Nierdonatie door een levende donor

1
Nierdonatie door een levende donor
Op deze website vindt u diverse onderwerpen die van belang kunnen zijn bij levende nierdonatie. Op
elke pagina kunt u terugkeren naar het overzicht. De informatie is ook als pdf beschikbaar.
Mist u nog bepaalde informatie? Neemt u dan gerust contact op met de coördinator (024) 361 08 49.
Waarom een levende donor?
Wie kan een nier doneren?
Hoe kan ik me als nierdonor aanmelden?
Met wie krijg ik te maken?
De procedure
Wanneer kan er geen nier gedoneerd worden?
De cross-overprocedure
Dominodonatie
Niertransplantatie door de bloedgroep heen
De opname
De operatie
De zorg op afdeling urologie
Het herstel
Nazorg
Ervaringsverhaal anonieme nierdonatie
Psychosociale en financiële gevolgen
Nierdonoren woonachtig in het buitenland
Telefoonnummers en routenummers
Praktische informatie
2
Waarom een levende donor?
De laatste jaren neemt het aantal levende nierdonaties toe. Een van de redenen hiervoor is het
tekort aan nieren van overleden personen. Hierdoor groeit de wachtlijst van Eurotransplant, zie
patiënteninformatie bij de Transplantatiestichting. In mei 2013 stonden er 779 nierpatiënten op de
wachtlijst. Ruim de helft van het aantal transplantaties is met een nier van een levende donor
verricht. Een andere reden is dat de resultaten van niertransplantaties met een nier van een levende
donor beter zijn dan van niertransplantaties met een nier van een overleden donor.
Voordelen van een levende nierdonatie

Betere resultaten:
o
nierdonor en ontvangende patiënt (verder genoemd ontvanger) zijn op het moment
van de operatie in een zo optimaal mogelijke conditie
o
de transplantaatnier is in een betere conditie, omdat de nier kort na de uitname bij
de donor getransplanteerd wordt in het lichaam van de ontvanger

mogelijkheid tot transplanteren voordat de ontvanger start met dialyse.
Nadelen van een levende nierdonatie

De gezonde nierdonor ondergaat een voor hem/haar onnodige operatie met bijbehorende
operatierisico's (operatie)

De nierdonor heeft een geringe kans op lange termijncomplicaties (herstel)

De nierdonor blijft onder controle (nazorg)
3
Wie kan een nier doneren?
In principe kan iedereen die een relatie met een nierpatiënt onderhoudt nierdonor zijn. Dit kan zijn:
ouder, broer, zus, kind, partner en mogelijk ook een andere (familie)relatie; ofwel mensen die
anoniem een nier willen afstaan aan een hen onbekende patiënt (altruïstische nierdonatie).
Iemand die een nier af wil staan moet gezond en meerderjarig zijn.
Het is belangrijk dat de nierdonor volledig vrijwillig, onvoorwaardelijk en belangeloos een nier wil
afstaan. Het is niet toegestaan dat u hier een financiële vergoeding voor krijgt.
Ingrijpende gebeurtenis
Het afstaan van een nier is een ingrijpende gebeurtenis in het leven van de nierdonor en zijn/haar
omgeving. De nierdonatie kan invloed hebben op de relatie tussen de nierdonor en de ontvanger, nu
en in de toekomst. Belangrijke vragen hierbij zijn:

Wat is de motivatie om nierdonor te worden? Is de nierdonor vrij om te beslissen?

Hoe zal het zijn als de nierdonatie niet doorgaat, de nier niet aanslaat of de nier na verloop
van tijd wordt afgestoten?
Het is raadzaam om vóór de niertransplantatie eventuele verwachtingen naar elkaar toe uit te
spreken. Mocht in de voorbereidende fase een nierdonor toch terugkomen op zijn/haar besluit om te
doneren dan is dat altijd mogelijk.
Het medisch maatschappelijk werk kan ingeschakeld worden als hulp bij de besluitvorming,
ondersteuning tijdens de procedure en bij vragen omtrent werk en kinderen.
4
Hoe kan ik me als nierdonor aanmelden?
Aanmelding kan via de nefroloog van de ontvanger of direct via de verpleegkundig coördinatoren
levende nierdonatie van het Radboudumc (verder genoemd de coördinator). Dit zijn:

Yvonne Hooghof

Desiree Pilzecker

Simone Mooren ('door de bloedgroep heen' nierdonatie)
Telefoonnummer: (024) 361 08 49
(maandag t/m vrijdag van 08.30 tot 17.00 uur)
Woont u niet in Nederland? Kijk dan bij buitenland hoe u zich kunt aanmelden als donor.
5
Met wie krijg ik te maken?
Het team 'Nierdonatie bij het leven'
De verpleegkundig coördinatoren:

Yvonne Hooghof

Desiree Pilzecker

Simone Mooren ('door de bloedgroep heen' nierdonatie)
De nefrologen, dit zijn internisten gespecialiseerd in nierziekten:

Dr. I. Dooper

Dr. H. Kloke
Het medisch maatschappelijk werk:

Simon van Duin

Sabine Hopman

Gerben van den Bosch
De uroloog, dit is een chirurg die gespecialiseerd in operaties aan nieren en urinewegen:

Dr. F. D‘Ancona

Dr. H. Langenhuijsen
De vaatchirurgen, dit zijn chirurgen gespecialiseerd in operaties aan bloedvaten:

Dr. D. van der Vliet

Dr. F. van Hoek

Dr. M. Warlé

Drs. M. van der Jagt
6
De procedure
Aanmelding
Als een nierdonor nadenkt over het afstaan van een nier aan een familielid, partner, bekende, of
onbekende, dan kan er contact opgenomen worden met de coördinator van het Radboudumc. De
coördinator kan telefonisch de nodige informatie geven en maakt met de nierdonor een afspraak
voor het voorlichtingsgesprek. Het gaat hierbij om een gescheiden traject voor nierdonor en
ontvanger. Dit houdt in dat de begeleiding en beoordeling van de nierdonor gescheiden is van de
begeleiding en beoordeling van de ontvanger. De coördinator vraagt ook naar de bloedgroep van de
betreffende nierdonor en ontvanger. Deze vraag wordt gesteld omdat de bloedgroep van nierdonor
en ontvanger bij elkaar moeten passen:

Een nierdonor met bloedgroep O kan iedereen een nier geven

Een nierdonor met bloedgroep A kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep A of
AB

Een nierdonor met bloedgroep B kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep B of
AB

Een nierdonor met bloedgroep AB kan alleen een nier geven aan een ontvanger met
bloedgroep AB
De rhesusfactor (positief of negatief) is niet van belang bij een nierdonatie. Als de bloedgroep van
nierdonor en ontvanger niet past, is er geen directe nierdonatie en transplantatie mogelijk. Wel
bestaat de mogelijkheid van een indirecte of cross-over nierdonatie of niertransplantatie door de
bloedgroep heen.
Voorlichtingsgesprek
De volgende stap is een afspraak op de polikliniek Nierziekten, waarbij de coördinator uitgebreid
informatie geeft over een levende nierdonatie. Na afloop van dit gesprek kan er bij de nierdonor
eventueel bloed afgenomen worden voor de zogenaamde weefseltypering. Deze wordt dan
vergeleken met de weefseltypering van de ontvanger. Tevens wordt er een kruisproef gedaan. Met
deze kruisproef kan worden vastgesteld of de ontvanger antistoffen bezit tegen de cellen van de
nierdonor. Als de kruisproef ‘positief’ is, zijn er antistoffen aanwezig en kan er geen
niertransplantatie plaatsvinden, de nier zou dan direct worden afgestoten. In deze situatie zou door
middel van cross-over nierdonatie toch een niertransplantatie kunnen plaatsvinden. Bij een
negatieve kruisproef worden geen antistoffen aangetroffen en is directe nierdonatie wel mogelijk.
7
Het duurt drie à vier weken voordat de uitslagen van de weefseltypering en kruisproef bekend zijn.
Als de uitslag binnen is wordt u daarover telefonisch geïnformeerd door de coördinator.
Indien u ouder bent dan 60 jaar wordt eerst uw nierfunctie door middel van bloed- en
urineonderzoek bepaald.
Als er zich meer dan één nierdonor aanmeldt voor dezelfde ontvanger kunnen we een gezamenlijk
voorlichtingsgesprek plannen. In overleg met alle betrokkenen kijken we wie er verder gaat met de
onderzoeken. Er gaat maar één persoon de donatieprocedure in.
De hele procedure duurt zo’n drie à vier maanden als er geen extra onderzoeken nodig zijn. In totaal
moet een nierdonor in deze periode minimaal drie à vier keer het Radboudumc bezoeken.
Weefseltypering
De medische term voor weefseltypering is HLA-typering. HLA staat voor Humane (menselijke)
Leukocyten (witte bloedlichaampjes) Antigenen (kenmerken). Voor dit onderzoek wordt bloed
afgenomen bij de nierdonor en de ontvanger. Er wordt onderzocht in hoeverre de weefseltypering van
de witte bloedlichaampjes van de nierdonor overeenkomt met die van de ontvanger. Deze wordt dan
vergeleken met de weefseltypering van de ontvanger.
Medisch onderzoek
Indien de ontvanger is goedgekeurd voor transplantatie in het Radboudumc en/of de nierfunctie is <
20% dan wordt gestart met de medische procedure.
De nefroloog zal een uitgebreid medisch onderzoek bij u verrichten.
Er worden allerlei vragen gesteld over uw gezondheid en uw medische voorgeschiedenis, gevolgd
door een lichamelijk onderzoek.
Er zal uitgebreid urine- en bloedonderzoek plaatsvinden. Het bloed wordt o.a. onderzocht op
nierfunctie, leverfunctie, bloedsuiker, cholesterol, hemoglobinegehalte en op doorgemaakte
infecties (onder andere hepatitis en AIDS-test). De weefseltypering zal ook herhaald worden.
Er wordt een hartfilmpje (ECG) en een röntgenfoto van hart en longen gemaakt. Tevens zult u een
8
half uur aangesloten worden aan de automatische bloeddrukmeter. Ook wordt u gevraagd
voorafgaand aan het medisch onderzoek thuis twee etmalen (2 x 24 uur) urine te sparen om uw
nierfunctie te bepalen. Het gesprek met ons medisch maatschappelijk werk wordt gecombineerd met
het medisch onderzoek.
Aangezien alle onderzoeken op deze dag samen worden gevoegd dient u er rekening mee te houden
dat u minimaal vier uur in het ziekenhuis zult verblijven.
Uw gewicht is van belang, overgewicht kan namelijk extra risico's voor de operatie opleveren. Wij
hanteren de stelregel dat de Body Mass Index < 30 moet zijn (BNMI = gewicht:(lengte x lengte). Als u
te zwaar bent zult u eerst moeten afvallen voordat de procedure verder gaat.
Bij twijfel dan wel afwijkende resultaten volgt eventueel extra onderzoek. Hierbij is het altijd mogelijk
dat er onverwacht afwijkingen aan het licht komen die soms zelfs nierdonatie onmogelijk maken. De
gezondheid van de nierdonor staat voorop!
De extra onderzoeken kunnen leiden tot vertraging van de procedure.
Extra onderzoeken / consulten
Bij twijfel dan wel afwijkende resultaten wordt eventueel een vervolgonderzoek gedaan.
Het kan ook zijn dat er een consultafspraak wordt gemaakt bij een andere medisch specialist. Dit kan
bijvoorbeeld zijn:

cardioloog

gynaecoloog

maag-darm-lever-arts

longarts

uroloog

psychiater
De altruïstische nierdonor heeft altijd eeen gesprek met de psychiater om de stabiliteit en
wilsbekwaamheid in te schatten.
Afhankelijk van het oordeel van deze specialist wordt er al dan niet verder gegaan met de procedure.
9
Het kan zijn dat u afvalt als donor en dat u zelf nog een medisch traject moet ingaan.
Gesprek medisch maatschappelijk werk
In een gesprek met het medisch maatschappelijk werk wordt uitgebreid stilgestaan bij de motivatie,
verwachtingen en zorgen die een nierdonor heeft. Ook wordt er gesproken over de mogelijke
vergoedingen en het regelen van zorg rondom de nierdonatie.
Röntgenonderzoek
Als de resultaten van de voorgaande onderzoeken goed zijn wordt er een computertomografiescan
(CT-scan) van de nieren gepland. Tijdens dit onderzoek worden met röntgenstralen en een computer
digitale foto’s gemaakt van de nieren, de aan- en afvoerende bloedvaten, de urineleiders en de blaas.
Hierbij wordt contrastvloeistof gebruikt om de bloedvaten zichtbaar te maken. U krijgt deze vloeistof
via een infuus toegediend. De duur van het onderzoek is ongeveer 30 minuten. Aan de hand van dit
onderzoek wordt besloten welke nier het meest geschikt is voor nierdonatie. De uitslag van de CTscan wordt (binnen twee weken) telefonisch besproken met de nierdonor.
Bekijk de patiëntenfolder CT-scan
MAG3-scan
Mocht uit de CT-scan blijken dat uw nieren verschillend in grootte zijn dan wordt er een extra MAG3
scanonderzoek verricht.
Bekijk de patiëntenfolder Nierscan.
10
Dit onderzoek maakt het mogelijk de doorbloeding en werking van beide nieren te beoordelen. Ook
geeft het een indruk van de afvloed van urine naar de blaas.
Indien daaruit blijkt dat er een belangrijk verschil in functie is tussen beide nieren (één nier heeft b.v.
70% en de andere nier maar 30% van de gezamenlijke functie) is nierdonatie niet mogelijk. Doneren
van de kleine nier geeft te weinig nierfunctie voor de ontvanger, doneren van de grote nier geeft een
te lage nierfunctie bij de donor.
Bezoek Polikliniek Urologie en Anesthesie
Als de operatiedatum in zicht komt, bezoekt de nierdonor de uroloog en de anesthesist. De uroloog
is de chirurg die de nier verwijdert en zal met de nierdonor de operatie bespreken. Tevens
beoordeelt de uroloog voor de operatie de CT-scan van de nieren. Ook hij moet uiteraard zijn
goedkeuring geven voor de operatie.
Bekijk de patiëntenfolder Laparoscopisch verwijderen nier.
De anesthesist is de arts die de nierdonor in slaap brengt, oftewel de narcose verzorgt. Hij bespreekt
met de nierdonor de zaken rondom de narcose. Tevens bespreekt de anesthesist het gebruik van
pijnmedicatie na de operatie.
Bekijk de patiëntenfolder Behandeling onder anesthesie
Plannen van de operatie
Het plannen van de operatiedatum is mede afhankelijk van de conditie/nierfunctie van de ontvanger.
Uiteraard probeert de coördinator zoveel mogelijk rekening te houden met de wensen van de
nierdonor. Hierbij dient rekening gehouden te worden met een sterk variërende wachtlijst voor
levende nierdonaties.
11
Wanneer kan er geen nier gedoneerd worden?
In het algemeen kunnen mensen met diabetes (suikerziekte) en/of eiwit in de urine geen nierdonor
worden. Ook mensen waarbij met de microscoop bloed in de urine wordt gevonden, kunnen geen
nierdonor zijn. Bij deze drie afwijkingen/ziekten bestaat namelijk de mogelijkheid dat de nierdonor
zelf in de toekomst een nierziekte ontwikkelt. Dan heeft hij/zij beide nieren zelf nodig om een
verslechtering van de nierfunctie op te vangen. Mensen die een kwaadaardige ziekte hebben
doorgemaakt kunnen in de meeste gevallen evenmin nierdonor zijn. Ook kan het medisch onderzoek
andere aandoeningen aan het licht brengen die nierdonatie onmogelijk maken.
Nierstenen, blaas- en nierbekkenontstekingen
Afhankelijk van de ernst van de aandoening kunnen ook nierstenen en het vaak optreden van blaasen nierbekkenontstekingen aanleiding zijn om een nierdonatie niet te laten doorgaan.
Hoge bloeddruk
Bij moeilijk te behandelen hoge bloeddruk worden nierdonoren eveneens afgewezen. Daarentegen
worden nierdonoren die met één tot twee soorten tabletten een normale bloeddruk hebben vaak
wel voor nierdonatie geaccepteerd.
Verschillende grootte
Mocht uit het CT-scan onderzoek blijken dat de nieren van de nierdonor verschillend in grootte zijn,
dan wordt vaak een extra scanonderzoek verricht. Als daaruit blijkt dat er een belangrijk verschil in
functie is tussen beide nieren is nierdonatie niet mogelijk. Zie röntgenonderzoek.
Meerdere of te korte bloedvaten
Mocht uit het CT-scan onderzoek van de nieren blijken dat er sprake is van meerdere of te korte
bloedvaten naar/vanuit de nier dan kan nierdonatie evenmin doorgaan. Het gaat hierbij meestal om
meer dan twee aders en/of slagaders.
Psychisch
Een nierdonor moet ook in psychisch opzicht gezond zijn. Dit houdt onder andere in dat de nierdonor
bij voorkeur geen psychiatrische of rustgevende medicatie, zoals bijvoorbeeld antidepressiva, nodig
heeft of met de gebruikte medicatie al geruime tijd stabiel is. Het afstaan van een nier is namelijk een
dusdanig ingrijpende gebeurtenis dat de nierdonor ook psychisch in balans moet zijn.
12
13
De cross-overprocedure
Als de bloedgroep van de nierdonor en de ontvanger niet bij elkaar passen of als de ontvanger
antistoffen heeft tegen de cellen van de nierdonor is er sprake van een positieve kruisproef en is
cross-overnierdonatie een mogelijkheid om toch te kunnen doneren/transplanteren. Crossovernierdonatie wordt ook wel gepaarde nierdonorruil of kortweg ruilnierdonatie genoemd.
Er worden twee paren, die beide bestaan uit een nierdonor en een ontvanger, anoniem aan elkaar
gekoppeld. Omdat de nierdonor van paar A niet kan doneren aan de ontvanger van paar A en de
nierdonor van paar B niet aan de ontvanger van paar B, doneren ze kruiselings (= cross-over). De
nierdonor van paar A doneert dan aan de ontvanger van paar B en de nierdonor van paar B doneert
aan de ontvanger van paar A.
In het volgende schema wordt dit weergegeven:
Sinds 2005 is ook een ruil tussen drie of vier paren mogelijk. Schematisch ziet de ruil met drie en vier
paren er uit zoals in de volgende figuren weergegeven:
14
Wie komt er voor een cross-overnierdonatie in aanmerking?
Voor een cross-overnierdonatie komt een nierdonor in aanmerking die medisch goedgekeurd is,
maar die niet rechtstreeks aan zijn/haar ontvanger kan doneren. Zoals eerder beschreven, kan dit
komen vanwege niet bij elkaar passende bloedgroepen of omdat de ontvanger antistoffen in het
bloed heeft tegen de nierdonor.
Voorbereidende onderzoeken voor nierdonor en ontvanger
Als de nierdonor en de ontvanger aangeven dat ze in aanmerking willen komen voor een crossovernierdonatie, wordt de nierdonor uitgenodigd voor een gesprek met de coördinator. In dit
15
gesprek wordtvoorlichting gegeven over cross-overnierdonatie. Ook wordt het medisch onderzoek
verricht. De onderzoeken van de nierdonor zijn dezelfde als de onderzoeken bij een directe
nierdonatie (zie medisch onderzoek). Als dit medisch onderzoek uitwijst dat cross-overnierdonatie
mogelijk is en de ontvanger eveneens is goedgekeurd, kan de aanmelding bij de landelijke crossoverpool plaatsvinden.
Landelijke aanmelding
Zodra de nierdonor en de ontvanger medisch goedgekeurd zijn door de nefrologen in het
betreffende transplantatiecentrum, vindt aanmelding plaats bij de Nederlandse Transplantatie
Stichting (NTS) in Leiden. De NTS is verantwoordelijk voor de toewijzing van de donororganen in
Nederland. De deelnemende transplantatiecentra zijn gevestigd in Groningen, Amsterdam, Utrecht,
Leiden, Rotterdam, Maastricht en Nijmegen.
Het vinden van een geschikte combinatie
Voor het vinden van een geschikte combinatie van nierdonor en ontvanger maakt de NTS gebruik van
een speciaal computerprogramma. Dit computerprogramma werkt op basis van bloedgroepen en
weefseltyperingen van de aangemelde nierdonoren en ontvangers. Het programma kijkt welke
nierdonor aan welke ontvanger een nier kan afstaan en ook andersom: welke ontvanger van welke
nierdonor een nier kan ontvangen. De bedoeling van dit programma is zoveel mogelijk geschikte
combinaties of ook wel 'matches' te vinden. Deze matchprocedure wordt vier keer per jaar
uitgevoerd in de maanden januari, april, juli en oktober. De kans om een geschikte combinatie te
vinden is in het volgende schema weergegeven.
Matchresultaat bij niet passende bloedgroepen
Donor
Ontvanger
Kansen
B
A
= 87 %
A
B
= 73 %
B
O
= 12 %
A
O
= 21 %
AB
O
=0%
AB
A
=0%
AB
B
=0%
16
Donor
Ontvanger
Totaal
Kansen
= 36 % succes
De kanspercentages zijn gebaseerd op de bloedgroepen van de ontvangers en donoren die zich
hebben aangemeld vanaf januari 2004 tot en met januari 2013.
Van de combinaties die zich hebben aangemeld vanwege antistoffen bij de ontvanger is het moeilijk
te voorspellen hoe groot de kansen zijn om een ander geschikt koppel te vinden.
De uitslag van de matchprocedure
De uitslagen van de landelijke matchprocedure worden doorgegeven aan de verpleegkundig
coördinator in Nijmegen. Deze deelt telefonisch de uitslag aan de nierdonor en de ontvanger mee
indien er geen match gevonden is. Indien er wel een match gevonden is wordt u telefonisch
benaderd door de verpleegkundig coördinator indien de uitslagen van de kruisproef bekend zijn; dit
kan 6-8 weken duren. De nierdonor wordt vervolgens doorverwezen naar het behandelend
transplantatiecentrum van de ontvanger van het andere koppel. De nierdonor reist dus naar het
transplantatiecentrum van de nieuwe ontvanger. Als er geen geschikte match gevonden is, blijft de
ontvanger op de reguliere wachtlijst van Eurotransplant staan. Bij een volgende matchronde kunnen
het nierdonor en ontvangerkoppel weer deelnemen.
De operatie
De operatie kan gepland worden zodra de nierdonoren ook in de andere transplantatiecentra zijn
goedgekeurd. De operaties van de nierdonor en ontvanger worden op dezelfde dag gepland en
moeten op hetzelfde tijdstip beginnen. Dit houdt in dat de ontvanger en zijn oorspronkelijke
nierdonor meestal in twee verschillende ziekenhuizen worden opgenomen. Voor familie en vrienden
van een nierdonor en ontvanger betekent dit dat zij hun aandacht moeten verdelen over de
ontvanger in het eigen en de nierdonor in het andere transplantatie-centrum.
Anonimiteit
De gehele procedure is anoniem. Dit betekent dat de deelnemende nierdonoren niet weten aan wie
ze de nier doneren en de ontvangers niet weten van wie ze de nier ontvangen. De persoonlijke
gegevens blijven dus geheim.
17
Nacontrole
De nierdonor krijgt bij ontslag een controleafspraak enkele weken na de operatie. Deze controle
vindt plaats in het niertransplantatiecentrum waar de nierdonor is geopereerd. Daarna zal de
nierdonor terugverwezen worden naar het behandelend niertransplantatiecentrum van zijn eigen
ontvanger. Het herstel na de operatie is hetzelfde als het herstel na een directe nierdonatie.
18
Dominodonatie
Nierdonoren die niet direct aan hun ontvanger een nier kunnen afstaan hebben de mogelijkheid om
aan de landelijke crossover-rondes deel te nemen. Zie crossover procedure.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid dat zij aan een dominodonatie kunnen deelnemen.
Wat houdt een dominodonatie in
Zoals in de tekening te zien is start een dominodonatie met de nierdonatie van een altruïstische
nierdonor. Dit is een nierdonor die anoniem is en die belangeloos zijn nier afstaat.
Afhankelijk van bloedgroepovereenkomst en weefselantistoffen wordt een passende cross-over
ontvanger gekozen. Als meerdere cross-over ontvangers voor deze nier in aanmerking komen wordt
de langst wachtende ontvanger gekozen.
Nadat de eerste cross-over ontvanger de nier van de altruïstische nierdonor heeft ontvangen geeft
diens oorspronkelijke nierdonor een nier aan een tweede bij hem passende cross-over ontvanger.
Deze tweede ontvanger wordt wederom op basis van bloedgroepovereenkomst en wachttijd
gekozen.
19
De keten kan worden voortgezet zolang er passende cross-over ontvangers met hun nierdonoren
zijn. Aan het einde van de keten geeft de laatste cross-over nierdonor zijn nier aan de ontvanger met
de langste wachttijd op de Eurotransplantlijst (=wachtlijst voor nier van overleden donor).
Een dominodonatie kan bestaan uit een keten van 1 tot 5 nierdonoren en ontvangers. Soms is er
geen geschikte cross-over ontvanger. Dan geeft de altruïstische donor zijn nier direct aan de langst
wachtende ontvanger op de Eurotransplantlijst.
Bij een dominodonatie vinden, in tegenstelling tot cross-over, alle operaties in Nijmegen plaats. Deze
operaties vinden niet op dezelfde dag plaats. Er kunnen soms dagen tot weken tussen een volgende
gepland nierdonor-ontvangerkoppel zitten.
Dominodonatie is ook een anonieme procedure.
20
Niertransplantatie door de bloedgroep heen
Als uw bloedgroep en die van uw ontvanger niet verenigbaar zijn, kunt u in aanmerking komen voor
een nierdonatie/niertransplantatie door de bloedgroep heen. Bloedgroepincompatibel betekent
meestal dat de ontvanger bloedgroep 0 heeft en de donor bloedgroep A of B.
Voordat een koppel hiervoor in aanmerking komt, dienen ze eerst drie maal te hebben meegedraaid
in de landelijke crossoverprocedure.
Een persoon met bloedgroep 0 heeft van nature antistoffen tegen bloedgroep A (anti-A) en
antistoffen tegen bloedgroep B (anti-B). Bij een transplantatie met een nier van een donor met
bloedgroep A of B, zullen bij deze ontvanger dus de antistoffen tegen de donorbloedgroep
(bloedgroep A; anti A, bloedgroep B; anti B) uit het bloed gehaald moeten worden. Zonder deze
voorbehandeling bij de ontvanger, zou de getransplanteerde nier zeer snel, binnen 24 uur, afstoten.
Immuno-adsorptie
Dit is het verwijderen van de bloedgroepantistoffen uit het bloed door middel van een speciaal filter.
Deze bloedgroepantistoffen binden dan aan het filter. Door bloedafname bij de ontvanger meet men
of de behandeling succesvol is geweest (= titer). Meestal wordt deze behandeling viermaal toegepast
in de week vóór de geplande transplantatie.
Verder is het mogelijk dat de operatie uitgesteld moet worden als de hoeveelheid
bloedgroepantistoffen bij de ontvanger ondanks de behandeling nog te groot is.
Extra bloedafnames
Voor de nierdonor betekent deze behandeling dat er naast de normale onderzoeken extra
bloedafnames plaatsvinden op een aantal tijdstippen:

tijdens de eerste screening

bij het bepalen van de hoeveelheid antistoffen bij de ontvanger om te beoordelen of de
ontvanger in aanmerking komt voor het door de bloedgroep programma

één week voor transplantatie

één dag voor de transplantatie
21
De opname
In het Radboudumc is het gebruikelijk dat de nierdonor en de ontvanger niet op dezelfde afdeling
worden opgenomen. Ook hier is er sprake van een gescheiden circuit.
De nierdonor wordt één dag voor de operatie opgenomen op de verpleegafdeling Urologie. De
nierdonor krijgt uiterlijk een week voorafgaand aan de operatiedatum een schriftelijke uitnodiging
toegestuurd. De nierdonor wordt vervolgens door de assistent-uroloog en de
afdelingsverpleegkundige geïnformeerd over de gang van zaken op de afdeling. Ook wordt er
nogmaals uitleg gegeven over de operatie. De coördinator komt ook nog bij de nierdonor langs.
De avond vóór de operatie heeft u de mogelijkheid om de ontvanger nog te bezoeken. Overdag kan
dit eventueel ook in overleg met de afdelingsverpleegkundige. In ieder geval moeten bovenstaande
personen bij u langs geweest zijn.
De nacht vóór de operatie mag u vanaf 24 uur niets meer eten en tot 2 uur vóór de operatie mag u
alleen heldere vloeistoffen drinken.
22
De operatie
Voor de operatie
De nierdonor krijgt ongeveer één uur van tevoren een slaaptablet, de zogenaamde premedicatie.
Tussen 7.30 en 8.00 uur wordt de nierdonor in operatiekleding met bed naar de operatiekamer
gereden. Sieraden, bril en evt. prothesen blijven achter op de kamer.
De operatie
De operatie gebeurt onder algehele narcose en duurt zo’n 2 tot 3 uur. Hierbij ligt de nierdonor
op zijn/haar zijde op de operatietafel. Tijdens de laparoscopische operatie, ook wel kijkoperatie
genoemd, wordt de nier verwijderd zonder de spierlagen te beschadigen. Met behulp van
instrumenten via openingen in de buikwand wordt de nier vrijgelegd.
Uiteindelijk wordt de nier via een kleine snede (ongeveer 8-10 cm) boven het schaambeen
uitgenomen. Het komt voor dat de uroloog tijdens de operatie toch besluit om over te gaan tot het
maken van een snede onder de ribbenboog (bijvoorbeeld bij een inwendige bloeding). De kans
hierop is 1,5%.
23
Na de operatie
Alle nierdonoren verblijven na de operatie ongeveer 2 uur op de 'uitslaapkamer'. Daarna gaat de
nierdonor terug naar de afdeling Urologie. Op de afdeling kan bezoek ontvangen worden.
Complicaties
Elke operatieve ingreep kan complicaties geven. Dit geldt ook voor het afstaan van een nier.
Complicaties op korte termijn zijn: urineweginfectie, darmproblemen, forse onderhuidse
bloeduitstorting, wondinfectie, koorts, longontsteking. De kans om deze complicaties te krijgen is
circa 10% (1 op de 10 nierdonoren). Het risico om aan deze ingreep te overlijden wordt geschat op 2
op de 1000 (0,2%). Ook na vele stabiele jaren kan een nierdonor een nierziekte in de resterende nier
krijgen. De kans lijkt gering, maar is niet nihil. Deze kans is niet groter dan bij gezonde mensen die
niet gedoneerd hebben.
24
De zorg op afdeling urologie
Terug op de afdeling
Bij terugkomst op de afdeling heeft de nierdonor een blaascatheter voor de opvang van urine, deze
wordt vaak vóór de operatie ingebracht als de nierdonor al onder narcose is. Deze catheter wordt
doorgaans na 1 of 2 dagen verwijderd.
Tevens heeft de nierdonor een infuus, een plastic buisje in een bloedvat, om vocht toe te kunnen
dienen. Meestal wordt de pijnmedicatie ook via dit infuus toegediend (= morfinepompje). Als de
nierdonor niet misselijk is en goed kan drinken wordt het infuus verwijderd. Meestal gebeurt dat na 1
of 2 dagen.
Een enkele keer wordt er een wonddrain achtergelaten, die zorgt voor het aflopen van het
wondvocht. Afhankelijk van de hoeveelheid wondvocht wordt deze verwijderd.
De wond is direct na de operatie afgedekt met verband. Dit verband mag de 1e dag na de operatie
verwijderd worden. Er hoeft geen nieuw verband meer op als de wond niet lekt. De nierdonor mag
met de wond onder de douche. De hechtingen hoeven niet verwijderd te worden, deze zijn
oplosbaar.
Klachten na de ingreep
Het verwijderen van een nier is een grote ingreep. De eerste dag(en) na de operatie heeft de
nierdonor veelal last van de narcose. Dit kan zich uiten in misselijkheid en braken. Ook kan de
nierdonor wondpijn en eventueel pijnlijke schouders en middenrif kunnen ervaren ten gevolge van
de gassen in de buik. Met behulp van medicijnen wordt geprobeerd deze klachten te verminderen.
Daarnaast is het van belang dat de nierdonor goed doorzucht direct na de operatie om de onderste
longvelden goed te ventileren en de kans op longgerelateerde complicaties te verminderen.
De nierdonor, in tegenstelling tot de ontvanger, verkeert vóór de operatie in een goede lichamelijke
gezondheid. Hierdoor zal de nierdonor de gevolgen van de ingreep waarschijnlijk als extra hinderlijk
ervaren, maar herstelt meestal wel sneller.
Zodra de nierdonor er toe in staat is, kan hij/zij met bed of rolstoel naar de ontvanger worden
25
gebracht. Dit gebeurt in overleg met de afdelingsverpleegkundige. Op de operatiedag zelf mag dit
nog niet.
Begeleiding
De opnameperiode is een spannende tijd voor alle direct betrokkenen:

Is de operatie naar tevredenheid verlopen

Hoe gaat het met de ontvanger

Gaat alles voorspoedig of zijn er onverwachte tegenslagen?
De uroloog, de verpleegkundigen van de afdeling, de coördinator en/of de nefroloog en eventueel
een medisch maatschappelijk werker komen na de operatie bij de nierdonor langs voor begeleiding.
Ontslag
Na ongeveer vijf tot zeven dagen opname in het ziekenhuis gaat de nierdonor met ontslag.
De nierdonor krijgt de folder 'Na de nierdonatie' en een tevredenheidsenquête mee naar huis.
26
Het herstel
Bij ontslag krijgt de nierdonor de folder 'Na de nierdonatie' mee naar huis. Hierin staan de leefregels
voor thuis.
Het afstaan van een nier leidt niet tot beperkingen bij de nierdonor. Er is geen dieet of
medicijngebruik noodzakelijk.
Hoe beter uw conditie is vóór de ingreep, des te beter en sneller zult u herstellen. Ook stoppen met
roken vóór de donatie is om deze reden gunstig. Het is voornamelijk het ongemak van de genezende
operatiewond, die stijfheid en napijn kan geven. Een enkele keer kan er sprake zijn van hevige
oppervlakkige pijn ter hoogte van het litteken. Geadviseerd wordt om de eerste zes weken na de
operatie niet zwaar te tillen of andere lichamelijk zware arbeid te verrichten, zodat de wond goed
kan genezen.
De eerste maanden na de operatie heeft de nierdonor minder energie dan voorheen en is ook sneller
moe. Soms kan men zich ook minder goed concentreren ten gevolge van de narcose. In de loop van
de tijd nemen deze klachten af.
Wij adviseren de nierdonor om in ieder geval de eerste 2 à 3 weken geen auto te rijden. Dit in
verband met mogelijke concentratiestoornissen, maar ook het kunnen verdragen van de autogordel
op het wondgebied.
Het herstel is natuurlijk ook afhankelijk van het herstel van de ontvanger. Uiteraard is het mede
afhankelijk van de tijd en ruimte die de nierdonor krijgt van de omgeving (gezin/werk). De meeste
nierdonoren zijn na ongeveer 6 weken weer gestart met het opbouwen van hun werkzaamheden;
uiteraard is dat afhankelijk van de functie. Meestal voelt de nierdonor zich na drie tot zes maanden
weer helemaal de oude.
Afhankelijk van de thuissituatie van de nierdonor kan er voor het huishoudelijk werk ondersteuning
worden aangevraagd. Zie hiervoor de informatie over de Wet maatschappelijke ondersteuning. Voor
de opvang van kinderen zijn vergoedingen vanuit de NTS mogelijk. Tijdens het gesprek met het
medisch maatschappelijk werk kan hier verder op ingegaan worden.
27
De kans op complicaties op lange termijn is gering. Onderzoeken, waarbij nierdonoren gedurende
een zeer lange periode werden vervolgd (tot dertig jaar na nierdonatie), hebben aangetoond dat er,
bij gezonde nierdonoren, geen verhoogd risico is op het krijgen van hoge bloeddruk of verlies van
nierfunctie.
28
Nazorg
De verpleegkundig coördinator neemt in de week na ontslag telefonisch contact op met de nierdonor
en bespreekt dan hoe het gaat en beantwoordt eventuele vragen. Na zo’n zes à acht weken wordt de
nierdonor op de polikliniek Urologie gezien. Daar bekijkt men het herstel van de wond. Ook wordt er
een (combinatie)afspraak gemaakt op de polikliniek Nierziekten. Tijdens dit bezoek worden
nierfunctie (in bloed/urine) en bloeddruk gecontroleerd en wordt er teruggekeken op de gehele
procedure. Op dezelfde dag kan ook een afspraak bij ons medisch maatschappelijk werk worden
gepland. Geadviseerd wordt om daarna jaarlijks bloeddruk, nierfunctie en urine op aanwezigheid van
eiwit en bloed te laten controleren op de polikliniek Nierziekten van het Radboudumc of bij de
huisarts.
Houd er rekening mee dat de kosten voor de jaarcontrole ingediend moet worden bij uw eigen
ziektenkostenverzekeraar. Het gaat vanaf 1.1.2011 niet meer van uw eigen risico af.
29
Psychosociale en financiële gevolgen
Nierdonorschap is meer dan uitsluitend lichamelijk goedgekeurd worden en een nier afstaan. Er
spelen mogelijk ook allerlei factoren een rol die samenhangen met het psychisch functioneren. Deze
factoren spelen een rol tijdens het nemen van de beslissing om een nier af te staan, gedurende het
voorbereidingstraject maar ook na de nierdonatie. Het is belangrijk dat de nierdonor zich in alle
opzichten zo goed mogelijk voorbereidt op de nierdonatie en aandacht besteedt aan deze
psychosociale factoren. Hieronder worden een aantal factoren nader besproken. In het gesprek met
het medisch maatschappelijk werk kan ook aandacht besteed worden aan deze factoren.
Vrijwilligheid
Een nierdonor moet willen geven en een ontvanger moet willen ontvangen. Er kunnen redenen zijn
waarom de ene of de andere partij niet wil.
Lees verder:
Een nierdonor moet vrijwillig tot deze stap kunnen komen. Als de nierdonor rechtstreeks gevraagd
wordt om nierdonor te zijn, dan kan er een hele ongemakkelijke situatie ontstaan. Zegt een nierdonor
'ja' terwijl hij/zij eigenlijk niet wil, dan doet hij/zij zichzelf tekort. Zegt een nierdonor 'nee', dan kan het
gevoel ontstaan, degene die graag een nier wil hebben, tekort te doen. Dit kan tot een onmogelijk
dilemma leiden. Degene die de nier aangeboden krijgt, moet ook vrijwillig kunnen beslissen of hij wel
een nier van een levende nierdonor wil ontvangen.
Er zijn ontvangers die er veel moeite mee hebben dat een gezond persoon zich laat opereren voor een
nierdonatie. De ontvanger kan ook op basis van het soort relatie dat hij met de potentiële nierdonor
heeft, geen nier van deze persoon willen ontvangen. Als de ontvanger zich bijvoorbeeld afvraagt of hij
nog wel verder wil gaan met de relatie, wil hij dan nog wel de nier van die partner?
Relatie nierdonor/ontvanger
Op het moment dat een nierdonor aangeeft te willen doneren kan er een ongemakkelijk samenspel
ontstaan tussen nierdonor en ontvanger. De ontvanger is blij met het aanbod en wil dit graag laten
merken maar wil niet de indruk wekken de nierdonor onder druk te zetten. Hoe kan zowel een
nierdonor als ontvanger hiermee omgaan.
Lees verder:
Op het moment dat de nierdonor besluit om een start te maken met de onderzoeken en dit heeft
30
besproken met de ontvanger (en nierdonor en ontvanger zijn het er beiden mee eens) dan is het
moment aangebroken om met elkaar te bespreken hoe verder.
Beiden kunnen bijvoorbeeld afspraken maken of de nierdonor juist wel of juist niet gebeld wil worden
als hij/zij voor onderzoeken naar het ziekenhuis is geweest.
Beiden kunnen bijvoorbeeld ook afspreken wie dan wie belt. Op die manier is het voor beide partijen
duidelijk wat ze van elkaar verwachten.
Op het moment dat de nierdonor besluit om donor te worden, is het ook belangrijk om na te gaan of
je als nierdonor iets verwacht van de ontvanger. Voor de ontvanger is het belangrijk om na te gaan of
deze iets van de nierdonor verwacht na de nierdonatie, bijvoorbeeld hoe om te gaan met
dankbaarheid.
Als het gaat om een partnernierdonatie, verwacht de nierdonor dan ander gedrag van zijn/haar
partner na de niertransplantatie omdat hij/zij gedoneerd heeft?
Ook dit soort zaken zijn belangrijk om met elkaar te bespreken in het aanlooptraject om
teleurstellingen en mogelijke spanningen na de nierdonatie/niertransplantatie te voorkomen.
Nierdonatie binnen een relatie
Een nier voor een partner kan tot verbetering van kwaliteit van leven leiden voor beiden (of het hele
gezin). Maar welke invloed kan dit hebben op de relatie als er spanningen zijn of als het idee bestaat
dat de partner ‘helemaal niets’ met de nieuwe nier doet?
Lees verder
Zeker bij een partnernierdonatie speelt vaak de hoop dat als de nierpatiënt getransplanteerd is, het
gezin weer normaal kan gaan draaien. Om dat te kunnen bereiken overweegt de partner te doneren.
Na de nierdonatie moet er binnen de relatie maar ook binnen het gezin een herschikking komen van
verhoudingen, taken en verantwoordelijkheden.
De getransplanteerde is na de nierdonatie weer beter in staat om het ‘normale’ leven te hervatten en
kan daarom weer taken en verantwoordelijkheden overnemen die de gezonde partner in de loop van
de tijd op zich heeft genomen. De partner moet of kan weer taken en verantwoordelijkheden
31
afstoten. Dit kan soms voor alle partijen, niet alleen voor partners maar ook voor eventuele kinderen,
wennen zijn. Zeker wanneer er al sprake is geweest van een uitgebreide ziektegeschiedenis met
ingrijpende gebeurtenissen kan in de periode na de nierdonatie een terugslag komen, door de
verwerking van alles wat men eerder heeft meegemaakt. Dit kan zowel gelden voor de nierpatiënt
maar ook voor partner en/of kinderen.
Het bijzondere bij een nierdonatie aan de partner is dat beide personen zijn opgenomen op het
moment dat zij juist voor elkaar klaar willen staan. Na de nierdonatie zie je vaak dat de aandacht
vooral uitgaat naar degene die is getransplanteerd en dat de nierdonor over het hoofd wordt gezien.
Door hiervan bewust te zijn en erover te praten kan dit ondervangen worden.
Kinderen in het gezin van de nierdonor (en ontvanger)
Voor kinderen, zeker in de basisschoolleeftijd en jonger, kan het heel bedreigend zijn als een van de
ouders opgenomen wordt in het ziekenhuis voor een operatie. In sommige gevallen worden zelfs
beide ouders opgenomen. Naarmate een kind meer heeft meegemaakt van ingrijpende of
levensbedreigende situaties bij een van de ouders kan dit gevoel nog versterkt worden. Waar moet
rekening mee gehouden worden als er kinderen zijn? Wat kan er gedaan worden voor de kinderen
om ze zoveel mogelijk houvast te geven?
Lees verder
Als de nierdonor zijn/haar kinderen wil informeren over het nierdonorschap dan is het belangrijk dat
hij/zij zich realiseert dat het voor kinderen heel bedreigend kan zijn als een of beide ouders worden
opgenomen in het ziekenhuis. De nierdonor in een ziekenhuisbed zien liggen, kan al diepe indruk
maken. Dit speelt een grotere rol naarmate de kinderen jonger zijn.
Tijdsbesef
De nierdonor moet ook rekening houden met het tijdsbesef van kinderen voordat er informatie aan
hen gegeven wordt over wat er staat te gebeuren.
Op school
Kinderen kunnen ook gaan fantaseren over wat er allemaal gaat gebeuren tijdens een operatie. De
uitleg moet daarom ook worden afgestemd op het bevattingsvermogen van de kinderen. Bij kinderen
kan het ook belangrijk zijn om de school te informeren over wat er staat te gebeuren omdat juist vaak
32
op school aan kinderen te merken is dat er iets bijzonders gaande is. Ook als de kinderen op de
middelbare school zitten kan het zinvol zijn om de mentor te informeren.
Opvang
Ter voorbereiding op de operatie zou de nierdonor na moeten gaan wat hij/zij ten aanzien van
zijn/haar kinderen allemaal wil of moet regelen. Een van de vragen is hoe de nierdonor zijn/haar
kinderen wil laten opvangen en wie dit gaat doen.
Zo mogelijk kan de nierdonor zijn/haar kinderen betrekken in de keuze bij wie ze willen zijn als de
operatie gaat plaatsvinden. Op deze manier kan de nierdonor zijn/haar kinderen ook houvast geven
in de voor hen onzekere tijd.
Langskomen in het ziekenhuis
Maak ook afspraken of de kinderen naar het ziekenhuis komen of juist niet. Over deze zaken kan de
nierdonor ook contact opnemen met het medisch maatschappelijk werk.
Nierdonor en vergoedingen
Er zijn veel regelingen en vergoedingen rondom de donatie. Dit kan gaan over reiskosten,
onderzoekskosten, thuiszorg, inkomstenderving of opvang van kinderen
Lees verder
Vergoedingen
Reiskosten van de donor
De reiskosten in verband met de onderzoeken en/of polibezoeken in het ziekenhuis, kunnen
gedeclareerd worden bij de zorgverzekeraar van de ontvanger. Dit is ook het geval mocht de
transplantatie uiteindelijk toch niet doorgaan. De verzekeraar vergoedt alleen de reiskosten van de
donor. Ook bij een cross-over constructie dienen de reiskosten gedeclareerd te worden bij de bekende
ontvanger. Het te vergoeden bedrag wordt doorgaans overgemaakt op de rekening van de
ontvanger. Veel maatschappijen keren namelijk alleen aan de verzekerde uit! Bij een altruïstische
donatie worden de reiskosten geregeld via het medisch maatschappelijk werk die een brief schrijft
naar de zorgverzekeraar van de ontvanger. Mocht de donatie niet doorgaan en de altruïst wel
reiskosten hebben gemaakt, dan wordt dit vergoed door de NTS.
33
Algemene kosten donatie
Er is een vast bedrag van € 320,- voor diverse kleine kostenposten (zoals bijvoorbeeld
gebruiksartikelen voor een verblijf in het ziekenhuis, het eventuele gebruik van televisie en telefoon,
parkeerkosten). Dit standaard bedrag krijgt u altijd als u na donatie het aanvraagformulier van de
NTS invult. Ook als de donatie niet is doorgegaan, terwijl u al wel was opgenomen, dan heeft u recht
op een kleinere vergoeding.
Dagvergoeding voor aangewezen persoon
De donor mag één persoon aanwijzen, die de donor tijdens de opname in het ziekenhuis kan bezoeken
en die een dagvergoeding krijgt. De vergoeding is op basis van afstand tussen het ziekenhuis en
woonplek van de aangewezen persoon en geldt voor de volledige periode van opname van de donor
(er zijn standaardbedragen voor aantal kilometers). Deze dagvergoeding kan gebruikt worden voor
zowel de reiskosten als ook voor een verblijf in het Radboudhotel of ander hotel. Een combinatie
hiervan is ook mogelijk. De prijs van het Radboudhotel is € 35,-- p.n. 1-persoonskamer, € 48,- p.n. 2
persoonskamer. Dit is inclusief ontbijt en gebruik linnengoed. Een kamer kunt u reserveren via het
reserveringsbureau (024-3613530).
Soms worden de reiskosten (in verband met bezoek aan het ziekenhuis) van partner en/of andere
gezinsleden die op hetzelfde adres wonen, vergoed op basis van een aanvullende verzekering. Dit
kunt u navragen bij de zorgverzekeraar van de donor.
Rekeningen van onderzoeken
Mocht u vanwege de onderzoeken voor het donortraject een deel van uw eigen risico van de
zorgverzekering kwijt raken, moet u hierover contact opnemen met de coördinator levende
nierdonatie. Alle deze kosten dienen ten laste te komen aan de zorgverzekering van de ontvanger.
Opvang van kinderen / inwonende ouders
Als er voor de donatie opvang van uw kinderen of inwonende ouders nodig is, dan kunnen deze
kosten gedeclareerd worden bij de NTS door middel van een rekening. Het is van belang duidelijk aan
te tonen welke kosten er zijn gemaakt en of dit noodzakelijke kosten voor opvang was. Het is goed
dat de persoon die de opvang doet er wel rekening mee houdt, dat de inkomsten wel opgegeven
moeten worden bij de belasting. Voor kinderopvang mag maximaal 12 uur per dag berekend worden.
De bedragen die in rekening worden gebracht dienen redelijk te zijn. NTS hanteert daarvoor
maximumbedragen.
34
Ziektekosten na drie maanden
De zorgverzekeraar van de ontvanger vergoedt de medische kosten voor de donor tot 3 maanden na
de donatie. De kosten van de jaarlijkse controles komen vanaf 2011 niet meer ten laste van het
verplichte eigen risico van de zorgverzekering. Mocht u deze jaarcontrole bij de huisarts laten
plaatsvinden, let er dan goed op dat dit niet ten laste van het verplichte eigen risico komt. Dit
huisartsenbezoek valt buiten het eigen risico. Bij urine- en bloedonderzoek is het belangrijk dat het
laboratorium dit goed declareert bij de zorgverzekeraar om te voorkomen dat het ten koste gaat van
een gedeelte van uw eigen risico. Op de huisartsenbrief die u meekrijgt, staan de codes die voor de
laboratoriumonderzoeken gehanteerd moeten worden (DBC post operatief transplantatie donor nier
(poliklinisch). Productnummer: 979002034 declaratiecode: 14B375).
Donor in loondienst
Als u donor wordt en in loondienst bent, moet u zich als de operatiedatum bekend is, vanaf die datum
ziek melden onder vermelding van ‘nierdonor’. Uw werkgever moet u op dezelfde
ziekmeldingsprocedure ziek melden als bij afwezigheid door ziekte. Wij adviseren uw werkgever om
zo snel de operatiedatum bekend is, de melding aan het UWV te doen om ervoor te zorgen dat er
geen strafkorting komt door het te laat aanmelden. Via de vangnet-regeling van het UWV zal uw
werkgever gedurende de tijd dat u afwezig bent door het doneren van uw nier, 100 % van uw
loonkosten vergoed krijgen (met een maximum bruto dagloon van € 190,32). Als uw inkomen boven
dit dagloon ligt, krijgt uw werkgever minder vergoed van het UWV. De NTS betaalt alleen zichtbare
inkomstenderving van de donor uit (met andere woorden: als zichtbaar is op loonstroken dat donor
door donatie minder is gaan verdienen). In verband hiermee is het van belang dat u niet tot het
laatste moment wacht om uw werkgever in kennis te stellen van uw plannen rondom de donatie. Op
deze manier biedt u uw werkgever de mogelijkheid om eventueel een vervanger voor uw
werkzaamheden te regelen. Mochten de onderzoeken (die u voorafgaand aan de operatie heeft)
langer duren dan een halve dag of mocht u een dagopname hebben voorafgaand aan de donatie ,
dan kan uw werkgever ook daarvoor aanspraak maken op de vangnetregeling van het UWV. De
werkgever moet u dan ziekmelden voor die dag in het kader van de vangnetregeling (donoren). Als u
tijdens uw werk ook ORT (onregelmatigheidstoeslag) heeft en deze door afwezigheid bij donatie
misloopt, kunt u daar via de regeling van de NTS ook melding van maken. U dient dan de ORT in de
voorgaande drie maanden aan te tonen. Er wordt dan een gemiddelde uitgerekend en dit wordt door
de NTS vergoed. De vangnetregeling geldt niet voor 65+-ers in loondienst. Loonderving wordt dan via
de NTS geregeld. Voor de vergoeding dienen dan loonstroken van drie maanden voor en na donatie
aan getoond te worden. Voor werknemers met een 0-urencontract geldt dat de NTS bij afwezigheid
35
door donatie de reeds geplande dagen vergoedt. Mochten er geen dagen gepland staan bij opname
(omdat de werkgever in de planning al rekening hield met donatie) dan wordt een gemiddelde
genomen van de afgelopen zes maanden en wordt op basis daarvan berekend wat de donor misloopt
in inkomsten.
Donor en partner als zelfstandigen
Als u donor wilt worden en u bent zelfstandige, dan moet u via uw accountant laten berekenen wat
uw bruto inkomsten zijn in het peiljaar. Het peiljaar is het kalenderjaar vóór het jaar van donatie. Als
de inkomsten in dat jaar echter lager waren dan het minimumloon dan mag gekeken worden naar
een gemiddelde van de afgelopen vijf kalenderjaren vóór het jaar van de donatie. De vergoeding
wordt berekend op basis van bruto belastbare winst in het peiljaar. Het gederfde bruto inkomen komt
tot maximaal € 2600,- per week en maximaal 13 weken na ontslag uit het ziekenhuis in aanmerking
voor subsidie van de NTS. Daarnaast moet u een kopie van uw arbeidsongeschiktheidsverzekering
meesturen naar de NTS. Afhankelijk van uw arbeidsongeschiktheidsverzekering krijgt u een aantal
weken uw verlies aan inkomen gecompenseerd. Ook de vervanging van een meewerkende partner
komt in aanmerking voor vergoeding. Als u als donor werkzaam bent bij uw eigen BV (directeur en
grootaandeelhouder), dan kunt u uw loonstroken van drie maanden voor en na donatie inleveren bij
de NTS. Loondervingkosten zullen op basis van deze gegevens vergoed worden (let wel, met een
maximum van € 2600,- bruto per week).
Donor als uitzendkracht
Zowel uzelf als het uitzendbureau kan u ziek melden bij het UWV (vangnet-regeling, zie donor in
loondienst). Er gelden geen wachtdagen. De verzekeringsarts bekijkt wanneer u het werk weer kunt
hervatten. De hoogte van het uit te keren bedrag is afhankelijk van de tijd dat u al gewerkt hebt via
het uitzendbureau en het aantal uren. Omdat verwerking van de aanvraag tot uitbetaling zo’n 4-6
weken in beslag kan nemen, wordt u geadviseerd om zo gauw u de operatiedatum weet een
aanmelding bij het UWV te doen.
Complicatiedekking verzekering
Voor die situaties waarbij er sprake is van lichamelijke complicaties bij de donor, als gevolg van de
ingreep, waardoor er langer dan 3 maanden na de nierdonatie sprake is van inkomstenderving,
waarvoor geen andere dekking bestaat, bestaat er een complicatiedekking verzekering. Doorgaans is
36
dit alleen voor zelfstandigen van belang. Tot 3 jaar na de ingreep kan een schade worden gemeld. De
schade dient aangemeld te worden bij de instelling waar de ingreep heeft plaatsgevonden.
Huishoudelijke hulp
Als u denkt huishoudelijke hulp nodig te hebben na de donatie, kunt u zelf contact opnemen met het
WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) loket van uw gemeente. Aanbevolen wordt om dit te
gaan doen op het moment dat u een operatiedatum heeft. Er wordt gekeken of er nog een (gezonde)
volwassene bij u in huis woont. Is dat het geval dan bestaat er een grote kans dat u niet voor
thuiszorg in aanmerking komt. Er wordt dan vanuit gegaan dat de gezonde huisgenoot het
huishouden overneemt. Dit kan ook een inwonend volwassen kind zijn, waarvan allebei de ouders
geopereerd worden in verband met donatie/transplantatie. Uiteindelijk bepaalt het WMO of u
daadwerkelijk in aanmerking komt voor huishoudelijke hulp. Iedere gemeente heeft daarin zijn eigen
beleid. De indicatie wordt doorgaans pas vastgesteld als u al geopereerd bent. Hierdoor kan het zijn
dat u eerder thuis bent dan dat er hulp aanwezig is. U kunt de hulp ook in de vorm van
Persoonsgebonden Budget (PGB) krijgen, waarmee u uw eigen hulp kunt inkopen. Het kan dus ook zo
zijn dat u zelf op zoek moet naar hulp. Om deze reden kan het handig zijn om voor de operatie in uw
omgeving te informeren wie u eventueel zou willen helpen na de operatie of gebruik te maken van
aanbiedingen uit uw omgeving. U moet dan vooral denken aan hulp bij het zware huishoudelijk werk
zoals stofzuigen, tillen en badkamer schoonmaken. Om het aantal taken zo beperkt mogelijk te
houden na ontslag uit het ziekenhuis zou u bijvoorbeeld ter voorbereiding ook al kunnen denken aan
het invriezen van maaltijden of de boodschappen laten bezorgen door de supermarkt. Op de website
www.transplantatiestichting.nl (-> Donatie -> Donatie bij leven -> Nier -> Na de operatie : onder het
kopje “uit het ziekenhuis”) kunt u de speciale folder van het Ministerie van VWS over dit onderwerp
bekijken waarin een checklist staat om te kijken of u recht heeft op huishoudelijke hulp.
Verzorging en verpleging
Mocht u na de operatie persoonlijke verzorging of verpleging nodig hebben, dan wordt dat geregeld
vanuit de afdeling waar u bent opgenomen (Urologie). Mocht u een eigen bijdrage moeten betalen
voor de zorg thuis, dan kun u deze ook noteren op het aanvraagformulier onkostenvergoeding bij
donatie, die hieronder verder wordt besproken.
Uitleg aan kinderen
37
Mocht u aan kleine kinderen willen uitleggen wat een nierziekte is en daarbij beeldmateriaal willen
hebben, dan kunt u kijken op de website van de Nierstichting, die daarvoor enkele filmpjes heeft. Ook
kunt u kijken op www.donordenkers.nl . Daarnaast kunt u de CD “Oei.. mijn nieren” bestellen. Dit kunt
u doen door een e-mail te sturen naar [email protected]. De CD kost 10 euro.
De aanvraag onkostenvergoeding bij donatie (bij de NTS)
Met het aanvraagformulier onkostenvergoeding bij donatie, kunt u na donatie een aanvraag indienen
voor tegemoetkoming in de gemaakte kosten. Dit formulier kunt u krijgen via de coördinator levende
nierdonatie of zelf aanvragen bij de NTS. Als het gaat om donoren uit het buitenland is het wenselijk
het aanvraagformulier met de maatschappelijk werker in te vullen. De NTS bepaalt of en hoeveel er
vergoed zal worden. Het ingevulde formulier met kopieën van betalingsbewijzen en/of rekeningen
kunt u zelf opsturen naar de NTS. Op de digitale poli van het Radboudumc en via de website
www.transplantatiestichting.nl (-> Donatie -> Donatie bij leven -> Nier) kunt u nog verdere informatie
vinden over vergoedingen en verzekeringen voor donoren. Mocht het indienen van de aanvraag bij de
NTS of het toekennen van de hulp problemen opleveren, kunt u contact opnemen met het medisch
maatschappelijk werk. Ook voor andere vragen kunt u contact opnemen met: Medisch
Maatschappelijk Werk afdeling Nierziekten Radboudumc, telefoon: 024-3615410
[email protected].
Ervaringen van andere nierdonoren
Op de site van de Nierpatiënten Vereniging Nederland vindt u meer informatie over nierdonatie,
waaronder verhalen van nierdonoren.
Ook verwijzen wij u in dit kader graag naar de website van de vereniging nierdonoren.
Verder staat er op de website van de Nierstichting een inhoudelijk goede folder omtrent nierdonatie.
38
Ervaringsverhaal anonieme donatie
Anonieme nierdonatie: “Dat dat kan!”
De gedachte om een nier af te staan ligt niet voor de hand, maar kan zomaar op je weg komen. Het
was bij mij een optelsom van gebeurtenissen die de ‘klik’ maakten: Een kennis had al jaren een
ernstige nierziekte en op afstand vernam ik af en toe de verhalen van de grote impact die dat op zijn
leven had. Ik hoorde dat in de familie werd gekeken of iemand een nier kon afstaan, uiteindelijk zou
zijn vrouw dat doen. Het kwam toen nog niet bij me op dat ik ook donor voor hem zou kunnen zijn.
Een paar jaar geleden vertelde een tante dat zij een nier ging afstaan aan haar buurvrouw. Indirect
dan, want ze hadden geen goede match. Zij zou haar nier doneren aan een onbekende, en de donor
van die persoon zou de nier aan de buurvrouw afstaan. De commotie rond de grote donor show van
BNN speelde ook in die tijd. Een artikel in de krant over een anonieme donor was het laatste duwtje.
De gedachte dat ik een nier zou kunnen afstaan -dat dat kan!- plofte in het voorjaar van 2010 zo op
mijn weg. Je gaat wat googelen en nadenken.
Ik kon terugkijken op ruim 50 jaren met het geluk van een gezond leven. Ik kende inmiddels ook veel
mensen die dat geluk niet hadden gehad. Dankzij de voortschrijdende medische wetenschap is het
voor gezonde mensen mogelijk om die oneerlijkheid een beetje recht te trekken. Bloeddonaties zijn
al vanzelfsprekend, beenmergdonatie ligt daar in het verlengde van, al is die wat ingrijpender. Een
nierdonatie komt niet vanzelf in beeld, maar nu bij mij dus wel.
Het eerste waar je aan denkt zijn de risico’s. Wat kan er mis gaan? Ben ik in het ergste geval bereid
die consequenties te dragen? Nog belangrijker: wat denken mijn man en gezin ervan, zijn zij ertoe
bereid mij -en daarmee ons- dat risico te laten lopen?
Mijn man keek er natuurlijk van op toen ik hem vertelde een nierdonatie te overwegen. Maar net als
ik keek hij er vooral rationeel tegen aan. Hij wilde mee naar het eerste oriënterende gesprek om
goed te begrijpen wat een nierdonatie inhoudt. Dat gesprek overtuigde ons dat het vanuit de
medische zorg een zeer zorgvuldig proces is, waarin de risico’s minimaal zijn, maar deze ook niet
worden verdoezeld. En dat het helemaal aan mij is om voor mezelf te oordelen of ik die risico’s wil
nemen. Naast de risico’s zijn er natuurlijk onzekerheden over het herstelproces, dat weken, maar ook
maanden kan duren.
Bij die eerste verkenningen sta je zelf vooral in de spotlight. Het motief waarom je het doet - iemand
een groot plezier doen - raakt zelfs een beetje uit beeld, dat was eigenlijk ook goed. Het prettige van
39
een anonieme donatie is onder andere dat degene voor wie je het doet, dat niet weet en dus
helemaal geen rol speelt bij je eigen afwegingen.
Ik besloot om door te gaan met de voorbereidingen van een nierdonatie. Ik was ook wel nieuwsgierig
hoe het eraan toe zou gaan in die medische wereld die ik niet goed kende. Wat ook hielp was dat ik
geen enkele druk voelde. Mocht ik om een reden die ik nu nog niet kon zien later in het proces
besluiten de donatie toch niet door te zetten dan was dat ook in orde. Even goede vrienden.
Ik vond het, eerlijk gezegd, ook wel een avontuur. Dankzij mijn gezondheid had ik nog nooit - op een
amandeloperatie als kind na- in het ziekenhuis gelegen. Ik was wel benieuwd naar die wereld en naar
de fysieke beleving van een operatie, hoe ik mijn lijf zou beleven.
Er zat 15 maanden tussen het eerste gesprek en de uiteindelijke donatie. Af en toe werd ik
opgeroepen voor de medische tests, die goed waren, en het gesprek met de psycholoog, dat ik wel
interessant vond. In verband met mijn werk besloot ik de donatie in de zomer van 2011 te laten
plaatsvinden.
Een paar maanden van te voren informeerde ik twee mensen op het werk. Naarmate augustus
dichterbij kwam vertelde ik wat meer mensen over de a.s. donatie, bijvoorbeeld als ze vroegen wat
voor vakantieplannen ik had. Iedereen reageerde verrast - zou ik ook doen- en verder waren het
gewone gesprekken, waarin ik uitlegde waarom ik dat deed, hoe ik me op de risico’s had voorbereid
en dat ik ook wel nieuwsgierig was.
En toen kwam de dag van de opname. Van te voren had ik een kort briefje gemaakt met een
hartelijke groet en de beste wensen voor de ontvanger van de nier. Een anonieme donatie hoeft niet
onpersoonlijk te zijn, vond ik. Ik vond het verder prima dat ik niets wist van de ontvanger, hoe oud of
jong die zou zijn, hoe lang al op de wachtlijst en ik had ook geen behoefte om achteraf te horen of de
donatie wel of niet geslaagd zou zijn. Ik zou niet weten hoe ik zou reageren als de donatie bij mij
tegen zou vallen en ik dan ook nog zou horen dat de niertransplantatie was mislukt. Niets weten is
soms beter.
Ik had prima geslapen en om half 7 ‘s ochtends was ik meteen aan de beurt. Ik kan me niet veel
herinneren van de weg naar de operatiekamer. Ik was ontspannen, geen laatste oprisping van spijt.
Alles was doordacht, het voelde goed.
40
‘Wat heb ik nou weer gedaan?” was mijn eerste gedachte toen ik bijkwam op de ziekenzaal. Toen
kwam het volle besef dat ik iets onomkeerbaars met mijn lijf had gedaan. En daar lag ik, vooral lijf te
wezen, infusen, katheter, plat op mijn rug, geen idee hoe ik me om moest draaien. Geen spijt, geen
tevreden gevoel, niks. Alleen maar lijf.
Ik had behoorlijk wat pijn en wist de morfine knop goed te vinden. Fantastisch vond ik dat, die
kleurrijke vloeistof dia’s in mijn kop. Verder draaide het vooral om vocht en slapen. Ik liet het maar
gebeuren. En stond er dag na dag verbaasd bij te kijken hoe mijn lijf van niks kunnen zich herstelde.
De bezoekjes waren me lief, brachten me weer terug in de wereld. Ongevraagd werd me verteld dat
de operaties geslaagd waren, dat mijn nier donatie twee andere donaties in gang had gebracht, die
allemaal goed waren gegaan. Dat was heel fijn om te horen.
Ik werd vaker misselijk. Hoewel de zaalarts niet gelijk wist waar het door kwam vermoedde ik dat het
met de morfine te maken had en besloot ik van de heerlijke hallucinaties afscheid te nemen en over
te stappen op paracetamol. Daardoor kon ik ook wat eerder naar huis. Klotsend van het vocht dat de
afgelopen dagen met de infusen was ingebracht, ging ik met de taxi naar huis. Daar ging het herstel
razend vlug. Na een weekje kon ik al voor het eerst met de fiets naar de stad. In de laagste
versnelling kachelde ik de heuvel op en werd ik ingehaald door die kennis en zijn vrouw die hem haar
nier had gegeven. Ik vond het magisch.
Hoewel ik me had ingesteld op drie maanden vermoeidheid, viel dat allemaal reuze mee. Na vier
weken kon ik weer aan het werk en na acht weken draaide ik weer volop. De herinnering aan de
donatie was als een vakantieherinnering geworden, een avontuur dat voorbij was.
Enkele dagen na de donatie gaf het donorteam me een kaartje door. Ook de anonieme ontvanger
vond dat ons contact niet onpersoonlijk hoefde te zijn. In drie lieve zinnen vertelde hij wat de nieuwe
nier voor hem betekende. Dat kaartje was een groot cadeau.
PS. Als u een anonieme nierdonatie overweegt en meer wil weten over mijn ervaringen dan kunnen
de coördinatoren levende nierdonatie van het Radboudumc u met mij in contact brengen.
41
Nierdonoren woonachting in het buitenland
Hoe verloopt de procedure bij een nierdonor afkomstig uit het buitenland? De nierdonor wordt
aangemeld bij de coördinator (zie Hoe kan ik me als nierdonor aanmelden).
Hoe kan ik me als nierdonor aanmelden?
Aanmelding kan via de nefroloog van de ontvanger of direct via de verpleegkundig coördinatoren
levende nierdonatie van het Radboudumc (verder genoemd de coördinator). Dit zijn:

Yvonne Hooghof

Desiree Pilzecker

Simone Mooren ('door de bloedgroep heen' nierdonatie)
Telefoonnummer: (024) 361 08 49
(maandag t/m vrijdag van 08.30 tot 17.00 uur)
Woont u niet in Nederland? Kijk dan bij buitenland hoe u zich kunt aanmelden als donor.
Vervolgens worden er in het land van herkomst al een aantal onderzoeken verricht voordat de
nierdonor naar Nederland komt. Tegelijkertijd dient de coördinator bij de ziektekostenverzekeraar
van de ontvanger een aanvraag in. Hierin wordt toestemming gevraagd om de reis-, onderzoek- en
opnamekosten voor de nierdonor te vergoeden. Als de schriftelijke toestemming hiervoor binnen is,
kan de operatiedatum gepland worden.
De nierdonor komt drie maanden naar Nederland. In deze periode vinden de vooronderzoeken, de
nierdonatie en de nacontrole plaats. De coördinator meldt de nierdonor aan bij het medisch
maatschappelijk werk. Zij kan aan de contactpersoon van de nierdonor uitleg geven over de verdere
procedure (visumaanvraag en dergelijke). Een buitenlandse donor moet vanuit de IND
bloedverwantschap kunnen aantonen met de ontvanger in Nederland. Als dit niet mogelijk is, kan de
donor niet naar Nederland komen.
42
Visum
De volgende stap is het aanvragen van een visum door de contactpersoon van de nierdonor. Niet
elke buitenlandse nierdonor heeft echter een visum nodig; informatie hierover is te vinden via de
Klantdienstwijzer van de IND.
Niet op eigen initiatief
Wij raden nierdonoren af op eigen initiatief naar Nederland te komen, maar altijd na overleg met de
coördinator of het medisch maatschappelijk werk. Dit kan anders de nodige financiële problemen
met zich meebrengen. Doorgaans neemt de gehele procedure een lange tijd in beslag.
43
Contact
Verpleegkundig coördinatoren levende nierdonatie
(024) 361 08 49
Bereikbaar op maandag tot en met vrijdag van 8.30-17.00 uur
Email: [email protected]
Secretariaat Nierziekten
(024) 361 47 61
Bereikbaar op maandag tot en met vrijdag van 9.00-12.00 uur en 13.30-16.30 uur.
Medisch Maatschappelijk Werk
(024) 361 54 10 (dialyse-afdeling)
Bij bezoek route 516 volgen
Urologie Verpleegafdeling C5U
(024) 361 34 20
Bij bezoek route 753 volgen
Urologie Polikliniek
(024) 361 38 03
Bij bezoek route 725 volgen
Nierziekten Polikliniek
(024) 361 65 01
Bij bezoek route 433 volgen
Adres
Radboudumc
Nierziekten Secretariaat
Route 464
Postbus 9101
6500 HB Nijmegen
44
45
Praktische informatie
Voorlichtingsavond
Er wordt in het Radboudumc twee keer per jaar een voorlichtingsavond georganiseerd. Deze avond is
bedoeld voor nierpatiënten, nierdonoren, familie en vrienden en verpleegkundigen van
nefrologieafdelingen en dialyseafdelingen. Op deze avond wordt voorlichting gegeven over
niertransplantatie en nierdonatie. De sprekers op deze avond zijn:

Nefroloog

Verpleegkundig coördinator levende nierdonatie

Verpleegkundig consulent niertransplantatie

Medisch Maatschappelijk Werk
Lees meer over de voorlichtingsavonden
Websites

Donatie bij leven

Nierpatiënten Vereniging Nederland

Nierstichting

NIGZ-Donorvoorlichting

Nederlandse Transplantatie Stichting

NierNieuws
Commissie getransplanteerden en nierdonoren
Binnen de nierpatiëntenvereniging Nederland is deze commissie actief. Hierin zitten mensen die zelf
ervaring hebben met een nierdonatie bij leven. De commissie behartigt de belangen van de levende
nierdonoren, zoals het oplossen van knelpunten en het geven van voorlichting. Zie Nierpatiënten
Vereniging Nederland of bel 035-6912128.
Luistertelefoon
De luistertelefoon is een gratis telefoonnummer van de Nierpatiënten Vereniging Nederland,
speciaal voor nierpatiënten, mensen die een nierdonatie overwegen en hun verwanten. De
nierdonor kan de luistertelefoon bellen met vragen, maar ook bij behoefte aan een luisterend
oor. De medewerker van de luistertelefoon kan de nierdonor in contact brengen met een
andere nierdonor, die het nierdonatieproces al achter de rug heeft. Tel: 0800-0226667 (gratis
46
Vereniging van nierdonoren
In 2008 is deze vereniging opgericht door donoren voor donoren (www.nierdonorenvereniging.nl).
Men kan hier met verschillende vraagstukken rondom donatie terecht. Via deze vereniging kan men
ook in contact worden gebracht met een nierdonor die zijn/haar nier al heeft afgestaan (zie kopje
'praat eens met een nierdonor'). De vereniging is te bereiken via het volgende mailadres:
[email protected].
Literatuur

Nier te koop - Baarmoeder te huur
auteurs: I. Geesink& C. Steegers

Dansen in 't zand
auteur: A. Bek

Mijn nier voor een nieuw leven
Auteur: P. Busselaars

Samaritaan
Auteur: A. Doutzenberg

20 Dubbelportretten: Nierdonatie bij leven
Bestellen via: www.nierstichting.nl
47
Voorlichtingsavond Niertransplantatie
Het Radboudumc verricht ruim honderd niertransplantaties per jaar. Twee keer per jaar organiseert
de afdeling Nierziekten een informatieavond over dit onderwerp.
Doelgroep
De avond is bedoeld voor predialysepatiënten, dialysepatiënten, donoren, familie, vrienden en
kennissen van patiënten. Ook hulpverleners en verpleegkundigen van dialysecentra en
verpleegafdelingen zijn van harte welkom.
Datum en locatie
Donderdag 10 april 2014
Auditorium, route 296
Het Auditorium bevindt zich tegenover de hoofdingang van het ziekenhuis, naast Kasteel Heijendaal
(aanrijroute: Radboudumc Hoofdingang).
Programma
18.45-19.00 uur Ontvangst met koffie en thee
19.00-19.30 uur Medische zaken
Dhr. Dr. H. Kloke,
nefroloog
19.30-20.00 uur Levende nierdonatie
Cross-overdonatie
Mw. Y. Hooghof,
20.00-20.20 uur Pauze
20.20-20.50 uur Verpleegkundige zorg
Mw. A. Polman,
verpleegkundig consulent niertransplantatie
20.50-21.20 uur Psychosociale zorg
Dhr. G. van den Bosch,
medisch maatschappelijk werk
48
Aanmelden
Aanmelden voor de voorlichtingsavond is niet nodig.