In dit plan staan niet de dagelijkse werkzaamheden van de

Zienn gaat verder
Jaarplan 2014
Een verhaal heeft altijd meer kanten. Zeker de
verhalen van de mensen voor wie Zienn er is.
Wij kijken naar ál die kanten. Kijken verder.
Vragen verder. Gaan verder. Zo dragen we bij
aan kansen voor mensen. Want hoe complex
een situatie ook is, hij is nooit uitzichtloos.
Inhoud
DE WERELD OM ONS HEEN..................................................................................................................... 4
HIER KIEZEN WE VOOR............................................................................................................................ 5
DIT GAAN WE DOEN: SPEERPUNTEN.................................................................................................. 5
DE ACHT THEMA’S VAN ZIENN.............................................................................................................. 8
De wereld om ons heen
De maatschappelijke opvang staat aan de vooravond van grote veranderingen. Met de
nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zijn gemeenten vanaf 2015
verantwoordelijk voor de begeleiding en ondersteuning van mensen die niet op eigen
kracht kunnen deelnemen aan de samenleving. Ook onze doelgroep - mensen met
meervoudige en complexe problemen, die dak- en/of thuisloos zijn of dat dreigen te
worden - krijgt te maken met deze wet.
Gemeenten en instellingen bereiden zich al langer voor op de overdracht van de
verantwoordelijkheden vanuit de AWBZ naar de Wmo. Naar het voorbeeld van Leeuwarden
(Amaryllis) ontstaan ook in andere gemeenten zogenoemde wijk- of gebiedsteams die
werken volgens de principes van 'Welzijn Nieuwe Stijl' (zie kader). Op deze manier hopen
gemeenten de begeleiding van sociaal kwetsbare mensen sneller, effectiever en goedkoper
te kunnen organiseren. De centrumgemeenten Groningen, Leeuwarden, Assen en Emmen
houden naar verwachting hun (financiële) verantwoordelijkheid voor de maatschappelijke
opvang in hun ‘eigen’ regio. Toch zullen gemeenten – en dus ook instelling zoals wij - meer
moeten gaan doen met minder geld.
De acht principes van Welzijn Nieuwe Stijl
1.
Gericht op de vraag achter de vraag
2.
Gebaseerd op de eigen kracht van de burger
4.
Formeel en informeel in optimale verhouding
6.
Integraal werken
8.
Gebaseerd op ruimte voor de professional
3.
5.
7.
Direct er op af
Doordachte balans van collectief en individueel
Niet vrijblijvend, maar resultaatgericht
Wat betekenen deze veranderingen voor ons? Een deel van het ambulante werk krijgt een
plek in de wijk- of gebiedsteams. Aan die overdracht werken we actief mee. Zo kunnen we
bijdragen aan de kwaliteit van de teams. Daarmee voorkomen we dat cliënten zich via een
omweg alsnog bij onze opvang melden. Wel zetten we als Zienn stevig in op het behoud van
een 'tweedelijns' specialistische functie.
Onze opvangvoorzieningen en woonlocaties staan voorlopig niet ter discussie. Vriend en
vijand zijn het er over eens dat we een kwalitatieve goede basisvoorziening bieden voor een
zeer diverse populatie. En dat deze opvang en huisvesting niet méér te decentraliseren zijn
dan nu al het geval is. De samenstelling van de doelgroep kan de komende jaren wel
veranderen.
Jaarplan Zienn 2014
4
Als reactie op de komende veranderingen zien we in aanpalende sectoren schaalvergroting
optreden. Collega-instellingen zoeken elkaar op en concentreren hun dienstverlening in
grotere gehelen. Deze ontwikkelingen biedt kansen voor Zienn. Instellingen worden groter
en hun flexibiliteit en wendbaarheid neemt hoe dan ook af. Door onze bescheiden omvang
blijven wij flexibel en wendbaar. We kunnen snel en slim organiseren.
Hier kiezen we voor
De huidige externe ontwikkelingen vragen om duidelijke keuzes. Waar staat Zienn nu echt
voor? Waarin onderscheiden we ons?
Terug naar de kern. Dat is in vier woorden waar we voor kiezen. We profileren Zienn als dé
specialist in opvang, ondersteuning en huisvesting van mensen met meervoudige en
complexe problematiek. Het gaat om mensen die dak- en/of thuisloos zijn of dat dreigen te
worden. Daarmee kiezen we dus niet voor de ontwikkeling naar een veel breder
'welzijnsprofiel'.
Deze keuze is natuurlijk belangrijk en werkt door in alles wat we in 2014 gaan doen. Aan de
andere kant betekent deze keuze niet dat we wezenlijk andere onderwerpen oppakken. De
zaken die we de afgelopen jaren hebben opgepakt - denk aan regionalisering,
resultaatverantwoordelijk werken en herstelwerk - blijven relevant. Wel gaan we ons in de
uitvoering dus meer dan voorheen richten mensen met zeer complexe problemen. Dat is
waar we voor kiezen!
Dit gaan we doen: speerpunten
We gaan ons specialiseren
Op dit moment werken we voor een brede doelgroep. Daardoor doen we veel wat anderen
ook kunnen en doen. We willen ons meer van andere aanbieders onderscheiden. Activiteiten
die niet tot onze kerntaak behoren, gaan we overdragen. We gaan ons dus specialiseren. In
ondersteuning van cliënten die niet bij andere organisaties kunnen aankloppen. Cliënten die
hulpverleners van andere organisaties in ‘handelingsverlegenheid’ brengen en zo via een
omweg weer bij ons terugkomen. Mensen zonder dak of thuis die kampen met zeer
complexe problemen en veroordeeld zijn tot een leven in de marge van onze samenleving.
Deze mensen ‘passen’ niet in het stramien van veel reguliere aanbieders van zorg en
ondersteuning. Ze ‘passen’ misschien ook niet in een sociaal wijkteam. Ze passen wel bij
Zienn. Voor deze groep zijn wij het vangnet. Wij gaan door waar anderen stoppen. De
komende periode onderzoeken we welke gevolgen specialisatie heeft voor onze organisatie.
We werken samen met de cliënt
Jaarplan Zienn 2014
5
De cliënt is leidend in het hulpverleningsproces. Met alles wat wij doen willen we bijdragen
aan een optimale kwaliteit van zijn of haar leven. Hoe dat eruitziet, bepaalt de cliënt die als
het ware 'medeproducent' is van de hulpverlening. Daarom werken nog meer samen met de
cliënt in Medezeggenschap Nieuwe Stijl (MNS). Ook maken we gebruik van
ervaringsdeskundigen. Dit zijn mensen die de ervaring van cliënt hebben en die kunnen
overstijgen. Zij kunnen kwetsbare burgers soms beter bereiken dan professionals en
daardoor de begeleiding toegankelijker maken. Bovendien groeien de ervaringsdeskundigen
zelf als persoon als zij hun talenten en ervaringen kunnen inzetten. Door meer
medezeggenschap, waarmee we de afgelopen periode al ervaring hebben opgedaan, maken
we onze hulp echt cliëntgestuurd.
We versterken het lokale netwerk
We denken en doen lokaal. Dat betekent dat het van de lokale situatie afhangt hoe de
expertise van Zienn het beste kan worden ingezet. Maatwerk dus. Dat vraagt van ons dat we
regionaal en lokaal zichtbaar en actief zijn. We bieden de ondersteuning die het best past bij
de lokale situatie. De zichtbaarheid van de regio’s is de afgelopen periode al verbeterd. Daar
gaan we mee door.
We investeren in medewerkers
Als specialist onderscheiden we ons met kennis, expertise en innovaties. Logisch dus dat we
investeren in de talenten van medewerkers en zorgen dat deze op de juiste plek in de
organisatie worden ingezet. De afgelopen periode hebben we veel ervaring opgedaan met
resultaatverantwoordelijk werken (RVW). Tegelijkertijd zullen we flexibel en wendbaar
moeten zijn. De aandacht voor mobiliteit is en blijft dus een belangrijk onderdeel van ons
personeelsbeleid.
We werken volgens de principes van herstelwerk
Met onze krachtgerichte basismethodiek investeren we in de eigen kracht van kwetsbare
mensen. We willen dat cliënten hun leven weer zoveel mogelijk in eigen hand nemen. Deze
basismethodiek gaan we uitbouwen waarbij we werken volgens de principes van
Herstelwerk. Dit betekent onder meer dat we aansluiten bij de ‘hulpbronnen’ in de
samenleving en dat we werken in de ‘natuurlijke’ omgeving – dus niet op kantoor. We laten
de cliënt zelf weer zijn mogelijkheden onderzoeken en stralen als begeleider hoopgevend
gedrag uit. We nemen cliënten serieus door ze indien nodig te confronteren. Samen met de
cliënt streven we naar burgerschap. Krachteninventarisaties en actieplannen moeten
natuurlijk goed op orde zijn. Niet als doel op zich, maar als belangrijke hulpmiddel bij het
herstellen van de eigen regie van cliënten.
Jaarplan Zienn 2014
6
We gaan de interne communicatie verbeteren
De interne communicatie kan en moet beter. Dat blijkt onder andere uit het onderzoek naar
tevredenheid onder medewerkers. We gaan kijken welke knelpunten er zijn en hoe we die
kunnen oplossen.
We verbeteren onze ICT
We gaan de komende tijd onderzoeken of onze huidige ICT-infrastructuur nog wel aansluit
bij wat we willen en nodig hebben. Zo zijn er allerlei nieuwe technologieën en mobiele
toepassingen die de cliëntondersteuning gemakkelijker kunnen maken. Daarbij blijft
belangrijk dat ICT betrouwbaar is, continu werkt en veiligheid biedt tegen virussen en
ongewenste toegang.
We verminderen de administratieve last
We kunnen mogelijk iets doen aan het verminderen van de administratieve last. Toch hebben
we niet alles in eigen hand. Er zijn veel regels op ons van toepassing die de overheid ons
oplegt - met de daarbij behorende administratieve druk. Wel gaan we onderzoeken of we
intern alles wel goed, efficiënt en met zo weinig mogelijk administratie hebben
georganiseerd.
We optimaliseren de ondersteuning van het primair proces
Hiervoor gaven we al aan dat de ondersteuning van cliënten bij voorkeur zo decentraal
mogelijk moet worden georganiseerd. De organisatie komt meer ‘op zijn kop’. Cliënt en
medewerker – kortweg: het primaire proces - zijn bepalend voor wat er binnen Zienn
gebeurt. Maar wat doen we dan nog centraal? Op die vraag gaan we een antwoord zoeken.
Zo zouden de centrale afdelingen zich meer als expertisecentrum kunnen gaan profileren.
De afgelopen periode is de ondersteuning van het primair proces regelmatig besproken.
Zaken zijn al sterk verbeterd. Zo zijn er veel meer directe lijnen tussen de hoofden en de
ondersteunende diensten.
Jaarplan Zienn 2014
7
De acht thema’s van Zienn
Voor 2014 gaan we uit van de volgende acht thema’s:
1. De cliënt is leidend en doet op alle niveaus mee . Dit betekent het verder ontwikkelen van
Medezeggenschap Nieuwe Stijl (MNS) voor cliënten en het inzetten van
ervaringsdeskundigheid.
2. Optimaliseren van methodisch werken. Het verder ontwikkelen van Herstelwerk:
aanpassen aan wat lokaal nodig is en mogelijk ook verkennen van andere methodieken
die we als aanvulling hierop kunnen inzetten.
3. Ontwikkelen naar kerntaken. We gaan nader specificeren wat dit inhoudt. Wat is
complex? Waar zijn we specialist in? Hier hoort ook een professionele cultuur bij.
4. Verder ontwikkelen van resultaatverantwoordelijk werken. Bovendien investeren we in
een personeelsbeleid gericht op duurzame inzetbaarheid en flexibiliteit.
5. Versterken van lokale entiteit. Dit betekent ook dat we een antwoord zoeken op de vraag
in hoeverre dit in alle regio’s nodig en mogelijk is. Wat is bijvoorbeeld de toegevoegde
waarde van Zienn in de regio? Hoe kunnen we onze ondersteuning afstemmen op de
principes van Welzijn Nieuwe Stijl? Betekent dit voor ons krimp of groei? Ook belangrijk
is de vraag hoe we de ondersteuning door stafafdelingen kunnen aanpassen aan de
lokale behoefte?
6. Optimaliseren van interne communicatie. Hoe zorgen we ervoor dat we elkaar beter
weten te vinden en verstaan?
7. Vergroten van de efficiëntie in het primair proces . We kijken nog eens kritisch naar de
administratieve druk en de interne communicatie. Belangrijk is ook een ICT-structuur die
niet alleen goed werkt, maar medewerkers ook ondersteunt in hun werk. Denk hierbij
ook aan het gebruik van allerlei toepassingen op het gebied van e-health.
8. Aanpassen van de huidige regio-indeling. We kiezen voor meer specialisatie en het
herinrichten van de topstructuur.
Jaarplan Zienn 2014
8