het groene lyceum 1 SCHOOLGIDS 2013-2014 Wolvega Wij zijn groen... Inhoudsopgave 1 AOC Terra Wolvega Welkom bij AOC Terra Wolvega! Het grote verschil met andere scholen is dat de 1 AOC Terra Wolvega 3 natuur een heel belangrijke plaats inneemt op onze school. Bij AOC Terra ben je 2 Pedagogisch klimaat 4 3 Leerlingbegeleiding 5 4 Schoolregels 8 vaak buiten bezig en leer je meer over planten, dieren, voeding, natuur en milieu. Op onze school bieden we het VMBO-Groen en het Groene Lyceum aan. 5 Algemene zaken 11 6 Faciliteiten en Financiën 13 7 VMBO-Groen Wolvega 16 8 hGL Wolvega 22 AOC Terra heeft zeven vestigingen in de provincies Drenthe, Friesland en Groningen. De scholen zijn niet zo groot, waardoor iedereen elkaar kent en we je goed kunnen begeleiden op weg naar je diploma. In deze schoolgids staat 2 praktische informatie voor zowel het VMBO-Groen als het Groene Lyceum. Deze schoolgids staat als document op de portal van de school. Op verzoek is het mogelijk een gedrukt exemplaar te ontvangen. Daarnaast kunnen jij en je ouders/verzorgers veel informatie op de portal vinden. Wij wensen jullie allemaal een heel prettig schooljaar met goede resultaten! Mw. R. Kolkman, directeur AOC Terra Wolvega 3 4 2 Pedagogisch klimaat 3 Leerlingbegeleiding Wij verzorgen ons onderwijs vanuit de volgende pedagogische uitgangspunten: de school wordt ervaren als leerzaam en leuk; we creëren een prettige omgeving in en buiten de klas; de leeromgeving is veilig en docenten zijn makkelijk toegankelijk; ervaringsleren is belangrijk: ‘van fouten leer je’; probleemgedrag proberen we te voorkomen; goed gedrag wordt beloond; in geval van ongeoorloofd gedrag: altijd nagaan of er sprake is van een zorgvraag; in de oplossing ligt een leereffect besloten; sanctionering staat in redelijke verhouding tot ongeoorloofd gedrag. 3.1 Mentor 3.4 Zorgadviesteam Je mentor is de persoon aan wie je alles kunt vragen wat je wilt. Met je mentor heb je persoonlijk contact, hij/zij ondersteunt je, stimuleert je en kan je adviseren. Alle belangrijke informatie ontvang je van je mentor. Dit kan gaan over zaken als je gedrag, je werkhouding, maar ook over je cijfers of ziekte. De mentor is aanspreekpunt voor zowel leerling als ouder/verzorger. Voor problemen van psychosociale aard kan de school een beroep doen op allerlei vormen van zorg buiten de school. Omdat problemen met jongeren zich vaak in een vroeg stadium aankondigen, is de school een uitgelezen plek om signalen op te vangen, zodat erger voorkomen kan worden. Het zorgadviesteam zorgt voor korte lijnen tussen school en zorg buiten school. De taken van het zorgadviesteam komen in het kort neer op: consultatie, verwijzing en terugkoppeling. Aan het zorgadviesteam nemen deel: 3.2 Leerlingbegeleider “Ik ben werkzaam als leerlingbegeleider bij AOC Terra Wolvega. Het woord geeft al een beetje aan wat die functie inhoudt. Ik coördineer de begeleiding van de leerlingen. De begeleiding kan op verschillende manieren worden ingevuld. Enkele voorbeelden: het volgen van prestaties, afwezigheid, eventuele ziektes, problemen die je misschien in de klas ondervindt, maar ook voor allerlei andere problemen kun je bij mij terecht. Verder is het mijn taak eventuele problemen op te lossen, in overleg met jou, je ouders en af en toe ook ‘hulp van buiten’.” Dhr. F. Spanhaak, leerlingbegeleider 3.3 LWOO-coördinator “Ik houd me als LWOO-coördinator vooral bezig met de LWOO-afdeling. LWOO betekent leerwegondersteunend onderwijs. Dit betekent allereerst dat ik de aanmelding van LWOOleerlingen regel. Verder ben ik het aanspreekpunt voor alle LWOO-leerlingen. Met vragen, maar ook met problemen, kun je altijd bij mij terecht. Ik probeer dan samen met jou en zo nodig je ouders oplossingen te vinden. Ook organiseer ik de extra ondersteuning die voor LWOO-leerlingen wordt geboden op school.” Mevr. W. van Eenige, LWOO-coördinator Zorgcoördinator van de school Vertrouwenspersoon van de school LWOO-coördinator van de school Leerplichtambtenaar Sociaal verpleegkundige van de GGD Schoolmaatschappelijk werker Ambulant begeleider vanuit RENN4 Politie van de gemeente Wolvega (op afroep) Indien gewenst kunnen leerlingen of hun ouders ook zelf, via de mentor of de zorgcoördinator, vragen of hun probleem besproken kan worden in het zorgadviesteam. 3.5 Sociaalverpleegkundige De sociaalverpleegkundige maakt onderdeel uit van het team jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân. Ze komt regelmatig op school en heeft 1 keer per maand een spreekuur waar leerlingen terecht kunnen met allerlei vragen die te maken hebben met hun gezondheid. Dit kan lichamelijke gezondheid betreffen maar ook vragen op sociaal en emotioneel gebied. De sociaalverpleegkundige gaat in gesprek met de leerling en kan zo nodig doorverwijzen naar de hulpverlening. In overleg met de leerling neemt de sociaalverpleegkundige contact op met de ouders. 5 Verder heeft de sociaalverpleegkundige zitting in het zorgadviesteam van school. Zodoende ontstaan er korte lijnen en wordt er zo vroeg mogelijk gesignaleerd. De leerlingen van de eerste klassen worden uitgenodigd voor een onderzoek bij de schoolarts of sociaalverpleegkundige. Alle leerlingen uit klas drie krijgen een vragenlijst over hun gezondheid. U krijgt hier als ouder bericht over. Hebt u zorgen over uw kind of vragen over de onderzoeken, dan kunt u contact opnemen met de sociaalverpleegkundige van onze school. Haar telefoonnummer is: 06-55387860, haar werkdagen: maandag, dinsdag en donderdag. 6 3.6 Schoolmaatschappelijk werkster Een keer per week komt een schoolmaatschappelijk werkster bij ons op school. Leerlingen met bepaalde problemen kunnen op dit spreekuur terecht. Dit betekent dat je voor allerlei vragen bij haar naar binnen kunt lopen. De vragen zijn heel verschillend en kunnen variëren van vragen die met relaties te maken hebben tot problemen met gezondheid. Af en toe komt het voor dat wij de leerlingen naar de schoolmaatschappelijk werkster doorverwijzen of dat de ouders graag een afspraak willen voor hun kind. Maar voor het overgrote deel komen de leerlingen uit eigen beweging bij haar terecht. Deze afspraken kunnen volledig buiten je ouders om worden geregeld. Door middel van posters op het prikbord in de hal van de school wordt bekend gemaakt wanneer de personen van het schoolmaatschappelijk werk of de sociaalverpleegkundige van de Friese Wouden aanwezig zijn. 3.7 Vertrouwenspersonen 3.9 Pestprotocol “Leerlingen komen naar school om te leren voor later, voor je latere beroep, maar ook voor het dagelijkse leven. Wat de één leuk vindt, vindt de ander vreselijk. Maar ja... het moet toch allemaal wel. Daarnaast vinden we het op onze school belangrijk dat iedereen zich prettig en veilig voelt. Pesten en discrimineren accepteren we niet; mentoren en andere personeelsleden worden gevraagd om hierop toe te zien. In de omgang met elkaar is het soms moeilijk om aan te geven wat nog wel kan en wat niet meer. Waar ligt de grens? In de omgang tussen jongens en meisjes is die grens toch wel erg belangrijk. Die grens is alleen vaak moeilijk te trekken. Wat de één als bedreigend voelt, is voor de ander een ‘aardigheidje’. We moeten leren wat wel en niet kan. Overkomt je toch iets waar je met iemand over wilt praten, dan kun je naar de vertrouwenspersoon gaan. Wij horen je verhaal aan en bepalen samen met jou wat er gedaan kan worden.” Onze school vormt een uitdagende leef-, werk- en leerplaats voor de leerlingen. Hierin is geen plaats voor pesten. We hebben een pestprotocol, dat is te vinden op de portal via onderwijs –begeleiding – pestprotocol. Bovendien werken wij op school met ‘Peermediators’. Dat zijn leerlingen die opgeleid zijn om te bemiddelen bij ruzietjes tussen leerlingen. Zij werken volgens een bepaald systeem. Elk jaar hebben we weer nieuwe Peermediators nodig, dus wie weet is het iets voor jou! Mevr. Van Eenige en dhr. Spanhaak, vertrouwenspersonen 3.8 Meldcode huiselijk geweld en/of kindermishandeling Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven staat in de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode staat op de portal. 3.10 Verwijsindex Alle basisscholen en de scholen van het voortgezet en middelbaar beroeps onderwijs nemen in de gemeente Weststellingwerf deel aan de Friese verwijsindex, ook wel afgekort als VIF Zizeo. VIF staat voor Verwijsindex Fryslân, en ZiZeo voor Zicht op Zorg en onderwijs. De verwijsindex is een elektronisch systeem waarin hulpverleners, onderwijs, leerplicht en andere begeleiders die met jongeren werken, de persoonsgegevens van het kind melden wanneer zij zich zorgen maken over een kind. Er kunnen allerlei redenen zijn voor ongerustheid over een kind. Dat kan als er bijvoorbeeld problemen zijn op school of met de gezondheid of persoonlijke ontwikkeling van het kind. Door er op tijd bij te zijn, kan voorkomen worden dat de problemen te groot worden. Als er een andere beroepskracht of hulpverlener is die ook een melding in het systeem doet, dan wordt er automatisch (via de mail) door de verwijsindex contact gelegd tussen de eerste en tweede melder. Beide melders gaan dan samen overleggen over de beste vorm van begeleiding van het kind. Er wordt dan afgesproken op welke manier ze de jongere gaan helpen. Ouders en jongeren vanaf 12 jaar worden geïnformeerd over een melding in de verwijs-index en voordat beroepskrachten inhoudelijke informatie uitwisselen wordt hiervoor toestemming gevraagd. De verwijsindex is een beveiligd systeem waarmee alleen bevoegde mensen mogen werken. Bij een melding in het systeem worden alleen persoonsgegevens van de jongere (naam, adres, geboortedatum) opgenomen. De reden van de melding wordt niet opgenomen. Er komt dus geen informatie over de aard van het probleem en de behandeling in de verwijsindex. De gegevens verdwijnen na twee jaar vanzelf weer uit het systeem. 7 4 Schoolregels In dit hoofdstuk staan enkele schoolregels. We verwachten dat je deze regels kent en je eraan houdt. Eigenlijk zouden alle regels overbodig zijn (ook die op school) als je je steeds aan de volgende regel zou houden: Heb respect voor de ander, jezelf en de omgeving. 8 We respecteren elkaar en elkaars spullen. Dat betekent dat we van elkaars lijf en spullen afblijven en dat vloeken en grof taalgebruik niet worden geaccepteerd. Jassen, sjaals en petten horen in de garderobe, in je kluisje of in je tas. Je mobieltje is in school uit. Je mobieltje mag niet zichtbaar zijn in de school, bewaar je mobieltje in je kluisje. Buiten op het schoolterrein mag gebeld worden. Je mag eten en drinken in de kantine en in de hal. Je tas dient in je kluisje te worden geplaatst als je geen les hebt. Je gaat pas het lokaal binnen, als de leerkracht dat aangeeft. Volg de juiste looprichting op de trappen. In de hal staan banken om op te zitten, de trappen zijn daar niet voor bedoeld. 4.1 Roken In school en op het schoolterrein mag niet gerookt worden, behalve in de zogenaamde rokershoek. Daar mogen de leerlingen uit klas 3 en 4 roken. 4.2 Alcohol en drugs Het bij je dragen en/of gebruiken van alcohol, wapens, drugs of vuurwerk leidt automatisch tot schorsing en/of doorverwijzing naar de politie en bureau Halt. Het kan zelfs betekenen dat je van school af moet. Deze regel geldt in het schoolgebouw, op het schoolterrein, maar ook tijdens praktijklessen, stage, excursies, schoolreizen en andere activiteiten die door school worden georganiseerd. 4.3 Huiswerkregels Opgegeven huiswerk moet je maken of leren. Als dit om welke reden dan ook niet is gelukt, meld je dat voor de les begint. Je docent geeft het huiswerk tijdig en duidelijk op. Je kunt maximaal twee toetsen per dag krijgen waarvoor je moet leren. De leerlingen houden hun agenda met toetsen nauwkeurig bij en melden de docent als hij/ zij een toets teveel voor die dag wil opgeven. Eenmaal opgegeven toetsen mogen worden afgenomen! Let dus goed op! Proefwerken worden minimaal een week van tevoren opgegeven. Als je docent afwezig is, schuift het huiswerk automatisch door naar de volgende les van die docent, tenzij de les vervangen wordt. Toetsen die niet doorgegaan zijn worden door de docent opnieuw opgegeven. In klas 1 en 2 maakt de docent afspraken met je voor het inhalen van een proefwerk; in klas 3 en 4 krijg je twee weken de tijd om zelf met een datum te komen om proefwerk, tentamen, werkstuk etc. in te halen. Doe je dat niet, dan bepaalt de docent de datum. Het niet op tijd inleveren van verslagen en herbarium kan betekenen dat je niet over kunt naar klas 4 en geen examen kunt doen. 4.4 Pauzes Tijdens de pauzes en als je een tussenuur hebt, blijf je op het schoolterrein, maar je komt niet in de fietsenstalling. Tijdens de pauzes kom je niet op de eerste verdieping. Je kunt dus niet naar het computerlokaal. Wil je om welke reden dan ook het schoolterrein verlaten, dan kun je hier van tevoren toestemming voor vragen bij dhr. Scheltinga. 4.5 Absentie Wanneer je ziek bent en niet naar school kunt komen, dan wordt dat door je ouders ‘s morgens voor 8.15 uur doorgegeven aan de administratie, via telefoonnummer (0561) 61 88 18. Word je ziek terwijl je op school bent, vraag dan toestemming aan de leerkracht waar je op dat moment les van hebt of aan meneer Scheltinga om naar huis te gaan. De school belt naar jouw ouder(s)/ verzorger(s) om er voor te zorgen dat er iemand is om je op te vangen. Zodra je thuis bent, wordt er naar school gebeld dat je aangekomen bent. Als je voor de eerste keer weer op school komt, meld je je aan het loket van de administratie weer beter, zodat het op de juiste manier in Magister geregistreerd wordt. 4.6 Te laat komen Wanneer je te laat komt, ga je zo snel mogelijk naar de les. De docent noteert het in Magister (leerlingvolgsysteem). Als je te laat komt verstoor je de les. Daarom nemen we de volgende maatregelen: drie keer te laat: twee keer om 7.50 uur melden bij de conciërge zes keer te laat: de hele week om 7.50 uur melden bij de conciërge . Je ouders krijgen een brief van school negen keer te laat: je ouders worden uitgenodigd voor een gesprek met je mentor en meneer Scheltinga twaalf keer te laat: je ouders worden uitgenodigd voor een gesprek met de leerplichtambtenaar vijftien keer te laat: dan kan de leerplichtambtenaar een Halt-straf opleggen Ongeoorloofd afwezig: Elk lesuur worden de absenten gecontroleerd via ons administratiesysteem Magister. Als je ongeoorloofd afwezig bent, gelden de volgende regels: De gemiste lesuren worden dubbel ingehaald Na de 1e keer: mentor heeft een gesprek met de leerling Na de 2e keer: mentor heeft gesprek met leerling en ouders Na de 3e keer: onderwijscoördinator heeft een gesprek met leerling en ouders en er wordt een melding gedaan bij de leerplichtambtenaar Na de 4e keer: de leerplichtambtenaar onderneemt actie. De leerlingbegeleider doet melding bij het digitaal verzuimloket 4.7 Rode kaart Bij verwijdering uit de les meld je je altijd bij meneer Scheltinga. Als hij er niet is, meld je je bij meneer Spanhaak of bij de administratie. Je krijgt dan een zogenaamde rode kaart, waarop je moet aangeven wat er gebeurd is. De docent beschrijft op diezelfde rode kaart zijn kant van het verhaal en eveneens de afspraken die gemaakt zijn om de situatie te herstellen. Een kopie van de rode kaart wordt naar je ouders gestuurd. 4.8 Internet- en netwerkprotocol In het moderne onderwijs zijn de computers een normaal hulpmiddel geworden. Nu weten jullie inmiddels al dat als de computers het niet meer doen, we ons al een beetje onthand voelen. We kunnen ze dus niet meer missen. Onze school heeft een modern computernetwerk met alles erop en eraan. Alle 55 computers zijn verbonden in een netwerk en aangesloten op het internet. Aangezien moderne voorzieningen naast veel positieve ook negatieve bijzaken kent, hanteren wij voor ons internet en netwerk de volgende regels: Elke leerling krijgt aan het begin van zijn schoolcarrière een unieke inlogcode met 9 5 Algemene zaken wachtwoord waarmee je kunt inloggen op het computernetwerk. Alleen jij mag hierop werken. Op het netwerk heb jij een eigen stukje waarop je je eigen zaken kunt opslaan. Jij bent dan ook verantwoordelijk voor alles wat op jouw naam gebeurt. Jij zult bij misbruik daar dan ook op aangesproken worden. 10 Elke leerling krijgt een eigen school e-mailadres dat dus ook alleen voor schooldoeleinden gebruikt mag worden. Privé e-mailadressen worden op school dus niet gebruikt. Het internet mag gebruikt worden zolang het te maken heeft met een lesopdracht. Bij het bezoeken van ongewenste sites met racisme, discriminatie, seks, porno, geweld of anderzijds kwetsende inhoud wordt deze site zo snel mogelijk verlaten. Op alle computers kan op afstand meegekeken worden door de systeembeheerders. Dit is een extra stimulans voor jullie om je aan de regels te houden. Ook het volledige beheer van de computer kan op afstand gebeuren. Bij overtreding van de regels mag de leerling een maand lang geen gebruik maken van de computer op school. Bij herhaalde overtreding zal het drie maanden duren en volgt er contact met de ouders. Bij een derde overtreding volgt een verbod voor de resterende schoolperiode met uitzondering van de examenopdrachten. Tot slot: In die gevallen waarin bovenvermelde schoolregels niet voorzien, beslist de directeur of haar vervanger. 4.9 Afspraken bij gymnastiek Kleding: T-shirt en korte turn- of trainingsbroek. Vanaf de meivakantie tot de herfstvakantie gaan we in principe naar buiten, dus zorg bij koud weer voor warme kleren. Om hygiënische redenen is het verstandig om te zorgen voor schoon ondergoed/ sokken e.d. zodat je na het douchen schoon ondergoed aan kunt trekken. Douchen is verplicht. Zorg voor goede sportschoenen, zowel binnen als buiten. Na de gymles is douchen verplicht, neem dus een handdoek mee. Als je om een of andere reden (bijvoorbeeld blessure) niet mee kunt doen, neem je een briefje van je ouder(s)/verzorger(s) mee. 5.1 Identificatieplicht 5.4 Klachtenbehandeling De koppelingswet houdt in dat leerlingen die zich bij AOC Terra inschrijven, verplicht zijn een kopie van een geldig legitimatiebewijs c.q. verblijfsdocument in te leveren. Dit geldt voor zowel nieuwe leerlingen (eerstejaars) als de zogenaamde instromers. Deze kopie heb je ook weer nodig bij stage in leerjaar 3 en 4. Je moet daarvoor een kopie van je identiteitskaart, paspoort of een uittreksel van het bevolkingsregister met daarop je Burgerservicenummer inleveren op school. Klachten worden in principe aangekaart bij en besproken met degene die het betreft. Binnen de school is ruimte voor een gesprek. De docent, mentor, interne vertrouwenspersoon of een andere persoon binnen de school is het eerste aanspreekpunt bij problemen of vragen. Ook de directeur van de school en de externe vertrouwenspersoon kunnen een rol spelen bij het zoeken naar een oplossing. Pas als blijkt dat een oplossing op deze manier niet mogelijk is, kan worden overgegaan tot het indienen van een formele klacht. Men kan de klacht dan voorleggen aan de voorzitter van het College van Bestuur. Afhankelijk van de aard van de klacht kan deze ook gedeponeerd worden bij de Landelijke Klachtencommissie, waarbij AOC Terra is aangesloten. De LKC onderzoekt de klacht en beoordeelt of deze gegrond is. De LKC brengt advies uit aan het schoolbestuur en kan aan haar advies aanbevelingen verbinden. De klachtenregeling heeft tot doel om serieuze klachten van alle betrokkenen binnen de school een plaats te geven en om op een opbouwende manier te komen tot een oplossing voor allerlei soorten moeilijke situaties. 5.2 OR Er worden tijdens de leerjaren verschillende reizen/excursies georganiseerd. Definitieve opgave en facturering vinden plaats in de loop van het schooljaar. Bestemming en exacte kosten worden nog nader bekend gemaakt. AOC Terra heeft een Ondernemingsraad. Daarnaast is er nog een Ouderraad en een Deelnemersraad: personeel: OR (Ondernemingsraad) ouders: OuR (Ouderraad) leerlingen: DR (Deelnemersraad) Ouders en deelnemers kunnen met vragen en opmerkingen terecht bij hun eigen Raad. U kunt zich ook aanmelden als lid van de Ouderraad. Voor meer informatie hierover kunt u terecht op de portal. 4.11 Video-opnames/foto’s 5.3 Leerlingenstatuut Af en toe worden er binnen onze school videoopnames of foto’s gemaakt van leerlingen voor studieobjecten, open dagen, sportdagen etc. Wij gaan ervan uit dat ouder(s)/verzorger(s) geen bezwaar hebben tegen het gebruik van deze opnames voor de school, onder andere voor plaatsing op de website van AOC Terra VMBOGroen of het Groene Lyceum, plaatsing in de schoolgids en dergelijke. Mochten de ouder(s)/ verzorger(s) hier wel bezwaar tegen hebben, dan kan er contact worden opgenomen met de directeur. Op onze portal kun je het leerlingenstatuut van AOC Terra bekijken. Hierin staan de rechten en plichten voor alle leerlingen van AOC Terra. 4.10 Schoolexcursies Landelijke Klachtencommissie Onderwijs Postbus 85191 3508 AD Utrecht T 030-280 95 90 E. [email protected] www.onderwijsgeschillen.nl 11 6 Faciliteiten en Financiën 5.5 Onderwijstijd De overheid heeft de onderwijstijd per leerjaar vastgesteld. Voor het schooljaar 2013-2014 moeten de leerlingen in de onderbouw 1000 klokuren per schooljaar krijgen. Leerlingen in het derde jaar van het VMBO moeten ook 1000 klokuren krijgen en leerlingen in het vierde jaar (eindexamenjaar) moeten 700 klokuren les krijgen. De nieuwe wet die met ingang van schooljaar 2013-2014 van kracht is, geeft 1040 uur in de onderbouw aan. Er is echter nog onvoldoende duidelijkheid omtrent de implementatie van de wet en in het bijzonder de uren norm. Ook de brancheorganisatie VO raad adviseert haar leden om voor het komend jaar 1000 uur als norm voor de onderbouw te hanteren. 12 Voorkomen lesuitval Voor het geval dat er een docent uitvalt, hebben wij schaduwuren. Op vrijwel alle uren is er een docent beschikbaar om een les over te nemen. Hierdoor kunnen we het aantal lesuren dat uitvalt tot een minimum beperken. Dit komt de leerprestaties zeer ten goede. Vergaderingen en bijeenkomsten worden zo veel mogelijk buiten de lestijden georganiseerd. Wij gaan er van uit dat wij de onderwijstijd in alle klassen realiseren. 6.1 Gratis schoolboeken 6.2 Vrijwillige Ouderbijdrage De leerlingen krijgen de schoolboeken gratis. Het gaat hierbij om de leerboeken en werkboeken. Ook lesmateriaal dat door de school zelf is ontwikkeld valt hieronder. Verder kunnen dit licentiekosten van digitaal leermateriaal, cd’s en dvd’s zijn. De boeken worden in bruikleen gegeven en moeten aan het einde van het schooljaar weer worden ingeleverd. Op de boekenlijsten staat aangegeven welke boeken weer ingeleverd moeten worden. Daar waar op de boekenlijst sprake is van eigendom worden de boeken aan het einde van het schooljaar in eigendom overgedragen. Werkboeken die in meerdere leerjaren worden gebruikt, moeten door de leerling zelf worden bewaard. Deze worden in het volgende leerjaar niet opnieuw gratis verstrekt. Buiten de regeling van gratis schoolboeken vallen de atlas, woordenboeken, agenda, laptop, rekenmachine, sportkleding, gereedschap, schriften, multomappen, pennen, etc. Niet alle schoolzaken worden door de overheid bekostigd. De vergoeding die de school van het Rijk ontvangt, schiet steeds meer te kort. Ieder jaar moet worden bekeken hoe de gelden goed besteed kunnen worden, zonder dat het aanbod aan de leerlingen wordt beperkt. Daarom vraagt AOC Terra van ouder(s)/verzorger(s) een vrijwillige bijdrage, afhankelijk van de te volgen opleiding. Voor de school is de bijdrage ontzettend belangrijk. De school verstrekt de boeken voor alle leerjaren via Iddink Voortgezet Onderwijs BV in Ede. De bestelling wordt door de ouder(s)/verzorger(s) rechtstreeks, via www.iddink.nl gedaan. Er wordt voor het gebruik van de boeken geen borg gevraagd. In plaats daarvan wordt gevraagd akkoord te gaan met de inhoud van de ‘bruikleenverklaring gratis schoolboeken’. Deze bruikleenverklaring staat op de website van Iddink en kom je tegen bij het bestellen van de boeken. Wanneer je deze vraag met ‘ja’ beantwoordt kun je verder met het afronden van de bestelling. Het bestellen dient zo snel mogelijk te worden gedaan, uiterlijk in de eerste week van de zomervakantie. Iddink Voortgezet Onderwijs BV zorgt zelf voor alle noodzakelijke informatie naar de ouder(s)/ verzorger(s). AOC Terra heeft de ‘Gedragscode schoolkosten voortgezet onderwijs 2009’ van de VO-Raad ondertekend. Daarmee geeft AOC Terra aan dat zich zal houden aan de regels van deze gedragscode. De gedragscode behelst het navolgende: schoolkosten mogen geen belemmering vormen voor het volgen van onderwijs, school spant zich in kosten zo laag mogelijk te houden; school bespreekt voorafgaand hoogte, besteding en ontwikkeling totale schoolkosten met oudergeleding MR; in overleg met oudergeleding MR wordt voorafgaand een begroting opgesteld; school informeert ouders tijdig over schoolkosten en splitst de kosten uit naar leerjaar, opleiding en bestemming; school stuurt een rekening met duidelijke specificatie; school verstrekt bij de rekening toelichting op de besteding; school legt achteraf verantwoording af over de feitelijke besteding; school verrekent, indien de kosten aanzienlijk lager zijn dan de bijdrage, dit met de betreffende ouders. 13 AOC Terra vraagt een vrijwillige ouderbijdrage voor o.a.: algemene bijdragen € 22,00; materialen variërend van € 48,00 tot € 58,00 (afhankelijk van studie of klas); schoolreizen variërend van € 15,00 tot € 20,00 (afhankelijk van studie of klas); internationale uitwisselingsprogramma’s € 280,00. 14 Een overzicht van de verschillende excursies, schoolreizen, etc. en de kosten vindt u op de portal onder ‘Activiteiten’. Op de portal vindt u onder Financiën-vrijwillige ouderbijdrage een overzicht van de bijdragen per leerjaar en opleiding. Met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage is door AOC Terra een reglement opgesteld, de ‘Regeling vrijwillige ouderbijdrage’. Deze regeling wordt u aan het begin van ieder schooljaar verstrekt. Deze regeling kunt u ook vinden op de portal van AOC Terra onder Financiën-vrijwillige ouderbijdrage. 6.3 Betaling 6.5 Verklaring omtrent Gedrag Voor de bedragen, die in rekening worden gebracht voor vrijwillige ouderbijdrage, introductie, kennismakingsdagen en dergelijke ontvangt u facturen aan het begin van het schooljaar. Een aantal zaken, zoals excursies, wordt gedurende het schooljaar gefactureerd. Mocht er iets onduidelijk zijn over facturen of wilt u een betalingsregeling, dan kunt u contact opnemen met de financiële administratie van het bestuursbureau van Onderwijsgroep Noord, tel. nr. (050) 529 29 29. Als een leerling stage gaat lopen, kan het zo zijn dat een Verklaring omtrent Gedrag (VOG) getoond moet worden. Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat het gedrag geen bezwaar oplevert voor het gevraagde doel, bijvoorbeeld het verkrijgen van een nieuwe stageplek. Een Verklaring Omtrent het Gedrag staat ook wel bekend als bewijs van goed gedrag. Degene die de VOG vraagt zal ook vaak een aanvraagformulier verstrekken. Daarbij wordt aangegeven wat het doel van de aanvraag is. Aanvragen van een VOG doe je digitaal of bij de gemeente van je woonplaats. Aan de VOG zijn kosten [op moment van dit schrijven: € 24, 55 (digitaal) en € 30,05 (gemeenteloket)] verbonden. Deze zijn voor rekening van de leerling/ouders. 6.4 Kluisjes Op alle vestigingen van AOC Terra zijn kluisjes aanwezig, omdat wij het risico van diefstal willen beperken. We kunnen u niet verplichten hiervan gebruik te maken, maar wij adviseren om dit wel te doen. De school aanvaardt geen aansprakelijkheid voor diefstal, verlies of beschadiging van persoonlijke eigendommen van de leerlingen. Bij de eerste afgifte van de sleutel wordt een waarborgsom in rekening gebracht van € 5,00. Voor huur van de kluisjes wordt jaarlijks een bijdrage gevraagd van € 10,- (incl. BTW). De directie van de school behoudt zich het recht voor om bij verdenking van oneigenlijk gebruik van het kluisje deze te inspecteren, zo mogelijk in het bijzijn van de leerling die het kluisje heeft gehuurd. 6.6 Verzekeringen De school heeft een Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering, een schoolreisverzekering en een ongevallenverzekering. De WA-verzekering dekt schade die aan derden is toegebracht. De schoolreisverzekering dekt schade tijdens werkweken en excursies en de ongevallenverzekering dekt letselschade. Alle leerlingen dienen zelf verzekerd te zijn voor de ziektekosten. Materiële schade is niet verzekerd en de school stelt zich niet aansprakelijk voor diefstal en schade aan materiële zaken van leerlingen. Informatie over verzekeringen vind u ook op de portal onder Financiën-verzekeringen. 6.7 Tegemoetkoming schoolkosten Kindgebonden budget Afhankelijk van de hoogte van het inkomen kunnen ouders in aanmerking komen voor Kindgebonden Budget via de Belastingdienst. Kijk voor meer informatie op www.toeslagen.nl Stichting Leergeld De Stichting Leergeld vergoedt kosten die niet of maar gedeeltelijk worden vergoed door een voorliggende voorziening voor: school (schoolbenodigdheden, kamp, excursies) sportclub vereniging kunstzinnige vorming Voor meer info: Leergeld Nederland, T. 013 5451656 of www.leergeld.nl 15 7 VMBO-Groen Wolvega 7.1 Onderwijskundige inrichting VMBO-Groen Het VMBO-Groen van AOC Terra leidt op in de basisberoepsgerichte leerweg (BB), de kaderberoepsgerichte leerweg (KB) en de gemengde leerweg (GL). Wanneer je de GL doet met een extra theorievak kun je ook een diploma theoretische leerweg (TL) behalen. 7.2 De onderbouw De onderbouw bestaat uit het eerste en tweede leerjaar. Werken met gemotiveerde leerlingen, dat is het hoofddoel bij onze werkwijze. We willen verder bouwen aan de vaardigheden die de meeste leerlingen in het basisonderwijs hebben opgedaan. 16 Het is mogelijk om in overleg met je mentor en je vakleerkracht een vak waar je goed in bent, op een hoger niveau te doen. Als je bijvoorbeeld basisberoepsgerichte leerweg doet en je bent heel goed in Engels, dan kun je dat vak op een hoger niveau doen. Verder worden er een aantal keren per jaar vakoverstijgende projecten georganiseerd. 7.3 Sportklas De sportklas gaat zijn vierde jaar in. Naast de gebruikelijke lesuren per week lichamelijke opvoeding, krijgen de leerlingen extra sport. Ze volgen daarom minder uren in de praktijkvakken, zie de lesurentabel verderop in de schoolgids. In deze extra uren wordt veel aandacht besteed aan sporten die je normaal niet doet op school, zoals mountainbiken, muurklimmen, skeeleren, fitness enzovoort. 7.4 Leerwegen In de eerste twee jaren werken we met de leerwegen basisberoepsgerichte leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg en gemengde leerweg. Aan het einde van het tweede leerjaar wordt definitief bepaald welke leerweg je in leerjaar 3 gaat volgen. Afhankelijk van jouw niveau kom je in één van de volgende leerwegen: Gemengde leerweg/theoretische leerweg: bij deze leerweg krijg je vijf of zes theorievakken en één beroepsgericht vak. Deze leerweg is voor leerlingen die een behoorlijk niveau aankunnen en goed kunnen leren. Kaderberoepsgerichte leerweg: bij deze leerweg krijg je vier theorievakken en twee beroepsgerichte vakken. Deze leerweg is meer gericht op theoretisch en praktisch ingestelde leerlingen. Basisberoepsgerichte leerweg: bij deze leerweg krijg je vier theorievakken en twee beroepsgerichte vakken. De basisberoepsgerichte leerweg is voor de meer praktisch ingestelde leerlingen. 7.5 Gemengde leerweg en diploma Theoretische leerweg De leerlingen die de gemengde leerweg volgen, kiezen er meestal voor om Duits in leerjaar 4 als extra vak te volgen, waardoor ze een diploma voor de theoretische leerweg kunnen krijgen. 7.6 Doorstroommogelijkheden Een VMBO-Groen diploma kan je overal brengen. Natuurlijk kun je met je groene vakken doorstromen naar MBO-Groen, maar daarnaast kun je met de gevolgde theorie- en praktijkvakken naar alle andere MBO-sectoren: Techniek, Zorg & Welzijn, Economie, CIOS. Met de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengd/theoretische leerweg kun je een drie- of vierjarige vervolgopleiding op niveau 3 of 4 in het MBO kiezen. Voor de leerlingen die een diploma theoretische leerweg halen, behoort een vervolg op de havo tot de mogelijkheden, maar dan moet je wel Duits als extra vak gekozen hebben. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je een tweejarige vervolgopleiding op niveau 1 of 2 in het MBO kiezen. Welke leerweg je ook kiest, jouw VMBO-opleiding duurt in principe vier jaar. Doorstroomgegevens 2012-2013 Groen 30% Economie en handel 22% Techniek 18% Zorg en Welzijn 30% Voor meer informatie over doorstroomgegevens kijk op www.schoolvo.nl. 7.7 Examen In het VMBO begint het schoolexamen al in het derde leerjaar. Alle cijfers die je in het derde en vierde leerjaar hebt behaald, worden bijgehouden in het examendossier. Welke toetsen er afgelegd moeten worden, staat beschreven in het programma van toetsing en afsluiting (PTA). Dat programma wordt rond 1 oktober aan je uitgereikt. De cijfers die je in leerjaar 3 en 4 hebt gehaald, leiden tot een eindcijfer voor het schoolexamen. Voor de meeste vakken volgt dan in leerjaar 4 het centraal examen. Het schoolexamen en het centraal examen tellen beiden mee voor het eindcijfer. Voor de vakken maatschappijleer, lichamelijke opvoeding en culturele en kunstzinnige vorming (KV1) is geen centraal examen. Bij deze vakken is het cijfer voor het schoolexamen ook je eindcijfer. 7.8 Bedrijfsoriëntatie en stage “Het is niet gemakkelijk om een beroep te kiezen dat bij je past. Om je te helpen bij je beroepskeuze krijg je voorlichting over de verschillende beroepen. Je krijgt daardoor een idee wat een bepaald beroep inhoudt. Of je het door jou gekozen beroep ook in de praktijk leuk vindt, weet je dan nog niet, maar dat kun je in leerjaar 3 zelf ervaren. Je gaat je dan oriënteren in het bedrijfsleven (bedrijfsoriëntatie) op verschillende soorten bedrijven van jouw keuze. Let wel, dit kunnen ook bedrijven zijn buiten de groene sector, zoals een transportbedrijf, kapsalon, winkel, peuterspeelzaal, verzorgingstehuis, restaurant of iets dergelijks. Aan het eind van leerjaar 3 heb je dan (hopelijk) een goede beroepskeuze gemaakt. In leerjaar 4 ga je stage lopen, maar dan het gehele jaar door op hetzelfde bedrijf. Staat je studiekeuze nog niet vast, dan kun je voor een tweede periode kiezen in een andere richting. Je krijgt dan allerlei opdrachten mee van school, die op het stagebedrijf uitgevoerd moeten worden. Dit kunnen praktische opdrachten zijn, zoals het voeren van de kalveren of het maken van een bloemstukje, maar het kunnen ook vragen zijn over de bedrijfsvoering. We zoeken samen natuurlijk een stagebedrijf dat bij jou past. Bovenstaande beschrijving van de stageperiodes geldt voor de leerlingen van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg. Voor leerlingen van de gemengde leerweg geldt een kortere stageperiode. Zij lopen stage gedurende de laatste periode in klas 3 en de eerste twee weken in klas 4.” Dhr. De Leeuw, stagecoördinator 17 7.9 Maatschappelijke stage 18 “Maatschappelijke stage (MAS) is een vorm van leren door vrijwilligerswerk te doen. Je leert een bijdrage te leveren aan en verantwoordelijk te zijn voor de samenleving. Daarnaast oefen je met sociale vaardigheden en ontmoet je mensen waar je anders wellicht niet mee in contact komt. Waar reguliere stages vooral beroepsoriënterend zijn, hebben maatschappelijke stages vooral karaktervorming tot doel. In het 1e en 2e leerjaar wordt dit in groepen in projectvorm aangeboden. De leerlingen van het 3e en 4e jaar gaan het op individuele basis uitvoeren. Maatschappelijke stage kan bij verschillende organisaties worden uitgevoerd. Je kunt zelf je eigen maatschappelijke stage bedenken. De leerlingen doen minimaal 30 uur vrijwilligerswerk als onderdeel van hun schoolcarrière. Enkele voorbeelden: geven van een mobieltjescursus of computerles aan bejaarden. het organiseren van een sportdag voor gehandicapten. begeleiding geven op een zorgboerderij. helpen bij een cultureel centrum”. Dhr. De Leeuw, MAS coördinator 7.10 Leerwerktraject en MBO niveau 1 In leerjaar 4 kunnen leerlingen een diploma halen via het leerwerktraject of MBO niveau 1. Dit zijn praktische varianten van de basisberoepsgerichte leerweg, bedoeld voor leerlingen die gemotiveerd zijn voor leren en werken en op deze manier enthousiast blijven om school met succes af te maken. In beide varianten ben je drie dagen op het leerwerkbedrijf en twee dagen op school. Leerlingen worden via een toelatingsprocedure toegelaten tot dit traject. Het leerwerktraject wordt afgesloten met een diploma BB-leerwerktraject en je kunt er ook voor kiezen om een MBO niveau 1 diploma te gaan halen. Beide varianten geven doorstroommogelijkheden naar een MBOopleiding op niveau 2. Wij volgen de leerlingen nauwkeurig om zo in leerjaar 3 een goed advies hierover te kunnen geven. Mocht je meer willen weten of vragen hierover hebben, dan kun je contact met me opnemen. Mevr. Klomp, decaan 7.11 Landbouwbreed In leerjaar 3 en 4 zijn de bekende vakrichtingen dierenhouderij, groene ruimte, verwerking agrarische producten (VAP) en bloemschikken geïntegreerd en wordt het geheel in een breder pakket aangeboden. We noemen dit ‘landbouwbreed’. In dit brede pakket wordt in de leerjaren 3 en 4 bovendien economie en agrarische techniek aangeboden. Tijdens de landbouwbreeduren wordt alle lesstof aangeboden in zogenaamde modules, waarmee leerlingen zelfstandig aan de slag gaan. De leerlingen krijgen een aantal verplichte basismodules. Daarnaast kunnen ze kiezen uit verschillende modules die bij hun interesse en toekomst passen. Binnen landbouwbreed ondersteunen de leerlingen de docenten bij de lessen. In het lokaal krijgen de leerlingen te maken met uitgifte en onderhoud van materialen, met logistieke planning van de leseenheden, maar ook met beheer en controle. Hierin staat steeds het leren op de werkplek centraal, waarbij praktijk en theorie elkaar aanvullen. ‘Leren door te doen’ is het motto. De modules zijn zodanig opgezet, dat de leerlingen er meer zelfstandig mee kunnen werken, duidelijk en gestructureerd. Het doel van dit alles is om de lesstof dichter bij de werkelijkheid te brengen en leerlingen aantrekkelijker en uitdagender onderwijs te bieden. Bovendien sluit deze manier van lesgeven beter aan bij het MBO. Wij als landbouwbreed team hopen zo samen met de leerlingen veel leer- en werkplezier te beleven. Mevr. Klomp, namens het landbouwbreed team 7.12 Toelating Toelaatbaar zijn leerlingen die voldoen aan de toelatingseisen van het VMBO, namelijk: IQ van 75 punten of hoger; niet meer dan drie jaar leerachterstand op de leergebieden technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en/of inzichtelijk rekenen; geen onoverkomelijke sociaal emotionele problematiek. Mogelijk toelaatbaar zijn leerlingen die net niet aan deze voorwaarden voldoen en leerlingen die gaandeweg de schooljaren instromen. De school vraagt, indien gewenst, advies aan bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). De schoolleiding neemt de beslissing om een leerling wel of niet te plaatsen op onze school. 7.13 Toelating leerling met handicap De wet leerlinggebonden financiering (ook wel ‘rugzak’ genoemd) biedt ouder(s)/verzorger(s) de keuzemogelijkheid hun kind met zijn ‘rugzak’ aan te melden bij een vorm van speciaal onderwijs of bij het regulier onderwijs. Bij deze ‘rugzak’ gaat het om extra budget voor de school voor ondersteuning van de leerling. De grootte van het budget hangt af van de handicap. Als ouder(s)/verzorger(s) graag willen dat hun kind naar het regulier onderwijs gaat, dan doen zij dat in het vertrouwen dat de school: een adequaat antwoord kan geven op vragen naar aparte voorzieningen; in kan gaan op specifieke pedagogischdidactische behoeften. AOC Terra Wolvega zal haar uiterste best doen aan deze twee eisen te voldoen. In de huidige situatie zijn er echter wel obstakels. Deze maken het ons voorlopig niet mogelijk elk kind met ‘rugzak’ met een redelijke kans op een goede schoolloopbaan te plaatsen. De volledige regeling genaamd: “Toelating leerlingen in het voortgezet onderwijs”, waaronder ook leerlingen met een LGF-rugzak, kunt u bij de administratie van de school opvragen. 19 7.14 Rapportages 20 7.14.1 Cijfers De docent beoordeelt de leerlingen op kennis en verschillende vaardigheden. Alle resultaten worden binnen een week aan de leerling bekend gemaakt. De leerling noteert deze cijfers in zijn/ haar agenda. Zo behoudt hij/zij zelf zicht op zijn/ haar vorderingen. De docent voert binnen een week de resultaten in in het cijferprogramma op het computernetwerk. Zo hebben alle docenten een actueel overzicht van alle behaalde resultaten. Voor de eerste twee leerjaren worden drie keer per jaar de cijfers verwerkt tot een rapport. De rapportcijfers worden in tienden weergegeven. Op basis van de drie rapporten wordt een eindrapport berekend. Voor leerjaar 1 telt het eerste rapport één keer en de andere twee rapporten twee keer. Het eindrapport wordt afgerond op hele cijfers. Voor leerjaar 2 tellen alle rapporten 1 keer mee. Vanaf leerjaar drie halen de leerlingen cijfers die meetellen voor hun examen in leerjaar vier. Zij werken dus gedurende twee jaar met een voortschrijdend gemiddelde. Drie keer in het derde en twee keer in het vierde jaar ontvangen de leerlingen een overzicht van de behaalde resultaten tot dan toe. Het laatste overzicht in het derde leerjaar is direct het eindrapport. Ouders kunnen de cijfers van hun zoon/dochter inkijken in Magister. Daartoe krijgen de ouders een persoonlijke inlogcode. 7.14.2 Overgangsnormen Algemeen: De leerlingen met een LWOO-indicatie worden apart besproken en beoordeeld. Bij hen wordt ook nadrukkelijk gekeken naar de werkhouding. De uitkomst van de eindrapportenvergadering is bindend en onherroepelijk. Klas 1 en 2: Basisberoepsgerichte leerweg: Een leerling gaat over als er op het eindrapport drie of minder berekende* onvoldoendes voorkomen. Een leerling blijft zitten bij vijf of meer berekende* onvoldoendes. Een leerling met vier berekende* onvoldoendes wordt besproken in de eindrapportenvergadering. Klas 1 en 2: Kaderberoepsgerichte en gemengde leerweg: Een leerling gaat over als er op het eindrapport twee of minder berekende* onvoldoendes voorkomen. Een leerling blijft zitten bij vier of meer berekende* onvoldoendes. Een leerling met drie berekende* onvoldoendes wordt besproken in de eindrapportenvergadering. Klas 3: Alle leerwegen Om te kunnen worden bevorderd moeten de vakken maatschappijleer en KV1 met een voldoende worden afgesloten. Een leerling gaat over als er op het eindrapport twee of minder berekende* onvoldoendes voorkomen. Een leerling blijft zitten bij vier of meer berekende* onvoldoendes. Een leerling met drie berekende* onvoldoendes wordt besproken in de eindrapportenvergadering. Om bevorderd te kunnen worden naar het vierde leerjaar moet een leerling in het derde leerjaar alle werkstukken, zoals boekverslagen, herbarium en stageverslagen bij de betreffende docent hebben ingeleverd. Klas 4: alle leerwegen Met ingang van 1 augustus 2011 geldt dat voor alle vakken op het centraal examen (CE) gemiddeld een voldoende (5,5) moet worden gehaald. Dit geldt voor alle leerlingen van het vmbo, havo en vwo. Alle verslagen moeten zijn ingeleverd om aan het examen te kunnen deelnemen. *een vijf telt voor één berekende onvoldoende, een vier of lager voor twee 7.14.3 Resultaten examenjaar 2012-2013 In de onderstaande tabel worden de examenresultaten van het schooljaar 2012-2013 weergegeven: Aantal kandidaten Basisberoepsgerichte leerweg Kaderberoepsgerichte leerweg Gemengde leerweg Diploma theoretische leerweg Aangemeld Geslaagd 16 15 7 7 10 10 10 10 21 8 Het Groene Lyceum Wolvega Algemeen Het Groene Lyceum is een alternatief voor leerlingen met een HAVO/ VWO advies en met een Cito-score van 538 of hoger. In een vijfjarig leertraject gaan theorie en praktijk hand in hand. Na vijf jaar hebben leerlingen een volwaardig MBO-diploma op niveau 4 en daarmee een startbewijs voor praktisch alle richtingen van het HBO. Het Groene Lyceum richt zich op de meer praktisch ingestelde leerling met voldoende leercapaciteiten. Het biedt een leeromgeving, die tegelijk uitdagend en veilig is. Aanspreekpunt voor het Groene Lyceum is mevr. C. Kirkenier. 22 8.1 Onderwijskundige inrichting Op het Groene Lyceum wordt gewerkt vanuit een duidelijke eigen visie op onderwijs. Daarin staan drie begrippen centraal: competentiegericht leren, activerende didactiek en elektronische leeromgeving. Bij ‘competentiegericht leren’ zijn naast kennis ook vaardigheden en attitude van belang. Voor de onderbouw gaat het om 5 basiscompetenties: doelgericht en planmatig werken, communiceren en presenteren, informatie verwerken en onderzoeken, samenwerken en reflecteren en evalueren. In de bovenbouw wordt gewerkt met de 7 Leren Loopbaan en Burgerschap competenties en de 25 algemene SHL competenties voor het MBO. De competenties die voortvloeien uit werkprocessen, zoals die zijn uitgewerkt voor de opleiding Commercieel Ondernemen, spelen een centrale rol in de af te leggen proeven van bekwaamheid in het vijfde leerjaar. Activerende didactiek betekent dat er werkvormen toegepast worden, waarbij de leerling actief bezig is. De leerlingen werken met een elektronische leeromgeving. De studieplanning, vorderingen en resultaten worden via de computer bijgehouden en zijn voor de leerling overal en op ieder moment beschikbaar. Opdrachten en lesmateriaal kunnen in deze omgeving worden geplaatst en de leerling houdt er zijn eigen portfolio bij. Gedurende het 5-jarige leertraject behaalt de leerling een VMBO- GL/TL diploma. De leerling sluit de opleiding af met een MBO-diploma niveau 4 Groene Detailhandel. 8.2 Studiebegeleiding Elke leerling krijgt een studiementor toegewezen. De studiementor begeleidt circa negen leerlingen per jaargang. De studiementor is aanspreekpunt voor leerling en ouder(s)/verzorger(s), waar het gaat om studievorderingen, persoonlijke ontwikkeling en algeheel functioneren van de leerling op de opleiding. De leerling reflecteert in leerjaar 1 dagelijks op zijn functioneren. Leerjaar 2 kent nog twee reflectiemomenten per week en in de verdere opleiding wordt dit afgebouwd naar een ontwikkelgesprek per kwartaal in leerjaar 5. Zo wordt de leerling voorbereid op het HBO. In het reflectiemoment wordt in leerjaar 1 en 2 gereflecteerd op behaalde resultaten, de voortgang en ontwikkeling. Binnen elke rapportperiode heeft de studiementor een ontwikkelgesprek met iedere individuele leerling. Naar aanleiding van dit gesprek maakt de leerling een persoonlijk ontwikkelingsplan. Indien nodig zullen er meerdere gesprekken gevoerd worden. In leerjaar 1 heeft de leerling wekelijks een studieblok. Hier kan de leerling onder begeleiding van een docent werken aan zwakke onderdelen, huiswerk, samenwerkingsopdrachten of verrijkingsstof. Leerjaar 2 bevat wekelijks nog een half blok als studieblok. Mededelingen voor de hele klas worden zoveel mogelijk tijdens het studieblok gedaan. Indien het voor de invulling van het middagblok erg lastig is 20 minuten eerder te stoppen voor de reflectiemomenten, kan bij wijze van uitzondering het moment vervallen. De leerlingen moeten in dat geval thuis hun logboek bijwerken. Iedere week heeft de studiementor op vrijdag een groepsgesprek met zijn of haar mentorgroep. 8.3 Lesurentabel Onderbouw leerjaar 1 Leerjaar 2 blokken lesuren blokken lesuren Communicatie Nederlands Engels Duits Mens & Natuur Biologie en Verzorging Nask en Techniek Wiskunde Mens & Maatschappij Aardrijkskunde, Geschiedenis Economie Kunst & Cultuur Bewegen & Sport Beroepsgericht Project Studieblok Reflectiegesprek op vrijdag Totaal 1,5 3 1,5 3 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 2 4 1 2 1,5 3 1,5 3 2 1 2 1 0,5 1 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1 2 1,5 3 0,5 1 0,5 1 0.25 0,5 0,25 0,5 14,25 28,5 14,25 28,5 23 8.4 Week- en dagindeling 8.6 Rapportage 8.7 Eigen laptop De weekindeling kent elke dag eenzelfde eenvoudige indeling in blokken. Een blok bestaat uit twee klokuren met een pauze. De behaalde resultaten worden in het programma Magister geregistreerd. In de loop van het schooljaar zal het mogelijk worden dat op elk moment de resultaten, via een beveiligde web-site, gevolgd kunnen worden door leerling en ouder(s)/ verzorger(s). Zolang dit systeem nog niet werkt, plaatst de studiementor aan het begin van elke maand de meest recente gegevens in het portfolio van de leerling. Op deze wijze kunnen leerling en ouder(s)/verzorger(s) de behaalde resultaten goed volgen. Hiernaast ontvangt elke leerling drie keer per jaar een rapport met het voortschrijdend gemiddelde per vak. Van de ouder(s)/verzorger(s) worden e-mailadressen gevraagd, zodat mededelingen, contacten met de studiementor en dergelijke ook via dit medium mogelijk zijn. Veel informatie van de opleiding is voor de ouder(s)/ verzorger(s) en leerlingen ook beschikbaar via de Elektronische Leeromgeving (ELO). Het Groene Lyceum kent in elk leerjaar minimaal één ouderavond. Buiten het centrale deel is er op deze avonden tijd voor individuele contacten. In het eerste leerjaar is er een eerste ouderavond voor de herfstvakantie. Deze avond staat in het teken van kennismaking, uitwisselen van eerste ervaringen en verstrekken van informatie over de opleiding. Naast de ouderavonden bestaat er de mogelijkheid voor contact via de zogenaamde ‘tien minutengesprekken’. Hierin kunnen individuele ouder(s)/verzorger(s) contact hebben met individuele docenten uit het team van het Groene Lyceum. Het onderwijsconcept van het Groene Lyceum is zodanig opgesteld dat elke leerling, om de lessen goed te kunnen volgen, een laptop nodig heeft. Lesmateriaal, opdrachten en andere documenten kunnen dan op ieder gewenst moment opgevraagd en gebruikt worden. Ook speelt de elektronische leeromgeving en daarmee de laptop een prominente rol in het bijhouden en bespreken van de studievorderingen, competentieontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling, de reflectie daarop en de rapportage naar ouders. 8.5 Overgangsnormen 24 Leerlingen die toegelaten zijn op het Groene Lyceum moeten aan het eind van het eerste leerjaar aan een aantal criteria voldoen om verder te mogen met de opleiding: de leerling staat voor alle vakken voldoende; de leerling beheerst elke basiscompetentie minimaal op niveau 2 (half gevorderd). Een leerling die niet aan deze criteria voldoet is een bespreekgeval. Indien de conclusie dan luidt dat de leerling niet kansrijk is om te slagen op het Groene Lyceum, stroomt hij/zij in principe uit naar klas 2 VMBO-GL/TL. Een leerling die doorstroomt naar het tweede leerjaar van het Groene Lyceum maakt in principe de opleiding af. In bepaalde gevallen kan dit betekenen dat er maatwerk geleverd moet worden of dat er sprake zal zijn van een verlengde opleidingsduur. Uiteindelijk stroomt deze leerling door naar het HBO. Er worden laptops door school aangeschaft. Aan de ouders vragen wij een ouderbijdrage voor het gebruik hiervan. De hoogte van deze bijdrage is ongeveer € 200,00 per jaar voor een periode van 4 jaar. Leerlingen waarvan de ouders deze bijdrage betalen krijgen de exclusieve beschikking over een persoonlijke laptop, waarvoor een gebruikersovereenkomst wordt afgesloten. Daarmee is ook in verzekering, servicepakket en onderhoud voorzien. Bovendien wordt de laptop na vier jaar betaling van de ouderbijdrage eigendom van de leerling. Ouders kunnen er ook voor kiezen dat hun zoon of dochter een eigen laptop mee naar school neemt. In dat geval zijn ouders en leerling zelf verantwoordelijk voor onderhoud, eventuele reparaties, garantieregelingen, verzekering en vervanging of aanvulling van software. De eigen laptop (notebook of macbook) dienen te voldoen aan de minimumeisen die de school daarvoor opstelt. Indien ouders er voor zorgen dat hun zoon of dochter op school over een eigen laptop kan beschikken, wordt genoemde ouderbijdrage uiteraard niet gevraagd. In de praktijk blijft de laptop op school. De school biedt daarvoor goede opbergmogelijkheden. 25 26 AOC Terra Wolvega (VMBO-Groen en het Groene Lyceum) Paulus Potterstraat 33 postbus 147, 8470 AC Wolvega Telefoon (0561) 61 88 18 E-mail [email protected] [email protected] www.vmbogroenwolvega.nl www.groenelyceum.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc