Netverklaring 2016 Betuweroute

Netverklaring 2016 Betuweroute
op basis van de Spoorwegwet
geldigheidsperiode: dienstregelingsjaar 2016
zondag 13 december 2015 t&m zaterdag 10 december 2016
Eindconcept
3 oktober 2014
Versiebeheer
Versie
1.0
Datum publicatie
3 oktober 2014
Omschrijving
Eindconcept
Verschillenlijst netverklaring 2016 versie 0.1 ten opzichte van netverklaring 2015 versie 1.1
Thema
Algemeen
Europese
goederencorridors
IGS
Sporen
Capaciteitsverdeling
Automatiseringsapplicaties
Prestatieregelingen
Tarieven
Bijlage
NV 2016 v0.1 ten opzichte van NV 2015 v1.1
a) alle geel gemarkeerde tekst is een wijziging ten opzichte van de
aangevulde netverklaring 2015 Betuweroute van 11 april 2014
b) een redactionele verbeterslag
c) actualisering juridisch kader (paragraaf 1.1, 1.4)
a) actualisering Europese goederencorridors (paragraaf 4.3.2.1.1)
a) Nieuwe passage ‘weten waar wat staat: informatie over
goederenwagons op emplacementen’ (paragraaf 2.10)
a) actualisering werkwijze tussentijdse beëindiging huursporen
(paragraaf 5.3.4)
b) actualisering regelgeving m.b.t. reparatiesporen (paragraaf 3.8.3)
a) optimalisatie van procestijd (paragraaf 4.2)
b) actualisering tijdschema (paragraaf 4.3.2)
c) verhoging snelheid standaardpatroonpad (paragraaf 4.3.2.1.2)
d) toevoeging capaciteit voor verkeersleiding (paragraaf 4.3.2.1.7)
e) actualisering van werkwijze van de ad-hoc aanvragen (paragraaf
4.3.3)
a) aanbod van automatiseringsapplicaties (paragraaf 5.4.6)
a) actualisering van de prestatieregelingen (paragraaf5.6)
b) nieuwe tarieven (paragraaf 6.3)
a) actualisering van de regelgeving gedisciplineerd vertrekproces
(bijlage6, deel A)
b) nieuwe operationele regels ketenregie (bijlage 6, deel C)
c) toevoeging van nieuwe plannormen (bijlage 16)
d) actualisering Algemene Voorwaarden (bijlage20)
e) toevoeging van werkzaamheden aan derde spoor Emmerich –
Oberhausen in 2016 (bijlage 22)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 2 van 178
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 3 van 178
Inhoudsopgave
Algemene informatie..................................................................................................................... 7
1.1
Inleiding ..................................................................................................................... 7
1.2
Doel ..........................................................................................................................11
1.3
Wettelijk kader .........................................................................................................11
1.4
Juridische status .......................................................................................................11
1.5
Structuur van de netverklaring..................................................................................13
1.6
Geldigheid en wijzigingen .........................................................................................13
1.7
Verspreiding .............................................................................................................13
1.8
Contactadres nadere informatie .............................................................................. 14
1.9
Goederencorridors ................................................................................................... 14
1.10
Samenwerking met andere beheerders van spoorweginfrastructuur ........................15
1.11
Begrippenlijst............................................................................................................ 17
2
Vereisten voor toegang ....................................................................................................... 18
2.1
Inleiding ................................................................................................................... 18
2.2
Vereisten voor toegang............................................................................................ 18
2.3
Overeenkomsten en algemene voorwaarden .......................................................... 19
2.4
Operationele voorwaarden ...................................................................................... 21
2.5
Buitengewoon vervoer ............................................................................................. 21
2.6
Gevaarlijke stoffen ................................................................................................... 21
2.7
Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen ............................................................... 23
2.8
Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel ............................................ 24
2.9
Eisen met betrekking tot informatielevering............................................................ 25
2.10
Weten waar wat staat: informatie over goederenwagons op emplacementen......... 26
2.10
Kosten bij niet of onvoldoende nakomen van afspraken en voorwaarden uit vorige
paragrafen............................................................................................................................ 27
2.11
Operationele regels ketenregie................................................................................ 27
3
Spoorweginfrastructuur ......................................................................................................28
3.1
Inleiding ................................................................................................................... 28
3.2
Exploitatiegebied..................................................................................................... 28
3.3
Kenmerken van de railinfrastructuur ........................................................................ 29
3.4
Gebruiksbeperkingen................................................................................................33
3.5
Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van de infrastructuur 38
3.6
Stations, afstanden tussen stations ......................................................................... 39
3.7
Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer ............................................................ 40
3.8
Opstel-, rangeer- en andere voorzieningen .............................................................. 40
3.9
Infrastructuurontwikkeling ...................................................................................... 43
4 Capaciteitsverdeling .................................................................................................................44
4.1 Inleiding en wettelijk kader ............................................................................................. 44
4.2
Uitgangspunten in het verdelingsproces .................................................................. 45
4.3 Het verdelingsproces ...................................................................................................... 46
4.4
Capaciteitsverdeling voor onderhoud en/of grootschalige (ver)-of nieuwbouw ....... 65
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 4 van 178
4.5
Niet gebruikte capaciteit ......................................................................................... 67
4.6
Buitengewoon vervoer ............................................................................................. 68
4.7
Treindienstleiding .................................................................................................... 68
4.8
Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen ..................................... 71
4.9
Operationele samenwerking ..................................................................................... 71
5
Producten en diensten ........................................................................................................ 72
5.1
Inleiding ................................................................................................................... 72
5.2
Dienstenpakket 1: minimumtoegangspakket .......................................................... 72
5.3
Dienstenpakket 2: toegang tot voorzieningen ..........................................................75
5.4
Dienstenpakket 3: aanvullende diensten ................................................................... 77
5.5
Dienstenpakket 4: ondersteunende diensten........................................................... 79
5.6
Prestatieregelingen ................................................................................................. 80
5.7
Studies en andere diensten ...................................................................................... 86
6
Gebruiksvergoeding ............................................................................................................ 87
6.1
Inleiding ................................................................................................................... 87
6.2
Tariferingsbeginselen .............................................................................................. 87
6.3
Tarieven ................................................................................................................... 88
6.4
Prestatieregelingen ................................................................................................. 93
6.5
Omzetbelasting en wijzigingen op regelingen uit de netverklaring .......................... 93
6.6
Facturering .............................................................................................................. 93
BIJLAGE 1: Beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail ..................................................................94
BIJLAGE 2: Lijst van begrippen .................................................................................................... 95
BIJLAGE 3: Consultatieverslag ................................................................................................... 102
BIJLAGE 4: Baanvakken met gebruiksbeperkingen ................................................................... 103
BIJLAGE 5: Algemene klachten- en geschillenregelingen .......................................................... 105
BIJLAGE 6: Operationele voorwaarden, werkwijze onrechtmatig gebruik huursporen, operationele
regels ketenregie, huisregels ..................................................................................................... 107
BIJLAGE 8: Standaardoverzichten treindienstafwikkeling ......................................................... 126
BIJLAGE 9: Specificatie van rapportages ................................................................................... 127
BIJLAGE 10: Informatieverstrekking door spoorwegondernemingen over de samenstelling van
rangeerdelen op havenemplacementen en Kijfhoek.................................................................. 130
BIJLAGE 11: Overbelaste infrastructuur ..................................................................................... 131
BIJLAGE 12: Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning ......................................... 132
BIJLAGE 13: Beweegbare spoorbruggen in het gebied van de Betuweroute .............................. 133
BIJLAGE 14: Openbare laad- en losplaatsen .............................................................................. 134
BIJLAGE 15: Tankinstallaties binnen het gebied van de Betuweroute ........................................ 135
BIJLAGE 16: Plannormen dienstregeling en emplacement ........................................................ 136
BIJLAGE 17: Aanvraagformulier dienstregelingsontwerp........................................................... 138
BIJLAGE 18: Overzicht emplacementsporen Keyrail .................................................................. 139
BIJLAGE 19: Inkoop en levering van tractie-elektriciteit en voorwaarden met betrekking tot de
dienst “Toegang tot de bovenleiding” ....................................................................................... 140
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 5 van 178
BIJLAGE 20: Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst Betuweroute 2016.................... 142
BIJLAGE 21: Model-toegangsovereenkomst 2016 ..................................................................... 166
BIJLAGE 22: Lokale bedrijfsregels Betuweroute ........................................................................ 167
1
Emplacement Maasvlakte ................................................................................................. 168
2 Emplacement Europoort ........................................................................................................ 170
2.1 Opstellen ....................................................................................................................... 170
2.3 Gevaarlijke Stoffen ........................................................................................................ 170
3
Emplacement Botlek ......................................................................................................... 170
4
Emplacement Pernis ......................................................................................................... 171
5
Emplacement Waalhaven ................................................................................................. 172
BIJLAGE 23: Werkzaamheden derde spoor Emmerich – Oberhausen 2016................................ 178
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 6 van 178
Algemene informatie
1.1 Inleiding
Deze netverklaring is opgesteld door Keyrail B.V.1 (hierna Keyrail). Keyrail is een besloten
vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Aandeelhouders zijn ProRail B.V., Havenbedrijf
Rotterdam N.V. en Havenbedrijf Amsterdam N.V.2. Keyrail exploiteert de Betuweroute. De
Betuweroute is de goederenspoorweg van Maasvlakte via Kijfhoek naar Zevenaar.
Deze netverklaring 2016 Betuweroute wordt door Keyrail uitgegeven onder het voorbehoud van
het verlenen van de beheerconcessie 2015-2025 aan ProRail B.V. (hierna ProRail). Indien ProRail
houder wordt van deze beheerconcessie kan ProRail een volmacht aan Keyrail verlenen om
namens ProRail een netverklaring uit te geven. Deze bevoegdheid berust op artikel 58 van de
Spoorwegwet. Eveneens maakt Keyrail een voorbehoud inzake de exploitatie van de Betuweroute
door Keyrail B.V. na 1 januari 2015 omdat besluitvorming over deze exploitatie door de
aandeelhouders van Keyrail en de Staat der Nederlanden thans (3 oktober 2014) nog niet is
afgerond. Indien deze exploitatie niet wordt voortgezet door Keyrail, dan zal er zorg voor worden
gedragen dat het aanbod dat de netverklaring 2016 Betuweroute bevat, onder gelijkblijvende
condities wordt overgenomen door de partij die alsdan verantwoordelijk zal zijn voor de
capaciteitsverdeling en het afsluiten van toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de
Betuweroute.
Hierboven beschreven voorbehoud in achting nemende, heeft ProRail, met betrekking tot de
exploitatie van de Betuweroute gehandeld alsof de voorgenomen verlenging van Overeenkomst
tussen de Staat, ProRail, Havenbedrijf Rotterdam N.V. en Haven Amsterdam met betrekking tot
afspraken Betuweroute en van de daarop aansluitende tussen Keyrail en ProRail gesloten
Samenwerkingsovereenkomst Exploitatie Betuweroute reeds tot stand is gekomen.
Keyrail en ProRail hebben ter uitvoering hiervan nadere afspraken gemaakt, eveneens vastgelegd
in een overeenkomst. Keyrail draagt namens de concessiehouder onder meer zorg voor het
verdelen van capaciteit en het in stand houden van de infrastructuur. De verkeersleiding op de
Betuweroute wordt uitgevoerd door ProRail B.V. op basis van de door Keyrail gedefinieerde en
met gerechtigden overeengekomen logistieke modellen en verkeersprestaties.
ProRail heeft Keyrail gemachtigd:
 toegangsovereenkomsten af te sluiten voor het gebruik van de Betuweroute die in paragraaf
1.1.1. is beschreven,
 capaciteit met spoorwegondernemingen overeen te komen.
1
2
Keyrail B.V., ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer 24 396 737.
Bouw- en Handelmaatschappij Hallum B.V., een 100% dochter van de Gemeente Amsterdam.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 7 van 178
Keyrail is gehouden om de verplichtingen uit de Spoorwegwet na te leven als ware zij beheerder.
De juridische status op basis waarvan Keyrail de Betuweroute exploiteert en die van deze
netverklaring zijn beschreven in paragraaf 1.4.
De taakverdeling tussen Keyrail en ProRail betreft ook een goede invulling en borging van andere
interfaces tussen beide organisaties. Dit betreft onder andere afspraken over bijsturing, het
gebruik van planningsinstrumenten die ProRail in beheer heeft en de onderlinge consultatie bij de
voorbereiding van beslissingen die een grensoverschrijdend effect hebben.
Om bij gerechtigden3 verwarring te voorkomen, hanteert Keyrail in deze netverklaring het begrip
exploitant. Keyrail geeft hiermee aan dat klanten Keyrail direct kunnen aanspreken op het
nakomen van haar verplichtingen die voortvloeien uit de netverklaring dan wel de
toegangsovereenkomst Betuweroute dan wel de huurovereenkomst huursporen dan wel de
capaciteitsovereenkomst. Het is niet de bedoeling van Keyrail om de algemene, abstract
geformuleerde verplichtingen die op ProRail als beheerder dan wel concessiehouder rusten, in dit
begrip te betrekken.
ProRail beschikt voor het veilig beheer van de spoorweginfrastructuur over een veiligheidsbeheersysteem zoals bedoeld in Richtlijn 2004/49/EG, artikel 9, het Keyrail veiligheidsbeheersysteem is hier onderdeel van en wordt jaarlijks door ProRail geauditeerd. De Inspectie
Leefomgeving en Transport heeft een erkenning verleend voor het ProRail
veiligheidsbeheersysteem met geldigheid tot 16 juni 2019.
Keyrail gaat zorgvuldig om met informatie. Keyrail gebruikt gegevens alleen voor het doel
waarvoor die gegevens gevraagd en beschikbaar gesteld zijn. Keyrail stelt (commerciële)
gegevens en andere informatie van relaties, medewerkers en derden niet zonder hun
toestemming ter beschikking aan anderen, tenzij daartoe een wettelijke verplichting bestaat.
Als het handelen van Keyrail niet voor alle gerechtigden dezelfde uitwerking heeft, hanteert
Keyrail steeds principes van non-discriminatie, transparantie en toetsbaarheid.
De netverklaring 2016 Betuweroute berust op vigerende wet- en regelgeving en loopt –
behoudens uitdrukkelijke vermelding – niet vooruit op wet- en regelgeving die nog in
ontwikkeling is. Daar waar in dit document wordt gesproken over “de netverklaring”, heeft dat
uitsluitend betrekking op de Betuweroute.
Keyrail zal deze netverklaring in 2014 en 2015 via aanvullingen gestructureerd en conform de weten regelgeving actualiseren op basis van nadere uitwerking van maatregelenpakketten in
3
Artikel 1 b van de Spoorwegwet
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 8 van 178
samenwerking met ProRail, KNV en DB Netze en op basis van het dienstregelingsontwerp 2016
voor de Nederlandse hoofdspoorweginfrastructuur.
1.1.1 Geografie
De Betuweroute is de railverbinding voor goederen tussen de Rotterdamse haven en de Duitse
grens bij Zevenaar.
Er zijn drie deeltracés:
- de Havenspoorlijn (de spoorlijn Maasvlakte 2 - Kijfhoek),
- het A15-tracé (de spoorlijn Kijfhoek - Zevenaar),
- het tracé Zevenaar – Zevenaar grens.
De Betuweroute sluit bij Zevenaar aan op de spoorlijn Arnhem-Oberhausen.
De Betuweroute heeft een aantal emplacementen:
- Maasvlakte Oost,
- Maasvlakte West4,
- Europoort,
- Botlek,
- Pernis,
- Waalhaven Zuid,
- Waalhaven Oost,
- Kijfhoek,
- IJsselmonde,
- CUP (Centraal Uitwisselpunt) Valburg.
De Betuweroute sluit op verschillende plaatsen aan op het gemengde net:
 ter hoogte van Kijfhoek en IJsselmonde op de spoor Rotterdam-Dordrecht,
 bij Meteren/Geldermalsen op de spoorlijn Amsterdam-Utrecht-Den Bosch,
 bij Elst op de spoorlijn Arnhem-Nijmegen.
De exacte grenzen zijn beschreven in bijlage 1.
Daarnaast geeft de Betuweroute toegang tot raccordementen en stamlijnen en tot bij Keyrail in
beheer zijnde laad- en losplaatsen en via de stamlijnen tot terminals. De raccordementen en
stamlijnen zijn onderdeel van de hoofdspoorweginfrastructuur zoals beschreven in artikel 2 van de
Spoorwegwet 2003. De terminals liggen buiten het exploitatiegebied van Keyrail, zo ook de
daaraan gerelateerde spooraansluitingen.
4
In Maasvlakte West is ook Maasvlakte West-West opgenomen
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 9 van 178
1.1.2 Scope van Keyrail
De scope van Keyrail omvat:
 Capaciteitsmanagement en Verkeersleiding5 van de Havenspoorlijn en het A15-tracé en alle
aangrenzende emplacementen, inclusief Kijfhoek, Rotterdam Feijenoord en Rotterdam
IJsselmonde,
 Instandhouding (exclusief vernieuwing6) van de Havenspoorlijn en het A15-tracé en alle
aangrenzende emplacementen met uitzondering van Kijfhoek,
 het voeren van een calamiteitenorganisatie voor de Betuweroute,
 Keyrail biedt daarbij aan de spoorwegondernemingen een veilig infrastructuursysteem
Betuweroute aan,
 het leveren van overige diensten en producten conform Richtlijn 2012/34/EU,
 het handelen conform de Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst7 in geval van
schades,
 het aanbieden van doorgaande standaardpatroonpaden op de Betuweroute naar Duitsland
v.v. via Zevenaar-Zevenaar grens,
 het uitvoeren van de Verkeersleiding op het traject Zevenaar – Zevenaar grens (zie ook
paragraaf 1.1.3).
1.1.3 Afspraken tussen ProRail en Keyrail over het traject Zevenaar-Zevenaar Grens
Keyrail biedt via het baanvak Zevenaar – Zevenaar-grens ‘doorgaande treinpaden’ aan tussen
Rotterdam en Duitsland. Dit traject is onderdeel van het gemengde net. ProRail draagt daarom
voor dit deel de eindverantwoordelijkheid voor de capaciteitsverdeling, Verkeersleiding en
instandhouding.
ProRail en Keyrail hebben voor dit samenloopbaanvak de volgende afspraken gemaakt:
 Keyrail voert de Verkeersleiding conform de specificaties van ProRail,
 ProRail en Keyrail stemmen de verdeling van treinpaden via Arnhem en de paden via de
Betuweroute, gegeven de beschikbare capaciteit, af met als doel dat alle klantvragen
optimaal en non-discriminatoir worden gehonoreerd, conform de daarvoor geldende regels,
 Keyrail wikkelt aanvragen in de ad-hoc fase af voor paden op de Betuweroute .
5
In opdracht van Keyrail wordt de taak van het leiden van het verkeer over de infrastructuur, zoals bedoeld in artikel 16 lid 1 onder c
van de Spoorwegwet 2003, rechtstreeks en onder verantwoordelijkheid van ProRail verzorgd op de post Kijfhoek op de
hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail exploiteert. De uitvoering van de werkzaamheden vindt plaats binnen de kaders van:
wet- en regelgeving,
deze netverklaring Betuweroute en de toegangsovereenkomst Betuweroute met de daarop gebaseerde werkprocessen,
het veiligheidsmanagementsysteem van Keyrail,
de handboeken en werkwijzen Verkeersleiding en Treindienstleiding van ProRail.
Nadere afspraken over de verkeersleiding op het baanvak Zevenaar- Zevenaar grens zijn beschreven in bijlage 7.
6
ProRail is verantwoordelijk voor (de werkzaamheden met betrekking tot) vervangings- en uitbreidingsinvesteringen in het Keyrailexploitatiegebied. Keyrail verzorgt het capaciteitsverdelingsproces in verband met deze werkzaamheden.
7
Zie bijlage 21
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 10 van 178
Zie voor een samenvatting van de afspraken tussen ProRail en Keyrail bijlage 7.
1.2 Doel
De netverklaring verschaft spoorwegondernemingen en andere gerechtigden de informatie die
nodig is voor de toegang tot en het gebruik van de Betuweroute. Daartoe behoort informatie over
de spoorweginfrastructuur, over de capaciteitsverdelingsprocedures, over de producten en
diensten die Keyrail aanbiedt en over de gebruiksvergoedingen.
1.3 Wettelijk kader
De netverklaring 2016 is een netverklaring zoals bedoeld in de Spoorwegwet, artikel 58, en in
Richtlijn 2012/34/EU8, artikel 3.
1.4 Juridische status
1.4.1 Algemene opmerkingen
De netverklaring is gebaseerd op de officieel bekendgemaakte regelgeving op 1 november 2013
en waarvan de inwerkingtreding ook vóór of op die datum officieel is bekendgemaakt. De
netverklaring 2016 loopt – behoudens uitdrukkelijke vermelding – niet vooruit op wet- en
regelgeving die nog in ontwikkeling is.
Betuweroute
Deze netverklaring 2016 Betuweroute wordt door Keyrail uitgegeven onder het voorbehoud van
het verlenen van de beheerconcessie 2015-2025 aan ProRail. Indien ProRail houder wordt van
deze beheerconcessie kan ProRail aan Keyrail een volmacht verlenen om namens ProRail een
netverklaring uit te geven. Deze bevoegdheid berust op artikel 58 van de Spoorwegwet. Eveneens
maakt Keyrail een voorbehoud inzake de exploitatie van de Betuweroute door Keyrail na 1 januari
2015 omdat besluitvorming over deze exploitatie door de aandeelhouders van Keyrail en de Staat
der Nederlanden thans (3 oktober 2014) nog niet is afgerond. Indien deze exploitatie niet wordt
voortgezet door Keyrail, dan zal er zorg voor worden gedragen dat het aanbod dat de
netverklaring 2016 Betuweroute bevat, onder gelijkblijvende condities wordt overgenomen door
de partij die alsdan verantwoordelijk zal zijn voor de capaciteitsverdeling en het afsluiten van
toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute.
Hierboven beschreven voorbehoud in achting nemende, wordt binnen het kader van de
beheerconcessie de Betuweroute – de goederenspoorweg van Maasvlakte via Kijfhoek naar
Zevenaar – geëxploiteerd door Keyrail, waarbij ProRail als houder van de beheerconcessie als
enige verantwoordelijk is voor de nakoming van de wettelijke op de beheerder rustende
verplichtingen met betrekking tot het beheer. De netverklaring 2016 wordt onder
verantwoordelijkheid van ProRail uitgegeven in twee afzonderlijke delen, te weten een deel
8
Richtlijn 2012/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede de veiligheidscertificering.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 11 van 178
"netverklaring 2016 Betuweroute" met gegevens omtrent de Betuweroute en een deel
"netverklaring 2016 Gemengde net", dat de informatie en voorwaarden bevat voor de overige
door ProRail beheerde spoorwegen, in het vervolg aangeduid met het gemengde net. Tezamen
vormen deze twee delen de netverklaring zoals bedoeld in de Spoorwegwet artikel 58 voor de
hoofdspoorweg-infrastructuur waarvoor ProRail op grond van de beheerconcessie het beheer
voert. De netverklaring 2016 Betuweroute wordt, voor zover betrekking hebbend op het tijdvak
tot en met 31 december 2014, namens ProRail opgesteld en bekendgemaakt door Keyrail,
krachtens een door ProRail verleende volmacht met ingang van 1 september 2013, volgens welke
volmacht Keyrail de bevoegdheden van ProRail als houder van een concessie mag uitoefenen
zoals in die volmacht omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht is te raadplegen op
de website van ProRail, www.prorail.nl. Een exemplaar van de volmacht is ook op te vragen via
het Customer Service van Keyrail op het emailadres [email protected].
De netverklaring is gebaseerd op de vigerende regelgeving op de datum van uitgifte.
Naast de Richtlijn 2012/34 is de door de Europese Unie opgestelde verordening 913/2010 van
kracht.
Keyrail heeft de netverklaring 2016 opgesteld na overleg met de betrokken gerechtigden (zie
bijlage 3). Via een consultatieprocedure wordt dit document in concept aan gerechtigden
aangeboden. Hierop is een reactietermijn van zes weken van toepassing. Keyrail heeft de
netverklaring toegezonden aan de Autoriteit Consument & Markt (ACM).
Indien gedurende de looptijd van de netverklaring wijzigingen optreden van (onderdelen van)
wet- en regelgeving, maakt Keyrail de ingangsdatum ervan kenbaar maken aan de gerechtigden.
Keyrail operationaliseert daarnaast overgangsregelingen die de in die wet- en regelgeving zijn
opgenomen.
1.4.2 Aansprakelijkheid
Keyrail heeft de netverklaring zorgvuldig opgesteld. Keyrail aanvaardt echter geen
aansprakelijkheid voor eventuele schade die voortvloeit uit kennelijke fouten. Bij verschillen
tussen de Nederlandstalige en een Engelstalige uitgave van deze netverklaring is de
Nederlandstalige versie bindend.
1.4.3 Klachten, geschillen en conflictafhandeling
Keyrail neemt geschillen met betrekking tot de capaciteitsverdeling voor de jaardienst in
behandeling op basis van de Geschillenregeling Capaciteitsverdeling (paragraaf 4.3.2.5).
Keyrail behandelt klachten en geschillen over andere onderwerpen (waaronder ook klachten over
de netverklaring 2016) volgens de Algemene Klachten- en Geschillenregeling Keyrail (bijlage 5).
Toepassing van deze klachten- en geschillenregelingen laat onverlet dat partijen bij een
toegangsovereenkomst of kaderovereenkomst het recht hebben om de ACM schriftelijk te vragen
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 12 van 178
om te onderzoeken of Keyrail hen oneerlijk behandeld, gediscrimineerd of anderszins bewust
benadeeld heeft9. De ACM behandelt ook klachten over het verloop en de uitkomst van
capaciteitsverdeling. Meer informatie over de ACM is te vinden op www.acm.nl.
1.5 Structuur van de netverklaring
Keyrail volgt de afspraken die de in Railnet Europe (RNE) verenigde infrastructuurbeheerders
hebben gemaakt voor een uniforme hoofdstukindeling van de netverklaring. Inhoudelijk
uitgangspunt voor dit RNE-stramien is bijlage I van Richtlijn 2012/34/EU.
1.6 Geldigheid en wijzigingen
1.6.1 Tijdvak van geldigheid
De netverklaring 2016 is van toepassing op:
1. de toegang tot en het gebruik van de infrastructuur van de Betuweroute in de periode van
dienstregelingsjaar 2016,
2. de behandeling van capaciteitsaanvragen ten behoeve van dienstregelingsjaar 2016
(jaardienst en ad hoc).
De jaardienstregeling 2016 loopt van zondag 13 december 2015 tot en met zaterdag 10
december 2016, zoals vastgesteld door RNE conform Richtlijn 2012/34/EU.
Gegevens in deze netverklaring over de periode na 10 december 2016 zijn onder voorbehoud.
1.6.2 Aanvullingen en wijzigingen
Keyrail publiceert wijzigingsbladen indien omstandigheden hebben plaatsgevonden die van
invloed kunnen zijn op de bedrijfsvoering van de spoorwegondernemingen. Daarnaast kunnen
wijzigingen van (inhoudelijke of verwijzingen naar) publiekrechtelijke regelingen aanleiding zijn
voor een wijzigingsblad. Keyrail legt elk wijzigingsblad ter consultatie voor aan de gerechtigden,
voordat publicatie plaatsvindt. Voor dergelijke tussentijdse aanvullingen hanteert Keyrail een
reactietermijn van vier weken.
1.6.3 Verschillen met de voorgaande uitgave
Onder ‘versiebeheer’ (pagina 2 en verder) is de verschillenlijst te vinden met daarin een
opsomming van de verschillen tussen de huidige versie van de netverklaring en de voorgaande
versie.
1.7 Verspreiding
De netverklaring 2016 Betuweroute en de daarop verschenen aanvullingen zijn toegankelijk via
internet10. Daar staat steeds een netverklaring bijgewerkt met de tot dan toe verschenen
aanvullingen, in zowel de Nederlandse als de Engelse taal. Keyrail zendt de netverklaring en de
aanvullingen in digitale vorm kosteloos toe aan gerechtigden die een toegangsovereenkomst met
9
artikel 71 lid 1 en lid 2 van de Spoorwegwet
10
te raadplegen via de website van Keyrail (www.keyrail.nl > capaciteitsverdeling > netverklaring)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 13 van 178
Keyrail hebben afgesloten of in het proces van afsluiten van een toegangsovereenkomst met
Keyrail zitten. Het document kan per e-mail aan [email protected] worden opgevraagd .
1.8 Contactadres nadere informatie
Keyrail verstrekt spoorwegondernemingen en andere gerechtigden nadere informatie over de
onderwerpen uit de netverklaring. U kunt zich daarvoor wenden tot:
Keyrail BV,
Postbus 108, 3330 AC Zwijndrecht
Bezoekadres: Develsingel 11, 3333 LD Zwijndrecht
Telefoon: + 31 (0) 88 233 3133
e-mail: [email protected]
www.keyrail.nl
1.9 Goederencorridors
Voor de goederencorridors werkt Keyrail samen met andere beheerders van infrastructuur aan het
opzetten van een Europees netwerk voor goederenvervoer. In de navolgende tabel 1.1 zijn de
trajecten vermeld die deel uitmaken van het spoorwegnet in Nederland en die onderdeel zijn van
de daarbij vermelde goederencorridors zoals bedoeld in de Verordening (EU) Nr. 913/2010 van 22
september 2010 inzake het Europese spoorwegnet voor concurrerend goederenvervoer. Een deel
van het capaciteitsverdeelproces wordt ook door deze corridors afgehandeld en niet meer door
Keyrail. In de navolgende tabel 1.1 zijn de trajecten vermeld die deel uitmaken van het
spoorwegnet in Nederland en die onderdeel zijn van de daarbij vermelde internationale
goederencorridors.
tabel 1.1. Internationale goederencorridors met trajectdelen in Nederland
Corridor
RFC 1 Rhine –
Alpine
Traject in Nederland
RFC 2 North Sea –
Mediterranean
Maasvlakte – Kijfhoek /
Amsterdam Westhaven >
Meteren – Zevenaar (grens)
Maasvlakte – Kijfhoek –
Roosendaal (grens)
RFC 8 North Sea –
Baltic
Maasvlakte – Kijfhoek –
Zevenaar (grens)*
Hoofdtraject van de goederencorridor
Zeebrugge – Antwerpen / Rotterdam /
Amsterdam – Duisburg – Bazel – Milaan –
Genua
Rotterdam – Antwerpen – Luxemburg –
Metz – Dijon – Lyon / Bazel
Bremerhaven / Rotterdam / Antwerpen –
Aken / Berlijn – Warschau – Terespol
(Pools – Wit-Russische grens) / Kaunas
* in RFC 8 worden in 2016 nog geen Pre-arranged Paths aangeboden
Vanuit de corridororganisaties heeft Keyrail, in nauwe samenwerking met RailNetEurope als
preferred supplier van werkwijzen en methodes, invulling gegeven aan de te nemen maatregelen.
De noodzakelijke informatie is door elke corridororganisatie gepubliceerd in het Corridor
Information Document.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 14 van 178
De contactgegevens van de corridororganisaties zijn:
bedrijf
bezoekadres:
telefoon
e-mail:
internet:
EEIG Corridor Rhine – Alpine EWIV
Hahnstraße 49
60528 Frankfurt am Main
Duitsland
+49 69 265 4544 1
[email protected]
www.corridor1.eu
bedrijf
bezoekadres:
North Sea – Mediterranean Corridor
9, place de la Gare
L-1616 Luxembourg
Luxemburg
e-mail:
internet:
[email protected]
bedrijf
bezoekadres:
North Sea – Baltic Corridor
74 Targowa Street
03-734 Warszawa
Polen
+48 22 47 32 329
telefoon
e-mail:
internet:
www.rfc2.eu
[email protected]
www.rfc8.eu
1.10 Samenwerking met andere beheerders van spoorweginfrastructuur
Keyrail werkt samen met de beheerders van aangrenzende spoorweginfrastructuur. Deze
samenwerking betreft o.a.:
 capaciteitsverdeling: om doorgaande treinpaden voor internationaal (of beheergrensoverschrijdend) verkeer aan te kunnen bieden in geval van internationale aanvragen,
 afstemming van bijvoorbeeld de planning van onderhouds- en beheeractiviteiten die
uitwerking hebben op het verkeer van en naar andere beheergebieden,
 Verkeersleiding: afspraken over de regeling en bijsturing van het (beheer)grensoverschrijdend
treinverkeer,
 als gevolg van de te verwachten ingrijpende buitendienststellingen op Duits grondgebied
tussen Emmerich en Oberhausen, werken de infrastructuurbeheerders intensief samen. Indien
er sprake is van een situatie waarbij innovaties noodzakelijk zijn om het treinverkeer te
faciliteren, kan in overleg met ProRail en DB Netze aanpassing van deze netverklaring
plaatshebben.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 15 van 178
RailNetEurope (RNE)
RailNetEurope (RNE) werd opgericht in januari 2004. Als een non-profitorganisatie van
infrastructuurbeheerders en spoorwegcapaciteitverdelende instanties, wijdt zij zich aan het
faciliteren van internationaal verkeer op de Europese railinfrastructuur.
RNE heeft als doelstellingen om ondersteuning te bieden aan spoorwegondernemingen in hun
internationale activiteiten (zowel voor goederen als reizigers) en het verhogen van de efficiëntie
van de processen van de infrastructuurbeheerders. De leden van RNE harmoniseren gezamenlijk
de voorwaarden in het internationale spoorvervoer en introduceren een gemeenschappelijke
aanpak ter bevordering van de Europese spoorwegbranche met profijt voor de gehele
spoorwegindustrie in Europa.
Keyrail is sinds 2007 lid van de RNE. RNE telt momenteel 37 leden. Meer informatie over de RNE is
te vinden op www.rne.eu.
1.10.1 One Stop Shop
De leden van de RNE hebben One Stop Shops opgericht die functioneren als een netwerk van
klantcontactpunten. Om een internationaal treinpad aan te vragen hoeft een
spoorwegonderneming alleen contact op te nemen met één van deze One Stop Shops, die daarna
het gehele proces van internationale afstemming in gang zet en begeleidt.
De One Stop Shop Keyrail draagt in nauw overleg met de betrokken beheerders zorg voor:
 inlichtingen over de toegang tot de infrastructuur van het eigen beheergebied,
 inlichtingen over producten en diensten,
 coördineren en afhandelen van aanvragen voor capaciteit voor elk internationaal treinpad,
 afhandelen van aanvragen voor capaciteit voor binnenlands vervoer,
 inbrengen in het jaarlijkse dienstregelingsproces van aanvragen voor de eerstvolgende
dienstregelingsperiode,
 het doen van voorstellen voor treinpaden over het gehele internationale traject. De
coördinatie daarvan verloopt hoofdzakelijk via de RNE-applicatie ‘Path Coordination System’.
Een lijst met de contactgegevens van de One Stop Shops is beschikbaar op de website van RNE
(www.rne.eu).
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 16 van 178
De One Stop Shop van Keyrail is bereikbaar op:
Hoofdgebouw Kijfhoek (eerste etage)
postadres:
Postbus 108, 3330 AC Zwijndrecht
bezoekadres: Develsingel 11, 3333 LD Zwijndrecht
telefoon:
+31 (0)88 233 3133
fax:
+31 (0) 88 233 3150
e-mail:
[email protected]
1.10.2 Diensten en systemen van RNE
Op de website van RNE (www.rne.eu) is informatie te raadplegen over de volgende systemen van
RNE:
Path Coordination
System (PCS)
PCS (voorheen Pathfinder) is een systeem voor het aanvragen
en afstemmen van internationale dienstregelingen.
Charging Information CIS (voorheen EICIS) is een systeem om informatie te
System (CIS)
verstrekken over de gebruiksvergoeding.
Train Information
System (TIS)
TIS (voorheen Europtirails) is een systeem voor inzicht in de
actuele uitvoering van de dienstregeling van internationale
treinen.
1.11 Begrippenlijst
In bijlage 2 is een lijst opgenomen met verklaringen van specifieke begrippen die in deze
netverklaring worden gebruikt. Op de website van RNE (www.rne.eu) is een uitgebreide
begrippenlijst te raadplegen met begrippen die gerelateerd zijn aan de netverklaring.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 17 van 178
2
Vereisten voor toegang
2.1 Inleiding
De Spoorwegwet is het juridische kader voor de toegang van gerechtigden tot de hoofdspoorwegen en voor het verdelen en reserveren van capaciteit daarop.
2.2 Vereisten voor toegang
Met het begrip spoorwegonderneming wordt aangeduid elke privaat- of publiekrechtelijke
onderneming als bedoeld in Richtlijn 95/18/EG en die gebruik maakt of beoogt te maken van de
spoorweg en daarvoor de beschikking heeft over tractie.
In Nederland worden daarnaast ook ondernemingen die uitsluitend beschikken over tractie
aangemerkt als spoorwegonderneming; op dit punt hanteert de Nederlandse wetgeving een
ruimere omschrijving dan het Europese recht11.
2.2.1 Vereisten voor aanvragers van capaciteit
De volgende categorieën (rechts)personen kunnen bij Keyrail capaciteit aanvragen. Zij zijn
gerechtigd tot het sluiten van een toegangsovereenkomst of een kaderovereenkomst met
Keyrail12:
 spoorwegondernemingen,
 ondernemingen die een bedrijfsvergunning hebben aangevraagd13,
 iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die tegenover Keyrail aantoont dat hij om
commerciële redenen belang heeft bij de verwerving van capaciteit voor spoorvervoerdiensten.
Keyrail neemt voorts aanvragen in behandeling die binnen komen via de bij de RNE aangesloten
One Stop Shops. De spoorwegonderneming die de op deze manier verdeelde capaciteit op het
Keyrail-gebied invult dient te beschikken over een toegangsovereenkomst.
Gerechtigden die géén spoorwegonderneming zijn, kunnen uitsluitend een
capaciteitsovereenkomst aangaan. Een capaciteitsovereenkomst betreft uitsluitend de
reservering van capaciteit, maar geeft geen recht op toegang tot of gebruik van de
hoofdspoorweginfrastructuur.
11
12
13
artikel 1 sub f van de Spoorwegwet
artikel 57 van de Spoorwegwet, in combinatie met artikel 2 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.
zie artikel 28 van de Spoorwegwet
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 18 van 178
2.2.2 Vereisten voor deelnemers aan het spoorverkeer
Overeenkomstig de Spoorwegwet is de toegang tot de hoofdspoorwegen en de deelname aan het
spoorverkeer voorbehouden aan spoorwegondernemingen die:
 houder zijn van een geldige bedrijfsvergunning of een daarmee gelijkgesteld document14,
 houder zijn van een geldig veiligheidsattest of een proefattest15,
 verzekerd zijn tegen risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid16,
 voor de daadwerkelijke verkeersdeelname een toegangsovereenkomst met de beheerder of
de exploitant hebben afgesloten.
In bijlage 6 deel E is een indruk van de wettelijke voorschriften ten aanzien van bedrijfsvergunningen te vinden.
2.3 Overeenkomsten en algemene voorwaarden
De netverklaring is civielrechtelijk gezien het aanbod van Keyrail aan gerechtigden voor de
toegang tot en het gebruik van de door Keyrail beheerde spoorwegen en daaraan verwante
dienstverlening door Keyrail. Op grond van specifieke wettelijk bepalingen17 en non-discriminatieoverwegingen zijn niet alle onderdelen van dit aanbod individueel onderhandelbaar. Keyrail kent
vier soorten overeenkomsten: kaderovereenkomsten, toegangsovereenkomsten,
huurovereenkomsten en capaciteitsovereenkomsten.
2.3.1 Kaderovereenkomsten
Een kaderovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en Keyrail. In de
kaderovereenkomst worden capaciteitsafspraken voor meer dan één jaardienstregeling
vastgelegd. Een kaderovereenkomst kan ook afspraken omvatten over de ontwikkeling van de
infrastructuur. Een kaderovereenkomst moet voldoen aan de voorwaarden die genoemd zijn in
artikel 60 van de Spoorwegwet.
Voorstellen van gerechtigden voor een kaderovereenkomst en de daaraan wederzijds te
verbinden rechten en verplichtingen neemt Keyrail bij het opstellen van een kaderovereenkomst
in overweging . In het bijzonder mogen de overeen te komen capaciteiten geen belemmering
vormen voor andere te verwachten capaciteitsaanvragen.
Een kaderovereenkomst moet passende voorzieningen bevatten om de overeenkomst te wijzigen
als dat voor een beter gebruik van de capaciteit noodzakelijk is. Bij de capaciteitsverdeling hebben
op wettelijke bepalingen gestoelde capaciteitsverdelingsregels steeds voorrang op regelingen in
een kaderovereenkomst.
14
artikel 27 lid 2 sub a van de Spoorwegwet. Bedrijfsvergunningen voor in Nederland gevestigde ondernemingen worden afgegeven
door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT).
15
artikel 27 lid 2 sub b van de Spoorwegwet. Voor toegang tot en gebruik van de hoofdspoorwegen is een veiligheids- of een
proefattest verplicht. Veiligheidsattesten en proefattesten worden afgegeven door de ILT.
16
artikel 55 van de Spoorwegwet. Een spoorwegonderneming die van de hoofdspoorweg gebruik maakt, moet verzekerd zijn met
betrekking tot de financiële risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid. Meer informatie is te vinden in artikel 7 en artikel 8
lid 3 van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidsattest hoofdspoorwegen.
17
artikel 59 van de Spoorwegwet.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 19 van 178
2.3.2 Toegangsovereenkomsten
ProRail heeft bij het opstellen van de navolgende passage met betrekking tot de toegangsovereenkomsten voor de Betuweroute gehandeld alsof de voorgenomen verlenging van de
Overeenkomst tussen de Staat, ProRail, Havenbedrijf Rotterdam NV en Haven Amsterdam NV
met betrekking tot afspraken Betuweroute en van de daarop aansluitende tussen Keyrail en
ProRail gesloten Samenwerkingsovereenkomst Exploitatie Betuweroute reeds tot stand is
gekomen. Met betrekking tot de toegangsovereenkomsten voor de Betuweroute vanaf 1 januari
2016 is het onder paragraaf 1.1 vermelde voorbehoud eveneens van toepassing.
Een toegangsovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en Keyrail. Een
toegangsovereenkomst moet voldoen aan de voorwaarden die vermeld zijn in artikel 59 van de
Spoorwegwet. Toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute worden, voor
zover betrekking hebbend op het tijdvak tot en met 31 december 2014, namens ProRail afgesloten
door Keyrail, die krachtens een door ProRail met ingang van 1 september 2013 verleende
volmacht de bevoegdheden van ProRail als houder van een concessie mag uitoefenen zoals in die
volmacht omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht is te raadplegen op de website
van ProRail, www.prorail.nl.
De toegangsovereenkomst bevat bepalingen over de functionaliteit en kwaliteit van de
hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail aanbiedt, over de capaciteit en over de gebruiksvergoedingen. Daarnaast kan de toegangsovereenkomst afspraken bevatten over de in de
hoofdstukken 5 en 6 genoemde diensten dan wel producten en over daarmee samenhangende
prestatieafspraken en gebruiksvergoedingen alsmede over de toepassing van de operationele
voorwaarden (paragraaf 2.4). De modeltekst van een toegangsovereenkomst (bijlage 21) met de
daarbij behorende Algemene Voorwaarden (bijlage 20) zijn opgenomen in deze netverklaring.
Keyrail wil in de toegangsovereenkomsten algemene voorwaarden overeenkomen, die de
administratieve, technische en financiële regelingen beschrijven die van toepassing zijn bij het
gebruik van de door Keyrail beheerde hoofdspoorweginfrastructuur en bij de daarbij aangeboden
dienstverlening. De toegangsovereenkomst en de algemene voorwaarden zijn zodanig opgesteld
dat ze in overeenstemming zijn met de European General Terms and Conditions zoals
overeengekomen tussen CIT, CER en RNE. De European General Terms and Conditions kunnen
worden geraadpleegd via de volgende link:
http://www.cit-rail.org/en/use-of-infrastructure/?id=129
2.3.3 Huurovereenkomsten
Gerechtigden kunnen emplacementssporen huren van Keyrail. Indien een gerechtigde, zoals
beschreven in paragraaf 2.2.1 een overeenkomst wenst aan te gaan voor langdurige huur
(bijvoorbeeld in geval dat een gerechtigde investeringen wil doen dan wel voorzieningen wil
plaatsen) maakt Keyrail, indien mogelijk, met betreffende gerechtigde aparte afspraken.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 20 van 178
2.3.4 Capaciteitsovereenkomsten
Een overeenkomst tussen Keyrail en een gerechtigde die niet een spoorwegonderneming is,
wordt in de netverklaring aangeduid als een capaciteitsovereenkomst. Een capaciteitsovereenkomst betreft uitsluitend de verdeling en reservering van capaciteit, maar geeft geen
recht op toegang tot of gebruik van de spoorweginfrastructuur.
2.4 Operationele voorwaarden
De wettelijke regels voor het veilig en ongestoord gebruiken van de hoofdspoorwegen zijn
vastgelegd in het Besluit spoorverkeer en de daarmee verbonden regelgeving.
Naast de wettelijke voorschriften, zijn op het grensvlak van de bedrijfsprocessen van de
spoorwegonderneming en de infrastructuurbeheerder operationele voorwaarden noodzakelijk.
De operationele voorwaarden zijn op enkele uitzonderingen na dezelfde als de vigerende
operationele voorwaarden die staan beschreven in bijlage 6 van de netverklaring Gemengde net.
Keyrail heeft enkele van deze operationele voorwaarden een Betuweroute specifieke uitwerking
gegeven. Deze voorwaarden betreffen onder meer de vertrekprocedure, de bijsturing van de
treindienst, het waarborgen van detectie, milieuaspecten. Ze zijn beschreven in bijlage 6 van
onderhavige netverklaring. De toepassing van deze operationele voorwaarden wil Keyrail
vastleggen in de toegangsovereenkomst.
ProRail gebruikt de Nederlandse taal als voertaal (zoals bedoeld in de TSI ‘Exploitatie en
Verkeersleiding’18).
2.5 Buitengewoon vervoer
Treinen, voertuigen en ladingen die niet voldoen aan de wettelijke eisen of de met Keyrail voor
het Minimumtoegangspakket overeengekomen eisen, kunnen in bepaalde gevallen toch gebruikt
worden onder de voorwaarden van een Regeling voor Buitengewoon Vervoer. Dit uitsluitend
onder voorbehoud dat de wet dat toestaat, en onverkort de eventuele wettelijke verplichtingen
met betrekking tot ontheffingen, Meer informatie is te vinden in bijlage 6 van deze netverklaring
onder punt 1.2. Buitengewoon vervoer is geen onderdeel van het Minimumtoegangspakket.
Besloten personenvervoer is op de gehele Betuweroute, inclusief Havenspoorlijn, niet te
contracteren in de toegangsovereenkomst en capaciteitsverdeling.
2.6 Gevaarlijke stoffen
Voor vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor gelden de bepalingen van de Wet vervoer
gevaarlijke stoffen, het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over de
spoorweg van gevaarlijke stoffen waarmee onder andere het RID19 in de Nederlandse wetgeving is
18
Besluit 2011/314/EU, PbEU L144
19
Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID), Aanhangsel C bij het Verdrag
betreffende het internationale spoorvervoer (COTIF)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 21 van 178
opgenomen. Keyrail hanteert de volgende uitgangspunten bij het naleven van de genoemde
wetgeving:
WVGS
Artikel 47: De meldingsplicht betreffende voorvallen of ongevallen, zoals omschreven in dit artikel,
is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming.
VSG
Randnummer 1.9.5.1 NE (Laten staan van spoorwagens ( ‘parkeerregeling’): gevolg geven aan de
bepalingen in dit randnummer is de verantwoordelijkheid van de spoorwegonderneming onder
wiens toezicht de betreffende wagens geplaatst zijn.
Randnummer 1.9.5.2 NE (Melding, toezicht en afwikkeling van het vervoer van goederen van
klasse 1):
 lid 2.c: de spoorwegonderneming doet dit door middel van verstrekking van de wagenlijst
conform de Operationele voorwaarden,
 lid 4.a: het is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming dat
bedoelde wagens niet geheuveld of afgestoten worden.
Randnummer 1.9.5.4 NE (Melding, toezicht en afwikkeling van het vervoer van UN1017 chloor)
 lid 1.e: de spoorwegonderneming doet dit door dit expliciet kenbaar te maken bij de
dienstregelingsaanvraag,
 lid 1.j: het is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming dat bedoelde
wagens niet geheuveld of afgestoten worden.
RID
 Randnummer 1.4.2.2.5 & 1.4.3.6.b. (informatie betreffende de treinsamenstelling):Vrije baan:
de spoorwegonderneming moet vóór vertrek van een trein mededeling aan Keyrail doen van
de samenstelling van de trein, waaronder de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen die in die
trein vervoerd worden. De wijze van gegevenslevering is beschreven in bijlage 6, operationele
voorwaarden, paragraaf 2.2 stap 1. Emplacementen: de spoorwegonderneming dient op
aanvraag van Keyrail een opgave te kunnen doen van de op een emplacement aanwezige
wagens, inclusief de daarin aanwezige gevaarlijke stoffen, gespecificeerd per wagen en met
aanduiding van het spoor waarop de wagen zich bevindt (en indien bekend een
kilometrering). Meer informatie is te vinden in bijlage 10.
Randnummer 1.4.3.6.a. & 1.11 (interne rampenplannen voor rangeerterreinen): Keyrail geeft
hieraan invulling door het opstellen van een generiek bedrijfsnoodplan en specifieke
bedrijfsnoodplannen per emplacement. Deze bedrijfsnoodplannen worden na vaststelling ter
beschikking gesteld aan de spoorwegondernemingen via www.keyrail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 22 van 178
Randnummer 1.8.5.1 (melden van een zwaar ongeval of voorval): De meldingsplicht zoals
omschreven in dit artikel is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming.
Randnummer 1.10.3.2.1 (vaststellen beveiligingsplan): Keyrail is initiatiefnemer bij de
totstandkoming van noodplannen voor emplacementen en raadpleegt bij de totstandkoming of er
significante wijzigingen zijn bij partijen die onderdeel uitmaken van het emplacement. Keyrail is
bereid mee te werken aan de totstandkoming van anders dan emplacement bedoelde nood- dan
wel beveiligingsplannen, maar laat de verantwoordelijkheid en het initiatief daartoe aan de
spoorwegondernemingen.
Handelingen met en opstellen van wagens met gevaarlijke stoffen zijn toegestaan op daarvoor
ingerichte emplacementen (zie paragraaf 3.4.3), onder de voorwaarden van de voor dat
emplacement verleende omgevingsvergunning en met beschikbaarstelling aan Keyrail van
actuele informatie over de plaats waar die stoffen zich bevinden.
Op grond van paragraaf 1.4.2.2.5 jo. 1.4.3.6.b van het RID moet de spoorwegonderneming ervoor
zorgen dat Keyrail tijdens het vervoer van zendingen gevaarlijke stoffen (met inbegrip van het
verblijf op een emplacement gedurende het vervoer) voortdurend snel en zonder hinder kan
beschikken over de beladingsgegevens van die wagens met gevaarlijke stoffen, alsmede over de
verblijfplaats van die wagens en de plaats van die wagens ten opzichte van andere wagens van de
spoorwegonderneming in de trein.
Keyrail wil in de toegangsovereenkomst vastleggen of de bedrijfsactiviteit van de
spoorwegonderneming mede het vervoer van gevaarlijke stoffen omvat, en zo ja, in de
toegangsovereenkomst afspraken opnemen over de wijze van gegevenslevering over dat vervoer
(zie bijlage 6, operationele voorwaarden, onderdeel 1.2).
Keyrail wil in de toegangsovereenkomst afspraken opnemen over de wijze waarop bij vervoer van
gevaarlijke stoffen de levering van beladinggegevens en gegevens over de wagenvolgorde in
treinen en op emplacementen plaatsvindt (zie bijlage 10, Informatieverstrekking door
spoorwegondernemingen over de samenstelling van rangeerdelen op havenemplacementen en
Kijfhoek).
2.7 Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen
Vergunning voor indienststelling
Voor de inzet van een spoorvoertuig op de hoofdspoorweginfrastructuur is een vergunning voor
indienststelling vereist. In het geval dat een spoorvoertuig reeds in een andere staat is toegelaten
is een aanvullende vergunning voor indienststelling vereist. De (aanvullende) vergunning voor
indienststelling wordt door ILT namens de minister van Infrastructuur en Milieu afgegeven.
ProRail beoordeelt in welke mate de verenigbaarheid met de hoofdspoorweginfrastructuur is
opgenomen in het technisch dossier van de aanvraag voor een (aanvullende) vergunning voor
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 23 van 178
indienststelling en adviseert ILT op dit punt. Op basis van dit advies kan de minister de vergunning
afgeven. In de wet is omschreven welke onderzoeken moeten zijn uitgevoerd en aan welke eisen
een spoorvoertuig moet voldoen om voor een (aanvullende) vergunning voor indienststelling in
aanmerking te komen.20
De in te zetten spoorvoertuigen moeten zijn ingeschreven in het Nederlandse voertuigenregister
dan wel in het voertuigenregister van een andere staat.21
Exploitatie en onderhoud van spoorvoertuigen
Bij de vergunning voor indienststelling worden enkel de toepasselijke eisen betreffende de
nominale werkingstoestand van een voertuig beoordeeld. Zodra een voertuig in dienst wordt
gesteld door een spoorwegonderneming, is deze ervoor verantwoordelijk dat het voertuig in
overeenkomst met de toepasselijke essentiële eisen wordt geëxploiteerd en onderhouden.
Verantwoordelijkheid voor spoorvoertuigen
De spoorwegonderneming die een spoorvoertuig heeft aangebracht, blijft na aankomst van het
voertuig tegenover Keyrail verantwoordelijk voor dat voertuig. Deze verantwoordelijkheid vervalt
pas als een andere spoorwegonderneming dat voertuig heeft vervoerd of verplaatst, of aan
Keyrail heeft medegedeeld de verantwoordelijkheid voor dat voertuig over te nemen. Keyrail
accepteert de overname op basis van de mededeling van de overnemende partij. In voorkomend
geval verzoekt Keyrail de spoorwegonderneming de overname te bevestigen. Bij betwisting
tussen overgevende en overnemende spoorwegonderneming blijft de verantwoordelijkheid bij
eerstgenoemde spoorwegonderneming.
Wielbandkwaliteit
Keyrail hecht groot belang aan de beheersing van wielbandonregelmatigheden. Wielbandonregelmatigheden kunnen via verhoogde slijtage tot materiaalbreuken en andere schade aan
voertuigen en infrastructuur leiden, waardoor onveilige situaties kunnen ontstaan. Keyrail kan
met bijvoorbeeld behulp van de systemen zoals Quo Vadis en GOTCHA spoorvoertuigen met
wielbandonregelmatigheden signaleren. Keyrail zal de desbetreffende spoorwegondernemingen
hierover informeren. Keyrail kan aanwijzingen22 aan de machinist van de betrokken trein geven.
De machinist is verplicht om deze aanwijzingen op te volgen. Keyrail kan voorts maatregelen
treffen om eventuele negatieve effecten tot een minimum te beperken.
2.8 Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel
De spoorwegonderneming zorgt ervoor dat het personeel en de (hulp)personen die onder haar
verantwoordelijkheid worden ingezet of werkt zoals bedoeld in de Spoorwegwet, voldoende
20
21
22
artikel 36 van de Spoorwegwet
artikel 37 van de Spoorwegwet
artikel 23 lid 1 van het Besluit spoorverkeer, artikel 15 lid 1 Algemene Voorwaarden
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 24 van 178
geïnstrueerd zijn over veiligheidsaspecten en de beheerste uitvoering van de bedrijfsprocessen.
De spoorwegonderneming ziet erop toe dat (hulp)personen die onder haar verantwoordelijkheid
werken, overeenkomstig de bepalingen van de toegangsovereenkomst handelen. Als
betrokkenen personen hun werk uitvoeren op de spoorweginfrastructuur, dienen zij dat in
opdracht van de spoorwegonderneming te doen. Indien gewenst dient de betrokkenen aan te
kunnen tonen dat hiervoor opdracht is gegeven.
De toegangsovereenkomst kan regelingen bevatten over de rechtstreekse informatie-uitwisseling
tussen Keyrail/ProRail en (hulp)personen die door de spoorwegonderneming worden
ingeschakeld. Keyrail wil in samenwerking met ProRail met spoorwegondernemingen afspraken
maken over de navolgende onderwerpen op basis van de toepassing van de operationele
voorwaarden:
 het identificeren van treinen via een treinnummer (onderdeel 1.3 van de operationele
voorwaarden in bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net),
 het gebruik van niet-centraal bediende gebieden (onderdeel 2.2 van de operationele
voorwaarden in bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net),
 de te volgen procedures bij de communicatie van veiligheidsberichten en de daarbij te
gebruiken formulieren (onderdeel 2.3 van de operationele voorwaarden in bijlage 6 van de
netverklaring Gemendge net),
 de voorbereiding op en de afhandeling van calamiteiten en treinincidenten (onderdeel 4.1 van
bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net),
 de bediening van infra-elementen (onderdeel 3.1 van bijlage 6).
Keyrail zal de spoorwegondernemingen erop aanspreken als bedrijfsprocessen die onder hun
verantwoordelijkheid worden uitgevoerd onvoldoende worden beheerst en als daardoor het
doelmatig gebruik van de infrastructuur wordt belemmerd of schade en hinder ontstaat voor
ProRail, het overige verkeer of de omgeving.
De spoorwegonderneming moet de betrokken personen instrueren over de dwingende aanwijzingen die Keyrail op grond van wettelijke bevoegdheden kan geven. Daarnaast moet de
spoorwegonderneming de betrokken personen instrueren over de aspecten die samenhangen
met de in deze netverklaring genoemde operationele aspecten (zie bijvoorbeeld bijlage 6,
operationele voorwaarden) en met de huisregels van Keyrail die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
2.9 Eisen met betrekking tot informatielevering
De spoorwegonderneming verstrekt aan Keyrail steeds de voor Keyrail benodigde informatie over
het gebruik van de infrastructuur. Keyrail vraagt slechts informatie op bij
spoorwegondernemingen waar zij zelf (nog) geen toegang toe heeft. Daar waar vigerende
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 25 van 178
regelgeving voorschrijft, hebben spoorwegondernemingen de plicht om te leveren. Tot deze
informatie behoort:
 de informatie die de spoorwegonderneming opneemt in capaciteitsaanvragen (zie
aanvraaginformatie in hoofdstuk 4),
 de informatie die de spoorwegonderneming levert onmiddellijk voorafgaand en tijdens het
feitelijke gebruik van de infrastructuur,
 de informatie over het gerealiseerde gebruik, verkeer en vervoer in een tijdvak die de
spoorwegonderneming na afloop van dat tijdvak levert (statistische informatie zoals
beschreven in bijlage 9),
 informatie over activiteiten van de spoorwegonderneming binnen, in de zin van de Wet
Milieubeheer, als inrichting gekenmerkte delen van de infrastructuur waarover bij de
vergunninghouder rapportageverplichtingen bestaan,
 loggings ETCS ten behoeve van storingsanalyses,
 relevante gegevens van de spoorwegonderneming uitsluitend bedoeld voor
incidentenonderzoek ter verbetering van de productkwaliteit dan wel veiligheid.
Deze gegevens betreffen onder andere de Automatische Rit Registratie (ARR), Juridical
Recording Unit (JRU) van de locomotief dan wel een door de spoorwegonderneming
gemaakte analyse van gegevens. Deze dienen binnen 24 uur na ontvangst van het verzoek
van Keyrail ter beschikking gesteld te worden.
Keyrail en de spoorwegonderneming maken nadere afspraken over de modaliteiten van alle
informatieoverdrachten, zowel die in het kader van wettelijke verplichtingen als die in het kader
van de toegangsovereenkomst. Daarbij kan worden overeengekomen, dat een spoorwegonderneming informatie die meerdere doelen dient slechts eenmaal hoeft aan te leveren.
2.10 Weten waar wat staat: informatie over goederenwagons op
emplacementen
KNV, spoorwegondernemingen die goederen vervoeren, Keyrail en ProRail hebben gezamenlijk
het initiatief genomen tot een project om informatie over aanwezigheid van goederenwagons en
hun lading op emplacementen te ontsluiten en beschikbaar te stellen aan hulpdiensten. Ter
ondersteuning van dit initiatief is een gezamenlijke Memorandum of Understanding (MoU)
ondertekend. Op grond daarvan hebben ProRail en Keyrail geïnvesteerd in systeemontwikkeling
en hebben spoorwegondernemingen geïnvesteerd in aanpassing van hun bedrijfssystemen en
opleiding van personeel.
De implementatie van het systeem en de werkwijzen zijn in 2014 ter hand genomen. De naleving
van de afspraken en het vullen van het systeem worden vereist vanuit de wetgeving gevaarlijke
stoffen, echter alleen voor expliciet benoemde stoffen. Gegeven de ambitie om een sluitende set
aan gegevens te leveren hebben partijen met elkaar afgesproken dat het dringend gewenst is dat
alle spoorwegondernemingen die goederen vervoeren, ProRail en Keyrail zich over en weer
inspannen om het systeem altijd adequaat gevuld te hebben. Dit in het besef dat het niet vullen
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 26 van 178
van het systeem door één partij direct gevolgen kan hebben voor de betrouwbaarheid van alle
informatie. Deelname voor het niet-gevaarlijke stoffen deel is daarmee niet vrijblijvend na het
ondertekenen van de MoU. Overige partijen die de MoU niet hebben ondertekend worden via
deze netverklaring in kennis gesteld en opgeroepen dezelfde inspanning te plegen. Waarbij KNV,
ProRail en Keyrail ernaar streven dat alle partijen 100% participeren in het adequaat gebruik en
actueel houden van de informatie in het systeem.
Daarnaast zullen ontwikkelingen worden ingezet in dezelfde samenwerking om te komen tot
verdere ontwikkeling van het systeem en vereenvoudiging van het gebruik ervan.
2.10 Kosten bij niet of onvoldoende nakomen van afspraken en voorwaarden
uit vorige paragrafen
Keyrail behoudt zich het recht voor om de aantoonbare (hogere) kosten die Keyrail moet maken
als gevolg van het incidenteel of structureel niet voldoen aan, of tekortschieten door de
spoorwegonderneming met betrekking tot de in hoofdstuk 2 beschreven voorwaarden en
afspraken, te verhalen op, dan wel door te belasten aan de spoorwegonderneming die deze
kosten heeft veroorzaakt.
2.11 Operationele regels ketenregie
De operationele regels ketenregie maken onderdeel uit van de algemene voorwaarden en zijn te
vinden in bijlage 6 van deze netverklaring.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 27 van 178
3
Spoorweginfrastructuur
3.1 Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een omschrijving van de functionele en technische kenmerken van de door
Keyrail beheerde spoorweginfrastructuur. De omschrijving betreft die kenmerken van de
infrastructuur die van belang zijn in het kader van de interoperabiliteit en capaciteitsverdeling,
waaronder ook informatie over gebruiks- en milieuvergunningen c.q. omgevingsvergunningen die
aan Keyrail zijn verleend. Keyrail draagt zorg voor de omschrijvingen in de netverklaring in
overeenstemming te houden met de technische en functionele kenmerken van de
spoorweginfrastructuur. Bij wijziging van de technische of functionele kenmerken van de
infrastructuur meldt Keyrail dit actief, waar nodig vergezeld van een aanvulling op de
netverklaring.
In het verlengde van het gestelde in artikel 58 (lid 2a en 2d) van de Spoorwegwet stelt Keyrail via
www.keyrail.nl en via het systeem RMS Client23 gerechtigden in staat kennis te nemen van (de
details van) infrastructurele aspecten van de Betuweroute. In die gevallen waarin deze bronnen
geen voldoende informatie geven, kunnen gerechtigden zich wenden tot de One Stop Shop van
Keyrail.
3.2 Exploitatiegebied
3.2.1 Spoorwegen in exploitatie bij Keyrail
Het exploitatiegebied van Keyrail omvat:
 de spoorwegen die in het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen24 als hoofdspoorwegen zijn
aangewezen en waarvan de exploitatie bij Keyrail rust,
 de infrastructurele voorzieningen die tot die hoofdspoorwegen behoren en die als spoorweginfrastructuur zijn aangewezen, zoals bedoeld in bijlage 1, onderdeel A, van Verordening
(EEG) nr. 2598/7025,
 de spoorwegen binnen het Keyrail-exploitatiegebied waarop het Reglement op de
Raccordementen 1966 van kracht is.
Meer informatie over de spoorwegen in exploitatie bij Keyrail en over de afspraken met ProRail
hieromtrent is te vinden in paragraaf 1.1.3 en bijlage 7.
De exacte ligging van de beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail is gespecificeerd in bijlage 1.
23
24
25
Rail Management Systeem van Keyrail
Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen
Verordening (EEG) nr. 2598/70 van de Europese Commissie van 18 december 1970
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 28 van 178
3.2.2 Aansluitende spoorwegen buiten exploitatie van Keyrail
Via de onderstaande overgangen is de Betuweroute verbonden met spoorwegen in aangrenzende
beheergebieden:
 met het door ProRail beheerde spoorwegnet bij:
o Kijfhoek en IJsselmonde op de spoorrichting Rotterdam- en Dordrecht,
o Meteren/Geldermalsen op de spoorlijn Amsterdam-Utrecht-Den Bosch,
o Elst op de spoorlijn Arnhem-Nijmegen.
 met het door DB Netze beheerde spoorwegnet in Duitsland, via de grensovergang Zevenaar –
Emmerich (dit in samenwerking met ProRail, zie paragraaf 1.1.3).
De exacte grenzen zijn beschreven in bijlage 1.
Tal van industriële bedrijven en goederenoverslagbedrijven zijn via spooraansluitingen verbonden
met de door Keyrail beheerde railinfrastructuur. Deze spooraansluitingen vallen buiten het beheer
van Keyrail. Informatie over de gebruiksmogelijkheden en -voorwaarden van deze
spooraansluitingen is te verkrijgen bij de bedrijven die door de spooraansluiting ontsloten worden.
3.2.3 Nadere informatie
De netverklaring biedt gebruiksinformatie over aspecten van de infrastructuur die van belang zijn
voor de interoperabiliteit. Spoorwegondernemingen kunnen detailinformatie over de
infrastructuur van de Betuweroute opvragen via RailMaps van ProRail. Hierin worden grafische
sporenoverzichtstekeningen aangeboden die de plaatsing en nummering van seinen, wissels en
sporen op de Betuweroute duidelijk maken.
3.3 Kenmerken van de railinfrastructuur
De voor verkeersgebruik relevante kenmerken van de hoofdspoorweginfrastructuur worden
omschreven via de volgende onderwerpen:
 geografische identificatie,
 gebruiksmogelijkheden,
 beveiligings- en communicatiesystemen.
3.3.1
Geografische identificatie
De netwerkconfiguratie wordt weergegeven in paragraaf 1.1.1.
Over het gehele gebied van de Betuweroute bedraagt de spoorwijdte nominaal 1.435 mm,
conform EN 13848-1.
3.3.2 Gebruiksmogelijkheden
De gebruiksmogelijkheden van de spoorwegen worden beschreven via de volgende parameters:
 omgrenzingsprofielen,
 aslasten en tonmetergewichten,
 hellingen,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 29 van 178



baanvaksnelheden,
treinlengte,
energievoorziening.
Het gebruik buiten de grenswaarden van de hiervoor genoemde parameters is alleen mogelijk
onder overeen te komen voorwaarden; zie daarvoor paragraaf 2.5
Omgrenzingsprofiel
Op de Betuweroute is omgrenzingsprofiel GC van toepassing, met uitzondering van het gedeelte
Zevenaar oost – Zevenaar grens, waar omgrenzingsprofiel G2 geldt. Het bijzondere voertuigomgrenzingsprofiel waarvoor een vereenvoudigde procedure voor Buiten-Profiel-vervoer
mogelijk kan zijn, is eveneens opvraagbaar bij Keyrail. Voertuigen die grensoverschrijdend26
worden ingezet dienen ook te voldoen aan de omgrenzingsprofielvereisten van het aangrenzende
infrastructuurgebied.
Aslasten en tonmetergewichten
Over de bij Keyrail in exploitatie zijnde infrastructuur is beladingsklasse D4 toegestaan, bij de
maximumsnelheid die ter plaatse geldt. Het rijden met spoorvoertuigen met een zodanige
belading dat daarbij de beladingsklasse D4 wordt overschreden is alleen toegestaan als
Buitengewoon Vervoer.
Hellingen
De helling van opstelsporen is niet groter dan 1:1000. De helling van andere sporen is in beginsel
niet groter dan 1:200. Wanneer hellingen met een grotere hoekverhouding voorkomen, biedt de
seingeving voorzieningen om te voorkomen dat zware treinen op zulke hellingen tot stilstand
moeten komen.
Snelheid
De baanvaksnelheid is de hoogste snelheid die op een baanvak of een gedeelte daarvan is
toegelaten. In RMS Client is voor elk baanvak weergegeven in welke snelheidsklasse de
baanvaksnelheid valt.
Treinlengte
De maximale treinlengte voor goederentreinen (inclusief locomotief) bedraagt 750 m; treinen
langer dan 750 m mogen alleen rijden als Buitengewoon Vervoer. De treinlengte moet zijn
afgestemd op de gebruiksmogelijkheden die gelden voor de route waarop de trein behandeld
wordt volgens dienstregeling.
26
Met inbegrip van/naar het gemengde Net
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 30 van 178
Energievoorziening
Op de door Keyrail beheerde spoorwegen zijn voorzieningen beschikbaar voor dieseltractie en
voor elektrische tractie via de bovenleiding.
Voor gebruikers van dieseltractie zijn tankinstallaties aanwezig. Meer informatie is te vinden in
paragraaf 3.8.4 en bijlage 15.
Keyrail is verantwoordelijk voor de instelling van de rijwegen naar de tankinstallaties. De
baanvakken die voor van tractie-energievoorziening zijn voorzien van bovenleiding zijn
aangegeven in bijlage 12, elektrificatie. Details over de bovenleidingspanning en eventuele
beperking in de maximale stroomafname per baanvak zijn te vinden in RMS Client. Spanning en
stroomafname zijn conform EN 50367.
De hoogte van de bovenleiding ten opzichte van de bovenzijde van de spoorstaaf bedraagt op
baanvakken met profiel GC of G2 standaard +5,50 m. Bij kunstwerken is afwijkende hoogte
mogelijk, de bovenleiding bevindt zich echter steeds buiten het omgrenzingsprofiel dat ter
plaatse van toepassing is. Voor de contractuele voorwaarden voor gebruik van de bovenleiding
wordt verwezen naar bijlage 20 van onderhavige netverklaring.
3.3.3
Beveiligings- en communicatiesystemen
Voor de veilige en beheerste afwikkeling van het treinverkeer zijn de spoorwegen uitgerust met
seinstelsels en beveiligings- en communicatiesystemen. Alle baanvakken en sporen die zijn
ingericht voor snelheden van meer dan 40 km/uur, zijn voorzien van een seinstelsel dat het
verband tussen wisselstanden, spoorbezetting en seingeving bewaakt. Daarnaast zijn
beveiligingssystemen toegepast, die via treinbeïnvloeding de maximumsnelheid en de correcte
opvolging van de opdrachten van de seingeving bewaken.
De regelingen voor het gebruik van niet centraal bediende baanvakken/emplacementen zijn
onderdeel van de ‘Lokale bedrijfsregels Betuweroute’.
Seinstelsels
Het A15-tracé, dit is het deeltracé Kijfhoek (exclusief het emplacement Kijfhoek)– Zevenaar
intakking is uitgerust met ERTMS level 2, versie 2.2.2 compatibel, seingeving door
cabinesignalering via ETCS. Op de havenspoorlijn (Maasvlakte - Barendrecht vork) ERTMS level 1
versienummer 2.3.0.d. In het eerste kwartaal van 2014 wordt het ERTMS/ETCS sein- en
beveiligingssysteem level 1 versienummer 2.3.0.d. toegevoegd aan het ATB gebied tussen de
Havenspoorlijn en het A15 tracé (“Eiland Kijfhoek”). De systeemversie van het ERTMS/ETCS level
1 beveiligingssysteem is gelijk aan de versie van de havenspoorlijn (2.3.0.d). De bestaande ATB en
lichtseinen blijven bestaan en het ERTMS/ETCS level 1 wordt als “overlay” toegevoegd waardoor
een zogenaamd Dual Signalling baanvak ontstaat waarbij treinen uitgerust met alleen ATB, en
treinen met ERTMS/ETCS tegelijkertijd kunnen rijden.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 31 van 178
Verkeersleiding en verkeersleidingssystemen
Verkeersleiding-ondersteunende systemen worden gevoed met treinsamenstellingsgegevens
voor zover die in de dienstregelingplanningsystemen zijn ingevoerd. De voorwaarden voor het
gebruik van deze systemen door spoorwegondernemingen wordt nader overeengekomen.
De Verkeersleiding van Keyrail en de back-office van de calamiteitenorganisatie zijn doorlopend
geopend. Met Pasen, Pinksteren, Kerst en Oud & Nieuw is Verkeersleiding operationeel conform
een feestdagenregeling. Willen spoorwegondernemingen op die momenten gebruik maken van
meer capaciteit, dan kunnen zij dit zes weken voor aanvang aangeven aan Verkeersleiding en aan
[email protected]. Alsdan wordt extra bezetting op de Verkeersleidingspost Kijfhoek geregeld.
Voor wat betreft de heuveldienst Kijfhoek gelden de volgende openingstijden: maandag tot en
met vrijdag de gehele dag, op zaterdagen ochtenddienst (07.00 uur - 15.00 uur) en op zondagen
nachtdienst (23.00 uur - 07.00 uur).
Bij het gebruik van baanvakken die niet zijn uitgerust met centraal bediende beveiliging, en bij het
gebruik van sporen en rijwegen naar, binnen en vanuit de niet-centraal bediende gebieden, is de
werkwijze van toepassing zoals beschreven in bijlage 6, paragraaf 2.2 van de netverklaring
Gemengde net.
Communicatie
Voor de spraakcommunicatie tussen machinist en treindienstleider op de hoofdspoorweginfrastructuur wordt gebruik gemaakt van GSM-R. Daarnaast wordt GSM-R op de desbetreffende
baanvakken gebruikt voor de ETCS datacommunicatie tussen trein en wal. ProRail stelt voor
zowel de spraakcommunicatie als de ETCS datacommunicatie GSM-R SIM-kaarten ter
beschikking. Zie voor meer informatie de netverklaring Gemengde net, paragraaf 3.3.3.3.
Treinbeïnvloedingssytemen
Tractievoertuigen die met ATB uitgeruste baanvakken berijden moeten zijn voorzien van ATBtreinapparatuur of daarmee compatibel ETCS STM-ATB. Tractievoertuigen die de van ERTMS
voorziene tracédelen van de Betuweroute berijden moeten zijn voorzien van ETCS (omschakeling
ETCS-ATB en vice versa tijdens de rit).
Informatie over het aanvragen en beheren van communicatie-encryptiesleutels die nodig zijn om
te rijden op ERTMS level 2 baanvakken is te vinden in de netverklaring Gemengde net, bijlage 6,
paragraaf 5.1.
Tractievoertuigen die uitsluitend worden gebruikt voor plaatselijke rangeerwerkzaamheden op de
emplacementen Maasvlakte, Europoort, Botlek, Pernis en Waalhaven Zuid behoeven niet te zijn
uitgerust met ETCS, maar dienen te voldoen aan nader door ILT te bepalen aanvullende
veiligheidsmaatregelen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 32 van 178
Tractievoertuigen die worden gebruikt voor het rangeren via de rangeerheuvel te Kijfhoek dienen
te zijn uitgerust met apparatuur voor communicatie met en beïnvloeding door het daar
geïnstalleerde geautomatiseerde heuvelprocesbesturingssysteem.
Detectie
Op beveiligde sporen vindt detectie van spoorbezetting als regel plaats via kortsluiting die de
metalen wielen en assen van aanwezige voertuigen veroorzaken tussen de stroomlopen in
geïsoleerde spoorstaven.
3.4 Gebruiksbeperkingen
De gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur worden niet alleen beperkt door de eigen
kenmerken van de infrastructuur maar ook door externe factoren. Keyrail heeft bij de uitgave van
deze netverklaring rekening gehouden met de voorwaarden die op dat moment bekend waren.
Het is niet uitgesloten dat zich binnen de periode van geldigheid van deze netverklaring nieuwe
externe ontwikkelingen voordoen, die de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur
beïnvloeden. Keyrail zal met de betrokken spoorwegondernemingen overleggen op welke wijze
op dergelijke ontwikkelingen geanticipeerd kan worden, waarbij Keyrail zich inspant om de
gevolgen van externe ontwikkelingen op de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur voor de
spoorwegondernemingen zo klein mogelijk te houden.
Keyrail zal beperkingen voor het doorgaande treinverkeer, die voortvloeien uit vergunningen of
andere wettelijke regelingen waarvan de inhoud niet via www.officielebekendmakingen.nl wordt
gepubliceerd, via www.keyrail.nl bekend maken aan de spoorwegondernemingen met
inachtneming van wettelijke termijnen of overgangsregelingen.
De omgevingsvergunningen maken, voor zover die bepalingen bevatten met betrekking tot het
gebruik van de spoorweginfrastructuur, onderdeel uit van de netverklaring.
3.4.1 Gespecialiseerde infrastructuur
Uitsluitingen personenvervoer
Zie bijlage 4.
Gebruiksvergunningen
Sommige onderdelen van de spoorweginfrastructuur zijn als bouwwerk te kwalificeren. Voor het
gebruik van deze bouwwerken kan op grond van de Woningwet en de Bouwverordening een
gebruiksvergunning nodig zijn. Het bevoegd gezag kan in de gebruiksvergunning voorwaarden
aan het gebruik stellen. Keyrail spant zich in om eventuele negatieve gevolgen van gebruiksvergunningen voor de spoorwegondernemingen redelijkerwijs zo klein als mogelijk te houden. De
vergunningen zijn opvraagbaar bij Keyrail.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 33 van 178
Door het aangaan van de toegangsovereenkomst aanvaardt de spoorwegonderneming de
verplichting om de gebruiksvergunningsvoorschriften na te leven en zich te onthouden van
handelen dat overtreding van de vergunningsvoorschriften tot gevolg heeft. Tevens aanvaardt de
spoorwegonderneming dat Keyrail de naleving van deze verplichtingen controleert.
De algemene voorwaarden (bijlage 21) en de operationele voorwaarden (bijlage 6) bevatten
hierover nadere bepalingen.
3.4.2 Milieugerelateerde gebruiksvoorschriften en –beperkingen
Omgevingsvergunningen
De aan Keyrail verleende omgevingsvergunningen, voor zover die bepalingen bevatten met
betrekking tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur zijn onderdeel van de netverklaring.
Met uitzondering van uitsluitend aankomen, vertrekken, kopmaken, locwisselen en doorrijden,
mogen spoorwegondernemingen die gebruik maken van de emplacementen in het
exploitatiegebied van Keyrail, alleen activiteiten uitvoeren voor zover deze expliciet zijn
toegestaan in de omgevingsvergunning. Alle vigerende omgevingsvergunningen zijn te vinden op
www.keyrail.nl.
Emplacementen zijn inrichtingen waar meerdere gebruikers (partijen die medeverantwoordelijk
zijn voor het naleven van de vergunning en de vergunningvoorschriften. In dit geval Keyrail en
spoorwegondernemingen) tegelijkertijd en naast elkaar kunnen opereren, gebruikmakend van
dezelfde omgevingsvergunning. Elke gebruiker is verantwoordelijk voor het naleven van de
vergunning en de daaraan verbonden voorschriften. Elk van de gebruikers is daarop
aanspreekbaar door het bevoegd gezag. Keyrail heeft de coördinerende taak op zich genomen om
er voor te zorgen dat de gebruikers van de inrichting zijn geïnformeerd over de verplichtingen en
de gebruiksmogelijkheden die in de vergunning zijn bepaald. Door het aangaan van de toegangsovereenkomst verplicht de spoorwegonderneming zich tot het naleven van de vergunningsvoorschriften. De algemene voorwaarden (bijlage 20) en de operationele voorwaarden (bijlage 6)
bevatten nadere bepalingen hieromtrent.
Spoorwegondernemingen die op het spoor en emplacementen activiteiten (willen) uitvoeren
moeten:
 zich op de hoogte stellen van de beperkingen en voorschriften die uit de vergunning
voortvloeien en moeten deze in acht nemen,
 Keyrail in de gelegenheid stellen om vooraf te beoordelen of de voorgenomen activiteiten op
het spoor dan wel emplacementen passen binnen de verplichtingen van de Wet Milieubeheer
en de omgevingsvergunning.
Keyrail maakt door publicatie van de vigerende omgevingsvergunningen (en bijbehorende
aanvraag) op haar website www.keyrail.nl bekend welke voorschriften voor
spoorwegondernemingen gelden op de emplacementen waar zij activiteiten (willen) uitvoeren.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 34 van 178
Op grond van de voorwaarden in de verleende omgevingsvergunningen verlangt Keyrail van de
spoorwegondernemingen per emplacement een opgave van het aantal behandelde wagens met
gevaarlijke stoffen per risicocategorie. In bijlage 9 is deze opgave nader omschreven.
De beperkingen en verplichtingen van de omgevingsvergunning kunnen onder andere betrekking
hebben op:
 de behandeling - inclusief het opstellen - van (beladen en ledig ongereinigde) wagens en
tankcontainers met gevaarlijke stoffen,
 de uitvoering van activiteiten en handelingen die een geluidsbelasting voor de omgeving
veroorzaken,
 de maatregelen ter voorkoming van bodemverontreiniging. Het opstellen van
spoorvoertuigen die voor sloop bestemd zijn, geldt daarbij als ‘opslag van afvalstoffen’,
 de beschikbaarstelling van gegevens over de activiteiten en handelingen die op een
emplacement uitgevoerd worden of zijn. Informatie over vooraf en achteraf te leveren
gegevens is te vinden in bijlage 9 van deze netverklaring,
 het aanbrengen en gebruiken van voorzieningen op het emplacement.
Spoorwegondernemingen moeten in hun capaciteitsaanvraag informatie opnemen over de aard
en de omvang van activiteiten waarvoor zij capaciteit aanvragen, voor zover die activiteiten
aspecten hebben die in omvang worden begrensd door de desbetreffende omgevingsvergunning.
Als spoorwegondernemingen samen voor een emplacement méér capaciteit aanvragen dan de
(aangevraagde) vergunning voor dat emplacement toelaat, kan de vergunninghouder27 zo nodig
per aanvrager specifieke beperkende voorwaarden en voorschriften aan de capaciteitsverdeling
verbinden. Dit zodanig dat het totaal van de verdeelde capaciteiten binnen die vergunning past.
Omgevingsvergunningen: aanvraag, verlening en wijziging
Voor alle emplacementen in het exploitatiegebied van Keyrail, met uitzondering van
emplacement Kijfhoek, vraagt Keyrail een omgevingsvergunning (of een wijziging daarop) pas
(via ProRail) aan na input te hebben gekregen van spoorwegondernemingen die van het
desbetreffende infrastructuurelement gebruik maken of aan Keyrail hebben gemeld dat te willen
gaan doen.
Indien een bevoegd gezag slechts een vergunning wil verlenen onder voorwaarden die de
gebruiksmogelijkheden van de hoofdspoorweginfrastructuur aanmerkelijk veranderen, dan vraagt
Keyrail daarvoor vooraf instemming van de minister van Infrastructuur en Milieu. De procedure
27
ProRail is formeel vergunninghouder, Keyrail verdeelt de capaciteit als ware zij vergunninghouder
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 35 van 178
daarvoor is voorgeschreven in de Spoorwegwet28 en voorziet in consultatie van de betrokken
spoorwegondernemingen en andere gerechtigden.
Gedrag, (beschermings)middelen en afval
Afspraken met betrekking tot het gedrag dat wel of niet vertoond mag worden op het
emplacement, de verplichte (beschermings)middelen die ten tijde van een aanwezigheid op het
emplacement in het bezit moeten zijn en het omgaan met afval, zijn opgenomen in de huisregels
van Keyrail (bijlage 6, deel D). Voor wat betreft gedrag valt te denken aan een rook- en
vuurverbod en zaken gerelateerd aan orde en netheid. Onder het onderdeel
(beschermings)middelen wordt onder andere de verplichting verstaan in bezit te zijn van
communicatiemiddelen. In de milieu-/omgevingsvergunning zijn ook eisen opgenomen met
betrekking tot het opslaan en afvoeren van afval.
Geluidproductieplafonds
Keyrail dient per kalenderjaar een bijdrage te leveren aan een nalevingsverslag voor de minister
van Infrastructuur en Milieu ten aanzien van de naleving van de wettelijke geluidproductieplafonds, en vijfjaarlijks een Geluidkaart voor de minister voor te bereiden. Voor deze taken heeft
Keyrail gegevens nodig van spoorwegondernemingen over de gemiddelde gerealiseerde
treinenloop en –samenstelling voor de dag-, avond- en nachtperiode in het kalenderjaar. Keyrail
spant zich in, op verzoek van de spoorwegondernemingen, deze gegevens zoveel mogelijk uit de
eigen systemen te halen. Bovendien is inzicht noodzakelijk in welke mate de categorie ‘stil
goederenmaterieel’ is ingezet. Hiertoe verlangt Keyrail van elke spoorwegonderneming per
kalenderjaar een opgave.
Bodembescherming
Bedrijfsprocessen van de spoorwegondernemingen leveren risico’s op voor verontreiniging van de
bodem en ballast met brandstoffen, koelvloeistoffen, smeermiddelen, enzovoort. Treinen kunnen
bij normale bedrijfsvoering geringe hoeveelheden van deze middelen lekken op de ballast. Door
goed en regelmatig onderhoud van spoorvoertuigen is dit tot een minimum te beperken. Verder
kan ballast- en bodemverontreiniging optreden door incidenten.
De Wet bodembescherming verplicht Keyrail en de spoorwegondernemingen maatregelen te
nemen die de kans op een bodemverontreiniging minimaliseren en, indien de bodem toch is
aangetast, alle benodigde maatregelen te nemen om de gevolgen daarvan te beperken.
Als wordt vermoed dat een spoorwegonderneming verontreiniging heeft veroorzaakt, dan wel te
veroorzaken, wordt deze onderneming direct op de hoogte gesteld van de verontreiniging. Ook
betrekt Keyrail die spoorwegonderneming bij het onderzoek. Op grond van de Wet
bodembescherming meldt de beheerder een bodemverontreiniging bij het bevoegd gezag. Mede
28
artikel 17 lid 3 van de Spoorwegwet.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 36 van 178
op aanwijzing van het bevoegd gezag wordt de verontreiniging ongedaan gemaakt. Als de
spoorwegonderneming veroorzaker blijkt te zijn (geweest), worden de kosten van de sanering op
die onderneming verhaald.
Tanken van spoorvoertuigen met diesel- of gasolie levert een verhoogd risico op voor
bodemverontreiniging. Dit geldt ook voor andere vormen van overslag van bodembedreigende
vloeistoffen. Meer informatie over tankinstallaties is te vinden in de paragrafen 3.8.4. en 5.4.2.
Overig materieel, zoals werktuigen en handgereedschappen, kunnen op bouwplaatsen worden
bijgetankt waarbij de voorwaarden zoals genoemd in onderdeel B3 van de Nederlandse Richtlijn
Bodembescherming (NRB) zoveel mogelijk worden gevolgd.
Keyrail wil de afspraken met betrekking tot bodembescherming (optreden bij gesignaleerde
ballastverontreiniging respectievelijk het tanken) overeenkomen via de algemene voorwaarden
bij de toegangsovereenkomst.
3.4.3 Risico gerelateerde gebruiksbeperkingen
Het vervoeren en behandelen van wagens met gevaarlijke stoffen levert risico’s voor de omgeving
op. Om die risico’s te beheersen, kan Keyrail voorwaarden verbinden en beperkingen opleggen
aan het vervoer van gevaarlijke stoffen over bepaalde baanvakken en aan de behandeling en het
parkeren van wagens met gevaarlijke stoffen op emplacementen. Keyrail zal zulke beperkingen of
voorwaarden uitsluitend voorschrijven als ze voortvloeien uit een wettelijke regeling.
3.4.4 Gebruiksvoorschriften- en beperkingen voor tunnels
Alle spoortunnels op de Betuweroute hebben veiligheids- en vluchtvoorzieningen. De
veiligheidsvoorzieningen zijn geborgd binnen het systeem van de Tunneltechnische Installatie
(TTI). Vluchtdeuren en vluchtschachten alsmede de bijbehorende calamiteitenplannen voor
tunnels borgen dat personen bij een calamiteit als brand naar een veilige plek kunnen vluchten.
Binnen het exploitatiegebied van Keyrail voldoet de tunnelinfrastructuur aan de TSI SRT.
Specifieke tunnelgerelateerde verkeers- en vervoerbeperkingen zijn reeds vermeld in paragraaf
3.4.1.
3.4.5 Gebruiksvoorschriften- en beperkingen voor bruggen
In het Havenspoorgebied bevinden zich bruggen (Botlekbrug en Calandbrug) waarvan de opening
onderhevig is aan een voorrangsregeling voor de scheepvaart. Keyrail raadt de
spoorwegondernemingen daarom aan in de planning rekening te houden met extra speling voor
treinen die het Havenspoorgebied verlaten.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 37 van 178
3.5 Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van de
infrastructuur
Deze paragraaf geeft een beschrijving van de kwaliteit van de infrastructuur in termen van
betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid, veiligheid, gezondheid en milieu
(“RAMSHE”29), van toepassing op het geheel van de door Keyrail geëxploiteerde infrastructuur.
3.5.1 Betrouwbaarheid en beschikbaarheid
De beschikbaarheid is de mate waarin het spoor beschikbaar is voor treindiensten. De
beschikbaarheid wordt verminderd door geplande (voor onder andere
onderhoudswerkzaamheden) en ongeplande (ten gevolge van onder andere storingen)
onttrekkingen. De geplande onttrekkingen zijn nodig om onderhouds-, herstel- en
beheerwerkzaamheden (inclusief de nodige beproevingen van infrastructuursystemen en
oefeningen van de veiligheidsorganisatie) goed en veilig te kunnen uitvoeren. Hiertoe moeten
spoorgedeelten veelal buiten dienst worden gesteld.
Keyrail maakt onderscheid tussen de volgende soorten geplande werkzaamheden:
 reguliere onderhoudswerkzaamheden,
 incidentele werkzaamheden, zoals vernieuwing, nieuwbouw,
 activiteiten van derden waarvoor buitendienststellingen nodig zijn.
De regelingen voor de aanpassingen van het treinverkeer bij buitendienststellingen zijn
opgenomen in hoofdstuk 4 Capaciteitsverdeling.
Onderhoudbaarheid
Keyrail maakt zoveel mogelijk gebruik van de mogelijkheden om zonder hinder voor de
gebruikers c.q. het treinverkeer werkzaamheden aan de infrastructuur uit te voeren. Dit met
inachtneming van randvoorwaarden met betrekking tot veiligheid en kosten. Bij ontwerp van
infrastructuurwijzigingen (hiervoor is ProRail verantwoordelijk) laat Keyrail steeds dit aspect
meewegen.
3.5.2 Veiligheid
Algemeen
Keyrail hanteert strikte procedures met betrekking tot het beheersen van de veiligheid van het
treinverkeer bij bedieningshandelingen door de treindienstleiding en andere beheertaken, zodat
Keyrail aan spoorwegondernemingen een veilige, veilig bruikbare en veilig toegankelijke werkplek
kan bieden voor de uitvoering van hun bedrijfsactiviteiten met betrekking tot het spoorverkeer.
Omgekeerd dienen ook de spoorwegondernemingen een adequate bijdrage te leveren aan het
beoogde niveau van veiligheid. Daarnaast voert Keyrail analyses uit van alle meldingen van
29
RAMSHE staat voor Reliability, Availability, Maintainability, Safety, Health and Environment
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 38 van 178
veiligheidsincidenten en hun afhandeling, teneinde het veiligheidsniveau te verbeteren. De
veiligheidsambities van Keyrail sluiten aan bij de kadernota ”Railveiligheid”.
Omgevingsveiligheid
De specifieke omgevingsveiligheidsrisico’s die verbonden zijn aan het vervoer van gevaarlijke
stoffen worden door Keyrail beheerst door het beschikbaar hebben van een organisatie30 die
adequaat kan optreden bij incidenten met gevaarlijke stoffen. Voor zover langs wettelijke weg
aan Keyrail maatregelen zijn voorgeschreven voor beheersing van de risico’s verbonden aan het
vervoeren of het behandelen van wagens gevaarlijke stoffen (bijvoorbeeld volumebeheersing)
voert Keyrail die uit, waar nodig ook via de toegangsovereenkomsten met
spoorwegondernemingen.
Sociale veiligheid
Na overleg met de overheid en de spoorwegondernemingen werkt Keyrail mee aan acties gericht
op het beheersen en verbeteren van de sociale veiligheid. De bijdrage van Keyrail kan omvatten:
 camera ondersteunend toezicht, met als doelstelling preventieve werking bij doelgroepen,
terugdringen van schades a.g.v. vandalisme en vergroting van de pakkans van daders,
 technische aanpassingen.
Elke gerechtigde draagt de verantwoordelijkheid dat zijn medewerkers (of opdrachtnemers
namens hem) die het exploitatiegebied van Keyrail betreden, poorten en hekken steeds goed
afsluiten en is aansprakelijk voor gevolgen.
3.5.3 Gezondheid
Via de relevante ARBO-wetgeving zorgt Keyrail voor een gezonde werkomgeving voor de eigen
medewerkers en het binnen de spoorweginfrastructuur werkzame personeel van spoorwegondernemingen en hun hulppersonen.
3.5.4 Milieu
Keyrail richt de bedrijfsprocessen zo in dat hinder en verontreinigingen worden beheerst en
teruggedrongen, met inachtneming van desbetreffende wettelijke voorschriften. Voor zover de
relevante milieubeschermingswetgeving zich niet rechtstreeks richt tot de
spoorwegondernemingen die de door ProRail beheerde spoorwegen gebruiken, zal Keyrail via de
toegangsovereenkomst bedingen, dat zij de adequate bijdragen leveren om het beoogde niveau
van milieubescherming te waarborgen.
3.6 Stations, afstanden tussen stations
Niet van toepassing.
30
Incidentenregie Rail (Algemeen Leider, Ongevallenbestrijding en Back Office) en voor het havengebied bedrijfsbrandweer en BHVploegen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 39 van 178
3.7 Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer
3.7.1
Locaties met laad- en losplaatsen voor goederenvervoer
Locaties met openbare laad- en losplaatsen voor goederenvervoer: zie bijlage 14.
Keyrail levert alleen diensten met betrekking tot toegang en gebruik van de railgebonden
infrastructuur van de laad- en losplaatsen.
3.7.2 Terminals voor overslag van gecombineerd vervoer
Keyrail stelt geen gespecialiseerde overslagvoorzieningen voor gecombineerd vervoer
beschikbaar. Keyrail verstrekt desgevraagd contactadressen van ondernemingen die deze
diensten leveren en die beschikken over een spooraansluiting. Overslag kan ook plaatsvinden op
de openbare laad- en losplaatsen.
3.8 Opstel-, rangeer- en andere voorzieningen
3.8.1 Rangeeremplacementen
Op een aantal locaties stelt Keyrail rangeervoorzieningen beschikbaar die te gebruiken zijn in het
kader van een overeenkomst met betrekking tot toegang tot voorzieningen.
3.8.2 Opstelterreinen
Op een aantal locaties stelt Keyrail opstelvoorzieningen beschikbaar die te gebruiken zijn in het
kader van een overeenkomst met betrekking tot toegang tot voorzieningen.
3.8.3 Onderhoudsfaciliteiten
Materieelverzorgingsfaciliteiten
De sporen die voor opstellen bedoeld zijn, zijn soms uitgerust met eenvoudige voorzieningen voor
materieelverzorging, zoals waterleidingaansluitingen, rioolputten, voorverwarming en
depotvoedingen.
Keyrail biedt geen diensten aan met betrekking tot de in- of uitwendige reiniging van
spoorvoertuigen, noch voorzieningen voor pers- of remlucht. Keyrail verstrekt desgevraagd
contactadressen van eigenaars dan wel beheerders van installaties voor in- en uitwendige
reiniging.
Faciliteiten voor technisch onderhoud en reparatie
Op de door Keyrail beheerde infrastructuur zijn geen voorzieningen aanwezig voor het structureel
uitvoeren van onderhoud aan spoorvoertuigen. Regulier (gepland) onderhoud dient dan ook altijd
in daartoe toegeruste werkplaatsen te geschieden. Ongepland onderhoud (reparaties) kunnen
echter noodzakelijk zijn. Reparaties aan rollend materieel zijn toegestaan onder de volgende
randvoorwaarden:

dat ze veilig worden uitgevoerd,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 40 van 178



volgens de juiste communicatielijnen worden aangemeld,
binnen de regels van de vigerende omgevingsvergunningen worden uitgevoerd,
geen overlast veroorzaken in het reguliere proces.
Bedrijven mogen werkzaamheden aan rollend materiaal uitvoeren in het Keyrailexploitatiegebied, in opdracht van spoorwegondernemingen die een toegangsovereenkomst
hebben met Keyrail. Deze bedrijven mogen slechts werkzaamheden verrichten aan rollend
materieel wanneer zij in het bezit zijn van een ILT-certificering voor deze werkzaamheden en
nemen de vigerende aansprakelijkheden aan. Op verzoek van Keyrail moet deze certificering ter
inzage worden gegeven. De tot reparatie opdracht gevende spoorwegonderneming blijft
eindverantwoordelijk voor het (doen) uitvoeren van de reparatiewerkzaamheden binnen de in
deze paragraaf gestelde randvoorwaarden.
Reparatiewerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd binnen de kaders van de Keyrail
huisregels (deze zijn te vinden in bijlage 6, deel D) en de voorschriften van de van toepassing
zijnde omgevingsvergunning. Tevens mogen reparatiewerkzaamheden aan rollend materieel
geen overlast veroorzaken voor de reguliere processen van verkeer en
railinfrastructuuronderhoud. Keyrail controleert hierop steekproefsgewijs. Bij herhaalde
aangetoonde overtreding ontzegt Keyrail de betreffende partij de toegang tot de infrastructuur.
De volgende soorten reparatiewerkzaamheden worden onderscheiden:
 kleine ad-hoc reparaties zijn reparaties die korter dan twee uur duren waarbij geen vetten dan
wel oliën gebruikt worden en waarbij alleen handgereedschap (gereedschap zonder verdere
hulpmiddelen door één persoon te gebruiken, eventueel aangedreven door een compressor of
aggregaat) wordt gebruikt,
 grote ad-hoc reparaties zijn reparaties die langer dan twee uur duren waarbij vetten dan wel
oliën gebruikt worden (hetgeen het gebruik van bodembeschermende maatregelen
noodzakelijk maakt) dan wel het gebruik van groot/zwaar gereedschap of andere
hulpmiddelen (bijvoorbeeld hydraulische kriks) noodzakelijk maken,
 reparaties in bijzondere situaties betreffen reparaties aan rollend materieel die niet verplaatst
kunnen worden en waarbij gewoonlijk gebruik gemaakt wordt van zwaar hulpmaterieel zoals
kranen. Deze reparatiewerkzaamheden vinden plaats op de locatie van het betreffend rollend
materieel in het exploitatiegebied van Keyrail en na buiten gebruik name of tijdens een WBI
door hierop mee te liften.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 41 van 178
De diverse reparatiewerkzaamheden mogen op de volgende locaties worden uitgevoerd:
regulier onderhoud
werkplaats
reparatiesporen*
processporen*
x
n.v.t.
n.v.t.
grote ad-hoc reparaties incl.
x
x
n.v.t.
gebruik vetten en oliën
korte ad-hoc reparaties incl.
x
x
n.v.t.
gebruik vetten en oliën
korte ad-hoc reparaties excl.
x
x
x
gebruik vetten en oliën
* Het gebruik van lasapparatuur dan wel verspanende gereedschappen wordt uitsluitend
toegestaan na schriftelijke toestemming.
Met betrekking tot de reparatiesporen gelden de volgende afspraken:
1. Verkeersleiding coördineert de toegang tot de reparatiesporen,
2. spoorwegondernemingen zijn verantwoordelijk voor de registratie van de betreffende wagens
in IGS,
3. de treindienstleider registreert het aantal wagens en de eigenaar van deze wagens in RMS.
Tevens controleert de Treindienstleider of de wagenverplaatsing naar het reparatiespoor is
uitgevoerd,
4. spoorwegondernemingen zijn zelf verantwoordelijk voor het rangeren van hun wagens van en
naar het reparatiespoor inclusief de daarbij noodzakelijke verplaatsingen van wagens van
derden op dat spoor.
Een overzicht van de reparatiesporen die Keyrail aanbiedt, is op www.keyrail.nl gepubliceerd
uiterlijk elf maanden vóór de inwerkingtreding van de dienstregeling. De definitieve verdeling van
jaardienstcapaciteit 2016 wordt eveneens gepubliceerd op www.keyrail.nl.
Voor werkzaamheden aan rollend materieel op reparatie- en processporen moet de betreffende
spoorwegonderneming een verzoek tot het buitengebruik name van het betreffende spoor doen.
Hiervoor is de volgende procedure van toepassing:
 de spoorwegonderneming belt de gebiedsverantwoordelijke treindienstleider, met het
verzoek of deze het spoor buiten gebruik kan nemen voor het uitvoeren van werkzaamheden
aan rollend materieel,
 de spoorwegonderneming noemt het betreffende spoornummer dan wel de wisselnummers
die hij buiten gebruik wenst te nemen evenals de contactgegevens van de onderhoudspartij
(bedrijfsnaam, aanwezige monteur en zijn telefoonnummer),
 de spoorwegonderneming noemt het verwachte tijdsbestek voor de buiten gebruik name,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 42 van 178



als de treindienstleider akkoord gaat met de buitengebruik name, plaatst de onderhoudspartij
het afsluitbord SR 513 / rode vlag en lamp en bevestigt dat via de spoorwegonderneming aan
de treindienstleider,
de treindienstleider bevestigt de buitengebruik name en meldt dat hij de
veiligheidsmaatregelen heeft genomen ter verhindering van rijwegen richting het
buitengebruik genomen spoor,
bij teruggave geeft de onderhoudspartij via de spoorwegonderneming aan, dat het bord
SR513 / rode vlag en lamp verwijderd is.
3.8.4 Tankinstallaties
Tanken met tractie dient te geschieden op de daartoe bestemde vaste tankinstallaties. Bijlage 15
bevat een overzicht van de vaste tankinstallaties en de contactgegevens. Tanken is alleen
toegestaan vanuit deze “stationaire afleveringinstallaties”. De vaste installaties zijn niet ingericht
voor mobiel tanken.
De contractuele voorwaarden voor het gebruik van de tankinstallaties worden overeengekomen
in de toegangsovereenkomst met ProRail voor de dienst ‘Gebruik Tankinstallaties’. Zie hiervoor
de van toepassing zijnde bepalingen in de netverklaring Gemengde net van ProRail.
3.9 Infrastructuurontwikkeling
3.9.1 Infrastructuurprojecten
ProRail is verantwoordelijk voor vernieuwing en nieuwbouw. Vanuit zijn missie is Keyrail medeinitiator van en pleitbezorger voor aanpassingen aan de infrastructuur in haar exploitatiegebied.
Keyrail spant zich daarom in om de besluitvorming in de bestaande ProRail processen positief te
beïnvloeden. Zie verder de netverklaring Gemengde net, paragraaf 3.7.
Keyrail zoekt onder toepassing van de capaciteitsverdelingsprocedures naar evenwichtigheid
tussen het efficiënt en conform plan rijden van treinen en een goede uitvoering van
projectwerkzaamheden.
3.9.2 Planningsoverzicht infrastructuurprojecten
Veranderingen die van toepassing zijn voor het Keyrail-exploitatiegebied zijn te vinden in het
overzicht van ProRail op www.prorail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 43 van 178
4 Capaciteitsverdeling
4.1 Inleiding en wettelijk kader
Dit hoofdstuk behandelt:
 het proces van capaciteitsverdeling van de jaardienst (met inbegrip van voor alle gerechtigden
31
bindende procesregels),
 het proces van verdeling in de ad-hoc fase van de afdeling Capaciteit & Ketenregie en
Verkeersleiding,
 het proces van de besturing en bijsturing door Verkeersleiding.
De Spoorwegwet geeft een uitwerking van de voorschriften van Richtlijn 2012/34/EU om de
capaciteit op een eerlijke, redelijke, billijke en niet-discriminerende manier te verdelen. Aspecten
daarbij zijn:
 de verdeelde capaciteit wordt overeengekomen tussen Keyrail en de gerechtigde,
 per deelmarkt zijn minimale niveaus vastgesteld. Deze minimale niveaus gelden voor de
gehele hoofdspoorweginfrastructuur in Nederland, en hebben invloed op routeringen van en
naar de Betuweroute respectievelijk over de alternatieve routes op het gemengde net voor de
Betuweroute32,
 op overbelast verklaarde infrastructuur zijn door het Besluit capaciteitsverdeling
hoofdspoorweginfrastructuur benoemde prioriteringsregels van toepassing33,
 er gelden procedurevoorschriften voor het verdelen van capaciteit voor werkzaamheden aan
het spoor34,
 de Autoriteit Consument & Markt (ACM) is aangewezen om toezicht te houden op de naleving
van de wettelijke voorschriften voor de capaciteitsverdeling en om klachten over het
verdelingsproces of de uitkomst daarvan te behandelen.
Tevens is de door de Europese Unie opgestelde verordening 913/2010 (Rail Freight Corridors) van
toepassing op het verdeelproces.
31 Definitie gerechtigden conform artikel 57 van de Spoorwegwet 2003.
32
artikel 8, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Keyrail is in staat om de vigerende minimumcapaciteitsniveaus
die zijn benoemd in Besluit Capaciteitsverdeling tijdens hoofdspoorweginfrastructuur tijdens het schrijven van de onderhavige
netverklaring te accommoderen van en naar emplacement Kijfhoek in combinatie met het verkeer over het A15-tracé van de
Betuweroute.
33
artikelen 10, 11 en 12, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur
34
artikelen 6 en 9, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 44 van 178
4.2 Uitgangspunten in het verdelingsproces
1. Keyrail ontwikkelt de standaardpatroonpaden op de Betuweroute in samenwerking met en
aansluiting op ProRail (het Basis Uur Patroon) en DB Netze (Stundentakt).
2. Keyrail is op grond van de EU-verordening 913/2010 onderdeel van de internationale
goederencorridors (Rail Freight Corridors). Deze verordening heeft directe uitwerking op de
capaciteitsverdeling op de in de bijlage van de verordening opgenomen internationale
goederencorridors.
3. De gerechtigde die capaciteit voor de jaardienstregeling 2016 aanvraagt, verklaart zich door
die aanvraag akkoord met de in deze netverklaring opgenomen processen, procedures,
regelingen en tijdschema’s voor de behandeling van dergelijke aanvragen.
Keyrail behandelt aanvragen die na sluiting van de aanvraagtermijn voor de jaardienst
binnenkomen conform paragraaf 4.3.3 Aanvragen en verdeling in de ad-hoc fase.
4. Keyrail verdeelt binnen het Betuweroutegebied capaciteit voor het gebruik van baanvakken
(inclusief intakkingen), emplacementen (inclusief sporen die niet zijn voorzien van een
centraal bediend beveiligingssysteem) en tankinstallaties.
De capaciteitsverdeling betreft capaciteit die fysiek op één moment en één plaats steeds
slechts één gebruiker toestaat met inbegrip van de geluid- en (externe) veiligheidscapaciteit
gedurende een tijdvak waarbinnen meerdere gebruikers mogen opereren. Ten aanzien van
Basisnet wordt de capaciteitsbenutting in de lopende jaardienstregeling gemonitord.
5. De capaciteitsverdeling heeft betrekking op de volgende vormen van gebruik:
 treinbewegingen voor nationaal en internationaal verkeer,
 aan deze treinbewegingen gekoppelde procestijden bij aankomst op of vertrek van
emplacementen,
 rangeerbewegingen,
 bewegingen naar/van de terminal,
 stilstaand rollend materieel,
 tijdelijke onttrekkingen of functionaliteitbeperkingen die nodig zijn voor werkzaamheden
aan of nabij de railinfrastructuur.
Keyrail houdt bij de verdeling van capaciteit rekening met:
 voorkeursgebruik van sporen,
 voorkeursgebruik van afwijkende treinpaden voor gebruik voor de desbetreffende
deelmarkt (bijvoorbeeld paden voor zware treinen verdelen aan beladen kolen- en
ertstreinen),
 gebruiksbeperkingen. Deze worden veroorzaakt door bijvoorbeeld brugopeningen en
geluidsplafonds en verder door risicoplafonds in verband met externe veiligheid.
6. Alleen door alle capaciteitsaanvragen in samenhang te bezien, kan Keyrail beoordelen of een
aanvraag past binnen de beschikbare integrale capaciteit. Het kan voorkomen dat Keyrail
daarvoor aanvullende informatie van de aanvrager of aanvragers nodig heeft. Zonder deze
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 45 van 178
7.
8.
9.
10.
11.
extra informatie kan Keyrail de aanvraag niet in behandeling nemen of de capaciteit
uitsluitend verdelen met restrictie(s) voor gebruik. Keyrail spant zich daarbij in de
administratieve last voor de gerechtigde aanvrager zo klein mogelijk te houden.
Bij de capaciteitsverdeling kan Keyrail gebruik maken van een verhoging van de
gebruiksvergoeding als instrument tijdens de coördinatie van de capaciteitsverdeling35.
De belangrijkste systemen ter ondersteuning van het verdeelproces zijn PCS, DONNA, RMS
en ISVL. Spoorwegondernemingen kunnen in hun aanvraag- en communicatieproces van
deze systemen gebruik maken.
De geschillenregeling (zie bijlage 5) conform artikel 46, lid 6 van de Richtlijn 2012/34/EU is
alleen van toepassing voor geschillen over de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling.
Keyrail zorgt ervoor, dat bij vaststelling van de jaardienstregeling per etmaal paden
beschikbaar zijn voor capaciteitsaanvragen voor goederenvervoer in de ad-hoc fase. Daarbij
houdt Keyrail, in overleg met ProRail, rekening met de ad-hoc capaciteit op baanvakken op
het Gemengde net. In het reguliere exploitatiebedrijf, dat wil zeggen in de periode dat er geen
werkzaamheden zijn op de Betuweroute dan wel tussen Emmerich en Oberhausen, houdt
Keyrail voor de ad-hoc fase 30% van de beschikbare capaciteit op de Betuweroute in een
voortschrijdend venster van 6 uur vrij voor standaardpatroonpaden, inclusief 120 minuten36
procestijd op de vertrek- dan wel aankomstemplacementen in geval het emplacement niet
overbelast verklaard is. In het Ontwerp 2016 wordt nader uitgewerkt welk deel van deze
capaciteit voor Verkeersleiding c.q. bijsturing in de processturing wordt vrijgehouden en welk
deel voor de spotmarkt. Dit zal leiden tot een aanvulling op deze netverklaring.
De One Stop Shop van ProRail wijst in samenwerking met Keyrail en DB Netze treinnummers
toe aan de spoorwegondernemingen. DB Netze is bij internationaal verkeer leidend. Meer
informatie is te vinden in bijlage 6, paragraaf 1.3 van de netverklaring Gemengde net.
4.3 Het verdelingsproces
Richtlijn 2012/34/EU onderscheidt twee fasen in het jaarlijkse verdeelproces. Het Besluit
Capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur volgt deze tweedeling: verdeling van de
’reguliere dienstregeling’ (= jaardienstverdeling) en daarna de verdeling van beschikbare ad hoc
capaciteit.
Paragraaf 4.3.1 behandelt de internationale paden op goederencorridors. Het
jaardienstverdeelproces staat beschreven in paragraaf 4.3.2. Paragraaf 4.3.3 beschrijft het
verdelingsproces in de ad-hoc fase.
4.3.1 Internationale paden op goederencorridors
Uiterlijk 11 maanden voor aanvang van de dienstregeling publiceert Keyrail cataloguspaden voor
internationaal goederenverkeer. Op de website van Keyrail is een link naar de
35
zoals bedoeld in artikel 7 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.
Bij conflicterende aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de procestijd terugbrengen
van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast verklaard emplacement.
36
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 46 van 178
desbetreffende publicatie geplaatst. Keyrail draagt er zorg voor dat wijzigingen in de
cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer in de vigerende planning worden verwerkt.
4.3.2 Het jaardienstverdeelproces
Het jaardienstverdeelproces bestaat uit de volgende stappen:
 voorbereiding van het jaardienstproces (paragraaf 4.3.2.1),
 indienen van aanvragen (4.3.2.2),
 intakeproces (4.3.2.3),
 programmatie en coördinatie (4.3.2.4),
 geschilbeslechting (4.3.2.5),
 vaststelling van de verdeling (4.3.2.6).
Tabel: tijdschema proces capaciteitsverdeling
Voorbereiding jaardienstverdeling
Aanvraag voor repeterend onderhoud (onderhoudsrooster)
Aanvraag voor incidentele onttrekkingen (IO’s)
Ontwerp voor de standaardpatroonpaden Betuweroute in DONNA
Intake, programmatie, coördinatie en vaststelling jaardienstregeling
Start jaardienstverdeelproces: DONNA open voor inbrengen aanvragen
Uiterste inleverdatum aanvragen jaardienst 2016
Intake van ontvangen aanvragen
Start programmatie/coördinatie
Beheer- en emplacementenoverleg
RNE Technical Meeting
Publicatie ontwerpdienstregeling en start consultatie
ontwerpdienstregeling
Sluitingsdatum reacties op ontwerpdienstregeling
Vaststelling van de capaciteitsverdeling en publicatie definitieve
dienstregeling
30 november 2014
31 december 2014
31 januari 2015
Nader te bepalen via
Tafel van Verdeling
ProRail
13 april 2015
14 t&m 20 april 2015
21 april 2015
29 april 2015
22 t&m 25 juni 2015
6 juli 2015
7 augustus 2015
24 augustus 2015
Een beroep op de geschillenregeling kan de coördinatiefase verlengen.
Bijzondere omstandigheden na vaststelling van de jaardienstverdeling door Keyrail
In situaties waarin sprake is van een grootschalige structurele wijziging van de capaciteit37 kunnen
omstandigheden ontstaan waarin de herverdeling van capaciteit niet op een zinvolle wijze (gezien
37
Dit kan onder andere de impact van de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen
betreffen en de impact van de ingebruikname van de nieuwe containerterminals op de Tweede Maasvlakte.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 47 van 178
vanuit het perspectief van zowel de spoorwegondernemingen als Keyrail) kan geschieden
conform de procedure van verdelen in de ad-hocfase. Na overleg met de betrokken
spoorwegondernemingen kan Keyrail in dergelijke gevallen een specifiek verdeelproces inrichten
dat opgebouwd is uit dezelfde elementen (programmatie, coördinatie, enzovoort) als het
verdelingsproces voor de jaardienst.
4.3.2.1 Voorbereiding van het jaardienstverdeelproces
Het verdeelproces vindt plaats volgens een vast tijdschema en wordt per jaardienstregeling
uitgewerkt en vastgesteld door RNE.
4.3.2.1.1 Ontwikkelen van een treinpadencatalogus
Voorafgaand aan het proces van de verdeling in de jaardienst vinden drie processen plaats
waarvan Keyrail de output combineert tot een treinpadencatalogus waarop gerechtigden kunnen
intekenen.
Ter voorbereiding op de capaciteitsverdeling presenteren de in de Rail Freight Corridors
samenwerkende infrastructuurmanagers ten behoeve van het internationale goederenvervoer
een aanbod van Pre-arranged Paths (PaP). Van/naar het door Keyrail beheerde net biedt Keyrail
zulke cataloguspaden in de jaardienstregeling 2016 aan op tenminste de volgende relaties:
 RFC 1 Rhine - Alpine: Maasvlakte-Kijfhoek / Amsterdam – Duisburg (– Basel – Milaan - Genua),
 RFC 2 North Sea Mediterranean: Kijfhoek – Antwerpen (– Lyon – Basel).
Rail Freight Corridor 8 (North Sea - Baltic) wordt operationeel in 2017.
Keyrail publiceert de concept internationale treinpadencatalogus uiterlijk drie maanden voor het
verstrijken van de uiterste indientermijn voor de capaciteitsaanvragen in de jaardienst. De
dienstregelingen van deze paden (Pre-arranged Paths) worden gepubliceerd op de website van
RailNetEurope (www.rne.eu) en zijn uitsluitend aan te vragen bij de Corridor One Stop Shop van
de betreffende Rail Freight Corridors via PCS.
Het proces van het ontwikkelen van een treinpadencatalogus omvat:
 de specificatie van standaardpatroonpaden (zie hoofdstuk 5, Minimumtoegangspakket).
Keyrail biedt aan de spoorwegondernemingen de mogelijkheid om de specificaties voor het
ontwerp van de standaardpatroonpaden op de Betuweroute af te stemmen. Daarbij draagt
Keyrail zorg voor een optimale aansluiting op de interfaces met ProRail wat betreft het
basisuurpatroon (BUP) voor goederen en met DB Netze op het baanvak Zevenaar – Zevenaar
grens. Uiterlijk vier maanden voor het uiterlijke moment van indienen van de
jaardienstaanvraag is dit ontwerpproces gereed. Hiermee biedt Keyrail de gerechtigden zicht
op de (on-)mogelijkheden van uitvoering van de door de spoorwegonderneming gewenste
bedrijfsproductie voor contractering van eigen klanten, personeel- en materieelplanning,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 48 van 178
enzovoort. Het resultaat van dit ontwerpproces bestaat uit één of meerdere categorieën
standaardpatroonpaden op de Betuweroute. Hiermee komen de deelnemers de basis voor de
in te dienen capaciteitsaanvragen voor de jaardienst overeen. In het jaardienstproces vindt
dan de feitelijke en formele verdeling plaats,
door Keyrail te ontwikkelen en met partijen af te stemmen onderhoudsvensters,
verwerking van aanvragen voor grootschalige (ver)nieuwbouw voor zover deze het resultaat
zijn van de afstemming met alle betrokken partijen vóór het moment van opstellen van deze
catalogus.


De uiterste indientermijn voor dergelijke capaciteitsaanvragen is vastgesteld volgens de in
paragraaf 4.3.2 vermelde termijnen. Behandeling van aanvragen na deze termijnen vinden plaats
in de ad-hoc fase, en hebben voor grootschalige vernieuwbouw maar beperkte kans van slagen.
De treinpadencatalogus is een hulpmiddel dat gerechtigden kunnen hanteren om hun capaciteitsaanvragen voor afstemming van repeterende capaciteit op uur-, dag- of weekbasis te benutten.
Bij het construeren van het overzicht van standaardpatroonpaden neemt Keyrail de beschikbare
capaciteit op de vrije baan en emplacementen en waar mogelijk terminalslots in beschouwing.
Hierbij waarborgt Keyrail conformiteit met vigerende wet- en regelgeving die van toepassing is op
de spoorcapaciteit van de hoofdspoorweginfrastructuur.
Keyrail spant zich, wat betreft de Betuweroute, in om een zo goed mogelijke aansluiting van de
standaardpatroonpaden op de Basis Uur Patroon (BUP) tijdstippen dan wel de padtijden van
ProRail38 en de Stundentakt van DB Netze39 te optimaliseren. Hierbij wordt rekening gehouden
met de beperkingen als gevolg van de bouwwerkzaamheden Emmerich – Oberhausen.
Om een praktisch uitvoerbaar en veilig plan te creëren, hanteert Keyrail de plannormen in bijlage
16.
4.3.2.1.2 Standaardpatroonpad A15-tracé
Het A15- tracé is ingericht op exclusief gebruik van goederentreinen die gebruik maken van
standaardpatroonpaden. Het standaardpatroonpad op het A15-tracé heeft specificaties die
uitgaan van een dienstregelingsnelheid van 95 km/u40 in oostelijke en westelijke richting.
Om te voldoen aan de specificaties van het standaardpatroonpad op het A15-tracé, geldt per trein
hieronder staande tabel met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type locomotief als
norm voor de ontvankelijkheidsverklaring van aanvragen:
38
Elst, Meteren, Kijfhoek, IJsselmonde, Zevenaar
39
Emmerich Grens - Zevenaar
40
Gebaseerd op BR 189, 2700 ton
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 49 van 178
Kijfhoek – Zevenaar grens v.v. (95 km/u)
Locomotief type
Maximaal totaaltonnage
BR 189
BR 186
Class 66
G2000
G1206
D6400
V100
2700 ton
2700 ton
1700 ton
1080 ton
720 ton
700 ton
450 ton
4.3.2.1.3 Standaardpatroonpad Havenspoorlijn
Het standaardpatroonpad op het Havenspoorlijn heeft specificaties die uitgaan van een
dienstregelingsnelheid van 75 km/u of 60 km/u in beide richtingen met uitzondering van de
Botlektunnel en de verbinding Maasvlakte West – Yangtzehaven. In het Ontwerp 2016 wordt nut
en noodzaak onderzocht om de dienstregelingsnelheid op het tracé Maasvlakte West –
Yangtzehaven naar 75 km/u of 60 km/u te verhogen.
Om te voldoen aan de specificaties van het standaardpatroonpad op de Havenspoorlijn, geldt per
trein hieronder staande tabel met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type
locomotief als norm voor de ontvankelijkheidsverklaring van aanvragen:
Locomotief type
BR 189
BR 186
Class 66
G2000
G1206
D6400
V100
Havenspoorlijn
Maximaal totaaltonnage
3000 ton
3000 ton
1800 ton
1080 ton
1560 ton of 910 ton
1560 ton of 910 ton
450 ton
Padsnelheid
75 km/u
75 km/u
75 km/u
60 km/u of 75 km/u
60 km/u of 75 km/u
60 km/u of 75 km/u
60 km/u
De snelheid van het standaardpatroonpad op de Havenspoorlijn (75 km/u) heeft bij vertraging,
veroorzaakt door de opening van de Calandbrug, effect op het eventuele vervolgtraject. Om dit
op te vangen is voor de paden richting Emmerich een buffer ingebouwd deze is verwerkt in de
rijtijdberekening o.b.v. de inhaalsnelheid. Voor de paden richting Dordrecht wordt de
noodzakelijke stop op Kijfhoek, voor het omschakeling in het beveiligingssysteem (ERTMS),
gecombineerd met het inwachten op het standaardpatroonpad richting Dordrecht. Hiermee
wordt de betrouwbaarheid van het product vergroot.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 50 van 178
4.3.2.1.4 Afwijkende aanvragen op de tractie-tonnagetabellen
Als een spoorwegonderneming met een hoger tonnage of met andere locomotief wenst af te
wijken van bovenstaande tabellen met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type
locomotief, dient deze spoorwegonderneming via een e-mail aan [email protected] een verzoek tot
testen in te dienen. Dit verzoek dient te zijn voorzien van een proefnemingsprotocol en een
beheersplan ter voorkoming van strandingen en verdringing van andere treinen. Indien gewenst
adviseert de afdeling Capaciteit & Ketenregie van Keyrail de spoorwegonderneming hierbij.
Keyrail informeert ProRail over het verzoek tot testen.
Keyrail voert samen met de betreffende spoorwegonderneming binnen een redelijke termijn een
representatief aantal proeven uit op de Betuweroute. Keyrail evalueert met de
spoorwegonderneming de betrouwbaarheid van de uitvoering in het standaardpatroonpad. In de
evaluatie wordt door Keyrail:
 de punctualiteit op verschillende dienstregelingspunten gemeten,
 de kans op verdringing (olievlekwerking van een vertraagde trein op andere treinen)
ingeschat,
 de kans op stranding ingeschat.
De resultaten van de proeven, de risicobeheersing door de spoorwegonderneming van
strandingen en verdringing en het terugvalscenario van de spoorwegonderneming voor omleiding
over het gemengde net zijn onderdeel van de ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail voor zover
het de Betuweroute (inclusief Kijfhoek en baanvak Zevenaar aansluiting – Zevenaar) grens
betreft. ProRail is verantwoordelijk voor de ontvankelijkheidsverklaring op het gemengde net.
In geval van een positieve ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail publiceert Keyrail een
aanvulling op de netverklaring van de uitzonderingssituatie op de tractie-tonnagetabel. Als uit
monitoring door Keyrail in de uitvoering blijkt dat de betreffende treinen trendmatig niet
punctueel in hun dienstregeling rijden dan wel onredelijk veel verstoringen (strandingen en
verdringing van andere treinen) veroorzaken, kan Keyrail de uitzonderingsituatie eenzijdig
beëindigen en de verdeelde capaciteit intrekken na tijdig informeren van de
spoorwegonderneming.
De treinen met deze uitzonderingsmogelijkheid die door Keyrail zijn verdeeld met een positieve
ontvankelijkheidsverklaring, kunnen tot maximaal twee standaardpatroonpaden gebruiken (zoals
ook in paragraaf 5.2 is beschreven).
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 51 van 178
4.3.2.1.5 Losse locomotieven
De standaardpatroonpaden uit de catalogus zijn bedoeld voor het reguliere commerciële
logistieke proces. Spoorwegondernemingen kunnen bij Keyrail in de jaardienstverdeling en bij de
OSS Planning van Keyrail in de ad hoc fase standaardpatroonpaden aanvragen voor het rijden van
losse locomotieven. Deze losse locomotieven dienen een aantoonbare relatie te hebben met een
vervoersmodel waarbij de tijd tussen de aankomende trein en de vertrekkende trein maximaal
drie uur bedraagt.
Losse locomotieven met een vervoersmodel waarbij de tijd tussen de aankomende trein en de
vertrekkende trein meer dan drie uur bedraagt, kunnen op het A15 tracé alleen in de
verkeersleidingsfase in standaardpatroonpaden worden aangevraagd, inclusief de bijbehorende
tarief- en prestatieregelingsvoorwaarden.
4.3.2.1.6 Heuvelsporen Kijfhoek
Keyrail hanteert voor de verdeelsporen op emplacement Kijfhoek de norm dat per 26 gesorteerde
wagens die per dag vertrekken één verdeelspoor beschikbaar is. Opnieuw geheuvelde wagens
worden niet in de telling meegenomen.
4.3.2.1.7 Capaciteit voor verkeersleiding
Op onderstaande emplacementen wordt bufferruimte voor Verkeersleiding gereserveerd:
 Maasvlakte West: sporen nummers 818 en 819
 Kijfhoek: sporen nummers 151, 158 en 253
 CUP Valburg: sporen nummers 722 en 723
Op het A15 tracé wordt één op de acht paden gereserveerd voor Verkeersleiding om mutaties op
reeds verdeelde capaciteit in de laatste 4 uur voor uitvoering te kunnen verdelen, met
uitzondering voor de periode dat er minder capaciteit op de Betuweroute beschikbaar is tussen
Kijfhoek/Meteren en Oberhausen als direct gevolg van de werkzaamheden aan het derde spoor
tussen Emmerich en Oberhausen. In het laatste geval is er geen capaciteit gereserveerd voor
Verkeersleiding.
4.3.2.1.8 Capaciteit voor corridor OSS
Op het A15 tracé worden voorlopig per etmaal 20 paden per richting gereserveerd voor de
corridor OSS van Rail Freight Corridor 1 (zie paragraaf 1.9). Voor Rail Freight Corridor 2 betreft het
voorlopig 18 paden die intakken op Rail Freight Corridor 1. Rail Freight Corridor 8 (North Sea Baltic) wordt operationeel in 2017.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 52 van 178
4.3.2.2 Indienen van aanvragen
Gerechtigden kunnen op basis van de treinpadencatalogus hun structurele aanvraag indienen via
[email protected].
Het indienen van een dienstregelingsaanvraag kan op de volgende manieren:
 door het indienen van een aanvraag via PCS is voor Pre-arranged Paths verplicht,
 door het aanvragen van gewenste treinpaden in het planningsysteem DONNA. Te allen tijde
dienen deze aanvragen te zijn vergezeld van een schriftelijke aanvraag op basis van de
treinpadencatalogus. Daarnaast moeten deze zijn vergezeld van een schriftelijke aanvraag
met informatie over emplacementsgebruik. Als de schriftelijke aanvraag afwijkend is,
hanteert Keyrail bij conflict de via DONNA ingediende aanvraag,
 door het indienen van een schriftelijk overzicht, aan de hand van een RNE formulier41.Een
RNE-formulier is verplicht als u een coördinerende capaciteitsverdeler wenst.
Bij een grensoverschrijdend traject zijn verschillende infrastructuurbeheerders betrokken. De
spoorwegonderneming kan de benodigde capaciteit bij de betreffende infrastructuurbeheerders
in één keer aanvragen bij de One Stop Shop van de infrastructuurbeheerder waarmee een
toegangsovereenkomst is overeengekomen, of gebruik maken van PCS.
Spoorwegondernemingen kunnen hun aanvraag over meerdere beheergebieden ook opsplitsen in
afzonderlijke aanvragen per beheergebied. Deze spoorwegondernemingen zijn in dat geval zelf
verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming op de grenzen van die aanvragen. De inspanning
van de betrokken infrastructuurbeheerders is dan beperkt tot het signaleren van gebreken in de
aansluiting(en). Internationale capaciteitsaanvragen voor de vastgestelde Pre-arranged Paths op
één van de Rail Freight Corridors kunnen uitsluitend via de RNE tool PCS ingediend worden.
Daardoor is de aanvraag automatisch bij de Corridor One Stop Shop van de betreffende Freight
Corridor ingediend. Een internationale capaciteitsaanvraag dient te voldoen aan de voorwaarden
die iedere betrokken infrastructuurbeheerder stelt aan aanvragen voor capaciteit op hun net.
Meer informatie is te vinden in de netverklaring van de betreffende infrastructuurbeheerder.
Indien één van de betrokken infrastructuurbeheerders een via Keyrail ingediende
internationale capaciteitsaanvraag niet in behandeling neemt, stelt Keyrail de aanvrager in de
gelegenheid de aanvraag aan te passen.
Voor de aanvraag voor verhuurbare sporen op emplacementen moet gebruik worden gemaakt
van het “Overzicht emplacementsporen Keyrail” in bijlage 18. In het Ontwerp 2016 werkt Keyrail
in samenwerking met ProRail, DB Netze en de spoorwegondernemingen nader uit welke
emplacementssporen aan Verkeersleiding worden verdeeld tijdens het reguliere exploitatiebedrijf
en tijdens de herrouteringsdienstregeling in direct verband met de bouwwerkzaamheden aan het
derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen. Dit kan invloed hebben op het beschikbaar aantal
huursporen en processporen dat kan worden verdeeld aan spoorwegondernemingen. Daarnaast
41
Zie bijlage 5: RNE formulieren
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 53 van 178
kunnen nadere afspraken in verband met de ingebruikname van nieuwe containerterminals op de
Tweede Maasvlakte invloed hebben op het ontwerp van dienstregeling en de proces- en
huursporen aldaar.
4.3.2.3 Intakeproces
Keyrail controleert de aanvragen op ontvankelijkheid. Dit betreft het moment van indienen, de
volledigheid van de aanvragen, eventuele gebreken (zoals onderling conflicterende elementen of
overschrijding van de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur) en aanvragen die afwijken
van het standaardpatroonpad.
Zo nodig stelt Keyrail de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een nader aan te geven
termijn aan te vullen of te wijzigen. Deze worden nog meegenomen in de jaardienst. De
ontvankelijkheidsverklaring wordt door Keyrail uiterlijk één week na het verstrijken van de
aanvraagtermijn naar de betreffende gerechtigde verstuurd.
Aanvullende of gewijzigde aanvragen met betrekking tot rijdagen die gerechtigden na de
sluitingstermijn indienen, gelden als ad-hoc aanvragen. Meer informatie hierover is te vinden in
paragraaf 4.3.3.
Als de gerechtigde in zijn aanvraag bepaalde treinspecificaties42 van de gevraagde capaciteit niet
expliciet vermeldt, kan Keyrail de capaciteit verdelen onder voorbehoud dat de aanvrager de
standaardwaarden voor de gebruikskenmerken toepast. De standaardwaarden worden door
Keyrail vastgesteld. Daarbij houdt Keyrail rekening met de kenmerken of gebruiksbeperkingen
van de infrastructuur.
4.3.2.4 Programmatie en coördinatie
Keyrail onderzoekt of de bundel van aanvragen van gerechtigden leidt tot meervoudige
aanvragen voor één of meer paden uit de treinpadencatalogus. In dat geval start Keyrail de
programmatieprocedure conform artikel 20 van Richtlijn 2012/34/EU. Indien nodig vindt
gedurende dit programmatie-overleg ook afstemmingsoverleg plaats met de
infrastructuurbeheerders van de aangrenzende spoorweginfrastructuur en waar mogelijk met
aangrenzende (intermodale en droge-bulk) terminals. Als na het programmatie-overleg blijkt dat
er nog met elkaar concurrerende aanvragen resteren, start Keyrail voor die aanvragen het
coördinatieproces conform artikel 21 van Richtlijn 2012/34/EU. Dit coördinatieproces kan alle nog
resterende concurrerende aanvragen omvatten.
Voor de coördinatieprocedure van concurrerende aanvragen gelden de volgende uitgangspunten:
 Keyrail meldt (mondeling en per e-mail) de geïdentificeerde concurrentiesituatie aan
betrokken gerechtigden en nodigt de daarbij betrokken gerechtigden aanvragers uit voor
nader coördinatie-overleg,
 iedere betrokken gerechtigde mag oplossingsvoorstellen doen,
42
Treinlengte, tonnage, ZWV-code en BP profielen aanwezigheid van gevaarlijke stoffen, stille wagens, tractie, beveiligingssysteem.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 54 van 178








oplossingen moeten passen binnen de gebruiksmogelijkheden van de railinfrastructuur, met
inbegrip van gebruiksbeperkingen (zoals brugopeningen, fysieke mogelijkheden op
emplacementen, de geluid- en (externe) veiligheidsregels en vergunningen),
in de coördinatieprocedure worden geen voorrangsregels gehanteerd. Wel wordt rekening
gehouden met het in paragraaf 4.2 genoemde voorkeursgebruik,
gestreefd wordt naar oplossingen waarin zo min mogelijk wordt afgeweken van de
aangevraagde capaciteit, waarbij de commerciële en operationele samenhang binnen de
aangevraagde capaciteit zo min mogelijk verbroken wordt en waarbij de bedrijfseconomische
gevolgen van afwijkingen van de aangevraagde capaciteit zo beperkt mogelijk zijn. Bij
aanvragen die zonder steekhoudende onderbouwing afwijken van het standaardpatroonpad,
past Keyrail altijd de aanvraag zodanig aan dat deze in een standaardpatroonpad wordt
gelegd,
de in RNE-verband afgestemde grenspassagetijdstippen worden gehandhaafd,
Keyrail bewaakt zowel de betrouwbare en veilige uitvoerbaarheid van de dienstregeling (op
basis van de ontwerpnormen in bijlage 16) als de doelmatige benutting van de infrastructuur,
in het geval dat aanvragen van gerechtigden onderling concurreren, kan Keyrail het
instrument verhoging van de gebruiksvergoeding inzetten om tot overeenstemming te
komen,
de coördinatieprocedure duurt voort tot uiterlijk vijf werkdagen voor de datum waarop Keyrail
de ontwerpjaardienstregeling publiceert,
de coördinatieprocedure wordt verlengd wanneer geschil aanhangig is gemaakt (zie paragraaf
4.3.2.5) en het geschil nog niet geslecht is.
Als betrokken gerechtigde(n) en Keyrail overeenstemming bereiken over de te kiezen oplossing,
dan eindigt de coördinatie voor de desbetreffende concurrentiesituatie. Keyrail neemt de
oplossing vervolgens op in de ontwerp-jaardienstregeling.
Tijdens de programmatie en coördinatie heeft Keyrail afstemming met de andere
infrastructuurbeheerders in Europa. Zo wordt geprobeerd om zoveel mogelijk doorgaande en
hoogwaardige grensoverschrijdende dienstregelingspaden te realiseren. Deze maatregelen zijn
uitgewerkt in het RNE-document “Process for international path requests”.
Als blijkt dat betrokken gerechtigden en Keyrail niet of niet tijdig tot overeenstemming komen,
verklaart Keyrail de betrokken infrastructuur overbelast43. Keyrail verdeelt in dit geval aan de hand
van de door de wet gestelde prioriteitsregels en minimum niveaus dan wel met inachtneming van
de volgende prioritering:
1. voorkeursgebruik,
2. aansluiting op grensovergangen,
43
zie ook artikel 22, 25, 26 van de Europese Richtlijn 2012/34/EU
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 55 van 178
3.
4.
5.
6.
aansluiting op (intermodale en droge-bulk) terminalslots,
aansluiting op benodigde rangeertijden,
duur van verblijf op het emplacement,
losse locomotief.
Keyrail neemt deze oplossing op in de ontwerp-dienstregeling. De procesregels voor de verdeling
van Pre-arranged Paths in de Rail Freight Corridors staan omschreven in de Corridor Information
Documents van deze corridors en zijn gebaseerd op de “Decision of the Executive Boards of Rail
Freight Corridors N°1 and N°2, establishing the Framework for capacity allocation on the Rail
Freight Corridors N°1 and N°2”
Keyrail legt de uitkomst van de programmatie en coördinatie, met inbegrip van de uitkomst van
een eventuele geschilbeslechting (paragraaf 4.3.2.5) vast in een ontwerpdienstregeling die Keyrail
aan de aanvragers per brief aanbiedt. Voor de programmatiefase geldt dat gerechtigden
gedurende één maand hun mening kenbaar kunnen maken44.
De aanvragen van emplacementscapaciteit worden in beginsel verdeeld op basis van gereden
treinkilometers op de Havenspoorlijn en de spoorbezetting op het betreffende emplacement in de
periode voorafgaand aan de programmatie dan wel het aantoonbaar beschikken over
terminalslots in 2016. Relevante informatie over verschuivingen van ladingpakketten tussen
spoorwegondernemingen, aantoonbaar opportune nieuwe ladingpakketten en significante
wijzigingen in volumes van ladingspakketten is redelijkerwijs onderdeel van het verdeelproces.
Keyrail maakt voor de verhuurbare sporen onderscheid in lengte met de volgende categorieën:
 Korte sporen (locsporen) <100 meter
 Middellange sporen
100 meter tot <550 meter
 Lange sporen
550 meter en meer
4.3.2.5 Geschilbeslechting
Coördinatie is naar zijn aard een technisch overleg tussen deskundigen. Deskundigen kunnen van
mening verschillen waardoor er een patstelling over conflicten kan ontstaan. Om het proces van
capaciteitsverdeling zijn voortgang te laten houden, is er een geschillenregeling die binnen 10
werkdagen tot uitsluitsel leidt.
De gerechtigde of Keyrail heeft de mogelijkheid om tijdens de coördinatiefase van de jaardienstregeling het initiatief te nemen tot geschilbeslechting. Partijen dienen er naar te streven om
geschilbeslechting op een zodanig tijdstip te laten plaatsvinden dat:
 de uitkomst van de geschilbeslechting onderdeel kan zijn van de verdere
coördinatieprocedure,
 de vaststelling van de jaardienstregeling kan plaatsvinden op de laatste dag van de
coördinatietermijn.
44
artikel 20 lid 3 van 2012/34/EU
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 56 van 178
De geschilbeslechting vindt plaats op basis van een gesprek tussen de betrokken partijen (hoor en
wederhoor) met als doel het conflict op te lossen. Als er geen oplossing wordt bereikt, doet de
voorzitter van de geschilbeslechting uitspraak binnen 10 werkdagen na het schriftelijk kenbaar
maken van het geschil. De uitspraak is vervolgens uitgangspunt voor het verdere
verdelingsproces.
Bij conflicterende aanvragen tussen gerechtigden (verkeer/verkeer) is Keyrail voorzitter.
Bij conflicten tussen een aanvraag voor geplande werkzaamheden aan of nabij de
railinfrastructuur of het onderhoudsrooster en verkeerscapaciteit voor een gerechtigde vindt de
behandeling van het geschil plaats door een onafhankelijk voorzitter die door Keyrail wordt
aangewezen na overleg met de gerechtigden. De behandeling leidt in dat geval tot een advies
waarvan Keyrail bij de vaststelling van de capaciteitsverdeling alleen gemotiveerd mag afwijken.
4.3.2.6 Vaststelling van de verdeling
Keyrail legt het resultaat van de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling vast in het
capaciteitsverdelingsdocument dat wordt gepubliceerd op www.keyrail.nl. Hierin staat vermeld
welke capaciteit Keyrail aan gerechtigden heeft verdeeld en welke capaciteit aan beheer
(onderhoudsrooster en incidentele onttrekkingen) is verdeeld.
Hiervoor genoemd capaciteitsverdelingsdocument maakt deel uit van de te sluiten
toegangsovereenkomst Betuweroute. De gerechtigde verkrijgt het gebruiksrecht voor de
capaciteit die in dit document aan die gerechtigde is verdeeld. Gerechtigden die houder en
gebruiker van verdeelde capaciteit zijn, mogen die capaciteit niet overdragen aan andere
gerechtigden. Gerechtigden die een capaciteitsovereenkomst met Keyrail hebben afgesloten,
kunnen het operationele proces in handen geven van een daartoe gerechtigde
spoorwegonderneming.
Als uitwerking van de Verordening (EU) Nr 913/2010 dienen spoorwegondernemingen er rekening
mee te houden dat een nader aan te duiden aantal treinpaden als reservecapaciteit beschikbaar
blijft ter verdeling door de Corridor One Stop Shops. RNE publiceert deze reserve capaciteit in de
vorm van Pre-arranged Paths op de Rail Freight Corridors 1 (Rotterdam-Genua) en 2 (RotterdamLyon). De treinpaden van Rail Freight Corridor 1 blijven voorlopig beschikbaar tot 30 dagen voor
uitvoering. De treinpaden van corridor 2 blijven voorlopig beschikbaar tot 21 dagen voor
uitvoering.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 57 van 178
4.3.2.7 Capaciteitsverdeling bij overbelaste infrastructuur en kaderovereenkomsten
4.3.2.7.1 Overbelastverklaringen
Conform Richtlijn 2012/34/EU (artikel 47 ) verklaart Keyrail infrastructuur overbelast als de
coördinatiefase in het proces van de jaardienstverdeling niet heeft geleid tot een capaciteitsverdeling die voor de aanvragers bevredigend is. Na overbelastverklaring stelt Keyrail binnen zes
maanden een capaciteitsanalyse op. Binnen zes maanden na afronding van de capaciteitsanalyse
stelt Keyrail na overleg met betrokken gerechtigden een capaciteitsvergrotingsplan op.
Voor het capaciteitsvergrotingsplan stelt Keyrail in samenwerking met ProRail via een kostenbatenanalyse de beste oplossing vast. Oplossingen kunnen zowel van infrastructurele,
procesmatige als innovatieve aard zijn. Een overzicht van de voor de Betuweroute afgegeven
overbelastverklaringen is te raadplegen in bijlage 11 en op de website van Keyrail.
4.3.2.7.2 Kaderovereenkomsten
Ten tijde van de uitgave van deze netverklaring heeft Keyrail geen kaderovereenkomsten
afgesloten voor dienstregelingsjaar 2016.
4.3.3 Verkeersaanvragen en verdeling in de ad-hoc fase
De ad-hoc fase begint direct na het sluiten van de aanvraagtermijn voor de capaciteitsverdeling
van de jaardienstregeling. Railnet Europe (RNE) maakt binnen de ad-hoc fase onderscheid tussen
een periode waarin capaciteitsaanvragen betrekking hebben op een nog in te voeren jaardienstregeling (Late Path Requests) of de periode waarin aanvragen betrekking hebben op een reeds
lopende dienstregeling. Paragraaf 4.3.3.1 en 4.3.3.2 gaat in op de wijze waarop Keyrail invulling
geeft aan dit onderscheid.
Alle gerechtigden kunnen capaciteit aanvragen. Keyrail maakt bij de behandeling van de
capaciteitsaanvragen geen onderscheid tussen aanvragen van gerechtigden met een toegangsovereenkomst voor het desbetreffende dienstregelingsjaar of gerechtigden die nog geen
toegangsovereenkomst hebben afgesloten. Gerechtigden die nog geen toegangsovereenkomst
met Keyrail hebben afgesloten, verklaren zich met het indienen van een ad-hoc aanvraag akkoord
met de in deze paragraaf beschreven processen, procedures en tijdschema’s.
Voor de aanvang van de nieuwe jaardienst moeten gerechtigden een toegangsovereenkomst dan
wel een capaciteitsovereenkomst hebben afgesloten met Keyrail, anders vervalt de verdeelde
capaciteit. Gerechtigden die inmiddels met Keyrail een toegangsovereenkomst hebben
afgesloten voor de jaardienst waarop hun ad-hoc aanvragen betrekking hebben, hebben met het
ondertekenen van die overeenkomst ook ingestemd met de in deze paragraaf beschreven
processen, procedures, regelingen en tijdschema’s voor de behandeling van dergelijke aanvragen.
Capaciteit die aan gerechtigden met een vigerende toegangsovereenkomst verdeeld wordt in de
ad-hoc fase maakt automatisch onderdeel uit van die toegangsovereenkomst.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 58 van 178
Als aan gerechtigden die geen vigerende toegangsovereenkomst hebben, in de ad-hoc fase
capaciteit wordt verdeeld en de betreffende gerechtigden deze capaciteit niet uiterlijk binnen één
maand benutten, vervalt de verdeelde capaciteit.
Als de gerechtigde een authorized applicant45 is, dan moet deze uiterlijk een maand voor het
rijden van de trein aangeven welke gerechtigde spoorwegonderneming de tractieleverancier is.
Als hieraan niet is voldaan, vervalt de verdeelde capaciteit.
4.3.3.1 RNE Late Path Requests en ad-hoc aanvragen voor een lopende dienstregeling
Railnet Europe RNE maakt onderscheid in twee fasen van het ad-hoc proces. Keyrail volgt deze
indeling.
De eerste periode betreft ad-hoc aanvragen die Keyrail tot uiterlijk vijf werkdagen voor de
ingangsdatum van de nieuwe dienstregeling in ontvangst neemt. Dit is in RNE-termen de Late
Path Request termijn. Deze periode kenmerkt zich door het feit dat geen van de gerechtigden een
toegangsovereenkomst heeft voor het desbetreffende dienstregelingsjaar.
De tweede periode begint vanaf vijf dagen voor de inwerkingtreding van de dienstregeling tot het
moment van het daadwerkelijk rijden van de aangevraagde treindienst. Binnen deze fase maakt
Keyrail onderscheid in:
 wijzigingsbladperiodes,
 de plan specifieke dagenperiode en
 de verkeersleidingsfase.
Deze fases hebben elk hun eigen planningstool. (zie ook paragraaf 4.2 punt 6).
Keyrail behandelt tijdens tenminste de Late Path Request periode ingediende
capaciteitsaanvragen zodanig dat deze aanvragen en de beschikbare infrastructuurcapaciteit
maximaal op elkaar aansluiten. Keyrail legt de eventueel ontwikkelde oplossingssuggesties aan de
desbetreffende gerechtigden voor. Keyrail kan daarbij afwijken van het principe first come, first
served als dit voor alle partijen tot goede oplossingen leidt. Blijft echter een conflict bestaan, dan
past Keyrail het principe first come, first served wel toe.
4.3.3.2 Het capaciteitsverdelingsproces in de ad-hoc fase bij OSS Planning
De volgende stappen maken onderdeel uit van het capaciteitsverdelingsproces in de ad-hoc fase:
 de aanvraag door een gerechtigde,
 het intake proces door Keyrail,
45
Conform artikel 57 lid 2c Spoorwegwet: andere natuurlijke personen of rechtspersonen die om commerciële redenen aantoonbaar
belang hebben bij de verwerving van capaciteit voor het doen vervoeren van personen of lading door middel van
spoorvervoerdiensten.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 59 van 178


de programmatiefase,
de vaststelling (alsmede communicatie en verwerking) van de capaciteitsverdeling.
4.3.3.2.1 Indienen van ad-hoc aanvragen bij OSS Planning
De vorm en adressering van de aanvraag
Gerechtigden maken voor hun ad-hoc aanvragen gebruik van het RNE formulier of de
planningstool DONNA. Bij aanvraag via het RNE formulier dient de treinpadencatalogus als
leidraad. Alle gerechtigden dienen hun aanvraag voor de periode van een wijzigingsblad of voor
aanpassingen in de fase DONNA Specifieke Dagen (SD) per email in bij de OSS Planning op adres
[email protected]. Spoorwegondernemingen met een DONNA-aansluiting kunnen daarnaast hun
aanvraag “vertalen” door de aanvraag in DONNA in te plannen in een nog niet verdeeld pad en per
omgaande verzending van de publicatie per email aan [email protected]. De schriftelijke aanvraag is
echter altijd maatgevend.
De inhoud van de aanvraag bij OSS Planning
De inhoud van de aanvraag dient voorzien te zijn van de volgende gegevens:
 aanvrager (gerechtigde en contactpersoon),
 treinnummer,
 ordersoort (inleggen, wijzigen, annuleren),
 treinlengte,
 gewicht,
 maximumsnelheid,
 type locomotief,
 gemaakte capaciteitsafspraken met terminals, terminalslot inclusief vermelding
treinnummer, treknummer en shuttlenaam,
 benodigde opstelcapaciteit (ten minste 60 minuten op de processporen bij aankomst of
vertrek van een trein vanaf of naar de vrije baan), inclusief vermelding vertrektrein,
 vertrekstation,
 aankomststation,
 gewenste route,
 grenstijd,
 rijdag en tijdstip/padnummer vertrek (met marge),
 rijdag en tijdstip/padnummer aankomst (met marge),
 ingeplande stops,
 locatie locomotiefwissel,
 profielen,
 stille wagens (wagens met K-blokken/LL-blokken),
 remstand,
 zwaar vervoer,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 60 van 178


gevaarlijke stoffen (RID),
afwijkingen aan materieel gerelateerd aan beperkingen infrastructuurgebruik.
Aanvraagmomenten voor structurele producten
Spoorwegondernemingen die een aanvraag voor een structureel product indienen met het
oogmerk dat dit product onderdeel wordt van een wijzigingsblad, dienen rekening te houden met
de voor de wijzigingsbladen geldende termijnen. Keyrail behandelt structurele producten die te
laat zijn ingediend om voor opname in een wijzigingsblad in aanmerking te komen als een bundel
niet-structurele aanvragen op niveau van specifieke dagen.
Bij het vaststellen van de ingangsdata voor wijzigingsbladen volgt Keyrail de afspraken die de
Europese infrabeheerders binnen de RNE maken. Als ProRail en spoorwegondernemingen
aanvullende afspraken maken dan zal Keyrail zich hierbij aansluiten. Eén en ander betreft zowel
het laatste aanvraagmoment als de inwerkingtreding van een wijzigingsblad.
Aanvraagmomenten voor niet-structurele producten
Spoorwegondernemingen kunnen altijd paden aanvragen voor treinen en losse locomotieven,
echter hoe dichter bij het gewenste moment van vertrek, hoe groter de kans dat niet geheel aan
de wensen voldaan kan worden.
Keyrail raadt spoorwegondernemingen aan hun aanvraag voor reguliere treinen op een eerder
tijdstip in te dienen, zodat Keyrail voldoende tijd heeft om bijvoorbeeld te kunnen onderzoeken of
het door de spoorwegonderneming gewenste pad goed aansluit op een beschikbaar pad in een
aangrenzend beheergebied, en zo nee een alternatief voor te stellen.
Tabel: sluitingsmomenten fase specifieke dagen en start verkeersleidingsfase
Ma
Di
Wo
Do
Vr
Za
Zo
Ma
Di
Wo
16.00 >
>
0-24
16.00 >
>
0-24
16.00 >
>
0-24
0-24
16.00 >
>
>
0-24
0-24
16.00 >
>
>
>
0-24
Do
Vr
16.00
>
>
0-24
16.00 >
>
0-24
In oranje staan de sluitingsmomenten van de fase specifieke dagen. In grijs staat het actief zijn van
DONNA.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 61 van 178
De woensdag-overdracht van plan specifieke dagen is gericht op uitvoering op zaterdag en
zondag. De vrijdag-overdracht van plan specifieke dagen richt op uitvoering op de
daaropvolgende woensdag.
4.3.3.2.2 Intakeproces ad-hoc aanvragen bij OSS Planning
De OSS Planning van Keyrail toetst de ontvankelijkheid van de aanvraag. Keyrail neemt een
aanvraag niet in behandeling als:
 de aanvraag niet past binnen de in jaardienstverdeling vermelde maximale aantallen trein- en
rangeerbewegingen,
 de aanvraag/het aanvraagformulier onvolledig en/of onjuist is ingevuld,
 het aangevraagde product niet past bij de desbetreffende verkeersdag of verkeersperiode,
 een DONNA-aanpassing niet vergezeld gaat van een schriftelijke aanvraag.
Waar mogelijk toetst Keyrail Capaciteit & Ketenregie of er sprake is van een haalbaar integraal
plan in combinatie met de terminals RSC Waalhaven, ECT, Euromax en EMO in het kader van
ketenregie.
Als de OSS Planning van Keyrail de aanvraag ontvankelijk verklaart, dan ontvangt de aanvrager
een ontvangstbevestiging (e-mail) binnen één werkdag. Voor sommige producten geeft Keyrail
nadien aan hoe lang het proces duurt van de orderverwerking. Als Keyrail de aanvraag niet
ontvankelijk verklaart, dan ontvangt de aanvrager daarvan eveneens binnen één werkdag bericht
met opgaaf van redenen.
De OSS Planning van Keyrail geeft aan elke ontvankelijke aanvraag een volgnummer. De
orderverwerking vindt vervolgens redelijkerwijs zo spoedig mogelijk plaats in de volgorde waarin
de aanvragen bij Keyrail zijn binnengekomen. Bij op de minuut nauwkeurig gelijke ontvangst
beslist het lot.
4.3.3.2.3 Programmatie
Keyrail behandelt alle aanvragen in volgorde van ontvangst. De behandeling van ad-hoc
aanvragen start op zijn vroegst na de vaststelling van de verdeling van de desbetreffende
jaardienst. Dit houdt in dat Keyrail alle ad-hoc aanvragen die vanaf de sluitingsdatum van
aanvragen voor de jaardienst binnenkomen, na een toets op ontvankelijkheid, “parkeert” tot het
moment van de vaststelling van de jaardienst.
Keyrail toetst elke aanvraag vervolgens in volgorde van ontvangst en op inpasbaarheid in de voor
de verkeersdag of -periode op dat moment vastgestelde capaciteitsverdeling. Dit geldt voor zowel
de vrije baan als voor de beschikbaarheid van capaciteit op emplacementen en terminals. Indien
uit de toets door Keyrail Capaciteit & Ketenregie blijkt dat er geen haalbaar integraal plan in
combinatie met de terminals RSC Waalhaven, ECT, Euromax of EMO te verdelen is, zoekt Keyrail
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 62 van 178
actief contact met de betreffende spoorwegonderneming en terminal(s) om te bekijken of er wel
een uitvoerbaar plan kan worden verdeeld.
Keyrail zal gedurende tenminste de Late Path Request periode ingediende capaciteitsaanvragen
zodanig behandelen dat deze aanvragen en de beschikbare infrastructuur maximaal op elkaar
aansluiten. Keyrail zal de met dit doel eventueel ontwikkelde oplossingssuggesties aan de
desbetreffende gerechtigden voorleggen.
Indien een aanvraag in DONNA van een spoorwegonderneming met een DONNA-aansluiting niet
conform de plannormen uit bijlage 16 is, dan wel niet conflictvrij is, verdeelt Keyrail OSS Planning
de aanvraag binnen een tijdskader van minus 10 minuten tot plus 20 minuten ten opzichte van de
aanvraag dan wel het conflict, waarbij de grenstijd met DB Netze en ProRail wordt gehandhaafd.
Indien de grenstijd met DB Netze of ProRail niet kan worden gehandhaafd, verzoekt Keyrail OSS
Planning de spoorwegonderneming met een DONNA-aansluiting zo snel mogelijk een nieuwe
aanvraag te doen die wel voldoet aan de plannormen uit bijlage 16 c.q. conflictvrij is.
4.3.3.2.4 Communicatie en vastlegging van de verdeling
Keyrail wijst de aanvraag af indien deze niet inpasbaar is binnen de op dat moment voor die
specifieke dag/periode verdeelde capaciteit. Keyrail verdeelt de aangevraagde capaciteit als deze
inpasbaar blijkt, voegt daar de emplacementplanning aan toe, communiceert hierover richting de
aanvrager en legt een en ander vast in het van toepassing zijnde planningssysteem. Dit gebeurt
voor ad-hoc aanvragen in de plantermijn via e-mail of PCS, voor aanvragen in de
verkeersleidingsfase via ISVL.
4.3.3.2.5 Vervallen van capaciteit
De overeengekomen capaciteit vervalt in geval van nood en als dit absoluut noodzakelijk is door
een storing die de infrastructuur tijdelijk onbruikbaar maakt46.
Keyrail heeft het recht dienstregelingscapaciteit op de vrije baan dan wel emplacementen geheel
of gedeeltelijk in te trekken als Keyrail, na afstemming met een terminal en de betreffende
spoorwegonderneming, vaststelt dat de spoorwegonderneming geen slot kan verkrijgen op een
terminal dat goed aansluit op de standaardprocestijden en onvoldoende parkeertijd door de
spoorwegonderneming is aangevraagd of te verdelen is.
In sommige gevallen kan het nodig zijn om op korte termijn onderhoudswerkzaamheden aan de
infrastructuur uit te voeren (reparaties, spoedeisende vervangingen) die niet kunnen worden
ingepast in de capaciteit die in de jaardienstregeling is verdeeld voor werkzaamheden.
46
artikel 3, onderdeel b, van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 63 van 178
4.3.3.3 Ad-hoc aanvragen bij Verkeersleiding
De vorm en adressering van de aanvraag
Gerechtigden dienen hun ad-hoc aanvragen in de periode van de verkeersleidingsfase via ISVL in.
In ISVL is de ontvangstbevestiging zichtbaar.
De inhoud van de aanvraag bij Verkeersleiding
De inhoud van de aanvraag dient voorzien te zijn van de volgende gegevens:
 aanvrager en datum en tijd aanvraag (geautomatiseerd),
 treinnummer,
 tractievorm in combinatie met materieelsoort,
 treinlengte,
 maximumsnelheid,
 gewicht,
 spoorwegonderneming die de trein rijdt,
 ordersoort,
 wel/geen gevaarlijke stoffen (RID)
en bij gevaarlijke stoffen: code 1, code 2, aanschrijving, overige informatie,
 door de spoorwegonderneming gewenste activiteiten, in ieder geval datum en tijd voor
behandeling bij terminal of verlader en eventuele extra opstelcapaciteit.
 vertrekstation,
 aankomststation,
 buitenland relevant dienstregelpunt,
 datum en tijd gereed voor vertrek met marge en gewenst spoor,
 datum en tijd van aankomst met marge en gewenst spoor,
 traject,
 vereiste tussenstops,
 reden tussenstops,
 bijzonderheden uitvoering spoorwegonderneming.
Verkeersleiding toetst de ontvankelijkheid van de alle aanvragen en mutaties op eerder reeds
verdeelde capaciteit aan de hand van de kenmerken die moeten zijn vermeld op de order
Verkeersleiding hanteert voor de verwerking van een order een minimale doorlooptijd van 30
minuten. Dit betekent dat orders die binnen het half uur voor geplande uitvoering worden
gewijzigd door VL zonder malus worden opgeheven en dat een nieuwe order moet worden
ingediend via ISVL. Voor losse locomotieven is de minimale doorlooptijd van de verwerking van
een order 15 minuten.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 64 van 178
4.4 Capaciteitsverdeling voor onderhoud en/of grootschalige (ver)-of
nieuwbouw
De verantwoordelijkheid voor grootschalige vernieuwingswerkzaamheden ligt bij ProRail en
daarmee ook het aanvragen van capaciteit voor deze werkzaamheden. Het verdelen van
capaciteit is echter de verantwoordelijkheid van Keyrail.
4.4.1 Capaciteitsverdeling (beheer) in de jaardienstfase
Voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen die (een combinatie van) incidentele
onttrekkingen vragen, geldt het volgende:
1. Capaciteitsaanvragen voor onderhoud, grootschalige (ver)- of nieuwbouw of het gebruiken
van (gedeelten van) vensters van het onderhoudsrooster moeten worden ingediend bij de
afdeling Project & Availiability Control van Keyrail op het volgende e-mailadres:
[email protected]. Termijnen voor het indienen van aanvragen zijn opgenomen in de
tabel van hoofdstuk 4.3.2.
2. Alle capaciteitsaanvragen beheer worden behandeld in het beheeroverleg op 29 april 2015 als
onderdeel van de programmatie en coördinatiefase.
3. voor zover de werkzaamheden op de sluitingsdatum van de jaardienstaanvraag redelijkerwijs
voorzienbaar en planbaar zijn, wordt de capaciteit voor de uitvoering van de werkzaamheden
bij de jaardienstverdeling op datum gezet en verdeeld.
Voor werkzaamheden die niet redelijkerwijs voorzienbaar en planbaar zijn, is het mogelijk
tijdens de jaardienstfase overeenstemming te bereiken over de dagsoort en
uitvoeringsvariant. Door de kaders van DB Netze voor de werkzaamheden aan het derde
spoor tussen Emmerich en Oberhausen ontstaat er veel hinder voor verkeer, maar op het A15
tracé ook veel ruimte voor onderhoud en incidentele onttrekkingen. Keyrail zal in de verdeling
van aanvragen beheer zoveel mogelijk uitgaan van deze kaders van DB Netze en aanvragers
beheer verzoeken kaders aan te passen in lijn met deze kaders. Aanvragen buiten de
hinderrijke weken in Duitsland zullen zeer beperkt en alleen worden toegestaan met
onderbouwing van absolute nut en noodzaak. Het overzicht met Duitse werkzaamheden in
2016 is terug te vinden in bijlage 23.
4. Voorafgaand aan de coördinatie van de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling vindt
een inventarisatie plaats van nader overeen te komen onttrekkingen op het gemengde net, de
Betuweroute, de grensbaanvakken van aangrenzende buitenlandse netten en de baanvakken
tot de logische ontkoppelpunten in België en Duitsland, waarvoor wordt verwacht dat de
daarvoor relevante omleidingsroutes onvoldoende restcapaciteit bieden voor de dan om te
leiden treinen. Voor die onttrekkingen waarvoor na overleg wordt verwacht dat de totale
capaciteit op de omleidingsroutes redelijkerwijs niet afdoende is, biedt Keyrail de
mogelijkheid aan gerechtigden om treinen aan te wijzen die bij verwerking in het VAB-proces
(verkeersaanpassingen als gevolg van beheer) te behandelen zijn volgens jaardienstprocesregels, dus met voorrang boven andere ad-hoc aanvragen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 65 van 178
5. Ten tijde en ter plaatse van de incidentele onttrekkingen en op de in verband daarmee
gebruikte omleidingsroutes vervalt het onderhoudsrooster niet, tenzij expliciet vermeld.
Keyrail spant zich in bij te dragen aan het oplossen van concurrentie via aanpassingen aan het
onderhoudsrooster.
4.4.2 Capaciteitsverdeling voor beheer in de ad-hoc fase
1. Keyrail kan gedurende het dienstregelingsjaar capaciteit verkrijgen voor ongepland
onderhoud. Dit is onderhoud dat redelijkerwijs niet planbaar is ten tijde van de sluiting van
jaardienstaanvragen en dat redelijkerwijs niet kan wachten tot het volgende dienstregelingsjaar. Eventuele wijziging van voor verkeer verdeelde capaciteit vindt plaats onder de regels
van ad-hoc aanvragen verkeer, derhalve alleen met instemming van de houder van die
capaciteit. Aanvragen worden na overleg en steeds minimaal twaalf weken voor de datum van
uitvoering (de aanpassing van) de benodigde capaciteit binnen de jaardienstregeling 2016
nader in het beheeroverleg47 overeengekomen. Werkzaamheden waarvan de uitvoering
voorzien is binnen het dienstregelingsjaar, maar die op de sluitingsdatum van de
jaardienstaanvraag nog niet planbaar zijn, worden ook in het beheeroverleg volgens dezelfde
spelregels overeengekomen;
2. Gerechtigden en Keyrail kunnen na de jaardienstverdeling verzoeken om de programmering
van werkzaamheden te wijzigen op grond van niet-voorziene omstandigheden (ten opzichte
van het jaarplan) dan wel onvoorziene werkzaamheden. De basisregel is dat wordt
meegewerkt aan herprogrammering. Medewerking kan alleen gemotiveerd vanuit de eigen
bedrijfsbelangen worden afgewezen;
3. Bij het concretiseren van wijze van uitvoering en uitvoeringsdata is het mogelijk dat de nadere
uitwerking niet past in de in de jaardienst verdeelde capaciteit. Ook kunnen er zich
omstandigheden voordoen in de projectvoorbereiding en –uitvoering die niet als zodanig
verondersteld zijn bij vaststelling van de benodigde capaciteit. Keyrail maakt dit zichtbaar en
overlegt met betrokken gerechtigden over aanpassingen aan de wijze van uitvoering en
uitvoeringsdata. Is er geen consensus over de uitvoeringsvariant dan verplichten betrokken
gerechtigden en Keyrail zich via een nader overeen te komen procedure binnen tien
werkdagen tot een vast te stellen verdeling te komen. Randvoorwaarde is uitvoering van de
betrokken werkzaamheden in het dienstregelingsjaar 2016.
4. In geval van een geschil in verband met de door Keyrail benodigde capaciteit voor
werkzaamheden onderbouwt Keyrail nut en noodzaak van die benodigde capaciteit.
5. Werkzaamheden aan het spoor vragen veelal een (enkele) grote onttrekking en meerdere
kleinere onttrekkingen (ten behoeve van voor- en nawerk). Deze kleinere onttrekkingen
worden in het onderhoudsrooster uitgevoerd. Als het onderhoudsrooster onvoldoende
capaciteit levert, maakt Keyrail dit zichtbaar en stelt uiterlijk twaalf weken voor uitvoering de
benodigde capaciteit voor resterend voor- en nawerk vast. Keyrail overlegt met betrokken
47
tweemaandelijks overleg voor beheeraanvragen in de ad-hoc fase
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 66 van 178
gerechtigden over inpassing. Als geen consensus kan worden bereikt, dan geldt eveneens de
in het voorgaande punt genoemde procedure voor de afhandeling van het geschil.
Bovenstaande bepalingen zijn er op gericht om de - in de landelijke samenhang passende grote onttrekkingen maximaal te benutten.
6. Als zich storingen of onregelmatigheden voordoen of dreigen te gaan voordoen die een veilig
en ongestoord treinverkeer in gevaar (kunnen) brengen, is onderhoud noodzakelijk en
vervallen de capaciteitsrechten van gerechtigden om werkzaamheden (reparaties,
spoedeisende vervangingen, enzovoort) voor herstel dan wel borging van veilig en ongestoord
treinverkeer uit te voeren. Keyrail spant zich in om deze werkzaamheden zoveel mogelijk in
het onderhoudsrooster uit te voeren.
4.5 Niet gebruikte capaciteit
Keyrail levert een integraal48 plan dat conflictvrij is en bij overdracht aan Verkeersleiding Kijfhoek
gedurende langere tijd onderbenutte capaciteit voor beheer en verkeer bevat op de vrije baan en
emplacementen. Het doel is de capaciteit op de Betuweroute veilig, efficiënt en betrouwbaar te
benutten. Met een annuleringsregeling voor de verdeelde capaciteit in de jaardienst en het plan
voor de specifieke dagen, beoogt Keyrail onnodig capaciteitsbeslag te minimaliseren door te
voorkomen dat beheer en verkeer gedurende langere tijd geen gebruik maken van deze capaciteit
op de vrije baan en emplacementen.
4.5.1 Herverdeling van langere tijd onderbenutte capaciteit
Keyrail treedt mondeling en schriftelijk in contact met een gerechtigde als aan hem verdeelde
capaciteit in de jaardienst (inclusief wijzigingsbladen) gedurende acht weken voor minder dan
50%, of gedurende vier weken minder dan 25% benut. Hierbij wordt steeds gerekend per
(gerelateerd) treinnummer per verkeersdag op de vrije baan of het emplacement. De gerechtigde
wordt in de gelegenheid gesteld de oorzaken van de ongebruikte capaciteit uiteen te zetten.
Dit kan leiden tot herverdeling door Keyrail van treinpaden dan wel emplacementslots. De
capaciteit die door herverdeling vrijkomt, komt ter beschikking voor andere reeds ingediende
capaciteitsaanvragen voor verkeer.
Keyrail past deze regeling toe binnen drie weken na schriftelijke mededeling aan de
oorspronkelijke houder van de capaciteit. Als Keyrail de capaciteit vervolgens aan een andere
gerechtigde herverdeelt, hanteert Keyrail daarbij in beginsel de volgorde op de wachtlijst (first
come, first served). Keyrail kan daarbij afwijken van het principe first come, first served als dit voor
alle partijen tot goede oplossingen leidt. Blijft echter een conflict bestaan, dan past Keyrail het
principe first come, first served wel toe.
48
Het integrale plan omvat de paden op vrije baan, de aansluiting op de grenstijden op de interfaces tussen de Betuweroute en de
spoorweginfrastructuur van ProRail en DB Netze, de emplacementslots en de aansluiting op de terminalslots van ieder geval terminals
RSC Waalhaven, ECT, Euromax en EMO.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 67 van 178
Bovenstaande geldt niet als de situatie van onderbenutting buiten de wil van de gerechtigde is
ontstaan door niet-economische oorzaken. De beschikbaarstelling van deze herverdeelde
capaciteit aan andere gerechtigden vindt plaats zonder restitutie van eventuele
reserveringsvergoedingen dan wel vooruit betaalde huurtarief voor een maandperiode die de
oorspronkelijke houder van deze capaciteit heeft betaald.
Keyrail kan de uitvoering van de toegangsovereenkomst Betuweroute of onderdelen daarvan
opschorten. Wanneer Keyrail vervolgens besluit de opschorting te beëindigen, kan de gerechtigde
weer aanspraak maken op de capaciteit die aan hem is verdeeld. Dit kan op de vierde dag na de
beëindiging van de opschorting.
4.5.2 Niet gebruikte capaciteit in de verkeersleidingsfase
In de verkeersleidingsfase geldt dat de stappen van een gedisciplineerd vertrekproces (die is
beschreven in bijlage 6, paragraaf 1.2) moeten worden doorlopen. Bij het niet nakomen van de
overeengekomen processtappen wordt het verdeelde treinpad geannuleerd. Als er sprake is van
een annulering, zoals hierboven omschreven, kan Verkeersleiding de capaciteit aan andere
spoorwegondernemingen beschikbaar stellen.
4.6 Buitengewoon vervoer
De voorwaarden voor buitengewoon vervoer staan beschreven in de operationele voorwaarden in
bijlage 6. Dit betreft de voorwaarden die zijn beschreven in paragraaf 1.2 van de operationele
voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 in de netverklaring Gemengde net van
ProRail.
Besloten personenvervoer is op de gehele Betuweroute, inclusief Havenspoorlijn, niet te
contracteren in de toegangsovereenkomst en capaciteitsverdeling.
4.7 Treindienstleiding
Keyrail stelt sporen (waaronder emplacementen) en rijwegen ter beschikking zoals vastgesteld in
het proces van capaciteitsverdeling (jaardienst en ad hoc).
Als de spoorwegonderneming binnen het tijdvenster voor vertrek is vertrokken, stelt Keyrail alles
in het werk om:
 de bij het geplande treinpad behorende aansluiting met het gemengde net (ProRail) of het
Duitse net (DB Netze) te realiseren (‘halen van de geplande aansluiting’),
 bij verkeer dat binnen het gebied van de Betuweroute blijft op het geplande tijdstip te laten
aankomen.
De spoorwegwettelijke kaders voor deze regeling liggen onder meer vast in Richtlijn 2012/34/EU
artikel 54, Spoorwegwet artikel 16 lid b en het Besluit Spoorverkeer artikelen 22 en 23.
Zie voor de verantwoordelijkheids verdeling voor de keuze van rijwegen punt 1.1 van de
operationele voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 in de netverklaring Gemengde
net van ProRail.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 68 van 178
4.7.1 Beginselen van bijsturingsmaatregelen
Verkeersleiding Kijfhoek is op grond van het Besluit Spoorverkeer en de algemene voorwaarden
bevoegd om in een aantal situaties af te wijken van de eerder overeengekomen
capaciteitsverdeling. Daarmee kan Verkeersleiding Kijfhoek ingrijpen in de voorgenomen
afwikkeling van de treindienst en van de overige bedrijfsprocessen van spoorwegondernemingen.
De spoorwegonderneming dient de aanwijzingen die Verkeersleiding Kijfhoek in verband hiermee
geeft op te volgen.
In geval van verstoringen die zodanig zijn dat een adequate bijsturingsoplossing niet gevonden
kan worden binnen het exploitatiegebied van de Betuweroute, treedt Verkeersleiding Kijfhoek in
overleg met ProRail dan wel DB Netze om te bezien of herroutering via andere spoorroutes
mogelijk is. Keyrail maakt van deze bevoegdheid gebruik, met name in de volgende situaties:
 in het geval dat de treinenloop zodanig afwijkt van het plan dat daarmee de loop van andere
treinen of de afwikkeling van bedrijfsprocessen wordt aangetast(olievlekwerking) dan wel een
‘out of control’-situatie ontstaat,
 bij (dreigende) storingen of onvoorziene beperkingen van de beschikbaarheid van de
infrastructuur,
 op last van het openbaar gezag,
 in geval van nood,
 bij dreigend gevaar,
 om de dreigende overschrijding te voorkomen van voorschriften die volgens wettelijke
regeling voor Keyrail gelden,
 ter beëindiging van situaties waarin het gebruik de voorschriften overschrijdt die volgens
wettelijke regeling voor Keyrail gelden,
 bij dreigende uitoefening van bestuursdwang en ter voorkoming van de gevolgen daarvan.
De bijsturingsmaatregelen zijn erop gericht om de veiligheid te waarborgen en de planmatige
afwikkeling van het verkeer op een beheerste manier en met zo weinig mogelijk bijkomende
ontregeling te herstellen.
4.7.2 Bijsturingsmaatregelen
Bij een verstoring wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds situaties met verminderde
beschikbaarheid van de infrastructuur en anderzijds situaties waarin één of meer treinen buiten de
voor die trein(en) verdeelde capaciteit of dienstregeling(en) komen zonder dat er sprake is van
verminderde beschikbaarheid van de railinfrastructuur.
Infrastructuur is versperd
Door een versperring op de vrije baan of een knooppunt is het mogelijk dat een spoorwegonderneming niet de infrastructuurcapaciteit ter beschikking krijgt waarop deze volgens het
verdeelde plan of dienstregeling recht heeft. In deze gevallen wordt de resterende (beschikbare)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 69 van 178
infrastructuurcapaciteit zo veel mogelijk naar evenredigheid van het laatst actuele verdeelde plan
herverdeeld onder de betrokken spoorwegondernemingen. Treinen die ten gevolge van
versperring van de railinfrastructuur niet hebben kunnen rijden, worden beschouwd als vertraagde
treinen, tenzij in afhandelingafspraken is overeengekomen dat die treinen definitief vervallen. Bij
het opstellen van een nieuw plan past Verkeersleiding Kijfhoek de versperringsmaatregelen toe
die vooraf met betrokken spoorwegondernemingen zijn overeengekomen door Keyrail. Wanneer
Verkeersleiding Kijfhoek door omstandigheden genoodzaakt is om van deze maatregelen af te
wijken, gebeurt dit na overleg met betrokken spoorwegondernemingen.
Als daartoe aanleiding is, mag een spoorwegondernemingeen aanpassing vragen op deze vooraf
overeengekomen maatregel. Verkeersleiding Kijfhoek honoreert deze aanpassing zolang deze
niet leidt tot verdringing van andere spoorwegondernemingen. In het RBI (regionaal beleidsteam
incidentmanagement) of in het LBI (landelijk beleidsteam incidentmanagement) kunnen
afwijkende afspraken gemaakt worden voor een specifiek incident.
Trein wijkt af van het verdeelde plan
Een trein wijkt af van het verdeelde plan of dienstregeling indien de vertraging zodanig is dat de
trein hierdoor beslag legt op andere infracapaciteit dan het verdeelde plan of dienstregeling
voorschrijft. Als een trein de met spoorwegondernemingen overeengekomen vertragingsmarges
overschrijdt, dan wordt de betrokken trein door Verkeersleiding Kijfhoek herpland op specificatie
van de betrokken spoorwegonderneming. Daarbij wordt een pad vastgesteld dat conflictvrij ligt
ten opzichte van treinen van andere spoorwegondernemingen. Dit beginsel is uitgewerkt in
afhandelingsafspraken die met de spoorwegondernemingen worden overeengekomen en
vastgelegd.
Als sprake is van twee treinen die afwijken van het verdeelde plan of dienstregeling worden deze
herpland op specificatie van de betrokken spoorwegondernemingen. Concurreren deze treinen
onderling om dezelfde infrastructuurcapaciteit, dan wordt de volgorde van de te verdelen
treinpaden bepaald op grond van het beginsel ‘first come first served’. Wanneer Keyrail door
omstandigheden genoodzaakt is om van dit beginsel af te wijken, gebeurt dit na overleg met
betrokken spoorwegondernemingen. Ditzelfde geldt wanneer één of meer
spoorwegondernemingen een verzoek tot aanpassingen doen.
Verkeersleiding Kijfhoek informeert DB Netze over elke door Keyrail gewijzigde
grensoverschrijdende dienstregeling. Bij constatering van een (dreigend) dienstregelingconflict
vindt afstemming plaats. Keyrail en ProRail informeren elkaar door gedeeld gebruik van dezelfde
bijsturingsystemen. Bij te wijzigen – of bij nieuwe dienstregelingen vindt afstemming plaats door
middel van toetsing in ISVL, het dynamisch tijdwegdiagram dan wel door contact via de telefoon.
4.7.3 Voorziene bijsturingssituaties
Deze zijn beschrijven in bijlage 6, Operationele voorwaarden, paragraaf 1.1.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 70 van 178
4.7.4 Onvoorziene bijsturingssituaties
Als de ontregeling en de bijsturing daarvan uitsluitend één spoorwegonderneming betreft en niet
raakt aan capaciteiten die aan andere spoorwegondernemingen zijn verdeeld, worden de
bijsturingsmaatregelen zoveel mogelijk na overleg met de betrokken spoorwegonderneming
vastgesteld. Uiteindelijk besluit Verkeersleiding Kijfhoek welke afhandeling wordt uitgevoerd.
Keyrail hanteert geen naar treinsoort of vervoersmarktsegment voorgeschreven voorrangsregels.
4.8 Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen
De capaciteitsrechten voor het gebruik van de in paragraaf 3.8 opgenomen voorzieningen worden
in het reguliere capaciteitverdelingsproces aangevraagd en behandeld. Het gebruik van deze
faciliteiten wordt, voor zover deze door Keyrail worden beheerd, in de vorm van diensten
aangeboden (zie hoofdstuk 5).
4.9 Operationele samenwerking
Capaciteitsaanvragen voor treindiensten die de grens van het exploitatiegebied van Keyrail
overschrijden, handelt Keyrail af conform de afspraken die Keyrail daarover heeft met ProRail en
met de overige infrastructuurbeheerders verenigd in Railnet Europe.
Voor wat betreft de grensovergang Zevenaar handelen DB Netze en Keyrail volgens de vigerende
grensbaanvakovereenkomst. Grensbaanvakovereenkomsten bevatten afspraken over de regeling
en afstemming van het doorgaande treinverkeer. Keyrail en ProRail hebben voor het doorgaande
treinverkeer via beide beheergebieden operationele afspraken gemaakt. Daarnaast coördineert
Keyrail met ProRail en de infrastructuurbeheerders van de aangrenzende spoorweginfrastructuur
de planning van buitendienststellingen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 71 van 178
5
Producten en diensten
5.1 Inleiding
Keyrail biedt gerechtigden een aantal diensten aan voor de toegang tot en het gebruik van de
spoorweginfrastructuur van de Betuweroute, zoals beschreven in paragraaf 1.1.2. In de met
spoorwegondernemingen te sluiten toegangsovereenkomst wordt vastgelegd welke diensten zij
afnemen. Artikel 13 van Richtlijn 2012/34/EU onderscheidt voor deze diensten een aantal
categorieën:
 minimumtoegangspakket (paragraaf 5.2),
 toegang tot voorzieningen (paragraaf 5.3),
 aanvullende diensten (paragraaf 5.4),
 ondersteunende diensten (paragraaf 5.5).
Spoorwegondernemingen hebben op niet-discriminerende basis recht op diensten uit de
categorieën minimumtoegangspakket en toegang tot voorzieningen.
Paragraaf 5.6 behandelt de prestatieafspraken die Keyrail met de spoorwegondernemingen wil
maken. Paragraaf 5.7 geeft een overzicht van de andere diensten die Keyrail aanbiedt.
5.2 Dienstenpakket 1: minimumtoegangspakket
Keyrail maakt onderscheid naar drie verschillende categorieën treinpaden:
 standaardpatroonpaden: treinpaden op de Havenspoorlijn en het A15-tracé die optimaal
aansluiten op basisuurpatroon-goederenpaden op het gemengde net (ProRail) en op de
Stundentakt van DB Netze,
 losse-locpaden: treinpaden op de Havenspoorlijn voor losse locomotieven, inclusief
locomotieven in opzending,
 lokaal-verkeerpaden: paden op de Havenspoorlijn die zijn bedoeld om de logistieke processen
in het havengebied te optimaliseren.
Een trein moet altijd in staat zijn (gegeven de ingezette tractie, treinlengte en gewicht) de
snelheid van het desbetreffende pad te rijden, onder alle weersomstandigheden. Voorwaarde
voor alle aanvragen is dat gebruik wordt gemaakt van locomotieven die tenminste beschikken
over een “Verklaring van geen Bezwaar (VgB), in exploitatie zonder beperkingen”.
Keyrail werkt aan de hand van marktconforme specificaties voor een standaardpatroonpad voor
het A15-tracé en de Havenspoorlijn, inclusief de standaardprocestijden op het vertrek- dan wel
aankomstemplacement. Keyrail gebruikt deze standaardpatroonpaden voor het samenstellen van
de treinpadencatalogus (zie paragraaf 4.3.2) binnen de dienstregelingsontwerpnormen in bijlage
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 72 van 178
16. De standaardpatroonpaden bevorderen tevens een zo effectief mogelijke benutting van de
spoorweginfrastructuur.
Het standaardpatroonpad op het A15-tracé heeft specificaties die uitgaan van een
dienstregelingssnelheid van 95 km/u in oostelijke en westelijke richting. De overige
karakteristieken zijn beschreven in paragraaf 4.3.2.1.2.
Het standaardpatroonpad op het Havenspoorlijn heeft specificaties die uitgaan van een
dienstregelingssnelheid van 75 km/u respectievelijk 60 km/u in beide richtingen met uitzondering
van de Botlektunnel en vooralsnog (zie paragraaf 4.3.2.1.3 Standaardpatroonpad Havenspoorlijn)
de verbinding Maasvlakte West – Yangtzehaven. In paragraaf 4.3.2.1.3 zijn nadere specificaties
beschreven.
Uitsluitend voor specifieke gevallen bekijkt Keyrail op verzoek en in samenwerking met de
betreffende spoorwegonderneming naar uitzonderingsmogelijkheden. Een
spoorwegonderneming die voor het rijden van een trein op de Havenspoorlijn dan wel het A15tracé meer dan één standaardpatroonpad wenst te gebruiken, dient hiertoe tijdig een aanvraag in
te dienen bij Keyrail ter goedkeuring teneinde een goedgekeurde ontvankelijkheidsverklaring te
krijgen. De eisen aan afwijkende aanvragen staan beschreven in paragraaf 4.3.2.1.4. Treinen met
een hoger gewicht dan vermeld in de tabel in paragraaf 4.3.2.1.2 en paragraaf 4.3.2.1.2.3 kunnen
tot maximaal twee standaardpatroonpaden gebruiken tegen de in paragraaf 6.3 beschreven
tarieven.
De publicatie van de informatie over de standaardpatroonpaden vindt conform de daartoe door
RNE vastgestelde tijdstippen, uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de uiterste
indientermijn voor de jaardienstregeling plaats.
Keyrail biedt vier tot zes standaardpatroonpaden per uur per richting aan tussen Kijfhoek en
Zevenaar grens vice versa, waarvan er twee een samenloop hebben met het goederenrelatiepad
Beverwijk/Amsterdam Westhaven – Utrecht – Meteren – Betuweroute – Zevenaar grens op het
traject Meteren - Zevenaar grens. Daarnaast zijn er additioneel tot twee samenlooppaden per uur
per richting beschikbaar tussen Kijfhoek – Betuweroute – Elst – Arnhem – Bad Bentheim, vice
versa.
Op de Havenspoorlijn is de maximale capaciteit:
 Kijfhoek – Waalhaven: tot 12 paden per uur per richting vice versa, waarvan 6 samenloop
hebben met de paden Kijfhoek - Maasvlakte vice versa,
 Kijfhoek – Maasvlakte: tot 6 paden per uur per richting vice versa.
Tot het minimumtoegangspakket behoort ook de toegang tot en het gebruik van processporen
op emplacementen. Dit zijn sporen voor procesuitvoering van treinen bij aankomst of vertrek. De
standaardprocestijd bij aankomst en bij vertrek is maximaal 120 minuten. Bij conflicterende
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 73 van 178
aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de
procestijd terugbrengen van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast
verklaard emplacement. De standaardprocestijd geldt bij alle stops die in de jaardienst, inclusief
wijzigingsbladen, en in DONNA plan specifieke dagen en VKL zijn gepland. Voor de eerste 120
minuten brengt Keyrail de spoorwegonderneming geen parkeertarief in rekening. Bij
overschrijding van deze 120 minuten brengt Keyrail het parkeertarief dat is beschreven in
paragraaf 6.3.4 in rekening. Eerder vertrek vanaf de terminal (met als mogelijk gevolg een langer
verblijf op een processpoor dan de maximale verblijfstijd) wordt toegestaan mits er capaciteit op
het emplacement en de processen van andere spoorwegondernemingen niet worden geschaad.
De gratis eerste 120 minuten gaan direct in bij de in RMS gerealiseerde aankomst op het
processpoor van het emplacement.
Met dit basisproduct biedt Keyrail de dienst ‘leveren treinpad’ die alle onderdelen omvat van het
minimumtoegangspakket dat is genoemd in bijlage II van Richtlijn 2012/34/EU:
a. de behandeling van aanvragen voor spoorweginfrastructuurcapaciteit,
b. de reservering van capaciteit volgens de overeengekomen capaciteitsverdeling,
c. het gebruik van sporen op baanvakken en emplacementen voor treinbewegingen en voor
stilstaand gebruik voor zover dat nodig is in verband met de verkeersafwikkeling
(voorbijrijding, rijrichting-wisseling, locomotiefwissel, personeelswissel). Daarnaast ook het
stilstaand gebruik van sporen voor zover nodig voor het laden of lossen van te vervoeren
goederen,
d. de treindienst- en Verkeersleiding voor zowel centraal als niet-centraal bediende gebieden,
met inbegrip van het gebruik van de telecommunicatiediensten voor spoorwegveiligheid,
e. de levering van alle informatie die nodig is om de treindienst waarvoor capaciteit is
aangevraagd en verdeeld uit te voeren en de levering aan de spoorwegonderneming van
informatie over de lopende treindienstafwikkeling,
f. de diensten van de calamiteitenorganisatie van Keyrail voor de alarmering, de bereddering en
het baanvrij maken na incidenten, alsmede de hersporing van spoorvoertuigen en het
overbrengen van beschadigde spoorvoertuigen naar een veilige plaats waar zij geen hinder
voor het verkeer veroorzaken. Hieronder valt ook de integrale coördinatie van de activiteiten
van spoorwegondernemingen daarbij, alsmede de afstemming met het bevoegd gezag en
met de overheidshulpdiensten (inzetkosten zijn voor rekening van de veroorzaker).
Informatieverstrekking tussen en met spoorwegondernemingen en andere gerechtigden (zie
paragraaf 2.2.1) gebeurt zoveel mogelijk via geautomatiseerde systemen. Keyrail gebruikt
daartoe voor een deel de systemen die in beheer dan wel eigendom zijn van ProRail. Daarnaast
heeft Keyrail eigen systemen operationeel dan wel in ontwikkeling. Op het moment van
uitbrengen van deze netverklaring is het Rail Management Systeem Client (RMS Client) voor de
capaciteitsverdeling op de emplacementen die Keyrail in exploitatie heeft, zoals beschreven in
paragraaf 1.1.2.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 74 van 178
Spoorwegondernemingen en andere gerechtigden kunnen met Keyrail overeenkomen met welke
frequentie zij rapportages wensen te ontvangen ten aanzien van prestatieregelingen (per
dag/week/maand).
5.3 Dienstenpakket 2: toegang tot voorzieningen
5.3.1 Toegang tot de bovenleiding
De dienst ‘toegang tot de bovenleiding’ betreft het gebruik van de bovenleiding en alle andere
door Keyrail beheerde onderdelen van het tractie-energiesysteem, inclusief de aansluitingen op
het openbare elektriciteitsnet. Keyrail garandeert de operationele toegang tot deze
voorzieningen. De maximale stroomafname per baanvak is vermeld in bijlage 12. De voorwaarden
met betrekking tot deze dienst zijn opgenomen in bijlage 19.
5.3.2 Toegang tot tankinstallaties
De tankinstallaties in het beheergebied van Keyrail zijn beschreven in bijlage 15. Verkeersleiding
Kijfhoek stelt rijwegen in van en naar de tankinstallaties.
5.3.3 Toegang tot en gebruik van reizigersstations
Niet van toepassing.
5.3.4 Toegang tot terminals en openbare laad- en losplaatsen
De toegang tot terminals en bij Keyrail in beheer zijnde openbare laad- en losplaatsen is
onderdeel van het minimumtoegangspakket (zie paragraaf 5.2). Het gebruik van openbare laaden losplaatsen is onderdeel van dienstenpakket 3 (zie paragraaf 5.4.5).
5.3.5 Toegang tot en gebruik van emplacementen
Keyrail heeft emplacementen ingedeeld in processporen, reparatiesporen en huursporen. De
toegang tot deze sporen is onderdeel van dienstenpakket 1.
De huursporen worden conform de Spoorwegwet verdeeld, met uitzondering van de huursporen
op Esso Buiten. De sporen op Esso Buiten worden, in verband met privaat eigendom, buiten de
verdeling om gecontracteerd. Voor deze sporen geldt de beperking dat geen RID-goederen
(inclusief leeg ongereinigd) zijn toegestaan (zie paragraaf 6.3.4).
Het gebruik van processporen
Het gebruik van de processporen is onderdeel van dienstenpakket 2.
Op processporen mag maximaal 120 minuten kosteloos worden opgesteld bij iedere aankomst
van een trein vanaf de vrije baan in een treinpad en bij ieder vertrek van een trein vanaf een
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 75 van 178
processpoor naar de vrije baan in een treinpad. Deze capaciteit op het processpoor is nodig in
verband met de uitvoering van een treinrit.
Als een trein langer dan 120 minuten49 staat opgesteld op een processpoor is er sprake van
parkeren. Deze capaciteit kent geen onlosmakelijk en rechtstreeks verband met de uitvoering van
een treinrit. Er is sprake van parkeren direct bij aankomst/vertrek op/van een emplacement.
Keyrail registreert in RMS de verdeelde en daadwerkelijk gebruikte capaciteit en opsteltijd op
ieder emplacement. Doel van het parkeerbeleid is het verbeteren van de doorstroming op de
Havenspoorlijn om een zo efficiënt mogelijke benutting van de spoor- en terminalcapaciteit te
bevorderen. Door parkeerkosten te berekenen wil Keyrail de hinder tijdens het proces verkleinen.
In geval van langdurig parkeren op sporen, niet zijnde een huurspoor, kan Keyrail verzoeken het
spoor vrij te maken vanuit het oogpunt van efficiënt gebruik van de processporen. De
desbetreffende spoorwegonderneming dient aan dit verzoek onvoorwaardelijk binnen 24 uur
gehoor te geven.
Het gebruik van huursporen
Het gebruik van huursporen waarop rollend materieel gedurende een periode van tenminste 30
aansluitende kalenderdagen en maximaal een dienstregelingsjaar mag worden opgesteld, is
onderdeel van dienstenpakket 2. Huursporen dienen om de bezetting te reguleren van sporen die
geen direct verband houden met het vervoersproces.
Keyrail biedt spoorwegondernemingen en authorized applicants de mogelijkheid om in de
jaardienstverdeling vooraf gespecificeerde huursporen aan te vragen. Huursporen worden in het
jaardienstverdeelproces verdeeld. Indien in het jaardienstverdelingsproces in de coördinatiefase
blijkt dat een in de jaardienstverdeling vooraf gespecificeerde verhuurspoor in concurrentie
verdeeld moet worden als processpoor aan een gerechtigde die een wekelijkse set treinpaden
heeft aangevraagd (conform definitie in artikel 3 onder Richtlijn 2012/34/EU), dan is dit huurspoor
niet meer beschikbaar en wordt dit verdeeld als processpoor bij de betreffend set treinpaden. Na
de jaardienstverdeling sluit Keyrail huurovereenkomsten af met partijen aan wie huursporen zijn
verdeeld. In de ad-hoc fase biedt Keyrail in de jaardienst niet verdeelde huursporen die nog vrij
beschikbaar zijn aan op basis van het verdeelprincipe first come, first served tegen niet
discriminerende voorwaarden. Dit zelfde verdeelprincipe is van toepassing op sporen die privaat
eigendomen zijn zoals de sporen op Esso Buiten. De tarifering van de huursporen is gebaseerd op
de locatie, de lengte van de sporen en de aanwezige voorzieningen. Deze tarieven zijn te vinden in
hoofdstuk 6 van deze netverklaring.
De huurovereenkomst huursporen kan tussentijds beëindigen worden door de huurder en
verhuurder.
Tussentijds beëindigen door de huurder moet schriftelijk via [email protected]. De huurder ontvangt
uiterlijk na tien werkdagen een opzegformulier ter ondertekening, hierin wordt de datum
49
Bij conflicterende aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de procestijd terugbrengen
van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast verklaard emplacement.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 76 van 178
overeengekomen dat het betreffende huurspoor uiterlijk leeg moet zijn van materieel. Een
inspecteur van Keyrail controleert of het spoor leeg van materieel en in goede staat opgeleverd is,
in dat geval wordt de huur per overeengekomen datum stopgezet. Keyrail heeft het recht een
huurovereenkomst geheel of gedeeltelijk te beëindigen als uit monitoring door Keyrail in de
uitvoering blijkt dat de betreffende sporen structureel niet benut worden door de huurder en er
aantoonbare marktspanning is of bij nalatige betaling.
Het gebruik van reparatiesporen
Het gebruik van reparatiesporen die bestemd zijn voor werkzaamheden die als vast onderdeel van
de gewone dagelijkse verrichtingen worden uitgevoerd en waarvoor het rollend materieel niet
buiten dienst moet worden gesteld, is onderdeel van dienstenpakket 2.
5.3.6 Toegang tot en gebruik van de rangeerheuvel te Kijfhoek
Het gebruik van de rangeerheuvel te Kijfhoek is uitsluitend mogelijk met locomotieven die zijn
uitgerust met apparatuur voor communicatie en beïnvloeding door het geautomatiseerde
heuvelsporen.
5.4 Dienstenpakket 3: aanvullende diensten
5.4.1 Tractie-energie
De levering van tractie-energie maakt geen deel uit van het dienstenpakket van Keyrail.
Spoorwegondernemingen kunnen zich hiervoor wenden tot de Coöperatieve Inkoopvereniging
Elektriciteit Betuweroute (CIEBR). De contactgegevens staan in bijlage 19.
5.4.2 Levering brandstof
De levering van brandstoffen is niet opgenomen in het dienstenpakket van Keyrail. De levering
van brandstoffen wordt in het Keyrail-exploitatiegebied verzorgd door de inkooporganisatie
Verenigd Inkoop voor Energie op het Nederlandsche Spoorwegnet (VIVENS). De contactgegevens
staan in bijlage 19. De exploitatie van de tankinstallaties in het Rotterdamse havengebied wordt
op dit moment verzorgd door DB Schenker Rail Nederland N.V.. De contactgegevens staan in
bijlage 19.
5.4.3 Materieelverzorgingsdiensten
Deze dienst betreft het gebruik van watertappunten, rioolaansluitingen en elektrische
depotvoeding die bij uitgave van deze netverklaring aanwezig zijn op emplacementen.
Keyrail onderzoekt op onderbouwd verzoek van een of meerdere spoorwegondernemingen of
uitbreiding van deze dienst nuttig en gewenst is en onder welke voorwaarden.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 77 van 178
5.4.4 Buitengewoon Vervoer
Deze dienst betreft het op verzoek van een spoorwegonderneming onderzoeken en vaststellen
van de toelatings- en vervoersvoorwaarden voor materieel dat niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor de te berijden baanvakken en sporen volgens het minimumtoegangspakket.
De dienst omvat ook het leveren van de aanvullende inspanningen van Keyrail voor de
voorbereiding of uitvoering van het Buitengewoon Vervoer. Dit betreft onder andere het opstellen
van een maatwerkdienstregeling, de inzet van begeleidend personeel van Keyrail en het tijdelijk
wegnemen van objecten langs de baan. Zie ook bijlage 6, paragraaf 1.2 van de netverklaring
Gemengde net.
5.4.5 Het gebruik van openbare laad- en losplaatsen
Openbare laad- en losplaatsen zijn locaties, niet zijnde private terminals waar goederen op of in
wagons kunnen worden geladen dan wel gelost. De openbare laad- en losplaatsen zijn beschreven
in bijlage 14.
5.4.6 Extra aansluitingen automatiseringsapplicaties
Deze dienst omvat het beschikbaar stellen van aansluitingen op door Keyrail beheerde
informatiesystemen RMS Client en Ketenregie Informatie Platform (KIP). Voor
automatiseringsapplicaties waarvan het beheer bij ProRail berust wordt verwezen naar de
netverklaring Gemengde net.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 78 van 178
RMS Client
Dienst
Omschrijving
Voorziening
Typen
Waar wordt de dienst geleverd
Aanbieder
Levertijd
Leveringsvoorwaarden
Gebruiksvoorwaarden
Beschikbaarheid /
Betrouwbaarheid
Inzicht in de actuele uitvoering en de planning van de
processporen op Keyrail geëxploiteerde sporen.
RMS Client geeft een actueel overzicht van de
emplacementbezetting evenals de planning voor de komende
16 uur. Daarnaast biedt RMS Client een overzicht van de
kenmerken van alle sporen, zoals lengte en soort spoor.
De gebruiker wordt in bezit gesteld van een username en een
password om toegang te krijgen tot RMS Client.
RMS Client is een internettoepassing speciaal voor de
spoorwegonderneming.
Deze dienst is IP adres specifiek.
Keyrail biedt deze dienst aan. Aanvragen worden in
behandeling genomen door het aanvraagformulier
(www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk) in te vullen en te emailen naar Customer Service Keyrail ([email protected]).
Maximaal 4 weken na ontvangst bij Customer Service van
Keyrail.
De spoorwegonderneming kan toegang tot gegevens van de
eigen treinen krijgen van de op Keyrail geëxploiteerde sporen.
Inzicht in treinen van een andere spoorwegonderneming kan
enkel na schriftelijke toezegging van de betreffende
spoorwegonderneming.
Gebruiker moet beschikken over een PC aangesloten op
internet en voorzien zijn van een recente internet browser.
Beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van
calamiteiten en nog te bepalen vaste momenten voor
onderhoud).
Ketenregie Informatie Platform (KIP)
Een ketenregie Informatie Platform is in ontwikkeling en er wordt voorzien dat deze applicatie in
2015 wordt aangeboden.
5.4.7 Reisinformatie en informatie over het treinverkeer
De RNE-applicatie TIS biedt ondersteuning bij het volgen en regelen van het internationale
treinverkeer. Zie ook paragraaf 1.10.2.
5.5 Dienstenpakket 4: ondersteunende diensten
Keyrail levert ondersteunende diensten, zoals bedoeld in Richtlijn 2012/34/EU artikel 13 lid 8, op
voorwaarden die Keyrail en de spoorwegonderneming per dienst overeenkomen.
5.5.1 Gebruik van telecomvoorzieningen
Niet van toepassing. Zie voor wat betreft GSM-R de netverklaring Gemengde net.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 79 van 178
5.5.2
Maatwerk aanvullende informatieproducten
Deze dienst betreft het leveren van specifieke, met Keyrail overeen te komen informatieproducten en bewerkingen daarvan, in aanvulling op de standaardoverzichten van de
treindienstafwikkeling zoals omschreven in bijlage 8.
5.5.3 Technische keuring van materieel
Keyrail biedt geen diensten voor technische keuring van materieel aan.
5.5.4 Ondersteunende diensten voor groot onderhoud aan rollend materieel
Keyrail biedt geen ondersteunende diensten voor groot onderhoud aan rollend materieel op
daartoe bestemde reparatiesporen aan waarvoor specifieke voorzieningen nodig zijn. Keyrail
onderzoekt op onderbouwd verzoek van een of meerdere spoorwegondernemingen of het
aanbieden van deze dienst nuttig en gewenst is en onder welke voorwaarden.
5.6 Prestatieregelingen
De prestatieregelingen zijn afspraken tussen spoorwegondernemingen en de
infrastructuurbeheerder die een prikkel zijn om verstoringen zo gering mogelijk te houden en de
prestatie van het Betuweroutesysteem te verbeteren. De prestatieregelingen kunnen malussen
inhouden voor handelingen die de exploitatie van de Betuweroute verstoren en compensatie voor
ondernemingen die te lijden hebben en premies ter beloning van prestaties die de ramingen
overtreffen.
Keyrail biedt de spoorwegondernemingen in de netverklaring 2016 Betuweroute de volgende
prestatieregelingen aan:
1. Prestatieregeling 1: wijzigingen van verdeelde treinen in de verkeersleidingsfase,
2. Prestatieregeling 2: punctualiteit:
a. Prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit van de uitvoering van de treindienst
ten opzichte van het actuele plan,
b. Prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit van de uitvoering van de treindienst
ten opzichte van het actuele plan,
3. Prestatieregeling 3: annuleringen van verdeelde capaciteit in de verkeersleidingsfase:
a. Prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming,
b. Prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail,
4. Prestatieregeling 4: toename stille wagenkilometers.
De praktische invulling van de prestatieregelingen zijn constant onderwerp van evaluatie en
kunnen gedurende de looptijd van de overeenkomst gewijzigd worden.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 80 van 178
Als vanuit oogpunt van effectiviteit en redelijkheid conform toegangsovereenkomst Betuweroute
prestatieregelingen worden gewijzigd, dan worden deze gepubliceerd als aanvulling op de
netverklaring.
5.6.1 Prestatieregeling 1: wijzigingen van verdeelde treinen in verkeersleidingsfase
Doel prestatieregeling:
het beheersen van het aantal wijzigingen op verdeelde capaciteit door de
spoorwegondernemingen om een goede benutting van verdeelde capaciteit te bevorderen en
Verkeersleiding Kijfhoek niet onnodig te belasten met mutaties tijdens het uitvoeringsproces.
Gemeten worden de ISVL orders ‘wijzigen dienstregeling’,’ wijzigen treinnummer’ en ‘afvoeren in
dienstregeling van’ in de Verkeersleidingsfase tot 30 minuten voor gepland vertrek voor alle
treinen met uitzondering van losse locomotieven die tot 15 minuten voor gepland vertrek
gemuteerd kunnen worden.
Naarmate het aantal keren dat een verdeelde trein wordt gewijzigd wordt deze progressief belast
met een malus. In paragraaf 6.3.2 staat de malus-regeling beschreven.
5.6.2 Prestatieregeling 2 punctualiteit
Doel prestatieregeling:
het verhogen van de betrouwbaarheid van de uitvoering van de treindienst ten opzichte van de
actuele dienstregeling ter voorkoming van onderbenutting van standaardpatroonpaden en
verdringing van andere treinen:
 op de aansluiting tussen de Betuweroute en het Duitse net bij Zevenaar grens, vice versa,
 op de aansluiting tussen de Betuweroute en het Gemengde net, vice versa,
 bij aankomst op de processporen die onderdeel zijn van het heuvelsysteem op
emplacement Kijfhoek en in de Rotterdamse haven.
De actuele dienstregeling is:
 de oorspronkelijke dienstregeling die niet is gemuteerd door Verkeersleiding Kijfhoek,
 de verdeelde mutaties op de oorspronkelijke dienstregeling naar aanleiding van
aanvragen in ISVL,
 de verdeelde bestellingen (nieuwe orders) in ISVL en eventueel verdeelde mutaties via
ISVL daarop.
De prestatieregeling punctualiteit is een hulpmiddel om het onderliggend productieproces van
spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en de betrokken terminals continu te
verbeteren. De prestatieregeling bestaat uit twee regelingen:
a. de prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit
b. de prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 81 van 178
Alle prestaties worden door Keyrail gemeten, geanalyseerd op trends en (achterliggende)
oorzaken worden gerapporteerd aan de spoorwegondernemingen in een frequentie die in de
toegangsovereenkomst Betuweroute 2016 wordt overeengekomen tussen Keyrail en de
spoorwegonderneming. Daarnaast worden de prestaties en analyses besproken in het operationsmanagersoverleg ketenregie en worden waar nodig operationele bijstuuracties van
spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en terminals afgesproken en daarna op
effectiviteit gemonitord. Bijstelling van gerelateerde operationele regelingen in de netverklaring
2016 Betuweroute en deze prestatieregeling punctualiteit, vanuit oogpunt van effectiviteit, kan
plaatshebben na besluitvorming in het directeurenoverleg ketenregie. Daarbij spannen Keyrail en
de spoorwegondernemingen zich in 2015 redelijkerwijs in om tot een optimale harmonisering met
EPR, ProRail en DB Netze te komen. Geaccordeerde wijzigingen worden door Keyrail
gepubliceerd als aanvulling op de netverklaring 2016 Betuweroute.
Prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit
De grens-uit punctualiteit betreft alle goederentreinen die in standaardpatroonpaden zijn
verdeeld én die vanaf de Betuweroute (inclusief Havenspoorlijn) het Gemengde net van ProRail en
het tracé Emmerich – Oberhausen van DB Netze bij Zevenaar-grens oprijden. Deze regeling geldt
per spoorwegonderneming en geaggregeerd.
De kaders voor de punctualiteit, zijnde de geaccepteerde afwijking tussen de actuele
dienstregeling en de uitvoering, zijn:
 tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en
59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen de Betuweroute en DB
Netze zijn gepasseerd op Zevenaar-grens. De doelstelling is:
o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf
o 95% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde
spoor tussen Emmerich en Oberhausen
 tussen de maximaal minus 2 minuten en 59 seconden en maximaal plus 2 minuten en 59
seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen de Betuweroute en het
Gemengde net zijn gepasseerd op Kijfhoek Zuid aansluiting, Rotterdam stadion,
Rotterdam Lombardijen, Meteren en HH-boog Elst.
De doelstelling is:
o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf
o 87,5% tijdens het exploitatiebedrijf c.q. herrouteringsbedrijf tijdens de
bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen
 tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en
59 seconden voor alle goederentreinen bij aankomst op de processporen van het
heuvelsysteem van Kijfhoek en die in de Rotterdamse haven. Het heuvelsysteem op het
emplacement Kijfhoek valt alleen binnen de scope van deze regeling voor zover het
treinen betreft die via het A15-tracé zijn verdeeld en zijn aangekomen.
De doelstelling is:
o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 82 van 178
o
87,5% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het
derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen
Prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit
De grens-in punctualiteit betreft alle goederentreinen die de Betuweroute (inclusief
Havenspoorlijn) verdeeld in standaardpatroonpaden, oprijden vanaf het Gemengde net van
ProRail en het tracé Emmerich – Oberhausen van DB Netze bij Zevenaar-grens. Deze regeling
geldt per spoorwegonderneming en geaggregeerd.
De kaders voor de punctualiteit, zijnde de geaccepteerde afwijking tussen de actuele
dienstregeling en de uitvoering, zijn:
 tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en
59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen DB Netze en de
Betuweroute zijn gepasseerd op Zevenaar-grens. De doelstelling is:
o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf
o 95% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde
spoor tussen Emmerich en Oberhausen
 tussen de maximaal minus 2 minuten en 59 seconden en maximaal plus 2 minuten en 59
seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen het Gemengde net en de
Betuweroute zijn gepasseerd op Kijfhoek Zuid aansluiting, Rotterdam stadion,
Rotterdam Lombardijen, Meteren en HH-boog Elst.
De doelstelling is:
o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf
o 87,5% tijdens het exploitatiebedrijf c.q. herrouteringsbedrijf tijdens de
bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen
5.6.3 Prestatieregeling 3: annuleringen van verdeelde capaciteit in de
verkeersleidingsfase
Doel prestatieregeling:
 het tijdig annuleren in de verkeersleidingsfase door spoorwegondernemingen van treinen
in reeds verdeelde treinpaden,
 het tijdig aanbieden van alternatieve paden door Keyrail in de verkeersleidingsfase,
 het in de verkeersleidingsfase terugdringen van het aantal annuleringen door
spoorwegondernemingen van treinen in reeds verdeelde treinpaden.
Dit leidt tot een betere benutting van de Betuweroute en tot een meer voorspelbaar en
betrouwbaar treinproces.
De prestatieregeling bestaat uit twee regelingen:
a. prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming
b. prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 83 van 178
Prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming
Er is sprake van ‘no show’ bij een standaardpatroonpad, mits aan de vertrekprocedure uit de
operationele voorwaarden in bijlage 6 van deze netverklaring is voldaan. Verkeersleiding Kijfhoek
heft in deze situatie het verdeelde pad op en registreert ‘Opheffen trein’ in ISVL waarbij de kosten
voor rekening van de spoorwegonderneming zijn. Eenmaal opgeheven treinen kunnen op
dezelfde verkeersdatum niet meer aangevraagd worden onder hetzelfde treinnummer.
In paragraaf 6.3.3 staan de annuleringskosten van annuleringsregeling 3a.
Randvoorwaarden:
 indien er sprake is van een calamiteit buiten de invloedssfeer van de
spoorwegonderneming waarbij het gewone treinproces redelijkerwijs niet mogelijk is, dan
heeft de spoorwegonderneming de mogelijkheid om de annulering te koppelen aan de
ISVL meldkaart. Er worden dan geen kosten door Keyrail in rekening gebracht. De
meldkaart staat tot één uur na einde van de calamiteit open. Op verzoek van de
spoorwegonderneming of op initiatief van Keyrail kan de meldkaart langer open blijven
staan,
 bij bezwaar van de spoorwegonderneming tegen de door Keyrail geregistreerde en
gerapporteerde annulering moet de spoorwegonderneming binnen twee werkdagen na
verzending digitale rapportage door Keyrail per e-mail bezwaar maken bij
[email protected].
Prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail
Indien sprake is van een wijziging met veroorzaker Keyrail en niet binnen twee uur een alternatief
pad aangeboden kan worden of indien sprake is van een dusdanige vertraging met veroorzaker
Keyrail dat de trein daadwerkelijk opgeheven wordt (en de lading niet binnen 2 uur met een
andere trein afgevoerd kan worden), is sprake van een annulering door Keyrail. In paragraaf 6.3.3
staan de annuleringskosten van annuleringsregeling 3b.
De effecten van de ordermomenten en de gemonetariseerde annuleringsregeling zijn niet
begrensd.
Randvoorwaarden:
 de annuleringsmalus voor Keyrail geldt alleen als Keyrail veroorzaker is, dat wil zeggen dat er
sprake is van infrastructuurstoringen of foute rijweginstellingen op het Keyrail beheergebied,

spoorwegonderneming moet de annulering door Keyrail binnen twee werkdagen na incident
per e-mail melden bij [email protected],

de annuleringsmalus is uitsluitend bedoeld voor directe vertragingen. Vervolgvertragingen
vallen buiten deze regeling,

deze prestatieregeling geldt alleen voor standaardpatroonpaden. Lokale-verkeerspaden en
losse-locpaden zijn uitgesloten van deze prestatieregeling.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 84 van 178
Herverdeling van langere tijd onderbenutte capaciteit
Zoals beschreven is in paragraaf 4.5 treedt Keyrail mondeling en schriftelijk in contact met een
gerechtigde als aan hem verdeelde capaciteit in de jaardienst (inclusief wijzigingsbladen)
gedurende acht weken voor minder dan 50%, of gedurende vier weken minder dan 25% benut.
Hierbij wordt steeds gerekend per (gerelateerd) treinnummer per verkeersdag op de vrije baan of
het emplacement. De gerechtigde wordt in de gelegenheid gesteld de oorzaken van de
ongebruikte capaciteit uiteen te zetten. Dit kan leiden tot herverdeling door Keyrail van
treinpaden en emplacementslots. De capaciteit die door herverdeling vrijkomt, komt ter
beschikking voor andere reeds ingediende capaciteitsaanvragen voor verkeer.
5.6.4 Prestatieregeling 4: toename stille wagenkilometers
5.6.4.1 Toename stille kilometers
Keyrail komt in samenwerking met ProRail met de spoorwegonderneming overeen dat de
spoorwegonderneming deelneemt aan de prestatieregeling voor meer stille wagenkilometers.
Deze regeling houdt in dat de spoorwegonderneming een bonus krijgt voor het verminderen van
de geluidemissie door spoorverkeer door te rijden met stilgemaakt materieel.
De bonus bedraagt € 0,04 per wagenkilometer gereden met materieel dat is stilgemaakt, met een
maximum van 120.000 kilometer totaal per wagen gedurende de looptijd van de regeling. Onder
stilgemaakt materieel wordt verstaan: materieel dat reeds voor 1 januari 2008 in dienst gesteld is
en dat na 1 januari 2008 blijvend is omgebouwd naar een stil remsysteem. Onder stil remsysteem
wordt verstaan een remsysteem dat gebruik maakt van K-blokken, LL-blokken, of aangemeld bij
ProRail. Bonussen worden gedurende maximaal vier aaneengesloten jaren aan een specifieke
wagen toegekend.
De bonus wordt verrekend met de gebruikersvergoedingsfactuur van ProRail. De
spoorwegonderneming verstrekt de informatie die nodig is om de bonus te kunnen bepalen, te
weten: per vooraf aangemelde wagen een opgave van het aantal in Nederland gereden
kilometers, met een specificatie naar rit overeengekomen, gelijkwaardige specificatie. ProRail zal
steekproefsgewijs controle op ombouw en opgegeven kilometers uitvoeren.
5.6.4.2 Toename stille goederentreinen
Keyrail komt in samenwerking met ProRail met de spoorwegonderneming overeen dat de
spoorwegonderneming deelneemt aan de stimuleringsregeling voor stille goederentreinen. Deze
regeling houdt in dat de spoorwegonderneming een bonus krijgt voor het verminderen van de
geluidemissie door spoorverkeer door te rijden met stille goederentreinen.
Het tarief van de bonus bedraagt € 0,01 per wagenkilometer gereden in Nederland door stille
wagens in geheel stille goederentreinen. De trein blijft voldoen aan de vereiste van “geheel stille
goederentrein” indien er:
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 85 van 178


bij een aantal tot maximaal 20 wagens, maximaal 1 wagen is die niet stil is,
bij een aantal boven de 20 wagens, maximaal 2 wagens zijn die niet stil zijn.
Stille wagens zijn wagens voorzien van een remsysteem dat gebruik maakt van K-blokken, LLblokken, of minstens gelijkwaardig. Deelnemende bakken/wagens moeten vooraf op
wagennummer worden aangemeld bij Keyrail, waarbij moet worden aangetoond dat de wagens
stil zijn.
De bonus wordt verrekend via de gebruikersvergoedingsfactuur van ProRail. De
spoorwegonderneming verstrekt de informatie die nodig is om de bonus te kunnen bepalen, te
weten: per trein een opgave van de wagens met wagennummer. ProRail zal steekproefsgewijs
controle op stille treinen uitvoeren. Deze bonus zal worden gegeven tot 2020 of zoveel korter als
het budget voor de compensatie toelaat (zie bladzijde 207 van de netverklaring ProRail).
5.7 Studies en andere diensten
Keyrail biedt diensten aan die geen betrekking hebben op de toegang tot en het gebruik van de
hoofdspoorwegen en daarom buiten de reikwijdte van de netverklaring en de
toegangsovereenkomst vallen. Voor dergelijke diensten komen Keyrail en de gerechtigde per
geval een aparte regeling met voorwaarden overeen. Voorbeelden van zulke dergelijke specifieke
regelingen zijn:
 dienstregelingstudies,
 overeenkomsten over het tot stand brengen van installaties en bouwwerken op de terreinen
die Keyrail beheert (binnen de eventuele voorwaarden van de vergunning die daarvoor vereist
is, zoals bedoeld in artikel 19 Spoorwegwet),
 overeenkomsten over de toegang tot en het gebruik van wegverkeerswegen op de terreinen
die Keyrail beheert, inclusief parkeergebruik,
 samenwerking bij de ontwikkeling van informatiesystemen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 86 van 178
6 Gebruiksvergoeding
6.1 Inleiding
Dit hoofdstuk omschrijft de algemene regels voor de gebruiksvergoeding die gerechtigden aan
Keyrail verschuldigd zijn in verband met de diensten die zij van Keyrail afnemen voor het
verwerven van capaciteitsrechten en de toegang tot en het gebruik van de door Keyrail beheerde
spoorweginfrastructuur.
6.2 Tariferingsbeginselen
Keyrail stelt de gebruiksvergoedingen vast met inachtneming van de wettelijke bepalingen. Die
bepalingen betreffen:
1. de begrote opbrengsten van de gebruiksvergoeding bedragen niet meer dan de begrote
kosten ter zake van de desbetreffende hoofdspoorweginfrastructuur in dat jaar voor de
exploitant50.
2. Keyrail mag een gebruiksvergoeding overeenkomen die mede strekt ter dekking van door een
ander dan Keyrail gedane uitgaven voor de aanleg van de infrastructuur (voor zover het
hoofdspoorweginfrastructuur betreft die daartoe bij algemene maatregel van bestuur is
aangewezen)51.
3. Keyrail kan een verhoging overeenkomen voor het gebruik van overbelaste
hoofdspoorweginfrastructuur gedurende periodes van overbelasting en voor de kosten van
milieueffecten van het gebruik van hoofdspoorweginfrastructuur die niet in de begrote kosten
van de exploitant zijn opgenomen52.
4. Keyrail kan een korting als bedoeld in artikel 9 van Richtlijn 2001/14/EG overeenkomen53.
5. Keyrail kan een aftrek dan wel bijtelling overeenkomen in verband met optredende
verstoringen en met het oog op verbetering van de prestaties van het spoorwegnet54.
6. Keyrail kan overeenkomen dat de gebruiksvergoeding ook verschuldigd is voor
overeengekomen capaciteit die niet wordt gebruikt55.
7. De overeengekomen gebruiksvergoeding voldoet aan de artikelen 4, vierde en vijfde lid, 7 tot
en met 12 en 26, derde lid, van Richtlijn 2012/34/EU.
De gebruiksvergoedingen worden tussen Keyrail en de gerechtigde overeengekomen en
vastgelegd in de toegangsovereenkomst.
Keyrail waarborgt dat de tarifering voldoet aan de eisen van de Spoorwegwet. Keyrail geeft
spoorwegondernemingen geen inzage in de bedrijfsadministratie van Keyrail.
50
51
52
53
54
55
artikel 62 lid 1 van de Spoorwegwet
artikel 62 lid 2 van de Spoorwegwet
artikel 62 lid 3 van de Spoorwegwet
artikel 62 lid 4 van de Spoorwegwet
artikel 62 lid 5 van de Spoorwegwet
artikel 62 lid 6 van de Spoorwegwet
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 87 van 178
6.3 Tarieven
In deze paragraaf volgt de tarifering van de producten en diensten van Keyrail, te weten
 treinpaden (inclusief prestatieregelingen en annulerings- en wijzigingsregeling),
 gebruik emplacementen voor de functies parkeren en huren,
 overige producten.
6.3.1 Tarifering treinpaden
De tarifering van de treinpaden geschiedt op basis van het aantal gereden treinkilometers.
Differentiatie vindt in 2016 plaats voor:
 het type treinpad,
 het traject (Havenspoorlijn/Kijfhoek/A15-tracé),
 het moment waarop een treinpad wordt besteld.
Het basistarief per gereden treinkilometer bedraagt in 2016 € 2,76 voor treinen < 3000 ton en
€ 3,06 voor treinen ≥ 3000 ton, zowel op de Havenspoorlijn als op het A15-tracé.
Het basistarief per gereden treinkilometer voor het rijden met een losse locomotief bedraagt in
2016 € 1,38 voor de Havenspoorlijn en € 2,76 voor het A15-tracé.
Indien een spoorwegonderneming na een positieve ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail,
zoals beschreven in paragraaf4.3.2.1.4, meer dan één standaardpatroonpad verdeeld krijgt tot
maximaal twee standaardpatroonpaden, dan bedraagt het basistarief per gereden treinkilometer
in 2016 € 5,52 voor treinen < 3000 ton en € 6,12 voor treinen ≥ 3000 ton, zowel op de
Havenspoorlijn als op het A15-tracé.
Alle tarieven zijn nominaal, dat wil zeggen inclusief prijspeilcorrectie en exclusief door de
Rijksoverheid opgelegde extra heffingen.
Naarmate een pad of paden voor een goederentreinen of goederentreinen korter voor het
gewenste vertrek wordt of worden gepland stijgt de tariefopslag ten opzichte van eerder
aangevraagde paden. Voor goederenvervoer dat zich enkel op de Havenspoorlijn afspeelt, is een
aparte tariefcategorie beschikbaar.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 88 van 178
Voor de uiteindelijke berekening van de gebruiksvergoeding worden de genoemde basistarieven
vermenigvuldigd met het van toepassing zijnde percentage in onderstaande tabel. In de tabel zijn
tevens de geldende tarieven vermeld.
effect op tarief * en tarieven per ordermoment
Ordermoment
Besteld en verdeeld in jaardienst en
wijzigingsblad
Besteld en verdeeld bij OSS voor
specifieke dagen
Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding
tot 4 uur voor vertrek
Standaard
Losse loc in
patroonpad
standaard(<3000 ton of patroonpad
≥3000 ton)
op A15-tracé
100%
(=€2,76
of € 3,06)
100%
(=€2,76
of•€ 3,06)
110%
(=€3,04
of € 3,37)
150%
(=€4,14
of € 4,59)
250%
(=€6,90
of € 7,65)
Lokaal HVSL Losse loc pad
pad
HVSL
-
-
-
-
-
-
100%
(=€2,76)
100%
(=€2,76)
100%
(=€ 1,38)
Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding
110%
100%
tussen 4 uur voor vertrek en 90 minuten
(=€3,04)
(=€2,76)
voor vertrek
Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding
150%
110%
tussen 90 minuten uur voor vertrek en 30
(=€4,14)
(=€3,04)
minuten** voor vertrek
*=maal basistarief
**= losse loc paden kunnen tot 15 minuten voor uitvoering worden besteld
100%
(=€ 1,38)
110%
(=€ 1,52)
Overwegingen hierbij zijn:
 aansluiten bij vijf logische ordermomenten, voor drie padtypen met duidelijk onderscheid
voor haven-gebonden en niet haven-gebonden spoorprocessen,
 als de orderaanvraag voor de nieuwe trein minder dan 90 minuten voor vertrek wordt
ingediend bij Keyrail en de orderaanvraag gehonoreerd kan worden binnen de beschikbare
gestelde capaciteit in het laatste 30 minuten voor vertrek.
6.3.2 Wijzigingen van verdeelde treinen in de verkeersleidingsfase
Alle treinen die zijn verdeeld in standaardpatroonpaden door Keyrail en Verkeersleiding Kijfhoek
en alle treinen die zijn verdeeld in lokaal verkeerspaden door Verkeersleiding Kijfhoek zijn
maximaal 20 uur kosteloos te wijzigen voor de eerste drie wijzigingsorders in ISVL tot 30 minuten
voor vertrek zolang het treinnummer is gekoppeld aan dezelfde rijdatum.
Alle losse locomotieven(sets) die zijn verdeeld in losse locpaden door Verkeersleiding Kijfhoek zijn
maximaal 20 uur kosteloos te wijzigen voor de eerste drie wijzigingsorders in ISVL tot 15 minuten
voor vertrek zolang het treinnummer gekoppeld is aan dezelfde rijdatum.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 89 van 178
Voor alle treinpadcategorieën die Keyrail, inclusief Verkeersleiding Kijfhoek, aanbiedt, geldt een
malus voor alle wijzigingsaanvragen in ISVL voor treinen die meer dan drie keer worden gewijzigd
in ISVL, mits het treinnummer gekoppeld is aan dezelfde rijdatum. Zodra het treinnummer niet
gekoppeld is aan dezelfde rijdatum, is er sprake van een annulering en moet een nieuwe order via
ISVL worden ingediend tegen de tarieven uit paragraaf 6.3.1.
Wijzigingen via ISVL in de laatste 30 minuten voor gepland vertrek conform dienstregeling leiden
niet tot een annuleringsmalus, maar wel tot een nieuwe order conform de tarieven voor
treinpaden uit paragraaf 6.3.1 en de opsteltarieven uit paragraaf 6.3.4.
malus voor spoorwegonderneming bij wijzigen via ISVL van reeds verdeeld treinpad
Aantal keren wijzigen
Malus per wijziging
Wijziging in de laatste 30 minuten voor gepland vertrek
conform dienstregeling
Geen annulering, wel
nieuwe ISVL order tegen de
tarieven uit paragraaf 6.3.1
€0
€ 50
€ 100
Eerste drie wijzigingsaanvragen via ISVL
Vierde en vijfde wijzigingsaanvraag via ISVL
Zes en meer wijzigingsaanvragen via ISVL
6.3.3 Annuleringsregeling
In de onderstaande tabellen staan de malussen van de annuleringsregeling. Hierbij wordt
onderscheid gemaakt tussen annuleren door de spoorwegonderneming en het te laat aanbieden
van een alternatief pad door Keyrail.
annuleringsmalus voor de spoorwegonderneming
Annuleren spoorwegonderneming/malus
Ingediend in jaardienst en wijzigingsblad
Standaard
patroonpad
€0
Lokaal HVSL
pad
niet
leverbaar
€0
Ingediend tussen 4 uur voor vertrek en 90
€ 250
minuten voor gepland vertrek
Minder dan 90 minuten voor vertrek tot 30
€ 350
€ 100
minuten voor gepland vertrek
Na 30 minuten voor gepland vertrek *
€ 500
€ 150
*= losse loc paden kunnen tot 15 minuten voor uitvoering worden besteld
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Losse Loc
niet
leverbaar
€0
€ 50
€ 75
Pagina 90 van 178
malus voor Keyrail bij aanbieden alternatief treinpad meer dan twee uur na laatst verdeelde
dienstregeling
Aanbieden alternatief pad
Standaard
patroonpad
Binnen 2-4 uur
Binnen 4-8 uur
Na > 8 uur
€ 250
€ 500
€ 1.000
Randvoorwaarden:
 de annuleringsmalus voor Keyrail geldt alleen als Keyrail veroorzaker is, dat wil zeggen dat er
sprake is van infrastructuurstoringen of foute rijweginstellingen op het Keyrail beheergebied,
 de spoorwegonderneming moet de annulering door Keyrail binnen twee werkdagen na
incident per e-mail melden bij [email protected],
 de annuleringsmalus is uitsluitend bedoeld voor directe vertragingen, vervolgvertragingen
vallen buiten deze regeling,
 deze prestatieregeling geldt alleen voor standaardpatroonpaden. Lokale-verkeerspaden en
losse-locpaden zijn uitgesloten van deze prestatieregeling.
6.3.4 Het gebruik van emplacementen voor opstellen
Het opsteltarief is niet afhankelijk van de lengte en de uitrusting van het spoor. Opstellen op een
locspoor is kosteloos. Dit geldt voor alle locaties. Het onderscheid naar A, B en C locaties is
gebaseerd op de marktvraag naar opstelsporen op deze locaties. De indeling van alle sporen is
terug te vinden in RMS Client. Op alle locaties zijn de eerste 120 minuten kosteloos. Naarmate een
trein of wagenset of wagen langer staat opgesteld loopt het opsteltarief progressief op. De
volgende 120 minuten kennen daarom een hoger tarief en de 240 minuten daarna weer, et cetera.
Het tarief per locatie staat in onderstaande tabel.
Opsteltarieven per minuut per tijdszone per locatie
B
C
Maasvlakte West,
Maasvlakte Oost,
Europoort
Botlek, Pernis
Esso Buiten (Botlek)*,
Waalhaven Oost,
Waalhaven West,
IJsselmonde, Kijfhoek,
CUP Valburg
A
Emplacementen
in categorie
Waalhaven Zuid
Parkeertijdszone in minuten:
0-120
121-240
241-480
481-960
961-1440
>1440
€ 0,000
€ 0,011
€ 0,022
€ 0,044
€ 0,066
€ 0,088
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
€ 0,000
€ 0,007
€ 0,015
€ 0,029
€ 0,044
€ 0,059
€ 0,000
€ 0,004
€ 0,007
€ 0,015
€ 0,022
€ 0,029
Pagina 91 van 178
*Disclaimer: de processporen "Esso Buiten" worden niet verdeeld conform de Spoorwegwet. De
processporen Esso Buiten kunnen gedurende de periode van de jaardienstverdeling wel bij Keyrail
worden gecontracteerd.
6.3.5 Het gebruik van emplacementen ten behoeve van huren
Huursporen worden voorafgaand aan het jaardienstverdelingsproces aangevraagd en verdeeld.
Over de tarieven en termijnen worden bilaterale afspraken tussen Keyrail en de betreffende
Spoorwegonderneming gemaakt. De tariefstijging op de huursporen bedraagt voor alle
gerechtigden 1,5 procent t.o.v. de tarieven in 2015.
6.3.6 Gebruik van openbare laad- en losplaatsen
Voor het gebruik van openbare laad- en losplaatsen behoudt Keyrail zich het recht voor een
vergoeding in rekening te brengen. Hierover zullen spoorwegondernemingen te allen tijd van te
voren worden geïnformeerd.
6.3.7 Toegang tot/gebruik van bovenleiding
Voor de toegang tot/het gebruik van de bovenleiding (gebruik van het tractie-energievoorzieningssysteem) is de spoorwegonderneming een gebruiksvergoeding verschuldigd.
De vergoeding voor het gebruik van de dienst "Toegang tot de bovenleiding" bedraagt in 2016
€0,035643 per afgenomen kWh. In de vergoeding zijn inbegrepen de transportkosten die de
openbare netbeheerders in rekening brengen. De jaarlijkse afrekening energie bovenleiding wordt
door Keyrail gedaan op basis van het aandeel per vervoerder in het gemeten jaarverbruik door
CIEBR.
6.3.8 Toegang tot tankinstallaties
De toegang tot tankinstallaties is onderdeel van het basistarief.
6.3.9 Buitengewoon vervoer
De additionele inspanningen van Keyrail voor de voorbereiding en uitvoering van Buitengewoon
Vervoer, worden op basis van offerte overeengekomen. Het betreft een vergoeding van uren die
Keyrail heeft besteed en een vergoeding van de overige kosten die Keyrail heeft gemaakt (zie ook
bijlage 6 van de netverklaring Gemengde net).
6.3.10 Ondersteunende diensten
De vergoeding voor ondersteunende diensten (zoals bedoeld in hoofdstuk 5.7) geschiedt op basis
van offerte.
6.3.11 Overige tariefonderdelen
Keyrail kan, ter afronding van de coördinatiefase (zie hoofdstuk 4), als gevolg van schaarste een
verhoging van de gebruiksvergoeding toepassen56.
Keyrail kan een toeslag in rekening brengen in verband met gedane uitgaven voor specifieke
investeringsprojecten57.
56
zie Spoorwegwet artikel 62 lid 3 en artikel 7 van het Besluit Capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 92 van 178
6.4 Prestatieregelingen
De prestatieregelingen zijn beschreven in paragraaf 5.6.
6.5 Omzetbelasting en wijzigingen op regelingen uit de netverklaring
Alle tarieven genoemd in dit hoofdstuk zijn exclusief BTW.
Als Keyrail essentiële onderdelen van de in deze netverklaring omschreven gebruiksvergoedingsregelingen wil wijzigen zal Keyrail het concept van de gewijzigde regeling ter consultatie aan
gerechtigden voorleggen. De gewijzigde regeling wordt van kracht tenminste drie maanden nadat
die in een aanvulling op de netverklaring bekendgemaakt is.
6.6 Facturering
Keyrail factureert de gebruiksvergoedingen, de annuleringsmalussen en de kosten als gevolg van
het gebruik van emplacementen voor opstellen op nacalculatiebasis per kalendermaand. Keyrail
factureert de kosten met betrekking tot de toegang tot en gebruik van de bovenleiding per maand
op basis van een voorschot dat is gebaseerd op de verdeelsleutel die wordt gehanteerd door
CIEBR58. Keyrail factureert de huurvergoedingen per maand vooraf.
In sommige gevallen zal Keyrail een zekerstelling of betaling vragen voorafgaand aan de levering,
ter hoogte van de geschatte verschuldigde gebruiksvergoeding over drie maanden. De
betaaltermijn voor het onbetwiste deel van alle facturen dienen uiterlijk dertig dagen na de
factuurdatum te worden betaald. Over verschuldigde betalingen die niet, niet tijdig of niet
volledig betaald zijn wordt wettelijke rente in rekening gebracht. Het is niet toegestaan om
tegenvorderingen van spoorwegondernemingen op Keyrail te verrekenen met uitstaande
facturen van Keyrail. Indien een Spoorwegonderneming bezwaar wenst te maken tegen een
factuur, of hierover inhoudelijke vragen heeft, kan dit via het e-mail adres: [email protected].
57
58
Artikel 8 lid 2 van Richtlijn 2001/14/EG
Coöperatieve Inkoopvereniging Elektriciteit Betuweroute U.A (www.ciebr.nl)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 93 van 178
BIJLAGE 1: Beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail
Overgangen aangaande capaciteitsverdeling en Verkeersleiding van de Keyrail Betuweroute naar
het ProRail gemengde net:
Locatie
Spoor-ID
IJsselmonde EF
in verbinding
Brdv
Rtst
km 42.000
wsl 135 - wsl 911A
Brdv
Rtst
tussen wsl 135 en de kruising met het
spoor tussen wsl 903 en wsl 907B
267e
Rtz
IJsm
sein 960
266c
Rtz
IJsm
sein 962
Zwijndrecht 37
Zwd
Kfh
km 33.700
67
Kfhz
Zwd
sein 1380
68
Kfhz
Zwd
sein 1382
69
Kfhz
Zwd
sein 1384
CC
BRMet Gdm
DD
Gdm
EE
BRMet Zbm
FF
Zbm
BRMet km 346.600
KK
CUP
Nm
km 290.000
HH
CUP
Est
km 190.000
GG
Est
CUP
km 190.000
ZN
BRValo Zv
km 107.200
ZM
BRValo Zv
km 107.200
KL
Zv
Meteren
Elst
Zevenaar
km 147.000
BRMet km 247.000
km 346.600
BRValo km 107.200
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 94 van 178
BIJLAGE 2: Lijst van begrippen
Naam, begrip
Ad-hoc aanvraag
Aslast
Baanvak
Besloten personenvervoer
Buitengewoon Vervoer
Capaciteitsovereenkomst
Definitie
Capaciteitsaanvraag voor infrastructuur t.b.v. vervoer en voor
beheer, als ook voor het afhandelen van verstoringen in de vorm
mutaties op het verdelingsplan dat binnen de ad-hoc fase actueel
is.
Toelichting:
Dit zijn aanvullingen op de capaciteitsverdeling die vastgelegd zijn
in het verdelingsplan van de Jaardienst.
Aslast is het gewicht (in tonnen) per as van een spoorvoertuig
inclusief eventuele belading.
Een baanvak is een opeenvolging van aaneengesloten
dienstregelpunten en vrije banen,
beginnend en eindigend in een dienstregelpunt.
Toelichting:
De begrippen baanvak en traject worden in de praktijk doorgaans
beide en soms ook door elkaar gebruikt.
Besloten personenvervoer is het vervoer van personen per trein,
anders dan openbaar vervoer zoals bedoeld in de Wet
personenvervoer.
Buitengewoon vervoer is vervoer waarbij afmetingen, gewicht of
aard van de lading of het
materieeltype bijzondere technische of exploitatieve maatregelen
vergen. Voor buitengewoon vervoer is een vervoersregeling
vereist.
Capaciteitsovereenkomst is een toegangsovereenkomst waarin
alleen de capaciteit, waarop de gerechtigde aanspraak kan maken,
is vastgelegd zonder recht op toegang en gebruik van de
spoorweginfrastructuur.
Toelichting:
Een capaciteitsovereenkomst kan worden gesloten met een partij
die volgens de wet gerechtigd is tot het sluiten van een
toegangsovereenkomst (bijvoorbeeld een provincie die
vervoerconcessies verleent, of een verlader), maar die niet beschikt
over een bedrijfsvergunning.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 95 van 178
Naam, begrip
Centraal bediend gebied
Conventioneel
goederenvervoer
Dienstregelingsplanning
Emplacement
ERTMS
ETCS
Definitie
Een centraal bediend gebied is een gebied op het spoorwegnet,
waarbinnen de samenhang van rijweginstelling en spoorbezetting
vanuit één systeem wordt bewaakt en waar de bediening van
individuele infraobjecten en de rijweginstelling plaatsvindt vanuit
één centraal punt.
Conventioneel goederenvervoer is goederenvervoer per trein in
een pad met karakteristieken die beantwoorden aan de
specificaties van het standaardpatroonpad van Keyrail.
Dienstregeling
Een dienstregeling is een overzicht van het geplande
railverkeersproduct van alle spoorwegondernemingen in termen
van vertrek-, doorkomst- en aankomsttijden van treinen op
dienstregelpunten. Een dienstregeling heeft altijd een bepaalde
geldigheid.
Toelichting:
Het blijkt dat de term dienstregeling voor van alles en nog wat
wordt gebruikt. Onder andere voor de productgerelateerde
activiteiten en voor het totaal inclusief procesgerelateerde
activiteiten. Een dienstregeling/Infraplan geeft op het gebruik van
het productiemiddel “Infra” invulling aan een dienstregeling.
Tot een emplacement behoren:
a. alle sporen, aangeduid met een cijfer;
b. de spoorgedeeltes van het wisselcomplex;
c. alle aan de sporen als bedoeld sub a en b grenzende sporen tot
een maximale afstand van 200 meter * voor het toegangssein van
dat emplacement, tenzij door de beheerder is
aangegeven middels een bord (SR 302) dat op dit spoor niet kan
worden gerangeerd of beperkingen gelden ten aanzien van het
rangeren.
Toelichting:
Dit is de definitie conform de spoorwegwet.
ERTMS is het Europese gestandaardiseerde beveiligingsysteem
voor het treinverkeer.
Zie ook ETCS en GSM-R
ETCS is een onlosmakelijk onderdeel van het ERTMS en heeft
betrekking op de signalering, zowel naast het spoor als in de
cabine.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 96 van 178
Naam, begrip
FTE
Gebruiksbeperking
Gerechtigde
Gevaarlijke stoffen
GSM-R
Huursporen, huren
Definitie
Het Forum Train Europe (www.fte-rail.com) is een Europees forum
van spoorwegondernemingen voor de internationale
productieplanning en de coördinatie van hun dienstregelingen en
productieplanning in het Europese spoorverkeer.
Een gebruiksbeperking is een afwijking van de normale
gebruikwaarde van de railinfrastructuur, zoals: tijdelijke
snelheidsbeperkingen (TSB’s), toelatingsnormen en
vervoersregelingen, materieel-spooruitsluiting, materieelwisseluitsluiting, belastingbeperking, beperking stroomafname,
beperking milieuvergunning/omgevingsvergunning,
vervoersbeperking, geluidbeperking.
Voorbeelden:
vervoersbeperking: Uitgesloten van reizigersvervoer
(Betuweroute);
beperking milieu/omgevingsvergunning: gevaarlijke stoffen van
klasse 1 mogen niet geheuveld worden.
Volgens de Spoorwegwet is een gerechtigde een natuurlijk persoon
of een rechtspersoon die bevoegd is tot het sluiten van een
toegangsovereenkomst met Keyrail; zie artikel 57 van de
Spoorwegwet
Gevaarlijke stoffen zijn stoffen, die door hun eigenschappen in
geringe hoeveelheid al gevaar opleveren voor mens, dier of milieu,
gedefinieerd naar:
- vervoer conform RID,
- externe veiligheid conform Wet Milieubeheer.
GSM-R is het draadloze telecommunicatienetwerk voor de
spoorsector.
Toelichting:
GSM-R wordt gebruikt als communicatiemedium zowel spraak
(machinist en treindienstleider) als data (tussen de
beveiligingssystemen aan wal en in de trein).
Het gebruik van infrastructuur zonder dat daarbij sprake hoeft te
zijn van een aantoonbare relatie met het vervoersproces.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 97 van 178
Naam, begrip
Knooppunt
Laad- en losplaatsen
(openbare -)
Netwerkconfiguratie
Niet-centraal bediend
Gebied
Opstellen
Overloopvoorzieningen
Definitie
Een knooppunt is een dienstregelpunt of een verzameling
(naburige) dienstregelpunten die een rol spelen bij de processen
van treindienst.
Er zijn drie soorten knooppunten:
- infraknooppunt: proces = planning, verdeling en vrijgeven van
infra; een knooppunt, waar minimaal drie vrije banen samenkomen
is ook een infraknooppunt.
- materieelknooppunt: proces = planning en uitvoering van
materieelbehandelingen en rangeren.
- personeelknooppunt: proces = planning en besturing van de
personeelsdiensten.
Openbare laad- en losplaatsen zijn locaties niet zijnde private
terminals waar goederen op of in wagons kunnen worden geladen
en/of gelost.
De netwerkconfiguratie (macro topologie) is de weergave van het
netwerk van de railinfrastructuur op het niveau van
dienstregelpunten (emplacementen, stations, haltes,
aansluitingen, bruggen etc.) en de vrije banen.
Hierin fungeren de dienstregelpunten als knopen en de vrije banen
als de takken. Hierin is een extra verfijning aan te brengen door de
takken (hier de vrije banen) nader te preciseren tot de afzonderlijke
vrijebaansporen. Deze verfijning is voor sommige plannings- en
capaciteitsverdelingsfuncties nuttig wegens het iets verhoogde
detailniveau, ter voorkoming van conflictsituaties. Zie ook de
Definitie van “vrije baan”.
Een niet centraal bediend gebied is een gebied op het
spoorwegnet, waarbinnen de samenhang van rijweginstelling en
spoorbezetting niet vanuit één systeem wordt bewaakt en waar de
bediening van individuele infraobjecten en de rijweginstelling
lokaal plaatsvindt onder de supervisie van de treindienstleider met
minimale bevoegdheid.
Opstellen is het tijdelijk laten staan van materieel dat tijdens die
stilstand niet opgenomen is in de dienstregeling en geen
rangeerbewegingen uitvoert.
Een overloop is een voorziening om op een vrije baan van spoor te
wisselen via (minimaal 2) wissels.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 98 van 178
Naam, begrip
Pad
Prestatieregeling
Rangeerbeweging
RNE
Slot
Spoor
Spooraansluiting
Spoorwegonderneming
Spoor- en
Baanvakgeometrie
Definitie
Een pad is een beweging als conflictvrije invulling voor een slot.
Volgens Richtlijn 2001/14/EG is een treinpad: De infracapaciteit die
nodig is om een trein in een bepaald tijdvak tussen twee plaatsen
te laten rijden. Synoniem:treinpad, standaardpatroonpad.
Toelichting:
De lijn voor een trein op de tijd-weggrafiek tussen begin- en
eindpunt en de daarbij behorende vertrek- en aankomsttijdstippen,
binnen de daarvoor beschikbare infracapaciteit (dus in die zin
conflictvrij).
Een regeling inzake de wederkerige prestaties van de beheerder of
de exploitant en de spoorwegonderneming; een
vergoedingssysteem kan daarvan deel uitmaken.
Een verkeersbeweging binnen de begrenzing van een
emplacement of een materieelknooppunt.
RailNetEurope is een Europees samenwerkingsverband van
beheerders van spoorweginfrastructuur op het gebied van
capaciteitsverdeling en operatie. Binnen RNE worden o.a. de
internationale dienstregelingsaanvragen gecoördineerd en
afgestemd. (www.rne.eu).
Een slot is een in tijd en ruimte aaneengesloten samenstel van één
of meer infracapaciteitseenheden, dat ruimte biedt aan een geldig
infragebruiksdoel van de railinfrastructuur.
Een spoor is een ononderbroken, benaamd deel van een spoortak,
eenduidig begrensd door daarvoor geldige spoorgrenzen en
bedoeld als van- of naar-locatie voor een beweging, danwel als
opstelplaats voor materieel.
Een spooraansluiting is een aansluiting van het terrein van één
bedrijf door middel van een spoor en een wissel aan het
spoorwegnet
Een onderneming waarvan de (voornaamste) activiteit bestaat uit
het leveren van spoorwegvervoerdiensten voor goederen of
reizigers en die beschikt over tractie om de bedoelde diensten te
verzorgen alsmede iedere andere onderneming die gebruik maakt
of beoogt te maken van de spoorweg en ook beschikt over tractie.
Spoor- en baanvakgeometrie is de ligging van sporen en
baanvakken uitgedrukt in meetkundige termen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 99 van 178
Naam, begrip
Definitie
Stilstaan (parkeren, huren) Stilstaan is het gebruik van infrastructuur voor logistieke processen
die geen rechtstreeks verband hebben met een dienstregeling dan
wel vervoersproces. Er is sprake van parkeren buiten procestijden.
Storing
Niet- of niet juist werkende functionaliteit van de
spoorweginfrastructuur.
Tankplaat
Een tankplaat is een bodembeschermende voorziening ten
behoeve van het tanken van spoorvoertuigen, al of niet voorzien
van een tankinstallatie.
Tankinstallatie
Een tankinstallatie is een installatie voor de opslag van brandstof,
inclusief de mogelijkheden om spoorvoertuigen van brandstof te
voorzien op een milieuverantwoorde wijze.
Toegangsovereenkomst
Een toegangsovereenkomst is een overeenkomst tussen Keyrail en
een gerechtigde over het gebruik van capaciteit en bevat in ieder
geval bedingen over:
a. de door Keyrail te bieden kwaliteit van de
hoofdspoorweginfrastructuur,
b. de gebruiksvergoeding.
Zie ook art. 59 van de Spoorwegwet
Tonmetergewicht
Een tonmetergewicht is het gewicht in tonnen dat een trein
gemiddeld per strekkende meter weegt.
Traject
Verbinding tussen twee plaatsen met betrekking tot voer- of
vaartuigen die de betreffende weg geregeld afleggen
Treindienst- en
Organisatie van mensen en systemen, die gericht is op het:
Verkeersleiding
- zorgen voor spoorwegveiligheid,
- toedelen en verdelen van railinfrastructuurcapaciteit in de
operationele fase,
- vrijgeven van rijwegen aan infrastructuurgebruikers,
- bij verschil tussen gevraagde en beschikbare rijwegen het
procesplan rijwegen opnieuw vaststellen en hierover informatie
verstrekken,
- bij een calamiteit nemen van de juiste maatregelen en vervolgens
melden van de calamiteit.
Treinpad
Synoniem: zie pad
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 100 van 178
Naam, begrip
Verkeersgebruik
Definitie
Verkeersgebruik is het gebruik van de capaciteit van de
infrastructuur voor verkeer. Dit in tegenstelling tot het gebruik van
de infrastructuur voor beheer.
Toelichting:
Verkeer is te onderscheiden in rijdend en stilstaand verkeer.
Beheer is het maken, onderhouden en vernieuwen van de
infrastructuur.
Verkeersinformatie
Informatie over de verkeersstatus op de
hoofdspoorweginfrastructuur, zonder specifieke informatie op
treinniveau. Dit betekent dat Keyrail aangeeft hoe de situatie is en
zal zijn (bijvoorbeeld twee sporen versperd, geen treinverkeer
mogelijk), waarbij tevens het aanbod/realisatie van vervoer wordt
aangegeven; aanbod/realisatie wordt daarbij
treinseriegewijs/treinnummergewijs aangegeven. Dit is een
verantwoordelijkheid van Keyrail (bijsturing treinverkeer).
Keyrail verstrekt deze verkeersinformatie aan de
spoorwegondernemingen in het kader van het Basistoegangspakket volgens de bij de toegangsovereenkomst overeengekomen
communicatieafspraken.
Verstoring
Een verstoring is een afwijking van een trein op het verdelingsplan
op een dienstregelingspunt boven een vastgestelde normwaarde.
Er zijn drie soorten verstoringen:
1. vertragingen groter dan of gelijk aan de
onregelmatigheidvertragingsnorm,
2. opheffing waarvoor geen order normale treindienst is ingediend,
3. omleiding waarvoor geen order normale treindienst is ingediend.
Toelichting:
Zie artikel 23 lid 1 van het Besluit Spoorverkeer.
Voorverwarming
Voorverwarming is het inschakelen van de verwarming voor
dieselmotoren in een spoorvoertuig.
Wielbandonregelmatigheid Een wielbandonregelmatigheid is een beschadiging in het loopvlak
van een treinwiel.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 101 van 178
BIJLAGE 3: Consultatieverslag
Pro Memorie
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 102 van 178
BIJLAGE 4: Baanvakken met gebruiksbeperkingen
In deze bijlage zijn alle situaties vermeld, waarin, in afwijking van het interoperabiliteitsprincipe,
een bepaalde soort verkeer of vervoer op een baanvak is uitgesloten. Daarnaast kunnen bij het
gebruik van baanvakken ook nog andere – niet in deze bijlage vermelde – beperkingen van
toepassing zijn (zoals snelheidsbeperkingen of beperkingen in rijwegkeuze) die evenwel geen
uitsluitend karakter hebben. Keyrail verschaft spoorwegondernemingen op verzoek nadere
informatie over alle geldende functionele/capacitaire beperkingen voor het gebruik van
baanvakken en emplacementen.
nr
1
Baanvak
Botlek-Maasvlakte
object
Botlekspoortunnel
Gebruiksbeperking
- Rollend materieel met maximumsnelheid
lager dan 80 km/u wordt in beginsel over de
Botlekbrug ingelegd in verband met
strandingsgevaar. Voor rollend materieel kan
een uitzondering worden gemaakt indien de
tractie/tonnage hellingshoek toereikend is.
- Tijdens de neergaande helling mag alleen de
tractie ingeschakeld worden wanneer de
snelheid van de trein lager is dan de ter plaatse
aangegeven adviessnelheid. De
spoorwegonderneming zorgt ervoor dat de
maximumsnelheid geldende op het diepste
punt van de tunnel niet overschreden wordt.
2
Barendrecht
aansluiting –
Kijfhoek
aansluiting Noord
goederensporen
(BE, CE en DE) in
overkluizing
Barendrecht
Personenvervoer is niet toegestaan
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 103 van 178
3
Kijfhoek – Zevenaar tunnels en
geluidsschermen
Betuweroute
4
CUP ValburgNijmegen
Betuweroute
5
CUP Valburg-‘sHertogenbosch
Betuweroute
- Personenvervoer is niet toegestaan.
- Bij extreme weersomstandigheden kan Keyrail
aanwijzingen geven terzake van verkeer in
verband met bijvoorbeeld de beschikbaarheid
van bluswater. Extreme weersomstandigheden
worden aangemerkt als storingen zoals bedoeld
in artikel 7.1 van de Algemene Voorwaarden.
spoor
Treinlengte inclusief tractie ten hoogste 513 m.
in verbindingsboog
nabij Elst richting
Nijmegen vice versa
sporen
Treinlengte inclusief tractie ten hoogste 495 m
in verbindingsboog (spoor E) respectievelijk 634 m (spoor F).
nabij Meteren
richting
’s-Hertogenbosch
(v.v.)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 104 van 178
BIJLAGE 5: Algemene klachten- en geschillenregelingen
Artikel 1.
1. Indien één der partijen meent dat de andere partij de toegangsovereenkomst niet of niet juist
nakomt en getracht is om het vermeende al dan niet nakomen van de toegangsovereenkomst
door mondeling overleg met de wederpartij te verhelpen, kan deze partij een schriftelijke klacht
indienen bij de persoon van de wederpartij die verantwoordelijk is voor dat deel van de uitvoering
van de toegangsovereenkomst waarop de klacht betrekking heeft.
2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert de ontvangende partij
schriftelijk binnen twee werkdagen met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter
oplossing van de klacht waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost
wordt.
3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien beide partijen instemmen met de gekozen
oplossing van de klacht.
4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks
schriftelijk aan de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding
(http://www.keyrail.nl/customer_service) van het geschil wordt het geschil en de
ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven wat de
standpunten van beide partijen met betrekking tot het geschil zijn.
5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf
werkdagen na ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen.
Afhandeling van geschillen geschiedt bij Keyrail op het niveau van afdelingsmanagement en bij de
spoorwegonderneming op een daartoe door de spoorwegonderneming gekozen
managementniveau. Indien partijen ervoor kiezen kan een geschil aan een ander
managementniveau worden voorgelegd.
6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing.
7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing
van de klacht en/of het geschil te komen.
Artikel 2.
1. Alle geschillen, met uitzondering van de geschillen als bedoeld in de geschillenregeling
capaciteitsverdeling, welke mochten ontstaan naar aanleiding van de toegangsovereenkomst en
die niet op grond van Artikel 1 van deze Algemene Klachten- en Geschillenregeling minnelijk
geschikt kunnen worden, worden beslecht overeenkomstig Artikel 29 van de Algemene
Voorwaarden toegangsovereenkomst.
2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende
zaken een geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in Artikel 29 van de Algemene
Voorwaarden aangewezen instantie.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 105 van 178
Artikel 3.
1. Indien een belanghebbende meent, dat Keyrail hem oneerlijk heeft behandeld, gediscrimineerd
of anderszins heeft benadeeld bij de vaststelling van de Netverklaring, in het bijzonder bij de
verwerking van de zienswijze, die hij naar aanleiding van het ontwerp van de netverklaring aan
Keyrail heeft kenbaar gemaakt, kan deze belanghebbende een schriftelijke klacht indienen bij de
Directie van Keyrail.
2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert Keyrail schriftelijk binnen twee
werkdagen met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter oplossing van de klacht
waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost wordt.
3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien klager en Keyrail instemmen met de
gekozen oplossing van de klacht.
4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks
schriftelijk aan de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding van het geschil wordt de
het geschil en de ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven
wat de standpunten van beide partijen met betrekking tot het geschil zijn.
5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf
werkdagen na ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen.
6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing.
7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing
van de klacht en/of het geschil te komen.
Artikel 4.
1. Alle geschillen omtrent de Netverklaring, welke niet op grond van artikel 3 minnelijk geschikt
kunnen worden, kunnen overeenkomstig artikel 71, lid 1 Spoorwegwet worden voorgelegd aan de
ACM.
2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende
zaken een geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in artikel 71, lid 1 Spoorwegwet
aangewezen ACM.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 106 van 178
BIJLAGE 6: Operationele voorwaarden, werkwijze onrechtmatig
gebruik huursporen, operationele regels ketenregie, huisregels
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 107 van 178
DEEL A: ALGEMEEN
Onderstaande voorwaarden zijn Betuweroute-specifiek. Voor de overige onderwerpen gelden de
Operationele Voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 (versie 1 september 2014).
1. Verkeersafwikkeling
1.1. Bijsturing
Bij ontregelingen herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit over de
betrokken spoorwegondernemingen. De technische ontwerpnormen (zie bijlage 16 van de
Netverklaring) en de treinpadencatalogus vormen hiervoor het kader.
Keyrail kan op verzoek van individuele spoorwegondernemingen of combinaties daarvan
specifieke afhandelingsafspraken maken, mits de afspraken zich in positieve zin verhouden tot de
in artikel 16 lid b59 van de Spoorwegwet genoemde verplichting van de beheerder.
Indien zich een ontregeling voordoet waarover op voorhand een specifieke afhandelingsafspraak
is gemaakt, herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit volgens deze
afspraak. In geval van ontregelingen waarover géén specifieke afspraken zijn gemaakt,
herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit volgens de basisafspraken.
Het aspect bijsturing heeft raakvlakken met de prestatieregelingen in hoofdstuk 6.
1.1.1. Basisregels bijsturing Betuweroute
Algemeen
Vertraging kan diverse oorzaken hebben. De basisregels voor bijsturing staan echter los van die
oorzaken zo lang het dienstregelingsysteem van dat moment geen aanpassing behoeft anders
dan een tijdelijk aangepaste tijdligging. Overschrijdt een trein zijn vertragingsmarge, dan vervalt
het recht op het geplande treinpad en maakt Verkeersleiding Kijfhoek een herplanning voor deze
trein op specificatie van de betrokken spoorwegonderneming. Een herplande trein heeft dezelfde
status als andere treinen in het actuele verdelingsplan.
Basisregels
De “basisregels” dekken een substantieel deel van de voorkomende ontregelingen af. Keyail
hanteert drie niveaus van bijsturing.
59
“Het beheer omvat de zorg voor een eerlijke, niet-discriminerende verdeling van de capaciteit van de infrastructuur […] ten behoeve
van de spoorwegondernemingen”.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 108 van 178
Niveau 1:
Zo lang er voldoende capaciteit is (cq voldoende beschikbare treinpaden zijn) handelt Keyrail het
actuele dienstregelingsmodel vertraagd af conform het beginsel van het “minimaliseren van de
integrale vertraging”, totdat het systeem na verloop van tijd weer in zijn oorspronkelijke planning
terugkeert.
Niveau 2:
Indien voldoende capaciteit ontbreekt (dit kan zich voordoen op lokaal niveau maar ook op het
niveau van het gehele net van Keyrail) treedt Keyrail in overleg met ProRail Verkeersleiding en/of
DB Netze om te bezien of herroutering via andere netten mogelijk is.
Niveau 3:
Indien voldoende capaciteit ontbreekt, en op het gemengde net is geen geschikte capaciteit voor
handen (zie niveau 2), hanteert Keyrail het beginsel van “fair share”. Binnen dit beginsel krijgen
uitgaande treinen voorrang boven binnenkomende treinen. Treinen van andere
spoorwegondernemingen hebben voorrang op de vertraagde of gestrande trein van de ene
spoorwegonderneming.
Keyrail streeft er naar om verdringing tussen treinen in het gebruik van geplande infracapaciteit te
voorkomen, tenzij verdringing bijdraagt tot een sneller herstel van de gewone dienstregeling.
Van verdringing is sprake als:
 de afhandeling van een vertraagde trein er toe leidt dat aanliggende (benutte) treinpaden
hinder ondervinden;
 de treinen in een andere volgorde (moeten) gaan rijden.
Bijzondere omstandigheden
Wanneer Verkeersleiding Kijfhoek zich genoopt ziet (of door een of meer partijen daartoe
verzocht wordt) van de basisregels af te wijken geschiedt dit uitsluitend na overleg met alle
betrokken partijen.
1.1.2 Trajectgedeelte Zevenaar – Zevenaar Grens
Bijsturing op dit trajectgedeelte vindt plaats volgens de SLA ProRail-Keyrail. Zie voor een
samenvatting van de daarin genoemde basisprincipes bijlage 7.
1.1.3 Monitoring
Keyrail zal het resultaat van het te voeren overleg met de betrokken spoorwegondernemingen
opnemen in deze netverklaring.
1.1.4 Beslisboom
Zie volgende bladzijde.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 109 van 178
1
Berijdbaar
aangepaste
snelheid?
nee
Treindienst stopt
op dit deel van de
infra
nee
Gewone
systeemstoring
Import van
vertragingen
Infrastoring
sein, wissel,
brug, bladval
Andere
rijwegen
mogelijk?
Materieelstoring,
trein blijft
staan
Staat trein
in de weg?
2
nee
Treindienst gaat
ongehinderd verder
ja
Andere
rijwegen
mogelijk?
ja
Treindienst stopt
op dit deel van de
infra
nee
ja
ja
Treindienst gaat
ongehinderd verder
Potentiële
effecten op
treindienst?
nee
= als andere treinen buiten hun pad (moeten) gaan rijden
ja
Specifiek
afhandelingsscenario?
ja
Voldoende
capaciteit?
nee
Specifiek
afhandelingsscenario?
ja
ja
nee
Toepassing
specifiek scenario
Basisregels:
vertraagd in stand
houden
nee
Overleg met
ProRail daarna
Fair Share principe
Toepassing
specifiek scenario
1
Proces
Control zet parallel proces in gang : functieherstel. Dit proces eindigt met een vrijgavemelding door de procesaannemer
VL VL Kfh
2
Proces Control geeft – indien nodig – aanwijzing aan spwo tot herstel. Eventueel trein weg laten zetten om probleem te isoleren buiten de normale treindi
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 110 van 178
1.1.5 Wijzigingsprocedure bijsturingsafspraken
De noodzaak voor de invoering van een specifieke afhandelingsstrategie of wijziging van de in
deze paragraaf genoemde basisregels kan worden geconstateerd door een
spoorwegonderneming of door Keyrail. Een spoorwegonderneming kan een verzoek tot wijziging
indienen bij het Customer Service van Keyrail op e-mailadres [email protected] .
Keyrail zal een concept voor een nieuwe afhandelingsstrategie opstellen en die voorleggen aan
alle betrokken belanghebbenden.
De spoorwegondernemingen hebben de gelegenheid om binnen 10 werkdagen te reageren op het
voorstel van Keyrail, waarna Keyrail de nieuwe afhandelingsstrategie vaststelt.
De nieuwe strategie wordt van kracht met ingang van een nieuwe wijzigingsbladperiode.
Tot het moment dat de nieuwe afhandelingsstrategie definitief is hanteert Keyrail de bestaande
regels.
1.1.6 Nieuw toetredende spoorwegondernemingen
Nieuw toetredende spoorwegondernemingen vallen onder de vigerende afhandelingsstrategieën.
Indien een nieuw toetredende spoorwegonderneming van mening is dat de afhandelingsstrategie
moet worden gewijzigd, kan hij een verzoek tot wijziging als bedoeld in paragraaf 1.1.5 indienen
bij Keyrail.
1.2 Vertrekprocedure
Stap 1: Voormelding van gewijzigde TBT aan Verkeersleiding uiterlijk 30 minuten voor vertrek
De spoorwegonderneming meldt uiterlijk 30 minuten voor vertrek voorziene vertragingen en
wijzigingen van de karakteristieken
(waaronder lengte en tonnage) van een trein, die zijn vastgelegd in de treinbewegingstabel (TBT)
aan Verkeersleiding Kijfhoek op het moment dat redelijkerwijs te voorzien is dat de trein niet
meer in het overeengekomen pad kan rijden.
stap 2: Levering wagenlijst uiterlijk 15 minuten voor vertrek
De spoorwegonderneming draagt er zorg voor dat de wagenlijst uiterlijk 15 minuten voor vertrek
in bezit van Keyrail is. De wagenlijst wordt ingediend via OVGS. Keyrail ontvangt automatisch een
bevestigingsmail van OVGS in verband met ontvangst wagenlijst. De wagenlijst dient de
informatie te bevatten zoals omschreven in de ‘Handleiding aanleveren beladingsgegevens’ zoals
gepubliceerd op www.keyrail.nl.
Keyrail beschouwt treinen waarvan 15 minuten voor vertrek geen wagenlijst aanwezig is als
geannuleerd door de spoorwegonderneming.
Keyrail belegt de afweging voor het spoorgebruik, op basis van de wagenlijst, bij Verkeersleiding
Kijfhoek. Verkeersleiding Kijfhoek geeft een eventuele beperking van de rijweginstelling mee aan
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 111 van 178
de treindienstleider. Verkeersleiding Kijfhoek hanteert de wagenlijst voor zowel vertrekkend als
binnenkomend verkeer60.
Stap 3: Melding van onvoorziene vertrekverhindering door de machinist
De machinist meldt treindienstleider iedere omstandigheid die ertoe leidt dat zijn trein niet (of
niet meer) op de overeengekomen tijd kan vertrekken, zo spoedig mogelijk na de constatering
van die omstandigheid.
stap 4: Levering treinpad door Keyrail (30 seconden voor vertrek)
Van levering van een treinpad is sprake als Verkeersleiding uiterlijk 30 seconden voor het
laatstelijk overeengekomen vertrektijdstip het sein uit de ‘stand stop’ zet.
stap 5: Daadwerkelijk vertrek door de spoorwegonderneming
De spoorwegonderneming is verplicht om binnen drie minuten, na levering van het treinpad door
Verkeersleiding, daadwerkelijk te vertrekken. Indien de trein niet binnen drie minuten vertrekt is
Keyrail gerechtigd om het sein in bijzondere omstandigheden te herroepen (zie hierna).
Bijzondere omstandigheden
Verkeersleiding mag het sein terugbrengen in de stand stop:
 bij gevaar,
 in geval van bijsturing, nadat er contact is geweest met de machinist,
 wanneer de treindienstleider er zeker van is dat er geen machinist aanwezig is op of bij de
trein.
In het laatste geval dient de spoorwegonderneming een nieuwe capaciteitsvraag in te dienen.
2. Milieu
Bij afspraken voor informatielevering in het kader van de aanvraag of wijziging van c.q. het
opereren onder een milieuvergunning/omgevingsvergunning wordt van de spoorwegonderneming verwacht dat die binnen de per geval gestelde termijnen de gevraagde informatie
levert. Deze informatie betreft de voor milieuvergunning/omgevingsvergunning relevante
processen en activiteiten die de spoorwegonderneming op het desbetreffende emplacement
uitvoert, of wil gaan uitvoeren.
60
Voor wat betreft binnenkomend verkeer zal Keyrail overleg voeren met de andere beheerders om de wagenlijst uit te breiden met
treinlengtegegevens
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 112 van 178
3. Overig
3.1 Procedure voor de bediening van infra-elementen (inclusief ERTMS)
Alle spoorwegondernemingen die een toegangsovereenkomst hebben gesloten met Keyrail
dienen er voor te zorgen dat in voorkomende situaties het bedienen van infra-elementen door het
betrokken personeel (rechtmatige gebruikers) van de spoorwegondernemingen plaatsvindt op
oordeelkundige wijze. De wijze van bediening is vastgelegd in gebruiksvoorschriften.
Spoorwegondernemingen dienen er voor te zorgen dat de desbetreffende medewerkers de
betrokken gebruiksvoorschriften kennen en dat zij deze voorschriften naleven. Iedere
spoorwegonderneming dient zich dan ook via de OSS van Keyrail op de hoogte te stellen van de
voor zijn medewerkers van toepassing zijnde gebruiksvoorschriften. Het betreft hier bijvoorbeeld
de bediening van een wisselgrendel, maar ook procedures rondom ERTMS, zoals ERTMS
Keymanagement. De gebruiksvoorschriften richten zich tot de directe en indirecte gebruikers, en
omvatten ook de maatregelen ter waarborging van de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de
specifiek informatie die bij het gebruik van bepaalde infrastructuurelementen wordt gewisseld.
3.2 Lokale bedrijfsregels
Keyrail hanteert lokale bedrijfsregels ter bevordering van een veilige en efficiënte afwikkeling van
het treinverkeer waarbij rekening gehouden worden met lokale omstandigheden. Deze lokale
bedrijfsregels zijn te vinden in bijlage 22. Als aanvullende dienstverlening biedt Keyrail op de
internetsite www.keyrail.nl een overzicht aan met daarin de relevante operationele eisen uit de
omgevingsvergunningen. Bij afwijkingen tussen de vergunningen en voorschriften enerzijds en de
lokale bedrijfsregels anderzijds prevaleren altijd de vergunningen en voorschriften.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 113 van 178
DEEL B PROCEDURE ONRECHTMATIG GEBRUIK
HUURSPOREN
Indien een onderneming een spoor bij Keyrail huurt, betekent dit dat de betreffende onderneming
het gehuurde spoor exclusief mag gebruiken, met uitzondering van calamiteiten. Andere partijen
hebben geen recht op en toegang tot gebruik van het gehuurde spoor. Het betreft gebruik van
infrastructuur zonder dat daarbij sprake hoeft te zijn van een aantoonbare relatie met het
vervoersproces. Een huurspoor wordt door middel van een huurovereenkomst overeengekomen
tussen Keyrail B.V. en een gerechtigde61.
Indien een andere spoorwegonderneming met toestemming van de initiële huurder kortstondig
gebruik maakt van het gehuurde spoor, dan geeft initiële huurder dit schriftelijk aan bij Keyrail
Customer Servicedoor middel van e-mail aan [email protected]. Het is wettelijk niet toegestaan
huurspoorcapaciteit onder te verhuren aan derde partijen. Gerechtigden die houder en gebruiker
van verdeelde capaciteit zijn, mogen derhalve die capaciteit niet overdragen aan andere
gerechtigden. Indien de huurder de verdeelde huursporen niet meer nodig heeft, moet de
capaciteit binnen de kaders van de huurovereenkomst worden teruggegeven aan Keyrail
Capaciteitsverdeling via een e-mail aan [email protected]. Indien een andere spoorwegonderneming
zonder toestemming van de initiële huurder een huurspoor gebruikt, is onderstaande van
toepassing :
 de huurder geeft het onrechtmatig gebruik bij Keyrail Customer Service aan door middel
van een brief of e-mail aan [email protected]. Hierbij moet de huurder de wagennummers
aangeven en of het RID wagens betreft, inclusief de AVV-beplakking (blauw/rood inclusief
code) op de wagens en de gevaaridentificatiecode (GEVI) en het stofidentificatienummer
(UN) op het oranje kemlerbord. Altijd voorzien van foto’s;
 Keyrail Customer Service neemt contact op met de onrechtmatige gebruiker. Indien deze
niet bekend is, e-mailt Keyrail Customer Service de hierboven weergegeven gegevens
naar alle spoorwegondernemingen, met de melding dat het spoor binnen 24 uur schoon
gemaakt moet worden. Deze tijdstermijn geldt niet in het weekend en op feestdagen.
Meldingen in het weekend en feestdagen worden op de eerstvolgende werkdag verwerkt
door Keyrail;
 indien de onrechtmatig gebruiker niet aan de opgelegde termijn kan dan wel wil voldoen,
dan draagt Keyrail zorg voor wegslepen c.q. shunten van de aanwezige treindelen tenzij
uit etikettering van voertuigen blijkt dat deze beladen zijn met gevaarlijke stoffen:
o de gerechtigde wiens spoor onrechtmatig wordt gebruikt, is na melding aan
Keyrail Customer Service zelf eerst gerechtigd is de onrechtmatig opgestelde
wagen(s) van zijn huurspoor te (laten) rangeren,
o indien de gerechtigde wiens spoor onrechtmatig wordt gebruikt zelf de
onrechtmatig opgesteld wagen(s) niet van zijn huurspoor wenst te rangeren,
neemt Keyrail Customer Service contact op met een tractieleverancier die
61
artikel 57 van de Spoorwegwet, in combinatie met artikel 2 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 114 van 178



onderdeel uitmaakt van het shunting agreement en die tractie beschikbaar heeft
voor het wegslepen c.q. shunten van de trein/treindelen naar een door
Verkeersleiding te bepalen locatie op hetzelfde emplacement,
o de tractieleverancier voert de wegsleepopdracht uit en zendt direct na uitvoering
van de wegsleepopdracht een e-mail met een schriftelijke bevestiging van de
uitvoering van de wegsleepopdracht aan de verkeersleider
([email protected]) en Keyrail Customer Service ([email protected]), met
in ieder geval de correcte gegevens van de wagennummers en het spoor op
hetzelfde emplacement waarop de wagens c.q. trein zijn opgesteld,
Verkeersleiding is verantwoordelijk voor de juiste en tijdige IGS registratie. De volledige
aansprakelijkheid voor de trein/treindelen vervalt na het uitvoeren van de
wegsleepopdracht, conform de shunting agreement artikel 7: ‘Opdrachtnemer is
aansprakelijk voor schade ontstaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zijnde
uithalen of plaatsen. Voor schade als gevolg van de rangeerwerkzaamheden die optreedt na
de volledige loskoppeling is de Opdrachtnemer niet aansprakelijk, tenzij opdrachtgever
bewijst dat de schade is ontstaan als gevolg van schuld of grote nalatigheid van
Opdrachtnemer en/of diens ondergeschikte tijdens de uitvoering van de
Rangeerwerkzaamheden. Partijen zullen elkaar terzake vrijwaren’;
de shuntende tractieleverancier stuurt de factuur naar Keyrail, conform de prijzen uit de
shunting agreement. Keyrail betaalt deze en belast deze vervolgens door aan de
onrechtmatige gebruiker conform de prijzen uit de shunting agreement plus 25%
administratiekosten,
indien de voertuigen niet te shunten zijn (om wat voor reden dan ook), dan is de
onrechtmatig gebruiker verplicht om de rechtmatige huurder de volgende kosten te
vergoeden: één maand huurkosten, plus een vergoeding per dag conform onderstaande
tabel:
Overschrijding
1-6 dagen
7-13 dagen
14- dagen
Tarief per dag of gedeelte daarvan,
ongeacht locatie
3*dagtarief parkeren locatie A
5*dagtarief parkeren locatie A
7*dagtarief parkeren locatie A
Op www.keyrail.nl is een actueel overzicht van verhuurde en nog beschikbare huursporen te
vinden.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 115 van 178
DEEL C OPERATIONELE REGELS KETENREGIE
Ambitie:
Het (internationale) railgoederenvervoer verloopt via verschillende schakels. Het gezamenlijk doel
is de goederen veilig, efficiënt en betrouwbaar naar de bestemming te transporteren. Dit vraagt
om een integrale planning en afstemming met opeenvolgende partners in de logistieke keten. De
ketenpartners hebben als focus de naadloze aansluiting van het vervoersproces: van begin tot
eind voor alle treinen. We werken daarbij klant- en marktgericht.
Om de markt zo goed mogelijk te bedienen, maken we heldere afspraken over de planning en
uitvoering van het transport over het spoor. Eenieder anticipeert op afwijkingen en Keyrail
coördineert de optimalisering van de integrale planning.
Door regelmatig de prestaties en de ketenafspraken te evalueren met de ketenpartners,
verbeteren we continu de prestaties van het spoorproduct. Waar nodig worden structurele
verbeterpunten gezamenlijk gerealiseerd.
De ingebruikname van de Tweede Maasvlakte leidt tot een grote groei van het
spoorgoederenvervoer. Omdat de capaciteit van de railinfrastructuur beperkt is, kunnen we die
groei alleen faciliteren door een strakke regie te voeren op de beschikbare capaciteit van het
spoor en het spoorvervoer. Veiligheid, efficiëntie en betrouwbaarheid staan hierbij centraal.
Doel:
Om de ambitie te kunnen realiseren en daarmee de markt zo goed mogelijk te bedienen zijn, is
voor de samenwerking in de spoorketen in directe relatie tot de Betuwerouteroute een set met
heldere afspraken over de planning en uitvoering van het transport over het spoor
overeengekomen tussen de ketenpartners. Deze set met afspraken is vastgelegd in de
onderstaande operationele regels. Deze zijn het resultaat van een goede onderlinge afstemming
tussen de partijen die zijn benoemd in de hieronder beschreven scope. De operationele regels
ketenregie zijn gepubliceerd op:
http://www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk_item/t/operationele_spelregels_ketenregie_haven
spoorlijn
Scope:
- Intermodaal vervoer
- Participerende partijen:
o Keyrail
o RSC Waalhaven, ECT en Euromax
o Alle intermodale vervoerders met een toegangsovereenkomst Betuweroute
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 116 van 178
Regel 1. Integrale planning
De integrale planning met naadloos aansluitende treinpaden, emplacementslots en terminalslots
vormt de basis van ketenregie. We maken een integraal plan dat goed uitvoerbaar is in de praktijk.
Het uitgangspunt is dat de planning altijd goed moet zijn. Hoe minder we hoeven bij te sturen, des
te kleiner is de kans op verstoringen.
Keyrail en de terminals maken ieder wijzigingsblad een integrale planning.
Het terminalslot is gebaseerd op:
− de aanvragen van de vervoerders dan wel intermodale operators,
− een actuele inschatting van de aantallen te lossen dan wel te laden containers,
− de normtijden in de definitie van het terminalslot,
− norm rijtijden vanaf de terminal naar het emplacement en vice versa.
Omschrijving werkwijze:
De dienstregeling met bijbehorend emplacementslot wordt door Keyrail OSS Planning alleen
definitief aan vervoerder verdeeld indien er ook een passend terminalslot is toegewezen door de
terminal. Indien de aanvraag niet verdeeld kan worden binnen de beschikbare capaciteit van het
integrale plan van Keyrail en de terminal, vindt overleg plaats tussen Keyrail, terminal en
aanvrager (vervoerder of authorized applicant). Keyrail OSS Planning van de afdeling Capaciteit &
Ketenregie initieert en coördineert dit.
Stappen in de totstandkoming van een integrale planning
wie
wat
1 Vervoerder
Aanvraag treinpaden en emplacement slots bij
Keyrail
2 Terminal
Aanleveren terminalplanning
3
Keyrail
Actualiseren systemen (DONNA)
Keyrail/
terminals
Keyrail/
betrokkenen
Voorstel voor oplossing conflicterende aanvragen
(treinpad vs. terminalslot en emplacementslot)
Bespreken voorgestelde oplossingen
conflicterende aanvragen en planning afronden
(DONNA en RMS)
Verspreiden integraal plan
4
Keyrail
5
Vervoerders
Aanvragen en bespreken langlopers met Keyrail
en terminals
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
wanneer
Sluitingsdata WB*
3 weken voor ingaan WB +
iedere twee weken een
update na ingang van het
laatste WB
2 weken voor ingaan WB
2 weken voor ingaan WB
2 weken voor ingaan WB
2 werkdagen voor ingaan
WB
Indien van toepassing
Pagina 117 van 178
Keyrail/
terminals
Keyrail
Verdelen van langlopers in het integraal plan
10 werkdagen na aanvraag
Verspreiden van aanpassingen in het integraal
plan
10 werkdagen na aanvraag
*WB=wijzigingsblad
De data voor sluiting van wijzigingsbladen zijn gepubliceerd op de Keyrail en ProRail website:
http://www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk_item/t/netverklaring_betuweroute
http://prorail.nl/vervoerders/verdeling-van-ruimte-op-het-spoor
Opmerkingen:
– een terminalslot is primair gekoppeld aan de intermodale operator (met daarbij horende
vervoerder),
– een treinpad en emplacementslot is gekoppeld aan een vervoerder of authorized
applicant,
– Keyrail is de door participerende partijen aangewezen beheerder van het integrale plan en
draagt zorg voor het tijdig verwerken van wijzigingen van het integrale plan. Dit in
samenwerking met de terminals en vervoerders.
Plannormen
Keyrail OSS Planning hanteert in de wijzigingsbladfase en de fase DONNA specifieke dagen
onderstaande minimumnormtijden (minuten) voor de integrale planning op het exploitatiegebied
van Keyrail:
activiteit
Locwisselen A (snel = 2 man)
Locwisselen B (basis)
Locwisselen C (lang = 1 man, inclusief vertrekcontrole)
Machinistenwissel
Verbindingsproef
Remproef Groot (inclusief vertrekcontrole) op terminal
Vertrekcontrole (gezamenlijk met grote remproef)
Remproef Klein A (snel = 2 man)
Remproef Klein B (basis waaronder radioloc)
Remproef Klein C (lang = 1 man)
Aankomstcontrole
minimum normtijd
30 minuten (inclusief
verbindingsproef)
60 minuten (inclusief
verbindingsproef)
90 minuten (inclusief
verbindingsproef)
10 minuten (volgend pad na 10
minuten is mogelijk)
10 minuten (ook bij locwisselen)
60 minuten
60 minuten
10 minuten
30 minuten
60 minuten
60 minuten
Keyrail en de terminals hanteren onderstaande maximumnormtijden (minuten) voor de integrale
planning:
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 118 van 178
verantwooruitvoerende
delijke
t.o.v.
laad/losslot
Binnenrijden vanaf
emplacement
Mvtw (in minuten)
Binnenrijden vanaf
emplacement RTW
(in minuten)
Binnenrijden vanaf
emplacement Whz
(in minuten)
Laden en lossen
Vervoerder
Vervoerder
Voor
n.v.t.
RTW
10
min.
ORT
25
20
min. min.
Vervoerder
Vervoerder
Voor
n.v.t..
n.v.t.
n.v.t 30
.
min.
Vervoerder
Vervoerder
Voor
10
minuten
n.v.t.
n.v.t n.v.t.
.
Terminal
Terminal
Tijdens
Remproef en
vertrekcontrole
Vervoerder
Vervoerder
Na
10 contai- 20 contai25 containers per
ners per uur ners per
uur per
per kraan
uur per
kraan per per trein
kraan per
trein
trein
De vertrekcontrole kent drie
categorieën (zie ook tabel hierna):
A (30 min.), B (45 min.), C (60 min.)
activiteit
RSC
ECT
EMX
De terminals hanteren de volgende maximumnormtijden per categorie vertrekcontrole op de
terminals:
Zonder luchtkast en
zonder grijze
wagenmeester
Maximale tijd met
luchtkast
Maximale tijd met grijze
wagenmeester
Maximale tijd met
luchtkast en grijze
wagenmeester
A. 30 minuten
a) Doorgaande RSC
treinen naar
ECT/EMX en in
toekomst APMT en
RWG
30 minuten
B. 45 minuten
C. 60 minuten
a) Uitzonderingen in
a) Huckepack treinen
planning overeen te
op RSC
komen tussen
vervoerder en terminal b) Doorgaande ECT
treinen naar EMX en in
b) Input via terminal in toekomst APMT en
IPO
RWG
30 minuten tot
45 minuten tot
40 minuten
55 minuten
30 minuten
30 minuten
30 minuten
30 minuten
30 minuten
45 minuten
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 119 van 178
Regel 2: Terminalslot
Door Keyrail, vervoerders en terminals wordt gezamenlijk actief gestuurd op de tijdige uitvoering
van het proces op de terminals conform de integrale planning.
Regel 3: Tijdig informeren terminal over aantal te laden en te lossen containers en wagenlijst
AZ-ZA
Het tijdig doorgeven door de vervoerders of intermodale operators aan de terminal van het aantal
te laden of te lossen containers.
Omschrijving werkwijze (afspraken hierover zijn separaat en aansluitend vastgelegd door
terminals, intermodale operators en vervoerders onderling):
1. Intermodale operators geven aantallen containers per trein door aan de terminal(s) en
vervoerder,
2. Bij RSC moet de vervoerder de loslijst één uur voor aanvang terminalslot hebben geleverd,
de wagenlijst / wagencontainercombinatie twee uur voor aanvang terminalslot en de
laadlijst vier uur voor aanvang terminalslot,
3. Bij ECT moet de vervoerder de loslijst één uur voor aanvang terminalslot hebben geleverd,
de wagenlijst / wagencontainercombinatie vier uur voor aanvang terminalslot en de
laadlijst acht uur voor aanvang terminalslot,
4. RSC en ECT laten treinen niet toe waarvan bovenstaande afspraken niet zijn nageleefd.
Het terminalslot vervalt en kan door terminal als alternatief worden ingezet.
Indien het werkelijk aantal te laden dan wel te lossen containers sterk afwijkt van de integrale
planning heeft dit consequenties voor het behouden van het overeengekomen terminalslot. Een
trein kan op het emplacement blijven tot de terminal een alternatief terminalslot aanbiedt.
Verkeersleiding Kijfhoek past hierop de emplacementplanning aan. Verkeersleiding Kijfhoek
wordt direct bij bekend wording van sterke afwijkingen van het integrale plan per email
([email protected]) geïnformeerd door de terminal en vervoerder.
Regel 4: Vervoerder ontvangt transportinformatie tijdig
De terminal of intermodale operator geeft op tijd aan de vervoerder door welke containers waar
op de trein staan, inclusief informatie over gevaarlijke stoffen conform RID.
Omschrijving werkwijze:
Transportinformatie dient uiterlijk twee uur vóór het verwachte einde lossen/laden (slot) door de
intermodale operator aan de vervoerder te zijn verstrekt. Zo niet, dan blijft de trein op de terminal
totdat transportinformatie alsnog is verstrekt.
Opmerking:
Onder transportinformatie wordt verstaan: wagen-container combinatie, RID gegevens en
gewicht. Genoemde tijd van twee uur is nodig voor administratieve controles bij vervoerders.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 120 van 178
Regel 5: Locomotief en machinist zijn op tijd terug op de terminal
Omschrijving werkwijze:
De machinist levert een wagonset aan bij een terminal conform aanvang terminalslottijd en komt
uiterlijk één uur voor einde terminalslot (vertrek) weer terug voor het ophalen van de wagenset.
Bij de Euromax-terminal, waar de trein vanaf de terminal rechtstreeks de vrije baan oprijdt, dient
de vervoerder te waarborgen dat de juiste wagenlijst in het OVGS uiterlijk vijf minuten voor
vertrek naar de vrije baan dient te zijn aangeleverd.
Regel 6: Verwachte afwijking van het integrale plan in het vervoer zo snel mogelijk doorgeven
Omschrijving werkwijze:
Zodra een afwijking van het integrale plan redelijkerwijs mag worden verwacht, wordt deze
afwijking door de vervoerder pro-actief gecommuniceerd met de terminal en Verkeersleiding
Kijfhoek.
Indien de verwachte afwijking gevolgen heeft voor het halen van de terminalslot meldt de
vervoerder deze eerst aan de terminal, die binnen vier uur met een alternatief terminalslot komt.
Na verkrijging van een nieuw terminalslot communiceert de vervoerder de afwijking en de nieuwe
terminalslot met Verkeersleiding Kijfhoek, die daarna de dienstregeling en het emplacementslot
herplant.
Indien de verwachte afwijking alleen gevolgen heeft voor het halen van het emplacementslot,
communiceert de vervoerder alleen met Verkeersleiding Kijfhoek die daarna (de dienstregeling en
het emplacementslot) herplant.
Opmerkingen:
– Informatie-uitwisseling tussen de vervoerder en Keyrail vindt plaats via ISVL of email
([email protected]),
– Informatie-uitwisseling tussen Keyrail en de terminal vindt plaats via een standaard email
([email protected]),
– Informatie van en naar intermodale operators loopt via de vervoerder.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 121 van 178
Regel 7: Herplannen in geval van afwijkingen van de terminalslots
Omschrijving werkwijze:
Indien er sprake is van afwijkingen op de terminalslot wordt dit door de terminal aan
Verkeersleiding Kijfhoek gemeld. Altijd meldt de terminal deze afwijking ook aan de vervoerder.
De vervoerder bestelt op basis van deze afwijking via ISVL een nieuw emplacementslot dan wel
een nieuwe dienstregeling. Verkeersleiding Kijfhoek spant zich in om contact te zoeken met de
vervoerder in het kader van het zorgdragen voor de integraliteit en de uitvoerbaarheid van het
plan.
Regel 8: Herplannen van het integraal plan
Omschrijving werkwijze:
Zodra het integrale plan is herpland door Keyrail, de terminals en de vervoerders, voeren we dit uit
in een normale situatie.
Regel 9: Shunting van belemmerende treinen
Omschrijving werkwijze:
Indien een vervoerder niet in staat is zijn trein tijdig uit te halen, kan de terminal Verkeersleiding
Kijfhoek verzoeken de trein door een andere vervoerder weg te laten slepen conform de
werkinstructie Shunten in het kader van ketenregie.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 122 van 178
DEEL D HUISREGELS
Versie: 2.1 van 2 juni 2014
Zie www.keyrail.nl
DEEL E BEDRIJFSVERGUNNINGEN
Op grond van artikel 57 lid a van de Spoorwegwet moet een onderneming die gebruik wil maken
van de hoofdspoorwegen beschikken over een bedrijfsvergunning. Afhankelijk van de aard van de
bedrijfsactiviteiten van de betrokken spoorwegonderneming kunnen bij de verlening van de
bedrijfsvergunning bepaalde vereisten buiten toepassing blijven, zoals in onderstaande tabel
weergegeven.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 123 van 178
BIJLAGE 7: Afspraken ProRail – Keyrail over het baanvak traject Zevenaar
– Zevenaar grens
In opdracht van Keyrail wordt de taak van het leiden van het verkeer over de infrastructuur, zoals
bedoeld in artikel 16 lid 1 onder c van de Spoorwegwet 2003, rechtstreeks en onder
verantwoordelijkheid van ProRail verzorgd op de post Kijfhoek op de
hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail exploiteert.
Regelgeving
De uitvoering van de processen vindt plaats volgens de handboeken en werkwijzen
Verkeersleiding en Treindienstleiding van ProRail.
De uitvoering van de processen vindt plaats volgens de afspraken die ProRail hierover maakt met
haar klanten (T.A.D.’s, versperringsmaatregelen, T.I.S.’en, enzovoorts) of conform de afspraken
zoals vermeld in de Detacheringsovereenkomst tussen ProRail en Keyrail van 11 juni 2012.
Communicatie
DB Netze (Duisburg) is voor de grensovergang Zevenaar (baanvak Zevenaar-Zevenaar grens) het
operationeel aanspreekpunt voor alle goederentreinen. Voor alle reizigerstreinen (waaronder de
ICE) is ProRail aanspreekpunt voor DB Netze. In alle gevallen werkt de treindienstleider van de
Post Kijfhoek samen met de Fahrdienstleiter Emmerich.
Grensbaanvakovereenkomst
Voor beleidszaken is ProRail initiatiefnemer. Keyrail participeert in overleggen met DB Netze
aangaande de grensovergang Zevenaar (baanvak Zevenaar-Emmerich).
Orderacceptatie
 orders voor treinen vanaf Emmerich over het gemengde net worden door verkeersleider op de
Post Kijfhoek via ISVL doorgezet naar de DVL62 van ProRail. ProRail DVL handelt deze order
geheel af tot de interface met aangrenzende infrastructuurbeheerders. ProRail
Verkeersleiding is verantwoordelijk voor de tijdige afhandeling en terugkoppeling aan de
spoorwegonderneming,
 orders voor treinen vanaf Emmerich over de Betuweroute worden in het geheel afgehandeld
door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek,
 orders voor treinen vanaf het gemengde net richting Emmerich worden door de DVL van
ProRail geheel tot Emmerich afgehandeld, na toetsing door Verkeersleiding op de Post
Kijfhoek,
 orders voor treinen vanaf de Betuweroute richting Emmerich worden in het geheel
afgehandeld door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek,
62 Decentrale verkeersleider(s)
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 124 van 178

in principe wordt er alleen gebruik gemaakt van beschikbare goederen BUP-paden.
Bijsturing
De bijsturing op het baanvak Zevenaar – Zevenaar grens geschiedt door Verkeersleiding op de
Post Kijfhoek. De bijsturing van treinen die over het gemengde net verder rijden geschiedt in
samenwerking tussen Verkeersleiding op de Post Kijfhoek en de landelijke Verkeersleiding (LVL)
van ProRail. In dit geval is Verkeersleiding op de Post Kijfhoek verantwoordelijk voor
communicatie met spoorwegonderneming. De treindienstleider A15-tracé op Verkeersleiding op
de post Kijfhoek is verantwoordelijk voor het baanvak Zevenaar – Zevenaar grens .
Calamiteitenafhandeling door treindienstleider A15-tracé
Verkeersleiding op de Post Kijfhoek is verantwoordelijk voor:
 juiste en tijdige afhandeling van calamiteiten,
 juiste en tijdige communicatie aan Back Office,
 juiste en tijdige communicatie richting spoorwegondernemingen aangaande eventuele
gevolgen voor de treindienst.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 125 van 178
BIJLAGE 8: Standaardoverzichten treindienstafwikkeling
Keyrail levert aan spoorwegondernemingen, als onderdeel van de dienst ‘leveren treinpad’, een
aantal standaard informatieproducten over de treindienstafwikkeling.
In onderstaande tabel is opgenomen welke informatieproducten en met welke frequentie en in
welk format geleverd kunnen worden. Dit formulier is opvraagbaar via de Customer Service van
Keyrail ([email protected])
Relatie:
Naam:
S.v.p. per rapportage aankruisen welke frequentie en format gewenst is.
Rapportage
Prestatie monitor per vervoerder
Frequentie
Dagelijks
Format
XML Word
Excell
PDF
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
Excell
PDF
XML
Word
CSV
1
Wekelijks2
Maandelijks3
Prestatie parkeren per vervoerder
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
Prestatie monitor annuleringen
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
Prestatie monitor punctualiteit
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
Prestatie monitor wagenlijsten
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
Prestatie tonnage detail
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
Prestatie monitor wijzigingen
Dagelijks
Wekelijks
Maandelijks
1
Da gel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur met gegevens va n twee da gen terug.
2 Wekel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur, el ke woens da g met gegevens over de ma a nd tot en met de zonda g va n de
voora fga a nde week.
3
Ma a ndel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur bi nnen 10 werkda gen na a fl oop va n de vori ge ma a nd.
Verzendlijst rapportages(mailadressen):
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 126 van 178
BIJLAGE 9: Specificatie van rapportages
De spoorwegonderneming die gebruik maakt van het door Keyrail beheerde net, verplicht zich via
de toegangsovereenkomst en de daarbij behorende Algemene Voorwaarden tot het
periodiek verschaffen van statistische informatie aan Keyrail over het verkeer en vervoer dat de
spoorwegonderneming over het net heeft afgewikkeld. Keyrail vraagt en gebruikt de statistische
informatie uitsluitend voor het uitvoeren van de Beheerconcessie en wettelijke verplichtingen
(waaronder verplichtingen uit aan Keyrail verleende gebruiks- en milieuvergunningen /
omgevingsvergunningen). De Algemene Voorwaarden bevatten een verplichting met betrekking
tot het leveren van statistische informatie zoals bedoeld in het Besluit capaciteitsverdeling
hoofdspoorweginfrastructuur63.
Eigen onderzoek Keyrail
De spoorwegonderneming dient Keyrail in de gelegenheid te stellen tot eigen onderzoek van
vervoers- en verkeersstromen.
Samenhang met andere informatieverplichtingen
Naast de rapportageverplichtingen die deze bijlage beschrijft, gelden onverminderd de
verplichtingen om Keyrail steeds te informeren over het momentane treinverkeer.
De levering van informatie over het momentane treinverkeer ontslaat de spoorwegonderneming
niet van de verplichting om soortgelijke gegevens achteraf als statistische informatie te leveren,
tenzij daarover tussen de spoorwegonderneming en Keyrail expliciete afspraken zijn gemaakt in
de toegangsovereenkomst.
Keyrail vraagt aan de spoorwegondernemingen statistische informatie over:
 omvang en aard van haar verkeers- en vervoersstromen op de door Keyrail beheerde
infrastructuur,
 omvang en aard van haar handelingen op emplacementen.
Daarnaast dienen enige (in beginsel openbare) bedrijfsgegevens te worden verstrekt.
Spoorwegondernemingen die grensoverschrijdend opereren, leveren en tonkilometer-gegevens
uitsluitend voor het Nederlands gedeelte van het grensoverschrijdend parcours.
Gegevens over aantallen treinen en treinkilometers in Nederland, de verdeling daarvan over
dagsoorten en de uren van het etmaal alsmede gegevens over ongevallen worden door Keyrail uit
eigen registraties verzameld.
63
artikel 3 sub f van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 127 van 178
De levering van deze statistische informatie moet Keyrail in staat stellen:
 te voldoen aan de uit de concessie voortvloeiende verplichting om spoorwegverkeer- en
vervoerstatistieken (zoals bedoeld in de EG-verordening 91/2003 d.d. 16 dec 2002) te
verstrekken,
 te voldoen aan op wetgeving gebaseerde verplichtingen met betrekking tot
informatieverstrekking over geluidemissies en externe risico’s vanwege het spoorverkeer,
 te voldoen aan rapportageverplichtingen die zijn opgenomen in aan Keyrail verleende
gebruiks- en milieuvergunningen/omgevingsvergunningen,
 het beleid voor netwerkontwikkeling en verkeersfuncties adequaat te evalueren en nieuw
beleid voor te bereiden.
Keyrail behandelt de informatie vertrouwelijk. Keyrail zal gegevens over verkeer en vervoer in
open vervoermarktsegmenten in publicaties zodanig anonimiseren dat deze niet te herleiden zijn
naar een spoorwegonderneming of verlader.
De spoorwegonderneming dient bij de gegevens een beschrijving te leveren van de wijze van
verzamelen, de eventuele bewerkingsprocedures en de betrouwbaarheid van de geleverde
gegevens.
Alle gegevens moeten digitaal worden aangeleverd. Partijen komen de precieze vorm waarin de
informatie wordt geleverd in de toegangsovereenkomst nader overeen. De gevraagde informatie
heeft betrekking op het kalenderjaar, tenzij anders aangegeven.
De spoorwegondernemer levert de op een jaar betrekking hebbende gegevens uiterlijk binnen zes
maanden na afloop van het kalenderjaar; de op een kwartaal betrekking hebbende gegevens
worden binnen twee maanden na afloop van het kwartaal geleverd.
De spoorwegonderneming moet na levering de daarop betrekking hebbende brongegevens nog
tenminste een jaar bewaren. Ook kan Keyrail besluiten zelf aanvullend onderzoek te (laten) doen
om de informatie verder aan te vullen, als dat voor de uitvoering van zijn taken nodig is.
De gevraagde informatie over de verkeer- en vervoersomvang is als volgt gespecificeerd:
Naleving geluidproductieplafonds
Met betrekking tot de daadwerkelijk gerealiseerde treinenloop en –samenstelling dient inzicht
gegeven te worden in de mate van gebruik van de wagencategorie ‘stil materieel’.
Aard en omvang van de vervoersstromen
De vervoersomvang in tonnen en intermodale vervoerseenheden, uitgesplitst naar
herkomst/bestemming en onderscheiden naar goederensoort en soort vervoerseenheid, te weten:
 goederensoort: NST/R indeling op een detailniveau van 2 digit, conform CBS-indeling,
 soort vervoerseenheid: bij intermodaal vervoer: het aantal beladen of ledig vervoerde
transporteenheden, voor containers en wissellaadbakken tevens uitgedrukt in TEU,
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 128 van 178

de vervoeromvang per kwartaal van gevaarlijke stoffen, in aantallen wagens en tonnage per
baanvak en per UN nummer zoals bedoeld in het RID.
Rapportages met betrekking tot aard en omvang van handelingen en activiteiten op
emplacementen
Per kwartaal, te leveren binnen een maand na einde van het kwartaal, wordt per emplacement
een rapportage verlangd, gerubriceerd naar
 soort behandeling waarbij onderscheid gemaakt wordt naar “samenstellen / koppelen van
treindelen”, “omhalen van treinen”, “plaatsen / stoten / heuvelen”, “overstand”,
 risicocategorieën volgens onderstaande tabel:
Risicocategorie
A Brandbare gassen
B2 Giftige gassen
B3 Zeer giftig gas-chloor
GEVI-nummer
23, 263, 238, 239
26, 268, 265 (exclusief chloor)
265 (enkel chloor UN 1017)
C3 Zeer brandbare
vloeistoffen
D3 Acrylnitril
33, 333, 336 (exclusief Acrylnitril), 338, 339, Hexaan
X333, X338
336 (enkel acrylnitril UN 1093)
Acrylnitril
D4 Zeer giftige vloeistoffen
66, 663, 664, 665, 668, 669, 88, 883, 884,
885, 886, X668, X88, X886

Voorbeeldstof(fen)
Propaan
Ammoniak
Chloor
Waterstoffluoride
als volgt uitgesplitst:
 het aantal wagens per risicocategorie per type behandeling,
 het gemiddeld aantal wagens per aankomende en per vertrekkende trein per
risicocategorie,
 het aantal gelijktijdig aanwezige wagens per risicocategorie per emplacement;
 de gemiddelde verblijftijd van de behandelde wagens in de risicocategorie ‘brandbaar
gas’,
 overstand/parkeren van wagens (niet zijnde stilstand van een trein in verband met de
verkeersafwikkeling, zoals voorbijrijden); gemiddelde duur van wachttijden voor, na of
zonder andere behandelingen.
Rapportage geluidsbelasting door activiteiten op emplacementen
Het algemeen format voor de rapportage over de geluidsbelasting door activiteiten op
emplacementen is thans nog in ontwikkeling. In elk geval dienen tenminste de gegevens te
worden geleverd zoals beschreven in de voor het desbetreffende emplacement toepasselijke
vergunning.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 129 van 178
BIJLAGE 10: Informatieverstrekking door spoorwegondernemingen over
de samenstelling van rangeerdelen op havenemplacementen en
Kijfhoek
Wettelijke basis van deze operationele voorwaarde
In het kader van deze operationele voorwaarde moet onder een rangeerdeel worden verstaan:
een losse goederenwagen of een groep van meerdere gekoppelde c.q. bij elkaar geplaatste
goederenwagens, opgesteld op een emplacementsspoor in afwachting van verdere
behandeling in het trein- of rangeerproces. De samenstelling van een rangeerdeel is niet in OVGS
bekend.
De grondslag voor deze operati0nele voorwaarde is tweeërlei: specifieke voorschriften uit
milieuvergunningen/omgevingsvergunningen, en verplichtingen voortkomend uit de aanwijzing
tot het hebben van een bedrijfsbrandweer op emplacementen.
Omgevingsvergunningen
Kortheidshalve wordt verwezen naar de tekst van de betreffende voorschriften uit de vergunning
Wm: voorschrift 3.14 (Pernis), 9.12 (Maasvlakte), 4.14 en 4.15 (Waalhaven), 4.12 en 4.13 (zowel
Europoort als Botlek) en 2.5.7 (Kijfhoek).
Bedrijfsbrandweer
Vanwege de (onherroepelijke) aanwijzing tot het hebben van een bedrijfsbrandweer zijn daarmee
(ook) de Algemene bepalingen voor Bedrijfsbrandweren Rotterdam van toepassing.
Algemene bepaling 9.2 hierin zegt: de overheidsbrandweer wordt bij aankomst voorzien van
informatie om doeltreffend te kunnen optreden.
Letterlijk schrijft de brandweer in een handhavingsbrief: ‘De huidige procedure voorziet er niet in
om bij een calamiteit direct te kunnen aangeven welke stoffen en hoeveelheden aanwezig zijn in
de calamiteitenwagon of omliggende wagons die zich bevinden in de effectcontouren.’ Ook de
bedrijfsbrandweeraanwijzing voor Kijfhoek zegt: ‘de overheidsbrandweer wordt bij aankomst
voorzien van informatie en begeleiding om doeltreffend te kunnen optreden.’
Werkwijze
De wijze van aanleveren van bedoelde informatie is beschreven in de ‘Handleiding aanleveren
beladingsgegevens’ zoals gepubliceerd op www.prorail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 130 van 178
BIJLAGE 11: Overbelaste infrastructuur
Binnen het exploitatiegebied van Keyrail zijn twee emplacementen overbelast verklaard:
Waalhaven Zuid en Maasvlakte Oost, en daarnaast de sporen 791 en 792 tussen emplacement
Maasvlakte Oost en de bedrijven EMO en Kramer.
Zie www.keyrail.nl en klik op de links voor:
- capaciteitsanalyse Waalhaven Zuid
- capaciteitsanalyse Maasvlakte Oost
- capaciteitsanalyse spoor 791 en 792
- capaciteitsvergrotingsplan Waalhaven Zuid - Versie 2 [3 mei 2010]
- capaciteitsvergrotingsplan Maasvlakte Oost 2 [3 mei 2010]
- capaciteitsvergrotingsplan spoor 791 en 792 [2 december 2011]
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 131 van 178
BIJLAGE 12: Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning
Baanvak
Maasvlakte -Vaanplein
Vaanplein – Sophiatunnel
Sophiatunnel – Zevenaar
Zevenaar – Emmerich
Van km
42.000
202.145
3.400
103.750
Tot km
202.145
3.400
103.750
110.936
Bovenleidingspanning
25 kV
1500 V
25 kV
1500 V
Op de drie overgangspunten conform bovenstaande tabel zijn spanningssluizen aanwezig met
een lengte van de tractieloze zone van 186 m. In de verbindingsboog Geldermalsen – Meteren,
vice versa, is een spanningssluis aanwezig met een tractieloze zone van 30 meter.
Spanning en stroomafname zijn conform EN 50367.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 132 van 178
BIJLAGE 13: Beweegbare spoorbruggen in het gebied van de
Betuweroute
Brugnaam
Suurhoffbrug
Calandbrug
Botlekbrug
Afkorting
SHB
CLB
BOTBR
Waterweg
Hartelkanaal
Calandkanaal
Oude Maas
Gemeente
Rotterdam
Rotterdam
Rotterdam
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Baanvak
Havenspoorlijn
Havenspoorlijn
Havenspoorlijn
Pagina 133 van 178
BIJLAGE 14: Openbare laad- en losplaatsen
Emplacement
Ter hoogte van spoor
Waalhaven Zuid 379 en 378*
* 378 is naar het stootjuk toe gezien, vanaf de hoogte van het dwergsein 226 van spoor 385 veilig
te gebruiken
Laad-en losplaats Botlek maakt onderdeel uit van het exploitatiegebied van Keyrail. Er is echter
geen vergunning voor gebruik aangevraagd en daarom wordt Botlek niet als laad-en losplaats
opgenomen.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 134 van 178
BIJLAGE 15: Tankinstallaties binnen het gebied van de Betuweroute
Informatie m.b.t. debiet, opslagcapaciteit en exploitant van tankinstallaties
locatie
Maasvlakte
opslagcapaciteit in m3 debiet in l/min
1*100
2*120
Botlek
1*25
1*80
Waalhaven Zuid
1*100
1*120
Kijfhoek
2*50
2*125
exploitant
DB Schenker Rail
Nederland N.V.
DB Schenker Rail
Nederland N.V.
DB Schenker Rail
Nederland N.V.
DB Schenker Rail
Nederland N.V.
De tankinstallatie Maasvlakte West West is op moment van publiceren van deze netverklaring
technisch gereed. Zodra Vivens de voorraadtank laat voorzien van diesel, kan er getankt worden.
Op enkele tankinstallatie op exploitatiegebied van Keyrail is tanken vanuit de tankwagen niet
toegestaan.
Voor informatie ten aanzien van levering van brandstoffen en exploitatie van de hierboven
genoemde vaste tankinstallaties: http://vivens.info/
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 135 van 178
BIJLAGE 16: Plannormen dienstregeling en emplacement
De plannormen voor het ontwerp van dienstregeling64 op het gebied van spoorwegveiligheid zijn
beschreven in de netverklaring 2016 Gemengde net in bijlage 22. De normen gelden voor alle
fases van het dienstregeling ontwerpproces en de capaciteitsanalyse. Bepalingen daarin over de
reizigersdienst zijn niet van toepassing op de Betuweroute (inclusief Havenspoorlijn).
Keyrail hanteert de volgende generieke plannormen voor een praktisch en uitvoerbaar praktische
dienstregeling:
Activiteit
Locwisselen A (snel = 2 man)
Locwisselen B (basis)
Locwisselen C (lang = 1 man, inclusief vertrekcontrole)
Machinistenwissel
Minimum normtijd
30 minuten (inclusief verbindingsproef)
60 minuten (inclusief verbindingsproef)
90 minuten (inclusief verbindingsproef)
10minuten (volgend pad na 10 minuten
is mogelijk)
10 minuten (ook bij locwisselen)
60 minuten
60 minuten
10 minuten
30 minuten
60 minuten
60 minuten
Verbindingsproef
Remproef Groot (inclusief vertrekcontrole) op terminal
Vertrekcontrole (gezamenlijk met grote remproef)
Remproef Klein A (snel = 2 man)
Remproef Klein B (basis waaronder radioloc)
Remproef Klein C (lang = 1 man)
Aankomstcontrole
Keyrail en de terminals hanteren onderstaande maximumnormtijden (minuten) voor de integrale
planning:
Activiteit
Binnenrijden vanaf
emplacement Mvtw
(in minuten)
Binnenrijden vanaf
emplacement RTW
(in minuten)
Binnenrijden vanaf
emplacement Whz
(in minuten)
Laden en lossen
Verantwoordelijke
Uitvoerende
T.o.v.
laad/losslot
Spoorwegonderneming
SpoorwegVoor
onderneming
n.v.t.
Spoorwegonderneming
SpoorwegVoor
onderneming
n.v.t..
n.v.t. n.v.t. 30
min.
Spoorwegonderneming
SpoorwegVoor
onderneming
10
minuten
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Terminal
Terminal
10 containers per
uur per
kraan per
20 containers per uur
per kraan
per trein
Tijdens
RSC
ECT
EMX
RTW ORT
10
25
20
min. min. min.
25 containers per uur
per kraan
per trein
64 De normen in deze bijlage zijn geen uitgangspunt voor het ontwerp van de infrastructuur.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 136 van 178
Remproef en
vertrekcontrole
Spoorwegonderneming
SpoorwegNa
onderneming
trein
De vertrekcontrole kent drie
categorieën (zie ook tabel hierna):
A (30 min.), B (45 min.), C (60 min.)
De terminals hanteren de volgende maximumnormtijden per categorie vertrekcontrole op de
terminals:
A. 30 minuten
B. 45 minuten
Zonder luchtkast en zonder
grijze wagenmeester
a) Doorgaande RSC
treinen naar ECT/EMX
en in toekomst APMT
en RWG
Maximale tijd met luchtkast
30 minuten
Maximale tijd met grijze
wagenmeester
Maximale tijd met luchtkast
en grijze wagenmeester
30 minuten
a) Uitzonderingen in
a) Huckepack treinen op
planning overeen te
RSC
komen tussen spoorwegonderneming en terminal b) Doorgaande ECT
treinen naar EMX en in
b) Input via terminal in
toekomst APMT en RWG
IPO
30 minuten tot
45 minuten tot
40 minuten
55 minuten
30 minuten
30 minuten
30 minuten
30 minuten
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
C. 60 minuten
45 minuten
Pagina 137 van 178
BIJLAGE 17: Aanvraagformulier dienstregelingsontwerp
De van toepassing zijnde aanvraagformulieren zijn via de website www.keyrail.nl te downloaden.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 138 van 178
BIJLAGE 18: Overzicht emplacementsporen Keyrail
Een compleet overzicht van de emplacementsporen is te vinden op de website van Keyrail via
www.keyrail.nl
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 139 van 178
BIJLAGE 19: Inkoop en levering van tractie-elektriciteit en voorwaarden
met betrekking tot de dienst “Toegang tot de bovenleiding”
Levering van tractie-elektriciteit voor de Betuweroute
De inkoop en levering van tractie-elektriciteit voor de Betuweroute wordt verzorgd door de
inkooporganisatie CIEBR (Coöperatieve Inkoopvereniging Elektriciteit Betuweroute u.a.)
Voor meer informatie over tarieven en voorwaarden voor leveren van tractiestroom, kunt u
contact opnemen met:
CIEBR, gevestigd aan het Spui 188, 2511 BW, ’s-Gravenhage, www.ciebr.nl .
Voorwaarden met betrekking tot de dienst “Toegang tot de bovenleiding”:
 De Spoorwegonderneming doet aan Keyrail opgave van haar leverancier van tractieelektriciteit.
 De Spoorwegonderneming benoemt gezamenlijk met de andere Spoorwegondernemingen,
die tractie-elektriciteit via het door Keyrail beheerde tractie-elektriciteitssysteem verbruiken,
één programmaverantwoordelijke met volledige erkenning, zoals bedoeld in de Systeemcode
van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. De programmaverantwoordelijke dient
volledige programmaverantwoordelijkheid voor de aansluitingen van het tractieelektriciteitssysteem, inclusief de gevolgen van onbalans, te aanvaarden en Keyrail te
vrijwaren van elke aansprakelijkheid die verband houdt met programmaverantwoordelijkheid
voor de aansluitingen van het tractie-elektriciteitssysteem.
 De Spoorwegonderneming levert eenmaal per jaar (voor 15 oktober ) opgave van het
verwachte verbruik van tractie-elektriciteit per jaar voor de komende zeven jaren; voor het
komende jaar levert de Spoorwegonderneming een opgave van het verwachte verbruik per
kwartaal.
 De spoorwegonderneming levert eenmaal per jaar (voor 15 december) een zo nauwkeurig
mogelijke opgave van het verwachte gebruik van tractie-elektriciteit voor het komende
kalenderjaar.
 De Spoorwegonderneming verstrekt aan Keyrail jaarlijks opgave met betrekking tot het
gerealiseerde verbruik van tractie-elektriciteit via het door Keyrail beheerde tractieelektriciteitssysteem. Uiterlijk op 1 april doet Spoorwegonderneming opgave over het
afgelopen kalenderjaar. De opgave is voorzien van een goedgekeurde accountantsverklaring.
 Indien de spoorwegonderneming lid is van de inkooporganisaties CIEBR, kan CIEBR namens
spoorwegonderneming bovengenoemde opgaven aan Keyrail verstrekken.
 Keyrail brengt maandelijks een voorschotbedrag voor het gebruik van de dienst in rekening
bij de Spoorwegondernemingen die tractie-elektriciteit verbruiken. Keyrail berekent het
maandelijks voorschotbedrag op basis van het geschatte verbruik van tractie-elektriciteit
door de Spoorwegonderneming in de desbetreffende maand. Keyrail bepaalt het geschatte
verbruik door het totale verbruik via het tractie-elektriciteitssysteem pro rate parte op basis
van het opgegeven gebruik toe te rekenen aan de Spoorwegonderneming.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 140 van 178




Na afloop van een kalenderjaar berekent Keyrail indien alle Spoorwegondernemingen die
tractie-elektriciteit verbruiken opgave hebben gedaan zoals bedoeld bij de vijfde bullet, de
definitieve vergoeding voor de dienst voor het desbetreffende kalenderjaar en verrekent de
voorschotbedragen.
De Spoorwegonderneming verstrekt op verzoek van Keyrail kopieën van leveringsfacturen
aan Keyrail en verklaart zich bereid mee te werken aan een jaarlijkse controle van
verbruiksgegevens door een onafhankelijke partij.
Indien de inkooporganisatie CIEBR ten behoeve van de vaststelling van het verbruik van
tractie-elektriciteit per Spoorwegonderneming informatie van Keyrail verlangt over het
gebruik van de infrastructuur, zal Keyrail deze informatie verstrekken. Spoorwegonderneming geeft Keyrail toestemming om deze informatie te verstrekken. Keyrail zal
CIEBR verplichten tot geheimhouding van de verstrekte gegevens en het gebruik van de
gegevens beperken tot het doel waarvoor zij zijn verstrekt.
De stroomsterkte per trein is begrensd tot maximaal de stroomsterkte zoals per baanvak
omschreven in de Netverklaring, bijlage 12.
Levering van brandstoffen
De inkoop en levering van brandstoffen in het Keyrail exploitatiegebied wordt verzorgd door de
inkooporganisatie VIVENS (Verenigd Inkoop en Verbruik van Energie op het Nederlandse
Spoorwegnet). Meer informatie hierover is te vinden in paragraaf 3.6.9 van de netverklaring van
ProRail voor 2016.
Meer informatie over tarieven en voorwaarden voor leveren van brandstoffen, kunt u vinden op
www.vivens.info.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 141 van 178
BIJLAGE 20: Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst
Betuweroute 2016
Algemene Voorwaarden
Titel I.
Algemene bepalingen
Definities
Voor de toepassing van de Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
1. “(Aanvullende) vergunning voor indienststelling”: de vergunning zoals bedoeld in artikel 36,
derde lid dan wel vijfde lid, Spoorwegwet.
2. “Algemene Voorwaarden”: deze algemene voorwaarden.
3. “Bedrijfsvergunning”: de vergunning als bedoeld in artikel 28 Spoorwegwet.
4. “Behandelingskosten”: extra bureau- en communicatiekosten, administratiekosten ter
afhandeling van het Schadegeval, kosten van herplanning van de bedrijfsproductie en de
kosten van personeel dat extra benodigd is gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend
voorval de normale bedrijfsproductie belemmert.
5. “Beheerder”: de houder van een concessie zoals bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet.
6. “Concessie”: de concessie als bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet.
7. “CUI”: de Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van de
infrastructuur bij internationaal spoorwegvervoer (CUI – Aanhangsel E bij het Verdrag
betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF), Tractatenblad 277 2011 d.d. 28
december 2011).
8. ”Exploitant”: Keyrail B.V. die krachtens een door ProRail B.V. d.d.1 september 2013 verleende
volmacht de bevoegdheden van ProRail als de houder van een Concessie mag uitoefenen
zoals in die volmacht omschreven. “Derde”: elke andere natuurlijke – en/of rechtspersoon dan
Beheerder, Spoorwegonderneming dan wel hun Hulppersonen.
9. “Hulppersoon”: de ondergeschikte of andere natuurlijke – en/of rechtspersoon, van wier
diensten Spoorwegonderneming of Exploitant gebruik maakt als bedoeld in boek 6 van het
Burgerlijk Wetboek (hierna: BW).
10. “Inzetcertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 36, vierde lid, Spoorwegwet, zoals dit
luidde op 19 juli 2008.
11. “Netverklaring”: de geldende netverklaring als bedoeld in artikel 58 Spoorwegwet, inclusief
de Aanvullingen op die Netverklaring die zijn bekendgemaakt tot en met de dag vóór de dag
van ondertekening van de Toegangsovereenkomst.
12. “Ondersteunende informatiediensten”: diensten als bedoeld in paragraaf 5.5 van de
Netverklaring.
13. Operationele Voorwaarden”: de Operationele Voorwaarden zoals opgenomen in bijlage 2 van
de Toegangsovereenkomst.
14. “Partij”: Exploitant of Spoorwegonderneming.
15. “Partijen”: Exploitant en Spoorwegonderneming.
16. “Proefcertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 34 Spoorwegwet.
17. “Schadegeval”: een schade of een reeks van schades als gevolg van één en dezelfde oorzaak.
Artikel 1.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 142 van 178
18. “Operationele regels ketenregie”: de operationele regels ketenregie, opgesteld door de
Exploitant, zoals die zijn gepubliceerd in de Netverklaring Betuweroute, inclusief aanvullingen
op en wijzigingen van die operationele regels ketenregie van tijd tot tijd.
19. “Spoorvoertuig”: een voertuig bestemd voor het verkeer over spoorwegen.
20. “Spoorwegen”: spoorwegen en daartoe behorende spoorweginfrastructuur als bedoeld in
artikel 1 van de Spoorwegwet in beheer bij Beheerder, alsmede andere infrastructurele
voorzieningen die gerelateerd zijn aan het spoorverkeer en in beheer bij Beheerder,
omschreven in de Netverklaring paragraaf 3.2.1.
21. “Spoorwegonderneming”: een spoorwegonderneming als bedoeld in artikel 1 Spoorwegwet
zijnde de wederpartij van Exploitant bij de Toegangsovereenkomst.
22. “Spoorwegwet”: wet van 23 april 2003 houdende nieuwe algemene regels over de aanleg, het
beheer, de toegankelijkheid en het gebruik van spoorwegen alsmede over het verkeer over
spoorwegen (Staatsblad 2003, 264) zoals nadien gewijzigd.
23. “Toegangsovereenkomst”: de overeenkomst, inclusief de daarbij behorende bijlagen, als
bedoeld in artikel 59 Spoorwegwet.
24. “Toerekenbaar”: te wijten aan schuld of aan een oorzaak die krachtens wet, rechtshandeling,
regelgeving of in het verkeer geldende opvattingen voor rekening en risico komt van de
schadeveroorzakende partij.
25. “Veiligheidscertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 32 Spoorwegwet.
26. “Wet personenvervoer 2000”: wet van 6 juli 2000, houdende nieuwe regels omtrent het
openbaar vervoer, besloten busvervoer en taxivervoer (Staatsblad 2000, 314) zoals nadien
gewijzigd.
Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en Operationele Voorwaarden
De contractuele rechtsverhouding tussen Partijen betreffende de toegang tot en het gebruik
van de Spoorwegen is schriftelijk vastgelegd in de Toegangsovereenkomst, de Algemene
Voorwaarden en de Operationele Voorwaarden.
Door Partijen overeengekomen aanvullingen en/of afwijkingen op de Algemene Voorwaarden
en/of op de Operationele Voorwaarden binden Partijen slechts voor zover deze schriftelijk in
de Toegangsovereenkomst zijn vastgelegd.
In de Toegangsovereenkomst wordt opgenomen wie namens Spoorwegonderneming en wie
namens Exploitant optreedt als contractbeheerder. Partijen kunnen in de
Toegangsovereenkomst tevens categorieën van functionarissen benoemen die bevoegd zijn
namens hen uitvoering te geven aan de Toegangsovereenkomst.
In de Toegangsovereenkomst kan de wijze waarop wordt omgegaan met klachten over
operationele aangelegenheden nader overeengekomen worden.
Indien en voor zover Spoorwegonderneming op grond van een daartoe met Exploitant
gesloten overeenkomst van aanneming van werk of opdracht handelt als Hulppersoon van
Exploitant ter uitvoering van de aan Exploitant verleende Concessie en daarbij schade
ontstaat aan een buitendienst gesteld gedeelte van de Spoorwegen en/of het buitendienst
gestelde gedeelte van de Spoorwegen niet voor Spoorwegonderneming beschikbaar is en/of
schade ontstaat bij Spoorwegonderneming tijdens het gebruik van het buitendienst gestelde
deel van de Spoorwegen, zijn op die schade en/of de niet beschikbaarheid de
aansprakelijkheidsbepalingen van de hiervoor bedoelde overeenkomst van toepassing, met
uitsluiting van toepasselijkheid van de aansprakelijkheidsbepalingen van
Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en Operationele Voorwaarden.
Artikel 2.
1.
2.
3.
4.
5.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 143 van 178
Wijzigingsprocedure Toegangsovereenkomst, Operationele Voorwaarden en/of
Algemene Voorwaarden
Een verzoek tot wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of
Operationele Voorwaarden welk wijzigingsvoorstel niet dwingend voortvloeit uit wet- en/of
regelgeving dan wel een gerechtelijke of arbitrale uitspraak, wordt schriftelijk gedaan en
bevat in ieder geval een beschrijving van de voorgestelde wijziging(en) en de gevolgen van de
wijziging(en) voor de rechten en plichten van Partijen. Exploitant beoordeelt in ieder geval of
door Spoorwegonderneming voorgestelde wijziging(en) non-discriminatoir is (zijn) jegens
andere gerechtigden als bedoeld in artikel 57 Spoorwegwet.
Partijen spannen zich in om uiterlijk binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van een
wijzigingsvoorstel tot overeenstemming te komen.
Wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Operationele
Voorwaarden kan uitsluitend plaatsvinden door middel van een door Partijen ondertekende
schriftelijke aanvulling op de Toegangsovereenkomst.
Indien krachtens wet- of regelgeving, de Concessie of gerechtelijke of arbitrale uitspraak de
Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden en/of de Operationele Voorwaarden
dienen te worden gewijzigd, voert Beheerder, indien daartoe in staat gesteld, vooraf overleg
met de wet- of regelgever of de concessieverlener, c.q. voert verweer in de gerechtelijke of
arbitrale procedure, en spant zich daarbij in om de voor Partijen mogelijk nadelige gevolgen
zoveel als mogelijk te voorkomen of te beperken. In geval van een wijziging doet Exploitant
daarvan schriftelijk mededeling aan Spoorwegondernemingen onder toevoeging van een
voorstel voor wijziging. Exploitant doet dit voorstel met inachtneming van de redelijke
belangen van Spoorwegonderneming en spant zich in om eventuele voor
Spoorwegonderneming nadelige gevolgen van de wijziging zoveel als mogelijk te voorkomen
of te beperken. Indien Spoorwegonderneming niet instemt met de voorgestelde wijziging is
Exploitant desondanks gerechtigd de voorgestelde wijziging eenzijdig vast te stellen.
In spoedeisende gevallen kan bij toepassing van het voorafgaande lid het in dit lid
voorgeschreven overleg en voorstel tot wijziging achterwege blijven.
Artikel 3.
1.
2.
3.
4.
5.
Vernietiging bepalingen
Bij een rechtens onaantastbare vernietiging van één of meerdere bepalingen uit de
Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden, dan wel de Operationele Voorwaarden
door een daartoe bevoegde instantie, dien(en)t deze bepaling(en) te worden vervangen door
een bepaling of bepalingen die zoveel mogelijk overeenkom(en)t met de oorspronkelijke
bedoeling van Partijen. Vernietiging van één of meerdere bepalingen tast de geldigheid van
de overige bepalingen niet aan.
Artikel 4.
1.
Titel II.
Informatie en geheimhouding
Informatieverstrekking
1. Partijen stellen elkaar in kennis van elke gebeurtenis die nakoming van de essentiële
verplichtingen uit de Toegangsovereenkomst zou kunnen verhinderen, waaronder in elk geval
moet worden verstaan iedere relevante wijziging, schorsing en intrekking van de Concessie
van Exploitant dan wel het Veiligheidscertificaat en/of de Bedrijfsvergunning van
Spoorwegonderneming.
Artikel 5.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 144 van 178
2. Partijen komen in de Toegangsovereenkomst overeen op welke wijze (waaronder mede
begrepen tijdstip en frequentie) Spoorwegonderneming de gegevens levert als bedoeld in
paragraaf 2.9 van de Netverklaring alsmede welke overige informatie en/of gegevens zij
elkaar leveren in het kader van de uitoefening van hun werkzaamheden.
3. Partijen informeren elkaar tijdig indien zij over andere informatie dan bedoeld in het vorige lid
beschikken en waarvan zij weten of in redelijkheid behoren te weten dat
Spoorwegonderneming dan wel Exploitant deze informatie nodig heeft voor het naar behoren
uitvoeren van de Toegangsovereenkomst. Deze verplichting ziet in ieder geval ook op alle
relevante veiligheidsinformatie als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EU) Nr. 1078/2012.
4. Indien één der Partijen schade lijdt als gevolg van gedragingen van een Derde of een
Hulppersoon verlenen Partijen elkaar, indien mogelijk en voor zover redelijkerwijs te
verlangen, medewerking bij het achterhalen van de identiteit van deze Derde of Hulppersoon.
5. Spoorwegonderneming verstrekt aan Exploitant om niet informatie die Exploitant nodig
heeft:
a. voor het opstellen van een ontwerp-geluidbelastingkaart als bedoeld in artikel 7 van
richtlijn 2002/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25
juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai (Pb EG L 189) met
betrekking tot de geluidsbelasting vanwege de hoofdspoorwegen;
b. om de voor Nederland geldende verplichtingen na te leven van Verordening (EG) nr.
91/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december
2002 betreffende de statistieken van het spoorvervoer (PbEG L 14);
c. voor het opstellen van het nalevingsverslag geluidproductieplafonds als bedoeld in artikel
11.22 Wet milieubeheer.
Geheimhouding
Partijen zijn verplicht tot geheimhouding van de van elkaar ontvangen gegevens die als
vertrouwelijk zijn medegedeeld of waarvan het vertrouwelijke karakter begrepen moest
worden.
Partijen gebruiken de in het kader van de uitvoering van de Toegangsovereenkomst
ontvangen informatie alleen voor de doeleinden waarvoor zij werd verstrekt.
Partijen verstrekken de Toegangsovereenkomst, een deel daarvan of daaruit voortvloeiende
gegevens, niet aan Derden zonder toestemming van de wederpartij.
Onverminderd het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van dit artikel, kan vertrouwelijke informatie
zonder toestemming van de wederpartij aan een Derde verstrekt en door deze gebruikt
worden indien dit bij of krachtens wettelijke regeling, de Concessie of een gerechtelijke of
arbitrale uitspraak, bepaald is. Eveneens mogen Partijen vertrouwelijke informatie gebruiken
ten behoeve van hun operationele bedrijfsvoering en voor verzekeringsdoeleinden.
Voor zover Spoorwegonderneming via informatiesystemen van Exploitant toegang krijgt tot
informatie met betrekking tot capaciteitsaanvragen en/of tot de treindienstafwikkeling van
andere gerechtigden behandelt Spoorwegonderneming die informatie vertrouwelijk en
onthoudt Spoorwegonderneming zich van het verzamelen, bewerken, doorleveren of
anderszins gebruiken van die informatie. Onder voorwaarde van toepassing van een
overeenkomstige vertrouwelijkheidclausule verzet Spoorwegonderneming zich niet tegen het
via informatiesystemen van Exploitant beschikbaar komen bij andere gerechtigden van
informatie over capaciteitsaanvragen of over de treindienstafwikkeling van
Spoorwegonderneming.
Artikel 6.
1.
2.
3.
4.
5.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 145 van 178
6. Het vijfde lid is niet van toepassing op door Exploitant aan Spoorwegonderneming verstrekte
informatie inzake de planmatige en actuele afwikkeling van reizigerstreindiensten, voor zover
deze informatie wordt gebruikt voor het informeren van de reiziger.
7. Partijen nemen gepaste maatregelen voor de bescherming van vertrouwelijke gegevens die
zijn opgenomen in informatiesystemen.
8. Partijen verplichten hun Hulppersonen tot naleving van de tussen Partijen geldende
geheimhoudingsverplichtingen.
9. Exploitant is gerechtigd informatie over de afwikkeling van het treinverkeer beschikbaar te
stellen aan zijn Hulppersonen, uitsluitend ten behoeve van gebruik in het kader van de tussen
Exploitant en zijn Hulppersoon gesloten overeenkomst tot het uitvoeren van werkzaamheden
met betrekking tot het beheer van de Spoorwegen voor zover die Hulppersoon die informatie
behoeft in het kader van aan hem door Exploitant opgedragen werkzaamheden voor het
beheer van de Spoorwegen. Voor de toepassing van dit artikel wordt Infraspeed Maintenance
B.V. aangemerkt als Hulppersoon van de Beheerder.
10. Na beëindiging van de Toegangsovereenkomst blijven de verplichtingen ingevolge dit artikel
bestaan.
Titel III.
Rechten en verplichtingen van Exploitant en Spoorwegonderneming
Toegang tot en gebruik van Spoorwegen door Spoorwegonderneming
Spoorwegonderneming heeft toegang tot de Spoorwegen en het recht tot gebruik daarvan
onder de voorwaarden en op de wijze als bepaald in:
a. de toepasselijke nationale en internationale wettelijke bepalingen en de daaruit
voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale
uitspraken;
b. de Toegangsovereenkomst.
Voorafgaand aan de ondertekening van de Toegangsovereenkomst heeft
Spoorwegonderneming de hierna vermelde documenten aan Exploitant overgelegd:
a. een geldige Bedrijfsvergunning of elk gelijkwaardig document als bedoeld in artikel 30,
eerste lid, Spoorwegwet;
b. een geldig Veiligheidscertificaat of Proefcertificaat;
c. een bewijs dat is voldaan is aan het gestelde in artikel 55 Spoorwegwet.
Spoorwegonderneming doet onverwijld, doch in elk geval binnen 14 dagen, schriftelijk
melding aan Exploitant van elke gebeurtenis die de geldigheid van de genoemde documenten
beperkt of beëindigt. Spoorwegonderneming meldt Exploitant schriftelijk elke wijziging in
haar aansprakelijkheidsverzekering voordat deze van kracht wordt, voor zover redelijkerwijs
moet worden aangenomen dat zij gevolgen heeft of kan hebben voor de Bedrijfsvergunning.
Het is Spoorwegonderneming niet toegestaan Spoorwegen te wijzigen, te beschadigen, te
verontreinigen of op een andere manier te gebruiken dan waarvoor zij bedoeld, ingericht of
beschikbaar gesteld zijn. Onder verontreinigen als bedoeld in dit lid wordt niet verstaan het
storten of doen storten van vaste stoffen of vloeistoffen die vrijkomen bij de normale
bedrijfsvoering van Spoorvoertuigen als bedoeld in artikel 19 eerste lid onder b van de
Spoorwegwet.
Partijen dragen er zorg voor dat hun Hulppersonen voor zover zij betrokken zijn bij de
uitvoering van de Toegangsovereenkomst, daaromtrent voldoende geïnstrueerd zijn en dat zij
over de daarvoor benodigde kennis en vaardigheden beschikken. Hulppersonen die blijken
Artikel 7.
1.
2.
2.
3.
4.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 146 van 178
niet te beschikken over de benodigde kennis en vaardigheden worden –al dan niet op verzoek
van een der Partijen- onverwijld van de aan hen opgedragen werkzaamheden ontheven.
5. Spoorwegonderneming is jegens Exploitant verantwoordelijk voor gedragingen van afzenders
en geadresseerden als bedoeld in het vervoerrecht die werkzaamheden (doen) verrichten op
openbare laad- en losplaatsen en/of emplacementen voor zover Spoorwegonderneming in
staat is om de gedragingen feitelijk dan wel juridisch te beïnvloeden.
6. Indien door gedragingen als bedoeld in het vorige lid schade wordt veroorzaakt, is Spoorwegonderneming hiervoor slechts aansprakelijk als de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten
is aan het gedrag van een Derde en Spoorwegonderneming feitelijk en/of juridisch in staat
was om de schadeveroorzakende gebeurtenis te vermijden en de gevolgen daarvan te
verhinderen. Deze bepaling laat de aansprakelijkheid van geadresseerden en afzenders voor
de door hen te verrichten activiteiten op deze openbare laad- en losplaatsen en/of
emplacementen onverlet.
Toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten
Exploitant voert de door haar te verrichten werkzaamheden in verband met toegang tot en
gebruik van Ondersteunende informatiediensten uit volgens de in de aan de
Toegangsovereenkomst gehechte Service Level Agreement(s) opgenomen niveaus van
dienstverlening, of laat deze door een Hulppersoon uitvoeren.
Indien de verplichtingen uit hoofde van het eerste lid niet volgens de overeengekomen
niveaus van dienstverlening kunnen worden nagekomen, stelt Exploitant
Spoorwegonderneming daarvan onverwijld op de hoogte en stelt hij al het redelijke in het
werk om alsnog aan de overeengekomen niveaus van dienstverlening te voldoen.
Spoorwegonderneming zal de in verband met de in het eerste lid door Exploitant ter
beschikking gestelde programmatuur en apparatuur naar behoren behandelen en uitsluitend
gebruiken voor het doel waarvoor zij door Exploitant ter beschikking zijn gesteld en deze
inhoudelijk niet aanpassen. Indien hiervoor handleidingen of instructies door Exploitant
beschikbaar zijn gesteld, dient Spoorwegonderneming en/of diens Hulppersonen deze
onverkort toe te passen.
Werkzaamheden die Exploitant dient te verrichten als gevolg van gebreken en/of stagnatie
van programmatuur en/of apparatuur door onzorgvuldig gebruik, door gebruik afwijkend van
de door Exploitant gegeven instructies of door gebruik anders dan door Partijen
overeengekomen maken geen onderdeel uit van deze Toegangsovereenkomst.
Het intellectueel eigendomsrecht van door Exploitant in verband met toegang tot en gebruik
van Ondersteunende informatiediensten aan Spoorwegonderneming verstrekte
programmatuur berust bij Beheerder. Het intellectueel eigendomsrecht van de gegevens die
in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten door
Exploitant aan Spoorwegonderneming worden geleverd berust bij Beheerder. Door middel
van de Toegangsovereenkomst verstrekt Exploitant aan Spoorwegonderneming een licentie
om de hiervoor bedoelde programmatuur en gegevens voor de overeengekomen
Ondersteunende informatiediensten te gebruiken op de door Exploitant voorgeschreven
wijze.
Het vermenigvuldigen en/of openbaar maken en/of commercieel exploiteren van door
Exploitant in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten
geleverde programmatuur en apparatuur, dan wel gebruik door of ten behoeve van derden of
Artikel 8.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 147 van 178
andere diensten of systemen van Spoorwegonderneming en/of diens Hulppersonen is zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van Exploitant niet toegestaan.
Verdeling van capaciteit
Exploitant draagt zorg voor de verdeling van capaciteit conform de daartoe in de
Netverklaring, paragrafen 4.4 en 4.5, alsmede in de Toegangsovereenkomst opgenomen
procedures en met inachtneming van het gestelde in het besluit als bedoeld in artikel 61,
eerste lid, van de Spoorwegwet.
Voor zover de capaciteit in de vorm van paden wordt verdeeld, worden zulke paden voor
maximaal de duur van één dienstregelingperiode verdeeld.
Het is Spoorwegonderneming niet toegestaan de met haar overeengekomen capaciteit over
te dragen aan of te laten gebruiken door een Derde.
In geval van nood en indien dit absoluut noodzakelijk is ten gevolge van een storing die de
Spoorwegen tijdelijk onbruikbaar maakt, vervalt de verdeelde capaciteit. Op korte termijn
dreigende storingen worden daarbij gelijkgesteld met storingen. In geval van een op korte
termijn dreigende storing dient Exploitant deze concreet aan te duiden en te motiveren dat
herstel op korte termijn noodzakelijk is om te voorkomen dat daadwerkelijk een storing
optreedt die de veilige berijdbaarheid van de Spoorwegen en/of een ongestoord verloop van
het treinverkeer zou kunnen aantasten.
Indien Spoorwegonderneming gedurende een periode van tenminste vier aaneengesloten
weken binnen één dienstregelingjaar voor minder dan de in de Netverklaring paragraaf 4.6 te
noemen drempelwaarde een treinpad heeft gebruikt, levert Spoorwegonderneming dit
treinpad in gedurende de resterende looptijd van dat dienstregelingjaar, tenzij dit te wijten is
aan niet economische redenen buiten de wil van Spoorwegonderneming. Exploitant neemt
hierbij een opzegtermijn van twee weken in acht.
Exploitant behoudt zich het recht voor verdeelde capaciteit te onttrekken of te wijzigen:
a. op last van het bevoegd overheidsgezag dan wel ter voorkoming van een dergelijke last
indien de last schriftelijk aan Exploitant is medegedeeld voor een voldoende concreet
aangeduide situatie;
b. in het belang van de openbare orde;
c. naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 7, tweede lid, van deze
Algemene Voorwaarden;
d. voor zover het capaciteit betreft die benodigd is voor de uitvoering van diensten voor
personenvervoer per trein, en Spoorwegonderneming niet langer overeenkomstig de Wet
personenvervoer 2000 gerechtigd is die diensten te verrichten.
Indien Exploitant gebruik maakt van de bevoegdheid bedoeld in het vorige lid, spant
Exploitant zich in om de nadelige gevolgen daarvan zoveel als mogelijk in duur en omvang
voor Spoorwegonderneming te beperken. Indien Exploitant van de bevoegdheid bedoeld in
het vorige lid gebruik wenst te maken ter voorkoming van een last van een bevoegd gezag, zal
hij daarover vooraf overleg voeren met Spoorwegonderneming.
Artikel 9.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Gebruik Spoorvoertuigen door Spoorwegonderneming
1. Exploitant is gerechtigd in verband met de aan Exploitant op grond van de relevante nationale
en internationale wettelijke bepalingen opgelegde voorschriften en/of de uitvoering van de
Concessie en/of een gerechtelijke dan wel arbitrale uitspraak een aanvullende beoordeling van
(herstelde) Spoorvoertuigen uit te voeren ten aanzien van die aspecten die in het onderzoek
Artikel 10.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 148 van 178
2.
3.
4.
5.
6.
7.
voor het Inzetcertificaat of de (Aanvullende) vergunning voor indienststelling buiten
beschouwing zijn gebleven.
Exploitant kan naar aanleiding van de in het eerste lid bedoelde aanvullende beoordeling
aanwijzingen geven en/of voorwaarden en/of beperkingen verbinden aan het gebruik van
Spoorwegen of het gebruik van Spoorwegen door de betreffende Spoorvoertuigen uitsluiten.
Het resultaat van de beoordeling wordt schriftelijk aan Spoorwegonderneming meegedeeld.
Tot de in het tweede lid bedoelde voorwaarden en beperkingen kunnen o.a. behoren:
a. het stellen van een herbeoordelingstermijn;
b. een herbeoordeling bij wijziging van het Spoorvoertuig;
c. het (tijdelijk) toepassen van een klassenindeling;
d. het (tijdelijk) toepassen van redelijkerwijs noodzakelijke maatregelen aan de
infrastructuur op kosten van Spoorwegonderneming.
Spoorwegonderneming stelt aan Exploitant de gegevens beschikbaar met betrekking tot
identificatie en inzetmogelijkheden en –beperkingen van de door Spoorwegonderneming
ingezette Spoorvoertuigen.
Op eerste verzoek van Exploitant toont Spoorwegonderneming van het door haar te
gebruiken Spoorvoertuig een geldige EG-keuringsverklaring en/of, voor spoorvoertuigen zoals
bedoeld in artikel 39a, onderdeel b, Besluit spoorverkeer, een geldig Inzetcertificaat en/of een
ontheffing als bedoeld in artikel 46 Spoorwegwet zoals dit luidde tot 1 april 2012 of een
(Aanvullende) vergunning voor indienststelling.
De verantwoordelijkheid van Spoorwegonderneming voor een Spoorvoertuig dat Spoorwegonderneming heeft aangebracht, vervalt als een andere spoorwegonderneming dat voertuig
vervoert of verplaatst, of aan Exploitant heeft medegedeeld de verantwoordelijkheid voor het
voertuig over te nemen.
Indien Spoorwegonderneming, behoudens een verkregen ontheffing als bedoeld in artikel 36,
negende en tiende lid, van de Spoorwegwet, het verbod als bedoeld in artikel 36, eerste lid,
van de Spoorwegwet overtreedt of niet in het bezit is van een geldig Inzetcertificaat of een
(Aanvullende) vergunning voor indienststelling en/of Spoorwegen niet gebruikt
overeenkomstig de beoordeling als bedoeld in dit artikel, is Exploitant gerechtigd
Spoorwegonderneming terstond het gebruik van het desbetreffende Spoorvoertuig op
Spoorwegen te ontzeggen en daadwerkelijk te beëindigen. De hiermee verband houdende
kosten komen voor rekening van Spoorwegonderneming. Exploitant is eveneens gerechtigd
tot gebruiksontzegging ten aanzien van Spoorvoertuigen die voor wat betreft de aspecten
waarop zij in het kader van de toelating zijn beoordeeld, niet meer voldoen aan de daarbij
toepasselijke technische specificaties. Zulke Spoorvoertuigen mogen, indien verblijvend op de
Spoorwegen, uitsluitend na verkregen toestemming van Exploitant en onder daarbij te stellen
voorwaarden worden verplaatst door Spoorwegonderneming, onder verantwoordelijkheid
van Spoorwegonderneming.
Milieu en veiligheid
1. De Spoorwegonderneming mag op een emplacement andere activiteiten dan voor
aankomend, vertrekkend of doorrijdend treinverkeer of voor kopmaken of locwisseling, alleen
uitvoeren als voor die activiteiten een omgevingsvergunning is afgegeven.
Spoorwegonderneming moet Exploitant in de gelegenheid stellen om vooraf te beoordelen of
voorgenomen activiteiten op emplacementen passen binnen de verplichtingen van de Wet
milieubeheer en de toepasselijke omgevingsvergunning. De Spoorwegonderneming die op
Artikel 11.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 149 van 178
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
emplacementen activiteiten uitvoert of wil uitvoeren die vallen onder de
vergunningsverplichting, moet zich op de hoogte stellen van de beperkingen en voorschriften
die uit de vergunning voortvloeien en deze in acht nemen.
Spoorwegonderneming neemt bij het gebruik van Spoorwegen de in paragraaf 3.4.1 en bijlage
9 van de Netverklaring vermelde gebruiksbeperkingen en –voorschriften in acht.
Spoorwegonderneming past een milieuzorgsysteem toe dat de naleving van
gebruiksbeperkingen en –voorschriften vanwege aan Exploitant verleende omgevings- en
gebruiksvergunningen ondersteunt; Spoorwegonderneming stelt de in dat milieuzorgsysteem
opgenomen gegevens beschikbaar voor Beheerder. Spoorwegonderneming aanvaardt dat
Exploitant die naleving ook anderszins controleert.
Indien het gevaar bestaat dat schade door Spoorwegonderneming aan Spoorwegen en/of het
milieu wordt toegebracht of reeds is toegebracht en/of de veiligheid van Derden en/of het
spoorwegverkeer in gevaar komt of reeds is gekomen door Spoorwegonderneming, dient
Spoorwegonderneming zodra zij hiermee bekend is, Exploitant daarvan zo spoedig mogelijk
in kennis te stellen. De inkennisstelling laat de wettelijke en contractuele verplichtingen van
Spoorwegonderneming onverlet.
Exploitant is bevoegd om op grond van relevante nationale en internationale wettelijke
bepalingen, de daaruit voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en
gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken te bepalen, dat op Spoorwegen of op een gedeelte
daarvan, door Exploitant aangewezen spoorgebonden bedrijfsprocessen van
Spoorwegonderneming niet, dan wel uitsluitend op door hem daarvoor aangewezen plaatsen
en/of onder door hem te geven voorwaarden en/of met gebruikmaking van de daarvoor ter
plaatse aanwezige voorzieningen, mogen worden uitgevoerd.
Onder bedrijfsprocessen wordt onder meer verstaan:
a. in- en uitwendige reiniging van Spoorvoertuigen;
b. beproeving van Spoorvoertuigen;
c. innemen van brandstoffen;
d. opstellen van Spoorvoertuigen;
e. afvoer van afval van bedrijfsprocessen en van afval uit Spoorvoertuigen;
f. het plegen van inspectie, onderhoud en/of herstellingen aan Spoorvoertuigen.
Spoorwegonderneming onthoudt zich van handelen dat overschrijding van de krachtens de
Wet milieubeheer geldende geluidproductieplafonds of overtreding van de van belang zijnde
voorschriften behorende bij de krachtens de Wet milieubeheer verleende vergunningen tot
gevolg heeft.
Bij dreigende overschrijding van de in het vorige lid bedoelde geluidproductieplafonds of
dreigende overtreding van de in vorige lid bedoelde voorschriften, kan Exploitant
aanwijzingen geven aan Spoorwegonderneming.
Indien het bevoegd gezag dat is belast met het toezicht op de naleving van een aan Exploitant
volgens wettelijk voorschrift verleende vergunning of een voor het gebruik van de
Spoorwegen geldend wettelijk voorschrift, een overtreding vaststelt van het bij die
vergunning of wettelijk voorschrift bepaalde en daarvan schriftelijk kennis geeft aan
Beheerder, stelt Beheerder, bij een vermoeden dat die overtreding feitelijk is begaan door
Spoorwegonderneming, Spoorwegonderneming zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen
drie werkdagen na het ontstaan van dat vermoeden schriftelijk in kennis van de ontvangst van
die kennisgeving.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 150 van 178
9. Spoorwegonderneming en Exploitant treden in overleg met betrekking tot de in de
kennisgeving omschreven overtreding zoals bedoeld in het achtste lid en het mogelijk
daartegen te voeren verweer.
10. Indien Spoorwegonderneming van oordeel is dat een ander dan Spoorwegonderneming de in
het achtste lid bedoelde overtreding feitelijk begaan heeft of dat de overtreding in het geheel
niet begaan is, deelt zij dat binnen tien werkdagen na ontvangst van de inkennisstelling
schriftelijk en gemotiveerd mede aan de Beheerder. Constateringen van het bevoegd gezag
die de Exploitant tot de zijne maakt gelden als bewijs van niet naleving van de voorschriften
als bedoeld in dit artikel, tenzij Spoorwegonderneming in haar schriftelijk reactie aan
Exploitant ten behoeve van verweer door Exploitant die constateringen uitdrukkelijk en
gemotiveerd weerspreekt.
11. Spoorwegonderneming vergoedt de aan Exploitant opgelegde boete danwel de door
Exploitant verbeurde dwangsom ter zake van een overtreding als bedoeld in het achtste lid,
tenzij Exploitant nagelaten heeft, verweer te voeren tegen die boete of dwangsom in gevallen
waarin Spoorwegonderneming Exploitant verzocht had dit te doen en/of nagelaten heeft
Spoorwegonderneming in de gelegenheid te stellen verweer te voeren tegen die boete of
dwangsom.
12. Spoorwegonderneming stelt aan Exploitant tijdig de nodige gegevens beschikbaar om
verweer te kunnen voeren met betrekking tot de in de kennisgeving omschreven overtreding
zoals bedoeld in het achtste lid. Exploitant behoudt zich het recht voor, af te zien van in het
voeren van verweer indien verweer evident zinloos is dan wel Spoorwegonderneming
Exploitant niet van de benodigde gegevens voorziet in welke gevallen Spoorwegonderneming
de verbeurde dwangsom of de opgelegde boete aan Exploitant vergoedt. Exploitant
informeert Spoorwegonderneming over het verloop van het ingestelde verweer.
13. De kosten van het verweer ter zake van overtredingen zoals bedoeld in het achtste lid komen
ten laste van Spoorwegonderneming, met uitzondering van gevallen waarin Exploitant
medebelanghebbend is bij het verweer vanwege de mogelijke uitwerking op de
gebruiksmogelijkheden van de Spoorwegen of waarin Partijen in overleg zijn
overeengekomen verweer te voeren tegen de kwalificatie van de geconstateerde feiten als
overtreding en daarbij een andere kostenverdeling zijn overeengekomen.
Overslaan vloeistoffen ten behoeve van het laten rijden van Spoorvoertuigen
Het is Spoorwegonderneming – buiten de situaties zoals omschreven in de Operationele
Voorwaarden – uitsluitend toegestaan voor het milieu schadelijke vloeistoffen ten behoeve
van de tractie van Spoorvoertuigen en het in werking stellen en hebben van werktuigen, over
te slaan op de daartoe bestemde en door Exploitant aangewezen plaatsen, zoals genoemd in
bijlage 21 van de Netverklaring (tankinstallaties).
Artikel 12.
3.
Maatregelen voor herstel van het treinverkeer
1. Bij een verstoring van het treinverkeer stellen Partijen alles wat redelijkerwijs verwacht kan
worden in het werk om zo spoedig mogelijk de verstoring op te heffen en de nadelige
gevolgen daarvan zoveel als mogelijk te beperken.
2. Met het oog hierop kan Exploitant onder andere treinen ophouden, langzamer of sneller laten
doen rijden, omleiden, inleggen of paden opheffen. Exploitant past daarbij de in de
Toegangsovereenkomst vastgelegde regelingen zoals vermeld in onderdeel 2.1 van de
Operationele Voorwaarden toe.
Artikel 13.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 151 van 178
3. Indien Exploitant in gevallen zoals bedoeld in het tweede lid en in artikel 8, zesde lid, een
vervangend treinpad aanbiedt, is de gebruiksvergoeding voor het vervangende pad niet hoger
dan die voor het oorspronkelijke treinpad.
Medewerking van Spoorwegonderneming
Spoorwegonderneming is gehouden aan de operationele regels ketenregie. De Exploitant
behoudt zich het recht voor om in overleg met de relevante ketenpartners de operationele
regels ketenregie te wijzigen. Wijzigingen zijn van kracht na consultatie van de betreffende
aanvulling op de Netverklaring Betuweroute vanaf de datum waarop de Exploitant de
wijziging op haar website (www.keyrail.nl) bekend heeft gemaakt.
Op aanwijzing van Exploitant is Spoorwegonderneming gehouden tot het verlenen van
bijstand bij het opheffen van een verstoring ongeacht de oorzaak daarvan. Indien naar het
oordeel van Exploitant noodzakelijk, stelt Spoorwegonderneming hem daarvoor geschikt
materieel en/of daartoe geschikte ondergeschikte Hulppersonen ter beschikking. De partij die
bijstand verleent bij het wegslepen van Spoorvoertuigen als hiervoor in dit lid 2 bedoeld, zal
zich in daarbij dienen te houden aan de normale voorwaarden voor het rijden met een trein
van een terminal naar een emplacement.
De kosten van de in het eerste lid bedoelde bijstand die worden gemaakt door
Spoorwegonderneming die (i) de verstoring niet zelf heeft veroorzaakt, of (ii) in dit geval niet
nalatig was in de naleving van de operationele regels ketenregie, komen ten laste van
Exploitant.
Voor zover een verstoring casu quo nalatigheid in de naleving van de operationele regels
ketenregie voor rekening en risico van Spoorwegonderneming komt, is
Spoorwegonderneming gehouden om de in het derde lid bedoelde kosten en andere kosten
die Exploitant ter opheffing van de verstoring casu quo nalatigheid heeft moeten maken, op
eerste verzoek aan Exploitant te vergoeden. De Exploitant kan in dat verband een de partijen
bindende regeling met standaardtarieven opstellen.
Indien de bijstand verlenende spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de
benodigde zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij de bijstand
ontvangende spoorwegonderneming en/of bij Exploitant of zelf schade lijdt, komt deze
schade voor rekening en risico van de Partij voor wiens rekening en risico de verstoring casu
quo de nalatigheid in de naleving van de operationele regels ketenregie komt.
Indien de bijstand verlenende spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de
benodigde zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij een Derde niet
zijnde de andere bij de verstoring betrokken partijen casu quo de partijen die uitvoering geven
aan de operationele regels ketenregie dan komt deze schade voor rekening en risico van de
veroorzaker van de verstoring casu quo de Spoorwegonderneming die nalatig was in de
naleving van de operationele regels ketenregie. De veroorzaker van de storing casu quo
Spoorwegonderneming die nalatig was in de naleving van de operationele regels ketenregie
vrijwaart, indien noodzakelijk, de andere bij de verstoring betrokken partijen casu quo de
partijen die uitvoering geven aan de operationele regels ketenregie voor aanspraken tot
schadevergoeding van deze Derde(n).
Spoorwegonderneming is gehouden tot deelname aan de calamiteitenorganisatie
overeenkomstig de in de Toegangsovereenkomst vastgelegde regelingen zoals vermeld in
onderdeel 4.1 van de Operationele Voorwaarden.
De Exploitant kan naar redelijkheid en billijkheid rijwegen aanwijzen voor roestrijden.
Artikel 14.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 152 van 178
Betreden Spoorwegen
1. Voor zover Spoorwegonderneming (Hulp)personen toestaat de Spoorwegen te betreden,
geschiedt dit voor risico van Spoorwegonderneming.
2. Spoorwegonderneming draagt er zorg voor dat de in het eerste lid bedoelde (Hulp)personen
voldoende geïnstrueerd zijn met het oog op het ordentelijk en veilig betreden van de
Spoorwegen.
3. Hulppersonen van Spoorwegonderneming die werkzaam zijn op Spoorwegen dienen zich via
dienstkaart of schriftelijke opdracht te kunnen legitimeren als Hulppersoon van
Spoorwegonderneming.
Artikel 15.
Controle en aanwijzingen
Exploitant is gerechtigd om, met het oog op de door hem uit te voeren taken en zijn
verantwoordelijkheden ingevolge toepasselijke nationale en internationale wettelijke
bepalingen, de daaruit voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en
gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken, controles uit te voeren en/of noodzakelijke
aanwijzingen te geven aan (de Hulppersoon van) Spoorwegonderneming die deze
aanwijzingen onverwijld dient op te volgen. In de Toegangsovereenkomst worden de
functionarissen van Exploitant aangeduid aan wie de uitoefening van de hier bedoelde
bevoegdheid toekomt.
De bevoegdheid van Exploitant als bedoeld in het eerste lid kan uitsluitend worden gebruikt
met het oog op de bescherming van Spoorwegen, het voorkomen dan wel beheersen van
hinder die andere gebruikers van Spoorwegen en de omgeving ondervinden en het veilig en
doelmatig gebruik van Spoorwegen.
De controles en aanwijzingen dienen de normale bedrijfsvoering van Spoorwegonderneming
zo min mogelijk te hinderen en, indien mogelijk, voor Exploitant op de minst bezwarende
wijze worden uitgevoerd respectievelijk gegeven. Exploitant heeft uitsluitend toegang tot de
voor controle relevante Spoorvoertuigen, installaties en uitrustingen van
Spoorwegonderneming.
Spoorwegonderneming is gehouden gevolg te geven aan door Exploitant gegeven
aanwijzingen als bedoeld in deze Algemene Voorwaarden. Bij het niet onverwijld opvolgen
van een rechtmatig gegeven aanwijzing als bedoeld in deze Algemene Voorwaarden, verbeurt
Spoorwegonderneming een direct opeisbare boete van € 5.000,- per overtreding,
onverminderd het recht van Exploitant om schadevergoeding te vorderen. Indien een serie
van overtredingen bestaat uit het niet opvolgen van één en dezelfde aanwijzing, dan is het
recht van Exploitant om een direct opeisbare boete van € 5.000,- per overtreding te vorderen
beperkt tot maximaal € 25.000,- voor die serie van overtredingen.
Indien Spoorwegonderneming geen gevolg geeft aan een door Exploitant gegeven aanwijzing
en het direct opvolgen van de aanwijzing door Exploitant noodzakelijk wordt geacht in
verband met het voorkomen van schade, dreigend gevaar, beëindigen van een onrechtmatige
situatie, overlast en/of spoedige herstel van het treinverkeer als bedoeld in artikel 13, eerste
lid, van deze Algemene Voorwaarden, kan Exploitant de uit de aanwijzing voortvloeiende
handelingen en/of werkzaamheden voor rekening en risico van Spoorwegonderneming zelf
uitvoeren.
Artikel 16.
1.
2.
3.
4.
5.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 153 van 178
Titel IV.
Aansprakelijkheid
Algemene bepalingen met betrekking tot aansprakelijkheid
Het bepaalde in CUI, Titel III, is van overeenkomstige toepassing op de
Toegangsovereenkomst gesloten tussen Spoorwegonderneming en Beheerder, voor zover
daarvan in deze Titel IV van de Algemene Voorwaarden niet is afgeweken.
De in deze Titel IV omschreven beperkingen van de aansprakelijkheid van een Partij zijn niet
van toepassing, indien de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van die partij,
geschied hetzij met de opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de
wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien.
Exploitant en Spoorwegonderneming zijn aansprakelijk voor hun Hulppersonen.
Elke vordering van Hulppersonen van Spoorwegonderneming wegens aansprakelijkheid
jegens Exploitant met betrekking tot door Exploitant veroorzaakte schade, alsmede elke
vordering van Hulppersonen van Exploitant wegens aansprakelijkheid jegens Spoorwegonderneming met betrekking tot door Spoorwegonderneming veroorzaakte schade kan,
ongeacht de rechtsgrond, slechts worden ingesteld onder de voorwaarden en beperkingen
van de Algemene Voorwaarden.
De Behandelingskosten zijn gerelateerd aan het schadebedrag, dat voor de bepaling van de
hoogte van de Behandelingskosten bestaat uit de in artikel 18, eerste lid, onderdelen a, b en c
en artikel 19, eerste lid, onderdelen a, b en c genoemde schadeposten, en wel zoals in
navolgende tabel is aangegeven:
Artikel 17.
1.
2.
3.
4.
5.
Schadebedrag
van € 0,- tot € 100.000,van € 100.000,- tot € 250.000,van € 250.000,- tot € 1.000.000,van € 1.000.000,- tot € 5.000.000,van € 5.000.000,-
Behandelingskosten
2,5% van het schadebedrag
2,0% van het schadebedrag
1,5% van het schadebedrag
1,0% van het schadebedrag
werkelijke kosten
In gevallen dat de schade uitsluitend vermogensschade omvat kunnen de Behandelingskosten
bepaald worden op basis van werkelijk gemaakte kosten. Daarbij worden de
administratiekosten ter afhandeling van het Schadegeval aan de hand van de volgende tabel
vastgesteld, waarbij de referentieschade bestaat uit extra bureau- en communicatiekosten,
kosten van herplanning van de bedrijfsproductie en de kosten van personeel dat extra
benodigd is gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend voorval de normale
bedrijfsproductie belemmert:
Referentieschade
€ 5.000,tot
€ 10.000,-
administratiekosten
€ 350,-
€ 10.000,-
tot
€ 30.000,-
€ 375,-
€ 30.000,-
tot
€ 50.000,-
€ 475,-
€ 50.000,-
tot
---------
1% van de
referentieschade
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 154 van 178
Indien aansprakelijkheid voor het Schadegeval prompt zonder discussie wordt erkend door
Exploitant en prompt betaling van de schade volgt, worden de administratiekosten beperkt
tot 50% van de in bovenstaande tabel genoemde bedragen.
Aansprakelijkheid Exploitant jegens Spoorwegonderneming
1. Exploitant is jegens Spoorwegonderneming aansprakelijk:
a. voor personenschade, te weten dood, verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk
letsel;
b. voor zaakschade, te weten vernieling of beschadiging van roerende en onroerende zaken;
c. voor vermogensschade
4. waarvan de oorzaak in de Spoorwegen ligt en toegebracht aan Spoorwegonderneming of
haar Hulppersonen gedurende het gebruik van de Spoorwegen.
Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde
aansprakelijkheid ook bij het gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende
voorzieningen en bij door Exploitant geleverde bijkomende en aanvullende diensten, met
inachtneming van het zesde lid ten aanzien van de daar genoemde diensten en/of software.
2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot
uitsluitend de hierna te noemen schadecomponenten, steeds onder de daarbij per component
vermelde voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van omzet- en winstderving:
a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die Spoorwegonderneming
verschuldigd is aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomsten of aan andere Derden:
- uitsluitend de schadevergoedingen die Spoorwegonderneming op grond van de
wettelijke, Europeesrechtelijke of verdragsrechtelijke regelgeving en binnen de
grenzen en voorwaarden van die regelgeving gehouden is uit te keren aan
wederpartijen bij haar vervoerovereenkomst(en) of aan andere Derden;
b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van
berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het
daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en
uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de
aansprakelijkheid en de omvang van de schade:
- alle daarvoor gemaakte kosten;
c. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van vervangend vervoer alsmede de
Behandelingskosten, evenwel uitsluitend in het geval dat door een aan Exploitant
Toerekenbare oorzaak Spoorwegonderneming gedurende een tijdvak van meer dan
8 (acht) aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak
geen of slechts gedeeltelijk gebruik kon maken van de aan haar verdeelde capaciteit:
- de kosten van vervangend vervoer, alsmede de Behandelingskosten;
d. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van railvervangend vervoer in
Nederland ten behoeve van de direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken
reizigers en goederenzendingen:
- de kosten van vervangend vervoer voor die reizigers en goederenzendingen, waarbij
onder ‘direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en
goederenzendingen’ wordt verstaan de reizigers en/of de goederenzendingen die
gebruik maken van een Spoorvoertuig dat bij het schadeveroorzakend voorval is
betrokken alsmede de reizigers en de goederenzendingen die gebruik maken van
Spoorvoertuigen die een zelfde mate van hinder ondervinden van het
Artikel 18.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 155 van 178
schadeveroorzakend voorval in die zin dat de gevolgen voor de betrokken reizigers
en/of goederenzendingen in die Spoorvoertuigen dezelfde zijn en op dezelfde manier
zijn verholpen;
e. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van tijdelijke vervanging van een
spoorvoertuig dat als het gevolg van het schadeveroorzakend voorval tijdelijk of blijvend
niet inzetbaar is:
- uitsluitend de in redelijkheid gemaakte kosten van huur van een spoorvoertuig
gedurende de periode waarin Spoorwegonderneming in redelijkheid geen ander
spoorvoertuig ter beschikking heeft om het geplande vervoer uit te voeren.
3. Exploitant is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven:
a. in geval van personenschade en vermogensschade voortvloeiend uit de door
Spoorwegonderneming krachtens de Uniforme Regelen CIV verschuldigde
schadevergoeding:
1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden
buiten de bedrijfsuitoefening van Beheerder, die Beheerder, ondanks de
zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en
waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen;
2. voor zover de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan schuld van de
persoon die de schade heeft geleden;
3. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een
Derde, dat Beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van
het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen;
b. in geval van zaakschade en vermogensschade voortvloeiend uit de door
Spoorwegonderneming krachtens de Uniforme Regelen CIM verschuldigde
schadevergoeding, wanneer de schade is veroorzaakt door schuld van
Spoorwegonderneming of door een opdracht van Spoorwegonderneming die niet aan
Exploitant kan worden toegerekend of door omstandigheden die Exploitant niet kon
vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen;
c. in geval van andere vermogensschade dan hiervoor bij sub a en b bedoeld:
1. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door schuld van
Spoorwegonderneming of door een opdracht gegeven door Spoorwegonderneming
die niet Toerekenbaar is aan Beheerder;
2. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden,
zoals overmacht of het gedrag van een Derde die Beheerder, ondanks de
zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en
waarvan hij de gevolgen niet kon voorkomen.
4. Exploitant is niet aansprakelijk voor schade die Spoorwegonderneming lijdt vanwege een
door Exploitant op grond van de Toegangsovereenkomst rechtmatig en met inachtneming
van het bepaalde in artikel 15 van de Algemene Voorwaarden gegeven aanwijzing en voor de
gevolgen van toepassing van artikel 8, vijfde lid, van de Algemene Voorwaarden.
5. Spoorwegonderneming dient geen verzoeken tot schadevergoeding in bij Exploitant voor
vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met uitzondering van de gevallen:
a. waarin Exploitant aansprakelijk is op de voet van artikel 6:175 BW;
b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan Exploitant Toerekenbaar
overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van Spoorwegen verbonden
voorschrift;
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 156 van 178
en met dien verstande dat vergoeding van vermogensschade als bedoeld in lid 2 onder de
letter a, alleen wordt verzocht voor zover die vermogensschade groter is dan € 5.000,- per
Schadegeval.
6. Exploitant is aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit niet tijdig, inhoudelijk incorrect
en/of onvolledig geleverde informatie in het kader van een door Exploitant geleverde dienst
en/of software als bedoeld in paragraaf 5.5 van de Netverklaring, voor zover deze schade het
gevolg is van het toerekenbaar niet-voldoen door Exploitant aan de overeengekomen niveaus
van dienstverlening voor de desbetreffende informatielevering, als bedoeld in artikel 8 lid 1
van deze Algemene Voorwaarden.
Exploitant is echter niet aansprakelijk:
a. voor indirecte schade, daaronder begrepen gevolgschade, gederfde winst, gemiste
besparingen en schade door bedrijfsstagnatie;
b. voor zover de schade hoger is dan het bedrag dat Partijen onder de desbetreffende
Service Level Agreement als tegenprestatie voor de desbetreffende
informatiedienstverlening zijn overeengekomen.
Aansprakelijkheid Spoorwegonderneming jegens Exploitant
1. Spoorwegonderneming is ten opzichte van Exploitant aansprakelijk:
a. voor personenschade, te weten dood, verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk
letsel;
b. voor zaakschade, te weten vernieling of beschadiging van roerende en onroerende zaken;
c. voor vermogensschade
5. toegebracht aan Exploitant of zijn Hulppersonen gedurende het gebruik van Spoorwegen
door de gebruikte Spoorvoertuigen of door de vervoerde personen of goederen.
Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde
aansprakelijkheid ook bij gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende voorzieningen en
bij door Exploitant geleverde bijkomende en aanvullende diensten.
2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot
uitsluitend de hierna te noemen schadesoorten, steeds onder de daarbij vermelde
voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van schade door omzet- en winstderving:
a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die Exploitant verschuldigd
is aan Derden:
- uitsluitend de schadevergoedingen die Exploitant op grond van de nationale en/of
communautaire wetgeving of het internationale recht en binnen de grenzen en voorwaarden van die wetgeving of dat recht gehouden is uit te keren aan Derden;
b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van
berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het
daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en
uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de
aansprakelijkheid en de omvang van de schade:
- alle daarvoor gemaakte kosten;
c. voor de vermogensschade, uitsluitend in het geval dat door een aan
Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak het verkeer over de Spoorwegen of een
gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van tenminste acht aaneengesloten uren
gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak niet of slechts gedeeltelijk kon
plaatsvinden:
Artikel 19.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 157 van 178
de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van annulering en herplanning van
werkzaamheden die gepland waren uitgevoerd te worden gedurende de tijd dat het
schadeveroorzakend voorval de normale bedrijfsproductie belemmert en die
Toerekenbaar aan dat voorval geen doorgang konden vinden, alsmede de
Behandelingskosten.
Spoorwegonderneming is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven:
a. in geval van personenschade:
1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden
buiten de bedrijfsuitoefening van Spoorwegonderneming, die
Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van
het geval, niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet kon verhinderen;
2. voor zover de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan schuld van de
persoon die de schade heeft geleden;
3. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een
Derde, dat Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de
omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet
kon verhinderen;
b. in geval van zaakschade, wanneer de schade is veroorzaakt door schuld van Exploitant of
door een opdracht van Exploitant die niet aan Spoorwegonderneming kan worden
toegerekend of door omstandigheden die Spoorwegonderneming niet kon vermijden en
waarvan zij de gevolgen niet kon verhinderen;
c. in geval van vermogensschade:
1. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door schuld van
Exploitant of door een opdracht gegeven door Exploitant die niet Toerekenbaar is aan
Spoorwegonderneming;
2. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden,
zoals overmacht of het gedrag van een Derde die Spoorwegonderneming, ondanks de
zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en
waarvan zij de gevolgen niet kon voorkomen.
Exploitant dient geen verzoek tot schadevergoeding in bij Spoorwegonderneming voor
vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met uitzondering van gevallen:
a. waarin Spoorwegonderneming aansprakelijk is op de voet van artikel 6:175 BW jo. 8:1670
e.v. BW;
b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan Spoorwegonderneming
Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van de Spoorwegen
verbonden voorschrift;
en met dien verstande dat vergoeding van vermogensschade als bedoeld in lid 2 onder de
letter a, alleen wordt verzocht als die vermogensschade groter is dan € 5.000,- per
Schadegeval.
Spoorwegonderneming vrijwaart Exploitant voor alle schade die ontstaat bij het in welke
vorm dan ook aan Spoorwegonderneming Toerekenbaar overtreden van een van
overheidswege aan het gebruik van de Spoorwegen verbonden voorschrift.
Ingeval van zaakschade aan Spoorwegen wordt enkel en alleen voordeeltoerekening
toegepast indien Exploitant daadwerkelijk voordeel ondervindt van het herstel van de
zaakschade. Daarvan is alleen sprake indien het herstel van de zaakschade de eerstvolgende
gehele vernieuwing van het deel (niet zijnde een enkele component) van de Spoorwegen
-
3.
4.
6.
5.
6.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 158 van 178
waarvan de herstelde zaak onderdeel is, met meer dan vijf jaar uitgesteld kan worden ten
opzichte van de vóór het Schadegeval door Exploitant gehanteerde planning. Op verzoek van
Spoorwegonderneming verstrekt Exploitant de relevante planningen aan Spoorwegonderneming. Bij een beroep op voordeeltoerekening dient Exploitant bewijs bij te brengen
van deze planning(en).
Onderlinge aansprakelijkheid Spoorwegondernemingen
1. Spoorwegonderneming is jegens een andere spoorwegonderneming aansprakelijk:
a. voor personenschade
b. voor verlies van of schade aan eigendommen, ongeacht de eigendomspositie
c. voor vermogensschade
7. toegebracht aan een andere spoorwegonderneming of haar Hulppersonen gedurende het
gebruik van de Spoorwegen door gebruikte Spoorvoertuigen of door vervoerde personen of
goederen.
Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde
aansprakelijkheid ook bij gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende voorzieningen.
2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot
uitsluitend de hierna te noemen schadesoorten, steeds onder de daarbij vermelde
voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van schade door omzet- en winstderving:
a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die de andere
spoorwegonderneming verschuldigd is aan wederpartijen bij haar
vervoerovereenkomsten of aan andere Derden:
- uitsluitend de schadevergoedingen die de andere spoorwegonderneming op grond
van de nationale en/of communautaire wetgeving of het internationale recht en
binnen de grenzen en voorwaarden van die wetgeving of dat recht gehouden is uit te
keren aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomsten of aan andere Derden;
b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van
berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het
daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en
uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de
aansprakelijkheid en de omvang van de schade:
- alle daarvoor gemaakte kosten.
c. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van vervangend vervoer binnen
Nederland alsmede de Behandelingskosten, uitsluitend in het geval dat door een aan
Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak het verkeer over de Spoorwegen of een
gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van tenminste acht aaneengesloten uren
gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak niet of slechts gedeeltelijk kon
plaatsvinden: de voor dat vervangend vervoer (door derden) in rekening gebrachte
kosten:
- de kosten van vervangend vervoer, alsmede de Behandelingskosten.
d. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van railvervangend vervoer in
Nederland ten behoeve van de direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken
reizigers en goederenzendingen:
- de kosten van vervangend vervoer voor die reizigers en goederenzendingen, waarbij
onder ‘direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en
goederenzendingen’ wordt verstaan de reizigers en/of de goederenzendingen die
Artikel 20.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 159 van 178
gebruik maken van een Spoorvoertuig dat bij het schadeveroorzakend voorval is
betrokken alsmede de reizigers en de goederenzendingen die gebruik maken van
Spoorvoertuigen die een zelfde mate van hinder ondervinden van het
schadeveroorzakend voorval in die zin dat de gevolgen voor de betrokken reizigers
en/of goederenzendingen in die Spoorvoertuigen dezelfde zijn en op dezelfde manier
zijn verholpen;
e. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van tijdelijke vervanging van een
spoorvoertuig dat als het gevolg van het schadeveroorzakend voorval tijdelijk of blijvend
niet inzetbaar is:
- uitsluitend de in redelijkheid gemaakte kosten van huur van een spoorvoertuig
gedurende de periode waarin de andere spoorwegonderneming in redelijkheid geen
ander spoorvoertuig ter beschikking heeft om het geplande vervoer uit te voeren.
3. Spoorwegonderneming is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven indien
de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door:
a. schuld van de andere spoorwegonderneming of door een opdracht gegeven door de
andere spoorwegonderneming die niet toerekenbaar is aan Spoorwegonderneming;
b. omstandigheden, zoals overmacht of het gedrag van een Derde partij die de
Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het
geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kan voorkomen.
4. Spoorwegonderneming dient geen verzoek tot schadevergoeding bij een andere
spoorwegonderneming in voor vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met
uitzondering van de gevallen:
a. waarin aansprakelijkheid op de voet van artikel 6:175 BW jo. 8:1670 e.v. BW aan de orde is;
b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan de andere spoorwegonderneming Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van
de Spoorwegen verbonden voorschrift.
5. Dit artikel is een derdenbeding als bedoeld in artikel 6:253 BW. Spoorwegonderneming
aanvaardt dat een andere spoorwegonderneming die deze Algemene Voorwaarden eveneens
heeft aanvaard zich jegens haar rechtstreeks kan beroepen op het bepaalde in deze Algemene
Voorwaarden voor zover dat relevant is voor de relatie tussen Spoorwegonderneming en de
andere spoorwegonderneming.
Toerekenbaar tekortschieten
Onverminderd het in deze titel IV bepaalde is een Partij in geval van een Toerekenbare nietnakoming van zijn verplichtingen, waarbij hij eerst in gebreke is gesteld waarbij een, gegeven de
feitelijke omstandigheden, redelijke termijn is gesteld om verplichtingen alsnog na te komen,
maar nakoming desondanks geheel of gedeeltelijk uitbleef, aansprakelijk voor de door de andere
Partij geleden schade, met dien verstande dat, behoudens in geval van opzet of bewuste
roekeloosheid, de door de andere Partij geleden omzet- of winstderving niet voor vergoeding in
aanmerking komt. De artikelen 18, vijfde lid, en 19, vierde lid, van de Algemene Voorwaarden zijn
van overeenkomstige toepassing.
Artikel 21.
Beperking aansprakelijkheid, verjaring en overmacht
1. De aansprakelijkheid van Partijen in welke vorm dan ook is beperkt tot de in titel IV
opgenomen bepalingen onverlet het recht van Partijen om nakoming van het bepaalde in
Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden te vorderen.
Artikel 22.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 160 van 178
2. Op de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden gebaseerde
rechtsvordering(en) van Spoorwegonderneming of Exploitant verjaart/verjaren door verloop
van drie jaren na de gebeurtenis die de rechtsvordering(en) heeft doen ontstaan.
3. In het geval van overlijden van personen bedraagt de verjaringstermijn drie jaar vanaf de dag
volgend op de dag van het overlijden, maar niet meer dan vijf jaar vanaf de dag volgend op de
dag van het ongeval.
4. Indien de rechtsvordering van Exploitant ziet op een gebeurtenis, ter zake waarvan
Spoorwegonderneming regres kan nemen op de wederpartij bij een door
Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst, verjaart de vordering van Exploitant
op Spoorwegonderneming één maand vóór het verstrijken van de verjaringstermijn die
krachtens wettelijke en/of verdragsrechtelijke regeling van kracht is ten aanzien van de
vordering van Spoorwegonderneming op de wederpartij bij de door Spoorwegonderneming
gesloten vervoerovereenkomst.
5. Indien de rechtsvordering van Spoorwegonderneming ziet op een gebeurtenis die wordt
beheerst door een door Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst ter zake van
welke vordering Spoorwegonderneming regres neemt op Exploitant verjaart de vordering van
Spoorwegonderneming op Exploitant één maand na het verstrijken van de verjaringstermijn
die krachtens wettelijke en/of verdragsrechtelijke regeling van kracht is ten aanzien van de
vordering die wordt beheerst door de vervoerovereenkomst.
6. De verjaring wordt opgeschort wanneer één der Partijen het geschil voorlegt aan een instantie
zoals bedoeld in artikel 29 of de zaak aanhangig maakt bij een scheidsgerecht.
7. Exploitant en/of Spoorwegonderneming zijn in geval van overmacht niet aansprakelijk voor
schade in welke vorm dan ook. Onder overmacht in de zin van deze Algemene Voorwaarden
wordt verstaan hetgeen daaromtrent in wet en jurisprudentie wordt begrepen. Tevens wordt
onder overmacht begrepen niet door Exploitant veroorzaakte stroomstoringen, zelfdodingen
of pogingen daartoe, gedragingen van dieren, landelijke of regionale, al dan niet
georganiseerde, stakingen of werkonderbrekingen in het bedrijf van Exploitant en/of in het
bedrijf van Spoorwegonderneming.
8. Het bepaalde in lid 7 laat de verplichting van Exploitant voortvloeiende uit artikel 7, lid 2, van
de Spoorwegwet onverlet.
9. Voor het geval een Hulppersoon in zijn hoedanigheid van Hulppersoon schade lijdt, die zowel
aan Exploitant als aan Spoorwegonderneming toerekenbaar is, vrijwaren Exploitant en
Spoorwegonderneming elkaar reeds nu voor alsdan over en weer tegen aanspraken van de
desbetreffende Hulppersoon tot vergoeding van die schade, voor zover de schade aan
Exploitant respectievelijk Spoorwegonderneming toerekenbaar is. Deze vrijwaring geldt
eveneens voor aanspraken tot vergoeding van schade die geheel toerekenbaar is aan
Exploitant en waarvoor de Hulppersoon Spoorwegonderneming aanspreekt, en vice versa.
10. Voor het geval tussen Exploitant en Spoorwegonderneming een regeling van kracht is ten
aanzien van de vergoeding van schade als gevolg van een bepaalde schadeveroorzakende
gebeurtenis, vrijwaren Exploitant en Spoorwegonderneming elkaar reeds nu voor alsdan over
en weer voor aanspraken van door Exploitant respectievelijk Spoorwegonderneming
ingeschakelde Hulppersonen, die verband houden met de desbetreffende
schadeveroorzakende gebeurtenis.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 161 van 178
Titel V.
Financiële bepalingen
Gebruiksvergoeding en reserveringsvergoeding
De gebruiksvergoedingen worden berekend met inachtneming van het daaromtrent bepaalde
in de Netverklaring.
Voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur in verband met de uitvoering van door
Exploitant gegeven opdrachten ten behoeve van het beheer van Spoorwegen wordt een
gebruiksvergoeding van nihil toegepast. Voor treinen waarvoor op basis van deze bepaling
een gebruiksvergoeding van nihil verschuldigd is wordt door de One-Stop-Shop van
Exploitant geen ondersteuning geboden bij het dienstregelingontwerp.
Ten behoeve van de vaststelling van de gebruiksvergoeding voor de dienst als bedoeld in
artikel 2, onderdeel a, van bijlage II van richtlijn 2001/14/EG verschaft Spoorwegonderneming
Exploitant de facturen waaruit de door Spoorwegonderneming ingekochte hoeveelheid
tractiestroom blijkt en het bijbehorende betalingsbewijs. Spoorwegonderneming machtigt
Exploitant om bij de leverancier tractie-energie te verifiëren of met de aangeboden facturen
het totaal van alle door die leverancier geleverde tractie-energie bestreken is.
Exploitant factureert de gebruiksvergoeding en de eventuele reserveringsvergoedingen per
kalendermaand. Indien Exploitant een voorlopige factuur zendt wordt deze binnen 6
maanden gevolgd door een definitieve factuur. De eindafrekening van verschuldigde
bedragen op grond van een prestatieregeling wordt gefactureerd binnen 6 maanden na afloop
van de periode waarop de prestatieregeling betrekking heeft.
De eindafrekening van verschuldigde bedragen op grond van een prestatieregeling wordt
gefactureerd binnen twee maanden na verzending van de factuur over de laatste termijn van
de periode waarop de prestatieregeling betrekking heeft.
De verschuldigde gebruiksvergoeding is niet vatbaar voor verrekening als bedoeld in artikel
6:127, tweede lid BW, met uitzondering van de verrekening van onbetwiste vorderingen en
van vorderingen op grond van een gerechtelijke of arbitrale uitspraak.
Exploitant kan bij gerede twijfel aan de financiële gegoedheid van Spoorwegonderneming te
allen tijde verlangen dat Spoorwegonderneming een bankgarantie of een vergelijkbare
zekerheid stelt om te garanderen dat Spoorwegonderneming aan haar uit de
Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden voortvloeiende betalingsverplichtingen
met betrekking tot de vergoedingen als bedoeld in artikel 23 van deze Algemene
Voorwaarden zal voldoen.
De kosten van de in het vorige lid bedoelde zekerheidsstelling zijn voor rekening van
Spoorwegonderneming.
Artikel 23.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Betalingsvoorwaarden
1. Spoorwegonderneming en Exploitant voldoen de op grond van de Toegangsovereenkomst en
deze Algemene Voorwaarden verschuldigde bedragen uiterlijk 30 dagen na ontvangst van de
factuur. Bij girale betalingen geldt als datum van betaling de datum waarop het bedrag is
ontvangen bij de bank van de ontvanger.
2. Indien Exploitant of Spoorwegonderneming ingevolge de Toegangsovereenkomst en deze
Algemene Voorwaarden verschuldigde betalingen niet, niet tijdig of niet volledig verricht en
de vertraging het gevolg is van een omstandigheid waarvoor Exploitant of
Spoorwegonderneming verantwoordelijk is, is tevens verschuldigd de wettelijke rente volgens
Artikel 24.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 162 van 178
artikel 6:119a BW over het verschuldigde bedrag met ingang van de dag na de dag waarop de
betaling uiterlijk had moeten geschieden.
3. Alle bedragen welke op grond van de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene
Voorwaarden verschuldigd zijn, zijn exclusief BTW en uitgedrukt in Euro.
4. Bezwaren tegen de hoogte van een definitieve factuur worden schriftelijk en binnen twee
maanden na ontvangst van de factuur ingediend. Na voornoemde termijn vervalt de
mogelijkheid op beroep tegen de hoogte van de factuur waarmee de hoogte van de factuur in
rechte vaststaat. Systematische gebreken die bij de behandeling van een tijdig ingediend
bezwaar tegen een factuur aan het licht komen worden echter ook verrekend voor eerdere
facturen waarvoor de bezwaartermijn reeds is verstreken. Dit lid is niet van toepassing op
facturen die ingediend worden in het kader van schadeloosstellingen.
5. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden facturen voor bedragen die verschuldigd
zijn wegens schadeloosstelling voldaan uiterlijk 30 dagen nadat het bedrag van de
schadeloosstelling vaststaat en is medegedeeld aan en erkend door de schuldenaar. In
afwijking van het tweede lid is over bedragen die verschuldigd zijn bij wijze van
schadeloosstelling de wettelijke rente volgens artikel 6:119BW verschuldigd.
Titel VI.
Opschorting en beëindiging Toegangsovereenkomst
Opschorting Toegangsovereenkomst
Exploitant dan wel Spoorwegonderneming kan de uitvoering van de Toegangsovereenkomst
op grond van artikel 6:52 BW geheel of gedeeltelijk opschorten.
Exploitant kan de uitvoering van de Toegangsovereenkomst geheel of gedeeltelijk opschorten
na ontvangst van een melding zoals bedoeld in artikel 7, tweede lid.
In geval van betaling door Spoorwegonderneming na de in artikel 24, eerste lid van deze
Algemene Voorwaarden bedoelde termijn kan Exploitant het recht tot opschorting van de
uitvoering van de Toegangsovereenkomst slechts uitoefenen indien Spoorwegonderneming
voor twee achtereenvolgende periodieke betalingen of voor twee betalingen binnen twaalf
maanden de betalingstermijn heeft overschreden.
Gedurende de termijn van opschorting is Spoorwegonderneming dan wel Exploitant verplicht
gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade.
De opschorting wordt beëindigd nadat de aanleiding tot de opschorting vervallen is en de
opschortende Partij daarvan een melding ontvangt van de andere Partij.
Spoorwegonderneming kan weer volledig aanspraak maken op de overeengekomen
capaciteiten vanaf uiterlijk de vierde dag na beëindiging van de opschorting.
Artikel 25.
1.
2.
3.
4.
5.
Beëindiging door Beheerder
1. Exploitant kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst zonder
voorafgaande ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld beëindigen
indien:
a. Exploitant de Concessie, voor zover relevant voor de dienstverlening door Exploitant aan
Spoorwegonderneming, geheel of gedeeltelijk verliest;
b. Spoorwegonderneming in staat van faillissement wordt verklaard;
c. Spoorwegonderneming surseance van betaling wordt verleend;
d. Spoorwegonderneming gedurende tenminste één jaar geen gebruik heeft gemaakt van
aan haar verdeelde capaciteitsrechten;
Artikel 26.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 163 van 178
e. Spoorwegonderneming niet langer bevoegd is aan het spoorverkeer deel te nemen;
f. Spoorwegonderneming betalingsachterstanden heeft, ter grootte van:
I.
gedurende twee opeenvolgende betalingstermijnen en voor een bedrag groter dan de
gebruiksvergoeding over één maand;
II.
voor meer dan twee betalingstermijnen en voor een bedrag ter grootte van de
gebruiksvergoeding over twee maanden;
g. Spoorwegonderneming in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting,
wanneer deze verplichting betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken
waaronder ladingen;
h. de in te zetten Hulppersonen of de te gebruiken Spoorvoertuigen niet langer aan de
daaraan te stellen veiligheidseisen voldoen.
2. Bij aangetekend schrijven kan Exploitant de Toegangsovereenkomst met inachtneming van
een opzegtermijn van twee maanden beëindigen indien:
a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet
konden worden voorzien, die de verplichtingen van Exploitant aantast en die Exploitant
verhindert om zijn verplichtingen uit te voeren;
b. Spoorwegonderneming in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van
andere essentiële contractuele verplichtingen dan bedoeld onder lid 1 sub g.
3. Indien op grond van artikel 25, eerste lid, van deze Algemene Voorwaarden de uitvoering van
de Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan Beheerder, na een redelijke termijn gesteld te
hebben waarbinnen Spoorwegonderneming het verzuim kon zuiveren, de
Toegangsovereenkomst beëindigen als Spoorwegonderneming hiermee in gebreke is
gebleven.
Beëindiging door Spoorwegonderneming
Spoorwegonderneming kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst
zonder voorafgaande ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld
beëindigen indien:
a. Exploitant de Concessie, voor zover relevant voor de dienstverlening door Exploitant aan
Spoorwegonderneming, geheel of gedeeltelijk verliest;
b. Exploitant in staat van faillissement wordt verklaard;
c. Exploitant surseance van betaling wordt verleend;
d. Exploitant in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting, wanneer deze
verplichting betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken waaronder ladingen.
Spoorwegonderneming kan de Toegangsovereenkomst beëindigen met een opzegtermijn
van twee maanden indien:
a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet
konden worden voorzien, de verplichtingen van Spoorwegonderneming aantasten en
deze Spoorwegonderneming verhinderen om haar verplichtingen uit te voeren;
b. Exploitant in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van andere essentiële
contractuele verplichtingen.
In gevallen anders dan bedoeld in het eerste en tweede lid kan Spoorwegonderneming de
Toegangsovereenkomst bij aangetekend schrijven en met inachtneming van de in de
Toegangsovereenkomst opgenomen opzegtermijn beëindigen.
Indien op grond van artikel 25, eerste lid, van de Algemene Voorwaarden de uitvoering van de
Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan Spoorwegonderneming, na een redelijke termijn
Artikel 27.
1.
2.
3.
4.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 164 van 178
gesteld te hebben waarbinnen Exploitant het verzuim kon zuiveren, de
Toegangsovereenkomst beëindigen als Exploitant hiermee in gebreke is gebleven.
5. Indien Exploitant de Toegangsovereenkomst en/of Algemene Voorwaarden wijzigt, kan
Spoorwegonderneming, in het geval Spoorwegonderneming het niet met de wijziging eens is,
de Toegangsovereenkomst met inachtneming van 3 maanden na het moment van wijziging
beëindigen.
Schadevergoeding bij beëindiging Toegangsovereenkomst
Bij beëindiging van de Toegangsovereenkomst op grond van titel VI is, behalve bij beëindiging
vanwege surseance van betaling, faillissement en Toerekenbaar tekortschieten, geen
schadevergoeding in welke vorm dan ook verschuldigd.
Artikel 28.
Toepassingsbereik, toepasselijk recht en beslechting geschillen
De Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op Toegangsovereenkomsten.
Op de Toegangsovereenkomst en de Algemene Voorwaarden is Nederlands recht van
toepassing, met inbegrip van de volgens de Nederlands recht geldende internationale
verdragen waaronder ook in het bijzonder het COTIF 1999 en de daaraan verbonden
Aanhangsels.
Alle geschillen, met uitzondering van geschillen voortkomend uit artikel 61 Spoorwegwet en
de op dat artikel gebaseerde Algemene Maatregel van Bestuur, voortvloeiende uit de
Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden, worden beslecht door de
daartoe bevoegde burgerlijke rechter te Rotterdam indien deze geschillen niet in der minne
geschikt kunnen worden door Partijen zelf dan wel een door Partijen daartoe benoemde
commissie waarin elk der Partijen een gelijk aantal leden benoemt en die beproeft of tussen
Partijen een minnelijke schikking tot stand kan komen.
In afwijking van het derde lid kunnen Partijen nader overeenkomen dat de in dit lid bedoelde
geschillen worden beslecht overeenkomstig het alsdan geldende reglement van het
Nederlands Arbitrage Instituut. Het scheidsgerecht, dat beslist naar de regelen des rechts, kan
uit één of drie arbiters bestaan. De plaats van arbitrage is Utrecht.
De leden 1 tot en met 4 van dit artikel laten artikel 71 Spoorwegwet onverlet.
Artikel 29.
1.
2.
3.
4.
5.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 165 van 178
BIJLAGE 21: Model-toegangsovereenkomst 2016
De model-toegangsovereenkomst 2016 is gepubliceerd op www.keyrail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 166 van 178
BIJLAGE 22: Lokale bedrijfsregels Betuweroute
De lokale bedrijfsregels Betuweroute zijn opgesteld om een beter beeld te geven wat de
mogelijkheden en onmogelijkheden zijn die gelden voor de emplacementen in het beheergebied
van Keyrail zoals beschreven in paragraaf 1.1.1 van onderhavige netverklaring. De
emplacementen zijn:
1
2
3
4
5
6
7
8
Maasvlakte: West65 en Oost,
Europoort,
Botlek, inclusief Esso buiten
Pernis,
Waalhaven: Zuid en Oost,
Kijfhoek,
IJsselmonde,
Centraal Uitwisselpunt CUP Valburg.
Gebiedsverantwoordelijkheid
Ieder emplacement bestaat uit zowel centraal bediende gebieden (CBG) als zonder centrale
bediening en ook wel niet centraal bediend gebied (NCBG) genoemd. In bijlage A staat
vermeld wie hiervoor de taak treindienstleiding met minimale bevoegdheid uitvoert.
Centraal meldpunt
Voor alle emplacementen is de CIN/DCMR-regeling van kracht met uitzondering van Kijfhoek en
CUP Valburg. Voor Kijfhoek is de Remi-regeling van kracht. Voor CUP Valburg is geen speciale
regeling van kracht.
Het centraal meldpunt voor de emplacementen verzamelt de informatie met betrekking tot de
calamiteit. Aan de hand van de informatie wordt de veiligheidszone bepaald volgens de
CIN/DCMR-regeling
Het centraal meldpunt geeft de informatie door aan de alarmeerder Rotterdam Goederen,
die het Calamiteiten Plan Rail in werking laat treden.
Het centrale meldpunt voor het gehele emplacement Kijfhoek conform Remi-regeling is de
treindienstleider Kijfhoek. Het centrale meldpunt Kijfhoek is bereikbaar op telefoonnummer:
078 – 6777 666. De treindienstleider geeft de informatie door aan de verkeersleider. De
verkeersleider alarmeert aanwezigen op emplacement Kijfhoek.
65
Maasvlakte West-West is de benaming voor de uitbreiding en wordt samengevat in Maasvlakte West
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 167 van 178
Verspreiding bedrijfsregels
De lokale bedrijfsregels Betuweroute zijn een onderdeel van de netverklaring er vindt indien nodig
een actualisatie plaats van de bedrijfsregels.
Deze wijziging wordt op diverse manieren bekend gemaakt; via een brief aan de gerechtigden en
via publicatie op www.keyrail.nl
1
Emplacement Maasvlakte
Het gebied Maasvlakte West en Oost worden door één treindienstleider bediend.
1.1 Opstellen
Op spoor 780 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kop spoor.
1.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als
vrijgave “x” worden toebedeeld.


Spoor 742 t&m 745, 722 en 730 t&m 738
Spoor 742 t&m 745, 721 en 730 t&m 738
als vrijgave Mvt3
als vrijgave Mvt4
1.2.1 Procedure voor het rijden van en naar de Oostelijke Rail Terminal ECT
De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein ECT wordt
aangegeven met facultatieve S-borden.
Om onnodig stoppen te voorkomen dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement
naar de ORT-ECT, eerst toestemming gevraagd te worden bij de ECT en daarna bij de
treindienstleider een rijweg aangevraagd te worden.
Bij een beweging van de ORT-ECT naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd
worden aan de treindienstleider en daarna bij de ECT.
1.3 Rangeren Maasvlakte West
1.3.1 Baanvakken met één trein onderweg
Tussen de emplacementen Maasvlakte en Maasvlakte West en de Oostelijke Rail Terminal
bevinden zich baanvakken met één trein onderweg, te weten:
 ETO66 1 spoor 791
 ETO 2 spoor 792
 ETO 3 spoor 793 / 795
 ETO 4 spoor 794 / 796
 ETO 5 spoor 891 / 795
66
De betekenis van ETO = Eén trein onderweg
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 168 van 178
 ETO 6 spoor 892 / 796
Bij een rijweg op ETO 3 mag er geen rijweg op ETO 5 plaatsvinden.
Bij een rijweg op ETO 4 mag er geen rijweg op ETO 5 en ETO 6 plaatsvinden.
Bij een rijweg op ETO 5 mag er geen rijweg op ETO 3 en ETO 4 plaatsvinden.
Bij een rijweg op ETO 6 mag er geen rijweg op ETO 4 plaatsvinden.
Er wordt uitsluitend rechts gereden op de sporen gelegen tussen Maasvlakte /
Maasvlakte West– ORT, zijnde:
 ETO 3 spoor 793 / 795
 ETO 4 spoor 794 / 796
 ETO 5 spoor 891 / 795
 ETO 6 spoor 892 / 796
1.3.2 Procedure voor het rijden van en naar de Rail Terminal West ECT
De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein ECT wordt
aangegeven door een hekwerk aan weerszijde van de sporen.
Er kan op sein beeld van het emplacement Maasvlakte West naar de terminal en visa versa
worden gereden. Hiertoe is een koppeling aangebracht tussen de spoorbeveiliging en het Trein
Waarschuwing Systeem van de ECT.
Procedure:
Bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement naar de RTW-ECT, dient er eerst toestemming
gevraagd te worden bij de ECT om daarna bij de treindienstleider een rijweg aan te vragen.
Bij een beweging van de RTW-ECT naar het emplacement moet er eveneens eerst toestemming
gevraagd te worden bij de ECT om daarna bij de treindienstleider een rijweg aan te vragen.
1.3.3 Procedure voor het rijden van en naar Lyondell Maasvlakte
De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein Lyondell wordt
gemarkeerd door een hek. Gezien het hoofdbaan betreft dienen de treinbewegingen onder een
treinnummer plaats te vinden.
Procedure:
Om onnodig stoppen te voorkomen, dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement
naar de Lyondell, eerst toestemming gevraagd te worden bij de Lyondell en daarna bij de
treindienstleider een rijweg te worden aangevraagd.
Bij een beweging van de Lyondell naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd te
worden aan de treindienstleider en daarna bij de Lyondell.
1.4 Gevaarlijke stoffen Maasvlakte
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 169 van 178
1.5 Bijzonderheden
Post I
Onderdeel van het treindienstleidersgebied Maasvlakte is ‘de put’, spoor 731 t&m 738. Deze
sporen vallen onder de verantwoordelijkheid van de treindienstleider Maasvlakte. De wissels
worden ter plaatse bediend vanuit Post I.
Post I is niet bemand, na toestemming van de treindienstleider mag een rangeerder vanuit Post I
de wissels bedienen.
2 Emplacement Europoort
Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordt door één treindienstleider bediend.
2.1 Opstellen
Op spoor 671 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een processpoor.
2.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als
vrijgave “x” worden toebedeeld.
 Spoor 605 t&m 608 en 680 t&m 682
als vrijgave 1
 Spoor 606 t&m 608 en 680 t&m 682
als vrijgave 2
 Spoor 606 t&m 608, 612 en 683 t&m 684
als vrijgave 3
 Spoor 605 t&m 608, 612 en 680 t&m 684
als vrijgave 4
2.3 Gevaarlijke Stoffen
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
2.4 Bijzonderheden
Gladde sporen
Aanvullend op de regeling voor gladde sporen geldt dat tussen de Theemswegaansluiting (Bottha)
en de Europoort (Erp), voor treinen naar de richting Europoort, het laatste bediende sein van de
Botlek pas veilig komt als het eerst bediende sein van de Europoort veilig komt.
3
Emplacement Botlek
Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordet door één treindienstleider bediend.
3.1 Opstellen
Op spoor 539a t&m 539d mag geen materieel opgesteld worden, dit zijn doorrijdsporen. Op
spoor 554 is een tankplaat. Hier mag niet langdurig materieel opgesteld worden, alleen voor het
voorkeursgebruik tanken.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 170 van 178
3.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x”
worden toebedeeld.
 Spoor 531 t&m 539, 506 en 590
als vrijgave 1511
 Spoor 531 t&m 539, 586 en 513
als vrijgave 1513
 Spoor 531 t&m 539, 586 en 514
als vrijgave 1514
 Spoor 531 t&m 539, 586 en 515
als vrijgave 1515
 Spoor 531 t&m 539, 586 en 516
als vrijgave 1516
 Spoor 5510 t&m 5519
als TRS terminal 10
 Spoor 5520 t&m 5528
als TRS terminal 20
 Spoor 5530 t&m 5532
als TRS terminal 30
 Spoor 5540 t&m 5544
als TRS terminal 40
 Spoor 5550 t&m 5559
als TRS terminal 50
 Spoor 5560 t&m 5562
als TRS terminal 60
 Spoor 5551
als TRS terminal 70
 Spoor 5570 t&m 5574
als TRS terminal 80
3.3 Gevaarlijke stoffen
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
4
Emplacement Pernis
Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordt door één treindienstleider bediend.
4.1 Opstellen
Op spoor 495 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een doorrijdspoor.
4.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als
vrijgave “x” worden toebedeeld.
 Spoor 493 en 407 t&m 414
als vrijgave 1
 Spoor 493, 404 t&m 414 en 478 als vrijgave 2
4.3 Gevaarlijke stoffen
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 171 van 178
5 Emplacement Waalhaven
Voor de emplacementen Waalhaven en Waalhaven Oost is een milieuvergunning afgegeven.
Het gebied Waalhaven en Waalhaven Oost wordt door één treindienstleider bediend.
Het emplacement Waalhaven Oost is de gehele dag open. Tussen 23.00 uur – 07.00 uur zijn er
geen rangeerbewegingen toegestaan op Waalhaven Oost. Het is wel toegestaan voor bedrijven
met een spooraansluiting het emplacement te passeren.
5.1 Opstellen
Op spoor 302, 311 en 372 mag geen materieel opgesteld worden. Dit zijn doorrijdsporen.
5.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x”
worden toebedeeld.
 Spoor 308 t&m 310, 384 en 372
als vrijgave 1001
 Spoor 3500 t&m 3508, 3510 t&m 3523 als TRS
 Spoor 3560 t&m 3569, 3580 t&m 3587 als TRS
5.2.1 Procedure voor het rijden van en naar het RSC
De scheiding tussen het verantwoordelijkheidsgebied van de treindienstleider Waalhaven Zuid en
het RSC wordt gemarkeerd door een facultatief S-bord.
De scheiding tussen het verantwoordelijkheidsgebied van de treindienstleider Pernis en het RSC
wordt gemarkeerd door een S-bord en sein 800/802/804.
Om onnodig stoppen te voorkomen, dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement
naar het RSC, eerst toestemming gevraagd te worden bij het RSC en daarna bij de
treindienstleider een rijweg aan te vragen.
De treindienstleider dient bij elke beweging naar de sporen 386 en 387 richting RSC met de
machinist af te spreken dat de machinist het betreffende spooren vrij meldt zodra de trein
in zijn geheel is aangekomen op de RSC-sporen.
Bij een beweging van het RSC naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd
worden aan de treindienstleider en daarna bij het RSC.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 172 van 178
5.3 Stoten
Voor het stootproces van DB Schenker heeft DB Schenker aan de oostzijde van de
sporen 312 t&m 326 remsloffen op het spoor neergelegd. Doorgaande trein- of
rangeerbewegingen over de sporen 312 t&m 326 dienen rekening te houden met deze remsloffen.
Spoorwegondernemingen dienen de remsloffen zelf van het spoor te verwijderen alvorens door te
rijden.
5.4 Gevaarlijke stoffen
Het opstellen van en rangeren met wagens met gevaarlijke stoffen is op Waalhaven Oost niet
toegestaan. Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
6 Emplacement Kijfhoek
Dit gebied is onderverdeeld en te weten Kijfhoek Noord, Kijfhoek Zuid en de heuvel.
Zij worden door verschillende treindienstleiders bediend: treindienstleider Kijfhoek bedient
Noord en Zuid. De treindienstleider heuvel bedient de heuvel.
De treindienstleider heuvel is bijna de gehele week aanwezig met uitzondering van het weekend
van zaterdag 14.30 uur tot zondag 23.00 uur. Bij afwezigheid van de treindienstleider heuvel is het
gebied gesloten. Feestdagen worden als een zondag beschouwd. Wanneer er gebruik gemaakt wil
worden van de heuvel op de tijdstippen dat de heuvel normaliter is gesloten moet er uiterlijk zes
weken voor uitvoering een schriftelijke aanvraag ingediend worden.
Deze mail kan gestuurd worden naar het e-mail adres [email protected].
6.1 Opstellen
Op spoor 53 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kopspoor.
6.2 Sperren
Indien de treindienstleider heuvel een verdeelspoor spert, dan haalt de treindienstleider heuvel
het verdeelspoor uit het automatische verdeelsysteem MSR32. Er kunnen vanaf dat moment
geen nieuwe wagens meer naar het verdeelspoor toelopen. Op het verdeelspoor kunnen echter
nog wel wagens in beweging zijn van een eerdere afloop. Nadat een sper is gegeven, kan het
doordruksysteem te allen tijde in beweging komen.
6.3 Dubbele remslof
Op ieder verdeelspoor is een dubbele remslof neergelegd om het doorschieten van
geheuvelde wagens de andere processen in te voorkomen. Om een dubbele remslof van een
verdeelspoor te mogen verwijderen, moet eerst toestemming worden gevraagd aan de
heuvelprocesleider.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 173 van 178
6.4 Gevaarlijke stoffen
Indien het vervoer van chloor (UN1017 , klasse 1 ontplofbare stoffen en voorwerpen en klasse 7
radioactieve stoffen) geen planmatige stop heeft op Kijfhoek, zijn er geen beperkingen.
Voor doorrijdende, doorgaande en aankomende treinen:
Heeft deze trein wel een planmatige stop op Kijfhoek en wijzigt de trein niet van samenstelling mag
het uitsluitend over de sporen:
 Spoor 150,
 Spoor 159,
 Spoor 203,
 Spoor 216,
 Spoor 251.
en mag het niet over de sporen
 Spoor 105 & 148,
 Spoor 208 & 211.
Heeft deze trein wel een planmatige stop en wijzigt de trein van samenstelling
mag het niet over de sporen 112 t&m 143.
Samenstellen en vertrekkende treinen:
Indien de trein vertrekt in noordelijke richting, dan mag de trein alleen behandeld worden
op spoor 105 & 111 en 144 & 148 van km 33.4 & 34.6 en sporen 155 & 158.
Indien de trein niet vertrekt in noordelijke richting, dan mag de trein alleen behandeld worden
op spoor 105 & 111 en 144 & 148 van km 33.4 & 34.
7 Emplacement IJsselmonde
Het gebied IJsselmonde, A15-tracé en de CUP worden door één treindienstleider bediend.
In de inrichting mogen tussen zaterdag 15.00 uur en maandag 05.00 uur geen lawaai
veroorzakende werkzaamheden en/of activiteiten, zoals rangeeractiviteiten en inwendig reinigen
van spoorwagens, worden verricht.
7.1 Opstellen
Op spoor 99 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kopspoor.
7.2 Rangeren
De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x”
worden toebedeeld.
Spoor 88 en Spoor 90 t&m 100 als vrijgave I.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 174 van 178
7.3 Gevaarlijke stoffen
Het opstellen van en rangeren met gevaarlijke stoffen is niet toegestaan.
Loc wisselen en kopmaken met treinen met gevaarlijke stoffen is wel toegestaan.
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
Chloorvervoer
Chloorvervoer (UN1017) mag op het emplacement IJsselmonde uitsluitend plaats hebben over de
sporen:
 Spoor 267e, 266c en IJsm,
 Spoor 66 b,
 Spoor 67 a t&m d.
8 Emplacement CUP Valburg
Het gebied IJsselmonde, A15-tracé en de CUP worden door één treindienstleider bediend.
8.1 Opstellen
 Op spoor 711, 721 en 731 mag geen materieel opgesteld worden. Dit zijn doorrijdsporen.
 Spoor 734 is op last van IL&T tot nader order buiten gebruik.
8.2 Gevaarlijke stoffen
Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op
www.keyrail.nl.
Bijzonderheden betreft reizigersvervoer:



Op Kijfhoek is over de sporen BE, CE en DE reizigersvervoer niet toegestaan.
Dit geldt niet voor reizigersmaterieel in een goederentrein of leeg reizigersmaterieel dat
rijdt onder een goederentreinnummer met rijkarakteristiek ‘GO’.
Op de Havenspoorlijn is besloten reizigersvervoer toegestaan met uitzondering dat deze
niet door de Botlektunnel rijdt.
Op het traject Kijfhoek-Zevenaar via A15-tracé is reizigersvervoer niet toegestaan.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 175 van 178
Bijlage A Post Kijfhoek, NCBG gebieden
VerkeersleidingsOmschrijving van het
gebied
Gebied
Treindienstleider
verdeelspoor 105 t&m 126
Heuvel
tot het s-bord
verdeelspoor 128 t&/m 148
tot het s-bord
heuvelspoor 231 en 232
Kijfhoek Noordzijde
spoor 270
spoor 271 t&m 273
spoor 276 t&m 279
spoor 281 t&m 284
spoor 285: ATB
herstelspoor
spoor 286: tankplaat
spoor 287 t&m 289
Kijfhoek Zuidzijde
spoor 14 en 15
spoor 16a, 16b en 16c
spoor 53
IJsselmonde
Waalhaven Zuid
spoor 75 t&m 81
spoor 87 en 88
spoor 90 t&m 95
spoor 96 t&m 98
spoor 99
spoor 100 en 101
spoor 371 t&m 374
spoor 378 en 379
spoor 380 t&m 382 en 384
t&m 387
spoor 390, 393 en 394
spoor 308 t&m 326
spoor 332 en 333
spoor 348 a, b en c
spoor 349 a, b en c
spoor 253 t&m 258
spoor 260 t&m 262
spoor 3551 t&m 3553
spoor 3500 t&m 3508
spoor 3510 t&m 3512
Verkeersleiding
Bijzonderheden
Treindienstleider Heuvel
Telefoon: 084-0837 678
Heeft geen 24/7
bediening in het
weekend.
Treindienstleider Kijfhoek
Telefoon: 084- 0837 671
Treindienstleider Kijfhoek
Telefoon: 084-0837671
Treindienstleider
IJsselmonde/ A15-tracé
Telefoon: 084-0837 673
Code semafoon bij
ontruiming: 610
.
Treindienstleider Waalhaven
Telefoon:084-0837 674
Code semafoon bij
ontruiming: 620
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 176 van 178
Waalhaven Zuid
Pernis
Botlek
Europoort
Maasvlakte
spoor 3513 t&m 3523
spoor 3560 t&m 3569
spoor 3580 t&m 3587
spoor 350a t&m 350 e
spoor 350f: tankplaat
spoor 407 t&m 411
spoor 412 t&m 414
spoor 475, 492 en 495
spoor 4421 en 4422
spoor 490 en aangesloten
spoor 4401 t&m 4404
spoor 491 en aangesloten
spoor 4405 en 4406
spoor 493 en aangesloten
spoor 4431 t&m 4441
spoor 531 t&m 539
spoor 506
spoor 573, 574 en 575
spoor 586 en 587
spoor 524 en 592
spoor 551 t&m 553
spoor 554: tankplaat
spoor 5510 t&m 5519
spoor 4101 t&m 4107 en
5520
spoor 5530 t&m 5532
spoor 5540 t&m 5544
spoor 5550 t&m 5559
spoor 5560 t&m 5562
spoor 5570 t&m 5574
spoor 5580 t&m 5583
spoor 606 t&m 608
spoor 671 t&m 673
spoor 731 t&m 737
spoor 738
spoor 743 t&m 745
spoor 751 t&m 753
spoor 791 t&m 794
spoor 795 en 796
spoor 891 en 892
spoor X, Y en Z
Treindienstleider Waalhaven
Telefoon:084-0837 674
Code semafoon bij
ontruiming: 620
Treindienstleider Botlek
Telefoon:084-0837 675
Code semafoon bij
ontruiming: 630
Treindienstleider Botlek
Telefoon:084-0837 675
Code semafoon bij
ontruiming: 640
Treindienstleider Botlek
Telefoon:084 – 0837675
Code semafoon bij
ontruiming: 650
Treindienstleider Maasvlakte
Telefoon:084-0837 676
Code semafoon bij
ontruiming:
Maasvlakte Oost 660
Maasvlakte West 661
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 177 van 178
BIJLAGE 23: Werkzaamheden derde spoor Emmerich – Oberhausen 2016
Dit betreft de stand van zaken op 13 oktober 2014 naar aanleiding van de definitieve verdeling in
Duitsland.
In 2016 zijn de volgende werkzaamheden derde spoor gepland op het baanvak Zevenaar Oost –
Oberhausen en de gevolgen voor kaders op het A15-tracé. Deze kaders bieden voldoende ruimte
voor onderhoud en incidentele onttrekkingen. Aanvragers van beheer op het A15-tracé worden
verzocht aanvragen voor 2016 zoveel mogelijk aan te passen aan deze kaders.
Maart/april (n.t.b.)
52 uur dubbelsporige versperring Emmerich
Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé.
17 april – 9 juli
Enkelsporige versperring Emmerich-Oberhausen.
Mogelijkheden tot enkelsporig werk A15-tracé op weekdagen
tussen 07:00 en 19:00 uur.
9 juli – 25 juli
Dubbelsporige versperring Emmerich
Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé.
25 juli – 17 oktober
Enkelsporige versperring Emmerich-Oberhausen
Mogelijkheden tot enkelsporig werk A15-tracé op weekdagen
tussen 07:00 en 19:00 uur.
Oktober (n.t.b.)
54 uur dubbelsporige versperring Emmerich
Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé.
Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014
Pagina 178 van 178