05 2014 Stemmen foto Johan Tempelaar – Broederschapsvergadering te Amersfoort mei 2014 | Algemene Doopsgezinde Sociëteit uitgelicht compassieprijs 2014 Peter Leslie derde van rechts Op vrijdag 11 april werd in Lochem de landelijke Compassieprijs 2014 uitgereikt aan Peter Leslie uit Breda met zijn project Mindlab. De Compassieprijs stond dit jaar in het teken van Jeugd en Compassie. Saïd Tahri van de Stichting Moria werd tweede; Charles Hamburger met het project De Deugdenboom behaalde de derde prijs. De eerste prijs omvat een bedrag van € 1000,– een compassielamp en een oorkonde. ‘Peter Leslie maakt bij jongeren het compassievuur wakker met zijn project Mindlab’, zo oordeelde de jury. ‘In een tijd waarin presteren en excellent onderwijs steeds meer aandacht krijgt, is het waardevol dat leerlingen ook stilstaan bij de rol die zij in de samenleving willen en kunnen vervullen. Dat lijkt heel normaal, maar compassie is niet iets wat je aanleert. Dat zit in de mens, ook in de jonge mens. Alleen moet het aangeraakt worden wil het tot leven komen. Het project Mindlab, ontwikkeld op het Orion Lyceum, neemt innerlijke ontspanning in het nú als beginpunt voor verbindende energie bij middelbare scholieren. Daarmee treedt de school naar buiten op een manier die harten verwarmt. Peter is daarmee een inspiratiebron voor veel scholieren en katalysator van veel initiatieven.’ www.projectmindlab.nl De uitreiking van de Compassieprijs wordt mede mogelijk gemaakt door de Remonstrantse Broederschap, Algemene Doopsgezinde Sociëteit, Vrijzinnige Geloofsgemeenschap npb en het Apostolisch Genootschap. De prijs bestaat sinds 2011 en wordt jaarlijks uitgereikt aan iemand die ‘harten heeft weten te verzachten en mensen heeft weten te verbinden’. advertentie Donatus ver zekert vert ro uwd Donatus verzekert kerkgebouwen en wat daar bij hoort, zoals ruimtes voor kinderopvang, doopvonten, kanselbijbels en orgels. Donatus is een betrokken specialist. Klein genoeg om u persoonlijk van dienst te zijn. Groot genoeg om uw verzekeringsbelangen aan toe te vertrouwen. Samen met u zorgen we ervoor dat wat waardevol is, behouden blijft voor onze kinderen en hun kinderen en hun kinderen… w w w .donat us.nl t el. 073 - 5221700 vooraf inhoud Sang Min woont in Zuid-Korea, een van de rijkste landen ter wereld. Een land dat in het nieuws kwam toen er een veerboot verging waarbij een kleine driehonderd slachtoffers vielen, vooral scholieren. Een enorme tragedie, verbijsterend in omvang. Ook verbijsterend dat de ramp bijna live te volgen was. Beelden van de boot die langzaam omsloeg, totdat uiteindelijk alleen de punt van de boeg nog boven water uitstak en tenslotte ook die in de diepte verdween. De boten die er omheen lagen konden niets anders doen dan machteloos ronddobberen. Onvoorstelbaar wat een taferelen zich moeten hebben afgespeeld in het schip. De ogen van de wereld waren op dit drama gericht, iedereen kreeg er iets van mee. Sang Min is achttien jaar. Een jonge, magere man met een zachtaardig gezicht. Hij is lid van de Grace and Peace Mennonite Church in Seoul. Hij moest onlangs voor de rechter verschijnen omdat hij vanuit zijn geloofsovertuiging niet in militaire dienst wil. Het moderne land Zuid-Korea heeft weliswaar de betreffende conventies van de Verenigde Naties ondertekend, maar heeft nog steeds geen wet die gewetensbezwaren tegen militaire dienst toestaat. De rechtszaak ging niet door, de rechter wil wachten op de uitspraak van het Hooggerechtshof hierover. Niet dat er hoop is overigens, dat die anders zal zijn dan de voorgaande zes keer… En dus zal dienstweigering betekenen dat Sang Min in het gevang moet. Dat hijzelf en zijn familie in de toekomst veel hindernissen in het leven zullen tegenkomen. Vernederingen, moeilijk een baan krijgen, studeren bijna onmogelijk, enzovoort. Daarover zien we geen live-beelden op televisie, en het oog van de wereld lijkt ver weg. En toch houdt Sang vol. Uit de dagboeken van de doopsgezinde dienstweigeraar Cor Inja leren we hoe belangrijk het is te weten dat je niet vergeten wordt. Als wereldwijde geloofsgemeenschap mogen wij onze schouders dan ook niet ophalen over Sang Min. Niet machteloos blijven ronddobberen, maar aan de wereld en de Koreaanse regering laten merken dat wij weten van deze mens en zijn situatie. Dat houdt Sang waarschijnlijk niet uit de gevangenis, maar hij zal op zijn minst weten dat hij gedragen wordt in onze harten en gebeden. En wie weet wat internationale aandacht kan bewerkstelligen. Alleen is hij onmachtig, een roepende in de woestijn. Samen zorgen we dat zijn stem gehoord wordt. Henk Stenvers Algemeen secretaris/directeur ads [email protected] 5 8 12 16 Stem geven aan een medemens 5 Zoeken, wennen en oefenen 8 In gesprek met John van Tilborg Ervaringen met het nieuwe Liedboek Hoor die stem! 12 Doperse verbondenheid 16 ‘Hij weet je, waar je ook bent’ Migration Tour door Europa en verder… ingekomen4 pastorale praktijk10 interview Sieds Prins WereldWerk14 vrede van alle kanten boeken en bladen18 uit de kast20 Ken Rodgers Vermaningspad 201422 water en land kort23 historie24 ontstemde zuster ingekomen interview mwc vergadert op Dopersduin Afgelopen maart werd er voor het eerst een gezamenlijke commissievergadering gehouden van het Doopsgezind Wereldcongres (mwc). Op Dopersduin werd gesproken over de doelstellingen van en de voorbereidingen op het Wereldcongres dat volgend jaar in Pennsylvania, Verenigde Staten, plaatsvindt. In 2009 riep de mwc vier commissies in het leven: de Peace Commission (vrede), Faith & Life Commission (geloofsvragen), Mission Commision gedenksteen Utrecht 11 mei In Utrecht zijn tijdens de kettervervolgingen tussen 1534 en 1570 tenminste (missie) en Deacons Commission (diakenen). Al snel ontstond de behoefte aan meer onderling contact en aan een moment om met de andere commissies te overleggen. Een nieuw soort conferentie werd in het leven geroepen. Daarvan werd nu de eerste in Schoorl gehouden. Danisa Ndlovu en Cesar Garcia, respectievelijk voozitter en algemeen secretaris van de mwc, zijn zeer tevreden over de bijeenkomst. ‘Die overstijgt alle verwachtingen’, zegt Danisa. ‘Ik had gedacht dat dit een vergadering zou zijn om te plannen tachtig dopers veroordeeld. Drieënveertig van hen werden geëxecuteerd. Om dat te gedenken wordt op 11 mei een steen van 50 bij 70 cm in het trottoir van de Neude onthuld.Burgemeester Jan van Zanen zal dat doen met enkele passende handelingen. De steen is een initiatief van de Jubileum Commissie van de dg Utrecht die dit jaar 375 jaar bestaat. Met de steen wordt aandacht gevraagd voor het lot van de veroordeelde dopers, waarover de burgerlijke gemeente nauwelijks informatie bleek te hebben. Hij wordt aangebracht op de plek waar destijds de brandstapel stond. en te overleggen. Maar ik had nooit verwacht dat deze bijzondere sfeer er zou hangen’, glundert Cesar. ‘We delen niet alleen de zakelijke dingen met elkaar, maar je ziet dat iedereen ook echt vrienden wordt. Het voelt als familie.’ Ook over de locatie en de gastvrijheid waarmee ze zijn ontvangen, zijn de heren zeer te spreken: ‘Het eten is goed en de natuur om ons heen is prachtig!’ Natuurlijk werd er niet alleen vergaderd. Op zondag 23 maart was er voor alle mwc-ers de mogelijkheid om een typisch Nederlands doopsgezind ‘dagje uit’ te gaan. In groepen verspreidden zij zich over het land en bezochten kerkdiensten in onder meer Leeuwarden, Amsterdam, Haarlem en Alkmaar. Een stadswandeling door Amsterdam of een bezoek aan Witmarsum en Pingjum stond op het middagprogramma. ‘Het ontroert me om op deze prachtige dag met zulke fantastische mensen in de kerk van Menno Simons te staan’, vertelt Richard Showalter van de Mission Commission, die een bezoek aan Friesland bracht. Janneke Leerink Niet bekend is of de vervolgde dopers allemaal uit Utrecht afkomstig waren. Van Govert Aertsz, schoenmaker te Utrecht en Hendrick Eemkens, snijder aldaar, is dat wel bekend. Laatstgenoemde is verreweg de bekendste martelaar in de Utrechtse geschiedenis. Zo valt onder meer te lezen in het boek van A.M.L. Hajenius: Dopers in de Domstad. Geschiedenis van de Doopsgezinde Gemeente Utrecht 1639-1939. Op zondag 11 mei is er na de dienst in de doopsgezinde vermaning een tocht naar de Neude, met prof. Piet Visser en ds. Alex Noord. Bekijk het hele jubileumprogramma op www.dgutrecht.nl Stem geven aan een medemens in gesprek met John van Tilborg >> 4 5 foto: Rienk van der Star interview ‘Verboden voor buitenlanders’ las de achtjarige John van Tilborg op uithangborden in cafés, nadat hij met zijn ouders van Hardinxveld naar Antwerpen was verhuisd. Zijn vader kon hem geruststellen: dat was niet voor hun gezin bedoeld, maar voor alle mensen met een niet-witte huidskleur. tekst Tea G. Rienksma – foto’s Rienk van der Star Deze ervaring ligt ten grondslag aan Van Tilborgs diepe overtuiging dat je als mens de verantwoordelijkheid hebt om mee te werken aan een rechtvaardige samenleving voor iedereen, ongeacht huidskleur, land van herkomst of maatschappelijke status. Deze overtuiging vormt al meer dan dertig jaar de belangrijkste drijfveer in zijn leven. Samen met een groep bevlogen en deskundige medewerkers, en vele, vooral kerkelijk betrokken vrijwilligers, zet hij zich vanuit de organisatie Inlia onvermoeibaar en met grote inzet in om een stem te geven aan de vluchtelingen die om wat voor reden dan ook naar ons land komen. Charter van Groningen Inlia is inmiddels van onschatbare waarde voor de ondersteuning van en hulp aan vooral uitgeprocedeerde vluchtelingen. Ook houdt Inlia de vinger aan de pols van het vluchtelingen- en asielbeleid van de overheid. John van Tilborg: ‘Wij leven in een democratische rechtsstaat. De overheid moet daarvan de waarborg zijn en de rechtsstaat beschermen. Wij hebben geen ander instrument. Maar inmiddels heb ik geleerd dat dat niet altijd gebeurt, waardoor ik mijn vertrouwen in de overheid enigszins heb verloren. Daarom 6 moeten we inderdaad de vinger aan de pols houden en voldoende mogelijkheden creëren om te zorgen dat het recht zegeviert. Dat wil overigens niet zeggen dat dat altijd lukt.’ Inlia is eind jaren tachtig door de kerken opgericht om uitvoering te geven aan het Charter van Groningen. Van Tilborg: ‘De aanleiding was een oproep van de Wereldraad van Kerken aan de Europese kerken om in actie te komen vanwege het steeds restrictievere vluchtelingenbeleid in Europa. Een beleid dat tekort doet aan de bescherming van vluchtelingen. Wij kwamen in de doopsgezinde kerk hier in Groningen bijeen met vertegenwoordigers van lokale raden van kerken uit Europa. Zij kwamen uit Genève, Berlijn, Rome, Manchester en Groningen. Daar is de verbondstekst van een netwerk van lokale geloofsgemeenten, het Charter van Groningen, tot stand gekomen, en dat is ondertekend door een internationaal gezelschap van kerkelijk afgevaardigden. De kerken die het Charter ondertekenden verplichtten zich om ondersteuning te bieden aan elkaar en aan vluchtelingen in nood. In die tijd boden de kerken vaak onderdak aan vluchtelingen die het land uitgezet dreigden te worden. Hier in Groningen betrof het een Tamilgezin, en later een groep Syrisch-Orthodoxe christenen. Ook de doopsgezinde gemeente in Groningen bood kerkasiel. De overheid beschouwde deze acties als ondermijning van haar gezag. Er lagen vergaande plannen klaar voor een politie-inval in deze kerken. We kunnen ons dat nu niet meer voorstellen. De houding van de overheid is inmiddels veranderd. Het kerksasiel als ‘last resort’ wordt nu gelukkig meestal voorkomen door tijdig en zorgvuldig overleg.’ logo-gemeenten Sinds 2001 bestaat het Landelijk Overleg Gemeentebesturen inzake Opvang- en terugkeerbeleid (logo), waarvan Inlia het secretariaat beheert. Bij dit overleg zijn circa vijftig burgerlijke gemeenten betrokken. Deze zogenaamde logo-gemeenten hebben zich verbonden aan de afspraak om op straat gezette vluchtelingen – onder gemeenschappelijk afgesproken heldere condities – onderdak te bieden. De toetsing aan de criteria wordt vrijwel altijd door Inlia uitgevoerd. In 2001 trad de nieuwe Vreemdelingenwet in werking, waarin staat dat mensen zelf verantwoordelijk zijn voor hun vertrek uit Nederland als ze niet worden toegelaten als vluchteling. Daardoor werden en worden mensen, als ze na achtentwintig dagen niet uit Nederland vertrokken zijn, op straat gezet. Ook mensen over wie nog een reguliere procedure loopt die ze in Nederland mogen afwachten, belanden op straat. Het betreft duizenden mensen. Vooral vanuit de kerken wordt voor hen noodopvang geregeld. De logogemeenten zorgen daarbij voor met name financiële ondersteuning, mits de betrokkenen voldoen aan de gestelde criteria. Van Tilborg: ‘Gemeenten realiseren zich steeds meer dat op straat gezette vluchtelingen een probleem vormen waar ze niet op zitten te wachten. Dat betekent voor ons dat wij gezamenlijk – met respect voor ieders eigen verantwoordelijkheid – kunnen zoeken naar oplossingen. Wij zijn ons er goed van bewust om welke verantwoordelijkheden en belangen het gaat.’ Beeldvorming Hoe groot is de solidariteit in de samenleving nog met vluchtelingen en asielzoekers? Volgens Van Tilborg is het begrip solidariteit gedevalueerd. Solidariteit hoorde bij de klassieke ideologische groeperingen als communisten en socialisten, wier stem steeds minder wordt gehoord. De moord op Pim Fortuyn en Theo van Gogh heeft de maatschappelijke opinie erg beïnvloed. ‘Pim Fortuyn heeft enorme invloed gehad op de beeldvorming rond vluchtelingen. Het woord asielzoeker of vluchteling werd een scheldwoord. Dat heeft veel onzekerheid teweeggebracht onder vluchtelingen. Zij werden en worden vaak op één lijn gesteld met extremistische moslims. Een ander probleem is het taalgebruik van de overheid. Zo ontdekten wij dat mensen die geen verblijfsvergunning kregen en vervolgens op straat werden gezet met de boodschap te vertrekken, in de boeken genoteerd stonden als ‘administratief verwijderd’. Maar die mensen liepen wel op straat – ook gezinnen met kleine kinderen, en oude of zieke mensen. Een duidelijke vorm van verhullend taalgebruik: ‘Pim Fortuyn heeft enorme invloed gehad op de beeldvorming rond vluchtelingen. Het woord asielzoeker of vluchteling werd een scheldwoord’ het probleem is zogenaamd opgelost en de overheid heeft haar taak vervuld. Of denk aan de zogenaamde Illegalenregeling, een regeling voor de vergoeding van medische zorg in de eerste en tweede lijn. Bedenk wat deze benaming betekent voor iemand die hier legaal is en medische zorg nodig heeft, maar in de noodopvang van een gemeente verblijft in afwachting van een beslissing van de ind (Immigratie- en Naturalisatiedienst), waardoor hij niet verzekerd kán zijn. Gelukkig is deze regeling inmiddels veranderd in Regeling voor Onverzekerbare Vreemdelingen.’ Medemens Een ochtend praten met John van Tilborg betekent kennismaken met een wereld waarin iedere vreemdeling gezien wordt als een medemens. Helaas pakt de situatie voor hen vaak heel anders uit. In plaats van bescher- ming te vinden, lopen zij grote kans als crimineel in een van de detentiecentra aan onze grenzen vastgezet te worden, totdat min of meer duidelijk is wat iemands vluchtverhaal is. Daarna volgt een eindeloze tocht langs opvangcentra, vertrekcentra, advocaten etcetera. Voor een deel van deze mensen heeft Inlia uiteindelijk een verblijfsvergunning weten te regelen. Voor anderen, voor wie in Nederland geen perspectief is, werkt Inlia vaak met succes samen met de betreffende instanties aan een goed terugkeerproces naar het land van herkomst. John van Tilborg is duidelijk in zijn motivatie om met dit werk door te gaan. ‘Deze mensen hebben recht op een fatsoenlijke behandeling. Ik voel me geroepen een appèl te doen op degenen die in dit land een stem hebben, om óm te zien naar diegenen die dat niet hebben.’ << inlia staat voor International Network of Local Initiatives with Asylumseekers, ofwel Internationaal Netwerk van Lokale Initiatieven ten behoeve van Asielzoekers. www.inlia.nl www.logogemeenten.nl 7 Liedboek ervaringen met het nieuwe Liedboek Zoeken, wennen & oefenen ‘Alles wat je intensief gebruikt ga je meer waarderen’, vindt Leuny de Kam, actief gebruiker van het nieuwe Liedboek en predikant van de doopsgezinde gemeente Goes-Walcheren. Wat vinden we van het niets gemaakt.’ Leuny de Kam is het nieuwe Liedboek? tekst Janneke Leerink – foto’s Johan Tempelaar Een jaar geleden kwam het nieuwe Liedboek uit. Veel gesteggel en het uitbalanceren van oud en nieuw materiaal zorgde uiteindelijk voor een nieuwe muziekcombinatie. Zoals bij alles wat nieuw is, moeten we er nog even aan wennen. Maar hoe? Instuderen ‘In mijn kerkgemeente hebben we besloten een half jaar te besteden aan het instuderen van nieuwe liederen’, vertelt Leuny de Kam. ‘In elke dienst zitten consequent twee nieuwe liederen. Voordat de dienst begint is er de mogelijkheid om tien minuten te oefenen. Het zingt anders ook niet lekker hè, als je het nog niet kent.’ Leuny biedt haar gemeenteleden daarnaast de kans om in gesprekskringen dieper op de liederen in te gaan. De dg Goes is niet de enige gemeente waar geoefend wordt. Overal worden mogelijkheden gezocht om de nieuwe liederen aan te leren. Carla Borgers, voorzitter van de werkgroep Muziek in de Kerk en predikant in de dg Almelo–Twente, oefent ook met de kerkgangers voorafgaand aan de dienst, en laat de cantorij de ingewikkeldste liederen voorzingen. ‘Vanuit de werkgroep hebben we overal in het land vier bijeenkomsten 8 georganiseerd: Nieuwe Liedboekmiddagen. Om ons de nieuwe liederen eigen te maken. De gemeenten reageerden vaak positief.’ Voordelen ‘Dit Liedboek sluit veel beter aan. Het zingen gaat gemakkelijker en veel liedjes zijn simpel aan te leren’, vindt pianist en organist Reija Bonsma uit Wageningen. Vooral jonge mensen kunnen de nieuwe samenstelling erg waarderen. De Taizé-liederen vallen in zeer goede aarde en ook de teksten passen beter bij deze tijd. ‘Theologisch waren we het oude liedboek ontgroeid. Dat wil zeggen: er werd wel erg vaak met zonden en kruisiging geslingerd. Tegenwoordig kunnen de meeste mensen niet meer zoveel met een tekst waar een dichtgetimmerd godsbeeld in zit’, legt dominee Borgers uit. ‘Laat die tekst maar waaien. Mensen geven graag hun eigen invulling en interpretatie aan de tekst van een lied. De teksten zijn nu minder concreet, en dat spreekt aan.’ Veel gemeenten zijn volledig overgestapt op het nieuwe Liedboek. ‘Er zit natuurlijk geen verplichting aan vast, het is niemand verboden het oude boek nog te gebruiken’, vindt Borgers. ‘Maar het boek is niet voor met haar eens: ‘Je ontzegt jezelf een heleboel als je niet wat meer moeite wilt doen om het nieuwe boek te leren kennen. Want het is echt heel mooi.’ Het is dan ook niet voor niets dat er in haar gemeente meteen nieuwe Liedboeken zijn aangeschaft: ‘De hele gemeente heeft daar aan bijgedragen. Iedereen heeft voor de gemeente zijn eigen boek gekocht, als het ware.’ Nadelen Is dit Liedboek dan zaligmakend of kleeft er hier en daar toch nog een nadeeltje aan? Reija Bonsma merkt dat de nieuwe liederen voor ouderen soms toch wel moeilijk aan te leren zijn. ‘We oefenen elke week twee liederen. Maar veel liedjes zijn aan de vlugge kant en erg hoog. Met name oude mensen kunnen al die hoge D’s en E’s niet halen.’ Wat de keuze van liederen betreft: een enkeling mist nog wel eens een lied uit het vorige Liedboek. ‘Met de Paasperiode zit ik toch wel erg te zoeken’, vertelt dominee De Kam. ‘Er staan wel mooie paasliederen in, maar op zo’n dag gun je je toehoorders ook wat meezingers.’ Ook in het praktische gebruik is dit Liedboek niet altijd even handig. Hanna Bruin maakt voor de Leeuwarder diensten de gedrukte liturgie en heeft een paar praktische aandachtspuntjes: ‘Een beetje onhandig is het wel. Je zoekt je soms suf. De volgorde van dit Liedboek is namelijk een beetje anders. Waar je vroeger eerst de psalmen en daarna de liederen had, staat nu alles door elkaar. De liederen die geïnspireerd zijn op een psalm staan bij de psalmen en niet bij de liederen. De indeling is logisch als je thuis bent in de psalmen, maar anders sta je regelmatig voor een vraagteken. Alles is even wennen, natuurlijk. Dus wie weet vind ik deze indeling over een aantal jaren heel logisch. Maar op dit moment nog niet.’ Ook het zoeksysteem in de online versie laat soms wat te wensen over volgens Hanna. ‘Meestal zoek je op de eerste zin, maar omdat van sommige liederen de tekst een beetje veranderd is, zijn ze soms niet meer te vinden. O kom, o kom Emanuel heb ik nog steeds niet gevonden, haha. Maar het hoort er wel in te staan.’ En een misschien grappig, maar zeker niet te onderschatten probleem: ‘Het boek is natuurlijk heel dik en de bladzijden zijn wat dunner dan bij de vorige editie. Het gevolg is dat kopiëren moeilijk is. Helemaal openslaan lukt door de dikte niet goed, en vanwege de dunne bladzijden kun je door de bladzijde heen zien wat er op de pagina erna staat afgedrukt.’ Tevreden? Toch neemt het praktisch ongemak facebook-reacties We vroegen de facebook-volgers van Menno Simons naar hun mening over het nieuwe Liedboek. Willemien Ruygrok ‘In Haarlem gebruiken we het met veel plezier. Soms is het even wennen. De cantorij is enthousiast nieuwe liederen aan het instuderen.’ Agnès Schlüter ‘In Enkhuizen gebruiken wij het nieuwe Liedboek. Ik ben er blij mee.’ Barbara de Lugt ‘Ik had gehoopt dat we met het nieuwe Liedboek ook meer meezingers met eenvoudige, begrijpelijke teksten zouden krijgen. Maar helaas, zeer regelmatig komt er weer een lied voorbij dat te moeilijk is om te zingen, zodat de kerkgangers maar wat stamelen. Maar dat ligt dan weer niet aan het Liedboek.’ Menno Hofman ‘Als gastpredikant ben ik er blij mee, er is veel meer keuze dan in het oude Liedboek. Maar het is geen heilig boek: ik gebruik soms ook Tussentijds en de Iona-bundel. Het geeft ruimte om liederen te laten zingen die, als je ze los meeneemt, eerder discussie zouden opleveren.’ Arida van Oudenallen-Hooiveld ‘In Aalsmeer zingen we iedere week voor de dienst twee onbekende liederen om er zo vertrouwd mee te raken. Er zijn moeilijke bij, maar ook heel goed zingbare. We hebben er nog vele op het rooster staan.’ Matthijs de Vries ‘Evenwichtige combinatie van oud en nieuw. Heel blij mee!’ Ineke van Erkelens ‘Mensen moeten wennen aan de tekst en/of de melodie. Het formaat van het Liedboek is prima en de teksten zijn goed leesbaar. Het is natuurlijk wel jammer dat uitgerekend het lied Mijn God, waar zal ik henengaan van Menno Simons er niet in staat. Over de digitale versie van het Liedboek ben ik niet helemaal te spreken: ik vind het programma niet gebruiksvriendelijk. Wat ik wel heel fijn vind zijn de a,b,c-versies bij de psalmen. Heel overzichtelijk. Al met al ben ik toch wel blij met het nieuwe Liedboek. En € 25,– voor een boek met 1617 pagina’s is echt niet veel.’ niet weg dat ook Hanna Bruin de nieuwe samenstelling van liederen absoluut kan waarderen. Leuny de Kam, Carla Borgers en Reija Bonsma zijn over het algmeen ook zeer tevreden, of zelfs zeer enthousiast. ‘Ik ben er echt verschrikkelijk blij mee,’ zegt Carla Borgers. ‘Natuurlijk is het nog even wennen, maar dat was bij het vorige Liedboek ook zo. Kerkliederen zijn altijd al veranderd. Het is juist heerlijk dat we daarmee kunnen experimenteren.’ << 9 pastoraat Afstemmen op de ander te genieten van hun werk. Het is als met een muziekinstrument dat ontstemd is: de klank is niet zuiver, er is ruis hoorbaar. In het pastoraat gaat het erom dat je heel goed luistert, dat je open en onbevangen bij de ander kunt zijn. Het gesprek is een avontuur, zegt de filosoof Gadamer: je kijkt samen naar de horizon, en samen ontdek je meer dan alleen. Maar voorwaarde is dan wel dat je je bewust bent van je eigen ruis en daar niet voor wegloopt. Als pastor ben je je eigen instrument.’ Een smalle weg voert mij het weidse Groninger land in. Het ruikt naar voorjaar. Ik ben op weg naar Sieds Prins. tekst Tea G. Rienksma foto Rienk van der Star Het uitzicht vanuit zijn werkkamer is groots. Het lijkt een idylle. Maar de aardbevingen door de gasboringen zorgen bij de bewoners van dit gebied voor behoorlijke ontstemming. Daar zal ons gesprek echter niet over gaan. Wel praten we over wat Sieds Prins met hart en ziel en met grote betrokkenheid en deskundigheid doet: predikanten begeleiden in hun pastorale praktijk. Al zo’n vijfentwintig jaar is hij als supervisor voor predikanten en pastoraal werkenden verbonden aan het doopsgezind seminarium. Ontstemd Sieds Prins: ‘Ik ben in mijn begeleidend werk niet zozeer bezig met de waan van alledag, met ontstemming als gevolg van bepaalde ontwikkelingen in de samenleving. Ik richt mij op wat in mensen zélf gaande is, waardoor zij soms zo ontstemd raken dat zij niet meer in staat zijn 10 Kern van pastoraat In zorgvuldige bewoordingen probeert Sieds duidelijk te maken wat volgens hem in het pastoraal contact van wezenlijk belang is. Het risico bestaat dat huisbezoek allereerst een gezelligheidscultuur wordt. Je zoekt iemand op vanwege zijn of haar leeftijd, omdat er iets te vieren valt, of omdat het gewoon weer eens tijd is om iemand te bezoeken. Met nadruk zegt Sieds dat dit op zichzelf niet verkeerd is. Mensen worden er immers door gekend in de feiten van hun leven. Maar, benadrukt hij ook, het is niet genoeg. De kern van het pastoraat is dat mensen gekend worden in wat er in hen omgaat, dus in hun gevoelens. En van een pastor mag worden verwacht dat zij of hij niet bang is voor existentiële vragen die gaan over geloof en twijfel, angst en verlangen. Dus over het zoeken naar wie mensen voor zichzelf, voor hun medemensen en voor God mogen zijn. Sieds: ‘Kun je als predikant zó luisteren dat je deze vragen hoort? Terwijl jij er zelf buiten blijft? Zodat niet jouw eigen ruis - wat die ook mag zijn, misschien wel je behoefte de ander te helpen bijvoorbeeld – tussen jou en de ander komt in te staan? Het gaat om nabij zijn en tegelijkertijd afstand houden. Niet iedereen zal daartoe in staat zijn. Kun je dan voor jezelf erkennen dat je niet iedereen kan helpen?’ Wandelen in teksten Sieds vervolgt: ‘Het mooiste van mijn werk als supervisor vind ik dat ik een tijdje deelgenoot mag zijn van iemands zoeken naar zijn of haar waarheid. Wiebe Zijlstra, de oprichter van de Klinisch Pastorale Vorming/Zon en Schild in Amersfoort, zei: “Alles wat aan het licht komt wordt zelf licht” (Efez. 5:13). Dat kan ik beamen. Maar dat gaat niet zonder een proces waarin pijn, verdriet en angst erkend en doorleefd worden. Ik denk aan de dichtregel van Vasalis: “...o, sla de rots opdat ik ween”. Daarbij heb je iemand nodig die naast jou wil staan en er bij wil blijven, en met jou op de rots wil slaan.’ Sieds vertelt over zijn eigen leerproces en de betekenis die anderen voor hem gehad hebben bij het opnieuw leren omgaan met de bijbelse teksten. ‘Ik heb leren wandelen in bijbelteksten, omdat ik een verbinding heb kunnen ervaren met mijn eigen bestaan. Neem bijvoorbeeld de tekst van Exodus 16, vers 7 en verder, waarin het volk mort, ontevreden, ontstemd is. Ik ontdekte: dat ben ik, die mort... Ik zag in dat de oude teksten niet geschreven zijn als een soort historisch verslag, maar als een gebeurtenis waaraan ik deel mag nemen. De bijbelteksten gaan dus ook over jou en mij. Dit proces heeft mijn blik op God veranderd en mij geholpen mijn eigen weg te gaan. Het is zo nodig om weer een levende ingang te vinden in onze eigen traditie en in de oude teksten. Ik denk bijvoorbeeld aan het chassidische verhaal over het vuur. We weten tegenwoordig niet meer hoe we het vuur moeten ontsteken, we kennen de plek en het gebed niet meer. Maar laten we tenminste nog wel het verhaal kunnen vertellen.’ Als ik weer buiten sta hoor ik de roep van de weidevogels. Zij hebben hun eigen stem in Gods schepping. << Steen Verdriet kit al mijn krachten samen, zodat ik roerloos word als steen. Mijn hele wezen wordt materie, een ondoordringbaar star mysterie, o sla de rots, opdat ik ween. M. Vasalis, uit de bundel Vergezichten en gezichten, uitgeverij Van Oorschot, 1954 Sieds Prins was jarenlang als pastor werkzaam in de Amsterdamse Basisgemeente en de Dominicusgemeente. Vervolgens was hij als opleidingssupervisor verbonden aan de Katholieke Theologische Universiteit in Utrecht. Nog steeds is hij werkzaam als theoloog en als supervisor van predikanten, onder wie doopsgezinde. Op 25-26 augustus van dit jaar geeft Sieds Prins zijn laatste nascholingstraining over ‘het uitdagende in het pastoraat’. Er zijn nog enkele plaatsen beschikbaar. advertentie Ontwerp & tekst Print & druk Alle grafische diensten onder één dak perfect voor u uitgevoerd! Reclame & sign Online media Het Spijk 4 Postbus 29 8320 AA URK 0527-689168 [email protected] @gbugrafisch www.gbu.nl GBU_adv Doopsgezind NL_195x131.indd 1 11 18-03-14 08:48 de snijder of beeldhouwer ook, geen mens kan hem vatten, geen metaal of hout kan zijn aanwezigheid uitdrukken. Deze heer heeft dat niet nodig. stem in de bijbel Enig effectbejag is Hem natuurlijk niet vreemd. Als Je alle natuurkrachten tot Je beschikking hebt, als Je werkelijk Je hele schepping in Je macht hebt, dan is het natuurlijk een koud kunstje om mensen ontzag in te boezemen door Je te vertonen als vuurkolom of als wolk. Om stenen uit de hemel te laten vallen, precies op de vijand van Je volgelingen. Tien plagen, daar draai Je dan Je goddelijke hand niet voor om, antropomorf gesproken. Als dat de aandacht trekt, als dat helpt om Je reputatie te vestigen, waarom dan niet? Maar het is niet de kern. Het is niet wie Je bent. Hoor die stem! tekst Wieteke van der Molen – foto iStock Een stem. Een stem die roept, die vleit, die lokt, die beveelt… een stem. Een god die zich bekend maakt als stem. Ongrijpbaar, onvatbaar, onaan- Nietsvermoedend wandel je door de woestijn, beetje schapen hoeden, beetje dagdromen… Ineens trekt een wonderbaarlijk verschijnsel je aandacht: flikkert daar iets? Vlamt daar wat? Is er vuur als er geen rook is? Is het vuur als het bosje niet tot as gereduceerd wordt? Wat is dat? Wie doet dat? Natuurlijk prikkelt zo’n bovennatuurlijk vertoon je nieuwsgierigheid. Natuurlijk ga je op onderzoek uit, want daar is dat gevlam voor bedoeld: lokken, triggeren, verleiden, prikkelen, je aandacht trekken. Een brandend bosje, zomaar! Dat is toch werkelijk buitengewoon! Je nadert, omzichtig, want dit soort wonderen maant je vanzelf tot enige terughoudendheid… En als je dan vlák in de buurt bent, dan davert een stem je volledig van je voeten: ‘Terug! Uit die schoenen, toon respect, dit hier is heilig!’ Een stem in een vlammend bosje. Zo stelt onze heer zich voor, zo introduceert hij zichzelf bij Mozes. Een stem. Vanuit het niets. Zomaar. Of je woont gezellig in de schoot van je familie in Haran, waar je vader ooit heen trok op zoek naar een toekomst. Het verre Ur der Chaldeeën ligt achter je, maar in Haran gaat het je goed. Vee, familie, getrouwd met de schone Sarai. En ook al hebben jullie 12 Als alles verloren lijkt, laat Hij van zich horen tastbaar. Niet in een beeld te vangen, niet in een tempel op te sluiten. Over een stem krijgt geen mens macht. Deze is de ongrijpbare God van het lege midden, boven de ark, tussen de cherubim. Daar klinkt Zijn stem. En die stem is Zijn aanwezigheid te midden van de mensen. Onontkoombaar. God als stem is niet te ontvluchten, niet te negeren. Je kunt je ogen voor Hem sluiten, maar Hij weet je, waar je ook bent. En jij hoort Hem. In het holst van de nacht is daar die fluistering. Op klaarlichte dag komt die donderende stem. Soms bij monde van profeten, soms door engelachtige boodschappers of zelfs Zijn Zoon. Soms angstaanjagend direct. In bijbelse tijden vaak vergezeld van vuur en spektakel, in onze tijd vaak ongehoord. Maar anders dan alle andere goden is dit er Eén die zich niet laat vangen in beschrijvingen of rituelen, in theologie of idealen. Liturgie, dat is slechts spel. De geboden lapt Hij desnoods aan Zijn laars. Als alles verloren lijkt, laat Hij van zich horen. Want vooral zo maakt Hij zich bekend aan de mensen. Een stem. Want dit, de onze, is een God die gehóórd wil worden. Door toen, door u, door mij. << advertentie te huur De Roosebrink te Wageningen nog geen kinderen, het leven is lang niet slecht. O nee. Op een dag hoor je je naam roepen. Je antwoordt, en uit het niets komt er een opdracht: ‘Ga!’ En je gaat. Met je vee en je vrouw en je neefje Lot; je gaat. Waarom? Een stem riep je. Zomaar. Niet omdat je zo vroom of groot of fantastisch of spiritueel bent. Geen reden, geen verklaring. Gewoon een stem die je roept. En je gaat. Misschien wel omdat je hem hoort. Onontkoombaar. de berg van de heer. Je weet misschien niet precies wat je moet verwachten, maar je weet wel wat je nodig hebt: macht en kracht en natuurgeweld! Actie! Hulp! En o ja, dat krijg je. Storm en bliksem en hagel en donder en vuur en wat niet al. Alleen: geen heer. Tot onverwacht een avondkoelte zacht suist… en als je dan verwonderd naar buiten gaat, is daar die stem. Een stem die je roept, en jij die antwoordt. Een stem. Meer niet. Want meer is niet nodig. Stel dat je net ontsnapt bent aan heftige vervolging van hogerhand, en ook nog wonderbaarlijk in leven bent gehouden tijdens een hongersnood en je weet het even allemaal niet meer… dan trek je wanhopig op naar Geen beeld of beelden. Geen processies, geen pracht en praal. Deze God, heer, wordt niet meegevoerd onder een baldakijn. Hij laat zich niet verstoppen in zadeltassen, hij gaat niet van hand tot hand. Hoe kunstig De Timanshof te Bennekom Seniorenappartementen met een vrijzinnig religieuze uitstraling In de complexen heerst een tolerante, vrijzinnig religieuze sfeer; iedereen is er welkom. Alle drie de gebouwen zijn op loopafstand gelegen van het stads-, respectievelijk dorpscentrum. De gebouwen liggen tevens gunstig ten opzichte van het openbaar vervoer. Voorzieningen De appartementen zijn aangesloten op een alarmsysteem. Hierdoor kan er 24 uur per dag in geval van nood snel eerste hulp geboden worden. Tevens beschikken de gebouwen over twee liften, een wasserette, fietsenstalling, logeerkamers, recreatieruimte, hobbykamer en een bibliotheek | vergaderruimte. De bewoners worden vertegenwoordigd door enthousiaste bewonerscommissies. Huurprijs De huurprijs varieert van € 459,– tot € 779,–. De servicekosten variëren van € 73,– tot € 194,–. Bent u geïnteresseerd en 50 jaar of ouder? Maak geheel vrijblijvend een afspraak met mw. L. Kik of mw. C. Besselink voor meer informatie en/of een bezichtging. De Aleidahof te Bennekom Seniorenhuisvesting Zuid-Veluwe | Hof van Sint Pieter 27 | 6721 tn Bennekom 0318 43 11 34 | www.vrssh-zuidveluwe.nl | [email protected] 13 voorjaarsconferentie WereldWerk Vrede van alle kanten tekst & foto’s Henk Blom Een verheugend aantal deelnemers volgde de conferentie van 7-9 maart in Fredeshiem onder de titel: Eénmaal, andermaal, … vrede verkocht! Met dat thema werd ingehaakt op één van de subthema’s van de Pelgrimage van Gerechtigheid en Vrede, waartoe de Assemblee van de Wereldraad van Kerken eind vorig jaar in Busan (Zuid-Korea) besloot. De aangesloten kerken worden uitgenodigd hier de komende jaren over na te denken en er aan te werken. Iris Speckmann, vertegenwoordigster van de ads bij de Wereldraad, vertelde op boeiende wijze over haar ervaringen in Busan en over het besluit van de Wereldraad tot de pelgrimage voor de komende zeven jaren. Er worden vier velden onderscheiden, te weten: vrede in de gemeenschap, vrede tussen de volkeren, vrede met de aarde en vrede op de markt. 14 Economie als wapen Dit laatste, de relatie tussen economie en vrede, vormde het thema van de WereldWerk-conferentie. In workshops werd dat thema vanuit verschillende invalshoeken behandeld. Zo sprak Henk Timmerman van Oikocredit over ‘investeren in mensen’. Geld is vaak een middel om macht te krijgen, ten koste van medemensen. Dat het ook anders kan bewijst Oikocredit, waar uitgegaan wordt van: credit = credo = geloof en vertrouwen in mensen. In plaats van te investeren in bijvoorbeeld wapens (ook ‘economische wapens’), stimuleert Oikocredit het investeren in mensen. Mark Akkerman belichtte de rol van Nederland in de internationale wapenhandel. Nederland behoort tot de top-tien van wapenexporteurs in de wereld. Hij sprak over de bedrijven die actief zijn in de wapenproductie en over welke landen de wapens importeren. Maar ook over welke regels er zijn en welke rol de Europese Unie hierbij speelt. Onder de titel ‘Natuur als onvrede’ vertelden Aart Hoogcarspel en Karin Janze hoe geld verdiend wordt over de ruggen van landbewoners. Startend bij de Nederlandse ervaringen rond de gaswinning in Groningen, volgde informatie over inheems volken in Canada, de manier waarop daar natuur- en bodemschatten gewonnen worden en de effecten die dat heeft op de bewoners van het Elkaar shalom toewensen en werken aan shalam land. Ook ging het over de rol die het Aboriginal Justice Team van cpt (Christian Peacemaker Teams) hierbij speelt. Karel van Eechoud sprak over MasterPeace, het wereldwijde vredesproject. Hij ging in op de rol die jongeren, evenals organisaties, met creatieve oplossingen kunnen spelen voor het bereiken van een vreedzamer wereld. MasterPeace mobiliseert talenten voor vrede! Alle inleidingen en daaruit voortvloeiende discussies waren uiterst informatief en inspirerend, evenals de zondagse kerkdienst rondom het thema. Vredesgemeente Heel bijzonder was het intermezzo in het begin van de avond, gebracht door Rink de Vries namens de gemeenten Drachten, RottevalleWitveen en Surhuisterveen. Ongeveer dertig jaar geleden waren deze gemeenten als vredesgemeente lid geworden van de Doopsgezinde Vredesgroep, dat nu is opgegaan in Doopsgezind WereldWerk. Sinds kort hebben leden van deze gemeenten zich opnieuw gebogen over de vraag: wat betekent het om vredesgemeente te zijn? Het gaat daarbij niet zozeer om vrede ver weg, maar vooral om vrede dichtbij. Uit de presentatie bleek dat het een ontdekkingsreis is die vreugde brengt, omdat datgene wat men zelf altijd al belangrijk vond, nu met elkaar kan worden beleefd. Br. De Vries: ‘En die vreugde willen we ook vieren, als onderdeel van onze zes-wekelijkse bijeenkomsten’. Tijdens de ontdekkingsreis kwamen de deelnemers de betekenis van shalom tegen. Als je dat elkaar toewenst, zeg je eigenlijk: ‘Ik wens je een leven in harmonie met alle anderen, een leven in veiligheid en zonder zorgen over je bestaan.’ Bovendien bestaat naast het woord shalom ook het woord shalam: vrede bewerkstelligen, zorgen dat het in jou en om je heen vrede wordt. Dat moet bij jezelf beginnen. Het is dan van belang om op zoek gaan naar de bron om nieuwe kracht uit te putten. En ook om elkaar te helpen bij het bewaren van de vrede in de naaste omgeving. Een vraag die steeds weer opduikt, is: hoe betrekken we andere doops- gezinde gemeenten bij deze ontdekkingsreis? Contact zoeken met andere gemeenten die met hetzelfde onderwerp bezig zijn, is één van de agendapunten. Andere punten zijn: hoe gaan we de komende Vredesweek invullen? Moeten we een werkplan opstellen om niet te verzanden in alles wat op ons afkomt? Stimulans wordt onder meer gevonden bij Fernando Enns en zijn naaste medewerker Fulco van Hulst. Maar ook in de conferenties van WereldWerk. Br. De Vries besloot met: ‘Fijn dat wij dit in jullie midden mochten leggen, en wie weet gaan er meer gemeenten meedoen?’ << Arabische Lente verkocht? Tijdens het weekend over de relatie tussen economie en vrede moest ik denken aan de Arabische Lente. Egyptenaren, Tunesiërs en veel andere inwoners in het Midden-Oosten gingen de straat op om een einde te eisen aan corruptie en armoede. Velen waren naïef en dachten dat met de val van een dictator ook meteen meer brood op de plank zou komen. Nu, zo’n drie jaar later, zijn veel demonstranten van het eerste uur gedesillusioneerd. Wat is er van hun idealen terechtgekomen? De grote tegenstellingen tussen rijk en arm zijn er niet kleiner op geworden en toeristen blijven weg. Nieuwe machthebbers die de oude dictators opvolgden denken de rust in hun tent te kunnen herstellen, maar pakken economische problemen niet aan. Kortom, eigenlijk is het terug naar af. Daarbij wordt vergeten dat zonder gerechtigheid en zonder gelijke kansen voor iedereen de onvrede onder de bevolking blijft broeien. Doopsgezind WereldWerk zet zich in voor gelijke kansen in het Midden-Oosten en ziet goede toegang tot onderwijs als een van de basisvoorwaarden hiertoe. Binnenkort hoort u meer over nieuwe projecten die we in gang willen zetten. Puck de Wit bestuurstafel Op 8 en 9 juni is het Pinksteren. Dat betekent dat leden van de doopsgezinde gemeente Drachten-Ureterp de komende weken druk bezig zijn met het inpakken en versturen van bijna 250 Pinkstergroeten naar zusters en broeders die wat extra aandacht verdienen. Het is in 2014 het derde en tevens laatste jaar dat DrachtenUreterp de Pinkstergroet heeft verzorgd. Het bestuur van WereldWerk wil de gemeente langs deze weg heel hartelijk danken voor haar inzet. Vanaf 2015 zal de Pinkstergroet gedurende drie jaar worden verzorgd door de leden van de Jonge Vrouwen Contact Club van de doopsgezinde gemeente Apeldoorn. Heel fijn dat de traditie van de Pinkstergroet door hen wordt voortgezet. Bert Duhoux 15 verbinding Migration Tour door Europa tekst Janneke Leerink – foto’s Marijke Koeman Doperse verbondenheid verlening. Ze zitten hierdoor met name in de armere gebieden. Op dit moment huizen de doopsgezinden in het Zuid-Oosten van het land. Een regio waar het nu natuurlijk niet erg prettig is.’ Antoinette houdt er rekening mee dat er voor de reizigers van deze zomer wellicht een andere route moet worden uitgezet. ‘Wij laten ons daarin adviseren door de ambassade in Kiev. We proberen onze steun te betuigen door zo ver mogelijk hun kant uit te komen. En we zoeken nog een alternatieve manier om tijdens de tocht onze steun te betuigen als we er niet kunnen komen.’ Een tocht van negenduizend kilometer in twee maanden. Deze zomer trekt een groep Nederlandse doopsgezinden door Europa op zoek naar verbinding. Verbinding met het verleden en met onze doopsgezinde broeders en zusters landse reizigers langs historische plaatsen, en op bezoek over de grens. 16 Ooit was de Migration Tour bedoeld als promotietour van het multimediaproject Eumen.net. Inmiddels is het veel meer dan dat. ‘Een ontmoetingstocht door Europa’, zo kun je het beter noemen volgens Antoinette Hazevoet, projectleider van dit grote avontuur. ‘Een aanmoediging om zelf op zoek te gaan naar het doopsgezinde verleden in de wereld om je heen’, zegt Kees Knijnenberg, initiatiefnemer en medeprojectleider van Eumen.net. bij doopsgezinde gemeenten. Startend in Zwitserland, via Frankrijk naar België en Nederland. Vervolgens op weg naar Polen, aansluitend naar Oekraïne, via Wenen, en eindigend in de Duitse stad Detmold. ‘Je zou het kunnen zien als een soort pelgrimsroute, een migratiepad of iets dergelijks. Op de website kun je het nalezen en zelf nareizen. We hebben geen schelp aan onze hoed. Maar wie weet is een zilveren stroopwafel een optie’, lacht Antoinette. Oekraïne In de maanden juli en augustus 2014 wordt de Migration Tour voor het eerst gehouden. Met busjes gaan de Neder- De route gaat door Oekraïne en dat brengt de nodige zorgen met zich mee. ‘Van huis uit waren de doopsgezinden in Oekraïne vaak verbonden aan de sociale zorg- Eumen.net De Migration Tour is een bijproduct van Eumen.net. Dit multimediaproject is een internationaal initiatief om met elkaar in verbinding te komen. ‘Er is in de doopsgezinde wereld geen structuur die van bovenaf aanstuurt. Dat is ook de kracht, zodat alle doopsgezinden overal ter wereld zelf blijven nadenken over wie ze zijn en wat ze doen. Maar aan de andere kant kan hierdoor eigenlijk niemand voor een ander spreken’, legt Kees uit. ‘Het project Eumen.net biedt Europese broederschappen de mogelijkheid om gezamenlijk de doperse geschiedenis te presenteren, zonder de eigen identiteit te verliezen.’ Waarom is het nu het juiste moment om de verhalen te bundelen? ‘De doopsgezinde gemeenschap in Europa krimpt hard. Als we nog langer zouden wachten bestaat het risico dat men de verhalen niet meer kent.’ Antoinette voelt daarom de verantwoordelijkheid de verhalen te vertellen nu het nog kan. ‘De geschiedenis zal niet verdwijnen. Maar het zouden onafgestofte bibliotheekjes zijn, her en der over Europa verspreid. Zonder verbinding, door niemand te vinden.’ Op 29 juni 2014 moet de website af zijn, is de planning. Drie jaar geleden werden de eerste ideeën voorzichtig uitgewerkt, met een prachtige website als resultaat en de Migration Tour als ultieme afsluiter. ‘Het project heeft een eigen ontwikkeling doorgemaakt. In eerste instantie lag de focus op de Doperse Diaspora: de manier waarop de doopsgezinden destijds over Europa zijn uitgewaaierd. Maar toen Kees en ik al die plaatsen gingen bezoeken kwam daar van alles bij’, legt Antoinette uit. ‘Het met elkaar in verbinding brengen van historische locaties heeft als logisch gevolg dat je ook het nú met elkaar in verbinding brengt. Want al die verschillende plaatsen delen een gezamenlijke geschiedenis.’ Volgens Kees is de website in combinatie met de tour ‘een stukje tastbare identiteit’ van de doopsgezinden toen en nu. Verbinding ‘Ik hoop dat we door deze reis, ondanks de verschillende inkleuringen van het doopsgezinde geloof, het gemeenschappelijke bij elkaar zullen ontdekken’, droomt Kees. Antoinette is het daarmee eens: ‘Als de reizigers net zo reageren als ik, zullen ze af en toe verrast zijn. Verwonderd. Ze zullen zich soms afvragen: gut, doen ze dat nog zo in deze tijd? Maar aan de andere kant zullen ze ook bewondering voelen en herkenning.’ Antoinette Hazevoet & Kees Knijnenberg ‘We hebben een prachtig netwerk van contacten opgebouwd’ Kees en Antoinette durven in de laatste maanden van dit hoog gegrepen project alvast een beetje tevreden terug te kijken. ‘Je begint aan zoiets, maar weet vooraf eigenlijk niet waar je aan begint. We moeten natuurlijk nog wel even door, we zijn nog niet klaar. De laatste maanden worden nog spannend. Maar als alles volgens plan verloopt mogen we trots zijn’, vindt Kees. ‘Ik vind het een klein wondertje.’ Het resultaat gaat ook Antoinette’s pet bijna te boven. ‘Wie had vooraf kunnen denken dat hier zoiets uit voort zou komen? Een website, dacht ik. Maar nu hebben we een prachtig netwerk van contacten opgebouwd. De Migration Tour van komende zomer brengt alles bij elkaar.’ << Meer weten? Deze zomer kunt u de avonturen van de reizigers lezen op de blog: mennotour.wordpress.com Volg Eumen.net op facebook: www.facebook.com/mennotoureuropa 17 boeken & bladen Tenzij anders vermeld, zijn de bijdragen op deze pagina’s van de hand van Martin Maassen, [email protected] nodig Plaats van vrede ‘Om te geloven heb ik de kerk nodig’, schrijft Harald Overeem, protestants predikant in Boskoop in zijn onlangs verschenen boek. Want, zo vindt hij: ‘Als je niet meer naar de kerk gaat, verdampt je geloof.’ Voor hem is de kerk bij uitstek een plaats van vrede, vergeving, vrijheid, vreugde, vriendschap en vroomheid. Die begrippen worden per hoofdstuk behandeld. Wellicht zijn er lezers die met sommige opvattingen enige moeite hebben. Zo komt bij de bespreking van het woord ‘vergeving’ de omstreden verzoeningsleer weer om de hoek kijken (1 Johannes 2:1-2). En ook bij de uitleg van ‘vrijheid’ kun je vraagtekens zetten. Volgens de auteur leer je nergens zó in vrijheid leven als in een kerkelijke gemeenschap. Klopt dat wel als we bedenken dat sommige geloofsgemeenschappen juist barrières opwerpen voor bepaalde groepen mensen? En leef je onvrijer als je niet in God gelooft, zoals Overeem suggereert? In zijn enthousiasme voor de kerk laat de auteur zich soms een beetje meeslepen... door Bart Smits Harald Overeem, Om te geloven heb ik de kerk nodig, uitgeverij Ark Media, € 9,95 schilderen De Grote Oorlog cahiers ruim dertig jaar laten liggen alvorens ermee aan het werk te gaan. Het resultaat van deze arbeid is een prachtige roman die het verhaal vertelt van grootvaders jeugd en latere leven, met daarin vervlochten ook eigen herinneringen en observaties van kleinzoon Stefan. In deel een wordt in geuren en kleuren de wereld van vóór de Grote Oorlog geschetst. Een wereld van armoede, ziekte en sociale misstanden. Ontroerend zijn de herinneringen aan de vader en moeder van Urbain, Franciscus en Céline. Franciscus is kerkenschilder: hij restaureert fresco’s in kerken en kapellen in het katholieke Vlaanderen. Als Urbain vijftien jaar oud is gaat hij op tekenles. Veel talent heeft hij weliswaar niet, maar ‘hij voelt dat hij niet langer wil doen wat hij moet doen’, namelijk beulswerk in een ijzergieterij. Stilaan ontstaat zijn grote passie. Een andere wereld opent zich voor hem. De wereld van de ‘stille en troostende schilderkunst’, die in schril contrast staat met het volle en moeilijke leven. Als de oorlog uitbreekt, doet Urbain dienst aan het IJzerfront. De oorlog noemt hij veelzeggend ‘mijn verschrikking’. De pagina’s gewijd aan de strijd in In deel drie, over de periode na 1918, vertelt Stefan Hertmans met veel inlevingsvermogen over het grote verdriet van grootvader Urbain: diens verloofde en grote liefde sterft aan de Spaanse griep. Dit verdriet, en de geestelijke crisis als gevolg van zijn traumatische oorlogservaringen, zullen hem zijn verdere leven niet meer loslaten. Gelukkig vindt hij troost in de schilderkunst. ‘Dus schilderde hij (…) om het huilen van de wereld te bedaren…’. Met Oorlog en Terpentijn heeft Stefan Hertmans een roman van zeer hoog niveau geschreven. Het is een ontroerende familiekroniek en tegelijk een indringend historisch document. Warm aanbevolen. door Jan Crum Stefan Hertmans, Oorlog en Terpentijn, uitgeverij De Bezige Bij, € 19,90 (€ 14,99 als E-book) Oorlog en Terpentijn is genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs. De winnaar wordt op 13 mei bekendgemaakt. geloven Evangelie in vijf minuten In een paar minuten vertellen waar je geloof over gaat. Die vraag krijgen we regelmatig, en wat is het toch een moeilijke klus! Maarten Wisse, universitair docent dogmatiek en oecumene aan de Vrije Universiteit, overkwam het in 2008: op kerstavond werd hij gebeld door bnr-nieuwsradio. En wat bleek het lastig, zeker voor een breed radiopubliek. Wisse’s ervaring werd de aanleiding om Zo zou je kunnen geloven te schrijven. Het is een poging om op een bondige manier te vertellen hoe je zou kunnen geloven, of welke betekenis je aan geloven in Jezus Christus zou kunnen geven. Hij gaat op zoek naar (nogmaals sic!) volgt naadloos uit het begin van het christendom.’ Ik zucht en verlang naar een Asterix en Obelix… door Jehannes Regnerus Maarten Wisse, Zo zou je kunnen geloven, uitgeverij Van Wijnen Franeker, € 14,95 ’t Olijftacxken De duif kwam terug… antwoorden op vragen als: ‘moet dat, geloven?’ en: ‘zou het je iets te bieden kunnen hebben, of je nu kerkelijk opgevoed bent of niet?’ Daarbij gaat het hem er niet zozeer om te laten zien hoe het moet, maar hoe het kan. Het boek valt uiteen in twee gedeelten. In de eerste helft gaat Wisse op verkenning uit. Hoe geven gangbare vormen van christendom antwoord op de vraag wat geloven betekent? Kritisch kijkt hij waar sterke en zwakke kanten zitten aan respectievelijk traditioneel, gemoderniseerd, evangelicaal en buitenkerkelijk christendom (zo noemt hij ze). Een eerste ronde ‘inspiratie’. In de tweede helft vertelt Wisse aan de hand van twee centrale rituelen uit het chrisEn de duif kwam terug... Het hebben van een geschiedenis met wortels die meer dan tendom – doop en avondmaal – hoe 375 jaar terugreiken in de tijd is een zeer heuglijk feit. Het is de aanleiding geweest voor het tot stand komen van dit met een cd van Camerata Trajectina. je kuntjubileumboekje geloven. ‘Bondig en samenDe Doopsgezinde Gemeente Utrecht is een levendige gemeenhangend’, beweert hij. enMaar schap die zo zich ontplooit in tal van activiteiten gebruiken. helaas, Vele daarvan behoren vanouds tot het doopsgezinde gemeenteleven. Maar tijd doet iets met mensen, als het goed dat is hem niet gelukt. Al te vaak is staan we niet stil, maar is er sprake van ontwikkeling en ‘meegaan in de tijd’. 375 Jaar is een grote tijdsspanne, waarin verzandt hij in lange, moeilijke enorme veranderingen hebben plaatsgevonden in het zicht op theomens, wereld, maatschappij, geschiedenis en geloof. logische beschouwingen. Wanneer In dit boekje worden een aantal kenmerken (en eigenaardigheden) van doopsgezinden vroeger geschetst, waarna een hedendaagse bijdrage over dit onderwerp volgt.het te willen hij bijvoorbeeld aangeeft Het is boeiend om te bezien hoe datgene wat ooit reden is geweest voor doopsgezinden om zich als radicale geloofshebbengemeenschap overte de verhouding tussen profileren, nog altijd een essentieel onderdeel is van het huidige gemeenteleven, zij het in een andere vorm. volwassendoop en kinderdoop – als doopsgezind lidmaat veer ik op! – schrijft hij: ‘Een overgang van een volwassendoopstructuur (sic!) naar een kinderdoopstructuur 375 jaar Ter gelegenheid van het 375-jarig bestaan heeft de Doopsgezinde Gemeente Utrecht het boek En de duif kwam terug… uitgegeven. Het fraai uitgevoerde boekwerkje telt 74 pagina’s en belicht zowel verleden als heden en toekomst van de gemeente. De titel van het boek verwijst naar het in 1626 uitgegeven belijdenisgeschrift ’t Olijftacxken, dat in 1639 aan de basis stond van de Vereenigde Doopsgezinde Gemeente te Utrecht. Achterin het boek is een cd opgenomen met zestiende- en zeventiendeeeuwse doopsgezinde en Utrechtse muziek, uitgevoerd door het Utrechtse muziekgezelschap Camerata Trajectina. En de duif kwam terug…, uitgeverij Docete, € 15,–, bestellen: [email protected] | 030 231 15 01 En de duif kwam terug... Eind juli 2014 is het honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak. De Grote Oorlog zoals de Belgen hem noemen. Er zijn zoveel boeken over geschreven dat je zou denken: zo is het wel genoeg. Maar nee, de stroom publicaties houdt aan. Zo publiceerde de Vlaming Stefan Hertmans vorig jaar zijn roman Oorlog en Terpentijn. Het tweede deel is gewijd aan het dappere verzet dat het Belgische leger bood in de loopgraven van Zuidwest Vlaanderen. De verteller in dit deel is de grootvader van Stefan Hertmans, Urbain Martien. Deze had zijn kleinzoon een paar jaar voor zijn dood in 1981 zijn dagboekaantekeningen ter hand gesteld. ‘Doe er maar wat mee’, had hij gezegd. Hertmans heeft de twee de loopgraven zijn gruwelijk en aangrijpend. De zonnetjes bij de besproken boeken & bladen geven de waardering van de recensent weer. En de duif kwam terug ... Die kan uiteenlopen van één zonnetje (niet best) tot vijf (mag op uw nachtkastje Uitgave ter gelegenheid van het 375-jarig bestaan van de Doopsgezinde Gemeente Utrecht niet ontbreken). is om van n hu te ee en om dr 18 Dat neemt niet weg dat het boek de moeite van het lezen zeker waard is. Interessant is bijvoorbeeld wat hij schrijft over vriendschap: ‘Vriendschap is een geschenk, we kunnen er niet zonder.’ In het hoofdstuk Vrede noteert hij dat het bij hoge uitzondering denkbaar is dat de kerk een gerechtvaardigde oorlog verdedigt. Dat is een iets andere nuancering dan het doperse Just Peace (rechtvaardige vrede) geeft. Overeem heeft, ondanks de soms traditionele geloofsvoorstellingen, een toegankelijk boek geschreven. Bij ieder hoofdstuk zijn vragen opgenomen, bedoeld om in groepsverband te bespreken. Maar of je geloof verdampt als je niet naar de kerk gaat, waag ik te betwijfelen. Er zijn toch ook andere middelen voorhanden om je geloof levend te houden? Doopsgezinde Gemeente Utrecht Stichting Docete, Utrecht ISBN 9789078477259 19 uit de kast Over doopsgezinden wordt gezegd dat zij ‘stillen in den lande’ zijn. In deze rubriek dagen we hen uit om uit de kast te komen, zichzelf te laten zien en hun geloof onder woorden te brengen. worden over ‘grotere zaken’, zoals de liefde voor wapens in de Verenigde Staten, het vele geld dat de overheid aan het leger spendeert, het gevangenissysteem in de vs, en de manier waarop we met onze leefomgeving omgaan.’ Wat zou er veranderen als u president van de vs werd? ‘Ik zou ervoor zorgen dat mensen minder snel een wapen zouden mogen dragen en zo proberen het geweld in onze maatschappij te stoppen. Mijn buitenlands beleid zou zich richten op economische ontwikkeling in plaats van militaire macht. En ik zou onze zorg zo veranderen dat iedereen er toegang toe zou hebben. En nog veel, veel meer. Overigens geloof ik niet dat iemand die echt Jezus probeert te volgen president van de vs kan zijn. Want daar komt teveel macht bij kijken en er moeten teveel compromissen worden gesloten.’ Ken Rodgers Hoe ziet de hemel er uit? ‘Ik heb eigenlijk geen idee en ik denk er ook niet over na, omdat het me niet zoveel uitmaakt. De hemel wordt meestal gezien als onze perfecte wereld, dus iedereen heeft er een eigen voorstelling van. Als er leven na de dood is, dan zal dat wellicht verder gaan dan mijn wildste dromen. Maar mijn geloof leunt niet op het leven na de dood.’ Kansas? Dat ligt toch niet in Nederland? Inderdaad! Ken Rodgers (49) komt uit Kansas in de Verenigde Staten en geeft muzieklessen op de doopsgezinde universiteit Hesston College. tekst Jan Willem Stenvers foto Larry Bartel/Hesston College Wat betekent het woord ‘doopsgezind’ voor u? ‘Als ik dat woord hoor denk ik aan drie dingen: de cultuur – ofwel het typische eten, sommige kleren en conservatieve groeperingen – mijn eigen geloof en gemeente en de wereldwijde, gevarieerde doopsgezinde geloofsgemeenschap. Als doopsgezinde probeer ik Jezus in mijn dagelijks leven na te volgen. Daarbij staat de Bergrede centraal. Ik geloof dat Jezus van ons vraagt contact te maken met de vreemdeling in onze buurt, en ons te ontfermen over degenen die in deze wereld lijden onder ziekte, oorlog of onrecht.’ Welke persoon uit de bijbel zou u een dag willen zijn? ‘Er zijn er zoveel om uit te kiezen! Ik denk vaak aan twee ouderen aan wie in de bijbel niet zoveel aandacht wordt besteed. De eerste is Jubal uit Genesis, de vader van iedereen die de citer en de fluit bespeelt. De tweede is Besaleël, de eerste kunstenaar uit de bijbel. Hij ontwierp de Ark van 20 het Verbond. De manier waarop God tijdens diensten schoonheid gebruikt, in de vorm van muziek en beeldende kunst, spreekt me aan. En ook de talenten van mensen die daaraan uitvoering geven.’ Welk niet-bijbelse persoon is een profeet voor u? ‘Voormalig vs-president Jimmy Carter. Na zijn presidentschap heeft hij zijn leven gewijd aan vredeswerk en aan het verbeteren van de levens van vrouwen, armen en zieken in de hele wereld. Het verbaast me dat mensen in machtsposities daar niet mee bezig zijn. Ik vind het indrukwekkend dat iemand die zoveel macht heeft gehad, zich zo nederig opstelt en zoveel van zichzelf geeft om het leven van anderen te verbeteren.’ Wanneer werd u voor het laatst kwaad? ‘Ik ben niet iemand die kwaad wordt, ik weet niet eens zeker of ik het ooit ben geweest. Wel kan ik heel boos Van welk lied krijgt u kippenvel? ‘Een lied dat The Hesston College Choir op dit moment zingt: My God is a Rock. Het is een Afro-Amerikaans lied dat verschillende verhalen uit de bijbel vertelt. Op een bepaald moment zingen de tenoren (mijn stemvak): ‘Oh, my Jesus’, op zó’n manier dat het me rillingen op de rug bezorgt. Het is één van de nummers waarbij dat altijd gebeurt. I love it!’ Welk boek ligt er op uw nachtkastje? ‘Momenteel lees en beoordeel ik onderzoeken van studenten. Maar voor mijzelf lees ik: That’s That: My Life Story van Howard Hershberger. Het is de autobiografie van mijn oom. Het is erg goed geschreven en geeft me meer inzicht in mijn moeder en haar kant van de familie.’ ‘Mijn geloof leunt niet op het leven na de dood’ Ik heb er zoveel goede vrienden die als familie voor me zijn, dat het land echt als mijn tweede thuis voelt. Ik hou van mijn Nederlandse vrienden, de taal, de steden en het platteland en het eten – wie houdt er niet van stroopwafels, hagelslag, pannenkoeken en kaas? Wanneer mensen me vragen welk deel van Europa ik het fijnst vind zeg ik altijd: Nederland. En ik ben in bijna heel Europa geweest.’ << Concerten van het Hesston College Choir 15 mei 20.00 uur: Aalsmeer, doopsgezinde kerk 17 mei 19.30 uur: Terband (Fr), Rotondekerk 18 mei 19.30 uur: Joure, doopsgezinde kerk advertentie Zomerse weken op Dopersduin Schoorl Van 11 juli tot 22 augustus staan onze deuren weer open voor vakantiegangers die toe zijn aan een ontspannen week in de Schoorlse duinen. De gezelligheid van het huis in combinatie met de rust en stilte uit de natuur, worden steeds opnieuw als bijzonder en inspirerend ervaren. Van harte welkom; voel je thuis! Minimale prijzen volpension € 82,- (leeftijd 4 t/m 12 jaar) € 112,75 (leeftijd 13-16 jaar) € 205,- (vanaf 17 jaar) Neem contact op via e-mail [email protected] of per telefoon 072-5091274 Waar mogen we u om drie uur ‘s nachts voor wakker maken? ‘Om me te herinneren aan alles wat ik nog moet doen. Midden in de nacht voelt dat wel heel naar. Als ik weer in slaap kan komen lijken de problemen ’s morgens minder groot.’ Wat is uw favoriete vakantiebestemming? ‘Nederland! En dat zeg ik niet omdat dit interview in een Nederlands magazine komt te staan. Het is echt zo. 21 op pad kort kerkenpad Menno op Hemelvaartsdag in Ring Zwolle Vermaningspad 2014 Water en land wisselen elkaar af in het prachtige landschap van de ‘Kop’ van Overijssel. Terwijl de Noordoostpolder de strakke lijnen kent van een modern land- en tuinbouwgebied, afgewisseld met fraaie bossen en monumenten zoals het eiland Schokland Noordoostpolder, Steenwijk en Zwolle. Diegenen die het en het vissersdorp Urk. Vermaningspad willen afleggen kunnen vanaf 9.30 uur starten bij een van deze doopsgezinde kerken. Er zijn aantrekkelijke fiets- en autoroutes door de kop van Overijssel en de Noordoostpolder uitgezet. Routes door de unieke Nationale Parken De Wieden en De Weerribben, met afwisselende landschappen en voerend langs pittoreske historische plaatsen. Afhankelijk van vervoermiddel en voorkeur kan men zelf bepalen welke kerken en toeristische en educatieve bezienswaardigheden men onderweg wil bezoeken. tekst Jan Pol & Johan Tempelaar – foto Giethoorn.com Al enkele decennia wordt jaarlijks op Hemelvaartsdag het Vermaningspad georganiseerd. Deze traditie startte rond 1980 in Noord-Holland, met de organisatie van fietstochten langs een aantal doopsgezinde kerkgebouwen (vermaningen) op Hemelvaartsdag. Later zijn ook de doopsgezinde gemeenten in Friesland en Groningen mee gaan doen, en inmiddels is het Vermaningspad een landelijke activiteit. De fietstocht is allereerst bedoeld als ontspanning, maar tegelijkertijd is het een kennismaking met de deelnemende doopsgezinde gemeenten op de route. De tocht kan eventueel ook per auto worden afgelegd. Dit jaar is het aan de gemeenten in de Ring Zwolle om het Kerkenpad Menno 2014 te organiseren. De deelnemende gemeenten zijn Blokzijl, Giethoorn, Meppel, 22 Alle doopsgezinde kerken zijn in de fiets- en autoroutes opgenomen. Aanbevolen fietsroutes zijn die van Steenwijk naar Giethoorn, Giethoorn naar Blokzijl, en Meppel via Zwartsluis naar Giethoorn en Emmeloord. Hierin zijn ook de fietspaden opgenomen met als pittoresk onderdeel het pontje bij Jonen. Behalve in Blokzijl is in alle kerken koffie, thee en soep verkrijgbaar tegen een vriendenprijsje, dan wel tegen inlevering van de consumptiebonen. << De deelnemers kunnen de routes via de gps-beschrijving downloaden van de website, of bij de doopgezinde kerken verkrijgen. De kosten voor deelname bedragen € 5,– p.p., waarbij men een routebeschrijving, een tweetal consumptiebonnen en een button ontvangt. De dag wordt besloten met een vesper om 16.30 uur in de doopsgezinde kerk aan het Binnenpad in Giethoorn. Het huren van een (elektrische) fiets is mogelijk bij diverse rijwielverhuurders in Meppel en Steenwijk. Wees er snel bij, want het aantal is beperkt. De adressen van de rijwielverhuurders vindt u op de website, evenals alle overige informatie over het Vermaningspad 2014: www.kerkenpad-menno2014.nl De Doopsgezinde Gemeente Mid-Fryslân zoekt een Mem is tevreden. Zij heeft haar taken mooi en rustig afgerond. enthousiaste koster (m/v) Hennie Wind-de Vos voor ca. 8 uur per week De doopsgezinde gemeente Mid Fryslan is een vrijzinnige geloofsgemeenschap. De gemeente is gericht op de dorpen Aldeboarn, Akkrum, Grou, Jirnsum, Poppenwier, Terherne en Wergea. Haar kerk (fermanje) staat in Grou, evenals de daaraan grenzende kosterswoning. In verband met het vertrek van onze huidige koster, zijn wij op zoek naar iemand (m/v) die deze plek in kan vullen. Het betreft een taak die gemiddeld 8 uur per week beslaat. Wij vragen daarvoor een enthousiast persoon met affiniteit voor de doopsgezinde denkwereld. Een fijne gemeente en woongelegenheid in de naastgelegen kosterswoning tegen een laag onkostentarief is wat wij u kunnen bieden. Voor een volledige advertentietekst en nadere informatie over onze gemeente verwijzen wij u naar onze website www.dgmidfryslan. doopsgezind.nl. Ook treft u hier een uitgebreidere functiebeschrijving aan. Voor nadere informatie over de functie kunt u zich wenden tot mw. B. Bannink, voorzitter kerkenraad doopsgezinde gemeente Mid Fryslân, 058 255 33 18. Bij geen gehoor gelieve het antwoordapparaat in te spreken, u wordt dan teruggebeld. Geïnteresseerden vragen wij vóór 10 mei per brief of e-mail te reageren: Doopsgezinde Gemeente Mid-Fryslân t.a.v. de voorzitter, mw. B. Bannink Spûkefeartstrjitte 14 | 9005 md Wergea | [email protected] www.dgmidfryslan.doopsgezind.nl Uiteraard wordt uw reactie vertrouwelijk behandeld. volgende nummer Visser(s) > Piet Visser, scheidend hoogleraar Doopsgezind Seminarium > Vissers van mensen > De zee geeft, de zee neemt en nog veel meer… via de aangegeven contactgegevens in dit colofon. U kunt uw bijdrage overmaken op Doopsgezind NL is een uitgave van de iban nl19 abna 0243 4938 86 t.n.v. Algemene Doopsgezinde Sociëteit Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ads) en verschijnt tien keer per jaar. onder vermelding van ‘dnl 2014’. Het blad wordt tegen een vrijwillige Hoofdredactie Johan Tempelaar bijdrage toegezonden aan alle leden (coördinator communicatie) van doopsgezinde gemeenten. Eindredactie Marijke van Duin Vrienden en belangstellenden die Redactie Kalle Brüsewitz, Martin het blad willen ontvangen, betalen Maassen, Wieteke van der Molen, € 35,– per jaar. U kunt zich opgeven Tea Rienksma, Jan Willem Stenvers colofon weduwe van Gerrit Wind eerder weduwe van Jan Vonk Zij overleed op de leeftijd van 91 jaar. Jan Roelof en Greta Vonk-Groffi Joke en Coen Reijntjes-Vonk Hans en Marianne Wind-Roelofsen Dato Wind en Joke Wegdam Hillebrand Wind en Yvonne van Haalen Kleinkinderen en achterkleinkinderen 6 april 2014 Correspondentieadres: Winselerhof 1 | 5625 lw Eindhoven Op zaterdag 12 april hebben we afscheid genomen van Mem in het crematorium te Eindhoven. oproep eeuwfeest akc Over enkele jaren bestaat de Algemene Kampcommissie voor doopsgezinde kampen (akc) honderd jaar. Dit zal onder meer worden gevierd met de uitgifte van een kleurrijk jubileumboek. Het boek zal een wandeling door de geschiedenis worden, een feest der herkenning voor iedere akc-er. De akc is op zoek naar mensen die foto’s, anekdotes, verhalen of ander materiaal hebben, met name van de ‘vroegere jaren’. Wat zou het bijvoorbeeld mooi zijn om een handgeschreven kampverslag uit 1920 of een groepsfoto uit 1930 te hebben! Heeft u in een fotoalbum of plakboek waardevolle foto’s, knipsels of leuke anekdotes over de akc? Neem dan contact op met Janneke Priester en Dirk Kruijt 06 4978 2452 | [email protected] Ontwerp & opmaak Susan de Loor, Kantoordeloor, Haarlem Druk gbu grafisch compleet www.gbu.nl Advertenties Saskia Meerts Oplage 7.500 Papier G-Print Proost & Brandt, fsc-gecertificeerd Contact redactie & advertenties Singel 454 | 1017 aw Amsterdam t 020 623 09 14 | [email protected] www.doopsgezind.nl Abonnement Groot letter cbb 0341 56 54 99 of [email protected] Het volgende nummer van Doopsgezind NL verschijnt begin juni. Reacties voor ‘ingekomen’ uiterlijk 7 mei 2014 aanleveren. Brieven dienen kort en zaakgericht te zijn. De redactie behoudt zich het recht voor om bijdragen in te korten of niet op te nemen. © ads 2014 23 geschiedenis Ontstemd In 1755 schrijft een buitenstaander over zijn bezoek aan de Amsterdamse doopsgezinde gemeente in De Nederlandsche Spectator. ‘Dan, zodra was dit niet begonnen, tekst Anna Voolstra beeld Doopsgezind Documentatiecentrum 24 Hem valt op dat de vrouwen ieder een stoel meenemen uit de gang, de kerk in. Enkel het tijdstip van binnenkomst bepaalt de zitplaats: de vrouwen zitten zonder onderscheid door elkaar. Hij prijst deze handelswijze die volgens hem de gelijkheid der christenen bewaart. Slechts elf jaar later verschijnt in het tijdschrift De Denker een brief van de ontstemde zuster Antje Dirks, die zich op hoge poten beklaagt over het feit dat deze praktijk inmiddels drastisch veranderd is. Een aantal dames voelt zich te goed om zelf hun stoel te dragen. Zij hebben hun naam op hun stoel laten aanbrengen en laten deze iedere zondag klaarzetten – en dat terwijl ze de kerk zelden bezoeken! Om te voorkomen dat dominee tegen lege stoelen zou preken, vullen de andere zusters deze stoelen dan maar op. Dat is niet zonder gevaar, zo beschrijft Antje: of zie, wat gebeurt er? De eene en andere dezer rangzieke en stoelkundige dames (zusters durven wij ze, als een te lagen eernaam voor haar, niet noemen, dewijl het ook eene te groote gemeenzaamheid zou uitdrukken!) komt na degene, die hare vermeende plaats ingenomen heeft, ter kerke, en gebiedt op een heerschenden toon, of verzoekt, zoo ze overbodig vriendlijk is, met eene deftige houding, of geeft door een min of meer harden duw of stoot te kennen, dat men deze hare plaats en stoel te ontruimen hebbe, en een andere moet beslaan; ’t gene dan ook door de andere beschaamde, verlegene en bloozende of van schrik verbleekte zuster zoodra niet gedaan, en zij wat ver op gezeten is, of een tweede van dat soort van grillige juffrouwen (of moet ik mevrouwen zeggen?), want als een ongeluk wezen wil, komt het zelden alleen, stapt ook half trippelende en dansende toe, wijl ze, sedert een vierendeel jaars niet ter kerk geweest zijnde, misschien denkt dat ze de zaal van de opera ziet, en doet de nog onthutste vrouw of vrijster, met een spijtig wezen, ook den pas ingenomen stoel ruimen. Zulke ontmoeting, die maar enkel behoeft te wezen om de lydende partij geheel in wanorder en verbijstering te brengen, de gantsche preek door, en welke niet kan nalaten, in de ene en andere de driften gaande te maken, en daarbenevens min of meer geraas, onorder en ontroering, ook in de andere omzittende Ledematen te verwekken; is mij meermalen overgekomen, en van die uitwerking geweest op mijn teder Gestel dat ik alle bedoelde stichting er door verloor en van schaamte mijn hoofd niet wist te bergen; terwijl de eisscheres van de stoel, preutsch op den behaalde zege, met een soort van stilzwijgende zelftoejuiching hare onbeschaamde ogen hovaardig genoeg rondom liet weiden; welke mij en anderen dan zoo verbijstert dat ik wel honderdmaalen op zulk een tijd wenschte in mijn binnenkamer een kapittel in den Bijbel te mogen lezen, ’t gene ik verzekerd ben, dat mij meer stichting geeft, als zulk te kerk gaan.’ Wie was deze wel zeer ontstemde zuster Antje? In De Denker werden bijna alleen fictieve brieven gepubliceerd. De redactie bestond voor een groot deel uit doopsgezinden. Jaargang 1766 zou volgens de kerkhistoricus Christiaan Sepp voor het grootste gedeelte gevuld zijn door de doopsgezinde predikant Cornelis van Engelen uit Huizen. Wellicht is Antjes brief dus afkomstig uit de scherpe pen van Van Engelen, die zijn kritiek jegens zijn Amsterdamse collega’s niet onder stoelen of banken wenste te steken. Zou zijn stem de Amsterdammers weer ontstemd hebben…? <<
© Copyright 2024 ExpyDoc