L I M B U R G S G E S C H I E D- E N O U D H E I D K U N D I G G E N O O T S C H A P Opgericht 1863 Samen de geschiedenis van Limburg ontdekken CONVOCAAT LGOG Kring Ter Horst 15 december 2014. Dhr. P.J.T. Vissers Secretaris T. 077-398.41.40 E. [email protected] Wintercursus: Activiteit: Literatuur in Limburg Wanneer: Dinsdag 20 januari, 3 en 10 februari 2015 van 19.30 uur tot 21.30 uur. Locatie: Instructielokaal museum “De Kantfabriek”, Americaanseweg 8 te Horst. Aan de leden van LGOG Kring Ter Horst Ieder jaar organiseert LGOG kring Ter Horst traditiegetrouw een wintercursus. Na het succes van verleden jaar waar we uitgebreid stilstonden bij Het veranderde landschap in NoordLimburg door de eeuwen heen, gooit het bestuur het nu over een hele andere boeg. Dit jaar nemen we de Limburgse literatuur onder de loep. Een drietal deskundige inleiders is aangetrokken voor een boeiend programma te zorgen. Graag nodigen wij u uit deel te nemen aan deze wintercursus. De editie 2015 heeft als titel: Literatuur in Limburg. Gedurende drie avonden zullen we ons met dit onderwerp bezighouden; verderop in deze brief kunt u een beknopte beschrijving van de avonden lezen; op de website www.lgogterhorst.nl vindt u een uitgebreidere versie. De avonden vinden plaats in het lokaal van museum De Kantfabriek, Americaanseweg 8, 5961 GP Horst. De avonden beginnen telkens om 19h30 en zullen om 21h30 eindigen. Er is een aparte parkeerplaats achter het museum voor deelnemers aan de cursus beschikbaar (borden P-Kantfabriek volgen). De deelnamekosten bedragen € 25,00 voor leden van LGOG en € 32,50 voor niet-leden. In deze kosten is tevens koffie/thee gedurende de drie avonden inbegrepen. Aanmelding kan via de secretaris van de kring, de heer J. Vissers, bij voorkeur via e-mail. [email protected], anders via 077-3984140. Het bedrag kan worden overgemaakt op: NL28RABO017.36.07.047 Inschrijving gaat op volgorde van aanmelding waarbij een minimum en een maximum geldt; de inschrijftermijn sluit op 14 januari 2014. In de hoop u op deze interessante bijeenkomsten te mogen begroeten, tekent met vriendelijke groet, Drs. M.P.G.M. van den Munckhof dhr. P.J.T. Vissers LGOG, Postbus 83, 6200 AB Maastricht – T. 043-321.25.86 - E. [email protected] - W. www.lgog.nl Voorzitter secretaris De bijeenkomsten: 20 januari 2015: Van Veldeke tot Van Reen. Literatuur in Limburg tussen 900 en nu. (spreker: dhr. dr. Lou Spronk) Sedert januari 2011 kent het LGOG een Commissie Literatuurgeschiedenis. Deze liet in januari 2013 een Blauwdruk voor de Geschiedenis van de literatuur in Limburg verschijnen. Inmiddels is door verscheidene auteurs aan die geschiedenis gewerkt. Zij zullen hun verhaal over de literatuurhistorie met gedichten en prozateksten van de schrijvers illustreren. Naar verwachting zal het boekwerk in 2015 gereedkomen en in 2016 in twee banden verschijnen. De Geschiedenis van de literatuur in Limburg .... daarover kunt u aan het auteursteam kritische vragen stellen, bijvoorbeeld: Als het over de tijd vóór 1800 gaat, wat verstaan jullie dan onder ‘literatuur’? Hoe breed is voor jullie het ‘literaire veld’? Nemen jullie het toneel mee, de journalistiek, het kinderboek, columns, songs? Wat doen jullie met de Latijnse werken die vroeger verschenen zijn, en de Franstalige? Telt de literatuur in de streektaal volwaardig mee? En wat beschouwen jullie als ‘Limburg’ in de tijd dat er van een provincie nog geen sprake was? In grote lijnen wil ik u schetsen wat er op letterkundig gebied tussen 900 en 1815 in de Maasgouw, en daarna in Limburg, te beleven viel, in onze ‘eigen’ talen, het Nederlands en het dialect, en in de vreemde talen, speciaal het Frans. Op afzonderlijke auteurs of literaire werken zal ik niet ingaan. Dat zal uiteraard wel gebeuren in de komende, tweedelige Geschiedenis van de literatuur in Limburg. Dr. Lou Spronck (1936) studeerde Nederlands en Geschiedenis aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. Vanaf 1962 was hij werkzaam aan het Jeanne d’Arc College te Maastricht, eerst als leraar en conrector, van 1978 tot 1997 als rector. Hij promoveerde in 2009 aan de Universiteit Maastricht op Theodoor Weustenraad (1805-1849) en de ‘Percessie van Scherpenheuvel’. Zijn belangstelling gaat uit naar geschiedenis, literatuur, dialect en volkskunde van de eigen regio, in het bijzonder in de negentiende eeuw. In de afgelopen jaren publiceerde hij diverse artikelen in Maasgouw en Publications. . Dinsdag 3 februari 2015: Bertus Aafjes (spreker: dhr. dr. Rob Molin) De dichter, schrijver, essayist, vertaler en (reis)journalist Bertus Aafjes, geboren in 1914 in Amsterdam, heeft de helft van zijn leven in Limburg gewoond, eerst in Hoensbroek en later in Swolgen bij Venray. Hoe raakte de wereldreiziger Aafjes in Limburg verzeild en wat vond hij zo bijzonder aan deze provincie? Wat heeft hij geschreven over Limburg en welke contacten onderhield hij met schrijvers en andere kunstenaars hier? Deze en andere vragen komen aan de orde in de lezing van neerlandicus Rob Molin, die op 12 mei 2014 bij gelegenheid van Aafjes’ honderdste geboortedag de biografie 'In de schaduw van de hemel' publiceerde. Rob Molin (1947) studeerde aan de Universiteit van Amsterdam en promoveerde op de poëticale opvattingen van Adriaan Morriën van wie hij ook de biografie schreef. LGOG, Postbus 83, 6200 AB Maastricht – T. 043-321.25.86 - E. [email protected] - W. www.lgog.nl 1. Data in het (Limburgse) leven van Aafjes -Voor het eerst in Limburg en in Maastricht (1933 en 1935) in de zomervakantie van Kleinseminarie in Uden (Brabant) en Grootseminarie Warmond (bij Leiden) -Voetreis naar Rome via Limburgse Mijnstreek (1936) -In Rome 1936 vriendschap met Felix Rutten, een vriendschap voor het leven -In 1937 verschijnen drie afleveringen van een mede door Aafjes geredigeerd kritisch tijdschrift, Klondyke -In Leuven (1937-1938) leert Aafjes als student archeologie de Maastrichtenaar Josef Viegen kennen , de dichter Ilja Destinow. Via hem raakt Aafjes bevriend met de Maastrichtse schilder en dichter Robert Franquinet -Verschijnt op bijeenkomsten van de Limburgse Kunstkring in Maastricht (opgericht 1910) -Eind 1938-september 1939. Voortzetting van de archeologiestudie in Rome -Vanaf eind 1939 leidt Aafjes een bohemienleven in Amsterdam. In deze periode bezoekt hij twee keer zijn vrienden in Maastricht. Nadere kennismaking met Charles Eyck in Valkenburg. En via hem leert hij twee prominente Heerlense figuren kennen, Frits Voncken, apotheker, en Marcel van Grunsven, burgemeester van Heerlen -Rond 1940. Medewerking aan het tijdschrift Criterium (onder redactie van o.a. Cola Debrot) met gedichten, verhalen en kritieken -1943-1945. Ondergedoken in Friesland -Na de bevrijding. Werkt mee aan culturele activiteiten in de Raadszaal van Heerlen -1946. Verschijning van het geruchtmakende ‘epos’ Een voetreis naar Rome -1947-1949. Reis naar Egypte -1950. Vestiging in Wijlre -1951-1972. Kasteel Hoensbroek -1953. Drie essays over experimentele poëzie in Elseviers Weekblad waaraan Aafjes tot in de jaren zestig aan vrijwel elke aflevering een bijdrage levert. In Egypte en de jaren tot en met 1952 was hij verbonden geweest aan de Volkskrant -1953. Door Aafjes georganiseerde tentoonstelling op Kasteel Hoensbroek van het werk van Vincent van Gogh -1953. Verschijning van De karavaan, Aafjes’ laatste gedichtenbundel wanneer Deus sive natura (1980) niet wordt meegerekend. In beslag genomen door de reisjournalistiek publiceert Aafjes na 1953 nog maar heel weinig poëzie. Dat betekent dat hij na zijn boekdebuut in 1940 (Het gevecht met de Muze) eigenlijk niet meer dan zo’n vijftien jaar dichter is geweest. -Jaren vijftig. Medewerking aan Steenkool en Nieuws van de Staatsmijnen in Limburg. Alle afleveringen zijn op Internet te raadplegen (Google: Nieuws van de Staatsmijnen) -1959. Twee ‘Limburgse’ publicaties: Het Troje van het carboon en Italiaans schetsboek -1964. Groot feest op Kasteel Hoenbroek b.g.v. vijftigste verjaardag. Toekenning van de Van Grunsvenprijs -Jaren zestig (tweede helft) Incidentele medewerking met reisreportages aan het tijdschrift Avenue -1969. Verschijning van eerste bundel met Rechter Ooka-verhalen -1972. Verhuizing naar Swolgen bij Venray -Vriendschap met in Swolgen wonende schrijvers: Herman Pieter de Boer en Hermine de Graaf (filmpje over Aafjes en Swolgen door Wiek Lenssen. Google: Swolgen Huis in Bos van Bertus Aafjes) -1973. Novelle over Rechter Ooka als Boekenweekgeschenk (Een lampion voor een blinde) -1985. Verschijning van De val van Icarus -1987. De sneeuw van weleer -1993. Overlijden op bijna 79-jarige leeftijd in Swolgen LGOG, Postbus 83, 6200 AB Maastricht – T. 043-321.25.86 - E. [email protected] - W. www.lgog.nl 10 februari: Ton van Reen (spreker: dhr. Ton van Reen) Ton van Reen werd in Waalwijk geboren als derde van vijf kinderen. Toen hij drie maanden oud was verhuisde het gezin naar Panningen. Toen hij tien jaar oud was, overleed zijn vader aan een hartziekte. Ton van Reen doorliep de mulo en had verschillende beroepen. In 1968 trouwde hij met Corrie Zelen, met wie hij zich in Heerlen vestigde. Samen met haar zette hij halverwege de jaren '70 een uitgeverij op die zich voornamelijk richtte op Afrikaanse literatuur. In 1984 werd deze uitgeverij echter gesloten, zodat Van Reen zich fulltime met schrijven kon bezighouden. Als journalist, onder meer voor de Volkskrant, reisde Ton van Reen de hele wereld af. In Afrika werd hij getroffen door de armoede en begon hij enkele projecten ter bestrijding van de armoede, waaronder de Stichting Lalibela in Ethiopië, die hij in 1999 samen met zijn zoon David oprichtte. In 1965 debuteerde hij met zijn gedichtenbundel Voge!s. Vanaf dat jaar schreef Van Reen in totaal 32 luisterspelen voor de radio. Een jaar later verscheen zijn eerste roman: Geen oorlog. Zijn eerste kinderboek, de verhalenbundel De toverring en andere heksenverhalen, kwam in 1985 uit. Hij schreef meer dan vijftig boeken: romans, verhalen, reisverslagen, gedichten en jeugdboeken. Bekend zijn de vier jeugdboeken over de Bokkenrijders: Ontsnapt aan de galg (1986), Vurige ruiters (1989), De gesel van het zwarte goud (1992) en Het loon van de duivel (1994). Deze boeken zijn in 1994 verfilmd tot de televisieserie De Legende van de Bokkenrijders. Zijn œuvre voor de volwassen lezer speelt zich af in Noord-Limburg, de streek waar Van Reen opgroeide. Zijn schildering van het naoorlogse dorpsleven en katholicisme is een equivalent van wat Jan Wolkers en Maarten 't Hart deden voor het strenge en bekrompen protestantisme van hun jeugd; bij Van Reen echter ontbreekt iedere rancune. Bekend zijn onder meer de romans Het winterjaar (1986), Roomse meisjes (1990), Brandende mannen (1997), Gevallen ster (1999), de novelle Thuiskomst (1988) en de verhalenbundel In het donkere zuiden (1988). Deze werken werden in 2005 opgenomen in de verzamelbundel Rijke levens. De laatste grote roman van Ton van Reen in dit genre is Gestolen jeugd (2001), een titel die verwijst naar de ervaringen van enkele jonge mensen gedurende de oorlogsjaren in Limburg en Duitsland. Ook schreef hij het boek Vlucht voor het vuur, dat in 1998 uitkwam. Van Reen heeft ook non-fictie geschreven, waaronder Klein volk; leven en werken van de kabouter (2002), een verhandeling over kabouters zoals ze voorkomen in de oude streekfolklore van Oost-Brabant en het aangrenzende deel van Limburg. In 1988 kreeg Van Reen de Halewijn-literatuurprijs van de stad Roermond voor zijn complete œuvre. LGOG, Postbus 83, 6200 AB Maastricht – T. 043-321.25.86 - E. [email protected] - W. www.lgog.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc