Wetenschappelijk onderzoek 2014 A

INFORMATIE
Vocvo-infotheek
Wetenschappelijk onderzoek
3-6-2014
Wetenschappelijk onderzoek
2014 A
In dit overzicht zetten we lopend of pas afgerond wetenschappelijk onderzoek op een rijtje.
Deze informatie is een selectie uit de databanken van universiteiten, het FRIS-onderzoeksportaal, de wetenschapswinkel, NWO en NARCIS.
Inhoud
p. 3
Onderwijs
-
Validiv – Onderzoek - Valorising Linguistic Diversity in Multiple Contexts of Primary Education.
Grundtvig leerpartnerschap N° 2013-GRU-LP-052-CO.
Subsidieovereenkomst voor Erasmusmobiliteit onder het Lifelong Learning Programme.
Ontwerp en realisatie van een geautomatiseerd en online systeem voor deanalyse, beschrijving en interpretatie van onderzoeksgegevens over de
identiteit van katholieke scholen in een pluraliserend onderwijslandschap. Integratie van inhoudelijke, technische en ICT-matige componenten.
ROEM-project.
Een vergelijkend perspectief op burgerschap en burgerschapsonderwijs in het voortgezet onderwijs. International Civic and Citizenship Education
Study 2016: Landenstudie Nederland.
Hoe zijn competenties grootschalig te toetsen? Ontwikkeling van een evaluatiematrix voor toetsprogramma's en een inventarisatie van good practices.
p. 8
Cursistgericht
-
Development, validation and effects of a digital platform for the assessment of competences (D-PAC).
Ontwikkeling van competenties bij lerenden: van vaststellen naar interveniëren.
STEM@school : developing and introducing integrated Science, Technology, Engineering and Mathematics education to Flemish secondary schools.
Gaat het echt enkel om kennis? De perceptie van educatoren op het proces van het veranderen van ecologisch gedrag.
1/28
-
Onderzoeksprojecten - het hoger onderwijs. De voorspellende waarde en generaliseerbaarheid van toetsen Academisch Nederlands.
Verbeeldend leren.
Klaar voor het hoger onderwijs? Longitudinaal onderzoek naar de invloed van het studiekeuze- en academische integratieproces op het studiesucces
in het eerste jaar hoger onderwijs.
ESF4439 Verlengde tijdsduur loopbaanbegeleiding.
ESF-5024 HOA mentoren naar werk.
Acculturation Attitudes of Parents and The Role of Acculturation Patterns in Minority and non-Minority School Careers.
p. 14
Docentgericht
-
Kwalitatieve aanvangsbegeleiding voor zij-instromers in de lerarenopleiding.
SoE2013-3 Omgaan met bronnen in het onderwijs. De ontwikkeling vaneen opleidingspakket voor lerarenopleidingen over de presentatie en de
bevraging van bronnen in het onderwijs in geschiedenis, cultuurwetenschappen en andere vakken.
Gedifferentieerde klaspraktijken 'Goed geënt'.
Ondersteunen van professionele ontwikkeling van trainers in ondernemingen.
p. 16
Organisatie
-
Het gebruik van zelf-evaluatie instrumenten in organisaties: zelf-perceptie of zelfbedrog?
p. 16
Taal
-
Ontwikkeling van een digitaal platform Nederlands leren.
Een etnografische analyse van hedendaags gesproken Nederlands op een Oost-Vlaamse secundaire school.
Culture and Learning Styles in language classes for Rumanian immigrants in Spain.
p. 19
Sociologie
-
Onderzoeksprojecten - anderstalige nieuwkomers.
Actie Onderzoek Anderstalige Nieuwkomers 16-18 jaar: Toeleiding naar Onderwijs, Werk, Vrije Tijd en Welzijn.
Het "kind-effect" in media-research: hoe kinderen media-adoptie, media-gebruik en media-regels beïnvloeden in het gezin.
Divergerende echtscheidingskloof en nieuwe sociale ongelijkheid onder jongeren. De rol van gezinskapitaal, sociale achtergrond en schoolkenmerken.
Hedendaagse Detentie Kenmerken.
Prisoners' return to society: (semi-) automatic versus discretionary release. A comparative study of early' release pathways in the Netherlands and
Belgium.
Project: Behoeftenonderzoek bij gedetineerden in gevangenis van Antwerpen.
Normaliseringsbeginsel. Een nieuw perspectief op de gevangenisstraf. Vergelijkend onderzoek naar de ontwikkeling en de invulling van het
normaliseringsbeginsel en de invloed ervan op de theorie en de praktijk van het straffen.
2/28
p. 23
Informatiekunde
-
Beeld in Onderwijs. Onderzoek naar een selectieprotocol voor het VRT-archiefmateriaal in functie van gebruik in het onderwijs.
Kenniscentrum Mediawijsheid.
Serious games onder de loep.
Ontwikkeling van een standaard voor het meten van effectiviteit van games op het vlak van cognitieve leeruitkomsten.
Education and Technology.
De macht van sociale media in het nieuws. Een multimethodisch onderzoek naar de invloed van Twitter op het journalistieke bronnengebruik.
Sociale onzichtbaarheid overwinnen: een transnationale studie naar emancipatie en sociale interventie op het terrein van digitale beeldpraktijken.
School on Cloud: onderwijs verbinden met de cloud.
Developing tools for lifelong learning in Transcaucasus region: e-Learning.
1. Onderwijs
Validiv - Onderzoek
Valorising Linguistic Diversity in Multiple Contexts of Primary
Education.
Universiteit Gent
Tijdvenster: 1 januari 2012 – 31 december 2015
Resultaten www.validiv.be
Onderzoeker(s):
Valorisatiecoördinator, SDL [email protected] ()
Onderzoekscoördinator, CuDOS [email protected]
Opdrachtgever(s): IWT – Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en
Technologie
Het Validiv-project is een SBO-project met een looptijd van vier jaar (SBO = Strategisch
Basisonderzoek).
De hoofddoelstelling van het Validiv-project is het valoriseren van de bestaande talige
diversiteit en talige repertoires van de leerlingen (bv. Engels, Frans, allochtone talen,
dialecten enzovoort) in onderwijsprocessen in het basisonderwijs in Vlaanderen en
Brussel. Het Validiv-project omvat twee delen:
1 Enerzijds kent het Validiv-project een valorisatiedeel. Binnen dit kader
ontwikkelt en implementeert het projectteam instrumenten op leerling-,
leerkracht-, school- en onderwijsbeleidsniveau.
2 Anderzijds kent Validiv ook een wetenschappelijk deel. We onderzoeken de
determinanten en gevolgen van het al dan niet benutten van talige diversiteit
in Vlaamse en Brusselse basisscholen. Daarnaast bestuderen we de
effectiviteit van de ontwikkelde Validiv-instrumenten. Om dit te weten te
komen verrichten we kwantitatief onderzoek bij leerlingen, leerkrachten en
schoolbestuurders van een 60-tal scholen en dit zowel voor als na de
implementatie van de Validiv-instrumenten. In een beperkt aantal scholen
voeren we ook kwalitatief onderzoek uit (diepte-interviews, observaties, videoopnames, documentanalyse enzovoort). Om wetenschappelijke vergelijking
mogelijk te maken worden niet in iedere school (dezelfde) instrumenten
ingezet.
3/28
top
Grundtvig leerpartnerschap.
N° 2013-GRU-LP-052-CO
Id:VUB_3500000000023362
Vrije Universiteit Brussel
Tijdvenster: 1 Aug 2013 → 31 Jul 2015
Trefwoorden:
schoolleiderschap, welbevinden, onderwijstechnologie, cultuureducatie,
professionalisering, schoolcultuur, gemeenschapsvorming
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Volwassenenvorming, permanente vorming
Lerarenvorming
Classificaties: Interuniversitair project
Onderzoekers
Promotor Liesbeth DE DONDER
Organisaties Educatiewetenschappen
Financieringsbronnen Andere Eu-initiatieven buiten kader
De scholen die participeren in het project zijn verspreid over drie regio’s: Brussel, Gent en
de Limburgse mijngemeenten.
Het projectteam is een interuniversitair en multidisciplinair team. De Validiv-medewerkers
zijn verbonden aan:
- Steunpunt Diversiteit & Leren (SDL) – Universiteit Gent
- Onderzoeksgroep Cultural Diversity: Opportunities & Socialisation (CuDOS) –
Universiteit Gent
- Vakgroep Taalkunde – Universiteit Gent
- Vakgroep Onderwijskunde – Universiteit Gent
- Onderzoeksgroep Multimedia Lab / iMinds – Universiteit Gent
- Centrum voor Taal en Onderwijs (CTO) – Katholieke Universiteit Leuven
- Centre for Linguistics (CLIN) – Vrije Universiteit Brussel
Het Grundtvig programma is één van de vier sectorale programma's van het Europese
Programma 'Een Leven Lang Leren' en richt zich tot alle vormen van de nietberoepsgerichte
volwasseneneducatie;
hiertoe
behoren
zowel
het
formele
volwassenenonderwijs als de non-formele vorming. Het Grundtvig programma zoekt een
antwoord op de uitdagingen die zich stellen door de veranderingen in de maatschappij en
de arbeidsmarkt. Volwassenen worden genoodzaakt hun kennis bij te stellen; er is nood
aan opleidingsmogelijkheden waardoor ze hun knowhow en competenties kunnen
verbeteren en ze zich kunnen aanpassen aan deze evoluerende, vergrijzende
maatschappij.
Specifieke doelstellingen:
- de toegankelijkheid en de kwaliteit van mobiliteit voor mensen die betrokken zijn in
de volwasseneneducatie verbeteren;
- het aantal mobiliteitsactiviteiten doen toenemen tot min 7.000 individuen per jaar
tegen 2013 de kwaliteit en het aantal samenwerkingsverbanden tussen de
organisaties uit de volwasseneneducatie in Europa doen stijgen het ondersteunen
van mensen uit kwetsbare groepen en uit een sociaal-zwakke context;
- met bijzondere aandacht voor ouderen en ongekwalificeerden zodat ook zij via
andere wegen toegang verkrijgen aan de volwasseneneducatie de ontwikkeling
van vernieuwende methoden in de volwasseneneducatie
- en de transfer ervan naar andere landen de ontwikkeling van vernieuwende ICTgebaseerde inhoud, diensten, pedagogische toepassingen in de context van een
leven lang leren de pedagogische benaderingen van en het management in de
organisaties van de volwasseneneducatie verbeteren.
top
4/28
Subsidieovereenkomst voor Erasmusmobiliteit onder het Lifelong
Learning Programme.
Id:UH_R-4721
Universiteit Hasselt
Tijdvenster: 1 Jun 2013 → 30 Sep 2014
Mobiliteit van studenten speelt een belangrijke rol bij de totstandkoming van de Europese
ruimte voor hoger onderwijs. Van organisaties in het hoger onderwijs wordt gevraagd een
hoge kwaliteit te waarborgen bij het organiseren van de mobiliteit van studenten. Erasmus
kent beurzen toe aan studenten die tussen 3 en 12 maanden gaan studeren aan een hoger
onderwijsinstelling in een ander Europees land. Voorwaarde is wel dat deze instelling een
partnerschap lopen heeft met hun thuisinstelling, waar de studenten overigens ook
ingeschreven blijven. Er bestaan afspraken over de erkenning van de studiepunten die
tijdens het Erasmus verblijf worden behaald.
Disciplinecodes:
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Informatie, documentatie, bibliotheekwetenschappen,
archiefwetenschappen
Onderzoeker Luc DE SCHEPPER
Organisaties Niet onderzoeksgroep gebonden projecten
Financieringsbronnen Andere Eu-initiatieven buiten kader
top
Ontwerp en realisatie van een geautomatiseerd en online systeem
voor
deanalyse,
beschrijving
en
interpretatie
van
onderzoeksgegevens over de identiteit van katholieke scholen in een
pluraliserend onderwijslandschap. Integratie van inhoudelijke,
technische en ICT-matige componenten.
Id:KUL_3H130340
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 1 Oct 2017
Disciplinecodes:
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Classificaties:
Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Didier Pollefeyt
Medewerker Jan Bouwens
Organisaties
Faculteit Theologie en Religiewetensch. (Recent afgelopen) 26 Feb 2014
OE Pastoraal- en Empirische Theologie1 Oct 2013 → 1 Oct 2017
Aan het Centrum Academische Lerarenopleiding in de Faculteit Theologie en
Religiewetenschappen wordt sinds 2007 een uitgebreide onderzoeksmethodologie
ontwikkeld om de levensbeschouwelijke en religieuze identiteit van katholieke
onderwijsinstellingen in kaart te brengen. Dit gebeurt in samenwerking met het Catholic
Education Commission of Victoria (CECV) in Australië. Naast documentenanalyse en
interviewonderzoek, wordt daarbijook gebruik gemaakt van een pakket vragenlijsten die
online aangeboden worden op http://identiteitsonderzoek.be/ (in het Nederlands) en
http://www.schoolidentity.net (in het Engels).
De resultaten van dit vragenlijstonderzoek verschijnen op het computerscherm in de vorm
van geautomatiseerde datatabellen en grafieken, die vervolgens geïnterpreteerd moeten
worden. Specifiek aan deze cruciale stap in het onderzoek doet dit doctoraatsproject in de
Religiestudie een significante bijdrage. De onderzoeksvraag luidt: kunnen we de computer
zo programmeren dat hij de onderzoeksdata van het identiteitsonderzoek leert te
analyseren, automatisch relevante patronen ontdekt en die met taal correct beschrijft en
interpreteert, zowel in het Nederlands als in het Engels? Anders gezegd, kunnen wede
computer leren om zelf teksten te 'schrijven' die de resultaten van het identiteitsonderzoek
in scholen correct toelichten en interpreteren?
Hiermee beoogt het doctoraatsproject een integratie van enerzijds een inhoudelijke reflectie
over katholieke schoolidentiteit in een context van wereldwijde levensbeschouwelijke en
religieuze pluralisering, en anderzijds de technische expertise om de interpretatie van
grafieken te automatiseren en deze online te implementeren. Deze online automatisering
5/28
Financieringsbronnen
Eigen Middelen zoals patrimonium, inschrijvingsgelden, giften, ...
van grafiekinterpretaties levert een structurele bijdrage aan het onderzoek naar katholieke
schoolidentiteit. Immers, in de afgelopen jaren heeft dit schoolidentiteitsonderzoek een
grote vlucht genomen. In het kader van verscheidene projecten worden aan het Centrum
(letterlijk) honderden onderzoeksrapporten voor scholen met de hand geschreven. Dankzij
de geautomatiseerde grafiekanalyses zal de computer kunnen 'meeschrijven' aan de
interpretatie van gestandaardiseerde maar toch steeds wisselende onderzoeksresultaten.
Dit nieuwe doctoraatsonderzoek wordt gepromoot door prof. dr. Didier Pollefeyt. Het is
begroot op een looptijd van twee jaren (februari 2013 tot januari 2015), waarbij de
automatisering van de diverse onderdelen van het identiteitsonderzoek gefaseerd tot stand
komt. Gedurende deze hele periode is financiering voorzien in de vorm van externe
projectgelden.
top
ROEM-project.
Het ROEM-project wil bedrijven en werknemers ondersteunen om ontwikkelingsinitiatieven
af te stemmen op de noden van de organisatie en het individu en om kwalitatieve en
effectieve ontwikkelingsinitiatieven uit te bouwen die de doelstelling ondersteunen.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 01/04/2013 -31/03/2016
Onderzoeker(s)
Promotor: Van den Bossche Piet
Co-promotor: Gijbels David
Onderzoeksgroep(en)
Onderzoek onderwijs en professionele ontwikkeling - REPRO
Het project moet groepen van dienstverlenende organisaties op de Vlaamse arbeidsmarkt
versterken in hun vermogen om doelgroepen van werkenden en bedrijven of niet-werkende
beter te bedienen met behulp van een innovatief instrument. Het gaat hierbij om diensten
die passen binnen de beginselen inzake actieve arbeidsmarkt en sociale inclusie.
top
Dood hout of onaangeboorde
kennismakelaarschap in scholen.
Id:UA_28225
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Jan 2014 → 31 Dec 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Lerarenvorming
Onderzoekers
Promotor Jan Vanhoof
expertise?
Intergenerationeel
De groeiende uitstroom van oudere werknemers op de Europese arbeidsmarkt maakt van
het behouden van kennis van medewerkers die dicht bij hun pensioen staan een belangrijk
kenmerk van succesvolle scholen. Terwijl oudere leerkrachten door sommigen worden
omschreven als 'dood hout' en als medewerkers met weinig potentieel argumenteren
anderen dat de impliciete en expliciete kennis van deze werknemers onderschat wordt en
te weinig aangeboord. De huidige wetenschappelijke kennisbasis slaagt er vooralsnog niet
in conceptueel en empirisch inzicht te verschaffen over de manier waarop scholen
maximaal kunnen profiteren van de kennis van leerkrachten die op het punt staan uit te
stromen.
Het concept 'Intergenerationeel kennismakelaarschap' richt zich op het faciliteren van
kennisdeling tussen behoeften en aanbod over generaties. Naast het beschrijven van de
huidige processen en resultaten van intergenerationeel kennismakelaarschap in scholen
onderzoekt deze studie hoe verschillen in intergenerationeel kennismakelaarschap kunnen
verklaard worden. Een onderscheid tussen drie sets van beïnvloedende factoren wordt
6/28
Copromotor Piet Van den Bossche
Medewerker Kendra Geeraerts
Organisaties EduBROn
Financieringsbronnen BOF - Nieuwe Onderzoeksinitiatieven vanaf 1994
top
Een vergelijkend perspectief op burgerschap en
burgerschapsonderwijs in het voortgezet onderwijs.
International Civic and Citizenship Education Study 2016:
Landenstudie Nederland.
405-13-341
Universiteit Amsterdam
Tijdvenster: 01/03/2014 tot 30/06/2018
Hoofdaanvrager: Prof. dr. G.T.M. ten Dam
Faculteit der Maatschappijen
Gedragswetenschappen,
Pedagogiek en
onderwijskunde,
Pedagogische
Wetenschappen
Uitvoerders Dr. A. Munniksma
daarbij naar voren geschoven: individuele leraar-kenmerken, team-kenmerken en schoolkenmerken. Een zorgvuldig ontworpen multi-methode benadering staat gerant voor het
beantwoorden van de vooropgestelde beschrijvende, conceptuele en verklarende
onderzoeksvragen. De ecologische validiteit van het conceptuele kader wordt
gegarandeerd op basis van een literatuurstudie en een Delphi-studie. In het kwantitatieve
deel van de empirische onderzoeksfase worden schriftelijke vragenlijsten afgenomen in
een representatieve steekproef van 80 Vlaamse secundaire scholen.
Naast dit survey-onderzoek, worden 6 diepgaande case studies uitgevoerd in
vakwerkgroepen in secundaire scholen met het oog op het verzamelen van kwalitatieve
gegevens over intergenerationeel kennismakelaarschap tussen leraren die bijna met
pensioen gaan en de andere leraren. De gegevens worden verzameld met behulp van
logboeken en semi-gestructureerde diepte-interviews. Daarnaast zal ook een
netwerkanalyse-benadering de inzichten in kennismakelaarschap over generaties verrijken.
In de afgelopen jaren is in toenemende mate aandacht ontstaan voor de
burgerschapscompetenties van jongeren en de bijdrage die scholen daaraan kunnen
leveren.
De
onderwijsinspectie
constateerde
dat
de
ontwikkeling
van
burgerschapsonderwijs stagneert en de resultaten van recent nationaal en internationaal
onderzoek onderstrepen die bevinding. Het doel van dit internationaal vergelijkend
onderzoek is de kennis, houdingen en betrokkenheid van leerlingen in het voortgezet
onderwijs in kaart te brengen. Daarbij wordt nagegaan hoe deze zich de afgelopen jaren
hebben ontwikkeld en worden Nederlandse scholieren vergeleken met leerlingen in andere
landen. Daarnaast wordt nagegaan hoe de burgerschapsuitkomsten verband houden met
de schoolcontext en welke kenmerken bijdragen aan effectief burgerschapsonderwijs.
Het onderzoek wordt uitgevoerd als onderdeel van de International Civic and Citizenship
Education Study. De comparatieve opzet van de dataverzameling en de internationaal
vergelijkende analyses maken het mogelijk de burgerschapskennis en de sociale en
politieke oriëntaties van leerlingen, alsmede factoren die daarop van invloed zijn, te
vergelijken met andere landen zodat een beter inzicht in trends en verklarende factoren
ontstaat. In aanvulling op de internationale vergelijking wordt een regionale (Europese)
module uitgevoerd, alsmede een nationaal supplement met analyses gebaseerd op een
aanvullende meting van schoolkenmerken en burgerschapskennis en -oriëntaties.
top
Hoe zijn competenties grootschalig te toetsen? Ontwikkeling van een
evaluatiematrix voor toetsprogramma's en een inventarisatie van
good practices.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 2014
Binnen het Vlaamse onderwijsbeleid, dat wenst te evolueren naar meer competentiegericht
onderwijs, vormt het peilingsonderzoek een van de hoekstenen van de kwaliteitszorg op
systeemniveau?
Echter, competenties op grote schaal toetsen is geen sinecure. Het is een stuk complexer
dan kennistoetsen aangezien het vele methodologische keuzes en bijhorende valkuilen
impliceert.
7/28
Promotor-coördinator: Sven De Maeyer
Promotor:
Vincent Donche, Jan Vanhoof, Peter Van Petegem
top
Dit onderzoeksproject zal vanuit de bestaande onderzoeksliteratuur en vanuit good
practices een evaluatiematrix opstellen die toelaat de sterktes, zwaktes en valkuilen te
identificeren van grootschalige toetsprogramma’s gericht op het meten van competenties.
Zo levert het onderzoek een concreet instrument af dat door de opdrachtgever kan worden
ingezet om toekomstig competentiegericht peilingsonderzoek te evalueren en vorm te
geven.
2. Cursistgericht
Development, validation and effects of a digital platform for the
assessment of competences (D-PAC).
Universiteit Antwerpen
In onze huidige maatschappij neemt bij evaluaties het belang van competenties steeds
toe, dit zowel in het onderwijs als bij aanwervingen of zelfs opvolging van het personeel.
Het correct kunnen meten van een competentieniveau is dus zéér belangrijk. D-PAC wil
het betrouwbaar en valide meten van competenties d.m.v. de "adaptive comparative
judgement" methode (ACJ) dieper bestuderen.
Tijdvenster: 01/01/2014 -31/12/2017
Onderzoeker(s)
Promotor: De Maeyer Sven
Onderzoeksgroep(en): EduBROn
Men wil meer bepaald zowel theoretisch als praktisch de geschiktheid van deze methode
om competenties te toetsen kunnen aantonen.
Website: d-pac.be
top
Ontwikkeling van competenties bij lerenden: van vaststellen naar
interveniëren.
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na
selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 01/01/2014 -31/12/2018
Onderzoeker(s)
Promotor: Gijbels David
Onderzoeksgroep(en) Onderzoek onderwijs en professionele ontwikkeling REPRO
top
8/28
STEM@school : developing and introducing integrated Science,
Technology, Engineering and Mathematics education to Flemish
secondary schools.
Id:KUL_3H140092
KU Leuven
Tijdvenster: 01/06/2014 -31/05/2018
Keywords:
Educational effectiveness STEM education Didactics Quasi-experimental
research Teacher education Curriculum research
Discipline codes:
TECHNOLOGICAL SCIENCES (T)
Ohter technologies
Metal technology, metallurgy, metal products
Onderzoeker(s):
Promotor Katleen De Rick
Co-promoter Mieke De Cock
Co-promoter Wim Dehaene
Organisations
Co-ordinator Research Group Education and Lifelong Le
Funding programmes SBO (Strategic basic research)
Despite the sufficient presence of students in STEM oriented study programs (Science,
Technology, Engineering and Mathematics) at the secondary education level in Flanders
(Belgium), there are not enough graduates with a STEM degree at tertiary education
level. An important reason for this observation is the way by which STEM is taught in
secondary education: the coherence between the different STEM disciplines remains
unclear for most students.
The focus of this strategic basic research project is to introduce integrated STEM
education in the Flemish secondary education system. We develop innovative didactics
for integrated STEM education to turn the curricula of current STEM oriented study
programs at the secondary level intro integrated STEM curricula. Based on quasiexperimental research we evaluate the effectiveness of the didactics in terms of STEM
literacy and STEM attitudes. In addition, we study what kind of systemic support can be
developed in order to achieve sustainable dissemination of the developed integrated
STEM didactics.
In order to encourage a widespread implementation of the didactics for integrated STEM
education, (pre-service) teacher training institutes will be involved during the project in
different ways. In addition, based on the results of the quasi-experiments,
recommendations and suggestions will be formulated to adjust curriculum guidelines
Partner(s):
KU Leuven, Faculty of Engineering Science (ESAT-MICAS); KU Leuven,
Faculty of Science, Teacher Training, Mathematics, Physics and Technology
(SLO-WisWetTech);University of Antwerp (UA), Institute for Education and
Information Sciences; VKSO, Flemish Association of Catholic Secondary
Education; GO! Education of the Flemish Community
top
Gaat het echt enkel om kennis? De perceptie van educatoren op het
proces van het veranderen van ecologisch gedrag.
Universiteit Antwerpen
Onderzoekers zijn het er over eens dat de huidige milieuproblematiek een gevolg is van
menselijk gedrag.
Milieueducatie (ME) wordt beschouwd als een belangrijk instrument in de bestrijding van
de milieuproblematiek. Echter, slechts zelden slaagt ME er in om het ecologisch gedrag
van jongeren te veranderen.
Tijdvenster: 01/02/2014 -31/12/2014
9/28
Onderzoeker(s)
Promotor: Boeve-de Pauw Jelle
Onderzoeksgroep(en) EduBROn
Deze studie onderzoekt de perceptie van educatoren op het
gedragsverandering als een mediërende factor in de effectiviteit van ME.
proces
van
top
Onderzoeksprojecten - het hoger onderwijs
De voorspellende waarde en generaliseerbaarheid
Academisch Nederlands
van
toetsen
Dit onderzoek spitst zich toe op de voorspellende waarde en generaliseerbaarheid van
taaltoetsen Nederlands die toegang verlenen tot het universitaire onderwijs in
Vlaanderen. De studie heeft tot doel drie onderzoeksvragen te beantwoorden:
KU Leuven
-
Opdrachtgever(s): Fonds Wetenschappelijk Onderzoek
-
In welke mate voorspellen taaltoetsen Nederlands op B2-niveau talig
functioneren in een academische context?
In welke mate zijn de taaltaken en –functies representatief voor de
academische context?
Tijdvenster: 01-10-2013 tot 01-10-2017
Doelgroep:
Anderstalige studenten, Testontwikkelaars, Onderwijsbeleid, Universiteiten
In welke mate zijn de taaltaken en –functies representatief voor het B2 niveau van het
ERK?
Methode:
Longitudinaal kwalitatief (focusgroepen en interviews gespreid over één
academiejaar)
Kwantitatief (concurrentiële validiteit via correlatiestudie, IRT analyse
Contactpersoon: Bart Deygers
Coördinator: Kris Van den Branden
top
Verbeeldend leren.
Id:UA_29610
Dit project probeert na te gaan in welke mate de visie van jongeren rond ICT-integratie in
het onderwijs afwijkt van de huidige beleidsvisie en van wetenschappelijke
benaderingen.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 30 Sep 2014
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Experimentele pedagogiek
Meer in het bijzonder interesseren ons de solutions waarmee ze afkomen in die mate dat
ze ons iets meer kunnen vertellen over de persoonlijke doelen waarmee het
onderwijsbeleid rekening zou moeten kunnen houden.
Het resultaat zou moeten bijdragen tot een betere conceptualisatie van hoe ICT in ons
onderwijs kan en zou moeten geïntegreerd worden.
Onderzoekers
Promotor Jozef Colpaert
10/28
Organisaties Individueel onderzoek IOIW
Financieringsbronnen Privé-financiering van binnenlandse oorsprong onbepaald
top
Klaar voor het hoger onderwijs? Longitudinaal onderzoek naar de
invloed van het studiekeuze- en academische integratieproces op het
studiesucces in het eerste jaar hoger onderwijs.
Id:UA_28583
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster:
1 Dec 2013 → 30 Nov 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Lerarenvorming
Onderzoekers
Promotor Vincent Donche
Copromotor Peter Van Petegem
Medewerker Dorien Noyens
Organisaties EduBROn
Financieringsbronnen BOF - Nieuwe Onderzoeksinitiatieven vanaf 1994
Academische integratie is een belangrijke voorspeller voor het verklaren van
studiesucces van eerstejaarsstudenten in het hoger onderwijs. Het concept verwijst naar
de mate waarin studenten zich aanpassen aan hun nieuwe leeromgeving. Academische
integratie kan onderzocht worden vanuit het perspectief van verschillende
studentkenmerken. Hoewel men academische integratie als een 'evoluerend' concept
bekijkt, werd dit in eerder onderzoek voornamelijk vanuit een statisch perspectief
onderzocht. Dit project beoogt de verklarende rol van studentkenmerken en het
academisch integratieproces van eerstejaarsstudenten ten aanzien van studiesucces
longitudinaal te onderzoeken. Dit gebeurt via het integreren van Nicholson's
transitiemodel (1990) met een longitudinaal procesmodel.
Transitie wordt in dit onderzoek beschouwd als een gefaseerd proces met een
voorbereidings-, ontmoetings-, aanpassings- en stabilisatiefase. Dit impliceert een
uitbreiding van het conceptueel kader met factoren gerelateerd aan de voorbereiding van
studenten in het secundair onderwijs (voorkennis, studiekeuzeprocessen) en een
verfijning van de transitiefase in een ontmoetings- en een aanpassingsfase.
Dit conceptueel kader wordt getest via een recent verzamelde longitudinale dataset bij
studenten die de overgang maakten van het secundair naar en in het hoger onderwijs of
de arbeidsmarkt (3700 studenten).
Om de relaties tussen studiekeuzeproces, het academisch integratieproces en het
studiesucces in het hoger onderwijs te onderzoeken, wordt dit onderzoeksproject
opgezet in vier fasen: een beschrijvende, exploratieve, toetsende en een theoretische
fase.
- De eerste drie fases richten zich op telkens hogere analyseniveaus en
onderzoeken geleidelijk aan meer componenten van het conceptuele
model.
- De laatste fase koppelt de resultaten aan de bestaande kennis en zorgt op
die manier voor theorieontwikkeling.
Het innovatieve karakter van dit project is meervoudig. Er is de integratie van een
longitudinaal procesmodel met een transitiemodel. Daarnaast is de dataset gebaseerd
op vijf meetmomenten wat het mogelijk maakt om causale processen meer in kaart te
brengen. Omdat de dataset zowel studenten uit professionele als academische
bachelors bevat, kan het onderzoek ook leiden tot meer generaliseerbare uitspraken
over de invloed van deze factoren op het studiesucces in het hoger onderwijs. Ten slotte
11/28
top
ESF4439 Verlengde tijdsduur loopbaanbegeleiding.
Id:KUL_3H130583
KU Leuven
Tijdvenster:1 May 2013 → 30 Apr 2015
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Sociologie
Sociale problemen en welzijn, sociale voorzorg
Onderzoekers
Promotor Katleen De Rick
Organisaties HIVA-OG Onderwijs en Levenslang Leren
Financieringsbronnen Departement Economie, Werkgelegenh. en Binnenl.
Aangelegenheden
zal dit onderzoek ook bijdragen aan noodzakelijke theorieontwikkeling in dit
onderzoeksdomein.
Vanaf juli 2013 zal als gevolg van een gewijzigde reglementering de externe
loopbaanbegeleiding een nieuw model volgen. Verschillende vernieuwingen zullen ertoe
moeten leiden dat het aanbod van de externe loopbaanbegeleiding beter afgestemd zal
zijn op de reële behoeften van de werkenden.
Een van de speerpunten in het nieuwe model is dat de omvang van de
loopbaanbegeleiding adequaat zal aansluiten op de behoefte van de werkende. Dit
veronderstelt meer maatwerk in de externe loopbaanbegeleiding dat zich vertaalt in de
langere duur van het loopbaanbegeleidingstraject.
In de nieuwe reglementering wordt een recht op een loopbaanbegeleiding van in totaal 8
uur (in 2 pakketten van telkens 4 uur) en dit om de 6 jaar aan de werkenden toegekend.
Sommige werknemers hebben meer begeleidingstijd in de diverse fasen (intake,
analyse, begeleiding en uitvoering van het POP) van het loopbaanbegeleidingstraject
nodig om tot een antwoord op hun loopbaanvraag te komen. Er is met andere woorden
nood aan een systeem dat de werknemers met behoefte aan meer tijd om hun
loopbaanbegeleidingsproces af te werken indiceert en dit op basis van meer maatgericht
gedifferentieerde criteria.
De doelstelling van dit project omvat de volgende drie subdoelen:
- De ‘validatie’ van meer maatgericht gedifferentieerde criteria, die een impact
hebben op de duurtijd van de loopbaanbegeleiding en dus bruikbaar voor de
toekenning van extra duurtijd aan loopbaanbegeleiding.
- Destructurele inbedding van het indiceringssysteem en de effectieve
toekenning van extra duurtijd loopbaanbegeleiding, die voorafgaand of tijdens
het loopbaanbegeleidingstraject gebeurt op basis van deze gevalideerde
criteria.
- Beleidsaanbevelingen met oog op het aanpassen van aantal benodigde
loopbaancheques voor deze extra duurtijd (gaande van 1 extra uur tot 8 extra
uren).
Middelen tot deze doelstelling zijn de uitbouw, testing, evaluatie en inbedding van een
sociaal rechtvaardig, administratief eenvoudig, financieel haalbaren kostenefficiënt
indiceringssysteem en de effectieve toewijzing van extra duurtijd loopbaanbegeleiding op
maat van de nood van de klant. Het indiceringssysteem is valide en betrouwbaar. Verder
dient het indiceringssysteem aanpasbaar te zijn in functie van toekomstige
beleidsbeslissingen en evoluties op de arbeidsmarkt.
Het indiceringssysteem omvat naast de werkwijze tot indicering ook de omkadering, die
deze indicering tot verlengde duurtijd loopbaanbegeleiding mogelijk maken. Met het
12/28
indiceringssysteem wordt dus ook de toeleiding, de communicatie, de koppeling met
bestaande IT componenten, de mogelijkheid tot monitoring en verdere analyses achteraf
alsook de inbedding in de werking van de VDAB bij de consulenten inbegrepen.
top
ESF-5024 HOA mentoren naar werk.
Id:KUL_3H140119
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Apr 2014 → 31 Mar 2016
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Sociologie
Sociale problemen en welzijn, sociale voorzorg
Onderzoekers
Promotor Peter De Cuyper
Organisaties HIVA-OG Arbeidsmarkt
Financieringsbronnen Departement Economie, Werkgelegenh. en Binnenl.
Aangelegenheden
Bron: http://www.esf-agentschap.be/nl/projectenkaart/verlengde-tijdsduurloopbaanbegeleiding
Dit project introduceert een nieuwe dienstverlening voor hogergeschoolde anderstalige
allochtonen (HOA’s) namelijk ‘HOA mentoring’. Bedoeling van deze dienstverlening is
dat dat vrijwilligers (werknemers of werkgevers) die tewerkgesteld zijn (of zijn geweest)
in een bepaalde sector/beroep met hoger opgeleide anderstaligen gematcht worden die
interesse hebben in hetzelfde beroep. De mentor fungeert daarbij als buddy en stelt
minimaal zijn professioneel netwerk open.
Het concept wordt ontwikkeld op basis van buitenlandse ervaringen in ondermeer
Denemarken, Ijsland, Canada en Noorwegen en vertaald naar de Vlaamse context. Het
HIVA – KU Leuven staat in voor de ontwikkeling van het dienstverleningsconcept in
samenwerking met de8 vzw, Antwerps integratiecentrum en VDAB die mee instaan voor
de ontwikkeling en het concept zullen uittesten.
Bron: http://www.esf-agentschap.be/nl/projectenkaart/hoa-mentoren-naar-werk
top
Acculturation Attitudes of Parents and The Role of Acculturation
Patterns in Minority and non-Minority School Careers
Id:KUL_3H130654
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 1 Oct 2017
Disciplinecodes: MENSWETENSCHAPPEN (H)
Classificaties: Doctoraat
Onderzoekers
Doctorandus : Fatma Çolak
Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen
Doctoraatsopleiding in de pedagogische wetenschappen (Leuven)
13/28
Promotor Ides Nicaise
Organisaties Prof.Opleiding & Ontw.& Levenslang Leren
Financieringsbronnen Eigen Middelen zoals patrimonium,
inschrijvingsgelden, giften, ....
top
3. Docentgericht
Kwalitatieve aanvangsbegeleiding voor zij-instromers in de
lerarenopleiding.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 01/05/2013 -31/12/2013
De algemene doelstelling van het project is om lerarenopleidingen en stagescholen te
versterken in de begeleiding van de praktijkcomponent van zij-instromers. Concreet is
het de bedoeling om kwalitatief onderzoek uit te voeren naar de ervaring van
stagementoren en -begeleiders met zij-instromers, waarbij de vraagstelling is welke
begeleidingsbehoefte deze zij-instromers hebben bij de uitvoer van de praktijkcomponent
van hun opleiding.
Onderzoeker(s)
Promotor: Meeus Wil
Onderzoeksgroep(en) Didactica
top
SoE2013-3 Omgaan met bronnen in het onderwijs. De ontwikkeling
vaneen opleidingspakket voor lerarenopleidingen over de presentatie
en de bevraging van bronnen in het onderwijs in geschiedenis,
cultuurwetenschappen en andere vakken.
Id:KUL_3H130347
Aangezien bronnen een cruciale drager van en toegang tot informatie vormen in elk vak,
zijn de presentatie van en de vraagstelling bij bronnen door aanstaande leraren
belangrijke aspecten van het (geschiedenis)onderwijs. Onderzoek maakt echter duidelijk
dat de instructiepraktijk bij bronnen een pijnpunt is in het (geschiedenis)onderwijs.
Routineuze instructiepraktijken m.b.t. presentatie en bevraging van bronnen belemmeren
historisch denken veeleer dan het te bevorderen.
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Sep 2013 → 31 Aug 2015
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Dit project streeft naar de ontwikkeling, implementatie en evaluatie van een
opleidingspakket inzake de presentatie van en de vraagstelling bij bronnen voor
aanstaande leraren, in eerste instantie voor vakken geschiedenis en
cultuurwetenschappen, maar ook met oog voor de transfermogelijkheden naar andere
vakken. Vertrokken wordt vanuit een empirisch onderzoek waarin de instructiepraktijk
m.b.t. de omgang met bronnen in het secundair onderwijs onderzocht wordt via
lesobservaties, schriftelijke examens en leerboeken.
Onderzoekers
Promotor Karel Van Nieuwenhuyse
Copromotor Fien Depaepe
Copromotor Lieven Verschaffel
Copromotor Katelijne Wils
14/28
Organisaties
Faculteit Theologie en Religiewetensch. Recent afgelopen 26 Feb 2014
SLO Letteren @ Leuven 1 Sep 2013 → 31 Aug 2015
Financieringsbronnen Univ. - Projectmatig onderzoek
top
Gedifferentieerde klaspraktijken 'Goed geënt'.
Id: UA_29698
Het project wil 25 scholen met hun klasleraren, zorgteam, directie en eventueel de
betrokken pedagogisch begeleider of een in de school gekende lerarenopleider,
nascholen in het omgaan met heterogene groepen en het hanteren van differentiatie,
met oog voor diverse leerstijlen en hun meervoudige intelligenties.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Sep 2013 → 31 Aug 2014
Het project heeft als doel om leerkrachten inzicht en praktische toepassingen bij te
brengen van de thema's 'omgaan met diversiteit, gedifferentieerde klaspraktijken,
handelingsgericht werken, compenserende en dispenserende maatregelen en
hulpmiddelen, redelijke aanpassingen, klasmanagement, didactische werkvormen'.
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Classificaties:
Interuniversitair project
Onderzoekers
Promotor Jozef Lebeer
Organisaties Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Financieringsbronnen Hogescholen als opdrachtgever/financier
top
Ondersteunen van
ondernemingen.
Id: KUL_3H140086
professionele
ontwikkeling
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Nov 2013 → 10 May 2014
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Volwassenenvorming, permanente vorming
Onderzoekers
Promotor Katleen De Rick
van
trainers
in
Het HIVA - KU Leuven werkt mee aan een onderzoek gefinancierd door Cedefop naar
het beleid en de praktijk met betrekking tot de competenties van in-company trainers in
Europa. Dit gebeurt door een vergelijkende analyse waarbij de praktijk en het beleid in
acht EU-lidstaten worden onderzocht. Eerst gebeurt een review van beleid en praktijk in
alle lidstaten van de EU, vervolgens wordt een survey georganiseerd bij werkgevers en
hun respectievelijke in-company trainers in acht EU lidstaten.
Specifiek wordt in beeld gebracht hoe ondernemingen training van werknemers
ondersteunen, hoe training wordt toegewezen aan verschillende groepen van
werknemers, hoe in-company trainers worden aangeduid of gerekruteerd en
ondersteund en hoe deze trainers hun competenties aanscherpen. Op basis van de
analyse zullen ook aanbevelingen worden geformuleerd. Het HIVA - KU Leuven draagt
bij aan de review en zorgt voor de dataverzameling in Vlaanderen.
15/28
Organisaties HIVA-OG Onderwijs en Levenslang Leren
Financieringsbronnen
Eigen
Middelen
zoals
inschrijvingsgelden, giften, ....
patrimonium,
top
4. Organisatie
Het gebruik van zelf-evaluatie instrumenten in organisaties: zelfperceptie of zelfbedrog?
Id:UA_28254
Het project onderzoekt of zelfevaluatie-instrumenten die scholen in het kader van hun
interne kwaliteitszorg gebruiken tot een valide en betrouwbaar beeld van de school
leiden.
Universiteit Antwerpen
Er wordt onderzocht in welke mate de scores bij zelfrapportage aan de hand van
zelfevaluatie-instrumenten
samenhangen
met
betrouwbaarheidsbelemmerende
kenmerken van de respondent, van de bevragingscontext en van het gebruikte
instrument als dusdanig. Daartoe komen een literatuurstudie, een review-studie,
secundaire data-analyses, een mixed-methode onderzoek en een survey-onderzoek aan
bod.
Tijdvenster: 1 Dec 2013 → 30 Nov 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Methodologie van het wetenschappelijk onderzoek
Onderzoekers
Promotor Sven De Maeyer
Medewerker Jerich Faddar
Organisaties EduBROn
top
5. Taal
Ontwikkeling van een digitaal platform Nederlands leren.
Id:UA_29753
Universiteit Antwerpen
De globale doelstelling van dit project is het vergroten van de mogelijkheden tot
integratie voor onderdanen van een derde land in de Vlaamse, Europese samenleving.
Specifiek doel: de integratie van derdelanders verbetert door de realisatie van een
digitaal platform Nederlands leren.
Tijdvenster: 1 Nov 2013 → 30 Jun 2015
Disciplinecodes:
16/28
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Informatie, documentatie, bibliotheekwetenschappen, archiefwetenschappen
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Classificaties: Interuniversitair project
Onderzoekers
Promotor Jozef Colpaert
Organisaties Individueel onderzoek IOIW
Financieringsbronnen Universiteiten als opdrachtgever/financier
top
Meertaligheid als realiteit op school (MARS)
Universiteit Gent
Tijdvenster: 1 Jul 2013 → 30 Jun 2015
Trefwoorden: meertaligheid, instrumenten, mixed methods
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Sociologie
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Filologie
Sociolinguïstiek
Classificaties: Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Mieke Van Houtte
Copromotor Stefaan Slembrouck
Copromotor Piet Van Avermaet
Organisaties Vakgroep Sociologie
Financieringsbronnen Departement Onderwijs
In opdracht van Departement Onderwijs en Vorming werkt het Steunpunt Diversiteit en
Leren van de Universiteit Gent samen met de Vrije Universiteit Brussel aan een
onderzoeksproject ‘Meertaligheid als realiteit op school’ (MARS).
Anderstaligheid wordt vaak in verband gebracht met zwakkere schoolprestaties. Men
maakt een opdeling tussen de thuistaal van de leerling en de schooltaal. Hierbij wordt er
vaak vanuit gegaan dat de thuistaal de verwerving van de schooltaal in de weg zou
staan. In Vlaanderen is er echter weinig onderzoek naar de gevolgen van anderstaligheid
op prestaties en het bestaande onderzoek beperkt zich tot de opdeling Nederlandstalige
versus anderstalige leerlingen. Deze opdeling is echter niet realistisch. In werkelijkheid
kan anderstaligheid beter voorgesteld worden als een continuüm van helemaal
Nederlandstalig tot helemaal anderstalig.
Het MARS-project wil de manier waarop de thuistaal gemeten wordt daarom verfijnen.
De meetinstrumenten die gebruikt worden in het Validiv-project om de thuistaal van
leerlingen na te gaan, worden aan een grondige psychometrische analyse onderworpen
om de betrouwbaarheid en validiteit te garanderen. Voorts wordt de bruikbaarheid van
deze instrumenten nagegaan. Daarnaast worden ook klasgroepen geobserveerd,
leerkrachten geïnterviewd en focusgroepen met leerlingen georganiseerd om de
meertalige realiteit na te gaan. Dit onderzoek gebeurt in zowel lagere als secundaire
scholen. Resultaten worden verwacht in de zomer van 2015.
top
Een etnografische analyse van hedendaags gesproken Nederlands op
een Oost-Vlaamse secundaire school.
Id:UG_5052410260
Universiteit Gent
Door een etnografische analyse van taalgebruik en percepties op een Oost-Vlaamse
secundaire school probeert het project inzicht te krijgen in de kenmerken en
gebruiksmogelijkheden van de (tussen)taal die door leerlingen en personeelsleden
gesproken wordt. De detailanalyse van het samengestelde corpus van substandaard
Nederlands zal de onderzoeker ook in staat stellen om uitspraken te doen over de
17/28
conceptualisatie van tussentaal.
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 30 Sep 2015
Trefwoorden: etnografie, tussentaal, variatielinguïstiek
Disciplinecodes:
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Filologie
Linguïstiek
Nederlandse taal- en letterkunde
Sociolinguïstiek
Classificaties: Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Johan De Caluwe
Organisaties Vakgroep Latijn en Grieks
Financieringsbronnen BOF - Nieuwe Onderzoeksinitiatieven vanaf 1994
top
Culture and Learning Styles in language classes for Rumanian
immigrants in Spain.
Id:KUL_3H140112
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 1 Oct 2017
Disciplinecodes:
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Filologie
Linguïstiek
Vreemdetalenonderwijs
Lexicologie
Classificaties: Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Kris Buyse
Organisaties Instituut voor Levende Talen
Financieringsbronnen
Eigen
Middelen
inschrijvingsgelden, giften, ....
zoals
patrimonium,
top
18/28
6. Sociologie
Onderzoeksprojecten - anderstalige nieuwkomers
Actie Onderzoek Anderstalige Nieuwkomers 16-18 jaar: Toeleiding naar
Onderwijs, Werk, Vrije Tijd en Welzijn.
Universiteit Gent
Projectpartner(s): Steunpunt Diversiteit en Leren (UGent), Centrum voor
Migratie en Interculturele Studies, CTO, Onthaalbureaus Antwerpen,
Brussels onthaalbureau, Kom-Pas, Prisma vzw
Onderzoek en ervaring leert ons dat vooral bij de 16- tot 18-jarige nieuwkomers zowel
opvang in de reguliere klas als de aansluiting van onthaalonderwijs naar reguliere klas
of naar andere opleidingsstructuren of de werkvloer uiterst moeizaam verloopt. Een
goede opvolging en een 'warme overdacht' van deze doelgroep is vaak problematisch.
Daarom wil het exploratieve luik van dit onderzoek (fase 1) antwoord bieden op de
volgende onderzoeksvragen:
-
Tijdvenster:
01-01-2013 tot 30-06-2014
Doelgroep: Anderstalige Nieuwkomers uit derdelanden (16-18 jaar oud).
Contactpersonen: Koen Van Gorp, Liesbeth Debruyne
Coördinator: Reinhilde Pulinx (SDL-Ugent)
Opdrachtgever(s): Europees Integratiefonds
-
Welke zijn de knelpunten m.b.t. de aansluiting tussen de onthaalklas en de
reguliere klas enerzijds en tussen het secundair onderwijs en het
volwassenenonderwijs /opleiding/werk/… anderzijds? Hoe kunnen deze
aansluitingen worden verbeterd?
Hoe kan de samenwerking tussen alle relevante actoren/sectoren worden
geoptimaliseerd in functie van het inspelen op de specifieke behoeften van de
nieuwkomers en het realiseren van een betere doorstroming?
Fase 1 resulteert in de opmaak van een brede waaier aan hypothesen met daaraan
gekoppelde verbeteracties. Een analyse van goede lokale, nationale en internationale
praktijkvoorbeelden geeft hiervoor input.
In een tweede fase worden 1 à 2 pilootprojecten per regio (Brussel, Antwerpen, Gent
en Turnhout) opgezet. Hier krijgen de hypothesen en acties uit fase 1 vorm voor de
Vlaamse en Brusselse realiteit. De impact hiervan wordt nagegaan in een
actieonderzoek.
Methode
De theorie gedreven evaluatiebenadering biedt een geschikt theoretisch
methodologisch kader voor de realisatie van de doelstellingen van het exploratieve
luik in fase 1 van het onderzoek. Een theorie gedreven evaluatie vertrekt vanuit de
programmatheorie waarop het project of de interventie is gebaseerd. De
programmatheorie bestaat uit een analyse van het geheel van impliciete en
expliciete veronderstellingen van de stakeholders die de interventies/projecten
ontwerpen over welke acties vereist zijn om een probleem op te lossen en waarom net
deze acties succesvol zouden zijn. Deze veronderstellingen geven richting aan de
uitwerking en de implementatie van een interventie of een project.
top
19/28
Het "kind-effect" in media-research: hoe kinderen media-adoptie,
media-gebruik en media-regels beïnvloeden in het gezin.
Id:KUL_3H140060
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Jan 2014 → 31 Dec 2017
Disciplinecodes: SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Onderzoekers
Promotor Jan Van den Bulck
Copromotor Kathleen Custers
Copromotor Astrid Dirikx
Organisaties OE School vr Massacommunicatieresearch
Financieringsbronnen Groepsprojecten
top
Divergerende echtscheidingskloof en nieuwe sociale ongelijkheid
onder jongeren. De rol van gezinskapitaal, sociale achtergrond en
schoolkenmerken.
Id:KUL_3H130288
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 30 Sep 2014
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Sociale pedagogiek
Onderzoekers
Promotor Koenraad Matthys
Copromotor Jan Van Bavel
Organisaties OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek
Financieringsbronnen BOF - Andere acties vanaf 1994
top
20/28
Hedendaagse Detentie Kenmerken
Projectnummer 475-12-005
Universiteit Leiden
Tijdvenster: 01/06/2013 tot 31/12/2014
Hoofdaanvrager Prof. dr. P. Nieuwbeerta
Verbonden aan Universiteit Leiden Faculteit der Rechtsgeleerdheid,
Departement Strafrecht en Criminologie
top
Prisoners' return to society: (semi-) automatic versus discretionary
release. A comparative study of early' release pathways in the
Netherlands and Belgium.
Id:VUB_3500000000023299
Gevangenisstraf wordt gezien als middel naar een veiliger samenleving en minder
criminaliteit. Jaarlijks worden in Nederland bijna 40.000 personen ingesloten in
Penitentiaire Inrichtingen. Om inzicht te krijgen in de ervaringen en beleving van
Nederlandse gedetineerden, en van de mogelijke consequenties van hun detentie wordt
sinds 2009 een grootschalig onderzoeksproject, het Prison Project, uitgevoerd. Dit
project volgt bijna 2.000 gedetineerden over een periode van 3 jaar. De (ex-)
gedetineerden worden diverse malen geïnterviewd over hun leven voor, tijdens en na
detentie. De resultaten van het onderzoek laten zien dat de ervaringen en belevingen
van gedetineerden niet altijd overeenkomen met de idealen en intenties van het justitiële
en detentie beleid in ons land.
Om de wetenschappelijke resultaten van het Prison Project te delen met een breed
publiek en met bij veiligheid en justitie betrokken professionals, is recent een
samenwerking met het Nationaal Gevangenismuseum ontwikkeld. In het
samenwerkingsproject worden diverse activiteiten ondernomen. Als resultaat van dit
project zal in mei 2014 een speciale expositie over "Hedendaagse Detentie in het
Nationaal Gevangenismuseum worden geopend en zal een bijbehorende populair
wetenschappelijk boek worden gepubliceerd en gepresenteerd. Verder zullen symposia
en aanvullende activiteiten speciaal voor mensen werkzaam in het justitiële veld worden
georganiseerd.
Vergelijkende studie van de Belgische en Nederlandse wetgeving, beleid en praktijken.
Vergelijking tussen de Nederlandse semi-conditionele vrijlatingsbeleid en het Belgisch
systeem van vrijwaardelijke vrijlating.
Project: Internationale Wetenschappelijke Samenwerking: Rijksuniversiteit
Groningen - VUB.
Vrije Universiteit Brussel
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 30 Sep 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Rechtswetenschappen
Strafrecht en strafvordering
Rechtsvergelijking
Criminologie
Classificaties: Interuniversitair project
Onderzoekers
Promotor KRISTEL BEYENS
21/28
Organisaties Criminologie
Financieringsbronnen Univ. - Projectmatig onderzoek
top
Project: Behoeftenonderzoek bij gedetineerden in gevangenis van
Antwerpen.
Vrije Universiteit Brussel
Tijdvenster: 2013 - 2013
The research institute 'VUB' and the 'Consortium volwassenenonderwijs Antwerpen'
have entered into a service-agreement concerning the project' Behoeftenonderzoek bij
gedetineerden in gevangenis van Antwerpen'. The research results can be transferred to
the company, there can be a reasonable return in case of commercialisation or there is
another kind of agreement on intellectual property, as outlined in the concluded
agreement.
Promotor: DE DONDER Liesbeth
top
Normaliseringsbeginsel. Een nieuw perspectief op de gevangenisstraf
Vergelijkend onderzoek naar de ontwikkeling en de invulling van het
normaliseringsbeginsel en de invloed ervan op de theorie en de praktijk
van het straffen.
Id:KUL_3H130394
Onze sociale welvaartsstaat steunt op de idee dat alle mensen recht hebben op normale
levensomstandigheden. Nirje en Wolfensberger zijn de grondleggers van deze
normaliseringsgedachte. Waar Nirje focust op de normalisering van de
levensomstandigheden van personen met een handicap, stelt Wolfensberger dat de
sociale rol van alle deviante groepen - ook van gedetineerden - genormaliseerd moet
worden.
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Sep 2013 → 30 Sep 2015
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Rechtswetenschappen
Strafrecht en strafvordering
Criminologie
Classificaties:
Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Ivo Aertsen
Copromotor Frank Verbruggen
Medewerker Helene De Vos
Organisaties OE Strafrecht en Criminologie
Financieringsbronnen FWO tijdelijke mandaten
De Basiswet van 12 januari 2005 introduceerde het normaliseringsbeginsel in de
Belgische penitentiaire wetgeving. Met de bedoeling om de detentieschade te beperken die onder meer kan ontstaan door het ontbreken van normale sociale interactie in de
gevangenis - zouden de levensomstandigheden in de gevangenis zo veel mogelijk
moeten overeenstemmen met die in de vrijesamenleving.
De implementatie van het normaliseringsbeginsel in de gevangenis roept echter vragen
op die raken aan de kern van de vrijheidsstraf: hoewel gedetineerden uitgesloten zijn van
de samenleving, moeten hun levensomstandigheden zo dicht mogelijk aansluiten bij die
in de vrije samenleving.
Dit onderzoek vergelijkt de implementatie van het normaliseringsbeginsel in België en
Noorwegen om de precieze inhoud en draagwijdte van het normaliseringsbeginsel te
begrijpen binnen zijn ruimere strafrechtelijke en maatschappelijke context. De gegevens
die als basis dienen voor deze vergelijking, worden enerzijds verzameld aan de hand van
een documentenanalyse van wetgeving en beleid en anderzijds aan de hand van
participerende observatie en semigestructureerde interviews. Dit moet bijdragen tot een
beter begrip van de basisprincipes waarop ons gevangeniswezen steunt.
top
22/28
7. Informatiekunde
Beeld in Onderwijs. Onderzoek naar een selectieprotocol voor het VRTarchiefmateriaal in functie van gebruik in het onderwijs
Id:UA_29567
Universiteit Antwerpen
Het doel van het onderzoeksproject is tweeledig: 1) selectiecriteria en selectieprocedures
uitwerken om efficiënt voor het onderwijs bruikbaar beeldmateriaal te verzamelen uit het
VRT-archief voor de testcases Wereldoriëntatie in het basisonderwijs en Techniek in de
eerste graad van het secundair onderwijs; 2) condities bepalen voor het uitwerken van
een grootschalig project omtrent de selectie van bruikbaar beeldmateriaal voor een
omvattend vakkenpakket in het onderwijs.
Tijdvenster: 1 Nov 2013 → 30 Jun 2014
Disciplinecodes:
MENSWETENSCHAPPEN (H)
Informatie, documentatie, bibliotheekwetenschappen, archiefwetenschappen
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Onderzoekers
Promotor Wil Meeus
Organisaties Didactica
Financieringsbronnen IBBT
top
Kenniscentrum Mediawijsheid
Universiteit Gent
Tijdvenster: 01/01/2013 - 31/12/2014.
Betrokken personeelsleden Elke Boudry
Clusters ICT & Society
Financiering door Vlaamse overheid
top
In januari 2013 is Mediawijs.be, het Kenniscentrum Mediawijsheid van iMinds vzw, op
initiatief van mediaminister Ingrid Lieten, van start gegaan. Het doel van Mediawijs.be is
mediawijsheid in alle lagen van de bevolking te bevorderen zodat mensen, jong en oud,
kritischer en bewuster leren omgaan met een gemediatiseerde samenleving. Dit wil men
realiseren door: het stimuleren en verhogen van mediacompetenties, het creëren van
een e-inclusieve samenleving en het creëren van een veilige en verantwoorde
mediaomgeving.
Mediawijs.be is een netwerkorganisatie waarin 12 partners (iMinds-Digital Society, LINC
vzw, Mediaraven, Stuurgroep Volwassenenonderwijs, MAKS, REC Radiocentrum, MIOSUniversiteit Antwerpen, ICRI-KULeuven, Cemeso Vrije Universiteit Brussel, Thomas
More, Katholieke Hogeschool Limburg en Provinciale Hogeschool Limburg) zich voor de
komende twee jaar hebben verenigd. De netwerkpartners zullen, met hun ervaring en
expertise over mediawijsheid en vanuit hun specifieke rol binnen mediawijs.be,
allerhande initiatieven op gebied van vorming, kennisopbouw, communicatie en
projectwerking uitbouwen en ondersteunen.
Mediawijs.be heeft een vast team om de dagelijkse werking van het Kenniscentrum vlot
te laten verlopen. De vaste medewerkers zijn: Annet Daems (Projectmanager), Elke
23/28
Boudry (Coördinator Kennisplatform), Carmen Van Puyenbroeck (Vormingscoördinator
Jongeren), Karolien Stockx (Vormingscoördinator Volwassenen), Laure Van Hoecke
(Netwerkcoördinator) en Sanne Hermans (Communicatieverantwoordelijke). Directeur
van het Kenniscentrum is prof. dr. Leo Van Audenhove.
Vanuit de onderzoeksgroep MICT, werkt Elke Boudry deeltijds voor het kenniscentrum
als ‘coördinator kennisplatform’. Dit online kennisplatform richt zich naar de verschillende
actoren in het veld van mediawijsheid, gaande van actoren uit het werkveld tot actoren
uit beleid, media en onderzoek. Het kennisplatform ontsluit allerhande informatie, kennis,
methodieken en goede praktijken en volgt de updating en evolutie van het veld
mediawijsheid verder op.
Serious games onder de loep.
Ontwikkeling van een standaard voor het meten van effectiviteit van
games op het vlak van cognitieve leeruitkomsten
Universiteit Gent
Tijdvenster: 01/01/2013 - 31/12/2016
Publicaties:
All, A., Núñez Castellar, E.P., & Van Looy, J. (2013, 3-4 October). A
Systematic Literature Review of Methodology Used to Measure Effectiveness
in Digital Game-Based Learning. Proceedings of the 7th European
Conference on Games Based Learning, Porto, Portugal.


Betrokken personeelsleden
Prof. dr. Jan Van Looy
Anissa All
Clusters Lab voor Gaming en Immersieve Media
Financiering door IWT
top
Steeds meer gamebedrijven richten zich op ‘serious games’ ontwikkeling, waaronder ook
Vlaamse gamebedrijven waar de serious games markt sterk vertegenwoordigd is.
Serious games zijn niet enkel gericht op entertainment, maar zijn in eerste instantie
gericht op het bereiken van educatieve doeleinden. Op beleidsniveau heerst ook heel
wat interesse in het educatief en maatschappelijk potentieel van games, wat gepaard
gaat met een grotere vraag naar onderzoek in dit veld. Het groter aantal publicaties
inzake effectiviteit van serious games heeft wegens een verscheidenheid aan gebruikte
methodes en determinanten gezorgd voor een grote inconsistentie op vlak van
effectiviteitsmetingen inzake serious games. Dit zorgt er voor dat geen veralgemenende
uitspraken over de impact van serious games, noch vergelijkingen over studies heen,
noch uitspraken over de betrouwbaarheid van de studies gemaakt worden. Een
standaardprocedure en een meetinstrument voor het meten van de effectiviteit van
serious games zou deze problemen oplossen en een duidelijker beeld scheppen van de
effectieve inzetbaarheid van serious games in diverse contexten en zo de markt
stimuleren.
Opzet onderzoek
Het doel van dit doctoraatsproject is dus de ontwikkeling van een standaardprocedure
om de effectiviteit van serious games m.b.t. cognitieve leeruitkomsten te meten. In het
kader van serious games is effectiviteit een tweeledig concept: effectiviteit inzake
leerdoelen en effectiviteit inzake intrinsieke motivatie voor het spelen van de game. Deze
standaardprocedure zal gestructureerd worden aan de hand van volgende elementen: 1)
voorbereiding van het experiment (criteria rond rekrutering respondenten game, etc.), 2)
experimenteel design (taak respondenten, gebruikte meetschalen, experimenteel opzet),
3) statistische analyses en 4) rapportering.
Een eerste versie van deze procedure zal ontwikkeld worden op het einde van het eerste
jaar van het doctoraat. Een requirements analyse, als resultaat van een literatuurstudie
en een expertenbevraging zal de basis vormen voor deze procedure. In een tweede fase
zal deze procedure dan gevalideerd worden aan de hand van drie validatiestudies die elk
een onderzoeksvraag uit het serious games onderzoeksveld zullen behandelen. In een
24/28
derde fase zal getracht worden een internationaal karakter aan deze procedure te geven,
door een aangepaste versie in te dienen bij ITU-T, de afdeling van de International
Telecommunication Union die gericht is op de ontwikkeling van standaarden met
betrekking tot ICT, waaronder ook de ontwikkeling van standaard metingen. Verder zou
deze procedure in een vervolgtraject als commerciële dienst te valoriseren zijn door de
ontwikkeling van een labelsysteem dat de leereffectiviteit van een serious game
illustreert.
Education and Technology
Id:KUL_3H130535
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Oct 2013 → 1 Oct 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Sociologie
Sociale problemen en welzijn, sociale voorzorg
Classificaties: Doctoraat
Onderzoekers
Promotor Jan Masschelein
Copromotor Stefan Ramaekers
Organisaties Educatie en Samenleving
Financieringsbronnen
Eigen
Middelen
inschrijvingsgelden, giften, ....
zoals
patrimonium,
top
De macht van sociale media in het nieuws. Een multimethodisch
onderzoek naar de invloed van Twitter op het journalistieke
bronnengebruik
Id:UA_28761
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Jan 2014 → 31 Dec 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pers- en communicatiewetenschappen
Politieke en administratieve wetenschappen
Classificaties: Interuniversitair project
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na
selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Het project onderzoekt de invloed van
sociale media op het journalistieke bronnengebruik en het nieuws. Er wordt uitgegaan
van de hypothese dat de macht van sociale media als nieuwsbron afhangt van
verschillende factoren, waaronder de sociale media-actor, het medium dat het nieuws
brengt, het onderwerp van het nieuws, en de mate waarin het nieuws deel uitmaakt van
de dagelijkse routineberichtgeving.
25/28
Onderzoekers
Promotor Steve Paulussen
Copromotor Peter Van Aelst
Organisaties Media, beleid en cultuur (MPC)
Financieringsbronnen Groepsprojecten
top
De vijfde macht of een echokamer van de vierde macht? De impact van
sociale media op het journalistieke bronnengebruik en de
agendasetting-functie van de mainstream nieuwsmedia.
Id:UA_28463
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Nov 2013 → 31 Oct 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pers- en communicatiewetenschappen
Politieke en administratieve wetenschappen
Onderzoekers
Promotor Steve Paulussen
Copromotor Peter Van Aelst
Medewerker Raymond Harder
Organisaties Media, beleid en cultuur (MPC)
Financieringsbronnen BOF - Nieuwe Onderzoeksinitiatieven vanaf 1994
Het doel van dit doctoraatsonderzoeksproject is na te gaan in welke mate en op welke
manier sociale media een invloed hebben op het journalistieke bronnengebruik en de
agenda-setting-functie van de mainstream-nieuwsmedia. Op basis van een driefasig
multimethodisch onderzoeksopzet zal deze studie statistische data en diepgaande
inzichten opleveren over de rol van sociale media binnen de continue nieuwsstroom in
de hedendaagse, genetwerkte publieke sfeer. In een eerste fase zal een grootschalige
kwantitatieve analyse gebeuren van de nieuwsoutput van vijf verschillende mediakanalen
- kranten, televisie, radio, internet (nieuwswebsites) en sociale media – teneinde de
'inter-media agenda-setting' tussen de oude en nieuwe media in kaart te brengen.
Vervolgens wordt aan de hand van een verdere inhoudsanalyse nader onderzocht hoe
sociale media als nieuwsbron in de mainstream nieuwsoutput verwerkt worden en
omgekeerd. Om een nog grondiger inzicht te verwerven in de manier waarop sociale
media als nieuwsbron gebruikt worden in de dagelijkse journalistieke nieuwsgaring,
zullen in een derde onderzoeksfase reconstructie-interviews worden gevoerd met
professionele journalisten. Het onderzoek focust op drie genres binnen de journalistieke
berichtgeving, namelijk politiek, economisch en gerechtelijk nieuws (incl.
misdaadverslaggeving). Door voort te bouwen op theorieën van 'agenda-setting' en
'gatekeeping' en door de specifieke focus op sociale media zal dit project zowel op
theoretisch, methodologisch als empirisch vlak een unieke en originele bijdrage leveren
aan de bestaande kennis over de manier waarop het nieuws tot stand komt en zich
verspreidt binnen de hedendaagse crossmediale, genetwerkte nieuwsecologie.
top
Sociale onzichtbaarheid overwinnen: een transnationale studie naar
emancipatie en sociale interventie op het terrein van digitale
beeldpraktijken.
Id:UA_28740
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na
selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.
Universiteit Antwerpen
Tijdvenster: 1 Jan 2014 → 31 Dec 2017
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
26/28
Pers- en communicatiewetenschappen
Sociologie
Culturele antropologie, etnologie
Onderzoekers
Promotor Paolo Favero
Copromotor Luc Pauwels
Organisaties Visuele studies en Mediacultuur (VISMEC)
Financieringsbronnen Groepsprojecten
top
School on Cloud: onderwijs verbinden met de cloud.
Id:KUL_3E140113
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Jan 2014 → 31 Dec 2016
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
Onderzoekers
Promotor Wim Van Petegem
Organisaties Faculteit Theologie en Religiewetensch.
(Recent afgelopen) 26 Feb 2014 → 26 Feb 2014
Financieringsbronnen Andere Eu-initiatieven buiten kader
The cloud is een belangrijke technologische doorbraak met een enorm potentieel voor
het onderwijs. Het laat toe dat studenten en docenten/begeleiders productief
samenwerken in formele en informele onderwijssituaties. Het School on Cloud (SoC)
netwerkproject wil de nieuwe dynamische manieren om studenten op te leiden (en die
ook in lijn liggen met de manier waarop we denken, delen, leren en samenwerken buiten
de klas), verder onderzoeken in verschillende onderwijssectoren.
Om dit te bereiken zal het SoC project onderzoek verrichten en een ‘state of the art’
maken, verschillende pedagogische benaderingen bekijken en richtlijnen opstellen voor
leraren en lerarenopleiders. Er zullen ook vier werkgroepen opgezet worden rond
volgende thema’s: management (transitie), iTeacher/Trainer, gepersonaliseerd leren en
cloud-gebaseerde digitale toekomst. Daarnaast zal een School on Cloud website worden
gecreëerd waarop toegang geboden wordt tot materialen, SoC-producten,
opleidingsmogelijkheden, onderzoeksrapporten, bronnen, enz. De School on Cloud
online community die tijdens het project wordt opgezet zal gaandeweg verspreid en
uitgebreid worden via de netwerken van de project partners.
top
Developing tools for lifelong learning in Transcaucasus region : eLearning.
Id:KUL_3E140143
KU Leuven
Tijdvenster: 1 Dec 2013 → 30 Nov 2016
Disciplinecodes:
SOCIALE WETENSCHAPPEN (S)
Pedagogiek en didactiek
27/28
Onderzoekers
Promotor Wim Van Petegem
Organisaties Faculteit Theologie en Religiewetensch.
(Recent afgelopen) 26 Feb 2014 → 26 Feb 2014
Financieringsbronnen Andere EU-initiatieven buiten kader
top
28/28