LOSLATEN = RUIMTE

15 april 2014
Loslaten = ruimte
Werkconferentiekrant
Wat een verrassing dat Egbert Gritter toch nog aanwezig
kon zijn bij de werkconferentie! Hij deelde zijn mijmeringen
over de toekomst via een beeldscherm met ons. In het kort
samengevat enkele woorden die hij sprak naar aanleiding
van de dilemma’s die Aart van Walstijn aan hem voorlegde.
Egbert verwacht dat er in de toekomst minder gespecialiseerde teams zullen zijn, wel blijft specialistische kennis ingezet
worden. Ten aanzien van het omgaan met werkdruk gaf hij de
zaal de tip om goed voor jezelf te zorgen en de ruimte te pakken die je daarin krijgt. Hij gaat uit van de kracht van medewerkers, die is van belang voor gemeenten en niet het denken in
structuren zoals over het functiehuis. Die discussie heeft niet
de eerste prioriteit. De overhead zou nog wat efficiënter kunnen. Op de vraag van Aart of de RIBW Groep Overijssel niet
het gevaar loopt van het toneel te verdwijnen, was Egbert
ook duidelijk: “Door samen te werken ben je op sommige
plekken minder zichtbaar, maar waar we heel specifiek begeleiding gaan geven, zullen we zeker nog zichtbaar zijn. In
een kleinere organisatie. Dat is op zich niet zo erg, want we
willen vooral het goede voor de klant en dan gaat niet om de
grootte van de organisatie, maar om de kwaliteit van zorg die
we willen bieden.” In de toekomst moeten we volgens Egbert
meer gaan denken in trajecten. Regelmatig met cliënten om
tafel: welke stap kun je maken? Maar voor sommige cliënten
die niet kunnen uitstromen, is er straks de wet Langdurige
Zorg die in de maak is als vangnet. Beide heren sloten de
inleiding af met de oproep om vanmiddag zoveel mogelijk
indrukken en ideeën op te doen voor je eigen werk. Doe er je
voordeel mee!
Stuiteren maar!
omdenken
is niet:
de organisatie
inspireert jou,
maar jij
inspireert de
organisatie
Vandaag had de stuiterbal een prominente rol. Een
stuiterbal staat symbool voor de onzekere tijden
waarin we ons als RIBW GO bevinden. Als je een
stuiterbal loslaat, kan hij in principe alle kanten op
gaan. Maar hij stuitert ook weer terug en valt niet
kapot zoals een kerstbal. En hij ziet er vrolijk uit. Laten
we de komende maanden de eigenschappen van de
stuiterbal voor ogen houden: flexibel en positief. En
erop vertrouwen dat we hem zullen vangen!
1. De kracht van tijdelijk
(overbruggingshuisconcept)
Door Mirjam Junte (begeleider IJsselhof Zwolle) en Annette Stuiver (begeleider Overbruggingshuis Haaksbergen)
Kortdurende trajecten met resultaat worden steeds
belangrijker. De overbruggingshuizen in Haaksbergen
en Zwolle werken volgens dit concept. De belangrijkste
pijlers:
1. Werk methodisch
2. Durf out-of-the-box te denken
3. Zie mogelijkheden in plaats van beperkingen
4. Zie de mens in plaats van de cliënt
5. Spreek een duidelijk traject af
Meer informatie, neem contact met ons op!
2. Digitale ondersteuning:
wat betekent dat voor jou?
Door René Wink (Noorderbrug), Jan Thie en Ina Diermanse (Vilans)
Werken met ‘zorg dichterbij’ (beeldschermcommunicatie tussen cliënt en medewerker) is het afgelopen jaar
gemeengoed geworden binnen De Noorderbrug (voor
mensen met een handicap of chronische ziekte, specialist
op het gebied van niet-aangeboren hersenletsel (NAH)
en doofheid). Het doel van hiervan is de ondersteuning
efficiënter en slimmer in te richten en de kwaliteit ervan te
vergroten. De cliënt kan bij acute vragen ‘visueel’ contact
met de begeleider opnemen. De inleiders vertelden over
hun aanpak en de gevolgen voor het werk van begeleiders. En uiteraard: wat vinden cliënten ervan?
5.Zelf aan het roer staan
Door Astrid Vermeer (Instituut voor Samenwerkingsvraagstukken. Ondersteunt Buurtzorg Nederland bij zelfsturende
teams)
Astrid Vermeer ging met de deelnemers in op wat er nodig
is om zelfredzaamheid te bevorderen en wat belemmerend werkt. Welke gesprekstechnieken wend je aan? Wat
is belangrijk in de voorwaarden? Volgens Astrid zijn de
criteria voor goedwerkende zelforganisatie beslissingen in
consensus, zo min mogelijk kaders, respect voor verschillen en elkaar aanspreken op kwaliteit. Ook legde zij uit wat
de overeenkomsten tussen zelforganiserend werken en
zelfredzaamheid zijn. Wat kan zelforganisatie bijdragen aan
zelfredzaamheid?
6.Een sterk sociaal
netwerk(t)
Door Marga de Valk en Jacquelien Siebrand
(MEE IJsseloevers)
Het is allang niet meer de vraag óf, maar hóe het netwerk
betrokken wordt bij de ondersteuning. Wat is onze rol?
Sociale netwerk versterking ( SNV) is een werkwijze
waarmee mensen met hun netwerk inzicht krijgen in
hun situatie, zelf besluiten nemen en plannen maken die
passen bij hun levenswijze, behoeften en persoonlijke
wensen. De ziel van SNV is dat mensen en hun omgeving
heel goed in staat zijn zelf oplossingen te bedenken en
plannen te maken. Dit vraagt een kanteling in houding en
denkwijze van zowel de professional als de cliënt.
3.Ervaringsdeskundigheid:
wat voegt het toe?
oor Beja Wulff (docent Leergang ErvaringsdeskundigD
heid), Karin Minkhorst (ervaringsdeskundige) en Ragonda
Kaizer (ervaringsdeskundige coach Partnerberaden)
De ervaringsdeskundige brengt nieuwe kennis, werkwijzen en attitudes in. Ze nodigen cliënten en professionals uit opnieuw na te denken over herstel, bejegening,
behoud van autonomie en participatiemogelijkheden. Ze
denken voorbij het medische model binnen de context
van de cliënt. Ervaringsdeskundigen zijn vaak goed in
staat om aan te sluiten bij de leefwereld van de ander. De
ervaringskennis is hun natuurlijke basiskennis, waardoor
zij gevoeligheid hebben voor de situatie van anderen
in kwetsbare omstandigheden. Ook functioneren zij als
rolmodel.
4.Jezelf misbaar maken
Door Sylvia van Gelder en Regina Lagendijk (begeleidingscoördinatoren), Marion Huesken (begeleider
Friendly Visiting)
Als je als begeleider onmisbaar bent voor de cliënt, is
er sprake van afhankelijkheid. Maar uitgangspunten zijn
eigen kracht en zelfregie.
7. Cliënten voor cliënten:
We doen het zelf óf moeten
we het zelf doen?
Door Evert Veldhuis en Gerda Brantenaar
Een belangrijke gedachte in de Wmo is het aanspreken op
eigen kracht. Daar houdt de Cliëntenraad van en het past mooi
in de herstelgedachte. Niet voor niets zijn in het verleden cliënteninitiatieven gestart, waar talenten van cliënten bepalend
waren. Er is minder geld beschikbaar voor de begeleiding en
we zijn van mening zijn dat we zelf wat voor anderen kunnen
betekenen en terugdoen. In de ideeënwerkplaats kwamen
acht methodieken aan bod waarbij de ene cliënt van betekenis
is voor andere cliënten. Als koffiemaatje, in een telefoon- of
what’s app-cirkel, of als cliëntbuddy. Als vrijwilliger, betaald
vrijwillig of als professioneel ervaringsdeskundige. Denk aan
de Friendly Visitors die cliënten begeleiden die op de wachtlijst
staan. Ook ervaringsdeskundige cliënten in teams kunnen cliënten begeleiden die tijdelijk zijn opgenomen. Allerlei varianten
zijn mogelijk. Deelnemers leverden ook prachtige nieuwe
ideeën zoals de Buurtcirkel, waarbij verschillende mensen met
een beperking hun talenten voor elkaar inzetten. Een deelnemer: “Ik wist niet dat er zoveel eigen kracht in cliënten zat.”
8.Van ‘zorgen voor’ naar
‘zorgen dat’
Door Annelies Kooiman en Petra van Leeuwen (Movisie)
Zelfredzaamheid en verantwoordelijkheid van burgers
vormen de komende jaren het uitgangspunt. De menselijke
maat moet terug in de zorg. Daaraan moeten we inhoud geven in de praktijk. Van ‘zorgen voor’ naar ‘zorgen dat’ is het
credo van de Wmo. Zijn het uitersten of twee kanten van een
medaille? De deelnemers ervaarden de verschillen en zagen
dat cliënten je positief kunnen verrassen met wat ze vanuit
eigen kracht realiseren. Vraag je collega’s om een terugkoppeling uit deze werkplaats!
Het gemeentelijk perspectief
Henk Jumelet is op dit moment nog wethouder van de gemeente Emmen (109.000 inwoners) en als wethouder al ruim
10 jaar verantwoordelijk voor onder andere de Wmo en Werkvoorziening (straks participatiewet). Vanuit het gemeentelijk
perspectief verwacht hij van een zorgaanbieder als RIBW
Groep Overijssel dat: • deze toetsbare en transparante resultaten laat zien;
• deze innovatief is en dit concreet maakt (bijvoorbeeld bij
de inzet van mantelzorg en algemene voorzieningen);
• deze binnen de financiële kaders blijft die de gemeente
stelt;
• deze actief en lokaal invulling geeft aan de gemeenschappelijke opgave die instellingen en inwoners samen hebben. De gemeente Emmen nodigt zorgaanbieders hiertoe ook uit
door gebruik te maken van een aantal financiële prikkels.
Budget dat dus verdiend moet worden.
Omdenken:
van ja-maar naar ja-en
In twee inspirerende omdenklezingen vertelde Berthold
Gunster over de Ja-maar filosofie. Stel, je hebt een goed
idee. Het enige wat je hoort zijn ja-maars. ‘Ja, maar
dat is vroeger al eens zonder succes geprobeerd’, ‘Ja,
maar wat als het mislukt’. De ja-maar zeggers laten elke
poging tot vernieuwing verdwijnen in een moeras van
argumenten en tegenwerpingen. Er is ook een andere
houding: de ja-en houding. Maak van een probleem een
mogelijkheid. Dat is een open houding waarin je denkt in
kansen en mogelijkheden. Je ziet niet alleen de beren,
maar ook de weg. Deze ja-en houding levert creativiteit
en vernieuwing op. www.omdenken.nl en www.jamaar.nl
Omdenken is ook ‘wind-mee
fietstochten organiseren’
Werk is meer …
Dat werken en leren kunnen bijdragen aan herstel is een feit. Het brengt structuur in het dagelijks leven en biedt de mogelijkheid om andere mensen te ontmoeten. Daarom besteden we veel aandacht aan opleiding, dagbesteding en
werk. Belangrijk is dat dit integraal onderdeel uit maakt van het begeleidingsplan en dat vraagt ook om contact met de ‘werkgever’ of opleider.
Vandaag zie je een paar voorbeelden van werk van cliënten. In de loterij zie je
prijzen van diensten en producten van cliënten. Voor de schouwburg stond Tot
uw dienst! uit Enter met hun autopoetserij. En de heerlijke pauzehapjes zijn
gemaakt en werden geserveerd door cliënten van restaurant Vidiveni uit Zwolle.