Het ondergrondse laboratorium HADES Het ondergrondse laboratorium HADES bevindt zich in de Boomse Klei, op een diepte van 225 meter onder de terreinen van het SCK•CEN. Het laboratorium is een uniek instrument voor de studie naar berging van radioactief afval in diepgelegen geologische formaties. Bij heel wat projecten in HADES werken wetenschappers van diverse nationaliteiten samen. Bovendien wordt de kennis over ondergrondse berging internationaal uitgewisseld en geëvalueerd. Het ondergrondse laboratorium HADES wordt geëxploiteerd door het ESV EURIDICE, een samenwerkingsverband tussen NIRAS en het SCK•CEN. NIRAS 1 Waarom is het ondergrondse laboratorium zo belangrijk? In HADES worden industriële technologieën ontwikkeld voor het bouwen, exploiteren en afsluiten van een bergingsinstallatie in diepe klei. Wetenschappers voeren er experimenten uit in ‘reële’ omstandigheden, in de diepe kleilaag, op grote schaal en over een lange termijn. Ze zoeken naar een antwoord op vragen zoals: Hoe geschikt is een diepe kleilaag om middel- en hoogactief afval te bergen? In welke mate zouden radioactieve stoffen uit de berging in het milieu terechtkomen? Hoe kunnen uitgravingen de diepe kleilaag beïnvloeden? 2 Welke invloed heeft de warmte die door het hoogradioactieve afval wordt afgegeven op de diepe klei? HADES is het oudste ondergrondse laboratorium in Europa en het geniet een wereldwijde faam. Het Internationaal Atoomagentschap (IAEA) erkent het als een excellentiecentrum voor bergingstechnologieën en de opleiding van wetenschappers. HADES is een vergunde nucleaire onderzoeksfaciliteit. Wetenschappers kunnen er een grote verscheidenheid aan radioactieve merkstoffen en bronnen gebruiken. In HADES wordt geen radioactief afval geborgen en het zal er ook nooit geborgen worden. 1. Meting in de Boomse Klei 2. PRACLAY-galerij 3. Boring in de Boomse Klei 3 Het ondergrondse laboratorium HADES (vervolg) Tijdens de uitgravingen en de bouw (1980-2007) hebben wetenschappers, ingenieurs en technici veel kennis en ervaring opgedaan. Met de uitbreiding van het ondergrondse laboratorium HADES in de periode 1997-2007 werd aangetoond dat op industriële wijze een ondergrondse bergings infrastructuur in klei gebouwd kan worden. De bouw begon in 1980 en verliep in verschillende stappen. 1. Pionierswerk (1980-1987) galerij op 225 meter diepte in plastische klei. Tijdens de werken werd heel wat nieuwe informatie over het gedrag van klei verkregen. 1980-1982: eerste schacht (A) 2007: bouw van de PRACLAY-galerij (G) De uitgraving startte in 1980. Volgens de resultaten van het geomechanische onderzoek zou de klei vrij vlug dichtkruipen. De grond en de klei werden daarom bevroren tot een diepte van 240 meter. Deze galerij van 45 meter lang en met een diameter van 1,9 meter staat loodrecht op de verbindingsgalerij. Ze werd op industriële wijze uitgegraven en is genoemd naar het PRACLAY-experiment, een in situ experiment op grote schaal om na te gaan hoe de Boomse Klei reageert bij een temperatuurstijging. 1983-1984: eerste galerij (B) 225 meter onder de grond werd een eerste galerij manueel uitgegraven in bevroren klei (lengte 26 meter, diameter 3,5 meter). Ringen van gietijzer ondersteunen de uitgegraven galerij. 1984: experimentele schacht en galerij (C) Toen de klei ontdooide, bleek dat de kruipsnelheid ervan tamelijk laag was. Als test werden een schacht en galerij uitgegraven in onbevroren klei. De ondersteuning met betonblokken was even effectief en economisch interessanter dan de ondersteuning met ringen in gietijzer. 1987: tweede galerij (D) De verworven kennis werd in 1987 op grotere schaal toegepast om het ondergrondse laboratorium uit te breiden. Een galerij van 51 meter lang en met een diameter van 3,5 meter werd uitgegraven in onbevroren klei en ondersteund met betonblokken. Kort nadien voerden Franse ingenieurs tests uit met een ander type ondersteuning, een glijdend stalen ribsysteem, over een lengte van 15 meter. 2. Tests: is de bouw van een bergingsinstallatie uitvoerbaar? (1997-2007) 1995 was het begin van een nieuwe fase: onderzoekers begonnen na te gaan of bergingsgalerijen uitgraven in diepe klei op industriële wijze ook echt mogelijk is (PRACLAY-project). Tweede schacht (E) Om te beginnen werd een tweede schacht gebouwd. Dat gebeurde op industriële wijze, waarbij het kleigedeelte niet werd bevroren. 2001-2002: verbindingsgalerij (F) De verbinding tussen de tweede schacht en het bestaande deel van het laboratorium (80 meter lang) gebeurde in zes weken tijd en op industriële wijze. Voor de eerste keer bouwde men met de tunnelingtechniek een Het PRACLAY-experiment: onderzoek naar de impact van warmteafgevend radioactief afval op de Boomse Klei Met het PRACLAY-experiment zullen onderzoeken uitgevoerd worden naar de effecten van berging van hoogactief, warmteafgevend afval. Meer bepaald moet het experiment toelaten om het gedrag van de kleilagen onder thermische stress te onderzoeken en verdere bevestiging te verkrijgen van de haalbaarheid van de diepe geologische berging van warmte afgevend afval. 2008-2011: installatie van het verwarmingssysteem en afsluiting van de PRACLAY-galerij (G) Het verwarmingssysteem bestaat uit metalen verwarmingselementen die tegen de betonnen galerijwand zijn aangebracht en die onder stroom gezet kunnen worden om warmte te genereren. Nadat het verwarmingssysteem was geïnstalleerd, werd de galerij opgevuld met zand en volledig afgesloten van de hoofdgalerij om een gelijke verdeling te verkrijgen van warmte en druk in en rond de verwarmde zone. Vanaf 2014: verwarmingsfase van het PRACLAY-experiment (G) De galerij zal tien jaar lang verwarmd worden tot een constante temperatuur van 80°C, gemeten op het contact van de betonnen galerijwand met de klei. De bedoeling is om de reeds verworven kennis over het gedrag van de klei te bevestigen en verfijnen. Wetenschappers willen aantonen dat de ontwikkelde modellen representatief zijn op reële grootte. Ook de impact van de warmte op de galerijbekleding wordt bestudeerd. Dat is belangrijke informatie in het kader van de eventuele terugneembaarheid van het afval uit een bergingsinstallatie. NIRAS Verantwoordelijke uitgever: Jean-Paul Minon, avenue des Combattants 107A, 1470 Genappe • CO2 neutral print - www.climatepartner.com - Certificate Number 10506-1402-1005 • © NIRAS april 2014 De bouw van het ondergrondse laboratorium
© Copyright 2024 ExpyDoc