Het uitrollen van Gaia

Het uitrollen van Gaia
14-051
Arnhem, 18 maart 2014
Phase to Phase BV
Utrechtseweg 310
Postbus 100
6800 AC Arnhem
T: 026 352 3700
F: 026 352 3709
www.phasetophase.nl
2
14-051
 Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland. Alle rechten voorbehouden.
Phase to Phase BV is niet aansprakelijk voor enige directe, indirecte, bijkomstige of gevolgschade
ontstaan door of bij het gebruik van de informatie of gegevens uit dit document, of door de
onmogelijkheid die informatie of gegevens te gebruiken.
3
14-051
INHOUD
1
Inleiding ................................................................................................................................. 4
2
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
Bestanden .............................................................................................................................. 4
Gedistribueerde programmabestanden ................................................................................ 4
Gedistribueerd configuratiebestand ..................................................................................... 4
Individuele configuratiebestanden ......................................................................................... 5
Individuele databestanden ..................................................................................................... 5
Centrale bestanden ................................................................................................................. 5
Geografische bestanden ........................................................................................................ 6
3
Snelkoppeling ........................................................................................................................ 6
4
Extensies ................................................................................................................................ 6
5
Sleutels ................................................................................................................................... 6
4
1
14-051
INLEIDING
Het uitrollen van Gaia in een groot bedrijf is een klusje waarbij enige kennis van de achtergronden van
Gaia nodig is. Dit document geeft aanwijzigingen om de installatie aan te pakken.
2
BESTANDEN
Bij de installatie van Gaia onderscheiden we de volgende zes soorten bestanden:
1. Gedistribueerde programmabestanden
2. Gedistribueerd configuratiebestand
3. Individuele configuratiebestanden
4. Individuele databestanden
5. Centrale bestanden
6. Geografische bestanden
2.1
Gedistribueerde programmabestanden
De programmabestanden worden geplaatst op de computer van de gebruiker, bij voorkeur in de map
C:\Program Files (x86)\Gaia. Het betreft de volgende bestanden:
 Gaia.exe
 Vision.mld
 sx32w.dll
 d3dx9_39.dll
 GaiaNL.chm
 GaiaEN.chm
 GaiaDE.chm
 Gridnavigator.chm
 GaiaHints.xlsx
Als ervoor gekozen wordt om de programmabestanden niet de distribueren, kunnen ze ook centraal
op het netwerk geplaatst worden. We zouden dan kunnen spreken van centrale programmabestanden.
In dit geval zijn de help-bestanden (*.chm) vermoedelijk niet goed te bekijken in Gaia, omdat
Windows het bekijken van deze bestanden vanaf een netwerkschijf standaard blokkeert. De remedie
hiervoor is beschreven in http://www.phasetophase.nl/pdf/Helpfunctie_niet_beschikbaar.pdf.
2.2
Gedistribueerd configuratiebestand
Het zelfgemaakte bestand Gaia.cfg wordt ook in de map met programmabestanden gezet. Dit
tekstbestandje heeft de volgende inhoud:
[Directories]
Set=<map op het netwerk waar Gaia.set en Gridnavigator.set staan>
5
2.3
14-051
Individuele configuratiebestanden
De individuele configuratiebestanden worden automatisch door Gaia aangemaakt, gelezen en
geschreven. De gebruiker heeft hier geen omkijken naar. Deze bestanden moeten in een persoonlijke
beschrijfbare map komen, bijvoorbeeld Documenten\Gaia. Zie ook: snelkoppeling.
Het betreft de volgende bestanden:
 Gaia.ini
 Gaia_<naam>.ini
 GaiaViews.ini
 GaiaReports.ini
 Gaia.dsk
 GaiaRibbon.cfg
 Gridnavigator.ini
Als de plaats van deze individuele configuratiebestanden geüniformeerd is, kan deze het beste
toegevoegd worden aan de Gaia.cfg:
[Directories]
Start=<map waar de individuele configuratiebestanden staan>
Deze setting overrulet de opgave in de snelkoppeling en heeft als voordeel dat Gaia de
configuratiebestanden ook kan vinden als het niet via de snelkoppeling wordt opgestart.
2.4
Individuele databestanden
Individuele databestanden worden via Gaia door de gebruiker geopend en opgeslagen. Hiervoor
behoeven niet of nauwelijks voorzieningen te worden getroffen. Het betreft de volgende
bestandstypen:
 Netwerkbestanden (extensie: gnf)
 Macrobestanden (extensie: gmf)
2.5
Centrale bestanden
Centraal op het netwerk staan enkele bestanden:
 Types.xls(x): een Excel-bestand met alle componenttypen. De verwijzing naar deze map staat
in Gaia.set bij componenttypebestand.
 Gaia.set: een ini-bestand met de Gaia-opties die min of meer voorgeschreven zijn. De
verwijzing naar deze map staat in Gaia.cfg. Deze centrale opties zijn met name
bestandslokaties, sleutellokatie. Misschien wat opties voor berekeningen.
 GridNavigator.set: een ini-bestand met de technische Grid navigator-opties.
 Mededeling.rtf: een document waarin de beheerder mededelingen doet aan gebruikers. De
verwijzing naar dit bestand staat in Gaia.set bij bedrijfsinfobestand.
Het bijhouden van deze bestanden is een taak van de applicatiebeheerder.
6
2.6
14-051
Geografische bestanden
De bestanden van Falk met de geografische ondergrond staan centraal op het netwerk. De verwijzing
naar de hoofdmap staat in GridNavigator.set.
De luchtfoto’s van CycloMedia staan centraal op het netwerk. De verwijzing naar de hoofdmap staat in
GridNavigator.set.
3
SNELKOPPELING
Een menu-item kan worden aangemaakt. De twee belangrijkste eigenschappen zijn:
 Doel: map van de programmabestanden+Gaia.exe
 Beginnen in: map van de individuele configuratiebestanden
4
EXTENSIES
De extensies gnf en gmf kunnen geregistreerd worden als Gaia-netwerkbestand resp. Gaiamacrobestand.
Gaia gebruikt verder geen items in het register van Windows.
5
SLEUTELS
De SuperProNet-netwerksleutel is geïnstalleerd op een server. In de opties van Gaia verwijst men naar
de naam of het IP-adres van de server. Via de Gaia.set wordt deze naam centraal ingevuld.
De clients communiceren met de sleutelserver via UDP-poort 6001. Deze poort mag niet geblokkeerd
worden in tussenliggende firewalls.
Bij gebruik van een SuperPro-PC-sleutel is de installatie van de Sentinel System Driver nodig op de
betreffende PC. Deze is downloadbaar in http://www.phasetophase.nl/downloads .
Bij gebruik van een Unikey-PC-sleutel is de installatie van een driver niet nodig.