Genoteerde activiteiten expertgroep Fijnmazig

Genoteerde activiteiten nav. bijeenkomst ‘Expertgroep Fijnmazig
metadateren’
13 november 2014
Aanwezig: Dedact, PulseOn, VO-content, ItsLearning, Wikiwijs / Edurep, Bureau Edustandaard,
Rijdende School, Khan, SLO, Ontwikkelcentrum/Groen Kennisnet, EduApp
Status: concept-verslag 25-11-2014
Henk Nijstad
Inhoud
Genoteerde activiteiten nav. bijeenkomst ‘Expertgroep Fijnmazig metadateren’................................. 1
1. Hoe ziet de basisset van vocabulaires eruit voor het Fijnmazig metadateren voor
personaliseren ..................................................................................................................................... 2
2.
Standaardisatie nodig van ‘ moeilijkheidsgraad’ + beproeven in de praktijk ............................. 2
3. Standaardisatie nodig van ‘werkvormen’ + beproeven in de praktijk; idem voor ‘bedoelde
toepassing’ van een leerobject; ‘beheersingsniveau’s’ ....................................................................... 3
4.
Voorbeeld Leerlijnen beschikbaar maken ................................................................................... 3
5.
Nederlands: uitwerken Grammatica en Woordenschat ............................................................ 4
6. In kaart brengen, en vervolgens focusssen: welke delen van het curriculum (vakken) lenen
zich juist wel of wat minder voor automatisering van gepersonaliseerd leren .................................. 5
7.
Regie op ‘beproeven van standaarden’ tbv. vaststellen van standaard ..................................... 5
8.
Detailset voor rekenen / wiskunde (CCSS en mapping). Detailsets voor andere vakken nodig? 6
9.
Visualisatie kernprogramma’s ..................................................................................................... 7
10.
Leerdoelen ook in docenten- en leerlingtaal – veel rijker beschrijven ................................... 7
Hieronder worden de genoteerde activiteiten genoemd waarvan de aanwezigen hebben
aangegeven dat ze belangrijk zijn. De opgesomde volgorde is in willekeurige volgorde van
belangrijkheid. Er zijn meer algemene items genoteerd die voor meer onderdelen gelden (bijv. 6 en
7).
1. Hoe ziet de basisset van vocabulaires eruit voor het Fijnmazig
metadateren voor personaliseren



Zeker de vakinhouden en tussendoelen: hier is iedereen het over eens.
o Nog lang niet alle tussendoelen etc zijn beschikbaar: SLO en Bureau Edustandaard
werken hier hard aan. Voor het overzicht zie
Daarnaast een gevarieerde set waar verschillende partijen vaak verschillende focus op
hebben:
o Werkvormen
o Moeilijkheidsgraad + onderwijsniveau
o Tempo / tijdsbesteding
o Bedoelde toepassing
o Zie de lange lijsten van SLO op de Edustandaard-website
Heel belangrijk aandachtspunt: wat betekent het precies als er een relatie wordt gelegd
tussen een classificering (tussendoel, vakinhoud, maar ook ‘werkvorm’ etc) en een leerobject
(draagt bij tot? Of: dekt af? Toetst helemaal of slechts een onderdeel?). De betekenis van de
relatie moet glashelder worden en moet kunnen worden vastgelegd in een standaard.
2. Standaardisatie nodig van ‘ moeilijkheidsgraad’ + beproeven in de
praktijk
Wat: alle aanwezigen geven aan dat dit essentiëleinformatie is die noodzakelijk is om een
leerobject te kunnen gebruiken voor personaliseren. Probleem is dat er geen eenduidige beschrijving
is: moeilijkheidsgraad is erg relatief (afh. Van voorkennis + opgebouwde ervaring, uit welke context
komt een leerling, in welke vorm wordt de opdracht gedaan, etc). Binnen een groter arrangement
kunnen ook nog leerblokjes van diverse moeilijkheidsgraden voorkomen (bijv. enkele van gemiddeld
niveau, en ook 1 of 2 onderdelen van een plus niveau). Er zou een eerste verkenning kunnen worden
uitgevoerd om op 1 A4’ tje een gedeeld voorstel te beschrijving hoe dit te standaardiseren (hou het
vooral simpel, bijv. 3 graden en niet 10)– er lijkt een gemeenschappelijke basis voor de gewenste
beschrijving. Vervolgens zou dit beproefd moeten worden in diverse situaties om toe te werken naar
een meer formele afspraak.
Waarom:
noodzakelijk veld om een stukje leermateriaal in te kunnen passen. Is het geschikt
voor havo3, maar dan misschien ook voor VMBO KGT? En VWO brugklas?
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel willen dit. Bij bepaalde partijen speelt dit nog meer, die zijn
hier flink mee aan het puzzelen.
Wie kan dit oppakken?
Edustandaard in eerste instantie? En Doorbraak om het beproeven te
ondersteunen (te organiseren) en de resultaten tot een afspraak te verheffen en in te dienen bij
Edustandaard
3. Standaardisatie nodig van ‘werkvormen’ + beproeven in de praktijk;
idem voor ‘bedoelde toepassing’ van een leerobject;
‘beheersingsniveau’s’
Wat: alle aanwezigen geven tevens aan dat de werkvorm essentiële informatie is, noodzakelijk om
een leerobject te kunnen gebruiken voor personaliseren. Simpel voorbeeld: de tag ‘opdracht’ geeft
een actie in leeromgeving om iets te kunnen inleveren (‘uploaden’). Maar veel meer varianten van
werkvormen zijn nodig.
SLO heeft een enorme waslijst met soorten werkvormen. Prima, maar in de praktijk nog niet goed
werkbaar. Het moet in deze fase veel simpeler en overzichtelijker – maar laten we vooral met z’n
allen wel uitgaan van dezelfde werkvormen. Dit is vakoverstijgend.
Bedoelde toepassing: is een leerobject bedoeld als instructie, als toets, als oefening? Gebruik bijv.
het ‘direct instructiemodel’
Waarom:
inhoudelijk noodzakelijke informatie om onderwijs te kunnen ontwerpen; initieert
vaak een actie in de leeromgeving als vervolg-activiteit
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel. Bij bepaalde partijen speelt dit nog meer, die zijn hier flink
mee aan het puzzelen.
Wie kan dit oppakken?
Standaard opstellen door SLO met Edustandaard? Beproeven zou
kunnen worden gedaan door de diverse partijen die deze gebruiken. En Doorbraak zou het
beproeven kunnen ondersteunen (organiseren) en de resultaten tot een afspraak te verheffen en in
te dienen bij Edustandaard. Of: NLLOM werkgroep (althans theoretisch) ism SLO/BES.
4. Voorbeeld Leerlijnen beschikbaar maken
Wat: voorbeeld leerlijnen, op niveau van vakinhouden en leerdoelen zichtbaar maken voor
onderwijsontwerpers, metadateerders en leerplanontwikkelaars. En ook voor docenten en
leerlingen. En technisch beschikbaar maken om leermateriaal aan te koppelen, te duiden (‘waar in de
leerlijn past dit stukje leermateriaal’). Graag van beproefde methodes, die bekend zijn bij docenten
en waarvan bewezen is dat ze werken. Dus van de meest bekende methodes. (EduApp vraagt steeds
al aan docenten of ze willen aangeven waar in de methode dit past).
+ landelijk beschikbare en toegankelijke visualisatie van de voorbeeld leerlijnen (ook via een app of
HTML-code op te nemen in methodesites)!!
(is er een standaard nodig voor een ‘leerlijn’ ? mappen op de kernprogramma’s, of ook volgorde
meenemen, op de andere aspecten / classificaties taggen ? hier lijkt wel behoefte aan te zijn – maar
eerst maar eens tegen de kernprogramma’s mappen)
Idee: tevens is wel eens geopperd: zou SLO dit niet als regulier dienstverlening kunnen bieden aan
aanbieders van (open) (kern)methodes?
Idee: het mappen van methodes op kernprogramma’s zou op termijn een verplichtend karakter
kunnen krijgen; dit traject zou daar op vooruit lopen en de weg effenen.
Waarom:
Leerlijnen geven houvast, vormen de basis voor het ontwerpen van het
onderwijsproces. Ze zijn eigenlijk essentieel om de kleine blokjes leermateriaal een plekje te kunnen
geven.
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel. Met name de Rijdende School, EduApp en Khan.
Wie kan dit oppakken?
Doorbraak? Bijv. start een project waarin uitgevers worden
uitgenodigd om 1 of meer methodes in te brengen. Leerplan-experts gaan samen met de aanbieder
de leerlijn uitpluizen en relateren aan de kernprogramma’s. Vergelijk het werk uit PLD3. Plus de
borging voor onderhoud beleggen.
5. Nederlands: uitwerken Grammatica en Woordenschat
Wat: Niet alle gebieden van taal lenen zich voor het personaliseren in leeromgevingen. Maar juist
grammatica en woordenschat wel, terwijl SLO hiervoor nog geen uitwerkingen heeft die bruikbaar
zijn. Deze zijn dus dringend gewenst, op voldoende detailniveau! Idem dito: Referentiekader Taal
(bijv. Dedact heeft hier uitstekende kennis van)
Bijv. woordenschat: maak een startset van thema’s waar een minimum woordenschat voor gevraagd
wordt (bijv. familie, je thuis, sport, school, etc) – deze set kan later uitgebreid worden met andere
thema’s.
Expertisecentrum NL staat te popelen om dit uit te werken.
En deze uitwerkingen zijn niet alleen voor NL, maar voor alle MVT bruikbaar.
Waarom:
inhoudelijk noodzakelijke informatie om onderwijs te kunnen ontwerpen; initieert
vaak een actie in de leeromgeving als vervolg-activiteit
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel. Bij bepaalde partijen speelt dit nog meer, die zijn hier flink
mee aan het puzzelen.
Wie kan dit oppakken?
Edustandaard was al in gesprek met het Expertise centrum NL; evt.
samen met SLO oppakken? En Doorbraak om het beproeven te ondersteunen (te organiseren) en de
resultaten tot een afspraak te verheffen en in te dienen bij Edustandaard
6. In kaart brengen, en vervolgens focusssen: welke delen van het
curriculum (vakken) lenen zich juist wel of wat minder voor
automatisering van gepersonaliseerd leren
Wat: Niet alle onderdelen van het curriculum lenen zich voor het automatiseren van
gepersonaliseerd leren. Bijv. binnen het vak Nederlands leent ‘samenvatting maken’ zich minder
dan ‘grammatica’ en ‘woordenschat’. Maak een inventarisatie welke onderdelen zich al dan niet
lenen; en richt je activiteiten in eerste instantie vooral op de gunstiger onderdelen. Ga deze delen
ook als eerste verbinden met de kernprogramma’s.
Scoren kan bijv. met de RTTI-index: de R- en T-delen lenen zich vaak goed; de Ten I-delen vaak wat
minder.
Waarom:
richten.
geeft structuur en sturing waar in eerste instantie het fijnmazig metadateren op te
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel.
Wie kan dit oppakken?
SLO ?
7. Regie op ‘beproeven van standaarden’ tbv. vaststellen van standaard
Wat: eigenlijk zijn alle partijen op bepaalde onderdelen aan het beproeven van standaardisatie. De
ene partij is druk bezig met het goed metadateren van moeilijkheidsgraad, de ander met
werkvormen en een derde met tussendoelen en meer gedetailleerde leerdoelen. Alle partijen willen
de opgebouwde ervaring en kennis wel delen, maar willen dat wel op basis van wederkerigheid: ze
willen niet zelf alle moeite doen en vervolgens een ander het zonder tegenprestatie zien gebruiken.
Ze willen hun ervaring ook wel inbrengen voor standaardisatie. Soms is enige (financiele) hulp
gewenst om het beproeven te versnellen.
Vraagstelling is: Breng dus in kaart wie waarmee aan het experimenteren of beproeven is; laat elke
activiteit steeds uitgaan van een voorstel hoe dit het beste te standaardiseren (concept-standaard) +
laat het beproeven hierop gebaseerd zijn. En het resultaat van het beproeven moet zijn: dat we een
goed voorstel hebben voor de betreffende afspraak of vocabulaire. NB: deze vocabulaire moet zo
nauwkeurig beschreven zijn dat het duidelijk is in de context hoe deze te gebruiken. Looptijd
misschien wel 12 maanden. Voer hier regie op, ondersteun, zorg dat ervaringen op gelijke basis
worden gedeeld.
Waarom:
samen kunnen we het snelst standaardiseren; vele handen maken licht werk delen
van kennis en ervaring
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel.
Wie kan dit oppakken?
Doorbraak; evt. is hier financiele ondersteuning nodig (beproeven
kost partijen mogelijk extra inspanning, en de resultaten zijn voor het algemeen belang)
8. Detailset voor rekenen / wiskunde (Common Core State Standards en
mapping). Detailsets voor andere vakken nodig?
Wat: er klinkt vanuit de expertgroep de roep om meer gedetailleerde leerdoelen dan de
tussendoelen van de kernprogramma’s. Er is geen gedeeld beeld of dit werkelijk nodig is om te
standaardiseren. Behalve voor rekenen . En hier is door Bureau Edustandaard een set ontwikkeld
met ca. 800 leerdoelen voor de hele PO-VO-lijn (ca. 3 leerdoelen per week).
Deze set is nog niet gekoppeld aan de kernprogramma’s rekenen / wiskunde: die was destijds nog
niet beschikbaar. Dus deze koppeling is gewenst. Daarnaast wordt de mapping op de Common Core
State Standards genoemd. Niet alleen komt daarmee mooie USA-open content beschikbaar (Khan
filmpjes, etc), maar ook kunnen we leren en ons laten inspireren door de CCSS. CCSS zijn er overigens
ook voor andere vakken waaronder Engels. CCSS zijn trouwens ook verplicht gesteld in oa. de staat
New York. Zie voor inhoud http://www.corestandards.org/read-the-standards/ en ook voor de
dekking: http://www.corestandards.org/standards-in-your-state/
Of voor andere vakken ook meer uitgewerkte detailsets nodig is, is nog niet duidelijk. Men vraagt er
soms wel om, maar vaak blijken de kernprogramma’s nog onvoldoende benut om die conclusie al te
trekken.
Waarom:
rekenen / wiskunde is het #1 domein waar geautomatiseerd personaliseren
aantoonbaar succesvol is (zie ook bijv. Dreambox). Veel content beschikbaar.
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel. Alle partijen experimenteren hier mee
Wie kan dit oppakken?
(HERA).
Koppeling rekenset – kernprogramma’s: Bureau Edustandaard
Mapping CCSS – kernprogramma: HERA (indiener huidige detailset), met hulp van SLO. Doorbraak
zou hier ook sturing aan kunnen geven: wat willen we hier van leren?
Detailsets voor andere vakken (verfijning van de tussendoelen)? Ook hier zou eventueel ‘ the
docenten-crowd’ voor gebruikt kunnen worden: laat docenten en andere experts maar hun ideeen
aandragen voor meer gedetailleerde beschrijvingen. Deze kunnen op z’n minst als inspiratie gebruikt
worden, en wellicht op termijn een aanvulling vormen op de kernprogramma’s.
Eventueel zou dat ook kunnen aansluiten op de hele beweging om het curriculum te vernieuwen:
betrek de (docenten) crowd!
9. Visualisatie kernprogramma’s
Wat:



kernprogramma’s visualiseren, toegankelijk maken voor diverse doelgroepen:
Onderwijs ontwerpers
Docenten
Leerlingen
Er is een mooie kernprogrammabrowser, deze dient echter nog veel verder doorontwikkeld worden.
Bijv. het vergelijken van 2 kernprogramm’s (bijv. niveau havo vergelijken met niveau VWO) is zeer
gewenst maar kan nog niet. Het betreft een 1ste goede basic versie. SLO heeft Leerplan in Beeld,
echter deze is niet gebaseerd op het OBK en dus variant die bruikbaar is voor metadateren, kent
geen leerlingbeschrijvingen, etc. Verder heeft SLO tal van nuttige documenten (?), maar die zijn niet
vindbaar en niet gerelateerd aan het OBK ( = de daadwerkelijke duurzame versie van de
kernprogramma’s).
En de promotie bij de doelgroep.
Klik hier voor de huidige OBK-kernprogrammabrowser.
Waarom:
iedereen is het er over eens: de KP’s staan centraal. Dan moet je dze ook goed
toegankelijk maken
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel
Wie kan dit oppakken?
Doorbraak aansturen en hoeden
10.
Leerdoelen ook in docenten- en leerlingtaal – veel rijker
beschrijven
Wat: de kernprogramma’s zijn heel scherp en kort uitgewerkt, vooral vanuit het perspectief van de
(meer theoretische / conceptuele) leerplanduiding door SLO. En niet zozeer als ‘lekkere toelichting
en rijke begripsvorming’ voor docenten en leerlingen. Voor toepassing in gepersonaliseerd leren is
het dringend gewenst dat er beschrijvingen komen die bruikbaar zijn voor m.n. leerlingen: zij moeten
veel meer zelf inzicht krijgen in de leerdoelen, noodzakelijke vakinhouden, vakvaardigheden etc die
ze zich met hun leeractiviteiten al dan niet eigen maken. Ook docenten hebben rijkere beschrijvingen
nodig (achtergrond, context, toelichting) om de kernprogramma’s te kunnen gebruiken bij het verder
personaliseren en varieren.
Waarom:
het leerproces moet veel inzichtelijker gemaakt worden voor de leerlingen. Waarom
moet je een leeractiviteit doen en welke doel bereik je er mee. Hoe past dit in het overall doel dat je
wilt bereiken (bijv. brugklas havo goed afronden)
Wie wil dit:
alle partijen aan tafel. Khan Academy, Dedact, PulseOn
Wie kan dit oppakken?
SLO? Doorbraak / Wikiwijs ? laat bijv. de crowd (docenten en
leerlingen) zelf de omschrijvingen van SLO in eigen taal formuleren. En laat experts (van SLO) de
goede teksten eruit pikken en deze formaliseren richting OBK. Alternatief: DBpedia kent heel rijke
omschrijvingen van bijv. vakinhouden (‘DNA-profielen’ ) die eenvoudig aan het OBK te koppelen zijn
(De begrippen in het OBK zijn vakinhoudelijk, DBpedia geeft meer definities) . Daarmee zou een
enorme context worden toegevoegd aan de omschrijvingen van SLO – vraag is wel in hoeverre die
context ook daadwerkelijk aansluit bij de bedoelde betekenis van SLO.