Lees er hier meer over. - centrum voor jeugd en gezin Westerkwartier

De verandering
in de zorg raakt
iedereen
veranderingen
Informatiekrant
in de
zorg
Westerkwartier
Wat verandert er voor u?
De verandering in de
zorg raakt iedereen...
U hebt misschien al gehoord of gelezen, dat de gemeenten er vanaf 1 januari 2015
extra zorg- en ondersteuningstaken bij krijgen. Taken die het rijk en de provincie overdragen aan de gemeenten. Het gaat om taken op het gebied van werk en inkomen, zorg
en welzijn, opvoeding en jeugdzorg. Dat is een hele opgave, maar het biedt ook zeker
kansen. Gemeenten kunnen de ondersteuning dichterbij organiseren, combineren en
beter afstemmen op uw persoonlijke situatie. Het uitgangspunt daarbij is eigen kracht.
Met elkaar
de schouders
er onder
Er komen veel veranderingen af op onze gemeenten en inwoners voor wat betreft zorg, ondersteuning, werk en inkomen. Maar zijn dat nu kansen of
bedreigingen? Als wethouders die verantwoordelijk
zijn voor deze onderwerpen (het sociaal domein)
werken we vanuit een positieve houding mee aan al
die veranderingen. Het is voor alle betrokkenen in
het Westerkwartier een hele klus. We pakken dit
samen op.
Voor elkaar, met elkaar
Dat betekent ook dat we iets van onze inwoners
verwachten. Zorgen voor elkaar, verantwoordelijkheid willen en durven nemen. Zich samen sterk
maken voor het dorp, de wijk en/of de buurt. Er zijn
voor elkaar en aan de bel trekken als dingen niet
goed gaan of als er zorgen zijn. Samen. Ook met
zorgaanbieders en andere professionals, voor wie
niet de omzet of het eigen bestaansrecht, maar de
mens centraal staat. Met vrijwilligers en mantelzorgers, van wie veel wordt gevraagd, maar die ook op
steun van de gemeente mogen rekenen. En met
bedrijven, die mensen met afstand tot de arbeidsmarkt een kans geven. Dat we samen inwoners op
het brede terrein van zorg, ondersteuning, werk en
inkomen kunnen bieden wat ze nodig hebben.
We rekenen ook op u!
We roepen alle betrokkenen op om vanuit gezamenlijke verantwoordelijkheid, zich in te zetten
voor een goede zorg- en ondersteuningsstructuur in
het Westerkwartier. Natuurlijk gaat dat met vallen
en opstaan. Een verandering als deze is enorm en
kost tijd. Maar als we er samen voor gaan, kan er
heel veel! De colleges en raden rekenen op uw
inzet, de inwoners van het Westerkwartier kunnen
dan ook op ons rekenen!
Wethouders sociaal domein Westerkwartier
Geleidelijke overgang
Gezien de omvang van de veranderingen is gekozen voor
een geleidelijke overgang. Hierdoor merkt u in 2015
waarschijnlijk nog niet zoveel van de veranderingen. Wel
zult u merken dat wij en de zorgaanbieders uw vragen
op een andere manier benaderen. Uw eigen mogelijkheden en die van uw eigen netwerk staan daarbij centraal.
”
Als we er samen voor gaan dan kan
het echt beter. We doen het samen.
Dat betekent dat we er als gemeenten zijn
voor de inwoners. Dat we ervoor zorgen
dat zij met vragen en problemen ergens
terecht kunnen. Dat in het bijzonder
kwetsbare inwoners de juiste hulp en
ondersteuning krijgen.
Bert Nederveen
wethouder
gemeente Zuidhorn
2
”
De veranderingen in de zorg en ondersteuning raken
iedereen: jong of oud, rijk of arm, gezond of hulpbehoevend. De gemeenten in het Westerkwartier (Grootegast,
Leek, Marum en Zuidhorn) pakken deze veranderingen
samen op.
Anders denken, anders doen
De gemeenten vragen u als inwoner(s) meer vanuit
eigen kracht te doen. Zonodig met de inzet van mensen
uit uw omgeving. Als het nodig is, met een steuntje in
de rug vanuit de gemeenten. Dit vraagt een verandering
in denken en doen bij inwoners, gemeente en bij de
diverse instanties die zorg en ondersteuning
bieden. De gemeenten ondersteunen,
stellen voorzieningen beschikbaar en
zorgen voor een vangnet.
Om welke taken gaat het?
De extra taken die de gemeenten
erbij krijgen, zijn op het gebied van
de Jeugdzorg, Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en
Participatiewet.
Wat deze taken inhouden en wat
er gaat veranderen in de zorg
en ondersteuning leest u in
deze speciale krant.
Gemeente Grootegast:
Sjabbo Smedes, Kor de Wagt
Gemeente Leek:
Hans Morssink, Ben Plandsoen
Gemeente Marum:
Janny Hulshoff, Jan Vos
Gemeente Zuidhorn:
Henk Bakker, Bert Nederveen
”
De veranderingen in zorg en ondersteuning die voor 2015 en verdere jaren
op ons afkomen zijn enorm, zowel voor
onze inwoners maar ook voor de
gemeentelijke organisatie en instellingen
die in opdracht een deel van de uitvoerende taken voor hun rekening nemen.
Stap voor stap geven wij de komende
periode aan de verandering verder vorm
en inhoud. Wij betrekken onze inwoners
bij dit veranderingsproces en communiceren hierover op verschillende manieren: aan de balie, via de telefoon, met
publicaties zoals deze speciale krant
en via onze gemeentelijke
websites. Samen met de
gemeenteraden houden wij
een vinger aan de pols.
”
Henk Kosmeijer
burgemeester gemeente Marum
(bestuurlijk opdrachtgever van het
programma Transformatie Sociaal
Domein Westerkwartier)
Zorg en ondersteuning
Wet maatschappelijke
ondersteuning (Wmo)
Per 1 januari 2015 krijgen
gemeenten in Nederland
nieuwe zorgtaken. Gemeenten
willen efficiënter met inwoners
samenwerken. Een samenleving
waarin inwoners ook meewerken aan elkaars welzijn.
”
Het systeem was veel
te ingewikkeld. Dat kan
beter, allereerst door de
ondersteuning dichterbij bij
onze inwoners brengen.
Ben Plandsoen
wethouder
gemeente Leek
”
Huishoudelijke hulp
Vanaf 2015 wordt van inwoners verwacht dat zij hun
huishoudelijke hulp zelf organiseren en betalen.
Als het niet lukt om passende hulp te vinden, kan de
gemeente helpen bij het vinden van hulp. Als blijkt
dat er aanvullend betaalde huishoudelijke hulp nodig
is en dit levert financiële problemen op dan kunt
u soms in aanmerking komen voor een tegemoetkoming. Dit hangt af van de persoonlijke inkomenssituatie. Huishoudelijke hulp 2 blijft als maatwerkvoorziening bestaan voor mensen die hun huishouden niet meer zelf kunnen plannen en overzien.
Per 1 januari 2015 wordt de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015)
van kracht. Deze nieuwe wet vervangt de huidige Wmo. Vrijwel alle huidige Wmo-taken
worden overgenomen in de Wmo 2015. Met uitzondering van de ‘preventieve ondersteuning van jeugdigen en hun ouders’; deze taak is vanaf 2015 opgenomen in de
Jeugdwet. Daarnaast worden verschillende taken uit de Algemene Wet Bijzondere
Ziektekosten (AWBZ) overgedragen naar de Wmo 2015. Het betreft de zogenaamde
individuele begeleiding, de dagbesteding, het kortdurend verblijf en het vervoer (van
en naar de dagbesteding en het kortdurend verblijf).
Wat
Heeft u een indicatie Hulp bij het Huishouden 2, dan
blijft u de zorg ontvangen zoals u dat nu gewend
bent. Mensen met een indicatie voor Hulp bij Huishouden 1 hebben inmiddels van hun gemeente een
brief ontvangen dat deze vorm van ondersteuning
verdwijnt. De Wmo-consulent gaat, als zij dat op prijs
stellen, met hen in gesprek om samen naar andere
oplossingen te zoeken.
niet verandert in 2015
Iedereen blijft volgend jaar de ondersteuning ontvangen die nodig is. Hulp
en ondersteuning die past bij uw eigen
situatie. Krijgt u of uw kind in 2014
zorg en heeft u daarvoor een doorlopende indicatie voor 2015? Dan houdt
u zorg in 2015, tot de indicatie afloopt.
Als u daarna nog ondersteuning nodig
heeft kunt u met uw vraag terecht bij
de gemeente.
Voordat uw indicatie afloopt, moet u op tijd contact
opnemen met de gemeente. Door de vele veranderingen, is het mogelijk dat de hulp, zorg of ondersteuning
die u nu krijgt er anders uit gaat zien.
Hieronder leest u wat niet verandert in 2015.
Langdurige zorg
Kinderen en jongeren van wie duidelijk is, dat ze de rest
van hun leven zorg nodig hebben, vallen nu onder de
AWBZ. Zij houden hun aanspraak op de zorg. Dit is dan
op basis van de (nieuwe) Wet Langdurige Zorg. Deze wet
geldt ook voor de meest kwetsbare ouderen en mensen
met chronische ziekten of beperkingen.
Kortdurende opvang en verblijf
Voor mantelzorgers blijven er ook in 2015 mogelijkheden om even op adem te komen om te voorkomen dat
ze overbelast raken. Dit kan op verschillende manieren
zoals door:
..
.
.
Met familie en vrienden de zorg meer te delen.
Een vrijwilliger in te zetten.
De inzet van dagopvang of dagbesteding voor
degene waar u voor zorgt.
De inzet van kortdurende opvang zoals een
zorgboerderij of logeerhuis.
Persoonsgebonden budget (pgb)
Wanneer u nu een persoonsgebonden budget (pgb)
krijgt, kunt u in 2015 nog steeds uw eigen zorgverlener
kiezen. Uw pgb wordt niet meer op uw rekening gestort,
maar wordt beheerd door de Sociale Verzekeringsbank
(SVB).
Overgangsrecht
Afhankelijk van de einddatum van uw indicatie, hebt u
maximaal 1 jaar recht op de hulp, zorg en begeleiding
die u nu ook krijgt. Dit noemen we overgangsrecht. De
eigen bijdrage blijft van toepassing. Het overgangsrecht
geldt voor:
.
..
.
Mensen met individuele begeleiding, dagbesteding
of dagopvang vanuit de AWBZ en een indicatie die
geldig is tot in 2015.
Mensen met een persoonsgebonden budget (pgb).
Mensen met speciaal vervoer.
Kinderen die hulp en ondersteuning en/of jeugdzorg
ontvangen op 31 december 2014.
”
Duurzaamheid is ook: lang blijven
wonen in je eigen huis, in je eigen omgeving. Daarvoor moet je kunnen vertrouwen op de mensen en de organisaties in je
omgeving. Dat vind ik belangrijk.
Henk Bakker
wethouder
gemeente Zuidhorn
”
3
Verbinding zoeken
De wijkverpleegkundige
als spil in de wijk
Ieder mens heeft zijn eigen persoonlijkheid en wil het liefst zijn leven zo
passend mogelijk inrichten. Zelf, en met behulp van familie en bekenden. Het
wordt voor mensen steeds belangrijker de eigen kracht en regie te versterken en
mee te blijven doen in de maatschappij. Welke rol kan de wijkverpleegkundige
hierbij spelen?
Hilda Venema: “Ik speel een centrale rol in de buurt.
Ik zorg onder meer voor verbinding tussen zorg thuis
en de ziekenhuiszorg. Dat doe ik door steeds de
samenwerking op te zoeken tussen de verschillende
instanties.”
De belangrijkste taken van een
wijkverpleegkundige zijn:
• Signaleren en schakelen
Hier gaat het om het zo vroeg mogelijk opmerken
van kwetsbare mensen en hen in contact brengen
met de voor hen meest geschikte diensten of hulpverleners. Geprobeerd wordt problemen zo veel
mogelijk te voorkomen. Als iemand bijvoorbeeld
een ontregeld huishouden heeft als gevolg van
schulden, kan de wijkverpleegkundige die persoon
in contact brengen met schuldhulpverlening om de
situatie weer op de rit te krijgen.
• Presentie
De wijkverpleegkundige is gemakkelijk te bereiken
en direct beschikbaar. Hij/zij is in principe in het hele
Westerkwartier werkzaam. Als er geen zorgindicatie
is, kan iemand via verschillende netwerkpartners of
het signaleringsnetwerk met de wijkverpleegkundige in contact worden gebracht (bijv. via
huisarts, thuiszorg, Steunpunt Mantelzorg en/of
Wmo-consulent)
• Preventie
De wijkverpleegkundige zet zich in samenwerking
met de ketenpartners ook in voor preventie.
Bijvoorbeeld als iemand een verhoogd risico heeft
op vallen of als er gezondheidsrisico’s zijn vanwege
over- of ondergewicht of depressies, kan de wijkverpleegkundige activiteiten op gang brengen om
problemen te voorkomen.
• Zorgverlening
De wijkverpleegkundige stimuleert mensen tot
zelfzorg. Bijvoorbeeld zelf oogdruppelen en steunkousen aantrekken, eventueel met gebruik van hulpmiddelen. Hij of zij ondersteunt de mantelzorgers
en vrijwilligers uit de buurt en voert de verpleegkundige zorgverlening uit, waarvoor mensen een
indicatie hebben.
Steunpunten Mantelzorg
Mantelzorg is zorg die mensen verlenen op basis van een al bestaande persoonlijke
relatie. Het gaat hierbij om partners die voor elkaar zorgen, kinderen die voor hun
ouders zorgen (of omgekeerd) en vrienden, buren of kennissen die elkaar helpen.
In iedere gemeente van het Westerkwartier is een
Steunpunt Mantelzorg. Dit steunpunt is er voor alle
mantelzorgers, met het accent op mantelzorgers die
langdurige zorg verrichten gedurende meer dan 8 uur
per week. De taken die mantelzorgers op zich nemen
kunnen o.a. bestaan uit het bieden van emotionele
steun, verzorgende taken, begeleiding, hand- en
spandiensten, maar ook administratieve zaken.
Jaap Cazemier: “Ik zorg al een jaar of zes met veel liefde
voor mijn vrouw. Zij ligt vanwege haar chronische ziekte
veel in bed. Ze heeft veel zorg nodig die ik haar bied.
Het wordt voor mij wel steeds zwaarder en ik ben dan
ook blij dat ik steun ondervind van het Steunpunt
Mantelzorg, waar ik geregeld contact mee heb.
Zij bieden een luisterend oor en zorgen ervoor dat
iemand het soms even van mij overneemt.”
”
De samenleving
bestaat niet uit
doelgroepen maar
uit actieve inwoners.
Jong en oud,
mantelzorger of
buurtbewoner:
‘zorgen voor’ doen
we met elkaar!
”
Sjabbo Smedes
wethouder
gemeente Grootegast
Wat kan het Steunpunt Mantelzorg doen?
4
Het Steunpunt Mantelzorg biedt:
• Emotionele ondersteuning, bijvoorbeeld bij het omgaan met de taak als mantelzorger, het verwerken
van verlies etc.;
• Informatie en advies over het zorgaanbod van
organisaties;
• Informatie over regelingen en voorzieningen;
• Praktische hulp zoals hulp bij het invullen van
formulieren;
• Lotgenotencontact voor mantelzorgers via
lotgenotengroepen;
• Het organiseren van activiteiten zoals mantelzorgbijeenkomsten en dag van de Mantelzorg.
Mantelzorgsteunpunt
Grootegast
(na telefonische afspraak):
Dienstencentrum
De Schalck 1
9861 BB Grootegast
Telefoon 0594 – 51 23 34
Mantelzorgsteunpunt Leek
Dienstencentrum De Schutse
Oldenoert 32
9351 KP Leek
Telefoon 0594 – 51 23 34
Mantelzorgsteunpunt
Marum
(na telefonische afspraak):
mfc ‘t Marheem
Schoolstraat 8
9363 BH Marum
Telefoon 0594 - 64 18 90
Steunpunt Mantelzorg
Zuidhorn
contactpersoon Sandra ter Veen
Jellemaweg 3
9801 CG Zuidhorn
Telefoon 0594 - 50 47 11
De Hulpkring kan
een handje helpen
Samen eten
met de buurt
Sinds dit voorjaar is het voor oudere inwoners van de
gemeente Marum mogelijk met elkaar een maaltijd te
gebruiken in hun eigen dorp. Want samen eten verbindt. Samen eten is een gemakkelijke en leuke manier
om (nieuwe) mensen te ontmoeten of elkaar beter te
leren kennen. De organisatie is in handen van plaatselijke vrijwilligers. Zo is het elke derde vrijdag van de
maand mogelijk om samen te eten in het dorpshuis
Oomkegast in Boerakker. In dorpshuis Op de Welle in
De Wilp kan de laatste woensdag van de maand samen
worden gegeten. De maaltijden worden verzorgd door
de keuken van Zonnehuis De Hoorn. Er worden voorbereidingen getroffen om nog dit jaar ook in Marum,
Niebert/Nuis en Noordwijk van start te gaan.
Eet een hapje mee
Wilt u ook graag meedoen of wilt u meer weten, bel
dan naar multifunctioneel centrum (mfc) ’t Marheem,
tel. 0594 - 64 18 90.
Soms heb je net even een beetje extra hulp nodig, maar is het niet nodig om daar een
officiële instantie voor te benaderen. De vrijwilligers van stichting De Hulpkring in Leek
kunnen in sommige situaties net even wat ondersteuning geven.
Even naar de dokter?
Wanneer u (jong of oud) "Vervoer en Begeleiding"
nodig hebt voor een bezoek aan ziekenhuis, huisarts,
tandarts of fysiotherapeut (en nog vele andere instanties), kunt u contact opnemen met De Hulpkring.
Af en toe een bezoekje?
Wanneer u veel alleen bent en u stelt het op prijs dat er
eens iemand bij u langs komt om met u te gaan wandelen, u voor te lezen of een eindje met u te gaan rijden,
kunt u ook contact opnemen met De Hulpkring. U vraagt
dan "Vriendschappelijk Huisbezoek".
Snoeien of vegen?
Onlangs werd een "Project Klein Tuinonderhoud" opgestart. Dit betekent dat u kunt bellen met De Hulpkring
wanneer u een klein klusje heeft in de tuin, zoals het
snoeien van een paar struiken, het vegen van blad en
dergelijke.
Begeleiding licht dementerenden?
De Hulpkring heeft vrijwilligers die licht dementerenden
begeleiden naar de dagbehandeling van "Vredewold"
en daar samen nog even een kopje koffie drinken en
bijvoorbeeld de krant van die dag doornemen.
Dit noemen we "Begeleiding Dagbehandeling".
Vraag gerust
Voor vragen over het bovenstaande kunt u op werkdagen telefonisch contact opnemen met de telefoonwachten van De Hulpkring, tussen 09.00 en 10.30 uur,
tel. 0594 – 51 42 32. U kunt natuurlijk ook langskomen
in Dienstencentrum De Schutse, Oldenoert 32 in Leek.
E-mailadres is: [email protected].
Meer informatie
vindt u op
www.hulpkring.nl
”
We zetten ons
ervoor in om zoveel
mogelijk mensen
mee te laten doen in
onze gemeente.
”
Hans Morssink
wethouder
gemeente Leek
In de andere gemeenten van het
Westerkwartier zijn ook vrijwilligers
actief om een handje te helpen als het
zelf (even) niet meer lukt.
U kunt hiervoor contact opnemen met:
Algemene Hulpdienst Zuidhorn
tel. 0594 - 50 58 66
tel. 050 - 403 14 30 (Aduard)
e-mail: info@swgz
www.swgz.nl
Mfc ‘t Marheem Marum
tel. 0594 - 64 18 90
e-mail: [email protected]
www.marheem.nl
Zorgloket De Verbinding Grootegast
tel. 0594 - 69 57 50
e-mail: [email protected]
www.grootegast.nl
Ook in Grootegast, Leek en Zuidhorn
zijn er mogelijkheden om samen te
eten. Binnen uw gemeente kan een
consulent daar meer over vertellen.
Neemt u daarvoor contact op met:
Zorgloket gemeente Grootegast
telefoon 0594 - 69 57 50
Klant Contact Centrum gemeente Leek
telefoon 0594 - 55 15 15
Zorgloket gemeente Zuidhorn
telefoon 0594 - 50 88 10
”
Een deel van de voorzieningen zullen
versoberd worden, bijvoorbeeld huishoudelijke hulp. Dit is voor sommigen een
harde realiteit, maar tegelijkertijd biedt
verandering ook kansen. Hierdoor ontstaat
er ruimte voor nieuwe initiatieven zoals
bijvoorbeeld het project “Samen eten met
de buurt”. Dit is een mooi voorbeeld hoe
op eenvoudige wijze de sociale cohesie in
het dorp wordt versterkt. Immers, samen
eten verbindt en is een leuke manier om
nieuwe mensen te ontmoeten of bestaande contacten te versterken.
Daar komt bij dat
gezamenlijk aan de
eettafel de beste
nieuwe ideeën en
initiatieven worden
bedacht.
”
Janny Hulshoff
wethouder
gemeente Marum
5
Buurthuiskamer
De Buurthuiskamer Aduard bestaat sinds 2013 en is ontstaan uit een idee van oudere
dorpsbewoners. Zij vonden dat er meer mogelijkheden moesten zijn om in het dorp te
blijven wonen als je iets mankeert en wilden graag een ontmoetingsplek. De Buurthuiskamer, een soort ‘hangplek voor ouderen’, wordt geleid door de Stichting Buurthuiskamer Aduard en heeft 39 actieve vrijwilligers. Openingstijden zijn op werkdagen van
10.00 - 12.00 uur, daarnaast ook op andere tijden bij activiteiten. Op donderdag wordt
er gekookt en kunnen inwoners tegen een gering bedrag komen eten. Wie een verjaardag wil vieren of wil vergaderen kan de ruimte huren.
Vraag en
.
.
.
d
r
o
o
w
t
n
a
Waarom verandert er zoveel
in de zorg?
De verantwoordelijkheid voor de zorg en
ondersteuning vallen nu nog onder verschillende overheden en instanties. Hierdoor is de
zorg soms versnipperd en te ingewikkeld. Om
dit te verbeteren, heeft het kabinet besloten
de zorg en ondersteuning onder te brengen
bij de gemeenten. De gedachte hierachter is,
dat de gemeenten de zorg dichter bij de inwoners kunnen organiseren, omdat zij weten
welke voorzieningen er zijn. Daarbij kunnen
zij ook diverse vormen van ondersteuning
combineren, waardoor deze eenvoudiger en
goedkoper kan.
Wordt de zorg voor mij
duurder?
Samen met u gaat de gemeente op zoek naar
passende ondersteuning. Op dit moment
wordt voor een aantal soorten ondersteuning een eigen bijdrage gevraagd. Hoe dit er
in de toekomst uitziet, is nu nog niet duidelijk. Als u vanaf 1 januari 2015 een eigen bijdrage gaat betalen voor de ondersteuning
die u ontvangt, dan berekent het Centraal
Administratie Kantoor (CAK) uw eigen bijdrage. Zij zorgt ervoor dat uw bijdrage is
afgestemd op uw belastbaar inkomen en vermogen. Als u deze eigen bijdrage niet kunt
betalen, dan komt u mogelijk in aanmerking
voor inkomensondersteuning van de
gemeente.
De Buurthuiskamer is er om gezellige dingen met elkaar
te doen, maar ook om elkaar te ondersteunen. Om dit
goed op de rails te krijgen heeft een groep ouderen, vertegenwoordigers van de clubs en de kerken, de koppen
bij elkaar gestoken en afgesproken om samen te
werken. Iedereen die een handje kan gebruiken, kan
bellen naar de plaatselijke afdeling van de Algemene
Hulpdienst.
Gebruikte spullen
Belangrijk onderwerp bij de Buurthuiskamer is hergebruik. Zo hebben de ouderen de ruimte vrijwel geheel
ingericht met gekregen spullen van dorpsgenoten.
Er is een Hulpmiddelenmagazijn waar mensen hulpmiddelen die over zijn, naar toe kunnen brengen. Wie een
hulpmiddel nodig heeft of wil uitproberen, kan het gratis lenen. Ook is er een hele wand met gekregen boeken
die gratis uitgeleend worden. Zelfs het abonnement op
de krant wordt gedeeld!
Het is een niet weg te denken plek in de gemeenschap
geworden. Voor wie ook een Buurthuiskamer wil beginnen zijn hierbij de belangrijkste succesfactoren: een
goed bereikbare plek in het dorp, volledige zeggenschap
van de gebruiker, samenwerking met alle geledingen/
gezindten en Communicatie met een hoofdletter!
Wmo-adviesraad
Om haar inwoners zoveel mogelijk te betrekken bij de uitvoering van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning), heeft elke gemeente een Wmo-adviesraad ingesteld. Deze adviesraad bestaat uit inwoners van de
gemeente die een brede maatschappelijke belangstelling hebben, die betrokken zijn bij hun medemens en die
de verbinding zijn tussen burgers en gemeente. De adviesraad adviseert het college van burgemeester en
wethouders, gevraagd en ongevraagd, over Wmo-zaken. Voor vragen en suggesties kunt u contact opnemen
met de voorzitter van de adviesraad in uw gemeente.
Contactgegevens
6
Grootegast: de heer J. Bakker
e-mail: [email protected]
Leek: de heer A. van der Laan
e-mail: [email protected]
Marum: de heer J. Kikkert
tel. 06 - 21 53 32 29, e-mail: [email protected]
Zuidhorn: de heer J.A. van Manen
tel. 0594 - 21 24 43, e-mail: [email protected]
Verandert er voor mij iets in
de zorg als ik een indicatie
voor begeleiding heb?
Als u nu een indicatie voor begeleiding heeft,
die heel 2015 doorloopt, verandert er in dat
jaar nog niets, want 2015 is een overgangsjaar. U ontvangt dus dezelfde zorg die u gewend bent. In 2016 kunt u te maken krijgen
met veranderingen in het zorgaanbod. Daarvan wordt u tijdig op de hoogte gebracht
”
Een zware, moeilijke taak voor
gemeenten: Met beperkte middelen naar
onbeperkte zorg. Dat
slaagt alleen door samen
optrekken van burger
en gemeentelijke
overheid.
”
Jeen van Manen
Wmo-adviesraad
Zuidhorn
Jeugdhulp
Decentralisatie van
de Jeugdzorg
Vraag en
.
.
.
d
r
o
o
w
ant
Is op 1 januari 2015 de
indicatie voor jeugdhulp nog
geldig?
Ja, alle indicaties die doorlopen na 1 januari
2015 blijven geldig, totdat de indicatie afloopt of tot uiterlijk 31 december 2015.
Kinderen met een indicatie voor pleegzorg
houden hun indicatie zolang dat nodig is, dus
ook na 2015.
Waar kan ik vanaf 1 januari
2015 terecht als ik zorg voor
mijn kind nodig heb of
vragen heb over Jeugdhulp?
U kunt net als voorheen naar het Centrum
voor Jeugd en Gezin of naar uw huisarts.
Het is vanaf 1 januari 2015 niet meer mogelijk om bij Bureau Jeugdzorg of het Centrum
Indicatiestelling Zorg (CIZ) jeugdhulp aan te
vragen.
De verantwoordelijkheid voor ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen is op dit
moment in handen bij verschillende (overheids)instanties. Met de invoering van de
Jeugdwet op 1 januari 2015 wordt deze verantwoordelijkheid gebundeld en ondergebracht bij de gemeente. De provincie is vanaf dat moment niet meer verantwoordelijk
voor het organiseren van de vrijwillige en de gedwongen jeugdzorg, maar de gemeente.
Ook valt de Jeugd GGz niet langer onder de verantwoordelijkheid van de Zorgverzekeraar.
Verder wordt de begeleiding, persoonlijke verzorging en het kortdurend verblijf van jongeren met een verstandelijke beperking ook een verantwoordelijkheid van de gemeente.
Door deze bundeling van verantwoordelijkheden (ook
op het gebied van Wmo en Werk en Inkomen), kunnen
de gemeenten beter de verschillende vormen van ondersteuning en zorg beter op elkaar afstemmen.
ningsvraag over de grenzen van hun eigen instelling
heen kijken: wat hebben dit kind/deze jongere en het
gezin daadwerkelijk nodig, ongeacht wie deze ondersteuning levert.
Wat gaat er precies
veranderen?
Wat verandert er voor andere bij jeugd
en jongeren betrokken partijen
Wat verandert er voor
jeugdigen/gezinnen
Voor jeugdigen (en hun gezinnen) die op dit moment gebruik maken van een vorm van jeugdzorg verandert er
op 1 januari 2015 nog niks. Zij kunnen blijven rekenen
op dezelfde ondersteuning. Hierover hebben de Groninger gemeenten afspraken gemaakt met de aanbieders
van deze ondersteuning. Wanneer een indicatie afloopt
in 2015, moet er contact opgenomen worden met het
CJG om met de jeugdige/het gezin te spreken over het
vervolg: wat is er nog nodig om ervoor te zorgen dat een
jeugdige zo probleemloos mogelijk kan opgroeien?
De ondersteuning aan jeugdigen wordt gecoördineerd
vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin. Jeugdigen en
hun ouders kunnen hier terecht met al hun vragen over
opvoeden en opgroeien.
Ook andere partijen die bij jeugd en jongeren betrokken
zijn krijgen te maken met de decentralisatie van de
jeugdzorg. Bijvoorbeeld de scholen, het peuterspeelzaalwerk en de organisaties voor kinderopvang. Zij vormen
de verzamelplaatsen waar onze jeugd samen komt en
krijgen dus ook te maken met de veranderingen en
nieuwe werkwijzen. Om de afstemming in goede banen
te leiden, zijn er zogenaamde zorgroutes ontwikkeld:
stappenplannen op basis waarvan (bijvoorbeeld) leerkrachten beslissen over wie ze wanneer inschakelen en
om samen te komen tot een ondersteuningsplan voor
de leerling.
Als de indicatie voor jeugdhulp voor uw kind
voor 1 januari 2015 afloopt, dan vraagt u een
nieuwe indicatie aan op de nu nog gebruikelijke wijze via Bureau Jeugdzorg of Centrum
Indicatiestelling Zorg (CIZ). Als de indicatie in
2015 afloopt, moet u minstens zes weken
van tevoren contact opnemen met het CJG.
Moet ik vanaf 1 januari meer
(zelf) betalen?
Nee, de ouderbijdrage verandert niet.
”
Zelfredzaamheid van de inwoners en
het verbeteren van de mogelijkheden om
deel te nemen aan de samenleving beginnen, behalve met een goede start op
school, een goede (vervolg)opleiding,
vooral met goed werk. Regie over je eigen
leven door bestaanszekerheid en volop
meedoen aan de maatschappij via werk.
Als dat even niet lukt, bieden wij een tijdelijk vangnet met verschillende vormen van
ondersteuning op het
gebied van werk en
inkomen.
”
Wat verandert er voor instellingen
die jeugdhulp aanbieden
Voor instellingen die de ondersteuning bieden, verandert er het een en ander. Zij krijgen een andere opdrachtgever en/of een andere opdracht. Van hun
medewerkers wordt verwacht dat zij inwoners/klanten
anders benaderen: niet direct met een behandelplan
komen, maar eerst samen met de inwoner/klant bekijken wat mensen zelf of met hulp van hun eigen netwerk
kunnen doen. Ook wordt van deze medewerkers verwacht dat zij bij de ‘beantwoording’ van de ondersteu-
Wat moet ik als ouder doen?
CJG Westerkwartier
Jan Vos
wethouder
gemeente Marum
Grootegast: Dienstencentrum, De Schalck 1
Leek: De Akkerswaert, Lindensteinlaan 44
Marum: Groene Kruisgebouw, Langestraat 1
Zuidhorn: Het Zonnehuis Oostergast, Gemmastraat 12
Telefoonnummer CJG Westerkwartier is: 0594-512133,
bereikbaar van 8.00-20.00 uur.
7
Wat is er al gerealiseerd? Vraag en
.
.
.
d
r
o
o
w
ant
Krijgt mijn kind na 2014 een
andere hulpverlener dan
hij/zij nu heeft?
Gemeenten hebben de plicht te zorgen dat
iedereen die op 1 januari 2015 jeugdhulp
krijgt (en onder het overgangsrecht valt), dat
ook houdt. Bovendien moeten zij hun best
doen te zorgen dat kinderen bij dezelfde
jeugdhulpaanbieder kunnen blijven. Alleen
bij uitzondering zal een andere jeugdhulpaanbieder worden aangeboden. De nieuwe
Jeugdwet gaat gepaard met bezuinigingen.
Veel instellingen op het gebied van jeugdhulp
moeten inkrimpen. Dit kan ook gevolgen
hebben voor het personeel van de instellingen. De gemeenten hebben de plicht de zorg
voort te zetten in 2015. Of uw kind dezelfde
hulpverlener houdt, is een zaak van de instellingen.
Continuïteit behouden
Het jaar 2015 is een overgangsjaar. Dat wil zeggen dat
kinderen/jongeren die op 31 december 2014 ondersteuning krijgen, deze ondersteuning in 2015 houden bij de
jeugdhulpaanbieder die deze zorg op 31 december 2014
biedt (continuïteit van zorg). De 23 Groninger gemeenten en de uitvoerende instellingen hebben afspraken gemaakt over deze continuïteit van ondersteuning. Daarbij
zijn tevens afspraken gemaakt voor 2016 en 2017, zodat
jeugdhulpaanbieders weten waar ze aan toe zijn en de
ruimte krijgen om mee te groeien in een gemeentelijk
aangestuurd ‘nieuw jeugdstelsel’.
Instroom verlegd
Op 1 januari 2015 sluiten de deuren van Bureau Jeugdzorg en worden de taken die Bureau Jeugdzorg uitvoert
elders ondergebracht. De toegangstaken van Bureau
Jeugdzorg (het zogenaamde “vrijwillig kader”: informatie en advies, het toewijzen van zorg en ondersteuning
en de coördinatie daarvan) worden in het Westerkwartier ondergebracht bij het Centrum voor Jeugd en Gezin
(CJG). In oktober is gestart met een pilot. Vanaf dat
moment werden vragen om informatie en advies en
nieuwe aanmeldingen (in het vrijwillig kader) door de
medewerkers van het Centrum voor Jeugd en Gezin
opgepakt. De medewerkers van Bureau Jeugdzorg die
tot 1 januari 2015 verantwoordelijk zijn voor deze taken,
ondersteunen de CJG-medewerkers daarbij. Ook na 1 januari 2015 blijven deze mensen dit doen; alleen zullen
zij dan niet meer bij Bureau Jeugdzorg in dienst zijn,
maar bij de GGD.
Afspraken bovenregionale en landelijke
voorzieningen
Op basis van de Jeugdwet zijn gemeenten verplicht om
een aantal zorgtaken landelijk op te pakken. Het gaat
om aanbieders van jeugdhulp die landelijk werken, een
specialistisch aanbod bieden en slechts enkele, of geen
kinderen per gemeente hebben. Te denken valt aan de
kindertelefoon, zeer specialistische zorg of behandeling
van jongeren met licht verstandelijke beperking van
complexe, meervoudige problematiek.
Samenwerking onderwijs
De gemeenten en de ‘samenwerkingsverbanden
passend onderwijs’ maken algemene afspraken over
de inzet van extra begeleiding en ondersteuning op
school. Zo zijn er in het Westerkwartier zorgroutes
ontwikkeld, waarin stapsgewijs wordt beschreven wie
wanneer betrokken wordt (ouders, leerkracht, intern begeleider, CJG-medewerker).
8
We hebben de samenwerking gezocht
met huisartsen
We hebben structureel overleg met de huisartsen
om afspraken te maken over de zorgtoewijzing en
samenwerking.
De lijntjes zijn
korter...
Alie Geertsma (medewerker toegang BJZ): “Ik
merk dat de lijntjes korter zijn. Voorheen nam BJZ
een nieuwe melding in en bleef de zaak geheel
volgen. Nu neemt het CJG de melding in en komt
deze bijvoorbeeld bij Noordermaat terecht, die de
zaak nu beheert. BJZ denkt mee en geeft waar
nodig de indicatie voor zorg af. Noordermaat
voert in deze casemanagement.”
Aan de hand van een voorbeeld licht ze dit toe:
“We kregen een melding binnen van een jongetje
van zeven jaar, dat alleen opgroeit bij zijn moeder.
Hij krijgt niet de zorg en structuur, die hij nodig
heeft. Door persoonlijke problemen van de moeder is de zorg voor het jongetje en zijn thuissituatie niet optimaal. Zo komt hij geregeld te laat op
school. In overleg met moeder en het sociale netwerk van het gezin, is er oplossing gevonden
waarin iedereen zich kan vinden: de jongen wordt
nu door de week opgevangen door zijn tante.
Zij zorgt voor hem en zorgt ook dat hij op tijd op
school komt. In het weekend is hij bij zijn moeder.
Noordermaat is daar nu bij betrokken. Medewerkers van BJZ kijken vanaf de zijlijn mee en adviseren welke hulp nodig is voor de jongen, waardoor
hij in een veilige omgeving kan opgroeien.
Wat we als BJZ voorheen zelf deden, doen we nu
samen onder de pet van het CJG. Nieuwe meldingen kunnen terecht bij kernpartners van het CJG
zoals Noordermaat, MEE, jongerenwerk en de
GGD. Met deze werkwijze willen we samen in de
toekomst preventiever werken. Door onze kennis
en kunde op het gebied van jeugdhulp en de
lokale kennis en contacten van de kernpartners te
bundelen, is de kanteling in gang gezet. “De lijntjes zijn nu heel kort en dat werkt prettig voor
degene die hulp vraagt en de hulpverlenende
organisaties zelf.”
Kan ik als ouder straks nog
kiezen welke hulp ik wil voor
mijn kind?
Als uw kind jeugdhulp nodig heeft, wordt in
overleg met u als ouder bepaald welke hulp
voor u en uw kind wenselijk is. Als de gewenste jeugdhulp niet geleverd kan worden
door de aanbieders waar de gemeente een
contract mee heeft, dan is er ook de mogelijkheid van een persoonsgebonden budget.
Er is dus een zekere mate van keuzemogelijk,
al is die niet onbeperkt.
Bepaalt een medewerker
van de gemeente straks
welke hulp iemand krijgt?
Nee, dat doet een hulpverlener van het Centrum voor Jeugd en Gezin, zo nodig in overleg met andere professionals en altijd samen
met de ouder en de jeugdige. Hulpverleners
zijn deskundig in het bepalen van de zorg die
nodig is. Zij doen dat samen met u.
Werk en inkomen
Wat is de
Participatiewet?
ving. Dit stimuleert uitkeringsgerechtigden om andere
mensen te ontmoeten. Het kan hen ook helpen om
werk te vinden en te behouden. De gemeente bepaalt
zelf de inhoud, omvang en duur van de tegenprestatie.
Daarbij houdt de gemeente rekening met de omstandigheden van de uitkeringsgerechtigde.
Iedereen die kan werken, maar het op de arbeidsmarkt zonder steuntje in de rug niet
redt, valt vanaf 1 januari 2015 onder de Participatiewet. De Participatiewet is er namelijk om zoveel mogelijk mensen, met of zonder beperking, werk te laten vinden. De
Participatiewet vervangt de Wet Werk en Bijstand (WWB), Wet sociale werkvoorziening
(Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten
(Wajong). De gemeente voert de Participatiewet uit, zorgt voor begeleiding naar werk
en zorgt voor een uitkering als dat nodig is.
Kostendelersnorm
Volwassenen die samen onder één dak wonen (een zogeheten ‘meerpersoonshuishouden’) kunnen hun woonkosten delen. Daarom krijgen bijstandsgerechtigden een
lagere uitkering als ze met één of meer mensen vanaf 21
jaar in hetzelfde huis wonen. De hoogte van de uitkering
is niet afhankelijk van het inkomen van medebewoners.
Bij de bepaling van het aantal medebewoners tellen niet
mee: jongeren tot 21 jaar, huurders die een commercieel contract hebben (en een commerciële huurprijs
betalen), studenten die een opleiding volgen die recht
kan geven op studiefinanciering of tegemoetkoming
studiekosten en tot slot BBL (Beroeps Begeleide Leerweg)-studenten.
Uitkeringsgerechtigden moeten er alles aan doen om
werk te vinden of actief mee te doen in de samenleving.
Iedereen heeft door de Participatiewet voortaan dezelfde arbeidsverplichtingen. De gemeente verwacht
van uitkeringsgerechtigden dat ze actief naar werk
zoeken. Verder moeten kennis en vaardigheden bijgehouden worden. Dit kan bijvoorbeeld door een cursus
te volgen die de kans op werk vergroot. Alleen bij
dringende redenen mag de gemeente iemand tijdelijke
ontheffing van de arbeidsverplichtingen verlenen.
Bestaande Wajongers
Het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) gaat beoordelen welke huidige Wajongers kunnen
werken. Voor Wajongers die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, verandert er niets. Zij behouden
hun volledige uitkering van het UWV. Wajongers mét arbeidsvermogen, ontvangen vanaf 2018 een lagere uitkering: 70% van het wettelijk minimumloon in plaats van
75%. Mensen krijgen dus drie jaar de tijd om hun uitgaven aan te passen. Het inkomen van een eventuele
partner, spaargeld en ander vermogen, en de kostendelersnorm hebben geen invloed op de hoogte van de
uitkering van mensen die nu al een Wajong-uitkering
ontvangen.
Nieuwe instroom jonggehandicapten
Iedereen die (op termijn) wel kan werken, maar aangewezen is op ondersteuning, komt onder de Participatiewet te vallen. Jonggehandicapten met arbeidsvermogen
kunnen vanaf 1 januari 2015 niet meer naar het UWV
voor inkomensondersteuning, maar melden zich bij de
gemeente. Alleen jonggehandicapten die duurzaam
geen arbeidsvermogen hebben, kunnen vanaf 1 januari
2015 nog een beroep doen op de Wajong.
Wat verandert niet
Voor huidige Wsw’ers met een vast dienstverband
verandert er niets. Zij houden hun baan en hun salaris. Mensen met een Wsw-indicatie die eind 2014
nog de wachtlijst staan, vallen vanaf 1 januari 2015
onder de Participatiewet.
Sneller baan aanvaarden
Hoe korter iemand een uitkering heeft, hoe groter de
kans is om nieuw werk te vinden. Voortaan moeten
mensen met een bijstandsuitkering sneller een baan
aanvaarden wanneer deze wordt aangeboden, ook als
dat betekent dat ze daarvoor drie uur op een dag
moeten reizen. Om de sociale zekerheid in de toekomst
te kunnen blijven betalen, wordt de hoogte van de
uitkering nog beter aangepast aan de leefsituatie van
de ontvanger.
Arbeidsverplichtingen
Strenger maatregelenbeleid
De Participatiewet is strenger voor mensen die zich niet
aan de arbeidsverplichtingen houden. Wie onvoldoende
zijn best doet, krijgt een lagere of helemaal geen uitkering. De gemeente kan de uitkering pas herstellen als de
bijstandsgerechtigde kan aantonen dat hij of zij de verplichtingen alsnog is nagekomen. Als een uitkeringsgerechtigde binnen twaalf maanden na het opleggen van
een maatregel opnieuw de arbeidsverplichtingen niet
nakomt, moet de gemeente hem of haar een zwaardere
straf opleggen.
Afschaffing alleenstaande oudernorm
Vanaf 1 januari 2015 is de uitkering voor een alleenstaande ouder gelijk aan die van een alleenstaande.
Voor alleenstaande ouders die aan de voorwaarden voldoen wordt het kindgebonden budget verhoogd met
een alleenstaande ouderkop. De Belastingdienst betaalt
het kindgebonden budget uit. Alleenstaande bijstandsouders die niet in aanmerking komen voor de alleenstaande-ouderkop vanwege een toeslagpartner voor de
Belastingdienst, behouden tot 1 januari 2016 hun uitkering vanwege het overgangsrecht. Na 1 januari 2016
wordt de uitkering verlaagd.
Toeslagen en verlagingen
Door de komst van de kostendelersnorm vervallen de
gemeentelijke toeslagen op de basisbijstandsnorm. Dat
geldt ook voor de gemeentelijke verlagingen. Een alleenstaande of alleenstaande ouder die alleen in een woning
woont, krijgt van de gemeente 70% van de gehuwdennorm. Als de alleenstaande (ouder) woonkosten kan
delen en onder de kostendelersnorm valt, krijgt hij of zij
een lagere uitkering.
Tegenprestatie
De gemeente kan vanaf 1 januari 2015 aan mensen met
een bijstandsuitkering vragen een tegenprestatie naar
vermogen te leveren. De tegenprestatie bestaat uit onbeloonde activiteiten die nuttig zijn voor de samenle-
Uitkeringsgerechtigden die zich misdragen tegenover
ambtenaren van de sociale dienst lopen vanaf 1 januari
2015 het risico dat hun uitkering direct wordt verlaagd
of stopgezet.
”
Meer mensen
met een afstand
tot de arbeidsmarkt aan het
werk? Lukt dat?
Wij gaan ons
stinkende best
doen.
”
Kor de Wagt
wethouder
gemeente
Grootegast
9
Aanpassingen bijzondere bijstand
Vanaf 1 januari 2015 vervalt de categoriale bijzondere
bijstand. Alleen de aanvullende zorgverzekering en een
bijdrage voor culturele, maatschappelijke en sportieve
voorzieningen blijven mogelijk voor mensen met een
laag inkomen. Hoe hoog dat inkomen mag zijn, dat stelt
de gemeente vast. Daarnaast blijft de individuele bijzondere bijstand bestaan. Dat is een vergoeding van de
gemeente voor noodzakelijke bestaanskosten die uitkeringsgerechtigden - gelet op individuele bijzondere
omstandigheden - niet zelf kunnen betalen. Ouderen en
chronisch zieken die in 2014 nog categoriale bijzondere
bijstand ontvangen, kunnen voortaan individuele bijzondere bijstand aanvragen. Zij moeten vanaf 1 januari
2015 kunnen aantonen dat de kosten ook echt zijn
gemaakt.
Wajong voor Wim
Wim is 17 jaar en zat op het Atheneum. Elke woensdag bracht hij het huis-aan-huisblad rond in
de buurt. Rond zes uur was hij dan weer thuis voor het eten. Hij deed het altijd met veel plezier
en het leverde natuurlijk ook een zakcentje op. De laatste keer was het al kwart over zes en
Wim was nog niet thuis. Het was donker en slecht weer, ik maakte me niet direct zorgen. Rond
half zeven ging de deurbel. Wat bleek, Wim was in het donker met zijn fiets uitgegleden en met
zijn hoofd tegen een paaltje gevallen. Hij heeft drie weken in coma gelegen.
Aan het ongeluk heeft hij een lichte hersenbeschadiging opgelopen, waardoor hij zich niet goed
kan concentreren, dingen vergeet en zijn linkerarm niet goed meer kan gebruiken. Hij moest
stoppen met de opleiding. Hij helpt nu bij een kweker in ons dorp. Wim heeft een Wajong-uitkering. Wat gebeurt er met deze uitkering na 1 januari 2015? Heeft Wim hier dan nog recht op?
Wajong
De Wajong blijft bestaan voor mensen die voor langere tijd of helemaal niet kunnen werken.
Dat geldt ook voor de huidige Wajongers die wel kunnen werken. ‘Nieuwe’ jonggehandicapten
die kunnen werken (over arbeidsvermogen beschikken), vallen vanaf 1 januari 2015 onder de
doelgroep van de Participatiewet en krijgen vanaf dan ondersteuning van gemeenten.
Individuele inkomenstoeslag
Vanaf 1 januari 2015 gaat de langdurigheidstoeslag de
individuele inkomenstoeslag heten. De individuele inkomenstoeslag is een geldbedrag dat één keer per 12
maanden kan worden toegekend. De toeslag is alleen
bedoeld voor mensen die langdurig van een laag inkomen rond moeten komen, geen zicht hebben op hogere
inkomsten en de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt. Ook moet de aanvrager kunnen aantonen
dat hij of zij de afgelopen periode er alles aan heeft
gedaan om zijn inkomen te verbeteren.
Hoe pakken we dit op?
De Participatiewet verplicht gemeenten ook om samen
te werken in de arbeidsmarktregio en met andere
gemeenten, sociale partners en het UWV te komen tot
het vormen van een Werkbedrijf. Dit Werkbedrijf is een
bestuurlijk regionaal samenwerkingsverband van regiogemeenten, werkgevers en vakbonden. Binnen dit
Werkbedrijf worden afspraken gemaakt.
Matchpunt werkt!
Naast de ontwikkeling van het Werkbedrijf werken de
medewerkers van de Westerkwartiergemeenten en
Noordenveld, het UWV en de WSW-organisatie Novatec/Novawork al geruime tijd samen binnen ‘Matchpunt
Werkt!’. Dit met als doel om in de regio alle (verborgen)
vacatures, stageplaatsen, vrijwilligersplaatsen, leerwerkplaatsen en WSW-arbeidsplaatsen op één centrale
plaats inzichtelijk te krijgen om:
• De (duurzame) uitstroom te verhogen binnen de
doelgroepen van de Participatiewet;
• De beste match te kunnen maken tussen vraag
en aanbod;
• De beeldvorming van werkgevers t.a.v. werkzoekenden, de ketenpartijen en SW-organisaties te
verbeteren;
• Het opbouwen en onderhouden van een regionaal
netwerk van werkgevers om de lokale arbeidsmarkt
zo effectief mogelijk te laten werken.
Voor Wim verandert er niets. Hij zit nu al in de Wajong. Per 1 januari verandert dit niet.
Hij is dus geen “nieuwe” jonggehandicapte. Wim blijft ook na 1 januari 2015 bij het UWV
(Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen).
Wajong,
n
e
t
e
w
j
i
w
!
t
k
r
e
w
t
‘
hoe
Meer informatie nodig?
Wajong
U kunt de volgende websites raadplegen:
De Wajong is voor mensen die op jonge leeftijd
een langdurige ziekte of handicap hebben gekregen. En hulp nodig hebben bij het vinden of houden van betaald werk. Jonggehandicapten kunnen
een Wajong-uitkering aanvragen als zij niet kunnen werken of met werk niet genoeg verdienen.
De Wajong gaat vanaf 1 januari 2015 op in de
Participatiewet. Vanaf dat moment kunnen jonggehandicapten alleen nog een wajong-uitkering
krijgen als ze duurzaam en volledig arbeidsongeschikt zijn. Andere mensen kunnen in aanmerking
komen voor een uitkering uit de Participatiewet.
www.matchpuntwerkt.nl
www.novatec.nl
www.noordenkwartier.nl
”
Medewerkers uit de WSW houden
hun rechten en plichten.
We streven er naar zoveel mogelijk van
hen een werkplek te bieden bij reguliere
werkgevers. Daarin zijn we al grotendeels geslaagd. Voor een
deel van de doelgroep
blijft de beschutte
werkvoorziening in
stand. Dat is nodig,
voor nu en voor
straks.
”
Henk Hofman
directeur Novatec
10
Vrijwilligers in de Zorg
Cliëntondersteuning
Inwoners met een beperking kunnen een beroep
doen op cliëntondersteuning. Deze ondersteuning
is kosteloos en via het gemeentelijk loket en het
Centrum voor jeugd en gezin beschikbaar. Volwassenen, ouders en kinderen kunnen terecht voor
informatie, advies en kortdurende algemene ondersteuning. De ondersteuning wordt in 2015 geboden
door dezelfde organisaties.
Nieuw is dat de medewerkers van MEE cliëntondersteuning nu een vaste werkplek hebben in het
Westerkwartier. Zij zijn rechtstreeks bereikbaar in
het loket van de gemeente en het CJG.
De cliënt ondersteuners kunnen helpen bij het vinden van voor u geschikte oplossing en het maken
van een keuze. Zo krijgt u weer grip op de situatie
en wordt de zelfstandigheid en verbeterd.
In Nederland zijn circa 450.000 vrijwilligers actief in de zorg. Ruim 100.000 van deze
vrijwilligers zetten zich vrijwillig in voor verzorgings- en verpleeghuizen. Zorginstellingen
geven aan dat vrijwilligers een belangrijke bijdrage leveren aan het welzijn van hun
bewoners en cliënten. Mede dankzij de inzet van vrijwilligers wordt de wereld van de
cliënt of bewoner een stuk groter en aangenamer. Wie zijn die vrijwilligers in de zorg en
wat beweegt hen om zich op vrijwillige basis in te zetten? Vrijwilligerswerk Zuidhorn in
gesprek met twee vrijwilligers van Zonnehuis Oostergast in Zuidhorn.
Dieneke Huberts (41 jaar)
geeft aan een moeilijke periode te hebben
gehad, waardoor betaald werk tijdelijk niet
mogelijk is. Via het participatieproject Meedoen
is ze in 2013 bij Zonnehuis Oostergast gekomen.
Met behoud van uitkering kon ze werken en
ervaring opdoen in de zorg.
Na het doorlopen van dit traject is Dieneke als
vrijwilliger bij Zonnehuis Oostergast gebleven.
Ze werkt nu drie ochtenden als vrijwilliger op
een huiskamer van kleinschalig wonen met
mensen die dementeren. Daarbij ondersteunt
ze de beroepskracht bij werkzaamheden op
een groep van zes bewoners.
Dieneke maakt een praatje of een wandeling,
schenkt aandacht met koffie en thee en is aanwezig bij de lunch. Ook brengt ze bewoners
naar het dorpsplein voor deelname aan activiteiten en verenigingen. Eén ochtend in de week
ondersteunt ze de sjoelvereniging. Hier doen
diverse bewoners van Zonnehuis Oostergast, en
elders in Zuidhorn wonende mensen aan mee.
Dieneke geeft aan helemaal haar draai gevonden te hebben in de ouderenzorg.
Enthousiast vertelt ze wat het vrijwilligerswerk
haar brengt. Zo geniet ze van het feit dat ze
weer onder de mensen komt en dat ze tegelijkertijd wat voor een ander kan betekenen.
Verder is de saamhorigheid onder de groep
vrijwilligers groot.
Het verhaal van Dieneke wordt beaamd door
Jan Gol (67 jaar)
gepensioneerd onderhoudsmonteur bij SuikerUnie in Hoogkerk. Jan geeft aan dat hij, na een
werkloopbaan van 43 jaar, op 60-jarige leeftijd
met vervroegd pensioen is gegaan. Elke dag
thuis zitten wilde hij niet. Naast zijn liefde voor
de camper en het maken van dagtochten wilde
hij graag iets doen. Ervaring als vrijwilliger had
hij niet en al helemaal niet in de zorg. De inzet
van vrijwilligers in het Heymanscentrum in
Groningen, waar zijn vader enige tijd verbleef,
had wel indruk gemaakt.
Meer weten over cliëntondersteuning? Neem dan contact op met het
Wmo-loket in uw gemeente.
Ook op zoek naar
vrijwilligerswerk
in de zorg?
Kijk op www.vrijwilligersgroningen.nl
voor vrijwilligersvacatures bij u in de
buurt of informeer bij het Steunpunt
Vrijwilligerswerk in uw gemeente
naar de mogelijkheden.
Bijna 7 jaar geleden meldde hij zich voor vrijwilligerswerk bij het Zonnehuis in Zuidhorn. Sindsdien fietst hij wekelijks met bewoners van
Zonnehuis Oostergast door de gemeente Zuidhorn. Met de één op een gewone fiets, met de
ander samen op een duofiets. Volgens Jan is
het fietsen op de duofiets, in tegenstelling wat
velen denken, niet zwaar. Dit komt door de
trapondersteuning. Hij hoopt het fietsen dan
ook nog lang te kunnen blijven doen.
Naast het fietsen zet Jan zich met regelmaat in
voor activiteiten op de afdelingen waar zijn
fietsmaatjes wonen. Bijvoorbeeld tijdens Pasen,
een verjaardag, kerstmarkt of om nieuwjaarsrolletjes te bakken. Dan gaat zijn vrouw voor de
gezelligheid mee. De positieve reacties van
bewoners en de samenwerking met de beroepskrachten geven Jan veel voldoening .
11
Kennispuzzel
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
Test uw kennis over de veranderingen in
de zorg in het Westerkwartier en doe mee
aan deze puzzel. Wanneer u de vragen
1 tot en met 20 invult, vindt u in het
midden (verticaal) de oplossing.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
Meer weten?
14
15
De gemeenten in het Westerkwartier houden u regelmatig op de hoogte van de ontwikkelingen. Dat doen we onder meer via de gemeentepagina, bijeenkomsten, gesprekken, brieven
en/of folders. Daarnaast kunt u informatie over de veranderingen in de zorg vinden op de
gemeentelijke websites en diverse andere sites.
16
17
18
Websites
Websites met informatie over de veranderingen in de zorg en ondersteuning:
19
Westerkwartier
www.grootegast.nl/zorg
www.leek.nl/zorg
www.marum.nl/zorg
www.zuidhorn.nl/zorg
www.cjgwesterkwartier.nl (Centrum voor Jeugd en Gezin)
www.matchpuntwerkt.nl
www.novatec.nl
www.noordenkwartier.nl
20
Hoe heet de wet die tot en met 2014 de langdurige
zorg voor ouderen, chronische zieken en gehandicapten regelt (en die in 2015 verandert) (afkorting).
De manier waarop iemand wordt grootgebracht.
Gemeente tegen de Friese grens in het Zuidelijk
Westerkwartier.
Instantie waar je terecht kan voor vragen over jeugd
en gezin (afkorting).
Zorg die vrijwillig en onbetaald wordt gegeven aan
iemand uit de omgeving.
Wat is het verdwijnende woord voor “aanwijzing om
aan te geven welke medische behandeling, hulp of
ondersteuning iemand nodig heeft” en dat voortaan
beschikking of verleningsbeschikking wordt genoemd.
(Financiële) ondersteuning van iemand die niet zelf
rond kan komen.
Gezamenlijk.
Gemeente in het Westerkwartier aan de spoorlijn
Groningen-Leeuwarden.
Nieuwe wet die per 1-1-2015 de zorg voor de jeugd
regelt.
Insect dat zich ontpopt, logo van de veranderingen
in de zorg in het Westerkwartier.
Werk.
Centraal Administratiekantoor dat de eigen bijdragen
int voor Wmo, Jeugd en AWBZ (afkorting).
De Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten (afkorting).
De “bank” die de PGB-regeling, AOW en andere sociale
verzekeringen uitvoert (afkorting).
Gemeente in het Westerkwartier die zijn bekendheid
mede ontleent aan Abel Tasman.
Deskundige raadgever die vanuit de gemeente zoekt
naar oplossingen voor mensen met een ondersteuningsvraag.
Deelname (aan de maatschappij, arbeid, als burger,
enz.)
Gemeente in het Westerkwartier, bekend om zijn
borg en landgoed.
Dagelijkse activiteit voor mensen met een chronische
ziekte of beperking.
Stuur de gevonden zin vóór 5 januari 2015 naar:
Gemeente Leek
t.a.v. Jur Engels
Postbus 100
9350 AC Leek
Zet op het kaartje uw naam, adres, woonplaats en
telefoonnummer en uiteraard de oplossing.
Mailen mag ook: [email protected]
Provinciaal
www.tjzg.nl (Jeugdzorg)
U maakt kans op een prachtig verrassingspakket uit het
Westerkwartier ter waarde van € 25,00!
We geven 10 pakketten weg.
Landelijk
www.hoeverandertmijnzorg.nl
www.gemeentenvandetoekomst.nl
www.samenvoordeklant.nl
Contact
Voor vragen en/of informatie kunt u telefonisch contact opnemen met uw eigen gemeente of
langs gaan bij het Klant Contact Centrum of zorgloket in het gemeentehuis.
Gemeente Adres
Telefoonnummer
Grootegast Hoofdstraat 97, 9861 AC Grootegast 0594 - 69 57 95
0594 - 69 57 50 (zorgloket)
Leek
Tolberterstraat 66, 9351 BJ Leek
0594 - 55 15 15
0594 - 55 15 15 (zorgloket)
Marum
Molenstraat 45, 9363 BA Marum
0594 - 64 13 33
0594 - 28 36 15 (zorgloket)
Zuidhorn
Hooiweg 9, 9801 AJ Zuidhorn
0594 - 50 88 88
0594 - 50 88 10 (zorgloket)
12
Website
www.grootegast.nl
www.leek.nl
www.marum.nl
www.zuidhorn.nl
Colofon
Deze krant is een gezamenlijke
uitgave van de gemeenten Grootegast,
Leek, Marum en Zuidhorn.
Oplage: 28.000
November 2014
Aan de inhoud van deze krant kunnen geen
rechten worden ontleend.