120919 (10.37MB)

Nederlandse organisatie
voor toegepast
natuurwetenschappelijk
onderzoek
: noqq
Rijkswaterstaat
Adviesdienst Verkeer en Vervoer
Bureau Dokumentatie
Postbus 1031
3000 BA Rotterdam
C 7206
rataat
r'•n Vrvo N. B.
* * ****1 Instituut voor
Zintuigfysiologie TNO
De naam van het instituut is gewijzigd in: TNO Technische Menskunde. Kampweg 5
Postbus 23
3769 ZG Soesterberg
Fax 03463 -53977
Telefoon 03463 - 562 11
TNO-rapport TNO-TM 1994 C-20NSIGCAD, VERSIE 1.0; EEN COMPUTER-
J.WAM. AlferdinckPROGRAMMA VOOR HET ONTWERPEN
J.G.S. van de Kooij VAN MATRIXBORDEN
Alle rechten voorbehouden.
Niets uit deze uitgave mag worden
vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt
door middel van druk, fotokopie, microfilm
of op welke andere wijze dan ook, zonder
voorafgaande toestemming van TNO.
Indien dit rapport in opdracht werd
uitgebracht, wordt voor de rechten en
verplichtingen van opdrachtgever en
opdrachtnemer verwezen naar de
'Algemene Voorwaarden voor Onderzoeksopdrachten aan TNO', dan wel de
betreffende terzake tussen partijen
gesloten overeenkomst.
Het ter inzage geven van het TNO-rapport
aan direct belanghebbenden is toegestaan.
©TNO puracsigever.
,
,
Adviesdienst Vervoer en Verkeer (AVV)
ijwa ers
Postbus 1031
3000 BA Rotterdam
Aantal bladzijden: 19
Nederlandse organisatie voor
toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek
TNO-Defensieonderzoek bestaat uit:
het Fysisch en Elektronisch Laboratorium TNO, het Prins Maurits Laboratorium TNO en het
Instituut voor Zintuigtysiologie TNO. T
-
INHOUD
Blz.
SAMEN VATI'ING
3
SUMMARY
4
1 INLEIDING
5
2 HARDWARE EN INSTALLATIE
6
3 GEBRUIKSAANWIJZING
3.1Tekenparameters
3.2File in- en uitvoer
3.3Vlakvulling
3.4Verplaatsen, toevoegen en verwijderen van lichtpunten
3.5Fotometrische en geometrische gegevens
3.6Voorbeeld op scherm
7
8
9
10
11
11
13
4 SUGGESTIES VOOR EEN VOLGENDE VERSIE VAN SigCad
14
REFERENTIES
15
Appendix A Lijst met files 16
Appendix B SigCad-files 17
Appendix C Configuratie-file 19
3
Rapport nr.: TNO-TM 1994 C-20N TNO Technische Menskunde'
Soesterberg
SigCad, versie 1.0; een computerprogramma voor het onhrpen van matrixborden
J.W.A.M. Alferdinck en J.G.S. van de Kooij
SAMEN VA1TING
Een computerprogramma, SigCad, werd ontwikkeld voor het ontwerpen van
symbolen op matrixborden. De invoer voor SigCad zijn de xy-coördinaten van de
contouren verkeersbord-symbolen. Met een muis kunnen de verschillende
vlakken worden gemarkeerd en vervolgens worden opgevuld met lichtpunten. De
volgende parameters kunnen aangepast worden: kleur, waarnemingsafstand,
maximale hoek tussen twee lichtpunten, lichtpuntdiameter, lichtpuntlichtsterkte,
roostertype (vierkant of hexagonaal). De individuele lichtpunten kunnen toegevoegd, verwijderd en binnen zekere grenzen verplaatst worden, gebruik makend
van een set op onderzoek gebaseerde regels (Alferdinck, 1992, 1993). SigCad
berekent de positie van de lichtpunten, de symboolluminantie, de symboollichtsterkte en de symbooloppervlakte en slaat deze gegevens op in ASCII-files
volgens het SigCad format.
Voor de volgende versie van SigCad wordt aanbevolen om niet meer in de
huidige MS-DOS-omgeving te werken, maar om een MS-Windows-versie te
maken met extra opties voor de vlakvulling. Tevens wordt geadviseerd om een
mogelijkheid in te bouwen voor het ontwerpen van matrixborden met meerdere
symbolen over elkaar.
1 Per 1 februari 1994 is de naam Instituut voor Zintuigfysiologie TNO gewijzigd in TNO Technische
Menskunde.
4
Rep.No. TNO-TM 1994 C-20NTNO Human Factors Research Institute
Soesterberg, The Netherlands
SigCad, version 1.0; a software tool for the design of matrix-signs
J.W.A.M. Alferdinck and J.G.S. van de Kooij
SUMMARY
A computer program, SigCad, has been developed for the design of matrix-signs
in a MS-DOS environment. The input of the program are the xy-coordinates of
the outlines of traffic signs and their symbols. The various areas of the traffic
sign are under mouse control and can be filled with lightpoints. The following
parameters can be modified: colour, viewing distance, maximum angle between
two lightpoints, Iightpoint diameter, lightpoint luminous intensity, grid type
(square or hexagonal). Single lightpoints can be added, deleted, and moved,
within certain limits, using a set of rules discussed by Alferdinck (1992, 1993).
SigCad calculates the position and number of the lightpoints, the symbol luminance, the symbol luminous intensity and the symbol area dimensions and saves
these data saved in ASCII-files according the SigCad format.
For the next version it is recommended to have SigCad supported by MS
Windows and add extra area fili options. It is also recommended to add an
option for simultaneously showing different symbol overlays.
5
1 INLEIDING
Door het steeds drukker wordende wegverkeer is er een groeiende behoefte om
de snelheid en plaats van de verkeersstromen te reguleren. Dit wordt in toenemende mate gedaan door middel van elektronisch bestuurbare verkeerssignalering met zogenaamde veranderljke verkeersborden (VVBs). Ook om
tijdelijk onveilige situaties aan te geven zoals, werk in uitvoering, files, open
bruggen, mist, ongelukken, enz., worden bestaande statische verkeersborden
vervangen door VVB's. De symbolen op deze borden zijn doorgaans opgebouwd
uit een aantal afzonderlijke lichtpunten. Deze lichtpunten kunnen met verschillende technieken gemaakt worden, waarvan lichtgeleider- en LED-techniek
tegenwoordig de meest gebruikte zijn. Wanneer de lichtpunten in een min of
meer regelmatig rooster zijn gerangschikt spreekt men ook wel van matrixborden.
Voor het ontwerpen van deze matrixborden bestaan een aantal basisregels. Het
is bijvoorbeeld belangrijk dat het gebruikte rooster niet te grof, is omdat de
symbolen dan rafelig worden en in het ergste geval niet meer lees- of herkenbaar zijn. Anderzijds heeft een te fijn rooster het nadeel dat er minder symbolen
in één bord, over elkaar, kunnen worden ondergebracht. Men moet daarbij
bedenken dat ieder symbool bestaat uit een vaste set lichtpunten die d.m.v.
optische fibers met een lichtbron is verbonden.
Bij het onderbrengen van meerdere symbolen in één bord kunnen conflicten
ontstaan over de lichtpunt-positie van de verschillende symbolen en kan het voor
de ontwerper goed uitkomen als lichtpunten enigszins mogen afwijken van hun
oorspronkelijke roosterpositie. Deze afwijking mag echter niet storend zichtbaar
zijn. Verder moet men er rekening mee houden dat een aantal fotometnsche
parameters onderling samenhangen. Dit geldt voor lichtpuntlichtsterkte, symboolluminantie en -lichtsterkte. Ook geometrische parameters zoals het aantal
lichtpunten, roostergrootte, en waarnemingsafstand hangen volgens een aantal
wetmatigheden samen. Dit werd al uitgebreid behandeld door Alferdinck (1992,
1993).
Door Folles e.a. (persoonlijke communicatie) van de Adviesdienst Verkeer en
Vervoer (AVV) van de Rijkswaterstaat (RWS) is in 1985 al een aanzet gemaakt
voor een computerprogramma om de positieconflicten van over elkaar liggende
matrix-symbolen op te lossen.
In dit rapport wordt het computerprogramma SigCad (Versie 1.0) beschreven dat
ondersteuning kan bieden aan ontwerpers van matrixborden. De bovengenoemde
richtlijnen van Alferdinck (1992, 1993) zijn in dit programma geïmplementeerd.
De naam SigCad is een acroniem dat is afgeleid van: Signalling and Computer
aided design.
In SigCad worden de symbolen van verkeersborden worden ingevoerd in de
vorm van de xy-coördinaten van polygonen. Daarna kunnen, na opgave van para-
meters zoals de waarnemingsafstand, lichtpuntdiameter, enz., de verschillende
vlakken op het bord worden opgevuld met lichtpunten volgens een vierkant of
hexagonaal rooster. De xy-coördinaten van de lichtpunten en de fotometrische
gegevens komen ter beschikking in een ASCII-file. Ze kunnen eventueel
gebruikt worden als input voor numeriek bestuurde boormachines voor het
fabriceren van matrixborden.
2 HARDWARE EN INSTALLATIE
SigCad is geschikt voor MSDOS-computers met een Super-VOA-videokaart voor
768 x 1024 beeldpunten. Het is echter wel vereist dat de videokaart werkt met
de meegeleverde svga256m.bgi driver. Het programma gaat ervan uit dat er
maximaal 64 kleuren tegelijk op het beeldscherm getoond kunnen worden. Als
muis kan een MicroSoft muis gebruikt worden.
Voor de installatie van SigCad moet de diskette "SigCad, Version 1.0" in een
disk drive van de computer worden geplaatst. Er van uitgaand dat SigCad
geïnstalleerd wordt op de c-schijf in de directory c : \sigcad, en de installatiediskette in de drive a: zit, moeten de volgende commando's worden ingetikt:
c: [Enter]
cd \[Enter]
md sigcad[Enter]
cd sigcad[Enter]
copy a: s igcad.exe [Enter]
copy a: svga256m.bgi[Enter]
copy a: sigcad.cfg[Enter]
Als aan de file AUTOEXEC.BAT de regel set sigcad.=c:\sigcad, en aan het pathcommando de directory c:\sigcad worden toegevoegd, is SigCad in elke
directory van de computer op te starten.
De rest van de files op de "SigCad, Version 1.0"-diskette kunnen eventueel naar
de werk-directory worden gekopieerd. In Appendix A zijn alle files van de
"SigCad, Version 1.0"-diskette vermeld. SigCad verwacht de invoer standaard
vanuit de huidige directory. Ook de uitvoer gaat standaard naar de huidige
directory. In SigCad zelf kan eventueel een ander pad worden gekozen.
De file svga256m.bgi is een driver en sigcad.cfg is een configuratie-file. Op de
eerste regel van de configuratie-file moet de diagonale beeldschermgrootte
worden opgegeven in inches. Verder bevat deze file de standaardkleuren van het
programma, maar deze kunnen eventueel veranderd worden (zie Appendix C).
7
Het maximum aantal polygonen is 40, die elk niet meer dan 498 hoekpunten
mogen hebben. Het maximum aantal lichtpunten bedraagt 4990. Het bord Al
dat in Fig. 1 op het SigCad hoofdscherm is afgebeeld bestaat uit 5 polygonen
met totaal 481 hoekpunten en 430 lichtpunten (zie Appendix B).
3 GEBRUIKSAANWIJZING
SigCad wordt opgestart door het geven van het commando sigcad gevolgd door
een [Enter]. Daarna verschijnt een tekstscherm met het versienummer en de
programmanaam. Na een [Enter] verschijnt het (grafische) hoofdscherm van
SigCad. Fig. 1 laat een voorbeeld van het hoofdscherm zien met het verkeersbord Al (RV'VÇ 1990). Het hoofdscherm is opgebouwd uit drie vlakken: het
tekenvlak (links), de statusregel (onder) en het commandovlak (rechts).
4S•••S
•
/' •
S
•
.e•.
. .•. •••
5
. .
5
y
__________
Ar'ea
ZooM
S
S
• •
.
4 S
/
x-shift
y-s}itift
S S
*/\*
________File
_______
•
••..
••
•..•
t:(
S..
•..
•
S.,.
.•.
Edit area
Fili
Colour
____
' Ilove Gri d
..•.
.
)C
•
. . • . • . . . • . . . . • •
55
• S • ••* * • *
.•.S
•
S.
•i
S.
.e.
:7Clear
•SSS
S
\. . • • ...•-Edit point-
\....
\....
S • •
• • SClear' All
. • . S
liove
•••Aaa
.....
D.lete
ui
__________________________
Other
S
S S
S
Data
IPPeview
Fig. 1 Het hoofdscherm van SigCad.
In het tekenvlak van 738 x 738 beeldpunten worden de contouren van symbolen
en de eventuele lichtpunten getekend, na het invoeren van een file met xycoördinaten d.m.v. het "Load"- of "Import"-commando.
In het commandovlak worden de commando's geactiveerd d.m.v. het positioneren van het pijltje op een van de drukknoppen en het indrukken van de linkermuisknop. In een aantal gevallen moeten getallen worden ingevoerd.
De statusregel geeft de status van het programma weer. Hier verschijnen ook
aanwijzingen en eventuele foutmeldingen.
De Fi-toets heeft een helpfunctie. Na het indrukken van de Fi-toets wordt meer
informatie gegeven over de functie van de vlakken en commando's die door het
pijitje worden aangewezen.
Na het indrukken van de ESC-toets wordt, na opslag van de gegevens, het
programma SigCad verlaten.
Alle functies van het commando-scherm worden hierna behandeld.
3.1
Tekenparameters
Onder de kop "Drawing" worden de waarden van de tekenparameters getoond.
Een aantal hiervan kunnen ook gewijzigd worden.
Achter "x" en "y" wordt de xy-positie van het pijitje in het tekenvlak aangegeven
in mm. De (0,0)-coördinaat ligt niet altijd op dezelfde plaats in het tekenviak.
Dit hangt af van de positie van de nulpunten in de ingevoerde file en de
"Zoom"- en "Shift"-instellingen.
De symbolen op een verkeersbord moeten bestaan uit een of meerdere door
gesloten polygonen begrensde vlakken. Deze vlakken worden door SigCad uniek
genummerd, beginnend met 1. Nadat met het pijltje in het tekenviak op de
Iinkermuisknop is gedrukt wordt in het vakje na 'Area" het vlaknummer
weergegeven dat het pijltje aanwijst. De ruimte buiten het verkeersbord heeft
geen nummer. In het voorbeeld van Fig. 1 heeft de rode rand van het bord
nummer 1, de "5" nummer 5, en de "0" nummer 3.
Met commando's "x- en y-shift" en "Zoom" kan de tekening van het verkeersbord
op het scherm, inclusief eventuele lichtpunten, worden verplaatst en kan ook de
grootte worden veranderd.
Nadat een tekening is geladen met "Load" of "Import", wordt de grootte van de
tekening op het scherm zodanig aangepast dat de grootste maten ca. 95% van
het tekenvlak vullen (700*700 pixels). In de vakjes achter "Zoom", "x-shift" en "yshift" staat dan resp. 1.00, 0.00 en 0.00. Nadat met de muis het "Zoom"-vakje is
aangeklikt kan de tekening vergroot worden door een getal groter dan 1 in te
voeren. Getallen kleiner dan 1 geven een verkleining. Dit is echter alleen een
vergroting op het scherm, het bord houdt dezelfde afmetingen. Het inzoomen
gebeurt vanuit de (0,0)-coördinaat.
Nadat resp. "x-shift" of "y-shift" is geactiveerd kan na het intikken van het aantal
mm de afbeelding van het bord met lichtpunten in resp. x- of y-richting verschoven worden. Ook dit gebeurt, net als bij "Zoom", alleen op het scherm, de
werkelijke coördinaten van de symbolen op het bord veranderen niet.
3.2
File in- en uitvoer
Onder de kop "File" vallen een drietal in- en uitvoercommando's, "Load", "Save",
en "Import".
Na het geven van het "Load"-commando kan een SigCad-file worden geladen.
Een SigCad-file bevat de coördinaten van de symbool-polygonen en de lichtpunten (in mm) en de foto- en geometrische gegevens van het matrixbord. In
Appendix B wordt nader op de structuur van SigCad-file ingegaan. Het programma springt naar een tekstscherm waar standaard alle SigCad-files in de
werkdirectory zichtbaar gemaakt worden als op [Enter] gedrukt wordt (Fig. 2).
De extensie "sig" wordt niet getoond. Met het geven van een lettercombinatie
plus een * kan een selectie uit de SigCad-files gemaakt worden. Bijvoorbeeld t
geeft alle SigCad-files die beginnen met een "t".
Load SigCad-file: *
AOl vierkant
11
Cive SigCad-filenaxne in the format *.sig or *, ESC = main screen Fig. 2 Load-scherm voor SigCad-files.
Met de pijitjes-toetsen kan de te wensen file worden gemarkeerd, waarna met
het geven van een [Enter] de file worden geselecteerd. Hierna wordt de gelegenheid gegeven om alle maten in de file met een bepaalde factor te veranderen.
Save SigCad-file: Cive SigCad-filename in the forinat *.sig or *, ESC = main screen
Fig. 3 Save-scherm voor SigCad-files.
Met het "Save"-commando verschijnt eveneens een tekstscherm en kunnen alle
gegevens van het matrixbord dat in het tekenvlak staat bewaard worden in een
SigCad-file (Fig. 3).
11
10
Import DFX-file: *
AOlA04
F01F03
J20J25
J35J36
L12
COl
F08
J27
J37
C06
GOl
J30
L05
C07
G03
J31
L06
dO
JOl
J32
L07
Cive SigCad-fiiename in the format *.sig or *, ESC
Cli
J15
J33
LiO
=
C12
J16
J34
Lii
main screen
Fig. 4 Importscherm voor AutoCad-files.
Met het commando "Import" kunnen AutoCad-files worden ingelezen. Na het
activeren van dit commando moet ingevoerd worden in welke eenheden (mm,
cm, dm, m) de coördinaten in de te lezen AutoCad-files zijn opgeslagen. Daarna
kan, indien gewenst, een factor worden ingevoerd waarmee de coördinaten
moeten worden vermenigvuldigd om de maat van de borden te veranderen.
Daarna verschijnt het tekstscherm van Fig. 4 en kunnen AutoCad-files worden
geladen. Deze files hebben de extensie "dxf'. De extensie is wederom niet
zichtbaar. Het is nog niet zo dat alle AutoCad-files geïmporteerd kunnen
worden, maar de files met de verkeersborden van het RVV (1990) die RWS ter
beschikking heeft gesteld, kunnen in elk geval worden gelezen. In feite haalt
SigCad alleen de polygonen uit de DXF-files, andere codes in de files worden
genegeerd. In Fig. 4 zijn files van RVV-borden weergegeven (in het importscherm), die in aanmerking komen om uitgevoerd te worden als VVB.
3.3
Vlakvulling
Met de "Edit areas"-commando's kunnen de symboolviakken gevuld worden met
lichtpunten. Nadat een vlak is gemarkeerd met het pijltje en het "huidige"
vlaknummer zichtbaar is in het vakje na 'A.rea", wordt met het commando "Full"
het vlak opgevuld met lichtpunten met de standaardkleur wit en het standaard
vierkante roostertype. De vuikleur kan veranderd worden in geel, rood, groen of
blauw door op de "Colour"-knop te drukken, die tevens zelf de gekozen kleur
krijgt. De kleur van de lichtpunten van een reeds gevuld vlak kan veranderd
worden door de knop "Data" in te drukken en in de kolom "col" de afkorting van
de kleur in te typen.
Het roostertype kan veranderd worden in vierkant of zeshoekig (orthogonaal of
hexagonaal) door op de "Grid"-knop te drukken. Afhankelijk van de keuze
verschijnt er op knop een vierkantje of zeshoekje.
11
Met 'Move grid" kan het rooster van het huidige vlak (zie 'Area") over een
bepaalde afstand verschoven worden in x- of y-richting. Na aanidikken van
"Move grid" kan in het invoervakje de shift-afstand in mm opgegeven worden.
Met de pijitjes-toetsen kan de verschuiving in de gewenste richting in werking
worden gezet.
Met "Clear" worden alle lichtpunten van het huidige vlak gewist, en met "Clear
all" worden alle lichtpunten van het bord gewist.
3.4 Verplaatsen, toevoegen en verwijderen van lichtpunten
Met de "Edit point" commando's kunnen, per punt, veranderingen in het rooster
worden aangebracht. Na het indrukken van de "Move"-knop moet er een punt
worden aangewezen met het pijitje. Daarna verschijnt er rond het lichtpunt een
cirkel die aangeeft hoever het midden van het punt verplaatst mag worden
zonder dat het zichtbaar is op de huidige waarnemingsafstand (zie Alferdinck,
1993). (Deze afstand kan onder "Data" worden gewijzigd.) Met een tweede
muisidik kan het punt op een andere plaats (binnen de cirkel) worden geplaatst.
Met 'Md" kan een punt worden toegevoegd en met "Delete" kan een punt
verwijderd worden. Het lichtpunt kan niet worden verplaatst ("Move't) of worden
toegevoegd ("Add") naar of op een plaats buiten de contouren van het huidige
vlak. Wanneer een vlak nog niet is gevuld met het "Fill"-commando kunnen geen
punten worden toegevoegd met 'Add". Denk eraan dat met het "Delete"- en
'Add"-commando de oorspronkelijke vorm van het symbool aangetast kan
worden.
3.5
Fotometrische en geometrische gegevens
Met het "Data" commando in de "Other"-groep wordt een tekstscherm met
geometrische en fotometrische gegevens opgeroepen. In Fig. 5 is een voorbeeld
gegeven van het R\TV.bord Al dat ook in Fig. 1 als voorbeeld is gebruikt.
12
Area
(#)
1
0
3
0
5
[
col
re
-wh
-wh
R
(m)
50.0
50.0
50.0
50.0
50.0
Ip
dgem GT
amax
D
(are (inni) (cd) (mm)
min)
1.38
8.0 8.00 20.1 2
1.38
8.0 8.00 20.1 1
1.38
8.0 8.00 20.1 1
8.0 8.00 20.1 1
1.38
8.0 8.00 20.1 2
1.38
d
Larea
(mm) (cd/m2)
larea
(cd)
n
A
(m2)
21.6 19858.2
0.0
20.1
20.1 19858.2
0.0
20.1
21.6 19858.2
2640.0
0.0
384.0
0.0
416.0
330
0
48
0
52
0.1329
0.0000
0.0193
0.0000
0.0209
Enterinput, Arrow keys next field, ESC main screen, F1 = help page
Fig. 5 Fotometrische en geometrische gegevens die opgeroepen
kunnen worden met het "Data"-commando.
De betekenis van de parameters in de kolonmien worden hieronder beknopt
uitgelegd. Er wordt ook aangegeven of de waarde van de parameter door SigCad
wordt berekend, hetzij in het "Data"-scherm of in het commando-scherm. Tevens
wordt aangegeven wat de default-waarde is. Voor verdere informatie en hun
onderlinge verband wordt verwezen naar Alferdinck (1993).
Area (#)Het vlaknummer zoals SigCad dit automatisch aan eik vlak in de
tekening geeft. Het correspondeert met het nummer in het vakje
achter 'Area" in het commandoviak.
colDe kleur van de lichtpunten in het vlak. wh = wit, re = rood, ye
= geel, gr = groen, bi = blauw. Wordt bij het vullen van de
vlakken ingevoerd in het commando-scherm, maar kan in het
"Data"-scherm veranderd worden door de kleurafkortingen in te
tikken.
R (m)De waarnemingsafstand in meters. Wordt ingevoerd in het
Datau
sc
herm. De default-waarde is 50 m.
amax (arcmin) De maximale gemiddelde lichtpuntafstand van het rooster in
boogminuten. Wordt ingevoerd in het "Data"-scherm. De
default-waarde is 1,38 bgmin.
D (mm)De diameter van de lichtpunten in millimeters. Wordt ingevoerd
in het "Data-scherm. De default waarde is 8 mm.
13
Ip (cd)De lichtsterkte per lichtpunt in candela's. Wordt ingevoerd in
het "Data"-scherm. De default waarde is 8 cd.
dgem (mm) De gemiddelde lichtpuntafstand in millimeters. Bij dezelfde
lengten van de zijden (d) van een vierkant en zeskantig rooster
is dgem verschillend. Wordt berekend door SigCad.
GTSoort rooster (Grid type). 1 = vierkant rooster, 2 = zeskantig
rooster. Wordt ingevoerd in het commando-scherm.
d (mm)De lengte van de zijde van het kleinste vierkant bij een vierkant
rooster, of de lengte van de zijde van de kleinste zeshoek bij een
zeshoekig rooster in mm. Wordt berekend door SigCad.
Larea (cd/m2) De luminantie van het vlak in cd/m 2 waarbij gemiddeld wordt
over de lichtpunten en de (donkere) tussenruimten. De minimum advieswaarde is 3364 cd/mZ en de maximum advieswaarde
is 67280 cd/m2. Wordt berekend door SigCad.
larea (cd)De lichtsterkte van het vlak in candela's. Wordt berekend door
SigCad.
nHet aantal lichtpunten in het vlak. Wordt berekend door
SigCad.
A (m2)Oppervlakte van het vlak in m 2. Wordt berekend door SigCad.
Na het indrukken van F1 verschijnt een heippagina met de bovengenoemde
uitleg van foto- en geometrische parameters. Om van het "Data-scherm terug te
keren naar het hoofdscherm moet op de ESC-toets gedrukt worden. De parameters die in het "Data"-scherm veranderd zijn, en waarvan de veranderingen
zichtbaar zijn in het tekenviak, zoals R, D en amax, worden dan automatisch
aangepast.
3.6
Voorbeeld op scherm
Na het bedienen van de "Preview" knop wordt de grijze achtergrond van het
tekenscherm zwart en verdwijnen de contourtekeningen. De lichtpunten houden
dezelfde helderheid. Als op de knop rechts van de "Preview"-knop "Small" staat
(default) dan wordt het bord zodanig verkleind, dat enigszins een indruk kan
worden gekregen hoe het bord er in werkelijkheid uitziet. Men moet dan op 2
meter van het beeldscherm gaat zitten. Denk eraan dat op deze manier nooit de
echte praktijksituatie kan worden nagebootst. Het gaat slechts om een globale
indruk.
14
4 SUGGESTIES VOOR EEN VOLGENDE VERSIE VAN SigCad
Voor een volgende versie van SigCad worden de volgende suggesties gedaan:
a Om SigCad algemener toepasbaar te maken voor verschillende MSDOScomputer-configuraties, zou een volgende versie van SigCad onder MSWindows moeten kunnen draaien.
b De mogelijkheid om meerdere matrix-symbolen over elkaar te tonen en aan
te geven waar de lichtpuntposities met elkaar in conflict zijn. In het ideale
geval berekent het programma zelf, door verschuiving en/of kleine aanpassingen van de symbolen, de optimale lichtpuntposities.
c Naast vierkant en hexagonaal zouden ook andere roosters zoals (gebogen)
rechthoekige roosters en min of meer willekeurige patronen onderzocht en
geïmplementeerd moeten worden (zie Alferdinck, 1993).
d Voor letters en cijfers zou uitgezocht moeten worden of het mogelijk is om de
polygonen op te vullen met een of meer rijen lichtpunten die evenwijdig lopen
aan de contouren van de symbolen (zie Fig. 8 in Alferdinck, 1993).
d Eventueel zouden ook andere lichtpuntvormen, zoals vierkant, rechthoekig of
rechthoekig met afgeronde hoeken, geïmplementeerd kunnen worden.
e Bij het vullen van de vlakken met lichtpunten is, in SigCad versie 1.0, de
gemiddelde afstand tot de vlakgrenzen nooit minder dan de helft van de
gemiddelde lichtpuntafstand (dgem/2). Met het inbouwen van de mogelijkheid om deze afstand te variëren, bv. van -dgem/2 tot dgem/2, zou de
"vetheid" van de symbolen beïnvloed kunnen worden (zie Carta, 1991).
15
REFERENTIES
Alferdinck, J.W.A.M. (1992). Lichttechnische eisen voor zeiflichtende verkeerssignalering; Een literatuurstudie toegepast op een mistwaarschuwingsbord.
Rapport 1992 C-6, Soesterberg: TNO Instituut voor Zintuigfysiologie.
Alferdinck, J.W.A.M. (1993). Ontwerpregels voor matrixsignaalgevers. Rapport
1993 C-47, Soesterberg: TNO Instituut voor Zintuigfysiologie.
Carta, V. (1991). EDiteur Graphique d'Affichage Routier, EDGAR, version
EGA/VGA. Laboratoire Central des Ponts et Chausées, Parijs, juni 1991.
RVV (1990). Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens, 1990.
Soest berg, 18 april 1994
/\4&A
Ing. J.W.A.M. Alferdinck
16
APPENDIX A Lijst met files
Op de installatie-disk van SigCad staan de volgende files
sigcad.axe
svga256m.bgi
sigcad. cfg
Prograa SigCad
Driv.r
a01.dfx
a04.dxf
c0Ldxf
c06.dxf
c07.dxf
c10.dxf
cll.dxf
c12.dxf
f01. dxf
f03.dxf
f08. dxf
gOl.dxf
g03.dxf
j 01. dxf
j15.dxf
j16.dxf
j20.dxf
j25.dicf
j27.dxf
j30.dxf
j31.dxf
j32.dxf
j33.dxf
334.dxf
j35.dxf
336.dxf
,j37.dxf
105.dxf
106. dxf
107.dxf
dxf
dxf
dxf
AutoCad-files van RVV-borden
Configuratia-fila
aOl.sig SigCad-file (RVV-bord aOl)
vierkant. sigSigCad-file met vierkant
17
APPENDIX B SigCad-files
De berekende resultaten worden door SigCad in een ASCH-file geschreven.
Hieronder wordt een voorbeeld gegeven van de SigCad-file van het RVV-bord
Al (zie Fig. 1).
#fileaOl.sig
#data31-mar-1994
#time8:51
#polygon 1 129
304.22 0.00
303.86 -15.05
303.86 15.05
304.22 0.00
#po].ygon 2 129
223.11 0.00
222.85 -11.04
222.85 11.04
223.11 0.00
#polygon3 65
190.732.17
190.39-10.50
190.1714.67
190.732.17
#polygon4 58
151.64-0.87
151.38-8.26
150.8113.72
151.64-0.87
#polygon5 100
-25.28103.70
-25.28 64.67
161.69103.65
-25.28103.70
#]-ightpoint.s 1 330 274 35
-86.27-286.16
-64.70-286.16
-
53.92292.87
75.49292.87
#lightpoints 3 48 172 53
83.50-100.36
103.57-100.36
103.57100.36
123.64100.36
#lightpoints 5 52 -86 84
-148.18-91.03
126.61-91.03
-
-61.91 95.75
-40.3495.75
#photo & geo 5
Area colR amax 0
(#)(m) (arc (m)
min)
1 re
50.0 1.38 8.0
o -50.0 1.38 8.0
3 wh
50.0 1.38 8.0
0 -50.0 1.38 8.0
50.0 1.38 8.0
5 wh
#end
Ip dgem GT dLarea lareanA
(cd)
(cd)(m2)
(om)
(non) (cd/m2)
8.00
8.00
8.00
8.00
8.00
20.1
20.1
20.1
20.1
20.1
2
1
1
1
2
21.6 19858.2 2640.0
0.0
20.1
0.0
20.1 19858.2 384.0
0.0
0.0
20.1
21.6 19858.2 416.0
330
0
48
0
52
0.1329
0.0000
0.0193
0.0000
0.0209
Als een regel begint met een # dan duidt dat op een nieuw soort informatie. Na
het # zijn 13 karakters gereserveerd voor de naam van de informatie. De inhoud
kan op dezelfde regel staan of in een aantal regels erna.
Op de eerste regel staat de naam van de SigCad-file; in dit geval AOl . s ig.
Op de tweede en derde regel staan de datum (#datuin) en de tijd (#tij d)
vermeld waarop de gegevens door SigCad in de file gezet zijn.
Achter #polygon staat eerst het nummer van de polygoon en daarna het aantal
xy-coördinaten. Per regel staat een x- en een y-coördinaat, gescheiden door een
spatie.
Achter #lightpoints staat het nummer van het vlak, daarna het aantal lichtpunten, en daarna twee getallen van een xy-coördinaat die in het vlak ligt. Deze
laatste coördinaat is nodig om SigCad-files goed te kunnen inlezen. Na deze
regel volgen de xy-coördinaten van de lichtpunten in het desbetreffende vlak.
Alle xy-coördinaten zijn in mm.
Achter #photo & geo staat het aantal vlakken dat op het verkeersbord te
onderscheiden zijn. In dit geval 5. Daarna staan foto- en geometrische gegevens
van deze vlakken volgens hetzelfde format als in Fig. 5. De getallen en tekst
worden gescheiden door minstens één spatie.
Het einde van de file wordt aangegeven met #end.
Een SigCad-file is ook door SigCad te lezen als het alleen polygoon-coördinaten
bevat. Bijvoorbeeld:
po1ygon1 5
100 100
-100 100
-100 -100
100 -100
100 100
#end
Deze file bevat een vierkant van 200 x 200 mm met de (0,0)-coördinaat in het
midden van het vierkant. Op deze manier kan de gebruiker dus zelf symbolen in
de vorm van polygonen maken en invoeren in SigCad.
19
APPENDIX C Configuratie-file
De standaard configuratie-file
de volgende informatie.
sigcad. cfg
is een ASCII-file en bevat standaard
17 # diagonal scre.n size in inchas
o o 0 # colour 0 background, mouse pointer outtine
63 63 63 # colour 1 outlina push buttons
40 45 40 # colour 2 push buttons
50 50 50 # co].our 3 background conand area
0 0 0 # co].our 4 text coand area
30 30 40 # colour 5 beckground input area
63 63 63 # colour 6 text iflput aroas
0 0 0 # colour 7 outline input areas and outilne push buttons
0 63 63 # colour 8 coninand group header
63 63 63 4 colour 9 WUITE on colour button
63
0 0 4' colour 10 REDon colour button
0 63 0 4' colour 11 GREEN on colour button
0 0 63 4' colour 12 BLUE on colour button
63 63 0 4' colour 13 YELLOW on colour button
63 63 63 4' colour 14 limiting circie of move cocmnand
40 40 40 4' colour 15 drawing area, mouse pointar
0 0 0 4' colour 16 outline drawing
999 999 999 4' End of colour map. Next 17 lines: preview colour map
0 0 0 4 colour 0 background, mouse pointer outline
63 63 63 4' colour 1 outline push buttons
25 25 25 4' colour 2 push buttons
35 35 35 4' colour 3 background coisnend area
63 63 63 4' colour 4 text cousnand area
30 30 30 4' colour 5 background input area
40 40 40 4' colour 6 toxt input areaa
0 0 0 4' colour 7 outline input areas and outline push buttons
00 63 4' colour 8 cocmnand group header
63 63 63 4' colour 9 WHITE on colour button
40 0 0 4' colour 10 RED on colour button
0 40 0 4' colour 11 GREEN on colour button
o o 40 4' coLour 12 BLUE on colour button
40 40 0 4' colour 13 YELLOW on colour buttofi
63 63 63 4' cotour 14 limiting circie of movo comoand
000 4' colour 15 drawing area, mouse poifiter
00 0
999 999 999
4'
colour 16 outline drawing
4' End praview colour map
De gegevens in deze file kunnen door de gebruiker naar behoefte worden
gewijzigd. De getallen voor het # worden door SigCad gelezen; na het # mag
commentaar worden ingetikt.
In de eerste regel staat grootte van de diagonaal van het beeldscherm vermeld in
inches. Deze maat is nodig om het bord in "Preview" op de juiste grootte te
kunnen simuleren.
De volgende regels bevatten de gegevens van de kleuren van de verschillende
objecten in SigCad. Ze zijn gecodeerd als drie getallen tussen 0 en 63, die resp.
de aanstuursterkte van het rode, groene, en blauwe kleurkanon aangeven. De
eerste 17 kleuren zijn de normale SigCad-kleuren; de tweede set van 17 kleuren
gelden voor de "Preview"-mode.