Zondag 5 oktober 2014

25 eurocent
VERKONDIGING op 5 oktober 2014, titelfeest van kerk en parochie
van Onze Lieve Vrouw van de Allerheiligste Rozenkrans te
Amsterdam
door pastor Pierre Valkering
Gelezen: Uit het boek der Handelingen van de Apostelen (1, 1-12), Psalm 117, de brief van de heilige apostel Paulus aan de
Galaten (4, 4-7) en uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus (14, 32-36).
Afgelopen woensdag, 1 oktober, begin van de rozenkransmaand vierden wij in de kerk de
gedachtenis van de heilige Theresia van Lisieux, maagd en kerklerares, een Franse
kloosterzuster die maar 24 is geworden. Ze stierf, in 1879, aan tbc. Vlak voor haar dood
tekende haar zus, eveneens in het klooster, uit haar mond óp de beroemde woorden: "Na
mijn dood zal ik het rozen laten regenen op aarde."1 En zo geschiedde: de autobiografie die
Theresia schreef, Histoire d'une âme, 'Geschiedenis van een ziel', werd aan het begin van
de twintigste eeuw in de katholieke wereld met een enorm enthousiasme ontvangen.
Ontelbaar velen kregen echt een band met 'de kleine Trees'. Zij werd voor hen echt hun
geestelijke gids. Dat waren de rozen: de zegeningen van de heilige Theresia!
Ik vertelde hierover afgelopen woensdag en dezelfde dag nog stuurde één van de
kerkgangers mij een bericht. Zij is een vrouw die twee jaar terug op niet zo'n leuke manier
haar baan in de zorg is kwijtgeraakt en dat heeft haar erg aangegrepen en veel bij haar
losgemaakt. Ik citeer: "(...) Ik ben naar huis gaan lopen en ik heb in een paar bijna
uitgebloeide rozenstruiken hele mooie rozen gezien (...). Ik moest aan Theresia denken. Het
heeft mij goed gedaan die rozen te zien. Als een ondersteuning in wat moeilijker tijden." Een
ontroerend bericht vond ik... Rozen die iemand waarneemt en die voor haar zijn als een
knipoog, een bemoediging van de heilige Theresia. Een mooie prelude van dit
rozenkransfeest dacht ik. Rozen van Theresia, rozen van Maria, de rozen van hun en van
onze gebeden.
Trouwe parochianen zijn gewend dat op dit feest wordt voorgelezen uit het eerste hoofdstuk
van het Lucas-evangelie: over de engel Gabriël die binnenkomt bij de jeugdige Maria om
haar te melden dat zij de moeder gaat worden van Jezus, Zoon van God. Dat is het eerste
van de vijf zogenaamde 'blijde geheimen' van de rozenkrans: 'De engel Gabriël bezoekt de
maagd Maria.' Naast die blijde geheimen zijn er ook nog de 'droevige' en de 'glorievolle'
geheimen. En paus Johannes Paulus II voegde daar in 2002 nog een serie van vijf
'geheimen van het Licht' aan toe. In die in totaal dus twintig geheimen worden
evangeliepassages, gebeurtenissen uit het leven van Jezus en Maria en ook enkele
zogenaamde 'geloofswaarheden' omtrent Maria geëvoceerd. U weet: graag gebrúik ik de
officiële naam van onze kerk. Graag noem ik haar 'rozenkranskerk' - omdat het zo'n mooie
naam is en omdat die verwijst naar dat katholieke gebedssnoer bij uitstek dat zo'n rijke
bijbelse inhoud heeft.
Vandaag dus echter geen Gabriël. Maar wel: Getsemane, de 'Hof van Olijven'. Want ook die
'zit' in de rozenkrans - in het eerste van de 'droevige geheimen': 'Jezus bidt in doodsangst tot
zijn hemelse vader'. Waarom vandaag daarvoor gekozen? - U kunt het zelf bedenken: De
koppensnellers van de IS die zich meester maken van Irak en Syrië boezemen ons angst in,
een angst die wij ook op deze feestdag, voor ons, níet kunnen negeren. Gisteren werd als
vierde westerling de Engelse hulpverlener Alan Henning (47) onthoofd. Zijn Amerikaanse
collega Peter Kassig (26) is de volgende gegadigde. Hier in Nederland wordt het militairen
ontraden om in uniform te reizen. En de Katholieke Scholen Gemeenschap te Etten-Leur last
1
Op 9 juni 1897 zegt een medezuster tegen haar: "Wat zal het moeilijk voor ons zijn als u ons
verlaat." Waarop Thérese antwoordt: "O nee! U zult zien: het zal als een regen van rozen zijn." (Ce
sera comme une pluie de roses). In: Sainte Thérèse de l'Enfant Jésus et de la Sainte Face, J'entre
dans la vie. Derniers entretiens. Parijs, 1973 (2002), p. 46.
1
een reisje naar Parijs af - de leerlingen hebben daar alle begrip voor. En wij ontvingen een
bericht van Bauke Baljeu, 33 jaar oud, een Midden-Oostenspecialist, wonend hier in OudZuid, die momenteel journalistiek actief is in het noorden van Irak. 2 Hij schrijft, ik citeer: "Ik
heb hier veel contact met de christenen die door IS beroofd en verjaagd zijn uit hun dorpen.
Eén van de priesters heeft een gebed geschreven uit naam van zijn volk. Verschillende
Nederlandse kerken nemen dit gebed mee in hun zondagse voorbeden. De lokale christelijke
vluchtelingen weten hiervan en ontlenen hier enorme kracht en volharding aan. Het zou mooi
zijn als ook de Vredeskerk en de Jacob Obrechtkerk hieraan mee zouden willen doen." Tot
zover Bauke.
In vertaling luidt het gebed van de priesters Daniel Alkhory en Douglas Bazi aldus:
Het begint met een citaat uit het Johannes-evangelie: "Heer naar wie zullen wij gaan? Gij
hebt woorden van eeuwig leven"3 En dan volgt: "Waar moeten we dus naar toe Heer? We
zullen de plek niet vinden als we ons voor u verbergen. Adam rende weg van voor uw
Aangezicht om zich te verbergen tussen de bomen.4 Kaïn rende weg toen hij zijn broer had
gedood.5 En Jona probeerde zich te verbergen.6 Mogen wij daarom naar u rennen in dit uur
van onze nood. Leid ons tot u en geef óns de moed om ons níet te verbergen."
Tot zover dit gebed van christelijke vluchtelingen in Noord-Irak. Door het uit te spreken
hebben wij dus voldaan aan het verzoek van onze Bauke uit Oud-Zuid.
Neem de woorden alstublieft met u mee!
"Geef ons de moed om ons niet te verbergen" staat er.
Zo is de weg van de christen. Wat zó is de weg van Christus: "Abba, Vader (...). Neem deze
beker van mij weg. Maar niet wat ik wil, maar wat U wilt" bidt Jezus in Gethsemane, de Hof
van Olijven. En in het kader van het rozenkransgebed worden wij uitgenodigd om ons in te
leven in Zijn, in Jezus' angst én kunnen wij ónze angst delen met Hem, met Jezus en met
Maria. Op die manier wordt onze angst ingebed in die sfeer van het vertrouwen van het
gebed. "Je hoeft niet bang te zijn", zingen we vaak met de kinderen; "Je hoeft niet bang te
zijn/als oorlog komt of pijn/de Heer zal als een muur rondom je leven zijn." Die muur - dat is
het gebed, zeker ook het rozenkransgebed. Wij oefenen ons in deze kerk in dat gebed, in
principe elke zaterdagmiddag na afloop van de middagmis van 12.30u. Het loopt nog geen
storm! En uiteraard is het ook geen verplichting, maar een uitnodiging: om dat
rozenkransgebed te ervaren en om het daarmee voor onszelf en voor onze kerk daarmee
ook te bewaren...
Hoe omgaan met de angst? Niet jezelf verbergen dus maar bidden, bijvoorbeeld de
rozenkrans.
In de krant las ik een interview met een oude heer, Willem Koole, 79 jaar, oud-journalist en
tegenwoordig bestuurslid van de vrijwilligersorganisatie Gilde. Behartigenswaardige woorden
sprak hij. Opnieuw citeer ik: "Het is een heilloze, verwoestende weg als we ons wéér zouden
laten meesleuren in een spiraal van angst en geweld: eerst van het fascisme, toen van het
communisme, nu van het moslim-extremisme."7 Einde citaat. Willem Koole heeft recht van
spreken want als kind maakte hij de oorlog mee in Rotterdam. Hij zegt: "Wij moeten ons niet
laten meesleuren in een spiraal van angst en geweld." Ik zou dus zeggen: laat de soldaten
maar gewoon in uniform reizen. Want iemand die kwaad wil, die kan een militair in burger
ook wel vinden. En laat de school uit Etten-Leur maar rustig naar Parijs gaan. Want het
onheil kan ook in Haaksbergen toeslaan. Premier Rutte heeft gelijk: Wij moeten de
kernwaarden van onze samenleving met hand en tand verdedigen. En daar hoort dan heel
2
Zie zijn blog op internet: http:bbbasco.tumblr.com
Joh. 6, 68.
4
Gen. 3, 8.
5
Gen. 4, 9.
6
Jona 1, 3.
7
Gijsbert van Es: 'Vrijwilligerswerk is het cement van de samenleving'. In: NRC (4/5- oktober 2014),
bijlage Opinie & debat, p. 12
3
2
nadrukkelijk bij mijns inziens: dat wij juist in deze omstandigheden alles op alles moeten
zetten om zo respectvol en ontspannen mogelijk met islamitisch gelovigen te blijven omgaan.
Wij moeten de manieren van denken en doen van de radicale moslims vooral niet
overnemen. En wij moeten ons niet laten intimideren en niet gek laten maken. Jezus heeft
gezegd: "Heb je vijanden lief, wees goed voor wie je haten."8 Die woorden moeten we juist
nu goed in gedachten houden en wáármaken - om daarmee dan ook eventueel te 'bewijzen'
dat onze manier van geloven en met mensen omgaan en de samenleving vorm te geven
inderdáád beter is als die van de geloofsfanatici van welke richting ook én om daarmee dan
ook moslims die er eventueel vanaf willen, van de islam, desgewenst een alternatief van
geloven en leven aan te reiken. Het zij in alle voorzichtigheid gezegd natuurlijk...
Het probleem, voor ons, is niet dat er slechte moslims zijn, maar dat wij zélf als chrístenen zo
tekort kunnen schieten, zo kunnen achterbijven bij het ideaal dat ons gesteld is en wordt.
Laten wij als gelovigen in alle omstandigheden dus proberen om ons rustig te laten
meevoeren op die stroom van het vertrouwen die het gebed is, zeker ook het roz
enkransgebed. Sterven zullen wij in elk geval. Hoe de dood voor elk van ons zal komen, dat
hebben wij niet in de hand: of dat die ons treffen zal in Amsterdam, in Parijs, in Irak of in
Haaksbergen. Mogen wij echter 'in het uur van onze dood', ja op het momént van onze dood
wel een woord van gebed in ons hart, in ons hoofd en als het kan ook nog in onze mond
hebben. Een gebed: zo'n roos van de heilige Theresia, zo'n roos van Maria. Amen.
8
Luc. 6, 27.
3