Merwedekanaalzone – groep 1 Wat is een

Merwedekanaalzone – groep 1
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor grondgebonden woningtypen in een hoogstedelijke dichtheid?
•
Welke doelgroepen horen hierbij?
•
Welke parkeeroplossingen?
•
Welke buitenruimte?
•
Welke verhouding tussen sociaal- en marktprogramma?
Procesbegeleider: Herman Baartman
Verslag: Mark Kauw
Casehouder: Wim Beelen
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
score
1) Context bekijken, wat zijn dragers van de plek. Met consument in gesprek gaan. Identiteit vaststellen en product uit
Bianca Seekles, Era Contour
6
Karin Verdooren, Mitros
9
3) Groene kanaalzone, dichtbij centrum. Dak-groentetuin. Warmtecentrale als energiecentrale voor de wijk. Lage
Hans Eijsink, bewoner wijk
2
4) Aansluiten op veilinghaven en Kanaleneiland. Culturele hotspot Villa Jongerius. Aan veilinghavenkant hoogbouw. Sociale
Dorothé Lucassen, Het Wilde
6
woningbouw aan kant Kanaleneiland. Naast woningbouw ook bedrijvigheid en voorzieningen.
Westen
destilleren. Plek voor ‘paarse’ gezin in stad. Kwaliteit openbare ruimte passend bij deze doelgroep.
2) De infrastructuur en het openbaar vervoer zijn al goed. Kies voor een stedelijke doelgroep en jonge gezinnen. Maak
gebruik van de iconen (Villa Jongerius, de warmtecentrale). Maak stadswoningen, maar ook appartementen (Parkhaven is
daar een goede referentie voor). Parkeren moet half verdiept of overkluist worden opgelost. Creëer ruimte voor bijzondere
groepen.
parkeernorm want goed OV. Kleinschalig en afwisselend in hoge dichtheid.
Zuidwest
5) Referenties: Funenpark, De Bongerd (water naar binnen halen). Jonge starters, mix sociaal en koop 50-50. Parkeren op de Boudewijn Buter, wijkraad
daken. Durven inventariseren wat behoefte markt is.
Vleuten-De Meern
6) Kernthema’s zijn ecologie, duurzaamheid en autoluw. Een goede referentie is het GWL terrein in Amsterdam. Kies voor
Eric Vermathen, Stade Advies
een hoge bebouwingsdichtheid en haal het water naar binnen. De doelgroep dient gemengd te zijn. voorzieningen zijn
nodig voor levendigheid; het gaat om activiteiten die er wat toevoegen (qua plek en maat). Alleen grondgebonden wonen
2
16
kan niet. De waterkant moet een openbare plek worden.
7) KWilhelminaln, OdenOudenln hogere dichtheid, uitnutten overgang MWK en K’eiland in hoogtes. Kijk naar Jaarbeurs –
Chiel Rottier, raadslid GL
4
8) Zorg dat alle partijen die een rol spelen eerst gezamenlijk kaders neerzetten, onder andere op het gebied van
Marcel Blom, Natuur- en
9
duurzaamheid en groen. Ten aanzien van de financiële haalbaarheid: breng de belangen van alle partijen open op tafel;
Milieufederatie
samenhangende ontwikkeling. Auto’s uit zicht. Grondgebonden stadswoningen waterzijde. Aandacht openbare ruimte moet
als semi-openbaar voelen.
concept value. Nodig partijen uit om hun ideeën te vertellen – daar kan grondgebonden wonen uitkomen. Maak een
mengvorm van wonen, bedrijvigheid en voorzieningen.
9) Terugliggende ontwikkeling, geen wandvorming aan rand. Waterkant openbaar. Iconen zoals Villa uitnutten, openbare
publiekstrekkende functies. Grondgebonden, stadwoningen, parkeren referentie Vondelparc. Ook gestapeld,
Wim Beelen, SO
2
starterswoningen lage parkeernorm.
10) Grondgebonden moet binding met buiten. Radicale keuze gemeente: geld niet uitgeven aan ondergronds parkeren; geld Tom Frantzen, vz Welstand
over voor heel goede buitenruimte en groen; mooiere, grotere, flexibelere woningen. Parkeren wel uit zicht.
Aanvullende gezamenlijke adviezen:
•
Pas de bebouwing aan de Merwedekanaalzijde zodanig in, dat de connectie met het water behouden blijft.
•
Maak hoge randen langs de wegen en houdt het open aan de waterzijde (een ‘L’- of ‘C’-vorm).
•
Maak een functioneel-flexibel bestemmingsplan.
•
De invloed van de auto op de openbare ruimte dient klein te zijn.
•
Aandacht voor een sterke relatie tussen woningen en groen.
•
Ontwikkel MWKZ 4 gefaseerd in deelgebieden. Zet snel creatievelingen in leegstaande panden, desnoods tijdelijk.
4
Merwedekanaalzone – groep 2
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor grondgebonden woningtypen in een hoogstedelijke dichtheid?
•
Welke doelgroepen horen hierbij?
•
Welke parkeeroplossingen?
•
Welke buitenruimte?
•
Welke verhouding tussen sociaal- en marktprogramma?
Procesbegeleider: Wiely Hilhorst
Verslag: Christa Verbeem
Casehouder: Ruud Hilhorst
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) Verschillende doelgroepen, jong/oud, kleinschalig, hoog en laagbouw maar niet te hoog, zorg voor voldoende voorzieningen. Geef bewoners
Astrid van
zelfverantwoordelijkheid. In vroeg stadium bewoners/partijen betrekken. Werkende mensen die in de buurt/stad Utrecht werken. Imago verbeteren. Maarsseveen
Wijkraad
Zuidwest
2) Stedelijk dynamisch gebied, grote doelgroepen mensen. Richten op middeninkomens. Ruimte voor individuele input (cocreatie). Eenheid in schaal Patrick Joosen
geeft rust. Duurzame leefomgeving, thema park (indertijd gekozen vanuit ontwikkeling parkhaven) . Ruimte voor voorzieningen zorgt voor
Bouwfonds
3) Toekomstige bewoner, middenklasse. Functiemenging. Kijk ook naar andere gebruikers in het gebied. Zorg ervoor dat zo snel mogelijk ook
Ineke
buitenruimte om.
Provincie
4) Zonder ambitie geen succes. Stel je niet als zwakste op t.o.v. de grondeigenaar. Dit kan betekenen dat we niets doen. Jezelf niet in een positie
Johan
potentials, power koppels. Geen groot geheel, identiteit herkenbaar in stedenbouwkundig plan, kenmerken afspreken die terugkomen maar beperk
Bo-Ex
dynamiek. Duidelijke relatie met binnenkant/buitenkant woning. Link met park en water. Stad nabij is kracht van het gebied.
andere mensen gebruik maken van het gebied. Zorg dat je iets nieuws toevoegt. Zorg dat je in je architectuur iets vernieuwend doet, hoe ga je met
plaatsen waarin je niets meer kan. Aanhaken op de identiteit van de stad van kennis en cultuur. Mensen die in die kennis en cultuur werken, high
ze. Beperk je in je voorwaarden. Kleinschalig werken mogelijk maken (ZZP). Gebied eigen karakter geven. Maak het verschil.
Schartman
Utrecht
Klinkenberg
score
5) Mixed zone combinatie Inzetten industriële karakter, kleinschalige werkgelegenheid toelaten. Variatie in woontypologieën. Mensen met kinderen,
Eveline
of jonge werkenden, high potentials. Experiment op zelfbouwen in sociale woningbouw. Kwaliteit van de waterrand.
Paalvast
6) Durf vast te houden aan keuzes. Ga faseren. Maximaal flexibel blijven op inspelen op markt.
Ruud Hilhorst
Aorta
Gemeente
Utrecht
7) individualistisch, benutten stad. Weinig repetitie, plekken ipv straten, verblijfsruimtes. In kleinere delen, ambitie formuleren waaraan partijen zich Gert Jan Hagen
verbinden en in kleine eenheden kunnen realiseren. Alle projecten autarkisch. Overheid zorgt voor structuur en openbare ruimte.
Spreker
Paars, blauw. Mixed zone. Grondontsloten woningen. Accent van hoogte geen probleem. Hoge ambities maar wel selectief. Durf te kiezen, identiteitsvullend.
Samenhang houden, knipbaar om risico’s te spreiden.
Leestip boek Sabine Meijer.
Tweede daalsebuurt- groep 1
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor een autoloze wijk?
•
Met welke motieven kunnen bewoners worden verleid om, op deze plek, in een autoloze wijk te wonen?
•
Wat doe je met de openbare ruimte?
•
En met de bestaande gebouwen?
Procesbegeleider: Leo Janssen
Verslag: Philippe Thijssen
Casehouder: Ina Massop
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) Peter Smit
Peter Smit
-kleinschalig bouwen & bouwen voor de lokale bewoners
-aanleggen van starterswoningen + faciliteiten (speelgelegenheden, basisscholen)
-streven naar het behoud van open plekken in de buurt voor eigen initiatief van bewoners
-aanleggen van centrale parkeervoorzieningen
2) Els van Kooten
-als eerste moet men er uit zien te komen met de NS (voorkomen dat het een geldkwestie wordt)
-vervolgens het introduceren van een communicatiestrategie 'à la medie' (bedrijven, buurtbewoners en eventuele nieuwe groepen)
-geschiedenis van de buurt en bewoners benutten (historisch besef en 'oral history'
-toepassen van meerdere/flexibele woonconcepten (flexibel wonen)
-discussie starten over milieu- en geluidsnormen (toepassen van geluidwerende bebouwing)
Els van
Kooten
score
3) Kees Ebbenhorst
Kees
-huidige bewoners van het gebied zijn al gewend aan de situatie (geluid) en aanwezigheid van het spoor
Ebbenhorst
-bouwen aan een autoluwe (autoloze) buurt
-bouwen voor bedrijven (jonge ondernemers & starters)
-zorgen voor een goede ontsluiting van het gebied door de aanleg van een tunnel onder het spoor en centrale parkeervoorzieningen via de
Cartesiusdriehoek
-realiseren van een korte verbinding naar Station Zuilen (fietsverbinding)
-duurzaamheidprincipes (innovatieve bouwconcepten)
-in het gebied moeten meer voorzieningen komen (basisschool) voor de nieuwe doelgroepen, maar ook in de omliggende buurten zodat de
Amsterdamsestraatweg niet overgestoken hoeft te worden door kinderen.
-voldoende open ruimte behouden voor gemeenschappelijk gebruik en kinderen
4) Harrie Bosch
-bewonersprofiel 2e Daalsedijk links boven/ links onder (Smart Agent Typologie)
-hergebruik van bestaande gebouwen en geluid afschermende bebouwing (chemie à al Funenpark, Amsterdam)
-bouwen aan een autoluwe (autoloze) buurt
-bestaande bouwsels (her) gebruiken voor de aanleg van een collectieve parkeervoorziening
-creëren van een dorp in de stad
-met name gericht op starters & jonge gezinnen (weinig privé ruimte, veel collectieve ruimte)
-voldoende voorzieningen (basisscholen) en ervoor zorgen dat kinderen zelfstandig naar school kunnen
-buurt geschikt maken voor startende ondernemers (ondernemers aan huis)
-snelle loop- en fietsverbindingen naar CS en Station zuilen
-(toekomstige) bewoners moeten aan de voorkant van het project worden betrokken en georganiseerd (concepten/ideeën over het gebied)
-particuliere ontwikkeling (gemeente faciliteert)
Harrie Bosch
5) Allard Jolles
Alland Jolles
-locatie moet een eigen identiteit krijgen (evenemententerrein of dependance spoorwegmuseum)
-NS moet partner worden in het project in plaats van verkoper van de grond
-(toekomstige) bewoners uit de buurt betrekken in een vroeg stadium
-geen grenzen in de buurt (vloeibare stad)
-gefaseerde ontwikkeling in de buurt (niet alles hoeft in een keer af)
-benutten/aanleggen van het hoogteverschil spoortalud (gebruik voor parkeervoorzieningen)
-scheppen van mogelijkheden voor lokale horeca
-gemeente moet samen met de buurt een strategie ontwerpen
6) Michiel te Braak
Michiel te
-streven naar de creatie van autoluwe/autoloze wijk
Braak
-ontwikkelen van een concept dat in dienst staat van een autoluwe/autoloze wijk
-extreem duurzaamheidconcept toepassen!
-eisen opnemen in het SPvE die bijdragen aan een autoluwe wijk
-parkachtige bebouwing, lage dichtheden, doelgroepen (bewoners zonder auto)
-openbaar vervoer en fietsroutes aan laten sluiten op een autoloze buurt
-vernieuwende concepten moeten wel aansluiten bij de huidige bewoners van 2e Daalsedijk
7) Ina Massop
-streven naar creatie autoluwe/autoloze wijk (betrekken van de bewoners hierbij)
-gefaseerde vernieuwing maakt het makkelijker in de toekomst kleine projecten uit te voeren
-introduceren van lokale vernieuwende mobiliteitsvoorzieningen (bijvoorbeeld bezorgservice)
-grote rol voor particulier opdrachtgeverschap
-ruimte behouden voor organische ontwikkelingen
-geen verkeersaantrekkende activiteiten
Ina Massop
Samenvatting:
¾
blootleggen van het terrein door het open te stellen /toegankelijk te maken voor publiek (bijvoorbeeld door het gebruik van een website)
¾
werken aan een propositie voor een ontwikkeling met als inzet autoloos of autoluw
¾
contact leggen met de doelgroep door het inzetten van sociale media of een website
¾
concept (thema) voorleggen aan deelnemers (filteren van ideeën, bottum-up)
¾
trek de klant naar voren onder andere via sociale media en vergroot daarmee de haalbaarheid van het plan
¾
gemeente legt zelf contact met mogelijke doelgroepen of laat dit over aan de markt?
¾
gemeente schept kader (wat mag wel en niet in het gebied?)
¾
gemeente stimuleert initiatiefnemers die verder gaan dan het minimum (innovatieve concepten)
¾
hoe? strategie? coöperaties versus projectontwikkelaars
¾
hoe? strategie? korte versus lange visie
¾
ontwikkeling via concessie aangaan (partnerschap) of Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO)
¾
ontwikkelaars voor langere periode aan het gebied of project binden (welke mogelijkheden zien ontwikkelaars hierin?)
Samenvattin
g
Tweede daalsebuurt- groep 2
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor een autoloze wijk?
•
Met welke motieven kunnen bewoners worden verleid om, op deze plek, in een autoloze wijk te wonen?
•
Wat doe je met de openbare ruimte?
•
En met de bestaande gebouwen?
Procesbegeleider: Jan de Weerd
Verslag: Sandra Beenen
Casehouder: Jan den Boer
Algemene conclusies:
•
Autoloos compenseren in mooie openbare ruimte
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) 500 studentenwoningen door SSH
Ton Jochems,
score
7
in geluidswal met lidmaatschap studentcar autoverhuur (electrische auto’s); parkeernorm < 0,015: 8pp. SSH
2) Autoluw is kwaliteit; doelgroep: singles/studenten/begin solocarrière; dynamische ontwikkeling.;
vraag afhankelijk.; langs spoor beginnen; best. gebouwen voor werkgelegenheid met bus bereikbaar
Jan Schuring,
Progr. dir bereikbaarheid
(bedrijfsverzamelgebouw voor starters); tijdelijke tram; pp voor bezoekers via Cartesius driehoek aan
1
4
rand
Startersplek en autoluw is identiteit, via bestaande gebouwen benadrukken.
3) Positie versterken via gemeentelijke aankoop; open participatie proces; autoloos (niet luw); totaal
Alex van Doorn
mobiliteitsconept bv. OV abbonnement.
Yacht, studentenonderzoek autoloos
4) trek bestaande autoloze initiatiefnemers naar plek; mobiliteitsinnovatiecentrum in bv oude
Hommo Hamster,
gebouwen; relevante korrelgrootte: wat open houden?
2eDD
Yacht, studentenonderzoek autoloos
4
2eDD
5) identiteit baseren op bestaande mooie gebouwen (creatieven, starters zonder auto) en spoor;
Lars Roodenburg,
7
tussenstation maken; overloopgebied (tijdelijk); P+R Lage Weide Cartesius; Open planproces.
Raadslid D66
2
6) Studentenwon lage parkeernorm; welstandvrije paleisjes op mooie restlocaties; max 30 auto’s; oude
Jan den Boer,
4
Jaap Zwart,
5
Torens in hoven met zicht op spoor (en in contract vastleggen geen parkeervergunning?)
gebouwen voor creatievelingen tegen onderhoudskosten (extensief gebruik); Rest groene invulling.
7) Begin met langzaamverkeersroute via wintertuinbuis
casehouder
naar CS en station Zuilen.; spoor als kans (zonzijde). Tijdelijke functies in/op oude gebouwen. Auto niet Stichting Tijdelijk wonen
of elders. Hoogbouwaccenten; rest hovenstructuur.
•
Haalbaarheid: Veemarkt het makkelijkst en 2e DD als tweede.
•
Verwerven!
8
3
RWZI - groep 1
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor de kosten van verplaatsing?
En wat is de juiste timing voor herontwikkeling?
•
Kun je duurzaamheids-aspecten van de verplaatsing kapitaliseren en inzetten op de locatie?
•
En welke partij kan of wil dat dragen?
•
Wat is de urgentie van herontwikkeling i.r.t. stedelijke doelstellingen (o.a. huisvesten studenten, starters en gezinnen; gezamenlijke ontwikkeling, ….)
Procesbegeleider: Paul Vreeken
Verslag: Pauline Sebregts
Casehouder: Job van den Berg
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1.
waarde van het gebied bepalen op basis van gebruikswaarde
Klaas Meester
-
2.
tijd winnen om div. koppelingen RWZI-energieopwekking te benutten
Klaas Meester
9
3.
dubbel grondgebruik; rwzi ondergronds plus woningen hierboven
Fred Dekkers
2
4.
co-operatief ontwikkelen (na verplaatsing rwzi)
Fred Dekkers
2
5.
rwzi plus energiebedrijf op huidige locatie
Anne Martine Cox
Provincie Utrecht
Provincie Utrecht
Wijkraad Noordwest
score
Wijkraad Noordwest
3
Milieu
6.
biomassa installatie; voordeel voor waterschap, energiebedrijf, gebruiker
Job van den Berg
-
DHV/casehouder
7.
nieuwe locatie rwzi; koppelingen RWZI-energieopwekking optimaal benutten
Martijn Jongens
10
8.
gemeente zelf aandeelhouder installatie + nutsbedrijven
Martijn Jongens
-
Waterschap HSR
Waterschap HSR
9.
benaderen als onderdeel van grotere gebiedsontwikkeling; overvecht en ondiep
Naoual Dinia
8
Utrecht Dev. Board
10. vergroten ontwikkellocatie
Naoual Dinia
11. prostitutie zone; deze functie niet uit de weg gaan maar juist verder ontwikkelen
Paul Vreeken
-
Utrecht Dev. Board
2
Stategie/procesbeg.
12. uitgifte van aandelen
Anne Martine Cox
-
13. waardevermeerdering van omgeving kapitaliseren
Anne Martine Cox
-
Milieu
Milieu
RWZI - groep 2
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor de kosten van verplaatsing?
En wat is de juiste timing voor herontwikkeling?
•
Kun je duurzaamheids-aspecten van de verplaatsing kapitaliseren en inzetten op de locatie?
•
En welke partij kan of wil dat dragen?
•
Wat is de urgentie van herontwikkeling i.r.t. stedelijke doelstellingen (o.a. huisvesten studenten, starters en gezinnen; gezamenlijke ontwikkeling, ….)
Procesbegeleider: Evert v.d. Gronde
Verslag: Karin Diederen
Casehouder: Ellen Lommen
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) herontwikkelen huidige terrein. 7 ha voor andere functies? RWZI gefaseerd moderniseren. Concentreren bij boten, rest terrein vrij spelen. Ellen Lommen,
Ad hoc of met een ontwikkelaar, beide kan. Kenmerken element RWZI behouden. Joodse begraafplaats + functie die hierbij aansluit
casehouder
2) kleine, risicovolle variant (4 ha voor rwzi) niet afserveren. Blijf echter ook volledige verplaatsing nastreven. Streven naar meest optimale
Danny Wijnbelt,
3) middelen voor herontwikkeling moeten er gewoon komen, voor wijk van groot belang. Er moet geïnvesteerd worden, doe dit duurzaam,
Els Wegdam,
met oog voor de hele stad. Begin nu met een strategie voor de langere termijn, dus bijv. nu bootjes aanpakken. Potentieel nw. bewoners nu
wijkraad
(diamantslijpers?). Samenhang met Winkelcentrum maken.
herontwikkeling. Zo lang mogelijk oplossing open houden i.o.m. rwzi
betrekken bij herontwikkeling. RWZI in relatie tot CKO doen. Integraliteit van diverse deelplannen nastreven. Verbinding met Vecht
Mirtos
Overvecht
verbeteren, niet als plan bij rode brug.
4) Lange termijnstrategie. Opbrengsten maximaliseren nodig: lpg weg, boten weg. Begin hiermee. Nu erg veel onmogelijkheden bij elkaar.
Maaike
Vecht als kwaliteit benutten is essentieel. Autobereikbaarheid is kwaliteit van Overvecht, erin houden. Parkeren wordt gevraagd door de
Perenboom,
5) RWZI heeft haast, moet beslissing op korte termijn komen.
Boudewijn Rijff,
markt.
Amvest
Tijdelijke oplossingen mogelijk? Tijdelijk cafe, fietspad,? I.v.m. imago en bekendheid van terrein van belang.Nu al elementen die interessant Vechtclub
zijn
Overige opmerkingen:
score
•
eventueel initiatief moet haalbaar zijn;
•
zo groot mogelijke verandering in het belang van de wijk.
•
niet beperken tot de huidige projectgrenzen maar de omgeving (prostitutiebootjes; als zijnde een te beperkende factor) erbij te betrekken.
•
Autoluw maken is geen optie, goede autobereikbaarheid van Overvecht werd als kwaliteit aangemerkt.
Veemarkt – groep 1
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor duurzaamheid?
•
•
Wat is de beste manier om op deze plek duurzaamheid vorm te geven?
Welke rol kunnen particuliere opdrachtgevers hierin spelen?
Procesbegeleider: Antoniek Vermeulen
Verslag: Eveline van Batenburg
Casehouder: Karin Sam-Sin
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1)vooraf inventariseren van investeringswensen van instellingen in Utrecht, vaststellen mix doelgroepen zonder woningcorporatie (overheid),
Jan Korff de Gidts
coöperatie vormen met pps die kunnen gaan putten uit de inventarisatie, gezamenlijke duurzaamheidsdoelstelling -20%
(kracht van Utrecht)
2) fysiek, sociale toekomstontwikkelingen (flexibiliteit), hergebruik (energie, dubbel grondgebruik), stakeholders binden 10 jaar, creatieve
Peter Heideman
manier duurzaamheid, lange termijnambitie. Duurzaamheidsmaatregel als onderdeel van een sluitende grondexploitatie
(architect en
geïnteresseerde
cpo- er)
3) Binnen vooraf opgestelde minimale duurzaamheidskaders gebruikers/ontwikkelaars verleiden tot extra duurzaamheidsinitiatieven. Met sociale Karin Sam Sin-Vos,
cohesie binden aan het gebied. Energieambitie (actief/passief) inzetten.
(gebiedsmanager
Noordoost )
4) Voor homogene klantgroepen die voor duurzaamheid kiezen, flexibel van plan tot gebouw, in clusters te ontwikkelen, met eigen
Jean Baptiste
energie/datavoorzieningen, aan een ov-ringlijn (om centrum te ontzien). Welstandstoets vervangen door clustertoets. Deregulering, naar één
Benraad (Adviseur
systeem toe (beoordeling via tender)
5) duurzaamheidsambitie laten bepalen door investeerder en gebruikers. Basisambitie geeft de gemeente mee (gemeente faciliteert), input van
Transformatie)
Bülent Isik
gebruikers en investeerders meenemen in het SPvE (opgesteld en beheerd door de gemeente) gebruikers en investeerders aan elkaar koppelen,
(gemeenteraadslid
deskundigheid op het gebied van duurzaamheid betrekken bij aanbesteding, multifunctionele inrichting van openbare ruimte
PvdA
6) gemeente heldere doelen en ambities, benader duurzaamheid als toegevoegde waarde, gebruik ervaring/expertise, werk op verschillende
strategische niveaus, eindgebruiker grote rol, neem de tijd om te groeien, borduur verder op wat je hebt, creeer nieuwe
samenwerkingsverbanden. Deregulering (andere benadering exploitatie)
Duurzaamheid = vanzelfsprekend; dat doe je samen
Herald Roelevink
(Dolte Stedenbouw)
score
7) gemeente geeft ambitie (duurzaamheid fysiek,sociaal) mee, nader in te vullen door gebruikers/ontwikkelaars. Intekenen: Coöperatie, samen
plannen maken en blijvend verantwoordelijk voor duurzaam beheer
8) Benadruk de identiteit, leg dat vast in een verkavelingsopgave/beeldkwaliteitsplan (duurzaamheid) Luister naar de markt (loslaten
doelgroepen), constructie CPO
Bart van der Laag
(Portaal)
Manon van der Wiel
(secretaris
commissie
Welstand)
Er was geen tijd meer om de score te bepalen van de verschillende oplossingen/realisatiestrategieen. Daarnaast kwamen we tot de conclusie dat veel van de
strategieën dezelfde elementen bevatten (maar deze wel op een andere manier benaderen). De volgende vraagstukken kwamen naar voren.
Vraagstuk
-
Gemeente vooraf ambitieniveau duurzaamheid bepalen of niet
-
Regierol; moet die er zijn en bij wie (gemeente/cooperatie)
-
Waar ligt de verantwoordelijkheid en zeggenschap tussen partijen (juridisch, financieel)
Meerjaren commitment (samen plannen maken en beheren, wie?)
-
Hergebruik van Veemarkthallen (rekenmethodiek gemeente kan financiële haalbaarheid onmogelijk maken)
-
Financiering ten behoeve van haalbare/kansrijke energieambitie
-
Deregulering – nieuwe regels om te stimuleren
-
Beheer zo dicht mogelijk bij de gebruikers/eigenaars/bewoners van de locatie neerleggen
-
Sociale cohesie
-
CPO en de rol van andere instituties hierin (wie pakt welke rol)
-
Proces inzichtelijk maken (cruciale stappen)
Veemarkt – groep 2
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor duurzaamheid?
•
•
Wat is de beste manier om op deze plek duurzaamheid vorm te geven?
Welke rol kunnen particuliere opdrachtgevers hierin spelen?
Procesbegeleider: Paul Kouijzer
Verslag: Jan Willem van Zeijl
Casehouder: Hans de Wind
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) breng doelgroepen in het vizier, daag uit tot keuzes in een realistisch palet aan duurzaamheid in een tendertraject. Begeleid
Alexander de Vries, PL
score
10
mensen in het proces en geef inzicht in LT opbrengsten. Leg basiseisen van palet vast en geef goed voorbeeld, stimuleer eigen, Nieuw Leyden
private uitbreidingen van duurzaamheid; geef ruimte voor later.
2) gemeente vestig groene identiteit (raamwerk) als teken van het vervolg: duurzame woonomgeving.
Wim Voogd, Okra
6
3) bouw voort op bestaande initiatieven, breid dat uit. Hergebruik bebouwing mee en sluit aan op de omgeving.
Julia Sondermeijer, VROM
2
landschapsarchitecten
4) zoek nieuwe financieringsarrangementen (PPS?) (‘totalcost of ownership’, inclusief of exclusief duurzaamheid), breng partijen Fred Bisschop, TNO, urban
bij elkaar of verleid daarvoor en benut dit als verkoopargument naar brede doelgroep.
strategie
7
5) benoem ‘structurele’ voorzieningen (incl. openbare ruimte). Zoek breed naar doelgroepen,investeerders .
Marianne Lensink, SO/STEM
6
6)zet direct, specifiek,inhoudelijk ‘icoon’ van duurzaamheid als beeldmerk of als functie neer aan rand van gebied om latente
Pepijn Zwanenburg, raadslid
7
7) demp ‘uitstraling’ A27, bepaal het private en het collectieve deel van de duurzaamheidsopgave: water en energie.
Gerard Kuit, Wijkraad Oost
4
vraag uit markt los te krijgen en vast te leggen.
Aanbeveling: specificeer duurzaamheid en vertaal dat naar de markt.
Duurzaamheid: energieverbruik woning, levensduur/flexibiliteit, de beheerfase woning(omgeving)
Groenlinks
Rotsoord – groep 1
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor een culturele hotspot?
-
Wat maakt Rotsoord tot een verlengstuk van de binnenstad?
-
Welke andere (tijdelijke) functies, dan gesubsidieerde functies, passen hier?
-
Wat is een goede verhouding tussen wonen en overig programma?
Procesbegeleider: Leen de Wit
Verslag: Gerard Seger
Casehouder: Pieter van Sluijs
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
Stat. Vaartsche Rijn meer stedelijk allure
•
Accent aan de rand; hoogbouw/toren?
Bart
•
VR. trek door in gebied; terrassen, café’s, wandelen
PVDA
•
Waarde van vastgoed verminderen
Ruud
•
•
score
Beerlage
Bezit gemeente als vliegwiel gebruiken ; watertoren, politieb. Station, gebruik maken van water. Beginnen op laag niveau.
- Hef barrière van spoor op
Nijveld
•
•
Wonen
2
3
Netwerkactivatie door kringenmodel; beginnen met kleine wanorde
Snel tijdelijke bewoning creëren; studenten, ZZP-achtig, creatief (korte termijn)
Ton
•
•
Aanlegsteiger aan water
Politiek Online
4
•
Meervoudig grondgebruik; gelaagdheid
Hugo
3
•
Beperkte keuzes: bijv. cultuur/wonen; duidelijk in keuzes en vrijheden, want het is een kritische plek.
Dijkhoff
6
•
Gewenste situatie: 70% wonen 30% cultuur; nu omgekeerd = moeilijk
•
- faciliteren van gerichte aankopen
•
Iniatiefnemers geholpen door gemeente; tijdelijke verg.: bijv. zelfstandig kantoor kan niet door bp.; halve maatregelen zijn
goed
•
Gem zorgt voor bekendheid; gem. helpen door gebruikers en initiatiefnemers met elkaar in contact te brengen.
Baetens
AM
Moni
Que
v. Loon
Jebber
10
•
- Speculatie uitbannen
•
Allianties vormen tussen toonaangevende investerende partijen
•
Zo snel mogelijk tijdelijke functies realiseren
•
Creatieve ondernemers faciliteren; hoogwaardige kwaliteit, duurzame samenleving is het doel.
Pieter
Van Sluijs
2
4
Dichter bij centrum meer verdichten
Harm
Scheltens
5
•
•
- HIY = kijken naar groot-Rotsoord. Is entree naar binnenstad.
Pastoe
3
Rotsoord – groep 2
Wat is een haalbare realisatiestrategie voor een culturele hotspot?
-
Wat maakt Rotsoord tot een verlengstuk van de binnenstad?
-
Welke andere (tijdelijke) functies, dan gesubsidieerde functies, passen hier?
-
Wat is een goede verhouding tussen wonen en overig programma?
Procesbegeleider: Anco Schut
Verslag: Irene Willems
Casehouder: Ton Lindhout
Realisatiestrategie (wie, wat, wanneer, hoe?)
wie
1) Gebied ligt strategisch (bereikbaarheid, ontsluiting), prima woongebied, vraag eigenaren naar plannen
Hans
score
Dortmond,
wijkraad
binnenstad
2) Spannend gebied houden. Realiseer eerst culturele voorzieningen ivm overlast/reuring, tijdelijke voorzieningen mogelijk maken. Ondernemers ter
plekke en ook elders vragen, zonering met vrijheid
Iris
Vliegenberg,
5
Procap
3) Kwaliteiten: binnenstad trekt, hoograven duwt: goede uitgangspositie. Infra op orde, hoge tolerantie. Niet in een keer afmaken, groeien, mag langzamer Bastiaan
gaan. Gebruik vliegwielen: De Boo, de watertoren. Overheid: stem af op externe ontwikkelingen. Keuze maken tussen gebieden
4) Stel verplichtingen, maak beleid anders komt er alleen wonen. Cultuur vraagt grote goedkope ruimteÆ hergebruik. Tijdelijk gebruik toestaan. Benut
Staffhorst, …
4
Wybren de
cultureel netwerk. Wat te doen met gemeentelijk bezit (brandweer)? Realiseer Wonen-plus programma’s.
Jong, wijkraad
5) Hek is open. Vertrek en faciliteer vanuit wat er al is: pastoe, de helling. Ligging ideaal. Aandacht voor station = barrière. Huidige eigenaren vertrouwen
Ton Lindhout,
het niet: overheid moet duidelijkheid geven. Maak gebruik van identiteit en wees zorgvuldig Maak ondernemers coalities.
casehouder
4
6) Praten met huidige eigenaren: wat willen ze wel/niet. Citroën staat voor design. Kies voor creatieve industrie (ook commercieel) ipv cultuur. (Startend)
Willem Buunk ,
1
zuid
ondernemerschap centraal stellen. Genoeg initiatiefnemers, grondpositie gemeente niet nodig. Durf als overheid los te laten
raadslid VVD
7) Sociale sfeer verder laten groeien: met Rotsoord-coalitie iets op gang brengen. Frisse blik van 18-jarigen gebruiken: interesse, rebels. Boodschap: daar Raymond Bijen,
waar het gebeurt. Overheid kan delen doen, niet alles. Strand bij De Boo: verblijven aan Vaartsche Rijn. Merk dat je waterkant vrij moet houden. Barrière
2
teamleider
met binnenstad oplossen. Nieuwbouw kan meer standaard, bestaande kwaliteit laten schitteren. Rotsoord speerpunt culturele hoofdstad 2018.Durf leegte monumenten
(zonder functie-invulling) te houden. Prijsvraag watertoren
8) Gebied heeft grote op zich zelf staande blokken op de koppen (oa Citroën). Moeten naar buiten keren. Interveniëren: kleinere korrel als voorbeeld:
Edwin
verschillende andere typologieën op kleine kavels. Gemeente moet grondpositie innemen en moet goede voorbeeld geven: reserveer kavel voor
Oostmeijer,
ondernemers met niet-standaard oplossing. Regels zo losjes mogelijk. Ga naar eigenaren.
ontwikkelaar
Geel is kernwoorden, rood is belangrijkste kernwoord waar op gescoord is.
Dit is onze discussie in schema, zoals we tijdens de workshop hebben opgetekend.
Wat zit daar als lijn in, als resultaat van ons denken over bouwstenen voor een haalbare realisatiestrategie?
Een beetje herordend komen daar de volgende tien handvatten uit voor de ontwikkeling van Rotsoord tot culturele hotspot.
Of, zoals aan het begin al aan de orde kwam, tot hotspot voor creatieve industrie, voor creatief ondernemerschap.
1.
Vertrek vanuit wat er al is: Pastoe, Helling. Benut cultureel netwerk.
3.
Werk samen met ondernemers aan ondernemerscoalities. Faciliteer in het ontdekken en ontwikkelen van gezamenlijke belangen.
2.
4.
Vraag ondernemers ter plekke en ook elders naar hun plannen. Wat willen ze, waarin willen zij investeren?
Geef duidelijkheid over waar ondernemers op kunnen rekenen. Blijft het groen groen? Komt er meer ruimte voor creatieve bedrijvigheid? Wordt het
geen gewone woonwijk? Geef zo vertrouwen als basis voor investeringsbereidheid.
9