed te horen is, biedt de Nederlandse
Gebarentaal (NGT) grote voordelen. Kinderen kunnen die
taal moeiteloos verwerven. Voor een deel van de leerlingen
is (of wordt) de NGT zelfs de taal waarin ze zich het meeste
thuis voelen, voor andere leerlingen wordt het een taal die
ze naast het Nederlands blijven gebruiken en voor weer
andere is het de taal die ze -als ze naar een andere school
gaan- niet meer gebruiken.
Sommige Auris-scholen zijn tweetalig. Dat wil zeggen
dat zowel het Nederlands als de Nederlandse Gebarentaal
aangeboden worden aan de leerlingen en dat beide talen als
vak op het rooster staan. Hoe groot of hoe klein die rol van
beide talen is, hangt af van de hulpvraag van de leerling. In
de loop der jaren kan die rol dan ook veranderen. Leerlingen
die geen gebaren (meer) nodig hebben, gaan naar het
reguliere onderwijs.
Veel dove kinderen functioneren na het aanbrengen van
een Cochleair Implantaat (CI) als slechthorend. Andere
dove kinderen zijn ‘audiometrisch doof’ en hebben nog veel
profitabele gehoorresten: gehoorresten die zij goed kunnen
gebruiken. Of zij zijn doof geworden nadat de taalverwerving
grotendeels tot stand is gekomen. Voor deze kinderen is
Auris De Kring een goede optie. Hier wordt het Nederlands
ondersteund met gebaren (NmG).
Voor de kinderen die nooit hebben gehoord en nog geen
taal hebben verworven (pre-linguaal dove kinderen) zonder
uitzicht op het plaatsen van een CI, is Auris De Kring in de
meeste gevallen een minder alternatief. Het dovenonderwijs
in Rotterdam is weliswaar een eind weg, maar gebruikt de
Nederlandse Gebarentaal (NGT), een specifieke doventaal
met een eigen grammatica. Deze taal wordt op Auris De
Kring niet gebruikt. Evengoed zijn deze kinderen welkom op
onze school. De ouders moeten zelf hun keus bepalen.
Voor de begeleiding van de dove kinderen is een extra
leer­kracht beschikbaar voor een aantal uren per week,
dit is Mevr. Netty Lenselink. Mevr. Leontien van Helden,
logo­pediste, heeft specifieke kennis van de doelgroep en
coördineert onder andere allerlei zaken met betrekking
tot gehoor­apparatuur en het trainen van spraakafzien.
Auris De Kring heeft de mogelijkheid om dove kinderen en
16
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
slechthorende kinderen met een meervoudige beperking op
te nemen. Dit is de zogenoemde ‘verbrede toelating’.
Gebaren en gebarencursus
In het onderwijs aan kinderen met een auditieve beperking maar ook in het onderwijs aan kinderen met een
taal­­ontwikkelings­stoornis (TOS) maken we gebruik van
Nederlands met gebaren. We spreken met de kinderen in het
Nederlands en daarbij maken we gebaren om de gesproken
taal te ondersteunen en duidelijker te maken. De kinderen
communiceren daardoor nadrukkelijk met meerdere zin­
tuigen. We zien in onze school dat er steeds minder gebaren
worden gebruikt naarmate de kinderen ouder worden.
Op Auris De Kring worden cursussen in Nederlands met
Gebaren (NmG) georganiseerd voor ouders, schoolpersoneel en andere belangstellenden. Mevr. Netty Lenselink is
gediplo­meerd docente. In de jaarkalender staan de cursus­
dagen genoteerd.
Taalonderwijs
Op de Auris-scholen wordt doelgericht gewerkt aan het
taalonderwijs. Om er voor te zorgen dat de scholen voldoende
tijd besteden aan het taalonderwijs, is er een Auris-­urentabel
waarin staat aangegeven hoeveel uren er minimaal per week
aan taal en lezen besteed moet worden. Afwijken van de norm
kan wel, maar alleen met instemming van de Commissie van
Begeleiding. Het taalonderwijs aan dove kinderen bestaat uit
twee vakken: Nederlands en de Nederlandse Gebarentaal.
Niet alleen taal, maar ook lezen is een vak waaraan de Aurisscholen veel tijd en aandacht besteden. Voor leerlingen
met een auditieve beperking kan leren lezen erg moeilijk
zijn. Daarom krijgen de leerkrachten op alle Auris-scholen
speciale bijscholing om dit vak zo goed mogelijk te onder­
wijzen. Natuurlijk maken de scholen ook gebruik van de
kennis en inzichten van dyslexiedeskundigen.
En thuis?
Auris gaat er vanuit dat voor de communicatie en het
taalaanbod thuis, ouders en anderen uit de omgeving van
het kind, dié taal gebruiken waarin zij het makkelijkst
communiceren met het kind. Een goed contact tussen
ouders en kind is van onschatbare waarde voor de
ontwikkeling van het kind. Ouders dwingen een bepaalde
taal te gebruiken, kan dat contact negatief beïnvloeden. Wel
stimuleert Auris ouders van leerlingen met een auditieve
beperking om gebaren te gebruiken, in welke vorm dan ook.
Zonder die gebaren kunnen kinderen met een auditieve
beperking een gesprek vaak niet goed volgen.
AURIS-VISIE OP ONDERWIJS
De Auris-scholen werken intensief aan het vergroten van de
taal- en communicatievaardigheden van de leerling. Taal is
daarom één van de belangrijkste onderwerpen. Onder taal
n
e
w
u
o
fvertr
Zel
verstaan wij het taalaanbod, taalonderwijs en lezen. Het
taalaanbod bestaat naast het Nederlands zo nodig ook uit
Nederlandse Gebarentaal (NGT).
Taalverwerving
Voor de ontwikkeling van de leerling is taal van groot
belang. Problemen met horen, spreken of taal beïnvloeden
de deelname aan onderwijs negatief. Als een leerling niet
goed mee kan komen op school heeft dat gevolgen voor zijn
hele ontwikkeling. Er zijn extra inspanningen nodig om
deze problemen te voorkomen of te verhelpen. De Aurisscholen zijn hierin gespecialiseerd. Het onderwijs richt zich
namelijk in eerste instantie op het taalvaardig maken van de
leerling. Een taalvaardige leerling kan deelnemen aan het
(reguliere) onderwijs en later aan het arbeidsproces. Mocht
dit niet of voor een deel niet mogelijk zijn, dan richt het
onderwijs zich op het ontwikkelen van de sterke kanten van
de leerling.
Wij stellen het reguliere onderwijs in staat om goed
onder­wijs te geven aan niet taalvaardige leerlingen of
leerlingen die het risico lopen problemen te krijgen met de
moedertaal. Als er meerdere leerlingen zijn met dezelfde
hulpvraag dan zorgen wij voor een speciaal onderwijsaanbod
binnen de reguliere school in de vorm van lichte en
medium arrangementen (zie hiervoor ook ‘Onderwijs­
arrangementen’).
Leeropbrengsten
De individuele ontwikkeling en het welbevinden van de
leerling zijn belangrijk en altijd gekoppeld aan maximale
leeropbrengsten. Het aanbod op de Auris-scholen is
opbrengstgericht en wordt onder andere bepaald op basis
van wat de leerling nodig heeft, wettelijke kaders, de
kerndoelen voor het speciaal onderwijs en het Auris-beleid.
Binnen dit aanbod krijgen leerlingen de ruimte om hun
talenten optimaal te ontwikkelen. De scholen hebben een
veilig pedagogisch klimaat waar leerlingen zich prettig
voelen en uitgedaagd worden om te leren.
De leerling
De leerkrachten en medewerkers hebben een hoge verwachting van de leerling. Zij dagen hem uit om het beste
uit zichzelf te halen. Dit wordt vastgelegd in het persoonlijk
ontwikkelings­perspectief (OPP). De leer­krachten en medewerkers volgen de vorderingen via een leerling­­volgsysteem.
De resultaten evalueren zij regelmatig en als het nodig is,
passen ze het lesaanbod aan. Overleg en samenwerking met
17
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
ouders vinden zij hierbij belangrijk. Zij zien de leerling
niet los van de wereld waarin hij leeft. De leerling wordt
gestimuleerd om zoveel mogelijk verantwoordelijkheid
te nemen voor het eigen leerproces. Als hij de schooltijd
afsluit, zorgt de school voor een passende plaatsing in het
regulier onderwijs, het vervolgonderwijs, op een werkplek of
in dag­besteding.
De omgeving
In onze schoolgebouwen wordt rekening gehouden met
de beperking van onze leerlingen. Er is aandacht voor de
akoestiek en de juiste signaal/ruis verhouding. De methodes,
methodieken en materialen die op de Auris-scholen worden
gebruikt, zijn wetenschappelijk onderbouwd of hebben
zich in de praktijk bewezen. Om kennis over het onderwijs
en het speciaal onderwijs voor onze doelgroep op peil
te houden, volgen de medewerkers regelmatig interne
en externe scholing. De medewerkers van Auris werken
onderling nauw samen. Er is ook samenwerking met andere
instanties uit het onderwijs en de zorg.
Onze medewerkers gaan respectvol om met verschillende
sociaal-culturele en levensbeschouwelijke achtergronden. In
het onderwijsaanbod is aandacht voor diverse levensvisies.
AURIS ZORG
Auris Zorg heeft een aanbod voor kinderen en jongeren en
hun ouders. Er is een aantal behandelgroepen voor kinderen
van één tot vier jaar. We bieden ambulante behandeling die
bestaat uit signaleren & vroegbehandeling en gezinsgerichte
behandeling. Onder Auris Zorg vallen ook de Audiologische
Centra in Rotterdam, Bergen op Zoom en Goes.
AURIS CURSUSAANBOD
Auris organiseert gedurende het hele jaar cursussen voor
ouders, jongeren en professionals. In de praktijk en door
onderzoek wordt veel kennis en ervaring opgedaan en
ontwikkeld over onze doelgroep. Deze kennis en ervaring
delen we graag met elkaar, met ouders, opvoeders en
collega’s buiten onze organisatie. Via de website www.auris.
nl vindt u het overzicht van al onze cursussen.
SCHOOLKLIMAAT, CODES,
PROTOCOLLEN EN BELEID
Schoolklimaat
Wij bieden een pedagogisch klimaat met een veilige
omgeving waarin elk kind zich gewaardeerd voelt. Wij
18
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
gaan uit van een individuele benadering en bieden hulp
waar nodig. We bieden onze leerlingen een overzichtelijke
omgeving door structuur aan te brengen in ruimte en tijd
en duidelijke regels te hanteren onder meer over goede
omgangsvormen.
Een voorbeeld hiervan is de keuze voor aparte pauzes op
aparte schoolpleinen, in de onderbouw, middenbouw en
de bovenbouw. Het is hierdoor minder druk op het plein,
waardoor de kinderen zich veiliger voelen.
Onze leerlingen hebben problemen met gesproken taal.
Daarom leggen wij het accent op totale communicatie.
Dit betekent dat wij gebruikmaken van alle zintuigen om
informatie over te dragen en zo het begrip van de omgeving
te vergroten.
Het werken met pictogrammen en het ondersteunen van de
gesproken taal met gebaren (Nederlands met Gebaren) zijn
hiervan belangrijke voorbeelden. Het pedagogisch klimaat
met veiligheid voor iedereen en de omgangsvormen zijn
zaken waar we veel nadruk op leggen.
We gebruiken de methode ‘Leefstijl’ om sociale vaardigheden
en de sociaal-emotionele weerbaarheid te trainen. In de
bovenbouw wordt de training ‘Rots & Water’ gegeven.
Tevens hanteren we het pestprotocol en we houden ieder
jaar in oktober een zogenaamde ‘week van de vriendschap’,
waarin we speciaal over pesten en vriendschap praten en
werken.
Gedragscode, gedragsprotocol
Via wetgeving probeert de overheid een veilig schoolklimaat
te bevorderen. Veiligheid heeft betrekking op fysieke en
mentale aspecten. Om te waarborgen dat scholen voldoende
aandacht besteden aan de mentale veiligheidsaspecten
adviseert de minister van onderwijs scholen een gedragscode
op te stellen.
Wij vinden veiligheid belangrijk en leggen daarom
belangrijke afspraken voor leerlingen, personeel en ouders
hierover vast. Het gaat hierbij om afspraken over algemene
uitgangs­punten en over zaken als machtsmisbruik, seksuele
intimidatie, mishandeling, discriminatie, racisme, pesten en
privacy.
Door het vastleggen van deze afspraken ontstaat duidelijk­
heid en hebben alle partijen houvast.
Uitgangspunten
• Acceptatie en respect voor elkaar: iedereen is anders en
hoort erbij.
• Gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen, jongens en
meisjes.
• Ruimte voor persoonsgebonden of cultuurgebonden
verschillen, mits deze niet in conflict zijn met de
algemene gedragsregels.
• Binnen de school voelen zowel kinderen als volwassenen
zich veilig.
• Binnen de school zijn de voorwaarden aanwezig waarin
kinderen en volwassenen een positief zelfbeeld kunnen
vormen.
• Zelfredzaamheid en weerbaar gedrag worden bevorderd.
• Op school worden materialen met respect behandeld
en is iedereen verantwoordelijk voor een verzorgde en
opgeruimde omgeving.
• Van iedereen binnen de school mag worden verwacht dat
zij zich aan de vastgestelde gedragsregels houden.
• De gedragsregels worden binnen het team en de klas
actueel gehouden.
De uitgebreide gedragscode is op de website te lezen.
Pestprotocol
Onze school wil een veilige en prettige omgeving bieden
waarin kinderen zich thuis voelen. Om te komen tot
respectvolle en sociaal aanvaardbare omgang met elkaar
worden er regels afgesproken. Er wordt klassikaal aandacht
besteed aan dit onderwerp. Als ouders signalen krijgen van
structureel pesten van hun kind, ondanks onze zorgvuldige
observaties, willen wij dat altijd horen.
Rookbeleid
In de school en op het schoolplein is het verboden te roken.
Sinds februari 2005 zijn wij een gecertificeerde rookvrije
school. Dit betekent dat er in het gebouw en op het school­
plein niet gerookt mag worden. Er worden in de bovenbouw
lessen gegeven over roken en andere genotsmiddelen. Sinds
januari 2013 mag Auris De Kring het predicaat ‘Gezonde
school’ dragen.
FORMELE ZAKEN
Fotogebruik in Auris-publicaties
Tijdens diverse activiteiten maken we foto’s of filmopnamen
van leerlingen of werkstukken van leerlingen. Deze gegevens
gebruiken we voor eigen uitgaven zoals de website en de
schoolgids. U kunt aangeven of u hiervoor wel of geen
toestemming geeft. Bij het plaatsen van de gegevens zal hier
rekening mee worden houden. U heeft altijd het recht om
zaken van de website te laten verwijderen. Neemt u daarvoor
contact op met het managementteam.
Klachtenregeling en vertrouwenspersonen
Voor ouders, leerlingen en medewerkers is er een klachten­
regeling. We gaan er vanuit dat u uw klacht of probleem
allereerst bespreekt met de persoon over wie de klacht gaat.
Als het een klacht is over een leerkracht, dan bespreekt u
eerst uw klacht met deze leerkracht. Als het gaat om een
klacht over algemene schoolzaken dan bespreekt u deze eerst
met de teamleider of met de directeur.
Als het niet lukt het probleem op te lossen dan kunt u
contact opnemen met een vertrouwenspersoon. Uw klacht
meldt u dan mondeling of schriftelijk bij één van onze
vertrouwenspersonen.
Als het probleem te groot of te complex is om in een gesprek
op te lossen, kan de vertrouwenspersoon adviseren een
klacht in te dienen bij de onafhankelijke externe klachten­
commissie of het bevoegd gezag (Raad van Bestuur) van
de Koninklijke Auris Groep. De vertrouwenspersoon heeft
geheimhoudingsplicht. De klachtencommissie onderzoekt de
klacht en geeft advies aan de Raad van Bestuur van Auris. De
Raad van Bestuur van Auris neemt de uiteindelijke beslissing.
De klachtenregeling is te vinden op www.auris.nl.
Mirjam van de Heide is de vertrouwenspersoon voor deze
school.
De contactpersoon voor de externe klachtencommissie is:
mevr. L. Tijmstra, tel: 0113-236000
Meldcode
Begin 2013 is de wet ‘meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling’ in werking getreden. De wet stelt
gebruik van een meldcode verplicht voor leerkrachten en
andere professionals bij (mogelijke) signalen van huiselijk
geweld en kindermishandeling.
Auris heeft de meldcode opgesteld naar het basismodel
dat beschikbaar is vanuit de ministeries van VWS, OCW
en Veiligheid & Justitie. De meldcode bestaat uit een
stappenplan waarin staat wat een leerkracht of professional
moet doen bij vermoedens van huiselijk geweld of kinder­
mishandeling.
De meldcode bestaat uit vijf stappen.
Stap 1 Signaleren en observeren.
Stap 2 Collegiale consultatie en het raadplegen van het
Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK)
of het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld
(ASHG).
Stap 3 Gesprek met de leerling of cliënt.
Stap 4 Wegen van de aard en de ernst.
Stap 5 Beslissen: zelf hulp organiseren of melden.
Op www.auris.nl onder het tabblad ‘klachten en
opmerkingen’ kunt u de meldcode downloaden.
Schorsing en verwijdering
In bijzondere situaties kan een leerling geschorst worden.
Hiervoor zijn duidelijke richtlijnen. Afhankelijk van het
voorval bepaalt de directie in overleg met de teamleider of
de leerling geschorst wordt. Dit kan variëren van een dag tot
maximaal een week. De ouders en ook onderwijsinspectie
en de leerplichtambtenaar worden geïnformeerd over de
schorsing en de maatregelen die hier op volgen. Daarna
wordt met de ouders en zo mogelijk de leerling besproken
welke stappen worden ondernomen om herhaling in de
toekomst te voorkomen. Bij dit gesprek zijn de leerkracht,
een lid van het managementteam en van de commissie van
begeleiding aanwezig. Van het gesprek wordt een verslag
gemaakt. Dit sturen we op naar de ouders en bewaren het
in het leerlingendossier. De procedure voor definitieve
verwijdering is te vinden op www.auris.nl.
Ouders kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen de
beslissing bij het bestuur.
19
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
Sponsoring
Op het gebied van sponsoring is er een convenant gesloten
tussen de scholen, besturenorganisaties, ouder­verenigingen
en diverse ander partijen. Sponsoring moet verenigbaar
zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en
doelstelling van de school. Er mag geen schade worden
berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid
van leerlingen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud
en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden. Het
onderwijsaanbod mag niet afhankelijk zijn van sponsor­
middelen. Eventueel aanvullende middelen worden separaat
zichtbaar gemaakt in de financiële verantwoording en leiden
nooit tot verplichtingen die de onafhankelijkheid of kwaliteit
van Auris kunnen aantasten.
Veiligheidsbeleid
Op elke Auris-locatie is bedrijfshulpverlening (BHV)
ingericht. Bij een calamiteit kunnen medewerkers,
cliënten en leerlingen er vanuit gaan dat er adequaat
wordt gehandeld. Een aantal medewerkers is geschoold
als bedrijfshulpverlener (BHV-er). Zij hebben ook een
belangrijke rol bij het ontruimingsplan en de ontruiming
die jaarlijks wordt geoefend. Alle bedrijfshulpverleners
volgen jaarlijks een herhalingscursus bij een extern
trainingsbureau. Eén BHV’er bezit een EHBO-diploma. De
school is voorzien van plattegronden met vluchtroutes,
de noodzakelijke alarmmelders en brandblusapparatuur.
Ook is elke locatie voorzien van een Automatische Externe
Defibrillator (AED). De BHV-er wordt in de jaarlijkse
training opgeleid in het gebruik van dit apparaat.
Op elke nieuwe locatie en na elke ingrijpende verbouwing
vindt er een Risico Inventarisatie Evaluatie (RIE) plaats. Eén
maal per vier jaar wordt een RIE uitgevoerd op elke locatie.
In een RIE-rapport staan de veiligheidsomstandigheden van
de school vermeld en hoe deze kunnen worden verbeterd.
Aanbevelingen naar aanleiding van het rapport worden
uitgevoerd.
Op elke locatie is inzichtelijk welke preventieve maatregelen
er gelden ter voorkoming van een legionella-infectie bij
medewerkers, cliënten en leerlingen. Ook is op elke locatie
inzichtelijk welke stappen moeten worden ondernomen bij
een geconstateerde legionella infectie.
Verwijsindex
Dit is een systeem waarin scholen en instanties kinderen
registreren waarover zorgen bestaan. Dit kan bijvoorbeeld
zijn als de leerkracht zich zorgen maakt omdat een kind
regelmatig spijbelt. Of als een hulpverlener ziet dat
een gezinssituatie negatieve invloed heeft op een kind,
bijvoorbeeld door alcohol, echtscheiding, geweld of
psychische problemen.
Registreren is het opnemen van het Burger Service Nummer
(BSN) van uw kind in een geautomatiseerd systeem: de
verwijsindex. Het unieke BSN is gekoppeld aan de naam
20
Auris De Kring Schoolgids 2014-2015
en geboortedatum van uw kind. Hierdoor kunnen er geen
misverstanden ontstaan. Het doel van de verwijsindex is het
vroegtijdig in beeld brengen van zorgen met betrekking tot
uw kind. Er staat geen inhoudelijke informatie over uw kind
in de verwijsindex.
Vrijstelling onderwijsactiviteiten
Leerlingen die zijn toegelaten op een school voor speciaal
onderwijs zijn verplicht om deel te nemen aan alle voor hen
bestemde onderwijsactiviteiten.
In bepaalde gevallen kan vrijstelling worden verleend
voor het volgen van onderwijsactiviteiten; er zullen dan
vervangende activiteiten worden aangeboden.
Soms is externe zorg voorwaardelijk voor het onderwijs en
kan niet anders dan tijdens de les plaatsvinden. Ouders en
school zullen moeten aantonen dat het in het belang van
het kind is dat deze zorg onder schooltijd plaatsvindt. De
ouders of de therapeut dienen dan een verantwoording te
schrijven. De consequenties voor het lesprogramma wordt
door ouders geaccepteerd. De school heeft het uitgangspunt
dat het rooster niet wordt aanpast op de externe zorg en
therapeutische handelingsplannen.
Voor het aanvragen van een vrijstelling van onderwijs­
activiteiten, dienen ouders een verzoek in bij het
management­­team dat bepaalt onder welke voorwaarden
vrijstelling wordt gegeven.
ht
c
i
r
e
g
s
g
n
i
r
a
v
leren
Er
Onze school maakt deel uit van de Koninklijke Auris Groep
De Koninklijke Auris Groep is de professionele partner van mensen die
ondersteuning nodig hebben bij horen, spreken of taal. De kernactiviteiten
zijn voorlichting, preventie, diagnostiek, begeleiding, behandeling en
scholing. Auris bestaat uit scholen voor speciaal en voortgezet speciaal
onderwijs, audiologische centra, aanmeldpunten, ambulante dienst­
verlening, zorggroepen, gezinsbegeleiding en een centraal bureau. De
vestigingen zijn verspreid over midden en zuidwest Nederland. Het bestuur
en de gemeenschappelijke diensten zijn gehuisvest in Gouda. Meer
informatie over Auris vindt u op www.auris.nl
Schoolgids 2014-2015 Auris De Kring
Auris De Kring
SO/1406/280
Tiendendreef 5
4461 DS Goes
Postbus 2049
4460 MA Goes
T (0113) 213 407
F (0113) 228 717
[email protected]
Wwww.dekringgoes.nl

Arnhemse Koerier - 10 september 2014 pagina 44

Auris informatiebijeenkomsten Passend Onderwijs voor Cluster 2

HR Adviseur

Maandblad november 2013 - Koninklijke Auris Groep

Auris TS 1.4_Comfort_BusinessPlus_NL.pub

Auris TS 1.8 HSD_Dynamic_BusinessPlus_NL.pub

Boekenlijst PSC 2011-2012

ECHO nummer 9, 22 mei 2014

5 november 2014 pagina 24

Passend Onderwijs voor leerlingen met een