VWO 4, 5 en 6 ~ 2014-2017 - PTA: TEKENEN Inleiding: Het vak TEKENEN bevat Theorie- en Praktijklessen. De Theorie bestaat uit Kunstgeschiedenis en Kunstbeschouwing. De kunstgeschiedenis bestuderen we uit het boek ‘ Kunst op niveau’ , in het overzicht afgekort als KON. Bij de beeldbeschouwing gebruiken we het boek’ Beeldende Begrippen’ , afgekort met BB. De praktijklessen zijn opgebouwd vanuit de verschillende opvattingen waar kunst over kan gaan. Aangeduid met Kunst= …. Examendossier: De leerling houdt zelf het examendossier bij. Daarin zitten de toetsen, de praktische opdrachten, het resultaat van het PWS, kortom al het werk dat meetelt voor het schoolexamen cijfer. Toetsing en weging: Regels en afspraken: Overige zaken: Wanneer een leerling zijn praktijkwerk niet binnen de lessen af krijgt, zal hij deze in eigen tijd of tijdens BZ uren moeten maken. De leerling heeft bij de theorielessen altijd de boeken KON. en BB mee en ook een schrift. Daarbij draagt hij er zelf zorg voor om zijn huiswerk in te leveren en om gemist werk in te halen bij ziekte. Elk periodecijfer bestaat uit zowel een praktische opdracht als een theoretische toets. De theorie en de praktijk tellen even zwaar voor het SE. Het Centraal Schriftelijk Examen in mei (CSE) bestaat uitsluitend uit theorie en telt even zwaar mee als het Central Praktisch Examen (CPE) in januari t/m april. Overzicht per periode: periode slu lestijd per week 44 2 x 60 44 2 x 60 44 2 x 60 44 2 x 60 P 4.1 P 4.2 P 4.3 P 4.4 P 5.1 44 2 x 60 Onderwerp / leerstof KON Klassieke oudheid, blz. 7- 17 KON Samenvatting over blz. 18 - 29 KON Middeleeuwen, blz. 30- 40 BB Algemeen, blz. 7- 19 BB Voorstelling, blz. 44- 59 KON Renaissance en Manierisme, blz 41- 51 KON Barok, Rococo, blz. 52 – 58 BB Grafiek, blz. 126- 131 BB Ruimte, blz. 91- 102 KON Neo-classicisme blz. 59 – 63 KON Romantiek – Realisme blz. 64 - 72 BB Vorm blz. 78- 90 BB Kleur : 60 - 71 KON Impressionisme, Pointillisme, Post Impressionisme, Symbolisme ,Arts en Crafts,Jugendstil, Art Deco KON blz. 73- 88 KON Expressionisme blz. 89 – 94 BB Compositie blz. 104-109 BB Grafische vormgeving blz. 132-134 KON Kubisme, Futurisme, De Stijl, Constructivisme, Functionalisme, Bauhaus blz. 95- 115 BB Kleur en licht, BB blz. 60- 77 BB Materiaal en technieken BB. Blz. 110- 125 Toetsing Ja/nee Ja Praktische opdrachten, handelingsdeel Kunst = illusie Tekenen/schilderen naar de waarneming Toetsing opdrachten ja/nee Ja Ja Kunst = een ambacht Linometamorfose Ja Ja Kunst = associëren Thema opdracht Ja Ja Ja Kunst = een visie ontwikkelen Stereotypes, het beeldende proces van de kunstenaar Kunst = Waarnemen Modeltekenen Ja Ja P 5.2 44 2 x 60 44 2 x 60 P 5.3 P 5.4 40 P 6.1 44 2 x 60 44 2 x 60 44 2 x 60 P 6.2 P 6.3 examen CSE CPE KON Dada, Surrealisme, Nw. Zakelijkheid, Magisch realisme, Abstract Expressionisme blz. 116- 131 BB Materialen, BB blz. 135-151 KON Pop Art, Nouveaux Realisme, Fotorealisme, OpArt, Architectuur na ’45 Conceptuele kunst, Arte Povera, Neoexpressionisme, Graffiti, Post modernisme, Toegepaste vormgeving, Mode, Nieuwe Media, Hedendaagse Kunst, Zappend door de Kunstgeschiedenis blz. 132- 165 BB Architectuur blz. 164- 175 BB Toegepaste vormgeving blz. 176- 184 BB Stromingen blz. 20- 43 Examentraining Examen HAVO Eigentijdse kunst verdiepping. KON alles blz. 7 - 165 BB alles 7 - 184 Eigentijdse kunst verdiepping. KON alles blz. 7 - 165 BB alles 7 - 184 Examenonderwerp. Reader met specifieke teksten Presentaties leerlingen Examenvragen Examenonderwerp. Reader met specifieke teksten Presentaties leerlingen Examenvragen Kunst = Abstract Ja Ja Ja Ja Kunst = communiceren Affiche Sire Kunst = Interpretatie Naar de meesters Ja Ja Ja Van Krabbel tot Knallen Het beeldende proces van de kunstenaar van A-Z Ja Ja Van Krabbel tot Knallen Het beeldende proces van de kunstenaar van A-Z Ja Ja Praktijkexamen CPE CSE CPE Weging: OC4 = overgangscijfer 4 OC5 = overgangscijfer 5 GTVWO4 = gemiddelte toetscijfer vwo 4 GTVWO5 = gemiddelde toetscijfer vwo 5 TG = Toetsgemiddelde vwo4 ,5 en 6 a. Overgangscijfer (=OC4) VWO 4 naar VWO 5: Toetsgemiddelde V4: (TP41 + TP42 + TP43 + TP44) / 4 = GTVWO4 (=OC4) b. Overgangscijfer (=OC5) VWO5 naar VWO6: Toetsgemiddelde V5 ( GTVWO4 + TP55 + TP56 + TP57 + TP58) / 5 = GTVWO5 (=OC5) c. Schoolexamencijfer (= SE) (GTVW04+ TP55 + TP56 + TP57 + TP58 + 2.TP69 + 2.TP610 + 2.TP611) / 11 = TG (=SE) De toetsen van vwo 4 tellen als 1 gemiddelde mee De toetsen van vwo 5 tellen 1x mee De toetsen van vwo 6 tellen 2x mee
© Copyright 2024 ExpyDoc