download - EC-LINC

Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Inleiding
Deze nota is onderdeel van het Europese project EC-LINC (Energy Checks
for Low Income Housholds) waaraan KOMOSIE deelnam samen met 6
andere Europese partners uit 5 landen. Het project liep van 15 april 2011
tot 15 februari 2014. Meer info op www.ec-linc.info.
Het doel van deze brochure is de essentiële basisinfo voor uitvoerders van
de energiescans en ruimer het sociaal dakisolatieproject (SDIP) te
bundelen (inhoud, toeleiding, rapportering, tools, …). We lichten
praktijkvoorbeelden toe en bundelen de belangrijkste lessons learned uit
het pilootproject in het kader van EC-Linc. We vangen aan met een stuk
context en evolutie.
De energiescan: context en evolutie
De uitvoering van gratis energiescans is onderdeel van de sociale
openbare dienstverplichtingen van de netbeheerders (DNB). Er is één
unieke uitvoerder van de energiescan per gemeente. De gemeente
bepaalt zelf wie dit is. De laatste jaren heeft de huishoudelijke
energiescan een sterke evolutie doorgemaakt.

2007-2011: De DNB zijn verplicht een huishoudelijke energiescan te
laten uitvoeren bij 1% van de huishoudelijke afnemers (=20.000
huishoudens). Die scans worden bij voorkeur uitgevoerd bij
kwetsbare huishoudens maar in de praktijk worden deze huishoudens
eerder moeilijk bereikt.

2012: Het contingent daalt en de DNB zijn nog verplicht om een
huishoudelijke energiescan te laten uitvoeren bij 0,5% (=10.000
huishoudens) van de huishoudelijke afnemers. Daarnaast kunnen
onbeperkt scans worden uitgevoerd bij de kwetsbare doelgroep die
wordt afgebakend aan de hand van 6 categorieën (zie later).

2013: De DNB zijn verplicht om een huishoudelijke energiescan te
laten uitvoeren bij 0,25% van de huishoudelijke afnemers (=5.000
huishoudens). Daarnaast kunnen onbeperkt scans worden uitgevoerd
bij de kwetsbare doelgroep die wordt afgebakend aan de hand van 6
categorieën.

Vanaf 2014: Er is geen verplicht contingent meer. De DNB zijn niet
langer verplicht om een vastgelegd aantal energiescans te realiseren.
Er kunnen onbeperkt scans worden uitgevoerd bij de kwetsbare
doelgroep die wordt afgebakend aan de hand van nu 7 categorieën.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Parallel met de evolutie in de doelgroep, evolueren zowel het instrument
van de energiescan zelf als de uitvoerders ervan mee:

De minimale criteria van de energiescan wijzigen vanaf 1 februari
2014. Hierdoor worden de basis- en opvolgscan type 1 (OSt1) meer
en meer een instrument op maat van kwetsbare huishoudens dat de
opstap is voor verdere structurele maatregelen om deze doelgroep te
behoeden voor energiearmoede.

De Energiesnoeiers (ES) (die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering
van de huishoudelijke energiescans in meer dan 75% van de
gemeenten) worden meer en meer als belangrijke partner in de strijd
tegen energiearmoede en bouwen in dat kader een ruimer aanbod
aan dienstverlening uit. Voorbeelden zijn: promotor SDIP (in 90%
van de gemeenten), intensieve energiebegeleidingen, dakisolatie etc..
Hierdoor worden de ES een belangrijke schakel in de lokale sociale
kaart energiearmoede.
Energiescans
SDIP
Ook in andere landen zijn er gelijkaardige initiatieven. Met de StrumSparCheck werden sinds 2008 in Duitsland 50.000 kwetsbare huishoudens
bereikt. De StrupSparCheck bestaat typisch uit 2 huisbezoeken. Tijdens
het 2e bezoek ontvangt men een spaarpakket. Ook in dit project worden
werkzoekenden opgeleid om energieadviseur te worden. Het project is
dus in vele opzichten gelijkaardig aan het Vlaamse scenario.
Omschrijving van de energiescan
In Vlaanderen zijn er 3 types energiescan: de basisscan, de opvolgscan
type 1 (OSt1) die een begeleidingstraject is op maat van kwetsbare
huishoudens, en een opvolgscan type 2 (OSt2) die gericht is op grotere
energiebesparende investeringen.
De basisenergiescan
Een basisenergiescan bevat:

Een
eenvoudige
maar
grondige
doorlichting
van
de
energiesituatie van de woning aan de hand van een vragenlijst. Op
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014




basis daarvan worden aan de bewoner energietips op maat gegeven.
De vragenlijst wordt achteraf ingegeven in de software van de DNB
en eventueel eigen software van het scanbedrijf.
De installatie van energiebesparende maatregelen ter waarde
van gemiddeld €20. De energiescanner maakt (eveneens op basis
van de checklist) een inschatting welke maatregelen het meest
relevant en zinvol zijn. Al tijdens de basisscan is het uitgebreide
pakket van maatregelen mogelijk: spaarlampen, spaardouchekop,
radiatorfolie, buisisolatie, timer op keukenboiler, verdeeldoos met
schakelaar, tochtstrips, ontluchten van radiatoren, bijstellen van de
kamerthermostaat. Belangrijk is dat de maatregelen daadwerkelijk
door de scanner geïnstalleerd worden ter plaatse.
Een leveranciersvergelijking (V-test) en een genuanceerd
advies over de meest geschikte energieleverancier. In kwetsbare
gezinnen is het nodige materiaal om een V-test uit te voeren niet
vanzelfsprekend aanwezig. Het
gebruik van tablets of laptop met
internetverbinding
is
daarom
aangewezen. Omdat er vaak geen
energiefactuur aanwezig is tijdens
de basisscan, is het ook belangrijk
dat energiescanners rechtstreeks
de
verbruiksgegevens
kunnen
opvragen bij de DNB, bij voorkeur
via een vast contact en/of
rechtstreeks telefoonnummer.
De premies voor energiebesparende maatregelen waar de bewoner
recht op heeft worden toegelicht.
Inschatting van de mogelijkheden voor een opvolgscan (type 1 of
type 2)
De opvolgscan type 1
De OSt1 wordt uitgevoerd als uit de basisscan blijkt dat de bewoner
gebaat is bij verdere begeleiding op maat. De OSt1 is dus een
begeleidingstraject op maat van de kwetsbare doelgroep.
Hiermee wordt ook ingespeeld op de behoefte die zowel begunstigden van
een energiescan als energiescanners zelf bij evaluatie signaleerden, nl.
dat het belangrijk is om langdurige begeleiding te kunnen geven en/of
krijgen na de basisscan. Concreet moeten minstens 4 van de 6 modules
kunnen worden uitgevoerd en relevant zijn voor de bewoner. De
mogelijke modules zijn:
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
1. Actieve begeleiding bij het veranderen van energieleverancier
2. De uitvoering van tijdsintensieve energiebesparende maatregelen
3. Toelichting van sociale rechten en energiepremies
4. Evaluatie en herhaling van de tips uit de basisenergiescan
5. Onderzoek na vaststelling van abnormaal energieverbruik
6. Controle van de energiefactuur
Tijdens een OSt1 worden minimum 4 modules uitgevoerd. KOMOSIE
bundelde hulpinstrumenten die de uitvoering van deze scan ondersteunen
zoals steekkaarten van de sociale maatregelen, stappenplan voor de
overstap van leverancier, uitleg bij de werking van de budgetmeter, etc.
De opvolgscan type 2
De opvolgscan type 2 (OSt2) is een begeleidingstraject naar grote
energiebesparende investeringen. Er zijn 3 mogelijkheden:

2A: in functie van het plaatsen van dakisolatie indien geen dakisolatie
aanwezig is.

2B: in functie van het plaatsen van HR-beglazing indien niet overal
dubbele beglazing aanwezig is.

2C: in functie van het plaatsen van een energiezuinige
verwarmingsketel indien er geen efficiënte verwarmingsketel
aanwezig is.
Tijdens dit bezoek worden alle meetgegevens verzameld die nodig zijn
voor het plaatsen van desbetreffende maatregel. Er worden ook offertes
aangevraagd bij minstens 3 aannemers. De bewoner krijgt verder gratis
begeleiding bij de uitvoering van de werken en het aanvragen van de
premies nadien.
De opvolgscan type 2A kan worden geïntegreerd in een SDIP begeleiding
(zie later). Een combinatie van een opvolgscan type 2A met een
begeleiding in het kader van SDIP is aan te raden voor de dossiers
waar de promotor zelf niet de isolatie plaatst. In dat geval kan namelijk
een deel van de begeleidingskost worden gerecupereerd via een OSt2A.
Dit is wenselijk gezien de hoge kost van het begeleidingsproces.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Sociaal dakisolatieproject
Sinds 2012 voorziet de Vlaamse Overheid
een extra hoge premie van €23/m² voor
de
plaatsing
van
dakisolatie
in
huurwoningen op de private huurmarkt
die
worden
verhuurd
aan
een
afgebakende, kwetsbare doelgroep. De
uitbetaling van deze extra hoge premie
verloopt altijd via een promotor. Die staat
in voor het maken van afspraken met de
bewoner en eigenaar, het zoeken naar
een aannemer voor de uitvoering, de kwaliteitscontrole, het aanvragen
van premies, etc. De promotor ontvangt de premie en brengt deze in
mindering van de factuur voor de klant (hetzij rechtstreeks, hetzij via een
aannemer). De promotor kan een deel van de premie houden als
compensatie voor de begeleiding. Er zijn verschillende mogelijkheden:

De promotor is ook uitvoerder van de isolatiewerken. De
restfactuur wordt gefactureerd aan de klant. De eventuele kost voor
de begeleiding van het dossier wordt in mindering gebracht van de
premie.

De promotor is geen uitvoerder van de isolatiewerken. Een
combinatie met een opvolgscan type 2 is aangewezen omwille van de
relatief hogere begeleidingskost voor deze dossiers. De promotor
stort (een deel van) de premie door naar de aannemer die de werken
uitvoert.
De financiële afhandeling van SDIP dossiers kan complex zijn, zeker
indien er samengewerkt wordt met externe aannemers. Er zijn
verschillende mogelijkheden om dit aan te pakken. Om het overzicht te
bewaren werkte KOMOSIE voor de ES een leidraad uit maar (verbetering
van) de samenwerking met externe reguliere aannemers blijft een
aandachtspunt. Om deze vlot te krijgen is een tijdige uitbetaling van de
premie voor de afgeronde en ingediende SDIP dossiers belangrijk,
evenals de mogelijkheid om de premie op te splitsen en deels
rechtstreeks uit te betalen aan de aannemer die de werken uitvoert en
deels aan de projectpromotor die het dossier begeleidt.
In
de
praktijk
betrekking tot
waarvoor de
verhoogde premie een belangrijke stimulans is. Voor meer complexe
daken (bijv. platte daken) en daken waar extra werken voor vereist zijn
(bijv. grondige dakrenovatie), blijkt de premie vaak ontoereikend.
zoldervloeren
hebben
of
de
meeste
eenvoudige
SDIP
dossiers
hellende
daken
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Kwetsbare eigenaars komen niet in aanmerking voor de SDIP premie.
Voor hen ontbreken zeker nog de stimuli om over te gaan tot de
investering gezien zij vaak ook geen belastingsvoordeel genieten. Het
risico bestaat dus dat deze kwetsbare eigenaars noodgedwongen in de
minst aangepaste woningen blijven wonen.
De prioritaire doelgroep
Hoe hen te bereiken
Energiescans en SDIP zijn voorbehouden voor een afgebakende
doelgroep. Afhankelijk van de categorie hebben 1 of meerdere toeleiders
contact met of directe toegang tot de gegevens van de doelgroep (zie
kader). Die toeleiders zijn belangrijke partners voor de ES.
Samenwerking met toeleiders is de cruciale succesfactor voor
iedereen die energiescans uitvoert en promotor SDIP is.
Het bereiken van de doelgroepen en het benutten van de verschillende
toeleidingskanalen is een gedeelde verantwoordelijkheid van de DNB,
scanbedrijf, gemeente. Ook de energieconsulenten van de ES worden
ingezet om toeleiding te verbeteren.
(http://www.energiesnoeiers.net/es/energieconsulenten_115.aspx).
Doelgroepen gekend bij de netbeheerders
Vanaf februari 2014 kunnen de DNB adressen waar zij toegang toe
hebben doorgeven aan scanbedrijven en SDIP promotoren die hiervoor
een overeenkomst hebben afgesloten met de DNB én hier uitdrukkelijk de
vraag voor stellen. Deze adressen mogen enkel gebruikt worden in
functie van de uitvoering van huishoudelijke energiescans en SDIP
dossiers. Om deze grote massa aan adressen stelselmatig aan te pakken
werkte KOMOSIE in overleg met de ES, de DNB en VEA een
gestructureerde workflow uit. De adreslijsten worden gefaseerd
bezorgd aan het scanbedrijf/de SDIP promotor. Elk adres wordt slechts
door gegeven aan 1 projectpromotor.
De lijsten volstaan op zichzelf niet om deze doelgroep ten volle te
bereiken. De gegevens kunnen bijv. onvolledig zijn. De ES-bedrijven
zullen dus zelf nog aan de slag moeten gaan om de gegevens, bijv. via de
OCMW’s aan te vullen. De doelgroep is bovendien minder gemakkelijk te
overtuigen en moet dus ook via andere kanalen geïnformeerd worden
over zijn/haar rechten en de meerwaarde ervan. ES moeten dus ook sterk
zijn in het overtuigen van de doelgroep.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Categorieën prioritaire doelgroep
Beschermde klanten
Gezinnen die recht hebben op de sociale
maximumprijzen elektriciteit
Personen voor wie een verzoek tot afsluiting van
elektriciteit of gas werd ingediend bij de Lokale
Adviescommissie (LAC)
Personen met een actieve budgetmeter elektriciteit
of aardgas
De doelgroep van meest behoeftigen van het Fonds
Ter Reductie van de globale Energiekost), nl.

Personen die recht hebben op een
verhoogde
tussenkomst
van
de
ziekteverzekering of het OMNIO-statuut
kregen

Personen die in schuldbemiddeling zitten
(bijv.
via
OCMW
of
CAW)
en
de
verwarmingsfactuur moeilijk kunnen betalen.

Personen in begeleiding van OCMW voor
hulp voor onbetaalde facturen voor gas en
elektriciteit.

Personen
met
een
jaarlijks
bruto
gezinsinkomen
lager
dan
€16.965,47
(verhoogd met €3.140,77 per persoon ten
laste)
Huurders van een woning bij het OCMW, lokaal
bestuur,
sociaal
verhuurkantoor
of
sociale
huisvestingsmaatschappij
Huurders van een woning bij een sociale
huisvestingsmaatschappij.
Zij hebben recht op een gratis energiescan, niet op
de SDIP tegemoetkoming.
Huurders met een geïndexeerde huurprijs van max.
€450
per maand (of €500 in centrumsteden,
grootsteden, of gemeenten in Vlabinvestgebied)
Toeleider
DNB
OCMW
DNB
OCMW
DNB
OCMW
mutualiteiten
OCMW
CAW
OCMW
OCMW
armoedeverenigi
ngen
OCMW
SHM
SHM
Eigenaarssyndicaten,
huurdersbonden
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Doelgroepen gekend bij het OCMW
Het OCMW is als het ware dé belangrijkste toeleider voor de ES. Zij
hebben rechtstreeks contact met een groot deel van de doelgroep.
Daarom worden best goede afspraken gemaakt en een goed contact
onderhouden. Om dat te ondersteunen kan een overeenkomst worden
afgesloten. KOMOSIE maakte voor de ES een voorstel van
overeenkomst. Die overeenkomst:

Zorgt in de eerste plaats voor een eerste toenadering tussen de ES
en het OCMW

Bevat clausules over toeleiding. Een OCMW kan op verschillende
momenten een cliënt toeleiden naar de energiescan. Dit wordt
geformaliseerd met een overeenkomst.

Bevat clausules over rapportering. Door een regelmatige
terugkoppeling over de adressen die worden doorgegeven, worden
medewerkers van het OCMW verder gestimuleerd om adressen aan te
leveren. Enkele ES-bedrijven rapporteren reeds uitgebreid (bijv.
maandelijks) over de uitgevoerde energiescans.
VVSG, de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten ondersteunt een
koppeling van een gratis energiescan bij elk energiedossier van het
OCMW (bijv. hulp bij energieschulden, LAC-dossiers, tussenkomsten uit
het energiefonds, etc.) Het OCMW beslist in overleg met het ES-bedrijf
echter zelf hoe ver ze hierin gaan.
Werkspoor vzw organiseert op regelmatige basis een zitdag in het
OCMW. Cliënten en medewerkers van het OCMW kunnen dan terecht bij
de ES met allerhande vragen over energieverbruik en de energiefactuur.
Dit vergemakkelijkt het rechtstreekse contact en komt zo de toeleiding
ten goede.
BND Kortrijk legt formeel afspraken vast over het aantal adressen dat
wordt aangeleverd door de gemeente/het OCMW. Daar bovenop
organiseert
BND
Kortrijk
een
opleiding
“eerste
hulp
bij
energieproblemen voor toeleiders”. Hier maken toeleiders kennis
met de bestaande maatregelen en mogelijkheden. Ook dit ondersteunt
het engagement van OCMW’s om cliënten door te verwijzen.
Doelgroepen van SHM’s en SVK’s
Een goede opstap voor het realiseren van energiescans in woningen van
SHM’s en SVK’s is de combinatie met het plaatsen van rookmelders.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
SHM’s en SVK’s worden verplicht om al hun woningen te voorzien van
rookmelders. Door de combinatie met een energiescan kunnen SHM’s dit
aan gunstige tarieven laten plaatsen door ES. Tal van ES sloten daarom
overeenkomsten af met SHM’s en SVK’s in de regio.
Hoe hen te betrekken
Het creëren van betrokkenheid en het motiveren van de doelgroep bij de
energiescan is niet altijd gemakkelijk. Dit kan te maken hebben met het
feit dat de energiescan door sommige OCMW’s een voorwaarde is om
bepaalde tegemoetkomingen te ontvangen, omdat er een rookmelder
geplaatst moet worden. De energiescan krijgt daardoor een verplichtend
karakter, wat de motivatie niet ten goede komt. Dit probleem speelt ook
wanneer de bewoner het gevoel heeft geen impact te hebben of wanneer
de bewoners belangrijker problemen hebben.
Werken op maat verhoogt de betrokkenheid en motivatie van de
bewoner. Het is daarom aangeraden om praktische tips te geven die
direct van toepassing zijn. Zeer belangrijk is voldoende aandacht voor
sociale en communicatieve vaardigheden van de energiescanner in de
opleiding (zie ook later). De evaluatie van het pilootproject i.k.v. EC-Linc
leert bovendien dat het gratis spaarpakket, het feit dat de scan gratis is
en de hoge energiefacturen van de bewoners zelf de belangrijkste
motiverende factoren zijn. Ook de mond-aan-mond reclame blijkt een
grote positieve impuls te geven. Daarom is een goede zichtbaarheid een
aanrader indien er in wijken wordt gewerkt met een grotere concentratie
van doelgroepen.
Samenwerkingsmodellen
Energiescanners en SDIP promotoren
zijn maar een deel van de puzzel.
Verschillende
andere
actoren
zijn
betrokken partij. Allen hebben eigen
troeven en eigen zwaktes. Het is
aangewezen om op lokaal niveau de
puzzel te leggen om zo tot een
geïntegreerde aanpak te komen waar
alle spelers voordeel aan hebben. Uit
ervaringen in binnen- en buitenland
blijkt immers dat sterke lokale
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
netwerken en samenwerking met intermediairen en toeleiders
cruciale succesfactoren zijn voor het welslagen van de maatregelen.
Om dit op een ludieke en interactieve manier aan te pakken, ontwikkelde
KOMOSIE letterlijk een puzzel (die gratis besteld kan worden). Volgende
actoren hebben een rol terzake:
Stakeholder
Energiesnoeiers:
OCMW/CAW
Woonwinkel
Armoedevereniging
Werkwinkel
Sociale
huisvestingsmaatschappij
(SHM) en sociaal
verhuurkantoor
(SVK)
Lokaal bestuur,
diensten wonen,
milieu en welzijn
Troeven

Kennis energiebesparing, woonkwaliteit,
energiearmoede

Expertise uitvoering energie- en
waterbesparende maatregen en begeleiden van
doelgroepen inzake energiebesparing

Ervaringsdeskundigheid dankzij sociale
tewerkstelling

Toegang prioritaire doelgroep

Opdracht inzake armoede (vaak gepaard met
energiearmoede)

Inzicht in sociale- en woonsituatie

Financiële middelen (o.a. sociaal energiefonds)

Juridische kennis inzake wonen, huren, etc.

Kennis van steunmaatregelen (voor de prioritaire
doelgroep)

Advies op maat

Dossierbeheer

Inzicht in de noden, waarden en normen van de
prioritaire doelgroep

Laagdrempelig en goed bereik van de prioritaire
doelgroep (brugfunctie)

Beleidsbeïnvloeding

Opleiding (van energiedeskundigen/scanners)

Toeleiding en begeleiding van mensen met een
grote afstand tot de arbeidsmarkt

Aanbod van sociale/huurwoningen

Inzicht in de noden van bewoners en het
patrimonium op vlak van energiebesparing en
woonkwaliteit.

Financiële middelen (SHM’s)

Uitbouwen van het beleid rond wonen,
energiebesparing, energiearmoede en het
ontwikkelen van beleidsvisie
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014



Netbeheerder



Overheden
(provinciaal,
Vlaams, federaal)




Lokale entiteit van
het Fonds ter
reductie van de
globale
energiekost
(FRGE)
Opbouwwerk





…

Initiëren van lokale netwerken
Financiële middelen
Ondersteunen van een wijkgerichte aanpak
Toegang tot bepaalde doelgroepen
Opdracht naar kwetsbare doelgroepen in het
kader van de sociale openbare
dienstverplichtingen.
Financiële middelen
Bovenlokale netwerken (bijv. overleg van de
OCMW’s)
Kennis duurzaam wonen (steunpunt Duwobo)
Uitbouwen van het beleid rond wonen,
energiebesparing, energiearmoede en het
ontwikkelen van een algemene beleidsvisie
Financiële middelen
Financiële middelen
Kennis energiebesparing
Inzicht in de noden van de prioritaire doelgroep
Informatieverstrekking en vorming
Beleidsbeïnvloeding
…
Methodologie: van toeleiding tot rapportering
Het proces van het uitvoeren van de energiescan en een eventuele
vervolgbegeleiding in het kader van SDIP kan worden uitgesplitst in
verschillende stappen die elk een heel proces zijn op zichzelf. De
volgende figuur geeft dat weer.
Proces 1:
Adressen
verzamelen
Proces 2:
Proces 3:
Interne
uitvoering
werkvan de
planning
energiescan
Proces 4:
Administratieve
verwerking
Proces 5:
rapporte
ring,
opvolging en
vervolgtr
aject
…
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Proces 1: adressen verzamelen
Het verzamelen van adressen staat of valt met een goede lokale
inbedding en samenwerking met andere spelers op de sociale kaart
energiearmoede (zie hierboven). Toeleiders kunnen rechtstreeks scans
aanvragen met een aanvraagformulier via www.energiescans.be of
www.gratisenergiescan.be of gebruik maken van een apart standaard
aanvraagformulier van de ES. Zo kan ook extra relevante info worden
ingediend bij de aanvraag. De ervaring van energiescanners leert
namelijk dat het zinvol is om tijdens de energiescan bijkomende
informatie te hebben over de sociale en woonsituatie van de bewoner.
Naast adressen verzamelen via toeleiders kan de prioritaire doelgroep
haar weg naar de energiescan en SDIP ook vinden via rechtstreekse
kanalen. De provincie Vlaams Brabant financiert de ES bijv. voor het
geven van infosessies.
Naast toeleiding via infosessies en via intermedairen zijn er ook heel wat
folders en brochures die tekst en uitleg geven bij de ES en de sociale
maatregelen/rechten t.a.v. de doelgroep. Zo is er bijvoorbeeld een
algemene voorstellingsfolder, zijn er regionale folders, folders ontwikkeld
door VEA en de DNB, etc.
Tot slot zijn ook blijvende communicatie-inspanningen op Vlaams
niveau erg nodig. Dit zowel rechtstreeks naar de doelgroep als naar
intermadiairen met een doorverwijsrol. De SDIP premie is bijv.
onvoldoende gekend bij het grote publiek en bij specifieke doelgroepen
(bijv. eigenaars die een woning verhuren met een huurprijs van
maximum €450). Om aan deze uitdagingen op vlak van communicatie
tegemoet te komen gaan de energieconsulenten van de ES aan de slag.
Zo zullen ze de toeleiding naar maatregelen tegen energiearmoede
proberen te ondersteunen.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Proces 2: interne werkplanning
Als de adressen via de verschillende kanalen binnen komen, organiseert
het scanbedrijf zich op de uitvoering ervan. Dit vergt een goede interne
werkplanning, met name als adressen in grote getallen binnen komen
(bijv. via adreslijsten van de DNB). Het is belangrijk dat scanbedrijven
steeds kunnen rapporteren over de status van de adressen die worden
aangeleverd: zijn de mensen gecontacteerd, is een afspraak vastgelegd
of zijn ze niet geïnteresseerd, is de energiescan uitgevoerd, komt de
bewoner in aanmerking voor een opvolgtraject, etc.? Via uitwisseling en
tools ondersteunt KOMOSIE de ES om zich hierop te organiseren.
Proces 3: de uitvoering van de energiescan
De energiescan wordt uitgevoerd aan de hand van de vragenlijst. De
energiescan moet minstens voldoen aan de minimale criteria die
worden vastgelegd in het besluit van de administrateur-generaal van het
Vlaamse Energieagentschap (zie eerder). Door op maat te werken van
de bewoner en een toegankelijke en laagdrempelige aanpak wordt er een
extra meerwaarde toegevoegd aan de energiescan.
Proces 4: administratieve verwerking
Na de uitvoering van de energiescan wordt de scan verwerkt in het
softwaresysteem dat ter beschikking gesteld wordt door de DNB.
Daarnaast heeft KOMOSIE nog een eigen registratiesysteem uitgewerkt
(dat ook een vlottere planning toelaat). De bewoner ontvangt een rapport
van de energiescan waarin nog eens de belangrijkste tips worden
opgesomd. De kwaliteit van dit rapport is erg belangrijk om een groter
effect van de energiescan te genereren.
Proces 5: rapportering, opvolging en vervolgtraject
Het is aangewezen om ook naar de toeleider te rapporteren over de
energiescan.
Groep
Intro
vzw
rapporteert
bijv.
met
een
standaardrapport op 1 A4 (checklist) over elke scan die werd
uitgevoerd bij een adres van het OCMW en ook BND Kortrijk rapporteert
maandelijks via een overzicht van alle scans die zijn gebeurd in de
afgelopen maand. De rapporten bevatten de belangrijkste vaststellingen
en tips voor de bewoners. Werkspoor koppelt dan weer systematisch
terug via mail.
De energiescan gaat doorgaans verder dan een bezoek. Het is belangrijk
dat de bewoner de juiste opvolging krijgt. Werd er bijv. een CO-gevaar
vastgesteld, dan draagt de energiescanner een verantwoordelijkheid om
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
dit te signaleren (aan de eigenaar, het OCMW, etc.). Waren er tijdens de
scan ontbrekende gegevens, dan dienen achteraf nog de nodige stappen
te worden uitgevoerd als deel van het nazorgproces. Zijn er problemen
waar een andere organisatie mee kan helpen, dan wordt de klant (mits
goedkeuring) doorverwezen.
Bovendien wordt gekeken of er een vervolgtraject mogelijk en zinvol
is. Dat kan zijn onder de vorm van een opvolgscan, een begeleiding in het
kader van SDIP en/of een extra bezoek in het kader van een bredere
intensieve trajectbegeleiding rond energiearmoede. Een dossier kan
slechts als afgerond worden beschouwd als de mogelijkheden maximaal
werden benut.
De energiescanner: vaardigheden en opleiding
Vaardigheden en competenties
Een energiescanner combineert sociale vaardigheden met een grondige,
op sommige vlakken technische kennis m.b.t. het energiethema.

Technische vaardigheden zijn belangrijk, met name in functie
van de begeleiding in het kader van SDIP en de OSt2 maar ook om
de bewoner tijdens de energiescan gepast te informeren over de
mogelijkheden voor grotere investeringen. Bovendien vereist ook de
installatie van de maatregelen enige handigheid van de
energiescanner.

Een energiescanner moet ook beschikken over de nodige Sociale
vaardigheden opdat hij/zij op een toegankelijke en laagdrempelige
manier en met respect kan omgaan met de prioritaire doelgroep.
Deze vaardigheden worden steeds belangrijker nu de energiescans
zijn voorbehouden voor de kwetsbare doelgroepen. De confrontatie
met de kwetsbare doelgroep vereist van de energiescanner
bovendien een zekere sociale draagkracht.

Tenslotte moet een energiescanner op een duidelijke manier
allerhande (soms vrij complexe) informatie op een begrijpelijke
manier kunnen uitleggen en dit toegepast op de specifieke bewoner.
Ook communicatievaardigheden zijn dus belangrijk, zeker
naarmate meer bij de prioritaire doelgroep wordt gescand. Het gaat
dan over tips om energie te besparen maar ook over bijv. de
verschillende premies, over de sociale rechten waar de bewoner
aanspraak op kan maken, etc.
Leidraad voor uitvoerders van energiescans
en SDIP promotoren
EC-LINC (D6.4), feb. 2014
Opleiding
Energiescanners kunnen een basisopleiding volgen bij Eandis. Deze
bevat in principe alle basisinformatie om de energiescans te kunnen
uitvoeren. Het is evenwel belangrijk dat de opleiding niet enkel focust op
de technische kennis maar ook, zoals hierboven omschreven, op sociale
en communicatievaardigheden. In het project StrumSparCheck in
Duitsland
volgen
energiescanners
bijv.
standaard
een
communicatietraining van een week.
Via continue bijscholing wordt de algemeen technische kennis op een
hoog niveau gehouden. Daarom organiseren verschillende scanbedrijven
ook zelf aanvullende opleidingen. Levanto heeft bijv. een modulair
opgebouwde aanvullende opleiding voor ES waar ruimere thema’s ifv
woonkwaliteit aan bod komen en BND Kortrijk liet een opleiding rond
verwarmingsketels ontwikkelen om de kennis van de scanners te
verfijnen. KOMOSIE stelt deze opleidingen afhankelijk van de noden ook
ter beschikking van de sector ES.
KOMOSIE
ontwikkelde
daarnaast
ikv
EC-Linc
een
volledig
voor toekomstige energiescanners bij de
prioritaire doelgroep. Dit handboek bundelt informatie uit Vlaanderen,
Duitsland en het Verenigd Koninkrijk en is zo een zinvolle aanvulling op
de opleiding van Eandis. De opleiding bestaat uit 12 modules waarvan de
relevante onderdelen, samen met het opleidingscurriculum (ter
ondersteuning van de lesgever) werden vertaalde in het Nederlands.
opleidingshandboek
Tools voor de uitvoering van de energiescan
In het kader van EC-Linc ontwikkelde KOMOSIE een toolbox met alle
basisinformatie en instrumenten voor de energiescans. Deze tools zijn via
de website van EC-Linc (www.ec-linc.info) beschikbaar en/of vrij
opvraagbaar via [email protected]. Voor de ES aangesloten bij KOMOSIE,
worden daarnaast nog een hele reeks ondersteunende instrumenten
beschikbaar gesteld. Onderstaande kader biedt een overzicht. De tools
die in groen zijn vrij opvraagbaar. De overige instrumenten en tools zijn
enkel beschikbaar voor de leden van KOMOSIE.
Doel
Opleiding
Omschrijving
Waar te vinden
http://www.ec-linc.info/service/downloads/
Syllabusvoor
met 12uitvoerders
modules voor de opleiding
van scanners
Leidraad
van energiescans
http://www.ec-linc.info/service/downloads/
Powerpointpresentatie bij de 12 opleidingsmodules
endeSDIP
promotoren
http://www.ec-linc.info/service/downloads/
Curriculum ter ondersteuning van
lesgever
Toeleiding
Brochure “Minder betalen voorEC-LINC
elektriciteit(D6.4),
en aardgas.
feb.
Informatiebundel over energie voor hulpverleners en
intermediairen”
Algemene voorstellingsfolder ES
Folder SDIP
Folder energiescan (DNB)
http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-en2014
Aanvraagformulier voor toeleiders
Flow aanpak gegevenstransfer DNB  scanbedrijf/SDIP
promotor
Telefoonscenario: motiverend overtuigen voor energiescan
Modelovereenkomst OCMW-scanbedrijf
Toeleidingsinstrument: “Wie legt de puzzel”
energiescan Vragenlijst – common model EC-Linc
Vragenlijst aangepast Vlaanderen
Software
SDIP
Instrumenten ifv uitvoering en advies V-test
Premieoverzicht (uitgebreid en kort)
Flyer “hoe werkt de budgetmeter”
Infofiches en instrumenten ifv sociale rechten
Leidraad financiële afhandeling van SDIP dossiers
Modeltemplate SDIP
Checklist SDIP tijdens basisscan
energie/energie/energiefactuur/betaal-minder-voor-uw-elektriciteiten-aardgas
Rotonde: intranet voor ES
www.energiesparen.be/socialedakisolatie
Infrax: http://www.infrax.be/nl/premies-en-acties/energiezuinigeacties/gratis-energiescan
Eandis: http://www.eandis.be/eandis/pdf/2-20110713-13314019.pdf
Infrax: www.energiescans.be
Eandis: www.gratisenergiescan.be
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Op te vragen via [email protected]
http://www.ec-linc.info/service/downloads/
Rotonde: intranet voor ES
http://www.ec-linc.info/service/downloads/
Registratiesysteem ES, KOMOSIE
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES
Rotonde: intranet voor ES