Klik hier voor het bericht in PDF.

GOUD van Oud met Nell van Oers
Ik houd niet van geraniums. De gevatte reactie van de 73-jarige Nell van Oers is
duidelijk als we haar voorleggen of het moment van stoppen als vrijwilligster
bij JEKA onderhand niet is aangebroken.
BN De Stem, een documentaireserie op Omroep Brabant en nu ook nog de rubriek GOUD van OUD
In de bijlage Stad en Streek van 3 oktober jongstleden komen we Nell prominent
tegen. Ze is benaderd voor de documentaireserie “Een cijfer voor je leven”. Haar
portret wordt uitgezonden op zaterdag 2 november om 18.45 uur op Omroep
Brabant. We willen nog niet teveel verklappen over de inhoud. In het korte berichtje uit BN De Stem op het
eind van dit interview komt wel tot uiting waarom Nell, naast o.a. een choreografe, een criminoloog, een
psycholoog en een bakkersvrouw, is uitgenodigd. Het is louter toeval dat we nu Nell ook nog benaderen voor
de rubriek GOUD van OUD. Het begint onderhand een beetje op een mediacircus te lijken, maar ze heeft deze
belangstelling dik verdiend.
Korte levensgeschiedenis
Nell is in 1940 geboren en is het derde kind in een rij van tien. “Als we de miskramen meerekenen zouden er
wel 18 kinderen ter wereld zijn gekomen!. Als baby heb ik nog een half jaar met een dubbele longontsteking in
het ziekenhuis gelegen”. Nell heeft geen makkelijk jeugd gekend en tot overmaat van ramp overlijdt haar
moeder als ze 16 is en ze net de huishoudschool heeft afgerond. Zes van de tien broers en zussen gaan naar
kindertehuizen her en der in Nederland en zij wordt opgevangen door haar oom en tante. Ze gaat meteen
werken, hoofdzakelijk in diverse kledingateliers, en ontmoet haar latere echtgenoot Ad op de Ginnekense
kermis. Na 8 jaar, 8 maanden en 9 dagen verkering stappen ze in 1965 in het huwelijksbootje. Ze krijgen twee
zonen, die beiden bij JEKA aan de Molengracht gaan voetballen en zo ontstaat de eerste kennismaking in 1974.
Al 35 jaar actief bij JEKA waarvan 18 jaar de pupillen trainen
Nadat de tweede zoon in 1978 ook is gaan voetballen, is Nell niet meer bij JEKA weg te
slaan. Samen met man Ad (hier aan het klussen bij JEKA) regelt ze de inkoop en de
verzorging van het materiaal. Iedere week worden er bijvoorbeeld 100 ballen opgepompt
en ze start ook met het trainen van de E-tjes op woensdagmiddag. “Ik had geen diploma’s
en bedacht de oefeningen zelf. Het begon met warmlopen, het overschieten naar elkaar,
de spelregels oefenen en natuurlijk een partijtje. Ik heb ze ook geleerd om achteruit te
lopen. Het is nl. belangrijk om het hoofd naar voren te houden. Maar het allerbelangrijkste
is dat kinderen er plezier in hebben en niet bang zijn voor de bal”.
Heel wat 8-jarige pupillen uit de vorige eeuw en inmiddels tussen de 30 en 40 hebben de eerste
voetbalbeginselen van Nell gekregen. Eén van hen, Jeroen Wennekens, laten we kort even aan het woord.
“JEKA zonder Nell kan ik me niet voorstellen. We hadden toen nog geen selectie, wij hadden Nell. Eerst de ballen
bij Ad ophalen en dan lekker ballen. Ik geloof niet dat ik een dubbele schaar bij haar heb geleerd. Nell leerde ons
vooral dat je plezier moest hebben bij het voetballen en iedereen was gelijk voor haar. Onlangs vierden we het
10-jarig bestaan van JEKA 4 en hebben haar toen uitgeroepen tot het grootste JEKA-icoon.
Ze ontving het eerste exemplaar van het boek ‘Het mysterie van de Tombola opstelling’, waarin een prachtig
gedicht van Dirk van Dorsselaer is opgenomen:
Voor Nell
mijn eerste trainer
die me woensdagmiddag leerde ingooien
die me kwam troosten als ik had verloren
en die voor JEKA haar beste beentje voorzet
al zo lang als ik leef
Eigenlijk zou je hiermee het interview kunnen eindigen, maar we moeten echt nog meer kwijt over Nell.
Niets bij JEKA is vreemd voor Nell
In 1997 start ze op woensdagmiddag in de kantine en blijft samen met
Ad nog steeds het materiaal op zaterdag en zondag verzorgen. Na het
overlijden van haar man in 2004 stopt Nell met het werk in het
materiaalhok. “Er kwamen steeds teveel herinneringen naar boven”. Ze
gaat dan, naast de woensdagmiddag, op zaterdag (om de week) en
zondag in de kantine werken. Alles bij elkaar besteedt ze zo’n 20 uur per
week aan haar cluppie.
Verslaggever maakt voor het eerst kennis met Nell als hij in 2000 op sportcomplex Molengracht naar zoonlief
komt kijken. De eerste keren moet ik nog entree betalen, maar als zij achter de reden van mijn komst is
gekomen, blijft de geldelijke bijdrage beperkt tot het kopen van lootjes. Dat heeft ze samen met anderen ook
vijf jaar voor haar rekening genomen, inclusief de aanschaf van de inhoud van het levensmiddelenpakket,
waarvoor maximaal fl.25,- uitgegeven mocht worden. In ons interview heeft Nell misschien wel een primeur te
melden. De loterij komt mogelijk opnieuw op het menu van de wedstrijden van JEKA 1….!
Als we het geheugen opfrissen komen de rikconcoursen ook weer boven. Bij oudgedienden is de anekdote van de bokkenpoten van Piet Rompa als prijs heel
bekend. Als deze prijs moet worden uitgereikt, is deze lekkernij inmiddels
spoorloos verdwenen.....! En natuurlijk trekt zij er samen met Ad ook op uit met
de inmiddels vermaarde visclub Het Scholletje, waarbij een hengel in geen velden
of wegen te bespeuren valt….!
De Beukenlaan is een duidelijke verbetering, maar….
“De verhuizing naar de huidige accommodatie is een duidelijke
verbetering qua omstandigheden. We zijn in het clubhuis van alle
gemakken voorzien en wat te denken van het frietkot…! Het complex met
de kunstgrasvelden is super en als je het huidige materiaalhok vergelijkt
met dat van de Molengracht….!”
Ze heeft wel een voorkeur voor de Molengracht als het over de sfeer gaat.
“Daar was het veel knusser en bepaalde teams zaten rond de bar en
zongen en tikten dan tegen de lampen die erboven hingen. In het huidige clubhuis is het een beetje te clean.
Rechts een foto van Nell samen met Ton van Wasbeek achter de bar aan de Molengracht.
We gaan natuurlijk allemaal kijken op zaterdagavond 2 november om 18.45 uur op Omroep Brabant…!
Hoe kom je eigenlijk naar JEKA Nell? “Als het te combineren valt haalt Koen
Dillisse me op en als dat niet lukt kom ik met de deeltaxi. Ik vind het nog steeds
heel plezierig anders had ik het nog nooit zo lang vol gehouden. Ik ga pas echt
stoppen als het lichamelijk niet meer lukt en me er niet meer prettig bij voel”. En
wat doet ze naast haar vrijwilligerswerk voor JEKA? De reactie is natuurlijk deels
voorspelbaar: “Wassen, strijken, poetsen…en……. natuurlijk komt om de week
mijn enige kleinzoon van inmiddels 9 jaar naar oma”.
Ze vindt het geweldig om met mensen om te gaan en verafschuwt onrecht. “Als
me dat overkomt, ga ik een blokje om…” Uit alles blijkt dat JEKA heel veel voor
Nell betekent. Een leven zonder haar cluppie is ondenkbaar…!
Een bijzonder mens ……..en terecht GOUD voor onze club. Als verslaggever een
cijfer mocht geven dan……Gewoon even zaterdag 2 november naar Omroep
Brabant kijken. Nell bedankt voor alles wat je voor ons clubje hebt gedaan en
nog steeds doet. Als je 74 wordt, krijg je van mij een paar geraniums!