zwanger! - Gezinsbond

Afgiftekantoor Gent X // Erkenningsnummer: P508750 //
bpost
PB- PP B- 12633
BELGIE(N) - BELGIQUE
Troonstraat 125
1050 Brussel
GRATIS!
zwanger!
maandblad
2014
jaargang 32
ontwikkeling
inhoud
Dagboek
Jenne4
Zwanger!
ouderschap
Groeit daar een baby?
Rond en gezond…
Opvang gezocht
Niet meer piep
Jonge mama’s
In minder blijde verwachting?
Je krijgt er een broertje?
Het zijn er… twee!
We bieden je graag dit zwangerschapsnummer aan, het eerste in een reeks van
maar liefst twintig ‘Brieven aan Jonge Ouders’. In dit nummer krijg je een duidelijk antwoord op de vragen die ongetwijfeld door je hoofd spoken. We hebben het
onder andere over emoties en consultaties, opvang, onderzoeken en ongemakken,
puffen en bevallen, maar ook over vreugde, verdriet, rechten en plichten.
Na de geboorte krijg je van ons elke maand zo’n mooi magazine in je brievenbus,
met heel wat leuk leesvoer over de ontwikkeling van je baby. Zo volgen wij samen
met jou je kindje op de voet. Elders in dit nummer lees je hoe je de ‘Brieven aan
Jonge Ouders’ gratis kunt ontvangen. Dit aanbod geldt trouwens niet alleen bij de
komst van een eerste baby, maar ook bij alle volgende geboortes én bij de adoptie
van een kindje.
6
10
12
14
15
22
24
39
gezondheid
Heel wat hulp voorhanden
16
Check!18
Prenatale diagnostiek
20
Ongemakjes26
gezonde voeding
Bordje gezond
Baby aan de borst
Baby aan de fles
28
30
32
bevalling en geboorte
Waar bevallen?
33
De fasen van de beval­ling
34
Keizersnede35
Omgaan met pijn
38
“Is alles oké?”
40
Mama’s kraamtijd
42
Het kan misgaan
43
Proficiat!
En welkom bij de Gezinsbond, de grootste gezinsbeweging van Vlaanderen.
De Gezinsbond doet natuurlijk meer dan enkel ongelooflijk boeiende bladen
schrijven. Zo’n 275000 gezinnen zijn lid van onze organisatie, verspreid over
1100 afdelingen in Vlaanderen en Brussel. Wij willen gezinnen zo veel mogelijk
samenbrengen en nodigen (jonge) ouders uit op gezellige en interessante ontmoetingen, waarbij het zowel over opvoeding als over cultuur en consumentenzaken
kan gaan.
In ons aanbod zitten ook spor­t ieve activiteiten voor het hele gezin­, knappe kortingen bij heel wat plaatselijke handelaars, reductiekaarten voor het openbaar vervoer, een handige kinderoppas­d ienst, een sociaal-juridische dienst, het tijdschrift
BOTsing (voor ouders met tieners), het Wo­n ing­fonds, Gezinsva­kantie-Familiatours,
en nog heel wat meer voordelen waardoor je lidkaart extra waarde krijgt.
Daarnaast blijft de Gezinsbond dagelijks ijveren voor een gezins- en kindvriendelijke samenleving: we spelen in op de actualiteit in Vlaanderen, België en Europa,
werken voorstellen uit en nemen standpunten in over ou­derschap, kinderbijslag,
onderwijs, mobiliteit, wonen… en nog zoveel meer.
Als je nog nooit lid was, kun je na de geboorte van je baby gratis aansluiten bij de
Gezinsbond. Dan ontvang je behalve de reeks ‘Brieven aan Jonge Ouders’ ook het
tweewekelijkse ledenblad ‘De Bond’ én kun je genieten van alle voordelen. Surf
voor meer info eens langs op www.gezinsbond.be.
We wensen je een zalige zwangerschap, een vlotte bevalling, een wolk van een
baby en een fantastisch mooi gezinsleven!
De redactie
PS: Al je persoonlijke opmerkingen, aanvullingen en verhalen zijn heel
erg welkom op [email protected] of op onze Facebook-fanpagina.
verzorging
De babyuitzet 45
eigen kweek Babyfoto’s 50
Informatief Waar heb ik recht op? 51
3
rubriektitel
dagboek
Jenne
De tweede pogin g voelt anders aan . Alsof we een
schild rondom ons hebben opgetrokken . We koesteren minder verwachtin gen en weten nu dat
het even goed niet kan lukken . De routin e is ons
intussen bekend. De rush naar het ziekenhuis om
daar die mogelijk levensveranderende momenten
te beleven . En dan de onzekere twee weken nadien .
Je zit nog maar n et knus in je mama’s buik en
toch is er al zoveel liefde voor jou. Misschien omdat jij al veel lan ger een deel van me bent? Toen
ik tien was en voor het eerst mijn nichtje in mijn
armen hield, wist ik meteen wat ik later wilde
worden: mama. Die kinderwens groeide met de
jaren uit tot een onuitputtelijk enthousiasme
over alles wat met kinderen te maken had.
Toen ik Anke ontmoette, maakte ik mijn verlangen naar jou voor het eerst concreet. Ik schotelde
haar onmiddellijk (als in: tijdens de eerste week
van onze kennismakin g) mijn 101-vragenlijst
voor, waaruit onze gezamenlijke kinderwens
bleek. Het toeval wilde zelfs dat wij alvast één favoriete babynaam gemeen hadden . Ik wist genoeg,
Anke was duidelijk de vrouw van mijn leven . Al
val ik dus graag met de deur in huis, toch hebben
jouw mama en ik eerst een paar jaar de tijd genomen om elkaar te leren kenn en , samen van het
leven te proeven , een thuis op te bouwen en … de
taakverdelin g te organiseren . Het huwelijksaanzoek, dat was Ankes karwei, en het startsein voor
jou? Dat was het mijn e.
Stapje dichter
Ik nam m’n tijd. Tot ik op een mooie dag een zeer kort - gesprek had met een vriendin . Zij had
samen met haar echtgenote via kunstmatige
inseminatie een kindje gekregen . Op die manier
zouden wij het ook gaan doen . Van zodra ze me
toevertrouwde dat zo’n ondern emin g best lan g
kon duren , heb ik onze babbel afgerond en ben ik
kinderschoentjes gaan kopen . Jouw mama en ik
hadden immers afgesproken dat schoentjes het
startsein zouden zijn en … ik was er klaar voor.
Wat zeg ik? We moesten al begonn en zijn! Gelukkig was Anke het daarmee eens.
Januari 2011, ons grote avontuur begint. Eerst
moeten we drie keer op gesprek in het ziekenhuis.
Bij het eerste gesprek in het ziekenhuis krijgen we
als lesbisch koppel een heel erg uitgebreide vragenlijst. Pas tijdens het derde gesprek krijgen we te
horen dat we in aanmerkin g komen . We mogen!
De rest van de dag is de kamerbrede glimlach niet
meer van mijn gezicht te krijgen . We voelen ons
verliefder dan ooit en jij… komt weer een stapje
dichterbij.
Cold feet
En dan is het zover. Bij de zesde pogin g is het raak.
Anke is zwan ger. Anke is ook… een ander mens
geworden . De ooit zo vredelievende vrouw die
geen vlieg kwaad zou doen en die mij altijd met
liefkozin gen overlaadt, transformeert bijwijlen
in een nukkige vreemde voor me. Ik weet gelukkig dat hormon en vreemde din gen met je kunn en
doen en dat er veel verandert in het lichaam van
Anke. Bovendien kan ik mijn geluk niet op want
jij wordt bijna tastbaar. Ik vertel aan iedereen die
het horen wil dat we zwan ger zijn .
De twee weken die op onze eerste pogin g volgen
zijn moordend. Ik vraag voortdurend aan Anke of
ze al iets voelt en onze fantasie slaat op hol . Stel
je voor dat we binn en n egen maanden met jou,
een echt baby’tje, op onze arm zitten! De test aan
het einde van die twee weken is ontnuchterend
n egatief. We zijn er allebei niet goed van . Onbewust gin gen we er van uit dat Anke erg vruchtbaar zou zijn en hadden we verwacht dat het van
de eerste keer zou lukken . Dat zou ons de volgende
keer niet overkomen .
Vijf weken later breken Anke haar regels in volle
hevigheid door. Tijdens een doktersbezoek bevestigen de bloedwaarden onze vermoedens. Het is
de avond van mijn verjaardag en we hebben een
etentje gepland. We rijden stil en murw naar
huis. In de zetel kruipen we dicht tegen elkaar
4
dagboek
aan en huilen aan een stuk door. Ik stuur sms’ jes
naar iedereen die mee uit eten gaat om te zeggen hoe de vork in de steel zit en vraag om het er
vooral niet over te hebben . Het wordt ondanks
alles nog een fijn e avond, maar het weekend dat
volgt is een diep dal in ons avontuur, op weg naar
jou.
gen je eerste warme huis te verlaten . Op dag acht,
vrijdagochtend, word je dan toch maar in geleid
en worden de vliezen handmatig gebroken . Na
een uur keiharde persweeën met als resultaat nog
maar één centimeter openin g, is het deze keer
Anke die de handdoek gooit. Aan dit tempo zulke
weeën opvan gen is niet vol te houden , dus krijgt
jouw mama een epidurale en nu is het wachten .
En wachten …
We geven echter niet op en gaan door met het programma. We mogen nog drie keer. Anke is onverstoorbaar. Voor mij gaat het even wat te sn el , ik
weet het allemaal niet meer. Ik begin plots aan
alles te twijfelen en het lijkt of ik opnieuw moet
wenn en aan het hele idee van moederschap. Het
doet me denken aan cold feet, de paniek die tijdelijk kan toeslaan op de vooravond van je trouwdag. Ik denk dat de lan ge weg met een constante
slin gerbewegin g tussen hoop en teleurstellin g,
en als klap op de vuurpijl de miskraam , hun tol
beginn en te eisen .
Het is vrijdagavond en je bent er nog steeds niet.
Er zit niets anders op dan een keizersn ede. Anke
is er helemaal klaar voor want ze heeft het gehad
met werkloos zitten wachten , ze wil jou eindelijk
ontmoeten . Ik daarentegen voel al het bloed uit
mijn hoofd wegtrekken en probeer me te vermann en . Je zal mij nog leren kenn en , maar jouw
mams zit liever niet op de eerste rij als het over
bloed gaat. Gelukkig houden de dokter en het
verplegend person eel hier rekenin g mee en installeren ze mij in het operatiekwartier aan het
hoofd van mama achter een doek die haar buik
afschermt.
Klein wonder
Het goede nieuws over jou komt dus geen dag te
vroeg! Deze keer wachten we wat lan ger om de
mensen op de hoogte te bren gen . Alleen intimi
mogen het weten . Na de echo.
Mama en mams
En dan , le moment suprême… de gynaecoloog
haalt jou uit mama’s buik en … jij hebt een paarse
kleur. Je weent wel , gelukkig. Maar je ziet paars!
Is dat wel gezond? Ik wil het vragen maar er komt
geen geluid uit mijn mond. Het lijkt of ik ook wat
van de verdovin g van Anke heb gekregen , maar
dan in mijn hoofd. Gelukkig spoort de vroedvrouw
mij aan om met jou mee naar de onderzoekstafel te gaan waar ze je zullen wegen en meten . Pas
wann eer ze mij letterlijk zegt: “Alles is in orde,”
begin ik weer te ontdooien . Als ze jou oppakt besef
ik plots dat ik dat wil doen en vanaf dat moment
ben ik, jouw mams helemaal terug! Ik bren g je
naar mama. Ze weent want ze heeft zo lan g naar
je uitgekeken . “Dag Jenn e, mama is hier, wat heb
je dat goed gedaan zeg.” “En weet je wat,” zeg ik
euforisch , “ze heeft mijn grote handen en voeten ,
perfect om later samen basketbal te spelen!”
Om de zenuwen geen vrij spel te gunn en , praten je
mama en ik honderduit onderweg naar de eerste
echo. Maar hoe meer we het ziekenhuis naderen ,
hoe zwijgzamer we worden . Tot hiertoe gin g alles
goed, in tegenstellin g tot vorige keer. Maar je weet
nooit. Misschien toch nog even dat schild optrekken? Tot we meer weten . En dan … zie ik je voor het
eerst. Weet je, als er nog een flard van twijfel was
achtergebleven , dan is die op slag verdwen en nu
ik je op dat schermpje meemaak. Ik zie hoe hard
jij je best doet om te groeien , je hartje klopt zo lief
en dapper. Ik weet het nu wel zeker, het enige wat
vanaf nu telt ben jij, ons klein e wonder.
Het is kerstvakantie. De laatste met ons tweetjes.
De gynaecoloog bevestigt Ankes vermoedens dat
je al goed in gedaald bent en we verwachten dat
je op tijd of misschien zelfs iets vroeger op het
appèl zult verschijn en . Maar Kerstmis is gevierd,
cadeaus werden uitgepakt, de kerstboom is allan g
weer opgeruimd en jij… zit nog steeds in mama’s
buik. Op 10 januari hadden we een afspraak met
jou, mevrouwtje! Dat is de datum dat je was uitgerekend, maar je hebt er nog niet veel zin in . Het is
goed toeven in hotel mama.
Terwijl ze mama’s buik weer n etjes dichtnaaien ,
mag ik met jou naar de kamer. Je slaapt en zuigt
op je wijsvin ger, n et zoals Anke dat als baby deed.
Ik kijk alsmaar naar je slapende gezichtje en voel
regelmatig eens of je nog ademt want… wat doe je
dat stil! Een magisch uur gaat voorbij. Dan rijden
ze het bed met Anke binn en . Ze heeft veel gehuild,
zie ik en de tran en blijven nog steeds komen . Ontladin g. Vermoeidheid. Geluk. Ze straalt ervan ,
n et als ik. Eindelijk zijn we samen , wij drieën .
Hou ons nu maar eens tegen .
Toch hou je ons in spannin g want tijdens de zeven
zenuwslopende dagen die erop volgen zorg je voor
overtuigende harde buiken en stuur je ons een
keer met onze noodkoffer tevergeefs naar het ziekenhuis. Eens Anke aan de monitor han gt, gooi
je na een twintigtal minuten de handdoek in de
rin g. Het wordt nog een karwei om je te overtui-
Chloé
5
rubriektitel
ouderschap
Groeit daar een baby?
Papa’s
Hoe graag jullie deze zwangerschap ook willen beleven als
koppel, er blijft één fundamenteel verschil: de baby leeft in
mama’s buik. De toekomstige vader voelt zich niet minder
fit dan an­ders en zijn leven blijft min of meer zijn ge­wone
gangetje gaan. Toch maakt hij zich wel eens zorgen om zijn
vrouw. Af en toe herkent hij haar nog nauwelijks. Ze heeft
er bijvoorbeeld nooit een punt van ge­maakt dat hij ‘s avonds
ging sporten, maar nu heeft ze liever dat hij thuisblijft.
Hij had wellicht niet gedacht dat hun relatie zo snel zou
ver­a nde­ren.
Eén van de langste minuten uit je leven,
het moment dat je wacht op de uitslag van
de zwangerschapstest, is voor­bij. Twee
streepjes! Wat je al ver­moedde, blijkt waar:
jullie ver­wachten een kind.
Emoties
Wat er dan door je heen gaat, is moeilijk te b
­ eschrijven.
Misschien denk je uit je huid te barsten van ge­luk en wil je
het heerlijke nieuws van de daken schreeuwen. Of misschien
raak je wat in paniek: je wil hele­maal geen kind, of nu toch
niet, of niet meer.
Sommigen zijn wat verbaasd over hun eigen gevoelens:
ze wilden zó graag een kind, maar nu het er écht aankomt,
voelen ze zich wat overdonderd. Da’s heel normaal.
en reacties
Wat je nu ook denkt of voelt, mogelijk verwacht je van je
part­ner ongeveer gelijkaardige gevoelens. Wellicht zijn jullie
meteen in de zevende hemel en wordt het een onver­getelijke
dag, waarop je je heel intens met je partner ver­bonden voelt.
Andere partners blijven dan weer te­leurstel­lend nuchter bij
het Gro­te Nieuws. Ze denken bijvoorbeeld meteen aan de
vakantie die moet worden geannuleerd. Of vinden het beter
om nog wat te wachten met het blijde nieuws, want je weet
maar nooit... De ene heeft nu eenmaal wat meer tijd nodig
om het nieuws te verwerken dan de andere.
De H van hormonen
Als de eerste emoties wat verwerkt zijn, begint het wen­nen
aan dat nieuwe leven in mama’s buik. Die eerste maanden
van blijde ver­wach­t ing zijn behoorlijk overweldigend en voor
nogal wat jon­ge ou­ders niet echt wat ze ervan gedacht hadden. Voor de toe­kom­stige mama kunnen de eerste maanden
lichamelijk minder plezie­r ig aanvoelen. Haar hor­monen­
huishou­ding ligt flink overhoop en dat laat zich duidelijk
voelen. Typi­sche zwanger­schapskwaal­t jes kunnen het ver­
ve­lend gevolg zijn: (ochtend)mis­se­lijk­heid, braak­neigin­gen,
extreme ver­mo­ei­d ­heid… Ook mentaal kunnen mama’s wat
uit hun even­w icht raken. Misschien zijn ze prikkelbaar of
over­ge­voelig en slaat hun stem­ming snel om.
6
ouderschap
Veel vaders zijn even trots op dat buikje en vinden het zelfs
aan­t rekke­lijk.
Al kan je dat natuurlijk niet veralge­me­nen. Je baby laat zich
nu ook voe­len. Het is niet meer ‘iets’ of ‘een vrucht­je’,
maar jouw baby. Vaak krijgt die al een naam, een echte of
een troe­tel­naampje.
Praten
Wellicht hoop je als aanstaande mama dat je partner zich
spontaan ontpopt tot een bezorgde toekomstige vader.
En er zijn natuurlijk heel wat mannen die hun zwangere
vrouw spontaan in de watten leggen, maar je kan er niet
zomaar van uitgaan dat er bij jou thuis ook zo’n exemplaar
rondloopt. Het komt er vooral op aan om duidelijk te maken
hoe jij je voelt en wat je verwacht. Communiceren dus:
laat hem weten dat je je uitgeput voelt. Vráág hem om die
zware wasmand naar boven te dragen, in plaats van ze
gewoon onderaan de trap te zetten in de hoop dat hij ze
mee naar boven neemt. Vráág hem of hij de oudste in
bad wil doen, omdat jij moe bent. En laat hem merken dat
zijn hulp geapprecieerd wordt. Dat is veel eerlijker en
efficiënter dan zuchtend en steunend alles zelf te blijven
doen en hem daarna te verwijten dat hij je nooit eens
spontaan helpt.
Op de rem!
Als mama word je fysiek verplicht om je aan te passen. Je
drukke leventje komt vanzelf in een lagere versnelling door
vermoeidheid of een bolle buik die in de weg komt te zitten. Sommige activiteiten lukken gewoon niet meer. Vaders
ondervinden die lichamelijke beperking niet. Zij moeten dus
zélf op de rem trappen. Probeer ook als papa nu al even stil
te staan bij de verande­r ingen die je baby gaat veroorzaken,
wil je er niet door overspoeld raken eens het zover is.
Even praktisch
In deze periode beginnen de meeste ouders ook aan de
uit­zet te denken en plannen te maken voor de babyka­mer.
Misschien is de ene partner hierin een stuk nuchterder dan
de andere. De ene let eerder op schattige details (hetzelfde
leuke motiefje op behang en wiegje) en denkt na over de
beste plaats voor het wiegje en de kleer­kast. De andere telt
uit hoeveel dat allemaal gaat kos­ten. En als jullie samen een
kinder­wagen kiezen, wie let dan op de bekleding en wie op
de veiligheidsvoorschriften, en wie meet hoeveel plaats dat
ding inneemt en of het wel in de auto en in de lift kan?
Buikje rond
Na die eerste maanden beginnen de meeste toekomstige
mama’s zich wat beter te voelen. De misse­lijk­heid verdwijnt
en ze krijgen weer smaak en trek in eten. Die ein­de­loze
vermoeidheid gaat over en veel vrouwen hebben zelfs meer
energie en werklust dan voor hun zwangerschap. Er breekt
nu een heerlijke periode aan, waarin je volop kan genieten
van je zwan­ger­schap. Die wordt al duidelijk zichtbaar.
Je kijkt uit naar dat moment: eindelijk met je buikje kunnen
pronken. Ook voor papa krijgt de baby nu echt vorm.
8
ouderschap
Praten (bis)
Natuurlijk stelt iedere toekomstige ouder zich ook vragen.
Zal alles goed gaan? Zal onze baby wel gezond zijn? Kunnen
werk en gezin gecombineerd worden? Het is heel normaal
dat elk zijn bezorgdheden heeft. Daarom kan je die best uitspreken tegenover elkaar en tegelijk ook luiste­ren. Sommige
aanstaande ouders houden hun onzekerheid liever voor zich.
Ze willen hun partner niet belasten door erover te pra­ten.
Maar zo kom je al­leen te staan met al die zorgen, en dat is
niet de bedoeling.
De ‘zware’ maanden
In de laatste maanden van de zwan­ger­schap groeit de baby
snel en krijgt hij minder bewegingsruimte in de baar­moeder.
Hij zit af en toe aardig in de weg. Licha­me­lijk zijn dit letter­lijk
en figuurlijk ‘zware’ maan­den. Die omvangrijke buik bemoeilijkt het dage­lijks leven. Daar­door voelt mama zich weer
vaker moe. Ze moet het nu kal­mer aan doen, en meer rus­ten.
Emotio­neel bereidt ze zich voor op de komst van de baby.
Veel vrouwen zijn nu meer in zichzelf ge­keerd en tonen min­
der be­langstelling voor wat er om hen heen ge­beurt. Papa’s
krijgen daardoor soms het gevoel dat ze wat buitenge­sloten
worden. Noch­tans zijn ze nu meer dan ooit nodig om prakti­
sche zaken te regelen en de boel draai­ende te houden. Zo
kunnen mama’s en papa’s zich volledig concentreren op het
grote won­der dat te gebeu­ren staat.
Meer lezen?
>>DE GRIENT DREUX Anja, Zwanger, het nieuwe
handboek over de zwangerschap en bevalling,
Utrecht, Het Spectrum, 2011, € 34,99
(ISBN 9789049106355). In dit erg praktische
boek kun je alles lezen over je zwangerschap:
van de periode nog voor de bevruchting tot
en met de bevalling en de kraamtijd.
>>VANSINA, Benedicte, Mee zwanger, vaders
zwangerschap, Antwerpen, Garant, 2007, 201 blz.,
€ 19,90 (ISBN 9789085750123). Een interactief en
persoonlijk zwangerschapsboek voor papa’s in spe.
>>SMULDERS, Beatrijs, Veilig Bevallen, Utrecht,
Cosmos, 2010, 246 blz. € 24,95
(ISBN 9789021549613).
ouderschap
Rond en gezond
Nu je in verwachting bent, pas je je levenswijze best wat aan. Gezond leven wordt nu
echt een must omdat je ver­antwoorde­lijk­bent
voor een teer we­zentje, dat uitsluitend op jou
is aangewezen voor zijn groei en ontwik­ke­ling.
Rust
Het is heel normaal dat je nu extra slaap en rust nodig hebt.
Als je die natuurlijke behoefte volgt, dan blijf je de nodige
energie behouden. Als het kan, ga dan eventueel op zoek
naar hulp in het huishouden. Zo’n hulp is niet gratis, maar
bij het bepalen van je bijdra­ge wordt wel reke­n ing ge­houden
met de sociale en financiële draagkracht van het gezin.
..
Cafe i ne
Let op met cafëine en andere opwekkende stoffen. Als je
overdreven veel cafeïnehoudende dranken (zoals koffie,
zwarte thee, cola, …) drinkt, ontstaat er een verhoogd risico
op miskraam. Er zitten niet alleen te veel opwekkende stoffen in, ze bevatten ook fosfaten en die hebben dan weer een
negatief effect op de opname van ijzer: een stof die de foetus
nodig heeft om bloed aan te maken. Best beperken dus tot
twee à drie koppen of glazen per dag.
Energiedrankjes zijn sterk af te raden; dan ontstaat er een
aanzienlijk risico op het krijgen van een miskraam.
We hoeven je ook niet te vertellen dat het gebruik van allerlei
soorten en vormen van drugs not done is als je zwanger
bent. Die kunnen o.a. vroeggeboorte, groeiachterstand en
verslaving - ook bij de baby - veroorzaken. Voor meer info:
T. 078 15 10 20, www.druglijn.be
Medicijnen
Bespreek het gebruik van medicatie altijd met je arts of
vroedvrouw, zelfs als je nog niet zeker weet of je wel in
verwachting bent. Ook homeopathische of natuurlijke medicijnen zijn niet altijd onschuldig. Zo bestaan er bijvoorbeeld
kruiden(thees) die weeën opwekken. Een overdosis vitamine
A kan heel schade­lijk zijn voor de foetus!
Tandverzorging
De hormonen­huis­houding van je lichaam verandert tijdens
de zwangerschap. Daardoor wordt je tandvlees extra gevoe­lig
voor ont­ste­k ingen en gaat ook sneller bloe­den, vooral tijdens
het poetsen. Daarom durven sommigen een poetsbeurt wel
eens te ‘verge­ten’. Gevolg: de ontste­k ing en het bloe­den
worden alleen maar erger en er ontstaan gaatjes. Daarom ook
is het ver­stan­dig om, bij voorkeur in het tweede trimester,
je gebit te laten controleren. Vertel de tandarts wel dat je
zwan­ger bent: bepaalde behande­lingen kunnen dan beter
uitge­steld wor­den tot na de beval­ling.
Alcohol en drugs
De moeder­koek is hét doorgeefluik voor allerlei (voedings)
stoffen tussen moeder en kind. Ook alcohol en andere
genotsmiddelen bereiken je baby dus via deze weg. De
lever van de foetus kan alcohol nog niet afbreken, zodat
die rechtstreeks op de hersenen inwerkt. Wat voor jou maar
een kleine hoeveelheid lijkt, kan voor je baby al snel te veel
worden. Daarom wordt gepleit voor een nultolerantie i.v.m.
alcohol tijdens de zwangerschap.
Sport en beweging
Wie regelmatig sport, mag daar tijdens de eerste maan­den
van de zwangerschap gewoon mee door­gaan, tenzij je arts
of vroed­v rouw daar anders over beslist. Het is wel oppassen
geblazen bij contactsporten (bv. judo, handbal, basketbal). Die
laat je beter achterwege. Je kan (zelfs tot je laat­ste maand)
wel blijven zwem­men, fietsen en wan­de­len, dus blijven
bewegen, zonder je lichaam te veel te belasten. Heerlijk
ontspannend!
10
Ouderschap
kans op trombose, daarom worden extra maat-regelen aangeraden, zoals steunkousen, voldoende drinken, regelmatig
opstaan en een wandelingetje maken.
Klikvast
Uit onge­vallen­stu­dies blijkt dat het - zelfs voor zwangere
vrouwen - vei­liger is de autogordel wel te dragen. Leid de
riem dan wel onder en naast je buik en niet erop.
Toekomstige moeders worden dus niet meer vrijgesteld van
gordel­plicht door een gewoon zwangerschapsat­test. Enkel
het Ministerie van Mobiliteit kan nog een vrij­stel­lingskaart
leveren bij gewichtige medische indicaties.
Bij elke reis die je plant is het trouwens verstandig om
rekening te houden met de medische voorzieningen in het
land van bestemming.
Zon & sauna
De meeste baby’s in de buik zijn niet echt dol op zonlicht.
Als je toch wil zonnen, kies dan voor de ochtend- of de late
namiddagzon en draag een wit T-shirt dat licht en warmte
dempt. Donkere vlekken in je gezicht - het zogenaamde
‘zwangerschapsmasker’ - kunnen verergeren door de zon.
In dat geval gebruik je best een zonnebrandolie die PABA
(para-aminobenzoëzuur) bevat. Het beste is nog: gewoon
niet in de volle zon komen.
Reizen
Reizen kan, op voorwaarde dat het niet te belastend wordt.
Uren­lang autorijden bijvoorbeeld is wél ver­moeiend. Wie een
lange autorit maakt, stopt dus om de twee uren zodat iedereen de benen even kan strek­ken.
Tot de zesde maand van je zwanger­schap kan je problee­mloos het vliegtuig nemen. Daar­na wordt het afgeraden. Som­
mige lucht­vaart­maatschappij­en vra­gen overi­gens een bewijs
dat je maxi­maal 34 weken zwanger bent, pre­cies om­dat men
het risico daarna te groot vin­dt. Bij lange vluchten stijgt de
Ook een te hoge lichaamstemperatuur, denk maar aan de
sauna, is schadelijk tijdens de zwangerschap.
Stop allebei met roken
HELP - Voor een rookvrije zwangerschap
Een federaal rookbestrijdingsplan biedt - onder bepaalde
voorwaarden - rookstophulp aan rokende partners: een
reeks van acht consultaties bij een erkend tabacoloog, na
doorverwijzing door een gynaecoloog, huisarts of andere
gezondheidsprofessional. Die sessies worden aan beide
partners terugbetaald, en er is een (gedeeltelijke) tegemoetkoming voor de medische behandelingskosten van
de partner. Wil je meer weten? Neem een kijkje op www.
tabakstop.be of bel de Tabakstop Lijn op T. 0800 111
00. Ook www.rookvrijezwangerschap.be bevat heel wat
interessante info.
Wat zijn de risico’s?
>>Roken veroorzaakt een aanzienlijk verhoogd risico op
miskraam en vroeggeboorte.
>>Kinderen van moeders die meer dan 10 siga­retten per
dag roken zijn gemiddeld 200 gram lichter, 1 cm kleiner,
en heb­ben 3 tot 5 maanden intel­lectuele ach­ter­stand.
Ba­by’s van rokende moe­ders zijn dus niet alleen klei­ner,
ze zijn ook minder sterk, hebben minder weer­stand tegen infecties en andere scha­de­lijke in­vloe­den en zouden
het moeilij­ker hebben om zich aan te passen aan het
leven buiten de baar­moe­der.
>>Wetenschappelijk onderzoek laat ver­moeden dat kinde­
ren van rokende moeders een ver­hoogd risico lopen om
op vol­wassen leeftijd kanker te ont­w ikkelen. Men heeft
immers vast­ge­steld dat kanker­ver­wek­ken­de stof­fen
doorheen de moe­der­koek dringen.
>>Ook toekomstige vaders stoppen best met roken. Eens
de baby geboren is, heeft hij alle baat bij een rookvrije
omge­v ing. Passief roken verhoogt immers de kans op
wiegen­dood bij een baby. Dat gevaar wordt nog groter
als de ouders roken in de kamer waar de baby slaapt.
Het gevaar voor wiegendood is niet enkel verbonden
met het rookgedrag van de moeder, maar ook met dat
van de vader!
een mama vertelt
Ik ben begonnen met roken toen ik zestien was. Op
een doorsnee dag rook ik makkelijk een volledig pakje.
Ik ben intussen achtentwintig en heb ettelijke pogingen
achter de rug om ermee te stoppen, maar zonder blijvend
resultaat. En nu ben ik zes maand zwanger. Het is geen
geplande zwangerschap, maar mijn lief en ik zijn er wel
ontzettend blij mee. Toen ik het tweede streepje op de
test zag verschijnen, heb ik er nog één gerookt en daarna
geen enkele meer. Moeilijk? Op sommige momenten is het
ontzéttend moeilijk! Maar dan denk ik heel hard aan het
baby’tje in mijn buik en kijk ik naar de beelden van de
echografie, en zo hou ik het toch vol. Toch zeker nog drie
maanden, en daarna zien we wel…
“
”
11
opvang
Gezocht: opvang
passing op de website van Kind en Gezin. Geleidelijk aan zal
de Kinderopvangzoeker overal in Vlaanderen actief worden.
Ook als je inkomensafhankelijke opvang wil gebruiken, moet
je op www.kindengezin.be je prijs berekenen en aan de
opvang overhandigen als bewijs.
Lukt het niet om dit via internet te regelen, dan kan je
terecht via de Kind-en-Gezinlijn, elke werkdag van
8 tot 20 u op het nummer 078 150 100. Ook bij de opvang
zelf kan je terecht voor hulp. Wist je trouwens dat je als
ouder zelf een opvanginitiatief kan starten? Iets voor jou?
Neem dan zeker een kijkje op www.oudercreches.be
Misschien komt deze vraag voor jou nog wat
te vroeg, maar… wat als je terug aan de slag
gaat? Waarschijnlijk zal je je baby dan toevertrouwen aan een opvang. Zelfs al plannen
jij of je partner om na de geboorte nog een
hele tijd thuis te blijven, de zoektocht naar
opvang start je best al tijdens je zwangerschap. Reken gemiddeld op een wachttijd
van een jaar tot anderhalf jaar voor de opvang kan starten.
Tips
Wie je kindje opvangt, speelt een betekenisvolle rol
in zijn prille leventje. Daarom is het zo belangrijk dat
jij je goed voelt bij de opvang die je kiest. Zijn er meer
mogelijkheden? Bezoek ze dan allemaal - tijdens de
openingsuren - en vergelijk:
Groepsopvang of gezinsopvang?
De juiste opvang kiezen is en blijft een persoonlijke zaak.
Iedere ouder heeft zijn eigen voorkeur. De ene zoekt een fijn
familielid, de andere heeft het meer voor een oerdegelijke
gezinsopvang (onthaalouder) of een kleurige groepsopvang
(kinderdagverblijf). Natuurlijk is ook elke baby anders en legt
elke opvang zijn eigen accenten.Het is aan jou als ouder om
uit te zoeken wat de beste oplossing is voor je kind en je
gezinssituatie.
Geraak je er niet uit? Misschien helpen deze vragen bij je
zoektocht:
>>Wat denk je van opvang door de grootouders, bij hen of bij
jou thuis?
>>Liever een gezinsopvang (onthaalouder) of eerder een
groepsopvang (kinderdagverblijf)?
>>Zoek je opvang dicht bij je huis of dicht bij je werk?
>>Wil je een prijs die afhangt van je inkomen (vanaf april
2014 inkomenstarief genoemd) of is dat niet belangrijk?
>>Wil je graag vol- of deeltijdse opvang, al dan niet op wisselende uren?
>>Hoe zit het met de sfeer? Voelen de kindjes er zich
goed in hun vel?
>>Welke spelletjes worden er gespeeld? Wordt er
voorgelezen of gezongen?
>>Hoe ziet een doordeweekse dag eruit?
>>Klikt het met de verantwoordelijke of de begeleiders?
>>Strookt wat hij/zij je vertellen met wat jij van de
opvang verwacht?
>>Is er een vaste kinderbegeleider voor je kindje?
>>Hoe worden de wenmomenten georganiseerd?
>>Hoe zijn de opvangruimtes en de slaapvertrekken?
Is het er netjes, gezellig en veilig?
>>Hoe is het contact met de ouders? Worden de dagelijkse ervaringen uitgewisseld?
>>Hoe word je als ouder betrokken bij de werking van
de opvang?
>>Hoe wordt er ingespeeld op speciale situaties of
wensen zoals een dieet of allergie?
>>Hoe zit het met de openingsuren en de vakantieperiode?
>>Wat als je kindje of de kinderbegeleider ziek is?
>>Wat zijn de kosten? Is de prijs all-in of zijn er
bijkomende kosten?
>>Moet je zelf nog spullen meebrengen: luiers, flesjes
of reservekledij?
>>Misschien kan je al een exemplaar krijgen
van het huishoudelijk reglement.
Zoektocht
Hoe ga je op zoek naar kinderopvang? Op de website van
Kind en Gezin staat een handige zoekmachine waar je per
gemeente alle opvangadressen terugvindt die beantwoorden
aan jouw criteria. Surf naar www.kindengezin.be, klik door
naar ‘Kinderopvang’ en dan naar ‘Opvang zoeken’.
In de meeste gemeentes kan je overigens ook terecht voor
info over opvang. In sommige gemeenten moet je je opvangvraag registreren via de Kinderopvangzoeker. Dat is een toe-
12
Ouderschap
Niet zo piep meer
Mama worden na je vijfendertigste:
misschien een heerlijke verrassing, mogelijk een heuse shock…
Cathleen
“
Veertien jaar geleden, op mijn vijfentwintigste,
werd ik voor het eerst mama. Jong of niet, mijn gynaecoloog vertelde me dat ik de ideale leeftijd had om aan
kindjes te beginnen. Biologisch gezien dan toch, want
ik vond het een hele klus om als pas afgestudeerde alles te combineren: een nieuwe job, een prille relatie én
een baby. Bijna drie jaar later werd ik opnieuw mama,
maar knapte tegelijk ook mijn relatie als een luchtbel
kapot. Gelukkig kon ik toen rekenen op de steun van
vrienden en familie.
Vijf jaar geleden leerde ik mijn huidige man kennen.
Zo ben ik op latere leeftijd nog twee keer mama
geworden. Op mijn zesendertigste beviel ik van mijn
derde zoon, op mijn negenendertigste van mijn eerste
dochter. Met een heel klein hartje moet ik toegeven,
want ik was erg bang voor alles wat kon foutlopen.
Op mijn twintigste stond ik daar helemaal niet bij stil
en liet ik het gewoon op me afkomen. Nu was ik veel
bezorgder. Ik surfte veel op het internet en verdiepte
me in de materie. Ik eiste elk onderzoek (zoals een
vruchtwaterpunctie) en wilde op alle vlakken gerustgesteld worden. Gelukkig liet mijn gynaecoloog me niet
zo hard van stapel lopen. Ik moest leren vertrouwen op
mijn instinct en terug gaan genieten van de zwangerschap. Moeilijk, vooral als je ook uit je omgeving heel
wat reacties krijgt over je leeftijd. Zeker bij mijn laatste
zwangerschap voelde ik me gynaecologisch ‘bejaard’.
In de wachtzaal kwam ik altijd tussen de jonge koppeltjes terecht. Geloof me, op zo’n moment ben je je
plots heel erg bewust van je leeftijd. Ach, ik probeer
het zoveel mogelijk te relativeren. Als ik ’s avonds de
kindjes nog een nachtzoen geef, ben ik tegelijk een
jonge én een oudere mama. Op het moederschap en
de moederliefde staan geen leeftijd. Het is van en voor
elke leeftijd en verjaart nooit, toch?. dan toch
Eén op elf vrouwen is vijfendertig of ouder wanneer ze voor
het eerst moeder wordt. Niet altijd vanzelfsprekend, want het
blijft vaak een beetje tegen de stroom op roeien. Er zijn heel
wat redenen voor een late eerste zwangerschap. Misschien
wou je eerst studeren, dan focussen op een carrière en pas
daarna op een gezin. Best mogelijk dat je ‘r gewoon geen
zin in had, dat de natuur of je partner niet mee wou of je de
liefde van je leven nog niet gevonden had. Maar nu ben je
dan toch zwanger!
Bijzonder bewust
Volgens gynaecologe Marleen Temmerman is het puur biologisch en medisch gezien ideaal om tussen je vijfentwintig
en dertig jaar moeder te worden. Bij mama’s van veertig en
ouder neemt de kans op complicaties toe. Aan de andere
kant staan twintigers nog aan het begin van hun carrière en
leiden ze een jachtig leven, met heel wat stress. Temmerman
ziet dus ook wel de voordelen van ‘rijpere’ moeders. Ze kunnen hun kroost in een stabielere omgeving opvoeden en hun
leven iets beter aanpassen aan kinderen, bijvoorbeeld door
deeltijds te gaan werken. Precies omdat moeder worden op
latere leeftijd niet meer vanzelfsprekend is, hebben ze de
voor- en nadelen meestal bewust overwogen. Ze zijn vaak
heel goed geïnformeerd over zwangerschap, bevalling en opvoeding en daarom rustiger, wat een positieve invloed heeft
op hun kinderen.
”
14
Ouderschap
Jonge mama’s
Jong en flexibel
Toch zitten er wel wat voordelen aan jong moeder worden:
je zit nog niet vast in een bepaald levenspatroon en je
kan je dus makkelijker aanpassen aan nieuwe situaties.
Je hebt veel energie om samen met je kroost allerlei
dingen te ondernemen. Jonge mama’s staan nog dicht
bij de belevingswereld van hun kinderen en kunnen zich
makkelijk inleven. Ze zijn nog relatief jong als de puberteit
van hun kroost eraan komt, zodat de generatiekloof overbrugbaar blijft. Ze worden op jongere leeftijd grootmoeder,
zodat ze ook meer van de kleinkinderen kunnen genieten,…
En ten slotte: als de kinderen zelfstandiger worden,
zijn ze nog jong genoeg om hun carrière opnieuw
op te nemen.
In onze huidige samenleving willen veel
vrouwen pas op latere leeftijd kinderen. Waar
jonge moeders vroeger heel gewoon waren,
vormen ze nu eerder een uitzondering.
Tegen de stroom in
Door sommige maatschappelijke tendensen als anticonceptie en groeiende carrièremogelijkheden voor
vrouwen, komt het krijgen van kinderen steeds later.
Het tijdstip waarop een koppel aan kinderen begint is in
veel gevallen eerder het resultaat van een verstandelijke
planning dan van een gevoelsmatige beslissing.
Ellen
Dat betekent dat vrouwen die wél jong moeder willen
worden tegen de stroom in moeten roeien. Daardoor moeten
ze vaak afrekenen met minder positieve reacties.
“
Ik werd voor de eerste keer zwanger toen ik
18 jaar was. Totaal onverwacht! Mijn vriend en ik
waren helemaal van de kaart. Het heeft weken
geduurd voor het echt tot ons doordrong. Uiteindelijk vertelden we het nieuws aan onze ouders,
die ook tijd nodig hadden om het te verwerken.
Nadat ik werk had gevonden, zijn we gaan samenwonen op een gezellig appartementje. Mijn
zwangerschap verliep niet zo vlot, waarschijnlijk door alle spanning. Ondanks veel rust en
medicatie brak op 35 weken mijn water. Ik was
enorm ongerust, omdat ik vreesde dat mijn baby
nog niet volgroeid zou zijn. Maar Cedric was een
gezonde jongen van bijna 3 kg. Ons geluk kon
niet op, ook dat van de grootouders niet. Cedric
was een heel lieve baby. Hij sliep zo veel, dat ik
soms wenste dat hij zich wat meer liet horen.
Ondanks het feit dat hij ongepland was, is hij
nooit iets tekortgekomen. Al onze liefde en ook
die van de grootouders gaat naar hem uit. Veel
mensen denken dat jonge ouders niet in staat
zijn om hun kinderen normaal op te voeden, of
dat ongeplande kinderen ongelukkig zijn en veel
tekort komen. Maar dat hoeft niet zo te zijn! Onze
Cedric zal in elk geval nooit het gevoel moeten
hebben dat hij ongewenst was. Ik ben ervan
overtuigd dat wij, ondanks onze jonge leeftijd,
uitstekend voor onze kinderen zorgen. ”
15
Geboorte
Heel wat hulp voorhanden
Wie doet wat?
Tijdens je zwangerschap
komen er plots een pak
vragen op je af, waaronder
een heleboel medische.
Laat je sowieso uitgebreid
informeren en begeleiden
door professionals. Dat is
niet alleen belangrijk voor je
eigen gezondheid, maar ook
voor die van je kindje.
Huisarts of gynaecoloog
Je huisarts of gynaecoloog stelt de
diagnose van zwangerschap en begeleidt je voor, tijdens en na je bevalling. Bij een maandelijkse consultatie
zal hij of zij onder andere je gewicht,
urine en bloeddruk checken, je buik
onderzoeken en de harttonen van je
kindje meten. Daarnaast kun je bij de
huisarts of gynaecoloog ook terecht om
je psychologisch en praktisch voor te
bereiden op de bevalling, bijvoorbeeld
om te praten over je angsten, prenatale kinesitherapie aan te vragen en te
bespreken waar je wil bevallen. Een
huisarts doet geen echo’s maar kan
daarvoor wel samenwerken met een
gynaecoloog.
Kinderarts
Na de bevalling kun je je kindje laten
opvolgen door een kinderarts. Hij houdt
de lengte, het gewicht en de algemene evolutie van je baby in het oog,
adviseert je op het vlak van voeding en
opvoeding en zorgt ook voor de nodige
inentingen.
Vroedvrouw
Doorheen de geschiedenis hebben
vroedvrouwen altijd zwanger­schap,
bevalling en kraam­t ijd begeleid.
Toen dit allemaal meer medisch werd
aangepakt, verdween de vroedvrouw
wat naar de achtergrond. Zo is het
nauwelijks bekend dat de ver­pleeg­
sters in de kraamafde­ling eigenlijk
vroedvrouwen zijn, en dat er heel wat
zelfstandige vroed­v rouwen werken in
Vlaanderen en Brussel die je kunnen
begeleiden tijdens je zwangerschap,
bevalling en kraamtijd. Je kan een
vroedvrouw contacteren via de VLOV
(Vlaamse Organisatie van Vroedvrouwen) op T 03 218 89 67 of
www.vlov.be/ouders/. Een vroedvrouw
is bevoegd om na de bevalling in te
staan voor de medische zorg voor jou
en je baby. Ook als je na enkele dagen
op de kraamafdeling begeleiding wil,
mag je een beroep doen op een vroed-
16
vrouw. Die kan regelmatig bij je langs
komen tot je baby één jaar oud is.
Kraamzorg
Elke vrouw die pas bevallen is, kan
kraamzorg aanvragen. Zeker bij een
meerling of na een thuisbevalling
kun je die extra steun uitstekend
gebruiken. Waar de vroedvrouw instaat
voor de medische nazorg van jou en
je kindje, houdt een kraam­ver­zorgen­de
zich meer bezig met andere praktische
taken, onder andere de huishoudelijke.
Op die manier kun je na je bevalling
op adem komen en op een rustige
manier genieten van je kindje.
Kraamzorg is niet gratis: de dagvergoeding wordt berekend volgens het
gezamenlijk in­ko­men. Je kunt kraamzorg al vóór de zesde maand van je
zwangerschap aanvragen bij de
Expertisecentra Kraamzorg.
Geboorte
Expertisecentra Kraamzorg
Er zijn zeven van deze centra in
Vlaanderen. Je vindt er onder andere
een ruim aanbod aan kraammateriaal
en een documentatiecentrum met heel
wat boeken en andere informatiebronnen. Daarnaast kun je er ook terecht
met al je vragen over kraamzorg en
babyverzorging. In deze centra worden
ook workshops en infosessies georganiseerd voor zwangere vrouwen en
jonge ouders, net als bijscholingen en
vormingen voor professionele zorgverleners. Alle details vind je op
www.expertisecentrakraamzorg.be.
>>De Wieg in Brugge Ezelpoort 5
www.eckdewieg.be
T. 0473 45 14 38
>>De Bakermat in Leuven
Diestsesteenweg 49
www.debakermat.be
T. 016 20 77 40
>>Kraamkaravaan in Gent
Hoornstraat 13
www.kraamkaravaan.be
T. 09 265 09 44
>>Amerijtje in Hasselt
K. Astridlaan 32
www.zwangerenbevallen.be
T. 070 22 23 54
>>Amerijtje in Tongeren
Kastanjewal 58
www.zwangerenbevallen.be
T. 070 22 23 54
>>Volle Maan in Brussel
Koningsstraat 294-296
www.expertisecentrum-vollemaan.be
T. 02 229 25 58
>>De Kraamvogel in Antwerpen
Volkstraat 7 - www.kraamvogel.be
T. 03 238 11 00
Gezinshulp
Als je extra zorgen nodig hebt, kun je
een beroep doen op gezinshulp. Meer
informatie hier­over vind je bij de Vereniging van Diensten voor Gezinszorg,
Koningsstraat 294 in 1210 Brussel.
T. 02 227 40 71, www.vvdg.be.
Gezinshulp kan ook ingeroepen wor­den
als je tijdens de zwan­ger­schap moet
rusten van de dokter.
Kind en Gezin
Kind en Gezin staat in voor medische, psychosociale en pedagogische
hulp voor aanstaande ouders en voor
gezinnen met kinderen tot drie jaar. De
dienstverlening gebeurt door een team
van verpleegkundigen, gezinsondersteuners en artsen. In de consultatiebureaus werken ook vrijwilligers. Zij
zorgen voor het onthaal en wegen en
meten de kindjes. Kind en Gezin wil
voor elk kind zoveel mogelijk kansen
creëren, waar en hoe het ook geboren
is en opgroeit. www.kindengezin.be
T 078 150 100 (8-20u).
gezondheid
Check!
Harttonen
Vanaf de twaalfde week van je zwangerschap kan je de
harttonen van de baby voor het eerst beluisteren met speciale apparatuur: de doptone of doppler. Dat gebeurt verder bij
elke controle. Normaal klopt het hartje van je baby 120 tot
160 keer per minuut.
Als je zwanger bent, wordt er veel gevraagd
van je lichaam: het leeft en werkt voor twee.
Een gezonde vrouw heeft voldoende reserves
om die extra in­span­ning te leveren, toch kan
die bijkomende belasting wel eens te groot
worden. Daarom ga je regelmatig op controle. Zo wordt jouw gezondheid en de ontwik­
keling van je kind op de voet ge­volgd.
Echo! Echo!
Wellicht wordt er gekozen voor drie echo’s (er worden in
normale omstandigheden slechts drie echo’s terugbetaald door
de ziekteverzekering). In het begin dient zo’n echografie om de
zwangerschap te bevestigen, de zwangerschapsduur te bepalen en om de hartactiviteit op te sporen. In een later stadium
kunnen bepaalde ziekten of onvolmaaktheden opgespoord
worden en een vermoeden van verkeerde ligging bevestigd.
Schopjes
Voel je het al bewegen? Niet alleen je arts of vroedvrouw,
maar zowat je hele omgeving zal het vragen. Bij een eerste
zwangerschap merken de meeste vrouwen rond de twintigste week voor het eerst duidelijk beweging. Bij een volgend
kind herken je deze bewegingen al vroeger (vanaf zestien
weken). Sommige baby’s schoppen hevig, anderen zijn kalmer. Regelmatig ‘leven voelen’ stelt je gerust. Voel je de baby
minder dan gewoonlijk en maak je je zorgen? Aarzel dan niet
om aan te kloppen bij je arts of vroedvrouw.
Waar?
Zolang er geen problemen opduiken, kan je voor de gewone consultaties ongeveer maandelijks terecht bij huisarts,
vroedvrouw of gynaecoloog. Technische onderzoeken (zie:
prenatale diagnostiek) zijn maar uitzonderlijk nodig.
Om je zwangerschap samen met je arts of vroedvrouw op te
volgen, is er de zwangerschapsmap van Kind & Gezin.
Vragenlijstje
Tijdens de consultaties mag je zelf natuurlijk ook extra informatie vra­gen. Het is verstandig om vooraf een lijstje met vragen te maken. Dat kan bijvoorbeeld in de zwangerschapsmap
van Kind en Gezin. Vaak word je tijdens de controle immers
zo in beslag genomen door de onderzoeken, dat je helemaal
vergeet dat jij ook nog wat te vragen had.
Eerste keer
Bij je eerste consultatie wordt je medische voorge­schiedenis
in kaart gebracht. De arts of vroedvrouw vraagt niet enkel
een aantal algemene inlichtingen (je leeftijd, je job...), maar
informeert ook naar eerdere ziektes en operaties en polst
naar erfelijke of familiale ziektes. Die eerste keer wordt er ook
bloed geprikt: om je bloedgroep en resusfactor te bepalen.
Uitgerekend?
Ook voorafgaande anticonceptie, zwangerschap(pen),
bevalling(en) en je menstruele cyclus worden besproken.
Aan de hand van de eerste dag van de laatste menstruatie
wordt de vermoedelijke bevallingsdatum berekend.
Pin je daar niet op vast: slechts 4% van de vrouwen
bevalt op de uitgerekende datum. De normale duur van
een zwangerschap ligt tussen de 37 en 42 weken.
Controle
Bij elke controle worden je gewicht, je bloeddruk en je urine
nagekeken. Je urine wordt onderzocht op de aanwezigheid
van suiker (glucose) ten gevolge van zwangerschapsdiabetes
en van eiwit (albumine) ten gevolge van zwangerschapsvergiftiging. Ook je bloeddruk wordt telkens gemeten om zo’n
zwangerschapsvergiftiging vroegtijdig op te sporen.
Door palpatie wordt de ligging van de baby bepaald.
18
gezondheid
Prenatale diagnostiek
Een kinderloos koppel dat al enkele jaren probeert zwanger
te raken, zal behoorlijk moeten wikken en wegen voor het
een beslissing neemt.
De meeste zwangerschappen verlopen zo
goed als probleemloos, maar soms kan
het ook anders gaan. Als je behoort tot een
risicogroep voor een bepaalde aangeboren
afwijking, stelt de arts of vroedvrouw je misschien voor om een vlokkentest of vruchtwaterpunctie af te nemen. Dan rijzen prangende vragen: “Wat staat ons te wachten?”
of “Willen we, ondanks het risico op een
miskraam, zo’n test laten uitvoeren?”
Hoe bereid je je best voor op zo’n test?
Kathelijn: Voor het onderzoek plaatsvindt, komen aanstaande ouders altijd op gesprek. We schetsen wat er
precies gaat gebeuren, met de mogelijke resultaten en
polsen daarna welke verwachtingen ze daarover hebben.
We staan stil bij de eventuele gevolgen van negatief nieuws.
Het koppel moet zich dan vragen gaan stellen over het al
dan niet uitdragen van de zwangerschap. Het is verstandig
om hierover samen te overleggen. Wat als de uitslag niet is
wat zij hoopten? Wat is voor hen een voldoende reden om
de zwangerschap te beëindigen?
Hoe begeleiden jullie de ouders in zo’n moeilijke
keuze?
Kathelijn: Eigenlijk draait die keuze in essentie rond
‘de kwaliteit van het leven’. Wat is voor het koppel belangrijk:
het leven op zich of de kwaliteit van leven?
Wij gingen met deze lastige vragen naar dr. Kathelijn
Keymolen, geneticus op de dienst medische genetica
van het UZ Brussel.
En wat is dat dan: een kwalitatief goed leven? Niet alleen
filosofische of religieuze overtuigingen spelen op zo’n moment
mee, ook het familiale kader en de voorgeschiedenis van het
koppel spelen een rol. Mensen evolueren natuurlijk ook.
Ik hoor wel vaker koppels die verbaasd zijn over hun eigen
beslissing: “We hadden nooit gedacht dat we uiteindelijk
zo zouden reageren.”
Een vlokkentest of vruchtwaterpunctie wordt voorgesteld als er een verhoogd risico is op een aangeboren
afwijking. Hoe wordt die risicofactor bepaald?
Kathelijn: Men vertrekt altijd van een basisrisico.
Ben je ouder dan 35? Komen er in de familie erfelijke of
aangeboren ziekten voor? Kregen jullie al een kindje met
een aangeboren aandoening? Bovendien kan een screentest,
zoals de nekplooimeting gecombineerd met een bloedafname, je vertellen of er kans is op een chromosomenafwijking. Als de dikte van de nekplooi afwijkt van het
gemiddelde, kan dat o.a. wijzen op het syndroom van Down.
Maar zo’n screening geeft nooit een absolute diagnose,
enkel een risicofactor, een kans. Ze zegt: “Let op!”
Diagnostische tests zoals de vlokkentest of punctie geven
in dat geval uitsluitsel. De gynaecoloog interpreteert dan of
het risico groot genoeg is om een verdere test af te nemen.
En na de uitslag?
Kathelijn: Gelukkig is de boodschap meestal gerust­stellend.
Bij een ongunstige uitslag volgt dus een diepgaand gesprek,
waarbij de resultaten en de conse­q uenties ervan besproken
worden met specialisten. Als het koppel daarna besluit om
de zwanger­schap te beëindi­gen, hangt de verdere gang van
zaken af van de duur van de zwangerschap. Op fysiek vlak
heeft een zwanger­schapsafbreking normaal gezien geen
nadelige gevolgen voor een volgende zwangerschap.
Want zo’n onderzoek is niet verplicht?
Kathelijn: Inderdaad. Voor de vlokkentest ligt het miskraamrisico rond 0,5% en voor de punctie rond 0,2%. Dat is
best beangstigend voor aanstaande ouders. Het plaatst hen
voor een moeilijke beslissing: willen ze absolute zekerheid
of wachten ze liever af om het risico te vermijden? In de ene
situatie zal dat risico meer doorwegen dan bij de andere.
Op mentaal vlak echter kan deze ervaring de ouders nog
heel lang bezighou­den. Ze worden overstelpt met emoties
van intens verdriet, leegheid, frustratie en schuld.
Ouders vinden ’t vaak moeilijk om te rouwen, hun kindje
te gedenken, want zij hebben zelf gekozen om het leven te
beëindigen. De relatie tussen de partners speelt dan een
belangrijke rol.
20
gezondheid
De meest gebruikte prenatale tests op een rijtje
1. De methoden voor prenatale SCREENING geven
geen zekerheid over een afwijking bij de ongeboren baby, enkel een kansberekening:
Echografie: In België worden drie echo’s per zwangerschap terugbetaald. Tijdens de eerste echo (rond de
12de week) wordt de hartactiviteit gecontroleerd en de
nekplooi gemeten (zie verder). De tweede echo, de detailecho (rond de 20ste week) is er om de morfologische
anatomie van kop tot teen te bekijken en om eventueel
zichtbare uitwendige of inwendige afwijkingen op te
sporen. Bij de laatste echo (in het derde trimester) controleert men voornamelijk de groei van het kindje en de
lokalisatie van de placenta.
Nekplooimeting: Tijdens het eerste trimester (11 tot
14 weken) wordt de nekplooi van de foetus gemeten.
Een abnormale vochtophoping in de nek van de foetus
wijst op een hoger risico op chromosoomafwijkingen
zoals het downsyndroom of het syndroom van Turner,
of kan wijzen op een hartafwijking.
Combinatietest: Onderzoek naar de kans op het syndroom van Down wordt gedaan met de combinatietest.
Deze test bestaat uit een combinatie van twee onderzoeken: een bloedonderzoek (bij de zwangere, tussen
9 en 14 weken zwangerschap) en de nekplooimeting
(een echo tussen 11 en 14 weken zwangerschap). De
uitslagen van bloedtest en nekplooimeting, in combinatie met de leeftijd van de moeder en de precieze duur
van de zwangerschap bepalen hoe hoog de kans is op
een kind met downsyndroom.
Wanneer de kans op een kindje met downsyndroom
verhoogd is, kan in overleg met ouders, verder onderzoek (vlokkentest of vruchtwaterpunctie) afgesproken
worden. Tegenwoordig wordt deze test eerder uitgevoerd dan de Tripletest, omdat de combinatietest een
betere kansberekening geeft in een vroeger
stadium van de zwangerschap.
2. Met de tweede groep onderzoeken kan men
een DIAGNOSE stellen. Ze leveren het definitieve
resultaat i.v.m. een chromosomale afwijking:
Vlokkentest: Voor deze diagnostische test worden
met een dunne naald vlokken van de zich ontwikkelende moederkoek opgezogen. Deze test wordt
voornamelijk gebruikt voor chromosoomonderzoek
en kan vanaf de 10de zwangerschapsweek worden
uitgevoerd, maar wordt technisch moeilijker uit te
voeren na 13 weken. Afhankelijk van de te onderzoeken aandoening neemt het onderzoek drie dagen
tot drie weken in beslag. De bijkomende kans op een
miskraam na een vlokkentest is ongeveer 0,5%.
Vruchtwaterpunctie: Bij deze test wordt via een prik
door de buik- en baarmoeder­wand wat vruchtwater opgezogen. Vanaf de 14de à 15de week van de zwangerschap kan men deze punctie uitvoeren. Het onderzoek
van de belangrijkste chromosomen is na enkele dagen
bekend, het opstellen van een volledige chromosomenkaart neemt zo’n twee à drie weken in beslag.
De bijkomende kans op een miskraam na een punctie
is ongeveer 0,2%. Het grote nadeel van deze test is de
late timing. Na een ongunstige uitslag kan het eventueel afbreken van de zwangerschap enkel nog via een
ingeleide bevalling.
Nieuw is de NIPT (niet-invasieve prenatale test):
Deze test wordt uitgevoerd op het bloed van de moeder
(afgenomen vanaf week 10) om de vrucht te screenen
op de meest frequente chromosomale afwijkingen,
vooral trisomie 21 (syndroom van Down).
De test is zeer veilig en betrouwbaar maar wordt
nog niet terugbetaald door de ziekteverzekering.
Het duurt ongeveer twee weken voor de resultaten
bekend zijn.
Bron: www.prenatalediagnose.be
Meer weten?
>>Met al je vragen en twijfels rond testen, testresultaten
en keuzes kan je terecht bij je gynaecoloog, vroedvrouw of huisarts.
>>Ook Fara, het luister- en informatiepunt rond zwangerschapskeuzes, helpt je graag.
Surf naar www.faranet.be, bel naar de Farafoon
T. 016 38 69 50, of stel je vraag op de Farachat.
21
>>Je kunt ook aankloppen bij de Centra voor Menselijke
Erfelijkheid.
>>De Contactgroep zwangerschapsafbreking na prenataal onderzoek (COZAPO) is er voor ouders die een
gewenste zwangerschap hebben beëindigd, omdat bij
het kind ernstige afwijkingen werden vastgesteld.
Meer info op www.cozapo.org
ouderschap
In minder blijde verwachting?
Dat sommigen bij een ongeplande zwanger­schap
niet meteen in ‘blijde’ ver­
wachting zijn is begrijpelijk.
Maar ook wie be­wust gekozen heeft voor een kind, kan
zich - eenmaal zwanger soms diep ongeluk­kig voelen. In beide gevallen is het
belang­rijk om die intense
gevoelens te delen.
Ongepland zwanger
Als je ongepland zwanger bent, komt
je hele toekomst op losse schroeven
te staan. Er dringt zich een verscheurende keuze op: kies je voor een kind,
voor adoptie of voor afbreking van
de zwangerschap? Elk van die opties
heeft eigen - niet te onderschatten gevolgen. Geraak je er zelf niet uit?
Ga dan op zoek naar een onbevooroordeelde ge­spreks­partner. Die biedt je
het luisterend oor en de nodige steun
bij het ver­wer­k ings­proces waar je
doorheen moet.
Uit reacties van lezers blijkt bovendien
dat een ongeplande zwan­gerschap niet
meteen een onge­wenste zwanger­schap
is. En een onge­wenste zwanger­schap
bete­kent niet automatisch een ongewenst kind. Je natuurlijke moederinstinct kan je helpen om een aanvankelijk negatieve ervaring om te zetten in
een positief gevoel.
B.A.N.G.
Zelfs als je zwangerschap heel erg gepland en gewenst was, is het goed mogelijk dat je niet overloopt van geluk.
Verdriet of onverwerkte gevoelens uit
je kinderjaren kunnen nu naar boven
komen of problemen met je partner
worden wat scherper.
Je voelt je misschien angstig, vraagt
je af waarom je dit nu zo graag wou,
bent bang bent dat je nooit een goeie
moeder zult zijn…
Diana Koster (vrouwencoach en
verloskundige): ‘Zulke angsten en
gevoelens zijn heel normaal en komen
vaak voor bij zwangere vrouwen. Toch
rust er nog een groot taboe op. Want
het MOET allemaal leuk zijn en je
MOET blij zijn, want je bent zwanger
en gezond. Niet dus. Je mag je best
ongelukkig voelen en in de war zijn,
je bent absoluut niet de enige. Blijf
er vooral niet mee zitten maar praat
erover, zeker met je partner. Vertel dat
je bang bent, dan kan hij daar ook
rekening mee houden.
Als de angst je leven gaat beheersen,
als je vastzit in het piekeren, moet je
ingrijpen en professionele hulp zoeken.
Een zwangerschap is niet niks, het is
een levensgebeurtenis. Soms wordt
het gewoon allemaal een beetje te
veel: net getrouwd, huis gekocht, een
nieuwe job, zwanger… je zou van minder het noorden kwijtraken!’
Depressief
Een zwangerschapsdepressie is niet
altijd even duidelijk herkenbaar. Nogal
wat symptomen van zo’n depressie zijn
namelijk ook typisch voor de zwanger­
schap zelf: een uitgeput gevoel, minder
eetlust, slaappro­blemen, stemmingswisselingen... Iedere moeder maakt dit
mee.
Er met je partner of een vriendin over
babbelen kan je al vooruit helpen,
maar soms is professionele hulpverlening nodig. Als je weken na elkaar
neerslachtig bent, als je nergens zin
in hebt of en niet goed meer functioneert, trek dan aan de alarmbel. Een
depressie tijdens je zwangerschap
vergroot de kans op een postnatale (na
de geboorte) depressie, dus blijf er niet
mee zitten.
Hulp?
Er bestaan gespecialiseerde orga­n isaties waar je te­recht­kan, al­leen of
met je partner. Adressen in jouw omgeving vind je bij:
>>Federatie Diensten Geestelijke Gezondheidszorg (FDGG)
www.fdgg.be of T. 09 233 50 99.
>> Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW): www.steunpunt.be of T. 03 366 15 40.
>>Fara, luister- en informatiepunt rond zwangerschapskeuzes:
www.faranet.be mét Farachat, maandag 14-17u, woensdag en
vrijdag 13-16u. Farafoon: T. 016 38 69 50, dagelijks 9-16u.
Meer lezen?
KOSTER, Diana, Perfecte moeders bestaan niet, Tielt, Lannoo, 2013, 283 blz.,
€ 24,99 (ISBN 9789401411455). Dit boek helpt zwangere vrouwen en jonge
moeders om in balans te komen (en te blijven). Brieven aan Jonge Ouders
schenkt je i.s.m. Uitgeverij Lannoo 20% korting bij aankoop van dit boek via
de website van de uitgeverij. In plaats van € 24,99 betaal je slechts € 19,99.
De korting wordt verrekend nadat je het boek hebt toegevoegd aan je winkelmandje. Surf hiervoor naar www.lannooshop.be/bjo.
Betalen kan online of via eenvoudige overschrijving.
22
ouderschap
Je krijgt een broertje!
Tine: Ik vroeg vorige week aan mijn dochtertje of ze graag
nog een broertje of zusje wil. Ze antwoordde bevestigend en
ik vertelde haar dat er een baby’tje in mijn buik zit. Ze trok
grote ogen van ongeloof, zag dat ik het meende en zei toen
stralend: “Wauw.” Zalig was dat! Meteen daarna heeft ze een
tekening gemaakt van de baby in de buik, die houden we
voor altijd bij!
Linde: De reactie van mijn dochter toen ze hoorde dat ze
‘r een zusje bijkreeg? “Ik geef mijn kamer niet af!”
Het Grote Babynieuws vertellen aan de andere kinderen… een spannend en speciaal
moment. Voor jou, maar ook voor hen. En de
reacties kunnen nogal eens verschillen.
Samen in verwachting
Wat oudere kinde­ren kunnen heel verschillend rea­geren.
Sommigen nemen het grote nieuws nogal lauwtjes op, ze
heb­ben tijd nodig om het te verwerken. Anderen zijn ja­loers.
Wie tot dan toe enig kind was en oud genoeg om te beseffen dat voortaan veel ‘gedeeld’ zal moeten worden, kan
zich be­d reigd voelen. Wees dus niet té enthou­siast en geef
hen genoeg tijd om te wennen aan het idee van een nieuw
broertje of zusje.
Eeuwigheid
Kindjes van minder dan twee jaar hoef je niet onmiddellijk
op de hoogte te brengen, negen maanden duren een eeuwigheid voor hen. Je kan rustig wach­ten tot die buik wat ronder
wordt, en zelfs dan begrijpen ze er niet veel van. Het valt hen
echt niet op dat mama dikker wordt, en woord­en als ‘broer­
tje’ en ‘zus­je’ behoren nog niet tot hun woordenschat.
Toch kan je ook aan een peuter al iets vertellen over de ge­
boor­te. Mis­schien is er in de fami­lie of ken­n issenkring net
een baby of een babydiertje bijgekomen? Dat is een mooi
aan­k no­pingspunt om uit te leggen dat er bij jullie ook een
kleintje op komst is. Zo kan je peuter al wat wennen aan een
baby op schoot bij mama of papa.
Heel veel kinderen zijn gewoon dolenthousiast als ze het
nieuws horen. Maar hoe ze op dat moment reageren, vertelt
weinig of niets over hun gevoelens wanneer de baby er
werkelijk zal zijn. Pas dan zullen ze ondervinden wat het
bete­kent om de aan­dacht en de knuffels van papa en mama
te moeten delen.
Het is dubbel zo fijn als kinderen een beetje mee zwanger
zijn en ­hel­pen bij de voor­berei­dingen voor de nieuwko­mer:
de kin­der­kamer in orde maken, geboor­te­kaart­jes uit­zoeken,
sui­ker­bo­nen­zakjes vul­len...
Saartje: De oudste was 17 maanden toen de tweede geboren werd, dus veel snapte hij er niet van. In het begin vond
hij het allemaal fantastisch en reageerde hij superenthousiast, maar na een paar weken werd hij ontzettend jaloers en
wou hij die baby weer weg.
Aangename
kennismaking
En dan is het zover: je kinderen
komen voor het eerst ken­n ismaken
met de baby. Geef hen even jouw
onver­deelde aan­dacht en duw hen
niet meteen in de richting van de
pasgeborene. Ze maken zelf wel uit
wan­neer ze de nieuwe aanwinst
gaan keuren.
Zorg ervoor dat er voor hen iets leuks
te bele­ven valt. De kleinste krijgt van
ie­dereen cadeau­t jes en wordt ge­
knuffeld en bewon­derd. Dus: ook voor
de ouderen een superdikke knuf­fel,
wat aandacht van mama, een kleine
attentie... Zo merken ze dat mama
en papa hen nog dolgraag zien.
Dat kunnen ze op zo’n mo­ment wel
gebruiken.
24
ouderschap
Inge: Toen Rune in het ziekenhuis zijn nieuw broertje Arne
kwam bewonderen, rolde hij het bed op wieltjes gewoon
naar buiten! En de dag dat we met Arne thuiskwamen, bleef
hij koppig in de auto zitten… hij was echt boos omdat ik een
paar dagen afwezig geweest was. We hebben hem genoeg
tijd gegeven om te wennen aan zijn broer, en nu kunnen ze
elkaar geen dag missen!
Elke: Een vriendin was nog maar een paar dagen thuis met
haar baby, toen het oudere zusje zei: “Breng die baby nu
maar terug naar het ziekenhuis!”
Reorganisatie
Een geboorte in het gezin betekent meteen ook een reorganisatie en een nieuwe taakverdeling in huis. De partner
neemt na de ge­boor­te waarschijnlijk een paar taken van
mama over, zoals de oud­ste(n) in bad zetten of in bed stop­
pen. Vaste gewoonten en gebruiken geven kinderen houvast,
het is voor hen dan ook verve­lend wanneer alles ineens
anders verloopt. Met als gevolg dat ze misschien moeilijker
inslapen of een beetje hangerig doen. Als mama een ritueel
had voor bad en bed, kan haar partner dat nu ook volgen,
ofwel een eigen ritueel lanceren waaraan de kinderen alvast
kunnen wennen.
De komst van die kersverse baby bete­kent voor alle huisgenoten een niet te onderschatten veran­dering, die flink wat
aanpassing vraagt. Op datzelfde ogenblik nog andere Grote
Verande­r ingen doorvoe­ren, is eigenlijk om pro­ble­men vragen.
Dat is al zo voor vol­was­senen. Stel je maar eens voor dat
je rond de geboorte midden in een ver­huis zit, of dat je net
dan aan een nieu­we job begint. Voor kinderen geldt dat nog
veel meer. Probeer dus om het gewone dagelijkse le­ven van
je kroost zoveel mogelijk te laten doorlopen na de geboorte
van je ba­by. Staan er toch onvermijdelijke veranderingen op
het pro­g ram­ma, probeer ze dan vooraf door te voeren, zodat
iedereen tijd krijgt om eraan te wennen.
Opzij
Sommige kinderen moeten niet alleen knuffeltijd en aandacht afstaan aan hun nieuwe broer of zus, maar ook
hun eigen kamertje. Wacht daar niet mee tot vlak voor de
geboor­te. Je kan die verhuis naar een nieuwe stek ook positief inkle­den: “Jij krijgt een mooie nieuwe kamer!” of “Je bent
nu flink genoeg om in een groot bed te slapen.” Als je hen
laat hel­pen en kiezen bij de in­r ich­t ing, wordt het echt HUN
kamer. Zo krijgen ze niet het gevoel dat ze opzij gescho­ven
worden voor de baby.
gezondheid
Ongemakjes
>>Eet zo vezelrijk mogelijk (volkorenproducten, vers fruit,…).
>>Probeer laxerende voeding (vers fruitsap, karnemelk, peperkoek,…).
>>Beweeg voldoende.
Zo’n zwangerschap doet wat met je lichaam!
In de eerste plaats raakt je hormonenhuishouding flink in de war. Daarnaast zet
je baarmoeder ontzettend uit: uiteindelijk
wordt ze zo’n twintig maal groter. Niet verwonderlijk dus dat je wel eens een ongemakje ondervindt. We zetten de meest
voorkomende op een rijtje.
Spataders
Je baarmoeder zet zodanig uit dat het bloed niet meer vlot
terugvloeit en de druk in je aders verhoogt.
>>Beweeg voldoende, maar rust ook regelmatig met je benen
omhoog.
>>Werk zoveel mogelijk zittend en sta niet te lang recht.
>>Trek steunkousen aan voor je ’s morgens opstaat.
>>De kinesist of vroedvrouw kan je beenoefeningen aanleren.
Vaker moeten plassen
Je baarmoeder drukt onvermijdelijk meer op je blaas. Wil je
’s nachts niet opstaan?
>>Drink dan niet te veel voor je gaat slapen.
‘s Morgens misselijk
Zeker de eerste drie maanden staat deze klacht met stip op
één bij zwangere vrouwen.
>>Eet voor je gaat slapen en voor je opstaat een kleinigheidje
(bv. een beschuit).
>>Ook gember (in thee of koekjes) kan helpen.
De hele dag misselijk?
>>Zorg dat je nooit een lege maag hebt: iets vaker een klein
hapje eten dus. Vermijd gekruide en vette gerechten.
>>Drink voldoende.
>>Neem voldoende rust en ga na het eten telkens wat op je
zij liggen.
Brandend maagzuur
Je maag krijgt minder plaats op het einde van de zwangerschap.
>>Gebruik geen medicatie zonder je arts te raadplegen.
>>Je maag mag niet te vol zitten: iets vaker een klein hapje
eten dus. Vermijd gekruide, vette en zure voeding. Eet
rustig en kauw goed.
>>Laat sterke koffie, fru­itsap en drank met prik even aan de
kant.
>>Zit goed rechtop en buig niet voorover.
Heb je vooral ’s nachts last?
>>Eet niets meer voor je gaat slapen.
>>Gebruik een extra kussen om je hoofd wat hoger te leggen.
Verstopping en aambeien
Je darmen gaan wat trager werken. Ook ijzerpillen kunnen
een boosdoener zijn. Heb je erg veel last van verstopping,
dan kun je aambeien krijgen.
>>Gebruik geen laxeermiddelen zonder je arts te raadplegen.
>>Drink voldoende (water).
26
gezondheid
Gezwollen enkels, voeten en handen
Daar krijg je vooral tegen de avond last van of bij warm,
drukkend weer. Hier gelden dezelfde do’s en don’ts die je
leest bij ‘spataders’.
Witverlies
Het weefsel van de vagina bereidt zich voor op de bevalling
en de vaginale afscheiding neemt toe. Zolang je geen jeuk
hebt en het witverlies niet onaangenaam ruikt, is een goede
hygiëne voldoende.
>>Was de uitwendige geslachtsdelen uitsluitend met water.
>>Gebruik geen zeep, want zeep tast de natuurlijke beschermingslaag aan en werkt infecties in de hand.
Bekkenpijn
Je bekken bereidt zich alvast voor op de bevalling: tijdens
je zwangerschap worden de kraakbeenverbindingen van je
bekken wat soepeler. Daardoor ontstaat er wat speling op
het bekken. Je bekkenbanden en spieren moeten wat harder
werken om het bekken stabiel te houden. Dat veroorzaakt
een zeurende tot matige pijn in je onderrug, aan je bekken, in
je schaambeen of aan je staartbeentje. Het kan ook vooroverbuigen bemoeilijken. Het is vervelend maar (bijna) normaal,
vanaf je tweede zwangerschapstrimester.
>>Vermijd lang rechtstaan, fikse wandelingen of vooroverbuigen.
>>Plaats je benen zo recht mogelijk onder je bekken.
>>Elke dag wat platte rust.
>>Er bestaan ook oefeningen voor bekkenbodem- en buikspieren.
(Rug)pijn
Als je zwanger bent, kun je op allerlei plekjes pijn krijgen:
in je rug, maar ook in de liesstreek of de zijkanten van de
onderbuik.
>>Alles begint bij een goede houding (geen holle rug, een
gekanteld bekken).
>>Vermijd plotse bewegingen.
>>Rust voldoende en slaap op je linkerzij met een kussen
tussen de knieën en schaf je een stevige matras aan.
>>Laat de hoge hakken in de kast en ga voor stevig schoeisel
met halfhoge hakken.
Striemen
Op borsten, dijen en buik omdat je huid begint te rekken.
Helaas bestaan er geen wondermiddeltjes tegen striemen.
Probeer je huid soepel te houden door ze dagelijks in te wrijven met amandelolie of een hydraterende crème.
Bekkeninstabiliteit
Bij een overdreven verweking van de gewrichten verschuiven de bekkendelen te veel ten opzichte van elkaar. Zelfs
eenvoudige dagelijkse handelingen zijn pijnlijk: lopen, zitten,
staan, bukken, omdraaien in bed,…
Rusteloze benen
Hier krijg je vooral ’s nachts last van. Waarschijnlijk door
een verstoorde bloedsomloop, soms ook door een tekort aan
vitamine B, D en magnesium.
>>Probeer eens een lauwwarm bad voor het slapengaan.
>>Pas je voeding aan. Vitamine B en D zit in volkorenproducten, zuivel, vette vis en margarine. Magnesium haal je o.a.
uit noten.
>>Je kinesist of vroedvrouw kan je rekoefeningen aanleren.
Startpijn (pijn in de eerste minuten of uren na het opstaan)
en napijn (pijn uren tot dagen nadat je je zwaar ingespannen
hebt) zijn typerend. Soms moet je zittend de trap op.
Bekkeninstabiliteit vraagt extra aandacht tijdens en na de
bevalling maar verdwijnt dikwijls na de geboorte. Neem bij
vermoeden van deze aandoening contact op met een arts of
vroedvrouw.
Alarmsignalen
Raadpleeg je arts of vroedvrouw ook als je
>>meer dan drie maal per dag moet braken
>>aanhoudend koorts hebt
>>overdreven vaginaal witverlies hebt
>>ongerust bent.
Raadpleeg onmiddellijk arts of vroedvrouw als je
>>bloed verliest
>>vocht verliest
>>gevallen bent
>>onverklaarbare pijn hebt
>>hoofdpijn hebt, gepaard met misselijkheid,
maagpijn, tintelende vingers, troebel zicht of
vochtophopingen in ledematen en gezicht.
>>vermoedt dat je kindje minder of niet meer
beweegt.
27
gezonde voeding
Bordje gezond
WEL
Gezond en gevarieerd eten
is een must voor moeder én
foetus. Het houdt de mama
in prima condi­tie en bezorgt
de baby alle noodza­kelijke
voe­dings­stof­fen. Maar over
eten tijdens de zwangerschap doen heel wat indianenverhalen de ronde. Wat
mag/moet wel en wat mag/
moet niet? Dit handig lijstje
laat je de bomen door het
bos zien.
De meeste vrouwen die gezond en
gevarieerd eten, komen tijdens hun
zwangerschap zo’n 10 tot 15 kg aan,
maar meer of minder is echt niet
abnormaal.
>>Drie tot vier glazen melk per dag
drinken. Want kalk is cruciaal
voor de op­bouw van het been­derge­stel van je baby. Geen melkfan?
Kies dan gerust voor chocolade­melk,
pap, pud­ding, yoghurt of kar­ne­
melk. Ook magere kaas en allerlei
soorten peulvruchten zijn prima
kalkleveranciers.
>>Zorgen dat je voldoende ijzer
binnenkrijgt. Dit is nodig voor de
vor­ming van het bloed van je baby.
Om bloedarmoe­de te voorko­men,
neem je rood vlees, volle graan­pro­
ducten, peulvruch­ten en (groene)
groenten op­in je voe­ding.
Eet ook regelmatig verse (cit­r u­s)­
vruchten: vita­mi­ne C verge­mak­ke­lijkt de opname van ijzer in het
lichaam.
>>Een supplement foliumzuur
(0,4 mg/dag) innemen. Foliumzuur
of vitamine B11 zorgt voor bloedaanmaak en verkleint de kans op
een baby met een open ruggetje.
Je neemt dit foliumzuur van zodra
je stopt met anticonceptie tot de
twaalfde week van je zwangerschap.
28
>>Je tanden poet­sen met een fluorhou­dende tandpasta. Zo blijft je
tandglazuur goed stevig. Vroeger
werd vaak aangeraden om tijdens
de zwangerschap extra fluor in te
nemen, maar recent onderzoek heeft
aangetoond dat dit niet nodig is.
>>Je handen wassen voor je gaat eten
en voor je het eten klaarmaakt.
Doe dit ook elke keer nadat je
groenten, fruit, rauw vlees en
dieren hebt aangeraakt, én
uiteraard wanneer je naar het
toilet bent geweest. Zorg ook voor
hygiëne in de keuken tijdens het
koken. Voedselvergiftiging wordt
veroorzaakt door bacteriën en kan
schadelijk zijn voor je kindje.
>>Alle groenten en fruit héél grondig
wassen, dus! Daardoor verminder
je sowieso het aantal bacteriën.
Als je twijfelt of de rauwkost die je
voorgeschoteld krijgt, goed gewassen
is, eet je er beter niet van. Blijf wel
voldoende verse groenten op je (thuis)
menu zetten.
>>Ervoor zorgen dat alles wat gebakken
wordt, voldoende verhit is.
gezonde
rubriektitel
voeding
NIET
>> Te veel vita­mines nemen. Dit kan
schade­lijk zijn voor je baby. Vooral
vitamine A en D (in boter, margarine,
lever en sommige medicijnen) mag je
maar in beperkte mate binnenkrijgen.
Extra vitami­nes en voe­dingssupple­
men­ten gebruik je dus alleen na
overleg met je arts of vroedvrouw!
>> Eten voor twee. Dubbe­le porties
veroorzaken overgewicht,
wat aan­leiding kan ge­ven tot
verwikkelingen als hoge bloeddruk,
zwangerschapsdiabetes en
complicaties bij de bevalling. Tijdens
de eerste helft van de zwanger­schap
is een normale voeding echt wel
voldoende voor jullie beiden. Daarna
neemt de energiebe­hoefte wat toe,
maar dan volstaan een extra sneetje
brood, wat meer aardap­pelen en fruit,
en wat extra melk.
>> Een vermageringsdieet volgen.
Compleet uit den boze als je zwanger
bent omdat je dan niet genoeg
voedingsstoffen binnenkrijgt. Maar er
is meer: als je op vermageringsdieet
bent, wordt er lichaams­vet verbrand.
Bij die ver­bran­ding komen afvalstoffen
in het bloed terecht die schadelijk
kunnen zijn voor de baby.
>> De kattenbak proper maken of met je
blote handen in de tuin (of met aarde)
werken. Je kunt dan in contact komen
met een parasiet die vaak in aarde
of in uitwerpselen van katten zit.
Deze parasiet veroorzaakt de infectie
toxoplasmose. Zelf merk je nauwelijks
iets van deze infectie, maar ze kan het
cen­trale zenuw­stelsel van de foetus
aantasten.
>> Lever of ander orgaanvlees eten. Dit
bevat te veel vitamine A.
>> Iets van de volgende gerechten op
het menu zetten: rauw of onvol­
doende door­bakken vlees (filet
américain, rosbief, steak saignant...),
rauwe vis (sushi), schelp- of
schaaldieren, koudgerookte vis (zalm,
haring) en bereidingen met rauwe
eieren (chocolademousse, tiramisu,
mayonaise…).
>> Zachte kazen eten die gemaakt zijn
met rauwe melk, zoals mozarella, brie
en camembert. Kijk bij voorverpakte
kazen op het etiket. Staat er ‘au lait
cru’, dan laat je ze links liggen. Staat
er ‘au lait pasteurisé’, dan is de kaas
veilig. Want door pasteurisatie worden
alle ziekmakende bacteriën gedood.
Meer lezen?
BEDART, Anita,
Eten in mama’s buik,
Garant Uitgevers, 2013, 96 p.,
€ 14 (ISBN 9789044130454)
Dit boek laat zien wat gezond
eten werkelijk is en wat het
betekent voor moeder en kind.
Aan de hand van vragen geeft
de auteur aanwijzingen om
problemen te voorkomen en
te behandelen.
29
gezonde voeding
Baby aan de
borst
>>Moedermelk is meer dan alleen maar voeding: ze bevat
ook anti­stoffen, groeiproteïnen, enzymen (die helpen
bij vertering) en stoffen die bacteriën doden. Zo heeft
je kindje minder risico op een heleboel aandoeningen:
oorontsteking, maagdarmontsteking, luchtweginfecties,
eczeem, zwaarlijvigheid, suikerziekte, leukemie en
zelfs wiegendood.
>>Moedermelk heeft, afhankelijk van wat jij eet, verschillende smaken en geuren. Daardoor leren borstkindjes
andere en nieuwe smaken eten als ze overschakelen op
vaste voeding.
>>Lijd jij of je partner aan een allergie? In dat geval wordt
extra aangeraden om alvast zes maanden uitsluitend
borst­voe­ding te ge­ven. Daarnaast kan je ook nog andere
maatregelen treffen om je baby te beschermen tegen een
vroegtijdige al­lergie. Meer interessante info vind je op
www.astma-en-allergiekoepel.be.
Borstvoeding? Ja, natuurlijk! De medische
wereld en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zijn het roerend eens: uitsluitend
borstvoeding gedurende de eerste zes levensmaanden is aanbevolen voor alle zuigelingen, overal ter wereld.
Voor mama
Niet alleen kindjes, ook mama’s halen hun voordeel uit
moedermelk:
>>Als je borstvoeding geeft, trekt je baarmoeder sneller sa­
men tot haar oor­spron­ke­lijke vorm. Hierdoor vermindert de
kans op nabloe­dingen.
>>Je krijgt meestal vlugger je vroegere figuur en gewicht
terug.
>>Zelf voeden vermindert het risico op bepaalde kankers
(ovariumkanker, borstkanker) én op diabetes (suikerziekte).
Bovendien verlaagt het risico op depressie.
>>Moedermelk is gratis (sommige ziekenfondsen geven zelfs
een borstvoedingspremie!) en heel praktisch: het is altijd
op temperatuur en je hebt het altijd ‘bij de hand’.
>>Bovendien is het milieuvriendelijk: geen productie-, verpakkings- en transportkosten.
Voor papa
Kersverse papa’s kunnen geen borstvoeding geven, maar
toch ligt er ook voor hen een belangrijke rol weggelegd. Papa’s kunnen namelijk een heleboel andere dingen doen voor
de jonge mama en die kleine spruit. Zelf geen inspiratie? Wat
denk je van: de luier verversen, de baby troosten, eventjes
gaan wandelen met de buggy, mama verwennen,
de afwas, de andere kinderen entertainen…
Colostrum
Je melkproductie start al vanaf de tweede helft van je
zwangerschap. Na de bevalling krijgt je baby de eerste
levensdagen colostrum te drinken: een dikke, vanillekleurige
melk, die niet alleen alle nodige voedingsstoffen bevat, maar
ook vol antistoffen zit én laxerend werkt.
Afgeschrikt?
Borstvoeding geven mag geen pijn doen. Sommige mama’s
worden afge­schrikt door enge verha­len over tepel­k loven,
borstontstekingen en an­dere vervelende onge­mak­ken. Veel
van bovenstaande problemen kun je voorkomen of verhelpen
met een correcte techniek, een adekwate verzorging of een
juiste be­handeling.
Als je klachten hebt, zoek dan hulp bij een deskundige: een
lactatiekundige, vroedvrouw of de regioverpleegkundige van
Kind en Gezin. Bij een medisch probleem word je doorverwezen naar een arts.
Voor je baby
Waarom kies je voor borstvoeding?
In de eerste plaats omdat het bijzonder belangrijk is voor je
baby. Enkele voordelen op een rijtje:
>>De unieke, telkens wisselende samenstelling van moedermelk is altijd aangepast aan de be­hoeften van je baby. Zo
heeft de avondmelk een iets hoger vetgehalte dan de ochtendmelk en verschilt de samenstelling volgens de leeftijd
van je kindje.
30
gezonde
rubriektitel
voeding
‘Hongerdagen’
Veel mama’s vertellen ons dat ze ’t jammer vinden dat ze zo
vroeg met borstvoeding zijn gestopt. Ze wisten bijvoorbeeld
niet dat er ‘hongerdagen’ bestaan, kregen met een ontzettend gulzige baby te maken en zijn er dan maar mee gestopt
uit pure ellende. De hongerdagen? Ja, op sommige momenten
lijkt het alsof je baby voortdurend wil drinken. Deze honger- of regeldagen duiken meestal op rond de leeftijd van
2 weken, 3 weken, 6 weken, 3 maanden en 6 maanden. Ze
hebben vaak te maken met een groeispurt en zijn dus perfect
normaal. Hoe lastig het ook is, blijf voeden naar behoefte,
want zo wordt ook je melkproductie automatisch opgedreven
en zal het gewone ritme zich snel herstellen.
Goede begeleiding
“Borst­voeding is zo natuur­lijk dat het vanzelf verloopt”, wordt
wel eens gezegd. Fabeltje! Lopen en praten zijn evengoed
natuur­lijke processen maar ook zij eisen oefe­n ing. Met borst­
voe­ding is het net zo. Laat je dus goed begeleiden. Als je
weet wat normaal is (en wat niet), sta je steviger in je schoenen. Je zult zeker te maken krijgen met goedbedoelde, maar
ook met de gekste en meest tegenstrijdi­ge advie­zen. Als je
kindje veel huilt of krampjes heeft, schrijft men dit bijvoorbeeld al gauw toe aan de borstvoeding: “Zie je wel, je hebt
niet ge­noeg melk!” Natuurlijk klopt dat niet. Meestal gaat het
om kleine klachten die helemaal niets met de borstvoeding
te maken hebben. Ook voor een borstkindje betekent het
leven in de bui­ten­we­reld een hele aan­pas­sing en ook hij kan
nu eenmaal alleen maar huilen als iets hem niet zint. Stop
dus niet te snel met borstvoeding en laat je omringen door
mensen die wel geloven in borstvoeding én weten waarover
ze spreken. Ja, natuurlijk is borstvoeding even doorzetten,
maar het loont de moeite en meestal gaat het na een tijdje…
écht vanzelf.
Meer lezen?
>>De brochure Borstvoeding van Kind en Gezin krijg
je gratis van je regioverpleegkundige of vind je op
www.kindengezin.be.
>>DE REEDE-DUNSEL­M AN, Adrienne, Borst­voe­
ding geven, Een antwoord op heel veel vragen,
Baarn, De Kern, 2005, 256 blz, € 19,99 (ISBN
9789032510466). Uitgebreid handboek rond
borstvoeding, met veel wetenswaardigheden en
praktische tips.
>>KLEINTJES, Stefan & BROEKHUIJSEN, Mary,
Borstvoeding, Het Spectrum, 2009, 279 blz.,
€ 24,99 (ISBN 9789027466211). Dit boek beantwoordt op een prettige manier al je vragen: over de
beste voorbereiding, goed aanleggen, problemen,
afkolven en de betrokkenheid van de vader.
>>MOHRBACHER, M. & KENDALL-Tackett, K.,
Borstvoeding natuurlijk eenvoudig, Garant, 2009,
279 blz., € 24,50 (ISBN 9789044125092). Het boek
gaat uit van de basisbehoeften van een baby
waarbij borstvoeding de meest natuurlijk voeding
is.
>>VERBEELEN, Mia & ILHEIM, Abdel-jelil,
Mama tovert melk, Garant, 2009, 86 blz., € 16,90
(ISBN 9789085750307). Via een speels verhaal en
veel illustraties maak je kennis met Emilie, die net
een broertje heeft gekregen, en haar gezin.
Ze is nieuwsgierig hoe mama zomaar melk
kan toveren. Van mama en
oma krijgt ze wonderlijke
antwoorden op haar vragen. rubriektitel
Bevalling
Meer weten?
>>Zit je met vragen of loopt het niet zo vlot?
Je vroedvrouw (www.vlov.be) of de regio-verpleegkundige van Kind & Gezin (www.kindengezin.be) staat
altijd voor je klaar.
>>De Belgische Vereniging van Lactatiekundigen helpt je
ook graag. Op de website
www.bvl-borstvoeding.be vind je niet alleen heel wat
interessante info over borstvoeding, maar kun je ook
een lactatiekundige in je buurt zoeken.
>> Ook het Kenniscentrum Borstvoeding heeft een superboeiende website. Op www.borstvoeding.com vind je
niet alleen alle info over borstvoeding, maar lees je ook
over fabeltjes, misverstanden en de combinatie met je
werk.
>>Borstvoedingsorganisatie La Leche League
informeert graag mama’s en papa’s.
Op www.lalecheleague.be vind je onder meer alle
contactgegevens van hun medewerkers.
Baby aan de fles
Sommige mama’s zien borstvoeding niet zitten of kunnen
het gewoon niet geven: door ziekte, medicatie of een andere
(persoonlijke) reden. Er bestaat in onze moderne maatschappij een alternatief voor moedermelk: kunstvoeding.
Ook met een aan hun leeftijd aangepaste kunstvoeding
ontwikkelen baby’s tot gezonde wezentjes. En natuurlijk kun
je ook bij flesvoeding je kleintje warm en lekker dicht bij jou
houden. Jammer dus, dat reacties soms pijn doen als je kiest
of moet kiezen voor flesvoeding.
An
“
Ik droomde over baby’s, over borstvoeding,
over opvoeding én over het beste wat je je kindje
kan geven. Dan bleek echter dat ik levenslang
medicatie moet nemen om een gezonde mama te
blijven. Daarom mag ik helaas geen borstvoeding
geven. Jammer, want ik had het zo graag gewild.
Alsof ik het er zelf nog niet moeilijk genoeg mee had,
hoor je het kraambezoek ineens: “Oh? Geen borstvoeding? Ik dacht dat jij dat wel zou doen!”
Of als je baby huilt omdat de fles nog niet warm
is, zeggen ze: “Toch spijtig dat je geen borstvoeding
geeft, hè?”
Soorten speentjes
Er zijn verschillende soorten speen­t jes op de markt: kleinere
(‘voor de eerste leeftijd’- ongeveer tot vier maanden) en grotere (‘voor de tweede leef­t ijd’, vanaf ongeveer vier maanden).
De melkstroom varieert naargelang het vastschroeven van de
speen.
Op de grotere staan meest­a l cijfers of streepjes van 1 tot 3.
Door de fles schuin onder­steboven te houden merk je onmiddellijk of de melk niet te snel of te traag komt. Ongeveer om
de se­conde moet er een drup­peltje uitval­len. Dan kan je baby
rustig drin­ken, zonder zich te ver­slikken of hevig te moeten
zuigen. Laat je bij de keuze van een speentje adviseren door
de apotheker. Er bestaan ook flesjes die krampjes helpen
voorkomen.
Ik heb de indruk dat flesvoeding door de meeste
mensen wordt bekeken als een gemakkelijke,
egoïstische keuze. Toch ben ik het ook die tijdens
de nacht opsta en daar heb ik geen enkel probleem
mee. Ik wil alleen maar aantonen dat, als er geen
andere keuze is dan de fles, de psychische kant bij
flesvoeding niet mag onderschat worden.
Die negatieve reacties en die terloopse opmerkingen
raken je onvermijdelijk. Natuurlijk ben ik een trotse
mama en ben ik fier op onze twee spruiten, maar
ik heb het nog altijd moeilijk als ik zie hoe andere
jonge moeders hun kindje de borst geven.
Dat doet nog altijd pijn.
Meer weten?
”
Je vroedvrouw of de verpleegkundige van Kind & Gezin
informeren je graag over flesvoeding. De brochure
‘flesvoeding’ vind je op www.kindengezin.be of via de
regioverpleegkundige.
32
Bevalling
Waar bevallen?
Enkele aanbevelingen:
1. Om­dat een thuisbevalling nogal wat engagement (organi­
sa­t ie, voorbe­rei­ding, na­zorg) vereist van alle betrokkenen
(ook van de partner), moeten beide ouders er bewust voor
kie­zen.
2. Je moet kunnen rekenen op de hulp van een vroed­v rouw
of arts, die over de nodige erva­r ing en me­dische uit­r usting
be­schikt.
3. O
m onvoorziene problemen op­te van­gen kan je in minder
dan een half uur naar een zie­kenhuis gebracht worden.
4. J e hebt kraamhulp geëngageerd voor de eer­ste dagen na
de be­val­ling.
In België wordt de overgrote meer­derheid
van de baby’s gebo­ren in de kraam­kliniek.
Kraamkliniek
In sommige moederhui­zen kan je bevallen met de hulp van
een zelf­stan­di­ge vroed­v rouw of kan je huisarts de beval­ling
begeleiden.
Heb je voor een kraam­k li­n iek gekozen, vraag dan vooraf een
onthaalbro­chu­re aan en neem deel aan een informatieavond.
Die in­formeren je over de plaatselijke gang van zaken. Hoe
gaat het er bij de op­name zelf aan toe? Door wie word je
opgevan­gen, waar brengt men je heen? Het geeft een ge­
ruststellend gevoel als je dat vooraf al weet.
Kort ziekenhuisverblijf
Je kan ook in de kraamkliniek beval­len en al na één of twee
dagen (eventueel nog de­zelfde dag) weer naar huis gaan.
Als je kiest voor deze formule is kraamhulp in huis echt wel
nodig. Die hulp vind je via www.zorg-en-gezondheid.be (van
de Vlaamse Overheid), via de Expertisecentra Kraamzorg, of
via de VLOV (zie pagina 16).
Thuis bevallen
Thuis beval­len kàn als je een normale zwangerschap
doorgemaakt hebt en er geen proble­men verwacht worden.
Bij elk opduikend risico word je door­ver­wezen naar een
kraamkli­n iek.
vertrokken we terug naar huis. Het was een fantastische
kraamtijd! Mijn man deed zoveel hij kon: de was,
de plas en de kinderen naar school brengen.
Familiehulp zorgde dat het huis er altijd proper bijlag
en de vroedvrouwen waren fantastisch. Dankzij hen
kon ik genieten van ons derde kindje en rustig met
de borstvoeding bezig zijn. Het resultaat was er dan
ook naar: Camille kon drie maanden van borstvoeding
genieten. Dat was me bij de oudsten niet gelukt. Op de
babydrink, één maand na de geboorte van Camille, was
ik volledig hersteld en kon ik volop genieten van het
bezoek. Eén ding staat vast: als er ooit een vierde kindje
komt, dan ga ik opnieuw voor een bevalling met kort
ziekenhuisverblijf. Annick
“
Hoewel we een geboortereceptie hadden aangekondigd, kregen we na de bevalling van ons tweede
dochtertje ontzettend veel bezoek in de materniteit.
Met als resultaat dat ik ontzettend moe was. Mijn besluit
stond vast: bij een volgende kindje zou ik na een paar
dagen het ziekenhuis verlaten. Mijn man stond achter
mijn beslissing, maar hoe dichter de bevallingsdatum
kwam, hoe meer ik zelf begon te twijfelen. Gelukkig
was alles goed geregeld. Een team van vroedvrouwen
zou thuis verder de nazorg doen, en familiehulp zou ons
een beetje helpen in het huishouden. Camille werd
geboren op een donderdagochtend en op zaterdag
”
33
rubriektitel
Bevalling
De fasen van de bevalling
je duide­lijk. Meestal beginnen de weeën spontaan binnen de
24 uur na het breken van de vliezen.
De bevalling kan zich op drie manieren aankon­digen:
..
* Lichte weeEn
Meestal begint de ontsluiting met kleine voorbij­gaande
contracties in de buik en de on­derrug. Die lijken erg op
menstrua­t iepij­n. Einde­lijk, denk je opgewon­den, eindelijk is
het zo ver. Hierop heb je negen maanden gewacht. Je bent
blij en optimis­t isch. De weeën zijn nog niet echt pijnlijk.
Vrouwen die voor het eerst een kind krijgen, vragen zich
soms af of het dit nu echt is en hoeveel tijd ze nodig zullen
hebben. Dat is moei­lijk te voorspellen: sommige vrouwen
doen een dag (of meerdere da­gen) over de ontsluiting; bij anderen is het een kwestie van uren. Soms zijn het zelfs maar
proefweeën.
Echte weeën kondigen de bevalling pas aan als ze regelmatig en steeds pijnlijker optreden. Bij twijfel kan de
vroedvrouw bij jou thuis komen en je geruststellen indien de
arbeid nog niet van start gegaan is. In een prille fase is het
beter nog even thuis te blijven.
Dan wordt het ernst
Geleidelijk aan beginnen de weeën elkaar sneller op te volgen. Ze worden regel­matiger en pijnlij­ker. Je ervaart meestal
een drukkend gevoel onder in je rug en/of in je bek­ken. Je
voelt aan dat er in je lichaam iets gaande is waarop je geen
vat hebt, geen controle. Het kan ook heel frustrerend zijn dat
je nog niet mag persen. Veel vrouwen zijn dan prikkelbaar
en willen gewoon dat iedereen hen met rust laat. Anderen
hebben er net veel aan dat ze aangemoedigd en ondersteund
worden.
Eindelijk per­sen
Wie al eerder bevallen is wee­t dat nu, op het mo­ment dat
je denkt dat je het niet meer uithoudt, het erg­ste achter
de rug is. Het duurt dan niet lang meer of de kracht van je
persdrang wordt zo intens dat je spontaan gaat persen. Dat
betekent voor de meeste vrouwen een opluchting. Ook al kost
het wat tijd, doet het pijn en lijkt het niet vooruit te gaan,
gooi er al je energie tegenaan. Dan verschijnt het hoofd­je. Je
krijgt wellicht de instruc­t ie om dan even niet te persen met
een wee, zodat de navelstreng kan gecontroleerd worden.
* Het verlies van de slijmprop of
bloedverlies
De bevalling kan zich ook aan­kondigen met bloedverlies
of met het verlies van de slijmprop die de baarmoeder­hals
tijdens de zwangerschap heeft afgesloten. Het kan nog wel
even duren eer de bevalling zich echt door­zet.
De baby wordt gebo­ren
En dan, met een laatste pers­wee, komt het hoofdje naar
buiten. Bij een volgende wee volgt het lijfje. Je baby is
gebo­ren. Als alles in orde lijkt, wordt hij meteen op je buik
gelegd. Misschien dringt het nog niet echt tot je door en
vind je het vreemd dat je niet over­spoeld wordt door moe­
der­lijke ge­voe­lens. Zo eigenaardig is dat niet. Moeder­gevoe­
lens moeten eventjes de tijd krij­gen om aan de oppervlakte
* Het breken van de vliezen
Derde mogelijk teken dat de bevalling is begon­nen: het breken van de vlie­zen. Verwittig in dat geval meteen de dok­ter
of vroedvrouw. Omdat de kans op infec­t ies nu ver­hoogt, mag
de baby niet te lang meer op zich laten wachten. Als je twijfelt of je vruchtwater dan wel urine ver­liest, weet dan dat je
een plas kan ophou­den en vruchtwater niet. Dat ver­schil voel
Navelstrengbloed kan levens redden
het navelstrengbloed dus verzameld vlak na de afnaveling en vooraleer de nageboorte heeft plaatsgevonden.
Navelstrengbloed bevat levensbelangrijke stamcellen, die
kunnen gebruikt worden bij de behandeling van patiënten met een ernstige beenmergziekte zoals leukemie.
Indien je navelstrengbloed bij de geboorte wil afstaan,
kan je een informatieformulier vragen aan je gynaecoloog of verpleegkundige op de materniteit. Je kan dit
formulier ook terugvinden op www.uzleuven.be/navelstrengbloedbank. Op de dag van de bevalling breng je
de ingevulde papieren mee en geeft die af aan je vroedvrouw. Zij zorgt dan voor de navelstrengbloedcollectie.
Tevens gebeurt er ook nog een bloedafname bij jou.
Na de geboorte van de baby heeft het navelstrengbloed
geen functie meer voor zowel de moeder als het kind,
waardoor de navelstreng gewoonlijk samen met de
placenta weggegooid wordt. Bij de baby wordt er nooit
bloed afgenomen, aangezien hij/zij op dat moment al in
je armen ligt! Er wordt enkel bloed genomen dat in de
placenta achterblijft. Bij navelstrengbloeddonatie wordt
34
Bevalling
te komen. Middelen hiervoor zijn: je baby recht in de ogen
kijken en huid-aan-huid contact. Ook tussen moe­der en kind
is liefde op het eerste gezicht eerder uit­zonder­lijk. Het is veel
waarschijn­lijker dat je vooral opluchting voelt (“Het is voorbij”)
en trots (“Ik heb het klaarge­speeld”).
Als papa dat wil, mag hij nu de navelstreng doorknippen.
Na de geboorte
Als je borstvoeding gaat geven, kan je je kindje best binnen
het uur na de geboorte voor het eerst aanleggen. De vroedvrouw helpt je hierbij op weg. Door het drinken van de baby
trekt je baarmoeder samen, waardoor de placenta makkelijker loslaat.
De ‘nageboorte’ komt gemiddeld binnen het halfuur na de
geboorte. Meest­a l is het voldoende om nog één keer mee te
persen tijdens een wee zodat de moederkoek uitgedreven
wordt. De placenta wordt onmiddellijk onderzocht om te zien
of ze compleet is. Het is belangrijk dat er geen stuk­jes in de
baarmoeder achter­blijven, omdat die nabloedingen en ont­
stekingen kunnen veroorzaken. Ten slotte worden eventuele
scheurtjes of een knip gehecht. Dat gebeurt meestal onder
plaatselijke verdoving.
Keizer­snede
Volgende keer weer?
Een eerdere kei­zersnede is geen voldoende reden meer voor
zo’n nieuwe operatie. Vroe­ger was dat wel zo, maar nu houdt
men rekening met de reden waar­om het de vorige keer zo
gelopen is. Mis­schien lag de baby dwars of duurde de bevalling te lang. De omstandigheden kunnen nu anders liggen.
Als tijdens de bevalling blijkt dat de ont­slui­t ing goed vordert,
kan je baby op natuurlijke wijze geboren worden.
Bijna elke toekomstige moeder wil liefst zo
na­tuur­lijk mogelijk beval­len. Het is dan ook
een teleur­stelling als het thema ‘keizersnede’
op tafel komt. Bovendien is dat een medische ingreep en daaraan zijn meer risico’s
ver­bonden dan aan een ge­wone beval­ling.
Soorten verdoving
De ingreep gebeurt onder plaatse­lijke (epi­du­rale) verdoving of
onder volledige narcose. Als de keizersne­de vooraf gepland
was, is een plaatselijke verdoving de normale gang van
zaken. Zo kan moeder het hele ge­boorteproces bewust meemaken en haar baby onmiddellijk zien en voelen. Bijkomend
medisch voor­deel: de verdo­v ing werkt enkel plaatse­lijk en
geraakt niet tot bij de baby. Het herstel van een keizersnede
zou ook vlotter verlopen na plaatse­lijke verdo­v ing. Voorwaarde is wel dat tijdens de ingreep een anesthesist aanwe­zig
blijft om, indien nodig, de verdo­v ing bij te ­sturen.
Wanneer?
Bij ernstige hart- of longaf­w ijkingen, waardoor de vrouw de
inspan­n ingen van een normale bevalling niet aankan, wordt
al vrij vroeg beslist tot een keizersnede. In andere geval­
len wordt die beslissing pas geno­men naar het einde van
de zwanger­schap toe of zelfs tijdens de be­valling. Men wil
de mogelijkheid van een gewo­ne bevalling immers zo lang
moge­lijk open­ houden.
Maar als de baby zwaar is en het bekken van de moeder
te n
­ auw, of als de moe­derkoek de weg belemmert, of als
de baby het om welke reden ook moei­lijk krijgt en zo vlug
moge­lijk ter wereld moet komen,… zal de dokter beslissen
om te ope­reren.
De operatie
Tegenwoordig wordt bijna altijd de horizon­tale insnijding
toegepast, dwars over de onderbuik, op de haargrens van
het schaamhaar. Zodra de baarmoeder geopend is, wordt de
baby eruit getild. De navelstreng wordt met­een afgeklemd
35
bevalling
Carla
“
Het leek wel uren later toen ik op mijn kamer kwam.
Erwin legde Joren even naast me, maar ik wilde
alleen maar slapen...
De daaropvolgende dagen vond ik het vreselijk dat
ik steeds beroep moest doen op mijn man en de
vroedvrouwen om Joren te verschonen en te voeden.
Zelf kon ik niet uit de voeten. Ik had ook heel veel
moeite om te verwerken dat Joren niet op een ‘normale’
manier was geboren. Alles was zo anders gelopen dan
ik me had voorgesteld...
Nu zijn we een jaar verder. Voor Joren er was, besefte
ik niet wat een verandering een kind in huis is.
Soms is het heel zwaar, maar tegelijk is het fantastisch.
Ik sta er ook van versteld dat ik het ‘mama-zijn’ zo
in me had...
Ik heb er nu niet veel moeite meer mee dat ik een
operatie kreeg in plaats van een bevalling. Ik besef
nu dat een keizersnede altijd mogelijk is. Misschien
verwerk je de hele situatie wat vlotter wanneer je
in je achterhoofd toch een beetje rekening houdt met
die mogelijk­heid.
Ik rekende eigenlijk op een bevalling van enkele
uurtjes; al mijn vriendinnen hadden vlotte bevallingen
gehad. Jammer genoeg verliep het bij mij niet zo makkelijk. Na veertien uren weeën opvangen bleek dat de
baby in kruinligging lag, waardoor het volledige hoofdje
meteen door het geboortekanaal moest. De gynaecoloog
zou nog met medicatie proberen om me op een natuurlijke manier te laten bevallen, maar waar­schijnlijk werd
het een keizersnede.
Daar hadden we helemaal niet op gerekend!
Plots moesten mijn man en ik heel snel beslissen
of ik zou kiezen voor volledige narcose of voor een
epidurale verdoving. Omdat ik al epidurale verdoving
had, besloten we de keizersnede ook maar onder
plaatselijke verdoving te laten gebeuren. Toen ik naar
de operatieka­mer werd gebracht, was ik vreselijk moe.
Ik kreeg nog iets toegediend omdat ik zo erg rilde. Het
enige dat ik voelde was dat mijn buikspie­ren werden
opengetrok­ken. Toen we onze Joren hoorden huilen,
huilden mijn man en ik ook. Joren werd maar heel even
naast me gelegd. Daarna ben ik in slaap gevallen.
”
en doorgeknipt. Heel die ingreep duurt maar enkele minuten.
Nadat ook de pla­centa en de vliezen verwijderd zijn, wordt
alles netjes weer ge­sloten. Omdat er ver­schillende weefsellagen gehecht moeten worden, duurt dat heel wat langer dan
het maken van de opening.
een makke­lijke houding waar­bij je baby niet op het litteken
rust (lig­gend op je zij, of zittend, met zijn beentjes onder je
arm, of leg hem op een kussen). Wanneer je de ge­boorte niet
bewust hebt meegemaakt, helpt de erva­r ing van het borstvoeden je om een intensere band te scheppen met je kind.
Na de operatie
Net als bij elke buik­operatie heb je achteraf wond­pijn. Ook
na­weeën kunnen pijn veroorzaken. Je kan je ook be­roerd
voe­len door de narco­se. Na een plaatse­lijke verdoving kan
je soms wat last hebben van rugpijn of hoofdpijn. Van een
keizer­snede herstel je minder snel dan van een gewone
beval­ling. Ook de vermoeidheid kan langer aanhouden. Aarzel dus niet om hulp te vragen, of om ze te aanvaarden als ze
je gebo­den wordt.
Gevoelens
Vooral bij een ongeplande keizersnede komen er misschien
gevoelens van te­leurstel­ling en ont­goocheling om de hoek
kijken. En na een volledige narco­se misschien ook het gevoel
iets belang­r ijks te heb­ben gemist, en een onwerke­lijke
emotie te­genover dat kleine mensje (“Is dat nu mijn kind?”).
Het is inderdaad vreemd om zwanger in slaap te vallen en
wakker te worden met een lege buik en naast je een kind
in een bedje. En het is verdrietig dat je je baby dan niet kan
oppakken en wiegen en voeden omdat je je te slap voelt of te
veel pijn hebt.
Maar ook wie gewoon bevalt, voelt niet altijd meteen die
alles­over­heer­sende moeder­liefde, dat onmiskenbare gevoel
van: “Jij bent van mij, wij horen bij el­kaar.” Zelfs bij een normale bevalling kijk je soms wat vreemd en onwen­n ig naar
die kersverse baby.
Hoe je de bevalling ook ervaren hebt, welke gevoelens ze bij
jou ook heeft losgemaakt, praat erover. Dat helpt om je er mee
te verzoenen.
Borstvoeding
Na een keizersnede onder plaatselijke verdo­v ing mag je je
baby meestal meteen aanleg­gen. De verdoving komt bijna
niet in je bloed, en dus ook niet in de moedermelk terecht.
Na een volle­dige narcose moet je eerst zelf ontwaken, en dan
voel je je waar­schijn­lijk zo be­labberd dat je niet onmiddel­lijk
aan borstvoeding toe komt.
Laat je niet ontmoedi­gen door de onge­makken van die eerste
dagen. Aarzel niet om hulp te vragen bij het voeden, en zoek
36
bevalling
Omgaan met pijn
De meeste vrouwen gaan voor een
natuurlijke bevalling, maar toch loert
op de achtergrond de angst voor de pijn.
Goed nieuws: je lichaam heeft ingebouwde
mogelijkheden om deze intense momenten
draaglijk te houden.
Informatie en ontspanningstechnieken
Elke vrouw schrijft haar eigen verhaal, maar een goede
begeleiding is erop gericht om de angst voor het onbekende
weg te nemen en de stress te verminderen.
Zo krijg je al tijdens je zwangerschap inzicht in het verloop
van het geboorteproces. Wie weet wat hij (of liever, zij) kan
verwachten, kent minder angstgevoelens dan wie er onvoorbereid aan begint.
Om het natuurlijke proces zo efficiënt mogelijk te laten verlopen, kan je al voor de bevalling kennismaken met allerlei
ontspanningstechnieken. Het uiteindelijk doel blijft telkens
hetzelfde: vrouwen voorbereiden zodat ze ontspannen en vol
zelfvertrouwen bevallen.
Epidurale verdoving
Wanneer het echt nodig is, kan je bevallen met een epidurale
verdoving.
Toch mag je niet zomaar zelfstandig kiezen voor een epidurale. Je kan evenmin vooraf weten hoe de bevalling gaat
verlopen en hoe je je op dat moment zal voelen.
Het is wél verstandig om er vooraf al over te praten met je
arts en/of je vroedvrouw. Dan hoort de medicus hoe jij over
bevallen denkt en wat jouw verwachtingen zijn. Het vertrouwen in jezelf en in je arts/vroedvrouw zal straks bij de
bevalling een belangrijke steun zijn.
Hulpmiddelen
Bepaalde hormonen zetten op natuurlijke wijze de arbeid
in gang. Je lichaam zorgt niet enkel voor het begin van de
contracties maar laat tegelijk de pijndrempel stijgen door de
productie van endorfines. Dat zijn lichaamseigen stoffen die
ervoor zorgen dat je vlotter kan omgaan met de pijn.
Tijdens de bevalling wordt gepoogd een rustige sfeer te
creëren en het gebeuren vredig en intiem te houden. Zo kan
een warm bad dienst doen als pijnverzachtend en arbeidsstimulerend element. Ook je partner kan, samen met de vroedvrouw, een belangrijke bijdrage leveren door je te masseren
en je bij te staan.
Je mag allerlei houdingen aannemen die spontaan in je
opkomen, liefst voorovergebogen en verticaal, op een bal of
stoel, rechtop wiegend of op handen en knieën. Deze verschillende houdingen zorgen ervoor dat de baby makkelijker
kan draaien in het bekken.
Methoden die angst en spanning verminderen zijn dus waardevol. Bevallen gaat nu eenmaal gepaard met een zekere
mate van pijn. Want arbeid en bevalling zijn extreme fysieke
inspanningen die dankzij de juiste begeleiding zeer menselijke en intens vrouwelijke ervaringen worden.
Bij een epidurale verdoving wordt er een verdovingsmiddel
in de ruimte tussen twee lendenwervels ingebracht. Dat is
werk voor een anesthesist. Na plaatselijke verdoving wordt
een naald ingebracht, en door die naald een slangetje. Zo
kan men de dosering van de verdovingsvloeistof aanpassen.
Het onderste deel van je lichaam wordt dan minder gevoelig
maar je blijft volledig bij bewustzijn. Je voelt de weeën opkomen, maar ervaart geen pijn. Bij een epidurale verdoving kan
zelfs een keizersnede uitgevoerd worden.
Een dergelijke verdoving is voor een aantal vrouwen zeker
een oplossing maar toch blijft het een medische interventie
die goed overwogen wordt. En net als bij vrijwel elke medicatie zijn er nevenwerkingen mogelijk, maar bij consequente
controle van baby en moeder blijven die beperkt tot een
minimum.
Naast de epidurale verdoving wordt, indien een ‘knip’ noodzakelijk blijkt, een lokale verdoving toegepast.
38
Ouderschap
Het zijn er… twee!
Je eerste echo en je hoort de gynaecoloog zeggen: ‘Eén…
twee… gefeliciteerd: jullie krijgen een tweeling!’ Feest of
paniek? Waarschijnlijk een beetje van allebei. Vast staat dat
jullie eerst even aan het idee moeten wennen en dat er dan
heel wat praktische vragen opduiken. Mama Vicky vertelt
ons hoe zij het beleefde:
“Op 37 weken ben ik uiteindelijk ingeleid. Anders werd
het risico op TTS te groot. De bevalling zelf verliep
gelukkig heel vlot. Na een paar uurtjes is Jake geboren
en wat later Matthew. Twee prachtkereltjes! Ze hadden
een gezond geboortegewicht, maakten een goede start,
maar begonnen na een uurtje toch te kreunen: hun
longetjes waren nog niet sterk genoeg. Helaas moesten ze dus tien dagen in de couveuse blijven. Een hele
teleurstelling voor ons”
“Ongeloof en blijdschap, dat ging er door ons heen
toen we hoorden dat de gynaecoloog niet één, maar
twee hartjes zag. Natuurlijk waren we blij, door het
dolle heen, maar het was ook even wennen. We wilden
altijd al vier kindjes, maar ons gezinnetje werd nu wel
héél snel uitgebreid van vier naar zes. Toen de eerste
emoties wat waren weggeëbd, staken de praktische
beslommeringen de kop op: een grotere auto, een extra
bedje en meer kleertjes. Gelukkig waren er kamers
genoeg in huis.”
Borstvoeding
Twee kinderen aan de borst is perfect haalbaar maar vraagt
wel wat ondersteuning. Een goede voorbereiding kan, met
de hulp van de vroedvrouw, zeker helpen. Ook na de geboorte
zal ze je tijdens je kraamperiode graag begeleiden.
Wil je hier meer over weten? Neem een kijkje op de website
www.borstvoeding.com. Daar vind je een apart hoofdstuk
over meerlingen.
Dubbeldikke buik
Maar er is meer dan dat praktische gedoe. Een meerlingzwangerschap stelt ook extra hoge eisen aan je lichaam en
vaak duiken er iets meer risico’s op. Daarom worden jullie
van nabij gevolgd door je gynaecoloog. Je mag dus wat vaker
op controle dan andere toekomstige ouders. Daar kan Vicky
over meepraten:
1+1=?
Een meerling grootbren­gen is méér dan een schattige klus.
Vooral de eerste periode thuis betekent niet enkel een hele
aanpassing, maar vormt ook een flinke opdracht. Toch wordt
dit aspect soms te vaak naar voor geschoven. Jammer, want
zo zie je bij een meerling enkel nog de negatieve kanten.
Laat je niet ontmoedi­gen. Voor een tweeling geldt misschien
dat twee meer is dan één plus één, maar goed voorbereide
ouders zijn hier ook meer dan twee opvoeders waard.
“Zwanger zijn van een tweeling is een pak zwaarder
dan een gewone zwangerschap. Er is niet alleen die
gigantisch grote buik die op den duur ontzettend in
de weg komt te zitten, ik was ook erg misselijk en ik
moest om de twee weken op controle omdat onze eeneiige tweeling risico liep op TTS (het TweelingTransfusieSyndroom: het bloed van de ene foetus wordt
doorgesluisd naar de andere). Daardoor was ik nu veel
ongeruster dan tijdens m’n andere zwangerschappen.
Ik vond het best griezelig…”
Couveusekindjes?
Bij een meerlingzwangerschap is het risico op vroeggeboorte
flink wat groter. Ongeveer de helft van de tweelingzwangerschappen eindigt voor of in de 37ste week. Dat is op zich
geen probleem, want rond die 37ste week zijn de meeste
kindjes niet alleen ‘rijp’, maar ook op een gezond geboortegewicht. Toch hebben meerlingen vaker een lager geboortegewicht dan gemiddeld. Dat betekent een grotere kans op
problemen. Soms moeten de baby’s bijvoorbeeld een tijdje in
de couveuse. Ook Jake en Matthew, de zoontjes van Vicky,
hebben dat meegemaakt:
Meer weten?
>>Twintelefoon. T 09 332 39 07. Een hulplijn voor
iedereen met vragen over meerlingen.
>>- Twins v.z.w. www.twinsvzw.com. Deze vereniging organiseert geregeld info- en praatavonden
waar je in contact kunt komen met andere ouders
van meerlingen. Ze hebben ook een bibliotheek en
een interessant infoblad.
39
Geboorte
“Is alles oké?”
Hielprik
Na een paar dagen krijgt je kleintje een prik in de hiel of
handrug. Het afgenomen bloed wordt onderzocht op aangeboren stofwisselingsziekten. Het is belangrijk om die tijdig op
te sporen, want als ze vroeg worden ontdekt, vallen ze goed
te behandelen. Hoor je niets meer over de resultaten van dat
­prikje, dan is alles in orde.
Dat is vaak de eerste vraag die de kersverse
ouders zich stellen na de bevalling. Zo’n
pasgeboren baby krijgt dan ook meteen
een eerste checkup, inclusief score. Wat
betekent dat getal eigenlijk?
Onder de lamp
Veel baby’s worden wat gelig na de geboorte. Dat is heel
normaal: de lever van je kleintje is nog niet in staat om de
bilirubine in z’n bloed af te breken en die stof zorgt voor de
gele kleur. Vaak verdwijnt het kleurtje vanzelf. Soms kan het
helpen om de wieg van je baby aan het raam, in het daglicht
te zetten. Licht breekt de bilirubine namelijk sneller af. Wordt
je baby te geel en is de concentratie bilirubine in zijn bloed
te hoog, dan zal hij een tijdje ‘onder de lamp’ moeten. Want
een veel te hoog bilirubinegehalte kan schadelijk zijn voor
zijn hersentjes.
In sommige ziekenhuizen kan je baby ook onder een lichtdekentje of in een lichtbedje. Zo kan hij, lekker ingeduffeld en
dicht bij mama, z’n gele kleur verliezen.
Zijn eerste rapport
Onmiddellijk na de geboorte wordt de gezondheidstoestand
van een baby beoordeeld op vijf aspecten: ademhaling, hartslag, spierspanning, kleur van de huid en reactie op prikkels.
Per aspect verdient hij maximaal twee punten. Het totaal van
die pun­ten noemt men de AP­GAR-score. Krijgt je baby 7 of
meer op 10, dan is hij in prima condi­t ie. Is de score lager, dan
wordt hij extra in ‘t oog gehouden. Na vijf en tien minuten wordt dezelfde test nog eens overgedaan. Zo krijgt de
gynaecoloog, de vroedvrouw of de kinderarts een beeld van
de evolutie van je kindje. Je hoeft je dus niet altijd zorgen te
maken als de eerste score een tikkeltje lager was. Misschien
moest je baby gewoon even bekomen van de bevalling.
Vragen staat vrij
Ben je niet helemaal gerust? Wat onzeker? Zit je met vragen?
Hou je vooral niet in. De dokter, gynaecoloog of vroedvrouw
zijn er om je vragen te beantwoorden.
Alles erop en eraan?
De eerste of tweede dag komt de kinderarts langs voor een
uitgebreid onderzoek. Wat wordt zoal bekeken? Het hart en
de longen, het lichaam, de ruggenwervels, de lichaamstemperatuur, de reflexen, ...
Bij een jongetje kijkt de arts na of beide teelbal­letjes zijn
ingedaald. Indien dat niet het geval is, wordt dit opgevolgd.
Vaak dalen de balletjes in de loop van het eerste levensjaar
nog in.
Het gewicht van je baby wordt ook in de gaten gehouden.
Geen paniek als dat de eerste dagen wat afneemt, het is heel
normaal dat een pasgeborene een beetje gewicht verliest.
Heupen
De arts kijkt ook na of heupen goed in de heupkom zitten. Bij
sommige baby’s is de heupkom niet voldoende ontwikkeld
en glijdt de heup makkelijk uit de kom. Ernstige afwijkingen
worden meestal al ontdekt tij­dens het eerste onderzoek na de
ge­boor­te, maar omdat de symptomen niet al­t ijd even opvallend zijn, wordt dit onder­zoek in het eerste levensmaanden
herhaald.
40
Geboorte
Mama’s kraamtijd
Lichaamsverzorging
Je lichaam heeft net een topprestatie achter de rug: logisch
dus dat rust essentieel is in de kraamperiode. Je hoeft
geen hele week in je bed te kamperen, maar vergeet niet
regelmatig te gaan liggen, ook al voel je je prima.
Was je elke dag en spoel je schaamstreek zo vaak je het
nodig acht om je fris te voelen (met lauw water).
Verzorg ook je borsten en hou vooral je tepels goed droog.
Heel die kraamtijd, vlak na de geboorte,
is behoorlijk hectisch en vermoeiend voor
de kersverse ouders en dan natuurlijk
vooral voor de moeder. Er moet flink wat
georganiseerd worden: de baby ver­zorgen,
maar ook kaar­tjes ver­sturen, bezoek ontvan­
gen, andere kin­deren opvangen... En het
gewone dage­lijkse le­ven valt natuurlijk ook
niet stil.
Emotionele vloedgolf
Op emotioneel vlak beweegt er ook één en ander. Er is de
bevalling, die meestal nét iets anders verliep dan verwacht,
er is je kersverse moederrol die op je afkomt, en natuurlijk je
kind dat je nu pas echt leert kennen...
Begrijpelijk ­dus dat nieuwe mama’s bij momenten over­spoeld
worden door emoties, dat ze soms bang zijn om het niet aan
te kun­nen en dus kraam­t ranen huilen. De mees­te vrouwen
maken drie of vier dagen na de beval­ling wel zo’n ‘huil­dag’
of ‘babyblues’ door.
Lichamelijke veranderingen
Net zoals je lichaam gedurende negen maanden mee groeide
met de baby, heeft het ook na de geboorte tijd nodig om te
‘ontzwangeren’. Zo moet je de eerste dagen na de bevalling
heel wat plassen om het overtollig vocht uit je lijf te verwijderen. Die dagen verlies je ook veel rood bloed. Daarna
vermindert de bloeding (alhoewel die tot enkele weken kan
duren). Het volume van je baarmoeder vermindert geleidelijk. Borstvoeding bevordert trouwens het inkrimpen van de
baarmoeder. Ook je borsten ondergaan nu een metamorfose,
vooral als je begint met borstvoeding. Het hoogtepunt noemt
men de ‘stuwing’ en die duurt zo’n 24 uur.
Omgekeerd kan ook: misschien loop je de eerste dagen (en
nachten) totaal euforisch rond. Sommigen krijgen de dagen
daarna wel de weerbots. Alhoewel, veel moeders voelen zich
de hele kraamtijd lang intens gelukkig!
Lieve
“
Toen ik na een zware nacht ‘s morgens beviel
van mijn zoontje, stond na een paar uur mijn kamer
al vol familie en dat ging zo door tot ‘s avonds laat.
Niet alleen waren mijn man en ik doodop, we hadden
ook amper de tijd gekregen om op adem te komen, te
kijken naar ons kindje en te genieten van ons nieuw
gezinne­t je. Je hebt als gezin de tijd nodig om je draai
te vinden. Je hebt echt al genoeg aan de beslommeringen van elke dag, je ritme raakt zo gauw verstoord
door bezoek.
Na een paar weken kijk je er echter helemaal anders
tegenaan. Daarom deze tip voor jonge ouders: organiseer een visitedag, een maand of zo na de bevalling.
Je kunt die op het geboorte­kaartje vermelden!
”
42
Geboorte
Het kan misgaan
Emotionele beleving
Het ver­d riet om het afsterven van het vruchtje, dat je toch al
echt beleefde als jullie kindje, wordt door de omgeving wel
eens geminimaliseerd. Vaak krijgt men te horen: “Je bent nog
jong, wordt maar gauw opnieuw zwan­ger”. Het is wel troos­
tend be­doeld, maar het komt toch hard aan, als een ontkenning van je verdriet.
Zwangerschap en geboorte zijn wel natuur­
lij­ke maar tegelijk ook complexe pro­cessen.
Als alles normaal verloopt wordt daar niet bij
stilgestaan, maar soms kan het mis lopen.
Misschien word je dan overvallen door onze­kerheid en angst:
“Zullen we geen kin­de­ren kun­nen krijgen? Scheelt er iets
met mij? Waar­om wordt het ons niet gegund?”
Daarom: praat over deze gevoelens met je part­ner, met vrienden, met je arts of met de vroed­v rouw...
MISKRAAM
Na het verlies van een baby
Wanneer je eerder een baby verloren hebt en je raakt opnieuw zwanger, dan is dat geen onverdeeld blije gebeurtenis. Je omgeving reageert vaak opgelucht en veronderstelt
dat je verdriet over is. Een nieuwe baby kan inderdaad
heel wat goedmaken, maar lang niet alles. Het verdriet kan
daardoor net opnieuw naar boven komen. Het uitkijken naar
nieuw leven maakt je hoopvol en blij, maar tegelijk kan je
over­spoeld worden door pijnlijke herinneringen. Het voelt
allemaal heel verwarrend aan. Toch is het belangrijk voor je
rouwproces om die tegenstrij­dige gevoelens te aanvaarden.
Zoek ook in dit geval een betrouwbare gesprekspartner, die
wil luisteren en ondersteunen. In je buurt of bij een professionele organisatie.
Wanneer een zwanger­schap wordt beëindigd voor een
geboortegewicht van meer dan 500 g werd bereikt, spreekt
men van een miskraam of, in medi­sche termen, van een
spon­ta­ne abor­t us.
Loopt het tijdens de eerste twee weken al fout, dan herken
je het wellicht zelfs niet als een mis­k raam. Je denkt ge­woon
dat je men­stru­atie wat later kwam.
Een mis­k raam be­g int altijd met bloedverlies uit de vagina
en vaak heb je pijn in je buik (ge­lijkend op menstru­atie­pijn).
Waar­schuw bij bloed­ver­lies, in welk stadi­um van de zwan­
gerschap ook, on­middel­lijk je arts of vroedvrouw, neem geen
medi­cijnen en ga in bed liggen. Rust helpt meest­a l niet omdat een mis­k raam dikwijls niets anders is dan het uitsto­ten
van een al gestor­ven vrucht. De vrucht sterft dus niet omdat
je bloedt. Nee, jij ver­liest bloed om­dat de vrucht ge­stor­ven
is. En dan helpt gaan liggen niet meer. Maar soms is het
vruchtje nog niet dood en is er een andere oor­zaak voor het
bloedverlies. Daar­om, toch maar je bed in bij bloedver­lies.
Soms sterft het embryo af, zonder bloedverlies. Dat wordt dan
later ontdekt op de echografie.
Niet-levensvatbare kind­jes
begraven
Baby’s die geboren worden vóór 180 dagen zwangerschap, zijn volgens de wet niet le­vensvat­baar,
kunnen niet aangegeven worden aan de burger­lijke
stand, en kunnen dus ook niet op de gewone wijze
begraven worden. Toch wordt in elke gemeente een
perceel van de begraafplaats voor­behou­den voor
de begraving van baby’s die geboren werden vóór
het ein­de van de zesde maand, in een zieken­huis of
thuis. De baby mag op dit perceel begraven worden
op een­voudig verzoek van de ouders of de behandelende ge­neesheer. De naam van de baby of van de
ouders wordt niet vermeld. Als de ouders het wensen
mag de baby ook verast worden.
Waarom?
De oorzaak van een miskraam ligt dikwijls bij een afwij­
king van de moe­derkoek of van de vrucht zelf. Soms gaat
het om een onbe­kende ziekte van de moe­der (onbe­han­delde
sui­kerziekte, schildklierafwijkin­gen, af­w ij­k ingen aan de
baar­moeder).
Bij een éénmali­ge mis­k raam is de oor­zaak meestal niet te
achterha­len. De meerderheid van de vrouwen, die ooit een
miskraam had­den, kent de volgende keer een normale zwan­
ger­schap. Zelfs ver­schillende miskramen na el­kaar kunnen
toeval zijn.
43
geboorte
BABY HAALT HET NIET
Vaders rouwen anders
Ook vaders rouwen om hun overleden kindje, maar op een
andere manier dan mama. Mannen gaan van nature anders
om met emoties. Vrouwen willen verdriet meestal uiten, in
woorden en tranen. Zij hebben behoefte aan een ondersteunende gemeenschap. Mannen reageren verdriet eerder af in
actie, ze doen liever iets dan te praten. Zij gaan misschien intens sporten of autorijden. Sommigen maken een kunstwerk,
planten een boom,… Mannen hebben daarbij veel minder
behoefte aan anderen om zich heen.
Het komt gelukkig maar zelden voor dat een zuigeling kort
voor, tijdens of na de geboorte overlijdt. Maar als het je overkomt betekent dat een immens verdriet.
In het verleden haalde men de baby dan zo vlug mogelijk bij
de moeder van­daan, liefst nog vóór ze hem gezien had. En
verder werd dat kind zoveel moge­lijk doodge­z wegen. Soms
reageert de omgeving nog op die manier: men wil je zoveel
moge­lijk spa­ren. Maar zo werkt dat niet, inte­gen­deel. Je
vergeet je kind niet, ook al heb je het niet gezien of wordt er
niet meer over ge­spro­ken. Het maakt je verdriet al­leen maar
schrijnender.
Probeer de (andere) manier van rouwen van je partner te
begrijpen en te respecteren. Hou er rekening mee dat dit een
vorm van verwijdering kan veroorzaken, maar dat deze mentale kloof niet definitief hoeft te zijn. Een moeder beschreef
de situatie als een rond punt: haar man even de ene kant op,
zij de andere, maar uiteindelijk kwamen ze elkaar weer tegen
om samen opnieuw dezelfde weg te volgen.
Echt afscheid nemen
Gelukkig is de medische wereld nu tot andere inzichten gekomen. Ouders die een kindje verlie­zen rondom de ge­boorte
worden aangemoe­digd om echt af­scheid te nemen van hun
baby. Hem vast­houden, wassen, kleertjes aantrek­ken, foto’s
maken en een afdruk van zijn handjes en voetjes,... Op het
mo­ment zelf is het verschrikkelijk pijn­lijk, maar ach­teraf
maken die herinne­r ingen het verdriet draaglij­ker en het ver­
lies beter te verwerken. Zelfs als het om een misvormd kindje
gaat, kan je het beter toch even zien. De voorstellin­gen die
je je ach­teraf maakt over die misvorming zijn vaak veel erger
dan de reali­teit ooit geweest is.
Een kind van een meerling kwijt
Het verlies van een baby tijdens de zwangerschap of rond de
geboorte wordt vaak onderschat. Dat is nog extremer bij het
verlies van één kindje van een tweeling (of meerling). Ouders
worden dan geconfronteerd met heel verwarrende en tegenstrijdige emoties. Terwijl ze blij zijn om het levende kind, dat
meteen ook hun zorg en aandacht vraagt, moeten ze intussen
het afscheid van een ander kind verwerken, geen makkelijke
opgave. Het levende kind betekent immers een constante
herinnering aan het verlies. Vreugde en verdriet liggen hier
verwarrend dicht bij elkaar.
Mee naar huis
Je mag je overleden baby mee naar huis nemen. Je hebt
dan wel de wettelijke toelating nodig van elke gemeente
waar je door moet. De begrafenisondernemer kan dat regelen. Je kindje even thuisbrengen, waar het eigenlijk hoort,
is van grote symbolische waarde. Zo kan in alle intimiteit
afscheid genomen worden. Je kan familie en vrienden ook
de kans geven om je kindje te zien. Die ervaringen met je
omgeving delen blijkt vaak heel belangrijk in het rouwproces. Als je dat wenst, mag je de as van je kindje thuis in
een urne bewaren.
Buitenstaanders zien enkel de vreugde en verwachten van de
ouders hetzelfde (“Wees blij, je hebt er nog één over”). Terwijl
voor de ouders het gevoel van verlies reëel is (“We zijn er één
kwijt”). Bovendien laat de dagelijkse zorg voor de baby ook
weinig ruimte tot rouwen. Dus wordt het rouwproces vaak
vooruitgeschoven en komt pas later aan de orde (bv. naar
aanleiding van de eerste verjaardag van het overlevende
kind).
Zelfhulpgroepen
Precies omdat je in je omgeving vaak weinig begrip vindt,
kan contact met lotgenoten heel wat steun bieden.
Een naam voor doodgeboren
kinderen
>>MET LEGE HANDEN – Zelfhulpgroep voor ouders van een
over­leden baby – Rustoordlaan 4, 3010 Kessel-Lo
T. 016 2­6 00 55 – www.metlegehanden.be
>>OVOK – Zelfhulpgroep voor ouders van een over­leden kind
Nieuwstraat 41, 3360 Korbeek-Lo – T. 016 89 07 56
www.ovok.be
>>Er bestaat ook een waardevolle Nederlandse website:
www.lieve-engeltjes.nl
Voor een baby die levenloos wordt geboren na
minstens 180 dagen zwanger­schap, of die overlijdt
vóór een arts of vroed­v rouw de geboorte officieel kan
vaststellen, wordt bij de ambtenaar van de burgerlijke stand geen geboorteakte opgemaakt, maar een
akte van aangifte van een levenloos kind. Men kan
deze kinderen wettelijk een voornaam geven.
44
geboorte
Meer lezen?
Lannoo, 2010, 160 blz, € 19,95 (ISBN 9789020988413)
Bijna één op vier zwangerschappen eindigen op een
miskraam. De impact ervan wordt door de buitenwereld
vaak onderschat. Veel ouders hebben het moeilijk om
hun verlies te verwerken. De schrijvers beantwoorden
op een toegankelijke manier alle medische en psychologische vragen die met een miskraam gepaard gaan.
Ook laten ze mensen aan het woord die hun ongeboren
kind verloren hebben.
>>HAVERKAMP, Annemarie, Dolgelukkig zijn wij,
Nieuw Amsterdam, 2010, 222 blz, € 16,95
(ISBN 9789046808849) - Een realistisch en heel eerlijk
verhaal, geschreven door de moeder van een baby met
een zeldzame chromosoomafwijking.
>>VAN DEN BERG, Leen, In de zee van mama’s buik,
Wielsbeke, De Eenhoorn, 2006, 32 blz, € 12,95 (ISBN
9789058383815) - Een aangrijpend en teder verhaal
over een miskraam. Een sterrenkindje gaat op reis en
landt in de buik van mama. Grote broers en zusjes
kijken, voelen en luisteren nieuwsgierig aan mama’s
dikke dansende buik. Maar een zware storm steekt op
en het sterrenkindje verdrinkt in de zee van mama’s
buik. Een knap getekend boekje om broers en zusjes
uit te leggen waarom het kinderbedje leeg blijft. Maar
ook voor ouders die in stilte denken: “Vandaag zou ons
kindje jarig zijn”.
>>SPITZ, Bernhard, KEIRSE, Manu & VANDER-MEULEN,
Annemie, Als je een prille zwangerschap verliest,
De baby-uitzet
Je kunt alvast starten met:
>>Enkele HEMDJES
Er zijn hemdjes die je niet over het hoofd van je baby trekt
maar voorlangs sluit, en heel wat mama’s vinden die het
makkelijkst. Body’s met drukknopen tussen de beentjes
zijn best handig omdat je kindje er helemaal in zit en zijn
buikje dus altijd warm bedekt blijft. Het nadeel is wel, dat
wanneer de body onderaan vies of nat wordt, je je kindje
helemaal moet uitkleden.
>>Een paar KLEINE PYJAMA’S
Die met voetjes zijn handig omdat je baby dan geen sokjes
nodig heeft.
>>Een MUTSJE en JASJE
Wat heb je na je bevalling absoluut nodig en
wat is compleet overbodig? Omdat het misschien gaat duizelen bij het zien van al die
flitsende (en vaak) dure dingen, zetten we de
belangrijkste babybenodigdheden op een rijtje.
1. Baby-outfit
De meeste kleertjes beginnen bij maat 50, maar daar is je
kindje ontzettend snel uitgegroeid. Heb je een flink uit de
kluiten gewassen baby van vier kilo of meer, zal hij zelfs
nooit in die kleinste maat passen! Koop dus niet te veel piepkleine spullen, hoe schattig ze ‘r ook uitzien.
2. Badtijd
>>Een BADJE en een BADTHERMOMETER
Een heus badmeu­bel kan praktisch zijn, maar is niet
echt nodig. Een doodgewoon plastic badje dat je op het
aanrecht of de tafel kan zetten, doet het ook prima. Je vult
het badje best eerst met koud water en pas daarna met
warm water. Controleer of het badwater niet te warm is,
37°C is ideaal. Heel wat mama’s vinden de Tummy Tub
bijzonder handig: je baby zit er rechtop in een embryonale
houding.
>>Een NAGELSCHAARTJE, KAM, BOR­STEL en KOORTSTHERMOMETER
Een digitale thermometer is de beste keuze, hiermee kun
je in de poep van je baby’tje heel makkelijk de temperatuur
opnemen.
Sarah
“
Ik had bij de geboorte van mijn dochtertje
echt stápels kleertjes gekocht! Gewoon, omdat ik
zo enthousiast zwanger was en er niet kon aan
weerstaan. Sommige kleertjes in maat 50 en 56
heeft mijn dochter maar één keer aangehad. Na een
goeie maand had ze maat 60 nodig…
”
45
Verzorging
>>Een LUIERKUSSEN
Zo’n kussen is verhoogd aan de zijkanten, heerlijk zacht en
echt praktisch om je baby te verzorgen en aan te­kleden.
Leg het niet in de buurt van gevaar­lijke toestellen of voorwerpen, laat je kindje er nooit alleen achter en zorg dat je
alles bij de hand hebt. Hou tijdens de verzorging altijd één
hand op je baby.
>>LUIERS
Je kunt kiezen voor wegwerpluiers of herbruikbare luiers.
Wegwerpluiers zorgen voor meer afval, herbruikbare luiers
voor meer vuile was. Aan jou om één en ander af te wegen
en de juiste keuze te maken. Hier vind je info die kan
helpen bij je beslissing: www.klein-spook.be, uitgebreide
site over herbruikbare luiers
>>STIP, T. 015 28 43 03, www.stip.ovam.be en daar de zoekterm ‘luiers’ ingeven.
>>MilieuAdviesWinkel, Kon. Maria Hendrikaplein 5-6,
9000 Gent, T. 09 242 87 59, www.milieuadvieswinkel.be
>> Er bestaan nu ook ‘pamperbanken’ in verschillende gemeenten. Even googelen en je vindt er wel eentje in je buurt.
Tinne
“
Toen ik bevallen was, heb ik heel wat slabbetjes en tetradoeken cadeau gekregen, en maar best
ook: je hebt er nooit genoeg van! Om het milieu- en
budgetvriendelijk te houden hebben we zestig tetrawashandjes gekocht die we gebruikten om de billetjes schoon te vegen in plaats van die dure vochtige
doekjes. Dan zit je nooit zonder op een dag dat de
winkels gesloten zijn. ”
NELE
“
Een groot deel van de baby-uitzet is toch wel
heel persoonlijk. Ik vind tutten bijvoorbeeld overbodig, terwijl andere mama’s die onmisbaar vinden.
Flesjes zijn hier ook heel lang niet nodig geweest:
mijn dochtertje dronk voor het eerst afgekolfde melk
uit een flesje toen ze al vijf maanden was. Dat flesje
zijn we toen nog gauw gaan kopen ”
3. Etenstijd
Kies je voor borstvoeding? Dan heb je nodig:
Twee VOEDINGSBEHA’S en een aantal BORSTVOEDINGS­KOM­PRESSEN
verboden: ze kunnen voor oververhitting zorgen of de
adem­haling van je baby belemmeren. Hetzelfde geldt voor
kussens: ze kunnen je kindje verstikken en worden tot de
leeftijd van twee jaar dus beter niet gebruikt.
>>SLAAPZAK
Een slaapzak is superhandig omdat je baby’tje zich dan
niet kan blootwoelen. Een model met armgaten is de beste
keuze.
Ga je voor kunstvoeding? Dan haal je het volgende in huis:
>>ZES FLESSEN en SPEENTJES,
>>Een FLESSENVERWARMER
>>Een BORSTELTJE OM DE FLESSEN TE REINI­GEN.
>>Een STERILISATOR is enorm handig, maar je kunt de
flessen en spenen ook gewoon afkoken in een grote pot
met kokend water en een scheutje azijn. (Tien minuten
voor de flessen, drie voor de spenen).
5. Speeltijd
>>BOX
Kies bij voorkeur een hou­ten spijlenbox. Ook hier bedraagt
de af­stand tussen de spijlen best 4,5 tot 6,5 cm.
>>KINDERSTOEL of TRIPTRAP
>>BABYRELAX (vanaf zes weken)
4. Bedtijd
>>BEDJE
De meeste baby’s liggen niet lang in een wiegje, dus
je kunt het misschien best van iemand lenen. Na een
paar maanden is zo’n wiegje te klein en moet je sowieso
overschakelen naar een spijlenbedje. De afstand tussen de sp­ij­len bedraagt best 4,5 tot 6,5 cm. Dingen zoals
een randbekle­ding, hoofdbeschermers of een dikke laag
mous­se rondom zijn absoluut NIET VEILIG. Ze beperken de
luchtcirculatie waar­door je kindje het be­nauwd kan krij­gen
en het risico op wiegendood groter wordt.
>>MATRAS
De matras moet groot genoeg zijn en het bedje helemaal
vullen zodat je kindje niet gekneld kan raken. Een matrasbeschermer is zeker nuttig.
>>LAKENS en DEKENS
Je kiest het best beddengoed uit natuurlijke vezels, bijvoorbeeld katoen of wol.
6. Reistijd
>>DRAAGWIEG
De eerste dagen en weken kun je je baby ook wel eens in
de draagwieg vervoeren, maar dan moet die stevig vastgemaakt worden in de auto.
>>DRAAGBAAR AUTOSTOELTJE (genre Maxi Cosi)
Dit babyzitje wordt tegen de rijrichting in de auto geplaatst
en is echt wel de veiligste manier om je kindje mee te
nemen. Bij een frontale bot­sing wordt het zitje tegen de
rugleu­n ing ge­d rukt en vor­men rugleuning en zitje een
veilige cocon rond je baby. De beste plaats voor zo’n autostoeltje is de voorste passagiersze­tel, behalve als je daar
een airbag hebt die je niet kunt uitschakelen. In dat geval
plaats je het stoeltje achteraan, tegen de rijrichting in, met
behulp van een driepunts­gordel.
Omdat die Maxi Cosi’s zo handig zijn, gebruiken heel wat
ouders ze ook binnenshuis. Niet zo’n goed idee: een auto-
Tot je kindje één jaar is, zijn dons­dekens simpelweg
46
Verzorging
stoeltje is geen relax, je baby heeft er niet genoeg bewegingsvrijheid en zit er dus best niet meer dan twee uur per
dag in. Slapen doet je kindje in een wieg of bedje, spelen
gebeurt in de box of op een dekentje op de grond.
Wanneer je baby te groot of te zwaar wordt voor dit babyzitje, schakel je over op een auto­stoel die in de rij­r ichting
op de achterbank geplaatst wordt. Zorg ervoor dat deze
autostoel voldoet aan de nieuwste veiligheidsnormen. We
komen hierop terug in een latere Brief.
>>KINDERWAGEN en/of DRAAGDOEK
Voor korte af­standen of in de stad is een draagzak of een
kleine kinder­wagen (waar­mee je makkelijk de stoep op en
af kan) een prima keu­ze. Voor langere (natuur)wandelingen
op onef­fen terrein kies je best een grotere kin­derwa­gen
met goede ve­r ing.
Freya
“
Ik vind een echt wiegje zeker niet nodig.
Je kindje ligt er maar een paar maanden in, je kunt
het toch net zo goed in de box laten slapen?
Zo’n box moet je sowieso hebben, die gebruik je
bijna twee jaar Veerle
”
“
Wat je nóg allemaal nodig hebt als kersverse
mama? Een diepvriezer vol eten, een paar helpende handen, oogkleppen voor de rommel die
zich opstapelt en een flinke dosis relativering en
humor. Wat extra uurtjes slaap komen natuurlijk
ook van pas. Voor de rest: een voorraadje drank,
koekjes en koffie voor het onaangekondigde bezoek
en een lekker warm dekentje om tussendoor een
dutje te doen. NELE
Tinne
“
De eerste zes maanden staat bij ons de familiewieg in de living, daarna komt de box. Tot dan spelen onze kindjes liggend op een speelkleed of in hun
relax. Een box vind ik pas nodig als ze wat mobieler
zijn. En dan nog, bij ons wordt die vooral gebruikt
om speelgoed in te bewaren. Ik laat mijn dochtertje
nooit een dutje doen in de box, ik denk niet dat het
een goed idee is om slapen en spelen te veel door
elkaar te laten lopen. “
”
”
En een luiertas! Of een héél grote handtas… Tips met stip
”
>>Bij Kind en Gezin kun je de uitgebreide brochure
‘Baby- en peuteruitzet’ aanvragen, of je kunt ze
downloaden via www.kindengezin.be. Op diezelfde site vind je ook een handig luikje ‘Veiligheid’.
Daar lees je aan welke voorwaarden je baby-uitzet
moet voldoen en hoe je zo veel mogelijk risico’s
kunt uitsluiten.
>>Heel wat baby­spulle­t jes (ook kle­ding) gebruik je
niet lang en zijn zelfs na meerdere kinderen nog
niet ver­sleten. Je kunt dus best wat spullen lenen
of tweedehands kopen. De Gezinsbond organiseert
heel regelmatig tweedehandsbeurzen overal in
Vlaanderen. Voor meer info: www.gezinsbond.be ,
of T. 02 507 89 66.
>>Koop niet te veel vooraf. Bij de geboor­te krijg je
van heel wat winkels bijzondere aanbiedingen of
korting­bonnen.
>>Wanneer je een geschenkenlijst aanlegt, krijg
je meestal minder nutteloze cadeaus. Familie en
vrienden vinden het ook prettiger dat ze hun geld
kunnen besteden aan iets wat je echt nodig hebt.
Als dit niet je eerste baby is, kun je zelfs iets
vragen voor grote broer of zus! Een speeltafeltje
of -stoel­t je komt misschien meer van pas dan nog
een py­ja­ma in maat 68.
48
Eigen kweek
conny
femke
katia
jo
mieke
lieve
elise
janice
hilde
sarah
Stuur zelf je foto’s naar [email protected] of post ze op onze Facebookpagina
50
Informatief
Waar heb ik
recht op?
Je bent nu aan het einde van dit
zwangerschapsnummer en zit misschien nog met een heleboel vragen.
Hoeveel maanden moederschapsverlof
krijg ik? Wat als mijn kindje langer in
het ziekenhuis blijft? Waar heeft papa
recht op? Hoe combineer ik een gezin
met mijn job? Wat zijn borstvoedingspauzes? Hoe zit het met ouderschapsverlof en tijdskrediet? Heb ik recht op
financiële tussenkomsten? We beseffen
maar al te goed dat ’t een flinke klus is
om het hele boeltje geregeld te krijgen.
Vind je weg maar eens in de hele
wirwar van wetten en regels! Om het
wat duidelijker te maken, hebben we
alle informatie over jullie rechten en
plichten gebundeld op onze website.
Neem een kijkje op www.gezinsbond.be
klik door naar… die tot je dienst staat
en vind een antwoord op al je vragen.
Colofon
Abonnementen
T 02-507 88 88
F 02-507 88 50
E [email protected]
Indien je verhuist, geef dan zo snel mogelijk je
adreswijziging door.
Redactie en Briefwisseling
Troonstraat 125 1050 Brussel
T 02-507 89 50
E [email protected]
De reeks Brieven aan Jonge Ouders
bestaat uit
Gratis verwachtingsnummer
12 nummers eerste levensjaar
6 nummers tweede levensjaar
Kleuternummer
Ouders met een pasgeboren of geadopteerd kind
ontvangen alle Brieven gratis
Andere geïnteresseerden krijgen de Brieven
toegestuurd mits betaling
Los nummer � 1
Eerste levensjaar (12 nummers) � 10
Tweede levensjaar (6 nummers) � 5
Op reknr. BE 77-4350-3052-2142
van Gezinsbond Brieven aan Jonge Ouders
met vermelding van de reden van betaling.
Meer weten?
Ook onze Sociale-Juridische
dienst staat altijd voor jullie
klaar. Zit je nog met vragen?
Contacteer hen op
02 507 88 66 of via
sociaaljuridischedienst@
gezinsbond.be
Redactiecomité
Jochem Poesen (voorzitter), Jef Bergmans, An
Debyser, Martine Deheyder, Els Demol, Cathleen
Gavel, Christian Lagrange, Koen Lannau, An
Lebacq, Sarah Saelens, Mieke Schevelenbos,
Greet Stevens, Christine Tierens, Sarah Van
Gysegem, Nicolas Van Herck.
Met medewerking van
Kind en Gezin
Wetenschappelijke vereniging
van Vlaamse Huisartsen
Vlaamse Vereniging voor Logopedisten
Vlaamse Vereniging Kindergeneeskunde
Vlaamse Werkgroep voor Gezonde Tanden
Vlaamse Organisatie van Vroedvrouwen
Federatie van Ambulante Revalidatiecentra
Redactie
Sarah Saelens
Sarah Van Gysegem
fotografie
Pieter Coomans, Shutterstock
Redactiesecretariaat en coördinatie
Jef Bergmans
ontwerp
Magelaan – Gent
Kris
“
Vier maanden geleden ben ik vader geworden van Amändio. Tijdens de
zwangerschap heb ik geïnformeerd naar ouderschapsver­lof voor de vader.
Het was niet gemakkelijk, maar uiteindelijk heb ik alle nodige informatie gekregen. De aanvraag zelf verliep vlot en ik kreeg redelijk snel het nieuws dat
het allemaal in orde was. Mijn vrouw is zelfstandige en ging vrij snel terug
aan het werk, maar ik bleef thuis met Amändio. Zo genieten mijn zoon en ik
nu van alle momenten samen. Mama geeft ‘s morgens de eerste fles en als ze
vertrekt, blijven wij nog eventjes gezellig in bed liggen. Ik vind het zalig om
onze zoon een badje te geven en ik geniet van onze dagelijkse wandelingen.
Als dat kleintje ligt te slapen, kan ik uren naar hem staren.
Al die kleine trekjes en af en toe een lachje in zijn droom… Hij is zo schattig! Doordat ik vaderschapsverlof heb, beleef ik alles veel intenser. Ik kan de
tijd nemen voor elk geluidje, elke beweging en elke blik van Amändio. Ik zie
alle kleine veranderingen en begin hem te begrijpen. Mijn ouderschapsverlof
zit er bijna op en ik zal het missen om de hele dag bij ons zoontje te zijn. Het
schept een band waar ik veel plezier aan beleef. De liefde die je van je kind
terugkrijgt, is niet te beschrijven. Het is een nieuw soort liefde, die ik tot nu
toe niet kende.
”
51
Lay-out / Druk
Die Keure – Brugge
Publiciteit
Publicarto T 053 82 60 80
Verantwoordelijke Uitgever
Mieke Schevelenbos
Troonstraat 125 1050 Brussel
Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of
openbaar gemaakt worden door middel van druk,
fotokopie of op welke andere wijze ook zonder
voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van
de uitgever.
Je adresgegevens worden door de Gezinsbond
vzw opgenomen in een bestand met het oog op
het toesturen van de Brieven aan Jonge Ouders.
Overeenkomstig de wet van 8 december 1992
heb je recht op inzage en correctie van deze
gegevens of kan je hen uit het bestand laten
verwijderen.
De getuigenissen in de reeks Brieven aan Jonge
Ouders zijn persoonlijke ervaringen, die dus niet
altijd en voor iedereen gelden.
ISSN 1376-0416