Lees verder.

32 | beleggingsfondsen
Prestaties wereldwijd beleggende aandelenfondsen wisselend
Outperformance
niet zo eenvoudig
Voor kleinere beleggers die hun vermogen lastig kunnen spreiden, is een
wereldwijd beleggend aandelenfonds vaak de enige optie. Maar de keuze
is niet zo gemakkelijk. Het aanbod is groot en de rendementen van de
diverse fondsen lopen sterk uiteen. Waar moet de belegger op letten?
tekst: Harry Geels, T&E inmaxxa
V
an alle beleggingscategorieën is de
categorie 'aandelen wereldwijd' wat
betreft aanbod en diversiteit verreweg
het grootst. Dat maakt de keuze voor de belegger niet gemakkelijk. Bovendien zitten er nog
meerdere dimensies aan de keuze. De categorie is namelijk dermate groot dat het aanbod
uitgesmeerd wordt over verschillende subcategorieën, zoals waarde- en groeifondsen of
large- en smallcapfondsen. Daarnaast zijn er
fondsen die heel actief proberen de benchmark te verslaan, of fondsen die juist passief
een index volgen.
Beleggen in aandelen heeft de laatste vijf jaar
goede rendementen opgeleverd. Al naar gelang de subcategorie lagen de rendementen
tussen de 12,5 en 19% per jaar. Ook kijkend
naar de risico's hebben aandelen het de afgelopen vijf jaar goed gedaan. De volatiliteit
is sinds 2009 steeds lager komen te liggen en
ook de zogenoemde drawdowns (maximale
teruggang in procenten gedurende een bepaalde periode) zijn uiterst beperkt geweest.
Onderstaande tabel geeft de drawdowns van
de afgelopen drie jaar weer. Er zijn fondsen
die een maximale drawdown hebben gehad
van minder dan 3%. Dat is voor aandelen ongekend weinig.
de beste wereldwijd beleggende aandelenfondsen
FondsT&E
rendement MaxDDISIN
GLOBAL EQUITY INCOME 1 jr
3 jr
5 jr
Newton Global Higher Income
7,94 15,0
15,9
14,1
-3,6 GB00B0MY6X46
Artemis Global Income
7,74 21,9
24,8
-4,3 GB00B5ZX1M70
Threadneedle Global Equity
6,76
8,2
15,3
14,3
-3,5 GB00B1Z2NS66
Global largecap blend
Dodge & Cox Worldwide Global Stocks 7,26 24,3
22,9
14,1
-4,7 IE00B55JMJ98
ASN Duurzaam Aandelenfonds
6,96 14,2
18,3
13,1
-3,9
NL0000441301
MFS® Investment Global Concntr Equity 6,90 16,8
21,0
16,3
-2,9
LU0366720562
Global Largecap value
Vanguard Global Enhanced Equity 8,06 18,4
21,3
15,0
-2,6
IE00B1P1JL82
IPM RAFI Global 7,24 16,9
19,7
12,5
-3,5
LU0371143750
AXA Rosenberg Global Equity Alpha 6,61 18,2
19,2
13,4
-3,2
IE0008366811
Global largecap growth
Wellington Glbl Quality Growth
7,84 20,8
23,4
-3,3
LU0629158030
MFS® Investment Global Equity
7,75 14,9
20,0
15,0
-2,9
LU0194196068
Allianz Global Intellectual Capital
6,70 22,9
24,5
15,6
-5,0
IE0008479408
Global mid- and smallcap
Baillie Gifford Global Discovery
7,49
9,1
25,9
18,9
-13,5
GB0006059223
AXA Rosenberg Glbl Small Cap Alpha 7,45 14,5
22,6
16,4
-6,0
IE0008366928
Vanguard Global Small Cap Index
7,22 11,4
18,7
-4,7
IE00B42LF923
Bron: Morningstar Direct, T&E inmaxxa-multimanagerplatform
peildatum: 10 oktober 2014
T&E: T&E inmaxxa-score: objectieve score (0-10) berekend op basis van 25 prestatiefactoren. MaxDD: Max. drawdown: maximale
procentuele teruggang in de afgelopen drie jaar. Rendementen (in %) zijn inclusief herbelegging van dividenden.
BELEGGERS BELANGEN | 17 oktober 2014
De goede resultaten trekken de aandacht. Maken we de horizon echter langer en betrekken
we de twee bearmarkten van 2001 en 2008
erbij, dan liggen de rendementen een stuk lager, rond de 5 à 6%, en zien we drawdowns van
meer dan 50%. Aandelenbeleggers moeten
zich dus niet door te korte trackrecords laten
leiden. Zeker op dit moment lijken trackrecords van drie of vijf jaar eigenlijk te kort om
te beoordelen of een fondsbeheerder goed is.
De prestaties in de voornoemde bearmarkten
vallen buiten het zicht. Dat is jammer, omdat
de prestaties tijdens bearmarkten een goede
indicatie geven over de vaardigheden van een
fondsbeheerder. Naast het trackrecord zijn er
nog twee belangrijke dimensies bij het selecteren van een fondsbeheerder: de stijl en de
mate van actief beheer.
Stijl
Er zijn grote verschillen in prestaties tussen large- en smallcapfondsen. In de grafiek
op de rechterpagina is te zien dat smallcaps
bijna tweemaal zoveel rendement hebben
opgeleverd als largecaps, iets dat overigens
gepaard ging met meer volatiliteit en grotere
drawdowns. De wetenschap heeft vastgesteld
dat smallcaps het op de lange termijn beter
doen dan largecaps. Dit wordt ook wel het
'smallcap-effect' genoemd. Het wordt verklaard uit het feit dat kleinere aandelen meer
risico's en minder liquiditeit bieden, waar beleggers voor gecompenseerd willen worden
in de vorm van een hoger rendement. Voor
wie wereldwijd in aandelen wil beleggen, kan
het daarom zinvol zijn om naast een largecapfonds ook een beleggingsfonds in smallcaps te kiezen, als de risicotolerantie van de
belegger dit toestaat. Verder zijn er verschillen tussen waarde- en groeiaandelen. Sinds
begin 2001 hebben waardeaandelen het beter gedaan dan groeiaandelen. In de grafiek
is dit niet duidelijk te zien, maar er is sprake
van ruim 11 procentpunt meer rendement
vanaf begin 2001. Ook de wetenschap heeft
aangetoond dat waardeaandelen op de lange
termijn beter presteren dan groeiaandelen.
Dit gaat overigens gepaard met grotere drawdowns. In 2008 hadden waardeaandelen bijvoorbeeld ruim 10 procentpunt meer drawdown dan groeiaandelen.
Actief versus passief
Bij onze screening – op basis van 25 objectieve selectiecriteria – viel op dat veel actieve
fondsen in de diverse segmenten niet in
staat zijn de index te verslaan, ondanks het
grote universum. Fondsbeheerders hebben
wereldwijd ruim ruime mogelijkheden om
beleggingsfondsen | 33
Vier MSCI-indices vergeleken
niet beleggen in dierproeven, kernenergie en wapens
ASN Duurzaam Aandelenfonds
E
■ World Small Cap
■ World Value ■ World
■ World Growth
Smallcaps doen het veel beter dan largecaps,
waardeaandelen iets beter dan groeiaandelen.
bron: Morningstar/MSCI
aan 'cherry picking' te doen, maar boeken
daarmee onvoldoende succes. Goede actieve
beheerders zijn er echter wel. Uit onderzoek
blijkt dat vooral beheerders die zich specialiseren en onafhankelijk opereren outperformance laten zien. Wetenschappelijke studies
tonen verder aan dat actieve beheerders die
sterk van de index durven af te wijken, op de
lange termijn ook eerder outperformance
laten zien. De mate waarin een portefeuille
van de index afwijkt wordt gemeten met statistische maatstaven als de 'tracking error'
en de 'active share', maar niet iedere actieve
beheerder met een sterk afwijkende portefeuille weet de index te verslaan. Uit onderzoek van bijvoorbeeld Joop Huij (Robeco) en
Jeroen Derwall (Universiteit van Maastricht)
blijkt dat het vooral van belang is om te kijken hoe fondsbeheerders het risico van de
sterk afwijkende portefeuille spreiden over
verschillende marktsegmenten. Beheerders
die geconcentreerde portefeuilles bouwen
in slechts een beperkt aantal sectoren, laten
geen outperformance zien.
Een goed selectieproces is dus belangrijk. Als
een belegger niet voldoende kennis heeft, ligt
een indexfonds of ETF voor de hand. De vervolgvraag is dan welke index te volgen. In de
tabel staat bij het segment waardeaandelen
het fonds IPM RAFI Global genoemd, dat een
index volgt waarbij aandelen gewogen worden op basis van fundamentele criteria zoals
de boekwaarde per aandeel, en niet zoals bij
een standaardindex op basis van marktkapitalisatie. De keuze voor een bepaalde index
maakt voor de langetermijnresultaten een
wereld van verschil. De discussie hierover bewaren we voor een andere keer. <
r zit nog een aparte dimensie aan
het selectieproces van goede wereldwijd beleggende aandelenfondsen,
namelijk of er duurzaam belegd wordt
of niet. Het ASN Duurzaam Aandelenfonds is een fonds dat wereldwijd, en
met een zogeheten blend- of core-stijl,
in duurzame aandelen belegt.
Er zijn twee partijen betrokken bij het
beheer van dit fonds: ASN Bank, verantwoordelijk voor het duurzame beleid en ACTIAM (voorheen SNS Asset
Management) dat het portefeuillebeheer voor zijn rekening neemt. Het
duurzaamheidsteam van ASN bestaat
uit acht leden, het beheerteam uit
twee. Morningstar kenschetst het beheerteam als klein maar ervaren.
Het rendement van het fonds kan regelmatig van de index afwijken. Dit
komt omdat bepaalde aandelensegmenten vanwege gebrek aan duurzaamheidskenmerken niet of nauwelijks vertegenwoordigd zijn in de
portefeuille, zoals basismaterialen,
energie en financials. Een sector als
gezondheidszorg is aan de andere
kant weer ruim vertegenwoordigd.
Ondanks zijn beperkte universum,
heeft het fonds per saldo in lijn met
de bredere index gepresteerd, en komen de volatiliteit en drawdown ook
overeen met die van de index. Het is
fonds versus benchmark
■ ASN Duurzaam Aandelenfonds
■ MSCI World Index
ASN Duurzaam Aandelenfonds beleeft soms
korte perioden van under- en outperformance.
van belang om op te merken dat het
huidige beheerteam sinds eind december 2007 verantwoordelijk is voor
het fonds. Het trackrecord in de periode daarvoor komt op het conto van
andere fondsbeheerders.
Het beleggingsproces bestaat uit twee
fasen. Eerst screent ASN bedrijven
uit Europa, Amerika, Japan en opkomende markten op uitsluitingscriteria.
In bedrijven die betrokken zijn bij dierproeven, kernenergie en wapens mag
bijvoorbeeld niet worden belegd (negatieve uitsluiting). Bedrijven die goed
scoren op duurzaamheidskenmerken
krijgen pluspunten, dus een potentieel
hogere weging (positieve screening).
Bedrijven die vervuilen krijgen weer
minpunten, dus een potentieel lagere
weging.
In de tweede fase voeren fondsbeheerders Bram Ragetlie en Hans
Slomp een fundamentele en kwantitatieve analyse uit. Het kwantitatieve
onderzoek richt zich op de factoren
momentum (zowel in winst- als koersontwikkeling) en waardering (onder
andere koers-winstverhouding en
prijs-boekwaardeverhouding). Binnen
de fundamentele analyse spelen bedrijfsbezoeken en externe informatiebronnen, waaronder brokerresearch,
een rol.
top-10 holdings
Aandeel
Verizon Communications
Salesforce.com
Novartis
Bristol-Myers Squibb
Starbucks
Nike
Merck
British Land
Novo Nordisk
Keurig Green Mountain
%
4,0
3,5
2,7
2,6
2,5
2,4
2,4
2,1
2,0
1,9
Zie voor de weblogs van
harry geels:
beleggersbelangen.nl
bron tabel en grafiek: Morningstar/MSCI
17 oktober 2014 | BELEGGERS BELANGEN