SCHOOLGIDS - VMBO Groen

het
groene
lyceum
1
SCHOOLGIDS
2013-2014 Wolvega
Wij zijn groen...
Inhoudsopgave
1 AOC Terra Wolvega
Welkom bij AOC Terra Wolvega! Het grote verschil met andere scholen is dat de
1
AOC Terra Wolvega
3
natuur een heel belangrijke plaats inneemt op onze school. Bij AOC Terra ben je
2 Pedagogisch klimaat
4
3 Leerlingbegeleiding
5
4 Schoolregels
8
vaak buiten bezig en leer je meer over planten, dieren, voeding, natuur en milieu.
Op onze school bieden we het VMBO-Groen en het Groene Lyceum aan.
5 Algemene zaken
11
6 Faciliteiten en Financiën
13
7 VMBO-Groen Wolvega
16
8 hGL Wolvega
22
AOC Terra heeft zeven vestigingen in de provincies Drenthe, Friesland en
Groningen. De scholen zijn niet zo groot, waardoor iedereen elkaar kent en we
je goed kunnen begeleiden op weg naar je diploma. In deze schoolgids staat
2
praktische informatie voor zowel het VMBO-Groen als het Groene Lyceum.
Deze schoolgids staat als document op de portal van de school. Op verzoek is het mogelijk een gedrukt
exemplaar te ontvangen.
Daarnaast kunnen jij en je ouders/verzorgers veel informatie op de portal vinden.
Wij wensen jullie allemaal een heel prettig schooljaar met goede resultaten!
Mw. R. Kolkman, directeur AOC Terra Wolvega
3
4
2 Pedagogisch klimaat
3 Leerlingbegeleiding
Wij verzorgen ons onderwijs vanuit de volgende pedagogische
uitgangspunten:
de school wordt ervaren als leerzaam en leuk;
we creëren een prettige omgeving in en buiten de klas;
de leeromgeving is veilig en docenten zijn makkelijk toegankelijk;
ervaringsleren is belangrijk: ‘van fouten leer je’;
probleemgedrag proberen we te voorkomen;
goed gedrag wordt beloond;
in geval van ongeoorloofd gedrag:
altijd nagaan of er sprake is van een zorgvraag;
in de oplossing ligt een leereffect besloten;
sanctionering staat in redelijke verhouding tot ongeoorloofd
gedrag.
3.1 Mentor
3.4 Zorgadviesteam
Je mentor is de persoon aan wie je alles kunt
vragen wat je wilt. Met je mentor heb je persoonlijk contact, hij/zij ondersteunt je, stimuleert
je en kan je adviseren. Alle belangrijke informatie
ontvang je van je mentor. Dit kan gaan over zaken
als je gedrag, je werkhouding, maar ook over je
cijfers of ziekte. De mentor is aanspreekpunt voor
zowel leerling als ouder/verzorger.
Voor problemen van psychosociale aard kan
de school een beroep doen op allerlei vormen
van zorg buiten de school. Omdat problemen
met jongeren zich vaak in een vroeg stadium
aankondigen, is de school een uitgelezen plek om
signalen op te vangen, zodat erger voorkomen
kan worden. Het zorgadviesteam zorgt voor korte
lijnen tussen school en zorg buiten school. De
taken van het zorgadviesteam komen in het kort
neer op: consultatie, verwijzing en terugkoppeling.
Aan het zorgadviesteam nemen deel:
3.2 Leerlingbegeleider
“Ik ben werkzaam als leerlingbegeleider bij AOC
Terra Wolvega. Het woord geeft al een beetje
aan wat die functie inhoudt. Ik coördineer de
begeleiding van de leerlingen. De begeleiding
kan op verschillende manieren worden ingevuld.
Enkele voorbeelden: het volgen van prestaties,
afwezigheid, eventuele ziektes, problemen die je
misschien in de klas ondervindt, maar ook voor
allerlei andere problemen kun je bij mij terecht.
Verder is het mijn taak eventuele problemen op te
lossen, in overleg met jou, je ouders en af en toe
ook ‘hulp van buiten’.”
Dhr. F. Spanhaak, leerlingbegeleider
3.3 LWOO-coördinator
“Ik houd me als LWOO-coördinator vooral
bezig met de LWOO-afdeling. LWOO betekent
leerwegondersteunend onderwijs. Dit betekent
allereerst dat ik de aanmelding van LWOOleerlingen regel. Verder ben ik het aanspreekpunt
voor alle LWOO-leerlingen. Met vragen, maar
ook met problemen, kun je altijd bij mij terecht. Ik
probeer dan samen met jou en zo nodig je ouders
oplossingen te vinden. Ook organiseer ik de extra
ondersteuning die voor LWOO-leerlingen wordt
geboden op school.”
Mevr. W. van Eenige, LWOO-coördinator
Zorgcoördinator van de school
Vertrouwenspersoon van de school
LWOO-coördinator van de school
Leerplichtambtenaar
Sociaal verpleegkundige van de GGD
Schoolmaatschappelijk werker
Ambulant begeleider vanuit RENN4
Politie van de gemeente Wolvega (op afroep)
Indien gewenst kunnen leerlingen of hun ouders
ook zelf, via de mentor of de zorgcoördinator,
vragen of hun probleem besproken kan worden in
het zorgadviesteam.
3.5 Sociaalverpleegkundige
De sociaalverpleegkundige maakt onderdeel
uit van het team jeugdgezondheidszorg GGD
Fryslân. Ze komt regelmatig op school en heeft
1 keer per maand een spreekuur waar leerlingen terecht kunnen met allerlei vragen die te
maken hebben met hun gezondheid. Dit kan
lichamelijke gezondheid betreffen maar ook
vragen op sociaal en emotioneel gebied. De
sociaalverpleegkundige gaat in gesprek met de
leerling en kan zo nodig doorverwijzen naar de
hulpverlening. In overleg met de leerling neemt de
sociaalverpleegkundige contact op met de ouders.
5
Verder heeft de sociaalverpleegkundige zitting
in het zorgadviesteam van school. Zodoende
ontstaan er korte lijnen en wordt er zo vroeg
mogelijk gesignaleerd.
De leerlingen van de eerste klassen worden
uitgenodigd voor een onderzoek bij de schoolarts of sociaalverpleegkundige. Alle leerlingen
uit klas drie krijgen een vragenlijst over hun
gezondheid. U krijgt hier als ouder bericht over.
Hebt u zorgen over uw kind of vragen over de
onderzoeken, dan kunt u contact opnemen met
de sociaalverpleegkundige van onze school.
Haar telefoonnummer is: 06-55387860, haar
werkdagen: maandag, dinsdag en donderdag.
6
3.6 Schoolmaatschappelijk
werkster
Een keer per week komt een schoolmaatschappelijk werkster bij ons op school. Leerlingen met
bepaalde problemen kunnen op dit spreekuur
terecht. Dit betekent dat je voor allerlei vragen
bij haar naar binnen kunt lopen. De vragen zijn
heel verschillend en kunnen variëren van vragen
die met relaties te maken hebben tot problemen
met gezondheid. Af en toe komt het voor dat
wij de leerlingen naar de schoolmaatschappelijk
werkster doorverwijzen of dat de ouders graag
een afspraak willen voor hun kind. Maar voor
het overgrote deel komen de leerlingen uit eigen
beweging bij haar terecht. Deze afspraken kunnen
volledig buiten je ouders om worden geregeld.
Door middel van posters op het prikbord in de hal
van de school wordt bekend gemaakt wanneer de
personen van het schoolmaatschappelijk werk of
de sociaalverpleegkundige van de Friese Wouden
aanwezig zijn.
3.7 Vertrouwenspersonen
3.9 Pestprotocol
“Leerlingen komen naar school om te leren voor
later, voor je latere beroep, maar ook voor het
dagelijkse leven. Wat de één leuk vindt, vindt de
ander vreselijk. Maar ja... het moet toch allemaal
wel. Daarnaast vinden we het op onze school
belangrijk dat iedereen zich prettig en veilig voelt.
Pesten en discrimineren accepteren we niet;
mentoren en andere personeelsleden worden
gevraagd om hierop toe te zien.
In de omgang met elkaar is het soms moeilijk
om aan te geven wat nog wel kan en wat niet
meer. Waar ligt de grens? In de omgang tussen
jongens en meisjes is die grens toch wel erg
belangrijk. Die grens is alleen vaak moeilijk te
trekken. Wat de één als bedreigend voelt, is voor
de ander een ‘aardigheidje’. We moeten leren wat
wel en niet kan. Overkomt je toch iets waar je
met iemand over wilt praten, dan kun je naar de
vertrouwenspersoon gaan. Wij horen je verhaal
aan en bepalen samen met jou wat er gedaan kan
worden.”
Onze school vormt een uitdagende leef-, werk- en
leerplaats voor de leerlingen. Hierin is geen plaats
voor pesten. We hebben een pestprotocol, dat is
te vinden op de portal via onderwijs –begeleiding –
pestprotocol.
Bovendien werken wij op school met
‘Peermediators’. Dat zijn leerlingen die opgeleid zijn
om te bemiddelen bij ruzietjes tussen leerlingen.
Zij werken volgens een bepaald systeem. Elk jaar
hebben we weer nieuwe Peermediators nodig, dus
wie weet is het iets voor jou!
Mevr. Van Eenige en dhr. Spanhaak,
vertrouwenspersonen
3.8 Meldcode huiselijk geweld
en/of kindermishandeling
Als wij op school een vermoeden hebben dat een
leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld
en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals
beschreven staat in de Meldcode huiselijk geweld
en kindermishandeling. De meldcode staat op de
portal.
3.10 Verwijsindex
Alle basisscholen en de scholen van het
voortgezet en middelbaar beroeps onderwijs
nemen in de gemeente Weststellingwerf deel aan
de Friese verwijsindex, ook wel afgekort als VIF
Zizeo. VIF staat voor Verwijsindex Fryslân, en
ZiZeo voor Zicht op Zorg en onderwijs.
De verwijsindex is een elektronisch systeem
waarin hulpverleners, onderwijs, leerplicht en
andere begeleiders die met jongeren werken, de
persoonsgegevens van het kind melden wanneer
zij zich zorgen maken over een kind. Er kunnen
allerlei redenen zijn voor ongerustheid over een
kind. Dat kan als er bijvoorbeeld problemen zijn
op school of met de gezondheid of persoonlijke
ontwikkeling van het kind. Door er op tijd bij te zijn,
kan voorkomen worden dat de problemen te groot
worden.
Als er een andere beroepskracht of hulpverlener
is die ook een melding in het systeem doet,
dan wordt er automatisch (via de mail) door de
verwijsindex contact gelegd tussen de eerste en
tweede melder. Beide melders gaan dan samen
overleggen over de beste vorm van begeleiding
van het kind. Er wordt dan afgesproken op welke
manier ze de jongere gaan helpen. Ouders en
jongeren vanaf 12 jaar worden geïnformeerd
over een melding in de verwijs-index en voordat
beroepskrachten inhoudelijke informatie
uitwisselen wordt hiervoor toestemming gevraagd.
De verwijsindex is een beveiligd systeem waarmee
alleen bevoegde mensen mogen werken. Bij
een melding in het systeem worden alleen
persoonsgegevens van de jongere (naam, adres,
geboortedatum) opgenomen. De reden van de
melding wordt niet opgenomen. Er komt dus geen
informatie over de aard van het probleem en de
behandeling in de verwijsindex. De gegevens
verdwijnen na twee jaar vanzelf weer uit het
systeem.
7
4 Schoolregels
In dit hoofdstuk staan enkele schoolregels. We
verwachten dat je deze regels kent en je eraan
houdt. Eigenlijk zouden alle regels overbodig
zijn (ook die op school) als je je steeds aan de
volgende regel zou houden: Heb respect voor de
ander, jezelf en de omgeving.
8
We respecteren elkaar en elkaars spullen.
Dat betekent dat we van elkaars lijf en spullen
afblijven en dat vloeken en grof taalgebruik niet
worden geaccepteerd.
Jassen, sjaals en petten horen in de garderobe,
in je kluisje of in je tas.
Je mobieltje is in school uit. Je mobieltje mag
niet zichtbaar zijn in de school, bewaar je
mobieltje in je kluisje.
Buiten op het schoolterrein mag gebeld worden.
Je mag eten en drinken in de kantine en in de
hal.
Je tas dient in je kluisje te worden geplaatst als
je geen les hebt.
Je gaat pas het lokaal binnen, als de leerkracht
dat aangeeft.
Volg de juiste looprichting op de trappen.
In de hal staan banken om op te zitten, de
trappen zijn daar niet voor bedoeld.
4.1 Roken
In school en op het schoolterrein mag niet gerookt
worden, behalve in de zogenaamde rokershoek.
Daar mogen de leerlingen uit klas 3 en 4 roken.
4.2 Alcohol en drugs
Het bij je dragen en/of gebruiken van alcohol,
wapens, drugs of vuurwerk leidt automatisch tot
schorsing en/of doorverwijzing naar de politie en
bureau Halt. Het kan zelfs betekenen dat je van
school af moet. Deze regel geldt in het schoolgebouw, op het schoolterrein, maar ook tijdens praktijklessen, stage, excursies, schoolreizen en andere
activiteiten die door school worden georganiseerd.
4.3 Huiswerkregels
Opgegeven huiswerk moet je maken of leren.
Als dit om welke reden dan ook niet is gelukt,
meld je dat voor de les begint.
Je docent geeft het huiswerk tijdig en duidelijk
op.
Je kunt maximaal twee toetsen per dag krijgen
waarvoor je moet leren.
De leerlingen houden hun agenda met toetsen
nauwkeurig bij en melden de docent als hij/
zij een toets teveel voor die dag wil opgeven.
Eenmaal opgegeven toetsen mogen worden
afgenomen! Let dus goed op!
Proefwerken worden minimaal een week van
tevoren opgegeven.
Als je docent afwezig is, schuift het huiswerk
automatisch door naar de volgende les van die
docent, tenzij de les vervangen wordt.
Toetsen die niet doorgegaan zijn worden door
de docent opnieuw opgegeven.
In klas 1 en 2 maakt de docent afspraken met
je voor het inhalen van een proefwerk; in klas
3 en 4 krijg je twee weken de tijd om zelf met
een datum te komen om proefwerk, tentamen,
werkstuk etc. in te halen. Doe je dat niet, dan
bepaalt de docent de datum.
Het niet op tijd inleveren van verslagen en
herbarium kan betekenen dat je niet over kunt
naar klas 4 en geen examen kunt doen.
4.4 Pauzes
Tijdens de pauzes en als je een tussenuur hebt,
blijf je op het schoolterrein, maar je komt niet in
de fietsenstalling. Tijdens de pauzes kom je niet
op de eerste verdieping. Je kunt dus niet naar het
computerlokaal. Wil je om welke reden dan ook het
schoolterrein verlaten, dan kun je hier van tevoren
toestemming voor vragen bij dhr. Scheltinga.
4.5 Absentie
Wanneer je ziek bent en niet naar school kunt
komen, dan wordt dat door je ouders ‘s morgens
voor 8.15 uur doorgegeven aan de administratie,
via telefoonnummer (0561) 61 88 18. Word je ziek
terwijl je op school bent, vraag dan toestemming
aan de leerkracht waar je op dat moment les
van hebt of aan meneer Scheltinga om naar
huis te gaan. De school belt naar jouw ouder(s)/
verzorger(s) om er voor te zorgen dat er iemand
is om je op te vangen. Zodra je thuis bent, wordt
er naar school gebeld dat je aangekomen bent.
Als je voor de eerste keer weer op school komt,
meld je je aan het loket van de administratie weer
beter, zodat het op de juiste manier in Magister
geregistreerd wordt.
4.6 Te laat komen
Wanneer je te laat komt, ga je zo snel mogelijk
naar de les. De docent noteert het in Magister
(leerlingvolgsysteem). Als je te laat komt verstoor
je de les. Daarom nemen we de volgende
maatregelen:
drie keer te laat: twee keer om 7.50 uur
melden bij de conciërge
zes keer te laat: de hele week om 7.50 uur
melden bij de conciërge . Je ouders krijgen
een brief van school
negen keer te laat: je ouders worden
uitgenodigd voor een gesprek met je mentor
en meneer Scheltinga
twaalf keer te laat: je ouders worden
uitgenodigd voor een gesprek met de
leerplichtambtenaar
vijftien keer te laat: dan kan de
leerplichtambtenaar een Halt-straf opleggen
Ongeoorloofd afwezig:
Elk lesuur worden de absenten gecontroleerd
via ons administratiesysteem Magister. Als je
ongeoorloofd afwezig bent, gelden de volgende
regels:
De gemiste lesuren worden dubbel ingehaald
Na de 1e keer: mentor heeft een gesprek met
de leerling
Na de 2e keer: mentor heeft gesprek met
leerling en ouders
Na de 3e keer: onderwijscoördinator heeft een
gesprek met leerling en ouders en er wordt
een melding gedaan bij de leerplichtambtenaar
Na de 4e keer: de leerplichtambtenaar
onderneemt actie. De leerlingbegeleider doet
melding bij het digitaal verzuimloket
4.7 Rode kaart
Bij verwijdering uit de les meld je je altijd bij
meneer Scheltinga. Als hij er niet is, meld je je bij
meneer Spanhaak of bij de administratie. Je krijgt
dan een zogenaamde rode kaart, waarop je moet
aangeven wat er gebeurd is. De docent beschrijft
op diezelfde rode kaart zijn kant van het verhaal
en eveneens de afspraken die gemaakt zijn om de
situatie te herstellen. Een kopie van de rode kaart
wordt naar je ouders gestuurd.
4.8 Internet- en
netwerkprotocol
In het moderne onderwijs zijn de computers een
normaal hulpmiddel geworden. Nu weten jullie
inmiddels al dat als de computers het niet meer
doen, we ons al een beetje onthand voelen. We
kunnen ze dus niet meer missen. Onze school
heeft een modern computernetwerk met alles
erop en eraan. Alle 55 computers zijn verbonden
in een netwerk en aangesloten op het internet.
Aangezien moderne voorzieningen naast veel
positieve ook negatieve bijzaken kent, hanteren wij
voor ons internet en netwerk de volgende regels:
Elke leerling krijgt aan het begin van zijn
schoolcarrière een unieke inlogcode met
9
5 Algemene zaken
wachtwoord waarmee je kunt inloggen op
het computernetwerk. Alleen jij mag hierop
werken. Op het netwerk heb jij een eigen
stukje waarop je je eigen zaken kunt opslaan.
Jij bent dan ook verantwoordelijk voor alles wat
op jouw naam gebeurt. Jij zult bij misbruik daar
dan ook op aangesproken worden.
10
Elke leerling krijgt een eigen school
e-mailadres dat dus ook alleen voor
schooldoeleinden gebruikt mag worden. Privé
e-mailadressen worden op school dus niet
gebruikt.
Het internet mag gebruikt worden zolang
het te maken heeft met een lesopdracht. Bij
het bezoeken van ongewenste sites met
racisme, discriminatie, seks, porno, geweld of
anderzijds kwetsende inhoud wordt deze site
zo snel mogelijk verlaten. Op alle computers
kan op afstand meegekeken worden door de
systeembeheerders. Dit is een extra stimulans voor jullie om je aan de regels te houden.
Ook het volledige beheer van de computer kan
op afstand gebeuren.
Bij overtreding van de regels mag de leerling
een maand lang geen gebruik maken van de
computer op school. Bij herhaalde overtreding
zal het drie maanden duren en volgt er contact
met de ouders. Bij een derde overtreding volgt
een verbod voor de resterende schoolperiode
met uitzondering van de examenopdrachten.
Tot slot:
In die gevallen waarin bovenvermelde schoolregels
niet voorzien, beslist de directeur of haar
vervanger.
4.9 Afspraken bij gymnastiek
Kleding: T-shirt en korte turn- of trainingsbroek.
Vanaf de meivakantie tot de herfstvakantie
gaan we in principe naar buiten, dus zorg bij
koud weer voor warme kleren.
Om hygiënische redenen is het verstandig
om te zorgen voor schoon ondergoed/
sokken e.d. zodat je na het douchen schoon
ondergoed aan kunt trekken. Douchen is
verplicht.
Zorg voor goede sportschoenen, zowel binnen
als buiten.
Na de gymles is douchen verplicht, neem dus
een handdoek mee.
Als je om een of andere reden (bijvoorbeeld
blessure) niet mee kunt doen, neem je een
briefje van je ouder(s)/verzorger(s) mee.
5.1 Identificatieplicht
5.4 Klachtenbehandeling
De koppelingswet houdt in dat leerlingen die zich
bij AOC Terra inschrijven, verplicht zijn een kopie
van een geldig legitimatiebewijs c.q. verblijfsdocument in te leveren. Dit geldt voor zowel nieuwe
leerlingen (eerstejaars) als de zogenaamde
instromers. Deze kopie heb je ook weer nodig bij
stage in leerjaar 3 en 4. Je moet daarvoor een
kopie van je identiteitskaart, paspoort of een uittreksel van het bevolkingsregister met daarop je
Burgerservicenummer inleveren op school.
Klachten worden in principe aangekaart bij en
besproken met degene die het betreft. Binnen
de school is ruimte voor een gesprek. De
docent, mentor, interne vertrouwenspersoon
of een andere persoon binnen de school is het
eerste aanspreekpunt bij problemen of vragen.
Ook de directeur van de school en de externe
vertrouwenspersoon kunnen een rol spelen bij
het zoeken naar een oplossing. Pas als blijkt dat
een oplossing op deze manier niet mogelijk is,
kan worden overgegaan tot het indienen van een
formele klacht. Men kan de klacht dan voorleggen
aan de voorzitter van het College van Bestuur.
Afhankelijk van de aard van de klacht kan deze
ook gedeponeerd worden bij de Landelijke
Klachtencommissie, waarbij AOC Terra is
aangesloten. De LKC onderzoekt de klacht en
beoordeelt of deze gegrond is. De LKC brengt
advies uit aan het schoolbestuur en kan aan
haar advies aanbevelingen verbinden. De
klachtenregeling heeft tot doel om serieuze
klachten van alle betrokkenen binnen de school
een plaats te geven en om op een opbouwende
manier te komen tot een oplossing voor allerlei
soorten moeilijke situaties.
5.2 OR
Er worden tijdens de leerjaren verschillende
reizen/excursies georganiseerd.
Definitieve opgave en facturering vinden plaats in
de loop van het schooljaar. Bestemming en exacte
kosten worden nog nader bekend gemaakt.
AOC Terra heeft een Ondernemingsraad.
Daarnaast is er nog een Ouderraad en een Deelnemersraad:
personeel: OR (Ondernemingsraad)
ouders: OuR (Ouderraad)
leerlingen: DR (Deelnemersraad)
Ouders en deelnemers kunnen met vragen en
opmerkingen terecht bij hun eigen Raad. U kunt
zich ook aanmelden als lid van de Ouderraad.
Voor meer informatie hierover kunt u terecht op
de portal.
4.11 Video-opnames/foto’s
5.3 Leerlingenstatuut
Af en toe worden er binnen onze school videoopnames of foto’s gemaakt van leerlingen voor
studieobjecten, open dagen, sportdagen etc. Wij
gaan ervan uit dat ouder(s)/verzorger(s) geen
bezwaar hebben tegen het gebruik van deze
opnames voor de school, onder andere voor
plaatsing op de website van AOC Terra VMBOGroen of het Groene Lyceum, plaatsing in de
schoolgids en dergelijke. Mochten de ouder(s)/
verzorger(s) hier wel bezwaar tegen hebben,
dan kan er contact worden opgenomen met de
directeur.
Op onze portal kun je het leerlingenstatuut van
AOC Terra bekijken. Hierin staan de rechten en
plichten voor alle leerlingen van AOC Terra.
4.10 Schoolexcursies
Landelijke Klachtencommissie Onderwijs
Postbus 85191
3508 AD Utrecht
T 030-280 95 90
E. [email protected]
www.onderwijsgeschillen.nl
11
6 Faciliteiten en Financiën
5.5 Onderwijstijd
De overheid heeft de onderwijstijd per leerjaar
vastgesteld. Voor het schooljaar 2013-2014
moeten de leerlingen in de onderbouw 1000
klokuren per schooljaar krijgen. Leerlingen
in het derde jaar van het VMBO moeten ook
1000 klokuren krijgen en leerlingen in het
vierde jaar (eindexamenjaar) moeten 700
klokuren les krijgen. De nieuwe wet die met
ingang van schooljaar 2013-2014 van kracht
is, geeft 1040 uur in de onderbouw aan. Er is
echter nog onvoldoende duidelijkheid omtrent
de implementatie van de wet en in het bijzonder
de uren norm. Ook de brancheorganisatie VO
raad adviseert haar leden om voor het komend
jaar 1000 uur als norm voor de onderbouw te
hanteren.
12
Voorkomen lesuitval
Voor het geval dat er een docent uitvalt, hebben wij
schaduwuren. Op vrijwel alle uren is er een docent
beschikbaar om een les over te nemen. Hierdoor
kunnen we het aantal lesuren dat uitvalt tot een
minimum beperken. Dit komt de leerprestaties
zeer ten goede. Vergaderingen en bijeenkomsten
worden zo veel mogelijk buiten de lestijden
georganiseerd. Wij gaan er van uit dat wij de
onderwijstijd in alle klassen realiseren.
6.1 Gratis schoolboeken
6.2 Vrijwillige Ouderbijdrage
De leerlingen krijgen de schoolboeken gratis.
Het gaat hierbij om de leerboeken en werkboeken. Ook lesmateriaal dat door de school zelf
is ontwikkeld valt hieronder. Verder kunnen dit
licentiekosten van digitaal leermateriaal, cd’s en
dvd’s zijn. De boeken worden in bruikleen gegeven
en moeten aan het einde van het schooljaar
weer worden ingeleverd. Op de boekenlijsten
staat aangegeven welke boeken weer ingeleverd
moeten worden. Daar waar op de boekenlijst
sprake is van eigendom worden de boeken
aan het einde van het schooljaar in eigendom
overgedragen. Werkboeken die in meerdere
leerjaren worden gebruikt, moeten door de
leerling zelf worden bewaard. Deze worden in het
volgende leerjaar niet opnieuw gratis verstrekt.
Buiten de regeling van gratis schoolboeken
vallen de atlas, woordenboeken, agenda, laptop,
rekenmachine, sportkleding, gereedschap,
schriften, multomappen, pennen, etc.
Niet alle schoolzaken worden door de overheid
bekostigd. De vergoeding die de school van
het Rijk ontvangt, schiet steeds meer te kort.
Ieder jaar moet worden bekeken hoe de gelden
goed besteed kunnen worden, zonder dat het
aanbod aan de leerlingen wordt beperkt. Daarom
vraagt AOC Terra van ouder(s)/verzorger(s) een
vrijwillige bijdrage, afhankelijk van de te volgen
opleiding. Voor de school is de bijdrage ontzettend
belangrijk.
De school verstrekt de boeken voor alle leerjaren
via Iddink Voortgezet Onderwijs BV in Ede. De
bestelling wordt door de ouder(s)/verzorger(s)
rechtstreeks, via www.iddink.nl gedaan. Er
wordt voor het gebruik van de boeken geen
borg gevraagd. In plaats daarvan wordt gevraagd akkoord te gaan met de inhoud van de
‘bruikleenverklaring gratis schoolboeken’. Deze
bruikleenverklaring staat op de website van Iddink
en kom je tegen bij het bestellen van de boeken.
Wanneer je deze vraag met ‘ja’ beantwoordt kun
je verder met het afronden van de bestelling. Het
bestellen dient zo snel mogelijk te worden gedaan,
uiterlijk in de eerste week van de zomervakantie.
Iddink Voortgezet Onderwijs BV zorgt zelf voor
alle noodzakelijke informatie naar de ouder(s)/
verzorger(s).
AOC Terra heeft de ‘Gedragscode schoolkosten
voortgezet onderwijs 2009’ van de VO-Raad
ondertekend. Daarmee geeft AOC Terra aan
dat zich zal houden aan de regels van deze
gedragscode. De gedragscode behelst het
navolgende:
schoolkosten mogen geen belemmering
vormen voor het volgen van onderwijs, school
spant zich in kosten zo laag mogelijk te
houden;
school bespreekt voorafgaand hoogte,
besteding en ontwikkeling totale schoolkosten
met oudergeleding MR;
in overleg met oudergeleding MR wordt
voorafgaand een begroting opgesteld;
school informeert ouders tijdig over
schoolkosten en splitst de kosten uit naar
leerjaar, opleiding en bestemming;
school stuurt een rekening met duidelijke
specificatie;
school verstrekt bij de rekening toelichting op
de besteding;
school legt achteraf verantwoording af over de
feitelijke besteding;
school verrekent, indien de kosten aanzienlijk
lager zijn dan de bijdrage, dit met de betreffende ouders.
13
AOC Terra vraagt een vrijwillige ouderbijdrage voor
o.a.:
algemene bijdragen € 22,00;
materialen variërend van € 48,00 tot € 58,00
(afhankelijk van studie of klas);
schoolreizen variërend van € 15,00 tot € 20,00
(afhankelijk van studie of klas);
internationale uitwisselingsprogramma’s
€ 280,00.
14
Een overzicht van de verschillende excursies,
schoolreizen, etc. en de kosten vindt u op de
portal onder ‘Activiteiten’. Op de portal vindt u onder
Financiën-vrijwillige ouderbijdrage een overzicht
van de bijdragen per leerjaar en opleiding. Met
betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage is door
AOC Terra een reglement opgesteld, de ‘Regeling
vrijwillige ouderbijdrage’. Deze regeling wordt u
aan het begin van ieder schooljaar verstrekt. Deze
regeling kunt u ook vinden op de portal van AOC
Terra onder Financiën-vrijwillige ouderbijdrage.
6.3 Betaling
6.5 Verklaring omtrent Gedrag
Voor de bedragen, die in rekening worden
gebracht voor vrijwillige ouderbijdrage, introductie,
kennismakingsdagen en dergelijke ontvangt
u facturen aan het begin van het schooljaar.
Een aantal zaken, zoals excursies, wordt
gedurende het schooljaar gefactureerd. Mocht
er iets onduidelijk zijn over facturen of wilt
u een betalingsregeling, dan kunt u contact
opnemen met de financiële administratie van het
bestuursbureau van Onderwijsgroep Noord, tel. nr.
(050) 529 29 29.
Als een leerling stage gaat lopen, kan het zo zijn
dat een Verklaring omtrent Gedrag (VOG) getoond
moet worden. Een VOG is een verklaring waaruit
blijkt dat het gedrag geen bezwaar oplevert voor
het gevraagde doel, bijvoorbeeld het verkrijgen
van een nieuwe stageplek. Een Verklaring Omtrent
het Gedrag staat ook wel bekend als bewijs van
goed gedrag. Degene die de VOG vraagt zal ook
vaak een aanvraagformulier verstrekken. Daarbij
wordt aangegeven wat het doel van de aanvraag
is. Aanvragen van een VOG doe je digitaal of bij
de gemeente van je woonplaats. Aan de VOG zijn
kosten [op moment van dit schrijven: € 24, 55
(digitaal) en € 30,05 (gemeenteloket)] verbonden.
Deze zijn voor rekening van de leerling/ouders.
6.4 Kluisjes
Op alle vestigingen van AOC Terra zijn kluisjes
aanwezig, omdat wij het risico van diefstal
willen beperken. We kunnen u niet verplichten
hiervan gebruik te maken, maar wij adviseren
om dit wel te doen. De school aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor diefstal, verlies of beschadiging van persoonlijke eigendommen van
de leerlingen. Bij de eerste afgifte van de sleutel
wordt een waarborgsom in rekening gebracht van
€ 5,00. Voor huur van de kluisjes wordt jaarlijks
een bijdrage gevraagd van € 10,- (incl. BTW). De
directie van de school behoudt zich het recht voor
om bij verdenking van oneigenlijk gebruik van
het kluisje deze te inspecteren, zo mogelijk in het
bijzijn van de leerling die het kluisje heeft gehuurd.
6.6 Verzekeringen
De school heeft een Wettelijke
Aansprakelijkheidsverzekering,
een schoolreisverzekering en een
ongevallenverzekering. De WA-verzekering
dekt schade die aan derden is toegebracht.
De schoolreisverzekering dekt schade tijdens
werkweken en excursies en de ongevallenverzekering dekt letselschade. Alle leerlingen dienen
zelf verzekerd te zijn voor de ziektekosten.
Materiële schade is niet verzekerd en de school
stelt zich niet aansprakelijk voor diefstal en schade
aan materiële zaken van leerlingen.
Informatie over verzekeringen vind u ook op de
portal onder Financiën-verzekeringen.
6.7 Tegemoetkoming
schoolkosten
Kindgebonden budget
Afhankelijk van de hoogte van het inkomen
kunnen ouders in aanmerking komen voor Kindgebonden Budget via de Belastingdienst. Kijk voor
meer informatie op www.toeslagen.nl
Stichting Leergeld
De Stichting Leergeld vergoedt kosten die niet
of maar gedeeltelijk worden vergoed door een
voorliggende voorziening voor:
school (schoolbenodigdheden, kamp,
excursies)
sportclub
vereniging
kunstzinnige vorming
Voor meer info: Leergeld Nederland, T. 013
5451656 of www.leergeld.nl
15
7 VMBO-Groen Wolvega
7.1 Onderwijskundige inrichting
VMBO-Groen
Het VMBO-Groen van AOC Terra leidt op in
de basisberoepsgerichte leerweg (BB), de
kaderberoepsgerichte leerweg (KB) en de
gemengde leerweg (GL). Wanneer je de GL doet
met een extra theorievak kun je ook een diploma
theoretische leerweg (TL) behalen.
7.2 De onderbouw
De onderbouw bestaat uit het eerste en tweede
leerjaar. Werken met gemotiveerde leerlingen,
dat is het hoofddoel bij onze werkwijze. We willen
verder bouwen aan de vaardigheden die de
meeste leerlingen in het basisonderwijs hebben
opgedaan.
16
Het is mogelijk om in overleg met je mentor en
je vakleerkracht een vak waar je goed in bent,
op een hoger niveau te doen. Als je bijvoorbeeld
basisberoepsgerichte leerweg doet en je bent heel
goed in Engels, dan kun je dat vak op een hoger
niveau doen. Verder worden er een aantal keren
per jaar vakoverstijgende projecten georganiseerd.
7.3 Sportklas
De sportklas gaat zijn vierde jaar in. Naast de
gebruikelijke lesuren per week lichamelijke
opvoeding, krijgen de leerlingen extra sport. Ze
volgen daarom minder uren in de praktijkvakken,
zie de lesurentabel verderop in de schoolgids. In
deze extra uren wordt veel aandacht besteed aan
sporten die je normaal niet doet op school, zoals
mountainbiken, muurklimmen, skeeleren, fitness
enzovoort.
7.4 Leerwegen
In de eerste twee jaren werken we met de
leerwegen basisberoepsgerichte leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg en gemengde leerweg.
Aan het einde van het tweede leerjaar wordt
definitief bepaald welke leerweg je in leerjaar 3
gaat volgen. Afhankelijk van jouw niveau kom je in
één van de volgende leerwegen:
Gemengde leerweg/theoretische leerweg:
bij deze leerweg krijg je vijf of zes
theorievakken en één beroepsgericht vak.
Deze leerweg is voor leerlingen die een
behoorlijk niveau aankunnen en goed kunnen
leren.
Kaderberoepsgerichte leerweg:
bij deze leerweg krijg je vier theorievakken en
twee beroepsgerichte vakken. Deze leerweg
is meer gericht op theoretisch en praktisch
ingestelde leerlingen.
Basisberoepsgerichte leerweg:
bij deze leerweg krijg je vier theorievakken en
twee beroepsgerichte vakken. De basisberoepsgerichte leerweg is voor de meer
praktisch ingestelde leerlingen.
7.5 Gemengde leerweg en
diploma Theoretische
leerweg
De leerlingen die de gemengde leerweg volgen,
kiezen er meestal voor om Duits in leerjaar 4 als
extra vak te volgen, waardoor ze een diploma voor
de theoretische leerweg kunnen krijgen.
7.6 Doorstroommogelijkheden
Een VMBO-Groen diploma kan je overal
brengen. Natuurlijk kun je met je groene vakken
doorstromen naar MBO-Groen, maar daarnaast
kun je met de gevolgde theorie- en praktijkvakken
naar alle andere MBO-sectoren: Techniek, Zorg &
Welzijn, Economie, CIOS.
Met de kaderberoepsgerichte leerweg en de
gemengd/theoretische leerweg kun je een drie- of
vierjarige vervolgopleiding op niveau 3 of 4 in het
MBO kiezen. Voor de leerlingen die een diploma
theoretische leerweg halen, behoort een vervolg
op de havo tot de mogelijkheden, maar dan moet
je wel Duits als extra vak gekozen hebben. Met
de basisberoepsgerichte leerweg kun je een
tweejarige vervolgopleiding op niveau 1 of 2 in het
MBO kiezen. Welke leerweg je ook kiest, jouw
VMBO-opleiding duurt in principe vier jaar.
Doorstroomgegevens 2012-2013
Groen 30%
Economie en handel 22%
Techniek 18%
Zorg en Welzijn 30%
Voor meer informatie over doorstroomgegevens
kijk op www.schoolvo.nl.
7.7 Examen
In het VMBO begint het schoolexamen al
in het derde leerjaar. Alle cijfers die je in het
derde en vierde leerjaar hebt behaald, worden
bijgehouden in het examendossier. Welke toetsen
er afgelegd moeten worden, staat beschreven
in het programma van toetsing en afsluiting
(PTA). Dat programma wordt rond 1 oktober
aan je uitgereikt. De cijfers die je in leerjaar 3
en 4 hebt gehaald, leiden tot een eindcijfer voor
het schoolexamen. Voor de meeste vakken
volgt dan in leerjaar 4 het centraal examen. Het
schoolexamen en het centraal examen tellen
beiden mee voor het eindcijfer. Voor de vakken
maatschappijleer, lichamelijke opvoeding en
culturele en kunstzinnige vorming (KV1) is geen
centraal examen. Bij deze vakken is het cijfer voor
het schoolexamen ook je eindcijfer.
7.8 Bedrijfsoriëntatie en stage
“Het is niet gemakkelijk om een beroep te kiezen
dat bij je past. Om je te helpen bij je beroepskeuze
krijg je voorlichting over de verschillende
beroepen. Je krijgt daardoor een idee wat een
bepaald beroep inhoudt. Of je het door jou
gekozen beroep ook in de praktijk leuk vindt,
weet je dan nog niet, maar dat kun je in leerjaar
3 zelf ervaren. Je gaat je dan oriënteren in het
bedrijfsleven (bedrijfsoriëntatie) op verschillende
soorten bedrijven van jouw keuze. Let wel, dit
kunnen ook bedrijven zijn buiten de groene sector,
zoals een transportbedrijf, kapsalon, winkel,
peuterspeelzaal, verzorgingstehuis, restaurant
of iets dergelijks. Aan het eind van leerjaar 3
heb je dan (hopelijk) een goede beroepskeuze
gemaakt. In leerjaar 4 ga je stage lopen, maar
dan het gehele jaar door op hetzelfde bedrijf.
Staat je studiekeuze nog niet vast, dan kun je
voor een tweede periode kiezen in een andere
richting. Je krijgt dan allerlei opdrachten mee van
school, die op het stagebedrijf uitgevoerd moeten
worden. Dit kunnen praktische opdrachten zijn,
zoals het voeren van de kalveren of het maken
van een bloemstukje, maar het kunnen ook
vragen zijn over de bedrijfsvoering. We zoeken
samen natuurlijk een stagebedrijf dat bij jou past.
Bovenstaande beschrijving van de stageperiodes
geldt voor de leerlingen van de basis- en
kaderberoepsgerichte leerweg. Voor leerlingen
van de gemengde leerweg geldt een kortere
stageperiode. Zij lopen stage gedurende de laatste
periode in klas 3 en de eerste twee weken in
klas 4.”
Dhr. De Leeuw, stagecoördinator
17
7.9 Maatschappelijke stage
18
“Maatschappelijke stage (MAS) is een vorm
van leren door vrijwilligerswerk te doen. Je leert
een bijdrage te leveren aan en verantwoordelijk
te zijn voor de samenleving. Daarnaast oefen je
met sociale vaardigheden en ontmoet je mensen
waar je anders wellicht niet mee in contact komt.
Waar reguliere stages vooral beroepsoriënterend
zijn, hebben maatschappelijke stages vooral
karaktervorming tot doel. In het 1e en 2e leerjaar
wordt dit in groepen in projectvorm aangeboden.
De leerlingen van het 3e en 4e jaar gaan het op
individuele basis uitvoeren. Maatschappelijke
stage kan bij verschillende organisaties worden
uitgevoerd. Je kunt zelf je eigen maatschappelijke
stage bedenken. De leerlingen doen minimaal
30 uur vrijwilligerswerk als onderdeel van hun
schoolcarrière.
Enkele voorbeelden:
geven van een mobieltjescursus of
computerles aan bejaarden.
het organiseren van een sportdag voor
gehandicapten.
begeleiding geven op een zorgboerderij.
helpen bij een cultureel centrum”.
Dhr. De Leeuw, MAS coördinator
7.10 Leerwerktraject en MBO
niveau 1
In leerjaar 4 kunnen leerlingen een diploma halen
via het leerwerktraject of MBO niveau 1. Dit zijn
praktische varianten van de basisberoepsgerichte
leerweg, bedoeld voor leerlingen die gemotiveerd
zijn voor leren en werken en op deze manier
enthousiast blijven om school met succes af te
maken. In beide varianten ben je drie dagen op
het leerwerkbedrijf en twee dagen op school.
Leerlingen worden via een toelatingsprocedure
toegelaten tot dit traject. Het leerwerktraject wordt
afgesloten met een diploma BB-leerwerktraject
en je kunt er ook voor kiezen om een MBO
niveau 1 diploma te gaan halen. Beide varianten
geven doorstroommogelijkheden naar een MBOopleiding op niveau 2. Wij volgen de leerlingen
nauwkeurig om zo in leerjaar 3 een goed advies
hierover te kunnen geven. Mocht je meer willen
weten of vragen hierover hebben, dan kun je
contact met me opnemen.
Mevr. Klomp, decaan
7.11 Landbouwbreed
In leerjaar 3 en 4 zijn de bekende vakrichtingen
dierenhouderij, groene ruimte, verwerking
agrarische producten (VAP) en bloemschikken
geïntegreerd en wordt het geheel in een
breder pakket aangeboden. We noemen dit
‘landbouwbreed’. In dit brede pakket wordt in
de leerjaren 3 en 4 bovendien economie en
agrarische techniek aangeboden. Tijdens de landbouwbreeduren wordt alle lesstof aangeboden
in zogenaamde modules, waarmee leerlingen
zelfstandig aan de slag gaan. De leerlingen krijgen
een aantal verplichte basismodules. Daarnaast
kunnen ze kiezen uit verschillende modules die
bij hun interesse en toekomst passen. Binnen
landbouwbreed ondersteunen de leerlingen de
docenten bij de lessen. In het lokaal krijgen de
leerlingen te maken met uitgifte en onderhoud
van materialen, met logistieke planning van de
leseenheden, maar ook met beheer en controle.
Hierin staat steeds het leren op de werkplek
centraal, waarbij praktijk en theorie elkaar
aanvullen. ‘Leren door te doen’ is het motto. De
modules zijn zodanig opgezet, dat de leerlingen er
meer zelfstandig mee kunnen werken, duidelijk en
gestructureerd.
Het doel van dit alles is om de lesstof dichter
bij de werkelijkheid te brengen en leerlingen
aantrekkelijker en uitdagender onderwijs te bieden.
Bovendien sluit deze manier van lesgeven beter
aan bij het MBO. Wij als landbouwbreed team
hopen zo samen met de leerlingen veel leer- en
werkplezier te beleven.
Mevr. Klomp, namens het landbouwbreed team
7.12 Toelating
Toelaatbaar zijn leerlingen die voldoen aan de
toelatingseisen van het VMBO, namelijk:
IQ van 75 punten of hoger;
niet meer dan drie jaar leerachterstand op
de leergebieden technisch lezen, begrijpend
lezen, spelling en/of inzichtelijk rekenen;
geen onoverkomelijke sociaal emotionele
problematiek.
Mogelijk toelaatbaar zijn leerlingen die net niet
aan deze voorwaarden voldoen en leerlingen
die gaandeweg de schooljaren instromen. De
school vraagt, indien gewenst, advies aan bij de
Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). De
schoolleiding neemt de beslissing om een leerling
wel of niet te plaatsen op onze school.
7.13 Toelating leerling met
handicap
De wet leerlinggebonden financiering (ook wel
‘rugzak’ genoemd) biedt ouder(s)/verzorger(s)
de keuzemogelijkheid hun kind met zijn ‘rugzak’
aan te melden bij een vorm van speciaal onderwijs
of bij het regulier onderwijs. Bij deze ‘rugzak’
gaat het om extra budget voor de school voor
ondersteuning van de leerling. De grootte van het
budget hangt af van de handicap.
Als ouder(s)/verzorger(s) graag willen dat hun
kind naar het regulier onderwijs gaat, dan doen zij
dat in het vertrouwen dat de school:
een adequaat antwoord kan geven op vragen
naar aparte voorzieningen;
in kan gaan op specifieke pedagogischdidactische behoeften.
AOC Terra Wolvega zal haar uiterste best doen aan
deze twee eisen te voldoen. In de huidige situatie
zijn er echter wel obstakels. Deze maken het ons
voorlopig niet mogelijk elk kind met ‘rugzak’ met
een redelijke kans op een goede schoolloopbaan
te plaatsen.
De volledige regeling genaamd: “Toelating
leerlingen in het voortgezet onderwijs”, waaronder
ook leerlingen met een LGF-rugzak, kunt u bij de
administratie van de school opvragen.
19
7.14 Rapportages
20
7.14.1 Cijfers
De docent beoordeelt de leerlingen op kennis
en verschillende vaardigheden. Alle resultaten
worden binnen een week aan de leerling bekend
gemaakt. De leerling noteert deze cijfers in zijn/
haar agenda. Zo behoudt hij/zij zelf zicht op zijn/
haar vorderingen. De docent voert binnen een
week de resultaten in in het cijferprogramma op het
computernetwerk. Zo hebben alle docenten een
actueel overzicht van alle behaalde resultaten. Voor
de eerste twee leerjaren worden drie keer per jaar
de cijfers verwerkt tot een rapport. De rapportcijfers
worden in tienden weergegeven.
Op basis van de drie rapporten wordt een eindrapport berekend. Voor leerjaar 1 telt het eerste rapport
één keer en de andere twee rapporten twee keer.
Het eindrapport wordt afgerond op hele cijfers. Voor
leerjaar 2 tellen alle rapporten 1 keer mee.
Vanaf leerjaar drie halen de leerlingen cijfers
die meetellen voor hun examen in leerjaar vier.
Zij werken dus gedurende twee jaar met een
voortschrijdend gemiddelde. Drie keer in het
derde en twee keer in het vierde jaar ontvangen
de leerlingen een overzicht van de behaalde
resultaten tot dan toe. Het laatste overzicht in het
derde leerjaar is direct het eindrapport. Ouders
kunnen de cijfers van hun zoon/dochter inkijken
in Magister. Daartoe krijgen de ouders een
persoonlijke inlogcode.
7.14.2
Overgangsnormen
Algemeen:
De leerlingen met een LWOO-indicatie worden
apart besproken en beoordeeld. Bij hen
wordt ook nadrukkelijk gekeken naar de
werkhouding.
De uitkomst van de eindrapportenvergadering
is bindend en onherroepelijk.
Klas 1 en 2: Basisberoepsgerichte leerweg:
Een leerling gaat over als er op het eindrapport
drie of minder berekende* onvoldoendes
voorkomen.
Een leerling blijft zitten bij vijf of meer
berekende* onvoldoendes.
Een leerling met vier berekende*
onvoldoendes wordt besproken in de
eindrapportenvergadering.
Klas 1 en 2: Kaderberoepsgerichte en
gemengde leerweg:
Een leerling gaat over als er op het eindrapport
twee of minder berekende* onvoldoendes
voorkomen.
Een leerling blijft zitten bij vier of meer
berekende* onvoldoendes.
Een leerling met drie berekende*
onvoldoendes wordt besproken in de
eindrapportenvergadering.
Klas 3: Alle leerwegen
Om te kunnen worden bevorderd moeten
de vakken maatschappijleer en KV1 met een
voldoende worden afgesloten.
Een leerling gaat over als er op het eindrapport
twee of minder berekende* onvoldoendes
voorkomen.
Een leerling blijft zitten bij vier of meer
berekende* onvoldoendes.
Een leerling met drie berekende*
onvoldoendes wordt besproken in de
eindrapportenvergadering.
Om bevorderd te kunnen worden naar het vierde
leerjaar moet een leerling in het derde leerjaar alle
werkstukken, zoals boekverslagen, herbarium en
stageverslagen bij de betreffende docent hebben
ingeleverd.
Klas 4: alle leerwegen
Met ingang van 1 augustus 2011 geldt dat voor alle
vakken op het centraal examen (CE) gemiddeld
een voldoende (5,5) moet worden gehaald. Dit
geldt voor alle leerlingen van het vmbo, havo en
vwo. Alle verslagen moeten zijn ingeleverd om aan
het examen te kunnen deelnemen.
*een vijf telt voor één berekende onvoldoende, een
vier of lager voor twee
7.14.3 Resultaten examenjaar
2012-2013
In de onderstaande tabel worden de
examenresultaten van het schooljaar 2012-2013
weergegeven:
Aantal kandidaten
Basisberoepsgerichte leerweg
Kaderberoepsgerichte leerweg
Gemengde leerweg Diploma theoretische leerweg
Aangemeld Geslaagd
16 15
7
7
10
10
10
10
21
8 Het Groene Lyceum Wolvega
Algemeen
Het Groene Lyceum is een alternatief voor leerlingen met een HAVO/
VWO advies en met een Cito-score van 538 of hoger. In een vijfjarig
leertraject gaan theorie en praktijk hand in hand. Na vijf jaar hebben
leerlingen een volwaardig MBO-diploma op niveau 4 en daarmee een
startbewijs voor praktisch alle richtingen van het HBO.
Het Groene Lyceum richt zich op de meer
praktisch ingestelde leerling met voldoende
leercapaciteiten. Het biedt een leeromgeving, die
tegelijk uitdagend en veilig is.
Aanspreekpunt voor het Groene Lyceum is mevr.
C. Kirkenier.
22
8.1 Onderwijskundige inrichting
Op het Groene Lyceum wordt gewerkt vanuit
een duidelijke eigen visie op onderwijs. Daarin
staan drie begrippen centraal: competentiegericht
leren, activerende didactiek en elektronische
leeromgeving. Bij ‘competentiegericht leren’
zijn naast kennis ook vaardigheden en attitude
van belang. Voor de onderbouw gaat het om 5
basiscompetenties: doelgericht en planmatig
werken, communiceren en presenteren, informatie
verwerken en onderzoeken, samenwerken en
reflecteren en evalueren.
In de bovenbouw wordt gewerkt met de 7 Leren
Loopbaan en Burgerschap competenties en de 25
algemene SHL competenties voor het MBO. De
competenties die voortvloeien uit werkprocessen,
zoals die zijn uitgewerkt voor de opleiding
Commercieel Ondernemen, spelen een centrale rol
in de af te leggen proeven van bekwaamheid in het
vijfde leerjaar. Activerende didactiek betekent dat er
werkvormen toegepast worden, waarbij de leerling
actief bezig is. De leerlingen werken met een
elektronische leeromgeving. De studieplanning,
vorderingen en resultaten worden via de computer
bijgehouden en zijn voor de leerling overal en
op ieder moment beschikbaar. Opdrachten en
lesmateriaal kunnen in deze omgeving worden
geplaatst en de leerling houdt er zijn eigen portfolio
bij. Gedurende het 5-jarige leertraject behaalt de
leerling een VMBO- GL/TL diploma. De leerling
sluit de opleiding af met een MBO-diploma niveau
4 Groene Detailhandel.
8.2 Studiebegeleiding
Elke leerling krijgt een studiementor toegewezen.
De studiementor begeleidt circa negen leerlingen
per jaargang. De studiementor is aanspreekpunt
voor leerling en ouder(s)/verzorger(s), waar
het gaat om studievorderingen, persoonlijke
ontwikkeling en algeheel functioneren van de
leerling op de opleiding. De leerling reflecteert in
leerjaar 1 dagelijks op zijn functioneren.
Leerjaar 2 kent nog twee reflectiemomenten
per week en in de verdere opleiding wordt dit
afgebouwd naar een ontwikkelgesprek per
kwartaal in leerjaar 5. Zo wordt de leerling voorbereid op het HBO.
In het reflectiemoment wordt in leerjaar 1 en 2
gereflecteerd op behaalde resultaten, de voortgang
en ontwikkeling. Binnen elke rapportperiode
heeft de studiementor een ontwikkelgesprek
met iedere individuele leerling. Naar aanleiding
van dit gesprek maakt de leerling een persoonlijk
ontwikkelingsplan. Indien nodig zullen er meerdere
gesprekken gevoerd worden.
In leerjaar 1 heeft de leerling wekelijks een
studieblok. Hier kan de leerling onder begeleiding
van een docent werken aan zwakke onderdelen,
huiswerk, samenwerkingsopdrachten of
verrijkingsstof. Leerjaar 2 bevat wekelijks nog een
half blok als studieblok.
Mededelingen voor de hele klas worden zoveel
mogelijk tijdens het studieblok gedaan.
Indien het voor de invulling van het middagblok
erg lastig is 20 minuten eerder te stoppen voor de
reflectiemomenten, kan bij wijze van uitzondering
het moment vervallen. De leerlingen moeten in
dat geval thuis hun logboek bijwerken. Iedere
week heeft de studiementor op vrijdag een
groepsgesprek met zijn of haar mentorgroep.
8.3 Lesurentabel
Onderbouw
leerjaar 1 Leerjaar 2
blokken
lesuren
blokken
lesuren
Communicatie
Nederlands
Engels
Duits
Mens & Natuur
Biologie en Verzorging
Nask en Techniek
Wiskunde
Mens & Maatschappij
Aardrijkskunde, Geschiedenis
Economie
Kunst & Cultuur
Bewegen & Sport
Beroepsgericht
Project
Studieblok
Reflectiegesprek op vrijdag
Totaal
1,5
3
1,5
3
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
2
4
1
2
1,5
3
1,5
3
2
1
2
1
0,5
1
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1,5
3
0,5
1
0,5
1
0.25
0,5
0,25
0,5
14,25
28,5
14,25
28,5
23
8.4 Week- en dagindeling
8.6 Rapportage
8.7 Eigen laptop
De weekindeling kent elke dag eenzelfde
eenvoudige indeling in blokken. Een blok bestaat
uit twee klokuren met een pauze.
De behaalde resultaten worden in het programma
Magister geregistreerd. In de loop van het
schooljaar zal het mogelijk worden dat op elk
moment de resultaten, via een beveiligde web-site,
gevolgd kunnen worden door leerling en ouder(s)/
verzorger(s). Zolang dit systeem nog niet werkt,
plaatst de studiementor aan het begin van elke
maand de meest recente gegevens in het portfolio
van de leerling. Op deze wijze kunnen leerling en
ouder(s)/verzorger(s) de behaalde resultaten
goed volgen. Hiernaast ontvangt elke leerling drie
keer per jaar een rapport met het voortschrijdend
gemiddelde per vak. Van de ouder(s)/verzorger(s)
worden e-mailadressen gevraagd, zodat
mededelingen, contacten met de studiementor en
dergelijke ook via dit medium mogelijk zijn. Veel
informatie van de opleiding is voor de ouder(s)/
verzorger(s) en leerlingen ook beschikbaar
via de Elektronische Leeromgeving (ELO). Het
Groene Lyceum kent in elk leerjaar minimaal
één ouderavond. Buiten het centrale deel is er op
deze avonden tijd voor individuele contacten. In
het eerste leerjaar is er een eerste ouderavond
voor de herfstvakantie. Deze avond staat in het
teken van kennismaking, uitwisselen van eerste
ervaringen en verstrekken van informatie over de
opleiding.
Naast de ouderavonden bestaat er de
mogelijkheid voor contact via de zogenaamde ‘tien
minutengesprekken’. Hierin kunnen individuele
ouder(s)/verzorger(s) contact hebben met
individuele docenten uit het team van het Groene
Lyceum.
Het onderwijsconcept van het Groene Lyceum
is zodanig opgesteld dat elke leerling, om de
lessen goed te kunnen volgen, een laptop nodig
heeft. Lesmateriaal, opdrachten en andere
documenten kunnen dan op ieder gewenst
moment opgevraagd en gebruikt worden.
Ook speelt de elektronische leeromgeving en
daarmee de laptop een prominente rol in het bijhouden en bespreken van de studievorderingen,
competentieontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling, de reflectie daarop en de rapportage
naar ouders.
8.5 Overgangsnormen
24
Leerlingen die toegelaten zijn op het Groene
Lyceum moeten aan het eind van het eerste
leerjaar aan een aantal criteria voldoen om verder
te mogen met de opleiding:
de leerling staat voor alle vakken voldoende;
de leerling beheerst elke basiscompetentie
minimaal op niveau 2 (half gevorderd).
Een leerling die niet aan deze criteria voldoet is
een bespreekgeval. Indien de conclusie dan luidt
dat de leerling niet kansrijk is om te slagen op het
Groene Lyceum, stroomt hij/zij in principe uit naar
klas 2 VMBO-GL/TL. Een leerling die doorstroomt
naar het tweede leerjaar van het Groene Lyceum
maakt in principe de opleiding af. In bepaalde
gevallen kan dit betekenen dat er maatwerk
geleverd moet worden of dat er sprake zal zijn van
een verlengde opleidingsduur. Uiteindelijk stroomt
deze leerling door naar het HBO.
Er worden laptops door school aangeschaft. Aan
de ouders vragen wij een ouderbijdrage voor het
gebruik hiervan. De hoogte van deze bijdrage is
ongeveer € 200,00 per jaar voor een periode
van 4 jaar. Leerlingen waarvan de ouders deze
bijdrage betalen krijgen de exclusieve beschikking
over een persoonlijke laptop, waarvoor een
gebruikersovereenkomst wordt afgesloten.
Daarmee is ook in verzekering, servicepakket
en onderhoud voorzien. Bovendien wordt de
laptop na vier jaar betaling van de ouderbijdrage
eigendom van de leerling.
Ouders kunnen er ook voor kiezen dat hun zoon
of dochter een eigen laptop mee naar school
neemt. In dat geval zijn ouders en leerling zelf
verantwoordelijk voor onderhoud, eventuele
reparaties, garantieregelingen, verzekering en
vervanging of aanvulling van software. De eigen
laptop (notebook of macbook) dienen te voldoen
aan de minimumeisen die de school daarvoor
opstelt. Indien ouders er voor zorgen dat hun
zoon of dochter op school over een eigen laptop
kan beschikken, wordt genoemde ouderbijdrage
uiteraard niet gevraagd. In de praktijk blijft de
laptop op school. De school biedt daarvoor goede
opbergmogelijkheden.
25
26
AOC Terra Wolvega (VMBO-Groen en het Groene Lyceum)
Paulus Potterstraat 33 postbus 147, 8470 AC Wolvega Telefoon (0561) 61 88 18
E-mail
[email protected]
[email protected]
www.vmbogroenwolvega.nl www.groenelyceum.nl