Officieus geconsolideerde tekst

Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
1
Decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij1
(B.S., 29 december 1988)2 gewijzigd bij :
-
het decreet van 12 december 1990 betreffende het bestuurlijk beleid (B.S., 21 december 1990) 3
-
het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging
door meststoffen (B.S., 28 februari 1991)4
-
het decreet van 22 november 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de
begroting 1995 (B.S., 6 februari 1996)5
-
het decreet van 7 juli 1998 tot wijziging en opheffing van sommige bepalingen van decreten en
wetten betreffende sommige Vlaamse openbare instellingen en tot opheffing van wettelijke
bepalingen inzake prioritaire aanwerving bij de Vlaamse openbare instellingen (B.S., 20 oktober
1998)6
-
het decreet van 8 december 1998 houdende diverse bepalingen naar aanleiding van de
begrotingscontrole 1998 (B.S., 26 januari 1999)7
-
het decreet van 17 juli 2000 houdende het Geografisch Informatie Systeem Vlaanderen (B.S., 2
september 2000)8
-
het decreet van 8 december 2000 houdende diverse bepalingen (B.S., 13 januari 2001) 9
1
De tekst die u in deze consolidatie terugvindt bestaat uit officieus geconsolideerde teksten. Deze regelgeving vormt
geen officiële bekendmaking in de zin van de Grondwet. Alleen de publicatie in het Belgisch Staatsblad heeft een
officieel karakter
2
Buitengewone zitting 1988 :
Stuk – Ontwerp van decreet, 149, nr. 1.
Zitting 1988-1989.
Stukken – Amendementen, 149, nr. 2. – Verslag, 149, nr. 3. – Amendementen, 149, nrs. 4 en 5.
Handelingen. – Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 14 en 15 december 1988.
3
Zitting 1989 – 1990
Stuk – Ontwerp van decreet : 395, nr. 1 + errata
Zitting 1990 – 1991.
Stukken : Advies van de Raad van State : 395, nr. 2, Amendementen : 395, nr. 3, Advies van het Rekenhof : 395, nr. 4,
Amendenmenten : 395, nr. 5, Advies van de Raad van State : 395, nrs. 6, Amendementen : 395, nrs. 7 en 8, Verslag : 395, nr. 9,
Amendementen : 395, nrs 10 en 12
Handelingen – Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 28 november en 7 december 1990
4
Zitting 1990- 1991
Stukken : - Ontwerp van decreet : 423 – nr. 1, Amendementen : 423 – nrs 2 en 3, Verslagen 423 – nr. 4, Amendementen : 423 – nrs.
5 en 6.
Handelingen – Bespreking en aanneming : zittingen van 8 en 9 januari 1991
5
Buitengewone zitting 1995
Stukken – Ontwerp van decreet : 85, nr. 1 – Amendementen : 85, nrs. 2 en 3
Zitting 1995-1996.
Stukken – Amendement 85, nr. 4. – Verslagen 85, nrs 5 tot 13. – Tekst aangenomen door de Commissies : 85, nr. 14 –
Amendementen : 85, nrs. 15 en 16.
Handelingen. – Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 7 november 1995.
6
Zitting 1997-1998
Stukken. — Ontwerp van decreet : 972 - Nr. 1. — Verslag : 972 - Nr. 2. — Handelingen. — Bespreking en
aanneming. — Vergaderingen van 23 en 24 juni 1998.
7
Zitting 1997-1998
Stukken. — Ontwerp van decreet : 1129, nr. 1.
Session 1998-1999
Stukken. - Amendements : 1129, nrs. 2 et 3. — Verslagen : 1129, nrs. 4 tot 9. — Tekst aangenomen door de
Commissies : 1129, nr. 10. — Amendement : 1129, nr. 11
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 2 december 1998.
8
(1) Zitting 1999-2000.
Stukken. — Ontwerp van decreet, 303 - Nr. 1. — Verslag, 303 - Nr. 2. — Tekst aangenomen door de Plenaire
Vergadering, 303 - Nr. 3.
Handelingen. — Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 4 en 5 juli 2000.
9
(1) Zitting 2000-2001.
Stukken. — Ontwerp van decreet : 414, nr. 1. Amendementen : 414, nrs. 2 tot 5. Verslagen : 414, nrs. 6 tot 13.
Tekst aangenomen door de commissies : 414, nr. 14 + Erratum.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
2
-
het decreet van 19 juli 2002 houdende wijziging van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het
natuurbehoud en het natuurlijk milieu, van het bosdecreet van 13 juni 1990, van het decreet van 16
april 1996 betreffende de landschapszorg, van het decreet van 21 december 1988 houdende
oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van
landeigendommen uit kracht van de wet zoals aangevuld door de wet van 11 augustus 1978
houdende bijzondere bepalingen eigen aan het Vlaamse Gewest, van het decreet van 23 januari 1991
inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen en van de wet
betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij KB van 16 maart 1968 (B.S., 31
augustus, 2002)10
-
het decreet van 7 mei 2004 houdende de oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern
verzelfstandigde agentschap «Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen»11 (B.S., 8 juni
2004, I : 1 april 2006 art. 2 Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006 (B.S., 12 mei 2006))
-
het decreet van 7 mei 2004 houdende wijziging van het decreet van 21 december 1988 houdende
oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij 12 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006 art. 2 Besl. Vl. Reg.
31 maart 2006 (B.S., 19 mei 2006)
-
het decreet van 21 april 2006 houdende wijziging van het decreet van 7 mei 2004 houdende de
oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschap ″Agentschap
voor Geografische Informatie Vlaanderen″ en houdende wijziging van diverse decreten13 (B.S., 12
mei 2006, I : 1 juni 2006 art. 9 BVR 9 juni 2006 (B.S., 11 juli 2006))
-
het decreet van 19 mei 2006 houdende diverse bepalingen inzake leefmilieu en energie (B.S., 20 juni
2006)14
Amendementen : 414, nrs. 15 tot 17.
Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 414, nr. 18.
Handelingen. — Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 29 november 2000.
10
Verwijzingen :
Zitting 2001-2002
Stukken. — Ontwerp van decreet 967 – Nr. 1
— Advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen 967 – Nr. 2
— Advies van de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen 967 – Nr. 3
— Advies van de Vlaamse Havencommissie 967 – Nr. 4
— Verslag over hoorzittingen 967 – Nr. 5
— Advies van de Raad van State 967 – Nr. 6
— Amendementen 967 – Nrs. 7 tot 9
— In eerste lezing door de commissie aangenomen artikelen 967 – Nr. 10
— Verslag 967 – Nr. 11
— Amendementen 967 – Nr. 12
— Tekst aangenomen door de plenaire vergadering 967 – Nr. 13
Handelingen
— Bespreking en aanneming: Middagvergadering van 9 juli 2002.
11
Zitting 2003-2004
Stukken. - Ontwerp van decreet, nr. 2035/1. - Verslag van het Rekenhof, nr. 2035/2. - Amendementen, nr. 2035/3. - Verslag, nr.
2035/4. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering, nr. 2035/5.
Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 27 en 29 april 2004.
12
Zitting 2003-2004
Zie :
2123 (2003-2004)
– Nr. 1 : Ontwerp van decreet
– Nr. 2 : Verslag van het Rekenhof
– Nr. 3 : Amendementen
– Nr. 4 : Verslag
- Nr. 5 tekst aangenomen door de plenaire vergadering
13
Zitting 2005-2006
Stukken. — Ontwerp van decreet, 682 - Nr. 1. – Verslag, 682 - Nr. 2. — Tekst aangenomen door de plenaire
vergadering, 682 - Nr. 3.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergadering van 29 maart 2006.
14
(1) Zitting 2005-2006.
Stukken. — Ontwerp van decreet : 745, nr. 1. — Amendement : 745, nr. 2. — Verslag namens de Commissie voor
Openbare Werken, Mobiliteit en Energie : 745, nr. 3. — In eerste lezing door de Commissie voor Openbare Werken,
Mobiliteit en Energie aangenomen artikelen van hoofdstuk III : Energie : 745, nr. 4. — Amendementen : 745, nrs. 5
en 6. — Aanvullend verslag namens de Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie : 745, nr. 7. —
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
3
-
het decreet van 22 december 2006 houdende de bescherming van water tegen de verontreiniging
door nitraten uit agrarische bronnen15 (B.S., 29 december 2006)
-
het decreet van 16 juni 2006 houdende het oprichten van de Vlaamse Grondenbank en houdende
wijziging van diverse bepalingen (B.S., 9 februari 2007)16
-
het decreet van 27 april 2007 houdende wijziging van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli
2003 op het vlak van het toezicht van de Vlaamse Regering op de publiekrechtelijk vormgegeven
extern verzelfstandigde agentschappen (B.S., 29 juni 2007)17
-
het decreet van 27 maart 2009 tot aanpassing en aanvulling van het ruimtelijke plannings-,
vergunningen- en handhavingsbeleid (B.S., 15 mei 2009)18
-
het decreet van 8 mei 2009 houdende wijziging van het decreet van 21 december 1988 houdende de
oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij en van het decreet van 16 juni 2006 houdende
oprichting van de Vlaamse Grondenbank en houdende wijziging van diverse bepalingen, wat het
principe van uitstel van betaling betreft (B.S., 25 juni 2009)19
-
het decreet van 23 december 2010 houdende diverse bepalingen inzake leefmilieu en natuur (B.S., 18
februari 2011)20
-
het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van
subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof (B.S., 5
augustus 2011)21
Amendementen : 745, nr. 8. — Verslag namens de Commissie voor Leefmilieu en Natuur, Landbouw, Visserij en
Plattelandsbeleid en Ruimtelijke Ordening en Onroerend Erfgoed : 745, nr. 9. — Tekst aangenomen door de
commissies : 745, nr. 10.—Amendementen : 745, nr. 11.—Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 745, nr. 12.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : vergaderingen van 10 mei 2006.
15
Zitting 2006-2007.
Stukken. — Voorstel van decreet : 1007, nr. 1. —Amendementen : 1007, nrs. 2 en 3. — In eerste lezing aangenomen
artikelen : 1007, nr. 4. — Verslag over hoorzitting : 1007, nr. 5. — Verslag : 1007, nr. 6. —Amendementen na indiening :
1007, nr. 7 van het verslag. — Tekst aangenomen door de plenaire vergadering: 1007, nr. 8.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 21 december 2006.
16
Zitting 2005-2006
Stukken :
— Ontwerp van decreet : 743- nr. 1
— Amendement : 743- nr. 2
— Verslag : 743- nr. 3
— Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 743- nr. 4
Handelingen :
— Bespreking en aanneming : Vergadering van 31 mei 2006.
17
Zitting 2006-2007.
Stukken. — Ontwerp van decreet, 1098 - Nr. 1. – Verslag, 1098 - Nr. 2. — Tekst aangenomen door de plenaire
vergadering, 1098 - Nr. 3.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : vergaderingen van 18 april 2007.
18
(1) Zitting 2008-2009
Stukken. - Ontwerp van decreet : 2011 – Nr. 1, — Amendementen : 2011 – Nrs. 2 en 3, — Verslag over hoorzitting : 2011 – Nr. 4,
— Amendementen : 2011 – Nr. 5, — Verslag : 2011 – Nr. 6, — Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 2011 – Nr. 7
Handelingen - Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 18 maart 2009.
19
Zitting 2008-2009.
Stukken. — Voorstel van decreet : 2183, nr. 1. — Verslag : 2183, nr. 2. — Tekst aangenomen door de plenaire
vergadering : 2183, nr. 3.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 29 en 30 april 2009.
20
(1) Zitting 2010-2011 :
Stukken.—Ontwerp van decreet : 665 - Nr. 1.—Amendementen : 665 - Nrs. 2 en 3.—Verslag : 665 - Nr. 4.—Tekst
aangenomen door de plenaire vergadering : 665 - Nr. 5.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 23 december 2010
21
(1) Zitting 2010-2011
Stukken. — Ontwerp van decreet : 842 – Nr. 1 + Bijlage
— Advies van de Sociaal-Economische. Raad van Vlaanderen : 842 – Nr. 2
— Advies van het Rekenhof : 842 – Nr. 3
— Amendementen : 842 – Nrs. 4 t.e.m. 6
— Verslag : 842 – Nr. 7
Amendementen : 842 – Nr. 8 en 9
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
4
-
het decreet van 20 april 2012 houdende diverse bepalingen inzake leefmilieu en natuur (B.S., 22 mei
2012 , I : 1 april 2006)22
-
het decreet van 1 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake landbouw, leefmilieu en natuur en
ruimtelijke ordening (B.S., 15 april 2013, I : 25 april 2013)23
-
het decreet van 28 februari 2014 houdende diverse bepalingen inzake leefmilieu en natuur (B.S., 25
maart 2014, I : 1 oktober 201324)
-
Decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting (B.S., 22 augustus 2014)
Overgangsbepalingen artikel 7.2.5. decreet 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art. 7.1.1.9. BVR
6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
“Art. 7.2.5. § 1. Op de projecten die op grond van hoofdstuk VII van het decreet van 21 december 1988
houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij zijn aangevat voor de inwerkingtreding van dit
artikel, blijven de bepalingen van het voormelde decreet van toepassing zoals die geldig waren voor de
inwerkingtreding van dit artikel.
§ 2. In afwijking van paragraaf 1 kunnen na de inwerkingtreding van dit artikel geen inrichtingsplannen meer
worden opgemaakt met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende
de procedure tot opmaak van landinrichtingsplannen en houdende opheffing van het besluit van de Vlaamse
Regering van 6 juni 1996 houdende nadere regelen betreffende de landinrichting en houdende wijziging van
het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 houdende subsidiëring van de
landinrichtingswerken. Deze inrichtingsplannen worden opgemaakt als landinrichtingsplannen volgens de
bepalingen van deel 3, titel 3, hoofdstuk 1 en hoofdstuk 2, van dit decreet. De bepalingen van deel 1, deel 2
en deel 3, titel 4 en titel 5, van dit decreet zijn ook van toepassing op deze landinrichtingsplannen. Bijgevolg
zijn de artikelen 9, tweede lid, tot en met artikel 17, van het voormelde besluit van de Vlaamse Regering van
28 mei 2004 niet van toepassing. De bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart
1998 houdende subsidiëring van de landinrichtingswerken zijn niet van toepassing op deze
landinrichtingsplannen.
In afwijking van paragraaf 1 zijn de bepalingen van artikel 3.3.6 van dit decreet van toepassing als er nog
geen planbegeleidingsgroep voor het inrichtingsproject landinrichting in kwestie is opgericht met toepassing
van het voormelde besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004. Als er al een planbegeleidingsgroep
voor het inrichtingsproject landinrichting in kwestie is opgericht met toepassing van het voormelde besluit van
de Vlaamse Regering van 28 mei 2004, dan wordt die planbegeleidingsgroep behouden en neemt hij de
taken waar van de planbegeleidingsgroep als vermeld in artikel 3.3.6 van dit decreet en de
uitvoeringsbesluiten ervan.”
— Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 842 – Nr. 10
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Vergadering van 29 juni 2011.
22
Zitting 2011-2012
Stukken. — Ontwerp van decreet : 1492 – Nr. 1.
— Amendementen : 1492 – Nr. 2.
— Verslag : 1492 – Nr. 3.
— Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1492 – Nr. 4.
Handelingen. — Bespreking en aanneming : Middagvergadering van 28 maart 2012
23
Zitting 2012-2013.
Stukken. — Ontwerp van decreet, 1863 - Nr. 1. – Amendementen, 1863 - Nr. 2 t.e.m. 4. – Verslagen, 1863 - Nr. 5 en
6. — Tekst aangenomen door de commissie, 1863 - Nr. 7. — Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1863 Nr. 8.
Handelingen. — Bespreking en aanneming. Vergadering van 27 februari 2013
24
Zitting 2013-2014.
Stukken. — Ontwerp van decreet, 2322, nr. 1. — Amendementen, 2322, nr. 2. — Verslag, 2322, nr. 3. — Tekst
aangenomen door de plenaire vergadering, 2322, nr. 4.
Handelingen. — Bespreking en aanneming. Vergadering van 19 februari 2014.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
5
[HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling]
Opschrift Hoofdstuk I ingevoegd bij artikel 2 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Artikel 1. Dit decreet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel [39] van de Grondwet.
[HOOFDSTUK II.- Definities
Hoofdstuk II bestaande uit artikel 1bis ingevoegd bij art. 3 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006,
Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Artikel 1bis. § 1. De definities, opgenomen in artikel 1.1.2, § 1, van het decreet van 5 april 1995
houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, zijn van toepassing op dit decreet, tenzij
uitdrukkelijk anders bepaald.
§ 2. Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder :
1° het kaderdecreet : het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003;
2° […]
3° het decreet natuurbehoud : het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud
en het natuurlijk milieu;
4° de wetgeving inzake ruilverkaveling van landeigendommen : de wet van 22 juli 1970 op de
ruilverkaveling van landeigendommen uit kracht van de wet, de wet van 10 januari 1978
houdende bijzondere maatregelen inzake ruilverkaveling van landeigendommen in der
minne, de wet van 12 juli 1976 houdende bijzondere maatregelen inzake ruilverkaveling van
landeigendommen uit kracht van de wet bij de uitvoering van grote infrastructuurwerken;
5° het decreet algemene bepalingen milieubeleid : het decreet van 5 april 1995 houdende de
algemene bepalingen inzake milieubeleid.
6° het decreet Vlaamse Grondenbank : het decreet van 16 juni 2006 betreffende de oprichting
van de Vlaamse Grondenbank en houdende wijziging van diverse bepalingen.
[7° het decreet Landinrichting: het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting;
8° administratieve overheid: het Vlaamse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de diensten en
agentschappen die afhangen van het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap, de
besturen die onderworpen zijn aan het administratieve toezicht van het Vlaamse Gewest of
de Vlaamse Gemeenschap, alsook de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen
die belast zijn met taken van openbaar nut.]
Wijzigingen artikel
In zijn geheel ingevoegd bij art. 3 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
- § 2, 2° opgeheven bij art. 74 decr. 22 december 2006 (B.S., 29 december 2006, I : 1 januari 2007)
- § 2, 6° toegevoegd bij artikel 22 decr. 16 juni 2006 (B.S., 9 februari 2007 : I : 10 d. na bekendmaking)
- Punt 7° en punt 8° toegevoegd bij artikel 7.2.1. decreet 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : 10
dagen na publicatie)
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
6
[HOOFDSTUK III.- Statuut, kapitaal en aandelen, duur en ontbinding van het agentschap]
Opschrift gewijzigd bij art. 4 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS.,
19 mei 2006)
Art. 2. §1. Een Vlaamse Landmaatschappij, afgekort : "VLM" en hierna het agentschap te
noemen, wordt opgericht als een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd
agentschap als bedoeld in artikel 13 van het kaderdecreet.
§2. Het agentschap zal, zonder zijn burgerlijk karakter te verliezen, in de vorm van een naamloze
vennootschap worden opgericht.
Het agentschap heeft rechtspersoonlijkheid. De rechtspositie van het agentschap wordt
geregeld in die volgorde door het kaderdecreet, dit decreet en door zijn statuten. Zonder aan het
voorafgaande afbreuk te doen, zijn de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen met
betrekking tot de naamloze vennootschap op het agentschap toepasselijk voor alles wat niet
door het kaderdecreet, dit decreet, de wetten en decreten die voor de Vlaamse Gemeenschap
en de eronder ressorterende instellingen een regeling inzake begroting, boekhouding,
organisatie van de controle, en controle op subsidies invoeren, en door de statuten van het
agentschap is bepaald en slechts in die mate dat het Wetboek van vennootschappen niet in
strijd is met deze bepalingen.
De bepalingen van de wet van 17 juli 1997 betreffende het gerechtelijk akkoord en de
faillissementswet van 8 augustus 1997 zijn evenwel niet op het agentschap toepasselijk,
evenmin als de rechtsregels die betrekking hebben op een toestand van algemene samenloop
van schuldeisers en de rechtsregels in het Wetboek van vennootschappen die verplichten de
rechtsvorm uitdrukkelijk te vermelden in alle stukken die uitgaan van het agentschap.
Het Vlaamse Gewest, de provincies en de gemeenten, gelegen in het Vlaamse Gewest kunnen
inschrijven op het kapitaal van het agentschap door ondeelbare aandelen in geld.
Alle aandelen zijn en blijven op naam.
Het rechtstreekse belang van het Vlaamse Gewest als aandeelhouder in het maatschappelijk
kapitaal van het agentschap moet in totaal steeds meer dan 50 % bedragen. De aandelen
waarop het Vlaamse Gewest inschrijft en die waarop het later mocht inschrijven, zijn
onvervreemdbaar, met uitzondering van het gedeelte van de aandelen dat vier vijfde van het
totale kapitaal overschrijdt.
De aandelen waarop de provincies en de gemeenten inschrijven, kunnen, zelfs als ze slechts
ten bedrage van 25 % werden afbetaald, alleen afgestaan worden aan provincies en gemeenten
en na machtiging van de raad van bestuur van het agentschap en van de Vlaamse regering.
Het maatschappelijk kapitaal kan bij beslissing van de [algemene vergadering] worden verhoogd
door inschrijvingen van ondeelbare aandelen in geld. Alleen het Vlaamse Gewest, de provincies
en de gemeenten, gelegen in het Vlaamse Gewest, mogen op deze kapitaalsverhoging
inschrijven. In geen geval kan een kapitaalsverhoging ertoe leiden dat het Vlaamse Gewest als
aandeelhouder niet langer, rechtstreeks, meer dan 50 % van het kapitaal van het agentschap
bezit.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
7
Elke nieuwe inschrijving moet telkens vastgesteld worden door een authentieke akte, die
gepaard gaat met een storting in speciën van ten minste één vierde op ieder aandeel.
Het niet-afbetaalde bedrag van iedere inschrijving moet worden gestort op de data, vastgesteld
door de raad van bestuur, na waarschuwing drie maanden van tevoren met een aangetekende
brief. De afgifte van de brief op de post geldt als betekening, te rekenen vanaf de volgende dag.
De aandeelhouders worden ertoe gemachtigd hun inschrijving geheel of gedeeltelijk vooruit te
betalen.
Iedere laattijdige storting brengt, van rechtswege en zonder ingebrekestelling, interest op tegen
de wettelijke rentevoet, ten bate van [het agentschap], vanaf het verstrijken van voormelde
termijn van drie maanden.
De aandeelhouders zijn slechts gebonden door verliezen ten belope van het bedrag van hun
aandelen.
§3. De statuten van het agentschap worden, na goedkeuring door de Vlaamse regering,
vastgesteld in een notariële akte houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij. De
statuten kunnen slechts worden gewijzigd mits goedkeuring door de Vlaamse regering.
[§ 4. De roerende goederen van de afdeling Ondersteunend Centrum GIS-Vlaanderen, afdeling
van de Vlaamse Landmaatschappij, opgericht bij decreet van 21 december 1988 houdende
oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, worden kosteloos en in de staat waarin ze zich
bevinden overgedragen aan het AGIV, opgericht bij decreet van 7 mei 2004 houdende de
oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschap
« Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen ».
Voor de overdracht, vermeld in het eerste lid, wordt een inventaris van alle roerende goederen,
met inbegrip van de rechten en verplichtingen opgemaakt in gezamenlijk overleg tussen de
leidinggevende personeelsleden van de VLM en het AGIV, die opgenomen wordt in de
jaarrekening.
Het AGIV treedt in de rechten en verplichtingen van de VLM, met inbegrip van de rechten en
verplichtingen die voortvloeien uit gerechtelijke procedures.
De beschikbare middelen van de VLM die verbonden zijn aan de rechten en verplichtingen,
vermeld in het derde lid, worden overgedragen aan het AGIV op basis van de afgesloten
rekening.]
Wijzigingen artikel
- § 1 en § 2 gewijzigd bij art. 5 , de woorden “de Maatschappij” vervangen door de woorden “het agentschap” bij
art. 35 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
- § 1 gewijzigd, § 2, achtste lid en twaalfde lid gewijzigd bij art. 22 Decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari
2011, I : 10 d na publicatie)
- §4 toegevoegd bij art. 11 decr. 20 april 2012 (B.S., 22 mei 2012, I : 1 april 2006)
Art. 3. [De Vlaamse regering bepaalt tot welk homogeen beleidsdomein het agentschap behoort.
De duur van het agentschap is onbepaald.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
8
Tot de ontbinding van het agentschap kan slechts bij decreet worden beslist. Dat decreet
bepaalt tevens de wijze en de voorwaarden van vereffening.]
Wijzigingen artikel
bij art. 8 decr. 8 december 1998 (B.S., 26 januari 1999)
in zijn geheel vervangen bij art. 6 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 4. De vestiging van de zetel van [het agentschap] wordt door de Vlaamse regering bepaald.
Wijziging artikel
- De woorden “de Maatschappij” vervangen door de woorden “het agentschap” bij art. 35 decr. 7 mei 2004 (B.S.,
11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
[HOOFDSTUK IV. - Missie]
Opschrift ingevoegd bij art. 7 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS.,
19 mei 2006)
Art. 5. Het agentschap heeft als missie bij te dragen tot de realisatie van de doelstellingen van :
1° het milieubeleid, bedoeld in artikel 1.2.1, § 1, van het decreet algemene bepalingen
milieubeleid;
2° de ruilverkaveling, bedoeld in de wetgeving inzake ruilverkaveling van landeigendommen;
[3° de landinrichting, vermeld in het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting;]
4° het decreet natuurbehoud;
5° het Mestdecreet van 22 december 2006;
6° het geïntegreerd plattelandsbeleid;
7° het grondbeleid van het eigen beleidsdomein.
8° het decreet Vlaamse Grondenbank.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel vervangen bij art. 9 decr. 8 december 1998 (B.S., 26 januari 1999)
opnieuw geheel vervangen bij art. 8 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
5° gewijzigd bij art. 75 decr. 22 december 2006 (B.S., 29 december 2006, I : 1 januari 2007)
- 8° toegevoegd bij artikel 23 decr. 16 juni 2006 (B.S., 9 februari 2007 : I : 10 d. na bekendmaking)
Punt 3° vervangen bij artikel 7.2.2. decreet 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art. 7.1.1.9. BVR 6
juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
[HOOFDSTUK V. - Taken van het agentschap
AFDELING I. - Taken die het agentschap uitoefent op eigen initiatief]
Opschrift ingevoegd bij art. 9 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS.,
19 mei 2006)
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
9
Art. 6. § 1. Het agentschap heeft als taak de uitvoering van het mestbeleid, als bedoeld in het
Mestdecreet van 22 december 2006.
Het vervult deze taak onder meer door :
1° te zorgen voor de inventarisatie van de dierlijke mestproductie, de controle op de afzet van
de bedrijfsmatige dierlijke mestoverschotten en de sturing van de meststromen;
2° te zorgen voor de uitbouw en het beheer van een gronddatabank met betrekking tot de
mestproblematiek;
3° te bemiddelen in de verhandeling of de afname, het vervoer en het verwerken van dierlijke
mest;
4° de vraag te stimuleren naar een ecologisch verantwoord gebruik van dierlijke mest;
5° voorlichting te geven over productie, vervoer, opslag, opbrenging op de grond en verwerking
van dierlijke mest;
6° initiatieven te nemen met betrekking tot mestverwerking;
7° […]
8° te zorgen voor de handhaving van het [Mestdecreet van 22 december 2006] en de
uitvoeringsbesluiten ervan;
9° […].
§ 2. Het agentschap is belast met de uitvoering van het beleid ter bescherming van de kwaliteit
van de bodem dat erop gericht is om die geschikt te maken of te houden voor zo veel mogelijk
bodemfuncties.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
1° de bodemtoestand in het Vlaamse Gewest in kaart te brengen en te monitoren;
2° aan de voorbereiding en de uitvoering van het bodembeschermingsbeleid bij te dragen;
3° bodems met uitzonderlijke waarde te beschermen tegen onder meer verontreiniging door
bestrijdingsmiddelen en tegen aantasting door erosie en structuurbederf.
§ 8. [... ]
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
10
Wijzigingen artikel
§ 4 aldus vervangen bij art. 59, § 1 decr. 12 december 1990 (B.S., 21 december 1990, in werking getreden
op 21 december 1990)
§ 5 aldus toegevoegd bij art. 39 decr. 23 januari 1991 (B.S., 28 februari 1991, in werking getreden op 1
maart 1991)
§ 6 aldus toegevoegd bij art. 8, §1 decr. 7 juli 1998 (B.S., 20 oktober 1998, in werking getreden op 20
oktober 1998)
§4 aldus gewijzigd bij art. 10 decr. 8 december 1998 (B.S., 26 januari 1999), §7 aldus toegevoegd bij art.
11 decr. 8 december 1998 (B.S., 26 januari 1999)
§ 4 opgeheven bij art. 27, 1° decr. 17 juli 2000 (B.S., 2 september 2000, in werking : 12 september 2000)
§ 6 opgeheven bij art. 15 decr. 7 mei 2004 (B.S., 8 juni 2004, I : 1 april 2006 art. 2 Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006 (B.S., 12 mei 2006))
in zijn geheel vervangen bij art. 10 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
in § 1 telkens het woord “meststoffendecreet” vervangen door “mestdecreet van 22 december 2006”,
7° en 9° opgeheven bij art. 76 decr. 22 december 2006 (B.S., 29 december 2006), I : 1 januari 2007)
§ 8 toegevoegd bij art. 21 decr. 16 juni 2006 (B.S., 9 februari 2007, I : 10 d. na bekendmaking)
§ 8 opgeheven bij art. 23 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10 d. na publicatie)
[Afdeling II. - Optionele taken die worden uitgevoerd op verzoek van en in samenwerking met
de bevoegde diensten van de Vlaamse regering of de bevoegde agentschappen of, in
voorkomend geval, in samenwerking met de bevoegde lokale besturen]
Opschrift ingevoegd bij art. 11 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Artikel 6bis. § 1. Het agentschap heeft als taak om, op verzoek van de bevoegde diensten van
de Vlaamse regering, de bevoegde agentschappen of, in voorkomend geval, de bevoegde
lokale besturen, zijn medewerking te verlenen aan de ondersteuning van de algemene inrichting
van het buitengebied en de open ruimte.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
1° bij te dragen aan het beleid inzake inrichting en ontwikkeling van het
inrichtingsinstrumentarium;
2° zijn medewerking te verlenen aan het voorbereiden, het uitvoeren, het verzekeren van de
nazorg, het monitoren en het evalueren van inrichtingsprojecten;
3° zijn medewerking te verlenen aan de voorbereiding en uitvoering van de ruilverkaveling van
landeigendommen;
4° zijn medewerking te verlenen aan de voorbereiding en de uitvoering van de landinrichting;
5° zijn medewerking te verlenen aan de voorbereiding en de uitvoering van de natuurinrichting;
6° gebouwen van agrarische en direct agrarisch gebonden bedrijven op te richten, in te richten
en de uitbating ervan te bevorderen, en bedrijven, met inbegrip van het woonhuis en de
gronden die nodig zijn voor het bedrijf, te verplaatsen.
§ 2. Het agentschap heeft als taak de uitvoering van het geïntegreerd plattelandsbeleid met
uitzondering van die aspecten die werden toegewezen [aan andere agentschappen] of tot een
ander beleidsdomein behoren.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
11
1° projecten en programma’s in samenwerking met andere beleidsdomeinen en de bevoegde
lokale besturen voor te bereiden, te stimuleren en te ondersteunen;
2° structuren, instrumenten en beleidsonderbouwend onderzoek voor te bereiden, te
ondersteunen en de financiering van het geïntegreerd plattelandsbeleid te beheren;
3° te adviseren over het gebruik van het buitengebied en de open ruimte vanuit het
plattelandsbeleid.
§ 3. Het agentschap heeft als taak een uniek loket beheersovereenkomsten voor de doelgroep
landbouw op te richten en te beheren.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
1° deze beheersovereenkomsten voor te bereiden, in samenwerking met de diensten van de
Vlaamse regering en de agentschappen van het [beleidsdomein Leefmilieu en Natuur en
Energie] en van andere beleidsdomeinen;
2° deze beheersovereenkomsten te sluiten;
3° een actieve begeleidingsstrategie uit te voeren en de uitvoering van de overeenkomsten op
te volgen.
§ 4. Het agentschap heeft als taak om, op verzoek van de bevoegde diensten van de Vlaamse
regering of de bevoegde agentschappen, zijn medewerking te verlenen aan de uitvoering van
het grondbeleid.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
1° buiten zijn beleidsdomein onroerende goederen te verwerven in naam en voor rekening van
het Vlaamse Gewest;
2° binnen zijn beleidsdomein, ofwel goederen te verwerven in naam en voor rekening van
agentschappen met rechtspersoonlijkheid van het beleidsdomein, ofwel goederen te
verwerven in eigen naam en voor eigen rekening, administratief te beheren tot aan de
overdracht en over te dragen;
3° informatie over onroerende goederen te bundelen en centraal beschikbaar te stellen;
4° een centraal meldingspunt voor verkoopsaanbiedingen uit te bouwen binnen het eigen
beleidsdomein.
§ 5. Het agentschap heeft als taak ondersteuning te geven aan het Vlaams Agentschap [voor
Geografische Informatie Vlaanderen].
§ 6. Het agentschap heeft als taak een gronddatabank uit te bouwen en te beheren.
Het agentschap vervult deze taak onder meer door :
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
12
1° informatie over kenmerken en gebruik van de bodem en gegevens over inrichtingsaspecten
van de open ruimte op te slaan, te verwerken en te beheren;
2° zijn medewerking te verlenen bij de uitvoering van studies over de interpretatie van de
gegevens naar hun economische, sociale en ruimtelijke implicaties;
3° te zorgen voor de opbouw, het beheer en de distributie van ruimtelijk gerefereerde
gegevensbestanden en hun afgeleide informatieproducten in het kader van de
milieudatabank.
§ 7. De taken van het agentschap met betrekking tot de open ruimte en het buitengebied zijn, op
verzoek van de bevoegde diensten van de Vlaamse regering of de bevoegde agentschappen :
1° initiatieven bevorderen, medewerking verlenen aan initiatieven en initiatieven uitvoeren die
kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van de open ruimte en het buitengebied. In het
bijzonder verleent het agentschap zijn medewerking aan het natuurbehoud, het integraal
waterbeleid, de bodembescherming, de algemene landschapszorg, de monumentenzorg, de
archeologische monumentenzorg, de bebossing en de herbebossing;
2° bijdragen aan de algemene beleidsondersteuning inzake de open ruimte en het
buitengebied.
[§ 8. Het agentschap wordt belast met de taken die overeenkomstig het decreet Vlaamse
Grondenbank aan de Vlaamse Grondenbank zijn opgedragen.]
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel ingevoegd bij art. 12 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
- § 2, eerste lid, § 3, tweede lid, 1°, § 5 gewijzigd, § 8 toegevoegd bij art. 24 decr. 23 december 2010 (B.S., 18
februari 2011, I : 10 d. na publicatie)
[HOOFDSTUK VI. - Relatie met andere bestuursniveaus, beleidsdomeinen en actoren,
inhoudelijke samenwerking en coördinatie, bevoegdheden]
Opschrift ingevoegd bij art. 13 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 7. Het agentschap streeft zijn missie na en voert zijn taken uit om een bijdrage te leveren
aan de beleidsvoorbereiding van het [beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie], met
inbegrip van de milieuplanning en de regelgeving, of om het vastgestelde beleid uit te voeren.
De beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering maken het voorwerp uit van de door de
Vlaamse regering en het departement aangestuurde beleids- en beheerscyclus.
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel vervangen bij art. 14 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
- gewijzigd bij art. 25 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10 d. na publicatie)
Art. 8. [In het kader van zijn missie en taken draagt het agentschap, in samenwerking binnen
het beleidsdomein en gecoördineerd door de Vlaamse regering en het departement, bij tot :
1° de internationale, Europese, bovengewestelijke en intergewestelijke samenwerking en
besluitvorming op milieugebied;
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
13
2° het stimuleren van de realisatie van de doelstellingen van het milieubeleid door andere
beleidsdomeinen en de uitbouw van vormen van samenwerking hiervoor;
3° de realisatie van vormen van samenwerking met lokale overheden;
4° de realisatie van vormen van samenwerking met niet-gouvernementele organisaties en
belangengroepen.]
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel vervangen bij art. 15 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 8bis. […]
Wijzigingen artikel
Ingevoegd bij art. 59, § 2 decr. 12 december 1990 (B.S., 21 december 1990, in werking getreden op 21
december 1990)
opgeheven bij art. 16 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 9. [In het kader van zijn missie en taken draagt het agentschap, in samenwerking binnen
het beleidsdomein en gecoördineerd door de Vlaamse regering en het departement, bij tot :
1° de volledige omzetting en toepassing van het internationale en Europese milieurecht en van
de samenwerkingsakkoorden met de andere gewesten;
2° de communicatiestrategie en -planning van het beleidsdomein, met inbegrip van
sensibilisering en informatieverstrekking;
3° de realisatie van een breed maatschappelijk draagvlak voor zijn missie en de bevordering
van de maatschappelijke participatie daarin;
4° het gecoördineerde doelgroepenbeleid van het beleidsdomein;
5° de ontwikkeling van een zo goed mogelijk geïntegreerd instrumentarium voor het
milieubeleid;
6° het bepalen van de informatiebehoefte, de geïntegreerde inzameling van gegevens en
informatie en het geïntegreerde informatiebeheer;
7° de geïntegreerde aansturing van het wetenschappelijk onderzoek.]
Wijzigingen artikel
- Aldus in zijn geheel vervangen bij art. 8, §2 decr. 7 juli 1998 (B.S. 20 oktober 1998, in werking getreden op
20 oktober 1998)
- § 3 opgeheven bij art. 15 decr. 7 mei 2004 (B.S., 8 juni 2004, I : 1 april 2006 art. 2 Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006 (B.S., 12 mei 2006))
- in zijn geheel vervangen bij art. 17 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 10. § 1. Het agentschap kan alle activiteiten verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks
bijdragen tot het vervullen van zijn missie of taken.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
14
§ 2. Het agentschap kan, al dan niet namens het Vlaamse Gewest of namens andere
agentschappen, de onroerende goederen verwerven die nuttig zijn voor de uitvoering van zijn
missie en taken. Ze kan ze tevens vervreemden als dit niet langer het geval is.
De Vlaamse regering kan het agentschap machtigen tot onteigening in de gevallen waarin ze
oordeelt dat het verkrijgen van de goederen in kwestie noodzakelijk is in het algemeen belang.
§ 3. Het agentschap kan zijn eigendommen [uit de hand verhuren of verpachten] voorzover dat
nuttig is voor de uitvoering van zijn missie en taken.
§ 4. Het agentschap kan wetenschappelijk onderzoek laten uitvoeren voorzover dat nuttig is
voor de uitvoering van zijn taken.
§ 5. […]
§ 6. Het agentschap kan de voorkooprechten uitoefenen die door de regelgeving terzake aan
het agentschap zijn opgedragen.
§ 7. Het agentschap voert de verplichte aankoop uit van bebouwde en onbebouwde onroerende
goederen die door de regelgeving terzake aan het agentschap zijn opgedragen.
§ 8. Het agentschap kan bij de vervreemding van de eigen domeingoederen uitstel van betaling
verlenen aan de koper. De koopprijs wordt terugbetaald tegen een door de Vlaamse Regering
vast te stellen intrestvoet. De maximale termijn van terugbetaling is 20 jaar.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel vervangen bij art. 18 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
§ 8 toegevoegd bij art. 2 decr. 8 mei 2009 (B.S., 25 juni 2009, I : 1 januari 2006)
§ 3 gewijzigd, § 5 opgeheven bij art. 26 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10 d. na
publicatie)
[Art. 10/1. De administratieve overheden stellen aan de VLM op eenvoudig verzoek of uit eigen
beweging alle informatie, met inbegrip van persoonsgegevens, ter beschikking die nodig is voor
de uitoefening van de volgende taken waarmee de VLM is belast:
1° ter uitvoering van het decreet van 27 maart 2009 houdende vaststelling van een kader voor
de gebruikerscompensatie bij bestemmingswijzigingen, overdrukken en erfdienstbaarheden tot
openbaar nut: de berekening van de gebruikerscompensatie;
2° ter uitvoering van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid: de
uitoefening van de aankoopplicht en de vergoedingsplicht;
3° ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het
natuurlijk milieu:
a) de opmaak van rapporten, plannen en lijsten in het kader van natuurinrichting en de
berekening van vergoedingen in het kader van natuurinrichting;
b) de uitoefening van de koopplicht;
c) de berekening van vergoedingen voor de verhoging van het waterpeil in het kader van de
natuurrichtplannen;
4° ter uitvoering van het decreet van 21 december 1988 houdende de oprichting van de
Vlaamse Landmaatschappij:
a) de opmaak van studies met betrekking tot de voorbereiding, de uitvoering, de monitoring en
de evaluatie van inrichtingsprojecten, gericht op de ondersteuning van de algemene inrichting
van het buitengebied en de open ruimte;
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
15
b) de opmaak van landbouwgevoeligheidsanalyses en landbouweffectenrapporten met
betrekking tot de taken van de VLM die bijdragen aan de algemene beleidsondersteuning inzake
de open ruimte en het buitengebied en met betrekking tot projecten en programma’s die de VLM
in samenwerking met andere beleidsdomeinen en de bevoegde lokale besturen voorbereidt,
stimuleert en ondersteunt;
5° ter uitvoering van het decreet van 16 juni 2006 betreffende het oprichten van de Vlaamse
Grondenbank en houdende wijzigingen van diverse bepalingen:
a) de aanleg van grondreserves;
b) het ruilen van onroerende goederen;
c) het beheer van onroerende goederen;
d) de verplaatsing van landbouwbedrijven;
6° ter uitvoering van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting.
Het agentschap is verantwoordelijk voor de verwerking van de informatie, vermeld in het eerste
lid.]
Wijziging artikel
Artikel 10/1 ingevoegd bij artikel 7.2.3. bij decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : 10
dagen na bekendmaking in het Belgisch staatsblad)
HOOFDSTUK VII. […]
Wijzigingen Hoofdstuk VII
Opschrift vervangen bij art. 19 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
Hoofdstuk VII opgeheven bij artikel 7.2.4. decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art.
7.1.1.9. BVR 6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
Art. 11. [...]
Wijzigingen artikel
- Tweede lid toegevoegd bij art. 100 decr. 27 maart 2009 (B.S., 15 mei 2009, I : 1 september 2009)
- in zijn geheel opgeheven bij artikel artikel 7.2.4. decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art. 7.1.1.9.
BVR 6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
Art. 12. [...]
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel vervangen bij art. 2 Decr. 19 mei 2006 (B.S., 20 juni 2006, I : 10 d. na bekendmaking)
- in zijn geheel opgeheven bij artikel artikel 7.2.4. decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art. 7.1.1.9.
BVR 6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
Art. 13. [...]
Wijzigingen artikel
- §§ 4, 5 en 6 aldus toegevoegd bij art. 16 decr. 22 november 1995 (B.S., 6 februari 1996, in werking getreden op 16
februari 1996)
- § 5 vervangen bij art. 3 decr. 8 december 2000 (B.S., 13 januari 2001, in werking 10 dagen na publicatie)
- § 2 vervangen bij art. 51 decr. 19 juli 2002 (B.S., 31 augustus 2002, in werking 10 d. na publicatie), gewijzigd bij
art. 35 decr. 2004
- de woorden “de Maatschappij” vervangen door de woorden “het agentschap” bij art. 35 decr. 7 mei 2004 (B.S.,
11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
- in zijn geheel opgeheven bij artikel artikel 7.2.4. decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art.
7.1.1.9. BVR 6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
16
Art. 14. […]
Wijzigingen artikel
- Eerste en derde lid gewijzigd bij art. 20 en de woorden “de Maatschappij” vervangen door de woorden “het
agentschap” bij art. 35 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19
mei 2006)
- in zijn geheel opgeheven bij artikel artikel 7.2.4. decreet van 28 maart 2014 (B.S., 22 augustus 2014, I : art.
7.1.1.9. BVR 6 juni 2014 (B.S., 22 oktober 2014))
[HOOFDSTUK VIII. - Bestuur en werking van het agentschap]
Opschrift vervangen bij art. 21 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
[AFDELING I. - Organen]
Opschrift ingevoegd bij art. 22 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 15. [De organen van het agentschap zijn :
1° de algemene vergadering van aandeelhouders;
2° de raad van bestuur;
3° de gedelegeerd bestuurder van het agentschap, belast met het dagelijks bestuur;
4° de algemeen directeur die de gedelegeerd bestuurder van het agentschap bijstaat bij de
uitoefening van het dagelijks bestuur.
Onverminderd de bepalingen van het kaderdecreet, dit decreet, de wetten en decreten die voor
de Vlaamse Gemeenschap en de eronder ressorterende instellingen een regeling inzake
begroting, boekhouding, organisatie van de controle, en controle op subsidies invoeren en van
de statuten, wordt de werking van deze organen aanvullend door het Wetboek van
vennootschappen geregeld.]
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel vervangen bij art. 23 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
[AFDELING II. - Algemene vergadering van aandeelhouders]
Opschrift ingevoegd bij art. 24 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 16. De algemene vergadering van aandeelhouders bestaat uit alle aandeelhouders van het
agentschap. […]
Aan de algemene vergadering wordt het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de
revisor meegedeeld. Ze beslist over de gevolgtrekkingen uit deze verslagen, alsmede over het
ontwerp van de jaarrekeningen. Ze geeft kwijting aan de leden van de raad van bestuur. [Ze kan
elk moment besluiten tot de uitgifte van nieuwe aandelen.] De statuten kunnen door haar
worden gewijzigd mits de Vlaamse regering goedkeuring verleent. [De raad van bestuur kan te
allen tijde overgaan] tot de oproeping van buitengewone algemene vergaderingen. Als om de
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
17
oproeping verzocht wordt door aandeelhouders die ten minste één vijfde van het
maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen, moet ze plaatsvinden binnen dertig dagen vanaf
het verzoek.
De statuten van het agentschap bepalen de nadere regels in verband met het statuut en de
werking van de algemene vergadering.
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel vervangen bij art. 25 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
- eerste lid en tweede lid gewijzigd bij art. 16 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10 d. na
publicatie)
[AFDELING III. - Raad van bestuur
ONDERAFDELING I. - Bevoegdheid, delegatie van bevoegdheden]
Opschrift ingevoegd bij art. 26 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 17. § 1. Onverminderd artikel 17 van het kaderdecreet wordt het agentschap bestuurd door
een raad van bestuur. De gedelegeerd bestuurder van het agentschap en de algemeen
directeur wonen de vergadering van de raad van bestuur bij met raadgevende stem.
De raad van bestuur is, voor het bestuur van het agentschap, met de meest uitvoerige macht
bekleed. Zo regelt hij onder meer wat volgt :
1° […]
2° hij beslist over de leningen […], geeft de waarborgen voor de verplichtingen die door het
agentschap worden aangegaan en aanvaardt de aangeboden waarborg voor de tegenover
hem genomen verbintenissen;
3° hij bepaalt bij algemeen reglement en met de goedkeuring van de Vlaamse regering de
rentevoet en de voorwaarden van de leningen van het agentschap;
4° hij stelt de programma’s vast voor de verwerving, het beheer en de overdracht van gronden,
gebouwen en bedrijven;
5° [hij maakt het ontwerp van de begroting en het ontwerp van de aanpassing van de begroting
op, alsook de verantwoordende ramingstaten en de memorie van toelichting, hij stelt de
algemene rekening van het agentschap vast en oefent de bevoegdheden uit die hem worden
toegekend door het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de
boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de
controle door het Rekenhof;]
6° hij sluit de overeenkomsten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten;
7° hij oefent de bevoegdheden uit die hem krachtens het besluit van de Vlaamse regering
houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel, alsmede krachtens alle
andere op het personeel van toepassing zijnde wettelijke, decretale of reglementaire
bepalingen, worden toegekend;
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
18
8° hij neemt alle sommen en waarden in ontvangst die aan het agentschap toekomen, of hij
belast zijn vertegenwoordigers met de inning ervan;
9° hij behandelt alle zaken die met de belangen van het agentschap verband houden, en treft
daaromtrent dadingen en compromissen;
10° hij geeft machtiging tot het aangaan van alle rechtsvorderingen;
11° hij ziet af van alle zakelijke rechten, voorrechten en eisen tot ontbinding en verleent
machtiging tot de opheffing van alle bevoorrechte of hypothecaire inschrijvingen,
overschrijvingen, inbeslagname, verzet en alle andere verhindering, zonder de uitputting van
de maatschappelijke schuldvorderingen of betalingen te hoeven rechtvaardigen. Hij mag
dienaangaande zijn bevoegdheden overdragen aan de gedelegeerd bestuurder van het
agentschap of aan een door deze laatste aangewezen ambtenaar;
12° hij wijst de secretaris aan van elke coördinatiecommissie, van elk ruilverkavelingscomité en
van elk ander orgaan, belast met de ruilverkaveling van landeigendommen en de
landinrichting, en hij verstrekt, binnen de perken van de beschikbare gelden van het
agentschap, voor elk voornoemd orgaan de nodige kredieten voor de uitvoering van de
werken en voor alle andere nodige uitgaven voor de uitvoering ervan;
13° hij wijst de secretaris aan van elk projectcomité en elke projectcommissie, opgericht voor elk
natuurinrichtingsproject.
14° binnen de perken van de wet, het decreet of het reglement, beschikt hij over de fondsen die
zich in bewaring, of op rekening-courant bevinden.
§ 2. De raad van bestuur kan de volgende bevoegdheden in geen geval delegeren :
1° het sluiten van de beheersovereenkomst, bedoeld in artikel 14 van het kaderdecreet
Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003;
2° het vaststellen van het ondernemingsplan;
3° het goedkeuren van de rapportering over de uitvoering van de bedoelde
beheersovereenkomst;
4° de opmaak van het ontwerp van begroting;
5° de opmaak van het ontwerp van aanpassing van de begroting;
6° de opmaak van de algemene rekening;
7° de rapportering over de uitvoering van de begroting;
8° de opmaak van de verantwoordende ramingsstaten en de memorie van toelichting.
§ 3. De raad van bestuur mag, onder zijn verantwoordelijkheid, een gedeelte van de
bevoegdheden waarmee hij bekleed is, overdragen aan één of meer van zijn leden of aan de
gedelegeerd bestuurder, met uitzondering van de bevoegdheden, bedoeld in § 2.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
19
De gedelegeerd bestuurder kan, mits de raad van bestuur goedkeuring verleent, bepaalde van
deze bevoegdheden overdragen aan de door hem aangewezen ambtenaren van het
agentschap, met uitzondering van de bevoegdheden, bedoeld in § 2. Deze delegatie geldt ad
nutum.
§ 4. De raad van bestuur kan in zijn midden een bestuurscomité instellen dat belast is met de
beslissingen over de verwerving van het eigendoms- of gebruiksrecht van eigendommen ter
uitvoering van de missie en taken, bedoeld in artikelen 5, 6 en 6bis en hoofdstuk VII, die aan het
agentschap zijn opgedragen.
[…]
De statuten van het agentschap bepalen de nadere regels inzake werking en samenstelling van
het bestuurscomité.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel opgeheven bij art. 8, § 3 decr. 7 juli 1998 (B.S., 20 oktober 1998, in werking getreden 20
oktober 1998)
artikel in nieuwe lezing opgenomen bij art. 27 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl.
Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
§ 1, tweede lid, inleidende zin gewijzigd, § 1, tweede lid, 1° opgeheven, punt 14 toegevoegd aan § 1,
tweede lid, § 4, tweede lid opgeheven bij art. 28 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10
d. na publicatie)
§1, tweede lid, punt 5° vervangen bij art. 18 decr. 1 maart 2013 (B.S., 15 april 2013, I : 25 april 2013)
[ONDERAFDELING II. - Samenstelling, aanstelling, ontslag, werking]
Opschrift ingevoegd bij art. 28 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006,
BS., 19 mei 2006)
Art. 18. § 1. De raad van bestuur [bestaat uit] minimum 13 en maximum 17 leden, waaronder
een voorzitter en een vice-voorzitter. De Vlaamse regering bepaalt het aantal leden, benoemt en
ontslaat de voorzitter, de vice-voorzitter en de overige leden van de raad. Zij bepaalt tevens de
werking van de raad.
Alleen de bestuurders die beschikken over de voor het agentschap relevante deskundigheid en
ervaring ten aanzien van de missie, de taken en bevoegdheden, bedoeld in artikelen 5, 6, 6bis
en 10 en hoofdstuk VII, van het agentschap, kunnen tot lid van de raad van bestuur van het
agentschap worden aangesteld.
[De leden van de raad van bestuur worden aangesteld door de Vlaamse Regering voor een
hernieuwbare termijn van vijf jaar als vermeld in artikel 18, § 1, eerste lid, van het kaderdecreet
Bestuurlijk Beleid van 1 juli 2003. In geval van een algehele vernieuwing van de raad van
bestuur vangt die termijn aan op de dag van de vergadering van de raad van bestuur na de
algemene vergadering van aandeelhouders van het agentschap die volgt op de termijn, vermeld
in artikel 18, § 1, eerste lid, van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 1 juli 2003.]
§ 2. Onder de leden van de raad van bestuur van het agentschap worden zoveel bestuurders
benoemd als er provincies vertegenwoordigd zijn in de vergadering van aandeelhouders, op
basis van een door deze provincies voorgedragen dubbele lijst waarbij elke provincie een
mannelijke en een vrouwelijke kandidaat voordraagt.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
20
§ 3. Voor zover dit niet is geregeld in het besluit van de Vlaamse regering, bedoeld in § 1,
bepalen de statuten van het agentschap de nadere regels inzake het statuut en de werking van
de raad van bestuur.
§ 4. Het mandaat van regeringsafgevaardigde is onverenigbaar met dat van :
1° een mandaat in het Europees Parlement, de Kamer van volksvertegenwoordigers, de Senaat,
en een gemeenschaps- of gewestparlement;
2° het ambt van minister of staatssecretaris en de hoedanigheid van kabinetslid van de minister
onder wiens toezicht het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap valt;
3° het ambt van personeelslid van het agentschap, het mandaat van gedelegeerd bestuurder,
algemeen directeur en bestuurder van het agentschap;
4° provinciegouverneur, lid van de deputatie van de provincieraad of lid van een provincieraad;
5° burgemeester, schepen of lid van een gemeenteraad.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel vervangen bij art. 29 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Derde lid van § 1 toegevoegd bij art. 18, § 4 toegevoegd bij art. 19 decr. 21 april 2006 (B.S., 12 mei
2006, I : 1 juni 2006 art. 9 BVR 9 juni 2006 (B.S., 11 juli 2006))
§4, vierde lid gewijzigd bij art. 6, leden van § 4 opgeheven met uitzondering van het vierde lid bij art.
15, 5° decr. 27 april 2007 (B.S., 29 juni 2007, I : 10 d. na bekendmaking)
§ 1, eerste lid gewijzigd, § 4 vervangen bij art. 29 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 10
d. na publicatie)
§1, derde lid vervangen bij art. 19 decr. 1 maart 2013 (B.S., 15 april 2013, I : 25 april 2013)
[AFDELING IV. - Het dagelijks bestuur
Afdeling IV bestaande uit art. 18bis ingevoegd bij art. 30 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl.
Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 18bis. § 1. Het dagelijks bestuur van het agentschap, alsook de vertegenwoordiging van
het agentschap voor dat dagelijks bestuur, wordt opgedragen aan de gedelegeerd bestuurder
van het agentschap. Hij wordt hierbij bijgestaan door een algemeen directeur die hem vervangt
bij zijn afwezigheid.
De Vlaamse regering stelt de gedelegeerd bestuurder aan evenals een algemeen directeur, die
de gedelegeerd bestuurder bijstaat bij de uitoefening van het dagelijks bestuur.
§ 2. De gedelegeerd bestuurder van het agentschap is onder meer belast met de volgende
taken van het dagelijks bestuur :
1° de gedelegeerd bestuurder oefent de bevoegdheden uit die hem krachtens het besluit van
de Vlaamse regering houdende de regeling van de rechtspositie van het personeel, alsmede
krachtens alle andere op het personeel van toepassing zijnde wettelijke, decretale of
reglementaire bepalingen, worden toegekend;
2° de gedelegeerd bestuurder woont de vergaderingen van de raad van bestuur bij en vervult er
het ambt van verslaggever. De gedelegeerd bestuurder heeft er raadgevende stem;
3° de gedelegeerd bestuurder is belast met de uitvoering van de beslissingen van de raad van
bestuur en de algemene vergadering;
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
21
4° het dagelijks bestuur van maatschappelijke zaken wordt toevertrouwd aan de gedelegeerd
bestuurder mits die hierover verslag uitbrengt aan de raad van bestuur. De gedelegeerd
bestuurder mag onder zijn verantwoordelijkheid zekere bevoegdheden betreffende dat
dagelijks bestuur aan de door hem aangewezen ambtenaren van het agentschap
overdragen;
5° de gedelegeerd bestuurder vertegenwoordigt [het agentschap] ten overstaan van derden in
de verrichtingen die op dit dagelijks bestuur betrekking hebben en hij ondertekent de
overeenkomsten die door het agentschap worden aangegaan. De gedelegeerd bestuurder
levert afschriften en uittreksels uit de verslagen van de raad van bestuur en de algemene
vergadering af. De gedelegeerd bestuurder mag onder zijn verantwoordelijkheid deze
bevoegdheden aan de door hem aangewezen ambtenaren van het agentschap overdragen;
6° de rechtsvorderingen worden op verzoek van de gedelegeerd bestuurder ingesteld;
7° de gedelegeerd bestuurder wijst de ambtenaren aan die hij belast met het ondertekenen, in
naam van het agentschap, van de ruilverkavelingsakten, de aanvullende akten van
ruilverkaveling en de natuurinrichtingsakten;
8° de gedelegeerd bestuurder geeft handlichting van alle bevoorrechte en hypothecaire
inschrijvingen, als de kwijtschelding van de schuld uit de akte blijkt. De gedelegeerd
bestuurder mag zijn bevoegdheden terzake overdragen aan de door hem aangewezen
ambtenaren;
9° de gedelegeerd bestuurder leidt het werk van de personeelsleden van het agentschap en
oefent er toezicht op uit;
10° het agentschap wordt in alle gevallen ten opzichte van derden vertegenwoordigd door de
gedelegeerd bestuurder, zonder dat die een bewijs van zijn mandaat of van de door de raad
van bestuur of door de algemene vergadering genomen beslissing hoeft voor te leggen.
De statuten bepalen nadere regels met betrekking tot het begrip dagelijks bestuur en de
bevoegdheden van de gedelegeerd bestuurder en de algemeen directeur van het agentschap.
Wijziging artikel
- In zijn geheel ingevoegd bij art. 30 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
[HOOFDSTUK IX. - De beheersovereenkomst
Hoofdstuk IX bestaande uit art. 18ter ingevoegd bij art. 31 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl.
Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 18ter. De voorwaarden en de procedure voor de uitvoering van de opdrachten van
openbare dienst worden vastgelegd in een, na onderhandeling gesloten, beheersovereenkomst
als bedoeld in artikel 14 van het kaderdecreet tussen het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd
door de Vlaamse regering en het agentschap, vertegenwoordigd door zijn raad van bestuur. ]
Wijziging artikel
- In zijn geheel ingevoegd bij art. 18ter ingevoegd bij art. 31 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006,
Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
[HOOFDSTUK X. - Financiële bepalingen
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
22
AFDELING I. - Inkomsten
Hoofdstuk X bestaande uit art. 18quater en art. 18quinquies ingevoegd bij art. 32 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni
2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 18quater. § 1. Het agentschap kan beschikken over de volgende ontvangsten :
1° dotaties;
2° leningen;
3° fiscale heffingen voorzover ze bij decreet toegewezen zijn aan het agentschap;
4° retributies voorzover ze bij decreet toegewezen zijn aan het agentschap;
5° ontvangsten uit daden van beheer of beschikking met betrekking tot eigen domeingoederen;
6° schenkingen en legaten in contanten [of schenkingen en legaten van goederen of rechten].
De raad van bestuur beoordeelt vooraf de opportuniteit en de risico’s van de aanvaarding;
7° inkomsten uit eigen participaties en uit door het agentschap verstrekte leningen aan derden;
8° opbrengsten uit de verkoop van eigen participaties;
9° de subsidies waarvoor het agentschap als begunstigde in aanmerking komt;
10° terugvorderingen van ten onrechte gedane uitgaven;
11° vergoedingen voor prestaties aan derden, volgens de voorwaarden, bepaald in de
beheersovereenkomst;
12° opbrengsten uit intellectuele rechten;
13° terugbetaling van kapitaal en interesten van de aan het agentschap overgedragen leningen
bij het Landbouwinvesteringsfonds.
§ 2. Tenzij het bij decreet anders is bepaald, worden de ontvangsten, bedoeld in § 1, beschouwd
als ontvangsten die bestemd zijn voor de gezamenlijke uitgaven.
§ 3. De Vlaamse regering kan aan het agentschap terugvorderbare voorschotten verstrekken,
ter aanvulling van de inkomsten van het agentschap. De regels van aanvraag, vaststelling,
toekenning en terugbetaling van deze voorschotten worden door de Vlaamse regering
vastgesteld.
Ter uitvoering van de aan het agentschap opgedragen missie, taken en bevoegdheden, bedoeld
in artikelen 5, 6, 6bis en 10 en hoofdstuk VII, kan het agentschap aan prefinanciering doen.
Wijzigingen artikel
- In zijn geheel ingevoegd bij art. 32 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
- §1, punt 6° gewijzigd bij art. 20 decr. 1 maart 2013 (B.S., 15 april 2013, I : 25 april 2013)
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
23
[Afdeling II. - Commissaris]
-
Afdeling II bestaande uit art. 18quinquies ingevoegd bij art. 32 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1
april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Opschrift vervangen bij art. 22 decr. 28 februari 2014 (B.S., 25 maart 2014, I : 1 oktober 2013)
Art. 18quinquies. [Met behoud van de toepassing van het decreet van 8 juli 2011 houdende
regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de
aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof, wordt de controle op de financiële
toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid, ten aanzien van de wetten,
decreten en de statuten van de vennootschap, van de in de jaarrekening weergegeven
verrichtingen opgedragen aan een commissaris, natuurlijke of rechtspersoon, ingeschreven in
het openbaar register van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren.
Met behoud van de toepassing van het decreet, vermeld in het eerste lid, heeft de commissaris
de rechten, verplichtingen, taken en bevoegdheden die in het Wetboek van Vennootschappen
zijn bepaald.
Als de publiekrechtelijke aard van de VLM dat vereist, kan de Vlaamse Regering de opdracht en
de actiemiddelen van de commissaris uitbreiden.
Met behoud van de toepassing van het decreet, vermeld in het eerste lid, wordt de commissaris
benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar door de algemene vergadering die ook de
bezoldiging van de commissaris bepaalt. Deze bezoldiging is ten laste van de vennootschap.
Met behoud van de toepassing van andere onverenigbaarheden die op de functie van
commissaris toepassing vinden, gelden voor de commissaris dezelfde onverenigbaarheden als
voor het mandaat van regeringsafgevaardigde bij het agentschap. Daarenboven is de functie
van commissaris onverenigbaar met het mandaat van regeringsafgevaardigde bij het
agentschap.]
De boekhouding van het agentschap wordt gevoerd volgens de wetgeving op de boekhouding
en de jaarrekeningen van de ondernemingen. Het agentschap voert een economische
boekhouding met een analytische component.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel ingevoegd bij art. 32 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Vijfde lid toegevoegd bij art. 20 decr. 21 april 2006 (B.S., 12 mei 2006, , I : 1 juni 2006 art. 9 BVR 9
juni 2006 (B.S., 11 juli 2006))
art. 31 vervangt opschrift van Hoofdstuk X en art. 32 vervangt het eerste tot en met het vierde lid
decr. 23 december 2010, artikel treden in werking op de datum van inwerkingtreding van het decreet
van 7 mei 2004 houdende regeling van de begrotingen, de boekhouding, de controle inzake
subsidies, en de controle door het Rekenhof (B.S., 18 februari 2011)
eerste tot en met vierde lid vervangen door art. 23 decr. 28 februari 2014 (B.S., 25 maart 2014, I : 1
oktober 2013)
[HOOFDSTUK XI. - Pensioenregeling
Hoofdstuk XI bestaande uit art. 18sexies ingevoegd bij art. 33 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006,
Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
24
Art. 18sexies. Het agentschap is ertoe gemachtigd deel te nemen aan de pensioenregeling,
ingesteld bij de wet van 28 april 1958 betreffende het pensioen van het personeel van zekere
organismen van openbaar nut, alsmede van hun rechthebbenden. ]
Wijziging artikel
- In zijn geheel ingevoegd bij art. 33 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart
2006, BS., 19 mei 2006)
HOOFDSTUK XII. - Slotbepaling
Hoofdstuk XII bestaande uit art. 18septies ingevoegd bij art. 34 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april
2006, Besl. Vl. Reg. 31 maart 2006, BS., 19 mei 2006)
Art. 18septies. Tot de inwerkingtreding van het [decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van
de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending
ervan, en de controle door het Rekenhof], zijn de artikelen 2, 3, 4, 5, 6 en 6bis en 13 van de wet
van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut van
toepassing op het agentschap. Voor de toepassing van voormelde wetsbepalingen wordt het
agentschap beschouwd als een organisme van categorie B.
Wijzigingen artikel
In zijn geheel ingevoegd bij art. 34 decr. 7 mei 2004 (B.S., 11 juni 2004, I : 1 april 2006, Besl. Vl. Reg. 31
maart 2006, BS., 19 mei 2006)
In zijn geheel vervangen bij art. 6 decr. 27 april 2007 (B.S., 29 juni 2007, I : 10 d. na bekendmaking)
Gewijzigd bij art. 33 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 9 juli 2007)
Gewijzigd bij art. 85 decr. 8 juli 2011 (B.S., 5 augustus 2011, I : 1 januari 2012)
[Art. 18octies. Voor wat het Vlaamse Gewest betreft, moeten in de wets- en
verordeningsbepalingen inzake ruilverkaveling de vermeldingen « Nationale Landmaatschappij »
en « NLM » respectievelijk als « Vlaamse Landmaatschappij » en « VLM » worden gelezen.]
Wijziging artikel :
- Artikel ingevoegd bij art. 34 decr. 23 december 2010 (B.S., 18 februari 2011, I : 1 januari 1989)
Art. 19. Dit decreet treedt in werking op 1 januari 1989, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3, 4
en 5 die in werking treden de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt.
***********
Machtigingsbepaling en bepaling tot inwerkingtreding– Hoofdstuk III bestaande uit artikel 36
en Hoofdstuk IV bestaande uit artikel 37 van het decreet van 7 mei 2004 houdende wijziging
van het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse
Landmaatschappij
HOOFDSTUK III. - Machtigingsbepaling
Art. 36. § 1. De Vlaamse regering wordt ermee belast de bestaande wets- en
decreetsbepalingen te wijzigen, aan te vullen of te vervangen of op te heffen om ze in
overeenstemming te brengen met dit decreet en het kaderdecreet.
De besluiten die krachtens deze bepaling worden vastgesteld, houden op uitwerking te hebben
als ze niet bij decreet zijn bekrachtigd binnen negen maanden na de datum van de
inwerkingtreding ervan. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum.
Officieus geconsolideerde tekst VLM – lw 28 maart 2014 (BS 22 augustus 2014)
25
De in deze paragraaf aan de Vlaamse regering opgedragen bevoegdheid vervalt negen
maanden na de inwerkingtreding van dit decreet. Na die datum kunnen de besluiten die
krachtens deze paragraaf zijn vastgesteld en zijn bekrachtigd alleen bij een decreet worden
gewijzigd, aangevuld, vervangen of opgeheven.
§ 2. De Vlaamse regering kan de bepalingen van de decreten betreffende de Vlaamse
Landmaatschappij coördineren, alsook de bepalingen die daarin uitdrukkelijk of stilzwijgend
wijzigingen hebben aangebracht tot het tijdstip van de coördinatie. Te dien einde kan zij :
1° de te coördineren bepalingen anders inrichten, inzonderheid opnieuw ordenen en
vernummeren;
2° de verwijzingen in de te coördineren bepalingen dienovereenkomstig vernummeren;
3° de te coördineren bepalingen met het oog op onderlinge overeenstemming en eenheid van
terminologie herschrijven zonder te raken aan de erin neergelegde beginselen.
De coördinatie treedt pas in werking nadat ze bij decreet wordt bekrachtigd.
HOOFDSTUK IV. - Slotbepaling
Art. 37. De Vlaamse regering bepaalt de datum waarop dit decreet in werking treedt.