De centrale examens BV vmbo 2014: Roem, over strijd, macht, kracht, durf, uitstraling, status en eerbetoon In dit artikel blik ik terug op de CE’s BV vmbo 2014: op het thema, het magazine, het CPE, het CSE, de reacties van docenten en op de toets-en-item-analyse. Was de keuze van het thema wel een goede? Bood het CPE de kandidaten wel voldoende ruimte? Of juist te veel? En hoe moeilijk was het CSE eigenlijk? Septembermededeling In de Septembermededeling van najaar 2013 publiceerde het College voor Toetsing en Examens (CvTE) een tekst over de centrale examens BV VMBO 2014 waarin zij - naast het thema - ook een aantal wijzigingen aankondigde. Die wijzigingen zijn inhoudelijk en logistiek van aard. De belangrijkste veranderingen betreffen de verschijningsdatum van het magazine en het belang van de inhoud ervan. Anders dan voorheen werden er geen nadere mededelingen meer gedaan met betrekking tot kunsthistorische aspecten die in het CSE aan bod kwamen. Daarnaast werd het magazine, dat als inspiratiebron kan dienen en ter voorbereiding van de kandidaten ingezet kan worden, al eind november naar de scholen gestuurd. Dit gaf de docenten meer tijd om de kandidaten voor te bereiden op het CPE en het CSE. Magazine, een onmisbaar medium Het magazine bestaat enerzijds uit bronnen die inspirerend zijn voor het CPE, anderzijds blikt het vooruit op het CSE. Omdat werkprocessen een essentieel onderdeel van de beide CE’ s vormen, waren ook dit jaar twee spreadsheets van het magazine aan dit soort processen gewijd. Een daarvan ging uitgebreid in op de uitgangspunten die Ted Noten hanteerde bij zijn ontwerp voor een onderscheiding voor de examinandi van de Design Academy. Het tweede spreadsheet was gewijd aan het zeventiende-eeuwse stadhuis van Amsterdam, nu het Paleis op de Dam. Het weblog, http://www.roem2014.blogspot.com, bood kandidaten vooral een frisse blik op mogelijkheden voor het CPE. Ook was het een welkome handreiking voor de lessen docenten. Aantal kandidaten De populatie die aan het CE BV vmbo deelnam, bedroeg ruim 9.000 kandidaten. Zij maakten allen het CSE Beeldende vakken. Bij het CPE was de populatie tekenen het grootst, bij handenarbeid een stuk kleiner en bij audiovisuele vormgeving en textiele werkvormen was deze zeer gering. Van bijna 8000 kandidaten ontving Cito de scores die konden worden aangewend voor de toets-en-item-analyses. Het CPE Omdat het magazine al in december uitgereikt mocht worden stond de opdracht van het CPE niet meer expliciet in het magazine genoemd. Het magazine bevatte wel voldoende aanwijzingen in welke richting de opdracht voor het CPE zou gaan, maar de definitieve formulering van de opdracht mocht pas op de eerste zittingsdag aan de kandidaten bekend gemaakt worden. Tijdens de evaluatie zijn er geen signalen gehoord dat dit tot problemen geleid heeft. Het opgavenboekje kent zes onderdelen: Oriënteren, Beeldend Onderzoeken, Vaststellen Ontwerp, Uitvoeren werkstuk, Analyseren& Evalueren Analyseren, evalueren & Beoordelen en Presenteren. Het maximaal te behalen punten bedraagt 50. De structuur van deze zes onderdelen stelt de kandidaat in staat zelfstandig het werkproces te doorlopen. De opdracht luidde: Ontwerp en maak voor een persoon die jij eer wil bewijzen een autonoom of toegepast werkstuk. Verbeeld in dit werkstuk de reden van jouw eerbetoon. Docenten toonden zich tijdens de examenbespreking op 19 mei in Utrecht veelal enthousiast over de opdracht, over de kwaliteit van de processen van hun kandidaten en over de werkstukken die zij hadden vervaardigd. Het CSE Opbouw Het CSE BV vmbo is nog steeds een ‘papieren examen’. Naast een opgavenboekje is er een kleurenbijlage met voor elk blok vragen een afbeeldingenspread. Eén blok vragen (Macht en Pracht) ging dit jaar, naast de gekleurde afbeeldingenspread, vergezeld van een zwart-witfiguur op een aparte bijlage. Het examen bestond uit vier vragenblokken: Zo sterk als een leeuw, Macht en Pracht, In de spotlights en Een *****Diadeem. In het eerste blok stond de fysieke en symbolische kracht van de leeuw centraal en in het tweede blok het voormalige Amsterdamse stadhuis dat de superioriteit van de stad moest uitstralen. In het derde blok zat de fotocollectie in het DeLaMar theater ‘in de spotlight’ en in het vierde vragenblok kwamen een ‘koninklijk en een wat minder koninklijk kroontje’ voor. Betrouwbaarheid Een belangrijke kwaliteit van de toets als geheel is de betrouwbaarheid. De betrouwbaarheid is de mate waarin de scores consistent, nauwkeurig en reproduceerbaar zijn. Binnen de toetsen-item-analyse wordt de betrouwbaarheid geschat door te onderzoeken in hoeverre de verschillende items in de toets allemaal hetzelfde meten. Dat wordt ook wel de interne consistentie genoemd. De betrouwbaarheid wordt geschat door de berekening van een betrouwbaarheidscoëfficiënt. Dat is altijd een getal dat ligt tussen 0 en 1. Hoe hoger dat getal, hoe betrouwbaarder de toets. De betrouwbaarheid bij dit CSE-1 ligt op 0.64. Standaarddeviatie De standaarddeviatie is een spreidingsmaat. Daarmee wordt de spreiding van de scores rond de gemiddelde score aangegeven. Hoe lager de standaardafwijking, des te meer alle kandidaten rond hetzelfde cijfer zitten en des te slechter discrimineert het examen. Bij dit examen was de standaarddeviatie 6,7. Dat getuigt van een heel redelijke spreiding. De p-waarden De gemiddelde 'p-waarde' of het ‘gemiddeld percentage goed’ is een maat voor de moeilijkheidsgraad van de toets, opgave of blok van opgaven. Maximum: 1.00, minimum: .00. De 'p-waarde' wordt berekend door de gemiddelde score te delen door de maximaal te behalen score. Een 'p-waarde' boven .85 wijst op een(extreem) makkelijke item; een 'p-waarde' beneden .30 wijst op een (extreem) moeilijk item. De gemiddelde p-waarde van het CSE 2014-1 was .60. De p-waarden per blok en die van de verschillende vraagsoorten treft u in onderstaande kolom aan. p-waarde per blok: p-waarde per ‘vraagsoort’: .65 Zo sterk als een leeuw Macht en Pracht In de spotlights Een *****diadeem .67 .54 .61 .55 Inhoud Voorstelling Vormgeving Vormgeving en Voorstelling Functie Proces Kunst- en cultuurhistorische context Meerkeuzevragen Voorgestructureerde vragen .69 .52 .90 .61 .55 .46 .74 .46 Nieuw: de meerkeuzevraag Voor het CSE BV vmbo 2014 heeft CvTE aan Cito de opdracht gegeven om in het examen meer gesloten vraagvormen op te nemen. Voorbeelden van gesloten vraagvormen zijn meerkeuzevragen, in- of aanvulvragen, beweringsvragen of ordeningsvragen. Het CSE BV vmbo 2014 bevatte voor het eerst drie meerkeuzevragen en twee voorgestructeerde vragen. Uit de toets- en item-analyse blijkt dat deze ‘goed’ scoren. Reden om ze vanaf nu als vraagsoort structureel in het CSE op te nemen. Zo sterk al een leeuw Of van Herakles naar voetbalfan….. Dit blok werd door kandidaten heel goed gemaakt. Waarschijnlijk heeft dat te maken met een relatief groot aantal vragen over voorstelling en/of vormgeving. Vooral de vragen 3, 4, 13 en 14 tonen hoge p-waarden. Eén vraag uit dit blok bleek echter een hele moeilijke: de vraag die gesteld werd naar de ordening in het Rijkswapen in relatie tot de verbeelding van kracht. Macht en pracht Zoals uit de kolom blijkt, was dit blok voor kandidaten het moeilijkste. Het had een p-waarde van .54. Hier vormde de vraag naar klassieke bouwelementen voor veel kandidaten een struikelblok. Een tweede struikelblok was vraag 21, maar niet voor de kandidaten, het was meer een vraag waar docenten moeite mee hadden. Hier moesten de kandidaten voor een totaalscore van vier punten twee aspecten van de vormgeving noemen die het interieur van het Paleis op de Dam indrukwekkend maken én bij elk van deze aspecten moest een korte toelichting worden gegeven. Alleen als een juist aspect in combinatie met een juiste toelichting werd gegeven verdienden de kandidaten twee scorepunten. In de spotlights Bij dit blok scoorden de kandidaten beduidend beter. De p-waarde was .61. Problematische vragen waren er niet. Een *****diadeem Dit blok laat een p-waarde zien van .55. Dus bijna net zo moeilijk als Macht en Pracht. Bij dit blok waren er geen extreem gemakkelijke of extreem moeilijke vragen. Reacties van docenten Docenten toonden zich op de door VONKC georganiseerde examenbespreking in Utrecht over het algemeen zeer tevreden over de keuze van het thema: leuk, aansprekend, actueel en uitdagend. Dat gold ook voor de CPEopdracht, voor de relatie tussen CPE en CSE en voor de keuze van en de samenhang tussen de CSE-blokken. Ook de quickscan die docenten - direct na afloop van het invullen van WOLF - invulden, laat zien dat de docent over het CSE BV 2014-1 content is. Normering CSE Het CSE werd over het algemeen goed gemaakt. De gemiddelde score bedroeg 42,7 op een schaal van 71. Het gemiddelde cijfer was 6,6; het percentage onvoldoende bedroeg 14. CPE De CPE-data leidden tot een gemiddeld cijfer van 6,5 en tot 14,7 % onvoldoendes. Vooruitblik 2015 Het thema BV vmbo 2015 is Anders. In de Septembermededeling worden hierover géén inhoudelijke mededelingen gedaan. Het magazine is daarvoor nu de plek. Het is dus voor een goede voorbereiding van belang dit examendocument zorgvuldig door te nemen. Het verschijnt in week 49 van 2014. De vier verschillende CPE-opdrachtenboekjes worden met ingang van het examen 2015 samengevoegd tot één. Het daarbij behorende correctievoorschrift is ongewijzigd. Voor logistieke informatie rond het examen kan www.examenblad worden geraadpleegd. Marjanne Knüppe - Hüsken, toetsdeskundige Beeldende Vakken Cito
© Copyright 2024 ExpyDoc