Examenreglement VMBO leerjaar 4 2014 2015

De Rotonde
Groene Woud 2
4834 BC Breda
Tel. 076-5218268
EXAMENREGLEMENT
schooljaar 2014-2015
klas 4
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
Inhoud
Inleiding ......................................................................................................................................................... 2
1. Voorwoord .......................................................................................................................................... 2
2. Examencommissie ............................................................................................................................. 3
3. Commissie van beroep....................................................................................................................... 3
4. Begrippenverklaring ........................................................................................................................... 4
Examenreglement ......................................................................................................................................... 6
1. Algemeen ........................................................................................................................................... 6
2. Het examen ........................................................................................................................................ 7
3. Het schoolexamen.............................................................................................................................. 8
4. Centraal examen en rekentoets ....................................................................................................... 12
5. Aanvullende artikelen met betrekking tot flexibele en digitale examens .......................................... 15
6. Afwijkende wijze van examineren .................................................................................................... 16
7. Afspraken over afwezigheid ............................................................................................................. 17
8. Uitslag .............................................................................................................................................. 18
9. Diploma en cijferlijst ......................................................................................................................... 20
10. Certificaten ....................................................................................................................................... 21
11. Onregelmatigheden .......................................................................................................................... 22
12. Slotbepalingen .................................................................................................................................. 24
1
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
Inleiding
1.
Voorwoord
Beste examenkandidaat,
Voor je ligt het Examenreglement van De Rotonde. Je vindt hierin informatie over:
de regels en afspraken rond het schoolexamen en het centraal examen;
alle informatie per vak over wat je wanneer moet doen voor het schoolexamen;
een afsprakenlijst met alle data wanneer je iets moet inleveren.
We raden je aan alles nauwkeurig door te lezen om problemen in de examenperiode te voorkomen. Ook
aan de ouders / verzorgers willen we vragen om de informatie door te lezen. Deze kan ook voor hen
belangrijk zijn.
Wanneer er onduidelijkheden zijn over deze regeling of wanneer er problemen zijn met betrekking tot het
schoolexamen of het centraal examen, dan kun je terecht bij de secretaris van de examencommissie.
De examencommissie wenst je een zeer goede examenperiode toe, met veel plezier, maar vooral met
goede prestaties en resultaten.
Namens de examencommissie,
A.C.J. Flink
Directeur
2
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2.
2014-2015
Examencommissie
De examencommissie van De Rotonde bestaat uit:
voorzitter:
secretaris:
leden:
3.
Dhr. M. Nobelen
Dhr. R. Coblens
Dhr. N. Dictus
Dhr. W. Pas
Mevr. M. Meeuwissen
Commissie van beroep
De Rotonde is met betrekking tot de schoolexamens aangesloten bij De Commissie van Beroep
Examens van het ROC West-Brabant.
De samenstelling is als volgt:
Voorzitter:
Lid/plv. voorzitter:
Lid:
Plv. lid:
Plv. lid:
Dhr. Mr. P. van Hooff
Dhr. A.J.M. van Eil
Dhr. A. Mureau
Dhr. W. Joosen
Dhr. H. de Jong
De examenkandidaat stuurt zijn of haar beroep aangetekend naar het postadres van de commissie van
beroep naar:
ROC West-Brabant
T.a.v. Commissie van Beroep Examens van het ROC West-Brabant.
Postbus 699
4670 AR Etten-Leur
3
Examenreglement VMBO leerjaar 4
4.
2014-2015
Begrippenverklaring
Bevoegd gezag:
Het College Van Bestuur van het ROC West Brabant.
CvE:
College voor Examens
Directeur:
De vestigingsdirecteur
Examen:
Dit omvat het schoolexamen, de rekentoets en het centraal examen.
Er zijn twee soorten centrale examens:
- centraal schriftelijk examen
- centraal schriftelijk en praktijk examen: een centraal vastgestelde opdracht
wordt uitgevoerd, waarbij zowel het product als het proces van de uitvoering
wordt beoordeeld. In de opdracht is de vaktheorie rechtstreeks gekoppeld aan
de praktijkopdracht. De examinatoren beoordelen aan de hand van bindende
beoordelingscriteria.
Examendossier:
Hierin worden alle beoordelingen -en niet de werken zelf- opgenomen uit het
derde en vierde leerjaar van de opleiding. Het betreft ook vakken die niet
centraal worden geëxamineerd of die in de derde klas worden afgerond.
1e Examinator:
De docent die onderwijs geeft in enig jaar waarover het schoolexamen zich
uitstrekt.
2e Examinator:
Een door het bevoegd gezag aangewezen persoon, die een onderdeel van het
examen mede beoordeelt.
Handelingsdeel:
Dit bestaat uit opdrachten die de examenkandidaat moet uitvoeren. De notitie
waarin de examenkandidaat zijn ervaringen weergeeft, moet naar behoren zijn
uitgevoerd.
Ouders:
Onder de term ‘ouders’ vallen ook ‘verzorgers’ of ‘voogden’.
Praktijkopdracht:
Deze opdrachten worden vooral bij de beroepsgerichte vakken gegeven en zijn
specifiek gericht op vakvaardigheden.
Praktische opdracht:
Deze opdrachten kunnen bij alle vakken voorkomen. Zowel het proces als het
product wordt beoordeeld. Beoordeling vindt plaats aan de hand van vooraf aan
de examenkandidaat bekend gemaakte criteria. De examenkandidaat kan de
praktische opdracht de vorm geven van een product, werkstuk of presentatie.
Elke examenkandidaat dient minstens twee praktische opdrachten van elk
minimaal tien uur te hebben uitgevoerd.
PTA:
Dit Programma van Toetsing en Afsluiting bevat per vak een omschrijving van
de inhoud en toetsingswijze van de toetsen. Ook zijn alle gegevens omtrent
beoordeling en weging van de resultaten hierin opgenomen. De
examenkandidaat kan in het PTA tevens zien voor welke toetsen herkansing
mogelijk is.
Sectorwerkstuk:
Een examenkandidaat van de theoretische of de gemengde leerweg maakt een
vakoverstijgend werkstuk dat past bij de sector waarbinnen hij examen doet. Hij
besteedt er minimaal 20 uur aan. Het sectorwerkstuk wordt door twee docenten
beoordeeld. De beoordelingscriteria worden vooraf aan de examenkandidaat
bekend gemaakt.
4
Examenreglement VMBO leerjaar 4
Toets:
2014-2015
Een door de examenkandidaat af te leggen onderdeel van het examen.
5
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
Examenreglement
1.
Algemeen
1.1.
Het examenreglement is vastgesteld door het bevoegd gezag op 1 augustus 2014. Het
reglement gaat in op de eerste dag van het betreffende schooljaar.
1.2.
Indien daartoe aanleiding bestaat, kan het bevoegd gezag het reglement tussentijds wijzigen.
De examenkandidaten en/of hun ouders zullen hiervan tijdig schriftelijk op de hoogte gesteld
worden.
1.3.
Het examen is geregeld in het Eindexamenbesluit VO.
1.4.
Het examenreglement is noodzakelijk volgens artikel 31 van het Eindexamenbesluit. Een
exemplaar van dit besluit ligt op school ter inzage.
6
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
2.
Het examen
2.1.
Het examen bestaat uit een schoolexamen, de rekentoets en indien dat in het
examenprogramma bepaald is, een centraal examen.
2.2.
De vestigingsdirecteur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd
gezag het examen af.
2.3.
De vestigingsdirecteur wijst een personeelslid aan als voorzitter en/of secretaris van het
examen. De voorzitter regelt samen met de secretaris alle aangelegenheden die het examen
betreffen.
2.4.
Een ieder die betrokken is bij de examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens
waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet
reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een
geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig
wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de examinering de
noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.
7
Examenreglement VMBO leerjaar 4
3.
Het schoolexamen
3.1.
Algemeen
3.1.1.
2014-2015
Het schoolexamen kan bestaan uit de volgende toetsen:
a. mondelinge toetsen
b. schriftelijke toetsen met gesloten en/of open vragen
c. werkstukken
d. handelingsopdrachten
e. praktische opdrachten
f. praktijkopdrachten
g. proeve van bekwaamheid
h. sectorwerkstuk
Examenkandidaten in de theoretische leerweg maken een meerdere vakken
omvattend sectorwerkstuk.
3.1.2.
3.2.
Het schoolexamen wordt gehouden overeenkomstig het voor ieder vak geldende
Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA).
Examenjaren en informatievoorziening
3.2.1.
Het schoolexamen begint reeds in het derde leerjaar van de opleiding met de opbouw
van het examendossier.
3.2.2.
De examenkandidaten ontvangen voor 1 oktober het examenreglement met het
bijbehorende Programma van Toetsing en Afsluiting (via de site van de Rotonde),
waarin is opgenomen:
a. een overzicht van de toetsen van het schoolexamen
b. een planning van de toetsen
c. een omschrijving van de te toetsen leerstof
d. een omschrijving van de wijze van toetsing
e. de wijze waarop het eindcijfer schoolexamen wordt berekend
3.3.
De criteria aan de hand waarvan de beoordeling van werkstukken, praktische opdrachten,
handelingsopdrachten en sectorwerkstuk plaatsvindt, worden tijdens de lessen aan de
examenkandidaat bekend gemaakt.
3.4.
Beoordeling
3.4.1.
a. Voor de beoordeling van de toetsen van het schoolexamen gebruikt de examinator
de cijfers 1 t/m 10 met de daartussen liggende cijfers op één decimaal.
b. In afwijking van 3.4.1a wordt het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming 1 en het
vak Lichamelijke Opvoeding 1 uit het gemeenschappelijk deel van elke leerweg
beoordeeld met ‘onvoldoende’, ‘voldoende’ of ‘goed’. Deze beoordeling gaat uit
van de mogelijkheden van de examenkandidaat en geschiedt op basis van het
genoegzaam afsluiten van de desbetreffende vakken, zoals blijkt uit het
examendossier.
c. De handelingsopdracht en het sectorwerkstuk worden niet met een cijfer
beoordeeld, maar met de beoordeling ‘onvoldoende’, 'naar behoren', 'voldoende’ of
‘goed’.
d. Bij de beoordeling van praktische opdrachten worden zowel het proces als het
product beoordeeld.
8
Examenreglement VMBO leerjaar 4
3.5.
2014-2015
3.4.2.
De gehele cijfers voor het schoolexamen hebben de volgende betekenis:
1 = zeer slecht
6 = voldoende
2 = slecht
7 = ruim voldoende
3 = zeer onvoldoende
8 = goed
4 = onvoldoende
9 = zeer goed
5 = bijna voldoende
10 = uitmuntend
3.4.3.
Uit de beoordeling van alle toetsen in een vak of programma leidt de examinator het
eindcijfer voor het schoolexamen af. Hiervoor worden de cijfers 1 t/m 10 en de
daartussen liggende cijfers met één decimaal gebruikt. Het eindcijfer voor het
schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de beoordelingen, die voor de toetsen
van het schoolexamen aan de examenkandidaat zijn gegeven. Dit gemiddelde wordt
afgerond op één decimaal.
3.4.4.
Bij een vak dat wordt afgesloten met alleen een schoolexamen is het eindcijfer het
gewogen gemiddelde van de beoordelingen, die voor de toetsen van het
schoolexamen aan de examenkandidaat zijn gegeven. Dit gemiddelde wordt in een
stap afgerond op een heel cijfer.
3.4.5.
Indien een examenkandidaat in een (onderdeel van een) vak of programma door twee
of meer examinatoren is geëxamineerd, dan bepalen deze examinatoren in onderling
overleg het cijfer voor het schoolexamen. Komen zij niet tot overeenstemming dan
wordt het cijfer vastgesteld op het rekenkundig gemiddelde van de beoordelingen van
ieder van hen.
Mededelingen cijfers
3.5.1.
Het cijfer van iedere toets wordt zo spoedig mogelijk aan de examenkandidaat bekend
gemaakt.
3.5.2.
Examenkandidaten hebben het recht het door hen gemaakte werk in te zien.
3.5.3.
De bewaarperiode van het gemaakte werk is minimaal gelijk aan de bezwaarperiode.
3.5.4.
De behaalde cijfers worden door de secretaris van het eindexamen in het
examendossier genoteerd. De eindcijfers voor het schoolexamen worden voor de
aanvang van het centraal examen aan de examenkandidaat meegedeeld.
3.5.5.
Schriftelijke rapportering aan de examenkandidaten en hun ouders betreffende de
beoordelingen van het schoolexamen geschiedt periodiek op door de voorzitter van de
examencommissie vast te stellen momenten en in elk geval in de laatste week voor de
aanvang van het centraal examen, waarbij dan tevens de eindcijfers voor het
schoolexamen worden gerapporteerd.
3.5.6.
Nadat de cijfers, die behaald zijn in één van de schoolexamenperioden, officieel aan
de examenkandidaat zijn medegedeeld, begint een bezwaarperiode te lopen. De
bezwaarperiode duurt 10 schooldagen. Binnen deze 10 schooldagen kunnen een
examenkandidaat en/of ouders bij de voorzitter van de examencommissie schriftelijk
bezwaar aantekenen tegen een aan een toets of opdracht toegekende beoordeling.
Alvorens tot een uitspraak te komen past de voorzitter hoor en wederhoor toe. De
voorzitter deelt de examenkandidaat binnen 10 schooldagen zijn beslissing mee. Als
binnen de bezwaarperiode geen bezwaar aangetekend wordt, dan worden de cijfers
definitief, met uitzondering van toetsen waarvoor de examenkandidaat gebruik maakt
van een herkansingsmogelijkheid.
3.5.7.
De examenkandidaat levert de door zijn ouders voor akkoord ondertekende cijferlijst
9
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
uiterlijk aan het eind van de bezwaarperiode in op school.
3.6.
Herkansing
3.6.1.
Elke examenkandidaat heeft het recht om na schoolexamenperiode 2, 3 en 4 per
periode twee toetsen te herkansen waarvan in het PTA staat aangegeven dat
daarvoor een herkansingsmogelijkheid bestaat. Bij elk vak dient per periode tenminste
1 toets, die met een cijfer wordt beoordeeld, te kunnen worden herkanst.
3.6.2.
In geval van reglementaire absentie behoudt de examenkandidaat het recht om de
toets alsnog te maken.
3.6.3.
De voorzitter van de examencommissie beslist over de herkansing van het
schoolexamen zoals bedoeld in 3.6.1.
3.6.4.
In geval van herkansing geldt het hoogst behaalde cijfer.
3.6.5.
Bij handelingsdelen bestaat de herkansing uit het alsnog of nogmaals deelnemen aan
een activiteit en/of het nogmaals inleveren van een verslag. Praktische opdrachten
kunnen alleen worden herkanst door het aanvullen of opnieuw uitvoeren van de
oorspronkelijke opdracht.
3.7.
Als het eindcijfer voor het schoolexamen Maatschappijleer-1 is vastgesteld, heeft een
examenkandidaat recht op een herexamen. Dit herexamen omvat alle leerstof van het
schoolexamen. Het hoogste cijfer geldt.
3.8.
Afsluiting schoolexamen
3.8.1.
Het schoolexamen kan pas worden afgesloten indien alle toetsen zijn afgelegd.
Toetsen en opdrachten voor vakken die worden afgesloten met een centraal examen
dienen 5 dagen voor aanvang van het eerste tijdvak te zijn afgelegd. Toetsen en
opdrachten voor vakken die worden afgesloten met een schoolexamen dienen uiterlijk
1 week voor het vaststellen van de uitslag te zijn afgelegd.
Een examenkandidaat die het sectorwerkstuk of een ander onderdeel van het
schoolexamen niet af heeft op het hierboven genoemde tijdstip, kan niet gediplomeerd
worden.
Bij onwettig verzuim van uren voor de beroeps oriënterende stage, is het onmogelijk
een cijfer vast te stellen. Hierdoor is het niet mogelijk het schoolexamen af te sluiten,
waardoor er niet kan worden deelgenomen aan het centraal examen.
3.8.2.
Indien een toets niet is afgelegd op het vastgestelde tijdstip of binnen de vastgestelde
termijn zonder een naar het oordeel van de voorzitter van de examencommissie
geldige reden, dan kan deze de volgende maatregelen treffen:
a. het cijfer 1 geven;
b. het cijfer 1 geven met de mogelijkheid om te herkansen;
c. een nieuwe datum afspreken voor een toets of een in te leveren werk.
De voorzitter deelt de examenkandidaat de maatregel schriftelijk mee.
3.8.3.
Indien een examenkandidaat niet voldoet aan de in 3.8.2 gestelde verplichting kan de
vestigingsdirecteur de examenkandidaat uitsluiten van verdere deelname aan het
schoolexamen of een andere maatregel treffen zoals genoemd in artikel 11.2.
3.8.4.
Het bevoegd gezag kan een kandidaat die ten gevolge van ziekte of een andere van
zijn wil onafhankelijke omstandigheid het schoolexamen in één of meer vakken niet
heeft kunnen afsluiten voor de aanvang van het eerste tijdvak, in de gelegenheid
10
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
stellen het schoolexamen in dat vak of in die vakken af te sluiten vóór het centraal
examen in dat vak of in die vakken, doch na de aanvang van het eerste tijdvak.
3.9.
Het examendossier bevat alle onderdelen van het schoolexamen. Het bestaat uit een door de
school en een door de examenkandidaat zelf te bewaren gedeelte.
De school bewaart een overzicht van alle toetsen, correctievoorschriften en beoordelingen,
alsmede ingevulde beoordelingsformulieren die op schoolexamen, handelingsdelen en
sectorwerkstukken van de examenkandidaat betrekking hebben. De school bewaart de door de
examenkandidaat gemaakte werken tot na afloop van zowel de herkansing als de
beroepsprocedure bij elke schoolexamenperiode.. De examenkandidaat bewaart alle
overzichten van zijn beoordelingen, zijn leesdossier, kunstdossier, toekomstdossier en
sectorwerkstuk en praktische opdrachten in overleg met de betrokken examinatoren in papieren
vorm.
Voor het eventueel verlies van dossiers, sectorwerkstuk of praktische opdrachten is de
examenkandidaat of diens wettelijke vertegenwoordiger zelf verantwoordelijk.
3.10.
Overige bepalingen
3.10.1.
Als een examenkandidaat doubleert in leerjaar 3 bepaalt de voorzitter van de
examencommissie na overleg met de examenkandidaat welke onderdelen van het
schoolexamen blijven staan en welke onderdelen hij moet overdoen.
3.10.2.
Als een examenkandidaat zakt voor het eindexamen moet hij het volledige centraal
examen overdoen. Na overleg met de examenkandidaat bepaalt de voorzitter van de
examencommissie welke onderdelen van het schoolexamen blijven staan en welke
onderdelen de examenkandidaat moet overdoen.
11
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
4.
Centraal examen en rekentoets
4.1.
Algemeen
4.2.
4.3.
4.1.1.
Het centraal examen wordt afgenomen conform de artikelen 36 t/m 46 van het
Eindexamenbesluit VO.
4.1.2.
De omzetting van scores naar cijfer vindt plaats conform de door het CvE bepaalde
formule. Voor de vakken en programma’s waarvoor de N-term uit de CvE formule niet
bindend is, wordt deze na bekendmaking van de normering vastgesteld door het
bevoegd gezag.
4.1.3.
Vóór 1 oktober ontvangen de examenkandidaten van klas 4 het rooster van de
examens die op een vastgesteld tijdstip plaatsvinden.
De rekentoets
4.2.1.
Het cijfer voor de rekentoets is tevens het eindcijfer.
4.2.2.
De rekentoets van het centraal examen wordt afgenomen in het voorlaatste of laatste
leerjaar. De afnameperiode wordt vastgesteld door het CvE.
4.2.3.
Examenkandidaten hebben recht op één herkansing van de rekentoets.
4.2.4.
Examenkandidaten die in het schooljaar 2012-2013 deelnemen aan de pilot
rekentoets, kunnen in 2013-2014 nog een keer deelnemen aan de rekentoets en aan
de herkansing van de rekentoets. Zij hebben dus een extra kans.
Gang van zaken tijdens het centraal schriftelijk examen
4.3.1.
Om toegelaten te worden tot het centraal examen dient de examenkandidaat het
schoolexamen, van de examenvakken die centraal geëxamineerd worden, volgens
het PTA te hebben afgesloten.
4.3.2.
De examenkandidaten maken het schriftelijk werk onder toezicht van door de
voorzitter van de examencommissie aangewezen leraren. In elk lokaal zijn minimaal
twee toezichthouders aanwezig. Er is minstens één toezichthouder per 25
examenkandidaten.
4.3.3.
De toezichthouders maken proces-verbaal op over het verloop van het examen en
leveren dit samen met het examenwerk in bij de voorzitter van de examencommissie.
Elk proces-verbaal bevat:
a. de namen van de examenkandidaten die aanwezig moeten zijn;
b. de afwezige examenkandidaten;
c. of er sprake is van een aparte regeling voor gehandicapte of allochtone
examenkandidaten:
d. een aantekening welke examenkandidaten dit betreft;
e. een aantekening van examenkandidaten die later begonnen zijn en/of het lokaal
eerder
verlaten hebben (tijdstip vermelden);
f. een handtekening van de toezichthouders.
4.3.4.
Tijdens een toets van het centraal examen worden aan de examenkandidaten geen
mededelingen, van welke aard ook, over de opgaven gedaan.
12
Examenreglement VMBO leerjaar 4
4.3.5.
2014-2015
Toegestane hulpmiddelen bij het examen zijn:
alle vakken:
woordenboek
aardrijkskunde:
liniaal met millimeterverdeling
geodriehoek of windroos
elektronisch rekenapparaat*
wiskunde:
liniaal met millimeterverdeling
geodriehoek of windroos
passer
elektronisch rekenapparaat*
natuurkunde:
liniaal met millimeterverdeling
geodriehoek of windroos
passer
elektronisch rekenapparaat*
tabellenboekje (wordt door de school verstrekt)
scheikunde:
liniaal met millimeterverdeling
geodriehoek of windroos
elektronisch rekenapparaat*
tabellenboekje (wordt door de school verstrekt)
biologie:
elektronisch rekenapparaat*
economie:
liniaal met millimeterverdeling
geodriehoek of windroos
elektronisch rekenapparaat*
* Het elektronisch rekenapparaat mag niet programmeerbaar zijn.
4.3.6.
Het examenwerk mag niet met potlood worden gemaakt.
4.3.7.
Het werk wordt gemaakt op papier, gewaarmerkt en verstrekt door de school. Ook het
kladpapier wordt door de school gewaarmerkt en verstrekt. Examenkandidaten mogen
geen papier meenemen naar het examenlokaal.
4.3.8.
De examenkandidaat vermeldt zijn examennummer en zijn naam.
4.3.9.
Het is de examenkandidaat niet toegestaan eerder te vertrekken, dan de eindtijd van
het betreffende examen.
4.3.10.
Tijdens het uitdelen van de opgaven en tijdens de gehele zittingsduur van het examen
dient er volkomen rust in de examenruimte te heersen
4.3.11.
Tassen e.d. mogen niet meegenomen worden in de examenzaal. Het is verboden
communicatiemiddelen waaronder mobiele telefoons mee te nemen in de examenzaal
4.3.12.
Kandidaten mogen zich gedurende de examenzitting niet van hun plaats begeven.
Indien zij iets nodig hebben, dienen zij door handopsteken en zo min mogelijk storend,
de aandacht van één van de toezichthouders te trekken.
4.3.13.
De aan de examenkandidaten voorgelegde opgaven voor een toets van het centraal
examen blijven in het examenlokaal tot het einde van die toets. Een examenkandidaat
die het gemaakte werk eerder dan het sluitingstijdstip inlevert, levert de opgaven,
voorzien van zijn naam, in bij één van de toezichthouders.
4.3.14.
Aan het einde van een zitting blijven de examenkandidaten zitten totdat een
toezichthouder het sein geeft om te vertrekken.
4.3.15.
Zonder toestemming van de toezichthouder mag een examenkandidaat zich
gedurende het examen niet verwijderen uit het examenlokaal. Een kandidaat die
13
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
tijdens een examenzitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal
verlaten. In overleg met de examenkandidaat beoordeelt de voorzitter van de
examencommissie of diens plaatsvervanger of de examenkandidaat het examen kan
hervatten.
4.4.
Gang van zaken tijdens het CSPE.
4.4.1.
Het CSPE wordt beoordeeld door 2 examinatoren.
4.4.2.
Per examenkandidaat ligt vast wie de eerste en wie de tweede examinator is.
4.4.3.
Beide examinatoren bepalen in onderling overleg de score voor het CSPE. Komen zij
niet tot overeenstemming dan wordt de score vastgesteld op het rekenkundig
gemiddelde van de beoordeling van ieder van hen.
4.4.4.
Beide examinatoren worden aangewezen door het bevoegd gezag.
14
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
5.
Aanvullende artikelen met betrekking tot flexibele en digitale
examens
5.1.
De digitale examens worden afgenomen na vaststelling van het schoolexamencijfer. Het tijdstip
en de plaats van afname worden minimaal 14 dagen van te voren bekend gemaakt aan de
kandidaat.
5.2.
Na afname van het examen zijn de opgaven niet ter beschikking van de kandidaat. Bij het
verlaten van de examenruimte mogen er geen documenten (bv kladpapier) worden
meegenomen.
5.3.
Herkansing digitale examens
5.3.1.
De kandidaat die deelneemt aan de digitale examens heeft het recht om naast het
cspe, één algemeen vak te herkansen.
5.3.2.
De locatiedirecteur beslist over het tijdstip en de plaats van de herkansing.
5.4.
Indien de kandidaat bij een zitting met een wettige reden afwezig is, beslist de locatiedirecteur
op welk tijdstip en op welke plaats het examen wordt ingehaald.
5.5.
De directeur kan besluiten dat, indien de afnamecondities van een examen een adequate
beoordeling onmogelijk maken, het werk wordt beschouwd als niet gemaakt en niet wordt
beoordeeld. Alle kandidaten die aan deze sessie deelnamen hebben dan het recht op opnieuw
maken/inhalen.
5.6.
Inzage van het gemaakte werk is, onder toezicht, mogelijk. Tijdens de inzage mogen geen
aantekeningen gemaakt worden.
15
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
6.
Afwijkende wijze van examineren
6.1.
De voorzitter van de examencommissie kan toestaan dat een examenkandidaat met een
lichamelijke of geestelijke beperking het schoolexamen en/of het centraal examen geheel of
gedeeltelijk aflegt op een wijze die aangepast is aan de mogelijkheden van die
examenkandidaat. Zo kan een examenkandidaat met een gehoorafwijking bij een toets
luistervaardigheid van de talen geholpen zijn met een eigen hoofdtelefoon en kan een
examenkandidaat met dyslexie tijdverlenging krijgen. Een verzoek om in aanmerking te komen
voor een afwijkende wijze van examineren dient vóór 1 oktober van het betreffende schooljaar
schriftelijk gedaan te worden, voorzien van de noodzakelijke deskundigheidsverklaring(en) aan
de voorzitter. Deze bepaalt de wijze waarop geëxamineerd wordt eerst nadat hem advies is
uitgebracht door een ter zake deskundige en meldt dit bij de inspectie.
6.2.
Het bevoegd gezag kan toestaan dat bij een examenkandidaat die, met inbegrip van het
schooljaar waarin hij examen aflegt, ten hoogste vier jaar onderwijs in Nederland heeft gevolgd
en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is, met betrekking tot het vak Nederlandse taal
of enig vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is, wordt
afgeweken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit. Voor zover wordt
afgeweken van de voorschriften wordt deze afwijking medegedeeld aan de inspectie. Bij het
centraal examen kan de afwijking slechts bestaan uit een verlenging van de duur van de toets
met ten hoogste 30 minuten en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een
verklarend woordenboek der Nederlandse taal.
16
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
7.
Afspraken over afwezigheid
7.1.
Indien een examenkandidaat deelneemt aan een toets van het examen behoudt het resultaat
dat de examinator voor die toets vaststelt zijn geldigheid.
7.2.
Indien een examenkandidaat zonder geldige reden te laat bij het examen verschijnt, kan hij
uiterlijk tot een half uur na het begintijdstip tot het examenlokaal worden toegelaten. Hij levert
zijn werk in op het tijdstip dat voor de andere examenkandidaten geldt.
7.3.
Als een examenkandidaat door ziekte of door een andere vorm van overmacht niet in staat is
een toets bij te wonen, moet dit schriftelijk vóór of telefonisch uiterlijk op de dag van de toets
voor de aanvang van de toets gemeld worden aan de voorzitter van de examencommissie.
7.4.
Een examenkandidaat die door ziekte of een andere geldige reden een toets heeft verzuimd,
levert zodra hij weer op school komt een door zijn ouders ondertekende verklaring omtrent zijn
verzuim in bij de voorzitter van de examencommissie.
7.5.
Een examenkandidaat die verzuimt de in 7.4. genoemde verklaring in te leveren, wordt geacht
niet- reglementair afwezig geweest te zijn.
7.6.
Verlof kan slechts in heel bijzondere persoonlijke omstandigheden gegeven worden, wanneer
dit tijdig door de ouders bij de voorzitter van de examencommissie kenbaar is gemaakt.
7.7.
Indien een examenkandidaat op grond van niet-reglementaire afwezigheid een toets niet heeft
afgelegd neemt de voorzitter van de examencommissie maatregelen overeenkomstig het
gestelde in 11.2.
7.8.
Indien een toets van het schoolexamen niet is afgelegd op grond van reglementaire afwezigheid
treedt art. 3.8.4 in werking. Indien het een toets van het centraal examen betreft, wordt de
examenkandidaat in het tweede tijdvak c.q. derde tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal
examen te voltooien.
17
Examenreglement VMBO leerjaar 4
8.
Uitslag
8.1.
Eindcijfer eindexamen
8.2.
2014-2015
8.1.1.
Voor zover van toepassing worden bij het vaststellen van het eindcijfer van het
examen de volgende onderdelen betrokken: het schoolexamen (zie het
examendossier van de examenkandidaat) en het centraal examen (CSE of CSPE) .
8.1.2.
Voor alle leerwegen geldt dat het eindcijfer van het examen in gelijke mate wordt
bepaald door het eindcijfer van het schoolexamen en het cijfer van het centraal
examen.
Schematisch: SE (1/2) en CE (1/2)
8.1.3.
Het eindcijfer voor alle vakken van het eindexamen en de rekentoets wordt uitgedrukt
in een geheel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10.
8.1.4.
Indien het volgens 8.1.2 berekende eindcijfer geen geheel getal is, dan wordt het,
indien het eerste cijfer achter de komma 4 of minder is, naar beneden afgerond, en
indien dit 5 of meer is, naar boven afgerond.
Vaststelling uitslag
8.2.1.
De voorzitter en de secretaris van de examencommissie stellen de uitslag vast met
inachtneming van het bepaalde in 8.2.3, 8.2.4 en 8.2.5.
8.2.2.
Indien mogelijk en nodig om de examenkandidaat te laten slagen, kunnen de
voorzitter en de secretaris van de examencommissie één of meer eindcijfers van de
vakken niet mee laten tellen bij de bepaling van de uitslag. Indien een "extra" vak
buiten beschouwing moet worden gelaten om de examenkandidaat te kunnen laten
slagen, maakt deze, indien hij op meerdere manieren kan slagen, zelf een keuze voor
het vak dat dient te vervallen aan de hand van een voorstel van de school.
8.2.3.
Een examenkandidaat die eindexamen vmbo heeft afgelegd, is geslaagd, indien:
a. het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten
minste 5,5 is;
b. hij voor het vak Nederlandse taal als eindcijfer 5 of meer heeft behaald;
c. hij onverminderd onderdeel b:
1º voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
of meer en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als
eindcijfer 6 of meer heeft behaald;
2º voor één van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 4
en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer
6 of meer waarvan tenminste één 7 of meer heeft behaald; of
3º voor twee van zijn vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5
heeft behaald en voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld,
als eindcijfer 6 of meer waarvan ten minste één 7 of meer heeft behaald;
d. hij voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het
gemeenschappelijke deel de kwalificatie “voldoende” of “goed” heeft behaald; en
18
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
e. als het een eindexamen vmbo gemengde leerweg of theoretische leerweg betreft;
hij voor het sectorwerkstuk de kwalificatie “voldoende” of “goed” heeft behaald.
8.2.4.
Voor de toepassing van 8.2.3, onderdeel c, wordt het eindcijfer van het afdelingsvak of
het intrasectorale of intersectorale programma in de basisberoepsgerichte en
kaderberoepsgerichte leerweg meegerekend als twee eindcijfers.
8.2.5.
In afwijking van 8.2.3. en artikel 49, eerste en derde lid, van het Eindexamenbesluit
VO, is in het schooljaar waarin de rekentoets wordt ingevoerd en het daaropvolgende
schooljaar de kandidaat die eindexamen van een leerweg in het vmbo heeft afgelegd
ter afsluiting van een leerwerktraject als bedoeld in artikel 10b1 van de wet geslaagd
indien hij:
a. voor het beroepsgerichte programma en voor het vak Nederlandse taal het
eindcijfer 6 of meer heeft behaald; en
b. de rekentoets heeft afgelegd ongeacht het daarvoor behaalde eindcijfer.
Indien de vakken waarin examen is afgelegd, tezamen een eindexamen vormen van
de basisberoepsgerichte leerweg, bedoeld in artikel 10b van de wet, zijn het eerste en
tweede lid van overeenkomstige toepassing.
8.2.6.
8.3.
Zodra de eindcijfers en indien mogelijk de uitslag zijn vastgesteld, maakt de directeur
deze schriftelijk aan de kandidaat bekend, onder mededeling van het recht op
herkansing. De uitslag is definitief als de kandidaat geen gebruik maakt van het recht
op herkansing.
Herexamen
8.3.1.
Iedere examenkandidaat heeft het recht in het tweede tijdvak deel te nemen aan de
herkansing van het centraal examen in één vak dat deel uitmaakt van het centraal
examen en bij de bepaling van de uitslag is betrokken. Het hoogste van de cijfers
behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als
definitief cijfer voor het centraal examen. De examenkandidaat doet een schriftelijk
verzoek tot herkansing aan de voorzitter van de examencommissie voor een door
deze te bepalen dag en tijdstip.
8.3.2.
Het herexamen CSPE in de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg is onafhankelijk
van de herexamenregeling voor het CSE (8.3.1)
- indien het cijfer voor het CSPE lager is dan een 7 heeft een examenkandidaat
recht op een herexamen.
- de examencommissie bepaalt of het herexamen het gehele examen betreft dan
wel een onderdeel hiervan
- een kandidaat mag maar éénmaal herkansen voor CSPE.
- de locatiedirecteur beslist over het tijdstip en de plaats van de herkansing.
19
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
8.3.3.
9.
Diploma en cijferlijst
9.1.
De voorzitter van de examencommissie reikt op grond van de definitieve uitslag aan elke
kandidaat die eindexamen heeft afgelegd, een cijferlijst uit waarop staat vermeld:
a. de cijfers voor het schoolexamen en de cijfers voor het centraal examen
b. de beoordeling van Kunstvakken 1 en Lichamelijke Opvoeding
c. het thema van het sectorwerkstuk, alsmede de beoordeling ervan (voor de kandidaten van
de gemengde en theoretische leerweg)
d. de eindcijfers voor de examenvakken en de rekentoets
e. de uitslag van het eindexamen
9.2.
Het eindcijfer van de rekentoets wordt op een aparte ‘cijferlijst rekentoets’ vermeld.
9.3.
De voorzitter van de examencommissie reikt aan elke voor het eindexamen geslaagde
examenkandidaat een diploma uit waarop de leerweg staat vermeld. Duplicaten van diploma's
worden niet uitgereikt.
9.4.
Indien een examenkandidaat examen heeft afgelegd in meer dan het voorgeschreven aantal
vakken worden de eindcijfers van de vakken die niet bij de bepaling van de uitslag zijn
betrokken, vermeld op de cijferlijst, tenzij de examenkandidaat daartegen bezwaar heeft.
20
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
10.
Certificaten
10.1.
De voorzitter van de examencommissie reikt aan de definitief voor het eindexamen afgewezen
examenkandidaat van een dagschool die de school verlaat en die voor een of meer vakken van
zijn laatst afgelegde eindexamen een eindcijfer van 6 of meer heeft behaald, een certificaat uit.
10.2.
Het certificaat vermeldt in ieder geval het eindcijfer/de eindcijfers van het vak of de vakken
waarvoor de examenkandidaat een eindcijfer van 6 of meer heeft behaald, de cijfers behaald
voor het schoolexamen voor het centraal examen, de soort van school waaraan het examen
heeft plaatsgevonden, de datum waarop de uitslag van het examen is vastgesteld, alsmede het
thema van het sectorwerkstuk voor zover beoordeeld met “voldoende” of “goed”.
21
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
11.
Onregelmatigheden
11.1.
De voorzitter van de examencommissie kan maatregelen treffen tegen een examenkandidaat
die:
a. onreglementair afwezig is bij het schoolexamen en / of centraal examen;
b. een boekenlijst niet tijdig inlevert;
c. opdrachten niet tijdig inlevert of afwerkt;
d. zich schuldig maakt aan bedrog of enige andere onregelmatigheid;
11.2.
De maatregelen die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn:
a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of centraal examen;
b. het ontzeggen van deelname of verdere deelname aan één of meer zittingen van het
schoolexamen of het centraal examen;
c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het
schoolexamen of het centraal examen;
d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een
hernieuwd examen in door de voorzitter van de examencommissie aan te wijzen onderdelen.
Indien dit hernieuwd examen betrekking heeft op één of meer onderdelen van het centraal
examen, dan legt de examenkandidaat dat examen af in het volgend tijdvak van het centraal
examen, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie.
11.3.
Indien de onregelmatigheid pas na afloop van het schoolexamen wordt ontdekt, dan kan de
voorzitter van de examencommissie het schoolexamen ongeldig verklaren hetgeen tevens
ontzegging van deelneming aan het centraal examen inhoudt, ofwel bepalen, dat het
schoolexamen slechts geldig is na een hernieuwd schoolexamen in de door de voorzitter van de
examencommissie en examinatoren aan te wijzen onderdelen en op de door hen te bepalen
wijze.
11.4.
Alvorens een beslissing ingevolge 11.2 of 11.3 wordt genomen, hoort de voorzitter van de
examencommissie de examenkandidaat. De examenkandidaat kan zich door een door hem aan
te wijzen meerderjarige laten bijstaan. De voorzitter van de examencommissie deelt zijn
beslissing mede aan de examenkandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk.
In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op het bepaalde in 11.5.
11.5.
Een examenkandidaat kan tegen een op grond van artikel 11.4 door de examencommissie
genomen beslissing binnen 10 schooldagen in bezwaar gaan bij de algemeen directeur van de
VMBO entiteit. Het bezwaar geschiedt schriftelijk en met redenen omkleed. De algemeen
directeur past hoor en wederhoor toe, waarbij de examenkandidaat zich kan laten bijstaan door
een door hem aan te wijzen meerderjarige. De examenkandidaat ontvangt binnen 10
schooldagen schriftelijk de beslissing van de algemeen directeur. In de schriftelijke mededeling
wordt tevens gewezen op het bepaalde in 11.6.
11.6.
In beroep
11.6.1.
De examenkandidaat kan tegen de beslissing van de algemeen directeur in beroep
gaan bij de door het bevoegd gezag van de school ingestelde Commissie van beroep.
11.6.2.
Het beroep wordt binnen drie dagen nadat de beslissing schriftelijk ter kennis van de
examenkandidaat is gebracht, schriftelijk bij de Commissie van beroep ingesteld. De
commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken over het beroep,
tenzij zij de termijn met redenen omkleed heeft verlengd met ten hoogste twee weken.
De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de
examenkandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen
geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in 11.2.d. De
22
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
Commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de examenkandidaat, de
vestigingsdirecteur en de inspectie.
23
Examenreglement VMBO leerjaar 4
2014-2015
12.
Slotbepalingen
12.1.
Van de schriftelijke toetsen van het centraal examen worden het gemaakte werk en de opgaven
bewaard tot een half jaar na afsluiting van dat examen, waarna alles wordt vernietigd. Er vindt
geen teruggave van examenwerk aan de examenkandidaten plaats.
12.2.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter van de examencommissie
nadat hij de partijen gehoord heeft.
12.3.
Waar sprake is van (mede)ondertekening door de ouders van de examenkandidaat geldt dit
voor examenkandidaten, die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Meerderjarigen (18
jaar en ouder) hebben zelf tekenbevoegdheid.
12.4.
De voorzitter van de examencommissie behoudt zich het recht voor de ouders van
meerderjarigen over alle examenzaken inlichtingen te verschaffen, tenzij de meerderjarige
schriftelijk kenbaar maakt dat hij dit niet wenst.
12.5.
Een examenkandidaat die tijdens het laatste leerjaar langdurig ziek is geweest of een lange tijd
door overmacht niet in staat is geweest onderwijs in het laatste leerjaar te volgen, kan het
centraal examen en in voorkomend geval het schoolexamen, voor een deel van de vakken in
het ene schooljaar en voor het andere deel in het daarop volgend schooljaar afleggen. Hiervoor
dient men een verzoek in te dienen bij het bevoegd gezag; de inspectie wordt gehoord.
24