agp 11 Vaststelling programmabegroting 2015-2018

Vergadering:
Algemeen Bestuur
Datum:
8 juli 2014
Agendapunt:
11
Rapporteur
Onderwerp:
K. Tigelaar
Vaststelling programmabegroting 2015 - 2018
Voorstel/Besluit:
a. Kennisnemen van het feit dat er door de gemeenteraden van Binnenmaas,
Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen geen zienswijzen op de
programma-begroting 2015-2018 zijn ingediend;
b. De programmabegroting 2015-2018 vaststellen.
Toelichting:
Geen inhoudelijke zienswijzen ingediend
Op 10 april jl. stemde het dagelijks bestuur in met de conceptprogrammabegroting 20152018. Op grond van de gemeenschappelijke regeling is het concept vervolgens op 16
april jl. aan de gemeenteraden aangeboden. De raden waren tot 10 juni in de gelegenheid hun zienswijze op de begroting naar voren brengen. Van de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen en Strijen is een schriftelijke reactie ontvangen, waarin wordt
aangegeven dat er geen zienswijze wordt ingediend. De gemeenten Korendijk en OudBeijerland hebben ambtelijk laten weten dat er geen zienswijze wordt ingediend.
Uitgangspunten begroting
De Begroting 2015 is conform de basis van de voorgaande begrotingen opgesteld. Dus
voor programma’s Ruimte, Landschap en Economie op basis van het vastgestelde
Uitvoeringsprogramma 2010 – 2014 Structuurvisie Hoeksche Waard met een doorkijk
naar 2015 en verder.
Daarnaast gaf de Burap 2012 aanleiding om vanaf 2013 de prioritering van de projecten
te wijzigen. Het Dagelijks Bestuur heeft besloten tot deze wijziging en dit als
uitgangspunt te hanteren voor het opstellen van de begroting voor de jaren 2013 en
verder.
In deze Begroting 2015 is het prijspeil gelijk gehouden aan de Begroting 2014. Alleen
voor de budgetten met betrekking tot salariskosten is uitgegaan van de werkelijke
situatie, zoals vastgestelde formatie en COA ontwikkelingen. Dit betekent tevens dat de
inwonerbijdrage voor 2015 gelijk is aan 2014. Na de realisatie van de bezuiniging van
10% (en extra bezuiniging door het niet doorvoeren van prijsstijgingen) op de
inwonerbijdrage in de Begroting 2012 en stijging van de inwonerbijdrage in 2013 en
2014 is in 2015 wederom geen stijging van de inwonerbijdrage begroot. Dit leidt in de
praktijk tot een bezuiniging van de begrote uitgaven.
In het hoofdstuk Financiële specificatie zijn alle financiële uitgangspunten opgenomen.
Bijlage:
- programmabegroting 2015-2018
• Programmabegroting
2015 - 2018
Samenwerkingsorgaan
Hoeksche Waard
AB juli 2014
2
INHOUDSOPGAVE
LEESWIJZER ............................................................................................................... 5
SAMENVATTEND HOOFDSTUK ..................................................................................... 7
PROGRAMMA’S ......................................................................................................... 9
PROGRAMMA 1. RUIMTE ........................................................................................... 11
PROGRAMMA 2. LANDSCHAP .................................................................................... 17
PROGRAMMA 3. SAMENLEVING ................................................................................ 25
PROGRAMMA 4. VEILIGHEID .................................................................................... 29
PROGRAMMA 5. ECONOMIE ...................................................................................... 33
PROGRAMMA 6. BESTUUR ......................................................................................... 37
FINANCIËLE SPECIFICATIE ...................................................................................... 41
1. OVERZICHT VAN BATEN EN LASTEN ................................................................................. 43
2. RESERVERING REGIOFONDS ......................................................................................... 44
3. GEPROGNOSTICEERD FINANCIERINGSOVERZICHT BEGROTING 2015 ........................................... 45
4. VERKLARING VERSCHILLEN BEGROTING 2015 EN BEGROTING 2014 .......................................... 45
5. INWONERBIJDRAGE ................................................................................................... 46
6. INCIDENTELE BATEN EN LASTEN ..................................................................................... 47
7. EMU-SALDO ........................................................................................................... 48
PARAGRAFEN ............................................................................................................ 49
PARAGRAAF WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING ............................... 51
PARAGRAAF FINANCIERING ..................................................................................... 55
PARAGRAAF BEDRIJFSVOERING ............................................................................... 57
PARAGRAAF INSTANDHOUDING KAPITAALGOEDEREN ............................................. 61
3
4
Leeswijzer
Inleiding
Voor u ligt de Begroting 2015-2018 van de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsorgaan
Hoeksche Waard. De taak van het samenwerkingsorgaan is het behartigen van
gemeenschappelijke belangen van de vijf gemeenten op de beleidsgebieden ruimte, landschap,
economie, samenleving en integrale veiligheid.
De begroting begint met een samenvatting van de financiële beleidskaders die van invloed zijn op
de totstandkoming van de meerjarenbegroting. In een samenvattend financieel overzicht staan
de hoofdpunten van het financiële beleid toegelicht.
In de financiële overzichten vindt u naast de saldi van de meerjarenbegroting, ook de saldi van
de concept Jaarrekening 2013 en de concept 1e Begrotingswijziging 2014.
Programma’s
De programma’s zijn bepaald aan de hand van de domeinen en zijn:
1. Ruimte
2. Landschap
3. Samenleving
4. Veiligheid
5. Economie
6. Bestuur.
Opzet programma’s
De programma’s hebben een vaste opzet. Allereerst wordt er per programma een korte
toelichting gegeven.
Achtereenvolgens wordt het volgende uitgewerkt:
•
Wat zijn de trends en ontwikkelingen in de komende begrotingsperiode?
•
Wat willen we bereiken?
•
Wat hebben we al?
Inzicht wordt gegeven in de vigerende beleidskaders, die door het bestuur zijn
vastgesteld.
•
Wat gaan we ervoor doen?
Een overzicht van maatregelen, die in 2014 worden uitgewerkt.
•
Wat mag het kosten?
Dit gaat om een financiële vertaling van het programmaplan. In het kader van het
budgetrecht stelt het bestuur budgetten beschikbaar.
De tabel ‘Wat mag het kosten?’ is als volgt opgebouwd:
• De financiële raming op basis van de vastgestelde financiële kaders.
• De dotaties en onttrekkingen vanuit de reserves: Op deze wijze wordt inzicht verkregen in
het programmasaldo voor en nadat de reserves zijn aangewend.
Paragrafen
In de begroting worden in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot
relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen. Het Besluit Begroting en
Verantwoording (de BBV) schrijft een verplicht aantal paragrafen voor, tenzij het desbetreffende
aspect niet aan de orde is.
Voor het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard zijn de paragrafen Weerstandsvermogen en
risicobeheersing, Financiering, Kapitaalgoederen en Bedrijfsvoering van toepassing.
5
Leeswijzer
6
Leeswijzer
Samenvattend hoofdstuk
1. Inleiding
In dit gedeelte van de begroting wordt een financieel totaalbeeld geschetst van deze begroting
zoals die aan u wordt voorgelegd.
2. Uitgangspunten
De Begroting 2015 is conform de basis van de voorgaande begrotingen opgesteld. Dus voor
programma’s Ruimte, Landschap en Economie op basis van het vastgestelde
Uitvoeringsprogramma 2010 – 2014 Structuurvisie Hoeksche Waard met een doorkijk naar 2015
en verder. Conform hetgeen hierover in de GR SOHW is opgenomen, wordt, vanwege de
verkiezingen in de gemeenten, in 2014 een meerjarenuitvoeringsprogramma 2015 - 2018 voor de
regionale samenwerking opgesteld. Het meerjarenuitvoeringsprogramma zal verwerkt worden in
een Begrotingswijziging 2015 en de Meerjarenbegroting 2016 – 2019.
Daarnaast gaf de Burap 2012 aanleiding om vanaf 2013 de prioritering van de projecten te
wijzigen. Het Dagelijks Bestuur heeft besloten tot deze wijziging en dit als uitgangspunt te
hanteren voor het opstellen van de begroting voor de jaren 2013 en verder.
In deze Begroting 2015 is het prijspeil gelijk gehouden aan de Begroting 2014. Alleen voor de
budgetten met betrekking tot salariskosten is uitgegaan van de werkelijke situatie, zoals
vastgestelde formatie en CAO ontwikkelingen. Dit betekent tevens dat de inwonerbijdrage voor
2015 gelijk is aan 2014. Na de realistie van de bezuiniging van 10% (en extra bezuiniging door
het niet doorvoeren van prijstijgingen) op de inwonerbijdrage in de Begroting 2012 en stijging
van de inwonerbijdrage in 2013 en 2014 is in 2015 wederom geen stijging van de
inwonerbijdrage begroot. Dit leidt in de praktijk tot een bezuiniging van de begrote uitgaven.
In het hoofdstuk Financiële specificatie zijn alle financiële uitgangspunten opgenomen.
Bij het opstellen van Begroting 2015 is rekening gehouden met de cijfers van de concept
Jaarrekening 2013. De voorlopige cijfers van de Jaarrekening 2013 laten zien dat de realisatie
enigszins achter blijft bij de planning. Dit komt omdat bij enkele projecten enige vertraging in de
uitvoering is ontstaan en daarmee ook in de uitgaven. In de de concept actualisering Begroting
2014 wordt daarom voorgesteld om de saldo’s op deze projecten (realisatie Jaarrekening 2013)
beschikbaar te stellen in 2014. De formele besluitvorming zal plaats vinden bij de 1e
Begrotingswijziging 2014, welke seperaat zal worden voorgelegd.
De inkomsten en uitgaven binnen de programma’s Samenleving en Veiligheid zijn in deze
begroting nog niet geheel geïntegreerd. Deze zijn nog voor het overgrote deel opgenomen in de
gemeentebegrotingen. Wel zijn voor het programma Veiligheid middelen voor het
uitvoeringsprogramma integrale veiligheid opgenomen.
3. Financieel beeld
TOTAAL
Programma
Ruimte
Landschap
Samenleving
Veiligheid
Economie
Bestuur
Saldo van baten en lasten
Mutaties Regiofonds
Onttrekking algemene reserve
Resultaat
concept
Jaarrek
2013
concept
Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2014
2015
2016
2017
2018
wijziging
105.613163.40398.01090.23098.01017.730275.256204.924137.981124.291103.901103.90168.27151.830
66.21821.828
25.53045.310
21.53029.740
21.53045.310
6.53045.310
397.310448.268
412.717378.174
34.543
0
216.211216.211
206.311206.311
178.131178.131
82.85182.851
50.958
0
0
0
Toelichting:
7
Samenvattend hoofdstuk
0
De begrotingsaldi voor bestemming wordt dekkend gemaakt met onttrekkingen vanuit het
Regiofonds.
Een overzicht van de mutaties in de reserves vindt u in het hoofdstuk Financiële specificatie.
Onderstaand overzicht geeft inzicht hoe de dekking van de projectkosten tot stand is gekomen.
Saldo Programma
Ruimte
Landschap
Samenleving
Veiligheid
Economie
Totaal projectkosten
concept
Jaarrek
2013
105.613355.646431.1432.216
68.271-
concept
Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2014
2015
2016
2017
2018
wijziging
163.40398.01090.23098.01017.730267.249201.250187.560167.170167.1707.8107.8207.8207.8207.82066.21825.53021.53021.5306.530-
958.458-
504.680-
332.610-
307.140-
294.530-
199.250-
Inw onerbijdrage
66.635
Bijdrage gemeenten
2.216Bijdrage NME
13.755
Bijdrage provincie RAS
187.727
Bijdrage gemeente RAS
97.752
Bijdrage gemeente sociaal doemen145.665
Onttrekking regiofonds
449.140
958.458
48.265
7.810
14.060
434.545
504.680
49.209
7.820
14.060
261.521
332.610
49.209
7.820
14.060
236.051
307.140
49.209
7.820
14.060
223.441
294.530
49.209
7.820
14.060
128.161
199.250
Dekking door
8
Samenvattend hoofdstuk
Programma’s
9
Programma’s
10
Programma’s
Programma 1.
RUIMTE
Het programma Ruimte is er op gericht om uitvoering te geven aan de regionale ruimtelijke
ordeningsvraagstukken zoals die zijn opgenomen in de Structuurvisie Hoeksche Waard. Het
gaat om beleidsvoorbereiding en uitvoering op het gebied van ruimte, wonen en duurzaamheid
(milieu). Ook integrale gebiedsontwikkeling en monitoring en kwaliteitsborging vallen onder dit
programma.
Algemene hoofddoelstelling is dat de ruimtelijke ontwikkeling zodanig wordt vorm gegeven dat
de functies wonen, werken en recreëren zo optimaal mogelijk worden gefaciliteerd en dat deze
functies elkaar zoveel mogelijk versterken. Daarnaast is duurzame ontwikkeling het
uitgangspunt als het gaat om de toekomst van de Hoeksche Waard tot 2030.
De projecten die gerealiseerd worden in het programma Ruimte zijn opgenomen in het
Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Hoeksche Waard 2010-2014 onder de deelprogramma’s:
− S1 Wonen
− S8 Milieu en Energie
− G1 Regiopark Noordrand
− G2 Zuidrand aan de Delta
− G3 Noord zuid verbindingen
− M1 Leefbaarheid en Economie
− M2 Duurzaamheid en Ruimtelijke kwaliteit
Een nadere beschrijving van de te realiseren projecten is opgenomen in het
Uitvoeringsprogramma.
Voor 2015 kan niet meer worden uitgegaan van de projecten uit het Uitvoeringsprogramma
2010-2014. In 2014 wordt een nieuw regionaal uitvoeringsprogramma voor de periode 20152018 vastgesteld. Op dit moment kunnen alleen de structureel doorlopende zaken benoemd
worden de relevante trends.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Ruimte
Binnen het werkterrein van Ruimtelijke Ordening is en blijft een belangrijk aandachtspunt de
strategische ligging en positionering van de Hoeksche Waard, tussen Rotterdam en Antwerpen.
Enerzijds is het gebied onderdeel van de Zuidwestelijke Delta anderzijds ligt het tegen de
Zuidvleugel van de Randstad. Hierdoor zijn er veel kansen voor nieuwe ontwikkelingen maar
deze kunnen tegelijk een bedreiging vormen voor de huidige kwaliteiten. Nieuwe
ontwikkelingen verdienen een goede ruimtelijke inpassing wat een belangrijk regionaal belang
is.
Zuidvleugel Randstad
In het kader van de Zuidvleugel worden afspraken met het Rijk gemaakt over de rijksbijdragen
aan ontwikkelingen in de provincie Zuid Holland. Het rijk ziet dit samenwerkingsverband als
het platform om afspraken te maken over grotere ruimtelijke projecten. Zo vindt
besluitvorming over de A4 in dit platform plaats.
Deltaprogramma
De Hoeksche Waard is een belangrijk gebied voor het Deltaprogramma wat op rijksniveau
wordt ontwikkeld om in te spelen op veranderende klimaatomstandigheden en waterveiligheid.
11
Ruimte
De Hoeksche Waard krijgt te maken met drie deelprogramma’s: Rijnmond-Drechtsteden, de
Zuidwestelijke Delta en Rivieren. In 2014 worden er een aantal belangrijke deltabeslissingen
genomen die mogelijk van invloed zijn op de Hoeksche Waard. In de periode 2015-2018 kan
de Hoeksche Waard te maken krijgen met de uitwerking hiervan.
Verschuiving bestuurlijke verhoudingen
Binnen de ruimtelijke ordening vindt meer en meer een verschuiving plaats in de bestuurlijke
verhoudingen. Het zittende kabinet wil de ruimtelijke ordening meer over laten aan de
provincies en gemeenten. Ook het toezicht op de ruimtelijke ordening wil het rijk bij de
provincies leggen. Hoe een en ander vorm zal krijgen is nog niet duidelijk, maar de rol en
bevoegdheden van de provincie in verband met nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen zal de
komende jaren groeien.
Integraal omgevevingsbeleid en wijziging WRO
Er wordt gewerkt aan de nieuwe omgevingswet. Gestreefd wordt naar de invoering in 2018.
Deze beoogt het omgevingsrecht te integreren en ingrijpend te vereenvoudigen. Daartoe wordt
de nu over verschillende wetten verdeelde wetgeving voor behoud, beheer, gebruik en
ontwikkeling van de leefomgeving bijeen gebracht in één wet met één samenhangend stelsel
van planning, besluitvorming en procedures.
Provincie Visie Ruimte en Mobiliteit
In 2014 gaat Provincie Zuid-Holland de provinciale structuurvisie herzien. De ontwerp Visie
Ruimte en Mobiliteit ligt begin 2014 te inzage. Vaststelling vindt rond de zomer plaats.
Instrumentaria in de ruimtelijke ordening zoals sturing op contouren staan ter discussie.
Programmeringsvraagstukken maar ook de demografische transitie in landelijke gebieden en
de effecten hiervan in het kader van de ruimtelijke ordening vormen onderdeel van de
herziening. De uitwerking hiervan volgt de komende jaren. Zo dienen de regio’s voor 1 juli
2015 een actuele woonvisie en bedrijventerreinvisie aan de provincie voor te leggen.
Demografische Ontwikkelingen
Op het fysieke werkterrein krijgen we de komende decennia te maken met demografische
veranderingen van de bevolking. Vergrijzing en leefstijlen zullen van invloed zijn op de
woningbouw, de economie, de leefbaarheid en de voorzieningen van de kernen in de Hoeksche
Waard. Dit vraagt om een pro actieve rol van de regio/SOHW op het gebied van de
volkshuisvesting en in afstemming daarmee, de beleidsterreinen welzijn en zorg. We zijn op dit
werkveld een belangrijke stakeholder.
Van aanbod naar vraag gestuurde markt en adaptief beleid
Bij de ontwikkeling van plannen is er een duidelijk verschuiving van aanbod- naar
vraaggericht. De beperkte vraag op de woningbouw en bedrijventerreinmarkt wordt meer dan
voorheen gestuurd door de eisen en de wensen van de gebruikers. De stuurbaarheid door de
overheid is anders geworden en zal meer vanuit de ketenbenadering moeten worden
vormgegeven. Daarnaast is de Hoeksche Waard een regio waarin scenario’s ten aanzien van
krimp of groei moeilijk voorspelbaar zijn (balans regio). Dit geheel vraagt om een adaptief
beleid.
Duurzaamheid en energie
De provincie Zuid Holland wil vaart zetten achter de ontwikkeling van windenenergie in de
Hoeksche Waard. In 2013 zijn de locaties voor de realisatie van windenergie in de Hoeksche
Waard in de provinciale structuurvisie vastgelegd. De realisering van de windmolens vindt de
komende jaren plaats. Op gebied van anterieure overeenkomsten en de mogelijke parcipatie
van inwoners en het bedrijfsleven in windenergie wordt regionaal opgepakt. Het planologische
traject is aan de inviduele gemeenten zelf. Daarnaast spelen nog initiatieven op het gebied van
biomassavergisting, elektrisch rijden en duurzaam bouwen.
12
Ruimte
Wat willen we bereiken?
Het programma Ruimte richt zich op de ordening, ontwikkeling en onderzoek ten behoeve van
de inrichting van de fysieke ruimte van de Hoeksche Waard. Naast het ontwikkelen van beleid
worden instrumenten ingezet om de kwaliteit te borgen zoals regionale programmering,
monitoring en een kwaliteitsteam.
Ruimte
− Ontwerpen ruimtelijk kader voor de afstemming en inpassing van nieuwe ruimtelijke
ontwikkelingen
− Waarborgen kwaliteitsuitgangspunten bij de realisatie van plannen
Wonen
− Verbeteren van de leefbaarheid in kernen en dijklinten
− Ontwikkeling van hoogwaardige woonmilieus voor alle doelgroepen
− Inspelen op de eventuele gevolgen van het fenomeen vergrijzing en ontgroening
− Inspelen op ontwikkelen op woningmarkt door jaarlijkse monitor en actualiseren regionaal
volkshuisvestingsbeleid
Milieu en Energie
− Monitoring voortgang duurzaamheidbeleid en ruimtelijke kwaliteit
− Duurzaamheid als uitgangspunt voor ruimtelijke ontwikkelingen
− Sluitend maken van kringlopen
− Gebruik maken van aanwezige natuurlijke hulpbronnen
− Klimaatadaptatie
− Vergroten van participatie en organisatie vanuit het publieke domein bij realisatie
duurzaamheiddoelen
Integrale gebiedsontwikkeling
− Realisatie van het Regiopark Noordrand Hoeksche Waard
− Realisatie van de Zuidrand aan de Delta
Monitoring en kwaliteitsborging
− Jaarlijkse monitoring van de doelstelling op het gebied van wonen
− Kwaliteitsadvisering ruimtelijke plannen
Wat hebben we al?
Beleidsdocument
Tijdsperiode
Vastgesteld
Structuurvisie Hoeksche Waard 2030
Uitvoeringsprogramma van de Structuurvisie
Hoeksche Waard 2010-2014
Wonen
2010-2030
2010-2014
2009
2010
Regionale Woonvisie Samen voor Kwaliteit
Actualisatie Woonvisie Samen voor Kwaliteit
Uitvoeringsprogramma Woonvisie Samen voor
Kwaliteit
Woningbehoeftenonderzoek
Regionaal Woonprogramma
2010-2020
2010
2010-2014
2010
2012-2016
2011
2012
Ruimte
13
Ruimte
Beleidsdocument
Tijdsperiode
Vastgesteld
Actieplan Energie en Klimaat
Integrale gebiedsontwikkeling
2012-2016
2012
Masterplan Regiopark Noordrand Hoeksche Waard
Gebiedsvisie Hitsertsekade
Gebiedsvisie Swaneblake
2012-2030
2012-2030
2012-2030
2013
2012
2012
Milieu en Energie
Wat gaan we daarvoor doen?
Concrete doelstelling
Ruimte
Actueel houden van de
Structuurvisie Hoeksche Waard
2030 en het
Uitvoeringsprogramma
Uitvoeren projecten nieuw
regionaal uitvoeringsprogramma
Betrokkenheid van de regio bij de
besluitvorming in verband met o.a.
waterveiligheid en verzilting in de
Hoeksche Waard
Regionale betrokkenheid bij de
Zuidvleugel agenda
Activiteiten
Realisatie
(planning)
Actualisatie uitvoeringsprogramma
Structuurvisie Hoeksche Waard
2014
Diverse projecten op het gebied van 2015-2018
wonen, milieu en energie en
gebiedsontwikkelingen.
Betrokken worden en blijven bij de
2015-2018
ons aangaande Deltaprogramma’s
Betrokkenheid van de regio bij de
2015-2018
besluitvorming in verband met
onderwerpen die daar op de agenda
komen
14
Ruimte
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
Ruimte
Wonen
Mileu en energie
Regiopark Noordrand
Zuidrand aan de Delta
Leefbaarheid en economie
Duurzaamheid en ruimtelijke
kwal.
Subtotaal uitgaven
Doorbelasting middelen
Totaal uitgaven
Inw onerbijdrage
Totaal baten
concept
Begroting
2014
wijziging
MJ Begroting
2015
MJ Begroting
2016
MJ Begroting
2017
MJ Begroting
2018
34.0858.87913.23112.69621.470-
25.00041.82114.75221.5007.80034.980-
25.0007.50012.50012.5007.78015.000-
25.0007.50012.50012.50015.000-
25.0007.50012.50012.5007.78015.000-
-
90.360-
145.853-
80.280-
72.500-
80.280-
-
15.253105.613-
17.550163.403-
17.73098.010-
17.73090.230-
17.73098.010-
-
-
-
-
-
17.73017.730-
Saldo Baten en lasten Ruimte
105.613-
163.403-
98.010-
90.230-
98.010-
17.730-
Regiofonds
Resultaat Ruim te
105.613
-
163.403
-
98.010
-
90.230
-
98.010
-
17.730
-
Toelichting:
Algemeen
In 2014 wordt het nieuwe regionale meerjarenprogramma en uitvoeringsprogramma door de
raden vastgesteld. Deze vormen de basis voor de projecten die in de periode 2015-2018
worden uitgevoerd. Omdat deze nog bekend is, wordt in de begroting uitgegaan van het
doortrekken van de eerdere begrotingen.
Jaarrekening 2013 vs begroting 2015
Vooral uitvoering woonvisie in 2013 heeft extra uren gekost vanwege extra overleggen met de
provincie over het woningbouwprogramma.
Begroting 2014 vs begroting 2015
Een aantal projecten zijn in 2013 gestart maar worden pas in 2014 afgerond. Het budget
hiervoor is overgeheveld vanuit 2013 waardoor de begroting 2014 t.o.v. 2015 beduidend
hoger is. Het betreft o.a. de projecten Actieplan Energie en Klimaat, Windenergie, Hoeksche
Waardenmakerij aan de Delta en activiteiten van het kwaliteitsteam.
15
Ruimte
16
Ruimte
Programma 2.
LANDSCHAP, RECREATIE & TOERISME
Het programma Landschap is er op gericht om uitvoering te geven aan de regionale opgaven
op het gebied van landschapsontwikkeling, versterking cultuurhistorische waarden en het
bevorderen van recreatie&toerisme zoals opgenomen in de Structuurvisie Hoeksche Waard.
Het gaat om beleidsvoorbereiding en uitvoering op het gebied van groenblauwe projecten,
cultuurhistorie en archeologie, routestructuren en verbindingen en promotie van het gebied.
Algemene hoofddoelstelling is behoud en ontwikkeling van het Nationaal Landschap Hoeksche
Waard, door verdere ontwikkeling van de kernkwaliteiten. Dit houdt in dat de landschappelijke,
cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten behouden moeten blijven, duurzaam beheerd
worden en waar mogelijk worden versterkt.
De projecten die gerealiseerd worden in het programma Landschap zijn opgenomen in het
Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Hoeksche Waard 2010-2014 onder de deelprogramma’s:
− S3 Groen blauwe structuur
− S4 Cultuurhistorie, archeologie en landschap
− S5 Recreatie en Toerisme
− S6 Voorlichting en Promotie
Inleiding
De Nationale Landschappen zijn unieke gebieden, die model staan voor de landschappelijke
diversiteit van Nederland. Sinds ze in de Nota Ruimte zijn aangewezen, is er veel geïnvesteerd
in de versterking van de kernkwaliteiten en de vergroting van de naamsbekendheid.
In de Hoeksche Waard werken we van 2007 tot 2014 aan de uitvoering van de projecten die
waren opgenomen in het uitvoeringsprogramma van de structuurvisie. Centraal binnen het
programma voor de Hoeksche Waard op het domein Landschap stonden de ontwikkeling van
een groenblauwe dooradering voor natuur, mens en akkerbouw, het beter toegankelijk maken,
de marketing en promotie van het Nationaal Landschap Hoeksche Waard en het behoud en
versterken van de cultuurhistorische kwaliteiten.
Een groot deel van de opgenomen projecten is gerealiseerd, waardoor er in de uitvoering geen
grote hiaten zijn ontstaan. Extra aandacht blijft wel nodig voor het beheer en onderhoud van
de voorzieningen.
De Hoeksche Waard wil zich als Nationaal Landschap en pilotgebied voor biodiversiteit blijven
profileren als een duurzame regio: “Het Nationaal landschap Hoeksche Waard staat voor een
uitdaging om nu kansen te benutten om ook na 2013 een vitaal gebied en ‘groene
voortuin/groene long’ van de Deltametropool te blijven. Een akkerbouwgebied dat heel
Nederland kent, vanwege de innovatieve productiemethoden, de hoge productie en kwaliteit
van het prachtige landschap met zijn kreken, akkerranden, en dijken. En een aantrekkelijk
woon- en werkgebied in de delta wat de leefomgeving kwaliteit en de Europese allure van de
Randstad versterkt.”
Een duurzaam landschap heeft een stevig skelet nodig; een ‘groen-blauwe dooradering’. Dit
goed tot stand brengen, blijven ontwikkelen en beheren, levert de Hoeksche Waard een
prachtig, natuurlijk beheerd stelsel van dijken, kreken en akkerranden, een goede water- en
bodemkwaliteit en natuurlijke plaagbestrijding. De ruggengraat van de groenblauwe
dooradering wordt gevormd door de structuur van dijken, kreken, bermen en oevers. Een
verdere fijnmazige dooradering met bloemrijke akkerranden complementeert het geheel ten
behoeve van de gewenste duurzame akkerbouw (natuurlijke plaagregulatie en bestuiving door
(wilde) bijen). Een op biodiversiteit gericht beheer van deze structuur is van belang voor een
duurzame landbouw, natuur en recreatie en unieke leefomgeving.
17
Landschap
In het Uitvoeringsprogramma Groen van de provincie Zuid-Holland zijn voor de Hoeksche
Waard (en het gehele Deltagebied) drie prioriteiten benoemd; het afmaken van de herijkte
EHS; het zorgen voor een gezonde basis voor de grondgebonden landbouw en het realiseren
van een aantrekkelijk recreatief netwerk.
Algemene doelstelling voor het programma Landschap, Recreatie en Toerisme is om een
impuls te geven aan een duurzame gebiedsontwikkeling in de Hoeksche Waard, welke ten
goede komt aan verschillende maatschappelijke doelen die van waarde zijn voor de Hoeksche
Waard. Hierbij blijven wij de streek uitdragen als Nationaal Landschap en blijven wij werken
aan behoud en ontwikkeling van de kernkwaliteiten.
De projecten de hieruit voorkomen worden opgenomen in het meerjarenprogramma 20152018.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Algemeen
In 2011 zijn de rijksgelden voor zowel ILG (investeringsbudget landelijk gebied) als Nationaal
Landschap fors afgeroomd vanwege ingrijpende rijksbezuinigingen. Zowel voor de Ecologische
Hoofdstructuur (EHS), het programma Recreatie om de Stad (RODS) als een groot aantal
projecten uit het Investeringsprogramma Landelijk Gebied was veel minder geld meer
beschikbaar. Dit heeft geresulteerd in zowel een andere taakstelling (herijking
EHS/Deltanatuur, de afbouw van RODs-projecten) als het soms overnemen van een deel van
de rijksgelden door de provincie (bijvoorbeeld het rijksdeel van het akkerranden project in de
Hoeksche waard).
Vanaf 2013 komen subsidiestromen binnen het Europese plattelandsbeleid anders te liggen als
gevolg van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) 2014-2020. Ook binnen een nieuwe
POP (Plattelands Ontwikkelings Plan)-periode, zullen accenten verschuiven.
Daarnaast krijgen we te maken met een veranderende provinciale rol en bezuinigingen vanuit
het Rijk. Dit alles maakt dat we als gemeenten ook een andere rol moeten pakken en in
moeten spelen op nieuwe ontwikkelingen. We zullen veel minder dan voorheen zelf projecten
uitvoeren maar veel meer een “makelaar/regisseur” functie gaan vervullen. Het verbinden van
particulier initiatieven en overheid zal meer van ons gaan vragen in de toekomst.
Sleutelwoorden zijn ruimte bieden, kansen creëren en zorgen voor meer flexibiliteit (v.b.
benutten kansen vanuit regelvrije zones).
Hoeksche Randen
Een deel van het GLB-budget is bestemd voor plattelandsontwikkeling. Plattelandsontwikkeling
is de 2e pijler van het GLB, naast de directe betalingen in pijler 1. Agrarisch natuurbeheer door
collectieven (waarin SOHW kan participeren) ligt binnen de mogelijkheden van het nieuwe
plattelandsbeleid, althans voor die gebieden waarvoor agrarisch natuurbeheer perspectiefrijk
geacht wordt (gedacht wordt aan de kreken/dijken en de sloten+taluds en akkerranden). Deze
ontwikkeling van de groenblauwe dooradering, met een focus op biodiversiteit, milieu en
landschap, is één van de vormen van agrarisch natuurbeheer. Voor agrarisch natuurbeheer
komen alleen grootschalige, professioneel georganiseerde gebiedscollectieven in aanmerking.
Collectieven kunnen vanaf 2015 gebiedsoffertes voor agrarisch natuurbeheer indienen bij de
provincie. M.i.v. 2016 kunnen gebiedscontracten in werking treden.
Hoeksche Randen worden beschouwd als schakels in het groenblauwe netwerk. De HR-regeling
anticipeert hiermee op agrarisch natuurbeheer in pijler 2, voor een duurzame en vitale
akkerbouw in de Hoeksche Waard.
CLLD ipv LEADER
Binnen het GLB-budget zal de huidige organisatie van LEADER-gebieden komen te vervallen.
De invulling van gebiedsgericht-beleid ligt bij de provincie. Voor zover bekend is er “ruimte”
binnen het beleid voor 1 tot 2 gebiedsdeals per provincie. Zuid-Holland is voornemens
gebiedsdeals per “open inschrijving” te honoreren. Offertes met het hoogste rendement
18
Landschap
(uitgaande van EU-maatregelen en maatregelen uit de Uitvoeringen agenda Groen van PZH)
komen in aanmerking. HW wil graag als één gebied een “offerte” indienen.
Parallel daaraan onderzoekt de HW ook samen met haar partners van de PG –LEADER ZHE
naar mogelijkheden voor een CLLD al dan niet in combinatie met de regio Rijnmond en/of
Drechtsteden. Het traject voor de “offerte HW” heeft tot op heden een pre gelet op de huidige
situatie/organisatie die al wordt opgestart ihkv de HR.
Hoeksche Waard als duurzaam gebied
De Hoeksche Waard heeft een grote naam opgebouwd als het gaat om een duurzaam gebied.
Initiatieven op het gebied van biodiversiteit, groenblauwe diensten incl. gerelateerde recreatie,
waterkwaliteit/klimaatbestendigheid hebben hierin al een grote naam gebouwd. Ook de
uitvoering vanuit de streek zelf mag als zeer duurzaam worden bestempeld. Toekomstige
uitdagingen liggen in een duurzame ruimtelijke inrichting van het landschap,
energielandschappen en het “verwaarden” van de maatschappelijke baten als gevolg van
duurzaamheid. Het is daarbij van belang dat grote marktpartijen (zoals Heineken) hierin
(financieel) het voortouw nemen waarbij de HW vanuit een faciliterende/participerende rol aan
deelneemt.
HUP Hoeksche Waard
De Hoeksche Waard moet met haar “duurzaamheidslogo” een “hup” kunnen maken naar de
Randstad. De Noordrand (bedrijventerrein) van de Hoeksche Waard kan hierin een belangrijke
functie vervullen. In de “hup” vindt niet alleen een bundeling plaats van (landbouw)producten
maar kan ook de kennis en kunde “verhandeld” worden en heeft daarbij ook potentie als TOP
(toerische opstap punt) of recreatieve transfer-locatie waar vanuit diverse recreatieve
activiteiten “van start” gaan.
Wat willen we bereiken?
We willen ons in de toekomst gaan richten op twee pijlers.
1. Duurzame ontwikkeling landbouw
2. Recreatie en Toerisme (vrijetijdseconomie)
Ad 1)
Duurzame ontwikkeling landbouw
De ambitie is een fijnmazig netwerk van zo’n 3 à 4% van het akkerbouwareaal in de Hoeksche
Waard. Naast het creëren van een duurzame groen-blauwe dooradering is er aandacht voor
verbreding van de landbouw met bijvoorbeeld agrotoerisme, zorglandbouw en duurzame
energie.
In de Hoeksche Waard worden in het akkerbouwgebied bloemrijke akkerranden door de
agrariërs beheerd die ook bijdragen aan plaagbestrijding. Samen met de agrarische
ondernemers, het waterschap en de provincie wil de HW nieuwe mogelijkheden om
biodiversiteitsdoelen en groenblauwe diensten verder blijven verkennen/verbreden en
realiseren. De provincie agendeert bij de gebiedspartijen het belang van een (gezamenlijke)
lobby voor een voldoende structurele financiering van groenblauwe diensten via het
Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) in Europa. Gericht op de ambitie Agrarisch
ondernemerschap en de gewenste aansluiting bij het nieuwe GLB start het project “Pilot
Ecological Focus Area Hoeksche Waard”.
Een extra kans voor de akkerbouw in de Hoeksche waard is gelegen in de directe nabijheid van
het stedelijke gebied van Rijnmond en Drechtsteden. Met stadslandbouw worden inwoners
meer verbonden met het groen in de directe omgeving van de stad en betrokken bij de
landbouw.
In 2006 is door het Rijk (Toekomstagenda Milieu) en provincie in de Hoeksche Waard een
proeftuin gestart rond duurzame akkerbouw (FAB= Functionele Agrobiodiversiteit). Op basis
19
Landschap
van een ontwerp voor groenblauwe dooradering door Alterra (Alterra rapport 1042) voor
natuurlijke plaagonderdrukking, in opdracht van de agrarische sector, is een proefgebied
rondom Strijensas ingericht. Wageningen Universiteit begeleidde het project. Veel bloemrijke
stroken zijn in het akkerbouwgebied gelegd. Daarnaast is onder leiding van waterschap en
medegefinancierd door provincie, gestart met het aanleggen van zogeheten agroranden,
bloemrijke randen langs watervoerende sloten, mede ten behoeve van een betere
waterkwaliteit. De uitkomsten vanuit het proefgebied waren zeer succesvol in graan en
aardappel en hebben geleid tot een Europees International Learning Network rond natuurlijke
plaagregulatie.
Binnen de Hoeksche Waard zelf is als vervolg op deze projecten en ideeën HWODKA
(samenwerkingsverband akkerbouwers en wetenschap in de Hoeksche Waard) van start
gegaan met precisie landbouw, duurzaam bodembeheer en natuurlijke plaagregulatie.
Als vervolg op het FAB-project bij Strijensas is In 2012 is een project van drie jaar gestart in
het kader van het onderzoeksprogramma “Biodiversiteit werkt” (OBW) waarin wetenschappers
uit verschillende universiteiten samenwerken in de Hoeksche Waard en onderzoeken hoe
biodiversiteit en daarmee samenhangende ecosysteemdiensten als natuurlijke plaagregulatie,
bestuiving en gezonde bodems maximaal kunnen worden benut.
In februari 2013 is een convenant getekend tussen Wageningen Universiteit (Alterra), de
provincie Zuid-Holland en Heineken bv. Een onderdeel binnen dit convenant is het
samenwerken van Provincie en Heineken op het gebied van duurzame akkerbouw. Heineken is
als brouwerij afhankelijk van voldoende gerst om de ketens duurzaam te vullen en is één van
de grondleggers van de Stichting Veldleeuwerik die zich richt op duurzaam bodembeheer
binnen de akkerbouw. Naast het duurzaam telen van gerst en duurzaam bodembeheer in de
akkerbouw gaat het bij Heineken tevens om het verduurzamen van de gehele keten. Van boer
tot consument.
Het is het streven om de vele kennis de laatste tien jaar opgedaan in zowel de Hoeksche
Waard (Agro Lab en Agrocluster) als in de Flevopolders (stichting Veldleeuwerik) binnen de
Hoeksche Waard bij elkaar te brengen door de akkerbouwers uit de streek, Wageningen
Universiteit, de provincie Zuid-Holland en de Stichting Veldleeuwerik om zo de proeftuin
Hoeksche Waard een vervolg te geven. Het Rijk (I&M en EZ) heeft aangegeven te willen
investeren in de wetenschappelijke monitoring. Dit initiatief zal zeker ook in 2015 zijn verdere
uitwerking krijgen en moeten uitmonden in een (internationale) proeftuin Hoeksche Waard.
Ad b) Recreatie en Toerisme
De toegankelijkheid en belevingswaarde van het landelijk gebied vanuit het stedelijk netwerk
worden verbeterd dankzij investeringen in het provinciaal wandelroutenetwerk en het
fietsknooppuntennetwerk en de verkenning en ontwikkeling van nieuwe Toeristische Overstap
Punten en Poorten. Binnen de Groenagenda van de provincie is het eiland Tiengemeeten
aangewezen als belangrijke groene bestemming buiten het stedelijke netwerk en is de
Hoeksche Waard zoekruimte voor een zogeheten recreatieve poort (Heinenoord Poort). Het
gaat dan om het streekmuseum, promotie, start recreatieve routes, goede bereikbaarheid
vanuit Rotterdam en de distributie en verkoop van specifieke akker- en streekproducten
vanuit de Hoeksche Waard. Zo’n regionale aanbieding van streekproducten heeft veel
organisatorische en verkeerstechnische voordelen en werk kostenbesparend voor de agrariër
De sector toerisme en recreatie is volop in beweging en erg dynamisch. Van
recreatieondernemers wordt verwacht dat ze steeds sneller anticiperen op de snel wijzigende
consumentenwensen. De vraag naar luxe, comfort, wellness en beleving, de gezonde
levensstijl, de verlangde kwaliteitsverbetering, de daardoor toenemende ruimtebehoefte en
nieuwe doelgroepen vergen veel creativiteit van de ondernemers
De markt voor verblijfsrecreatie is versnipperd. Vele kleine en middelgrote bedrijven moeten
concurreren met grote (inter-) nationale ketens. Daarnaast heeft de verblijfsrecreatiesector te
maken met omzetdalingen. De kosten daarentegen stijgen. De sector heeft meer ruimte nodig.
20
Landschap
Diverse bedrijven willen uitbreiden vanwege schaalvoordelen of om voldoende kwalitatief
aanbod te kunnen bieden en daarmee in te spelen op de wens van de klant naar meer
vierkante meters per accommodatie. Om te kunnen concurreren, moeten de meeste
ondernemers hun bedrijf opwaarderen. Tevens zal de opbrengst per standplaats/logieseenheid
omhoog moeten om de marges op peil te houden. Kleine bedrijven sluiten zich in toenemende
mate aan bij een keten, waardoor op den duur vaak schaalvergroting optreedt. Ondernemers
in de verblijfsrecreatie zullen de komende periode vooral veel innovatiever gaan opereren.
Nieuwe concepten, combinaties van producten, toevoeging van service-elementen en de
toepassing van ICT bieden kansen voor innovatieve verbindingen. Te denken valt aan
zorgvakanties en ecotoerisme, maar ook aan het combineren van het verblijfsrecreatieve
aanbod met een wellnessproduct. Dit geldt niet alleen voor verblijfsrecreatie, maar eveneens
voor de horeca. De horeca speelt in op de trend naar wellness, maar ook op kwaliteit en
beleving. Een voorbeeld is het serveren van gezonde drankjes aan een strandsetting in een
café. De informatieoverdracht via Internet groeit. Dit houdt in dat iedere consument zich
uitgebreid kan oriënteren op zijn bezoek, maar ook alternatieven kan bezichtigen. Hierdoor zal
de (internationale) concurrentie nog meer toenemen. Het aantal online reserveringen is flink
gestegen. Ontspannen in een natuurrijke omgeving of op het platteland voert in de
dagrecreatie de boventoon.
Voor de Hoeksche Waard is er nog veel te winnen op het terrein van dag- en verblijfsrecreatie.
Hier willen we de komende jaren meer ontwikkelingen mogelijk gaan maken. Ook hier is de
verbinding tussen stad en platteland een hele interessante. De kwaliteiten van de Hoeksche
Waard kunnen bij uitstek ingezet worden om meer bezoekers van buiten de Hoeksche waard
aan te trekken dan nu de praktijk is. Het zal ook een stimulans betekenen voor de eigen
werkgelegenheid en dus jongeren meer kansen bieden om hier hun bestaan op te bouwen.
Wat vaak terugkomt in de discussie rondom recreatie en toerisme is dat de Hoeksche Waard
een echte publiekstrekker mist. Natuurlijk is er het unieke landschap waar het prima fietsen,
wandelen, varen is maar toch lijkt dit niet voldoende om veel bezoekers van buitenaf aan te
trekken en daarnaast om interessante inkomsten voor de Hoeksche waard binnen te halen. De
economische pijler is t.a.v. de huidige recreatiemogelijkheden op dit eiland vaak onderbelicht
gebleven. Dit moet veranderen.
Het moet mogelijk zijn om meer inkomsten te genereren in dit gebied. Dit betekent overigens
wel dat er meer mogelijkheden gecreëerd moet worden voor ondernemers om meer te kunnen
ondernemen (minder regels, voorschriften en kaders).
Het ontwikkelen van een echte trekker of thema waar de Hoeksche Waard zich echt mee
onderscheidt is een mooie uitdaging voor de komende jaren.
Wat hebben we al?
Beleidsdocument
Landschap
Structuurvisie Hoeksche Waard 2030
Uitvoeringsprogramma van de Structuurvisie
Hoeksche Waard 2010-2014
Meerjarenprogramma 2014-2018
Groenblauwe Structuur
Actieplan Biodiversiteit Fase 2
Landschapsbeheerplan Hoeksche Waard
21
Tijdsperiode
Vastgesteld
2010-2030
2010-2014
2009
2010
2010-2014
2008
2012
Landschap
Beleidsdocument
Tijdsperiode
Vastgesteld
Recreatie en Toerisme
Visie Verblijfsrecreatie
Kampeerbeleid Hoeksche Waard
2007-2020
2008-2020
2006
2008
Wat gaan we daarvoor doen?
•
Programma Biodiversiteit werkt (UvA, Leiden, WUR)
•
Agroranden (Waterschap, ANV Rietgors)
•
Precisie-landbouw (HWODKA)
•
Duurzame bodem (Stichting Veldleeuwerik)
•
Duurzame ketens graan/gerst (Heineken)
•
Biodiversiteitkeurmerk (Kruidenier Foodservice)
•
Stadslandbouw en professionaliseren ketens (Rotterdam)
•
Project Ecological Focus Area
Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie
(planning)
Groen blauwe structuur
Start 2014
Afronding
2015
Realiseren van
wandelroutenetwerk Hoeksche
Waard (of zetten we dit bij R&T)
Regeling Groenblauwe diensten;
ontwikkelen van een duurzame
financieringsstructuur voor
ecologisch beheer.
Opstellen plan en uitvoeren.
Duurzaam regelen beheer en
onderhoud
- Opstellen Regeling GBD na
implementatie beleid GLB
(publiek spoor)
- Faciliteren privaat spoor
Regeling GBD
- Opstellen maatregelplan in
navolging van het
landschapsbeheersplan (2011)
Akkerrandenregeling; bevordering
biodiversiteit in de HW;
waterkwaliteit opp.water,
landschappelijke kwaliteit
Uitbreiding areaal agroranden HW
Start 2007
doorlopend
2015
Fijnmazig netwerk; pilot hoe een
fijnmazig groenblauw netwerk
geïntegreerd wordt in het
grootschalig open
landbouwlandschap van HW
opschaling areaal/deelnemers pilot
t/m Regeling GBD vanaf 2014
Start 2008
doorlopend tot
2015
22
Doorlopen tot
2015
Landschap
Concrete doelstelling
Recreatie en Toerisme
Paden en routes; zorgen voor goed
beheer en onderhoud van
recreatieve paden en routes
Aantrekken toeristische
publiekstrekker
(Toeristische) veerdiensten
Informatievoorzieningen en
knooppunten; ontwikkeling en
versterking recreatief netwerk
Voorlichting en Promotie
Marketing en promotie; profilering
van het toeristisch product
Hoeksche Waard.
Dit breder trekken, niet alleen
toeristisch product, maar hele
spectrum van wonen, werken en
recreeren
Logo/beeldmerk
Natuur- en milieueducatie,
uitvering meerjarenprogramma
(nog op te stellen in 2014)
Activiteiten
-
Wandelpaden
fietsknooppuntensysteem
Kanoroutes
Uniforme objectbewegwijzering
en overige ondersteunende
voorzieningen
Realisatie
(planning)
Doorlopend
-
n.t.b.
- 2 recreatieve fietsveer
verbindingen
- Continuering Deltapontjes 20142015 (en verder)
- Algemeen beleid exploitatie
toeristische veerdiensten HW
Start 2009
doorlopend tot
2015
n.t.b.
n.t.b.
- Vermarkten van het gebied
- Vergroten van de
naamsbekendmakingHoeksche
Waard
- Infopunt nieuwendijk; contract
loopt door tot en met 2016;
zorgdragen voor
promotiemateriaal
- Betere samenwerking van
betrokken partijen
- Platform Recreatie & Toerisme
nieuwe stijl
Verstrekken logo Hoeksche Waard
aan organisaties en bedrijven
- Is inmiddels geen apart
onderdeel meer
- Uitvoering Jaarprogramma NME
2015
23
Start 2008
doorlopend
naar 2015
Jaarlijks/
doorlopend
doorlopend
Landschap
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
concept
Begroting
2014
w ijziging
MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2015
2016
2017
2018
Landschap
Groenblauwe structuur
141.845-
40.619-
24.370-
15.370-
15.370-
15.370-
Cultuurhistorie, archeologie
Recreatie en toerisme
Voorlichting en promotie
Nationaal Landschap
algemeen H.W.
Subtotaal uitgaven
12.907124.34444.8366.400-
136.60062.0401.020-
120.70028.930-
120.70024.240-
100.31024.240-
100.31024.240-
330.332-
240.279-
174.000-
160.310-
139.920-
139.920-
25.314355.646-
26.970267.249-
27.250201.250-
27.250187.560-
27.250167.170-
27.250167.170-
66.635
13.755
198.390
48.265
14.060
201.860
49.209
14.060
201.860
49.209
14.060
201.860
49.209
14.060
201.860
49.209
14.060
201.860
198.390-
201.860-
201.860-
201.860-
201.860-
201.860-
80.390
62.325
63.269
63.269
63.269
63.269
275.256-
204.924-
137.981-
124.291-
103.901-
103.901-
275.256
-
204.924
-
137.981
-
124.291
-
103.901
-
103.901
-
Doorbelasting middelen
Totaal uitgaven
Inwonerbijdrage
Bijdrage NME
Inwonerbijdrage tbv
regiofonds (groen/blauw )
Storting regiofonds
inw onerbijdrage
groen/blauw
Totaal baten
Saldo Baten en lasten
Landschap
Regiofonds
Resultaat Landschap
Toelichting:
Algemeen
In 2014 wordt het nieuwe regionale meerjarenprogramma en uitvoeringsprogramma door de
raden vastgesteld. Deze vormen de basis voor de projecten die in de periode 2015-2018
worden uitgevoerd. Omdat deze nog bekend is, wordt in de begroting uitgegaan van het
doortrekken van de eerdere begrotingen.
Jaarrekening 2013 vs begroting 2015
Bij groenblauwe diensten en voorlichting & promotie werden in 2013 een aantal grote
subsidieprojecten qua werkzaamheden afgerond (Fijmazigestructuur Fase 4 en
Toegankelijkheidsfase 3) en vindt de definitieve vaststelling plaats in 2014.
Begroting 2014 vs begroting 2015
Bij groenblauwe diensten, Recreatie & Toerisme en Voorlichting & Promotie lopen nog een
aantal subsidieprojecten die in 2014 afgerond worden qua werkzaamheden. Dit betreft de
projecten Ecological Focus Area’s, Marketing en Promotie 2012-2013 en Uniforme
bewegwijzering.
24
Landschap
Programma 3
SAMENLEVING
Het programma Samenleving is er op gericht om uitvoering te geven aan de Regionale sociaalmaatschappelijke structuurvisie Hoeksche Waard 2010-2020/30. Deze visie vormt een paraplu
voor de lokale ontwikkelingen, maar dan op de schaal van de Hoeksche Waard.
De lokale gemeenschappen vormen de kern binnen het maatschappelijk beleid. Burgers wonen
en leven daarin met elkaar en dragen zorg voor elkaar. Sportverenigingen, sociaal-culturele
verenigingen, muziekverenigingen en kerken spelen hierin een belangrijke rol. Het
vrijwilligerskader en de mantelzorgers zijn voor de Hoeksche Waard steunpilaren in het
behouden en zelfs versterken van de leefbaarheid.
Per gemeente kunnen de vragen van burgers verschillen. Lokale bestuurders kennen de vraag
van hun burgers en vertalen deze vraag naar beleid en uitvoering. Burgers worden daarbij
door hun gemeentebestuurders betrokken.
Op een aantal terreinen is de gemeentelijke schaal te klein om kwalitatief goede voorzieningen
te waarborgen. Op deze terreinen werken de gemeenten in de Hoeksche Waard samen in het
SOHW. Op het regionale niveau worden bovenlokale ontwikkelingen gestuurd en wordt
gezamenlijk inhoud gegeven aan lokale behoeften. Wat lokaal niet haalbaar is, wordt in
samenwerking wel haalbaar gemaakt. ‘Lokaal wat kan, regionaal wat moet’ is daarbij het
credo. Regionale strategische keuzes zijn nodig om lokaal maatwerk te kunnen leveren.
Op enkele terreinen is ook de schaal van de Hoeksche Waard te klein om tot adequate
oplossingen te komen. Dan wordt bovenregionaal samengewerkt, zoals bijvoorbeeld in de
Dienst Gezondheidszorg & Jeugd.
Transformatie Sociaal Domein
Op 29 oktober 2012 jl. is het Regeerakkoord VVD - PvdA "Bruggen slaan" verschenen.
In het regeerakkoord wordt de gemeenten een grotere rol toebedeeld in de aanpak van
maatschappelijke problemen. De decentralisaties in het sociale domein worden doorgezet.
Echter met aanzienlijke financiële taakstellingen. Dit betekent concreet dat de gemeenten
afzonderlijk niet in staat zullen zijn om deze transformatie ter hand te nemen. Op sommige
onderdelen zal zelfs boven-regionaal de oplossing moeten worden gezocht. Deze grote opgave
die op de Hoeksche Waardse gemeenten in hoog tempo afkomt vraagt om een regionale
aanpak.
Het transformatie proces richt zich niet alleen op de drie grote decentralisaties (Jeugd, Awbz,
Participatie) maar het gaat om het hele domein. Dus ook de andere terreinen zullen geraakt
worden of moeten een transitie traject ondergaan. De impact is dus veel breder. Naast de
inhoudelijke afweging is het vooral ook vanuit financieel oogpunt van essentieel belang dat er
samenwerking tussen de verschillende onderdelen (integrale aanpak) binnen het sociaal
domein wordt georganiseerd.
Daarom is er nu een Hoeksche Waardse brede projectstructuur om de transities ter hand te
nemen. Dit vraagt van alle partijen (gemeenten, SOHW, maatschappelijk middenveld) veel
inzet.
Visie op het Sociaal Domein
Daarnaast is er inmiddels een visie op het sociaal domein vastgesteld. Deze visie geeft een
antwoord op vragen als: wat zijn de nieuwe taken en verantwoordelijkheden voor de
gemeenten, wat zijn de consequenties voor de inwoners, instellingen/organisaties en de
gemeenten zelf? Wat wordt de nieuwe positie van de gemeenten? Wat willen we zelf blijven
25
Samenleving
doen, wat kunnen we zelf doen en wat vinden we dat anderen juist meer moeten doen. De
visie is een belangrijk uitgangspunt voor het totale transformatieproces wat loopt van 2013 tot
2017.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Transities
Vanaf 2014 tot 2017 worden de gemeenten geconfronteerd met grote decentralisaties. Delen
van de AWBZ (begeleiding) worden vanaf 2015 overgeheveld naar gemeenten, evenals de
jeugdzorg (2015 – 2016) en de uitvoering van de nieuwe Participatiewet (vanaf 1 januari
2015). Daarnaast zijn er nog andere transities welk op de gemeenten afkomen. Speciale
aandacht gaat uit naar de samenhang tussen de transities.
Eigen kracht
De samenleving kenmerkt zich steeds meer door de hoge mate van zelfbewustzijn waarmee
burgers hun eigen behoeften onderkennen. Een grote groep burgers is in staat eigen
oplossingen te vinden voor de vraagstukken waarmee zij wordt geconfronteerd. Het appel dat
de samenleving doet op de eigen kracht en de eigen verantwoordelijkheid van haar burgers is
bovendien sterker geworden. Ook de toekomstige jeugdzorg, begeleiding en de Participatiewet
doen een sterk appel op de eigen verantwoordelijkheid van de burger. Het communiceren van
deze verwachtingen zullen ook in 2015 een belangrijk speerpunt blijven.
Regionalisering instellingen
Veel instellingen zijn de afgelopen jaren gefuseerd tot een regionaal of bovenregionaal niveau.
Vanaf 1 januari 2014 is er één welzijnsinstelling in de Hoeksche Waard. Deze schaalvergroting
doet een sterk beroep op de samenwerking tussen de gemeenten in de Hoeksche Waard. In
2015 zullen deze (maatschappelijke) organisaties veel moeten bijdragen in het slagen van het
totale transformatie proces.
“Pact van mijn Hart”
Wonen, Zorg en Welzijn is een belangrijk integraal thema, dat zowel het domein Ruimte
(wonen en volkshuisvesting) als het domein Economie (midden- en kleinbedrijf/winkels)
beïnvloedt. Het “Pact van mijn Hart” met prestatieafspraken op deze terreinen, ondertekend op
22 september 2010 door 27 partijen, is kaderstellend bij de uitwerking van de door de
gemeenteraden vastgestelde visies op de regionale ontwikkeling. Tot de ondertekenaars
behoren naast de gemeenten, zorgaanbieders, woningcorporaties en welzijnsinstellingen in de
Hoeksche Waard. Voor 2014 is er een uitvoeringsprogramma opgesteld waarbij de verwachting
is dat een aantal onderwerpen nog door zullen lopen in 2015.
Wat willen we bereiken?
Actief betrekken van het maatschappelijk middenveld, instellingen/organisaties bij de
ontwikkelingen. Samenwerken wordt het devies. Alleen zo kunnen de taken goed verdeeld
worden en op elkaar worden afgestemd.
We willen uiteindelijk er ook voor zorgen dat er goed gecommuniceerd wordt naar de
inwoners/instellingen/organisaties. Het verwachtingspatroon moet helder zijn. Wie is waar
voor verantwoordelijk. Dit vraagt om extra investeringen op dit gebied.
Vanuit het afgesloten Pact van mijn Hart (een samenwerkingsovereenkomst tussen de spelers
binnen Wonen, Welzijn en Zorg) wordt ieder jaar een regioverkenning uitgevoerd. Met deze
input in de hand worden nieuwe doelstellingen voor de komende jaren geformuleerd. Dit is
nodig om:
26
Samenleving
De zelfredzaamheid in de samenleving (voor groepen die dit het meeste nodig hebben) te
versterken.
Een realiseren van een kwalitatief en integraal aanbod van extramurale zorg en ondersteuning
(voor de verschillende groepen kwetsbare burgers) in dorpen en buurten, gekoppeld aan lange
termijn betaalbaarheid, dat aansluit bij de ideeën van de kanteling (eigen kracht, duurzaam
dichtbij, buurtsteunconcept).
Door een toegankelijk en goede ondersteuning op basis van zelfredzaamheid er voor te zorgen
dat iedereen mee kan doen en is formele zorg niet of pas later nodig.
Wat hebben we al?
•
•
“Pact van mijn Hart”, Wonen, Welzijn & Zorg Hoeksche Waard 2010-2030
Visie op het Sociaal Domein in de Hoeksche Waard (vaststelling medio 2013)
Wat gaan we daarvoor doen?
•
Bij elke actie/pilot/project uitgaan van de ‘eigen kracht’ van de inwoner.
•
Formuleren duidelijke visie op vrijwilligers en mantelzorgers en match dit met het beleid.
•
Ga in gesprek met organisaties over de ondersteuningsbehoefte, heb aandacht voor
verschillende groepen en vormen.
•
Het ontwikkelen van een regionaal mantelzorgbeleid
•
Opzetten wijkteams. Met organiserende partners opzet van het onderzoek/evaluatie
bespreken. Dit zal een combinatie zijn van kwalitatief en kwantitatief onderzoek waarbij
gegevens over aantallen en soort interventies door de hulpverleners worden geleverd en
waarbij via interviews het kwalitatieve deel wordt ingevuld. Hierbij is het aandeel dat door
de burger in de wijk wordt geleverd een belangrijk aandachtspunt.
•
Communicatietraject opzetten over langer zelfstandig blijven wonen en
woningaanpassingen van de bestaande woningvoorraad.
•
Zorgen voor een passend aanbod aan welzijnsvoorzieningen. Hier zullen regionale keuzes
in moeten worden gemaakt waarbij gestuurd wordt op concentratie van voorzieningen
•
Monitoren van de prestatieafspraken uit het Pact van mijn Hart en de knelpunten in kaart
brengen.
•
Doorstroming bevorderen van senioren naar een geschiktere woning.
•
Onderzoeken van mogelijkheden voor mobiliteit. Het is van belang om alternatieven te
stimuleren, bijvoorbeeld in de sfeer van (reeds ontwikkelde) vrijwilligersvervoerprojecten.
•
Het zorgen voor procesondersteuning en samenwerking bij de uitvoering van het Pact van
mijn Hart.
27
Samenleving
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
Samenleving
RAS
RAS coordinatiekosten
Jeugd
Cultuurnetwerker
Cultuurparticipatie
Wonen-welzijn-zorg
Sociaal domein
CJG in de Wijk
Subtotaal uitgaven
concept
Begroting
2014
wijziging
MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2015
2016
2017
2018
2.794240.14122.0002.865
145.66523.409431.143-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
23.409
431.143
-
-
-
-
-
Saldo Baten en Lasten
-
-
-
-
-
-
Resultaat Samenleving
-
-
-
-
-
-
Doorbelasting middelen
Totaal uitgaven
431.143-
Bijdrage provincie RAS
Bijdrage gemeenten RAS
Bijdrage gemeenten Sociaal
domein
Bijdrageprovincie CJG
Totaal baten
164.318
97.752
145.665
-
-
-
Toelichting:
In 2013 is besloten de financiering van het project 3D (Sociaal Domein) door de gemeente
Cromstrijen te laten plaatsvinden.
28
Samenleving
Programma 4
VEILIGHEID
Het programma Integrale Veiligheid is gericht op het ontwikkelen, implementeren en
stimuleren van gemeenschappelijk integraal veiligheidsbeleid voor de Hoeksche Waard. Een en
ander conform de doelstellingen en taken zoals omschreven in de gemeenschappelijke
regeling. De hoofddoelstelling is het voeren van een gemeenschappelijk integraal
veiligheidsbeleid met de vijf gemeenten op de Hoeksche Waard.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Algemeen
In haar rapportage van januari 2013 geeft de VNG aan dat de komende jaren (2014-2015)
dezelfde inhoudelijke thema’s in het veiligheidsdomein actueel zullen blijven als in de jaren
hiervoor. Inbraken, overlast jongeren, overlast in de leefomgeving en alcohol en drugsgebruik
onder jongeren blijven de dominante thema’s. Dit sluit aan bij de gemeentelijke
veiligheidsplannen en het beleidsplan van de eenheid Rotterdam.
Regie en Sturing
Opschaling zal ook de komende periode het thema blijven binnen het veiligheidsdomein. Met
de komst van de landelijk politie is de schaal van samenwerking verschoven van Zuid-Holland
Zuid naar de regionale eenheid Rotterdam, gelijk aan het openbaar ministerie. De opschaling
werkt ook door in de veiligheidsprojecten waarin de gemeenten participeren. Het Regionaal
Informatie en Expertisecentrum( RIEC) en de Veiligheidsalliantie (voorheen
Veiligheidssociëteit) schalen op naar het niveau van de regionale eenheid. Ook de
Veiligheidshuizen Zuid-Holland Zuid en Rotterdam zullen in toenemende mate de
samenwerking en afstemming opzoeken.
Deze opschaling biedt kansen voor het versterken van de kennis en kunde bij de verschillende
organisaties en het harmoniseren van werkprocessen voor een grotere effectiviteit. Anderzijds
houdt de opschaling een uitdaging in op het gebied van regie en sturing binnen het geheel van
de 32 gemeenten die de regionale eenheid Rotterdam vormen. Op het gebied van
brandweetaken en rampenbestrijding blijft het schaalniveau van Zuid-Holland Zuid
gehandhaafd.
De basis voor regie en sturing in en vanuit de Hoeksche Waard wordt gevormd door de
integrale veiligheidsplannen van de 5 gemeenten, het beleidsplan van de Regionale Eenheid
Rotterdam en het beleidsplan Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid.
Taken en bevoegdheden.
Op 1 januari 2013 zijn er op het gebied van veiligheid 2 grote veranderingen geweest voor
gemeenten. Het toezicht op de alcoholverstrekking is met de komst van de nieuwe Drank en
Horecawet verschoven van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit naar de gemeenten.
Per 1 januari 2014 zal ook de daadwerkelijke handhaving bij de gemeenten liggen. Binnen de
Hoeksche waard wordt hierin gemeenschappelijk opgetrokken met het afstemmen van het
beleid en het gezamenlijk aanstellen van handhavers. Anderzijds zijn de gemeentelijke
brandweerkorpsen opgegaan in de Regionale Brandweer Zuid-Holland Zuid, waarbij taken en
bevoegdheden van de gemeente zijn overgegaan naar de Veiligheidsregio en de gemeente de
regierol houdt op de lokale brandweerzorg. In 2014 zal ook de laatste fase van de
regionalisering, de overdracht van het vastgoed, gerealiseerd worden. Voor de gemeente OudBeijerland is dit overigens al gebeurd.
Regionale samenwerking
Vanaf 2012 werken de 5 gemeenten nauwer samen op het gebied van integrale veiligheid.
Naast de beleidsmatige afstemming neergelegd in de 5 veiligheidsplannen wordt er jaarlijks
een gemeenschappelijk werkplan opgesteld om uitvoering te geven aan die facetten uit de
29
Veiligheid
beleidsplannen die efficiënter en effectiever gemeenschappelijk kunnen worden opgepakt. De
uitvoering van deze werkplannen geschiedt onder het SOHW. In 2014 zal voor de 5 gemeenten
de aanzet gegeven worden voor de integrale veiligheidsplannen voor de volgende periode. De
afstemming daarover zal via het SOHW worden gerealiseerd.
Op het gebied van de rampenbestrijding wordt deze samenwerking getrokken door de
regionaal medewerker rampenbestrijding. De samenwerking behelst onder meer een
gemeenschappelijke opleidings- en oefencyclus voor de gemeentelijke rampenorganisaties en
het Hoeksche Waardse piket ten behoeven van het Commando Plaats Incident (COPI).
Financiering
Voor het gemeenschappelijk werkplan wordt van elke gemeente een financiële bijdrage en een
ureninzet gevraagd voor het realiseren van de projecten. Daarnaast worden de regionaal
medewerker rampenbestrijding en de programmamanager veiligheid gemeenschappelijk
gefinancierd. De financiering van de regionale veiligheidsprojecten geschiedt los van het
SOHW.
Wat willen we bereiken?
•
•
•
Bijdragen aan een veilig leefklimaat in de Hoeksche Waard op het gebied van wonen,
werken, leren en recreatie door uitvoering te geven aan het uitvoeringsprogramma
Integrale Veiligheid 2014.
Het blijven ontwikkelen van de gemeentelijke samenwerking op het veiligheidsdomein
Waarborgen van een professionele gemeentelijke rampenbestrijdingzorg Hoeksche
Waard breed.
Wat hebben we al?
Beleidsdocument
Tijdsperiode
Vastgesteld
Gemeentelijke integrale veiligheidsplannen
Beleidsplan Regionale eenheid Rotterdam
Beleidsplan Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid
2011-2015
2013-2014
2012-2015
2011
2012
2012
Wat gaan we daarvoor doen?
Concrete doelstelling
Cyclus Opleiding & Oefenen
gemeentelijke
Rampenbestrijding
Uitvoeren jaarplan Integrale
Veiligheid HW 2015
Opstellen van het jaarplan
Integrale Veiligheid HW 2015
Voeren van
gemeenschappelijk integraal
veiligheidsbeleid
Activiteiten
Afwerken van de cyclus Opleiding
& Oefenen gemeentelijke
Rampenbestrijding
Implementeren, uitvoeren,
coördineren en monitoren van het
jaarplan
Opstellen van het jaarplan
Integrale Veiligheid HW 2015
Coördineren van het afstemmen
dan wel gemeenschappelijk
opstellen van de gemeentelijke
integrale veiligheidsplannen voor
2015-2018.
30
Realisatie (planning)
Doorlooptijd 12
maanden
Doorlooptijd 12
maanden
Gereed 4e kwartaal 2014
3e en 4e kwartaal 2014
Veiligheid
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
concept
Begroting
2014
w ijziging
MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2015
2016
2017
2018
Veiligheid
Uitvoeringsprogramma
Subtotaal uitgaven
2.379
2.379
7.6307.630-
7.6307.630-
7.6307.630-
7.6307.630-
7.6307.630-
Doorbelasting middelen
Totaal uitgaven
1632.216
1807.810-
1907.820-
1907.820-
1907.820-
1907.820-
Bijdrage gemeenten
Totaal baten
2.2162.216-
7.810
7.810
7.820
7.820
7.820
7.820
7.820
7.820
7.820
7.820
Saldo Baten en lasten
Veiligheid
-
-
-
-
-
-
Resultaat Veiligheid
-
-
-
-
-
-
Toelichting
Geen bijzonderheden
31
Veiligheid
32
Veiligheid
Programma 5.
ECONOMIE
Het programma Economie is gericht op het regionaal afstemmen van beleid en activiteiten op
het gebied van economische zaken en beoogt daarmee de economische vitaliteit van de
Hoeksche Waard te bevorderen.
Algemene hoofddoelstelling is het stimuleren van de werkgelegenheid in het gebied, het actief
inspelen op de behoeften vanuit het bedrijfsleven en het tot stand brengen van voldoende
bedrijventerreinen voor de Hoekschewaardse vraag.
De projecten die gerealiseerd worden in het programma Economie zijn opgenomen in het
Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Hoeksche Waard 2010-2014 onder de deelprogramma’s:
− S2 Werken
− S7 Verkeer
Een nadere beschrijving van de te realiseren projecten is opgenomen in het
Uitvoeringsprogramma.
Voor 2015 kan niet meer worden uitgegaan van de projecten uit het Uitvoeringsprogramma
2010-2014. In 2014 wordt een nieuw regionaal uitvoeringsprogramma voor de periode 20152018 vastgesteld.
In 2013 heeft een prioritering van de projecten in het regiofonds plaatsgevonden. Voor deze
begroting is deze prioritering als uitgangspunt genomen.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Economie
Op het gebied van de economie presteert de Hoeksche Waard de laatste jaren onder het
landelijke gemiddelde. Ook de werkgelegenheid is in de afgelopen jaren afgenomen.
Daarentegen is er nog steeds sprake van een lage werkeloosheid doordat een groot deel van
de Hoekschewaarders buiten de Hoeksche Waard werken. Dit vertaalt zich in een grote
uitgaande pendel.
Economische Agenda Zuidvleugel 2012-2015
De Zuidvleugel heeft voor komende jaren een agenda ontwikkeld om de economie te
stimuleren. Versterking vindt plaats langs de hoofdlijnen van: transitie Haven Industrieel
Complex, transitie Greenports, campus ontwikkeling en kennisintensieve zakelijke diensten.
Voor de Hoeksche Waard liggen er aanknopingspunten als het gaat om het havencomplex en
de Greenports.
Werken
Ontwikkeling economie
Naast de bedreigingen die de ontwikkelingen met zich meebrengen, liggen er ook kansen zoals
het benutten van de recreatief landschappelijke kwaliteiten, de biobased economie, de groei
van de zorgeconomie en het aantrekkelijke woonklimaat. De gunstige ligging van de Hoeksche
Waard tussen de sterke (economische) groeiregio’s Rotterdam en West-Brabant kan deze
kansen versterken. Het is daarbij van belang te profiteren van de uitstralingseffecten van deze
groeiregio’s.
Om optimaal in te kunnen spelen op de economische kansen, zijn reeds in 2012 regionale
economische doelen vastgelegd in de Sociaal Economische Visie met het bijbehorende
actieplan. Als uitwerking is in 2013 het uitgiftebeleid herijkt en worden er in 2014 afspraken
33
Economie
gemaakt over de programmering van bedrijventerreinen. Het verder uitvoeren van het
actieplan zal in 2015 opgepakt worden. Concrete economische kansen op het gebied van de
vrijetijdseconomie en bio-based economie worden door de regio opgepakt en verder met
betrokken (markt)partijen vormgegeven.
Verkeer
In 2014 is een regionaal Verkeer en Vervoerplan vastgesteld. In de periode 2015-2018 wordt
de uitvoering opgepakt.
Wat willen we bereiken?
Het programma economie richt zich op een slimme, duurzame en een landschappelijk
verantwoorde groei van de economie van de Hoeksche Waard. Daarnaast worden binnen het
programma Economie nieuwe financieringsvormen voor investeringen ontwikkeld voor de
vulling van het Regiofonds. Verkeer en bevorderen van de bereikbaarheid zijn andere
belangrijke onderdelen van het programma Economie.
Werken
− Versterking economische vitaliteit
− Ontwikkelen onderscheiden werkmilieus voor verschillende typen bedrijvigheid
− Ontwikkeling regionaal bedrijventerrein
− Door financiële ondersteuning van de betreffende stichting: het bevorderen van de
slagingskansen van beginnende ondernemers in de Hoeksche Waard
− Versterken van de agrarische sector
Verkeer
− Verbeteren in- en externe bereikbaarheid (auto, OV en fiets)
− Voldoen aan de eisen van duurzaam veilig
− Ontwikkelen van een samenhangend regionaal wegennet, met een duidelijke scheiding
tussen doorgaand en bestemmingsverkeer en tussen auto- en langzaam verkeer
− Terugdringen en voorkomen van ecologische en landschappelijke versnippering door wegen
Wat hebben we al?
Beleidsdocument
Economie
Structuurvisie Hoeksche Waard 2030
Uitvoeringsprogramma van de Structuurvisie
Hoeksche Waard 2010-2014
Verordening Regiofonds
Werken
Toekomstplan Glastuinbouw
Sociaal Economische Visie Hoeksche Waard
Uitvoeringsprogramma Sociaal Economische Visie
Hoeksche Waard
Herijking uitgiftebeleid
Verkeer
Regionaal Verkeer en Vervoerplan Hoeksche
Waard
Uitvoeringsprogramma Regionaal Verkeer en
Vervoerplan Hoeksche Waard
34
Tijdsperiode
Vastgesteld
2010-2030
2010-2014
2009
2010
2010-2030
2010
2012-2024
2012-2022
2012-2016
2012
2012
2012
2013-2022
2013
2012-2022
2014
2012-2016
2014
Economie
Wat gaan we daarvoor doen?
Concrete doelstelling
Activiteiten
Realisatie
(planning)
Werken en verkeer
Uitvoeren projecten nieuw
regionaal uitvoeringsprogramma
Diverse projecten op het gebied van 2015-2018
wonen, milieu en energie en
gebiedsontwikkelingen.
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
Economie
Werken
Verkeer en vervoer
CHW Informatieloket
bedrijven
CHW Mentorproject
Overige projecten E.Z.
Subtotaal uitgaven
Doorbelasting middelen
Totaal uitgaven
Inw onerbijdrage
Totaal baten
Saldo Baten en lasten
Economie
Regiofonds
Resultaat Economie
concept
Begroting
2014
w ijziging
MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2015
2016
2017
2018
22.99025.137-
48.4681.000-
15.000-
15.000-
15.000-
-
16.0002.25066.377-
8.0002.29059.758-
4.00019.000-
15.000-
15.000-
-
1.89468.271-
6.46066.218-
6.53025.530-
6.53021.530-
6.53021.530-
6.5306.530-
-
-
-
-
-
-
68.271-
66.218-
25.530-
21.530-
21.530-
6.530-
68.271
-
66.218
-
25.530
-
21.530
-
21.530
-
6.530
-
Toelichting
Algemeen
In 2014 wordt het nieuwe regionale meerjarenprogramma en uitvoeringsprogramma door de
raden vastgesteld. Deze vormen de basis voor de projecten die in de periode 2015-2018
worden uitgevoerd. Omdat deze nog bekend is, wordt in de begroting uitgegaan van het
doortrekken van de eerdere begrotingen.
Jaarrekening 2013 vs begroting 2015
De werkzaamheden m.b.t. verkeer en vervoer zijn afgerond in 2013. De subsidie m.b.t. het
mentorproject wordt afgebouwd en de lopende projecten bij werken worden in 2014 afgerond
Programmering bedrijfsterreinen en Agrocluster).
Begroting 2014 vs begroting 2015
Een aantal projecten zijn in 2013 gestart maar worden pas in 2014 afgerond. Het budget
hiervoor is overgeheveld vanuit 2013 waardoor de begroting 2014 t.o.v. 2015 beduidend
hoger is. Het betreft o.a. de projecten Programmering bedrijfsterreinen en Agrocluster.
35
Economie
36
Economie
Programma 6
BESTUUR
Het programma Bestuur is gericht op het ondersteunen van het bestuur van het
Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard bij de uitvoering van de regionaal afgesproken taken.
Een en ander conform de doelstellingen en taken zoals omschreven in de gemeenschappelijke
regeling.
De algemene hoofddoelstelling is het mogelijk maken van goed bestuur door een optimaal
verloop van de besluitvormingsprocessen en het beheren en zorg dragen voor, het daarbij
benodigde personeel, de middelen en faciliteiten.
Wat zijn de trends en ontwikkelingen?
Algemeen
In de Hoeksche Waard doen zich een aantal belangrijke trends en ontwikkelingen voor die
impact hebben op meerdere beleidsterreinen en die hoge eisen stellen aan de inzet van en
samenwerking tussen gemeenten in de Hoeksche Waard. Gedoeld wordt op de demografische
transitie, de economische stagnatie , een stagnerende woningmarkt, verdere decentralisatie
van taken en verantwoordelijkheden (sociaal domein) in de richting van de lokale overheden
onder gelijktijdige vermindering van de financiële middelen. Tevens wordt gewerkt aan de
versterking van de regionale samenwerking conform de aanbevelingen uit het in 2013 door
alle gemeenteraden vastgestelde rapport evaluatie regionale samenwerking. In 2014 zal
besluitvorming plaatsvinden door de gemeenten over de stappen die gezet moeten worden in
de richting van een definitieve samenwerkingsvorm (stip aan de horizon).
Meerjarenprogramma en Actualisering uitvoeringsprogramma 2015 -2018
Na de verkiezingen in maart 2014 zal een nieuw meerjarenprogramma worden opgesteld door
de gemeenteraden. Ook zal in het verlengde hiervan zal gewerkt worden aan een nieuw
uitvoeringsprogramma voor de periode 2015 -2018. Dit zal eind 2014 aan de raden ter
vaststelling worden aangeboden. Deze begroting is voor 2015 nog voor een belangrijk deel
gebaseerd op de in 2009/2010 vastgestelde structuurvisie Hoeksche Waard en het daarbij
behorende uitvoeringsprogramma. Bij het opstellen van het meerjarenprogramma en het
nieuwe uitvoeringsprogramma worden betrokken de lopende projecten en dossiers,
gesinaleerde trends en ontwikkelingen en de mede hieruit voortvloeiende (centrale) opgaven.
Bij de totstandkoming van het uitvoeringsprogramma zal ook nadrukkelijk het maatschappelijk
veld en het bedrijfsleven worden betrokken. Het nieuwe uitvoeringsprogramma zal t.z.t
worden doorvertaald naar de meerjarenbegroting.
Dialoogtafel /demografische ontwikkeling
Om ervoor te zorgen dat de sociaal-economische vitaliteit in de HW ook op langere termijn
behouden blijft is vanuit het SOHW een proces (dialoogtafel) op gang gebracht met het doel
om samen met het maatschappelijk middenveld en de bedrijfsleven de ongewenste effecten
te beperken en om de aanwezige kansen en kwaliteiten te benutten. Onderkend is daarbij dat
het gezamenlijk optrekken van betrokken partijen in de HW i.c. het Rijk, de provincie en zo
mogelijk de omliggende stedelijke regio’s, van cruciaal belang is.
In 2014 vindt besluitvorming plaats over de belangrijkste opgaven voor de komende jaren, de
daaruit voortvloeiende uitvoeringsagenda en de manier waarop alle betrokken partijen daar
aan kunnen bijdragen. De uitkomsten hiervan dienen als input voor het op te stellen
meerjarenprogramma en de te actualiseren uitvoeringsprogramma 2015 -2018
Regionale samenwerking
Eind 2013 is het onderzoek naar de regionale samenwerking afgerond. Het evaluatie rapport is
vastgesteld door de gemeenteraden en ook behandeld in het algemeen bestuur van het SOHW.
Dit heeft geleid tot een aantal concrete aanbevelingen om de regionale samenwerking binnen
37
Bestuur
het kader van het SOHW te versterken. De gemeenteraden hebben zich op 18 december 2013
uitgesproken over de toekomstige samenwerkingsvorm. De komende jaren praten de
gemeenten over de verdere vormgeving van de regionale samenwerking. Parallel daaraan
wordt door het SOHW gewerkt aan een verbetering van de regionale samenwerking conform
de aanbevelingen uit het rapport ERS. Onderwerpen die daarbij in beeld komen zijn:
-
inzetten op procesregie om de kwaliteit van de beleidsprocessen en de transparantie
van de samenwerking te vergroten
implementatie van het begrip “opgaven gestuurd werken”
vergoten slagvaardigheid
vergroten betrokkenheid van het maatschappelijk veld
inrichting en bemensing van het bureau SOHW afstemmen op de kerntaken
investeren in een brede samenwerking o.a. oriëntatie op de regio’s buiten de Hoeksche
Waard
Veranderende verhouding overheid ten opzichte van maatschappelijke organisaties,
bedrijfsleven en burgers
De trends en ontwikkelingen in de maatschappij, mede gevoed door de economische crisis, de
bezuinigingen bij de overheid, de actieve participerende rol van burgers en het
maatschappelijk veld vragen om een andere taak en rolopvattingen van de overheid. Ook het
SOHW en de gemeenten zullen zich hierop gaan bezinnen. Dit vraagt de komende jaren een
positiebepaling en het maken van afspraken bij de verdere concretisering van de opgaven
waar de regio voor komt te staan. Deze bezinning zal gaan plaatsvinden oa. binnen het kader
van de totstandkoming van een nieuwe uitvoeringsprogramma.
Financiele middelen
Bij de voorbereiding van het nieuwe uitvoeringsprogramma zal ook worden bezien op welke
manier de opgaven voor de komende jaren uitgevoerd en gefinancierd kunnen worden. Dit
mede gezien de steeds krappere budgetten voor investeringen, beheer en onderhoud. Nieuwe
mechanismen en verdienmodellen zijn noodzakelijk. Van belang daarbij is dat wordt ingespeeld
op de veranderende positie van de overheid in relatie tot andere betrokken partijen. De
insteek daarbij zal zijn een gezamenlijke aanpak en verantwoordelijkheid van alle betrokken
partijen en het maken van goede afspraken over verdeling van taken, rollen en financiering.
Integratie programma’s Samenleving en Veiligheid
De inkomsten en uitgaven binnen de programma’s Samenleving en Veiligheid zijn niet geheel
in begroting geïntegreerd. Deze zijn grotendeels opgenomen in de gemeentebegrotingen. Wel
zijn voor het programma Samenleving opgenomen de uitgaven voor het project
“Decentralisaties” alsmede de inzet van de programmamanager samenleving. Voor het
programma Veiligheid zijn middelen opgenomen voor het Uitvoeringsprogramma Integrale
Veiligheid. Tevens is rekening gehouden met de inzet van de programmamanager veiligheid.
Externe oriëntatie
Regio’s concurreren in zekere mate met elkaar. Profilering naar buiten is belangrijk voor de
vitaliteit van de Hoeksche Waard. In overeenstemming met de Structuurvisie Hoeksche Waard,
wil het gebied een groene long zijn voor de Randstad (Zuidvleugel). Het bestuur zet de
ingezette lijn voort om zich nadrukkelijker over de grenzen van de Hoeksche Waard te
manifesteren. De contacten die in 2012/2013 zijn gelegd met de regio’s AlblasserdwaardVijfheerenlanden, Drechtsteden, Goeree-Overflakkee, Voorne-Putten en de BAR-gemeenten,
zullen worden voortgezet.
Wat willen we bereiken?
Het programma Bestuur en Middelen faciliteert en coördineert de inhoudelijke programma’s
met als doel oplossingen te bieden voor deelprogramma overstijgende probleemstellingen.
De doelstellingen zijn:
38
Bestuur
•
•
•
•
•
•
Het verder ontwikkelen van de samenwerking tussen de gemeenten en met andere externe
overheden en partijen mede voortvloeiend uit de door de raden eind 2013 vast te stellen
toekomstvisie.
Optimale strategische positionering van de Hoeksche Waard.
Het ontwikkelen van nieuwe financieringsvormen en verdienmodellen ten bate van het
Regiofonds
Het versterken van het imago (aantrekkelijkheid en bestuurskracht) van de Hoeksche
Waard door externe communicatie
Planning en control van alle activiteiten van het samenwerkingsorgaan inclusief het beheer
van het Regiofonds.
De bestuursondersteuning dient zorg te dragen voor een geolied en goed samenwerkend
werkveld wat bestaat uit de vijf aan de beleidsdomeinen gekoppelde Pfo’s, het Dagelijks en
Algemeen Bestuur.
Wat hebben we al?
Beleidsdocument
Tijdsperiode
Startnotitie evaluatie regionale samenwerking
Projectopdracht dialoogtafel en concept
startdocument
Projectopdracht meerjarenprogramma /
uitvoeringsprogramma 2015 - 2018
Vastgesteld
2013
2013
2013
Wat gaan we daarvoor doen?
Concrete doelstelling
Activiteiten
Faciliteren van regionaal
bestuurlijk overleg
Optimale positionering
Hoeksche Waard in extern
krachtenveld.
SOHW “in control”
Pfo’s, DB, AB en raadsledenoverleg
Hoeksche Waard
Strategische beleidsadvisering
nieuwe ontwikkelingen
Begroting, marap en jaarverslag
Half jaarlijks
Kaderstellende rol raden
Opstellen meerjarenprogramma /
uitvoeringsprogramma 2015 -2018
2014
Versterken regionale
samenwerking / uitwerking
aanbevelingen rapport ERS
Inzicht in de inkomsten en
uitgaven van het Regiofonds
Bevorderen samenwerking
met maatschappelijke
organisaties / bedrijfsleven
Opstellen plan van aanpak
Uitvoering plan van aanpak
2014 e.v.
Beheer Regiofondsen verkenning
nieuwe financieringsvormen
Structureel overleg SOHW met
maatschappelijke organisaties
Coordinatie en afstemming
beleidsprocessen / projecten
Afronding/besluitvorming over
project dialoogtafel / transitieatlas
Integratie binnen het
uitvoeringsprogramma 2015-2018
Persberichten, nieuwsbrieven en
websitebeheer
Doorlopend
Mede vormgeven
demografische transitie in
samenwerking met alle
betrokken partijen
Communiceren van
activiteiten van het SOHW
39
Realisatie
(planning)
Doorlopend
Doorlopend
2x per jaar
2014 e.v.
Elk kwartaal
Bestuur
Wat mag het kosten?
concept
Jaarrek
2013
concept
Begroting
2014
wijziging
MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting MJ Begroting
2015
2016
2017
2018
Bestuur
Bestuurskosten
Bestuursondersteuning
Subtotaal uitgaven
30.757529.322560.079-
34.543583.485618.028-
592.831592.831-
15.570592.831608.401-
592.831592.831-
592.831592.831-
Doorbelasting middelen
70.628-
73.709-
74.480-
74.480-
74.480-
74.480-
630.707-
691.737-
667.311-
682.881-
667.311-
667.311-
682.537
713.565
682.537
713.565
712.621
712.621
712.621
712.621
712.621
712.621
712.621
712.621
51.830
21.828
45.310
29.740
45.310
45.310
Totaal uitgaven
Inwonerbijdragen
bijdrage derden
Totaal baten
Saldo Baten en lasten
Bestuur
algemene reserve
Regiofonds
Resultaat Bestuur
-872
50.958
34.543
-56.371
-
-45.310
-
-29.740
-
-45.310
-
Toelichting
Jaarrekening 2013 vs begroting 2015
In 2013 is het project Dialoogtafels gestart en dat wordt in 2014 afgerond. In de begroting
wordt voor de salariskosten uitgegaan van de vastgestelde formatie, bij de jaarrekening zijn
de werkelijke gemaakte kosten verantwoord.
Begroting 2014 vs begroting 2015
Geen bijzonderheden.
40
Bestuur
-45.310
-
Financiële specificatie
Inleiding
Het Besluit begroting en verantwoording schrijft voor dat de financiële begroting ten minste
moet bestaan uit:
• een overzicht van baten en lasten en de toelichting;
• de uiteenzetting van de financiële positie en de toelichting.
met aandacht voor:
• de gronden waarop de raming is gebaseerd;
• een verklaring van de aanmerkelijke verschillen ( rekening en Begroting 2014);
• de incidentele baten en lasten.
• Investerings- en financieringsstaat
• Het verwachte EMU-saldo
41
Financiële specificatie
42
Financiële specificatie
1. Overzicht van baten en lasten
2015
2016
2017
2018
Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Ruimte
-98
0
-98
-90
0
-90
-98
0
-98
-18
0
-18
Landschap
-201
63 -138
-188
63 -124
-167
63 -104
-167
63
-104
Samenleving
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Veiligheid
-8
8
0
-8
8
0
-8
8
0
-8
8
0
Economie
-26
0
-26
-22
0
-22
-22
0
-22
-7
0
-7
Bestuur
-667
713
45
-683
713
30
-667
713
45
-667
713
45
Resultaat voor -1.000
784 -216
-990
784 -206
-962
784 -178
-867
784
-83
betemming
Mutaties in reserves
216
216
206
206
178
178
83
83
Resultaat na
-1.000 1.000
0
-990
990
0
-962
962
0
-867
867
0
bestemming
Toelichting:
De lasten en baten van de programma’s Samenleving en Veiligheid zijn niet (geheel)
geïntegreerd in deze begroting. In het komende jaar zal duidelijk moeten worden welke taken
en bijbehorende budgetten van deze programma’s onder de verantwoording van de
Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard uitgevoerd gaan
worden.
1.1. Gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd
In het volgende overzicht worden de belangrijkste uitgangspunten voor de Meerjarenbegroting
2015-2018 weergegeven
In de begroting 2015 zijn financieel de volgende uitgangspunten gehanteerd:
• de Begroting 2015 is op basis van de vastgestelde Begroting 2014 gemaakt waarbij
rekening is gehouden met het door het Dagelijkse bestuur genomen besluit met
betrekking tot prioriteren van projecten naar aanleiding van de Burap 2012 en een
nader inschatting c.q. beoordeling van de vulling van het Regiofonds;
• de inwonerbijdrage is niet verhoogd;
• de salarissen begroot o.b.v. de vastgestelde formatie en berekend met de meest
recente gegevens;
• de kosten van projecten zijn niet verhoogd;
• de projectkosten zijn netto opgenomen;
• Verdeelstaat totale projectkosten:
inhoudelijk product
75%
projectleiding
20%
communicatie
5%
43
Financiële specificatie
2. Reservering Regiofonds
Regiofonds
Doel
Het beheren van het Regiofonds Hoeksche Waard bestemd voor het dekken van de kosten van
de projecten uit het Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Hoeksche Waard 2011-2015 en
zoals opgenomen in de programma’s Ruimte, Landschap en Economie.
De vulling van het Regiofonds met vaste, variabele en incidentele bijdragen door de
gemeenten beheren en de uitgaven en inkomsten administratief vastleggen. De precieze
invulling en regels met betrekking tot de uitgaven zijn opgenomen in de Verordening
Regiofonds Hoeksche Waard.
Het Regiofonds is gevormd bij de jaarrekening 2010 Commissie Hoeksche Waard (ZHZ) uit de
vrijvallende middelen BWS.
Saldo
concept
Rekening
concept
MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting
wijziging
2014
2015
2016
2017
2018
Regiofonds
2012
Lasten
Totaal programma/projecten kosten
2013
Totaal ontrekking
Baten
Vaste bijdrage inwoner
Variabele bijdrage locale ontwikkelingen
448.268
Totaal bijdragen
resultaat/jaar
Restultaat (cumulatief)
533.503
448.268
378.174
216.211
206.311
178.131
82.851
378.174
216.211
206.311
178.131
82.851
201.860
201.860
72.500
201.860
pm
201.860
pm
201.860
pm
198.390
201.860
274.360
201.860
201.860
201.860
249.878283.625
176.314107.311
58.149
165.460
4.451161.009
23.729
184.738
119.009
303.747
198.390
De structurele inkomsten en uitgaven in het Regiofonds zijn vanaf 2016 redelijk in evenwicht.
Toch blijft het saldo van het Regiofonds een risico waarop streng gemonitoord moet worden.
44
Financiële specificatie
3. Geprognosticeerd financieringsoverzicht Begroting 2015
Programmabegroting 2015
VermeerdeGeraamde
Geraamde stand
ringen
Vermindering mutaties 2015
31-12-2015
Stand op
1-1-2015
Vaste activa
Immateriële vaste activa
Materiële vaste activa
Financiële vaste activa
geinvesteerde m iddelen lang
Vaste financieringsm iddelen
Eigen vermogen
1.1 Algemene reserve
1.2 Regiofonds
Resultaat
eigen v erm ogen
Voorzieningen
2.1 Renterisico BW S
110.001
9.981
119.983
128.720
107.311
236.031
-
-
1.109
1.109
274.360
216.211
274.360
216.211
58.149
-
128.720
165.460
294.180
58.149
voorzieningen
-
-
-
-
Langlopende schulden
langlopende schulden
-
-
-
-
-
Financieringsaldo lang
Vastgelegd in:
Vorderingen ( Debiteuren)
Vlottende passiva
Overlopende activa
Overlopende passiva
Banksaldo
-
110.001
8.872
118.874
-
Beschikbare m iddelen lang
-
1.1091.109-
-
236.031
274.360
216.211
58.149
294.180
116.048-
274.360-
215.102-
59.258-
175.306-
-
312.436
196.957227.575
255.24887.500
175.306
312.436
256.215227.575
255.24887.500
116.048
59.258
-
59.258
4. Verklaring verschillen Begroting 2015 en Begroting 2014
Het verschil tussen de Begroting 2015 en de Begroting 2014 wordt veroorzaakt voor het
overgrote deel door het Uitvoeringsprogramma van de Structuurvisie en de prioritering hierin.
Daarnaast is in 2013 enige vertraging in de uitvoering van projecten ontstaan. Deze worden in
2014 verder uitgevoerd.
De verschillen per programma zijn bij de programma’s toegelicht.
45
Financiële specificatie
5. Inwonerbijdrage
Onderstaand wordt een specificatie gegeven van de opgenomen baten met betrekking tot de
bijdrage per inwoner van de gemeenten. De algemene inwonerbijdrage bedraagt vanaf 2014
€ 9,01. Deze geldt ook voor de Begroting 2015.
Naast de algemene inwonerbijdrage wordt een bedrag van € 2,39 per inwoner in rekening
gebracht als vaste bijdrage aan het Regiofonds (zie Reservering Regiofonds). Dit was het
aandeel groen/blauw in de ‘oude’ inwonerbijdrage Commissie Hoeksche Waard.
Conform besluit ‘Inrichting ambtelijke organisatie ten behoeve van de ondersteuning van de
GR-SOHW’ van april 2011 wordt de inwonerbijdrage vanaf 2014 verhoogd ter dekking van de
in 2011 vastgestelde formatie. In 2013 heeft er een analyse op de omvang van de benodigde
ambtelijke capaciteit plaatsgevonden. Deze heeft geleidt tot bijstelling van de formatie In de
begroting 2012 was ten opzichte van de inwonerbijdrage 2010 al een korting van 10%
toegepast.
Overzicht inwonerbijdrage
Inwonerbijdrage
Inw onerbijdrage
Inw onerbijdrage tbv regiofonds
Totaal
Begroting
2014
761.830
Begroting
2015
761.830
Begroting
2016
761.830
Begroting
2017
761.830
Begroting
2018
761.830
201.860
963.690
201.860
963.690
201.860
963.690
201.860
963.690
201.860
963.690
Begroting
2014
tbv projecten Economie
tbv Ruimte
tbv Landschap
Totaal tbv projecten
Begroting
2015
Begroting
2016
Begroting
2017
Begroting
2018
48.265
49.209
49.209
49.209
49.209
48.265
49.209
49.209
49.209
49.209
Toelichting:
Basis van de inwonerbijdrage is dat de ‘vaste’ lasten, zoals personeelskosten, algemene kosten
en bestuurkosten gedekt kunnen worden ook als er geen dekking uit projecten gerealiseerd
kan worden.
Bijdrage per gemeente
Binnenmaas
Cromstrijen
Korendijk
Oud-Beijerland
Strijen
Totaal
Inwoners MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting MJ begroting
1-1-2014
2014
2015
2016
2017
2018
28.717
327.309
327.309
327.309
327.309
327.309
12.739
145.196
145.196
145.196
145.196
145.196
10.702
121.979
121.979
121.979
121.979
121.979
23.715
270.297
270.297
270.297
270.297
270.297
8.678
98.910
98.910
98.910
98.910
98.910
84.551
963.690
963.690
963.690
963.690
963.690
46
Financiële specificatie
6. Incidentele baten en lasten
INCIDENTEEL
Ruimte
Landschap
Samenleving
Veiligheid
Economie
Bestuur
2015
2016
2017
Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Lasten Baten
58585858583232181814-
15104-
Regiofonds
104-
14
14
1510414
90-
1516106106-
4
4
15161064
102-
158787-
2424-
(x € 1,000)
2018
Saldo Lasten Baten Saldo
58141414-
158724110-
1414-
119119-
De begroting van de gemeenschappelijke regeling is gebaseerd op het aantal opgenomen
projecten welke gefinancierd worden vanuit gemeentelijke bijdragen en worden gerealiseerd
onder toezicht van het bestuur. Daarmee is in feite een zeer groot deel van de begroting van
de gemeenschappelijke regeling incidenteel op de bestuurskosten en enkele reguliere
activiteiten bij de overige programma na.
47
Financiële specificatie
14119133-
7. EMU-saldo
Op grond van het aangescherpte Stabiliteits- en Groeipact dienen overheden in Europees
verband zich te houden aan de Europese begrotingsafspraken. Het Rijk wil zodoende meer
‘grip’ op het EMU-saldo en de schuldpositie van decentrale overheden. Ook lagere overheden
moeten bijdragen aan het begrotingstekort van de collectieve sector. De voorgenomen
investeringen van gemeenschappelijke regelingen maken deel uitmaken van de gemeentelijke
opgave.
Berekening EMU-saldo Gemeenten en Provincies
Vraag
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c .q. onttrekking
uit reserves (zie BBV, artikel 17c ).
2+
3+
Afsc hrijvingen ten laste van de exploitatie.
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van
de exploitatie.
Investeringen in (im)materiële vaste ac tiva die op de
balans worden geac tiveerd
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese
Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn
verantwoord en niet al in mindering zijn gebrac ht bij
post 4
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa:
Baten
uit desinvesteringen in (im)materiële vaste ac tiva
(tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitatie
verantwoord
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-,
woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die
niet op de exploitatie staan)
45+
6+
7-
8+
910 -
11 -
2014
2015
2016
2017
2017
volgens
volgens
volgens
volgens
volgens
meerjarenrami meerjarenrami meerjarenrami meerjarenrami meerjarenrami
ng (* € 1.000) ng (* € 1.000) ng (* € 1.000) ng (* € 1.000) ng (* € 1.000)
Baten bouwgrondexploitatie:
Baten voorzover
transacties niet op exploitatie verantwoord
Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze
transacties met derden betreffen
Lasten ivm transacties met derden, die niet via de
onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar
rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief
fondsen en dergelijke) worden gebrac ht en die nog niet
vallen onder één van bovenstaande posten
Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen.
Berekend EMU-saldo
48
-413
1
-216
1
-206
1
-178
1
-83
1
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
-412
-215
-205
-177
-82
Financiële specificatie
Paragrafen
In de begroting zijn in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot
relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen. Het Besluit Begroting en
Verantwoording (de BBV) schrijft een verplicht aantal paragrafen voor, tenzij het
desbetreffende aspect niet aan de orde is.
Voor het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard zijn de paragrafen Weerstandsvermogen,
Financiering, Instandhouding kapitaalgoederen en Bedrijfsvoering van toepassing.
49
Paragrafen
50
Paragrafen
Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing
1. ALGEMEEN
1.1 Inleiding
Onder weerstandsvermogen wordt verstaan het vermogen van de gemeenschappelijke
regeling om toekomstige onverwachte tegenvallers op te vangen, zonder dat een dergelijke
tegenvaller directe consequenties heeft voor haar huidige beleid en/of daaraan verbonden
activiteiten.
Het weerstandsvermogen is van belang voor de mate waarin risico’s, waarvoor geen
voorzieningen zijn getroffen of waarvoor geen verzekeringen zijn afgesloten, kunnen worden
opgevangen.
Om de relatie tussen de risico’s die de gemeenschappelijke regeling loopt en het noodzakelijke
weerstandsvermogen in kaart te brengen zijn de risico’s geïnventariseerd en geclassificeerd
naar:
•
het schadebedrag van mogelijke risico’s;
•
de inschatting dat het zich vooral zal doen.
1.2 Beleid
Geconcludeerd is dat de risico’s gerelateerd zijn aan het vaste organisatiedeel en het
projectendeel van de organisatie. In het algemeen kun je stellen dat als de projecten geen
doorgang vinden er ook geen project gerelateerde risico’s zijn. Immers, op wat voorbereidende
handelingen na, wordt er pas met een project gestart als er financieringsbronnen (subsidie)
zijn toegezegd. Dus hiermee is feitelijk primair het eerste risico afgedekt.
Daarnaast worden de projecten gefinancierd vanuit het regiofonds. Als het Regiofonds
ontoereikend blijkt te zijn, worden de projecten heroverwogen en zodanig geprioriteerd, dat
het regiofonds toereikend is.
Ten slotte is het niet noodzakelijk om maatschappelijk geld van de deelnemende gemeenten in
een projectenorganisatie op een rekening te storten, als diezelfde deelnemende gemeenten
verplicht zijn om er steeds zorg voor dragen dat het openbaar lichaam te allen tijden over
voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen.
Immers, in geval van opheffing van het openbaar lichaam worden de rechten en verplichtingen
van het lichaam verdeeld over de deelnemers.
Gelet op bovenstaande overwegingen is bepaald dat de totale risicowaarde van de
geïnventariseerde risico’s met de volgende drietrap wordt afgedekt.
Primaire dekking
Projecten worden pas opgestart als de financiering van de opgenomen projecten zijn afgedekt
en goedgekeurd door het dagelijks bestuur.
Secundaire dekking
De risicowaarde van organisatie-gerelateerde risico’s worden gedekt vanuit de algemene
reserve en het budget voor onvoorzien. De risicowaarde van de project-gerelateerde risico’s
worden voor zover als mogelijk gedekt vanuit de vaste bijdragen in het Regiofonds dat tot het
weerstandsvermogen wordt gerekend. Bij een ontoereikend regiofonds worden de projecten
zodanig opnieuw geprioriteerd dat het regiofonds wel toereikend is.
Tertiaire dekking
In de situatie dat, door het zich voordoen van een risico, de liquiditeit ontoereikend is om aan
al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen, zijn gemeenten verplicht om een
aanvullende bijdrage te doen.
51
Paragraaf Weerstandsvermogen
Beheersen risico’s
Binnen de organisatie is er sprake van ‘eenvoudig’ risicomanagement. De organisatie is zich
bewust dat risico’s een expliciet onderdeel zijn van de afwegingen bij beslissingen. Bij de
invulling van het risicomanagement wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de bestaande
beheerstechnieken en instrumenten. Ten behoeve van de begroting zijn de risico’s uitgebreid
geïnventariseerd.
2. Risico’s
In het Besluit Begroten en Verantwoorden 2004 is als minimum eis opgenomen dat in de
weerstandsparagraaf alle risico’s worden opgenomen, die tot op het moment van aanbieden
van de begroting en meerjarenraming bij het algemeen bestuur bekend zijn.
Inventarisatie
Voor de begroting 2015 zijn na inventarisatie de volgende risico’s geclassificeerd.
Kans
Hoog
Gemiddeld
Laag
Risico
Kritiek
-
Verzekeringen
-
Financiering
subsidiemogelijkheden
Beduidend
Gering
- Regionale
samenwerking
- Financiering
subsidievoorwaarden
- Exploitatie Veerpont
De totale risicowaarde van de geïnventariseerde risico’s bedraagt per januari 2014 circa
€ 209.000. Bestaande uit : Organisatie gerelateerde risico's
€ 93.750
Project gerelateerde risico's
€ 115.000
De risico’s worden ingedeeld in:
Politieke risico’s
Financiële risico’s
Bedrijfsvoering risico’s
Politieke risico’s
Regionale samenwerking ( Beduidend, Gemiddeld)
Binnen de deelnemende gemeenten van de Hoeksche Waard liggen meerdere activiteiten op
het gebied van regionale samenwerking. Mede onder invloed van de kabinetsplannen om
gemeenten onder de 100.000 inwoners te dwingen tot fuseren, is er een brede evaluatie
gedaan over de samenwerking binnen de Hoeksche Waard. De uitkomst van deze evaluatie is
dat de Hoeksche Waardse gemeenten met uitzondering van de gemeenten Binnenmaas en
Korendijk in de nabije toekomst willen samengaan. Deze ontwikkeling kan effect hebben voor
het takenpakket van de GR.
52
Paragraaf Weerstandsvermogen
Financiële risico’s
Financiering –variabele inkomsten/subsidiemogelijkheden (Gering, Hoog)
Vanwege de onzekere economische situatie en de bezuinigingen vanuit het Rijk zijn subsidies
onzeker geworden. Projecten worden niet eerder gestart nadat de subsidie zeker is. De vinger
wordt de komende tijd aan de pols gehouden.
Financiering –subsidie voorwaarden ( Gering, Gemiddeld)
Een groot deel van de projecten van het SOHW wordt gefinancierd doormiddel van externe
subsidies. Toekenning van de subsidie is afhankelijk van in hoeverre het projectresultaat
voldoet aan de subsidievoorwaarden. Bij niet voldoen kan de subsidie niet verstrekt worden of
worden verminderd. Subsidiegevers zijn in toenemende mate strikter bij de controle van de
naleving van de subsidievoorwaarden.
Exploitatie veerpont ( Gering, Laag)
Het contract met de exploitant van de veerpont loopt in 2016 af. Doordat de veerpont
economisch eigendom is van de exploitant, is het risico aanwezig, dat deze de veerpont met
het einde van het contract in zicht, niet op de juiste wijze onderhoud. Voor de pont is van de
provincie wel een subsidie ontvangen onder de voorwaarde, dat de pont de komende vijf jaren
in de vaart blijft. In 2015 zal beoordeeld worden of het contract onder dezelfde voorwaarden
wordt doorgezet.
Bedrijfsvoering risico’s
Verzekeringen SOHW (Beduidend, Hoog)
De SOHW is eigen risicodrager op het gebied van ziekte. Als medewerkers langdurig ziek
worden, kan dit effecten hebben voor de continuïteit van het werkproces. Vervolgens kan dit
een behoorlijke financieel nadeel opleveren. Gestreefd wordt om de medewerkers van SOHW
onder te brengen bij een verzekering van de gemeenten.
3. WEERSTANDSCAPACITEIT
De weerstandcapaciteit wordt berekend door de saldi van het vrije deel van de algemene
reserve, reserves zonder vastgesteld bestedingsdoel, de vaste gemeentelijke bijdrage in het
regiofonds en de rekening voor onvoorzien bij elkaar op te tellen.
Weerstandscapaciteit
2014
2015
2016
2017
( x € 1.000)
2018
Vrij aanw endbare deel van de algemene reserve
Onvoorzien
Weerstandscapaciteit tbv. organisatiedeel
112
25
137
129
25
154
129
25
154
129
25
154
129
25
154
Vaste bijdragen regiofonds
Weerstandscapaciteit tbv. projectendeel
202
202
202
202
202
202
202
202
202
202
339
356
356
356
356
Totale weerstandscapaciteit
Zowel voor de organisatie gerelateerde risicowaarde ( € 93.750) als de project gerelateerde
risicowaarden ( € 115.000) is de weerstandscapaciteit toereikend.
53
Paragraaf Weerstandsvermogen
54
Paragraaf Weerstandsvermogen
Paragraaf financiering
1. Algemeen
In deze paragraaf wordt inzicht verschaft in de financiële positie op het gebied van
financiering. Volgens de Wet fido mag de financieringsfunctie uitsluitend de publieke taak
dienen. Verplichte onderdelen zijn de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.
1.1
Ontwikkelingen
Eind 2012 werd geconstateerd dat de BNG niet bereid was om geldlening te verstrekken omdat
de kredietwaardigheid van de GR als onvoldoende werd beoordeeld. Reden hiervan was, dat
er geen expliciete bepaling in de GR was opgenomen die de aansprakelijkheid regelt van de
deelnemers aan een openbaar lichaam bij insolvabiliteit.
De BNG was pas bereid om een krediet in de rekening-courant te verstrekken als de GR
voldoet aan de voorwaarden zoals verwoord in de "Circulaire aansprakelijkheid voor schulden
van openbare lichamen op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen" of als één (of
meerdere) van de deelnemende gemeenten een garantie heeft afgegeven voor het krediet in
de rekening-courant.
In 2013 is er een voorstel gedaan om de gemeenschappelijke regeling aan te passen.
2.1 Kasgeldlimiet
Aangegeven dient te worden in welke mate de gemeenschappelijke regeling risico loopt bij het
eventueel aantrekken van kortlopend geld. De door het rijk bepaalde norm is 8,5% van de
begrotingsomzet.
Naar verwachting wordt de kasgeldlimiet niet overschreden en voldoet daarmee aan de
wettelijke normen.
3.2 Renterisiconorm
Hiermee worden de renterisico’s in beeld gebracht die de gemeenschappelijke regeling loopt bij
het omzetten of opnemen van vaste schulden. De norm die gehanteerd wordt is 20% van het
begrotingstotaal van het betreffende jaar met een minimum van € 2,5 miljoen.
55
Paragraaf Financiering
De Gemeenschappelijke regeling heeft geen langlopende vaste geldleningen.
56
Paragraaf Financiering
Paragraaf Bedrijfsvoering
1. Inleiding
Het welslagen van programma’s en de uitvoering van de opgenomen taken is in belangrijke
mate afhankelijk van de kwaliteit van de bedrijfsvoering
2. Beleidskader
De juridische en beleidsmatige kaders voor de uitvoering van de taken van de
gemeenschappelijk regeling zijn opgenomen in de diverse in 2010 vastgestelde regelementen
en verordeningen. Voor wat betreft de inrichting van ambtelijke organisatie wordt daarbij
uitgegaan van het rapport inrichting ambtelijke organisatie (vastgesteld door het AB) en het
door het DB vastgestelde rapport over de inrichting van het bureau van het SOHW. Een
belangrijk gegeven is verder het rapport inrichting bestuurlijke organisatie en de daarin
beschreven werkwijzen.
In 2013 is de regionale samenwerking in de Hoeksche Waard en binnen het kader van de
gemeenschappelijke regeling SOHW geëvalueerd. Het evaluatie rapport is vastgesteld door de
gemeenteraden en ook behandeld in het algemeen bestuur van het SOHW. Dit heeft geleid tot
een aantal concrete aanbevelingen om de regionale samenwerking binnen het kader van het
SOHW te versterken. In het Meerjarenuitvoeringsprogramma 2015 – 2018 voor de regionale
samenwerking worden de aanbevelingen voor versterking van de regionale samenwerking
uitgewerkt. In dat kader zullen de inrichting van de ambtelijke organisatie en die van het
bureau SOHW opnieuw tegen het licht worden behouden.
Voor de uitvoering van de werkzaamheden verband houdend met planning en
controlinstrumenten is ingaande 1 januari 2011 voor onbepaalde duur een
dienstverleningsovereenkomst gesloten met de gemeente Oud-Beijerland. Met de gemeente
Binnenmaas is overeengekomen dat die gemeente per 1-1-2011, voor SOHW de
werkzaamheden verricht met betrekking tot P en O taken. Deze overeenkomsten zullen in
2015 worden gecontinueerd.
3. Personeel
Voor wat betreft de personele bezetting in 2014 is op basis van de vastgestelde kaders voor de
inrichting van de ambtelijke organisatie uitgegaan van de werkelijke vaste formatie. De hierbij
behorende formatie is in onderstaande tabel aangegeven.
In onderstaand overzicht wordt inzicht gegeven in de personeelsformatie zoals vermeld in het
rapport inzake de inrichting van de ambtelijke organisatie van maart 2011 en de huidige
werkelijke formatie.
57
Paragraaf Bedrijfsvoering
Formatieoverzicht
Vastgesteld (inrichting ambtelijke organisatie 2011)
Functie
B-GR
Opgenomen in Begroting 2014 ev
Gemeenten fte
regiosecretaris
1,00
1,00
secretaris tevens plv. regiosecretaris
0,50
0,89
programmamanager/secretaris ruimte
0,60
0,60
programmamanager/secretaris economie
0,40
0,40
programmamanager/secretaris landschap
0,40
0,40
programmamanager/secretaris samenleving
0,60
0,60
programmamanager/secretaris veiligheid
0,25
0,25
communicatie-adviseur
0,80
0,80
secretaresse
0,80
0,80
financieelmedewerker
Heroverwegingsopgave (taakstellende
bezuiniging,)
0,30
-0,30
regionaal medewerker jeugd
0,40
regionaal medewerker volksgezondheid
0,60
regionaal medewerker rampenbestr.
0,50
regionaal preventist1)
1,00
Personeel:
5,35
Heroverwegingsopgave (taakstellende
bezuiniging,)
-0,60
proces-en senior projectm. Landschap
0,55
projectleider landschap
0,50
projectleider vlietproject
0,40
procesmanagement wonen
0,45
2,50
5,74
0,69
procesmanagement ruimte
0,50
Personeel tlv projecten:
1,80
0,00
0,67
Totaal personeel
7,15
2,50
6,41
Het saldo van de totale salariskosten minus de dekking vanuit het programma’s Landschap
(projectleider) komt ten laste van het programma Bestuur.
Van de algemene inwonerbijdrage wordt een deel van de bijdrage aangewend voor
personeelskosten (projectleider Landschap) van het Uitvoeringsprogramma van de
Structuurvisie Hoeksche Waard zodat, mocht er geen bijdrage uit projecten geleverd worden,
deze kosten toch gedekt zijn.
Als gevolg van deze systematiek kan het saldo van het programma Bestuur fluctueren
afhankelijk van de hoeveelheid uit te voeren projecten.
4. Informatie en communicatie
In het voorjaar 2012 is een strategische communicatieaanpak afgerond. Hierin staat de
ambitie van SOHW beschreven met de daaraan gekoppelde communicatieaanpak. In het plan
is een verdeling gemaakt tussen de communicatietaken van SOHW zelf (corporate
communicatie), de communicatietaken van de projecten die onder SOHW ressorteren
(projectcommunicatie) en van de rol die de gemeenten in de communicatie hebben. Ook de
interne communicatie wordt benoemd net als communicatie strategie en -doelstellingen,
1
In het spoor van regionalisering van de brandweer zal nog duidelijk worden hoe we hiermee om zullen gaan.
58
Paragraaf Bedrijfsvoering
communicatieboodschap, doelgroepen en afzender, communicatiemiddelen en -activiteiten.
Het inzetten van de diverse websites* in beheer van SOHW en een op te starten en toe te
passen 'social media' beleid zal hiertoe veelal ondersteuning kunnen bieden. Vanuit projecten
zal er waar nodig worden ingezet op conferenties en bijeenkomsten.
* De website van het Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard biedt dezelfde informatie als
hetgeen werd aangeboden via de website van de Commissie Hoeksche Waard en is in
meerdere opzichten uitgebreid. Agenda's en bijbehorende stukken van openbare
vergaderingen zijn hier terug te vinden. Stukken gerelateerd aan niet-openbare vergaderingen
zijn middels een inlogcode te bereiken (extranet). Zaken over beleidsvorming en uitvoering
van diverse projecten die samenhangen met het Nationaal Landschap Hoeksche Waard worden
eveneens op deze website aangeboden. De meer recreatieve informatie over de Hoeksche
Waard en betreffende projectinformatie vindt men terug op www.nationaallandschap.nl. Ook
de andere websites, in eigendom van en beheerd door SOHW, bieden gerichte
projectinformatie.
5. Financiën
De werkzaamheden voor de planning en controlwerkzaamheden, zoals de P&C cyclus,
financiële administratie, betalingsverkeer, treasury; etc. zijn uitbesteed aan de Gemeente
Oud-Beijerland. Deze taken zijn ingebed binnen de financiële processen van Oud-Beijerland.
Hiertoe is een dienstverleningsovereenkomst aangegaan.
6. Archivering
Om te kunnen voldoen aan de eisen van de Archiefwet en om een jaarlijkse adquate
accountantscontrole mogelijk te maken zal het archiveren van stukken zowel centraal binnen
het bureau SOHW als bij de gemeenten op orde moeten zijn. Hiervoor is structureel op
jaarbasis personele inzet noodzakelijk. Van belang is voorts dat een protocol wordt opgesteld
voor projectarchivering. In de Begroting 2015-2018 is structureel rekening gehouden met een
bedrag van ongeveer € 14.280,- op jaarbasis voor archiefwerkzaamheden binnen het bureau
SOHW. Vooralsnog wordt er, vooruitlopend op de totstandkoming van een archief- en
beheersverordening, van uitgegaan dat dit voldoende is.
In 2014 zal een archief- en beheersverordening worden opgesteld waarin wordt aangegeven
op welke manier aan de eisen van de Archiefwet kan worden voldaan. Maatregelen worden
getroffen om de archivering zowel binnen het bureau van SOHW als binnen de vijf gemeenten
(tijdelijke projectarchivering door gemeentelijke projectleiders) op een adequate manier te
laten plaatsvinden.
7. Huisvesting
SOHW maakte tot medio 2103 gebruik van het gebouw van de GR SVHW te Klaaswaal. Door
de uitbreiding van taken SVHW was er sprake van ruimte tekort binnen het gebouw van de
SVHW te Klaaswaal. Het SVHW had de huurovereenkomst per 1 juli 2013 opgezegd.
Begin 2013 is gezocht naar een nieuwe kantoorruimte voor het bureau SOHW. Deze is
gevonden in het gemeentehuis van Strijen. Per 1 juli 2013 heeft het bureau SOHW daar haar
intrek genomen.
Naast de huisvesting van het bureau worden in het gebouw ook de (werk)bijeenkomsten van
DB en AB en regionale medewerkers gefaciliteerd. Hiertoe worden kosten in rekening gebracht.
De bijeenkomsten van de pfo’s worden vanaf juli 2013 in de gemeentehuizen van de
gemeenten gehouden. Het Raadsledenoverleg blijft haar vergaderingen houden in het kantoor
van het SVHW.
59
Paragraaf Bedrijfsvoering
Projecten worden uitgevoerd met actieve betrokkenheid van ambtenaren welke in dienst zijn
bij de deelnemende gemeenten. De huisvestingskosten van de (gemeentelijke) ambtenaren
drukken niet op de begroting van de GR SOHW.
8. Middelen
Conform BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) worden de kosten voor Huisvesting,
Facilitaire dienstverlening, ICT, Financiën, P&O etcetera verdeeld naar de programma’s. De
verdeling is op basis van de gemiddelde tijdsbesteding van personeel per programma, onder
voorwaarde dat er uberhaupt financiele middelen op het programma begroot zijn.
Onderstaand wordt inzicht gegeven in de lasten en de verdeling naar de programma’s.
MJ Begroting
2015
MJ Begroting
2016
MJ Begroting
2017
MJ Begroting
2018
Dienstverlening P&O
Dienstverlening Financien
Huur kantoor Strijen
Inkoop Diensten
Verzekeringen
Archiefkosten
Afschrijving
Totaal
13.490
53.970
35.000
6.600
1.730
14.280
1.109
126.179
13.490
53.970
35.000
6.600
1.730
14.280
1.109
126.179
13.490
53.970
35.000
6.600
1.730
1.428
1.109
113.327
13.490
53.970
35.000
6.600
1.730
14.280
1.109
126.179
Ruimte
Landschap
Samenleving
Veiligheid
Economie
Bestuur
Totaal
17.730
27.250
0
190
6.530
74.480
126.179
17.730
27.250
0
190
6.530
74.480
126.179
17.730
27.250
0
190
6.530
74.480
126.179
17.730
27.250
0
190
6.530
74.480
126.179
.
60
Paragraaf Bedrijfsvoering
Paragraaf Instandhouding kapitaalgoederen
Kapitaalgoederen worden gebruikt om doelen uit de programma’s te realiseren. Vanuit het
oogpunt van duurzaamheid dienen de kapitaalgoederen goed onderhouden te worden. Om
deze kwaliteit te waarborgen is het noodzakelijk dat de kapitaalgoederen op een goede manier
worden beheerd. Dit vereist visies op het beheer van de kapitaalgoederen, systematisch
beheer, meerjarenonderhoudsplannen en de vertaling van de financiële consequenties in
toereikende budgetten.
Gezien de kapitaalgoederen die de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsorgaan
Hoeksche Waard in bezit heeft, is er geen visie en beleid ontwikkeld.
Boekwaarde
per 1/1/2015
Afschrijvingen
per 31/12/2015
Kapitaalgoed
Veerpont
Meubileur
110.001
9.981
1.109
110.001
11.090
De veerpont, die 1 juli 2006 is aangeschaft voor het onderhouden van een voetveer tussen
Zwijndrecht en Puttershoek, wordt op basis van een overeenkomst voor een periode van 10
jaar beschikbaar gesteld aan de exploitant. Na deze periode kan de exploitant de veerpont
tegen een vergoeding van € 110.000,- overnemen. Zodoende wordt er op de veerpont niet
afgeschreven. De exploitant zorgt eveneens voor het onderhoud van het voetveer.
Het meubilair is aangekocht in 2013 tijdens de verhuizing van het kantoor van SVHW naar de
gemeente Strijden. Vanaf 2014 wordt het in 10 jaar afgeschreven.
61
Paragraaf Kapitaalgoederen
Dit is een uitgave van de
Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsorgaan Hoeksche Waard
Postadres:
Postbus 5881
3290 EA Strijen
Bezoekadres:
Waleplein 2
3291 CZ Strijen
Telefoon: (078) 6748274
E-mail: [email protected]
62