AANSL AG! de Een uitgave van de Rotterdamse Fiscalisten Vereniging Christiaanse – Taxateur Jaargang 23, nummer 2| 2013/2014 Battle of the Generations Een Docent over het thema: Em. prof. dr. H.A. Kogels Interviews met: Verder: BDO Stibbe Aankondiging Aanmerkelijk Belang De Luxemburgreis CT on Ice Fiscale bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijven Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag Fiscale Bedrijvendag 14 februari 2014 deAANSL AG! Inhoudsopgave Inhoudsopgave Thema-artikel Aanmerkelijk Belang Een strijd tussen jong en oud Alumnivereniging Per januari 2014 heeft de R.F.V. Christiaanse-Taxateur een alumnivereniging Een tikkende tijdbom? 6 9 Em. prof. dr. H.A. Kogels CT on Ice Bijzonder Hoogleraar Belastingrecht “Battle of the generations?” 30 14 4 Redactioneel 5 Van de Voorzitter 21 Prijsvraag 22 Startersinterview Stibbe 10 1Startersinterview BDO 28 Nieuwjaarsborrel 6 Thema-artikel 9 Aanmerkelijk Belang 13 Fiscaliteit in perspectief! 14 Docentenartikel 16 Kantoorbezoek Loyens & Loeff 17 Kantoorbezoek PWC 18 De Tien 19 Sinterklaasborrel 20 Eerstejaars aan het woord 24 De Luxemburgreis 27 Thuis bij… 30 CT on Ice 32 Tax Jurisprudence Program 34 Speciaal Fiscaal 36 De Stelling 38 Column Martijn 38 Agenda 3 De Aanslag is het verenigingsblad van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur en verschijnt vier keer per jaar. Editie Jaargang 23 / Nummer 2 Februari 2014 Hoofd- en eindredactie Michèle Hendriks Redactioneel Redactioneel Colofon deAANSL AG! 4 Redactie Mehdi el Manouzi Cindy Steentjes Valérie Visser Alain van Westen Met dank aan: De stellingdeelnemers Laura van Buggenum Alexander Claessens Robert Donkers Floris Evenboer Julia Grooten Diederik Jiskoot Nicky Kattenbroek Jeroen Koenraadt Em. prof. dr. H.A. Kogels Maud van der Linden Agnes Maassen Joris Naalden Chiem Ringers Erik Ros Martijn Schippers Patrick van de Werken Redactieadres Erasmus Universiteit Rotterdam De Aanslagredactie Kamer H13-11 Postbus 1738 3000 DR Rotterdam Telefoon: 010 – 408 14 69 Website: www.christiaanse-taxateur.nl E-mail: [email protected] Adverteren Voor inlichtingen over adverteren kunt u contact opnemen met Agnes Maassen ([email protected]). Ontwerp en vormgeving Orangebook Almanakken & Verenigingsbladen Waarde leden, De jaren vliegen voorbij, zo ook het jaar 2013. Een jaar waarin we het 4e lustrum van de CT vierden. Inmiddels zijn we in februari aanbeland en is het alweer tijd voor het grootse evenement ‘de Bedrijvendag’ die dit jaar het thema ‘Fiscaal Flirten’ zal hebben. Toepasselijk omdat de Bedrijvendag dit jaar op 14 februari, de dag van de liefde, zal plaatsvinden. Wij hopen veel van onze leden te kunnen verwelkomen op deze dag. Voor de tweede editie van de Aanslag hebben we gekozen voor het thema: ‘Battle of the Generations’. Dit leek ons wel toepasselijk omdat de R.F.V. Christiaanse-Taxateur per januari 2014 een alumnivereniging heeft opgericht met de naam ‘Aanmerkelijk Belang’, oftewel een oudere generatie CT’ers die de mogelijkheid heeft om betrokken te blijven bij de vereniging en de universiteit, maar ook om het contact met oud-studiegenoten te verstevigen. De strijdbijl tussen generaties zal nooit helemaal begraven worden en wellicht wordt de generatiekloof alleen maar groter nu de groep gepensioneerde babyboomers alleen maar zal toenemen en de vergrijzing een feit is. Een generatie die zichzelf ziet als zondebok van de financiële crisis en als eerste zal moeten doorwerken tot hun 67ste. Zij hebben hun hele leven hard gewerkt en krijgen er als bonus twee jaar langer doorwerken voor terug zonder de zekerheid dat zij zonder zorgen van hun pensioen kunnen genieten. Wel wordt er vergeten dat we steeds ouder worden door de toenemende welvaart. Het is heel aannemelijk dat de jongere generatie nog langer moet doorwerken. Als we allemaal goed om ons heenkijken en ons pessimisme laten varen, zal je zien dat elke generatie hard werkt zodat de volgende generatie een nog welvarender leven kan leiden. Door de toenemende groep babyboomers en onze negatieve houding zijn we allen alweer vergeten dat de generatie daarvoor de barre omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt. Wanneer we nog wat generaties terug gaan, mogen we blij zijn dat we überhaupt de leeftijd van 67 bereiken. Kortom: elke generatie zal het hoogstwaarschijnlijk beter krijgen dan de vorige. We moeten kijken naar wat de vorige generaties allemaal hebben bereikt en wat we als generatie nog kunnen toevoegen. Een beetje solidariteit voor elkaar is dan wel op zijn plaats. Wanneer we het thema weer toespitsen op onze vereniging, mogen we de “oudere generatie CT’ers” dankbaar zijn voor het werk dat ze voor de vereniging hebben verricht zodat wij als huidig lid daarvan kunnen profiteren en waardoor we een aantal mooie activiteiten kunnen neerzetten zoals de borrels, de Luxemburgreis naar het Hof van Justitie van de Europese Unie en CT on Ice die in deze editie van de Aanslag uitgebreid aan bod komen! Drukkerij Orangebook We wensen je veel leesplezier! Oplage 800 exemplaren Met vriendelijke groet, namens de Aanslagcommissie 2013/2014 Michèle Hendriks XXIste bestuur der R.F.V. Christiaanse-Taxateur Floris Evenboer - Voorzitter Nicky Kattenbroek - Secretaris Emiel de Bok - Penningmeester Agnes Maassen - Commissaris Extern Daan Hoogwegt - Commissaris Intern Michèle Hendriks - Commissaris Media Van de Voorzitter deAANSL AG! Van de Voorzitter Waarde leden, We bevinden ons in de kortste maand van het jaar en u weet wat dat betekent: de tweede Aanslag van het jaar ‘13/’14 ligt bij u op de mat! Een editie die in het teken staat van de ‘Battle of the Generations’. Een thema dat van alle tijden is, geklaag over de jeugd is immers ook van alle tijden. Echter, het is ook een thema dat nu meer dan ooit aan de orde is, denkende aan de problemen waar we te maken mee krijgen door de toenemende vergrijzing, die zowel de politiek als de burger zelf bezighoudt. Waar voorheen de jongeren als ‘lastpak’ gezien werden, lijkt dit nu de ouderen te overkomen. Ik neem u mee naar vroeger – u weet wel: ‘toen-alles-beter-was’ – toen zei de grote filosoof Socrates al: ‘Onze jeugd heeft tegenwoordig een sterke hang naar luxe, heeft slechte manieren, minachting voor het gezag en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan kletspraatjes in plaats van training. Zij spreken hun ouders tegen, houden niet hun mond in gezelschap, en tiranniseren hun leraren.’ Zoals u ziet is de generatiekloof er altijd al geweest en hieruit is de term ‘jeugd van tegenwoordig’ ontstaan; een uitdrukking die niet zonder het bijbehorende hoofdschudden kan worden uitgesproken. Een veelgehoord geluid is dat de jeugd te vol van zichzelf zou zijn en zich niet zou bekommeren om andere generaties. Maar nu doet het moment zich voor, dat de jeugd een kans krijgt om het tegendeel te bewijzen. “Gelukkig” is de tijd aangebroken dat de oudere generatie ons, de jeugd, meer dan ooit nodig heeft. Wij staan aan de voet van onze carrière, terwijl de vergrijzing net in een stroomversnelling terechtgekomen is. De lasten van de vergrijzing moeten worden (her)verdeeld onder de generaties, de hoogstaande zorgvoorziening worden uitgebouwd Dat betekent dus ook dat u en ik, als generatie, ons steentje daaraan moeten bijdragen en dit realiseert de zogeheten ‘babyboomgeneratie’ zich maar al te goed. Ik hoor u al denken: ‘Dit vraagt om een goede baan!’. Daar helpt de Christiaanse-Taxateur u graag een handje bij. Want de afgelopen maanden zijn er weer volop kantoorbezoeken, TJP-sessies en tentamentrainingen georganiseerd en is u zelfs de unieke mogelijkheid geboden om een bezoek te brengen aan het Hof van Justitie in Luxemburg. Alles om voor u de best mogelijke carrièrekansen te creëren. Bovendien is er, voor de eerste keer, dit jaar een pre-event van de Bedrijvendag georganiseerd, zodat u het maximale kunt halen uit de Fiscale Bedrijvendag 2014 die deze maand op het programma staat! De Fiscale Bedrijvendag 2014 zal de titel dragen: ‘You’ll never tax alone’. En niets is minder waar, want ook binnen de fiscaliteit zullen alle generaties samen moeten werken om de vergrijzing op te lossen. Deze dag biedt u de mogelijkheid om de verschillende kantoren te leren kennen en de kantoren ú. Het ochtenddeel zal bestaan uit individuele gesprekken met recruiters en adviseurs. Na de lunch is er de mogelijkheid tot het volgen van workshops, die zullen worden verzorgd door de kantoren. Na afloop van de workshops zal er een borrel plaatsvinden, gevolgd door een estafettediner. Dit geeft u de kans om nog wat te netwerken of gewoon gezellig te babbelen met recruiters en uw medestudenten. Zoals u ziet bieden wij u genoeg mogelijkheden aan, om uw carrièrekansen te vergroten en sterker te staan in deze ‘Battle of the Generations’. Ik zie u dan ook graag terug op onze Fiscale Bedrijvendag 2014 of bij een van onze andere activiteiten. Met vriendelijke groet, namens het XXIste bestuur, Floris Evenboer Voorzitter 2013/2014 5 6 deAANSL AG! Thema-artikel De strijd tussen jong en oud: een tikkende tijdbom Door: Mehdi el Manouzi Kloven in de Nederlandse samenleving, zoals de kloof tussen arm en rijk, de migratiekloof en de kloof tussen hoog- en laagopgeleiden zijn ons bekend. Maar er is op dit moment een geheel nieuw conflict gaande dat de oppervlakte begint te raken. de kloof tussen jong en oud. De klassenstrijd tussen de generaties gaat, zoals bij de meeste conflicten, over poen. Jongeren constateren dat ze het op terreinen als pensioen, onderwijs, arbeidsmarkt, woningmarkt en de zorg minder goed zullen gaan krijgen dan de voorafgaande generatie. Het ziet er ook niet naar uit dat dit snel zal veranderen. tisch wereldbeeld op nahielden. Zij brachten de tijd van de provo’s, the sit and teach ins, de seksuele revolutie, de ontzuiling, de ontkerkelijking en dolle mina’s voort. Zij behoren tot de generatie die het Maagdenhuis bezette voor meer inspraak in het onderwijs en daarnaast zijn zij ook de eerste generatie die recht kreeg op een studiebeurs. De babyboomers hadden de wind van welvaart en kansen in de rug. Terugblik op de babyboomers De grenzeloze generatie De babyboomgeneratie, geboren in de periode 1945-1955, is de eerste naoorlogse generatie die vele malen groter is dan de generaties van daarvoor. Deze generatie staat ook wel bekend als de protestgeneratie doordat een groot deel zich keerde tegen de gevestigde orde en de heersende moraal. De babyboomers staan bekend als de generatie die in hun jongere jaren maatschappijkritisch ingesteld waren en er een zeer idealis- Al snel ruilden de babyboomers hun idealen voor een betere wereld in. Het materiële belang kwam voorop te staan en krijgen werd belangrijker dan geven. Geld werd de norm voor succes en niet het welzijn van mensen. Het vanzelfsprekende huurhuis werd ingeruild voor een koophuis. De generatie (geboren vanaf 1986), waartoe de lezers van dit blad behoren, kan worden bestempeld met meerdere etiketten; generatie Y, de digitale generatie, de generatie Einstein, de grenzeloze generatie en soms wordt zij zelfs benoemd tot de patatgeneratie. Zij zijn opgegroeid met het internet, social media en de nieuwste high-tech gadgets. Zij zijn grenzeloos, want ze surfen letterlijk en figuurlijk de wereld rond. Communiceren doen ze steeds vaker digitaal dan in real life. Individualisme staat voorop en niet het col- Thema-artikel deAANSL AG! lectief. Flexibel werken buiten de traditionele 9 tot 5 mentaliteit heeft hun voorkeur. Ook typerend voor deze generatie is een intens leven, zelfontwikkeling, een fascinatie voor uiterlijk en status, en een levensmoto dat luidt: ‘YOLO!’. De keerzijde van de medaille is dat de houding van deze generatie ook de nodige schadelijke gevolgen met zich mee brengt; alcoholmisbruik, schooluitval, schulden en publieke agressie. Er is weinig meer over van de calvanistisch ingestelde Nederlander. Ook is er een omvangrijke groep jongeren, meestal laaggeschoolden, die dreigen buiten de boot te vallen omdat zij zich niet kunnen redden in de cultuur van zelfverdraagzaamheid. Er is sprake van een toenemende tweedeling tussen jongeren die onafhankelijk zijn en jongeren die meer sturing nodig hebben, aldus Lampert en Spangenberg. Uit onderzoek blijkt dat 41% van de jeugd niet onafhankelijk is en zij dreigen geen juiste aansluiting te krijgen op de arbeidsmarkt (Lampert, M. en F. Spangenberg 2009, De grenzeloze generatie en de eeuwige jeugd van hun opvoeders). Na ons de zondvloed Babyboomers dragen het negatieve imago van een stelletje ‘graaiers en snaaiers’. Een generatie die liever spreekt over rechten dan over plichten. Jongeren hebben het idee dat zij ‘Het Zwitserleven Gevoel’ van ouderen betalen. Dit zou best wel eens zo kunnen zijn. Neem als voorbeeld de AOW. De AOW is een basispensioen voor iedereen die de pensioengerechtigde leeftijd haalt. Dit pensioen wordt gefinancierd door middel van een omslagstelsel; het uitgekeerde pensioen wordt betaald door de premies van de werkenden van nu. Dit financieringsmodel werkt goed totdat er sterke demografische veranderingen opkomen, zoals de vergrijzing in Nederland, die de verhouding tussen gepensioneerden en werkenden verstoren. De premies moeten stijgen of de uitkeringen moeten worden verlaagd. Hetgeen de babyboomers hierbij wordt verweten is dat dit probleem voorkomen had kunnen worden door een (vergrijzings)reserve op te bouwen. Dit zou echter betekenen dat de babyboomers hogere premies dienden te betalen. Jammer genoeg verzaakte deze generatie om hervormingsbesluiten te nemen en werden deze vooruit geschoven. Om de AOW in de toekomst betaalbaar te houden werd met veel moeite besloten om de AOW te fiscaliseren, ook wel bekend als de Bos-belasting. Op deze wijze gaan gepensioneerden met een aanvullend pensioen ook meebetalen aan de AOW en worden jongeren enigszins ontlast. Een andere maatregel was de verhoging van de AOW-leeftijd. Het spijtige is dat de verhoging van de AOW leeftijd vertraagd is zodat nu juist de babyboomgeneratie uit de wind wordt gehouden. De nieuwste CBS bevolkingsprognose laat zien dat het aantal 65-plussers toe zal nemen van 2,7 miljoen in 2012 tot een hoogtepunt van 4,7 miljoen in 2041. Gevolg is een grotere belastingdruk op de werkenden van nu. Om de AOW te kunnen financieren zal de overheid ook in de verzorgingsstaat snijden waardoor aankomende generaties steeds minder aanspraak kunnen maken op publieke voorzieningen. Zo zou Vadertje Drees het niet gewild hebben. De jongeren krijgen ook op andere gebieden de rekening van economisch gewin van ouderen gepresenteerd. Neem de woningmarkt. De meerderheid van de babyboomers heeft zich met haar en tand verzet tegen elk ´gemorrel´ aan de hypotheekrenteaftrek. Voornaamste reden was het gunstige effect op de overwaarde van hun huis. Gevolg was wel dat de generaties erna zich met de alsmaar stijgende huizenprijzen steeds dieper en dieper in de schulden moesten steken om een huis te kunnen financieren. Het geluk van de winsten die ouderen op hun huizen maakten is dus betaald door de jongeren. Pensioenmythe Als het om pensioenen gaat staan de belangen van de ouderen haaks op die van de jongeren. Het Nederlandse pensioenstelsel werd het beste pensioenstelsel ter wereld genoemd. Voor hen die reeds met pensioen zijn is dit zeker zo, maar inmiddels weten we dat het er voor degene die na 1960 geboren zijn niet meer zo roos- 7 8 deAANSL AG! Thema-artikel grote schulden, geen vaste baan maar tijdelijke arbeidscontracten en een huis dat gekocht is met een te dure hypotheek. Het enige goede van de komst van een 50plus partij is dat het ervoor heeft gezorgd dat het generatieconflict een officieel agendapunt in Den Haag is geworden. Jongeren en politiek blijft een lastige combinatie. De opkomst bij verkiezingen van jongeren daalt al jaren en het politieke bewustzijn is afwezig. Het is niet verwonderlijk dat jongeren collectief niet in opstand komen en niet zichtbaar zijn als het gaat om hun toekomst. Jongeren zijn namelijk gebrekkig georganiseerd en hebben geen besef van de noodzaak van protest, omdat er geen directe aanleiding is. Daarentegen zijn ouderen vele malen beter georganiseerd, komen vaker opdagen bij partijbijeenkomsten en zijn mondiger tegenover politici. Een leuk jongereninitiatief tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van 2012 was de G500. De G500, een politieke jongerenbeweging van ruim 1000 jongeren, constateerde dat hervormingen uitbleven en de rekening doorgeschoven wordt naar de volgende generatie. Het was tijd om de politiek te ‘verjongen’ en niet langer over jongeren te spreken, maar met hen. Na de verkiezingen bleek jammer genoeg dat het geen initiatief met een lange adem was. Solidariteit onder de loep kleurig uitziet. De vergrijzing en hogere levensverwachtingen eisten hervormingen van het pensioenstelsel. Ouderen hebben zich altijd verzet tegen deze hervormingen en de risico’s op de jongere generatie afgewenteld. Gevolg is dat jongeren langer door moeten werken, meer pensioenpremie betalen en de pensioenuitkering voor hen veel lager zal uitvallen. Het gevolg van meer pensioenontvangers en minder premiebetalers is dat de pensioenreserves drastisch afnemen. Door middel van boekhoudkundige trucs zoals de rekenrente gaan pensioenfondsen zich rijker rekenen dan dat ze zijn. Gevolg is dat oudere generaties zichzelf heel goed bedelen met geld dat er niet is en zo komen de risico’s voor rekening van de jongeren. Politieke arena Doordat de babyboomers de grootste generatie is die we hebben in Nederland is ‘de grijze stem’ zeer interessant voor menig politicus. Hierdoor klinkt de stem van ouderen meer dan die van jongeren in de politiek. Regeringen hebben de afgelopen 25 jaar altijd de babyboomers als uitgangspunt genomen. Politici hebben zich dan ook jarenlang proberen te onthouden van maatregelen die deze groep nadelig raken en de verworvenheden van deze groep heilig verklaard. Met het toetreden van een populistische partij als ‘50-plus’ in de politieke arena blijkt maar weer hoezeer ouderen hun eigen belang voorop plaatsen. Nederland heeft op dit moment eerder de behoefte aan een 35min-partij dan een 50plus-partij. Deze groep staat namelijk kwetsbaarder in het leven en zit in het spitsuur van het leven met grote verantwoordelijkheden; kleine kinderen, Onderliggend in de veldslag tussen jong en oud ligt het vraagstuk van solidariteit. Wat ouderen jammer genoeg minder begrijpen is dat solidariteit geen eenrichtingsverkeer is, maar een wederkerig beginsel. Als we realiseren dat een samenleving niet kan blijven bestaan zonder wederkerige solidariteit dan kunnen jong en oud elkaar vinden. Wanneer de verzorgingsstaat er slechts nog is voor een beperkte groep van de bevolking, maar de kosten wel door de hele jonge werkende bevolking opgebracht worden, zal het draagvlak hiervoor uitgehold worden. Naarmate de vergrijzing toeneemt en daarmee het beroep op de voorzieningen van onze verzorgingsstaat, zal het conflict zich verscherpen en meer op de voorgrond treden. Jongeren zien dat zij het moeten doen met de versoberde tierige restjes van een verzorgingstaat. Een ‘opstand’ van de jongere generatie die haar solidariteit verliest is reëel. Een mooie vormgeving om solidariteit te behouden is een grondwettelijke vastlegging waarin bepaald is dat de lasten evenredig over de toekomstige generaties verdeeld zullen worden. Slotsom Tot slot kunnen we ons afvragen hoe we de oude generatie zullen herinneren. De nalatenschap van de babyboomers bevat in ieder geval weinig goeds; een uitgewoonde verzorgingstaat, een ziek financiëel stelsel, het mislukken van de noodzakelijke hervormingen, onbetaalbare sociale voorzieningen en een samenleving met grote schulden. Zij die het land in waardeloze staat achterlaten draaien niet op voor wat zij tot stand hebben gebracht. Tegelijkertijd is de huidige economische crisis een geschenk gezien de noodzaak van hervormingen geen uitstel meer verdraagt. De les die wij jongeren hieruit kunnen trekken is dat het kortetermijndenken ingeruild dient te worden voor het langetermijndenken. Een generatie kan niet alleen met een hypotheek op de toekomst van de jongere generaties de welvaart voor zichzelf veilig stellen. Aanmerkelijk Belang deAANSL AG! Word lid van onze alumnivereniging ‘Aanmerkelijk Belang’! De CT breidt uit! Graag wil ik u op de hoogte stellen van onze per 2014 opgerichte alumnivereniging ‘Aanmerkelijk Belang’. Alle oud- CT’ers zijn welkom om lid te worden van ‘Aanmerkelijk Belang’. Door alumni-lid te worden steunt u niet alleen de CT, maar krijgt u ook de kans om het contact met oud-studiegenoten te verstevigen en op de hoogte te blijven van wat er speelt op de universiteit. Elk jaar zal een borrel en een activiteit voor AB-leden worden georganiseerd. De eerste AB-borrel zal nog voor de zomer plaatsvinden. Ook kunt u als AB-lid tegen een gereduceerd tarief deelnemen aan het fiscale congres dat elk jaar in juni wordt georganiseerd in samenwerking met FEI BV. Wilt u deel uitmaken van dit veelzijdige fiscale netwerk? Gezellig borrelen met oud-studiegenoten? Betrokken blijven bij de CT? Als oud-CT’er kunt u zich inschrijven via het inschrijfformulier ‘Aanmerkelijk Belang’ op de website. Aanmerkelijk Belang heeft ook een online aanwezigheid op Facebook en LinkedIn. Lidmaatschap Aanmerkelijk Belang • €20 per jaar • jaarlijkse AB-borrel • jaarlijkse AB-activiteit • gereduceerd tarief voor het congres i.s.m. FEI BV • AB-kwartaalbrief Schrijf u snel in, want onder de eerste vijftig inschrijvingen verloten we een dinerbon van €50,-! 9 10 deAANSL AG! Startersinterview BDO Startersinterview Diederik Jiskoot Paspoort Naam: Diederik Jiskoot Opleiding: Fiscaal Recht Leeftijd: 23 Favoriete plek in Rotterdam: Kop van Zuid Fiscale tip: Kijk goed rond bij verschillende kantoren, ook bij kantoren die je in eerste instantie niet interessant lijken. Alexander Claessens en Diede- gekomen met Bouchra. Ondanks goed conrik Jiskoot hebben Fiscaal Recht tact heb ik werkstudentschappen doorlopen gestudeerd aan de Erasmus Uni- bij een ander kantoor waar ik een aanbod versiteit Rotterdam. Tijdens hun gekregen had. Zo’n 2 à 3 jaar lang heb ik een studie hebben ze beiden een be- beetje om BDO heen gedraaid, maar tijdens stuursjaar gedaan bij de R.F.V. mijn bestuursjaar en door borrels en bedrijChristiaanse- Taxateur en be- vendagen heb ik steeds intensief contact kleedden ze de functie ‘Commis- gehad met Bouchra. Tijdens mijn afstuderen saris Extern’. Tijdens hun bestuur- werd mij een fulltime functie aangeboden sjaar kwamen ze in contact met bij BDO in Amstelveen. Dus ik heb een lange de recruiter van BDO, Bouchra tijd intensief contact gehad met BDO, maar Laghzaoui. Alexander is direct na ik heb hier geen werkstudentschappen of zijn scriptiestage fulltime aan de scriptiestage bij BDO gedaan en ben in één slag gegaan bij BDO en is nu ruim keer aan de slag gegaan. een maand werkzaam in Rotterdam. Diederik werkt nu een paar Waarom hebben jullie maanden op de algemene advies gekozen voor BDO? praktijk bij BDO Amstelveen. Alexander: Ik heb eerst bij een ander, groter Hoe zijn jullie bij BDO terecht gekomen? Diederik: We hebben alle twee een heel andere weg bewandeld. Alexander: Ik heb “de standaardroute” afgelegd en die is als volgt; Eerst heb ik werkstudentschappen gelopen (o.a. bij een big 4) tijdens mijn bachelor. Vervolgens ben ik bij BDO ingestroomd als werkstudent en scriptant en heb ik voor mijzelf de tijd genomen om twee maanden buiten BDO fulltime aan mijn scriptie te gaan schrijven. Vervolgens ben ik na mijn scriptie fulltime bij BDO aan de slag gegaan. Via de Bedrijvendag en het CT-bestuur leerde ik Bouchra kennen en zo ben ik begonnen met de scriptiestage/werkstudentschap bij BDO. Diederik: Tijdens een aantal tentamentrainingen ben ik in mijn tweede jaar in contact kantoor gewerkt, waar ik toch wel dingen mistte, qua werk, sfeer en mentaliteit. Door, onder andere, gesprekken met Bouchra wist ik dat BDO meer rekening houdt met jou als persoon. Om die reden ben ik bij BDO gaan kijken voor mijn stage en dat beviel vrijwel meteen. De eerste dag dat ik kwam werken, hing er meteen een naamkaartje met mijn naam op de deur en was ik gelijk onderdeel van een team. Dit was een groot verschil met het kantoor waar ik voor BDO werkte. Toen ik hier kwam werken waren andere medewerkers al op de hoogte gesteld dat er een nieuwe werkstudent zou komen. De eerste dag kwam de hele afdeling langs om kennis met me te maken, nog voordat ik mijn rondje had gemaakt. Zo kwam ik erachter dat BDO informeler is en waarde hecht aan persoonlijke benadering. Dat ik met open armen ontvangen werd en bij iedereen terecht zou kunnen voor vragen heb ik als zeer prettig ervaren. Diederik: Bij grote bedrijven heerst een andere mentaliteit, waardoor het lastiger is om jezelf te ontwikkelen. Je stapt dan een traject in, maar als jij iets wilt doen wat niet bin- nen dit traject past, moet je heel veel moeite doen om toch datgene te kunnen gaan doen dat jij graag wilt. Bij BDO is dit heel anders; hier mag je in overleg bepalen wat jij graag wilt doen. Alexander: Ook qua werkstudentschappen is de mentaliteit bij BDO heel anders. Sommige kantoren nemen twintig werkstudenten aan, terwijl er maar plek is voor twee fulltime banen. Wat ik zelf heb ervaren is dat veel mensen daardoor na hun werkstudentschap niet aan de slag kunnen. Bij BDO wordt er strenger gekeken naar wie ze aannemen als werkstudent, maar als je eenmaal bij BDO werkzaam bent dan investeren ze echt in je. Moeten jullie nog veel dingen bijspijkeren? Alexander: Jazeker, ik merk eigenlijk wel dat ik nog helemaal niks weet. Diederik: Ik dacht echt, wat heb ik in hemelsnaam vier jaar lang uit mijn hoofd geleerd. Het wordt nu pas echt toepassen; je werkt niet meer met BV X en BV Y, maar er komen allerlei dingen bij kijken en juist net die kleine dingetjes zijn dan toch heel belangrijk. Ik voel me nu nog heel onervaren, maar je gaat wel redelijk snel dingen herkennen. Alexander: Je hebt wel bepaalde cursussen, maar heel veel zaken leer je pas door jaren lange ervaring. Wanneer we een vergadering hebben, raak ik soms de draad binnen twee seconden al kwijt en dan denk ik ‘Waar hebben ze het over? Dit zijn niet BV X en BV Y in Nederland en België.’ In het begin zijn dingen Startersinterview BDO deAANSL AG! Alexander Claessens Paspoort Naam: Alexander Claessens Opleiding: Fiscaal Recht Leeftijd: 24 Favoriete plek in Rotterdam: Witte de With Fiscale tip: Oriënteer je en blijf niet alleen maar in de collegezaal zitten. Ontplooi jezelf! vrij moeilijk, maar je draait meteen mee en pakt dingen daardoor wel redelijk snel op. Diederik: Je leert bepaalde zaken ook door bij mensen binnen te lopen en te vragen hoe be- paalde cases precies in elkaar steken. Wat ik aan BDO zo fijn vindt is dat je heel goed begeleid wordt en aan vrijwel iedereen je vragen kunt stellen. Dat heb ik wel eens anders ervaren. Ik ben echter wel van mening hoe eerder je iemand anders zijn ervaring kan overnemen, hoe eerder je zelf ook iets aan het bedrijf toe kunt voegen. We beheersen in feite de theorie, maar hoe het in de praktijk werkt, is gewoon een kwestie van tijd! Werken jullie op een bepaalde afdeling? Alexander: Ik werk nu op de afdeling ‘Internationaal belastingrecht’, een internationale afdeling, maar vergeleken met andere internationale afdelingen is het nog redelijk algemeen. Het is niet dat ik me volledig op een aspect richt. Er kunnen nog allerlei verschillende zaken langskomen, zoals internationale inkomstenbelasting of invoerrechten. Diederik: Ik werk op een algemene afdeling. Bij BDO is het gangbaar om bij de algemene praktijk te beginnen en je vervolgens te specialiseren. Je wordt vrijgelaten waarin jij je op een gegeven moment wilt specialiseren, maar je kunt natuurlijk ook altijd generalist blijven. Collega’s waar ik nu mee samenwerk zijn al jarenlang generalist en zij weten van heel veel verschillende zaken ontzettend veel af. Alleen voor de laatste details stappen ze naar een specialist toe die hun verder kan helpen. Is er verschil tussen de verschillende BDO kantoren? Diederik: Qua stijl is het allemaal wel een beetje hetzelfde. Qua grootte zijn Rotterdam en Amstelveen ook wel vergelijkbaar. BDO heeft redelijk veel lokale vestigen, omdat zij graag lokale ondernemers aan willen trekken. Verder heeft BDO ook een paar grote kantoren, als Eindhoven, Rotterdam, Utrecht en Amstelveen. In totaal zijn er 27 locaties zodat alle ondernemers in het land bediend kunnen worden. Daarbij wordt het persoonlijke aspect behouden, omdat je niet in van die massatorens aan het werk bent. Alexander: Bij de kleinere kantoren zou het toch wel iets anders zijn. Je merkt hier dat we teams hebben, zoals nationaal en internationaal en bepaalde specialisaties zoals BTW, Loonbelasting en Transfer Pricing etc. Bij de wat kleinere BDO locaties waar ca. 20 mensen op de fiscale praktijk werken, krijg je te maken met collega’s die veel algemenere, bredere kennis hebben. Diederik: Dat zie ik juist ook wel weer als een voordeel van BDO. Bij BDO krijg je de kans om je breed te ontwikkelen. Je begint dus ook vaak als generalist. Bij de grotere BDO kantoren is er ook de mogelijkheid om specialist te worden, terwijl bij de kleinere kantoren generalistische kennis vereist is. Als je bij BDO instapt kun je zelf bepalen of jij je wilt specialiseren of je langer bezig wilt houden als generalist. Het is als starter lastig om direct een specialisatie te kiezen omdat je nog geen reëel beeld hebt van de praktijk, wellicht kom je er gaande weg achter dat de specialisatie waar je voor gekozen hebt, toch niet is wat bij je past. Dan is het zonde als je al twee jaar van je carrière hierin hebt geïn- vesteerd, omdat je er in de praktijk pas achter komt waar je goed in bent en wat het werk daadwerkelijk inhoudt. Alexander: Ik ben nu ook redelijk algemeen begonnen, dat is ook een van de redenen dat ik bij BDO ben begonnen. Langzamerhand kijk ik wel naar wat ik nou echt interessant vind en waar ik me in wil verdiepen. De ideale combinatie lijkt me zowel generaliseren als verdiepen en die mogelijkheid is er binnen BDO. Is dit ook een reden waarom jullie niet bij een Big Four kantoor werkzaam zijn? Diederik: Bij grote Big Four kantoren is het zelfs zo dat je, je gaat specialiseren in een specialisatie. Zo wordt ‘internationaal’ opgesplitst in bepaalde vakgroepen per land, zoals ‘China desk’ en nog verder opgesplitst in olie of gas. Je wordt wel ergens heel erg goed in, maar een bepaalde basiskennis ontbreekt dan. Het lijkt mij leuker dat je een ondernemer volledig kan adviseren en desnoods specialistische dingen vraagt aan collega’s, op die manier is de dynamiek ook spannender. Alexander: Klanten als Shell en Heineken hebben vaak specifieke vragen, maar juist de MKB ondernemers hebben hele brede vragen. Stel je denkt na vijf jaar, de deelnemingsvrijstelling is toch niet zo mijn ding en je wilt iets anders gaan doen, dan is dit veel lastiger dan wanneer je eerst generalist bent geweest. Diederik: Ook al heb je een bepaalde voorkeur, het is handiger om je eerst algemeen te ontwikkelen. 11 12 deAANSL AG! Startersinterview BDO Wat zijn de doorgroeimogelijkheden bij BDO? Alexander: De doorgroeimogelijkheden zijn hier echt heel goed. Je begint als jr. belastingadviseur, na twee tot drie jaar groei je weer door naar een andere functiegroep. Dit is ook echt het doel van BDO. Wanneer je de kans krijgt om door te groeien, wordt er weer plaats gemaakt voor nieuwe starters. Diederik: Het klinkt heel afgezaagd, maar ik vind de slogan die BDO hanteert ook echt passen bij hoe ze met werknemers omgaan. De slogan is: ‘Omdat mensen tellen.’ Je merkt echt dat BDO veel zorg besteed aan het doorgroeitraject. Alexander: Het lijkt net alsof bij de grote kantoren de hardste en beste mensen doorgaan, maar dat is in mijn opzicht niet altijd waar. De sfeer wordt hierdoor heel anders, heel individueel; iedereen wil zelf de beste zijn terwijl er binnen BDO meer waarde wordt gehecht aan het leveren van een teamprestatie waar je wel de gelegenheid krijgt om als persoon te excelleren. Diederik: Hier willen collega’s meehelpen om jou te laten ontwikkelen. Voor BDO werk je voor een klant met een collega en bij veel andere bedrijven werk je voor je manager en die vervolgens het contact met de klant onderhoudt, waardoor je veel meer intern aan het werk bent. Bij BDO heb je al gelijk contact met klanten, wat zeer leerzaam is. Hoe is de overgang geweest van het studentenleven naar werken? Diederik: In het begin is alles dusdanig nieuw, dat je nog nergens wat van af weet. Je weet niet hoe het ICT-systeem werk, hoe je moet printen en kopiëren, hoe je een brief moet sturen, al dat soort dingen. Verder heb je door het fulltime werken ineens een heel ander ritme. Je moet vroeg opstaan en werkt tot vrij laat door. Dat vergt heel veel concentratie en energie. De eerste vier weken was ik helemaal gesloopt als ik thuiskwam. De weken duren in het begin voor je gevoel heel lang, maar op een gegeven moment wen je eraan en merk je ook dat de weken sneller gaan. Nu ik drie maanden bezig ben, merk ik dat wel redelijk gewend ben en mijn energie ook in andere dingen kan steken en me kan gaan verdiepen in bepaalde zaken. Alexander: Ik kan me volledig bij je aansluiten. De eerste paar dagen wordt er gewoon van uitgegaan dat je voor alles de tijd neemt en is dat helemaal niet erg. Na een maand wordt het tempo een beetje opgevoerd en uiteindelijk is het een proces dat gewoon automatisch gaat. Diederik: Je weekend wordt heilig! Ondanks dat het weekend is moet je vaak nog wel een dagdeel van je weekend opofferen aan vakstudie of cursussen, zo moet je 7 keer per jaar opdrachten maken voor NOB, waar je wel een dag aan kwijt bent. Je moet jezelf echt ontwikkelen van student naar belastingadviseur. Ik dacht dat ik het werken wel gewend zou zijn door de werkstudentschappen, maar echt werken is toch wel anders. Hebben jullie veel gehad aan jullie bestuursjaar bij de CT? Alexander: Ik merk dat ik er echt heel veel gehad heb aan mijn bestuursjaar. We hebben allebei extern gedaan en ik merk heel erg dat ik goed contact heb gehad met verschillende kantoren tijdens mijn bestuursjaar en ook met Bouchra. Een bestuursjaar maakt het mogelijk om redelijk eenvoudig contact te hebben met heel veel verschillende kantoren. Diederik: Het bestuursjaar heeft er vooral ook voor gezorgd dat ik me persoonlijk heel erg ontwikkeld heb. Ik heb heel veel bijgeleerd, dat valt niet ergens in uit te drukken. Het is een ontwikkeling die ik zelf heb doorgemaakt, door eigenlijk het diepe in te springen en te zien waar het schip strandt. Op een bepaalde manier zal ik daar echt iets aan hebben als adviseur. Ik ben nu ook bezig met acquisitie en een bepaald soort commercieel denken en doordat ik die bestuursfunctie heb ik vervuld kan ik me daar makkelijker in verplaatsen. Verder bouw je ook een enorm netwerk op, dat is heel zinvol geweest. Het is denk ik mijn meest waardevolle jaar geweest tijdens mijn studententijd, dat weet ik eigenlijk wel zeker. Wat hebben jullie gedaan aan verdere activiteiten? Alexander: Ik ben nog twee jaar werkzaam geweest bij de universiteit als studentassistent, daarna heb ik bij fiscale kantoren gewerkt en heb ik verschillende commissies gedaan voor de Christiaanse-Taxateur. Na mijn bestuursjaar heb ik mijn Businesscourse gedaan en heb ik nog een jaar gewerkt en daarna de overstap gemaakt naar BDO met een werkstudentschap/scriptiestage. Diederik: Ik ben tweeëneenhalf jaar werkstudent geweest bij vier verschillende bedrijven en vier verschillende afdelingen en heb ik be- stuur gedaan. Naast mijn bestuur ben ik door blijven werken als werkstudent zijnde. En voor de rest, in Dordrecht heb ik veel gevoetbald. Wat zijn de mogelijkheden voor studenten bij BDO? Alexander: BDO is altijd opzoek naar werkstudenten. Diederik: Volgens mij staan er nu ook wel een aantal functies open aan werkstudentschappen. Als je je inschrijft mag je zelf in overleg met BDO gaan bepalen wat je wilt gaan doen. Je hebt meeloopdagen, werkstudentschappen en scriptiestages. De meeloopdagen zijn puur gebaseerd op oriënteren. De werkstudentschappen zijn voor langere duur en lopen vaak over in een scriptiestage, wat eigenlijk ook een soort werkstudentschap is. Er wordt zo gezorgd dat het eigenlijk 1 traject is: van werkstudentschap via scriptiestage naar een fulltime baan. Hebben jullie nog tips voor studenten? Alexander: Ik adviseer je om veel rond te kijken in je studententijd en juist ook te kijken bij kantoren die je in eerste instantie niet erg aan- spreken. Je moet niet perse kijken naar waar je heel graag wilt werken. Ga stage lopen! Diederik: Je kan misschien beter eerst solliciteren bij bedrijven waarvan je een twijfel hebt of je daar fulltime zou willen werken, zodat je er achter kan komen of de twijfel terecht is. Ik heb zelf bij twee Big Four kantoren gewerkt en bij een heel klein bedrijf en daar heb ik gezien, dat ieder bedrijf een verschillend beleid heeft, maar het zelfs per afdeling nog erg kan verschillen. Bij Inhousedagen krijg je toch niet helemaal een reëel beeld. Je moet gewoon gaan kijken en er echt gaan werken. Alexander: Je moet ook niet ergens blijven zitten en denken van; ik loop hier nu stage en ze zullen me vast een vast contract aanbieden. Diederik: Ik ben zelf een keer binnen twee maanden gestopt. Alexander: Je kunt door blijven gaan omdat het safe is, maar uiteindelijk is het belangrijkste dat je het naar je zin hebt. Oriënteer je dus goed en maak gebruik van je netwerk. Diederik: Tegenwoordig is het lastig om aan een baan te komen, maar door jezelf te onderscheiden en andere dingen te doen naast je studie, gaan bepaalde deuren juist weer open. En onderhoud contact met de recruiter van het bedrijf! Alexander: Blijf ook dicht bij jezelf. Ik ken iemand die heeft drie jaar als fiscalist gewerkt en was ook wel heel goed, ze stak er veel tijd in. Maar uiteindelijk kwam ze erachter dat fiscaliteit toch niet haar ding is. Dan moet je gewoon stoppen. Diederik: Je werkt om te leven en je leeft niet om te werken! Fiscaliteit in perspectief! deAANSL AG! Fiscaliteit in perspectief! Ook in deze editie hebben geprobeerd leuke en interessante niet-fiscalisten ons de maat te laten nemen. Lees hieronder wat studenten van andere faculteiten of studies vinden van onze studie en ons toekomstige beroep. Naam Leeftijd: Studie: Plaats: Chiem Ringers 21 MST (Molecular Science and Technology) Delft Je hoort het dagelijks, het woord belasting. Met dit woord zijn dus duizenden mensen in Nederland dagelijks druk in de weer, maar wat houdt het nu precies in om Fiscale Economie of Fiscaal Recht te studeren? Als nuchtere Delftse student zou ik zeggen: ‘Oh, iets met getalletjes, dus dat zal wel leuk zijn, maar aan de andere kant klinkt Recht wel weer erg Leids, dat is drie keer niets.’ Bij belasting moet ik direct aan twee dingen denken. Enerzijds aan de belastingaangifte die je jaarlijks moet doen, anderzijds aan de discussies die de dagelijkse sleur zijn in de Haagse politiek. Daarnaast is belasting al iets heel ouds. De romeinen hadden al een systeem waarin belasting werd betaald. Door alle inwoners van het Romeinse rijk, werd belasting betaald, voor het gebruik van de grond, behalve door de Romeinen zelf. In de Middeleeuwen moesten de boeren belasting betalen aan de vorst en toen in de 12e eeuw de steden in opkomst waren, mochten deze ook zelf belasting gaan innen. Na Alva’s 10e penning en de accijnzen van de Gouden Eeuw, werd er in 1805 een belastingstelsel voor de gehele Republiek ingevoerd. Ook sindsdien is er alweer veel veranderd. Belasting en het daarbij behorende recht is in ieder geval al lang in ontwikkeling en blijft continu veranderen. Dit betekent dus dat er in de toekomst nog steeds vele fiscalisten nodig zullen zijn. Naam Laura van Buggenum Leeftijd: 20 Studie: Technische Bestuurskunde Universiteit: TU Delft “Schrijf maar over waar jij aan denkt bij de studies Fiscale Economie en Fiscaal Recht, wat jij daarvan vindt en hoe de fiscaliteit bij jou in het dagelijks leven voorkomt.” Bij het lezen van de bovenstaande briefing sloeg de paniek toe. Wat vind ik van de studie Fiscaal Recht? In alle eerlijkheid, helemaal niks eigenlijk. Net als bijvoorbeeld diergeneeskunde of criminologie vallen beide studies binnen het grijze gebied waarvan ik wel van het bestaan afweet, maar er verder nooit aandacht aan besteed heb. Heel gek eigenlijk, want ik ken vrij veel mensen, waaronder mijn bloedeigen moeder, die studeren of werken binnen dat vakgebied. Bovendien krijgt iedere Nederlander vroeg of laat met belastingen te maken. Sterker nog; belastingen zijn in ons land, op zowel budgettair als instrumenteel gebied, onmisbaar! Ik kan daarom niet anders dan concluderen dat het belangrijk is dat er mensen zijn die zich specialiseren op fiscaal vlak. Niet alleen om Nederland draaiende te houden, maar ook om bedrijven en personen te kunnen adviseren. Want ik vrees dat ik niet de enige Nederlander ben waarbij de term ‘fiscaal’, en alles wat daarbij komt kijken, grijs gebied is… Naam Robert Donkers Leeftijd: 20 Studie: Industrieel Ontwerpen Universiteit: TU Delft Jeetje, wat is Fiscaal Recht nou precies? Iets met geld, met belasting en, met cijfers? Het enige wat ik van Fiscale Economie of Fiscaal Recht afweet is dat het een studie is aan de Erasmus Universiteit. Ik, als student aan de TU Delft, ben daar niet erg mee bezig, maar met wat gegoogle weet ik al iets meer; Dikke boeken, veel wetkennis en zo veel mogelijk zoeken naar manieren om geld naar eigen zak te sprokkelen; dat leren ze daar dus. Maar hoe meer ik zoek, hoe meer ik blijf steken bij belasting. Ik vind artikelen over belasting en hoe je deze zo goed mogelijk af kan zijn. Ik vind verhalen over de vennootschapsbelasting en de berucht ‘Double Dutch sandwich’. Al schrijvende bedenk ik mij dat ik mijzelf wel degelijk bezighoud met belastingen. Niet de vennootschapsbelasting, maar wel denk ik aan de inkomstenbelastingaangiftes die ieder jaar opnieuw ingevuld moeten worden. En hoe ik op een bizarre wijze toch huurtoeslag aan kan aanvragen voor mijn studentenkamer en dat er belastingen zijn die het drinken van zelfs vruchtensap weer duurder maken. Eigenlijk vind ik de fiscaliteit helemaal niet leuk! Ik, als ontwerper in wording, mag werken aan hele vette projecten, ontwerpen voor KIP en Tacs en dergelijke. Dit zijn producten die direct bijdragen aan het welzijn van mensen. Wat ‘produceert’ een fiscalist, zodat het welzijn van de mensen stijgt? Nee, fiscaliteit is niks voor mij, met cijfers werken kan ik wel redelijk. Toch wil ik mij in het dagelijks leven niet bezighouden met cijfers, belastingen en geld. Het neemt niet weg dat ik sommige dingen toch wel interessant vind en de fiscaliteit is toch wel belangrijk in mijn eigen leven en opleiding. Ik zal er toch elk jaar wel weer mee te maken krijgen! 13 deAANSL AG! 14 Docentenartikel Battle of the generations? Door: Em. prof. dr. H.A. Kogels Gasthoogleraar Europees belastingrecht bij de capgroep belastingrecht van de ESL Een aardige gedachte van de redactie van De Aanslag om een 67-jarige babyboomer (emeritus, maar nog altijd met veel plezier gasthoogleraar) te vragen een artikel te schrijven over het thema battle of the generations. We doelen daarmee op de strijd tussen leeftijdsgroepen binnen de bevolking, die uiteenlopende belangen hebben. Belangentegenstellingen tussen generaties, maar ook binnen één generatie, doen zich voor op verschillende terreinen, zoals levensopvatting, cultuur, welzijn, welvaart. Die tegenstrijdige belangen botsen, versterken elkaar en veranderen in de loop van de tijd. Een oud gezegde luidt: ‘Tempora mutantur et nos in illis’- de tijden zijn veranderd en wij zijn daarin evenzeer veranderd. Provo Ter illustratie ga ik even terug in de recente geschiedenis van mijn generatie die kort na de Tweede Wereldoorlog werd geboren en opgroeide in een tijd waarin onze ouders bezig waren met wederopbouw. Die betrof niet alleen materiële zaken zoals woningen, winkels, fabrieken of havens, maar ook de rechtsstaat, de inrichting van de maatschappij en de ontwikkeling van een economie die meer grensoverschrijdend moest worden dan voorheen. Ondanks dat veranderingsproces bleef de generatie van mijn ouders in belangrijke mate voortbouwen op hun gedachtegoed, hun normen en waarden die ‘van hun generatie’ waren. Toen mijn generatie een jaar of twintig was, was de wederopbouw al aardig op gang gekomen, was de Europese Economische Gemeenschap van België, Frankrijk, Italië, Nederland en het toenmalige West-Duitsland tot stand gekomen en hadden we intussen zelfs al een periode van relatieve hoogconjunctuur achter de rug. Maar tezelfdertijd waren in Berlijn de spanningen tussen enerzijds de Sovjet-Unie (die aan de grens van het toenmalige Oost-Duitsland een muur liet bouwen om vluchten naar het vrije rijke westen te verhinderen) en anderzijds de Verenigde Staten en zijn bondgenoten geculmineerd in de Koude Oorlog. ‘Hoezo, vooruitgang?’, dacht mijn generatie, ‘onze ouders zitten vastgeroest in hun verouderde normen en waarden, en terwijl de wederopbouw vordert zie je de volgende oorlog al aankomen.’ En zo ontstond binnen mijn generatie in die tijd verzet tegen de oudere generaties die weliswaar verkondigden dat de jeugd de toekomst heeft, maar geen oog leken te hebben voor wat de jonge generatie wilde: het aan de kaak stellen van de overheid die de gevestigde orde (het ‘establishment’ ) vertegenwoordigde en zich repressief opstelde. De anarchistische ‘Provo’-beweging, ontstaan in Amsterdam, riep zich uit tot vertegenwoordiger van het postmaterialisme, die opkwam voor de leefbaarheid in grote steden en zich afzette tegen massaconsumptie en milieuvervuiling. Niet groen, maar wit was hun kleur. En wit waren hun plannen waarvoor zij actie voerden: het witte-fietsenplan (drieduizend witte fietsen in Amsterdam als gratis openbaar vervoer), het witte-wijvenplan (dat ongebreidelde vrije liefde propageerde), het witte-kinderenplan (voor gratis kinderopvang), het witte-ambtenarenplan (het opblazen van het bevolkingsregister) en het witte-bedjesplan (de toren van De Nederlandse Bank herinrichten als dependance van het Amsterdamse Binnengasthuis. Op het Spui, bij het standbeeld van ‘Het Lieverdje’ werden wekelijks ‘happenings’ gehouden die door de politie uiteen werden gedreven. Minder ludiek waren de opkomende kraakacties en de confrontaties tussen de Provo’s en de politie in 1966 tijdens de bruiloft van prinses Beatrix en prins Claus. Veertien jaar later zou de kraakbeweging onder het motto ‘Geen woning, geen kroning’ opnieuw actie voeren tijdens de inhuldiging van Beatrix tot koningin. De Mobiele Eenheid stond met tanks en paarden langs twee veiligheidslinies in de Amsterdamse binnenstad en er waren sluipschutters opgesteld langs de officiële route. De dag eindigde met een ware veldslag in een walm van traangas. Het contrast met de recente inhuldiging van koning Willem Alexander is groot. Ook de oorlog die de VS van 1964 tot 1973 in Vietnam voerde tegen het communisme had grote impact op mijn generatie. Het was in 1966, in de kazerne in Nunspeet waar ik mijn dienstplicht vervulde en werd getraind om ons land te verdedigen tegen een aanval van ‘Iwan’ (de Russen), dat we iedere ochtend om zes uur door de luidsprekers de stem van Boudewijn de Groot hoorden, die vol sarcasme zong: ‘Meneer de president, welterusten / Slaap maar lekker in je mooie witte huis / Denk maar niet te veel aan al die verre kusten / waar uw jongens zitten, eenzaam ver van thuis / Denk vooral niet aan die zesenveertig doden / die vergissing laatst bij dat bombardement / En vergeet het vierde van die tien geboden / die u als goed christen zeker kent.’ De popmuziek van mijn generatie stond in het teken van ‘love and peace’. Studentenopstanden Een paar jaar later, het was mei 1968, kwam het tot verzet tegen de bestaande bestuursstructuren van de universiteiten. Het begon met studentenopstanden in Parijs en het toenmalige West-Berlijn, en ontwikkelde zich bliksemsnel tot een internationale ‘revolutie’ tegen hiërarchische bestuursvormen, waarbij ook arbeiders zich aansloten. In Nederland ontvlamde de studentenrevolte pas op 6 mei 1969, toen studenten van de toenmalige Katholieke Hogeschool Tilburg overgingen tot bezetting van de hogeschool en de naam ervan veranderden in ‘Karl-Marxuniversiteit’. Tien dagen later bezetten studenten van de Universiteit van Amsterdam het bestuurscentrum van de universiteit in het Maagdenhuis.1 ‘Dit-ishet-begin! Wij-gaan-door-met-de-strijd!’, scandeerden de bezetters. Wim Kan, de meest bekende politieke cabaretier in die dagen, gaf als commentaar: ‘Studenten zijn mensen die ruiten ingooien bij gevestigde firma’s waarvan ze later directeur hopen te worden.’ Een vooruitziende blik. De studentopstanden leidden in 1971 tot de Docentenartikel invoering van de ‘Wet universitaire bestuurshervorming’ (WUB). De senaat (de raad van alle hoogleraren) moest zijn bestuursmacht afstaan aan de universiteitsraad waarin zowel het wetenschappelijk als het niet-wetenschappelijk personeel en de studenten waren vertegenwoordigd. Op facultair niveau lag de bestuursbevoegdheid bij de faculteitsraad die op dezelfde wijze was samengesteld (ik heb twee boeiende en leerzame jaren mogen beleven in de ‘wetenschappelijke fractie’ van de economische-faculteitsraad van de EUR). In deze bestuursstructuur werd, conform het ‘Rijnlands bestuursmodel’, gestreefd naar consensus tussen belanghebbenden (‘stakeholders’ zeggen we tegenwoordig). Maar het systeem werd in de loop van de jaren meer en meer ervaren als gecompliceerd, tijdrovend en ineffectief. Nadat in de Sovjet-Unie het communistische systeem was vastgelopen (in 1989 werd de Berlijnse muur gesloopt), kwam in het westen het ‘Angelsaksische bestuursmodel’ in zwang, waarin consensus werd vervangen door (jawel!) hiërarchie: het moet duidelijk zijn wie de baas is (de ‘Chief Executive Officer’ CEO) en medewerkers moeten worden afgerekend op hun prestaties (‘targets’). Dat werd ook duidelijk binnen onze universiteiten. Waren het in 1968 de hoogleraren die de baas waren, sinds 1997 is volgens de ‘Wet modernisering universitaire bestuursorganisatie’ (MUB) het College van Bestuur de baas. Naast de rector magnificus (die meestal geen voorzitter is), worden hierin door een externe raad van toezicht personen van buiten de universiteit benoemd. Decanen zijn zelfstandig verantwoordelijk voor onderwijs en onderzoek, maar als faculteitsbeheerders zijn zij ondergeschikt aan het college van bestuur. Terugkijkend heeft de jonge opstandige studentengeneratie uit de jaren zestig, dertig jaar later, een universitaire bestuursstructuur gecreëerd waarin de macht in overwegende mate bij bestuurders van buiten de universiteit ligt en die meer hiërarchisch is dan die waartegen zij indertijd in opstand kwamen. Inderdaad: de tijden zijn veranderd en wij evenzeer. Andere tijden – terug naar de onze Wie na deze terugblik verzucht dat de geschiedenis zich nooit herhaalt, heeft in zoverre gelijk dat tijden veranderen. Maar de manier waarop wij daarop reageren vertoont terugkerende patronen die variëren tussen strijd en solidariteit. In tijden van voorspoed is men geneigd te reageren in solidariteit en saamhorigheid, in tijden van crisis is dat anders. Sinds 2008 beleven we een crisis van een omvang die slechts vergelijkbaar is met die in de jaren dertig van de vorige eeuw. Met dit verschil dat de huidige crisis zich afspeelt in een wereld die meer internationaal vervlochten is, waarin mobiliteit van goederen, diensten, kapitaal en mensen veel groter is dan toen, waarin de informatietechnologie andere marktvormen en business models creëert, waarin de persoonlijke levenssfeer in toenemende mate ondergeschikt wordt gemaakt aan veiligheidsmaatregelen tegen dreigend terrorisme, en waarin welvaartsverschillen binnen en tussen generaties toenemen. Het ligt voor de hand dat in deze omstandigheden de reacties een patroon volgen van verdeeldheid en bevechten van groepsbelangen. Werkloosheid, sociale zekerheid, pensioenverlaging, stijgende zorgkosten en hoge schulden, zowel bij particulieren als bij de overheid, zetten de samenleving en ‘de politiek’ onder druk. deAANSL AG! Het overheidsbeleid met betrekking tot de openbare financiën, en daarmee ook de belastingheffing, is van invloed op de verhouding tussen enerzijds burgers en bedrijven en anderzijds de overheid, maar ook op de verhouding tussen burgers en tussen bedrijven van groot tot klein. Kennis van de reacties op veranderende sociaal-economische omstandigheden in het verleden kan een beter inzicht in de huidige situatie opleveren en een basis bieden voor een beter fiscaal-economisch beleid voor de toekomst. Iedere generatie worstelt met dat probleem en de oude generaties zijn in veel opzichten niet succesvol geweest in het vinden van goede oplossingen. De jonge generatie fiscalisten (fiscaal juristen en fiscaal economen), met een lange toekomst voor zich, moet kennis opdoen. En bij voorkeur niet alleen op fiscaal-technisch terrein, maar ook op het terrein van aanpalende disciplines, zoals staatsrecht, economie en politieke besluitvormingsprocessen (locaal, nationaal, Europees en internationaal). Een deel van die kennis zal, gezien de huidige studienormen, helaas pas na het behalen van de Masterbul kunnen worden opgedaan. Naarmate die jonge generatie evolueert tot oudere generaties, zal zij die kennis en ervaring moeten delen met volgende generaties. Dat is de dynamiek van het leven. Tegen die achtergrond zei ik in mijn afscheidscollege, ruim twee jaar geleden, dat het de belangrijkste verantwoordelijkheid van een docent is aantredende generaties fiscalisten op te leiden die beter zijn dan de generaties die terugtreden. En daarvoor is nodig dat jonge generaties lastige vragen stellen en de oude generaties uitdagen hun eigen kennis en ervaring aan een kritische beschouwing te onderwerpen. Prima als je ook dat wilt zien als battle of the generations. Maar ik zie het liever als een noodzakelijke, kritische en constructieve dialoog tussen generaties. 1) Aan de Nederlandse Economische Hogeschool in Rotterdam bleef het rustig, op ‘een democratische oprisping’ bij de sociologen na (zie Ambitie en identiteit, 2013, blz. 106-107). Pas in 1973 bezette een aantal studenten de administratie van de (inmiddels) Erasmus Universiteit Rotterdam, maar dat gebeurde uit protest tegen verhoging van het collegegeld (zie t.a.p. blz 240 -243). 15 16 deAANSL AG! Kantoorbezoek Kantoorbezoek Loyens & Loeff 15 november 2013 Kantoorbezoek Kantoorbezoek PWC 22 november 2013 deAANSL AG! 17 deAANSL AG! 18 De Tien... De Tien... Na gedane arbeid is het goed rusten. Jarenlang heb je uitgekeken naar deze grote dag. Je neemt feestelijk afscheid van collega’s. Eindelijk heb je de tijd om je verwaarloosde hobby’s op te pakken. Geen deadlines, geen dagelijkse sleur, geen zorgen noch stress. Je hebt geen verantwoordelijkheden meer en je hoeft niet per se op tijd je bed uit. Het pensioen is een groot feest, maar je moet soms wel zelf de slingers ophangen. Elke dag moet je weer een nieuwe daginvulling verzinnen om te voorkomen dat je niet achter de geraniums verdwijnt. Een top 10 over wat te doen met je pensioen. 1.Vrijwilligerswerk Veel gepensioneerden vinden er voldoening in ‘iets terug te doen’. Nederland is internationaal gezien kampioen als het gaat om vrijwilligerswerk. De helft van de Nederlanders doet aan vrijwilligerswerk (Centraal Bureau van Statistiek). Het veld van vrijwillige inzet is zeer breed. De meeste vrijwilligers zetten zich in voor organisaties actief in de sportwereld, de gezondheidszorg of het onderwijs. Een leuke fiscale kanttekening hierbij is dat als je een vergoeding voor je inzet ontvangt je niet hoeft te vrezen voor een belastingheffing. Mits de afgesproken vergoeding de grens van €4,50 per uur, €150 per maand en €1.500 per jaar niet overschrijdt. 2. 3. Ga op reis Nu je zeeën van tijd over hebt kun je die grote reis maken waar je altijd over droomde. Een wandeling over de Grote Muur in China, een avontuurlijke kanotocht door het Amazone gebied of met een camper door Europa trekken. Voor degene die het dichter bij huis willen houden heeft ons kleine landje ook heel wat te bieden. Wat dacht je bijvoorbeeld van een fietstocht over de Veluwe of het kennis maken met het waddengebied door te gaan wadlopen. Nieuwe werkcarrière De grootste pensioenplannen kunnen ook gecombineerd gaan met het blijven doorwerken. Daar waar voorheen voor vele mensen de leeftijd van 65 een richtpunt is geweest zien we de laatste jaren een steeds grotere groep gepensioneerden die ervoor kiezen door te blijven werken. Tegenwoordig zijn er zelfs uitzendbureaus die speciaal gericht zijn op 65-plussers. Vele werkgevers waarderen 65-plussers vanwege hun ervaring en zien in dat het moeilijker wordt om aan voldoende geschikt personeel te komen. Naast het werken voor een baas is een tweede werkcarrière als ondernemer ook een populaire optie voor degenen die onafhankelijk willen opereren. 4. Ontplooi je creatieve kant Heb je altijd al willen weten of er meer in je zit als artiest zijnde dan slechts een zolderkameramateur? Dan geeft je pensioen een mooie gelegenheid om je creatieve en artistieke kant te verkennen. Het schrijven van een roman of je levensverhaal aan de wereld vertellen door middel van een boek waar je nooit de tijd voor hebt gehad. Het schilderen of maken van muziek is ook een veel voorkomende activiteit Door: Mehdi el Manouzi wat te doen met je pensioen! op de oude dag. En met je 65-pluspas krijgt je een fikse korting op museabezoek. 5. Je kunt altijd nog politicus worden Heb je altijd al het gevoel gehad dat er een echte politicus in je schuilt? Op oudere leeftijd kun je gehoor geven aan deze ambitie. De mogelijkheid om in het Torentje terecht te komen zit er niet in, maar in de lokale politiek liggen de kansen een stuk gunstiger. Politieke partijen hebben de grootste moeite om kandidaat-gemeenteraadsleden te vinden. Een actieve bemoeienis in de lokale besluitvorming is bovendien ook een mooie uitlaatklep voor de kenmerkende ergernissen van ouderen. 6. Emigreer naar een zonnig fiscaal klimaat Wanneer je het weer in Nederland definitief zat bent kan je het koude kikkerlandje ook definitief inruilen voor een zonnig oord. Naast het genieten van de tropische temperaturen kun je ook voordeel halen uit het zonnige fiscale klimaat. Afhankelijk van het belastingverdrag tussen Nederland en het pensioenland zou het pensioen aanzienlijk lager belast kunnen worden dan wanneer je in Nederland zou blijven wonen. 7. Laat oude herinneringen herleven Mis je ook die oude vrienden waar je een geweldige tijd mee hebt gehad? Hernieuw het contact met oude vrienden die je uit het oog verloren bent. Sommige vriendschappen zijn gebleven, maar andere zijn door omstandigheden verloren gegaan. Daar zaten waardevolle contacten tussen, jullie hebben veel met elkaar meegemaakt, kenden elkaar door en door en je zou ze graag willen terugzien. Vaak is dat wederzijds en nu is de uitgelezen kans om die stap te nemen 8. Werken als tentamensurveillant Als het gehoor je niet verlaten heeft en het zicht nog scherp is dan kun je een oogje in het zeil houden tijdens het afnemen van de tentamens. Surveilleren bij toetsen zorgt ervoor dat de onderwijskwaliteit behouden blijft en zo worden beruchte Inholland schandalen voorkomen. Verwacht wel tegenwerking van studenten wanneer u na afloop het tentamen uit de handen van de studenten moet innemen. 9. Terug de schoolbanken in Je bent nooit te oud om te leren. Ben je nieuwsgierig en gemotiveerd? Treuzel dan niet en ga ervoor! Om mentaal fit te blijven en nieuwe sociale contacten te leggen zou je opnieuw de scholbanken op kunnen zoeken. Schrijf je vandaag nog in voor die studie filosofie waar je al jaren geïnteresseerd in bent of volg een cursus naar keuze. Waar? Waar jij maar wilt, je hoeft je niet alleen te beperken tot Nederland en zelfs niet alleen tot Europa. 10. Maak je fouten goed Familie- en vriendenruzies kunnen soms jaren voortduren. Heb je al die jaren al ‘het spijt me’ willen zeggen? Wie weet beleef jij punt 1 tot en met 9 van deze top tien dan wel met een oude kennis. Wacht dan niet langer en ga het einde van het leven met een schoon geweten tegemoet. Sinterklaasborrel Sinterklaasborrel 5 december 2013 deAANSL AG! 19 20 deAANSL AG! Eerstejaars aan het woord Eerstejaars aan het woord Jeroen Koenraadt Paspoort Naam: Fiscale Economie Leeftijd: 19 Woonplaats: Rotterdam CT-lid: Jazeker Hobby’s: Forexhandel en boeken lezen Hoe bevalt je studie tot nu toe? Wat vind je van de vakken? Wat is jouw motief geweest om juistte kiezen voor Fiscale Economie De studie economie an sich interesseert me in plaats van Economie? sowieso. Het is alleen lastig dat je pas in het tweede jaar met de fiscaliteit te maken krijgt. De colleges ‘introductie Fiscale Economie’ zijn leuk, maar je krijgt elk college maar heel kort met een bepaald onderwerp te maken, waardoor ik geen klik krijg met de vakken, de vakgroep en de ouderejaars. De borrels na het college in ‘De Smitse’ vind ik echter wel altijd erg gezellig. Doordat het eerste jaar samen gegeven wordt met de studie Economie, word je niet zo betrokken met de studie Fiscale Economie en is de studie het eerste jaar totaal nog niet op de fiscaliteit gericht. Ik ging bij deze studie niet uit van vakken als marketing of microeconomie, maar deze vakken moet je toch verplicht doen het eerste jaar. Dit creëert extra struikelblokken zeker met de strenge BSA regels. Is er iets dat je mist binnen de studie of is er iets waarvan je denkt dat het verbeterd zou kunnen worden? Zoals gezegd mis ik fiscale vakken voor studiepunten. De mentorlessen zijn veel beter in te richten en ook vind ik verplichte practica nogal onzin. Naar mijn mening moet je leren dat de universiteit geen school is en dat de verantwoordelijkheid bij jezelf ligt. Naar mijn idee heeft de helft van de studenten echt te weinig inzet. Volgens mij kan de Erasmus Universiteit de goede studenten veel beter belonen dan in plaats van practica verplicht te stellen en te dreigen met een negatief BSA. Eerlijk gezegd wil ik al jaren Econometrie doen, maar met een onvoldoende voor wiskunde B heb ik toch besloten om wat anders te gaan doen. Economie zou het gaan worden, totdat ik op een open dag ook ging kijken naar Fiscale Economie. Ik wist toen nog niet precies wat het inhield, maar ik was meteen erg enthousiast. Fiscale Economie leek mij leuk, omdat het wat specifieker is dan Economie, ook al in de bachelor. Je concentreert je op één vakgebied en richt je niet continu op een breed scala aan vakken. Naar mijn idee richt je je wat eerder op je toekomst en dat lijkt me leuk. Daarnaast ben ik iemand die graag de regeltjes kent en er dan tussendoor laveert. Ben je bekend met de CT en ben je al naar activiteiten geweest? Ik heb me meteen ingeschreven bij CT, omdat ze veel carrièreactiviteiten hebben maar ook borrels e.d. Ik ben nog niet bij CT-activiteiten geweest, omdat ik nog een beetje denk dat het voor ‘echte’ studenten fiscaal is. Je hebt naar mijn mening nog niet zoveel aan de carrièreactiviteiten als je pas over drie jaar begint met afstuderen. Komende jaren kan ik me nog gaan richten op bedrijven en recruitment of solliciteren voor een commissie. De deadline voor het solliciteren voor een commissie in de 4e week van een nieuwe studie schrok me een beetje af. Ik wacht dit jaar nog af en wil volgend jaar wel actiever meedoen. Weet je al iets af over de fiscaliteit? Niet meer dan je eigenlijk moet weten. Toch intrigeert het me, omdat iedereen er mee te maken heeft en het een gebied is dat constant in beweging is. Het enige wat ik weet is dat er zoveel over te leren is. Nu klinkt dit heel cliché, maar: hoe makkelijker het is, hoe minder wij als fiscalisten eigenlijk nodig zijn. Wat vind je van de introductiecolleges Fiscale Economie? Zoals ik al zei mis ik een fiscaal vak voor studiepunten. De onderwerpen bij de introductiecolleges zijn breed, maar veel leer je er eigenlijk niet en dat is jammer. Ik vind de insteek goed, maar door het verplicht te stellen overstijgt het gevoel van ‘moeten’ het ‘willen’. Misschien is er volgend jaar ruimte voor een eigen vak of een introductieproject. Heb je al een idee over wat je in de toekomst wilt gaan doen? Ik weet niet wat er allemaal mogelijk is, maar graag zou ik later iets in het Investment Banking doen. Misschien moet ik daarvoor wel wat extra’s of wat anders erbij gaan doen, maar dat komt later. Ik zal er eerst voor moeten zorgen dat ik m’n BSA haal. Woon je al in Rotterdam? Ja! Ik woon sinds augustus samen met mijn vriendin in Rotterdam. We komen beiden uit Enschede en zijn hier allebei naartoe gekomen om te studeren. Eerstejaars aan het woord deAANSL AG! Maud van der Linden Paspoort Naam: Maud van der Linden Opleiding: Fiscaal Recht Leeftijd: 19 jaar Woonplaats: Capelle aan den IJssel CT-lid: Ja Hobby’s: Hockey, uiteten/feestjes vieren en andere leuke dingen doen met vrienden Hoe bevalt je studie tot nu toe? Wat vind je van de vakken? Het PGL-onderwijs (probleemgestuurd leren) is leuk, aangezien je met een casus aan de gang gaat. Aan de andere kant vind ik het ook eentonig worden, omdat je in principe elke week hetzelfde doet. Wat is jouw motief geweest om juist te kiezen voor Fiscaal Recht in plaats van Rechten? Rechten alleen leek mij wat saai. Ik heb wat met cijfertjes en bij Fiscaal Recht krijg ik die er toch nog bij, vandaar dat ik voor Fiscaal Recht gegaan ben. Helaas is het eerste jaar Fiscaal Recht vrijwel identiek aan Rechten, dus op het fiscale aspect moet ik nog even wachten. Prijsvraag In onderstaande rebus zit een uitspraak verstopt die te maken heeft met het thema van deze Aanslag. Weet jij hem te vinden? Mail je antwoord uiterlijk 28 februari 2014 naar [email protected] onder vermelding van ‘Prijsvraag Aanslag 2’ en maak kans op een 3-gangendiner à la carte bij Mediterraanse Chef voor 2 personen. Ben je bekend met de CT en ben je al naar activiteiten geweest? Ik begin nu steeds wat bekender te worden met de CT. Ik ben naar de Kennismakingsactiviteit geweest wat erg leuk was, evenals de borrel en het Lustrumfeest in Staal! Weet je al iets af over de fiscaliteit? Ik weet wel al iets van de fiscaliteit af, maar nog lang niet genoeg. Gelukkig heb ik nog een studie voor me om mijn kennis daarover wat bij te schaven. Heb je al een idee over wat je in de toekomst wilt gaan doen? Een precies idee heb ik nog niet, maar ik studeer naast Fiscaal Recht ook Bedrijfskunde. Indien het me lukt om beide studies af te maken, lijkt het me leuk om iets te gaan doen wat op beide studies betrekking heeft. Woon je al in Rotterdam? Zo nee, waarom niet? Ben je in de toekomst van plan om dit wel te gaan doen? Ik heb vroeger in Rotterdam gewoond, toen ik nog klein was ben ik naar Capelle verhuisd en hopelijk binnenkort weer terug naar Rotterdam. Ik ben nu in een kwartiertje op de universiteit, dus wat de afstand betreft was dat geen reden voor mij om te verhuizen. Aangezien ik het wel leuk vind om weer in Rotterdam te gaan wonen, gaat dit zeker in de (nabije) toekomst gebeuren! 21 22 deAANSL AG! Startersinterview Stibbe Startersinterview Joris Naalden Paspoort Naam: Joris Naalden Studie: Fiscaal Recht Leeftijd: 28 Kantoor: Stibbe Afdeling: Tax Joris Naalden heeft Fiscaal Recht gestudeerd in Maastricht. Naast zijn studie heeft hij veel nevenactiviteiten verricht, onder andere veel gereisd en verschillende commissies gedaan. Na zeven jaar was hij helemaal klaargestoomd om het bedrijfsleven in te stappen. Waarom heb je voor Fiscaal Recht gekozen? Het was voor mij meer een toevallige keuze. Ooit ben ik begonnen met International Business, na een half jaar ben ik daarmee gestopt om vervolgens de rechtenkant op te gaan. Fiscaal Recht vind ik heel interessant omdat je rechten dan meer macro-economisch bekijkt: waarom hef je belasting? Is de belasting die je moet betalen gerechtvaardigd? Het snijvlak tussen rechten en economie trekt mij erg aan en natuurlijk heb ik destijds de kans op een baan mee laten wegen. Heb je naast je studie activiteiten verricht? Ja, zeker. Ik ben lid geweest van een studentenvereniging, een dispuut en heb daarbinnen verschillende bestuursfuncties gedaan. Daarnaast ben ik voorzitter geweest van het algemene rechtenfaculteitsblad in Maastricht. Ook heb ik deelgenomen aan een studieproject van vier maanden in Azië, waarbij we onderzoek deden voor Nederlandse bedrijven die in Azië iets op wilden gaan zetten. Specifiek gericht op Vietnam, waarvoor we eerst een half jaar samen met een team van dertien anderen met acquisitie bezig waren. Na het project heb ik nog veel gereisd. Eigenlijk heb ik zoveel nevenactiviteiten gedaan dat ik achteraf gezien de verhouding tussen studie en vrije tijd wat meer in balans had kunnen brengen. Aan de andere kant trek je alles wat je nog niet aan basiskennis hebt, weer recht als je in de praktijk komt te werken. In totaal heb ik zeven jaar gestudeerd. Hoe is de overgang tussen het studentenleven en het werken? Het is voor mij eigenlijk tweeledig: aan de ene kant was ik uit gestudeerd en toe aan het bedrijfsleven, aan de andere kant is het contrast tussen studeren en werken groot. Studeren is de tijd dat je je hele dag helemaal zelf kan inplannen, werken als junior bestaat uit het maken van lange werkweken waarbij 50 tot 60 uur per week geen uitzondering is. Waarom heb je uiteindelijk gekozen voor de advocatuur? Eerst heb ik bepaald of ik wel fiscalist wilde worden. Na die keuze gemaakt te hebben, kon ik kiezen voor de advocatuur, de ‘Big Four’ of een vergelijkbaar advieskantoor. Bij een advieskantoor doe je vaak het ‘day-to-day’ fiscale werk van een cliënt. De advocatuur heeft daarentegen veel raakvlakken met het civiele recht, wat mij erg aanspreekt. Advocaten zorgen meer voor het transactiewerk, zoals fusies en overnames oftewel eenmalige, grote projecten. Het gaat daarbij vaak niet primair om de relatie van de cliënt tot de belastingdienst, maar meer om de relatie tussen de cliënt en de wederpartij. Het ondernemings- en contractenrecht dat hierbij ter sprake komt, leek mij erg leuk alsmede de meerwaarde die naar voren komt bij het worden van advocaat én belastingadviseur. Je bent naast advocaat dus ook adviseur? Ja, klopt. Als je bij Stibbe binnenkomt, ben je de eerste drie jaar advocaat-stagiair. Tijdens deze periode volg je vakken van de Orde van Advocaten (NOvA) waarbij je ook tentamens aflegt. Het extra programma ‘Law Firm School’ dat een aantal grote Zuidaskantoren heeft opgezet, waaronder Stibbe, volg je daarnaast om wat meer basiskennis te krijgen gericht op ons specifieke werk. Om de twee à drie weken volg je op donderdag en vrijdag colleges in een hotel in Scheveningen, samen met andere junioren van de deelnemende kantoren. Nadat je de NOvA en Law Firm School hebt afgerond Startersinterview Stibbe begin je met de NOB opleiding. Na drie jaar ben je dan zowel advocaat als NOB belastingadviseur. Wat zijn de mogelijkheden voor studenten binnen Stibbe? Elk jaar in mei heb je gedurende een week een business course in New York: STBB2NY. Deze begint in het kantoor van Stibbe in Amsterdam, vanuit daar ga je zes dagen naar New York om een casus op te lossen om zo een beeld te krijgen van het werk wat wij doen. Ook hebben we een vergelijkbare business course in Amsterdam: Stibbe Amsterclass. Daarbij leer je Stibbe eigenlijk het beste kennen, aangezien je in contact komt met heel veel mensen van kantoor. De STEP Inhouse-dag is ook een activiteit waar Stibbe aan mee doet. Als je meer te weten wilt komen over Stibbe kun je daarnaast altijd contact opnemen voor een rondleiding op de afdeling. Hoezo heb je voor Stibbe gekozen en hoe ben je hier terecht gekomen? Op een algemene juridische bedrijvendag in Maastricht ben ik met iemand in gesprek geraakt en kwam ik erachter dat je ook fiscalist kan worden bij een advocatenkantoor. Vervolgens ben ik langs gekomen op kantoor en heb ik een brief geschreven voor Stibbe to New York. Tijdens de week in New York vond ik het werk dat ze bij Stibbe doen heel leuk en de sfeer was heel goed. Na mijn studie heb ik een fulltime stage gelopen van twee maanden, dat beviel heel goed van beide kanten. Toen heb ik gesolliciteerd en van het een kwam het ander. Op welke afdeling werk je? Binnen Stibbe hebben we voor de fiscalisten alleen de afdeling ‘Tax’: de algemene fiscale praktijk. Daarbinnen ontwikkelen sommige mensen wel een subspecialisme (denk bijvoorbeeld aan M&A/private equity of formeel belastingrecht), maar in principe doet iedereen alles. Hoe ziet een gemiddelde werkdag eruit? Je kunt nooit helemaal weten hoe je dag eruit gaat zien. Vaak heb je wel een idee maar je werkt aan meerdere zaken tegelijk. Er zijn dagen dat je alles op je gemak kunt doen en dagen dat je op kantoor komt en je hele inbox vol zit waardoor de hele dag druk bezet is met meetings, telefoontjes en ga zo maar door. Wat kenmerkt Stibbe? De sfeer. Het werk dat we doen is natuurlijk vergelijkbaar met andere advocatenkantoren. Uiteraard heb je wel gezagsverhoudingen, maar Stibbe onderscheidt zich wel door de informele manier waarop de mensen hier met elkaar omgaan. deAANSL AG! Wat is jouw fiscale tip? Ondanks dat je van verschillende mensen signalen krijgt dat je je vooral op je studie zou moeten richten en je studie zo snel mogelijk af moet ronden, zou ik studenten willen adviseren om alles uit je studententijd te halen. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat je je studie helemaal naast je neerlegt, maar je plukt er later wel de vruchten van wanneer je wel de tijd neemt om te studeren en ernaast nuttige activiteiten te verrichten. 23 24 deAANSL AG! Fotopagina Luxemburgreis De Luxemburgreis De CT brengt een bezoekje aan het Hof van Justitie van de Europese Unie Door: Agnes Maasen Op donderdag 9 januari heeft een groep enthousiaste CT’ers het voorrecht gehad om een zeer spraakmakende zaak betreffende de grensoverschrijdende fiscale eenheid bij te wonen die voorkwam bij het Hof van Justitie van de Europese Unie. Mede dankzij Prof. dr. P. Kavelaars heeft de R.F.V. Christiaanse-Taxateur dit mogelijk kunnen maken voor studenten. Middels deze weg willen wij nogmaals onze dank uiten aan de heer Kavelaars voor alle moeite die hij heeft gestoken in de organisatie en coördinatie van de reis. Vanwege het feit dat de rechtszaak op donderdag 9 januari om 09:30 uur al voorkwam, is de groep al woensdag 8 januari in alle vroegte richting Luxemburg vertrokken. Om 08:00 uur in de ochtend werden de studenten verwacht bij de Kralingse Zoom om te beginnen aan een vier uur durende reis. Met twee busjes en een personenauto ging de gehele groep op pad richting Luxemburg. Na wat files en verkeersoponthoud onderweg kwamen allen om 12:30 uur aan in het hostel in de stad Luxemburg. Een prachtige, rotsachtige plaats die weinig weg heeft van een grote stad. Door de vele begroeiing, oude panden en robuuste rotsen heerst er in het centrum van de stad de sfeer van een gemoedelijk dorp. Doordat de oude panden op verschillende niveaus zijn gebouwd, krijgt het geheel een extra dimensie. Ook de spoorlijn die over een hoge, oude brug door de stad raast en het grote dal vlak naast het centrum dragen bij aan de dorpse ambiance en de pracht van de stad. Veel tijd was er echter in de middag niet om te genieten van deze bijzondere omgeving, want de studenten werden verwacht bij de Luxemburgse vestiging van Deloitte. Bij Deloitte werden wij onthaald door een uiterst vriendelijke medewerker van Deloitte die ons al te graag meer wilde vertellen over het fiscale stelsel van Luxemburg. Tijdens zijn presentatie kwamen wij erachter dat binnen Luxemburg veel fiscale trucjes mogelijk zijn die in Nederland reeds door wetgeving niet meer zo gemakkelijk uitvoerbaar zijn. Een voorbeeld is het onderbrengen van onroerende goederen in een BV en deze BV vervolgens te verkopen om op die manier overdrachtsbelasting ontwijken. Een andere mogelijkheid om in Luxemburg belastingdruk te verlagen is door een moedermaatschappij een lening te laten verstrekken aan een dochtermaatschappij en op deze manier forse profitshifting te laten plaatsvinden. Duidelijk werd dat in Luxemburg de ethische discussie betreffende de effectieve belastingdruk niet zo heftig wordt gevoerd als in Nederland. Zo is ook de BEPS-discussie (Base Erosion and Profit Shifting) vrijwel niet aan de orde in Luxemburg. Luxemburg heeft in deze discussies, volgens de medewerker van Deloitte Luxemburg, een afwachtende en neutrale houding. Na deze zeer interessante, inhoudelijke middag kreeg men de tijd om wat te ontspannen en door de stad heen te slenteren. Deze vrije tijd werd door eenieder zeer nuttig besteed door na een korte stadswandeling plaats te nemen in een café waar men zichzelf tegoed deed aan een alcoholische versnapering. Rond etenstijd nam men plaats in een Italiaans restaurant waar werd genoten van sappige pizza’s, royale pasta’s, rode en witte slobberwijn onder begeleiding van enthousiaste bediening. Na dit heerlijke diner zijn enkele verstandige studenten richting het hostel gegaan en enkele studenten hebben zich gewaagd aan een drankje in café Urban. Bij dit gezelschap hebben zich twee docenten van Fiscale Economie, heer Robben en heer van Ovost, gevoegd en heeft een rustige doch gezellige borrel plaatsgevonden. Echter, vanwege het feit dat men de volgende dag de rechtszaak bij het Hof zou bijwonen, lag iedereen voor 01.00 uur op bed. De studenten zijn zelfs eerder vertrokken dan de docenten! Duidelijk werd dat iedereen zijn focus had op de rechtszaak van de volgende dag. Voor dag en douw gingen op de verschillende kamers in het hostel wekkers af, omdat iedereen om zeven uur aan het ontbijt werd verwacht. Met ietwat kleine oogjes druppelden de studenten de ontbijtruimte binnen om rond kwart voor 8 te vertrekken naar het Hof van Justitie. Bij aankomst werden wij hartelijk ontvangen door een van de medewerkers van het Hof. Na een intensieve check mochten wij Luxemburgreis Fotopagina het immense gebouw betreden. Door de strakke planning van de organisatie kregen we de mogelijkheid om kort rond te lopen en een aantal rechtszalen te betreden. In de grootste rechtszaal is plek voor 24 linguïsten die tijdens een rechtszaak alles direct vertalen. Omdat bij het Hof van Justitie van de Europese Unie vrijwel alle zaken in meerdere talen worden gevoerd en het belangrijk is dat de belanghebbenden, rechters en geïnteresseerde burgers van EU-lidstaten de rechtszaak kunnen volgen, zijn linguïsten en hun werkzaamheden ontzettend belangrijk voor een goede procesgang. Na deze korte tour kregen we uitleg over de technische aangelegenheid van rechtszaken bij het Hof van Justitie. Zo werd ons onder andere verteld dat de rechters van het Hof periodiek bij elkaar komen om rechtszaken te verdelen. Bij deze verdeling van de rechtszaken wordt geen rekening gehouden met de nationaliteit of achtergrond van de rechters. Het zou dus kunnen voorkomen dat een rechter die afkomstig is uit Duitsland met een civielrechtelijke achtergrond een Nederlandse fiscale zaak moet behandelen. Op het moment dat de zaak wordt besproken door alle rechters, wordt onder andere ook bepaald hoeveel rechters de zaak zullen behandelen, door welke rechters dit wordt gedaan en wie de rapporteur zal zijn. Na deze zeer informatieve sessie werden wij om half tien naar de rechtszaal geleid waar de zitting aanving. De rechtszaak had betrekking op drie vergelijkbare zaken (C-39-41/13). Aan de orde was de vraag of de Nederlandse fiscale eenheidswetgeving verenigbaar is met het EU-recht. Indirect gehouden dochtervennootschappen kunnen namelijk slechts in de fiscale eenheid worden gevoegd wanneer ook de tussenhoudster in de fiscale eenheid is gevoegd. Tevens geldt voor zustermaatschappijen dat zij slechts kunnen worden opgenomen in de fiscale eenheid indien ook de moedermaatschappij deel uitmaakt van de fiscale eenheid. In het geval dat deze verbindende tussenhoudster of moedermaatschappij is gevestigd buiten Nederland, in casu een andere EU-lidstaat, is het niet mogelijk deze in de fiscale eenheid te voegen. Derhalve is het voor bovengenoemde gevallen niet mogelijk een fiscale eenheid te vormen. De belanghebbenden namen het standpunt in dat dit indruist tegen de vrijheid van vestiging dat binnen het EU-recht is geformuleerd. Tevens stelden zij dat de situatie vergelijkbaar is met het arrest Papillon waarin, door het Hof van Justitie van de Europese Unie, werd geoordeeld dat weigering van een dergelijke consolidatie naar Frans recht inbreuk maakt op de vrijheid van vestiging. De zitting werd gestart met de betogen van de vier verschillende belanghebbenden die ieder in eigen bewoording de bovengenoemde standpunten formuleerden. Vervolgens kreeg de Nederlandse staat de gelegenheid om haar standpunt te formuleren. Doordat de zaak dient bij het Europese Hof van Justitie, is Nederland verplicht een afgevaardigde te sturen die werkzaam is bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Dit brengt met zich mee dat de vertegenwoordiger van de Nederlandse staat vaak totaal geen fiscale kennis bezit. In het pleidooi kwam naar voren dat de Nederlandse staat van mening is dat, indien de tussenhoudster niet wordt opgenomen in de fiscale eenheid, de economische verwevenheid van de lichamen niet meer van een dermate omvang is om voeging in de fiscale eenheid te rechtvaardigen. Tevens werd in het betoog gesteld dat het arrest Papillon niet vergelijkbaar is, omdat de Franse consolidatie veel minder vergaand is dan de Nederlandse consolidatie. Na dit betoog kregen deAANSL AG! 25 26 deAANSL AG! Fotopagina Luxemburgreis ook respectievelijk de Duitse en Franse staat de mogelijkheid om een betoog te houden. Elke EU-lidstaat heeft de mogelijkheid voorafgaand aan de rechtszaak opmerkingen in te sturen en tevens een betoog te houden tijdens de zitting. Duitsland en Frankrijk stelden zich op hetzelfde standpunt als Nederland en voerden een vergelijkbaar betoog. Tijdens de pleidooien van Frankrijk en Duitsland werd voor het eerst tijdens de zitting langdurig in een andere taal dan Nederlands gesproken. Ontzettend interessant was het om de linguïsten ‘in actie’ te zien. De snelheid waarmee geluisterd en vertaald werd, is ongelooflijk. Nadat alle partijen gesproken hadden, kregen allen nog de mogelijkheid om op elkaar te reageren. Dit waren kortere betogen met, althans tijdens deze zitting, een klein beetje humor. Vervolgens kregen de rechters de mogelijkheid om vragen te stellen aan de partijen. De rapporteur en advocaat-generaal hebben allebei vragen afgevuurd op de Nederlandse staat. Dit was het moment dat duidelijk werd dat de vertegenwoordiger van de Nederlandse staat weinig fiscale kennis bezat. Zij had zeer veel moeite met de beantwoording van de vragen en moest meerdere malen ten rade gaan bij haar collega’s van het Ministerie van Financiën, die in het publiek zaten. De vragen van de rapporteur en advocaatgeneraal indiceerden dat zij neigden hun mening te vormen ten nadele van de Nederlandse staat. Wat daadwerkelijk de mening van beiden is, is natuurlijk niet bekend. Echter, de advocaat-generaal zal eind februari al haar mening laten blijken in haar conclusies. Na deze vragen werd de zitting gesloten en stond iedereen rond 12:00 uur weer buiten de zaal. Iedereen was zeer enthousiast en uiteraard nieuwsgierig naar de uitspraak van de rechters. Helaas zullen wij hier nog even op moeten wachten. Snel kregen wij nog een korte tour door het gebouw en konden nieuwsgierigen al hun vragen afvuren op de medewerker van het Hof. Wij werden onder andere meegenomen naar de ‘Deliberation Room’, de ruimte waarin alle rechters tezamen vergaderen. Een enorme ruimte met een onbeschrijfelijke hoeveelheid jurisprudentie. Helaas moesten we na deze enerverende ochtend weer terugkeren naar het hostel om alle koffers in te pakken en te vertrekken richting Nederland. Ondanks het vroege opstaan en het lange reizen, spreek ik denk ik namens alle deelnemers als ik zeg dat het een ontzettend leuke en interessante ervaring was! Middels deze weg nogmaals dank aan bestuursleden Floris Evenboer en Emiel de Bok voor de goede organisatie. In het bijzonder dank aan CT-lid Rogier Vermeer die zich hard heeft ingezet om deze reis te laten slagen. Fotopagina Thuis bij deAANSL AG! Thuis bij... Julia Grooten Voor de tweede editie van de Aanslag zijn we thuis bij oudAanslagcommissielid Julia Grooten. Julia is masterstudent Fiscaal Recht en doet dit jaar mee aan de Tax Jurisprudence Program. Naast haar studie heeft ze een passie voor basketbal en geniet ze van haar studententijd. Waar in Rotterdam woon je enhoe ben je aan deze kamer gekomen? In het begin van mijn studententijd heb ik in Rotterdam-Zuid gewoond, tegenover de Maassilo. Daar woonde ik in een mooie grote gerenoveerde kamer. Maar toen ik via een vriendin een iets minder grote kamer in Kralingen kon krijgen, ben ik toch vol enthousiasme verhuisd. Ik woon inmiddels al bijna drie jaar aan de Lambertusstraat boven een misschien wel bekende pizzeria ‘Marco Polo’, altijd handig als je geen zin hebt om boodschappen te doen en te koken. Ik woon hier met drie gezellige meiden. Helaas hebben we geen gezamenlijke woonkamer, maar we eten gezellig samen bij elkaar op de kamer. Wat voor leuke dingen doe je naast je studie? In mijn eerste jaar ben ik lid geworden bij de studentenvereniging Laurentius, nu vier jaar later ben ik uitgeschreven als lid, maar doe ik nog steeds volop leuke dingen met mijn clubgenootjes. Daarnaast ben ik uiteraard lid bij de R.F.V. Christiaanse-Taxateur. Vorig jaar heb ik met veel plezier in de mooie Aanslagcommissie gezeten en dit jaar doe ik mee aan de Tax Jurisprudence Program, wat ik ook een leuke en leerzame ervaring vind. Ook basketbal ik al ongeveer acht jaar. Tijdens mijn studententijd ben ik op een lager niveau gaan spelen, maar nog steeds vind ik het de mooiste sport die er bestaat. Ik heb op de studentenbasketbalvereniging EBV Baros twee jaar geleden een jaar bestuurservaring opgedaan als penningmeester. Hoeveel bedraagt de huur per maand? Ik betaal € 350,- inclusief voor een kamer van 18m2. En de badkamer en keuken hoef ik daarvoor maar met één ander meisje te delen. Wat trekt je het meest aan in je studie? Ik vind Fiscaal Recht vooral interessant omdat het een combinatie is van Rechten en Economie. Ik ben zelf vooral geïnteresseerd in de rechtenkant van de fiscaliteit, welke goed naar voren komt in deze studie. Ik zit inmiddels in mijn master Fiscaal Recht en ik vind het fijn dat de bachelor Fiscaal Recht mij er voldoende op heeft voorbereid. Het verschil is dat er dieper op bepaalde aspecten van de stof wordt ingegaan, wat mij erg aanspreekt. Tijdens mijn bachelor heb ik de mogelijkheid gehad om mijn civiel effect te behalen zodat ik na het afronden van mijn master zowel de adviseurals de advocaatkant op kan. Wat vind je de mooiste plek in Rotterdam? Toen ik nog in Rotterdam-Zuid woonde, vond ik het uitzicht wat je had als je in het donker over de brug fietste indrukwekkend. In de zomer op het terras van Hotel New York waan ik me altijd een beetje op vakantie, dus dat is ook zeker een aanrader! Verder zijn er in Rotterdam genoeg leuke kroegjes om gezellig een biertje te drinken. Hoe zie je jezelf over tien jaar? Ik ben er nog niet helemaal uit of ik adviseur wil worden of toch advocaat. Misschien wil ik na deze master nog een master Strafrecht volgen. Voor mij zitten er mooie dingen aan beide beroepen. Ik kan nu dus moeilijk zeggen waar ik over tien jaar ben. Maar ik hoop dat ik dan met plezier en passie mijn beroep uitoefen. Heb je nog tips voor andere student-fiscalisten om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen? Ik zou zeggen: ‘geniet vooral van je studententijd’. Dit is een tijd om hard te studeren, eventueel stages te lopen of werkstudentschappen te doen, maar ook vooral om je als mens te ontwikkelen en niet alleen als fiscalist. 27 28 deAANSL AG! Nieuwjaarsborrel Nieuwjaarsborrel 9 januari 2014 Nieuwjaarsborrel deAANSL AG! 29 30 deAANSL AG! CT on Ice CT on Ice 10 januari 2014 To be on top of tax you need to be prepared for the unexpected Vaar ook mee met de Meijburg Sail Challenge 2014! Onze jaarlijkse Sail Challenge zal plaatsvinden op 16 mei 2014. Wil jij je individueel of per team inschrijven of meer informatie over dit unieke evenement? Kijk dan op www.waarligtjouwtax.nl en hou onze Facebookpagina in de gaten. © 2014 KPMG Meijburg & Co, belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen, staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 53753348 en maakt deel uit van KPMG International Cooperative (“KPMG International”), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. 32 deAANSL AG! Tax Jurisprudence Program Tax Jurisprudence Program sessie Formeel Belastingrecht Tax Jurisprudence Program sessie Loonbelasting i.s.m. Tax Jurisprudence Program sessie Omzetbelasting i.s.m. Tax Jurisprudence Program i.s.m. De Bont Advocaten 20 november 2013 Belastingdienst 11 december 2013 BDO 5 januari 2014 deAANSL AG! 33 34 deAANSL AG! Speciaal Fiscaal Speciaal Fiscaal Door: Cindy Steentjes Paspoort Naam: Patrick van de Werken Leeftijd: 20 jaar Studio: Tweedejaars Fiscaal Recht Topsport: Schaatsen Wanneer ben je begonnen Patrick van de Werken is een Vertel eens iets over de met schaatsen? tweedejaars Fiscaal Recht student studentenschaatsvereniging? met vijf andere studenten, waaron- Toen ik ongeveer zeven was, dus dat is al en volgt tevens nog de opleiding Samen der een aantal oude ploeggenoten van mij, een tijdje geleden. Voordat ik begon vond ik Rechtsgeleerdheid in deeltijd. Hij hebben we de schaatsvereniging E.S.S.V. het al heel leuk om te schaatsen, maar het heeft echter ook een serieuze hob- Alcedo (via Erasmus Sport) opgericht. Wij was uiteindelijk het idee van mijn moeder tevens in het bestuur van de vereni- om mij schaatsles te laten volgen. Dit met by daarnaast: schaatsen. Trainen zitten ging. We geven training aan studenten op de gedachte om mij te leren niet te vallen en deelnemen aan wedstrijden is de woensdag en de vrijdag op de schaats- op natuurijs. wat hij regelmatig doet naast zijn baan bij Leonidas. Wat voor prijzen heb je behaald? studie en hij heeft ondertussen al Kun je wat meer vertellen over Ik ben wel vaker gewestelijk kampioen geaardig wat resultaten behaald. worden, in dit geval van Brabant-ZeelandWaarom heb je voor Fiscaal Recht gekozen? Om eerlijk te zijn, wilde ik eerst Geneeskunde gaan studeren. Helaas werd ik uitgeloot voor de studie en had ik geen zin om dan ook nog een soortgelijke studie te doen; het is dan toch niet honderd procent wat ik wil. Daarna ben ik verder gaan zoeken en toen ben ik op Fiscaal Recht uitgekomen, aangezien ik naast Geneeskunde ook de financiële kant leuk vind. De combinatie van rechten en het fiscale aspect trekt mij erg aan. Livestrong? Naast mijn studie ben ik ook actief voor Livestrong. Dit is een organisatie die geld inzamelt voor de strijd tegen kanker. Daarnaast vindt de organisatie het belangrijk om mensen bewust te maken van de problematiek rond kanker. Op evenementen (vaak wielrenevenementen) worden dan ook de bekende gele bandjes verkocht en wordt er aan mensen informatie verstrekt, onder andere door mij. Hoe combineer je het schaatsen met je studie? In totaal train ik zes keer per week waarvan Hoe ziet jouw studentenleven eruit? ik drie keer bezig ben met schaatsen en de Waarschijnlijk niet zoals het er bij de meeste studenten uitziet. Eigenlijk train ik bijna elke dag op de schaatsbaan of ergens anders om aan mijn conditie te werken. Daarnaast sta ik nog weleens vrijwillig op evenementen voor Livestrong, ben ik actief in het bestuur van een studentenschaatsvereniging. en studeer ik Fiscaal Recht voltijd en Rechten deeltijd. andere drie trainingen bestaan vooral uit fitness en fietsen om mijn conditie bij te houden. Het voordeel is dat ik maar drie dagen colleges heb en door de onderwijsgroepen hoef ik alleen in de ochtend naar de universiteit toe. Limburg omdat ik in Breda train. Daarnaast ben ik afgelopen jaar op het Nederlands kampioenschap supersprint, waar ongeveer twintig junioren van mijn leeftijdscategorie aan mee mogen doen, vierde geworden. Sinds 2009 doe ik al mee aan deze kampioenschappen. Je moet aan bepaalde limiettijden voldoen tijdens de trainingswedstrijden om deel te kunnen nemen aan de selectiewedstrijden die je vervolgens een plaatsing kunnen opleveren bij de Nederlandse kampioenschappen. Sinds dit jaar behoor ik tot de neosenioren, een andere leeftijdscategorie, waarbij ik de deelnamen aan de kampioenschappen helaas net niet heb gehaald. Hoe ben je zo ver gekomen? In het begin was het meer een hobby voor op de zaterdagochtend. Vanaf mijn dertiende vonden er selecties plaats en ben ik serieus begonnen met veel trainen. Heel veel trainen, veel discipline hebben en goed plannen zijn een aantal voorwaarden om ver te kunnen komen. Naast de reguliere Speciaal Fiscaal trainingen gaan we ook drie keer per jaar op trainingskamp. Eén keer blijven we in Nederland en gaan we naar de Drunense duinen om daar te mountainbiken en te werken aan kracht en conditie. Daarnaast gaan we nog twee keer naar Duitsland. Meestal gaan we twee keer naar Erfurt om daar wedstrijden te rijden en om te trainen op het ijs. Dit jaar gaan we echter ook nog naar Inzell. De omstandigheden zijn daar beter om wedstrijden te schaatsen, dus verwachten we daar snellere tijden. Zie jij jezelf over tien jaar nog steeds fanatiek op de schaatsbaan staan? Ik ben bang van niet. Op een gegeven moment moet je een keuze maken tussen studie en sport, dan vind ik studie toch belangrijker. Als je je echt volledig op het schaatsen wilt richten, moet je ten eerste naar Heerenveen verhuizen, want daar speelt het hele schaatsleven zich af. De meesten trainen daar twee keer per dag op het ijs. Dan zet je toch je studie op een lager pitje, waardoor je er waarschijnlijk veel langer over doet of het zelfs helemaal niet haalt. En er zijn uiteindelijk maar weinig schaatsers die de top halen. Als je in een gemiddelde klasse zit, kost het je bijna meer dan dat het je oplevert. deAANSL AG! 35 36 deAANSL AG! De Stelling Stelling: Jongeren kunnen beter uit het huidige pensioenstelsel stappen en hun eigen pensioen beheren Onze pensioenen staan onder druk en we maken ons er steeds meer zorgen over. Pensioenfondsen kunnen niet meer garanderen dat we krijgen wat ons is beloofd. Het recht op een goede oude dag is altijd vanzelfsprekend geweest, maar dat lijkt nu te veranderen. Het pensioen blijkt nu minder waard. De jongere generaties moeten langer werken, betalen meer pensioenpremies en zullen op oudere leeftijd een veel lager pensioen ontvangen. Dit terwijl pensioengerechtigden steeds langer leven en pensioen genieten waar zij geen pensioenpremie voor betaald hebben. Hebben jongeren straks wel een appeltje voor de dorst voor hun oude dag of is de pensioenpot straks leeg? Erik Ros, docent Fiscaal Recht In ons huidige pensioenstelsel betalen alle deelnemers in een pensioenregeling dezelfde premie (doorsneepremie), waardoor volgens het CPB jongeren meebetalen aan de opbouw van het pensioen van ouderen. Het systeem van de zogenoemde doorsneepremie stamt uit de tijd dat de meeste mensen hun hele leven dezelfde baan hadden. Dat systeem werkte toen wel eerlijk, maar functioneert in de huidige tijd niet meer, omdat jongeren vaker van baan wisselen (dus ook van pensioenfonds) of ze worden zzp-er. Daardoor bouwen ze minder pensioen op. Het gevolg van de nadelen voor jongeren is dat het draagvlak onder het pensioenstelsel wordt ondermijnd. Om het huidige pensioensysteem toekomstbestendiger te maken, vind ik dat werknemers en zzp-ers verplicht moeten worden gesteld om voor hun pensioen te sparen. Daarbij moet de keuze voor de pensioenuitvoerder waar zij de pensioenspaarpot onderbrengen vrij zijn. Het pensioengeld moet dan collectief belegt worden en de beleggingsstrategie zal moeten worden afgestemd op de leeftijd van de deelnemer. Hoe ouder de deelnemer, hoe minder risico’s er worden genomen. Oudere deelnemers hebben immers minder tijd om eventuele tegenvallers op te vangen. De kosten die de uitvoerder rekent, moeten eveneens transparant zijn. Ik realiseer dat de overgang naar zo’n pensioenstelsel veel vragen en overgangsproblemen oproept. Uitgangspunt moet echter blijven om zo veel mogelijk de balans tussen solidariteit en individuele keuzes te waarborgen. Olof Scholtes, masterstudent Fiscale Economie Volgens mij zijn veel werknemers verplicht deel te nemen aan een pensioenregeling en kunnen alleen gemoedsbezwaren ten alle tijden vrijstelling krijgen. Het huidige systeem zit echter wel vreemd in elkaar. Aan de ene kant wordt er veel gespaard voor de oude dag terwijl er aan de andere kant wordt geleend voor het kopen van een huis. Ik ben absoluut geen pensioenexpert maar op het eerste gezicht lijkt het mij een vreemde constructie. Het geld dat gebruikt wordt om een pensioenaanspraak op te bouwen, zou ook gebruikt kunnen worden om de eigen woning te financieren. Op deze manier bouw je ook vermogen op voor de oude dag.’ Janwillem den Hollander, masterstudent Fiscale Economie Door de babyboom, kort na de tweede oorlog, zijn we nu - 69 jaar later - in een periode beland waarbij enorm veel ouderen met pensioen gaan. Hierdoor hebben pensioenfondsen het lastig om aan de pensioenverplichtingen te kunnen voldoen en heeft het kabinet meerdere maatregelen moeten nemen. Het probleem vindt zijn oorsprong in het feit dat de pensioenpremies die wij betalen niet direct zijn bestemd om in onze eigen latere pensioenuitkeringen te voorzien, maar om de pensioenuitkeringen te kunnen voldoen van de huidige pensioengerechtigden. Het klinkt daarom in eerste instantie niet vreemd in de oren om zelf voor je pensioen te sparen. Echter ben ik van mening dat dit enorm veel complicaties met zich meebrengt. Wat als we langer leven dan gemiddeld? Het potje raakt op den duur toch echt op. Moet je dit risico dan weer extern gaan verzekeren? Dit probleem heb je niet als je bij een pensioenfonds zit. Als mensen te veel gaan sparen, zou dit slecht zijn voor de economie. En is het merendeel van de burgers wel capabel genoeg om zelf voor hun pensioen te sparen? Moet het dan niet streng gereguleerd worden? Dit is zomaar een korte samenvatting van problemen waar we tegen aan zouden lopen. Ik ben het daarom niet eens met de stelling. Ik denk dat er zoveel complicaties optreden dat het merendeel van de bevolking beter af is met het huidige stelsel en dat de gemiddelde burger tegen zich zelf beschermd moet worden. Sparen voor het pensioen moet gewoon gedaan worden door mensen die er - naar je mag aannemen - verstand van hebben. De Stelling deAANSL AG! Max Oosterbaan, masterstudent Fiscale Economie Hoewel de collectieve pensioenfondsen op dit moment inderdaad onder druk staan, ben ik van mening dat een pensioen in eigen beheer niet de oplossing biedt. Het collectief zorgt er in mijn ogen voor dat de ‘schade’ beperkt blijft. Zo wordt het beleggingsrisico gespreid. Daardoor zal naar verwachting een hoger netto rendement worden behaald dan beleggen met een eigen portefeuille. Dat vangt, mijns inziens, het gat dat ontstaat door de vergrijzing en de stijgende levensverwachting deels op. Daarnaast leert de geschiedenis mij dat de politiek koopkracht vergrotende maatregelen zal treffen als de waarde van de (collectieve) pensioenen te veel dalen. Naar mijn mening zal tevens een pensioen in eigen beheer minder opbrengen door de rekenrente die gehanteerd dient te worden. David van der Linden, eerstejaars Fiscale Economie In 1960 was de grijze druk (aantal gepensioneerden gedeeld door aantal personen van 20-65 jaar) gelijk aan 16,8%. In 2012 bedroeg deze 26,8%[1]. Dit gegeven vormt de grootste dreiging voor het Nederlandse pensioenstelsel, omdat het een omslagstelsel is. Dat wil zeggen dat diegene die nu werken betalen voor de AOW uitkering die nu ontvangen worden. Dit lijkt verdacht veel op een zogeheten “Ponzi Scheme” of pyramidesysteem, maar met het verschil dat de Nederlandse staat deze zal steunen en subsidiëren. Echter, de Nederlandse staat is onbekwaam; hij heeft al moeite met het in bedwang houden van het financieringstekort, laat staan dat er schulden afgebouwd worden. Deze situatie geldt voor de meeste landen in Europa. Hierdoor zal de ECB net als de Fed en BoE kwantitatieve versoepeling toe gaan passen (sterker nog, het fenomeen wordt al toegepast in de vorm van “debt monetisation”), hetgeen gepaard gaat met ultra lage rentes. De gemiddelde disconteringsvoet voor Nederlandse pensioenfondsen is 4 á 5%[2]. Om dit rendement nog te kunnen behalen en daarmee ook een voldoende dekkingsgraad te behouden zullen pensioenfondsen risicovoller moeten beleggen, of zich de werkelijkheid schoner voorstellen dan zij is. Mijn conclusie is dat jongeren er inderdaad verstandig aan doen zich van hun eigen pensioenen te voorzien. Men investeert niet in een “Ponzi Scheme”, dus ook niet in die van de staat. Dat de traditionele spaarmiddelen zoals goud en zilver straks nog zullen bestaan is zeker, maar hoelang men nog onaflosbare valuta kan inwisselen tegen harde valuta is, op z’n zachts uitgedrukt, onzeker. Jia Xin Ma, tweedejaars Fiscaal Recht De stelling stelt dat jongeren beter zelf, individueel, hun eigen pensioen moeten beheren. Is dit echt wat we willen? Mijns inziens zou dit geen verstandige keuze zijn. Dit zou namelijk betekenen dat jongeren ieder voor zich zijn/haar pensioen zou moeten plannen en zelfstandig daarvoor moet gaan sparen. Ten eerste twijfel ik aan de bereidheid van de meeste jongeren om al vroeg te beginnen met sparen voor hun pensioen. Immers, het duurt nog ruim 40 jaar voordat zij met pensioen gaan. ‘Genoeg tijd joh’ zal waarschijnlijk de mentaliteit zijn onder sommige jongeren. Hierdoor kunnen zij op hun dertigste, dan wel veertigste levensjaar of later pas beseffen dat zij nog hun volledige pensioen moeten gaan opbouwen. Dit is veel te laat en moet voorkomen worden. Daarnaast is er ook nog een groep jongeren die wel bereid is om alvast over zijn pensioen na te denken en te gaan sparen. Echter, weten zij voldoende van toekomstige ontwikkelingen om goed geïnformeerde, rationele keuzes te maken waar zij op hun oude dag nog comfortabel van kunnen leven? Een doorsnee persoon zal hier hoogstwaarschijnlijk onvoldoende van af weten om een goede beslissing te maken. Een stormvloed bij de adviseurs en beleggers die een individueel plan moet opmaken voor het pensioen van zijn cliënt zou het gevolg zijn. Dit klinkt (en is waarschijnlijk) ook zeer inefficiënt. Daarnaast hebben sommige mensen geen toegang tot een dure adviseur die zij zelf moeten betalen. Bij het huidige pensioenstelsel wordt het plan van aanpak echter redelijk centraal bij het pensioenfonds zelf geregeld voor de groep mensen die bij het desbetreffende pensioenfonds zijn aangesloten. Ik ben meer geneigd om te denken dat de oplossing niet ligt bij de individualisering van het pensioen maar juist in een wijziging van het bestaande pensioenstelsel. Het zou niet bepaald verantwoordelijk zijn om mensen ‘aan hun lot’ over te laten wat betreft hun oudedagsvoorziening 37 38 deAANSL AG! Column / Winnaar Prijsvraag / Agenda Column Hoe omgaan met ouderen? Zaterdag na de jaarwisseling ging ik tezamen met een vriend op bezoek bij een oud-collega in een verzorgingstehuis. In de lift troffen we een op leeftijd zijnde man aan met een blindegeleidestok. De KNGF-hond ontbrak. Aangezien het vlak na Oud & Nieuw was hielden we er serieus rekening mee dat de hond ten prooi was gevallen aan de blaas-een-huisdier-op-met-een-rotje-debiel uit Amersfoort. Maar goed, dat ter zijde. We stapten de lift uit op de eerste verdieping. De man bleef wachten tot de tweede verdieping zich zou aandienen. In een in en in triest zaaltje, die door de verpleegsters ‘woonkamer’ werd genoemd, vonden we onze oud-collega. Tranen van geluk dat wij haar kwamen opzoeken sprongen in haar ogen. ‘Uiteraard komen we u opzoeken’, zeiden we haar. Zij vond het geen vanzelfsprekendheid en vroeg of we het niet als een verplichting zagen. Ze wilde ons namelijk niet tot last zijn. Daarover gesproken, ik las laatst een artikel over dat ouderen zich een last van de samenleving voelen. Het artikel wist te melden dat een oude opvatting uit het oude Griekenland - waar die last tevens werd gevoeld - inhield, dat je na je zestigste levensjaar zelfmoord moest plegen door van een brug te springen. Tamelijk vergaande maatregel om de kosten van de vergrijzing een halt toe te roepen zou je denken. De regering heeft in het kader van de wiedergutmachung maatregelen genomen. Zo krijg je als dode Griek nog jaarlijks een uitkering overgemaakt, als je naaste jouw overlijden niet doorgeeft. Een land met naar verluidt een kleine 11 miljoen inwoners blijkt wellicht een veel kleiner aantal inwoners te hebben. Zou dit in Nederland ook het geval zijn en hebben we eigenlijk geen last van vergrijzing, maar ‘slechts’ van een paar ‘levend gewaande’ ouderen? Ouderen doen er zelf in ieder geval aan mee. Zo vergat een Rotterdamse te melden dat zij was overleden en ontving zodoende onterecht 120.000 euro aan AOW. Gelukkig vorderde de Sociale Verzekeringsbank het geld terug, meldden de kranten een week later. Opheldering over waarom niemand de vrouw had gemist bleek een week na het nieuwsbericht niet meer relevant. Terug naar het zaaltje in het verzorgingstehuis. De kar met eten werd binnengereden. Op het menu: tot moes gekookte aardappelen, slapgekookte sperziebonen en een tot baseball gebakken gehaktbal op een bedje van vergeten groente. ‘Vergeten groente?’, vroeg mijn collega. ‘Ja, wat spitskool die we tweede kerstdag zijn vergeten te serveren’, zei de verpleegster vriendelijk. Zo namen we na een bezoek van een half uur afscheid zodat ze rustig kon eten met haar medebewoners. Op weg naar de uitgang troffen we in de lift dezelfde man met zijn blindegeleidestok. Zijn we blind voor de huidige omgang met ouderen? Martijn Schippers Masterstudent Fiscaal Recht & Bedrijfsrecht Winnaar Prijsvraag Het goede antwoord was: “124 kikkertjes”. De winnaar van Aanslag 2 is Astrid Hamers. Astrid heeft een werelds 3-gangen keuzediner voor 2 personen gewonnen bij Eetcafé Panorama. Agenda Februari 2014 12 februari: Wettenbundelborrel i.s.m. Loyens & Loeff 18 februari: Kantoorbezoek Grant Thornton Maart 2014 06 maart: Diesfeest 10 maart: Kantoorbezoek Mazars 12 maart: Tax Jurisprudence Program i.s.m. Grant Thornton 31 maart: Kantoorbezoek Accon avm sessie DGA-problematiek April 2014 9 april: Tax Jurisprudence Program sessie Douane i.s.m. Deloitte Naast bovenstaande activiteiten zullen er nog diverse andere activiteiten en borrels worden georganiseerd. Houd daarom onze website, www.christiaanse-taxateur.nl, goed in de gaten voor updates en eventuele wijzigingen! Ben je derde- of vierdejaars rechtenstudent met ambitie. Schrijf je dan in voor de 10e editie van onze vijfdaagse masterclass STBB2NY. Deze zal van 6 tot en met STBB2NY 12 mei 2014 op ons kantoor in New York plaatsvinden. Daar pak je tijdens workshops samen met ons zaken aan binnen een breed scala van rechtsgebieden en leer je onze internationale rechtspraktijk beter kennen. En natuurlijk laat je de stad zelf ook niet links liggen. Kortom, vijf dagen ‘work hard, play hard’ in New York. Zorg dat je 1 mei 2014 ook vrij houdt in je agenda, want dan vindt de kick-off plaats op ons kantoor in Amsterdam. Je kunt je tot en met 9 maart 2014 aanmelden via onze website www.werkenbijstibbe.nl 10 We want to build a better working world — for you and with you. Because we employ some of the world’s best talent, your career will be enriched by the EY experience — no matter when you join us or how long you stay. Why not start now? Visit ey.nl/carriere. © 2013 EYGM Limited. All Rights Reserved. A better working world stArts with you.
© Copyright 2024 ExpyDoc