Brandstoftransitieplan 2014-2015

^]& groningen
a,
■'
;
-
|
.
'
'
;
*
'
-t'^'-'i'^
-f ,
f- f: ^f
f
postadres: Postbus 610
9700 AP
;^-, ^#.^^ -;f^ Groningen
f.
050 316 49 I I
| , ~:^,. •■f jalgemeeiffaxnr.:
050 316 49 33
i.
Aan Provinciale Staten
bezoekadres: Martinikerkhof 12
■
*.w ^ y
^T^
Datum
Briefnummer
Zaaknummer
Behandeld door
Telefoonnummer
E-mail
Antwoord op
Bijlage
4if s ^ ^ ^ ^ lisijiSiifliGsaujill
SSfeSfllïflH^ ü pjA^BüË^lbGLO
LU
Onderwerp
2 5 HM 20U
2014-12.183/13/A. 10, OM
510113
Beerepoot J.L.M.
(050)316 4830
[email protected]
Antwoord op toezegging (16 januari en 5 juni 2013)
Brandstoftransitieplan 2014-2015
Geachte dames en heren,
1. Aanleiding
Hierbij informeren wij u over het door ons op 25 maart 2014 vastgestelde
Brandstoftransitieplan 2014-2015. Dit plan volgt samen met de Nota Duurzame
Mobiliteit het 100.000 voertuigenplan op. Het Brandstoftransitieplan valt onder de
programmalijn 3 & 4 - Blo Based Energy & Groene Gasrotonde van het door u op
8 februari 2012 vastgestelde programma Energie 2012-2015.
LU
O
LU
2. Samenvatting
Wij willen een meer dan evenredige bijdrage leveren aan schoon, stil en duurzaam
vervoer in de provincie Groningen door het organiseren van de benodigde tank- en
laadinfrastructuur voor schone niet fossiele energie om verduurzaming van vervoer
door stille en schone voertuigen/treinen maximaal te faciliteren. Door de
brandstoffentransitie (financieel) te stimuleren worden kansen om het vervoer in
Groningen schoner, stiller en zuiniger te maken maximaal gefaciliteerd. Dit zodanig
dat het vervoer in Groningen kan zorgen voor de daaruit voortvloeiende 0 0 2 emissiereductie.
In dit plan pakken wij de thema's op die randvoorwaardelijk zijn voor de transitie
naar het gebruik van niet fossiele brandstoffen:
Infrastructuur vulpunten (Groengas en LNG):
Laadinfrastructuur voor elektrische mobiliteit
Kennisborging en verspreiding
Fiscaliteit
Financiering
In het uitvoeringsprogramma zijn deze thema's verder uitgewerkt in acties en
projecten.
O
UJ
O
06-HB-SG-001
3. Doel en wettelijke grondslag
In het Brandstoftransitieplan hebben wij die activiteiten en werkzaamheden
beschreven die een bijdrage leveren aan de brandstoftransitie en die
randvoorwaardelijk zijn voor het realiseren van schoon, stil en zuinig vervoer in de
provincie Groningen.
3e provlficie Gronistgeu werkt voiger^s noniiftn die i-.}n vaatiieiegd In een handvisst voor diensfverlenifigDit handvest vindt u op onze website of kunt u opvragen bit de sfcieiing Communic atie en Kabinet Publieksvoorüc htmg: 050 3164160
Gedurende de planperiode 2014-2015 zal het Brandstoftransitieplan sturing geven
aan de uitvoering van de projecten. Het biedt tevens een overzicht van de
middelen die daarvoor beschikbaar zijn.
4. Procesbeschrijving en planning
Tijdens de behandeling van de evaluatie van het 100.000 voertuigenplan op
16 januari 2013 in de commissie Mobiliteiten Energie is door voormalig
gedeputeerde Piet de Vey Mestdagh aan u toegezegd dat er een voertuigenplan 2
komt. In januari 2014 heeft gedeputeerde Bote Wilpstra de toezegging gedaan dat
dit plan er in het eerste kwartaal van dit jaar komt.
Op 5 juni 2013 is aan de commissie Mobiliteit en Energie toegezegd dat de Staten
het nieuwe voertuigenplan ontvangen. Er is toegezegd tevens antwoord te geven
op de vraag van de fractie van de Partij van de Arbeid wat Energy Expo kan
betekenen voor de provincie op het gebied van verduurzaming van het vervoer.
5. Begroting
Dit onderwerp valt onder het thema Energie en Klimaat van het programma
Energiek Groningen van de begroting 2014.
Totaal is een budget beschikbaar van € 969.858,--voor de periode 2014 t/m 2015.
Dit is inclusief het restbudget 2013 dat via technische overboeking beschikbaar
wordt gesteld (voorjaarsnota 2014). Daarnaast zijn in dit budget de middelen
opgenomen (€ 800.000,--) die bij de T wijziging van de provinciale begroting 2013
en de 1^ wijziging van de provinciale begroting 2014 beschikbaar zijn gesteld voor
het stimuleren van het rijden op Groengas.
6. Inspraak/participatie
Er is geen sprake van een formele inspraakprocedure of interactieve (externe)
beleidsvorming. Tijdens het opstellen van de beleidsevaluatie zijn externe partijen
betrokken geweest. Deze evaluatie is de basis geweest voor het
Brandstoftransitieplan en voor de Nota Duurzame Mobiliteit.
7. Nadere toelichting
In de vorige collegeperiode hebben wij uitvoering gegeven aan het
100.000 voertuigenplan dat heeft geresulteerd in de start van de ontwikkeling van
een brandstofinfrastructuur voor alternatieve brandstoffen, onder andere in de
vorm van vulpunten en auto's op alternatieve brandstoffen in het eigen wagenpark.
Op 16 januari 2013 is de evaluatie van dit plan in de commissie Mobiliteit en
Energie besproken.
Uit de evaluatie van het 100.000 voertuigenplan bleek dat voor meer effectiviteit
een meer integrale aanpak met andere beleidsterreinen wenselijk is, vooral met
mobiliteit. Daarom hebben wij naast het Brandstoffentransitieplan een nota
Duurzame Mobiliteit geschreven. Het Brandstoftransitieplan en de nota Duurzame
Mobiliteit zijn voorwaardescheppend voor elkaar. De nota's zijn er onder andere op
gericht om het "kip-ei" probleem dat vaak annex is met duurzame mobiliteit te
doorbreken. Om voertuigen te laten rijden op duurzame brandstoffen moeten er
voldoende vulpunten zijn en om vulpunten te realiseren moeten er voldoende
voertuigen zijn die deze brandstoffen afnemen. Door beide nota's op elkaar af te
stemmen, ook in de uitvoering, is.het mogelijk een zo effectief mogelijk beleid te
voeren.
In dit plan pakken wij de volgende thema's op.
Infrastructuur vulpunten (Groengas en LNG): wij gaan de aanleg van
vulpunten Groengas financieel stimuleren. Naast het financieel stimuleren
is het noodzakelijk om te zorgen voor afzet. Dit kan door met gemeenten
samen te werken aan verduurzaming van het kleinschalig lokaal openbaar
vervoer. Naast Groengas inventariseren wij de inzet van LNG en/of
BioLNG in het zwaar wegtransport. Voor deze brandstof is het noodzakelijk
om met gemeenten samen te werken zodanig, dat de vergunningverlening
geen belemmering vormt voor de realisatie van projecten.
Laadinfrastructuur voor elektrische mobiliteit: wij zetten de samenwerking
met marktpartijen en gemeenten voort zodanig dat een netwerk van
elektrische laadinfrastructuur gerealiseerd kan worden. Wij zorgen ervoor
dat medewerkers en gasten van het provinciehuis elektrisch kunnen laden.
Wij steunen (financieel) initiatieven van marktpartijen om snellaadpunten
aan te leggen in stedelijk gebied. Dit alles zodanig dat de provincie
Groningen deel uit maakt van het landelijke netwerk voor (snel)laadpunten.
Kennisborging en verspreiding: het is belangrijk dat er een goede
koppeling is van marktpartijen, onderwijsinstellingen en bedrijven zodat
goede wisselwerking ontstaat tussen technologie ontwikkeling, innovatie
en onderwijs. De kennis die de marktpartijen hebben kan worden gebruikt
bij de uitvoering van het Brandstoftransitieplan. Wij blijven marktinitiatieven
vanuit Energy Expo steunen.
Fiscaliteit: zorgen voor een gelijk fiscaal speelveld. Wij willen
bewerkstelligen dat het rijden op niet fossiele brandstoffen fiscaal gelijk (of
gunstiger) wordt behandeld dan het rijden op fossiele brandstoffen. Dit
doen wij door optimaal gebruik te maken van ons lobbynetwerk om zo het
Rijk maximaal te beïnvloeden.
Financiering: eigen financieringsregelingen voor vulpunten en voertuigen of
Europese financiering. Om de transitie naar het rijden op niet fossiele
brandstoffen te realiseren zorgen wij voor de benodigde financiële
regelingen. Wij zullen onderzoeken welke instrumenten hiervoor het meest
geschikt zijn (subsidieregeling, leningen, PPS). Daarnaast is het van
belang om bij innovatieprojecten te zoeken naar Europese financiering.
Hiervoor zijn een goed netwerk en kennis van belang.
Deze activiteiten dragen indirect bij aan het behalen van de C02-emissiereductie.
De energiebesparingsbijdrage van de projecten uit het Brandstoftransitieplan
worden minimaal geschat op 0,5 tot 2 kiloton 0 0 2 per jaar. Jaarlijks maken wij een
korte evaluatie van de lopende projecten uit het uitvoeringsprogramma en
beschrijven wij het vervolg en/of nieuwe projecten.
'
8. Afsluiting
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Hoogachtend,
Gedeputeerde Staten van Groningen:
voorzitter.
secretaris.