Schoolondersteuningsprofiel ZMLK de Ark SO/VSO/AB ZMLK school

Schoolondersteuningsprofiel ZMLK de Ark SO/VSO/AB
ZMLK school De Ark in Gouda biedt Speciaal Onderwijs (SO) voor leerlingen van 4 tot en
met 12 jaar en Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) voor leerlingen van 13 tot 20 jaar die
zeer moeilijk leren (ZML). De Ark is onderdeel van Stichting Klasse.
De leerlingen zijn verdeeld over twee gebouwen. In het hoofdgebouw is de VSO-afdeling
gevestigd, op de dependance wordt het SO verzorgd.
Alle leerlingen zijn van 8.30 – 14.45 uur op school. Op woensdag zijn de leerlingen om
12.15 uur vrij. Leerlingen tot en met 7 jaar zijn (met uitzondering van een paar woensdagen
per schooljaar) altijd op woensdag vrij.
Leerlingen hebben allemaal een individueel handelingsplan.
Het onderwijs op De Ark is gericht op een zo groot mogelijke zelfstandigheid en op
integratie van de leerlingen met een verstandelijke beperking in de maatschappij. Niet de
onmogelijkheden, maar de mogelijkheden van de leerling staan daarbij centraal.
De Ark wil leerlingen een veilige werk- en leeromgeving bieden door ervoor te zorgen dat
leerlingen onderwijs op maat krijgen; serieus worden genomen; gewaardeerd worden; een
luisterend oor vinden; een plek hebben in de groep en leren door doen. De missie van De
Ark is: ‘Leren voor het leven’.
Beschrijving van de doelgroep (instroom, toelating en uitstroom)
De doelgroep van De Ark zijn leerlingen die zeer moeilijk leren (ZML). Alle leerlingen van
De Ark hebben een verstandelijke beperking (IQ<70). Sommige leerlingen hebben een
bijkomende beperking, stoornis of syndroom.
De ontwikkeling van de leerlingen is ernstig verstoord, dit kan zich op meerdere manieren
uiten. Bijvoorbeeld in de motorische ontwikkeling, de taalontwikkeling, bij het verwerven van
sociale vaardigheden en bij het begrijpen van of concentreren op de leerstof.
De ontwikkeling van leerlingen die zeer moeilijk leren verloopt vaak onregelmatig. Wat
andere kinderen spelenderwijs leren, moet een zeer moeilijk lerend kind dikwijls aangeleerd
worden. Bij zeer moeilijk lerende kinderen verloopt de ontwikkeling veel trager dan bij
leeftijdgenootjes zonder verstandelijke beperking en blijft de ontwikkeling op een lager
niveau.
De meeste leerlingen die onderwijs volgen op De Ark zijn ingestroomd vanuit thuis
(onderinstroom), het regulier of speciaal basisonderwijs, een kinderdagcentrum, andere
scholen voor speciaal onderwijs, een medisch kinderdagverblijf of het praktijkonderwijs.
Het voedingsgebied van De Ark is de regio Midden-Nederland. Ongeveer de helft van de
leerlingen woont in Gouda. De overige leerlingen wonen in omringende plaatsen, zoals
Bergambacht, Reeuwijk, Waddinxveen, Schoonhoven, Woerden, Bodegraven en Boskoop.
Een aantal leerlingen woont in een gezinsvervangend tehuis.
Toelating* tot is mogelijk met een cluster 3 ZML(/MG) indicatie*. Na de aanmelding bij de
school start de interne procedure van de Commissie van Begeleiding (CvB) van de school.
Deze commissie bestaat uit de coördinator leerlingenzorg (voorzitter), een psychologe, een
maatschappelijk werkster, de directie en een jeugdarts.
In principe zijn alle leerlingen met een cluster 3 ZML(/MG) indicatie plaatsbaar op De Ark.
Als een leerling zich aanmeldt voor De Ark, wordt zorgvuldig overwogen of De Ark een
passende plek kan bieden aan de leerling. Personeel van de school gaat bijvoorbeeld
observeren op de school of plek waar de leerling op dat moment zit. De grens aan
toelaatbaarheid van De Ark is, wanneer sprake is van zware externaliserende
gedragsproblematiek. De Ark kan dus geen passend aanbod bieden aan de ZMOLKleerlingen; leerlingen wiens IQ te laag is voor een cluster 4 indicatie maar wel cluster 4
problematiek hebben. Dit kan de veiligheid van andere leerlingen in gevaar brengen.
Wanneer blijkt dat De Ark geen passend aanbod kan bieden aan de leerling, wordt samen
met de ouders naar een andere plek gezocht.
Terugplaatsing naar het regulier onderwijs komt bijna nooit voor. Een heel enkele keer wordt
een leerling teruggeplaatst naar het speciaal basisonderwijs of het praktijkonderwijs.
Criteria voor terugplaatsing hebben betrekking op het cognitieve niveau en de sociaal
emotionele weerbaarheid van de leerling. Over het algemeen zijn zeer moeilijk lerende
leerlingen kwetsbaar en gemakkelijk te beïnvloeden. Sociaal emotioneel weerbaar zijn is
dus van groot belang voor leerlingen die teruggeplaatst worden.
Als een leerling mogelijk in aanmerking komt voor de overstap naar het praktijkonderwijs,
gaat een leerling eerst lessen volgen tijdens een proefperiode. Beide scholen bepalen –na
de proefperiode- in overleg met de ouders en leerling of de overstap wenselijk en haalbaar
is.
Vanuit het SO gaan de meeste leerlingen naar het VSO van de Ark. Afhankelijk van
wanneer een geschikte plek is gevonden voor de leerling, verlaten de leerlingen het VSO
tussen hun 18e en 20e levensjaar. Leerlingen van het VSO stromen meestal uit naar een
dagactiviteitencentrum (waaronder bijvoorbeeld Lunchcafé Juuls; zorgboerderijen en
bierbrouwerij de Molen), sociale werkvoorziening en in een enkel geval het vrije bedrijf.
In het schooljaar 2010-2011 zijn in totaal 14 SO-leerlingen uitgestroomd. Tien leerlingen
gingen naar het VSO van De Ark. Vier leerlingen stroomden tussentijds uit: 1 leerling ging
naar het speciaal basisonderwijs, 1 leerling is geëmigreerd, 1 leerling ging naar SO cluster 3
en 1 leerling verliet de school om een andere reden.
In totaal stroomden 16 VSO-leerlingen uit in het schooljaar 2010-2011. Acht leerlingen
gingen naar dagbesteding, één leerling naar een beschermde werkomgeving en één leerling
naar een onbekende bestemming.
Tussentijds stroomden zes VSO-leerlingen uit: 1 leerling ging naar VSO cluster 2, 1 leerling
naar VSO cluster 3, 1 leerling naar het praktijkonderwijs, 1 leerling is geëmigreerd en 2
leerlingen verlieten de school om een andere reden.
Huidige populatie
Op 1 oktober 2011 volgden in totaal 174 leerlingen onderwijs op De Ark. Daarvan volgden
64 leerlingen onderwijs op het SO en 110 op het VSO.
De verdeling van de leerling-populatie van De Ark was op dat moment als volgt:
SO
ZML
MG
16%
VSO
ZML
MG
25%
ZML
75%
ZML
84%
Onderwijs: aanbod en organisatie
De Ark biedt speciale ondersteuning aan leerlingen, die door hun beperking niet in staat
zijn om deel te nemen aan het reguliere onderwijs. Dit gebeurt aan de hand van individuele
handelingsplannen/ontwikkelingsplannen, in reguliere en auti-groepen. Er wordt gewerkt
met verschillende methodes en volgens een aantal uitgangspunten.
Bovenstaande wordt hieronder nader uitgewerkt.
Iedere SO-leerling heeft een individueel handelingsplan, alle VSO leerlingen hebben een
Individueel Ontwikkelings Plan (IOP).
Dit plan wordt opgesteld door de leerkracht, in samenwerking met de coördinator
leerlingenzorg, voor de periode van een schooljaar. Twee maal per schooljaar worden alle
leerlingen besproken tijdens de leerlingbespreking. Naast de CvB zijn de leerkracht(en),
logopedistes, de spelbegeleidster en de vakleerkracht gymnastiek bij de leerlingbespreking
aanwezig. Twee maal per jaar bespreekt de leerkracht het individueel handelingsplan met
de ouders, die ‘voor gezien’ tekenen.
Op het VSO wordt het IOP met de leerling en ouders en eventueel stagebegeleider
besproken, geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. Dat gebeurt twee maal per jaar.
Iedere groep heeft een groepsplan, in de vorm van een mindmap.
De groepen zijn, behalve de auti-groepen, samengesteld op basis van leeftijd. Het SO en
VSO zijn opgedeeld in drie bouwen. Als binnen een bouw meerdere groepen gemaakt
kunnen worden, wordt bij de groepssamenstelling naast leeftijd ook gelet op niveau en/of
gedrag.
In de auti-groepen zitten leerlingen van 4-12 jaar (SO) of 12-20 jaar (VSO). Niet alle
leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum zitten in de groep voor autistische
leerlingen; sommige leerlingen kunnen het onderwijs in de reguliere groepen volgen
(eventueel met aanpassingen).
De leerlingen in de auti-groepen zijn gebaat zijn bij een speciale leeromgeving, afgestemd
op hun stoornis binnen het autistisch spectrum. Pictogrammen en foto’s worden veelvuldig
als ondersteunend communicatiemiddel ingezet. De leerlingen krijgen veel individuele
aandacht en de groep is zo ingericht dat er rust en structuur vanuit gaat. Door zoveel
mogelijk voorspelbaar te zijn, wordt een veilige leefomgeving voor de leerlingen gecreëerd.
Het SO heeft twee autistengroepen, het VSO drie.
De groepsgrootte is gemiddeld 12 leerlingen. Streven is dat in de auti- en aanvangsgroep
minder leerlingen zitten. Assistenten werken soms met kleine groepjes leerlingen op
leerwerkplekken.
De Ark ontwikkelt op dit moment uitstroomprofielen voor het SO en VSO. De school werkt
nog niet met uitgewerkte leerroutes.
In de onderbouw van het SO ligt het accent op rust, orde en regelmaat. Er wordt veel
aandacht besteed aan samen spelen, omgaan met elkaar en samenwerken aan een
opdracht.
In de middenbouw wordt verder gewerkt aan zelfstandigheid en krijgen de verstandelijke
ontwikkeling, begripsvorming, sociale vorming en taakgerichtheid verdere aandacht.
In de eindgroep staan dezelfde activiteiten centraal als in de middenbouw, en worden
leerlingen voorbereid op de overstap naar het VSO. In deze groep komt meer aandacht voor
praktische vaardigheden en zelfredzaamheid. Ook staan voorbereidende activiteiten wat
betreft ZEDEMO (een methode voor training van arbeidsvaardigheden en werkhouding) op
het programma van de eindgroep.
Binnen het SO wordt gewerkt met thema’s. Deze thema’s sluiten aan bij de actualiteit
(bijvoorbeeld Kinderboekenweek of de seizoenen).
Om kinderen actief te laten leren is gekozen voor ‘werken in hoeken’. Streven is om op
maximaal drie niveaus te werken.
Binnen het VSO staan de thema’s wonen, werken, vrije tijd en burgerschap centraal. Veel
leeractiviteiten, zowel de praktische als de schoolse, zijn gekoppeld aan deze thema’s.
De leerlingen van de bruggroepen krijgen een vakkenpakket dat gekoppeld is aan de
jongere leerling, de lessen zijn gekoppeld aan thema’s. In de bruggroepen starten de
leerlingen met arbeidstoeleiding. Ze volgen interne stage-lessen en krijgen in kleine
groepjes les in zelfstandig werken.
In de middenbouwgroepen wordt gemiddeld een uur per dag cognitief gewerkt. De
leerlingen gaan onder begeleiding van een leerkracht of klassenassistente naar
verschillende leerwerkplekken (bijvoorbeeld een zorgcentrum, een basisschool of
administratie bij de gemeente). Een leerwerkplek wordt 6 tot 8 weken bezocht, voor de
leerlingen in de auti-groepen is deze periode langer.
Door middel van de leerwerkplekken en gesprekken over het Individueel Ontwikkelings Plan
met de leerling en de ouders wordt een beeld gevormd van welke stages de leerlingen in de
laatste leerjaren kunnen gaan volgen.
In de eindgroepen ligt de nadruk op arbeidstoeleiding. Door arbeidstraining/stage binnen en
buiten de school maken de leerlingen kennis met werksituaties. Alle leerlingen in de
eindgroepen maken een arbeids interesse test.
Het streven van De Ark is dat alle leerlingen die van school gaan een baan of dagbesteding
hebben.
De Ark werkt op basis van de OVM leerlijnen. De Ark gebruikt methodes die aansluiten bij
de OVM leerlijnen. Vaak zijn dat de remediërende onderdelen van methodes voor het
regulier onderwijs, er wordt ook gebruik gemaakt van methodes die specifiek gericht zijn op
de doelgroep en een methode voor sociale vaardigheden. Het personeel ontwikkelt zelf ook
veel materiaal.
Er wordt in de school veel gebruik gemaakt van pictogrammen, dagritmekaarten en andere
hulpmiddelen die structuur bieden.
Specifieke concepten/uitgangspunten die centraal staan in het onderwijs van De Ark:
- GIP: Groeps- en Individueel gericht Pedagogisch en didactisch handelen van de
leerkracht; een model gericht op zelfstandig werken, zodat de leerkracht zich kan
richten op instructie en begeleiding op maat;
- Totale communicatie middels foto’s, pictogrammen en taal ondersteund door
gebaren.
- Praktisch gericht onderwijs;
- Een veilig pedagogisch klimaat, door heel veel structuur te bieden.
Personeel en voorzieningen
Alle leerlingen krijgen onderwijs van een leerkracht en een klassenassistent of
leerkrachtondersteuner (onderbouw).
De klassenassistent is in de meeste klassen part-time aanwezig. Streven is om de
klassenassistent in de autigroepen full-time in te zetten. De leerkrachtondersteuner is parttime aanwezig in de onderbouwgroep.
Naast leerkrachten, leerkrachtondersteuners en klassenassistenten is de volgende
expertise aanwezig in het team van De Ark: een spelbegeleider, twee logopedistes, een
psycholoog, een psychologisch assistent, ambulant begeleiders, stagebegeleiders,
vakleerkracht gymnastiek en een coördinator leerlingenzorg.
Het personeel van De Ark heeft veel kennis en expertise op het gebied van werken met een
verstandelijk en meervoudig gehandicapte leerlingen. Het personeel is creatief; ze kunnen
zelf leerstof selecteren en ontwikkelen. De kennis en expertise in het team is groot. De
meeste leerkrachten hebben de master SEN of autisme gedaan. Het personeel kan zeer
veel structuur bieden aan de leerlingen en is zeer flexibel.
Indien een hulpvraag niet beantwoord kan worden door het personeel van De Ark, wordt dit
voorgelegd aan de CvB. De commissie besluit of en welke interne of externe
ondersteuning wordt ingezet.
De school heeft samenwerkingsrelaties met bijvoorbeeld:
- Schoolmaatschappelijk werk van MEE;
- De schoolarts;
- Praktijk voor Ceasar therapie;
- Kinderfysiotherapie;
- Gemiva (zorgmedewerkers voor verzorgende en individuele ondersteunende
activiteiten)
- Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE);
- Banjaard.
De school heeft een aantal speciale en extra voorzieningen, die zijn afgestemd op de
doelgroep. Het SO heeft een snoezelruimte, een speelzaal en een Prikkel Arme Ruimte
(PAR). Deze ruimte is bedoeld voor leerlingen die zich even willen terug trekken als de
prikkels in de groep hen teveel worden, in enkele gevallen wordt deze ruimte gebruikt als
time-out plek.
In het VSO-gebouw zijn praktijklokalen (algemene techniek, ZEDEMO –een methode om
arbeidsvaardigheden te ontwikkelen- en koken) en Een Prikkel Arme Ruimte (PAR).
Betrokkenheid van ouders
De Ark is een school die open staat voor ouders/verzorgers.
De school organiseert informatie-avonden,ouderavonden en open dagen. Eens per twee
jaar gaan de leerkrachten op huisbezoek.
Leerkrachten informeren de ouders via een weblog.
Leerlingen in het SO hebben allemaal een mapje, die zij aan het einde van de week mee
naar huis nemen. Ouders schrijven in het mapje iets over het weekend, zodat het personeel
ook geïnformeerd wordt over de activiteiten thuis. Twee maal per jaar worden de ouders
van het SO uitgenodigd voor een optreden door de leerlingen, als afsluiting van een thema.
Binnen het VSO wordt gewerkt met agenda’s. Hierin staat het weekrooster en worden indien
nodig bijzonderheden uitgewisseld.
Ouders kunnen zitting nemen in de MR, een ouderraad ondersteunt het personeel bij
activiteiten en festiviteiten en betrekt ook andere ouders bij activiteiten in en rond de school.
Ambulante dienst (AB-dienst)*
Ambulant begeleiders van De Ark begeleiden leerlingen met een cluster 3 ZML indicatie, die
met een rugzakje onderwijs volgen in de regio Midden-Nederland. Zij werken nauw samen
met de Preventief Ambulant Begeleiders van WSNS en delen hetzelfde kantoor.
Op 1 oktober werden 46 leerlingen begeleid, waarvan 31 in het primair onderwijs en 15 in
het voortgezet onderwijs.
Toekomst*
De Ark heeft de ambitie om een expertisecentrum te starten, waarin zorg en onderwijs
gecombineerd worden in een Multi Functionele Accommodatie (MFA). Samen met
bijvoorbeeld een kinderdagcentrum kunnen onderwijs-zorgarrangementen geboden worden
aan leerlingen. Momenteel is er geen keus;een leerling heeft óf onderwijs óf zorg. Een MFA
vergroot de mogelijkheden voor het combineren van zorg en onderwijs. Het overleg met de
gemeente en mogelijke samenwerkingspartners is op het moment van verschijnen van dit
profiel nog gaande.
De ambulant begeleiders van de Ark zitten sinds kort samen met de PAB-ers van het
samenwerkingsverband in één expertise kantoor. Op dit moment wordt nagedacht hoe de
expertise van dit personeel, ondanks de bezuinigingen op Passend Onderwijs, behouden
kan worden.
De Ark is gespecialiseerd in onderwijs aan leerlingen met een stoornis binnen het autistisch
spectrum. Nu als gevolg van Passend Onderwijs de grenzen tussen de clusters wegvallen,
onderzoekt de Ark de mogelijkheid tot het ontwikkelen van een onderwijsaanbod voor
leerlingen met een IQ boven de 70 en een stoornis binnen het autistisch spectrum.