Onderwijs- en examenregeling MBO Deel 1 COHORT 2014 – 2015 Gepubliceerd op 3 juli 2014 Onderwijs- en examenregeling mbo Vestiging mbo Alkmaar Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Dhr. W.J. van Reenen Drechterwaard 10 1824 EX Alkmaar Tel.: (072) 561 09 34 Vestiging mbo Hoorn Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Mw. E.H.M. Welbedacht - Portegies Blauwe Berg 3 1625 NT Hoorn Tel.: (0229) 25 94 94 Vestiging mbo Schagen Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Mw. A. Lugtig-Ouweltjes De Boomgaard 9 1741 MD Schagen Tel.: (0224) 21 27 25 In deze onderwijs en examenregeling (OER) staat informatie over de opzet en uitvoering van onderwijs en examens van het middelbaar beroepsonderwijs aan het Clusius College. Onderdeel van deze onderwijs- en examenregeling is het examenreglement en de opleidingsplannen, opgesteld per opleiding. Deze OER geldt voor alle binnen het Clusius College aangeboden opleidingen die starten vanaf 1 augustus 2014. De Centrale Studentenraad (CSR) heeft ingestemd met deze OER. Vervolgens is de OER vastgesteld door de Centrale Examen Commissie (CEC). Ieder jaar wordt de OER waar nodig bijgesteld en ter instemming en vaststelling aan de CSR en CEC voorgelegd. Ingestemmming CSR: Vaststelling CEC: Vaststelling CvB: Publicatie: 19 juni 2014 23 juni 2014 23 juni 2014 3 juli 2014 Het bevoegd gezag, Dhr. G.P. Oud Lid College van Bestuur Voorzitter van de CEC mbo Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 2 van 52 1. INLEIDING ......................................................................................................................... 4 2. HOE ZIT HET MBO IN ELKAAR?..................................................................................... 5 2.1 2.2 2.3 2.4 KWALIFICATIESTRUCTUUR- EN DOSSIERS .................................................................... 5 LEERWEGEN ............................................................................................................... 5 NIVEAUS ..................................................................................................................... 5 VERANDERINGEN VANAF 2014-2015 ........................................................................... 6 3. MBO BIJ HET CLUSIUS COLLEGE ................................................................................. 7 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 BASIS-, PROFIEL- EN KEUZEDEEL ................................................................................ 7 ONDERWIJSTIJD.......................................................................................................... 7 AANWEZIGHEID ........................................................................................................... 9 MODULES ................................................................................................................... 9 STUDIEPUNTEN ........................................................................................................... 9 OVERIGE ACTIVITEITEN ............................................................................................... 9 STUDIEVOORTGANG .................................................................................................. 10 BINDEND STUDIEADVIES ENTREE-OPLEIDING ............................................................. 11 STUDIEDUURVERLENING NA HET LAATSTE LEERJAAR................................................. 11 4. DIPLOMERING EN DIPLOMA-EISEN ............................................................................ 13 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 SPECIFIEKE EISEN ..................................................................................................... 13 GENERIEKE EISEN ..................................................................................................... 13 DIPLOMA EN RESULTATENLIJST ................................................................................. 14 CERTIFICAATSUPPLEMENT ........................................................................................ 14 CERTIFICATEN EN GETUIGSCHRIFTEN ........................................................................ 14 DIPLOMERING ENTREE-OPLEIDING ............................................................................ 15 5. EXAMINERING ................................................................................................................ 16 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 BEROEPSGERICHTE EXAMINERING ............................................................................. 16 AVO-EXAMINERING ................................................................................................... 25 NIET BEHALEN VAN EEN EXAMEN ............................................................................... 32 AFWEZIGHEID BIJ EEN EXAMEN.................................................................................. 33 KLACHT OF HEROVERWEGING OMTRENT EXAMENS .................................................... 33 EXAMINERING BIJ LEER- EN LICHAMELIJKE BEPERKINGEN .......................................... 34 EXAMENREGLEMENT ................................................................................................. 34 6. SCHEMATISCHE WEERGAVE ONDERWIJS EN EXAMEN ......................................... 35 BIJLAGE 1 BEGRIPPENLIJST ........................................................................................ 37 BIJLAGE 2 VERKLARING TAAL- EN REKENNIVEAUS ................................................ 41 BIJLAGE 3 EXAMENREGLEMENT MBO ......................................................................... 1 Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 3 van 52 1. Inleiding Deze Onderwijs- en Examenregeling (OER), is geschreven om inzicht te geven in hoe het onderwijs en de examinering van de opleidingen is geregeld. De OER bestaat uit twee delen: - Deel 1: Algemene onderwijs- en examenregeling. Hierin staat informatie die voor alle studenten geldt. De opzet en uitvoering van onderwijs en examens wordt uitgelegd. - Deel 2: Opleidingsplan. Dit plan is speciaal voor jouw opleiding geschreven. Hierin staan de specifieke modules en examens beschreven die jij gaat volgen. Hierin staat ook de globale planning van de modules en examens. Het opleidingsplan vind je op mijn.clusius.nl onder ‘opleidingsplannen’. Bij deze OER hoort het Examenreglement, waarin de rechten en plichten van studenten en van het Clusius College bij examinering zijn vastgelegd. De OER is bestemd voor studenten, docenten, leden van de vestigings- en centrale examencommissie en is geldig voor het cohort dat op het voorblad is vermeld (een cohort is een groep studenten die in hetzelfde jaar aan dezelfde opleiding begint). De OER is geldig voor de duur van je hele opleiding. De OER wordt gepubliceerd voordat de opleiding start en is te downloaden van de website van het Clusius College. Als zich wijzigingen voordoen in deze OER, dan worden deze opgenomen in de online versie van de OER. De meest actuele versie is dus te vinden op de website. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 4 van 52 2. Hoe zit het mbo in elkaar? Wat is een kwalificatiestructuur, een kwalificatiedossier, een leerweg of een mbo-niveau? In dit hoofdstuk worden deze begrippen uitgelegd. Ook wordt er ingegaan op de veranderingen die gelden vanaf schooljaar 2014-2015. 2.1 Kwalificatiestructuur- en dossiers In Nederland wordt het mbo-onderwijs aangeboden in de beroepsgerichte kwalificatiestructuur. Elke opleiding is beschreven in een landelijk, wettelijk vastgesteld document: het kwalificatiedossier. Alle kwalificatiedossiers samen vormen de kwalificatiestructuur. In het kwalificatiedossier staat voor één of meerdere mbo-beroepen wat je moet kennen en kunnen aan het eind van je mbo-opleiding. Op basis van een kwalificatiedossier maakt het Clusius College het onderwijsprogramma voor jouw opleiding. Elk kwalificatiedossier is opgebouwd uit kerntaken en werkprocessen. Wat zijn kerntaken? Kerntaken zijn specifieke werkzaamheden die je in de uitoefening van het beroep zelfstandig moet kunnen uitvoeren. Kerntaken komen een aantal keer in verschillende situaties in je beroepsopleiding aan bod. Kerntaken bestaan meestal uit een aantal ‘werkprocessen’. Op de resultatenlijst bij je diploma staan de kerntaken met naam en resultaat vermeld. Wat zijn werkprocessen? Werkprocessen zijn activiteiten die leiden tot het resultaat van een kerntaak. Werkprocessen hebben een begin en eind en zijn herkenbaar in de beroepsuitoefening. Uit welke kerntaken en werkprocessen jouw opleiding bestaat, kun je vinden in het opleidingsplan. Het hele kwalificatiedossier van jouw opleiding kun je vinden via http://www.kwalificatiesmbo.nl 2.2 Leerwegen Opleidingen worden in twee leerwegen aangeboden: - de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) - de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) In de BOL leer je op school en wissel je de lessen af met bpv (stages) op verschillende bedrijven. In de Beroeps Begeleidende Leerweg ga je 3 à 4 dagen in de week werken (werkend leren) en 1 à 2 dagen naar school. 2.3 Niveaus Het mbo is ingedeeld in vier niveaus. Elk niveau staat voor een beroepsniveau bij het behalen van het diploma. Deze niveaus zijn als volgt: Niveau: Entree 2 Omschrijving van het beroepsniveau: De entreeopleiding geeft een entree tot de arbeidsmarkt of een entree tot mbo- 2. Je voert onder toezicht eenvoudige, uitvoerende werkzaamheden uit. Medewerker: Je voert onder leiding werkzaamheden uit die de nodige vakbekwaamheid vereisen. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 5 van 52 3 Vakbekwaam medewerker: Je voert zelfstandig werkzaamheden uit die een grote vakbekwaamheid vereisen. 4 Middenkaderfunctionaris/gespecialiseerd beroepsbeoefenaar: Je kunt specialistische uitvoerende taken zelfstandig verrichten en je kunt leidinggeven aan anderen. Voor welk niveau je als student toelaatbaar bent, hangt onder meer af van je vooropleiding en de intake van de opleiding. Zie voor meer informatie het toelatingsbeleid mbo op http://www.clusius.nl/mbo/aanmelden.aspx 2.4 Veranderingen vanaf 2014-2015 Als eerstejaars van cohort 2014-2015 krijg je te maken met veranderingen binnen het mbo. Deze veranderingen hebben te maken met nieuwe wetgeving. De wetgeving komt uit het actieplan mbo ‘focus op vakmanschap’. Wat verandert er precies? 1. Verkorten opleidingsduur Alle mbo-4 opleidingen worden ingekort naar drie jaar. Dit geldt alleen niet voor de opleiding Paraveterinair, hiervoor is er landelijk een uitzondering gemaakt omdat de opleiding aantoonbaar zwaarder is. 2. Meer onderwijstijd Tegelijk met het inkorten van de opleidingsprogramma’s gaan scholen per studiejaar meer uren begeleide onderwijstijd in de BOL verzorgen. Dat geldt in het bijzonder in het eerste leerjaar. De onderwijstijd wordt voor alle eerstejaars BOL-opleidingen per 1 augustus 2014 geïntensiveerd naar 1000 klokuren per leerjaar, dit was 850 klokuren. 3. Aanpassen onderwijsprogramma’s Landelijk kent het mbo ruim 600 opleidingen, die soms maar weinig van elkaar verschillen. Straks komt het aantal opleidingen uit op 175. Door het clusteren van soortgelijke opleidingen, komen er minder kwalificatiedossiers en wordt er meer gekeken naar de overeenkomsten tussen verschillende opleidingen. Doordat de onderwijstijd omhoog gaat, moeten we onze onderwijsprogramma’s aanpassen. Maar ook omdat per 1 augustus 2015 het aantal kwalificatiedossiers minder wordt, moeten we het onderwijs aanpassen. Doordat voor het huidige schooljaar het onderwijsprogramma qua uren al moest worden aangepast, is al gekeken naar de kwalificatiedossiers die per 1 augustus 2015 ingaan en is het onderwijs hier voor een deel al op ingericht. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 6 van 52 3. Mbo bij het Clusius College In dit hoofdstuk wordt de opzet van de opleidingen en de daarbij horende onderwijstijd toegelicht. De opleidingen zijn verdeeld over perioden. Ieder leerjaar kent vier perioden van tien weken. Het uitgangspunt is dat binnen deze tien weken de aangeboden modules worden afgerond en afgesloten. 3.1 Basis-, profiel- en keuzedeel Een opleiding bij het Clusius College is opgebouwd uit een basisdeel, profieldeel en keuzedeel. Het basisdeel wordt gevormd door kerntaken en werkprocessen die hetzelfde zijn voor meerdere opleidingen en generieke onderdelen zoals: Nederlands, rekenen, studie- en loopbaanbegeleiding (loopbaan en burgerschap). In het profieldeel staan de specifieke beroepskenmerken van de opleiding centraal. Ook het profieldeel bestaat uit kerntaken en werkprocessen. Het keuzedeel richt zich vaak op de ontwikkelingen in de sector(regio). Het keuzedeel is een plus op het diploma. Het vergroot je arbeidsmarktkansen of maakt het makkelijker om door te stromen naar een vervolgstudie. In onderstaand schema zie je welke opleidingen een gemeenschappelijk basisdeel hebben. Het is dus goed mogelijk dat je met studenten van andere opleidingen met hetzelfde basisdeel, samen modules volgt. Gemeenschappelijk basisdeel Commercieel Ondernemen Dierverzorging Bloem & Styling Tuin, Park en Landschap Voeding Groen, Grond en Infra Paardenhouderij (vooral niv. 2) Groene Detailhandel Natuur, Water en Recreatie Food, Health and Innovation Teelt Paraveterinair In & Outdoorstyling Paardenhouderij Entree Voor de opleidingen veehouderij, zorgboerderij, monteur mobiele werktuigen en horeca en voeding in Schagen geldt dat de opleiding (nog) niet zijn ingericht aan de hand van een basis-, profiel- en keuzedeel en meer op zichzelf staan. Dit heeft onder andere te maken met locaties en samenwerkingsverbanden met andere scholen. Per 1 augustus 2015 krijgen ook deze opleidingen een plek in bovenstaand schema. 3.2 Onderwijstijd Je bent gemiddeld 40 weken per schooljaar met je opleiding bezig. Aangenomen wordt dat je vervolgens per week 40 klokuren bezig bent met je opleiding. In totaal besteed je 1600 uur aan je opleiding per schooljaar. Deze 1600 uur worden studiebelastingsuren genoemd. De sbu’s worden besteed aan onder andere: - lessen; - regioleren; - projecten; - introductie; - excursies; - beroepspraktijkvorming (bpv); - coaching en begeleiding; - zelfstudie en het maken van opdrachten; - toetsing/examinering; - praktijkleren. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 7 van 52 Voor elk onderdeel van je opleiding wordt in het opleidingsplan geschat hoeveel studiebelastingsuren je hiervoor gemiddeld nodig hebt. Voor de bol-opleidingen geldt dat per leerjaar gemiddeld 1000 klokuren van deze 1600 sbu’s aan ‘onderwijstijd’ worden besteed. Voor de bbl-opleidingen geldt dat per leerjaar gemiddeld 850 klokuren van deze 1600 sbu’s aan ‘onderwijstijd’ worden besteed. Onderwijstijd bestaat uit uren begeleide onderwijstijd (BOT) en uren bpv. Begeleide onderwijstijd (BOT) Begeleide onderwijstijd vindt plaats onder begeleiding van een docent of instructeur. De manieren waarop begeleide onderwijstijd ingevuld kan worden, staat in onderstaand schema. activiteiten in de les. Docent en studenten bevinden zich op dezelfde tijd Klassikaal/ op dezelfde plaats School: Theorie: ‘boek’ + docent uitleg tijdens de les zelfstudie Verwerking van theorieopdrachten tijdens de les zelfstudie Opdrachten: klassikale activiteiten o.b.v. docent in de les verwerking in de klas zelfstudie Activiteiten in de praktijk. Docent en studenten bevinden zich op dezelfde Praktijk: tijd op dezelfde plaats Opdracht in de praktijk kort theorie instructie evaluatie Activiteiten o.b.v. projectopdracht. Werkzaam in kleine groepjes of Regioleren: individueel Opdracht in projectvorm, de opleiding is geen opdrachtgever individueel / groepjes uitvoering op school of buiten school (op afstand) begeleiding: o proces o product o groep / individu o afspraak of klassikaal Projecten: Activiteiten o.b.v. projectopdracht. Werkzaam in kleine groepjes of individueel. Opdracht in projectvorm, opleiding is opdrachtgever individueel / groepjes docent: projectmanager student: projectmedewerker / projectleider uitvoering op school of buiten school (op afstand) begeleiding: o proces o product o groep / individu o afspraak of klassikaal Excursie / werkweek / werkdag: activiteit buiten school De groepsgrootte en begeleiding is afhankelijk van activiteit. bezoek bedrijf / beurs / meeloopdag / excursie binnen- of buitenland Activiteiten die student zelfstandig kan uitvoeren Leren op afstand: Zelfstudie onder begeleiding (docent op afstand) op school of elders deze zelfstudie is opgenomen in het onderwijsprogramma/rooster Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 8 van 52 3.3 Aanwezigheid Je hebt je ingeschreven voor een specifieke opleiding. Dit betekent dat je aanwezig bent tijdens de geplande activiteiten van je opleiding. Er wordt bijgehouden hoeveel van de geplande uren er daadwerkelijk wordt gegeven en jouw aanwezigheid bij deze onderwijsactiviteiten wordt geregistreerd. Wanneer je ongeoorloofd afwezig bent, dan kan je studievertraging oplopen, ook al heb je je resultaten behaald. Meer informatie over aanwezigheid en de absentieregeling kun je vinden in de verzuimkaart mbo. Deze vind je op: http://www.clusius.nl/publicaties/onderwijsdocumenten. 3.4 Modules De lesstof van je opleiding wordt opgedeeld in samenhangende onderwijseenheden. Deze onderwijseenheden worden modules genoemd en worden gekoppeld aan de studiebelastingsuren (sbu’s). Elk leerjaar bestaat uit maximaal 20 modules. De inhoud van een module is gekoppeld aan het basis- profiel- of keuzedeel van je opleiding. Er zijn modules voor o.a. de bpv, beroepsgerichte onderwerpen, Nederlands en rekenen. Per module zijn maximaal drie resultaten en drie studiepunten te behalen. Een resultaat kan een cijfer of een onvoldoende/voldoende/goed zijn. Dit resultaat is formatief of summatief. Een formatief resultaat is gericht op jouw ontwikkeling. Het meet de kennis of toepassing van kennis die aanwezig is of nog ontbreekt. Een summatief resultaat is het resultaat van een examen. Dit resultaat wordt door de vestigingsexamencommissie vastgesteld en telt mee voor het behalen van je diploma. Een voorbeeld hiervan is een centraal examen Nederlands of een proeve van bekwaamheid. Per formatief resultaat zijn er twee herkansingsmogelijkheden na overleg met de betreffende vakdocent. Wanneer het betreffende resultaat na de herkansing nog niet voldoende is, besluit het opleidingsteam in overleg met de mentor op welke (andere) wijze de studiepunten behaald kunnen worden. Informatie over het herkansen van een examen (summatief) vind je in paragraaf 5.3. 3.5 Studiepunten Je studievoortgang wordt bijgehouden met studiepunten. Per module kun je drie studiepunten of een veelvoud daarvan behalen. Er zijn maximaal 20 modules per leerjaar. Drie studiepunten maal 20 modules zijn 60 studiepunten per leerjaar. Je krijgt een studiepunt toegekend als de prestatie die ervoor geleverd is, voldoet aan de gestelde eisen. Voor elk resultaat van een module kan één of meer studiepunten worden behaald. In het opleidingsplan van jouw opleiding staat vermeld waaraan je moet voldoen om de studiepunten te behalen en hoeveel studiepunten het oplevert. 3.6 Overige activiteiten Naast de studiepunten die je kunt halen door de modules goed te doorlopen en af te sluiten, kan je ook studiepunten op een andere manier behalen. Dit kan door bijvoorbeeld deelname aan de centrale- of vestigingsstudentenraad, vakwedstrijden (die niet zijn opgenomen in het opleidingsplan) en overige activiteiten die plaatsvinden namens het Clusius College buiten het opleidingsplan om. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 9 van 52 Door deze extra activiteiten ontwikkel je verschillende vaardigheden zoals: effectief communiceren, beslissingen en verantwoordelijkheid daarvoor leren nemen, maatschappelijke waarden en normen, etc. Het aantal studiepunten dat je hiervoor kan behalen hangt af van het aantal uur dat je aan een extra activiteit besteedt; 27 studiebelastingsuren staan voor 1 studiepunt. De vestigingsexamencommissie besluit of een activiteit wordt omgezet in studiepunten en voor welke, nog te behalen activiteiten, studiepunten ingewisseld kunnen worden. Je overlegt hierover, voor dat de activiteit plaatsvindt, met de docent en vervolgens doe je zelf een voorstel aan de vestigingsexamencommissie. Voorwaarde is wel dat de activiteit in het verlengde moet liggen van de opleiding. Let op: Deze studiepunten kunnen nooit ingewisseld worden voor studiepunten waaraan een summatief resultaat ten grondslag ligt. 3.7 Studievoortgang Zoals blijkt uit deze OER en uit de onderwijsovereenkomst (OOK), waarvoor je aan het begin van de opleiding getekend hebt, wordt er inspanning van jou als student verwacht. De studievoortgang bespreek je samen met je mentor. In een registratiesysteem wordt vastgelegd welke resultaten en studiepunten je hebt behaald. De studiepunten zijn belangrijk bij het bepalen of je door mag naar het volgende leerjaar. Dit zijn de voorwaarden: Voortgang naar het tweede leerjaar (niveau 2, 3 en 4) Aantal studiepunten Dit betekent: 58-60 Onvoorwaardelijk door naar het tweede leerjaar. 54-57 Voorwaardelijk door naar het tweede leerjaar. minder dan 54 Je wordt besproken in het opleidingsteam. Voortgang naar het derde leerjaar (niveau 3 en 4) Aantal studiepunten Dit betekent: 118-120 Onvoorwaardelijk door naar het derde leerjaar1. 114-117 Voorwaardelijk door naar het derde leerjaar1. minder dan 114 Je wordt besproken in het opleidingsteam. Voortgang naar het vierde leerjaar (Opleiding Paraveterinair niveau 4) Aantal studiepunten Dit betekent: 178-180 Onvoorwaardelijk door naar het vierde leerjaar2. 174-177 Voorwaardelijk door naar het vierde leerjaar2. minder dan 174 Je wordt besproken in het opleidingsteam. Voorwaardelijk door, betekent dat je met je mentor afspraken maakt over hoe je het tekort aan studiepunten gaat inhalen. Je maakt samen afspraken over wanneer je welke resultaten gaat 1 Indien de achterstand ontbrekende studiepunten uit het eerste leerjaar zijn, is overgang naar het derde leerjaar niet mogelijk. 2 Indien de achterstand ontbrekende studiepunten uit het tweede leerjaar zijn, is overgang naar het vierde leerjaar niet mogelijk. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 10 van 52 behalen. Als je je niet aan de gemaakte afspraken houdt dan heeft dit consequenties. Je wordt dan besproken in het opleidingsteam. Besproken in het opleidingsteam, betekent dat het opleidingsteam een bindend advies gaat geven over jouw studievoortgang. Dit advies wordt vastgelegd in de bijlage bij de onderwijsovereenkomst. Het advies kan zijn een inhaalprogramma te volgen of de studieduur te verlengen. Het opleidingsteam kan ook besluiten dat je de opleiding op een lager niveau voortzet of dat je (afhankelijk van de situatie) de studie bij het Clusius College moet beëindigen. Dit advies is bindend. Dit betekend dat het advies opgevolgd moet worden. Bij het niet opvolgen van het advies wordt de onderwijsovereenkomst beëindigd. Het advies van het opleidingsteam bespreekt je mentor met jou. Dit gesprek vindt uiterlijk in de laatste periode van het schooljaar plaats, dan wel uiterlijk vier weken voor de zomervakantie. Als blijkt dat dit gevolgen heeft voor het vervolg van de studie word je daarvan schriftelijk op de hoogte gesteld. Afhankelijk van je leeftijd worden ook je ouder(s)/verzorger(s) hierover geïnformeerd. 3.8 Bindend studieadvies Entree-opleiding Wanneer je de Entree-opleiding volgt, krijg je na vier maanden een studieadvies. Dit advies moet je voor 1 januari hebben gekregen en gaat over het vervolg van je opleiding. Dit advies kan zijn: Je kan na je opleiding gaan werken en doorstromen naar mbo niveau 2 is niet mogelijk; Je kan na je opleiding gaan werken of doorstromen naar mbo niveau 2; Je kan na je opleiding naar mbo niveau 2; Je moet wisselen van richting binnen de Entree-opleiding; Je moet wisselen van leerweg (BOL of BBL). Naast afspraken over studievoortgang kunnen dit ook individuele afspraken zijn. Wanneer je het advies krijgt om te stoppen met de opleiding, kan de school de onderwijsovereenkomst beëindigen. Dit wordt een ‘bindend studieadvies’ genoemd. Dit besluit kan nooit als een verrassing komen, omdat er regelmatig gesprekken zijn over de studievoortgang en over de afspraken die gemaakt zijn tijdens de intake. 3.9 Studieduurverlenging na het laatste leerjaar Zoals beschreven in paragraaf (3.7) kan het opleidingsteam adviseren om je studieduur te verlengen. Het kan ook voorkomen dat het geen advies is, maar dat je het niet gaat redden om voor het einde van het laatste studiejaar aan de diploma-eisen te voldoen. Een van de twee volgende scenario’s is dan mogelijk: Examen voor 18 september van het volgende schooljaar Je maakt het in te halen examen vóór 18 september. Wanneer je vóór die datum voldoet aan de gestelde diploma-eis(en), kan je gediplomeerd worden en word je uitgeschreven per 1 oktober en hoef je geen lesgeld voor het volgende schooljaar te betalen. Het Clusius College heeft de periode tussen 18 september en 1 oktober nodig om alles in orde te maken voor eventuele diplomering. Aan het einde van de vierde periode dan wel vier weken voor de sluiting van de vestiging wordt gekeken, of het voor jou haalbaar is om vóór 18 september van het daarop volgende schooljaar je examen te maken. Zo ja, dan wordt er een bijlage bij de onderwijsovereenkomst gemaakt, waarin omschreven staat welke (examen-) onderdelen je moet doen, op welke data/datum en wat je kan en gaat Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 11 van 52 ondernemen om de (examen)onderdelen te behalen. Hierbij kan gedacht worden aan het volgen van lessen of (af)maken van opdrachten/projecten. Wanneer je de (examen)onderdelen niet hebt behaald en je dus niet vóór 1 oktober kunt diplomeren, word je opnieuw ingeschreven en onderteken je een onderwijsovereenkomst voor een half studiejaar met de verwachte einddatum van 31-12-20** en moet je lesgeld betalen. De bijlage bij de onderwijsovereenkomst wordt bijgesteld en opnieuw ondertekend. Je zult verplicht de modules volgen die van belang zijn om de betreffende (examen)onderdelen te behalen. Voldoe je na deze periode (tot 31-12-20**) nog niet aan de gestelde diploma-eisen, dan wordt de verwachte einddatum aangepast naar 30-09-20**. Je volgt dan het onderwijsprogramma van de examenklas van de opleiding die je volgt. In de studietijd voor de modulen waarvoor je al een voldoende hebt behaald wordt een adequaat studieprogramma opgesteld en schriftelijk vastgelegd. Het doorlopen van dit studieprogramma is voorwaarde voor het afleggen van de nog te maken (examen)onderdelen. Daarnaast is het volgen van onderwijsactiviteiten uit de modulen van belang om te voldoen aan de aanwezigheidsnorm. Let op; wanneer je niet voldoet aan de aanwezigheidsnorm heeft dit ook invloed op je recht op studiefinanciering3. Verlenging van volledig studiejaar Aan het einde van de vierde periode dan wel vier weken voor de sluiting van de vestiging wordt gekeken, of het voor jou haalbaar is om vóór 1 oktober van het daarop volgende schooljaar, het diploma te halen. Zo nee, dan word je opnieuw ingeschreven en onderteken je een onderwijsovereenkomst voor een heel studiejaar met de verwachte einddatum van 30-09-20**. Je volgt vervolgens een regulier lesprogramma. In de studietijd voor de modulen waarvoor je al een voldoende hebt behaald wordt een adequaat studieprogramma opgesteld en schriftelijk vastgelegd. Het doorlopen van dit studieprogramma is voorwaarde voor het afleggen van de nog te maken (examen)onderdelen. Daarnaast is het volgen van het reguliere rooster van belang om te voldoen aan de aanwezigheidsnorm. Let op; wanneer je niet voldoet aan de aanwezigheidsnorm heeft dit ook invloed op je recht op studiefinanciering3. 3 Voorwaarden voor recht op studiefinanciering zijn te vinden op www.duo.nl Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 12 van 52 4. DIPLOMERING EN DIPLOMA-EISEN Om het diploma van je opleiding te halen moet je voldoen aan de diploma-eisen die gelden voor jouw opleiding. De diploma-eisen bestaan uit ‘specifieke’ eisen en ‘generieke’ eisen. Deze worden vermeld op de resultatenlijst. Op pagina 12 staat een voorbeeld van de resultatenlijst. 4.1 Specifieke eisen Specifieke eisen gaan over het betreffende beroep. Het is dus beroepsspecifiek. Mogelijk staat voor niveau 4 Duits en voor niveau 2 en 3 Engels onder beroepsspecifiek. Het gaat hier om het beheersingsniveau van de vreemde taal dat voor het uitvoeren van het beroep nodig is. Deze eisen zijn als volgt: - Kerntaken De belangrijkste dingen die je voor een beroep moet doen, noemen we kerntaken. Elke opleiding kent één of meer kerntaken die in de proeve van bekwaamheid, werkprocesexamen of vaardigheidsexamen worden geëxamineerd. Je kunt voor iedere kerntaak een goed, voldoende of onvoldoende scoren. Diploma-eis: elke kerntaak moet voldoende zijn. - Beroepspraktijkvorming De beroepspraktijkvorming (bpv) moet voldoen aan de vereiste omvang, uitgedrukt in een bepaald percentage van de totale opleidingsduur. Ook moet de beoordeling van de bpv voldoende zijn. Wanneer er meerdere beoordelingen zijn omdat er sprake is van bpv bij verschillende bpv-bedrijven, worden de beoordelingen gemiddeld. Diploma-eis: de bpv moet behaald zijn. - Duits (niveau 4) en Engels (niveau 2 en 3) Als Duits voor niveau 4 en Engels voor niveau 2 en 3 vermeld staat in het kwalificatiedossier van jouw opleiding, dan is dit een diploma-eis. Het beheersingsniveau en de weging van de subvaardigheden staan in paragraaf 5.2. Diploma-eis: Duits (niveau 4) en Engels (niveau 2 en 3) moet behaald zijn. - Wettelijke beroepsvereiste(n) Enkele opleidingen kennen zogenaamde ‘wettelijke beroepsvereiste(n)’. Dit zijn (extra) eisen die de wet stelt aan het uitoefenen van een bepaald beroep. Als deze eisen voor jouw opleiding gesteld zijn, zijn ze opgenomen in het kwalificatiedossiers en jouw opleidingsplan. Diploma-eis: voldaan hebben aan de wettelijke beroepsvereisten. 4.2 Generieke eisen De generieke eisen zijn door de overheid vastgesteld en gelden voor alle studenten van hetzelfde opleidingsniveau, ongeacht het beroep. Deze eisen zijn als volgt: - Nederlandse taal en rekenen Je moet voldoen aan de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen. Voor niveau 2 en 3 geldt referentieniveau 2F en voor niveau 4 geldt referentieniveau 3F. De uitleg van de referentieniveaus staat in bijlage 2. Diploma-eis: de diploma-eisen voor Nederlands en rekenen verschillen per diplomajaar. Voor de zak-/slaagregeling en diploma-eis zie paragraaf 5.2. - Loopbaan en Burgerschap Loopbaan en Burgerschap maakt onderdeel uit van studie- en loopbaanbegeleiding (SLB). Voor loopbaan en burgerschap ben je verplicht het aangeboden programma te volgen en ook de opdrachten te maken. Je maakt hiervoor geen examen. Diploma-eis: Voldaan hebben aan de inspanningseisen. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 13 van 52 - Engels (Niveau 4) Engels is voor niveau 4 een diploma-eis. Het taalbeheersingsniveau is volgens het Europees referentiekader als volgt: lezen en luisteren B1 en gesprekken voeren, spreken en schrijven A2. De uitleg van het Europees referentiekader staat in bijlage 2. Diploma-eis: Voor de zak-/slaagregeling en diploma-eis zie paragraaf 5.2. 4.3 Diploma en resultatenlijst De vestigingsexamencommissie oordeelt of jij voldoet aan de gestelde diploma-eisen en beslist of je een diploma krijgt. Op het diploma staat o.a. de opleiding, het mbo niveau en de datum van behalen van het examen. Bij het diploma wordt de resultatenlijst uitgereikt. Beide documenten teken je. Op de resultatenlijst staan de resultaten van de diploma-eisen. Hieronder staat een voorbeeld van de tabel met resultaten van de resultatenlijst. Examenonderdelen behorend bij de kwalificatie Resultaat Specifieke examenonderdelen Kerntaak 1 Beheert receptie en apotheek Kerntaak 2 Assisteert bij onderzoek, behandelingen en operatie Kerntaak 3 Voert en verzorgt gezonde dieren en begeleidt geboorteproces Kerntaak 4 Draagt zorg voor opgenomen dieren en verleent eerste hulp Hiermee is/zijn de proeve(n) van bekwaamheid behaald. Voldoende Goed Voldoende Voldoende Beroepspraktijkvorming Behaald De kandidaat heeft voldaan aan de wettelijke beroepsvereisten vermeld in Besluit paraveterinairen. Generieke examenonderdelen Centraal examen: Instellingsexamen: Centraal examen Nederlandse taal: Referentieniveau: 3F Rekenen: Referentieniveau: 3F Engels Taalbeheersingsniveau volgens het Europees referentiekader: - Luisteren en lezen: B1 - Gesprekken voeren, spreken en schrijven: A2 Loopbaan en Burgerschap De kandidaat heeft voldaan aan de inspanningseisen. 6,7 6,9 7 (zeven) 9 (negen) 7 (zeven) 4.4 Certificaatsupplement Wanneer je je diploma hebt behaald, en je emigreert of je gaat werken in het buitenland, is het certificaatsupplement (Europass) een handig hulpmiddel. In het Engels wordt op dit document uitgebreid uitleg gegeven over welke vaardigheden en competenties je hebt opgedaan tijdens de opleiding. Erg handig voor bijvoorbeeld een sollicitatie. Dit supplement in het Engels wordt op jouw verzoek bijgevoegd bij je diploma. Je moet hier zelf om vragen bij het examenbureau. 4.5 Certificaten en getuigschriften Bij een aantal opleidingen wordt er onderwijs aangeboden waarvoor een certificaat of Clusius getuigschrift behaald kan worden. Indien het behalen van een certificaat als een wettelijke eis in het kwalificatiedossier van een opleiding is opgenomen, is het examen en de kosten die het verkrijgen van het certificaat met zich mee brengt, inbegrepen in de opleidingskosten. Voor een aantal niveau 3 en 4 opleiding is het mogelijk de Certificeerbare Eenheid Ondernemerschap te behalen. De CE Ondernemerschap beschrijft het ondernemerschap dat Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 14 van 52 iemand nodig heeft om een eigen onderneming te starten en te runnen. Wanneer je de CE Ondernemerschap met een voldoende hebt afgerond, ontvang je een certificaat. In sommige gevallen kun je (buiten je opleidingsplan) er voor kiezen om (voor eigen rekening) een aanvullende cursus te volgen. 4.6 Diplomering Entree-opleiding Aan het einde van het jaar doe je examen. Je krijgt het diploma als je het beroepsgerichte examen hebt gehaald, je bpv met een voldoende hebt afgesloten en hebt voldaan aan de opdrachten voor loopbaan & burgerschap. Heb je de onderdelen Nederlands en rekenen ook behaald, dan kun je door naar een mbo-opleiding op niveau 2. • Diploma zonder doorstroomrecht: je heb het diploma behaald en gaat op zoek naar werk. • Diploma met doorstroomrecht: je heb het diploma behaald, en ook Nederlands en rekenen, en stroomt door naar een mbo-opleiding op niveau 2. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 15 van 52 5. EXAMINERING Wanneer je het formatieve deel van een bepaald deel van de opleiding hebt afgerond en aangetoond hebt over de kennis en/of vaardigheden te beschikken die nodig zijn, ben je klaar om een examen af te leggen. Een examen is summatief, dit betekent dat het resultaat meetelt voor het behalen van het diploma. Aan de hand van een go/no go moment wordt bepaald of je mag op gaan voor een examen. Een ‘go’ of ‘no go’ wordt gegeven door het opleidingsteam. Door naar je resultaten in het onderwijsdeel te kijken, bepalen zij of je klaar bent voor een examen. Je maakt examens die gaan over het uitoefenen van het toekomstige beroep en examens voor het algemeen vormend onderwijs (AVO). In het opleidingsplan lees je welke examens jij moet maken. Tijdens je opleiding ontvang je regelmatig exameninformatie via de website en via de email van het Clusius College. Zorg er dus voor dat je regelmatig je e-mail en de website checkt! 5.1 Beroepsgerichte examinering Een beroepsgericht examen is gericht op handelingen die je in je toekomstig beroep moet kunnen uitvoeren. Het beroepsgerichte examen kan bestaan uit meerdere examens. In deze examens worden de kerntaken, werkprocessen en competenties die je gedurende de opleiding hebt eigen gemaakt, geëxamineerd. Voor elke opleiding geldt dat er in ieder geval één proeve van bekwaamheid (PvB) gemaakt moet worden. Deze is soms aangevuld met een kennisexamen en/of vaardigheidsexamen(s) en/of één of meer werkprocesexamens. In je opleidingsplan staat welke examens voor jou gelden. Hoe komt het Clusius College aan de beroepsgerichte examens? De beroepsgerichte examens worden gemaakt op basis van het kwalificatiedossier dat de inhoud vormt van het mbo beroepsonderwijs. Het groene onderwijs heeft de handen ineen geslagen en een examenbank ingericht. In die examenbank staan alle beroepsexamens waar de meeste AOC’s gebruik van maken. Die examenbank heet “De groene standaard” en is de standaard van- en voor het groene onderwijs. Het bedrijfsleven is nauw betrokken bij het maken, goedkeuren en onderhouden van deze examenstandaarden. De inhoudelijke en toetstechnische eisen voor een examenonderdeel zijn door De groene standaard beschreven. Deze beschrijving noemen we de examenstandaard. Er bestaan examenstandaarden voor alle examenvormen die De groene standaard kent: proeve van bekwaamheid, werkprocesexamen, vaardigheidsexamen en kennisexamen. Alle examenstandaarden zijn te vinden via www.examenstandaard.nl. Bij bepaalde examenonderdelen zal in de beschrijving verwezen worden naar aanvullende documenten die nadere informatie geven of verwijzen naar de plaats waar het examen te vinden is. 5.1.1 Proeve van Bekwaamheid Als je klaar bent met een bepaald leertraject, ga je een proeve van bekwaamheid afleggen. In die proeve van bekwaamheid laat je zien dat je het beroep of een onderdeel van dat beroep beheerst. Een proeve van bekwaamheid is dus een examen waarbij de beroepspraktijk centraal staat. Soms duurt een proeve een halve dag, soms wel enkele weken. Zo’n lange periode kan noodzakelijk zijn omdat de te examineren beroepstaken en vaardigheden over een langere periode gespreid moet worden. In een langere examenperiode kun je laten zien dat je alle aspecten van het beroep beheerst. Tijdens de proeve word je beoordeeld door twee assessoren (beoordelaars), bij voorkeur één van school en één uit de beroepspraktijk. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 16 van 52 Waarom een proeve van bekwaamheid? Je wordt opgeleid voor een beroep. Na je opleiding moet je kunnen werken binnen de beroepspraktijk. Die beroepspraktijk is veelzijdig en geen dag hetzelfde. Het ene bedrijf is het andere niet. De ene klant is de andere niet. De ene dag regent het en de andere dag schijnt de zon. De werkdruk verschilt van seizoen tot seizoen en in sommige beroepen van dag tot dag. Je moet je dus staande kunnen houden in die beroepspraktijk, ook op momenten dat het spannend wordt en de werkzaamheden niet verlopen zoals volgens de boekjes zou moeten. Dan blijkt pas of je een goede beroepsbeoefenaar bent. En dat moet je tijdens de proeve van bekwaamheid aantonen. De examenstandaard In de examenstandaard staan de eisen beschreven die aan de uitvoering van een proeve van bekwaamheid gesteld worden. De examenstandaard bestaat uit een aantal onderdelen: de kritische beroepssituatie De kritische beroepssituatie is een beschrijving van het beroep. Daarin staan de belangrijkste activiteiten van het beroep beschreven. Ook staat erin welke onverwachte omstandigheden je in het beroep tegen kunt komen. Kortom, wat er in dit stadium van je opleiding van je verwacht mag worden. In jouw proeve van bekwaamheid zul je te maken krijgen met het beroep zoals dat in de kritische beroepssituatie is beschreven. het beoordelingsformulier Het beroep bestaat uit verschillende onderdelen, werkprocessen genoemd. In het beoordelingsformulier zijn de werkprocessen beschreven die horen bij de kritische beroepssituatie. Voor elk werkproces is het resultaat beschreven. Door middel van prestatieindicatoren wordt beoordeeld of je de werkprocessen beheerst. In het beoordelingsformulier staat hoe de prestatie-indicatoren worden beoordeeld. Ook staan de regels vermeld waarmee vastgesteld wordt of je wel of niet geslaagd bent. Prestatie-indicatoren De belangrijkste dingen die je voor een beroep moet doen, noemen we kerntaken. Kerntaken bestaan op hun beurt weer uit werkprocessen: de verrichtingen/bezigheden die bij de kerntaak horen. Tijdens de PvB beoordelen de assessoren of je de werkprocessen beheerst. Ze doen dat aan de hand van de prestatie-indicatoren. De prestatie-indicatoren maken het mogelijk om de manier waarop jij je werk doet en de resultaten van je werk te beoordelen. In het beoordelingsformulier van de PvB kun je terugvinden om welke prestatie-indicatoren het bij elk werkproces gaat. Bij iedere prestatie-indicator kun je een voldoende of een onvoldoende halen. toetstechnische eisen in de examenstandaard In de toetstechnische eisen in de examenstandaard staat vermeld: 1. Wat het doel van de proeve is en waaruit die bestaat 2. Hoe lang de proeve minimaal moet duren 3. Welke eisen er gesteld worden aan de examensituatie 4. Informatie voor deelnemer en assessoren 5. De wijze waarop de proeve beoordeeld wordt 6. Bijzonderheden over de proeve Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 17 van 52 Toelating proeve van bekwaamheid In het opleidingsplan staat beschreven wat de verplichte onderdelen zijn om een PvB te mogen afleggen. Ook staat in je opleidingsplan vermeld wat de afnamemomenten zijn. Minimaal vier weken voor een afnamemoment besluit het opleidingsteam op basis van de competenties, kennis en vaardigheden die jij beheerst, of je de PvB kan gaan afleggen. De teamleider geeft, in overleg met je mentor en het opleidingsteam, de definitieve go (toestemming) voor het afleggen van de PvB. Organisatie van een Proeve van Bekwaamheid De teamleider benoemt de eerste assessor. Een assessor is een beoordelaar bij een PvB. De eerste assessor organiseert jouw PvB. Je ontvangt van hem/haar een uitnodiging met daarin onder andere de startdatum, de duur van je PvB, de PvB afnamelocatie en de mee te nemen spullen en bewijzen. Om de uitnodiging te bevestigen moet een door jou getekende kopie terug naar de eerste assessor. Er zijn opleidingen waar de PvB op een examencentrum wordt afgenomen. In dat geval zijn de assessoren afkomstig van de betreffende examencentrum. Indien dit voor jouw opleiding geldt word je hierover geïnformeerd door je coach of de teamleider. Assessoren Degenen die de proeven van bekwaamheid beoordelen noemen we ‘assessoren’. De assessoren van school hebben hiervoor een training gevolgd. Het assessorenteam bestaat minimaal uit de volgende assessoren: 1. eerste assessor: iemand uit het onderwijs, maar niet je mentor; 2. tweede assessor: iemand uit het bedrijfsleven met verstand van het vak, maar bij voorkeur niet je praktijkopleider op het leerbedrijf. Geen assessor kan zijn: 1. je mentor; 2. ouder/verzorger, (half)broer/-zus, oom/tante, neef/nicht (bloedverwanten t/m de vierde graad); 3. iemand met wie je een zodanige relatie hebt dat, naar de mening van de examencommissie, een goede en onpartijdige beoordeling niet mogelijk is. Het afleggen van de proeve van bekwaamheid Uit de examenstandaard weet je welke eisen er aan de proeve van bekwaamheid gesteld worden. Zorg ervoor dat je die eisen kent. Daarnaast krijg je van de examencommissie een ingevuld inrichtingsplan. Daarin staan alle bijzonderheden van de proeve die jij moet afleggen. Tijdens de proeve werk je in het beroep. Je doet het werk zoals dat in de examenstandaard is beschreven. In het praktijkdeel observeren assessoren je tijdens je werk. Ze beoordelen de uitgevoerde werkprocessen aan de hand van de prestatie-indicatoren die in het beoordelingsformulier staan. Het inbrengen van aanvullend bewijsmateriaal Soms wordt bij de voorbereiding van de proeve of tijdens de proeve door (weers)omstandigheden duidelijk dat bepaalde werkprocessen en/of prestatie-indicatoren niet in de proeve beoordeeld kunnen worden. Meestal komt dat omdat de examenlocatie voor die werkprocessen/ prestatie-indicatoren niet geschikt is of omdat ze op het moment van de proeve niet voorkomen op de examenlocatie. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 18 van 52 Bij een proeve breng je dus soms aanvullend bewijsmateriaal in. Dat lever je op de examendag voor aanvang van het examen in bij de assessoren. De assessoren zullen dan eerst vaststellen dat deze producten/resultaten inderdaad van jou zijn en niet door iemand anders gemaakt zijn. De groene standaard bevat meer dan 50 opdrachten voor aanvullend bewijsmateriaal. Met handige inzet van aanvullend bewijsmateriaal levert dit voordelen als; elimineren van seizoeninvloeden en het terugbrengen van de druk op de afnameperiode van PvB’s. In de tekst van De Groene standaard staat over het gebruik van aanvullend bewijsmateriaal: “Het is ook mogelijk dat het aoc een eigen opdracht gebruikt.” Een eigen gemaakte opdracht moet wel aan kwaliteitseisen voldoen. Daarom moet de opdracht in de VEC worden vastgesteld en worden opgenomen in het opleidingsplan. Vervolgens kunnen ze deze producten/resultaten gebruiken bij de beoordeling van de proeve. Het op deze wijze inbrengen van aanvullend bewijsmateriaal voor de proeve is aan bepaalde regels gebonden. De kernactiviteiten, zoals beschreven in de kritische beroepssituatie van de examenstandaard, zullen altijd in de proeve moeten plaatsvinden. En deze zullen dus ook in de proeve beoordeeld moeten worden. In het inrichtingsplan zal concreet moeten worden aangegeven welke producten als aanvullend bewijsmateriaal ingebracht worden in de proeve. De uitvoering van de proeve van bekwaamheid Een proeve van bekwaamheid wordt uitgevoerd en beoordeeld volgens de toetstechnische eisen. Dit document beschrijft de toetstechnische eisen zoals die voor alle proeven van bekwaamheid gelden. In de examenstandaard die bij jouw proeve hoort, kun je die ook terugvinden. In de examenstandaard staan ook enkele bijzonderheden die alleen voor jouw proeve gelden. De toetstechnische eisen hebben met de volgende punten te maken: 1. Duur van de proeve van bekwaamheid 2. Uitvoeringsoptie 3. Eisen aan de examensituatie 4. Informatie voor deelnemer en assessoren Deze eisen worden hieronder verder toegelicht. 1. Duur van de proeve van bekwaamheid Een proeve van bekwaamheid duurt in verhouding lang. Soms een dag, soms wel twee weken. Dat is nodig om ervoor te zorgen dat je voldoende mogelijkheden krijgt om alle activiteiten uit de kritische beroepssituatie te laten zien. En ook om ervoor te zorgen dat je met voldoende moeilijke situaties te maken krijgt. Situaties die passen bij jouw niveau en zoveel mogelijk lijken op de echte beroepspraktijk. 2. Uitvoeringsoptie In de examenstandaard wordt aangegeven welke uitvoeringsoptie van toepassing is. De uitvoeringsoptie geeft aan waar en op welke manier de proeve van bekwaamheid uitgevoerd moet worden. In de meeste gevallen is er sprake van uitvoeringsoptie 1. Dit betekent dat de proeve van bekwaamheid zoveel mogelijk overeenkomt met de echte beroepspraktijk. Meestal is dit op een bedrijf. Je kunt op dit bedrijf de activiteiten uit de kritische beroepssituatie uitvoeren. Bij uitzondering is er sprake van een andere uitvoeringsoptie. De beschrijving van die opties vind je op pagina 21. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 19 van 52 3. Eisen aan de examensituatie In de examenstandaard wordt aangegeven welke minimumeisen er aan de inrichting van de examensituatie (het bedrijf) gesteld worden. Daarin wordt aangegeven wat er in elk geval gedaan moet worden en aan welke eisen het bedrijf moet voldoen zodat je er de proeve kunt afleggen. 4. Informatie voor deelnemer en assessor Zowel jij als de assessoren krijgen voorafgaand aan de proeve een kopie van het ingevulde inrichtingsplan. In het inrichtingsplan is aangegeven hoe jouw proeve daadwerkelijk uitgevoerd wordt. De beoordeling van de Proeve van Bekwaamheid Tijdens de proeve word je bekeken (geobserveerd) en beoordeeld door ten minste twee assessoren (beoordelaars). Meestal is de één een docent en komt de ander uit de beroepspraktijk. De assessoren volgen onderstaande werkwijze. Het beoordelen tijdens praktijkdeel van de proeve De assessoren komen kijken als je aan het werk bent. Zij letten op de manier waarop jij je werk doet en op de resultaten van je werk. Ze beoordelen of je de werkprocessen beheerst. Dat doen ze aan de hand van de prestatie-indicatoren. Het beoordelen tijdens het criteriumgericht interview (alleen bij de meeste examenstandaarden van niveau 3 en 4) Bij sommige prestatie-indicatoren is het voor assessoren niet mogelijk om uitsluitend door observeren in het praktijkdeel tot een oordeel te komen. In die gevallen komen deze prestatieindicatoren aan de orde tijdens het criteriumgericht interview. Na het criteriumgericht interview word je beoordeeld op de prestatie-indicatoren die besproken zijn. Aanvullend bewijsmateriaal Sommige werkprocessen/prestatie-indicatoren zullen de assessoren beoordelen aan de hand van aanvullend bewijsmateriaal dat je ingebracht hebt. Zie daarvoor ook pagina 18. Het beoordelen van een proeve die lang duurt Sommige proeven duren betrekkelijk lang. Assessoren zullen voldoende tijd nemen om zelf goed te kunnen observeren. Toch zal het bij lange proeven voorkomen dat de assessoren niet alle onderdelen zelf hebben kunnen observeren. In dat geval kunnen de assessoren de begeleider van de proeve raadplegen over het verloop van de proeve. Daarbij houd je een logboek bij als de PvB langer dan één dag duurt. Het format van het logboek krijg je van school. In het logboek noteer je na afloop van iedere werkdag de door jou uitgevoerde werkzaamheden. Je begeleider geeft een kort oordeel over de uitvoering en/of resultaten van je werkzaamheden en plaatst daarbij zijn handtekening. Aan het eind van het praktijkdeel van de proeve lever je je logboek in bij de eerste assessor. De assessoren kunnen dit logboek betrekken bij hun beoordeling van de proeve en voor niveau 3 en 4 studenten bij het criterium gericht interview (cgi). Het resultaat van de proeve In het beoordelingsformulier is aangegeven hoeveel prestatie-indicatoren per werkproces en hoeveel werkprocessen per kerntaak voldoende moeten zijn. Ook staat vermeld waar je aan moet voldoen om de kerntaak met een ‘goed’ af te sluiten. Aan de hand hiervan kunnen de assessoren vaststellen of je de proeve hebt behaald of niet. De proeve als geheel kun je afsluiten met goed, voldoende, of onvoldoende. Na afloop zullen de assessoren je vragen het ingevulde beoordelingsformulier te ondertekenen. Dit betekent dat je kennis hebt genomen van de uitslag. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 20 van 52 Afwijkend verloop van de proeve Aan het eind van de proeve verklaren de assessoren of de beoordeling van de proeve is uitgevoerd volgens het Inrichtingsplan. Als dit niet zo is, geven zij aan wat er niet volgens plan is beoordeeld. Zij stellen dan geen resultaat voor de proeve vast. De examencommissie zoekt zo mogelijk een aanvullende of vervangende examenopdracht en/of stelt het definitieve resultaat vast. Uitvoeringsopties voor proeven van bekwaamheid Een proeve van bekwaamheid wordt uitgevoerd volgens een bepaalde uitvoeringsoptie. Meestal is dat een authentieke examensituatie (optie 1), soms is dat simulatie (optie 2) De vereiste uitvoeringsoptie is te vinden in de toetstechnische eisen van de examenstandaard. Uitvoeringsoptie 1 De proeve van bekwaamheid vindt in een authentieke examensituatie plaats. Vaak betekent dat binnen een bedrijf. In ieder geval is het een situatie die zoveel mogelijk overeenkomt met de echte beroepspraktijk. Uitvoeringsoptie 2 De proeve van bekwaamheid vindt plaats in een nagebootste omgeving (simulatie). In de examenstandaard staat dan onder de eisen aan de examensituatie vermeld wat je in ieder geval in de simulatie moet uitvoeren. Daarin staan ook eisen vermeld die aan de simulatieomgeving gesteld worden. Criteriumgericht interview (CGI) De PvB wordt bij niveau 3 en 4 opleidingen altijd afgesloten met een criteriumgericht interview (CGI). Dit is een afsluitend gesprek. Tijdens dit gesprek word je door assessoren bevraagd over je gemaakte keuzes en je interpretatie/analyse tijdens de proeve. Het CGI is dus geen mondeling examen over theoretische kennis of praktische vaardigheden, maar een verklaring waarom je tijdens de proeve voor een bepaalde werkwijze hebt gekozen. Een proeve op niveau 1 en 2 kent geen CGI. Het interview vindt plaats na afloop van het praktijkdeel en wordt afgenomen volgens de STAR(T) methode. Deze methode is als volgt: STAR(T) ▼ Mogelijke vragen Situatie Benoem een concrete situatie uit het praktijkdeel van de proeve. De assessoren kunnen tijdens de uitvoering van het praktijkdeel zelf een concrete situatie gezien hebben. Ze kunnen jou ook vragen een situatie te benoemen, bijvoorbeeld door je te vragen: Wanneer vond je het spannend worden? Wanneer liep het anders dan je had verwacht? Maar ook: Wanneer liep het juist beter dan je had verwacht? Taak Wat was jouw taak in deze situatie? Andere vragen die de assessoren hierbij kunnen stellen: Waarom was het belangrijk om deze taak uit te voeren? Was er (g)een reden om je taak te wijzigen? Wat was de taak van andere betrokkenen (collega’s)? Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 21 van 52 Actie Welke actie heb je in deze situatie ondernomen om je taak uit te voeren? Andere vragen die de assessoren hierbij kunnen stellen: Waarom heb je die acties uitgevoerd? En waarom in die volgorde? Hoe heb je onverwachte zaken aangepakt en waarom op die manier? Hoe reageerden anderen op jouw actie? En hoe ben je hiermee omgegaan? Resultaat en Reflectie Transfer Wat was het resultaat van jouw acties in deze situatie? Andere vragen die de assessoren hierbij kunnen stellen: Waarom was dit het resultaat? Op welke wijze had het resultaat verbeterd kunnen worden? Hoe kijk je terug op wat er in deze situatie is voorgevallen? Op welke andere manier had je de situatie kunnen aanpakken? Wat vond je van de rol van je collega’s in deze situatie? Transfervragen zijn om te achterhalen of je met nieuwe, onverwachte situaties kunt omgaan. Bij die vragen wordt vaak de volgorde van STAR gevolgd (nieuwe situatie, jouw taak, welke acties, wat is dan het resultaat) Stel je voor….(de alternatieve situatie)….Wat zou je dan doen? En waarom? Waarin verschilt … (de alternatieve situatie) …. van de situatie zoals die in je proeve voorkwam. Bepaling resultaat van de proeve De assessoren komen na de proeve gezamenlijk tot één eindoordeel. De beoordeling van de proeve vindt plaats volgens onderstaande beoordelingsprocedure. a. De beoordeling vindt plaats door twee assessoren, bij voorkeur een schoolassessor en een bedrijfsassessor. Zij wonen de uitvoering van het praktijkdeel (gedeeltelijk) bij en voeren, indien van toepassing, samen een criteriumgericht interview met de student. b. Alle werkprocessen worden beoordeeld aan de hand van de prestatie-indicatoren zoals die in het beoordelingsformulier vermeld staan. c. Sommige prestatie-indicatoren zijn onderwerp van gesprek tijdens het criteriumgericht interview. Het beoordelingsformulier geeft aan om welke prestatie-indicatoren het hierbij gaat. d. In het beoordelingsformulier is aangegeven wanneer een werkproces voldoende is en wanneer de student voor de proeve is geslaagd (de cesuur). Assessoren zijn verplicht om een onvoldoende werkproces toe te lichten. e. Op het beoordelingsformulier geven de assessoren het resultaat voor elke kerntaak (goed, voldoende, onvoldoende) en het resultaat van de proeve aan (goed, voldoende , onvoldoende) de proeve. f. Soms worden er aanvullende producten uit het examendossier van de student ingebracht als bewijsmateriaal voor de proeve. In dat geval stellen de assessoren de echtheid (de authenticiteit) van het product vast en kunnen ze het gebruiken bij hun beoordeling. g. Bij proeven die langer dan één werkdag duren, geldt het volgende: Als de assessoren zelf niet alles hebben kunnen observeren, kunnen ze de begeleider bij de proeve om aanvullende informatie vragen over het verloop van de proeve. Hierbij wordt ook het logboek geraadpleegd. Deze informatie kunnen de assessoren gebruiken bij hun beoordeling. h. De assessoren verklaren aan het eind van de proeve of de beoordeling van de proeve is uitgevoerd volgens het Inrichtingsplan. Als dit niet zo is, geven zij aan wat er niet volgens plan is beoordeeld. Zij stellen dan geen resultaat voor de proeve vast. De examencommissie zoekt zo mogelijk een aanvullende of vervangende examenopdracht en/of stelt het definitieve resultaat vast. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 22 van 52 Afronding van de beoordeling a. Het resultaat van de proeve van bekwaamheid wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier, waarna de assessoren voor dit resultaat tekenen. b. De deelnemer ondertekent het beoordelingsformulier voor kennisname van het resultaat van de proeve van bekwaamheid. De deelnemer ontvangt hiervan een kopie. c. De eerste assessor levert het volledig ingevulde beoordelingsformulier binnen twee werkdagen in bij de teamleider. Definitieve uitslag De eerste assessor levert de beoordelingsformulieren in bij de teamleider van de opleiding. Zij bespreken het verloop van de PvB en de voorlopige uitslag. Indien de teamleider van oordeel is dat de PvB rechtmatig is verlopen, stelt hij de definitieve uitslag vast. Deze uitslag wordt je door het examenbureau schriftelijk toegestuurd. 5.1.2 Werkprocesexamen Voor een aantal opleidingen maakt één of meer werkprocesexamens onderdeel uit van de beroepsgerichte examinering. Een werkprocesexamen is gericht op het beoordelen van één of enkele werkprocessen die niet of moeilijk in een proeve passen. Daarmee is dit examen eenvoudiger van opzet en uitvoering dan een proeve. Aan de hand van een uit te voeren opdracht laat je zien dat je het beschreven werkproces/de beschreven werkprocessen beheerst. Je wordt beoordeeld door één examinator. Zie voor het verloop en de beoordeling van een werkprocesexamen de onderstaande paragraaf. 5.1.3 Vaardigheidsexamens Bepaalde vaardigheden zijn zo essentieel voor de beroepsuitoefening en kunnen niet of onvoldoende worden beoordeeld in een PvB of werkprocesexamen. Voor deze vaardigheden geldt een vaardigheidsexamen. Een vaardigheidsexamen kan zowel op een bedrijf als op school worden uitgevoerd. Een vaardigheidsexamen wordt - in principe - beoordeeld door één examinator. Het verloop van het werkproces- en vaardigheidsexamen De inhoud van een werkproces- en vaardigheidsexamen is beschreven in de betreffende examenstandaard van De Groene Standaard. Daarmee is het verloop van het examen vastgelegd. In de examenstandaard zijn de volgende onderdelen opgenomen: Doel van het examen De opdracht, opgesplitst naar voorbereiding, uitvoering en afronding De toetstechnische eisen beschrijven hoe het examen uitgevoerd moet worden. Het beoordelingsformulier Tijdens het examen voer je de opdracht uit zoals deze in de examenstandaard beschreven staat. Voorbereiding op het werkproces- en vaardigheidsexamen Je bereidt je op de volgende manier voor op het werkproces- en vaardigheidsexamen: Zorg dat je examenstandaard gelezen hebt. Begrijp je iets niet, vraag dan toelichting bij je docent. Zorg dat je weet welke werkzaamheden je moet uitvoeren tijdens het examen. Dit staat beschreven in de opdracht op de eerste pagina van de examenstandaard. Zorg dat je op tijd op de examenlocatie verschijnt. In kleding volgens de veiligheidsvoorschriften. Zorg dat je de materialen bij je hebt voor het uitvoeren van de opdracht. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 23 van 52 Voortijdig stoppen van een werkproces- of vaardigheidsexamen Soms kan het gebeuren dat je voortijdig moet stoppen met het examen. Daar kunnen allerlei redenen voor zijn. De examencommissie beslist in dat geval wat er moet gebeuren met dit examen. De beoordeling van het werkproces- of vaardigheidsexamen Tijdens het werkprocesexamen word je beoordeeld door één examinator. Als het examen op een bedrijf uitgevoerd wordt, zal dat iemand van het bedrijf zijn. Wordt het examen op school uitgevoerd, dan is dat iemand van school. Hieronder staat beschreven hoe hij te werk gaat. Waar moet de examinator voor zorgen? De examinator neemt kennis van de opdracht en de beoordelingswijze in de examenstandaard. De examinator let er vooral op dat…… de kandidaat op de hoogte is gesteld van het verloop en de duur van het examen; de uitvoering van het examen verloopt volgens de examenstandaard; de kandidaat zelfstandig het examen uitvoert; en geen hulp of instructie van anderen krijgt, tenzij dat onderdeel is van de opdracht; na afloop het beoordelingsformulier volledig ingevuld wordt. Tijdens de uitvoering het examen De examinator laat de kandidaat de opdracht uitvoeren volgens de beschrijving in de examenstandaard. De examinator volgt de kandidaat bij de uitvoering van de examenopdracht. Hij let op de manier waarop de opdracht uitgevoerd wordt en bekijkt de resultaten van de opdracht. Zo nodig maakt hij tussentijds voor zichzelf enkele aantekeningen. Het geven van het oordeel De examinator geeft een oordeel over een werkproces of vaardigheid op basis van het ‘portret voor voldoende’. Vindt de examinator het werkproces of de vaardigheid onvoldoende, dan kruist hij minimaal één criterium aan dat volgens hem de oorzaak is van de onvoldoende. In dat geval moet de examinator ook nog een toelichting schrijven bij de onvoldoende. Vindt de examinator het werkproces of de vaardigheid voldoende dan worden geen criteria aangekruist. De examinator kan dan de toelichting gebruiken om positieve waarnemingen te beschrijven, maar dat is niet verplicht. De afronding Bij een werkprocesexamen bepaalt de examinator het oordeel op het niveau van de kerntaak: goed, voldoende of onvoldoende. Bij een werkproces, of vaardigheidsexamen laat de examinator tot slot de kandidaat het ingevulde beoordelingsformulier ondertekenen voor kennisname van het resultaat. Ook ondertekent hij zelf het beoordelingsformulier. 5.1.4 Kennisexamen In een kennisexamen wordt beroepskennis geëxamineerd die essentieel is voor de uitoefening van het beroep. Met een kennisexamen worden geen werkprocessen beoordeeld. De kennis die beoordeeld wordt is wel nodig om de werkprocessen goed uit te kunnen voeren. Een kennisexamen komt vooral voor bij niveau 3 en 4 omdat de kennis complexer en omvangrijker is. Of een kennisexamen in het examenplan opgenomen wordt, hangt af van de kenniseisen in het kwalificatiedossier en de mate waarin kennis in andere examenvormen gedekt wordt. Het kennisexamen van De Groene Standaard is een digitaal examen met meerkeuze antwoorden. De afname verloopt via Toetsplaza. De beoordeling van het kennisexamen is ingebouwd in het digitale systeem en verloopt automatisch. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 24 van 52 Het verloop van een kennisexamen Het kennisexamen is beschikbaar via Toetsplaza (www.Toetsplaza.net). Het verloop van het kennisexamen is in een procedurebeschrijving vastgelegd. Deze is opgenomen in Toetsplaza. Voortijdige beëindiging Soms kan het gebeuren dat je voortijdig moet stoppen met het kennisexamen. Daar kunnen allerlei redenen voor zijn. De examencommissie beslist in dat geval wat er moet gebeuren met dit kennisexamen. De beoordeling van het kennisexamen De beoordeling van het kennisexamen is ingebouwd in het digitale systeem en verloopt automatisch. Het percentage goede antwoorden zal direct na afloop van het kennisexamen beschikbaar zijn voor de begeleidend docent. De omzetting van het percentage naar een eindcijfer voor het kennisexamen vindt plaats volgens de vooraf vastgestelde cesuur. 5.1.5 Wettelijke beroepsvereisten Een examen voor het behalen van een wettelijke beroepsvereisten kan onderdeel zijn van het beroepsexamen. Enkele opleidingen kennen deze zogenaamde “wettelijke beroepsvereisten”. Dit zijn eisen die de wet stelt aan het uitoefenen van een bepaald beroep, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid en milieu. Een voorbeeld is de licentie gewasbescherming. Voor een examen voor het behalen van de wettelijke beroepsvereisten maakt het Clusius College gebruik van sectoraal of landelijke ontwikkelde toetsen voorzien van een branche erkenning of keurmerk. Waar deze toetsen (nog) niet ontwikkeld zijn, zullen door het Clusius College op dit gebied ontwikkelde toetsen worden ingezet die zijn vastgesteld door de centrale examencommissie. Als je aan deze eisen voldoet, ontvang je hiervan een certificaat van de school. In je opleidingsplan staat of er in jouw opleiding sprake is van wettelijke beroepsvereiste(n). 5.2 Avo-examinering Examinering van algemeen vormend onderwijs (avo) bestaat uit examinering voor Nederlands, rekenen, Engels en Duits. Elke student maakt examens voor Nederlands en rekenen. Afhankelijk van je opleiding krijg je daarbij mogelijk ook Engels of Engels en Duits. Aanduiding avo-onderdelen Binnen het Clusius College gebruiken we bepaalde woorden voor de volgende onderdelen: Aanduiding Vaardigheden Subvaardigheden Domeinen Te gebruiken voor Nederlands, Engels, Duits en rekenen Voorbeeld Op de resultatenlijst zijn de vaardigheden Nederlands, Engels, Duits en rekenen opgenomen. de afzonderlijke delen Nederlands, Duits en Engels kennen de van Nederlands, Engels subvaardigheden lezen, luisteren, gesprekken en Duits voeren, spreken en schrijven. de afzonderlijke delen De vaardigheid rekenen is opgebouwd uit de van rekenen domeinen gehele getallen, gebroken getallen, verhoudingen, meten/meetkunde en verbanden. Nederlands en rekenen Voor Nederlands maak je examens op vijf sub-vaardigheden: luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Sommige sub-vaardigheden worden in één examen afgenomen; zoals luisteren en lezen, maar soms ook gesprekken voeren en spreken. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 25 van 52 Voor rekenen maak je één examen waarin de volgende domeinen worden getoetst: getallen, verhoudingen, meten en meetkunde en verbanden. Het niveau van Nederlands en rekenen wordt aangeduid in een cijfer en een letter. Dit is het beheersingsniveau volgens het Referentiekader taal en rekenen4. Het volgende beheersingsniveau is van toepassing: Entree-opleiding en niveau 2 en 3: 2F niveau 4: 3F Engels niveau 4 Engels is op niveau 4 een diploma-eis. Je maakt examens op vijf sub-vaardigheden: luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Sommige sub-vaardigheden worden samen in één examen afgenomen; zoals luisteren en lezen. Het kan ook voorkomen dat gesprekken voeren en spreken samen worden geëxamineerd. Het niveau van Engels wordt aangeduid in een letter en een cijfer. Dit is het taalbeheersingsniveau volgens het Europees referentiekader4. Het volgende beheersingsniveau is van toepassing: luisteren en lezen: B1 gesprekken voeren, spreken en schrijven: A2. Engels niveau 2 en 3 Engels is op niveau 2 en 3 niet altijd een diploma-eis. In het opleidingsplan staat of Engels voor jou nodig is om het diploma te kunnen behalen. Wanneer Engels voor jou geldt, maak je examens op vijf sub-vaardigheden: luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Sommige sub-vaardigheden worden samen in één examen afgenomen; zoals luisteren en lezen. Het kan ook voorkomen dat gesprekken voeren en spreken samen worden geëxamineerd. Het niveau van Engels wordt aangeduid in een letter en een cijfer. Dit is het taalbeheersingsniveau volgens het Europees referentiekader4. Het beheersingsniveau kan per opleiding verschillen. Het niveau dat voor jou geldt, vindt je in het opleidingsplan. Voor de opleiding Mobiele werktuigen (niveau 2 en 3) is Engels lezen een diploma-eis. Wanneer dit voor jou geldt, maak je één examen voor lezen op beheersingsniveau A1. Duits Duits is op niveau 4 voor een aantal opleidingen een diploma-eis. In het opleidingsplan staat of Duits voor jou opleiding geldt. Wanneer Duits voor jou geldt, maak je examens op vijf subvaardigheden: luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Mogelijk worden sommige sub-vaardigheden samen in één examen afgenomen. Het niveau van Duits wordt aangeduid in een letter en een cijfer. Dit is het taalbeheersingsniveau volgens het Europees referentiekader4. Het volgende beheersingsniveau is van toepassing: luisteren, lezen en spreken: A2 gesprekken voeren en schrijven: A1 Duits is voor niveau 2 en 3 alleen een diploma-eis voor de opleiding Mobiele werktuigen. Wanneer dit voor jou geldt, maak je één examen voor lezen op beheersingsniveau A1. 4 In bijlage 2 is een verklaring van de taal- en rekenniveaus opgenomen Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 26 van 52 Overzicht examens, hoe het cijfer tot stand komt en zak-/slaagbeslissing In de overzichten op de volgende drie pagina’s staat per niveau en diplomeringsjaar (het jaar waarin je je diploma gaat halen) de examens, hoe je cijfer tot stand komt en de zak/slaagbeslissing. Op pagina 30 worden de examens toegelicht. Het cijfer genoemd in de kolom zak-/slaagbeslissing is het cijfer na afronding. Als dus een eindcijfer voor een vak moet worden bepaald dan worden de delen gemiddeld en daarna op een geheel getal afgerond. Is na de berekening de eerste decimaal een vijf of hoger, dan één omhoog. Is die een vier of lager, dan wordt het cijfer ‘afgekapt’. Voorbeeld: 5,3 en 5,6 is gemiddeld: 5,45. Dit wordt dus een 5. Voorbeeld: 6,1 en 7,0 is gemiddeld: 6,55. Dit wordt dus een 7. Voorbeeld: 4,4 en 5,1 is gemiddeld: 4,75. Dit wordt dus een 5. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 27 van 52 Entree-opleiding Nederlands en rekenen Entree-opleiding Diplomeringsjaar: 2014 – 2015 Examens Hoe komt het cijfer tot stand? Nederlands 2F: pilot centrale examen of instellingsexamen voor lezen en luisteren. Instellingsexamen voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Voor elk examen behaal je een cijfer (één cijfer met één decimaal). Deze cijfers worden gemiddeld. Bij een 5,5 of hoger is het resultaat ‘behaald’. Bij een 5,4 of lager is het resultaat ‘niet behaald’. Rekenen 2F: instellingsexamen, Creta of pilot centrale examen. Het cijfer van het examen is het eindcijfer rekenen (heel cijfer van 1 – 10). Zak-/slaagbeslissing De vijf Nederlandse vaardigheden en rekenen moeten zijn geëxamineerd. Nederlands en rekenen niveau 2 en 3 Niveau 2 en niveau 3 Diplomeringsjaar: 2015 – 2016 2016 – 2017 2017 – 2018 Examens Hoe komt het cijfer tot stand? Zak-/slaagbeslissing Nederlands 2F: centrale examen voor lezen en luisteren (= één examen). Instellingsexamen voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Voor het centrale examen behaal je een cijfer met één decimaal. Voor elk instellingsexamen behaal je ook een cijfer met één decimaal. De cijfers van de instellingsexamens worden gemiddeld tot een cijfer met één decimaal. Dit cijfer wordt gemiddeld met het cijfer van het centrale examen tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Het eindcijfer Nederlands mag niet lager zijn dan een 5. Rekenen 2F: Creta of pilot centrale examen Het cijfer van het Creta of pilot centrale examen is het eindcijfer rekenen (heel cijfer van 1 – 10). Het examen rekenen mag niet lager dan een 6 zijn. Indien niet behaald, besluit de VEC. Nederlands 2F: centrale examen voor lezen en luisteren (= één examen). Instellingsexamen voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Voor het centrale examen behaal je een cijfer met één decimaal. Voor elk instellingsexamen behaal je ook een cijfer met één decimaal. De cijfers van de instellingsexamens worden gemiddeld tot een cijfer met één decimaal. Dit cijfer wordt gemiddeld met het cijfer van het centrale examen tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Rekenen 2F: centrale examen Het cijfer van het centrale examen is het eindcijfer rekenen (heel cijfer van 1 – 10). Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 28 van 52 Van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. Nederlands, Engels en rekenen niveau 4 Niveau 4 Diplomeringsjaar: 2015 – 2016 2016 – 2017 2017 – 2018* Examens Hoe komt het cijfer tot stand? Nederlands 3F: centrale examen voor lezen en luisteren (= één examen). Instellingsexamen voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Voor het centrale examen behaal je een cijfer met één decimaal. Voor elk instellingsexamen behaal je ook een cijfer met één decimaal. De cijfers van de instellingsexamens worden gemiddeld tot een cijfer met één decimaal. Dit cijfer wordt gemiddeld met het cijfer van het centrale examen tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Rekenen 3F: centrale examen Het cijfer van het centrale examen is het eindcijfer rekenen (heel cijfer van 1 – 10). Engels: Creta of (pilot) centrale examen* B1 voor lezen en luisteren (= één examen). Instellingsexamen A2 voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Voor het Creta of (pilot) centrale examen* behaal je een cijfer met één decimaal. Voor elk instellingsexamen behaal je ook een cijfer met één decimaal. De cijfers van de instellingsexamens worden gemiddeld tot een cijfer met één decimaal. Dit cijfer wordt gemiddeld met het cijfer van het Creta* examen tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Engels. Zak-/slaagbeslissing Van de eindcijfers voor Nederlands, rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. * Voor Engels wordt vanaf schooljaar 2017-2018 centrale examinering ingevoerd. Dan wordt voor lezen en luisteren het centrale examen afgenomen. In de twee diplomajaren daarvoor is het mogelijk dat een pilot van het centrale examen of een Creta examen wordt afgenomen. De VEC besluit hierover. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 29 van 52 Engels niveau 2 en 3 – LET OP: alleen als het in je opleidingsplan vermeld staat! Niveau 2 en 3 Diplomeringsjaar: Alle jaren Examens Creta examen voor lezen en luisteren Instellingsexamen voor gesprekken voeren, spreken en schrijven. Het niveau vind je in het opleidingsplan. Hoe komt het cijfer tot stand? Voor het Creta examen behaal je een cijfer met één decimaal. Voor elk instellingsexamen behaal je ook een cijfer met één decimaal. Het resultaat van Engels wordt uitgedrukt in ‘behaald’ of ‘niet behaald. Niveau 4 Niveau 2 en 3 Duits niveau 2, 3 en 4 – LET OP: alleen als het in je opleidingsplan vermeld staat! DiplomeringsExamens Hoe komt het cijfer tot stand? jaar: Instellingsexamen A1 voor lezen. Alle jaren Alle jaren Geldt alleen voor de opleiding Mobiele werktuigen. Instellingsexamens A2 voor lezen, luisteren en spreken. Instellingsexamen A1 voor gesprekken voeren en schrijven. Zak-/slaagbeslissing De vijf vaardigheden moeten zijn geëxamineerd. Daarbij moet het examen spreken en het examen gesprekken voeren met minimaal een 5,5 zijn behaald (op het niveau zoals vermeld in het opleidingsplan). Voor de opleiding Mobiele werktuigen moet het examen lezen met minimaal een 5,5 zijn behaald. Zak-/slaagbeslissing Voor het examen lezen behaal je een cijfer met één decimaal. Het examen lezen moet met minimaal een 5,5 zijn behaald. Voor elk instellingsexamen behaal je een cijfer met één decimaal. Het resultaat van Duits wordt uitgedrukt in ‘behaald’ of ‘niet behaald. De vijf vaardigheden moeten zijn geëxamineerd. Daarbij moet het examen spreken en het examen gesprekken voeren met minimaal een 5,5 zijn behaald. Geldt alleen voor de opleidingen met crebo 97761, 97090 en 97440. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 30 van 52 Toelichting examens In het overzicht op de vorige drie pagina’s staan verschillende examens vermeld. De examens verschillen van elkaar in duur en afnamevorm. Een toelichting hierop volgt hieronder. Het resultaat voor een avo-examen wordt uitgedrukt in een cijfer. Op de resultatenlijst bij het diploma wordt niet altijd het cijfer getoond. Voor Engels op niveau 2 en 3 en Duits op niveau 4 is het resultaat ‘behaald’ of ‘niet behaald’. Creta examen Creta staat voor Collectieve Reken- en Taaltoetsen AOC’s. Dit zijn examens die in een samenwerkingsverband met meerdere AOC’s onder begeleiding van het Cito zijn gemaakt. Het zijn digitale examens welke je dus op de computer maakt. Voor rekenen 2F duurt het examen 90 minuten. De Engelse sub-vaardigheden luisteren en lezen kunnen zowel afzonderlijk als gezamenlijk worden geëxamineerd. De examencommissie besluit welk examen je maakt. Een Engels examen luisteren duurt 50 minuten en een Engels examen lezen duurt 75 minuten. Instellingsexamen Een instellingsexamen is een examen dat door het Clusius College zelf is ontwikkeld of is ingekocht. De centrale examencommissie stelt deze examens vast. Voor de sub-vaardigheden gesprekken voeren, spreken en schrijven van Nederlands en Engels koopt het Clusius College de examens in bij Uitgeverij Deviant. Voor alle sub-vaardigheden van Duits koopt het Clusius College de examens in bij bureau ICE. Voor de Entree-opleiding besluit de vestigingsexamencommissie voor rekenen en Nederlands luisteren en lezen of een instellingsexamen wordt afgenomen of een pilot centrale examen. Centrale examen en pilot centrale examen Het centrale examen is een landelijk centraal ontwikkeld examen. Het centrale examen is ontwikkeld door het Cito en op alle mbo scholen worden deze examens afgenomen. Voor enkele opleidingen is het examen nog een ‘test’. Z’n test heet een ‘pilot’. Het gebruik van een pilot centrale examen is nog niet verplicht gesteld door de minister, maar het geeft scholen de mogelijkheid ervaring op te doen met deze manier van examineren. Een pilotexamen is wel een echt examen. Het voldoet aan de gestelde eisen en telt mee voor het behalen van je diploma. Waar in de voorgaande schema’s bij Nederlands en rekenen geen ‘pilot’ meer staat, maar ‘centrale examen’, is de pilotfase afgelopen. Dan moet het Clusius College alleen nog dit examen aanbieden. Met het centrale examen worden de Nederlandse sub-vaardigheden luisteren en lezen en alle domeinen van rekenen geëxamineerd. Deze examens maak je op de computer. De centrale examens Nederlands en rekenen op niveau 2F duren beide 90 minuten. De centrale examens Nederlands en rekenen op niveau 3F duren beide 120 minuten. Voor Engels wordt vanaf schooljaar 2017-2018 centrale examinering ingevoerd. Dan wordt voor lezen en luisteren het centrale examen afgenomen. In de twee diplomajaren daarvoor is het mogelijk dat een pilot van het centrale examen of een Creta examen wordt afgenomen. De VEC besluit hierover. Een centraal examen mag pas worden afgenomen als ten minste de helft van de voor jouw geldende studieduur is verstreken. Dit geldt niet bij een opleiding van 12 maanden of korter. Moment van afname taal- en rekenexamens De examenperioden worden bepaald door de VEC. In oktober wordt de avo-examenplanning van dat schooljaar bekend gemaakt. Je ontvangt tien dagen voorafgaand aan het examen een uitnodiging per e-mail voor deelname aan een examen. De Creta-examens en de centrale examens vinden plaats in landelijk vastgestelde perioden. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 31 van 52 Kwaliteit examens De centrale examencommissie is voortdurend bezig de examens en de processen daaromheen te verbeteren. Zo worden alle examens ingekocht bij examenleveranciers die volgens de inspectie van het onderwijs goed zijn. Ook doet de CEC dit door o.a. examens te bezoeken. Dit kan een PvB of subvaardigheid van een avo-examen zijn. De bezoeken worden uit praktische overweging niet aangekondigd. 5.3 Niet behalen van een examen Als je een examen, bijvoorbeeld taal- of rekenexamen of proeve van bekwaamheid, niet hebt behaald, moet je de kennis en/of vaardigheden die onvoldoende zijn gebleken, verder ontwikkelen. Wanneer jij deze voldoende hebt ontwikkeld, toon je dit met bewijsstukken aan. Je krijgt dan de gelegenheid om het bepaalde examen opnieuw te maken. Je hebt hiervoor één herkansingsmogelijkheid. Per examen geldt dus één herkansingsmogelijkheid. Voor een taal- en rekenexamen geldt dat je bij een onvoldoende resultaat altijd een herkansing moet maken. Er kan niet worden volstaan met het invullen van een naam en datum op het examenprotocol, maar de inspanning moet daadwerkelijk worden aangetoond. Indien niet alle kansen benut zijn, zal de vestigingsexamencommissie (VEC) besluiten welke actie ondernomen moet worden en of je wel/niet gediplomeerd kan worden. De vakdocent adviseert de VEC hierover. Wanneer er redenen zijn dat een herkansing niet gebruikt kan worden, moet je dit gemotiveerd aangeven bij de VEC. Dit moet je minimaal vier maanden voor de verwachte einddatum van je opleiding gedaan hebben. De VEC neemt hierover een besluit en deelt dit schriftelijk aan je mee. In uitzonderlijke gevallen kan de VEC besluiten om een tweede herkansing te geven. Indien het examen door eigen toedoen niet is afgenomen, wordt het afnamemoment van het examen toch gezien als officieel afnamemoment. Voorbeelden hiervan zijn: je hebt je niet aan de afspraken gehouden door bijvoorbeeld te laat te komen, de gevraagde spullen niet meegenomen, je hebt je spullen niet op orde of je bent zonder geldige reden of af bericht niet verschenen. De kosten die hier mee gemoeid zijn, het organiseren en afnemen van de herkansing, kunnen in dit geval bij jou in rekening worden gebracht (zie voor richtlijn kosten paragraaf 5.4). Tweede herkansing De mogelijkheid om een tweede keer te herkansen voor een PvB is slechts één keer tijdens je opleiding mogelijk. Het voor een tweede keer herkansen van een taal- of rekenexamen kan alleen in bijzondere gevallen. Voor elke tweede herkansing besluit de VEC. Wanneer je verwacht voor een tweede herkansing in aanmerking te komen, moet je dit gemotiveerd aanvragen bij de examensecretaris, C. Kooi. Dit kan per e-mail: [email protected]. Je noemt in je motivatie je reden(en). Mogelijk worden er kosten in rekening gebracht voor het tweede maal herkansen (zie voor richtlijn kosten paragraaf 5.4). Bij positief antwoord van de VEC, wordt het examenmoment door de VEC aangegeven. Profielverbetering Nederlands, reken, Engels en Duits Je kan eenmalig een nog onbenutte herkansing voor elke subvaardigheid of rekenen gebruiken voor profielverbetering. Na overleg met - en advies van - je AVO-docent kan de herkansing aangevraagd worden voor een hoger cijfer óf om examen te doen op een hoger taal- of rekenniveau (bijvoorbeeld voor Nederlands van niveau 2F naar 3F). Bij verbetering naar een hoger niveau is het wel een voorwaarde dat je eerst een voldoende voor 2F hebt gehaald voor die subvaardigheid. De examensecretaris keurt de aanvraag goed of af. Je docent informeert je Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 32 van 52 of de aanvraag is goedgekeurd of niet en of je dus het examen voor profielverbetering mag doen. Het examenbureau plant uiteindelijk het examen in. 5.4 Afwezigheid bij een examen Bij afwezigheid wegens ziekte, overlijden van een familielid of andere oorzaken waardoor je een afgesproken examen niet af kunt leggen, meld je dit zo snel mogelijk telefonisch. Voor een PvB meld je dit telefonisch bij de eerste assessor. Indien de eerste assessor niet bereikbaar is, richt je je tot de administratie van de vestiging. Voor een taal- of rekenexamen bel je met het examenbureau van de vestiging. Binnen een week na het geplande examen geef je bij de VEC schriftelijk aan wat de reden was voor je afwezigheid. Bij minderjarigheid moet het bewijs voorzien zijn van de handtekening van een ouder/verzorger. Gaat de VEC akkoord, dan wordt er een nieuwe afspraak gemaakt voor het afleggen van het examen. Je behoudt dan bij het eerste afnamemoment het recht op een herkansing. Als de VEC je brief te laat/niet ontvangt of de commissie verklaart de reden van je afwezigheid ongeldig, dan kun je het examen, wanneer het een eerste afnamemoment betreft, wel afleggen maar je recht op herkansing voor dit examen vervalt. Haal je een examen na twee keer niet en je wilt het examen voor een derde keer maken, dan kun je onder bepaalde omstandigheden tegen betaling een derde kans krijgen. Een verzoek hiertoe dien je in bij de VEC. De richtlijnen voor de kosten voor het afnemen van een PvB of vaardigheids- of werkprocesexamen door de school zijn als volgt: PvB ½ werkdag € 150,PvB 1 werkdag € 210,PvB 2-5 werkdagen € 330,PvB 6-10 werkdagen € 390,PvB 11-20 werkdagen € 510,Voor examens geheel afgenomen door een exameninstelling wordt het factuurbedrag in rekening gebracht. De kosten voor het afnemen van een kennis-, taal- of rekenexamen is € 150,-. De kosten moeten voorafgaand aan het examen zijn betaald. 5.5 Klacht of heroverweging omtrent examens Ben je het niet eens met een besluit omtrent een examen of heb je een klacht over examinering, richt je dan in eerste instantie tot de betreffende assessor of examinator. Kom je er samen niet uit dan kun je je wenden tot de voorzitter van de VEC. Voor informatie over het indienen van een klacht en de eventuele vervolgprocedure word je verwezen naar het examenreglement mbo. Het examenreglement mbo is als bijlage opgenomen in deze OER. Een format van een brief kun je vinden op www.clusius.nl onder ‘publicaties’. Heb je een klacht over het centrale examen Nederlands, rekenen of Engels? Richt je dan tot de MBO Examenlijn van de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs(JOB). JOB heeft speciaal voor de centrale examens een website ontwikkeld en een klachtenlijn ingesteld. Website examenlijn: http://www.mbo-examenlijn.nl/ JOB verzamelt alle opmerkingen van studenten en bespreekt deze waar nodig met het College voor Examens (CvE), verantwoordelijk voor de centraal ontwikkelde examens taal en rekenen in het mbo. Het is niet mogelijk om over de inhoud van het centrale examen bezwaar te maken bij de examencommissie of om in beroep te gaan bij de Commissie van Beroep voor de examens van het Clusius College. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 33 van 52 5.6 Examinering bij leer- en lichamelijke beperkingen Voor studenten met leer- en/of lichamelijke beperkingen is er de mogelijkheid dat één of meer examenonderdelen in afwijkende vorm en/of duur worden afgenomen. Als algemeen criterium geldt dat de afwijkende examenvorm moet voldoen aan toetstechnische eisen van validiteit en betrouwbaarheid. Het niveau en de doelstelling van de afwijkende examenvorm mag niet afwijken van de reguliere doelstellingen en het niveau van het reguliere examen. Voor deelname aan een beroepsexamen kunnen studenten met leer- en/of lichamelijke beperkingen beschikken over de hulpmiddelen en/of aanpassingen waarvan in de beroepspraktijk is gebleken dat ze praktisch en financieel gezien haalbaar zijn. Indien je hiervoor in aanmerking denkt te komen, kun je dit aangeven bij je mentor. Dyslexie en dyscalculie Heb je een dyslexie of dyscalculieverklaring? Lever een kopie van de verklaring in op de vestiging. De zorgcoördinator stemt met de VEC af welke aangepaste examenfaciliteiten worden toegestaan. 5.7 Examenreglement In de bijlage van deze OER is het examenreglement mbo opgenomen. Hierin staan alle regels over de voorbereiding, de uitvoering, het bepalen en het bekend maken van de uitslag van examens. Ook de klachtenprocedure met betrekking tot examinering staat hierin beschreven. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 34 van 52 6. Schematische weergave onderwijs en examen ONDERWIJSDEEL / FORMATIEF MENTOR start proces voor het gaan behalen van summatieve resultaten en studiepunten begeleidt STUDENT Volgt modules Behaalt formatieve resultaten Behaalt studiepunten Criteria opleiding Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 35 van 52 EXAMENDEEL - SUMMATIEF Voorwaarden examen inventariseren Toestemming voor afleggen examen Afnemen examen Gesprek tussen student en mentor Indien ‘Go’ vraagt de mentor het betreffende examen aan. Controleren en accorderen: teamleider - Student - Assessor(en) - Teamleider - Medewerk(st)er examenbureau - Examensecretaris Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 36 van 52 Diplomeren Is voldaan aan de gestelde diploma eisen? Examens Go / no Go door opleidingsteam Alle examens voor de betreffende opleiding behaald? Alle benodigde studiepunten behaald? Formatieve resultaten Voorwaarden diploma inventariseren DIPLOMA Vestigingsexamencommissie (VEC) BIJLAGE 1 BEGRIPPENLIJST Begrip Omschrijving Aequor Kenniscentrum voedsel en leefomgeving. Aequor stemt opleidingen in het beroepsonderwijs af op de arbeidsmarkt in de groene sectoren en de voedingsindustrie. Aequor erkent o.a. de bpv bedrijven. Algemene toetstechnische eisen Eisen die door De groene standaard omschreven zijn voor de organisatie, uitvoering en beoordeling van een beroeps examen. Assessor Examinator die de proeve van bekwaamheid beoordeelt op basis van de algemene toetstechnische eisen van De groene standaard. BBL Beroepsbegeleidende leerweg: werken en leren met een arbeidscontract bij een bedrijf of organisatie. Beheersingscriteria Criteria behorende bij een competentie uit een kwalificatieprofiel; een beginnend beroepsbeoefenaar die de competentie beheerst, voldoet aan deze criteria. Beroepsgericht examen Een onderzoek naar de kerntaken en werkprocessen die de student zich bij het afronden van de opleiding moet hebben eigen gemaakt. Beroepsopleiding Een beroepsopleiding richt zich op de kwalificatie voor verschillende niveaus van beroepsuitoefening. Vanuit niveau 4 is doorstroming naar het hoger beroepsonderwijs mogelijk. Beroepspraktijkvorming (bpv) Dat deel van de opleiding dat in de praktijk, bij een erkend leerbedrijf, van het beroep wordt uitgevoerd. De bpv is een verplicht onderdeel binnen elke beroepsopleiding. Bevoegd gezag Het College van Bestuur dat onder verantwoordelijkheid van de Raad van Toezicht de leiding heeft over de Stichting Clusius College. Bezwaar Schriftelijk protest tegen het besluit op het verzoek tot heroverweging van de vestigingsexamencommissie. BKS Beroepsgerichte kwalificatiestructuur (zie ook kwalificatiestructuur) BOL Beroepsopleidende leerweg: leren op school en leren op een leerbedrijf via bpv (‘stage’). Bpv-eisen Bpv moet een minimaal aantal dagen omvatten en met een voldoende worden afgesloten. CEC Centrale examen commissie. Deze bestaat uit een lid van het College van bestuur, vestigingsdirecteuren mbo en de examensecretaris mbo. Cesuur Grens tussen de hoogste score waaraan een onvoldoende wordt toegekend en de laagste score waaraan een voldoende wordt toegekend. Cohort Een schooljaar waarin de student is gestart met zijn opleiding. Op dit schooljaar is de student ingeschreven en hier zijn de diploma-eisen mede van afhankelijk. Competentie Het geheel van houding en gedrag dat de student toont op grond van het geleerde en de kennis en vaardigheid welke in combinatie met elkaar nodig zijn binnen een bepaald beroep. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 37 van 52 Begrip Omschrijving Crebocode CREBO staat voor Centraal Register Beroepsopleidingen. Elke beroepsopleiding moet in dit register zijn opgenomen en krijgt van het Ministerie van OCW hiervoor een unieke code (deze code staat in het opleidingsplan). Creta examen Creta is de afkorting van Collectieve reken- en taaltoetsen AOC’s Criteriumgericht interview (CGI) Beoordelingsgesprek aan het einde van de proeve van bekwaamheid voor niveau 3 en 4 studenten. De groene standaard Samenwerkingsverband van AOC’s met als doel het ontwikkelen en beschikbaar stellen van kwalitatief goede examenproducten voor het groene mbo. Diploma Door de wet erkend document waarmee is aangetoond en vastgesteld dat de eigenaar een omschreven kwalificatie behaald heeft. Diploma-eisen Alles waaraan je moet voldoen om een diploma te krijgen. Examenbureau Centrale plaats op de mbo vestiging van waaruit examens worden georganiseerd en het examenproces wordt bewaakt. Examendeelnemer Wettelijke term voor een persoon die is ingeschreven bij een instelling, (uitsluitend) voor deelname aan examenactiviteiten. Examendossier Totaal van summatieve resultaten en onderliggende bewijsstukken op grond waarvan kan worden besloten over diplomering van een student/ examendeelnemer. Examenreglement Formele regels en afspraken die gelden bij examinering en diplomering (m.b.t. fraude, herkansing, bewaartermijn, bezwaar e.d.). Examenresultaat Officieel vastgestelde uitkomst van een examen(onderdeel/eenheid). Examensecretaris Functionaris die de mbo examenprocessen binnen het Clusius College afstemt en lid is van de CEC en VEC. Examensituatie Situatie op het bedrijf waarin het beroepsgericht examen wordt afgelegd en die zoveel mogelijk lijkt op de in de examenstandaard beschreven kritische beroepssituatie. Examenstandaard Een inhoudelijke en toetstechnische beschrijving van een beroepsgericht examen. Examinator De persoon die een mondeling of praktisch examen afneemt en beoordeelt (bijvoorbeeld de assessor bij de PvB). Extraneus Deelnemer die van de examenfaciliteit gebruik maakt. Formatieve toetsing Toetsing die betrekking heeft op de voortgang van het leerproces van een student (diagnostische functie) Hbo opleiding Opleiding in het hoger beroepsonderwijs. Kerntaak Een belangrijk onderdeel van een beroep. Een kerntaak bestaat uit meerdere werkprocessen (de kerntaken staan beschreven in het opleidingsplan). Kritische beroepssituatie Realistische beroepssituatie die kenmerkend is voor het beroep en waarin je keuzes moet maken op jouw niveau. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 38 van 52 Begrip Omschrijving Kwalificatie De inhoud van het diploma oftewel een opleiding die opleidt tot een diploma, bijv. kwalificatie ‘dierverzorger’. Kwalificatiedossier Dossier waarin de wettelijke eisen van een kwalificatie (veelal opleiding) beschreven staat dat is vastgesteld door de minister van OCW en mede namens het ministerie van EZ (dossiers AOC’s). Kwalificatieniveau Niveau waarvoor je leert en een diploma krijgt, uiteenlopend van Entreeopleiding tot manager/ondernemer (niveau 4). Kwalificatieplicht Als je nog geen 18 jaar bent, ben je verplicht een havo,- vwo,- of mbo-niveau 2- diploma te halen. De kwalificatieplicht is daarmee een verlenging van de leerplicht. Kwalificatiestructuur Alle kwalificatiedossiers samen vormen de kwalificatiestructuur. Kwalificeren Alles wat je moet doen (examens enz.) of aantonen om je diploma te behalen. Kwalificerende toets Een afsluitende toets die je behaald moet hebben om te kunnen diplomeren. Leerbedrijf Erkend bedrijf, waar de bpv wordt gevolgd. Leerweg Manier waarop de opleiding wordt gevolgd, BBL of BOL (zie ‘BBL’ en ‘BOL’). Mentor Begeleider bij de studievoortgang. OER Onderwijs- en Examenregeling, waarin wordt beschreven hoe onderwijs en examinering verlopen. Hierin is het examenreglement opgenomen. Deel 2 van de OER is het opleidingsplan (zie opleidingsplan). OOK Onderwijsovereenkomst. Opleidingsplan Deel 2 van de OER. Een opleidingsplan gaat over één specifieke opleiding. Daarin staat onder andere de planning van het onderwijs, de onderwijsinhoud en welke examens je moet afleggen. POK Praktijkovereenkomst. POP Persoonlijk ontwikkelingsplan. Praktijkopleider Degene die je op het bpv-bedrijf persoonlijk begeleidt. Prestatie-indicator (Pi) Een concrete omschrijving van een competentie in de context van een werkproces. Proeve van bekwaamheid Uitgebreide examenopdracht in de beroepspraktijk waarin veel voorkomende en kenmerkende beroepshandelingen moeten worden uitgevoerd. PvB Zie Proeve van bekwaamheid Resultatenlijst Door de wet erkend document dat hoort bij het diploma. Met deze lijst wordt aangetoond en vastgesteld welke resultaten de eigenaar bij een omschreven kwalificatie heeft behaald. (Schriftelijk) beroep Schriftelijk protest tegen de beslissing op een bezwaar. Student Ieder die onderwijs volgt op een mbo-vestiging van het Clusius College en/of wordt toegelaten tot het examen of een onderdeel hiervan. Summatieve toets Zie kwalificerende toets. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 39 van 52 Begrip Omschrijving Teamleider Persoon die leiding geeft aan het team van docenten, instructeurs en onderwijsassistenten waar je opleiding onder valt. Voor avo is er een aparte teamleider die leiding geeft aan het team van avo-docenten. VEC Vestigingsexamencommissie. De VEC bestaat minimaal uit drie personen: de vestigingsdirecteur, de examensecretaris en een teamleider. Verzoek tot heroverweging Schriftelijk verzoek om een genomen beslissing te herzien. Werkproces Een beroepshandeling die herkenbaar is voor de beroepspraktijk. Het heeft een begin en een eind en leidt tot een resultaat. Binnen een kerntaak worden verschillende werkprocessen uitgevoerd (de werkprocessen staan beschreven in het opleidingsplan). Wettelijke beroepsvereiste(n) In wet- en/of regelgeving vastgelegde eisen waaraan de beginnend beroepsbeoefenaar uitvoering moet kunnen geven om het beroep te mogen uitvoeren. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 40 van 52 BIJLAGE 2 VERKLARING TAAL- EN REKENNIVEAUS Nederlands Verklaring van de niveaus van Nederlands volgens het Referentiekader Nederlands en rekenen (F-niveau) 1. Mondelinge taalvaardigheid Algemene Niveau 2F De student: omschrijving Gesprekken voeren Luisteren Spreken 1. Lezen Algemene omschrijving Zakelijke teksten 2. Schrijven Algemene omschrijving Schrijven kan in gesprekken over alledaagse en niet alledaagse onderwerpen uit leefwereld en (beroeps)opleiding uiting geven aan persoonlijke meningen, kan informatie uitwisselen en gevoelens onder woorden brengen. kan luisteren naar teksten over alledaagse onderwerpen, onderwerpen die aansluiten bij de eigen leefwereld of die verder af staan. kan redelijk vloeiend en helder ervaringen, gebeurtenissen, meningen, verwachtingen en gevoelens onder woorden brengen over onderwerpen uit de (beroeps) opleiding en van maatschappelijke aard. Niveau 2F De student: kan teksten lezen over alledaagse onderwerpen, onderwerpen die aansluiten bij de eigen leefwereld en over onderwerpen die verder af staan. Niveau 2F De student: kan samenhangende teksten schrijven met een eenvoudige, lineaire opbouw, over uiteenlopende vertrouwde onderwerpen uit de (beroeps)opleiding en van maatschappelijke aard. Niveau 3F De student: Kan op effectieve wijze deelnemen aan gesprekken over onderwerpen uit de (beroeps) opleiding en van maatschappelijke aard. Kan luisteren naar een variatie aan teksten over onderwerpen uit de (beroeps)opleiding en van maatschappelijke aard. Kan monologen en presentaties houden over onderwerpen uit de (beroeps)opleiding en van maatschappelijke aard waarin ideeën worden uitgewerkt en voorzien van relevante voorbeelden. Niveau 3F De student: Kan een grote variatie aan teksten over onderwerpen uit de (beroeps) opleiding en van maatschappelijke aard zelfstandig lezen. Leest met begrip voor geheel en details. Niveau 3F De student: Kan gedetailleerde teksten schrijven over onderwerpen uit de (beroeps) opleiding en van maatschappelijke aard, waarin informatie en argumenten uit verschillende bronnen bijeengevoegd en beoordeeld worden. 3. Begrippenlijst en taalverzorging Taalverzorging is geïntegreerd in het domein Schrijven. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 41 van 52 Rekenen Verklaring van de niveaus van Rekenen volgens het Referentiekader Nederlands en rekenen (F-niveau) In het Referentiekader zijn voor rekenen per niveau, 2F en 3F, de volgende domeinen beschreven: 1. Getallen 2. Verhoudingen 3. Meten en Meetkunde 4. Verbanden Elk domein is bij rekenen opgebouwd uit de onderdelen: A. Notatie, taal en betekenis: uitspraak, schrijfwijze en betekenis van getallen, symbolen en relaties en gebruik van wiskundetaal; B. Met elkaar in verband brengen: verband tussen begrippen, notaties, getallen en dagelijks spraakgebruik; C. Gebruiken: het inzetten van rekenvaardigheden bij het oplossen van problemen. Elk van deze drie onderdelen is steeds opgebouwd uit drie typen kennis en vaardigheden. Die zijn als volgt kort te karakteriseren: • Paraat hebben: kennis van feiten en begrippen, reproduceren, routines, technieken; • Functioneel gebruiken: kennis van een goede probleemaanpak, het toepassen, het gebruiken binnen en buiten het schoolvak; • Weten waarom: begrijpen en verklaren van concepten en methoden, formaliseren, abstraheren en generaliseren, blijk geven van overzicht. Voor rekenen is een algemene beschrijving per domein en niveau niet beschikbaar. De specifiek uitgewerkte inhoud van de domeinen en niveaus is samen met meer informatie over het referentiekader rekenen te vinden op de website www.steunpunttaalenrekenen.nl. Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 42 van 52 Engels en Duits Verklaring van de niveaus van Engels en Duits volgens het Common European Framework (CEF) Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken. Ik kan vertrouwde namen, woorden en zeer eenvoudige zinnen begrijpen, bijvoorbeeld in mededelingen, op posters en in catalogi. Niveau B1 Ik kan de hoofdpunten begrijpen wanneer in duidelijk uitgesproken standaarddialect wordt gesproken over vertrouwde zaken die ik regelmatig tegenkom op mijn werk, school, vrije tijd enz. Ik kan de hoofdpunten van veel radio- of tvprogramma’s over actuele zaken of over onderwerpen van persoonlijk of beroepsmatig belang begrijpen, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk gesproken wordt. Ik kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente, alledaagse of aan mijn werk gerelateerde taal. Ik kan de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen in persoonlijke brieven begrijpen. Ik kan de meeste situaties aan die zich kunnen voordoen tijdens een reis in een gebied waar de betreffende taal wordt gesproken. Ik kan onvoorbereid deelnemen aan een gesprek over onderwerpen die vertrouwd zijn, of mijn persoonlijke belangstelling hebben of die betrekking hebben op het dagelijks leven (bijvoorbeeld familie, hobby'’s, werk, reizen en actuele gebeurtenissen). Ik kan eenvoudige uitdrukkingen en zinnen gebruiken om mijn woonomgeving en de mensen die ik ken, te beschrijven. Ik kan een reeks uitdrukkingen en zinnen gebruiken om in eenvoudige bewoordingen mijn familie en andere mensen, leefomstandigheden, mijn opleiding en mijn huidige of meest recente baan te beschrijven. Ik kan uitingen op een simpele manier aan elkaar verbinden, zodat ik ervaringen en gebeurtenissen, mijn dromen, verwachtingen en ambities kan beschrijven. Ik kan in het kort redenen en verklaringen geven voor mijn meningen en plannen. Ik kan een verhaal vertellen, of de plot van een boek of film weergeven en mijn reacties beschrijven. Ik kan een korte, eenvoudige ansichtkaart schrijven, bijvoorbeeld voor het zenden van vakantiegroeten. Ik kan op formulieren persoonlijke details invullen, bijvoorbeeld mijn naam, nationaliteit en adres noteren op een hotel-inschrijvingsformulier. Ik kan korte, eenvoudige notities en boodschappen opschrijven. Ik kan een zeer eenvoudige persoonlijke brief schrijven, bijvoorbeeld om iemand voor iets te bedanken. Ik kan eenvoudige samenhangende tekst schrijven over onderwerpen die vertrouwd of van persoonlijk belang zijn. Ik kan persoonlijke brieven schrijven waarin ik mijn ervaringen en indrukken beschrijf. Gesprekken voeren Ik kan communiceren over eenvoudige en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling van informatie over vertrouwde onderwerpen en activiteiten betreffen. Ik kan zeer korte sociale gesprekken aan, alhoewel ik gewoonlijk niet voldoende begrijp om het gesprek zelfstandig gaande te houden. Spreken Ik kan deelnemen aan een eenvoudig gesprek, wanneer de gespreks-partner bereid is om zaken in een langzamer spreektempo te herhalen of opnieuw te formuleren en mij helpt bij het formuleren van wat ik probeer te zeggen. Ik kan eenvoudige vragen stellen en beantwoorden die een directe behoefte of zeer vertrouwde onderwerpen betreffen. Niveau A2 Ik kan zinnen en de meest frequente woorden begrijpen die betrekking hebben op gebieden die van direct persoonlijk belang zijn (bijvoorbeeld basisinformatie over mezelf en mijn familie, winkelen, plaatselijke omgeving, werk). Ik kan de belangrijkste punten in korte, duidelijke eenvoudige boodschappen en aankondigingen volgen. Ik kan zeer korte eenvoudige teksten lezen. Ik kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu'’s en dienstregelingen en ik kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen. Schrijven Lezen Luisteren Niveau A1 Onderwijs- en Examenregeling cohort 2014-2015 – Clusius College Pagina 43 van 52 BIJLAGE 3 Examenreglement mbo EXAMENREGLEMENT MBO 2014-2015 EXAMENREGLEMENT Dit examenreglement mbo van het Clusius College is van toepassing op de examinering van studenten gestart vanaf augustus 2014. Voor een verklaring van de begrippen zie bijlage 1 van de onderwijs- en examenregeling (OER). Artikel 1 Algemeen 1.1 Het beroepsgerichte examen omvat een onderzoek naar de kerntaken en werkprocessen die de student zich bij het afronden van de opleiding moet hebben eigen gemaakt. 1.2 Kwalificerende toetsen omvatten vaardigheden en kennis die de student zich bij het afronden van de opleiding moet hebben eigen gemaakt. 1.3 Door deelname aan een examen geeft een student te kennen op de hoogte te zijn van de inhoud en strekking van dit reglement. Artikel 2 Examencommissie 2.1 Het bevoegd gezag stelt ten behoeve van de organisatie en het afnemen van de examens een centrale examencommissie (CEC) in. De CEC bestaat uit tenminste drie leden, die deskundig zijn op het gebied van examinering. 2.2 Iedere vestiging heeft een vestigingsexamencommissie (VEC) bestaande uit minimaal drie leden. De samenstelling van iedere VEC is opgenomen in het Handboek examinering mbo. 2.3 De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van deze commissies zijn beschreven en dit is opvraagbaar bij de VEC op school. Artikel 3 Examinatoren De VEC wijst voor haar vestiging de examinatoren aan. Ook stelt de VEC examinatoren en/of surveillanten aan. Artikel 4 Toelating en inschrijving 4.1 Student (regulier) De student heeft, na correcte inschrijving, toegang tot alle onderdelen van het examen van de opleiding waarvoor hij een onderwijsovereenkomst met het Clusius College heeft gesloten. Aan de toelating tot een examen zijn de volgende voorwaarden gesteld: • De student is in het bezit van een geldige onderwijsovereenkomst; • De student heeft voldaan aan voorwaarden voor deelname aan het beroepsgerichte examen en de kwalificerende toetsen zoals beschreven in de OER. 4.2 Examendeelnemer (extraneus) Degene die uitsluitend tot de examenvoorzieningen wenst te worden toegelaten, kan zich als examendeelnemer laten inschrijven. Inschrijving van de examendeelnemer kan onder de volgende voorwaarden: • De examendeelnemer voldoet aan de voorwaarden voor deelname aan de examinering, zoals beschreven in de OER; • De examendeelnemer betaalt het door de instelling vastgestelde examengeld, zoals vermeld in de OER. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 2 Artikel 5 Examenprogramma 5.1 Algemene informatie met betrekking tot de planning, inhoud en inrichting van de examens is beschreven in deel 1 en deel 2 van de OER. 5.2 Gegevens met betrekking tot het programma en de uitvoering van de examinering voor het betreffende schooljaar worden door een examenplanning in oktober van het betreffende schooljaar aan de studenten bekend gemaakt. 5.3 De uitnodiging voor een examen ontvangt de student tien dagen voorafgaand aan het examen per e-mail. Het e-mailadres zoals deze door het Clusius College voor de student is aangemaakt wordt hiervoor gebruikt (@student.clusius.nl). Artikel 6 Deelname 6.1 Studenten nemen deel aan de examens voor de opleiding waarvoor zij zijn ingeschreven. Zij kunnen deelnemen indien de teamleider het verzoek daartoe heeft goedgekeurd. 6.2 Studenten die aangemeld zijn voor een examen zijn verplicht op de vastgestelde datum, tijdstip en plaats aanwezig te zijn. Artikel 7 Afwijkende toetsing 7.1 Ten aanzien van specifieke doelgroepen en gehandicapten kan de VEC toestaan dat een beroepsgericht examen of een of meer vaardigheden van een kwalificerende toets in afwijkende vorm wordt afgenomen. Als algemeen criterium voor de afwijkende vorm geldt, dat deze moet voldoen aan toetstechnische eisen van validiteit en betrouwbaarheid en dat het niveau en de doelstelling van de afwijkende toetsvorm niet afwijken van de reguliere doelstelling en het niveau van de reguliere toets. 7.2 Het verzoek om een afwijkende vorm van examinering dient schriftelijk te worden gedaan aan de VEC onder bijvoeging van een verklaring van een arts of andere ter zake kundige, waaruit blijkt dat afwijkende examinering gewenst is met een advies waaruit deze dient te bestaan. 7.3 De afwijkende vorm van examinering is niet meer geldig wanneer de indicatie ophoudt te bestaan dan wel de verklaring afloopt. Artikel 8 Vrijstellingen Een student of teamleider van de student kan een gemotiveerd verzoek indienen bij de VEC voor vrijstelling van een beroepsgericht examen of kwalificerende toets. Dit kan op basis van een eerder behaald diploma of certificaat in het middelbaar- of hoger beroepsonderwijs. De voorwaarden voor vrijstelling zijn per opleiding en student verschillend. De VEC neemt een besluit over het verzoek tot vrijstelling. Dit verzoek moet voor het verstrijken van de helft van de opleidingsduur worden ingediend bij de VEC. Artikel 9 Gang van zaken tijdens het examen 9.1 Een student kan gevraagd worden zich voorafgaand aan of tijdens een examen(onderdeel) te identificeren. Een geldig legitimatiebewijs moet de student meenemen naar de examenlocatie. 9.2 Tijdens het uitdelen, maken en verlaten van een examen heerst er volkomen rust in de examenruimte. 9.3 Tijdens het uitvoeren van een examen dient een student te allen tijde de instructies van de examinator en/of surveillant op te volgen. 9.4 Deelname aan een beroepsgericht examen of kwalificerende toets betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt voorzover reglementen dit niet in de weg staan. In uitzonderlijke gevallen kan de VEC anders beslissen. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 3 9.5 9.6 9.7 9.8 9.9 9.10 9.11 9.12 Een student die tijdens een examen ziek of onwel wordt, kan met toestemming van de examinator/surveillant de examenlocatie verlaten. De VEC bepaalt het vervolg van het betreffende examen (zie art 9.14 tot en met 9.17). De student blijft op de examenlocatie tot het einde van het examen. Alleen met toestemming van de examinator/surveillant mag een student gedurende een examen de locatie verlaten. De student mag tijdens het examen uitsluitend gebruiksvoorwerpen, gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen bij zich hebben die voor dat examen zijn voorgeschreven of toegelaten. De student is verplicht de gebruiksvoorwerpen, gereedschappen, apparatuur en hulpmiddelen mee te nemen die op het uitnodigingsformulier van het examen vermeld staan. Een student die (verwacht) voor een beroepsgericht examen te laat komt, neemt contact op met de eerste assessor. De eerste assessor bepaalt of afname doorgang kan vinden. Bij een mondeling examen bepaalt de examinator of de student nog deel kan nemen aan het examen. Indien de student geen deel meer kan nemen aan het examen, wordt dit gezien als afwezigheid (zie artikel 10.7). Bij de overige kwalificerende examens mag de student tot uiterlijk 30 minuten na aanvang van het examen worden toegelaten. De student levert evenwel het gemaakte werk in op het daarvoor vastgestelde tijdstip. Van elke afwijking wordt melding gemaakt in het proces-verbaal/afnameprotocol. Onwel worden bij het centrale examen 9.13 Als een student tijdens de zitting onwel wordt, overlegt een lid van de examencommissie in eerste instantie met de student over de vraag of deze het examen kan voortzetten. Als de student het examen niet kan afmaken, gaat de examencommissie na of de student het examen later op diezelfde dag kan voortzetten. De examinator maakt hiervan melding in het proces-verbaal. 9.14 Als de student het examen op diezelfde dag kan voortzetten, dient de student tot die tijd in quarantaine te worden gehouden. 9.15 Indien de student het examen niet op dezelfde dag kan voortzetten, bepaalt de VEC om het tijdens de zitting gemaakte examenwerk ongeldig te verklaren. Op het procesverbaal wordt melding gemaakt van de reden. 9.16 De VEC informeert de student of, bij minderjarigheid diens ouders/verzorgers, schriftelijk over de wijze waarop het examen zal worden afgerond. Overige regels beroepsgericht examen 9.17 Overige regels met betrekking tot de gang van zaken tijdens een beroepsgericht examen zijn opgenomen in de OER. Artikel 10 Onregelmatigheden Student 10.1 Bepaalde gedragingen en handelingen van een student vóór of tijdens het examen kunnen door de examinator/surveillant als onregelmatigheid worden aangemerkt. Dit geldt in ieder geval voor: • het gebruik maken van en informatie verkregen uit en/of via niet toegestane bron(nen) of medium; • het plegen van plagiaat en/of gebruiken van vervalste documenten; • het niet (correct) opvolgen van aanwijzingen en instructies van de examinator of surveillant; • het niet verschijnen bij of niet deelnemen aan een op een bepaalde datum, tijd en plaats vastgesteld examen, zonder opgave van een geldige reden. Gedragingen, handelingen etc. kunnen op basis van een onderbouwing door de VEC worden aangemerkt als onregelmatig in de zin van dit artikel. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 4 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 10.7 10.8 Van elke afwijkende gedraging en of handeling wordt door de examinator, assessor of surveillant melding gemaakt in het proces-verbaal/afnameprotocol. De examinator/surveillant heeft het recht om een student die een onregelmatigheid pleegt de toegang tot de examenlocatie te weigeren of hem daaruit te (laten) verwijderen. Bij het centrale examen bestaat de mogelijkheid dat de student - als dat mogelijk is - in staat wordt gesteld om het werk af te maken. Dit om beroepsprocedures niet in de weg te staan. Dit besluit wordt genomen in overleg met een lid van de VEC. Het voorval wordt beschreven op het proces-verbaal/afnameprotocol. Indien een examinator/assessor of surveillant bij toetsing een onregelmatigheid constateert, vermeldt hij dit op het proces-verbaal/afnameprotocol en geeft desgevraagd een mondelinge toelichting. De VEC stelt op grond hiervan vast of er daadwerkelijk sprake is van een onregelmatigheid in de zin van dit artikel. De VEC kan vervolgens een sanctie toepassen. De sancties bedoeld in dit artikel kunnen zijn: • uitsluiting van de eerstvolgende (reguliere) examengelegenheid; • het ongeldig verklaren van de uitslag van het betreffende beroepsgericht examen of kwalificerende toets; • uitsluiting van (verdere) deelname aan het examen van het betreffende onderdeel; • algehele uitsluiting van verdere deelname aan examens. Voordat de sanctie door de VEC wordt opgelegd, wordt de student gehoord. De student kan zich hierin laten bijstaan door een meerderjarige; bij een minderjarige student is dit zijn wettelijk vertegenwoordiger. Bij afwezigheid tijdens een examen levert de student een schriftelijke verklaring, met daarin de reden van afwezigheid, binnen vijf schooldagen na het geplande examen in bij de medewerker van het examenbureau. Bij minderjarigheid moet de verklaring worden voorzien van de handtekening van zijn wettelijk vertegenwoordiger. De VEC neemt na de student te hebben gehoord of de schriftelijke toelichting van afwezigheid te hebben ontvangen binnen tien schooldagen een besluit. De VEC kan besluiten dat de afwezigheid ‘rechtmatig’ of ‘onrechtmatig’ was. Het besluit en de mogelijke sanctie deelt de VEC schriftelijk aan de betrokken partijen mede. Externe oorzaken 10.9 Externe oorzaken kunnen ook tot onregelmatigheden leiden. Bij onregelmatigheden door onverwachte externe oorzaken handelt de examinator/assessor of surveillant naar bevinding van zaken en doet hiervan verslag in het afnameprotocol/proces-verbaal. 10.10 Indien de onregelmatigheid te wijten is aan het gedrag van personeel van de instelling of van hulpkrachten die door de instelling zijn aangetrokken, hetzij door handelen of nalaten, hetzij door het verstrekken van verkeerde informatie, worden sancties als bedoeld in lid 10.5 niet toegepast. 10.11 Een ieder die betrokken is bij het examen en vermoedt dat er sprake is van onregelmatigheden is verplicht dit te melden aan de VEC. Artikel 11 Bepalen uitslag 11.1 Examendossier In het examendossier van de student worden de bewijsstukken verzameld waarmee de student aan kan tonen dat het gehele examen met goed gevolg is afgelegd. Het gaat daarbij om: • de resultaten van het/de beroepsgericht(e) examen(s); • de resultaten van kwalificerende toetsen waaronder de taal- en rekenexamens; • het behalen van, van toepassing zijnde wettelijke beroepsvereiste(n); • de beoordeling van de beroepspraktijkvorming (bpv); • de beoordeling van loopbaan en burgerschap. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 5 Uit de resultaten van het beroepsgericht examen dan wel beroepsgerichte examens komt een waardering per kerntaak. Deze waardering is uitgedrukt in ‘voldoende’, ‘goed’ of ‘onvoldoende’. Elke kerntaak moet minimaal de waardering ‘voldoende’ hebben voor diplomering. 11.2 11.3 11.4 11.5 11.6 Beroepsgericht examen Een beroepsgericht examen bestaat minimaal uit één proeve van bekwaamheid, mogelijk aangevuld met een werkproces-, vaardigheids-, kennisexamen of proeve van bekwaamheid. Een proeve van bekwaamheid wordt beoordeeld door meerdere assessoren. De overige beroepsgerichte examens worden beoordeeld door één assessor. Het resultaat van een beroepsgericht examen wordt uitgedrukt in een waardering van ‘goed’, ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’. Wanneer een beroepsgericht examen niet is behaald ontvangt de student een overzicht van de beoordeling waarop in ieder geval de aspecten die onvoldoende waren staan vermeld. Kwalificerende toetsen Bij kwalificerende toetsen gaat het om kennis en vaardigheden die een noodzakelijk deel van de kwalificatie uitmaken maar die niet in het beroepsgericht examen beoordeeld worden. Op de deelnemersinformatie van het betreffende examen staat de cesuur. De cesuur ontbreekt bij de Creta en het centrale examen. Deze wordt landelijk vastgesteld. Bpv Door de VEC wordt vastgesteld of de bpv de vereiste omvang heeft, uitgedrukt in klokuren. Ook dient de beoordeling van de bpv als geheel voldoende te zijn als deel voor vaststelling van diplomering. Loopbaan en burgerschap Voor loopbaan en burgerschap dient de student te hebben voldaan aan de inspanningseisen zoals deze zijn opgesteld door de opleiding in de modulen studie- en loopbaanbegeleiding. De modulewijzer staat in deel 2 van de OER (het opleidingsplan). Vaststelling uitslag De VEC stelt de uitslag van elk onderdeel/examen vast. Artikel 12 Bekendmaken uitslag 12.1 Het bekend maken van de uitslag van examens wordt gedaan per e-mail. Het emailadres zoals deze door het Clusius College voor de student is aangemaakt wordt hiervoor gebruikt (@student.clusius.nl). 12.2 Het voorlopige resultaat van een beroepsgericht examen wordt direct na afname bekend gemaakt door de eerste assessor. Het definitieve resultaat van een beroepsgericht examen wordt binnen vijftien schooldagen na afname per e-mail bekend gemaakt aan de student door of namens de VEC. 12.3 Het resultaat van een kwalificerende toets wordt binnen vijftien schooldagen na afname per e-mail aan de student bekend gemaakt. Een uitzondering hierop zijn het centrale- en het Creta examen. Voor deze examens geldt dat het resultaat binnen vijftien schooldagen nadat het Clusius College het resultaat heeft ontvangen, bekend wordt gemaakt aan de student door of namens de VEC. 12.4 Het resultaat van de bpv wordt binnen vijftien schooldagen na afronding van de bpv per e-mail aan de student bekend gemaakt. 12.5 De uitslag van leren en loopbaan wordt binnen vijftien schooldagen per e-mail aan de student bekend gemaakt. 12.6 In zeer uitzonderlijke gevallen kan van bovenstaande termijnen worden afgeweken, indien wordt afgeweken wordt er per e-mail een verklaring gestuurd. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 6 Artikel 13 Inzagerecht en bewaartermijn 13.1 Gedurende tien schooldagen na de uitslag van een examen hebben belanghebbenden recht op bespreking en indien mogelijk inzage van het examenwerk, met uitzondering van de Creta- en centrale examens. 13.2 Een verzoek om bespreking en/of inzage van examenwerk kan worden gedaan bij de VEC. 13.3 Inzage in examenwerk m.b.t. kwalificerende toetsen is alleen mogelijk in het schoolgebouw met toezicht door of namens de VEC. 13.4 Bewijsstukken met betrekking tot examinering worden vanaf het afleggen van een beroepsgericht examen of kwalificerende toets tot en met twaalf maanden na diplomering bewaard. 13.5 Na afloop van de bewaartermijn mogen de stukken worden vernietigd. Artikel 14 Herkansing 14.1 De student heeft het recht - en wordt gestimuleerd - om voor een beroepsgericht examen of kwalificerende toets waarvoor onvoldoende resultaat is behaald bij de eerste gelegenheid eenmaal te herkansen. De VEC kan aan een herkansing voorwaarden verbinden, en deelt deze de student per e-mail mee. 14.2 De VEC bepaalt of voor een herkansing een extra gelegenheid gecreëerd wordt dan wel dat de herkansing vervuld kan worden door deelname aan (onderdelen van) de examinering tijdens de eerstkomende reguliere gelegenheid en deelt dit de student mee. Het recht op herkansing van studenten staat omschreven in de OER. 14.3 Het recht op herkansing voor het onderdeel bpv bestaat uit een eenmalige verlenging. De VEC bepaalt de omvang ervan. Artikel 15 Verzoek tot heroverweging / klacht 15.1 Indien een student een klacht heeft, richt de student zich tot de betreffende examinator of teamleider om in overleg tot een oplossing te komen. Wanneer dit voor de student niet tot een bevredigende oplossing ledit kan de student een schriftelijke klacht indienen bij de VEC. Een examenklacht kan zich richten op: • een verzoek tot heroverweging van een beoordeling van een (onderdeel van) examen; • overige examenklachten. 15.2 Wanneer het een verzoek tot heroverweging betreft dient de student het verzoek voorzien van redenen - hiertoe schriftelijk binnen vijf schooldagen na bekendmaking van de beoordeling te richten aan de voorzitter van de VEC. 15.3 Wanneer het een verzoek tot heroverweging of overige examenklacht betreft, dient de student de klacht binnen vijf schooldagen na het afleggen van een (onderdeel van het) examen schriftelijk in te dienen bij de voorzitter van de VEC. Een verzoek/klacht bevat tenminste: - naam en adres van de student; - datum van verzending van de klacht; - omschrijving van de klacht; - ondertekening door student (indien minderjarig ondertekening door wettelijk vertegenwoordiger) - afhankelijk van de aard van het verzoek / de klacht, zoals vermeld onder lid 1: • datum afleggen examen(onderdeel) waarop de klacht betrekking heeft; • datum waarop het resultaat bekend gemaakt is. 15.4 De VEC hoort de betrokkenen en neemt binnen tien schooldagen een beslissing over het geschil en deelt dit de student schriftelijk mede. In de schriftelijke mededeling wordt gewezen op de mogelijkheid tot het aantekenen van bezwaar. Een kopie van verzoek tot heroverweging of klacht met het antwoord hierop wordt tevens gestuurd aan de centrale examencommissie (CEC). Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 7 Artikel 16 Bezwaar 16.1 De student kan binnen vijf schooldagen na dagtekening van het besluit van de VEC schriftelijk bezwaar aantekenen bij de CEC. Het bezwaarschrift bevat tenminste: - naam en adres van de student; - datum van verzending; - het besluit waartegen het bezwaar gericht is; - inhoudelijke toelichting op het bezwaar. 16.2 De CEC onderzoekt het bezwaar met het daarin opgenomen verzoek / klacht en neemt binnen tien schooldagen een beslissing en deelt dit de student schriftelijk mee. In de schriftelijke mededeling wordt gewezen op de mogelijkheid tot het indienen van beroep. 16.3 Een afschrift van de schriftelijke mededeling wordt tevens gestuurd aan de VEC. Artikel 17 Beroep 17.1 De student kan binnen tien schooldagen na dagtekening van het besluit van de CEC op het bezwaarschrift, schriftelijk beroep indienen bij de commissie van beroep. De commissie van beroep is een door het bevoegd gezag van het Clusius College ingestelde commissie met externe leden die niet werkzaam zijn bij het Clusius College. Het beroep bevat tenminste: - naam en adres van de student; - datum van verzending; - het besluit waartegen het beroep gericht is; - inhoudelijke toelichting op het beroep. De commissie van beroep stelt een onderzoek in en beslist binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. 17.2 Indien de commissie van beroep het beroep gegrond acht, vernietigt zij de beslissing van de CEC geheel of gedeeltelijk en kan zij de CEC opdragen een nieuwe beslissing te nemen. De commissie van beroep kan hiervoor in haar uitspraak een termijn stellen. 17.3 Daarnaast kan de commissie van beroep de CEC opdragen het examen of enig onderdeel daarvan opnieuw af te nemen. De commissie van beroep kan hieraan voorwaarden stellen. 17.4 De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de student en de CEC. 17.5 De procedure voor de commissie van beroep is vastgelegd in het Reglement commissie van beroep voor examens. Deze staat op de website van het Clusius College: www.clusius.nl - Publicaties – Onderwijsdocumenten. Artikel 18 Klachten en beroep bij het centraal examen 18.1 De student volgt bij klachten over de afname van het centrale examen de route van het Clusius College zoals deze is omschreven vanaf artikel 15 in dit reglement. 18.2 Over (de totstandkoming van) het cijfer voor een Creta en centraal examen is het niet mogelijk een klacht in te dienen c.q. een beroepsprocedure te starten. Artikel 19 Overzicht behaalde resultaten Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van hun examenresultaten. Het examenbureau houdt de resultaten bij in het examendossier. Artikel 20 Gekwalificeerd voor de opleiding 20.1 Een student is gekwalificeerd voor een opleiding indien hij/zij voldaan heeft aan de diploma-eisen. Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 8 20.2 Indien aan de diploma-eisen is voldaan en vaststelling door de VEC heeft plaatsgevonden, wordt dit binnen vijf schooldagen aan de student bekend gemaakt. Artikel 21 Bewijsstukken Studenten die geslaagd zijn voor (delen van) het examen, ontvangen bij het verlaten van de opleiding de desbetreffende bewijsstukken. • Bij een kwalificatie behoort een diploma met een resultatenlijst. Voor een voorbeeld van de resultatenlijst zie paragraaf 4.3 van de OER. • Bij een examenonderdeel behoort een bewijs van het behaalde resultaat. • Indien de student aanvullende modules of een of meer vaardigheden op een hoger niveau met goed gevolg heeft afgerond, ontvangt hij/zij hiervan een bewijs van deelname. Artikel 22 Geheimhouding Iedereen die betrokken is bij de uitvoering van de examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens moet hier vertrouwelijk mee om gaan en is verplicht tot geheimhouding. Tenzij een wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van de examinering noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. Artikel 23 Strijdigheid bepalingen Indien enige bepaling uit de OER strijdig is met de bepalingen uit dit examenreglement hebben de bepalingen uit dit reglement voorrang. Artikel 24 Onvoorziene omstandigheden In geval van omstandigheden waarin dit reglement of de OER (deel 1 en 2) niet voorziet, beslist het bevoegd gezag in samenspraak met de CEC. Centraal Bureau Clusius College Lid college van Bestuur en voorzitter van de CEC Dhr. G.P.Oud Voltastraat 1 1817 DD Alkmaar Tel.: (072) 514 76 66 Examensecretaris mbo Cor Kooi Clusius College mbo Drechterwaard 16 1824 EX Alkmaar Tel.: 06 55171293 [email protected] Vestiging mbo Alkmaar Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Dhr. W.J. van Reenen Drechterwaard 10 1824 EX Alkmaar Tel.: (072) 561 09 34 Vestiging mbo Hoorn Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Mw. E.H.M. Welbedacht-Portegies Blauwe Berg 3 1625 NT Hoorn Tel.: (0229) 25 94 94 Vestiging mbo Schagen Directeur en voorzitter van de vestigingsexamencommissie Mw. A. Lugtig-Ouweltjes De Boomgaard 9 1741 MD Schagen Tel.: (0224) 21 27 25 Examenreglement cohort 2014-2015 – Clusius College 9
© Copyright 2025 ExpyDoc