Inleiding - Con Amore

1
Studiegids© opleiding PSBK versie november 2014
Inleiding
Welkom bij de opleiding psychosociale basiskennis van Con Amore. Hoewel het compacte
karakter en het hbo-niveau garant staan voor een pittige studie, kan iedere student met een goede
motivatie en discipline deze opleiding met succes afronden.
Con Amore is een Italiaanse muziekterm, die wordt gebruikt als een componist wil benadrukken
dat een muziekstuk met liefdevolle aandacht dient te worden gespeeld. Met deze instelling gaan
we samen aan de slag, en het resultaat staat daarmee vast: het wordt een feest en een groot
succes.
Wij zullen er alles aan doen om je te begeleiden, je relevante tips te geven vóór en tijdens de
opleiding, al je vragen adequaat en snel te beantwoorden per mail. Wij willen je inspireren en
stimuleren om niet alleen je kennis, maar ook je wijsheid en je liefdevolle intentie in het leven te
bekrachtigen en te verspreiden.
Deze studiegids bevat, naast algemene informatie en aanwijzingen hoe je de stof het meest
effectief eigen kunt maken, ook ongeveer 1500 studievragen die je helpen om je focus te richten
op de essentie van het omvangrijke lesmateriaal. Deze studievragen zijn kenmerkend voor de
werkwijze van Con Amore. We verzoeken je dan ook vriendelijk om deze studiegids met vragen
niet verder te verspreiden.
INHOUD VAN DE OPLEIDING:
•
•
12 interactieve lesdagen (van 9.00 tot 17.00u) die zijn onderverdeeld in 3 modules:
1. Algemene basiskennis (les 1 en les 2)
2. Medische Basiskennis (les 3 en les 4)
3. Psychosociale Basiskennis (les 5 t/m les 12)
Thuisstudie via de online-leeromgeving met meer dan 1800 studievragen die je door de stof
heen leiden en je leren wat de hoofd- en bijzaken zijn.
Copyright Con Amore 2010 2
ALGEMENE VOORWAARDEN
Op de website van Con Amore (www.medischebasiskennisconamore.nl) staan de algemene
voorwaarden van de opleiding beschreven. Het is de bedoeling dat je deze gelezen hebt.
Elke lesdag wordt er een presentielijst bijgehouden. Kun je een lesdag niet aanwezig zijn, dan
dien je Con Amore hiervan vooraf op de hoogte te stellen zodat je kunt regelen dat je die les op
een ander moment kunt inhalen. De telefoonnummers waarop je ons kunt bereiken staan in de
tips, na deze inleiding. Zet ze in je telefoon, mocht je vlak voor de les verhinderd zijn, dan kun je
het ons toch laten weten.
LES METHODIEK:
De stof wordt overgebracht doormiddel van interactieve lessen.
De leerling maakt voorafgaand aan de les de bijbehorende vragen in de online-leeromgeving (zie
bijlage 7: Studievragen) zodat de leerling bekend is met de stof voordat zij in de les komt. Dit is
een verijsde omdat kennis van de stof nodig is voor het bespreken van de casussen. Heeft de
leerling de vragen niet voorafgaand aan de les ingeleverd, dan heeft zij geen toegang tot de les en
zal de leerling deze op een ander moment moeten inhalen.
Didactische werkvormen als instructievormen, interactievormen, opdrachtvormen en
samenwerkingsvormen wisselen zich tijdens de les af.
Informatie wordt het beste opgeslagen in het langetermijngeheugen als de informatie betekenis
heeft en meer is dan een serie van feiten en concepten.
Daarom wordt de stof die de leerling thuis heeft bestudeerd in de les behandeld d.m.v.
casusbesprekingen:
Tijdens elke lesdag wordt een zestal casussen besproken. Deze patiëntencasussen zijn reële
praktijksituaties en dienen om de lesstof beter te kunnen integreren in het professionele leven van
de therapeut en om de therapeutische attitude en vaardigheden te kunnen beoordelen. Ook leert
de student doormiddel van de casussen de grenzen van het eigen vakgebied.
Elke casus wordt vooraf in tweetallen besproken waarna een tweetal therapeuten de casus voor
de groep presenteert.
Volgens het principe van “specificiteit van codering” is het hierdoor gemakkelijker om het geleerde
materiaal te herinneren. Studenten worden uitgedaagd om op verschillende manieren met de
lesstof te ‘worstelen’, waardoor er meer verbanden worden gelegd zodat het gemakkelijker is
herinneringen op te roepen. Hierdoor leert de student niet alleen concepten maar weet de student
de kennis ook toe te passen in de praktijk, op momenten dat het echt nodig is. De casus
presentaties worden door de leraar beoordeeld (zie bijlage 2.2: Programma van toetsing) en zijn
onderdeel van de manier van toetsing.
Tussen de casus presentaties door wordt verder op de stof ingegaan door middel van presentaties
van de docent die worden ondersteund door PowerPoint met teksten, foto’s en video’s.
WIJZE VAN TOETSING:
1. Een open-boek examen doormiddel van de 1800 studievragen die voor elke les worden
ingeleverd.
Copyright Con Amore 2010 3
2. Elke lesdag word afgesloten met een toets van ongeveer 30 vragen waarbij kennis van de
leerdoelen op basis van de taxonomie van Bloom wordt getoetst.
3. Tijdens de gehele opleiding krijgt de therapeut minimaal twee keer de gelegenheid om een
casuspresentatie te doen. De beoordeling van de casus moet minimaal voldoende zijn
VOORWAARDEN VOOR SLAGEN:
De student zal het diploma ontvangen als hij aan de volgende voorwaarden heeft voldaan:
1. Alle studie vragen zijn volledig voor de aanvang van de desbetreffende les ingeleverd.
2. De student is bij alle lessen aanwezig geweest en heeft ten minste 100 contacturen.
3. De student heeft voor alle 12 toetsen een gemiddeld cijfer van minimaal 5,5 of meer.
4. De student heeft voor de twee casus presentaties ten minste een voldoende behaald.
DOCENTEN:
Lessen worden gegeven door ervaren artsen en psychologen die het materiaal kunnen
ondersteunen met eigen ervaringen uit de praktijk.
• Drs. Rose Jansen – Psycholoog, Journey therapeut en coach
• Drs. Robin de Wit – arts; bedrijfsarts en psychiater in opleiding.
• Drs. Peter Bachelaar – Psychotherapeut en Journey therapeut
• Drs. Suzanne Pistoor – Neuropsycholoog en NLP trainer
LITERATUURLIJST op alfabetische volgorde:
•
•
•
•
•
•
Craske, M. (2012) Cognitieve gedragstherapie in de praktijk
o ISBN13: 9789079729586
Deth, R, van (2013) Psychiatrie van diagnose tot behandeling
o ISBN13: 9789036803519
Droes, W. Van der (2013) Zo ben ik nu eenmaal
o ISBN13: 9789055942619
Syllabus (Bij inschrijving te downloaden via de site van Con Amore)
Zelman, M., et al., (2014) Pathologie, 7e ed.,
o ISBN13: 9789043028721
Zimbardo, et al., (2013) Psychologie een inleiding
o ISBN13: 9789043021678
HOE STUDEER JE HET MEEST EFFICIËNT?
De lesstof is veel en tamelijk complex. Onderschat dit niet! Vooral de grote hoeveelheid
onbekende medische termen doet je in het begin vaak duizelen. Gelukkig went dat snel en zul je
merken dat termen steeds weer terugkomen en dat zaken herhaald worden in nieuwe verbanden,
zodat je inzicht geleidelijk aan toeneemt. Alle reden dus om tot een goed besluit te komen en
meteen een gedegen plan van aanpak voor jezelf te maken.
BEGIN RUIM VOOR AANVANG VAN DE LESSEN MET STUDEREN!
•
•
•
Wat je nodig hebt is discipline en een goed ritme van studeren. Sluit vriendschap met het
boek, i.p.v. er tegenop te zien of ervan te balen, dat scheelt enorm! Dit boek wordt jouw
metgezel komend jaar, jouw maatje die je op een logische en ordelijke wijze loodst door het
complexe web van de psychologische wetenschap.
Zoek een ‘studiebuddy’ uit je lesgroep (iemand bij je in de buurt) om samen te studeren; dat
werkt stimulerend en veel effectiever.
Het is essentieel dat je de stof van een blok geheel en grondig hebt bestudeerd,
voorafgaand aan de lesdag! Dat verhoogt namelijk enorm de effectiviteit van de lesdag.
Copyright Con Amore 2010 4
•
•
•
•
•
Anders kun je niet discussiëren over de cliëntencasussen en loop je steeds achter de
feiten aan. Vervelend voor jou, storend voor je medestudenten met wie je de casus gaat
bespreken. Daarom is het wijs om op tijd een begin te maken met je studie. Door vroeg te
beginnen, verlaag je de studielast per week.
Zorg voor orde: bewaar alle relevante mails betreffende de opleiding in een apart mapje,
bewaar deze studiegids in een aparte map (PSBK) in je computer; er volgt regelmatig een
update met verbeteringen en vernieuwingen. Werk je antwoorden uit op de computer, niet
(alleen) in een werkschrift!
Zorg regelmatig voor een back-up van de inhoud van je computer, zodat bij een eventuele
computercrash niet al je werk voor niets is gedaan.
Lees ieder hoofdstuk eerst aandachtig door. Maak aantekeningen van moeilijke
begrippen in je werkschrift.
Probeer vervolgens de betreffende vragen bij het hoofdstuk op de computer te
beantwoorden.
Het gaat om het begrip van de stof: hoe zit de anatomie in elkaar, hoe functioneert het
orgaan dan, wat gebeurt er als er iets mis gaat? Als je een vraag niet begrijpt kun je dat
altijd even mailen. Wellicht leven die vragen ook bij anderen. Dan bespreken we het
klassikaal en kan iedereen met het antwoord zijn voordeel doen.
Probeer vooral kort en trefzeker te antwoorden, als oefening voor het examen.
Wijdlopigheid is zelden beter en wordt bij het examen dan ook niet op prijs gesteld.
DE STUDIEVRAGEN
De studievragen zijn kenmerkend voor de lesmethode van Con Amore. Ze helpen je met studeren
en vooral met focussen op wat belangrijk is. Ze loodsen je door elk hoofdstuk van het lesboek.
Ook wordt aangegeven wat je kunt overslaan en welke delen je alleen hoeft te lezen en niet te
leren.
Misschien wel het meest wezenlijke van de studievragen: het onderscheid tussen hoofd- en
bijzaken.
Bij de studievragen worden hoofdzaken in oranje weergegeven, bijzaken in zwart.
Situaties die levensbedreigend zijn worden ook wel rode en gele vlaggen genoemd. Deze rode en
gele vragen worden in de vragen in dikgedrukt oranje weergegeven. Dit zijn inzichtsvragen en je
kunt het antwoord op deze vragen niet in het boek terug vinden. Het antwoord op deze vragen
komt uit jezelf.
De dikgedrukt oranje vragen zijn de aller belangrijkste vragen. Het is dus cruciaal dat je daar het
antwoord op weet.
PSBK is een zeer uitgebreid vak, zoals je wel gemerkt hebt of spoedig zult merken. Daarom is het
handig om de hoofdzaken van de bijzaken te kunnen onderscheiden.
Onze uitgangspunten hiervoor zijn:
1. dat je therapeut bent (of in opleiding daarvoor) en geen arts;
2. dat je geen diagnose hoeft te stellen;
3. dat je basiskennis verwerft van ziektebeelden die samen de hoofdzaken vormen.
Wat zijn die hoofdzaken?
a. de meest algemeen voorkomende ziektebeelden;
b. de ernstige en ‘grote’ ziektebeelden die (urgent) medisch ingrijpen vereisen, inclusief de
symptomen die alle alarmbellen moeten doen rinkelen, de zogenaamde rode en gele
vlaggen.
Wat bijzaken betreft: het kan handig zijn als je termen herkent, enigszins weet waar het over gaat
als een patiënt bijv. meldt dat ze het syndroom van Wolff-Parkinson-White heeft. Dan is het goed
Copyright Con Amore 2010 5
te weten dat het niet om de ziekte van Parkinson gaat. Daarom slaan we niet zomaar over wat je
niet elke dag in je praktijk zult zien, maar is het wijs om sommige zaken toch te bestuderen.
Hierdoor zie je ook beter het verband tussen al die feitjes en weetjes.
Echt zeldzame aandoeningen slaan we meestal over; ze kunnen waanzinnig interessant zijn,
maar je kunt ze ook opzoeken in het naslagwerk dat je hebt.
HUISWERK
Zoals hierboven vermeld dien je jouw antwoorden in de online leeromgeving van te zetten.
Dit is een verplicht onderdeel van de studie! Het beantwoorden van de vragen is een vereiste voor
het meedoen aan de les. Zorg dus dat je ze op tijd af hebt.
Zodra je antwoorden ontvangen zijn, ontvang je de juiste antwoorden terug per mail. Vergelijk
deze zelf met je eigen antwoorden, zodat je jezelf kunt corrigeren. Daar leer je het meeste van en
zo blijft de stof goed hangen. Leer voor de aanvang van de les nog goed de oranje vragen en de
dikgedrukt oranje vragen zodat je goed voorbereid in de les komt.
Let op: als je niet jouw antwoorden voorafgaand aan de les hebt gemaakt, dan gaan wij er vanuit
dat je de lesstof niet grondig hebt voorbereid. Op die manier kun je niet actief betrokken zijn en
participeren aan de cliëntencasussen. In dat geval krijg je geen toegang tot de les! Een stok achter
de deur dus.
Mocht je om dwingende redenen niet in staat zijn om tijdig je antwoorden te mailen, dan dien je dit
met het secretariaat van Con Amore te bespreken, zodat hiervoor naar een oplossing gezocht kan
worden.
Onze voor cursist en docent intensieve werkwijze staat garant dat je als student ook daadwerkelijk
de hele stof bestudeert en dat je kennis verwerft van de belangrijkste en meest voorkomende
ziektebeelden, een garantie ook voor het hbo-niveau.
DE LESSEN:
MODULE 1: ALGEMENE BASISKENNIS: STUDIEBELASTING MODULE 1: Les 1 en les 2:
Zelfstudie: vragen online-leeromgeving:
Literatuur 251 pagina’s
Contacturen: 16 sbu.
Leren: 154 sbu.
Lezen: 42 sbu.
Deze module is de inleiding tot de algemene medische en psychosociale basiskennis.
Onderwerpen als anatomie, fysiologie, pathologie, organisatie van de gezondheidszorg, wetgeving
en gezondheidsethiek, geïntegreerde geneeskunde, informatie-vaardigheden, grenzen van eigen
vakgebied, en gezondheidsgedrag van mensen wordt geïntegreerd behandeld; Leerlingen worden
geacht thuis de stof te leren, en passen hun kennis toe in de besprekingen van de casussen en
oefeningen tijdens de les.
LES 1: ALGEMENE BASISKENNIS
Copyright Con Amore 2010 6
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
•
•
•
Merk Manual Medisch Handboek, Hoofdstuk 1 t/m 20
Syllabus Hoofdstuk 1: Pathologie
Syllabus Hoofdstuk 2: Algemene Farmacologie
Syllabus Hoofdstuk 3: Organisatie van de Gezondheidszorg
Syllabus Hoofdstuk 4: Ethiek
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 1 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 1:
• BASISBEGRIPPEN: De student heeft kennis van de basisbegrippen van de
gezondheidszorg en kan termen als gezondheid en ziekte, preventie, curatie,
palliatie, symptomen, infectie, klachten en besmetting reproduceren.
• DIAGNOSTISCH PROCESS: De student is bekend met het diagnostisch proces
binnen de geneeskunde en kan een theoretische onderbouwing van het medisch
algemeen lichamelijk onderzoek weergeven en regulier medische en psychosociale
behandelwijzen noemen.
• ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORG: De student heeft inzicht in de
samenwerking van de organisatie binnen de Nederlandse gezondheidszorg en kan
dit toepassen in samenwerking met andere zorgverleners. De student is bekend
met de definitie van de gezondheidszorg volgens de WHO.
• WETTEN IN DE GEZONDHEIDSZORG: De student heeft kennis van de
verschillende wetten in de gezondheidszorg en kan deze toepassen in de praktijk.
Hij kan ethische vraagstukken en handelingsopties beargumenteren en kan
beoordelen welke consequentie dit heeft voor zijn handelen.
• INFORMATIEVAARDIGHEDEN: De student is in staat informatie op te zoeken op
online databases en via vaktijdschriften en te beoordelen op relevantie.
• GRENZEN VAN EIGEN VAKGEBIED: De student kent de grenzen van eigen
deskundigheid en vakgebied en kan deze beargumenteren. De student is zich
bewust van zijn eigen beperkingen en kan zo nodig doorverwijzen naar deskundige
collegae.
• ALGEMENE FARMACOLOGIE: De student is bekend met de algemene
farmacologie en kan farmacokinetiek en kan begrippen als resorptie, distributie,
transformatie, excretie, therapeutische breedte, therapietrouw halfwaardetijd en
klaring benoemen.
De student heeft kennis van de hoofdgroepen van geneesmiddelen en vaccinaties
en heeft inzicht in de werking, bijwerking, interacties en veranderde werking van
geneesmiddelen en kan deze onderbouwen.
De student is bekend met, analgetica, antibacteriële middelen, antimycotica,
antivirale middelen, antithrombotica, hormonale middelen, antihistaminica,
bloeddrukregulerende medicijnen, maagzuurremmers en maagbeschermers,
cholesterolverlagers, Insuline, cytostatica, vaccinaties en kan hun werking
beschrijven.
De student heeft kennis van de psychofarmaca als Benzodiazepinen,
antipsychotica, antidepressiva, hypnotica/anxiolytica, stemmingsstabilisatoren,
Psychostimulantia en is bekend met het gebruik en de bijwerkingen
Copyright Con Amore 2010 Bloom
1
1
3
3
2
5
1
2
1
7
LES 2: ALGEMENE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
•
•
•
Anatomie en fysiologie van de mens Hoofdstuk 2 en 3
Merk Manual Medisch Handboek, Hoofdstuk 1, 2, 180 t/m 189 + 190, 198
Pathologie Hoofdstuk 5: Kanker
Syllabus Hoofdstuk 5: Geïntrigeerde geneeskunde
LEERMATERIAAL:
Vragen les 2 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 2:
• ANATOMIE: De student heeft kennis van de orgaanstelsels en de ligging van de
organen.
• FYSIOLOGIE: De student heeft kennis van de basisbegrippen van de fysiologie en
kan deze definiëren en beschrijven
• PATHOLOGIE: De student heeft kennis van de pathologie en heeft inzicht in diverse
oorzaken van ziekte en reacties van het lichaam en kan deze uitleggen
• GEINTEGREERDE GENEESKUNDE: De student heeft kennis van geïntegreerde
geneeskunde, begrijpt het verband tussen fysieke, psychosociale en sociale factoren
en kan deze toepassen in de praktijk.
• GEZONDHEIDSGEDRAG: De student is bekend met het gezondheidsgedrag van
mensen en kan dit toepassen bij het over-en onder rapporteren van klachten. De
student heeft kennis van gezondheidsbevorderend en gezondheidsbelemmerend
gedrag, is bekend met de context factoren die van invloed zijn op welbevinden,
ziekten en ziektebeleving en kan deze kennis toepassen.
• DIAGNOSTIEK EN BENADERING: De student is bekend met de plaats van de
psychiatrie in de maatschappij en herkent het verschil tussen abnormaal gedrag en
gestoord gedrag. Hij weet hoe diagnoses worden gesteld en kent het verschil tussen
een symptoom en een syndroom.
Het verschil tussen DSM-IV en DSM-V is duidelijk en de student weet wat de
verschillende verklaringen zijn voor psychiatrische stoornissen.
Ook is de student bekend met de verschillende behandelmethoden en kent hij het
verloop en de preventie van psychiatrische stoornissen.
Bloom
1
1
2
2
2
2
MODULE 2: MEDISCHE BASISKENNIS STUDIEBELASTING MODULE 2: Les 3 en les 2:
Zelfstudie: vragen online-leeromgeving:
Literatuur: 499 pagina’s
Contacturen: 16 sbu.
Leren:
160 sbu.
Literatuur:
83 sbu.
Deze module gaat dieper in op de medische basiskennis en omvat specifieke kennis over de
onderwerpen anatomie, fysiologie, pathologie. Deze onderwerpen worden geïntegreerd behandeld
Copyright Con Amore 2010 8
en zullen dus niet los aan bod komen. Dat betekent dat bij de behandeling van de casussen alle
drie de onderwerpen geïntegreerd behandeld zullen worden. Tijdens de casus behandeling zullen
ook de Rode Vlaggen (alarmsignalen) aan bod komen.
Ook organisatie van de gezondheidszorg, wetgeving en gezondheidsethiek, grenzen van eigen
vakgebied, en gezondheidsgedrag van mensen komen in deze module weer aan bod tijdens de
bespreking van de casussen, zodat de student in staat is de theorie toe te passen. Leerlingen
worden geacht thuis de stof te leren, en passen hun kennis toe in de besprekingen van de
casussen en oefeningen tijdens de les.
LES 3: MEDISCHE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
Merc Manual Medisch Handboek: Hoofdstuk
Pathologie: Hoofdstuk 6, 8, 11, 12
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 3 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 3:
• HART EN VAATSTELSEL: De student heeft inzicht in de anatomie en
fysiologie van het hart en vaatstelsel en de kan de onderliggende
verbanden benoemen.
Rode vlaggen: De student herkent de volgende alarmsignalen:
hyperhydrosis; hartkloppingen waarbij de hartslag irregulair en
inequaal is; wanneer iemand in rust een hartslag heeft van meer dan
honderd slagen per minuut; krampachtige spierpijnen over de borstkas;
acute schouderpijn (vnl. links) met zweten; pijn in één arm, eventueel
met bleek zien, zweten en een klamme huid; acute dyspnoe; algehele
zwelling van het buikgebied; een onverklaarbare droge mond;
gezwollen enkel aan één zijde en gezwollen enkels aan beide zijden;
plotselinge duizeligheid en/of flauwte; pijn op de borst; onbegrepen
moeheid; onbegrepen koorts en kan hier adequaat op reageren.
•
Bloom
2
5
ADEMHALINGSSTELSEL: De student is bekend met de fysiologie en
anatomie van het ademhalingsstelsel en kan deze reproduceren.
1
De student is bekend met de bouw van het ademhalingsstelsel,
indeling longen in kwabben en segmenten, de ademhalings- en
hulpademhalingsspieren en ademhalingsbewegingen en kan deze
kennis reproduceren.
De student heeft inzicht in de ziekten van het ademhalingsstelsel als
stridor, dyspnoe d'effort en dyspnoe de repos, Kussmaul ademhaling,
hyperventilatie, Cheyne-Stokes ademhaling, cyanose (centraal en
perifeer), bradypnoe, en tachypnoe, Ook heeft de student kennis van
bronchitis en kan deze kennis toepassen.
Rode vlaggen: De student herkent de volgende alarmsignalen: acute
dyspnoe; hemoptoë; onverklaarbare heesheid en stemverlies; pijn op
de borst en kan hier adequaat op reageren.
1
Copyright Con Amore 2010 2
5
9
•
•
GENITAAL STELSEL: De student is bekend met de anatomie en
fysiologie van het genitaal stelsel.
De student heeft kennis van de menstruatiecyclus, primaire en de
secundaire geslachtskenmerken van de man en de vrouw, de bouw en
de functies van de eierstok en eileider, onderdelen van de penis en de
werking van de zwellichamen, de samenstelling van sperma en kan
deze kennis reproduceren.
De student kent de werking en de plaats van de productie van de
volgende hormonen bij de man: FSH, LH en testosteron.
De student kent de werking en de plaats van productie van de
volgende hormonen bij de vrouw: oestron, progesteron, FSH en LH.
Rode vlaggen: De student herkent de volgende alarmsignalen: Pijn in
de onderbuik bij vrouwen, postmenopauzaal bloedverlies bij vrouwen
1
HORMOONSTELSEL: De student is bekend met de anatomie en
fysiologie van het hormoonstelsel.
De student heeft kennis van het werkingsprincipe van hormonen, de
werking en de plaats van productie van mannelijke en vrouwelijke
hormonen, de ligging en de bouw van de bijnieren en kan deze kennis
reproduceren.
De student heeft inzicht in de ligging en de (hormonale) functie van de
hypofyse en hypothalamus, de ligging en functie van de
schildklier(hormonen), de ligging en functie van de bijschildklieren
(hormonen), functies hormoongroepen van de bijnierschors, functies
hormonen bijniermerg en kan hun functies beschrijven.
De student begrijpt de ziekten die van toepassing zijn op het
hormoonstelsel als diabetes mellitus, hypoglycaemie en
hyperglycaemie, hyperthyreoïdie en hypothyreoïdie, Cushing, Addison,
hypopituïtarisme, hyperparathyreoïdie en hypoparathyreoïdie, vitamine
D deficiëntie, osteoporose, obesitas en metabool syndroom en kan
deze kennis toepassen.
Alarmsignalen: De student herkent de volgende alarm signalen:
onverklaarbaar veel dorst; onverklaarbaar heel veel plassen en kan
hier adequaat op reageren.
1
1
2
1
2
2
5
LES 4: MEDISCHE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
•
Merc Manual Medisch Handboek: Hoofdstuk 76
Pathologie: Hoofdstuk 13
Psychologie een inleiding: Hoofdstuk 2
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 4 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 4:
• ZENUWSTELSEL EN NEUROLOGIE: De student heeft inzicht in de
bouw en functies van de neurologie en het zenuwstelsel en kan deze
kennis reproduceren.
Copyright Con Amore 2010 Bloom
1
10
De student begrijpt de bouw functies en ligging van het centrale- en
perifere zenuwstelsel, de grote hersenen, tussenhersenen, thalamus,
hypothalamus, hersenstam, kleine hersenen en ruggenmerg, het
animale en vegetatieve zenuwstelsel, en heeft kennis van de
prikkelgeleidingen en overdracht van neurotransmitters,
netwerkvormingen en plasticiteit van het zenuwweefsel en heeft kennis
van de functies van de epifyse, hypofyse, schildklier, bijschildklieren,
pancreas, bijnieren en kan deze kennis reproduceren
De student begrijpt de pathologie van vormen van hoofdpijn, epilepsie,
ziekte van Parkinson, Multiple Sclerosis, trauma’s, transient ischemic
attack en cerebrovasculair accident
Rode vlaggen: De student herkent de volgende alarmsignalen: Een
pijnlijke of stijve nek, een nieuwe hoofdpijn, tintelingen en/of tastverlies,
tremoren, chorea, pijn in het gezicht, delirium, afasie.
1
1
5
MODULE 3: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS: STUDIEBELASTING MODULE 3: Les 5 t/m 12 :
Zelfstudie: vragen online-leeromgeving:
Literatuur: 682 pagina’s
Contacturen:
Leren:
Lezen:
64 sbu.
520 sbu.
113.6 sbu.
Deze module gaat dieper in op de psychologie en de psychiatrie en biedt inzicht in de processen
die het gedrag van mensen bepalen. Deze module omvat specifieke kennis over de verschillende
deelgebieden in de psychologie, en psychiatrie. Deze onderwerpen worden geïntegreerd
behandeld d.m.v. casussen tijdens de les waarbij ook de grenzen van het eigen vakgebied worden
besproken en de student adequaat leert handelen. Tijdens de casus behandeling zullen ook de
G ele Vlaggen aan bod komen.
Ook behandeld deze module de therapeutische basisvaardigheden, gespreksvaardigheden en de
basisvaardigheden m.b.t. Cognitieve gedragstherapie (CGT).
LES 5: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
Cognitieve gedragstherapie in de praktijk: Hele boek
Psychologie een inleiding: Hoofsdtuk 4
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 5 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 5:
• LEREN: De student heeft kennis van de verschillende leervormen en
Copyright Con Amore 2010 Bloom
1
11
•
kan deze kennis reproduceren.
De student is bekend met de werking en functie van klassieke
conditionering, operante conditionering en de theorieën van leren
volgens de cognitieve psychologie.
COGNITIEVE GEDRAGSTHERAPIE: De student is bekend met
eenvoudige functie analyses en begrijpt de betekenis van analyses en
cognitieve technieken en kan deze toepassen in de praktijk.
1
2
LES 6: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
•
Psychiatrie: Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4
Psychologie een inleiding: Hoofdstuk 1
Syllabus Hoofdstuk 6: Praktische gespreksvoering
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 6 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 6:
• PSYCHIATRIE: De student heeft kennis van de diagnostiek en
benadering van de psychiatrie
De student heeft inzicht in de algemene kenmerken van de
psychopathologie, en is bekend met het diagnostisch proces binnen de
psychiatrie en het gebruik van DSM-IV en DSM-V en de verschillen
tussen beiden. Ook is de student bekend met psyche-educatie, heeft
inzicht in verschillende vormen van psychotherapie, psychofarmaca als
benzodiazepinen, antidepressiva, antipsychotica en
stemmingsstabilisatoren met hun bijwerkingen en therapietrouw en kan
deze kennis toepassen.
• DEELGEBIEDEN VAN DE PSYCHOLOGIE: De student heeft inzicht in
de verschillende deelgebieden van de psychologie en heeft kennis van
de biologische benadering, Leertheoretische benadering,
humanistische benadering en systeemtheoretische benadering en kan
deze kennis toepassen.
• GESPREKSVAARDIGHEDEN: De student begrijpt termen “als non
verbaal gedrag, verbaal volgen, gebruik stiltes, samenvatten,
feedback, doorvragen, reflecteren, concretiseren, interpretatie,
confrontatie, eigen voorbeelden geven, terugkoppelen naar doelen,
situatie verduidelijken, afsluiten van gesprek” en kan deze kennis
toepassen in de praktijk.
• THERAPEUTISCHE BASIVAARDIGHEDEN: De student begrijpt
termen als “empathie, congruentie, onvoorwaardelijke acceptatie,
attitude van de therapeut” en kan deze termen in eigen woorden
uitleggen.
Copyright Con Amore 2010 Bloom
1
2
2
2
2
12
LES 7: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
Psychiatrie: Hoofdstuk 6 en 11
Psychologie een inleiding: Hoofdstuk 5
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 7 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 7:
• GEHEUGEN: De student heeft kennis van de verschillende
geheugenstadia en begrijpt de verschillende werkingen en functies van
het geheugen en kan deze reproduceren.
De student heeft inzicht in de verschillende onderdelen en functies van
het geheugen als het sensorische geheugen, het werkgeheugen en het
langetermijngeheugen en begrijpt waarom er problemen met het
geheugen kunnen ontstaan.
• PSYCHOORGANISCHE STOORNISSEN: De student is bekend met
dementie en andere psychorganische stoornissen heeft inzicht in de
oorzaak en het verloop van de stoornissen en kan daar adequaat op
reageren.
• DISSOCIATIEVE STOORNISSEN: De student is bekend met
dissociatieve amnesie en andere dissociatieve stoornissen heeft
inzicht in de oorzaak en het verloop van de stoornissen en kan daar
adequaat op reageren.
• OUDERDOMSPROBLEMATIEK: De student is bekend met de
problemen die zich voordoen tijdens het verouderen en kan deze
kennis toepassen.
Bloom
1
2
4
4
2
LES 8: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
Psychiatrie: Hoofdstuk 7, 13 en 16
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 8 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 8:
• EETSTOORNISSEN: De student is bekend met anorexia nervosa en
andere eetstoornissen, heeft inzicht in de oorzaak en het verloop van
de stoornissen en kan daar adequaat op reageren.
• STOORNISSEN DOOR GEBRUIK VAN ALCOHOL EN DRUGS: De
student is bekend met alcohol verslaving en andere stoornissen door
gebruik van alcohol en drugs heeft inzicht in de oorzaak en het verloop
van de stoornissen en kan daar adequaat op reageren.
• STOORNISSEN IN DE IMPULSCONTROLE: De student is bekend
met pathologisch gokken en andere stoornissen in de impulscontrole
Copyright Con Amore 2010 Bloom
4
4
4
13
en heeft inzicht in de oorzaak en het verloop van de stoornissen en
kan daar adequaat op reageren.
LES 9: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
Psychiatrie: Hoofdstuk 9, 10 en 18
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 9 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 9:
• AANPASSINGSSTOORNISSEN: De student is bekend met burn-out
en andere aanpassingsstoornissen, heeft inzicht in de oorzaak en het
verloop van de stoornissen en kan daar adequaat op reageren.
• ANGSTSTOORNISSEN: De student is bekend met de verschillende
angststoornissen, heeft inzicht in de oorzaak en het verloop van de
stoornissen en kan vragenlijsten voor angststoornissen toepassen.
• STEMMINGSSTOORNISSEN: De student is bekend met depressie en
andere stemmingsstoornissenstoornissen heeft inzicht in de oorzaak
en het verloop van de stoornissen en kan screeninglijsten voor
depressie toepassen.
Bloom
4
4
4
LES 10: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
Psychiatrie: Hoofdstuk 8, 12, 14 en 15
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 10 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 10:
• SEKSUELE STOORNISSEN: De student is bekend met seksuele
disfuncties en andere seksuele stoornissen, heeft inzicht in de oorzaak
en het verloop van de stoornissen. De student is ook bekend met de
risico’s’ van seksueel misbruikt, kan dit herkennen en kan daar
adequaat op reageren.
• SCHIZOFRENIE: De student is bekend met schizofrenie en andere
psychotische stoornissen heeft, inzicht in de oorzaak en het verloop
van de stoornissen, is bekend met vragenlijsten voor UHR, en kan
deze kennis toepassen.
• SOMATOFORME STOORNISSEN: De student is bekend met
somatisatiestoornis en andere somatoforme stoornissen heeft inzicht in
de oorzaak en het verloop van de stoornissen en kan daar adequaat
Copyright Con Amore 2010 Bloom
4
4
4
14
op reageren.
•
SLAAPSTOORNISSEN: De student is bekend met insomnie en andere
slaapstoornissen heeft inzicht in de oorzaak en het verloop van de
stoornissen en kan daar adequaat op reageren.
4
LES 11: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
•
Psychiatrie: Hoofdstuk 17
Psychologie: Hoofdstuk 6 en 10
Zo ben ik nu eenmaal: Hele boek
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 11 van de online-leeromgeving
Bloom
LEERDOELEN LES 11:
• PERSOONLIJKHEIDSONTWIKKELING: De student heeft inzicht in de
verschillende theorieën van de persoonlijkheidsontwikkeling en kan
deze kennis toepassen.
• PERSOONLIJKHEIDSSTOORNISSEN: De student is bekend met
narcisme en andere persoonlijkheidsstoornissen heeft inzicht in de
oorzaak en het verloop van de stoornissen en kan daar adequaat op
reageren.
• DENKEN EN INTELLEGENTIE: De student heeft kennis van de
verschillende van denkprocessen en kan deze reproduceren.
De student is bekend met de bouwstenen van het denken, begrijpt over
welke vaardigheden goede denkers beschikken en weet hoe
intelligentie gemeten wordt.
3
4
1
1
LES 12: PSYCHOSOCIALE BASISKENNIS
VERPLICHTE LITERATUUR: •
•
Psychiatrie: Hoofdstuk 19
Psychologie: Hoofdstuk 7
LEERMATERIAAL:
• Vragen les 12 van de online-leeromgeving
LEERDOELEN LES 12:
Bloom
Copyright Con Amore 2010 15
•
•
PSYCHOLOGISCHE ONTWIKKELING: De student heeft inzicht in de
verschillende leeftijdsfasen, kent de bijbehorende ontwikkelingstaken,
heeft inzicht in risico dragende situaties als verwaarlozing,
mishandeling en onderdrukking en kan deze kennis toepassen.
STOORNISSEN BIJ KINDEREN EN ADOLESCENTEN: De student is
bekend met ADHD, autisme en andere stoornissen die voorkomen bij
kinderen en adolescenten heeft inzicht in de oorzaak en het verloop
van de stoornissen is bekend met screeninglijsten voor ADHD en
autisme en kan deze kennis toepassen.
3
4
We wensen je veel studieplezier en een fantastisch opleidingsjaar toe.
Liefdevolle groet De directie van Con Amore
(Albert Jansen, Rinske Zielstra, Rose Jansen, Sylvester Jansen en Arthur Jansen)
Copyright Con Amore 2010