V VERSLAG VAN DE DIRECTEUR VAN DE CEED TIJDENS DE III VERGADERING VAN DE BESTUURSRAAD Cartagena, Colombia, 14 augustus 2014 Summary 1. Dit verslag van de Directeur is een actualisering van de verrichtingen van het Centrum voor Strategische Defensiestudies van de Zuid-Amerikaanse Defensieraad sinds de laatstgehouden Vergadering van haar Bestuursraad in februari van dit jaar in Paramaribo, Republiek Suriname. 2. Met referte aan de herstructurerings- en aanpassingswerkzaamheden, is het mij een genoegen u te informeren dat die de vorige maand zijn afgerond. Voornoemde werkzaamheden omvatte de aanpassing van de werkruimten van de Directie en de Nationale Vertegenwoordigers; de aanschaf van meubilair en computerapparatuur; en de afronding van de Regionale Communicatiezaal met bijbehorend Systeem voor Videoconferentie. In dit kader is het mij eveneens een genoegen u te informeren dat, als onderdeel van dit systeem voor regionale communicatie, wij vandaag aan elk Ministerie van Defensie/Nationale Counterpart een pakket overhandigen bestaande uit een afstandsbasis en het apparatuur voor IP Telefonie, hetgeen de communicatie en de virtuele permanente gezamenlijk werkzaamheden tussen de CEED en de Ministeries/Nationale Counterparts mogelijk zal maken. 3. Met betrekking tot het Corpus Deskundigen van de CEED, informeer ik u dat er sinds februari tot heden nieuwe vertegenwoordigers zijn geïncorporeerd ter vervanging van de scheidende. In het kader hiervan, beschikt het Centrum per juli 2014 over 2 Vertegenwoordigers voor Argentinië; 2 Vertegenwoordigers voor Brazilië; 2 Vertegenwoordigers voor Chili; 1 Vertegenwoordiger voor Ecuador; 1 Vertegenwoordiger voor Paraguay (Militair Attaché); 2 Vertegenwoordigers voor Peru; 1 Vertegenwoordiger voor Suriname; en 1 Vertegenwoordiger voor Uruguay. Het totaal aantal Nationale Vertegenwoordigers bij de CEED is dus verhoogd tot 12 in representatie van 8 lid landen van de CDS. Voorts verwachten wij de spoedige aanstelling van de vervangingen van de scheidende vertegenwoordigers van Colombia en Bolivia en gedurende de komende weken de incorporatie van de nieuwe Vertegenwoordiger van Venezuela. Zo gauw dit geformaliseerd is, zullen 11 landen vertegenwoordigd zijn binnen de CEED, bijna het totaal aantal lid landen van de CDS. 4. Overeenkomstig de verkiezingsuitslag van de laatste Vergadering van de Bestuursraad van de CEED, is het mij een genoegen u te informeren dat Generaal (b.d.) Gerardo Miguel Ángel Maldonado Gómez, de eerste Administratief Secretaris van het Centrum, reeds is aangevangen met zijn werkzaamheden sinds april jl. 5. Conform de functies toegekend aan de CEED, het vaststellen van institutionele relaties en een netwerk van uitwisseling met de Centra van Strategische Studies van de landen die del uitmaken van de CDS, is het Centrum doende samen met de Nationale Counterparts die tot heden zijn aangewezen te werken aan het onderzoeksproject “Zuid-Amerika 2025”, voor wat betreft defensie en haar relatie met de regionale natuurlijke hulpbronnen, een 2 activiteit dat deel uitmaakt van het Werkplan van de CEED-CDS, goedgekeurd door de Bestuursraad. 6. In het kader hiervan, en op basis van de conclusies van de “Workshop ter Realisering van een Studie over de Beschikbaarheid en het Potentieel van de Regionale Strategische Natuurlijke Hulpbronnen” (Activiteit 1.H, van Thema1 van het Actieplan 2014), welke gecoördineerd werd door het Ministerie van Defensie van Ecuador in coöperatie met en participatie van de CEED, werden de Nationale Counterparts gevraagd informatie en additionele perspectieven of aanvullingen aan dat van voornoemde Workshop te formuleren en bij te dragen, evenals overige analyses die zij relevant achtten in relatie tot het onderwerp van onderzoek. Ter toelichting van dit verzoek inzake gegevens en informatie op het gebied van natuurlijke hulpbronnen additioneel aan dat wat reeds vermeld werd in de conclusie van hogervermelde Workshop, vervaardigde de CEED een specifieke questionaire die tijdig werd verzonden naar de Counterparts. 7. Te uwer herinnering meldt ik dat de Nationale Counterparts die tot heden aangewezen zijn door de respectievelijke Ministeries van Defensie, de volgende zijn: • De Algemene Directie van Defensiebeleid en Coöperatie voor de Integrale Ontwikkeling (PODECODI), Bolivia. • Het Centrum voor Strategische Studies van de Hogere Krijgsschool (ESG), Brazilië. 3 • De Nationale Academie voor Politieke en Strategische Studies (ANEPE), Chili. • Het Centrum voor Strategische Defensiestudies van het Ministerie van Nationale Defensie, Ecuador. • Het Instituut voor Hogere Strategische Studies (IAEE), Paraguay. • Het Centrum voor Hogere Nationale Studies (CAEN), Peru. • Het Centrum voor Hogere Nationale Studies (CALEN), Uruguay. 8. Voor wat betreft de ontwikkeling van de Institutionele Activiteiten, heeft de CEED op permanente basis geparticipeerd in activiteiten van het Werkplan van de CDS en het Algemeen Secretariaat van de UNASUR, te weten: • Conferentie over “Defensie en Natuurlijke Hulpbronnen” (9-10 juni 2014, Argentinië). Deze conferentie werd gezamenlijk georganiseerd door Argentinië, Ecuador en Venezuela, in coördinatie met de CEED. In dit geval vervaardigde de CEED het voorstel van de inhoud van de conferentie die, na goedkeuring door de Algemeen Secretaris, werd verzonden naar het Ministerie van Defensie van Argentinië, die overeenkomstig het vastgestelde in activiteit 1.h. van het Actieplan 2014, overging tot het plegen van de coördinering van het evenement. De uitvoering van deze activiteit, overeenkomstig het verzoek van het Algemeen Secretariaat van de UNASUR, werd goedgekeurd door de CDS tijdens haar V Reguliere Vergadering (20 februari 2014 – Paramaribo, Suriname). Vermeldenswaard is dat deze conferentie 4 continuering gaf aan de inspanningen voor de formulering van een “Continentale Strategie en een Algemeen Plan voor Benutting van de Natuurlijke Hulpbronnen van UNASUR”, hetgeen verzocht werd door de Staatshoofden en Regeringsleiders van de UNASUR aan het Algemeen Secretariaat van de Unie. Teneinde een bijdrage te leveren aan de debatten en uitwisseling van beoordelingen inzake de situatie en het potentieel van de regionale strategische hulpbronnen en de rol van defensie in de preservering en bescherming, presenteerde de Directeur van de CEED het document “Defensie en de Natuurlijke Hulpbronnen in Zuid-Amerika. Bijdragen voor een Regionale Strategie”, dat bestond uit de beslissingen en standpunten over het onderwerp afkomstig van de Raad Staatshoofden en Regeringsleiders van de UNASUR, van de CDS en de andere sectorale raden. Op basis daarvan presenteerde het document van de Directeur van het Centrum voorstellen en aanbevelingen over de rol van Defensie op dit gebied, zodat deze konden dienen als uitgangspunten ten behoeve van het debat van de participanten. Concluderend, met betrekking tot de organisatie van het evenement, droeg de CEED bij met de financiering van de kosten van luchttransport en verblijf in Buenos Aires van alle Viceministers van Defensie die participeerden, evenals dat van de uitgenodigde sprekers; ook werden de kosten gedragen voor de organisatie van een diner aangeboden aan de participanten en uitgenodigden (130 personen) en de kosten met betrekking tot printmateriaal, banners, driedelige circulatiemateriaal en circulatiediensten van het evenement. 5 folders en • “Workshop ter Realisering van een Studie over de Beschikbaarheid en het Potentieel van de Regionale Strategische Natuurlijke Hulpbronnen” (10 juni 2014, Argentinië, Activiteit 1.h, van Thema 1 van de Actieplan 2014). Zoals eerder aangegeven, werd deze workshop gecoördineerd door het Ministerie van Defensie van Ecuador in collaboratie met en participatie van de CEED in de vervaardiging van het einddocument en conclusies. 9. Met betrekking tot vooruitgangen die geboekt zijn in het kader van Studies en Onderzoeken die uitgevoerd worden sinds de laatste vergadering van deze Bestuursraad tot heden (februari tot juli 2014), het volgende: • Ten aanzien van het onderzoeksgebied aangaande het Zuid- Amerikaans Register voor Defensie-uitgaven, vervaardigde de CEED overeenkomstig de beslissing van de Ministers van Defensie tijdens de V Reguliere Vergadering van de CDS (Paramaribo, 20 februari 2014), die als volgt luidde: “de publicatie van het Zuid-Amerikaans Register voor Defensie-uitgaven over de periode 2006-2010 slechts het gedeelte met betrekking tot de geaggregeerde regionale gegevens ten einde een regionale visie te hebben”, de versie van het Zuid-Amerikaans Register voor Geaggregeerde Defensie-uitgaven behorende tot de periode 20062010, welke op dit moment wordt gepresenteerd aan de Bestuursraad in de vier officiële talen. Voorts, continueerden wij met de werkzaamheden voor de vervaardiging van het verslag van het Register voor Uitgaven behorende tot de periode 2011-2013. Desalniettemin, de voortgang van dit specifiek verslag zou vertraagd kunnen worden, daar 6 nog niet alle leden de complete informatie over deze periode hebben gestuurd. • Ten aanzien van het onderzoeksgebied aangaande het Zuid- Amerikaans Register voor Militaire Inventarissen, moest de CEED als technische instantie belast met de vervaardiging daarvan wachten met het aanvangen van de werkzaamheden op dit gebied totdat de goedgekeurde einddocumenten officieel door het Protempore Secretariaat werden gedistribueerd (wat plaatsvond middels Circulaire 594, 30 april 2014). Gedurende de drie maanden na ontvangst van de daarop betrekking hebbende documenten, en terwijl er gewacht werd opdat de landen het Inventaris Formulier met de respectievelijke informatie indienden, realiseerde de CEED –op basis van haar technische verantwoordelijkheid- een gedetailleerde analyse van de instrumenten waaruit het RESIM bestaat –Statuut, Handleiding en Zuid-Amerikaans Formulier voor Militaire Inventarissen-. Vervolgens, en zo gauw de landen hun respectievelijke formulieren met de overeengekomen informatie begonnen in te dienen en na analyse van die formulieren, heeft de CEED de vooraf geïdentificeerde diagnose als gevolg van de bestudering van de instrumenten van de RESIM kunnen vaststellen. Deze diagnose is de noodzaak om specifieke aspecten van de Handleiding en het Formulier te perfectioneren opdat het Eindregister voor Militaire Inventarissen op adequate wijze kan plaatsvinden. Conform de analyse van het Centrum –geconfirmeerd door de bestudering van de ontvangen formulieren-, moeten enkele definities van concepten in de Handleiding verduidelijkt en/of 7 vervolmaakt worden en moeten enkele categorieën van het Formulier toegevoegd of weggelaten worden. In dit kader, deed de werkgroep belast met deze verantwoordelijkheid het voorstel bij de Directeur van de CEED aan de landen te voor te stellen om ten aanzien van de applicatie van de methodologie met “reële gegevens” een gezamenlijke exercitie te verrichten tussen de respectievelijke delegaties en het Centrum als instantie belast met de technische applicatie van de RESIM. Deze exercitie –die reeds overeengekomen was door de nationale vertegenwoordigingen tijdens de Vergadering van de Werkgroep van de CDS voor de Vervaardiging van een Methodologie voor Transparantie van het Zuid-Amerikaans Militaire Inventaris, Chili, september 2013- zou uitgevoerd kunnen worden nadat het Centrum alle Formulieren compleet heeft ontvangen. De CEED acht dat de relevantie van het organiseren van deze exercitie met delegaties van de landen onontbeerlijk –vanwege de eerder aangehaalde redenen- voor de adequate en homogene applicatie van de Handleiding. Vermeldenswaard is dat zelfs de vertegenwoordigers van de diverse delegaties tijdens de hogervermelde Vergadering van de Werkgroep van de CDS voor de ”Vervaardiging van een Methodologie…” (Chili, september 2013) de noodzaak van het “verenigen van criteria voor de correcte invulling van dit formulier” hadden aangegeven. Tot heden, zijn de landen die hun ingevulde formulier hebben verzonden Argentinië, Brazil, Chili, Paraguay, Suriname en Uruguay. Te uwer 8 herinnering was de einddatum voor indiening van de nationale informatie 31 juli jl. • Ten aanzien van het onderzoeksgebied aangaande het Institutioneel Karakter van de Defensiesectoren van Zuid-Amerika, waarvan het preliminair verslag werd gepresenteerd tijdens de laatste vergadering van deze Bestuursraad, in het kader waarvan besloten werd “een termijn van 45 dagen te geven aan de Ministeries opdat zij hun ratificatie, rectificatie of aanvullingen inzake hun nationale hoofdstukken te sturen naar de CEED, zodat het Centrum het onderzoek kan vervolgen”, informeer ik u dat tot heden de CEED ratificatie, rectificatie en/of aanvullingen inzake de nationale hoofdstukken heeft ontvangen van Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Ecuador, Paraguay, Peru, Suriname, Uruguay en Venezuela. Elk een van deze observaties is reeds verwerkt ten behoeve van de finale versie van elke nationale hoofdstuk. Tot heden, ontbreken slechts de reacties van de Ministeries van Defensie van Colombia –die tijdig heeft verzocht om verlenging van het termijn- en Guyana, naar wie de matrix werd verzonden ter invulling van de nationale informatie zodat er een eerste proefversie van diens hoofdstuk gemaakt kan worden. Verder, op basis van de analyse en systematisering van de gemeenschappelijke noemers van de diverse categorieën van de nationale hoofdstukken, is de werkgroep van de CEED die belast is met dit onderzoek gestart met de voorbereiding van het Regionaal Hoofdstuk van het institutioneel karakter van de defensiesectoren in 9 Zuid-Amerika, hetwelk gepresenteerd zal worden als onderdeel van het eindverslag van dit onderzoeksgebied. • Ten aanzien van het onderzoeksgebied aangaande het Genderbeleid: De Vrouw op Defensiegebied, waarvan het preliminair verslag werd gepresenteerd tijdens de laatste vergadering van de ze Bestuursraad, in het kader waarvan besloten werd “een termijn van 45 dagen te geven aan de Ministeries opdat zij hun ratificatie, rectificatie of aanvullingen inzake hun nationale hoofdstukken te sturen naar de CEED, zodat het Centrum het onderzoek kan vervolgen”, informeer ik u dat tot heden, met uitzondering van het Ministerie van Defensie van Guyana, alle landen hun reacties hebben verzonden. Van de ontvangen informatie, waarbij rectificaties of aanvullingen zijn aangegeven, zijn deze reeds geïncorporeerd in het Verslag. Anderzijds, en overeenkomstig de alinea “Ten aanzien van de Methodologie en de Instrumenten” van de conclusies en aanbevelingen van voornoemd preliminair verslag, werd er gesuggereerd om “het instrument voor methodologie te optimaliseren zodat deze met meer accuratesse aangepast kan worden aan de geïdentificeerde realiteit op zowel nationaal als regionaal niveau”. In dit kader werd er een werkgroep geformeerd binnen de CEED met het specifiek doel de matrix voor informatie en analyse te optimaliseren. Wij hopen het nieuw model van de matrix goedgekeurd te krijgen tijdens de volgende activiteit op dit gebied die georganiseerd zal worden in de Republiek Argentinië en, vervolgens deze te verzenden naar de Ministeries van Defensie voor de daarbij behorende bekrachtiging. 10 Tot slot, overeenkomstig de alinea “Ten aanzien van de inhoud” van de conclusies en aanbevelingen van voornoemd preliminair verslag, zijn wij voornemens om een regionale enquêteonderzoek ter zake uit te voeren, waarbij er van elk land een representatieve populatie van vrouwen van de Krijgsmachten vastgesteld zal worden. Derhalve, is de CEED op dit moment doende met de voorbereiding van de uitvoering van deze enquête die de tot nog toe onaangeroerde kwalitatieve aspecten zal systematiseren. In het kader hiervan zal de CEED contact opnemen met het Ministerie van Defensie van Argentinië en die verzoeken een presentatie te coördineren tijdens de genderworkshop die dit Ministerie zal organiseren tijdens het tweede semester van dit jaar. Bij die gelegenheid zal het Centrum een tussentijdsverslag over de uitvoering van de taken binnen dit onderzoeksgebied kunnen presenteren. 10. Op het programmagebied Prospectief en Strategie, zoals is geïnformeerd tijdens de laatst gehouden vergadering van de Bestuursraad, heeft de CEED het werk inzake het onderzoeksdesign en implementatieplan van het “Prospectief Onderzoek Zuid-Amerika 2025” reeds afgerond. Ofschoon de begrote middelen voor financiering van de activiteiten die dit project met zich meebrengt tijdig waren goedgekeurd nog niet ter beschikking zijn vanwege de motieven eerder in dit verslag aangehaald, is het Centrum gevorderd met “Prospectief Onderzoek …” conform de volgende afgeronde en nog in ontwikkeling zijnde gedetailleerd etappes/activiteiten: Afgeronde etappes-activiteiten 11 • Onderzoeksdesign De finale versie van het ontwerponderzoek is voltooid, waarbij algemene en bijzondere doelstellingen van het onderzoek, de richtlijnen en de werkmethodologie zijn aangepast en gespecificeerd. • Voorbereiding van de database met informatie uit secundaire bronnen De etappe voor inventarisatie en verwerving van de informatie is uitgevoerd. a) Een database met informatie gerelateerd aan een omvangrijk geheel aan Centra voor Onderzoek en Studie over de gehele wereld: teneinde een algemeen beeld te verkrijgen van de internationale onderzoekscentra, associaties en/of instanties gericht op de productie van informatie en van statistische, analytische en politieke gegevens op het gebied van natuurlijke hulpbronnen, zijn wij overgegaan tot de samenstelling van een database van de voornaamste centra van kennisverkrijging en van hun documenten over natuurlijke hulpbronnen en in het bijzonder over de deelverzameling strategische hulpbronnen die ons interesseren –hydrologische hulpbronnen, koolwaterstoffen, grond en de productiecapaciteit van grondstoffen, mineralen, biodiversiteit-. Vervolgens, en in verband met de voorgaande werkzaamheden, werden voornoemde centra en instanties geclassificeerd conform type centrum en/of instantie –met 12 andere woorden, hun geaardheid en compositie- en conform hun onderwerp van onderzoek 1. b) Er is een omvangrijk geheel aan verslagen en rapportages relevante voor dit onderzoeksgebied –die door de hogervermelde centra en instituties zijn geformuleerd- geïdentificeerd, ingezameld en gesystematiseerd, daarbij komend op een totaal aantal superieur aan driehonderd documenten. • Verzameling en verwerking van informatie uit primaire bronnen. Er is gewerkt aan de systematisering van de primaire informatie resulterend uit de voornoemde “Workshop ter Realisering van een Studie over de Beschikbaarheid en het Potentieel van de Regionale Strategische Natuurlijke Hulpbronnen” (Activiteit 1.H, van Thema1 van het Actieplan 2014), welke gecoördineerd werd door het Ministerie van Defensie van Ecuador in coöperatie met en participatie van de CEED. Uit de verzameling, systematisering en de a posteriori samengestelde database–niet volledig- van Centra voor Onderzoek, Onderzoeksnetwerken en Private en/of Gemengde Associaties voor productie van analytische en toekomst informatie inzake strategische hulpbronnen op wereldniveau, kan afgeleid worden dat er een regionaal gebrek bestaat aan wetenschappelijke productie op dit gebied. Dit wordt bewezen doordat het totaal van 82 geregistreerde Centra/Netwerken/Associaties, 20% een internationaal heeft, 17% van Noord-Amerikaanse origine zijn, 15%Afrikaanse –van welke de meesten extraregionaal gefinancierd of ondersteund worden voornamelijk vanuit Europa en de VS-, 10% Europese –zonder in achtneming van de regionale organen die deel uitmaken van de EU en de nationale openbare instanties-, 14% Aziatische en slechts 6% Zuid-Amerikaanse. Daarbij opgeteld, zijn er ongeveer 134 Overheidsinstellingen en –instituties –Ministeries, Departementen en/of Secretariaten- ontdekt, die documenten hebben geproduceerd inzake natuurlijke hulpbronnen van de diverse landen van de vier werelddelen, evenzo de 28 geregistreerde internationale organen die onderzoek op dit gebied hebben ontwikkelt. 1 13 In ontwikkeling zijnde etappes-activiteiten Thans is de CEED, gebruikmakend van de verkregen informatie uit de voorgaande etappes, doende het hoofd te bieden aan: • De vervaardiging van een diagnose van de actuele realiteit en de projectie van de tendensen naar 2025 toe met betrekking tot het gebruik van en de vraag naar strategische natuurlijke hulpbronnen die in de regio voorkomen. • De identificering van de kwetsbaarheden en ondoelmatigheden die de adequate bescherming en benutting van de hulpbronnen in de diverse dimensies van staatsverantwoordelijkheid aantasten: wetgeving, diplomatie, economie, handel, technologie, milieu en, in het bijzonder, die met betrekking tot de directe bevoegdheid van de defensiesector. • Formulering van voorstellen inzake te ondernemen regionale acties die uitvoerbaar zijn middels convergentie, coördinatie en vervolledigen van nationaal beleid, en gericht op de overwinning van de geïdentificeerde kwetsbaarheden en ondoelmatigheden binnen de defensiesector. De verwachtbare periode voor uitvoering van deze etappes is augustus 2014 – maart 2015, daarbij een gemiddeld van drie maanden voor elk een. 11. Voor wat betreft het Centrum voor Documentatie en Archief, informeer ik u dat de CEED doende is met de werkzaamheden inzake het ontwerp en 14 ontwikkeling daarvan. Te uwer herinnering vermeldt ik dat het Centrum voor Documentatie en Archief belast zal zijn met de systematisering van informatie van diverse type en geaardheid, in verband waarmee dit op passende wijze ter beschikking blijft van het professioneel korps van het Centrum. In dit opzicht, en in het kader van de gevestigde contacten met de Nationale Counterparts, deed de Nationale Academie voor Politieke en Strategische Studies van het Ministerie van Nationale Defensie van Chili het voorstel om bij te collaboreren met de CEED in het opzetten van de bibliotheek van het Centrum. In verband hiermee is in de afgelopen maanden gestart met het registreren en de constructie van een database voor officiële documenten en informatie verzonden door de landen, alsook voor boeken, tijdschriften en publicaties die deel uitmaken van het bibliotheek van het Centrum. Teneinde van start te gaan met de formalisering van deze database, is er in juli dit jaar wederom contact opgenomen met de ANEPE en haar gevraagd te collaboreren met de ontwikkeling van een software voor de inventarisatie en archivering van de documenten (inboeken, uitboeking en modificatie van diverse gegevens), identificering van diverse type gebruikers en toegangsniveaus, alsook voor het uploaden van de lijst op de webpage van de CEED. 15
© Copyright 2024 ExpyDoc