standplaats A4 A3 A2+A1 B C D totaal - Nuod

infovergaderingen
NUOD
februari 2013
Kanteling 3
Infovergaderingen K3
06-02-2014
Antwerpen
07-02-2014
Mechelen
11-02-2014
Brussel
12-02-2014
Hasselt
12-02-2014
Kortrijk
programma

Korte historiek [9.00 – 9.05]

Basisprincipes kanteling 3 [9.05 – 9.15]

Incompetitiestelling per entiteit

Stafdienst personeel [9.15-9.20]

Stafdienst logistiek [9.20-9.25]

Algemene administratie BBI [9.25-9.30]

Algemene administratie patrimoniumdocumentatie [9.30-10.00]

Algemene administratie Inning en invordering [10.00-10.30]

Algemene administratie Douane en Accijnzen [10.30 – 11.00]

Sociaal begeleidingsplan [11.00 – 11.15]

Vragen [11.15 - …]
Korte historiek


Kanteling 1 = personeel uit voorlopige cel naar nieuwe entiteiten
= toewijzen personeel aan entiteiten
September 2013

Kanteling 2 = fase 2 van de nieuwe loopbaan niveau A

Kanteling 3 = personeel virtueel overhevelen van huidige diensten naar toekomstige
diensten (= coperfin 2.0) via het kiezen van standplaatsen
Januari – februari
2014

Operationalisering = personeel uit huidige diensten effectief in nieuwe diensten
samenbrengen
2014 - 2015
Kanteling 3

voor die entiteiten die meerdere standplaatsen kennen

via keuze standplaatsen

dienstorder gepubliceerd BS 22-1-2014

AA fiscaliteit: in de loop van februari

Enkel voor statutaire personeelsleden (contractuele volgen later)

= virtuele operatie
operationalisering volgt later (afhankelijk
van de entiteit // eventueel gefaseerd)
Hoe postuleren ?

Via elektronische weg

My P&O

Onthaalpagina = scherm 1

kanteling
keuze kanteling 3

Meldt de algemene administratie of stafdienst waar U aan werd toegewezen

Kennisname kantelingsregels en gevolgen bevestigen
Scherm 2

Standplaats waar U voorrang hebt wordt vermeld (in uw standplaats wordt nieuwe
dienst opgericht

Standplaatsen waar U voorrang voor heeft (= 3 DBS) (in uw standplaats wordt geen
nieuwe dienst opgericht)

Keuze maken tussen standplaatsen

Scherm 3: bevestiging keuze

! Voor 21-2-2014 !
Hoe geschiedt toewijzing ?

Per niveau: D – C – B

In niveau A: per klasse behalve klasse A1 en A2 die samengevoegd worden

Indien er meer kandidaten dan betrekkingen zijn : via anciënniteitsregels

Twee prioriteitsregels

Één engagement van Hans D’Hondt (echter niet opgenomen in de
dienstorders)
Anciënniteitsregels niveau D
1.
Grootste niveauanciënniteit
2.
Niveauanciënniteit gelijk  grootste dienstanciënniteit
3.
Dienstanciënniteit gelijk  oudste
Niveauanciënniteit wordt verhoogd met: niveauanciënniteit verworven in niveau
4
Ps: bij de integratie niveau 4 en 3  niveau D in 2002 behield enkel niveau 3 haar graaden niveauanciënniteit
Anciënniteitsregels niveau C
1.
Grootste niveauanciënniteit
2.
Niveauanciënniteit gelijk  grootste dienstanciënniteit
3.
Dienstanciënniteit gelijk  oudste
Niveauanciënniteit wordt verhoogd met:

- graadanciënniteit die, als assistent bij financiën (niveau 3) + bezoldigd in weddeschaal 30S2 of
30S3

- graadanciënniteit verworven als sectiechef bij financiën (rang 32); hoofddouanebeambte (rang
34); - hoofdfinanciebeambte (rang 34); leidend tekenaar bij het kadaster (rang 34); sectiechef der
accijnzen (rang 35); luitenant der douane (rang 35); adjunct-chef van de dienst der inkohieringen
(rang 35); chef van de dienst der inkohieringen (rang 35).
Ps: bij de integratie niveau 3 en 2  niveau C in 2002 behield enkel niveau 2
haar graad- en niveauanciënniteit
Anciënniteitsregels niveau B
1.
Grootste niveauanciënniteit
2.
Niveauanciënniteit gelijk  grootste dienstanciënniteit
3.
Dienstanciënniteit gelijk  oudste
Anciënniteitsregels niveau A, klasse A1
+ A2
1.
Grootste klasseanciënniteit
2.
Niveauanciënniteit gelijk  grootste dienstanciënniteit
3.
Dienstanciënniteit gelijk  oudste
Klasseanciënniteit A2 wordt gecumuleerde anciënniteit in de klassen A1 en A2
Anciënniteitsregels niveau A, klasse A3
1.
Grootste klasseanciënniteit
2.
Niveauanciënniteit gelijk  grootste dienstanciënniteit
3.
Dienstanciënniteit gelijk  oudste
Klasseanciënniteit A3 wordt verhoogd met:
-
Niveauanciënniteit als: eerstaanwezend inspecteur bij een fiscaal bestuur,
eerstaanwezend inspecteur - dienstchef bij een fiscaal bestuur, eerste
attaché van financiën
-
Graadanciënniteit als: hoofdcontroleur bij een fiscaal bestuur, ontvanger A,
adjunct-commissaris bij een aankoopcomité, directiecontroleur bij een
aankoopcomité, comptabiliteitsinspecteur bij een fiscaal bestuur, …
Prioriteitsregel 1

Prioriteit op standplaats waar men werkt



Voorwaarden:

enkel indien eerste plaats bij AI

voor zover er voldoende betrekkingen voorzien zijn
Brussel: keuze tussen centrale diensten of buitendiensten (men behoudt in
beide situaties prioriteit Brussel)
OPGELET: personeel prioriteitsregel 1 postuleert dezelfde standplaats
personeel prioriteitsregel 2: samen gerangschikt op anciënniteit
Prioriteitsregel 2

Prioriteit op drie dichtst bijzijnde standplaatsen (DBS) wanneer huidige
standplaats verdwijnt

Voorwaarden:

standplaats verdwijnt definitief // geen enkele betrekking binnen mijn niveau/klasse
voorzien in mijn huidige standplaats // wisselen van entiteit via K1: geen dienst meer
in huidige standplaats

voor zover er voldoende betrekkingen voorzien zijn in de drie DBS

OPGELET: personeel prioriteitsregel 2 postuleert dezelfde standplaats
personeel prioriteitsregel 1: samen gerangschikt op anciënniteit

Welke zijn drie DBS: tabel wettelijke afstanden, zie My P&O
Engagement Overheid

De Overheid verzekert dat personeelsleden niet worden benadeeld door de
toepassing van artikel 11, wanneer zij louter op grond van de
anciënniteitsregels vervat in het besluit K3 batig gerangschikt zouden zijn
geweest voor een standplaats.
Dit betekent dat diegenen die op basis van hun kantelingsanciënniteit het
recht op aanduiding zouden gehad hebben, maar door toepassing van de
voorrangsrechten van art. 11 niet in aanmerking komen, in overtal zullen
worden aangeduid;

Art. 11 = prioriteitsregels
Voorrangsregels en engagement
voorbeeld 1: 7 betrekkingen vacant te Hasselt (1)
Houthalen – Helchteren (vragen Hasselt als DBS)
Hasselt (wensen te blijven)
1 40 jaar
Voorrang behoud SP
6
38 jaar
Voorrang Hasselt DBS
2 35 jaar
Voorrang behoud SP
7
32 jaar
Voorrang Hasselt DBS
3 30 jaar
Voorrang behoud SP
8
27 jaar
Voorrang Hasselt DBS
4 25 jaar
Voorrang behoud SP
9
18 jaar
Voorrang Hasselt DBS
5 20 jaar
Voorrang behoud SP
Vanuit andere standplaatsen Hasselt gevraagd
10
Antwerpen
8 jaar
Geen voorrang
11
Brussel
42 jaar
Geen voorrang
12
Leuven
31 jaar
Geen voorrang
13
Tienen
29 jaar
Geen voorrang
Voorrangsregels en engagement
voorbeeld 1: 7 betrekkingen vacant te Hasselt (2)
1
2
3
4
5
6
7
toewijzing volgens regels KB
1
40 jaar voorrang behoud SP
6
38 jaar
voorrang DBS
2
35 jaar voorrang behoud SP
7
32 jaar
voorrang DBS
3
30 jaar voorrang behoud SP
8
27 jaar
voorrang DBS
4
25 jaar voorrang behoud SP
toewijzing volgens anciënniteit
1
11
42 jaar
2
1
40 jaar
3
6
38 jaar
4
2
35 jaar
5
7
32 jaar
6
12
31 jaar
7
3
30 jaar
Voorrangsregels en engagement
voorbeeld 1: 7 betrekkingen vacant te Hasselt (3)
weerhouden
1
1
40 jaar
Voorrang behoud SP
2
6
38 jaar
Voorrang DBS
3
2
35 jaar
Voorrang behoud SP
4
7
32 jaar
Voorrang DBS
5
3
30 jaar
Voorrang behoud SP
6
8
27 jaar
Voorrang DBS
7
4
25 jaar
Voorrang behoud SP
42 jaar
Brussel: geen voorrang: bovental wegens anciënniteit
31 jaar
Leuven: geen voorrang: bovental wegens anciënniteit
Voorrangsregels en engagement –
voorbeeld 2 – 6 betrekkingen te begeven
Standplaats Brugge voor entiteit X – medewerkers niveau C
1
40 jaar
Voorrang SP Brugge
2
38 jaar
Voorrang SP Brugge
3
36 jaar
Voorrang SP Brugge
4
35 jaar
Voorrang SP Brugge
5
32 jaar
Voorrang SP Brugge
6
31 jaar
Voorrang SP Brugge
7
30 jaar
Voorrang SP Brugge
8
29 jaar
Voorrang SP Brugge
alle medewerkers vragen Brugge als eerste standplaats
Geen andere prioriteiten: 7 en 8 worden niet behouden in Brugge ook niet in bovental
Eventueel in bovental: medewerkers van andere standplaatsen met meer dan 31 jaar
anciënniteit voor zover ze bij eerste 6 komen te staan regeling anciënniteit
Voorrangsregels en engagement –
voorbeeld 2 – 6 betrekkingen te begeven
Standplaats Gent – 10 betrekkingen niveau C
7
15 jaar
Voorrang DB SP
8
14 jaar
Voorrang DB SP
9
12 jaar
Voorrang SP Gent
10
6 jaar
Voorrang SP Gent
bovental
30 jaar
geen voorrang plaats 7 Brugge)
bovental
29 jaar
geen voorrang (plaats 8 Brugge)
Wat is uw administratieve standplaats

= gemeente, stad waarin men tewerkgesteld is op grond van:

Dienstaanwijzing of mutatie

Benoeming

Detachering of terbeschikkingstelling (oude organiek reglement)

Op 1.12.2013

Na 1.1.2012 ambtshalve standplaatsverandering = vorige standplaats
Incompetitiestelling per entiteit
 Stafdienst
personeel
 Stafdienst logistiek
 Algemene administratie BBI
 Algemene administratie
patrimoniumdocumentatie
 Algemene administratie Inning en
invordering
 Algemene administratie Douane en Accijnzen
Stafdienst Personeel
AI K3
AI K3 – stafdienst personeel
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan stafdienst personeel kunnen standplaats(en)
kiezen

Weinig gedecentraliseerde betrekkingen !
AI K3 – stafdienst personeel
vergelijking K1 met K3
Personeel
K1
K3
verschil
A4
6
6
0
A3 A2+A1 B
54 104 229
49 109 208
5
-5
21
C
242
192
50
D Totaal
92 727
57 621
35 106
AI K3 – stafdienst personeel
vergadering 28-1-2014

Alle administratieve processen worden gecentraliseerd in Brussel

Takenpakket in provincies: begeleiding en ondersteuning, geen dossiers meer

Operationalisering :


Voor de zomer (1/5 ?)

Afhankelijk of nog een incompetitiestelling nodig is voor contractuele
medewerkers
Personeel dat in K1 gekozen heeft voor een andere entiteit mag vertrekken
vanaf 1-2
AI K3 – stafdienst personeel
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Antwerpen
0
0
0
7
2
0
9
Brugge
0
0
1
3
2
0
6
Brussel – centrale diensten
6
49
101
144
173
57
530
Brussel – buitendiensten
0
0
6
27
6
0
39
Gent
0
0
0
7
2
0
9
Grimbergen
0
0
0
1
0
0
1
Hasselt
0
0
0
2
0
0
2
Kapellen
0
0
0
1
0
0
1
Stafdienst logistiek
AI K3
AI K3 – stafdienst logistiek
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan stafdienst logistiek kunnen standplaats(en)
kiezen
AI K3 – stafdienst logistiek
vergelijking K1 met K3
Logistiek
K1
K3
verschil
A4
3
3
0
A3 A2+A1 B
17
44 114
17
44 113
0
0
1
C
190
202
-12
D Totaal
232 600
211 590
21
10
AI K3 – stafdienst logistiek
vergadering 28-1-2014

Criterium voor verdeling personeel = werkvolume en aantal medewerkers
AI K3 - Stafdienst logistiek
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Aalst
0
0
0
0
1
1
2
Antwerpen
0
0
3
4
17
16
40
Brasschaat
0
0
0
1
2
1
4
Brugge
0
1
1
2
5
2
11
Brussel – centrale diensten
3
11
34
49
29
23
149
Brussel – buitendiensten
0
0
2
11
19
94
126
Dendermonde
0
0
0
0
0
1
1
Geel
0
0
0
1
0
1
2
Gent
0
1
1
10
29
17
58
Halle
0
0
0
0
1
1
2
Hasselt
0
1
0
2
7
2
12
Ieper
0
0
0
0
1
1
2
Kortrijk
0
0
0
1
1
4
6
Leuven
0
0
1
2
6
0
9
AI K3 - Stafdienst logistiek
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Lier
0
0
0
0
2
3
5
Mechelen
0
0
0
0
5
2
7
Oostende
0
0
0
1
0
2
3
Oudenaarde
0
0
0
0
1
1
2
Overpelt
0
0
0
1
0
1
2
Roeselare
0
0
0
0
0
2
2
Sint Niklaas
0
0
0
1
3
0
4
Tienen
0
0
0
0
1
0
1
Tongeren
0
0
0
0
4
1
5
Turnhout
0
0
0
1
0
1
2
Vilvoorde
0
0
0
0
1
1
2
BBI
AI K3
AI K3 BBI
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan algemene administratie BBI kunnen
standplaats(en) kiezen

Er verdwijnen geen standplaatsen
AI K3 BBI
vergelijking K1 met K3
BBI
K1
K3
verschil
A4
1
17
-16
A3 A2+A1 B
135 223
192
125 224
183
10
-1
9
C
44
28
16
D Totaal
18
613
11
588
7
25
AI K3 BBI
vergadering 28-1-2014

Vandaag 629 medewerkers, to be eind 2015 = 588, streefdoel = echter 729

41 te weinig (K3 vgl huidig aantal)
gepensioneerden
zie ook tabel verder

Satellietwerk wordt voorzien in alle standplaatsen
80 potentieel
AI K3 BBI
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Antwerpen
3
22
41
18
3
2
89
Brugge
0
3
7
11
1
0
22
Brussel – centrale diensten
2
8
11
11
2
1
35
Brussel - buitendiensten
6
39
80
60
8
2
195
Gent
3
22
36
28
4
2
95
Hasselt
0
3
7
11
1
1
23
AI K3 BBI
Aantal personeelsleden
thans
K3
Potentieel
gepensioneerden
Aantal
werkposten
Antwerpen
90
89
14
101
Brugge
29
22
7
27
Brussel centrale diensten
35
35
6
Brussel buitendiensten
202
195
20
Gent
95
95
13
101
Hasselt
22
23
4
24
Patrimoniumdocumentatie
AI K3
AI K3 patrimoniumdocumentatie
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan AA Patrimoniumdocumentatie kunnen
standplaats(en) + administratie kiezen

Administraties zijn:

Rechtszekerheid

Opmetingen en waarderingen

Informatieverzameling en uitwisseling

Patrimoniumdiensten

Niet fiscale invordering

Geen functievoorwaarden

DAVO = afzonderlijke postulatie
AI K3 patrimoniumdocumentatie
vergelijking K1 met K3
Patdoc
K1
K3
verschil
A4
5
32
-27
A3 A2+A1 B
C
D
625 294 1215 1466 298
554 343 1264 1246 228
71
-49
-49 220 70
Totaal
3904
3667
237
davo
K1
K3
verschil
A4
0
0
0
A3
1
1
0
Totaal
98
97
1
A2+A1
29
29
0
B
37
37
0
C
29
28
1
D
2
2
0
AI K3 patrimoniumdocumentatie
vergadering 28-1-2014

Suggestie De Rycke: “kies voor uw beroep, zo kunnen we er rekening mee
houden”

! Overheveling 50 % aantal medewerkers rechtszekerheid naar Vlaanderen

!
Ambtshalve overdracht 215 medewerkers aankoopcomités naar gewesten

!
NFI + DAVO wordt overgedragen naar Inning en Invordering

?

Tot wat dient K3 dan nog ?

Volgens De Rycke: K3 heeft geen gevolg voor overheveling omdat
Overheveling registratie en successie naar Wallonië op 1.1.2017

Operationalisering volgt na de overhevelingen (Vlaanderen + aankoopcomités)

met als mogelijk gevolg het herbekijken van het aantal vestigingen
AI K3 patrimoniumdocumentatie
rechtszekerheid
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Aalst
0
1
0
2
2
0
5
Antwerpen
1
13
8
60
42
2
126
Asse
0
3
2
4
6
1
16
Beringen
0
1
0
2
2
0
5
Beveren
0
0
0
2
2
0
4
Boom
0
2
1
2
2
0
7
Brasschaat
0
0
1
3
4
0
8
Bree
0
1
0
2
2
0
5
Brugge
1
8
3
13
8
1
34
Brussel - buitendiensten
1
9
8
50
43
1
112
Deinze
0
0
0
2
2
0
4
AI K3 patrimoniumdocumentatie
rechtszekerheid
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Dendermonde
0
4
3
11
12
1
31
Diest
0
0
0
3
0
0
3
Dilbeek
0
1
0
2
2
0
5
Eeklo
0
0
0
2
2
0
4
Geel
0
1
0
2
2
0
5
Genk
0
1
0
2
2
0
5
Gent
1
11
3
23
20
1
59
Geraardsbergen
0
1
0
2
2
0
5
Halle
0
3
2
9
6
1
21
Hasselt
1
9
3
16
14
1
44
Ieper
0
2
1
7
4
0
14
AI K3 patrimoniumdocumentatie
rechtszekerheid
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
Totaal
Knokke-Heist
0
1
0
2
2
0
5
Kortrijk
0
2
3
18
6
1
30
Leuven
0
5
2
14
14
1
36
Lier
0
0
0
2
2
0
4
Maasmechelen
0
0
0
2
2
0
4
Mechelen
1
7
3
14
9
1
35
Oostende
0
3
3
10
8
1
25
Overpelt
0
1
0
2
2
0
5
Roeselare
0
0
0
2
2
0
4
Sint-Niklaas
0
4
3
8
8
1
24
Sint-Truiden
0
1
0
2
2
0
5
AI K3 patrimoniumdocumentatie
rechtszekerheid
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Tienen
0
1
0
2
2
0
5
Tongeren
0
4
3
10
5
1
23
Torhout
0
1
0
2
2
1
6
Turnhout
0
2
3
12
8
1
26
Veurne
0
3
2
7
3
0
15
Vilvoorde
0
1
3
6
4
1
15
Waregem
0
1
2
3
2
0
8
AI K3 patrimoniumdocumentatie
opmetingen en waarderingen
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Aalst
0
1
3
12
7
0
23
Antwerpen
1
10
9
30
34
8
92
Asse
0
1
1
3
2
0
7
Beringen
0
0
1
7
3
1
12
Brasschaat
0
1
2
4
2
0
9
Bree
0
0
0
3
1
0
4
Brugge
1
8
6
19
26
13
73
Brussel - buitendiensten
0
22
15
42
68
11
158
Deinze
0
1
1
13
3
0
18
Diest
0
0
0
0
3
0
3
Dilbeek
0
0
1
1
0
0
2
AI K3 patrimoniumdocumentatie
opmetingen en waarderingen
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Geel
0
1
4
6
3
0
14
Gent
0
9
10
22
33
7
81
Haacht
0
0
0
4
1
0
5
Halle
0
1
3
7
4
0
15
Hasselt
1
7
5
16
27
12
68
Herentals
0
0
0
3
1
0
4
Ieper
0
1
1
6
2
1
11
Kortrijk
0
1
2
10
3
0
16
Leuven
0
2
5
12
10
1
30
Lier
0
0
0
2
2
0
4
Lokeren
0
0
1
7
3
0
11
AI K3 patrimoniumdocumentatie
opmetingen en waarderingen
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Maasmechelen
0
1
1
6
1
1
10
Mechelen
0
1
2
8
3
0
14
Nieuwpoort
0
0
0
2
3
0
5
Oostende
0
1
0
7
5
2
15
Overpelt
0
0
2
3
2
0
7
Roeselare
0
1
1
12
6
1
21
Sint-Niklaas
0
1
2
7
4
0
14
Sint-Truiden
0
1
1
5
2
0
9
Tielt
0
0
1
5
1
0
7
Tienen
0
0
0
2
2
0
4
Tongeren
0
1
2
6
6
0
15
AI K3 patrimoniumdocumentatie
opmetingen en waarderingen
standplaats
A4
A3 A2+A1
B
C
D
totaal
Turnhout
0
1
2
10
6
1
20
Veurne
0
1
1
5
5
0
12
Vilvoorde
0
1
2
10
4
0
17
Waregem
0
0
2
5
1
0
8
Zaventem
0
0
1
2
3
0
6
Zottegem
0
1
1
9
5
0
16
AI K3 patrimoniumdocumentatie
informatieverzameling en uitwisseling
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Brussel
0
2
1
1
13
7
24
Brussel – centrale diensten
patrimoniumdocumentatie
10
66
75
80
55
9
295
AI K3 patrimoniumdocumentatie
patrimoniumdiensten
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Antwerpen
1
9
1
6
11
13
41
Brugge
0
7
0
1
4
2
14
Brussel - buitendiensten
1
39
12
19
31
11
113
Gent
0
14
0
5
7
0
26
Hasselt
0
8
0
2
4
1
15
Kortrijk
0
7
0
0
5
0
12
Mechelen
0
7
0
2
3
1
13
AI K3 patrimoniumdocumentatie
niet fiscale invordering
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Antwerpen
0
1
1
2
8
1
13
Brugge
0
1
0
2
8
1
12
Brussel - buitendiensten
2
2
0
8
17
5
34
Dendermonde
0
1
0
2
5
1
9
Gent
0
1
1
1
8
1
12
Hasselt
0
1
1
1
5
1
9
Kortrijk
0
1
0
1
6
1
9
Leuven
0
1
1
1
4
2
9
Mechelen
1
1
0
1
4
2
9
Oudenaarde
0
1
0
2
4
1
8
Tongeren
0
1
0
1
7
1
10
Turnhout
0
1
0
2
4
1
8
Vilvoorde
0
1
1
0
4
1
7
AI K3 patrimoniumdocumentatie
A4
A3
A2+A1
DAVO standplaats
B
C
D
totaal
Antwerpen
0
0
2
1
2
0
5
Brugge
0
0
1
3
2
0
6
Brussel – centrale diensten
0
0
4
3
4
0
11
Brussel - buitendiensten
0
1
4
2
3
0
10
Dendermonde
0
0
0
2
0
0
2
Gent
0
0
1
0
1
0
2
Hasselt
0
0
1
2
1
0
4
Kortrijk
0
0
0
1
3
0
4
Leuven
0
0
0
4
2
1
7
Mechelen
0
0
1
1
1
0
3
Oudenaarde
0
0
0
1
1
0
2
Tongeren
0
0
0
2
0
0
2
Turnhout
0
0
0
1
0
0
1
Inning en invordering
AI K3
AI K3 inning en invordering
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan algemene administratie inning en
invordering kunnen standplaats(en) kiezen maar geen diensten
AI K3 inning en invordering
vergelijking K1 met K3
Inning en invrodering
A4
A3 A2+A1
K1
4
267
414
K3
18 258
455
verschil
-14
9
-41
B
C
D
Totaal
864 1034 268 2851
834 869 212 2648
30 165 56
203
AI K3 inning en invordering
vergadering 28-1-2014

Op termijn wil men gaan naar enige ontvanger

Geleidelijke operationalisering

1/7/2014: oprichting regionale invorderingscentra

1/7/2015: polyvalente diensten

NFI: geleidelijke integratie maar zeker niet voor 1/7/2015, zullen wel gebruik
kunnen maken van ondersteuning

Inningstaken kunnen gedecentraliseerd uitgevoerd worden
AI K3 Inning en Invordering
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Aalst
0
3
5
9
7
0
24
Antwerpen
1
12
22
34
35
8
112
Asse
0
1
1
3
3
0
8
Beringen
0
1
1
4
4
0
10
Beveren
0
1
1
2
2
0
6
Boom
0
1
1
3
3
0
8
Brasschaat
0
2
2
6
6
0
16
Bree
0
1
1
3
3
0
8
Brugge
1
7
12
22
24
10
76
Brussel – centrale diensten
2
21
56
25
4
1
111
Brussel - buitendiensten
4
43
94
195
262
88
686
AI K3 Inning en Invordering
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Deinze
0
1
1
2
2
0
6
Dendermonde
0
1
1
2
2
0
6
Diest
0
1
1
1
2
0
5
Edegem
0
1
1
2
2
0
6
Eeklo
0
1
1
3
3
0
8
Geel
0
1
2
4
4
0
11
Genk
0
1
2
5
4
0
12
Gent
1
9
17
34
30
13
104
Haacht
0
1
1
2
2
0
6
Halle
0
1
1
4
4
0
10
Harelbeke
0
1
1
3
3
0
8
AI K3 Inning en Invordering
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Hasselt
1
8
12
18
16
7
62
Ieper
0
1
0
2
2
0
5
Kortrijk
0
4
5
8
8
0
25
Leuven
1
6
8
14
17
9
60
Lier
1
6
11
16
17
9
60
Lokeren
0
1
1
2
2
0
6
Londerzeel
0
1
1
2
2
0
6
Mechelen
0
4
6
11
14
0
35
Oostende
0
1
1
4
4
0
10
Oudenaarde
0
1
1
3
3
0
8
Overpelt
0
1
1
2
2
0
6
AI K3 Inning en Invordering
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Roeselare
0
2
4
5
6
0
17
Sint-Genesius-Rode
0
1
0
2
1
0
4
Sint-Niklaas
0
3
4
7
7
0
21
Sint-Truiden
0
1
1
2
2
0
6
Tervuren
0
1
1
3
3
0
8
Tielt
0
1
1
2
3
0
7
Tienen
0
1
1
2
2
0
6
Tongeren
0
1
1
3
3
0
8
Turnhout
0
2
2
6
8
0
18
Veurne
0
1
1
2
3
0
7
Vilvoorde
0
3
5
5
5
0
18
Zottegem
0
1
1
4
4
0
10
Douane en accijnzen
AI K3
AI K3 douane en accijnzen
algemeen

Personeelsleden toegewezen aan algemene administratie douane en accijnzen
kunnen standplaats(en) kiezen maar geen administratie, noch diensten

Personeel dat in shiften werkt, neemt niet deel en blijft
AI K3 douane en accijnzen
vergelijking K1 met K3
douane
K1
K3
verschil
A4
3
25
-22
A3 A2+A1 B
C
D
310 248 1115 1254 595
284 299 997 859 368
26
-51
118 395 227
Totaal
3527
2836
691
AI K3 douane en accijnzen
vergadering 28-1-2014



Waarom niet per administratie en/of per dienst (volgens Colpin) ?

Toekomstige diensten zijn nog niet operationeel

Maximale flexibiliteit behouden

Continuïteit van de diensten behouden
Waarom geen afzonderlijke incompetitiestelling voor fiscaal deskundige
(volgens Colpin)

Algemeen principe om incompetitiestelling te organiseren per niveau gevolgd

Splitsing is onbeheersbaar

Financieel deskundigen krijgen interim van fiscaal deskundige: kunnen de taak dan
wel aan

Verwacht geen problemen in de praktijk
Operationalisering: september 2014 – september 2015
AI K3 douane en accijnzen
vergadering 28-1-2014

Toewijzing betrekkingen

Shiften zijn uitgesloten

Lijst van de administrateur-generaal: personeel zal toegewezen worden daar waar
er tekorten zijn

Binnen dezelfde standplaats: volgende prioriteiten worden toegepast


Hoofdstuk 4 (ook zij die vrijwillig shiften willen doen)

Daarna specifieke diensten (zijn: hondenbegeleiders, motards, rummage, labo,
fraudebestrijdens Crombez) (niet: motorbrigades en opsporingsdiensten)

Actuele diensten as is

Ervaring en specifieke opleidingen gevolgd

Dienstanciënniteit in as is
Infopunten of antennes vormen geen standplaats omdat ze niet permanent zullen
bemand worden
AI K3 Douane en Accijnzen
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Aalst
0
2
1
10
9
4
26
Antwerpen
1
36
40
133 167
65
442
Beveren
0
3
3
8
13
5
32
Bilzen
0
2
1
10
19
4
36
Brasschaat
0
1
0
8
9
0
18
Brugge
0
5
6
39
41
7
98
Brussel – centrale diensten
18
100
124
162
77
56
541
Brussel - buitendiensten
1
13
19
64
49
41
187
Eeklo
0
1
0
5
14
2
22
Geel
0
1
1
13
10
1
26
Genk
0
2
2
10
3
0
17
Gent
1
16
17
52
34
12
132
Hasselt
1
10
6
31
14
3
65
Kortrijk
0
2
1
6
4
3
16
AI K3 Douane en Accijnzen
standplaats
A4
A3
A2+A1
B
C
D
totaal
Leuven
1
10
13
38
26
6
94
Mechelen
0
4
3
29
10
4
50
Menen
0
2
1
18
8
3
32
Oostende
0
2
0
6
13
3
24
Oudenaarde
0
0
0
4
10
1
15
Overpelt
0
0
0
5
6
4
15
Roeselare
0
3
1
20
15
5
44
Sint-Niklaas
0
1
0
3
6
1
11
Temse
0
1
0
13
3
2
19
Tienen
0
2
0
9
10
3
24
Turnhout
0
2
0
13
11
4
30
Vilvoorde
0
2
1
17
19
2
41
Zaventem
0
9
11
29
45
24
118
Sociaal begeleidingsplan
Wat is er geregeld !
Wat is er beloofd ?
Sociaal begeleidingsplan
Wat is er geregeld


Bij ambtshalve standplaatsverandering

Sedert 1.1.2012

Standplaats = vorige standplaats

Voorrang op 3 DBS
Bij ambtshalve standplaatsverandering

Recht op vergoeding (ministerieel besluit van 19 november 1973)

Werd aangepast tijdens onderhandelingen zomer 2012

Ook voor zij die nieuwe standplaats moeten postuleren in K3

Voor iedereen gedurende 6 maanden (voorheen 2 maanden voor niet gehuwden)

Afstand tussen nieuwe en oude standplaats moet groter zijn (voorheen 10 km)

Dagelijkse forfaitaire vergoeding: 3,19 € (voorheen: 3,53 € voor niveau A en 2,86 €
voor andere niveaus) (te indexeren – 114,20)

Treedt in voege: 1.1.2014
Sociaal begeleidingsplan
Wat is er beloofd

In het opvolgingscomité de gevolgen per standplaats en voor elke entiteit met de
representatieve vakbonden transparant te evalueren, dit in aanwezigheid van de
betrokken administrateur-generaal of stafdirecteur, alsook in het comité te
overleggen over de noodzaak om bij te sturen wegens sociale redenen, dit
rekening houdend met de functionele behoeften van de organisatie;

In dat kader zal telewerk en het werken in satellietkantoren verder bevorderd
worden als tegemoetkoming aan praktische moeilijkheden die personeelsleden
ondervinden ten gevolge van de centralisering van de diensten en de K3, dit
rekening houdend met het takenpakket van de personeelsleden en in
samenspraak met de bevoegde administrateur-generaal of stafdirecteur;

In hetzelfde kader voor de personeelsleden van de lagere niveaus, die geen
betrekking behorend tot hun keuze hebben verkregen, soepel te zijn bij hun
ambtshalve aanwijzing voor een standplaats en dit in de mate dat het de
werking van de diensten niet in het gedrang brengt;
Sociaal begeleidingsplan
Wat is er beloofd

Te zorgen voor een duidelijke en ondubbelzinnige communicatie inzake de
regels die zullen worden toegepast bij de aanwijzing voor de nieuwe diensten
(K3);


Mee te delen per standplaats hoeveel plaatsen er beschikbaar zijn per niveau
en per klasse en hoeveel personeelsleden daarvoor maximaal prioritair
kunnen zijn. ;


De operationalisering slechts uit te voeren, indien dit de werking van de
organisatie niet dreigt in het gedrang te brengen. Dit betekent ondermeer
een soepele timing te hanteren met betrekking tot de operationalisering
afhankelijk van het resultaat van de toewijzingen en betekent eveneens een
concrete invulling van de onder punt 3 bedoelde maatregelen.
Kanteling 3 - onderhandelingen
standpunten ingenomen door NUOD
fase 1: onderhandelingen afgesloten april 2013
algemeen standpunt (1)

De NUOD – sector Financiën betreurt dat de Overheid haar voorstel geweigerd
heeft om de onderhandelingen verder te zetten om de nodige verbeteringen aan
te brengen aan de verschillende besluiten.

De Overheid heeft eenzijdig en voorbarig de onderhandelingen gesloten alhoewel
voor fundamentele problemen geen oplossingen werden gevonden.

Het geheel van besluiten, die ons werden voorgelegd, passen binnen het
moderniseringsproject Coperfin 2.0: een globaal project om het departement
Financiën te hervormen. Deze hervorming is cruciaal voor zowel het personeel als
het departement: het is dus in niemands belang overhaast te werk te gaan.

Zowel de integratie in de nieuwe structuren, als het nieuwe organiek reglement,
het stelsel van de vergoedingen en de complete integratie van de bedienden van
hypotheekbewaringen binnen nieuwe algemene administratie van
patrimoniumdocumentatie dient te worden afgewerkt voor we kunnen spreken van
een respectvolle en efficiënte herstructurering.
Kanteling 3 - onderhandelingen
standpunten ingenomen door NUOD
fase 1: onderhandelingen afgesloten april 2013
algemeen standpunt (2)


Alhoewel de NUOD – sector Financiën voorstaander is van een hervorming en modernisering van de FOD Financiën,
geeft ze een globaal negatief advies met betrekking tot de voorgelegde besluiten aangezien:

de loopbaan, die een doorgedreven fiscale expertise nastreeft, quasi onbestaande wordt. Met als gevolg een verlies aan
techniciteit die nodig is om een juiste en correcte heffing en inning van de belastingen te verzekeren. De NUOD is
daaromtrent verbaasd omdat deze principes werden onderschreven door de Voorzitter van het Directiecomité tijdens een
zitting van de commissie Financiën: "De FOD Financiën beschikt over een relatief goed functionerend systeem van
technische opleidingen en brevetten om intern carrière te maken binnen de diensten. Dit moet behouden kunnen worden
als een pluspunt."

de NUOD het einde vaststelt van een loopbaan gebaseerd op transparantie en objectiviteit binnen een departement dat
aan openbare dienstverlening dient te doen;

de overdreven centralisatie geen verbetering is voor de dienstverlening aan burgers en belastingplichtigen en ze het
risico inhoudt dat ze het personeel benadeelt aangezien de Overheid onze opbouwende voorstellen niet heeft aanvaard;

de NUOD vaststelt dat gelet op de hervormingen binnen het federale openbare ambt, het moderniseringsproject Coperfin
2 in bijzonder het departement van Financiën treft met als risico een demotivatie van het personeel terwijl de Overheid
net op hen rekent voor de strijd tegen de fiscale fraude.
Omwille van deze redenen brengt de NUOD een negatief advies uit voor het geheel van de voorgelegde teksten
Kanteling 3 - onderhandelingen
standpunten ingenomen door NUOD
fase 1: onderhandelingen afgesloten april 2013
kanteling 3 (1)

Hoewel de NUOD zich kan vinden in de wil van de Overheid om sommige
personeelsleden te integreren in een entiteit op basis van een
kandidatuurstelling (algemene incompetitiestelling) in plaats van op basis van
een ambtshalve toewijzing als onderdeel van de overgang naar de nieuwe
structuren;

Hoewel de NUOD zich kan vinden in de oprichting van een opvolgingscomité;

betreurt de NUOD dat het infrastructuurplan van de FOD Financiën en het
verdwijnen van bepaalde vestigingen onvoldoende werd overlegd en dit ten
nadele van de dienstverlening aan de bevolking en het welzijn van het
personeel zonder dat dit de kosten voor de Schatkist vermindert. In
tegenspraak met hetgeen verteld werd aan de parlementsleden in de
commissie financiën van de kamer en de senaat, werden enkel marginale
aanpassingen doorgevoerd.
Kanteling 3 - onderhandelingen
standpunten ingenomen door NUOD
fase 1: onderhandelingen afgesloten april 2013
kanteling 3 (1)


Overwegende dat de NUOD wenst dat:

het personeel de mogelijkheid zou krijgen om een administratie, een standplaats en een dienst te kunnen vragen;

de voorbehouden betrekkingen en de functievereisten gekend zouden zijn voorafgaandelijk aan de kantelingen;

maatregelen genomen zouden voor het personeel wiens standplaats verdwijnt of wiens standplaats wijzigt als gevolg van de algemene
incompetitiestelling. Zo kan bijvoorbeeld het gebruik van thuiswerken of werken in een satellietkantoor uitgebreid worden voor alle personeelsleden,
zonder dat hiervoor de gesprekken inzake ontwikkelcirkels gepasseerd zijn;

bijkomende begeleidingsmaatregelen (met inbegrip van de aanpassing van bestaande compensaties) onderhandeld worden in geval van sluiting van
kantoren en voorafgaandelijk aan de kanteling;

de verschillende diensten beter gespreid worden, zoals bijvoorbeeld het behouden van meer antennes binnen juridische zekerheid, opsporingsdienst in
Waals Brabant, … ;

personeelsleden in bovental worden geplaatst in de dichtst gelegen standplaats wanneer zij hun huidige standplaats verliezen. De politiek van de
administratie inzake een overdreven centralisatie heeft mede tot gevolg dat aan het personeel, dat hun standplaats verliest, niet gegarandeerd wordt
dat zij aangewezen zullen worden aan één van de drie dichtst bijgelegen standplaatsen. Bovendien stelt de voorgelegde tekst dat indien de
voorwaarden niet vervuld zijn om bepaalde betrekkingen te kunnen opnemen, een standplaats kan toegewezen worden door de Voorzitter van het
Directiecomité;

de onderhandelingen met betrekking tot de vergoedingen voorafgaandelijk zou zijn afgehandeld opdat het personeel met kennis van zaken een keuze
zou kunnen maken tussen een algemene administratie, een stafdienst of een dienst onder leiding van de Voorzitter;

voorafgaandelijk aan de hervormingen alle lopende procedures inzake mutaties en bevorderingen zouden afgehandeld zijn;

de verambtelijking van de bedienden van de hypotheekbewaringen afgehandeld zou worden voor de kanteling;

meer duidelijkheid zou gegeven worden omtrent het oprichten van buitendiensten binnen bepaalde stafdiensten teneinde deze buitendiensten te
garanderen en een bijkomende en niet zinvolle centralisatie te vermijden;
geeft de NUOD een negatief advies.
Kanteling 3 - onderhandelingen
standpunten ingenomen door NUOD
fase 2: december 2013 – januari 2014

De NUOD stelt vast dat de onderhandelingen in positieve zin evolueren maar dat de Overheid kanteling 3 overhaast wil
doorvoeren, net zoals voor het nieuwe variabele uurrooster. Haast en spoed is zelden goed.

De NUOD wenst echter de tijd te nemen om het protocol te vervolledigen en een aantal garanties te bekomen vooraleer
wordt overgegaan tot het doorvoeren van kanteling 3.

Daarom brengt de NUOD een negatief advies uit tenzij

concrete voorstellen worden uitgebracht in het kader van een sociaal plan (compensaties in gewerkte tijd, financiële
compensaties, bijzondere aandacht voor medewerkers van 60 jaar en ouder …);

alle administraties de mogelijkheid bieden om te postuleren per administratie en per dienst (bijvoorbeeld: beheer, controle of
expertise binnen fiscaliteit);

het begrip functievoorwaarde, zoals gedefinieerd voor de algemene administratie fiscaliteit wordt herzien. Een voorwaarde om
voor een bepaalde dienst gewerkt te hebben, kan niet beschouwd worden als een functievoorwaarde. Bovendien riskeert de
weerhouden oplossing de kanteling nodeloos te verzwaren;

een incompetitiestelling per graad (verbonden aan het slagen in een loopbaanexamen) en niet per niveau;

een actualisatie van de TO BE – tabellen voor iedere administratie (voorbeeld; actualisatie van de inplantingen van de diensten
binnen de administratie P). Deze gegevens dienen minstens 15 dagen voor het lanceren van de procedure ter beschikking gesteld
worden van het personeel;

de Overheid beslist haar inplantingen beter te spreiden over het ganse land, inzonderheid binnen de landelijke gebieden;

een maximum aan diensten van de FOD Financiën binnen de behouden inplantingen.
En wat na K3
kan ik een mutatie bekomen ?


Binnen de eigen entiteit ?

Ja via mutafin

Men moet voldoen aan de vereisten van de functie (niveau B-C-D): vereisten zijn bepaald in het
besluit van de Voorzitter van het directiecomité van 23 juli 2013 houdende de vaststelling van
de functievereisten voor de niveaus B, C en D [BS van 2-8-2013]
anciënniteitsregels

Men moet voldoen aan functieprofiel (niveau A)

Wat indien er administraties zijn: ???????
Mutatie naar een andere entiteit ?

Ja: zie art. 23 organiek reglement

Wervingsgraden: met vrucht de basiscursus te hebben gevolgd voor de entiteit waarvoor men
mutatie aanvraagt

Fiscale graden: geslaagd zijn in het loopbaanexamen voor de entiteit waarvoor men mutatie
aanvraagt

Men heeft het recht deel te nemen aan basiscursus of loopbaanexamen binnen bepaalde
grenzen
Vragen ? ? ? ?
Raadpleging presentatie

Vanaf 6-2 op onze website via speciale toegangscode voor onze leden

Vanaf 13-2 op onze website zonder speciale toegangscode
BEDANKT EN TOT ZIENS
DE NUOD BEHARTIGT UW BELANGEN