schoolgids - De Wegwijzer

Vereniging van
Scholen met de Bijbel
‘Dr. G. van Goor’
VOORWOORD
Welkom in dit algemeen gedeelte van de schoolgids van PCO Bunschoten.
In dit deel vindt u informatie over de schoolvereniging en diverse bovenschoolse zaken.
De volledige naam van onze organisatie is ‘Vereniging van scholen met de Bijbel,
Dr. G. van Goor’.
We zijn een vereniging voor Primair Onderwijs, met 5 basisscholen. De scholen hebben een
protestants christelijke identiteit. Onze scholen hebben in totaal 1100 leerlingen en 100 werknemers.
Onze missie is ‘wij ontwikkelen gezamenlijk talenten’.
Bekijk ook onze site www.pco-bunschoten.nl
Als u informatie zoekt over een bepaalde school, dan wordt u doorverwezen naar de website
van de betreffende school. U vindt daar het school specifieke gedeelte van de schoolgids.
Hans van Tricht
Directeur-bestuurder
INHOUDSOPGAVE
1.
1.1
1.2
1.3
1.4
1.5
1.6
1.7
1.8
1.9
2.
3
5
6
6
6
7
7
8
8
SCHOLEN
SCHOOLTIJDEN
VAKANTIEROOSTER 2014-2015
9
9
9
ONDERWIJS INHOUDELIJKE ZAKEN
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
3.6
3.7
3.8
3.9
3.10
4.
MISSIE EN VISIE
BESTUURLIJKE VERNIEUWING – INTERNE TOEZICHT
SAMENSTELLING BESTUUR
CONTRIBUTIE SCHOOLVERENIGING
VERENIGINGSKANTOOR
WEBSITE SCHOOLVERENIGING
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
OUDERRAAD/ACTIVITEITENCOMMISSIE
VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE
SCHOLEN
2.1
2.2
2.3
3.
Pagina
VAN HET SCHOOLBESTUUR
TOELATINGSBELEID
ONDERWIJSKUNDIG RAPPORT
AANTAL LEERKRACHTEN PER GROEP
ZORG (DIVERSE ASPECTEN VAN LEERLINGENZORG)
MELDCODE EN VERWIJSINDEX
PASSEND ONDERWIJS
ONDERWIJS AAN ZIEKE LEERLINGEN
OVERPLAATSING ZORGLEERLINGEN BAO-BAO
TERUGPLAATSING LEERLINGEN SBO/SO
HANDELINGSGERICHT ARRANGEREN
9
10
10
11
14
15
17
17
18
18
LEERLINGENZORG
4.1
4.2
4.3
4.4
4.5
4.6
4.7
VVE (VROEG- EN VOORSCHOOLSE EDUCATIE)
HOE LOPEN DE VVE-PROJECTEN
IN DE GEMEENTE BUNSCHOTEN
SCHOOLKEUZE
LWOO
PEUTERSPEELZAAL
TSO – TUSSENSCHOOLSE OPVANG / OVERBLIJVEN
BSO – BUITENSCHOOLSE OPVANG
(VOOR- EN NASCHOOLS)
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~1~
19
19
21
21
21
22
22
Schooljaar 2014 – 2015
INHOUDSOPGAVE
5.
Pagina
ALGEMENE INFORMATIE
5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
5.6
5.7
5.8
5.9
5.10
5.11
5.12
5.13
5.14
5.15
5.16
5.17
5.18
5.19
5.20
5.21
5.22
5.23
5.24
5.25
5.26
SAMENWERKING GEZIN SCHOOL KERK
22
PSALMEN
BID- ./ DANKDAG
STRATEGISCH BELEIDSPLAN
OUDERBETROKKENHEID
SCHOOLPLAN
GESCHEIDEN? HOE OM TE GAAN MET GESCHEIDEN OUDERS
SCHORSING
VERWIJDERINGSBELEID
REGELING TER VOORKOMING VAN AGRESSIE,
GEWELD & SEKSUELE INTIMIDATIE
KLEDINGCODE
KLACHTEN
VERTROUWENSPERSOON
VERVANGING
SCHOOLVERZUIM
SPONSORING
PRIVACY-REGLEMENT
WET BESCHERMING PERSOONSGEGEVENS
VERVOER VAN KINDEREN
VERZEKERING
CENTRUM JEUGD & GEZIN (OPVOEDONDERSTEUNING)
JEUGDGEZONDHEIDSZORG
OPLEIDINGSSCHOLEN (STAGES)
CULTUUREDUCATIE
HUISBEZOEK
INSPECTIE
23
23
24
24
25
25
26
26
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~2~
26
27
28
28
29
30
31
32
32
32
33
34
34
35
36
36
36
Schooljaar 2014 – 2015
1.
VAN HET SCHOOLBESTUUR
Naamgeving vereniging
De officiële naam van onze protestants-christelijke basisschoolvereniging is: Vereniging van
scholen met de Bijbel ‘Dr. G. van Goor’. Deze naam is ontleend aan dr. G. van Goor, die in
1889 de oprichter was van de vereniging.
Logo
De schoolvereniging hanteert het volgende logo.
Centraal in het logo staat het kind. Deze figuur is samengesteld uit
twee pijlpunten (> en <) die interactiviteit tussen school en leerling
aangeven. De twee pijlpunten vormen tezamen een X, symbool voor
de 10 geboden, leidraad voor het P.C.O. in Bunschoten.
Om het kindfiguur heen staan de leraren, ouderraad, enz. Zij voorzien het kind van alle mogelijke informatie. In het logo is dit de eerste curve.
Het P.C.O.-Bunschoten is een christelijke instelling, met als uitgangspunt het evangelie van
Jezus Christus. De buitenste curve symboliseert de liefde van onze Schepper, die als het ware
iedereen omarmt. De hoofdfiguur steunt op een zwart vlak. Dit geeft aan dat het P.C.O.Bunschoten een stevige vertrouwde basis heeft.
Bestuur
Het bestuur van de vereniging, ook wel het schoolbestuur of bevoegd gezag genoemd, is verantwoordelijk voor het totale schoolgebeuren.
Het verenigingsbestuur kent een algemeen bestuur van 11 leden en een dagelijks bestuur. Het
dagelijks bestuur wordt gevormd door de directeur-bestuurder. Hij is verantwoordelijk voor het
uitvoerend bestuur. Het algemeen bestuur is toezichthouder.
Een uitvoerige uitleg en toelichting op deze structuur, die per augustus 2012 in werking is getreden, vindt u op de volgende pagina.
Bijzonder onderwijs
De vijf scholen binnen onze schoolvereniging zijn bijzondere scholen. Een bijzondere school is
een school die volgens een godsdienstige of levensbeschouwelijke vorm inhoud geeft aan haar
beleid en dus wordt bestuurd door de betrokkenen. In artikel 23 van de Nederlandse Grondwet
is dit vastgelegd. Onze schoolvereniging opereert op grond van dit artikel met als grondslag de
Bijbel, het Woord van God. Onze doelstellingen zijn geformuleerd in de missie en visie.
Notitie identiteit
In 2011 is de notitie ‘identiteit’ opnieuw vastgesteld. Deze notitie is een praktische uitwerking
van de identiteit van de schoolvereniging. In deze notitie heeft de grondslag zoals is vastgelegd in de statuten, alsmede de missie en visie ‘handen en voeten’ gekregen. De notitie geeft
aan wat we op onze scholen belangrijk vinden voor het vormgeven van de christelijke identiteit.
De notitie is kaderstellend voor de christelijke identiteit van de scholen.
U vindt de notitie op onze website www.pco-bunschoten.nl
1.1
MISSIE EN VISIE
Missie (waar staan we voor)
Onze missie “Wij ontwikkelen gezamenlijk talenten” is gebaseerd op de gelijkenis van de talenten uit Mattheüs 25. Hierin zien wij ieder mens als een uniek schepsel van God met eigen gaven en talenten.
De vereniging zien wij als een gemeenschap van ouders, bestuursleden, personeelsleden en
kinderen, waarin de liefde tot God en de naaste centraal staat. Al onze relaties staan in dat
perspectief en in die relaties krijgt iedereen de mogelijkheid om zijn / haar talenten te ontdekken, tot ontplooiing te brengen en te gebruiken in een sfeer van veiligheid, vertrouwen, vrijheid en wederzijds respect.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~3~
Schooljaar 2014 – 2015
Statutaire doelstelling
Vereniging van scholen met de Bijbel “dr. G. van Goor” is een protestants-christelijke basisschoolvereniging, die zich onderscheidt, omdat wij een schoolorganisatie willen vormen met
het evangelie van Jezus Christus als leidraad. De kern van het evangelie is omschreven in Johannes 3:16, “Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn enige Zoon gegeven
heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven heeft”.
Dit is bepalend voor de waarden en normen binnen de vereniging.
Volgens de statuten is het doel van de vereniging: “Stichting tot instandhouding van scholen met de Bijbel te Bunschoten. De grondslag is het eeuwig blijvend Woord van God, namelijk de Heilige Schrift, overeenkomstig de
Formulieren van Enigheid der Gereformeerde kerken in Nederland. Haar beginsel is dat de
volksopvoeding en het volksonderwijs geheel in overeenstemming moeten zijn met de Heilige
Schrift.”
De vereniging wordt gevormd door de ouders van de schoolgaande kinderen, die het samen
met de andere betrokkenen eens zijn met de grondslag.
Visie (waar gaan we voor)
Het kind centraal
Het kind staat centraal in onze vereniging. Primair stelt het bestuur zichzelf als
doel om ieder kind de gelegenheid te geven zich optimaal voor te bereiden op
het vervolgonderwijs, ieder naar zijn eigen gaven en talenten. Dit is niet alleen
de verantwoording van de scholen, maar ook van de ouders. Het is belangrijk
dat de kinderen ook in de thuissituatie daarin gestimuleerd worden. Daarin
komt onze missie “Wij ontwikkelen gezamenlijk talenten” volledig tot zijn recht.
Kwaliteit
De vereniging wil een betrouwbare en stimulerende werkgever zijn. Vanuit de bovenschoolse
directie werken de schooldirecties samen met het onderwijzend personeel aan de realisatie van
hedendaags en kwalitatief sterk onderwijs en wordt voorzien in optimale facilitering (scholing,
goede lesmaterialen passend bij onze identiteit, functionele schoolgebouwen etc.). Daarin werken de scholen en de diverse geledingen onderling samen, omdat wij geloven in de versterkende werking daarvan.
Schoolklimaat
Wij streven naar een veilige schoolomgeving, waar kinderen en medewerkers zich thuis voelen, zichzelf kunnen zijn en waar veel aandacht is voor respectvolle omgang met elkaar en samenwerking.
Bijbel en praktijk
Het ontwikkelen van talenten betekent niet alleen het aanleren van maatschappelijke vaardigheden, maar ook het aanleren en hanteren van Bijbelse uitgangspunten. Deze worden d.m.v.
gebed, Bijbellezing, vertelling, gezang en aandacht voor de viering van de christelijke feestdagen vormgegeven. We willen de kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor zichzelf,
de naaste, de maatschappij en de schepping (het bewoonbaar maken en houden van de aarde).
Maatschappij
Als schoolvereniging willen wij gehecht zijn in de maatschappij en daarin een toegevoegde
waarde bieden door ‘vanuit christelijk perspectief in te spelen op maatschappelijke’ ontwikkelingen. Bestuur, directies en scholen willen zich daarin profileren naar buiten toe op hun specifieke en sterke punten.
Toelatingsbeleid
De identiteit van onze schoolvereniging brengt met zich mee dat de meeste leerlingen behoren
tot een protestants-christelijk kerkgenootschap. Toelating van kinderen van andersdenkenden
wordt niet belemmerd. Wel wordt verwacht dat zij zich loyaal opstellen t.o.v. het christelijk
karakter van onze scholen. Leerlingen worden dan ook niet vrijgesteld van bijv. het volgen van
de godsdienstlessen en het deelnemen aan activiteiten die betrekking hebben op de viering
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~4~
Schooljaar 2014 – 2015
van de christelijke feestdagen. De tot onze schoolvereniging behorende scholen zijn christelijke
scholen met een open karakter. Dat wordt gezien als een opgave en een uitdaging.
Zie hoofdstuk 3.1 voor nadere informatie over het toelatingsbeleid.
Vragen / opmerkingen
Mocht u vragen en / of opmerkingen hebben, dan staat de betreffende leerkracht of directie
van de school altijd klaar. Betreffen het zaken die het schoolbestuur aangaan, dan kunt u met
de schoolvertegenwoordigers contact opnemen of zich schriftelijk richten tot de secretaris van
de schoolvereniging.
1.2 BESTUURLIJKE VERNIEUWING - INTERN TOEZICHT
Op de ALV (algemene ledenvergadering) van 20 juni 2012 is in de statuten een nieuwe bestuurlijke vorm opgenomen.
In het nieuwe bestuursmodel heeft het algemeen bestuur de rol van intern toezichthouder. Dat
impliceert dat het algemeen bestuur zich niet bezighoudt met beleidsvorming en beleidsvaststelling. Dat is de verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur dat wordt gevormd door de
directeur-bestuurder. Algemeen bestuur en Dagelijks bestuur vormen samen het Verenigingsbestuur dat (bestuurlijk) eindverantwoordelijk blijft.
Alles met betrekking tot de identiteit van de schoolvereniging blijft een zaak van het algemeen
bestuur. Zoals bijvoorbeeld de bespreking en vaststelling van de missie en visie, de notitie
identiteit en het aannamebeleid. Dit is geborgd in de statuten.
De Algemene Ledenvergadering behoudt belangrijke statutair vastgelegde taken, zoals het
benoemen en ontslaan van bestuurders en het wijzigen van statuten. In de ALV legt het verenigingsbestuur ook rekening en verantwoording aan de leden af over het gevoerde en te voeren beleid.
De (wettelijke) taken van het toezichthoudend bestuur zijn
 Het goedkeuren van het strategisch beleidsplan, de begroting en het jaarverslag.
 Toezicht houden op de naleving van wettelijke verplichtingen en de code goed bestuur.
 Toezicht houden op de rechtmatige verwerving, bestemming en aanwending van de
middelen.
 Het aanwijzen van een accountant, die verslag uitbrengt aan het toezichthoudend orgaan.
 Verantwoording afleggen over de uitvoering van bovenstaande taken in het jaarverslag.
Naast deze wettelijke taken hebben de interne toezichthouders ook een algemeen toezichthoudende taak. Zij dienen de bestuurder met raad en advies terzijde te staan (gevraagd en ongevraagd). Interne toezichthouders hebben een adviestaak, klankbordrol en dienen ‘guidance’ te
bieden. Zij moeten goed weten wat er in de organisatie speelt om zodoende de juiste kritische
vragen over de organisatie te kunnen stellen (het naleven van de missie en visie van de vereniging, het realiseren van het beleid, risico’s, het gedrag van de bestuurder en de directie,
kwaliteit en continuïteit van het bestuur en het intern toezicht, relatie met de omgeving van de
school).
Praktische invulling nieuwe bestuursmodel
Zowel bestuursleden als directieleden vinden bestuurlijke betrokkenheid (betrokken bij het wel
en wee op onze scholen) belangrijk. De schoolcommissie (bestaande uit de schoolvertegenwoordigers vanuit het bestuur en de directeur) vervult hierin een grote rol. De schoolcommissie fungeert als klankbord en sparringpartner voor de schooldirecteur. Door de schoolcommissie houdt het bestuur feeling met de school.
De 11 leden van het algemeen bestuur maken deel uit van een klankbordgroep. Er zijn 2 klankbordgroepen: de CFB (commissie financiën beheer) en de POC (personeel onderwijs commissie).
De interne toezichthouders kunnen gevraagd en ongevraagd advies geven. De taak en rol van interne toezichthouders is (achteraf) toezicht
houden op het handelen van de directeur-bestuurder en op het functioneren van de organisatie. Deze vergaderingen dienen ook ter informatievoorziening van de toezichthoudende bestuursleden.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~5~
Schooljaar 2014 – 2015
1.3 SAMENSTELLING BESTUUR
“Vereniging van Scholen met de Bijbel ‘Dr G. van Goor’
Postbus 83
3750 GB Bunschoten
Mw. C. Poort-de Boer, voorzitter
Dhr. P.D. van Dijk,
secretaris
Dhr. A.J. Zwaan,
penningmeester
Dhr. R.G.J. de Jong,
algemeen adjunct
Dhr. J.R. Bijlard
Mw. M.B. Beekhuis-Hopman
Dhr. A. van Diermen
Dhr. P.D. van Dijk
Mw. N.S. Koelewijn-Koelewijn
Dhr. B. Koelewijn
Mw. J.L. Nieuwboer-Bos
Vuronger 20
3751 ZN
Zwaluw 35
3752 NZ
Plevier 115
3752 PB
Plecht 29
3751 WB
Eemlandia 29
3752 XR
Eemlandia 34
3752 XT
Rikkert Jacobstraat 22
3752 EC
Zwaluw 35
3752 NZ
Kievit 1
3752 PJ
Straussweg 2
3752 VE
Weidelaan 7
3751 DW
 299 06 02
 298 80 69
 298 89 16
 298 44 52
 298 79 63
 298 41 75
 298 44 91
 298 80 69
 258 44 39
 888 29 07
 06 51661379
Vertegenwoordiging naar de scholen:
Van Amerongen:
Dhr. R.G.J. de Jong
en
mevr. C. Poort-de Boer
De Ark:
Dhr. J.R. Bijlard
en
mevr. M.B. Beekhuis-Hopman
De Grondtoon:
Dhr. B. Koelewijn
en
vacature
De Vlucht:
Dhr. P.D. van Dijk
en
mevr. N.S Koelewijn-Koelewijn
De Wegwijzer
Dhr. A. van Diermen
en
mevr. J.L. Nieuwboer-Bos
Personeel Onderwijs Commissie (POC)
Mevr. M.B. Beekhuis-Hopman, mevr. N.S. Koelewijn-Koelewijn, mevr. C. Poort-de Boer en
mevr. J.L. Nieuwboer-Bos, vacature. Directeur-bestuurder: dhr. J. M.C. van Tricht
Commissie Financiën Beheer (CFB)
Dhr. J.R. Bijlard, dhr. R.G.J. de Jong, dhr. A.J. Zwaan, dhr. P. van Dijk, dhr. A. van Diermen,
dhr. B. Koelewijn. Directeur-bestuurder: dhr. J.M.C. van Tricht
1.4 CONTRIBUTIE SCHOOLVERENIGING
Van ouders die hun kinderen bij onze scholen in laten schrijven wordt verwacht dat zij zich
aanmelden als lid of donateur. De contributie bedraagt € 40,- per gezin per schooljaar.
Toelating van leerlingen wordt niet afhankelijk gesteld van de betaling van de contributie voor
het lidmaatschap van de vereniging. Dit geld wordt o.a. gebruikt voor de volgende doeleinden:
vergaderkosten, kantoorkosten, verzekeringen, jubilea, cursussen, enz.
1.5 VERENIGINGSKANTOOR
In de Van Amerongenschool is op de bovenverdieping het verenigingskantoor gevestigd.
Dit kantoor is de werkplek van de directeur-bestuurder (Hans van Tricht), de bovenschools
zorgcoördinator (Margreet Visser) en administratief medewerker (Anieta Huijgen).
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~6~
Schooljaar 2014 – 2015
Daarnaast worden er diverse vergaderingen gehouden:








Vergaderingen van het Algemeen Bestuur.
Vergaderingen van de bestuurlijke klankbordgroepen
KDB – klein directie beraad
IB-kenniskring Bunschoten
ICT-kring
ICO-besprekingen (m.b.t. stagiaires)
Overleg met werknemers
Vergaderingen met de GMR
Bezoekadres:
Postadres:
(na afspraak)
Postbus 83
Kon. Wilhelminastr. 1
3750GB Bunschoten
Tel.nr.: 033 - 495 1659
Website : www.pco-bunschoten.nl
e-mail : [email protected]
[email protected]
[email protected]
1.6
WEBSITE SCHOOLVERENIGING
De schoolvereniging heeft een website:
www.pco-bunschoten.nl
Het doel is enerzijds kennismaking / oriëntatie en anderzijds biedt de site een bron van informatie. Deze kunt u vinden achter de volgende menu’s:
 Vereniging
 Algemeen
 Onderwijs
 Scholen
 Financiën
 GMR
 Contact
1.7 MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
De MR is verplicht aan onze scholen verbonden ten einde overleg van bestuur, personeel en
ouders te bevorderen. De raad denkt mee en is bevoegd tot bespreking van aangelegenheden
die de school betreffen en is bevoegd over deze aangelegenheden aan het bevoegd gezag
(schoolbestuur) voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken.
Verder wordt de MR in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over bepaalde voorgenomen besluiten van het bestuur en behoeft het bestuur de instemming van de MR in bepaalde
voorgenomen besluiten.
Er bestaat een MR-reglement, waarin alles nauwkeurig wordt omschreven. Dit ligt voor ieder
ter inzage in de school. We hanteren het model van de Besturenraad.
De raad bestaat uit ouders van leerlingen en personeelsleden van de school. MR-ouders dienen
bereid te zijn hun taak te vervullen in overeenstemming met de grondslag en de doelstelling
van de school. Men wordt in principe gekozen voor 3 jaar en mag zich daarna nog een keer
herkiesbaar stellen.
Voor de samenstelling van de MR van uw school verwijzen we naar het schoolspecifieke gedeelte van deze schoolgids.
Ook bestaat er een GMR (= Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad), die uit een aantal
MR-leden bestaat van al onze 5 scholen (per school 2). Hierin worden specifiek die (beleids)zaken besproken die alle scholen aangaan.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~7~
Schooljaar 2014 – 2015
1.8 OUDERRAAD /ACTIVITEITENCOMMISSIE
Alle scholen kennen een ‘ouderraad’, op sommige scholen ook wel ‘activiteiten-commissie’ genoemd.
Deze raad/commissie bestaat uit ouders van kinderen en vergadert ongeveer eens in de 6 á 7 weken.
De OR c.q. AC houdt zich in het bijzonder bezig met het verlenen van hulp
en organiseren van allerlei activiteiten in en rond de school. Bijv.: herfstwandeling, Sinterklaas, christelijke vieringen, schoolreisje, avondvierdaagse, schoolkamp, afscheidsavond.
Mocht u vragen hebben dan kunt u contact op- nemen met één van de leden.
Zie voor de adressenlijst en de verdeling van functies het schoolspecifieke gedeelte van deze
gids.
1.9 VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE
De vrijwillige ouderbijdrage bedraagt minimaal € 21 per kind.
Verantwoording: € 15,= komt ten goede aan de OR/AC voor allerlei activiteiten
en € 6 is bestemd voor extra leermiddelen. Daarnaast kunnen aan ouders vergoedingen worden gevraagd voor specifieke activiteiten, te denken valt aan:
schoolreis, excursies, schoolkamp. Deze vrijwillige bijdrage zal aan het begin
van het schooljaar worden geïnd.
De bijdrage wordt eenmaal per 2 jaren geïndexeerd. Dit besluit is gebaseerd op een inflatie
van 2½ %. In schooljaar 2013/14 is de ouderbijdrage met € 1 verhoogd, vervolgens weer in
schooljaar 2015/16. De GMR heeft ingestemd met indexering voor een periode van 4 jaren.
Toelating van leerlingen wordt niet afhankelijk gesteld van de betaling van de vrijwillige ouderbijdrage.
2.
SCHOLEN
2.1 SCHOLEN
P.C. basisschool ‘Van Amerongen’
Kon. Wilhelminastraat 1
Postbus 266
3750 GH Bunschoten
directeur: dhr. M.F. van Kuil
e-mail: [email protected]
website: www.vanamerongenschool.nl
tel: 033-298 1395
P.C. basisschool ‘De Ark’`
Rembrandt van Rijnstraat 16
Postbus 194
3750 GD Bunschoten
directeur: mevr. A.W. Schilling-van den Broek
e-mail: [email protected]
website: www.dearkbunschoten.nl
tel: 033-298 1437
P.C. basisschool ‘De Grondtoon’
Jan Zwartplantsoen 20
Postbus 7
3750 GA Bunschoten
directeur: mevr. M. Muijs
e-mail: [email protected]
website: www.degrondtoon.nl
tel: 033-298 3804
P.C. basisschool ‘De Vlucht’
Huismus 1
Postbus 201
3750 GE Bunschoten
directeur: dhr. D. Lanenga
e-mail: [email protected]
website: www.pcbdevlucht.nl
tel: 033-298 2204
P.C. basisschool ‘De Wegwijzer’
Idenburgstraat 9
Postbus 33
3750 GA Bunschoten
Interim-directeur: dhr. B. Baan
e-mail: [email protected]
website: www.wegwijzerspakenburg.nl
tel: 033-298 3055
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~8~
Schooljaar 2014 – 2015
2.2 SCHOOLTIJDEN
Aantal uren onderwijs:
In de Wet Primair Onderwijs is vastgelegd dat de leerlingen in 8 schooljaren ten minste 7520
uren onderwijs ontvangen. In groep 1 t/m 4 moeten de kinderen minimaal 3520 uur onderwijs
volgen. Voor de onderbouw gaan wij uit van circa 900 lesuren per schooljaar.
Voor de kinderen van groep 5 t/m 8 is vastgelegd dat ze in de laatste 4 jaren ten minste 3760
uur onderwijs moeten ontvangen. Voor de bovenbouw gaan wij uit van 1.000 lesuren per
schooljaar. In totaal krijgt een leerling die 8 jaren onderwijs heeft gevolgd aan een school binnen onze vereniging dus (3600 + 4000 =) circa 7.600 uren les. Wij voldoen hiermee ruimschoots aan het wettelijk vereis aantal uren.
Alle groepen gaan elke ochtend van 8.30 tot 12.00 uur naar school.
’s Middags is er school van 13.00 tot 15.15 uur. Op de woensdagmiddag zijn alle groepen vrij.
Vrijdagmiddag gaan de groepen 5 t/m 8 naar school.
2.3 VAKANTIEROOSTER 2014 - 2015
De vakanties
1e dag - laatste dag
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Paasweekend
3.
20-10
22-12
23-02
03-04
-
1e dag - laatste dag
24/10
02/01
27/02
08/04
Koningsdag
Meivakantie
Pinksteren
Zomervakantie
27-04
04-05 - 15-05
25-05
10-07 - 31-08
ONDERWIJS INHOUDELIJKE ZAKEN
3.1 TOELATINGSBELEID
Algemeen uitgangspunt
Alle kinderen zijn welkom. Van ouders met een andere levensovertuiging
dan die van de schoolvereniging wordt verwacht dat zij zich loyaal opstellen
ten opzichte van het Protestants Christelijk karakter van onze scholen.
Een open toelating – keuzevrijheid voor ouders
Binnen de schoolvereniging heeft van september 2013 tot en met april 2014 een uitvoerig proces plaatsgevonden rondom het toelatingsbeleid. Dit heeft geleid tot een geheel nieuwe visie
op en uitvoering van de toelating van leerlingen binnen de schoolvereniging. Met ingang van
schooljaar 2014-15 stappen we af van het zogenaamde gesloten toelatingsbeleid met voedingsgebieden en schoolgrenzen. Vanaf augustus 2014 zal een open toelating plaatsvinden,
waarbij ouders de vrije keuze hebben om een school te kiezen voor hun kinderen.
Directe aanleiding voor een aanpassing van het toelatingsbeleid is de invoering van Passend
Onderwijs per augustus 2014. Maar ook een veranderde visie op ouderbetrokkenheid en de rol
van de ouders lagen ten grondslag aan de keuze voor de open toelating.
Bij het toelatingsbeleid zijn actuele ontwikkelingen meegenomen op het gebied van:
-Passend Onderwijs – aanmelding nieuwe leerling
-Passend Onderwijs – zorgplicht
-Ouderbetrokkenheid – visie op de positie van ouders
Het loslaten van het gesloten toelatingsbeleid is een bewuste keuze.
Enerzijds wordt deze keuze ingegeven om tegemoet te komen aan het recht van ouders op
keuzevrijheid. Grote voordelen voor open toelating in relatie tot het gesloten systeem zijn:
-een vrije keuze komt tegemoet aan het recht van ouders om te kunnen kiezen
-ouders maken een bewuste keuze voor een school
-door een vrije keuze zijn ouders meer betrokken
-door een vrije keuze zijn ouders meer gemotiveerd
Anderzijds biedt een open toelating scholen veel voordelen in relatie tot het gesloten systeem:
scholen krijgen de ruimte om zich te profileren
scholen blijven scherp en worden actiever
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~9~
Schooljaar 2014 – 2015
-
specialisatie op scholen biedt personeel een stimulans voor mobiliteit
een open beleid sluit aan bij Passend Onderwijs waarin scholen zich uitspreken over hun
ondersteuningsprofiel.
Scholen mogen dus van elkaar verschillen. Dit geeft de schoolvereniging als geheel de nodige
verbreding en verdieping. In het Strategisch Beleid Plan 2015-2020 zal dit principe nader worden uitgewerkt.
Door het loslaten van het gesloten toelatingsbeleid verliest het schoolbestuur de mogelijkheid
om controle te houden op een evenredige verdeling van de leerlingen over de scholen van de
schoolvereniging. Het risico kan zijn dat een bepaalde school een dusdanige toestroom van
leerlingen krijgt dat de kinderen niet meer geplaatst kunnen worden in het schoolgebouw. De
‘oude’ voedingsgebieden blijven dan ook op de achtergrond nog aanwezig. Als bijvoorbeeld een
groep vol zit, zal voorrang worden gegeven aan de leerlingen binnen de ‘oude’ schoolgrenzen.
In de beleidsnotitie die de instemming kreeg van de oudergeleding van de GMR worden de
regels en afspraken beschreven die binnen onze schoolvereniging gaan gelden vanaf augustus
2014. Deze notitie is op elke school aanwezig en op verzoek ter inzage.
Op de ALV van juni 2014 is het beleid gepresenteerd en toegelicht.
Instroomkleuters
Om de instroom van nieuwe leerlingen te kunnen overzien, is de volgende
regeling opgezet: Kinderen mogen naar school vanaf hun 4e verjaardag. U
kunt er uiteraard ook voor kiezen om dit (een dag of enkele dagen) later te
doen. Voor toelating net na de zomervakantie is dit enigszins verruimd: De
kinderen die in de eerste twee schoolweken aansluitend aan de zomervakantie
4 jaar worden, mogen op de eerste schooldag van dat cursusjaar direct starten in groep 1. De toelating van de leerlingen vindt plaats totdat een aantal
van 30 leerlingen is bereikt in groep 1. Indien in groep 2 het aantal leerlingen
minder dan 25 bedraagt, kunnen nog 4-jarigen worden toegelaten, totdat het aantal van 25
bereikt is. Het kan dus voorkomen dat er op een school geen kinderen meer worden toegelaten (groep is vol). Als er dan nog ruimte is op een andere school, is het mogelijk om het kind
(tijdelijk tot het nieuwe schooljaar) op die school te laten instromen.
Met de invoering van Passend Onderwijs betekent dit dat kinderen op de aanmeldingsavond in
januari worden ingeschreven. Deze inschrijving garandeert geen plaatsing op de school van
voorkeur. Op onze scholen willen we vanaf het begin uw kind zo goed mogelijk begeleiden en
onderwijs op maat bieden. Daarom hanteren wij een intakeformulier, dat u 3 maanden van
tevoren toegestuurd krijgt. 10 weken voor uw kind instroomt, vindt er een intakegesprek
plaats met een leerkracht van de school. Tijdens dit gesprek moet duidelijk worden of uw kind
specifieke ondersteuningsbehoeften heeft en of de school daar de mogelijkheden voor heeft.
Wanneer blijkt dat uw kind beter op een andere school geplaatst kan worden, dan gaat de
school (onder verantwoordelijkheid van het schoolbestuur) op zoek naar een andere, meer
passende plek. Wanneer blijkt dat uw kind een peuterspeelzaal of kinderdagverblijf heeft bezocht, zal er vanuit deze instellingengevraagd worden om toestemming tot overdracht van de
gegevens. Op deze manier kan er aangesloten worden bij het ontwikkelingsniveau van uw kind
en aansluiten bij de ervaringen van deze instellingen zodat er een goede doorgaande lijn ontstaat.
3.2 ONDERWIJSKUNDIG RAPPORT
De basisschool moet bij tussentijdse overplaatsing van een leerling naar een andere school en
bij de overgang naar het voortgezet onderwijs een onderwijskundig rapport opstellen. Dit onderwijskundig rapport sturen we naar de nieuwe school van de leerling.
3.3 AANTAL LEERKRACHTEN PER GROEP
De schoolvereniging kent een beleidsnotitie m.b.t. deeltijdarbeid.
Doel van de beleidsnotitie is om te voorkomen dat er versnippering binnen de scholen ontstaat
en om ernaar te streven niet meer dan twee leerkrachten aan één groep les te laten geven.
Het lukt echter niet altijd door allerlei omstandigheden (bv. zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof) om slechts twee leerkrachten les te laten geven. Nadat alle mogelijkheden be“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 10 ~
Schooljaar 2014 – 2015
keken zijn kan er in een uiterste situatie toch een derde persoon voor de groep komen: een
leerkracht, een lio-leerkracht of een stagiaire die les geeft onder verantwoordelijkheid van een
leerkracht. We hopen dat u hiervoor begrip kunt opbrengen.
3.4 ZORG (DIVERSE ASPECTEN VAN LEERLINGENZORG)
Aanmelden nieuwe leerling
3-jarigen
Uw kind kunt u inschrijven op de jaarlijkse inschrijfavond in januari. Voor meer informatie zie
het hoofdstuk over toelatingsbeleid.
Leerling afkomstig van andere school
Wanneer u – door verhuizing of andere redenen – besluit om uw kind op een andere school te
willen plaatsen, neemt u contact op met de school van voorkeur.
De directeur zal u informeren over de school en er zal ook een gesprek plaats vinden over de
onderwijs- en ondersteuningsbehoeften van uw kind.
De aanmelding moet gedaan worden, 10 weken voordat uw kind op de school zal starten. De
school heeft in die periode de tijd om te onderzoeken of zij kunnen aansluiten bij de onderwijsen ondersteuningsbehoeften van uw kind.
Wanneer u van een andere school komt, heeft deze school zorgplicht voor uw kind. De zorgplicht houdt in dat het bestuur van de school verplicht is om een school te vinden met een
passend onderwijsaanbod.
Handelingsgericht werken
Op al onze scholen wordt gewerkt volgens het concept ‘handelingsgericht werken’ (HGW). Binnen het project Afstemming / 1-zorg route heef dit de afgelopen jaren vorm en inhoud gekregen. De uitgangspunten van HGW zijn:
1. Onderwijsbehoeften staan centraal
2. Het gaat om afstemming en wisselwerking
3. De leerkracht doet ertoe
4. Positieve aspecten zijn van groot belang.
5. We werken constructief samen
6. Ons handelen is doelgericht
7. De werkwijze is systematisch en transparant.
Leerkrachten maken groepsoverzichten waarin de onderwijsbehoeften en de toets- en observatiegegevens van elke leerling centraal staan. Op deze manier worden alle leerlingen goed in
kaart gebracht. Vervolgens is het van belang om deze gegevens te gebruiken voor het dagelijks onderwijs. Daarvoor worden groepsplannen opgesteld. Hierin worden kinderen geclusterd
op niveau, maar worden ook onderwijsbehoeften opgenomen. Op deze manier sluit het onderwijs direct aan bij de behoeften van alle leerlingen.
Voor enkele leerlingen zal het noodzakelijk zijn om naast de informatie in het groepsplan een
individueel handelingsplan of een ontwikkelperspectief op te stellen. Te denken valt dan aan
leerlingen die begeleid worden door externen of waarvan blijkt dat zij de einddoelen van de
basisschool niet zullen halen. De intern begeleider is hier altijd bij betrokken, maar u wordt
ook als ouder intensief betrokken.
Scholen ontwikkelen zich hier nog steeds verder in. Er wordt ook gezocht naar
mogelijkheden om van kinderen en ouders input te krijgen voor het handelingsgericht werken. In het kader van de ouderbetrokkenheid is dit één van de
aandachtspunten.
Uw kind een teamzaak!
In het vergaderrooster bespreken de scholen structureel de vorderingen van de kinderen. Op
deze manier kunnen we tussentijds bijstellen als we niet meer volledig aansluiten bij de onderwijsbehoeften.
We stemmen ook opnieuw af als het beter gaat dan verwacht werd. Aan ’t eind van het schooljaar worden de gegevens van alle kinderen, d.m.v. het groepsoverzicht en de groepsplannen,
zorgvuldig overgedragen aan de volgende leerkracht.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 11 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Intern begeleider
Op al onze scholen is een intern begeleider (IB-er) werkzaam. De IB-er is binnen de school
verantwoordelijk voor de leerlingenzorg.
Wanneer de groepsleerkracht niet verder kan, wordt de IB-er erbij betrokken. Zij gaan dan
samen kijken wat er nodig is om de ontwikkeling bij het kind weer op gang te krijgen. Wanneer kinderen behoefte hebben aan meer uitdaging wordt hier ook een plan voor gemaakt.
De groepsleerkracht blijft verantwoordelijk voor de leerlingen in zijn/haar groep.
De intern begeleider houdt van de school in de gaten of alle leerlingen zich op een voldoende
niveau ontwikkelen. In de cyclus van HGW komt dit terug in de besprekingen van de groepsoverzichten en groepsplannen. Ook worden 2 keer per jaar de resultaten per groep besproken,
zodat de IB-er zicht krijgt op het niveau van de leerlingen, de groep en de school. In de besprekingen worden ook afspraken gemaakt over het handelen van de leerkracht in de komende periode.
In een aantal gevallen kan er beter buiten de klas geholpen worden. Het kind krijgt begeleiding
van de Remedial Teacher (RT-er). De RT-er is een leerkracht die er in gespecialiseerd is om
het kind te helpen bij leerstof waar het problemen mee heeft. Als we denken dat dit te weinig
effect heeft, kunnen de scholen deskundigheid inschakelen van instanties buiten de school.
De intern begeleider kan bij vragen de hulp inschakelen van de intern begeleiders van de andere scholen of van de bovenschools zorgcoördinator. Gezamenlijk zullen zij zoeken naar oplossingen. Daarnaast kan via het samenwerkingsverband de Eem de onderwijsondersteuner
ingeschakeld worden. Verder hebben de scholen financiële mogelijkheden om externe begeleiding in te schakelen.
Hoe komen we er achter of een kind hulp nodig heeft?
Of een kind hulp nodig heeft (leerproblemen, problemen in de sociaal - emotionele ontwikkeling, enz.) is in de eerste plaats een zaak van de groepsleerkracht.
De leerkracht observeert en werkt elke dag met de kinderen en signaleert bepaalde problemen.
Alle scholen hebben een zorgstructuur waarbinnen de leerlingenzorg wordt ingevuld. Al onze
IB-er hebben een LB-functie.
Ontwikkeling van uw kind
De gehele ontwikkeling van uw kind wordt op de scholen nauwgezet gevolgd. Hierbij moet u
denken aan de sociaal emotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling en de leerwerkhouding. Hiervoor maken we gebruik van observaties, toetsen, informatie van u als ouder(s) en
het gemaakte werk van de kinderen.
Kijk!
Voor groep 1 en 2 wordt er gebruik gemaakt van het observatie- en registratiesysteem Kijk!. Hier wordt de ontwikkeling van
uw kind gevolgd t.o.v. zijn leeftijd. In de groepen 1 en 2 wordt
het onderwijs waar nodig aangepast, zodat uw kind zich optimaal kan ontwikkelen.
Opbrengsten
De scholen hanteren naast toetsen uit de methodes ook methodeonafhankelijke toetsen. Dit
wil zeggen dat in de uitslag duidelijk te zien is hoe de scores van elk kind zich verhouden met
de landelijke normeringen. Ook de gemiddelde scores van de groepen worden vergeleken met
de normen die de Onderwijsinspectie (landelijke normen) hanteert.
De opbrengsten worden twee keer per jaar in kaart gebracht en besproken binnen de scholen.
Naar aanleiding van de opbrengsten wordt er actie ondernomen. Dit kan betekenen dat bepaalde onderdelen meer of minder aandacht krijgen binnen het onderwijs. De opbrengsten en
de actiepunten worden tevens besproken met de bovenschools zorgcoördinator en de directeur
bestuurder. Ontwikkelpunten worden vastgesteld en waar mogelijk wordt door scholen gezamenlijk opgetrokken om deze aan te pakken.
Twee keer per jaar worden deze opbrengsten besproken met de directies en intern begeleiders
van onze scholen. Het ‘leren van elkaar’ krijgt op deze manier steeds meer vorm.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 12 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Ouderportaal
De scholen maken gebruik van het digitale leerling administratie- en leerlingvolgsysteem
ParnasSys. De leerkrachten op al onze scholen registreren hier de resultaten van hun leerlingen. Onderdeel is een ouderportaal, waarbij ouders de resultaten kunnen volgen door van
afstand in te loggen. Met deze extra service voor de ouders beoogt het schoolbestuur de betrokkenheid van ouders bij de school te vergroten.
Het gevaar is dat we kinderen alleen volgen op grond van cijfermatige gegevens. Er gaat niets
boven het persoonlijk contact tussen ouders met de leerkracht als het gaat om de ontwikkeling
van een kind. Maakt u dus gerust een afspraak om te praten over de ontwikkeling van uw kind
en laat u niet alleen door via het ouderportaal informeren.
Hoog- en meerbegaafd
Er zijn kinderen voor wie het leren geen enkel probleem is. Alles gaat hen
even gemakkelijk af. Ze begrijpen het al voordat het uitgelegd is.
Deze groep kinderen wordt vaak onderschat. Je hebt geen last van ze, ze hebben weinig instructie nodig, enz. Toch moet er juist aan hen veel aandacht
besteed worden. Anders is de kans groot dat ze onderwijs saai, oninteressant
en vervelend gaan vinden. Aan deze kinderen wordt verdiepingsstof aangeboden, zij dienen meer uitdaging te krijgen.
Binnen de gemeente Bunschoten is een plusklas voor hoog-/meerbegaafde kinderen opgericht.
In deze groep krijgen leerlingen één middag in de week onderwijs wat hen extra uitdaging
geeft en ze worden geprikkeld om op een andere manier te leren. Deze plusklas is ontstaan uit
een samenwerking van alle scholen in Bunschoten en ook de gemeente draagt financieel een
steentje bij. Voor de criteria voor plaatsing in de plusklas kunt u terecht bij de intern begeleider van school.
Doublure
Dit woord heeft niet zo’n prettige klank. Indien kinderen een klas overdoen gebeurt dat bij ons
alleen als het zinvol gevonden wordt. Binnen de IB-kring is een protocol doubleren opgesteld,
wat in alle scholen gehanteerd wordt.
Met name bij de overgang van groep 2 naar 3 kijken we heel goed of een kind zover in zijn
ontwikkeling is om het onderwijs in basisvaardigheden goed aan te kunnen. Soms zijn kinderen in groep 2 nog zo gericht op spelen en open onderwijssituaties dat de overgang naar
groep 3 te abrupt is en geen doorgaande ontwikkeling kan garanderen. Hiervoor is een beslissingsschema opgesteld. Soms is een doublure noodzakelijk, omdat daarna de basisschool gewoon afgemaakt kan worden.
Als er met de ouders van een kind verschil van mening ontstaat, is het uiteindelijk de school
die beslist over de overgang van een kind naar de volgende groep.
Kleuterversnelling
In bovenstaand stukje spreken we van ‘kleuterverlenging’.
Het is ook mogelijk dat een kind duidelijk voorloopt in zijn ontwikkeling. Het kan gebeuren dat
een kind in groep 1 of 2 zich sociaal emotioneel en/of cognitief sneller ontwikkelt dan andere
kinderen. We komen dan voor de vraag te staan of het niet verstandig is een kind door te laten stromen naar de volgende groep. We spreken dan van kleuterversnelling. Ook hiervoor
geldt dat er zeer zorgvuldige overwegingen worden gemaakt en dat als er met de ouders van
een kind verschil van mening ontstaat, het uiteindelijk de school is die beslist.
Onderzoek door externen
Als ouders zich zorgen maken over hun kind kunnen zij besluiten hun kind te laten onderzoeken door een instantie buiten de school. De school wil hiervan dan wel op de hoogte zijn,
zodat we gezamenlijk op kunnen trekken. Vaak worden er, naar aanleiding van de uitslag van
het onderzoek, handelingsadviezen gegeven. Natuurlijk willen we als school hierover in gesprek gaan, maar op school is er niet altijd de mogelijkheid om de adviezen op te volgen. In
overleg met ouders wordt dan bekeken welke afspraken we hierover kunnen maken. Steeds
vaker komt de externe onderzoeker op school om de handelingsadviezen te bespreken met de
ouders en de school. Op deze manier kan er goed afgestemd worden en zijn we gezamenlijk
verantwoordelijk voor de aansluiting bij de specifieke onderwijs-behoeften van uw kind.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 13 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Bovenschools zorgcoördinator
Vanaf augustus 2011 is de taak gecreëerd van ‘bovenschools zorgcoördinator’. Margreet Visser
geeft invulling aan deze taak. In haar takenpakket coördineert zij de leerlingenzorg op de
scholen en zorgt voor afstemming. Ook is zij belast met het invoeren van Passend Onderwijs.
Margreet werkt 2 dagen als bovenschools zorgcoördinator. De bekostiging vindt plaats uit bovenschools budget en is in het Bestuursformatieplan verantwoord.
Vakcoördinatoren
Met ingang van schooljaar 2014-15 zullen we gaan werken met vakcoördinatoren. Een vakcoordinator is bovenschools aangesteld en gaat samen met een werkgroep aan de gang om de
nieuwste ontwikkelingen te volgen en een plek te geven binnen ons onderwijs.
Er komen vakcoördinatoren op het gebied van lezen/dyslexie, taal/woordenschat, rekenen,
gedrag en hoog-/meerbegaafdheid. De vakcoördinatoren vallen onder de verantwoordelijkheid
van de bovenschools zorgcoördinator.
3.5 MELDCODE EN VERWIJSINDEX
Per 1 juli 2013 is het onderwijs als een van de sectoren in Nederland verplicht om te werken
volgens de afspraken in de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling1. Belangrijk hierbij is dat iedereen die werkt met kinderen en/of ouders tijdig signalen van zorg leert herkennen. Door snel met ouders rond de tafel te gaan zitten, kunnen lichte zorgen besproken, opgepakt en opgelost worden. Hiermee kan hopelijk voorkomen worden dat een ‘gewoon’ lastige
situatie thuis of op school in de loop der tijd toch ernstiger wordt.
Het kan zijn dat we op school merken dat uw kind niet lekker in zijn of haar vel zit, ongelukkig
is, ander gedrag vertoont of we zien iets anders dat bijzonder is. Daar willen we natuurlijk met
u over praten. Samen kijken naar de oorzaken en wat we eraan kunnen doen om het beter te
laten gaan. Gezamenlijk komen we tot de beste oplossing! De school maakt gebruik van het
hulpmiddel ‘verwijsindex’, zodat de professional kan laten zien dat ze betrokken is bij uw kind.
Indien nodig zullen we uw kind bespreken met bijvoorbeeld het Buurtteam of in een multidisciplinair overleg.
School ziet een leerlinge met oude kleren, een schamele lunch en ze merken dat ze rond de feestdagen stil en terug getrokken is. Vanuit de Ouderraad krijgt de directie het verzoek om contact op te nemen over de niet betaalde
ouderbijdrage. School gaat gesprek aan met ouders, daarin geven ouders aan dat het thuis niet gemakkelijk is.
Vader is ontslagen i.v.m. de crisis en er is weinig geld. Moeder wil wel werken maar is onzeker. School besluit te
registreren in de VI. Er ontstaat een match met schuldhulpverlening en maatschappelijk werk van moeder. Ouders
hadden niet in de gaten dat deze partijen waardevolle informatie hebben voor school. Er wordt met ouders een plan
gemaakt. Naast de normale begeleiding, regelt school dat de ouderbijdrage komt te vervallen. Ook doen ze een
aanvraag bij het Jeugdsportfonds voor de leerlinge. Het maatschappelijk werk regelt een sollicitatie-cursus voor
moeder.
De verwijsindex (VI) is een informatiesysteem waarin professionals zoals leerkrachten, hulpverleners en begeleiders kunnen aangeven dat zij vanuit zorg, betrokken zijn bij een jeugdige
tussen 0 en 23 jaar. U wordt over het afgeven van het signaal geïnformeerd. Sinds 1 januari
2010 is de invoering van een VI landelijk verplicht.
Waarom de verwijsindex?
In Nederland zijn veel instellingen die zich inzetten voor het welzijn van kinderen. Maar soms
weten deze instellingen niet van elkaar wat ze doen. Leerkrachten, hulpverleners en begeleiders moeten meteen kunnen zien wie contact heeft met een kind in geval van problemen. Zo
kunnen zij snel met elkaar overleggen over het kind. De VI zorgt ervoor dat de professionals
van elkaar weten wie er betrokken is bij het kind en het gezin. Het gebruik van de VI zorgt
voor vroegtijdige signalering van zorgen bij kinderen en jongeren. Ook zorgt de VI voor overzicht, samenwerking en goede afspraken tussen de verschillende professionals en ouders. Samenwerking tussen professionals en de ouders is heel belangrijk omdat op die manier uw kind
en/of uw gezin goed geholpen kan worden.
Wat zijn de voordelen?
Met de VI hoeven ouders niet meer iedere keer opnieuw hun verhaal te vertellen. Ook wordt
voorkomen dat er twee of drie verschillende professionals in het gezin komen, die dit van elkaar niet weten. Zo wordt voorkomen dat u verschillende adviezen krijgt. Daarnaast wordt er
1
http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huiselijk-geweld/hulp-bieden/meldcode
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 14 ~
Schooljaar 2014 – 2015
bepaald welke partij de regie op zich neemt en daarmee aanspreekpunt is voor u en overige
partijen.
Hoe werkt de verwijsindex?
De intern begeleider, de jeugdverpleegkundige, de leidster van de peuterspeelzaal, iemand
van jeugdhulpverlening of een andere professional maakt zich zorgen over een kind. Hij of zij
verbindt zich aan het kind door een signaal af te geven in de VI. Alleen de naam van de professional, gekoppeld aan de naam van het kind, wordt in het systeem gezet, geen inhoudelijke
informatie. De VI is alleen toegankelijk voor professionals. Het kan zijn dat er meer professionals zijn die zorg over hetzelfde kind hebben en dat al eerder hebben aangegeven. Als dat het
geval is, krijgen deze mensen een email, zodat ze met u en met elkaar kunnen gaan afstemmen. Op het moment dat professionals informatie met elkaar delen, bent u als ouder hiervan
op de hoogte en wordt u betrokken bij de informatie-uitwisseling. Vervolgens wordt er een
plan gemaakt om uw kind en eventueel het gezin verder te helpen.
School maakt zich zorgen over een leerling omdat hij teruggetrokken gedrag laat zien. De leerkracht komt niet
achter de reden. Hij wordt gezien door de jeugdverpleegkundige. Ook zij maakt zich zorgen, maar krijgt ook geen
zicht op de reden achter het gedrag. Ze geeft een signaal af in de VI. In de tussentijd wordt politie bij een situatie
van huiselijk geweld geroepen. Zij doen een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg (BJZ). Het kind wordt in de VI
ingeschreven. Er ontstaat een match tussen de verpleegkundige en BJZ. Na overleg met ouders gaan ze samen
naar school. Ouders durfden het op school niet te vertellen. Ze schaamden zich voor de situatie thuis. Na een
gezamenlijk gesprek weten ouders dat hun zoon de spanning van thuis meeneemt naar school en wat de negatieve effecten hiervan zijn. Er wordt een plan gemaakt, de communicatie is open en transparant en er komt hulp
komt voor het gezin.
Recht op privacy
Zodra het weer goed gaat met het kind wordt het signaal inactief gemaakt. Het signaal is nog
enige tijd zichtbaar voor eventuele professionals die later een signaal afgeven. Na maximaal 7
jaar verdwijnt het signaal uit het systeem. Buitenstaanders kunnen het systeem niet inzien. De
VI is alleen beschikbaar voor professionals, begeleiders en anderen die daarvoor de rechten
hebben gekregen. Dat is wettelijk geregeld.
Wat als zorg kindermishandeling of huiselijk geweld betreft?
Meestal kan een vorm van tijdelijke ondersteuning in het gezin of aan uw kind ervoor zorgen
dat het beter gaat. Samen kijken we wat er het beste bij u past. Soms zijn de omstandigheden
zo zwaar en moeilijk, dat er sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld. Dan is
school bij wet verplicht om hier actie op te ondernemen, bv. een melding doen bij het AMK
(Advies Meldpunt Kindermishandeling) van Bureau Jeugdzorg. We hopen echter dat we eerder
samen een oplossing kunnen vinden!
De VIR op onze scholen
Voor de scholen is een lijst gemaakt (risicoprofiel) waarop staat in welke gevallen professionals
moeten denken aan een VIR registratie. In de meeste gevallen gaat het om zorgen van school
over ontwikkeling, thuissituatie, verzuim in combinatie met het feit dat ouders er niet met
school over willen praten. Deze lijst is in te zien op school.
Op onze scholen zijn de intern begeleiders getraind in het registreren in de Verwijsindex. Een
registratie wordt altijd met ouders besproken, zij ontvangen ook een folder met uitleg over de
Verwijsindex.
Voor meer informatie kunt u terecht bij de intern begeleiders van de scholen.
3.6 PASSEND ONDERWIJS
Passend Onderwijs
Met ingang van 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht.
Door passend onderwijs kunnen meer kinderen, eventueel met extra ondersteuning, op de basisschool aangenomen worden of blijven. Speciaal onderwijs blijft wel bestaan.
In de afgelopen periode hebben wij ons hier al op voorbereid.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 15 ~
Schooljaar 2014 – 2015
In de nieuwe situatie krijgen de schoolbesturen de verantwoordelijkheid om voor alle kinderen
die extra ondersteuning nodig hebben een zo goed mogelijke plek op een school te organiseren. In de praktijk zullen ouders hun kind aanmelden bij een school. Deze school regelt binnen
6 tot 10 weken een passend aanbod op de eigen of een andere school. Indien de school het
kind niet zelf kan plaatsen, wordt na overleg met de ouders een zo passend mogelijke plek op
een andere school geboden. Dat kan zijn in het regulier onderwijs, maar ook in het speciaal
onderwijs. De school heeft dus een zorgplicht, maar dat betekent niet dat de school zelf alle
leerlingen moet aannemen.
Leraren worden beter toegerust in het omgaan met verschillen, zodat de extra ondersteuning
zoveel mogelijk in de eigen school en in de klas kan worden georganiseerd. Scholen stellen
een ondersteuningsprofiel op waarin zij aangeven welke ondersteuning zij aan kinderen kunnen bieden.
Samenwerkingsverband
In onze regio is Samenwerkingsverband de Eem (SWV de Eem) opgericht.
“Elk kind zijn eigen weg” is het motto waaronder het samenwerkingsverband werkt.
Het samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsplan geschreven voor de
komende periode.
Alle scholen zijn verplicht om basisondersteuning te geven. Het niveau van de
basisondersteuning is voor alle scholen in de regio gelijk. Tot en met 1 augustus 2016 hebben wij de tijd om dit – waar nodig – nog te ontwikkelen. Op de
website www.swvdeeem.nl kunt u alle informatie over het samenwerkingsverband vinden.
De regio Eemland wordt opgedeeld in 6 gebieden. Wij vallen in het gebied Bunschoten en
HAAL. Dat betekent dat alle scholen in Bunschoten samen zullen werken. Hiervoor zijn twee
onderwijsondersteuners bij het samenwerkingsverband: Hilda Visser en Fred Douma. Zij zullen
scholen en ouders ondersteunen wanneer dit nodig blijkt te zijn.
Informatiepunt Passend Onderwijs voor ouders
Met de invoering van passend onderwijs leven er vast ook vragen. Vragen als: “Hoe krijg ik de
hulp geregeld die mijn kind nodig heeft?” of “Op welke school kan ik mijn kind met een beperking nu het beste aanmelden?” In gesprek met de school krijg je vast antwoord op uw vragen.
Maar heeft u extra informatie nodig dan kunt u terecht bij het Informatie Punt Passend Onderwijs voor Ouders.
Aan dit loket wordt u geholpen door Ella van Ginneken, een deskundige op gebied van onderwijs. U kunt uw vraag of probleem anoniem melden, zonder dat direct de school en uw kind
erbij betrokken raken. Zij denkt mee voor een oplossing van jouw probleem of geeft antwoord
op uw vraag door:
objectieve informatie te geven
mee te denken
u in contact te brengen met de juiste personen en instanties
Bel of mail met vragen naar 033 760 11 91 of [email protected]
Er is ook een telefonisch spreekuur en inloop:
Maandagmiddag:
13:30 uur - 16:00 uur
Donderdagochtend: 09:00 uur – 12:00 uur
Adres: Burgemeester de Beaufortweg 16 in Leusden
School ondersteuningsprofiel
Passend onderwijs gaat over extra ondersteuning en aandacht voor kinderen in de klas die het
nodig hebben. Het gaat niet over de beperkingen die de leerling heeft. Iedere school stelt een
school ondersteuningsprofiel op waarin het aangeeft welke mogelijkheden deze specifieke
school biedt. Dit proces vindt momenteel plaats binnen onze 5 scholen. SWV de Eem heeft
hiervoor een format aangeleverd waarvan alle scholen in de regio gebruik maken. De onderwijsondersteuners zullen ook een overzicht hebben van de scholen in Bunschoten zodat overzicht hebben over het passende onderwijsaanbod.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 16 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Het school ondersteuningsprofiel moet elke school op 10 november 2014 vastgesteld hebben.
Dat betekent dat de MR ermee heeft ingestemd.
Elke school zal het school ondersteuningsprofiel daarna ook publiceren op hun website, maar
ze zullen ook op de website van de vereniging geplaatst worden.
Samenwerkingsverbanden
Werkverband Bunschoten
Zoals aangegeven zal Bunschoten één gebied zijn waarin de scholen
samen zullen werken. Hier hebben we in de afgelopen jaren al ervaring mee opgedaan. De lijnen tussen de besturen zijn kort en daarmee
weten we elkaar snel te vinden.
Dit schooljaar zullen er vanuit SWV de Eem kenniskringen worden georganiseerd waarin we
afspraken kunnen maken en onze deskundigheid vergroten rondom actuele thema’s.
De kenniskringen zullen worden geleid door de bovenschools zorgcoördinator van onze vereniging en de bovenschools IB-er van de scholen van VVGO. De onderwijsondersteuners zijn bij
deze bijeenkomsten ook aanwezig en zullen een actieve rol hebben.
Regiegroep onderwijs
In de gemeente Bunschoten is een Regiegroep Onderwijs opgericht om
samenwerking te bevorderen tussen de scholen (PO en VO),
peuterspeelzalen, kinderdagverblijven, De Boei en de gemeente.
Onze schoolvereniging is in de persoon van directeur-bestuurder
Hans van Tricht vertegenwoordigd in de ‘Regiegroep Onderwijs’ van
de Gemeente Bunschoten.
3.7 ONDERWIJS AAN ZIEKE LEERLINGEN
Iedere school krijgt te maken met leerlingen die tijdelijk niet naar school kunnen komen vanwege ziekte. De aard van de ziekte kan heel verschillend zijn: een griepje, een ongeval, een
langdurige of chronische ziekte.
De verantwoordelijkheid voor een leerling, ziek of niet, ligt altijd bij de school
waar het kind op dat moment ingeschreven staat. De daadwerkelijke begeleiding
van het onderwijs kan bij langdurige afwezigheid worden uitbesteed. Dit betekent
dat een goed contact vanuit de school met ouders, leerling en schoolbegeleider
noodzakelijk is.
Een onderwijsdienst kan worden benaderd voor het begeleiden van zieke leerlingen en hun leerkrachten. Voor deze extra taak zijn ook extra mensen aangesteld. Zij nemen meestal niet het gehele onderwijs over, maar treden op als consulent, als ondersteuner van de basisschool.
Bij een dreigend langere ziekperiode schakelen wij z.s.m. de consulent in van ZieZon voor een
begeleidingsafspraak.
3.8 OVERPLAATSING ZORGLEERLINGEN BAO-BAO
Het kan voorkomen dat de situatie van een kind zich zodanig ontwikkelt dat het kind, de ouders en/of de school ervaart vast te lopen. Dit kan zijn op leergebied, maar ook wanneer kinderen gepest worden.
In deze situaties is het mogelijk – na een zorgvuldige reeks van gesprekken met de leerkracht,
intern begeleider en de directie – om de mogelijkheid te onderzoeken of het kind beter af is op
een andere school.
U kunt hiervoor een schriftelijk verzoek indienen bij de bovenschools zorgcoördinator. Na ontvangst van dit verzoek zal de bovenschools zorgcoördinator contact opnemen met de ouders
en met de school om meer informatie in te winnen.
Tijdens deze gesprekken moet duidelijk worden of een overplaatsing noodzakelijk is of dat er
gezocht kan worden naar extra ondersteuning op de school.
Niet in alle gevallen wordt de wens van de ouders erkend. Zo kan het voorkomen dat ingeval
van pesten het kind niet gebaat is bij de overgang naar een andere school. Maar dat het beter
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 17 ~
Schooljaar 2014 – 2015
is om een kind sociaal emotioneel steviger te maken met bijvoorbeeld een training op dit gebied.
Als er instemming is met de wens van de ouders om het kind over te plaatsen wordt contact
opgenomen met de andere 4 scholen binnen de vereniging. Er wordt onderzocht welke school
het kind met zijn/haar specifieke problematiek zou kunnen opnemen. De vraag is simpel: ‘welke school kan adequate hulp bieden aan dit kind?’
Hier zal gewerkt worden met het – nog op te zetten – school ondersteuningsprofiel waardoor
we goed in beeld hebben welke mogelijkheden scholen hebben.
Zo nodig wordt de onderwijsondersteuner van het samenwerkingsverband ingezet om hierbij
extra te ondersteunen. De intern begeleider op uw school kunnen u hier alle informatie over
deze procedure verschaffen.
3.9 TERUGPLAATSING LEERLINGEN SBO / SO
Het speciaal (basis)onderwijs wordt met passend onderwijs nadrukkelijker gezien als schakelonderwijs voor leerlingen die tijdelijk extra ondersteuning nodig hebben. Dit betekent dat terugplaatsing naar het regulier onderwijs vaker voor zal komen. Een TLV van het samenwerkingsverband ligt ten grondslag aan de plaatsing in het SBO of SO. Indien blijkt dat de plaatsing van de leerling in het SBO of SO niet langer noodzakelijk is, zorgt het schoolbestuur van
de SO- of SBO-school ervoor dat de leerling wordt teruggeplaatst naar het regulier onderwijs.
Dit betekent dat in de praktijk het speciaal (basis)onderwijs bepaalt of terugplaatsing van de
leerling naar het regulier onderwijs noodzakelijk of gewenst is. Hierbij wordt intensief samengewerkt met ouders en wordt nadrukkelijk gekeken naar het welbevinden van de leerling.
Formeel leidt dit traject tot heroverweging (en mogelijke herziening) van de toelaatbaarheidsverklaring.
Indien op basis van het overleg tussen school, ouders en leerling besloten wordt dat terugplaatsing naar het regulier onderwijs aan de orde is, wordt de aanvraag tot terugplaatsing ingebracht in het MDT van het samenwerkingsverband. In dit MDT wordt vervolgens besproken
welke extra ondersteuning (arrangement) eventueel nodig is om plaatsing in het regulier onderwijs mogelijk te maken. Ouders geven aan welke school voor regulier onderwijs hun voorkeur heeft. In afstemming met ouders (en leerling), de gewenste school, de S(B)O-school en
het samenwerkingsverband wordt een passende onderwijsplek gezocht. De onderwijsondersteuner die verbonden is aan de voorkeursschool van de ouders speelt hierbij een coördinerende rol.
3.10 HANDELINGSGERICHT ARRANGEREN
Met ingang van Passend Onderwijs is de leerlinggebonden financiering (“De Rugzak”) afgeschaft. Dit betekent echter niet dat er geen mogelijkheden zijn voor extra ondersteuning. Binnen SWV de Eem is hierover het volgende afgesproken:
Arrangeren gaat over het gericht toewijzen van extra ondersteuning. Het gaat ook wel over het
matchen van de ondersteuningsvraag aan het ondersteuningsaanbod in een regio.
Arrangeren wordt dan ook omschreven binnen De Eem als: De flexibele en doelgerichte toewijzing van inzet en/of expertise: wat heeft dit kind, deze groep, deze leraar, deze school, dit
gezin, in dit gebied, in deze situatie nodig, hoe gaan we dat organiseren, wie en wat hebben
we daarvoor nodig en welke inzet aan van welke middelen is hiervoor nodig?
Arrangeren vindt plaats op basis van zeven uitgangspunten rondom handelingsgericht arrangeren. Verder vindt arrangeren plaats in vier stappen, waarmee wordt gewerkt volgens een opschalingsmodel: groep, school, gebied en MDT. Wanneer een ondersteuningsvraag niet binnen
een school (en dus binnen de basisondersteuning) opgevangen kan worden dan dient de
school contact te zoeken met de onderwijsondersteuner van desbetreffend gebied.
Wanneer er sprake is van een situatie waarin een leerling naar het SBO of SO wordt
verwezen vindt deze procedure plaats via de onderwijsondersteuner en het MDT. Op basis van
de inhoudelijke bespreking in het MDT geeft de directeur van het samenwerkingsverband een
TLV af.
Ook is er een procedure voor terugplaatsing vanuit het S(B)O naar het regulier onderwijs. Deze procedure verloopt eveneens via het MDT van het samenwerkingsverband.
Naast de inhoudelijke rol heeft het samenwerkingsverband tot taak zorg te dragen tot het
adequaat inzetten van de middelen voor lichte en zware ondersteuning en voortijdige
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 18 ~
Schooljaar 2014 – 2015
budgetuitputting te voorkomen. Het samenwerkingsverband dient dan ook in te grijpen bij arrangementen die een onevenredige belasting vormen in de besteding van middelen van het
samenwerkingsverband en daarmee de continuïteit van het samenwerkingsverband in het gedrang brengen.
Indien een school en schoolbestuur er niet in slagen om, na overleg met de ouders en met
inachtneming van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de school ondersteuningsprofielen van de scholen in De Eem, voor een leerling een school te vinden die bereid is de leerling
toe te laten, dreigt het schoolbestuur niet aan zijn zorgplicht te kunnen voldoen (en een thuiszitter te ontstaan). Door vaststelling van dit ondersteuningsplan aanvaarden de deelnemende
schoolbesturen van SWV de Eem dat het samenwerkingsverband in het uiterste geval een
schoolbestuur kan verplichten een leerling toe te laten (is doorzettingsmacht).
4.
LEERLINGENZORG
4.1 VVE (VROEG- EN VOORSCHOOLSE EDUCATIE)
In 2011 zijn alle basisscholen in de gemeente Bunschoten bezocht door de Inspectie van Onderwijs. Het doel was een onderzoek naar de kwaliteit van de vroeg- en voorschoolse educatie.
Met name heeft de inspecteur gelet op de wijze waarop er in groep 1 en 2 les wordt gegeven,
vooral ten aanzien van de kinderen met (vermoede) achterstanden. Ook de peuterspeelzalen
zijn bezocht.
Naar aanleiding hiervan zijn alle partijen voortvarend aan de gang gegaan om lopende projecten te continueren en ook om nieuwe projecten te ontwikkelen.
Vanuit de Regiegroep Onderwijs is een werkgroep VVE actief dit alle projecten praktisch uitwerkt. In de werkgroep Vve zijn de volgende mensen vertegenwoordigd:

Peuterspeelzalen

Kinderdagverblijven

Scholen (1 vertegenwoordiger per bestuur)

SOVEE

GGD

Bibliotheek
In het voorjaar van 2014 is door deze partijen een convenant ondertekend met de afspraken
in het kader van VVE. Hierdoor willen we een doorgaande lijn creëren en zo een optimale ontwikkeling van het kind nastreven.
Criteria doelgroep
De gemeente heeft criteria opgesteld wanneer uw kind gebruik kan maken van VVE. Voor de
basisscholen zijn de criteria als volgt:
1. Leerlingen met leerling gewicht 0.3 en 1.2
2. Leerlingen die in de voorschoolse periode zijn aangemerkt als doelgroep leerling
3. Leerlingen die op de CITO toets Taal voor Kleuters een IV/V score halen
4. Achterstand >3 maanden op Kijk! ontwikkelingslijn mondelinge taalontwikkeling
Hierbij is het van belang om te weten dat voor de wet alleen het criterium van het leerling gewicht telt. De taalontwikkeling van een kind vinden wij (Gemeente en andere partijen) van
zo’n groot belang dat de doelgroep bepaling verbreed is.
4.2 HOE LOPEN DE VVE-PROJECTEN IN DE GEMEENTE BUNSCHOTEN?
Logopedische screening basisonderwijs
Op de basisscholen in de gemeente Bunschoten is het gebruikelijk alle kinderen in de leeftijdsgroep 4.9 tot 5.9 jaar door logopedisten te laten screenen.
Hiermee ontstaat een goede vroeg signalering en de logopedisten voorzien de ouders ook van
adviezen.
Schakelklassen
Op basisschool ’t Kruisrak zijn schakelklassen ingericht voor ‘nieuwkomers’. Het gaat in de
praktijk om kinderen die rechtstreeks uit het buitenland komen. In de schakelklassen staat de
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 19 ~
Schooljaar 2014 – 2015
gewenning aan de Nederlandse taal centraal. Vanaf 2010 bestaat eveneens de mogelijkheid
voor andere scholen om gebruik te maken van de expertise (bv. korte adviezen, uitlenen lesmateriaal).
Verteltassen
De Verteltas is een creatieve manier om de ouderbetrokkenheid te
vergroten en te werken aan de taalontwikkeling van het kind (en
ouders). In dit project werken school/ peuterspeelzaal èn ouders gezamenlijk aan het vormgeven van de tas. De kinderen nemen de tas
mee naar huis. De materialen in de tas ondersteunen de woordenschatontwikkeling en de interactie tussen ouder en kind.
Op de Van Amerongenschool, De Vlucht en de Wegwijzer werkt een vaste groep ouders aan de
ontwikkeling van de Verteltassen.
Boekenpret
Dit project bevordert het lezen voor kinderen van 0 tot 6 jaar. Eind 2010 zijn de bibliotheek,
beide peuterspeelzalen, Kukelesaantje en de School met de Bijbel te Eemdijk met dit project
gestart. Het consultatiebureau is in 2011 aangesloten.
Alle scholen mogen vanaf 2013 gebruik maken van de materialen van Boekenpret. De coördinatie ligt in handen van de bibliotheek.
OpStap
OpStap is een tweejarig programma voor kinderen van groep 1 en 2 van de basisschool. Spelenderwijs wordt het kind voorbereid op het leren lezen, schrijven en rekenen in groep 3.
OpStap leert ouders, in kleine groepjes, hoe zij hun kind kunnen ondersteunen bij het leren,
thuis en op school.
De aan OpStap deelnemende ouders zijn afkomstig van 5 scholen: de Ark, de Wegwijzer, ’t
Kruisrak, Van Amerongenschool en de Calvijnschool.
Oudercomponent VVE
In dit project werden de ouders geïnformeerd over de VVE-thema’s die hun kind in de groep
aangeboden krijgen. Ouders worden gestimuleerd om ook thuis met hun kinderen met deze
thema’s bezig te zijn.
Dit project vindt plaats op de Ark, de Wegwijzer, ’t Kruisrak en beide peuterspeelzalen.
Extra handen in de klas
Uit het inspectierapport is gebleken dat de leerkracht-kind ratio in de scholen groot is. In de
meeste gevallen is er 1 leerkracht aanwezig. Het zou wenselijk zijn dat er op enkele momenten
meer mensen aanwezig zijn, zodat in kleinere groepen gewerkt kan worden. Dit wordt op veel
scholen al vormgegeven, maar voor de VVE-leerlingen is het wenselijk dat hier begeleiding bij
is. Op dat moment kan de groepsleerkracht zich richten op de andere kinderen en krijgen de
VVE-leerlingen extra aandacht.
Met ingang van schooljaar 2012-2013 is er een VVE-ondersteuner ingezet op de scholen in
Bunschoten en Eemdijk, met uitzondering van ’t Kruisrak i.v.m. de inzet van schakelklassen.
Deze ondersteuner zal in de groepen 1 en 2 aan het werk gaan met de doelgroepkinderen VVE.
Op deze manier willen we voor deze kinderen een nog rijkere leeromgeving creëren en zo hun
mogelijkheden om tot ontwikkeling te komen vergroten.
Doorgaande lijn
Wij vinden het belangrijk dat er een goede aansluiting is tussen de peuterspeelzalen/kinderdagverblijven en de scholen. Daarom zijn in de werkgroep afspraken gemaakt over
toetsen bij peuters en kleuters en over de overdracht naar de basisschool.
Met ingang van dit schooljaar zullen de peuterspeelzalen en kinderdagverblijven ook gaan
werken met het observatie- en registratiesysteem van Kijk!. Wanneer uw kind op die manier is
gevolgd, verwachten wij een soepele overgang naar de basisschool en weet de school hoever
de ontwikkeling van uw kind is.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 20 ~
Schooljaar 2014 – 2015
4.3 SCHOOLKEUZE
Het streven van de scholen is om voor alle leerlingen van groep 8 een zo stabiel mogelijke basis te leggen voor verschillende soorten vervolgonderwijs.
Door de opvoeders moet er medio maart een keuze gemaakt worden wat betreft de te volgen
vorm en richting van het voortgezet onderwijs. Het is echter een misverstand om te veronderstellen, dat groep 8 geheel in het teken zou staan van het “klaarstomen” voor het voortgezet
onderwijs, hoewel het wel veel ter sprake zal komen.
In januari 2015 wordt in het Oostwende College een scholenmarkt gehouden voor de ouders
van de schoolverlaters uit groep 8. Alle scholen voor het voortgezet onderwijs in de regio zullen zich daar presenteren. T.z.t. ontvangt u de nodige informatie, zoals een overzicht van de in
onze regio aanwezige scholen, alsmede een overzicht van de “open dagen / avonden” die zij
houden. Ook foldermateriaal van diverse scholen zal u bereiken; met groep 8 hopen we tevens
enkele scholen te bezoeken. Uiteraard voeren we de nodige gesprekken met u om samen een
verantwoorde keus te kunnen maken.
4.4 LWOO
In het voortgezet onderwijs is het voor leerlingen mogelijk om extra ondersteuning/begeleiding te krijgen. We
spreken dan over Leerwegondersteunend onderwijs
(LWOO).
LWOO is geen niveau, maar richt zich op de extra ondersteuning zodat uw kind het niveau kan
halen. Dit kan betekenen dat er kleinere klassen worden gecreëerd of dat er begeleidingsuren
worden gepland. Elke VO-school geeft hier zijn eigen invulling aan. Wanneer uw kind baat zou
kunnen hebben van LWOO wordt dit door de school met u besproken.
Aan het begin van groep 8 maken de kinderen waarvan wij verwachten dat ze in aanmerking
komen voor LWOO het drempelonderzoek. Dit gebeurt in september. Naar aanleiding van hun
score maken zij nog een vervolgtest onder leiding van het samenwerkingsverband voor het
VO. Zij geven uiteindelijk ook de beschikking voor het LWOO af.
Leerlingen die een beschikking voor LWOO hebben, doen – in principe - wel mee met de Cito
Eindtoets.
4.5 PEUTERSPEELZAAL
Onze schoolvereniging (evenals de Vereniging Voor Gereformeerd Onderwijs), heeft zitting in
het stichtingsbestuur van Christelijk Peuterspeelzaalwerk de Peuterhof in de gemeente Bunschoten.
Peuterwerk:
De Peuterhof is 8 dagdelen per week geopend, m.u.v. de reguliere basisschool-vakanties. De
groepsgrootte bedraagt 16 kinderen per dagdeel. De kinderen worden begeleid door een leidster en een hulpouder. Doorgaans is er nog aanvullende begeleiding door 1 of 2 stagiaires.
Ontwikkeling stimuleren
Het is voor kinderen goed als ze in de periode vóór de basisschool enkele dagdelen in de week
op professionele wijze spelen met leeftijdsgenootjes. Zo kunnen kinderen zich ontwikkelen op
sociaal gebied. Maar met name op het gebied van taalontwikkeling is het goed dat kinderen
een peuterspeelzaal bezoeken. Deskundige leidsters bieden op speelse wijze situaties aan
waardoor kinderen worden gestimuleerd in hun taalgebruik.
Taalontwikkeling
De laatste jaren is aan het licht gekomen dat veel kinderen in de gemeente Bunschoten een
taalachterstand hebben. Dit heeft niet zozeer te maken met het dialect, maar wel met de grote
groep ‘autochtone achterstandskinderen’ in de gemeente Bunschoten.
In het lokaal onderwijsbeleid heeft de gemeente Bunschoten subsidies verstrekt voor extra
taalonderwijs. Dit vindt hoofdzakelijk plaats op de scholen, maar ook op de peuterspeelzalen.
Internationale onderzoeken hebben aangetoond dat je de taal het best kunt ontwikkelen op
jonge leeftijd. Als kinderen op de basisschool komen, hebben ze vaak al een taalachterstand.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 21 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Het meest effectief is als je de taal van de kinderen in de voorschoolse periode al kunt ontwikkelen. Ook vanuit dit oogpunt vindt het schoolbestuur het een goede zaak dat jonge kinderen
een peuterspeelzaal bezoeken. De samenwerking tussen school en peuterspeelzaal is ook terug te zien in het lokaal onderwijsbeleid van de gemeente Bunschoten (Regiegroep Onderwijs).
Adresgegevens:
Stichting Christelijke Peuterspeelzaal
Bunschoten “De Peuterhof
Tel: (033) 298 07 99
Postbus 193 (bezoekadres: Vogelpad 1) email : [email protected]
3750 GD BUNSCHOTEN
website : www.peuterhofbunschoten.nl
4.6 TSO - TUSSENSCHOOLSE OPVANG / OVERBLIJVEN
Op al onze scholen wordt de tussenschoolse opvang geregeld door de school zelf.
De mensen die het overblijven verzorgen zijn meestal ouders.
De kosten zijn € 2,50 per kind per keer.
De regeling is daarmee kostendekkend.
Tijdens het overblijven zijn de kinderen verzekerd.
Dit zit in het verzekeringspakket dat het schoolbestuur voor alle schoolkinderen
heeft afgesloten.
4.7 BSO – BUITENSCHOOLSE OPVANG (VOOR- EN NASCHOOLS)
Scholen zijn verplicht om een regeling te hebben voor de buitenschoolse opvang (BSO). De
schoolvereniging heeft hierom een contract gesloten met Buitenschoolse opvang Keet & Koters.
Uw kind kan hier terecht van 7.30 tot 8.30 en na schooltijd tot 18.00 uur. Tijdens vakanties en
studiedagen zijn ze geopend van 7.30 uur tot 18.00 uur. Alleen tijdens vakanties opvang nodig? Dat kan ook, met de speciale vakantiestrippenkaart.
Keet & Koters doet er alles aan om het uw kind naar de zin te maken;
niets moet, (bijna) alles mag. Het Keet & Koters kompas, gebaseerd op
de pijlers sportiviteit, creativiteit, muzikaliteit en vrije tijd, zorgt elke dag
voor afwisselende activiteiten.
Voor meer informatie kijkt u op www.keetenkoters.nl of belt u met Anne Janse 06 228 07 422
of Moniek Kramer 06 227 33 239. Mailen mag ook: [email protected]
Keet & Koters, Kronkels 6a (Sportpark de Vinken, naast de grote speeltuin) Bunschoten,
Telefoon 033 299 43 03.
Buitenschoolse opvang wordt voor een groot deel vergoed door de belastingdienst.
Voor een berekening van uw teruggaaf kinderopvang kijkt u op www.belastingdienst.nl of
www.toeslagen.nl
5.
ALGEMENE INFORMATIE
5.1 SAMENWERKING GEZIN SCHOOL KERK
De scholen van onze schoolvereniging hebben samen met de School met de Bijbel
in Eemdijk en de Vereniging Voor Gereformeerd Onderwijs een werkgroep die de
samenwerking tussen de instituten Gezin, School en Kerk probeert te realiseren.
Deze werkgroep is samengesteld uit de diverse schoolteams en een vertegenwoordiging van de ouders. De werkgroep stelt per jaar twee projecten samen over
een Bijbels verhaal of een thema uit de Bijbel.
De draaiboeken voor deze projecten worden in samenspraak met de predikanten
opgesteld en verspreid onder alle teamleden van de deelnemende scholen. Deze
draaiboeken bevatten o.a. verhalen, liederen, verwerkingen en suggesties voor handvaardigheid en tekenen. Een project duurt in principe een week. Er wordt een leesrooster aan de kinderen meegegeven, zodat er thuis elke dag dat verhaal uit de Bijbel gelezen kan worden, dat
betrekking heeft op het project.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 22 ~
Schooljaar 2014 – 2015
De predikanten van onze plaatselijke kerken sluiten het project op zondagmorgen af door allemaal te preken over hetzelfde thema en hetzelfde gedeelte uit de Bijbel. De contactpersonen
halen vrijdags alle werkstukken van de scholen op. Deze worden in de verschillende kerkgebouwen opgehangen. Na de afsluiting van het project in de zondagmorgendienst kunnen ze
door alle belangstellenden bekeken worden. De contactpersonen brengen de werkstukken ook
weer terug naar school, zodat ze op school opgehangen kunnen worden en daarna mee naar
huis genomen kunnen worden. Predikanten bezoeken de scholen in de projectweek.
Dit schooljaar worden de Gezin School Kerk weken georganiseerd van:
Zondag 28 sept. t/m zondag 5 okt. 2014
Zondag 1 febr. t/m zondag 8 febr. 2015
Onderwerp: Beloofd is beloofd
Onderwerp: (nog niet bekend)
De projecten worden op onze PC scholen, de school met de Bijbel te Eemdijk en de Gereformeerde Scholen in de gemeente Bunschoten gehouden.
5.2 PSALMEN
Dagelijks worden er psalmen / gezangen / liederen gezongen.
Volgens een door de school vastgesteld rooster worden psalmen, gezangen en (opwekkings)
liederen aangeleerd. De ene week een psalm, de andere week een lied of gezang. Op de scholen wordt de oude en de nieuwe berijming aangeleerd, naar keuze van de ouders.
Aandachtspunten zijn hierbij o.a. dat de inhoud van de liederen belangrijk is, dat God centraal
staat en dat het zingen eerbiedig gebeurt. Voor de kinderen van groep 1 t/m 4 geldt een aangepaste regeling. Elke maand wordt in een bepaalde week in alle groepen op alle vijf scholen
dezelfde psalm geleerd. Dit is de ‘psalm van de maand’. De kerkenraden van de Geref. Kerk
PKN, de Chr. Geref. Kerk, de Ned. Geref. Kerk en de Herv. Gem. PKN zijn hiervan op de hoogte
en laten de psalm van de maand in de morgendienst (meestal de 1e zondag van de maand)
zingen. Ze dienen als een soort herkenningspunt voor de kinderen in de kerkdiensten. Hopelijk
wordt de betrokkenheid tussen kerk en school zo een stukje hechter en duidelijker. Het
spreekt vanzelf dat de ouders hierin ook een positieve rol kunnen spelen.
Psalmen van de maand 2014 - 2015
Datum
5 okt. GSK
Psalm NB
Psalm OB
Ps. 93:4 (o.b.)
Ps. 93:4 (o.b.)
Ps. 90:1 (b.b.)
Ps. 90:1 (b.b.)
2 nov.
Ps. 67:3
Ps. 67:3
7 dec.
Ps. 43:4
Ps. 43:4
11 jan.
Ps. 121:4
Ps. 121:4
8 feb.
Onbekend GSK
Onbekend GSK
8 mrt.
Ps. 148:1
Ps. 148:1
5 apr.
Ps. 139:1
Ps. 139:1
3 mei.
Ps. 95:1
Ps. 95:1
7 juni
Ps. 85:1
Ps. 85:1
5 juli
Ps. 17:7
Ps. 17:8
5.3 BID-/ DANKDAG
Vanaf schooljaar 2010/11 zijn Bid- en Dankdag schooldagen. Voorheen waren dit vrije dagen
waarbij de leerlingen in de gelegenheid werden gesteld om naar de kerk te gaan. In de loop
der jaren zwakte het kerkbezoek echter af; het vrijaf geven op deze dagen schoot zijn doel
voorbij. Na zorgvuldige afweging binnen het bestuur, directies, teams en MR’s werd besloten
om de viering van Bid- en Dankdag voortaan op school te doen plaatsvinden. Dit gebeurt in de
vorm van een centrale viering in de hal, of in de klassen. Die dag wordt op school gerichte
aandacht besteed aan het thema van deze dagen.
Ouders mogen gebruik maken van het recht om met de kinderen op Bid-/Dankdag de kerkdienst te bezoeken. Indien zij vooraf schriftelijk verzoek voor verlof indienen dan zal dit door
de schooldirectie worden toegekend voor deze ochtend.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 23 ~
Schooljaar 2014 – 2015
5.4 STRATEGISCH BELEIDSPLAN
In het strategisch beleid beschrijft de schoolvereniging de hoofdlijnen van het beleid voor een
periode van 5 jaren. Dit document is het resultaat van overleg met en discussies binnen diverse geledingen en belanghebbenden (met name directies, bestuur, GMR).
De botters ter visvangst
De schoolvereniging kent vijf scholen, te weten De Ark, De Grondtoon, De Wegwijzer, De
Vlucht en Van Amerongenschool. De vijf basisscholen die verenigd zijn in de ‘Schoolvereniging
met de Bijbel Dr. G. van Goor’ (kortweg PCO-Bunschoten) gaan gezamenlijk op weg. Ze zijn
als een vloot die de komende jaren een bepaalde koers volgt. Als we deze metafoor doorzetten, is het logisch dat we in onze (lokale) situatie spreken van een vloot
van botters.
De botters varen soms alleen, soms in span(nen) en hebben een thuishaven als basis. Deze thuishaven is voor de scholen de in 2009 vastgestelde
missie en visie. De koers van de botters wordt (mede) bepaald door de
richtinggevende uitspraken van het bestuur. En om een goede visvangst te
behalen is deze koers van belang om de visgronden te bereiken. De visgronden zijn de strategische doelen als beschreven in dit plan.
Deze doelen zijn een samenhangend geheel van gedachten die we hebben over het gemeenschappelijke beleid van de 5 scholen. De botters koersen vijf jaren op hun visgronden (doelen)
af. We weten dat als we onze visgronden bereikt hebben, we onze netten (activiteiten) kunnen
uitzetten. Bij het binnenhalen van de netten zien we de tussentijdse en eindresultaten, waarna
we onze vismethodes gaan evalueren.
Onze eindevaluatie vindt plaats in het schooljaar 2014/2015, als voorbereiding op het SBP
2015-2020.
Er zijn vijf inhoudelijke doelstellingen vastgesteld:
 Meer handen in de klas
 Opbrengstgericht werken
 Focus op taal en rekenen
 Passend Onderwijs
 Brede school
Er zijn drie faciliterende doelstellingen vastgesteld:
 Leren van elkaar
 Professionele cultuur
 Ouderbetrokkenheid
Het strategisch beleidsplan van de schoolvereniging is de onderlegger voor de schoolplannen.
Een uitgebreide versie kunt u vinden op onze website : www.pco-bunschoten.nl
5.5 OUDERBETROKKENHEID
Als schoolvereniging hechten wij waarde aan een goede samenwerking tussen
onze scholen en onze ouders. We vinden het van belang om te investeren in
ouderbetrokkenheid als een van de pijlers van kwalitatief goed onderwijs.
Er is sprake van ouderbetrokkenheid als uit het gedrag van ouders blijkt dat zij
zich gedeeld verantwoordelijk voelen voor de schoolontwikkeling van hun kinderen. Dit houdt
in dat de ouders (emotioneel) betrokken zijn bij de ontwikkeling van hun kind, bij zijn school
en zijn leraar. Ze bezoeken bijeenkomsten en tonen respect voor de leraar. Maar ook tonen
ouders belangstelling, scheppen voorwaarden voor het huiswerk maken en begeleiden hun
kind daar waar nodig. Ouderbetrokkenheid gebeurt voor een groot deel dus ook thuis.
In 2012-13 werden er op de scholen bewustwordingsdagen gehouden. Dit is te vergelijken met
een studiedag, maar in dit geval met leerkrachten èn ouders. Het CPS begeleidde ons bij dit
traject.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 24 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Aansluitend ging een regiegroep (ook weer
personeel en ouders) aan de slag om de uitgesproken wensen/behoeften uit te werken.
Uiteindelijk streven wij ernaar om het keurmerk te verkrijgen van de Stichting LLO (Leraar Leerling Ouders).
In december 2013 was De Ark de eerste
school in Nederland (!) met het keurmerk
3.0 van het CPS. In juni 2014 volgde de Van
Amerongenschool. En in september staat de
certificering gepland van De Vlucht.
De certificering van De Grondtoon en De Wegwijzer staat gepland voor schooljaar 2014-2015.
5.6 SCHOOLPLAN
Alle scholen moeten beschikken over een schoolplan. De overheid stelt deze verplichting vanuit
het kwaliteitsdenken. Scholen moeten hun onderwijsontwikkeling beschrijven:
Wat beloven we?
Doen we wat wij beloven?
Wat moeten wij borgen?
Wat verbeteren?
Via het schoolplan leggen de scholen niet alleen verantwoording af aan de overheid, maar ook
aan de ouders. Het huidige schoolplan bestrijkt de periode 2011 – 2015.
Welke beleidsterreinen worden beschreven?
 Levensbeschouwelijke identiteit
 Leerstofaanbod en toetsinstrumenten
 Leertijd
 Pedagogisch klimaat
 Didactisch handelen
 Zorg en begeleiding
 Schoolklimaat / sociale veiligheid
 Opbrengsten
 Kwaliteitszorg
 Professionalisering









Integraal personeelsbeleid
Interne communicatie
Externe communicatie
Contacten met ouders
Inzet van middelen / financiën
Schoolleiding
Schooladministratie en procedures
ICT
Taalbeleid
5.7 GESCHEIDEN? HOE OM TE GAAN MET GESCHEIDEN OUDERS
Met betrekking tot het omgaan met gescheiden ouders bestaan er afspraken. Het gaat dan
met name om de positie van de ouder die niet is belast met het gezag. Het belang van het
kind staat voor de school voorop. De school wil geen partij zijn in eventuele verschillen van
mening tussen de gescheiden ouders.
De ouder die met het gezag is belast, dient de niet-gezagsouder op de hoogte te stellen omtrent gewichtige aangelegenheden m.b.t. het kind. Ook dient de gezagsouder de nietgezagsouder te raadplegen over te nemen beslissingen. Hierbij kan gedacht worden aan kwesties als schoolkeuze, leerprestaties of zaken op medisch of financieel terrein.
In de meeste situaties houden beide ouders zich goed aan deze afspraken. Het komt helaas
voor dat dit niet het geval is. Wat dan? In de wet is vastgelegd dat niet iedere derde verplicht
is de niet-gezagsouders te informeren over het kind. Alleen derden die beroepshalve (leerkrachten, hulpverleners, artsen) beschikken over informatie over het kind, zijn wettelijk verplicht om deze informatie te verstrekken. Dit recht geldt alleen de niet-gezagsouder. Andere
personen hebben dit recht niet (bv. een oma of tante van het kind).
De school hoeft de informatie over het kind overigens niet uit zichzelf te verstrekken. De nietgezagsouder moet er uitdrukkelijk om vragen. Ook niet iedere informatie hoeft te worden verschaft. Het moet gaan om belangrijke feiten en omstandigheden. Deze moeten bovendien betrekking hebben op de persoon van het kind of diens verzorging en opvoeding (schoolrapporten, informatie m.b.t. het gedrag of verslagen van oudergesprekken).
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 25 ~
Schooljaar 2014 – 2015
De informatie hoeft alleen aan de niet-gezagsouder te worden gegeven als de andere ouder die
ook gekregen zou hebben.
Het kan voorkomen dat de school van mening is dat de informatie niet verstrekt wordt. Het
moet dan gaan om ‘zwaarwegende belangen’ (‘het belang van het kind staat voorop’). De nietgezagsouder kan dan een klacht indienen. Uiteindelijk zou de rechter kunnen beslissen dat de
school de informatie alsnog moet geven. De rechter zal het verzoek van de niet-gezagsouder
in ieder geval afwijzen indien het belang van het kind zich tegen het verschaffen van de informatie verzet. Daarbij moet worden gedacht aan situaties waarbij het recht op omgang aan de
niet-gezagsouder is ontzegd.
5.8 SCHORSING
De school kan in alle gevallen besluiten tot tijdelijke schorsing. Hiervoor is geen “aanloopperiode” nodig. Schorsing is niet op de wet gebaseerd, maar een in de praktijk gegroeid fenomeen. Een leerling kan voor een dag of een onbeperkt aantal dagen
worden geschorst, als daarvoor in de concrete praktijk aanleiding is. Bijv. als
een leerling zich zo misdraagt dat van verstoring van de rust en orde op school
sprake is. Gedurende de periode van schorsing zal aan de leerling huiswerk
meegegeven worden. De leerling blijft namelijk leerplichtig. Bij schorsing wordt
voorafgaande aan de beslissing tot schorsing contact opgenomen met de directeur-bestuurder.
De leerplichtambtenaar van de gemeente Bunschoten wordt op de eerste dag van de schorsing
hiervan op de hoogte gebracht.
Bij bedreiging van een medewerker van de school door een ouder/verzorger kan/kunnen de
leerling(en) van dat gezin worden geschorst.
5.9 VERWIJDERINGSBELEID
De volgende motieven kunnen aanleiding zijn een leerling van school te verwijderen:
Ernstig wangedrag van leerling of ouder/verzorger. Van ernstig wangedrag is sprake als het
niet beperkt blijft tot een incident, dus herhaaldelijk voorkomt, en als het ingrijpend negatieve,
in zekere zin onomkeerbare effecten heeft voor de rust, veiligheid of sfeer op school of in de
groep; ernstige verstoring van de vertrouwensrelatie tussen school en de ouder / verzorger;
achterhouden van relevante informatie bij de inschrijving van de leerling door de ouder/verzorger;
We hebben het hier over uitzonderlijke situaties waarbij de grenzen van de school duidelijk
worden overschreden.
Wanneer dergelijke situaties zich voordoen dat de verwijdering van de leerling het enig overgebleven alternatief lijkt te zijn, is het van belang dat wordt gehandeld conform onze notitie
verwijderingbeleid. Deze notitie is getoetst aan de Wet Primair Onderwijs en ligt voor u ter
inzage op school.
Bij bedreiging van een medewerker van de school door een ouder/verzorger kan/kunnen de
leerling(en) van dat gezin worden verwijderd uit de school of zelfs uit de schoolvereniging.
5.10 REGELING TER VOORKOMING VAN AGRESSIE, GEWELD & SEKSUELE INTIMIDATIE
Het bevoegd gezag heeft een regeling vastgesteld ter voorkoming van agressie, geweld en
seksuele intimidatie. De regeling (AGSI) ligt ter inzage op alle scholen. Het doel van deze regeling is om alle vormen van agressie, geweld en seksuele intimidatie binnen of in de directe
omgeving van de school te voorkomen en daar waar zich incidenten voordoen adequate maatregelen te treffen om verdere escalatie te voorkomen.
De regeling bevat de volgende intentieverklaring:
Binnen de Schoolvereniging Dr. G. v. Goor wordt agressie, geweld en seksuele intimidatie niet
geaccepteerd. Agressie, geweld en seksuele intimidatie verpesten de schoolsfeer en zijn slecht
voor het werk- en leefklimaat. Een slechte sfeer heeft een negatieve invloed op de werkprestaties van het personeel en de studieresultaten van de leerlingen. Om agressie, geweld en seksuele intimidatie tegen te gaan, geven het bestuur, de directie, de MR en het voltallige personeel de volgende intentieverklaring af:
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 26 ~
Schooljaar 2014 – 2015
1.
Het bestuur, de directie en het personeel willen een schoolklimaat handhaven waarin iedereen elkaars integriteit respecteert;
2. Hiertoe zullen het bestuur, de directie en het personeel een actief beleid voeren gericht op
het voorkomen en bestrijden van agressie, geweld en seksuele intimidatie;
3. Het bestuur en de directie zullen klachten dienaangaande serieus behandelen;
Het bestuur, de directie en het personeel zullen agressie, geweld en seksuele intimidatie niet
tolereren. Passende gedragsregels en een passend sanctiebeleid zullen hieraan vormgeven.
Om adequaat te kunnen handelen naar aanleiding van incidenten worden de volgende maatregelen doorgevoerd:
 er is een protocol voor opvang personeel bij ernstige incidenten opgesteld;
 er is een protocol voor opvang leerlingen bij ernstige incidenten opgesteld;
 er is een protocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld
(verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie opgesteld;
 er is een procedure voor schorsing en verwijdering leerlingen vastgesteld
(dit is een beleidsnotitie binnen de schoolvereniging);
 schorsing van personeel vindt plaats conform het geldende CAO PO;
 bij ernstige incidenten wordt een extern deskundige ingeschakeld
(bv. Bureau Slachtofferhulp).
Ingeval van ‘agressie / geweld / seksuele intimidatie’, zal een werkgroep worden samengesteld, waarin zitting hebben:
- preventiemedewerker (vertegenwoordigt personeel)
- directielid (vertegenwoordiger schoolleiding)
- lid MR oudergeleding (vertegenwoordiger ouders)
Eén van bovenstaande personen is contactpersoon voor personeel, leerlingen en ouders die
incidenten willen melden. Dit meldpunt is vrij toegankelijk en anonimiteit is gewaarborgd. Tevens is er de mogelijkheid om zich te richten tot de vertrouwenspersoon van de schoolvereniging (zie kopje ‘klachtenregeling’)
5.11 KLEDINGCODE
Waarom dit protocol?
We constateerden op de scholen dat (een kleine groep) kinderen steeds vrijer omging met
normen en waarden. Ook in kleding is deze houding terug te vinden (naveltruitjes, petten, kleding stagiaires). Wij zijn van mening dat er richtlijnen moeten worden gesteld om duidelijk te
maken waar de grenzen liggen. Uiteraard gaan we uit van onze christelijke waarden, maar
tevens van de waarden die een beschaafde opvoeding volgens onze inzichten met zich meebrengt.
Wat zijn de concrete kledingvoorschriften?
 Kleding met dubieuze teksten zijn verboden (aanstootgevend, provocerend).
 Geen kleding van het merk Lonsdale (discriminerend) en G-sus (aanstootgevend voor het
christelijk geloof).
 Geen situaties met zichtbare onderbroeken / strings (boven een broek uit).
 Geen kleding met inkijksituaties.
 Geen blote buiken.
 In de klas geen hoofddeksels (betreft zowel hoofddoekjes als petten).
 Bij tatoeages en piercings geldt dat er niet op een detail moet worden gekeken, maar naar
de indruk/uitstraling die het geheel maakt (al dan niet beschaafd?). Zo nodig moet een tatoeage worden bedekt en moet een piercing worden afgedaan.
 Een piercing mag niet belemmeren, zoals een tongpiercing.
Het toepassen van maatregelen wordt niet bindend voorgeschreven, maar wordt naar bevinding gedaan door team en directie.
Voor wie is dit bestemd? Kinderen, personeel en stagiaires.
Overdreven? We zijn van mening dat de afspraken over kleding niet gezocht zijn en vinden de
code redelijk.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 27 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Richtlijnen moeten enerzijds aansluiten bij de gangbare gewoontes in de maatschappij (bv.
wat is in de mode). Anderzijds hoef je je hier niet door te laten leiden en zul je in sommige
gevallen moeten laten merken dat je een bepaalde wijze van kleding niet accepteert.
Mag de school dit voorschrijven?
Een school is vrij om kledingvoorschriften voor te schrijven. Er zijn wel voorwaarden aan verbonden (niet discriminerend, vrijheid van meningsuiting, opname schoolgids, geen ondubbelzinnige maatregelen, maatregel niet onevenredig zwaar).
We hebben onze kledingcode getoetst aan de leidraad van het Ministerie van OC&W.
5.12 KLACHTEN
Onze klachtenregeling is gebaseerd op de modelklachtenregeling van De Besturenraad (Veres).
De klachtenregeling is van toepassing op alle mogelijke soorten klachten. Ook klachten op het
gebied van seksuele intimidatie vallen derhalve onder deze regeling.
Het is goed er op te wijzen dat het in het menselijk verkeer gebruikelijk is, voordat we in het
officiële traject komen van het (mogelijk) indienen van een klacht, eerst de normale weg te
bewandelen om problemen of onduidelijkheden op te lossen.
Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel, schoolleiding en
bevoegd gezag op een juiste wijze worden afgehandeld.
Als er klachten worden ingediend valt dit meestal op terreinen van pedagogische, didactische en schoolorganisatorische zaken. Het gaat hier bijvoorbeeld
om de sfeer in een groep, de begeleiding van leerlingen, de toepassing van
strafmaatregelen, de inrichting van de schoolorganisatie.
Het is zaak dat in deze situaties het onderstaande traject wordt bewandeld:
 De ouders nemen contact op met de groepsleerkracht. Onder contact wordt verstaan een
persoonlijk gesprek. Een telefoontje is niet voldoende. De groepsleerkracht dient de directie
van de school op de hoogte te brengen van het gesprek. Wanneer bij een kind meerdere
disciplines binnen de school betrokken zijn, zoals de intern begeleider, is het raadzaam om
hem/haar bij het gesprek te betrekken.
 Wanneer ouders het gevoel hebben dat zij door de leerkracht niet naar tevredenheid zijn
gehoord, dienen zij zich te richten tot de directie van de school. Ook hier gaat het weer om
een persoonlijk gesprek.
 Wanneer ouders het gevoel hebben nog niet naar tevredenheid te zijn gehoord, kunnen zij
zich wenden tot het bestuur.
 Er is vanuit het schoolbestuur een klachtencommissie samengesteld die bestaat uit Carolien
Poort en Hetty Heinen.
Indien men besluit een klacht in te dienen bij de interne klachtencommissie van het schoolbestuur, dan wordt u verwezen naar de website van de schoolvereniging www.pco-bunschoten.nl
Daar vindt u de volledige klachtenregeling, met de stappen die gezet worden in de procedure.
5.13 VERTROUWENSPERSOON
De schoolvereniging heeft twee vertrouwenspersonen. De vertrouwenspersoon kan door ouders en werknemers benaderd worden. In de meeste gevallen zit iemand dan met een probleem, een onbevredigend gevoel, de behoefte aan een vertrouwelijk gesprek, seksuele intimidatie, of een dreigend conflict. De vertrouwenspersoon zal nagaan of u de juiste weg al hebt
behandeld door uw punt van zorg eerst te bespreken op de plek waar dat hoort (bv. eerst een
gesprek aangaan met de leerkracht van uw kind, of met de directie van de school).
De vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt.
De vertrouwenspersoon gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een
klacht. Hij / zij begeleidt de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent desgewenst bijstand bij het doen van aangifte bij politie of justitie.
De vertrouwenspersoon verwijst de klager, indien en voor zover noodzakelijk of wenselijk,
naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 28 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Indien de vertrouwenspersoon slechts aanwijzingen, doch geen concrete klachten bereiken,
kan hij / zij deze ter kennis brengen van de klachtencommissie of het bevoegd gezag.
De vertrouwenspersoon geeft gevraagd of ongevraagd advies over de door het bevoegd gezag
te nemen besluiten.
De vertrouwenspersoon neemt bij zijn/haar werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht. Hij / zij is verplicht tot geheimhouding van alle zaken die hij / zij in die hoedanigheid verneemt. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn / haar taak als vertrouwenspersoon heeft beëindigd.
De vertrouwenspersoon brengt jaarlijks aan het bevoegd gezag schriftelijk verslag uit van
zijn/haar werkzaamheden.
U kunt zonodig met deze vertrouwenspersonen contact opnemen.
Mw. A. Westland,
Dhr. A. v.d. Mheen
Sweelinckstraat 7
Van Hogendorplaan 7
3752 HK Bunschoten
3752 GR Bunschoten
: 298 26 66
: 298 16 11
Landelijke klachtencommissie
Indien één van de partijen zich niet kan vinden in het oordeel van het bestuur dan kan men
zich wenden tot de landelijke klachtencommissie. Alvorens men dit doet is het verstandig om
eerst in contact te treden met de vertrouwenspersoon voor een onafhankelijk advies.
Gegevens:
Klachtencommissie Christelijk Onderwijs
(bezoekadres: Raamweg 2, 2596 HL Den Haag) (postadres:) Postbus 82324
2508 EH Den Haag
Tel. 070 – 3861697 (van 9.30 tot 15.00 uur)
e-mail: [email protected]
website: www.klachtencommissie.org
5.14 VERVANGING
Het kan uiteraard voorkomen dat de juf/meester niet aanwezig is door ziekte of verlof. Wat
dan? Welke maatregelen worden genomen ten behoeve van een zo volledig mogelijke benutting van de onderwijstijd?
De directeur van de school zal een invalkracht benaderen. Binnen de schoolvereniging hanteren we een lijst met potentiële vervangers. Met elke invalkracht is een gesprek gevoerd, waarbij met name is gesproken over de prot. chr. identiteit van ons onderwijs.
Als het niet lukt om een externe vervanger aan te trekken, wordt intern gezocht naar een oplossing. Zo kan het zijn dat parttimers van de eigen school worden ingeschakeld of dat intern
leerkrachten moeten wisselen, als er bijvoorbeeld wel een vervanger voor de onderbouw beschikbaar is, maar niet voor de bovenbouw. Wanneer dit niet lukt, wordt er binnen de schoolorganisatie gezocht naar een andere oplossing. Bijvoorbeeld: een stagiaire voor de groep (onder verantwoording van een andere leerkracht), een directielid of een intern begeleider voor
de groep, groepen samenvoegen, de groep opsplitsen over meerdere groepen waarbij zij een
taak krijgen.
Er is een situatie denkbaar dat al deze oplossingen zijn uitgeput. In allerlaatste instantie wordt
de mogelijkheid overwogen om de groep naar huis te sturen. Als deze laatste mogelijkheid
moet worden toegepast, gelden daarvoor de volgende afspraken:
 in principe niet de eerste dag
 alleen in het uiterste geval hiertoe overgaan
 ouders uiterlijk één dag van te voren schriftelijk op de hoogte stellen
 voor leerlingen die geen opvang hebben, binnen de school opvang regelen en ouders benaderen voor opvang
 lesroostertechnisch kan het soms beter zijn om op opeenvolgende dagen verschillende
groepen naar huis te sturen.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 29 ~
Schooljaar 2014 – 2015
5.15 SCHOOLVERZUIM
Ziekte.
Wanneer uw kind ziek is, wilt u dan 's morgens voor half negen even naar school
telefoneren of aan een ander kind een briefje meegeven? Wij weten dan waarom
een kind niet aanwezig is in de school en hoeven ons niet ongerust te maken over
een mogelijk ongeluk op weg van huis naar school. Indien mogelijk willen we,
wanneer een kind een besmettelijke ziekte heeft, daarvan ook graag in kennis
worden gesteld.
Extra verlof.
De regels voor extra verlof zijn door veranderde wetgeving aangescherpt voor alle scholen in
Bunschoten. Voor extra verlof moet u bij de directie een formulier aanvragen en invullen.
Leerplichtprotocol
De gemeenten in de regio Eemland hebben een protocol schoolverzuim. Dit protocol is ontstaan vanuit een behoefte van gemeente en scholen om duidelijkheid te verkrijgen over de
leerplichtwet en die op uniforme wijze toe te passen.
In het leerplichtprotocol zijn o.a. de regels voor het aanvragen van verlof opgenomen. Er zijn
twee soorten verlof: vakantieverlof en verlof wegens gewichtige omstandigheden. Vakantie
onder schooltijd is in principe niet mogelijk. De leerplichtwet gaat ervan uit dat ieder gezin een
gezamenlijke gezinsvakantie van twee weken binnen de vakanties kan organiseren.
De vakantie hoeft dus niet speciaal in de zomervakantie te vallen, dit kan ook b.v. in de kerstvakantie. Een verzoek voor vakantieverlof moet u indienen bij de directeur van uw school. Als
u een verzoek voor vakantieverlof indient, moet u er rekening mee houden dat dit alleen toegestaan kan worden wegens het specifieke beroep van een van de ouders (b.v. loonbedrijven
of strandtenthouders) en er moet tevens een werkgeversverklaring worden overlegd. De directeur stelt dan een onderzoek in.
Vakantieverlof mag maar eenmaal per schooljaar worden verleend en mag niet langer dan tien
schooldagen duren. Vakantieverlof mag niet plaatsvinden in de eerste twee weken van het
schooljaar.
Extra vakantieverlof mag NIET verleend worden vanwege de volgende redenen:
 goedkope vliegtickets
 omdat de tickets al gekocht zijn of om dat er geen tickets meer zijn in de vakantieperiode
 men had al geboekt
 men heeft een (mini)vakantie cadeau gekregen, bijv. van opa en oma.
 vermijden van drukte bij de boot om op de vakantiebestemming te komen
 vermijden van drukte bij de skilift
 het hebben van een eigen zaak
 problematische vakantieplanning met collega’s of personeel
 een van de kinderen kan niet alleen achterblijven
 allochtone ouders die een langere vakantie willen om het land van herkomst te bezoeken
 voorblijven van de vakantiefile enz.
Verlof in geval van andere gewichtige omstandigheden is verlof wat buiten de wil van de ouders en/of de leerling ligt.
Voorbeelden van gewichtige omstandigheden:
 een verhuizing van het gezin (maximaal 1 dag)
 het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten
(binnen de woonplaats maximaal een dag, buiten de woonplaats maximaal twee dagen)
 ernstige ziekte of overlijden van bloed of aanverwanten (in overleg met de directeur)
 viering van een 12 ½ -, 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van (groot)ouders
 viering van een 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum van (groot)ouders
De volgende situaties zijn GEEN andere gewichtige omstandigheden:
 familiebezoek in het buitenland
 vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 30 ~
Schooljaar 2014 – 2015
 een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te
gaan
 eerder vertrek of latere terugkeer in verband met de (verkeers) drukte
 verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn
Een verlofaanvraag voor tien schooldagen of minder dient u in bij de directeur van uw school.
Betreft het gewichtige omstandigheden voor meer dan tien schooldagen, dan beslist de leerplichtambtenaar na overleg met de directeur te hebben gevoerd.
Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor verlof dient zo spoedig mogelijk te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren).
Ongeoorloofd verzuim:
Verlof dat opgenomen wordt zonder toestemming van de directeur of leerplichtambtenaar
wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. De leerplichtambtenaar beslist of er proces-verbaal wordt opgemaakt.
Als u vragen heeft kunt u zich tot de directeur van uw school wenden of tot de leerplichtambtenaar van de gemeente Bunschoten, mevrouw A. Gerritsen (033-2991484).
5.16 SPONSORING
Wij vinden het wenselijk en noodzakelijk om voor het bekostigen van het onderwijsproces naar
ondersteunende activiteiten en extra middelen te zoeken. Concreet houdt dit bijv. in: adverteren in de schoolkrant, shirtreclame op de sportkleding die de jongens en meisjes dragen bij
toernooien en de schoolsportdag.
Het volgende is bij sponsoring van belang:

Wij erkennen dat sponsoring een tweezijdige relatie inhoudt, waarin de school een aantrekkelijke, zelfstandige partner wenst te zijn.

De pedagogische/didactische opdracht van de school dient op de eerste plaats te staan.

Het onderwijsproces mag niet afhankelijk worden van sponsoring.

Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid en de betrouwbaarheid van het
onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen.

Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de statuten van onze schoolvereniging,
alsmede met de doelstellingen van de school en het onderwijs.

Samenwerking tussen scholen en bedrijven komt ten goede aan het leer- en ontwikkelingsproces van leerlingen.

Sponsoring mag geen negatief effect hebben op de geestelijke en/of lichamelijke ontwikkeling van leerlingen.

Voor bedrijven staat hun maatschappelijke betrokkenheid voorop als zij scholen sponsoren.

Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Zo mag
sponsoring niet appelleren aan gevoelens van angst, bijgelovigheid of misleidend zijn. De
sponsor mag geen voordeel trekken uit onkunde of goedgelovigheid van kinderen.

Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de door de school en het schoolbestuur aan het onderwijs gestelde kwalitatieve eisen. Zo mag in lesmaterialen en leermiddelen geen (impliciete) reclame voorkomen en mag daarin geen sprake zijn van onvolledige of subjectieve informatie

Indien er op een andere wijze in schoolverband reclame wordt gemaakt, mag dit de leerlingen niet stimuleren tot een ongezonde leefstijl en/of gevaarlijke activiteiten.

De continuïteit van het onderwijs mag niet in gevaar komen doordat op enig moment
sponsormiddelen wegvallen.

Bij financiële steun moet dit transparant worden gemaakt voor alle betrokkenen. De sponsormiddelen moeten gescheiden zichtbaar worden gemaakt, bijvoorbeeld in de jaarrekening. Voor alle betrokkenen bij school dient dit goed toegankelijk te zijn.

Nieuwe vormen van sponsoring worden afgestemd binnen het directieoverleg (KDB).
Rol van de MR:

De schoolleiding kan pas een sponsorcontract afsluiten, nadat het een voornemen daartoe
heeft voorgelegd aan de MR, conform het ‘Convenant onderwijs en sponsoring’ van febr.
2009.

Nieuwe vormen van sponsoring vallen onder het instemmingsrecht van de MR.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 31 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Wij kennen een modelsponsorovereenkomst en verwijzen naar het “Convenant scholen voor
primair en voortgezet onderwijs en sponsoring” (dit zijn afspraken op landelijk niveau, tussen
het ministerie en de onderwijsorganisaties).
5.17 PRIVACY-REGLEMENT
Al bij de aanmelding van een kind door de ouders / verzorgers worden er
gegevens gevraagd en geregistreerd op een formulier of opgeslagen in een
computerbestand. Voor elke leerling wordt een dossier aangelegd. Tijdens
de schoolloopbaan van een kind worden verder allerlei zaken geregistreerd
en bewaard in het leerlingendossier en/of opgeslagen in een computerbestand. Hierbij kunt u denken aan: observatieformulieren, uitslagen van
toetsen, verslagen, enz. Met deze gegevens moet zorgvuldig worden omgegaan en de privacy van alle betrokkenen dient gewaarborgd te zijn. De wetgever heeft dit
onderkend en regels vastgelegd in de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Deze wet is ook
van toepassing op het onderwijs.
Door het schoolbestuur is daarom een ‘privacyreglement verwerking leerlingengegevens’ vastgesteld. Een exemplaar van dit reglement ligt voor ouders / verzorgers ter inzage in school.
Het doel van de registratie van gegevens wordt in artikel 2 van dit reglement als volgt omschreven:
- "de persoonlijke levenssfeer van leerlingen van wie persoonsgegevens worden verwerkt
beschermen tegen misbruik van die gegevens en tegen het verwerken van onjuiste gegevens,
- voorkomen dat persoonsgegevens worden verwerkt voor een ander doel dan het doel waarvoor ze verzameld zijn,
- rechten van de leerlingen waarborgen.”
De vereniging kent tevens een ‘privacyreglement verwerking gegevens personeel’.
5.18 WET BESCHERMING PERSOONSGEGEVENS
Alle scholen hebben een website. Naast informatie worden daar ook foto’s op gepubliceerd van
activiteiten die op school hebben plaatsgevonden. Bijvoorbeeld het Sinterklaasfeest, een sponsorloop, het schoolreisje, enz.
Vanuit de Wet Bescherming Persoonsgegevens (zie boven) moeten wij u op de hoogte brengen
van het feit dat uw kind via een foto op de site van de school te zien kan zijn. Mocht u bezwaar
hebben tegen het plaatsen van foto’s van uw kind(eren), wilt u dat dan doorgeven aan de icter of directie van uw school?
Ook komt het voor dat in school filmopnames worden gemaakt. Dit kan als doel hebben dat de
leerkracht wordt begeleid, maar ook kunnen PABO-studenten hun lessen filmen als onderdeel
van hun portfolio/stageverslag.
Indien u bezwaar heeft dat uw kind wordt gefilmd, is het goed om dit op voorhand bij de directie van de school aan te geven.
5.19 VERVOER VAN KINDEREN
Regelmatig maken scholen gebruik van auto’s voor vervoer van leerlingen, bijvoorbeeld naar de bibliotheek of een museum. We zetten de regels op een rij.
Regels ten aanzien van de plek in de auto:
 Kinderen tot en met 11 jaar zitten achterin.
 Alleen kinderen vanaf 12 jaar, of onder de 12 jaar met een lengte van 1,50 meter of langer mogen voorin zitten.
Regels ten aanzien van autogordels
 Kinderen kleiner dan 1,35 m. moeten een autostoeltje of zittingverhoger gebruiken.
 Kinderen groter dan 1,35 m. en volwassenen (18 jaar en ouder) moeten de autogordel gebruiken en mogen zo nodig ook een zittingverhoger gebruiken.
 De autostoeltjes en zittingverhogers moeten goedgekeurd zijn volgens ECE reglement 44/03
(of hoger 44/04). Dit is te zien aan een keuringslabel of –sticker. Voor een goede werking
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 32 ~
Schooljaar 2014 – 2015
moet het autostoeltje of de zittingverhoger op de juiste manier zijn vastgezet. Vanaf 1 mei
2008 mag in auto’s die op alle zitplaatsen gordels hebben, niemand meer zonder gordel
worden vervoerd.
Ten aanzien van de chauffeurs/begeleiders:
 Indien aanwezig wordt er gebruik gemaakt van kindersloten.
 De kinderen dienen op een veilige plaats in- en uit te stappen: aan de trottoirkant of, als er
geen trottoir is, in de berm.
 Begeleiders dienen ook altijd uit te stappen.
 De chauffeur houdt zich aan de verkeersregels, met name aan de maximumsnelheden.
 Het is raadzaam om niet in colonne te rijden, maar afspraken te maken over de te rijden
route.
5.20 VERZEKERING
De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering
en een aansprakelijkheidsverzekering.
Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen,
personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als
een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten deels meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van de betrokkene geen dekking
biedt (bv. door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets, enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school
actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van
onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding
zijn tot misverstand.
Ten eerste is de school of het schoolbestuur niet aansprakelijk voor alles wat
tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel
het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de
school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen,
maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school
moet dus tekort geschoten zijn.
Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder
de aansprakelijkheidsverzekering en wordt niet door de school vergoed.
Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Kinderen of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders, zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de
school georganiseerde activiteiten schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (=
de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders / verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
De WA-verzekeringen zijn geen ongevallenverzekeringen! Dus als de leerlingen lichamelijk
letsel overkomt dat niet te wijten is aan een tekortkoming van het personeel of meehelpende
ouders, kan op deze verzekering geen beroep gedaan worden. Hier komt dan een andere verzekering om de hoek kijken: de basisverzekering, welke elke ouder wel heeft en welke kosten
van lichamelijk letsel in voorkomende gevallen voor hun rekening nemen.
Verzekering in de auto voor ouders en leerlingen t.b.v. buitenschoolse activiteiten vallen onder
de schoolongevallenverzekering. Voor schade aan de auto zijn wij als school (schoolvereniging) niet aansprakelijk.
Nog enkele praktijkvoorbeelden:

Op het schoolplein is uw kind aan het knikkeren. Per ongeluk komt een knikker tegen één
van de ruiten van de school, hetgeen een breuk veroorzaakt. In dit geval zal uw WAverzekering de schade moeten uitbetalen aan de school.

De kinderen fietsen van het zwembad terug naar school. Uw kind wordt van achteren aangereden door een medeleerling die niet goed oplet, hetgeen schade aan de fiets tot gevolg
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 33 ~
Schooljaar 2014 – 2015


heeft. In dit geval dient u contact op te nemen met de verzekering van de betreffende
medeleerling.
Tijdens een handvaardigheid les brandt de hulp biedende leerkracht met een soldeerbout
een gat in een net nieuwe trui. In dit geval wordt er een beroep gedaan op de schoolverzekering.
Tijdens diezelfde handvaardigheid les waarbij wordt gesoldeerd, blijft de leerkracht een
kwartier weg. De kinderen worden rumoerig en er ontstaat een vechtpartij met lichamelijk
letsel bij een van de kinderen tot gevolg. In dit geval wordt de schoolvereniging aansprakelijk gesteld, aangezien er sprake is van schuld (nalatig gedrag) van de leerkracht.
5.21 CENTRUM JEUGD & GEZIN (OPVOEDONDERSTEUNING)
Onze scholen werken nauw samen met het ‘Centrum Jeugd en Gezin Bunschoten’. Het CJG
geeft informatie en advies over opvoeden en opgroeien. Het is bedoeld voor leden van het gezin: ouders, kinderen, jongeren. Op aangeven van de Regiegroep Onderwijs heeft de gemeente Bunschoten subsidie beschikbaar gesteld voor het aanstellen van een ‘opvoedondersteuner’.
Je zou dit kunnen vergelijken met schoolmaatschappelijk werk. Opvoedondersteuning voorziet
in een behoefte van ouders met opvoedvragen die niet kunnen worden beantwoord door leerkrachten of peuterleidsters. De ervaringen met de opvoedondersteuning zijn positief.
Gegevens:
Centrum Jeugd & Gezin
E- mail : [email protected]
Kon. Wilhelminastraat 32 Website: www.cjgbunschoten.nl
3751 ED BUNSCHOTEN
Tel.
: 033-2980194
5.22 JEUGDGEZONDHEIDSZORG
De GGD voor kinderen in het basisonderwijs
De afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD regio Utrecht ondersteunt en
adviseert ouders, kinderen en jongeren bij het gezond opgroeien. Daarom
onderzoekt de GGD alle kinderen op verschillende leeftijden, om zodoende
kinderen die extra ondersteuning nodig hebben op tijd te signaleren.
De GGD werkt nauw samen met andere professionals die zich inzetten
voor de gezondheid, groei en ontwikkeling van de jeugd. Aan elke school is een jeugdgezondheidszorgteam van de GGD verbonden. Dit team bestaat uit een jeugdarts, een jeugdverpleegkundige en een assistente JGZ.
Gezondheidsonderzoeken
U krijgt als ouder van ons bericht als uw kind aan de beurt is voor onderzoek. De standaard preventieve onderzoeken vinden plaats op school. In
principe is het eerste onderzoek in de basisschoolleeftijd het onderzoek in
groep 2, daarna in groep 7.
Na het onderzoek wordt u schriftelijk geïnformeerd over de bevindingen.
Hierbij staat ook vermeld of er nog een vervolgafspraak wordt aangeboden
met een jeugdarts of jeugdverpleegkundige. U krijgt dan een uitnodiging
om samen met uw kind naar het spreekuur te komen.
De GGD verwijst als dat nodig is door naar de huisarts of andere instanties.
Spreekuur jeugdarts / jeugdverpleegkundige
De spreekuren vinden plaats op de GGD locatie. Alle ouders en kinderen kunnen gebruik maken van het spreekuur. U kunt er terecht met vragen over de ontwikkeling of gezondheid van
de kinderen of voor onderzoek of een gesprek.
U



kunt gebruik maken van het spreekuur, als:
U zelf vragen hebt over de ontwikkeling of gezondheid van uw kind
Het consultatiebureau aangeeft dat onderzoek of een gesprek gewenst is
De leerkracht zich zorgen maakt, en in overleg met u een afspraak op het spreekuur voorstelt en dit doorgeeft aan de GGD.
 Het onderzoek op school aanleiding geeft tot extra onderzoek of een gesprek
In het eerste geval maakt u zelf een afspraak door te bellen met de GGD.
In de overige drie gevallen ontvangt u een uitnodiging van de GGD.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 34 ~
Schooljaar 2014 – 2015
Telefonisch spreekuur voor opvoed- en gezondheidsvragen
Heeft u een vraag over de opvoeding of de ontwikkeling van uw kind, dan kunt u contact met
de GGD opnemen van maandag t/m vrijdag tijdens kantoortijden. U wordt dan zo mogelijk
dezelfde dag nog teruggebeld door een jeugdverpleegkundige.
U kunt de GGD bereiken op telefoonnummer 033 – 4600046. De GGD biedt ook opvoedondersteuning via de e-mail: [email protected] en de mogelijkheid om te twitteren met de
jeugdarts via @deschoolarts.
Vaccinaties DTP en BMR
De GGD voert het rijksvaccinatieprogramma uit, waarbij kinderen worden ingeënt tegen een
aantal infectieziekten zoals bof, mazelen, rode hond, difterie, tetanus en polio. In het jaar dat
uw kind negen jaar wordt, krijgt u een oproep om uw kind te laten vaccineren. Kinderen krijgen twee vaccinaties. De DTP prik tegen difterie, tetanus en polio en de BMR-prik tegen bof,
mazelen en rode hond.
Wilt u meer weten?
Voor meer informatie over het werk van de GGD of voor het maken van een afspraak kunt u
bellen naar 033 – 4600046. Kijk ook eens op onze website:
www.ggdru.nl of mail naar [email protected]
Het JGZ team dat het komende schooljaar is verbonden aan uw school bestaat uit:
Arts
Jeugdverpleegkundige
Assistent JGZ
Planner
GB’er
Elisabeth van Uden
Annette Vermeer
José van de Hoef
Jeanne Pelupessy
Astrid van Ouwerkerk
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
5.23 OPLEIDINGSSCHOLEN (STAGES)
Onze scholen bieden stageplaatsen. In de regel zijn deze voor studenten van de PABO. Daarnaast zijn er stageplaatsen beschikbaar voor leerlingen van de opleiding voor onderwijsassistent. Ook is het mogelijk om snuffelstage c.q. maatschappelijke stage te lopen voor leerlingen
uit het voortgezet onderwijs.
De schoolvereniging neemt deel aan het project “Partners in Opleiding en Ontwikkeling” (POO)
van de Marnix Academie en “Opleiden In De School” (OIDS) van de Christelijke Hogeschool
Ede (CHE). Door deel te nemen aan het project POO en OIDS wil PCO-Bunschoten de missie
Wij ontwikkelen gezamenlijk talenten ook mogelijk maken voor Pabo-studenten. We zien een
actieve rol voor onze scholen in het opleiden van met name leraren basisonderwijs.
De vijf scholen hebben onderling afspraken gemaakt over een verdeling van de studenten tussen de Marnix Academie (Wegwijzer, Vlucht) en de CHE (Grondtoon, Ark en Van Amerongenschool). Indien blijkt dat de verhoudingen van Pabo-studenten uit Bunschoten-Spakenburg
anders komt te liggen, dan passen we de verdeling aan. Ook draait De School met de Bijbel uit
Eemdijk mee met onze ICO-bijeenkomsten. Eemdijk is tevens verbonden met de CHE.
Op elke school een leerkracht aangesteld als ICO (interne coördinator opleiden). De ICO is
verantwoordelijk voor de stage op zijn/haar school. De communicatie tussen de ICO-ers van
onze scholen verloopt via de BOC (bovenschoolse opleidingscoördinator) Daniëlle Hop-Heek.
Bij de plaatsing van LIO-stagiaires op onze scholen wordt een stevig traject doorlopen (sollicitatiebrief, sollicitatiegesprek, proefles, schriftelijk verslag met voordracht aan bestuur).
De LIO-benoemingsprocedure is te vinden op de website van de vereniging.
LIO-ers ontvangen een vastgestelde stagevergoeding. De vergoeding wordt bekostigd uit het
P&A-budget (bovenschools) en bedraagt € 600. Bij tevredenheid na afloop van de LIO-stage
hanteren we binnen de schoolvereniging een voorrangsbeleid bij de werving en selectie.
Iedere leerkracht wordt geacht te kunnen functioneren als mentor.
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 35 ~
Schooljaar 2014 – 2015
5.24 CULTUUREDUCATIE
Aan de scholen wordt door het Ministerie jaarlijks een bedrag toegekend voor ‘culturele vorming’ van de kinderen. Al enkele jaren maken we gebruik van de diensten van ‘Kunst Centraal’, het steunpunt voor cultuureducatie in de provincie Utrecht.
Kunstmenu
Ieder jaar biedt Kunst Centraal een scala aan mogelijkheden op gebied van de kunstzinnige
vorming. De diverse onderdelen worden verspreid door de basisschool aangeboden, zo maakt
ieder kind in zijn/ haar schoolloopbaan kennis met alle kunstvak disciplines (muziek, dans,
beeldend, drama, literatuur en AV).
Cultuurprogramma
Er wordt aandacht besteed aan cultuur in de directe omgeving van de kinderen. Dat wil zeggen
lokaal en regionaal niveau; het zogenaamd ‘lokaal cultureel erfgoed’. U moet hierbij bijv. denken aan Museum Spakenburg, schilderstijlen aan de hand van lokale/regionale landschappen,
het carillon, de architectuur van een bekend gebouw in Bunschoten, enz.
5.25 HUISBEZOEK
Goede contacten met ouders vinden wij van groot belang. Zowel school als ouders streven
immers dezelfde doelen na (in opvoeding en onderwijs) bij de kinderen. Ouders zien we daarom als gelijkwaardige gesprekspartners.
Voor de leraren zijn de bevindingen van de ouders essentieel om het kind goed te kunnen begeleiden. En voor de ouders is het van belang dat zij goed geïnformeerd worden over de ontwikkeling van hun kind.
Er zijn tussen school en gezin verschillende contacten, die variëren van het tienminutengesprek, telefonisch contact, tot het huisbezoek.
Over huisbezoeken zijn binnen de schoolvereniging afspraken gemaakt.
Het is geen haalbare kaart om ieder jaar alle ouders te bezoeken. We hebben afgesproken dat ouders om het jaar bezocht worden, bij voorkeur op
de volgende wijze:
Gr. 1: alle ouders worden bezocht
Gr. 2-3: om en om
Gr. 4-5: om en om
Gr. 6-7: om en om
Gr. 8: geen huisbezoek
(alle ouders van gr. 8 komen op school om te praten over de verwijzing naar het voortgezet
onderwijs).
Bij zorgleerlingen en in specifieke gevallen brengt de leerkracht uiteraard een extra huisbezoek.
5.26 INSPECTIE
De basisscholen in Bunschoten-Spakenburg vallen onder de verantwoording van het
Rijksinspectiekantoor te Utrecht. Hier kunt terecht voor informatie en vragen.
Adresgegevens:
Inspectie van het onderwijs
Kantoor Utrecht
Postbus 2730 (Park Voorn 4)
3500 GS Utrecht
Website : www.onderwijsinspectie.nl
E-mail : [email protected]
Tel. 030-6690600
Einde van het algemene gedeelte van de Schoolgids van de vijf scholen van de
“Vereniging van Scholen met de Bijbel
‘Dr G. van Goor’
te
Bunschoten - Spakenburg”:
“P.C. Scholen met de Bijbel ‘ Dr. G. van Goor’ Bunschoten – Spakenburg”
~ 36 ~
Schooljaar 2014 – 2015