Philippe Quesne / Vivarium Studio Swamp Club 21 & 22/02/2014 – 20:30 – Kaaitheater Theatre • language no problem • 95 min. EXTRA: soul food with Philippe Quesne on 22/02 De grandes et de petites questions (d’Anna Luyten), des réponses profondes et légères (de Philippe Quesne), elles vous sont toutes servies pendant Soul Food, avec un casse-croûte appétissant et un bon verre de vin. Le préambule parfait au spectacle plus tard dans la soirée. Talk & Dîner • FR • 18h - 20h CREDITS conceived, directed and designed by Philippe Quesne production-administration Dominique Bouchot with Isabelle Angotti Snæbjörn Brynjarsson Yvan Clédat Cyril Gomez-Mathieu Ola Maciejewska Émilien Tessier Gaëtan Vourc’h production Vivarium Studio string quartet Aymeric de Villoutreys (first violin) Margaret Hermant (second violin) Antoine Combot (alto) François-Jean Ysambart (cello) artistic and technical cooperations Yvan Clédat Cyril Gomez-Mathieu director’s assistant Marie Urban coproduction Wiener Festwochen (AU) Théâtre de Gennevilliers – Centre Dramatique National de création contemporaine (FR) Festival d’Automne à Paris (FR) Foreign Affairs – Berliner Festspiele (DE) Festival d’Avignon (FR) La Ménagerie de Verre (FR) Le Forum /Scène conventionnée de BlancMesnil (FR) Kaaitheater (BE) La Filature Scène nationale de Mulhouse (FR) Internationales Sommerfestival Hambourg (DE) Festival Theaterformen Hanovre / Braunschweig (DE) La Bâtie – Festival de Genève (CH) drawing Ludovic Debeurme with the support of Centre chorégraphique national de Montpellier Languedoc Roussillon (FR) EMPAC – Rensselaer Polytechnic Institute Jaffe Fund for Experimental Media and the Performing Arts (USA) specific costumes Corine Petitpierre Une action financée par la Région Ile-deFrance. technical manager Marc Chevillon La compagnie est conventionnée par la DRAC Île-de-France, Ministère de la Culture et de la Communication, et par le Conseil Régional Île-de-France au titre de la Permanence artistique et culturelle. Philippe Quesne est artiste associé au Théâtre de Gennevilliers depuis 2012. photographs Martin Argyroglo sound and light manager Thomas Laigle construction Nicolas Amar Timothy Larcher Nicolas Loridan Fabrice Parizy interns Céline Champinot Léo Gobin A House on Fire co-production with the support of the Culture Programme of the European Union SWAMP CLUB NL - Philippe Quesne kondigt zijn nieuwe voorstelling aan als een fantastische, muzikale stadsfabel. Ze speelt in een geïsoleerd moeras, bevolkt door vreemde creaturen. In dat drassige landschap staat een gebouw op palen: de Swamp Club. Het is een kunstencentrum en een residentieruimte voor artiesten. De residenten wonen er samen met dieren uit het water en het woud. Ze ontvangen er artiesten uit Polen of IJsland, maar ook een kamerorkest waarmee ze klassieke muziek opnemen. Men hoort er flarden van Het achtste strijkkwartet van Sjostakovitsj of Het meisje en de dood van Schubert. Dit utopische centrum wordt bedreigd, de Swamp Club moet zijn verdediging organiseren… • Philippe Quesne speelt op een ingenieuze manier met de conventies van het theater. Hij creëert een universum waarin hij droom en realiteit, muziek en taal met elkaar verweeft. Hij vertrekt van rituelen uit het dagelijkse leven en transformeert ze tot kleine ceremonies, soms melancholiek, soms grappig. Voor de tiende verjaardag van zijn Vivarium Studio creëert Quesne een voorstelling met medewerkers van het eerste uur en met acteurs die hij op zijn buitenlandse tournees heeft ontmoet. Philippe Quesne komt uit de beeldende kunst. Sinds de oprichting van Vivarium Studio in 2003 ontwikkelde hij zich tot één van de belangrijkste internationale podiumkunstenaars. Zijn werk wordt wereldwijd getoond, van Avignon tot New York en Hong Kong. Wij presenteerden van hem L'Effet de Serge, La Mélancolie des Dragons en Big Bang. Philippe Quesne is de nieuwe directeur van het theater van Nanterre-Amandiers. FR - Philippe Quesne annonce son nouveau spectacle comme une fable urbaine fantastique. Elle se déroule dans un marais isolé, habité par des créatures étranges. Dans ce paysage marécageux se dresse une construction sur pilotis: le Swamp Club, un centre d’art et une résidence d’artistes. Les résidents y vivent avec des animaux aquatiques et forestiers. Ils accueillent des artistes venus de Pologne ou d’Islande, mais également un orchestre de chambre avec lequel ils enregistrent des morceaux de musique classique. On y entend parfois résonner des extraits de la Huitième Quatuor à cordes de Chostakovitch ou de La Jeune Fille et la Mort de Schubert. Le centre utopique est menacé, il faut que le Swamp Club organise sa défense et cherche comment résister... • Philippe Quesne joue de manière ingénieuse avec les conventions du théâtre. Il crée un univers dans lequel rêve et réalité, musique et langage s’entrelacent. Il part de rituels de la vie quotidienne qu’il transforme sur scène en de petites cérémonies, parfois mélancoliques, parfois comiques. Pour le dixième anniversaire de son Vivarium Studio, Philippe Quesne crée un spectacle avec ses complices de la première heure et des interprètes rencontrés lors de ses tournées internationales. Philippe Quesne est artiste-plasticien à la base. Depuis la création de Vivarium Studio en 2003, il est devenu l’un des artistes du spectacle vivant les plus en vue sur la scène internationale. Ses créations sont invitées dans le monde entier, de New York à Tokyo. Il a présenté régulièrement ses pièces à Bruxelles au Kaaitheater (L'Effet de Serge, La Mélancolie des Dragons et Big Bang). Philippe Quesne est le nouveau directeur du Théâtre Nanterre-Amandiers. EN - Philippe Quesne describes his new performance as a fantastic, musical urban fable. It is set in an isolated swamp inhabited by strange creatures. In this marshy landscape stands a building on stilts: the Swamp Club. It is an arts centre and residential space for artists. The residents live here together with animals of the water and the forest. Here they receive artists from Poland or Iceland, as well as a chamber orchestra with which they record classical music. We hear snatches of Shostakovich’s Eighth String Quartet and from Schubert’s Death and the Maiden. This utopian centre is threatened, the Swamp Club has to come up with a defence strategy... • Philippe Quesne cleverly plays with the conventions of theatre. He creates a world in which he interweaves dream and reality, music and language. He starts out from the rituals of everyday life and transforms them into small ceremonies that are sometimes melancholic, sometimes funny. For the tenth anniversary of his Vivarium Studio, Quesne is creating a performance with some of his very first associates and also performers he has met on his tours abroad. Philippe Quesne originates from the visual arts. Since the founding of Vivarium Studio in 2003, he has become one of the most important international performing artists. His work has been staged worldwide, from Avignon to New York and Hong Kong. At the Kaaitheater we presented his productions L'Effet de Serge, La Mélancolie des Dragons and Big Bang. Philippe Quesne is the new director of the theatre of Nanterre-Amandiers. HET THEATER VAN VIVARIUM STUDIO Perfect geënsceneerd, met vakkundige beheersing en vanuit een logisch perspectief, onderzoekt het theater van Vivarium Studio de turbulenties van een onrustige geest. De kloof tussen een gestructureerd denken dat op een concrete en tegelijk zintuiglijke manier de ketting van oorzaak en gevolg beschrijft, en een mogelijk vormloos denken, is wat dit theater haar kracht geeft. Het brengt de toeschouwer tot leven in een andere wereld; alsof hij ontwaakt na een min of meer lange verdoving en de handelingen kan volgen zonder ze helemaal te begrijpen. Maar laat het duidelijk zijn, de voorstellingen van Vivarium Studio, gaande van La Démangeaison des ailes, dat over vluchten gaat, tot de vreemde onemanshow L’effet de Serge en D’après Nature, een soort woudversie van de watergevechten van Greenpeace activisten, geven geen antwoorden. Daarentegen beschikt Vivarium Studio - en dat is het meest optimistische kenmerk van hun werk - over het vermogen om een andere wereld te scheppen, met eenvoudige handelingen en alledaagse voorwerpen, die gebruikt worden op een onconventionele manier. De kindertijd is nooit ver weg als Serge zijn “effecten” creëert. In zijn benauwde appartement krijgt het avontuur vorm met koplampen, kartonnen dozen, drie fonkelende, magische kerkkaarsen en een streepje muziek. En nochtans zijn het wanhoopsignalen die we tussen de heisa opvangen. Het fascinerende aan het theater van Philippe Quesne is dat het “overeind blijft”. Zijn stukken zijn vreemd genoeg levend; net het omgekeerde van iemand waarvan men zegt dat “hij te zwak is om overeind te staan”. Dat is hun originaliteit, kracht en spanning. Wat niet in toom kan worden gehouden, krijgt zo betekenis en veroorzaakt, naast het evidente gelach en vermaak, een gevoel van malaise en de nood om dingen in vraag te stellen. De verwondering die we ervaren, kan verklaard worden door het feit dat we in het theater gewend zijn om de dingen te bekijken vanuit het standpunt van de doden. We zeggen trouwens: “in de huid kruipen van het personage”. Niets te vrezen dus in deze voorstellingen, waarvan de houdbaarheidsdatum het einde van de voorstelling is. Wanneer Philippe Quesne ons kijken verstoort door het realisme van de enscenering, het spel van de acteurs, de dierlijke aanwezigheid of die van natuurelementen, geraakt onze gewaarwording in de war, want het levende lijkt te overheersen en dat verontrust ons. De acteurs maken zich los van de dode scène, ze schikken zich in de ruimte, met de ongedwongenheid en concentratie van iemand die gevangen zit in zijn eigen universum. Het lijken wel buitenaardse wezens of geesten in een grot met een bijzonder vreemd karakter. Vreemd en verontrustend, en toch keren we telkens terug. Het werk van Philippe Quesne onderstreept immers, ondanks of eerder dankzij het gemak in bewegingen en sequenties, vooral de bezorgdheid om onze maatschappij en zelfs ons vermogen tot menselijkheid. Aude Lavigne, vertaling Sofie Bertels THE THEATRE OF VIVARIUM STUDIO Perfectly staged, skillfully tuned, the theatre of Vivarium Studio traces with a logical perspective the turbulences of an unsettled mind. The interval between a form based on structured thought, articulating clearly and perceptively the chain of cause and effect – and something formless encompassing possible thought – is what gives this theatre its strength, re-awakening the spectator in another world, as if emerging from some kind of anesthesia in which he can follow the action without entirely comprehending it. But let us be clear, the works of Vivarium Studio, ranging from La Démangeaison des ailes [The Itching of the wings] which is about taking flight, to L’Effet de Serge, a strange, false one man show, as well as to D’après Nature, a woodsy equivalent of the aquatic battles fought by the ecologists of Greenpeace on their ship – do not offer us any facile answers. What they find “playable,” the most optimistic feature of this work, is its capacity to catapult us into another world, developing simple actions using everyday objects, used in ways that are clearly outside their -- and our comfort zone. And Serge finds some of its “effects” from inside the world of childhood. In a cluttered apartment space, the adventure unfolds using car headlights, cardboard boxes, three flickering magic candles and a little music – yet there are also distress signals which waft toward us in between the cries of the waves. The theatre of Philippe Quesne has one fascinating aspect, in that it “stands up,” exactly the opposite of someone about whom they say, “he can’t stand up any more,” his pieces are curiously focused on the side of the living, deploying all his strength, his originality and his tension. All of this converges to validate that which cannot be mastered, creating – along with the evident amusement and the laughs, a sensation of malaise, a need to ask questions. This experience can b explained because we are used to looking more at the dead. We even say, “to get inside the skin of the character.” So there’s nothing to worry about in these performances, as their expiration dates happen to be at the performances’ end. When Philippe Quesne twists our vision, working with the realism of scenic presence, with the acting of the performers of Vivarium Studio, an animal presence, or that of certain elements of nature, our perception is troubled, because the living are somehow swarming and we are taken aback. These actors overflow what we call the dead stage, adapting themselves to the space with the detachment and concentration of someone caught in his own private universe. They’re like extra-terrestrials, or strange ghosts we might glimpse in a far off grotto. The work is thus odd, troubling, but we come back to it again and again, thanks to Philippe Quesne’s apparent ease in movement and sequencing, highlighting the concerns we have about our social organisation, about our capacity to be human. Aude Lavigne, translated by Sara Sugihara ENTRETIEN AVEC PHILIPPE QUESNE Propos recueillis par Marion Siéfert (avril 2013) Quel a été le point de départ de cette nouvelle création Swamp Club? Le point de départ de Swamp Club est comme pour les autres pièces du Vivarium Studio, l'envie de poursuivre notre "saga" qui a débuté il y a près de dix ans avec le premier spectacle La démangeaison des ailes. J'ai la chance de travailler avec un groupe qui m'accompagne dans les différents projets depuis le début, un peu comme un "Club". Nous passons du temps ensemble et c'est toujours une écriture qui s'invente lors du processus de répétitions. Certains comme Gaëtan Vourc’h ou Isabelle Angotti sont quasiment devenus des personnages récurrents de nos créations. Pour Swamp Club, je voulais réactiver cette idée de communauté artistique indépendante et j'ai songé à une fable, dans une atmosphère de conte urbain fantastique : un centre d’art construit au-dessus d’un marais reçoit des artistes de plusieurs pays en résidence. Un groupe qui s’intéresse à la charge qui nous revient de rester autonomes, de créer, et de continuer à inventer les moyens de son indépendance. On y coule a priori des jours heureux, mais on y vit aussi avec la conscience de la menace... Il y avait aussi l'envie de proposer à un quatuor à cordes de nous rejoindre dans chaque ville de tournée, pour donner à la pièce une tonalité opératique. Pourquoi avoir situé ce centre d’art dans un marécage? J’ai toujours aimé plonger mes pièces dans des espaces de terrarium, propices à l’observation des «espèces », des lieux insolites ou des paysages artificiels, comme le terrain de neige en coton pour La Mélancolie des dragons. Le marécage trouve son origine au terme de Big Bang, notre dernier spectacle, qui se terminait dans un bassin, entre une ambiance de fin du monde et de studio de cinéma. Cette nouvelle création reprend quelques années plus tard, des herbes et des plantes aquatiques ont poussé, le lieu est devenu un étang incertain. Un bâtiment vitré posé sur pilotis semblable à un vaisseau spatial, permet de prendre de la hauteur, on y est comme entre deux mondes, hors sol. Le marécage est également un lieu "purgatoire" porteur d’une imagerie métaphorique forte. Il peut être l'espace de la mélancolie, de la rêverie ou bien de l’inertie de l’humain, de son incapacité à entreprendre. Swamp Club est un projet qui célèbre les dix ans de Vivarium Studio. Nombre de vos spectacles simulent une dramaturgie performative du « spectacle en train de se faire ». La pièce est-elle un retour sur ces dix ans de création? Oui Swamp Club marque symboliquement les dix ans de la compagnie, un peu comme la dernière partie d’une grande fresque, ou la première d’une nouvelle saga. J’ai fondé le Vivarium Studio pour triturer des thématiques, et utiliser la scène de théâtre pour reconstituer des micromondes qui placent le spectateur en observateur d'un milieu naturel. J'aime y mettre en scène des gens qui expérimentent la relation à des dispositifs scéniques, à des objets, des matériaux, et qui se cherchent une place "poétique" sur terre, face aux enjeux confus du monde contemporain. À travers cette histoire d’un utopique centre d’art menacé par un projet urbain, que voulezvous dire sur notre époque et la façon dont la gestion politique menace les lieux de création artistique? Un centre d’art et de résidences représente avant tout un refuge, un lieu où l'on peut prendre le temps, un peu hors du monde. C'est un espace relativement utopique à notre époque de rentabilité de l'art ou de la vitesse des échanges. Je pense que, si l’on veut défendre la liberté artistique, il faut réinventer des systèmes parallèles, et préserver la richesse et la singularité de nombreux lieux de culture. Pour Swamp Club, j’avais vraiment envie que l’on puisse ressentir qu’une résistance peut se mettre en place, notamment par les moyens du théâtre. Dans La Mélancolie des dragons, vous avez déclaré avoir rêvé autour de cette interrogation de Jean Starobinski : « L’attitude mélancolique ne peut-elle pas aussi s’entendre comme une mise à distance de la conscience face au désenchantement du monde ? » Avec Swamp Club, êtes vous passé de la mélancolie à la révolte? La mélancolie est un état qui me passionne, souvent associé à l’artiste ou à l’amoureux, c’est-àdire à une personne qui attend soit l’inspiration, soit l’exaltation, capable de lui faire oublier sa condition d’être humain. Un tableau de Bruegel, Patientia, a constitué l’une des premières sources d’inspiration de Swamp Club. Je me suis interrogé sur ce que signifie être « patient » dans ce monde grouillant. Je voulais reprendre à mon compte ce terme pour porter sur scène, de façon poétique, l’image idéaliste d’un engagement et non d’une résignation. Pour moi, c'est important de mettre en scène un groupe d'individus qui arrivent à s'accorder, sans avoir la prétention de donner des leçons ou de trouver des solutions à ce qui nous arrive politiquement et écologiquement. Mes "personnages" sont plutôt des humains qui tentent de ralentir la vitesse du monde dans lequel on vit, pour en profiter ensemble, au moins le temps d’un spectacle… Coming soon Ivana Müller We are still watching / In Common As part of our programme on ‘the collective’, we present two productions by Müller – and both on the same evening. The fundamental question they ask is what happens when people come together, how do we relate to and in a group? In the production In common the audience is the observer and in We are still watching it is the participant. We are still watching - performance - 28/2 - 19:00 & 22:00 - Kaaitheater In Common - performance - 28/2 - 20:30 - Kaaitheater Kaaitheater is supported by
© Copyright 2024 ExpyDoc