Netverklaring 2016 Betuweroute op basis van de Spoorwegwet geldigheidsperiode: dienstregelingsjaar 2016 zondag 13 december 2015 t&m zaterdag 10 december 2016 Eindconcept 3 oktober 2014 Versiebeheer Versie 1.0 Datum publicatie 3 oktober 2014 Omschrijving Eindconcept Verschillenlijst netverklaring 2016 versie 0.1 ten opzichte van netverklaring 2015 versie 1.1 Thema Algemeen Europese goederencorridors IGS Sporen Capaciteitsverdeling Automatiseringsapplicaties Prestatieregelingen Tarieven Bijlage NV 2016 v0.1 ten opzichte van NV 2015 v1.1 a) alle geel gemarkeerde tekst is een wijziging ten opzichte van de aangevulde netverklaring 2015 Betuweroute van 11 april 2014 b) een redactionele verbeterslag c) actualisering juridisch kader (paragraaf 1.1, 1.4) a) actualisering Europese goederencorridors (paragraaf 4.3.2.1.1) a) Nieuwe passage ‘weten waar wat staat: informatie over goederenwagons op emplacementen’ (paragraaf 2.10) a) actualisering werkwijze tussentijdse beëindiging huursporen (paragraaf 5.3.4) b) actualisering regelgeving m.b.t. reparatiesporen (paragraaf 3.8.3) a) optimalisatie van procestijd (paragraaf 4.2) b) actualisering tijdschema (paragraaf 4.3.2) c) verhoging snelheid standaardpatroonpad (paragraaf 4.3.2.1.2) d) toevoeging capaciteit voor verkeersleiding (paragraaf 4.3.2.1.7) e) actualisering van werkwijze van de ad-hoc aanvragen (paragraaf 4.3.3) a) aanbod van automatiseringsapplicaties (paragraaf 5.4.6) a) actualisering van de prestatieregelingen (paragraaf5.6) b) nieuwe tarieven (paragraaf 6.3) a) actualisering van de regelgeving gedisciplineerd vertrekproces (bijlage6, deel A) b) nieuwe operationele regels ketenregie (bijlage 6, deel C) c) toevoeging van nieuwe plannormen (bijlage 16) d) actualisering Algemene Voorwaarden (bijlage20) e) toevoeging van werkzaamheden aan derde spoor Emmerich – Oberhausen in 2016 (bijlage 22) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 2 van 178 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 3 van 178 Inhoudsopgave Algemene informatie..................................................................................................................... 7 1.1 Inleiding ..................................................................................................................... 7 1.2 Doel ..........................................................................................................................11 1.3 Wettelijk kader .........................................................................................................11 1.4 Juridische status .......................................................................................................11 1.5 Structuur van de netverklaring..................................................................................13 1.6 Geldigheid en wijzigingen .........................................................................................13 1.7 Verspreiding .............................................................................................................13 1.8 Contactadres nadere informatie .............................................................................. 14 1.9 Goederencorridors ................................................................................................... 14 1.10 Samenwerking met andere beheerders van spoorweginfrastructuur ........................15 1.11 Begrippenlijst............................................................................................................ 17 2 Vereisten voor toegang ....................................................................................................... 18 2.1 Inleiding ................................................................................................................... 18 2.2 Vereisten voor toegang............................................................................................ 18 2.3 Overeenkomsten en algemene voorwaarden .......................................................... 19 2.4 Operationele voorwaarden ...................................................................................... 21 2.5 Buitengewoon vervoer ............................................................................................. 21 2.6 Gevaarlijke stoffen ................................................................................................... 21 2.7 Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen ............................................................... 23 2.8 Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel ............................................ 24 2.9 Eisen met betrekking tot informatielevering............................................................ 25 2.10 Weten waar wat staat: informatie over goederenwagons op emplacementen......... 26 2.10 Kosten bij niet of onvoldoende nakomen van afspraken en voorwaarden uit vorige paragrafen............................................................................................................................ 27 2.11 Operationele regels ketenregie................................................................................ 27 3 Spoorweginfrastructuur ......................................................................................................28 3.1 Inleiding ................................................................................................................... 28 3.2 Exploitatiegebied..................................................................................................... 28 3.3 Kenmerken van de railinfrastructuur ........................................................................ 29 3.4 Gebruiksbeperkingen................................................................................................33 3.5 Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van de infrastructuur 38 3.6 Stations, afstanden tussen stations ......................................................................... 39 3.7 Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer ............................................................ 40 3.8 Opstel-, rangeer- en andere voorzieningen .............................................................. 40 3.9 Infrastructuurontwikkeling ...................................................................................... 43 4 Capaciteitsverdeling .................................................................................................................44 4.1 Inleiding en wettelijk kader ............................................................................................. 44 4.2 Uitgangspunten in het verdelingsproces .................................................................. 45 4.3 Het verdelingsproces ...................................................................................................... 46 4.4 Capaciteitsverdeling voor onderhoud en/of grootschalige (ver)-of nieuwbouw ....... 65 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 4 van 178 4.5 Niet gebruikte capaciteit ......................................................................................... 67 4.6 Buitengewoon vervoer ............................................................................................. 68 4.7 Treindienstleiding .................................................................................................... 68 4.8 Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen ..................................... 71 4.9 Operationele samenwerking ..................................................................................... 71 5 Producten en diensten ........................................................................................................ 72 5.1 Inleiding ................................................................................................................... 72 5.2 Dienstenpakket 1: minimumtoegangspakket .......................................................... 72 5.3 Dienstenpakket 2: toegang tot voorzieningen ..........................................................75 5.4 Dienstenpakket 3: aanvullende diensten ................................................................... 77 5.5 Dienstenpakket 4: ondersteunende diensten........................................................... 79 5.6 Prestatieregelingen ................................................................................................. 80 5.7 Studies en andere diensten ...................................................................................... 86 6 Gebruiksvergoeding ............................................................................................................ 87 6.1 Inleiding ................................................................................................................... 87 6.2 Tariferingsbeginselen .............................................................................................. 87 6.3 Tarieven ................................................................................................................... 88 6.4 Prestatieregelingen ................................................................................................. 93 6.5 Omzetbelasting en wijzigingen op regelingen uit de netverklaring .......................... 93 6.6 Facturering .............................................................................................................. 93 BIJLAGE 1: Beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail ..................................................................94 BIJLAGE 2: Lijst van begrippen .................................................................................................... 95 BIJLAGE 3: Consultatieverslag ................................................................................................... 102 BIJLAGE 4: Baanvakken met gebruiksbeperkingen ................................................................... 103 BIJLAGE 5: Algemene klachten- en geschillenregelingen .......................................................... 105 BIJLAGE 6: Operationele voorwaarden, werkwijze onrechtmatig gebruik huursporen, operationele regels ketenregie, huisregels ..................................................................................................... 107 BIJLAGE 8: Standaardoverzichten treindienstafwikkeling ......................................................... 126 BIJLAGE 9: Specificatie van rapportages ................................................................................... 127 BIJLAGE 10: Informatieverstrekking door spoorwegondernemingen over de samenstelling van rangeerdelen op havenemplacementen en Kijfhoek.................................................................. 130 BIJLAGE 11: Overbelaste infrastructuur ..................................................................................... 131 BIJLAGE 12: Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning ......................................... 132 BIJLAGE 13: Beweegbare spoorbruggen in het gebied van de Betuweroute .............................. 133 BIJLAGE 14: Openbare laad- en losplaatsen .............................................................................. 134 BIJLAGE 15: Tankinstallaties binnen het gebied van de Betuweroute ........................................ 135 BIJLAGE 16: Plannormen dienstregeling en emplacement ........................................................ 136 BIJLAGE 17: Aanvraagformulier dienstregelingsontwerp........................................................... 138 BIJLAGE 18: Overzicht emplacementsporen Keyrail .................................................................. 139 BIJLAGE 19: Inkoop en levering van tractie-elektriciteit en voorwaarden met betrekking tot de dienst “Toegang tot de bovenleiding” ....................................................................................... 140 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 5 van 178 BIJLAGE 20: Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst Betuweroute 2016.................... 142 BIJLAGE 21: Model-toegangsovereenkomst 2016 ..................................................................... 166 BIJLAGE 22: Lokale bedrijfsregels Betuweroute ........................................................................ 167 1 Emplacement Maasvlakte ................................................................................................. 168 2 Emplacement Europoort ........................................................................................................ 170 2.1 Opstellen ....................................................................................................................... 170 2.3 Gevaarlijke Stoffen ........................................................................................................ 170 3 Emplacement Botlek ......................................................................................................... 170 4 Emplacement Pernis ......................................................................................................... 171 5 Emplacement Waalhaven ................................................................................................. 172 BIJLAGE 23: Werkzaamheden derde spoor Emmerich – Oberhausen 2016................................ 178 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 6 van 178 Algemene informatie 1.1 Inleiding Deze netverklaring is opgesteld door Keyrail B.V.1 (hierna Keyrail). Keyrail is een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Aandeelhouders zijn ProRail B.V., Havenbedrijf Rotterdam N.V. en Havenbedrijf Amsterdam N.V.2. Keyrail exploiteert de Betuweroute. De Betuweroute is de goederenspoorweg van Maasvlakte via Kijfhoek naar Zevenaar. Deze netverklaring 2016 Betuweroute wordt door Keyrail uitgegeven onder het voorbehoud van het verlenen van de beheerconcessie 2015-2025 aan ProRail B.V. (hierna ProRail). Indien ProRail houder wordt van deze beheerconcessie kan ProRail een volmacht aan Keyrail verlenen om namens ProRail een netverklaring uit te geven. Deze bevoegdheid berust op artikel 58 van de Spoorwegwet. Eveneens maakt Keyrail een voorbehoud inzake de exploitatie van de Betuweroute door Keyrail B.V. na 1 januari 2015 omdat besluitvorming over deze exploitatie door de aandeelhouders van Keyrail en de Staat der Nederlanden thans (3 oktober 2014) nog niet is afgerond. Indien deze exploitatie niet wordt voortgezet door Keyrail, dan zal er zorg voor worden gedragen dat het aanbod dat de netverklaring 2016 Betuweroute bevat, onder gelijkblijvende condities wordt overgenomen door de partij die alsdan verantwoordelijk zal zijn voor de capaciteitsverdeling en het afsluiten van toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute. Hierboven beschreven voorbehoud in achting nemende, heeft ProRail, met betrekking tot de exploitatie van de Betuweroute gehandeld alsof de voorgenomen verlenging van Overeenkomst tussen de Staat, ProRail, Havenbedrijf Rotterdam N.V. en Haven Amsterdam met betrekking tot afspraken Betuweroute en van de daarop aansluitende tussen Keyrail en ProRail gesloten Samenwerkingsovereenkomst Exploitatie Betuweroute reeds tot stand is gekomen. Keyrail en ProRail hebben ter uitvoering hiervan nadere afspraken gemaakt, eveneens vastgelegd in een overeenkomst. Keyrail draagt namens de concessiehouder onder meer zorg voor het verdelen van capaciteit en het in stand houden van de infrastructuur. De verkeersleiding op de Betuweroute wordt uitgevoerd door ProRail B.V. op basis van de door Keyrail gedefinieerde en met gerechtigden overeengekomen logistieke modellen en verkeersprestaties. ProRail heeft Keyrail gemachtigd: toegangsovereenkomsten af te sluiten voor het gebruik van de Betuweroute die in paragraaf 1.1.1. is beschreven, capaciteit met spoorwegondernemingen overeen te komen. 1 2 Keyrail B.V., ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer 24 396 737. Bouw- en Handelmaatschappij Hallum B.V., een 100% dochter van de Gemeente Amsterdam. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 7 van 178 Keyrail is gehouden om de verplichtingen uit de Spoorwegwet na te leven als ware zij beheerder. De juridische status op basis waarvan Keyrail de Betuweroute exploiteert en die van deze netverklaring zijn beschreven in paragraaf 1.4. De taakverdeling tussen Keyrail en ProRail betreft ook een goede invulling en borging van andere interfaces tussen beide organisaties. Dit betreft onder andere afspraken over bijsturing, het gebruik van planningsinstrumenten die ProRail in beheer heeft en de onderlinge consultatie bij de voorbereiding van beslissingen die een grensoverschrijdend effect hebben. Om bij gerechtigden3 verwarring te voorkomen, hanteert Keyrail in deze netverklaring het begrip exploitant. Keyrail geeft hiermee aan dat klanten Keyrail direct kunnen aanspreken op het nakomen van haar verplichtingen die voortvloeien uit de netverklaring dan wel de toegangsovereenkomst Betuweroute dan wel de huurovereenkomst huursporen dan wel de capaciteitsovereenkomst. Het is niet de bedoeling van Keyrail om de algemene, abstract geformuleerde verplichtingen die op ProRail als beheerder dan wel concessiehouder rusten, in dit begrip te betrekken. ProRail beschikt voor het veilig beheer van de spoorweginfrastructuur over een veiligheidsbeheersysteem zoals bedoeld in Richtlijn 2004/49/EG, artikel 9, het Keyrail veiligheidsbeheersysteem is hier onderdeel van en wordt jaarlijks door ProRail geauditeerd. De Inspectie Leefomgeving en Transport heeft een erkenning verleend voor het ProRail veiligheidsbeheersysteem met geldigheid tot 16 juni 2019. Keyrail gaat zorgvuldig om met informatie. Keyrail gebruikt gegevens alleen voor het doel waarvoor die gegevens gevraagd en beschikbaar gesteld zijn. Keyrail stelt (commerciële) gegevens en andere informatie van relaties, medewerkers en derden niet zonder hun toestemming ter beschikking aan anderen, tenzij daartoe een wettelijke verplichting bestaat. Als het handelen van Keyrail niet voor alle gerechtigden dezelfde uitwerking heeft, hanteert Keyrail steeds principes van non-discriminatie, transparantie en toetsbaarheid. De netverklaring 2016 Betuweroute berust op vigerende wet- en regelgeving en loopt – behoudens uitdrukkelijke vermelding – niet vooruit op wet- en regelgeving die nog in ontwikkeling is. Daar waar in dit document wordt gesproken over “de netverklaring”, heeft dat uitsluitend betrekking op de Betuweroute. Keyrail zal deze netverklaring in 2014 en 2015 via aanvullingen gestructureerd en conform de weten regelgeving actualiseren op basis van nadere uitwerking van maatregelenpakketten in 3 Artikel 1 b van de Spoorwegwet Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 8 van 178 samenwerking met ProRail, KNV en DB Netze en op basis van het dienstregelingsontwerp 2016 voor de Nederlandse hoofdspoorweginfrastructuur. 1.1.1 Geografie De Betuweroute is de railverbinding voor goederen tussen de Rotterdamse haven en de Duitse grens bij Zevenaar. Er zijn drie deeltracés: - de Havenspoorlijn (de spoorlijn Maasvlakte 2 - Kijfhoek), - het A15-tracé (de spoorlijn Kijfhoek - Zevenaar), - het tracé Zevenaar – Zevenaar grens. De Betuweroute sluit bij Zevenaar aan op de spoorlijn Arnhem-Oberhausen. De Betuweroute heeft een aantal emplacementen: - Maasvlakte Oost, - Maasvlakte West4, - Europoort, - Botlek, - Pernis, - Waalhaven Zuid, - Waalhaven Oost, - Kijfhoek, - IJsselmonde, - CUP (Centraal Uitwisselpunt) Valburg. De Betuweroute sluit op verschillende plaatsen aan op het gemengde net: ter hoogte van Kijfhoek en IJsselmonde op de spoor Rotterdam-Dordrecht, bij Meteren/Geldermalsen op de spoorlijn Amsterdam-Utrecht-Den Bosch, bij Elst op de spoorlijn Arnhem-Nijmegen. De exacte grenzen zijn beschreven in bijlage 1. Daarnaast geeft de Betuweroute toegang tot raccordementen en stamlijnen en tot bij Keyrail in beheer zijnde laad- en losplaatsen en via de stamlijnen tot terminals. De raccordementen en stamlijnen zijn onderdeel van de hoofdspoorweginfrastructuur zoals beschreven in artikel 2 van de Spoorwegwet 2003. De terminals liggen buiten het exploitatiegebied van Keyrail, zo ook de daaraan gerelateerde spooraansluitingen. 4 In Maasvlakte West is ook Maasvlakte West-West opgenomen Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 9 van 178 1.1.2 Scope van Keyrail De scope van Keyrail omvat: Capaciteitsmanagement en Verkeersleiding5 van de Havenspoorlijn en het A15-tracé en alle aangrenzende emplacementen, inclusief Kijfhoek, Rotterdam Feijenoord en Rotterdam IJsselmonde, Instandhouding (exclusief vernieuwing6) van de Havenspoorlijn en het A15-tracé en alle aangrenzende emplacementen met uitzondering van Kijfhoek, het voeren van een calamiteitenorganisatie voor de Betuweroute, Keyrail biedt daarbij aan de spoorwegondernemingen een veilig infrastructuursysteem Betuweroute aan, het leveren van overige diensten en producten conform Richtlijn 2012/34/EU, het handelen conform de Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst7 in geval van schades, het aanbieden van doorgaande standaardpatroonpaden op de Betuweroute naar Duitsland v.v. via Zevenaar-Zevenaar grens, het uitvoeren van de Verkeersleiding op het traject Zevenaar – Zevenaar grens (zie ook paragraaf 1.1.3). 1.1.3 Afspraken tussen ProRail en Keyrail over het traject Zevenaar-Zevenaar Grens Keyrail biedt via het baanvak Zevenaar – Zevenaar-grens ‘doorgaande treinpaden’ aan tussen Rotterdam en Duitsland. Dit traject is onderdeel van het gemengde net. ProRail draagt daarom voor dit deel de eindverantwoordelijkheid voor de capaciteitsverdeling, Verkeersleiding en instandhouding. ProRail en Keyrail hebben voor dit samenloopbaanvak de volgende afspraken gemaakt: Keyrail voert de Verkeersleiding conform de specificaties van ProRail, ProRail en Keyrail stemmen de verdeling van treinpaden via Arnhem en de paden via de Betuweroute, gegeven de beschikbare capaciteit, af met als doel dat alle klantvragen optimaal en non-discriminatoir worden gehonoreerd, conform de daarvoor geldende regels, Keyrail wikkelt aanvragen in de ad-hoc fase af voor paden op de Betuweroute . 5 In opdracht van Keyrail wordt de taak van het leiden van het verkeer over de infrastructuur, zoals bedoeld in artikel 16 lid 1 onder c van de Spoorwegwet 2003, rechtstreeks en onder verantwoordelijkheid van ProRail verzorgd op de post Kijfhoek op de hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail exploiteert. De uitvoering van de werkzaamheden vindt plaats binnen de kaders van: wet- en regelgeving, deze netverklaring Betuweroute en de toegangsovereenkomst Betuweroute met de daarop gebaseerde werkprocessen, het veiligheidsmanagementsysteem van Keyrail, de handboeken en werkwijzen Verkeersleiding en Treindienstleiding van ProRail. Nadere afspraken over de verkeersleiding op het baanvak Zevenaar- Zevenaar grens zijn beschreven in bijlage 7. 6 ProRail is verantwoordelijk voor (de werkzaamheden met betrekking tot) vervangings- en uitbreidingsinvesteringen in het Keyrailexploitatiegebied. Keyrail verzorgt het capaciteitsverdelingsproces in verband met deze werkzaamheden. 7 Zie bijlage 21 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 10 van 178 Zie voor een samenvatting van de afspraken tussen ProRail en Keyrail bijlage 7. 1.2 Doel De netverklaring verschaft spoorwegondernemingen en andere gerechtigden de informatie die nodig is voor de toegang tot en het gebruik van de Betuweroute. Daartoe behoort informatie over de spoorweginfrastructuur, over de capaciteitsverdelingsprocedures, over de producten en diensten die Keyrail aanbiedt en over de gebruiksvergoedingen. 1.3 Wettelijk kader De netverklaring 2016 is een netverklaring zoals bedoeld in de Spoorwegwet, artikel 58, en in Richtlijn 2012/34/EU8, artikel 3. 1.4 Juridische status 1.4.1 Algemene opmerkingen De netverklaring is gebaseerd op de officieel bekendgemaakte regelgeving op 1 november 2013 en waarvan de inwerkingtreding ook vóór of op die datum officieel is bekendgemaakt. De netverklaring 2016 loopt – behoudens uitdrukkelijke vermelding – niet vooruit op wet- en regelgeving die nog in ontwikkeling is. Betuweroute Deze netverklaring 2016 Betuweroute wordt door Keyrail uitgegeven onder het voorbehoud van het verlenen van de beheerconcessie 2015-2025 aan ProRail. Indien ProRail houder wordt van deze beheerconcessie kan ProRail aan Keyrail een volmacht verlenen om namens ProRail een netverklaring uit te geven. Deze bevoegdheid berust op artikel 58 van de Spoorwegwet. Eveneens maakt Keyrail een voorbehoud inzake de exploitatie van de Betuweroute door Keyrail na 1 januari 2015 omdat besluitvorming over deze exploitatie door de aandeelhouders van Keyrail en de Staat der Nederlanden thans (3 oktober 2014) nog niet is afgerond. Indien deze exploitatie niet wordt voortgezet door Keyrail, dan zal er zorg voor worden gedragen dat het aanbod dat de netverklaring 2016 Betuweroute bevat, onder gelijkblijvende condities wordt overgenomen door de partij die alsdan verantwoordelijk zal zijn voor de capaciteitsverdeling en het afsluiten van toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute. Hierboven beschreven voorbehoud in achting nemende, wordt binnen het kader van de beheerconcessie de Betuweroute – de goederenspoorweg van Maasvlakte via Kijfhoek naar Zevenaar – geëxploiteerd door Keyrail, waarbij ProRail als houder van de beheerconcessie als enige verantwoordelijk is voor de nakoming van de wettelijke op de beheerder rustende verplichtingen met betrekking tot het beheer. De netverklaring 2016 wordt onder verantwoordelijkheid van ProRail uitgegeven in twee afzonderlijke delen, te weten een deel 8 Richtlijn 2012/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede de veiligheidscertificering. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 11 van 178 "netverklaring 2016 Betuweroute" met gegevens omtrent de Betuweroute en een deel "netverklaring 2016 Gemengde net", dat de informatie en voorwaarden bevat voor de overige door ProRail beheerde spoorwegen, in het vervolg aangeduid met het gemengde net. Tezamen vormen deze twee delen de netverklaring zoals bedoeld in de Spoorwegwet artikel 58 voor de hoofdspoorweg-infrastructuur waarvoor ProRail op grond van de beheerconcessie het beheer voert. De netverklaring 2016 Betuweroute wordt, voor zover betrekking hebbend op het tijdvak tot en met 31 december 2014, namens ProRail opgesteld en bekendgemaakt door Keyrail, krachtens een door ProRail verleende volmacht met ingang van 1 september 2013, volgens welke volmacht Keyrail de bevoegdheden van ProRail als houder van een concessie mag uitoefenen zoals in die volmacht omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht is te raadplegen op de website van ProRail, www.prorail.nl. Een exemplaar van de volmacht is ook op te vragen via het Customer Service van Keyrail op het emailadres [email protected]. De netverklaring is gebaseerd op de vigerende regelgeving op de datum van uitgifte. Naast de Richtlijn 2012/34 is de door de Europese Unie opgestelde verordening 913/2010 van kracht. Keyrail heeft de netverklaring 2016 opgesteld na overleg met de betrokken gerechtigden (zie bijlage 3). Via een consultatieprocedure wordt dit document in concept aan gerechtigden aangeboden. Hierop is een reactietermijn van zes weken van toepassing. Keyrail heeft de netverklaring toegezonden aan de Autoriteit Consument & Markt (ACM). Indien gedurende de looptijd van de netverklaring wijzigingen optreden van (onderdelen van) wet- en regelgeving, maakt Keyrail de ingangsdatum ervan kenbaar maken aan de gerechtigden. Keyrail operationaliseert daarnaast overgangsregelingen die de in die wet- en regelgeving zijn opgenomen. 1.4.2 Aansprakelijkheid Keyrail heeft de netverklaring zorgvuldig opgesteld. Keyrail aanvaardt echter geen aansprakelijkheid voor eventuele schade die voortvloeit uit kennelijke fouten. Bij verschillen tussen de Nederlandstalige en een Engelstalige uitgave van deze netverklaring is de Nederlandstalige versie bindend. 1.4.3 Klachten, geschillen en conflictafhandeling Keyrail neemt geschillen met betrekking tot de capaciteitsverdeling voor de jaardienst in behandeling op basis van de Geschillenregeling Capaciteitsverdeling (paragraaf 4.3.2.5). Keyrail behandelt klachten en geschillen over andere onderwerpen (waaronder ook klachten over de netverklaring 2016) volgens de Algemene Klachten- en Geschillenregeling Keyrail (bijlage 5). Toepassing van deze klachten- en geschillenregelingen laat onverlet dat partijen bij een toegangsovereenkomst of kaderovereenkomst het recht hebben om de ACM schriftelijk te vragen Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 12 van 178 om te onderzoeken of Keyrail hen oneerlijk behandeld, gediscrimineerd of anderszins bewust benadeeld heeft9. De ACM behandelt ook klachten over het verloop en de uitkomst van capaciteitsverdeling. Meer informatie over de ACM is te vinden op www.acm.nl. 1.5 Structuur van de netverklaring Keyrail volgt de afspraken die de in Railnet Europe (RNE) verenigde infrastructuurbeheerders hebben gemaakt voor een uniforme hoofdstukindeling van de netverklaring. Inhoudelijk uitgangspunt voor dit RNE-stramien is bijlage I van Richtlijn 2012/34/EU. 1.6 Geldigheid en wijzigingen 1.6.1 Tijdvak van geldigheid De netverklaring 2016 is van toepassing op: 1. de toegang tot en het gebruik van de infrastructuur van de Betuweroute in de periode van dienstregelingsjaar 2016, 2. de behandeling van capaciteitsaanvragen ten behoeve van dienstregelingsjaar 2016 (jaardienst en ad hoc). De jaardienstregeling 2016 loopt van zondag 13 december 2015 tot en met zaterdag 10 december 2016, zoals vastgesteld door RNE conform Richtlijn 2012/34/EU. Gegevens in deze netverklaring over de periode na 10 december 2016 zijn onder voorbehoud. 1.6.2 Aanvullingen en wijzigingen Keyrail publiceert wijzigingsbladen indien omstandigheden hebben plaatsgevonden die van invloed kunnen zijn op de bedrijfsvoering van de spoorwegondernemingen. Daarnaast kunnen wijzigingen van (inhoudelijke of verwijzingen naar) publiekrechtelijke regelingen aanleiding zijn voor een wijzigingsblad. Keyrail legt elk wijzigingsblad ter consultatie voor aan de gerechtigden, voordat publicatie plaatsvindt. Voor dergelijke tussentijdse aanvullingen hanteert Keyrail een reactietermijn van vier weken. 1.6.3 Verschillen met de voorgaande uitgave Onder ‘versiebeheer’ (pagina 2 en verder) is de verschillenlijst te vinden met daarin een opsomming van de verschillen tussen de huidige versie van de netverklaring en de voorgaande versie. 1.7 Verspreiding De netverklaring 2016 Betuweroute en de daarop verschenen aanvullingen zijn toegankelijk via internet10. Daar staat steeds een netverklaring bijgewerkt met de tot dan toe verschenen aanvullingen, in zowel de Nederlandse als de Engelse taal. Keyrail zendt de netverklaring en de aanvullingen in digitale vorm kosteloos toe aan gerechtigden die een toegangsovereenkomst met 9 artikel 71 lid 1 en lid 2 van de Spoorwegwet 10 te raadplegen via de website van Keyrail (www.keyrail.nl > capaciteitsverdeling > netverklaring) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 13 van 178 Keyrail hebben afgesloten of in het proces van afsluiten van een toegangsovereenkomst met Keyrail zitten. Het document kan per e-mail aan [email protected] worden opgevraagd . 1.8 Contactadres nadere informatie Keyrail verstrekt spoorwegondernemingen en andere gerechtigden nadere informatie over de onderwerpen uit de netverklaring. U kunt zich daarvoor wenden tot: Keyrail BV, Postbus 108, 3330 AC Zwijndrecht Bezoekadres: Develsingel 11, 3333 LD Zwijndrecht Telefoon: + 31 (0) 88 233 3133 e-mail: [email protected] www.keyrail.nl 1.9 Goederencorridors Voor de goederencorridors werkt Keyrail samen met andere beheerders van infrastructuur aan het opzetten van een Europees netwerk voor goederenvervoer. In de navolgende tabel 1.1 zijn de trajecten vermeld die deel uitmaken van het spoorwegnet in Nederland en die onderdeel zijn van de daarbij vermelde goederencorridors zoals bedoeld in de Verordening (EU) Nr. 913/2010 van 22 september 2010 inzake het Europese spoorwegnet voor concurrerend goederenvervoer. Een deel van het capaciteitsverdeelproces wordt ook door deze corridors afgehandeld en niet meer door Keyrail. In de navolgende tabel 1.1 zijn de trajecten vermeld die deel uitmaken van het spoorwegnet in Nederland en die onderdeel zijn van de daarbij vermelde internationale goederencorridors. tabel 1.1. Internationale goederencorridors met trajectdelen in Nederland Corridor RFC 1 Rhine – Alpine Traject in Nederland RFC 2 North Sea – Mediterranean Maasvlakte – Kijfhoek / Amsterdam Westhaven > Meteren – Zevenaar (grens) Maasvlakte – Kijfhoek – Roosendaal (grens) RFC 8 North Sea – Baltic Maasvlakte – Kijfhoek – Zevenaar (grens)* Hoofdtraject van de goederencorridor Zeebrugge – Antwerpen / Rotterdam / Amsterdam – Duisburg – Bazel – Milaan – Genua Rotterdam – Antwerpen – Luxemburg – Metz – Dijon – Lyon / Bazel Bremerhaven / Rotterdam / Antwerpen – Aken / Berlijn – Warschau – Terespol (Pools – Wit-Russische grens) / Kaunas * in RFC 8 worden in 2016 nog geen Pre-arranged Paths aangeboden Vanuit de corridororganisaties heeft Keyrail, in nauwe samenwerking met RailNetEurope als preferred supplier van werkwijzen en methodes, invulling gegeven aan de te nemen maatregelen. De noodzakelijke informatie is door elke corridororganisatie gepubliceerd in het Corridor Information Document. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 14 van 178 De contactgegevens van de corridororganisaties zijn: bedrijf bezoekadres: telefoon e-mail: internet: EEIG Corridor Rhine – Alpine EWIV Hahnstraße 49 60528 Frankfurt am Main Duitsland +49 69 265 4544 1 [email protected] www.corridor1.eu bedrijf bezoekadres: North Sea – Mediterranean Corridor 9, place de la Gare L-1616 Luxembourg Luxemburg e-mail: internet: [email protected] bedrijf bezoekadres: North Sea – Baltic Corridor 74 Targowa Street 03-734 Warszawa Polen +48 22 47 32 329 telefoon e-mail: internet: www.rfc2.eu [email protected] www.rfc8.eu 1.10 Samenwerking met andere beheerders van spoorweginfrastructuur Keyrail werkt samen met de beheerders van aangrenzende spoorweginfrastructuur. Deze samenwerking betreft o.a.: capaciteitsverdeling: om doorgaande treinpaden voor internationaal (of beheergrensoverschrijdend) verkeer aan te kunnen bieden in geval van internationale aanvragen, afstemming van bijvoorbeeld de planning van onderhouds- en beheeractiviteiten die uitwerking hebben op het verkeer van en naar andere beheergebieden, Verkeersleiding: afspraken over de regeling en bijsturing van het (beheer)grensoverschrijdend treinverkeer, als gevolg van de te verwachten ingrijpende buitendienststellingen op Duits grondgebied tussen Emmerich en Oberhausen, werken de infrastructuurbeheerders intensief samen. Indien er sprake is van een situatie waarbij innovaties noodzakelijk zijn om het treinverkeer te faciliteren, kan in overleg met ProRail en DB Netze aanpassing van deze netverklaring plaatshebben. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 15 van 178 RailNetEurope (RNE) RailNetEurope (RNE) werd opgericht in januari 2004. Als een non-profitorganisatie van infrastructuurbeheerders en spoorwegcapaciteitverdelende instanties, wijdt zij zich aan het faciliteren van internationaal verkeer op de Europese railinfrastructuur. RNE heeft als doelstellingen om ondersteuning te bieden aan spoorwegondernemingen in hun internationale activiteiten (zowel voor goederen als reizigers) en het verhogen van de efficiëntie van de processen van de infrastructuurbeheerders. De leden van RNE harmoniseren gezamenlijk de voorwaarden in het internationale spoorvervoer en introduceren een gemeenschappelijke aanpak ter bevordering van de Europese spoorwegbranche met profijt voor de gehele spoorwegindustrie in Europa. Keyrail is sinds 2007 lid van de RNE. RNE telt momenteel 37 leden. Meer informatie over de RNE is te vinden op www.rne.eu. 1.10.1 One Stop Shop De leden van de RNE hebben One Stop Shops opgericht die functioneren als een netwerk van klantcontactpunten. Om een internationaal treinpad aan te vragen hoeft een spoorwegonderneming alleen contact op te nemen met één van deze One Stop Shops, die daarna het gehele proces van internationale afstemming in gang zet en begeleidt. De One Stop Shop Keyrail draagt in nauw overleg met de betrokken beheerders zorg voor: inlichtingen over de toegang tot de infrastructuur van het eigen beheergebied, inlichtingen over producten en diensten, coördineren en afhandelen van aanvragen voor capaciteit voor elk internationaal treinpad, afhandelen van aanvragen voor capaciteit voor binnenlands vervoer, inbrengen in het jaarlijkse dienstregelingsproces van aanvragen voor de eerstvolgende dienstregelingsperiode, het doen van voorstellen voor treinpaden over het gehele internationale traject. De coördinatie daarvan verloopt hoofdzakelijk via de RNE-applicatie ‘Path Coordination System’. Een lijst met de contactgegevens van de One Stop Shops is beschikbaar op de website van RNE (www.rne.eu). Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 16 van 178 De One Stop Shop van Keyrail is bereikbaar op: Hoofdgebouw Kijfhoek (eerste etage) postadres: Postbus 108, 3330 AC Zwijndrecht bezoekadres: Develsingel 11, 3333 LD Zwijndrecht telefoon: +31 (0)88 233 3133 fax: +31 (0) 88 233 3150 e-mail: [email protected] 1.10.2 Diensten en systemen van RNE Op de website van RNE (www.rne.eu) is informatie te raadplegen over de volgende systemen van RNE: Path Coordination System (PCS) PCS (voorheen Pathfinder) is een systeem voor het aanvragen en afstemmen van internationale dienstregelingen. Charging Information CIS (voorheen EICIS) is een systeem om informatie te System (CIS) verstrekken over de gebruiksvergoeding. Train Information System (TIS) TIS (voorheen Europtirails) is een systeem voor inzicht in de actuele uitvoering van de dienstregeling van internationale treinen. 1.11 Begrippenlijst In bijlage 2 is een lijst opgenomen met verklaringen van specifieke begrippen die in deze netverklaring worden gebruikt. Op de website van RNE (www.rne.eu) is een uitgebreide begrippenlijst te raadplegen met begrippen die gerelateerd zijn aan de netverklaring. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 17 van 178 2 Vereisten voor toegang 2.1 Inleiding De Spoorwegwet is het juridische kader voor de toegang van gerechtigden tot de hoofdspoorwegen en voor het verdelen en reserveren van capaciteit daarop. 2.2 Vereisten voor toegang Met het begrip spoorwegonderneming wordt aangeduid elke privaat- of publiekrechtelijke onderneming als bedoeld in Richtlijn 95/18/EG en die gebruik maakt of beoogt te maken van de spoorweg en daarvoor de beschikking heeft over tractie. In Nederland worden daarnaast ook ondernemingen die uitsluitend beschikken over tractie aangemerkt als spoorwegonderneming; op dit punt hanteert de Nederlandse wetgeving een ruimere omschrijving dan het Europese recht11. 2.2.1 Vereisten voor aanvragers van capaciteit De volgende categorieën (rechts)personen kunnen bij Keyrail capaciteit aanvragen. Zij zijn gerechtigd tot het sluiten van een toegangsovereenkomst of een kaderovereenkomst met Keyrail12: spoorwegondernemingen, ondernemingen die een bedrijfsvergunning hebben aangevraagd13, iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die tegenover Keyrail aantoont dat hij om commerciële redenen belang heeft bij de verwerving van capaciteit voor spoorvervoerdiensten. Keyrail neemt voorts aanvragen in behandeling die binnen komen via de bij de RNE aangesloten One Stop Shops. De spoorwegonderneming die de op deze manier verdeelde capaciteit op het Keyrail-gebied invult dient te beschikken over een toegangsovereenkomst. Gerechtigden die géén spoorwegonderneming zijn, kunnen uitsluitend een capaciteitsovereenkomst aangaan. Een capaciteitsovereenkomst betreft uitsluitend de reservering van capaciteit, maar geeft geen recht op toegang tot of gebruik van de hoofdspoorweginfrastructuur. 11 12 13 artikel 1 sub f van de Spoorwegwet artikel 57 van de Spoorwegwet, in combinatie met artikel 2 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. zie artikel 28 van de Spoorwegwet Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 18 van 178 2.2.2 Vereisten voor deelnemers aan het spoorverkeer Overeenkomstig de Spoorwegwet is de toegang tot de hoofdspoorwegen en de deelname aan het spoorverkeer voorbehouden aan spoorwegondernemingen die: houder zijn van een geldige bedrijfsvergunning of een daarmee gelijkgesteld document14, houder zijn van een geldig veiligheidsattest of een proefattest15, verzekerd zijn tegen risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid16, voor de daadwerkelijke verkeersdeelname een toegangsovereenkomst met de beheerder of de exploitant hebben afgesloten. In bijlage 6 deel E is een indruk van de wettelijke voorschriften ten aanzien van bedrijfsvergunningen te vinden. 2.3 Overeenkomsten en algemene voorwaarden De netverklaring is civielrechtelijk gezien het aanbod van Keyrail aan gerechtigden voor de toegang tot en het gebruik van de door Keyrail beheerde spoorwegen en daaraan verwante dienstverlening door Keyrail. Op grond van specifieke wettelijk bepalingen17 en non-discriminatieoverwegingen zijn niet alle onderdelen van dit aanbod individueel onderhandelbaar. Keyrail kent vier soorten overeenkomsten: kaderovereenkomsten, toegangsovereenkomsten, huurovereenkomsten en capaciteitsovereenkomsten. 2.3.1 Kaderovereenkomsten Een kaderovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en Keyrail. In de kaderovereenkomst worden capaciteitsafspraken voor meer dan één jaardienstregeling vastgelegd. Een kaderovereenkomst kan ook afspraken omvatten over de ontwikkeling van de infrastructuur. Een kaderovereenkomst moet voldoen aan de voorwaarden die genoemd zijn in artikel 60 van de Spoorwegwet. Voorstellen van gerechtigden voor een kaderovereenkomst en de daaraan wederzijds te verbinden rechten en verplichtingen neemt Keyrail bij het opstellen van een kaderovereenkomst in overweging . In het bijzonder mogen de overeen te komen capaciteiten geen belemmering vormen voor andere te verwachten capaciteitsaanvragen. Een kaderovereenkomst moet passende voorzieningen bevatten om de overeenkomst te wijzigen als dat voor een beter gebruik van de capaciteit noodzakelijk is. Bij de capaciteitsverdeling hebben op wettelijke bepalingen gestoelde capaciteitsverdelingsregels steeds voorrang op regelingen in een kaderovereenkomst. 14 artikel 27 lid 2 sub a van de Spoorwegwet. Bedrijfsvergunningen voor in Nederland gevestigde ondernemingen worden afgegeven door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). 15 artikel 27 lid 2 sub b van de Spoorwegwet. Voor toegang tot en gebruik van de hoofdspoorwegen is een veiligheids- of een proefattest verplicht. Veiligheidsattesten en proefattesten worden afgegeven door de ILT. 16 artikel 55 van de Spoorwegwet. Een spoorwegonderneming die van de hoofdspoorweg gebruik maakt, moet verzekerd zijn met betrekking tot de financiële risico’s in verband met de wettelijke aansprakelijkheid. Meer informatie is te vinden in artikel 7 en artikel 8 lid 3 van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidsattest hoofdspoorwegen. 17 artikel 59 van de Spoorwegwet. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 19 van 178 2.3.2 Toegangsovereenkomsten ProRail heeft bij het opstellen van de navolgende passage met betrekking tot de toegangsovereenkomsten voor de Betuweroute gehandeld alsof de voorgenomen verlenging van de Overeenkomst tussen de Staat, ProRail, Havenbedrijf Rotterdam NV en Haven Amsterdam NV met betrekking tot afspraken Betuweroute en van de daarop aansluitende tussen Keyrail en ProRail gesloten Samenwerkingsovereenkomst Exploitatie Betuweroute reeds tot stand is gekomen. Met betrekking tot de toegangsovereenkomsten voor de Betuweroute vanaf 1 januari 2016 is het onder paragraaf 1.1 vermelde voorbehoud eveneens van toepassing. Een toegangsovereenkomst wordt afgesloten tussen een gerechtigde en Keyrail. Een toegangsovereenkomst moet voldoen aan de voorwaarden die vermeld zijn in artikel 59 van de Spoorwegwet. Toegangsovereenkomsten voor het gebruik van de Betuweroute worden, voor zover betrekking hebbend op het tijdvak tot en met 31 december 2014, namens ProRail afgesloten door Keyrail, die krachtens een door ProRail met ingang van 1 september 2013 verleende volmacht de bevoegdheden van ProRail als houder van een concessie mag uitoefenen zoals in die volmacht omschreven. De tekst van de desbetreffende volmacht is te raadplegen op de website van ProRail, www.prorail.nl. De toegangsovereenkomst bevat bepalingen over de functionaliteit en kwaliteit van de hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail aanbiedt, over de capaciteit en over de gebruiksvergoedingen. Daarnaast kan de toegangsovereenkomst afspraken bevatten over de in de hoofdstukken 5 en 6 genoemde diensten dan wel producten en over daarmee samenhangende prestatieafspraken en gebruiksvergoedingen alsmede over de toepassing van de operationele voorwaarden (paragraaf 2.4). De modeltekst van een toegangsovereenkomst (bijlage 21) met de daarbij behorende Algemene Voorwaarden (bijlage 20) zijn opgenomen in deze netverklaring. Keyrail wil in de toegangsovereenkomsten algemene voorwaarden overeenkomen, die de administratieve, technische en financiële regelingen beschrijven die van toepassing zijn bij het gebruik van de door Keyrail beheerde hoofdspoorweginfrastructuur en bij de daarbij aangeboden dienstverlening. De toegangsovereenkomst en de algemene voorwaarden zijn zodanig opgesteld dat ze in overeenstemming zijn met de European General Terms and Conditions zoals overeengekomen tussen CIT, CER en RNE. De European General Terms and Conditions kunnen worden geraadpleegd via de volgende link: http://www.cit-rail.org/en/use-of-infrastructure/?id=129 2.3.3 Huurovereenkomsten Gerechtigden kunnen emplacementssporen huren van Keyrail. Indien een gerechtigde, zoals beschreven in paragraaf 2.2.1 een overeenkomst wenst aan te gaan voor langdurige huur (bijvoorbeeld in geval dat een gerechtigde investeringen wil doen dan wel voorzieningen wil plaatsen) maakt Keyrail, indien mogelijk, met betreffende gerechtigde aparte afspraken. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 20 van 178 2.3.4 Capaciteitsovereenkomsten Een overeenkomst tussen Keyrail en een gerechtigde die niet een spoorwegonderneming is, wordt in de netverklaring aangeduid als een capaciteitsovereenkomst. Een capaciteitsovereenkomst betreft uitsluitend de verdeling en reservering van capaciteit, maar geeft geen recht op toegang tot of gebruik van de spoorweginfrastructuur. 2.4 Operationele voorwaarden De wettelijke regels voor het veilig en ongestoord gebruiken van de hoofdspoorwegen zijn vastgelegd in het Besluit spoorverkeer en de daarmee verbonden regelgeving. Naast de wettelijke voorschriften, zijn op het grensvlak van de bedrijfsprocessen van de spoorwegonderneming en de infrastructuurbeheerder operationele voorwaarden noodzakelijk. De operationele voorwaarden zijn op enkele uitzonderingen na dezelfde als de vigerende operationele voorwaarden die staan beschreven in bijlage 6 van de netverklaring Gemengde net. Keyrail heeft enkele van deze operationele voorwaarden een Betuweroute specifieke uitwerking gegeven. Deze voorwaarden betreffen onder meer de vertrekprocedure, de bijsturing van de treindienst, het waarborgen van detectie, milieuaspecten. Ze zijn beschreven in bijlage 6 van onderhavige netverklaring. De toepassing van deze operationele voorwaarden wil Keyrail vastleggen in de toegangsovereenkomst. ProRail gebruikt de Nederlandse taal als voertaal (zoals bedoeld in de TSI ‘Exploitatie en Verkeersleiding’18). 2.5 Buitengewoon vervoer Treinen, voertuigen en ladingen die niet voldoen aan de wettelijke eisen of de met Keyrail voor het Minimumtoegangspakket overeengekomen eisen, kunnen in bepaalde gevallen toch gebruikt worden onder de voorwaarden van een Regeling voor Buitengewoon Vervoer. Dit uitsluitend onder voorbehoud dat de wet dat toestaat, en onverkort de eventuele wettelijke verplichtingen met betrekking tot ontheffingen, Meer informatie is te vinden in bijlage 6 van deze netverklaring onder punt 1.2. Buitengewoon vervoer is geen onderdeel van het Minimumtoegangspakket. Besloten personenvervoer is op de gehele Betuweroute, inclusief Havenspoorlijn, niet te contracteren in de toegangsovereenkomst en capaciteitsverdeling. 2.6 Gevaarlijke stoffen Voor vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor gelden de bepalingen van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen waarmee onder andere het RID19 in de Nederlandse wetgeving is 18 Besluit 2011/314/EU, PbEU L144 19 Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID), Aanhangsel C bij het Verdrag betreffende het internationale spoorvervoer (COTIF) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 21 van 178 opgenomen. Keyrail hanteert de volgende uitgangspunten bij het naleven van de genoemde wetgeving: WVGS Artikel 47: De meldingsplicht betreffende voorvallen of ongevallen, zoals omschreven in dit artikel, is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming. VSG Randnummer 1.9.5.1 NE (Laten staan van spoorwagens ( ‘parkeerregeling’): gevolg geven aan de bepalingen in dit randnummer is de verantwoordelijkheid van de spoorwegonderneming onder wiens toezicht de betreffende wagens geplaatst zijn. Randnummer 1.9.5.2 NE (Melding, toezicht en afwikkeling van het vervoer van goederen van klasse 1): lid 2.c: de spoorwegonderneming doet dit door middel van verstrekking van de wagenlijst conform de Operationele voorwaarden, lid 4.a: het is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming dat bedoelde wagens niet geheuveld of afgestoten worden. Randnummer 1.9.5.4 NE (Melding, toezicht en afwikkeling van het vervoer van UN1017 chloor) lid 1.e: de spoorwegonderneming doet dit door dit expliciet kenbaar te maken bij de dienstregelingsaanvraag, lid 1.j: het is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming dat bedoelde wagens niet geheuveld of afgestoten worden. RID Randnummer 1.4.2.2.5 & 1.4.3.6.b. (informatie betreffende de treinsamenstelling):Vrije baan: de spoorwegonderneming moet vóór vertrek van een trein mededeling aan Keyrail doen van de samenstelling van de trein, waaronder de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen die in die trein vervoerd worden. De wijze van gegevenslevering is beschreven in bijlage 6, operationele voorwaarden, paragraaf 2.2 stap 1. Emplacementen: de spoorwegonderneming dient op aanvraag van Keyrail een opgave te kunnen doen van de op een emplacement aanwezige wagens, inclusief de daarin aanwezige gevaarlijke stoffen, gespecificeerd per wagen en met aanduiding van het spoor waarop de wagen zich bevindt (en indien bekend een kilometrering). Meer informatie is te vinden in bijlage 10. Randnummer 1.4.3.6.a. & 1.11 (interne rampenplannen voor rangeerterreinen): Keyrail geeft hieraan invulling door het opstellen van een generiek bedrijfsnoodplan en specifieke bedrijfsnoodplannen per emplacement. Deze bedrijfsnoodplannen worden na vaststelling ter beschikking gesteld aan de spoorwegondernemingen via www.keyrail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 22 van 178 Randnummer 1.8.5.1 (melden van een zwaar ongeval of voorval): De meldingsplicht zoals omschreven in dit artikel is de verantwoordelijkheid van de betreffende spoorwegonderneming. Randnummer 1.10.3.2.1 (vaststellen beveiligingsplan): Keyrail is initiatiefnemer bij de totstandkoming van noodplannen voor emplacementen en raadpleegt bij de totstandkoming of er significante wijzigingen zijn bij partijen die onderdeel uitmaken van het emplacement. Keyrail is bereid mee te werken aan de totstandkoming van anders dan emplacement bedoelde nood- dan wel beveiligingsplannen, maar laat de verantwoordelijkheid en het initiatief daartoe aan de spoorwegondernemingen. Handelingen met en opstellen van wagens met gevaarlijke stoffen zijn toegestaan op daarvoor ingerichte emplacementen (zie paragraaf 3.4.3), onder de voorwaarden van de voor dat emplacement verleende omgevingsvergunning en met beschikbaarstelling aan Keyrail van actuele informatie over de plaats waar die stoffen zich bevinden. Op grond van paragraaf 1.4.2.2.5 jo. 1.4.3.6.b van het RID moet de spoorwegonderneming ervoor zorgen dat Keyrail tijdens het vervoer van zendingen gevaarlijke stoffen (met inbegrip van het verblijf op een emplacement gedurende het vervoer) voortdurend snel en zonder hinder kan beschikken over de beladingsgegevens van die wagens met gevaarlijke stoffen, alsmede over de verblijfplaats van die wagens en de plaats van die wagens ten opzichte van andere wagens van de spoorwegonderneming in de trein. Keyrail wil in de toegangsovereenkomst vastleggen of de bedrijfsactiviteit van de spoorwegonderneming mede het vervoer van gevaarlijke stoffen omvat, en zo ja, in de toegangsovereenkomst afspraken opnemen over de wijze van gegevenslevering over dat vervoer (zie bijlage 6, operationele voorwaarden, onderdeel 1.2). Keyrail wil in de toegangsovereenkomst afspraken opnemen over de wijze waarop bij vervoer van gevaarlijke stoffen de levering van beladinggegevens en gegevens over de wagenvolgorde in treinen en op emplacementen plaatsvindt (zie bijlage 10, Informatieverstrekking door spoorwegondernemingen over de samenstelling van rangeerdelen op havenemplacementen en Kijfhoek). 2.7 Eisen met betrekking tot spoorvoertuigen Vergunning voor indienststelling Voor de inzet van een spoorvoertuig op de hoofdspoorweginfrastructuur is een vergunning voor indienststelling vereist. In het geval dat een spoorvoertuig reeds in een andere staat is toegelaten is een aanvullende vergunning voor indienststelling vereist. De (aanvullende) vergunning voor indienststelling wordt door ILT namens de minister van Infrastructuur en Milieu afgegeven. ProRail beoordeelt in welke mate de verenigbaarheid met de hoofdspoorweginfrastructuur is opgenomen in het technisch dossier van de aanvraag voor een (aanvullende) vergunning voor Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 23 van 178 indienststelling en adviseert ILT op dit punt. Op basis van dit advies kan de minister de vergunning afgeven. In de wet is omschreven welke onderzoeken moeten zijn uitgevoerd en aan welke eisen een spoorvoertuig moet voldoen om voor een (aanvullende) vergunning voor indienststelling in aanmerking te komen.20 De in te zetten spoorvoertuigen moeten zijn ingeschreven in het Nederlandse voertuigenregister dan wel in het voertuigenregister van een andere staat.21 Exploitatie en onderhoud van spoorvoertuigen Bij de vergunning voor indienststelling worden enkel de toepasselijke eisen betreffende de nominale werkingstoestand van een voertuig beoordeeld. Zodra een voertuig in dienst wordt gesteld door een spoorwegonderneming, is deze ervoor verantwoordelijk dat het voertuig in overeenkomst met de toepasselijke essentiële eisen wordt geëxploiteerd en onderhouden. Verantwoordelijkheid voor spoorvoertuigen De spoorwegonderneming die een spoorvoertuig heeft aangebracht, blijft na aankomst van het voertuig tegenover Keyrail verantwoordelijk voor dat voertuig. Deze verantwoordelijkheid vervalt pas als een andere spoorwegonderneming dat voertuig heeft vervoerd of verplaatst, of aan Keyrail heeft medegedeeld de verantwoordelijkheid voor dat voertuig over te nemen. Keyrail accepteert de overname op basis van de mededeling van de overnemende partij. In voorkomend geval verzoekt Keyrail de spoorwegonderneming de overname te bevestigen. Bij betwisting tussen overgevende en overnemende spoorwegonderneming blijft de verantwoordelijkheid bij eerstgenoemde spoorwegonderneming. Wielbandkwaliteit Keyrail hecht groot belang aan de beheersing van wielbandonregelmatigheden. Wielbandonregelmatigheden kunnen via verhoogde slijtage tot materiaalbreuken en andere schade aan voertuigen en infrastructuur leiden, waardoor onveilige situaties kunnen ontstaan. Keyrail kan met bijvoorbeeld behulp van de systemen zoals Quo Vadis en GOTCHA spoorvoertuigen met wielbandonregelmatigheden signaleren. Keyrail zal de desbetreffende spoorwegondernemingen hierover informeren. Keyrail kan aanwijzingen22 aan de machinist van de betrokken trein geven. De machinist is verplicht om deze aanwijzingen op te volgen. Keyrail kan voorts maatregelen treffen om eventuele negatieve effecten tot een minimum te beperken. 2.8 Eisen met betrekking tot bedrijfsvoering en personeel De spoorwegonderneming zorgt ervoor dat het personeel en de (hulp)personen die onder haar verantwoordelijkheid worden ingezet of werkt zoals bedoeld in de Spoorwegwet, voldoende 20 21 22 artikel 36 van de Spoorwegwet artikel 37 van de Spoorwegwet artikel 23 lid 1 van het Besluit spoorverkeer, artikel 15 lid 1 Algemene Voorwaarden Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 24 van 178 geïnstrueerd zijn over veiligheidsaspecten en de beheerste uitvoering van de bedrijfsprocessen. De spoorwegonderneming ziet erop toe dat (hulp)personen die onder haar verantwoordelijkheid werken, overeenkomstig de bepalingen van de toegangsovereenkomst handelen. Als betrokkenen personen hun werk uitvoeren op de spoorweginfrastructuur, dienen zij dat in opdracht van de spoorwegonderneming te doen. Indien gewenst dient de betrokkenen aan te kunnen tonen dat hiervoor opdracht is gegeven. De toegangsovereenkomst kan regelingen bevatten over de rechtstreekse informatie-uitwisseling tussen Keyrail/ProRail en (hulp)personen die door de spoorwegonderneming worden ingeschakeld. Keyrail wil in samenwerking met ProRail met spoorwegondernemingen afspraken maken over de navolgende onderwerpen op basis van de toepassing van de operationele voorwaarden: het identificeren van treinen via een treinnummer (onderdeel 1.3 van de operationele voorwaarden in bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net), het gebruik van niet-centraal bediende gebieden (onderdeel 2.2 van de operationele voorwaarden in bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net), de te volgen procedures bij de communicatie van veiligheidsberichten en de daarbij te gebruiken formulieren (onderdeel 2.3 van de operationele voorwaarden in bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net), de voorbereiding op en de afhandeling van calamiteiten en treinincidenten (onderdeel 4.1 van bijlage 6 van de netverklaring Gemendge net), de bediening van infra-elementen (onderdeel 3.1 van bijlage 6). Keyrail zal de spoorwegondernemingen erop aanspreken als bedrijfsprocessen die onder hun verantwoordelijkheid worden uitgevoerd onvoldoende worden beheerst en als daardoor het doelmatig gebruik van de infrastructuur wordt belemmerd of schade en hinder ontstaat voor ProRail, het overige verkeer of de omgeving. De spoorwegonderneming moet de betrokken personen instrueren over de dwingende aanwijzingen die Keyrail op grond van wettelijke bevoegdheden kan geven. Daarnaast moet de spoorwegonderneming de betrokken personen instrueren over de aspecten die samenhangen met de in deze netverklaring genoemde operationele aspecten (zie bijvoorbeeld bijlage 6, operationele voorwaarden) en met de huisregels van Keyrail die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. 2.9 Eisen met betrekking tot informatielevering De spoorwegonderneming verstrekt aan Keyrail steeds de voor Keyrail benodigde informatie over het gebruik van de infrastructuur. Keyrail vraagt slechts informatie op bij spoorwegondernemingen waar zij zelf (nog) geen toegang toe heeft. Daar waar vigerende Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 25 van 178 regelgeving voorschrijft, hebben spoorwegondernemingen de plicht om te leveren. Tot deze informatie behoort: de informatie die de spoorwegonderneming opneemt in capaciteitsaanvragen (zie aanvraaginformatie in hoofdstuk 4), de informatie die de spoorwegonderneming levert onmiddellijk voorafgaand en tijdens het feitelijke gebruik van de infrastructuur, de informatie over het gerealiseerde gebruik, verkeer en vervoer in een tijdvak die de spoorwegonderneming na afloop van dat tijdvak levert (statistische informatie zoals beschreven in bijlage 9), informatie over activiteiten van de spoorwegonderneming binnen, in de zin van de Wet Milieubeheer, als inrichting gekenmerkte delen van de infrastructuur waarover bij de vergunninghouder rapportageverplichtingen bestaan, loggings ETCS ten behoeve van storingsanalyses, relevante gegevens van de spoorwegonderneming uitsluitend bedoeld voor incidentenonderzoek ter verbetering van de productkwaliteit dan wel veiligheid. Deze gegevens betreffen onder andere de Automatische Rit Registratie (ARR), Juridical Recording Unit (JRU) van de locomotief dan wel een door de spoorwegonderneming gemaakte analyse van gegevens. Deze dienen binnen 24 uur na ontvangst van het verzoek van Keyrail ter beschikking gesteld te worden. Keyrail en de spoorwegonderneming maken nadere afspraken over de modaliteiten van alle informatieoverdrachten, zowel die in het kader van wettelijke verplichtingen als die in het kader van de toegangsovereenkomst. Daarbij kan worden overeengekomen, dat een spoorwegonderneming informatie die meerdere doelen dient slechts eenmaal hoeft aan te leveren. 2.10 Weten waar wat staat: informatie over goederenwagons op emplacementen KNV, spoorwegondernemingen die goederen vervoeren, Keyrail en ProRail hebben gezamenlijk het initiatief genomen tot een project om informatie over aanwezigheid van goederenwagons en hun lading op emplacementen te ontsluiten en beschikbaar te stellen aan hulpdiensten. Ter ondersteuning van dit initiatief is een gezamenlijke Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend. Op grond daarvan hebben ProRail en Keyrail geïnvesteerd in systeemontwikkeling en hebben spoorwegondernemingen geïnvesteerd in aanpassing van hun bedrijfssystemen en opleiding van personeel. De implementatie van het systeem en de werkwijzen zijn in 2014 ter hand genomen. De naleving van de afspraken en het vullen van het systeem worden vereist vanuit de wetgeving gevaarlijke stoffen, echter alleen voor expliciet benoemde stoffen. Gegeven de ambitie om een sluitende set aan gegevens te leveren hebben partijen met elkaar afgesproken dat het dringend gewenst is dat alle spoorwegondernemingen die goederen vervoeren, ProRail en Keyrail zich over en weer inspannen om het systeem altijd adequaat gevuld te hebben. Dit in het besef dat het niet vullen Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 26 van 178 van het systeem door één partij direct gevolgen kan hebben voor de betrouwbaarheid van alle informatie. Deelname voor het niet-gevaarlijke stoffen deel is daarmee niet vrijblijvend na het ondertekenen van de MoU. Overige partijen die de MoU niet hebben ondertekend worden via deze netverklaring in kennis gesteld en opgeroepen dezelfde inspanning te plegen. Waarbij KNV, ProRail en Keyrail ernaar streven dat alle partijen 100% participeren in het adequaat gebruik en actueel houden van de informatie in het systeem. Daarnaast zullen ontwikkelingen worden ingezet in dezelfde samenwerking om te komen tot verdere ontwikkeling van het systeem en vereenvoudiging van het gebruik ervan. 2.10 Kosten bij niet of onvoldoende nakomen van afspraken en voorwaarden uit vorige paragrafen Keyrail behoudt zich het recht voor om de aantoonbare (hogere) kosten die Keyrail moet maken als gevolg van het incidenteel of structureel niet voldoen aan, of tekortschieten door de spoorwegonderneming met betrekking tot de in hoofdstuk 2 beschreven voorwaarden en afspraken, te verhalen op, dan wel door te belasten aan de spoorwegonderneming die deze kosten heeft veroorzaakt. 2.11 Operationele regels ketenregie De operationele regels ketenregie maken onderdeel uit van de algemene voorwaarden en zijn te vinden in bijlage 6 van deze netverklaring. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 27 van 178 3 Spoorweginfrastructuur 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat een omschrijving van de functionele en technische kenmerken van de door Keyrail beheerde spoorweginfrastructuur. De omschrijving betreft die kenmerken van de infrastructuur die van belang zijn in het kader van de interoperabiliteit en capaciteitsverdeling, waaronder ook informatie over gebruiks- en milieuvergunningen c.q. omgevingsvergunningen die aan Keyrail zijn verleend. Keyrail draagt zorg voor de omschrijvingen in de netverklaring in overeenstemming te houden met de technische en functionele kenmerken van de spoorweginfrastructuur. Bij wijziging van de technische of functionele kenmerken van de infrastructuur meldt Keyrail dit actief, waar nodig vergezeld van een aanvulling op de netverklaring. In het verlengde van het gestelde in artikel 58 (lid 2a en 2d) van de Spoorwegwet stelt Keyrail via www.keyrail.nl en via het systeem RMS Client23 gerechtigden in staat kennis te nemen van (de details van) infrastructurele aspecten van de Betuweroute. In die gevallen waarin deze bronnen geen voldoende informatie geven, kunnen gerechtigden zich wenden tot de One Stop Shop van Keyrail. 3.2 Exploitatiegebied 3.2.1 Spoorwegen in exploitatie bij Keyrail Het exploitatiegebied van Keyrail omvat: de spoorwegen die in het Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen24 als hoofdspoorwegen zijn aangewezen en waarvan de exploitatie bij Keyrail rust, de infrastructurele voorzieningen die tot die hoofdspoorwegen behoren en die als spoorweginfrastructuur zijn aangewezen, zoals bedoeld in bijlage 1, onderdeel A, van Verordening (EEG) nr. 2598/7025, de spoorwegen binnen het Keyrail-exploitatiegebied waarop het Reglement op de Raccordementen 1966 van kracht is. Meer informatie over de spoorwegen in exploitatie bij Keyrail en over de afspraken met ProRail hieromtrent is te vinden in paragraaf 1.1.3 en bijlage 7. De exacte ligging van de beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail is gespecificeerd in bijlage 1. 23 24 25 Rail Management Systeem van Keyrail Besluit aanwijzing hoofdspoorwegen Verordening (EEG) nr. 2598/70 van de Europese Commissie van 18 december 1970 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 28 van 178 3.2.2 Aansluitende spoorwegen buiten exploitatie van Keyrail Via de onderstaande overgangen is de Betuweroute verbonden met spoorwegen in aangrenzende beheergebieden: met het door ProRail beheerde spoorwegnet bij: o Kijfhoek en IJsselmonde op de spoorrichting Rotterdam- en Dordrecht, o Meteren/Geldermalsen op de spoorlijn Amsterdam-Utrecht-Den Bosch, o Elst op de spoorlijn Arnhem-Nijmegen. met het door DB Netze beheerde spoorwegnet in Duitsland, via de grensovergang Zevenaar – Emmerich (dit in samenwerking met ProRail, zie paragraaf 1.1.3). De exacte grenzen zijn beschreven in bijlage 1. Tal van industriële bedrijven en goederenoverslagbedrijven zijn via spooraansluitingen verbonden met de door Keyrail beheerde railinfrastructuur. Deze spooraansluitingen vallen buiten het beheer van Keyrail. Informatie over de gebruiksmogelijkheden en -voorwaarden van deze spooraansluitingen is te verkrijgen bij de bedrijven die door de spooraansluiting ontsloten worden. 3.2.3 Nadere informatie De netverklaring biedt gebruiksinformatie over aspecten van de infrastructuur die van belang zijn voor de interoperabiliteit. Spoorwegondernemingen kunnen detailinformatie over de infrastructuur van de Betuweroute opvragen via RailMaps van ProRail. Hierin worden grafische sporenoverzichtstekeningen aangeboden die de plaatsing en nummering van seinen, wissels en sporen op de Betuweroute duidelijk maken. 3.3 Kenmerken van de railinfrastructuur De voor verkeersgebruik relevante kenmerken van de hoofdspoorweginfrastructuur worden omschreven via de volgende onderwerpen: geografische identificatie, gebruiksmogelijkheden, beveiligings- en communicatiesystemen. 3.3.1 Geografische identificatie De netwerkconfiguratie wordt weergegeven in paragraaf 1.1.1. Over het gehele gebied van de Betuweroute bedraagt de spoorwijdte nominaal 1.435 mm, conform EN 13848-1. 3.3.2 Gebruiksmogelijkheden De gebruiksmogelijkheden van de spoorwegen worden beschreven via de volgende parameters: omgrenzingsprofielen, aslasten en tonmetergewichten, hellingen, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 29 van 178 baanvaksnelheden, treinlengte, energievoorziening. Het gebruik buiten de grenswaarden van de hiervoor genoemde parameters is alleen mogelijk onder overeen te komen voorwaarden; zie daarvoor paragraaf 2.5 Omgrenzingsprofiel Op de Betuweroute is omgrenzingsprofiel GC van toepassing, met uitzondering van het gedeelte Zevenaar oost – Zevenaar grens, waar omgrenzingsprofiel G2 geldt. Het bijzondere voertuigomgrenzingsprofiel waarvoor een vereenvoudigde procedure voor Buiten-Profiel-vervoer mogelijk kan zijn, is eveneens opvraagbaar bij Keyrail. Voertuigen die grensoverschrijdend26 worden ingezet dienen ook te voldoen aan de omgrenzingsprofielvereisten van het aangrenzende infrastructuurgebied. Aslasten en tonmetergewichten Over de bij Keyrail in exploitatie zijnde infrastructuur is beladingsklasse D4 toegestaan, bij de maximumsnelheid die ter plaatse geldt. Het rijden met spoorvoertuigen met een zodanige belading dat daarbij de beladingsklasse D4 wordt overschreden is alleen toegestaan als Buitengewoon Vervoer. Hellingen De helling van opstelsporen is niet groter dan 1:1000. De helling van andere sporen is in beginsel niet groter dan 1:200. Wanneer hellingen met een grotere hoekverhouding voorkomen, biedt de seingeving voorzieningen om te voorkomen dat zware treinen op zulke hellingen tot stilstand moeten komen. Snelheid De baanvaksnelheid is de hoogste snelheid die op een baanvak of een gedeelte daarvan is toegelaten. In RMS Client is voor elk baanvak weergegeven in welke snelheidsklasse de baanvaksnelheid valt. Treinlengte De maximale treinlengte voor goederentreinen (inclusief locomotief) bedraagt 750 m; treinen langer dan 750 m mogen alleen rijden als Buitengewoon Vervoer. De treinlengte moet zijn afgestemd op de gebruiksmogelijkheden die gelden voor de route waarop de trein behandeld wordt volgens dienstregeling. 26 Met inbegrip van/naar het gemengde Net Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 30 van 178 Energievoorziening Op de door Keyrail beheerde spoorwegen zijn voorzieningen beschikbaar voor dieseltractie en voor elektrische tractie via de bovenleiding. Voor gebruikers van dieseltractie zijn tankinstallaties aanwezig. Meer informatie is te vinden in paragraaf 3.8.4 en bijlage 15. Keyrail is verantwoordelijk voor de instelling van de rijwegen naar de tankinstallaties. De baanvakken die voor van tractie-energievoorziening zijn voorzien van bovenleiding zijn aangegeven in bijlage 12, elektrificatie. Details over de bovenleidingspanning en eventuele beperking in de maximale stroomafname per baanvak zijn te vinden in RMS Client. Spanning en stroomafname zijn conform EN 50367. De hoogte van de bovenleiding ten opzichte van de bovenzijde van de spoorstaaf bedraagt op baanvakken met profiel GC of G2 standaard +5,50 m. Bij kunstwerken is afwijkende hoogte mogelijk, de bovenleiding bevindt zich echter steeds buiten het omgrenzingsprofiel dat ter plaatse van toepassing is. Voor de contractuele voorwaarden voor gebruik van de bovenleiding wordt verwezen naar bijlage 20 van onderhavige netverklaring. 3.3.3 Beveiligings- en communicatiesystemen Voor de veilige en beheerste afwikkeling van het treinverkeer zijn de spoorwegen uitgerust met seinstelsels en beveiligings- en communicatiesystemen. Alle baanvakken en sporen die zijn ingericht voor snelheden van meer dan 40 km/uur, zijn voorzien van een seinstelsel dat het verband tussen wisselstanden, spoorbezetting en seingeving bewaakt. Daarnaast zijn beveiligingssystemen toegepast, die via treinbeïnvloeding de maximumsnelheid en de correcte opvolging van de opdrachten van de seingeving bewaken. De regelingen voor het gebruik van niet centraal bediende baanvakken/emplacementen zijn onderdeel van de ‘Lokale bedrijfsregels Betuweroute’. Seinstelsels Het A15-tracé, dit is het deeltracé Kijfhoek (exclusief het emplacement Kijfhoek)– Zevenaar intakking is uitgerust met ERTMS level 2, versie 2.2.2 compatibel, seingeving door cabinesignalering via ETCS. Op de havenspoorlijn (Maasvlakte - Barendrecht vork) ERTMS level 1 versienummer 2.3.0.d. In het eerste kwartaal van 2014 wordt het ERTMS/ETCS sein- en beveiligingssysteem level 1 versienummer 2.3.0.d. toegevoegd aan het ATB gebied tussen de Havenspoorlijn en het A15 tracé (“Eiland Kijfhoek”). De systeemversie van het ERTMS/ETCS level 1 beveiligingssysteem is gelijk aan de versie van de havenspoorlijn (2.3.0.d). De bestaande ATB en lichtseinen blijven bestaan en het ERTMS/ETCS level 1 wordt als “overlay” toegevoegd waardoor een zogenaamd Dual Signalling baanvak ontstaat waarbij treinen uitgerust met alleen ATB, en treinen met ERTMS/ETCS tegelijkertijd kunnen rijden. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 31 van 178 Verkeersleiding en verkeersleidingssystemen Verkeersleiding-ondersteunende systemen worden gevoed met treinsamenstellingsgegevens voor zover die in de dienstregelingplanningsystemen zijn ingevoerd. De voorwaarden voor het gebruik van deze systemen door spoorwegondernemingen wordt nader overeengekomen. De Verkeersleiding van Keyrail en de back-office van de calamiteitenorganisatie zijn doorlopend geopend. Met Pasen, Pinksteren, Kerst en Oud & Nieuw is Verkeersleiding operationeel conform een feestdagenregeling. Willen spoorwegondernemingen op die momenten gebruik maken van meer capaciteit, dan kunnen zij dit zes weken voor aanvang aangeven aan Verkeersleiding en aan [email protected]. Alsdan wordt extra bezetting op de Verkeersleidingspost Kijfhoek geregeld. Voor wat betreft de heuveldienst Kijfhoek gelden de volgende openingstijden: maandag tot en met vrijdag de gehele dag, op zaterdagen ochtenddienst (07.00 uur - 15.00 uur) en op zondagen nachtdienst (23.00 uur - 07.00 uur). Bij het gebruik van baanvakken die niet zijn uitgerust met centraal bediende beveiliging, en bij het gebruik van sporen en rijwegen naar, binnen en vanuit de niet-centraal bediende gebieden, is de werkwijze van toepassing zoals beschreven in bijlage 6, paragraaf 2.2 van de netverklaring Gemengde net. Communicatie Voor de spraakcommunicatie tussen machinist en treindienstleider op de hoofdspoorweginfrastructuur wordt gebruik gemaakt van GSM-R. Daarnaast wordt GSM-R op de desbetreffende baanvakken gebruikt voor de ETCS datacommunicatie tussen trein en wal. ProRail stelt voor zowel de spraakcommunicatie als de ETCS datacommunicatie GSM-R SIM-kaarten ter beschikking. Zie voor meer informatie de netverklaring Gemengde net, paragraaf 3.3.3.3. Treinbeïnvloedingssytemen Tractievoertuigen die met ATB uitgeruste baanvakken berijden moeten zijn voorzien van ATBtreinapparatuur of daarmee compatibel ETCS STM-ATB. Tractievoertuigen die de van ERTMS voorziene tracédelen van de Betuweroute berijden moeten zijn voorzien van ETCS (omschakeling ETCS-ATB en vice versa tijdens de rit). Informatie over het aanvragen en beheren van communicatie-encryptiesleutels die nodig zijn om te rijden op ERTMS level 2 baanvakken is te vinden in de netverklaring Gemengde net, bijlage 6, paragraaf 5.1. Tractievoertuigen die uitsluitend worden gebruikt voor plaatselijke rangeerwerkzaamheden op de emplacementen Maasvlakte, Europoort, Botlek, Pernis en Waalhaven Zuid behoeven niet te zijn uitgerust met ETCS, maar dienen te voldoen aan nader door ILT te bepalen aanvullende veiligheidsmaatregelen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 32 van 178 Tractievoertuigen die worden gebruikt voor het rangeren via de rangeerheuvel te Kijfhoek dienen te zijn uitgerust met apparatuur voor communicatie met en beïnvloeding door het daar geïnstalleerde geautomatiseerde heuvelprocesbesturingssysteem. Detectie Op beveiligde sporen vindt detectie van spoorbezetting als regel plaats via kortsluiting die de metalen wielen en assen van aanwezige voertuigen veroorzaken tussen de stroomlopen in geïsoleerde spoorstaven. 3.4 Gebruiksbeperkingen De gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur worden niet alleen beperkt door de eigen kenmerken van de infrastructuur maar ook door externe factoren. Keyrail heeft bij de uitgave van deze netverklaring rekening gehouden met de voorwaarden die op dat moment bekend waren. Het is niet uitgesloten dat zich binnen de periode van geldigheid van deze netverklaring nieuwe externe ontwikkelingen voordoen, die de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur beïnvloeden. Keyrail zal met de betrokken spoorwegondernemingen overleggen op welke wijze op dergelijke ontwikkelingen geanticipeerd kan worden, waarbij Keyrail zich inspant om de gevolgen van externe ontwikkelingen op de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur voor de spoorwegondernemingen zo klein mogelijk te houden. Keyrail zal beperkingen voor het doorgaande treinverkeer, die voortvloeien uit vergunningen of andere wettelijke regelingen waarvan de inhoud niet via www.officielebekendmakingen.nl wordt gepubliceerd, via www.keyrail.nl bekend maken aan de spoorwegondernemingen met inachtneming van wettelijke termijnen of overgangsregelingen. De omgevingsvergunningen maken, voor zover die bepalingen bevatten met betrekking tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur, onderdeel uit van de netverklaring. 3.4.1 Gespecialiseerde infrastructuur Uitsluitingen personenvervoer Zie bijlage 4. Gebruiksvergunningen Sommige onderdelen van de spoorweginfrastructuur zijn als bouwwerk te kwalificeren. Voor het gebruik van deze bouwwerken kan op grond van de Woningwet en de Bouwverordening een gebruiksvergunning nodig zijn. Het bevoegd gezag kan in de gebruiksvergunning voorwaarden aan het gebruik stellen. Keyrail spant zich in om eventuele negatieve gevolgen van gebruiksvergunningen voor de spoorwegondernemingen redelijkerwijs zo klein als mogelijk te houden. De vergunningen zijn opvraagbaar bij Keyrail. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 33 van 178 Door het aangaan van de toegangsovereenkomst aanvaardt de spoorwegonderneming de verplichting om de gebruiksvergunningsvoorschriften na te leven en zich te onthouden van handelen dat overtreding van de vergunningsvoorschriften tot gevolg heeft. Tevens aanvaardt de spoorwegonderneming dat Keyrail de naleving van deze verplichtingen controleert. De algemene voorwaarden (bijlage 21) en de operationele voorwaarden (bijlage 6) bevatten hierover nadere bepalingen. 3.4.2 Milieugerelateerde gebruiksvoorschriften en –beperkingen Omgevingsvergunningen De aan Keyrail verleende omgevingsvergunningen, voor zover die bepalingen bevatten met betrekking tot het gebruik van de spoorweginfrastructuur zijn onderdeel van de netverklaring. Met uitzondering van uitsluitend aankomen, vertrekken, kopmaken, locwisselen en doorrijden, mogen spoorwegondernemingen die gebruik maken van de emplacementen in het exploitatiegebied van Keyrail, alleen activiteiten uitvoeren voor zover deze expliciet zijn toegestaan in de omgevingsvergunning. Alle vigerende omgevingsvergunningen zijn te vinden op www.keyrail.nl. Emplacementen zijn inrichtingen waar meerdere gebruikers (partijen die medeverantwoordelijk zijn voor het naleven van de vergunning en de vergunningvoorschriften. In dit geval Keyrail en spoorwegondernemingen) tegelijkertijd en naast elkaar kunnen opereren, gebruikmakend van dezelfde omgevingsvergunning. Elke gebruiker is verantwoordelijk voor het naleven van de vergunning en de daaraan verbonden voorschriften. Elk van de gebruikers is daarop aanspreekbaar door het bevoegd gezag. Keyrail heeft de coördinerende taak op zich genomen om er voor te zorgen dat de gebruikers van de inrichting zijn geïnformeerd over de verplichtingen en de gebruiksmogelijkheden die in de vergunning zijn bepaald. Door het aangaan van de toegangsovereenkomst verplicht de spoorwegonderneming zich tot het naleven van de vergunningsvoorschriften. De algemene voorwaarden (bijlage 20) en de operationele voorwaarden (bijlage 6) bevatten nadere bepalingen hieromtrent. Spoorwegondernemingen die op het spoor en emplacementen activiteiten (willen) uitvoeren moeten: zich op de hoogte stellen van de beperkingen en voorschriften die uit de vergunning voortvloeien en moeten deze in acht nemen, Keyrail in de gelegenheid stellen om vooraf te beoordelen of de voorgenomen activiteiten op het spoor dan wel emplacementen passen binnen de verplichtingen van de Wet Milieubeheer en de omgevingsvergunning. Keyrail maakt door publicatie van de vigerende omgevingsvergunningen (en bijbehorende aanvraag) op haar website www.keyrail.nl bekend welke voorschriften voor spoorwegondernemingen gelden op de emplacementen waar zij activiteiten (willen) uitvoeren. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 34 van 178 Op grond van de voorwaarden in de verleende omgevingsvergunningen verlangt Keyrail van de spoorwegondernemingen per emplacement een opgave van het aantal behandelde wagens met gevaarlijke stoffen per risicocategorie. In bijlage 9 is deze opgave nader omschreven. De beperkingen en verplichtingen van de omgevingsvergunning kunnen onder andere betrekking hebben op: de behandeling - inclusief het opstellen - van (beladen en ledig ongereinigde) wagens en tankcontainers met gevaarlijke stoffen, de uitvoering van activiteiten en handelingen die een geluidsbelasting voor de omgeving veroorzaken, de maatregelen ter voorkoming van bodemverontreiniging. Het opstellen van spoorvoertuigen die voor sloop bestemd zijn, geldt daarbij als ‘opslag van afvalstoffen’, de beschikbaarstelling van gegevens over de activiteiten en handelingen die op een emplacement uitgevoerd worden of zijn. Informatie over vooraf en achteraf te leveren gegevens is te vinden in bijlage 9 van deze netverklaring, het aanbrengen en gebruiken van voorzieningen op het emplacement. Spoorwegondernemingen moeten in hun capaciteitsaanvraag informatie opnemen over de aard en de omvang van activiteiten waarvoor zij capaciteit aanvragen, voor zover die activiteiten aspecten hebben die in omvang worden begrensd door de desbetreffende omgevingsvergunning. Als spoorwegondernemingen samen voor een emplacement méér capaciteit aanvragen dan de (aangevraagde) vergunning voor dat emplacement toelaat, kan de vergunninghouder27 zo nodig per aanvrager specifieke beperkende voorwaarden en voorschriften aan de capaciteitsverdeling verbinden. Dit zodanig dat het totaal van de verdeelde capaciteiten binnen die vergunning past. Omgevingsvergunningen: aanvraag, verlening en wijziging Voor alle emplacementen in het exploitatiegebied van Keyrail, met uitzondering van emplacement Kijfhoek, vraagt Keyrail een omgevingsvergunning (of een wijziging daarop) pas (via ProRail) aan na input te hebben gekregen van spoorwegondernemingen die van het desbetreffende infrastructuurelement gebruik maken of aan Keyrail hebben gemeld dat te willen gaan doen. Indien een bevoegd gezag slechts een vergunning wil verlenen onder voorwaarden die de gebruiksmogelijkheden van de hoofdspoorweginfrastructuur aanmerkelijk veranderen, dan vraagt Keyrail daarvoor vooraf instemming van de minister van Infrastructuur en Milieu. De procedure 27 ProRail is formeel vergunninghouder, Keyrail verdeelt de capaciteit als ware zij vergunninghouder Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 35 van 178 daarvoor is voorgeschreven in de Spoorwegwet28 en voorziet in consultatie van de betrokken spoorwegondernemingen en andere gerechtigden. Gedrag, (beschermings)middelen en afval Afspraken met betrekking tot het gedrag dat wel of niet vertoond mag worden op het emplacement, de verplichte (beschermings)middelen die ten tijde van een aanwezigheid op het emplacement in het bezit moeten zijn en het omgaan met afval, zijn opgenomen in de huisregels van Keyrail (bijlage 6, deel D). Voor wat betreft gedrag valt te denken aan een rook- en vuurverbod en zaken gerelateerd aan orde en netheid. Onder het onderdeel (beschermings)middelen wordt onder andere de verplichting verstaan in bezit te zijn van communicatiemiddelen. In de milieu-/omgevingsvergunning zijn ook eisen opgenomen met betrekking tot het opslaan en afvoeren van afval. Geluidproductieplafonds Keyrail dient per kalenderjaar een bijdrage te leveren aan een nalevingsverslag voor de minister van Infrastructuur en Milieu ten aanzien van de naleving van de wettelijke geluidproductieplafonds, en vijfjaarlijks een Geluidkaart voor de minister voor te bereiden. Voor deze taken heeft Keyrail gegevens nodig van spoorwegondernemingen over de gemiddelde gerealiseerde treinenloop en –samenstelling voor de dag-, avond- en nachtperiode in het kalenderjaar. Keyrail spant zich in, op verzoek van de spoorwegondernemingen, deze gegevens zoveel mogelijk uit de eigen systemen te halen. Bovendien is inzicht noodzakelijk in welke mate de categorie ‘stil goederenmaterieel’ is ingezet. Hiertoe verlangt Keyrail van elke spoorwegonderneming per kalenderjaar een opgave. Bodembescherming Bedrijfsprocessen van de spoorwegondernemingen leveren risico’s op voor verontreiniging van de bodem en ballast met brandstoffen, koelvloeistoffen, smeermiddelen, enzovoort. Treinen kunnen bij normale bedrijfsvoering geringe hoeveelheden van deze middelen lekken op de ballast. Door goed en regelmatig onderhoud van spoorvoertuigen is dit tot een minimum te beperken. Verder kan ballast- en bodemverontreiniging optreden door incidenten. De Wet bodembescherming verplicht Keyrail en de spoorwegondernemingen maatregelen te nemen die de kans op een bodemverontreiniging minimaliseren en, indien de bodem toch is aangetast, alle benodigde maatregelen te nemen om de gevolgen daarvan te beperken. Als wordt vermoed dat een spoorwegonderneming verontreiniging heeft veroorzaakt, dan wel te veroorzaken, wordt deze onderneming direct op de hoogte gesteld van de verontreiniging. Ook betrekt Keyrail die spoorwegonderneming bij het onderzoek. Op grond van de Wet bodembescherming meldt de beheerder een bodemverontreiniging bij het bevoegd gezag. Mede 28 artikel 17 lid 3 van de Spoorwegwet. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 36 van 178 op aanwijzing van het bevoegd gezag wordt de verontreiniging ongedaan gemaakt. Als de spoorwegonderneming veroorzaker blijkt te zijn (geweest), worden de kosten van de sanering op die onderneming verhaald. Tanken van spoorvoertuigen met diesel- of gasolie levert een verhoogd risico op voor bodemverontreiniging. Dit geldt ook voor andere vormen van overslag van bodembedreigende vloeistoffen. Meer informatie over tankinstallaties is te vinden in de paragrafen 3.8.4. en 5.4.2. Overig materieel, zoals werktuigen en handgereedschappen, kunnen op bouwplaatsen worden bijgetankt waarbij de voorwaarden zoals genoemd in onderdeel B3 van de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) zoveel mogelijk worden gevolgd. Keyrail wil de afspraken met betrekking tot bodembescherming (optreden bij gesignaleerde ballastverontreiniging respectievelijk het tanken) overeenkomen via de algemene voorwaarden bij de toegangsovereenkomst. 3.4.3 Risico gerelateerde gebruiksbeperkingen Het vervoeren en behandelen van wagens met gevaarlijke stoffen levert risico’s voor de omgeving op. Om die risico’s te beheersen, kan Keyrail voorwaarden verbinden en beperkingen opleggen aan het vervoer van gevaarlijke stoffen over bepaalde baanvakken en aan de behandeling en het parkeren van wagens met gevaarlijke stoffen op emplacementen. Keyrail zal zulke beperkingen of voorwaarden uitsluitend voorschrijven als ze voortvloeien uit een wettelijke regeling. 3.4.4 Gebruiksvoorschriften- en beperkingen voor tunnels Alle spoortunnels op de Betuweroute hebben veiligheids- en vluchtvoorzieningen. De veiligheidsvoorzieningen zijn geborgd binnen het systeem van de Tunneltechnische Installatie (TTI). Vluchtdeuren en vluchtschachten alsmede de bijbehorende calamiteitenplannen voor tunnels borgen dat personen bij een calamiteit als brand naar een veilige plek kunnen vluchten. Binnen het exploitatiegebied van Keyrail voldoet de tunnelinfrastructuur aan de TSI SRT. Specifieke tunnelgerelateerde verkeers- en vervoerbeperkingen zijn reeds vermeld in paragraaf 3.4.1. 3.4.5 Gebruiksvoorschriften- en beperkingen voor bruggen In het Havenspoorgebied bevinden zich bruggen (Botlekbrug en Calandbrug) waarvan de opening onderhevig is aan een voorrangsregeling voor de scheepvaart. Keyrail raadt de spoorwegondernemingen daarom aan in de planning rekening te houden met extra speling voor treinen die het Havenspoorgebied verlaten. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 37 van 178 3.5 Betrouwbaarheid, beschikbaarheid en operationele kwaliteit van de infrastructuur Deze paragraaf geeft een beschrijving van de kwaliteit van de infrastructuur in termen van betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid, veiligheid, gezondheid en milieu (“RAMSHE”29), van toepassing op het geheel van de door Keyrail geëxploiteerde infrastructuur. 3.5.1 Betrouwbaarheid en beschikbaarheid De beschikbaarheid is de mate waarin het spoor beschikbaar is voor treindiensten. De beschikbaarheid wordt verminderd door geplande (voor onder andere onderhoudswerkzaamheden) en ongeplande (ten gevolge van onder andere storingen) onttrekkingen. De geplande onttrekkingen zijn nodig om onderhouds-, herstel- en beheerwerkzaamheden (inclusief de nodige beproevingen van infrastructuursystemen en oefeningen van de veiligheidsorganisatie) goed en veilig te kunnen uitvoeren. Hiertoe moeten spoorgedeelten veelal buiten dienst worden gesteld. Keyrail maakt onderscheid tussen de volgende soorten geplande werkzaamheden: reguliere onderhoudswerkzaamheden, incidentele werkzaamheden, zoals vernieuwing, nieuwbouw, activiteiten van derden waarvoor buitendienststellingen nodig zijn. De regelingen voor de aanpassingen van het treinverkeer bij buitendienststellingen zijn opgenomen in hoofdstuk 4 Capaciteitsverdeling. Onderhoudbaarheid Keyrail maakt zoveel mogelijk gebruik van de mogelijkheden om zonder hinder voor de gebruikers c.q. het treinverkeer werkzaamheden aan de infrastructuur uit te voeren. Dit met inachtneming van randvoorwaarden met betrekking tot veiligheid en kosten. Bij ontwerp van infrastructuurwijzigingen (hiervoor is ProRail verantwoordelijk) laat Keyrail steeds dit aspect meewegen. 3.5.2 Veiligheid Algemeen Keyrail hanteert strikte procedures met betrekking tot het beheersen van de veiligheid van het treinverkeer bij bedieningshandelingen door de treindienstleiding en andere beheertaken, zodat Keyrail aan spoorwegondernemingen een veilige, veilig bruikbare en veilig toegankelijke werkplek kan bieden voor de uitvoering van hun bedrijfsactiviteiten met betrekking tot het spoorverkeer. Omgekeerd dienen ook de spoorwegondernemingen een adequate bijdrage te leveren aan het beoogde niveau van veiligheid. Daarnaast voert Keyrail analyses uit van alle meldingen van 29 RAMSHE staat voor Reliability, Availability, Maintainability, Safety, Health and Environment Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 38 van 178 veiligheidsincidenten en hun afhandeling, teneinde het veiligheidsniveau te verbeteren. De veiligheidsambities van Keyrail sluiten aan bij de kadernota ”Railveiligheid”. Omgevingsveiligheid De specifieke omgevingsveiligheidsrisico’s die verbonden zijn aan het vervoer van gevaarlijke stoffen worden door Keyrail beheerst door het beschikbaar hebben van een organisatie30 die adequaat kan optreden bij incidenten met gevaarlijke stoffen. Voor zover langs wettelijke weg aan Keyrail maatregelen zijn voorgeschreven voor beheersing van de risico’s verbonden aan het vervoeren of het behandelen van wagens gevaarlijke stoffen (bijvoorbeeld volumebeheersing) voert Keyrail die uit, waar nodig ook via de toegangsovereenkomsten met spoorwegondernemingen. Sociale veiligheid Na overleg met de overheid en de spoorwegondernemingen werkt Keyrail mee aan acties gericht op het beheersen en verbeteren van de sociale veiligheid. De bijdrage van Keyrail kan omvatten: camera ondersteunend toezicht, met als doelstelling preventieve werking bij doelgroepen, terugdringen van schades a.g.v. vandalisme en vergroting van de pakkans van daders, technische aanpassingen. Elke gerechtigde draagt de verantwoordelijkheid dat zijn medewerkers (of opdrachtnemers namens hem) die het exploitatiegebied van Keyrail betreden, poorten en hekken steeds goed afsluiten en is aansprakelijk voor gevolgen. 3.5.3 Gezondheid Via de relevante ARBO-wetgeving zorgt Keyrail voor een gezonde werkomgeving voor de eigen medewerkers en het binnen de spoorweginfrastructuur werkzame personeel van spoorwegondernemingen en hun hulppersonen. 3.5.4 Milieu Keyrail richt de bedrijfsprocessen zo in dat hinder en verontreinigingen worden beheerst en teruggedrongen, met inachtneming van desbetreffende wettelijke voorschriften. Voor zover de relevante milieubeschermingswetgeving zich niet rechtstreeks richt tot de spoorwegondernemingen die de door ProRail beheerde spoorwegen gebruiken, zal Keyrail via de toegangsovereenkomst bedingen, dat zij de adequate bijdragen leveren om het beoogde niveau van milieubescherming te waarborgen. 3.6 Stations, afstanden tussen stations Niet van toepassing. 30 Incidentenregie Rail (Algemeen Leider, Ongevallenbestrijding en Back Office) en voor het havengebied bedrijfsbrandweer en BHVploegen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 39 van 178 3.7 Laad- en losplaatsen voor goederenvervoer 3.7.1 Locaties met laad- en losplaatsen voor goederenvervoer Locaties met openbare laad- en losplaatsen voor goederenvervoer: zie bijlage 14. Keyrail levert alleen diensten met betrekking tot toegang en gebruik van de railgebonden infrastructuur van de laad- en losplaatsen. 3.7.2 Terminals voor overslag van gecombineerd vervoer Keyrail stelt geen gespecialiseerde overslagvoorzieningen voor gecombineerd vervoer beschikbaar. Keyrail verstrekt desgevraagd contactadressen van ondernemingen die deze diensten leveren en die beschikken over een spooraansluiting. Overslag kan ook plaatsvinden op de openbare laad- en losplaatsen. 3.8 Opstel-, rangeer- en andere voorzieningen 3.8.1 Rangeeremplacementen Op een aantal locaties stelt Keyrail rangeervoorzieningen beschikbaar die te gebruiken zijn in het kader van een overeenkomst met betrekking tot toegang tot voorzieningen. 3.8.2 Opstelterreinen Op een aantal locaties stelt Keyrail opstelvoorzieningen beschikbaar die te gebruiken zijn in het kader van een overeenkomst met betrekking tot toegang tot voorzieningen. 3.8.3 Onderhoudsfaciliteiten Materieelverzorgingsfaciliteiten De sporen die voor opstellen bedoeld zijn, zijn soms uitgerust met eenvoudige voorzieningen voor materieelverzorging, zoals waterleidingaansluitingen, rioolputten, voorverwarming en depotvoedingen. Keyrail biedt geen diensten aan met betrekking tot de in- of uitwendige reiniging van spoorvoertuigen, noch voorzieningen voor pers- of remlucht. Keyrail verstrekt desgevraagd contactadressen van eigenaars dan wel beheerders van installaties voor in- en uitwendige reiniging. Faciliteiten voor technisch onderhoud en reparatie Op de door Keyrail beheerde infrastructuur zijn geen voorzieningen aanwezig voor het structureel uitvoeren van onderhoud aan spoorvoertuigen. Regulier (gepland) onderhoud dient dan ook altijd in daartoe toegeruste werkplaatsen te geschieden. Ongepland onderhoud (reparaties) kunnen echter noodzakelijk zijn. Reparaties aan rollend materieel zijn toegestaan onder de volgende randvoorwaarden: dat ze veilig worden uitgevoerd, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 40 van 178 volgens de juiste communicatielijnen worden aangemeld, binnen de regels van de vigerende omgevingsvergunningen worden uitgevoerd, geen overlast veroorzaken in het reguliere proces. Bedrijven mogen werkzaamheden aan rollend materiaal uitvoeren in het Keyrailexploitatiegebied, in opdracht van spoorwegondernemingen die een toegangsovereenkomst hebben met Keyrail. Deze bedrijven mogen slechts werkzaamheden verrichten aan rollend materieel wanneer zij in het bezit zijn van een ILT-certificering voor deze werkzaamheden en nemen de vigerende aansprakelijkheden aan. Op verzoek van Keyrail moet deze certificering ter inzage worden gegeven. De tot reparatie opdracht gevende spoorwegonderneming blijft eindverantwoordelijk voor het (doen) uitvoeren van de reparatiewerkzaamheden binnen de in deze paragraaf gestelde randvoorwaarden. Reparatiewerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd binnen de kaders van de Keyrail huisregels (deze zijn te vinden in bijlage 6, deel D) en de voorschriften van de van toepassing zijnde omgevingsvergunning. Tevens mogen reparatiewerkzaamheden aan rollend materieel geen overlast veroorzaken voor de reguliere processen van verkeer en railinfrastructuuronderhoud. Keyrail controleert hierop steekproefsgewijs. Bij herhaalde aangetoonde overtreding ontzegt Keyrail de betreffende partij de toegang tot de infrastructuur. De volgende soorten reparatiewerkzaamheden worden onderscheiden: kleine ad-hoc reparaties zijn reparaties die korter dan twee uur duren waarbij geen vetten dan wel oliën gebruikt worden en waarbij alleen handgereedschap (gereedschap zonder verdere hulpmiddelen door één persoon te gebruiken, eventueel aangedreven door een compressor of aggregaat) wordt gebruikt, grote ad-hoc reparaties zijn reparaties die langer dan twee uur duren waarbij vetten dan wel oliën gebruikt worden (hetgeen het gebruik van bodembeschermende maatregelen noodzakelijk maakt) dan wel het gebruik van groot/zwaar gereedschap of andere hulpmiddelen (bijvoorbeeld hydraulische kriks) noodzakelijk maken, reparaties in bijzondere situaties betreffen reparaties aan rollend materieel die niet verplaatst kunnen worden en waarbij gewoonlijk gebruik gemaakt wordt van zwaar hulpmaterieel zoals kranen. Deze reparatiewerkzaamheden vinden plaats op de locatie van het betreffend rollend materieel in het exploitatiegebied van Keyrail en na buiten gebruik name of tijdens een WBI door hierop mee te liften. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 41 van 178 De diverse reparatiewerkzaamheden mogen op de volgende locaties worden uitgevoerd: regulier onderhoud werkplaats reparatiesporen* processporen* x n.v.t. n.v.t. grote ad-hoc reparaties incl. x x n.v.t. gebruik vetten en oliën korte ad-hoc reparaties incl. x x n.v.t. gebruik vetten en oliën korte ad-hoc reparaties excl. x x x gebruik vetten en oliën * Het gebruik van lasapparatuur dan wel verspanende gereedschappen wordt uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming. Met betrekking tot de reparatiesporen gelden de volgende afspraken: 1. Verkeersleiding coördineert de toegang tot de reparatiesporen, 2. spoorwegondernemingen zijn verantwoordelijk voor de registratie van de betreffende wagens in IGS, 3. de treindienstleider registreert het aantal wagens en de eigenaar van deze wagens in RMS. Tevens controleert de Treindienstleider of de wagenverplaatsing naar het reparatiespoor is uitgevoerd, 4. spoorwegondernemingen zijn zelf verantwoordelijk voor het rangeren van hun wagens van en naar het reparatiespoor inclusief de daarbij noodzakelijke verplaatsingen van wagens van derden op dat spoor. Een overzicht van de reparatiesporen die Keyrail aanbiedt, is op www.keyrail.nl gepubliceerd uiterlijk elf maanden vóór de inwerkingtreding van de dienstregeling. De definitieve verdeling van jaardienstcapaciteit 2016 wordt eveneens gepubliceerd op www.keyrail.nl. Voor werkzaamheden aan rollend materieel op reparatie- en processporen moet de betreffende spoorwegonderneming een verzoek tot het buitengebruik name van het betreffende spoor doen. Hiervoor is de volgende procedure van toepassing: de spoorwegonderneming belt de gebiedsverantwoordelijke treindienstleider, met het verzoek of deze het spoor buiten gebruik kan nemen voor het uitvoeren van werkzaamheden aan rollend materieel, de spoorwegonderneming noemt het betreffende spoornummer dan wel de wisselnummers die hij buiten gebruik wenst te nemen evenals de contactgegevens van de onderhoudspartij (bedrijfsnaam, aanwezige monteur en zijn telefoonnummer), de spoorwegonderneming noemt het verwachte tijdsbestek voor de buiten gebruik name, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 42 van 178 als de treindienstleider akkoord gaat met de buitengebruik name, plaatst de onderhoudspartij het afsluitbord SR 513 / rode vlag en lamp en bevestigt dat via de spoorwegonderneming aan de treindienstleider, de treindienstleider bevestigt de buitengebruik name en meldt dat hij de veiligheidsmaatregelen heeft genomen ter verhindering van rijwegen richting het buitengebruik genomen spoor, bij teruggave geeft de onderhoudspartij via de spoorwegonderneming aan, dat het bord SR513 / rode vlag en lamp verwijderd is. 3.8.4 Tankinstallaties Tanken met tractie dient te geschieden op de daartoe bestemde vaste tankinstallaties. Bijlage 15 bevat een overzicht van de vaste tankinstallaties en de contactgegevens. Tanken is alleen toegestaan vanuit deze “stationaire afleveringinstallaties”. De vaste installaties zijn niet ingericht voor mobiel tanken. De contractuele voorwaarden voor het gebruik van de tankinstallaties worden overeengekomen in de toegangsovereenkomst met ProRail voor de dienst ‘Gebruik Tankinstallaties’. Zie hiervoor de van toepassing zijnde bepalingen in de netverklaring Gemengde net van ProRail. 3.9 Infrastructuurontwikkeling 3.9.1 Infrastructuurprojecten ProRail is verantwoordelijk voor vernieuwing en nieuwbouw. Vanuit zijn missie is Keyrail medeinitiator van en pleitbezorger voor aanpassingen aan de infrastructuur in haar exploitatiegebied. Keyrail spant zich daarom in om de besluitvorming in de bestaande ProRail processen positief te beïnvloeden. Zie verder de netverklaring Gemengde net, paragraaf 3.7. Keyrail zoekt onder toepassing van de capaciteitsverdelingsprocedures naar evenwichtigheid tussen het efficiënt en conform plan rijden van treinen en een goede uitvoering van projectwerkzaamheden. 3.9.2 Planningsoverzicht infrastructuurprojecten Veranderingen die van toepassing zijn voor het Keyrail-exploitatiegebied zijn te vinden in het overzicht van ProRail op www.prorail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 43 van 178 4 Capaciteitsverdeling 4.1 Inleiding en wettelijk kader Dit hoofdstuk behandelt: het proces van capaciteitsverdeling van de jaardienst (met inbegrip van voor alle gerechtigden 31 bindende procesregels), het proces van verdeling in de ad-hoc fase van de afdeling Capaciteit & Ketenregie en Verkeersleiding, het proces van de besturing en bijsturing door Verkeersleiding. De Spoorwegwet geeft een uitwerking van de voorschriften van Richtlijn 2012/34/EU om de capaciteit op een eerlijke, redelijke, billijke en niet-discriminerende manier te verdelen. Aspecten daarbij zijn: de verdeelde capaciteit wordt overeengekomen tussen Keyrail en de gerechtigde, per deelmarkt zijn minimale niveaus vastgesteld. Deze minimale niveaus gelden voor de gehele hoofdspoorweginfrastructuur in Nederland, en hebben invloed op routeringen van en naar de Betuweroute respectievelijk over de alternatieve routes op het gemengde net voor de Betuweroute32, op overbelast verklaarde infrastructuur zijn door het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur benoemde prioriteringsregels van toepassing33, er gelden procedurevoorschriften voor het verdelen van capaciteit voor werkzaamheden aan het spoor34, de Autoriteit Consument & Markt (ACM) is aangewezen om toezicht te houden op de naleving van de wettelijke voorschriften voor de capaciteitsverdeling en om klachten over het verdelingsproces of de uitkomst daarvan te behandelen. Tevens is de door de Europese Unie opgestelde verordening 913/2010 (Rail Freight Corridors) van toepassing op het verdeelproces. 31 Definitie gerechtigden conform artikel 57 van de Spoorwegwet 2003. 32 artikel 8, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Keyrail is in staat om de vigerende minimumcapaciteitsniveaus die zijn benoemd in Besluit Capaciteitsverdeling tijdens hoofdspoorweginfrastructuur tijdens het schrijven van de onderhavige netverklaring te accommoderen van en naar emplacement Kijfhoek in combinatie met het verkeer over het A15-tracé van de Betuweroute. 33 artikelen 10, 11 en 12, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur 34 artikelen 6 en 9, Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 44 van 178 4.2 Uitgangspunten in het verdelingsproces 1. Keyrail ontwikkelt de standaardpatroonpaden op de Betuweroute in samenwerking met en aansluiting op ProRail (het Basis Uur Patroon) en DB Netze (Stundentakt). 2. Keyrail is op grond van de EU-verordening 913/2010 onderdeel van de internationale goederencorridors (Rail Freight Corridors). Deze verordening heeft directe uitwerking op de capaciteitsverdeling op de in de bijlage van de verordening opgenomen internationale goederencorridors. 3. De gerechtigde die capaciteit voor de jaardienstregeling 2016 aanvraagt, verklaart zich door die aanvraag akkoord met de in deze netverklaring opgenomen processen, procedures, regelingen en tijdschema’s voor de behandeling van dergelijke aanvragen. Keyrail behandelt aanvragen die na sluiting van de aanvraagtermijn voor de jaardienst binnenkomen conform paragraaf 4.3.3 Aanvragen en verdeling in de ad-hoc fase. 4. Keyrail verdeelt binnen het Betuweroutegebied capaciteit voor het gebruik van baanvakken (inclusief intakkingen), emplacementen (inclusief sporen die niet zijn voorzien van een centraal bediend beveiligingssysteem) en tankinstallaties. De capaciteitsverdeling betreft capaciteit die fysiek op één moment en één plaats steeds slechts één gebruiker toestaat met inbegrip van de geluid- en (externe) veiligheidscapaciteit gedurende een tijdvak waarbinnen meerdere gebruikers mogen opereren. Ten aanzien van Basisnet wordt de capaciteitsbenutting in de lopende jaardienstregeling gemonitord. 5. De capaciteitsverdeling heeft betrekking op de volgende vormen van gebruik: treinbewegingen voor nationaal en internationaal verkeer, aan deze treinbewegingen gekoppelde procestijden bij aankomst op of vertrek van emplacementen, rangeerbewegingen, bewegingen naar/van de terminal, stilstaand rollend materieel, tijdelijke onttrekkingen of functionaliteitbeperkingen die nodig zijn voor werkzaamheden aan of nabij de railinfrastructuur. Keyrail houdt bij de verdeling van capaciteit rekening met: voorkeursgebruik van sporen, voorkeursgebruik van afwijkende treinpaden voor gebruik voor de desbetreffende deelmarkt (bijvoorbeeld paden voor zware treinen verdelen aan beladen kolen- en ertstreinen), gebruiksbeperkingen. Deze worden veroorzaakt door bijvoorbeeld brugopeningen en geluidsplafonds en verder door risicoplafonds in verband met externe veiligheid. 6. Alleen door alle capaciteitsaanvragen in samenhang te bezien, kan Keyrail beoordelen of een aanvraag past binnen de beschikbare integrale capaciteit. Het kan voorkomen dat Keyrail daarvoor aanvullende informatie van de aanvrager of aanvragers nodig heeft. Zonder deze Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 45 van 178 7. 8. 9. 10. 11. extra informatie kan Keyrail de aanvraag niet in behandeling nemen of de capaciteit uitsluitend verdelen met restrictie(s) voor gebruik. Keyrail spant zich daarbij in de administratieve last voor de gerechtigde aanvrager zo klein mogelijk te houden. Bij de capaciteitsverdeling kan Keyrail gebruik maken van een verhoging van de gebruiksvergoeding als instrument tijdens de coördinatie van de capaciteitsverdeling35. De belangrijkste systemen ter ondersteuning van het verdeelproces zijn PCS, DONNA, RMS en ISVL. Spoorwegondernemingen kunnen in hun aanvraag- en communicatieproces van deze systemen gebruik maken. De geschillenregeling (zie bijlage 5) conform artikel 46, lid 6 van de Richtlijn 2012/34/EU is alleen van toepassing voor geschillen over de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling. Keyrail zorgt ervoor, dat bij vaststelling van de jaardienstregeling per etmaal paden beschikbaar zijn voor capaciteitsaanvragen voor goederenvervoer in de ad-hoc fase. Daarbij houdt Keyrail, in overleg met ProRail, rekening met de ad-hoc capaciteit op baanvakken op het Gemengde net. In het reguliere exploitatiebedrijf, dat wil zeggen in de periode dat er geen werkzaamheden zijn op de Betuweroute dan wel tussen Emmerich en Oberhausen, houdt Keyrail voor de ad-hoc fase 30% van de beschikbare capaciteit op de Betuweroute in een voortschrijdend venster van 6 uur vrij voor standaardpatroonpaden, inclusief 120 minuten36 procestijd op de vertrek- dan wel aankomstemplacementen in geval het emplacement niet overbelast verklaard is. In het Ontwerp 2016 wordt nader uitgewerkt welk deel van deze capaciteit voor Verkeersleiding c.q. bijsturing in de processturing wordt vrijgehouden en welk deel voor de spotmarkt. Dit zal leiden tot een aanvulling op deze netverklaring. De One Stop Shop van ProRail wijst in samenwerking met Keyrail en DB Netze treinnummers toe aan de spoorwegondernemingen. DB Netze is bij internationaal verkeer leidend. Meer informatie is te vinden in bijlage 6, paragraaf 1.3 van de netverklaring Gemengde net. 4.3 Het verdelingsproces Richtlijn 2012/34/EU onderscheidt twee fasen in het jaarlijkse verdeelproces. Het Besluit Capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur volgt deze tweedeling: verdeling van de ’reguliere dienstregeling’ (= jaardienstverdeling) en daarna de verdeling van beschikbare ad hoc capaciteit. Paragraaf 4.3.1 behandelt de internationale paden op goederencorridors. Het jaardienstverdeelproces staat beschreven in paragraaf 4.3.2. Paragraaf 4.3.3 beschrijft het verdelingsproces in de ad-hoc fase. 4.3.1 Internationale paden op goederencorridors Uiterlijk 11 maanden voor aanvang van de dienstregeling publiceert Keyrail cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer. Op de website van Keyrail is een link naar de 35 zoals bedoeld in artikel 7 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Bij conflicterende aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de procestijd terugbrengen van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast verklaard emplacement. 36 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 46 van 178 desbetreffende publicatie geplaatst. Keyrail draagt er zorg voor dat wijzigingen in de cataloguspaden voor internationaal goederenverkeer in de vigerende planning worden verwerkt. 4.3.2 Het jaardienstverdeelproces Het jaardienstverdeelproces bestaat uit de volgende stappen: voorbereiding van het jaardienstproces (paragraaf 4.3.2.1), indienen van aanvragen (4.3.2.2), intakeproces (4.3.2.3), programmatie en coördinatie (4.3.2.4), geschilbeslechting (4.3.2.5), vaststelling van de verdeling (4.3.2.6). Tabel: tijdschema proces capaciteitsverdeling Voorbereiding jaardienstverdeling Aanvraag voor repeterend onderhoud (onderhoudsrooster) Aanvraag voor incidentele onttrekkingen (IO’s) Ontwerp voor de standaardpatroonpaden Betuweroute in DONNA Intake, programmatie, coördinatie en vaststelling jaardienstregeling Start jaardienstverdeelproces: DONNA open voor inbrengen aanvragen Uiterste inleverdatum aanvragen jaardienst 2016 Intake van ontvangen aanvragen Start programmatie/coördinatie Beheer- en emplacementenoverleg RNE Technical Meeting Publicatie ontwerpdienstregeling en start consultatie ontwerpdienstregeling Sluitingsdatum reacties op ontwerpdienstregeling Vaststelling van de capaciteitsverdeling en publicatie definitieve dienstregeling 30 november 2014 31 december 2014 31 januari 2015 Nader te bepalen via Tafel van Verdeling ProRail 13 april 2015 14 t&m 20 april 2015 21 april 2015 29 april 2015 22 t&m 25 juni 2015 6 juli 2015 7 augustus 2015 24 augustus 2015 Een beroep op de geschillenregeling kan de coördinatiefase verlengen. Bijzondere omstandigheden na vaststelling van de jaardienstverdeling door Keyrail In situaties waarin sprake is van een grootschalige structurele wijziging van de capaciteit37 kunnen omstandigheden ontstaan waarin de herverdeling van capaciteit niet op een zinvolle wijze (gezien 37 Dit kan onder andere de impact van de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen betreffen en de impact van de ingebruikname van de nieuwe containerterminals op de Tweede Maasvlakte. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 47 van 178 vanuit het perspectief van zowel de spoorwegondernemingen als Keyrail) kan geschieden conform de procedure van verdelen in de ad-hocfase. Na overleg met de betrokken spoorwegondernemingen kan Keyrail in dergelijke gevallen een specifiek verdeelproces inrichten dat opgebouwd is uit dezelfde elementen (programmatie, coördinatie, enzovoort) als het verdelingsproces voor de jaardienst. 4.3.2.1 Voorbereiding van het jaardienstverdeelproces Het verdeelproces vindt plaats volgens een vast tijdschema en wordt per jaardienstregeling uitgewerkt en vastgesteld door RNE. 4.3.2.1.1 Ontwikkelen van een treinpadencatalogus Voorafgaand aan het proces van de verdeling in de jaardienst vinden drie processen plaats waarvan Keyrail de output combineert tot een treinpadencatalogus waarop gerechtigden kunnen intekenen. Ter voorbereiding op de capaciteitsverdeling presenteren de in de Rail Freight Corridors samenwerkende infrastructuurmanagers ten behoeve van het internationale goederenvervoer een aanbod van Pre-arranged Paths (PaP). Van/naar het door Keyrail beheerde net biedt Keyrail zulke cataloguspaden in de jaardienstregeling 2016 aan op tenminste de volgende relaties: RFC 1 Rhine - Alpine: Maasvlakte-Kijfhoek / Amsterdam – Duisburg (– Basel – Milaan - Genua), RFC 2 North Sea Mediterranean: Kijfhoek – Antwerpen (– Lyon – Basel). Rail Freight Corridor 8 (North Sea - Baltic) wordt operationeel in 2017. Keyrail publiceert de concept internationale treinpadencatalogus uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de uiterste indientermijn voor de capaciteitsaanvragen in de jaardienst. De dienstregelingen van deze paden (Pre-arranged Paths) worden gepubliceerd op de website van RailNetEurope (www.rne.eu) en zijn uitsluitend aan te vragen bij de Corridor One Stop Shop van de betreffende Rail Freight Corridors via PCS. Het proces van het ontwikkelen van een treinpadencatalogus omvat: de specificatie van standaardpatroonpaden (zie hoofdstuk 5, Minimumtoegangspakket). Keyrail biedt aan de spoorwegondernemingen de mogelijkheid om de specificaties voor het ontwerp van de standaardpatroonpaden op de Betuweroute af te stemmen. Daarbij draagt Keyrail zorg voor een optimale aansluiting op de interfaces met ProRail wat betreft het basisuurpatroon (BUP) voor goederen en met DB Netze op het baanvak Zevenaar – Zevenaar grens. Uiterlijk vier maanden voor het uiterlijke moment van indienen van de jaardienstaanvraag is dit ontwerpproces gereed. Hiermee biedt Keyrail de gerechtigden zicht op de (on-)mogelijkheden van uitvoering van de door de spoorwegonderneming gewenste bedrijfsproductie voor contractering van eigen klanten, personeel- en materieelplanning, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 48 van 178 enzovoort. Het resultaat van dit ontwerpproces bestaat uit één of meerdere categorieën standaardpatroonpaden op de Betuweroute. Hiermee komen de deelnemers de basis voor de in te dienen capaciteitsaanvragen voor de jaardienst overeen. In het jaardienstproces vindt dan de feitelijke en formele verdeling plaats, door Keyrail te ontwikkelen en met partijen af te stemmen onderhoudsvensters, verwerking van aanvragen voor grootschalige (ver)nieuwbouw voor zover deze het resultaat zijn van de afstemming met alle betrokken partijen vóór het moment van opstellen van deze catalogus. De uiterste indientermijn voor dergelijke capaciteitsaanvragen is vastgesteld volgens de in paragraaf 4.3.2 vermelde termijnen. Behandeling van aanvragen na deze termijnen vinden plaats in de ad-hoc fase, en hebben voor grootschalige vernieuwbouw maar beperkte kans van slagen. De treinpadencatalogus is een hulpmiddel dat gerechtigden kunnen hanteren om hun capaciteitsaanvragen voor afstemming van repeterende capaciteit op uur-, dag- of weekbasis te benutten. Bij het construeren van het overzicht van standaardpatroonpaden neemt Keyrail de beschikbare capaciteit op de vrije baan en emplacementen en waar mogelijk terminalslots in beschouwing. Hierbij waarborgt Keyrail conformiteit met vigerende wet- en regelgeving die van toepassing is op de spoorcapaciteit van de hoofdspoorweginfrastructuur. Keyrail spant zich, wat betreft de Betuweroute, in om een zo goed mogelijke aansluiting van de standaardpatroonpaden op de Basis Uur Patroon (BUP) tijdstippen dan wel de padtijden van ProRail38 en de Stundentakt van DB Netze39 te optimaliseren. Hierbij wordt rekening gehouden met de beperkingen als gevolg van de bouwwerkzaamheden Emmerich – Oberhausen. Om een praktisch uitvoerbaar en veilig plan te creëren, hanteert Keyrail de plannormen in bijlage 16. 4.3.2.1.2 Standaardpatroonpad A15-tracé Het A15- tracé is ingericht op exclusief gebruik van goederentreinen die gebruik maken van standaardpatroonpaden. Het standaardpatroonpad op het A15-tracé heeft specificaties die uitgaan van een dienstregelingsnelheid van 95 km/u40 in oostelijke en westelijke richting. Om te voldoen aan de specificaties van het standaardpatroonpad op het A15-tracé, geldt per trein hieronder staande tabel met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type locomotief als norm voor de ontvankelijkheidsverklaring van aanvragen: 38 Elst, Meteren, Kijfhoek, IJsselmonde, Zevenaar 39 Emmerich Grens - Zevenaar 40 Gebaseerd op BR 189, 2700 ton Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 49 van 178 Kijfhoek – Zevenaar grens v.v. (95 km/u) Locomotief type Maximaal totaaltonnage BR 189 BR 186 Class 66 G2000 G1206 D6400 V100 2700 ton 2700 ton 1700 ton 1080 ton 720 ton 700 ton 450 ton 4.3.2.1.3 Standaardpatroonpad Havenspoorlijn Het standaardpatroonpad op het Havenspoorlijn heeft specificaties die uitgaan van een dienstregelingsnelheid van 75 km/u of 60 km/u in beide richtingen met uitzondering van de Botlektunnel en de verbinding Maasvlakte West – Yangtzehaven. In het Ontwerp 2016 wordt nut en noodzaak onderzocht om de dienstregelingsnelheid op het tracé Maasvlakte West – Yangtzehaven naar 75 km/u of 60 km/u te verhogen. Om te voldoen aan de specificaties van het standaardpatroonpad op de Havenspoorlijn, geldt per trein hieronder staande tabel met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type locomotief als norm voor de ontvankelijkheidsverklaring van aanvragen: Locomotief type BR 189 BR 186 Class 66 G2000 G1206 D6400 V100 Havenspoorlijn Maximaal totaaltonnage 3000 ton 3000 ton 1800 ton 1080 ton 1560 ton of 910 ton 1560 ton of 910 ton 450 ton Padsnelheid 75 km/u 75 km/u 75 km/u 60 km/u of 75 km/u 60 km/u of 75 km/u 60 km/u of 75 km/u 60 km/u De snelheid van het standaardpatroonpad op de Havenspoorlijn (75 km/u) heeft bij vertraging, veroorzaakt door de opening van de Calandbrug, effect op het eventuele vervolgtraject. Om dit op te vangen is voor de paden richting Emmerich een buffer ingebouwd deze is verwerkt in de rijtijdberekening o.b.v. de inhaalsnelheid. Voor de paden richting Dordrecht wordt de noodzakelijke stop op Kijfhoek, voor het omschakeling in het beveiligingssysteem (ERTMS), gecombineerd met het inwachten op het standaardpatroonpad richting Dordrecht. Hiermee wordt de betrouwbaarheid van het product vergroot. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 50 van 178 4.3.2.1.4 Afwijkende aanvragen op de tractie-tonnagetabellen Als een spoorwegonderneming met een hoger tonnage of met andere locomotief wenst af te wijken van bovenstaande tabellen met het maximale tonnage bruto wagengewicht per type locomotief, dient deze spoorwegonderneming via een e-mail aan [email protected] een verzoek tot testen in te dienen. Dit verzoek dient te zijn voorzien van een proefnemingsprotocol en een beheersplan ter voorkoming van strandingen en verdringing van andere treinen. Indien gewenst adviseert de afdeling Capaciteit & Ketenregie van Keyrail de spoorwegonderneming hierbij. Keyrail informeert ProRail over het verzoek tot testen. Keyrail voert samen met de betreffende spoorwegonderneming binnen een redelijke termijn een representatief aantal proeven uit op de Betuweroute. Keyrail evalueert met de spoorwegonderneming de betrouwbaarheid van de uitvoering in het standaardpatroonpad. In de evaluatie wordt door Keyrail: de punctualiteit op verschillende dienstregelingspunten gemeten, de kans op verdringing (olievlekwerking van een vertraagde trein op andere treinen) ingeschat, de kans op stranding ingeschat. De resultaten van de proeven, de risicobeheersing door de spoorwegonderneming van strandingen en verdringing en het terugvalscenario van de spoorwegonderneming voor omleiding over het gemengde net zijn onderdeel van de ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail voor zover het de Betuweroute (inclusief Kijfhoek en baanvak Zevenaar aansluiting – Zevenaar) grens betreft. ProRail is verantwoordelijk voor de ontvankelijkheidsverklaring op het gemengde net. In geval van een positieve ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail publiceert Keyrail een aanvulling op de netverklaring van de uitzonderingssituatie op de tractie-tonnagetabel. Als uit monitoring door Keyrail in de uitvoering blijkt dat de betreffende treinen trendmatig niet punctueel in hun dienstregeling rijden dan wel onredelijk veel verstoringen (strandingen en verdringing van andere treinen) veroorzaken, kan Keyrail de uitzonderingsituatie eenzijdig beëindigen en de verdeelde capaciteit intrekken na tijdig informeren van de spoorwegonderneming. De treinen met deze uitzonderingsmogelijkheid die door Keyrail zijn verdeeld met een positieve ontvankelijkheidsverklaring, kunnen tot maximaal twee standaardpatroonpaden gebruiken (zoals ook in paragraaf 5.2 is beschreven). Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 51 van 178 4.3.2.1.5 Losse locomotieven De standaardpatroonpaden uit de catalogus zijn bedoeld voor het reguliere commerciële logistieke proces. Spoorwegondernemingen kunnen bij Keyrail in de jaardienstverdeling en bij de OSS Planning van Keyrail in de ad hoc fase standaardpatroonpaden aanvragen voor het rijden van losse locomotieven. Deze losse locomotieven dienen een aantoonbare relatie te hebben met een vervoersmodel waarbij de tijd tussen de aankomende trein en de vertrekkende trein maximaal drie uur bedraagt. Losse locomotieven met een vervoersmodel waarbij de tijd tussen de aankomende trein en de vertrekkende trein meer dan drie uur bedraagt, kunnen op het A15 tracé alleen in de verkeersleidingsfase in standaardpatroonpaden worden aangevraagd, inclusief de bijbehorende tarief- en prestatieregelingsvoorwaarden. 4.3.2.1.6 Heuvelsporen Kijfhoek Keyrail hanteert voor de verdeelsporen op emplacement Kijfhoek de norm dat per 26 gesorteerde wagens die per dag vertrekken één verdeelspoor beschikbaar is. Opnieuw geheuvelde wagens worden niet in de telling meegenomen. 4.3.2.1.7 Capaciteit voor verkeersleiding Op onderstaande emplacementen wordt bufferruimte voor Verkeersleiding gereserveerd: Maasvlakte West: sporen nummers 818 en 819 Kijfhoek: sporen nummers 151, 158 en 253 CUP Valburg: sporen nummers 722 en 723 Op het A15 tracé wordt één op de acht paden gereserveerd voor Verkeersleiding om mutaties op reeds verdeelde capaciteit in de laatste 4 uur voor uitvoering te kunnen verdelen, met uitzondering voor de periode dat er minder capaciteit op de Betuweroute beschikbaar is tussen Kijfhoek/Meteren en Oberhausen als direct gevolg van de werkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen. In het laatste geval is er geen capaciteit gereserveerd voor Verkeersleiding. 4.3.2.1.8 Capaciteit voor corridor OSS Op het A15 tracé worden voorlopig per etmaal 20 paden per richting gereserveerd voor de corridor OSS van Rail Freight Corridor 1 (zie paragraaf 1.9). Voor Rail Freight Corridor 2 betreft het voorlopig 18 paden die intakken op Rail Freight Corridor 1. Rail Freight Corridor 8 (North Sea Baltic) wordt operationeel in 2017. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 52 van 178 4.3.2.2 Indienen van aanvragen Gerechtigden kunnen op basis van de treinpadencatalogus hun structurele aanvraag indienen via [email protected]. Het indienen van een dienstregelingsaanvraag kan op de volgende manieren: door het indienen van een aanvraag via PCS is voor Pre-arranged Paths verplicht, door het aanvragen van gewenste treinpaden in het planningsysteem DONNA. Te allen tijde dienen deze aanvragen te zijn vergezeld van een schriftelijke aanvraag op basis van de treinpadencatalogus. Daarnaast moeten deze zijn vergezeld van een schriftelijke aanvraag met informatie over emplacementsgebruik. Als de schriftelijke aanvraag afwijkend is, hanteert Keyrail bij conflict de via DONNA ingediende aanvraag, door het indienen van een schriftelijk overzicht, aan de hand van een RNE formulier41.Een RNE-formulier is verplicht als u een coördinerende capaciteitsverdeler wenst. Bij een grensoverschrijdend traject zijn verschillende infrastructuurbeheerders betrokken. De spoorwegonderneming kan de benodigde capaciteit bij de betreffende infrastructuurbeheerders in één keer aanvragen bij de One Stop Shop van de infrastructuurbeheerder waarmee een toegangsovereenkomst is overeengekomen, of gebruik maken van PCS. Spoorwegondernemingen kunnen hun aanvraag over meerdere beheergebieden ook opsplitsen in afzonderlijke aanvragen per beheergebied. Deze spoorwegondernemingen zijn in dat geval zelf verantwoordelijk voor de onderlinge afstemming op de grenzen van die aanvragen. De inspanning van de betrokken infrastructuurbeheerders is dan beperkt tot het signaleren van gebreken in de aansluiting(en). Internationale capaciteitsaanvragen voor de vastgestelde Pre-arranged Paths op één van de Rail Freight Corridors kunnen uitsluitend via de RNE tool PCS ingediend worden. Daardoor is de aanvraag automatisch bij de Corridor One Stop Shop van de betreffende Freight Corridor ingediend. Een internationale capaciteitsaanvraag dient te voldoen aan de voorwaarden die iedere betrokken infrastructuurbeheerder stelt aan aanvragen voor capaciteit op hun net. Meer informatie is te vinden in de netverklaring van de betreffende infrastructuurbeheerder. Indien één van de betrokken infrastructuurbeheerders een via Keyrail ingediende internationale capaciteitsaanvraag niet in behandeling neemt, stelt Keyrail de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag aan te passen. Voor de aanvraag voor verhuurbare sporen op emplacementen moet gebruik worden gemaakt van het “Overzicht emplacementsporen Keyrail” in bijlage 18. In het Ontwerp 2016 werkt Keyrail in samenwerking met ProRail, DB Netze en de spoorwegondernemingen nader uit welke emplacementssporen aan Verkeersleiding worden verdeeld tijdens het reguliere exploitatiebedrijf en tijdens de herrouteringsdienstregeling in direct verband met de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen. Dit kan invloed hebben op het beschikbaar aantal huursporen en processporen dat kan worden verdeeld aan spoorwegondernemingen. Daarnaast 41 Zie bijlage 5: RNE formulieren Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 53 van 178 kunnen nadere afspraken in verband met de ingebruikname van nieuwe containerterminals op de Tweede Maasvlakte invloed hebben op het ontwerp van dienstregeling en de proces- en huursporen aldaar. 4.3.2.3 Intakeproces Keyrail controleert de aanvragen op ontvankelijkheid. Dit betreft het moment van indienen, de volledigheid van de aanvragen, eventuele gebreken (zoals onderling conflicterende elementen of overschrijding van de gebruiksmogelijkheden van de infrastructuur) en aanvragen die afwijken van het standaardpatroonpad. Zo nodig stelt Keyrail de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een nader aan te geven termijn aan te vullen of te wijzigen. Deze worden nog meegenomen in de jaardienst. De ontvankelijkheidsverklaring wordt door Keyrail uiterlijk één week na het verstrijken van de aanvraagtermijn naar de betreffende gerechtigde verstuurd. Aanvullende of gewijzigde aanvragen met betrekking tot rijdagen die gerechtigden na de sluitingstermijn indienen, gelden als ad-hoc aanvragen. Meer informatie hierover is te vinden in paragraaf 4.3.3. Als de gerechtigde in zijn aanvraag bepaalde treinspecificaties42 van de gevraagde capaciteit niet expliciet vermeldt, kan Keyrail de capaciteit verdelen onder voorbehoud dat de aanvrager de standaardwaarden voor de gebruikskenmerken toepast. De standaardwaarden worden door Keyrail vastgesteld. Daarbij houdt Keyrail rekening met de kenmerken of gebruiksbeperkingen van de infrastructuur. 4.3.2.4 Programmatie en coördinatie Keyrail onderzoekt of de bundel van aanvragen van gerechtigden leidt tot meervoudige aanvragen voor één of meer paden uit de treinpadencatalogus. In dat geval start Keyrail de programmatieprocedure conform artikel 20 van Richtlijn 2012/34/EU. Indien nodig vindt gedurende dit programmatie-overleg ook afstemmingsoverleg plaats met de infrastructuurbeheerders van de aangrenzende spoorweginfrastructuur en waar mogelijk met aangrenzende (intermodale en droge-bulk) terminals. Als na het programmatie-overleg blijkt dat er nog met elkaar concurrerende aanvragen resteren, start Keyrail voor die aanvragen het coördinatieproces conform artikel 21 van Richtlijn 2012/34/EU. Dit coördinatieproces kan alle nog resterende concurrerende aanvragen omvatten. Voor de coördinatieprocedure van concurrerende aanvragen gelden de volgende uitgangspunten: Keyrail meldt (mondeling en per e-mail) de geïdentificeerde concurrentiesituatie aan betrokken gerechtigden en nodigt de daarbij betrokken gerechtigden aanvragers uit voor nader coördinatie-overleg, iedere betrokken gerechtigde mag oplossingsvoorstellen doen, 42 Treinlengte, tonnage, ZWV-code en BP profielen aanwezigheid van gevaarlijke stoffen, stille wagens, tractie, beveiligingssysteem. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 54 van 178 oplossingen moeten passen binnen de gebruiksmogelijkheden van de railinfrastructuur, met inbegrip van gebruiksbeperkingen (zoals brugopeningen, fysieke mogelijkheden op emplacementen, de geluid- en (externe) veiligheidsregels en vergunningen), in de coördinatieprocedure worden geen voorrangsregels gehanteerd. Wel wordt rekening gehouden met het in paragraaf 4.2 genoemde voorkeursgebruik, gestreefd wordt naar oplossingen waarin zo min mogelijk wordt afgeweken van de aangevraagde capaciteit, waarbij de commerciële en operationele samenhang binnen de aangevraagde capaciteit zo min mogelijk verbroken wordt en waarbij de bedrijfseconomische gevolgen van afwijkingen van de aangevraagde capaciteit zo beperkt mogelijk zijn. Bij aanvragen die zonder steekhoudende onderbouwing afwijken van het standaardpatroonpad, past Keyrail altijd de aanvraag zodanig aan dat deze in een standaardpatroonpad wordt gelegd, de in RNE-verband afgestemde grenspassagetijdstippen worden gehandhaafd, Keyrail bewaakt zowel de betrouwbare en veilige uitvoerbaarheid van de dienstregeling (op basis van de ontwerpnormen in bijlage 16) als de doelmatige benutting van de infrastructuur, in het geval dat aanvragen van gerechtigden onderling concurreren, kan Keyrail het instrument verhoging van de gebruiksvergoeding inzetten om tot overeenstemming te komen, de coördinatieprocedure duurt voort tot uiterlijk vijf werkdagen voor de datum waarop Keyrail de ontwerpjaardienstregeling publiceert, de coördinatieprocedure wordt verlengd wanneer geschil aanhangig is gemaakt (zie paragraaf 4.3.2.5) en het geschil nog niet geslecht is. Als betrokken gerechtigde(n) en Keyrail overeenstemming bereiken over de te kiezen oplossing, dan eindigt de coördinatie voor de desbetreffende concurrentiesituatie. Keyrail neemt de oplossing vervolgens op in de ontwerp-jaardienstregeling. Tijdens de programmatie en coördinatie heeft Keyrail afstemming met de andere infrastructuurbeheerders in Europa. Zo wordt geprobeerd om zoveel mogelijk doorgaande en hoogwaardige grensoverschrijdende dienstregelingspaden te realiseren. Deze maatregelen zijn uitgewerkt in het RNE-document “Process for international path requests”. Als blijkt dat betrokken gerechtigden en Keyrail niet of niet tijdig tot overeenstemming komen, verklaart Keyrail de betrokken infrastructuur overbelast43. Keyrail verdeelt in dit geval aan de hand van de door de wet gestelde prioriteitsregels en minimum niveaus dan wel met inachtneming van de volgende prioritering: 1. voorkeursgebruik, 2. aansluiting op grensovergangen, 43 zie ook artikel 22, 25, 26 van de Europese Richtlijn 2012/34/EU Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 55 van 178 3. 4. 5. 6. aansluiting op (intermodale en droge-bulk) terminalslots, aansluiting op benodigde rangeertijden, duur van verblijf op het emplacement, losse locomotief. Keyrail neemt deze oplossing op in de ontwerp-dienstregeling. De procesregels voor de verdeling van Pre-arranged Paths in de Rail Freight Corridors staan omschreven in de Corridor Information Documents van deze corridors en zijn gebaseerd op de “Decision of the Executive Boards of Rail Freight Corridors N°1 and N°2, establishing the Framework for capacity allocation on the Rail Freight Corridors N°1 and N°2” Keyrail legt de uitkomst van de programmatie en coördinatie, met inbegrip van de uitkomst van een eventuele geschilbeslechting (paragraaf 4.3.2.5) vast in een ontwerpdienstregeling die Keyrail aan de aanvragers per brief aanbiedt. Voor de programmatiefase geldt dat gerechtigden gedurende één maand hun mening kenbaar kunnen maken44. De aanvragen van emplacementscapaciteit worden in beginsel verdeeld op basis van gereden treinkilometers op de Havenspoorlijn en de spoorbezetting op het betreffende emplacement in de periode voorafgaand aan de programmatie dan wel het aantoonbaar beschikken over terminalslots in 2016. Relevante informatie over verschuivingen van ladingpakketten tussen spoorwegondernemingen, aantoonbaar opportune nieuwe ladingpakketten en significante wijzigingen in volumes van ladingspakketten is redelijkerwijs onderdeel van het verdeelproces. Keyrail maakt voor de verhuurbare sporen onderscheid in lengte met de volgende categorieën: Korte sporen (locsporen) <100 meter Middellange sporen 100 meter tot <550 meter Lange sporen 550 meter en meer 4.3.2.5 Geschilbeslechting Coördinatie is naar zijn aard een technisch overleg tussen deskundigen. Deskundigen kunnen van mening verschillen waardoor er een patstelling over conflicten kan ontstaan. Om het proces van capaciteitsverdeling zijn voortgang te laten houden, is er een geschillenregeling die binnen 10 werkdagen tot uitsluitsel leidt. De gerechtigde of Keyrail heeft de mogelijkheid om tijdens de coördinatiefase van de jaardienstregeling het initiatief te nemen tot geschilbeslechting. Partijen dienen er naar te streven om geschilbeslechting op een zodanig tijdstip te laten plaatsvinden dat: de uitkomst van de geschilbeslechting onderdeel kan zijn van de verdere coördinatieprocedure, de vaststelling van de jaardienstregeling kan plaatsvinden op de laatste dag van de coördinatietermijn. 44 artikel 20 lid 3 van 2012/34/EU Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 56 van 178 De geschilbeslechting vindt plaats op basis van een gesprek tussen de betrokken partijen (hoor en wederhoor) met als doel het conflict op te lossen. Als er geen oplossing wordt bereikt, doet de voorzitter van de geschilbeslechting uitspraak binnen 10 werkdagen na het schriftelijk kenbaar maken van het geschil. De uitspraak is vervolgens uitgangspunt voor het verdere verdelingsproces. Bij conflicterende aanvragen tussen gerechtigden (verkeer/verkeer) is Keyrail voorzitter. Bij conflicten tussen een aanvraag voor geplande werkzaamheden aan of nabij de railinfrastructuur of het onderhoudsrooster en verkeerscapaciteit voor een gerechtigde vindt de behandeling van het geschil plaats door een onafhankelijk voorzitter die door Keyrail wordt aangewezen na overleg met de gerechtigden. De behandeling leidt in dat geval tot een advies waarvan Keyrail bij de vaststelling van de capaciteitsverdeling alleen gemotiveerd mag afwijken. 4.3.2.6 Vaststelling van de verdeling Keyrail legt het resultaat van de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling vast in het capaciteitsverdelingsdocument dat wordt gepubliceerd op www.keyrail.nl. Hierin staat vermeld welke capaciteit Keyrail aan gerechtigden heeft verdeeld en welke capaciteit aan beheer (onderhoudsrooster en incidentele onttrekkingen) is verdeeld. Hiervoor genoemd capaciteitsverdelingsdocument maakt deel uit van de te sluiten toegangsovereenkomst Betuweroute. De gerechtigde verkrijgt het gebruiksrecht voor de capaciteit die in dit document aan die gerechtigde is verdeeld. Gerechtigden die houder en gebruiker van verdeelde capaciteit zijn, mogen die capaciteit niet overdragen aan andere gerechtigden. Gerechtigden die een capaciteitsovereenkomst met Keyrail hebben afgesloten, kunnen het operationele proces in handen geven van een daartoe gerechtigde spoorwegonderneming. Als uitwerking van de Verordening (EU) Nr 913/2010 dienen spoorwegondernemingen er rekening mee te houden dat een nader aan te duiden aantal treinpaden als reservecapaciteit beschikbaar blijft ter verdeling door de Corridor One Stop Shops. RNE publiceert deze reserve capaciteit in de vorm van Pre-arranged Paths op de Rail Freight Corridors 1 (Rotterdam-Genua) en 2 (RotterdamLyon). De treinpaden van Rail Freight Corridor 1 blijven voorlopig beschikbaar tot 30 dagen voor uitvoering. De treinpaden van corridor 2 blijven voorlopig beschikbaar tot 21 dagen voor uitvoering. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 57 van 178 4.3.2.7 Capaciteitsverdeling bij overbelaste infrastructuur en kaderovereenkomsten 4.3.2.7.1 Overbelastverklaringen Conform Richtlijn 2012/34/EU (artikel 47 ) verklaart Keyrail infrastructuur overbelast als de coördinatiefase in het proces van de jaardienstverdeling niet heeft geleid tot een capaciteitsverdeling die voor de aanvragers bevredigend is. Na overbelastverklaring stelt Keyrail binnen zes maanden een capaciteitsanalyse op. Binnen zes maanden na afronding van de capaciteitsanalyse stelt Keyrail na overleg met betrokken gerechtigden een capaciteitsvergrotingsplan op. Voor het capaciteitsvergrotingsplan stelt Keyrail in samenwerking met ProRail via een kostenbatenanalyse de beste oplossing vast. Oplossingen kunnen zowel van infrastructurele, procesmatige als innovatieve aard zijn. Een overzicht van de voor de Betuweroute afgegeven overbelastverklaringen is te raadplegen in bijlage 11 en op de website van Keyrail. 4.3.2.7.2 Kaderovereenkomsten Ten tijde van de uitgave van deze netverklaring heeft Keyrail geen kaderovereenkomsten afgesloten voor dienstregelingsjaar 2016. 4.3.3 Verkeersaanvragen en verdeling in de ad-hoc fase De ad-hoc fase begint direct na het sluiten van de aanvraagtermijn voor de capaciteitsverdeling van de jaardienstregeling. Railnet Europe (RNE) maakt binnen de ad-hoc fase onderscheid tussen een periode waarin capaciteitsaanvragen betrekking hebben op een nog in te voeren jaardienstregeling (Late Path Requests) of de periode waarin aanvragen betrekking hebben op een reeds lopende dienstregeling. Paragraaf 4.3.3.1 en 4.3.3.2 gaat in op de wijze waarop Keyrail invulling geeft aan dit onderscheid. Alle gerechtigden kunnen capaciteit aanvragen. Keyrail maakt bij de behandeling van de capaciteitsaanvragen geen onderscheid tussen aanvragen van gerechtigden met een toegangsovereenkomst voor het desbetreffende dienstregelingsjaar of gerechtigden die nog geen toegangsovereenkomst hebben afgesloten. Gerechtigden die nog geen toegangsovereenkomst met Keyrail hebben afgesloten, verklaren zich met het indienen van een ad-hoc aanvraag akkoord met de in deze paragraaf beschreven processen, procedures en tijdschema’s. Voor de aanvang van de nieuwe jaardienst moeten gerechtigden een toegangsovereenkomst dan wel een capaciteitsovereenkomst hebben afgesloten met Keyrail, anders vervalt de verdeelde capaciteit. Gerechtigden die inmiddels met Keyrail een toegangsovereenkomst hebben afgesloten voor de jaardienst waarop hun ad-hoc aanvragen betrekking hebben, hebben met het ondertekenen van die overeenkomst ook ingestemd met de in deze paragraaf beschreven processen, procedures, regelingen en tijdschema’s voor de behandeling van dergelijke aanvragen. Capaciteit die aan gerechtigden met een vigerende toegangsovereenkomst verdeeld wordt in de ad-hoc fase maakt automatisch onderdeel uit van die toegangsovereenkomst. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 58 van 178 Als aan gerechtigden die geen vigerende toegangsovereenkomst hebben, in de ad-hoc fase capaciteit wordt verdeeld en de betreffende gerechtigden deze capaciteit niet uiterlijk binnen één maand benutten, vervalt de verdeelde capaciteit. Als de gerechtigde een authorized applicant45 is, dan moet deze uiterlijk een maand voor het rijden van de trein aangeven welke gerechtigde spoorwegonderneming de tractieleverancier is. Als hieraan niet is voldaan, vervalt de verdeelde capaciteit. 4.3.3.1 RNE Late Path Requests en ad-hoc aanvragen voor een lopende dienstregeling Railnet Europe RNE maakt onderscheid in twee fasen van het ad-hoc proces. Keyrail volgt deze indeling. De eerste periode betreft ad-hoc aanvragen die Keyrail tot uiterlijk vijf werkdagen voor de ingangsdatum van de nieuwe dienstregeling in ontvangst neemt. Dit is in RNE-termen de Late Path Request termijn. Deze periode kenmerkt zich door het feit dat geen van de gerechtigden een toegangsovereenkomst heeft voor het desbetreffende dienstregelingsjaar. De tweede periode begint vanaf vijf dagen voor de inwerkingtreding van de dienstregeling tot het moment van het daadwerkelijk rijden van de aangevraagde treindienst. Binnen deze fase maakt Keyrail onderscheid in: wijzigingsbladperiodes, de plan specifieke dagenperiode en de verkeersleidingsfase. Deze fases hebben elk hun eigen planningstool. (zie ook paragraaf 4.2 punt 6). Keyrail behandelt tijdens tenminste de Late Path Request periode ingediende capaciteitsaanvragen zodanig dat deze aanvragen en de beschikbare infrastructuurcapaciteit maximaal op elkaar aansluiten. Keyrail legt de eventueel ontwikkelde oplossingssuggesties aan de desbetreffende gerechtigden voor. Keyrail kan daarbij afwijken van het principe first come, first served als dit voor alle partijen tot goede oplossingen leidt. Blijft echter een conflict bestaan, dan past Keyrail het principe first come, first served wel toe. 4.3.3.2 Het capaciteitsverdelingsproces in de ad-hoc fase bij OSS Planning De volgende stappen maken onderdeel uit van het capaciteitsverdelingsproces in de ad-hoc fase: de aanvraag door een gerechtigde, het intake proces door Keyrail, 45 Conform artikel 57 lid 2c Spoorwegwet: andere natuurlijke personen of rechtspersonen die om commerciële redenen aantoonbaar belang hebben bij de verwerving van capaciteit voor het doen vervoeren van personen of lading door middel van spoorvervoerdiensten. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 59 van 178 de programmatiefase, de vaststelling (alsmede communicatie en verwerking) van de capaciteitsverdeling. 4.3.3.2.1 Indienen van ad-hoc aanvragen bij OSS Planning De vorm en adressering van de aanvraag Gerechtigden maken voor hun ad-hoc aanvragen gebruik van het RNE formulier of de planningstool DONNA. Bij aanvraag via het RNE formulier dient de treinpadencatalogus als leidraad. Alle gerechtigden dienen hun aanvraag voor de periode van een wijzigingsblad of voor aanpassingen in de fase DONNA Specifieke Dagen (SD) per email in bij de OSS Planning op adres [email protected]. Spoorwegondernemingen met een DONNA-aansluiting kunnen daarnaast hun aanvraag “vertalen” door de aanvraag in DONNA in te plannen in een nog niet verdeeld pad en per omgaande verzending van de publicatie per email aan [email protected]. De schriftelijke aanvraag is echter altijd maatgevend. De inhoud van de aanvraag bij OSS Planning De inhoud van de aanvraag dient voorzien te zijn van de volgende gegevens: aanvrager (gerechtigde en contactpersoon), treinnummer, ordersoort (inleggen, wijzigen, annuleren), treinlengte, gewicht, maximumsnelheid, type locomotief, gemaakte capaciteitsafspraken met terminals, terminalslot inclusief vermelding treinnummer, treknummer en shuttlenaam, benodigde opstelcapaciteit (ten minste 60 minuten op de processporen bij aankomst of vertrek van een trein vanaf of naar de vrije baan), inclusief vermelding vertrektrein, vertrekstation, aankomststation, gewenste route, grenstijd, rijdag en tijdstip/padnummer vertrek (met marge), rijdag en tijdstip/padnummer aankomst (met marge), ingeplande stops, locatie locomotiefwissel, profielen, stille wagens (wagens met K-blokken/LL-blokken), remstand, zwaar vervoer, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 60 van 178 gevaarlijke stoffen (RID), afwijkingen aan materieel gerelateerd aan beperkingen infrastructuurgebruik. Aanvraagmomenten voor structurele producten Spoorwegondernemingen die een aanvraag voor een structureel product indienen met het oogmerk dat dit product onderdeel wordt van een wijzigingsblad, dienen rekening te houden met de voor de wijzigingsbladen geldende termijnen. Keyrail behandelt structurele producten die te laat zijn ingediend om voor opname in een wijzigingsblad in aanmerking te komen als een bundel niet-structurele aanvragen op niveau van specifieke dagen. Bij het vaststellen van de ingangsdata voor wijzigingsbladen volgt Keyrail de afspraken die de Europese infrabeheerders binnen de RNE maken. Als ProRail en spoorwegondernemingen aanvullende afspraken maken dan zal Keyrail zich hierbij aansluiten. Eén en ander betreft zowel het laatste aanvraagmoment als de inwerkingtreding van een wijzigingsblad. Aanvraagmomenten voor niet-structurele producten Spoorwegondernemingen kunnen altijd paden aanvragen voor treinen en losse locomotieven, echter hoe dichter bij het gewenste moment van vertrek, hoe groter de kans dat niet geheel aan de wensen voldaan kan worden. Keyrail raadt spoorwegondernemingen aan hun aanvraag voor reguliere treinen op een eerder tijdstip in te dienen, zodat Keyrail voldoende tijd heeft om bijvoorbeeld te kunnen onderzoeken of het door de spoorwegonderneming gewenste pad goed aansluit op een beschikbaar pad in een aangrenzend beheergebied, en zo nee een alternatief voor te stellen. Tabel: sluitingsmomenten fase specifieke dagen en start verkeersleidingsfase Ma Di Wo Do Vr Za Zo Ma Di Wo 16.00 > > 0-24 16.00 > > 0-24 16.00 > > 0-24 0-24 16.00 > > > 0-24 0-24 16.00 > > > > 0-24 Do Vr 16.00 > > 0-24 16.00 > > 0-24 In oranje staan de sluitingsmomenten van de fase specifieke dagen. In grijs staat het actief zijn van DONNA. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 61 van 178 De woensdag-overdracht van plan specifieke dagen is gericht op uitvoering op zaterdag en zondag. De vrijdag-overdracht van plan specifieke dagen richt op uitvoering op de daaropvolgende woensdag. 4.3.3.2.2 Intakeproces ad-hoc aanvragen bij OSS Planning De OSS Planning van Keyrail toetst de ontvankelijkheid van de aanvraag. Keyrail neemt een aanvraag niet in behandeling als: de aanvraag niet past binnen de in jaardienstverdeling vermelde maximale aantallen trein- en rangeerbewegingen, de aanvraag/het aanvraagformulier onvolledig en/of onjuist is ingevuld, het aangevraagde product niet past bij de desbetreffende verkeersdag of verkeersperiode, een DONNA-aanpassing niet vergezeld gaat van een schriftelijke aanvraag. Waar mogelijk toetst Keyrail Capaciteit & Ketenregie of er sprake is van een haalbaar integraal plan in combinatie met de terminals RSC Waalhaven, ECT, Euromax en EMO in het kader van ketenregie. Als de OSS Planning van Keyrail de aanvraag ontvankelijk verklaart, dan ontvangt de aanvrager een ontvangstbevestiging (e-mail) binnen één werkdag. Voor sommige producten geeft Keyrail nadien aan hoe lang het proces duurt van de orderverwerking. Als Keyrail de aanvraag niet ontvankelijk verklaart, dan ontvangt de aanvrager daarvan eveneens binnen één werkdag bericht met opgaaf van redenen. De OSS Planning van Keyrail geeft aan elke ontvankelijke aanvraag een volgnummer. De orderverwerking vindt vervolgens redelijkerwijs zo spoedig mogelijk plaats in de volgorde waarin de aanvragen bij Keyrail zijn binnengekomen. Bij op de minuut nauwkeurig gelijke ontvangst beslist het lot. 4.3.3.2.3 Programmatie Keyrail behandelt alle aanvragen in volgorde van ontvangst. De behandeling van ad-hoc aanvragen start op zijn vroegst na de vaststelling van de verdeling van de desbetreffende jaardienst. Dit houdt in dat Keyrail alle ad-hoc aanvragen die vanaf de sluitingsdatum van aanvragen voor de jaardienst binnenkomen, na een toets op ontvankelijkheid, “parkeert” tot het moment van de vaststelling van de jaardienst. Keyrail toetst elke aanvraag vervolgens in volgorde van ontvangst en op inpasbaarheid in de voor de verkeersdag of -periode op dat moment vastgestelde capaciteitsverdeling. Dit geldt voor zowel de vrije baan als voor de beschikbaarheid van capaciteit op emplacementen en terminals. Indien uit de toets door Keyrail Capaciteit & Ketenregie blijkt dat er geen haalbaar integraal plan in combinatie met de terminals RSC Waalhaven, ECT, Euromax of EMO te verdelen is, zoekt Keyrail Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 62 van 178 actief contact met de betreffende spoorwegonderneming en terminal(s) om te bekijken of er wel een uitvoerbaar plan kan worden verdeeld. Keyrail zal gedurende tenminste de Late Path Request periode ingediende capaciteitsaanvragen zodanig behandelen dat deze aanvragen en de beschikbare infrastructuur maximaal op elkaar aansluiten. Keyrail zal de met dit doel eventueel ontwikkelde oplossingssuggesties aan de desbetreffende gerechtigden voorleggen. Indien een aanvraag in DONNA van een spoorwegonderneming met een DONNA-aansluiting niet conform de plannormen uit bijlage 16 is, dan wel niet conflictvrij is, verdeelt Keyrail OSS Planning de aanvraag binnen een tijdskader van minus 10 minuten tot plus 20 minuten ten opzichte van de aanvraag dan wel het conflict, waarbij de grenstijd met DB Netze en ProRail wordt gehandhaafd. Indien de grenstijd met DB Netze of ProRail niet kan worden gehandhaafd, verzoekt Keyrail OSS Planning de spoorwegonderneming met een DONNA-aansluiting zo snel mogelijk een nieuwe aanvraag te doen die wel voldoet aan de plannormen uit bijlage 16 c.q. conflictvrij is. 4.3.3.2.4 Communicatie en vastlegging van de verdeling Keyrail wijst de aanvraag af indien deze niet inpasbaar is binnen de op dat moment voor die specifieke dag/periode verdeelde capaciteit. Keyrail verdeelt de aangevraagde capaciteit als deze inpasbaar blijkt, voegt daar de emplacementplanning aan toe, communiceert hierover richting de aanvrager en legt een en ander vast in het van toepassing zijnde planningssysteem. Dit gebeurt voor ad-hoc aanvragen in de plantermijn via e-mail of PCS, voor aanvragen in de verkeersleidingsfase via ISVL. 4.3.3.2.5 Vervallen van capaciteit De overeengekomen capaciteit vervalt in geval van nood en als dit absoluut noodzakelijk is door een storing die de infrastructuur tijdelijk onbruikbaar maakt46. Keyrail heeft het recht dienstregelingscapaciteit op de vrije baan dan wel emplacementen geheel of gedeeltelijk in te trekken als Keyrail, na afstemming met een terminal en de betreffende spoorwegonderneming, vaststelt dat de spoorwegonderneming geen slot kan verkrijgen op een terminal dat goed aansluit op de standaardprocestijden en onvoldoende parkeertijd door de spoorwegonderneming is aangevraagd of te verdelen is. In sommige gevallen kan het nodig zijn om op korte termijn onderhoudswerkzaamheden aan de infrastructuur uit te voeren (reparaties, spoedeisende vervangingen) die niet kunnen worden ingepast in de capaciteit die in de jaardienstregeling is verdeeld voor werkzaamheden. 46 artikel 3, onderdeel b, van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 63 van 178 4.3.3.3 Ad-hoc aanvragen bij Verkeersleiding De vorm en adressering van de aanvraag Gerechtigden dienen hun ad-hoc aanvragen in de periode van de verkeersleidingsfase via ISVL in. In ISVL is de ontvangstbevestiging zichtbaar. De inhoud van de aanvraag bij Verkeersleiding De inhoud van de aanvraag dient voorzien te zijn van de volgende gegevens: aanvrager en datum en tijd aanvraag (geautomatiseerd), treinnummer, tractievorm in combinatie met materieelsoort, treinlengte, maximumsnelheid, gewicht, spoorwegonderneming die de trein rijdt, ordersoort, wel/geen gevaarlijke stoffen (RID) en bij gevaarlijke stoffen: code 1, code 2, aanschrijving, overige informatie, door de spoorwegonderneming gewenste activiteiten, in ieder geval datum en tijd voor behandeling bij terminal of verlader en eventuele extra opstelcapaciteit. vertrekstation, aankomststation, buitenland relevant dienstregelpunt, datum en tijd gereed voor vertrek met marge en gewenst spoor, datum en tijd van aankomst met marge en gewenst spoor, traject, vereiste tussenstops, reden tussenstops, bijzonderheden uitvoering spoorwegonderneming. Verkeersleiding toetst de ontvankelijkheid van de alle aanvragen en mutaties op eerder reeds verdeelde capaciteit aan de hand van de kenmerken die moeten zijn vermeld op de order Verkeersleiding hanteert voor de verwerking van een order een minimale doorlooptijd van 30 minuten. Dit betekent dat orders die binnen het half uur voor geplande uitvoering worden gewijzigd door VL zonder malus worden opgeheven en dat een nieuwe order moet worden ingediend via ISVL. Voor losse locomotieven is de minimale doorlooptijd van de verwerking van een order 15 minuten. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 64 van 178 4.4 Capaciteitsverdeling voor onderhoud en/of grootschalige (ver)-of nieuwbouw De verantwoordelijkheid voor grootschalige vernieuwingswerkzaamheden ligt bij ProRail en daarmee ook het aanvragen van capaciteit voor deze werkzaamheden. Het verdelen van capaciteit is echter de verantwoordelijkheid van Keyrail. 4.4.1 Capaciteitsverdeling (beheer) in de jaardienstfase Voor werkzaamheden aan of nabij de hoofdspoorwegen die (een combinatie van) incidentele onttrekkingen vragen, geldt het volgende: 1. Capaciteitsaanvragen voor onderhoud, grootschalige (ver)- of nieuwbouw of het gebruiken van (gedeelten van) vensters van het onderhoudsrooster moeten worden ingediend bij de afdeling Project & Availiability Control van Keyrail op het volgende e-mailadres: [email protected]. Termijnen voor het indienen van aanvragen zijn opgenomen in de tabel van hoofdstuk 4.3.2. 2. Alle capaciteitsaanvragen beheer worden behandeld in het beheeroverleg op 29 april 2015 als onderdeel van de programmatie en coördinatiefase. 3. voor zover de werkzaamheden op de sluitingsdatum van de jaardienstaanvraag redelijkerwijs voorzienbaar en planbaar zijn, wordt de capaciteit voor de uitvoering van de werkzaamheden bij de jaardienstverdeling op datum gezet en verdeeld. Voor werkzaamheden die niet redelijkerwijs voorzienbaar en planbaar zijn, is het mogelijk tijdens de jaardienstfase overeenstemming te bereiken over de dagsoort en uitvoeringsvariant. Door de kaders van DB Netze voor de werkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen ontstaat er veel hinder voor verkeer, maar op het A15 tracé ook veel ruimte voor onderhoud en incidentele onttrekkingen. Keyrail zal in de verdeling van aanvragen beheer zoveel mogelijk uitgaan van deze kaders van DB Netze en aanvragers beheer verzoeken kaders aan te passen in lijn met deze kaders. Aanvragen buiten de hinderrijke weken in Duitsland zullen zeer beperkt en alleen worden toegestaan met onderbouwing van absolute nut en noodzaak. Het overzicht met Duitse werkzaamheden in 2016 is terug te vinden in bijlage 23. 4. Voorafgaand aan de coördinatie van de capaciteitsverdeling voor de jaardienstregeling vindt een inventarisatie plaats van nader overeen te komen onttrekkingen op het gemengde net, de Betuweroute, de grensbaanvakken van aangrenzende buitenlandse netten en de baanvakken tot de logische ontkoppelpunten in België en Duitsland, waarvoor wordt verwacht dat de daarvoor relevante omleidingsroutes onvoldoende restcapaciteit bieden voor de dan om te leiden treinen. Voor die onttrekkingen waarvoor na overleg wordt verwacht dat de totale capaciteit op de omleidingsroutes redelijkerwijs niet afdoende is, biedt Keyrail de mogelijkheid aan gerechtigden om treinen aan te wijzen die bij verwerking in het VAB-proces (verkeersaanpassingen als gevolg van beheer) te behandelen zijn volgens jaardienstprocesregels, dus met voorrang boven andere ad-hoc aanvragen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 65 van 178 5. Ten tijde en ter plaatse van de incidentele onttrekkingen en op de in verband daarmee gebruikte omleidingsroutes vervalt het onderhoudsrooster niet, tenzij expliciet vermeld. Keyrail spant zich in bij te dragen aan het oplossen van concurrentie via aanpassingen aan het onderhoudsrooster. 4.4.2 Capaciteitsverdeling voor beheer in de ad-hoc fase 1. Keyrail kan gedurende het dienstregelingsjaar capaciteit verkrijgen voor ongepland onderhoud. Dit is onderhoud dat redelijkerwijs niet planbaar is ten tijde van de sluiting van jaardienstaanvragen en dat redelijkerwijs niet kan wachten tot het volgende dienstregelingsjaar. Eventuele wijziging van voor verkeer verdeelde capaciteit vindt plaats onder de regels van ad-hoc aanvragen verkeer, derhalve alleen met instemming van de houder van die capaciteit. Aanvragen worden na overleg en steeds minimaal twaalf weken voor de datum van uitvoering (de aanpassing van) de benodigde capaciteit binnen de jaardienstregeling 2016 nader in het beheeroverleg47 overeengekomen. Werkzaamheden waarvan de uitvoering voorzien is binnen het dienstregelingsjaar, maar die op de sluitingsdatum van de jaardienstaanvraag nog niet planbaar zijn, worden ook in het beheeroverleg volgens dezelfde spelregels overeengekomen; 2. Gerechtigden en Keyrail kunnen na de jaardienstverdeling verzoeken om de programmering van werkzaamheden te wijzigen op grond van niet-voorziene omstandigheden (ten opzichte van het jaarplan) dan wel onvoorziene werkzaamheden. De basisregel is dat wordt meegewerkt aan herprogrammering. Medewerking kan alleen gemotiveerd vanuit de eigen bedrijfsbelangen worden afgewezen; 3. Bij het concretiseren van wijze van uitvoering en uitvoeringsdata is het mogelijk dat de nadere uitwerking niet past in de in de jaardienst verdeelde capaciteit. Ook kunnen er zich omstandigheden voordoen in de projectvoorbereiding en –uitvoering die niet als zodanig verondersteld zijn bij vaststelling van de benodigde capaciteit. Keyrail maakt dit zichtbaar en overlegt met betrokken gerechtigden over aanpassingen aan de wijze van uitvoering en uitvoeringsdata. Is er geen consensus over de uitvoeringsvariant dan verplichten betrokken gerechtigden en Keyrail zich via een nader overeen te komen procedure binnen tien werkdagen tot een vast te stellen verdeling te komen. Randvoorwaarde is uitvoering van de betrokken werkzaamheden in het dienstregelingsjaar 2016. 4. In geval van een geschil in verband met de door Keyrail benodigde capaciteit voor werkzaamheden onderbouwt Keyrail nut en noodzaak van die benodigde capaciteit. 5. Werkzaamheden aan het spoor vragen veelal een (enkele) grote onttrekking en meerdere kleinere onttrekkingen (ten behoeve van voor- en nawerk). Deze kleinere onttrekkingen worden in het onderhoudsrooster uitgevoerd. Als het onderhoudsrooster onvoldoende capaciteit levert, maakt Keyrail dit zichtbaar en stelt uiterlijk twaalf weken voor uitvoering de benodigde capaciteit voor resterend voor- en nawerk vast. Keyrail overlegt met betrokken 47 tweemaandelijks overleg voor beheeraanvragen in de ad-hoc fase Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 66 van 178 gerechtigden over inpassing. Als geen consensus kan worden bereikt, dan geldt eveneens de in het voorgaande punt genoemde procedure voor de afhandeling van het geschil. Bovenstaande bepalingen zijn er op gericht om de - in de landelijke samenhang passende grote onttrekkingen maximaal te benutten. 6. Als zich storingen of onregelmatigheden voordoen of dreigen te gaan voordoen die een veilig en ongestoord treinverkeer in gevaar (kunnen) brengen, is onderhoud noodzakelijk en vervallen de capaciteitsrechten van gerechtigden om werkzaamheden (reparaties, spoedeisende vervangingen, enzovoort) voor herstel dan wel borging van veilig en ongestoord treinverkeer uit te voeren. Keyrail spant zich in om deze werkzaamheden zoveel mogelijk in het onderhoudsrooster uit te voeren. 4.5 Niet gebruikte capaciteit Keyrail levert een integraal48 plan dat conflictvrij is en bij overdracht aan Verkeersleiding Kijfhoek gedurende langere tijd onderbenutte capaciteit voor beheer en verkeer bevat op de vrije baan en emplacementen. Het doel is de capaciteit op de Betuweroute veilig, efficiënt en betrouwbaar te benutten. Met een annuleringsregeling voor de verdeelde capaciteit in de jaardienst en het plan voor de specifieke dagen, beoogt Keyrail onnodig capaciteitsbeslag te minimaliseren door te voorkomen dat beheer en verkeer gedurende langere tijd geen gebruik maken van deze capaciteit op de vrije baan en emplacementen. 4.5.1 Herverdeling van langere tijd onderbenutte capaciteit Keyrail treedt mondeling en schriftelijk in contact met een gerechtigde als aan hem verdeelde capaciteit in de jaardienst (inclusief wijzigingsbladen) gedurende acht weken voor minder dan 50%, of gedurende vier weken minder dan 25% benut. Hierbij wordt steeds gerekend per (gerelateerd) treinnummer per verkeersdag op de vrije baan of het emplacement. De gerechtigde wordt in de gelegenheid gesteld de oorzaken van de ongebruikte capaciteit uiteen te zetten. Dit kan leiden tot herverdeling door Keyrail van treinpaden dan wel emplacementslots. De capaciteit die door herverdeling vrijkomt, komt ter beschikking voor andere reeds ingediende capaciteitsaanvragen voor verkeer. Keyrail past deze regeling toe binnen drie weken na schriftelijke mededeling aan de oorspronkelijke houder van de capaciteit. Als Keyrail de capaciteit vervolgens aan een andere gerechtigde herverdeelt, hanteert Keyrail daarbij in beginsel de volgorde op de wachtlijst (first come, first served). Keyrail kan daarbij afwijken van het principe first come, first served als dit voor alle partijen tot goede oplossingen leidt. Blijft echter een conflict bestaan, dan past Keyrail het principe first come, first served wel toe. 48 Het integrale plan omvat de paden op vrije baan, de aansluiting op de grenstijden op de interfaces tussen de Betuweroute en de spoorweginfrastructuur van ProRail en DB Netze, de emplacementslots en de aansluiting op de terminalslots van ieder geval terminals RSC Waalhaven, ECT, Euromax en EMO. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 67 van 178 Bovenstaande geldt niet als de situatie van onderbenutting buiten de wil van de gerechtigde is ontstaan door niet-economische oorzaken. De beschikbaarstelling van deze herverdeelde capaciteit aan andere gerechtigden vindt plaats zonder restitutie van eventuele reserveringsvergoedingen dan wel vooruit betaalde huurtarief voor een maandperiode die de oorspronkelijke houder van deze capaciteit heeft betaald. Keyrail kan de uitvoering van de toegangsovereenkomst Betuweroute of onderdelen daarvan opschorten. Wanneer Keyrail vervolgens besluit de opschorting te beëindigen, kan de gerechtigde weer aanspraak maken op de capaciteit die aan hem is verdeeld. Dit kan op de vierde dag na de beëindiging van de opschorting. 4.5.2 Niet gebruikte capaciteit in de verkeersleidingsfase In de verkeersleidingsfase geldt dat de stappen van een gedisciplineerd vertrekproces (die is beschreven in bijlage 6, paragraaf 1.2) moeten worden doorlopen. Bij het niet nakomen van de overeengekomen processtappen wordt het verdeelde treinpad geannuleerd. Als er sprake is van een annulering, zoals hierboven omschreven, kan Verkeersleiding de capaciteit aan andere spoorwegondernemingen beschikbaar stellen. 4.6 Buitengewoon vervoer De voorwaarden voor buitengewoon vervoer staan beschreven in de operationele voorwaarden in bijlage 6. Dit betreft de voorwaarden die zijn beschreven in paragraaf 1.2 van de operationele voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 in de netverklaring Gemengde net van ProRail. Besloten personenvervoer is op de gehele Betuweroute, inclusief Havenspoorlijn, niet te contracteren in de toegangsovereenkomst en capaciteitsverdeling. 4.7 Treindienstleiding Keyrail stelt sporen (waaronder emplacementen) en rijwegen ter beschikking zoals vastgesteld in het proces van capaciteitsverdeling (jaardienst en ad hoc). Als de spoorwegonderneming binnen het tijdvenster voor vertrek is vertrokken, stelt Keyrail alles in het werk om: de bij het geplande treinpad behorende aansluiting met het gemengde net (ProRail) of het Duitse net (DB Netze) te realiseren (‘halen van de geplande aansluiting’), bij verkeer dat binnen het gebied van de Betuweroute blijft op het geplande tijdstip te laten aankomen. De spoorwegwettelijke kaders voor deze regeling liggen onder meer vast in Richtlijn 2012/34/EU artikel 54, Spoorwegwet artikel 16 lid b en het Besluit Spoorverkeer artikelen 22 en 23. Zie voor de verantwoordelijkheids verdeling voor de keuze van rijwegen punt 1.1 van de operationele voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 in de netverklaring Gemengde net van ProRail. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 68 van 178 4.7.1 Beginselen van bijsturingsmaatregelen Verkeersleiding Kijfhoek is op grond van het Besluit Spoorverkeer en de algemene voorwaarden bevoegd om in een aantal situaties af te wijken van de eerder overeengekomen capaciteitsverdeling. Daarmee kan Verkeersleiding Kijfhoek ingrijpen in de voorgenomen afwikkeling van de treindienst en van de overige bedrijfsprocessen van spoorwegondernemingen. De spoorwegonderneming dient de aanwijzingen die Verkeersleiding Kijfhoek in verband hiermee geeft op te volgen. In geval van verstoringen die zodanig zijn dat een adequate bijsturingsoplossing niet gevonden kan worden binnen het exploitatiegebied van de Betuweroute, treedt Verkeersleiding Kijfhoek in overleg met ProRail dan wel DB Netze om te bezien of herroutering via andere spoorroutes mogelijk is. Keyrail maakt van deze bevoegdheid gebruik, met name in de volgende situaties: in het geval dat de treinenloop zodanig afwijkt van het plan dat daarmee de loop van andere treinen of de afwikkeling van bedrijfsprocessen wordt aangetast(olievlekwerking) dan wel een ‘out of control’-situatie ontstaat, bij (dreigende) storingen of onvoorziene beperkingen van de beschikbaarheid van de infrastructuur, op last van het openbaar gezag, in geval van nood, bij dreigend gevaar, om de dreigende overschrijding te voorkomen van voorschriften die volgens wettelijke regeling voor Keyrail gelden, ter beëindiging van situaties waarin het gebruik de voorschriften overschrijdt die volgens wettelijke regeling voor Keyrail gelden, bij dreigende uitoefening van bestuursdwang en ter voorkoming van de gevolgen daarvan. De bijsturingsmaatregelen zijn erop gericht om de veiligheid te waarborgen en de planmatige afwikkeling van het verkeer op een beheerste manier en met zo weinig mogelijk bijkomende ontregeling te herstellen. 4.7.2 Bijsturingsmaatregelen Bij een verstoring wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds situaties met verminderde beschikbaarheid van de infrastructuur en anderzijds situaties waarin één of meer treinen buiten de voor die trein(en) verdeelde capaciteit of dienstregeling(en) komen zonder dat er sprake is van verminderde beschikbaarheid van de railinfrastructuur. Infrastructuur is versperd Door een versperring op de vrije baan of een knooppunt is het mogelijk dat een spoorwegonderneming niet de infrastructuurcapaciteit ter beschikking krijgt waarop deze volgens het verdeelde plan of dienstregeling recht heeft. In deze gevallen wordt de resterende (beschikbare) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 69 van 178 infrastructuurcapaciteit zo veel mogelijk naar evenredigheid van het laatst actuele verdeelde plan herverdeeld onder de betrokken spoorwegondernemingen. Treinen die ten gevolge van versperring van de railinfrastructuur niet hebben kunnen rijden, worden beschouwd als vertraagde treinen, tenzij in afhandelingafspraken is overeengekomen dat die treinen definitief vervallen. Bij het opstellen van een nieuw plan past Verkeersleiding Kijfhoek de versperringsmaatregelen toe die vooraf met betrokken spoorwegondernemingen zijn overeengekomen door Keyrail. Wanneer Verkeersleiding Kijfhoek door omstandigheden genoodzaakt is om van deze maatregelen af te wijken, gebeurt dit na overleg met betrokken spoorwegondernemingen. Als daartoe aanleiding is, mag een spoorwegondernemingeen aanpassing vragen op deze vooraf overeengekomen maatregel. Verkeersleiding Kijfhoek honoreert deze aanpassing zolang deze niet leidt tot verdringing van andere spoorwegondernemingen. In het RBI (regionaal beleidsteam incidentmanagement) of in het LBI (landelijk beleidsteam incidentmanagement) kunnen afwijkende afspraken gemaakt worden voor een specifiek incident. Trein wijkt af van het verdeelde plan Een trein wijkt af van het verdeelde plan of dienstregeling indien de vertraging zodanig is dat de trein hierdoor beslag legt op andere infracapaciteit dan het verdeelde plan of dienstregeling voorschrijft. Als een trein de met spoorwegondernemingen overeengekomen vertragingsmarges overschrijdt, dan wordt de betrokken trein door Verkeersleiding Kijfhoek herpland op specificatie van de betrokken spoorwegonderneming. Daarbij wordt een pad vastgesteld dat conflictvrij ligt ten opzichte van treinen van andere spoorwegondernemingen. Dit beginsel is uitgewerkt in afhandelingsafspraken die met de spoorwegondernemingen worden overeengekomen en vastgelegd. Als sprake is van twee treinen die afwijken van het verdeelde plan of dienstregeling worden deze herpland op specificatie van de betrokken spoorwegondernemingen. Concurreren deze treinen onderling om dezelfde infrastructuurcapaciteit, dan wordt de volgorde van de te verdelen treinpaden bepaald op grond van het beginsel ‘first come first served’. Wanneer Keyrail door omstandigheden genoodzaakt is om van dit beginsel af te wijken, gebeurt dit na overleg met betrokken spoorwegondernemingen. Ditzelfde geldt wanneer één of meer spoorwegondernemingen een verzoek tot aanpassingen doen. Verkeersleiding Kijfhoek informeert DB Netze over elke door Keyrail gewijzigde grensoverschrijdende dienstregeling. Bij constatering van een (dreigend) dienstregelingconflict vindt afstemming plaats. Keyrail en ProRail informeren elkaar door gedeeld gebruik van dezelfde bijsturingsystemen. Bij te wijzigen – of bij nieuwe dienstregelingen vindt afstemming plaats door middel van toetsing in ISVL, het dynamisch tijdwegdiagram dan wel door contact via de telefoon. 4.7.3 Voorziene bijsturingssituaties Deze zijn beschrijven in bijlage 6, Operationele voorwaarden, paragraaf 1.1. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 70 van 178 4.7.4 Onvoorziene bijsturingssituaties Als de ontregeling en de bijsturing daarvan uitsluitend één spoorwegonderneming betreft en niet raakt aan capaciteiten die aan andere spoorwegondernemingen zijn verdeeld, worden de bijsturingsmaatregelen zoveel mogelijk na overleg met de betrokken spoorwegonderneming vastgesteld. Uiteindelijk besluit Verkeersleiding Kijfhoek welke afhandeling wordt uitgevoerd. Keyrail hanteert geen naar treinsoort of vervoersmarktsegment voorgeschreven voorrangsregels. 4.8 Capaciteitsverdeling voor opstel- en rangeervoorzieningen De capaciteitsrechten voor het gebruik van de in paragraaf 3.8 opgenomen voorzieningen worden in het reguliere capaciteitverdelingsproces aangevraagd en behandeld. Het gebruik van deze faciliteiten wordt, voor zover deze door Keyrail worden beheerd, in de vorm van diensten aangeboden (zie hoofdstuk 5). 4.9 Operationele samenwerking Capaciteitsaanvragen voor treindiensten die de grens van het exploitatiegebied van Keyrail overschrijden, handelt Keyrail af conform de afspraken die Keyrail daarover heeft met ProRail en met de overige infrastructuurbeheerders verenigd in Railnet Europe. Voor wat betreft de grensovergang Zevenaar handelen DB Netze en Keyrail volgens de vigerende grensbaanvakovereenkomst. Grensbaanvakovereenkomsten bevatten afspraken over de regeling en afstemming van het doorgaande treinverkeer. Keyrail en ProRail hebben voor het doorgaande treinverkeer via beide beheergebieden operationele afspraken gemaakt. Daarnaast coördineert Keyrail met ProRail en de infrastructuurbeheerders van de aangrenzende spoorweginfrastructuur de planning van buitendienststellingen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 71 van 178 5 Producten en diensten 5.1 Inleiding Keyrail biedt gerechtigden een aantal diensten aan voor de toegang tot en het gebruik van de spoorweginfrastructuur van de Betuweroute, zoals beschreven in paragraaf 1.1.2. In de met spoorwegondernemingen te sluiten toegangsovereenkomst wordt vastgelegd welke diensten zij afnemen. Artikel 13 van Richtlijn 2012/34/EU onderscheidt voor deze diensten een aantal categorieën: minimumtoegangspakket (paragraaf 5.2), toegang tot voorzieningen (paragraaf 5.3), aanvullende diensten (paragraaf 5.4), ondersteunende diensten (paragraaf 5.5). Spoorwegondernemingen hebben op niet-discriminerende basis recht op diensten uit de categorieën minimumtoegangspakket en toegang tot voorzieningen. Paragraaf 5.6 behandelt de prestatieafspraken die Keyrail met de spoorwegondernemingen wil maken. Paragraaf 5.7 geeft een overzicht van de andere diensten die Keyrail aanbiedt. 5.2 Dienstenpakket 1: minimumtoegangspakket Keyrail maakt onderscheid naar drie verschillende categorieën treinpaden: standaardpatroonpaden: treinpaden op de Havenspoorlijn en het A15-tracé die optimaal aansluiten op basisuurpatroon-goederenpaden op het gemengde net (ProRail) en op de Stundentakt van DB Netze, losse-locpaden: treinpaden op de Havenspoorlijn voor losse locomotieven, inclusief locomotieven in opzending, lokaal-verkeerpaden: paden op de Havenspoorlijn die zijn bedoeld om de logistieke processen in het havengebied te optimaliseren. Een trein moet altijd in staat zijn (gegeven de ingezette tractie, treinlengte en gewicht) de snelheid van het desbetreffende pad te rijden, onder alle weersomstandigheden. Voorwaarde voor alle aanvragen is dat gebruik wordt gemaakt van locomotieven die tenminste beschikken over een “Verklaring van geen Bezwaar (VgB), in exploitatie zonder beperkingen”. Keyrail werkt aan de hand van marktconforme specificaties voor een standaardpatroonpad voor het A15-tracé en de Havenspoorlijn, inclusief de standaardprocestijden op het vertrek- dan wel aankomstemplacement. Keyrail gebruikt deze standaardpatroonpaden voor het samenstellen van de treinpadencatalogus (zie paragraaf 4.3.2) binnen de dienstregelingsontwerpnormen in bijlage Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 72 van 178 16. De standaardpatroonpaden bevorderen tevens een zo effectief mogelijke benutting van de spoorweginfrastructuur. Het standaardpatroonpad op het A15-tracé heeft specificaties die uitgaan van een dienstregelingssnelheid van 95 km/u in oostelijke en westelijke richting. De overige karakteristieken zijn beschreven in paragraaf 4.3.2.1.2. Het standaardpatroonpad op het Havenspoorlijn heeft specificaties die uitgaan van een dienstregelingssnelheid van 75 km/u respectievelijk 60 km/u in beide richtingen met uitzondering van de Botlektunnel en vooralsnog (zie paragraaf 4.3.2.1.3 Standaardpatroonpad Havenspoorlijn) de verbinding Maasvlakte West – Yangtzehaven. In paragraaf 4.3.2.1.3 zijn nadere specificaties beschreven. Uitsluitend voor specifieke gevallen bekijkt Keyrail op verzoek en in samenwerking met de betreffende spoorwegonderneming naar uitzonderingsmogelijkheden. Een spoorwegonderneming die voor het rijden van een trein op de Havenspoorlijn dan wel het A15tracé meer dan één standaardpatroonpad wenst te gebruiken, dient hiertoe tijdig een aanvraag in te dienen bij Keyrail ter goedkeuring teneinde een goedgekeurde ontvankelijkheidsverklaring te krijgen. De eisen aan afwijkende aanvragen staan beschreven in paragraaf 4.3.2.1.4. Treinen met een hoger gewicht dan vermeld in de tabel in paragraaf 4.3.2.1.2 en paragraaf 4.3.2.1.2.3 kunnen tot maximaal twee standaardpatroonpaden gebruiken tegen de in paragraaf 6.3 beschreven tarieven. De publicatie van de informatie over de standaardpatroonpaden vindt conform de daartoe door RNE vastgestelde tijdstippen, uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de uiterste indientermijn voor de jaardienstregeling plaats. Keyrail biedt vier tot zes standaardpatroonpaden per uur per richting aan tussen Kijfhoek en Zevenaar grens vice versa, waarvan er twee een samenloop hebben met het goederenrelatiepad Beverwijk/Amsterdam Westhaven – Utrecht – Meteren – Betuweroute – Zevenaar grens op het traject Meteren - Zevenaar grens. Daarnaast zijn er additioneel tot twee samenlooppaden per uur per richting beschikbaar tussen Kijfhoek – Betuweroute – Elst – Arnhem – Bad Bentheim, vice versa. Op de Havenspoorlijn is de maximale capaciteit: Kijfhoek – Waalhaven: tot 12 paden per uur per richting vice versa, waarvan 6 samenloop hebben met de paden Kijfhoek - Maasvlakte vice versa, Kijfhoek – Maasvlakte: tot 6 paden per uur per richting vice versa. Tot het minimumtoegangspakket behoort ook de toegang tot en het gebruik van processporen op emplacementen. Dit zijn sporen voor procesuitvoering van treinen bij aankomst of vertrek. De standaardprocestijd bij aankomst en bij vertrek is maximaal 120 minuten. Bij conflicterende Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 73 van 178 aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de procestijd terugbrengen van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast verklaard emplacement. De standaardprocestijd geldt bij alle stops die in de jaardienst, inclusief wijzigingsbladen, en in DONNA plan specifieke dagen en VKL zijn gepland. Voor de eerste 120 minuten brengt Keyrail de spoorwegonderneming geen parkeertarief in rekening. Bij overschrijding van deze 120 minuten brengt Keyrail het parkeertarief dat is beschreven in paragraaf 6.3.4 in rekening. Eerder vertrek vanaf de terminal (met als mogelijk gevolg een langer verblijf op een processpoor dan de maximale verblijfstijd) wordt toegestaan mits er capaciteit op het emplacement en de processen van andere spoorwegondernemingen niet worden geschaad. De gratis eerste 120 minuten gaan direct in bij de in RMS gerealiseerde aankomst op het processpoor van het emplacement. Met dit basisproduct biedt Keyrail de dienst ‘leveren treinpad’ die alle onderdelen omvat van het minimumtoegangspakket dat is genoemd in bijlage II van Richtlijn 2012/34/EU: a. de behandeling van aanvragen voor spoorweginfrastructuurcapaciteit, b. de reservering van capaciteit volgens de overeengekomen capaciteitsverdeling, c. het gebruik van sporen op baanvakken en emplacementen voor treinbewegingen en voor stilstaand gebruik voor zover dat nodig is in verband met de verkeersafwikkeling (voorbijrijding, rijrichting-wisseling, locomotiefwissel, personeelswissel). Daarnaast ook het stilstaand gebruik van sporen voor zover nodig voor het laden of lossen van te vervoeren goederen, d. de treindienst- en Verkeersleiding voor zowel centraal als niet-centraal bediende gebieden, met inbegrip van het gebruik van de telecommunicatiediensten voor spoorwegveiligheid, e. de levering van alle informatie die nodig is om de treindienst waarvoor capaciteit is aangevraagd en verdeeld uit te voeren en de levering aan de spoorwegonderneming van informatie over de lopende treindienstafwikkeling, f. de diensten van de calamiteitenorganisatie van Keyrail voor de alarmering, de bereddering en het baanvrij maken na incidenten, alsmede de hersporing van spoorvoertuigen en het overbrengen van beschadigde spoorvoertuigen naar een veilige plaats waar zij geen hinder voor het verkeer veroorzaken. Hieronder valt ook de integrale coördinatie van de activiteiten van spoorwegondernemingen daarbij, alsmede de afstemming met het bevoegd gezag en met de overheidshulpdiensten (inzetkosten zijn voor rekening van de veroorzaker). Informatieverstrekking tussen en met spoorwegondernemingen en andere gerechtigden (zie paragraaf 2.2.1) gebeurt zoveel mogelijk via geautomatiseerde systemen. Keyrail gebruikt daartoe voor een deel de systemen die in beheer dan wel eigendom zijn van ProRail. Daarnaast heeft Keyrail eigen systemen operationeel dan wel in ontwikkeling. Op het moment van uitbrengen van deze netverklaring is het Rail Management Systeem Client (RMS Client) voor de capaciteitsverdeling op de emplacementen die Keyrail in exploitatie heeft, zoals beschreven in paragraaf 1.1.2. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 74 van 178 Spoorwegondernemingen en andere gerechtigden kunnen met Keyrail overeenkomen met welke frequentie zij rapportages wensen te ontvangen ten aanzien van prestatieregelingen (per dag/week/maand). 5.3 Dienstenpakket 2: toegang tot voorzieningen 5.3.1 Toegang tot de bovenleiding De dienst ‘toegang tot de bovenleiding’ betreft het gebruik van de bovenleiding en alle andere door Keyrail beheerde onderdelen van het tractie-energiesysteem, inclusief de aansluitingen op het openbare elektriciteitsnet. Keyrail garandeert de operationele toegang tot deze voorzieningen. De maximale stroomafname per baanvak is vermeld in bijlage 12. De voorwaarden met betrekking tot deze dienst zijn opgenomen in bijlage 19. 5.3.2 Toegang tot tankinstallaties De tankinstallaties in het beheergebied van Keyrail zijn beschreven in bijlage 15. Verkeersleiding Kijfhoek stelt rijwegen in van en naar de tankinstallaties. 5.3.3 Toegang tot en gebruik van reizigersstations Niet van toepassing. 5.3.4 Toegang tot terminals en openbare laad- en losplaatsen De toegang tot terminals en bij Keyrail in beheer zijnde openbare laad- en losplaatsen is onderdeel van het minimumtoegangspakket (zie paragraaf 5.2). Het gebruik van openbare laaden losplaatsen is onderdeel van dienstenpakket 3 (zie paragraaf 5.4.5). 5.3.5 Toegang tot en gebruik van emplacementen Keyrail heeft emplacementen ingedeeld in processporen, reparatiesporen en huursporen. De toegang tot deze sporen is onderdeel van dienstenpakket 1. De huursporen worden conform de Spoorwegwet verdeeld, met uitzondering van de huursporen op Esso Buiten. De sporen op Esso Buiten worden, in verband met privaat eigendom, buiten de verdeling om gecontracteerd. Voor deze sporen geldt de beperking dat geen RID-goederen (inclusief leeg ongereinigd) zijn toegestaan (zie paragraaf 6.3.4). Het gebruik van processporen Het gebruik van de processporen is onderdeel van dienstenpakket 2. Op processporen mag maximaal 120 minuten kosteloos worden opgesteld bij iedere aankomst van een trein vanaf de vrije baan in een treinpad en bij ieder vertrek van een trein vanaf een Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 75 van 178 processpoor naar de vrije baan in een treinpad. Deze capaciteit op het processpoor is nodig in verband met de uitvoering van een treinrit. Als een trein langer dan 120 minuten49 staat opgesteld op een processpoor is er sprake van parkeren. Deze capaciteit kent geen onlosmakelijk en rechtstreeks verband met de uitvoering van een treinrit. Er is sprake van parkeren direct bij aankomst/vertrek op/van een emplacement. Keyrail registreert in RMS de verdeelde en daadwerkelijk gebruikte capaciteit en opsteltijd op ieder emplacement. Doel van het parkeerbeleid is het verbeteren van de doorstroming op de Havenspoorlijn om een zo efficiënt mogelijke benutting van de spoor- en terminalcapaciteit te bevorderen. Door parkeerkosten te berekenen wil Keyrail de hinder tijdens het proces verkleinen. In geval van langdurig parkeren op sporen, niet zijnde een huurspoor, kan Keyrail verzoeken het spoor vrij te maken vanuit het oogpunt van efficiënt gebruik van de processporen. De desbetreffende spoorwegonderneming dient aan dit verzoek onvoorwaardelijk binnen 24 uur gehoor te geven. Het gebruik van huursporen Het gebruik van huursporen waarop rollend materieel gedurende een periode van tenminste 30 aansluitende kalenderdagen en maximaal een dienstregelingsjaar mag worden opgesteld, is onderdeel van dienstenpakket 2. Huursporen dienen om de bezetting te reguleren van sporen die geen direct verband houden met het vervoersproces. Keyrail biedt spoorwegondernemingen en authorized applicants de mogelijkheid om in de jaardienstverdeling vooraf gespecificeerde huursporen aan te vragen. Huursporen worden in het jaardienstverdeelproces verdeeld. Indien in het jaardienstverdelingsproces in de coördinatiefase blijkt dat een in de jaardienstverdeling vooraf gespecificeerde verhuurspoor in concurrentie verdeeld moet worden als processpoor aan een gerechtigde die een wekelijkse set treinpaden heeft aangevraagd (conform definitie in artikel 3 onder Richtlijn 2012/34/EU), dan is dit huurspoor niet meer beschikbaar en wordt dit verdeeld als processpoor bij de betreffend set treinpaden. Na de jaardienstverdeling sluit Keyrail huurovereenkomsten af met partijen aan wie huursporen zijn verdeeld. In de ad-hoc fase biedt Keyrail in de jaardienst niet verdeelde huursporen die nog vrij beschikbaar zijn aan op basis van het verdeelprincipe first come, first served tegen niet discriminerende voorwaarden. Dit zelfde verdeelprincipe is van toepassing op sporen die privaat eigendomen zijn zoals de sporen op Esso Buiten. De tarifering van de huursporen is gebaseerd op de locatie, de lengte van de sporen en de aanwezige voorzieningen. Deze tarieven zijn te vinden in hoofdstuk 6 van deze netverklaring. De huurovereenkomst huursporen kan tussentijds beëindigen worden door de huurder en verhuurder. Tussentijds beëindigen door de huurder moet schriftelijk via [email protected]. De huurder ontvangt uiterlijk na tien werkdagen een opzegformulier ter ondertekening, hierin wordt de datum 49 Bij conflicterende aanvragen van opsteltijd op processporen kan Keyrail na programmatie en coördinatie de procestijd terugbrengen van 120 minuten naar minimaal 60 minuten in geval van een overbelast verklaard emplacement. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 76 van 178 overeengekomen dat het betreffende huurspoor uiterlijk leeg moet zijn van materieel. Een inspecteur van Keyrail controleert of het spoor leeg van materieel en in goede staat opgeleverd is, in dat geval wordt de huur per overeengekomen datum stopgezet. Keyrail heeft het recht een huurovereenkomst geheel of gedeeltelijk te beëindigen als uit monitoring door Keyrail in de uitvoering blijkt dat de betreffende sporen structureel niet benut worden door de huurder en er aantoonbare marktspanning is of bij nalatige betaling. Het gebruik van reparatiesporen Het gebruik van reparatiesporen die bestemd zijn voor werkzaamheden die als vast onderdeel van de gewone dagelijkse verrichtingen worden uitgevoerd en waarvoor het rollend materieel niet buiten dienst moet worden gesteld, is onderdeel van dienstenpakket 2. 5.3.6 Toegang tot en gebruik van de rangeerheuvel te Kijfhoek Het gebruik van de rangeerheuvel te Kijfhoek is uitsluitend mogelijk met locomotieven die zijn uitgerust met apparatuur voor communicatie en beïnvloeding door het geautomatiseerde heuvelsporen. 5.4 Dienstenpakket 3: aanvullende diensten 5.4.1 Tractie-energie De levering van tractie-energie maakt geen deel uit van het dienstenpakket van Keyrail. Spoorwegondernemingen kunnen zich hiervoor wenden tot de Coöperatieve Inkoopvereniging Elektriciteit Betuweroute (CIEBR). De contactgegevens staan in bijlage 19. 5.4.2 Levering brandstof De levering van brandstoffen is niet opgenomen in het dienstenpakket van Keyrail. De levering van brandstoffen wordt in het Keyrail-exploitatiegebied verzorgd door de inkooporganisatie Verenigd Inkoop voor Energie op het Nederlandsche Spoorwegnet (VIVENS). De contactgegevens staan in bijlage 19. De exploitatie van de tankinstallaties in het Rotterdamse havengebied wordt op dit moment verzorgd door DB Schenker Rail Nederland N.V.. De contactgegevens staan in bijlage 19. 5.4.3 Materieelverzorgingsdiensten Deze dienst betreft het gebruik van watertappunten, rioolaansluitingen en elektrische depotvoeding die bij uitgave van deze netverklaring aanwezig zijn op emplacementen. Keyrail onderzoekt op onderbouwd verzoek van een of meerdere spoorwegondernemingen of uitbreiding van deze dienst nuttig en gewenst is en onder welke voorwaarden. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 77 van 178 5.4.4 Buitengewoon Vervoer Deze dienst betreft het op verzoek van een spoorwegonderneming onderzoeken en vaststellen van de toelatings- en vervoersvoorwaarden voor materieel dat niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor de te berijden baanvakken en sporen volgens het minimumtoegangspakket. De dienst omvat ook het leveren van de aanvullende inspanningen van Keyrail voor de voorbereiding of uitvoering van het Buitengewoon Vervoer. Dit betreft onder andere het opstellen van een maatwerkdienstregeling, de inzet van begeleidend personeel van Keyrail en het tijdelijk wegnemen van objecten langs de baan. Zie ook bijlage 6, paragraaf 1.2 van de netverklaring Gemengde net. 5.4.5 Het gebruik van openbare laad- en losplaatsen Openbare laad- en losplaatsen zijn locaties, niet zijnde private terminals waar goederen op of in wagons kunnen worden geladen dan wel gelost. De openbare laad- en losplaatsen zijn beschreven in bijlage 14. 5.4.6 Extra aansluitingen automatiseringsapplicaties Deze dienst omvat het beschikbaar stellen van aansluitingen op door Keyrail beheerde informatiesystemen RMS Client en Ketenregie Informatie Platform (KIP). Voor automatiseringsapplicaties waarvan het beheer bij ProRail berust wordt verwezen naar de netverklaring Gemengde net. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 78 van 178 RMS Client Dienst Omschrijving Voorziening Typen Waar wordt de dienst geleverd Aanbieder Levertijd Leveringsvoorwaarden Gebruiksvoorwaarden Beschikbaarheid / Betrouwbaarheid Inzicht in de actuele uitvoering en de planning van de processporen op Keyrail geëxploiteerde sporen. RMS Client geeft een actueel overzicht van de emplacementbezetting evenals de planning voor de komende 16 uur. Daarnaast biedt RMS Client een overzicht van de kenmerken van alle sporen, zoals lengte en soort spoor. De gebruiker wordt in bezit gesteld van een username en een password om toegang te krijgen tot RMS Client. RMS Client is een internettoepassing speciaal voor de spoorwegonderneming. Deze dienst is IP adres specifiek. Keyrail biedt deze dienst aan. Aanvragen worden in behandeling genomen door het aanvraagformulier (www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk) in te vullen en te emailen naar Customer Service Keyrail ([email protected]). Maximaal 4 weken na ontvangst bij Customer Service van Keyrail. De spoorwegonderneming kan toegang tot gegevens van de eigen treinen krijgen van de op Keyrail geëxploiteerde sporen. Inzicht in treinen van een andere spoorwegonderneming kan enkel na schriftelijke toezegging van de betreffende spoorwegonderneming. Gebruiker moet beschikken over een PC aangesloten op internet en voorzien zijn van een recente internet browser. Beschikbaarheid applicatie: 7 x 24 uur (onder voorbehoud van calamiteiten en nog te bepalen vaste momenten voor onderhoud). Ketenregie Informatie Platform (KIP) Een ketenregie Informatie Platform is in ontwikkeling en er wordt voorzien dat deze applicatie in 2015 wordt aangeboden. 5.4.7 Reisinformatie en informatie over het treinverkeer De RNE-applicatie TIS biedt ondersteuning bij het volgen en regelen van het internationale treinverkeer. Zie ook paragraaf 1.10.2. 5.5 Dienstenpakket 4: ondersteunende diensten Keyrail levert ondersteunende diensten, zoals bedoeld in Richtlijn 2012/34/EU artikel 13 lid 8, op voorwaarden die Keyrail en de spoorwegonderneming per dienst overeenkomen. 5.5.1 Gebruik van telecomvoorzieningen Niet van toepassing. Zie voor wat betreft GSM-R de netverklaring Gemengde net. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 79 van 178 5.5.2 Maatwerk aanvullende informatieproducten Deze dienst betreft het leveren van specifieke, met Keyrail overeen te komen informatieproducten en bewerkingen daarvan, in aanvulling op de standaardoverzichten van de treindienstafwikkeling zoals omschreven in bijlage 8. 5.5.3 Technische keuring van materieel Keyrail biedt geen diensten voor technische keuring van materieel aan. 5.5.4 Ondersteunende diensten voor groot onderhoud aan rollend materieel Keyrail biedt geen ondersteunende diensten voor groot onderhoud aan rollend materieel op daartoe bestemde reparatiesporen aan waarvoor specifieke voorzieningen nodig zijn. Keyrail onderzoekt op onderbouwd verzoek van een of meerdere spoorwegondernemingen of het aanbieden van deze dienst nuttig en gewenst is en onder welke voorwaarden. 5.6 Prestatieregelingen De prestatieregelingen zijn afspraken tussen spoorwegondernemingen en de infrastructuurbeheerder die een prikkel zijn om verstoringen zo gering mogelijk te houden en de prestatie van het Betuweroutesysteem te verbeteren. De prestatieregelingen kunnen malussen inhouden voor handelingen die de exploitatie van de Betuweroute verstoren en compensatie voor ondernemingen die te lijden hebben en premies ter beloning van prestaties die de ramingen overtreffen. Keyrail biedt de spoorwegondernemingen in de netverklaring 2016 Betuweroute de volgende prestatieregelingen aan: 1. Prestatieregeling 1: wijzigingen van verdeelde treinen in de verkeersleidingsfase, 2. Prestatieregeling 2: punctualiteit: a. Prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit van de uitvoering van de treindienst ten opzichte van het actuele plan, b. Prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit van de uitvoering van de treindienst ten opzichte van het actuele plan, 3. Prestatieregeling 3: annuleringen van verdeelde capaciteit in de verkeersleidingsfase: a. Prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming, b. Prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail, 4. Prestatieregeling 4: toename stille wagenkilometers. De praktische invulling van de prestatieregelingen zijn constant onderwerp van evaluatie en kunnen gedurende de looptijd van de overeenkomst gewijzigd worden. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 80 van 178 Als vanuit oogpunt van effectiviteit en redelijkheid conform toegangsovereenkomst Betuweroute prestatieregelingen worden gewijzigd, dan worden deze gepubliceerd als aanvulling op de netverklaring. 5.6.1 Prestatieregeling 1: wijzigingen van verdeelde treinen in verkeersleidingsfase Doel prestatieregeling: het beheersen van het aantal wijzigingen op verdeelde capaciteit door de spoorwegondernemingen om een goede benutting van verdeelde capaciteit te bevorderen en Verkeersleiding Kijfhoek niet onnodig te belasten met mutaties tijdens het uitvoeringsproces. Gemeten worden de ISVL orders ‘wijzigen dienstregeling’,’ wijzigen treinnummer’ en ‘afvoeren in dienstregeling van’ in de Verkeersleidingsfase tot 30 minuten voor gepland vertrek voor alle treinen met uitzondering van losse locomotieven die tot 15 minuten voor gepland vertrek gemuteerd kunnen worden. Naarmate het aantal keren dat een verdeelde trein wordt gewijzigd wordt deze progressief belast met een malus. In paragraaf 6.3.2 staat de malus-regeling beschreven. 5.6.2 Prestatieregeling 2 punctualiteit Doel prestatieregeling: het verhogen van de betrouwbaarheid van de uitvoering van de treindienst ten opzichte van de actuele dienstregeling ter voorkoming van onderbenutting van standaardpatroonpaden en verdringing van andere treinen: op de aansluiting tussen de Betuweroute en het Duitse net bij Zevenaar grens, vice versa, op de aansluiting tussen de Betuweroute en het Gemengde net, vice versa, bij aankomst op de processporen die onderdeel zijn van het heuvelsysteem op emplacement Kijfhoek en in de Rotterdamse haven. De actuele dienstregeling is: de oorspronkelijke dienstregeling die niet is gemuteerd door Verkeersleiding Kijfhoek, de verdeelde mutaties op de oorspronkelijke dienstregeling naar aanleiding van aanvragen in ISVL, de verdeelde bestellingen (nieuwe orders) in ISVL en eventueel verdeelde mutaties via ISVL daarop. De prestatieregeling punctualiteit is een hulpmiddel om het onderliggend productieproces van spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en de betrokken terminals continu te verbeteren. De prestatieregeling bestaat uit twee regelingen: a. de prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit b. de prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 81 van 178 Alle prestaties worden door Keyrail gemeten, geanalyseerd op trends en (achterliggende) oorzaken worden gerapporteerd aan de spoorwegondernemingen in een frequentie die in de toegangsovereenkomst Betuweroute 2016 wordt overeengekomen tussen Keyrail en de spoorwegonderneming. Daarnaast worden de prestaties en analyses besproken in het operationsmanagersoverleg ketenregie en worden waar nodig operationele bijstuuracties van spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders en terminals afgesproken en daarna op effectiviteit gemonitord. Bijstelling van gerelateerde operationele regelingen in de netverklaring 2016 Betuweroute en deze prestatieregeling punctualiteit, vanuit oogpunt van effectiviteit, kan plaatshebben na besluitvorming in het directeurenoverleg ketenregie. Daarbij spannen Keyrail en de spoorwegondernemingen zich in 2015 redelijkerwijs in om tot een optimale harmonisering met EPR, ProRail en DB Netze te komen. Geaccordeerde wijzigingen worden door Keyrail gepubliceerd als aanvulling op de netverklaring 2016 Betuweroute. Prestatieregeling 2a: grens-uit punctualiteit De grens-uit punctualiteit betreft alle goederentreinen die in standaardpatroonpaden zijn verdeeld én die vanaf de Betuweroute (inclusief Havenspoorlijn) het Gemengde net van ProRail en het tracé Emmerich – Oberhausen van DB Netze bij Zevenaar-grens oprijden. Deze regeling geldt per spoorwegonderneming en geaggregeerd. De kaders voor de punctualiteit, zijnde de geaccepteerde afwijking tussen de actuele dienstregeling en de uitvoering, zijn: tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en 59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen de Betuweroute en DB Netze zijn gepasseerd op Zevenaar-grens. De doelstelling is: o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf o 95% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen tussen de maximaal minus 2 minuten en 59 seconden en maximaal plus 2 minuten en 59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen de Betuweroute en het Gemengde net zijn gepasseerd op Kijfhoek Zuid aansluiting, Rotterdam stadion, Rotterdam Lombardijen, Meteren en HH-boog Elst. De doelstelling is: o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf o 87,5% tijdens het exploitatiebedrijf c.q. herrouteringsbedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en 59 seconden voor alle goederentreinen bij aankomst op de processporen van het heuvelsysteem van Kijfhoek en die in de Rotterdamse haven. Het heuvelsysteem op het emplacement Kijfhoek valt alleen binnen de scope van deze regeling voor zover het treinen betreft die via het A15-tracé zijn verdeeld en zijn aangekomen. De doelstelling is: o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 82 van 178 o 87,5% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen Prestatieregeling 2b: grens-in punctualiteit De grens-in punctualiteit betreft alle goederentreinen die de Betuweroute (inclusief Havenspoorlijn) verdeeld in standaardpatroonpaden, oprijden vanaf het Gemengde net van ProRail en het tracé Emmerich – Oberhausen van DB Netze bij Zevenaar-grens. Deze regeling geldt per spoorwegonderneming en geaggregeerd. De kaders voor de punctualiteit, zijnde de geaccepteerde afwijking tussen de actuele dienstregeling en de uitvoering, zijn: tussen de maximaal minus 6 minuten en 59 seconden en de maximaal plus 6 minuten en 59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen DB Netze en de Betuweroute zijn gepasseerd op Zevenaar-grens. De doelstelling is: o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf o 95% tijdens het exploitatiebedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen tussen de maximaal minus 2 minuten en 59 seconden en maximaal plus 2 minuten en 59 seconden voor alle goederentreinen die de aansluiting tussen het Gemengde net en de Betuweroute zijn gepasseerd op Kijfhoek Zuid aansluiting, Rotterdam stadion, Rotterdam Lombardijen, Meteren en HH-boog Elst. De doelstelling is: o 80% in het reguliere exploitatiebedrijf o 87,5% tijdens het exploitatiebedrijf c.q. herrouteringsbedrijf tijdens de bouwwerkzaamheden aan het derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen 5.6.3 Prestatieregeling 3: annuleringen van verdeelde capaciteit in de verkeersleidingsfase Doel prestatieregeling: het tijdig annuleren in de verkeersleidingsfase door spoorwegondernemingen van treinen in reeds verdeelde treinpaden, het tijdig aanbieden van alternatieve paden door Keyrail in de verkeersleidingsfase, het in de verkeersleidingsfase terugdringen van het aantal annuleringen door spoorwegondernemingen van treinen in reeds verdeelde treinpaden. Dit leidt tot een betere benutting van de Betuweroute en tot een meer voorspelbaar en betrouwbaar treinproces. De prestatieregeling bestaat uit twee regelingen: a. prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming b. prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 83 van 178 Prestatieregeling 3a: annuleren door de spoorwegonderneming Er is sprake van ‘no show’ bij een standaardpatroonpad, mits aan de vertrekprocedure uit de operationele voorwaarden in bijlage 6 van deze netverklaring is voldaan. Verkeersleiding Kijfhoek heft in deze situatie het verdeelde pad op en registreert ‘Opheffen trein’ in ISVL waarbij de kosten voor rekening van de spoorwegonderneming zijn. Eenmaal opgeheven treinen kunnen op dezelfde verkeersdatum niet meer aangevraagd worden onder hetzelfde treinnummer. In paragraaf 6.3.3 staan de annuleringskosten van annuleringsregeling 3a. Randvoorwaarden: indien er sprake is van een calamiteit buiten de invloedssfeer van de spoorwegonderneming waarbij het gewone treinproces redelijkerwijs niet mogelijk is, dan heeft de spoorwegonderneming de mogelijkheid om de annulering te koppelen aan de ISVL meldkaart. Er worden dan geen kosten door Keyrail in rekening gebracht. De meldkaart staat tot één uur na einde van de calamiteit open. Op verzoek van de spoorwegonderneming of op initiatief van Keyrail kan de meldkaart langer open blijven staan, bij bezwaar van de spoorwegonderneming tegen de door Keyrail geregistreerde en gerapporteerde annulering moet de spoorwegonderneming binnen twee werkdagen na verzending digitale rapportage door Keyrail per e-mail bezwaar maken bij [email protected]. Prestatieregeling 3b: annuleren door Keyrail Indien sprake is van een wijziging met veroorzaker Keyrail en niet binnen twee uur een alternatief pad aangeboden kan worden of indien sprake is van een dusdanige vertraging met veroorzaker Keyrail dat de trein daadwerkelijk opgeheven wordt (en de lading niet binnen 2 uur met een andere trein afgevoerd kan worden), is sprake van een annulering door Keyrail. In paragraaf 6.3.3 staan de annuleringskosten van annuleringsregeling 3b. De effecten van de ordermomenten en de gemonetariseerde annuleringsregeling zijn niet begrensd. Randvoorwaarden: de annuleringsmalus voor Keyrail geldt alleen als Keyrail veroorzaker is, dat wil zeggen dat er sprake is van infrastructuurstoringen of foute rijweginstellingen op het Keyrail beheergebied, spoorwegonderneming moet de annulering door Keyrail binnen twee werkdagen na incident per e-mail melden bij [email protected], de annuleringsmalus is uitsluitend bedoeld voor directe vertragingen. Vervolgvertragingen vallen buiten deze regeling, deze prestatieregeling geldt alleen voor standaardpatroonpaden. Lokale-verkeerspaden en losse-locpaden zijn uitgesloten van deze prestatieregeling. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 84 van 178 Herverdeling van langere tijd onderbenutte capaciteit Zoals beschreven is in paragraaf 4.5 treedt Keyrail mondeling en schriftelijk in contact met een gerechtigde als aan hem verdeelde capaciteit in de jaardienst (inclusief wijzigingsbladen) gedurende acht weken voor minder dan 50%, of gedurende vier weken minder dan 25% benut. Hierbij wordt steeds gerekend per (gerelateerd) treinnummer per verkeersdag op de vrije baan of het emplacement. De gerechtigde wordt in de gelegenheid gesteld de oorzaken van de ongebruikte capaciteit uiteen te zetten. Dit kan leiden tot herverdeling door Keyrail van treinpaden en emplacementslots. De capaciteit die door herverdeling vrijkomt, komt ter beschikking voor andere reeds ingediende capaciteitsaanvragen voor verkeer. 5.6.4 Prestatieregeling 4: toename stille wagenkilometers 5.6.4.1 Toename stille kilometers Keyrail komt in samenwerking met ProRail met de spoorwegonderneming overeen dat de spoorwegonderneming deelneemt aan de prestatieregeling voor meer stille wagenkilometers. Deze regeling houdt in dat de spoorwegonderneming een bonus krijgt voor het verminderen van de geluidemissie door spoorverkeer door te rijden met stilgemaakt materieel. De bonus bedraagt € 0,04 per wagenkilometer gereden met materieel dat is stilgemaakt, met een maximum van 120.000 kilometer totaal per wagen gedurende de looptijd van de regeling. Onder stilgemaakt materieel wordt verstaan: materieel dat reeds voor 1 januari 2008 in dienst gesteld is en dat na 1 januari 2008 blijvend is omgebouwd naar een stil remsysteem. Onder stil remsysteem wordt verstaan een remsysteem dat gebruik maakt van K-blokken, LL-blokken, of aangemeld bij ProRail. Bonussen worden gedurende maximaal vier aaneengesloten jaren aan een specifieke wagen toegekend. De bonus wordt verrekend met de gebruikersvergoedingsfactuur van ProRail. De spoorwegonderneming verstrekt de informatie die nodig is om de bonus te kunnen bepalen, te weten: per vooraf aangemelde wagen een opgave van het aantal in Nederland gereden kilometers, met een specificatie naar rit overeengekomen, gelijkwaardige specificatie. ProRail zal steekproefsgewijs controle op ombouw en opgegeven kilometers uitvoeren. 5.6.4.2 Toename stille goederentreinen Keyrail komt in samenwerking met ProRail met de spoorwegonderneming overeen dat de spoorwegonderneming deelneemt aan de stimuleringsregeling voor stille goederentreinen. Deze regeling houdt in dat de spoorwegonderneming een bonus krijgt voor het verminderen van de geluidemissie door spoorverkeer door te rijden met stille goederentreinen. Het tarief van de bonus bedraagt € 0,01 per wagenkilometer gereden in Nederland door stille wagens in geheel stille goederentreinen. De trein blijft voldoen aan de vereiste van “geheel stille goederentrein” indien er: Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 85 van 178 bij een aantal tot maximaal 20 wagens, maximaal 1 wagen is die niet stil is, bij een aantal boven de 20 wagens, maximaal 2 wagens zijn die niet stil zijn. Stille wagens zijn wagens voorzien van een remsysteem dat gebruik maakt van K-blokken, LLblokken, of minstens gelijkwaardig. Deelnemende bakken/wagens moeten vooraf op wagennummer worden aangemeld bij Keyrail, waarbij moet worden aangetoond dat de wagens stil zijn. De bonus wordt verrekend via de gebruikersvergoedingsfactuur van ProRail. De spoorwegonderneming verstrekt de informatie die nodig is om de bonus te kunnen bepalen, te weten: per trein een opgave van de wagens met wagennummer. ProRail zal steekproefsgewijs controle op stille treinen uitvoeren. Deze bonus zal worden gegeven tot 2020 of zoveel korter als het budget voor de compensatie toelaat (zie bladzijde 207 van de netverklaring ProRail). 5.7 Studies en andere diensten Keyrail biedt diensten aan die geen betrekking hebben op de toegang tot en het gebruik van de hoofdspoorwegen en daarom buiten de reikwijdte van de netverklaring en de toegangsovereenkomst vallen. Voor dergelijke diensten komen Keyrail en de gerechtigde per geval een aparte regeling met voorwaarden overeen. Voorbeelden van zulke dergelijke specifieke regelingen zijn: dienstregelingstudies, overeenkomsten over het tot stand brengen van installaties en bouwwerken op de terreinen die Keyrail beheert (binnen de eventuele voorwaarden van de vergunning die daarvoor vereist is, zoals bedoeld in artikel 19 Spoorwegwet), overeenkomsten over de toegang tot en het gebruik van wegverkeerswegen op de terreinen die Keyrail beheert, inclusief parkeergebruik, samenwerking bij de ontwikkeling van informatiesystemen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 86 van 178 6 Gebruiksvergoeding 6.1 Inleiding Dit hoofdstuk omschrijft de algemene regels voor de gebruiksvergoeding die gerechtigden aan Keyrail verschuldigd zijn in verband met de diensten die zij van Keyrail afnemen voor het verwerven van capaciteitsrechten en de toegang tot en het gebruik van de door Keyrail beheerde spoorweginfrastructuur. 6.2 Tariferingsbeginselen Keyrail stelt de gebruiksvergoedingen vast met inachtneming van de wettelijke bepalingen. Die bepalingen betreffen: 1. de begrote opbrengsten van de gebruiksvergoeding bedragen niet meer dan de begrote kosten ter zake van de desbetreffende hoofdspoorweginfrastructuur in dat jaar voor de exploitant50. 2. Keyrail mag een gebruiksvergoeding overeenkomen die mede strekt ter dekking van door een ander dan Keyrail gedane uitgaven voor de aanleg van de infrastructuur (voor zover het hoofdspoorweginfrastructuur betreft die daartoe bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen)51. 3. Keyrail kan een verhoging overeenkomen voor het gebruik van overbelaste hoofdspoorweginfrastructuur gedurende periodes van overbelasting en voor de kosten van milieueffecten van het gebruik van hoofdspoorweginfrastructuur die niet in de begrote kosten van de exploitant zijn opgenomen52. 4. Keyrail kan een korting als bedoeld in artikel 9 van Richtlijn 2001/14/EG overeenkomen53. 5. Keyrail kan een aftrek dan wel bijtelling overeenkomen in verband met optredende verstoringen en met het oog op verbetering van de prestaties van het spoorwegnet54. 6. Keyrail kan overeenkomen dat de gebruiksvergoeding ook verschuldigd is voor overeengekomen capaciteit die niet wordt gebruikt55. 7. De overeengekomen gebruiksvergoeding voldoet aan de artikelen 4, vierde en vijfde lid, 7 tot en met 12 en 26, derde lid, van Richtlijn 2012/34/EU. De gebruiksvergoedingen worden tussen Keyrail en de gerechtigde overeengekomen en vastgelegd in de toegangsovereenkomst. Keyrail waarborgt dat de tarifering voldoet aan de eisen van de Spoorwegwet. Keyrail geeft spoorwegondernemingen geen inzage in de bedrijfsadministratie van Keyrail. 50 51 52 53 54 55 artikel 62 lid 1 van de Spoorwegwet artikel 62 lid 2 van de Spoorwegwet artikel 62 lid 3 van de Spoorwegwet artikel 62 lid 4 van de Spoorwegwet artikel 62 lid 5 van de Spoorwegwet artikel 62 lid 6 van de Spoorwegwet Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 87 van 178 6.3 Tarieven In deze paragraaf volgt de tarifering van de producten en diensten van Keyrail, te weten treinpaden (inclusief prestatieregelingen en annulerings- en wijzigingsregeling), gebruik emplacementen voor de functies parkeren en huren, overige producten. 6.3.1 Tarifering treinpaden De tarifering van de treinpaden geschiedt op basis van het aantal gereden treinkilometers. Differentiatie vindt in 2016 plaats voor: het type treinpad, het traject (Havenspoorlijn/Kijfhoek/A15-tracé), het moment waarop een treinpad wordt besteld. Het basistarief per gereden treinkilometer bedraagt in 2016 € 2,76 voor treinen < 3000 ton en € 3,06 voor treinen ≥ 3000 ton, zowel op de Havenspoorlijn als op het A15-tracé. Het basistarief per gereden treinkilometer voor het rijden met een losse locomotief bedraagt in 2016 € 1,38 voor de Havenspoorlijn en € 2,76 voor het A15-tracé. Indien een spoorwegonderneming na een positieve ontvankelijkheidsverklaring door Keyrail, zoals beschreven in paragraaf4.3.2.1.4, meer dan één standaardpatroonpad verdeeld krijgt tot maximaal twee standaardpatroonpaden, dan bedraagt het basistarief per gereden treinkilometer in 2016 € 5,52 voor treinen < 3000 ton en € 6,12 voor treinen ≥ 3000 ton, zowel op de Havenspoorlijn als op het A15-tracé. Alle tarieven zijn nominaal, dat wil zeggen inclusief prijspeilcorrectie en exclusief door de Rijksoverheid opgelegde extra heffingen. Naarmate een pad of paden voor een goederentreinen of goederentreinen korter voor het gewenste vertrek wordt of worden gepland stijgt de tariefopslag ten opzichte van eerder aangevraagde paden. Voor goederenvervoer dat zich enkel op de Havenspoorlijn afspeelt, is een aparte tariefcategorie beschikbaar. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 88 van 178 Voor de uiteindelijke berekening van de gebruiksvergoeding worden de genoemde basistarieven vermenigvuldigd met het van toepassing zijnde percentage in onderstaande tabel. In de tabel zijn tevens de geldende tarieven vermeld. effect op tarief * en tarieven per ordermoment Ordermoment Besteld en verdeeld in jaardienst en wijzigingsblad Besteld en verdeeld bij OSS voor specifieke dagen Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding tot 4 uur voor vertrek Standaard Losse loc in patroonpad standaard(<3000 ton of patroonpad ≥3000 ton) op A15-tracé 100% (=€2,76 of € 3,06) 100% (=€2,76 of•€ 3,06) 110% (=€3,04 of € 3,37) 150% (=€4,14 of € 4,59) 250% (=€6,90 of € 7,65) Lokaal HVSL Losse loc pad pad HVSL - - - - - - 100% (=€2,76) 100% (=€2,76) 100% (=€ 1,38) Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding 110% 100% tussen 4 uur voor vertrek en 90 minuten (=€3,04) (=€2,76) voor vertrek Besteld en verdeeld bij Verkeersleiding 150% 110% tussen 90 minuten uur voor vertrek en 30 (=€4,14) (=€3,04) minuten** voor vertrek *=maal basistarief **= losse loc paden kunnen tot 15 minuten voor uitvoering worden besteld 100% (=€ 1,38) 110% (=€ 1,52) Overwegingen hierbij zijn: aansluiten bij vijf logische ordermomenten, voor drie padtypen met duidelijk onderscheid voor haven-gebonden en niet haven-gebonden spoorprocessen, als de orderaanvraag voor de nieuwe trein minder dan 90 minuten voor vertrek wordt ingediend bij Keyrail en de orderaanvraag gehonoreerd kan worden binnen de beschikbare gestelde capaciteit in het laatste 30 minuten voor vertrek. 6.3.2 Wijzigingen van verdeelde treinen in de verkeersleidingsfase Alle treinen die zijn verdeeld in standaardpatroonpaden door Keyrail en Verkeersleiding Kijfhoek en alle treinen die zijn verdeeld in lokaal verkeerspaden door Verkeersleiding Kijfhoek zijn maximaal 20 uur kosteloos te wijzigen voor de eerste drie wijzigingsorders in ISVL tot 30 minuten voor vertrek zolang het treinnummer is gekoppeld aan dezelfde rijdatum. Alle losse locomotieven(sets) die zijn verdeeld in losse locpaden door Verkeersleiding Kijfhoek zijn maximaal 20 uur kosteloos te wijzigen voor de eerste drie wijzigingsorders in ISVL tot 15 minuten voor vertrek zolang het treinnummer gekoppeld is aan dezelfde rijdatum. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 89 van 178 Voor alle treinpadcategorieën die Keyrail, inclusief Verkeersleiding Kijfhoek, aanbiedt, geldt een malus voor alle wijzigingsaanvragen in ISVL voor treinen die meer dan drie keer worden gewijzigd in ISVL, mits het treinnummer gekoppeld is aan dezelfde rijdatum. Zodra het treinnummer niet gekoppeld is aan dezelfde rijdatum, is er sprake van een annulering en moet een nieuwe order via ISVL worden ingediend tegen de tarieven uit paragraaf 6.3.1. Wijzigingen via ISVL in de laatste 30 minuten voor gepland vertrek conform dienstregeling leiden niet tot een annuleringsmalus, maar wel tot een nieuwe order conform de tarieven voor treinpaden uit paragraaf 6.3.1 en de opsteltarieven uit paragraaf 6.3.4. malus voor spoorwegonderneming bij wijzigen via ISVL van reeds verdeeld treinpad Aantal keren wijzigen Malus per wijziging Wijziging in de laatste 30 minuten voor gepland vertrek conform dienstregeling Geen annulering, wel nieuwe ISVL order tegen de tarieven uit paragraaf 6.3.1 €0 € 50 € 100 Eerste drie wijzigingsaanvragen via ISVL Vierde en vijfde wijzigingsaanvraag via ISVL Zes en meer wijzigingsaanvragen via ISVL 6.3.3 Annuleringsregeling In de onderstaande tabellen staan de malussen van de annuleringsregeling. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen annuleren door de spoorwegonderneming en het te laat aanbieden van een alternatief pad door Keyrail. annuleringsmalus voor de spoorwegonderneming Annuleren spoorwegonderneming/malus Ingediend in jaardienst en wijzigingsblad Standaard patroonpad €0 Lokaal HVSL pad niet leverbaar €0 Ingediend tussen 4 uur voor vertrek en 90 € 250 minuten voor gepland vertrek Minder dan 90 minuten voor vertrek tot 30 € 350 € 100 minuten voor gepland vertrek Na 30 minuten voor gepland vertrek * € 500 € 150 *= losse loc paden kunnen tot 15 minuten voor uitvoering worden besteld Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Losse Loc niet leverbaar €0 € 50 € 75 Pagina 90 van 178 malus voor Keyrail bij aanbieden alternatief treinpad meer dan twee uur na laatst verdeelde dienstregeling Aanbieden alternatief pad Standaard patroonpad Binnen 2-4 uur Binnen 4-8 uur Na > 8 uur € 250 € 500 € 1.000 Randvoorwaarden: de annuleringsmalus voor Keyrail geldt alleen als Keyrail veroorzaker is, dat wil zeggen dat er sprake is van infrastructuurstoringen of foute rijweginstellingen op het Keyrail beheergebied, de spoorwegonderneming moet de annulering door Keyrail binnen twee werkdagen na incident per e-mail melden bij [email protected], de annuleringsmalus is uitsluitend bedoeld voor directe vertragingen, vervolgvertragingen vallen buiten deze regeling, deze prestatieregeling geldt alleen voor standaardpatroonpaden. Lokale-verkeerspaden en losse-locpaden zijn uitgesloten van deze prestatieregeling. 6.3.4 Het gebruik van emplacementen voor opstellen Het opsteltarief is niet afhankelijk van de lengte en de uitrusting van het spoor. Opstellen op een locspoor is kosteloos. Dit geldt voor alle locaties. Het onderscheid naar A, B en C locaties is gebaseerd op de marktvraag naar opstelsporen op deze locaties. De indeling van alle sporen is terug te vinden in RMS Client. Op alle locaties zijn de eerste 120 minuten kosteloos. Naarmate een trein of wagenset of wagen langer staat opgesteld loopt het opsteltarief progressief op. De volgende 120 minuten kennen daarom een hoger tarief en de 240 minuten daarna weer, et cetera. Het tarief per locatie staat in onderstaande tabel. Opsteltarieven per minuut per tijdszone per locatie B C Maasvlakte West, Maasvlakte Oost, Europoort Botlek, Pernis Esso Buiten (Botlek)*, Waalhaven Oost, Waalhaven West, IJsselmonde, Kijfhoek, CUP Valburg A Emplacementen in categorie Waalhaven Zuid Parkeertijdszone in minuten: 0-120 121-240 241-480 481-960 961-1440 >1440 € 0,000 € 0,011 € 0,022 € 0,044 € 0,066 € 0,088 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 € 0,000 € 0,007 € 0,015 € 0,029 € 0,044 € 0,059 € 0,000 € 0,004 € 0,007 € 0,015 € 0,022 € 0,029 Pagina 91 van 178 *Disclaimer: de processporen "Esso Buiten" worden niet verdeeld conform de Spoorwegwet. De processporen Esso Buiten kunnen gedurende de periode van de jaardienstverdeling wel bij Keyrail worden gecontracteerd. 6.3.5 Het gebruik van emplacementen ten behoeve van huren Huursporen worden voorafgaand aan het jaardienstverdelingsproces aangevraagd en verdeeld. Over de tarieven en termijnen worden bilaterale afspraken tussen Keyrail en de betreffende Spoorwegonderneming gemaakt. De tariefstijging op de huursporen bedraagt voor alle gerechtigden 1,5 procent t.o.v. de tarieven in 2015. 6.3.6 Gebruik van openbare laad- en losplaatsen Voor het gebruik van openbare laad- en losplaatsen behoudt Keyrail zich het recht voor een vergoeding in rekening te brengen. Hierover zullen spoorwegondernemingen te allen tijd van te voren worden geïnformeerd. 6.3.7 Toegang tot/gebruik van bovenleiding Voor de toegang tot/het gebruik van de bovenleiding (gebruik van het tractie-energievoorzieningssysteem) is de spoorwegonderneming een gebruiksvergoeding verschuldigd. De vergoeding voor het gebruik van de dienst "Toegang tot de bovenleiding" bedraagt in 2016 €0,035643 per afgenomen kWh. In de vergoeding zijn inbegrepen de transportkosten die de openbare netbeheerders in rekening brengen. De jaarlijkse afrekening energie bovenleiding wordt door Keyrail gedaan op basis van het aandeel per vervoerder in het gemeten jaarverbruik door CIEBR. 6.3.8 Toegang tot tankinstallaties De toegang tot tankinstallaties is onderdeel van het basistarief. 6.3.9 Buitengewoon vervoer De additionele inspanningen van Keyrail voor de voorbereiding en uitvoering van Buitengewoon Vervoer, worden op basis van offerte overeengekomen. Het betreft een vergoeding van uren die Keyrail heeft besteed en een vergoeding van de overige kosten die Keyrail heeft gemaakt (zie ook bijlage 6 van de netverklaring Gemengde net). 6.3.10 Ondersteunende diensten De vergoeding voor ondersteunende diensten (zoals bedoeld in hoofdstuk 5.7) geschiedt op basis van offerte. 6.3.11 Overige tariefonderdelen Keyrail kan, ter afronding van de coördinatiefase (zie hoofdstuk 4), als gevolg van schaarste een verhoging van de gebruiksvergoeding toepassen56. Keyrail kan een toeslag in rekening brengen in verband met gedane uitgaven voor specifieke investeringsprojecten57. 56 zie Spoorwegwet artikel 62 lid 3 en artikel 7 van het Besluit Capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 92 van 178 6.4 Prestatieregelingen De prestatieregelingen zijn beschreven in paragraaf 5.6. 6.5 Omzetbelasting en wijzigingen op regelingen uit de netverklaring Alle tarieven genoemd in dit hoofdstuk zijn exclusief BTW. Als Keyrail essentiële onderdelen van de in deze netverklaring omschreven gebruiksvergoedingsregelingen wil wijzigen zal Keyrail het concept van de gewijzigde regeling ter consultatie aan gerechtigden voorleggen. De gewijzigde regeling wordt van kracht tenminste drie maanden nadat die in een aanvulling op de netverklaring bekendgemaakt is. 6.6 Facturering Keyrail factureert de gebruiksvergoedingen, de annuleringsmalussen en de kosten als gevolg van het gebruik van emplacementen voor opstellen op nacalculatiebasis per kalendermaand. Keyrail factureert de kosten met betrekking tot de toegang tot en gebruik van de bovenleiding per maand op basis van een voorschot dat is gebaseerd op de verdeelsleutel die wordt gehanteerd door CIEBR58. Keyrail factureert de huurvergoedingen per maand vooraf. In sommige gevallen zal Keyrail een zekerstelling of betaling vragen voorafgaand aan de levering, ter hoogte van de geschatte verschuldigde gebruiksvergoeding over drie maanden. De betaaltermijn voor het onbetwiste deel van alle facturen dienen uiterlijk dertig dagen na de factuurdatum te worden betaald. Over verschuldigde betalingen die niet, niet tijdig of niet volledig betaald zijn wordt wettelijke rente in rekening gebracht. Het is niet toegestaan om tegenvorderingen van spoorwegondernemingen op Keyrail te verrekenen met uitstaande facturen van Keyrail. Indien een Spoorwegonderneming bezwaar wenst te maken tegen een factuur, of hierover inhoudelijke vragen heeft, kan dit via het e-mail adres: [email protected]. 57 58 Artikel 8 lid 2 van Richtlijn 2001/14/EG Coöperatieve Inkoopvereniging Elektriciteit Betuweroute U.A (www.ciebr.nl) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 93 van 178 BIJLAGE 1: Beheergrenzen tussen ProRail en Keyrail Overgangen aangaande capaciteitsverdeling en Verkeersleiding van de Keyrail Betuweroute naar het ProRail gemengde net: Locatie Spoor-ID IJsselmonde EF in verbinding Brdv Rtst km 42.000 wsl 135 - wsl 911A Brdv Rtst tussen wsl 135 en de kruising met het spoor tussen wsl 903 en wsl 907B 267e Rtz IJsm sein 960 266c Rtz IJsm sein 962 Zwijndrecht 37 Zwd Kfh km 33.700 67 Kfhz Zwd sein 1380 68 Kfhz Zwd sein 1382 69 Kfhz Zwd sein 1384 CC BRMet Gdm DD Gdm EE BRMet Zbm FF Zbm BRMet km 346.600 KK CUP Nm km 290.000 HH CUP Est km 190.000 GG Est CUP km 190.000 ZN BRValo Zv km 107.200 ZM BRValo Zv km 107.200 KL Zv Meteren Elst Zevenaar km 147.000 BRMet km 247.000 km 346.600 BRValo km 107.200 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 94 van 178 BIJLAGE 2: Lijst van begrippen Naam, begrip Ad-hoc aanvraag Aslast Baanvak Besloten personenvervoer Buitengewoon Vervoer Capaciteitsovereenkomst Definitie Capaciteitsaanvraag voor infrastructuur t.b.v. vervoer en voor beheer, als ook voor het afhandelen van verstoringen in de vorm mutaties op het verdelingsplan dat binnen de ad-hoc fase actueel is. Toelichting: Dit zijn aanvullingen op de capaciteitsverdeling die vastgelegd zijn in het verdelingsplan van de Jaardienst. Aslast is het gewicht (in tonnen) per as van een spoorvoertuig inclusief eventuele belading. Een baanvak is een opeenvolging van aaneengesloten dienstregelpunten en vrije banen, beginnend en eindigend in een dienstregelpunt. Toelichting: De begrippen baanvak en traject worden in de praktijk doorgaans beide en soms ook door elkaar gebruikt. Besloten personenvervoer is het vervoer van personen per trein, anders dan openbaar vervoer zoals bedoeld in de Wet personenvervoer. Buitengewoon vervoer is vervoer waarbij afmetingen, gewicht of aard van de lading of het materieeltype bijzondere technische of exploitatieve maatregelen vergen. Voor buitengewoon vervoer is een vervoersregeling vereist. Capaciteitsovereenkomst is een toegangsovereenkomst waarin alleen de capaciteit, waarop de gerechtigde aanspraak kan maken, is vastgelegd zonder recht op toegang en gebruik van de spoorweginfrastructuur. Toelichting: Een capaciteitsovereenkomst kan worden gesloten met een partij die volgens de wet gerechtigd is tot het sluiten van een toegangsovereenkomst (bijvoorbeeld een provincie die vervoerconcessies verleent, of een verlader), maar die niet beschikt over een bedrijfsvergunning. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 95 van 178 Naam, begrip Centraal bediend gebied Conventioneel goederenvervoer Dienstregelingsplanning Emplacement ERTMS ETCS Definitie Een centraal bediend gebied is een gebied op het spoorwegnet, waarbinnen de samenhang van rijweginstelling en spoorbezetting vanuit één systeem wordt bewaakt en waar de bediening van individuele infraobjecten en de rijweginstelling plaatsvindt vanuit één centraal punt. Conventioneel goederenvervoer is goederenvervoer per trein in een pad met karakteristieken die beantwoorden aan de specificaties van het standaardpatroonpad van Keyrail. Dienstregeling Een dienstregeling is een overzicht van het geplande railverkeersproduct van alle spoorwegondernemingen in termen van vertrek-, doorkomst- en aankomsttijden van treinen op dienstregelpunten. Een dienstregeling heeft altijd een bepaalde geldigheid. Toelichting: Het blijkt dat de term dienstregeling voor van alles en nog wat wordt gebruikt. Onder andere voor de productgerelateerde activiteiten en voor het totaal inclusief procesgerelateerde activiteiten. Een dienstregeling/Infraplan geeft op het gebruik van het productiemiddel “Infra” invulling aan een dienstregeling. Tot een emplacement behoren: a. alle sporen, aangeduid met een cijfer; b. de spoorgedeeltes van het wisselcomplex; c. alle aan de sporen als bedoeld sub a en b grenzende sporen tot een maximale afstand van 200 meter * voor het toegangssein van dat emplacement, tenzij door de beheerder is aangegeven middels een bord (SR 302) dat op dit spoor niet kan worden gerangeerd of beperkingen gelden ten aanzien van het rangeren. Toelichting: Dit is de definitie conform de spoorwegwet. ERTMS is het Europese gestandaardiseerde beveiligingsysteem voor het treinverkeer. Zie ook ETCS en GSM-R ETCS is een onlosmakelijk onderdeel van het ERTMS en heeft betrekking op de signalering, zowel naast het spoor als in de cabine. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 96 van 178 Naam, begrip FTE Gebruiksbeperking Gerechtigde Gevaarlijke stoffen GSM-R Huursporen, huren Definitie Het Forum Train Europe (www.fte-rail.com) is een Europees forum van spoorwegondernemingen voor de internationale productieplanning en de coördinatie van hun dienstregelingen en productieplanning in het Europese spoorverkeer. Een gebruiksbeperking is een afwijking van de normale gebruikwaarde van de railinfrastructuur, zoals: tijdelijke snelheidsbeperkingen (TSB’s), toelatingsnormen en vervoersregelingen, materieel-spooruitsluiting, materieelwisseluitsluiting, belastingbeperking, beperking stroomafname, beperking milieuvergunning/omgevingsvergunning, vervoersbeperking, geluidbeperking. Voorbeelden: vervoersbeperking: Uitgesloten van reizigersvervoer (Betuweroute); beperking milieu/omgevingsvergunning: gevaarlijke stoffen van klasse 1 mogen niet geheuveld worden. Volgens de Spoorwegwet is een gerechtigde een natuurlijk persoon of een rechtspersoon die bevoegd is tot het sluiten van een toegangsovereenkomst met Keyrail; zie artikel 57 van de Spoorwegwet Gevaarlijke stoffen zijn stoffen, die door hun eigenschappen in geringe hoeveelheid al gevaar opleveren voor mens, dier of milieu, gedefinieerd naar: - vervoer conform RID, - externe veiligheid conform Wet Milieubeheer. GSM-R is het draadloze telecommunicatienetwerk voor de spoorsector. Toelichting: GSM-R wordt gebruikt als communicatiemedium zowel spraak (machinist en treindienstleider) als data (tussen de beveiligingssystemen aan wal en in de trein). Het gebruik van infrastructuur zonder dat daarbij sprake hoeft te zijn van een aantoonbare relatie met het vervoersproces. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 97 van 178 Naam, begrip Knooppunt Laad- en losplaatsen (openbare -) Netwerkconfiguratie Niet-centraal bediend Gebied Opstellen Overloopvoorzieningen Definitie Een knooppunt is een dienstregelpunt of een verzameling (naburige) dienstregelpunten die een rol spelen bij de processen van treindienst. Er zijn drie soorten knooppunten: - infraknooppunt: proces = planning, verdeling en vrijgeven van infra; een knooppunt, waar minimaal drie vrije banen samenkomen is ook een infraknooppunt. - materieelknooppunt: proces = planning en uitvoering van materieelbehandelingen en rangeren. - personeelknooppunt: proces = planning en besturing van de personeelsdiensten. Openbare laad- en losplaatsen zijn locaties niet zijnde private terminals waar goederen op of in wagons kunnen worden geladen en/of gelost. De netwerkconfiguratie (macro topologie) is de weergave van het netwerk van de railinfrastructuur op het niveau van dienstregelpunten (emplacementen, stations, haltes, aansluitingen, bruggen etc.) en de vrije banen. Hierin fungeren de dienstregelpunten als knopen en de vrije banen als de takken. Hierin is een extra verfijning aan te brengen door de takken (hier de vrije banen) nader te preciseren tot de afzonderlijke vrijebaansporen. Deze verfijning is voor sommige plannings- en capaciteitsverdelingsfuncties nuttig wegens het iets verhoogde detailniveau, ter voorkoming van conflictsituaties. Zie ook de Definitie van “vrije baan”. Een niet centraal bediend gebied is een gebied op het spoorwegnet, waarbinnen de samenhang van rijweginstelling en spoorbezetting niet vanuit één systeem wordt bewaakt en waar de bediening van individuele infraobjecten en de rijweginstelling lokaal plaatsvindt onder de supervisie van de treindienstleider met minimale bevoegdheid. Opstellen is het tijdelijk laten staan van materieel dat tijdens die stilstand niet opgenomen is in de dienstregeling en geen rangeerbewegingen uitvoert. Een overloop is een voorziening om op een vrije baan van spoor te wisselen via (minimaal 2) wissels. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 98 van 178 Naam, begrip Pad Prestatieregeling Rangeerbeweging RNE Slot Spoor Spooraansluiting Spoorwegonderneming Spoor- en Baanvakgeometrie Definitie Een pad is een beweging als conflictvrije invulling voor een slot. Volgens Richtlijn 2001/14/EG is een treinpad: De infracapaciteit die nodig is om een trein in een bepaald tijdvak tussen twee plaatsen te laten rijden. Synoniem:treinpad, standaardpatroonpad. Toelichting: De lijn voor een trein op de tijd-weggrafiek tussen begin- en eindpunt en de daarbij behorende vertrek- en aankomsttijdstippen, binnen de daarvoor beschikbare infracapaciteit (dus in die zin conflictvrij). Een regeling inzake de wederkerige prestaties van de beheerder of de exploitant en de spoorwegonderneming; een vergoedingssysteem kan daarvan deel uitmaken. Een verkeersbeweging binnen de begrenzing van een emplacement of een materieelknooppunt. RailNetEurope is een Europees samenwerkingsverband van beheerders van spoorweginfrastructuur op het gebied van capaciteitsverdeling en operatie. Binnen RNE worden o.a. de internationale dienstregelingsaanvragen gecoördineerd en afgestemd. (www.rne.eu). Een slot is een in tijd en ruimte aaneengesloten samenstel van één of meer infracapaciteitseenheden, dat ruimte biedt aan een geldig infragebruiksdoel van de railinfrastructuur. Een spoor is een ononderbroken, benaamd deel van een spoortak, eenduidig begrensd door daarvoor geldige spoorgrenzen en bedoeld als van- of naar-locatie voor een beweging, danwel als opstelplaats voor materieel. Een spooraansluiting is een aansluiting van het terrein van één bedrijf door middel van een spoor en een wissel aan het spoorwegnet Een onderneming waarvan de (voornaamste) activiteit bestaat uit het leveren van spoorwegvervoerdiensten voor goederen of reizigers en die beschikt over tractie om de bedoelde diensten te verzorgen alsmede iedere andere onderneming die gebruik maakt of beoogt te maken van de spoorweg en ook beschikt over tractie. Spoor- en baanvakgeometrie is de ligging van sporen en baanvakken uitgedrukt in meetkundige termen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 99 van 178 Naam, begrip Definitie Stilstaan (parkeren, huren) Stilstaan is het gebruik van infrastructuur voor logistieke processen die geen rechtstreeks verband hebben met een dienstregeling dan wel vervoersproces. Er is sprake van parkeren buiten procestijden. Storing Niet- of niet juist werkende functionaliteit van de spoorweginfrastructuur. Tankplaat Een tankplaat is een bodembeschermende voorziening ten behoeve van het tanken van spoorvoertuigen, al of niet voorzien van een tankinstallatie. Tankinstallatie Een tankinstallatie is een installatie voor de opslag van brandstof, inclusief de mogelijkheden om spoorvoertuigen van brandstof te voorzien op een milieuverantwoorde wijze. Toegangsovereenkomst Een toegangsovereenkomst is een overeenkomst tussen Keyrail en een gerechtigde over het gebruik van capaciteit en bevat in ieder geval bedingen over: a. de door Keyrail te bieden kwaliteit van de hoofdspoorweginfrastructuur, b. de gebruiksvergoeding. Zie ook art. 59 van de Spoorwegwet Tonmetergewicht Een tonmetergewicht is het gewicht in tonnen dat een trein gemiddeld per strekkende meter weegt. Traject Verbinding tussen twee plaatsen met betrekking tot voer- of vaartuigen die de betreffende weg geregeld afleggen Treindienst- en Organisatie van mensen en systemen, die gericht is op het: Verkeersleiding - zorgen voor spoorwegveiligheid, - toedelen en verdelen van railinfrastructuurcapaciteit in de operationele fase, - vrijgeven van rijwegen aan infrastructuurgebruikers, - bij verschil tussen gevraagde en beschikbare rijwegen het procesplan rijwegen opnieuw vaststellen en hierover informatie verstrekken, - bij een calamiteit nemen van de juiste maatregelen en vervolgens melden van de calamiteit. Treinpad Synoniem: zie pad Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 100 van 178 Naam, begrip Verkeersgebruik Definitie Verkeersgebruik is het gebruik van de capaciteit van de infrastructuur voor verkeer. Dit in tegenstelling tot het gebruik van de infrastructuur voor beheer. Toelichting: Verkeer is te onderscheiden in rijdend en stilstaand verkeer. Beheer is het maken, onderhouden en vernieuwen van de infrastructuur. Verkeersinformatie Informatie over de verkeersstatus op de hoofdspoorweginfrastructuur, zonder specifieke informatie op treinniveau. Dit betekent dat Keyrail aangeeft hoe de situatie is en zal zijn (bijvoorbeeld twee sporen versperd, geen treinverkeer mogelijk), waarbij tevens het aanbod/realisatie van vervoer wordt aangegeven; aanbod/realisatie wordt daarbij treinseriegewijs/treinnummergewijs aangegeven. Dit is een verantwoordelijkheid van Keyrail (bijsturing treinverkeer). Keyrail verstrekt deze verkeersinformatie aan de spoorwegondernemingen in het kader van het Basistoegangspakket volgens de bij de toegangsovereenkomst overeengekomen communicatieafspraken. Verstoring Een verstoring is een afwijking van een trein op het verdelingsplan op een dienstregelingspunt boven een vastgestelde normwaarde. Er zijn drie soorten verstoringen: 1. vertragingen groter dan of gelijk aan de onregelmatigheidvertragingsnorm, 2. opheffing waarvoor geen order normale treindienst is ingediend, 3. omleiding waarvoor geen order normale treindienst is ingediend. Toelichting: Zie artikel 23 lid 1 van het Besluit Spoorverkeer. Voorverwarming Voorverwarming is het inschakelen van de verwarming voor dieselmotoren in een spoorvoertuig. Wielbandonregelmatigheid Een wielbandonregelmatigheid is een beschadiging in het loopvlak van een treinwiel. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 101 van 178 BIJLAGE 3: Consultatieverslag Pro Memorie Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 102 van 178 BIJLAGE 4: Baanvakken met gebruiksbeperkingen In deze bijlage zijn alle situaties vermeld, waarin, in afwijking van het interoperabiliteitsprincipe, een bepaalde soort verkeer of vervoer op een baanvak is uitgesloten. Daarnaast kunnen bij het gebruik van baanvakken ook nog andere – niet in deze bijlage vermelde – beperkingen van toepassing zijn (zoals snelheidsbeperkingen of beperkingen in rijwegkeuze) die evenwel geen uitsluitend karakter hebben. Keyrail verschaft spoorwegondernemingen op verzoek nadere informatie over alle geldende functionele/capacitaire beperkingen voor het gebruik van baanvakken en emplacementen. nr 1 Baanvak Botlek-Maasvlakte object Botlekspoortunnel Gebruiksbeperking - Rollend materieel met maximumsnelheid lager dan 80 km/u wordt in beginsel over de Botlekbrug ingelegd in verband met strandingsgevaar. Voor rollend materieel kan een uitzondering worden gemaakt indien de tractie/tonnage hellingshoek toereikend is. - Tijdens de neergaande helling mag alleen de tractie ingeschakeld worden wanneer de snelheid van de trein lager is dan de ter plaatse aangegeven adviessnelheid. De spoorwegonderneming zorgt ervoor dat de maximumsnelheid geldende op het diepste punt van de tunnel niet overschreden wordt. 2 Barendrecht aansluiting – Kijfhoek aansluiting Noord goederensporen (BE, CE en DE) in overkluizing Barendrecht Personenvervoer is niet toegestaan Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 103 van 178 3 Kijfhoek – Zevenaar tunnels en geluidsschermen Betuweroute 4 CUP ValburgNijmegen Betuweroute 5 CUP Valburg-‘sHertogenbosch Betuweroute - Personenvervoer is niet toegestaan. - Bij extreme weersomstandigheden kan Keyrail aanwijzingen geven terzake van verkeer in verband met bijvoorbeeld de beschikbaarheid van bluswater. Extreme weersomstandigheden worden aangemerkt als storingen zoals bedoeld in artikel 7.1 van de Algemene Voorwaarden. spoor Treinlengte inclusief tractie ten hoogste 513 m. in verbindingsboog nabij Elst richting Nijmegen vice versa sporen Treinlengte inclusief tractie ten hoogste 495 m in verbindingsboog (spoor E) respectievelijk 634 m (spoor F). nabij Meteren richting ’s-Hertogenbosch (v.v.) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 104 van 178 BIJLAGE 5: Algemene klachten- en geschillenregelingen Artikel 1. 1. Indien één der partijen meent dat de andere partij de toegangsovereenkomst niet of niet juist nakomt en getracht is om het vermeende al dan niet nakomen van de toegangsovereenkomst door mondeling overleg met de wederpartij te verhelpen, kan deze partij een schriftelijke klacht indienen bij de persoon van de wederpartij die verantwoordelijk is voor dat deel van de uitvoering van de toegangsovereenkomst waarop de klacht betrekking heeft. 2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert de ontvangende partij schriftelijk binnen twee werkdagen met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter oplossing van de klacht waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost wordt. 3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien beide partijen instemmen met de gekozen oplossing van de klacht. 4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks schriftelijk aan de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding (http://www.keyrail.nl/customer_service) van het geschil wordt het geschil en de ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven wat de standpunten van beide partijen met betrekking tot het geschil zijn. 5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf werkdagen na ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen. Afhandeling van geschillen geschiedt bij Keyrail op het niveau van afdelingsmanagement en bij de spoorwegonderneming op een daartoe door de spoorwegonderneming gekozen managementniveau. Indien partijen ervoor kiezen kan een geschil aan een ander managementniveau worden voorgelegd. 6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing. 7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing van de klacht en/of het geschil te komen. Artikel 2. 1. Alle geschillen, met uitzondering van de geschillen als bedoeld in de geschillenregeling capaciteitsverdeling, welke mochten ontstaan naar aanleiding van de toegangsovereenkomst en die niet op grond van Artikel 1 van deze Algemene Klachten- en Geschillenregeling minnelijk geschikt kunnen worden, worden beslecht overeenkomstig Artikel 29 van de Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst. 2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende zaken een geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in Artikel 29 van de Algemene Voorwaarden aangewezen instantie. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 105 van 178 Artikel 3. 1. Indien een belanghebbende meent, dat Keyrail hem oneerlijk heeft behandeld, gediscrimineerd of anderszins heeft benadeeld bij de vaststelling van de Netverklaring, in het bijzonder bij de verwerking van de zienswijze, die hij naar aanleiding van het ontwerp van de netverklaring aan Keyrail heeft kenbaar gemaakt, kan deze belanghebbende een schriftelijke klacht indienen bij de Directie van Keyrail. 2. Na ontvangst van de klacht als bedoeld in het vorige lid reageert Keyrail schriftelijk binnen twee werkdagen met, indien de klacht gegrond wordt geacht, een voorstel ter oplossing van de klacht waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de klacht opgelost wordt. 3. Een klacht is naar tevredenheid afgehandeld indien klager en Keyrail instemmen met de gekozen oplossing van de klacht. 4. Indien een klacht niet naar tevredenheid wordt opgelost is sprake van een geschil indien zulks schriftelijk aan de wederpartij gemeld wordt. In de schriftelijke melding van het geschil wordt de het geschil en de ontstaansgeschiedenis van het geschil omschreven waarbij wordt aangegeven wat de standpunten van beide partijen met betrekking tot het geschil zijn. 5. De partij die de melding als bedoeld in het vorige lid ontvangen heeft, dient binnen vijf werkdagen na ontvangst daarvan het geschil in behandeling te nemen. 6. Een geschil is opgelost indien beide partijen kunnen instemmen met de gekozen oplossing. 7. Indien sprake is van een klacht en/of geschil spannen beide partijen zich in om tot een oplossing van de klacht en/of het geschil te komen. Artikel 4. 1. Alle geschillen omtrent de Netverklaring, welke niet op grond van artikel 3 minnelijk geschikt kunnen worden, kunnen overeenkomstig artikel 71, lid 1 Spoorwegwet worden voorgelegd aan de ACM. 2. Deze klachten- en geschillenregeling laat het recht van partijen onverlet om in spoedeisende zaken een geschil direct aanhangig te maken bij de daartoe in artikel 71, lid 1 Spoorwegwet aangewezen ACM. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 106 van 178 BIJLAGE 6: Operationele voorwaarden, werkwijze onrechtmatig gebruik huursporen, operationele regels ketenregie, huisregels Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 107 van 178 DEEL A: ALGEMEEN Onderstaande voorwaarden zijn Betuweroute-specifiek. Voor de overige onderwerpen gelden de Operationele Voorwaarden Toegangsovereenkomst ProRail 2016 (versie 1 september 2014). 1. Verkeersafwikkeling 1.1. Bijsturing Bij ontregelingen herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit over de betrokken spoorwegondernemingen. De technische ontwerpnormen (zie bijlage 16 van de Netverklaring) en de treinpadencatalogus vormen hiervoor het kader. Keyrail kan op verzoek van individuele spoorwegondernemingen of combinaties daarvan specifieke afhandelingsafspraken maken, mits de afspraken zich in positieve zin verhouden tot de in artikel 16 lid b59 van de Spoorwegwet genoemde verplichting van de beheerder. Indien zich een ontregeling voordoet waarover op voorhand een specifieke afhandelingsafspraak is gemaakt, herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit volgens deze afspraak. In geval van ontregelingen waarover géén specifieke afspraken zijn gemaakt, herverdeelt Verkeersleiding Kijfhoek de beschikbare infracapaciteit volgens de basisafspraken. Het aspect bijsturing heeft raakvlakken met de prestatieregelingen in hoofdstuk 6. 1.1.1. Basisregels bijsturing Betuweroute Algemeen Vertraging kan diverse oorzaken hebben. De basisregels voor bijsturing staan echter los van die oorzaken zo lang het dienstregelingsysteem van dat moment geen aanpassing behoeft anders dan een tijdelijk aangepaste tijdligging. Overschrijdt een trein zijn vertragingsmarge, dan vervalt het recht op het geplande treinpad en maakt Verkeersleiding Kijfhoek een herplanning voor deze trein op specificatie van de betrokken spoorwegonderneming. Een herplande trein heeft dezelfde status als andere treinen in het actuele verdelingsplan. Basisregels De “basisregels” dekken een substantieel deel van de voorkomende ontregelingen af. Keyail hanteert drie niveaus van bijsturing. 59 “Het beheer omvat de zorg voor een eerlijke, niet-discriminerende verdeling van de capaciteit van de infrastructuur […] ten behoeve van de spoorwegondernemingen”. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 108 van 178 Niveau 1: Zo lang er voldoende capaciteit is (cq voldoende beschikbare treinpaden zijn) handelt Keyrail het actuele dienstregelingsmodel vertraagd af conform het beginsel van het “minimaliseren van de integrale vertraging”, totdat het systeem na verloop van tijd weer in zijn oorspronkelijke planning terugkeert. Niveau 2: Indien voldoende capaciteit ontbreekt (dit kan zich voordoen op lokaal niveau maar ook op het niveau van het gehele net van Keyrail) treedt Keyrail in overleg met ProRail Verkeersleiding en/of DB Netze om te bezien of herroutering via andere netten mogelijk is. Niveau 3: Indien voldoende capaciteit ontbreekt, en op het gemengde net is geen geschikte capaciteit voor handen (zie niveau 2), hanteert Keyrail het beginsel van “fair share”. Binnen dit beginsel krijgen uitgaande treinen voorrang boven binnenkomende treinen. Treinen van andere spoorwegondernemingen hebben voorrang op de vertraagde of gestrande trein van de ene spoorwegonderneming. Keyrail streeft er naar om verdringing tussen treinen in het gebruik van geplande infracapaciteit te voorkomen, tenzij verdringing bijdraagt tot een sneller herstel van de gewone dienstregeling. Van verdringing is sprake als: de afhandeling van een vertraagde trein er toe leidt dat aanliggende (benutte) treinpaden hinder ondervinden; de treinen in een andere volgorde (moeten) gaan rijden. Bijzondere omstandigheden Wanneer Verkeersleiding Kijfhoek zich genoopt ziet (of door een of meer partijen daartoe verzocht wordt) van de basisregels af te wijken geschiedt dit uitsluitend na overleg met alle betrokken partijen. 1.1.2 Trajectgedeelte Zevenaar – Zevenaar Grens Bijsturing op dit trajectgedeelte vindt plaats volgens de SLA ProRail-Keyrail. Zie voor een samenvatting van de daarin genoemde basisprincipes bijlage 7. 1.1.3 Monitoring Keyrail zal het resultaat van het te voeren overleg met de betrokken spoorwegondernemingen opnemen in deze netverklaring. 1.1.4 Beslisboom Zie volgende bladzijde. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 109 van 178 1 Berijdbaar aangepaste snelheid? nee Treindienst stopt op dit deel van de infra nee Gewone systeemstoring Import van vertragingen Infrastoring sein, wissel, brug, bladval Andere rijwegen mogelijk? Materieelstoring, trein blijft staan Staat trein in de weg? 2 nee Treindienst gaat ongehinderd verder ja Andere rijwegen mogelijk? ja Treindienst stopt op dit deel van de infra nee ja ja Treindienst gaat ongehinderd verder Potentiële effecten op treindienst? nee = als andere treinen buiten hun pad (moeten) gaan rijden ja Specifiek afhandelingsscenario? ja Voldoende capaciteit? nee Specifiek afhandelingsscenario? ja ja nee Toepassing specifiek scenario Basisregels: vertraagd in stand houden nee Overleg met ProRail daarna Fair Share principe Toepassing specifiek scenario 1 Proces Control zet parallel proces in gang : functieherstel. Dit proces eindigt met een vrijgavemelding door de procesaannemer VL VL Kfh 2 Proces Control geeft – indien nodig – aanwijzing aan spwo tot herstel. Eventueel trein weg laten zetten om probleem te isoleren buiten de normale treindi Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 110 van 178 1.1.5 Wijzigingsprocedure bijsturingsafspraken De noodzaak voor de invoering van een specifieke afhandelingsstrategie of wijziging van de in deze paragraaf genoemde basisregels kan worden geconstateerd door een spoorwegonderneming of door Keyrail. Een spoorwegonderneming kan een verzoek tot wijziging indienen bij het Customer Service van Keyrail op e-mailadres [email protected] . Keyrail zal een concept voor een nieuwe afhandelingsstrategie opstellen en die voorleggen aan alle betrokken belanghebbenden. De spoorwegondernemingen hebben de gelegenheid om binnen 10 werkdagen te reageren op het voorstel van Keyrail, waarna Keyrail de nieuwe afhandelingsstrategie vaststelt. De nieuwe strategie wordt van kracht met ingang van een nieuwe wijzigingsbladperiode. Tot het moment dat de nieuwe afhandelingsstrategie definitief is hanteert Keyrail de bestaande regels. 1.1.6 Nieuw toetredende spoorwegondernemingen Nieuw toetredende spoorwegondernemingen vallen onder de vigerende afhandelingsstrategieën. Indien een nieuw toetredende spoorwegonderneming van mening is dat de afhandelingsstrategie moet worden gewijzigd, kan hij een verzoek tot wijziging als bedoeld in paragraaf 1.1.5 indienen bij Keyrail. 1.2 Vertrekprocedure Stap 1: Voormelding van gewijzigde TBT aan Verkeersleiding uiterlijk 30 minuten voor vertrek De spoorwegonderneming meldt uiterlijk 30 minuten voor vertrek voorziene vertragingen en wijzigingen van de karakteristieken (waaronder lengte en tonnage) van een trein, die zijn vastgelegd in de treinbewegingstabel (TBT) aan Verkeersleiding Kijfhoek op het moment dat redelijkerwijs te voorzien is dat de trein niet meer in het overeengekomen pad kan rijden. stap 2: Levering wagenlijst uiterlijk 15 minuten voor vertrek De spoorwegonderneming draagt er zorg voor dat de wagenlijst uiterlijk 15 minuten voor vertrek in bezit van Keyrail is. De wagenlijst wordt ingediend via OVGS. Keyrail ontvangt automatisch een bevestigingsmail van OVGS in verband met ontvangst wagenlijst. De wagenlijst dient de informatie te bevatten zoals omschreven in de ‘Handleiding aanleveren beladingsgegevens’ zoals gepubliceerd op www.keyrail.nl. Keyrail beschouwt treinen waarvan 15 minuten voor vertrek geen wagenlijst aanwezig is als geannuleerd door de spoorwegonderneming. Keyrail belegt de afweging voor het spoorgebruik, op basis van de wagenlijst, bij Verkeersleiding Kijfhoek. Verkeersleiding Kijfhoek geeft een eventuele beperking van de rijweginstelling mee aan Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 111 van 178 de treindienstleider. Verkeersleiding Kijfhoek hanteert de wagenlijst voor zowel vertrekkend als binnenkomend verkeer60. Stap 3: Melding van onvoorziene vertrekverhindering door de machinist De machinist meldt treindienstleider iedere omstandigheid die ertoe leidt dat zijn trein niet (of niet meer) op de overeengekomen tijd kan vertrekken, zo spoedig mogelijk na de constatering van die omstandigheid. stap 4: Levering treinpad door Keyrail (30 seconden voor vertrek) Van levering van een treinpad is sprake als Verkeersleiding uiterlijk 30 seconden voor het laatstelijk overeengekomen vertrektijdstip het sein uit de ‘stand stop’ zet. stap 5: Daadwerkelijk vertrek door de spoorwegonderneming De spoorwegonderneming is verplicht om binnen drie minuten, na levering van het treinpad door Verkeersleiding, daadwerkelijk te vertrekken. Indien de trein niet binnen drie minuten vertrekt is Keyrail gerechtigd om het sein in bijzondere omstandigheden te herroepen (zie hierna). Bijzondere omstandigheden Verkeersleiding mag het sein terugbrengen in de stand stop: bij gevaar, in geval van bijsturing, nadat er contact is geweest met de machinist, wanneer de treindienstleider er zeker van is dat er geen machinist aanwezig is op of bij de trein. In het laatste geval dient de spoorwegonderneming een nieuwe capaciteitsvraag in te dienen. 2. Milieu Bij afspraken voor informatielevering in het kader van de aanvraag of wijziging van c.q. het opereren onder een milieuvergunning/omgevingsvergunning wordt van de spoorwegonderneming verwacht dat die binnen de per geval gestelde termijnen de gevraagde informatie levert. Deze informatie betreft de voor milieuvergunning/omgevingsvergunning relevante processen en activiteiten die de spoorwegonderneming op het desbetreffende emplacement uitvoert, of wil gaan uitvoeren. 60 Voor wat betreft binnenkomend verkeer zal Keyrail overleg voeren met de andere beheerders om de wagenlijst uit te breiden met treinlengtegegevens Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 112 van 178 3. Overig 3.1 Procedure voor de bediening van infra-elementen (inclusief ERTMS) Alle spoorwegondernemingen die een toegangsovereenkomst hebben gesloten met Keyrail dienen er voor te zorgen dat in voorkomende situaties het bedienen van infra-elementen door het betrokken personeel (rechtmatige gebruikers) van de spoorwegondernemingen plaatsvindt op oordeelkundige wijze. De wijze van bediening is vastgelegd in gebruiksvoorschriften. Spoorwegondernemingen dienen er voor te zorgen dat de desbetreffende medewerkers de betrokken gebruiksvoorschriften kennen en dat zij deze voorschriften naleven. Iedere spoorwegonderneming dient zich dan ook via de OSS van Keyrail op de hoogte te stellen van de voor zijn medewerkers van toepassing zijnde gebruiksvoorschriften. Het betreft hier bijvoorbeeld de bediening van een wisselgrendel, maar ook procedures rondom ERTMS, zoals ERTMS Keymanagement. De gebruiksvoorschriften richten zich tot de directe en indirecte gebruikers, en omvatten ook de maatregelen ter waarborging van de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de specifiek informatie die bij het gebruik van bepaalde infrastructuurelementen wordt gewisseld. 3.2 Lokale bedrijfsregels Keyrail hanteert lokale bedrijfsregels ter bevordering van een veilige en efficiënte afwikkeling van het treinverkeer waarbij rekening gehouden worden met lokale omstandigheden. Deze lokale bedrijfsregels zijn te vinden in bijlage 22. Als aanvullende dienstverlening biedt Keyrail op de internetsite www.keyrail.nl een overzicht aan met daarin de relevante operationele eisen uit de omgevingsvergunningen. Bij afwijkingen tussen de vergunningen en voorschriften enerzijds en de lokale bedrijfsregels anderzijds prevaleren altijd de vergunningen en voorschriften. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 113 van 178 DEEL B PROCEDURE ONRECHTMATIG GEBRUIK HUURSPOREN Indien een onderneming een spoor bij Keyrail huurt, betekent dit dat de betreffende onderneming het gehuurde spoor exclusief mag gebruiken, met uitzondering van calamiteiten. Andere partijen hebben geen recht op en toegang tot gebruik van het gehuurde spoor. Het betreft gebruik van infrastructuur zonder dat daarbij sprake hoeft te zijn van een aantoonbare relatie met het vervoersproces. Een huurspoor wordt door middel van een huurovereenkomst overeengekomen tussen Keyrail B.V. en een gerechtigde61. Indien een andere spoorwegonderneming met toestemming van de initiële huurder kortstondig gebruik maakt van het gehuurde spoor, dan geeft initiële huurder dit schriftelijk aan bij Keyrail Customer Servicedoor middel van e-mail aan [email protected]. Het is wettelijk niet toegestaan huurspoorcapaciteit onder te verhuren aan derde partijen. Gerechtigden die houder en gebruiker van verdeelde capaciteit zijn, mogen derhalve die capaciteit niet overdragen aan andere gerechtigden. Indien de huurder de verdeelde huursporen niet meer nodig heeft, moet de capaciteit binnen de kaders van de huurovereenkomst worden teruggegeven aan Keyrail Capaciteitsverdeling via een e-mail aan [email protected]. Indien een andere spoorwegonderneming zonder toestemming van de initiële huurder een huurspoor gebruikt, is onderstaande van toepassing : de huurder geeft het onrechtmatig gebruik bij Keyrail Customer Service aan door middel van een brief of e-mail aan [email protected]. Hierbij moet de huurder de wagennummers aangeven en of het RID wagens betreft, inclusief de AVV-beplakking (blauw/rood inclusief code) op de wagens en de gevaaridentificatiecode (GEVI) en het stofidentificatienummer (UN) op het oranje kemlerbord. Altijd voorzien van foto’s; Keyrail Customer Service neemt contact op met de onrechtmatige gebruiker. Indien deze niet bekend is, e-mailt Keyrail Customer Service de hierboven weergegeven gegevens naar alle spoorwegondernemingen, met de melding dat het spoor binnen 24 uur schoon gemaakt moet worden. Deze tijdstermijn geldt niet in het weekend en op feestdagen. Meldingen in het weekend en feestdagen worden op de eerstvolgende werkdag verwerkt door Keyrail; indien de onrechtmatig gebruiker niet aan de opgelegde termijn kan dan wel wil voldoen, dan draagt Keyrail zorg voor wegslepen c.q. shunten van de aanwezige treindelen tenzij uit etikettering van voertuigen blijkt dat deze beladen zijn met gevaarlijke stoffen: o de gerechtigde wiens spoor onrechtmatig wordt gebruikt, is na melding aan Keyrail Customer Service zelf eerst gerechtigd is de onrechtmatig opgestelde wagen(s) van zijn huurspoor te (laten) rangeren, o indien de gerechtigde wiens spoor onrechtmatig wordt gebruikt zelf de onrechtmatig opgesteld wagen(s) niet van zijn huurspoor wenst te rangeren, neemt Keyrail Customer Service contact op met een tractieleverancier die 61 artikel 57 van de Spoorwegwet, in combinatie met artikel 2 van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 114 van 178 onderdeel uitmaakt van het shunting agreement en die tractie beschikbaar heeft voor het wegslepen c.q. shunten van de trein/treindelen naar een door Verkeersleiding te bepalen locatie op hetzelfde emplacement, o de tractieleverancier voert de wegsleepopdracht uit en zendt direct na uitvoering van de wegsleepopdracht een e-mail met een schriftelijke bevestiging van de uitvoering van de wegsleepopdracht aan de verkeersleider ([email protected]) en Keyrail Customer Service ([email protected]), met in ieder geval de correcte gegevens van de wagennummers en het spoor op hetzelfde emplacement waarop de wagens c.q. trein zijn opgesteld, Verkeersleiding is verantwoordelijk voor de juiste en tijdige IGS registratie. De volledige aansprakelijkheid voor de trein/treindelen vervalt na het uitvoeren van de wegsleepopdracht, conform de shunting agreement artikel 7: ‘Opdrachtnemer is aansprakelijk voor schade ontstaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zijnde uithalen of plaatsen. Voor schade als gevolg van de rangeerwerkzaamheden die optreedt na de volledige loskoppeling is de Opdrachtnemer niet aansprakelijk, tenzij opdrachtgever bewijst dat de schade is ontstaan als gevolg van schuld of grote nalatigheid van Opdrachtnemer en/of diens ondergeschikte tijdens de uitvoering van de Rangeerwerkzaamheden. Partijen zullen elkaar terzake vrijwaren’; de shuntende tractieleverancier stuurt de factuur naar Keyrail, conform de prijzen uit de shunting agreement. Keyrail betaalt deze en belast deze vervolgens door aan de onrechtmatige gebruiker conform de prijzen uit de shunting agreement plus 25% administratiekosten, indien de voertuigen niet te shunten zijn (om wat voor reden dan ook), dan is de onrechtmatig gebruiker verplicht om de rechtmatige huurder de volgende kosten te vergoeden: één maand huurkosten, plus een vergoeding per dag conform onderstaande tabel: Overschrijding 1-6 dagen 7-13 dagen 14- dagen Tarief per dag of gedeelte daarvan, ongeacht locatie 3*dagtarief parkeren locatie A 5*dagtarief parkeren locatie A 7*dagtarief parkeren locatie A Op www.keyrail.nl is een actueel overzicht van verhuurde en nog beschikbare huursporen te vinden. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 115 van 178 DEEL C OPERATIONELE REGELS KETENREGIE Ambitie: Het (internationale) railgoederenvervoer verloopt via verschillende schakels. Het gezamenlijk doel is de goederen veilig, efficiënt en betrouwbaar naar de bestemming te transporteren. Dit vraagt om een integrale planning en afstemming met opeenvolgende partners in de logistieke keten. De ketenpartners hebben als focus de naadloze aansluiting van het vervoersproces: van begin tot eind voor alle treinen. We werken daarbij klant- en marktgericht. Om de markt zo goed mogelijk te bedienen, maken we heldere afspraken over de planning en uitvoering van het transport over het spoor. Eenieder anticipeert op afwijkingen en Keyrail coördineert de optimalisering van de integrale planning. Door regelmatig de prestaties en de ketenafspraken te evalueren met de ketenpartners, verbeteren we continu de prestaties van het spoorproduct. Waar nodig worden structurele verbeterpunten gezamenlijk gerealiseerd. De ingebruikname van de Tweede Maasvlakte leidt tot een grote groei van het spoorgoederenvervoer. Omdat de capaciteit van de railinfrastructuur beperkt is, kunnen we die groei alleen faciliteren door een strakke regie te voeren op de beschikbare capaciteit van het spoor en het spoorvervoer. Veiligheid, efficiëntie en betrouwbaarheid staan hierbij centraal. Doel: Om de ambitie te kunnen realiseren en daarmee de markt zo goed mogelijk te bedienen zijn, is voor de samenwerking in de spoorketen in directe relatie tot de Betuwerouteroute een set met heldere afspraken over de planning en uitvoering van het transport over het spoor overeengekomen tussen de ketenpartners. Deze set met afspraken is vastgelegd in de onderstaande operationele regels. Deze zijn het resultaat van een goede onderlinge afstemming tussen de partijen die zijn benoemd in de hieronder beschreven scope. De operationele regels ketenregie zijn gepubliceerd op: http://www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk_item/t/operationele_spelregels_ketenregie_haven spoorlijn Scope: - Intermodaal vervoer - Participerende partijen: o Keyrail o RSC Waalhaven, ECT en Euromax o Alle intermodale vervoerders met een toegangsovereenkomst Betuweroute Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 116 van 178 Regel 1. Integrale planning De integrale planning met naadloos aansluitende treinpaden, emplacementslots en terminalslots vormt de basis van ketenregie. We maken een integraal plan dat goed uitvoerbaar is in de praktijk. Het uitgangspunt is dat de planning altijd goed moet zijn. Hoe minder we hoeven bij te sturen, des te kleiner is de kans op verstoringen. Keyrail en de terminals maken ieder wijzigingsblad een integrale planning. Het terminalslot is gebaseerd op: − de aanvragen van de vervoerders dan wel intermodale operators, − een actuele inschatting van de aantallen te lossen dan wel te laden containers, − de normtijden in de definitie van het terminalslot, − norm rijtijden vanaf de terminal naar het emplacement en vice versa. Omschrijving werkwijze: De dienstregeling met bijbehorend emplacementslot wordt door Keyrail OSS Planning alleen definitief aan vervoerder verdeeld indien er ook een passend terminalslot is toegewezen door de terminal. Indien de aanvraag niet verdeeld kan worden binnen de beschikbare capaciteit van het integrale plan van Keyrail en de terminal, vindt overleg plaats tussen Keyrail, terminal en aanvrager (vervoerder of authorized applicant). Keyrail OSS Planning van de afdeling Capaciteit & Ketenregie initieert en coördineert dit. Stappen in de totstandkoming van een integrale planning wie wat 1 Vervoerder Aanvraag treinpaden en emplacement slots bij Keyrail 2 Terminal Aanleveren terminalplanning 3 Keyrail Actualiseren systemen (DONNA) Keyrail/ terminals Keyrail/ betrokkenen Voorstel voor oplossing conflicterende aanvragen (treinpad vs. terminalslot en emplacementslot) Bespreken voorgestelde oplossingen conflicterende aanvragen en planning afronden (DONNA en RMS) Verspreiden integraal plan 4 Keyrail 5 Vervoerders Aanvragen en bespreken langlopers met Keyrail en terminals Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 wanneer Sluitingsdata WB* 3 weken voor ingaan WB + iedere twee weken een update na ingang van het laatste WB 2 weken voor ingaan WB 2 weken voor ingaan WB 2 weken voor ingaan WB 2 werkdagen voor ingaan WB Indien van toepassing Pagina 117 van 178 Keyrail/ terminals Keyrail Verdelen van langlopers in het integraal plan 10 werkdagen na aanvraag Verspreiden van aanpassingen in het integraal plan 10 werkdagen na aanvraag *WB=wijzigingsblad De data voor sluiting van wijzigingsbladen zijn gepubliceerd op de Keyrail en ProRail website: http://www.keyrail.nl/servicedesk/servicedesk_item/t/netverklaring_betuweroute http://prorail.nl/vervoerders/verdeling-van-ruimte-op-het-spoor Opmerkingen: – een terminalslot is primair gekoppeld aan de intermodale operator (met daarbij horende vervoerder), – een treinpad en emplacementslot is gekoppeld aan een vervoerder of authorized applicant, – Keyrail is de door participerende partijen aangewezen beheerder van het integrale plan en draagt zorg voor het tijdig verwerken van wijzigingen van het integrale plan. Dit in samenwerking met de terminals en vervoerders. Plannormen Keyrail OSS Planning hanteert in de wijzigingsbladfase en de fase DONNA specifieke dagen onderstaande minimumnormtijden (minuten) voor de integrale planning op het exploitatiegebied van Keyrail: activiteit Locwisselen A (snel = 2 man) Locwisselen B (basis) Locwisselen C (lang = 1 man, inclusief vertrekcontrole) Machinistenwissel Verbindingsproef Remproef Groot (inclusief vertrekcontrole) op terminal Vertrekcontrole (gezamenlijk met grote remproef) Remproef Klein A (snel = 2 man) Remproef Klein B (basis waaronder radioloc) Remproef Klein C (lang = 1 man) Aankomstcontrole minimum normtijd 30 minuten (inclusief verbindingsproef) 60 minuten (inclusief verbindingsproef) 90 minuten (inclusief verbindingsproef) 10 minuten (volgend pad na 10 minuten is mogelijk) 10 minuten (ook bij locwisselen) 60 minuten 60 minuten 10 minuten 30 minuten 60 minuten 60 minuten Keyrail en de terminals hanteren onderstaande maximumnormtijden (minuten) voor de integrale planning: Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 118 van 178 verantwooruitvoerende delijke t.o.v. laad/losslot Binnenrijden vanaf emplacement Mvtw (in minuten) Binnenrijden vanaf emplacement RTW (in minuten) Binnenrijden vanaf emplacement Whz (in minuten) Laden en lossen Vervoerder Vervoerder Voor n.v.t. RTW 10 min. ORT 25 20 min. min. Vervoerder Vervoerder Voor n.v.t.. n.v.t. n.v.t 30 . min. Vervoerder Vervoerder Voor 10 minuten n.v.t. n.v.t n.v.t. . Terminal Terminal Tijdens Remproef en vertrekcontrole Vervoerder Vervoerder Na 10 contai- 20 contai25 containers per ners per uur ners per uur per per kraan uur per kraan per per trein kraan per trein trein De vertrekcontrole kent drie categorieën (zie ook tabel hierna): A (30 min.), B (45 min.), C (60 min.) activiteit RSC ECT EMX De terminals hanteren de volgende maximumnormtijden per categorie vertrekcontrole op de terminals: Zonder luchtkast en zonder grijze wagenmeester Maximale tijd met luchtkast Maximale tijd met grijze wagenmeester Maximale tijd met luchtkast en grijze wagenmeester A. 30 minuten a) Doorgaande RSC treinen naar ECT/EMX en in toekomst APMT en RWG 30 minuten B. 45 minuten C. 60 minuten a) Uitzonderingen in a) Huckepack treinen planning overeen te op RSC komen tussen vervoerder en terminal b) Doorgaande ECT treinen naar EMX en in b) Input via terminal in toekomst APMT en IPO RWG 30 minuten tot 45 minuten tot 40 minuten 55 minuten 30 minuten 30 minuten 30 minuten 30 minuten 30 minuten 45 minuten Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 119 van 178 Regel 2: Terminalslot Door Keyrail, vervoerders en terminals wordt gezamenlijk actief gestuurd op de tijdige uitvoering van het proces op de terminals conform de integrale planning. Regel 3: Tijdig informeren terminal over aantal te laden en te lossen containers en wagenlijst AZ-ZA Het tijdig doorgeven door de vervoerders of intermodale operators aan de terminal van het aantal te laden of te lossen containers. Omschrijving werkwijze (afspraken hierover zijn separaat en aansluitend vastgelegd door terminals, intermodale operators en vervoerders onderling): 1. Intermodale operators geven aantallen containers per trein door aan de terminal(s) en vervoerder, 2. Bij RSC moet de vervoerder de loslijst één uur voor aanvang terminalslot hebben geleverd, de wagenlijst / wagencontainercombinatie twee uur voor aanvang terminalslot en de laadlijst vier uur voor aanvang terminalslot, 3. Bij ECT moet de vervoerder de loslijst één uur voor aanvang terminalslot hebben geleverd, de wagenlijst / wagencontainercombinatie vier uur voor aanvang terminalslot en de laadlijst acht uur voor aanvang terminalslot, 4. RSC en ECT laten treinen niet toe waarvan bovenstaande afspraken niet zijn nageleefd. Het terminalslot vervalt en kan door terminal als alternatief worden ingezet. Indien het werkelijk aantal te laden dan wel te lossen containers sterk afwijkt van de integrale planning heeft dit consequenties voor het behouden van het overeengekomen terminalslot. Een trein kan op het emplacement blijven tot de terminal een alternatief terminalslot aanbiedt. Verkeersleiding Kijfhoek past hierop de emplacementplanning aan. Verkeersleiding Kijfhoek wordt direct bij bekend wording van sterke afwijkingen van het integrale plan per email ([email protected]) geïnformeerd door de terminal en vervoerder. Regel 4: Vervoerder ontvangt transportinformatie tijdig De terminal of intermodale operator geeft op tijd aan de vervoerder door welke containers waar op de trein staan, inclusief informatie over gevaarlijke stoffen conform RID. Omschrijving werkwijze: Transportinformatie dient uiterlijk twee uur vóór het verwachte einde lossen/laden (slot) door de intermodale operator aan de vervoerder te zijn verstrekt. Zo niet, dan blijft de trein op de terminal totdat transportinformatie alsnog is verstrekt. Opmerking: Onder transportinformatie wordt verstaan: wagen-container combinatie, RID gegevens en gewicht. Genoemde tijd van twee uur is nodig voor administratieve controles bij vervoerders. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 120 van 178 Regel 5: Locomotief en machinist zijn op tijd terug op de terminal Omschrijving werkwijze: De machinist levert een wagonset aan bij een terminal conform aanvang terminalslottijd en komt uiterlijk één uur voor einde terminalslot (vertrek) weer terug voor het ophalen van de wagenset. Bij de Euromax-terminal, waar de trein vanaf de terminal rechtstreeks de vrije baan oprijdt, dient de vervoerder te waarborgen dat de juiste wagenlijst in het OVGS uiterlijk vijf minuten voor vertrek naar de vrije baan dient te zijn aangeleverd. Regel 6: Verwachte afwijking van het integrale plan in het vervoer zo snel mogelijk doorgeven Omschrijving werkwijze: Zodra een afwijking van het integrale plan redelijkerwijs mag worden verwacht, wordt deze afwijking door de vervoerder pro-actief gecommuniceerd met de terminal en Verkeersleiding Kijfhoek. Indien de verwachte afwijking gevolgen heeft voor het halen van de terminalslot meldt de vervoerder deze eerst aan de terminal, die binnen vier uur met een alternatief terminalslot komt. Na verkrijging van een nieuw terminalslot communiceert de vervoerder de afwijking en de nieuwe terminalslot met Verkeersleiding Kijfhoek, die daarna de dienstregeling en het emplacementslot herplant. Indien de verwachte afwijking alleen gevolgen heeft voor het halen van het emplacementslot, communiceert de vervoerder alleen met Verkeersleiding Kijfhoek die daarna (de dienstregeling en het emplacementslot) herplant. Opmerkingen: – Informatie-uitwisseling tussen de vervoerder en Keyrail vindt plaats via ISVL of email ([email protected]), – Informatie-uitwisseling tussen Keyrail en de terminal vindt plaats via een standaard email ([email protected]), – Informatie van en naar intermodale operators loopt via de vervoerder. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 121 van 178 Regel 7: Herplannen in geval van afwijkingen van de terminalslots Omschrijving werkwijze: Indien er sprake is van afwijkingen op de terminalslot wordt dit door de terminal aan Verkeersleiding Kijfhoek gemeld. Altijd meldt de terminal deze afwijking ook aan de vervoerder. De vervoerder bestelt op basis van deze afwijking via ISVL een nieuw emplacementslot dan wel een nieuwe dienstregeling. Verkeersleiding Kijfhoek spant zich in om contact te zoeken met de vervoerder in het kader van het zorgdragen voor de integraliteit en de uitvoerbaarheid van het plan. Regel 8: Herplannen van het integraal plan Omschrijving werkwijze: Zodra het integrale plan is herpland door Keyrail, de terminals en de vervoerders, voeren we dit uit in een normale situatie. Regel 9: Shunting van belemmerende treinen Omschrijving werkwijze: Indien een vervoerder niet in staat is zijn trein tijdig uit te halen, kan de terminal Verkeersleiding Kijfhoek verzoeken de trein door een andere vervoerder weg te laten slepen conform de werkinstructie Shunten in het kader van ketenregie. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 122 van 178 DEEL D HUISREGELS Versie: 2.1 van 2 juni 2014 Zie www.keyrail.nl DEEL E BEDRIJFSVERGUNNINGEN Op grond van artikel 57 lid a van de Spoorwegwet moet een onderneming die gebruik wil maken van de hoofdspoorwegen beschikken over een bedrijfsvergunning. Afhankelijk van de aard van de bedrijfsactiviteiten van de betrokken spoorwegonderneming kunnen bij de verlening van de bedrijfsvergunning bepaalde vereisten buiten toepassing blijven, zoals in onderstaande tabel weergegeven. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 123 van 178 BIJLAGE 7: Afspraken ProRail – Keyrail over het baanvak traject Zevenaar – Zevenaar grens In opdracht van Keyrail wordt de taak van het leiden van het verkeer over de infrastructuur, zoals bedoeld in artikel 16 lid 1 onder c van de Spoorwegwet 2003, rechtstreeks en onder verantwoordelijkheid van ProRail verzorgd op de post Kijfhoek op de hoofdspoorweginfrastructuur die Keyrail exploiteert. Regelgeving De uitvoering van de processen vindt plaats volgens de handboeken en werkwijzen Verkeersleiding en Treindienstleiding van ProRail. De uitvoering van de processen vindt plaats volgens de afspraken die ProRail hierover maakt met haar klanten (T.A.D.’s, versperringsmaatregelen, T.I.S.’en, enzovoorts) of conform de afspraken zoals vermeld in de Detacheringsovereenkomst tussen ProRail en Keyrail van 11 juni 2012. Communicatie DB Netze (Duisburg) is voor de grensovergang Zevenaar (baanvak Zevenaar-Zevenaar grens) het operationeel aanspreekpunt voor alle goederentreinen. Voor alle reizigerstreinen (waaronder de ICE) is ProRail aanspreekpunt voor DB Netze. In alle gevallen werkt de treindienstleider van de Post Kijfhoek samen met de Fahrdienstleiter Emmerich. Grensbaanvakovereenkomst Voor beleidszaken is ProRail initiatiefnemer. Keyrail participeert in overleggen met DB Netze aangaande de grensovergang Zevenaar (baanvak Zevenaar-Emmerich). Orderacceptatie orders voor treinen vanaf Emmerich over het gemengde net worden door verkeersleider op de Post Kijfhoek via ISVL doorgezet naar de DVL62 van ProRail. ProRail DVL handelt deze order geheel af tot de interface met aangrenzende infrastructuurbeheerders. ProRail Verkeersleiding is verantwoordelijk voor de tijdige afhandeling en terugkoppeling aan de spoorwegonderneming, orders voor treinen vanaf Emmerich over de Betuweroute worden in het geheel afgehandeld door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek, orders voor treinen vanaf het gemengde net richting Emmerich worden door de DVL van ProRail geheel tot Emmerich afgehandeld, na toetsing door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek, orders voor treinen vanaf de Betuweroute richting Emmerich worden in het geheel afgehandeld door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek, 62 Decentrale verkeersleider(s) Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 124 van 178 in principe wordt er alleen gebruik gemaakt van beschikbare goederen BUP-paden. Bijsturing De bijsturing op het baanvak Zevenaar – Zevenaar grens geschiedt door Verkeersleiding op de Post Kijfhoek. De bijsturing van treinen die over het gemengde net verder rijden geschiedt in samenwerking tussen Verkeersleiding op de Post Kijfhoek en de landelijke Verkeersleiding (LVL) van ProRail. In dit geval is Verkeersleiding op de Post Kijfhoek verantwoordelijk voor communicatie met spoorwegonderneming. De treindienstleider A15-tracé op Verkeersleiding op de post Kijfhoek is verantwoordelijk voor het baanvak Zevenaar – Zevenaar grens . Calamiteitenafhandeling door treindienstleider A15-tracé Verkeersleiding op de Post Kijfhoek is verantwoordelijk voor: juiste en tijdige afhandeling van calamiteiten, juiste en tijdige communicatie aan Back Office, juiste en tijdige communicatie richting spoorwegondernemingen aangaande eventuele gevolgen voor de treindienst. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 125 van 178 BIJLAGE 8: Standaardoverzichten treindienstafwikkeling Keyrail levert aan spoorwegondernemingen, als onderdeel van de dienst ‘leveren treinpad’, een aantal standaard informatieproducten over de treindienstafwikkeling. In onderstaande tabel is opgenomen welke informatieproducten en met welke frequentie en in welk format geleverd kunnen worden. Dit formulier is opvraagbaar via de Customer Service van Keyrail ([email protected]) Relatie: Naam: S.v.p. per rapportage aankruisen welke frequentie en format gewenst is. Rapportage Prestatie monitor per vervoerder Frequentie Dagelijks Format XML Word Excell PDF CSV Excell PDF XML Word CSV Excell PDF XML Word CSV Excell PDF XML Word CSV Excell PDF XML Word CSV Excell PDF XML Word CSV Excell PDF XML Word CSV 1 Wekelijks2 Maandelijks3 Prestatie parkeren per vervoerder Dagelijks Wekelijks Maandelijks Prestatie monitor annuleringen Dagelijks Wekelijks Maandelijks Prestatie monitor punctualiteit Dagelijks Wekelijks Maandelijks Prestatie monitor wagenlijsten Dagelijks Wekelijks Maandelijks Prestatie tonnage detail Dagelijks Wekelijks Maandelijks Prestatie monitor wijzigingen Dagelijks Wekelijks Maandelijks 1 Da gel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur met gegevens va n twee da gen terug. 2 Wekel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur, el ke woens da g met gegevens over de ma a nd tot en met de zonda g va n de voora fga a nde week. 3 Ma a ndel i jks e ra pporta ge om 07.00 uur bi nnen 10 werkda gen na a fl oop va n de vori ge ma a nd. Verzendlijst rapportages(mailadressen): Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 126 van 178 BIJLAGE 9: Specificatie van rapportages De spoorwegonderneming die gebruik maakt van het door Keyrail beheerde net, verplicht zich via de toegangsovereenkomst en de daarbij behorende Algemene Voorwaarden tot het periodiek verschaffen van statistische informatie aan Keyrail over het verkeer en vervoer dat de spoorwegonderneming over het net heeft afgewikkeld. Keyrail vraagt en gebruikt de statistische informatie uitsluitend voor het uitvoeren van de Beheerconcessie en wettelijke verplichtingen (waaronder verplichtingen uit aan Keyrail verleende gebruiks- en milieuvergunningen / omgevingsvergunningen). De Algemene Voorwaarden bevatten een verplichting met betrekking tot het leveren van statistische informatie zoals bedoeld in het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur63. Eigen onderzoek Keyrail De spoorwegonderneming dient Keyrail in de gelegenheid te stellen tot eigen onderzoek van vervoers- en verkeersstromen. Samenhang met andere informatieverplichtingen Naast de rapportageverplichtingen die deze bijlage beschrijft, gelden onverminderd de verplichtingen om Keyrail steeds te informeren over het momentane treinverkeer. De levering van informatie over het momentane treinverkeer ontslaat de spoorwegonderneming niet van de verplichting om soortgelijke gegevens achteraf als statistische informatie te leveren, tenzij daarover tussen de spoorwegonderneming en Keyrail expliciete afspraken zijn gemaakt in de toegangsovereenkomst. Keyrail vraagt aan de spoorwegondernemingen statistische informatie over: omvang en aard van haar verkeers- en vervoersstromen op de door Keyrail beheerde infrastructuur, omvang en aard van haar handelingen op emplacementen. Daarnaast dienen enige (in beginsel openbare) bedrijfsgegevens te worden verstrekt. Spoorwegondernemingen die grensoverschrijdend opereren, leveren en tonkilometer-gegevens uitsluitend voor het Nederlands gedeelte van het grensoverschrijdend parcours. Gegevens over aantallen treinen en treinkilometers in Nederland, de verdeling daarvan over dagsoorten en de uren van het etmaal alsmede gegevens over ongevallen worden door Keyrail uit eigen registraties verzameld. 63 artikel 3 sub f van het Besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 127 van 178 De levering van deze statistische informatie moet Keyrail in staat stellen: te voldoen aan de uit de concessie voortvloeiende verplichting om spoorwegverkeer- en vervoerstatistieken (zoals bedoeld in de EG-verordening 91/2003 d.d. 16 dec 2002) te verstrekken, te voldoen aan op wetgeving gebaseerde verplichtingen met betrekking tot informatieverstrekking over geluidemissies en externe risico’s vanwege het spoorverkeer, te voldoen aan rapportageverplichtingen die zijn opgenomen in aan Keyrail verleende gebruiks- en milieuvergunningen/omgevingsvergunningen, het beleid voor netwerkontwikkeling en verkeersfuncties adequaat te evalueren en nieuw beleid voor te bereiden. Keyrail behandelt de informatie vertrouwelijk. Keyrail zal gegevens over verkeer en vervoer in open vervoermarktsegmenten in publicaties zodanig anonimiseren dat deze niet te herleiden zijn naar een spoorwegonderneming of verlader. De spoorwegonderneming dient bij de gegevens een beschrijving te leveren van de wijze van verzamelen, de eventuele bewerkingsprocedures en de betrouwbaarheid van de geleverde gegevens. Alle gegevens moeten digitaal worden aangeleverd. Partijen komen de precieze vorm waarin de informatie wordt geleverd in de toegangsovereenkomst nader overeen. De gevraagde informatie heeft betrekking op het kalenderjaar, tenzij anders aangegeven. De spoorwegondernemer levert de op een jaar betrekking hebbende gegevens uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het kalenderjaar; de op een kwartaal betrekking hebbende gegevens worden binnen twee maanden na afloop van het kwartaal geleverd. De spoorwegonderneming moet na levering de daarop betrekking hebbende brongegevens nog tenminste een jaar bewaren. Ook kan Keyrail besluiten zelf aanvullend onderzoek te (laten) doen om de informatie verder aan te vullen, als dat voor de uitvoering van zijn taken nodig is. De gevraagde informatie over de verkeer- en vervoersomvang is als volgt gespecificeerd: Naleving geluidproductieplafonds Met betrekking tot de daadwerkelijk gerealiseerde treinenloop en –samenstelling dient inzicht gegeven te worden in de mate van gebruik van de wagencategorie ‘stil materieel’. Aard en omvang van de vervoersstromen De vervoersomvang in tonnen en intermodale vervoerseenheden, uitgesplitst naar herkomst/bestemming en onderscheiden naar goederensoort en soort vervoerseenheid, te weten: goederensoort: NST/R indeling op een detailniveau van 2 digit, conform CBS-indeling, soort vervoerseenheid: bij intermodaal vervoer: het aantal beladen of ledig vervoerde transporteenheden, voor containers en wissellaadbakken tevens uitgedrukt in TEU, Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 128 van 178 de vervoeromvang per kwartaal van gevaarlijke stoffen, in aantallen wagens en tonnage per baanvak en per UN nummer zoals bedoeld in het RID. Rapportages met betrekking tot aard en omvang van handelingen en activiteiten op emplacementen Per kwartaal, te leveren binnen een maand na einde van het kwartaal, wordt per emplacement een rapportage verlangd, gerubriceerd naar soort behandeling waarbij onderscheid gemaakt wordt naar “samenstellen / koppelen van treindelen”, “omhalen van treinen”, “plaatsen / stoten / heuvelen”, “overstand”, risicocategorieën volgens onderstaande tabel: Risicocategorie A Brandbare gassen B2 Giftige gassen B3 Zeer giftig gas-chloor GEVI-nummer 23, 263, 238, 239 26, 268, 265 (exclusief chloor) 265 (enkel chloor UN 1017) C3 Zeer brandbare vloeistoffen D3 Acrylnitril 33, 333, 336 (exclusief Acrylnitril), 338, 339, Hexaan X333, X338 336 (enkel acrylnitril UN 1093) Acrylnitril D4 Zeer giftige vloeistoffen 66, 663, 664, 665, 668, 669, 88, 883, 884, 885, 886, X668, X88, X886 Voorbeeldstof(fen) Propaan Ammoniak Chloor Waterstoffluoride als volgt uitgesplitst: het aantal wagens per risicocategorie per type behandeling, het gemiddeld aantal wagens per aankomende en per vertrekkende trein per risicocategorie, het aantal gelijktijdig aanwezige wagens per risicocategorie per emplacement; de gemiddelde verblijftijd van de behandelde wagens in de risicocategorie ‘brandbaar gas’, overstand/parkeren van wagens (niet zijnde stilstand van een trein in verband met de verkeersafwikkeling, zoals voorbijrijden); gemiddelde duur van wachttijden voor, na of zonder andere behandelingen. Rapportage geluidsbelasting door activiteiten op emplacementen Het algemeen format voor de rapportage over de geluidsbelasting door activiteiten op emplacementen is thans nog in ontwikkeling. In elk geval dienen tenminste de gegevens te worden geleverd zoals beschreven in de voor het desbetreffende emplacement toepasselijke vergunning. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 129 van 178 BIJLAGE 10: Informatieverstrekking door spoorwegondernemingen over de samenstelling van rangeerdelen op havenemplacementen en Kijfhoek Wettelijke basis van deze operationele voorwaarde In het kader van deze operationele voorwaarde moet onder een rangeerdeel worden verstaan: een losse goederenwagen of een groep van meerdere gekoppelde c.q. bij elkaar geplaatste goederenwagens, opgesteld op een emplacementsspoor in afwachting van verdere behandeling in het trein- of rangeerproces. De samenstelling van een rangeerdeel is niet in OVGS bekend. De grondslag voor deze operati0nele voorwaarde is tweeërlei: specifieke voorschriften uit milieuvergunningen/omgevingsvergunningen, en verplichtingen voortkomend uit de aanwijzing tot het hebben van een bedrijfsbrandweer op emplacementen. Omgevingsvergunningen Kortheidshalve wordt verwezen naar de tekst van de betreffende voorschriften uit de vergunning Wm: voorschrift 3.14 (Pernis), 9.12 (Maasvlakte), 4.14 en 4.15 (Waalhaven), 4.12 en 4.13 (zowel Europoort als Botlek) en 2.5.7 (Kijfhoek). Bedrijfsbrandweer Vanwege de (onherroepelijke) aanwijzing tot het hebben van een bedrijfsbrandweer zijn daarmee (ook) de Algemene bepalingen voor Bedrijfsbrandweren Rotterdam van toepassing. Algemene bepaling 9.2 hierin zegt: de overheidsbrandweer wordt bij aankomst voorzien van informatie om doeltreffend te kunnen optreden. Letterlijk schrijft de brandweer in een handhavingsbrief: ‘De huidige procedure voorziet er niet in om bij een calamiteit direct te kunnen aangeven welke stoffen en hoeveelheden aanwezig zijn in de calamiteitenwagon of omliggende wagons die zich bevinden in de effectcontouren.’ Ook de bedrijfsbrandweeraanwijzing voor Kijfhoek zegt: ‘de overheidsbrandweer wordt bij aankomst voorzien van informatie en begeleiding om doeltreffend te kunnen optreden.’ Werkwijze De wijze van aanleveren van bedoelde informatie is beschreven in de ‘Handleiding aanleveren beladingsgegevens’ zoals gepubliceerd op www.prorail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 130 van 178 BIJLAGE 11: Overbelaste infrastructuur Binnen het exploitatiegebied van Keyrail zijn twee emplacementen overbelast verklaard: Waalhaven Zuid en Maasvlakte Oost, en daarnaast de sporen 791 en 792 tussen emplacement Maasvlakte Oost en de bedrijven EMO en Kramer. Zie www.keyrail.nl en klik op de links voor: - capaciteitsanalyse Waalhaven Zuid - capaciteitsanalyse Maasvlakte Oost - capaciteitsanalyse spoor 791 en 792 - capaciteitsvergrotingsplan Waalhaven Zuid - Versie 2 [3 mei 2010] - capaciteitsvergrotingsplan Maasvlakte Oost 2 [3 mei 2010] - capaciteitsvergrotingsplan spoor 791 en 792 [2 december 2011] Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 131 van 178 BIJLAGE 12: Geëlektrificeerde baanvakken; bovenleidingsspanning Baanvak Maasvlakte -Vaanplein Vaanplein – Sophiatunnel Sophiatunnel – Zevenaar Zevenaar – Emmerich Van km 42.000 202.145 3.400 103.750 Tot km 202.145 3.400 103.750 110.936 Bovenleidingspanning 25 kV 1500 V 25 kV 1500 V Op de drie overgangspunten conform bovenstaande tabel zijn spanningssluizen aanwezig met een lengte van de tractieloze zone van 186 m. In de verbindingsboog Geldermalsen – Meteren, vice versa, is een spanningssluis aanwezig met een tractieloze zone van 30 meter. Spanning en stroomafname zijn conform EN 50367. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 132 van 178 BIJLAGE 13: Beweegbare spoorbruggen in het gebied van de Betuweroute Brugnaam Suurhoffbrug Calandbrug Botlekbrug Afkorting SHB CLB BOTBR Waterweg Hartelkanaal Calandkanaal Oude Maas Gemeente Rotterdam Rotterdam Rotterdam Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Baanvak Havenspoorlijn Havenspoorlijn Havenspoorlijn Pagina 133 van 178 BIJLAGE 14: Openbare laad- en losplaatsen Emplacement Ter hoogte van spoor Waalhaven Zuid 379 en 378* * 378 is naar het stootjuk toe gezien, vanaf de hoogte van het dwergsein 226 van spoor 385 veilig te gebruiken Laad-en losplaats Botlek maakt onderdeel uit van het exploitatiegebied van Keyrail. Er is echter geen vergunning voor gebruik aangevraagd en daarom wordt Botlek niet als laad-en losplaats opgenomen. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 134 van 178 BIJLAGE 15: Tankinstallaties binnen het gebied van de Betuweroute Informatie m.b.t. debiet, opslagcapaciteit en exploitant van tankinstallaties locatie Maasvlakte opslagcapaciteit in m3 debiet in l/min 1*100 2*120 Botlek 1*25 1*80 Waalhaven Zuid 1*100 1*120 Kijfhoek 2*50 2*125 exploitant DB Schenker Rail Nederland N.V. DB Schenker Rail Nederland N.V. DB Schenker Rail Nederland N.V. DB Schenker Rail Nederland N.V. De tankinstallatie Maasvlakte West West is op moment van publiceren van deze netverklaring technisch gereed. Zodra Vivens de voorraadtank laat voorzien van diesel, kan er getankt worden. Op enkele tankinstallatie op exploitatiegebied van Keyrail is tanken vanuit de tankwagen niet toegestaan. Voor informatie ten aanzien van levering van brandstoffen en exploitatie van de hierboven genoemde vaste tankinstallaties: http://vivens.info/ Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 135 van 178 BIJLAGE 16: Plannormen dienstregeling en emplacement De plannormen voor het ontwerp van dienstregeling64 op het gebied van spoorwegveiligheid zijn beschreven in de netverklaring 2016 Gemengde net in bijlage 22. De normen gelden voor alle fases van het dienstregeling ontwerpproces en de capaciteitsanalyse. Bepalingen daarin over de reizigersdienst zijn niet van toepassing op de Betuweroute (inclusief Havenspoorlijn). Keyrail hanteert de volgende generieke plannormen voor een praktisch en uitvoerbaar praktische dienstregeling: Activiteit Locwisselen A (snel = 2 man) Locwisselen B (basis) Locwisselen C (lang = 1 man, inclusief vertrekcontrole) Machinistenwissel Minimum normtijd 30 minuten (inclusief verbindingsproef) 60 minuten (inclusief verbindingsproef) 90 minuten (inclusief verbindingsproef) 10minuten (volgend pad na 10 minuten is mogelijk) 10 minuten (ook bij locwisselen) 60 minuten 60 minuten 10 minuten 30 minuten 60 minuten 60 minuten Verbindingsproef Remproef Groot (inclusief vertrekcontrole) op terminal Vertrekcontrole (gezamenlijk met grote remproef) Remproef Klein A (snel = 2 man) Remproef Klein B (basis waaronder radioloc) Remproef Klein C (lang = 1 man) Aankomstcontrole Keyrail en de terminals hanteren onderstaande maximumnormtijden (minuten) voor de integrale planning: Activiteit Binnenrijden vanaf emplacement Mvtw (in minuten) Binnenrijden vanaf emplacement RTW (in minuten) Binnenrijden vanaf emplacement Whz (in minuten) Laden en lossen Verantwoordelijke Uitvoerende T.o.v. laad/losslot Spoorwegonderneming SpoorwegVoor onderneming n.v.t. Spoorwegonderneming SpoorwegVoor onderneming n.v.t.. n.v.t. n.v.t. 30 min. Spoorwegonderneming SpoorwegVoor onderneming 10 minuten n.v.t. n.v.t. n.v.t. Terminal Terminal 10 containers per uur per kraan per 20 containers per uur per kraan per trein Tijdens RSC ECT EMX RTW ORT 10 25 20 min. min. min. 25 containers per uur per kraan per trein 64 De normen in deze bijlage zijn geen uitgangspunt voor het ontwerp van de infrastructuur. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 136 van 178 Remproef en vertrekcontrole Spoorwegonderneming SpoorwegNa onderneming trein De vertrekcontrole kent drie categorieën (zie ook tabel hierna): A (30 min.), B (45 min.), C (60 min.) De terminals hanteren de volgende maximumnormtijden per categorie vertrekcontrole op de terminals: A. 30 minuten B. 45 minuten Zonder luchtkast en zonder grijze wagenmeester a) Doorgaande RSC treinen naar ECT/EMX en in toekomst APMT en RWG Maximale tijd met luchtkast 30 minuten Maximale tijd met grijze wagenmeester Maximale tijd met luchtkast en grijze wagenmeester 30 minuten a) Uitzonderingen in a) Huckepack treinen op planning overeen te RSC komen tussen spoorwegonderneming en terminal b) Doorgaande ECT treinen naar EMX en in b) Input via terminal in toekomst APMT en RWG IPO 30 minuten tot 45 minuten tot 40 minuten 55 minuten 30 minuten 30 minuten 30 minuten 30 minuten Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 C. 60 minuten 45 minuten Pagina 137 van 178 BIJLAGE 17: Aanvraagformulier dienstregelingsontwerp De van toepassing zijnde aanvraagformulieren zijn via de website www.keyrail.nl te downloaden. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 138 van 178 BIJLAGE 18: Overzicht emplacementsporen Keyrail Een compleet overzicht van de emplacementsporen is te vinden op de website van Keyrail via www.keyrail.nl Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 139 van 178 BIJLAGE 19: Inkoop en levering van tractie-elektriciteit en voorwaarden met betrekking tot de dienst “Toegang tot de bovenleiding” Levering van tractie-elektriciteit voor de Betuweroute De inkoop en levering van tractie-elektriciteit voor de Betuweroute wordt verzorgd door de inkooporganisatie CIEBR (Coöperatieve Inkoopvereniging Elektriciteit Betuweroute u.a.) Voor meer informatie over tarieven en voorwaarden voor leveren van tractiestroom, kunt u contact opnemen met: CIEBR, gevestigd aan het Spui 188, 2511 BW, ’s-Gravenhage, www.ciebr.nl . Voorwaarden met betrekking tot de dienst “Toegang tot de bovenleiding”: De Spoorwegonderneming doet aan Keyrail opgave van haar leverancier van tractieelektriciteit. De Spoorwegonderneming benoemt gezamenlijk met de andere Spoorwegondernemingen, die tractie-elektriciteit via het door Keyrail beheerde tractie-elektriciteitssysteem verbruiken, één programmaverantwoordelijke met volledige erkenning, zoals bedoeld in de Systeemcode van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. De programmaverantwoordelijke dient volledige programmaverantwoordelijkheid voor de aansluitingen van het tractieelektriciteitssysteem, inclusief de gevolgen van onbalans, te aanvaarden en Keyrail te vrijwaren van elke aansprakelijkheid die verband houdt met programmaverantwoordelijkheid voor de aansluitingen van het tractie-elektriciteitssysteem. De Spoorwegonderneming levert eenmaal per jaar (voor 15 oktober ) opgave van het verwachte verbruik van tractie-elektriciteit per jaar voor de komende zeven jaren; voor het komende jaar levert de Spoorwegonderneming een opgave van het verwachte verbruik per kwartaal. De spoorwegonderneming levert eenmaal per jaar (voor 15 december) een zo nauwkeurig mogelijke opgave van het verwachte gebruik van tractie-elektriciteit voor het komende kalenderjaar. De Spoorwegonderneming verstrekt aan Keyrail jaarlijks opgave met betrekking tot het gerealiseerde verbruik van tractie-elektriciteit via het door Keyrail beheerde tractieelektriciteitssysteem. Uiterlijk op 1 april doet Spoorwegonderneming opgave over het afgelopen kalenderjaar. De opgave is voorzien van een goedgekeurde accountantsverklaring. Indien de spoorwegonderneming lid is van de inkooporganisaties CIEBR, kan CIEBR namens spoorwegonderneming bovengenoemde opgaven aan Keyrail verstrekken. Keyrail brengt maandelijks een voorschotbedrag voor het gebruik van de dienst in rekening bij de Spoorwegondernemingen die tractie-elektriciteit verbruiken. Keyrail berekent het maandelijks voorschotbedrag op basis van het geschatte verbruik van tractie-elektriciteit door de Spoorwegonderneming in de desbetreffende maand. Keyrail bepaalt het geschatte verbruik door het totale verbruik via het tractie-elektriciteitssysteem pro rate parte op basis van het opgegeven gebruik toe te rekenen aan de Spoorwegonderneming. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 140 van 178 Na afloop van een kalenderjaar berekent Keyrail indien alle Spoorwegondernemingen die tractie-elektriciteit verbruiken opgave hebben gedaan zoals bedoeld bij de vijfde bullet, de definitieve vergoeding voor de dienst voor het desbetreffende kalenderjaar en verrekent de voorschotbedragen. De Spoorwegonderneming verstrekt op verzoek van Keyrail kopieën van leveringsfacturen aan Keyrail en verklaart zich bereid mee te werken aan een jaarlijkse controle van verbruiksgegevens door een onafhankelijke partij. Indien de inkooporganisatie CIEBR ten behoeve van de vaststelling van het verbruik van tractie-elektriciteit per Spoorwegonderneming informatie van Keyrail verlangt over het gebruik van de infrastructuur, zal Keyrail deze informatie verstrekken. Spoorwegonderneming geeft Keyrail toestemming om deze informatie te verstrekken. Keyrail zal CIEBR verplichten tot geheimhouding van de verstrekte gegevens en het gebruik van de gegevens beperken tot het doel waarvoor zij zijn verstrekt. De stroomsterkte per trein is begrensd tot maximaal de stroomsterkte zoals per baanvak omschreven in de Netverklaring, bijlage 12. Levering van brandstoffen De inkoop en levering van brandstoffen in het Keyrail exploitatiegebied wordt verzorgd door de inkooporganisatie VIVENS (Verenigd Inkoop en Verbruik van Energie op het Nederlandse Spoorwegnet). Meer informatie hierover is te vinden in paragraaf 3.6.9 van de netverklaring van ProRail voor 2016. Meer informatie over tarieven en voorwaarden voor leveren van brandstoffen, kunt u vinden op www.vivens.info. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 141 van 178 BIJLAGE 20: Algemene Voorwaarden toegangsovereenkomst Betuweroute 2016 Algemene Voorwaarden Titel I. Algemene bepalingen Definities Voor de toepassing van de Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder: 1. “(Aanvullende) vergunning voor indienststelling”: de vergunning zoals bedoeld in artikel 36, derde lid dan wel vijfde lid, Spoorwegwet. 2. “Algemene Voorwaarden”: deze algemene voorwaarden. 3. “Bedrijfsvergunning”: de vergunning als bedoeld in artikel 28 Spoorwegwet. 4. “Behandelingskosten”: extra bureau- en communicatiekosten, administratiekosten ter afhandeling van het Schadegeval, kosten van herplanning van de bedrijfsproductie en de kosten van personeel dat extra benodigd is gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend voorval de normale bedrijfsproductie belemmert. 5. “Beheerder”: de houder van een concessie zoals bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet. 6. “Concessie”: de concessie als bedoeld in artikel 16, eerste lid Spoorwegwet. 7. “CUI”: de Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst inzake het gebruik van de infrastructuur bij internationaal spoorwegvervoer (CUI – Aanhangsel E bij het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF), Tractatenblad 277 2011 d.d. 28 december 2011). 8. ”Exploitant”: Keyrail B.V. die krachtens een door ProRail B.V. d.d.1 september 2013 verleende volmacht de bevoegdheden van ProRail als de houder van een Concessie mag uitoefenen zoals in die volmacht omschreven. “Derde”: elke andere natuurlijke – en/of rechtspersoon dan Beheerder, Spoorwegonderneming dan wel hun Hulppersonen. 9. “Hulppersoon”: de ondergeschikte of andere natuurlijke – en/of rechtspersoon, van wier diensten Spoorwegonderneming of Exploitant gebruik maakt als bedoeld in boek 6 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW). 10. “Inzetcertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 36, vierde lid, Spoorwegwet, zoals dit luidde op 19 juli 2008. 11. “Netverklaring”: de geldende netverklaring als bedoeld in artikel 58 Spoorwegwet, inclusief de Aanvullingen op die Netverklaring die zijn bekendgemaakt tot en met de dag vóór de dag van ondertekening van de Toegangsovereenkomst. 12. “Ondersteunende informatiediensten”: diensten als bedoeld in paragraaf 5.5 van de Netverklaring. 13. Operationele Voorwaarden”: de Operationele Voorwaarden zoals opgenomen in bijlage 2 van de Toegangsovereenkomst. 14. “Partij”: Exploitant of Spoorwegonderneming. 15. “Partijen”: Exploitant en Spoorwegonderneming. 16. “Proefcertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 34 Spoorwegwet. 17. “Schadegeval”: een schade of een reeks van schades als gevolg van één en dezelfde oorzaak. Artikel 1. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 142 van 178 18. “Operationele regels ketenregie”: de operationele regels ketenregie, opgesteld door de Exploitant, zoals die zijn gepubliceerd in de Netverklaring Betuweroute, inclusief aanvullingen op en wijzigingen van die operationele regels ketenregie van tijd tot tijd. 19. “Spoorvoertuig”: een voertuig bestemd voor het verkeer over spoorwegen. 20. “Spoorwegen”: spoorwegen en daartoe behorende spoorweginfrastructuur als bedoeld in artikel 1 van de Spoorwegwet in beheer bij Beheerder, alsmede andere infrastructurele voorzieningen die gerelateerd zijn aan het spoorverkeer en in beheer bij Beheerder, omschreven in de Netverklaring paragraaf 3.2.1. 21. “Spoorwegonderneming”: een spoorwegonderneming als bedoeld in artikel 1 Spoorwegwet zijnde de wederpartij van Exploitant bij de Toegangsovereenkomst. 22. “Spoorwegwet”: wet van 23 april 2003 houdende nieuwe algemene regels over de aanleg, het beheer, de toegankelijkheid en het gebruik van spoorwegen alsmede over het verkeer over spoorwegen (Staatsblad 2003, 264) zoals nadien gewijzigd. 23. “Toegangsovereenkomst”: de overeenkomst, inclusief de daarbij behorende bijlagen, als bedoeld in artikel 59 Spoorwegwet. 24. “Toerekenbaar”: te wijten aan schuld of aan een oorzaak die krachtens wet, rechtshandeling, regelgeving of in het verkeer geldende opvattingen voor rekening en risico komt van de schadeveroorzakende partij. 25. “Veiligheidscertificaat”: het certificaat als bedoeld in artikel 32 Spoorwegwet. 26. “Wet personenvervoer 2000”: wet van 6 juli 2000, houdende nieuwe regels omtrent het openbaar vervoer, besloten busvervoer en taxivervoer (Staatsblad 2000, 314) zoals nadien gewijzigd. Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en Operationele Voorwaarden De contractuele rechtsverhouding tussen Partijen betreffende de toegang tot en het gebruik van de Spoorwegen is schriftelijk vastgelegd in de Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden en de Operationele Voorwaarden. Door Partijen overeengekomen aanvullingen en/of afwijkingen op de Algemene Voorwaarden en/of op de Operationele Voorwaarden binden Partijen slechts voor zover deze schriftelijk in de Toegangsovereenkomst zijn vastgelegd. In de Toegangsovereenkomst wordt opgenomen wie namens Spoorwegonderneming en wie namens Exploitant optreedt als contractbeheerder. Partijen kunnen in de Toegangsovereenkomst tevens categorieën van functionarissen benoemen die bevoegd zijn namens hen uitvoering te geven aan de Toegangsovereenkomst. In de Toegangsovereenkomst kan de wijze waarop wordt omgegaan met klachten over operationele aangelegenheden nader overeengekomen worden. Indien en voor zover Spoorwegonderneming op grond van een daartoe met Exploitant gesloten overeenkomst van aanneming van werk of opdracht handelt als Hulppersoon van Exploitant ter uitvoering van de aan Exploitant verleende Concessie en daarbij schade ontstaat aan een buitendienst gesteld gedeelte van de Spoorwegen en/of het buitendienst gestelde gedeelte van de Spoorwegen niet voor Spoorwegonderneming beschikbaar is en/of schade ontstaat bij Spoorwegonderneming tijdens het gebruik van het buitendienst gestelde deel van de Spoorwegen, zijn op die schade en/of de niet beschikbaarheid de aansprakelijkheidsbepalingen van de hiervoor bedoelde overeenkomst van toepassing, met uitsluiting van toepasselijkheid van de aansprakelijkheidsbepalingen van Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en Operationele Voorwaarden. Artikel 2. 1. 2. 3. 4. 5. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 143 van 178 Wijzigingsprocedure Toegangsovereenkomst, Operationele Voorwaarden en/of Algemene Voorwaarden Een verzoek tot wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Operationele Voorwaarden welk wijzigingsvoorstel niet dwingend voortvloeit uit wet- en/of regelgeving dan wel een gerechtelijke of arbitrale uitspraak, wordt schriftelijk gedaan en bevat in ieder geval een beschrijving van de voorgestelde wijziging(en) en de gevolgen van de wijziging(en) voor de rechten en plichten van Partijen. Exploitant beoordeelt in ieder geval of door Spoorwegonderneming voorgestelde wijziging(en) non-discriminatoir is (zijn) jegens andere gerechtigden als bedoeld in artikel 57 Spoorwegwet. Partijen spannen zich in om uiterlijk binnen dertig kalenderdagen na ontvangst van een wijzigingsvoorstel tot overeenstemming te komen. Wijziging van de Toegangsovereenkomst, Algemene Voorwaarden en/of Operationele Voorwaarden kan uitsluitend plaatsvinden door middel van een door Partijen ondertekende schriftelijke aanvulling op de Toegangsovereenkomst. Indien krachtens wet- of regelgeving, de Concessie of gerechtelijke of arbitrale uitspraak de Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden en/of de Operationele Voorwaarden dienen te worden gewijzigd, voert Beheerder, indien daartoe in staat gesteld, vooraf overleg met de wet- of regelgever of de concessieverlener, c.q. voert verweer in de gerechtelijke of arbitrale procedure, en spant zich daarbij in om de voor Partijen mogelijk nadelige gevolgen zoveel als mogelijk te voorkomen of te beperken. In geval van een wijziging doet Exploitant daarvan schriftelijk mededeling aan Spoorwegondernemingen onder toevoeging van een voorstel voor wijziging. Exploitant doet dit voorstel met inachtneming van de redelijke belangen van Spoorwegonderneming en spant zich in om eventuele voor Spoorwegonderneming nadelige gevolgen van de wijziging zoveel als mogelijk te voorkomen of te beperken. Indien Spoorwegonderneming niet instemt met de voorgestelde wijziging is Exploitant desondanks gerechtigd de voorgestelde wijziging eenzijdig vast te stellen. In spoedeisende gevallen kan bij toepassing van het voorafgaande lid het in dit lid voorgeschreven overleg en voorstel tot wijziging achterwege blijven. Artikel 3. 1. 2. 3. 4. 5. Vernietiging bepalingen Bij een rechtens onaantastbare vernietiging van één of meerdere bepalingen uit de Toegangsovereenkomst, de Algemene Voorwaarden, dan wel de Operationele Voorwaarden door een daartoe bevoegde instantie, dien(en)t deze bepaling(en) te worden vervangen door een bepaling of bepalingen die zoveel mogelijk overeenkom(en)t met de oorspronkelijke bedoeling van Partijen. Vernietiging van één of meerdere bepalingen tast de geldigheid van de overige bepalingen niet aan. Artikel 4. 1. Titel II. Informatie en geheimhouding Informatieverstrekking 1. Partijen stellen elkaar in kennis van elke gebeurtenis die nakoming van de essentiële verplichtingen uit de Toegangsovereenkomst zou kunnen verhinderen, waaronder in elk geval moet worden verstaan iedere relevante wijziging, schorsing en intrekking van de Concessie van Exploitant dan wel het Veiligheidscertificaat en/of de Bedrijfsvergunning van Spoorwegonderneming. Artikel 5. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 144 van 178 2. Partijen komen in de Toegangsovereenkomst overeen op welke wijze (waaronder mede begrepen tijdstip en frequentie) Spoorwegonderneming de gegevens levert als bedoeld in paragraaf 2.9 van de Netverklaring alsmede welke overige informatie en/of gegevens zij elkaar leveren in het kader van de uitoefening van hun werkzaamheden. 3. Partijen informeren elkaar tijdig indien zij over andere informatie dan bedoeld in het vorige lid beschikken en waarvan zij weten of in redelijkheid behoren te weten dat Spoorwegonderneming dan wel Exploitant deze informatie nodig heeft voor het naar behoren uitvoeren van de Toegangsovereenkomst. Deze verplichting ziet in ieder geval ook op alle relevante veiligheidsinformatie als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EU) Nr. 1078/2012. 4. Indien één der Partijen schade lijdt als gevolg van gedragingen van een Derde of een Hulppersoon verlenen Partijen elkaar, indien mogelijk en voor zover redelijkerwijs te verlangen, medewerking bij het achterhalen van de identiteit van deze Derde of Hulppersoon. 5. Spoorwegonderneming verstrekt aan Exploitant om niet informatie die Exploitant nodig heeft: a. voor het opstellen van een ontwerp-geluidbelastingkaart als bedoeld in artikel 7 van richtlijn 2002/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai (Pb EG L 189) met betrekking tot de geluidsbelasting vanwege de hoofdspoorwegen; b. om de voor Nederland geldende verplichtingen na te leven van Verordening (EG) nr. 91/2003 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 betreffende de statistieken van het spoorvervoer (PbEG L 14); c. voor het opstellen van het nalevingsverslag geluidproductieplafonds als bedoeld in artikel 11.22 Wet milieubeheer. Geheimhouding Partijen zijn verplicht tot geheimhouding van de van elkaar ontvangen gegevens die als vertrouwelijk zijn medegedeeld of waarvan het vertrouwelijke karakter begrepen moest worden. Partijen gebruiken de in het kader van de uitvoering van de Toegangsovereenkomst ontvangen informatie alleen voor de doeleinden waarvoor zij werd verstrekt. Partijen verstrekken de Toegangsovereenkomst, een deel daarvan of daaruit voortvloeiende gegevens, niet aan Derden zonder toestemming van de wederpartij. Onverminderd het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van dit artikel, kan vertrouwelijke informatie zonder toestemming van de wederpartij aan een Derde verstrekt en door deze gebruikt worden indien dit bij of krachtens wettelijke regeling, de Concessie of een gerechtelijke of arbitrale uitspraak, bepaald is. Eveneens mogen Partijen vertrouwelijke informatie gebruiken ten behoeve van hun operationele bedrijfsvoering en voor verzekeringsdoeleinden. Voor zover Spoorwegonderneming via informatiesystemen van Exploitant toegang krijgt tot informatie met betrekking tot capaciteitsaanvragen en/of tot de treindienstafwikkeling van andere gerechtigden behandelt Spoorwegonderneming die informatie vertrouwelijk en onthoudt Spoorwegonderneming zich van het verzamelen, bewerken, doorleveren of anderszins gebruiken van die informatie. Onder voorwaarde van toepassing van een overeenkomstige vertrouwelijkheidclausule verzet Spoorwegonderneming zich niet tegen het via informatiesystemen van Exploitant beschikbaar komen bij andere gerechtigden van informatie over capaciteitsaanvragen of over de treindienstafwikkeling van Spoorwegonderneming. Artikel 6. 1. 2. 3. 4. 5. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 145 van 178 6. Het vijfde lid is niet van toepassing op door Exploitant aan Spoorwegonderneming verstrekte informatie inzake de planmatige en actuele afwikkeling van reizigerstreindiensten, voor zover deze informatie wordt gebruikt voor het informeren van de reiziger. 7. Partijen nemen gepaste maatregelen voor de bescherming van vertrouwelijke gegevens die zijn opgenomen in informatiesystemen. 8. Partijen verplichten hun Hulppersonen tot naleving van de tussen Partijen geldende geheimhoudingsverplichtingen. 9. Exploitant is gerechtigd informatie over de afwikkeling van het treinverkeer beschikbaar te stellen aan zijn Hulppersonen, uitsluitend ten behoeve van gebruik in het kader van de tussen Exploitant en zijn Hulppersoon gesloten overeenkomst tot het uitvoeren van werkzaamheden met betrekking tot het beheer van de Spoorwegen voor zover die Hulppersoon die informatie behoeft in het kader van aan hem door Exploitant opgedragen werkzaamheden voor het beheer van de Spoorwegen. Voor de toepassing van dit artikel wordt Infraspeed Maintenance B.V. aangemerkt als Hulppersoon van de Beheerder. 10. Na beëindiging van de Toegangsovereenkomst blijven de verplichtingen ingevolge dit artikel bestaan. Titel III. Rechten en verplichtingen van Exploitant en Spoorwegonderneming Toegang tot en gebruik van Spoorwegen door Spoorwegonderneming Spoorwegonderneming heeft toegang tot de Spoorwegen en het recht tot gebruik daarvan onder de voorwaarden en op de wijze als bepaald in: a. de toepasselijke nationale en internationale wettelijke bepalingen en de daaruit voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken; b. de Toegangsovereenkomst. Voorafgaand aan de ondertekening van de Toegangsovereenkomst heeft Spoorwegonderneming de hierna vermelde documenten aan Exploitant overgelegd: a. een geldige Bedrijfsvergunning of elk gelijkwaardig document als bedoeld in artikel 30, eerste lid, Spoorwegwet; b. een geldig Veiligheidscertificaat of Proefcertificaat; c. een bewijs dat is voldaan is aan het gestelde in artikel 55 Spoorwegwet. Spoorwegonderneming doet onverwijld, doch in elk geval binnen 14 dagen, schriftelijk melding aan Exploitant van elke gebeurtenis die de geldigheid van de genoemde documenten beperkt of beëindigt. Spoorwegonderneming meldt Exploitant schriftelijk elke wijziging in haar aansprakelijkheidsverzekering voordat deze van kracht wordt, voor zover redelijkerwijs moet worden aangenomen dat zij gevolgen heeft of kan hebben voor de Bedrijfsvergunning. Het is Spoorwegonderneming niet toegestaan Spoorwegen te wijzigen, te beschadigen, te verontreinigen of op een andere manier te gebruiken dan waarvoor zij bedoeld, ingericht of beschikbaar gesteld zijn. Onder verontreinigen als bedoeld in dit lid wordt niet verstaan het storten of doen storten van vaste stoffen of vloeistoffen die vrijkomen bij de normale bedrijfsvoering van Spoorvoertuigen als bedoeld in artikel 19 eerste lid onder b van de Spoorwegwet. Partijen dragen er zorg voor dat hun Hulppersonen voor zover zij betrokken zijn bij de uitvoering van de Toegangsovereenkomst, daaromtrent voldoende geïnstrueerd zijn en dat zij over de daarvoor benodigde kennis en vaardigheden beschikken. Hulppersonen die blijken Artikel 7. 1. 2. 2. 3. 4. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 146 van 178 niet te beschikken over de benodigde kennis en vaardigheden worden –al dan niet op verzoek van een der Partijen- onverwijld van de aan hen opgedragen werkzaamheden ontheven. 5. Spoorwegonderneming is jegens Exploitant verantwoordelijk voor gedragingen van afzenders en geadresseerden als bedoeld in het vervoerrecht die werkzaamheden (doen) verrichten op openbare laad- en losplaatsen en/of emplacementen voor zover Spoorwegonderneming in staat is om de gedragingen feitelijk dan wel juridisch te beïnvloeden. 6. Indien door gedragingen als bedoeld in het vorige lid schade wordt veroorzaakt, is Spoorwegonderneming hiervoor slechts aansprakelijk als de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een Derde en Spoorwegonderneming feitelijk en/of juridisch in staat was om de schadeveroorzakende gebeurtenis te vermijden en de gevolgen daarvan te verhinderen. Deze bepaling laat de aansprakelijkheid van geadresseerden en afzenders voor de door hen te verrichten activiteiten op deze openbare laad- en losplaatsen en/of emplacementen onverlet. Toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten Exploitant voert de door haar te verrichten werkzaamheden in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten uit volgens de in de aan de Toegangsovereenkomst gehechte Service Level Agreement(s) opgenomen niveaus van dienstverlening, of laat deze door een Hulppersoon uitvoeren. Indien de verplichtingen uit hoofde van het eerste lid niet volgens de overeengekomen niveaus van dienstverlening kunnen worden nagekomen, stelt Exploitant Spoorwegonderneming daarvan onverwijld op de hoogte en stelt hij al het redelijke in het werk om alsnog aan de overeengekomen niveaus van dienstverlening te voldoen. Spoorwegonderneming zal de in verband met de in het eerste lid door Exploitant ter beschikking gestelde programmatuur en apparatuur naar behoren behandelen en uitsluitend gebruiken voor het doel waarvoor zij door Exploitant ter beschikking zijn gesteld en deze inhoudelijk niet aanpassen. Indien hiervoor handleidingen of instructies door Exploitant beschikbaar zijn gesteld, dient Spoorwegonderneming en/of diens Hulppersonen deze onverkort toe te passen. Werkzaamheden die Exploitant dient te verrichten als gevolg van gebreken en/of stagnatie van programmatuur en/of apparatuur door onzorgvuldig gebruik, door gebruik afwijkend van de door Exploitant gegeven instructies of door gebruik anders dan door Partijen overeengekomen maken geen onderdeel uit van deze Toegangsovereenkomst. Het intellectueel eigendomsrecht van door Exploitant in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten aan Spoorwegonderneming verstrekte programmatuur berust bij Beheerder. Het intellectueel eigendomsrecht van de gegevens die in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten door Exploitant aan Spoorwegonderneming worden geleverd berust bij Beheerder. Door middel van de Toegangsovereenkomst verstrekt Exploitant aan Spoorwegonderneming een licentie om de hiervoor bedoelde programmatuur en gegevens voor de overeengekomen Ondersteunende informatiediensten te gebruiken op de door Exploitant voorgeschreven wijze. Het vermenigvuldigen en/of openbaar maken en/of commercieel exploiteren van door Exploitant in verband met toegang tot en gebruik van Ondersteunende informatiediensten geleverde programmatuur en apparatuur, dan wel gebruik door of ten behoeve van derden of Artikel 8. 1. 2. 3. 4. 5. 6. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 147 van 178 andere diensten of systemen van Spoorwegonderneming en/of diens Hulppersonen is zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Exploitant niet toegestaan. Verdeling van capaciteit Exploitant draagt zorg voor de verdeling van capaciteit conform de daartoe in de Netverklaring, paragrafen 4.4 en 4.5, alsmede in de Toegangsovereenkomst opgenomen procedures en met inachtneming van het gestelde in het besluit als bedoeld in artikel 61, eerste lid, van de Spoorwegwet. Voor zover de capaciteit in de vorm van paden wordt verdeeld, worden zulke paden voor maximaal de duur van één dienstregelingperiode verdeeld. Het is Spoorwegonderneming niet toegestaan de met haar overeengekomen capaciteit over te dragen aan of te laten gebruiken door een Derde. In geval van nood en indien dit absoluut noodzakelijk is ten gevolge van een storing die de Spoorwegen tijdelijk onbruikbaar maakt, vervalt de verdeelde capaciteit. Op korte termijn dreigende storingen worden daarbij gelijkgesteld met storingen. In geval van een op korte termijn dreigende storing dient Exploitant deze concreet aan te duiden en te motiveren dat herstel op korte termijn noodzakelijk is om te voorkomen dat daadwerkelijk een storing optreedt die de veilige berijdbaarheid van de Spoorwegen en/of een ongestoord verloop van het treinverkeer zou kunnen aantasten. Indien Spoorwegonderneming gedurende een periode van tenminste vier aaneengesloten weken binnen één dienstregelingjaar voor minder dan de in de Netverklaring paragraaf 4.6 te noemen drempelwaarde een treinpad heeft gebruikt, levert Spoorwegonderneming dit treinpad in gedurende de resterende looptijd van dat dienstregelingjaar, tenzij dit te wijten is aan niet economische redenen buiten de wil van Spoorwegonderneming. Exploitant neemt hierbij een opzegtermijn van twee weken in acht. Exploitant behoudt zich het recht voor verdeelde capaciteit te onttrekken of te wijzigen: a. op last van het bevoegd overheidsgezag dan wel ter voorkoming van een dergelijke last indien de last schriftelijk aan Exploitant is medegedeeld voor een voldoende concreet aangeduide situatie; b. in het belang van de openbare orde; c. naar aanleiding van een melding als bedoeld in artikel 7, tweede lid, van deze Algemene Voorwaarden; d. voor zover het capaciteit betreft die benodigd is voor de uitvoering van diensten voor personenvervoer per trein, en Spoorwegonderneming niet langer overeenkomstig de Wet personenvervoer 2000 gerechtigd is die diensten te verrichten. Indien Exploitant gebruik maakt van de bevoegdheid bedoeld in het vorige lid, spant Exploitant zich in om de nadelige gevolgen daarvan zoveel als mogelijk in duur en omvang voor Spoorwegonderneming te beperken. Indien Exploitant van de bevoegdheid bedoeld in het vorige lid gebruik wenst te maken ter voorkoming van een last van een bevoegd gezag, zal hij daarover vooraf overleg voeren met Spoorwegonderneming. Artikel 9. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Gebruik Spoorvoertuigen door Spoorwegonderneming 1. Exploitant is gerechtigd in verband met de aan Exploitant op grond van de relevante nationale en internationale wettelijke bepalingen opgelegde voorschriften en/of de uitvoering van de Concessie en/of een gerechtelijke dan wel arbitrale uitspraak een aanvullende beoordeling van (herstelde) Spoorvoertuigen uit te voeren ten aanzien van die aspecten die in het onderzoek Artikel 10. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 148 van 178 2. 3. 4. 5. 6. 7. voor het Inzetcertificaat of de (Aanvullende) vergunning voor indienststelling buiten beschouwing zijn gebleven. Exploitant kan naar aanleiding van de in het eerste lid bedoelde aanvullende beoordeling aanwijzingen geven en/of voorwaarden en/of beperkingen verbinden aan het gebruik van Spoorwegen of het gebruik van Spoorwegen door de betreffende Spoorvoertuigen uitsluiten. Het resultaat van de beoordeling wordt schriftelijk aan Spoorwegonderneming meegedeeld. Tot de in het tweede lid bedoelde voorwaarden en beperkingen kunnen o.a. behoren: a. het stellen van een herbeoordelingstermijn; b. een herbeoordeling bij wijziging van het Spoorvoertuig; c. het (tijdelijk) toepassen van een klassenindeling; d. het (tijdelijk) toepassen van redelijkerwijs noodzakelijke maatregelen aan de infrastructuur op kosten van Spoorwegonderneming. Spoorwegonderneming stelt aan Exploitant de gegevens beschikbaar met betrekking tot identificatie en inzetmogelijkheden en –beperkingen van de door Spoorwegonderneming ingezette Spoorvoertuigen. Op eerste verzoek van Exploitant toont Spoorwegonderneming van het door haar te gebruiken Spoorvoertuig een geldige EG-keuringsverklaring en/of, voor spoorvoertuigen zoals bedoeld in artikel 39a, onderdeel b, Besluit spoorverkeer, een geldig Inzetcertificaat en/of een ontheffing als bedoeld in artikel 46 Spoorwegwet zoals dit luidde tot 1 april 2012 of een (Aanvullende) vergunning voor indienststelling. De verantwoordelijkheid van Spoorwegonderneming voor een Spoorvoertuig dat Spoorwegonderneming heeft aangebracht, vervalt als een andere spoorwegonderneming dat voertuig vervoert of verplaatst, of aan Exploitant heeft medegedeeld de verantwoordelijkheid voor het voertuig over te nemen. Indien Spoorwegonderneming, behoudens een verkregen ontheffing als bedoeld in artikel 36, negende en tiende lid, van de Spoorwegwet, het verbod als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de Spoorwegwet overtreedt of niet in het bezit is van een geldig Inzetcertificaat of een (Aanvullende) vergunning voor indienststelling en/of Spoorwegen niet gebruikt overeenkomstig de beoordeling als bedoeld in dit artikel, is Exploitant gerechtigd Spoorwegonderneming terstond het gebruik van het desbetreffende Spoorvoertuig op Spoorwegen te ontzeggen en daadwerkelijk te beëindigen. De hiermee verband houdende kosten komen voor rekening van Spoorwegonderneming. Exploitant is eveneens gerechtigd tot gebruiksontzegging ten aanzien van Spoorvoertuigen die voor wat betreft de aspecten waarop zij in het kader van de toelating zijn beoordeeld, niet meer voldoen aan de daarbij toepasselijke technische specificaties. Zulke Spoorvoertuigen mogen, indien verblijvend op de Spoorwegen, uitsluitend na verkregen toestemming van Exploitant en onder daarbij te stellen voorwaarden worden verplaatst door Spoorwegonderneming, onder verantwoordelijkheid van Spoorwegonderneming. Milieu en veiligheid 1. De Spoorwegonderneming mag op een emplacement andere activiteiten dan voor aankomend, vertrekkend of doorrijdend treinverkeer of voor kopmaken of locwisseling, alleen uitvoeren als voor die activiteiten een omgevingsvergunning is afgegeven. Spoorwegonderneming moet Exploitant in de gelegenheid stellen om vooraf te beoordelen of voorgenomen activiteiten op emplacementen passen binnen de verplichtingen van de Wet milieubeheer en de toepasselijke omgevingsvergunning. De Spoorwegonderneming die op Artikel 11. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 149 van 178 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. emplacementen activiteiten uitvoert of wil uitvoeren die vallen onder de vergunningsverplichting, moet zich op de hoogte stellen van de beperkingen en voorschriften die uit de vergunning voortvloeien en deze in acht nemen. Spoorwegonderneming neemt bij het gebruik van Spoorwegen de in paragraaf 3.4.1 en bijlage 9 van de Netverklaring vermelde gebruiksbeperkingen en –voorschriften in acht. Spoorwegonderneming past een milieuzorgsysteem toe dat de naleving van gebruiksbeperkingen en –voorschriften vanwege aan Exploitant verleende omgevings- en gebruiksvergunningen ondersteunt; Spoorwegonderneming stelt de in dat milieuzorgsysteem opgenomen gegevens beschikbaar voor Beheerder. Spoorwegonderneming aanvaardt dat Exploitant die naleving ook anderszins controleert. Indien het gevaar bestaat dat schade door Spoorwegonderneming aan Spoorwegen en/of het milieu wordt toegebracht of reeds is toegebracht en/of de veiligheid van Derden en/of het spoorwegverkeer in gevaar komt of reeds is gekomen door Spoorwegonderneming, dient Spoorwegonderneming zodra zij hiermee bekend is, Exploitant daarvan zo spoedig mogelijk in kennis te stellen. De inkennisstelling laat de wettelijke en contractuele verplichtingen van Spoorwegonderneming onverlet. Exploitant is bevoegd om op grond van relevante nationale en internationale wettelijke bepalingen, de daaruit voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken te bepalen, dat op Spoorwegen of op een gedeelte daarvan, door Exploitant aangewezen spoorgebonden bedrijfsprocessen van Spoorwegonderneming niet, dan wel uitsluitend op door hem daarvoor aangewezen plaatsen en/of onder door hem te geven voorwaarden en/of met gebruikmaking van de daarvoor ter plaatse aanwezige voorzieningen, mogen worden uitgevoerd. Onder bedrijfsprocessen wordt onder meer verstaan: a. in- en uitwendige reiniging van Spoorvoertuigen; b. beproeving van Spoorvoertuigen; c. innemen van brandstoffen; d. opstellen van Spoorvoertuigen; e. afvoer van afval van bedrijfsprocessen en van afval uit Spoorvoertuigen; f. het plegen van inspectie, onderhoud en/of herstellingen aan Spoorvoertuigen. Spoorwegonderneming onthoudt zich van handelen dat overschrijding van de krachtens de Wet milieubeheer geldende geluidproductieplafonds of overtreding van de van belang zijnde voorschriften behorende bij de krachtens de Wet milieubeheer verleende vergunningen tot gevolg heeft. Bij dreigende overschrijding van de in het vorige lid bedoelde geluidproductieplafonds of dreigende overtreding van de in vorige lid bedoelde voorschriften, kan Exploitant aanwijzingen geven aan Spoorwegonderneming. Indien het bevoegd gezag dat is belast met het toezicht op de naleving van een aan Exploitant volgens wettelijk voorschrift verleende vergunning of een voor het gebruik van de Spoorwegen geldend wettelijk voorschrift, een overtreding vaststelt van het bij die vergunning of wettelijk voorschrift bepaalde en daarvan schriftelijk kennis geeft aan Beheerder, stelt Beheerder, bij een vermoeden dat die overtreding feitelijk is begaan door Spoorwegonderneming, Spoorwegonderneming zo spoedig mogelijk en in ieder geval binnen drie werkdagen na het ontstaan van dat vermoeden schriftelijk in kennis van de ontvangst van die kennisgeving. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 150 van 178 9. Spoorwegonderneming en Exploitant treden in overleg met betrekking tot de in de kennisgeving omschreven overtreding zoals bedoeld in het achtste lid en het mogelijk daartegen te voeren verweer. 10. Indien Spoorwegonderneming van oordeel is dat een ander dan Spoorwegonderneming de in het achtste lid bedoelde overtreding feitelijk begaan heeft of dat de overtreding in het geheel niet begaan is, deelt zij dat binnen tien werkdagen na ontvangst van de inkennisstelling schriftelijk en gemotiveerd mede aan de Beheerder. Constateringen van het bevoegd gezag die de Exploitant tot de zijne maakt gelden als bewijs van niet naleving van de voorschriften als bedoeld in dit artikel, tenzij Spoorwegonderneming in haar schriftelijk reactie aan Exploitant ten behoeve van verweer door Exploitant die constateringen uitdrukkelijk en gemotiveerd weerspreekt. 11. Spoorwegonderneming vergoedt de aan Exploitant opgelegde boete danwel de door Exploitant verbeurde dwangsom ter zake van een overtreding als bedoeld in het achtste lid, tenzij Exploitant nagelaten heeft, verweer te voeren tegen die boete of dwangsom in gevallen waarin Spoorwegonderneming Exploitant verzocht had dit te doen en/of nagelaten heeft Spoorwegonderneming in de gelegenheid te stellen verweer te voeren tegen die boete of dwangsom. 12. Spoorwegonderneming stelt aan Exploitant tijdig de nodige gegevens beschikbaar om verweer te kunnen voeren met betrekking tot de in de kennisgeving omschreven overtreding zoals bedoeld in het achtste lid. Exploitant behoudt zich het recht voor, af te zien van in het voeren van verweer indien verweer evident zinloos is dan wel Spoorwegonderneming Exploitant niet van de benodigde gegevens voorziet in welke gevallen Spoorwegonderneming de verbeurde dwangsom of de opgelegde boete aan Exploitant vergoedt. Exploitant informeert Spoorwegonderneming over het verloop van het ingestelde verweer. 13. De kosten van het verweer ter zake van overtredingen zoals bedoeld in het achtste lid komen ten laste van Spoorwegonderneming, met uitzondering van gevallen waarin Exploitant medebelanghebbend is bij het verweer vanwege de mogelijke uitwerking op de gebruiksmogelijkheden van de Spoorwegen of waarin Partijen in overleg zijn overeengekomen verweer te voeren tegen de kwalificatie van de geconstateerde feiten als overtreding en daarbij een andere kostenverdeling zijn overeengekomen. Overslaan vloeistoffen ten behoeve van het laten rijden van Spoorvoertuigen Het is Spoorwegonderneming – buiten de situaties zoals omschreven in de Operationele Voorwaarden – uitsluitend toegestaan voor het milieu schadelijke vloeistoffen ten behoeve van de tractie van Spoorvoertuigen en het in werking stellen en hebben van werktuigen, over te slaan op de daartoe bestemde en door Exploitant aangewezen plaatsen, zoals genoemd in bijlage 21 van de Netverklaring (tankinstallaties). Artikel 12. 3. Maatregelen voor herstel van het treinverkeer 1. Bij een verstoring van het treinverkeer stellen Partijen alles wat redelijkerwijs verwacht kan worden in het werk om zo spoedig mogelijk de verstoring op te heffen en de nadelige gevolgen daarvan zoveel als mogelijk te beperken. 2. Met het oog hierop kan Exploitant onder andere treinen ophouden, langzamer of sneller laten doen rijden, omleiden, inleggen of paden opheffen. Exploitant past daarbij de in de Toegangsovereenkomst vastgelegde regelingen zoals vermeld in onderdeel 2.1 van de Operationele Voorwaarden toe. Artikel 13. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 151 van 178 3. Indien Exploitant in gevallen zoals bedoeld in het tweede lid en in artikel 8, zesde lid, een vervangend treinpad aanbiedt, is de gebruiksvergoeding voor het vervangende pad niet hoger dan die voor het oorspronkelijke treinpad. Medewerking van Spoorwegonderneming Spoorwegonderneming is gehouden aan de operationele regels ketenregie. De Exploitant behoudt zich het recht voor om in overleg met de relevante ketenpartners de operationele regels ketenregie te wijzigen. Wijzigingen zijn van kracht na consultatie van de betreffende aanvulling op de Netverklaring Betuweroute vanaf de datum waarop de Exploitant de wijziging op haar website (www.keyrail.nl) bekend heeft gemaakt. Op aanwijzing van Exploitant is Spoorwegonderneming gehouden tot het verlenen van bijstand bij het opheffen van een verstoring ongeacht de oorzaak daarvan. Indien naar het oordeel van Exploitant noodzakelijk, stelt Spoorwegonderneming hem daarvoor geschikt materieel en/of daartoe geschikte ondergeschikte Hulppersonen ter beschikking. De partij die bijstand verleent bij het wegslepen van Spoorvoertuigen als hiervoor in dit lid 2 bedoeld, zal zich in daarbij dienen te houden aan de normale voorwaarden voor het rijden met een trein van een terminal naar een emplacement. De kosten van de in het eerste lid bedoelde bijstand die worden gemaakt door Spoorwegonderneming die (i) de verstoring niet zelf heeft veroorzaakt, of (ii) in dit geval niet nalatig was in de naleving van de operationele regels ketenregie, komen ten laste van Exploitant. Voor zover een verstoring casu quo nalatigheid in de naleving van de operationele regels ketenregie voor rekening en risico van Spoorwegonderneming komt, is Spoorwegonderneming gehouden om de in het derde lid bedoelde kosten en andere kosten die Exploitant ter opheffing van de verstoring casu quo nalatigheid heeft moeten maken, op eerste verzoek aan Exploitant te vergoeden. De Exploitant kan in dat verband een de partijen bindende regeling met standaardtarieven opstellen. Indien de bijstand verlenende spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de benodigde zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij de bijstand ontvangende spoorwegonderneming en/of bij Exploitant of zelf schade lijdt, komt deze schade voor rekening en risico van de Partij voor wiens rekening en risico de verstoring casu quo de nalatigheid in de naleving van de operationele regels ketenregie komt. Indien de bijstand verlenende spoorwegonderneming, ondanks het in acht nemen van de benodigde zorgvuldigheid bij het verlenen van bijstand, schade veroorzaakt bij een Derde niet zijnde de andere bij de verstoring betrokken partijen casu quo de partijen die uitvoering geven aan de operationele regels ketenregie dan komt deze schade voor rekening en risico van de veroorzaker van de verstoring casu quo de Spoorwegonderneming die nalatig was in de naleving van de operationele regels ketenregie. De veroorzaker van de storing casu quo Spoorwegonderneming die nalatig was in de naleving van de operationele regels ketenregie vrijwaart, indien noodzakelijk, de andere bij de verstoring betrokken partijen casu quo de partijen die uitvoering geven aan de operationele regels ketenregie voor aanspraken tot schadevergoeding van deze Derde(n). Spoorwegonderneming is gehouden tot deelname aan de calamiteitenorganisatie overeenkomstig de in de Toegangsovereenkomst vastgelegde regelingen zoals vermeld in onderdeel 4.1 van de Operationele Voorwaarden. De Exploitant kan naar redelijkheid en billijkheid rijwegen aanwijzen voor roestrijden. Artikel 14. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 152 van 178 Betreden Spoorwegen 1. Voor zover Spoorwegonderneming (Hulp)personen toestaat de Spoorwegen te betreden, geschiedt dit voor risico van Spoorwegonderneming. 2. Spoorwegonderneming draagt er zorg voor dat de in het eerste lid bedoelde (Hulp)personen voldoende geïnstrueerd zijn met het oog op het ordentelijk en veilig betreden van de Spoorwegen. 3. Hulppersonen van Spoorwegonderneming die werkzaam zijn op Spoorwegen dienen zich via dienstkaart of schriftelijke opdracht te kunnen legitimeren als Hulppersoon van Spoorwegonderneming. Artikel 15. Controle en aanwijzingen Exploitant is gerechtigd om, met het oog op de door hem uit te voeren taken en zijn verantwoordelijkheden ingevolge toepasselijke nationale en internationale wettelijke bepalingen, de daaruit voortvloeiende aan Exploitant opgelegde voorschriften en gerechtelijke en/of arbitrale uitspraken, controles uit te voeren en/of noodzakelijke aanwijzingen te geven aan (de Hulppersoon van) Spoorwegonderneming die deze aanwijzingen onverwijld dient op te volgen. In de Toegangsovereenkomst worden de functionarissen van Exploitant aangeduid aan wie de uitoefening van de hier bedoelde bevoegdheid toekomt. De bevoegdheid van Exploitant als bedoeld in het eerste lid kan uitsluitend worden gebruikt met het oog op de bescherming van Spoorwegen, het voorkomen dan wel beheersen van hinder die andere gebruikers van Spoorwegen en de omgeving ondervinden en het veilig en doelmatig gebruik van Spoorwegen. De controles en aanwijzingen dienen de normale bedrijfsvoering van Spoorwegonderneming zo min mogelijk te hinderen en, indien mogelijk, voor Exploitant op de minst bezwarende wijze worden uitgevoerd respectievelijk gegeven. Exploitant heeft uitsluitend toegang tot de voor controle relevante Spoorvoertuigen, installaties en uitrustingen van Spoorwegonderneming. Spoorwegonderneming is gehouden gevolg te geven aan door Exploitant gegeven aanwijzingen als bedoeld in deze Algemene Voorwaarden. Bij het niet onverwijld opvolgen van een rechtmatig gegeven aanwijzing als bedoeld in deze Algemene Voorwaarden, verbeurt Spoorwegonderneming een direct opeisbare boete van € 5.000,- per overtreding, onverminderd het recht van Exploitant om schadevergoeding te vorderen. Indien een serie van overtredingen bestaat uit het niet opvolgen van één en dezelfde aanwijzing, dan is het recht van Exploitant om een direct opeisbare boete van € 5.000,- per overtreding te vorderen beperkt tot maximaal € 25.000,- voor die serie van overtredingen. Indien Spoorwegonderneming geen gevolg geeft aan een door Exploitant gegeven aanwijzing en het direct opvolgen van de aanwijzing door Exploitant noodzakelijk wordt geacht in verband met het voorkomen van schade, dreigend gevaar, beëindigen van een onrechtmatige situatie, overlast en/of spoedige herstel van het treinverkeer als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van deze Algemene Voorwaarden, kan Exploitant de uit de aanwijzing voortvloeiende handelingen en/of werkzaamheden voor rekening en risico van Spoorwegonderneming zelf uitvoeren. Artikel 16. 1. 2. 3. 4. 5. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 153 van 178 Titel IV. Aansprakelijkheid Algemene bepalingen met betrekking tot aansprakelijkheid Het bepaalde in CUI, Titel III, is van overeenkomstige toepassing op de Toegangsovereenkomst gesloten tussen Spoorwegonderneming en Beheerder, voor zover daarvan in deze Titel IV van de Algemene Voorwaarden niet is afgeweken. De in deze Titel IV omschreven beperkingen van de aansprakelijkheid van een Partij zijn niet van toepassing, indien de schade is ontstaan uit een handeling of nalaten van die partij, geschied hetzij met de opzet die schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met de wetenschap dat die schade er waarschijnlijk uit zal voortvloeien. Exploitant en Spoorwegonderneming zijn aansprakelijk voor hun Hulppersonen. Elke vordering van Hulppersonen van Spoorwegonderneming wegens aansprakelijkheid jegens Exploitant met betrekking tot door Exploitant veroorzaakte schade, alsmede elke vordering van Hulppersonen van Exploitant wegens aansprakelijkheid jegens Spoorwegonderneming met betrekking tot door Spoorwegonderneming veroorzaakte schade kan, ongeacht de rechtsgrond, slechts worden ingesteld onder de voorwaarden en beperkingen van de Algemene Voorwaarden. De Behandelingskosten zijn gerelateerd aan het schadebedrag, dat voor de bepaling van de hoogte van de Behandelingskosten bestaat uit de in artikel 18, eerste lid, onderdelen a, b en c en artikel 19, eerste lid, onderdelen a, b en c genoemde schadeposten, en wel zoals in navolgende tabel is aangegeven: Artikel 17. 1. 2. 3. 4. 5. Schadebedrag van € 0,- tot € 100.000,van € 100.000,- tot € 250.000,van € 250.000,- tot € 1.000.000,van € 1.000.000,- tot € 5.000.000,van € 5.000.000,- Behandelingskosten 2,5% van het schadebedrag 2,0% van het schadebedrag 1,5% van het schadebedrag 1,0% van het schadebedrag werkelijke kosten In gevallen dat de schade uitsluitend vermogensschade omvat kunnen de Behandelingskosten bepaald worden op basis van werkelijk gemaakte kosten. Daarbij worden de administratiekosten ter afhandeling van het Schadegeval aan de hand van de volgende tabel vastgesteld, waarbij de referentieschade bestaat uit extra bureau- en communicatiekosten, kosten van herplanning van de bedrijfsproductie en de kosten van personeel dat extra benodigd is gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend voorval de normale bedrijfsproductie belemmert: Referentieschade € 5.000,tot € 10.000,- administratiekosten € 350,- € 10.000,- tot € 30.000,- € 375,- € 30.000,- tot € 50.000,- € 475,- € 50.000,- tot --------- 1% van de referentieschade Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 154 van 178 Indien aansprakelijkheid voor het Schadegeval prompt zonder discussie wordt erkend door Exploitant en prompt betaling van de schade volgt, worden de administratiekosten beperkt tot 50% van de in bovenstaande tabel genoemde bedragen. Aansprakelijkheid Exploitant jegens Spoorwegonderneming 1. Exploitant is jegens Spoorwegonderneming aansprakelijk: a. voor personenschade, te weten dood, verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk letsel; b. voor zaakschade, te weten vernieling of beschadiging van roerende en onroerende zaken; c. voor vermogensschade 4. waarvan de oorzaak in de Spoorwegen ligt en toegebracht aan Spoorwegonderneming of haar Hulppersonen gedurende het gebruik van de Spoorwegen. Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde aansprakelijkheid ook bij het gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende voorzieningen en bij door Exploitant geleverde bijkomende en aanvullende diensten, met inachtneming van het zesde lid ten aanzien van de daar genoemde diensten en/of software. 2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot uitsluitend de hierna te noemen schadecomponenten, steeds onder de daarbij per component vermelde voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van omzet- en winstderving: a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die Spoorwegonderneming verschuldigd is aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomsten of aan andere Derden: - uitsluitend de schadevergoedingen die Spoorwegonderneming op grond van de wettelijke, Europeesrechtelijke of verdragsrechtelijke regelgeving en binnen de grenzen en voorwaarden van die regelgeving gehouden is uit te keren aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomst(en) of aan andere Derden; b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de omvang van de schade: - alle daarvoor gemaakte kosten; c. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van vervangend vervoer alsmede de Behandelingskosten, evenwel uitsluitend in het geval dat door een aan Exploitant Toerekenbare oorzaak Spoorwegonderneming gedurende een tijdvak van meer dan 8 (acht) aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak geen of slechts gedeeltelijk gebruik kon maken van de aan haar verdeelde capaciteit: - de kosten van vervangend vervoer, alsmede de Behandelingskosten; d. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van railvervangend vervoer in Nederland ten behoeve van de direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en goederenzendingen: - de kosten van vervangend vervoer voor die reizigers en goederenzendingen, waarbij onder ‘direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en goederenzendingen’ wordt verstaan de reizigers en/of de goederenzendingen die gebruik maken van een Spoorvoertuig dat bij het schadeveroorzakend voorval is betrokken alsmede de reizigers en de goederenzendingen die gebruik maken van Spoorvoertuigen die een zelfde mate van hinder ondervinden van het Artikel 18. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 155 van 178 schadeveroorzakend voorval in die zin dat de gevolgen voor de betrokken reizigers en/of goederenzendingen in die Spoorvoertuigen dezelfde zijn en op dezelfde manier zijn verholpen; e. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van tijdelijke vervanging van een spoorvoertuig dat als het gevolg van het schadeveroorzakend voorval tijdelijk of blijvend niet inzetbaar is: - uitsluitend de in redelijkheid gemaakte kosten van huur van een spoorvoertuig gedurende de periode waarin Spoorwegonderneming in redelijkheid geen ander spoorvoertuig ter beschikking heeft om het geplande vervoer uit te voeren. 3. Exploitant is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven: a. in geval van personenschade en vermogensschade voortvloeiend uit de door Spoorwegonderneming krachtens de Uniforme Regelen CIV verschuldigde schadevergoeding: 1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden buiten de bedrijfsuitoefening van Beheerder, die Beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; 2. voor zover de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan schuld van de persoon die de schade heeft geleden; 3. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een Derde, dat Beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; b. in geval van zaakschade en vermogensschade voortvloeiend uit de door Spoorwegonderneming krachtens de Uniforme Regelen CIM verschuldigde schadevergoeding, wanneer de schade is veroorzaakt door schuld van Spoorwegonderneming of door een opdracht van Spoorwegonderneming die niet aan Exploitant kan worden toegerekend of door omstandigheden die Exploitant niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon verhinderen; c. in geval van andere vermogensschade dan hiervoor bij sub a en b bedoeld: 1. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door schuld van Spoorwegonderneming of door een opdracht gegeven door Spoorwegonderneming die niet Toerekenbaar is aan Beheerder; 2. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden, zoals overmacht of het gedrag van een Derde die Beheerder, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kon voorkomen. 4. Exploitant is niet aansprakelijk voor schade die Spoorwegonderneming lijdt vanwege een door Exploitant op grond van de Toegangsovereenkomst rechtmatig en met inachtneming van het bepaalde in artikel 15 van de Algemene Voorwaarden gegeven aanwijzing en voor de gevolgen van toepassing van artikel 8, vijfde lid, van de Algemene Voorwaarden. 5. Spoorwegonderneming dient geen verzoeken tot schadevergoeding in bij Exploitant voor vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met uitzondering van de gevallen: a. waarin Exploitant aansprakelijk is op de voet van artikel 6:175 BW; b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan Exploitant Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van Spoorwegen verbonden voorschrift; Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 156 van 178 en met dien verstande dat vergoeding van vermogensschade als bedoeld in lid 2 onder de letter a, alleen wordt verzocht voor zover die vermogensschade groter is dan € 5.000,- per Schadegeval. 6. Exploitant is aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit niet tijdig, inhoudelijk incorrect en/of onvolledig geleverde informatie in het kader van een door Exploitant geleverde dienst en/of software als bedoeld in paragraaf 5.5 van de Netverklaring, voor zover deze schade het gevolg is van het toerekenbaar niet-voldoen door Exploitant aan de overeengekomen niveaus van dienstverlening voor de desbetreffende informatielevering, als bedoeld in artikel 8 lid 1 van deze Algemene Voorwaarden. Exploitant is echter niet aansprakelijk: a. voor indirecte schade, daaronder begrepen gevolgschade, gederfde winst, gemiste besparingen en schade door bedrijfsstagnatie; b. voor zover de schade hoger is dan het bedrag dat Partijen onder de desbetreffende Service Level Agreement als tegenprestatie voor de desbetreffende informatiedienstverlening zijn overeengekomen. Aansprakelijkheid Spoorwegonderneming jegens Exploitant 1. Spoorwegonderneming is ten opzichte van Exploitant aansprakelijk: a. voor personenschade, te weten dood, verwonding of elk ander lichamelijk of geestelijk letsel; b. voor zaakschade, te weten vernieling of beschadiging van roerende en onroerende zaken; c. voor vermogensschade 5. toegebracht aan Exploitant of zijn Hulppersonen gedurende het gebruik van Spoorwegen door de gebruikte Spoorvoertuigen of door de vervoerde personen of goederen. Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde aansprakelijkheid ook bij gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende voorzieningen en bij door Exploitant geleverde bijkomende en aanvullende diensten. 2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot uitsluitend de hierna te noemen schadesoorten, steeds onder de daarbij vermelde voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van schade door omzet- en winstderving: a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die Exploitant verschuldigd is aan Derden: - uitsluitend de schadevergoedingen die Exploitant op grond van de nationale en/of communautaire wetgeving of het internationale recht en binnen de grenzen en voorwaarden van die wetgeving of dat recht gehouden is uit te keren aan Derden; b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de omvang van de schade: - alle daarvoor gemaakte kosten; c. voor de vermogensschade, uitsluitend in het geval dat door een aan Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak het verkeer over de Spoorwegen of een gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van tenminste acht aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak niet of slechts gedeeltelijk kon plaatsvinden: Artikel 19. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 157 van 178 de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van annulering en herplanning van werkzaamheden die gepland waren uitgevoerd te worden gedurende de tijd dat het schadeveroorzakend voorval de normale bedrijfsproductie belemmert en die Toerekenbaar aan dat voorval geen doorgang konden vinden, alsmede de Behandelingskosten. Spoorwegonderneming is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven: a. in geval van personenschade: 1. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden buiten de bedrijfsuitoefening van Spoorwegonderneming, die Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet kon verhinderen; 2. voor zover de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan schuld van de persoon die de schade heeft geleden; 3. indien de schadeveroorzakende gebeurtenis te wijten is aan het gedrag van een Derde, dat Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet kon verhinderen; b. in geval van zaakschade, wanneer de schade is veroorzaakt door schuld van Exploitant of door een opdracht van Exploitant die niet aan Spoorwegonderneming kan worden toegerekend of door omstandigheden die Spoorwegonderneming niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet kon verhinderen; c. in geval van vermogensschade: 1. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door schuld van Exploitant of door een opdracht gegeven door Exploitant die niet Toerekenbaar is aan Spoorwegonderneming; 2. wanneer de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door omstandigheden, zoals overmacht of het gedrag van een Derde die Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan zij de gevolgen niet kon voorkomen. Exploitant dient geen verzoek tot schadevergoeding in bij Spoorwegonderneming voor vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met uitzondering van gevallen: a. waarin Spoorwegonderneming aansprakelijk is op de voet van artikel 6:175 BW jo. 8:1670 e.v. BW; b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan Spoorwegonderneming Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van de Spoorwegen verbonden voorschrift; en met dien verstande dat vergoeding van vermogensschade als bedoeld in lid 2 onder de letter a, alleen wordt verzocht als die vermogensschade groter is dan € 5.000,- per Schadegeval. Spoorwegonderneming vrijwaart Exploitant voor alle schade die ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan Spoorwegonderneming Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van de Spoorwegen verbonden voorschrift. Ingeval van zaakschade aan Spoorwegen wordt enkel en alleen voordeeltoerekening toegepast indien Exploitant daadwerkelijk voordeel ondervindt van het herstel van de zaakschade. Daarvan is alleen sprake indien het herstel van de zaakschade de eerstvolgende gehele vernieuwing van het deel (niet zijnde een enkele component) van de Spoorwegen - 3. 4. 6. 5. 6. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 158 van 178 waarvan de herstelde zaak onderdeel is, met meer dan vijf jaar uitgesteld kan worden ten opzichte van de vóór het Schadegeval door Exploitant gehanteerde planning. Op verzoek van Spoorwegonderneming verstrekt Exploitant de relevante planningen aan Spoorwegonderneming. Bij een beroep op voordeeltoerekening dient Exploitant bewijs bij te brengen van deze planning(en). Onderlinge aansprakelijkheid Spoorwegondernemingen 1. Spoorwegonderneming is jegens een andere spoorwegonderneming aansprakelijk: a. voor personenschade b. voor verlies van of schade aan eigendommen, ongeacht de eigendomspositie c. voor vermogensschade 7. toegebracht aan een andere spoorwegonderneming of haar Hulppersonen gedurende het gebruik van de Spoorwegen door gebruikte Spoorvoertuigen of door vervoerde personen of goederen. Tenzij in de Toegangsovereenkomst anders is overeengekomen geldt dezelfde aansprakelijkheid ook bij gebruik van door Exploitant beheerde bijkomende voorzieningen. 2. De in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid voor vermogensschade is beperkt tot uitsluitend de hierna te noemen schadesoorten, steeds onder de daarbij vermelde voorwaarden en met uitdrukkelijke uitsluiting van schade door omzet- en winstderving: a. voor de vermogensschade bestaande uit schadevergoedingen die de andere spoorwegonderneming verschuldigd is aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomsten of aan andere Derden: - uitsluitend de schadevergoedingen die de andere spoorwegonderneming op grond van de nationale en/of communautaire wetgeving of het internationale recht en binnen de grenzen en voorwaarden van die wetgeving of dat recht gehouden is uit te keren aan wederpartijen bij haar vervoerovereenkomsten of aan andere Derden; b. voor de vermogensschade bestaande uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten van berging en bereddering met inbegrip van de kosten van tijdelijke faciliteiten voor het daarbij betrokken personeel, uit de kosten van deskundigen, uit Behandelingskosten en uit de in redelijkheid gemaakte redelijke kosten voor de vaststelling van de aansprakelijkheid en de omvang van de schade: - alle daarvoor gemaakte kosten. c. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van vervangend vervoer binnen Nederland alsmede de Behandelingskosten, uitsluitend in het geval dat door een aan Spoorwegonderneming Toerekenbare oorzaak het verkeer over de Spoorwegen of een gedeelte daarvan gedurende een tijdvak van tenminste acht aaneengesloten uren gerekend vanaf het begin van het optreden van die oorzaak niet of slechts gedeeltelijk kon plaatsvinden: de voor dat vervangend vervoer (door derden) in rekening gebrachte kosten: - de kosten van vervangend vervoer, alsmede de Behandelingskosten. d. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van railvervangend vervoer in Nederland ten behoeve van de direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en goederenzendingen: - de kosten van vervangend vervoer voor die reizigers en goederenzendingen, waarbij onder ‘direct bij het schadeveroorzakend voorval betrokken reizigers en goederenzendingen’ wordt verstaan de reizigers en/of de goederenzendingen die Artikel 20. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 159 van 178 gebruik maken van een Spoorvoertuig dat bij het schadeveroorzakend voorval is betrokken alsmede de reizigers en de goederenzendingen die gebruik maken van Spoorvoertuigen die een zelfde mate van hinder ondervinden van het schadeveroorzakend voorval in die zin dat de gevolgen voor de betrokken reizigers en/of goederenzendingen in die Spoorvoertuigen dezelfde zijn en op dezelfde manier zijn verholpen; e. voor de vermogensschade bestaande uit de kosten van tijdelijke vervanging van een spoorvoertuig dat als het gevolg van het schadeveroorzakend voorval tijdelijk of blijvend niet inzetbaar is: - uitsluitend de in redelijkheid gemaakte kosten van huur van een spoorvoertuig gedurende de periode waarin de andere spoorwegonderneming in redelijkheid geen ander spoorvoertuig ter beschikking heeft om het geplande vervoer uit te voeren. 3. Spoorwegonderneming is van de in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid ontheven indien de schadeveroorzakende gebeurtenis is veroorzaakt door: a. schuld van de andere spoorwegonderneming of door een opdracht gegeven door de andere spoorwegonderneming die niet toerekenbaar is aan Spoorwegonderneming; b. omstandigheden, zoals overmacht of het gedrag van een Derde partij die de Spoorwegonderneming, ondanks de zorgvuldigheid vereist in de omstandigheden van het geval, niet kon vermijden en waarvan hij de gevolgen niet kan voorkomen. 4. Spoorwegonderneming dient geen verzoek tot schadevergoeding bij een andere spoorwegonderneming in voor vergoedingen kleiner dan € 5.000,- per Schadegeval, met uitzondering van de gevallen: a. waarin aansprakelijkheid op de voet van artikel 6:175 BW jo. 8:1670 e.v. BW aan de orde is; b. waarin de schade ontstaat bij het in welke vorm dan ook aan de andere spoorwegonderneming Toerekenbaar overtreden van een van overheidswege aan het gebruik van de Spoorwegen verbonden voorschrift. 5. Dit artikel is een derdenbeding als bedoeld in artikel 6:253 BW. Spoorwegonderneming aanvaardt dat een andere spoorwegonderneming die deze Algemene Voorwaarden eveneens heeft aanvaard zich jegens haar rechtstreeks kan beroepen op het bepaalde in deze Algemene Voorwaarden voor zover dat relevant is voor de relatie tussen Spoorwegonderneming en de andere spoorwegonderneming. Toerekenbaar tekortschieten Onverminderd het in deze titel IV bepaalde is een Partij in geval van een Toerekenbare nietnakoming van zijn verplichtingen, waarbij hij eerst in gebreke is gesteld waarbij een, gegeven de feitelijke omstandigheden, redelijke termijn is gesteld om verplichtingen alsnog na te komen, maar nakoming desondanks geheel of gedeeltelijk uitbleef, aansprakelijk voor de door de andere Partij geleden schade, met dien verstande dat, behoudens in geval van opzet of bewuste roekeloosheid, de door de andere Partij geleden omzet- of winstderving niet voor vergoeding in aanmerking komt. De artikelen 18, vijfde lid, en 19, vierde lid, van de Algemene Voorwaarden zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 21. Beperking aansprakelijkheid, verjaring en overmacht 1. De aansprakelijkheid van Partijen in welke vorm dan ook is beperkt tot de in titel IV opgenomen bepalingen onverlet het recht van Partijen om nakoming van het bepaalde in Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden te vorderen. Artikel 22. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 160 van 178 2. Op de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden gebaseerde rechtsvordering(en) van Spoorwegonderneming of Exploitant verjaart/verjaren door verloop van drie jaren na de gebeurtenis die de rechtsvordering(en) heeft doen ontstaan. 3. In het geval van overlijden van personen bedraagt de verjaringstermijn drie jaar vanaf de dag volgend op de dag van het overlijden, maar niet meer dan vijf jaar vanaf de dag volgend op de dag van het ongeval. 4. Indien de rechtsvordering van Exploitant ziet op een gebeurtenis, ter zake waarvan Spoorwegonderneming regres kan nemen op de wederpartij bij een door Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst, verjaart de vordering van Exploitant op Spoorwegonderneming één maand vóór het verstrijken van de verjaringstermijn die krachtens wettelijke en/of verdragsrechtelijke regeling van kracht is ten aanzien van de vordering van Spoorwegonderneming op de wederpartij bij de door Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst. 5. Indien de rechtsvordering van Spoorwegonderneming ziet op een gebeurtenis die wordt beheerst door een door Spoorwegonderneming gesloten vervoerovereenkomst ter zake van welke vordering Spoorwegonderneming regres neemt op Exploitant verjaart de vordering van Spoorwegonderneming op Exploitant één maand na het verstrijken van de verjaringstermijn die krachtens wettelijke en/of verdragsrechtelijke regeling van kracht is ten aanzien van de vordering die wordt beheerst door de vervoerovereenkomst. 6. De verjaring wordt opgeschort wanneer één der Partijen het geschil voorlegt aan een instantie zoals bedoeld in artikel 29 of de zaak aanhangig maakt bij een scheidsgerecht. 7. Exploitant en/of Spoorwegonderneming zijn in geval van overmacht niet aansprakelijk voor schade in welke vorm dan ook. Onder overmacht in de zin van deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan hetgeen daaromtrent in wet en jurisprudentie wordt begrepen. Tevens wordt onder overmacht begrepen niet door Exploitant veroorzaakte stroomstoringen, zelfdodingen of pogingen daartoe, gedragingen van dieren, landelijke of regionale, al dan niet georganiseerde, stakingen of werkonderbrekingen in het bedrijf van Exploitant en/of in het bedrijf van Spoorwegonderneming. 8. Het bepaalde in lid 7 laat de verplichting van Exploitant voortvloeiende uit artikel 7, lid 2, van de Spoorwegwet onverlet. 9. Voor het geval een Hulppersoon in zijn hoedanigheid van Hulppersoon schade lijdt, die zowel aan Exploitant als aan Spoorwegonderneming toerekenbaar is, vrijwaren Exploitant en Spoorwegonderneming elkaar reeds nu voor alsdan over en weer tegen aanspraken van de desbetreffende Hulppersoon tot vergoeding van die schade, voor zover de schade aan Exploitant respectievelijk Spoorwegonderneming toerekenbaar is. Deze vrijwaring geldt eveneens voor aanspraken tot vergoeding van schade die geheel toerekenbaar is aan Exploitant en waarvoor de Hulppersoon Spoorwegonderneming aanspreekt, en vice versa. 10. Voor het geval tussen Exploitant en Spoorwegonderneming een regeling van kracht is ten aanzien van de vergoeding van schade als gevolg van een bepaalde schadeveroorzakende gebeurtenis, vrijwaren Exploitant en Spoorwegonderneming elkaar reeds nu voor alsdan over en weer voor aanspraken van door Exploitant respectievelijk Spoorwegonderneming ingeschakelde Hulppersonen, die verband houden met de desbetreffende schadeveroorzakende gebeurtenis. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 161 van 178 Titel V. Financiële bepalingen Gebruiksvergoeding en reserveringsvergoeding De gebruiksvergoedingen worden berekend met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de Netverklaring. Voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur in verband met de uitvoering van door Exploitant gegeven opdrachten ten behoeve van het beheer van Spoorwegen wordt een gebruiksvergoeding van nihil toegepast. Voor treinen waarvoor op basis van deze bepaling een gebruiksvergoeding van nihil verschuldigd is wordt door de One-Stop-Shop van Exploitant geen ondersteuning geboden bij het dienstregelingontwerp. Ten behoeve van de vaststelling van de gebruiksvergoeding voor de dienst als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van bijlage II van richtlijn 2001/14/EG verschaft Spoorwegonderneming Exploitant de facturen waaruit de door Spoorwegonderneming ingekochte hoeveelheid tractiestroom blijkt en het bijbehorende betalingsbewijs. Spoorwegonderneming machtigt Exploitant om bij de leverancier tractie-energie te verifiëren of met de aangeboden facturen het totaal van alle door die leverancier geleverde tractie-energie bestreken is. Exploitant factureert de gebruiksvergoeding en de eventuele reserveringsvergoedingen per kalendermaand. Indien Exploitant een voorlopige factuur zendt wordt deze binnen 6 maanden gevolgd door een definitieve factuur. De eindafrekening van verschuldigde bedragen op grond van een prestatieregeling wordt gefactureerd binnen 6 maanden na afloop van de periode waarop de prestatieregeling betrekking heeft. De eindafrekening van verschuldigde bedragen op grond van een prestatieregeling wordt gefactureerd binnen twee maanden na verzending van de factuur over de laatste termijn van de periode waarop de prestatieregeling betrekking heeft. De verschuldigde gebruiksvergoeding is niet vatbaar voor verrekening als bedoeld in artikel 6:127, tweede lid BW, met uitzondering van de verrekening van onbetwiste vorderingen en van vorderingen op grond van een gerechtelijke of arbitrale uitspraak. Exploitant kan bij gerede twijfel aan de financiële gegoedheid van Spoorwegonderneming te allen tijde verlangen dat Spoorwegonderneming een bankgarantie of een vergelijkbare zekerheid stelt om te garanderen dat Spoorwegonderneming aan haar uit de Toegangsovereenkomst en Algemene Voorwaarden voortvloeiende betalingsverplichtingen met betrekking tot de vergoedingen als bedoeld in artikel 23 van deze Algemene Voorwaarden zal voldoen. De kosten van de in het vorige lid bedoelde zekerheidsstelling zijn voor rekening van Spoorwegonderneming. Artikel 23. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Betalingsvoorwaarden 1. Spoorwegonderneming en Exploitant voldoen de op grond van de Toegangsovereenkomst en deze Algemene Voorwaarden verschuldigde bedragen uiterlijk 30 dagen na ontvangst van de factuur. Bij girale betalingen geldt als datum van betaling de datum waarop het bedrag is ontvangen bij de bank van de ontvanger. 2. Indien Exploitant of Spoorwegonderneming ingevolge de Toegangsovereenkomst en deze Algemene Voorwaarden verschuldigde betalingen niet, niet tijdig of niet volledig verricht en de vertraging het gevolg is van een omstandigheid waarvoor Exploitant of Spoorwegonderneming verantwoordelijk is, is tevens verschuldigd de wettelijke rente volgens Artikel 24. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 162 van 178 artikel 6:119a BW over het verschuldigde bedrag met ingang van de dag na de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden. 3. Alle bedragen welke op grond van de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden verschuldigd zijn, zijn exclusief BTW en uitgedrukt in Euro. 4. Bezwaren tegen de hoogte van een definitieve factuur worden schriftelijk en binnen twee maanden na ontvangst van de factuur ingediend. Na voornoemde termijn vervalt de mogelijkheid op beroep tegen de hoogte van de factuur waarmee de hoogte van de factuur in rechte vaststaat. Systematische gebreken die bij de behandeling van een tijdig ingediend bezwaar tegen een factuur aan het licht komen worden echter ook verrekend voor eerdere facturen waarvoor de bezwaartermijn reeds is verstreken. Dit lid is niet van toepassing op facturen die ingediend worden in het kader van schadeloosstellingen. 5. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden facturen voor bedragen die verschuldigd zijn wegens schadeloosstelling voldaan uiterlijk 30 dagen nadat het bedrag van de schadeloosstelling vaststaat en is medegedeeld aan en erkend door de schuldenaar. In afwijking van het tweede lid is over bedragen die verschuldigd zijn bij wijze van schadeloosstelling de wettelijke rente volgens artikel 6:119BW verschuldigd. Titel VI. Opschorting en beëindiging Toegangsovereenkomst Opschorting Toegangsovereenkomst Exploitant dan wel Spoorwegonderneming kan de uitvoering van de Toegangsovereenkomst op grond van artikel 6:52 BW geheel of gedeeltelijk opschorten. Exploitant kan de uitvoering van de Toegangsovereenkomst geheel of gedeeltelijk opschorten na ontvangst van een melding zoals bedoeld in artikel 7, tweede lid. In geval van betaling door Spoorwegonderneming na de in artikel 24, eerste lid van deze Algemene Voorwaarden bedoelde termijn kan Exploitant het recht tot opschorting van de uitvoering van de Toegangsovereenkomst slechts uitoefenen indien Spoorwegonderneming voor twee achtereenvolgende periodieke betalingen of voor twee betalingen binnen twaalf maanden de betalingstermijn heeft overschreden. Gedurende de termijn van opschorting is Spoorwegonderneming dan wel Exploitant verplicht gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade. De opschorting wordt beëindigd nadat de aanleiding tot de opschorting vervallen is en de opschortende Partij daarvan een melding ontvangt van de andere Partij. Spoorwegonderneming kan weer volledig aanspraak maken op de overeengekomen capaciteiten vanaf uiterlijk de vierde dag na beëindiging van de opschorting. Artikel 25. 1. 2. 3. 4. 5. Beëindiging door Beheerder 1. Exploitant kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst zonder voorafgaande ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld beëindigen indien: a. Exploitant de Concessie, voor zover relevant voor de dienstverlening door Exploitant aan Spoorwegonderneming, geheel of gedeeltelijk verliest; b. Spoorwegonderneming in staat van faillissement wordt verklaard; c. Spoorwegonderneming surseance van betaling wordt verleend; d. Spoorwegonderneming gedurende tenminste één jaar geen gebruik heeft gemaakt van aan haar verdeelde capaciteitsrechten; Artikel 26. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 163 van 178 e. Spoorwegonderneming niet langer bevoegd is aan het spoorverkeer deel te nemen; f. Spoorwegonderneming betalingsachterstanden heeft, ter grootte van: I. gedurende twee opeenvolgende betalingstermijnen en voor een bedrag groter dan de gebruiksvergoeding over één maand; II. voor meer dan twee betalingstermijnen en voor een bedrag ter grootte van de gebruiksvergoeding over twee maanden; g. Spoorwegonderneming in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting, wanneer deze verplichting betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken waaronder ladingen; h. de in te zetten Hulppersonen of de te gebruiken Spoorvoertuigen niet langer aan de daaraan te stellen veiligheidseisen voldoen. 2. Bij aangetekend schrijven kan Exploitant de Toegangsovereenkomst met inachtneming van een opzegtermijn van twee maanden beëindigen indien: a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet konden worden voorzien, die de verplichtingen van Exploitant aantast en die Exploitant verhindert om zijn verplichtingen uit te voeren; b. Spoorwegonderneming in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van andere essentiële contractuele verplichtingen dan bedoeld onder lid 1 sub g. 3. Indien op grond van artikel 25, eerste lid, van deze Algemene Voorwaarden de uitvoering van de Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan Beheerder, na een redelijke termijn gesteld te hebben waarbinnen Spoorwegonderneming het verzuim kon zuiveren, de Toegangsovereenkomst beëindigen als Spoorwegonderneming hiermee in gebreke is gebleven. Beëindiging door Spoorwegonderneming Spoorwegonderneming kan door een aangetekend schrijven de Toegangsovereenkomst zonder voorafgaande ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst, onverwijld beëindigen indien: a. Exploitant de Concessie, voor zover relevant voor de dienstverlening door Exploitant aan Spoorwegonderneming, geheel of gedeeltelijk verliest; b. Exploitant in staat van faillissement wordt verklaard; c. Exploitant surseance van betaling wordt verleend; d. Exploitant in verzuim is van een wezenlijke contractuele verplichting, wanneer deze verplichting betrekking heeft op de veiligheid van personen of zaken waaronder ladingen. Spoorwegonderneming kan de Toegangsovereenkomst beëindigen met een opzegtermijn van twee maanden indien: a. een dwingende verandering in de relevante Regelgeving, waarvan de gevolgen niet konden worden voorzien, de verplichtingen van Spoorwegonderneming aantasten en deze Spoorwegonderneming verhinderen om haar verplichtingen uit te voeren; b. Exploitant in opzettelijk verzuim of grove nalatigheid is ten aanzien van andere essentiële contractuele verplichtingen. In gevallen anders dan bedoeld in het eerste en tweede lid kan Spoorwegonderneming de Toegangsovereenkomst bij aangetekend schrijven en met inachtneming van de in de Toegangsovereenkomst opgenomen opzegtermijn beëindigen. Indien op grond van artikel 25, eerste lid, van de Algemene Voorwaarden de uitvoering van de Toegangsovereenkomst is opgeschort, kan Spoorwegonderneming, na een redelijke termijn Artikel 27. 1. 2. 3. 4. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 164 van 178 gesteld te hebben waarbinnen Exploitant het verzuim kon zuiveren, de Toegangsovereenkomst beëindigen als Exploitant hiermee in gebreke is gebleven. 5. Indien Exploitant de Toegangsovereenkomst en/of Algemene Voorwaarden wijzigt, kan Spoorwegonderneming, in het geval Spoorwegonderneming het niet met de wijziging eens is, de Toegangsovereenkomst met inachtneming van 3 maanden na het moment van wijziging beëindigen. Schadevergoeding bij beëindiging Toegangsovereenkomst Bij beëindiging van de Toegangsovereenkomst op grond van titel VI is, behalve bij beëindiging vanwege surseance van betaling, faillissement en Toerekenbaar tekortschieten, geen schadevergoeding in welke vorm dan ook verschuldigd. Artikel 28. Toepassingsbereik, toepasselijk recht en beslechting geschillen De Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op Toegangsovereenkomsten. Op de Toegangsovereenkomst en de Algemene Voorwaarden is Nederlands recht van toepassing, met inbegrip van de volgens de Nederlands recht geldende internationale verdragen waaronder ook in het bijzonder het COTIF 1999 en de daaraan verbonden Aanhangsels. Alle geschillen, met uitzondering van geschillen voortkomend uit artikel 61 Spoorwegwet en de op dat artikel gebaseerde Algemene Maatregel van Bestuur, voortvloeiende uit de Toegangsovereenkomst en/of deze Algemene Voorwaarden, worden beslecht door de daartoe bevoegde burgerlijke rechter te Rotterdam indien deze geschillen niet in der minne geschikt kunnen worden door Partijen zelf dan wel een door Partijen daartoe benoemde commissie waarin elk der Partijen een gelijk aantal leden benoemt en die beproeft of tussen Partijen een minnelijke schikking tot stand kan komen. In afwijking van het derde lid kunnen Partijen nader overeenkomen dat de in dit lid bedoelde geschillen worden beslecht overeenkomstig het alsdan geldende reglement van het Nederlands Arbitrage Instituut. Het scheidsgerecht, dat beslist naar de regelen des rechts, kan uit één of drie arbiters bestaan. De plaats van arbitrage is Utrecht. De leden 1 tot en met 4 van dit artikel laten artikel 71 Spoorwegwet onverlet. Artikel 29. 1. 2. 3. 4. 5. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 165 van 178 BIJLAGE 21: Model-toegangsovereenkomst 2016 De model-toegangsovereenkomst 2016 is gepubliceerd op www.keyrail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 166 van 178 BIJLAGE 22: Lokale bedrijfsregels Betuweroute De lokale bedrijfsregels Betuweroute zijn opgesteld om een beter beeld te geven wat de mogelijkheden en onmogelijkheden zijn die gelden voor de emplacementen in het beheergebied van Keyrail zoals beschreven in paragraaf 1.1.1 van onderhavige netverklaring. De emplacementen zijn: 1 2 3 4 5 6 7 8 Maasvlakte: West65 en Oost, Europoort, Botlek, inclusief Esso buiten Pernis, Waalhaven: Zuid en Oost, Kijfhoek, IJsselmonde, Centraal Uitwisselpunt CUP Valburg. Gebiedsverantwoordelijkheid Ieder emplacement bestaat uit zowel centraal bediende gebieden (CBG) als zonder centrale bediening en ook wel niet centraal bediend gebied (NCBG) genoemd. In bijlage A staat vermeld wie hiervoor de taak treindienstleiding met minimale bevoegdheid uitvoert. Centraal meldpunt Voor alle emplacementen is de CIN/DCMR-regeling van kracht met uitzondering van Kijfhoek en CUP Valburg. Voor Kijfhoek is de Remi-regeling van kracht. Voor CUP Valburg is geen speciale regeling van kracht. Het centraal meldpunt voor de emplacementen verzamelt de informatie met betrekking tot de calamiteit. Aan de hand van de informatie wordt de veiligheidszone bepaald volgens de CIN/DCMR-regeling Het centraal meldpunt geeft de informatie door aan de alarmeerder Rotterdam Goederen, die het Calamiteiten Plan Rail in werking laat treden. Het centrale meldpunt voor het gehele emplacement Kijfhoek conform Remi-regeling is de treindienstleider Kijfhoek. Het centrale meldpunt Kijfhoek is bereikbaar op telefoonnummer: 078 – 6777 666. De treindienstleider geeft de informatie door aan de verkeersleider. De verkeersleider alarmeert aanwezigen op emplacement Kijfhoek. 65 Maasvlakte West-West is de benaming voor de uitbreiding en wordt samengevat in Maasvlakte West Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 167 van 178 Verspreiding bedrijfsregels De lokale bedrijfsregels Betuweroute zijn een onderdeel van de netverklaring er vindt indien nodig een actualisatie plaats van de bedrijfsregels. Deze wijziging wordt op diverse manieren bekend gemaakt; via een brief aan de gerechtigden en via publicatie op www.keyrail.nl 1 Emplacement Maasvlakte Het gebied Maasvlakte West en Oost worden door één treindienstleider bediend. 1.1 Opstellen Op spoor 780 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kop spoor. 1.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 742 t&m 745, 722 en 730 t&m 738 Spoor 742 t&m 745, 721 en 730 t&m 738 als vrijgave Mvt3 als vrijgave Mvt4 1.2.1 Procedure voor het rijden van en naar de Oostelijke Rail Terminal ECT De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein ECT wordt aangegeven met facultatieve S-borden. Om onnodig stoppen te voorkomen dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement naar de ORT-ECT, eerst toestemming gevraagd te worden bij de ECT en daarna bij de treindienstleider een rijweg aangevraagd te worden. Bij een beweging van de ORT-ECT naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd worden aan de treindienstleider en daarna bij de ECT. 1.3 Rangeren Maasvlakte West 1.3.1 Baanvakken met één trein onderweg Tussen de emplacementen Maasvlakte en Maasvlakte West en de Oostelijke Rail Terminal bevinden zich baanvakken met één trein onderweg, te weten: ETO66 1 spoor 791 ETO 2 spoor 792 ETO 3 spoor 793 / 795 ETO 4 spoor 794 / 796 ETO 5 spoor 891 / 795 66 De betekenis van ETO = Eén trein onderweg Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 168 van 178 ETO 6 spoor 892 / 796 Bij een rijweg op ETO 3 mag er geen rijweg op ETO 5 plaatsvinden. Bij een rijweg op ETO 4 mag er geen rijweg op ETO 5 en ETO 6 plaatsvinden. Bij een rijweg op ETO 5 mag er geen rijweg op ETO 3 en ETO 4 plaatsvinden. Bij een rijweg op ETO 6 mag er geen rijweg op ETO 4 plaatsvinden. Er wordt uitsluitend rechts gereden op de sporen gelegen tussen Maasvlakte / Maasvlakte West– ORT, zijnde: ETO 3 spoor 793 / 795 ETO 4 spoor 794 / 796 ETO 5 spoor 891 / 795 ETO 6 spoor 892 / 796 1.3.2 Procedure voor het rijden van en naar de Rail Terminal West ECT De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein ECT wordt aangegeven door een hekwerk aan weerszijde van de sporen. Er kan op sein beeld van het emplacement Maasvlakte West naar de terminal en visa versa worden gereden. Hiertoe is een koppeling aangebracht tussen de spoorbeveiliging en het Trein Waarschuwing Systeem van de ECT. Procedure: Bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement naar de RTW-ECT, dient er eerst toestemming gevraagd te worden bij de ECT om daarna bij de treindienstleider een rijweg aan te vragen. Bij een beweging van de RTW-ECT naar het emplacement moet er eveneens eerst toestemming gevraagd te worden bij de ECT om daarna bij de treindienstleider een rijweg aan te vragen. 1.3.3 Procedure voor het rijden van en naar Lyondell Maasvlakte De scheiding tussen de hoofdspoorweginfrastructuur en het bedrijfsterrein Lyondell wordt gemarkeerd door een hek. Gezien het hoofdbaan betreft dienen de treinbewegingen onder een treinnummer plaats te vinden. Procedure: Om onnodig stoppen te voorkomen, dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement naar de Lyondell, eerst toestemming gevraagd te worden bij de Lyondell en daarna bij de treindienstleider een rijweg te worden aangevraagd. Bij een beweging van de Lyondell naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd te worden aan de treindienstleider en daarna bij de Lyondell. 1.4 Gevaarlijke stoffen Maasvlakte Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 169 van 178 1.5 Bijzonderheden Post I Onderdeel van het treindienstleidersgebied Maasvlakte is ‘de put’, spoor 731 t&m 738. Deze sporen vallen onder de verantwoordelijkheid van de treindienstleider Maasvlakte. De wissels worden ter plaatse bediend vanuit Post I. Post I is niet bemand, na toestemming van de treindienstleider mag een rangeerder vanuit Post I de wissels bedienen. 2 Emplacement Europoort Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordt door één treindienstleider bediend. 2.1 Opstellen Op spoor 671 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een processpoor. 2.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 605 t&m 608 en 680 t&m 682 als vrijgave 1 Spoor 606 t&m 608 en 680 t&m 682 als vrijgave 2 Spoor 606 t&m 608, 612 en 683 t&m 684 als vrijgave 3 Spoor 605 t&m 608, 612 en 680 t&m 684 als vrijgave 4 2.3 Gevaarlijke Stoffen Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. 2.4 Bijzonderheden Gladde sporen Aanvullend op de regeling voor gladde sporen geldt dat tussen de Theemswegaansluiting (Bottha) en de Europoort (Erp), voor treinen naar de richting Europoort, het laatste bediende sein van de Botlek pas veilig komt als het eerst bediende sein van de Europoort veilig komt. 3 Emplacement Botlek Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordet door één treindienstleider bediend. 3.1 Opstellen Op spoor 539a t&m 539d mag geen materieel opgesteld worden, dit zijn doorrijdsporen. Op spoor 554 is een tankplaat. Hier mag niet langdurig materieel opgesteld worden, alleen voor het voorkeursgebruik tanken. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 170 van 178 3.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 531 t&m 539, 506 en 590 als vrijgave 1511 Spoor 531 t&m 539, 586 en 513 als vrijgave 1513 Spoor 531 t&m 539, 586 en 514 als vrijgave 1514 Spoor 531 t&m 539, 586 en 515 als vrijgave 1515 Spoor 531 t&m 539, 586 en 516 als vrijgave 1516 Spoor 5510 t&m 5519 als TRS terminal 10 Spoor 5520 t&m 5528 als TRS terminal 20 Spoor 5530 t&m 5532 als TRS terminal 30 Spoor 5540 t&m 5544 als TRS terminal 40 Spoor 5550 t&m 5559 als TRS terminal 50 Spoor 5560 t&m 5562 als TRS terminal 60 Spoor 5551 als TRS terminal 70 Spoor 5570 t&m 5574 als TRS terminal 80 3.3 Gevaarlijke stoffen Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. 4 Emplacement Pernis Het gebied Botlek, Pernis en Europoort wordt door één treindienstleider bediend. 4.1 Opstellen Op spoor 495 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een doorrijdspoor. 4.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 493 en 407 t&m 414 als vrijgave 1 Spoor 493, 404 t&m 414 en 478 als vrijgave 2 4.3 Gevaarlijke stoffen Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 171 van 178 5 Emplacement Waalhaven Voor de emplacementen Waalhaven en Waalhaven Oost is een milieuvergunning afgegeven. Het gebied Waalhaven en Waalhaven Oost wordt door één treindienstleider bediend. Het emplacement Waalhaven Oost is de gehele dag open. Tussen 23.00 uur – 07.00 uur zijn er geen rangeerbewegingen toegestaan op Waalhaven Oost. Het is wel toegestaan voor bedrijven met een spooraansluiting het emplacement te passeren. 5.1 Opstellen Op spoor 302, 311 en 372 mag geen materieel opgesteld worden. Dit zijn doorrijdsporen. 5.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 308 t&m 310, 384 en 372 als vrijgave 1001 Spoor 3500 t&m 3508, 3510 t&m 3523 als TRS Spoor 3560 t&m 3569, 3580 t&m 3587 als TRS 5.2.1 Procedure voor het rijden van en naar het RSC De scheiding tussen het verantwoordelijkheidsgebied van de treindienstleider Waalhaven Zuid en het RSC wordt gemarkeerd door een facultatief S-bord. De scheiding tussen het verantwoordelijkheidsgebied van de treindienstleider Pernis en het RSC wordt gemarkeerd door een S-bord en sein 800/802/804. Om onnodig stoppen te voorkomen, dient er bij een rangeerbeweging vanaf het emplacement naar het RSC, eerst toestemming gevraagd te worden bij het RSC en daarna bij de treindienstleider een rijweg aan te vragen. De treindienstleider dient bij elke beweging naar de sporen 386 en 387 richting RSC met de machinist af te spreken dat de machinist het betreffende spooren vrij meldt zodra de trein in zijn geheel is aangekomen op de RSC-sporen. Bij een beweging van het RSC naar het emplacement moet er eerst toestemming gevraagd worden aan de treindienstleider en daarna bij het RSC. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 172 van 178 5.3 Stoten Voor het stootproces van DB Schenker heeft DB Schenker aan de oostzijde van de sporen 312 t&m 326 remsloffen op het spoor neergelegd. Doorgaande trein- of rangeerbewegingen over de sporen 312 t&m 326 dienen rekening te houden met deze remsloffen. Spoorwegondernemingen dienen de remsloffen zelf van het spoor te verwijderen alvorens door te rijden. 5.4 Gevaarlijke stoffen Het opstellen van en rangeren met wagens met gevaarlijke stoffen is op Waalhaven Oost niet toegestaan. Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. 6 Emplacement Kijfhoek Dit gebied is onderverdeeld en te weten Kijfhoek Noord, Kijfhoek Zuid en de heuvel. Zij worden door verschillende treindienstleiders bediend: treindienstleider Kijfhoek bedient Noord en Zuid. De treindienstleider heuvel bedient de heuvel. De treindienstleider heuvel is bijna de gehele week aanwezig met uitzondering van het weekend van zaterdag 14.30 uur tot zondag 23.00 uur. Bij afwezigheid van de treindienstleider heuvel is het gebied gesloten. Feestdagen worden als een zondag beschouwd. Wanneer er gebruik gemaakt wil worden van de heuvel op de tijdstippen dat de heuvel normaliter is gesloten moet er uiterlijk zes weken voor uitvoering een schriftelijke aanvraag ingediend worden. Deze mail kan gestuurd worden naar het e-mail adres [email protected]. 6.1 Opstellen Op spoor 53 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kopspoor. 6.2 Sperren Indien de treindienstleider heuvel een verdeelspoor spert, dan haalt de treindienstleider heuvel het verdeelspoor uit het automatische verdeelsysteem MSR32. Er kunnen vanaf dat moment geen nieuwe wagens meer naar het verdeelspoor toelopen. Op het verdeelspoor kunnen echter nog wel wagens in beweging zijn van een eerdere afloop. Nadat een sper is gegeven, kan het doordruksysteem te allen tijde in beweging komen. 6.3 Dubbele remslof Op ieder verdeelspoor is een dubbele remslof neergelegd om het doorschieten van geheuvelde wagens de andere processen in te voorkomen. Om een dubbele remslof van een verdeelspoor te mogen verwijderen, moet eerst toestemming worden gevraagd aan de heuvelprocesleider. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 173 van 178 6.4 Gevaarlijke stoffen Indien het vervoer van chloor (UN1017 , klasse 1 ontplofbare stoffen en voorwerpen en klasse 7 radioactieve stoffen) geen planmatige stop heeft op Kijfhoek, zijn er geen beperkingen. Voor doorrijdende, doorgaande en aankomende treinen: Heeft deze trein wel een planmatige stop op Kijfhoek en wijzigt de trein niet van samenstelling mag het uitsluitend over de sporen: Spoor 150, Spoor 159, Spoor 203, Spoor 216, Spoor 251. en mag het niet over de sporen Spoor 105 & 148, Spoor 208 & 211. Heeft deze trein wel een planmatige stop en wijzigt de trein van samenstelling mag het niet over de sporen 112 t&m 143. Samenstellen en vertrekkende treinen: Indien de trein vertrekt in noordelijke richting, dan mag de trein alleen behandeld worden op spoor 105 & 111 en 144 & 148 van km 33.4 & 34.6 en sporen 155 & 158. Indien de trein niet vertrekt in noordelijke richting, dan mag de trein alleen behandeld worden op spoor 105 & 111 en 144 & 148 van km 33.4 & 34. 7 Emplacement IJsselmonde Het gebied IJsselmonde, A15-tracé en de CUP worden door één treindienstleider bediend. In de inrichting mogen tussen zaterdag 15.00 uur en maandag 05.00 uur geen lawaai veroorzakende werkzaamheden en/of activiteiten, zoals rangeeractiviteiten en inwendig reinigen van spoorwagens, worden verricht. 7.1 Opstellen Op spoor 99 mag geen materieel opgesteld worden. Dit is een kopspoor. 7.2 Rangeren De onderstaande sporen kunnen volgens de regelgeving van de Verkeersleiding als vrijgave “x” worden toebedeeld. Spoor 88 en Spoor 90 t&m 100 als vrijgave I. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 174 van 178 7.3 Gevaarlijke stoffen Het opstellen van en rangeren met gevaarlijke stoffen is niet toegestaan. Loc wisselen en kopmaken met treinen met gevaarlijke stoffen is wel toegestaan. Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. Chloorvervoer Chloorvervoer (UN1017) mag op het emplacement IJsselmonde uitsluitend plaats hebben over de sporen: Spoor 267e, 266c en IJsm, Spoor 66 b, Spoor 67 a t&m d. 8 Emplacement CUP Valburg Het gebied IJsselmonde, A15-tracé en de CUP worden door één treindienstleider bediend. 8.1 Opstellen Op spoor 711, 721 en 731 mag geen materieel opgesteld worden. Dit zijn doorrijdsporen. Spoor 734 is op last van IL&T tot nader order buiten gebruik. 8.2 Gevaarlijke stoffen Meer informatie is te vinden in de omgevingsvergunningen die zijn gepubliceerd op www.keyrail.nl. Bijzonderheden betreft reizigersvervoer: Op Kijfhoek is over de sporen BE, CE en DE reizigersvervoer niet toegestaan. Dit geldt niet voor reizigersmaterieel in een goederentrein of leeg reizigersmaterieel dat rijdt onder een goederentreinnummer met rijkarakteristiek ‘GO’. Op de Havenspoorlijn is besloten reizigersvervoer toegestaan met uitzondering dat deze niet door de Botlektunnel rijdt. Op het traject Kijfhoek-Zevenaar via A15-tracé is reizigersvervoer niet toegestaan. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 175 van 178 Bijlage A Post Kijfhoek, NCBG gebieden VerkeersleidingsOmschrijving van het gebied Gebied Treindienstleider verdeelspoor 105 t&m 126 Heuvel tot het s-bord verdeelspoor 128 t&/m 148 tot het s-bord heuvelspoor 231 en 232 Kijfhoek Noordzijde spoor 270 spoor 271 t&m 273 spoor 276 t&m 279 spoor 281 t&m 284 spoor 285: ATB herstelspoor spoor 286: tankplaat spoor 287 t&m 289 Kijfhoek Zuidzijde spoor 14 en 15 spoor 16a, 16b en 16c spoor 53 IJsselmonde Waalhaven Zuid spoor 75 t&m 81 spoor 87 en 88 spoor 90 t&m 95 spoor 96 t&m 98 spoor 99 spoor 100 en 101 spoor 371 t&m 374 spoor 378 en 379 spoor 380 t&m 382 en 384 t&m 387 spoor 390, 393 en 394 spoor 308 t&m 326 spoor 332 en 333 spoor 348 a, b en c spoor 349 a, b en c spoor 253 t&m 258 spoor 260 t&m 262 spoor 3551 t&m 3553 spoor 3500 t&m 3508 spoor 3510 t&m 3512 Verkeersleiding Bijzonderheden Treindienstleider Heuvel Telefoon: 084-0837 678 Heeft geen 24/7 bediening in het weekend. Treindienstleider Kijfhoek Telefoon: 084- 0837 671 Treindienstleider Kijfhoek Telefoon: 084-0837671 Treindienstleider IJsselmonde/ A15-tracé Telefoon: 084-0837 673 Code semafoon bij ontruiming: 610 . Treindienstleider Waalhaven Telefoon:084-0837 674 Code semafoon bij ontruiming: 620 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 176 van 178 Waalhaven Zuid Pernis Botlek Europoort Maasvlakte spoor 3513 t&m 3523 spoor 3560 t&m 3569 spoor 3580 t&m 3587 spoor 350a t&m 350 e spoor 350f: tankplaat spoor 407 t&m 411 spoor 412 t&m 414 spoor 475, 492 en 495 spoor 4421 en 4422 spoor 490 en aangesloten spoor 4401 t&m 4404 spoor 491 en aangesloten spoor 4405 en 4406 spoor 493 en aangesloten spoor 4431 t&m 4441 spoor 531 t&m 539 spoor 506 spoor 573, 574 en 575 spoor 586 en 587 spoor 524 en 592 spoor 551 t&m 553 spoor 554: tankplaat spoor 5510 t&m 5519 spoor 4101 t&m 4107 en 5520 spoor 5530 t&m 5532 spoor 5540 t&m 5544 spoor 5550 t&m 5559 spoor 5560 t&m 5562 spoor 5570 t&m 5574 spoor 5580 t&m 5583 spoor 606 t&m 608 spoor 671 t&m 673 spoor 731 t&m 737 spoor 738 spoor 743 t&m 745 spoor 751 t&m 753 spoor 791 t&m 794 spoor 795 en 796 spoor 891 en 892 spoor X, Y en Z Treindienstleider Waalhaven Telefoon:084-0837 674 Code semafoon bij ontruiming: 620 Treindienstleider Botlek Telefoon:084-0837 675 Code semafoon bij ontruiming: 630 Treindienstleider Botlek Telefoon:084-0837 675 Code semafoon bij ontruiming: 640 Treindienstleider Botlek Telefoon:084 – 0837675 Code semafoon bij ontruiming: 650 Treindienstleider Maasvlakte Telefoon:084-0837 676 Code semafoon bij ontruiming: Maasvlakte Oost 660 Maasvlakte West 661 Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 177 van 178 BIJLAGE 23: Werkzaamheden derde spoor Emmerich – Oberhausen 2016 Dit betreft de stand van zaken op 13 oktober 2014 naar aanleiding van de definitieve verdeling in Duitsland. In 2016 zijn de volgende werkzaamheden derde spoor gepland op het baanvak Zevenaar Oost – Oberhausen en de gevolgen voor kaders op het A15-tracé. Deze kaders bieden voldoende ruimte voor onderhoud en incidentele onttrekkingen. Aanvragers van beheer op het A15-tracé worden verzocht aanvragen voor 2016 zoveel mogelijk aan te passen aan deze kaders. Maart/april (n.t.b.) 52 uur dubbelsporige versperring Emmerich Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé. 17 april – 9 juli Enkelsporige versperring Emmerich-Oberhausen. Mogelijkheden tot enkelsporig werk A15-tracé op weekdagen tussen 07:00 en 19:00 uur. 9 juli – 25 juli Dubbelsporige versperring Emmerich Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé. 25 juli – 17 oktober Enkelsporige versperring Emmerich-Oberhausen Mogelijkheden tot enkelsporig werk A15-tracé op weekdagen tussen 07:00 en 19:00 uur. Oktober (n.t.b.) 54 uur dubbelsporige versperring Emmerich Mogelijkheden tot dubbelsporig werk op A15-tracé. Netverklaring 2016 Betuweroute eindconcept versie 1 – 3 oktober 2014 Pagina 178 van 178
© Copyright 2024 ExpyDoc