samenvattingjvd-ma2-bs-consumentenbescherming

Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Consumentenbescherming Samenvatting 2014-­‐2015 Jonathan Van Dooren 1 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 (Les 1: 01/10/2014) Consumentenbescherming in het Wetboek Economisch Recht Toepassingsgebied Boek VI en Boek XIV WER Regeling in Boek VI en Boek XIV WER (voorheen Wet Marktpraktijken) à Dubbele doelstelling • Bescherming van de consument • Bescherming van de eerlijke concurrentie • Heel wat regelen streven tegelijkertijd beide doelstellingen na • Deze cursus betreft regelen die er in hoofdzaak op gericht zijn consument te beschermen • In werking op 31/05/2014 (Boek VI en Boek XIV) o Wat bescherming consument betreft à In Boek XIV identieke bepalingen als in boek VI maar tegenover vrije beroepen o Er is nog steeds een verbod tijdens de sperperiode op aankondiging van prijsverminderingen à Is vooral voor de bescherming van de eerlijke concurrentie § Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten verbieden misleidende handelspraktijken à Dit beschermt de consument mar zorgt eigenlijk ook voor eerlijke concurrentie Boeken VI en XIV (consumentenbescherming) à Veelal omzetting van Europese Richtlijnen • Uitzondering à Nog wel wat typisch Belgische regels o Bv. stilzwijgende verlenging contracten van bepaalde duur (Bv. Bij fitnesscontracten à niet in Europese richtlijn, maar ingevoerd door Belgische wetgever) • Omzetting van Europese Richtlijnen o Tendens van minimale harmonisatie naar maximale (of volledige) harmonisatie § Lidstaten hebben ingeval van volledige harmonisatie niet de mogelijkheid om additionele bescherming te bieden. Reeds geboden additionele bescherming moet worden opgeheven § Deze trend is te zien bij verkopen buiten de onderneming en op afstand à Beiden vormden onderwerp van een Europese richtlijn van minimale harmonisatie à Intussen zijn beide richtlijnen opgeheven en vervangen door de richtlijn consumentenrechten met principe van maximale harmonisatie o Bv. Richtlijn verkoop buiten onderneming (1985) en Richtlijn verkoop op afstand (1997) versus Richtlijn Consumentenrechten (2011) o è Consumentenrecht in grote mate geharmoniseerd door Europese richtlijnen 2 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Minimale harmonisatie (Bv. Richtlijn Oneerlijke Bedingen) o Additionele bescherming is mogelijk § Additionele bescherming niet zonder grenzen o Verenigbaarheid met Europees recht beoordelen op grond van het primaire verdragsrecht § Doelstelling van algemeen belang • Eerst nagaan of de regel een doelstelling van algemeen belang nastreeft à Bij consumentenbescherming zal dit meestal zo zijn § Pertinentiecriterium • De maatregel moet pertinent zijn à Effectief bijdragen tot het realiseren van die doelstelling § Proportionaliteitstoets • Moeilijkste à Beperking van vrij verkeer moet proportioneel zijn ten aanzien van de nagestreefde doelstelling. Het mag niet mogelijk zijn om de consument voldoende te beschermen via een maatregel die het vrij verkeer minder beperkt o Zaak Gysbrechts § H.v.J. 16 december 2008, Zaak C-­‐205/07, Lodewijk Gysbrechts and Santurel Inter BVBA, Jur. 2008, I-­‐09947 §
§
§
§
Vroegere Belgische wet handelspraktijken à De Belgische wet stelde toen dat bij overeenkomsten op afstand het verboden was om gedurende de bedenktermijn een betaling te eisen Vraag rees à Is dat betaalverbod in overeenstemming met het Europees recht want de Europese richtlijn verkoop op afstand bevatte zo geen verbod dus additionele bescherming in België Het Hof besliste dat het verbod op zich niet in strijd is met de principes van vrij verkeer want het verbod draagt bij tot bescherming van de consumenten en kon als proportioneel worden beschouwd Maar het bleek dat de FOD economie de bepaling bijzonder streng interpreteerde à Men mocht ook geen kredietkaartnummer vragen tijdens die bedenktermijn ten titel van garantie à Dit was disproportioneel en dus niet in overeenstemming met de principes van vrij verkeer o Dienstenrichtlijn § Principe van vrij verkeer van diensten is eigenlijk geconcretiseerd in de dienstenrichtlijn 3 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Maximale harmonisatie (Bv. Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken, Richtlijn Consumentenkrediet) o Geharmoniseerde gebied à Geen additionele bescherming mogelijk § Nagaan wat het geharmoniseerde gebied is ! o Zaak VTB-­‐VAB Vs. Total § H.v.J. 23 april 2009, zaak C-­‐261/07, VTB-­‐VAB v. Total Belgium § Vroeger bevatte de Belgische wetgeving een verbod van gezamenlijk aanbod (bepaald goed of dienst maar kunnen verkrijgen bij de aankoop van een ander goed of dienst) • Bv. U krijgt bij de aankoop van een wagen een gratis WC à Dit verbod kwam onder druk te staan door de richtlijn eerlijke handelspraktijken jegens consumenten § Nationale wetgevers mogen geen bijkomende verbodsbepalingen inlassen , enkel die van de zwarte lijst van de richtlijn zijn verboden § Kon een gezamenlijk aanbod beschouwd worden als een handelspraktijk in de zin van de richtlijn? § à Het Hof beslist dat een gezamenlijk aanbod wel degelijk een handelspraktijk is en dus onder toepassing van de richtlijn valt • De Belgische wetgever heeft dus het verbod moeten afschaffen o Wel mogelijk om toepassingsgebied uit te breiden of zaken te regelen die buiten geharmoniseerde gebied vallen § Verenigbaarheid met Europees recht beoordelen op grond van het primaire verdragsrecht § Lidstaten zouden perfect kunnen beslissen om ook KMO’s toe te voegen aan het toepassingsgebied à Wel toetsen aan de principes van het vrij verkeer o Zaak Volksbank Romania § H.v.J.12 juli 2012, Zaak C-­‐602/10, SC Volksbank România SA v. Autoritatea Naţională pentru Protecţia Consumatorilor – Comisariatul Judeţean pentru Protecţia Consumatorilor Călăraşi (CJPC) §
§
§
Roemeense consumentenkredietwetgeving à Of deze verenigbaar was met de huidige richtlijn consumentenkrediet? De Roemeense wetgeving ging het type kosten dat kan aangerekend worden aan consumenten beperken à Dit verbod staat niet in de richtlijn à Kan deze additionele bescherming dan? Het Hof à Die vraag behoort dus niet tot het geharmoniseerde gebied à Dan behouden de lidstaten de mogelijkheid om daar zelf regelen uit te werken, maar deze additionele bescherming moet wel steeds verenigbaar zijn met het primaire verdragsrecht 4 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Belangrijke begrippen • Regelen Boek VI en XIV hebben geen algemeen toepassingsgebied • Toepassingsgebied moet per afdeling / artikel bepaald worden • Relevante definities voor bepalen van het toepassingsgebied (zie Boek I WER) o Ratione materiae § Producten § Goederen § Diensten o Ratione personae § Onderneming § Vrij beroep (toepassing Boek XIV) § Consument Diensten • Prestatie in het kader van professionele activiteit of statutair doel (Art. I.1,5° WER) o Ruime invulling (alle prestaties die ten behoeve van een derde worden verricht in het kader van een professionele activiteit) o Prestaties die met regelmaat worden verricht o Verwijzing naar statutair doel à Ook prestaties die worden verricht door een vzw àBv. vzw die strijkdiensten aanbiedt valt onder toepassing van begrip diensten • Financiële diensten en financiële instrumenten o Financiële diensten à Volledige toepassing Boek VI WER (bancaire diensten, diensten in verband met kredieten, betalingen, individuele pensioenen en beleggingen (Art. I.8, 18° WER) o Financiële instrumenten à Volledige toepassing Boek VI WER tenzij bij K.B. bepaalde regelen van de toepassing van Boek VI WER worden uitgesloten (zie artikel VI.1 §2 WER en K.B. van 23 maart 2014 tot het nemen van bijzondere maatregelen en tot afwijken van sommige bepalingen van boek VI van het Wetboek van economisch recht voor bepaalde categorieën van financiële diensten) § Bv. (niet van toepassing) à Bepaalde regelen inzake oneerlijke bedingen o è Algemene regelen voor goederen en diensten niet toepasbaar op financiële diensten o Verschilt van regime onder WPMC o Ratio legis van de nieuwe regeling § Citibank-­‐arrest (Brussel 21 mei 2012) • In casu à Beleggingsadvies = financiële dienst à Rechtstreekse toepassing WMPC • “de manier waarop producten door bankagenten concreet worden voorgesteld en verkocht aan de klanten en de informatie die daarbij wordt verschaft, kan worden getoetst aan de WMPC” 5 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Bellegingsadvies door Citibank met betrekking tot aankoop van financiële instrumenten à Is dat advies nu een financiële dienst waarop de wet marktpraktijken van toepassing is want het advies is zeer nauw verbonden met het financiële instrument en voor financiële instrumenten geldt de WMPC niet • Hof à Op het advies was de wet van toepassing en de uitsluiting had enkel betrekking op financiële instrumenten in de enge zin van het woord è Waar vroeger de WMPC in principe niet van toepassing was op financiële instrumenten zien we dat de regels in boek VI vandaag wel van toepassing zijn op financiële instrumenten tenzij de regels worden uitgesloten op basis van KB •
§
Goederen (Art. I.1,6° WER) • Lichamelijke roerende zaken (met inbegrip van gas, water en elektriciteit) • Criterium à Roerend bij de levering o Stoelen auditorium à Onroerend door incorporatie o Bv. consument koopt vaatwasser en laat die inbouwen à Wat nu? à Dit goed blijft in de zin van boek VI nog steeds een roerend goed want beoordelen op ogenblik van levering • Dus niet o Onroerende goederen § Geen uitsluiting van gehele vastgoedsector • Veranda • Bouwen van een huis à Contract voor bouwen van een huis zal onder boek VI vallen voor diensten want het gaat om een dienstverleningscontract • Vastgoedmakelaars o Rechten en verplichtingen § Quid digitale inhoud? • Software, muziek en games à Digitaal • Lichamelijk roerend goed ? à Wanneer uw digitale inhoud geleverd wordt op een materiële drager dan is dit een lichamelijk roerend goed en zijn de regels inzake goederen van toepassing • Gedownloade muziek zijn geen goederen à Wat dan wel ? à Beschouwen als een dienst à Regels inzake diensten toepassen bij levering van digitale inhoud die niet op een materiële drager wordt geleverd ≠ interpretatie in Europa richtlijn consumentenrechten 6 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Producten (Art. I.1,4°WER) • (onroerende) goederen o Producten omvatten niet enkel roerende goederen à Zeer ruim • Diensten • Rechten en verplichtingen • è Belangrijk voor de meeste bepalingen inzake oneerlijke bedingen en oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Consument • Voorheen à Natuurlijke persoon die voor uitsluitend niet-­‐beroepsmatige doeleinden producten verwerft of gebruikt (Art. 2,3° WMPC) • Nu à Elke natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn handels-­‐, bedrijfs-­‐, ambachts-­‐ of beroepsactiviteit vallen (Art. I.1, 2° WER) • à Het woord ‘uitsluitend’ niet in nieuwe definitie • Vereiste ‘verwerven of gebruiken’ ook niet in nieuwe definitie o Bv. Borg kan onder deze definitie niet onder de WMPC vallen want hij verwerft of gebruikt geen product • Enkel natuurlijke personen o De overheid kan geen consument meer zijn! § Stad Antwerpen als consument in bepaalde uitspraak à In bepaalde omstandigheden zou de overheid consument kunnen zijn à Fel bekritiseerd o Ook VZW’s kunnen geen consument zijn! § VZW kan nooit een consument zijn in de zin van boek VI à Rechtspersonen volledig uitgesloten • Toepassing bestemmingscriterium / geen toepassing van het specialisatiecriterium o Bestemmingscriterium à Voor welke doeleinden sluit men een contract ? § Bv. Steennoot koopt laptop à Waarvoor gaat hij deze gebruiken? o Het specialisatiecriterium wordt niet toegepast à We gaan niet iemand beschermen vanaf hij handelt buiten zijn expertisegebied § Bv. als student laptop koopt is dat een consument zowel bij bestemming als specialisatie o è Als een kapper een laptop koopt en hij gaat deze gebruiken voor afspraken van zijn kapsalon § Bij toepassing bestemming niet als consument als beschouwen § Wel consument bij specialisatiecriterium want die kapper heeft geen enkele bijzondere expertise met betrekking tot de aankoop van een laptop o H.v.J. 14 maart 1991, zaak 361/89, Di Pinto, Jur. 1991, I-­‐01189 7 Consumentenbescherming •
•
•
JVD 2014-­‐2015 Quid gemengd gebruik o WMPC à Gemengd gebruik verhindert kwalificatie als consument § Bv. Zelfstandige die wagen koopt voor professioneel gebruik (leveringen) maar ook gezinsuitstappen à Onder WMPC was dit eenvoudig door het woord ‘uitsluitend’ (geen consument) § Bv. Een advocaat die een jeansbroek draagt onder toga is voor de aankoop van die jeans geen consument (vroeger) o Europese interpretatie? § Arrest Gruber • H.v.J. 20 januari 2005, zaak nr. C-­‐464/01, Gruber v. Bay Wa AG • è Professioneel gebruik moet verwaarloosbaar zijn • Oostenrijkse man doet beroep op onderneming voor het herstellen van een dak à Dak enerzijds boven zijn woning en anderzijds boven de plaats waar hij zijn werk doet = Gemengd gebruik • Kan Gruber beschouwd worden als consument rekening houdend met feit dat het contract dat hij sluit zowel binnen privé als professionele sfeer valt? • Restrictieve interpretatie van het begrip consument à In geval van gemengd gebruik kan iemand maar als consument worden beschouwd wanneer het professionele gedeelte verwaarloosbaar is à Veel discussie in de rechtsleer § Overweging nr. 17 Richtlijn Consumentenrechten à Overwegend privé-­‐gebruik volstaat • Consument bij gemengd gebruik wanneer die persoon voor overwegend privédoeleinden handelt = accessorium sequitur principale à Blijft feitenkwestie • è Veel ruimer dan Gruber o Art. I.1, 2° WER à MvT à Overwegend privégebruik volstaat § Zekerheid? à Rechters zijn niet gebonden door een MvT o è Wenselijk om natuurlijke personen te beschermen vanaf het ogenblik dat zij overwegend voor privégebruik optreden Wie onderneming is, is geen consument o (Cass.11 mei 2001, TBH 2001, 692, noot G. STRAETMANS) Bijzondere vraag à Kan een borg / derde pandgever een consument zijn? o WMPC: rechtspraak à Neen (Rb. Brussel 12 november 2003, JT 2004, 185) o Europees consumentenbegrip à Ja (H.v.J. 17 maart 1998, zaak C-­‐45/96, Bayerische Hypotheken-­‐ und Wechselbank AG, Jur. 1998, I-­‐01199) § Om de borg als consument te beschouwen is het nodig dat hij optreedt buiten beroepsactiviteit à HvJ à Nagaan voor welke doeleinden de schuld is aangegaan • Als ik me borg stel voor de aankoop van een wagen voor privédoeleinden dan ben ik als borg ook consument • Maar krediet voor financiering zelfstandige beroepsactiviteit à Professionele doeleinden à Dan zal borg niet als consument worden beschouwd o Art. I.1, 2° WER à Ja (voorwaarden) 8 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Onderneming (Art. I.1, 1° WER) • Natuurlijke persoon of rechtspersoon o Rechtsvorm: irrelevant • Op duurzame wijze (regelmaat) o Dus niet: occasionele verkoop op e-­‐bay o Stel ik verkoop koersfiets op 2e hands à Dan ben je geen onderneming want geen organisatie/geen regelmaat • Een economisch doel nastreeft o = Verrichten van een economische activiteit o Winst is irrelevant o è Elke commerciële, industriële en financiële activiteit § VZW Liere (voetbalclub) als onderneming beschouwd omdat men via borden langs het veld sponsoring binnenhaalde • Alsmede zijn verenigingen • De overheid / overheidsbedrijven à Een onderneming? o NMBS is onderneming o Universiteiten? § Onderscheid tussen onderwijsprestaties (algemeen belang) en aanbieden van maaltijden aan studenten (commerciële activiteit) § Je kan niet ontkennen dat diegene die handelt met een instantie die zo een taak van algemeen belang vervult, dat die persoon de zwakke partij is à Langs de ene kant een consument, dan logisch langs dat zich langs de andere kant een onderneming bevindt • Kunnen VZW’s een onderneming zijn? o Verkoop goederen (vb. test-­‐aankoop) en verstrekken van diensten (vb. strijkateliers) o Occasionele wafelenbak door voetbalclub • Quid universiteit en ziekenfondsen? o Traditionele analyse : opsplitsing van taken à Traditioneel onderscheid naargelang activiteit die wordt uitgeoefend à Onderscheid in kader algemeen belang en eerder commerciële activiteiten o Universiteiten? à Zie hierboven o Ziekenfondsen § Als je je aansluit bij een ziekenfonds dan is dit eerst en vooral in kader van de verplichte ziekteverzekering à Hier is ziekenfonds geen onderneming § Stel ziekenfonds biedt verzekering aan à Dan wel commerciële activiteit à Wel onderneming (zelfde voor aanbieden van reizen) o Impact arrest HvJ 3 oktober 2013, zaak nr. C-­‐59/12, Bkk Mobil Oil § Moeten we dat onderscheid vandaag nog maken ? § Duits ziekenfonds voert reclame en die zou misleidend zijn à Vordering à BKK zegt dat tegen haar geen vordering mogelijk is want ze kunnen niet als onderneming worden beschouwd 9 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 HvJ à Zelfs wanneer u een taak van algemeen belang uitoefent dan kan u beschouwd worden als een onderneming (vergaand) à Wijkt af van uitspraak HVJ in mededingingsrecht § Dus als universiteit Leuven reclame maakt om studenten te lokken dan is ze een onderneming à Kunnen we deze interpretatie van het HvJ doortrekken naar andere domeinen waar ‘onderneming’ voorkomt (oneerlijke bedingen/ verkoop op afstand) § è Opsplitsing is dus voorbijgestreefd Beoefenaren van vrije beroepen = Ondernemingen o Maar Boek XIV bevat specifieke regeling voor prestaties die kenmerkend zijn voor vrij beroep § Vrije beroeper kan dus voor bepaalde prestaties onder Boek VI vallen en voor bepaalde prestaties onder Boek XIV § Afzonderlijk boek voor vrije beroepers à Ze zijn ook ondernemingen à Zij worden op geen enkele wijze uitdrukkelijk uitgesloten van boek VI § Boek XIV is een soort lex specialis met betrekking tot vrije beroepers, maar enkel in die mate waarin zij prestaties gaan aanbieden die kenmerkend zijn voor hun vrij beroep • Kritische bedenking à Lex specialis binnen eenzelfde wetboek? à Waarom? à Sterke lobby van een aantal beroepsverenigingen § è Beoefenaar van een vrij beroep kan dus zowel onder Boek VI als Boek XIV vallen à Hangt af van type prestaties • Apotheek o Verkoop Dafalgan à Boek XIV o Verkoop zonnebrand à Boek VI §
•
o Omschrijving van vrije beroeper § “elke persoon die op intellectueel onafhankelijke wijze en onder eigen verantwoordelijkheid een beroepsactiviteit uitoefent, in hoofdzaak intellectuele prestaties levert, voorafgaand de vereiste opleiding heeft gevolgd, tot permanente vorming is gehouden, onderworpen is aan een bij of krachtens de wet opgericht tuchtorgaan en geen koopman is in de zin van artikel 1 van het Wetboek van Koophandel” Mag geen handelaar zijn want handelaars vallen sowieso onder Boek VI • Intellectueel onafhankelijke wijze à Niet afhankelijk zijn van cliënt • Tuchtorgaan à Ook bij KB kan tuchtorgaan worden voorzien o Bv. Psychologen vroeger geen vrij beroep want hun tuchtorgaan was niet bij wet voorzien à Nu kan het ook via KB dus zij zijn wel vrije beroepers in WER o Inleidende historische noot: § WMPC: uitsluiting van vrije beroepen, tandartsen en kinesisten § De rechtspraak van het Grondwettelijke Hof: schending van het gelijkheidsbeginsel •
10 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Voorbeelden van vrije beroepers § Advocaten, gerechtsdeurwaarders, notarissen, geneesheren…. o Quid verschillende activiteiten van de gerechtsdeurwaarder? § Beslag leggen krachtens vonnis of arrest is kenmerkend § Maar wat bij minnelijke invordering van een schuld (geen voor hun voorbehouden taak)? à Twijfel o Quid geneesheer die werknemer is van een ziekenhuis? § Aan gezag, leiding en toezicht onderworpen à Is deze dan nog intellectueel onafhankelijk? à Dan nog steeds vrije beroeper o Quid tandartsen en kinesisten? § Geen vrije beroepers à Nog steeds geen tuchtorgaan à Dus boek VI en niet XIV o Quid apotheker? o Quid vastgoedmakelaar? o è Definitie zal in de praktijk aanleiding geven tot discussie (wetgever geeft toe aan lobby van vrije beroepsverenigingen ) (Les 2: 15/10/2014) Territoriaal toepassingsgebied • Contractuele aspecten o Rome I Verordening § Bijzondere verwijzingsregel consumentenovereenkomsten • Bv. Belgische consument koopt goed aan bij een Duitse verkoper à Kan die Belgische consument zich beroepen op zijn eigen nationaal recht? à • Inhoud van de verwijzingsregel o Geen rechtskeuze à Toepassing van het recht van het land waar de consument verblijfplaats heeft (meestal zal er rechtskeuze zijn in de algemene voorwaarden) o Rechtskeuze kan geen afbreuk doen aan de dwingende bepalingen van het land van de consument § Vervolg op voorbeeld à Keuze voor het Duitse recht kan geen afbreuk doen aan de bescherming van de consument uit een ander land (Men kan zich steeds beroepen op het Belgische recht als dit extra bescherming biedt) § Bijzondere verwijzingsregel niet van toepassing • Voorwaarde toepassingsvoorwaarden Art. 6 Rome I moeten voldaan zijn. Indien niet rechtskeuze of gewone regels (land van verkoper of dienstverlener) 11 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 Toepassingsvoorwaarden voor de bijzondere verwijzingsregel inzake consumentenovereenkomsten • Ontplooien activiteiten / richten van activiteiten op het land van de consument o H.v.J. 7 december 2010, C-­‐585/08 en C-­‐144/09, Pammer v. Schlüter en Alpenhof v. Heller, [email protected], noot. R. STEENNOT o Duitse onderneming gebruikt vertegenwoordigers in België à Buitenlandse onderneming die in België haar activiteiten ontplooit. Het is voldoende dat de buitenlandse onderneming haar activiteiten op België richt met om het even welke communicatie o Alpenhof à Men richt zich op het land van de consument wanneer men als onderneming voorafgaand aan het sluiten van het contract de bedoeling had om contracten te sluiten met consumenten van dat land o Expliciet è “Wij verkopen ook in België” o Impliciet § Bv. het gebruik van een ‘.be’ domeinnaam door een Franse onderneming à Uit het gebruik van deze ‘.be’ gaat men afleiden dat men zicht richt tot Belgische consumenten § Het HvJ gaat verder à Ook bij een ‘.com’ kan je afleiden dat men zich wil richten tot consumenten uit verschillende landen §
Bv. Telefoonnummer +32 à U zal zich ook tot buitenlandse consumenten richten §
Gebruik taal • Stel Franse onderneming heeft naast Franse ook Engelstalige versie van de site à Niet uitsluitend tot Franse consumenten gericht • Britse onderneming enkel site in Engels à Daar kan je niets uit afleiden §
Munteenheid • Britse onderneming duidt prijs niet enkel aan in pond maar ook in euro à Richt zich dus ook tot consumenten uit eurozone • Als Belgische onderneming prijzen in euro aanduidt à Dan kan je dit niet afleiden 12 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 •
Gebruik disclaimers? o Als webpagina in Engels is, prijzen in euro en .com à U zal zich richten tot alle landen van de EU à Griekse consument zal zich dus op Griekse consumentenrecht kunnen beroepen à Hoe dit vermijden? à Disclaimer waarin staat op welke landen u zich niet richt à Is dit genoeg, wordt dat erkend? o HvJ heeft zich hier nog niet over uitgesproken, maar in conclusies van de advocaat-­‐generaal (in de zaak Alpenhoorn) heeft deze aangegeven dat deze disclaimers kunnen worden gebruikt •
Niet noodzakelijk overeenkomst op afstand o H.v.J. 6 september 2012, zaak C-­‐190/11, Mühlleitner v. Yusufi o HvJ à Opdat deze verwijzingsregel van toepassing zou zijn, is het niet noodzakelijk dat het contract op afstand is gesloten •
Causaal verband niet noodzakelijk o H.v.J.18 oktober 2012, C-­‐218/11, Lokman Emrek v. Vlado Sabranovic o Bv. Iemand in Luik sluit contract met Duitse onderneming à Hij gaat naar Duitse onderneming toe, maar ook website van de Duitse onderneming waarbij de onderneming zich ook heel duidelijk tot Belgische consumenten richt à Men moet niet gaan bewijzen dat er een causaal verband bestaat tussen enerzijds het richten op Belgische grondgebied en het daadwerkelijk sluiten van het contract à Dus als het toevallig gebeurt dat Luikenaar in Duitsland contract sluit à Toch kan hij zich beroepen op Belgische consumentenrecht •
Pre-­‐contractuele aspecten o Recht dat van toepassing is op overeenkomst (Art. 12 Rome II) o è Via verwijzing in Rome II komen we toch weer uit bij verwijzingsregels Rome I o Pas als regels handelspraktijken à Dan verwijzingsregels Rome II •
Handelspraktijken o Recht van het land waar de concurrentieverhoudingen of de collectieve belangen van de consumenten worden geschaad of dreigen te worden geschaad (Art. 6 Rome II) o Bv. wanneer Britse onderneming in België misleidende reclame voert à Dan is de Belgische wetgeving van toepassing à Waarom? à De collectieve belangen van Belgische consumenten worden geschaad o è Handelspraktijken è Kijken waar de schade optreedt/ kan optreden 13 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Onrechtmatige bedingen •
•
Deze regels zijn belangrijk in de praktijk à Ze worden echter niet altijd gerespecteerd o Reden § Kleine ondernemingen à Uit onwetendheid § Grote ondernemingen à Veelal niet uit onwetendheid Bv: Distributienetbeheerders à Vallen onder deze bepalingen voor bepaalde aspecten. In de contracten is er een beding waarin staat dat de distributienetbeheerder enkel aansprakelijk is voor de aan hen toerekenbare fout à Duidelijk onrechtmatig want ze zijn producent (van energie) en wet productaansprakelijkheid voorziet in een objectieve aansprakelijkheid + In strijd met regel dat bedingen niet duidelijk onevenwichtig mogen zijn o Rechtbank stelt dit vast à Enkel in Limburg is het aangepast. Al de rest past het niet aan, ook al zijn ze perfect op de hoogte Toepassingsgebied • Consument o Quid verhouding tot niet-­‐consumenten? § Toepassingsgebied in België̈ is beperkt tot relatie onderneming -­‐ consument. Dus Bv. kapper die stoel koopt voor zijn zaak kan er zich niet op beroepen § Gemeen recht o Contrast met Nederland en Duitsland § Algemene toetsingsnorm kan in Nederland en Duitsland wel gehanteerd worden in verhouding onderneming -­‐ onderneming o Vgl. CESL (Common European Sales Law) • Onderneming • Producten o Het gaat over bepalingen over producten (elk type van contract dat gesloten wordt tussen onderneming en consument) • Vereiste van een overeenkomst o Toepassing à Relatie vastgoedmakelaar belast met verkoop van een woning – koper (Antwerpen 1 oktober 2007, NjW 2008, 83) § Stel eigenaar particuliere woning sluit een overeenkomst met een vastgoedmakelaar waarbij makelaar opdracht heeft om koper te zoeken à Regels in verband met oneerlijke bedingen toepassing § Als vastgoedmakelaar zijn job doet en koper vindt à Makelaar zal koper een aankoopbelofte laten tekenen. In deze aankoopbelofte staat dat als de koper zijn verbintenis zou miskennen, dan moet er een forfaitaire schadevergoeding worden betaald van Bv. 10%. § Vraag à Kan je dit schadebeding toetsen aan de regelen van onrechtmatige bedingen uit boek VI, die vereist dat er een overeenkomst is tussen onderneming en consument? à Bestaat er een overeenkomst tussen vastgoedmakelaar en koper? à Nee § Het zou slechts zijn wanneer er een aankoopbelofte wordt gedaan tussen een onderneming en een consument dat de regelen van toepassing zijn 14 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Wat had de rechter wel kunnen doen? à Gemeen recht toepassen (Art. 1231 BW overmatige schadebedingen) Bedingen en voorwaarden o Ongeacht individuele onderhandeling § In vele landen zijn de regelen beperkt tot bedingen die niet individueel zijn onderhandeld à Is in België niet zo, alle bedingen vallen er onder o Contractuele bedingen en reglementaire voorwaarden § Bv. NMBS (Arbitragehof 26 oktober 2005, DCCR 2006, afl. 70, 49, noot R. STEENNOT) § Bv. Distributienetbeheerder (GW. Hof 7 augustus, 2013) § è Ook de aard maakt niet uit, Bv. ook contract met reglementaire aard (Algemene voorwaarden NMBS/distributienetbeheerders à kunnen perfect getoetst worden aan regels inzake onrechtmatige bedingen) §
•
Voorvraag • Bindende kracht van de algemene voorwaarden (toestemming)è 3 voorwaarden o Redelijke mogelijkheid tot kennisname § Je moet dit als onderneming niet bewijzen à Je kan consument niet verplichten te lezen § Overhandiging vereist ? à Je moet zelfs de overhandiging ervan niet bewijzen (lijkt dus ook niet noodzakelijk) § Verwijzing naar algemene voorwaarden § Algemene voorwaarden beschikbaar op website • Is daar een redelijke mogelijkheid tot kennisname? à Ja indien duidelijk aangeduid (duidelijk aandacht consument op algemene voorwaarden vestigen) • Moet ook eenvoudig zijn om ze te consulteren à Rechtspraak Ryanair à Ryanair maakte algemene voorwaarden niet in 1 geheel consulteerbaar (verder klikken via links) à Verschillende webpagina’s à Niet ok • Moet leesbaar zijn à ‘Kleine lichtgrijze lettertjes’ à Deze praktijk is verdwenen à In rechtspraak en Rechtsleer à Niet enkel formele leesbaarheid (verschijning) maar ook de begrijpbaarheid (voor doorsnee burger) § Bijzondere gevallen • Algemene voorwaarden van ziekenhuizen (Vred. Etterbeek 28 september 2012, Tijdschrift Vrederechters 2014) à Wat met ziekenhuizen? à Ziekenhuisfacturen worden regelmatig te laat betaald à Ook in deze facturen staan schadebedingen à Groot probleem voor spoedopname à Cassatie: Wanneer iemand wordt binnengebracht, dan kan een ziekenhuis zich achteraf niet op haar algemene voorwaarden beroepen (Steennot snapt dit niet à Men zou onderscheid moeten maken afhankelijk van soort opname – spoed of gewoon afspraak) • Reglementaire voorwaarden (Bv. NMBS) 15 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Voorafgaand aan totstandkoming § Factuurvoorwaarden § Nagaan wanneer het contract juridisch gezien tot stand is gekomen • Bv. à Steennot laat hal schilderen à Alles gedaan à en dan uiteindelijk factuur met factuurvoorwaarden (Bv. bij laattijdige betaling een forfaitaire schadevergoeding) o Stel Steennot betaalt te laat à Dan zou de schilder zich niet kunnen beroepen (niet tegenwerpelijk) op dit schadebeding want dit kwam pas voor het eerst voor in de factuur, overeenkomst was al lang gesloten à Niet voldaan aan vereiste van voorafgaande kennisname § Van een consument gaat men ook niet verwachten dat men een factuur gaat protesteren , van een handelaar zou me, dit wel verwachten § Bv. Parkeergarage wil zich exoneren voor vanalles à Ofwel bordje aan ingang vooraleer u binnenrijdt, maar als het exoneratiebeding enkel plakt op de betaalautomaat à Dan kan er geen kennisgeving voorafgaandelijk zijn en dus niet voldoende •
o Aanvaarding: uitdrukkelijk of stilzwijgend § In RS nauwelijks aan bod Problematiek stijlclausule o Geldigheid erkend in de rechtspraak § “Ik verklaar de algemene voorwaarden te hebben gelezen en deze uitdrukkelijk te aanvaarden” à Wat is deze waarde ? De rechtspraak aanvaardt deze stijlclausules wanneer ze op een duidelijke manier bij uw handtekening staan/ in een duidelijke kader bij aankoop via internet o Rol artikel VI.83, 21° WER? à Men mag de bewijslast niet op de consument leggen (omkeren) o Is de stijlclausule geen omkering van bewijslast? à Nog geen rechtspraak Gemeen recht • Bepaald op bepaalbaar voorwerp o Eenzijdige wijziging van de contractvoorwaarden § Art. 1231 BW à Verhouding ondernemingen onderling à Eenzijdige wijziging à ja § EXAMENVRAAG à Kan een onderneming zich het recht voorbehouden om de algemene voorwaarden eenzijdig te wijzigen? à Er moet een onderscheid gemaakt worden naargelang de wederpartij consument of geen consument is à Bij een niet-­‐
consument kan dit als het niet kennelijk onredelijk is o Exoneratie voor essentiële verbintenis / opzet § Exoneratie kan niet voor eigen opzet of essentie van de overeenkomst (= Eigenlijke voorwerp van de overeenkomst) 16 Consumentenbescherming §
•
JVD 2014-­‐2015 Men kan zich perfect exonereren voor opzettelijke fout van personen waarop men beroep doet voor uitvoering van de overeenkomst Goede trouw: o Derogerende werking § Beding in strijd met goede trouw à Tussen ondernemingen kan dit niet nietig worden verklaard à Derogerende werking goede trouw wordt niet door Cassatie aanvaardt à Een beding kan niet worden nietig verklaard omwille van strijdigheid met goede trouw o Beperkende werking § Beperkende werking aanvaardt men wel à Men mag rechten die men op basis van het contract heeft niet op een kennelijk onredelijke wijze gaan uitoefenen Boek VI Wetboek Economisch Recht • Algemene toetsingsnorm (Art. I.8,22° en VI.82 WER) • Steeds beide artikels geven! • Zwarte lijst met verboden bedingen (Art. VI.83 WER) • Wanneer het voorkomt op die lijst moet de rechter die bepaling nietig verklaren (Sanctie à nietigheid) • Sanctie (Art. VI.84 WER) • Rechtskeuzebedingen (Art. VI.84 WER) • Bijzondere regel van IPR • Bevoegdheid Koning (Art. VI.85 WER) • Commissie voor Onrechtmatige Bedingen (Art. VI.86-­‐87 WER) • Experts à Louter adviserende rol Zwarte lijst • Beoordelingsvrijheid van de rechter? • Artikel VI.83, 2° en 3° WER o Eenzijdige wijziging ten nadele van de consument § è Wanneer een onderneming zich dus het recht voorbehoud om een contract eenzijdig ten nadele van de consument te wijzigen § Stel in de post kopie van nieuwe algemene voorwaarden, tenzij per protest van u binnen 1 maand wordt u geacht deze nieuwe algemene voorwaarden te hebben aanvaard à Is dit een eenzijdige wijziging ? à Dit is een stilzwijgende aanvaarding, er is dus geen eenzijdige wijziging • Als er 1 iemand is die niet akkoord gaat, zal men met 2 sets van algemene voorwaarden moeten werken voor diegenen die akkoord gaan enerzijds en zij die niet akkoord gaan anderzijds § Prijs § Contractvoorwaarden § Op basis van elementen die afhangen van de onderneming 17 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 §
Welke mogelijkheden zijn er om een eenzijdig wijzigingsrecht voor te behouden? • Hangen ze louter af van de wil van de onderneming? • Zijn ze ingeven door een objectief element à Bv. indexering is geen eenzijdige prijswijziging die uitsluitend afhangt van de wil van de onderneming à Indexeringsclausules worden niet gevat door art. 83, 2° en 3° §
Onderscheid overeenkomst van bepaalde en overeenkomst van onbepaalde duur • Bepaalde duur à Onmogelijk o Absoluut niet à Termijn 3 jaar à Dan kan de onderneming zich het recht niet voorbehouden om de prijs eenzijdig te wijzigen (tenzij indexeringsclausule) • Onbepaalde duur à Mogelijk mits o Voorafgaande kennisgeving aan de consument o Mogelijkheid overeenkomst te beëindigen (zonder kosten) à Consument moet een redelijke termijn hebben om de overeenkomst kosteloos op te zeggen Uitzonderingen • Rente o vooral in de sfeer van financiële instellingen à Kunnen rente eenzijdig wijzigen maar consument moet steeds de mogelijkheid hebben om het contract te beëindigen • Indexeringsclausules (eigenlijk geen echte uitzondering, want valt in het algemeen al niet onder VI.83, 2° en 3°) Quid telecom? • Art. 108 §2 Telecomwet: Onverminderd de toepassing van hoofdstuk 3, §
§
afdeling 6 van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming, hebben de abonnees het recht om bij kennisgeving van voorgestelde wijzigingen het contract zonder boete op te zeggen •
•
•
à Draagwijdte: ook mogelijkheid tot opzegging bij prijswijziging op grond van indexering? Bijzonderheid voor telecom-­‐contracten à Bijkomende bescherming à Consument kan het contract kosteloos beëindigen wanneer de wijziging van het tarief het gevolg is van de toepassing van een indexeringsclausule EXAMENVRAAG à Kan een onderneming in de algemene voorwaarden zich het recht voorbehouden om de prijs eenzijdig te wijzigen? Verschillende hypotheses maken o Geen consument à Partijbeslissing o Consument à Boek VI § Indexeringsclausule of niet § Contracten bepaalde duur of niet § Telecomwet 18 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Artikel VI.83, 4° WER o Eenzijdige wijziging o Wezenlijke kenmerken § Welke kenmerken zijn wezenlijk? In eerste instantie uitgaan van een normaal gebruik. Pas wanneer consument meedeelt aan onderneming dat hij een specifiek gebruik voor ogen heeft à en onderneming aanvaardt à Pas dan rekening houden met dat specifiek gebruik § Probleem à Onderneming houdt zich het recht voor om de kenmerken van het product eenzijdig te wijzigen à Vaag à Wat met dit algemeen geformuleerd beding dat geen onderscheid maakt tussen wezenlijke en niet wezenlijke kenmerken? • Rechtspraak à Dergelijk algemeen beding is verboden en nietig Artikel VI.83, 5° WER o Leveringstermijn / uitvoeringstermijn § Verplichting leveringstermijn te voorzien? • Bij toepassing van het gemeen verbintenissenrecht à In een contract waar de levering wordt uitgesteld, moet men daarin een leveringstermijn geven ? à Neen à Levering binnen redelijke termijn § Maar Art. 6.2 WER à Algemene precontractuele informatieverplichting à Vereist dat de consument wordt geïnformeerd over onder andere ook leveringstermijn à Impliceert dat er een leveringstermijn moet worden afgesproken (en deze mag niet eenzijdig gewijzigd worden) § o Eenzijdig wijzigen of bepalen o “De vermelde leveringstermijn geldt slechts ten indicatieve titel” § Bv. Meubels à Vaak dat leveringstermijn die slechts geldt ter indicatieve titel à Wat hiermee? à Rechtspraak à Dergelijk beding is verboden omdat dat neerkomt op een recht om de leveringstermijn eenzijdig te wijzigen (zelfde effect) § Art. 6.2 WER versterkt deze analyse nog verder §
•
•
Artikel VI.83, 10° en 11° WER o Beëindiging (opzegging) door onderneming à Onderscheid maken à Recht contract te ontbinden ingeval consument zich schuldig maakt aan een bepaalde wanprestatie of recht om contract te beëindigen los van om het even welke wanprestatie van de consument § Wanprestatie van de consument à Ontbinding en uitdrukkelijk ontbindende bedingen (niet beoogd) • Voordeel van uitdrukkelijk ontbindend beding? à U moet niet meer naar de rechtbank stappen 19 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Uitdrukkelijk ontbindende bedingen worden niet geviseerd in de zwarte lijst à Consument kan ze dus niet op grond van zwarte lijst betwisten Geen wanprestatie van de consument • Schadeloosstelling (bepaalde duur) • Opzegtermijn (onbepaalde duur) of overmacht o U kan zich als onderneming in principe niet het recht voorbehouden een contract van bepaalde duur eenzijdig te beëindigen, tenzij wanneer u zich als onderneming verbindt om voor die beëindiging een schadevergoeding te betalen o Stel onderneming behoudt zich het recht voor om een contract van bepaalde duur eenzijdig te beëindigen met betaling van een schadevergoeding van 0,01 euro à Art. 84.10 kan niet meer worden toegepast à Dan naar algemene toetsingsnorm à Kennelijk onevenwicht (er zal dus een redelijke schadeloosstelling moeten zijn) o Contract van onbepaalde duur à Er moet steeds de mogelijkheid zijn om tot opzegging over te gaan à Art. 84.11 verbiedt dat men de opzegtermijn zou wegbedingen o 1 uitzondering à Overmacht •
§
•
Artikel VI.83, 9° WER o Exceptio non adimpleti contractus (ENAC) kan niet worden wegbedongen o Bv. Contract tussen consument en bouwfirma à Ernstige gebreken à Bouwfirma wil scheef dak wel oplossen maar eerst moet u alle facturen betalen à ‘Als een aannemer nog iets voor u moet doen, betaal dan niet alle facturen’ à Beding waarin staat dat als klant beweert dat er bepaalde gebreken zijn, dat de klant dan niet het recht heeft om facturen niet te betalen à U mag de consument ENAC niet ontnemen o Klassiek argument van ondernemingen à ‘Het staat in de algemene voorwaarden en de consument heeft hiermee ingestemd’ à Niet geldig è Regels inzake onrechtmatige bedingen zijn van dwingend recht dus men kan van deze bescherming geen afstand doen (Les 3: 22/10/2014) •
Artikel VI.83, 17° WER (Belangrijk!) o Toepassing beperkt tot schadebedingen ! o Schadebedingen versus verbrekingsbedingen § Fundamenteel onderscheid tussen schadebedingen en zogenaamde verbrekingsbedingen/opzeggingsbedingen à De 2 bepalingen uit zwarte lijst kan je niet hanteren met betrekking tot verbrekingsbedingen • Verbrekingsbedingen à Enkel terugvallen op algemene toetsingsnorm (kennelijk onevenwicht partijen) 20 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 §
è Precieze onderscheid? è Vergoeding voor wanprestatie versus vergoeding uitoefening beëindigingsrecht • Schadebeding? à Contractuele wanprestatie à Forfaitaire schadevergoeding wanneer wederpartij zich schuldig maakt aan welbepaalde contractuele wanprestatie (schending van contract) • Opzegbeding? à Voorziet ook in een forfaitaire vergoeding die door de consument moet worden betaald à Maar die vergoeding is verschuldigd wanneer de consument gebruikt maakt van zijn recht om een overeenkomst voortijdig te beëindigen (prijs voor uitoefening van een recht) §
Wanneer komt zo’n verbrekingsbeding in de praktijk voor? à Aanneming Vs. koop • Aannemingscontracten à Art. 1794 BW à Tenzij partijen anders overeenkomen heeft opdrachtgever steeds de mogelijkheid om de overeenkomst eenzijdig te beëindigen mits hij een schadeloosstelling betaalt die gelijk is aan de reeds gemaakte kosten en de door de aannemer gederfde winsten o Art. 1794 BW is van suppletief recht à Partijen kunnen dat beëindigingsrecht contractueel gaan uitsluiten à Stel dat contract dit bepaalt à Niettemin beëindigt de consument de overeenkomst, hoe deze beëindiging dan kwalificeren? à Als een contractuele wanprestatie en dus toch weer een schadebeding • Koopovereenkomst à Omgekeerd à Voorziet contract in forfaitaire vergoeding wanneer u als consument terugkomt op dat contract à Dan is dit schadebeding o Stel dat contract uitdrukkelijk zou bepalen dat de consument het recht heeft om eenzijdig een einde te stellen aan de koop mits betaling van een forfaitaire vergoeding à Dan weer met een verbrekingsbeding te maken è Terminologie door de partijen gegeven is niet doorslaggevend è Kijken of het een vergoeding is voor een wanprestatie of voor de uitoefening van een recht Dit onderscheid speelt ook bij toepassing van Art. 1231 BW §
§
21 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Gemeenrechtelijk kader à Nalatigheidsinteresten en schadebedingen bij laattijdige betaling § Stel dat een consument laattijdig betaalt (Algemene voorwaarden zijn er niet) à Gemeenrechtelijke bepalingen à Op welke vergoedingen kan een onderneming dan aanspraak maken bij te laat betalen van consument? à Nalatigheidsinteresten na ingebrekestelling (wettelijke interestvoet) § Meestal in de algemene voorwaarden à Ingebrekestelling weglaten en interest hoger leggen + forfaitaire schadevergoeding voor de invorderingskosten die door de onderneming moeten worden gemaakt § Nalatigheidsinterest (vergoeding voor feit dat men het geld later krijgt) en forfaitaire schadevergoeding is een vergoeding voor de kosten die men maakt om het bedrag daadwerkelijk te vorderen à zijn dus cumuleerbaar § è Altijd eerst de vraag stellen of de algemene voorwaarden deel uitmaken van het contract! § Bv. Veel bij algemene voorwaarden van meubelzaken à Als consument te laat betaalt, dan is hij een nalatigheidsinterest van 7 of 8% verschuldigd + nog een schadevergoeding van 10% van de factuurprijs à Als de meubelzaak te laat levert dan kunnen ze op geen enkele mogelijkheid aansprakelijk gesteld worden = Onevenwicht? à Schadebeding is in strijd met Art. 83.17 o Vereiste van wederkerigheid § Strikte invulling à Er moet wederkerigheid zijn vanaf er kans is dat de onderneming haar verplichtingen niet nakomt § Bv. Energiefactuur à 170/maand = 2000/jaar à Stel dat jaar maar voor 1500 verbruikt à Leverancier moet bij afrekening terugbetalen aan consument • Wederkerigheid à Energieleverancier moet voorzien dat consument aanspraak kan maken op schadevergoeding wanneer leverancier te laat terugbetaalt (als er ook een schadebeding is voor het geval de consument te laat stort) • Als de energieleverancier recht heeft op nalatigheidsinteresten à Dan heeft de consument dat ook bij terugbetaling door leverancier (die te laat gebeurt) o Vereiste van gelijkwaardigheid § Geen mathematische gelijkheid (uitz. nalatigheidsinteresten) • Moet de forfaitaire vergoeding dezelfde zijn? à Neen want forfaitaire schadevergoedingen moeten worden begroot in functie van de potentieel voorzienbare schade § Aanspraak naar gemeen recht voldoende? § (Bv. Gent 9 april 2008, Jaarboek Handelspraktijken 2008, 203; Gent 1 februari 2006, DCCR 2006, afl. 73, 114, noot G. COENE VERSUS Antwerpen 10 mei 2004, Jaarboek Handelspraktijken 2004, 255) à Ziekenhuis Sint Lucas à Perfect mogelijk 22 Consumentenbescherming §
§
§
JVD 2014-­‐2015 dat u als ziekenhuis bepaalde prestaties te laat verricht (Bv. uitstel van een operatie door fout ziekenhuis) à Ook voor het ziekenhuis gold de verplichting inzake wederkerigheid Discussie in rechtspraak en rechtsleer à Vereiste van gelijkwaardigheid geschonden wanneer contract enerzijds bepaalt dat de consument bij late betaling nalatigheidsinteresten van 8% en schadevergoeding van 10% factuurprijs verschuldigd is en anderzijds dat de consument aanspraak maakt op een schadevergoeding naar gemeen recht (als consument moet je dan geleden schade bewijzen) • è Duidelijke ongelijkheid volgens Steennot en HvB Gent à Niet voldaan aan vereiste van gelijkwaardigheid • Anders in Antwerpen à Vergoeding voor consument naar gemeen recht is voldoende KB 2007 over vastgoedmakelaars à Aan het vereiste van gelijkwaardigheid is niet voldaan wanneer de makelaar aanspraak kan maken op een forfaitaire schadevergoeding en de consument slechts op een vergoeding volgens gemeen recht (moet je dan a contrario of naar analogie redeneren?) Uitgangspunt Algemene voorwaarden NMBS à Wanneer u een trein neemt en geen ticket heeft, moet u toch nog betalen. Maar probleem à Vaak geen geld bij à Nadien een brief thuis om toch nog te betalen, weliswaar verhoogd tarief. Wanneer u toch niet betaalt moet u een schadevergoeding betalen van 200 Euro • Arbitragehof à Algemene voorwaarden NMBS moeten getoetst worden aan deze regelen • Vraag à Voldoet deze regeling aan het vereiste van gelijkwaardigheid en evenredigheid? Geen duidelijkheid •
Artikel VI.83, 24° WER o Bovenmatige schadebedingen § Herhaling van Art. 1231 BW à Niet vergelijken met de schade die een consument daadwerkelijk heeft geleden à Enkel kijken naar potentiële schade zoals die voorzienbaar was op het ogenblik van de sluiting van het contract § Vergelijking met potentiële schade § Duidelijk hoger o Verhouding tot gemeen recht (Art. 1231 BW) § Art. 83.24 + 84 WER à Art. 84 gaat uit van een nietigheid § Stel dat men een forfaitaire schadevergoeding voorziet van 65% factuurprijs dan zal de nietigheid impliceren dat het schadebeding wordt herleid naar 0 • Ingeval van Art. 1231 BW zal de 65% worden herleid naar 10% § è Regime in WER is voordeliger voor de consument (want dan 0) § è Stel u vertegenwoordigt een consument en de advocaat van de onderneming wil geen nietigheid maar art. 1231 BW met matiging 23 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 à Lex specialis derogat lex generalis = De bijzondere wet heeft voorrang op gemeen recht à Regelen van boek VI hebben voorrang op bepalingen BW o Gevolgen nietig schadebeding § Vergoeding naar gemeen recht § Schadebeding versus nalatigheidsinterest • Beding dat voorziet in nalatigheidsinteresten kan wel blijven bestaan § à Krijgt de onderneming dan helemaal geen schadevergoeding? à Nee, ze kan terugvallen op het gemeen recht. Dus wettelijke interestvoet vanaf de ingebrekestelling § Stel de schadevergoeding wordt gesplitst in 2 artikelen à Enkel dat beding vernietigen dat strijdig is met regel oneerlijke bedingen §
§
§
è Impact rechtspraak Hof van Justitie? (HvJ 30 mei 2013, zaak C-­‐
488/11, Asbeek Brusse en HvJ 30 april 2014, C-­‐ 26/13, Árpád Kásler) • Hof steunt zich op doelstelling richtlijn à Effectieve consumentenbescherming • Waarom noodzakelijk dat men voorziet in nietigheid in plaats van reductie? à Als er enkel reductie is, dan geen afschrikwekkende werking (ze krijgen sowieso wat ze willen) à Bij de nietigheid krijgen ze niks en dit werkt afschrikwekkend • Zaak Kasler o Kennelijk bovenmatig schadebeding à De betrokken nationale wetgeving voorzag niet in nietigheid, maar wel in een reductie van de schadevergoeding o Is deze nationale wetgeving wel in overeenstemming met de richtlijn die aangeeft dat aannemelijke bedingen de consument niet kunnen binden o HvJ à Dergelijke bedingen niet geldig à Doen alsof beding niet in het contract staat. Je kan het dus niet reduceren § Argument à Een effectieve consumentenbescherming Afleiden dat je na nietigheid wel nog toepassing mag maken van het gemeen recht? In België̈ dus artikel 1231 BW Het feit dat voorzien wordt in een minimumschadevergoeding à Kan ook bovenmatig zijn 24 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 Art. VI.83, 13° WER o Exoneratiebedingen à Bedoeling om af te wijken van gemeenrechtelijke regels van aansprakelijkheid à In welke mate kan dat tegenover consument? o Welke fouten? § In gemeen recht enkel een verbod voor exonereren eigen opzet en essentie van de overeenkomst § In WER à Geen exoneratie voor voornaamste prestaties (veel zeggen dat dit gelijk is aan gemeen recht en dus essentie van het contract) + voor opzet aangestelden/lasthebbers o Quid beperking aansprakelijkheid? § Stel in algemene voorwaarden à Ingeval van aansprakelijkheid voor grove fout à Aansprakelijkheid beperkt tot 1 euro à Kan ik dan 83.13 toepassen? à Neen, want 83.13 betreft enkel uitsluiting van aansprakelijkheid (Het gaat in het artikel niet om beperkingen) • Beding van beperking tot belachelijk laag bedrag à is dit dan rechtmatig ? Neen er is nog steeds algemene toetsingsnorm o Quid uitsluiting aansprakelijkheid voor fouten van uitvoeringsagenten? § Uitvoeringsagent Vs. Lasthebber • Lasthebber treedt op in naam en voor rekening van principaal en stelt rechtshandelingen) • Uitvoeringsagent treedt op voor iemand anders, maar stelt enkel materiële handelingen • à Aangestelde werkt onder gezag terwijl uitvoeringsagent zelfstandig is § Strikte interpretatie van art. 84.13 à Niet voor uitvoeringsagent maar nog steeds algemene toetsingsnorm o Wat met zogenaamde ‘Algemeen geformuleerde exoneratiebedingen’? § Exoneratie voor fout in algemeen is ook voor zware fout en dus nietig § Of wetsconform interpreteren à Enkel exoneratie voor lichte fout zal mogelijk zijn en dan feiten nagaan of er zware of lichte fout is § è Wetsconforme interpretatie is veel voordeliger voor onderneming (want dan toch nog exoneratie voor lichte fout) • De rechtspraak neigt naar wetsconforme interpretatie • Kan dit eigenlijk nog na rechtspraak HvJ? o Geen wetsconforme interpretatie voor schadebedingen à Want dan mist het zijn afschrikwekkend effect Art. VI.83, 25° WER o Beperking aansprakelijkheid lichamelijke schade è Bijzondere regels bij exoneratie voor lichamelijke schade à Op geen enkel wijze uit te sluiten/beperken 25 Consumentenbescherming 2014-­‐2015 o Veel fitnesscontracten à ‘Niet aansprakelijk voor lichamelijke schade’ à Dit is nietig § Maar fitnessclub is enkel aansprakelijk wanneer ze een fout of onzorgvuldigheid heeft begaan à Als consument moet je dit wel kunnen bewijzen •
•
•
JVD Art. VI.83, 30° WER o Ongepaste beperkingen à Bv. Te ruime omschrijving van overmacht o Wettelijke rechten van de consument Art. VI.83, 19° en 20° WER o Overeenkomst van bepaalde duur met beding van stilzwijgende verlenging § Goederen à Verlenging voor onredelijke termijn § Producten à Kennisgeving ver verwijderd van einddatum van de overeenkomst o Bv. oorspronkelijke duur 1 jaar en vervolgens verbonden voor 5 jaar à In strijd met 83.19 à Verlenging voor onredelijke termijn (Maar enkel voor goederen à Zie art. 91 in Boek VI) Art. VI.91 WER à Stilzwijgende verlenging o Contracten van bepaalde duur § Dienstenovereenkomsten + verkoopovereenkomsten die zowel goederen als diensten betreffen • Dus niet voor contract met ECI over periodieke levering van boeken, cd’s, … è Niet voor goederen (dan kijken naar 83.19 en 20) § Niet: gas en elektriciteit (want volgens Boek VI ook goederen) § Leges speciales o Informatieplicht à Onderneming moet consument informeren dat het contract een beding van stilzwijgende verlenging bevat § + Wanneer consument zich uiterlijk moet verzetten (geen specifieke sanctie bij niet naleving) o Opzegrecht § Kosteloos § Te allen tijde na verlenging (na verstrijken initiële duurtijd) § Opzegtermijn(termijn van opzeg niet langer dan 2 maanden) o Sanctionering o à Typisch Belgische regeling (inspiratie bij Frankrijk) o EXAMENVRAAG à Kan een onderneming vandaag nog in een contract een beding van stilzwijgende velenging opnemen à Ja, ze worden enkel aan bepaalde beperkingen onderworpen o Wat met huurovereenkomsten? § Meestal niet onder boek VI à Want verhuurder moet een onderneming zijn à Is meestal niet het geval § In woninghuurwet zijn er bijzondere bepalingen (meest specifieke wet) 26 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 •
Artikel VI.83, 22° WER o Consument doen afzien van elk middel tot verhaal o Quid arbitragebedingen? § = Bedingen waarbij men aan de consument de mogelijkheid ontneemt zich te wenden tot de gewone rechter à Dergelijk arbitragebeding is ok en kan niet worden verboden door art. 84.22 want er is nog steeds een middel tot verhaal •
Artikel VI.83, 23° WER o Arbitragebedingen? o Bevoegdheidsbedingen o à Nagaan Gerechtelijk Wetboek (woonplaats consument, plaats waar verbintenis is ontstaan/uitgevoerd of moet worden uitgevoerd) o Stel een onderneming bepaalt dat enkel de rechtbanken in Gent bevoegd zijn om kennis te nemen van een geschil à Het contract wordt afgesloten met een consument uit Oostende à Is dit toegelaten? § Nagaan of bij toepassing van Artikel 624, 1°, 2° en 4° Ger.W. de rechtbanken van Gent bevoegd kunnen zijn, want dan is het beding rechtmatig. Als op basis van deze bepalingen de rechtbanken van Gent niet bevoegd kunnen zijn dan is het ongeldig § Uitvoering vaak op plaats van de onderneming à Dus voorbeeld zal waarschijnlijk wel ok zijn o 2 opmerkingen § Tekst 83.23 à “Onverminderd Brussel I Verordening”à Internationale contracten nagaan volgens regels Brussel I § Rechtmatigheid bevoegdheidsbedingen à Rekening houden met rechtspraak HvJ •
Rechtspraak H.v.J. bevoegdheidsbedingen o H.v.J. 27 juni 2000, Oceano Grupo Quintero en R. Murciano Quintero, zaken nrs. C-­‐240/98 tot C-­‐
o
o
o
o
244/98, Jur. 2000, I-­‐4941; H.v.J. 4 juni 2009, zaak C-­‐243/08, Pannon GSM, Jur.HvJ 2009, afl. 6 (A), I, 4713; Common Market Law Rview 2010, noot J. STUYCK; Jaarboek Handelspraktijken 2009, 198, noot S. VERHAEGEN, H.v.J. 9 november 2010, zaak C-­‐137/08, VB Pénzügyi Lízing, http://www.curia.eu, concl. V. TRSTENJAK. ANCERY, A. en WISSINK, M., “ECJ 4 June 2009, Pannon GSM Zrt. V. Erzsébet Sustikné Györfi: The fairness of a jurisdiction clause in a mobile telephone contract”, European Review of Private Law 2010, 307-­‐316 CHENEVIERE, C., “Arrêts Pannon et Asturcom: Le caractère abusif des clauses attributives de compétence dans la lignée de la jurisprudence Oceano”, REDC 2010, 351-­‐363. o è Bevoegdheidsbeding mag er niet toe leiden dat de consument zijn rechten niet zal laten gelden o Beperkte bedragen, … à Consument zal zich niet ver willen verplaatsen o Bevoegdheidsbedingen die ver verwijderd zijn kunnen onrechtmatig zijn want ze creëren een onevenwicht tussen de onderneming en de consument à Is dit relevant in België̈ (klein land)? Op enkele uren kan je overal geraken 27 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Rechtspraak H.v.J. arbitragebedingen o H.v.J. 26 oktober 2006, zaak C-­‐168/05, Mostaza Claro t. Centro Movil Milenium, Jur.HvJ 2006, afl. 10 o
o
o
o
(B), I, 10421, concl. A. TIZZANO, Tijdschrift voor Arbitrage 2007, afl. 4, 147, noot E. MEERDINK. H.v.J. 4 juni 2009, zaak C-­‐243/08, Pannon GSM, Jur.HvJ 2009, afl. 6 (A), I, 4713; Common Market Law Rview 2010, noot J. STUYCK; Jaarboek Handelspraktijken 2009, 198, noot S. VERHAEGEN. H.v.J. 6 oktober 2009, C-­‐40/08, Asturcom Telecomunicaciones, Jur.HvJ 2009, afl. 10 (A), I, 9579, concl. V. TRSTENJAK. EBERS, M., “From Océano to Asturcom: Mandatory consumer law, ex officio application of European Union law and res judicata” European Review of Private Law 2010, afl. 4, 823-­‐846. M. Piers, “Europees Consumentenrecht en arbitrage”, TPR 2010, 1321-­‐1382. o HvJ vrij kritisch à Niet verboden à Het is aan de nationale rechter om uit te maken of het al dan niet verboden is o Indicatieve lijst bij de richtlijn speelt een belangrijke rol bij beoordeling à De Belgische rechter is niet gebonden door deze lijst maar het speelt volgens het HvJ wel een essentiële rol bij de beoordeling (in deze indicatieve lijst staat het arbitragebeding) o Geen rechtspraak die arbitragebeding veroordeelt op basis van de zwarte lijst (Maar dus wel kritisch zijn) •
Artikel VI.83, 21° WER o Beperking of uitsluiting van de bewijsmiddelen van de consument à Verboden à De consument moet steeds met alle middelen van recht kunnen bewijzen (want tegen handelaar WkH. kan bewijs met alle middelen van recht worden geleverd) o Bedingen betreffende bewijswaarde? § Bewijsmiddelen hiërarchie vaststellen mag wel! o Verbod bedingen op te nemen die bewijslast omkeren o Bv. algemene voorwaarden financiële instellingen à ‘Ticket bij geldafhaling geen enkele bewijswaarde’ à kan niet § Bij geldafhaling gebeurt het bewijs van geldafhaling in de eerste plaats via de computer van de bank •
Artikel VI.83, 26° WER o Bedingen die instemming van de consument op onweerlegbare wijze vaststellen o Geen mogelijkheid daadwerkelijk kennis te nemen o Biedt dit een mogelijkheid om op te treden tegen stijlclausules over aanvaarding van algemene voorwaarden? à Hoe kan je nog bewijzen dat er geen kennisname voorligt als uw handtekening er wel degelijk staat è Art. 83.26 kan op geen enkele manier stijlclausules aanpakken 28 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Algemene toetsingsnorm • Definitie: Art. I.8, 22° WER • Beding of voorwaarde o Kennelijk onevenwicht o Rechten en plichten van de partijen § Geen beoordeling gelijkwaardigheid prestaties (zgn. uitsluiting kernbedingen) à Dus niet over de wanverhouding van de prijs met het geleverde goed/dienst • Beoordelingscriteria: o Bevoegdheidsverdeling nationale rechter – Hof van Justitie? o Artikel VI.82 WER (aantal beoordelingscriteria aangereikt) § Omstandigheden rond sluiten van de overeenkomst • M.i.v. oneerlijke handelspraktijken (HvJ 15 maart 2012, zaak C-­‐453/10, Perenicova v. SOS) o HvJ à Rekening houden met oneerlijke handelspraktijken in de precontractuele fase (Bv. hier vermelding van een verkeerd JKP) • HvB Gent à Aankoop keuken à Plaatsing en levering van keuken zou pas 2 jaar later gebeuren (reden: consument heeft geen centen en kan krediet krijgen op ogenblijk aankoop à Na 2 jaar geen geld en consument wil afzien van de overeenkomst à De onderneming zegt geen probleem, maar vergoeding van 30% factuurprijs à In dit geval is er een kennelijk onevenwicht rekening houdend met omstandigheden van de sluiting van het contract Vergoeding van 30% terwijl de levering pas 2 jaar later gebeurt § Andere bedingen in de overeenkomst (gebrek aan wederkerigheid) • Rechtspraak hecht vooral veel belang aan gebrek aan wederkerigheid § Bedingen in andere overeenkomst • Bv. Rechtmatigheid beoordelen van beding in borgstellingsovereenkomst à Men zou ook rekening kunnen houden met bedingen in kredietovereenkomst (want borg is accessorium van krediet) § Duidelijkheid en begrijpelijkheid van het beding • HvJ 26 april 2012, zaak C-­‐472/10, Nemzeti v Invitel o Hongaarse toezichthouder die een procedure opstart tegen een Hongaarse telecomoperator à Operator hanteert beding waarbij hij het recht heeft de prijs eenzijdig te wijzigen à Hongaarse telecomwetgeving laat dit wel toe maar zegt dat dit vooraf moet gecommuniceerd worden en voorziet kosteloze opzegging voor consumenten à In de algemene voorwaarden van de operator stond er niets over de voorafgaande kennisgeving en niets over de mogelijkheid tot kosteloze opzegging è 29 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Kennelijk onevenwicht want onvoldoende duidelijk à Bijzonder vergaande uitspraak want je moet consument gaan informeren over rechten die voortvloeien uit de wet (terwijl iedereen wordt geacht de wet te kennen ) • Belgische rechtspraak à Bedingen vatbaar voor verschillende interpretatie o Toets aan het suppletief recht? (HvJ14 maart 2013, zaak C-­‐415/11, Mohamed Aziz ) § à Men moet effectief rekening houden met het suppletief recht à Contractuele regeling vergelijken met suppletief recht à Als contractuele regeling zeer ver afwijkt dan is er een kennelijk onevenwicht Toepassingen o Verbrekingsbedingen § Bijzondere wetgeving in de telecom-­‐ en energiesector ! à Na 6 maanden kan u kosteloos van telecomoperator veranderen • Zegt u al op na 3 maanden, dan moet u een vergoeding betalen van resterende abonnementsgeld tot de 6 maand verstreken is § Wat als de consument naar aanleiding van abonnementscontract een gratis toestel/korting op een toestel krijgt? à Contract moet een soort van aflossingstabel bevatten à Opzeggen van abonnement na 6 maand is op zich gratis, maar indien u een toestel heeft gehad, zal er een som geld verschuldigd zijn (aan de hand van de tabel die de restwaarde van het toestel bepaalt) o Kosten expertise § Bv. Beding dat expertisekosten steeds ten laste zijn van consument, ook al zou die het geschil winnen à Bijzondere afwijking van suppletief recht (verliezer betaalt) o Algemene bankvoorwaarden § Bevoegdheidsbeding § Compensatiebeding (Luik 26 januari 2007, BFR 2007, 344, noot E. Van den Haute) o Verzekeringen § Bestaande ziekten • Bij hospitalisatieverzekering à Bestaande ziekten werden uitgesloten van dekking, zelfs indien de consument bij het sluiten van de overeenkomst nog niet wist dat hij deze ziekte had à Kennelijk onevenwicht 30 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Sanctionering (Art. VI.84 WER) • Nietigheid o Beperkt tot beding o Absoluut of relatief? o Verplichting nietigheid ambtshalve op te werpen § HvJ à Nietigheid van het oneerlijk karakter van het beding moet worden opgeworpen ambtshalve door de nationale rechter • à Staat op gespannen voet met principe van de lijdelijkheid van de rechter (tenzij geschil openbare orde raakt) o Erga omnes effect collectieve procedure? § HvJ 26 april 2012, zaak C-­‐472/10, Nemzeti v Invitel o Procedurele autonomie § Principe van gelijkwaardigheid • HvJ 6 oktober 2009, zaakC-­‐40/08, Asturcom Telecommunicaciones • HvJ 30 mei 2013, zaak C-­‐397/11, Erika Jőrös § Principe van effectiviteit • HvJ 14 juli 2012, zaak C-­‐618/10, Banco Español • HvJ 14 maart 2013, zaak C-­‐415/11, Mohamed Aziz • è Geen enkele regel van nationaal procesrecht mag de effectieve bescherming van de consument verhinderen (principe van effectiviteit) Rechtskeuzebedingen • Wet van een derde staat • Bij ontstentenis van rechtskeuze: recht van een lidstaat • Hogere bescherming • Niet geschreven • Vgl.: Europese Richtlijn: nauwe band (H.v.J. 9 september 2004, zaak C-­‐70/03, Commissie t. Spanje, Jur.HvJ 2004, afl. 8-­‐9 (A), I, 7999, concl. L. GEELHOED, Rev.crit.dr.intern.privé 2005, afl. 3, 451, noot M. AUDIT) • Vermijden dat bescherming zou worden omzeild door een rechtskeuzebeding à Wanneer in een contract een keuze is voor een recht van een niet-­‐lidstaat à Voor niet-­‐geschreven houden wanneer blijkt dat het recht van de EU meer bescherming biedt dan het recht van de gekozen niet-­‐lidstaat • Bv. U boekt een vakantiehuis in Griekenland à In het contract staat dat het Turkse recht van toepassing is à Nagaan of zonder de keuze voor het Turkse recht het recht uit een lidstaat zou van toepassing zijn (hier wel) à Dan moet je het Turkse recht vergelijken met het Griekse à Indien Turks recht meer bescherming biedt, dan is er geen probleem o Indien minder bescherming à Dan rechtskeuzebeding buiten toepassing laten en Brussel I toepassen = Recht waar het goed gelegen is CESL • Vergelijking met voorstel CESL o Zwarte lijst o Grijze lijst o Algemene toetsingsnorm o Sanctie 31 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 (Les 4: 29/10/2014) Productveiligheid en productaansprakelijkheid •
Regelen inzake productaansprakelijkheid en veiligheid à Wanneer iemand schade heeft ingevolge een onveilig product o Je hebt niet het product gekregen dat je eigenlijk mocht verwachten § Bv. Gsm die vuur vat ≠ Consumentenkoop: § Stel Gsm werkt niet meer à Gewoon regelen van consumentenkoop Overzicht • Boek IX Wetboek van Economisch Recht o Productveiligheid in Boek IX o Niet bekijken, want kennen geen rechtstreekse rechten toe aan de consument à Het zijn een soort van gedragsregelen voor producenten à Consument kan er zich niet op beroepen o è Er is een aparte wet: de wet productaansprakelijkheid o WER valt onder de minister van economische zaken ßà Productaansprakelijkheid valt onder justitie • Wet betreffende de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (25 februari 1991) o Omzetting Europese richtlijn (maximale harmonisatie) à Binnen geharmoniseerde gebeid geen aanvullende bescherming mogelijk • Commissie Vs. Denemarken o H.v.J. 5 juli 2007, C-­‐327/05, Commissie t. Denemarken, http://curia.eu.int o Bij toepassing van de richtlijn kunnen verschillende personen aansprakelijk zijn bij een gebrekkig product (Bv. fabrikant, invoerder, ...) à Ook de leverancier kan aansprakelijk zijn maar enkel wanneer de identiteit van de fabrikant niet gekend is en niet bekend wordt gemaakt o Denemarken had de lijst van aansprakelijke partijen uitgebreid door de leverancier in alle omstandigheden aansprakelijk te stellen. Ook al was de invoerder en fabrikant bekend o HvJ à Schending van de richtlijn want door een Deense slachtoffers de mogelijkheid te bieden de leverancier (steeds) aan te spreken ga je de bescherming uitbreiden • Moteurs Leroy o H.v.J. 4 juni 2009, zaak C-­‐285/08, Moteurs Leroy Somer tegen Dalkia France en Ace Europe, Jur. 2009, I-­‐4733) o Materiële schade onder de wet Productaansprakelijkheid moet maar vergoed worden voor zaken die gebruikt worden voor privédoeleinden o De Franse wetgever had het systeem van objectieve aansprakelijkheid uitgebreid tot zaken die gebruikt werden voor professionele doeleinden o Verwachting: Dit is in strijd met de richtlijn want het is een uitbreiding o HvJ à Vergoedbaarheid van de schade voor zaken die bestemd zijn voor professioneel gebruik worden niet geregeld in de richtlijn, het behoort dus 32 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 niet tot het geharmoniseerde gebied à Lidstaten mogen dus additionele bescherming bieden o Veel kritiek in de rechtsleer Aanvulling: bepalingen uit het BW o De richtlijn voorziet in een stelsel van objectieve aansprakelijkheid o à Verzet de richtlijn zich tegen de toepassing van klassieke bepalingen inzake onrechtmatige daad? § Nee, niet in strijd met de maximale harmonisatie. De richtlijn gaat uit van objectieve aansprakelijkheid. Artikel 1382 BW is een foutaansprakelijkheid, je moet een gebrek en een fout aantonen à Dus een veel hogere bewijslast § Het valt dus buiten het toepassingsgebied van de richtlijn à Interessant voor bepaalde gevallen van schade die niet vergoed kunnen worden door de wet productaansprakelijkheid Toepassingsgebied • Slachtoffer o Het slachtoffer wordt beschermend à Niet de consument à Het gaat om om het even wie die schade ondervindt omwille van een gebrekkig product • Producent o è Van groot belang want deze moet je aanspreken o Fabrikant product of onderdeel § Bv. zadelstang, IMEWO • Fietser zijn zadelstang breekt af à Zadelstang is geproduceerd door fabrikant A en de fiets is gemaakt door fabrikant B à Beide fabrikanten zullen als een producent kunnen worden beschouwd. Je kan dus tegen beiden een vordering instellen. Je moet enkel een gebrek bewijzen en geen fout § 1 uitzondering à De onderdelenexceptie (maar voor specifieke situatie) § Distributienetbeheerders worden beschouwd als een producent van elektriciteit à Objectieve aansprakelijkheid • Bv. Door overspanning veroorzaakte schade o Schijnbare fabrikant § Heeft het zelf niet gefabriceerd maar geeft wel die indruk door zijn merknaam op het product te zetten. Bv. huismerken in een supermarkt à Men kan aansprakelijk worden gesteld § Bv. Ontploft er een fles spuitwater met het merk Colruyt à Colruyt aansprakelijkheid § Fabrikanten (schijnbare, fabrikant van het onderdeel of fabrikant) zijn steeds hoofdelijk aansprakelijk •
33 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o EG-­‐invoerder § Wanneer die fabrikanten gevestigd zijn buiten de EU dan moet het slachtoffer de mogelijkheid hebben om de EG-­‐invoerder aansprakelijk te stellen. De fabrikant blijft ook wel aansprakelijk § Maar rechtspraak à HvB Brussel: EG-­‐invoerder pas aansprakelijk wanneer die fabrikant buiten de EU is gevestigd (volgens prof de juiste) § Andere rechtspraak à Wanneer een fabrikant gevestigd is in de EU en het product wordt ingevoerd van een lidstaat naar een andere lidstaat, kan je ook nog de invoerder aansprakelijk stellen o Leverancier § = De rechtstreekse contractpartner van het slachtoffer à Bv. je koopt een wasmachine van Miele bij Vandenborre § à Niet hoofdelijk aansprakelijk o Cascadesysteem inzake aansprakelijkheid §
(Brussel 16 januari 2012, RABG 2012, nr. 14843 v. Luik 18 oktober 2004, JLMB 2005, 212) §
Je kan in principe Vandenborre niet aansprakelijk stellen. Tenzij wanneer hij de identiteit van de fabrikant niet bekendmaakt en die fabrikant ook niet bekend is. Indien hij die identiteit van de fabrikant of de EG-­‐invoerder bekendmaakt ontsnapt hij aan aansprakelijkheid Stel 3 jaar na levering is er schade à Fabrikant is ondertussen failliet à Leverancier is nog altijd niet aansprakelijk à Slachtoffer zal geen vergoeding krijgen • Als u rechtsreeks van de fabrikant koopt, kan je hem natuurlijk wel aansprakelijk stellen §
•
Product o ≠ Definitie uit WER o Lichamelijke roerende goederen (Bv. fiets, medicament, elektriciteit, heupprothese) o H.v.J. 10 mei 2001, C-­‐203/99, Henning Veedfald tegen Århus Amtskommune , http://curia.eu.int; Cass. 6 april 2006, NjW 2007, 460; Antwerpen 18 december 2012, Limb. Rechtsl. 2013, 151, noot Smeets § Er is een niertransplantatie, die nier moet op voorhand behandeld worden met een vloeistof. De vloeistof was gebrekkig. De nier was beschadigd en men had fysieke schade § Vraag: Kan die vloeistof beschouwd worden als een lichamelijk roerend goed? à Ja o Onroerend door incorporatie? § Op ogenblik van levering roerend, maar ze worden onroerend door incorporatie à Om te bepalen of een goed roerend of onroerend is à Kijken naar het ogenblik van de levering om uit te maken of een goed roerend is o Ook dieren zijn lichamelijke roerende goederen 34 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Bewijslast bij slachtoffer • Gebrek (geen fout) o Je moet geen fout of onzorgvuldigheid aantonen • Schade • Causaal verband • Vermoeden dat gebrek aanwezig was bij in verkeer stelling o Niet aantonen dat het gebrek reeds aanwezig was bij de in verkeer stelling (= moment dat het op de markt wordt gebracht) o à Het is een weerlegbaar vermoeden Veiligheidscriterium • Gebrekkig product = onveilig product o Veiligheid die men gerechtigd is te verwachten § Beoordeling in abstracto • Men kijkt niet naar de verwachtingen in concreto à Wel wat een normaal gemiddeld gebruiker verwacht als veiligheid (beoordeling in abstracto) § Legitieme verwachtingen binnen de doelgroep • Enkel de legitieme verwachtingen à Dus geen Amerikaanse toestanden àBv. Vrouw steekt kat in microgolfoven want stond nergens vermeld dat dit niet mocht à Aansprakelijkheid van de producent • Antwerpen 18 december 2012, Limb. Rechtsl. 2013, 151, noot Smeets (heupprothese) à Er komen metalen deeltjes los van een heupprothese na 8 jaar à Men mag verwachten dat dit langer meegaat • Richardson v LRC Products, 2 Feb 2000 (VK) condoom à Mag men verwachten dat een condoom absoluut veilig is tegen zwangerschappen? à Je mag dit niet redelijkerwijze verwachten. • Beoordeling met inachtneming van omstandigheden o Presentatie van het product § Bv. Rb. Brussel 10 februari 2005, JLMB 2006, 1193 (trapladder) • Iemand gebruikt een inklapbaar trapladdertje à Hij doet dit niet op de wijze die eigenlijk aangegeven is op het laddertje à Meestal in de handleiding dat het enkel opengeklapt te gebruiken is en op een stabiele ondergrond à Instructies zullen een belangrijke rol spelen • à Geen aansprakelijkheid van de producent want geen rekening gehouden met de veiligheidsvoorschriften § Bv. Worsley v Tambrands, 3 Dec 1999 (VK) (tampon) • Een Tampon kan in bepaalde gevallen een toxische shock veroorzaken. Door een infectie van een bacterie à Dit kwam door een verkeerd gebruik van die tampon • Er werd rekening gehouden met de presentatie van het product. Was er informatie beschikbaar op de bijsluiter en een waarschuwing voor die toxische shock? à Indien Ja à 35 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 Geen aansprakelijkheid want bij een normaal goed gebruik is er geen veiligheidsrisico aanwezig Geneesmiddel tegen bronchitis à Een van de bijwerkingen (een heel zeldzaam) kon leiden tot onomkeerbare doofheid à De bijsluiter van het medicament vermelde deze mogelijkheid niet omdat het zo zeldzaam was à Producent is aansprakelijk o Normaal of redelijkerwijze voorzienbaar gebruik § Redelijkerwijze voorzienbaar gebruik = Als het gebruik redelijkerwijze voorzienbaar was is er aansprakelijkheid § Bv. Speelgoed voor kinderen à Niet bedoeld om op te eten. Maar producent moet beseffen dat kinderen het vaak in hun mond steken à Dus geen schadelijke kleurstoffen • Vaak niet geschikt voor kinderen onder de 3 jaar à Omdat risico te groot is § Bv. Cass. 26 september 2003, RW 2004-­‐2005, 22, noot B. Weyts (tandbeugel) • Een kind van ongeveer 10 jaar moet een tandbeugel dragen met elastiekjes. Bij het normaal gebruik moet men eerst de elastiekjes verwijderen en dan pas de beugel. Het kind gaat eerst de beugel verwijderen en dan pas de elastiekjes à Is die tandbeugel een gebrekkig product? Je moet rekening houden met het feit dat die beugel bestemd is voor jonge kinderen die niet altijd de instructies gaan volgen è Er was een gedeelde aansprakelijkheid o Tijdstip waarop product in verkeer is gebracht § Niet besluiten tot gebrekkigheid op basis van kennis die men pas later opdoet § Bv. Stel dat men ontdekt dat wifi slecht is voor de gezondheid à Geen aansprakelijkheid voor huidige producten § è HvJ: Je moet kijken naar de meest geavanceerde technische kennis die beschikbaar is Schade • Persoonsschade o Ook morele schade • Zaakschade o Aan het product zelf § Stel er rijdt omwille van kapotte remmen iemand tegen een huis à Het product zelf wordt niet vergoed § Bv. Senseo ontploft à Je krijgt geen vergoeding voor die kapotte Senseo à Je kan hiervoor wel terugvallen op de regeling consumentenkoop o Aan andere zaken § Privé-­‐gebruik à Enkel voor zaken die normalerwijze bestemd zijn voor privégebruik, en voor zaken die ook daadwerkelijk gebruikt werden voor privégebruik • 36 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Franchise • Schade komt ook pas in aanmerking vanaf een bedrag van 500 Euro à Er is dus een franchise à Is het een aftrek franchise of een drempelfranchise? o Stel schade 505 euro § Drempelfranchise à Vergoeding van 505 Euro § Aftrekfranchise à Vergoeding van 5 euro § è In België gaat het om een aftrekfranchise Wat kan je doen met andere schade? o Artikel 1382 BW à Wel een fout of onzorgvuldigheid kunnen aantonen à Rechters gaan hier soepel mee om o Een miskenning van de veiligheidsregels van boek IX is automatisch een fout (Niet iedereen volgt deze stelling) §
•
•
Verhouding tot sociale zekerheidsuitkeringen o Geen vergoeding op basis van wet productaansprakelijkheid wanneer de schade vergoed wordt door een sociale zekerheidsregeling. Maar degene die vergoeding uitkeert kan zich wel wenden tot de producent Oorzakelijk (Causaal) verband • Algemeen o De schade zou zich niet hebben voorgedaan zonder het gebrek o (Luik 17 januari 2013, Con.M. 2014, 81) • Theorie van de juridische zekerheid o Een juridische zekerheid is voldoende à Er moet geen absolute 100% zekerheid worden aangetoond à Een aan de zekerheid grenzende waarschijnlijkheid is voldoende o Bv. Rb. Brussel 10 februari 2005, JLMB 2006, 1193 § Producent: je kan niet bewijzen dat die doofheid het gevolg is van ons medicijn § Expert: er is 99% zekerheid dat die onomkeerbare doofheid het gevolg is van het nemen van dat medicament § Rechter à Dit is voldoende • Verschillende personen o Hoofdelijke aansprakelijkheid van fabrikanten o (Luik 18 oktober 2004, JLMB 2005, 212) o Infra: uitzondering van de onderdelenexceptie § Bv. Fiets en zadelstang gefabriceerd door 2 fabrikanten à Zadelstang breekt à Gebrek kan aan montage liggen of aan de zadelstang zelf • Bij gebrek in montage à Onderdelenexceptie à Geen aansprakelijkheid • Optreden van een derde o Bv. u wordt aangereden door wagen die kapotte remmen heeft en te snel reed à Slachtoffer kan zich wenden tot de producent. Producent kan dan wel deel schade verhalen op de chauffeur 37 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Schuld van het slachtoffer: mogelijkheid tot gedeelde aansprakelijkheid o (Cass. 26 september 2003, RW 2004-­‐2005, 22, not B. Weyts) o è Als het slachtoffer zelf een fout heeft begaan, gaat men besluiten tot gedeelde aansprakelijkheid Aard en draagwijdte van de aansprakelijkheid • Foutloze aansprakelijkheid • Geen exoneratie mogelijk o (Antwerpen 6 april 2011, NJW 2011, 647) o Beding distributienetbeheerder à Er werd bepaald dat de distributienetbeheerder enkel aansprakelijk was voor zijn rechtstreeks toerekenbare fout à Beding is niet geldig • Contractueel / buitencontractueel • Termijn o Verhouding verjaringstermijn en vervaltermijn § Verjaring begint te lopen op het ogenblik dat het slachtoffer de producent aansprakelijk kan stellen à Er moet dus schade, gebrek en causaal verband zijn § Vervaltermijn begint te lopen vanaf de in verkeer stelling van het product à Dus van het ogenblik dat het product de productie verlaat en op de markt komt • Stel na 8 jaar leidt u schade à Nog maar 2 jaar om vordering in te stellen o Verjaringstermijn: 3 jaar o Vervaltermijn 10 jaar o (H.v.J. 9 februari 2006, C-­‐127/04, Declan O'Byrne tegen Sanofi Pasteur , http://curia.eu.int) Verweermiddelen van de producent • De uitzonderingen op de aansprakelijkheid moeten restrictief worden geïnterpreteerd à Ze moeten zo weinig mogelijk afbreuk doen aan de rechten van de consument • Niet in het verkeer gebracht o (H.v.J. 9 februari 2006, C-­‐127/04, Declan O'Byrne tegen Sanofi Pasteur , http://curia.eu.int) o Moreel en materieel element § (Bergen 7 februari 2013, DCCR 2013, afl 99, 76) o à Het product is nog niet op de markt gebracht (materieel element) Of het product werd tegen de zin van de producent op de markt werd gebracht (intentioneel element) o Bv. Geneesmiddel werd gestolen uit fabriek o Heupprothese à Vloeistof werd door het ziekenhuis zelf gemaakt § Verweer van ziekenhuis à Deze vloeistof is nooit in verkeer gebracht à Nooit het ziekenhuis verlaten 38 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 •
Geen gebrek op tijdstip van het in verkeer brengen of gebrek is later ontstaan o Aannemelijk maken o (Cass. 4 mei 2007, RW 2007-­‐2008, 1283, noot D. WUYTS) o Niet geografisch bekijken à Toch aansprakelijk o à Laat de producent toe om te bewijzen dat het gebrek later is ontstaan (positief bewijs) o Of negatief bewijs à Geen gebrek op tijdstip in verkeer stellen •
Afwezigheid van economisch doel en beroepsuitoefening o (H.v.J. 10 mei 2001, C-­‐203/99, Henning Veedfald tegen Århus Amtskommune , http://curia.eu.int) o Ziekenhuis werd publiek gefinancierd à Patiënt moest niet betalen voor het gebruik van de nier à Toch valt het onder beroepsactiviteit •
Overeenstemming met dwingende overheidsvoorschriften o (vb. Rb. Brussel 10 februari 2005, JLMB 2006, 1193) o Komt niet vaak voor o Bv. Schade was veroorzaakt door het medicament § Verdediging: de bijsluiter werd goedgekeurd door de overheid •
Het ontwikkelingsrisico: gelet op wetenschappelijke en technische kennis onmogelijk bestaan van gebrek te ontdekken o (H.v.J. 29 mei 1997, Zaak C-­‐300/95, Commissie v. Verenigd Koninkrijk, Jur. 1997, I-­‐2649) Onderdelenexceptie •
39 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Consumentenkoop Toepassingsgebied (Art 1649bis BW à Richtlijn gesteund op minimale harmonisatie) • Consument o Natuurlijke persoon à Die handelt voor doeleinden die buiten zijn beroepsactiviteit vallen à Bestemmingscriterium o Gemengd gebruik? à Goed moet voor hoofdzakelijk voor privédoeleinden worden gebruikt § (Antwerpen 30 juni 2009, NjW 2010, 504; Gent 12 december 2011, NjW 2012, 602, noot R. Steennot) • Verkoper o Beroepsactiviteit § Moet altijd als beroepsactiviteit à Interpreteren in lijn met WER § (Cass. 21 januari 2010, RW 2011-­‐12, 784) § = Goederen verkopen in het kader van een economische activiteit die men op duurzame wijze uitoefent o Quid weglating: “ter verwezenlijking van statutair doel” § Kan een VZW een verkoper zijn? § In wet handelspraktijken werd verkoper gedefinieerd ‘ter verwezenlijking van een statutair doel’ à Specifiek gericht op VZW’s § In 1649bis BW niets vermeld à A contrario redeneren dat het niet om vzw’s gaat? à Volgens Steennot niet § è VZW’s vallen er wel onder o Verkoop door professioneel lasthebber voor particulier? § Garagist verkoopt wagen voor een klant. Hij treedt dus op als een vertegenwoordiger van een particulier à De koper beroept zich op de wet consumentenkoop à Is deze wet van toepassing? • Rechtbank stelde dat deze consument zich op de wet kon beroepen à Maar is fout • Tenzij bepaalde omstandigheden à Consument denkt Bv. dat hij bij de garagist koopt • Consumptiegoederen o Lichamelijk roerende goederen § Dieren • (Bergen 15 december 2010, DCCR 2012, afl. 97, 117, noot S. Marysse) § Tweedehandsgoederen • Voor tweedehandsgoederen kan je een kortere garantietermijn voorzien à Maar minimum 1 jaar § Uitzonderingen: gas, elektriciteit en water • Tenzij in een bepaalde vaste hoeveelheid (Bv. fles water, gasfles, …) à Dan wel onder de wet § Uitzonderingen: goederen verkocht in uitvoering van beslag o Roerend bij de levering 40 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Verkoop en bepaalde contracten van aanneming o Overeenkomst tot levering van te vervaardigen producten § Wanneer een goed nog moet worden gemaakt of als het op bestelling moet worden gemaakt à De vervaardiging is een aanneming, maar het gaat om een verkoop § Wet vindt er uitdrukkelijk toepassing op o Installatie door of onder verantwoordelijkheid van de verkoper § Wanneer installatie geschiedt door verkoper of onder zijn verantwoordelijkheid à Ook onder toepassing van de wet Wettelijke garantie • 3 cumulatieve voorwaarden om verkoper aansprakelijk te stellen o Gebrek aan overeenstemming o Aanwezig bij de levering o Manifesteert binnen twee jaar na de levering • Term “wettelijke garantie” niet in de wet à Maar om onderscheid te maken o Wettelijke garantie à Vloeit voort uit de tekst van de wet, is verplicht. o Commerciële garantie à Vrijwillig door verkoper verstrekt • Voorbeeld o Aankoop van een jacuzzi en douche via internet à Werkt bijna niet à Wat kan men als consument doen? Onderscheid tussen wettelijke en commerciële garantie • Verplicht versus vrijwillig o Wettelijke garantie is verplicht en de wet bepaald ook de inhoud • Inhoud door wet versus door overeenkomst bepaald o Als men beslist een commerciële garantie te geven kan men zelf de inhoud bepalen o Maar kan geen afbreuk doen aan de wettelijke garantie • Persoon die garantie verstrekt o Wettelijke garantie: verkoper o Commerciële garantie: verkoper of fabrikant (of derde) Voorwaarden inzake aansprakelijkheid • Gebrek aan overeenstemming met de overeenkomst o Beoordelingscriteria à Van zodra aan 1 van deze voorwaarden niet is voldaan à Gebrek aan overeenstemming § Beschrijving van het goed § Normaal en / of bijzonder gebruik van het goed • Het goed moet geschikt zijn voor zijn normaal gebruik of voor het bijzondere gebruik dat door de consument werd medegedeeld en dat door de verkoper werd aanvaard § Kwaliteit die men mag verwachten • Datgene wat een gemiddeld consument van een bepaald goed gaat verwachten • Aard van het goed o Bv. Broodje gaan kopen à Rekening houden met het feit dat je dat niet lang kan houden 41 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 o Is het een nieuw goed of 2ehands? Door verkoper, producent of vertegenwoordiger gedane mededelingen à Uitzonderingen o Uitzonderingen à Bv. Rechtzetting van bepaalde zaken die in reclame gezegd zijn maar niet kloppen §
Toepassing: hond • (Bergen 15 december 2010, DCCR 2012, afl. 97, 117, noot S. Marysse) • Hond was geboren met een waterhoofd, werd pas zichtbaar na een tijdje à Gebrek bij de levering? à Je mag ervan uitgaan dat een hond die je koopt bij een kweker geen afwijkingen heeft • Hond met kennelhoest à Verkoper aansprakelijk • Prijs voor bepaalde dieren is vaak heel hoog. Maar welke vergoeding moet worden geboden? à Je krijgt soms een ander dier, maar mensen zijn er al aan gehecht à kan dier worden geopereerd? à Heel duur à Vaak meer dan waarde van de hond §
Toepassingen in de Belgische rechtspraak betreffen vooral tweedehandswagens • (Bv. Gent 27 mei 2009, NjW 2010, 200 ; Vred. Landen-­‐
Zoutleeuw 13 september 2007, T. Vred. 2009, 241, noot C. Delforge) à Rechtspraak is streng voor verkopers van tweedehandswagens • Bv. Aankoop wagen voor 1000 euro à Valt stil à Kostprijs herstelling is veel meer • Rechtspraak à Wagen vertoont een gebrek aan overeenstemming indien hij zo snel stilvalt o Gebrek ingevolge installatie / montagehandleiding § Gebrek in een montagehandleiding (Ikea clausule) à Gebrekkig goed o Kennis van gebrek aan overeenstemming § U kan verkoper niet aansprakelijk stellen wanneer u op het ogenblik van het sluiten van het contract het gebrek kende of behoorde te kennen à Bv. oldtimer die niet meer rijdt en je wist dit •
(Les 5: 5/11/2014) Gebrek aanwezig bij de levering o Bewijslast à Onderscheid § Eerste zes maanden na de levering • Gebrek wordt vermoed aanwezig te zijn geweest bij levering à Weerlegbaar à Verkoper kan aantonen dat het gebrek niet aanwezig was bij levering (abnormale schade door vallen) àDus bewijslast op verkoper 42 Consumentenbescherming §
§
§
§
§
•
JVD 2014-­‐2015 Volgende 18 maanden • Consument moet bewijs leveren (bijzonder moeilijk bewijs) dat gebrek bij levering aanwezig was à Zal vaak pas kunnen door tussenkomst deskundige en deze kosten geld • Voor vele consumptiegoederen (waarvan de prijs relatief beperkt is) moet men een afweging maken (Bv. wel vaak over wagens, dieren, ijskast, laptop waarvan waarde toch al wat hoger is) è In werkelijkheid heb je dus voor veel consumptiegoederen eigenlijk een garantietijd van 6 maanden door de bewijslast na 6 maand op consument te leggen In sommige landen à Meer dan 6 maanden à Bv. in Frankrijk gelt het vermoeden de volledige 2 jaar Bv. praktijken van bepaalde telecomoperatoren waar u ook een gsm heeft aangeschaft met abonnement à Stel gsm defect à ‘Wij willen een bedrag van 50 euro als het defect aan u blijkt te liggen) à Het is uiteindelijk Belgacom die geheel eenzijdig vaststelt wanneer het gebrek is ontstaan à Je hebt als consument geen enkel zicht op de objectiviteit waarmee dit gebeurd Vermoeden van 6 maanden à Verkoper kan dit onder meer weerleggen rekening houdend met de aard van de goederen à Het feit dat een goed 2ehands is zou zich verzetten tegen dit vermoeden (volgens bepaalde rechtsleer) à Rechtspraak heeft geoordeeld dat bij een 2ehandswagen het vermoeden ook speelt Gebrek manifesteert zich binnen de twee jaar o 2 jaar voor alle soorten goederen à Men heeft niet willen voorzien in verschillende termijnen voor duurzame consumptiegoederen o Wat doe je als de verkoper zondigt tegen de wet door te bepalen dat er een garantietermijn is van 6 maanden? à Nietig beding o Te rekenen vanaf de levering o Tweedehandsgoederen § Inkorting tot 1 jaar is mogelijk: Gent 27 mei 2009, NjW 2010, 200 § Bijzondere regeling voor 2ehandsgoederen à Wetgever laat de mogelijkheid om contractueel de garantietermijn in te korten tot 1 jaar (als contract niets bepaalt is garantietermijn 2 jaar) § Bv. Bij verkoop 2ehands wagen à Deze wordt verkocht ‘in de staat waarin hij zich bevindt zonder garantie’ à Beding in strijd met wet en dus nietig à Wat in geval nietigheid beding ? • Consumentvriendelijk à 2 jaar • Verkopersvriendelijk à Reduceren tot 1 jaar wat wettelijk is toegestaan • è 2 jaar (doel is de bescherming van de consument + afschrikwekkend karakter van de sanctie zou verdwijnen als er reductie is tot wat wettelijk is toegestaan) 43 Consumentenbescherming •
•
•
JVD 2014-­‐2015 o Indien gebrek zich na twee jaar manifesteert à Verborgen gebreken § Zolang we in die termijn van 2 jaar zitten kunnen we geen beroep doen op de regels inzake verborgen gebreken à Eens verstreken, dan hebben de regels in verband met verborgen gebreken wel weer toepassing § Men moet zijn vordering wegens verborgen gebrek instellen binnen een korte termijn à Volgens sommige rechtsleer à ‘Eens garantie van 2 jaar verstreken dan kan er niet meer voldaan worden aan de korte termijn’ Facultatieve meldingstermijn o Kan door de onderneming ( en de consument) worden overeengekomen o 2 maanden à Als men facultatieve meldingstermijn in contract inlast moet men de consument minstens 2 maand tijd geven om gebrek aan overeenstemming te melden o Gevolg van de miskenning van de termijn à Wat als een termijn overeengekomen is en de consument wacht langer? à Volgens de minister kan dit niet leiden tot verlies van de vordering (geen zware sanctie) à In de rechtsleer aanvaard iedereen dat wanneer in een contract duidelijk vermeld staat dat men zijn recht om de vordering in te stellen uitoefent na een bepaalde termijn dat dir recht dan vervalt à Logisch Verjaringstermijn o 1 jaar vanaf vaststelling gebrek o Verjaring onmogelijk binnen garantietermijn o 1e hypothese à 5 Maanden na levering doet er zich een gebrek voor à Verjaring pas na 24 maanden o 2e hypothese à Gebrek manifesteer zich 18 maanden na levering à Verjaringstermijn 1 jaar later = 30 maanden na levering o Bv. na 18 maanden manifesteert zich een gebrek à Goed wordt ingeleverd bij onderneming en wordt hersteld binnen de maand à Na 23 maanden opnieuw een gebrek vastgesteld à De vordering zal verjaren na 31 maanden à De verjaring wordt geschorst tijdens het herstel maar niet gestuit (geen nieuwe termijn) Bijzondere vraag à Lot van de zichtbare gebreken? o Stel ik koop salon in zwart leer op basis van catalogus à Bij levering blijkt salon knalrood te zijn à Toepassing gemeen verbintenissenrecht à Wat moet je dan doen? à Onmiddellijk protesteren o Schaft de wet consumentenkoop deze spoedige protestplicht af ? à 2 strekkingen in de rechtsleer § Klassieke academici verbintenissenrecht à Het kan toch niet dat die regeling inzake consumentenrecht essentiële principes van verbintenisrecht aan de kant schuift en moet dus behouden blijven ook bij consumentenkoop • Fout argument à Men beroept zich op de regel die stelt: er is geen gebrek aan overeenstemming indien de consument het gebrek kende bij de sluiting van het contract à Klopt niet, het gaat niet om het ogenblik van het sluiten van het contract maar wel om de levering 44 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Argument à Je kan niet aanvaarden dat consument eerst Bv. 2 jaar in zijn zetel kan zitten en dan gaat protesteren om zijn rode zetel te laten vervangen door een zwarte à Maar er is nog steeds de regel van rechtsmisbruik Academici consumentenrecht à Benaderen vanuit de Europese richtlijn (en wet) à Voor elk gebrek aan overeenstemming moet de consument minstens over die meldingstermijn van 2 maanden beschikken à Men kan dus gedurende 2 maanden nog steeds protesteren tegen het rode in plaats van zwarte salon en als geen meldingstermijn is voorzien dan zou dit eigenlijk betekenen dat men gedurende termijn van 2 jaar zou kunnen protesteren •
§
Rechten van de consument • Verschillende rechtsmiddelen à Keuze tussen deze 4 rechtsmiddelen is niet absoluut à De richtlijn en wet bevatten een hiërarchie • Herstel of vervanging o In de eerste plaats kiezen voor herstel of vervanging door verkoper (uitvoering in natura krijgt dus voorrang) à Doet u dit niet en gaat u direct naar een derde voor de herstelling dan is er verval van recht o Kosteloos § Essentie van consumentenbescherming à (werkuren en onderdelen ten laste van verkoper) § HvJ à Kosteloosheid ruim ingevuld § Geen gebruiksvergoeding à Arrest Quelle • H.v.J. 17 april 2008, Quelle, nr. C-­‐404/06, DCCR 2008, afl. 79, 75 • Een defect fornuis à Consument vraagt vervanging à Verkoper zegt: u moet mij wel een vergoeding betalen voor het normale gebruik dat u gedurende een zekere termijn van dat fornuis heeft kunnen maken (gedurende Bv. 5 maand voor de vervanging) • HvJ à fundamenteel voor bescherming consument is dit kosteloos herstel of vervanging è Dus geen vergoeding voor het gebruik voorafgaand aan vervanging § Quid kosten verwijderen en opnieuw installeren? à Arrest Weber • HvJ 16 juni 2011, Gebr. Weber, nr. C-­‐65/09, C-­‐87/09 • Weber koopt vloertegels aan en beslist om deze zelf te plaatsen à Men legt groot deel van de vloer en stelt vast dat er vlekken op zijn à Onuitwisbare sporen en dus gebrekkige tegels à Weber eist een vervanging (herstel niet mogelijk) • Moet kosteloos à Dus een vergoeding voor Weber voor het zelf uitbreken van de vloer of de verkoper moet de tegels komen uitbreken en vervangen § Bv. Vaatwasmachine die consument zelf heeft ingebouwd in keuken à Na enkel maanden werkt deze niet meer à Consument 45 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 maakt aanspraak op nieuwe à Consument vraagt ook dat de kosten van het verwijderen van de oude en de installatie van de nieuwe gedragen worden door de verkoper • HvJ geeft consument voor groot deel gelijk à Wanneer een consument te goeder trouw het goed heeft geïnstalleerd vooraleer hij zelf kennis had van het gebrek à Dan moeten alle kosten gedragen worden door de verkoper • MAAR blijkt dat de kosten bijzonder hoog oplopen en hoger worden dan kostprijs van het goed à Vergoeding waarop consument aanspraak maakt beperken à Nationale rechter kan dit reduceren dus nationale rechter moet zijn plan trekken en beslissen • Argument verkoper à Wanneer de installatie deel uitmaakte van het contract ok, maar als het de klant was die zelf installeerde kan u niet vragen om de kosten te dragen en te betalen voor de installatie van het vervangende product à HvJ heeft dit van tafel geveegd o Vrije keuze van de consument tussen herstel en vervanging § Niet absoluut vrij à Niet kiezen voor het ene rechtsmiddel als dit totaal buiten verhouding is in vergelijking met het andere rechtsmiddel • Absurd voorbeeld à Nieuwe wagen à drankenhoudertje kapot à Dan kun je moeilijk vragen om een nieuwe auto à Dan beter herstel • Tweedehandsgoed kan niet worden vervangen àà Bij tweedehandswagen dus sowieso herstel • Omgekeerde kan ook à Herstel niet mogelijk (tegelvloer) à Vervanging nodig §
è Tenzij onredelijk / buiten verhouding • Tegenover elkaar • Ook tegenover ontbinding? o Stel dat maar 1 van beide rechtsmiddelen mogelijk is en dat brengt eigenlijk in vergelijking met een ontbinding bijzonder veel kosten met zich mee voor de verkoper à Kan je dan zeggen dat dit buiten verhouding staat tot ontbinding en dus herstel of vervanging weigeren? o Belgische Rechtspraak (van voor HVJ) à Niet meer houdbaar à 2ehands wagen van 17 jaar oud die gekocht werd voor de prijs van 1600 euro à Herstelling hield in dat de prijs veel malen hoger zou zijn dan 1600 euro à Vredegerecht aanvaardde dat het herstel ook disproportioneel kan zijn tot een ontbinding à Gewoon overgaan tot ontbinding à Consument geeft wagen terug en krijgt zijn 1600 euro terug (-­‐gebruiksvergoeding) 46 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o HvJ à Nee de consument heeft keuzevrijheid à Als het ene niet mogelijk is, dan heeft hij nog recht op ander een rechtsmiddel à Kosten hoger dan aankoop verhindert niet dat de consument die vervanging vraagt à Vervanging of herstel kunnen niet geweigerd worden omdat de kosten buiten verhouding zouden zijn met ontbinding van het contract à Maar nationale rechter kan de kosten wel enigszins beperken •
•
Hof zegt dat als consument geen integrale vergoeding krijgt van zijn schade à Dan moet hem de mogelijkheid worden gegeven om te zeggen dat hij de vervanging niet wil en dat hij de mogelijkheid moet krijgen om het contract te ontbinden Gebrekkige dieren à Iemand wil geen vervanging à Opereren kost 3000 euro terwijl hond werd gekocht voor 600 euro à Vervanging niet mogelijk zonder ‘ernstige overlast’ (bijzondere morele schade) à Kan hondenverkoper argumenteren dat de koper geen aanspraak kan maken op herstel omdat dit buiten verhouding staat tot ontbinding? à Neen, wel argumenteren dat de kosten moeten worden beperkt à Steunen op theorie rechtsmisbruik à Als vervanging door verkoper wordt aangeboden en u wil daar als consument niet op ingaan omwille van emotionele reden en u opteert voor herstel à Dat is uw goed recht maar rekening mee houden dat u zelf de kosten gedeeltelijk zal moeten dragen à Als u dan blijft doordrijven dan bent u schuldig aan rechtsmisbruik o Herstel en vervanging moeten binnen redelijke termijn en zonder ernstige overlast worden verricht § = Feitenkwestie § Wat als er een vervangingsgoed wordt aangeboden à Belangrijke rol in beoordeling redelijke termijn en overlast § Wat indien goed wordt hersteld maar vervolgens steeds om dezelfde of vergelijkbare reden steeds stuk gaat? à “Ik ben niet meer tevreden met herstel maar wil vervanging want keer op keer overlast” à Dit zou kunnen (want keer op keer vervangen is ernstige overlast) § Toepassing: niet reageren op aanmaningen 47 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Ontbinding of passende prijsvermindering (Subsidiaire rechtsmiddelen) o Pas indien herstel of vervanging niet mogelijk is of niet binnen een redelijke termijn kan gebeuren à Dan kan de consument zich pas beroepen op ontbinding of passende prijsvermindering o Keuze à Opnieuw vrij à Wel beperking o Ontbinding § Ontbinding niet bij geringe betekenis • Voorbeeld à Salon besteld met ronde poten à Salon met vierkante poten geleverd à Geen herstel of vervanging en de consument vraagt ontbinding van de overeenkomst à Maar dit werd geweigerd omwille van een gebrek van geringe betekenis (waarde poten in vergelijking met de waarde zetel is beperkt) • à Wie moet bewijzen dat het gebrek al dan niet van geringe betekenis is? à Geen regel in de wet à Algemeen aanvaard is dat degene die de ontbinding vordert moet aantonen dat aan de toepassingsvoorwaarden is voldaan § Maar behoud recht op prijsvermindering is noodzakelijk § H.v.J. 3 oktober 2013, C-­‐32/12, Soledad tegen Autociba • Spaanse zaak à Cabrio waarvan dak lekte à Ondanks herstel bleef er bij regen water binnenkomen in de cabrio à Spaanse rechter vond dit een gebrek met geringe betekenis ( extreem, is feitenkwestie) • § Ontbinding moet in rechte gevorderd worden Gevolgen van de ontbinding • Teruggave goed en prijs o Restitutie à Wagen teruggeven en de verkoper moet het betaalde bedrag teruggeven • Gebruiksvergoeding o Passende prijsvermindering o Arrest Soledad à Spaanse zaak met lekkende cabrio § Spaanse consument vordert ontbinding overeenkomst, rechter weigert (omwille van geringe betekenis) § Spaanse procesrecht à Bij afwijzen rechter kan je geen enkele andere vordering meer instellen à De Consument kon dus helemaal niets krijgen § Prejudiciële vraag aan HvJ à Is het Spaanse procesrecht in strijd met de Europese richtlijn consumentenkoop in de mate waarin het tot gevolg heeft dat de consument op geen enkele vergoeding nog aanspraak kan maken wanneer de ontbinding wordt geweigerd § HvJ redeneert in analogie met de rechtspraak inzake oneerlijke bedingen à Men gaat ervan uit dat een consument mogelijks zijn rechten niet kent à Om een doeltreffende consumentenbescherming te bereiken kan niet aanvaard worden dat een consument die ten onrechte de ontbinding vordert, dat die §
48 Consumentenbescherming §
§
§
JVD 2014-­‐2015 volledig in de kou blijft staan à Het nationale procesrecht moet de mogelijkheid geven om ‘en cour de route’ de eis van de consument te wijzigen of een andere vordering in te stellen à Consumenten vorderen soms onmiddellijk ontbinding zonder dat ze weet hebben van herstel of vervanging à Of in plaats verkoper te contacteren met het oog op herstel, gaan ze naar een derde (want vaak vertrouwen verloren) à Gevolg? à In rechtspraak is men streng à Consument krijgt niets à Deze rechtspraak kan niet worden gehanteerd à miskenning van vereiste van doeltreffende consumentenbescherming •
Mogelijkheid voor bijkomende schadevergoeding o Er is schade die de consument heeft geleden en die niet vergoed wordt door het rechtsmiddel waarop hij zich heeft beroepen o Bv. Consument rijdt met wagen en de motor raakt oververhit (gebrek aan overeenstemming) à Welke rechten ? à Kosteloos herstel maar misschien ook takelkost (additionele schade) à Hiervoor kan u schadevergoeding krijgen o Bv. Wagen wordt vervangen à Nieuwe wagen, maar ook nieuwe inschrijvingstaks à Dit is ook additionele schade o Schadebeperkingsplicht § Het gebrekkige goed niet verder gebruiken indien het gebrek daardoor ernstiger wordt (enkel voorzienbare schade komt in aanmerking) o (Gent 27 mei 2009, NjW 2010, 200) Commerciële garantie • Omschrijving o = Volledig vrijwillig toegekend à Vrijwillige verbintenis aangegaan door de verkoper om zich op enerlei wijze over het goed te gaan bekommeren als er iets verkeerd is o Positieve commerciële garantie § Iets meer bieden dan datgene dat door de wet wordt verzekerd § Bv. uitbreiding garantietermijn, verlenging periode om te beroepen op gebrek, uitbreiding rechtsmiddelen (naast herstel of vervanging kan u ook onmiddellijk ontbinden) o è Verschijningsvorm van geen belang (mooi papier of kasticket maakt niet uit) • Bindend karakter o Verbindend voor de onderneming à Wat in reclame wordt gezegd zal de contractuele verhouding tussen consument en fabrikant verbinden • Behoud van wettelijke bescherming o Bv. Een fabrieksgarantie van 7 jaar of 150.000 kilometer, volgens het eerst bereikte criterium (zonder kilometerbeperking tijdens de eerste 36 maand) (Kia) o Bepaalde fabrikanten à ‘Garantie voor 5 jaar of 100 000 km’ à Geldig? à Ja 49 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Kan die kilometerbeperking in aanmerking genomen worden in kader wettelijke garantie? à Neen § Bv. Om van de garantie te genieten moet u een garantiekaart invullen en opsturen à U doet dat niet, dan verliest u uw commerciële garantie? à Ja, maar de wettelijke garantie ten aanzien van verkoper verliest u niet § Originele verpakking niet meer à Maakt niet uit voor wettelijke garantie (wel voor commerciële garantie) Transparant karakter o Bv. Bij de aankoop toestel à Wettelijke garantie van 2 jaar, maar wij bieden u een bijkomende garantie aan voor een termijn van 5 jaar voor Bv. 50 euro extra à Dergelijke garantie tegen betaling valt ook onder de regels van commerciële garantie o Onderscheiden van verzekeringscontracten § Bv. u koopt gsm à Bv. tegen valschade contract sluiten (schade die dus niet het gevolg is van een gebrek aan overeenstemming) à Dit is een verzekeringscontract §
•
Minnelijke invordering van schulden van de consument Inleiding • Situatie waarbij de consument niet tijdig kan betalen en de onderneming gaat invorderen, zonder dat men over een uitvoerbare titel beschikt (incassobureau, gerechtsdeurwaarders, advocaten) • Invordering van schulden o Activiteit van incassobureaus à Bepaalde wanpraktijken § Incassobureaus à Men deinsde er niet voor terug mensen te bezoeken en wat te dreigen, of men ging ze publiekelijk gaan affronteren à Hier wou men tegen optreden o Wetsvoorstel à Verbod om voor andermans rekening schulden van consumenten in te vorderen o Regeringsamendement à Gedragsregelen voor de minnelijke invordering van schulden van de consument § Miskenning van de gedragsregelen kan ook civielrechtelijk worden gesanctioneerd (de consument mag het goed of dienst behouden en wordt volledig vrijgesteld van betaling) Toepassingsgebied • Wet maakt onderscheid tussen minnelijke invordering en de activiteit van minnelijke invordering o Bij een activiteit van minnelijke invordering zijn er veel meer regelen van toepassing dan bij minnelijke invordering (examenvraag) • Minnelijke invordering o Iemand tracht bij een consument een schuld in te vorderen zonder een uitvoerbare titel à Wie dit doet is irrelevant 50 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Bv. Iemand moet mij 1000 euro à Een derde gaat dit aan deze persoon vragen voor mij o Geen uitvoerbare titel § (Bv. Vred. Oudenaarde 19 februari 2009, T. Vred. 2012, 351) o Ongeacht persoon die invordert Activiteit van minnelijke invordering o Beroepsactiviteit à Iemand die als beroepsactiviteit schulden invordert o Voor andermans rekening § Wanneer een schuldeiser zelf overgaat tot invordering is dit geen activiteit van minnelijke invordering à Het gaat vooral om incassobureaus (maar ook gerechtsdeurwaarders en advocaten) § Met inbegrip van advocaten en gerechtsdeurwaarders sedert 2009 § Uitzondering: bijgedragen tot de onderliggende verhouding • Er is geen activiteit van minnelijke invordering wanneer de persoon die tot invordering overgaat heeft bijgedragen tot de totstandkoming van de overeenkomst • Bv. Verhuurders gaan vaak beroep doen op een immokantoor om op zoek te gaan naar huurders en laten het kantoor ook vaak de verdere opvolging van de huurovereenkomst beheren à Indien er niet betaald wordt zullen ze stappen ondernemen om de huurgelden te gaan innen o Is dit een activiteit van minnelijke invordering? § Volgens definitie à Ja (beroepsactiviteit en voor rekening van een ander) § Maar toch niet à Want bijgedragen tot de onderliggende verhouding = het sluiten van het huurcontract o Invordering tegen betaling overgenomen schulden § Incassobureaus gaan klassiek in naam en voor rekening schulden invorderen, ze zouden kunnen ontsnappen door de schuldvordering over te nemen en dan voor eigen rekening in te vorderen §
•
•
Schulden van de consument o Bestemmingscriterium § Waarvoor is de schuld aangegaan? o Gemengde schulden o è Persoon die schulden heeft aangegaan voor hoofdzakelijk privédoeleinden o Bewijslast 51 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 (Les 6: 12/11/2014) Bescherming privéleven • Van toepassing op elke minnelijke invordering o Art. 3 geldt voor om het even welke invordering § §1 à Bevat algemene verbodsbepaling (catch-­‐all) à Misleiden of privacy schenden § §2 à Belangrijke opsomming van verboden gedragingen (niet-­‐
limitatieve opsomming) • Algemene bepaling • Lijst van verboden gedragingen (Bv.) o Verwarring creëren omtrent hoedanigheid invorderaar § Specifiek om aantal praktijken van incassobureaus aan banden te leggen • Vroeger op hun briefpapier een weegschaal à Indruk creëren dat de brief uitging van een gerechtelijke instantie of deurwaarder • Brieven ondertekenen met o ‘Meester’ à Indruk creëren dat er advocaat was ‘Inspecteur’ à Indruk politie/overheid o Mededeling die onjuiste bedreigingen bevat § Geen bedreigingen die juridisch niet correct zijn § Bv. Als u binnen de maand niet betaalt , dan dagvaarden we u = correct § Bv. Als u niet binnen de maand betaalt, dan leggen we beslag op uw inboedel = Niet correct (geen uitvoerbare titel) o Inning van niet voorziene of wettelijk toegestane bedragen § Geen bedragen invorderen tenzij voorzien in overeenkomst of toegestaan door wet § De schuldvordering zelf + verhoogd met nalatigheidsinteresten • Nalatigheidsinterest = Wettelijke interestvoet (2,75%) of hogere interestvoet die contractueel bepaald werd § Eventueel forfaitaire schadevergoeding die voorzien is • Als in contract geen schadebeding of verhoogde nalatigheidsinterestvoet is voorzien à Dan kan men dit niet vorderen (geen schadevergoeding en slechts nalatigheidsinteresten aan wettelijke interestvoet) o Inning van de schuld in aanwezigheid van of bij een derde § à Kan privacy consument aantasten • Bv. Consument in stamcafé confronteren met zijn schulden • Bv. incassobureau rijdt rond met wagentjes met grote letters dat het gaat om wagen van incassobureau (op uw oprit en iedereen weet het) à Kan dit? à Niet zien als inning vordering in aanwezigheid derden à Maar er is nog steeds de catch-­‐all voor bescherming van privacy § Ook niet innen bij een derde (voor zoon schulden innen bij zijn ouders) à Wil niet zomaar zeggen dat loondelegatie niet is toegestaan à Dit kan als dit in contract wordt afgesproken 52 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 •
o Belagen van de schuldenaar § Definiëring bij stalking in de strafwet à Het hoeft niet om stalking te gaan, maar is wel meer dan louter lastigvallen § Belagen is verboden als de schuldenaar de schuld uitdrukkelijk heeft betwist § En zonder betwisting? à Terug naar catch-­‐all kijken è Deze regels gelden voor incasso’s, deurwaarders en advocaten Activiteit van minnelijke invordering • Voorafgaande inschrijving o FOD Economie • Verzekering beroepsaansprakelijkheid • Schrapping en schorsing (= administratieve sancties) o Schrappen à Nieuwe inschrijving vereist o Deze regel geldt niet voor advocaten en gerechtsdeurwaarders (deze hebben zelf al tuchtorganen) Vergoeding • Optiek à Incasso’s zijn door en door slecht o Bv. gerechtsdeurwaarders die gewoon hun handtekening lenen aan incassobureaus à Deontologisch niet OK! (nog niet tegen opgetreden) o Modero (groot gerechtsdeurwaarderskantoor à Doet invorderingen NMBS) à Geen enkel controle meer op wat wordt ingevorderd • Door overeenkomst bepaald o Wat mag men invorderen à Art. 5 à Verschil/contrario met Art. 3 à Men kan niet overgaan tot inning nalatigheidsinteresten aan wettelijke interestvoet als dat niet in contract stond? à Zou dit de bedoeling zijn van de wetgever? à Nee • Quid artikel 1153 BW? o Bij toepassing van Art. 1153 à nalatigheidsinteresten zouden toch verschuldigd zijn • Kosten van ingebrekestelling door gerechtsdeurwaarder o (Vred. Etterbeek 6 mei 2010, T. Vred. 2012, 368) o Tot voor 2009 à Aanmaningrechten gerechtsdeurwaarder (Rechten voorzien in een KB) o Discussie in de rechtsleer à Aanmaningsrechten kunnen niet worden ingevoerd inzake minnelijke invordering o Na 2009 à Gerechtsdeurwaarders kunnen aanmaningsrechten niet meer invorderen o Wanneer dan wel à Als dat in contract is voorzien Ingebrekestelling • Eerste stap: ingebrekestelling o Starten met schriftelijke ingebrekestelling • Wachttermijn: bijkomende maatregelen o 15 dagen à Men mag niets doen 53 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 o Consument krijgt eigenlijk 15 kalenderdagen gedurende er geen bijkomende maatregelen mogen worden genomen (niet bellen, bezoeken, geen nieuwe brief) o Na 15 dagen kunnen andere stappen à Dagvaarding, … Verplichte vermeldingen (Wetgever wil consument beschermen) o Bijzondere verplichting bij invordering door advocaten o à “Deze brief betreft een minnelijke invordering en geen rechtelijke invordering (dagvaarding voor de rechtbank of beslag)” o (Vred. Etterbeek 13 april 2010, T. Vred. 2012, 374) Huisbezoek • = Schuldenaar thuis opzoeken om hem te overtuigen tot betaling van zijn schulden o à Maar eerst dus schriftelijke ingebrekestelling en wachttermijn van 15dagen • Schriftelijk document o Het is aan het incassobureau om te bewijzen dat men dit document heeft voorgelegd (dus ondertekening consument nodig ) • Bepaalde vermeldingen o Ook vermelden dat consument het huisbezoek kan weigeren of er steeds een einde kan aan maken • Bepaald formalisme • Betaling tijdens huisbezoek o Betalingsbewijs § Incasso zal moeten bewijzen dat zij een betalingsbewijs heeft verstrekt o Bewijslast § Gemeen recht à Art. 1315 à Schuldenaar moet bewijzen dat hij zijn schuld betaald heeft § Deze bepaling kent geen uitzindering in verband met dit betalingsbewijs Sanctionering • Vordering tot staken o Bv. concurrerend incassobueeau à Voorzitter Kooph. vragen om staken • Waarschuwingsprocedure / vaststelling en opsporing • Administratieve sancties • Strafsancties • Burgerrechtelijke sanctie o Toepassingsgebied § Activiteit van minnelijke invordering § Advocaten en gerechtsdeurwaarders? • Arrest Grondwettelijk Hof (arrest nr. 99/2010, 16 september 2010, A.GrwH 2010, afl. 4, 1533) o à Art. 14 à Wanneer men dat zou toepassen ten aanzien van gerechtsdeurwaarders of advocaten? 54 Consumentenbescherming o
o
o
o
JVD 2014-­‐2015 o Art. 14 disproportioneel en ongrondwettelijk à GwH aanvaardt dit, maar men maakt onderscheid tussen schending van artikel 3 en 6/7 § Schending artikel 3 • Schending 3 (3 bestond reeds sinds 2002) à GwH zegt dat sanctie Art. 14 wel van toepassing is § Schending artikel 6/ 7 • Schending 6/7 door advocaten en gerechtsdeurwaarders kan niet leiden tot sanctie van Art. 14 want disproportioneel o Heeft het GwH hier eigenlijk geen ongelijkheid geschapen? (huisbezoek zonder schriftelijke ingebrekestelling van incassobureau of gerechtsdeurwaarder à Eigenlijk voor consument geen verschil) Enerzijds situatie te veel ingevorderd, anderzijds invordering in strijd met Art. 3, 6 en 7 § Situatie à Incasso gaat over tot invordering schuld consument en miskent 3, 6 of 7 à stel consument koopt TV voor 1000 euro en betaalt niet onmiddellijk à vordering op consument van 1000 euro en men doet beroep op incassobureau § Incasso gaat rechtstreeks naar consument (geen schriftelijke ingebrekestelling dus schending Art. 6 § Sanctie Art. 14 à Incasso moet de 1000 euro terugbetalen aan de consument en de consument is bevrijd ten aanzien van de schuldeiser = eigenlijk een gratis TV § à Stel dat het incassobureau deze fout meerdere keren maakt, zou het incassobureau failliet kunnen gaan à Noodzaak en verplichting van een verzekering beroepsaansprakelijkheid § Zware sancties = Afschrikwekkende werking Schending bepaalde artikelen § Betaling is geldig § Teruggave Uitzondering à Kennelijke vergissing die rechten van de consument niet schaadt § De uitzondering is er om ervoor te zorgen dat de actie niet wordt toegepast bij een zeer kleine schending van de wet (beoordeling door de rechter) § Bv. In het document dat bij het huisbezoek wordt aangeboden moet men melding maken van de identiteit van de persoon die zich bij dit huisbezoek gaat aanbieden à Maar de naam is verkeerd geschreven à Slechts een klein foutje Niet-­‐verschuldigd / te hoog bedrag § Enkel datgene wat men teveel heeft ingevorderd terugbetalen (verhoogd met nalatigheidsinteresten) § Regel eigenlijk compleet overbodig want bevestiging van onverschuldigde betaling in BW 55 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Bescherming van de reiziger Inleiding • Bescherming van de reiziger o à Richtlijn gericht op minimale harmonisatie. Daarnaast een aantal Europese verordeningen o Reiscontractenwet (omzetting Europese Richtlijn à Nieuw voorstel van Richtlijn (2013)) o Europese Verordening die passagier beschermt bij annulatie, instapweigering en vertraging vlucht (sedert 17 februari 2005) o Europese Verordening die treinreiziger beschermt (sedert 3 december 2009) § Toepassing: H.v.J. 26 september 2013, zaak C-­‐509/11, OBB Persohneneverkehr) § Treinreizigers à Bij vertragingen van meer dan een uur is er terugbetaling van een deel van de ticketprijs à Maar in algemene voorwaarden van de NMBS is er een uitzondering voor overmacht • De verordening voorziet hier niet in à Dus er moet altijd een vergoeding worden betaald à Ook bij overmacht o Europese Verordening betreffende rechten van autobus-­‐ en touringcarpassagiers (inwerkingtreding 1 maart 2013) o Europese Verordening die voorziet in bescherming passagiers die over zee of binnenwateren reizen (inwerkingtreding 18 december 2012) o Wet inzake timesharing (omzetting Europese Richtlijn) § Timesharing = Techniek waarbij mensen een recht van gebruik gaan verkrijgen met betrekking tot een onroerend goed à Werd vaak heel agressief verkocht met veel problemen • Zwarte lijst van Luchtvaartmaatschappijen die Europese luchtruim niet binnen mogen (http://ec.europa.eu/transport/air-­‐ban/doc/list_nl.pdf) Reiscontractenwet (1994): Toepassingsgebied • Contract tot reisorganisatie o Bv. Neckermannreis à Met de bus naar hotel en daar een aantal nachten slapen = Combi van vervoer en logies en de touroperator verbindt zich in eigen naam om de reisprestaties te verstrekken (zij verstrekken dit misschien niet zelf maar verbinden zich ertoe, ze doen beroep op een lokaal hotel, …) o In eigen naam o Vervoer, logies § Wat als vervoer en logies in elkaar zitten? à Bv. Slaaptrein naar Zwitserland of cruise op de middellandse zee à Is er dan een pakketreis? § Zaak Pammer • Zaak C-­‐585/08, Peter Pammer v. Reederei Karl Schlüter GmbH & Co. KG Jur. 2010, I-­‐12527 56 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 HvJ à Ja, een cruise is een combinatie van vervoer en logies dus contract van reisorganisatie à Het ene mag niet bijkomstig zijn aan het andere • Bij slaaptrein naar Zwitserland is de logie misschien wel accessoir en dus misschien niet echt gaat om combo vervoer en logies Andere toeristische diensten § Bv. Uitstappen, excursies Van tevoren georganiseerde combinatie § Reizen a la carte à HvJ à Van tevoren georganiseerd niet restrictief interpreteren à Dit zijn ook contracten tot reisorganisatie § (zie ook: H.v.J. 30 april 2002, zaak C-­‐400/00, Jur. 2002, I, 4051) § (A. Alemanno, « Protection des consommateurs. Arrêt "Voyages à la carte », Revue du droit de l'Union européenne 2002, p.396-­‐398; L. Mölenberg, “Een op verzoek van de reiziger samengesteld pakket van reisdiensten is ook een van tevoren georganiseerde pakketreis. Zaak C-­‐400/00 (Club Tour): een "vergeten" arrest met verstrekkende gevolgen voor de aansprakelijkheidsverdeling in de reisbranche”, Tijdschrift voor consumentenrecht 2006, p.108-­‐112) Overnachting / meer dan 24 uur Totale prijs § Afzonderlijke facturatie § Reële prijs • HvJ. 15 juni 1999, C-­‐140/97, Jur. 1999, I, 3499 à Of de richtlijn pakketreizen van toepassing is op een reis wanneer die reis eigenlijk gewonnen is à Men dient enkel luchtvaarttaxen te betalen, voor de rest kosteloos à Als de prijs eigenlijk geen reële prijs is , kan je dan nog spreken van een pakketreis en is de wet dan nog van toepassing? • à Ja , reële prijs is niet noodzakelijk à Quid bij uitsluitend verstrekken van logies? •
o
o
o
o
o
•
Contract tot reisbemiddeling o Reisprestatie (niet noodzakelijk combinatie) o Vertegenwoordiging o è Reisbemiddeling à Als vertegenwoordiger à De bemiddelaar verbindt zich niet in eigen naam (in tegenstelling tot touroperator) maar treedt op als vertegenwoordiger in naam en voor rekening van reisorganisator à Bv. Via reisbureau boeken à Reis, vlucht en verblijf à Dan komt er een contract van reisbemiddeling tot stand met het bureau en een contract tot reisorganisatie met Bv. Jetair o Stel ik boek vlucht op site Brussels Airlines van Brussel naar Rome? à Valt dit onder toepassing van de reiscontractenwet? à Geen contract tot 57 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 reisorganisatie, want maar een enkele dienst à Ook geen contract tot reisbemiddeling want Brussels Airlines verbindt zich in eigen naam o Stel zelfde vlucht boeken via reisbureau op de Kouter à Tussen reisbureau en mij is er een contract tot reisbemiddeling en reiscontractenwet dus wel van toepassing o Via website van Thomas Cook een hotelkamer in Zuid-­‐Frankrijk waar ik zelf naartoe rijdt met wagen à Geen bemiddeling en geen reisorganisatie o Bepaalde rechtspraak stelt dat bepaalde bepalingen analoog moeten worden toegepast wanneer de reiscontractenwet niet van toepassing is à Op verstrekken van logies deze bepalingen analoog toepassen •
Reiziger o Elkeen die het voordeel van een reisprestatie geniet o Ongeacht hoedanigheid § Ook reis in kader beroepsactiviteit valt onder reiscontractenwet à Men hoeft dus geen klassieke consument te zijn § Men hoeft het contract niet zelf ondertekend te hebben •
In België verkochte of te koop aangeboden reizen o In 1994 à Nog geen internet à Vandaag regel bijzonder moeilijk toe te passen o Met dit criterium niet al te veel rekening meer houden Reiscontractenwet: Reispromotie • Geen misleidende elementen • Verplichte vermeldingen in de brochure • Bindend karakter van de vermeldingen in de brochure o Datgene wat in de reisbrochure staat is in principe verbindend o Uitzondering à Als men voor het sluiten van het contract de consument tijdig meedeelt dat er bepaalde dingen in de brochure niet kloppen (Bewijslast bij verkoper van reizen) • è De wet verplicht niet om een reisbrochure te verstrekken dus deze vermeldingen zijn enkel verplicht als er een reisbrochure wordt verstrekt Reiscontractenwet: Informatieverplichting • Voor het sluiten van het contract o Paspoorten, visa, inentingen § Reisorganisator moet duidelijk info geven over welke paspoorten, visa en inentingen er nodig zijn § (Rb. Gent 16 april 2010 DCCR 2010, afl. 89, 105, noot C. Guyot) • Man met Iraanse nationaliteit die vanuit België reis boekt naar Teheran à Man boekt vlucht Brussel-­‐Londen-­‐Londen-­‐
Teheran à Men weigert de man aan boord van vlucht te laten omdat hij geen transitvisum heeft à Als u via Londen vliegt, moet u een transitvisum hebben en de man was niet geïnformeerd door de touroperator à Vordering van schadevergoeding omdat hij via Frankfurt nieuwe reis moest boeken 58 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 1e aanleg Gent à Het is noodzakelijk om de reiziger concreet te informeren over welke visa hij nodig heeft à Algemene vermelding ‘raadpleeg site buitenlandse zaken’ volstaat niet o Reisvoorwaarden § Over het algemeen zijn deze eenvoudig terug te vinden § (Kh. Namen 10 maart 2010, DCCR 2011, afl. 92-­‐93, 146, noot Steennot) • Ryanair à Telkens opnieuw hyperlink volgen om de algemene voorwaarden te kunnen lezen o Verzekeringen (bagageverzekering, annuleringsverzekering) § Aansprakelijkheid voor verlies van bagage: 1000 SDR (ong 1200 euro) per persoon (Verdrag van Montreal) § (H.v.J. 6 mei 2010, C-­‐63/09, Axel Walz t. Clickair, http://curia.eu) § 3 belangrijke verzekeringen • Annuleringsverzekering o Dekt niet alle mogelijke situaties van annulering à Plots geen zin meer zal niet ok zijn à Nagaan wat er al dan niet wordt gedekt o Vaak reizen à Goedkoper om een algemene annuleringsverzekering te sluiten die u voor een volledig jaar dekt o Miskennen van de infoverplichting met betrekking tot annuleringsverzekering heeft vergaande gevolgen voor de touroperator • Bagageverzekering o In geval van verlies of bagagebeschadiging is de aansprakelijkheid van de luchtvaartmaatschappij beperkt o Verdrag à 1200 euro per persoon (max.) • Bijstandsverzekering o Eventuele repatriëring à Bv. Avontuurlijke reizen o Nuttig à Voor een volledig jaar of specifiek voor een reis § è Als de reisbemiddelaar u niet informeert over deze verzekeringen à Dan is de bemiddelaar aansprakelijk voor wat betreft het verlies/schade dat u lijdt door het feit dat u niet geïnformeerd was over de verzekering § è Meestal zal u de info wel krijgen à Want reisbemiddelaar krijgt commissie per verkochte verzekering •
•
Voor de aanvang van de reis Algemene raadgevingsplicht o Bv. dit hotel si niet geschikt voor mindervaliden, dit hotel is niet geschikt voor kinderen o Informatieplicht in hoofde van de reiziger 59 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Sanctie bij miskenning informatie-­‐ en raadgevingsverplichting o Ook morele schadevergoeding à Derving van het reisgenot à Vaak enige vorm van schade die u als reizende consument zal hebben o Stel vakantie geboekt met doel om 10 dagen aan zwembad te liggen à Maar zwembad zonder water à In dergelijke situatie zal u aanspraak kunnen maken op een schadevergoeding wegens derving reisgenot (Les 7: 19/11/2014) Totstandkoming van het contract tot reisorganisatie • Vorm en inhoud o Bestelbon § Vroeger à Contract kwam pas tot stand op ogenblik dat de bestelbon door de reisorganisator werd bevestigd o Reisbevestiging § Nu (20 jaar later) à Reisbevestiging onmiddellijk à Bestelbon en reisbevestiging zijn 1 en hetzelfde document geworden o Geen of afwijkende reisbevestiging o Sanctie à Relatieve nietigheid (ernstige schending rechten consument) § Cass. 26 mei 2006, DCCR 2007, afl. 75, noot E. Wéry à In geen geval sprake van een automatische nietigheid à Relatieve nietigheid die kan gevorderd worden door de beschermde partij (dus op vraag van de reiziger) à Pas als de rechter vaststelt dat de belangen van de reiziger zijn geschaad en de reiziger vordert de nietigheid à Dan pas kan de rechter tot nietigheid beslissen § è Reiziger moet aantonen dat zijn belangen daadwerkelijk zijn geschaad • Mogelijkheid tot prijswijzigingen o Bv. U boekt reis 4 maanden voor vertrek à Heeft de touroperator nog de mogelijkheid na het totstandkomen van het contract om de prijs te wijzigen ? à In principe is een contract verbindend à Prijs eenzijdig wijzigen bij een contract van bepaalde duur is niet mogelijk à Maar kijk reiscontractenwet à Specifieke regeling met betrekking tot mogelijkheid prijswijziging àDe specifieke regeling uit de reiscontractenwet (lex specialis) heeft voorrang op WER à Voorwaarden: § Voorzien in het contract § Op grond van bepaalde factoren • De gronden worden beperkt à Oorzaak in een aantal in de wet genoemde factoren (brandstof, wisselkoers, taxen en heffing) • Bv. taksen à Na 9/11 bijkomende controles op luchthavens à Bijkomende veiligheidstaken • Op basis van deze zelfde elementen kan de prijs ook dalen § Prijsstijging > 10% • Wisselkoersen à Soms zeer drastische wijzigingen à Om de reiziger te beschermen à Bij een stijging van meer dan 10% kan de reiziger kosteloos annuleren § Geen prijsstijging in 20 dagen voor vertrek 60 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Toepassing § “De in het contract overeengekomen prijs kan niet worden herzien, tenzij dit uitdrukkelijk in het contract is voorzien samen met de precieze berekeningswijze ervan, en voor zover de herziening het gevolg is van een wijziging in a) de op de reis toegepaste wisselkoersen en/of b) de vervoerskosten, met inbegrip van de brandstofkosten en/of c) de voor bepaalde diensten verschuldigde heffingen en belastingen. Er moet dan wel aan de voorwaarde worden voldaan dat bedoelde wijzigingen ook aanleiding zullen geven tot een verlaging van de prijs.” à Clausule uit de §
§
§
reisvoorwaarden van jetair (versie 2011) De prijzen voor het verblijf en de andere diensten in het buitenland werden berekend volgens de tarieven en wisselkoersen die op 18.10.10 golden. Bij wijziging van de wisselkoersen na deze datum worden de prijzen voor verblijf en andere diensten in het buitenland niet herzien De heffingen en taksen die verschuldigd zijn voor de geleverde diensten werden eveneens berekend volgens de tarieven die op 18.10.10 golden. Verhogingen of verlagingen van de heffingen en/of taksen na deze datum worden netto bij de reissom gevoegd respectievelijk netto ervan afgetrokken De prijs voor het vervoer per vliegtuig is berekend volgens de tarieven die golden op 06.10.2010, met inbegrip van de op dat ogenblik gekende brandstoftoeslagen. De door de luchtvaartmaatschappij ná deze datum meegedeelde brandstoftoeslagen of kortingen worden netto bij de reissom gevoegd respectievelijk ervan afgetrokken Verbreking van de reis door de reiziger • U kan altijd annuleren! (in theorie zelfs door op ogenblik vertrek niet op te dagen) à Wat annulering kost hangt sterk af van het al dan niet afgesloten hebben van een annuleringsverzekering o Oorzaak annulering wordt gedekt door annuleringsverzekering (Bv. been gebroken voor vertrek op skireis) à De schadevergoeding wordt terugbetaald door de verzekering o Wat als ik mijn reis moet annuleren en geen annuleringsverzekering heb? Of het gaat over een annulering omwille van een reden die niet door de annuleringsverzekering gedekt wordt (Bv. u ging met uw lief en is niet langer uw lief) § Ja, u kan annuleren à Wel schadevergoeding betalen van max. 1 keer de reissom • è Schadevergoeding o Verbrekingsbeding § Zie Reisvoorwaarden à In de praktijk kijken naar reisvoorwaarden à Vergoeding die u moet betalen is afhankelijk van tijdstip annulering à Hoe langer u wacht met annulering, dus hoe korter de tijd tussen vertrek en annulering à Des te groter de schadevergoeding o Max eenmaal de reissom • Niet aan de reiziger toe te rekenen omstandigheid o Bv. U krijgt een hartaanval o Rechtspraak à Zeer enge interpretatie à Elementen waarvoor men doorgaans een annuleringsverzekering kan afsluiten à Het feit dat u beslist geen annuleringsverzekering af te sluiten zorgt ervoor dat u wel zal moeten betalen voor dingen die niet aan u toerekenbaar zijn en doorgaans wel door de annuleringsverzekering worden gedekt 61 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 o Stel er wordt geen info gegeven over de mogelijkheid een annuleringsverzekering te sluiten à Dan kan men wel kosteloos annuleren à De schadevergoeding zal door de reisorganisator of reisbemiddelaar zelf moeten worden betaald o Omstandigheden ter plaatse à Bv. hotel in Thailand weg door tsunami à Laten toe te annuleren o Veiligheid ter plaatse à Kan je kosteloos annuleren wanneer je vindt dat uw eigen veiligheid in een bepaald land niet meer gegarandeerd is ? à Reisadvies buitenlandse zaken is hier erg belangrijk, hierop baseert men zich à Bij negatief advies door buitenlandse zaken na de boeking à Dan kan u kosteloos annuleren o Stel u bent gehuwd en boekt vakantie à En plots uit elkaar à Dit zijn klassieke gezinssituaties (dus niet gewoon uw lief) en daar is wel meestal dekking door annuleringsverzekering Overdraagbaarheid van de boeking o Laatste mogelijkheid om uw economisch verlies te beperken à Uw reis overdragen aan iemand anders à U hebt dit absoluut recht tot overdracht van de reis à Uiteraard voor zover de reiziger die in de plaats komt voldoet aan de voorwaarden om van deze reis te genieten o Wel een Administratieve kost betalen (tickets op andere naam) à U blijft wel hoofdelijk aansprakelijk, u blijft instaan voor de betaling van de reis à Dus zien dat de nieuwe reiziger u betaalt Toepassing Jetair à Annulering reis Bulgarije, Canarische eilanden, Cyprus, Egypte, Griekenland, Italië, Jordanië, Madeira, Malta, Marokko, Tunesië, Turkije, Israël, Cabo Verde a) tot 56 dagen voor de vertrekdag: € 100 per persoon; b) vanaf de 55e tot de 28e dag voor de vertrekdag: € 200 per persoon; c) vanaf de 27e tot de 7e dag voor de vertrekdag: € 400 per persoon; d) vanaf de 6e tot de 1ste dag voor de vertrekdag: 100% van de reissom met maximum € 625 per persoon; e) op de vertrekdag of bij niet-­‐aanmelding: 100% van de reissom o De no-­‐show = 100% reissom zonder enige beperking o Wat indien dit beding anders was à Stel men zegt wanneer u annuleert ongeacht de datum u een vergoeding moet betalen van 100% van de reissom § Stel u annuleert 2 maand op voorhand ? à Kijken naar onrechtmatige bedingen • 1e vraag die rijst à Kan ik me op de regeling van kennelijk bovenmatige schadebedingen beroepen? à De potentiële schade is in dit geval duidelijk lager • Gaat het eigenlijk om een schadebeding? § è Het gaat om een verbrekingsbeding à Die kunnen we niet toetsen aan de regeling inzake schadebedingen (Art.83.24 uit boek VI kunnen we niet toepassen) § è Algemene toetsingsnorm à Kennelijk onevenwicht zal moeten bewezen worden 62 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Uitvoering van het contract tot reisorganisatie • Niet-­‐uitvoering van de reis of wijziging van een wezenlijk punt door de reisorganisator o Voor de aanvang van de reis § In reisbrochure à Nieuwe hotels (hotel in aanbouw à maquette in brochure) à 1 maand voor vertrek krijgt u bericht van de touroperator à “Sorry het hotel is nog niet klaar” à Wat moet er dan gebeuren? • De reisorganisator zal u de keuze laten tot kosteloos annuleren van het contract (voorschotten krijgt u terug) ofwel kan u het alternatief aanvaarden dat door de touroperator wordt voorgesteld (kan hogere of lagere prijs zijn à Nieuwe overeenkomst) § Annulering / informatie • Bv. Antwerpen 21 maart 2005, RW 2007-­‐2008, 489 § Alternatief § Schadevergoeding • U kan wel aanspraak maken op een schadevergoeding voor geleden schade à Als er overmacht is dan is men geen schadevergoeding verschuldigd § è Over het algemeen geeft dit weinig problemen als de touroperator u op voorhand inlicht o Tijdens de reis § Alternatief § Weigering alternatief (deugdelijke redenen) § Meer problemen wanneer men aankomt op de bestemming en men op dat ogenblik vaststelt dat de reis niet door kan gaan zoals voorzien (zeer problematisch bij hoogseizoen op bestemming) • Reisorganisator moet onmiddellijk op zoek naar een (evenwaardig) alternatief à Vindt hij iets duurder dan heeft u geluk want u zal niets extra moeten betalen • Maar wat als het alternatief veel minder goed is, Bv. u had hotel van 4 sterren geboekt en in de plaats een 3 sterren hotel, u mag dit in principe niet weigeren, u zal wel een deel van de prijs terugbetaald krijgen • Als u voor vertrek wordt geïnformeerd dan kan u wel nog kosteloos annuleren, nu zal u moeten aanvaarden à Tenzij u beschikt over deugdelijke reden om het alternatief te weigeren o Deugdelijke redenen § Bv. Gezin met 2 jonge kinderen die vakantie hadden geboekt in hotel met zwembad aan het strand à touroperator biedt als alternatief 2 kamers in 2 verschillende hotels in de stad zonder zwembad 63 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Aansprakelijkheid • Aansprakelijkheid van de reisorganisator o è Reisorganisator is aansprakelijk voor alle tekortkomingen van zijn uitvoeringsagenten (luchtvaartmaatschappij, hotel, …) à Bijzonder ruim o Verwachtingen op grond van reisbrochure § Wanneer fout in hoofde organisator of een van zijn uitvoeringsagenten à Beoordelen in functie van de reisbrochure à Nagaan of de beloofde prestaties daadwerkelijk werden uitgevoerd op basis van de verwachtingen die de reiziger redelijkerwijze mocht hebben op grond van de reisbrochure o Uitgebreide aansprakelijkheid § Andere personen (Bv. facultatieve excursie) § Schade (met inbegrip van morele schade) • Zowel lichamelijke schade, materiele schade, morele schade (derving reisgenot) o Bv. Facultatieve excursie op de Nijl à Reiziger boekt deze excursie , maar helaas is dat bootje niet in orde, bootje zinkt en reiziger sterft à Schade § De operator wil zich onttrekken aan aansprakelijkheid want ‘dit is een facultatieve excursie’ à Is de operator aansprakelijk? à Facultatief of niet is niet determinerend à De vraag die men zich moet stellen is of de excursie (facultatief of niet) wordt aangeboden door de touroperator (idem voor het huren van een auto) o Uitzonderingen § Tsunami = overmacht § Touroperator is ook niet aansprakelijk als schade gevolg is van optreden door reiziger zelf • Bv. reiziger komt niet opdagen voor vertrek van de bus op reis à Eigen schuld van de reiziger en touroperator is niet aansprakelijk o Bijstandsverplichting § Zelfs in de gevallen waarin de touroperator niet aansprakelijk is, is er wel een bijstandsverplichting § Aan de reiziger die in nood verkeert en zichzelf niet kan helpen, moet de touroperator bijstand verlenen • Bv. Personen in hotel en middenin de nacht breekt er brand uit in het hotel door bliksem à Reisorganisator is in principe niet aansprakelijk want er is overmacht • Reisorganisator is wel aansprakelijk werd geoordeeld wanneer hij aan zijn bijstandsverplichting niet heeft voldaan à De reizigers werden aan hun lot overgelaten à Mensen op strand 3 dagen in pyjama zonder geld/eten/drinken à In dergelijk geval is de reisorganisator duidelijk aansprakelijk à Schadevergoeding 64 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 Als de reisorganisator zijn bijstandsverplichting correct uitvoert dan kunnen de eventuele kosten wel teruggevraagd worden van de reiziger o Exoneratiebedingen § Voor lichamelijke schade kan men zich op geen enkele manier exonereren § Voor materiele schade kan men zich wel exoneren tot max. 2 maal de reissom voor prestaties die niet door de touroperator zelf geleverd worden § Aansprakelijkheidsbeperkingen in internationale verdragen werken ook door in voordeel van de reisorganisator à Bv. Bij verlies van bagage •
Aansprakelijkheid van de reisbemiddelaar o è Staat niet in voor goede uitvering van de reis à Hij is enkel aansprakelijk voor de totstandkoming van het contract § Bv. Feit dat hotel niet voldoet aan de verwachtingen uit de brochure is zijn probleem niet o Belgische touroperator § Geen aansprakelijkheid met betrekking tot de uitvoering van de reis o Buitenlandse touroperator § De reisbemiddelaar voor een buitenlandse touroperator wordt bij de beoordeling van zijn aansprakelijkheid als reisorganisator beschouwd en is dus in dezelfde mate aansprakelijk § à Men wil de reiziger in eigen land een aanspreekpunt bieden voor aansprakelijkheid Verplichtingen van de reiziger en verjaring • Verplichtingen van de reiziger o Klacht ter plaatse o Aangetekende brief binnen de maand § Klacht bevestigen met aangetekende brief binnen 1 maand o Geen sanctie bij niet-­‐naleving § Wat als je niet aan deze verplichtingen voldoet en niet meteen klacht indient of deze niet bevestigt? à In de wet geen sancties § Hoe langer men wacht om een klacht in te dienen, hoe minder u een poot zal hebben om op te staan à Snel werk van maken om uw verhaal geloofwaardig te maken • Verjaring o Lichamelijke schade à 2 jaar o Andere schade à Materiële en morele schade (derving reisgenot) à 1 jaar o Startpunt = moment waarop einde komt aan schadeverwekkend feit (soms samenvallend met het einde van uw reis), maar als u lichamelijke schade oploopt, dan begint de termijn al op moment van het ongeval te lopen dus Bv. op de 3e dag van uw vakantie 65 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Geschillencommissie reizen • Eerst proberen in der minne te regelen (meestal zal men u korting geven voor uw volgende vakantie) • Geschillencommissie o Verzoeningscel à Streven naar minnelijk akkoord o Arbitragecel à Bindende uitspraak voor zowel operator als consument • Keuzevrijheid in algemene voorwaarden o U heeft het recht om uw schade integraal vergoed te zien à Als reiziger heeft u de keuze tussen vordering in rechte of zaak naar geschillencommissie reizen à Touroperator heeft die keuze niet en zal zich moeten houden aan de keuze die u als reiziger maakt • Klachtengeld o Men zal u vragen om een klachtengeld te betalen à 10% van het door u gevorderde bedrag met een minimum van 100 euro à Hoe meer u vraagt , hoe groter die vergoeding, maar de vergoeding zal ten laste zijn van degene die het geding verliest (als uw eis te hoog geformuleerd is, dan zal je zelf deel van klachtengeld moeten betalen) • Voor-­‐ en nadelen o Belangrijk nadeel à Bindende beslissing is absoluut verbindend en je kan dus niet in hoger beroep gaan (kan ook voordeel zijn want procedure vrij snel afgehandeld) o Er wordt gezegd à Vergoedingen door geschillencommissie reizen liggen lager dan vergoedingen toegekend door de rechtbank Bescherming luchtreizigers • Verordening à In werking getreden: 17 februari 2005 • Toepassingsgebied o Luchthaven § Territoriaal à Wanneer u vertrekt vanop een luchthaven in de EU § Vertrek vanop luchthaven niet gelegen in EU à Dan slechts aanspraak maken op de verordening wanneer deze vlucht wordt uitgevoerd door een communautaire luchtvaartmaatschappij (exploitatievergunning in een lidstaat van de EU verkregen) o Bevestigde boeking + tijdig aanmelden bij incheckbalie § Wat is tijdig ? à Bepaald door de verordening à Volgens datgene de luchtmaatschappij heeft gecommuniceerd (indien niets gecommuniceerd à uiterlijk 45 min voor vertrek) § Bewijsproblemen in de praktijk à Niet omdat u al aan de luchthaven bent, dat u dit kan bewijzen want u staat Bv. achteraan in de rij van de incheckbalie • Geest verordening à Het volstaat dat u op de luchthaven bent • Bewijsprobleem voor maatschappij à Wanneer juist de incheckbalie gesloten werd 66 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Instapweigering § = De toegang tot het vliegtuig wordt u ontzegd zonder objectieve reden (om veiligheids/gezondheidsredenen mag er wel geweigerd worden) § Bedoeling regel à Einde stellen aan probleem van de overboekingen (in het verleden werden vluchten bewust overboekt, omdat er altijd wel passagiers zijn die niet komen opdagen, maar dan probleem als iedereen wel kwam) § Finnair • HvJ 4 oktober 2012, zaak nr. C-­‐22/11, (Finnair), http://curia.eu • Maatschappij moet overgaan tot annulatie van vlucht wegens weersomstandigheden (dichte mist) à Dag nadien à De mensen van de geannuleerde vlucht gaan we op onze eerstkomende vlucht plaatsen en de passagiers die een ticket hadden voor deze vlucht zetten we dan op een volgende vlucht (vermijden dat de slachtoffers van de geannuleerde vlucht 2-­‐3 dagen moeten wachten) à Is dit instapweigering à HvJ zegt van wel § Cachafeiro • HvJ 4 oktober 2012, nr. C-­‐321/11, (Rodríguez Cachafeiro en Martínez-­‐Reboredo Varela-­‐Villamor), http://curia.eu • Van Brussel naar Frankfurt en dan van Frankfurt naar Porto à Alle luchthavens op grondgebied EU à Vlucht van Brussel naar Frankfurt wordt vertraagd à De luchtvaartmaatschappij gaat er van uit dat de passagiers niet tijdig aan de gate zullen zijn voor de vlucht naar Porto, men beslist de tickets van deze reizigers te annuleren en toe te kennen aan andere reizigers. Initiële passagiers halen toch op tijd de gate voor Porto, maar mogen niet boarden want men verwachte dat ze niet op tijd zouden zijn à Dit is ook instapweigering § è Overmacht speelt geen rol bij instapweigering! o Annulering § = Nagaan of de vlucht zoals die oorspronkelijk wordt gepland, al dan niet wordt uitgevoerd à Pas wanneer het vluchtschema volledig wordt opgeheven kan er sprake zijn van annulering § Vraag of langdurige vertraging automatisch een annulering wordt? à Neen, vertraging houdt in dat de oorspronkelijke vlucht wordt uitgevoerd maar dan wel te laat. Bij annulering wordt de oorspronkelijke vlucht geschrapt en wordt men overgeboekt naar een andere vlucht § Rodriguez • HvJ 13 oktober 2011 , zaak nr. C-­‐83/10, (Sousa Rodríguez e.a.), http://curia.eu • Vraag of vlucht nog steeds als geannuleerd te beschouwen is als de vlucht is opgestegen, maar na opstijgen terugkeert naar de luchthaven • HvJ à Dit is een annulering à Wat telt is of je je bestemming hebt bereikt o Vertraging 67 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Instapweigering • Wat zijn uw rechten? à Applicatie gemaakt door de EU-­‐Commissie • Vrijwilligers o Bijstand (volledige terugbetaling OF alternatieve vlucht) o Aanvullende voordelen (zelf onderhandelen) • Onvoldoende vrijwilligers o Als u geen vrijwilliger bent à Nog meer rechten o Compensatie (onmiddellijk) o Bijstand (volledige terugbetaling OF alternatieve vlucht EN recht op verzorging) • Recht op verzorging? è Gratis verstrekken van: o Maaltijden en verfrissingen in redelijke verhouding tot wachttijd o Hotelaccommodatie § Als er een nacht is inbegrepen o Vervoer tussen luchthaven en plaats van accommodatie o Twee telefoons / mails § à Verouderd (verordening is 10 jaar oud) o Reizigers met bijzondere behoeften § Bv. Mindervaliden, kinderen die alleen reizen • Compensatie à Geld (geen vouchers) o Vluchten tot 1500 km: 250 euro o Andere intracommunautaire vluchten en vluchten tussen 1500 en 3500 km: 400 euro o Andere vluchten: 600 euro o Verlagen met 50% wanneer andere vlucht wordt aangeboden en de aankomsttijd bepaalde grenzen niet overschrijdt Annulering • Brussel-­‐Parijs-­‐Parijs-­‐Manilla à De eerste vlucht is vertraagd (beperkt, maar men mist connectie naar Manilla in Parijs) à De vertraging in Brussel was minder dan 2u, dan nog geen rechten op basis van passagiersverordening à Maar omdat men dan vlucht naar Manilla mist, komt men 24u later aan op eindbestemming à Wel vertraging à Connectie al dan niet in EU lidstaat kan dan wel een rol spelen • Bijstand o Recht op terugbetaling / andere vlucht o Recht op verzorging § H.v.J. 31 januari 2013, zaak C-­‐12/11, McDonagh t. Ryanair • Ten gevolge van de IJslandse vulkaan à Er is overmacht maar de luchtvaartmaatschappij moet instaan voor verzorging à Ryanair doet dit niet • Deze persoon diende een klacht in om vergoeding te krijgen voor hotelkosten • Ryanair zei dat er bijzondere omstandigheden waren • HvJ à Geen enkele bepaling die het recht op verzorging inperkt 68 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 Verzorging niet door alle luchtvaartmaatschappijen spontaan geboden à Overmacht speelt niet voor verzorging, maar wel voor compensatie •
•
•
Compensatie o Uitzonderingen o Buitengewone omstandigheden die ondanks redelijke maatregelen niet konden worden vermeden § Buitengewone omstandigheden à Bv. Terrorisme, sabotage, technische problemen § Is een technisch probleem een buitengewone omstandigheid? à HvJ: niet elk technisch defect kan als een buitengewone omstandigheid worden beschouwd • Maar nagaan of de luchtvaartmaatschappij wel alle redelijke maatregelen heeft genomen om de passagiers binnen redelijke termijn op de bestemming te krijgen • Het feit dat alle technische controles zijn uitgevoerd is ook onvoldoende, dit is niet relevant Informatie omtrent alternatief Omtrent de invulling van overmacht o Zaak Eglitis § HvJ 12 mei 2011, nr. C-­‐294/10, (Eglitis en Ratnieks), http://curia.eu) § Passagiers moeten vertrekken vanop Oslo. In de regio is er een grote stroomonderbreking (overmacht) à Na 2u kunnen de vliegtuigen weer vertrekken, maar de vlucht wordt geannuleerd omdat door de vertraging de maximaal toegelaten werktijd van de piloot en de stewardessen wordt overschreden à De luchtvaartmaatschappij zegt dat er overmacht is § HvJ à Niet alle redelijke maatregelen genomen à Zorgen dat er wat meer marge is zodat ze dit kunnen opvangen. Er zou dus altijd een minimum reserve tijd moeten worden voorzien Vertraging • Omvang van de vertraging bepaalt of regeling toepassing vindt o Omvang van de vertraging wordt berekend in functie van de geplande vertrektijd • Bijstand o Maaltijden en verfrissingen + twee telefoons o Hotelaccommodatie en transport als vertrek pas de dag daarna is voorzien o Volledige terugbetaling of andere vlucht bij vertraging van meer dan vijf uur • Geen uitzondering voorzien voor overmacht 69 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Geen compensatie voorzien in de Verordening o Maar recht op compensatie volgens HvJ indien men meer dan drie uur te laat op bestemming aankomt (uitzondering overmacht) § (H.v.J. 19 november 2009, C-­‐402/07, (Sturgeon e.a.) , Jur. 2009, I, 10923; H.v.J. 23 oktober 2012, C-­‐581/10 (Nelson e.a. / Deutsche Lufthansa AG) en C-­‐629/10 (TUI Travel e.a. / Civil Aviation Authority), http://curia.eu) § à HvJ à Indien de verordening geen compensatie zou voorzien is dit een schending van het gelijkheidsbeginsel o Zelfs indien vertraging slechts bij aansluiting ontstaat § (H.v.J. 26 februari 2013, zaak C-­‐11/11, Air France t. Folkerts) § Men moet kijken naar de vertraging bij aankomst à Is deze meer dan 3uur à Recht op compensatie. Ook als je deze vertraging onderweg oploopt (staat niet in de wet maar volgt uit de rechtspraak van het Hof) o Daadwerkelijke aankomsttijd § (HvJ 4 september 2014, C-­‐452/13, Germanwings GmbH v. Ronny Henning) § Wat is het tijdstip van aankomst? à Het moment van landen? het moment waarop de deuren opengaan? Moment dat je je bagage verkrijgt? § à Volgens het Hof is dit het moment dat de deuren opengaan en de passagiers het vliegtuig kunnen verlaten o è Passagiers die het slachtoffer worden van een langdurige vertraging zijn in dezelfde positie als passagiers die geconfronteerd worden met een annulatie o Is het makkelijk om uw rechten te laten gelden? à Nee 70 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 (Les 8: 26/11/2014) Timesharing Timesharing: een aantrekkelijke vakantieformule? • Timesharing = Gedurende een bepaalde periode in het jaar van een bepaald vakantieverblijf gebruik maken o Timesharing kon op een bepaald ogenblik zelfs betrekking hebben op het gebruik van een caravan, accommodatie op een cruiseschip, … o Klassiek als nadeel door de verkrijger à Voor de rest van zijn leven naar hetzelfde appartement aan de Costa del sol • Voordelen o 1. velen dromen van een eigen vakantieverblijf, maar de financiële obstakels zijn meestal te groot. o
•
Dankzij de timesharing-­‐formule komt die droom binnen handbereik 2. de kosten verbonden aan tweede verblijven kunnen worden verdeeld onder de verschillende bezitters van een timeshare 3. de langdurige leegstand van vakantiewoningen wordt er door vermeden o
Nadelen kunnen zijn o 1. sommige verkopers bedienen zich van misleidende reclame, waarbij timesharing wordt voorgesteld o
o
o
o
als een belegging of ten onrechte als een eigendomsrecht 2. de verkoopstechnieken zijn vaak agressief (telemarketing gekoppeld aan nepwedstrijden, enquêtes of loterijen, gewonnen reizen, verkoop na demonstratie in een luxueus hotel of na een excursie ter plaatse, het innen van grote voorschotten enz.) 3. de prospectussen zijn soms zeer summier en zwijgen zedig over de juridische aard van het verworven recht, de moeilijk verifieerbare kwaliteit van het goed, de jaarlijks bijkomende kosten, de vervoers-­‐ en verplaatsingskosten, de inventaris van de residenties en de weken waarover de verkopers beschikken (bv bij puntensystemen), enz. 4. het omruilen of verkopen van de timeshare is soms moeilijk tot onmogelijk als de verblijfplaats en de periode oninteressant zijn; 5. de nieuwste plaag bestaat erin dat oneerlijke firma's beloven een koper te vinden of beweren er al één gevonden te hebben voor de week die iemand bezit op voorwaarde dat men een nieuwe timeshare koopt (de zogenaamde "buy-­‐sell"-­‐techniek). Sommigen beloven ook de timeshare door te verkopen tegen een onrealistische prijs. Meestal wordt deze belofte niet nagekomen of lijdt de consument een aanzienlijk financieel verlies o Tussenkomst wetgever omdat men minder faire praktijken vaststelde à § Geen melding van de kosten die aan timesharing verbonden zijn en jaarlijks moeten worden betaald § Verkooptechnieken soms bijzonder agressief à Bv. Mensen in Spanje geronseld voor een timeshare evenement Nieuwe wet van 28 augustus 2011, strekkende tot omzetting van Europese Richtlijn 2008/122/EG • Modernisering van bestaande regelgeving o Wet van 2011 heeft eigenlijk de wet van ‘99 vervangen à Beiden een omzetting van EU Richtlijn o Wat opvalt à Oorspronkelijke richtlijn gebaseerd op minimum harmonisatie o De tweede richtlijn à Maximum harmonisatie 71 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Toepassingsgebied • Bescherming consument o Consument à Traditionele betekenis • In verhouding tot “handelaar” o Niet zo zeer een koopman, het gaat hier over een onderneming à Entiteit die op duurzame wijze een economische activiteit verricht en die bestaat uit het aanbieden van timeshare overeenkomsten • Voor verschillende soorten overeenkomsten o Overeenkomst betreffende gebruik van goederen in deeltijd § Looptijd à Meer dan 1 jaar § Vergoeding § Recht op één of meer overnachtingsaccommodaties § Voor meer dan één verblijfsperiode § = Recht om gebruik te maken van een accommodatie à Of het nu een zakelijk/persoonlijk of huurrecht is, maakt niet uit voor de toepassing van de wet (hier ziet u de modernisering, het gaat niet langer enkel om onroerend goed à Kan ook kajuit op cruiseschip of caravan zijn) o Overeenkomst betreffende een vakantieproduct van lange duur § Looptijd à Meer dan 1 jaar § Vergoeding § Recht op kortingen of voordelen • Hier zit het verschil met het vorige § Inzake accommodatie (en vervoer of andere diensten) § = Om er voor te zorgen dat ook zogezegd de timeshare puntensystemen onder de toepassing van de wet vallen à ‘U krijgt elk jaar 100 punten’ en die kan u gebruiken wanneer u in de brochure gaat kiezen welk goed u de volgende vakantie wil gaan gebruiken • Gebruik in hoogseizoen zal meer punten kosten • Gebruik van luxeappartement zal meer kosten dan een blokhut à Eventueel achteraf nog een opleg o Doorverkoopovereenkomst § Bijstand met het oog op verkoop van recht van gebruik in deeltijd of vakantieproduct van lange duur § Tegen vergoeding § à Na een aantal jaren raken mensen soms uitgekeken op de timeshare formule à Doorverkopen o Uitwisselingsovereenkomst § Toetreding tot uitwisselingssysteem § Toegang tot overnachtingsaccommodatie (of andere diensten) § In ruil voor tijdelijk toegang verlenen aan anderen 72 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 à Gekenmerkt door het feit dat er een systeem wordt georganiseerd om de timeshare rechten waarover iemand beschikt te ruilen met de timeshare rechten waarover iemand anders beschikt à Tegen vergoeding toetreden tot een soort ruilsysteem Voorschriften inzake reclame • Mogelijkheid informatie te verkrijgen • Uitnodiging promotie-­‐ of verkoopevenement moet commerciële aard kenbaar maken o Commerciële bedoeling duidelijk mede delen à Geen verrassingselement • Tijdens evenement moet informatie beschikbaar zijn • Bepaalde producten mogen niet als een investering gepromoot worden Precontractuele informatie (Art. 8) • Voordat consument gebonden is à Consument moet met kennis van zaken kunnen beslissen • Kosteloos • Duidelijk en begrijpbaar • Aan de hand van standaardformulieren o Deze zitten als bijlage in de wet o Aanbieder van timeshare is dus niet volledig vrij • Op papier of duurzame drager • Maakt deel uit van het aanbod en van de overeenkomst o Geen wijziging mogelijk behoudens uitdrukkelijk akkoord of overmacht • In principe verbindend à Wel wijziging mogelijk als het bij de consument uitdrukkelijk onder de aandacht werd gebracht Verplichte vermeldingen in overeenkomst (Art. 9) • Precontractuele informatie • Bijkomende elementen • Herroepingsrecht • Verbod betaling tijdens herroepingstermijn o Afzonderlijke ondertekening door consument van de laatste twee vereisten • Standaard herroepingsformulier • è Maar er staat geen civielrechtelijke sanctie op! o In de oude wetgeving kon dit leiden tot nietigheid o In de nieuwe wetgeving à Geen goede civielrechtelijke sanctie voorzien voor wat betreft het apart ondertekenen van het herroepingsrecht en het verbod tot betaling tijdens de herroepingstermijn Taal • Precontractuele informatie • Overeenkomst 73 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Herroepingsrecht • à Belangrijk voordeel voor de consument, maar brengt anderzijds ook wel kosten mee voor de onderneming o Wanneer deze worden gesloten tijdens een vakantieperiode gaan mensen zich niet altijd rationeel gaan gedragen (veel in de praktijk) à Men moet hem dus een mogelijkheid bieden om terug te komen op zijn irrationeel gedrag o Relatief complexe contracten (om zelfde reden voorziet men bij het consumentenkrediet een herroepingsrecht) • Veertien kalenderdagen o Vanaf dag van sluiten of indien later ontvangen van de overeenkomst of bindende voorovereenkomst • Kosteloos, zonder schadevergoeding • Handelaar verstrekt geen standaard herroepingsformulier: o Bedenktermijn van 1 jaar en 14 dagen, tenzij formulier alsnog binnen het jaar wordt verstrekt (dan beginnen de 14 dagen vanaf moment verstrekking te lopen) • Handelaar verstrekt niet de vereiste precontractuele informatie o Bedenktermijn is drie maanden en 14 dagen tenzij informatie wordt verstrekt binnen de drie maanden • Herroeping kan, maar moet niet via standaardformulier • Herroeping geschiedt op papier of duurzame drager o Europese wetgever à Dwaas à Allemaal goed en wel dat men de consument niet wil stimuleren voor telefonische opzegging à Maar stuur je een gewone brief met herroeping, nog steeds geen bewijs à Dit moet aangetekend zijn! • Verzending binnen bedenktermijn volstaat • Van rechtswege beëindiging van aanvullende overeenkomst • Lot van de kredietovereenkomst o Wanneer krediet wordt gesloten met verkoper van timesharing zelf of met een derde met wie de verkoper van de timesharing een overeenkomst heeft à Dan zal dit ook leiden tot einde van de kredietovereenkomst o Maar als krediet volledig los staat van de timeshareverkoper à Dan geldt deze regel niet en is er geen verbonden kredietovereenkomst § Geen einde van de kredietovereenkomst 74 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Betalingen • Absoluut verbod van betaling (of gelijkwaardig) binnen de bedenktermijn • Doorverkoopovereenkomsten à Geen betaling voor verkoop heeft plaatsgehad o Bij doorverkoopovereenkomsten vermijden dat consumenten bij het sluiten van de overeenkomst reeds een bedrag zouden betalen terwijl er nog geen enkel zicht is op een resultaat • Vakantieproducten van lange duur o Verplichte betalingsregeling met termijnen § Gelijke betalingstermijnen à Steeds hetzelfde o Beëindigingsmogelijkheid vanaf de tweede betalingstermijn § Eens een bepaalde periode is verstreken en men op de hoogte wordt gebracht van een nieuwe betaling die men moet doen à Dan heeft men de mogelijkheid om het contract op te zeggen § Je hebt dit niet voor recht van deeltijds gebruik 75 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Overeenkomsten op afstand Schema à Drie categorieën regelen • Overeenkomsten op afstand betreffende goederen en diensten, uitgezonderd financiële diensten: Boek VI WER (Art. VI.45 ev WER) • Overeenkomsten op afstand betreffende financiële diensten: Boek VI WER (art. VI.54 ev WER) • Overeenkomsten op afstand met beoefenaren van vrije beroepen: Boek XIV WER • è Van minimale naar maximale harmonisatie o Lidstaten hadden vroeger de mogelijkheid om additionele bescherming te bieden • è In Europa stopt het bij de eerste 2 regelingen à In België nog een 3e categorie in verband met vrije beroepers à Kijken naar Boek XIV o Regeling Boek XIV is vandaag identiek aan Boek VI o In EU gaat men een beoefenaar van een vrij beroep steeds als een onderneming beschouwen à Daarom Boek XIV = Boek VI o à Formeel 3 categorieën maar inhoudelijk 2 categorieën De algemene regeling Toepassingsgebied • Onderneming – consument o Nagenoeg identiek met definitie in de WMPC • Overeenkomst op afstand o Georganiseerd systeem § 1 verschil à In WMPC was er een vereiste dat het contract moest worden gesloten in een door de onderneming georganiseerd systeem à Nu niet meer § Quid E-­‐bay, Kapaza, … ? à Ook hier professioneel verkopers actief à Verkoop door professioneel via E-­‐bay is wel degelijk verkoop op afstand o Tot en met sluiten van overeenkomst § Relevantie tijdstip waarop overeenkomst tot stand komt § Wilsovereenstemming à Moeilijkheid bij deze contracten om te bepalen wanneer dit juist plaatsvindt à In België is er de theorie dat de overeenkomst tot stand komt op het ogenblik dat de aanbieder kennis kan nemen van de aanvaarding van de wederpartij (dus niet daadwerkelijk kennisnemen) à Bv. Op het ogenblik waarop de brief in uw brievenbus wordt gedropt § Datgene wat op de website staat à Indien voldoende duidelijk kan dit een aanbod uitmaken o Uitsluitend gebruik o Van één of meer technieken voor communicatie op afstand o Richtlijn Consumentenrechten § Louter bezoek van de verkoopsruimte van de verkoper § Reservaties 76 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Bijzondere vragen § Vertegenwoordigers • Hoe dan regels inzake overeenkomst op afstand toepassen? Nagaan of er tussen de consument en de vertegenwoordiger al dan niet fysiek contact geweest is à Als de overeenkomst wordt gesloten via de telefoon à Nog steeds op afstand • Als u een vertegenwoordiger bij u thuis (= buiten de verkoopsruimte gesloten overeenkomsten) krijgt of u gaat bij de vertegenwoordiger op de onderneming à Dan geen overeenkomst op afstand § Quid collishop? § Quid opeenvolgende verrichtingen (Bv. boekenclub?) • Stel ik sluit overeenkomst met ECI waarbij mij elke maand een boek wordt toegestuurd (ofwel gekozen , ofwel vergeten kiezen en dan is het impliciet het boek van de maand) à Heb ik dan eigenlijk een herroepingsrecht? • Elk nieuw boek dat wordt gestuurd , is dat telkens een nieuwe overeenkomst op afstand? Of is er een herroepingsrecht met betrekking tot de gehele overeenkomst? • Rechtspraak à Telkenmale een nieuw contract à Iedereen is het er over eens dat dit arrest fundamenteel verkeerd is • à Het is geen afzonderlijk contract à Elke maand een boek is een resultaat van de uitvoering van het initiële contract • à Die initiële overeenkomst zal enkel onder overeenkomsten op afstand vallen voor zover ze op afstand werd gesloten •
Goederen en diensten o Financiële diensten à Bijzondere regeling § Initieel akkoord gevolgd door verrichtingen van dezelfde aard à Bv. op afstand een rekening openen = initieel akkoord (consument heeft herroepingsrecht en onderneming heeft infoplicht), maar als de rekening geopend is en men verricht betalingen op afstand à Elke betaling die men doet zal geen nieuwe overeenkomst zijn § Opeenvolgende verrichtingen zijn ook bij de algemene regels geen overeenkomst op afstand Toepassing Collishop • “Een “Reservatie” is het reserveren van ColliShop en/of DreamLand-­‐webshop artikelen, met het oog op een levering in het afhaalpunt, waar het max. 14 dagen beschikbaar wordt gehouden voor de klant. De klant heeft geen enkele aankoopverplichting. Hij beslist pas tot aankoop door betaling van het artikel aan de kassa van het afhaalpunt. Een “Bestelling” is het online aankopen van een artikel dat in aanmerking komt voor thuislevering. De betaling geschiedt vooraf. Op dat moment komt de koop tot stand. De bestelling wordt pas verzonden na ontvangst van de betaling.” •
Onderscheid tussen reservatie en bestelling à Bij reservatie komt het contract pas tot stand aan de kassa van de winkel 77 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 Zijn beiden overeenkomsten op afstand? o De bestelling à Overeenkomst op afstand o De reservatie à Neen, er komt geen overeenkomst op afstand tot stand want de partijen bevinden zich in mekaars fysieke aanwezigheid o è EU richtlijn= “Reservatie maakt geen overeenkomst op afstand uit, voor zover dit geen aankoopverplichting inhoudt” § è Belangrijk! Kijken naar aankoopverplichting of schadevergoeding bij het al dan niet te kopen Stel Steennot gaat straks naar Fnac en kijkt naar de TV’s die te koop staan o Hij beslist in zijn bureau om een van de TV’s aan te kopen via de site van Fnac à Dit is volgens de richtlijn nog steeds een verkoop op afstand à 2 problemen § Strijdig met de definitie van een overeenkomst op afstand à ‘Uitsluitend’ gebruik van communicatie op afstand § Bij overeenkomsten op afstand verkrijgt een consument in principe een herroepingsrecht à Doel à Omdat je het goed niet hebt kunnen bekijken • = informatieasymmetrie tussen onderneming en consument o Maar Steennot is naar de Fnac geweest en heeft het goed dus wel al kunnen bezichtigen à In dergelijke situatie is er geen enkele geldige reden om Steennot zo’n herroepingsrecht te geven Inhoud van de informatieplicht (VI.45 WER) • Bescherming via 2 pijlers o Informatieplicht voor onderneming o Herroepingsrecht voor consument • Wat? o Voornaamste kenmerken, identiteit, adres, prijs, uitvoeringsmodaliteiten, duur overeenkomst § Hoe beter bekend de kenmerken van het goed zijn à Hoe midden info u moet geven § Art VI.45, §1, 3° à Geografisch adres, telefoonnr., fax en email indien beschikbaar à Wat betekent die ‘indien beschikbaar’ à Geen absolute verplichting om het telefoonnr. op de website te vermelden (bijzonder jammer) à Veel ondernemingen willen niet gebeld worden door consumenten o Info herroepingsrecht (modelformulier) § Herroepingsformulier en info over het recht à Uitoefeningswijze o Info terugzending § De wijze waarop men de goederen zal moeten terugsturen en de verschuldigde vergoeding 78 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Eventueel gedeeltelijk via modelinstructies § In bijlage bij Boek VI à Formulier dat aangeeft hoe men de info over het herroepingsrecht kan verstrekken § Als de onderneming deze behoorlijk gebruikt en invult, heeft de onderneming automatisch voldaan aan haar infoverplichting met betrekking tot het herroepingsrecht à Rechtszekerheid rond haar positie o Bewijslast § Bewijslast voor de onderneming dat ze aan alle informatieverplichtingen heeft voldaan •
à Op examen nooit opsomming van de info-­‐elementen want dit staat in de wet o U moet wel weten dat die precontractuele info essentieel is, zeker de info over het herroepingsrecht o U moet ook weten dat de wetgever hier een nieuwigheid heeft ingevoerd à Modelinstructies Precontractuele info (VI.46 WER) • Wanneer? o Vóór contractsluiting: op passende wijze (§1) à Hoe de info geven hangt af van het tijdstip o Enerzijds precontractueel en anderzijds een informatiebevestigingsplicht o Op passende wijze à Als u het kan aankopen via de website, dan kan men via hyperlink de info ter beschikking stellen o Postorder à Info op website volstaat niet à Info zal in de catalogus moeten zitten • Bijzonderheden o E-­‐verkoop met betalingsverplichting (§2) o à Extra infoplicht, o.m. § Knop “bestelling met betalingsverplichting” • Zo niet, consument niet gebonden o Websites waarop handel wordt gedreven (§3) § Duidelijk aangeven welke beperkingen er zijn met betrekking tot levering en betaling § Voor wat levering betreft à Vermelden dat u niet levert op bepaalde plaatsen/in bepaalde landen o Verkoop via technieken met beperkingen (sms, tel.) (§4-­‐5) § Enkel essentiële info, andere later § Bv. Contract via sms à In een sms kan je onmogelijk alle info opnemen à Dan slechts bepaalde info opnemen en andere info kan later worden verstrekt Bevestiging contract (VI.46, §7 WER) • Uiterlijk o Bij levering goed o Voor uitvoering dienst • Op een duurzame drager o Op duurzame drager (papier, email) à Een website is geen duurzame drager (HvJ heeft dit bevestigd) à Onderneming die bij de 79 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 infobevestigingsverplichting naar de consument een mail stuurde waarin een link stond naar de website en daar stond dan de door de richtlijn vereiste info à In de Belgische literatuur werd geargumenteerd dat dit voldoende moest zijn om te voldoen aan de informatieverplichting à HvJ heeft geoordeeld dat dit niet voldoende is à Strikte, strenge interpretatie o Wat dan? à De info door de wet vereist moet je opnemen in je mail o Wat dan met pdf-­‐bijlage in mail? Voldoet dit ? à Volgens Steennot wel Wat ? o Zelfde info o Tenzij reeds op duurzame drager bezorgd § Bv. Postorderbedrijf à Alle info in de catalogus, ook de info met betrekking tot de bevestiging van het contract à Bij levering dan niet opnieuw info want alle info is reeds in catalogus bij de klant Sancties miskenning informatieplichten • Hierboven gezien E-­‐verkoop met betalingsverplichting à Speciale knop à Als men dat niet doet, dan zal de consument niet gebonden zijn door de overeenkomst en kunnen opteren om niet tot de aankoop over te gaan • Algemeen o Fout (schadevergoeding) o Oneerlijke praktijk à Art. VI.38 WER o Strafsancties (Boek XV WER) § In Boek XV à Sancties à Niet de nodige middelen • Specifiek (Art. VI. 45 §5 en VI.48) o Geen info over kosten à Kosten niet betalen (enkel bij miskenning precontractuele informatieverplichtingen) o Geen info over herroepingsrecht à Verlenging met 12 maand + geen vergoeding voor waardevermindering § = Geen info over herroepingsrecht of geen verstrekking van herroepingsformulier § In de gevallen waarover men niet over een herroepingsrecht beschikt, moet men de consument informeren dat hij geen herroepingsrecht heeft à Geen sancties! • è Waarom heeft de wetgever niet in andere sancties voorzien à Belgische wetgever heeft eigenlijk gewoon de Europese Richtlijn gecopy-­‐paste à Maximale harmonisatie o Misschien had de Belgische wetgever een stapje verder kunnen gaan en argumenteren dat sanctionering geen deel uitmaakt van de harmonisatie en zijn vroegere sanctie van herroepingstermijn van 3 maanden behouden • Terugvallen op andere bepalingen ? à Het niet verstrekken van info à Fout en schade met causaal verband ? à In theorie mogelijk, maar moeilijk schade te bewijzen + het gaat meestal om beperkte bedragen • Art. VI.38 à Overeenkomst gesloten ingevolge oneerlijke handelspraktijk à De rechter kan de consument vrijstellen van zijn betalingsverplichting terwijl de consument het goed mag behouden (= de sanctie van de afgedwongen aankoop) o Misleiding door omissie (weglaten van essentiële info) à Voor zover het gaat over info die ook potentieel een impact heeft op de aankoopbeslissing 80 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 van de consument à Bv. Het niet vermelden van de afwezigheid van een herroepingsrecht o De wet zegt à De miskenning van de infoverplichting moet geleid hebben tot het sluiten van de overeenkomst à Enkel de precontractuele info dus , als deze niet ter beschikking werd gesteld van de consument à Dan kan de rechter de sanctie van de afgedwongen aankoop toepassen o è Maar Art. VI.38 in de praktijk weinig toegepast à Belang van deze sanctie dus zeker niet overschatten (Bijzonder beperkt in de praktijk) Herroepingsrecht • Verantwoording herroepingsrecht à Door de informatieasymmetrie o Goederen à Logisch o Diensten à Eigenlijk geen enkele geldige reden voor een herroepingsrecht bij het afsluiten van een dienstenovereenkomst op afstand o Waarom moet de consument een herroepingsrecht hebben wanneer hij via internet een contract afsluit met een energieleverancier? à Eigenlijk geen enkele geldige reden • Herroepingsrecht o 14 kalenderdagen vanaf § Sluiten dienstenovereenkomst § In bezit nemen goederen door consument of door hem aangewezen partij • = De levering • Derde is Bv. Buurman à Deze derde mag niet de verveorder zijn § à De wet spreekt over de dag van het sluiten van het contract à Kijken naar de recitals van de richtlijn à Bedoeling is dat de termijn begint te lopen de dag dat levering of sluiten contract verstreken is à Dus de dag erna! § De onderneming is niet verplicht om een online herroepingsmogelijkheid te voorzien à De consument moet dan een bevestiging ontvangen van het feit dat hij zijn herroepingsrecht heeft uitgeoefend o Evt. + 12 maand (sanctie bij miskenning informatieverplichtingen herroepingsrecht) o Hoe? § Modelformulier of anderszins • Evt. Online § Versturen binnen termijn § Goederen terugsturen binnen 14 dagen na herroeping • Kosten terugzending ten laste van consument (doch niet de kosten van het heenzenden) à Geen andere kosten voor consument 81 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Voorbeeld uit praktijk à Onderneming biedt consument de mogelijkheid om bij uitoefening van herroeping de goederen ofwel terug te sturen naar adres onderneming, hetzij de goederen terug te bezorgen op een Kiala-­‐
afhaalpunt o In de algemeen voorwaarden à “als de consument zijn herroepingsrecht uitoefende en de goederen afgeeft bij een Kialapunt, dan is de consument een vergoeding verschuldigd van 4,95 euro à Steennot denkt dat dit niet kan o Functioneel invullen à Als de consument gewoo n terugstuurt met de post, dan moet de consument de portokosten betalen o Ofwel terugbezorgen op Kiala punt en eigenlijk draagt hij ook de kost daarvan à Hij moet zich verplaatsen naar dat Kialapunt (tijd, benzine) o à Als een onderneming die mogelijkheid biedt, mag men daar bijkomend geen kost meer vragen • In deze zaak ook, niet enkel kost voor afleveren goederen bij Kialapunt à De consument wou betalen via overschrijving en hiervoor rekende men ook een meerkost van 4 of 5 euro voor gebruik van een bepaald betaalmiddel à Moet die kost ook terugbetaald worden als de consument zijn herroepingsrecht uitoefent? à JA, de consument moet enkel de kost voor terugzenden van de goederen betalen, alle andere kosten komen ten last van de onderneming Evtentuele vergoeding voor waardevermindering / vergoeding voor gepresteerde diensten •
§
o Voorbeeld Modelformulier voor herroeping (dit formulier alleen invullen en terugzenden als u de overeenkomst wilt herroepen) Aan [hier dient de handelaar zijn naam, adres en, indien van toepassing, zijn fax en e-­‐mailadres in te vullen] Ik/Wij (*) deel/delen (*) u hierbij mede dat ik/wij (*) onze overeenkomst betreffende de verkoop van de volgende goederen/levering van de volgende dienst (*) herroep/herroepen (*): -­‐ Besteld op (*)/Ontvangen op (*) -­‐ Naam/Namen consument(en) -­‐ Adres consument(en) -­‐ Handtekening van consument(en) (alleen wanneer dit formulier op papier wordt ingediend) -­‐ Datum (*) Doorhalen wat niet van toepassing is 82 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Gebruik en vergoeding voor waardevermindering § Gebruiken Vs. testen • à De consument mag datgene doen met het goed, dat hij ook in de winkel zou kunnen/mogen doen • Bv. een Senseo apparaat à In de winkel kan je geen koffie gaan zetten à Thuis dus ook niet à Dit is dan een gebruik en dan ben je een vergoeding verschuldigd voor waardevermindering van het goed • Gebruik van een goed tijdens de bedenktermijn kan er hoogstens toe leiden dat u een vergoeding voor waardevermindering moet betalen maar niet dat u het herroepingsrecht verliest • Verpakking? o Wat als je niet terugstuurt in de originele verpakking? à Men kan herroepingsrecht niet verliezen à Ook geen vergoeding verschuldigd indien je het niet in de originele verpakking terugzendt à Je kan de verpakking wel moeten meesturen o Stel je koopt online bij IKEA à Je kan herroepen zelfs na dat je de kast in elkaar hebt gestoken. Je moet ze dan wel demonteren Bewijslast o De bewijslast ligt telkens bij de onderneming à Bewijzen dat u meer hebt gedaan met het goed dan het enkel testen (examen) o Alle elektronische goederen zijn voorzien van een klok om na te gaan hoe lang u het goed hebt gebruikt Vergoeding voor waardevermindering is niet gelijk aan vergoeding voor gebruik • (Vgl. H.v.J. 3 September 2009, case C-­‐489/07, Messner, Jur. 2009, I-­‐7315) • Vergoeding wordt berekend op basis van het nadeel dat de verkoper leidt. Namelijk dat het een tweedehands goed is geworden Vergoeding niet verschuldigd bij miskenning informatieverplichting herroepingsrecht • Deze vergoeding geldt niet wanneer we te maken hebben met een verlengde bedenktermijn van een jaar. • Bv. U koopt een wagen op afstand en u ontvangt geen modelherroepingsformulier à U kan herroepen à Geen enkele vergoeding verschuldigd •
§
§
83 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 Vraag: kan u misbruik maken van dit herroepingsrecht? (open vraag) • Stel u hebt online een laptop gekocht. U gebruikt hem gedurende een week à Gebruiksvergoeding berekenen in functie van de verwachte levensduur à Dus deze week gaan afzetten tegen de verwachte levensduur Bv. 3 jaar. Dus 1 week = 1/156 à Heel weinig • Vergoeding voor waardevermindering omdat het een tweedehandsgoed is geworden à Ligt heel wat hoger (Les 9: 3/12/2014) o Beschadiging gedurende bedenktermijn? § Bij transport naar consument • Wie draagt risico à Algemene regeling à Risico gaat slechts over naar consument op ogenblik dat de consument de goederen in zijn bezit heeft (hetzij een door de consument aangewezen derde Bv. Buurman) à Maar die aangewezen derde kan nooit de vervoerder zijn • à Wel zo snel mogelijk protesteren §
Bij transport naar onderneming • Risico op consument à Want bij toepassing van Art. 43 is het risico op de consument overgegaan • 2 tekstargumenten dat consument dit risico niet moet dragen o Er wordt bepaald in boek VI dat van de consument behoudens de terugzendingskosten en behoudens vergoeding voor waardevermindering geen enkele kost kan worden gevraagd in kader van de uitoefening van zijn herroepingsrecht o Heeft betrekking op terugbetalingsverplichting in hoofde van de onderneming à Als de consument zijn herroepingsrecht heeft uitgeoefend moet de onderneming de consument terugbetalen, maar ze kan daarmee wachten tot het ogenblik dat ze het goed heeft teruggekregen of tot het ogenblik dat de consument heeft bewezen dat hij de goederen heeft verzonden §
Bij consument thuis ingevolge overmacht? • Goed werd geleverd en perfect in orde à Consument sluit de TV aan à blikseminslag en TV kapot enkele dagen na de levering à Consument probeert gewoon herroepingsrecht uit te oefenen à Kan men dit kosteloos nog uitoefenen (uiteraard wel vergoeding voor waardevermindering TV)? à Kan hij een deel van zijn risico op de onderneming plaatsen? à Absoluut niet geregeld door boek VI 84 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 DCFR (Draft Common Frame of Reference) à Ten laste van de onderneming voor zover de consument zich heeft gedragen zoals een normaal zorgvuldig persoon à DCFR heeft geen enkele kracht van wet • Hoe dan oplossen ? à Civielrechtelijke kwalificatie van het herroepingsrecht à Kan worden beschouwd als ontbindende voorwaarde die terugwerkende kracht heeft à Wanneer de consument zijn herroepingsrecht uitoefent, wordt hij nooit geacht eigenaar te zijn geweest à Onderneming draagt als eigenaar dan risico (stelling Terryn) • Zeer jammer dat de Europese wetgever dit niet uitdrukkelijk regelt o Verplichtingen onderneming § Terugbetaling • Incl. Leveringskosten • Onderscheid maken tussen de leveringskosten om het goed van de onderneming naar de consument thuis te verzenden en anderzijds de kostend die de consument moet dragen om het goed naar de onderneming op te sturen à Oorspronkelijke leveringskosten zijn dus ten laste van de onderneming § Binnen de 14 dagen na ontvangst herroeping • Maar uitstel tot ontvangst goederen mag • Of tot de consument kan bewijzen dat hij het goed heeft teruggestuurd • à De consument moet de eerste stap zetten en dan hopen dat de onderneming de terugbetaling daadwerkelijk zal verrichten (zeker voor beperkte bedragen is dit een probleem) • à Er is ook geen specifieke sanctie indien de onderneming niet terugbetaalt o Gemeen recht à Niet-­‐tijdige terugbetaling van een geldsom à Nalatigheidsinteresten (wettelijke interestvoet) te rekenen vanaf het ogenblik van de ingebrekestelling • In Frankrijk heeft men hiervoor wel een uitdrukkelijke sanctie voorzien à De onderneming moet dan een bepaald percentage van de factuur aan de consument betalen o Sanctie niet geharmoniseerd dus geen inbreuk op het principe van maximale harmonisatie •
85 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Eisen van betaling en / of voorschot gedurende de bedenktermijn § Niet langer verboden à Het is niet verboden om van de consument een betaling te vragen vooraleer de bedenktermijn is verstreken. Vaak zal er betaling worden gevraagd vooraleer de goederen worden opgestuurd. Vroeger was dit wel verboden § Reactie op rechtspraak Hof van Justitie • Arrest Ghysbrechts o H.v.J. 16 december 2008, zaak C-­‐ 205/07, Lodewijk Ghysbrechts o Is dit typisch Belgische verbod is strijd met het EU recht? (principes van vrij verkeer) o HvJ à Op zich genomen creëert een dergelijk verbod een inperking op het vrij verkeer van goederen. Maar dit is gerechtvaardigd voor de bescherming van de consument o 2e vraag over de interpretatie van het verbod à FOD Economie ging hier heel ver in à Er was een schending wanneer de onderneming vroeg om als garantie de kredietkaart gegevens van de consument te vragen? à Rekening houdend met het proportionaliteitsprincipe ging deze interpretatie te ver à Er was een disproportionele inperking van het vrij verkeer van goederen o Maar België kon dit verbod wel behouden, enkel de strikte interpretatie omtrent het vragen van de kredietkaartgegevens moet soepeler o België heeft het verbod volledig afgeschaft bij de inwerkingtreding van de WMPC o à Vandaag zou het sowieso in strijd zijn met de richtlijn consumentenbescherming (maximale harmonisatie) • Santurel Inter BVBA. Zie : http://europa.curia.eu) § à Impact op effectiviteit van herroepingsrecht? § à Alternatieven? • Tijdelijke blokkering van de gelden bij een betrouwbare derde o Er is een contract op afstand tussen de onderneming en de consument à De consument gaat eerst het geld storten bij een TTP (trusted third party) à Deze TTP geeft dan kennis van het feit dat hij de betaling heeft ontvangen aan de onderneming à De onderneming verzend de goederen o De consument kan dan zijn herroepingsrecht uitoefenen of niet à De TTP stort het geld dan gewoon terug bij een herroeping, indien de consument het goed houdt, stort de TTP het geld aan de onderneming o TTP kan Bv. een bank of Athos zijn 86 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Uitzonderingen herroepingsrecht (Art. VI.53 WER!) § Volledig uitgevoerde diensten (toestemming) • Bedenktermijn herroepingsrecht begint pas te lopen van het moment de volledige overeenkomst is uitgevoerd. (Tenzij uitdrukkelijke toestemming van de consument à Zie wet) § Maatwerk • Bv. Een maatpak, gordijnen die specifiek voor de consument worden gemaakt • Wat met goederen die specifiek voor de consument zijn samengesteld maar wel bestaan uit normale goederen die vrij op de markt beschikbaar zijn? à Is dit op maat van de consument? à Rechtbank à Het goed bestaat uit standaardonderdelen, dus er is een herroepingsrecht § Beperkt houdbaar • Bv. Voedsel op afstand bestellen § Verzegelde goederen • Verzegelde goederen die om gezondheidsgoederen of hygiënische redenen niet kunnen worden teruggezonden à Dus nagaan of ze zijn verzegeld. Van zodra de verzegeling is verbroken verlies je het herroepingsrecht • Verzegelde audio, software, ... à Vermijden dat dit gewoon gekopieerd wordt en dan wordt teruggezonden § Kranten (uitz.) • Onderscheid maken tussen de levering van 1 krant en het afsluiten van een abonnement à Bij een abonnement heb je wel een herroepingsrecht § Openbare veiling • E-­‐bay is geen openbare veiling • § Logies, accommodatie, vervoer, autohuur en vrije tijd • Bv. Een hotelkamer via internet geboekt à Geen herroepingsrecht § Restaurant, catering • Indien u telefonisch een tafel boekt moet u gaan eten § Zuiver digitale inhoud, begonnen met uitvoering en dubbel akkoord consument • Levering van digitale inhoud niet via duurzame drager à Downloaden van bepaalde software § Loterijen 87 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Financiële diensten Toepassingsgebied • Overeenkomst op afstand o Er worden vaak overeenkomsten op afstand gesloten voor financiële diensten à Maar meestal niet enkel online à Bv. Vaak ook iets afprinten en opsturen. Er worden dus verschillende communicatiemiddelen gebruikt • Consument • Onderneming en aanbieder o Waarom 2 verschillende begrippen? à § De onderneming = De aanbieder + andere entiteiten § De aanbieder = De entiteit waarmee het contract wordt afgesloten à Bv een tussenpersoon kredietbemiddelaar o Precontractuele informatie rust op de onderneming à Maar sanctie rust enkel op de aanbieder • Financiële diensten (met inbegrip van financiële instrumenten) o Allerlei diensten van bancaire aard, kredietdiensten, betalingsdiensten, beleggingsdiensten, verzekeringen, ... • Initieel akkoord en opeenvolgende verrichtingen van dezelfde aard o Regeling initieel akkoord à Raamcontract waarbinnen een aantal contracten zullen worden afgesloten à Dan enkel de regelingen toepassen op dit raamcontract o Bv. zichtrekking openen à Latere verrichtingen op deze rekening vallen er dan niet onder. Maar als je dan nadien nog een kredietkaart aanvraagt moet je deze regelen wel weer toepassen want dit is een nieuw contract Informatieplicht • Te gelegener tijd voordat consument is gebonden door overeenkomst of aanbod • Passend middel • Inhoud van de informatie • Additionele informatieplichten in nationale wetgeving o Richtlijn is gericht op maximale harmonisatie maar laat toe aan de lidstaten om extra informatieplichten op te nemen o België heeft dit niet gedaan, maar andere landen wel • Soepele regeling in geval van tekoopaanbieding via de telefoon Voordat consument gebonden is • Bevestiging informatie o Bevestiging voordat de consument is verbonden • Contractvoorwaarden • Schriftelijk of duurzame drager o Dus niet voldoende dat informatie enkel op de website wordt geplaatst à Tenzij informatie later nog is wordt bezorgd • Te gelegener tijd voordat consument gebonden is o Uitzondering in geval van onmogelijkheid 88 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Sanctie bij schending informatieplichten • Heel beperkt • Aanbieder • Opzegging o De consument mag de overeenkomst opzeggen zonder kost à Maar men heeft dit eigenlijk sowieso al • Gemeen recht o Gemeenrechtelijke schadevergoeding is ook mogelijk Herroepingsrecht • 14 kalenderdagen • Startpunt • Eindpunt • Motivering • Gevolgen herroeping • Uitzonderingen o Niet voor diensten waarvan de uitvoering afhankelijk is van prijsschommelingen op de markt à Bv. De aankoop van aandelen à Je kan na aankoop geen 14 dagen afwachten en herroepen als ze gedaald zouden zijn in waarde • Begin van uitvoering leidt niet tot verval herroepingsrecht • Er is nog niet voorzien in een model herroepingsformulier Zelfde regeling als in Boek VI Vrije beroepen 89 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Buiten verkoopruimte gesloten overeenkomsten Toepassingsgebied (Art. I.8,31° WER) • Onderneming – consument • Goederen of diensten • Fysieke aanwezigheid beide partijen o Fundamenteel verschil tegenover verkopen op afstand à In de fysieke aanwezigheid van beide partijen • Buiten de verkoopruimte o Wat is de verkoopruimte? à Onderscheid § Onverplaatsbaar à Permanente uitoefening § Verplaatsbaar à Gewoonlijke uitoefening • Bv. Een marktkramer o Ook indien op vraag van consument § à Overeenkomsten bij de consument thuis = Buiten de verkoopruimte § Verschil WMPC à Men verloor zijn bescherming indien men de verkoper op voorhand en uitdrukkelijk thuis had uitgenodigd à Deze uitzondering bestaat nu niet meer à Redenen • Brits onderzoek toont aan dat consument die thuis een contract sluit zich irrationeel kan gedragen. Ook al hebben ze de verkoper zelf uitgenodigd • In de praktijk begon er misbruik te ontstaan, ze gingen ongevraagd thuis langs en plaatsten boven de handtekening van de consument “op vraag van de consument thuis gekomen”. Deze stijlclausule werd aanvaard door de rechtspraak o Salons en beurzen § WMPC à Buiten de verkoopruimte en bedrag hoger dan 200 euro à Dan was de regeling van toepassing § Boek VI à Niets bepaald à Onderscheid tussen verplaatsbaar of onverplaatsbaar • 2 gelijkgestelde verrichtingen o 1) Overeenkomt IN verkoopruimte of op afstand meteen na aangesproken BUITEN verkoopruimte § Bv. Verkoper van Base spreekt u aan in de Veldstraat en u wordt mee naar binnen genomen in de verkoopruimte à Dan zijn de regelen van toepassing. Maar natuurlijk moeilijk te bewijzen o 2 )Overeenkomst tijdens excursie § Tijdens een uitstap door de onderneming georganiseerd wordt ook een contract afgesloten 90 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Uitzonderingen (Art. VI.66 WER) o Voedingrondes § Bv. Melkboer, ... à Geen herroepingsrecht o Kredieten o Verzekeringen § Voor consumentenkredietovereenkomsten en verzekeringen à Veel informatieverplichtingen en regelingen voor herroeping à Dus niet zo erg dat ze er hier niet onder vallen o Menslievend doel < 50 € • Vergelijking met de regeling onder WMPC Uitgangspunt • Dubbele informatieplicht o Precontractueel o Latere bevestiging • Herroepingsrecht o = Verzakingsrecht, bedenktermijn o 14 kalenderdagen Precontractuele info (Art. VI.64 WER) • Wat? o Idem overeenkomst op afstand • Hoe? o Bij verkoop op afstand à Elke methode die passend is (Bv. website) § Op papier of (mits akkoord) andere duurzame drager à Dus strengere regeling • Eventueel gedeeltelijk via modelinstructies • Wanneer? o Vóór contractsluiting (nieuw in vergelijking met WMPC) • Sancties o Algemeen § Zelfde sancties als overeenkomsten op afstand § Indien geen specifieke sanctie à Misleiding door omissie o Specifiek § Geen info over kosten à Kosten niet betalen § Geen info over herroepingsrecht à Verlenging met 12 maand + geen vergoeding voor waardevermindering Bevestiging van de informatie (Art. VI.65 WER) • Kopie ondertekend contract • Of bevestiging contract op papier of (mits akkoord) andere duurzame drager 91 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Herroepingsrecht • Herroepingsrecht à Identiek aan de regeling voor verkopen op afstand • Verantwoording van het herroepingsrecht bij verkopen buiten de onderneming o Identieke regeling voor deze beide situaties (op afstand en buiten de onderneming) zodat het voor de consument eenvoudig is à Zelfde manier, zelfde termijn o Maar strookt dit met de doelstellingen van het herroepingsrecht? • 14 kalenderdagen vanaf o Sluiten dienstenovereenkomst o In bezit nemen goederen door consument o Verschilt van de regeling in de WMPC (verantwoord?) § Groot verschil met betrekking tot de termijn à Onder de WMPC à Steeds in functie van de dag van het sluiten van het contract § Nu à Onderscheid tussen goederen (dag van de levering) en diensten (dag na contract) is dit verenigbaar met de ratio? § Stel je zit in de zetel en er wordt aangebeld en men verkoopt u een stofzuiger à Die verkrijgt u 3 weken later à Logisch dat de termijn pas start na de levering? • è Doelstelling: Consumenten beschermen tegen irrationeel gedrag à Irrationeel gedrag op het ogenblik van het sluiten van de overeenkomst à Dus louter vanuit deze optiek zou de termijn moeten starten op het ogenblik van het sluiten van het contract § à Deze goederen worden heel vaak gedemonstreerd. Er is dus eigenlijk geen informatieasymmetrie à Enkel nog een overrompelingseffect dat speelt à Dus ogenblik van sluiten contract is logischer § Maar de EU wou een coherent geheel creëren à Voordelig voor de consument • Eventueel + 12 maand (bij niet-­‐naleven informatieplichten herroepingsrecht) • ! Geen voorschot binnen 7 werkdagen na contractsluiting o Voor buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten mag er van de consument geen enkele betaling worden aanvaard binnen een termijn van 7 werkdagen na het sluiten van de overeenkomst o Uitzondering à Salons, beurzen, tentoonstellingen o Regel komt niet uit de rechtsleer !! à Historiek § Ontstaan regel à De WMPC bepaalde vroeger dat bij deze verkopen het verboden was om binnen de bedenktermijn betaling te aanvaarden à De Belgische wetgever wou dit verbod gaan behouden. In de richtlijn is er een uitzondering om het verbod van betaling te kunnen behouden (uitzondering op principe van maximale harmonisatie) indien het verbod reeds bestond § è Belgische wetgever kon betaalverbod behouden gedurende de bedenktermijn maar enkel gedurende de oude termijn van 7 werkdagen vanaf het sluiten van de overeenkomst o Wat goederen betreft is het mogelijk dat u betalingsverbod reeds verstreken is op het moment dat de bedenktermijn start à Zeer grote administratieve last voor de ondernemingen 92 Consumentenbescherming •
•
•
JVD 2014-­‐2015 Hoe? o Idem overeenkomst op afstand Verplichtingen onderneming en consument o Idem overeenkomst op afstand o Bijzondere regel : levering bij het sluiten van de overeenkomst bij de consument thuis § Stel aan huis wordt een stofzuiger verkocht en de stofzuiger wordt daar onmiddellijk geleverd à De onderneming moet de stofzuiger zelf ophalen of de kosten voor het opsturen betalen Uitzonderingen op herroepingsrecht (Art. VI.73 WER!) o Vergelijking overeenkomst op afstand 93 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Reglementering ambulante handel Toepassingsgebied • Wet: producten (LRG) o KB: Ook diensten (daad van koophandel of ambachtsactiviteit) à Ook van toepassing op diensten via KB maar niet zelfde definitie • Verkoop aan consumenten buiten vestiging vermeld in Kruispuntbank Ondernemingen o Wanneer men buiten zijn verkoopruimte wil overgaan tot het verkopen van producten moet men een voorafgaandelijke toestemming hebben (een leurderskaart) o Let op: er zijn wel uitsluitingen • è Aantal regelen die consument beschermen hierin is beperkt à En veel in strijd met het Europees recht • Het gaat om verkoop van producten buiten de vestiging die vermeld is in de KBO • Definitie product bij ambulante handel ≠ Boek VI Bescherming • Vereiste van voorafgaande machtiging o Verkoper moet deze aan de consument tonen • Verkoop enkel toegelaten op openbare markten, openbare weg en gelijkgestelde plaatsen (onder meer winkelgalerijen) • Verkoop ook toegelaten bij consument thuis o < 250 euro per consument en niet voor bepaalde goederen (edelstenen) o Uitzonderingen: zie K.B. o Onverenigbaarheid Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken (HvJ 10 juli 2014, C-­‐421/12) o è DEZE REGEL MAG JE VERGETEN WANT STRIJDIG MET EU RECHT o Bijzondere regeling KB § à Afwijking van de wettelijke bepalingen à Met herroepingsrecht voor de consument, begint pas te lopen nadat de consument een bevestiging heeft ontvangen van het contract § Water, gas, elektriciteit, telefonie, internet, televisie, één enkel huishoudtoestel (max. 700 euro), huisinrichting en tuinaanleg (max. 700 euro) § Bijkomende voorwaarden: • Schriftelijk contract • Bevestiging van het contract via persoonlijk aan de consument gericht schrijven • Herroepingsrecht: 14 werkdagen na ontvangst van de bevestiging § Uitzondering: voorafgaandelijk en uitdrukkelijk verzoek van de consument (zie art. 5,8 Wet) § Verenigbaarheid met Richtlijn Consumentenrechten? • In de mate dat deze termijn dan langer duurt dan de termijn in de Richtlijn Consumentenrechten is ze strijdig 94 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Informatie aan de consument en prijsaanduiding Informatie • Hoeveelheidsaanduiding (Art. VI.11 e.v. WER) • Etikettering, gebruiksaanwijzingen en garantiebewijzen (Art. VI.8 WER) o Voor de gemiddelde consument begrijpelijke taal o Gelet op het taalgebied waar de goederen of diensten worden aangeboden o à Regeling die steeds Frans of Nederlands oplegt is strijdig met de EU regels à Het moet enkel begrijpelijk zijn à Mag Bv. ook enkel met symbolen Algemene informatieplicht (Art. VI.2 WER) • Toepassingsgebied o Overeenkomsten tussen ondernemingen en consument o Producten o Uitgesloten: overeenkomsten op afstand en buiten de verkoopruimte gesloten overeenkomsten o Informatieverplichting geldt niet indien de informatie reeds duidelijk blijkt uit de context • Voorwerp van de informatie o Belangrijkste kenmerken van het product, identiteit van de onderneming, totale prijs, wijze van betaling en levering, herinnering wettelijke garantie, duur overeenkomst, functionaliteit digitale inhoud § Functionaliteit digitale inhoud à Bv. Spelletje ps3 werkt dit ook op de ps4? § Men moet de consument herinneren aan de wettelijke garantie à Maar men mag deze garantie van 2 jaar niet te strek benadrukken want dit is geen onderscheiden kenmerk. Het is dus wat wikken en wegen voor de onderneming. In de Richtlijn Consumentenkoop heeft men geen informatieplicht met betrekking tot die garantie ingevoerd o Verkoopvoorwaarden (niet in RL CR) § De consumenten informeren over de algemene voorwaarden § Tekst Richtlijn à Staat er niet in à Richtlijn is op dit punt gericht op minimale harmonisatie § (Gent 4 december 2006, JB HP 2006, 253) o Rechten en plichten door de wet bepaald ? § (Brussel 3 mei 2002, DCCR 2003, 53, noot E. Terryn => H.v.J. 26 april 2012, zaak C-­‐472/10, Nemzeti tegen Invitel, http://www.curia.eu) § è Houdt artikel 2 een verplichting in om de consument te informeren over zijn wettelijke rechten en plichten? • HvB à Iedereen wordt geacht de wet te kennen à Consumenten moeten niet worden geïnformeerd omtrent hun wettelijke rechten en verplichtingen o Het ging over een aankoop van een vliegticket. Het ticket vermeldde dat de bepalingen van het verdrag van Warschau gelden à De consument zegt dat ze de 95 Consumentenbescherming §
§
•
•
•
•
JVD 2014-­‐2015 informatie over de bagage niet gekregen heeft bij het afsluiten van het contract. Ze was dus niet geïnformeerd à Schending alleen informatieverplichting? à Nee: geen miskenning want een aansprakelijkheidsbeperking uit een verdrag dat deel uitmaakt van het Belgische recht à En iedereen wordt geacht de wet te kennen è Geldt dit ook nog vandaag? à HvJ Invitel • Had betrekking op oneerlijke bedingen à Maar gaat over duidelijkheid van een beding bij de beoordeling of het evenwichtig is • Contract tussen telecomoperator en een consument à De operator behoudt zich het recht voor om de prijs eenzijdig te verhogen à De consument verkreeg dan een kosteloos opzegrecht à Maar dit stond niet in het contract • HvJ à Wanneer men moet beoordelen of een beding al dan niet onrechtmatig is dan moet je als ondernemer gaan kijken naar de duidelijkheid à Het vereiste van duidelijkheid kan met zich meebrengen dat men de consument moet informeren over de rechten die ze hebben op grond van de wet à Het beding was onvoldoende duidelijk Rechtspraak van HvB niet interpreteren dat je nooit over die wettelijke rechten moet informeren Tijdstip waarop informatie verstrekt moet worden o Vooraleer de consument gebonden is Wijze waarop informatie verstrekt moet worden o Duidelijk en begrijpelijk o Schriftelijk, elektronisch of mondeling Schuldenaar van de informatie: onderneming Sanctionering o Geen specifieke sanctie à Terugvallen op het gemeen recht o Artikel VI.38 WER (misleiding door omissie)? o Gemeen recht: § Schadevergoeding § Bindende kracht Verhouding artikelen VI.2 en VI.8 WER • Artikel VI.2 WER bepaalt welke informatie verstrekt moet worden. • Artikel VI.8 WER bepaalt in welke taal bepaalde door artikel VI.2 WER voorgeschreven informatie verstrekt moet worden o Voor de consument begrijpelijke taal 96 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Verplichting tot prijsaanduiding • Niet kennen • Regel met betrekking tot de aankondiging van prijsverminderingen is onverenigbaar met de richtlijn à Regel kan dus niet worden toegepast door de rechter • Nagaan of een aankondiging van een prijsvermindering niet in het algemeen misleidend is à Maar het algemeen verbod kan dus niet à Men gaat nu proberen om een aantal richtlijnen op te stellen voor prijsaanduiding à Maar dit mag geen bindende norm worden 97 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 (Les : 10/12/2014) Woningbouw •
Bij bouwen van een woning à Woningbouwwet o Bouwer krijgt een bijzondere bescherming o Of de koper van een woning wanneer er een voltooiingsverplichting is Toepassingsgebied • Wederkerige overeenkomst • Tot eigendomsovergang / verbintenis te bouwen o Aannemer neemt de verbintenis op zich om een onroerend goed te gaan bouwen o Praktijk à Bouwfirma’s bouwen funderingen, muren en dak à Dan verkopen ze het met de verbintenis om het af te maken à De consument kan dan nog keuzes maken qua afwerking o Situatie § Verkoper neemt de verbintenis op zich om dat goed af te werken § Koper gaat het goed zelf afwerken à Verkoper neemt geen afwerkingsverplichting op à Dit valt niet onder het toepassingsgebied van de wet • Te bouwen of in aanbouw zijnd o Voltooiingsverplichting verkoper / aannemer § Voltooiingsverplichting is essentieel in contracten tot het bouwen van een woning § Praktijk à De koper kan vragen om enkel een water-­‐ en wind dichte woning te bouwen à De koper zal dan zelf de afwerking binnenin doen (vloeren, elektriciteit, sanitair, ...) § è Bouwen van enkel een ruwbouw valt niet onder het toepassingsgebied van de wet è De Voltooiingsverplichting is dus een essentiële voorwaarde § Hoeveel mag je max. zelf nog doen? o Criterium à De bewoonbaarheid à Wanneer de aannemer er moet voor zorgen dat een woning bewoonbaar is, dan is de wet van toepassing o Aankoop van een afgewerkt onroerend goed valt niet onder de wet • Huis of appartement • Huisvesting of huisvesting en beroepsdoeleinden o Maar je moet er wel gaan wonen à Er moet een deel wooneenheid zijn § Dus een deel als kantoor is geen probleem o Dat je het goed bouwt om nadien te verhuren maakt niet uit • Eén of meer stortingen o Er geschieden een of meer stortingen van de bouwheer aan de aannemer o Je zal sowieso altijd een voorschot moeten betalen dus deze vereiste is steeds voldaan 98 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 Verbouwingswerken / uitbreidingswerken à Kunnen onder het toepassingsgebied vallen o Verbouwingswerken voor minstens 80% van de aankoopprijs van het goed o 18600 euro o Moeten deel uitmaken van de overeenkomst tot eigendomsovergang à De verkoper moet dus de verbintenis aangaan om die verbouwingen te doen Onroerend goed in België o De wet is enkel van toepassing op onroerend goederen die in België zijn gebouwd Verplichte vermeldingen • Indien niet alle vermeldingen er zijn kan dit leiden tot de nietigheid • Identiteit van de eigenaar o Bv. Bouwondernemingen beschikken vaak zelf over een aantal bouwgronden à Ze bieden dit dan aan aan kopers als ze dan ook bij deze bouwonderneming de woning laten bouwen à Deze gronden zullen echter heel vaak juridisch aan een andere vennootschap toebehoren • Gegevens bouwvergunning o Men moet in de overeenkomst de gegevens van de bouwvergunning opnemen à Men moet dan al een vergunning hebben o Vaak al contract zonder dat er een vergunning is à Opschortende voorwaarde à Verkrijgen van bouwvergunning § Vermijden dat consumenten een schadevergoeding zouden moeten betalen als er geen vergunning komt • Eventueel opschortende voorwaarde inzake bekomen van financiering o Kredietinstellingen zullen pas krediet geven indien § Er een waarborg is (hypotheek op het onroerend goed) § Als je voldoende kredietwaardig bent o Na omzetting Richtlijn hypothecair krediet à Zal er een verplichting zijn voor de kredietgever om uw kredietwaardigheid na te gaan los van het bestaan van een waarborg § Als bouwonderneming zal men niet moeilijk doen over deze opschortende voorwaarde à Maar zorgen dat de clausule voldoende duidelijk is welke de verplichtingen zijn voor de bouwheer inzake het verkrijgen van financiering • Bv. Moet bouwheer één of meerder kredietgevers contacteren? En wat vanaf ogenblik dat hij vaststelt dat hij geen krediet kan verwerven? § Goede voorwaarden • Ten minste 2 of idealiter 3 kredietinstellingen opleggen met het oog op krediet te krijgen • Vereisen dat in korte termijn na de weigering van krediet kennis wordt gegeven aan de aannemer 99 Consumentenbescherming •
2014-­‐2015 Bepalen van een schadevergoeding wanneer de bouwheer zijn contractuele verplichtingen niet nakomt •
Beschrijving privatieven en gemeenschappelijke gedeelten o Vooral van belang bij appartementen •
Prijs o Vast à Op het ogenblik van het sluiten van het contract weet u de prijs van de uitvoering van de werken zoals ze in het lastenboek zijn beschreven à Achteraf kan men deze prijs niet meer wijzigen § Wel maar voor zover de werken worden uitgevoerd volgens plan § Extra idee à Iets nieuw à Bijkomend betalen want dit was niet voorzien § Voordeel à Bouwheer weet wat het hem gaat kosten o Variabel § De variabiliteit wordt bij KB beperkt à Kan schommelen in functie van 2 elementen • Lonen / materialen o Grootste risico à Plotse stijging van de prijs van bepaalde materialen à Bv. 10 jaar terug ongelofelijk sterke stijging van de prijs van het staal • Maximale prijsstijging •
Gewestelijke overheidstegemoetkomingen •
Datum start werken / uitvoeringstermijn o Men weet dit slechts zelden op voorhand of bij het sluiten van de overeenkomst à Er is Bv. nog geen vergunning of financiering § Praktijk à De werken gaan van start X aantal weken nadat de bouwheer kan bewijzen dat hij een bouwvergunning heeft en financiering o Startdatum bepalen o Uitvoeringstermijn in werkdagen § Praktijk à De termijn uitdrukken in werkdagen (ma-­‐ vrij) dus geen zaterdagen ßà Boek VI § Maar werkdagen zijn enkel dagen waarop er geen weerverlet is • Dus als men zegt 180 werkdagen is dit veel langer dan 180 gewone dagen à Belangrijk om rekening mee te houden • Weerverlet = Slecht weer o Metsen in de regen of bij meer dan 30° is slecht plan o Vergoeding bij overschrijding van de termijn § Aannemer moet forfaitaire schadevergoeding voorzien in het geval de termijn overschreden wordt à Aannemer zal voldoende grote marge nemen in bepaling van uitvoeringstermijn § De forfaitaire schadevergoeding kan niet volledig vrij worden vastgesteld à Minstens zo hoog als de huur die men zou moeten betalen voor een gelijkwaardig onroerend goed JVD 100 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 •
Wijze van oplevering o Voorlopige oplevering en definitieve oplevering (zie later) •
Erkenning kennisname gegevens o Wachttermijn van 15 dagen voor het sluiten van het contract (analogie maar ook verschil met herroepingsrecht ) § Verschil à Bij herroeping eerst contract sluiten en dan vervolgens kan je er op terugkomen § Hier à Eerst info à Dan wachttermijn van 15 dagen à En pas daarna sluiten van contract •
Vermelding van de sanctie o Nietigheidsanctie bij miskenning artikel 7/12 § Art. 7 à Gegevens die moeten worden opgenomen in het contract à sanctie is nietigheid § Art. 12 à Betrekking op de waarborgen à Ook nietigheidssanctie o Formele voorwaarden •
Aanhechten van stukken o Bv. De plannen, het lastenboek Oplevering • Wat houdt de oplevering in? o Oplevering = Dat de werken zijn uitgevoerd volgens plan, volgens de wijze dat overeengekomen is à 2 fasen § Tussen voorlopige en definitieve oplevering à Er moet hiertussen minstens 1 jaar verstrijken (in de praktijk zal het ook dit minimum zijn) à Ratio 1 jaar? à Uw huis moet de 4 seizoenen doorstaan hebben! § Voorlopige oplevering à Architect moet aanwezig zijn o Bv. Architect voor wie 90-­‐95% van de business afkomstig is van 1 bouwonderneming à Hij zal dus niet bijzonder streng zijn o Zeker te overwegen om te bouwen met een onafhankelijk architect § Die losstaat van de bouwonderneming § Deze zal natuurlijk duurder zijn, maar zal ook kritischer zijn o è Woning binnenin en buiten bekijken en men noteert wat er allemaal niet goed is à Voorlopige oplevering houdt een aanvaarding van zichtbare gebreken in à Verborgen gebreken op een later moment § Definitieve oplevering o Binnen het jaar 101 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 Steeds schriftelijk en tegensprekelijk o Vaak niet bij de definitieve oplevering à Clausules in veel aannemingsovereenkomsten dat de definitieve oplevering geschiedt behoudens tegenbericht van de bouwheer bij aangetekend schrijven Weigering van de oplevering o Stel gemetselde douche is 20cm smaller dan op de plannen à U kan bij voorlopige oplevering zeggen dat u akkoord ben met de smallere douche à Dan kan u dat later niet meer aanvechten o Bij voorlopige oplevering duidelijk noteren welke werken er allemaal nog moeten gebeuren o Best op ogenblik voorlopige oplevering zorgen dat u de aannemer nog wel wat geld moet o è Weigeren of aanvaarden met een oplijsting van welke werken er nog moeten uitgevoerd worden •
Vermoedens o Onweerlegbaar (niet verschijnen) o Weerlegbaar (bewoning) § Vanaf het ogenblik dat u het onroerend goed gaat bewonen bestaat er een vermoeden dat u de voorlopige oplevering hebt aanvaard o Dringend intrek nemen? à Dan eerst aangetekende brief met gebreken die nog moeten worden rechtgezet Aansprakelijkheid / risico • Overdracht van eigendom en risico à Worden opgesplitst o Eigendom à Stel u hebt een stuk bouwgrond gekocht en men begint hierop te bouwen à Vanaf het ogenblik dat de materialen verwerkt zijn in de grond zoals fundering/muren (onroerend door incorporatie) à Vanaf dan gaat de eigendom over o Risico à Geschiedt pas op ogenblik voorlopige oplevering • Waarborgen o Miskenning van deze bepalingen à Nietigheid o Erkende aannemers à 5% van de prijs van de werken storten o Niet-­‐erkende aannemers § Voltooiingswaarborg = Als de aannemer niet overgaat tot de volledige uitvoering van de werken, dan zal de bankier u een vergoeding betalen voor de verdere voltooiing van de werken § Terugbetalingswaarborg § Dit zijn gewoon garanties à Eigenlijk gaat het gewoon om een bankgarantie à De aannemer vraagt aan de kredietinstelling om zich garant te stellen à In de praktijk meestal met Voltooiingswaarborg § Middelgrote aannemers zijn vaak niet-­‐erkende aannemers à Want niet voor alles erkend (Bv. elektriciteit wordt vaak uitbesteed) 102 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Aansprakelijkheid (van openbare orde) o 10 jaar o Architect / verkoper o Opeenvolgende eigenaars à Toevoeging van deze wet à Ook de verkoper van een in bouw zijnde woning draagt deze aansprakelijkheid o à De 10 jaar begint te lopen vanaf de definitieve oplevering, maar partijen kunnen aanvaarden dat deze begint te lopen vanaf de voorlopige oplevering Betaling en sancties • Betaling à Vaak grote sommen geld o Wetgever wou vermijden dat de consument zou betalen voor werken die nog niet zijn uitgevoerd o Niets voor de ondertekening van de overeenkomst o Voorschot van maximaal 5% o Verlijden authentieke akte (prijs van grond + uitgevoerde werken) § Soms water-­‐ en winddichte woning al bouwen zonder bouwheer à Daarna contract met bouwheer die wil kopen à Logisch dat op ogenblik van verlijden authentieke akte men reeds een som betaalt voor de grond en de water-­‐ en winddichte woning à Dit moet door een onafhankelijk architect geattesteerd worden à Om gefoefel te vermijden o Saldo (bij gedeelten voor uitgevoerde werken) § In de praktijk in schijven à 1 na fundering, na muren, na dak , … § Biedt mogelijkheid om ENAC in te roepen bij niet correcte uitvoering van bepaalde werken • Als dak scheef staat dan zal u deze schijf van het dak niet betalen tot het dak in orde is o Discussie? à Altijd nog de verzoeningscommissie Bouw die expert aanstelt die bindend advies geeft over of de werken goed of niet goed zijn uitgevoerd • Sancties o Nietigheid beding o Nietigheid overeenkomst § Art. 7 en 12 o Tijdstip inroepen nietigheid § Stel onderhandse overeenkomst tot het bouwen van een woning, dan kan men de nietigheid opwerpen, tot voor het ogenblik van de voorlopige oplevering § Bij een authentieke akte à Totdat de authentieke akte is ondertekend (de notaris moet controleren of alles in orde is) o Stel bouwgrond gekregen van de oma en ik sluit een contract met een sleutel-­‐op-­‐de-­‐deur-­‐firma die er een woning op bouwt en 3 dagen voor voorlopige oplevering stel ik vast dat Art. 7 niet is nageleefd à Nietigheid van de overeenkomst § Gevolgen à Herstel in oorspronkelijke positie à De nieuwe woning zou moeten worden afgebroken en van de grond 103 Consumentenbescherming §
JVD 2014-­‐2015 verwijderd worden en ik krijg mijn geld terug à Dit is uiteraard niet wenselijk In de praktijk à De woning blijft staan à De bouwheer is al eigenaar en zal de kosten moeten dragen die de aannemer heeft gemaakt , de winsten van de aannemer moeten wel terugbetaald worden aan de bouwheer àDus de aannemer zet in dit geval een woning tegen de kostprijs 104 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Reclame en oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten Structuur van de regeling • Artikel I.8 WER à Definities • Artikel VI.17 WER à Vergelijkende reclame • Artikel VI.92 ev WER à Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten • Artikel VI.38 WER à Sanctie bij miskenning regelen oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten • Artikel VI.104 ev WER à Oneerlijke marktpraktijken jegens andere personen • Artikel VI.110 WER à Ongewenste communicaties • Wanneer pas je welke regeling toe? o Partijen in het geding zijn niet bepalend o Wel bepalend is de partij tot wie de reclame of de praktijk is gericht § Stel à Colruyt maakt reclame die de consument misleidt à Gewone consument zal geen vordering instellen (hij heeft waarschijnlijk zelfs geen belang, want hij kent de misleiding) • Maar de concurrentie kan wel een vordering instellen. Je moet hier toch de regelen oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten toepassen • Indien de reclame is gericht aan iedereen (dus consumenten en professionelen) dan moet je ook de regelen toepassen voor oneerlijke handelspraktijken jegens anderen à Maar dit heeft niet veel belang want de regels jegens consumenten zijn het strengst o Elke reclame is ook een handelspraktijk. o Ongewenste communicatie à Voor reclame via e mail à Aparte wetgeving en spam KB Definitie reclame (Art. I.8, 13° WER) • Mededeling • Onderneming / producten • Verkoopsbevorderend karakter o Rechtstreeks o Onrechtstreeks o (Cass. 18 maart 2011, NjW 2011, 579 en Cass. 12 november 1999, RW 2000-­‐2001, 660) à Er is ook sprake van reclame wanneer een bepaalde mededeling het imago van een onderneming gaat bevorderen § In casu à Vragenlijst die was toegestuurd aan een aantal artsen à Deze vragenlijst had een verkoopsbevorderend karakter omdat deze het imago kon bevorderen § Zelfs een naamplaatje op een ondergrondse mazouttank kan reclame zijn (zelfs als het slechts in beperkte mate zichtbaar is) • Ongeacht aangewende communicatietechnieken • è Begrip reclame is vandaag heel uitgebreid 105 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Definitie reclame (Art. 2.19°) Toepassingen • Krantenartikel o Voorz. Kh. Brussel 5 april 2000, JB HP 2000, 113 o Nagaan hoe het artikel is tot stand gekomen § Bv BMW stelt een nieuwe wagen voor en organiseert een persconferentie à Er worden een aantal artikels geschreven in de krant à Dit is reclame § Stel men interviewt iemand van BMW en men schrijft een artikel à Dit is reclame à Want het gevolg van verklaringen van een personeelslid § Maar stel journalist schrijft gewoon een artikel over een auto zonder BMW erbij te betrekken à Geen reclame o Kan het aan de onderneming worden toegerekend? § Ja à Reclame § Nee à Geen reclame • Aanbesteding o Gent 17 juni 1999, JB HP 1999, 536 o In een offerte had men aangegeven dat de concurrentie minder kwaliteit levert à Indien dit reclame is kan het een oneerlijke handelspraktijk zijn à Dit werd als reclame beschouwd o Maar Steennot is het hier niet mee eens à Hij zegt dat het enkel een voorstel tot contracteren is (Maar Steennot geeft toe dat hij ongelijk heeft gekregen) • Website o Voorz. Kh. Brugge 30 maart 2006, JB HP 2006, 544 o Website is reclame • Gesponsorde koppeling o Dit zijn de links die google aanbiedt als reclame à Per klik moet een vergoeding aan de zoekmachine worden betaald o Dit is reclame • Domeinnaam o Is dit reclame? § HvJ à Het louter en alleen registreren van een domeinnaam is geen reclame § Pas als men deze effectief gebruikten een website opzet, dan is er sprake van reclame • Metatag o Antwerpen 21 december 2009, IRDI 2012, 272 o H.v.J. 11 juli 2013, C-­‐657/11, Belgian Electronic Sorting Technology / Bert Peelaers,Visys NV o Metatag = Vanuit websites kan je een term opgeven die door zoekmachines wordt herkend 106 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Stel Colruyt geeft als metatag ook de naam van een concurrent op (Aldi, Lidl, Delhaize) à Als je dan zoekt naar de website van Bv. Lidl krijg je ook een link naar de website van Colruyt à Dit is een oneerlijke handelspraktijk à Maar dit is geen reclame want deze metatags zijn geen mededeling o Ondertussen is deze redenering dat metatags geen mededeling zijn, achterhaald door een uitspraak van het Hof van Justitie àHet is wel reclame o Maar arrest HvB blijft wel gelden dat de naam van een concurrent gebruiken een oneerlijke handelsprakrijk is Definitie handelspraktijken (Art. I.8, 23° WER) • à Bijzonder ruim begrip à Nog ruimer dan reclame • Verklaring, gedraging, omissie, voorstelling van zaken, commerciële communicatie met inbegrip van reclame • Onderneming • Verkoopsbevordering, verkoop of levering van een product • (H.v.J. 30 juni 2011, zaak C-­‐288/10, Wamo tegen JBC, http://curia.europa.eu; H.v.J. 23 april 2009, zaak C-­‐261/07, VTB-­‐VAB tegen Total Belgium en C-­‐ 299/07 Galatea BVBA tegen Sanoma Magazines Belgium NV, http://curia.europa.eu) • Reclame is enkel in de precontractuele fase à Handelspraktijken zijn ook de gedragingen in de uitvoeringsfase van de overeenkomst o Dit blijkt ook uit de zwarte lijst van oneerlijke handelspraktijken: bepaling over verzekeringen die niet-­‐relevante documenten vragen om het de consument lastig te maken om zijn contractuele rechten te laten gelden o Wet = Reactie op bepaalde praktijken uit de praktijk Oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten • Structuur o Zwarte lijsten van verboden misleidende en agressieve handelspraktijken o Open normen die misleidende en agressieve handelspraktijken verbieden o Overkoepelende norm die andere oneerlijke handelspraktijken verbiedt o 2 open normen à Aantonen dat er sprake is van een misleiding die de aankoopbeslissing van de consument kan beïnvloeden ßà De zwarte lijst à Enkel aantonen dat het onder een bepaling van die lijst valt 107 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 De zwarte lijsten van misleidende en agressieve handelspraktijken o Per se verboden o Geen bewijs noodzakelijk van beïnvloeding van de aankoopbeslissing van de consument o Zwarte lijst misleidende handelspraktijken § Beweren en bedrieglijk beweren § Concrete verboden • Gedragscodes o Beweren een gedragscode te hebben ondertekend wanneer dat niet het geval is à In werkelijkheid is men niet toegetreden à Als je dit kan aantonen is dat voldoende o Een kwaliteitslabel vermelden zonder toestemming kan de consument misleiden § Bv. Een label van test-­‐aankoop § Bv. Lidl verkocht witloof onder het Flandria label zonder toestemming •
Lokvogelreclame o (Antwerpen 11 april 2013, NjW 2013, 897) § Oordeel over een reclame met betrekking tot een fiets à De geadverteerde fiets bleek niet meer voorradig te zijn. Ze hadden wel de mogelijkheid om een vergelijkbaar model te leveren § HvB à Geen lokvogelreclame want geen misleiding à Ze konden een gelijkwaardig product leveren o Richtlijn was gebaseerd op maximale harmonisatie à Doelstelling: lokvogelreclame vermijden à Vroeger had men een ander verbod: verboden om reclame te voeren zonder een redelijke voorwaarde (eenvoudiger geformuleerd en het werd ook strenger geïnterpreteerd) § Bv. Een gelijkaardig product was onvoldoende, als je het moest afhalen in een andere winkel à Ook een inbreuk. Nu wordt dit wel toegelaten. Het volstaat dat je het door een andere onderneming kan laten leveren of een gelijkaardig product kan leveren o è Indien er een gegrond vermoeden is dat men het product niet gaat kunnen leveren door Bv. te vermelden dat er maar 10 stuks beschikbaar zijn à Geen inbreuk § Carrefour doet dit vaak (Vroeger was dit anders) § Algemene vermelding “zolang de voorraad strekt” is niet voldoende 108 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 Bait and switch praktijken o Antwerpen 11 april 2013, NjW 2013, 897 à Het loutere feit dat een geadverteerd product niet voorradig is en men aan de consument een ander product toont is op zich geen schending à Maar als men kan aantonen dat de onderneming van bij de lancering van een advertentie de bedoeling had een ander product te verkopen à Dan is er een schending o Komt in België wel eens voor à Reclame aan stuntprijzen met de bedoeling een ander product te verkopen Beschikbaarheid o Men zegt tegen consument op zaterdagavond à “We kunnen u een korting geven van x aantal %, maar u moet nu beslissen” à Men doet dit eigenlijk elke week à Dit is bedrieglijk beweren dat een product maar beperkt beschikbaar is o Vraag à Moet je bijkomend bewijzen dat men de bedoeling had om de consument geen tijd te geven à Meerderheid rechtsleer stelt dit niet als aparte voorwaarde maar meer een soort uitleg van het artikel o à Moeilijk voor een individuele consument om bewijs hieromtrent te verzamelen •
•
•
Dienst na verkoop Wettelijke rechten voorstellen als onderscheiden kenmerken o Zeer vaak met de voeten getreden o Bv. § 2 jaar garantie in het oog laten springen • Tegenstelling à Men moet het verplicht vermelden, maar dit mag niet op zo’n manier dat het in het oog springt als onderscheidend kenmerk § De “adviesapotheek” § “Kredietgever die uw financiële situatie onderzoekt” Redactionele reclame 109 Consumentenbescherming •
JVD 2014-­‐2015 Bedrieglijke wijze zich voordoen als particulier o Gent 10 december 2012, NjW 2013 (weldra) § De wereld van de datingsites à 2 concurrerende websites § Mannen die hier geregistreerd zijn krijgen bericht à U moet zich registreren op een andere website (een concurrerende datingsite) en dan heeft u prijs § Men ging zich voordoen als gewone gebruiker van de website à Maar eigenlijk lokte men klanten weg § à Niet kijken naar de personen in het geding, maar kijken aan wie deze berichten waren gericht à Regels oneerlijke handelspraktijken jegens consumenten o De zwarte lijst van agressieve handelspraktijken § Concrete verboden • Verlaten van het pand o Indruk wekken dat de consument het pand niet mag verlaten zonder iets te kopen o Komt in België niet echt voor à In het buitenland soms wel •
Consument thuis bezoeken •
Hardnekkig aandringen via telefoon, fax, ... o Feitenkwestie o Deze regel doet geen afbreuk aan andere voorschriften die op zich al een verbod inhouden (Bv. verplichting om voorafgaandelijke toestemming te vragen vooraleer reclame via mail te sturen) •
Reclame gericht aan kinderen o Reclame gericht aan kinderen blijft mogelijk, maar mag niet te ver gaan o Bv. Reclame die zegt “stap nu naar uw ouders en zeg dat ze het moeten kopen” à Dit kan niet, maar komt dan ook niet voor •
Bestaansmiddelen van de handelaar o Emotionele chantage à Vooral bij oudere alleenstaande vrouwen o Bv. Meedelen dat de baan of het bedrijf in gevaar komt als je niet koopt o Verschil in woordgebruik à “Uitdrukkelijk meedelen” ßà De indruk wekken (Bv. bij het pand niet mogen verlaten) 110 Consumentenbescherming •
•
•
JVD 2014-­‐2015 Winnen van een prijs o Mag niet à Als er geen prijs is of als er kosten aan zijn verbonden o H.v.J. 18 oktober 2012, zaak C-­‐428/11, (Purely Creative e.a.) § Op een zeer vergaande consument-­‐
beschermende wijze geïnterpreteerd § HvJ à Als men spreekt over de “bedrieglijke indruk wekken” à Dan slaat dit enkel op het 1e aspect (het feit dat er geen prijs is) en niet op het 2e aspect dat hij door het verrichten van een bepaalde handeling (en kosten te dragen) een prijs kan winnen § HvJ à • Je kan zeggen dat je een toegangsticket voor een voetbalmatch krijgt als prijs • Of je kan zeggen dat de prijs bestaat uit het bijwonen van een voetbalwedstrijd à Dan niet enkel toegangsticket, maar ook vervoer aanbieden Ongevraagd toezenden o Afgedwongen aankoop Algemeen overkoepelende norm o Strijdig met de vereisten van professionele toewijding o Wezenlijke verstoring van het economisch gedrag van de consument o Open norm misleidende handelspraktijken § Misleidende verklaringen • Juiste of onjuiste informatie o Zelfs juiste informatie kan misleidend zijn • Die de consument bedriegt of kan bedriegen o Men moet geen kwade trouw bewijzen • Criterium van de gemiddelde consument o Plaatsen in de doelgroep o Niet voor de pathologische dommerik of de minst oplettende consument o Bv. § Reclame gericht op wijnkenners à Men mag al meer kennis verwachten § Reclame gericht op een zwakkere groep à De gemiddelde consument in die groep • Betreffende de door de wet bepaalde elementen • Besluit tot een transactie dat hij anders niet had genomen o Het moet een impact hebben op de consument zijn aankoopgedrag o Voldoende dat hij zonder de misleiding aan andere voorwaarden zou gecontracteerd hebben 111 Consumentenbescherming •
§
JVD 2014-­‐2015 Professionele toewijding? o Stel dat we te maken hebben met een reclameboodschap die op zich genomen wel misleidend is, maar dat men langs de andere kant vaststelt dat de adverteerder niets te verwijten valt à Kan je dan nog spreken over een misleiding? (H.v.J. 19 september 2013, zaak nr. C-­‐435/11 (CHS Tour Services / Team4 Travel)) § In reclame vermelden dat bepaalde hotels exclusief bij de operator zijn te boeken • Contract van exclusiviteit met de betrokken hotels § Uiteindelijk kunnen andere touroperators deze hotels wel aanbieden à Miskenning van het exclusiviteitscontract door de hotels § De touroperator heeft alles gedaan dat van een normaal zorgvuldige touroperator kan worden verwacht § Kan een onderneming die reclame maakt zich onttrekken op grond van de overweging dat er geen inbreuk op de algemeen overkoepelende norm voorligt? § HvJ à Beide normen staan volledig los van elkaar à Er valt u misschien niets te verwijten (volledig gehandeld volgens professioneel toewijding), maar er is een misleidende handelspraktijk Misleiding door omissie • Weglaten van essentiële informatie die een consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit te nemen • Essentiële informatie o Wat als essentiële informatie moet worden beschouwd hangt af van het feit of er al dan niet een “Uitnodiging tot aankoop” is à De wet bepaalt wat de essentiële info is o Geen uitnodiging tot aankoop? à Dan bepaalt de rechter wat de essentiële informatie is (discretionaire bevoegdheid) o Bv. Reclameboodschap waarin het bouwjaar van de fiets niet werd vermeld § Rechter vond de vermelding van een bouwjaar uitzonderlijk voor een fiets en dus niet essentieel o Bv. Verkoop bouwgrond die toebehoort aan een andere entiteit § Rechter à Dit heeft geen impact op de economische beslissing van de consument 112 Consumentenbescherming •
•
JVD 2014-­‐2015 o H.v.J. 12 mei 2011, zaak C-­‐122/10, Konsumentombudsmannen / Ving Sverige § Ook andere boodschappen die geen aanbod uitmaken kunnen een uitnodiging tot aankoop vormen § Het is voldoende dat de consument op basis van de verstrekte informatie over product en prijs een geïnformeerd besluit kan nemen om tot een transactie te komen § Deze uitspraak is voor heel wat lidstaten belangrijker dan voor België • Op website vermelding van goed en prijs à Dan is er een aanbod in België (aanbod aan het publiek in het algemeen) • In heel wat andere landen zoals Bv. Duitsland zal een webpagina nooit een aanbod uitmaken Geen bedoeling te misleiden vereist Beperkingen van het medium o H.v.J. 12 mei 2011, zaak C-­‐122/10, Konsumentombudsmannen / Ving Sverige; Brussel 4 mei 2010, JB HP 2010, 300, noot V. Wellens § Voor bepaalde reclameboodschappen gaat men toelaten dat bepaalde informatie die belangrijk is niet wordt opgenomen in de boodschap zelf, maar ergens anders toegankelijk is (typisch voor radioreclame) o Open norm agressieve handelspraktijken § Intimidatie, dwang of ongepaste beïnvloeding § Aanzienlijke (potentiële) beperking van de keuzevrijheid van de gemiddelde consument § Besluit over een transactie • Beoordeling in het licht van de context en omstandigheden Sanctionering • In Art. VI.38 • Ongevraagd toezenden o Geen bestelling geplaatst (onderneming zal plaatsen van bestelling moeten bewijzen) à U mag het houden zonder te betalen • Wat bij een schending van andere regelen? à Onderscheid tussen 6 oneerlijke handelspraktijken die men terugvindt in de zwarte lijst van Art. 100 en 103 o Voor deze 6 MOET de rechter de sanctie van de afgedwongen aankoop toepassen 113 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 o Voor alle andere schendingen van de regelen inzake oneerlijke handelspraktijken (alle andere bepalingen uit de zwarte lijst of een miskenning van de open normen) KAN de rechter die sanctie toepassen § En qui peut le plus,peut le moins à Ook mogelijk om een prijsvermindering toe te passen o Grote probleem? à In beide gevallen (MOET of KAN) à vindt de sanctie maar toepassing wanneer de overeenkomst werd gesloten INGEVOLGE een oneerlijke handelspraktijk § Wat betekent INGEVOLGE? à Verschillende strekkingen • Meest strenge opvatting à Terryn à De sanctie vindt maar toepassing wanneer de betrokken oneerlijke handelspraktijk kan beschouwd worden als een klassiek wilsgebrek (Dwaling, Geweld) o Dwaling moet betrekking hebben op de zelfstandigheid van de zaak à Dus zonder der dwaling mag men helemaal niet hebben gecontracteerd o è Deze strenge opvatting komt erop neer dat de sanctie bijan nooit zal worden toegepast • Opvatting Steennot à Niets te maken met wilsgebreken à Men vraagt hier enkel een causaal verband à Dat er effectief een causaal verband bestaat tussen de oneerlijke handelspraktijk en het sluiten van de overeenkomst § Nog geen rechtspraak hierover •
Vrijstelling van betalingsverplichting o Voorwaarden § Causaal verband o Automatische toepassing van de sanctie (hierboven besproken) o Discretionaire bevoegdheid van de rechter (hierboven besproken) Strafsancties •
Bewijslast en interpretatie • Bewijslast o Juistheid o Bepaalde gegevens o Adverteerder • Interpretatie Ongevraagde commerciële communicatie • Elektronische post à Opt in o Uitzonderingen § Rechtspersonen à Opt out § Natuurlijke personen (voorwaarden) à Opt out • Fax en geautomatiseerde oproepsystemen zonder menselijke tussenkomst à Opt in • Andere à Opt out 114 Consumentenbescherming JVD 2014-­‐2015 Vordering tot staken • Cascaderegeling o Adverteerder § (Brussel 8 december 1998, JB HP 1998, 31, noot H. De Bauw, “De adverteerder van reclame) o Uitgever / producent o Drukker / maker o Verdeler Examen •
•
•
Mondeling 4 vragen à 2 uit WER en 2 uit andere wetgeving Alle hoofdstukken kennen! 115