Inspectierapport

Inspectierapport
Small Kidz (KDV)
Bredestraat 31
3011RC ROTTERDAM
Registratienummer 875305052
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek:
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Rotterdam-Rijnmond
ROTTERDAM
27-03-2014
Regulier onderzoek
Definitief
22-05-2014
Inhoudsopgave
Het onderzoek .................................................................................................................3
Observaties en bevindingen ...............................................................................................4
Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4
Personeel en groepen....................................................................................................5
Veiligheid en gezondheid ...............................................................................................7
Ouderrecht..................................................................................................................8
Inspectie-items................................................................................................................9
Gegevens voorziening..................................................................................................... 12
Gegevens toezicht.......................................................................................................... 12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 13
2 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en
kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek.
Beschouwing
Kinderdagverblijf Small Kidz is onderdeel van Small Kidz Kinderdagverblijf B.V. De organisatie
bestaat uit drie locaties, alle in het centrum van Rotterdam gevestigd: twee buitenschoolse opvang
locaties en één kinderdagverblijf. De locatie op de Bredestraat betreft een kinderdagverblijf voor
kinderen van 0-4 jaar en heeft zes groepen. Een babygroep (0-2 jaar), vier verticale groepen (0-4
jaar) en een 3+ groep.
Het onderzoek heeft onaangekondigd plaatsgevonden. De oordelen zijn gebaseerd op gesprekken
met de locatiemanager, de aanwezige beroepskrachten, documenten die ter plekke zijn ingezien,
documenten die zijn toegestuurd en de observatie.
Uit de observatie blijkt dat voldaan wordt aan de voorwaarden met betrekking tot het pedagogisch
handelen. De beroepskrachten zijn op de hoogte van het pedagogisch beleid.
Bij een veiligheidscontrole van de Brandweer d.d. 29-10-2013 is gebleken dat een deur van één
van de groepsruimten met een brandwerende functie, niet voldeed aan de gestelde
veiligheidseisen.
Tijdens een hercontrole op 05-03-2014 heeft de Brandweer geconstateerd dat de houder
maatregelen heeft genomen en de overtreding is hersteld.
In dit inspectieonderzoek is gebleken dat de houder aan alle voorwaarden voldoet.
De inspectiebevindingen worden nader toegelicht per inspectie-item.
Advies aan College van B&W
Geen handhaving.
3 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Small Kiddz Kinderdagverblijf B.V. heeft een algemeen pedagogisch beleidsplan waarin ook de
specifieke kenmerken van de verschillende locaties zijn beschreven.
Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder aan de hand van een observatie instrument de
pedagogische praktijk geobserveerd op meerdere groepen.
Pedagogisch beleid
Tijdens het inspectiebezoek is gebleken dat de in het Pedagogisch beleidsplan van
kinderdagverblijf Small Kidz beschreven werkwijze, overeenkomt met de werkwijze in de praktijk.
Kinderdagverblijf Small Kidz heeft als beleid dat opvang van extra dagdelen, plaatsvindt in de
eigen stamgroep van het kind. Hierbij wordt er rekening mee gehouden dat de groepsbezetting
niet overschreden wordt.
Pedagogische praktijk
De beroepskrachten zijn op de hoogte van de aanwezige protocollen, de huisregels en het
pedagogisch beleidsplan.
Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld:
•
emotionele veiligheid;
•
persoonlijke competentie;
•
sociale competentie;
•
overdracht van normen en waarden
Uit de observatie is gebleken dat de pedagogische praktijk voldoet aan alle voorwaarden.
Dit blijkt bijvoorbeeld uit de omgang van de beroepskrachten met de kinderen. Er vinden
vriendelijke en hartelijke interacties plaats tussen de beroepskrachten en de kinderen. De
beroepskrachten sluiten op een passende wijze aan op de interesse en emotie van de kinderen. Het
welbevinden van de kinderen is goed. Er is voldoende aanbod aan spelmateriaal en het is op
pakhoogte aanwezig voor de kinderen.
Tijdens de observatie gingen de kinderen ook buitenspelen. Het kinderdagverblijf beschikt over 2
patio's, die op een speelse manier zijn ingericht met veel natuurelementen. De kinderen kunnen
hier spelen, ontdekken en ervaren.
Voorschoolse educatie
Kinderdagverblijf Small Kidz werkt volgens de VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie) methode
Startblokken. Het programma heeft een ontwikkelingsgerichte aanpak.
De beroepskrachten zijn hierin geschoold zoals bleek tijdens de controle van de VVE-certificaten
en diploma's. Eén beroepskracht heeft wel het scholingstraject doorlopen, maar heeft haar
certificaat nog niet. Bij een volgende inspectie zal deze ingezien kunnen worden.
Gebruikte bronnen:
•
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke
•
Interview anderen (beroepskrachten)
•
Observaties
•
Pedagogisch beleidsplan
•
VVE-certificaten
•
Opleidingsplan voorschoolse educatie
4 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Personeel en groepen
Binnen dit domein zijn de beroepskrachten gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en
een geldige verklaring omtrent het gedrag.
De beroepskracht-kindratio en de groepen zijn gecontroleerd door middel van roosters,
presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt.
Eveneens is binnen dit domein gekeken of de voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.
Verklaring omtrent het gedrag
In het kader van de continu screening heeft Small Kidz Kinderdagverblijf B.V. voor al haar
medewerkers een nieuwe verklaringen omtrent het gedrag aangevraagd.
De screening van de houder, de locatiemanager, en de huishoudelijk medewerker heeft niet
plaatsgevonden op alle functieaspecten die van belang zijn voor deze functie, waardoor de
verklaring omtrent het gedrag niet voldoet. Om werkzaam te zijn op een locatie dient een
screening plaats te vinden op het functieaspect 84 en die ontbreekt.
Uit de huidige verklaring omtrent het gedrag van de houder en de locatiemanager blijkt wel een
screening te zijn gedaan op functieaspecten 11, 12 en 22. Dit zijn ook relevante functieaspecten
voor een managementfunctie.
De houder heeft de drie verklaringen omtrent het gedrag opnieuw aangevraagd en binnen de
gestelde termijn aan de toezichthouder verstrekt.
Alle medewerkers beschikken nu over een geldige verklaring omtrent het gedrag.
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie.
Beroepskracht-kindratio
Middels een steekproef is geconstateerd dat de beroepskracht-kind-ratio voldoet aan de gestelde
eisen.
Afwijken van de BKR wordt beoordeeld op basis van onder andere de haal- en brengtijden van de
kinderen. De haal- en brengtijden op dit kinderdagverblijf worden bijgehouden in een electronisch
systeem. De toezichthouder heeft dit systeem ingezien tijdens het inspectiebezoek en lijstwerk
toegestuurd gekregen. Aangezien de haaltijden niet altijd ingevuld worden op het moment dat de
kinderen gehaald worden, maar op een later moment als het rustiger is, heeft de toezichthouder
niet kunnen concluderen of er aan deze voorwaarde wordt voldaan.
Dit item zal tijdens een volgende inspectie opnieuw bekeken worden.
Opvang in groepen
Op vangvang vindt plaats in stamgroepen. Aan het begin en einde van de dag starten
"koppelgroepen" samen. Op sommige "rustige" dagen worden de koppelgroepen samengevoegd.
Dit staat beschreven in het pedagogisch beleidsplan.
Gebruikte bronnen:
•
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke
•
Interview anderen (beroepskrachten)
Observaties
•
•
Verklaringen omtrent het gedrag
•
Diploma's beroepskrachten
•
Arbeidscontracten
5 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
•
•
•
•
BBL-contracten
Plaatsingslijsten
Presentielijsten
Personeelsrooster
6 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Veiligheid en gezondheid
Binnen dit domein is gekeken naar de meldcode kindermishandeling. In de praktijk is gekeken
naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot de meldcode en de mogelijkheid om
kennis te kunnen nemen van de meldcode.
Het vierogenprincipe is in de praktijk gecontroleerd op uitvoering en beleid.
Meldcode kindermishandeling
Naar aanleiding van de Wijzigingswet kinderopvang 2013, waarin de Meldcode huiselijk geweld en
kindermishandeling verplicht wordt voor kinderopvangorganisaties en waarin de meldplicht is
opgenomen voor een geweld- of zedendelict door een collega binnen de organisatie, is de Meldcode
binnen Small Kidz hierop aangepast. De gewijzigde meldcode bevat de volgende ‘routes’ die
omschrijven hoe te handelen in het geval van specifieke situaties:
•
een route hoe te handelen wanneer er signalen zijn die kunnen duiden op huiselijk geweld of
kindermishandeling;
•
een route hoe te handelen bij signalen van mogelijk geweld- of zedendelict door een collega;
•
een route hoe te handelen bij signalen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen
kinderen onderling.
De Meldcode is geïmplementeerd binnen de gehele organisatie. De beroepskrachten worden
daarnaast jaarlijks (bij)geschoold in hun kennis over het signaleren van en over
kindermishandeling.
Vierogenprincipe
De houder heeft het vierogenprincipe beschreven in het pedagogisch beleids- en werkplan:
Met het vierogenprincipe wordt bedoeld, dat de beroepskrachten op de kinderdagverblijven hun
werkzaamheden uitsluitend kunnen verrichten, terwijl zij kunnen worden gezien of gehoord door
een andere volwassene.
Binnen het kinderdagverblijf van Small Kidz zijn de volgende maatregelen genomen om hieraan te
voldoen:
•
Aan het begin- en aan het einde van de dag, als er 1 broepskracht alleen staat op de groep,
wordt er gebruik gemaakt van cameratoezicht.
•
Er zijn ramen tussen de groepsruimtes, badkamers en gangen.
•
Ramen worden niet dichtgeplakt. De groepen kunnen bij elkaar naar binnen kijken. Dit geldt
ook voor de tussenliggende badkamers.
•
Er wordt op de slaapkamers gewerkt met babyfoons die de hele dag op de groep aanstaan en
beluisterd worden.
•
Beroepskrachten kunnen vrij bij elkaar binnenlopen op de groepen.
•
Bij uitstapjes gaan beroepskrachten minimaal met zijn tweeën op pad met een groepje
kinderen.
De toezichthouder heeft geconcludeerd dat de praktijk overeenkomt met het beschreven beleid.
Gebruikte bronnen:
•
Interview anderen (beroepskrachten)
•
Meldcode kindermishandeling
•
Pedagogisch beleidsplan
•
Observatie
7 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Ouderrecht
Informatie
Kinderdagverblijf Small Kidz heeft het meest recente inspectierapport op de eigen website
geplaatst.
Oudercommissie
De oudercommissie is niet actief benaderd om na te vragen of aan de voorwaarden met betrekking
tot de advieswerking is voldaan. Er zijn geen signalen ontvang van ouders of de oudercommissie
dat de werking van het adviesrecht niet goed verloopt.
Gebruikte bronnen:
Website
•
8 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten
aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het
vierogenprincipe is vormgegeven.
(art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van
sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit
kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de
groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig
gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en
samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen,
motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
9 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum
exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang
van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang
van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige
kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar;
- 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar;
- 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar;
- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten
berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
De opvang vindt plaats in stamgroepen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF
De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot
1 jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Indien een kind in een andere stamgroep dan de vaste stamgroep wordt opgevangen, dan duurt
dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode.
(art 1.50 lid 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven
eisen.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
10 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Vierogenprincipe
De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in
opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden
door een andere volwassene.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo speodig mogelijk
na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een
afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.
(art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
11 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Aantal kindplaatsen
Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: Small Kidz
: 98
: Ja
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
Small Kidz Kinderdagverblijf B.V.
Bredestraat 31
3011RC ROTTERDAM
www.smallkidz.nl
24312885
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
:
:
:
:
:
GGD Rotterdam-Rijnmond
Postbus 70014
3000KS ROTTERDAM
010 4984015
H. Schaapman
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
: ROTTERDAM
: Postbus 70014
: 3000KS ROTTERDAM
Gegevens toezicht
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar
gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
27-03-2014
02-05-2014
20-05-2014
22-05-2014
23-05-2014
: 23-05-2014
: 13-06-2014
12 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Beste mevrouw Schaapman,
Bijgaand zend ik u het inmiddels ontvangen certificaat VvE.
Verder hebben wij geen op-/aanmerkingen.
13 van 13
Definitief inspectierapport dagopvang regulier onderzoek 27-03-2014
Small Kidz te ROTTERDAM