Stemmen - Algemene Doopsgezinde Sociëteit

05
2014
Stemmen
foto Johan Tempelaar – Broederschapsvergadering te Amersfoort
mei 2014 | Algemene Doopsgezinde Sociëteit
uitgelicht
compassieprijs 2014
Peter Leslie
derde van rechts
Op vrijdag 11 april werd in Lochem de
landelijke Compassieprijs 2014 uitgereikt aan Peter Leslie uit Breda met
zijn project Mindlab. De Compassieprijs stond dit jaar in het teken van
Jeugd en Compassie. Saïd Tahri van
de Stichting Moria werd tweede;
Charles Hamburger met het project
De Deugdenboom behaalde de derde
prijs. De eerste prijs omvat een
bedrag van € 1000,– een compassielamp en een oorkonde.
‘Peter Leslie maakt bij jongeren het
compassievuur wakker met zijn
project Mindlab’, zo oordeelde de jury.
‘In een tijd waarin presteren en
excellent onderwijs steeds meer
aandacht krijgt, is het waardevol dat
leerlingen ook stilstaan bij de rol die
zij in de samenleving willen en
kunnen vervullen. Dat lijkt heel
normaal, maar compassie is niet iets
wat je aanleert. Dat zit in de mens,
ook in de jonge mens. Alleen moet
het aangeraakt worden wil het tot
leven komen. Het project Mindlab,
ontwikkeld op het Orion Lyceum,
neemt innerlijke ontspanning in het
nú als beginpunt voor verbindende
energie bij middelbare scholieren.
Daarmee treedt de school naar buiten
op een manier die harten verwarmt.
Peter is daarmee een inspiratiebron
voor veel scholieren en katalysator
van veel initiatieven.’
www.projectmindlab.nl
De uitreiking van de Compassieprijs
wordt mede mogelijk gemaakt door de
Remonstrantse Broederschap, Algemene
Doopsgezinde Sociëteit, Vrijzinnige
Geloofsgemeenschap npb en het Apostolisch Genootschap. De prijs bestaat
sinds 2011 en wordt jaarlijks uitgereikt
aan iemand die ‘harten heeft weten
te verzachten en mensen heeft weten te
verbinden’.
advertentie
Donatus ver zekert
vert ro uwd
Donatus verzekert kerkgebouwen en wat daar
bij hoort, zoals ruimtes voor kinderopvang,
doopvonten, kanselbijbels en orgels. Donatus
is een betrokken specialist. Klein genoeg om
u persoonlijk van dienst te zijn. Groot genoeg
om uw verzekeringsbelangen aan toe te vertrouwen. Samen met u zorgen we ervoor dat
wat waardevol is, behouden blijft voor onze
kinderen en hun kinderen en hun kinderen…
w w w .donat us.nl t el. 073 - 5221700
vooraf
inhoud
Sang Min woont in Zuid-Korea, een van de rijkste landen
ter wereld. Een land dat in het nieuws kwam toen er een
veerboot verging waarbij een kleine driehonderd slachtoffers vielen, vooral scholieren. Een enorme tragedie,
verbijsterend in omvang. Ook verbijsterend dat de ramp
bijna live te volgen was. Beelden van de boot die langzaam omsloeg, totdat uiteindelijk alleen de punt van de
boeg nog boven water uitstak en tenslotte ook die in de
diepte verdween. De boten die er omheen lagen konden
niets anders doen dan machteloos ronddobberen.
Onvoorstelbaar wat een taferelen zich moeten hebben
afgespeeld in het schip. De ogen van de wereld waren op
dit drama gericht, iedereen kreeg er iets van mee.
Sang Min is achttien jaar. Een jonge, magere man met
een zachtaardig gezicht. Hij is lid van de Grace and Peace
Mennonite Church in Seoul. Hij moest onlangs voor de
rechter verschijnen omdat hij vanuit zijn geloofsovertuiging niet in militaire dienst wil. Het moderne land
Zuid-Korea heeft weliswaar de betreffende conventies van
de Verenigde Naties ondertekend, maar heeft nog steeds
geen wet die gewetensbezwaren tegen militaire dienst
toestaat.
De rechtszaak ging niet door, de rechter wil wachten op
de uitspraak van het Hooggerechtshof hierover. Niet dat
er hoop is overigens, dat die anders zal zijn dan de
voorgaande zes keer… En dus zal dienstweigering
betekenen dat Sang Min in het gevang moet. Dat hijzelf
en zijn familie in de toekomst veel hindernissen in het
leven zullen tegenkomen. Vernederingen, moeilijk een
baan krijgen, studeren bijna onmogelijk, enzovoort.
Daarover zien we geen live-beelden op televisie, en het
oog van de wereld lijkt ver weg. En toch houdt Sang vol.
Uit de dagboeken van de doopsgezinde dienstweigeraar
Cor Inja leren we hoe belangrijk het is te weten dat je
niet vergeten wordt. Als wereldwijde geloofsgemeenschap
mogen wij onze schouders dan ook niet ophalen over
Sang Min. Niet machteloos blijven ronddobberen, maar
aan de wereld en de Koreaanse regering laten merken dat
wij weten van deze mens en zijn situatie. Dat houdt Sang
waarschijnlijk niet uit de gevangenis, maar hij zal op zijn
minst weten dat hij gedragen wordt in onze harten en
gebeden. En wie weet wat internationale aandacht kan
bewerkstelligen. Alleen is hij onmachtig, een roepende
in de woestijn. Samen zorgen we dat zijn stem gehoord
wordt.
Henk Stenvers
Algemeen secretaris/directeur ads
[email protected]
5
8
12
16
Stem geven aan een medemens
5
Zoeken, wennen en oefenen
8
In gesprek met John van Tilborg
Ervaringen met het nieuwe Liedboek
Hoor die stem!
12
Doperse verbondenheid
16
‘Hij weet je, waar je ook bent’
Migration Tour door Europa
en verder…
ingekomen4
pastorale praktijk10
interview Sieds Prins
WereldWerk14
vrede van alle kanten
boeken en bladen18
uit de kast20
Ken Rodgers
Vermaningspad 201422
water en land
kort23
historie24
ontstemde zuster
ingekomen
interview
mwc vergadert op Dopersduin
Afgelopen maart werd er voor het
eerst een gezamenlijke commissievergadering gehouden van het
Doopsgezind Wereldcongres (mwc).
Op Dopersduin werd gesproken over
de doelstellingen van en de voorbereidingen op het Wereldcongres
dat volgend jaar in Pennsylvania,
Verenigde Staten, plaatsvindt.
In 2009 riep de mwc vier commissies
in het leven: de Peace Commission
(vrede), Faith & Life Commission
(geloofsvragen), Mission Commision
gedenksteen Utrecht 11 mei
In Utrecht zijn tijdens de kettervervolgingen tussen 1534 en 1570 tenminste
(missie) en Deacons Commission
(diakenen). Al snel ontstond de
behoefte aan meer onderling contact
en aan een moment om met de
andere commissies te overleggen.
Een nieuw soort conferentie werd in
het leven geroepen. Daarvan werd
nu de eerste in Schoorl gehouden.
Danisa Ndlovu en Cesar Garcia,
respectievelijk voozitter en algemeen
secretaris van de mwc, zijn zeer
tevreden over de bijeenkomst. ‘Die
overstijgt alle verwachtingen’, zegt
Danisa. ‘Ik had gedacht dat dit een
vergadering zou zijn om te plannen
tachtig dopers veroordeeld. Drieënveertig van hen werden geëxecuteerd.
Om dat te gedenken wordt op 11 mei
een steen van 50 bij 70 cm in het
trottoir van de Neude onthuld.Burgemeester Jan van Zanen zal dat doen
met enkele passende handelingen.
De steen is een initiatief van de Jubileum Commissie van de dg Utrecht
die dit jaar 375 jaar bestaat. Met de
steen wordt aandacht gevraagd voor
het lot van de veroordeelde dopers,
waarover de burgerlijke gemeente
nauwelijks informatie bleek te
hebben. Hij wordt aangebracht op
de plek waar destijds de brandstapel
stond.
en te overleggen. Maar ik had nooit
verwacht dat deze bijzondere sfeer
er zou hangen’, glundert Cesar.
‘We delen niet alleen de zakelijke
dingen met elkaar, maar je ziet dat
iedereen ook echt vrienden wordt.
Het voelt als familie.’ Ook over de
locatie en de gastvrijheid waarmee
ze zijn ontvangen, zijn de heren zeer
te spreken: ‘Het eten is goed en de
natuur om ons heen is prachtig!’
Natuurlijk werd er niet alleen vergaderd. Op zondag 23 maart was er
voor alle mwc-ers de mogelijkheid
om een typisch Nederlands doopsgezind ‘dagje uit’ te gaan. In groepen
verspreidden zij zich over het land
en bezochten kerkdiensten in onder
meer Leeuwarden, Amsterdam, Haarlem en Alkmaar. Een stadswandeling
door Amsterdam of een bezoek aan
Witmarsum en Pingjum stond op het
middagprogramma. ‘Het ontroert me
om op deze prachtige dag met zulke
fantastische mensen in de kerk van
Menno Simons te staan’, vertelt
Richard Showalter van de Mission
Commission, die een bezoek aan
Friesland bracht.
Janneke Leerink
Niet bekend is of de vervolgde dopers
allemaal uit Utrecht afkomstig waren.
Van Govert Aertsz, schoenmaker te
Utrecht en Hendrick Eemkens,
snijder aldaar, is dat wel bekend.
Laatstgenoemde is verreweg de
bekendste martelaar in de Utrechtse
geschiedenis. Zo valt onder meer
te lezen in het boek van A.M.L.
Hajenius: Dopers in de Domstad.
Geschiedenis van de Doopsgezinde
Gemeente Utrecht 1639-1939.
Op zondag 11 mei is er na de dienst in
de doopsgezinde vermaning een tocht
naar de Neude, met prof. Piet Visser en
ds. Alex Noord. Bekijk het hele jubileumprogramma op www.dgutrecht.nl
Stem geven
aan een
medemens
in gesprek met John van Tilborg >>
4
5
foto: Rienk van der Star
interview
‘Verboden voor buitenlanders’ las de achtjarige
John van Tilborg op uithangborden in cafés, nadat
hij met zijn ouders van Hardinxveld naar Antwerpen was verhuisd. Zijn vader kon hem geruststellen: dat was niet voor hun gezin bedoeld, maar
voor alle mensen met een niet-witte huidskleur.
tekst Tea G. Rienksma – foto’s Rienk van der Star
Deze ervaring ligt ten grondslag aan
Van Tilborgs diepe overtuiging dat je
als mens de verantwoordelijkheid
hebt om mee te werken aan een
rechtvaardige samenleving voor
iedereen, ongeacht huidskleur, land
van herkomst of maatschappelijke
status. Deze overtuiging vormt al
meer dan dertig jaar de belangrijkste
drijfveer in zijn leven. Samen met een
groep bevlogen en deskundige medewerkers, en vele, vooral kerkelijk
betrokken vrijwilligers, zet hij zich
vanuit de organisatie Inlia onvermoeibaar en met grote inzet in om
een stem te geven aan de vluchtelingen die om wat voor reden dan
ook naar ons land komen.
Charter van Groningen
Inlia is inmiddels van onschatbare
waarde voor de ondersteuning van
en hulp aan vooral uitgeprocedeerde
vluchtelingen. Ook houdt Inlia de
vinger aan de pols van het vluchtelingen- en asielbeleid van de overheid. John van Tilborg: ‘Wij leven in
een democratische rechtsstaat. De
overheid moet daarvan de waarborg
zijn en de rechtsstaat beschermen.
Wij hebben geen ander instrument.
Maar inmiddels heb ik geleerd dat
dat niet altijd gebeurt, waardoor ik
mijn vertrouwen in de overheid
enigszins heb verloren. Daarom
6
moeten we inderdaad de vinger aan
de pols houden en voldoende mogelijkheden creëren om te zorgen dat
het recht zegeviert. Dat wil overigens
niet zeggen dat dat altijd lukt.’
Inlia is eind jaren tachtig door de
kerken opgericht om uitvoering te
geven aan het Charter van Groningen. Van Tilborg: ‘De aanleiding was
een oproep van de Wereldraad van
Kerken aan de Europese kerken om
in actie te komen vanwege het steeds
restrictievere vluchtelingenbeleid in
Europa. Een beleid dat tekort doet
aan de bescherming van vluchtelingen. Wij kwamen in de doopsgezinde kerk hier in Groningen
bijeen met vertegenwoordigers van
lokale raden van kerken uit Europa.
Zij kwamen uit Genève, Berlijn,
Rome, Manchester en Groningen.
Daar is de verbondstekst van een
netwerk van lokale geloofsgemeenten, het Charter van Groningen, tot
stand gekomen, en dat is ondertekend door een internationaal
gezelschap van kerkelijk afgevaardigden. De kerken die het Charter
ondertekenden verplichtten zich om
ondersteuning te bieden aan elkaar
en aan vluchtelingen in nood.
In die tijd boden de kerken vaak
onderdak aan vluchtelingen die het
land uitgezet dreigden te worden.
Hier in Groningen betrof het een
Tamilgezin, en later een groep
Syrisch-Orthodoxe christenen.
Ook de doopsgezinde gemeente in
Groningen bood kerkasiel. De overheid beschouwde deze acties als
ondermijning van haar gezag. Er
lagen vergaande plannen klaar voor
een politie-inval in deze kerken. We
kunnen ons dat nu niet meer voorstellen. De houding van de overheid
is inmiddels veranderd. Het kerksasiel
als ‘last resort’ wordt nu gelukkig
meestal voorkomen door tijdig en
zorgvuldig overleg.’
logo-gemeenten
Sinds 2001 bestaat het Landelijk
Overleg Gemeentebesturen inzake
Opvang- en terugkeerbeleid (logo),
waarvan Inlia het secretariaat beheert.
Bij dit overleg zijn circa vijftig burgerlijke gemeenten betrokken. Deze
zogenaamde logo-gemeenten
hebben zich verbonden aan de afspraak om op straat gezette vluchtelingen – onder gemeenschappelijk
afgesproken heldere condities – onderdak te bieden. De toetsing aan de
criteria wordt vrijwel altijd door Inlia
uitgevoerd.
In 2001 trad de nieuwe Vreemdelingenwet in werking, waarin staat
dat mensen zelf verantwoordelijk zijn
voor hun vertrek uit Nederland als ze
niet worden toegelaten als vluchteling. Daardoor werden en worden
mensen, als ze na achtentwintig
dagen niet uit Nederland vertrokken
zijn, op straat gezet. Ook mensen
over wie nog een reguliere procedure
loopt die ze in Nederland mogen
afwachten, belanden op straat. Het
betreft duizenden mensen. Vooral
vanuit de kerken wordt voor hen
noodopvang geregeld. De logogemeenten zorgen daarbij voor met
name financiële ondersteuning, mits
de betrokkenen voldoen aan de
gestelde criteria. Van Tilborg:
‘Gemeenten realiseren zich steeds
meer dat op straat gezette vluchtelingen een probleem vormen waar
ze niet op zitten te wachten. Dat betekent voor ons dat wij gezamenlijk
– met respect voor ieders eigen
verantwoordelijkheid – kunnen
zoeken naar oplossingen. Wij zijn ons
er goed van bewust om welke verantwoordelijkheden en belangen het
gaat.’
Beeldvorming
Hoe groot is de solidariteit in de
samenleving nog met vluchtelingen
en asielzoekers? Volgens Van Tilborg
is het begrip solidariteit gedevalueerd. Solidariteit hoorde bij de
klassieke ideologische groeperingen
als communisten en socialisten, wier
stem steeds minder wordt gehoord.
De moord op Pim Fortuyn en Theo
van Gogh heeft de maatschappelijke
opinie erg beïnvloed. ‘Pim Fortuyn
heeft enorme invloed gehad op de
beeldvorming rond vluchtelingen.
Het woord asielzoeker of vluchteling
werd een scheldwoord. Dat heeft veel
onzekerheid teweeggebracht onder
vluchtelingen. Zij werden en worden
vaak op één lijn gesteld met extremistische moslims. Een ander probleem
is het taalgebruik van de overheid.
Zo ontdekten wij dat mensen die
geen verblijfsvergunning kregen en
vervolgens op straat werden gezet
met de boodschap te vertrekken, in
de boeken genoteerd stonden als
‘administratief verwijderd’. Maar die
mensen liepen wel op straat – ook
gezinnen met kleine kinderen, en
oude of zieke mensen. Een duidelijke
vorm van verhullend taalgebruik:
‘Pim Fortuyn heeft enorme invloed gehad op
de beeldvorming rond vluchtelingen. Het woord
asielzoeker of vluchteling werd een scheldwoord’
het probleem is zogenaamd opgelost
en de overheid heeft haar taak
vervuld. Of denk aan de zogenaamde
Illegalenregeling, een regeling voor
de vergoeding van medische zorg in
de eerste en tweede lijn. Bedenk wat
deze benaming betekent voor iemand
die hier legaal is en medische zorg
nodig heeft, maar in de noodopvang
van een gemeente verblijft in afwachting van een beslissing van de ind
(Immigratie- en Naturalisatiedienst),
waardoor hij niet verzekerd kán zijn.
Gelukkig is deze regeling inmiddels
veranderd in Regeling voor Onverzekerbare Vreemdelingen.’
Medemens
Een ochtend praten met John van
Tilborg betekent kennismaken met
een wereld waarin iedere vreemdeling gezien wordt als een medemens.
Helaas pakt de situatie voor hen vaak
heel anders uit. In plaats van bescher-
ming te vinden, lopen zij grote kans
als crimineel in een van de detentiecentra aan onze grenzen vastgezet te
worden, totdat min of meer duidelijk
is wat iemands vluchtverhaal is.
Daarna volgt een eindeloze tocht
langs opvangcentra, vertrekcentra,
advocaten etcetera. Voor een deel van
deze mensen heeft Inlia uiteindelijk
een verblijfsvergunning weten te
regelen. Voor anderen, voor wie in
Nederland geen perspectief is, werkt
Inlia vaak met succes samen met de
betreffende instanties aan een goed
terugkeerproces naar het land van
herkomst.
John van Tilborg is duidelijk in zijn
motivatie om met dit werk door te
gaan. ‘Deze mensen hebben recht op
een fatsoenlijke behandeling. Ik voel
me geroepen een appèl te doen op
degenen die in dit land een stem
hebben, om óm te zien naar diegenen die dat niet hebben.’ <<
inlia staat voor
International Network
of Local Initiatives with
Asylumseekers, ofwel
Internationaal Netwerk
van Lokale Initiatieven
ten behoeve van Asielzoekers.
www.inlia.nl
www.logogemeenten.nl
7
Liedboek
ervaringen met het nieuwe Liedboek
Zoeken, wennen & oefenen
‘Alles wat je intensief gebruikt ga je meer waarderen’, vindt Leuny
de Kam, actief gebruiker van het nieuwe Liedboek en predikant van
de doopsgezinde gemeente Goes-Walcheren. Wat vinden we van het
niets gemaakt.’ Leuny de Kam is het
nieuwe Liedboek? tekst Janneke Leerink – foto’s Johan Tempelaar
Een jaar geleden kwam het nieuwe
Liedboek uit. Veel gesteggel en het
uitbalanceren van oud en nieuw
materiaal zorgde uiteindelijk voor een
nieuwe muziekcombinatie. Zoals bij
alles wat nieuw is, moeten we er nog
even aan wennen. Maar hoe?
Instuderen
‘In mijn kerkgemeente hebben we
besloten een half jaar te besteden aan
het instuderen van nieuwe liederen’,
vertelt Leuny de Kam. ‘In elke dienst
zitten consequent twee nieuwe liederen. Voordat de dienst begint is er
de mogelijkheid om tien minuten te
oefenen. Het zingt anders ook niet
lekker hè, als je het nog niet kent.’
Leuny biedt haar gemeenteleden daarnaast de kans om in gesprekskringen
dieper op de liederen in te gaan.
De dg Goes is niet de enige gemeente waar geoefend wordt. Overal worden mogelijkheden gezocht om de
nieuwe liederen aan te leren. Carla
Borgers, voorzitter van de werkgroep
Muziek in de Kerk en predikant in de
dg Almelo–Twente, oefent ook met
de kerkgangers voorafgaand aan de
dienst, en laat de cantorij de ingewikkeldste liederen voorzingen.
‘Vanuit de werkgroep hebben we
overal in het land vier bijeenkomsten
8
georganiseerd: Nieuwe Liedboekmiddagen. Om ons de nieuwe liederen eigen te maken. De gemeenten
reageerden vaak positief.’
Voordelen
‘Dit Liedboek sluit veel beter aan. Het
zingen gaat gemakkelijker en veel
liedjes zijn simpel aan te leren’, vindt
pianist en organist Reija Bonsma uit
Wageningen. Vooral jonge mensen
kunnen de nieuwe samenstelling erg
waarderen. De Taizé-liederen vallen
in zeer goede aarde en ook de teksten
passen beter bij deze tijd. ‘Theologisch waren we het oude liedboek
ontgroeid. Dat wil zeggen: er werd
wel erg vaak met zonden en kruisiging geslingerd. Tegenwoordig
kunnen de meeste mensen niet meer
zoveel met een tekst waar een dichtgetimmerd godsbeeld in zit’, legt
dominee Borgers uit. ‘Laat die tekst
maar waaien. Mensen geven graag
hun eigen invulling en interpretatie
aan de tekst van een lied. De teksten
zijn nu minder concreet, en dat
spreekt aan.’
Veel gemeenten zijn volledig overgestapt op het nieuwe Liedboek. ‘Er
zit natuurlijk geen verplichting aan
vast, het is niemand verboden het
oude boek nog te gebruiken’, vindt
Borgers. ‘Maar het boek is niet voor
met haar eens: ‘Je ontzegt jezelf een
heleboel als je niet wat meer moeite
wilt doen om het nieuwe boek te
leren kennen. Want het is echt heel
mooi.’ Het is dan ook niet voor niets
dat er in haar gemeente meteen
nieuwe Liedboeken zijn aangeschaft:
‘De hele gemeente heeft daar aan
bijgedragen. Iedereen heeft voor de
gemeente zijn eigen boek gekocht,
als het ware.’
Nadelen
Is dit Liedboek dan zaligmakend of
kleeft er hier en daar toch nog een
nadeeltje aan? Reija Bonsma merkt
dat de nieuwe liederen voor ouderen
soms toch wel moeilijk aan te leren
zijn. ‘We oefenen elke week twee
liederen. Maar veel liedjes zijn aan de
vlugge kant en erg hoog. Met name
oude mensen kunnen al die hoge D’s
en E’s niet halen.’ Wat de keuze van
liederen betreft: een enkeling mist
nog wel eens een lied uit het vorige
Liedboek. ‘Met de Paasperiode zit ik
toch wel erg te zoeken’, vertelt dominee De Kam. ‘Er staan wel mooie
paasliederen in, maar op zo’n dag
gun je je toehoorders ook wat
meezingers.’
Ook in het praktische gebruik is dit
Liedboek niet altijd even handig.
Hanna Bruin maakt voor de Leeuwarder diensten de gedrukte liturgie en
heeft een paar praktische aandachtspuntjes: ‘Een beetje onhandig is het
wel. Je zoekt je soms suf. De volgorde
van dit Liedboek is namelijk een
beetje anders. Waar je vroeger eerst
de psalmen en daarna de liederen
had, staat nu alles door elkaar. De
liederen die geïnspireerd zijn op een
psalm staan bij de psalmen en niet
bij de liederen. De indeling is logisch
als je thuis bent in de psalmen, maar
anders sta je regelmatig voor een
vraagteken. Alles is even wennen,
natuurlijk. Dus wie weet vind ik deze
indeling over een aantal jaren heel
logisch. Maar op dit moment nog
niet.’
Ook het zoeksysteem in de online
versie laat soms wat te wensen over
volgens Hanna. ‘Meestal zoek je op
de eerste zin, maar omdat van sommige liederen de tekst een beetje
veranderd is, zijn ze soms niet meer
te vinden. O kom, o kom Emanuel heb
ik nog steeds niet gevonden, haha.
Maar het hoort er wel in te staan.’ En
een misschien grappig, maar zeker
niet te onderschatten probleem: ‘Het
boek is natuurlijk heel dik en de
bladzijden zijn wat dunner dan bij de
vorige editie. Het gevolg is dat
kopiëren moeilijk is. Helemaal
openslaan lukt door de dikte niet
goed, en vanwege de dunne bladzijden kun je door de bladzijde heen
zien wat er op de pagina erna staat
afgedrukt.’
Tevreden?
Toch neemt het praktisch ongemak
facebook-reacties
We vroegen de facebook-volgers van Menno Simons naar hun mening over het nieuwe Liedboek.
Willemien Ruygrok ‘In Haarlem gebruiken we het met veel plezier. Soms is het even wennen. De cantorij
is enthousiast nieuwe liederen aan het instuderen.’
Agnès Schlüter ‘In Enkhuizen gebruiken wij het nieuwe Liedboek. Ik ben er blij mee.’
Barbara de Lugt ‘Ik had gehoopt dat we met het nieuwe Liedboek ook meer meezingers met eenvoudige,
begrijpelijke teksten zouden krijgen. Maar helaas, zeer regelmatig komt er weer een lied voorbij dat te
moeilijk is om te zingen, zodat de kerkgangers maar wat stamelen. Maar dat ligt dan weer niet aan het
Liedboek.’
Menno Hofman ‘Als gastpredikant ben ik er blij mee, er is veel meer keuze dan in het oude Liedboek.
Maar het is geen heilig boek: ik gebruik soms ook Tussentijds en de Iona-bundel. Het geeft ruimte
om liederen te laten zingen die, als je ze los meeneemt, eerder discussie zouden opleveren.’
Arida van Oudenallen-Hooiveld ‘In Aalsmeer zingen we iedere week voor de dienst twee onbekende
liederen om er zo vertrouwd mee te raken. Er zijn moeilijke bij, maar ook heel goed zingbare.
We hebben er nog vele op het rooster staan.’
Matthijs de Vries ‘Evenwichtige combinatie van oud en nieuw. Heel blij mee!’
Ineke van Erkelens ‘Mensen moeten wennen aan de tekst en/of de melodie. Het formaat van het Liedboek
is prima en de teksten zijn goed leesbaar. Het is natuurlijk wel jammer dat uitgerekend het lied Mijn
God, waar zal ik henengaan van Menno Simons er niet in staat. Over de digitale versie van het Liedboek
ben ik niet helemaal te spreken: ik vind het programma niet gebruiksvriendelijk. Wat ik wel heel fijn vind
zijn de a,b,c-versies bij de psalmen. Heel overzichtelijk. Al met al ben ik toch wel blij met het nieuwe
Liedboek. En € 25,– voor een boek met 1617 pagina’s is echt niet veel.’
niet weg dat ook Hanna Bruin de
nieuwe samenstelling van liederen
absoluut kan waarderen. Leuny de
Kam, Carla Borgers en Reija Bonsma
zijn over het algmeen ook zeer tevreden, of zelfs zeer enthousiast. ‘Ik ben
er echt verschrikkelijk blij mee,’ zegt
Carla Borgers. ‘Natuurlijk is het nog
even wennen, maar dat was bij het
vorige Liedboek ook zo. Kerkliederen
zijn altijd al veranderd. Het is juist
heerlijk dat we daarmee kunnen
experimenteren.’ <<
9
pastoraat
Afstemmen op de ander
te genieten van hun werk. Het is als met een muziekinstrument dat ontstemd is: de klank is niet zuiver, er is
ruis hoorbaar. In het pastoraat gaat het erom dat je heel
goed luistert, dat je open en onbevangen bij de ander
kunt zijn. Het gesprek is een avontuur, zegt de filosoof
Gadamer: je kijkt samen naar de horizon, en samen
ontdek je meer dan alleen. Maar voorwaarde is dan wel
dat je je bewust bent van je eigen ruis en daar niet voor
wegloopt. Als pastor ben je je eigen instrument.’
Een smalle weg voert mij het weidse
Groninger land in. Het ruikt naar voorjaar. Ik ben op weg naar Sieds Prins.
tekst Tea G. Rienksma
foto Rienk van der Star
Het uitzicht vanuit zijn werkkamer is groots. Het lijkt een
idylle. Maar de aardbevingen door de gasboringen zorgen
bij de bewoners van dit gebied voor behoorlijke ontstemming. Daar zal ons gesprek echter niet over gaan. Wel
praten we over wat Sieds Prins met hart en ziel en met
grote betrokkenheid en deskundigheid doet: predikanten
begeleiden in hun pastorale praktijk. Al zo’n vijfentwintig
jaar is hij als supervisor voor predikanten en pastoraal
werkenden verbonden aan het doopsgezind seminarium.
Ontstemd
Sieds Prins: ‘Ik ben in mijn begeleidend werk niet zozeer
bezig met de waan van alledag, met ontstemming als
gevolg van bepaalde ontwikkelingen in de samenleving.
Ik richt mij op wat in mensen zélf gaande is, waardoor zij
soms zo ontstemd raken dat zij niet meer in staat zijn
10
Kern van pastoraat
In zorgvuldige bewoordingen probeert Sieds duidelijk te
maken wat volgens hem in het pastoraal contact van
wezenlijk belang is. Het risico bestaat dat huisbezoek
allereerst een gezelligheidscultuur wordt. Je zoekt iemand
op vanwege zijn of haar leeftijd, omdat er iets te vieren
valt, of omdat het gewoon weer eens tijd is om iemand
te bezoeken. Met nadruk zegt Sieds dat dit op zichzelf niet
verkeerd is. Mensen worden er immers door gekend in de
feiten van hun leven. Maar, benadrukt hij ook, het is niet
genoeg. De kern van het pastoraat is dat mensen gekend
worden in wat er in hen omgaat, dus in hun gevoelens.
En van een pastor mag worden verwacht dat zij of hij niet
bang is voor existentiële vragen die gaan over geloof en
twijfel, angst en verlangen. Dus over het zoeken naar wie
mensen voor zichzelf, voor hun medemensen en voor
God mogen zijn. Sieds: ‘Kun je als predikant zó luisteren
dat je deze vragen hoort? Terwijl jij er zelf buiten blijft?
Zodat niet jouw eigen ruis - wat die ook mag zijn, misschien wel je behoefte de ander te helpen bijvoorbeeld
– tussen jou en de ander komt in te staan? Het gaat om
nabij zijn en tegelijkertijd afstand houden. Niet iedereen
zal daartoe in staat zijn. Kun je dan voor jezelf erkennen
dat je niet iedereen kan helpen?’
Wandelen in teksten
Sieds vervolgt: ‘Het mooiste van mijn werk als supervisor
vind ik dat ik een tijdje deelgenoot mag zijn van iemands
zoeken naar zijn of haar waarheid. Wiebe Zijlstra, de
oprichter van de Klinisch Pastorale Vorming/Zon en
Schild in Amersfoort, zei: “Alles wat aan het licht komt
wordt zelf licht” (Efez. 5:13). Dat kan ik beamen. Maar dat
gaat niet zonder een proces waarin pijn, verdriet en angst
erkend en doorleefd worden. Ik denk aan de dichtregel
van Vasalis: “...o, sla de rots opdat ik ween”. Daarbij heb je
iemand nodig die naast jou wil staan en er bij wil blijven,
en met jou op de rots wil slaan.’
Sieds vertelt over zijn eigen leerproces en de betekenis
die anderen voor hem gehad hebben bij het opnieuw
leren omgaan met de bijbelse teksten. ‘Ik heb leren
wandelen in bijbelteksten, omdat ik een verbinding heb
kunnen ervaren met mijn eigen bestaan. Neem bijvoorbeeld de tekst van Exodus 16, vers 7 en verder, waarin het
volk mort, ontevreden, ontstemd is. Ik ontdekte: dat ben
ik, die mort... Ik zag in dat de oude teksten niet geschreven zijn als een soort historisch verslag, maar als een
gebeurtenis waaraan ik deel mag nemen. De bijbelteksten
gaan dus ook over jou en mij. Dit proces heeft mijn blik
op God veranderd en mij geholpen mijn eigen weg
te gaan. Het is zo nodig om weer een levende ingang te
vinden in onze eigen traditie en in de oude teksten.
Ik denk bijvoorbeeld aan het chassidische verhaal over
het vuur. We weten tegenwoordig niet meer hoe we het
vuur moeten ontsteken, we kennen de plek en het gebed
niet meer. Maar laten we tenminste nog wel het verhaal
kunnen vertellen.’
Als ik weer buiten sta hoor ik de roep van de weidevogels.
Zij hebben hun eigen stem in Gods schepping. <<
Steen
Verdriet kit al mijn krachten samen,
zodat ik roerloos word als steen.
Mijn hele wezen wordt materie,
een ondoordringbaar star mysterie,
o sla de rots, opdat ik ween.
M. Vasalis, uit de bundel Vergezichten en gezichten,
uitgeverij Van Oorschot, 1954
Sieds Prins was jarenlang
als pastor werkzaam in
de Amsterdamse Basisgemeente en de Dominicusgemeente. Vervolgens
was hij als opleidingssupervisor verbonden aan
de Katholieke Theologische
Universiteit in Utrecht. Nog
steeds is hij werkzaam als
theoloog en als supervisor
van predikanten, onder wie
doopsgezinde.
Op 25-26 augustus van dit
jaar geeft Sieds Prins zijn
laatste nascholingstraining
over ‘het uitdagende in het
pastoraat’. Er zijn nog
enkele plaatsen beschikbaar.
advertentie
Ontwerp & tekst
Print & druk
Alle grafische diensten
onder één dak perfect
voor u uitgevoerd!
Reclame & sign
Online media
Het Spijk 4
Postbus 29
8320 AA URK
0527-689168
[email protected]
@gbugrafisch
www.gbu.nl
GBU_adv Doopsgezind NL_195x131.indd 1
11
18-03-14 08:48
de snijder of beeldhouwer ook, geen
mens kan hem vatten, geen metaal of
hout kan zijn aanwezigheid uitdrukken. Deze heer heeft dat niet nodig.
stem in de bijbel
Enig effectbejag is Hem natuurlijk
niet vreemd. Als Je alle natuurkrachten tot Je beschikking hebt, als
Je werkelijk Je hele schepping in Je
macht hebt, dan is het natuurlijk een
koud kunstje om mensen ontzag in
te boezemen door Je te vertonen als
vuurkolom of als wolk. Om stenen uit
de hemel te laten vallen, precies op
de vijand van Je volgelingen. Tien
plagen, daar draai Je dan Je goddelijke hand niet voor om, antropomorf
gesproken. Als dat de aandacht trekt,
als dat helpt om Je reputatie te vestigen, waarom dan niet? Maar het is
niet de kern. Het is niet wie Je bent.
Hoor
die stem!
tekst Wieteke van der Molen – foto iStock
Een stem. Een stem die roept, die
vleit, die lokt, die beveelt… een stem.
Een god die zich bekend maakt als
stem. Ongrijpbaar, onvatbaar, onaan-
Nietsvermoedend wandel je door de
woestijn, beetje schapen hoeden,
beetje dagdromen… Ineens trekt een
wonderbaarlijk verschijnsel je aandacht: flikkert daar iets? Vlamt daar
wat? Is er vuur als er geen rook is?
Is het vuur als het bosje niet tot as
gereduceerd wordt? Wat is dat?
Wie doet dat? Natuurlijk prikkelt zo’n
bovennatuurlijk vertoon je nieuwsgierigheid. Natuurlijk ga je op onderzoek uit, want daar is dat gevlam voor
bedoeld: lokken, triggeren, verleiden,
prikkelen, je aandacht trekken. Een
brandend bosje, zomaar! Dat is toch
werkelijk buitengewoon!
Je nadert, omzichtig, want dit soort
wonderen maant je vanzelf tot enige
terughoudendheid… En als je dan
vlák in de buurt bent, dan davert een
stem je volledig van je voeten: ‘Terug!
Uit die schoenen, toon respect, dit
hier is heilig!’ Een stem in een
vlammend bosje. Zo stelt onze heer
zich voor, zo introduceert hij zichzelf
bij Mozes. Een stem. Vanuit het niets.
Zomaar.
Of je woont gezellig in de schoot van
je familie in Haran, waar je vader ooit
heen trok op zoek naar een toekomst.
Het verre Ur der Chaldeeën ligt
achter je, maar in Haran gaat het je
goed. Vee, familie, getrouwd met de
schone Sarai. En ook al hebben jullie
12
Als alles verloren lijkt, laat Hij van zich horen
tastbaar. Niet in een beeld te vangen,
niet in een tempel op te sluiten. Over
een stem krijgt geen mens macht.
Deze is de ongrijpbare God van het
lege midden, boven de ark, tussen de
cherubim. Daar klinkt Zijn stem. En
die stem is Zijn aanwezigheid te
midden van de mensen. Onontkoombaar. God als stem is niet te ontvluchten, niet te negeren. Je kunt je ogen
voor Hem sluiten, maar Hij weet je,
waar je ook bent. En jij hoort Hem.
In het holst van de nacht is daar die
fluistering. Op klaarlichte dag komt
die donderende stem. Soms bij
monde van profeten, soms door
engelachtige boodschappers of zelfs
Zijn Zoon. Soms angstaanjagend
direct. In bijbelse tijden vaak vergezeld van vuur en spektakel, in onze
tijd vaak ongehoord. Maar anders
dan alle andere goden is dit er Eén
die zich niet laat vangen in beschrijvingen of rituelen, in theologie of
idealen. Liturgie, dat is slechts spel.
De geboden lapt Hij desnoods aan
Zijn laars. Als alles verloren lijkt, laat
Hij van zich horen. Want vooral zo
maakt Hij zich bekend aan de mensen. Een stem. Want dit, de onze, is
een God die gehóórd wil worden.
Door toen, door u, door mij. <<
advertentie
te huur
De Roosebrink
te Wageningen
nog geen kinderen, het leven is lang
niet slecht. O nee. Op een dag hoor
je je naam roepen. Je antwoordt, en
uit het niets komt er een opdracht:
‘Ga!’ En je gaat. Met je vee en je
vrouw en je neefje Lot; je gaat.
Waarom? Een stem riep je. Zomaar.
Niet omdat je zo vroom of groot of
fantastisch of spiritueel bent. Geen
reden, geen verklaring. Gewoon een
stem die je roept. En je gaat.
Misschien wel omdat je hem hoort.
Onontkoombaar.
de berg van de heer. Je weet misschien niet precies wat je moet
verwachten, maar je weet wel wat je
nodig hebt: macht en kracht en
natuurgeweld! Actie! Hulp! En o ja,
dat krijg je. Storm en bliksem en
hagel en donder en vuur en wat niet
al. Alleen: geen heer. Tot onverwacht
een avondkoelte zacht suist… en als
je dan verwonderd naar buiten gaat,
is daar die stem. Een stem die je
roept, en jij die antwoordt. Een stem.
Meer niet. Want meer is niet nodig.
Stel dat je net ontsnapt bent aan
heftige vervolging van hogerhand, en
ook nog wonderbaarlijk in leven bent
gehouden tijdens een hongersnood
en je weet het even allemaal niet
meer… dan trek je wanhopig op naar
Geen beeld of beelden. Geen processies, geen pracht en praal. Deze
God, heer, wordt niet meegevoerd
onder een baldakijn. Hij laat zich niet
verstoppen in zadeltassen, hij gaat
niet van hand tot hand. Hoe kunstig
De Timanshof
te Bennekom
Seniorenappartementen
met een vrijzinnig religieuze uitstraling
In de complexen heerst een tolerante, vrijzinnig religieuze sfeer; iedereen is er
welkom. Alle drie de gebouwen zijn op loopafstand gelegen van het stads-, respectievelijk dorpscentrum. De gebouwen liggen tevens gunstig ten opzichte van het
openbaar vervoer.
Voorzieningen
De appartementen zijn aangesloten op een alarmsysteem. Hierdoor kan er 24 uur
per dag in geval van nood snel eerste hulp geboden worden. Tevens beschikken de
gebouwen over twee liften, een wasserette, fietsenstalling, logeerkamers, recreatieruimte, hobbykamer en een bibliotheek | vergaderruimte. De bewoners worden
vertegenwoordigd door enthousiaste bewonerscommissies.
Huurprijs
De huurprijs varieert van € 459,– tot € 779,–. De servicekosten variëren van € 73,–
tot € 194,–.
Bent u geïnteresseerd en 50 jaar of ouder? Maak geheel vrijblijvend een afspraak
met mw. L. Kik of mw. C. Besselink voor meer informatie en/of een bezichtging.
De Aleidahof
te Bennekom
Seniorenhuisvesting Zuid-Veluwe | Hof van Sint Pieter 27 | 6721 tn Bennekom
0318 43 11 34 | www.vrssh-zuidveluwe.nl | [email protected]
13
voorjaarsconferentie WereldWerk
Vrede van alle kanten
tekst & foto’s
Henk Blom
Een verheugend aantal deelnemers volgde de
conferentie van 7-9 maart in Fredeshiem onder de titel:
Eénmaal, andermaal, … vrede verkocht!
Met dat thema werd ingehaakt op
één van de subthema’s van de
Pelgrimage van Gerechtigheid en
Vrede, waartoe de Assemblee van de
Wereldraad van Kerken eind vorig
jaar in Busan (Zuid-Korea) besloot.
De aangesloten kerken worden uitgenodigd hier de komende jaren over
na te denken en er aan te werken.
Iris Speckmann, vertegenwoordigster
van de ads bij de Wereldraad, vertelde op boeiende wijze over haar
ervaringen in Busan en over het
besluit van de Wereldraad tot de
pelgrimage voor de komende zeven
jaren. Er worden vier velden onderscheiden, te weten: vrede in de
gemeenschap, vrede tussen
de volkeren, vrede met de aarde
en vrede op de markt.
14
Economie als wapen
Dit laatste, de relatie tussen economie en vrede, vormde het thema van
de WereldWerk-conferentie. In workshops werd dat thema vanuit verschillende invalshoeken behandeld.
Zo sprak Henk Timmerman van
Oikocredit over ‘investeren in
mensen’. Geld is vaak een middel om
macht te krijgen, ten koste van medemensen. Dat het ook anders kan
bewijst Oikocredit, waar uitgegaan
wordt van: credit = credo = geloof en
vertrouwen in mensen. In plaats van
te investeren in bijvoorbeeld wapens
(ook ‘economische wapens’), stimuleert Oikocredit het investeren in
mensen.
Mark Akkerman belichtte de rol van
Nederland in de internationale
wapenhandel. Nederland behoort tot
de top-tien van wapenexporteurs in
de wereld. Hij sprak over de bedrijven
die actief zijn in de wapenproductie
en over welke landen de wapens
importeren. Maar ook over welke
regels er zijn en welke rol de Europese Unie hierbij speelt.
Onder de titel ‘Natuur als onvrede’
vertelden Aart Hoogcarspel en Karin
Janze hoe geld verdiend wordt over
de ruggen van landbewoners.
Startend bij de Nederlandse ervaringen rond de gaswinning in
Groningen, volgde informatie over
inheems volken in Canada, de manier
waarop daar natuur- en bodemschatten gewonnen worden en de effecten
die dat heeft op de bewoners van het
Elkaar shalom toewensen en werken
aan shalam
land. Ook ging het over de rol die het
Aboriginal Justice Team van cpt
(Christian Peacemaker Teams) hierbij
speelt.
Karel van Eechoud sprak over
MasterPeace, het wereldwijde vredesproject. Hij ging in op de rol die
jongeren, evenals organisaties, met
creatieve oplossingen kunnen spelen
voor het bereiken van een vreedzamer
wereld. MasterPeace mobiliseert
talenten voor vrede!
Alle inleidingen en daaruit voortvloeiende discussies waren uiterst informatief en inspirerend, evenals de
zondagse kerkdienst rondom het
thema.
Vredesgemeente
Heel bijzonder was het intermezzo
in het begin van de avond, gebracht
door Rink de Vries namens de gemeenten Drachten, RottevalleWitveen en Surhuisterveen. Ongeveer
dertig jaar geleden waren deze
gemeenten als vredesgemeente lid
geworden van de Doopsgezinde
Vredesgroep, dat nu is opgegaan in
Doopsgezind WereldWerk. Sinds kort
hebben leden van deze gemeenten
zich opnieuw gebogen over de vraag:
wat betekent het om vredesgemeente
te zijn? Het gaat daarbij niet zozeer
om vrede ver weg, maar vooral om
vrede dichtbij. Uit de presentatie
bleek dat het een ontdekkingsreis is
die vreugde brengt, omdat datgene
wat men zelf altijd al belangrijk vond,
nu met elkaar kan worden beleefd.
Br. De Vries: ‘En die vreugde willen
we ook vieren, als onderdeel van onze
zes-wekelijkse bijeenkomsten’. Tijdens
de ontdekkingsreis kwamen de deelnemers de betekenis van shalom
tegen. Als je dat elkaar toewenst, zeg
je eigenlijk: ‘Ik wens je een leven in
harmonie met alle anderen, een leven
in veiligheid en zonder zorgen over je
bestaan.’ Bovendien bestaat naast het
woord shalom ook het woord shalam:
vrede bewerkstelligen, zorgen dat het
in jou en om je heen vrede wordt. Dat
moet bij jezelf beginnen. Het is dan
van belang om op zoek gaan naar de
bron om nieuwe kracht uit te putten.
En ook om elkaar te helpen bij het
bewaren van de vrede in de naaste
omgeving.
Een vraag die steeds weer opduikt, is:
hoe betrekken we andere doops-
gezinde gemeenten bij deze ontdekkingsreis? Contact zoeken met andere
gemeenten die met hetzelfde onderwerp bezig zijn, is één van de agendapunten. Andere punten zijn: hoe gaan
we de komende Vredesweek invullen?
Moeten we een werkplan opstellen
om niet te verzanden in alles wat op
ons afkomt? Stimulans wordt onder
meer gevonden bij Fernando Enns
en zijn naaste medewerker Fulco van
Hulst. Maar ook in de conferenties
van WereldWerk. Br. De Vries besloot
met: ‘Fijn dat wij dit in jullie midden
mochten leggen, en wie weet gaan er
meer gemeenten meedoen?’ <<
Arabische Lente verkocht?
Tijdens het weekend over de relatie tussen economie en vrede moest ik
denken aan de Arabische Lente. Egyptenaren, Tunesiërs en veel andere
inwoners in het Midden-Oosten gingen de straat op om een einde te eisen
aan corruptie en armoede. Velen waren naïef en dachten dat met de val van
een dictator ook meteen meer brood op de plank zou komen.
Nu, zo’n drie jaar later, zijn veel demonstranten van het eerste uur gedesillusioneerd. Wat is er van hun idealen terechtgekomen? De grote tegenstellingen tussen rijk en arm zijn er niet kleiner op geworden en toeristen blijven
weg. Nieuwe machthebbers die de oude dictators opvolgden denken de rust
in hun tent te kunnen herstellen, maar pakken economische problemen niet
aan. Kortom, eigenlijk is het terug naar af. Daarbij wordt vergeten dat zonder
gerechtigheid en zonder gelijke kansen voor iedereen de onvrede onder de
bevolking blijft broeien. Doopsgezind WereldWerk zet zich in voor gelijke
kansen in het Midden-Oosten en ziet goede toegang tot onderwijs als een
van de basisvoorwaarden hiertoe. Binnenkort hoort u meer over nieuwe
projecten die we in gang willen zetten.
Puck de Wit
bestuurstafel
Op 8 en 9 juni is het Pinksteren. Dat
betekent dat leden van de doopsgezinde gemeente Drachten-Ureterp de
komende weken druk bezig zijn met
het inpakken en versturen van bijna
250 Pinkstergroeten naar zusters en
broeders die wat extra aandacht
verdienen. Het is in 2014 het derde
en tevens laatste jaar dat DrachtenUreterp de Pinkstergroet heeft
verzorgd. Het bestuur van WereldWerk wil de gemeente langs deze
weg heel hartelijk danken voor haar
inzet.
Vanaf 2015 zal de Pinkstergroet
gedurende drie jaar worden verzorgd
door de leden van de Jonge Vrouwen
Contact Club van de doopsgezinde
gemeente Apeldoorn. Heel fijn dat de
traditie van de Pinkstergroet door
hen wordt voortgezet.
Bert Duhoux
15
verbinding
Migration Tour door Europa
tekst Janneke Leerink – foto’s Marijke Koeman
Doperse verbondenheid
verlening. Ze zitten hierdoor met name in de armere
gebieden. Op dit moment huizen de doopsgezinden in
het Zuid-Oosten van het land. Een regio waar het nu
natuurlijk niet erg prettig is.’ Antoinette houdt er rekening
mee dat er voor de reizigers van deze zomer wellicht een
andere route moet worden uitgezet. ‘Wij laten ons daarin
adviseren door de ambassade in Kiev. We proberen onze
steun te betuigen door zo ver mogelijk hun kant uit te
komen. En we zoeken nog een alternatieve manier om
tijdens de tocht onze steun te betuigen als we er niet
kunnen komen.’
Een tocht van negenduizend kilometer in twee maanden.
Deze zomer trekt een groep Nederlandse doopsgezinden
door Europa op zoek naar verbinding. Verbinding met het
verleden en met onze doopsgezinde broeders en zusters
landse reizigers langs historische plaatsen, en op bezoek
over de grens.
16
Ooit was de Migration Tour bedoeld als promotietour van
het multimediaproject Eumen.net. Inmiddels is het veel
meer dan dat. ‘Een ontmoetingstocht door Europa’, zo
kun je het beter noemen volgens Antoinette Hazevoet,
projectleider van dit grote avontuur. ‘Een aanmoediging
om zelf op zoek te gaan naar het doopsgezinde verleden
in de wereld om je heen’, zegt Kees Knijnenberg, initiatiefnemer en medeprojectleider van Eumen.net.
bij doopsgezinde gemeenten. Startend in Zwitserland,
via Frankrijk naar België en Nederland. Vervolgens op weg
naar Polen, aansluitend naar Oekraïne, via Wenen, en
eindigend in de Duitse stad Detmold. ‘Je zou het kunnen
zien als een soort pelgrimsroute, een migratiepad of iets
dergelijks. Op de website kun je het nalezen en zelf
nareizen. We hebben geen schelp aan onze hoed. Maar
wie weet is een zilveren stroopwafel een optie’, lacht
Antoinette.
Oekraïne
In de maanden juli en augustus 2014 wordt de Migration
Tour voor het eerst gehouden. Met busjes gaan de Neder-
De route gaat door Oekraïne en dat brengt de nodige
zorgen met zich mee. ‘Van huis uit waren de doopsgezinden in Oekraïne vaak verbonden aan de sociale zorg-
Eumen.net
De Migration Tour is een bijproduct van Eumen.net. Dit
multimediaproject is een internationaal initiatief om met
elkaar in verbinding te komen. ‘Er is in de doopsgezinde
wereld geen structuur die van bovenaf aanstuurt. Dat is
ook de kracht, zodat alle doopsgezinden overal ter wereld
zelf blijven nadenken over wie ze zijn en wat ze doen.
Maar aan de andere kant kan hierdoor eigenlijk niemand
voor een ander spreken’, legt Kees uit. ‘Het project
Eumen.net biedt Europese broederschappen de mogelijkheid om gezamenlijk de doperse geschiedenis te presenteren, zonder de eigen identiteit te verliezen.’
Waarom is het nu het juiste moment om de verhalen te
bundelen? ‘De doopsgezinde gemeenschap in Europa
krimpt hard. Als we nog langer zouden wachten bestaat
het risico dat men de verhalen niet meer kent.’ Antoinette
voelt daarom de verantwoordelijkheid de verhalen te vertellen nu het nog kan. ‘De geschiedenis zal niet verdwijnen. Maar het zouden onafgestofte bibliotheekjes zijn,
her en der over Europa verspreid. Zonder verbinding,
door niemand te vinden.’
Op 29 juni 2014 moet de website af zijn, is de planning.
Drie jaar geleden werden de eerste ideeën voorzichtig
uitgewerkt, met een prachtige website als resultaat en de
Migration Tour als ultieme afsluiter. ‘Het project heeft een
eigen ontwikkeling doorgemaakt. In eerste instantie lag
de focus op de Doperse Diaspora: de manier waarop de
doopsgezinden destijds over Europa zijn uitgewaaierd.
Maar toen Kees en ik al die plaatsen gingen bezoeken
kwam daar van alles bij’, legt Antoinette uit. ‘Het met
elkaar in verbinding brengen van historische locaties heeft
als logisch gevolg dat je ook het nú met elkaar in verbinding brengt. Want al die verschillende plaatsen delen een
gezamenlijke geschiedenis.’ Volgens Kees is de website
in combinatie met de tour ‘een stukje tastbare identiteit’
van de doopsgezinden toen en nu.
Verbinding
‘Ik hoop dat we door deze reis, ondanks de verschillende
inkleuringen van het doopsgezinde geloof, het gemeenschappelijke bij elkaar zullen ontdekken’, droomt Kees.
Antoinette is het daarmee eens: ‘Als de reizigers net zo
reageren als ik, zullen ze af en toe verrast zijn. Verwonderd. Ze zullen zich soms afvragen: gut, doen ze dat nog
zo in deze tijd? Maar aan de andere kant zullen ze ook
bewondering voelen en herkenning.’
Antoinette Hazevoet
& Kees Knijnenberg
‘We hebben een prachtig netwerk
van contacten opgebouwd’
Kees en Antoinette durven in de laatste maanden van dit
hoog gegrepen project alvast een beetje tevreden terug
te kijken. ‘Je begint aan zoiets, maar weet vooraf eigenlijk
niet waar je aan begint. We moeten natuurlijk nog wel
even door, we zijn nog niet klaar. De laatste maanden
worden nog spannend. Maar als alles volgens plan
verloopt mogen we trots zijn’, vindt Kees. ‘Ik vind het een
klein wondertje.’ Het resultaat gaat ook Antoinette’s pet
bijna te boven. ‘Wie had vooraf kunnen denken dat hier
zoiets uit voort zou komen? Een website, dacht ik. Maar
nu hebben we een prachtig netwerk van contacten
opgebouwd. De Migration Tour van komende zomer
brengt alles bij elkaar.’ <<
Meer weten?
Deze zomer kunt u de avonturen van de reizigers lezen
op de blog: mennotour.wordpress.com
Volg Eumen.net op facebook:
www.facebook.com/mennotoureuropa
17
boeken & bladen
Tenzij anders vermeld, zijn de bijdragen op deze pagina’s
van de hand van Martin Maassen, [email protected]
nodig
Plaats van vrede
‘Om te geloven heb ik de kerk
nodig’, schrijft Harald Overeem,
protestants predikant in Boskoop in
zijn onlangs verschenen boek. Want,
zo vindt hij: ‘Als je niet meer naar de
kerk gaat, verdampt je geloof.’ Voor
hem is de kerk bij uitstek een plaats
van vrede, vergeving, vrijheid,
vreugde, vriendschap en vroomheid.
Die begrippen worden per hoofdstuk
behandeld. Wellicht zijn er lezers die
met sommige opvattingen enige
moeite hebben. Zo komt bij de
bespreking van het woord ‘vergeving’ de omstreden verzoeningsleer
weer om de hoek kijken (1 Johannes
2:1-2). En ook bij de uitleg van
‘vrijheid’ kun je vraagtekens zetten.
Volgens de auteur leer je nergens zó
in vrijheid leven als in een kerkelijke
gemeenschap. Klopt dat wel als we
bedenken dat sommige geloofsgemeenschappen juist barrières
opwerpen voor bepaalde groepen
mensen? En leef je onvrijer als je
niet in God gelooft, zoals Overeem
suggereert? In zijn enthousiasme
voor de kerk laat de auteur zich
soms een beetje meeslepen...
door Bart Smits
Harald Overeem, Om te geloven heb ik de
kerk nodig, uitgeverij Ark Media, € 9,95
schilderen
De Grote Oorlog
cahiers ruim dertig jaar laten liggen
alvorens ermee aan het werk te gaan.
Het resultaat van deze arbeid is een
prachtige roman die het verhaal
vertelt van grootvaders jeugd en
latere leven, met daarin vervlochten
ook eigen herinneringen en observaties van kleinzoon Stefan.
In deel een wordt in geuren en
kleuren de wereld van vóór de Grote
Oorlog geschetst. Een wereld van
armoede, ziekte en sociale misstanden. Ontroerend zijn de herinneringen aan de vader en moeder van
Urbain, Franciscus en Céline.
Franciscus is kerkenschilder: hij restaureert fresco’s in kerken en kapellen
in het katholieke Vlaanderen. Als
Urbain vijftien jaar oud is gaat hij op
tekenles. Veel talent heeft hij weliswaar niet, maar ‘hij voelt dat hij niet
langer wil doen wat hij moet doen’,
namelijk beulswerk in een ijzergieterij. Stilaan ontstaat zijn grote
passie. Een andere wereld opent zich
voor hem. De wereld van de ‘stille en
troostende schilderkunst’, die in
schril contrast staat met het volle en
moeilijke leven. Als de oorlog
uitbreekt, doet Urbain dienst aan
het IJzerfront. De oorlog noemt hij
veelzeggend ‘mijn verschrikking’.
De pagina’s gewijd aan de strijd in
In deel drie, over de periode na 1918,
vertelt Stefan Hertmans met veel
inlevingsvermogen over het grote
verdriet van grootvader Urbain: diens
verloofde en grote liefde sterft aan
de Spaanse griep. Dit verdriet, en de
geestelijke crisis als gevolg van zijn
traumatische oorlogservaringen,
zullen hem zijn verdere leven niet
meer loslaten. Gelukkig vindt hij
troost in de schilderkunst. ‘Dus
schilderde hij (…) om het huilen van
de wereld te bedaren…’.
Met Oorlog en Terpentijn heeft Stefan
Hertmans een roman van zeer hoog
niveau geschreven. Het is een ontroerende familiekroniek en tegelijk
een indringend historisch document.
Warm aanbevolen.
door Jan Crum
Stefan Hertmans, Oorlog en Terpentijn,
uitgeverij De Bezige Bij, € 19,90
(€ 14,99 als E-book)
Oorlog en Terpentijn is genomineerd voor
de Libris Literatuur Prijs. De winnaar
wordt op 13 mei bekendgemaakt.
geloven
Evangelie in vijf minuten
In een paar minuten vertellen waar
je geloof over gaat. Die vraag krijgen
we regelmatig, en wat is het toch een
moeilijke klus! Maarten Wisse, universitair docent dogmatiek en
oecumene aan de Vrije Universiteit,
overkwam het in 2008: op kerstavond
werd hij gebeld door bnr-nieuwsradio. En wat bleek het lastig, zeker
voor een breed radiopubliek. Wisse’s
ervaring werd de aanleiding om Zo
zou je kunnen geloven te schrijven. Het
is een poging om op een bondige manier te vertellen hoe je zou
kunnen geloven, of welke betekenis je
aan geloven in Jezus Christus zou
kunnen geven. Hij gaat op zoek naar
(nogmaals sic!) volgt naadloos uit het
begin van het christendom.’
Ik zucht en verlang naar een Asterix
en Obelix…
door Jehannes Regnerus
Maarten Wisse, Zo zou je kunnen geloven,
uitgeverij Van Wijnen Franeker, € 14,95
’t Olijftacxken
De duif kwam terug…
antwoorden op vragen als: ‘moet dat,
geloven?’ en: ‘zou het je iets te bieden
kunnen hebben, of je nu kerkelijk
opgevoed bent of niet?’ Daarbij gaat
het hem er niet zozeer om te laten
zien hoe het moet, maar hoe het kan.
Het boek valt uiteen in twee gedeelten. In de eerste helft gaat Wisse op
verkenning uit. Hoe geven gangbare
vormen van christendom antwoord
op de vraag wat geloven betekent?
Kritisch kijkt hij waar sterke en
zwakke kanten zitten aan respectievelijk traditioneel, gemoderniseerd,
evangelicaal en buitenkerkelijk
christendom (zo noemt hij ze). Een
eerste ronde ‘inspiratie’. In de tweede
helft vertelt Wisse aan de hand van
twee centrale rituelen uit het chrisEn de duif kwam terug...
Het hebben van een geschiedenis met wortels die meer dan
tendom
– doop en avondmaal – hoe
375 jaar terugreiken in de tijd is een zeer heuglijk feit. Het
is de aanleiding geweest voor het tot stand komen van dit
met een cd
van Camerata Trajectina.
je kuntjubileumboekje
geloven.
‘Bondig
en samenDe Doopsgezinde Gemeente Utrecht is een levendige gemeenhangend’,
beweert
hij. enMaar
schap die zo
zich ontplooit
in tal van activiteiten
gebruiken. helaas,
Vele daarvan behoren vanouds tot het doopsgezinde
gemeenteleven.
Maar tijd
doet iets met mensen,
als het
goed
dat is hem
niet
gelukt.
Al
te
vaak
is staan we niet stil, maar is er sprake van ontwikkeling en
‘meegaan in de tijd’. 375 Jaar is een grote tijdsspanne, waarin
verzandt
hij
in lange,
moeilijke
enorme
veranderingen
hebben plaatsgevonden
in het zicht op theomens, wereld, maatschappij, geschiedenis en geloof.
logische
beschouwingen. Wanneer
In dit boekje worden een aantal kenmerken (en eigenaardigheden) van doopsgezinden vroeger geschetst, waarna een
hedendaagse
bijdrage over
dit onderwerp volgt.het te willen
hij bijvoorbeeld
aangeeft
Het is boeiend om te bezien hoe datgene wat ooit reden is
geweest voor doopsgezinden om zich als radicale geloofshebbengemeenschap
overte de
verhouding
tussen
profileren,
nog altijd een essentieel onderdeel
is van het huidige gemeenteleven, zij het in een andere vorm.
volwassendoop en kinderdoop – als
doopsgezind lidmaat veer ik op! –
schrijft hij: ‘Een overgang van een
volwassendoopstructuur (sic!)
naar een kinderdoopstructuur
375 jaar
Ter gelegenheid van het 375-jarig
bestaan heeft de Doopsgezinde Gemeente Utrecht het boek En de duif
kwam terug… uitgegeven. Het fraai
uitgevoerde boekwerkje telt 74 pagina’s en belicht zowel verleden als
heden en toekomst van de gemeente.
De titel van het boek verwijst naar het
in 1626 uitgegeven belijdenisgeschrift
’t Olijftacxken, dat in 1639 aan de basis
stond van de Vereenigde Doopsgezinde Gemeente te Utrecht.
Achterin het boek is een cd opgenomen met zestiende- en zeventiendeeeuwse doopsgezinde en Utrechtse
muziek, uitgevoerd door het Utrechtse muziekgezelschap Camerata
Trajectina.
En de duif kwam terug…, uitgeverij
Docete, € 15,–, bestellen:
[email protected] | 030 231 15 01
En de duif kwam terug...
Eind juli 2014 is het honderd jaar
geleden dat de Eerste Wereldoorlog
uitbrak. De Grote Oorlog zoals de
Belgen hem noemen. Er zijn zoveel
boeken over geschreven dat je zou
denken: zo is het wel genoeg. Maar
nee, de stroom publicaties houdt aan.
Zo publiceerde de Vlaming Stefan
Hertmans vorig jaar zijn roman
Oorlog en Terpentijn. Het tweede deel
is gewijd aan het dappere verzet dat
het Belgische leger bood in de
loopgraven van Zuidwest Vlaanderen.
De verteller in dit deel is de grootvader van Stefan Hertmans, Urbain
Martien. Deze had zijn kleinzoon een
paar jaar voor zijn dood in 1981 zijn
dagboekaantekeningen ter hand
gesteld. ‘Doe er maar wat mee’, had
hij gezegd. Hertmans heeft de twee
de loopgraven zijn gruwelijk en aangrijpend.
De zonnetjes bij de
besproken boeken & bladen
geven de waardering van
de recensent weer.
En de duif kwam terug ...
Die kan uiteenlopen van
één zonnetje (niet best) tot
vijf (mag op uw nachtkastje
Uitgave ter gelegenheid van het 375-jarig bestaan
van de Doopsgezinde Gemeente Utrecht
niet ontbreken).
is om van
n hu
te
ee
en
om
dr
18
Dat neemt niet weg dat het boek de
moeite van het lezen zeker waard is.
Interessant is bijvoorbeeld wat hij
schrijft over vriendschap: ‘Vriendschap is een geschenk, we kunnen er
niet zonder.’ In het hoofdstuk Vrede
noteert hij dat het bij hoge uitzondering denkbaar is dat de kerk een
gerechtvaardigde oorlog verdedigt.
Dat is een iets andere nuancering dan
het doperse Just Peace (rechtvaardige
vrede) geeft.
Overeem heeft, ondanks de soms
traditionele geloofsvoorstellingen,
een toegankelijk boek geschreven.
Bij ieder hoofdstuk zijn vragen opgenomen, bedoeld om in groepsverband te bespreken. Maar of je
geloof verdampt als je niet naar de
kerk gaat, waag ik te betwijfelen.
Er zijn toch ook andere middelen
voorhanden om je geloof levend
te houden?
Doopsgezinde Gemeente Utrecht
Stichting Docete, Utrecht
ISBN 9789078477259
19
uit de kast
Over doopsgezinden
wordt gezegd dat zij
‘stillen in den lande’
zijn. In deze rubriek
dagen we hen uit om
uit de kast te komen,
zichzelf te laten zien
en hun geloof onder
woorden te brengen.
worden over ‘grotere zaken’, zoals de liefde voor wapens
in de Verenigde Staten, het vele geld dat de overheid aan
het leger spendeert, het gevangenissysteem in de vs, en
de manier waarop we met onze leefomgeving omgaan.’
Wat zou er veranderen als u president van de vs werd?
‘Ik zou ervoor zorgen dat mensen minder snel een wapen
zouden mogen dragen en zo proberen het geweld in onze
maatschappij te stoppen. Mijn buitenlands beleid zou
zich richten op economische ontwikkeling in plaats van
militaire macht. En ik zou onze zorg zo veranderen dat
iedereen er toegang toe zou hebben. En nog veel, veel
meer. Overigens geloof ik niet dat iemand die echt Jezus
probeert te volgen president van de vs kan zijn. Want
daar komt teveel macht bij kijken en er moeten teveel
compromissen worden gesloten.’
Ken
Rodgers
Hoe ziet de hemel er uit?
‘Ik heb eigenlijk geen idee en ik denk er ook niet over na,
omdat het me niet zoveel uitmaakt. De hemel wordt
meestal gezien als onze perfecte wereld, dus iedereen
heeft er een eigen voorstelling van. Als er leven na de
dood is, dan zal dat wellicht verder gaan dan mijn wildste
dromen. Maar mijn geloof leunt niet op het leven na de
dood.’
Kansas? Dat ligt toch niet in Nederland? Inderdaad! Ken Rodgers (49)
komt uit Kansas in de Verenigde Staten en geeft muzieklessen op de
doopsgezinde universiteit Hesston College. tekst Jan Willem Stenvers
foto Larry Bartel/Hesston College
Wat betekent het woord ‘doopsgezind’ voor u?
‘Als ik dat woord hoor denk ik aan drie dingen: de cultuur
– ofwel het typische eten, sommige kleren en conservatieve groeperingen – mijn eigen geloof en gemeente
en de wereldwijde, gevarieerde doopsgezinde geloofsgemeenschap. Als doopsgezinde probeer ik Jezus in mijn
dagelijks leven na te volgen. Daarbij staat de Bergrede
centraal. Ik geloof dat Jezus van ons vraagt contact te
maken met de vreemdeling in onze buurt, en ons te ontfermen over degenen die in deze wereld lijden onder
ziekte, oorlog of onrecht.’
Welke persoon uit de bijbel zou u een dag willen zijn?
‘Er zijn er zoveel om uit te kiezen! Ik denk vaak aan twee
ouderen aan wie in de bijbel niet zoveel aandacht wordt
besteed. De eerste is Jubal uit Genesis, de vader van iedereen die de citer en de fluit bespeelt. De tweede is Besaleël,
de eerste kunstenaar uit de bijbel. Hij ontwierp de Ark van
20
het Verbond. De manier waarop God tijdens diensten
schoonheid gebruikt, in de vorm van muziek en
beeldende kunst, spreekt me aan. En ook de talenten
van mensen die daaraan uitvoering geven.’
Welk niet-bijbelse persoon is een profeet voor u?
‘Voormalig vs-president Jimmy Carter. Na zijn presidentschap heeft hij zijn leven gewijd aan vredeswerk en
aan het verbeteren van de levens van vrouwen, armen
en zieken in de hele wereld. Het verbaast me dat
mensen in machtsposities daar niet mee bezig zijn.
Ik vind het indrukwekkend dat iemand die zoveel macht
heeft gehad, zich zo nederig opstelt en zoveel van zichzelf geeft om het leven van anderen te verbeteren.’
Wanneer werd u voor het laatst kwaad?
‘Ik ben niet iemand die kwaad wordt, ik weet niet eens
zeker of ik het ooit ben geweest. Wel kan ik heel boos
Van welk lied krijgt u kippenvel?
‘Een lied dat The Hesston College Choir op dit moment
zingt: My God is a Rock. Het is een Afro-Amerikaans lied
dat verschillende verhalen uit de bijbel vertelt. Op een
bepaald moment zingen de tenoren (mijn stemvak):
‘Oh, my Jesus’, op zó’n manier dat het me rillingen op de
rug bezorgt. Het is één van de nummers waarbij dat altijd
gebeurt. I love it!’
Welk boek ligt er op uw nachtkastje?
‘Momenteel lees en beoordeel ik onderzoeken van
studenten. Maar voor mijzelf lees ik: That’s That: My Life
Story van Howard Hershberger. Het is de autobiografie
van mijn oom. Het is erg goed geschreven en geeft me
meer inzicht in mijn moeder en haar kant van de familie.’
‘Mijn geloof leunt niet op het leven
na de dood’
Ik heb er zoveel goede vrienden die als familie voor me
zijn, dat het land echt als mijn tweede thuis voelt.
Ik hou van mijn Nederlandse vrienden, de taal, de steden
en het platteland en het eten – wie houdt er niet van
stroopwafels, hagelslag, pannenkoeken en kaas? Wanneer
mensen me vragen welk deel van Europa ik het fijnst vind
zeg ik altijd: Nederland. En ik ben in bijna heel Europa
geweest.’ <<
Concerten van het Hesston College Choir
15 mei 20.00 uur: Aalsmeer, doopsgezinde kerk
17 mei 19.30 uur: Terband (Fr), Rotondekerk
18 mei 19.30 uur: Joure, doopsgezinde kerk
advertentie
Zomerse weken
op Dopersduin Schoorl
Van 11 juli tot 22 augustus staan onze deuren weer open voor
vakantiegangers die toe zijn aan een ontspannen week in de
Schoorlse duinen. De gezelligheid van het huis in combinatie met
de rust en stilte uit de natuur, worden steeds opnieuw als bijzonder
en inspirerend ervaren. Van harte welkom; voel je thuis!
Minimale prijzen volpension
€ 82,- (leeftijd 4 t/m 12 jaar)
€ 112,75 (leeftijd 13-16 jaar)
€ 205,- (vanaf 17 jaar)
Neem contact op via e-mail [email protected] of per telefoon 072-5091274
Waar mogen we u om drie uur ‘s nachts voor wakker
maken?
‘Om me te herinneren aan alles wat ik nog moet doen.
Midden in de nacht voelt dat wel heel naar. Als ik weer in
slaap kan komen lijken de problemen ’s morgens minder
groot.’
Wat is uw favoriete vakantiebestemming?
‘Nederland! En dat zeg ik niet omdat dit interview in een
Nederlands magazine komt te staan. Het is echt zo.
21
op pad
kort
kerkenpad Menno op Hemelvaartsdag in Ring Zwolle
Vermaningspad 2014
Water en land wisselen elkaar af in het prachtige landschap van
de ‘Kop’ van Overijssel. Terwijl de Noordoostpolder de strakke
lijnen kent van een modern land- en tuinbouwgebied, afgewisseld
met fraaie bossen en monumenten zoals het eiland Schokland
Noordoostpolder, Steenwijk en Zwolle. Diegenen die het
en het vissersdorp Urk.
Vermaningspad willen afleggen kunnen vanaf 9.30 uur
starten bij een van deze doopsgezinde kerken. Er zijn
aantrekkelijke fiets- en autoroutes door de kop van
Overijssel en de Noordoostpolder uitgezet. Routes door
de unieke Nationale Parken De Wieden en De Weerribben, met afwisselende landschappen en voerend langs
pittoreske historische plaatsen. Afhankelijk van vervoermiddel en voorkeur kan men zelf bepalen welke kerken
en toeristische en educatieve bezienswaardigheden men
onderweg wil bezoeken.
tekst Jan Pol & Johan Tempelaar – foto Giethoorn.com
Al enkele decennia wordt jaarlijks op Hemelvaartsdag het
Vermaningspad georganiseerd. Deze traditie startte rond
1980 in Noord-Holland, met de organisatie van fietstochten langs een aantal doopsgezinde kerkgebouwen
(vermaningen) op Hemelvaartsdag. Later zijn ook de
doopsgezinde gemeenten in Friesland en Groningen mee
gaan doen, en inmiddels is het Vermaningspad een landelijke activiteit. De fietstocht is allereerst bedoeld als ontspanning, maar tegelijkertijd is het een kennismaking met
de deelnemende doopsgezinde gemeenten op de route.
De tocht kan eventueel ook per auto worden afgelegd.
Dit jaar is het aan de gemeenten in de Ring Zwolle om
het Kerkenpad Menno 2014 te organiseren. De deelnemende gemeenten zijn Blokzijl, Giethoorn, Meppel,
22
Alle doopsgezinde kerken zijn in de fiets- en autoroutes
opgenomen. Aanbevolen fietsroutes zijn die van Steenwijk
naar Giethoorn, Giethoorn naar Blokzijl, en Meppel via
Zwartsluis naar Giethoorn en Emmeloord. Hierin zijn ook
de fietspaden opgenomen met als pittoresk onderdeel het
pontje bij Jonen. Behalve in Blokzijl is in alle kerken koffie,
thee en soep verkrijgbaar tegen een vriendenprijsje, dan
wel tegen inlevering van de consumptiebonen. <<
De deelnemers kunnen de routes via de gps-beschrijving
downloaden van de website, of bij de doopgezinde kerken
verkrijgen. De kosten voor deelname bedragen € 5,– p.p.,
waarbij men een routebeschrijving, een tweetal consumptiebonnen en een button ontvangt. De dag wordt besloten met
een vesper om 16.30 uur in de doopsgezinde kerk aan het
Binnenpad in Giethoorn.
Het huren van een (elektrische) fiets is mogelijk bij diverse
rijwielverhuurders in Meppel en Steenwijk. Wees er snel bij,
want het aantal is beperkt. De adressen van de rijwielverhuurders vindt u op de website, evenals alle overige informatie over
het Vermaningspad 2014: www.kerkenpad-menno2014.nl
De Doopsgezinde Gemeente Mid-Fryslân zoekt een
Mem is tevreden. Zij heeft haar taken mooi en rustig afgerond.
enthousiaste koster (m/v)
Hennie Wind-de Vos
voor ca. 8 uur per week
De doopsgezinde gemeente Mid Fryslan is een vrijzinnige geloofsgemeenschap. De gemeente is gericht op de dorpen Aldeboarn,
Akkrum, Grou, Jirnsum, Poppenwier, Terherne en Wergea. Haar kerk
(fermanje) staat in Grou, evenals de daaraan grenzende kosterswoning.
In verband met het vertrek van onze huidige koster, zijn wij op zoek
naar iemand (m/v) die deze plek in kan vullen. Het betreft een taak
die gemiddeld 8 uur per week beslaat. Wij vragen daarvoor een
enthousiast persoon met affiniteit voor de doopsgezinde denkwereld. Een fijne gemeente en woongelegenheid in de naastgelegen
kosterswoning tegen een laag onkostentarief is wat wij u kunnen
bieden.
Voor een volledige advertentietekst en nadere informatie over
onze gemeente verwijzen wij u naar onze website www.dgmidfryslan.
doopsgezind.nl. Ook treft u hier een uitgebreidere functiebeschrijving
aan. Voor nadere informatie over de functie kunt u zich wenden tot
mw. B. Bannink, voorzitter kerkenraad doopsgezinde gemeente
Mid Fryslân, 058 255 33 18. Bij geen gehoor gelieve het antwoordapparaat in te spreken, u wordt dan teruggebeld.
Geïnteresseerden vragen wij vóór 10 mei per brief of e-mail te reageren:
Doopsgezinde Gemeente Mid-Fryslân t.a.v. de voorzitter, mw. B. Bannink
Spûkefeartstrjitte 14 | 9005 md Wergea | [email protected]
www.dgmidfryslan.doopsgezind.nl
Uiteraard wordt uw reactie vertrouwelijk behandeld.
volgende nummer
Visser(s)
> Piet Visser, scheidend
hoogleraar Doopsgezind
Seminarium
> Vissers van mensen
> De zee geeft, de zee neemt
en nog veel meer…
via de aangegeven contactgegevens
in dit colofon.
U kunt uw bijdrage overmaken op
Doopsgezind NL is een uitgave van de iban nl19 abna 0243 4938 86 t.n.v.
Algemene Doopsgezinde Sociëteit
Algemene Doopsgezinde Sociëteit
(ads) en verschijnt tien keer per jaar. onder vermelding van ‘dnl 2014’.
Het blad wordt tegen een vrijwillige Hoofdredactie Johan Tempelaar
bijdrage toegezonden aan alle leden (coördinator communicatie)
van doopsgezinde gemeenten.
Eindredactie Marijke van Duin
Vrienden en belangstellenden die
Redactie Kalle Brüsewitz, Martin
het blad willen ontvangen, betalen
Maassen, Wieteke van der Molen,
€ 35,– per jaar. U kunt zich opgeven Tea Rienksma, Jan Willem Stenvers
colofon
weduwe van Gerrit Wind
eerder weduwe van Jan Vonk
Zij overleed op de leeftijd van 91 jaar.
Jan Roelof en Greta Vonk-Groffi
Joke en Coen Reijntjes-Vonk
Hans en Marianne Wind-Roelofsen
Dato Wind en Joke Wegdam
Hillebrand Wind en Yvonne van Haalen
Kleinkinderen en achterkleinkinderen
6 april 2014
Correspondentieadres:
Winselerhof 1 | 5625 lw Eindhoven
Op zaterdag 12 april hebben we afscheid genomen van Mem
in het crematorium te Eindhoven.
oproep eeuwfeest akc
Over enkele jaren bestaat de Algemene Kampcommissie voor
doopsgezinde kampen (akc) honderd jaar. Dit zal onder meer
worden gevierd met de uitgifte van een kleurrijk jubileumboek.
Het boek zal een wandeling door de geschiedenis worden, een
feest der herkenning voor iedere akc-er. De akc is op zoek naar
mensen die foto’s, anekdotes, verhalen of ander materiaal hebben,
met name van de ‘vroegere jaren’. Wat zou het bijvoorbeeld mooi
zijn om een handgeschreven kampverslag uit 1920 of een groepsfoto uit 1930 te hebben!
Heeft u in een fotoalbum of plakboek waardevolle foto’s, knipsels
of leuke anekdotes over de akc? Neem dan contact op met
Janneke Priester en Dirk Kruijt 06 4978 2452 | [email protected]
Ontwerp & opmaak Susan de Loor,
Kantoordeloor, Haarlem
Druk gbu grafisch compleet
www.gbu.nl
Advertenties Saskia Meerts
Oplage 7.500
Papier G-Print Proost & Brandt,
fsc-gecertificeerd
Contact redactie & advertenties
Singel 454 | 1017 aw Amsterdam
t 020 623 09 14 | [email protected]
www.doopsgezind.nl
Abonnement Groot letter
cbb 0341 56 54 99 of [email protected]
Het volgende nummer van Doopsgezind NL verschijnt begin juni.
Reacties voor ‘ingekomen’ uiterlijk
7 mei 2014 aanleveren.
Brieven dienen kort en zaakgericht
te zijn. De redactie behoudt zich
het recht voor om bijdragen in te
korten of niet op te nemen.
© ads 2014
23
geschiedenis
Ontstemd
In 1755 schrijft een buitenstaander over zijn bezoek
aan de Amsterdamse doopsgezinde gemeente in
De Nederlandsche Spectator.
‘Dan, zodra was dit niet begonnen,
tekst Anna Voolstra
beeld Doopsgezind
Documentatiecentrum
24
Hem valt op dat de vrouwen ieder
een stoel meenemen uit de gang, de
kerk in. Enkel het tijdstip van binnenkomst bepaalt de zitplaats: de vrouwen zitten zonder onderscheid door
elkaar. Hij prijst deze handelswijze
die volgens hem de gelijkheid der
christenen bewaart.
Slechts elf jaar later verschijnt in het
tijdschrift De Denker een brief van de
ontstemde zuster Antje Dirks, die zich
op hoge poten beklaagt over het feit
dat deze praktijk inmiddels drastisch
veranderd is. Een aantal dames voelt
zich te goed om zelf hun stoel te
dragen. Zij hebben hun naam op hun
stoel laten aanbrengen en laten deze
iedere zondag klaarzetten – en dat
terwijl ze de kerk zelden bezoeken!
Om te voorkomen dat dominee tegen
lege stoelen zou preken, vullen de
andere zusters deze stoelen dan
maar op. Dat is niet zonder gevaar,
zo beschrijft Antje:
of zie, wat gebeurt er? De eene en
andere dezer rangzieke en stoelkundige dames (zusters durven wij ze,
als een te lagen eernaam voor haar,
niet noemen, dewijl het ook eene
te groote gemeenzaamheid zou
uitdrukken!) komt na degene, die
hare vermeende plaats ingenomen
heeft, ter kerke, en gebiedt op een
heerschenden toon, of verzoekt, zoo
ze overbodig vriendlijk is, met eene
deftige houding, of geeft door een
min of meer harden duw of stoot te
kennen, dat men deze hare plaats en
stoel te ontruimen hebbe, en een
andere moet beslaan; ’t gene dan ook
door de andere beschaamde, verlegene en bloozende of van schrik
verbleekte zuster zoodra niet gedaan,
en zij wat ver op gezeten is, of een
tweede van dat soort van grillige
juffrouwen (of moet ik mevrouwen
zeggen?), want als een ongeluk wezen
wil, komt het zelden alleen, stapt ook
half trippelende en dansende toe,
wijl ze, sedert een vierendeel jaars
niet ter kerk geweest zijnde, misschien denkt dat ze de zaal van de
opera ziet, en doet de nog onthutste
vrouw of vrijster, met een spijtig
wezen, ook den pas ingenomen stoel
ruimen. Zulke ontmoeting, die maar
enkel behoeft te wezen om de lydende partij geheel in wanorder en
verbijstering te brengen, de gantsche
preek door, en welke niet kan nalaten,
in de ene en andere de driften gaande te maken, en daarbenevens min of
meer geraas, onorder en ontroering,
ook in de andere omzittende Ledematen te verwekken; is mij meermalen overgekomen, en van die uitwerking geweest op mijn teder Gestel
dat ik alle bedoelde stichting er door
verloor en van schaamte mijn hoofd
niet wist te bergen; terwijl de eisscheres van de stoel, preutsch op den
behaalde zege, met een soort van
stilzwijgende zelftoejuiching hare
onbeschaamde ogen hovaardig
genoeg rondom liet weiden; welke
mij en anderen dan zoo verbijstert
dat ik wel honderdmaalen op zulk een
tijd wenschte in mijn binnenkamer
een kapittel in den Bijbel te mogen
lezen, ’t gene ik verzekerd ben, dat
mij meer stichting geeft, als zulk te
kerk gaan.’
Wie was deze wel zeer ontstemde
zuster Antje? In De Denker werden
bijna alleen fictieve brieven gepubliceerd. De redactie bestond voor een
groot deel uit doopsgezinden.
Jaargang 1766 zou volgens de kerkhistoricus Christiaan Sepp voor het
grootste gedeelte gevuld zijn door de
doopsgezinde predikant Cornelis van
Engelen uit Huizen. Wellicht is Antjes
brief dus afkomstig uit de scherpe
pen van Van Engelen, die zijn kritiek
jegens zijn Amsterdamse collega’s
niet onder stoelen of banken wenste
te steken.
Zou zijn stem de Amsterdammers
weer ontstemd hebben…? <<