Onze alternatieve keuzes voor de Vlaamse begroting

 Er is geen excuus Vlaamse gezinnen verdienen beter persconferentie sp.a
dinsdag 25 november 2014
1 Er is geen excuus. Vlaamse gezinnen verdienen beter. De Vlaamse factuurregering maakt duidelijke keuzes. Schrappen in gemeenschappelijke voorzieningen en er jongeren, gezinnen en gepensioneerden bovendien nog eens extra voor laten betalen. Meer voor minder: dat is in een notendop het beleid van deze Vlaamse factuurregering. Het verhaal dat na enkele moeilijke jaren van inleveren en besparen een groeiende economie opnieuw jobs en welvaart zal creëren, is een fabeltje. Zelfs Europa heeft haar fout ingezien, is daarvan afgestapt en zit nu in een logica van “investeren om te groeien”. Het lijkt vandaag de dag een gewaagde stelling, maar in één van de welvarendste regio’s ter wereld is het wél degelijk mogelijk om positieve keuzes te maken: ü
om onderwijs, zorg, openbaar vervoer en wonen zo te financieren dat het betaalbaar en toegankelijk is voor iedereen. ü
om met hetzelfde begrotingsresultaat en zonder schuldopbouw te kiezen voor een meerjarenplan met mogelijkheden en kansen. Met andere woorden, ER IS GEEN EXCUUS om jongeren, gezinnen en gepensioneerden te laten opdraaien. Zij verdienen beter. Daarom houden we vandaag deze persconferentie. Om aan de hand van enkele concrete voorbeelden te tonen dat er wel degelijk alternatieven zijn, dat er wel degelijk positieve keuzes mogelijk zijn. 1. Keuzes voor een sterke economie 2 A. Bankencrisis (2009) versus Eurostat (2014) De redding van de banken (2009) had een grote impact op de Vlaamse begroting. Toen werd ervoor gekozen om deze impact niet door te schuiven naar de gezinnen, maar op langere termijn te verwerken in de begroting. De beslissing van Eurostat (2014) om de investeringen van het verleden te laten meetellen in de begroting, brengt een gelijkaardige schok teweeg in de Vlaamse begroting. Het grote verschil is dat deze regering de keuze maakt om het verleden onmiddellijk op te nemen in de begroting, wat niet verplicht is. Deze Vlaamse regering kiest er dus voor om de factuur door te schuiven naar de gezinnen en te besparen op essentiële gemeenschappelijke voorzieningen die een samenleving toekomst geven of warm maken, zoals onderwijs en welzijn. Dat terwijl de keuze van 2009 om zowel de gezinsbudgetten als de investeringen op peil te houden (het zgn. Belgische model) intussen internationaal erkend wordt als de beste keuze. Vandaag wordt vreemd genoeg gekozen voor een ander model dat -­‐ in navolging van de intussen achterhaalde Europese recepten -­‐ de consumptie doet dalen en de investeringen onderuit haalt. Dat model biedt Vlaamse gezinnen geen enkel perspectief. Deze factuurregering vraagt inspanningen van hen, maar een betere toekomst krijgen ze er niet voor in de plaats. Er is geen excuus om gezinnen op die manier te laten opdraaien voor dat beleid. Zij verdienen beter. Het verschil tussen de keuze die België maakte in 2009 en het Nederlandse voorbeeld dat deze regering nu volgt, spreekt boekdelen. Onderstaande grafiek zegt eigenlijk alles: 3 Het alternatief is de investeringen van het verleden te spreiden over de legislatuur. Op die manier creëert men WEL ruimte om te investeren, behouden de gezinnen WEL hun koopkracht en krijgt de economie WEL de nodige zuurstof. Investeren om te groeien, en dat zonder meer schulden te maken. Het kan WEL degelijk. Hoe omgaan met Eurostat beslissing? 300 200 100 0 -­‐100 2015 2016 2017 2018 2019 -­‐200 -­‐300 -­‐400 -­‐500 Vlareg: onmiddellijk opnemen in begroeng schuif factuur naar gezinnen Alternaeef: spreiden over legislatuur creëert ruimte om te investeren B. Structureel versus nominaal begrotingspad: De Vlaamse regering gebruikte bij de opmaak van de initiële Vlaamse begroting 2015 de parameters van het Planbureau (september 2014). Maar de meest recente economische groeiperspectieven van de Europese commissie zijn pessimistischer dan die van het Planbureau (-­‐0,6%). De Vlaamse regering zal haar begrotingsresultaat dus moeten bijstellen. Deze daling “verslechtert” de begroting volgend jaar immers met een bedrag tot 180 miljoen euro. Het advies van de SERV over de begroting 2015 hierover is duidelijk. We citeren: “Indien de economische groei met 0,5% bbp zou vertragen ten opzichte van de voorziene evolutie, neemt de inspanning van de gewesten en gemeenschappen toe met 0,1% van het bbp of ongeveer met 400 miljoen euro. De federale overheid zou hierdoor minder inspanningen moeten leveren voor eenzelfde bedrag.“ Vlaanderen bespaart met andere woorden te veel. De SERV zegt dat we dat kunnen vermijden door structureel te werken en een meerjarig saneringspad uit te tekenen, 4 conform de afspraken van het stabiliteitsprogramma. Daarom stellen wij voor om het advies van de SERV te volgen en een traject uit te stippelen zoals het federale niveau dat beoogt: structureel en naar een evenwicht in 2018. De regering-­‐Bourgeois I staat dus voor de volgende keuze : -­‐
Advies SERV naast zich neerleggen en onnodig besparen in onderwijs en welzijn (helft van de begroting) op kap van de gezinnen OF -­‐
Advies SERV volgen en de nodige ruimte creëren om te investeren in Vlaanderen en dus positieve keuzes maken voor gezinnen En dat met hetzelfde begrotingsresultaat tegen 2018. C. Samenwerken of tegenwerken De laatste maanden is heel wat geschreven over samenwerkingsfederalisme. Laat deze regeringen dan ook de daad bij het woord voegen. De verschillende niveaus moeten samenzitten en samenwerken, zowel inzake het begrotingspad als rond specifieke bevoegdheden. Maak in het overlegcomité afspraken over dat structurele meerjarenpad en maak afspraken rond thema’s zoals kinderopvang en de gemeentefinanciën. -
Kinderopvang; mensen die werken, betalen vandaag soms tot 550 euro per maand per kind. Dat bedrag kunnen we verlagen en dat zonder aan de begroting te raken. Als Vlaanderen de maximumprijs van kinderopvang verlaagt dan betalen de gezinnen die het meest betalen in de toekomst 100 euro per maand (!) minder. Dat kan zonder begrotingsimpact want als de Vlaamse regering de prijs verlaagt voor de gezinnen, moet de federale regering minder terugbetalen via belastingen. De federale overheid moet alleen bereid zijn om het voordeel van die prijsverlaging niet uit te geven op haar conto. -
Gemeentefinanciën: de gemeenten in Vlaanderen waren de belangrijkste investeerders van de laatste jaren. Door de resem maatregelen die op hen afkomen is overleg meer dan nodig. 5 D. Consumentenvertrouwen ondergraven of doen heropleven Zowel de Europese Commissie als de Nationale Bank zegt dat door de maatregelen van deze factuurregeringen de economie volgend jaar veel minder zal groeien dan verwacht. Op 20 november 2014 verspreidde de Nationale Bank volgende mededeling met betrekking tot het consumentenvertrouwen en de economische toestand: “Het vertrouwensverlies trof de vooruitzichten aangaande de persoonlijke situatie van de gezinnen. De consumenten verwachten aldus een verslechtering van hun financiële toestand en van hun spaarvermogen in de komende twaalf maanden. Deze negatieve beoordelingen houden allicht verband met de aankondiging van de diverse besparingsmaatregelen door de regering.1 Bovenstaande grafiek2 toont de verwachting van de gezinnen wat betreft hun financiële situatie. We bereiken eind 2014 een dieptepunt sinds de bankencrisis. We moeten er dan ook alles aan doen om te vermijden dat we in een negatieve spiraal terechtkomen: een dalend consumentenvertrouwen zal de economische groei nog meer doen vertragen waardoor we opnieuw moeten besparen en voor je het weet zit je in een vicieuze cirkel van alsmaar minder groei en meer besparen. In onderstaande tabel wordt het verschil tussen de maatregelen van de Vlaamse regering en de zuurstof die de economie krijgt door onze alternatieven duidelijk. Het is evident dat een hogere groei ook voor meer ruimte op de begroting zorgt. 1
2
Deze verklaring is hier te lezen: http://www.nbb.be/doc/dq/n/dq3/pne.pdf Bron: Index van consumentenvertrouwen NBB november 2014 6 Impact maatregelen op economische groei 1,8 1,6 1,4 1,2 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 verwachte groei zonder regeerakkoord verwachte groei met regeerakkoord groei 2015 verwachte groei alternaeef groei 2016 Het komt er dus op aan het vertrouwen van de consumenten niet te ondergraven, de gezinnen te ondersteunen en de vrees van verlies aan koopkracht weg te nemen. Onze gezinnen weer een positief toekomstperspectief geven, is de boodschap. Want zij verdienen beter. Woonkosten nemen de grootste hap uit het budget van de Vlaming. En dit reeds vóór de maatregelen van de Vlaamse regering. Grote wijzigingen kunnen hier dus een grote impact hebben. Voor een jong koppel dat een bescheiden woning koopt van 180.000 euro kan de extra kost oplopen in de duizenden euro’s. Conclusie: de aankoop van een oudere woning en de renovatie ervan wordt een flink pak duurder. Een eerste aanzet om met de negatieve trend in het consumentenvertrouwen te breken, zijn deze grote en voor iedere Vlaming essentiële uitgaven niet in het gedrang te brengen. Daarom kiezen wij voor een rechtvaardige hervorming van de woonbonus. 7 2. Keuzes voor sterke gezinnen De begrotingsbesprekingen naar beschikbare middelen en tekorten zijn er nog volop lopende3. We geven alvast een aantal concrete alternatieven (2015) voor wat wel al duidelijk is. Onderwijs: In plaats van extra financiële drempels te creëren in ons onderwijs, kan de Vlaamse regering ook kiezen voor een rationalisering van het VLIF en het Hermesfonds. Ook een nieuwe diplomatieke post in Geneve, op 50 minuten vliegen van Brussel, heeft weinig meerwaarde en dit geld kan dus beter besteed worden. Inschrijvingsgeld Hoger onderwijs MaxFactuur basis-­‐ en secundair onderwijs Totaal +45 VLIF Hermesfonds Diplomatieke post Geneve Totaal +6 +51 -­‐10 -­‐ 20 -­‐ 1 -­‐ 31 Welzijn: In plaats van het budget voor thuiszorg te verminderen, het kindergeld niet volledig uit te betalen en minder middelen te geven aan sociale economieprojecten, kan de Vlaamse regering ook kiezen om de inkomsten uit de zorgpremie rechtvaardig te verdelen en de belastingen beter te innen. Op die manier kunnen kan er geïnvesteerd worden in thuiszorg, kan de kinderbijslag volledig uitbetaald worden en kunnen sociale economieprojecten gefinancierd worden. De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. De laagste inkomens en de jonge gezinnen worden gevrijwaard. 3
De achterstallige invorderingen van de Vlaamse belastingen lopen op tot 1,8miljard euro, de toelichting moet nog worden gegeven. In onderwijs is er op dit moment een tekort in scholenbouw en financiering van de studiebeurzen. 8 Thuiszorg Indexering Kindergeld Hervorming factuur kinderopvang Sociale economie Totaal + 6,5 Inkomens gebonden zorgpremie Beter inning niet ingevorderde belastingen Totaal + 40 -­‐ + 1 + 47,5 -­‐ 24 -­‐ 10 -­‐ 34 Mobiliteit: De beslissingen van de Vlaamse regering bieden geen oplossingen voor de files of de luchtverontreiniging, wel integendeel. In plaats van te kiezen voor het afbouwen van de dienstverlening (afschaffen basismobiliteit) en de verhoging van de tarieven voor de kinderen (-­‐12j), de ouderen (+65j) en de laagste inkomens (Omnio-­‐statuut), kan de Vlaamse regering ook kiezen om te besparen op de overheadkosten bij de Lijn en extra inkomsten halen uit een verplichte omleiding voor vrachtvervoer via de Liefkenshoektunnel. Op die manier kan de Vlaamse regering ook kiezen om te investeren in de noodzakelijke basiswerken aan de Antwerpse ring. De Lijn Prijzen De Lijn Basismobiliteit Basiswerken Ring Antwerpen Totaal +11,5 + 4,5 Liefkenshoektunnel De Lijn Overhead Totaal + 30 + 46 -­‐ 40 -­‐ 10 -­‐ 50 9 Wonen: Wonen is de belangrijkste uitgavenpost voor de Vlaamse gezinnen. In plaats van dit onbetaalbaar te maken voor veel gezinnen, kan de Vlaamse regering ook kiezen voor een sociaal rechtvaardige hervorming van de woonbonus en in navolging van de federale regering kiezen voor een structureel begrotingspad. Dit creëert 80 miljoen euro ruimte om te investeren. Ook kan er gekozen worden om de noodzakelijke investeringen voor de vergroening van onze energieproductie te financieren via de algemene middelen en niet door te rekenen aan de gezinnen en KMO’s. Tussenkomst energiefactuur Hervorming woonbonus Totaal + 48 Structureel begrotingspad Totaal -­‐ +48 -­‐ 80 -­‐ 80 Totaal: Als we alles samentellen, blijkt duidelijk dat er weldegelijk andere keuzes mogelijk zijn zonder schulden op te bouwen of het Europees begrotingspad te verlaten. Meer zelf, de Vlaamse regering heeft eigenlijk geen enkel excuus om te volharden in haar mantra dat er geen alternatief is. Totaal + 192,5 Totaal -­‐ 195 10 3. Alternatieve keuzes maken het verschil Hieronder een concreet voorbeeld: Een gezin met twee kinderen waarvan 1 student en 1 kind tussen 12-­‐17j, koopt een bescheiden woning van 180.000 euro en 2 busabonnementen. Het verschil tussen de keuzes van de Vlaamse regering en de alternatieve keuzes van sp.a is op vandaag 785 euro per jaar. Keuzes maken het verschil 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0 3 Inschrijvingsgeld Kinderbijslag Woonbonus Elektriciteit Prijzen De Lijn 11 4. Conclusie Er is wel degelijk een alternatief, er zijn wel degelijk andere keuzes te maken. Positieve keuzes voor jongeren, gezinnen en gepensioneerden. Positieve keuzes voor onze economie, positieve keuzes voor de groei van onze samenleving. En dat zonder de schuld te laten oplopen. Aan de hand van enkele concrete voorbeelden zijn wij er vandaag in geslaagd om tegenover TINA (“There Is No Alternative”) TINE te stellen. (“There is No Excuse”). Er is geen excuus om jongeren, gezinnen en gepensioneerden in Vlaanderen zo hard aan te pakken. Er is geen excuus om hen de factuur voor te schotelen én bovendien nog eens zo hard te besparen op gemeenschappelijke voorzieningen. Er is geen excuus om van jongeren, gezinnen en gepensioneerden inspanningen te vragen zonder hoop op een betere toekomst. We hebben dan ook een vraag voor deze factuurregering die velen zich stellen. WAAROM? Waarom doet ze dat als andere – positieve keuzes – wel degelijk mogelijk zijn? Vlaamse gezinnen verdienen écht beter. U verdient beter. 12 Bijlage I: Effect maatregelen op de begroting + uitleg Vertrekpunt begroting , groeivoeten Planbureau Op de basis 2014[2] : -­‐0,3% Planbureau =correctie Op 2014: -­‐0,2% 2015: -­‐0,6% : Europese Commissie = prognose Uitgangspunt regering : septemberverklaring : begroting nominaal in evenwicht Voorstel op basis van zekere gegevens Landbouw VLIF Inschrijvingsgeld HO -­‐10 +45 Hermesfonds -­‐20 MaxFactuur LPO +6 Liefkenshoektunnel -­‐40 De Lijn Prijzen +11,5 De Lijn-­‐ Overhead -­‐10 De Lijn +4,5 basismobiliteit Inkomensgebonden -­‐24 Kindergeld +40 zorgpremie Niet ingevorderde -­‐10 Thuiszorg +6,5 belastingen Begrotingspad -­‐80 Woonbonus p.m. Diplomatie Genève -­‐1 Sociale economie +1 Basiswerk Ring +30 A’pen Tsskomst +48 energiefactuur Kinderopvang p.m. Totaal -­‐195 Totaal + 192,5 [2]
Aangezien de Vlaamse regering gebonden is aan de ramingen van het planbureau, beperken we ons enkel tot de verslechtering van de ramingen die al ‘vastgesteld’ zijn door het planbureau, met name deze van 2014 (verslechtering van de raming van 1,4 (februari, en Vlaamse regering gebruikt deze nog voor haar huidige begrotingscontrole 2014) naar 1,1% (september), of een verslechtering van 0,3% bbp. We zijn zeer ‘voorzichtig’ en beperken ons tot deze ‘officiële’ – 0,3 %, en houden dus nog geen rekening met de verwachte groeivertraging voor 2015 (planbureau raamde in september 1,5% economische groei, en dit is als basis gebruikt voor begroting 15 initieel – Europese Commissie raamt ondertussen op 0,9% groei). 13 •
Structureel pad: Wij gaan voor een structureel evenwicht en volgen hiermee het ‘federale begrotingstraject De Wever’ dat de SERV ook voorstelt. Op die manier moeten de Vlaamse gezinnen geen extra 80 miljoen euro [3] besparen. Geld dat we kunnen investeren in onze burgers en economie. In economisch moeilijke tijden, moet je de economie zuurstof geven. Dan moet je verstandig investeren zonder schulden op te bouwen. •
Rationalisatie VLIF: het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds voorziet investeringssteun voor land-­‐ en tuinbouwers. Een rationaliseringsoperatie kan een besparing van 10 miljoen euro opleveren zonder te raken aan de uitgekeerde subsidies. •
Optimaliseren Hermesfonds: in de Vlaamse ontwerpbegroting 2015 wordt er 20 miljoen extra voorzien zonder dat daar een afdoende motivering tegenover geplaatst wordt. Wij zijn bijgevolg van mening dat deze middelen een betere bestemming verdienen. •
Overhead De Lijn: we stellen een besparing voor in de overheadkost van de Lijn, zonder de chauffeurs te raken. (bv. fusie van de provinciale managementorganen, een correctere vergoeding van de pachters.) •
Invordering achterstallige belastingen: Vlaanderen heeft 1,8 miljard euro aan achterstallige belastingen die ingevorderd moeten worden (cfr documenten Rekenhof). Voorzichtigheidshalve ramen we slechts 10 miljoen euro aan ‘achterstallige invorderingen’, zijnde 0,6%, die structureel moeten ‘ingehaald kunnen worden’. •
Inkomensgebonden zorgpremie: het huidige tariefvoorstel van de Vlaamse Regering laat zich disproportioneel zwaar voelen bij de financieel meest kwetsbare Vlamingen. Wij stellen een progressief tarief voor. Zo dragen ook hier de sterkste schouders de zwaarste lasten en bovendien brengt dit 35 miljoen euro extra op ten opzichte van het voorstel van de Vlaamse regering. (Zie bijlage 2 voor uitgewerkt voorstel) •
Tol Liefkenshoektunnel: door een verplichte omleiding van het vrachtverkeer rond Antwerpen via de Liefkenshoektunnel ontlasten we de route via de Kennedytunnel en kunnen we rekenen op 40 miljoen euro aan extra inkomsten uit tolheffingen. ¾ van deze middelen kunnen onmiddellijk geïnvesteerd worden in basiswerken op en rond de ring van Antwerpen. •
Investeren in toegankelijk onderwijs: voor sp.a mag de kostprijs niemand ervan weerhouden zijn talent te ontwikkelen. We voorzien daarom middelen die een verhoging van de inschrijvingsgelden overbodig maken. [3]
De 80 miljoen euro is voorzichtig geraamd en gebaseerd op een effect van bijna 30 miljoen euro voor de Vlaamse overheid van -­‐0,1% groei, zoals ook door begrotingsminister Turtelboom werd bevestigd. 14 •
Investeren in het leerplichtonderwijs: voldoende middelen voorzien zodat de maximumfactuur niet naar omhoog moet voor de gezinnen. •
Thuiszorg: Gezien de vergrijzing is het onbegrijpelijk dat de Vlaamse regering het budget voor thuiszorg vermindert. Door hierin te investeren kunnen mensen langer in hun vertrouwde omgeving blijven wonen. •
Woonbonus: De hervorming van het bestaande systeem moet op een rechtvaardige manier gebeuren die een eigen woning betaalbaar houdt voor een brede groep Vlamingen. Dit kunnen we door de invoering van een progressieve woonbonus. (Zie bijlage 3 voor uitgewerkt voorstel). •
Toegankelijk openbaar vervoer: wij voorzien 16 miljoen euro. Dit bedrag moet toelaten om de huidige tarieven voor ouderen (+65j), jongeren (-­‐12j) en de laagste inkomens (omnio-­‐statuut) te bewaren en het aanbod van de Lijn op peil te houden (basismobiliteit). Zo kan iedere Vlaming gebruik blijven maken van het aanbod van De Lijn. •
Indexering kindergeld bewaren: de economische crisis en de maatregelen van de Vlaamse en de federale regering treffen de Vlaming in zijn portemonnee. Wij behouden de indexering van het kindergeld. Volgens de berekeningen van Famifed bedraagt de besparing 51,5 miljoen euro als de spilindex wordt overschreden in februari. Rekening houdende met de huidige lage inflatie zal 40 miljoen euro zeker volstaan voor het indexeren van het kindergeld in 2015. •
Investeringssteun energie: rationeel energiegebruik, energiebesparingen en de investeringen die hiervoor nodig zijn, willen we blijven ondersteunen vanuit de algemene middelen en niet doorschuiven naar de energiefactuur van de gezinnen en KMO’s. •
Sociale economie: niet iedereen kan evenredig participeren op de arbeidsmarkt. Wij willen iedereen kansen geven en voorzien daarom extra steun voor maatwerk. Daarnaast schuilt er in de huidige ontwerpbegroting een ‘fout’ van 3 miljoen euro waarvan de regering al zelf heeft toegegeven dat ze moet rechtgezet worden bij de begrotingscontrole (3 miljoen euro maatschappelijk verantwoord ondernemen). 15 Bijlage 2: Rechtvaardige financiering zorgverzekering door inkomensgebonden bijdrage 1) De laagste inkomens: De Vlaamse regering legt de zwaarste verhoging van de zorgpremie bij de laagste inkomens voor wie ze de bijdrage optrekt met 150%. In ons alternatief worden deze laagste inkomens vrijgesteld van een verhoging en behouden ze het huidige verlaagde tarief van 10 euro. 2) De middeninkomens: Er zijn grote noden in de zorg. Bovendien levert de zorgverzekering ook heel wat voordelen op. Net als de Vlaamse regering verhogen wij voor de middeninkomens de zorgpremie naar 50 euro. Een correcte prijs als daar investeringen in welzijn tegenover staan. 3) De hoogste inkomens: De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. In tegenstelling tot de Vlaamse regering durven wij wel een extra bijdrage vragen van de hoogste inkomens. Dit schept ruimte voor extra investeringen en een lager tarief voor de laagste inkomens. Progressieve tariefstructuur zorgpremie Verlaagd tarief4 10 euro Tarief middeninkomens 50 euro Tarief hoogste inkomens5 100 euro Op deze manier worden de bijdragen eerlijker verdeeld volgens draagkracht en wordt er ten opzichte van het voorstel van de Vlaamse regering 24 miljoen euro extra ruimte gecreëerd om te investeren in welzijn. 4
Oude omnio-­‐statuut + inkomens onder 17.000/jaar voor alleenstaande, per gezinslid 3000 euro/jaar extra en 20.000 euro/jaar voor een kinderloos koppel. 5
Bruto belastbaar inkomen >70.000 euro/jaar. 16 Bijlage 3: Rechtvaardige aanpassing woonbonus Het oude systeem van de woonbonus is aan hervorming toe. Daar waren alle partijen het reeds voor de verkiezingen over eens. De hervorming van de Vlaamse regering dreigt echter een eigen woning onbetaalbaar te maken voor een grote groep mensen en bovendien de huizenmarkt zwaar te verstoren. Een andere, meer rechtvaardige hervorming, is mogelijk. •
Om de betaalbaarheid op lange termijn te garanderen wordt de looptijd van het voordeel beperkt tot 20 jaar. Mensen stimuleren een langere looptijd te nemen is voornamelijk interessant voor de inkomsten van de banken. •
In het huidige voorstel van de Vlaamse regering kan iedereen aftrekken aan een tarief van 40%. Wie het meest leent heeft dus het grootste voordeel. Wij maken de woonbonus progressief. Zo focussen we de ondersteuning van de aankoop van een eigen woning op de groep die dat het meest nodig heeft. Louter een voorbeeld voor een bescheiden woning. 45% in plaats van 40% van het verlaagde plafond van 2.280 euro per jaar per persoon voor een woning van 180.000 euro. Dat is 4.880 euro minder dan wat de Vlaamse regering voorstelt. 17