Jaarverantwoording 2013 - Centrum voor Dienstverlening

Stichting Centrum voor Vrijwillige en Professionele Maatschappelijke
Dienstverlening
Jaarverantwoording
2013
“Ieder is zijn eigen kompas”
Goedgekeurd door de Raad van Toezicht op 20 maart 2014
Aanbiedingsverklaring
Voor u ligt ons Jaarverantwoordingsdocument 2013.
Met dit document geven wij inzicht in de middelen die gedurende het verslagjaar door het
Centrum Voor Dienstverlening (CVD) zijn ingezet en laten wij zien welke resultaten er zijn bereikt.
Ook dient dit document om te voldoen aan de verantwoordingsverplichtingen die het CVD naar
de verschillende opdrachtgevers heeft.
Het jaardocument bestaat uit een inhoudelijk jaarverslag en de jaarrekening en wordt
aangeboden namens:
Raad van Toezicht
de heer A. Commandeur
Voorzitter
handtekening …………………………….
datum 20 maart 2014
Bestuur
mr Yvonne Frank
Algemeen directeur/bestuurder
handtekening ……………………………
datum 20 maart 2014
2
JAARVERSLAG CVD 2013
Inhoudsopgave
Aanbiedingsverklaring .......................................................................................................................... 2
Inhoudsopgave ...................................................................................................................................... 3
Voorwoord .............................................................................................................................................. 4
1. Profiel van de organisatie ................................................................................................................. 5
1.1. Algemeen ............................................................................................................................. 5
1.2. Organisatiestructuur en bestuur ........................................................................................... 6
1.3. Kerngegevens ...................................................................................................................... 7
1.4. Samenwerkingsrelaties ...................................................................................................... 10
1.5. Kansen, risico’s, onzekerheden ......................................................................................... 11
2. Toezicht en medezeggenschap ...................................................................................................... 12
2.1. Raad van Toezicht ............................................................................................................. 12
2.2. (Uitwerking) medezeggenschap ........................................................................................ 13
3. Beleid, inspanningen en prestaties ............................................................................................... 17
3.1. Meerjarenbeleid ................................................................................................................. 17
3.2. Realisatie jaarplan 2013..................................................................................................... 19
CRISISINTERVENTIE .............................................................................................................. 19
MAATSCHAPPELIJKE OPVANG ............................................................................................. 22
MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING .......................................................................... 38
VRIJWILLIGERSWERK ROTTERDAM .................................................................................... 43
4. Bedrijfsvoering ................................................................................................................................. 45
4.1. Kwaliteitsbeleid .................................................................................................................. 45
4.2. Personeelsbeleid ................................................................................................................ 49
4.3. Samenleving en belanghebbenden ................................................................................... 51
4.4. Financieel beleid ................................................................................................................ 51
3
Voorwoord
Het jaar 2013 was met name voor de medewerkers van het CVD een roerig jaar. Het jaar kende een
feestelijke start met het werkbezoek van (toen nog) kroonprins Willem Alexander. Aanleiding van zijn
werkbezoek was het door het Oranjefonds gefinancierde project ‘Echte Mannen’. Een geslaagd
begin van het nieuwe jaar, dat een extra impuls gaf aan de energie van de CVD-ers.
Medio 2013 kreeg het jaar echter een inktzwarte rand, na een steekpartij waarbij een van onze
medewerkers ter plaatse overleed. Deze gebeurtenis had een grote impact op de medewerkers. De
wetenschap dat een ernstig incident altijd op de loer ligt en blijvende alertheid vereist, bleek voor het
eerst in het ruim 40 jarige bestaan van het CVD meer te zijn dan de theorie waar medewerkers
jaarlijks op worden getraind. Het incident is aangegrepen om met elkaar extra maatregelen te
formuleren die ertoe hebben geleid dat het werk van de CVD medewerker (nog) veiliger is geworden
dan voordien al het geval was.
2013 was ook het vierde en daarmee laatste jaar van het strategisch meerjarenplan ‘Beperken en
Versterken’ 2010-2013, zodat in de loop van het jaar werd gestart met de ontwikkeling van een
nieuw strategisch meerjarenplan. De besluitvormingsprocedure van het nieuwe plan, dat is
geschreven voor de periode 2014-2018 en als ondertitel ‘Koersvast; de weg naar excellente
dienstverlening’ heeft meegekregen, werd in december 2013 afgerond en zal begin 2014 met onze
(keten)partners worden gecommuniceerd.
Ook werd in 2013 de voorbereiding van het boekje ‘Successen om trots op te zijn’ afgerond. Het
boekje is het eerste uit een reeks en bevat een greep uit kleine en grote, altijd betekenisvolle
successen die door en met CVD cliënten zijn geboekt. Successen waar de medewerkers doorgaans
in stilte trots op zijn en die het meer dan waard zijn om met anderen te delen: als opmaat naar het
eerder genoemde nieuwe strategische meerjarenplan en als input voor de keuzes waar het nieuwe
gemeentebestuur in het voorjaar van 2014 komt te staan. Het eerste exemplaar van het boekje zal
begin 2014 worden uitgereikt aan de wethouder Werk, Inkomen, Zorg en Bestuur.
Qua inhoudelijke ambities is 2013 een succesvol jaar geworden. Zo groeide het aantal cliënten dat
extramurale (AWBZ) begeleiding van het CVD ontvangt, terwijl een flink aantal cliënten kon door- en
uitstromen. Daarnaast won het CVD de subsidietender die was uitgeschreven door de deelgemeente
Hillegersberg/Schiebroek. De aanbesteding Zorg en Welzijn door de deelgemeente Delfshaven
leidde tot een gunning aan de partij Zowel!, met wie het CVD als strategisch partner een concept
voor een gebiedsgerichte aanpak op het gebied van welzijn en zorg heeft mee ontwikkeld.
Een andere mijlpaal was de start van de front office van Vrijwilligerswerk Rotterdam in de centrale
bibliotheek per 1 januari 2013, die medio april werd gevolgd door de officiële opening door de
wethouder Arbeidsmarkt, Hoger Onderwijs, Innovatie en Participatie. Het jaar 2013 is gebruikt om
een solide basis te leggen onder de Vrijwilligerscentrale (waarvan de formatie is opgebouwd uit
medewerkers van een viertal voormalige steunorganisaties). Daarnaast werd het Businessplan
verder uitgewerkt en werd de uitvoering daarvan ter hand genomen.
Tenslotte lag het exploitatieresultaat in 2013 boven het resultaat dat in de begroting werd verwacht.
Belangrijkste oorzaak was de groei in de AWBZ productie in 2013. Dat heeft geleid tot verdere
versterking van onze financiële buffer, die we verwachten hard nodig te hebben om als CVD de
(door de gemeente voorgenomen) ‘zachte landing’ van de decentralisatie van de AWBZ ook
daadwerkelijk te kunnen realiseren voor en met onze cliënten.
Yvonne Frank, Algemeen directeur/bestuurder
4
1.
Profiel van de organisatie
1.1. Algemeen
De Stichting Centrum voor Vrijwillige en Professionele Maatschappelijke Dienstverlening (CVD)
werd op 5 november 1971 ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.
De doelstelling van de Stichting en de zeggenschapsverdeling tussen Raad van Bestuur en Raad
van Toezicht zijn statutair en aanvullend in reglementen, notarieel vastgelegd. Sinds medio 2009
werkt het CVD daarbij conform de Governancecode Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening
terwijl daarnaast de Zorgbrede Governancecode wordt gerespecteerd.
De missie van het CVD luidt als volgt:
“Het CVD biedt daadwerkelijk hulp en ondersteuning aan (groepen van) burgers, veelal met
sociaal economische en/of sociaal maatschappelijke problemen met als doel een zodanige
persoonlijke ontwikkeling te realiseren dat men zich in de samenleving kan handhaven,
ontplooien, actief kan deelnemen aan het maatschappelijk leven én verantwoordelijkheid voor
zichzelf en anderen kan dragen.
Het CVD werkt als maatschappelijk relevante ondernemer vraaggericht, slagvaardig,
professioneel en met respect voor een ieder en neemt verantwoordelijkheid voor het leveren van
een bijdrage aan de grootstedelijke problematiek in Rotterdam”.
Het werkgebied van het CVD omvat de regio Rotterdam. Voor enkele randgemeenten
(waaronder Schiedam, Vlaardingen, Maassluis en Lansingerland) biedt de stichting de
bereikbaarheidsfunctie buiten kantooruren.
Het CVD heeft een toelating als instelling voor verblijf krachtens artikel 8 van de Algemene Wet
Bijzondere Ziektekosten (AWBZ).
Adres
Glashaven 42
Postcode
3011 XJ
Plaats
Rotterdam
Telefoonnummer
010 243 81 00
Identificatienummer Kamer van Koophandel
41126848
Fiscaal nummer
002771391B01
Internetpagina
www.cvd.nl
Contactadres
[email protected]
5
1.2. Organisatiestructuur en bestuur
Het organigram van het CVD ziet er sinds begin 2013 zo uit:
Organigram CVD
Raad van Toezicht
Bestuurder /
Algemeen directeur
Ondernemingsraad
Cliëntenraad
Directeur
Staf & Ondersteuning
Clustermanager
Clustermanager
Clustermanager
Vrijwilligerswerk
&
Maatschappelijke Dienstverlening
Extramuraal Wonen, Jongeren
&
Arbeidsparticipatie
Crisisinterventie, Nachtopvang
&
Intramuraal Wonen
Het CVD heeft per januari 2013 de bestaande vier clusters (vooralsnog bij wijze van proef voor
de periode van één jaar) teruggebracht tot drie. Dat heeft geleid tot het cluster Crisisinterventie,
Nachtopvang & Intramuraal Wonen naast het cluster Extramuraal Wonen, Jongeren &
Arbeidsparticipatie en het cluster Vrijwilligerswerk & Maatschappelijke Dienstverlening. Deze
organisatie aanpassing, waarmee we in organisatorische zin opnieuw compacter zijn geworden,
heeft een impuls gegeven aan de doorontwikkeling van de interne keten. Ook blijkt de nieuwe
inrichting erg goed aan te sluiten bij de externe marktontwikkelingen en de wijze waarop we
verwachten onze ambities ook in de nabije toekomst te kunnen realiseren. Gevolg is geweest dat
eind 2013 werd besloten de nieuwe inrichting te continueren. Naast drie uitvoerende clusters
kende de organisatie in 2013 een aantal staf- en ondersteunende teams.
Het CVD kende in 2013 een éénhoofdig bestuur. De aansturing van de organisatie vond
gedurende het gehele jaar plaats door de bestuurder en één ander directielid, de directeur
Maatschappelijke Ondersteuning CVD (MOC). In het organigram is de portefeuilleverdeling
tussen de beide directieleden terug te vinden.
Samenstelling Directieteam
Naam
Functie
Periode
Y. Frank
Algemeen Directeur en enig Bestuurder.
2013
A. Smits
Directeur MOC
2013
De honorering van zowel de bestuurder als de directeur vindt (evenals die van alle overige CVD
medewerkers) plaats binnen de cao Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening en valt daarmee
(ruim) binnen de normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, zoals
vastgelegd in de wet met dezelfde naam.
6
De bestuurder vervulde in 2013 naast haar hoofdfunctie de (onbezoldigde) functie van voorzitter
van een Vereniging van Eigenaren. De directeur MOC maakte deel uit van het (onbezoldigde)
bestuur van het Fonds Bijzondere Noden Rotterdam. Daarnaast werd directeur MOC gedurende
2013 voor 4 dagdelen per week als directeur gedetacheerd naar het samenwerkingsverband
Zowel!.
De organisatie kent een strategie-, planning- en control cyclus. De activiteiten in dit kader vinden
plaats op basis van een jaarplanning. Hierin is tevens de overlegstructuur en -planning
opgenomen.
Het management van het CVD bestaat naast de directie uit clustermanagers en teamleiders. In
de cyclus zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden beschreven tot op het niveau van het
middelmanagement.
In 2013 werd gewerkt conform de Governancecode Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening
waarbij tevens de Zorgbrede Governancecode werd gerespecteerd. Voorts maakte het CVD voor
de besturing van de organisatie gebruik van het Raad van Toezichtmodel, waarbij deze raad het
hoogste bestuurlijke orgaan binnen de Stichting is. Dit is vastgelegd in de statuten. De Raad van
Toezicht wijkt daarbij op één punt af van de gehanteerde Governancecode In die code staat dat
ambtenaren uit de gemeente(n) waar de stichting werkzaam is niet in de Raad van Toezicht
kunnen zitten. Gelet op de grootte van de stad Rotterdam resp. de omvang van het
ambtenarenkorps is deze bepaling wat preciezer ingevuld. In beginsel kunnen
(deel)gemeentelijke ambtenaren wel in aanmerking komen voor een plaats in de Raad van
Toezicht. Dit kan echter niet als men verantwoordelijk is voor het werkterrein waarop de stichting
in de betreffende (deel)gemeente werkzaam is. In 2013 waren er geen (deel)gemeentelijke
ambtenaren lid van de Raad van Toezicht.
1.3. Kerngegevens
De kernactiviteiten van het CVD hebben betrekking op maatschappelijke opvang (MO) in al zijn
facetten, maatschappelijke dienstverlening en vrijwilligerswerk. De belangrijkste kengetallen 2013
geven het volgende beeld:
Bedrijfsopbrengsten
Totaal bedrijfsopbrengsten in verslagjaar in absolute bedragen
Bedrag in euro’s
Subsidies gemeente Rotterdam
17.705.595
Subsidies deelgemeenten
AWBZ gelden
Overige inkomsten
Opbrengsten cliënten
Totaal opbrengsten
874.441
13.835.469
1.011.215
984.544
34.411.264 (33.020.366)*
* tussen haakjes: totaal opbrengst 2012
7
De bedrijfsopbrengsten waren in 2013 opgebouwd uit opbrengsten vanuit door gemeente en
deelgemeenten verstrekte subsidies, AWBZ middelen, eigen bijdragen van cliënten en overige
inkomsten. Onderstaande grafiek laat de verdeling van de opbrengsten in percentages zien.
Bedrijfsopbrengsten 2013
Subsidie gemeente
Rotterdam
3% 3%
40%
51%
Subsidie
deelgemeenten
AWBZ gelden
Overige inkomsten
3%
Opbrengsten cliënten
Begeleiding aan cliënten met een intramurale AWBZ indicatie
Het CVD begeleidde in 2013 zowel cliënten met een intramurale- als cliënten met een
extramurale AWBZ indicatie. Uit onderstaand overzicht blijkt dat de intramurale indicaties (en
daarmee de problematiek van de cliënten) in de afgelopen jaren steeds zwaarder zijn geworden.
VV = Verzorging en Verpleging; GGZ is Geestelijke GezondheisZorg. De Zorgzwaartepakketten 1
en 2 betreffen lichte zorg, 3 is middelzwaar en vanaf 4 is sprake van zware zorg.
8
Begeleiding aan cliënten met een extramurale AWBZ indicatie
De extramurale begeleiding die het CVD levert, kent door de jaren heen een stabiel beeld.
Globaal genomen heeft het CVD in 2013 aan 15% van de cliënten basisbegeleiding geboden en
aan 85% gespecialiseerde begeleiding.
Arbeidsparticipatie
Activeringscentrum Van Speyk was ook in 2013 de locatie waar cliënten diverse activeringstrajecten konden uitvoeren. Daarnaast werden op deze locatie door het Albeda College
taallessen gegeven. Ook fungeerde Van Speyk als uitvalsbasis voor een aantal activiteiten die
buiten werden uitgevoerd. Hieronder worden de kerncijfers op de rij gezet (met tussen haakjes de
gegevens over 2012).
Aantal dagdelen activiteiten
2.570
(2.867)
52.886
(65.289)
7
(8)
Aantal deelnemers
359
(441)
Activeringstrajecten
396
(282)
Aantal uren activiteiten
Aantal activiteiten per dag
9
Maatschappelijke dienstverlening
Het CVD kent verschillende vormen van maatschappelijk werk en voerde deze activiteiten in
2013 zowel stedelijk als voor een aantal deelgemeenten uit.
Preventie, voorlichting en groepswerk
2.573
(2.441)
cliënten/cliëntsystemen
Algemeen+ Schoolmaatschappelijk werk
1.438
(1.952)
cliënten/cliëntsystemen
676
(625)
cliënten/cliëntsystemen
Specifiek maatschappelijk werk:
FIOM en Inkomen & Schulden
Vrijwilligerswerk
Vrijwilligerswerk Rotterdam is een stedelijke voorziening waarin een aantal taken is
ondergebracht die voorheen werden uitgevoerd door vier verschillende organisaties én die de
opdracht heeft een aantal nieuwe activiteiten te ontwikkelen. Het CVD is hoofduitvoerder van
Vrijwilligerswerk Rotterdam.
1.4. Samenwerkingsrelaties
Het CVD werkt met vele partners in de stad samen. Belangrijke samenwerkingsverbanden
betreffen:

de Contractgroep Maatschappelijke Opvang, die in oktober 2008 is opgericht en waarin
met collega instellingen op bestuurlijk niveau wordt samengewerkt met de gemeente;

de samenwerking met de ParnassiaGroep ten aanzien van de crisisinterventie in het
Crisiscentrum,
waarvoor
in
2010
een
convenant
werd
gesloten.
10
Dat geldt ook voor Antes (voormalig BoumanGGZ en Delta Psychiatrisch centrum) als
behandelaar voor CVD cliënten in woonvoorzieningen;

het strategisch partnership met Zowel! (een samenwerkingsverband van Laurens en de
SWK groep). Directeur MOC werd daarbij voor het jaar 2013 parttime naar Zowel! gedetacheerd
als directeur van het samenwerkingsverband;

de samenwerkingsovereenkomst met Humanitas voor wat betreft de verpleegafdeling
van de locatie CVD Havenzicht. Daarnaast heeft het CVD voor deze locatie een belangrijke
partner in de GGD (enerzijds omdat vanuit de GGD met een zekere regelmaat aanmeldingen
voor de verpleegafdeling komen, anderzijds omdat Havenzicht nauw verbonden is met het
Straatdokterproject;

diverse beheerscommissies, waarin samen met onder meer omwonenden, (wijk)politie,
corporaties en (deel)gemeente(n) inhoud wordt gegeven aan het beheer van de locaties waar het
CVD (woon)voorzieningen exploiteert; los van deze commissies kende het CVD ook in 2013
samenwerkingsverbanden met alle (grote) corporaties in de stad;

de (soms intensieve) samenwerking plaats met onder meer de Centra voor Jeugd en
Gezin, de Steunpunten Huiselijk Geweld en GGZ-instellingen zoals PsyQ en Jeugdzorg;

overige
welzijnsinstellingen,
thuiszorgorganisaties,
deurwaarderskantoren,
bewindvoerders en Reclassering Nederland;

ook de Krediet Bank Rotterdam was in 2013 weer een belangrijke
samenwerkingspartner van het CVD.
Tenslotte was het CVD in 2013 lid van een aantal branche organisaties, te weten de Federatie
Opvang en de werkgeversorganisatie MO-groep en werd het lidmaatschap van de Academische
Werkplaats Opvang x Oggz, speerpunt Sociale uitsluiting en dakloosheid (SuD) voortgezet.
1.5. Kansen, risico’s, onzekerheden
In het Strategisch Meerjarenplan (SMJP) 2010-2013 staan de ambities en de kansen voor de
organisatie centraal. Omdat het jaar 2013 het laatste planjaar zou zijn, werd in het voorjaar de
ontwikkeling van een nieuwe strategisch meerjarenplan ter hand genomen. Die ontwikkeling vond
plaats in een ongewisse periode. Zo was de uitkomst van het voor het CVD relevante AWBZ
transitieproces nog onbekend evenals de toekomst van een aantal andere onderdelen van ons
werk. Die onzekerheid heeft ons er niet van weerhouden na te denken over de gewenste koers
van het CVD in de komende jaren. Integendeel. We hebben ervoor gekozen (op hoofdlijnen)
onze ambities voor de komende jaren te formuleren. Zodat we een leidraad voor ons handelen
hebben in een organisatie die voortdurend in ontwikkeling blijft door veelvuldig veranderende
omstandigheden die zo kenmerkend zijn voor dit tijdgewricht. Daarbij is (eenmalig) gekozen voor
een planperiode van 5 jaar, zodat we met een volgend meerjarenplan nog beter kunnen inspelen
op de ambities van onze belangrijkste opdrachtgever, de gemeente Rotterdam. Halverwege de
planperiode zal een tussentijds evaluatie plaatsvinden.
In 2013 werd door het CVD gewerkt met een nieuwe Risicomonitor, die was geschoeid op de
leest van het door het CVD gehanteerde kwaliteitssysteem (HKZ). Eenmaal per kwartaal werd
over de stand van zaken m.b.t. de Risicomonitor gerapporteerd aan de (financiële commissie
binnen de) Raad van Toezicht. Halverwege het jaar bleek de nieuwe aanpak niet voldoende
onderscheidend te werken, zodat is afgesproken om voor 2014 deels terug te grijpen op de
format van de Risicomonitor 2012.
Voorts werd in 2013 in het kader van de HKZ op de diverse managementniveaus gewerkt met
een verbeterpuntenmonitor. De verbeterpunten van de directie werden kwartaalgewijze
gemonitord.
11
2. Toezicht en medezeggenschap
2.1. Raad van Toezicht
Samenstelling Raad van Toezicht 2013 alsmede hoofd- en nevenfuncties
Naam
functie
Hoofd- en Nevenfuncties
Dhr. drs. A.F.M. Commandeur
Laatste termijn; aftredend 26-09-2014
voorzitter
H: geen
N: Voorzitter v d stichting Wijkvervoer
Hillegersberg-Schiebroek; Voorzitter van
de Federatie Wijkbussen Rotterdam;
Voorzitter van het Rotterdams Strijdkoor
Ondersteboven; Bestuurslid van het WMOPlatform Hillegersberg-Schiebroek
Dhr. A. van Nes
Laatste termijn; aftredend 14-07-2017
vice
voorzitter
H: geen
N: arbeidsmarktmeester, adviseur bij
NOWIT BV en Ferrofix BV, voorzitter RvT
CJG, Founder Munchhausen beweging en
Human Age beweging
Mevr. M. de Bruyn
Eerste termijn, herbenoembaar 19-03-2016
voorzitter Financiële Commissie (als
opvolger van J.A. Sevenhuijsen)
Lid
H: zelfstandig adviseur
N: lid Raad van Toezicht Tiwos, lid RvT
TOS Centraal; voorzitter Raad van
Commissarissen Wooninvest; lid Raad van
Advies St. Vitaal Pendrecht
Dhr. J.A. Sevenhuijsen
afgetreden ultimo 2013 (laatste periode
opgetreden als adviseur van de RvT); was
voorzitter Financiële Commissie
Lid
H: Stafdirecteur concernstrategie
Hogeschool Rotterdam
N: Geen
Vacature
Lid
Dhr. drs. R.G. Beek MPA
Eerste termijn, herbenoembaar 14-06-2015
lid Financiële Commissie
Lid
H: gemeentesecretaris Papendrecht
N: voorzitter AV RVKO, voorzitter bew. ver.
Het Schiereiland, div functies afd. R’dam
PvdA, secr-penn parochie De Vier
Evangelisten, penn. parochiefederatie RRM
Mevr. drs. M.J. Kempff MBA.
Eerste termijn; herbenoembaar 16-12-2014
Lid
H: voorzitter NU’91
N: lid besturen St. IZZ, Kunststichting
IJsselland en St. IJsselzicht en
Coöperatiebestuur PGGM resp. Centraal
Bestuur CMHF resp. St. Roparun en
voorzitter van bestuur St. Sonnaville
Mevr. drs. H. Demper
Laatste termijn; aftredend 14-07-2017
lid Financiële Commissie
Lid
H: controller CED-groep
N: bestuurslid van Veldhuizen Stichting en
van Circus Rotjeknor
De raad van Toezicht van het CVD kent één commissie: de Financiële Commissie (FC). De FC
bestaat uit drie leden, die ook lid zijn van de Raad van Toezicht.
12
In 2013 is als gevolg van het aftreden van de heer J. A. Sevenhuijsen een vacature ontstaan.
Deze vacature zal naar verwachting in maart 2014 worden vervuld. De heer Sevenhuijsen werd
in verband met zijn aftreden in 2013 in de Financiële Commissie als voorzitter opgevolgd door
mevrouw de Bruyn.
De Raad van Toezicht heeft in 2013 tweemaal vergaderd met de Cliëntenraad, tweemaal met de
Ondernemingsraad en in totaal vier keer met de bestuurder. Daarnaast vond tweemaal een
zogenoemde themabijeenkomst met de bestuurder plaats. Qua datum werd deze bijeenkomst
eenmaal gecombineerd met een reguliere vergadering.
Tijdens de andere themabijeenkomst stonden de ontwikkelingen in de maatschappelijke
dienstverlening centraal. De onderwerpen waarover verantwoording moet worden afgelegd zijn
vastgelegd in de statuten van de Stichting en de reglementen voor de Raad van Bestuur en Raad
van Toezicht.
Voorts heeft de Raad van Toezicht haar interne evaluatie van december 2013 niet kunnen
houden, maar doorgeschoven naar maart 2014. Wel werd in december 2013 een
beoordelingsgesprek met de bestuurder gevoerd.
Tijdens de vergaderingen zijn diverse onderwerpen geagendeerd geweest. Zo werd de
jaarverantwoording 2012 (bestaande uit jaarrekening en inhoudelijk jaarverslag) goedgekeurd
alsmede de begroting 2014 en de risicomonitor voor datzelfde jaar. Ook werd naast de stand van
zaken met betrekking tot de Risicomonitor een halfjaarsrapportage over 2013 aan de Raad van
Toezicht voorgelegd en een aantal voorstellen met betrekking tot de huisvesting van zowel
cliënten als CVD-medewerkers. Daarnaast stond een voorstel met betrekking tot de in te huren
accountant op de agenda alsmede (de ontwikkeling van) het strategisch meerjarenplan 20142018, dat in december 2013 door de Raad van Toezicht werd goedgekeurd. Voorts werd de
Raad van Toezicht door de bestuurder via een nieuwsbrief regelmatig geïnformeerd over actuele
(landelijke en stedelijke) ontwikkelingen.
De honorering van de leden van de Raad van Toezicht bedroeg in 2013 € 5.000 inclusief BTW
voor de leden en € 7.500 inclusief BTW voor de voorzitter. Voor deze honorering is het advies
van de NVTZ als uitgangspunt genomen, waarin wordt aangegeven dat omvang en complexiteit
van het CVD tot een indeling in categorie D zou leiden. Gezien de aard van de organisatie heeft
de Raad van Toezicht gemeend de honorering voor haar leden te moeten mitigeren terwijl er
geen extra vergoeding in het leven is geroepen voor de Financiële Commissie.
De leden Demper en Beek besloten in 2013 van geldelijke honorering af te zien.
2.2. (Uitwerking) medezeggenschap
Uitgangspunt voor de medezeggenschap zijn resp. de Wet Medezeggenschap Cliëntenraden
(WMCR) en de Wet op de Ondernemingsraden (WOR). Het CVD heeft een Cliëntenraad (CR) en
een Ondernemingsraad (OR). De bestuurder heeft in 2013 op reguliere basis formeel overleg
gevoerd met elk van de beide raden.
Cliëntenraad
De bestuurder heeft, in het kader van de medezeggenschap voor cliënten, 1 x per 6 weken
formeel overleg met de Cliëntenraad. Uitgangspunt voor de agenda-onderwerpen zijn voor de CR
de Wet Medezeggenschap Cliëntenraden (WMCR).
De wet beoogt de medezeggenschap van cliënten in instellingen te regelen betreffende kwesties
waarbij het belang van de cliënt in het geding is. De Wet Medezeggenschap cliënten
zorginstellingen (WMCZ) regelt steeds meer collectieve rechten van cliënten op
medezeggenschap. De wet voorziet in de instelling van een Cliëntenraad en regelt de inspraak
en invloed over alle kwesties waarbij hun belang als cliënt in het geding is. Verdergaande
13
bevoegdheden van de Cliëntenraad zijn op basis van de WMCZ mogelijk.
De CR van het CVD stelt zich ten doel om, binnen het kader van de doelstellingen van de
instelling in het bijzonder, intern en extern de belangen van de cliënten van de instelling te
behartigen. De CR adviseert over besluiten van algemeen belang voor het functioneren van de
instelling (fusie, verbouwing, jaarrekening, wijziging in de werkzaamheden etc.) en heeft
verzwaard adviesrecht betreffende beslissingen die direct de cliëntenbelangen raken
(kwaliteitsbeleid, klachtenregeling, enzovoort). De CR kan ook ongevraagd adviseren en heeft
van deze mogelijkheid regelmatig gebruik gemaakt. Een voorbeeld daarvan betreft de door de
CR ontwikkelde Peer2Peer methodiek ‘’bij je passie komen en daarmee leren netwerken’’. Hierbij
worden enerzijds de kwaliteiten samen met de cliënt in kaart gebracht en vergroot en anderzijds
leert men daarmee te netwerken. Door die combinatie ontstaan meer kansen voor de cliënt.
Degenen die met goed gevolg de training hebben gevolgd gaan daarna andere cliënten trainen
via deze methodiek. Aanvullend op de face-to-face-training is een aanzet voor P2P e-learning
ontwikkeld.
De CR heeft in 2013 diverse personele wisselingen gekend. Inherent aan de CR is een verloop
onder de leden, deels omdat sommigen uit de (CVD) hulpverlening vertrekken en opnieuw hun
leven gaan (her)inrichten, deels door dat leden werk of een andere vervulling van hun levens
vinden of door ziekte. In 2013 waren in totaal de volgende 21 cliënten lid van de CR: Aart
Reijmers, plv. penningmeester / lid, Alex van den Elshout, lid, Amanuel Berhane, lid, Bert Feikens,
lid, Daniel Faneite, lid, Derrick Koulen, voorzitter, Johan Reijntjes, plv. voorzitter, Jurmen Welch,
lid, Leontien Kleijn Hesselink, secretaris, Lowie van Dijck, lid, Mirjam Jethoe, lid, Patrick van
Gelder, lid, Peter Bot, lid, Peter van der Laan, lid, Rachid Bouazzaoui, penningmeester, Renate
van Fessem, plv. secretaris/secretaris, René van der Elst, lid, Steve Nelson, lid, Theo Jonas, lid,
Tom Eeken, lid, Youssef Moudni, lid.
Het afgelopen jaar heeft de CR op veel werkeenheden (zowel op eigen initiatief als op verzoek
van leiding en medewerkers) bewonersvergaderingen bijgewoond. Voorts werden meer dan 50
onderwerpen met de bestuurder besproken, waaronder verschillende aspecten van de Peer to
Peer training, Arbeidsparticipatie, het strategisch meerjarenplan 2014-2018, de CVD jaarrekening
2012 en CVD begroting 2013, het huishoudelijk Reglement van de CR, het bezoek van de CR
aan een opvangproject in Antwerpen, het voorstel om te komen tot een Buddyteam
brandveiligheid en de checklist Brandveiligheid, de samenwerking met het Leger des Heils inzake
de Clientvertrouwens-personen, Inbraakpreventie, laaggeletterdheid, Vitaliteit en Bewegen, de
TBC keuring voor cliënten en het boekje ‘Successen om trots op te zijn’.
De CR werd ondersteund door de directiesecretaresse voor de overlegvergaderingen met de
Raad van Bestuur en door een adviseur. De CR beschikt over een eigen budget en
kantoorfaciliteiten.
De Cliëntenraad vergadert twee keer per week. In totaal heeft de Cliëntenraad in 2013 92
reguliere vergaderingen gehouden en komt met werkgroepen gemiddeld nog eens tweemaal per
week bij elkaar. Gelet op het grote aantal verschillende zaken waarover de CR adviseert is er
bijna iedere week een interne of externe deskundige bij de vergadering om toelichting te geven
over een onderwerp. Ook vloeide hieruit inhoudelijk overleg voort met de Federatie Opvang,
Movers, Como, G4, en het Kapstokoverleg.
Het Formeel Overleg met de bestuurder heeft 6 keer plaatsgevonden. Twee overleggen zijn
bijgewoond door een afvaardiging van de Raad van Toezicht.
Ondernemingsraad
Het jaar 2013 was voor de Ondernemingsraad een relatief rustig jaar.
14
Voorgaande jaren is een behoorlijk aantal reorganisaties doorgevoerd en net als veel collegaorganisaties, wacht ook het CVD momenteel op de keuzes vanuit de (landelijke en
gemeentelijke) overheden. Voor de OR stond het laatste deel van 2013 in het teken van de ORverkiezingen die begin 2014 worden gehouden.
De leden van de OR waren in 2013: Bas Goedendorp (voorzitter), Truida de Back (vicevoorzitter),
Connie de Bruin (secretaris), Dalila Merouani, Erik Broer, George Verhagen (t/m september),
Henk van der Hoek (sinds oktober), Ilonka Baak, Kees van der Lee, Martijntje Rodenburg, Piet
Roovers en Sylvia Korpel. Eind september heeft George Verhaegen zich door omstandigheden
na 13 jaar teruggetrokken uit de Ondernemingsraad. Zijn plaats is opgevuld door Henk van der
Hoek, die reserve kandidaat was sinds de tussentijdse verkiezingen in 2012. De OR wordt
ondersteund door een ambtelijk secretaris, Sandra van der Sluis.
Vergaderingen
De Ondernemingsraad vergaderde vijftien keer in 2013. Met de bestuurder is vier maal vergaderd
in een zogenoemde Overlegvergadering. Bij de Overlegvergaderingen van 4 februari en 14
oktober waren ook leden van de Raad van Toezicht aanwezig. Voorafgaand aan een
Overlegvergadering vindt altijd een bespreking met de bestuurder plaats over de agenda.
Adviesaanvragen
De OR heeft adviesaanvragen behandeld over:
 Het gebruik van CVD bedrijfsauto’s
e
 Invoering 2 fase personeelsinformatiesysteem AFAS
 Strategisch Meer Jaren Plan (SMJP)
 Conceptbegroting 2014
 Jaarrekening 2012
Instemmingverzoeken
De bestuurder heeft de volgende instemmingsverzoeken aan de OR voorgelegd:
 Nieuw ontwikkelde beoordelingssystematiek
 Keuze nieuwe Arbodienst
 Verplichte vrije dagen 2014 en 2015
De OR heeft verschillende commissies: de Personeelscommissie, de Financiële commissie en de
Strategiecommissie. Daarnaast heeft de OR een interne werkgroep, belast met de communicatie
met de achterban, de Werkgroep communicatie. Het doel van de commissies is een inhoudelijke
voorbereiding van thema’s voor de OR.
Personeelscommissie
De personeelscommissie heeft in 2013 maandelijks overlegd met de teamleider van P&O. De
partijen informeren elkaar op een open en gedegen wijze. De volgende thema’s zijn aan bod
gekomen: nieuwe arbodienst, nieuw personeelssysteem, herstructurering van een aantal
afdelingen en competentiemanagement.
Verder is de personeelscommissie eenmaal benaderd door een groep medewerkers naar
aanleiding van het indikken van de functiebeschrijvingen.
Financiële commissie
De commissie heeft met de controller gesproken over de jaarverantwoording 2012. De Financiële
Commissie heeft ook de begroting 2014 ontvangen en bekeken. Zij heeft daarover een advies
aan de OR voorgelegd.
15
Strategiecommissie
Het belangrijkste thema voor de strategiecommissie in 2013 was het nieuwe Strategisch
Meerjaren Plan 2014-2018 van het CVD.
Werkgroep communicatie
De Werkgroep Communicatie heeft stappen gezet om de band tussen de OR en collega’s te
verstevigen. Zo zijn OR-leden aangeschoven bij vergaderingen van teams op de locaties. Deze
directe vorm van communicatie geeft de OR meer inzicht in wat er speelt. Bovendien raken de
medewerkers zo meer geïnformeerd over het werk van de OR. Daarnaast zette de werkgroep in
2013 intranet in om de OR zichtbaarder te maken.
In het jaar 2013 heeft de Ondernemingsraad (OR) zich o.a. beziggehouden met onderwerpen die
al langer spelen, zoals reorganisatie en competentiemanagement. De OR heeft de nodige
aandacht besteed aan het nieuwe formulier voor het beoordelen, ontwikkelen en functioneren van
medewerkers. Dit geldt ook voor het zogenaamde “indikken” van de functiebeschrijvingen. In de
OR-nieuwsbrieven zijn medewerkers opgeroepen om hun ervaringen zoveel mogelijk bij de OR te
melden. Dit heeft geleid tot een aantal reacties waarmee de OR aan de slag is gegaan.
Onderwerpen in de OR
De OR is geïnformeerd over de resultaten van het Medewerkers Betrokkenheid Onderzoek en de
uitkomst van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Andere onderwerpen die de revue
passeerden waren de cao-onderhandelingen, het inschakelen van externe beveiligers, de
bedrijfsarts en de constructie van Zowel! De OR heeft kennisgemaakt met de nieuwe
contactpersoon van de AbvaKabo, Debbie van Leiden.
Deskundigheidsbevordering
De OR heeft op medio 2013 een scholingsdag gehouden over de decentralisatie van de AWBZ
naar de WMO en de gevolgen hiervan voor de arbeidsmarkt. Het vermoeden bestaat dat dit voor
de medewerkers van het CVD een lastige situatie kan opleveren. Ter inhoudelijke ondersteuning
heeft de OR het FCB uitgenodigd. Belangrijkste conclusie is dat de flexibiliteit van medewerkers
in deze sector moet worden gestimuleerd – ook over de grenzen van de sector heen.
In november 2013 is de OR bijeengekomen voor een teammiddag om te praten over het SMJP
en de overdracht naar de nieuwe OR.
Verkiezingen 2014
Omdat de OR in april 2014 aftreedt, is het laatste kwartaal van 2013 een start gemaakt met de
voorbereidingen voor de verkiezingen. Een groot deel van de huidige OR-leden treedt af,
waardoor er veel nieuwe geïnteresseerden moeten worden geworven. Er zijn stappen gezet in de
voorbereiding, zoals het aanpassen van het reglement, het opvragen van offertes voor digitale
verkiezingen en het informeren van medewerkers en vakbonden.
16
3. Beleid, inspanningen en prestaties
3.1. Meerjarenbeleid
Strategisch meerjarenplan 2010-2013
Leidraad voor het handelen van het CVD in 2013 was het eind 2009 door de Raad van Toezicht
goedgekeurde Strategisch Meerjarenplan ‘Koers 2010-2013: ‘Versterken en Beperken’.
Het CVD opereert in een omgeving die in veel opzichten sterk aan verandering onderhevig is. Er
is sinds het begin van deze eeuw een ontwikkeling gaande die uitgaat van het versterken van
ieders eigen verantwoordelijkheid. Daarbij wordt een groter beroep gedaan op de burger en zijn
omgeving dan lange tijd het geval was onder gelijktijdige vermindering de van overheidswege
geregelde en/of gefinancierde zorg. Deze filosofie heeft zijn neerslag gevonden in Wet
Maatschappelijke Ondersteuning (WMO).
De implementatie van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gaat hand in hand met de
modernisering en decentralisatie van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Was
deze wet in oorsprong bedoeld om de onverzekerbare risico’s te verzekeren, sinds de invoering
van de regeling werd het werkingsgebied steeds verder uitgebreid. Dat gold ook voor de kosten
die met de uitvoering gemoeid waren.
Dit alles speelt zich af tegen de achtergrond die kan worden samengevat met de term
‘marktwerking’, een ontwikkeling die er ook voor de werkvelden van het CVD toe leidt dat er
naast samenwerking met andere partijen steeds nadrukkelijker sprake is van concurrentie. Dit
vraagt een andere cultuur van de organisatie dan voorheen het geval was; een cultuur waarbij de
kracht van de organisatie effectiever wordt ingezet en in balans wordt gebracht met de
zakelijkheid die moet worden betracht om de organisatie financieel gezond te houden.
Tenslotte kan de economische crisis hier niet ongenoemd blijven. Deze crisis betekende dat het
financiële perspectief van het CVD in een ander, minder gunstig licht, kwam te staan. Want de
crisis heeft effecten op de financiële mogelijkheden van zowel de burger als de overheid. En
daarmee ook van het CVD. In de afgelopen jaren werden de eerste (ingrijpende) consequenties
daarvan zicht- en voelbaar in de organisatie.
Deze en meer veranderingen in de buitenwereld bieden het CVD zowel bedreigingen als kansen.
Zonder de bedreigingen uit het oog te verliezen (deze worden jaarlijks opgenomen in een
Risicomonitor) heeft het CVD haar ambities ten aanzien van de kansen uitgewerkt in het
strategisch meerjarenplan. Daarbij zijn zowel extern als intern een aantal hoofdkeuzen
geformuleerd.
Medio 2011 werden de gemaakte keuzen onder de loep genomen en beoordeeld op hun actualiteit.
Geconstateerd moest worden dat het realiseren van een aantal ambities gezien de huidige
economische omstandigheden vertraagd is geraakt. Ook kon echter geconstateerd worden dat dit
aan de ambities als zodanig en daarmee aan de actualiteit van het SMJP niets afdoet.
2013 was de laatste jaarschijf van het meerjarenplan. In het voorjaar is gestart met de ontwikkeling
van een nieuw strategisch meerjarenplan voor de periode 2014-2018. Dat plan is in december 2013
door de Raad van Toezicht goedgekeurd.
17
Aanpak financiële opgave
Parallel aan de ontwikkeling van de inhoudelijke ambities werd een reorganisatieplan opgesteld,
dat sindsdien werd gevolgd door diverse nieuwe reorganisaties. Deze werden onder meer
ingegeven door een gewijzigde prioriteitsstelling bij diverse opdrachtgevers, waardoor de
subsidie voor een aantal uitvoerende activiteiten werd geschrapt. Voorts werd door de
deelgemeente Hoogvliet (waar het CVD sinds jaar en dag het maatschappelijk werk verzorgde)
met het oog op 2013 e.v. jaren een aanbesteding uitgeschreven. Deze aanbesteding werd niet
door het CVD gewonnen, zodat de werkzaamheden per 2013 door een concurrerende partij
werden overgenomen. De betreffende medewerkers konden alle intern worden herplaatst.
Vergroting portefeuille
In 2013 is het CVD in staat gebleken de -om diverse redenen weggevallen- opbrengsten
gedeeltelijk te compenseren. Dat geschiedde onder meer door de realisatie van een toenemende
AWBZ productie en doordat het CVD een subsidietender in de deelgemeente
Hillegersberg/Schiebroek won.
Kwaliteit (HKZ)
In 2013 vond er één externe audit plaats. De auditor was opnieuw positief over de aandacht die
binnen de organisatie wordt gegeven aan de stelselmatige verbetering van de kwaliteit van het
werk. De tweede audit had einde 2013 moeten plaatsvinden maar heeft enige vertraging
opgelopen, omdat de vaste CVD auditor is vertrokken om een nieuwe functie te gaan vervullen.
Met het auditbureau is afgesproken dat er begin 2014 een focusaudit (te houden door een
nieuwe auditor) zal plaatsvinden met het oog op de hercertificering die in juni 2014 moet
plaatsvinden.
Onderzoek en ontwikkeling

Krachtgerichte methodiek ‘Herstelwerk’
Binnen het CVD wordt de krachtgerichte methodiek geïmplementeerd voor alle cliënten die
worden opgevangen. Voor volwassenen gaat het om Herstelwerk, voor gezinnen om Krachtwerk
en bij jongeren om Houvast. De uitrol voor volwassenen en gezinnen heeft in 2013
plaatsgevonden, voor jongeren zal dat in 2014 gebeuren.
De basis van de methodiek is hetzelfde, er zijn alleen doelgroep specifieke nuances. De formule
van de methodiek is simpel: mobiliseer de krachten van cliënten en stel ze in dienst van de
doelen en inzichten die zij willen bereiken en de cliënten zullen een betere kwaliteit van leven
ervaren vanuit hun eigen gezichtspunt. De methodiek Herstelwerk is gekozen omdat deze prima
aansluit op de missie, visie en kernwaarden van het CVD. Ook ondersteunt de methodiek de
wijze waarop al veel medewerkers denken en werken. De methodiek is ontwikkeld in opdracht
van diverse opvanginstellingen, waaronder het CVD, in samenwerking met UMC St Radboud
Nijmegen en is gebaseerd op het Strength model dat in de Verenigde Staten is ontwikkeld.
In het jaar 2013 lag de nadruk van de implementatie vooral op het creëren van de
randvoorwaarden. In 2014 zal de implementatie van de methodiek in het teken staan van kwaliteit
(verdieping) van de methodiek en het informeren van externe stakeholders.
Mede gezien het belang van de doorontwikkeling en evaluatie van Herstelwerk heeft het CVD in
2012 besloten om zich opnieuw voor een periode van vijf jaar te verbinden aan de Academische
werkplaats Opvang en OGGZ.
18

Arbeidsparticipatie
In 2012 verscheen het zogenoemde ‘Position Paper Arbeidsparticipatie’, waaraan (ook) het CVD
een actieve bijdrage leverde. Om de aanpak zoals beschreven in het Position Paper in praktijk te
brengen, werd de dagopvangvoorziening Van Speyk met ingang van januari 2013 op de nieuwe
leest geschoeid. Kern van de nieuwe (al snel succesvolle) aanpak was dat de opvang van
cliënten in het teken staat van hun arbeidsparticipatie.
In het kader van de arbeidsparticipatie gebeurde er meer in 2013. Zo werd het door de
Cliëntenraad CVD ontwikkelde Peer to Peer traject doorontwikkeld en werd met het Leger des
Heils en de Ontmoeting gewerkt aan de ontwikkeling van een uit cliënten bestaand klussenteam.

Nieuw Strategisch meerjarenplan
Zoals eerder in dit jaarverslag aangegeven, werd in 2013 binnen de organisatie een nieuw
strategisch meerjarenplan ontwikkeld. Tegen die achtergrond werd eind 2013 onderzoek gestart
e
naar de mogelijkheden om een 3 geldstroom te realiseren. Het onderzoek zal begin 2014
worden opgeleverd. Daarnaast werden de medewerkers uitgedaagd om binnen de context van
het nieuwe meerjarenplan projecten in te dienen die leiden tot verbetering van de (kwaliteit van)
onze dienstverlening. Ter inspiratie diende het project ‘Microkrediet jongeren’, dat in 2013 werd
ontwikkeld in reactie op een door Union uitgeschreven prijsvraag. Het project bleek prijswinnend
te zijn!

Ideeënbus
Ook werd medio 2013 gestart met de CVD ideeënbus. Dat leidde in het tweede halfjaar tot het
indienen van 10 ideeën, waarvan twee winnende.

Concept vraag- en wijkgericht werken
Zowel! (het samenwerkingsverband tussen Laurens en de SWK groep waarvan het CVD
strategisch partner is), heeft in 2013 de aanbesteding Zorg & Welzijn in de deelgemeente
Delfshaven gewonnen. Als gevolg daarvan kon het met elkaar ontwikkelde concept voor vraagen wijkgericht werken vanaf 1 juli 2013 daadwerkelijk in de praktijk worden gebracht. De
aanbesteding loopt tot einde 2015.
3.2. Realisatie jaarplan 2013
De activiteiten van het CVD berusten op drie pijlers: de maatschappelijke opvang in al z’n
facetten, de maatschappelijke dienstverlening en de stedelijke ondersteuning van het
vrijwilligerswerk in Rotterdam.
Het aantal clusters werd in januari 2013 verder teruggebracht naar drie. De inhoudelijke
verantwoording over het jaar 2013 vindt plaats langs de lijnen van de gewijzigde clusterindeling.
CRISISINTERVENTIE
Het CVD is op diverse manieren betrokken bij crisisinterventie. Het CVD beschikt over een
Crisisdienst, exploiteert samen met de Zorgservice van de Parnassiagroep het Crisiscentrum
Rotterdam op de noordoever van de Maas en voert voor de regio Rijnmond crisisinterventie uit in
het kader van het Tijdelijk Huisverbod.
Crisisdienst
CVD Crisisdienst is 7x 24 uur beschikbaar, voor mensen met psychosociale problemen die hoog
opgelopen zijn, waardoor er sprake is van een crisissituatie. Dit kan voorkomen bij langer
19
lopende (relatie) problemen, of door een plotselinge schokkende gebeurtenis, zoals een
overlijden of een (dreigende) suïcide, een geweldsituatie of door een ongeval.
De maatschappelijk werkers van de Crisisdienst hebben uitgebreide kennis en ervaring met acute
crisissituaties en kunnen de juiste psychosociale hulpverlening, raad of praktische ondersteuning
geven. Deze vorm van hulpverlening is gericht op het stabiliseren van de crisissituatie. In korte
tijd worden de acute problemen tot een hanteerbare situatie terug gebracht, en wordt de cliënt
doorverwezen naar een reguliere instantie voor vervolghulpverlening.
De Crisisdienst is ook acuut inzetbaar binnen de KIZ (kleinschalige incidenten en zedenzaken),
georganiseerd vanuit de GGD. Tevens is de crisisdienst inzetbaar bij de PSHOR (Psycho Sociale
Hulpverlening Ongelukken en Rampen) die de psychosociale hulpverlening biedt bij grote
ongevallen en rampen.
Zowel de werkzaamheden voor de KIZ als voor de PSHOR worden verricht vanuit samenwerking
met ketenpartners.
Voor het bieden van psychosociale hulp buiten kantooruren heeft de Crisisdienst
overeenkomsten afgesloten met meerdere gemeenten in de regio. Twee overkoepelende
basisschoolorganisaties hebben CVD gevraagd de hulpverlening bij crises te bieden. Dit wordt in
2014 verder uitgewerkt.
De KIZ is opgezet en wordt gecoördineerd door de GGD. Het CVD maakt deel uit van het
coördinatieteam, wat inhoudt dat het CVD vanuit het hulpverleningsaspect bij alle KIZ oproepen
betrokken is. De KIZ biedt binnen het werkgebied van de regiogemeenten in de Rotterdamse
regio gecoördineerde hulpverlening als een ingrijpende gebeurtenis heeft plaatsgevonden die
ongewoon sterke emoties oproept en die leiden tot maatschappelijk onrust. Bij deze vorm van
onrust is het van belang dat de hulpverlening goed op elkaar afgestemd wordt, wat binnen het
coördinatieteam een taak is van het CVD.
Medewerkers van de Crisisdienst nemen ook deel aan de PSHOR, dat een onderdeel is van de
regionale rampenorganisatie. In 2013 heeft er wel een oefening plaatsgevonden, maar is er geen
werkelijk incident geweest.
Tenslotte wordt bij ernstige calamiteiten binnen het CVD de crisisdienst opgeroepen, die dan de
eerste crisishulpverlening aanbiedt aan zowel de collega’s als aan cliënten van het CVD.
Ook voor de gemeente Nieuwe Waterweg Noord en het zorggebied van Careyn is de interventie
in crisissituaties buiten kantooruren ondergebracht bij het CVD. In dat kader werden in 2013 8
oproepen ontvangen. Tenslotte zijn er 29 KIZ meldingen (Kleinschalige Incidenten Zedenzaken)
geweest, met 119 vervolgcontacten.
Het afgelopen jaar zijn er in totaal 2114 gesprekken gevoerd of andere contacten geweest.
De productie/inzet over 2013 ligt hoger dan voorgaande jaren. Oorzaken hiervoor zijn:
 Door verscherping van de interne werkafspraken worden cliënten en verwijzers sneller
rechtstreeks doorverwezen naar de Crisisdienst.
 Sinds 2013 registreren we ook de ‘no shows’.
 In voorgaande jaren is er veel tijd besteed aan het vergroten van de naamsbekendheid en
versterken van het netwerk. Dit werpt nu zijn vruchten af.
 Er zijn in 2013 erg veel KIZ zaken geweest, met name op het gebied van zedenzaken.
Huisverbod
Huiselijk geweld staat al jaren hoog op de agenda van het gemeentebestuur in Rotterdam. In
2009 is de Wet Tijdelijk Huisverbod in werking getreden. Rotterdam is veruit koploper in de
toepassing van de wet. In het startjaar 2009 waren er in totaal 436 oproepen, in 2013 waren dit er
20
538. Het aantal oproepen van de CVD Crisisdienst in het kader van de wet Tijdelijk Huisverbod is
in vergelijking met 2012 in 2013 met 102 oproepen afgenomen.
De ureninzet van de CVD Crisisdienst bij de procedure huisverbod neemt ten opzichte van 2012
in het jaar 2013 significant af. Het aantal opgelegde huisverboden is in 2013 ten opzichte van
2012 afgenomen met 4%. Minder oproepen en iets minder opgelegde huisverboden.
Wordt er een huisverbod werd opgelegd?
Huisverbod opgelegd
2013
ja
461
nee
Totaal procedure Huisverbod
77
538
De in 2012 gestarte pilot huisverbod bij kindermishandeling is ook in 2013 voortgezet. Hierbij
wordt door middel van een huisverbod de mishandelende ouder in plaats van het mishandelde
kind uit huis geplaatst. Ultimo 2013 neemt het team deel aan de kernoverleggen van de LTHG’s
(Lokale Teams Huiselijk Geweld) in alle deelgemeenten.
Crisiscentrum Rotterdam
Iedereen die in acute psychische en/of sociale nood verkeert kan terecht bij het Crisiscentrum.
Het Crisiscentrum, dat een samenwerkingsverband is tussen het CVD en Parnassia, is altijd
bereikbaar, aan de deur of per telefoon. Als het nodig is, kunnen mensen kortdurend worden
opgenomen. In het Crisiscentrum is ook het Meldpunt gevestigd. Het idee achter het Meldpunt is:
één nummer voor iedereen die in een sociale of psychische crisissituatie verkeert. Het Meldpunt
is 24 uur per dag beschikbaar.
In totaal zijn er 2386 meldingen geweest in 2013. Hoewel het Crisiscentrum ook rechtstreeks
wordt benaderd door cliënten, vindt de hulpverlening veelal plaats via doorverwijzing.
De combinatie van psychiatrische (geleverd door Parnassia) en psychosociale (geleverd door het
CVD) hulpverlening in een crisiscentrum is uniek in Nederland. Het Crisiscentrum beschikt over
6 bedden voor crisisopvang.
Bedbezetting Crisiscentrum
2013
Capaciteit
6
Patiënten
471
Verblijfsduur in dagen
5,09
Bedbezetting
4,65
De samenwerking tussen het Crisiscentrum en CVD onderdelen heeft ook in 2013 verder vorm
gekregen: het Crisiscentrum heeft wanneer nodig een bed beschikbaar voor CVD-cliënten die
vanwege hun gedrag tijdelijk niet meer te handhaven zijn in een sociaal pension. Drie keer heeft
het Crisiscentrum voor bewoners van een sociaal pension een time out geboden.
De Crisisdienst is in 2013 eenmaal ingeschakeld voor het begeleiden van een transport van een
cliënt van het Crisiscentrum naar een politiebureau.
21
MAATSCHAPPELIJKE OPVANG
TOEGANG TOT MAATSCHAPPELIJKE OPVANG EN TRAJECTEN
2013 was het laatste jaar van het Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang (MO). In dit jaar is
door gemeente en zorginstellingen onder meer invulling gegeven aan het zogenoemde
14-maanden actieplan, bedoeld om in de laatste periode van het Plan van Aanpak nog een
verbeterslag te maken op een aantal wezenlijke aspecten van de opvang. Zaken als doorstroom
(efficiëntie van de ketens) en activering van cliënten en nazorg zijn nader onder de loep
genomen. Het CVD heeft hier een actieve bijdrage aan geleverd.
Het CVD heeft de beschikking over een tweetal passantenverblijven (nachtopvangvoorzieningen)
alsmede een breed scala aan intra- en extramurale woonvoorzieningen om de betrokkenen een
passende, perspectiefrijke en op door- of uitstroom gerichte opvang te kunnen bieden.
Sinds het eerste Plan van Aanpak MO werd vastgesteld, is intake een grote rol gaan spelen bij
de aanmelding voor een passende woonvoorziening en bij het bepalen van het meest passende
traject voor dak- en thuislozen. De intake vindt plaats door de cliëntmanager, die binnen de
instelling de regie over de trajecten van (ex) dak- en thuislozen voert.
De cliëntmanagers hebben op verzoek van de gemeente in 2013 gedurende 3 maanden Centraal
Onthaal (CO) ondersteund bij het screenen van dakloos geraakte Rotterdammers voor de COpassen en hebben trajectgesprekken bijgewoond. Deze deskundigheidspilot heeft een duidelijke
meerwaarde opgeleverd voor beide partijen. In 2014 zal hier een vervolg aan worden gegeven.
De cliëntmanagers nemen ook deel aan de zogenoemde Traject ToewijzingsCommissie (TTC)
voor respectievelijk volwassen alleenstaande dakloze Rotterdammers, gezinnen en de jongeren
(voor elk van deze groepen is een aparte TTC werkzaam). In 2013 zijn er in totaal 107
trajectinventarisaties (gezinnen en volwassenen) gemaakt. Daarvan was er bij 57 personen
(53%) een vermoeden van psychiatrie of een psychiatrische diagnose. Met de trajectregisseurs
van de gemeente Rotterdam is veelvuldig overlegd over de voortgang van de trajecten.
Voor het monitoren van de voortgang van de trajectplannen wordt sinds 2012 gebruik gemaakt
van de zogenoemde Zelfredzaamheidmatrix. In 2013 zijn er 2.287 ZRM’s (scores van de
Zelfredzaamheid-matrix) ingevuld in het gemeentelijk cliëntvolgsysteem (e-Vita).
Het aantal cliënten dat in 2013 door het CVD in de maatschappelijke opvang werd opgevangen
(in totaal 1.436, stand ultimo 2013) laat zich als volgt verdelen:
Nb. Met outreachend wordt gedoeld op nazorg en de satellietwoningen.
22
NACHTOPVANG EN INTRAMURALE (WOON)VOORZIENINGEN
Nachtopvang (passantenverblijf)
Het CVD heeft op twee plekken in de stad in totaal 62 bedden voor de nachtopvang van dak- en
thuislozen. CVD Havenzicht is gevestigd op de noordoever, CVD de Hille op de zuidoever.
Overdag heeft CVD de Hille een dagopvang, waar dak- en thuislozen terecht kunnen voor een
kopje koffie, maaltijden, sociale contacten en diverse activiteiten. De gemiddelde bezetting in
2013 was in Havenzicht 94% en in de Hille 95%.
Onderstaande figuur laat zien hoe veel nachten de cliënten in de nachtopvang verbleven:
In 2013 zijn er 723 unieke passanten geregistreerd. Dat zijn er 108 meer dan in 2012 (n=615). In
de winter van 2012/2013 is de winterregeling vaak van kracht geweest wat maakt dat het aantal
unieke cliënten groter is dan voorgaande jaren.
Ruim 50% (of 377) van de passanten heeft 1 tot maximaal 14 nachten in de nachtopvang
geslapen. De vluchtigheid van het gebruik van de laagdrempelige opvang is bekend en een
constante factor. Met de groep ‘vluchtige’ passanten is het lastig een langdurige zorgrelatie op te
bouwen. Het maken van een trajectplan is vaak niet mogelijk.
In totaal hebben 346 cliënten (48%) meer dan 14 nachten geslapen in de nachtopvang van het
CVD; een groot deel daarvan (207 cliënten) heeft tot maximaal 62 nachten in de nachtopvang
geslapen. Dat wil evenwel niet zeggen dat met al deze cliënten wel een langdurige zorgrelatie
kon worden opgebouwd. Er konden in 2013 in totaal 107 trajectinventarisaties worden gemaakt
waarvan de uitvoering is gestart. Daarnaast zijn er 65 inventarisaties opgesteld zonder dat er iets
mee kon worden gedaan. Redenen zijn vooral dat cliënt zich niet aan de voorwaarden hield, zelf
woonruimte vond of (alsnog) uit beeld raakte.
Daarnaast stroomden in totaal 135 cliënten succesvol door- en uit (een deel van deze groep
kwam reeds in 2012 in de nachtopvang terecht). 14 Personen hebben in 2013 meer dan 182
nachten (>6 maanden) geslapen in de nachtopvang. Deze cliënten hebben een verlenging van
hun CO-pas gekregen aangezien zij op een wachtlijst stonden voor een vervolgplek.
Tenslotte waren in totaal 86 cliënten die in 2013 in de nachtopvang terechtkwamen, einde 2013
nog niet door- of uitgestroomd.
23
De CO-pas (CO staat voor Centraal Onthaal) die door de gemeente wordt uitgegeven en
daarmee toegang geeft tot maatschappelijke opvang wordt niet voor onbepaalde tijd verstrekt. In
2012 is ingevoerd dat de CO-pas voor maximaal 6 maanden verstrekt wordt. In 2013 zijn er 8
passen ingetrokken (vergelijk 2012: 21) omdat de cliënten niet begeleidbaar waren, niet mee
willen werken aan hun TTC of langdurig geschorst zijn vanwege ernstige overtredingen
In onderstaande figuur wordt aangegeven waar de cliënten na de nachtopvang naar toe zijn
gegaan.
Uitstroom nachtopvang
eerste fase woonladder CVD
tweede fase woonladder CVD
1% 3% 1%
GGZ
8%
35%
21%
MO overig extern
sociaal pension CVD
6%
4%
6%
15%
zelfstandig wonen (met en
zonder nazorg)
(z)onder dak
naar eigen sociaal netwerk van
cliënt
overige instellingen
Havenzicht verpleegafdeling
Zoals uit de grafiek blijkt, was het perspectief voor het merendeel van de cliënten om (op termijn)
zelfstandig te gaan wonen. Ruim een derde van de cliënten stroomde tegen die achtergrond door
naar de eerste fase van de woonladder doorstroom[pension). Voor deze cliënten is het
perspectief realistisch dat zij binnen een termijn van 6 maanden tot 2 jaar door- of uitstromen
naar een zelfstandig(er) vorm van huisvesting. Daarnaast stroomde nog eens ruim 20% van de
cliënten direct door naar een vorm van zelfstandig(er) wonen
In onderstaande figuur wordt de leeftijdsverdeling van de passsanten in de nachtopvang over een
periode van vier jaar weergegeven. Opvallend is dat in 2013 de groep jongere cliënten (18-35
jaar) groter was dan in de jaren ervoor.
24
Leeftijdsverdeling NO- cliënten
140
120
100
80
2013 (n=723)
60
2012 (n=603)
40
2011 (n=606)
20
2010 (n=593)
0
In 2013 zijn de kosten van de nachtopvang in Rotterdam onder de loep genomen en heeft er een
doorontwikkeling van de nachtopvang plaatsgevonden. Wat betreft de doorontwikkeling is
afgesproken om de opvangperiode van maximaal 6 maanden op te knippen in 3 fasen. De eerste
fase wordt crisisopvang (max. 2 weken), aansluitend komt de zorgvraagverduidelijkingsfase
(max. 6 weken) en dan komt de tussenfase waarin de cliënt in afwachting is van z’n vervolgplek.
‘Wachten’ betekent echter niet dat de cliënt niets hoeft te doen. Er wordt in die periode onder
meer ingezet op het stabiliseren van schulden resp. schuldhulpverlening, het realiseren van een
zinvolle dagbesteding en een woontraining. In 2014 zal dit model worden ingevoerd.
CVD Havenzicht
CVD Havenzicht heeft drie afdelingen: nachtopvang (30 bedden), verpleegafdeling (20 bedden)
en een intramurale woonafdeling (17 bedden).
De kracht en het unieke van CVD Havenzicht zit hem vooral in het samenbrengen en onderling
uitruilen van diverse expertises. Passanten, patiënten en bewoners kunnen gebruik maken van
voorzieningen die anders voorbehouden waren aan een van de drie onderdelen; nachtopvang,
verpleegafdeling en wonen. Denk hierbij aan zaken als activiteitenbegeleiding, maatschappelijk
werk, de straatdokter en pedicure.
Vooral CVD Havenzicht Wonen en CVD Havenzicht Verpleegafdeling brengen medische zorg bij
de mensen die, versterkt door overige (niet medische) problematieken, elders vaak niet de juiste
zorg kunnen ontvangen. De aard en zwaarte van deze zorg kan variëren; van een ontregelde
suikerziekte tot aan terminale zorg.
Havenzicht verpleegbedden
2013
2012
2011
Aantal opnames
Unieke personen
Gemiddelde leeftijd
Gemiddelde verblijfsduur in dagen
Aantal patiënten overleden
Bezetting
69
69*
53
170
4
103%
60
78
52
175
4
96%
92
85
52
153
4
93%
* 13 vrouwen en 56 mannen
25
Naast de nachtopvang, verpleging en wonen levert Havenzicht ook een aantal aanvullende
diensten. Zo kunnen CVD-cliënten, onder begeleiding van Havenzicht, terecht bij de tandarts.
Daarnaast komt regelmatig een pedicure de verwaarloosde voeten van de cliënten behandelen.
CVD Havenzicht heeft in de GGD een belangrijke partner. Enerzijds omdat vanuit de GGD met
een zekere regelmaat aanmeldingen voor de verpleegafdeling komen. Anderzijds is Havenzicht
nauw verbonden met het Straatdokterproject van de GGD. Elke woensdagavond is er een
straatdokterspreekuur dat druk wordt bezocht door diverse doelgroepen (w.o. MO-cliënten,
illegalen, Moe-landers). In 2013 zijn er in totaal 584 consulten geweest, een behoorlijke toename
ten opzichte van 2012 met 471 consulten.
Het zorgbeleid van de langdurige (> 3 mnd.) patiënten van de verpleegafdeling Havenzicht wordt
in samenspraak met Humanitas bepaald. Humanitas stond aan de wieg van de verpleegafdeling
en is en blijft een belangrijke samenwerkingspartner.
CVD de Hille
CVD de Hille biedt aan 50 cliënten een bed: 32 plaatsen in de nachtopvang en 18 in het pension.
Daarnaast heeft CVD de Hille 60 stoelen in de dagopvang. Ook heeft CVD de Hille een
gebruiksruimte waar maximaal 25 cliënten een pasje voor mogen hebben.
De dagopvang van CVD de Hille heeft in 2013 gemiddeld 53 bezoekers per dag ontvangen.
Binnen CVD de Hille zijn eind 2011/begin 2012 samen met de gemeente plannen gemaakt om de
voorziening verder vorm te geven, waaronder het voornemen om de vrijgekomen zolder (de
dagactiviteiten zijn in 2012 verhuisd naar de begane grond) om te bouwen naar in totaal 11 extra
doorstroompensionkamers.
Over deze voorgestelde verandering van functies binnen de Hille is bij de diverse partijen (w.o.
Deelgemeente Feyenoord, stadsmarinier, politie, GGD en CVD) verschil van inzicht ontstaan.
Uiteindelijk kon halverwege 2013 door het gemeentebestuur worden besloten het voornemen te
realiseren. De werkzaamheden, waarvoor tevens goedkeuring voor werd verkregen van het
bestuur van de eigenaar (Delta), zullen in het eerste kwartaal van 2014 starten.
De klankbordgroep CVD de Hille is in 2013 twee maal bijeen geweest. In beide overleggen kwam
naar voren dat er geen noemenswaardige overlast van CVD de Hille is. CVD de Hille reageert
adequaat op meldingen van omwonenden.
In de winter van 2012/2013 is er tussen 7 december 2012 en 7 april 2013 zes keer sprake
geweest van een winterkouderegeling (WKR). In totaal gaat het om 72 nachten. Daarmee is de
winteropvang in totaal een stuk langer open geweest dan de afgelopen jaren (16 nachten vorige
winter, 46 nachten in 2010/2011). De kapel in de Hille en de extra locatie aan de
Noorderkanaalweg zijn tijdens deze dagen ingezet.
Eerste fase woonladder: doorstroompensions CVD de Hille, CVD de Stelle en CVD Mackay
In de (doorstroom)pensions CVD de Hille, CVD Mackay en CVD de Stelle kan door de bewoners
weer worden ‘gewend aan het wonen’ in een setting waarbij nog 24-uurs begeleiding aanwezig
is. Het betreft hier de zogenoemde eerste fase van de door het CVD ontwikkelde woonladder, die
is bedoeld om (voormalig) dak- en thuislozen te ondersteunen in het (weer) zelfstandig leren
wonen. Men wordt intensief begeleid met de bedoeling door te stromen naar een extramurale
woonvoorziening dan wel uit te stromen naar een kamer of woning zonder begeleiding.
26
2013
Capaciteit
Bezetting
Unieke cliënten
Doorstroom
Man / vrouw verhouding
Gem. leeftijd
Gem. verblijfsduur in jaar
De Hille
De Stelle
Mackay
18
95%
45
22
36 m / 9 v
47
0,5
24
98%
64
41
64 m
40 jaar
0,3
25
99%
39
13
34 m – 5 v
42 jaar
1,3
CVD de Hille pension
CVD de Hille pension heeft 18 plekken voor zowel mannen als vrouwen. Cliënten stromen vanuit
de nachtopvang naar het pension. In totaal zijn er in 2013 45 unieke cliënten geweest. Na de
uitbreiding met 11 kamers op de zolderetage zal het pension in de loop van 2014 in totaal 29
plekken hebben.
Eén van de medewerkers heeft, samen met twee stagiaires en 5 vrijwilligers, de
activiteitenbegeleiding op zich genomen. Het animo om mee te doen onder cliënten wordt steeds
groter. In het kader van het vergroten van de zelfredzaamheid kunnen de pensionbewoners hun
kleding nu zelf wassen en hebben ze een locker in de keuken voor hun kookspullen. Tevens
kunnen zij nu hun eigen lunchpakket samenstellen.
CVD de Stelle
CVD de Stelle is een doorstroompension voor dakloze mannen met doorgaans lichte
psychiatrische en/of verslavingsproblemen.
CVD de Stelle heeft in 2013 de focus gelegd op doorstroom en heeft veel baat gehad bij de
geïmplementeerde methodiek Herstelwerk. In 2013 zijn 41 cliënten doorgestroomd, 11 boven de
prestatieafspraak. Voor alle cliënten wordt een participatielijst ingevuld, deze lijst geeft goed zicht
op de fase waarin een cliënt zit. Zo hebben zij na 8 weken een dagbesteding en inkomensbeheer
en leren zij koken, dit alles ter voorbereiding op de doorstroom: binnen 6 maanden worden de
cliënten gericht doorverwezen naar een andere vorm van wonen. Voor 10 cliënten is langer
verblijf mogelijk tot maximaal 1 jaar.
De contacten met de beheerscommissie, de buurt, de politie, onze naaste buren,
woningcorporaties en verschillende collega instellingen in Hoogvliet waren goed. De cliënten
namen deel aan alle activiteiten georganiseerd door CVD Focus, waaronder de succesvolle
training Focus op Succes.
In 2013 heeft de Stelle wederom een aantal cliënten naar satellietwoningen in de buurt uit laten
stromen. De begeleiding wordt door de medewerkers van de Stelle geregeld.
Hierdoor is de Stelle een echte moedervoorziening aan het worden. In 2014 zal de voorziening
de functie van Thuishaven krijgen.
CVD Mackay
Wie meer individuele begeleiding nodig heeft, kan terecht bij CVD Mackay. Het woonproject is
vooral bedoeld voor mannen en vrouwen met een (zwaardere) psychiatrische problematiek, die
niet kunnen gedijen in een sociale woonvorm zoals CVD de Stelle.
27
Als eerste binnen het CVD heeft CVD Mackay Herstelwerk ingevoerd.
Een nieuwe team- en kantoorindeling heeft geleid tot kortere communicatielijnen; er zijn twee
teams gevormd, elk met een HBO-woonbegeleider, 2 MBO-woonbegeleiders en een
activiteitenbegeleider. De verpleegkundige houdt wekelijks een inloopspreekuur en houdt met alle
nieuwe bewoners een medische intake. Er is een vaste huisarts voor de voorziening.
Met fondsengeld is de tuin opgeknapt en zijn er sportspullen aangeschaft om in de tuin te
gebruiken. Een aantal bewoners heeft een stukje eigen grond gekregen in de tuin om groente op
te verbouwen.
Dit jaar is er ingezet om de doorstroom op de Mackay te optimaliseren.
Doorstroomcliënten worden na uitstroom naar een satellietwoning begeleid en gevolgd om
terugval zoveel mogelijk te voorkomen. Uitstromende cliënten worden om dezelfde reden
aangespoord om in de buurt van de voorziening een woning te zoeken zodat zij nog enige tijd
met een extramurale AWBZ indicatie ambulant begeleid kunnen worden. Het team geeft de
cursus Eigen Stek om bewoners voor te bereiden op (opnieuw) zelfstandig wonen.
Sociale Pensions
Het CVD exploiteert vier sociale pensions.
CVD de Nok (31 plekken en 6 plekken in een satellietwoning), CVD de Heemraad (24 plekken),
CVD de Schuilplaats (30 plekken) en CVD Havenzicht Wonen (17 plekken) zijn 24-uurs
woonvoorzieningen voor dak- en thuislozen ouder dan 23 jaar die ten gevolge van chronische
psychiatrische problematiek, veelal gecombineerd met verslavingsproblematiek, niet in staat zijn
om zelfstandig te wonen. Bij CVD Havenzicht Wonen hebben de bewoners ook nog somatische
beperkingen. Alle bewoners van een sociaal pension zijn in behandeling bij de GGZ.
Het contact met de behandelaren was in 2013 goed, al werd steeds meer merkbaar dat de
bezoekfrequentie lager wordt door andere regelgeving en bezuinigingen.
2013
Capaciteit
Bezetting
Unieke cliënten
Gem. leeftijd
Aantal manvrouw
Gem.
verblijfsduur
De
Heemraad
24
100%
26
48 jaar
24 m – 2 v
De
Schuilplaats
30
98%
48
47 jaar
42 m - 6 v
De Nok
Bergweg
31
99%
53
49 jaar
45 m – 8 v
De Nok
Willebrordus
6
91%
10
54 jaar
10 m
Havenzicht
Wonen
17
100%
19
62 jaar
19 m
4 jaar
3,2 jaar
3,5 jaar
3,9 jaar *
1,3 jaar **
* de satellietwoning van de Nok bestaat korter dan de Nok, een aantal bewoners van CVD de Nok zijn doorgestroomd
naar de satellietwoning. Dit verklaart de gemiddelde verblijfsduur.
** Havenzicht wonen is per 1 mei 2012 geopend.
Het activiteitenprogramma voor de sociale pensions loopt, maar het blijft moeilijk om deze
cliënten te activeren. Er is een gezamenlijk jaarprogramma voor de sociale pensions. Er zijn veel
activiteiten die te maken hebben met het normale dagelijkse leven, zodat de cliënten weer wat
meer ervaring krijgen met wat maatschappelijk geaccepteerd is.
CVD de Heemraad
De cliëntgroep van CVD de Heemraad onderging weinig wijzigingen. Het in 2012 ontwikkelde
nieuwe activiteitenprogramma, dat meer aansluit bij onze cliënten, wordt nog steeds enthousiast
gevolgd door de cliënten. Tenslotte zijn delen van het pand opgeknapt, dit zal zeker doorgaan in
2014.
28
CVD de Nok
De satellietwoning in de Willebrordusstraat heeft een opknapbeurt gehad evenals de sanitaire
ruimtes in het hoofdgebouw. Er is nog steeds veel aandacht voor (brand)veiligheid. Omdat deze
voorziening veel zgn. verzamelaars huisvest worden er wekelijks kamercontroles gehouden.
Bewoners worden ook op deze manier actief betrokken bij veiligheid en er worden afspraken
gemaakt wat de bewoners al dan niet op hun kamers mogen bewaren.
Er is in 2013 een aantal interne verhuizingen geweest om zo de situatie met deze groep
bewoners beheersbaar te houden. Alcoholisten en drugsgebruikers bij elkaar geeft een
bijzondere dynamiek.
CVD de Schuilplaats
Het buurtplatform (een alternatief voor de beheerscommissie) is in 2013 viermaal bijeen geweest.
In dit platform wordt kennis gedeeld en informeert men elkaar over de situatie in de wijk.
De viering van de Kroningsdag was voor de buurtbewoners en de cliënten van de Schuilplaats
een uitgelezen kans om de banden aan te halen.
De inzet op dagbesteding geeft tevredener cliënten èn omgeving, inmiddels heeft meer dan 50%
een vorm van dagbesteding.
CVD Havenzicht Wonen
Havenzicht Wonen is onderdeel van de grote voorziening Havenzicht en is een 24-uurs
woonvoorziening voor dak- en thuislozen met gecombineerde problemen en beperkingen (zgn.
kwartetdiagnose). Ook mensen die al in een instelling verblijven maar wel een dak- of thuisloze
achtergrond hebben, komen in aanmerking voor begeleiding.
Er werd in 2013 meer gebruik gemaakt van vrijwilligers binnen Havenzicht, zo werden de
activiteiten voor de bewoners mede georganiseerd door vrijwilligers die bijvoorbeeld een
maatschappelijke opleiding volgen. Daarnaast had Havenzicht wonen een kook-vrijwilliger (cliënt
van CVD de Hille) en konden cliënten geknipt worden door een vrijwilliger. De afdelingen maken
steeds meer gebruik van elkaars expertise: de nachtopvang houdt zich bezig met praktische
zaken, de verpleegafdeling heeft zorg als specialisme en wonen richt zich op welzijn en
dagbesteding. De patiënten van de verpleegafdeling worden maatschappelijk begeleid zodat er
geen ‘draaideurpatiënten’ meer zijn. Overdag kunnen deel nemen aan de activiteiten
georganiseerd door Havenzicht wonen, anderzijds kunnen cliënten van wonen die op enig
moment verpleging nodig hebben ‘in huis’ blijven.
EXTRAMURAAL WONEN
Extramurale voorzieningen zijn bedoeld voor mensen die met moeite of niet (helemaal)
zelfstandig kunnen wonen. Het gaat dan om voormalig dak- en thuislozen, maar ook om
gezinnen met kinderen en mensen met een psychiatrische achtergrond.
Om dak- en thuislozen te ondersteunen in het zelfstandig leren wonen heeft het CVD de
woonladder ingericht. Velen stromen vanuit de Nachtopvang door naar een Doorstroompension
(de eerste fase van de woonladder) om van daaruit steeds zelfstandiger te gaan wonen. Mensen
worden in ongeveer twee jaar tijd intensief begeleid om uiteindelijk -al dan niet met begeleidingop zichzelf te gaan wonen. Anderen stromen direct door naar een tweede of latere fase. Het CVD
kent een brede range aan extramurale voorzieningen.
In 2013 lag de focus op een snelle door- en uitstroom van cliënten. Met succes. Zoals uit
onderstaande tabel blijkt, lag de door- en uitstroom in 2013 ca. 30% hoger dan in 2012.
29
ambulante woonbegeleiding
volwassen
2013
gezinnen
jongeren
2012
2013
2012
2013
2012
Doorstroom 34
16
7
15
0
0
Uitstroom
49
43
18
12
134
101
Totaal
83
59
25
27
134
101
Om terugval na uitstroom te voorkomen en tijdig in te kunnen grijpen is in 2013 het monitoren van
uitgestroomde cliënten gestart. Na uitstroom worden cliënten 3 jaar lang twee keer per jaar
gemonitord. Bij (dreigende) terugval wordt er kortdurende hulverlening ingezet; wordt
doorverwezen of (indien dit toch niet voldoende blijkt te zijn) worden cliënten opnieuw in traject
genomen. Daarnaast wordt er sinds juli 2013 gewerkt met een terugvalpreventieplan per cliënt.
Tweede fase woonladder: Wonen Werken Leven (WWL)
Het WWL is een tweede fase woonproject voor cliënten die na een half jaar in de eerste fase
(CVD de Stelle of CVD Mackay) meer tijd nodig hebben om verder te kunnen verzelfstandigen.
Het project omvat een hoofdvoorziening ’s Gravenhof, 14 plaatsen met 7 keer 14 uur begeleiding
en twee grotere woonpanden: de Sleephelling met 16 plaatsen en (op 600 meter van de
hoofdvoorziening) de Henegouwerlaan met 9 plaatsen. ’s Nachts kan er teruggevallen worden op
de mobiele nachtwacht. Daarnaast wonen er cliënten in 16 woningen, die in de directe omgeving
van de hoofdvoorziening zijn gelegen. De doelgroep van WWL bestaat uit cliënten van 23 jaar en
ouder met lichte psychiatrische en/of verslavingsproblemen. Door het bieden van huisvesting en
begeleiding worden zij toegeleid naar een zo zelfstandig mogelijke woonsituatie.
In WWL ‘s Gravenhof passen cliënten die baat hebben bij een groepsproces en een intensief
contact met de begeleiders. In de Sleephelling en Henegouwerlaan is de begeleiding minder
intensief. Doordat de begeleiding altijd in de nabijheid is, is het WWL bij uitstek geschikt voor
mensen die méér nodig hebben dan met alleen ambulante begeleiding kan worden geboden.
WWL ‘s Gravenhof is in 2013 als een van de eerste teams na Mackay gestart met de nieuwe
methodiek Herstelwerk. Door het Herstelwerk heeft er in 2013 ook een heroverweging
e
plaatsgevonden ten aanzien van het verblijf in woonvoorzieningen in de 2 fase. De lijn dat een
aantal cliënten langer kan blijven (‘long-stay’-afdeling) is losgelaten.
Afhankelijk van de individuele situatie stromen cliënten door naar een pensionvoorziening of
stromen ze uit naar (Z)onder dak of zelfstandig wonen. Voor de zittende cliënten betekende het
een hele verandering: van wonen naar tijdelijk verblijf met een maximale duur.
In de 16 woningen wonen veelal ernstig verslaafde cliënten. Cliënten die stabiel zijn worden
voorbereid op vertrek en intensief begeleid in de overgangsperiode. In die fase is er een
verhoogde kwetsbaarheid en een verhoogd risico op terugval te zien. De gemiddelde bezetting
bij CVD WWL lag in 2013 op 100%. In totaal stroomden in 2013 13 cliënten uit waarvan 9
positief.
Het aantal aanmeldingen van cliënten met een alcoholverslaving is in 2013 duidelijk toegenomen.
Omdat zij ook de meeste overlast veroorzaken is er een nauwe samenwerking aangegaan met
Bouman (detox) en de wijkpolitie.
30
Derde fase woonlader: Zelfstandig (begeleid) wonen
CVD (Z)onder Dak
CVD (Z)onderdak biedt woonbegeleiding aan voormalig daklozen met een meervoudige
problematiek (waaronder meestal verslaving). De begeleiding is minder intensief dan bij WWL.
De woningen worden gehuurd door de gemeente of (in beperkte mate) door het CVD.
Cliënten krijgen via fiattering door de zogenoemde TrajectToewijzingsCommissie (TTC) toegang
tot de woning. Cliënten ondertekenen een woonbegeleidingsovereenkomst met het CVD. De
begeleiding bestaat uit gemiddeld één huisbezoek per week en heeft een verplichtend karakter.
De begeleiding is gericht op een zo groot mogelijke zelfredzaamheid van de cliënten. Begeleiding
vindt ook plaats in een door de cliënt zelf gehuurde woning (met woonbegeleidingscontract als
voorwaarde bij het huurcontract). Het CVD begeleidde in 2013 86 cliënten in hun eigen woning;
68 daarvan kregen de reguliere (Z)onder dak begeleiding en 18 cliënten kregen nazorg. Nazorg
betekent één huisbezoek per maand met de mogelijkheid tot tijdelijke intensivering van de
begeleiding bij terugval.
Het aantal cliënten bij (Z)onder dak is in 2013 stabiel gebleven (gemiddeld 184), terwijl zowel de
instroom als de door- en uitstroom zijn toegenomen. Er zijn in totaal 21 cliënten volledig
zelfstandig gaan wonen en het aantal cliënten dat een woning op zijn eigen naam heeft staan
nam toe van 51 ultimo 2012 naar 84 cliënten eind 2013. Anderzijds heeft de instroom van
cliënten vanuit een forensische verslavingszorgvoorziening geleid tot meer incidenten en een
hoger terugvalpercentage. De landelijke afkicksetting wordt verruild voor de stadse setting, wat
betekent dat men gemakkelijk terugvalt in het ‘oude leven’. Om terugval te voorkomen als nazorg
eindigt is er in 2013 gestart met een halfjaarlijkse monitoring van de cliënt gedurende een periode
van drie jaar.
CVD Sandelingplein
CVD Sandelingplein is een doorstroomvoorziening met 11 units voor mensen van 40 jaar en
ouder. In deze bijna zelfstandige woonvorm worden mensen geplaatst met een vrij duidelijke
problematiek die geen verslaving hebben. Cliënten stromen door naar zelfstandig wonen of
indien dit niet haalbaar blijkt naar (Z)onder dak.
Bij aanvang wordt gekeken waar ondersteuning nodig is en welke belemmeringen er zijn om
(weer) zelf een woonruimte te betrekken en een huishouden te voeren.
De gemiddelde bezetting lag in 2013 op 90%. In totaal stroomden zeven cliënten uit, waarvan
één naar een (Z)onder dak woning terwijl vier cliënten zelfstandig zijn gaan wonen.
Medio 2013 overleed een teamlid tijdens zijn werk in deze voorziening als gevolg van een
geweldsincident. Dit heeft een enorme impact gehad op de medewerkers van het CVD en in het
bijzonder op de leden van het betrokken team. Ook onder cliënten heeft het ernstige incident
indruk gemaakt. Een en ander heeft onder meer geleid tot aanpassing in de werkwijze van de
voorziening.
Het 2013 is in Hillesluis het project Maatschappelijk Herstel (initiatief van Bouman) gestart. Dat
gebeurde onder meer vanuit het Sandelingplein. De bedoeling is cliënten te activeren of een
maatje toe te wijzen ter ondersteuning in hun dagelijkse bezigheden. Er worden verbindingen in
de wijk gelegd. De bedoeling is de professionele hulpverlening te ontlasten én terug te dringen en
de talenten van bewoners in de buurt/wijk beter te benutten. Drie cliënten maken vanuit het
Sandelingplein gebruik van het aanbod en de waardering is groot. Buurtvrouwen bezoeken
cliënten, steunen hen en organiseren activiteiten in de buurt.
31
De cliënten zijn ook actief geworden in de buurt.
CVD Intensieve Begeleiding
Vanuit (Z)onderdak is in 2013 een project uitgevoerd dat zich richtte op het bieden van extra,
specifieke ondersteuning aan cliënten van de Stelle, de Hille en Havenzicht. Het ging daarbij om
de groep cliënten die in beginsel in staat waren om door- of uit te stromen, ware het niet dat zij
een serieus probleem hadden op het leefgebied financiën (en soms ook dagbesteding). Met
name het leefgebied financiën blijkt, onder meer door het hebben van schulden, vaak een
struikelblok. Het op orde krijgen vraagt in veel gevallen een zodanig (arbeids)intensieve en
gespecialiseerde begeleiding dat daarin door de ‘reguliere’ begeleiding niet kan worden voorzien.
Gevolg is dat cliënten daardoor onnodig lang een beroep moeten doen op
(nachtopvang)voorzieningen.
Door de ondersteuning vanuit het team Intensieve Begeleiding bleek het wel mogelijk om tot
doorstroom van de betrokken cliënten te komen. In totaal zijn 26 cliënten uit de
opvangvoorzieningen doorgestroomd naar zelfstandige huisvesting of een (Z)onderdak woning.
Vierde fase woonladder: Zelfstandig Wonen
Als een cliënt heeft aangetoond het zelfstandig wonen (weer) goed aan te kunnen, dan is het
mogelijk de door de gemeente gehuurde woning over te zetten op naam van de bewoner (dat
wordt het ‘omklappen’ van de woning genoemd). Om dan niet meteen alle begeleiding te
stoppen, kan nazorg worden verleend. Deze nazorg kent twee gradaties: maximaal één jaar
gemiddeld één huisbezoek per twee weken en daarna -indien nodig- (en voor zolang als nodig
is) gemiddeld één huisbezoek per maand. Het doel van de nazorg is terugval te voorkomen.
Woonbegeleiding aan Gezinnen (WAG)
WAG is een woonvoorziening voor gezinnen die tijdelijk opvang nodig hebben. De oorzaken
hiervan zijn verschillend. Dit kan bijvoorbeeld een huisuitzetting door schulden zijn of een
onhoudbare thuissituatie door geweld binnen het gezin. Van de gezinnen die zijn geplaatst wordt
verwacht dat ze op afzienbare termijn (weer) zelfstandig kunnen wonen en functioneren.
De begeleiding richt zich op het stabiliseren van de situatie en het versterken van vaardigheden
op diverse gebieden (financiën, administratie, contact met instanties, opvoedingsvaardigheden
e.d.), zodat doorstroom naar regulier wonen weer mogelijk wordt.
De woonvoorziening bestaat uit twee vormen die vaak na elkaar volgen. Niet ieder gezin komt
echter in beide woonvormen terecht. De eerste woonvorm is in een aaneengesloten blok
woningen, waar overdag begeleiding aanwezig is. De tweede woonvorm is in losse woningen, die
door de cliënten zelf gehuurd worden met een huurzorgcontract, gekoppeld aan een
woonbegeleidingscontract.
Na verblijf in de woonvoorziening WAG kan nazorg plaatsvinden (gemiddeld één huisbezoek per
maand met als doel het voorkomen van terugval).
Begin 2013 konden er in totaal 57 gezinnen in begeleiding genomen worden. Er was echter ook
een forse wachtlijst. Na overleg met de gemeente werd het door herschikking van middelen
mogelijk om de wachtlijst bij WAG zoveel mogelijk weg te werken. Eind 2013 waren er hierdoor
69 gezinnen in begeleiding. De extra woonunits bestaan uit zelfstandige woningen met een
huurzorgcontract (gekoppeld aan het woonbegeleidingscontract).
32
De monitoring die in 2013 is gestart om terugval te voorkomen heeft ertoe geleid dat twee
cliënten opnieuw begeleiding krijgen, maar wel in de eigen woning kunnen blijven wonen.
In Welschen is medio 2012 een (wekelijkse) sport- en ontspanningsactiviteit gestart. Deze
(laagdrempelige) activiteit voor cliënten werd uitgevoerd in het wijkgebouw van de
bewonersorganisatie in Overschie en diende verschillende doelen. Naast het activeren tot
bewegen en gezond leven, werd de activiteit ook benut om voorlichting te geven over voeding en
gezond leven en om het sociale netwerk van de cliënten te versterken/vergroten. In 2013 heeft dit
een vervolg gekregen op een andere, centraler gelegen locatie in de stad en is de activiteit voor
meerdere voorzieningen van het CVD opengesteld.
Eind 2013 waren er 69 cliënten in begeleiding en 17 cliënten in nazorgbegeleiding.
CVD Activa
CVD Activa biedt extramurale begeleiding aan zelfstandig wonende psychiatrische cliënten op
grond van een AWBZ indicatie. Doel is de zelfredzaamheid van de cliënten te vergroten en
intramurale opname te voorkomen. Zo helpt Activa bij het (opnieuw) aanwennen van een vast
dagritme, bij het zoeken naar een dagbesteding en bij het op orde brengen en bijhouden van de
financiën en administratie. Activa is praktisch ingesteld en vindt samendoen belangrijk,
bijvoorbeeld het leren organiseren van het huishouden, ordenen/opruimen van de administratie,
bespreekbaar maken van problemen en zoeken naar oplossingen.
Het aantal cliënten van Activa is in 2013 toegenomen. Op de noordoever groeide het aantal
cliënten van 110 naar 129 en op de zuidoever nam het aantal cliënten toe van 152 naar 166.
CVD Focus
CVD Focus bood tot 2013 trajectbegeleiding aan dak- en thuisloze cliënten richting wonen, werk
(zinvolle dagbesteding) en welzijn in Hoogvliet. Het doel is in de eerste plaats om (langdurige)
dakloosheid te voorkomen. Er wordt een postadres aangeboden om de cyclus geen woning,
geen uitkering en visa versa te doorbreken. Daarna wordt een begeleidingsplan gemaakt gericht
op wonen, een zinvolle dagbesteding en de achterliggende problematiek (welzijn).
In 2013 werd, mede vanwege een wisseling van aanbieder van eerste lijns hulp- en
dienstverlening in Hoogvliet, met de gemeente overeengekomen het werkterrein van Focus te
verbreden en de uitvalsbasis te verplaatsen van Hoogvliet naar de deelgemeente Noord.
Er konden in 2013 in totaal 52 ontruimingen worden voorkomen door de inzet van CVD Focus.
CVD Focus heeft 33 woningen toegewezen gekregen voor huisvesting van bijzondere
doelgroepen. De training Focus op Succes is 4 maal gegeven aan 103 unieke deelnemers.
CVD Preventie Dakloosheid
CVD Preventie Dakloosheid heeft als doel het voorkomen van blijvende dakloosheid van
Rotterdammers die (acuut) dakloos of thuisloos zijn, maar niet tot de MO doelgroep behoren
(omdat zij geen OGGz problematiek hebben).
Dakloosheid wordt voorkomen of opgelost door gebruik te maken van het sociaal netwerk en de
mogelijkheid van een “briefadres” bij het CVD. Indien een sociaal netwerk ontbreekt wordt
gebruik gemaakt van hostel Stayokay of (in een beperkt aantal gevallen) ander tijdelijk onderdak
(bijvoorbeeld het Woonhotel).
33
Verwacht werd in 2013 in totaal 90 nieuwe cliënten te ondersteunen; dit werden er 100. Gevoegd
bij de cliënten die bij de start van 2013 nog werden ondersteund (31), kende 2013 een instroom
van in totaal 131 cliënten. Gedurende het jaar stroomden 106 cliënten uit, zodat het team in 2014
zal starten met een bestand van 25 te ondersteunen cliënten.
Van de cliënten die in 2013 uitstroomden, gingen er 78 opnieuw zelfstandig wonen, terwijl in 10
gevallen bleek dat toeleiding naar begeleid wonen/maatschappelijke opvang wel aan de orde
was. In totaal losten 6 cliënten hun dakloosheid op via hun netwerk, terwijl tenslotte 9 cliënten
met onbekende bestemming zijn vertrokken.
Activeringscentrum CVD Van Speyk
Van Speyk is een voorziening die tot en met 2012 diende als vindplaats voor nieuwe dak- en
thuislozen cq. als dagopvang ‘klassieke stijl’ voor (nieuwe) dak- en thuislozen. Daarnaast bood
het CVD dagbestedingsactiviteiten voor deze doelgroep. In de loop van 2012 werd duidelijk dat
Van Speyk (waarvan sluiting destijds voorzien was per 2013) dankzij een eenmalige, zij het
beperkte subsidie van de gemeente nog een jaar langer open kan blijven. Het CVD heeft deze
ontwikkeling aangegrepen om CVD Van Speyk in 2013 te gaan schoeien op de leest zoals die in
het in 2012 door gemeente en instellingen opgestelde ‘Position Paper Arbeidsparticipatie’ was
uitgeschreven. Een van de daarin geformuleerde uitgangspunten is dat de dagopvang van daken thuislozen in het teken komt te staan van de arbeidsparticipatie van de betrokkenen. Dit
uitgangspunt speelde een centrale rol in de herontwikkeling van CVD Van Speyk. Dat geldt
eveneens voor de ambitie om -ook- in het activeringscentrum te werken aan de ‘normalisering’
van de omgang met de cliënten.
Hoewel zowel cliënten als medewerkers moesten wennen aan de nieuwe aanpak, leidde dit niet
tot een ‘verlies’ aan cliënten. Integendeel. Voor CVD Van Speyk is het aantal bezoekers in 2013
uitgekomen op een gemiddelde van 80 en daarmee op een bezettingsgraad van 107%. Het
aantal postadressen is conform het voornemen daartoe in 2013 verder afgenomen; alleen
deelnemers aan activeringstrajecten kwamen daarvoor nog in aanmerking. Het
activiteitenaanbod werd in 2013 aangevuld met een Peer2Peer training, die werd verzorgd en
geïnitieerd door de CVD Cliëntenraad. Deze training is een groot succes gebleken.
Het aantal gerealiseerde dagbestedingstrajecten kwam overeen met de daarover met de
gemeente gemaakte afspraken. Het in 2012 gestarte Blokhutproject, in samenwerking met
Deelgemeente Noord en woningcorporatie Havensteder, is in 2013 gecontinueerd.
In de loop van 2013 werd duidelijk dat de gemeentelijke subsidie voor de voorziening Van Speyk
definitief wordt geschrapt in 2014, Dit betekent dat de voorziening uiterlijk per september 2014 zal
worden gesloten. In diezelfde periode werden de ambities die het CVD heeft met de
arbeidsparticipatie van MO cliënten uitgeschreven in het nieuwe strategisch meerjarenplan 20142018. Uitgangspunt daarbij is de arbeidsparticipatie naar ‘de wijk’ toe te brengen. Tegen die
achtergrond is er in 2013 gestart met het opstellen van een Plan van Aanpak Arbeidsparticipatie,
waarover begin 2014 besluitvorming moet plaatsvinden. Hiervoor is ook een klankbordgroep
geïnstalleerd en er wordt over de plannen overleg gevoerd met de Cliëntenraad. Ook hebben in
het kader van dit plan studenten van de Hogeschool binnen de woonvoorzieningen onderzocht
aan welke soort/vorm van activering er behoefte is.
Vrijwilligersmakelaars
De vrijwilligersmakelaars worden ingezet bij zowel de extramurale- als de intramurale
voorzieningen. In 2012 werden binnen het CVD 2 vrijwilligersmakelaars ingezet, in 2013 is er een
assistent vrijwilligersmakelaar bijgekomen.
34
De Vrijwilligersmakelaar heeft tot taak de CVD-professionals te adviseren en te ondersteunen bij
het activeren van cliënten die vrijwilligerswerk kunnen gaan doen en cliënten die een maatje
willen hebben.
De vrijwilligersmakelaar biedt ondersteuning in de vorm van:
 het introduceren van vrijwilligerswerk bij cliënten en samen zoeken naar vacatures;
 het werven en aandragen van vrijwilligersplekken voor cliënten bij de professionals;
 het werven en aandragen van maatjes voor cliënten bij de professionals;
 het geven van informatie en het inzicht geven in de randvoorwaarden aan de professionals in
hun contacten met een vrijwilligersorganisatie en maatjes;
 meedenken om activiteiten op te zetten waarbij vrijwilligers van intern en extern betrokken
kunnen zijn.
In 2013 zijn er 117 matches gerealiseerd.
JONGEREN
CVD Jongeren biedt huisvesting in combinatie met begeleiding voor jongeren tussen de 18 en
23 jaar. De begeleiding van deze jongeren is gericht op scholing, werk en zelfredzaamheid.
In 2013 kende het CVD in totaal 199 plaatsen voor jongeren. Daarnaast was ruimte om maximaal
60 kinderen (samen met hun jonge moeders) op te vangen.
Naast een aantal losse woningen heeft CVD Jongeren vier grootschalige voorzieningen met ieder
een eigen karakter en mate van begeleiding. Dit zijn de voorzieningen het Foyer
Henegouwerlaan; het Klooster; het Emmahuis en de Boezemdwars. Daarnaast zijn in het project
CVD Welschen 18 plaatsen bedoeld om door jongeren bewoond te worden. Parallel aan de
opbouw van deze plekken vindt de afbouw van de plekken in de ‘losse’ woningen plaats.
Vertrekpunt van de gemeente ten aanzien van de subsidiering van deze vorm van opvang is
geweest dat minimaal 10% van de jongeren in aanmerking zou komen voor een AWBZ indicatie.
Het gemiddeld aantal AWBZ-cliënten bleek in 2013 een hoger percentage (15 %) te zijn.
Bezetting en uitstroom
De gemiddelde bezettingsgraad binnen de jongerenvoorzieningen bedroeg in 2013 98%.
In totaal stroomden 134 jongeren uit tegenover 101 in 2012. In 75% daarvan ging het om een
positieve uitstroom.
Terugvalpreventie
In 2013 is gestart met terugvalpreventie; alle positief uitgestroomde cliënten krijgen nazorg.
Tweemaal per jaar wordt er contact met hen opgenomen voor de periode van 3 jaar. Mocht de
situatie zodanig slecht zijn dat een kortdurende interventie niet afdoende is, dan is terugplaatsing
mogelijk. In 2013 is aan gemiddeld 30 jongeren nazorg verleend.
Zorgvraagverduidelijking (ZVV)
Jongeren dienen te voldoen aan de toelatingseisen van Centraal Onthaal Jongeren (COJ) van de
gemeente Rotterdam. CVD Jongeren deed in 2013 voor 133 dak- en/of thuisloze jongeren een
Zorgvraagverduidelijking. Nadat alle relevante informatie rondom een jongere is verzameld, wordt
er een trajectvoorstel geformuleerd. Daarin wordt een advies gedaan over de aanpak van de
problematiek van de jongere en over de woonvoorziening die passend is. Besluiten daarover
worden genomen in de TrajectToewijzingsCommissie voor Jongeren (TTCJ). CVD Jongeren
neemt wekelijks deel aan de TTCJ-vergaderingen.
CVD Klooster
CVD Klooster biedt woonruimte aan 32 alleenstaande jongeren in de leeftijd van 18 tot 23 jaar. Er
zijn 9 units waar twee of drie bewoners de voorzieningen delen.
35
De begeleiders houden kantoor in het Klooster tijdens kantooruren. ’s Avonds en in het weekend
is er niemand aanwezig van de begeleiding; in de loop van 2013 is, in het kader van de
beheersbaarheid en veiligheid, besloten om een beveiligingsbedrijf de functie van nachtwachten
te laten vervullen. Waar nodig proberen zij de bewoners te corrigeren. De cliënten krijgen naast
professionele ondersteuning ook ondersteuning door een aantal vrijwilligers bij het leren
schoonmaken en de administratie.
CVD Emmahuis
CVD Emmahuis bestond eind 2013 uit 40 zelfstandige units voor alleenstaande jongeren tussen
de 18 en 23 jaar; in 2012 waren dat 32 units. Bewoners huren een eenkamerwoning bij
woningcorporatie Havensteder en hoeven geen voorzieningen te delen. Het wonen is gekoppeld
aan de ambulante begeleiding. De units zijn bedoeld voor jongeren met een lichte problematiek.
In het complex is het kantoor van CVD Emmahuis gevestigd voor advies, ondersteuning en
begeleiding.
In 2013 won het Emmahuis met een door Union uitgeschreven prijsvraag € 20.000 voor het
opzetten van het CVD Jongerenfonds. Daarmee wordt voorzien in kleine materiële behoeften in
de persoonlijke levenssfeer. In ruil daarvoor verricht de jongere een maatschappelijke dienst. In
2013 zijn 9 aanvragen gehonoreerd.
Het Emmahuis heeft een succesvol aanbod ontwikkeld voor de maandelijkse bewonersavonden:
de begeleiding leert de jongeren voordelig boodschappen doen, koken en bewaren. Daarnaast
heeft elke bewonersavond een ander thema.
CVD 18+ woningen
Vanuit CVD Emmahuis (Rotterdam Noord) en CVD Klooster (Rotterdam Zuid) wordt er
ambulante woonbegeleiding geboden aan alleenstaande jongeren tussen 18 en 23 jaar. Deze
jongeren wonen niet in een voorziening maar in woningen verspreid over de stad Rotterdam.
In 2013 werd daarnaast ook (door het team Boezemdwars) begeleiding gegeven aan 4 jongeren
die zwanger waren en tot hun bevalling op een plek in de 18+ voorziening woonden. Na de
bevalling stroomde de jonge moeder met kind in de voorziening Boezemdwars in.
CVD Jongeren werkte in 2013 aan een herschikking van de woningen. Aanleiding waren de
ontwikkeling van CVD Welschen, het einde van het project Kamers met Kansen per ultimo 2012
en de mogelijkheid om het aantal units in het Emmahuis uit te breiden. De losse woningen in
Noord zullen hierbij uiteindelijk worden afgestoten in ruil voor extra units in het Emmahuis en
woningen in CVD Welschen. Door de herschikking had CVD Jongeren een kleine overcapaciteit:
101,92%.
CVD Welschen II
Het COJ heeft in 2013 niet het beoogde aantal (20) geschikte jongeren voor plaatsing in dit
project kunnen vinden; vaak bleken de jongeren financieel niet draagkrachtig genoeg. Het aantal
plekken stagneerde op 18. Twee jongeren zijn uitgestroomd, de woning is daarna overgedragen
aan CVD Volwassenen. Het is voor jongeren wat lastig om zich in het Thuishavenconcept te
kunnen vinden, omdat er niet veel binding met de buurt is en de jongeren druk zijn met baan,
stage of school. In het najaar 2013 is daarom besloten een andere weg in te slaan, omdat jonge
moeders beter binnen dit concept gedijen. In 2014 zal dit uitgewerkt worden.
36
CVD Foyer Henegouwerlaan
Het CVD Foyer Henegouwerlaan biedt woonruimte aan 32 alleenstaande jongeren in de leeftijd
van 18 tot 23 jaar. Volgens de gemeentelijke normen is het Foyer een voorziening voor jongeren
met een zware problematiek. Er is 24 uurs aanwezigheid van het personeel. Elk jaar lopen twee
studenten van de Hogeschool Rotterdam stage op het Foyer.
CVD Boezemdwars
CVD Boezemdwars bestaat uit 45 zelfstandige units voor jonge moeders met kind(eren).
Bewoners huren een eenkamerwoning bij woningcorporatie Havensteder en hoeven geen
voorzieningen te delen. In het complex is ook het kantoor van CVD Boezemdwars gevestigd voor
advies, ondersteuning en begeleiding. Het CVD begeleidingsteam biedt ambulante begeleiding
aan jonge moeders in de leeftijd van 18 t/m 23 jaar en hun kind(eren).
Het team Boezemdwars ondersteunt de jonge moeders ook bij opvoedingsvragen. Gemiddeld
waren er in 2013 52 kinderen op de voorziening. De begeleiding van de kinderen wordt
maandelijks geëvalueerd met het Centrum voor Jeugd en Gezin.
Kamers met Kansen
Het Project Kamers met Kansen was een samenwerkingsproject tussen CVD Jongeren en de
ROC’s Einde 2012 stopte het project. Twee jongeren die voor het einde van 2012 nog niet
positief konden uitstromen, zijn deel gaan uitmaken van de groep jongeren die het CVD op
reguliere basis opvangt en begeleidt. In juni 2013 zijn zij positief uitgestroomd.
Arbeidsparticipatie
In de begeleiding van de jongeren door het CVD is het hebben van een dagbesteding als
verplichting opgenomen. Waar mogelijk worden de jongeren daarbij geholpen door hun
begeleiders. Daarnaast worden er gemeenschappelijke activiteiten georganiseerd om jongeren te
activeren. Een aantal voorbeelden daarvan zijn de volgende:

Jongeren hebben deelgenomen aan het Voetbal als Medicijn toernooi en geparticipeerd
in het Space 4 U festival/voetbaltoernooi op 30 november 2013, beide georganiseerd door
Belevingswereld. Verschillende jongeren hebben deelgenomen aan de CVD FitBoost! activiteit.

In het najaar 2013 werd met 26 jongeren voor de vierde keer deelgenomen aan de
zeilreis van de Eendracht. Na deze reizen blijkt steeds weer dat bij veel van de jongeren hun
leven door de zeilreis is veranderd. Het zelfvertrouwen is enorm toegenomen, ze brengen vaker
hun studie tot een positief einde en gaan aan het werk. Een bijkomende positieve ontwikkeling
voor de Rotterdamse haven is dat een aantal jongeren zich hebben opgegeven voor een
opleiding op het Scheepvaart- en Transportcollege Rotterdam (STC). De Eendracht helpt deze
jongeren bij het vinden van een geschikte stageplek. De sponsor van de zeilreizen heeft
toegezegd de sponsorbijdrage aan de Eendracht te verlengen voor de komende jaren. Hierdoor
krijgen de toekomstige bewoners van CVD ook de kans om hun horizon te verbreden.

Sinds medio 2012 is er een vrijwilliger aangetrokken die jongeren leert klussen. Iedere
dinsdag is er een inloopspreekuur voor vragen o.a. rondom tuinieren, timmeren, verven,
reparaties fietsen en elektriciteit.
Projecten
CVD Jongeren is in 2013 gestart met het laten samenwonen van stelletjes, waarbij beide
jongeren een eigen huur- en begeleidingscontract krijgen.
37
Het CVD en de gemeente zijn in 2012 gestart met de pilot Inkomensbeheer voor jongeren met
problematische schulden. CVD werkt in dit project samen met Humanitas. Inmiddels is
inkomensbeheer verplicht voor jongeren binnen de MO.
MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
Centraal in de maatschappelijke dienstverlening van het CVD staan:
1)
het bieden van preventie diensten aan individuen om het deelnemen aan de
maatschappij zeker te stellen en het wonen en de financiële situatie op orde te krijgen en te
houden.
2)
het aanleren van vaardigheden aan individuen om hen op weg te helpen naar een zo
zelfstandige mogelijke participatie in de samenleving
In 2013 heeft de doorontwikkeling van Welzijn Nieuwe Stijl zich toegespitst op verschillende
inhoudelijke vernieuwingen.
Nadat in 2011 de eerste ervaringen met de zogenoemde Zelfredzaamheidsmatrix (ZRM) en
cliëntprofielen werden opgedaan, is deze matrix in 2012 voor alle trajecten op het gebied van de
maatschappelijke dienstverlening ingevoerd en in 2013 doorgevoerd. De zelfredzaamheid wordt
aan het begin en aan het eind van het ondersteuningstraject gemeten, zodat het resultaat van de
hulpverlening op de zelfredzaamheid gemeten wordt.
Er is in 2012 een handboek over het verbinden van Formele en Informele Netwerken gemaakt,
waarin de visie van het CVD op het werken met netwerken wordt verwoord en de methodiek voor
het ontwikkelen van steunsystemen wordt beschreven. Deze methodiek is in 2013 in
verschillende varianten gebruikt.
De geleverde prestaties worden hieronder nader toegelicht. Daarbij is het gegaan om vormen van
maatschappelijke dienstverlening die stedelijk werden uitgevoerd én om maatschappelijk werk
dat specifiek in opdracht van de deelgemeenten Noord en Hillegersberg/Schiebroek werd
gerealiseerd.
STEDELIJKE ACTIVITEITEN
CVD Bureaudienst
Als onderdeel van de 7x24 uurs dienstverlening kan elke Rotterdammer met (acute) problemen
op het gebied van financiën, relaties, huisvesting, werken, opvoeding, verwerking, enzovoort,
tijdens kantoortijden binnenlopen bij het stedelijk maatschappelijk werk (de zogenoemde CVD
Bureaudienst) aan de Glashaven of telefonisch een afspraak maken.
De maatschappelijk werkers bieden directe en kortdurende crisis stabiliserende psychosociale
hulpverlening. Wanneer vijf gesprekken niet genoeg zijn wordt men doorverwezen. De
gesprekken bestaan uit: het geven van informatie en advies, concrete dienstverlening,
bemiddeling
en
belangenbehartiging,
probleemverheldering,
begeleiding/behandeling,
ondersteuning, rapportage, advies en outreachende activiteiten.
De CVD Bureaudienst heeft een unieke stedelijke vangnetfunctie voor Rotterdammers met multi
problematiek, waarvan met name door mensen zonder vast woonadres veelvuldig gebruik wordt
gemaakt. Rotterdammers met een acute hulpvraag konden direct terecht bij de Bureaudienst.
38
De interventies waren preventief om situaties niet verder te laten escaleren en om te zorgen voor
een adequate afhandeling van een acute hulpvraag. Daarnaast namen medewerkers van CVD
Bureaudienst deel aan Lokale Zorgnetwerken. Dat leidde tot het oppakken van meer
problematische cases.
Het aantal gesprekken dat in 2013 werd gevoerd bedroeg in totaal 4.089. Daarvan waren 3.218
korte contacten (o.a. telefonisch). In het kader van de ontwikkeling van online hulpverlening, heeft
het CVD op initiatief van de Cliëntenraad sinds september 2012 de mogelijkheid om via de
website van het CVD hulpvragen aan de CVD Bureaudienst te stellen. Men kan daartoe een
contactformulier invullen en opsturen. In totaal zijn 540 contacten op deze wijze afgehandeld, een
toename van 255% ten opzichte van 2012.
FIOM
CVD Fiom heeft jarenlange expertise opgedaan en verleent hulp aan vrouwen (en hun partners)
die problemen ondervinden rondom zwangerschap of juist ongewenste kinderloosheid. Zij
ondersteunt bij het nemen van moeilijke beslissingen en geeft daarnaast voorlichting aan o.a.
verloskundigen. Zij geeft voorlichtingen aan ziekenhuizen en doet mee aan het netwerkoverleg
jonge moeders. CVD Fiom verleent ook hulp bij afstand ter adoptie en adoptie van kinderen.
In 2013 zijn er 200 cliënten geholpen, waarbij er in totaal 1.523 cliëntcontacten waren. 85% Van
de cliënten zijn vrouwen. Ruim een derde van de gesprekken gingen over besluitvorming bij
zwangerschap. Het merendeel van de mannen neemt contact op in het kader van een zoekactie.
In 43% van alle aanmeldingen wisten cliënten op eigen initiatief of via een bekende hun weg naar
CVD Fiom te vinden.
Er zijn 2 voorlichtingen verzorgd aan ziekenhuizen, verloskundigen, scholen en huisartsen.
Hierbij zijn 45 mensen bereikt.
Daarnaast zijn er in 2013 verschillende voorlichtingen verzorgd voor de studenten van de
Hogeschool Rotterdam, opleidingen Maatschappelijk Werk, Pedagogiek en Sociaal
Pedagogische Hulpverlening en de verloskundige academie. Waar nodig wordt gebruik gemaakt
van het materiaal en kennis van het landelijke Bureau SAF.
CVD Inkomen & Schulden
In 2012 heeft CVD Inkomen & Schulden een nieuwe werkwijze ontwikkeld die aansluit bij de
vraag van de opdrachtgever. De focus is daarbij komen te liggen op het bieden van een nazorg
traject voor cliënten die dat nodig hebben bij het uitstromen uit het saneringstraject bij de Krediet
Bank Rotterdam (KBR). De nazorgtrajecten worden ingezet om recidive te voorkomen en zijn in
2013 voortgezet. Daarbij wordt gewerkt aan het vergroten van de (financiële) vaardigheden van
cliënten en het versterken van het sociale netwerk van de cliënt, het steunsysteem. Ook wordt
de mate van zelfredzaamheid aan het eind van het traject bepaald en worden cliënten zo nodig
aangemeld bij beschermingsbewind. Er wordt gewerkt met het formele en informele netwerk van
de cliënt. Een medewerker van Vrijwilligerswerk Rotterdam neemt deel aan de
casuïstiekbespreking en bekijkt op welke manier vrijwilligers ingezet kunnen worden.
In overleg met de opdrachtgever en de KBR konden de AMW instanties in de diverse
deelgemeenten nog steeds cliënten aanmelden voor ondersteuning bij instroom naar de KBR.
Er zijn in 2013 in totaal 224 nieuwe trajecten gerealiseerd, bestaande uit 9 instroomtrajecten voor
het AMW en 215 uitstroomtrajecten in het kader van de nazorg. Daarnaast zijn er 136 trajecten
uit 2012 begeleid waarvan er 13 nog in 2014 zullen doorlopen..
39
Preventie
CVD Preventie had in 2013 als voornaamste doel om via voorlichting en training te voorkomen
dat mensen in financiële problemen raken. Daarbij werd maatwerk geleverd met behulp van een
aantal unieke modules, ook bij voorlichting en training op problematiek op andere leefgebieden
(o.a. versterken weerbaarheid en sociale omgangsvaardigheden). Dit aanbod op maat werd door
scholen en organisaties aangevraagd voor een brede doelgroep, waaronder kinderen, jongeren
en volwassenen ( leerkrachten en opvoeders). In 2013 werden er in totaal 231 voorlichtingen
verzorgd aan 1.883 deelnemers.
Preventieteam 2013
Programma
Product
Aantal bereikt
Voorkomen van financiële
problemen
Voorlichting preventie
mogelijkheden
Totaal
167 voorlichtingen
1.260
64 voorlichtingen
623
231 voorlichtingen
1.883 personen
Daarnaast konden in 2013 de activeringstrajecten Talentrijk (training voor vrouwen) en Echte
Mannen (bedoeld voor sociaal geïsoleerde mannen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt)
worden gecontinueerd. “Echte Mannen”, werd gefinancierd door het Oranje-fonds.
Nadat in december 2012 de Tom Sebastiaan Gans prijs werd gewonnen, werd het CVD in
februari 2013 verrast met een werkbezoek van (toen nog) kroonprins Willem Alexander, die zich
persoonlijk op de hoogte kwam stellen van het zo succesvolle activeringstraject.
De door de Cliëntenraad van het CVD ontwikkelde Peer2Peer training past qua doel en aanpak
goed bij de overige door CVD Preventie verzorgde trainingen. Het gaat daarbij om een unieke
kwaliteit van de organisatie. Dat ligt anders voor de voorlichtingsbijeenkomsten, die ook door
andere partijen in de stad (kunnen) worden gegeven. Dit heeft ertoe geleid dat in het najaar 2013
met de opdrachtgever werd afgesproken het preventieteam volledig te gaan inzetten voor het
geven van trainingen.
DEELGEMEENTELIJK MAATSCHAPPELIJK WERK
CVD Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) Noord
De doelstelling van AMW Noord is het bevorderen en vergroten van psychosociale vaardigheden
van bewoners zodat zij op een positieve wijze kunnen functioneren. Alle inwoners uit de
deelgemeente Noord van 18 jaar of ouder kunnen zich aanmelden bij het Algemeen
Maatschappelijk Werk. Het inloopspreekuur zorgt ervoor dat cliënten zich op een laagdrempelige
manier kunnen aanmelden. Op deze manier wordt de toegang tot hulp vergroot. Er wordt
individuele hulpverlening geboden en met groepen gewerkt. De budgetcursus leert mensen
omgaan met een klein budget en gebruik te maken van de voorzieningen die er zijn. Bij de
groepsaanpak Administratie Ordenen worden cliënten begeleid in het aanleggen van een
gestructureerde administratie map.
In 2013 zijn de financiële problemen (74% in 2012 en 83% in 2013) en huisvestingsproblemen
(14% in 2013 t.o.v. 11% in 2012) wederom toegenomen ten opzichte van het voorgaande jaar.
40
Er is een toename geweest van het aantal mensen dat hun baan heeft verloren door de huidige
crisis. Dit zorgt voor financiële problemen en leidt ook tot huisvestingsproblematiek als de huur of
hypotheek niet betaald kan worden.
In 2013 is verder invulling gegeven aan het vraag- en wijkgericht werken. De organisaties die zich
met het plan ‘Noord in haar kracht’ hebben aangesloten (CVD, St. Ouderenwerk Noord,
Humanitas, Laurens en Middin) hebben met de doorontwikkeling van het werken met
wijkconsulenten een intensieve samenwerking gerealiseerd zonder aanbesteding. Vanaf mei
2013 zijn wijknetwerken actief in de drie gebieden van de deelgemeente Noord. Het CVD is
trekker van het wijknetwerk Oude Noorden.
De verschillende organisaties in het wijknetwerk pakken thema’s gezamenlijk op, zoals
bijvoorbeeld de aanpak bij problematische schulden.
Veel mensen hebben ondersteuning nodig bij het aanvragen van kwijtscheldingen. Om een grote
groep inwoners te kunnen helpen zijn er ook in 2013 de zogenoemde ‘kwijtscheldingen dagen’
georganiseerd, in samenwerking met de St. Ouderenwerk Noord en andere deelnemende
partners en ondersteund door vrijwilligers die de kwijtscheldingsaanvragen invulden. Er zijn 6
cursussen Thuisadministratie verzorgd, die bezocht werd door 55 deelnemers.
De inwoners van de deelgemeente Noord weten de weg naar het inloopspreekuur goed te
vinden. Dit heeft opgeleverd dat de prognose voor 2013 (302 korte contacten) ruim werd
overschreden. Er zijn in totaal 413 cliënten (huishoudens) via het inloopspreekuur aangemeld wat
geleid heeft tot een toename in de korte contacten. Daarbij wordt goed samengewerkt met de
Vraagwijzer.
De Vraagwijzer in de deelgemeente Noord verzorgt de aanvragen Individuele Voorzieningen,
Raadslieden en KBR. Voor cliënten van het AMW -die daarvoor in aanmerking komen- hebben
we korte lijnen in de verwijzing naar de Vraagwijzer.
In 2013 heeft wekelijks de groepsaanpak “Administratie ordenen doe je zo” plaatsgevonden.
Sinds 2012 zijn de bijeenkomsten ingebed in de reguliere hulpverlening. Er hebben gedurende
het gehele jaar 70 bijeenkomsten plaatsgevonden in plaats van de 46 afgesproken
bijeenkomsten.
EHBO (Eerste Hulp Bij Opvoeden)
Het EHBO traject heeft in 2013 voornamelijk aanmeldingen via het Schoolmaatschappelijk Werk
Noord gekregen en 16 nieuwe trajecten gerealiseerd (ligt net iets boven de afspraak).
Casemanagement
De casemanagement trajecten zijn cases die aangemeld worden door het Lokale Team Huiselijk
Geweld en/of het Lokale Zorg Netwerk. In 2013 waren er 26 aanmeldingen voor
casemanagement die tot 20 trajecten met een intake hebben geleid. In de overige cases werd het
algemeen maatschappelijk werk uiteindelijk niet geïndiceerd na aanmelding of de cliënt wilde
(toch) geen hulp.
Budgetcursus
De budgetcursus heeft in 2013 een constante stroom van aanmeldingen gehad. Dit komt voort uit
de integratie van de budgetcursus in het hulpverleningstraject. Er zijn 9 cursussen gegeven in
2013 met in totaal 36 bijeenkomsten..
Thuishulpadministratie
Samen met Stichting Ouderenwerk Noord zijn in 2013 in totaal 24 workshops administratie
ordenen georganiseerd. Deze workshops vonden plaats op diverse locaties binnen de
deelgemeente, om de laagdrempeligheid voor de cursisten te vergroten.
41
CVD Schoolmaatschappelijk Werk (SMW) Noord
De School Maatschappelijk Werker (SMW) biedt kortdurende hulpverlening aan gezinnen van
basisschoolleerlingen/kinderen. Schoolmaatschappelijk werk is ook de vraagbaak voor
leerkrachten op basisscholen waar het gaat om vroegtijdig signaleren van problemen bij
leerlingen en opschalen naar andere vormen van zorg.
Schoolmaatschappelijk werk kent als belangrijkste doelstelling het vergroten van de competenties
van ouders en leerkrachten in de dagelijkse omgang met kinderen met een verstoorde
ontwikkeling en daarmee samenhangend probleemgedrag.
De uren worden volgens afspraak op de scholen ingezet. Het team SMW Noord is in 2013 op 14
basisscholen actief geweest. Gemiddeld gesproken bestaat de bestede tijd voor 40% uit
hulpverlening in de vorm van een individueel traject en 60% uit ondersteuning aan de
leerkrachten op school. Zo worden door de schoolmaatschappelijk werkers ook cursussen
verzorgd voor kinderen en voor ouders. Daarnaast zijn er goede contacten met het netwerk in
Noord, zodat voor verdere hulpverlening gericht kon door worden verwezen naar andere partners
CVD Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) Hillegersberg-Schiebroek
Nadat de door de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek (HIS) uitgeschreven subsidietender
werd gewonnen, startte het CVD in april 2013 met een team van vijf maatschappelijk werkers die
sindsdien actief zijn geweest in de deelgemeente.
Bewoners met een (hulp)vraag worden veelal eerst toegeleid naar de VraagWijzer. De
maatschappelijk werkers hebben hun eigen specifieke wijk in de deelgemeente en zijn het
aanspreekpunt voor zowel de formele als informele netwerken. Naast psychosociale
krachtgerichte ondersteuning verzorgt CVD AMW HIS ook trainingen, zoals Administratie
Ordenen en Budgettrainingen.
Het jaar 2013 heeft in het teken gestaan van kennismaking met de deelgemeente, er zijn
voorlichtingen gegeven, samenwerkingsafspraken gemaakt en er is hard gewerkt aan het
realiseren van de afgesproken prestaties. De prestatievelden hadden onder meer betrekking op
de ondersteuning psychosociale problematiek (176 intakes), huiselijk geweld (8 trajecten),
zorgmijders 14 trajecten), netwerkondersteuning aan gezinnen (11 gezinnen) en het organiseren
van budgetcursussen.
In juli 2013 heeft het team een geschikte werklocatie gevonden.
In het laatste kwartaal 2013 heeft het CVD de voorbereidingen getroffen om per 1/1/2014 te
kunnen starten met de uitvoering van het Schoolmaatschappelijk werk op 13 basisscholen in de
deelgemeente HIS. Deze nieuwe opdracht heeft het CVD verworven doordat in de subsidietender
Maatschappelijke Dienstverlening het voornemen van de deelgemeente HIS besloten lag om ook
het Schoolmaatschappelijk werk door de nieuwe aanbieder te laten uitvoeren.
Strategisch samenwerkingsverband met Zowel! in Delfshaven
Het CVD was in 2013, als strategisch partner van Zowel!, actief in de deelgemeente Delfshaven.
Aan Zowel! werd in 2013 de aanbesteding Zorg en Welzijn in de deelgemeente gegund. De
gegunde opdracht betreft Volwaardig Burgerschap en is onderverdeeld in Jeugd, Emancipatie &
Participatie en Maatschappelijke Dienstverlening. Zowel! Delfshaven werkt met wijkwerkers die
de wijk goed kennen en in de praktijk invulling geven aan het concept vraag- en wijkgericht
werken. De medewerkers hebben ervaring en expertise vanuit maatschappelijk werk,
opbouwwerk, jongerenwerk en sociaal-cultureel werk.
42
VRIJWILLIGERSWERK ROTTERDAM
Na intensieve voorbereidingen in met name het laatste kwartaal van 2012 ging op 2 januari 2013
Vrijwilligerswerk Rotterdam daadwerkelijk van start. Dit ging gepaard met de opening van de
Servicebalie in de Centrale Bibliotheek en de lancering van de website:
www.vrijwilligerswerkrotterdam.nl. De feestelijke officiële opening van Vrijwilligerswerk Rotterdam
vond plaats op 17 april 2013.
Vrijwilligerswerk Rotterdam is een stedelijke voorziening waarin een aantal taken is
ondergebracht die voorheen werden uitgevoerd door vier verschillende organisaties én die de
opdracht heeft een aantal nieuwe activiteiten te ontwikkelen. Het CVD is hoofduitvoerder van
Vrijwilligerswerk Rotterdam.
De werkzaamheden van Vrijwilligerswerk Rotterdam bestonden in 2013 globaal uit het geven van
advies, informatieverstrekking en bemiddeling; deskundigheidsbevordering; promotie; het
verzorgen van digitale toegang naar vacatures; onderzoek, ontwikkeling en innovatie en tenslotte
netwerken.
Advies, informatieverstrekking en bemiddeling
Het adviseren en ondersteunen van vrijwilligers(organisaties) behoort tot de kerntaken. De duur
en intensiteit van het advies of ondersteuning varieert van een kort adviesgesprek tot een
langdurig ondersteuningstraject. Er is in 2013 in totaal aan ruim 1.000 organisaties geadviseerd.
De Servicebalie is de frontoffice: een laagdrempelige, klantvriendelijke toegang tot het
vrijwilligerswerk in de stad. De Servicebalie is gevestigd op de begane grond van de Centrale
Bibliotheek en volgde in 2013 de openingstijden van de bibliotheek. In totaal werden in 2013
meer dan 3.450 Rotterdammers met hun vragen rondom vrijwilligerswerk per telefoon of aan de
balie te woord gestaan. Daarnaast werden vele vragen per mail gesteld en beantwoord. Ook
vonden er bij de Servicebalie verschillende activiteiten plaats rondom ‘het thema van de maand’,
zoals in september 2013 de expositie Flink Werk over jongeren in het vrijwilligerswerk. Gebleken
is dat zich door het jaar heen op zondagen gemiddeld niet meer dan 2 (vaker nog minder)
personen aan de balie meldden met een vraag. Daarom zal begin 2014 de vraag naar
voortzetting hiervan nader worden bezien.
Rotterdammers op zoek naar vrijwilligerswerk schrijven zich in bij de (digitale) vacaturebank en
zoeken zelf of met hulp van de Servicebalie digitaal naar passende vrijwilligersvacatures die
worden aangeboden. Er was in 2013 opnieuw een stijging te zien van het aantal vacatures t.o.v.
voorgaande jaren: 1.079 in 2013 ten opzichte van 675 in 2012 en 354 in 2011. Ook kon er
vergeleken met het voorgaande jaar in 2013 een stijging van 25% worden vastgesteld van het
aantal vrijwilligers dat een account heeft aangemaakt. Tenslotte is vermeldenswaard dat de
grootste groep vrijwilligers die zich heeft aangemeld in 2013 jonger is dan 40 jaar.
Deskundigheidsbevordering
Vrijwilligerswerk Rotterdam organiseert workshops, cursussen, trainingen, thema- en
informatiebijeenkomsten voor vrijwilligers, bestuursleden, mensen die (beroepsmatig) met
vrijwilligers werken en vrijwilligersorganisaties/-initiatieven.
Het aanbod van deskundigheidsbevordering bestaat uit: een open aanbod, aanbod op maat en
thema-/informatiebijeenkomsten. In 2013 hebben in totaal 1.191 (potentiele) vrijwilligers en
beroepskrachten deelgenomen aan de workshops en de cursussen.
43
Daarnaast werden er thema- en informatiebijeenkomsten georganiseerd over ontwikkelingen in
het vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld met als thema ‘maatschappelijke inspanning’.
Promotie
In 2013 heeft Vrijwilligerswerk Rotterdam diverse activiteiten georganiseerd om het
vrijwilligerswerk te promoten, de naamsbekendheid van Vrijwilligerswerk Rotterdam te vergroten
en vrijwilligers te waarderen. Door de feestelijke opening van Vrijwilligerswerk Rotterdam door
wethouder Louwes op 17 april 2013 kreeg het vrijwilligerswerk in de pers de volle aandacht. Nog
meer promotie van het vrijwilligerswerk werd gerealiseerd door het nieuwe logo een halfjaar lang
op een tram te presenteren en door een studentencampagne te lanceren om de interesse van
studenten voor vrijwilligerswerk te wekken. Er zijn netwerkbijeenkomsten georganiseerd waar
potentiele vrijwilligers zich konden presteren aan (vrijwilligers)organisaties, om een match tot
stand te brengen. Dit nieuwe concept bleek zeer goed aan te slaan. Daarnaast heeft
Vrijwilligerswerk Rotterdam gedurende 2013 met een stand in totaal op 24 markten en
bijeenkomsten de mogelijkheden van het vrijwilligerswerk onder de aandacht gebracht. Tenslotte
werden het jaarlijkse Vrijwilligersontbijt en de Nationale Vrijwilligersdag georganiseerd, als
waardering voor het vele werk dat vrijwilligers in onze stad verzetten.
Digitale vacaturebank
Achter de schermen werd er in 2013 hard gewerkt aan de doorontwikkeling van de website. De
website is goed bezocht in 2013 met ruim 68.000 unieke bezoekers. In totaal 4.260
Rotterdammers hebben zich aangemeld voor een vrijwilligerswerk account. Op de geplaatste
vrijwilligersvacatures kwamen 6.000 (2012: 4.000) reacties (dit is gemiddeld 6 reacties per
advertentie).
Onderzoek, ontwikkeling en innovatie
In het najaar 2013 zijn klantenpanels gestart voor gericht behoefteonderzoek.
Er zijn diverse nieuwe projecten ontwikkeld, waaronder een project ter ondersteuning van
zorgvrijwilligers. Ook werd gestart met het project ‘Zelf Doen’ over de ontwikkelingen in het kader
van de Wmo (die er van uit gaat dat bewoners steeds meer taken zelf op gaan pakken) en hoe
organisaties en bewoners daar mee om willen en kunnen gaan.
Met het oog op de veiligheid van de vrijwilligers werd het project ‘Sociale Veiligheid en
Weerbaarheid’ gestart. Bijzondere aandacht daarbij ging uit naar kwetsbare groepen zoals
minderjarigen, ouderen en mensen met een beperking. Vrijwilligerswerk Rotterdam heeft hiervoor
een dienstenpakket ontwikkeld. Tenslotte is er een pilotcursus ‘Meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling’ gestart.
Netwerken
In 2013 is veel aandacht uitgegaan naar de uitbreiding van bestaande netwerken, zoals die met
het Kenniscentrum Diversiteit. Gezamenlijk werd een ‘eigen kracht’ bijeenkomst georganiseerd
die druk werd bezocht. Ook werden nieuwe netwerken aangeboord, zoals het Platform
Vrijwilligerswerk Rotterdam, dat tot doel heeft de kwaliteit en ontwikkeling van vrijwillige inzet in
Rotterdam te bevorderen.
44
Coach in het Vrijwilligerswerk
Het traject ‘Coach in het vrijwilligerswerk’, waar cliënten uit de hulpverlening aan deelnemen, is
gericht op begeleiding naar vrijwilligerswerk, een re-integratietraject of een leerwerktraject. In
2013 kende het traject in totaal 34 deelnemers, waarvan er 16 konden worden bemiddeld naar
vrijwilligerswerk en 3 naar een re-integratie traject of leerwerktraject. Voorts zijn er 4 cliënten
uitgevallen en weer teruggestroomd naar de psychiatrie of de hulpverlening en waren er ultimo
2013 nog 11 cliënten in traject.
Gilde Rotterdam
Gilde Rotterdam is een vrijwilligersorganisatie die sinds 1 januari 2013 onderdeel is van
Vrijwilligerswerk Rotterdam. Het kenmerk van Gilde is kennisoverdracht, uitgevoerd via drie
activiteiten. Allereerst waren er ook in 2013 rondleidingen in Rotterdam, waarmee kennis op het
gebied van historie, cultuur, architectuur, stedelijke ontwikkeling, natuur en samenleving wordt
overgedragen. In 2013 werden 375 rondleidingen verzorgd, waar in totaal door 4.749 personen
aan werd deelgenomen. Daarnaast was taal een belangrijke activiteit. Het gaat daarbij om het
ontwikkelen en versterken van kennis en gebruik van de Nederlandse taal, door het in groepen
trainen van taalvaardigheid in verstaan, spreken en schrijven. Gilde Rotterdam realiseerde in
2013 in totaal 779 geslaagde matches tussen een hulpvrager en een vrijwilliger.
De derde activiteit betrof de inzet van specifieke kennis en vaardigheden, op het gebied van
leven en welzijn, hobby en ontspanning, schoolvakken en sociale vaardigheden en vreemde
(niet-Nederlandse) talen. Meer dan 100 vrijwilligers zetten zich hier in 2013 voor in. Alles bij
elkaar waren er in 2013 in totaal 415 vrijwilligers actief als aanbieders van activiteiten. Daarvan
zijn er in de loop van het jaar 52 gestopt. Ook zijn er 16 vrijwilligers actief bij Gilde Rotterdam.
Project Maatschappelijke Inspanning Rotterdam (MIR)
In het najaar 2013 werd gestart met het project MIR, ter ondersteuning van de gemeentelijke
opdracht om meer werkzoekenden met een gemeentelijke uitkering (WWB) te verbinden aan een
maatschappelijke inspanning (tegenprestatie), waaronder vrijwilligerswerk. De nadruk ligt hierbij
op het wegnemen van belemmeringen om maatschappelijk actief te zijn. Vrijwilligerswerk
Rotterdam doet dit door vijf deelprojecten uit te voeren: matching van potentiele kandidaten naar
vrijwilligerswerk; wegnemen van de onbekendheid bij de doelgroep over vrijwilligerswerk;
verbeteren van het imago van het vrijwilligerswerk en bevorderen van deskundigheid over de
mogelijkheden van maatschappelijke inspanning bij zowel de doelgroep als bij de
(vrijwilligers)organisaties. 2013 was het jaar van de voorbereiding terwijl er ook al enkele
activiteiten werden uitgevoerd, zoals een informatiebijeenkomst over maatschappelijke
inspanning en drie workshops over ‘Vrijwilligerswerk wat is dat?’. Daarnaast werd een
werkinstructie ontwikkeld (en op de website geplaatst) over ‘Hoe regel ik vrijwilligerswerk in het
kader van maatschappelijke inspanning’.
4.
Bedrijfsvoering
4.1. Kwaliteitsbeleid
Algemeen
Het kwaliteitsbeleid van het CVD richtte zich ook in 2013 op duurzame borging en verbetering
van primaire en ondersteunende processen in de dienstverlening aan de CVD cliënten en
opdrachtgevers.
45
Uitgangspunten kwaliteitsbeleid
Kwaliteit betekent voor het CVD het leveren van professionele dienstverlening en ondersteuning,
waarbij de cliënt centraal staat. Daarbij is sprake van vraaggerichte, effectieve, slagvaardige en
veilige dienstverlening. Hulp en ondersteuning worden aangeboden aan (groepen van) burgers,
veelal met sociaal economische en/of sociaal maatschappelijke problemen. Het doel is bij de
cliënt een zodanige persoonlijke ontwikkeling te realiseren dat deze zich in de samenleving kan
handhaven, ontplooien, actief aan het maatschappelijk leven kan deelnemen én
verantwoordelijkheid voor zichzelf en anderen kan dragen. Deze visie is gestoeld op de volgende
uitgangspunten:
- de cliënt staat centraal; de behoeften en wensen van de cliënt zijn leidend voor de wijze
waarop de hulp en ondersteuning wordt aangeboden.
- de hulpverlening en ondersteuning zijn professioneel en van hoogwaardig niveau en zonder
onnodige veiligheidsrisico’s; dat wil zeggen doeltreffend en onbedoelde effecten worden
voorkomen.
- er wordt vraaggericht, doelmatig en cliëntgericht gewerkt. De cliëntgerichtheid komt tot
uitdrukking in de bejegening en goede informatievoorziening.
Transparantie
Het CVD hecht veel waarde aan het inzichtelijk maken van de kwaliteit van haar hulpverlening en
ondersteuning voor cliënten en samenleving.
Het CVD levert jaarlijks kwaliteitsgegevens aan ten behoeve van het
Jaardocument
Maatschappelijke Verantwoording, die door Zichtbare Zorg (VWS) gepubliceerd worden op de
website www.zichtbarezorg.nl/ggz.
Het door het CVD gebruikte digitale kwaliteitshandboek wordt onvoldoende transparant geacht.
Derhalve is onderzoek uitgevoerd naar een geschikte applicatie om de gebruiksvriendelijkheid
van het digitale handboek te vergroten. Dat heeft eind 2013 geleid tot een advies aan de directie,
waarover begin 2014 een besluit zal worden genomen. De bedoeling is om de implementatie van
het nieuwe handboek in 2014 ter hand te nemen.
Kritische Succes Factoren
Jaarlijks worden de Kritische Succes Factoren van het CVD vastgesteld. Deze zijn richtinggevend
voor het inventariseren van (mogelijke) risico’s en het uitvoeren van verbeteracties en
maatregelen. Deze risico’s en maatregelen om de risico’s te beperken en zo mogelijk te
elimineren resulteerden voor 2013 in een gewijzigde opzet van de Risicomonitor, zoals die
jaarlijks aan de Raad van Toezicht wordt voorgelegd. In de loop van het jaar bleek de nieuwe
Risicomonitor niet erg onderscheidend te zijn, zodat werd afgesproken om voor 2014 te gaan
werken met een Risicomonitor die een combinatie is van de oorspronkelijke opzet en de opzet
conform de HKZ invalshoek.
Op basis van de beschikbare monitoren (incidenten, schorsingen, klachten en de CVD brede
VerbeterPuntenMonitor) wordt bepaald welke onderwerpen wanneer gecheckt dienen te worden.
In het kader van het sluitend krijgen van de beleidscyclus wordt sinds 2012 door het interne
auditteam nagegaan (check) of uitgezette verbeteracties en maatregelen daadwerkelijk zijn
‘geland’, lees worden uitgevoerd door de organisatie. Deze aanpak bleek in 2013 goed te
werken.
Interne audits
In 2013 zijn in april en oktober Interne Audits uitgevoerd. In de eerste Interne Audit werd onder
meer gekeken naar de kennis over en toepassing van medicatieregels en het omgaan met
privacy gevoelige cliëntinformatie door de CVD medewerkers.
46
De tweede Interne audit heeft zich onder meer gericht op de uitvoering en bespreking van de
maatregelen die getroffen moeten worden in het kader van het Plan van Aanpak RIE. Daarbij is
het accent op eigen initiatief van de auditoren gewijzigd en wel zodanig dat begin 2014 een
besluit zal worden genomen over de toekomstige insteek van de interne audits en samenstelling
van het auditteam.
Externe audits
In juni 2013 heeft Lloyds een externe Audit uitgevoerd. De auditor constateerde dat de
organisatie voortgang blijft boeken waar het de kwaliteit van ons handelen betreft. Door het
vertrek van de vaste auditor van het CVD is de audit die in december 2013 zou worden
uitgevoerd, vertraagd geraakt. Begin 2014 zullen met Lloyds afspraken worden gemaakt over de
komende audits en de hercertificering, die in 2014 aan de orde is.
Risico Inventarisatie & Evaluatie
In 2013 stond de uitvoering van het Plan van Aanpak dat werd gemaakt op basis van de eerder
gehouden Risico Inventarisaties & Evaluaties centraal. De uitvoering is conform de afspraken
daarover verlopen.
Klachten
Het CVD heeft een klachtenreglement voor cliënten met het oog op een zorgvuldige behandeling
van hun klachten.
De klachtenregeling bestaat uit een interne klachtenbehandeling (door de leidinggevende(n) van
het CVD) en een externe klachtenbehandeling (door de Externe klachtencommissie; bedoeld
voor cliënten als de leidinggevende(n) niet tot een voor beide partijen aanvaardbare oplossing
kunnen komen).
De interne klachtenregeling is in 2013 (nog) laagdrempeliger gemaakt door ervoor te zorgen dat
op elke voorziening klachtenkaarten en de toelichting op de klachtenprocedure beschikbaar zijn
zonder dat daar de tussenkomst van een medewerker voor nodig is.
Daarnaast kent het CVD sinds 2013 samen met het Leger des Heils Rotterdam (LdH) een
regeling Vertrouwenspersonen voor cliënten, waarbij cliënten van het CVD een beroep kunnen
doen op een vertrouwenspersoon die in dienst is van het LdH en omgekeerd.
De externe klachtencommissie bestond in 2013 uit een drietal onafhankelijke leden. De
honorering van de klachtencommissie bedraagt € 80,-- per uur dat men inzet pleegt.
Het CVD beschikt over een klachtenmonitor die eenmaal per kwartaal wordt geanalyseerd ten
behoeve van directie en eerste lijns management. In 2013 werden er in totaal 36 klachten van
CVD cliënten in behandeling genomen (tegen 33 in 2012). Daarvan zijn er 11 (in 2012 12) -deelsgegrond verklaard en 16 ongegrond. De overige klachten werden niet ontvankelijk verklaard, zijn
ingetrokken of (1) nog in behandeling. Er zijn geen klachten ingediend bij de externe
klachtencommissie.
Op grond van de gegrond verklaarde klachten zijn er maatregelen getroffen die betrekking
hadden op de uitvoering van werkzaamheden in een woonvoorziening, het beschikbaar stellen
van een internetverbinding en een werkinstructie voor het bewakingspersoneel teneinde de
privacy van de cliënt te waarborgen.
Incidentmeldingen en schorsingen
Incidenten, ongevallen en calamiteiten worden eveneens gemonitord terwijl daarvan eenmaal per
kwartaal een analyse met conclusies en aanbevelingen wordt opgesteld.
47
De analyse werd in 2013 steeds in een overleg tussen directie en eerste lijns managers
besproken met het oog op de over te nemen respectievelijk op te volgen aanbevelingen.
In 2013 werd een aantal speerpunten ten aanzien van incidenten gecontinueerd, waaronder het
versterken van het incidentbewustzijn en meldingsbereidheid. Ook de naleving van het
Gedragsreglement bleef hoog op de agenda staan.
Er werden in 2013 352 incidenten gemeld. Daarmee is de trend van de afgelopen jaar (waarin
steeds sprake was van een stijging tot 357 in 2012) gekeerd en is sprake van een stabilisering
van het aantal geregistreerde incidenten. Daarbij was de aanleiding in iets meer dan de helft van
de gevallen agressie, met in juli 2013 als triest dieptepunt het meest ingrijpende incident in het
bestaan van het CVD.
Op 8 juli 2013 werd het CVD opgeschrikt door het (gewelddadige) overlijden van een
medewerker tijdens de uitoefening van zijn functie. Het incident, dat veel impact had binnen de
organisatie, is intern uitvoerig geëvalueerd op verbeterpunten, terwijl we tevens op verzoek van
de Inspectie voor de Gezondheidszorg (o.l.v. een externe voorzitter) een onderzoek hebben
gehouden naar een aantal aspecten die in dat verband door de Inspectie van belang werden
gevonden. De uitkomst van het onderzoek heeft een aantal behartenswaardige aanbevelingen
opgeleverd, waarvan de uitvoering in 2013 is gestart. IGZ liet in een reactie op de uitkomsten van
het onderzoek aan het CVD weten geen structurele tekortkomingen te hebben geconstateerd en
heeft daarmee de melding over het incident dat heeft plaatsgevonden in november 2013
afgesloten.
Schorsingen worden voornamelijk in de laagdrempelige opvang opgelegd. Het is een middel om
(door een tijdelijke uitsluiting) ongewenst cliëntgedrag te corrigeren. In de afgelopen jaren bleek
het aantal incidentmeldingen niet in balans te zijn met het aantal (langduriger = langer dan 1
maand) schorsingen.
Lang niet alle langdurige schorsingen werden ook als incident gemeld. In 2013 is die situatie
gewijzigd en is het evenwicht er wel gekomen. In totaal vonden er in 2013 211 schorsingen
plaats, een daling met 17% vergeleken met het voorgaande jaar. Wel is de agressie ten opzichte
van medewerkers in 2013 toegenomen (in 34 situaties; dat waren er 20 in 2012). In 27 gevallen
was sprake van interventie door de politie, een toename met 50% ten opzichte van 2012. Dat is
aanleiding om in 2014 onderzoek te doen naar de oorzaken daarvan (strakkere handhaving door
medewerkers en/of agressiever optreden door cliënten).
Er is in 2013 geen gebruik gemaakt van de Procedure Zorgweigering (in welk geval het CVD
geen zorg of diensten meer aan de cliënt verleent). Daarnaast werd in 5 situaties gebruik
gemaakt van de mogelijkheid om een tijdelijk pandverbod op te leggen (bedoeld voor cliënten die
zich niet conform de gedrag- en huisregels van de CVD voorziening gedragen).
Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten en medewerkers
In 2012 werd een Clienttevredenheidsonderzoek volgens de methode CQ-index (CTO) gehouden
evenals een Medewerkers BetrokkenheidsOnderzoek (MBO). Het jaar 2013 werd gebruikt om de
overgenomen aanbevelingen uit beide onderzoeken uit te werken respectievelijk te realiseren. In
2014 zullen er opnieuw een CTO en een MBO worden gehouden. Voorts werd in 2013 in overleg
met de Cliëntenraad een introductiemap voor (nieuwe) cliënten ontwikkeld.
Veiligheid
Het CVD geeft vorm en inhoud aan haar veiligheidsbeleid door:
- bedrijfshulpverleningsbeleid, door training & opleiding van personeel op dit gebied, inclusief
jaarlijkse ontruimingsoefeningen voor elke CVD werkeenheid en het eenmaal per jaar houden
van een grote crisisoefening;
48
- het CVD heeft ook een Arbeidsomstandighedenbeleid waaraan uitvoering wordt gegeven. Het
uitvoeren van Risico inventarisaties en het aanpakken van gesignaleerde verbeterpunten maakt
hiervan onderdeel uit. In 2013 werd uitvoering van het Plan van Aanpak (PvA) dat was opgesteld
naar aanleiding van de Risico inventarisaties afgerond;
- er wordt met een zekere regelmaat bedrijfsbreed expliciet aandacht besteed aan
informatiebeveiligingsbeleid. In 2013 is dat onder meer gebeurd in de team overleggen;
- er worden jaarlijks trainingen ‘hoe om te gaan met agressie’ en trainingen Bedrijfshulpverlening
aan medewerkers aangeboden. Daarnaast heeft in 2013 een aanvulling van het
Gedragsreglement met een Gedragscode plaatsgevonden;
- tenslotte is in 2013 op verschillende manieren binnen de organisatie veel aandacht besteed aan
de verdere verbetering van de veiligheid van werken voor medewerkers.
4.2. Personeelsbeleid
De formatie is in 2013 (netto) in totaal met 9 fte gekrompen ten opzichte van 2012. Er heeft een
beperkte reorganisatie plaatsgevonden door afbouw van de technische dienst die het klachtenen mutatie onderhoud uitvoerde voor alle (Z)onder dak woningen in Rotterdam. Helaas bleek het
niet mogelijk om alle betrokken onderhoudsmedewerkers (intern) te herplaatsen. Wel was het
mogelijk om in alle gevallen tot een minnelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst te
komen.
Voorts werd het CVD medio 2013 (met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013) geconfronteerd
met een nieuwe medewerkster als gevolg van ‘overgang van onderneming’. Aan deze
medewerkster zijn passende, tijdelijke werkzaamheden toegewezen in afwachting van de
mogelijkheid haar een reguliere functie te kunnen aanbieden. Dat zal naar verwachting in 2014
het geval zijn.
De personele bezetting van het CVD bedroeg ultimo 2013 in totaal 426 fte (t.o.v. 435 fte ultimo
2012). De uitstroom was daarmee groter dan de nieuwe instroom, die in 2013 ca.10% bedroeg
(in 2012 ca. 12%).
Arbeidsvoorwaarden
Eind 2012 werd voor de periode tot einde 2013 een nieuwe CAO Welzijn & Maatschappelijke
Dienstverlening afgesloten. Onderdeel van de gemaakte afspraken was een loonstijging van van
1,5% per 1 februari 2013 en een eenmalige uitkering van 300 euro per fte in juli 2013.
49
Verder omvatte de nieuwe cao onder meer de afspraak om de cao W&MD per 1 januari 2014
fundamenteel te wijzigen. Er hebben daarover in 2013 vele gesprekken plaatsgevonden tussen
werkgevers en werknemers, maar dat heeft helaas niet tijdig geleid tot de nieuwe cao. Verwacht
wordt dat de onderhandelingen begin 2014 zullen worden afgerond.
Arbeidsomstandigheden
In 2013 werd opnieuw veel aandacht besteed aan het verder terugdringen van het
arbeidsverzuim. Met ingang van dat jaar worden elke maand de verzuimcijfers getoond in- en
exclusief een aantal langdurig (ernstig) zieke medewerkers waarvan de ziekte niet beïnvloedbaar
is. Wordt het verzuimcijfer over 2013 gepresenteerd zonder deze (kleine, in totaal uit 7
medewerkers bestaande) groep, dan komt het verzuimcijfer uit op 5,1%.(versus 5,7% in 2012).
Wordt deze groep wel betrokken in het verzuimcijfers, dan bedroeg dit over geheel 2013 6,5%.
Per januari 2013 werd het CVD opnieuw geconfronteerd met een wisseling van bedrijfsarts. Deze
wisseling was mede aanleiding tot het besluit om in 2013 een drietal ARBO diensten te vragen
offerte uit te brengen met het oog op 2014 e.v. jaren. Dat heeft geleid tot een wijziging in ARBO
dienst. Met ingang van 2014 zal het CVD gaan werken met Argon.
Scholing, opleiding en training
Jaarlijks worden agressietrainingen en trainingen Bedrijfshulpverlening (BHV) aangeboden aan
die medewerkers die het uit hoofde van de functie nodig hebben. Ook in 2013 is dat gebeurd.
Voorts zijn medewerkers in de gelegenheid gesteld om contact op te nemen met de GGD met het
oog op bescherming tegen TBC en Hepatitis. Nieuwe medewerkers zijn in de gelegenheid
gesteld om zich preventief op TBC te laten onderzoeken.
Hoofd Bedrijfshulpverlening is in 2013 gestart met het geven van BHV trainingen op locatie.
Naast de bedrijfsbrede trainingen vonden in 2013 ook diverse specifieke trainingen plaats. Zo
werden alle leidinggevenden getraind in de toepassing van competentiemanagement. Ook
werden vier bijeenkomsten gehouden voor het voltallige management, waarbij (onder meer via
interactieve werkgroepen) aandacht werd geschonken aan diverse thema’s. Thema’s waren 2013
onder meer het verder verbeteren van de veiligheid van werken voor medewerkers en
arbeidsrecht. Daarnaast vond in 2013 tweemaal een bedrijfsbreed opgezette introductiedag
plaats voor nieuwe medewerkers en werd voor hen een introductiemap ontwikkeld.
Kwaliteit van het werk
Medio 2013 werd de revisie van de functiebeschrijvingen (gestart in 2012 en door
omstandigheden in de vertraging geraakt) afgerond waarbij alle functiebeschrijvingen tevens
werden voorzien van een aantal bedrijfsbrede- en groepscompetenties. Ook werd in 2013 een
nieuwe beoordelingssystematiek, gebaseerd op de uitgangspunten van het competentiemanagement ontwikkeld en werden alle leidinggevenden getraind in de toepassing daarvan. Eind
2013 werden voorts alle medewerkers voorgelicht over het competentiemanagement dat per 1
januari 2014 zal worden ingevoerd.
Nadat per januari 2013 een nieuw salarisadministratiesysteem werd ingevoerd binnen het CVD,
is gestart met de voorbereiding om de volgende fase (digitaliseren diverse HRM instrumenten)
per 2014 te kunnen invoeren. Het gaat daarbij onder meer om het ziek- en hersteld melden, het
aanvragen van verlof en het doorvoeren van personeelsmutaties.
Integriteit
In het kader van de ontwikkeling van het nieuwe strategisch meerjarenplan 2014-2018 heeft
herbezinning plaatsgevonden op de enige jaren eerder geformuleerde kernwaarden van het
CVD. Dat heeft ertoe geleid dat de bestaande (5) kernwaarden van het CVD zijn teruggebracht
tot 4 kernwaarden, waaronder integer zijn.
50
Alle kernwaarden kennen zowel een externe focus (wat ervaren al onze klanten, onze cliënten,
onze opdrachtgevers en onze ketenpartners ervan) als een interne (wat vragen de kernwaarden
van onze medewerkers).
Vanaf 2014 zal jaarlijks in het hele bedrijf bijzondere aandacht worden besteed aan één van de
kernwaarden. In 2014 zal de bewustwording van de betekenis van integer zijn centraal worden
gesteld.
Diversiteit
Binnen de medewerkerspopulatie van het CVD is sprake van een diversiteit op het gebied van
leeftijd, etniciteit en sekse. Het personeelsbestand van het CVD zag er in 2013 qua
leeftijdsopbouw evenwichtig uit.
4.3. Samenleving en belanghebbenden
Het CVD heeft in 2013 zelf geen activiteiten in het kader van het maatschappelijke ondernemen
uitgevoerd. Wel wordt het CVD met enige regelmaat betrokken bij activiteiten die andere partijen
daaromtrent uitvoeren.
4.4. Financieel beleid
Het exploitatieresultaat 2013 ligt (in het bijzonder als gevolg van een hogere gerealiseerde AWBZ
productie) boven het in de begroting 2013 verwachte resultaat . Het resultaat bedraagt € 1,5 mln,
waarvan € 0,5 mln. kan worden toegevoegd aan het vrij besteedbaar vermogen.. Gevolg is dat de
financiële buffer die dient om de (financiële) risico’s die het gevolg zullen zijn van de wijzigingen
in rijks- en gemeentelijk beleid per 2015 (waaronder de voorgenomen decentralisatie van de
AWBZ) zoveel mogelijk op te vangen sterker is geworden. Als gevolg daarvan verwacht het CVD
de alom gewenste ‘zachte landing’ voor zowel cliënten als medewerkers in 2015 te kunnen
realiseren.
51
Jaarrekening 2013 CVD
52