Model-schoolgids DOPO

Schoolgids
Herderschêeschool
2014-2015
2
Welkom!
Samen met uw kind bent u van harte welkom op de Herderschêeschool, school voor speciaal
onderwijs voor zeer moeilijk lerende kinderen.
De Herderschêeschool biedt goed onderwijs voor alle leerlingen. De kwaliteit van het
onderwijs staat dan ook centraal in onze visie en er wordt gewerkt vanuit de volgende
uitgangspunten:





Onze openbare school biedt kwalitatief goed onderwijs. Kinderen voelen zich welkom en
gewaardeerd op onze school. Er werkt professioneel personeel dat hoge verwachtingen
heeft van de ontwikkeling van de kinderen. Er is passende aandacht voor kinderen die
meer of minder kunnen.
Onze school biedt een uitdagend en voor kinderen inzichtelijk leerklimaat. Kinderen en
ouders weten wat er van hen verwacht wordt en wat zij van de school mogen verwachten.
Onze school is actief op het gebied van onderwijsontwikkeling. Vernieuwingen en projecten
passen in onze onderwijskundige visie. Er is aandacht voor de kwaliteit van onze school.
Dit komt tot uiting in de wijze waarop schoolontwikkeling wordt opgepakt en kwaliteit
systematisch wordt bewaakt.
Onze school staat midden in de samenleving en heeft oog voor de verschillende
achtergronden van mensen. Wij werken actief aan democratisch burgerschap. Onze school
biedt veiligheid en geborgenheid voor elke leerling. Ieder kind is welkom: dat schept
rechten en verplichtingen voor leerlingen, ouders en personeel.
Onze school is één van de 33 scholen van de Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO)
Utrecht www.spoutrecht.nl en wordt controleerbaar democratisch bestuurd. Onze school
hecht waarde aan een goede betrokkenheid van de ouders/verzorgers bij het onderwijs en
zij zijn dan ook welkom om op actieve wijze mee te denken en mee te doen. De
medezeggenschapsraad (MR) is nauw betrokken bij de totstandkoming van ons
schoolbeleid.
In deze schoolgids leest u alles over ons onderwijs, de aanpak en de organisatie op onze
school. Wilt u meer weten, neem dan contact op met de directeur of de adjunct directeur.
Mede namens het schoolbestuur wens ik u en uw kind een goede tijd op de Herderschêeschool.
Ed van der Hooft,
Directeur, tevens directeur Luc Stevensschool (SBO)
3
4
Inhoudsopgave
Pagina
1. De school
6
2. Waar de school voor staat
8
3. De organisatie van het onderwijs
11
4. Passend onderwijs
16
5. Het schoolteam
19
6. De ouders
21
7. De ontwikkeling van het onderwijs in school;
kwaliteitszorg en resultaten
26
8. Samenwerking met andere instanties
29
9. School- en vakantietijden
30
10. Namen en adressen
33
5
1. De school
1.1.
Schoolgegevens
Postadres
Postbus 10121
3505 AB Utrecht
Bezoekadres: Stauntonstraat 9, 3554 EZ Utrecht
Telefoon:
030-2230112
E-mail:
[email protected]
Website :
www.herderscheeschool.nl
Schooltijden
Maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag van 08.30 -15.00 uur. Woensdag: 08.30 -12.15 uur
Directie
Ed van der Hooft, directeur
Harry Van de Berg, adjunct directeur
[email protected]
1.2. Situering van de school
De Herderschêeschool is de enige openbare school voor speciaal onderwijs aan Zeer Moeilijk
Lerenden in de stad Utrecht en heeft dan ook een regiofunctie. De kinderen die de school
bezoeken komen uit de hele stad en directe omgeving, bijvoorbeeld uit Maarssen, Houten en
Nieuwegein.
Aan de Stauntonstraat in Zuilen is de SO afdeling voor leerlingen tot 13 jaar gehuisvest. Het is
een prettig gebouw met veel licht en ruimte in en om de school. Het gebouw voldoet
ruimschoots aan de eisen die het geven van speciaal onderwijs stelt: er is een aangenaam
binnenklimaat, dubbele beglazing, nieuwe verlichting en duurzame dakbedekking.
In het gebouw bevinden zich naast de groepslokalen, een gymzaal, een speellokaal (ook in
gebruik voor fysiotherapie), een grote keuken waar leerlingen allerlei praktische vaardigheden
kunnen oefenen en een ruimte voor spelbegeleiding en logopedie. Er zijn 2 speelpleinen en
naast het schoolgebouw liggen een speelterrein en een basisschool. Met deze basisschool zijn
goede contacten opgebouwd en er vinden regelmatig uitwisselingen plaats. Op loopafstand van
de school is het winkelcentrum ‘Rocade’; dit betrekken we regelmatig in ons onderwijsaanbod.
Veel van onze leerlingen komen met busjes naar school; voor de school is een ruime
parkeergelegenheid waar de kinderen veilig in- en uit kunnen stappen.
6
1.3. Een indicatie van de schoolgrootte
De afdeling SO heeft in het schooljaar 2014-2015 5 groepen voor ca. 60 leerlingen:
 een instroom- observatiegroep voor het jonge kind (10 – 12 leerlingen)
 drie reguliere ZML groepen (12 – 14 leerlingen)
 een OnderwijsZorgGroep voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften en een
indicatie voor ZML/MG (10 leerlingen)
1.4. De naam van de school
De school is vernoemd naar Dirk Herderschêe (1877-1969), een Nederlandse arts.
Als schoolarts zag en onderzocht hij veel kinderen met een verstandelijke beperking. Hij
ontwikkelde zich tot een pionier op het gebied van intelligentieonderzoek bij kinderen. Dit
leidde uiteindelijk tot een intelligentietest die bekend is geworden als de BinetHerderschêetest.
7
2.
Waar de school voor staat
2.1.
De missie van onze school
Samen leren jezelf te zijn, kansrijk en uniek.
Wij maken werk van talent!
2.2.
Onze visie en Uitgangspunten
A: Goed onderwijs, opbrengstgericht
Door middel van een gevarieerd lesaanbod streven we naar optimale ontwikkeling voor elke
leerling op sociaal, emotioneel, communicatief, praktisch, cognitief, motorisch en creatief
gebied. Deze ontwikkeling is beschreven in de leerlijnen voor het Speciaal Onderwijs. Door
middel van het ontwikkelingsperspectief geven we aan wat we verwachten dat een leerling
gaat leren bij ons op school.
B: Passend aanbod
Leerlingen krijgen onderwijs op een bij hun niveau passende (ortho)pedagogische en
didactische wijze. Dit is terug te zien in de werkwijze binnen de groepen. Ons aanbod is
groepsgericht waar het kan en individueel waar nodig, afgestemd op de doelen die passen
bij het ontwikkelingsperspectief van de leerlingen.
C: Democratisch burgerschap
Op de Herderschêeschool wordt planmatig gewerkt aan democratisch burgerschap door
middel van het programma “Beste Vrienden / Beste Burgers”, De Vreedzame School voor
Speciaal Onderwijs. De Vreedzame School beschouwt de klas en de school als een
leefgemeenschap waarin leerlingen zich gehoord en gezien voelen, een stem krijgen, en
waarin leerlingen leren wat het betekent om een ‘democratisch burger’ te zijn: open staan
voor en kunnen overbruggen van verschillen tussen mensen, een bijdrage leveren aan het
algemeen belang, en actief verantwoordelijk willen zijn voor de gemeenschap. Daarmee
ervaren leerlingen dat het uitmaakt dat ze er zijn, dat ze ‘er toe doen’. Medewerkers creëren
een veilig en positief groepsklimaat waarin leerlingen zichzelf kunnen zijn en het gevoel
krijgen dat ze gehoord en gezien worden, waardering krijgen en respect ervaren.
D: Samen werken aan zorg
De school beschikt over een zorgstructuur waarmee interne en externe expertise ingezet
wordt voor de specifieke begeleiding van een leerling, gericht op zo hoog mogelijke
opbrengsten voor elke leerling. Samenwerking en delen van expertise tussen alle geledingen
is hiervoor de sleutel. Het leerlingvolgsysteem zorgt ervoor dat alle informatie die van belang
is wordt opgeslagen en bewaard, waardoor deze voor alle betrokkenen toegankelijk is.
8
E: Professionele en verantwoordelijke attitude
De Herderschêeschool is een professionele organisatie waar in alle openheid samengewerkt
wordt, met respect voor en vertrouwen in elkaars kwaliteiten en mogelijkheden. Er is ruimte
en waardering voor feedback en een kritische houding. Medewerkers krijgen kansen zich
professioneel te ontwikkelen op een plek die zo goed mogelijk aansluit bij hun expertise,
interesse en wensen. De organisatie is flexibel en lerend en vraagt van alle medewerkers een
gezamenlijk gedragen verantwoordelijkheid, gewaarborgd door de directie.
Medewerkers worden professioneel (bij)geschoold en op de hoogte gehouden van alle
ontwikkelingen in het werkveld van het ZML-onderwijs. Tijdens verschillende overleg- en
studiesituaties wordt iedereen meegenomen in de vereiste pedagogische, didactische en
communicatieve houding, die bij onze doelgroep past.
F: Respectvol en transparant contact
Voor een goede ontwikkeling van de leerling vinden wij een goed en wederzijds respectvol
contact tussen school/medewerkers en ouders/verzorgers belangrijk. Wij werken hieraan
door ouders goed te informeren, waarbij we aansluiten bij de belevingswereld van ouders.
Leerkrachten doen jaarlijks een huisbezoek en betrekken ouders/verzorgers bij het
groepsplan, het ontwikkelingsperspectief en de ondersteuningsbehoefte. Wij stimuleren
participatie van ouders binnen de school.
En hoe doen we dat: uitgangspunten vanuit deze visie
Op allerlei manieren werken we hard aan een goede sfeer op school; een sfeer waarin
kinderen zich veilig en prettig voelen waardoor de leerlingen ook graag naar school gaan;
persoonlijke aandacht krijgen, onze ‘gouden’ regels hanteren; rust, structuur en orde ervaren
en gezellige dingen met elkaar doen, zijn hier elementen van.
We bieden leerlingen zoveel mogelijk onderwijs, passend bij hun mogelijkheden. Als het
binnen de mogelijkheden ligt leren we hen lezen, rekenen e.d. We leren kinderen zo
zelfstandig mogelijk te worden; van zelfstandig naar het toilet gaan tot zelfstandig reizen en
alles wat daarvan in het verlengde ligt.
Het aanleren van praktische en sociale vaardigheden in het leven van alle dag vormt de kern
van ons onderwijs. De leerlingen oefenen alle belangrijke sociale vaardigheden; meerdere
keren per week geven we hier les in en hiervoor werken we met speciale methodes.
We werken met de kinderen aan allerlei kunstzinnige vaardigheden; muziek, toneel, dans,
creatief werk e.d. Natuurlijk omdat het leerzaam en leuk is en de kinderen er plezier aan
beleven, maar ook als voorbereiding op hun latere vrije tijd- en dagbesteding.
Uitgangspunt voor ons onderwijs is de leerling en zijn ontwikkelingsperspectief. Jaarlijks
wordt er voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief opgesteld en samen met de
ouders besproken.
2.3. Kleding personeel, ouders en kinderen
Op onze school leven en werken we samen en is ontmoeting een belangrijk aspect.
Als openbare school hebben wij respect voor verschillende achtergronden en
levensovertuigingen. Daar hoort ook bij dat wij respect tonen en verwachten voor religieuze
symbolen als het dragen van een kruisje of een hoofddoekje.
Visueel contact en het kunnen zien van emoties op gezichten zijn belangrijke aspecten van
de communicatie en ontmoeting binnen de school en van groot belang voor het pedagogisch
klimaat. Daarom is het dragen van gezichtsbedekkende kleding in de school en op het
9
schoolplein niet toegestaan. Om veiligheids- en gezondheidsredenen is tijdens de gymles het
dragen van gymkleding en gymschoenen verplicht, het dragen van sieraden verboden en het
dragen van een hoofddoek alleen toegestaan in de vorm van een elastische hoofddoek.
Wij verwachten dat personeel, ouders en kinderen kleding dragen die voldoet aan de
algemene Nederlandse fatsoensnormen. Voor personeel geldt dat zij daarin voor kinderen
ook een voorbeeldfunctie vervullen.
10
3.
De organisatie van het onderwijs
3.1. Schoolorganisatie
Ons onderwijs kenmerkt zich door een gedifferentieerd aanbod. Dit is nodig omdat er sprake
is van grote verschillen tussen de leerlingen. Behalve verschil in tempo en niveau hebben we
ook te maken met verschil in aanbod van zorg, regels en structuur. Naast een warm contact
met de leerlingen is er veel behoefte aan duidelijkheid; onze leerlingen varen wel bij een
gestructureerde en vooral veilige omgeving. Vanaf de start op school proberen we de
leerlingen uit te dagen tot een zo groot mogelijke zelfstandigheid en zelfredzaamheid.
Samenwerking met anderen, respectvolle omgang met elkaar en een gevoel van veiligheid
spelen hierbij een belangrijke rol. We zijn er trots op dat we een Vreedzame school zijn. De
afgelopen jaren hebben wij het lesmateriaal van de Vreedzame school toepasbaar gemaakt
voor het Speciaal Onderwijs en er de naam “Beste Vrienden, Beste Burgers” aan gegeven.
3.2. Samenstelling van het team
De grootste groep werkt dagelijks als groepsleerkracht of onderwijsassistent met de
leerlingen. Zij worden daarbij ondersteund door een intern begeleider. De groepsleerkracht is
voor ouders het eerste aanspreekpunt. De onderwijsassistenten helpen de leerkracht bij het
geven van onderwijs en waar nodig de verzorging van leerlingen. Om de specifieke zorg voor
de leerlingen vorm te kunnen geven is er deskundigheid aanwezig van een orthopedagoog,
intern
begeleider,
expressietherapeut,
logopedist,
fysiotherapeut,
schoolarts,
schoolmaatschappelijk
werk,
medewerkers
zorg
en
een
vakleerkracht
voor
bewegingsonderwijs. Er is een conciërge en een onderwijssecretaresse en de schoolleiding
bestaat uit een directeur en een adjunct directeur.
Directie
Directeur
Adjunct directeur
Onderwijspersoneel
SO 1 Bijen (Jonge kind)
SO 2 Krekels
SO 3 Salamanders
SO 4 Duizendpoten
Tijgerwelpen, OnderwijsZorgGroep
Ed van der Hooft
Harry Van de Berg
Marjolein Cozijnsen, Helena de Vries
Minke de Roos en Helena de Vries
Janine de Boer en Evelien Safia
Charlotte Boomgaard en Linda van Achthoven
Lia van der Vaart, Alineke van den Brink
Joyce Trapman, Coby Ouwehand,
Onderwijsassistenten
Oya Karabulut-Aktekeli, Diana Fernandez,
Natasha Matthijssen, Astrid Mijnals,
Nayibe Perfors, Lara van Breukelen,
Helene van Zutphen
Vakleerkracht gymnastiek
Matthijs van Kampen
11
Onderwijs ondersteunend personeel
Conciërge
Pieter Douma
Coördinator autisme & EMB
Lia van der Vaart
Expressietherapeut
Lia van der Vaart
Fysiotherapie
Floortje Engels
Intern Begeleider
Inge Ammerlaan
Logopedie, spraak-/taalontwikkeling Sanne Huijts / Astrid van Leerdam
Maatschappelijk werk
Anke Schotman
Orthopedagoog/onderwijskundige Marleen Kleiman
Secretaresse
Nel van Zwol
Schoolarts
Hanneke de Mik
Schooltandarts
Stichting Tandwiel
Zorgmedewerker Reinaerde
Karlijn Schinnij
3.3. Profielen, perspectieven en leerroutes
Centraal in ons onderwijs staan de ontwikkelingsperspectieven. Voor iedere leerling wordt
een
ontwikkelingsperspectief
opgesteld
dat
jaarlijks
wordt
geëvalueerd.
Een ontwikkelingsperspectief bestaat uit een profiel, perspectief en een leerroute.
Het profiel beschrijft de persoonlijke kenmerken van een leerling. Naast IQ en
basisvaardigheden worden ook de onderwijsbehoeften in beeld gebracht. Het beschrijft de
situatie in het hier en nu.
Een perspectief is “een inschatting van de ontwikkelingsmogelijkheden van een leerling voor
een bepaalde, langere periode, gebaseerd op het verwachte uitstroomniveau”.
Het perspectief geeft dus aan wat we verwachten dat een leerling gaat leren op school. Het
perspectief bevat dan ook meteen de doelstellingen voor alle leergebieden die een leerling
moet beheersen om door te kunnen stromen naar de bestemming die we met deze leerling
denken te kunnen bereiken.
De uitstroomniveaus zijn niet willekeurig gekozen. Uitstroomniveaus zijn gelijk aan de
instroomeisen die gelden voor de plek waar de leerling naartoe gaat ná de
Herderschêeschool SO. Voor een plaats op de vrije arbeidsmarkt gelden andere eisen dan
voor dagbesteding. Aan het eind van de rit kan een leerling uitstromen op verschillende
uitstroomniveaus.
We hanteren vier uitstroomperspectieven:
1. Ervaringsgerichte dagbesteding
2. Licht arbeidsmatige dagbesteding
3. Arbeidsmatige dagbesteding
4. Sociale werkvoorziening, vervolgonderwijs, vrije bedrijf
Per ontwikkelingsperspectief is een leerroute opgesteld waar in algemene lijnen wordt
beschreven naar welk streefniveau we op de verschillende ontwikkelgebieden toewerken.
De leerroute is de weg naar de te bereiken doelen om te komen op het niveau waar de
leerlingen naar toe worden begeleid. De inhoud van deze leerroutes zijn voor de
Herderschêeschool op de volgende onderdelen beschreven:
 Didactisch
 Redzaamheid / communicatie
 Sociaal emotioneel
 Leren leren
 Onderwijsinhoud / leerlijn
12
3.4. Leerlijnen en Kerndoelen
De leerlijnen beschrijven de onderwijsdoelen in kleine stapjes en geven richting aan ons
onderwijs. De leerlijnen zijn ingedeeld in leergebiedoverstijgende en leergebiedspecifieke
leerlijnen. De kerndoelen, waarop de leerlijnen gebaseerd zijn, geven een beschrijving van
de kwaliteiten van leerlingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden die de
overheid minimaal belangrijk acht voor alle leerlingen. Kerndoelen omschrijven het eind van
een leerproces, niet de wijze waarop ze bereikt worden.
Voor het onderwijs aan Zeer Moeilijk Lerenden zijn binnen de Wet op Expertise Centra
kerndoelen vastgesteld die de basis vormen voor ons onderwijs. Deze kerndoelen zijn door
het CED vertaald naar leerlijnen voor ZML onderwijs. Deze leerlijnen vormen de basis voor
de inrichting van ons onderwijs, waarbij de doelen uit de ZML leerlijnen (incl. Plancius en de
Vijfwijzer) gesteld worden in het leerlingvolgsysteem LVS2000. Het LVS is opgebouwd uit de
leerlijnen en dient daarom als plannings- en evaluatie-instrument
De leerlijnen die door onze school gebruikt worden hebben 12 niveaus. Om leerlingen in te
delen op een leerlijn kijken we welk niveau de leerling beheerst. Voor rekenen en taal doen
we dit met behulp van Cito toetsen. Waar wij voor staan is dat leerkrachten hun leerlingen
kennen en weten wat ze kennen en kunnen.
3.5. Onderwijsaanbod
Ons onderwijsaanbod is gericht op het bovenstaande. We bieden onderwijs aan op de
volgende 12 leergebieden, waaruit doelen worden gekozen die het best aansluiten bij de
leerling: rekenen, mondelinge taal, schriftelijke taal, bewegingsonderwijs, beeldende
vorming, dramatische vorming, muziek en bewegen, oriëntatie op mens en wereld, sociale
competenties, werken, wonen, vrije tijd en leergebied overstijgende doelen
(spelontwikkeling, taakaanpak, samenwerken e.a.)
3.6. De activiteiten voor en van de leerlingen
In de onderbouwgroepen ligt het accent op het spelen: spelend ontdekken en spelend leren.
Veel tijd en aandacht worden besteed aan spraak en taal (d.m.v. totale communicatie),
motoriek, zelfredzaamheid, sociale en emotionele vorming.
In de middenbouw en bovenbouw gaan we hiermee verder met veel meer het accent op het
uitbreiden van de cognitieve en praktische vaardigheden, ontwikkelen van een goede
werkhouding, het zelfstandig kunnen werken, samenwerking met andere leerlingen en het
ontwikkelen van een reëel zelfbeeld.
Het is leerzaam en leuk om met elkaar verschillende dingen te doen. Zo werken we door de
hele school, in een afgesproken periode, met een thema dat centraal staat (bijvoorbeeld
over herfst of gezonde voeding) en wordt het schooljaar afgesloten met een sportdag en
slotfeest. Voorop staat dat de leerlingen zich prettig voelen op school en dat ze het leuk
vinden om binnen hun individuele mogelijkheden te leren, waarbij we de leerlingen blijven
uitdagen.
3.7. Buitenschoolse activiteiten
Regelmatig is er uitwisseling met leerlingen van de naastgelegen Prinses Margrietschool
(basisschool), samen leren spelen, samenwerken en ontdekken! Daarnaast wordt de
mogelijkheid geboden om te zwemmen en te schaatsen en gaan de leerlingen van de
OnderwijsZorgGroep in het voorjaar tuinieren in een volkstuintje elders in de stad.
Voor alle leerlingen is er dit jaar een schoolreisje en soms een excursie.
13
3.8. Speciale activiteiten voor kinderen
Tussenschoolse opvang (overblijven)
Alle leerlingen blijven tussen de middag op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag op
school. Op woensdag gaan de leerlingen om 12.15 uur naar huis.
Buitenschoolse opvang (BSO)
Voor ZML leerlingen zijn er in Utrecht mogelijkheden voor buitenschoolse opvang.
Via zorgaanbieders Abrona en Reinaerde wordt dit op locaties van KDC’s georganiseerd.
Sinds augustus 2007 zijn scholen wettelijk verplicht om voor- en naschoolse opvang voor
kinderen te laten organiseren. De Utrechtse schoolbesturen streven er daarbij naar om samen
te werken op wijkniveau met instellingen voor kinderopvang, welzijn, kunst en cultuur en sport.
In onze wijk wordt de voor- en naschoolse opvang verzorgd door Ludens. Ook op onze locatie
aan de Stauntonstraat. Deze buitenschoolse opvang is voor kinderen (8 tot 12 jarigen) uit de
wijk Zuilen. Er zijn enkele plaatsen gereserveerd voor kinderen van de Herderschêeschool.
Bij interesse van uw zijde wordt samen met u gekeken of deze BSO geschikt is voor uw kind.
Een andere mogelijkheid voor buitenschoolse opvang wordt aangeboden op de
kinderdagcentra van Reinaerde in Overvecht, Leidsche Rijn en Nieuwegein. Voor meer
informatie verwijzen we u naar: www.ludens.nl en www.reinaerde.nl U kunt ook contact
opnemen met de adjunct directeur van de school.
3.9. Wegwijs in het schoolgebouw
In het schoolgebouw hangen in alle ruimtes plattegronden. Het schoolgebouw bestaat uit 7
leslokalen, spel- en therapieruimte, ruimte voor fysiotherapie en logopedie, kantoorruimte
voor orthopedagoog, maatschappelijk werk, schoolleiding, team- en spreekkamer, preventief
prikkelarme ruimte, keuken, sanitaire voorzieningen, spelleslokaal, gymzaal en 2 mooie
speelpleinen. Ook de buitenschoolse opvang van Ludens is in dit gebouw gehuisvest.
3.10. Schoolveiligheidsplan
Scholen zijn wettelijk verplicht een veilige omgeving te bieden voor iedereen binnen de
school: leerlingen, leerkrachten, onderwijsondersteunende medewerkers, ouders, et cetera.
Als Herderschêeschool proberen wij een zo veilig mogelijke omgeving voor onze leerlingen
en ons personeel te creëren. Zo hebben wij een risico-inventarisatie uitgevoerd, waarin alle
risico’s onderkend zijn. Op basis van deze risico-inventarisatie hebben wij een plan van
aanpak gemaakt om knelpunten te verhelpen.
De veiligheid is in een aantal wetten verankerd. Onze school beschikt over een
veiligheidsplan dat jaarlijks wordt geactualiseerd. In het veiligheidsplan is onder meer het
volgende geregeld:
 Het ontruimingsplan
 Opleiding bedrijfshulpverleners
 Aanschaf van voldoende middelen (o.a. EHBO- en brandblusmiddelen)
 De jaarlijkse ontruimingsoefening
14
Ook hebben wij een professionele bedrijfshulpverleningsorganisatie ingesteld om bij
calamiteiten snel adequate hulp te kunnen bieden. Onderdelen van dit beleid zijn o.a. zorg
dragen voor:
 Preventieve maatregelen / controles
 Alarmeren en evacueren van personen uit de school
 Het bestrijden van een beginnende brand
 Het behandelen van eerste hulp bij ongevallen
Om deze taak goed te kunnen uitvoeren, volgen de bedrijfshulpverleners jaarlijks een
herhalingscursus en organiseren zij oefeningen. Het schoolveiligheidsplan ligt op school ter
inzage.
3.11. Schoolregels
Om op een prettige en respectvolle manier met elkaar een schoolgemeenschap te vormen, is
het belangrijk afspraken en regels met elkaar te maken en die na te leven.
Op veel plekken binnen onze school kunt u onze gedragsregels zien hangen.
Met elkaar hebben we afgesproken welke regels voor ons belangrijk zijn. Mede hierdoor is er
sprake
van
een
rustige,
respectvolle
sfeer
en
veilige
schoolomgeving.
De ‘GOUDEN REGELS’ van onze school zijn:
1.
Je gaat voorzichtig om met het materiaal
2.
Je houdt rekening met elkaar
3.
Je luistert naar elkaar
4.
Je helpt elkaar
5.
Je leert met elkaar
15
4.
Passend onderwijs, zorg voor leerlingen
4.1. Toelating en opvang van nieuwe leerlingen in de school
Om toegelaten te kunnen worden heeft de leerling in eerste instantie een
toelaatbaarheidsverklaring nodig van het Samenwerkingsverband (SWV) van de plaats waar
de leerling woont. Voor leerlingen in de stad Utrecht is dat de toelatingscommissie van het
SWV Utrecht PO. Meer informatie vindt u op de website: www.swvutrechtpo.nl/ouders.
Voor leerlingen uit de gemeenten Houten, Nieuwegein, IJsselstein, Lopik en Vianen kunt u
zich richten tot het SWV Profi Pendi, www.profipendi.nl
Het SWV geeft in een arrangement weer, welke zorg een leerling nodig heeft. De Commissie
van Begeleiding (CvB) van de Herderschêeschool bepaalt of de school deze zorg kan bieden.
Dit doet zij aan de hand van observatie, dossieronderzoek en overleg met ouders/verzorgers
en eventueel ander betrokkenen. Wij plaatsen de leerlingen bij voorkeur aan het begin van
het schooljaar, maar ook gedurende het schooljaar is plaatsing mogelijk.
4.2. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school.
Groepen worden samengesteld, rekening houdend met de ondersteuningsbehoefte en het
ontwikkelingsperspectief. Voor iedere groep wordt aan het begin van het jaar een
groepsplan gemaakt, waarin de leerdoelen worden vastgesteld, behorende bij de
ontwikkelingsperspectieven van de leerlingen in de groep. Wanneer een leerling daarnaast
nog andere leerdoelen heeft dan die in het groepsplan, dan worden deze apart benoemd en
beschreven in een Plan van Aanpak. Hierdoor sluit het onderwijs zo veel mogelijk aan bij de
ontwikkelingsvraag van de leerling en dit is ook de kern van het speciale van onze school.
In het digitale leerlingvolgsysteem van de school wordt de ontwikkeling op het gebied van
deze doelen bijgehouden; twee maal per jaar worden deze geëvalueerd en zo nodig
bijgesteld en met de ouders besproken. Aan het eind van het schooljaar krijgen de leerlingen
een rapport (portfolio) mee, dat vooral dient om leerlingen de kans te geven te laten zien
waar zij trots op zijn en wat ze op school hebben gedaan. Alle gegevens worden bewaard in
het leerlingendossier, deze dossiers zijn opgeborgen in een kast die afgesloten is en
daardoor niet voor iedereen toegankelijk. Zo wordt de privacy gewaarborgd.
4.3. De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften
De kern van de leerlingenzorg wordt gevormd door de Commissie van Begeleiding. Deze
commissie bestaat uit: de directeur van de school, de adjunct directeur de orthopedagoog,
intern begeleider, de maatschappelijk werkende en de schoolarts. De directeur is tevens de
voorzitter van de Commissie van Begeleiding. In de Commissie van Begeleiding wordt
besloten over toelating en verwijzing van leerlingen en worden belangrijke knelpunten in de
voortgang van de ontwikkeling van leerlingen besproken en oplossingen in gang gezet.
Na overleg in de Commissie van Begeleiding kunnen leerlingen specifieke hulp krijgen van de
logopedist, de spelbegeleider of de fysiotherapeut. Ook kan er besloten worden dat er via
Reinaerde extra begeleiding wordt aangevraagd, waarvoor indicatie nodig is. Deze kan soms
worden ingezet als leerlingen meer individuele begeleiding nodig hebben op school.
16
De orthopedagoog verricht het psychologisch/didactisch onderzoek. Om de 4 jaar wordt de
leerling getest om te zien of de Herderschêeschool nog steeds de goede school voor hem of
haar is. Dit wordt herindicatie genoemd.
Aan de Herderschêeschool is een schoolmaatschappelijk werker verbonden (via MEE). Voor
nieuwe ouders bestaat de mogelijkheid om een kennismakingsgesprek met haar te voeren.
Naast dit kennismakingsgesprek, houdt de maatschappelijk werker zich ook bezig met de
relatie ouder/school/leerling. Als zich problemen op dit gebied voordoen of bij andere
hulpvragen, kunnen ouders hierover contact opnemen met de maatschappelijk werker.
Om vast te stellen of er eventueel lichamelijke oorzaken zijn die leerproblemen tot gevolg
hebben zal de schoolarts de leerling in het bijzijn van ouders onderzoeken.
Daarnaast is het voor de school belangrijk te weten of een kind medicijnen gebruikt of nodig
heeft, lijdt aan epilepsie, mag zwemmen en of het een gehoor- of oogafwijking heeft.
Ook bekijkt de schoolarts of er logopedie en/of kinderfysiotherapie nodig is.
4.4. Medisch handelen
Het kan voorkomen dat uw kind extra, medisch zorg nodig heeft.
Als uw kind ziek wordt op school, is het uitgangspunt dat het kind naar huis moet. Dat
gebeurt uiteraard altijd na overleg met ouders. Ook wanneer het toedienen van medicijnen
daaraan voorafgaand nodig is, zal dat in overleg met ouders (of bij afwezigheid van de
ouders in overleg met de huisarts) gebeuren.
Als uw kind regelmatig, bijvoorbeeld dagelijks, medicijnen nodig heeft, overlegt u dat met de
leerkracht en/of directeur. Onze medewerkers mogen uitwendig en oraal medicijnen
toedienen, ouders blijven verantwoordelijk voor de aanwezigheid en opgave van dosering
van de medicijnen. U legt dat samen vast, zodat er geen misverstanden kunnen bestaan.
Als uw kind andere medische zorg nodig heeft, zoals injecties of bloedafname, dan kunnen
en mogen wij deze zorg niet bieden. Uiteraard verlenen wij wel onze medewerking als u dat
zelf, of anderen door u aangewezen, tijdens schooltijden bij ons op school komt doen.
Meer informatie hierover staat beschreven in het Protocol medische handelingen op scholen
SPO Utrecht, welke op school ter inzage ligt.
4.5. Verwijzing
Wanneer de school geen antwoord meer heeft op de hulpvraag van een leerling dient
verwijzing overwogen te worden. Dit kan bijvoorbeeld zijn wanneer er sprake is van ernstige
gedragsproblemen of bij sterke vorderingen op de schoolse vaardigheden. Uiteraard wordt
dit zorgvuldig met ouders gecommuniceerd.
4.6. Schorsing en verwijdering
Soms doen zich situaties voor die onhanteerbaar zijn en een gevaar zouden kunnen vormen
voor de andere leerlingen. In die gevallen, die gelukkig weinig voorkomen, kan de school
genoodzaakt zijn over te gaan tot schorsing van de leerling.
Hiervoor is door het bestuur een regeling op papier gezet (regeling disciplinaire maatregelen
leerlingen SPO Utrecht). In artikel 4 van die regeling staat onder andere: ‘de schoolleiding
kan een leerling met opgave van redenen per voorval voor een periode van maximaal één
week schorsen’. Het besluit tot schorsen wordt ook schriftelijk aan de ouders of verzorgers
meegedeeld. De leerling en ouders of verzorgers worden gehoord over de voorgenomen
schorsing. De schoolleiding stelt het bestuur, de Inspectie en de afdeling Leerplicht van de
betreffende gemeente schriftelijk op de hoogte bij een schorsing voor een periode langer
dan één dag. Ouders/verzorgers kunnen bij het bevoegd gezag (SPO-Utrecht) een
gemotiveerd verzoek indienen tot intrekking van het genomen besluit tot schorsing.
Voordat de school tot schorsing overgaat, is er verscheidene keren overleg geweest met de
ouders en/of verzorgers en is de procedure bekend gemaakt.
17
In een uiterst geval zal worden overgegaan tot verwijdering. Er is dan sprake van blijvend
gevaar voor de leerling zelf, de andere leerlingen en/of de teamleden. In artikel 5 van de
regeling disciplinaire maatregelen leerlingen SPO staat de procedure van verwijdering
beschreven.
4.7. Vervoer
Iedere dag gaan kinderen naar school: te voet, met de fiets, met de bus of met de auto.
Onder bepaalde voorwaarden kan een leerling gebruik maken van het leerlingenvervoer.
Ouders kunnen bij hun gemeente een aanvraag doen voor een vergoeding voor het vervoer
of aangepast vervoer. Elke gemeente legt de regels voor het leerlingenvervoer vast in haar
Verordening Leerlingenvervoer.
Indien uw kind gebruik maakt van het leerlingenvervoer, dient u alle structurele wijzigingen
door te geven aan de gemeente. Als uw kind ziek is dient u dit ook door te geven aan de
vervoerder. Bespreek problemen rondom het vervoer eerst met uw chauffeur, als dat niet
het gewenste resultaat oplevert neemt u dan contact op met de vervoerder en als dat niet
helpt neemt u dan contact op met de gemeente. De school draagt geen
verantwoordelijkheid voor het vervoer. Als problemen zich herhaaldelijk blijven voordoen
kan de school, indien noodzakelijk, hierbij een bemiddelende rol spelen.
18
5. Het schoolteam
5.1. De inzet van personeel
Het schoolteam is een professioneel team en heeft veelvuldig overleg met elkaar. Er zijn
vergaderingen en studiedagen voor het hele team. Er is een goede sfeer en het team is
bereid elkaar te informeren en te ondersteunen.
5.2. Vervanging
Bij ziekte of afwezigheid van de leerkracht wordt deze vervangen.
De vervanging vindt plaatst door een collega of door een vaste invaller die bekend is met de
school en de leerlingen. In noodgevallen zijn de onderwijsassistenten bereid om samen een
groep op te vangen, dit altijd onder verantwoordelijkheid van een andere leerkracht.
Toch komt het een enkele keer voor dat een groep kinderen verdeeld moet worden over de
andere klassen. In elke klas is er een zogenaamde klassenmap
met
alle
belangrijke
gegevens en tips voor de vervangers. In die map staan ook de afspraken op school- en
groepsniveau, maar ook welke kinderen er medicijnen gebruiken.
5.3. Scholing van het team
Voor de medewerkers is het belangrijk goed bij te blijven als het gaat om de ontwikkelingen
in het ZML onderwijs. Hier wordt regelmatig aandacht en tijd aan besteed.
In 2013-2014 is veel tijd besteed aan bijvoorbeeld het goed op orde krijgen van de
ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen en het afnemen van Cito toetsen voor rekenen
en mondelinge taal. Ook dit schooljaar zal gewerkt worden aan het vergroten van onze
professionaliteit. Gedurende het schooljaar staan een aantal studiedagen gepland voor
bijscholing van het team. De data van deze studiedagen worden verderop in deze schoolgids
vermeld. Op deze dagen zijn de leerlingen vrij.
5.4. Begeleiding en inzet van stagiaires
Alle scholen van de SPO Utrecht begeleiden stagiaires van de Pabo. De Herderschêeschool
staat open voor mensen die stage willen lopen in de school. De school wil meewerken aan
de opleiding van toekomstige collega’s, en zelfs mensen opleiden die later eventueel collega
in de eigen school kunnen worden. Stagiaires leren van de ervaring van leerkrachten,
leerkrachten kunnen geïnspireerd raken door de nieuwe ideeën waarmee stagiaires de
school binnen komen. Dit over en weer van elkaar leren kan een verrijking voor de school
zijn. Onze school biedt plaats aan stagiaires van de beroepspraktijk/vormingsscholen:
19
Niveau 3 en 4 SPW
- Onderwijsassistent
- Maatschappelijk werk
- Pedagogisch werk
HBO pedagogiek
HBO SPH
HBO maatschappelijk werk en dienstverlening
Pabo / ALPO / Master SEN
ALO
Universiteit
Contactpersoon: Janine de Boer, [email protected]
20
6.
De ouders
6.1. Gelijkwaardig partnerschap vanuit een gezamenlijk belang
De school en de ouders werken samen: ouders worden gezien als educatieve partner!
Partnerschap betekent dat wederzijdse verwachtingen dienen te worden uitgesproken.
Zowel ouders als school zijn nauw betrokken bij de opvoeding en begeleiding van kinderen.
Ze hebben een gezamenlijk belang, namelijk: zorgen voor optimale omstandigheden voor de
ontwikkeling en het leren van kinderen, op school en thuis. Ouders staan bij gelijkwaardig
partnerschap niet aan de zijlijn. Het partnerschap is geen doel op zich, maar dient in feite
drie doelen. Deze doelen worden weergegeven in onderstaand schema:
Doelen voor de relatie tussen
school en ouders
Invulling bij keuze voor gelijkwaardig
partnerschap
Pedagogisch doel
Realiseren van afstemming in de benadering van
kinderen thuis en op school.
Ouders leveren een bijdrage aan het reilen en
zeilen van de school, ze voeren activiteiten niet
alleen mee uit, maar denken daar bijvoorbeeld
ook over mee.
Ouders denken en beslissen informeel en
formeel mee met de school. De school legt over
haar werk verantwoording af aan de ouders.
Organisatorisch doel
Participatiedoel
De betrokkenheid is wederzijds. In een relatie investeer je. Betrokkenheid kenmerkt zich
door: meeleven, meehelpen, meedenken en meebeslissen. Een actieve betrokkenheid op
elkaar betekent investeren in elkaar, elkaar willen leren kennen. Meeleven ligt aan de basis
van alle betrokkenheid en dat vooronderstelt contact, dialoog, communicatie. Als het goed
is, groeit met al die contacten het vertrouwen in elkaar als partners. Het kind vaart daar wél
bij!
6.2. Communicatie
De school acht een goede communicatie met ouder(s) / verzorger(s) / woongroep van de
leerling van groot belang Tijdens de eerste informatieavond in oktober zal de leerkracht bij u
informeren hoe u het beste bereikbaar bent (telefonisch of per e-mail). Tijdens het contact
willen wij u informeren en afstemmen in aanpak. De leerkracht maakt met u afspraken over
de frequentie van dit contact. Structureel zijn er vaste contactmomenten betreffende de
voortgang van de leerling. In het begin van het schooljaar is er een informatieve
groepsouderavond (september) waarin het groepsplan en algemene zaken van de groep
wordt besproken. Voor nieuwe leerlingen is er na 6 weken een individueel oudergesprek
gericht op het vaststellen van het ontwikkelingsperspectief OPP. Aan het eind van het
schooljaar wordt het rapport, het OPP (evaluatie) en (mogelijk) nieuwe groep besproken.
21
Tenminste één keer per jaar komt de groepsleerkracht op huisbezoek. Bij nieuwe leerlingen
bij voorkeur zo vroeg mogelijk in het jaar of zo spoedig mogelijk na plaatsing.
Bij inzet van extra ondersteuning voor de leerling - ondersteuning die aanvullend is op de
reguliere leerlingenzorg - zal in alle gevallen een lid van de Commissie van Begeleiding.
Contact opnemen met de ouders. Daarnaast kunnen vanuit de leerkracht vragen komen
voor de schoolmaatschappelijk werker om een afspraak te maken met ouders betreffende
een knelpunt met de leerling in relatie tot de thuissituatie. De schoolmaatschappelijk werker
is een schakel tussen school en ouders. Hebben ouders problemen die in relatie staan tot de
leerling dan kunnen ook zij een afspraak maken met de schoolmaatschappelijk werker.
Deze ondersteunt ouders ook bij aanvragen voor een tegemoetkoming TOG of aanvragen
bij het CIZ. Tevens is het schoolmaatschappelijk werk betrokken bij koffiebijeenkomsten.
6.4. Informatie aan de ouders over de school
Onze school informeert de ouders middels diverse communicatiemiddelen o.a. via onze
website: www.herderscheeschool.nl
en onze periodieke nieuwsbrief. Bij belangrijke
gebeurtenissen of informatie voor een bepaalde groep worden de ouders altijd geïnformeerd
via een brief.
6.5. Informatieverstrekking aan gescheiden ouders
Als school willen wij onze leerlingen een veilige plek bieden. Het belang van het kind staat
dan ook voorop bij de informatievoorziening aan gescheiden ouders. Wanneer beide ouders
met het ouderlijke gezag belast zijn is de hoofdregel dat beiden recht hebben op dezelfde
informatie. Indien de ouders goed contact met elkaar onderhouden, zal de school met de
ouders de afspraak maken dat de met de dagelijkse zorg belaste ouder alle informatie,
uitnodigingen e.d. doorspeelt aan de andere ouder. Wanneer geen sprake is van goed
contact tussen beide ouders, maakt de school - in overleg met de ouders - een keuze over
de informatievoorziening.
Ouders die geen ouderlijk gezag hebben, maar wel geïnformeerd willen worden kunnen ons
daar schriftelijk om verzoeken. U dient dan wel aan te geven waarom u geïnformeerd wilt
worden. Ook moet u een kopie van een geldig legitimatiebewijs meesturen en eventuele
relevante documenten zoals een kopie van een rechterlijke beschikking en het gedeelte van
het ouderschapsplan dat betrekking heeft op de schoolgang van uw kind en de
omgangsafspraken. Op grond van het Burgerlijk Wetboek, boek 1: artikel 377c is het recht
op informatie voor ouders die geen ouderlijk gezag hebben, beperkt. Het betreft alleen
belangrijke feiten en omstandigheden, dus de rapporten van uw kind, de schoolgids en
algemene informatie over de school. De mogelijkheid om uitgebreider te informeren, wordt
per situatie bekeken.
Van ouders verwachten wij dat zij de school tijdig informeren over (wijzigingen in) hun
gezinssituatie:
 dat alle relevante feiten en gebeurtenissen inzake bijvoorbeeld het ouderlijke gezag,
woonplaats, omgang, et cetera van het kind of diens ouders zo spoedig mogelijk aan
de school worden doorgegeven;
 dat een verzoek om informatie van een niet met gezag belaste ouder onderbouwd
wordt met relevante documenten zoals een rechterlijk beschikking en het gedeelte
van het ouderschapsplan waarin de omgang en de schoolgang beschreven worden.
Voor meer informatie verwijzen wij u naar het protocol ‘Informatieverstrekking gescheiden
ouders’ dat u op verzoek kunt inzien.
22
6.6. Thema(koffie)ochtend
Dit schooljaar zijn er 4 thema(koffie)ochtenden voor ouders. Een mooie gelegenheid om
elkaar te ontmoeten en samen met school in gesprek te gaan over voor u en ons
interessante onderwerpen. Het gespreksonderwerp en uitnodiging ontvangt u ruim van te
voren maar noteer alvast in uw agenda: donderdag 13 november 2014, dinsdag 13 januari,
vrijdag 13 maart en woensdag 13 mei 2015.
6.7. Medezeggenschapsraad
Aan de school is een medezeggenschapsraad verbonden. Deze raad wordt rechtstreeks door
en uit de ouders / verzorgers en het personeel gekozen. De raad geeft gevraagd en
ongevraagd advies en heeft instemmingsrecht t.a.v. voorgenomen besluiten met betrekking
tot:
a. verandering van de onderwijskundige doelstellingen van de school;
b. vaststelling of wijziging van het schoolplan dan wel het leerplan en het zorgplan;
c. vaststelling of wijziging van het schoolreglement;
vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot het verrichten door
ouders/verzorgers van ondersteunende werkzaamheden ten behoeve van de school en
het onderwijs;
d. vaststelling of wijziging van regels op het gebied van het veiligheids-, gezondheids- en
welzijnsbeleid, voor zover niet behorend tot de bevoegdheid van de personeelsgeleding;
e. de aanvaarding van materiële bijdragen of geldelijke bijdragen anders dan de
ouderbijdrage als bedoeld in artikel 24, onderdeel c van dit reglement en niet gebaseerd
op de onderwijswetgeving indien het bevoegd gezag daarbij verplichtingen op zich
neemt waarmee de leerlingen binnen de schooltijden respectievelijk het onderwijs en
tijdens de activiteiten die worden georganiseerd onder verantwoordelijkheid van het
bevoegd gezag, alsmede tijdens het overblijven, zullen worden geconfronteerd;
f. de vaststelling of wijziging van de voor de school geldende klachtenregeling;
g. overdracht van de school of van een onderdeel daarvan, respectievelijk fusie van de
school met een andere school, dan wel vaststelling of wijziging van het beleid ter zake,
waaronder begrepen de fusie effectrapportage, bedoeld in artikel 64b van de Wet op het
primair onderwijs;
h. de verzelfstandiging van een nevenvestiging, of een deel van de school of
nevenvestiging dat zich op een andere locatie bevindt dan de plaats van vestiging van
die school of nevenvestiging op grond van artikel 84a van de Wet op het primair
onderwijs.
6.8. Vrijwillige ouderbijdrage
Wij vragen ieder jaar een vrijwillige ouderbijdrage aan de ouders voor extra voorzieningen en
activiteiten, zoals de schoolreis, het schoolkamp en speciale activiteiten. Dit zijn activiteiten die
niet tot het gewone lesprogramma behoren en dus niet door het ministerie worden betaald.
De hoogte van deze vrijwillige ouderbijdrage wordt ieder jaar met instemming van de
medezeggenschapsraad vastgesteld. De ouderbijdrage is vrijwillig. Uiteraard hopen wij dat u de
vrijwillige bijdrage wilt betalen, zodat de school extra voorzieningen en activiteiten kan
realiseren en uw kind aan de extra activiteiten die de school organiseert kan meedoen.
De bijdrage voor het schooljaar 2014-2015 is vastgesteld op € 40.- en wordt gebruikt voor
Sinterklaas, kerst, excursies, schoolreis en slotfeest. Met betrekking tot deze vrijwillige
ouderbijdrage ontvangt u in het begin van het schooljaar een factuur van de school.
U-pas
Als u inwoner bent van de gemeente Utrecht, De Bilt, Stichtse Vecht of IJsselstein, dan komt
u misschien in aanmerking voor een U-pas. In dat geval kunt u een kopie van de U-pas
afgeven op school. De school kan vervolgens de kosten voor het schoolreisje of schoolkamp
23
voor u declareren bij de gemeente Utrecht via het SchoolExtra-project. In sommige gevallen
kan ook de ouderbijdrage geheel of gedeeltelijk door de school worden gedeclareerd.
Tegemoetkoming in de schoolkosten
Op 1 januari 2009 is het kindgebonden budget ingevoerd. Het kindgebonden budget wordt
verstrekt door de Belastingdienst. Het kindgebonden budget is, net als de vroegere
tegemoetkoming ouders, een inkomensafhankelijke bijdrage in de kosten van kinderen van 0
tot 18 jaar. Per 1 januari 2010 is de tegemoetkoming in de schoolkosten voor ouders
opgenomen in het kindgebonden budget van de Belastingdienst voor kinderen van 12 tot 18
jaar. Het kindgebonden budget wordt daarom voor deze leeftijdsgroep verhoogd.
Het kindgebonden budget hoeft u in de meeste gevallen niet aan te vragen, u krijgt dit
automatisch van de Belastingdienst. Heeft u vragen over het kindgebonden budget? Kijk dan
op www.toeslagen.nl.
TOG
Een kind met een beperking heeft vaak extra zorg nodig. Als uw kind thuis woont en per
week 10 uur of meer AWBZ-zorg ontvangt, kunt u vanwege die extra zorg in aanmerking
komen voor de Tegemoetkoming Onderhoudskosten thuiswonende Gehandicapte kinderen
(TOG). De TOG is een extra kinderbijslag die kan worden aangevraagd bij de Sociale
Verzekeringsbank (SVB). Als u meer wilt weten over deze regeling kunt u contact opnemen
met de schoolmaatschappelijk werker op onze school.
6.9. Schoolverzekering
Onze school heeft de volgende verzekering die voor u en uw kinderen van belang zijn:
• een ongevallenverzekering die de financiële gevolgen dekt na een ongeval in school en
tijdens het overblijven;
• een reisverzekering voor alle activiteiten die de school organiseert buiten het
schoolgebouw.
• een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering.
Bij schoolreizen en andere uitstapjes komt het soms voor dat ouders groepjes kinderen met de
eigen auto vervoeren. Van belang is dat u dan een inzittendenverzekering heeft afgesloten. Het
is voor de school namelijk niet mogelijk dat voor de ouders te doen. In voorkomende gevallen
zullen wij U daarom altijd vragen of U een inzittendenverzekering heeft. Voor nadere informatie
kunt u terecht bij de directeur van de school
6.10. Klachtenregeling, afhandeling van klachten
Het is de bedoeling dat klachten over de gang van zaken in de school tussen leerlingen,
ouders, personeel, schoolleiding en alle overige bij de school betrokken personen in eerste
instantie onderling op schoolniveau worden opgelost. Het meest voor de hand liggend is dat
de klager zich rechtstreeks richt tot degene tegen wie zijn klacht is gericht, dan wel tot diens
leidinggevende, dan wel rechtstreeks tot de directeur. Ook is het mogelijk om eerst de
contactpersoon van de school te benaderen. Als deze mogelijkheden niet toereikend zijn,
doordat afhandeling van de klacht niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden of door de
aard van de klacht, dan kan men een beroep doen op de klachtenregeling. De regeling biedt
mogelijkheden voor het indienen van een klacht bij de directeur, het bestuur of rechtstreeks
bij de landelijke klachtencommissie.
24
De klachtcontactpersoon op schoolniveau
De school heeft een contactpersoon voor de klachtenregeling. Deze heeft tot taak:
• eerste aanspreekpunt te zijn bij klachten;
• de eerste opvang te verzorgen als een klacht wordt ingediend;
• naar eigen inzicht eenvoudige klachten af te handelen;
• de klager in het geval van een zware, gevoelige of complexe klacht door te verwijzen en
te informeren over de mogelijkheden die de klachtenregeling biedt, zoals het in contact
komen met de externe vertrouwenspersonen die door het bestuur zijn aangesteld;
• indien noodzakelijk te verwijzen naar gespecialiseerde instanties.
De scholen voor Primair Openbaar Onderwijs in Utrecht zijn aangesloten bij de Landelijke
Klachtencommissie Onderwijs (LKC). De Commissie onderzoekt de ingediende klacht en
brengt advies uit aan het bevoegd gezag over de gegrondheid van de klacht. De Commissie
kan in haar advies een aanbeveling doen over de door het bevoegd gezag te nemen
maatregelen. Op de website www.onderwijsgeschillen.nl/klachten vindt u meer over de LKC.
Op deze website wordt informatie gegeven over onder meer de relevante regelgeving, de
procedure bij de behandeling van klachten en de samenstelling van de Commissie.
Reglement van de LKC
Er is een reglement vastgesteld met daarin opgenomen de klachtenprocedure.
Het reglement en de klachtenregeling liggen op school voor alle betrokkenen ter inzage
Vertrouwenspersoon SPO Utrecht
Het schoolbestuur heeft in samenwerking met het bestuur van de scholen voor het
openbaar voortgezet onderwijs in Utrecht een vertrouwenspersoon benoemd. De
vertrouwenspersoon functioneert als aanspreekpunt bij klachten en gaat onder andere na of
door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt.
6.14. Regels voor het maken van foto’s/beeldopnames
Gedurende het schooljaar worden regelmatig foto- of filmopnamen gemaakt van
schoolactiviteiten. Soms worden deze gebruikt voor plaatsing in bijvoorbeeld de schoolkrant
of op de website. Juridisch gezien is geen toestemming nodig voor het publiceren van
dergelijke foto’s voor schooldoeleinden. Mocht u bezwaar hebben tegen het plaatsen van
foto’s waarop uw kind staat afgebeeld, dan kunt u dit aangeven op de brief die u bij de start
van het schooljaar of op de ouderinformatieavond van ons ontvangt.
6.15. Oudertevredenheid
Op de in 2014 afgenomen waarderingsvragenlijst voor ouders scoren wij een 8.1 gemiddeld en
daar zijn we zeer blij mee. In 2009 was dit nog een 7.1. en in 2011 een 7.7.
Het gehele rapport kunt u inzien op onze website! Uiteraard willen wij goed is behouden en ten
aanzien van verbeteringen zoals o.a. een betere en duidelijker communicatie en informatie over
ons onderwijs gaan we samen aan de slag.
25
7.
De ontwikkeling van het onderwijs in de school;
Kwaliteitszorg en resultaten
7.1. Kwaliteitszorg
Onze school werkt systematisch aan kwaliteitszorg. Onder kwaliteitszorg verstaan we:
activiteiten die er op gericht zijn om de kwaliteit van het onderwijs te bepalen, te bewaken,
te borgen en te verbeteren. Met andere woorden: wat vinden wij goed onderwijs, wat zijn
de eisen van de overheid, welke doelen stellen we, hoe zorgen we ervoor dat we kwaliteit
leveren en hoe houden we de bereikte kwaliteit vast? Onze school werkt aan de ontwikkeling en vernieuwing van het onderwijs en zorgt dat zaken die goed gaan, goed vastgelegd
worden.
7.2. Opbrengsten schooljaar 2013-2014
• Naast de Cito-toetsen voor ZML (rekenen en mondelinge taal) zijn Cito-toetsen voor
technisch lezen (DrieMinutenToets, AVI) en toetsen speciale leerlingen (Rekenen,
begrijpend lezen, spelling) afgenomen indien leerlingen hiervoor in aanmerking kwamen.
• Om te streven naar een zo objectief mogelijke evaluatie zijn evaluatiecriteria gehanteerd
voor de leergebiedoverstijgende vakgebieden (sociale en emotionele ontwikkeling, leren
leren en zelfredzaamheid).
• Leerlingen zijn ingedeeld in een arrangement.
• Effectieve instructie middels ADI-model is geïmplementeerd.
• Leerkrachten hebben onder begeleiding van de werkgroep 'leren leren' het zelfstandig
werken in de groep verder vorm gegeven.
• De methode Fototaal (speciaal ontwikkeld voor ZML-onderwijs) is het afgelopen jaar
schoolbreed ingezet.
7.3. Toetsen en observatiegegevens
De leerlingen zijn het afgelopen schooljaar voor de tweede keer getoetst middels de toetsen
voor ZML (rekenen en mondelinge taal). Bij leerlingen die hiervoor in aanmerking kwamen is
voor het eerst getoetst met Cito-toetsen die een beeld geven van het niveau van technisch
lezen, begrijpend lezen en spelling. Op basis van toets- en observatiegegevens is nagegaan
of leerlingen zich binnen hun gestelde ontwikkelingsperspectief ontwikkelen, of zich op
bepaalde gebieden boven of onder hun streefniveau voor dit schooljaar ontwikkelen. Als
leerlingen boven of onder hun streefniveau functioneren, is nagegaan of leerroutes
bijgesteld moesten worden. In onderstaande grafiek is te zien welk percentage leerlingen
onder, op of boven hun streefniveau functioneert, en welk percentage leerroutes is
bijgesteld (naar boven of naar beneden), dan wel gehandhaafd blijft.
26
Streefniveaus en leerroutes;
bijstellen of handhaven
90%
80%
70%
60%
onder streefnive au
50%
Leerroute bijstellen naar beneden
40%
op streefniveau
30%
20%
Leerroute handhaven
10%
bove n streefniveau (>2 niveaus)
Leerroute bijstellen naar boven
0%
Op basis van bovenstaande grafiek kan geconcludeerd worden dat over het algemeen
leerroutes worden bijgesteld als leerlingen meer dan 2 niveaus boven hun streefniveau
functioneren. Anderzijds wordt opgemerkt dat wanneer leerlingen onder hun streefniveau
scoren, leerroutes vrijwel niet worden bijgesteld naar beneden. Bij 3 leerlingen is een
leerroute naar beneden bijgesteld. Als leerlingen onder het streefniveau scoren houdt dit
elke score in die onder het streefniveau ligt, van 0,1 tot meerdere niveaus onder het
streefniveau. Vaak was sprake van enkele tienden onder het streefniveau, in welk geval
verwacht wordt dat de leerling de achterstand, al dan niet met extra
ondersteuning/begeleiding, nog in kan halen.
7.3.
Uitstroomcijfers
Onderstaande grafiek geeft de uitstroom weer van de afgelopen 5 schooljaren. Aan het eind
van schooljaar 2013-2014 zijn in totaal 25 leerlingen uitgestroomd. 15 leerlingen zijn
uitgestroomd naar onze eigen VSO-afdeling op STIP VSO – Herderscheeschool. 4
leerlingen zijn uitgestroomd naar een andere cluster 3-school. 6 leerlingen zijn naar een
overige bestemming uitgestroomd.
Uitstroom SO Herderscheeschool
16
14
12
Van SO naar (eigen) VSO
10
Andere school voor ZML
SBaO
8
Praktijkonderwijs
6
Cluster 4
4
Overig
2
0
2009-2010
2010-2011
2011-2012
2012-2013
27
2013-2014
Voor de 18 leerlingen die naar het eigen, dan wel een ander VSO zijn de volgende
ontwikkelingsperspectieven meegegeven:
4x
5x
8x
1x
Ervaringsgerichte dagbesteding
Licht arbeidsmatige dagbesteding
Arbeidsmatige dagbesteding
Arbeid
7.4. Schooljaar 2014-2015
Accenten schooljaar zullen liggen op;
• Werken met OPP aan de hand van de PDCA-cyclus/Handelingsgericht werken
• Borgen toetsbeleid (Cito voor ZML) en invoeren sociaal emotionele toets (ZIEN)
• Door ontwikkelen van de arrangementkaarten
• Implementeren Fototaal en Rekenboog
• Implementeren Effectieve instructie en Leren Leren
28
8.
Samenwerking met andere instanties
8.1. De school in de wijk
De wijk leent zich uitermate om leerlingen in de maatschappij te laten wennen aan
bijvoorbeeld boodschappen doen en rekening houden met verkeer. Samenwerking is er met
de naastgelegen basisschool: samen leren spelen, samenwerken en ontdekken.
8.2. Samenwerking met anderen buiten de wijk
De Herderschêeschool heeft intensieve samenwerkingscontacten met de KDC’s van
Reinaerde voor afstemming en optimalisatie van het onderwijs voor zorgleerlingen.
Daarnaast nemen we deel aan activiteiten aangeboden door UCK en NME en worden er
jaarlijks vanuit Special Heroes sportactiviteiten georganiseerd om deelname aan sportclubs
buiten schooltijd te promoten. Special Heroes is er op gericht om leerlingen in het speciaal
onderwijs zelf te laten ervaren hoe leuk sporten en bewegen is. Kennismakingsprogramma’s
worden als clinics aangeboden binnen de sporturen van school. Vanuit deze ervaring kunnen
leerlingen lid worden van een sportvereniging waarbij een speciaal aanbod voor onze
leerlingen geboden wordt.
8.3. Samenwerking met andere scholen voor Speciaal Onderwijs
Om expertisedeling en -ontwikkeling binnen het SO mogelijk te maken hebben de ZML en
Mytyl scholen in midden Nederland zich verenigd in de samenwerking: Speciaal Centraal.
De intern begeleiders, de psychologen, de directeuren van deze 14 scholen komen met
regelmaat in groepen bij elkaar om met elkaar nieuwe ontwikkelingen te bespreken en om
plannen te maken deze ontwikkelingen binnen de school vorm te geven. Zie website:
www.speciaal-centraal.nl
Daarnaast is er samenwerking met de andere S(B)O scholen binnen ons bestuur, zijnde de
Pels en de Luc Stevensschool.
29
9.
School- en vakantietijden, verlof en verzuim
9.1
Onderwijstijd
Leerlingen in het speciaal onderwijs hebben jaarlijks recht op minimaal 1000 uur onderwijs.
Voor leerlingen tot en met zeven jaar die in een kleutergroep zitten geldt een norm van 850
uur. Deze leerlingen zijn op woensdag vrij. Het rooster voor les, vakantie en vrije dagen is
zodanig opgesteld, dat aan deze eis is voldaan.
Schooltijden
Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: 8.30-15.00 uur (onderwijstijd 5,75 klokuur per
dag + 0,75 uur pauze), woensdag: 8.30-12.15 uur (onderwijstijd 3,75 klokuur)
Dagritme
De school begint om 8.30u. Veel leerlingen komen van ver en sommigen komen met busjes
die de ene dag vlot kunnen doorrijden en de andere dag in de file staan.
Om 8.15u gaat de school open en is in iedere groep een medewerker aanwezig.
We verwelkomen leerlingen persoonlijk en starten de dag met een rustige en ontspannende
activiteit, ook om even bij te komen van het vervoer.
Na enkele onderwijsactiviteiten is er rond 10.00 uur een korte pauze, waarin we als het weer
het toelaat met de leerlingen naar buiten gaan. De ochtend wordt vervolgd met nieuwe
onderwijsactiviteiten en rond 12.00 uur wordt er in de groep met de leerlingen gegeten. Ook
eten maakt deel uit van ons onderwijs; zelf leren eten, de tafel leren dekken, met bestek leren
eten e.d. De leerlingen nemen voor de lunch zelf eten en drinken mee; graag goed verpakt en
gezond. Brood, fruit en een melkproduct of vruchtensap hoort bij de dagelijkse lunch. Snoep,
koek en frisdranken zijn geen gezonde lunch en dat leren we de leerlingen ook. Na de lunch
gaan de leerlingen naar buiten; hierbij gaan enkele medewerkers mee om te zorgen dat
iedereen prettig buiten kan zijn.
Vanaf 13.00 uur beginnen de lessen weer. In de middag zijn dat vooral praktijkgerichte
activiteiten. Om 15.00 uur stopt het onderwijs, zodat de leerlingen, begeleid door een
medewerker, op tijd buiten staan voor de busjes of zelfstandig naar huis gaan.
30
9.2.
Vakanties en vrije dagen
vakantieperioden
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Pasen
Koningsdag
Meivakantie
Hemelvaart
Pinksteren
Zomervakantie
weeknummer
43
52 en 01
9
15
18
18
20
22
29-34
Datum
18-10-2014
20-12-2014
21-02-2015
06-04-2015
27-04-2015
28-04-2015
14-05-2015
25-05-2015
11-07-2015
/ 26-10-2014
/ 04-01-2015
/ 01-03-2015
/ 10-05-2015
+ 15-05-2015
/ 23-08-2015
Extra vrije dagen leerlingen (studiedagen personeel)
maandag
01 september 2014
Dinsdag
25 november 2014
vrijdagmiddag
05 december 2014
vrijdagmiddag
19 december 2014
donderdag
29 januari 2015
Maandag
16 maart 2015
dinsdag
07 april 2015
vrijdag
05 juni 2015
vrijdagmiddag
10 juli 2015
9.3. Leerplicht, verlof en verzuim
Leerplicht
Voor de ontwikkeling van uw kind is het belangrijk dat uw kind naar school gaat en niet
verzuimt. Als een kind vier jaar is, dan mag het naar school. Vanaf het vijfde jaar is uw kind
leerplichtig. Het SO mag leerlingen opvangen tot uiterlijk hun 14de jaar, daarna moet de
leerling overgeschreven worden naar VSO onderwijs.
Afwezigheid door ziekte / andere reden
Bij ziekte of een andere reden tot verzuim dient u de school tijdig te informeren. Dit kan
telefonisch, graag vóór schooltijd. Telefoon: 030 - 2230113
Wanneer een leerling afwezig is, zonder dat bericht is ontvangen zal de school nog dezelfde
dag contact met u opnemen. Als uw kind ziek is, neemt de leerkracht contact op met de
ouders/verzorgers. In dit gesprek informeert de leerkracht hoe het gaat met het kind en
wordt afgesproken of en wanneer het kind weer op school komt. Als de afgesproken termijn
is verstreken en het kind is nog niet op school, wordt opnieuw contact opgenomen met de
ouders/verzorgers. Bij twijfel informeert de leerkracht de adjunct directeur. De aan- en
afwezigheid van leerlingen wordt bijgehouden. We verzoeken u om afspraken met tandarts,
huisarts, orthodontist e.d., zo veel mogelijk buiten de schooltijd te plannen.
31
Extra verlof
Extra verlof mag alleen worden toegekend voor religieuze feestdagen, gewichtige
omstandigheden of vanwege de aard van het beroep van (één van) de ouders.
1. Religieuze feestdagen. Ouders kunnen een beroep doen op vrijstelling van onderwijs
vanwege plichten die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, bijvoorbeeld
religieuze feestdagen als Suikerfeest en Offerfeest. De ouders stellen in zo’n geval de
directeur uiterlijk twee dagen van te voren op de hoogte.
2. Gewichtige omstandigheden. Er kunnen zich omstandigheden voordoen, zoals het
bijwonen van een huwelijk, ziekte, een sterfgeval, waardoor een kind de school niet
kan bezoeken. Een verzoek tot verlof vanwege gewichtige omstandigheden dient,
mogelijk vooraf, te worden ingediend bij de directeur. Verlof vanwege gewichtige
omstandigheden kan voor ten hoogste tien dagen worden toegekend.
3. Aard van het beroep van (één van) de ouders. Indien ouders vanwege de specifieke
aard van hun beroep alleen buiten de schoolvakanties op vakantie kunnen gaan, is
verlof mogelijk voor maximaal tien dagen. Dit verlof is niet toegestaan tijdens de
eerste twee weken van het schooljaar. Een verzoek om extra vakantieverlof dient
tijdig te worden ingediend bij de directeur.
Een verzoek voor een vrije middag, bijvoorbeeld vanwege een weekendje weg of om eerder
op een vakantiebestemming te zijn, wordt niet gehonoreerd.
Ongeoorloofd verzuim / toezicht op de leerplicht
Bij incidenteel ongeoorloofd verzuim stuurt de directeur een schriftelijke waarschuwing naar
de ouders en bespreekt het verzuim met de ouders. De directeur kan besluiten om het
verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar.
De leerplichtambtenaar van de gemeente waar u woont, ziet toe op de naleving van de
Leerplichtwet. Ook zoekt de leerplichtambtenaar samen met de school en/of ouders naar
een oplossing bij problemen met schoolbezoek.
Schorsing en verwijdering
Over het algemeen worden leerlingen probleemloos tot een school toegelaten en krijgen zij
niet te maken met schorsing of verwijdering. Toch kunnen zich omstandigheden voordoen
op grond waarvan het schoolbestuur besluit een leerling niet toe te laten tot de school,
tijdelijk de toegang tot de school te ontzeggen of van school te verwijderen. Het is dan in
het belang van alle partijen - de leerling, de ouders, het College van Bestuur en de school dat de regels en procedures die er op basis van de onderwijswetgeving zijn, zorgvuldig
worden uitgevoerd. Op Stichtingsniveau is een protocol voor toelating, schorsing en
verwijdering van leerlingen vastgesteld. De directeur van de school voert in voorkomende
gevallen, in naam en onder verantwoordelijkheid van het College van Bestuur, het protocol
uit.
Spreektijden personeel
Onder schooltijd kunt u terecht bij de conciërge. Na afspraak, ook onder schooltijd, bij de
directie, de maatschappelijk werker, de orthopedagoog, de logopedist en bij de
fysiotherapeut. De (vak-) leerkrachten zijn niet onder schooltijd te spreken, maar wel vóór
8.30 uur en van 15.15-16.30 uur.
32
10.
Namen en adressen
Stichting openbaar Primair Onderwijs (SPO) Utrecht
De SPO Utrecht is het schoolbestuur van alle openbare basisscholen, de school voor speciaal
basisonderwijs (Luc Stevensschool) en de school voor Speciaal (voortgezet) onderwijs
(Herderschêeschool) in de Gemeente Utrecht
Bestuur: Thea Meijer en Eric van Dorp
Secretaris van het bestuur en de Raad van Toezicht: Ellen Groten
Postadres: Postbus 9315, 3506 GH Utrecht
Bezoekadres: Kaap Hoorndreef 36 te Utrecht
Tel: 030 265 26 40
www.spoutrecht.nl
Medezeggenschapsraad
Voorzitter: Janine de Boer
Leden (personeel): Anneke v.d. Manden, Helene Gaasbeek, Ellis Falke,
Minke de Roos, vacature
Leden (ouders):
Nicoline Kersten, vacature
E-mail: [email protected]
Buiten schoolse opvang
Locatie Stauntonstraat, wordt verzorgd door Ludens BSO
www.ludens.nl
E-mail: [email protected]
Inspectie van het onderwijs
[email protected]
www.onderwijsinspectie.nl
Voor algemene vragen over onderwijs kunt u terecht bij: 0800 – 8051 (gratis)
Klachtcontactpersoon van onze school
Janine de Boer. Tel: 030-2230112, aanwezig op dinsdag, woensdag en vrijdag.
e-mail: [email protected]
Vertrouwenspersoon SPO Utrecht
Dhr. K. Maissan. Tel: 030-2996636 / 06-46243635
e-mail: [email protected] Indien gewenst kunt u bij dhr. Maissan aangeven dat u
een vrouwelijke vertrouwenspersoon wilt spreken.
Vertrouwensinspecteur
De vertrouwensinspecteur adviseert en ondersteunt leerlingen, docenten, ouders en andere
betrokkenen bij klachten rond seksueel misbruik, seksuele intimidatie en ernstig fysiek of
33
geestelijk geweld. Bij een vermoeden van seksueel misbruik is een school wettelijk verplicht
contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur.
Ook voor vragen of meldingen over discriminatie en radicalisering kunt u terecht bij de
vertrouwensinspecteur. De vertrouwensinspecteur is alleen voor vertrouwenskwesties
tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900-1113111
Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek
geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (lokaal tarief).
Landelijke Klachtencommissie Onderwijs
Postadres:
Email: [email protected]
Onderwijsgeschillen
Bezoekadres:
Postbus 85191
Gebouw "Woudstede"
3508 AD Utrecht
Zwarte Woud 2
Telefoon: 030 - 280 95 90
3524 SJ Utrecht
Kinderfysiotherapie De Tuimelaar
Louise Kerlinghof 27, 3571 TR Utrecht
Telefoon: 06 11332079
Logopediepraktijk Huijts
www.logopediepraktijkhuijts.nl
06.28723388
Schoolarts
Amazonedreef 43
3563 CA Utrecht
Tel 030-2863010
[email protected]
Tandwiel jeugdtandverzorging
Kanaalweg 17-i
3526 KL Utrecht
030-2844810 / 06-22044641
www.tand-wiel.nl
Gemeente Utrecht, DMO
Afdeling leerplicht
Bezoekadres: Kaatstraat 1
Postadres: Postbus 2158
3500 GD Utrecht
U-Pas
DMO Gemeente Utrecht
U-pasbureau
030-2865000
www.u-pas.nl
Gemeente Utrecht, afdeling leerlingenvervoer
Tel. 030-2865999
e-mail: [email protected]
Woont u buiten de gemeente Utrecht dan moet u contact opnemen met de afdeling
leerlingenvervoer van uw eigen woonplaats. Tijdens studiedagen is er geen vervoer!
MEE
Pallas Athenedreef 10
3561 PE Utrecht
Postadres: Postbus 9168
3506 GD Utrecht
Tel 0900-633 63 63
www.mee-utrecht.nl
34
35
36